2
Scholengemeenschap HAVO-VWO Noordhoekring 99 5038 GC Tilburg tel fax e-mail site
ziekmeldingen: 013-5499160 013-5499171
013-5426652 013-5430710
[email protected] www.odulphus.nl
Het St.-Odulphuslyceum is een school onder het bevoegd gezag van de Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs met: eenjarige brugperiode gymnasium atheneum havo
RABO-banknummer St.-Odulphuslyceum: 191224650
i n h o u d s o p gave 1 Ten geleide . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
9 Resultaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
2 Algemene informatie . . . . . . . . . . 4
Doorstroomgegevens . . . . . . . . . . . . . . 28 Examenresultaten . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Korte geschiedenis . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Naam en wapen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Algemene doelstellingen – identiteit en missie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Schoollied. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
10 Praktische zaken . . . . . . . . . . . . . 30
Onderwijskundige opbouw . . . . . . . . . . 7 Brugperiode en basisvorming . . . . . . . . 7 Tweede Fase . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 Onderwijsoverzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 Lessentabellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Eerste week . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 Uitreiking boekenpakketten . . . . . . . . . 30 Vakanties en vrije dagen. . . . . . . . . . . . 30 Jaaroverzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 Roosters en lestijden. . . . . . . . . . . . . . . 31 Lesuitval en lesverzuim. . . . . . . . . . . . . 31 Mediatheek en ictheek . . . . . . . . . . . . . 32 Opbergkastjes en garderobe . . . . . . . . 32 Formulieren kinderbijslag etc. . . . . . . . 33 Schoolverzekeringen . . . . . . . . . . . . . . . 33
4 Vorming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
11 Financiën . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 Levensbeschouwelijke vorming . . . . . . 11 Culturele vorming . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 Maatschappelijke stage . . . . . . . . . . . . 12 Buitenlandse reizen. . . . . . . . . . . . . . . . 13 Internationalisering. . . . . . . . . . . . . . . . 14 Pelgrimage naar Taizé. . . . . . . . . . . . . . 14 Schoolkampen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
12 Medewerkers . . . . . . . . . . . . . . . 38
3 Inrichting van de school . . . . . . . . 7
18– Kindgebonden budget . . . . . . . . . . 34 18+ Tegemoetkoming studiekosten en zorgtoeslag . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34 Boeken, leer- en hulpmiddelen . . . . . . 34 Stichting Leergeld . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 Sponsoring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 Bevordering van klas 1 naar 2 . . . . . . . 16 Bevordering van klas 2 naar 3 . . . . . . . 16 Bevordering van klas 3 naar 4 . . . . . . . 18 Bevordering van klas 4 naar 5 en van klas 5 naar 6 . . . . . . . . . . . . . . . 19
OMO en de school . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Directie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39 Decanaat en zorg. . . . . . . . . . . . . . . . . . 39 Docenten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39 Medezeggenschapsraad . . . . . . . . . . . . 40 Gemeenschappelijke Mededezeggenschapsraad (GMR) OMO. . . . . . . . . . . . 40 Ouderraad . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
6 Reglementen . . . . . . . . . . . . . . . . 20
13 Klachtenregeling OMO . . . . . . . . 41
5 Bevorderingsnormen . . . . . . . . . 15
Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Sociale veiligheid. . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Waarden, gedragscodes en grenzen . . 21
7 Begeleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 Algemeen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 Persoonlijke begeleiding. . . . . . . . . . . . 22 Studiebegeleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . 23 Begeleiding bij afdelings- en profielkeuze en keuze van een vervolgopleiding . . . 23 Extra begeleiding. . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Redactie
Jan Beesems Miriam Rijnen Foto’s Frank van Gils Hans van der Burght Vormgeving Yvonne Mathijsen
8 Contacten met ouders . . . . . . . . 25 Meerderjarige leerlingen . . . . . . . . . . . 27 Klachtenregelingen . . . . . . . . . . . . . . . . 27
2
Odulphus bouwt
GEACHTE OUDER ( S ) OF VERZORGER ( S ), Het is te doen gebruikelijk dat de rector een voorwoord schrijft in de schoolgids. Bij het ter perse gaan van deze editie was de sollicitatieprocedure voor de functie van rector van het St.-Odulphuslyceum echter nog in volle gang. We gaan ervan uit dat de procedure succesvol is afgerond wanneer u deze schoolgids openslaat, zodat we bij aanvang van het schooljaar 2011-2012 een nieuwe start kunnen maken met een nieuwe rector. Odulphus bouwt. We hebben niet stilgezeten de afgelopen periode. Onder begeleiding van Carin Zandbergen als interim-rector hebben we flinke stappen gezet om de interne organisatie anders in te delen. Met name op het terrein van financiën en de portefeuilleverdeling binnen de directie is veel veranderd. Intern merken we de verbeteringen daarvan al in de dagelijkse praktijk. Daarnaast is er alles aan gedaan om ervoor te zorgen dat er een goed rooster ligt aan het begin van het schooljaar. Zo hebben we o.a. een nieuw hoofd roosterzaken aangesteld.
Odulphus bouwt. Als school willen we ons naar buiten toe op twee vlakken op de kaart zetten. We gaan het gymnasium nadrukkelijk profileren. We hebben de grootste gymnasiumafdeling in de regio en daar gaan we de komende jaren in investeren. We onderzoeken of het mogelijk is om in het schooljaar 2012-2013 te starten met een gymnasium brugklas. Ook werken we aan een plan om in augustus 2012 Cambridge Engels standaard in te voeren in alle vierde klassen, zowel op havo als op vwo. Odulphus bouwt. Onder het motto ‘Odulphus bouwt’ zijn we begonnen met het ontplooien van een aantal activiteiten die ertoe zullen leiden dat de kwaliteit en de inhoud van de lessen de leerlingen motiveert en stimuleert om het beste uit zichzelf te halen. Odulphus bouwt. De (ver)bouwplannen liggen op de plank. Hopelijk kunnen we in de loop van 2012 daadwerkelijk aan de slag met het vernieuwen en uitbreiden van het gebouw, zonder daarbij overigens het monumentale karakter aan te tasten. Odulphus bouwt. We willen leerlingen en ouders nadrukkelijk betrekken bij al deze ontwikkelingen en gaan hieraan o.a. invulling geven door het samenstellen van klankbordgroepen. Odulphus bouwt. Realistisch, maar optimistisch zien we de nabije toekomst tegemoet. Namens alle medewerkers wens ik u en uw kinderen een ‘constructief’ jaar. Jan Beesems, conrector
schoolgids 2011–2012
3
t e n ge l e i d e
1 t e n ge l e i d e
2 a l ge m e n e informatie KORTE GESCHIEDENIS Officieel is de school gestart op 25 september 1899 in een spreekkamer van het klooster van de Fraters van Tilburg aan de Gasthuisring. Onder leiding van pater Superior de Beer begonnen daar tien jongens aan een vierjarige cursus in Grieks, Latijn, Nederlands, de moderne vreemde talen, wiskunde, geschiedenis en aardrijkskunde. Mgr. P.C. de Brouwer, rector vanaf 1900, zorgde ervoor dat de school in 1912 haar officiële erkenning als gymnasium kreeg. Lange tijd was de school het enige katholieke jongensgymnasium van het land. In 1917 werd er een afdeling voor hbs aan de school toegevoegd, waardoor ze zich lyceum mocht noemen. In 1953 werd aansluiting gezocht bij de Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs. Pas na de invoering van de Mammoetwet in 1969 werden de eerste meisjes op de school toegelaten. In haar bestaan heeft de school verschillende gebouwen betrokken. Het huidige schoolgebouw, in de stijl van de Delftse school, stamt uit 1930 en is ontworpen door de Tilburgse architect J. van de Valk. In 1962 werd er, door dezelfde architect, op het gebouw een nieuwe verdieping gezet. In 1996 werd er een geheel nieuwe vleugel aan de school gebouwd en werd bovendien een groot deel van het oude gebouw gemoderniseerd. Er bestaan plannen om het gebouw opnieuw uit te breiden.
NAAM EN WAPEN P.C. de Brouwer was zeer goed op de hoogte van de geschiedenis van Brabant en hij heeft de school de naam gegeven van een regionale heilige: Odulphus. Deze heilige werd in de negende eeuw, tijdens de regering van keizer Lodewijk de Vrome, geboren in Oirschot. Nadat hij tot priester was gewijd, werd hij pastoor te Oirschot. Spoedig daarna werd hij kerkbestuurder in Utrecht. Vervolgens zond bisschop Fredericus hem naar het noorden om de Friezen te bekeren. Hij stierf tenslotte in Utrecht, waar hij begraven werd in de kapel van de heilige Victor. Zijn feest wordt gevierd op 12 juni. Zoals vorstenhuizen, adellijke families en gemeenten, heeft ook het St.-Odulphuslyceum een wapen. Het is verdeeld in vier kwartieren: op de twee witte – linksboven en rechtsonder – staat een rood krukkenkruis; de beide andere zijn blauw en bevatten elk drie bonnetten, die de drie standplaatsen van de heilige Odulphus symbolisch weergeven. De banieren aan het wapen dragen het opschrift ‘fortis in fide’. Dit betekent ‘sterk in het geloof’.
4
Odulphus bouwt
–
IDENTITEIT EN MISSIE
Het is niet gemakkelijk kort en bondig te zeggen wat nu precies de identiteit en het eigen karakter van het St.-Odulphuslyceum is. De sfeer en de geest van een school kun je eigenlijk het best ervaren en beleven in de dagelijkse praktijk. Het best laten de doelstellingen van de school zich samenvatten in de fraaie glas-in-lood ramen van Toon Berg (1930) in de hal van het schoolgebouw: • • • • •
cultus artium cultus dei cultus proximi cultus sui vera sapientia
de intellectuele en culturele vorming de godsdienstige vorming de sociale vorming met centraal daarin de zorg voor de naaste de zelfontplooiing het streven naar werkelijke wijsheid
Deze oude doelstellingen zijn opnieuw verwoord in de missie van de school: Het St.-Odulphuslyceum wil een vwo-havo school van hoge kwaliteit zijn, die de leerlingen voorbereidt op het vervolgonderwijs en op een evenwichtig, zelfstandig en volwassen functioneren in de samenleving waarvan de school deel uitmaakt. Daarbij gaat de school uit van een christelijke visie op mens en maatschappij, waarin naast eigen verantwoordelijkheid zorg voor de medemens en zijn omgeving, respect voor anderen en tolerantie centraal staan. Deze missie hebben we als volgt uitgewerkt:
Het St.-Odulphuslyceum als onderwijsinstituut Het St.-Odulphuslyceum ziet het als zijn specifieke taak en opdracht leerlingen een kwalitatief hoogwaardige opleiding te bieden als basis voor hun vervolgopleiding. Om dat te bereiken moet de school die voorwaarden scheppen die leerlingen in staat stellen hun talenten maximaal te ontplooien: een breed aanbod van vakken, hooggekwalificeerde docenten, moderne leermiddelen.
Het St.-Odulphuslyceum en de samenleving De school wil rekening houden met de wensen en eisen van een voortdurend veranderende samenleving zodat zij haar leerlingen kan voorbereiden op een zelfstandige, evenwichtige en volwassen rol in die gemeenschap. Om dat te bereiken biedt de school in relatie tot het onderwijs van alledag een breed scala aan buiten-lesactiviteiten. De school streeft naar een maximale betrokkenheid van leerlingen en ouders en een open relatie met het vervolgonderwijs.
schoolgids 2011–2012
5
a l ge m e e n
ALGEMENE DOELSTELLINGEN
Het St.-Odulphuslyceum en de christelijke waarden Het St.-Odulphuslyceum gaat in zijn keuzes uit van een christelijke visie op mens en maatschappij. Eigen verantwoordelijkheid, zorg voor de mens en zijn omgeving, respect voor de ander en verdraagzaamheid moeten in de praktijk van alledag zichtbaar zijn: in de omgang van leerlingen onderling, van personeel met leerlingen en ouders en van personeel onderling. Het welzijn van alle leden van de Odulphusgemeenschap, optimale arbeidsomstandigheden en zorg voor professionaliteit staan te allen tijde centraal.
Missie van Ons Middelbaar Onderwijs (OMO) De missie van het St.-Odulphuslyceum is geformuleerd in overeenstemming met de missie van de Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs. De kern van de OMO-missie is: OMO is het schoolbestuur van een groot aantal scholen voor secundair onderwijs in de provincie Noord-Brabant. De scholen hebben elk hun eigen identiteit maar met een gezamenlijk doel: leerlingen van 12 tot en met 18 jaar, ongeacht hun talenten en sociale achtergrond, met goed onderwijs en zorgzame begeleiding voor te bereiden op het vervolgonderwijs en in het verlengde daarvan op een plaats in de maatschappij.
SCHOOLLIED Sinds de jaren dertig van de vorige eeuw heeft de school een schoollied. Elke Odulphiaan wordt geacht dit tekstvast uit volle borst mee te kunnen zingen.
6
Odulphus bouwt
onderwijs
3 i n r i c h t i n g va n de school ONDERWIJSKUNDIGE OPBOUW De school heeft een afdeling havo (hoger algemeen voortgezet onderwijs) en een afdeling vwo (voorbereidend wetenschappelijk onderwijs). De vwo-afdeling is gesplitst in gymnasium en atheneum. De havo-opleiding duurt 5 jaar en leidt vooral op voor het hbo (hoger beroepsonderwijs). De vwoopleiding duurt 6 jaar en leidt vooral op voor het wo (wetenschappelijk onderwijs).
BRUGPERIODE EN BASISVORMING De leerlingen starten hun carrière in een heterogene brugklas: ze zitten bij elkaar ongeacht basisschooladvies of cito-scores. Tijdens het eerste jaar volgt een uitgebreid keuze- en adviestraject wat ertoe moet leiden dat elke leerling op de juiste plaats terecht komt in de tweede klas. We gaan in het schooljaar 2011-2012 het gymnasium sterker profileren. Gedurende het schooljaar zullen verreweg de meeste brugklassers kennismaken met het gymnasiale gedachtegoed door het volgen van een of meerdere modules Klassieke Cultuur en Taal (KCT). In het tweede leerjaar worden leerlingen ingedeeld in een gymnasium-, atheneum- of havoklas. Deze indeling gebeurt op grond van de behaalde resultaten en de wensen van de leerling en zijn ouders. Aan het einde van het tweede leerjaar blijft de keuze voor 3 atheneum mogelijk voor goed presterende leerlingen van 2 havo (zie overgangsnormen p 16). Daarnaast werken we de eerste jaren aan het aanleren van vaardigheden en een attitude die de leerlingen een goede basis moeten bieden om met vertrouwen aan de Tweede Fase te beginnen. In de onderbouw leren de leerlingen te werken met het zogenaamde ‘5-stappenplan’. De essentie daarvan is dat leerlingen hun werk evalueren om van hun fouten te kunnen leren.
TWEEDE FASE Per 1-8-2009 is de Vernieuwde Tweede fase in de hele bovenbouw ingevoerd. Op onze school starten alle leerlingen met een breed pakket. In de niet-examenklassen volgen ze les in ofwel de ‘maatschappij’-stroom ofwel de ‘natuur’-stroom. Pas in het examenjaar kiezen ze definitief voor een profiel door een vak te laten vallen. Wie dat vak niet laat vallen, kan in twee profielen examen doen. Alle leerlin-
schoolgids 2011–2012
7
gen houden dus zo lang als mogelijk verschillende opties open. Veel leerlingen zullen in twee profielen afstuderen.
Profielen Er zijn vier profielen, die elk toegang geven tot diverse vervolgstudies op hbo-niveau: hoger beroepsonderwijs met een havo- of vwo-diploma of op wo-niveau: wetenschappelijk onderwijs met een vwodiploma. De profielnaam geeft een indicatie van de mogelijke vervolgstudies. De profielen zijn: Maatschappijstroom • Cultuur en Maatschappij (C&M) • Economie en Maatschappij (E&M) Natuurstroom • Natuur en Techniek (N&T) • Natuur en Gezondheid (N&G) Naast de lessen in stromen of profielen volgen alle leerlingen de verplichte lessen in het Algemeen Deel – o.a. Nederlands, Engels, levensbeschouwing, ckv – en één of twee keuzevakken. We streven er naar om de leerlingen te plaatsen in zgn. stroom- of profielklassen, waardoor ze het grootste deel van de lessen in dezelfde groep kunnen volgen.
ONDERWIJSOVERZICHT WO Wetenschappelijk Onderwijs
HBO Hoger Beroeps Onderwijs
VWO 6 GYMNASIUM
6 ATHENEUM HAVO
5 GYMNASIUM
5 ATHENEUM
5 HAVO
4 GYMNASIUM
4 ATHENEUM
4 HAVO
3 GYMNASIUM
3 ATHENEUM
3 HAVO
2 GYMNASIUM
2 ATHENEUM
2 HAVO
4 VMBO–t
BRUGKLAS 8
Odulphus bouwt
onderwijs
LESSENTABEL ONDERBOUW klas VAKKEN 1
havo 2
ath. 2
gym. 2
havo 3
ath. 3
gym. 3
Nederlands
4
3
3
3
3
3
2
Engels
3
3
3
2
3
3
2
Frans
3
2
3
2
3
2
2
4
4
4
3
3
2
Duits Latijn
2
Grieks
2
2 2
trivium
2
geschiedenis
2
2
2
2
aardrijkskunde
2
2
2
2
economie
2
2
2
2
2
2
1
1
1
levensbeschouwing
2
1
1
1
1
1
1
wiskunde
4
4
4
3
3
3
3
2
2
2
natuurkunde scheikunde
2
2
2
2
2
2
2
2
2
biologie
2
1
1
1
techniek
2
1
1
1
tekenen en handvaardigheid
2
1
1
1
2*
2*
2*
muziek
1
1
1
1
2*
2*
2*
drama
1
1
1
1
2*
2*
2*
lichamelijke opvoeding
3
3
2
2
2
2
2
studieles / klassieke taal en cultuur **
1
klassenuur (+ lob in klas 3)
1
1
1
1
1
1
1
TOTAAL PER WEEK
33
32
31
33
32
33
32
*
Leerlingen kiezen een van de drie kunstvakken
**
Voor potentiële gymnasiasten
schoolgids 2011–2012
9
LESSENTABEL BOVENBOUW VAKKEN VERPLICHT VOOR IEDEREEN
havo 4
havo 5
vwo 4
vwo 5
vwo 6
Nederlands en letterkunde
3
4
3
3
2,5
Engels
3
3,5
3
2
2,5
maatschappijleer
2
1
2
algemene natuurwetenschappen
2
lichamelijke opvoeding
2
1
2
2
culurele kunstzinnige vorming / klassieke culturele vorming
1
1
1,5
1,5
levensbeschouwing
2
2
1,5
mentoruur
1
1
1
profielwerkstuk
1 1
1 1
PROFIELVAKKEN EN VAKKEN IN HET VRIJE DEEL Frans
3
4
2
3
3
Duits
3
4
2
3
3
Latijn
3
4
4
Grieks
3
4
4
geschiedenis
3
3
2
3
3
aardrijkskunde
3
3
2
3
3
economie
3
4
2
3
3
management en organisatie
3
3
maatschappijwetenschappen
4
3
3
4
filosofie
3
3
4
4
wiskunde A
3
3
3
3
3
wiskunde B
3
4
3
3
4
3
3
3
4
4
wiskunde C wiskunde D natuurkunde
3
4
3
3
3
scheikunde
3
3
2
3
3
bilogie
3
4
2
3
3
informatica
3
3
3
4
kunst-beeldend
3
3
4
4
kunst-drama
3
3
4
4
4
4
kunst-muziek
10
Odulphus bouwt
INLEIDING De school wil veel meer bieden dan lessen alleen en realiseert zich dat leerlingen ook tijdens andere dan officiële lesactiviteiten met en van elkaar kunnen leren en gevormd worden. De diverse vormende activiteiten die de school op het programma heeft moeten worden beschouwd als een wezenlijk onderdeel van het schoolleven.
LEVENSBESCHOUWELIJKE VORMING Het doel van het vak levensbeschouwing is dat de leerling een persoonlijke levensbeschouwelijke en ethische identiteit ontwikkelt. Hierbij wordt de nadruk gelegd op een zich ontwikkelende persoonlijke reflectie en communicatie. Om te kunnen reflecteren en communiceren moet je kennis – bestaande uit feiten, theorieën, ideeën, levensverhalen – bezitten over wat andere mensen al gedacht en gedaan hebben. Dit kunnen historisch-theologische feiten zijn, maar ook filosofische, literaire en kunstzinnige bronnen. Vanzelfsprekend wordt er aandacht besteed aan de verschillende godsdiensten en religies. Vergelijkenderwijs worden deze behandeld waarbij de nadruk ligt op de ontstaanscontext, de levensomstandigheden en de ideeën van de stichter en de heilige boeken. Gedurende de leerjaren worden deze externe bronnen in toenemende mate geconfronteerd met de leefwereld en de zich ontwikkelende levensbeschouwelijke en ethische ideeën van de leerling. Steeds uitdrukkelijker wordt er gevraagd om een eigen mening mondeling en schriftelijk onder woorden te brengen.
CULTURELE VORMING Sinds de invoering van de Tweede Fase is culturele en kunstzinnige vorming (ckv) een onderdeel geworden van het schoolleerplan en verplicht voor alle leerlingen van de bovenbouw. Leerlingen in klas 4 kunnen kiezen voor een van de kunstvakken: muziek, drama of beeldende vorming. Het is
schoolgids 2011–2012
11
a l ge m e n e vo r m i n g informatie
4 vo r m i n g
schoolbeleid om deze vakken toegankelijk te maken voor alle leerlingen en niet uitsluitend voor te behouden aan leerlingen met het profiel C&M. Om leerlingen in contact te brengen met kunst en cultuur voert de school een actief excursiebeleid, zowel voor de onderbouw als voor de bovenbouw. Daarnaast worden er activiteiten binnen en buiten de school georganiseerd, zoals concert-, theater- en museumbezoek. Beeldende kunstenaars, cabaretiers en schrijvers worden uitgenodigd om op school, in een atelier of in het theater met leerlingen te werken. De leerlingen in de onderbouw bezoeken de stedelijke musea, zoals het Nederlands Textielmuseum en museum De Pont. Elk jaar is er een opvoering van een Engels- en/of Franstalig toneelstuk door onze eigen leerlingen. Alle leerlingen krijgen een cultuurkaart. Per leerling stelt de overheid per jaar € 15,- beschikbaar. Als school hebben we de vrijheid zelf te bepalen hoe we dat geld verdelen. Het is de bedoeling dat elke school een eigen cultuureducatiebeleid ontwikkelt. Daar zijn we mee bezig.
MAATSCHAPPELIJKE STAGE Leerlingen die dit jaar bij het voortgezet onderwijs beginnen zijn verplicht ergens in hun curriculum een aantal uur maatschappelijke stage (MaS) te lopen. Dit schooljaar gaan op stage alle leerlingen van 5 vwo, alle leerlingen uit 3 havo en de vierdeklassers die niet meegaan op reis. Daarnaast gaan we organiseren dat de overstappers van 3 en 4 vwo naar 4 havo hun stage gaan vervullen. Ook mogen leerlingen uit klas 4 die begeleider zijn op een school- of zeilkamp of lid zijn van de MR die activiteit inzetten als maatschappelijke stage.
Waarom vinden we MaS belangrijk? De doelstellingen van de MaS passen heel goed in die van de school, zie daarvoor de toelichting bij de ramen op pagina 5. De school heeft twee belangrijke taken: de ontwikkeling van de persoon van de leerling en de voorbereiding op zijn/haar volledig functioneren in de maatschappij van morgen. De maatschappelijke stage is een belangrijk instrument om deze voorbereiding op de maatschappij gestalte te geven. Mede door deze stage kunnen activiteiten worden ontplooid waardoor we onze school met recht een school kunnen noemen die midden in de maatschappij staat. Onder maatschappelijke stage verstaan wij een vorm van leren binnen en/of buiten de school waarbij de leerling vrijwilligerswerk doet onder verantwoordelijkheid van de school. Op deze manier maakt hij kennis met het nemen van verantwoordelijkheid voor een gemeenschapsbelang.
12
Odulphus bouwt
BUITENLANDSE REIZEN Al meer dan 30 jaar organiseert de school voor leerlingen van de vierde klas reizen naar buitenlandse bestemmingen. In 2012 zullen de reisdoelen waarschijnlijk zijn: Rome, Venetië, Griekenland, Londen, Istanbul en Noord-Tsjechië. De reizen hebben vooral een cultureel en educatief doel, maar sociale vorming en ontspanning zijn ook van belang. Bij de voorbereiding van de reizen kunnen de leerlingen studiepunten verzamelen voor de vakken kcv: klassieke culturele vorming of ckv: culturele en kunstzinnige vorming. De reizen, die 6 tot 9 dagen duren, vinden plaats in april 2012. Deskundige docenten bereiden de programma’s met de grootste zorg voor. Enkele weken voor vertrek vindt er een informatieavond plaats voor deelnemers en ouders. De reissommen variëren van ongeveer € 350,- (survivalreis naar Noord-Tsjechië) tot ongeveer € 750,(vliegreis naar Griekenland of Istanbul). Vanaf de tweede klas bestaat de mogelijkheid om voor deze reizen te sparen. De school verstrekt hierover in het begin van het schooljaar de nodige informatie. In de loop van september ontvangen de vierdeklassers een reisbrochure met specifieke informatie per reis en een aanmeldingsformulier. In deze brochure staat ook te lezen hoe reizigers hun studiepunten voor ckv of kcv kunnen verzamelen. Het is, bijvoorbeeld door de capaciteit van de bus, mogelijk dat niet iedereen met de reis van zijn of haar keuze mee kan. De school garandeert echter dat elke leerling aan een van de reizen kan deelnemen.
schoolgids 2011–2012
13
vo r m i n g
Kenmerkend voor de maatschappelijke stage is dat er zowel aandacht is voor het leren van de leerling als voor het belang van de samenleving. Dit gebeurt door de leerling in contact te brengen met andere groepen in de samenleving (ontmoetingen), hem zelf een actieve bijdrage te laten leveren (vrijwilligerswerk doen zonder vergoeding) en te laten ervaren wat en hoe belangrijk vrijwilligerswerk is. Twee belangrijke voorwaarden voor een goede stageplek zijn voor ons dat de stage leidt tot blikverruiming en daarnaast dat de leerling effect ziet van zijn inspanningen omdat hij direct in contact komt met de doelgroep waarvoor hij zich inspant. In Tilburg en omgeving werken de scholen samen volgens een convenant. Daarin zijn gezamenlijke afspraken gemaakt over het contract, de verzekering en andere zaken.
INTERNATIONALISERING Het internationale denken wordt in deze tijd steeds belangrijker. De school probeert hierop in toenemende mate in te spelen. In het schooljaar 2010-2011 is een Comenius project van start gegaan. Het betreft een uitwisseling met scholen in o.a. Portugal en Zweden. Hieraan kunnen leerlingen van 4 vwo deelnemen. In maart 2012 zijn wij aan de beurt om een week als gastheer op te treden. Voor 25 tot 30 leerlingen in de derde klas staat er een uitwisseling met een school in Frankrijk op het programma. Andere manieren om onze leerlingen in contact te brengen met leeftijdgenoten uit andere landen worden bestudeerd en waar mogelijk uitgeprobeerd.
PELGRIMAGE NAAR
TAIZÉ
Aan het begin van het eindexamenjaar voor havo en vwo is er in september een pelgrimage naar Taizé. Leerlingen kunnen zich hiervoor inschrijven in mei in het schooljaar daarvoor. Maximaal 45 leerlingen kunnen deelnemen. Taizé is een klein dorpje in Bourgondië vlakbij het eens zo beroemde Cluny. Hier heeft zich in de Tweede Wereldoorlog een kloostergemeenschap gevestigd. Sindsdien bezoeken jaarlijks duizenden jongeren uit de hele wereld deze broedercommuniteit. Wij nodigen leerlingen uit om deel te nemen aan een verblijf in Taizé omdat we het belangrijk vinden leerlingen te laten kennismaken met een dergelijke plek van christelijke spiritualiteit. Het werkelijk ervaren van deze manier van leven en denken is voor veel leerlingen niet vanzelfsprekend. In de dagelijkse leefwereld van veel leerlingen zijn er weinig plekken om tot rust en bezinning te komen. We hebben de laatste vijf jaar ervaren dat dit aanbod voorziet in een groeiende behoefte onder onze leerlingen. Bovendien sluit de pelgrimage naar Taizé nauw aan bij de christelijke identiteit, de cultus dei, van onze school, zoals geformuleerd in de missie.
SCHOOLKAMPEN Aan het einde van het schooljaar worden jaarlijks het traditionele zomerkamp en zeilkamp gehouden. Aan het zomerkamp kunnen leerlingen uit de onderbouw deelnemen. Met het zeilkamp kunnen leerlingen vanaf klas 3 mee. Voor beide kampen geldt dat er grenzen zijn aan het aantal leerlingen dat kan deelnemen. De ouders ontvangen in de loop van het schooljaar nadere informatie over deze activiteiten. Een grote groep oud-leerlingen speelt een belangrijke rol bij de organisatie en uitvoering van de beide kampen.
14
Odulphus bouwt
INLEIDING Uitgangspunt voor de docenten bij de overgangsvergadering zijn de rapportcijfers op het laatste rapport. Deze cijfers worden officieel vastgesteld tijdens en door die vergadering. De vergadering is autonoom en staat onder voorzitterschap van de betrokken adjunct-directeur. De overgangsvergadering beslist op basis van de bevorderingsnormen tot bevordering of afwijzing. De overgangsvergadering kan besluiten een leerling een taak voor één of meer vakken op te leggen, ook als dat vak of die vakken met een voldoende cijfer is/zijn afgesloten. Dit kan gebeuren met de bedoeling de kansen van de leerling in het volgend schooljaar te vergroten en/of bij wijze van strafmaatregel indien er sprake is van verwaarlozing. Elke taak moet worden ingeleverd aan het begin van het nieuwe schooljaar. Het niet naar behoren vervullen van deze taken heeft voor de leerling uiteraard nadelige gevolgen. Een gevolg kan zijn dat de leerling de toegang tot de lessen wordt ontzegd, totdat de taak in orde is. In voorkomende gevallen zullen de ouders schriftelijk van deze gevolgen in kennis worden gesteld. Over de aard van deze gevolgen beslist de directie na overleg met de vakdocent(en). Een leerling mag niet tweemaal in dezelfde klas doubleren en ook niet in twee opeenvolgende leerjaren op dezelfde afdeling. Beroep tegen de beslissing van de overgangsvergadering kan binnen twee werkdagen, na kennisname van deze beslissing, worden ingesteld bij de rector. Het verdient aanbeveling eerst contact op te nemen met de adjunct-directeur.
Voor alle klassen (1–5) geldt De rapportvergadering kan een leerling die niet voldoet aan de overgangsnormen toch bevorderen. Geen enkele leerling kan echter aan deze bepaling rechten ontlenen.
schoolgids 2011–2012
15
b evo rd e r i n g
5 b evo rd e r i n g s normen
BEVORDERING VAN KLAS
1
NAAR
2
BEVORDERING VAN KLAS
2
NAAR
3
Ten behoeve van de overgangsnormen van klas 1 naar klas 2 worden de vakken in drie categorieën verdeeld: A Ne, En, wi B Fa, gs, ak, bi, lb C lo, tx, hx, tn, dr, mu
Bevordering van 2 naar 3 havo
Op 2 havo wordt iedereen toegelaten die: • maximaal 1x 4 en 2x 5 heeft en • tenminste 17 punten heeft in categorie A, waarvan maximaal 1 onvoldoende, niet lager dan een 5 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie B en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie C.
Op 3 havo wordt iedereen toegelaten die: • maximaal 1x 4 en 2x 5 heeft en • tenminste 18 punten heeft in categorie A, waarvan maximaal 1 onvoldoende niet lager dan een 4 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie B, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie C, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4.
Op 2 atheneum wordt toegelaten iedereen die: • voldoet aan de overgangsnorm voor 2 havo en • tenminste 21 punten heeft in categorie A, waarvan maximaal 1 onvoldoende, niet lager dan een 5 en • tenminste gemiddeld 7.0 heeft voor categorie B. Op 2 gymnasium wordt toegelaten iedereen die: • voldoet aan de overgangsnorm voor 2 atheneum en • tenminste 23 punten heeft in categorie A, waarvan geen onvoldoendes en • tenminste 37 punten voor categorie B. Een doubleur van klas 1: • wordt toegelaten op 2 havo mits voldaan wordt aan de overgangsnorm voor 2 havo • wordt toegelaten op 2 atheneum mits voldaan wordt aan de overgangsnorm voor 2 atheneum én er een positieve beslissing is van de eindvergadering. • wordt toegelaten op 2 gymnasium mits voldaan wordt aan de overgansnorm voor 2 gymnasium én er een positieve beslissing is van de eindvergadering.
16
Ten behoeve van de overgangsnormen worden de vakken in drie categorieën verdeeld: A Ne, En, wi B Fa, Du, gs, ak, na, bi, lb C lo, tx, hx, dr, mu
Bevordering van 2 havo naar 3 atheneum Een leerling uit 2 havo kan in uitzonderlijke situaties worden toegelaten op 3 atheneum. Hiervoor geldt: • de leerling is bevorderbaar naar 3 havo en • de leerling krijgt een positieve beslissing van de eindvergadering. Een aanvraag voor de overstap van 2 havo naar 3 atheneum moet tijdig, d.w.z. uiterlijk op 1 april, zijn ingediend bij de adjunct-directeur havo. Een richtlijn bij de advisering is een cijfergemiddelde van 7,5 voor de categorieën A en B.
Bevordering van 2 naar 3 atheneum Ten behoeve van de overgangsnormen worden de vakken in drie categorieën verdeeld: A Ne, En, wi B Fa, Du, gs, ak, lb, na, bi C lo, tx, dr, mu Op 3 atheneum wordt iedereen toegelaten die • maximaal 1x 4 en 2x 5 heeft en • tenminste 18 punten heeft in categorie A, waarvan maximaal 1 onvoldoende niet lager dan een 5 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie B, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie C, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4.
Odulphus bouwt
b evo rd e r i n g
Bevordering van 2 atheneum naar 3 havo Ten behoeve van de overgangsnormen van 2 atheneum naar 3 havo worden de vakken in drie categorieën verdeeld: A Ne, En, wi B Fa, Du, gs, ak, lb, na, bi C lo, tx, dr, mu Een leerling wordt toegelaten op 3 havo indien hij: • maximaal 2x 4 en 2x 5 heeft en • tenminste 16 punten heeft in categorie A, waarvan maximaal 1x 4 of 2x 5 en • tenminste 38 punten in categorie B, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie C, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4.
Bevordering van 2 naar 3 gymnasium Ten behoeve van de overgangsnormen worden de vakken in drie categorieën verdeeld: A Ne, En, wi, klassieke talen B Fa, Du, gs, ak, lb, na, bi C lo, tx, dr, mu Op 3 gymnasium wordt iedereen toegelaten die • maximaal 1x 4 en 2x 5 heeft en • tenminste 24 punten heeft in categorie A, waarvan maximaal 1 onvoldoende niet lager dan een 5 en
schoolgids 2011–2012
• tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie B, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie C, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4.
Bevordering van 2 gymnasium naar 3 atheneum Ten behoeve van de overgangsnormen worden de vakken in drie categorieën verdeeld: A Ne, En, wi B Fa, Du, klassieke talen, gs, ak, lb, na, bi, C lo, tx, dr, mu Op 3 atheneum wordt iedereen toegelaten die • maximaal 1x 4 en 2x 5 heeft en • tenminste 18 punten heeft in categorie A, waarvan maximaal 1 onvoldoende niet lager dan een 5 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie B, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie C, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4.
17
BEVORDERING VAN KLAS
3
NAAR
4
Bevordering van 3 naar 4 havo Ten behoeve van de overgangsnormen worden de vakken in drie categorieën verdeeld: A Ne, En, wi B Fa, Du, gs, ak, ec, lb, na, sk, bi C lo, tx/dr/mu Op 4 havo wordt iedereen toegelaten die • maximaal 1x 4 of 2x 5 heeft en gemiddeld een 6.0 voor de vakken die hij in klas 4 blijft volgen en • tenminste 17 punten heeft in categorie A, waarvan maximaal 1 onvoldoende niet lager dan een 4 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie B, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie C, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4.
Bevordering van 3 naar 4 atheneum Ten behoeve van de overgangsnormen worden de vakken in drie categorieën verdeeld: A Ne, En, wi B Fa, Du, gs, ak, ec, lb, na, sk, bi C lo, tx/dr/mu
Op 4 atheneum wordt iedereen toegelaten die • maximaal 1x 4 of 2x 5 heeft en gemiddeld een 6.0 voor de vakken die hij in klas 4 blijft volgen en • tenminste 18 punten heeft in categorie A, waarvan maximaal 1 onvoldoende niet lager dan een 5 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie B, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie C, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4.
Bevordering van 3 atheneum naar 4 havo Ten behoeve van de overgangsnormen worden de vakken in drie categorieën verdeeld: A Ne, En, wi B Fa, Du, gs, ak, ec, lb, na, sk, bi C lo, tx/dr/mu Een leerling wordt toegelaten op 4 havo indien hij: • maximaal 1x 4 en 2x 5 heeft bij de vakken die hij in klas 4 blijft volgen en • tenminste 16 punten heeft in categorie A, waarvan maximaal 1x 4 of 2x 5 en • tenminste 50 punten in categorie B, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie C, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4.1
18
Odulphus bouwt
Ten behoeve van de overgangsnormen worden de vakken in drie categorieën verdeeld: A Ne, En, wi + de klassieke taal waarmee de leerling in klas 4 verder gaat B Fa, Du, de andere klassieke taal, gs, ak, ec, lb, na, sk, bi, C lo, tx/dr/mu Op 4 gymnasium wordt iedereen toegelaten die • maximaal 1x 4 of 2x 5 heeft en gemiddeld een 6.0 voor de vakken die hij in klas 4 blijft volgen en • tenminste 24 punten heeft in categorie A, waarvan maximaal 1 onvoldoende niet lager dan een 5 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie B, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie C, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4.
Bevordering van 3 gymnasium naar 4 atheneum Ten behoeve van de overgangsnormen worden de vakken in drie categorieën verdeeld: A Ne, En, wi B Fa, Du, de klassieke talen, gs, ak, ec, lb, na, sk, bi, C lo, tx/dr/mu Op 4 atheneum wordt iedereen toegelaten die • maximaal 1x 4 of 2x 5 heeft en gemiddeld een 6.0 voor de vakken die hij in klas 4 blijft volgen en • tenminste 18 punten heeft in categorie A, waarvan maximaal 1 onvoldoende niet lager dan een 5 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie B, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4 en • tenminste gemiddeld 6.0 heeft voor categorie C, waarvan de onvoldoendes niet lager dan een 4.
schoolgids 2011–2012
BEVORDERING VAN KLAS EN VAN KLAS
5
NAAR
4
NAAR
5
6
De leerling kan binnen de afdeling bevorderd worden als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: • een ‘voldoende’ voor de vakken die niet met een cijfer worden afgesloten en • 1x 5 en de rest hoger of 1x 4 en de rest 6 of hoger en gemiddeld 6.0 of 2x 5 en de rest 6 of hoger en gemiddeld 6.0 of 1x 5 en 1x 4 en de rest 6 of hoger en gemiddeld 6.0
Opmerkingen 1 Bij de cijfers voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde mag één 5 staan. De andere twee cijfers moeten voldoende zijn. 2 De cijfers van de in klas 4 vwo afgesloten examenvakken tellen mee bij de overgang van klas 5 vwo naar 6 vwo. 3 Bij de overgang van klas 4 vwo naar 5 vwo (en van 5 vwo naar 6 vwo) telt het gemiddelde van de vakken ANW en Maatschappijleer – afgerond op een heel cijfer – mee als combinatiecijfer. 4 Een leerling uit de bovenbouw die aan het einde van het schooljaar een ‘onvoldoende’ heeft voor CKV, levensbeschouwing of lichamelijke opvoeding wordt voorwaardelijk bevorderd. Hij heeft een kans om dan via taken nog aan het begin van het schooljaar de ‘onvoldoende’ om te zetten in ‘voldoende’. Lukt dat niet, dan doubleert de leerling alsnog.
19
b evo rd r i n g
Bevordering van 3 naar 4 gymnasium
6 re g l e m e n t e n INLEIDING Aanmelding op het St.-Odulphuslyceum betekent dat ouders en leerlingen akkoord gaan met de voorwaarden die het schoolbestuur en de school stellen. Een aantal regels dat het goede verloop van het onderwijsproces betreft, is vastgelegd in het leerlingenstatuut dat aan elke leerling en aan elk personeelslid wordt uitgereikt en in het Examenreglement en het Programma van Toetsing en Afsluiting dat aan alle leerlingen van klas 4 en hoger wordt uitgereikt. Andere regels zijn te vinden in:
‘Directiestatuut Ons Middelbaar Onderwijs’ Het directiestatuut regelt de verhouding tussen de voorzitter van de Raad van Bestuur en de eindverantwoordelijke schoolleider.
‘Algemeen Reglement Ons Middelbaar Onderwijs’ Het algemeen reglement regelt onder andere de rechten en plichten van ouders/leerlingen en eindverantwoordelijke schoolleider bij bevordering of afwijzing tot een volgend schooljaar, (niet-)toelating, schorsing en definitieve verwijdering.
‘Privacyreglement Ons Middelbaar Onderwijs’ In het privacyreglement staat weergegeven op welke wijze persoonsgegevens worden verwerkt en op welke wijze uitvoering wordt gegeven aan de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Alle hierboven genoemde documenten kunt u inzien bij de administratie van de school.
SOCIALE VEILIGHEID De school streeft er naar voor al haar leerlingen en medewerkers een veilig leefklimaat te creëren. Er is een schoolveiligheidsplan waarin staat hoe de school omgaat met bijv. pestgedrag, diefstallen, drugsbezit, vernielingen en vormen van intimidatie en geweld. Onderdeel van dat veiligheidsplan zijn protocollen waarin staat beschreven hoe er in voorkomende gevallen gehandeld dient te worden. Over deze kwesties overlegt de school regelmatig met vertegenwoordigers van de politie en de gemeente en met vertegenwoordigers van andere scholen. Enkele keren per jaar voert de politie controles uit op school. Medewerking aan kluisjes- en fietsencontrole is verplicht. Tassencontrole gebeurt op basis van vrijwilligheid. Ouders van leerlingen van klassen die gecontroleerd zijn krijgen hierover achteraf een brief. Bij de organisatie van schoolfeesten voor de bovenbouw, die meestal in een locatie in het centrum van de stad plaatsvinden is vooraf contact met de politie. Een veilig leefklimaat heeft natuurlijk alles te maken met de wijze waarop mensen met elkaar omgaan. De school heeft een aantal gedragscodes geformuleerd die voor alle leden van de schoolgemeenschap gelden. U vindt ze hiernaast afgedrukt. Deze gedragscodes vervangen het schoolreglement.
20
Odulphus bouwt
Uit de missie van de school: Het St.-Odulphuslyceum wil een vwo-havo school van hoge kwaliteit zijn, die de leerlingen voorbereidt op het vervolgonderwijs en op een evenwichtig, zelfstandig en volwassen functioneren in de samenleving waarvan de school deel uitmaakt. Daarbij gaat de school uit van een christelijke visie op mens en maatschappij, waarin naast eigen verantwoordelijkheid zorg voor de medemens en zijn omgeving, respect voor anderen en tolerantie centraal staan. Onder het motto ‘zo zijn onze manieren’ willen we met deze gedragscode aangeven wat we op onze school in de omgang met elkaar en onze talenten waardevol en vanzelfsprekend vinden. We willen zo benadrukken dat die zaken voortdurend onderwerp van ons gesprek moeten zijn.
ZORG
RESPECT
Sociale zorg
Je respecteert anderen zoals ze zijn. We vinden het daarom vanzelfsprekend dat je: • iedereen als gelijkwaardig behandelt • accepteert dat anderen anders denken en anders zijn dan jijzelf • probeert dat anders-zijn te begrijpen en er van te leren • je eerlijk en open tegenover anderen opstelt We keuren dus af: beledigen, pesten en discrimineren.
Je hebt oog voor het welzijn van iedereen met wie je te maken hebt. We vinden het daarom vanzelfsprekend dat je: • je verantwoordelijk voelt voor de goede sfeer • ook oog hebt voor die mensen die je misschien wat minder aanspreken • andere mensen kansen gunt • de privacy van een ander respecteert Iedereen zal begrijpen dat we daarom bijvoorbeeld buitensluiten en inbreuk maken op de privacy van anderen, niet goed vinden.
Zorg voor je materiële omgeving Je gaat met zorg om met je eigen en met andermans spullen. We vinden het daarom vanzelfsprekend dat je: • zuinig bent op de spullen van jezelf en van anderen • zuinig bent op de gebouwen waarin je bent Iedereen zal begrijpen dat vernielen, bekladden en stelen niet kan.
ONTPLOOIING Je haalt er zowel bij jezelf als bij anderen uit wat er in zit. We vinden het daarom vanzelfsprekend dat je: • mag worden wie je bent • kansen pakt en uitdagingen aangaat • je talenten wilt ontdekken en gebruiken • anderen in bovenstaande zaken ook stimuleert Dus hinder je jezelf en anderen niet in de ontplooiing.
Zorg voor het milieu
VERANTWOORDELIJKHEID
Je gaat met zorg om met de omgeving waarin je leeft. We vinden het daarom vanzelfsprekend dat je: • jouw omgeving netjes houdt • de natuur respecteert • zuinig omgaat met energie, grondstoffen, water etc. Bijvoorbeeld vervuilen en verkwisten passen daar niet bij.
Je bent verantwoordelijk voor je eigen gedrag en voelt je medeverantwoordelijk voor dat van een ander. We vinden het daarom vanzelfsprekend dat je: • verantwoordelijk gedrag toont dat leidt tot zorg, respect en ontplooiing • de consequenties aanvaardt van je eigen gedrag • je laat aanspreken op je verantwoordelijkheid • anderen op hun verantwoordelijkheid aanspreekt.
schoolgids 2011–2012
21
re g l e m e n t e n
WAARDEN , GEDRAGSCODES EN GRENZEN
7 b e ge l e i d i n g ALGEMEEN De spil van de leerlingbegeleiding is de mentor. De mentor van 2 havo gaat in principe mee naar 3 havo. Mentoren voeren per jaarlaag geregeld overleg met elkaar om hun werkzaamheden onderling af te stemmen. Zij maken onderling afspraken over het begeleidingsprogramma dat doorlopen wordt.
PERSOONLIJKE BEGELEIDING Mentoren De opvang en de begeleiding op het persoonlijke vlak worden binnen de school in de eerste plaats verzorgd door de de mentor. Natuurlijk spelen ook de vakdocenten en de adjunct-directeur een rol.
Vertrouwenspersonen Daarnaast beschikt de school over twee vertrouwenspersonen. Grondgedachte bij dit team is, dat een leerling niet in zijn eentje moet blijven tobben, wanneer hij met problemen rondloopt. Hij kan dan iemand zoeken binnen of buiten de school, die hij in vertrouwen neemt. Een leerling kan hiervoor binnen school altijd zijn mentor, adjunct-directeur of vakdocent aanspreken. Daarnaast kan hij een beroep doen op de vertrouwenspersonen. Dit zijn dhr. G. Coret (06-41733499,
[email protected]) en mevr. C. Ramaekers,
[email protected]). Zij hebben als taak om samen met de leerling de problematiek te verhelderen en handvatten aan te reiken waarmee de leerling zijn moeilijkheden zelf kan (leren) hanteren dan wel tot een oplossing kan brengen. In veel gevallen is een luisterend oor al voldoende. In sommige gevallen wordt deze leerling ingebracht bij het zorgteam. Voor het maken van een afspraak kunnen leerlingen zelf contact opnemen met een van de vertrouwenspersonen of dit via hun mentor regelen.
Zorgteam Dit team komt eens in de veertien dagen bij elkaar en bestaat uit de zorgcoördinator, de schoolpsycholoog en de maatschappelijk werker. De leerlingen die besproken worden zijn ingebracht door de mentoren, de adjunct-directeuren of de vertrouwenspersonen. De aard van de problematiek is in deze gevallen zodanig dat de mentor en/of ouders ondersteuning nodig hebben bij de begeleiding van de leerling. Er wordt gezocht naar passende hulp bij specifieke problemen. Soms wordt ook geadviseerd om door te verwijzen naar professionele hulp. Leerlingen worden dan in contact gebracht met deskundigen binnen of buiten de school. In bepaalde gevallen kan de schoolpsycholoog of de maatschappelijk werker worden ingeschakeld. Zij zijn elke woensdag op school aanwezig. Er is ruimte voor vier tot vijf gesprekken gemiddeld en die vinden twee- tot driewekelijks plaats. Soms wordt verwezen naar externe begeleiding of extern onderzoek. In veel gevallen worden de ouders erbij betrokken, omdat zij in de eerste plaats verantwoordelijk zijn en blijven voor hun kind.
Groot Zorg Advies Team (ZAT) Een aantal keren per jaar is er zorg advies team overleg. Hierbij zijn het voltallige zorgteam van de school, de GGD plus GGZ en de leerplichtambte-
22
Odulphus bouwt
Meldpunt Zorg voor Jeugd Sinds enkele jaren is er een landelijk meldpunt Zorg Voor Jeugd. Dit signaleringssysteem is bedoeld om problemen bij kinderen en jongeren in de leeftijd van 0-23 jaar in een vroegtijdig stadium te signaleren en vervolgens de coördinatie van zorg te organiseren. Vroegtijdige signalering voorkomt dat risico’s problemen worden of dat problemen verergeren. Wanneer alle betrokken partijen in de keten gebruik maken van een signaleringssysteem ontstaat integraal inzicht in de problemen van een jeugdige. Als er 2 meldingen van een leerling zijn geregistreerd dan wordt er een ketencoördinator op gezet die passende actie onderneemt. Door coördinatie van zorg weten partijen vroegtijdig wie er in de keten betrokken is bij de jeugdige. Instellingen die aangesloten zijn op Zorg voor Jeugd kunnen signalen registreren op het moment dat er zorgen zijn over een jeugdige. Scholen kunnen leerlingen aanmelden. Op het St.Odulphuslyceum meldt de zorgcoördinator de leerlingen aan. De ouders of verzorgers worden hiervan altijd op de hoogte gebracht.
STUDIEBEGELEIDING De vakinhoudelijke begeleiding van de leerlingen geschiedt in principe door de eigen vakdocenten. In de brugklassen worden extra ondersteuningslessen (studielessen) gegeven aan leerlingen die met sommige onderdelen van de leerstof wat problemen hebben. Leerlingen van de bovenbouw kunnen tegen een geringe vergoeding ingezet worden als studiecoaches voor leerlingen van de onderbouw. We hebben hiermee de afgelopen jaren zeer positieve ervaringen opgedaan. Voor de eerste tot en met de derde klas is een wekelijks klassenuur ingeroosterd, waarin een vast begeleidingsprogramma wordt afgewerkt. Er zijn tijdens dat uur dus geen gewone lessen gepland. De begeleiding van de leerlingen in de Tweede Fase is vooral de verantwoordelijkheid van hun mentoren. Naast het afwerken van een vast begeleidingsprogramma is er ruimte voor individuele gesprekken tussen mentor en leerling.
BEGELEIDING BIJ AFDELINGS - EN PROFIELKEUZE EN KEUZE VAN EEN VERVOLGOPLEIDING Aan het eind van de eerste klas moet een keuze gemaakt worden tussen het gymnasium, het atheneum en het havo. Het keuzeproces wordt vooral begeleid door de mentor. Voor de ouders is er een algemene voorlichtingsavond over deze keuze. In het tweede jaar vindt een eerste oriëntatie plaats op studie- en beroepskeuze.
schoolgids 2011–2012
23
b e ge l e i d i n g
naar aanwezig. Op verzoek kunnen andere externe instanties worden uitgenodigd (politie). Het team is erop gericht een vroegtijdige signalering en adequate aanpak van sociale en/of psychische problemen van leerlingen te bevorderen. Het zorgteam volgt de richtlijnen uit de ‘Handleiding Zorgteam’, een uitgave van de GGD Hart van Brabant. De zorgcoördinator is verantwoordelijk voor de onderlinge afstemming en voorbereiding. Een van de adjunct-directeuren zit de vergaderingen voor. In de meeste gevallen worden de ouders geïnformeerd.
De begeleiding bij het maken van de profielkeuze in de derde klas wordt gecoördineerd door de decanen. Leerlingen krijgen van hun mentor lessen over ‘kiezen’ en over de beroepenwereld. Ze krijgen informatie over de profielen in de Tweede Fase en de doorstroommogelijkheden die elk van de profielen biedt. Rond kerstmis kunnen de leerlingen een voorlopige keuze voor een profiel en voor een of meer vakken in de vrije ruimte maken. In december/januari is er een voorlichtingsavond voor de ouders. Na kerstmis kunnen leerlingen (en ouders die dat wensen) een gesprek hebben met de decaan. Op grond hiervan en op grond van de behaalde studieresultaten en eventuele testen, krijgt de leerling een schooladvies. Rond 1 april moet de leerling vervolgens een definitieve keuze maken. In de daarop volgende leerjaren vindt de keuzebegeleiding plaats door zowel de decaan als de mentor. De decaan blijft beschikbaar voor het geven van informatie over doorstroommogelijkheden. Hij of zij helpt de leerlingen met hun studieoriëntatie, de inschrijving voor hbo en universiteit, de studiefinanciering, enz. De mentor concentreert zich vooral op de studiebegeleiding. Centraal in de informatievoorziening en begeleiding staat de interactieve website van de decanen: www.odulphus.dedecaan.net. U kunt, net als de leerlingen, ook als ouder of verzorger een account aanmaken en alle informatie raadplegen!
EXTRA BEGELEIDING Er is een dyslexie/dyscalculieregeling die inhoudt dat er voor de betrokken leerlingen bij proefwerken e.d. andere regels gelden. Er is geen ruimte om leerlingen extra te begeleiden op dit vlak, bijvoorbeeld via remedial teaching. Wel is er een dyslexiecoördinator, die er voor zorgt dat alle dyslectische en dyscalculische leerlingen in beeld zijn en blijven. De dyslexiecoördinator bepaalt in overleg met leerling en ouders op basis van het dyslexierapport welke faciliteiten gewenst zijn of geboden kunnen worden. Voor leerlingen die faalangstig zijn bestaan er trainingen o.l.v. twee docenten die daarvoor een opleiding hebben gevolgd. Zowel leerlingen uit de onderbouw als uit de bovenbouw kunnen hieraan deelnemen. Tenslotte is er een sociale vaardigheidstraining voor leerlingen van de onderbouw die op dat vlak een steuntje in de rug kunnen gebruiken. We hebben vier speciale begeleiders voor zgn. rugzakleerlingen die vallen onder de lgf-financiering. De school werkt op dit vlak samen met de andere Tilburgse scholen in het samenwerkingsverband Midden-Brabant. Voor leerlingen met andere problemen is geen algemeen beleid ontwikkeld. Per geval wordt bekeken welke vorm van begeleiding de beste is. We proberen zoveel mogelijk maatwerk te verlenen. De school is bezig met het opzetten van een taalbeleid en een rekenbeleid, gericht op alle leerlingen.
24
Odulphus bouwt
In de loop van het jaar zijn er verschillende manieren en momenten waarop de school en de ouders met elkaar in contact kunnen treden:
1 Via de mentoren De mentoren beschikken over de meest recente studieresultaten van de leerlingen. Met hen kunnen ouders contact opnemen. Ook voor zaken die te maken hebben met het welzijn van de leerling, kunnen de ouders het best contact opnemen met de mentor. Wij raden u aan de mentor te informeren, als door persoonlijke, gezins- of familieomstandigheden de leerprestaties van uw kind nadelig beïnvloed kunnen worden. Het is immers spijtig achteraf te moeten vernemen dat minder goede resultaten verklaard worden door oorzaken die buiten de schuld van de leerling liggen.
2 Via het leerlingenbureau en de adjuncten Het leerlingenbureau dient ter ondersteuning van de adjunct-directeuren die de afdelingen leiden. Twee docenten zorgen ervoor dat het leerlingenbureau de hele dag bereikbaar is voor leerlingen en ouders. Het leerlingenbureau is verantwoordelijk voor de (administratieve) afhandeling van een groot aantal zaken zoals te laat komen, absentie, doktersbezoek, sancties etc. De lijntjes tussen het leerlingenbureau en de adjunct-directeuren zijn kort; er is frequent overleg. De adjunct-directeuren blijven verantwoordelijk voor het wel en wee van hun leerlingen en hun afdeling.
3 Via witte en blauwe kaarten Witte kaarten worden door de vakdocent meegegeven aan de leerling, als die vakdocent van mening is dat de prestaties of werkhouding van de leerling te wensen overlaat. Blauwe kaarten worden verstrekt als een leerling bij het afwerken van opdrachten in het kader van de Tweede Fase een achterstand oploopt. Leerlingen die een blauwe kaart krijgen, kunnen worden verplicht de opgelopen achterstand op school in te halen.
schoolgids 2011–2012
4 Via rapportages Alle leerlingen krijgen drie keer per jaar een rapportage mee naar huis. In het jaaroverzicht, in MAGISTER en het OdulphusNieuws staat wanneer dat gebeurt. De cijfers zijn ook digitaal via MAGISTER toegankelijk via een persoonlijke inlogcode. De eerste twee rapporten geven telkens de stand van zaken weer, vanaf het begin van het schooljaar. Er wordt een gemiddelde per vak gegeven (niet afgerond cijfer). Op de laatste rapportage wordt het gemiddelde vervangen door een afgerond cijfer. Bij alle vakken wordt gewerkt met jaarcijfers: alle cijfers tellen dus mee voor de overgang. In het begin van het schooljaar worden de ouders van de leerlingen in de onderbouw op de hoogte gesteld van de verschillende weegfactoren die worden gehanteerd. In de bovenbouw blijven alle cijfers voor dossiertoetsen van invloed op alle rapportcijfers tot aan het eindexamen. De wijze van toetsen, weegfactoren, planning van toetsen etc. worden vermeld in het zgn. ‘Programma van toetsing en afsluiting’ dat elke bovenbouwleerling voor 1 oktober ontvangt.
5 Via ouderavonden en op afspraak met vakdocenten De school kent drie soorten ouderavonden. De data van de avonden worden tijdig gepubliceerd in MAGISTER, op de website en in het OdulphusNieuws. Op de algemene ouderavonden wordt informatie verstrekt die voor alle ouders van kinderen in een bepaald leerjaar van belang is. Zo zijn er voorlichtingsavonden voor ouders van brugklassers over de keuze voor gymnasium, atheneum of havo, voor ouders van derdeklassers over de profielkeuze, voor ouders van vierdeklassers over de Tweede Fase en voor ouders van examenkandidaten over vervolgstudies.
25
contact ouders
8 contacten met ouders
Daarnaast zijn er ouderavonden waarop ouders kunnen spreken met de mentor of met de vakdocenten van hun kind. De mentoren zijn het best geïnformeerd over de leerling, zijn gedrag en werkhouding. Ouders kunnen ook telefonisch, via de administratie, een afspraak maken met een vakdocent voor een gesprek. Contact via e-mail behoort eveneens tot de mogelijkheden. U vindt alle emailadressen op de website onder OUDERS.
6 Via klankbordgroepen Communicatie is tweerichtingsverkeer. Daarom stellen we het op prijs om de mening van ouders te horen en samen met hen te bouwen aan een goede school. Hoe u zich kunt aanmelden voor een klankbordgroep hoort u aan het begin van het schooljaar.
7 Via digitale kanalen Algemene en actuele informatie treft u aan op de website van de school www.odulphus.nl. Via MAGISTER blijft u op de hoogte van de
actuele stand van zaken m.b.t. de resultaten van uw zoon of dochter. Sinds januari 2011 sturen we geen brieven meer per post, maar via MAGISTER. Het is daarom belangrijk dat de school steeds beschikt over correcte e-mailadressen van ouders. In MAGISTER kunt u ook de agenda van uw zoon of dochter bekijken, met daarin het lesrooster en het opgegeven huiswerk. In het schooljaar 2011-2012 starten we voor leerlingen met de invoering van een Elektronische Leeromgeving. Eenmaal per 4 à 6 weken sturen we een digitale nieuwsbrief met daarin actuele informatie over praktische zaken die op dat moment binnen (en buiten) school spelen.
8 Via het OdulphusNieuws In dit blad, dat enkele malen per jaar verschijnt, vindt u steeds een reeks artikelen die voor de hele school of een bepaalde afdeling van belang zijn. U kunt zelf ook kopij aanleveren!
MEERDERJARIGE LEERLINGEN Vanaf je 18e ben je in Nederland niet meer leerplichtig, maar heb je alleen nog de kwalificatieplicht. Een startkwalificatie is een havo-, vwo-, of MBO-diploma. De overheid ziet dit niveau als minimumvereiste voor een goede participatie in de maatschappij. Dat de leerplicht ophoudt, verandert de verhouding tussen leerling, ouders en school enigszins. • Leerlingen moeten ouders toestemming geven hun resultaten in te zien via Magister. • Niet langer hoeft een ouder leerlingen afwezig te melden, leerlingen mogen dat zelf doen. • School is niet meer verantwoordelijk voor het handhaven van een leerling op school, de leerling is daar zelf verantwoordelijk voor. Deze laatste verandering houdt in dat een leerling er zorg voor moet dragen dat hij naar behoren functioneert in een school, zonder daar de hulp of controle van de ouders bij nodig te hebben. In de geest van die verandering hebben we dan ook de aanwezigheidsplicht voor leerlingen van 18 jaar en ouder. Deze houdt o.a. in dat 18+ers geacht worden op tijd aanwezig te zijn voor de lessen en zich houden aan afspraken die ook voor overige leerlingen gelden.
26
Odulphus bouwt
A De regelingen in de Programma’s van Toetsing en Afsluiting In het Examenreglement en het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) dat aan iedere leerling van klas 4-6 voor 1 oktober wordt uitgereikt, staat beschreven hoe de leerling dient te handelen bij klachten over de gang van zaken bij schoolonderzoeken en dossiertoetsen of -opdrachten.
B Reglement bezwaar en beroep in leerlingenzaken Het reglement bezwaar en beroep in leerlingenzaken regelt de procedure welke dient te worden gehanteerd voor de behandeling van bezwaar en beroep tegen besluiten met betrekking tot toelating, bevordering, schorsing en verwijdering van leerlingen en examenzaken. Het reglement ligt ter inzage op de schooladministratie.
C Regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie, geweld – waaronder pesten – en discriminatie Voor de school is een regeling vastgesteld door de Raad van Bestuur. Op basis van deze regeling wordt de zorg voor een prettig schoolklimaat en een prettige omgang met elkaar nagestreefd. De regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie en geweld – waaronder pesten– en discriminatie ligt ter inzage bij de schooladministratie.
D Klachtenregeling Voor de school is een klachtenregeling vastgesteld door de Raad van Bestuur. Op basis van deze regeling kunnen ouders en leerlingen klachten indienen over gedragingen en beslissingen of het nalaten daarvan van onderwijzend personeel, schoolleiding of bestuursleden. Een klacht op basis van de klachtenregeling wordt in behandeling genomen als er geen beroepsmogelijkheid is op basis van het algemeen reglement of de regeling ter voorkoming seksuele intimidatie, agressie en geweld – waaronder pesten – en discriminatie. De volledige klachtenregeling is achterin deze schoolgids opgenomen.
schoolgids 2011–2012
27
contact ouders
KLACHTENREGELINGEN
9 re s u l t a t e n De school publiceert sinds vele jaren de behaalde resultaten. De gegevens zijn afkomstig van de inspectie. Wanneer ze worden afgezet tegen de landelijke gemiddelden van vergelijkbare scholen, zijn ze een duidelijke indicatie voor de kwaliteit van de school. Hieronder vindt u de meest recente gegevens (www.onderwijsinspectie.nl > schoolwijzer > voortgezet onderwijs > Tilburg > Sint Odulphuslyceum). Vensters Voor Verantwoording biedt daarnaast ook een schat aan informatie. De meeste Nederlandse scholen hebben dit programma ingevuld, daarnaast levert de overheid (DUO) ook veel informatie. Zodoende is het mogelijk om scholen op een groot aantal punten met elkaar te vergelijken. U vindt een link naar Vensters op www.odulphus.nl > algemeen > kwaliteitszorg).
DOORSTROOMGEGEVENS VAN
2008-2009
NAAR
2009-2010
Doorstroomgegevens geven aan waar leerlingen aan het einde van het schooljaar naar toe gaan: hoeveel doubleurs zijn er, hoeveel gaan er naar een andere afdeling, hoeveel gaan er naar een hoger leerjaar, hoeveel verlaten de school, enz. In onderstaande tabel vindt u deze gegevens.* In de eerste kolom ziet u het leerjaar waar de leerlingen vandaan komen. In de daaropvolgende kolommen vindt u waar ze heen gaan. Donkerblauw gedrukt is het percentage op onze school, rood en cursief gedrukt is het landelijk gemiddelde van vergelijkbare scholen.
* bron: inspectie
klas 1 klas 2 havo 3 havo 4 havo 5 vwo 3 vwo 4 vwo 5 vwo 6
klas 1
klas 2
Odulphus
4
91
landelijk
1
91
Odulphus
2
landelijk
5
havo havo havo vwo 3 4 5 3
25 15
landelijk
12
0
81
1
14
86
0
landelijk
15
84
0
Odulphus
9
landelijk
8 1
landelijk
0
vwo weg1 weg2 6 + –
52 73
Odulphus
Odulphus
vwo 5
69
38
Odulphus
vwo 4
5 6
Odulphus
5
landelijk
4
5
88
3
89
0 0
5
0
7
0
3
0
4
0
2
10
1
6
0
0
0
1
6
0
80
5
4
0
80
8
0
2
1
6
87
2
8
86
Odulphus
1
15
84
landelijk
3
9
1
0
1
1
0
1
0
0
88
0
0
Odulphus
6
85
9
landelijk
4
88
8
1 weg met diploma of bevorderd. 2 weg zonder diploma of na doublure.
28
Odulphus bouwt
re s u l t a t e n
EXAMENRESULTATEN VAN
2001 T/ M 2010
In de onderstaande tabel zijn de eindexamenresultaten van de school te vinden, vergeleken met landelijke gemiddelden. De getallen geven aan hoeveel procent het aantal geslaagden op het St.-Odulphuslyceum afwijkt van het landelijk gemiddelde. De cijfers van de afgelopen jaren zijn bij elkaar gezet, zodat trends zichtbaar worden. 2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
HAVO
+ 3%
+ 9%
+10%
+ 7%
+ 1%
0%
0%
+ 8%
+ 3%
+ 0,5%
VWO
+ 1%
+ 5%
+ 5%
+ 3%
+ 1%
0%
0%
+ 3%
– 4%
– 3,5%
schoolgids 2011–2012
29
10 p ra k t i s c h e z a ke n EERSTE WEEK Het schooljaar 2011-2012 begint op maandag 29 augustus. De leerlingen worden via de website geïnformeerd over de gang van zaken tijdens de eerste schooldag.
UITREIKING BOEKENPAKKETTEN De school heeft geen eigen boekenfonds. De firma Iddink uit Ede levert de door de school voorgeschreven boekenpakketten. Ouders kunnen er voor kiezen deel te nemen aan het boekenfonds dat via deze firma geregeld wordt. Aan het einde van het schooljaar hebben alle leerlingen hierover informatie ontvangen. Deelnemers aan dit boekenfonds krijgen het boekenpakket – mits tijdig en op de voorgeschreven wijze besteld – thuis afgeleverd in de laatste twee weken van de vakantie. De school is overigens niet verantwoordelijk voor een goede en tijdige levering. Zie ook pagina 35.
VAKANTIES EN VRIJE DAGEN
2011-2012
Herfstvakantie 24 okt Kerstvakantie 26 dec Carnavalsvakantie 20 feb Pasen (Goede Vrijdag en Tweede Paasdag) 6 en 9 apr Meivakantie 30 apr Hemelvaart 17 en 18 mei Pinksteren (vrije dag) 28 mei Zomervakantie 2 juli
t/m 28 okt t/m 6 jan t/m 24 feb t/m 4 mei
t/m 17 aug
JAAROVERZICHT Het complete jaaroverzicht treft u aan op www.odulphus.nl. Hieronder staan alleen enkele belangrijke data:
Compo’s • • • •
21 t/m 28 november 5 t/m 12 maart 26 t/m 30 maart 11 t/m 19 juni
compoweek 1 (onderbouw begint op 21 november maar is eerder klaar) compoweek 2 (onderbouw begint op 5 maart maar is eerder klaar) extra compoweek, alleen voor eindexamenkandidaten eindcompoweek
Reisweek De vierdeklassers gaan op reis in het weekend van 21 april en komen terug op of rond 28 april. Voor de overige leerlingen is er van 23 t/m 27 april een activiteitenweek.
Centraal Examen Het CE start op 14 mei en duurt uiterlijk tot 31 mei. De diploma-uitreiking is op vrijdag 29 juni.
30
Odulphus bouwt
40 min
1
08.30–09.20
08.30–09.10
2
09.20–10.10
09.10–09.50
pauze 3
10.30–11.20
10.10–10.50
4
11.20–12.10
10.50–11.30
5
12.40–13.30
12.00–12.40
6
13.30–14.20
12.40–13.20
7
14.20–15.10
13.20–14.00
8
15.10–16.00
14.00–14.40
pauze
Bovenbouw 50 min
40 min
1
08.30–09.20
08.30–09.10
2
09.20–10.10
09.10–09.50
3
10.30–11.20
10.10–10.50
4
11.20–12.10
10.50–11.30
5
12.10–13.00
11.30–12.10
pauze
pauze 6
13.30–14.20
12.40–13.20
7
14.20–15.10
13.20–14.00
8
15.10–16.00
14.00–14.40
9
16.00–16.50
14.40–15.20
schoolgids 2011–2012
ROOSTERS EN LESTIJDEN • De aan het begin van het schooljaar uitgereikte roosters kunnen in de loop van het jaar gewijzigd worden. Uitgangspunt daarbij is dat alle leerlingen op werkdagen tussen 08.30 en 16.00 uur beschikbaar zijn voor schoolactiviteiten. • Roosterwijzigingen worden steeds zo vroeg mogelijk aan de leerlingen doorgegeven. Het rooster is ook via de website beschikbaar. • De lessen zijn opgebouwd uit eenheden van 50 minuten. Op enkele dagen wordt er gewerkt met een 40-minutenrooster. De lestijden staan hiernaast; in rood staat het 40minutenrooster. • De eerste pauze is gemeenschappelijk van 10.10 tot 10.30. Er is een flexibele middagpauze. De middagpauze voor klas 1 t/m 3 is van 12.10 tot 12.40. De leerlingen van de bovenbouw pauzeren van 13.00 tot 13.30.
LESUITVAL EN LESVERZUIM De school heeft de opdracht om lesuitval te voorkomen of te compenseren door het inzetten van docenten en lesassistenten of door het laten inhalen van lessen op een later moment. Voor de leerlingen van de onderbouw is een speciale voorziening gecreëerd in de vorm van zogenaamde plusuren. Wanneer een les uitvalt vanwege ziekte of anderszins, melden de leerlingen zich in de mediatheek. Daar worden zij opgevangen en werken zij aan hun taken. Dit kunnen opdrachten van de eigen vakdocent zijn, maar ook taken die door vaksecties speciaal hiervoor zijn aangemaakt, enerzijds remediërend, anderzijds verrijkend en uitdagend. Er is altijd een docent aanwezig. Er is plaats voor twee klassen tegelijk in de mediatheek. Meestal volstaat dat, maar door samenloop van omstandigheden is het af en toe onmogelijk om alle lessen die vervallen op deze manier te vervangen. Op ongeoorloofd lesverzuim door leerlingen wordt streng gecontroleerd. Ongeoorloofd lesverzuim is elk verzuim dat niet veroorzaakt wordt door ziekte of waarvoor van tevoren geen toestemming is verkregen van de schoolleiding. Ongeoorloofd lesverzuim wordt altijd bestraft. Veelvuldig spijbelen kan leiden tot doorverwijzing naar de leerplichtambtenaar en naar Buro Halt.
31
p ra k t i s c h
Onderbouw 50 min
MEDIATHEEK EN ICTHEEK De mediatheek en de ictheek zijn plaatsen waar de leerling van 08.30-16.30 uur zelfstandig en in alle rust kan werken. De mediatheek is het ‘stiltecentrum’ van de school. Leerlingen kunnen er studeren, huiswerk maken en boeken of andere leermiddelen lenen. Tijdens de pauzes is de mediatheek/studiezaal alleen toegankelijk voor leerlingen, die van de bibliotheek gebruik willen maken. In de mediatheek kunnen boeken, videobanden, dvd’s en cd-roms worden geleend. Tijdschriften liggen ter inzage. Er zijn computers met internetaansluiting en dvd-spelers. Via de computer kunnen de catalogus met beschikbare boeken en andere media worden geraadpleegd. Ook de catalogus van de Openbare Bibliotheek Tilburg kan worden bekeken. Het lenen van materialen in de mediatheek is – op vertoon van de schoolpas met pasfoto – gratis. Er mogen niet meer dan twee boeken tegelijkertijd worden geleend en boeken moeten op tijd, d.w.z. binnen drie weken, worden teruggebracht. In de mediatheek staan ook exemplaren van alle op school gebruikte studieboeken. Ze mogen alleen in de mediatheek zelf worden gebruikt. Leerlingen kunnen hun tijd dus altijd nuttig besteden. De ictheek is het digitale studiecentrum van de school. Er zijn ruim 100 computers, allemaal met internetaansluiting. Op het computernetwerk staan onderwijsondersteunende programma’s voor bijna alle vakken. Leerlingen kunnen er vrij gebruik van maken, mits zij zich houden aan de regels. Omdat de leerlingen vanaf klas 1 regelmatig gebruik moeten maken van de printers en omdat het ondoenlijk is afdrukken per stuk in rekening te brengen, wordt aan iedere leerling een klein bedrag aan papierkosten in rekening gebracht.
OPBERGKASTJES EN GARDEROBE Elke leerling kan beschikken over een afsluitbaar kastje voor het opbergen van een jas, regenkleding, helm, sportkleding of andere spullen. De huur bedraagt € 10,- per jaar; de eerste keer wordt ook een sleutelgeld van € 10,- gevraagd. Bij inlevering van de sleutels wordt dit bedrag weer terugbetaald.
32
Odulphus bouwt
FORMULIEREN KINDERBIJSLAG ETC . Formulieren die door de school moeten worden ondertekend, kunnen bij de administratie worden ingeleverd. Ze kunnen dan volgens afspraak weer opgehaald worden.
SCHOOLVERZEKERINGEN De Raad van Bestuur heeft een algemene aansprakelijkheidsverzekering afgesloten voor ondergeschikten (personeel en vrijwilligers) bij Marsh. Deze verzekering dekt schade als de ondergeschikte aansprakelijk is voor beschadiging, teniet of verloren gaan van zaken (zaakschade) dan wel letsel of benadeling van gezondheid (personenschade). Schades waarvoor de school aansprakelijk is moeten onmiddellijk aan de school worden gemeld. De school meldt de schade bij de verzekeringsmaatschappij. Onder de verzekering vallen bijvoorbeeld niet: diefstal uit garderobes, fietsenstallingen en uit onbeheerd achtergelaten tassen van leerlingen en vernielingen aan fietsen in de fietsenstalling. Evenmin is de school aansprakelijk voor vernielingen aan eigendommen van leerlingen. Ten behoeve van scholieren die stage gaan lopen, zijn er aparte clausules opgenomen in de algemene aansprakelijkheidsverzekering. Bij werkoriëntatieopdrachten (korter dan 15 dagen) wordt de aansprakelijkheid aangenomen als hierover niets afzonderlijks is geregeld in de stageovereenkomst. Voor stages die langer duren dan 15 dagen, en waarvoor een stageovereenkomst is vastgesteld, geldt dat de aansprakelijkheid van de leerlingen is meeverzekerd voor schade die is toegebracht aan het stageadres, of aan derden tijdens de stageactiviteiten, vanaf het moment dat zij voor het verrichten van die activiteiten op het stageadres zijn gearriveerd, tot het moment dat zij na het beëindigen van de activiteiten het stageadres verlaten. Als de stageovereenkomst geen bepalingen over aansprakelijkheid bevat, rust de aansprakelijkheid – conform het burgerlijk wetboek – bij de werkgever (stagebedrijf). De Raad van Bestuur heeft een doorlopende reisverzekering afgesloten. Dit betekent dat deelnemers aan schoolreizen en buitenlandse reizen zijn verzekerd tegen personenschade en zaakschade. De polisvoorwaarden van alle verzekeringen zijn ter inzage beschikbaar op de administratie van de school. Als ouders de dekking van deze verzekering onvoldoende vinden, dienen ze zelf voor bijverzekering zorg te dragen. Voor andere of hogere vergoedingen kan de Raad van Bestuur niet aansprakelijk gesteld worden. Een annuleringsverzekering, indien gewenst, dient u zelf af te sluiten.
schoolgids 2011–2012
33
p ra k t i s c h
Leerlingen mogen geen jassen, regenkleding, helmen etc. meenemen in de klaslokalen. Als ze hun spullen niet in hun kluisje willen opbergen, kunnen ze gebruik maken van de kapstokken die op verschillende plaatsen in de school zijn aangebracht. De school aanvaardt geen aansprakelijkheid voor beschadiging, zoekraken of diefstal.
11 f i n a n c i ë n 18–
KINDGEBONDEN BUDGET
Als u kinderen hebt onder de 18 jaar, krijgt u misschien Kindgebonden budget. Dit is een bijdrage in de kosten voor uw kinderen tot 18 jaar. Hoeveel u krijgt, hangt af van het – gezamenlijke – inkomen en het aantal kinderen jonger dan 18 jaar. Hoe meer kinderen u hebt, hoe hoger uw Kindgebonden budget kan zijn. Ook de leeftijd van uw kinderen is van belang.
18+
TEGEMOETKOMING STUDIEKOSTEN EN ZORGTOESLAG
Na het kwartaal waarin leerlingen 18 geworden zijn, ontvangen de ouders geen kinderbijslag meer. Leerlingen kunnen dan, vanaf het kwartaal nadat ze 18 geworden zijn, zelf een tegemoetkoming in de directe studiekosten aanvragen. Deze tegemoetkoming heet ‘Tegemoetkoming Scholieren’ en kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd, doch uiterlijk 31 juli van het betreffende schooljaar. Stuur de aanvraag daarom het liefst 3 maanden voor de 18de verjaardag op. Leerlingen met de Nederlandse nationaliteit (en bepaalde typen verblijfsvergunningen) en een Nederlandse zorgverzekering kunnen zorgtoeslag aanvragen als ze niet te veel verdienen. Dit geldt ook als ze bij ouder(s) of verzorger(s) op de polis staan. U vindt alle informatie over deze onderwerpen, inclusief de aanvraagformulieren, op deze site: www.odulphus.dedecaan.net/handig/geldzaken
BOEKEN , LEER - EN HULPMIDDELEN Het OMO-beleid Ouderbijdrage kent twee categorieën. Hierna worden deze categorieën omschreven, inclusief een niet limitatieve opsomming van specifieke materialen en diensten. Vervolgens per categorie enkele opmerkingen die specifiek voor het St.-Odulphuslyceum gelden.
34
Odulphus bouwt
Categorie 1: Odulphus
Lesmateriaal, verbruiksmateriaal en diensten door scholen kosteloos aan ouders te verstrekken: • Lesmateriaal: leerboeken, werkboeken, project- en tabellenboeken, examentrainingen, eigen leermateriaal van de school, bijbehorende cd’s of dvd’s en de ontsluiting van digitaal leermateriaal (de kosten van licenties) die een leerling in dat leerjaar nodig heeft. • Verbruiksmateriaal*: zoals proefwerkpapier, verf, hout, tekenpapier, eenvoudige gereedschappen. • Diensten: activiteiten en diensten die het collectieve belang van de school dienen en/of als algemene voorziening gelden: mediatheek, leeszaal, zorgstructuur, computers, leerlingenraad, diploma-uitreiking, viering, introductie, sportdag.
Het merendeel van de boeken en leermiddelen die gratis aan de leerling ter beschikking worden gesteld (informatiedragers dus) wordt geleverd via IDDINK.
* Verbruiksmateriaal is kosteloos voor zover het om een ‘standaardnormale’ hoeveelheid gaat. In specifieke gevallen is toewijzing naar categorie 2 mogelijk.
Aan het einde van het schooljaar krijgt iedereen bericht over de wijze van bestellen. Bestellen gebeurt via de website van IDDINK. De bij IDDINK bestelde boeken worden aan het einde van de vakantie thuis afgeleverd. Aan het einde van het schooljaar moeten alle door IDDINK geleverde boeken weer bij IDDINK worden ingeleverd. Er wordt geen borg gevraagd voor de boeken.
FIRMA I DDINK www.iddink.nl 0900–4442222
De schoolcode, nodig voor uw contacten met de firma IDDINK, krijgt u persoonlijk per post thuis gestuurd.
Categorie 2: OMO Lesmateriaal en diensten door scholen tegen betaling aan ouders te verstrekken: ouderbijdrage voor noodzakelijke schoolkosten en facturering van geleverde diensten: Lesmateriaal: materiaal dat ouders op verzoek van school aanschaffen, door school omschreven als essentieel vanuit onderwijskundig perspectief en noodzakelijk voor het volgen van onderwijs. In deze categorie valt materiaal dat persoonsgebonden is, door meer gezinsleden kan worden gebruikt en/of jaren meegaat: agenda, atlas, woordenboek, multomappen, gereedschap, rekenmachine, sportkleding, materiaal studie- en beroepskeuze.
schoolgids 2011–2012
Diensten: educatieve excursies, culturele activiteiten en andere diensten, door school omschreven als essentieel vanuit onderwijskundig perspectief, maar waarvoor de school geen bekostiging krijgt. Voor deze activiteiten geldt, dat in alle gevallen de school een vervangend programma tijdens de normale lestijd als alternatief moet bieden in het geval de ouder beslist hiervoor niet te betalen. Diensten die niet essentieel zijn vanuit onderwijskundig perspectief, zoals borg opbergkastjes, een schoolkamp, een wintersportreis of bepaalde festiviteiten, worden gefactureerd als geleverde dienst vanuit het principe ‘de gebruiker betaalt’.
35
financiën
Categorie 1: OMO
Categorie 2: Odulphus Lesmateriaal: • Schoolwoordenboeken FR-NE/NE-FR, DUNE/NE-DU, EN-NE/NE-EN (bij voorkeur van Dale pocketwoordenboeken) • Koenen (van Dale) woordenboek Nederlands; voor onder- en bovenbouw • Een handwoordenboek voor Latijn voor gymnasiasten uit klas 4-6. Aanbevolen wordt het Woordenboek van Pinkster (Amsterdam, University Press) • Een handwoordenboek Grieks voor gymnasiasten met Grieks uit klas 4-6. Aanbevolen wordt Woordenboek Grieks-Nederlands van Hupperts (Uitgeverij Eisma) • Rekenmachine onderbouw: TI-30XB Multiview of TI-30XS • Rekenmachine bovenbouw TI-83+plus of TI84-plus • Odulphus Schoolagenda, verplicht voor klas 1, 2 en3 • Materiaal studie- en beroepskeuze • Facultatief is de aanschaf van De Grote Bosatlas, (53e druk, Noordhoff) De atlas, de woordenboeken en de rekenmachines kunnen door de school aan de leerlingen aan het begin van het schooljaar met ruime korting geleverd worden. U kunt wellicht met de aanschaf daarop wachten. • Sportkleding: leerlingen moeten tijdens de lessen lichamelijke opvoeding sportkleding dragen, zowel in de zaal als op het sportveld. In de sportzaal wordt met het oog op de hygiëne en voor het behoud van de vloeren, een voor zalen geschikte sportschoen voorgeschreven die geen strepen achterlaat.
36
Op het kunstgrasveld mogen geen binnenschoenen en geen voetbalschoenen worden gebruikt. De sportkleding voor klas 1-3 moet voldoen aan de volgende eisen: voor iedereen het witte Odulphusshirt en een rood sportbroekje. De docenten lichamelijke opvoeding verstrekken gedurende de eerste schoolweek op aanvraag bonnen, waarmee bij onze leverancier een korting van 15% op de aankoop van kunstgrasschoenen is te krijgen. Aan de eersteklassers wordt in de eerste les lichamelijke opvoeding een set van 2 shirts met opdruk en een rode sportbroek verstrekt. De kosten (€ 25,-) worden via de incassoregeling geïnd. Diensten onderbouw: • Educatieve excursies en projecten • Zomerkamp • Huur kluisje • Schouwburgabonnement Diensten bovenbouw: • Educatieve excursies en projecten • Buitenlandse reizen klas 4 • Uitwisseling/internationalisering klas 5 • Taizé-reis eindexamenklassen • Zeilkamp • Examenjaarboek • Huur kluisje • Schouwburgabonnement
Odulphus bouwt
financiën
STICHTING LEERGELD In steeds meer gezinnen is het niet haalbaar om de kinderen mee te laten doen met sportclubs of muziekles. Zelfs de kosten die de school met zich meebrengt (schoolmateriaal, excursies, schoolkamp) zijn voor steeds meer ouders niet op te brengen. Soms kunnen deze gezinnen geen of achteraf pas een beroep doen op bijzondere bijstand of een andere voorziening. Zij kunnen echter wel rekenen op de Stichting Leergeld. Als ouders een aanvraag indienen voor bekostiging van (buiten)schoolse activiteiten komt een medewerker van de Stichting op bezoek om de mogelijkheden te bespreken. Als ouders van deze mogelijkheid gebruik willen maken, kunnen zij een aanvraag indienen bij Stichting Leergeld. Stichting Leergeld is in onze regio actief voor bewoners van de volgende gemeentes: Tilburg 013-5801211 Goirle en Riel 013-5302111
SPONSORING De school staat kritisch tegenover het sponsoren van schoolactiviteiten. Schoolactiviteiten mogen alleen gesponsord worden als de sponsor op geen enkele manier invloed heeft op de inhoud van de activiteiten en als de sponsoring niet in strijd is met het pedagogisch-didactische klimaat en de missie van de school. Op dit moment beperkt de sponsoring zich tot enkele advertenties in het leerlingenblad PIT (van hogescholen of universiteiten) en – zeer incidenteel – in het OdulphusNieuws. De inkomsten daarvan komen ten goede aan de PIT. Verder ontvangt de school een klein geldbedrag voor het ophangen van enkele reclameborden waarvan een deel uitsluitend gebruikt wordt voor informatie over studie en beroep. De andere borden geven voor minimaal 50% ideële reclame. Eventuele reclameposters die de school niet welgevallig zijn, worden verwijderd. Het geld wordt gebruikt voor leerlingenactiviteiten. Het convenant ‘Scholen voor primair en voortgezet onderwijs en sponsoring’, dat gedragsregels bevat die scholen als richtlijn kunnen gebruiken bij hun sponsorbeleid, ligt bij de administratie ter inzage.
schoolgids 2011–2012
37
12 m e d ewe rke r s e n functionarissen ONS MIDDELBAAR ONDERWIJS EN DE SCHOOL Het St.-Odulphuslyceum ressorteert onder het bevoegd gezag van de raad van bestuur van de Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs. Daarmee is de raad van bestuur het schoolbestuur. De rector heeft de verantwoordelijkheid voor de goede gang van zaken in de school. De rector rapporteert rechtstreeks aan de voorzitter van de raad van bestuur. Als klankbord voor de rector heeft de school een raad van advies. De raad van advies bestaat uit personen die geworteld zijn in de samenleving, die de school omringt. De raad van advies adviseert de rector over onderwijsbeleid en leerlingbegeleiding. De voorzitter van de raad van bestuur van OMO is dhr. drs. E.G.H. Bernard M.P.M. De raad van bestuur is bereikbaar via telefoonnummer 013-5955500 en is gevestigd aan de Spoorlaan 171 in Tilburg. Het postadres is Postbus 574, 5000 AN Tilburg; mail:
[email protected]. De vereniging kent een ledenraad. Vanuit de raden van advies van iedere school worden twee personen afgevaardigd naar de ledenraad. Daarnaast kunnen ouders van leerlingen, die onderwijs volgen op een OMO-school, lid worden van de vereniging. Via dit lidmaatschap kan men deelnemen aan de vergadering van de ledenraad. De ledenraad wordt jaarlijks door de raad van bestuur geïnformeerd over het OMO-beleid. Bovendien benoemen de leden van Ons Middelbaar Onderwijs de acht leden van de raad van toezicht, die belast is met het toezicht op de raad van bestuur. Een aanmeldingsformulier voor het lidmaatschap kunt u opvragen bij het bureau van Ons Middelbaar Onderwijs of via de website www.omo.nl. Er wordt geen lidmaatschapsgeld gevraagd. Het brinnummer van de school is: 21 FV.
38
Odulphus bouwt
m e d ewe rke r s
DIRECTIE De directie van de school bestaat uit de rector, twee conrectoren en vijf adjunct-directeuren. Hun namen, functies, telefoonnummers op school en e-mailadressen vindt u hieronder.
Kerndirectie
Adjunct-directeuren
• N.N. rector, algemene leiding 013-5426652 • Dhr. mr. C.M.A. Luijsterburg conrector onderwijs, zorg, personeel 013-5499164
[email protected] • Dhr. drs. J.W.M. Beesems MME conrector organisatie, communicatie, kwaliteitszorg 013-5499167
[email protected]
• Mevr. F. van Hoof, brugklas, communicatie 013-5499169
[email protected] • Dhr. drs. T.H.P.M. Swinkels gymnasium, onderwijs 013-5499175
[email protected] • Mevr. ir. H.D. Palte 2, 3 en 4 atheneum, zorg, kwaliteitszorg 013-5499168
[email protected] • Dhr. C.F.J. Verstraten havo, personeel 013-5499165
[email protected] • Dhr. M.A.C.M van Broekhoven 5 en 6 vwo, organisatie 013-5499166
[email protected]
DECANAAT EN ZORG Decanaat • Mevr. J.G.A.M. Roeffen
[email protected] • Dhr. L.L. Rongen
[email protected]
Zorg • Mevr. E. Doorakkers zorgcoördinator
[email protected] • Dhr. G. Coret vertrouwenspersoon
[email protected] • Mevr. J.M. Ramaekers vertrouwenspersoon
[email protected]
DOCENTEN De namen, afkortingen, functies en e-mailadressen van docenten en leden van het onderwijs ondersteunend personeel vindt u op de website als u bent ingelogd als ouder. Naast e-mailcontact kunt u voor overleg of voor het maken van een afspraak natuurlijk bellen met de administratie van de school: de betreffende docent neemt z.s.m. via e-mail of telefoon contact met u op.
schoolgids 2011–2012
39
MEDEZEGGENSCHAPSRAAD Subgeleding docenten en overig personeel Mevr. E. Denissen Dhr. M. Dierikx Dhr. J. Harts – secretaris Dhr. Drs. N. Hesselberth Dhr. P. de Jongh Mevr. M. Lampe Dhr. J. Stil Dhr. J. van de Ven
Subgeleding ouders Mevr. P. Kokke Dhr. E. Niemeijer Dhr. R. van de Sanden Mevr. C. Schellekens
Subgeleding leerlingen Daan Gommers Reinout Jansen Freek Reffeltrath Marit de Roij
GEMEENSCHAPPELIJKE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD ( GMR ) OMO Ons Middelbaar Onderwijs kent ook een Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad. De leden, bestaande uit vertegenwoordigers van ouders en personeel, worden gekozen door de medezeggenschapsraden van de afzonderlijke scholen.
OUDERRAAD De Ouderraad wil de schakel zijn tussen school en ouders. De activiteiten worden vermeld in het OdulphusNieuws en op de website van de school. Mevr. B. Elbers 013-5900857 Mevr. D. Elling 013-4686368 Dhr. P. Korte 013-5812322 Dhr. J. Krouwels – voorzitter 013-8501906
[email protected] Dhr. J. Lousberg 013-5361346 Dhr. J. Mutsaers 06-23068005 Mevr. A. Sonke 013-4638819 Mevr. L.Wolfs – secretaris 013-4681686
[email protected] Mevr. K. Zwikker 013-5431079
40
Odulphus bouwt
Preambule De onderwijswetgeving is met ingang van 1 augustus 1998 gewijzigd in verband met de invoering van het schoolplan, de schoolgids en het klachtrecht, ook wel de Kwaliteitswet genoemd. De inwerkingtreding van de Kwaliteitswet betekent onder meer dat de Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs verplicht is een klachtenregeling vast te stellen en in te voeren. Volgens die wet kunnen ouders en leerlingen klachten indienen over gedragingen en beslissingen of het nalaten daarvan van het Bestuur of het personeel. Vanuit de Missie van Ons Middelbaar Onderwijs wil het Bestuur inhoud geven aan de kwaliteit van het onderwijs, bewaken dat die kwaliteit wordt gerealiseerd en vaststellen welke maatregelen ter verbetering nodig zijn. Binnen de scholen wordt een kwaliteitsbeleid gevoerd dat in elk geval het onderwijskundig beleid, het personeelsbeleid en het kwaliteitsbeleid in enge zin omvat. Het klachtrecht heeft een belangrijke signaalfunctie met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs. Door de klachtenregeling ontvangen het Bestuur en de school signalen, die hen kunnen ondersteunen bij het verbeteren van het onderwijs en de goede gang van zaken op school. Met de regeling wordt beoogd een zorgvuldige behandeling van klachten, waarmee het belang van de betrokkenen wordt gediend, maar ook het belang van de school. De klachtenregeling van de Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs betreft geen modelregeling, waarin de school nog een en ander kan wijzigen. Elke school dient gebruik te maken van deze door de Raad van Bestuur vastgestelde regeling. Er is geen enkele wijziging in de regeling toegestaan. Dat klachten op een behoorlijke manier dienen te worden afgehandeld, spreekt voor zich. Daarbij dient ook ten opzichte van de aangeklaagde een behoorlijke afhandeling in acht te worden genomen. Indien een klacht is ingediend, die onterecht blijkt te zijn, zal het Bestuur zich inspannen om betrokkene zo nodig naar vermogen te rehabiliteren. Een klacht die betrekking heeft op de persoonlijke integriteit, te weten seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie dient te worden afgehandeld via de regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie van de Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs van 31 mei 1999. Tegen een besluit inzake toelating, bevordering/afwijzing en definitieve verwijdering is bezwaar mogelijk bij de Raad van Bestuur en dient te worden afgehandeld op de wijze zoals vermeld in het algemeen reglement van de dagscholen Ons Middelbaar Onderwijs. Alle andere klachten lopen via deze nieuwe algemene klachtenregeling, die gebaseerd is op de Kwaliteitswet. Ten behoeve van de klachtenregeling van de Vereniging OMO zal een zullen er acht regionale klachtencommissies ingesteld worden. Bij de samenstelling van de commissies zal er gestreefd worden naar een gelijk aantal mannelijke en vrouwelijke leden. Op het niveau van de school bestaat er een reglement voorfase klachtbehandeling, dat de mogelijkheid biedt tot afhandeling van een klacht op schoolniveau buiten een klachtencommissie om. Deze voorfase gaat vooraf aan het officieel indienen van een klacht bij de betreffende regionale klachtencommissie. Het Hoofdbestuur van de Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs gelet op de bepalingen van de Wet op het voortgezet onderwijs; gelet op de missie van de Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs; gehoord de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad; heeft in zijn vergadering van 31 mei 1999 de klachtenregeling van de Vereniging OMO vastgesteld. Als gevolg van de invoering van de gelede managementstructuur is onderhavig reglement in technische zin gewijzigd door het Dagelijks Bestuur in zijn vergadering van 13 november 2001. Tilburg, 13 november 2001
Artikel 1: Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. school: een school als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs; b. commissie: de commissie als bedoeld in artikel 2; c. klager: een leerling, een ouder/voogd/verzorger, een lid van het personeel; d. klacht: klacht over gedragingen en beslissingen van de aangeklaagde dan wel het nalaten van gedragingen en het niet nemen van beslissingen door de aangeklaagde; e. aangeklaagde: (een lid van) het personeel, het bevoegd gezag. f. bevoegd gezag: Raad van Bestuur van de Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs. g. directeur: de rector, directeur of voorzitter van de centrale directie van een school van de Vereniging.
Artikel 2: Instelling en taken klachtencommissie 1. 2. 3.
4.
Er is een klachtencommissie voor een of een aantal scholen van het bevoegd gezag die de klacht onderzoekt en het bevoegd gezag hierover adviseert. De klachtencommissie geeft advies aan het bevoegd gezag over: a. (on)gegrondheid van de klacht; b. het nemen van maatregelen. De klachtencommissie neemt, ter bescherming van de belangen van alle direct betrokkenen, de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht bij de behandeling van een klacht. De leden van de klachtencommissie zijn verplicht tot geheimhouding van alle zaken die zij in die hoedanigheid vernemen. Deze plicht vervalt niet nadat betrokkene zijn taak als lid van de klachtencommissie heeft beëindigd. De klachtencommissie brengt jaarlijks aan het bevoegd gezag schriftelijk verslag uit van haar werkzaamheden.
Artikel 3: Samenstelling klachtencommissie 1. 2. 3.
De klachtencommissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden, die worden benoemd, geschorst en ontslagen door het bevoegd gezag. Het bevoegd gezag benoemt overeenkomstig het eerste lid de plaatsvervangende leden. De klachtencommissie wijst uit haar midden een (plaatsvervangend) voorzitter aan, die geen deel uitmaakt van het bevoegd gezag en niet werkzaam is voor of bij het bevoegd gezag.
schoolgids 2011–2012
41
klachten
13 k l a c h t e n re ge l i n g
Artikel 4: Zittingsduur 1. 2.
De (plaatsvervangende) leden van de klachtencommissie worden benoemd voor de periode van vier jaar en zijn terstond herbenoembaar voor maximaal 2 perioden. De voorzitter en de leden kunnen op ieder moment ontslag nemen.
Artikel 5: Indienen van een klacht 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
De klager dient de klacht in bij de klachtencommissie. De klacht dient binnen 60 werkdagen na de gedraging of beslissing te worden ingediend, tenzij de klachtencommissie de termijn wenst te verlengen. Indien de klacht bij het bevoegd gezag wordt ingediend, verwijst het bevoegd gezag de klager naar de klachtencommissie. Indien de klacht wordt ingediend bij een ander orgaan dan de in het eerste en derde lid genoemde, verwijst de ontvanger de klager aanstonds door naar de klachtencommissie. De ontvanger is tot geheimhouding verplicht. Op de ingediende klacht wordt de datum van ontvangst aangetekend. Na ontvangst van de klacht deelt de klachtencommissie het bevoegd gezag, de klager en de aangeklaagde binnen vijf werkdagen schriftelijk mee dat zij een klacht onderzoekt en wat de aard van de klacht is. Klager en aangeklaagde kunnen zich laten bijstaan of laten vertegenwoordigen door een gemachtigde.
Artikel 6: Intrekken van de klacht Indien de klager tijdens de procedure bij de klachtencommissie de klacht intrekt, deelt de klachtencommissie dit aan de aangeklaagde en het bevoegd gezag mee.
Artikel 7: Inhoud van de klacht 1. 2.
3. 4.
De klacht wordt schriftelijk ingediend en ondertekend. De klacht bevat ten minste: a.de naam en het adres van de klager; b.de dagtekening; c. een omschrijving van de klacht. Indien niet is voldaan aan het gestelde in het tweede lid, wordt de klager in de gelegenheid gesteld het verzuim binnen twee weken te herstellen. Is ook dan nog niet voldaan aan het gestelde in het tweede lid, dan kan de klacht niet-ontvankelijk worden verklaard. Indien de klacht niet-ontvankelijk wordt verklaard wordt dit aan de klager, de aangeklaagde en het bevoegd gezag schriftelijk en met redenen omkleed gemeld.
Artikel 8: Vooronderzoek De klachtencommissie is in verband met de voorbereiding van de behandeling van de klacht bevoegd alle gewenste inlichtingen in te winnen. Zij kan daartoe deskundigen inschakelen en hen zo nodig uitnodigen voor de hoorzitting. Indien hieraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het bevoegd gezag vereist.
Artikel 9: Hoorzitting 1. 2. 3. 4.
5.
De voorzitter bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de klager en de aangeklaagde tijdens een niet-openbare vergadering in de gelegenheid worden gesteld te worden gehoord. De hoorzitting vindt plaats binnen vier weken na ontvangst van de klacht. De klager en de aangeklaagde worden buiten elkaars aanwezigheid gehoord, tenzij de klachtencommissie anders bepaalt. De klager en de aangeklaagde kunnen zich hierbij laten bijstaan. Van elke hoorzitting wordt een verslag gemaakt. Het verslag bevat: a. de namen en de functie van de aanwezigen; b. een zakelijke weergave van wat over en weer in de zitting is gezegd. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en een lid van de commissie.
Artikel 10: Advies 1. 2.
3. 4.
De klachtencommissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het advies. De klachtencommissie rapporteert haar bevindingen schriftelijk aan het bevoegd gezag, onder toevoeging van het verslag van de hoorzitting, binnen vier weken nadat de hoorzitting heeft plaatsgevonden. Deze termijn kan met vier weken worden verlengd. Deze verlenging meldt de klachtencommissie schriftelijk en met redenen omkleed aan de klager, de aangeklaagde en het bevoegd gezag. De klachtencommissie geeft in haar advies een gemotiveerd oordeel over het al dan niet gegrond zijn van de klacht en deelt dit oordeel schriftelijk mee aan de klager en de aangeklaagde. De klachtencommissie kan in haar advies tevens een aanbeveling doen over de door het bevoegd gezag te treffen maatregelen.
Artikel 11: Quorum Voor het houden van een zitting is vereist, dat ten minste de helft van het aantal leden van de klachtencommissie, en de voorzitter aanwezig zijn.
Artikel 12: Niet-deelneming aan de behandeling De voorzitter en de leden van de klachtencommissie nemen niet deel aan de behandeling van een klacht, indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.
Artikel 13: Beslissing op advies 1.
42
Binnen vier weken na ontvangst van het advies van de klachtencommissie deelt het bevoegd gezag aan de klager, de aangeklaagde, en de klachtencommissie schriftelijk gemotiveerd mee of hij het oordeel over de gegrondheid van de klacht deelt en of hij naar aanleiding van dat oordeel maatregelen neemt en zo ja welke. De mededeling gaat vergezeld van het advies van de klachtencommissie en het verslag van de hoorzitting.
Odulphus bouwt
Deze termijn kan met ten hoogste vier weken worden verlengd. Deze verlenging meldt het bevoegd gezag schriftelijk en met redenen omkleed aan de klager, de aangeklaagde en de klachtencommissie.
Artikel 14: Openbaarheid 1. 2.
De directeur van de school legt deze regeling op de school (en haar nevenvestigingen) ter inzage. De directeur van de school stelt alle belanghebbenden op de hoogte van deze regeling, door middel van publicatie in de schoolgids.
Artikel 15: Klachten met betrekking tot seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie In afwijking van hetgeen bij dit reglement is bepaald, dient een klacht die betrekking heeft op seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie afgehandeld te worden via de Regeling ter voorkoming van seksuele intimidatie, agressie, geweld (waaronder pesten) en discriminatie van de Vereniging OMO d.d. 31 mei 1999.
Artikel 16: Overige bepalingen 1. 2. 3.
Deze regeling treedt in werking op 1 juni 1999. In gevallen waarin de regeling niet voorziet, beslist het bevoegd gezag. Deze regeling kan worden aangehaald als "Klachtenregeling Ons Middelbaar Onderwijs".
Aldus vastgesteld in de vergadering van het Hoofdbestuur van de Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs op 31 mei 1999 en als gevolg van de invoering van de gelede managementstructuur in technische zin gewijzigd door het Dagelijks Bestuur in zijn vergadering van 13 november 2001.
schoolgids 2011–2012
43
klachten
2.
44
Odulphus bouwt