Interconfessionele Scholengemeenschap
Maa rtens
Magazine Col lege Leren
4
jaargang 5 2005
Onder andere Jaarverslag van de rector
2
Vrouw/vrouwelijk
4
Alles wat je doet op school doe je om er voor te zorgen dat de leerlingen goed kunnen leren. Dat klinkt wel heel saai en bovendien zijn niet alle omstandigheden op school zo fantastisch dat je kunt stellen dat we hieraan ook voldoen. Zo hebben we echt ruimtegebrek en zijn we driftig op zoek naar manieren om meer mogelijkheden te creëren om ons onderwijs een betere kans te gunnen. Een theaterzaal, een stille studieruimte, een betere gymzaal, eigenlijk nog een computerlokaal.
De mens achter de vrijwilliger
6
Skireis Maartenscollege 2005
7
Groeten uit Mozambique
8
Cijferkraker op het intenet voor TTO-ers
12
Over het examen
13
De Dame op zolder
12
Kalender
19
Leren doen we namelijk steeds vaker op andere manieren. We zijn geen school die zich al heeft gestort op het “Nieuwe Leren” waar de kranten veel over schrijven, maar ons onderwijs is wel degelijk aan het veranderen. Er zijn veel projecten, presentaties, optredens, theatervoorstellingen, excursies, reizen, bezoeken aan bedrijven en lezingen. Er zijn steeds meer actieve leerlingen met inspraak op school, leerlingen die vrijwilligerswerk doen, die helpen met onderwijs en begeleiding aan de lagere klassen, die acties organiseren voor goede doelen. De foto’s en verhalen in dit Maartens Magazine getuigen hiervan. Niet alleen de leerlingen leren van al deze activiteiten, ook de docenten die erbij betrokken zijn en die de leerlingen hierbij stimuleren ontwikkelen zich. Een andere didactiek, een andere manier van kijken naar je studenten, nieuwe samenwerkingsvormen met collega’s, een verdere afstemming van vakken op elkaar, alert zijn op scholing om je deskundigheid te vergroten. Het zijn allemaal stapjes in de goed richting. Vorige week had ik een fantastische dag waarop ik waardering voor onze school in mijn kantoortje kreeg gepresenteerd. ’s Ochtends stond er al een bos tulpen, het vijfde uur verscheen de hele gala-
commissie met een presentje en een uur later kreeg ik bezoek van twee oud-leerlingen, die met een gevoel van heimwee hun oude school bezochten en even kwamen bijpraten. Op mijn vraag wat ze misten nu ze van school waren was het antwoord: een zekere huiselijkheid en warmte. Dat zij zo over de school denken hebben ze aan zichzelf te danken, deze twee jongens waren altijd bereid om mee te doen aan activiteiten en te helpen bij de organisatie. Ze hadden daar ook heel veel van geleerd vertelden ze en hadden daar baat bij nu ze aan hun HBO-opleiding waren begonnen. Hoe dan ook, na zo’n dag kan ik er weer weken tegen. Waar kan ik dan weer helemaal tegen? Tegen de problemen die de onderwijsvernieuwing voor ons met zich meebrengt. Altijd te weinig middelen om te zorgen voor een goed ingericht gebouw waarin je de collega’s de ondersteuning biedt om door te gaan op deze weg om voor de leerlingen te blijven zoeken naar prikkelende vormen van onderwijs. We zouden al gebaat zijn bij één extra grote ruimte. De leerlingenraad smeekt om een rustige studieplek, de collega’s roepen om een zaal voor presentaties, theater, colleges, lezingen…….. We zijn driftig op zoek naar een oplossing. Kan iemand ons helpen met ideeën? Als dat zo is….GRAAG! – Aagje Verkerk, redactie
[email protected]
Laat je talent groeien Middelbare beroepsopleidingen in de beroepsopleidende (leren én stage) en beroepsbegeleidende leerweg (werken én leren) op het gebied van: ▲ Gezondheidszorg ▲ Welzijn ▲ Dienstverlening ▲ ICT ▲ Techniek ▲ Handel ▲ Administratie ▲ Sport en Bewegen Veel educatieve trajecten: ▲ Toeleidende en toerustende trajecten ▲ Trajecten voor anderstaligen ▲ Dagopleidingen (Mavo, Havo, VWO)
Centraal adres: Hora Siccamasingel 312
Postbus 212, 9700 AE Groningen
tel. (050) 597 30 00
www.alfa-college.nl
het christelijk Regionaal Opleidingencentrum voor Noord- en Oost-Nederland
Maa rtensMagazine
Col lege
I n h o u d n r.
4
– maart 2005
Jaarverslag van de rector – 2 De leerlingenraad: doeltreffende hobbyisten – 4 Vrouw/vrouwelijk. Havo 5 overtreft zichzelf – 4 De mens achter de vrijwilliger - 6 Broaden your horizon! – 7 Redactie o.a. Mw. A.S. Verkerk Mw. H.L.M. Kruger Mw. M. Klomp Vormgeving Fontijn & Partners, Smilde Fotografie, o.a. Frits Riemersma Ruud van Mieghem Aagje Verkerk Antoine Giusti
Skireis Maartenscollege 2005 - 7 Groeten uit Mozambique - 8 The lady in the attic - 8 IBMYP Personal Project Presentations - 10 Trip to Ypres for MYP 4s - 11 Cijferkraker op het internet voor TTO-ers - 12 A Curious Incident....? Let’s hope not! - 12 Over het examen - 13 Belangrijke data voor examenleerlingen - 13
Druk Wilco, Amersfoort
Selectieprocedures in het hoger onderwijs - 14 Het mentoraat op het Maartenscollege - 14
Maartenscollege Postbus 6105 9702 HC Groningen telefoon: 050-5375200 fax: 050-5343245 e-mail:
[email protected] www.maartenscollege.nl
“De Dame op Zolder” - 16 Sint Maarten, de mantel delen op 11 november - 17 Kerstactiviteiten op het Maartens - 18 Kalender - 19
Bezoekadres: Hemmenlaan 2, Haren Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
1
Jaarverslag van de rector De vrijdag voor de krokusvakantie nam ik te baat om de collega’s te informeren over de stand van zaken op het Maartens. In mijn mondeling jaarverslag heb ik verslag kunnen doen over algemene zaken, onderwijs, organisatie, formatie, financiën, taakbeleid, personeel en huisvesting. Het werd een verhaal van 15 kantjes en in dit artikel vindt u een min of meer puntsgewijze samenvatting van die onderwerpen die ook voor u als ouders interessant kunnen zijn.
Algemeen Kernwaarden en toekomstvisie
We hebben vorig jaar onze kernwaarden en toekomstvisie vastgesteld. Het gaat er daarbij om duidelijk te maken wie en wat we (als school) zijn om vervolgens aan te geven waar we naartoe willen. En dat blijkt in de praktijk erg lastig, vooral als je het niet alleen bij woorden wil houden. We proberen om de visie op elk niveau in de school een rol te laten spelen. Het mag duidelijk zijn dat dit onderwerp nog flink wat extra inspanning vraagt. Leerlingaanmelding
De aanmelding van leerlingen is de afgelopen jaren steeds succesvoller geweest. Hadden we in 2000 een instroom van 187 leerlingen; 1 augustus van dit jaar meldden zich 266 leerlingen voor het eerste leerjaar aan. Voor de school als totaal is er een groei geweest van 113 leerlingen over de afgelopen 4 jaar. De school telt op dit moment 1380 leerlingen. We bereiken hiermee de grenzen van de grootte van de school. Alleen kwalitatief hebben we nog voldoende groeiaspiraties! Schoolbestuur
Er vindt op dit moment onderzoek plaats naar een mogelijke samenwerking met de Carmelstichting, een groot schoolbestuur met Hengelo als vestigingsplaats. Het spreekt vanzelf dat we voorafgaand aan de gesprekken met deze stichting, waar een twaalftal scholen in vooral het noordoosten van het land bij aangesloten is, een aantal uitgangspunten hebben geformuleerd. Het belangrijkste is dat we zeggenschap houden over de inrichting van ons onderwijs en zelf verantwoordelijk blijven voor de manier waarop we dat met elkaar willen blijven doen. Dat sluit goed aan bij de filosofie van de Carmelstichting: het investeren in sterke zelfstandige scholen. Wij moeten niet iets anders worden, maar vooral onszelf blijven, is ons uitgangspunt. Ondersteuning vanuit een groter verband moet alleen onze eigen doelstellingen dichterbij brengen.
Onderwijs Visie op leren
Onze minister heeft bij haar aantreden, een jaar of twee geleden, aangegeven dat van haar geen radicale hervormingen zijn te verwachten. De hoofdboodschap van de minister was dat de leerling 2
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
centraal staat. De leerling moet zich zo volledig mogelijk kunnen ontplooien en een zo hoog mogelijk diploma halen. En wat de scholen betreft gaat de minister er van uit dat de scholen zelf het initiatief nemen voor verandering en vernieuwing. Op dit moment is er sprake van een pas op de plaats om tijd te nemen voor het kiezen van een breed gedragen visie op onderwijs. Niet de schoolleiding alleen moet die keuze maken. Aan teams (de docenten die de begeleiding en het onderwijs verzorgen) wordt eerst de ruimte gegeven om hun eigen voorkeuren duidelijk te maken. Na een periode van organisatorische en financiële ingrepen is het nu tijd voor discussie over het vak. Het vak van docent zijn om leerlingen te motiveren en te stimuleren om meer uit henzelf te halen. Veranderingen
Ondanks de belofte van de minister om scholen rust te gunnen staan ons de komende jaren toch wel veranderingen te wachten. De basisvorming moet toch weer op de schop en de Tweede Fase wordt in 2007 aangepast. Onze eigen keuze betreft de mogelijkheid voor een aantal leerlingen uit TTO 4. Zij kunnen komend jaar voor het eerst al hun vakken volledig Engelstalig gaan volgen met het vooruitzicht dit traject af te sluiten met het diploma International Baccalaureat. Internationale school
Onze internationale school telt op dit moment tussen de 80 en 85 leerlingen. Daarmee zijn wij de kleinste van de negen internationale scholen in ons land. Dit aantal wordt vooral bepaald door de economische activiteit in het noorden. Meer internationale bedrijven zorgen er voor dat meer internationale medewerkers zich hier vestigen met hun gezin. Op dit moment zijn de economische activiteiten beperkt. Dat is een reden tot zorg. Er wordt door de school veel energie gestoken in het zoeken naar mogelijkheden om dit bijzondere onderwijs voor het noorden toch goed te kunnen blijven aanbieden. Werken in teams
Het leren van de leerling staat centraal op het Maartenscollege.
Een logisch gevolg is dat de school zich in teams heeft georganiseerd. De lijn is dat we steeds meer in deze teams gaan doen. Onder leiding van de teamleiders krijgen de teams meer eigen verantwoordelijkheid voor hun leerlingen. Er zullen daardoor verschillen ontstaan. Een vmbo-team zal andere keuzes maken voor haar leerlingen dan een vwo-team. Een goede ontwikkeling!
kwam. Dat positieve resultaat was slechts een kleine plus van ongeveer € 25.000 op een begroting van € 8 miljoen. Voorzichtigheid blijft geboden. In Nederland wordt door de overheid naar verhouding minder geld uitgetrokken voor onderwijs dan in vele omringende landen en dat blijft zorgwekkend. De wens om meer personeel aan te trekken, meer lessen te geven en meer te doen voor het gebouw blijft sterk.
Kwaliteitsbeleid
Meer en meer wordt er van scholen gevraagd dat ze zelf plannen maken en hun eigen onderwijs inrichten. Dat geldt voor de school als geheel, maar ook voor de delen zoals de teams en de secties. Was het vroeger zo dat landelijk werd geregeld hoe het onderwijs er uit moest zien met een inspectie die precies aangaf wat er moest, tegenwoordig wordt van scholen verwacht dat zij aangeven welke prioriteiten er worden gesteld, afhankelijk van de leerlingen die de school bezoeken. Vervolgens bekijkt de inspectie of de kwaliteitseisen die daarbij zijn gesteld, naar behoren zijn behaald. Deze cyclus van plannen, doen, bijstellen en opnieuw plannen, begint op alle niveaus een plek te krijgen
Verzuimcijfers
De jaarcijfers waar het verzuim betreft zien er voor onze school gunstig uit. Afgelopen jaar was de netto ziekte 3,0%; in het jaar ervoor was dat nog 0,2% hoger. Wat verstaan we onder netto verzuim? Dat is alle verzuim met uitzondering van langdurig zieken (meer dan een jaar) en zij die verzuimen in verband met zwangerschapsverlof. Bij bruto verzuim zijn langdurig zieken en zwangerschap wel meegeteld. In vergelijking met de andere scholen voor voortgezet onderwijs in de regio zijn onze cijfers gunstig; het gaat daarbij om de scholen die ook bij onze Arbo-dienst zijn aangesloten. Afgelopen jaar bedroeg dat percentage voor alle VO-scholen samen 4,4. Er was sprake van een stijging ten opzichte van het jaar daarvoor.
Leerlingenraad
Van groot belang is het gesprek over onderwijs met onze leerlingen. De voorzitter van de leerlingenraad, Rick McDonald, sprak tijdens dit mondelinge jaarverslag (moedig!) zijn docenten toe over het werk dat de leerlingenraad dit jaar oppakt. De leerlingenraad zelf heeft in dit Maartens Magazine een eigen stuk geschreven.
Financiën, personeel Financiën
Voor het eerst in jaren is het afgelopen jaar afgesloten met een positief resultaat. In vergelijking met voorgaande jaren kwam het er op neer dat we niet meer hebben uitgegeven dan er binnen
Huisvesting Huisvestingsproblematiek
Het werken in teams zorgt ervoor dat er behoefte bestaat om ook op het gebied van huisvesting een aantal zaken aan te passen. Het zou goed zijn wanneer de teamindeling ook zichtbaar is in de school. Elk team bij elkaar op een gang of vleugel. Dat maakt dat samenwerking tussen de teamleden, docenten èn leerlingen beter tot stand kan komen. Met een teamkamer en een ruimte voor de teamleider als middelpunt. En vooral een vaste basis voor leerlingen, die niet meer het hele gebouw hoeven te doorkruisen, tussen twee belsignalen. Zo proberen we de huisvesting aan te laten sluiten bij ons onderwijs en onze organisatie. Dat betekent een herbezinning over de inrichting van de school. Vanzelfsprekend is hiervoor ook financiële ruimte een noodzaak. Communicatie
De schoolleiding geeft keer op keer aan dat we het plezierig vinden om te communiceren met alle betrokkenen binnen en buiten de school. Dat doen wij door veel informatie te verstrekken en het gesprek levendig te houden met bijdragen in o.a. het Maartens Magazine en tijdens bijeenkomsten met docenten tijdens o.a. de open-haard-gesprekken en met ouders in de ouderraad of de contactoudergroepen. Reacties naar de school zijn meer dan welkom. Ik nodig iedereen dan ook uit reacties te (blijven) geven. Via de schoolmedia of via de postbus van de e-mail. Uw bijdrage is van harte welkom! – Kees Torreman rector
[email protected] Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
3
De leerlingenraad: doeltreffende hobbyisten Persoonlijk zie ik de leerlingenraad, hierna te noemen LeRa, als een orgaan dat in naam van de leerlingen een gesprekspartner vormt voor de schoolleiding en verder er naar streeft problematiek en wenselijkheden met betrekking tot de leerlingen zodanig bespreekbaar te maken dat de algehele leefsfeer voor alle partijen wordt verbeterd of goed blijft.
De LeRa komt als volgt tot stand. Op basis van interesse komt er aan het begin van het jaar een groep leerlingen bijeen. Dit zijn diegenen die het vorige jaar al hebben aangeven het komende jaar weer bij de LeRa betrokken te willen zijn. Met uitzondering van de eerste klas wordt er vervolgens een vertegenwoordiger voor elk niveau, leerjaar en profiel gekozen. De eerste klassen worden pas later benaderd omdat zij aan het begin van hun eerste jaar nog niet (lang) genoeg bij de school betrokken zijn. Wanneer er meerdere mensen per profiel zijn, houden alle betrokkenen van dat profiel een redevoering waarom hij of zij in de LeRa zou moeten zitten. Daarna kiezen de overige leden, door middel van het opsteken van een hand, een persoon. Dit directe systeem is een redelijk harde, maar ook democratische en rechtvaardige manier van selecteren. Hierna wordt er op dezelfde manier een voorzitter, vice-voorzitter en een notulist gekozen. De LeRa is op vele gebieden actief. Zo zitten er twee leden van de LeRa in de medezeggenschapsraad. In de MR zijn vertegenwoordigd: leden van de schoolleiding, ouders, leraren en dus ook leerlingen. Thema’s als de verhouding tussen leraar en leerling en met name het verbeteren daarvan, alsook de soos die weer in gebruik is en de stunt 2005 zijn onlangs nog besproken. De verhouding tussen leraar en leerlingen neemt de LeRa serieus op en er wordt momenteel gewerkt aan een systeem van hoor en wederhoor. Dat moet er voor zorgen dat de lessen voor leerlingen en leraren aangenamer worden. Iedere leerling kan de LeRa schriftelijk bereiken door middel van het sturen van een e-mail of door een brief in de gele LeRa-brievenbus te doen. Deze brievenbus hangt nu nog onder de moni-
tor in de aula maar krijgt waarschijnlijk binnenkort een nieuwe plaats waar hij meer opvalt. Ieder idee, voorstel, suggestie, etc. wordt in elk geval besproken. Tot slot is er vorige week een nieuw voorstel in de LeRa aangenomen dat de overige leerlingen, zonder een lidmaatschap, of leerlingen die democratisch uit de LeRa gestemd zijn, toch meer betrokken laat zijn bij de LeRa. Er wordt namelijk een open vergadering gehouden en wel op 13 april 2005. De eerste twee uren wordt er in de aula vergaderd en iedereen die iets denkt te kunnen bijdragen is welkom. Maar om dit op een nette en verantwoorde manier te laten verlopen, worden alleen de leerlingen die een voorstel of idee hebben afgemeld voor de les die zij op dat moment hebben. Voor meer informatie adviseer ik u de Maartenssite in de gaten te houden. Kortom, de LeRa draait weer op volle toeren met enthousiaste leerlingen die werkelijk wat bijdragen aan zaken betreffende de school. De leden vinden het leuk om bij elkaar te komen en tegelijkertijd wat zinnigs voor de school te betekenen. En ik kan u verzekeren, wij doeltreffende hobbyisten gaan hier mooi mee door! – Thom van der Veen H5
Vrouw/vrouwelijk. Havo 5 overtreft zichzelf Enkele weken geleden begonnen Con en Ronald met het Havo 5-project: DE MODESHOW! De modeshow die ondertussen meer veranderd is in toneel, is altijd een groot succes. Havo 5 verdeelde zich in 12 groepjes. De groepjes zijn allemaal druk bezig geweest met het maken van een poster, filmpje, toneelstuk en (eigen gemaakte) kleren. Volgens mij kon iedereen wel zien dat er veel tijd in gestoken is.
Ook de technische commissie was weer aanwezig. Omdat er vorig jaar veel geklaagd is over de TC, in verband met filmpjes en muziek, hebben we samen met Con afgesproken dat alles ingeleverd 4
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
moest zijn voor de generale repetitie. Donderdagmorgen, het is negen uur. Half slapend slepen we de spullen naar de gymzaal, om daar op te bouwen. De gymzaal, helemaal leeg, alleen tapijt op de vloer,
alles moet nog gebeuren. We halen tafels uit de aula om twee podia op te bouwen. Eén voor de TC, en één voor de show. De ramen worden afgeplakt en alles wordt aangesloten. Zoals altijd gaat er wel iets mis. Deze keer met de laptop en beamer, maar dat kwam ook weer goed. Dus rond een uur of één waren we klaar voor de generale repetitie. Alleen waren er geen groepjes. Om vier uur (afgesproken tijd) kwam het groepje tampons en bierbuiken oefenen. Respect voor dat groepje!! Pas rond een uur of negen gingen we allemaal
maar richting huis. Vrijdagmorgen vroeg op school, licht en geluid doen met een kop koffie in de hand, proberen wakker te blijven. Langzaam stroomt de gymzaal vol met Havo 5 leerlingen; sommigen zijn al verkleed, anderen hebben grote tassen vol spullen. Er komt gelukkig veel publiek. Sommigen moeten zelfs staan. De eerste die het podium betrad was Rudi Schür. Hij was tevens ook degene die het project afsloot. De inleiding bestond uit het uitleggen wat de reden van deze gezellige bijeenkomt was en het voorstellen van de presentatrices. Dit waren spontane meisjes van ‘Het Parool’ die helemaal uit Amsterdam waren gekomen om het gebeuren rond de presentaties wat op te fleuren. De eerste indruk van de dames was: spontaan, vrolijk, origineel en gewaagd. Kwaliteiten die voor een presentatie goed van pas komen. Wat ook wel leuk en weer eens wat anders was, was de methode van niet de stukjes inleiden met iets, maar het achteraf bespreken. Ze haalden dan de deelnemers even naar voren om vragen te stellen als: Hebben jullie van te voren geloot over wie welke persoon moest zijn of was dat al meteen duidelijk? Dit ging soms niet helemaal zonder sarcasme en het uiten van een mening, maar was, zeker in begin, wel verfrissend. Er waren 12 groepen van 3 tot 8 mensen. En ik moet zeggen dat ik verbaasd was over hoe professioneel alles er uit zag. De groepen waren er op uitgetrokken om andere mensen en gebeurtenissen te fil-
men of hadden zelf een film in scène gezet. Vervolgens zijn ze allemaal achter de computer geklommen om het geheel goed aan elkaar te plakken, het geheel te voorzien van bijpassende muziek, ondertiteling en de nodige speciale effecten. Ook de aftitelingen waren een must. Maar alleen een filmpje was niet genoeg. Ook op de presentatie zelf moest nog iets neergezet worden. Dus werden alle toneelkunsten uit de kast gehaald om stukken uit de film op het podium verder uit te werken, te verduidelijken of na te spelen. Hierbij hadden jongens zich in minirokjes gehesen en waren voorzien van pruiken en lippenstift. Dit zorgde natuurlijk voor de
nodige humor. Zo werden alle vrouwelijke trekjes goed benadrukt, werd het verschil tussen de vrouwen vroeger en nu behandeld en werd het vrouwelijke lichaam op biologische manier besproken. Er waren ook hele serieuze stukken over hoe moeilijk het is voor meisjes die het lichaam van een jongen hebben, over loverboys, over verschillende culturen. Het was echt heel erg leuk om te zien hoeveel creativiteit de groepen hadden gestoken in het geven van de geweldige presentaties. De lichten gaan weer aan, afgelopen… De zaal is leeg genoeg om af te bouwen, want een paar uur later moet alles weer opgebouwd zijn in de aula voor de disco van de 1e en 2e klassen. Met zijn allen hebben we twee keer met zo’n twaalf meter trus (lichtbalken waar de lampen aan gehangen worden) met nog lampen eraan van de gymzaal naar de aula gelopen. Ondertussen werden de statieven snel langs ons gebracht en neergezet in de aula om ons van de zware “last” te verlossen... In een rap tempo was de gymzaal leeg en kon alles weer door gaan als normaal. Con en Ronald, het was weer een groot succes! Volgend jaar thema man/mannelijk? – Floor en Linde van Dongen (H5 en H4)
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
5
De mens achter de vrijwilliger Onderstaand artikel is verschenen in: ’t Nieuwsblad van St. Zorginstellingen ’t Gooregt te Haren. Met dank aan de redactie plaatsen we het in ons Maartens Magazine.
In deze serie maken we aan de hand van 10 vragen portretten van de vrijwilligers die in onze instelling hun waardevolle werkzaamheden verrichten. In dit artikel stellen we aan u voor de Maartenscollegevrijwilligers. U kunt ze vinden op de huiskamers, bij de zangavond, maar ook als er extra activiteiten georganiseerd worden, zoals de opening van Grand Café de Middelhorst, staan zij ons met veel enthousiasme bij.
1. Wie zijn de mensen achter de Maartenscollegevrijwilligers? Op dit moment zijn bij ons zeven scholieren van het Maartenscollege actief. Hun namen zijn: Joost Verstappen, Thea van den Bosch, Tesca Flapper, Astrid van der Huizen, Lisanne Verberkt, Lotte Posthumus en Emma Gans. Tesca en Thea wonen in Groningen, de andere vijf komen uit Haren. Ze zijn tussen de 13 en de 15 jaar. Zij zijn echt de jongste groep vrijwilligers die we in huis hebben. Allen volgen zij de richting TTO (tweetalig onderwijs) op het Maartenscollege. Ze krijgen les in de Nederlandse en de Engelse taal. Vanuit school wordt afgesproken dat de leerlingen een aantal uren vrijwilligerswerk doen per schooljaar, om hun maatschappelijke bewustzijn te vergroten. Daartoe maken zij zelf afspraken met instellingen of organisaties. 2. Wanneer zetten zij de eerste stappen op ’t vrijwilligerspad bij ’t Gooregt? Een kerstproject op school was aanleiding om als vrijwilliger bij ’t Gooregt aan de slag te gaan. Joost, Thea, Tesca en Astrid hielden zich in 2003 creatief bezig met het maken van een kerstpresentje voor de 6
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
– Door Ellis ten Hoove bewoners. Lisanne, Lotte en Emma deden in hetzelfde jaar mee aan het kerstconcert voor bewoners. Eenmaal de sfeer geproefd binnen ’t Gooregt besloten zij bij ‘t Gooregt, lekker dicht bij school, hun ‘maatschappelijke taak’ te vervullen. 3. Wat doen zij zoal in de organisatie? Joost en Astrid assisteren eens per twee weken bij de zangavond in De Meent. Zij halen bewoners op en brengen ze na afloop weer terug naar hun appartement. Tijdens de zangavond assisteren zij met koffie en thee en delen ze de zangboeken uit. Joost laat gerust een etentje aan zijn neus voorbij gaan om elke zangavond aanwezig te kunnen zijn. Maar ja, als toekomstig piloot is discipline een belangrijke zaak. Astrid verstuikte met turnen haar enkel en liep op krukken, maar belde of zij toch nog met iets kon helpen. Ook de wandelvierdaagse wordt vol enthousiasme meegelopen Thea en Tesca zijn als hecht vriendinnenteam vooral oproepbaar bij activiteiten georganiseerd vanuit het verenigingsleven. Opening van Grand Café Middelhorst, vakkundig inpakken van broodmandjes, High Tea in het kader van de dag van de Mantelzorg. Noem een activiteit en met het nodige enthousiasme staan ze klaar voor onze bewoners. Lisanne, Lotte en Emma, de 13-jarige benjamins van het stel, zijn elke dinsdagmiddag op een huiskamer in Avondlicht te vinden. Samen met activiteitenbegeleider Dieneke Schipper maken zij, onder het genot van een kop thee, een praatje met de bewoners of spelen zij een gezellig spel. Bij mooi weer gaan ze met de bewoners een frisse neus halen. 4. Hoeveel tijd besteden zij gemiddeld per week aan vrijwilligerswerk. Het aantal uren dat gewerkt wordt is wisselend. De meeste scholieren hebben een vaste activiteit waar ze bij helpen. Vaak zijn zij in overleg extra inzetbaar, zolang er geen belangrijke tentamens zijn die de volle aandacht vragen. De kwaliteit gaat trouwens boven de kwantiteit en de school is het hier mee eens.
5. Aan welk voorval denken zij met veel plezier terug? De avondvierdaagse was erg leuk. Tijdens het voortduwen van de bewoners kon je goed met ze praten en onderweg was ook nog tijd voor een gezellige picknick. Iedereen behaalde zijn ‘wandelvierdaagsecertificaat’. En de afsluitingsceremonie met patat en frikadel was een groot succes. 6. Voelen zij zich gewaardeerd door de organisatie? Hier hoeft niet lang over nagedacht te worden. Er zijn veel mensen die hun kennen en herkennen. Vaak worden ze later nog eens bedankt voor hun hulp…. 7. Waar winden zij zich over op? Het rondbrengen van de koffie ’s avonds was vroeger met de koffiekar gezelliger. Soms is het moeilijk om te bedenken wat je moet doen als een bewoner in paniek is. Je weet dan niet zo goed wat er aan de hand is met iemand. Het beste is dan een verzorger te halen. Soms is er twijfel over wat wel en niet kan en mag. Mag je iemand uit een rolstoel helpen? Dat zijn moeilijke en vervelende dingen, je wilt zo graag helpen….. 8. Hoe kijken zij aan tegen de komende veranderingen…..de nieuwbouw? Dat is nog zo ver weg, daar hebben ze nog niet over nagedacht. 9. Wat is het advies aan nieuwkomers? Draai eens een dagje mee met een oudere vrijwilliger die al lang aan ’t Gooregt verbonden is. Deze mensen weten veel en daar kun je van leren. 10. Hoe luidt jullie lijfspreuk? Na een korte en diepe stilte en vragende ogen komt de volgende uitspraak opborrelen: ‘Samen sterk!’ Dit wordt na wijs beraad aangevuld en zo ontstaat de volgende lijfspreuk:
‘Jong en oud, samen sterk!’ Zo jong en zoveel wijsheid……als dat geen maatschappelijk bewustzijn meer is! We hopen nog op veel jaren samenwerking met het Maartenscollege en andere scholen, zolang enthousiaste scholieren als Joost, Tesca, Thea, Astrid, Lisanne, Lotte en Emma ons Gooregt-pad kruisen.
Profielreizen naar Engeland in week 42
Broaden your horizon! Evenals vorig jaar worden er ook dit jaar in de week vóór de herfstvakantie drie reizen naar Engeland georganiseerd voor de leerlingen uit Havo 5 en Vwo 5 (nu vierdeklassers). Deze reizen vinden in profielverband plaats.
Het Havo Maatschappijteam (met de profielen Cultuur & Maatschappij en Economie & Maatschappij) gaat naar Bath en Londen. Het Vwo Maatschappijteam gaat naar Oxford en Londen. Het Havo/Vwo Natuurteam (met de profielen Natuur & Gezondheid en Natuur & Techniek) gaat naar Cambridge en Londen. De leerlingen zullen in tweetallen (een enkele keer in drietallen) twee of drie nachten in gastgezinnen doorbrengen. Vooraf kunnen zij aangeven met wie zij in het gastgezin willen verblijven. Het verblijf is op basis van vol pension. Een lokale contactpersoon is verantwoordelijk voor een goede organisatie ter plaatse. Er is een vast ontmoetingspunt in de wijk waar de leerlingen zitten en er zijn vaste verzameltijdstippen. ’s Ochtends om 08.30 uur brengen de gastouders de leerlingen naar het ontmoetingspunt om hen
daar ’s avonds om 18.30 uur weer op te halen. Overdag treffen de leerlingen elkaar en hun begeleiders voor een interessant programma toegesneden op hun profiel. Dit programma wordt samengesteld door de begeleidende docenten in overleg met de reisorganisatie. Bij verschillende vakken zal de reis worden voorbereid om het educatieve gehalte zo hoog mogelijk te laten zijn. Er zullen excursies worden georganiseerd naar belangrijke musea, historisch of landschappelijk interessante plaatsen, bedrijven, bijzondere gebouwen en dergelijke. De laatste dag of dagen zal/zullen in Londen worden doorgebracht, met bezoeken aan de absolute ‘musts’, zoals het Shakespeare Globe Theatre, Tate Gallery, Science Museum, Westminster Abbey, beroemde warenhuizen, een spetterende voorstelling, …, afgestemd op het profiel van de leerling. Iedere leerling krijgt voor deelname 80
studielasturen. De leerlingen die niet mee op reis gaan, gaan in die week gewoon naar school. Voor hen is er dan een aangepast lesrooster met een aantal vervangende activiteiten. De inschrijving voor deze reizen start op 21 maart en sluit op 8 april. Het maximum aantal deelnemers per bestemming is 50. Het minimum aantal 30. Bij minder dan 30 inschrijvingen kan de reis niet doorgaan. Bij over-intekening komt een leerling op de wachtlijst te staan. De ervaring heeft ons echter geleerd dat daaruit zelden wordt geput. De inschrijving is geldig op het moment dat het formulier (+ ‘contract’ voor goed gedrag) volledig ingevuld is geretourneerd en er € 50,- als aanbetaling (niet restitueerbaar!) is overgemaakt op giro 813502 van de Stichting Maartenscollege Groningen, o.v.v. “Engelandreis”. Afhankelijk van de bestemming en het aantal deelnemers zullen deze reizen ± € 300,- kosten (inclusief entreegelden). We zullen de kosten zo laag mogelijk proberen te houden. – Rudi Schür, teamleider HM team
Skireis Maartenscollege 2005 Zaterdagavond om 18.00 uur zijn alle deelnemers van de 19e skireis in Neukirchen teruggekeerd in Haren. Een week met uitstekende sneeuwcondities, veel verse sneeuw, niet al te veel zon, een voorbeeldige groep skiërs en een defecte motor tijdens de terugreis in de bus kenmerkten de week.
De 19e skireis van het Maartenscollege in Neukirchen is een feit. Er hebben zich tijdens de week nagenoeg geen ongevallen onder de leerlingen voorgedaan. Een lichte verrekking van een knieband heeft een leerling doen moeten stoppen met skiën. De leerlingen hebben zich prima aan de gemaakte afspraken gehouden. Ook de ouders /verzorgers verdienen een compliment voor de manier waarop ze hun kinderen hebben voorbereid. Door een val over een ijsplaat liep Guus Klein-Lankhorst een spierverrekking in zijn rug op. Guus was gedwongen om bedrust te nemen en was niet meer in staat om te skiën.
Helaas deed zich een probleem voor aan de motor van de bus bij de terugreis. Tijdens een tweede stop bij een garage bleek dat de koelstofpomp defect was en er geen onderdelen op dat moment voorhanden waren. Het vermoeden bestond al dat we met deze bus niet konden doorrijden wat vervoersbedrijf Jan van Delen deed besluiten om direct met een nieuwe bus vanuit Nederland ons tegemoet te rijden en ons op te halen. In goed onderling overleg met reisorganisator G2-reizen en vervoersbedrijf Jan van Delen is een ieder voorzien van een extra betaalde lunch. Dit nam niet weg dat de bus om ongeveer 18.00 uur de parkeerplaats van het Mer-
cure hotel in Haren opreed. Al met al een hele consternatie en een vertraging van de terugreis, maar voor ons stond veilig met zijn allen thuis voorop en dat is gelukt. – Frist Riemersma, organisatie
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
7
Groeten uit Mozambique Kerst 2004 hebben leerlingen uit de onderbouw een inzamelingsactie gehouden voor Madre Rosetta, een opleidingscentrum voor kansarme meisjes in Maputo, de hoofdstad van Mozambique. De opbrengst van de actie was een kleine 1400 euro, meer dan voldoende voor een jaarsalaris van 2 docenten.
Dat geld, en alle kaarten die leerlingen van het Maartenscollege aan de leerlingen in Maputo hadden geschreven, is in februari aan de school overhandigd. Marjoke de Grijs heeft bij die gelegenheid
foto’s gemaakt die we graag in het Maartensmagazine willen afdrukken. Ze geven een indruk van het enthousiasme waarmee zij door de leerlingen en hun docenten ontvangen is. In alle klassen is het verhaal verteld van Sint Maarten, de man naar wie onze school vernoemd is. En de kaarten van onze leerlingen zijn in de gang van de school opgehangen. We zullen in de toekomst misschien rechtstreeks contact met de school kunnen hebben. Nu was het nog improviseren: op een meegenomen laptop werden foto’s van onze school aan de leerlingen van Madre Rosetta getoond. En ook de vijf docenten
die dit schooljaar aan de leerlingen lesgeven, waren bereid voor de camera te poseren. Maar de meeste indruk maken toch de leerlingen zelf. Van hun gezichten straalt het enthousiasme, de wilskracht en de energie om van de opleiding het beste te maken. Een ding is duidelijk: wij gaan door met het ondersteunen van dit project. Omdat zij het waard zijn! – Marion de Grijs, conrector onderbouw
I N T E R N AT I O N A L PA G E S
The lady in the attic, is leaving for Geneve (Vertaling van dit artikel vindt u op bladzijde 16 + 17) An interview with Heleen Tims IBMYP coordinator of IS and TTO who has her office in the attic of the Esserberg
What’s your background? For some people you seem to be born MYP coordinator, which can’t be true or is it? I was born in Vlaardingen, the Netherlands. I followed elementary school in Pakistan and I did my high school in the USA. I studied Economics at the university in Groningen. After that I didn’t really know what to do with my life. I did many of other things: I became a self defence teachers for girls (red: Heleen has a second degree black belt in Tae Kwon-Do) and a piano teacher. None of this earned enough money and therefore I decided to become a Mathematics teacher! When did you start at Maartens College? In 1997 I started at Maartens College in the Dutch Department. It was my first job as a teacher in a secondary school. My first class was not such a success but when I moved to the International school I felt more at home with my International background. I had never thought I would enjoy teaching Maths and it was a revelation to me because I loved it! How did you become the IBMYP coordinator of Maartenscolle8
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
ge? My first thoughts on education came when I moved from the U.S. to study Econometrics in Groningen. I found that my fellow students studied very differently from the way I did: they learned all the tricks by heart whereas I had learned to focus on understanding. That made my university studies much easier for me, and I was honestly proud of my American education. My next eye-opener was later when my family moved back from the United States and my sister went to a Dutch school for the first time, at the age of thirteen. Despite her being fluent in English she failed in English with a 4! This made me think about what education should really be about. I have always thought that students would be interested if you can find the right way to reach them. The IBMYP fitted very well in my educational ideals; generating a positive attitude towards learning and bringing out the best in students. So when the IS took up the plan to implement the IBMYP in the school I was immediately interested in joining the preparation group. When it was decided that the programme needed a coordinator I applied and got the job. What does education mean to you? Education is about inspiration, guiding students to become wellbalanced, intelligent people. I find it very important that, next to knowledge students gain life skills in school.
For many people you seem to have an everlasting energy and drive. What’s your secret? I feel that what I do and the results coming from it are valuable and worthwhile: I can partly put my ideals into practise. That gives great energy. I also feel that I need to do it well so that others will see that it is worthwhile. If you look back on the past five years, could you describe the process of how IBMYP became a part of Maartens College? What will be or was the highlight for you? MYP started in the IS and after one year TTO was set up and joined in the further development. A personal highlight for me was the first time I stood in front of the full IS/TTO MYP team consisting of 50 teachers! After a first very intensive year there was the relief that parents, students and teachers were positive about the programme. It was working! The next most exciting step, of course, was when we finally decided to replace IGCSE by IBMYP in the IS. Most recently the Personal Projects were definitely a highlight. When I saw the presentations I thought: “This is what MYP is about!” So much enthusiasm from students and for many a learning experience that they will not forget. You’re now going to Geneva to become the IBMYP associate regional manager for Europe, Middle East and Africa. That’s the ultimate reward and appreciation for all the work you have done at Maartens. Is it a dream come true? To be honest with you, it was not what I was dreaming about at all. At least not in the beginning. I was very happy with my role as MYP coordinator and have learned a lot from being in this position. Also, after moving around so much as a child, I had decided that I would never leave Holland again. Gradually things started changing. Working in the IS brought me to an international atmosphere and later I was asked by the IBO to train coordi-
nators in other schools. I began to notice that I enjoyed the being with people with so many nationalities and slowly the thought ripened that I might also want to live and work elsewhere. Then this vacancy came along and I took the decision to apply. I am very happy with the job: it gives me a chance to further promote MYP and it offers great opportunities for me to grow in my work. If you were to come back to us, let’s say five years from now. What would you like to see, feel, smell and hear? I would obviously love to see an enthusiastic MYP school, combining a strong IS with the TTO. I’d hope to still meet colleagues I know, but also many new international colleagues who bring their views, experiences and cultures to the school. And I’d like to join in an IS pot-luck dinner with all the foods and smells and a mix of students, parents and teachers from all different cultures. Is there anything you would like to add to this interview? I often wonder why MYP is not used more as a way to fill in the new ‘basisvorming’ in Dutch schools in general. The philosophy of the basisvorming is very close to MYP, yet many schools are trying to re-invent the wheel. Everywhere we hear that subjects need to work together more, or even be integrated. We find that students should be taught to develop skills (and life skills), not only knowledge. MYP offers a structure to implement these ideas. Yes, of course MYP means more work for teachers. Will any method that is chosen to reach these goals not mean more work? In making changes, teachers will always have to develop material apart from the book they use. I hope that at Maartens College the MYP will be a fruitful contribution to the further development of the basisvorming.
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
9
IBMYP Personal Project Presentations On Wednesday, 23 February, some of the students from MYP5 and TTO4 presented their products for the IBMYP Personal Project. The Personal Project is an assignment given to IBMYP and TTO students in the years MYP4 and TTO3. The students are given a year to develop their projects (products and written works). In the end, the students may choose to present their products in a special ceremony.
The Personal Project is very important, as students cannot qualify for the IBMYP Certificate without satisfactory completion of it. I cannot speak to the overall success of the projects, but I can say that I personally thought that the presentations were Grade A. A year of hard work went into the projects, and that was clear through the presentations. Some of the presenters were Rogier van Essen, who built and played an electric guitar, Mohanad Ali, who designed and produced a presentation entitled “Islam and the World,” Mila Rozema, who designed and produced an advertisement for AA Drink and Sebastian Volker, who built and displayed a wooden car. For my project, I chose to write a collection of poems, and to tell about them in terms of emotional and poetic growth over time. This was truly a personal project for me, in that my poetry means a lot to me and is, in a way, a part of me. This project gave me the opportunity to show people what I’m all about, so I enjoyed it immensely. I also learned a lot about myself in the process, through looking further into why I write what I write. This project was, and will always remain, a memorable experience. I wish the best of luck to upcoming students who will do the Personal Project in finding a topic that they can make a part of themselves. – Gregory Karr, MYP5
10
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
Songs Songs of hope. Songs of joy. Songs of love, Which, once employed, Liberate all souls. I sing of us. I sing of you. I sing farewell, Adieu, Adieu! My heart is a song, But my soul is an opera. It holds its breath, And carries its pitch. Black clouds can never Penetrate the passion That my songs create. Nothing can shatter My operatic optimism. Oh, Heavens above, Shower me with your blessings If you want. Oh, Hell flames, Lick my tender toes. I don’t care. My songs are all I need. – By Gregory Karr
After a year they were due: the personal projects of the students from TTO 4 and MYP 5. In the personal project students show what they have learned in MYP over the years, in their own, personal way. They choose the topic of the project themselves, something that personally interests them. This of course leads to a lot variety in the topics; this year from composing music to fixing a boat and from mathematics to autism. The personal project is very important in the MYP programme. The grade that the students receive for their personal project is worth as much as their subject grades. It is graded on a scale of 1 to 7; a 3 out of 7
is required to pass the project, and to get the MYP certificate. This might seem very stressful, however the personal project is a very educative and rewarding experience. My project was about hope in a nursing home. I made a sculpture for Maartenshof, a nursing home in the city of Groningen. This sculpture represented hope and was meant to help the inhabitants of Maartenshof with ‘fighting for their lives’. Before I could make the sculpture, I had to find out how to symbolize hope. This is why I had interviews with a number of inhabitants of Maartenshof; to find out what represented hope to them. After I had made the sculpture, I interviewed the same persons, to evaluate on the sculpture and to find out how they felt about my project. It was really nice to experience that they appreciated the project; they were very enthusiastic about the sculpture and about what I tried to reach with it. It gave me the feeling that I was helping them in a good and original way. On February 23 there were presentations of the TTO 4 and MYP 5 students. They were the first year to complete their personal projects. The programme lasted two hours, in which 11 students did a presentation on their projects, and the remaining 33 exhibited theirs. That a year of work had paid off, could clearly be seen. Each of the projects showed a piece of the student’s personality. It was very impressive to see the amount and quality of work done by the students. Parents and teachers were enthusiastic, the students relieved. This is of course not very surprising: even though the personal project is a fun thing to do, after a year of work everyone would like a break…
Trip to Ypres for MYP 4s The whole trip to Ypres made really big impression on me. On the first day we visited Menin Gate. It really surprised me when someone told me that all those names are of people that were never found after World War 1. Two very big cemeteries (Tyne Cot and French cemetery) made me feel very depressed and sad, especially when I thought that all those people died just during four years, fighting for their country, families, friends and so many people now (even me before) didn’t care about it. I'm sure that I won’t ever forget this trip, it will stay in my heart for ever.
– Marta Sztendel About 86 years have passed since World War One had ended. Now my class and I are walking down the same street, visiting the same trenches, seeing the same things that were there when the soldiers were at war. We look with amazement at the headstones of the brave soldiers who died for us, who died for their country, their Fatherland. We visited the British cemetery “Tyncott”. It was amazing to see how many soldiers were not found after the war had ended. Soldiers only known to God. As we walked into the cemetery it gave me a really depressing feeling but also a tiny feeling of happiness. I was glad that after the war had ended that they now could forever rest in peace after their long battle. This trip to Ypres was a great experience for me. I will never forget this trip nor will I forget the brave soldiers who died for us and for their Fatherland. – Teesha Steyn The visit to Ypres was a very big success. A lot of emotions were carried around during the trip and it'll stay with us forever. All the places we visited were spectacular and beautiful. This trip was definitely worth doing. – Frederick van der Lugt The weather was cold but beautiful, the sun was shining brightly. As I stood in front of the trenches that were once filled with horror, a feeling of peace and calm came, it wasn’t a normal feeling of peace and calm but it was a cold bloody one, as you stood there you had a feeling that you where never alone because of all the men that died there. The Menin gate was impressive as well as the cemeteries, just lists, lists, lists of the names of men who were lost to God. – Hans Martin
about how terrible it must have been for the people. I am glad that I was not living in this time, but it is sad to think that boys just a little older than I am either died or lived a disturbed life because of the war. They would rather have had a youth just like me. – Christian Sanders The sun was shining throughout the whole trip.Every place where we visited, I could hear the quietness, that was the respect for the soldiers of the first world war. Almost everywhere we went thousands of soldiers have died for there fatherland. Even where we slept some great battles took place. – Stefan Haque Walking down the streets of Ypres, imagining that once the soldiers were marching through here. Looking around myself, at all the buildings that were standing up in the air, but knowing that this was not always the case. Because as we saw on pictures and films, and heard from our teacher this was all flat. Entering the Menin Gate looking with great amazement around me, at all the names carved in the gate. Row after row of names, on the side, on the top along the stairs, just everywhere. These were not just names, but these were 50,000 names which bodies never got found in the first world war. Arriving at the British, German, French cemeteries, all of them with different settings, different stones, but at every cemetery their was an unpleasant sense to be found. A depressing sense, a sad sense. Walking along every stone, seeing hundreds of names, of people not much older then most of the people in our class are. Thinking that these young men fought for their fatherland, willing to give up their lives for their countries, gave me shivers. Not because it was a foolish war, but how brave those young men were, and the thousands of people who died from this war. Lets all hope that never in future this great amount of people have to die again, and may the past away rest in peace. – Pramila Kamphuis We were in Ypres, knowing its past. The town itself at the time had grown and moved past the war, but the memories of the war had still been left around in some places. To think that where I was standing had been completely destroyed, full of terror and fear. The Menin Gate was a memorial left from the war, it recognises over 50,000 soldiers who had not been found. Just to look at their names written endlessly over the walls made me feel very depressed because, in the end, what did we gain out of this. – Alex Livsey
In an early age I have learned about war. It takes place on a battle-field and a group of people of two or more nationalities fight and kill each other over land. I was always shocked to hear that but in the past it didn't disturb me so much. Mostly I just took my good life for granted. What made me really start thinking about the life of the soldiers was the experience in Ypres-- seeing the trenches where the soldiers hid and took shelter, and the pictures in museums of a totally destroyed city. This made me think Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
11
Cijferkraker op het internet voor TTO-ers. Volg je het TTO en vind je het ook zo'n gedoe met cijfers per criterium en hoe je op basis daarvan moet nagaan 'hoe je ervoor staat'? Het omrekenen van je criteriumresultaten naar rapportcijfers is lastig, saai en vervelend.
Maar gelukkig is er CROC (Criterion Results Online Converter). Deze website is speciaal gemaakt voor leerlingen van het TTO van het Maartenscollege. Met behulp van deze site kun je je cijfers bijhouden per vak en per criterium. Vervolgens kun je op basis van de gemiddelde cijfers per criterium je rapportcijfer laten berekenen. Geen gedoe meer met gemiddelden uitrekenen per criterium, totalen van de gemiddelden berekenen en via een omrekentabel uitzoeken wat je rapportcijfer wordt. Dit doet CROC voor je met een druk op de knop. De berekening komt overeen met de manier waarop dit in het TTO booklet wordt gedaan. Daarnaast kun je op de site je progressie monitoren. CROC kan je per criterium een grafiek tonen waarin je kunt zien hoe je resultaten zich gedurende het schooljaar hebben ontwikkeld.
Wat moet je doen? Je gaat naar www.croc.nl en je meldt je aan als leerling. Vervolgens kun je inloggen en kun je aan de slag. Wanneer je je resultaten correct en volledig hebt ingevoerd, kun je door CROC laten berekenen wat je rapportcijfer wordt. Tot ziens op www.croc.nl!
CROC is gratis en het is een initiatief van een ouder van twee TTO-leerlingen. – M. de Boer
A Curious Incident…..? Let’s hope not! Op 26 januari was de mediatheek het decor voor een heuse lezing: Drs. Syb Hartog van de UCLO besprak voor de FLE-leerlingen en andere belangstellenden het boek The Curious Incident of the Dog in the Night-time (Mark Haddon).
Het is het verhaal van Christopher Boone die aan het syndroom van Asperger lijdt en die ons met voor die aandoening kenmerkende precisie vertelt, hoe hij op een nacht (“It was seven minutes after midnight”) wakker wordt en de hond van de buren dood in de tuin ziet liggen…… Daarmee begint het verhaal. Ik raad u aan het zelf verder te lezen. Voor Fast Lane English is het verplicht per jaar drie boeken te 12
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
lezen die onderling worden verbonden door een thema. Voor de VWO-5 groep FLE hebben we gekozen voor het thema: the world seen through the eyes of a child en we lezen: Angela’s Ashes (Frank McCourt), The Catcher in the Rye (J. D. Salinger) en het bovengenoemde boek. Syb Hartog probeerde in zijn lezing in te spelen op het “kinderelement” van deze boeken: is het jeugdliteratuur of is het literatuur over jeugdigen? Daarnaast gaf hij tal van voorbeelden van “young adult literature” van nieuwe Engelse en Amerikaanse schrijvers, maar hij ging ook terug naar de klassieken: Alice in Wonderland, Winnie the Pooh en The Wizard of Oz. Het was best een zit, die lezing. Vanaf 14.15 uur hebben de leerlingen ruim een uur zitten luisteren en daarna nog vragen gesteld. Bij besprekingen achteraf heb ik wel gemerkt dat de meeste leerlingen het leuk vonden (“nu ga ik toch The Wizard of Oz eens lezen!”) en ik vond het leuk om te zien hoe een aantal de mediatheek verliet met volgeschreven handen met titels van boeken. Laten we hopen dat dit niet een incidentele gebeurtenis was. Om op deze manier met literatuur bezig te zijn is leuk voor iedereen. En niet alleen voor FLE-leerlingen! – Carola Romein Coördinator FLE
Over het examen Vanaf het moment waarop dit Maartens Magazine verschijnt, staat er binnen de school al weer veel in het teken van de voorbereiding op het centraal examen (CE). Docenten trachten er alles aan te doen om hun leerlingen zo goed mogelijk op het CE voor te bereiden. De CE-draaiboeken worden weer uit de kast gehaald. Ouders en leerlingen voelen wellicht de examenspanning soms al door hun aderen gaan. Vanaf 23 mei zal het moeten gebeuren in de grote gymzaal. Het is daarom een geschikt moment om in dit Maartens Magazine een en ander over het examen uiteen te zetten.
1. Welke vakken hebben een CE? Zowel in de Tweede Fase als in het vmbo kunnen we de examenvakken verdelen in twee groepen: vakken die een SE én een CE hebben en vakken die alleen een SE hebben. 2. Welke vakken met alleen SE zijn al afgerond? Omdat het schoolexamen in de Tweede Fase en het vmbo een dossierkarakter heeft, start het al bij het begin van de Tweede Fase en klas 3 van het vmbo. Sommige vakken worden al in een eerder stadium afgerond. Van de reeds afgeronde vakken staan de eindcijfers of beoordelingen inmiddels vast. Hoe wordt het eindcijfer berekend als er alleen een SE is? Het eindcijfer van het schoolexamen is het gewogen gemiddelde van de beoordelingen die voor de onderdelen van het schoolexamen aan de kandidaat zijn gegeven, afgerond op één decimaal. Ook voor de vakken die alleen een schoolexamen hebben, wordt eerst een eindcijfer schoolexamen in één decimaal berekend. Het eindcijfer schoolexamen wordt pas daarna afgerond tot het eindcijfer eindexamen. Dit is een heel cijfer. Een voorbeeld: het gewogen gemiddelde van het schoolexamen is 7,37. Het eindcijfer SE is dan 7,4. Het eindcijfer eindexamen is een 7. Nog een voorbeeld: het gewogen gemiddelde van het schoolexamen is
6,47. Het eindcijfer SE is dan 6,5. Het eindcijfer eindexamen is 7. 3. Slaag/zakregeling havo en vwo Een eindexamenkandidaat havo/vwo is geslaagd als: • alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of: • er 1x5 of 1x4 is en alle overige eindcijfers 6 of hoger zijn, of: • er 2x5 of 1x5 en 1x4 is en alle overige eindcijfers 6 of hoger zijn, en van de twee onvoldoende eindcijfers er niet meer dan één onvoldoende het profieldeel betreft. Daarnaast moet er voldaan zijn aan de voorwaarde dat CKV1, LO en het profielwerkstuk met voldoende of goed resultaat zijn afgesloten. Een leerling kan niet zakken op een extra vak in het vrije deel. Als voldaan wordt aan de totale examenverplichting wat uren betreft (één examenvak met een studielast van minimaal 120 studielasturen voor zowel havo als vwo; 480 uur voor het gymnasium) kan een extra vak tot na het centraal examen weggestreept worden. vmbo-tl Een eindexamenkandidaat vmbo-tl is geslaagd als: • 1x5 en alle overige cijfers 6 of hoger zijn, of: • 2x5 en tenminste 1x7 en alle overige cijfers 6 of hoger zijn, of: • 1x4 en tenminste 1x7 en alle overige cijfers 6 of hoger zijn. Daarnaast moet voor de kunstvakken en lichamelijke opvoeding en het sectorwerkstuk de kwalificatie ‘goed’ of ‘voldoende’ behaald zijn. 4. De plaats van het profielwerkstuk (havo/vwo) en sectorwerkstuk (vmbo-tl) binnen het examen Het profielwerkstuk is een onderdeel van het schoolexamen van havo en vwo. Het is een werkstuk waarin op geïntegreerde wijze kennis, inzicht en vaardigheden aan de orde komen, die van betekenis zijn in het betreffende profiel.
Belangrijke data voor examenleerlingen weken 14/17 weken 16/17 week 17 week 18 week 19
Lesweken Herkansingen laatste periode van 20 t/m 25 april Laatste lesdag examenklassen op vrijdag 29 april Meivakantie Woensdag 11 mei cijfercontrole en CE-instructie. Examenkandidaten verplicht aanwezig! weken 21/22 CE-1 vanaf maandag 23 mei tot en met donderdag 02 juni week 24 Uitslag CE-1 vmbo op woensdag 15 juni (onder voorbehoud) Uitslag CE-1 havo/vwo op donderdag 16 juni (onder voorbehoud) week 24 Inleveren aanvraag herkansing/herprofilering vrijdag 17 juni vóór 16.00 uur bij A. Timmerman, W116 week 25 CE-2 op dinsdag 21 juni en woensdag 22 juni week 26 Uitslag CE-2 op woensdag 29 juni week 26 Diploma-uitreiking op vrijdag 1 juli Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
13
Het sectorwerkstuk is een onderdeel van het schoolexamen van vmbo-tl. Dit is een werkstuk waarin algemene vaardigheden worden getoetst. Het onderwerp moet passen binnen de sector waarin de leerling het examenpakket heeft gekozen. Profielwerkstukken en sectorwerkstukken moeten minimaal met een voldoende of een goed beoordeeld zijn. Het afronden van het profielwerkstuk of het sectorwerkstuk is voor de kerstvakantie gepland. De leerling heeft zo de mogelijkheid om bij een eventuele onvoldoende nog op tijd ‘herstelwerkzaamheden’ uit te voeren. Belangrijke bronnen voor exameninformatie
De officiële informatie over alle facetten van het eindexamen is terug te vinden op de internetsite www.eindexamen.nl. Dit is de meest betrouwbare bron voor alle overheidsinformatie. In de loop van het komende trimester zullen de traditionele Examenkranten weer aan de leerlingen worden uitgedeeld. De Examenkranten worden uitgegeven door het Ministerie van Onder-
wijs en bevatten alle praktische informatie met betrekking tot de examens. Tot slot
Vlak voor de start van de centrale examens wordt aan alle leerlingen een exameninstructie gegeven. Alle kandidaten ontvangen dan een pakket informatie waarin alle relevante zaken geordend zijn opgenomen. We hebben getracht de informatie zo nauwkeurig mogelijk in bovenstaand artikel te vermelden. Hetzelfde doen we in het informatiepakket dat de leerlingen t.z.t. zullen ontvangen. Maar het is mogelijk dat er nog wijzigingen zullen komen. Aan het bovenstaande kunnen derhalve geen rechten ontleend worden. Hoewel we proberen zo volledig mogelijk te zijn, kunnen we ons voorstellen dat u nog vragen heeft. Neem in dat geval gerust contact met de school op. U kunt zich wenden tot ondergetekende. – A.A. Timmerman, secretaris eindexamen
[email protected]
Selectieprocedures in het hoger onderwijs Leerlingen uit de examenklassen hebben zich doorgaans vóór 1 december 2004 aangemeld bij de Informatie Beheer Groep voor een vervolgopleiding. Voor een aantal opleidingen geldt, dat een leerling bijvoorbeeld pas na loting of via decentrale selectie een plek op de opleiding krijgt. Hoe zit dat?
1. Opleidingen met een (gewogen) loting Deze categorie is verreweg het duidelijkst. Iedere aspirant-student krijgt een lotnummer en kortgezegd komt het erop neer dat de hoogte van het lotnummer in combinatie met het gemiddelde examencijfer de kans op inloting bepaalt. Hoe hoger het gemiddelde, des te groter de kans op inloting. Een acht of hoger geeft automatisch toelating. 2. Opleidingen met een loting en een decentrale selectieprocedure Hierbij gaat aan de gewone loting (zie 1) een decentrale selectieprocedure vooraf. De opleiding stelt aan de a.s. studenten een aantal aanvullende eisen, bijvoorbeeld naast de vereiste vakken een aantal extra vakken (zie hiervoor de site van de betreffende opleiding). De aspirant-student kan zich bij de
opleiding voor zo’n selectie aanmelden. Wordt hij/zij afgewezen, dan kan vervolgens gewoon worden meegeloot. 3. Opleidingen met aanvullende eisen (bijvoorbeeld kunstopleidingen) Deze opleidingen selecteren op grond van talent. Aspirant-studenten moeten laten zien dat ze voldoende talent/motivatie hebben voor de opleiding. Soms betekent dit dat ze auditie moeten doen of dat de opleiding reeds gemaakt werk wil zien en/of men krijgt een toelatingsopdracht. 4. Andere opleidingen Naast de bovengenoemde zijn er opleidingen die nog anders selecteren, bijvoorbeeld door vooraf een geschiktheidonderzoek te doen (b.v. de Hogere Hotelscholen), door middel van een sollicitatieprocedure (b.v. politie), of een uitgebreide medische keuring (b.v. marine, luchtmacht). In alle gevallen is het aan te bevelen bij de betreffende opleiding te informeren, hoe de aanmeldingsprocedure is geregeld. – Karel Berends – Con Hanssen Decanen
Het mentoraat op het Maartenscollege Visie op het mentoraat In dit artikel zullen we in het kort uiteenzetten wat de visie van het Maartenscollege is op het mentoraat. Daarnaast zullen we vermelden wat volgens de ouders (als opgetekend in één van de laatste contactoudervergaderingen) de taken en eigenschappen van de mentor zouden moeten zijn.
In de visie van de school draagt de mentor er zorg voor dat de leerlingen: • leren leren • leren kiezen en • leren leven op school Bij het "leren leren" gaat het om het bewaken van de studieresultaten en het 14
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
(aan)leren van studievaardigheden. Instrumenten daarbij zijn de leerlingenkaart en de module studievaardigheden, in het bijzonder voor de brugklas. In klas 2 en 3 wordt aan het begin van het schooljaar per leerling een inventarisatie gemaakt van de studievaardigheden, op
basis waarvan de leerling in de loop van het jaar kan worden begeleid. De mentor heeft een belangrijke rol bij het "leren kiezen": welke richting na de brugklas, welke profielkeuze, e.d. Juist omdat de mentor de school en de leerling zo goed kent, is zij of hij hierbij de aangewezen persoon. Omdat het punt van het "leren leven op school" meeromvattend en misschien ook
wel "vager" is, noemen we hier de taken en eigenschappen van de mentor zoals de ouders die zien: De taken: aanspreekpunt in de driehoek kind - ouder – school, overzicht houden van welzijn en leerresultaten van het kind, informatiebron, mee-organiseren van de sfeer in de klas, bemiddelaar tussen klas en vakdocenten, omgang van de leerlingen onderling bespreekbaar maken en houden, signaleren van problemen, vertrouwenspersoon en het geven van mentorlessen. Om aan al deze taken te voldoen zou de mentor over de volgende eigenschappen moeten beschikken: enthousiasme en gedrevenheid, hart voor de leerlingen, goed kunnen luisteren, signaleren, opmerken, belangstelling voor schoolse zaken, goed kunnen plannen, onderhandelingsvaardigheid en tact, visie van de school kennen, incasseringsvermogen, punctueel, relativerend, standvastig, flexibel en eigen grenzen kennen. Heiligen
De mentor die, bekleed met deze eigenschappen, bovengenoemde taken verricht verdient de heiligenstatus. Heiligen lopen er op het Maartens, afgezien van de naamgever van het college, niet rond. Gelukkig wel voldoende enthousiaste en gemotiveerde mentoren. Bovendien staan ze niet alleen. De mentor wordt ondersteund door de teamleider. Ook kan hij of zij de zorg inroepen van de
Van ouders... voor ouders counselor of remedial teacher. Zijn er met een leerling dusdanig grote problemen dat de mentor hiervoor niet is toegerust, dan is er een zorgteam, waar onder meer teamleider, schoolarts, counselor en GGZ deel van uit kunnen maken. Beginnende mentoren krijgen een scholing in gespreksvaardigheden aangeboden. Een grote bron van ondersteuning is het overleg dat een groep mentoren en een aantal vakdocenten regelmatig met elkaar hebben om problemen te bespreken. Een docent krijgt op jaarbasis als mentor 57 uur voor het geven van mentorlessen en 45 uur voor alle andere mentortaken. Door de teamleider wordt een docent gevraagd mentor te worden. De voorkeur gaat daarbij uit naar docenten met die ambitie en als het even kan een aantal jaren leservaring. Structuur
Uiteraard hebben ook mentorlessen gedurende het jaar een bepaalde structuur. In de brugklas wordt de structuur voor een groot deel bepaald door de module voor het leren van studievaardigheden en
de kennismaking met de middelbare school. Aan het begin van de brugklas wordt door elke leerling de SVL (schoolvragenlijst) ingevuld, als hulpmiddel om vast te stellen of een kind zich op school prettig voelt. Deze lijst wordt overigens ook door nieuwe leerlingen in de tweede en derde klas ingevuld. In klas 3 wordt gebruik gemaakt van het programma OPTIE, waarin een opbouw zit voor het leren kiezen. In klas 2 is men bezig met het ontwikkelen van een structuur. Herhaling van een aantal studievaardigheden moet hier zeker een onderdeel worden. De teamleider bewaakt de inhoud van de mentorlessen. Leerlingmentoraat
Sinds een paar jaar is, als onderdeel van het mentoraat in de brugklas, het leerlingmentoraat ingesteld. Hierbij fungeren leerlingen van de hoogste klassen als vraagbaak voor aan hen gekoppelde groepjes brugklasleerlingen. Uitgangspunten hiervan zijn: ontlasting van de mentor en een laagdrempelig aanspreekpunt voor de nieuwe brugklasleerlingen organiseren in de school, om zo een veiliger basis te scheppen. De leerlingmentoren kunnen studiepunten krijgen voor hun mentorschap. Ze hebben regelmatig overleg met de mentor. Contact met de mentor
Mentoren zijn natuurlijk altijd op school telefonisch te bereiken. Bij rapportbesprekingen kunnen ouders te kennen geven de mentor te willen spreken. Ook komt het voor dat de mentor aanleiding ziet de ouders uit te nodigen. Eén van ondergetekenden (TH) heeft de ervaring dat het goed is je kind mee te nemen naar het gesprek met de mentor; praten met het kind over het kind en dus niet over het kind zonder het kind…… – Beniet Kolkman en Tom Harms, contactouders Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
15
“De Dame op Zolder” vertrekt naar Genève Vertaling van blz. 8 en 9.
ook vaardigheden leren die je voor de rest van je leven nodig hebt.
Een interview met Heleen Tims IBMYP coördinator van de IS en TTO. Ze heeft haar kantoor op zolder in de Esserberg.
Wat is je achtergrond? Sommige mensen denken dat je als MYP coördinator geboren bent, wat natuurlijk niet waar kan zijn, of wel? Ik ben in Vlaardingen, Nederland geboren. Ik heb de lagere school in Pakistan gedaan en de middelbare school in de Verenigde Staten. Ik heb economie aan de universiteit van Groningen gestudeerd. Daarna wist ik niet zo goed wat ik verder in mijn leven moest. Ik heb veel dingen gedaan: Ik ben een zelfverdediging docent voor meisjes geweest (re: Heleen heeft een zwarte band derde graad in Tae-Kwon-Do) en piano lerares. Hiermee verdiende ik echter niet genoeg en besloot ik om wiskundelerares te worden! Wanneer ben je op het Maartenscollege begonnen? Ik ben in 1997 op het Maartens begonnen op de Nederlandse afdeling. Het was mijn eerste baan als docent op een middelbare school. De eerste klas die ik lesgaf was niet zo’n succes, maar toen ik overstapte naar de Internationale School voelde ik me veel meer op mijn gemak met mijn internationale achtergrond. Ik had nooit gedacht dat ik het leuk zou vinden om wiskunde te geven, het was een openbaring voor me, want ik vond het vreselijk leuk! Hoe ben je uiteindelijk de IBMYP coördinator op het Maartens geworden? Mijn eerste ideeën over onderwijs kwamen toen ik uit de Verenigde Staten kwam en econometrie in Groningen ging studeren. Ik kwam erachter dat mijn medestudenten heel anders dan ik studeerden: zij leerden alles uit hun hoofd terwijl ik had geleerd om te leren door te begrijpen. Dat maakte mijn universitaire studie veel makkelijker voor mij en ik was oprecht trots op mijn Amerikaanse opleiding. De volgende eye-opener was later toen mijn familie vanuit de Verenigde Staten weer terug naar Nederland ging en mijn zus toen ze dertien was voor het 16
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
eerst naar een Nederlandse school ging. Ondanks dat ze vloeiend in Engels was kreeg ze voor het vak Engels een vier! Hoe kan dat nou als je vloeiend in het Engels communiceert en je tot dan toe alleen internationaal onderwijs hebt genoten. Dit deed me er over nadenken waar onderwijs eigenlijk om moest gaan. Ik heb altijd gedacht dat leerlingen gemotiveerd zullen zijn als je het onderwijs op de juiste manier aanbiedt. Het IBMYP paste heel goed bij mijn onderwijskundig ideaalbeeld; een positieve houding ten opzichte van leren genereren en het beste uit de leerling halen. Dus toen de IS het plan oppakte om het IBMYP in te voeren was ik direct geïnteresseerd om in de voorbereidingsgroep mee te werken. Toen er werd beslist dat het programma een coördinator nodig had, heb ik hier op gesolliciteerd en heb de baan gekregen. Wat betekent onderwijs voor jou? Onderwijs gaat over inspiratie. Leerlingen begeleiden om evenwichtige, intelligente mensen te worden. Ik vind het erg belangrijk dat leerlingen naast kennis
Voor veel mensen schijn je een eindeloze energie en doorzettingsvermogen te hebben. Wat is jouw geheim? Ik voel dat de dingen die ik doe en de resultaten die ik ervan zie waardevol en de moeite waard zijn. In mijn werk kan ik gedeeltelijk mijn idealen kwijt. Ik voel ook dat ik het goed moet doen omdat er anders niet gezien wordt dat het waardevol is. Als je terugkijkt op de laatste vijf jaar, kan je dan beschrijven hoe hier het IBMYP onderdeel werd van het Maartens? Waren er voor jou hoogtepunten in dit proces? MYP is begonnen op de Internationale School en na een jaar werd TTO opgezet en sloot zich aan bij de verdere ontwikkeling van het IBMYP. Een persoonlijk hoogtepunt voor mij was toen ik voor het eerst voor het totale IS/TTO IBMYP team stond. Een groep van 50 mensen! Na een erg intensief jaar was er de opluchting dat ouders, leerlingen en docenten positief op het programma reageerden. Het werkte! De volgende spannende stap was toen de IS eindelijk besloot het IGCSE uit te faseren voor het IBMYP. Heel recentelijk waren de Personal Projects een hoogtepunt. Toen ik de presentaties zag dacht ik: “Dit is waar onderwijs om draait”. Zoveel enthousiasme van leerlingen en voor velen waarschijnlijk een duidelijke leerervaring die ze niet snel zullen vergeten. Je gaat nu naar Genève om de ‘IBMYP associate regional manager for Europe, Middle East and Africa’ te worden. Dit is de ultieme beloning en waardering voor al het werk dat je voor het Maartens hebt gedaan. Is een droom waarheid geworden? Eerlijk gezegd was dat helemaal niet waarvan ik droomde. Ik was erg gelukkig met mijn rol als IBMYP coördinator en ik heb veel geleerd van deze taak. Ook, omdat ik als kind zoveel had rondgereisd, had ik eigenlijk besloten dat ik Nederland nooit meer zou verlaten. Langzamerhand begonnen dingen te veranderen. Werken op de IS bracht me in een
internationale sfeer en later werd ik gevraagd door het IBO om coördinatoren in andere scholen te trainen. Ik werd me ervan bewust dat ik het prettig vond om om te gaan met mensen uit verschillende nationaliteiten en langzaam begon de gedachte te leven dat ik misschien ook wel ergens anders zou willen leven en werken. Toen deze vacature kwam heb ik de beslissing genomen om te solliciteren. Ik ben erg blij met de baan: het geeft me een kans om het MYP verder te promoten en geeft me de kans om zelf te groeien in mijn werk. Als je bij ons terug zou komen, laten we zeggen over vijf jaar. Wat zou je dan willen zien, voelen en ruiken? Natuurlijk zou ik een enthousiaste MYP school willen zien. Een sterke IS gecombineerd met het TTO. Ik hoop nog
steeds collega’s te ontmoeten die ik nu ken, maar ook om veel nieuwe internationale collega’s te ontmoeten die hun inzicht, ervaring en cultuur naar de school zullen brengen. En ik wil bij een IS ‘potluck dinner’ aanwezig zijn met alle gerechten, geuren en een mengeling van leerlingen, ouders en docenten uit verschillende culturen. Is er iets dat je toe zou willen voegen aan dit interview? Ik vraag me vaak af waarom het MYP niet meer gebruikt wordt om de nieuwe basisvorming te realiseren in Nederlandse scholen in het algemeen. De filosofie van de basisvorming verschilt niet veel met die van het IBMYP, toch proberen veel scholen het wiel opnieuw uit te vinden. Overal horen we dat vakken meer samen moeten werken of zelfs geïntegreerd
moeten worden. We vinden dat leerlingen geleerd moet worden verschillende vaardigheden (waaronder levensvaardigheden) te ontwikkelen en niet alleen kennis. MYP biedt een structuur om deze ideeën in te voeren. Het is waar dat het MYP veel werk betekent voor docenten. Maar welke methode om deze doelen te bereiken is dan niet meer werk voor docenten? Als er veranderingen plaats vinden zullen docenten altijd materiaal moeten ontwikkelen, los van het boek dat ze gebruiken. Ik hoop dat op het Maartenscollege het MYP een vruchtbare bijdrage kan leveren aan de verdere ontwikkeling van de basisvorming. Interview werd afgenomen door Jacqueline Eschweiler, teamleider van de International School
Sint Maarten, de mantel delen op 11 november 11 november is de dag dat je anderen helpen mag...
Op 11 november dit jaar stond Sint Maarten in het kader van mensen helpen. Dit kon thuis zijn, op school, of in een verzorgingstehuis. Wij zijn samen met een aantal anderen naar het Menno Lutterhuis (verzorgingstehuis) aan de Paterswoldseweg in Groningen geweest. We werden daar in groepjes ingedeeld om de volgende activiteiten te doen met de mensen: winkelen op het Overwinningsplein (aan de overkant) of naar het winkelcentrum Paddepoel, mensen die lijden aan de ziekte van Parkinson helpen en spelletjes organiseren. Wijzelf hebben geholpen bij het winkelen en bij de spelletjes. We hebben hier onze ervaringen en belevenissen opgeschreven.
weer naar hun kamers. Ik bleef nog even bij de spelletjes kijken en ging daarna naar huis. 's Middags toen ik thuis was dacht ik na over al die mensen die in het Menno Lutterhuis wonen en ik merkte dat het een behoorlijke indruk had gemaakt. Hoe zou ik het vinden om mijn laatste dagen daar door te brengen? Het antwoord weet ik eigenlijk niet. Je wordt er goed en vriendelijk verzorgd maar je vrijheid wordt behoorlijk beperkt. En zeker als je door ziekte of door lichamelijke omstandigheden zo afhankelijk van anderen bent dat je bijna niks meer zelf kan doen. Het was een indrukwekkende ervaring. Spelletjes organiseren
Winkelen op het Overwinningsplein
Iedereen die meeging kreeg eerst te horen hoe je een rolstoel moet duwen: niet te hard en niet te snel en voorzichtig achterwaarts de stoepen af. Daarna mochten we de mensen ophalen die graag wilden gaan winkelen. Ik moest een meneer van in de negentig ophalen. Eerst met de rolstoel in de lift, naar boven en aankloppen. Nadat de meneer zijn jas had aangetrokken bracht ik hem in de rolstoel naar beneden waar we verzamelden in de activiteitenzaal om naar het Overwinningsplein te gaan. Tot mijn verbazing was het een hele belevenis voor de meeste mensen; ze waren al heel lang niet meer buiten geweest. Wel op uitstapjes, maar niet naar het plein dat vlak voor de deur lag. Ze wilden dan ook graag even een rondje rijden door de "nieuwe supermarkt" en het "nieuwe postkantoor". We hebben samen wat boodschappen gedaan. Daarna heb ik nog een wandeling gemaakt langs het huis waar de meneer die ik begeleidde vroeger had gewoond. Hij praatte honderduit en dat was erg gezellig. Vervolgens liepen we terug naar het Menno Lutterhuis en daar brachten we de mensen
Ik heb geholpen bij het organiseren van de spelletjes. Allereerst moesten alle mensen die zich voor de spelletjes hadden opgegeven worden opgehaald van hun kamers, of ze moesten worden gewaarschuwd dat de spelletjes begonnen. Samen met nog iemand anders ben ik al die mensen op gaan halen. Dit was erg leuk, omdat de mensen het leuk vonden dat er nu van die jonge kinderen waren om hen te helpen. Nadat iedereen naar de grote zaal was gebracht werden de verschillende spelletjes uitgelegd. Ook werden er groepen gevormd en de spelletjes op tafel gelegd. Toen kon iedereen beginnen. Al die spelletjes waren erg leuk om samen te doen, ook omdat zij dat zo leuk vonden. De meeste mensen vonden het ook erg jammer dat het maar één middag was dat wij kwamen helpen. Ik vond het erg leuk en indrukwekkend om daar te helpen en om die mensen een leuke middag te geven en ik ben ook blij dat ik hiervoor heb gekozen! – Marieke Zwarter en Sophie Kievitsbosch
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
17
Kerstactiviteiten op het Maartens Op 24 december waren er weer kerstactiviteiten voor het TTO. De leerlingen gingen onder andere kerstkaarten maken, vaasjes vullen en bezorgen en musiceren voor ouderen. Ook werd er een kerstontbijt met muziek georganiseerd voor de kinderen in het Asielzoekerscentrum (AZC). Tevens werden er brieven voor Amnesty International geschreven en werd er een catering georganiseerd. Voor anderen was er een film te bekijken.
Om half tien ’s ochtends zaten de ouderen al klaar voor het concert in Avondlicht. Ze waardeerden het dat de jeugd zich zo voor hen inzette. Nadat er een stuk uit de bijbel was voorgelezen, begon dan eindelijk het concert van de leerlingen. Er waren ongeveer 21 optredens. De ouderen luisterden aandachtig en genoten met volle teugen. Het concert was een grandioos succes. Er werd niet alleen gemusiceerd voor de ouderen, maar er werden ook kerststukjes en kerstkaarten gemaakt en bezorgd. De ouderen waren erg enthousiast over de prachtige kerstkaarten en kerststukjes die door de leerlingen waren gemaakt. Ze hadden hieraan de hele ochtend gewerkt en het resultaat was erg geslaagd. Een aantal leerlingen stond eerder op dan de rest om een kerstonbijt voor de kinderen in het AZC te organiseren. Dit kerst-
ontbijt werd begeleid met muziek van een aantal andere leerlingen. De kinderen waren erg enthousiast. De leerlingen moesten erg lachen toen één van de kinderen zei dat de leerlingen er waren om het ontbijt te verzorgen en dat de kinderen van het AZC er waren om het ontbijt op te eten. Ook dit was een succes.
Anderen waren of bezig met de catering of een kerstfilm aan het kijken of brieven en kaarten voor Amnesty International aan het schrijven. Het geld van de catering ging naar een schooltje in Mozambique. De brieven en kaarten voor Amnesty International werden naar gevangenen in andere landen gestuurd. De leerlingen die naar de kerstfilm keken hebben ook genoten. Van onze correspondenten – Astrid van Huizen, Irene Maris en Elmon Meijering
Schoolvakanties 2005-2006 herfst kerst voorjaar mei zomer
18
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
22-10-05 24-12-05 18-02-06 29-04-06 15-07-06
t/m t/m t/m t/m t/m
30-10-05 08-01-06 26-02-06 07-05-06 03-09-06
Kalender –––––-–––––– April vr 1
vr 13 08.30 10.30
week 14 ma 4 * 08.30 di 5 08.30 14.10 wo 6 08.25 09.00 19.00 do 7 09.00 19.00 week 15 ma 11 19.00 20.00 di 12 19.00 20.00 do 14
14.00
week 16 ma 18 13.00 di 19 * * wo 20 14.10 do 21
14.10
vr 22
* 14.10
week 17 ma 25 14.10 di 26 wo 27 do 28 vr 29 week 18
10.30 08.30 13.30 11.00
TAP 4 v6 project massamedia Engels & L&M vmbo4 start SOS blok 5 Maartens Magazine 4 uit TAP 4 v6 onderbouw rapporten mee inhaal niet herkansbare toetsen TAP 4
08.30 13.00 19.00 vr 20
aanvraag herkansingen TAP 3&4 collegecarrousel RuG (t/m 28 april) 3e klassen profielkeuze inleveren inhaal herkansbare toetsen/herkansingen TAP 3&4 inhaal herkansbare toetsen/herkansingen TAP 3&4 tweede fase en vmbo4 cijferoverzicht 4 mee inhaal herkansbare toetsen/herkansingen TAP 3&4
* 08.30 08.30 13.00
onderbouw rapporten mee disco klas 1 en MYP 1-2 PINKSTERMAANDAG (geen lessen) teamdag (geen lessen) onderbouwklassen toetsvrij TAP 5 kinderen mee naar het werk leerjaar 1 excursie Westerbork leerjaar 2 excursie biologie (Schiermonnikoog) 3P/3Q TAP 5 stadswandeling (ak) 3R MBO project AlfaCollege vm3 (presentatie) excursie biologie (Schiermonnikoog) 3R TAP 5 project CKV/KV1/L&M vm3 (jeugdcultuur) stadswandeling (ak) 3K/3L/3P/3Q/3X/3Y
week 21 ma 23 09.00 14.10 15.00
di 24
20.00 10.30 15.00
wo 25 do 26
* *
start Centraal Examen 1 inhaal niet herkansbare toetsen 1e training leerlingmentoren nieuwe schooljaar (-16.30) contactouders (alle jaren) project biologie v5 (ecologisch onderzoek) 1e training leerlingmentoren nieuwe schooljaar (-16.30) Project BO Athenespelen Project BO Athenespelen
––––-–––––– inhaal herkansbare toetsen/herkansingen TAP 3&4 project BO v4 project ANW v4 (biosfeer) gedragsonderzoek biologie h4 laatste lesdag examenklassen TULPVAKANTIE
–––––-–––––– Mei week 19 ma 9 * 19.45 wo 11 14.15 15.00 do 12 14.00
week 20 ma 16 di 17 08.30 wo 18 * 08.30 do 19 * * *
eindtoets CKV2 h5 (-12.00) mentorgesprekken (-22.00) eindtoets CKV2 v6 (-12.00) mentorgesprekken (-22.00) mentorgesprekken (-22.00) ouderavond Taizé mentorgesprekken (-22.00) ouderavond toekomstige leerlingmentoren schoolarts aanwezig (-15.00) kamer Aagje Verkerk (W 103)
* 19.30
onderbouwklassen huiswerkvrij OURA Centraal Examen-instructie cijfercontrole & meegeven examenwerk schoolarts aanwezig (-15.00) kamer Aagje Verkerk (W 103)
Juni week 22 do 2 * * vr 3 * week 23 ma 6 13.00 wo 8
14.10
do 9
14.30 * 14.00 14.10
vr 10
20.00 20.00
laatste dag Centraal Examen 1 onderzoek scheikunde v5 (natuur) biologieproject v4 Emmen aanvraag herkansingen TAP 5 (niet examenklassen) inhaal herkansbare toetsen/herkansingen TAP 5 ontvangst nieuwe brugklassers tweede fase cijferoverzicht 5 mee schoolarts aanwezig (-15.00) kamer Aagje Verkerk (W 103) inhaal herkansbare toetsen/herkansingen TAP 5 theater 2005 theater 2005 Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
19
14.10 week 24 ma 13 * di 14 wo 15
do 16
* 20.00 * 14.30 * 08.30 15.00 16.00
vr 17
08.30 15.00 16.00
week 25 ma 20 * 11.00 di 21 * wo 22 * * do 23 * vr 24 * * 08.30 11.00 09.30 11.30 14.00 week 26 ma 27 * 09.00 di 28 wo 29 do 30
inhaal herkansbare toetsen/herkansingen TAP 5 project KCV v4 (Athene en Griekenland) project KCV v5 (antieke stad: Rome) theater 2005 (o.v.) uitslag Centraal Examen 1 vmbo ontvangst nieuwe brugklassers (reserve) uitslag Centraal Examen 1 h5/v6 mentorgesprekken gezakten vmbo voorlopige cijferlijsten vmbo aanvraag herexamen/herprofilering vmbo mentorgesprekken gezakten h5/v6 voorlopige cijferlijsten h5/v6 aanvraag herexamen/herprofilering h5/v6 Maartens Magazine 5 (boekenlijst) sportdag klas 2/IS2/3 Centraal Examen 2 Centraal Examen 2 onderbouwklassen toetsvrij onderbouwklassen toetsvrij TAP 6 open dag Hanzehogeschool project L&M TTO2 (Westerbork) sportdag klas 3 (mentoren aanwezig) inleveren boeken vmbo4 (-11.00) inleveren boeken h5 (-13.30) inleveren boeken v6 (-16.00)
* * * * 11.00
TAP 6 sportdag klas 1/IS1 (mentoren aanwezig) TAP 6 TAP 6 uitslag CE 2 TAP 6 excursie synagoge L&M h/v 2
* * * * 08.30 11.00 14.00 17.00 20.00
TAP 6 (inhaal) TAP 6 (inhaal) excursie techniek klas 1 excursie Xanten g3 inhaal toetsen TAP 6 fietspuzzeltocht 2e klassen (En) diploma-uitreiking v6 diploma-uitreiking h5 diploma-uitreiking vmbo4
–––––-–––––– Juli vr 1 vr 1
week 27
20
Jaargang 5 – nr. 4, maar t 2005
ma 4
09.00 09.30 10.00
di 5
13.00 09.30
wo 6
13.00 09.30
do 7
13.00 09.30 12.00
week 28 ma 11 16.00 di 12
09.00 09.00 10.00 10.00 11.00 11.00 11.00
week 29 *
ophalen proefwerken (-10.00) inleveren boeken vmbo/ gymnasium1/ TTO1 (-12.00) feestelijke uitreiking certificaten leerlingmentoren inleveren boeken h1/v1 (-16.00) inleveren boeken vmbo /gymnasium2/ TTO2 (-12.00) inleveren boeken h2/v2 (-16.00) inleveren boeken vmbo/ gymnasium3/ TTO3 (-12.00) inleveren boeken h3/v3 (-16.00) inleveren boeken v5 (-11.30) inleveren boeken h4/v4/TTO4 (-15.00) Taizéreis MYP 1-5/TTO 1-4 Awards Ceremony (W038) rapporten ophalen leerjaar 1 promotio Maatschappijteam vwo (W 038) rapporten ophalen leerjaar 3 promotio Maatschappijteam havo (W 038) rapporten ophalen leerjaar 2 promotio Natuurteam h/v (W 038) kennismaking nieuwe leerlingmentoren en mentoren klas 1 ZOMERVAKANTIE tot en met 4 september 2005 CE III (vanaf 15 augustus)
Op al uw communicatie vragen heeft Fontijn&Partners de antwoorden!
vragen over advertenties in dit magazine of reserveringen? Bel ons dan.
Bureau voor communicatie & marketing organisatie Smilde Telefoon (0592) 42 02 00 Fax (0592) 41 58 43 E-mail
[email protected]