Interconfessionele Scholengemeenschap
Maa rtens
Magazine Col lege Kansen
3
jaargang 5 2005
Onder andere Kiezen voor het Maartens
2
Kerst 2004, een school in actie
3
Roemeens kindertehuis ‘Casa Lidia’
5
De Meesterproef
7
Technology in tweetalig onderwijs
7
De Sanseveria, voor als je wat te zeggen hebt
9
Wij voelden ons koninginnen op het feest
10
Ouders en kernwaarden Maartenscollege
12
Kalender
15
Hoopvol gestemd sloten we op 24 december de school voor twee weken. We hadden kans gezien om samen met heel veel van onze leerlingen verschillende kerstvieringen te organiseren. We hadden een Maartenswaardige kerstsfeer gecreëerd, met culturele activiteiten, aandacht voor het interconfessionele karakter van onze school en presentaties over “Vreemde” culturen en de invloed daarvan op onze samenleving.
Natuurlijk organiseerden we ook acties om geld bijeen te brengen voor mensen die veel minder kansen kennen dat wij. U vindt over de verschillende activiteiten in dit Maartens Magazine verslagen en van de optredens tijdens de Open Podia zijn foto’s afgedrukt. We begonnen met een goed gevoel aan de kerstvakantie. Kansloos verslagen echter moest de wereld twee dagen later toezien hoe de Tsunami in vooral Azië verwoestend toesloeg. Niets kon voorkomen dat vele duizenden mensen het leven verloren en miljoenen hun dierbaren en vaak al zo schamele bezittingen in de golven zagen verdwijnen. Niemand kan hiervan de schuld krijgen, er is geen religieuze strijd, geen etnische achtergrond, geen politiek geschil dat hieraan ten grondslag ligt. Wellicht wel juist daarom is de wereld nu met zijn giften zo gul. Misschien ligt hier een kans om de mensen daar beter toe te rusten om een kansrijker bestaan op te bouwen, misschien is er een sprankje hoop dat gezworen vijanden in de getroffen gebieden nu toch de handen in een slaan om hulp te bieden en samen te bouwen aan een nieuwe toekomst. Eigenlijk is er echter elke week een vergelijkbare inzamelingsactie nodig om te voorkomen dat er wekelijks even zovele mensen omkomen door honger, gebrek, ziekte, oorlog. De BBC meldde dat er elke week in de wereld onnodig ongeveer 150.000 mensen sterven.
Het geeft geen pas om in een school te somber te denken. Daar mag je niet aan toegeven. Onze leerlingen hebben de toekomst en zij hebben de kans om daar iets goeds van te maken, niet alleen in Nederland. Voor hen zijn er nauwelijks meer grenzen, zij worden of zijn al wereldburgers en het is ons aller taak om ervoor te zorgen dat zij hun verantwoordelijkheden kennen en nemen. Ik ben ervan overtuigd dat zij hun kansen zullen zien en grijpen en daarmee ook voor kansarmen een verschil zullen maken. Aagje Verkerk, redactie
[email protected]
Laat je talent groeien Middelbare beroepsopleidingen in de beroepsopleidende (leren én stage) en beroepsbegeleidende leerweg (werken én leren) op het gebied van: ▲ Gezondheidszorg ▲ Welzijn ▲ Dienstverlening ▲ ICT ▲ Techniek ▲ Handel ▲ Administratie ▲ Sport en Bewegen Veel educatieve trajecten: ▲ Toeleidende en toerustende trajecten ▲ Trajecten voor anderstaligen ▲ Dagopleidingen (Mavo, Havo, VWO)
Centraal adres: Hora Siccamasingel 312
Postbus 212, 9700 AE Groningen
tel. (050) 597 30 00
www.alfa-college.nl
het christelijk Regionaal Opleidingencentrum voor Noord- en Oost-Nederland
Maa rtensMagazine
Col lege
I n h o u d n r.
3
– januari 2005
Kiezen voor het Maartens – 2 Kerst 2004, een school in actie – 3 Madre Rosetta – 4 Roemeens kindertehuis ‘Casa Lidia’ - 5 Redactie o.a. Mw. A.S. Verkerk Mw. H.L.M. Kruger Mw. M. Klomp Vormgeving Fontijn & Partners, Smilde
Is een oude telefoon niets meer waard? – 6 Kerstmarkt in Tienelswolde - 6 De Meesterproef - 7 Technology in tweetalig onderwijs - 7
Fotografie, o.a. Frits Riemersma Ruud van Mieghem Aagje Verkerk Druk Wilco, Amersfoort Maartenscollege Postbus 6105 9702 HC Groningen telefoon: 050-5375200 fax: 050-5343245 e-mail:
[email protected] www.maartenscollege.nl
VWO 6 onderzoekt bacteriële revolutie - 8 De Sanseveria, voor als je wat te zeggen hebt - 9 We voelden ons koninginnen op het feest - 10 Ouders en kernwaarden Maartenscollege - 12 ‘Bel-ouders’ zoeken surveillanten - 13 Maartenscollege en haar reputatie - 14 Kalender - 15
Bezoekadres: Hemmenlaan 2, Haren Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
1
Kiezen voor het Maartens In de maanden januari en februari gaan de leerlingen van groep 8 van de basisschool op zoek naar een goede vervolgschool. De keuze is groot. Om daar enigszins aan tegemoet te komen geeft de gemeente Groningen een keuzegids uit waarin elke school kort gepresenteerd wordt.
Uitwerking
Voor het dagelijks gebruik hebben we de belangrijkste uitgangspunten van de school in een aantal trefwoorden samengevat. Trefwoorden die te maken hebben met het gedrag (en zo ook met het leren) van de leerlingen op het Maartens. Durf
Belangrijker dan het doorlopen van de gids is een echte kennismaking met de school; tijdens de Open Dagen zelf de sfeer proeven en ontdekken wat de (nieuwe) school te bieden heeft. Op hoofdlijn het profiel van de school… waar het Maartens voor staat. Het Maartenscollege is een interconfessionele school. In de oorspronkelijke uitgangspunten van de school werd het als volgt omschreven:
Durven is… ondernemen, onderzoeken, doen, Durven is …je nek uitsteken en weten dat dat kan in de veilige omgeving van het Maartens. Succes
Succesvol willen zijn, successen willen behalen. Succes komt voort uit hard werken en je talenten optimaal benutten. Respect
‘het doen geven en het bevorderen van voortgezet onderwijs op interconfessionele grondslag’, waarbij ‘… wordt zorg gedragen voor een brede maatschappelijke en levensbeschouwelijke oriëntatie van de leerlingen…’.
Respect, dat verdien je als je anderen weet te respecteren. Respect is er alleen als je de wil hebt om iets te willen betekenen voor een ander. Verantwoordelijkheid
Het Maartenscollege is vanuit die traditie uitgegroeid tot een school die ruimte biedt aan een brede en gevarieerde levensbeschouwing waarbij respect voor de levensbeschouwing van de ander centraal staat.
Verantwoordelijk zijn en verantwoordelijkheid dragen Verantwoordelijk, niet alleen voor jezelf, maar ook voor de anderen.
Visie
De sterke punten
De school heeft vervolgens de uitgangspunten en visie vastgelegd in haar ‘Kernwaarden en toekomstvisie’ waar beschreven staat waar we met ons onderwijs (op hoofdlijn) naar toe willen om vervolgens aan te geven wat dat betekent voor het gedrag van leerlingen; wat persé moet en wat we vinden dat niet thuis hoort op onze school om tenslotte de vertaling te maken naar de dagelijkse praktijk. Dat leidt tot een visie op onderwijs en opvoeding op drie niveaus.
Het Maartens vindt het belangrijk dat leerlingen het naar hun zin hebben op school. Dat ze onderwijs ontvangen in een sfeer die bij hen past en dat ze met (veel) plezier (leren) leren en aandacht ontwikkelen voor allerhande zaken. Voor veel ouders en leerlingen een belangrijk aandachtspunt bij de schoolkeuze: de kenmerkende cultuur van het Maartens.
In de praktijk betekent dit dat we bij alles wat er in de school gebeurt rekening willen houden met deze uitgangspunten; of het nu gaat om het aanpassen van een nieuwe leerroute of om het verbeteren van het mentoraat of om de keuze voor een excursie. Bij alle keuzen wordt getoetst of ze passen binnen het profiel van de school.
2
Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
Onze visie zien we tenslotte terug in de praktische keuzen die de school maakt, in het onderwijs dat het Maartens aanbiedt en in de andere activiteiten van de school. Het gaat daarbij om: • Goed en aantrekkelijk onderwijs waar leerlingen goed tot zeer goed presteren. • Een sterk VMBO (theoretische richting) waarbij vier jaar onderwijs gegeven wordt op één locatie, de campus van het Maartens. Deze leerweg is geschikt voor leerlingen die koersen op een succesvolle doorstroom (wellicht in de toekomst met vrijstellingen) naar het middelbaar beroepsonderwijs of kiezen voor voortzetting van hun studie in de havo-afdeling van het Maartens. Door ons ‘de slimme stroom’ genoemd. • Een eigenwijs gymnasium waarbij de mogelijkheid bestaat om in het eerste leerjaar kennis te maken met ‘de klassieken’, om pas daarna een definitieve keuze te maken, waarbij de overstap van gymnasium naar atheneum altijd mogelijk is. • Het Maartens kiest als enige in de regio voor een duidelijk internationaliseringstraject. Zo kunnen leerlingen kiezen voor
tweetalig vwo (Nederlands/Engels), gericht op een betere aansluiting op universiteiten en hogescholen in binnen- en buitenland. • Het traject Fast Lane English (Engels als tweede taal) stelt leerlingen in staat een internationaal gewaardeerd certificaat te behalen. • Het Maartenscollege kent verder een Internationale school (één van de negen in ons land) voor buitenlandse en Nederlandstalige leerlingen die naar het buitenland gaan of daar net van terugkomen. • De school besteedt veel aandacht aan cultuuroriëntatie. Leerlingen kunnen examen doen in alle drie de expressievakken.
• Er worden uiteenlopende evenementen op het terrein van muziek, beeldende vorming en drama georganiseerd. Met evenementen zoals het Open Podium, Theater, poëzieavonden en Maartens-Cultureel • Tenslotte kent het Maartens een gevarieerd reizenaanbod naar het buitenland (Rome, Londen, Taizé en de skireis) en uitwisselingen met andere scholen in Stockholm en Helsinki. • Een herkenbaar profiel van de school met een duidelijke visie op leren. Een belangrijke reden voor ouders en leerlingen om te kiezen voor het Maartens! Kees Torreman, rector
Kerst 2004: een school in actie Op het moment waarop u dit artikeltje leest, zijn de kerstdagen en de jaarwisseling al weer in de vergetelheid verzonken, schat ik, en richt uw blik zich op de toekomst: voorjaar en wat daarna komt (examens? promotie?). Terwijl ik dit schrijf is de kerst echter net voorbij en staat oudejaarsavond voor de deur. Hét moment voor retrospectie. Ik kijk terug op de afgelopen periode die voor mij persoonlijk zo anders verliep dan gedacht: ten gevolge van de ziekte van mijn teamleider Jelle Witteveen werd ik zijn vervanger en ben dit nog. In die rol schrijf ik dit stukje.
Samen met de andere teamleiders uit de Tweede Fase en conrector Aagje Verkerk, vond ik dat we voor onze leerlingen een zinvolle invulling dienden te verzinnen voor de laatste ochtend voor de vakantie, vrijdag 24 december. En ik geloof dat dat is gelukt. In het team van Rudi Schür, het havo-maatschappijteam, stonden voor havo-4 de presentaties in het kader van het project ‘Vreemd’ op het programma.
In de oude gymzaal voltrok zich een multimediaal spektakel. Annet Brinkgreve, docente Duits greep deze ochtend aan om bij haar natuurteam-leerlingen aandacht te vragen voor het werk en de ervaringen van het gezin van één van onze leerlingen, Wendy Takens. Wendy heeft met haar ouders en broertje en zusje in een kindertehuis in Roemenië gewerkt en zij en haar ouders
deden voor een zestigtal leerlingen indrukwekkend verslag van hetgeen zij daar hebben meegemaakt. Hierna gingen de leerlingen aan de slag met het verzinnen van manieren om voor dit goede doel het komende half jaar geld in te zamelen. U zult hier meer van horen! Voor leerlingen die zich liever op een andere manier lieten onderhouden, was er het beproefde alternatief: een speelfilm op grootbeeld in de aula. Dit jaar draaide daar Gladiator, met een indrukwekkende Russell Crowe in de hoofdrol, vechtend voor gerechtigheid in het oude Rome. In mijn eigen team werden er twee kerstbijeenkomsten georganiseerd. De twee mentoren van V4, Ernestine Hulk en Koos Meisner, vroegen in deze viering aandacht voor de betekenis van Kerst: Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
3
vrede en gerechtigheid. Poëzie, muziek en rituelen maakten deel uit van een samenzijn waarin het westers consumptisme en hulp aan een project in Mozambique centraal stonden. Marjoke de Grijs, dochter van onze conrector onderbouw Marion de Grijs, werkt in Mozambique en had op de maandag ervoor de leerlingen verteld over de grote tekorten waarmee een plaatselijke school kampt. Wat een verschil met onze situatie! Ook in de onderbouw werd voor dit doel geld ingezameld. Voor de klassen V5 en V6 hebben we onder de titel ‘Zin in kerst’ een bijeenkomst georganiseerd waarin verschillende invalshoeken werden genomen om dit voor onze westerse cultuur zo belangrijke feest te belichten. Piet Molendijk, docent Engels, liet ons Händel en Bach horen, ik had drie leerlingen bereid gevonden
gedichten voor te lezen en Huub Derix, docent klassieke talen, liet onze hersenen kraken met zijn exposé over de verschillende Bijbelvertalingen. Later werd zijn bijdrage luchtiger. Zo leerden we onder meer dat de Kerstman een allochtoon uit Turkije is! Kortom: op die vrijdagochtend hadden we tijd om een keer op een andere manier samen bezig te zijn en elkaar een goede vakantie te wensen! En toch was ik niet helemaal gelukkig met de ochtend. Eigenlijk was ik bijzonder teleurgesteld in mijn eigen V6-leerlingen. Zij hadden besloten dat de vakantie voor hen al een dag eerder was begonnen. Massaal op donderdagnacht uit hun dak gegaan in The Palace, waren ze niet in staat acte de présance te geven om 9.00 uur op de vrijdag. Van de 44 VM6-leer-
lingen kwamen er 9 opdagen. Ik kreeg weer eens het gevoel dat voor hen de school een supermarkt is waar je naar believen haalt. In dat beeld ben ik één van de vakkenvullers. Niet in mijn eigen ogen overigens. Ik wil werken op een school waar je niet alleen lesstof doorgeeft, maar ook vormt en een band met de leerlingen aangaat. Laat ik me richten op de leerlingen die wel kwamen: V4 en V5 waren nagenoeg compleet. En V6? V6 krijgt na de vakantie gewoon weer les. Wilt u reageren? Graag! U kunt mij mailen op onderstaand adres.
Mariët de Langen teamleider VM
[email protected]
Madre Rosetta In een sloppenwijk bij Maputo, de hoofdstad van Mozambique bevindt zich het opleidingscentrum Madre Rosetta. Mozambique ligt in Zuid-Oost Afrika, heeft als buurland o.a. Zuid-Afrika en is een van de 6 armste landen van de wereld. Omdat het land zo arm is en pas 12 jaar vrede kent, zijn er nog steeds veel te weinig scholen om aan de grote behoefte aan onderwijs te voldoen.
Madre Rosetta staat open voor de allerarmsten. Het is een opleidingscentrum, een zogenaamde preschool voor meisjes en jonge vrouwen die op straat leven en die, omdat ze te arm, te oud of met HIV besmet zijn, geen toegang hebben tot de staatsscholen. De school betekent voor deze meisjes en vrouwen de laatste kans om een opleiding te volgen. Maar de school is ook de ontmoetingsplaats waar ze kunnen bijkomen van de dagelijkse sores en waar ze elkaar tot steun kunnen zijn. De school is ook de plek waar ze van elkaars gezelschap kunnen genieten en samen plezier kunnen maken. De school wordt gefinancierd uit particuliere giften en is daarvan helemaal afhankelijk. Omdat het elk jaar weer spannend is of alles betaald kan worden, helpt onze school dit jaar mee om de fondsen voor 2005 op peil te houden. Een oud-leerlinge van het Maartenscollege, Marjoke de Grijs, woont in Maputo en zal zorgen dat het geld rechtstreeks aan de school ten goede komt. Ze is in de week voor kerst op bezoek geweest op het Maartens en heeft aan een aantal klassen verteld over Mozambique, haar eigen 4
Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
werk in de aids-bestrijding en over de school waar de actie om draait. Daarna zijn de leerlingen per klas gestart met het voorbereiden van de actie. Het doel om één jaarsalaris van een docent bijeen te krijgen wordt meteen vrijdag voor kerst al ruimschoots overtroffen. In totaal is er €1327,- ingezameld. Genoeg om twee docenten een jaar lang te kunnen betalen. Het Maartenscollege gaat ook na de kerstvakantie door met de actie. Maar het bericht van deze tussenstand is intussen in Maputo met gejuich ontvangen. Daar kunnen een aantal mensen opgelucht ademhalen, omdat voor twee klassen de opleiding ook in 2005 door kan gaan! Marion de Grijs Conrector onderbouw en moeder van Marjoke
Roemeens kindertehuis “Casa Lidia” Afgelopen zomervakantie ben ik met mijn ouders en mijn broertjes naar Roemenië vertrokken. We hadden nog niet echt vakantieplannen, totdat we in het kerkblaadje lazen dat er vrijwilligers werden gezocht voor een kindertehuis in Roemenië. We hebben daarop gereageerd en kwamen in contact met de zus van Corrie (degene die samen met haar man het kindertehuis leidt). In April hebben we Klaas en Corrie ontmoet en hebben we alvast wat foto’s gezien over de toestand daar. Na die foto’s gezien te hebben, wist ik niet zo zeker meer of ik er nog wel naar toe wou. Het is er zo arm, dat je het je nauwelijks voor kunt stellen hier.
In Roemenië aangekomen, ben ik eigenlijk de 1e dag al begonnen met werken. Ik zou met halve dagen beginnen, maar heb direct hele dagen gewerkt. Ik vond het ontzettend leuk, als je daarvan mag spreken. Ik heb de kinderen daar verzorgd, uit bed gehaald, eten gegeven, met ze gespeeld, in bad gestopt, getroost, luiers verschoond enz. Er waren in dat tehuis 11 kinderen, waarvan 8 baby’s. Je bent de hele dag bezig, van ’s ochtends 8 uur tot ’s avonds 8 uur en dat in een hitte van boven de 40ºC. Ik was dan ’s avonds ook helemaal kapot. Ik kreeg 3 kinderen aangewezen die ik moest verzorgen, omdat het dan ook overzichtelijker wordt voor de kinderen zelf. Een van die kinderen die ik verzorgde was spastisch. Hij huilde om alles en als het hem niet aanstond, begon hij te slaan of aan je haren te trekken. Ook onder het eten was het altijd raak. Ik moest 2 kinderen tegelijk eten geven, maar als het hem niet snel genoeg ging, dan ging hij jeuzelen. Ik weet niet hoe, maar ik heb van al die dingen nauwelijks iets gemerkt. Of hij zich nou veilig voelde bij mij…?? Bij anderen was het krijsen, maar zodra ik hem oppakte als hij huilde, was hij stil. Verder had ik een kindje dat de hele dag vrolijk was, maar ook ontzettend ondeugend. Ik moest werkelijk de hele dag opletten of hij geen dingen deed die niet mochten. Die beide kindjes waren 2, maar daarnaast ik had ook nog een baby van 0. En wat zo bijzonder was, was dat ik die kinderen met de dag vooruit zag gaan in hun ontwikkeling. Het gehandicapte kindje dat ik verzorgde, zette zijn eerste stapjes; een ander kindje leerde vast voedsel eten. En dat in maar 2 weken tijd!! Samen met Klaas heb ik (samen met nog een paar anderen) het staatskinderzieken-
huis bezocht, waar de kinderen van ‘Casa Lidia’ vandaan komen. De kinderen in dit ziekenhuis zijn achtergelaten door moeders die er niet zelf voor kunnen zorgen. Er liggen honderden kinderen die in hun bed gevoed en verschoond worden. Met 3 personeelsleden op een etage met 30 kin-
deren is er geen tijd om ze uit bed te halen, te knuffelen, te troosten en om met ze te praten, laat staan te spelen. Vele kinderen liggen al jaren in eenzelfde houding in hun bedje en blijven achter in hun ontwikkeling, omdat ze geen dingen doen of krijgen die van groot belang zijn voor de rest van hun leven. Ze zijn allemaal sterk ondervoed. Er is geen verschil te zien tussen een kind van 1 maand of van 2 jaar (het klinkt overdreven, maar het is echt zo, onvoorstelbaar!!). Een vergeeld papiertje aan het bedje vertelt je de naam en leeftijd van het kind. Je kunt amper tussen de spijlenbedjes doorlopen, zoveel staan er en zo dicht op elkaar. De temperatuur is er 40ºC, geen airco, geen zuchtje wind en een walgelijke lucht. Terwijl ik dit stukje schrijf, komen de emoties weer boven. Daarnaast ben ik ook naar het zigeunerdorp geweest, waar je dus inderdaad 2
weken lang hetzelfde kind in dezelfde gebreide trui ziet lopen (bij 40ºC). Ook heb ik de plaatselijke school bezocht. Kinderen lopen soms 8 km naar die school, weer of geen weer. Klaas en Corrie worden gedreven door het geloof, wat hun de kracht geeft te vechten voor elk kansarm kind in het staatskinderziekenhuis.’Casa Lidia’ is een tussenstation tussen het ziekenhuis en pleeg- of adoptiegezinnen. Ook de rest van het gezin heeft geholpen. Zo heeft pappa een kamer afgetimmerd en andere klusjes gedaan. Mamma heeft gordijnen genaaid en mijn broertjes hebben meegedaan aan de activiteiten die de YMCA groep organiseerden voor alle dorpskinderen. Daar kwamen een week lang zo’n 60 kinderen op af. Ze deden spelletjes, gingen knutselen en aten er ook. Wij hebben ’s middags de kokkin meegeholpen met al het eten voorbereiden. Er liggen ondertussen plannen voor de uitbreiding van het kindertehuis, nl. de bouw van 3 huisjes voor gehandicapten. Geld blijft dringend nodig. Eveneens is maandelijkse ondersteuning nodig voor de pleeggezinnen. Wat mogen wij van geluk spreken dat we in Nederland geboren zijn. Dit geluk kunnen we met hen delen, door hulp te bieden aan mensen die dat alles niet hebben. Mensen die meer willen weten over het werk van stichting Hamin (hulp aan mensen in nood) kunnen kijken op de website www.hamin-europe.org Donaties zijn welkom op rekeningnummer 39.33.55.519 t.n.v. stichting Hamin, Beekbergen. Achteraf ben ik ontzettend blij dat ik hier heen geweest ben en ik wil ontzettend graag nog een keertje terug; of het nou dit jaar is of volgend jaar. Het lijkt me geweldig om ze een groot geldbedrag te kunnen geven dat wij hier samen bij elkaar hebben gespaard, zodat zij hun goede werk door kunnen zetten. Wendy Takens V5N Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
5
Hoe groot is jouw wereld? Onderwijs voor iedereen!
Is een oude telefoon niets meer waard? In Nederland is het de normaalste zaak dat alle kinderen naar school gaan. Hier gaan dagelijks 1,64 miljoen kinderen naar school. Dat is 99% van alle kinderen tussen de 4 en 12 jaar. Maar dit is in heel veel landen niet het geval. Wereldwijd kunnen 115 miljoen kinderen niet naar school. Alle kinderen hebben recht op onderwijs. Sterker nog, in het jaar 2000 deden 189 regeringsleiders de belofte ernaar te streven dat in 2015 alle jongens en meisjes ter wereld naar school kunnen gaan.
doen wij een gezamenlijk project voor Community & Service. We organiseren een inzamelingsactie voor Novib. Bij deze actie zamelen wij zoveel mogelijk oude telefoons in. Deze sturen we naar Novib en zij hergebruiken de telefoons en van het geld dat dit opbrengt, kan een kind in Afrika een jaar lang naar school! Dus hoe meer telefoons, hoe meer kinderen onderwijs kunnen krijgen. In de school komen op verschillende plaatsen “dropboxen” te staan. In deze dropboxen kun jij je oude telefoon inleveren. Dus als je thuis nog een oude telefoon hebt liggen, lever deze in!
TTO-leerlingen zijn verplicht om elk jaar een aantal uren Community & Service te doen (vrijwilligerswerk). Met onze klas
Klas 3X. Ella v.d. Haar
Kerstmarkt in Tienelswolde, 10 december 2004 Zuidlaren – Afgelopen vrijdag 10 december zijn we met z’n drieën naar het verzorgingstehuis ‘Tienelswolde’ gegaan in Zuidlaren, want er werd daar een kerstmarkt gehouden. Speciaal voor de gelegenheid hebben we toen vrij gekregen na het vierde uur.
We hebben deze kerstmarkt bezocht voor Community and Service (C&S), een Area of Interaction waar je te maken mee krijgt als je TTO doet. C&S is een soort van vrijwilligerswerk dat je eigenlijk ‘verplicht’ bent te doen ongeveer één keer in de maand. En het leek ons leuk om als C&S-activiteit het personeel in Tienelswolde te gaan helpen. De markt duurde van 13.00 uur tot ongeveer 16.00 uur en werd gehouden in de grote zaal van het verzorgingstehuis. De kerstmarkt was bedoeld voor de bewoners zelf en voor geïnteresseer-
6
Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
den. Er kwamen behoorlijk wat mensen op af. De grote zaal was helemaal versierd met slingers, klokken, kerstbomen, kraampjes, enz. Er werden allerlei dingen verkocht, zoals kerstkaarten, glühwein en kerstwafels. Er hing een echte kerstsfeer. We werden eerst voorgesteld aan de leidster van ‘huishoudelijke zaken’, mevrouw Verboom, en zij hielp ons met klusjes die we moesten doen. Heel erg veel te doen was er eigenlijk niet, want ze hadden alles voor de markt al voorbereid. We waren namelijk een beetje laat met bellen dat we wilden komen helpen. Al met al, we konden toch nog helpen achter een kraampje en we hebben daar redelijk wat kerstkransen verkocht. We vonden het erg leuk om te doen! Anne Korringa Elmon Meijering Marloes v.d. Schee (klas 3Y)
De “Meesterproef ” Voor de meeste eindexamenkandidaten zit een onderdeel van de afronding voor het examen erop! Leerlingen moeten, aantonen te beschikken over vaardigheden die het mogelijk maken zelfstandig onderzoek te doen. Bovendien moeten ze de uitkomsten van dit onderzoek presenteren: het profielwerkstuk. Voor leerlingen is dit proces vaak een worsteling. Voor begeleiders is dit zeker ook het geval.
Wat mag je nu eigenlijk verwachten van deze leerlingen? Hebben we wel voldoende geoefend in het voortraject op dit soort vaardigheden? Veel leerlingen kiezen een geschiedenisonderwerp. Blijkbaar kunnen ze zich daar gemakkelijker een voorstelling maken van het resultaat. De onderwerpen liggen dan meestal wat voor de hand. Voor een begeleider is dat niet altijd even boeiend, want je rol is dan vaak beperkt tot iemand die voortdurend moet sjorren en trekken. Dan ligt daar weer zo’n VOC-vloot troosteloos te dobberen in een windstille Harense baai. . . soms maandenlang. Vanuit dat perspectief kunt U zich misschien voorstellen hoe verschrikkelijk leuk het is als je af en toe heel goede producten ziet ontstaan. Ook dit jaar had ik het geluk een paar leerlingen met fantastische profielwerkstukken te mogen begeleiden. Trijneke Sibma en Anja Kozubenko verdiepten zich in een onderdeel van de Russische geschiedenis. Zij probeerden zich een oordeel te vormen over de effecten van de vijfjarenplannen van Stalin. Zij slaagden daar erg goed in. Totaal onder de indruk was ik van de prestatie van Paulien Timmer en Dorien Ytsma. Niet alleen kozen zij voor een apart onderwerp, ook de wijze waarop zij
structuur aanbrachten en de vlotheid waarmee zij hun werk deden wekte mijn bewondering. Zij deden onderzoek naar de houding t.a.v. seksualiteit door de eeuwen heen. Zij probeerden vooral een verklaring te geven voor de veranderende houding in de Victoriaanse tijd. Na een lange periode van relatieve vrijheid in opvattingen over seksualiteit werd deze in toenemende mate ingeperkt. Deze inperking werd op den duur zo sterk dat het erop leek dat seksualiteit bijna uit het openbare leven verdween. De auteurs wijzen erop dat de eerste veranderingen in de houding al in de Middeleeuwen plaatsvinden. De koppeling van de ideeën van de kerk aan de (medische) wetenschap heeft de "antiseksuele" houding extra gevormd en bevestigd in de l8de en 19de eeuw. Dit zou ook de basis worden voor wetgeving op dit gebied, waardoor de houding t.a.v. seksualiteit dus door de overheid werd vastgelegd en de norm werd voor hoe je als burger diende te denken en je te gedragen. Dorien en Paulien baseren zich voor een deel op afbeeldingen van vazen of schilderijen. Gelukkig zijn die ook royaal vertegenwoordigd in hun werkstuk en dat maakt het geheel al helemaal leuk om te lezen en te bekijken. In het beoordelingsgesprek probeer je dan
Venus van Willendorf, 25.000-20.000 BC als begeleider vaak nog een beetje de wijsneus uit te hangen. Nou die houding kon ik snel laten varen. Mijn leerlingen wisten hun zaak ook mondeling zeer goed toe te lichten. Blijf ik nu nog wel zitten met de vraag: "Hebben wij ze nou zo geweldig opgeleid of zijn die meiden zelf zo goed"? Ik ben bang dat ik het antwoord al weet en neem me voor ten behoeve van mindere goden meer aandacht te schenken aan het traject vóór het profielwerkstuk. Ineke v.d. Berg, docent geschiedenis
Technology in tweetalig onderwijs In de eerste vier klassen van het TTO wordt het vak Techniek gegeven en omdat de lessen in het Engels plaatsvinden heet het vak Technology. Er zit achter dit vak een bijzondere onderwijsfilosofie. Leerlingen komen reeds in TTO-1 in aanraking met een bepaalde wijze van oplossen van vraagstukken.
Een voorbeeld: Karin, een meisje van 12 jaar, bezoekt haar oma. Oma laat per ongeluk haar zakdoek vallen en probeert deze op te rapen, maar dat lukt haar niet meer. De gewrichten werken niet meer voldoende mee. Uiteraard raapt haar kleindochter het zak-
doekje voor haar op. Thuis gekomen denkt Karin erover na en neemt zich voor een oplossing voor oma's probleem te vinden. Per slot van rekening volgt ze de Technology lessen en ze moet vast wel iets voor oma kunnen maken. Na overleg met de docent(e) kijkt Karin
op internet en zoekt of er reeds bestaande oplossingen van haar probleem bekend zijn. Ook gaat ze naar de bieb en raadpleegt diverse boeken. Deze eerste fase (van onderzoek) heet bij Technology: Investigation (of Research). Uiteraard schrijft Karin ook op waar ze haar informatie vandaan heeft (resources). Karin heeft genoeg informatie verzameld, maar is niet geheel tevreden over de gevonden oplossingen. Ze pakt een tekenblok en gaat zelf een aantal oplossingen/ontwerpen schetsen. Na veel Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
7
denkwerk, aanpassingen en verbeteringen heeft Karin een schets gemaakt, die ze beschouwt als dé oplossing voor oma's probleem. Ze wil nu in het praktijklokaal aan de gang. De docent(e) vindt het goed, maar eerst moet Karin een planning/stappenplan maken (welk materiaal, welk gereedschap, enz.) voordat groen licht wordt gegeven om het te maken. Deze tweede fase (van ontwerpen en plannen) heet bij Technology: Plan Nu wordt het tijd om daadwerkelijk de handen uit de mouwen te steken. Karin gaat haar eindontwerp uit hout maken. Dat betekent: aftekenen, zagen, vijlen, schuren, enz. Zelfs verbeteringen tijdens het productieproces zijn toegestaan, maar moeten wel in het logboek (in Technology: Process Journal) worden vermeld. Ook moet Karin van de leraar motiveren waarom ze van haar eindontwerp is afgeweken. Deze aantekeningen zijn belangrijk bij de laatste fase van het hele proces. Deze derde fase heet in Technology: Create Hè, hè, eindelijk is het product klaar. Alleen, werkt het ook naar tevredenheid?
Gauw een papieren zakdoekje op de grond gegooid en zonder te bukken lukt het Karin het zakdoekje in één keer van de grond te rapen. Haar vriendin laat haar pen vallen en Karin probeert het ronde voorwerp ook op te rapen. Dat lukt pas bij de vijfde poging. Daar kan bij een volgend project dus nog iets aan verbeterd worden. Karin schrijft haar ervaringen en nieuwe ideeën op. Deze vierde fase (het testen van het product) heet in Technology: Evaluation
We zitten dan in een cyclus en daarom noemen we deze hele manier van werken in Technology ook de Design Cycle. Terugkijkend kunnen we zeggen, dat leerlingen op bovengenoemde manier het hele proces van probleem oplossen volgens de Design Cycle leren. Als docent Technology kan ik zeggen, dat deze benadering van lesgeven me echt aanspreekt en voor leerlingen een uitdaging betekent. Je moet hier wel bij in de gaten houden, dat het schrijfwerk (bij Investigation, Plan en Evaluation) niet de overhand krijgt. Dat is in de dagelijkse schoolpraktijk redelijk te regelen. Gelukkig maar, want de meeste leerlingen vinden het maken toch het leukste onderdeel van Technology. Zijn er ook nadelen aan deze manier van werken? Jazeker wel, er zit voor leerlingen, maar zeker voor de docent een forse papierwinkel aan vast. Maar daar heb ik langzamerhand mee leren leven.
Uit zo'n Evaluation komen meestal dus nieuwe probleempjes die om een oplossing vragen. En als we willen zouden we dus weer opnieuw kunnen beginnen met de Investigation.
Herman Loos leraar Techniek/Technology
Vwo 6 onderzoekt de bacteriële revolutie Op vrijdag 10 december hebben wij, 6 VWO-NT, in het kader van het vak scheikunde een uitstapje gemaakt naar het bedrijf Bioclear, dat zich bezig houdt met het onderzoeken, beperken en begeleiden van bodemsaneringen; met andere woorden: het verhelpen van bodemverontreiniging met behulp van bacteriën. Ze proberen hierbij een duurzaam en strategisch advies te geven.
Het bedrijf bestaat sinds 1988 en is in de loop van de jaren sterk gegroeid. Dat is ook niet verwonderlijk, want in Nederland alleen al zijn zo’n 600.000 locaties verontreinigd. De kosten om al deze plekken te reinigen bedragen rond de vijfentwintig miljard euro! We hebben het bezoek aan Bioclear voorbereid door onder andere via hun website vragen te formuleren. Hieronder volgt een weerslag van antwoorden die we kregen en de discussie die we met elkaar hebben gevoerd. In Nederland is het probleem van bodemvervuiling het eerst bovengekomen. Dat komt omdat wij in een ontwikkeld land leven en Nederland een hoge bevolkingsdichtheid heeft. In een ander land, zoals Frankrijk bijvoorbeeld, zou dit veel minder snel 8
Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
een probleem vormen, omdat je dan gewoon een ander stuk land gebruikt. In Nederland is de grond veel schaarser. Nederland is dan ook een van de wereldleiders, samen met Duitsland, Denemarken en de Verenigde Staten, in het ontwikkelen van methoden tegen grondvervuiling. Bioclear is uniek in deze sector omdat het een heel specialistisch bedrijf is. De concurrentie bestaat uit grotere adviesbureaus. Maar deze hebben meestal maar 1 of 2 adviseurs op dit gebied. Bioclear is met 24 personeelsleden dus toch een relatief groot bedrijf. Bioclear heeft veel methodes ontwikkeld die door andere bedrijven zijn overgenomen en ze geven ook cursussen. Ze hebben veel projecten geleid in de Randstad. Ook hebben ze met de ESA (European Space Agency) samengewerkt om bepaalde testen in de ruimte te doen. Ze zijn dus in zekere zin toonaangevend en leidend in dit specialisme. Wat is er veranderd sinds de start van het bedrijf in 1988? In 1988 stond de opruiming van bodemverontreiniging in kinderschoentjes. Niemand was nog op het idee gekomen om bacteriën hiervoor te gebruiken, alles werd toen nog opgeruimd d.m.v. afgraven (een dure oplossing). Bioclear is begonnen met het gebruik van bacteriën. Deze oplossing bleek erg effectief tegen bodemverontreiniging en economisch haalbaar. In de 16 jaar dat het bedrijf bestaat is er veel veranderd. Er is nu veel meer moge-
lijk door al het onderzoek en door de ervaringen die zijn opgedaan bij de vele verontreinigingen die zij hebben opgeruimd. Verontreinigingen zijn nu sneller, goedkoper en beter schoon te maken. De vervuiling van de grond in Nederland is begonnen met de industriële revolutie, rond 1880. In de honderd jaar die daarop volgden is het aantal fabrieken en bedrijven sterk gestegen. Tot ongeveer 30 jaar geleden, werd geen rekening gehouden met milieu- en bodemvervuiling. Als je het afval in de grond stopt dan ben je het kwijt, dacht men. Pas toen eind jaren 80 de sterk vervuilde bodem onder de wijk Lekkerkerk werd ontdekt, werd men zich ervan bewust dat bodemvervuiling een serieus probleem is. Alle bacteriën die door Bioclear worden gebruikt komen uit de natuur en worden gehaald uit de plekken waar de verontreiniging al voorkomt (bijvoorbeeld ‘afvalbergen’) en een plaatselijke bacterie zich heeft aangepast op de verontreiniging. Op deze plekken kan de verontreiniging dan ook zelf wel verdwijnen, maar Bioclear versnelt dat proces en importeert die bacteriën ook naar plekken waar er nog geen aangepaste bacterie is. Het komt vaak voor dat er meerdere verontreinigingen op een bepaalde locatie zijn. Ook dit is m.b.v. van bacteriën op te lossen. Je zou hier meerdere soorten bacteriën kunnen gebruiken. Wel moet je rekening houden met de reststoffen die deze verschillende bacteriën produceren, het zou namelijk mogelijk zijn dat deze reststoffen met elkaar reageren tot een product dat De heer Keuning legt uit giftiger is dan de oorspron-
kelijke verontreiniging en dat willen we natuurlijk niet hebben. Onder de juiste condities ontstaan er geen gevaarlijke restproducten. Bijvoorbeeld bij het afbreken van trichloor-etheen of tetrachloor-etheen (giftige stoffen) ontstaan als restproducten: koolstofdioxide, water (alleen bij trichloor-etheen) en chloride (zit in keukenzout). Behalve afval opruimen worden er door het bedrijf ook producten gemaakt. Bioclear ontwikkelt momenteel luchtfilters voor bijvoorbeeld ruimteschepen. Dit zijn tegenwoordig koolstoffilters, maar deze moeten vaak schoongemaakt worden en vervangen worden. Daarom heeft Bioclear een nieuw soort filter uitgevonden met bacteriën. Deze hoeven nooit schoongemaakt of vervangen te worden en zouden voor lange ruimtereizen, zoals een reis naar Mars, zeer geschikt zijn,. Deze filters zijn onder andere getest in de spaceshuttle Columbia, die vorig jaar is neergestort. Hierdoor zijn bijna alle testgegevens verloren gegaan. Een andere eerdere testversie is ook verloren gegaan in een Russische raket die ontplofte na de start. Bioclear had ook een test meegegeven aan André Kuipers om al het vuil in een ruimteschip te onderzoeken. Dit was een makkelijke test, die met succes is uitgevoerd. Ons bezoek was een leerzame bijeenkomst. We danken de heer Keuning voor de ontvangst en de wijze waarop hij de ingewikkelde materie met ons op begrijpelijke wijze heeft besproken. Vwo-6C, scheikunde-2 lesgroep Het organiseren van gastlessen en het bezoeken van lezingen/bedrijven/hbo en wo, is een van de speerpunten van het natuurteam: “contacten met buiten’. We hopen op deze manier de relatie tussen middelbare school en de wereld daarbuiten te benadrukken. Rony Grooten, teamleider natuurteam
De Sanseveria: voor als je wat te zeggen hebt. Het gebeurde allemaal ongeveer een jaar geleden. De vaksectie Nederlands besloot dat het een goed idee zou zijn om een literaire digitale krant op te zetten. Dit zou de plek worden, waar alle leerlingen van het Maartenscollege hun gedichten en verhalen kwijt konden.
Na een tijdje kwam het plan tot uitvoering en men begon leerlingen te vragen of ze geïnteresseerd zouden zijn om in de redactie te komen. Enkele mensen meldden zich aan en met een eerste bijeenkomst was het team snel gevormd: De Sanseveria was een feit. Nu zie ik jullie denken: Sanseveria, wat een naam. We zullen het even uitleggen: De Sanseveria is een Belgisch plantje met een leuke naam, het rolt lekker van je tong. De vaksectie Nederlands vond het een goed idee de krant een naam van een plant te geven. De SanseJaargang 5 – nr. 3, januari 2005
9
veria wordt ook wel ‘Vrouwentongen’ genoemd, door zijn vorm (en wat toevallig dat er meer vrouwen in de vaksectie Nederlands zitten dan mannen, haha). Natuurlijk kun je die betekenis ook opvatten als iets waar je veel van hoort. Bovendien heeft de Sanseveriaplant veel aandacht en verzorging nodig en dat is nu precies wat we onze digitale schoolkrant ook geven, anders wordt het natuurlijk nooit iets. Waarom wilden we een Sanseveria op de school? De reden mag duidelijk zijn: een plaats waar iedereen op een losse manier zijn of haar mening kan geven; dat is precies wat veel leerlingen graag willen. Tot nu toe was het niet echt mogelijk om je mening goed over te laten komen binnen de school. De Sanseveria zorgt ervoor dat iedereen kan zeggen wat hij of zij denkt, maar je kunt er natuurlijk ook je artistieke energie kwijt in de vorm van een gedicht of kort verhaal; wie weet krijg je wel commentaar waardoor je alleen maar beter zult worden. De dagen en weken na de eerste ontmoeting was er veel te doen voor ons; alles moest uitgelegd worden, we moesten een goed idee krijgen over het hoe en wat van de Sanseveria. Krijg niet een verkeerde indruk, wij zijn gewoon leerlingen vanuit alle hoeken van de school, geen oude heren die met dikke sigaren in donkere kamers overleg plegen over wat nu precies toe-
laatbaar is en wat niet. We zijn juist het tegenovergestelde: we zijn energiek, flexibel en willen juist open zijn voor iedereen, voor alle ideeën en meningen van de school. Uiteindelijk zijn we er gekomen, hoewel de krant zelf een beetje veranderd is. De Sanseveria is niet alleen een krant waar je gedichten kwijt kunt, maar waar je nu ook al je nieuws kwijt kunt, over dingen binnen maar natuurlijk ook buiten school. Bovendien is het dé plek om de discussie aan te gaan met je medeleerlingen, want op elk artikel kan worden gereageerd. Wees niet bang en laat je gezicht eens zien, we willen ook graag jouw mening horen. Je hoeft geen lid van de redactie te zijn om artikelen in de Sanseveria te krijgen. Met een mailtje naar het redactieteam is alles heel snel geregeld. Beloftes en mooie praatjes, dat kan iedereen je wel geven. Gelukkig hebben we de Sanseveria al een tijdje op het net staan en kun je dus gewoon een kijkje nemen. Kijk eens op http://www.maartenscollege.nl/nl/sanseveria om een goed idee te krijgen over hoe onze krant is. En wie weet, misschien zien we jou over een jaartje wel terug in de redactie. Dat zouden we hartstikke leuk vinden! Giel-Jan Ottens, redactielid
Drie jubilarissen
We voelden ons koninginnen op het feest Vijfentwintig jaar werkzaam op het Maartenscollege is een jubileum om bij stil te staan. Dat vonden ook Jetty Boddeüs (secretaresse), Magriet ten Kate (docent BO) en Maria Adriaanse (docent L&M), en zij wilden dit vieren met een feest voor de collega’s. Op 9 september jl. ging deze wens in vervulling. Het zal niemand verbazen dat ze in het gesprek waarin zij terugblikken op deze onvergetelijke dag, ook af en toe verder teruggingen in de tijd.
Een feest voor de collega’s
Maria, Jetty en Magriet kennen elkaar goed en zijn zoals Maria het noemt echte ‘De Wijert’ mensen: “We hebben alledrie een groot deel van ons Maartensverleden in 10
Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
Van ouders... Voor ouders de dependance in de Wijert liggen. Bovendien kunnen we goed met elkaar overweg. Dus toen Carolien Kasteleijn naar onze wensen vroeg, zijn we bij elkaar gaan zitten en waren er vrij gauw uit: niet apart maar samen.” Jetty had eerst wel iets van ‘Wil ik al die aandacht wel?’, maar Maria en Magriet hadden haar snel overtuigd: ”Een feest en dan niet op de plek waar je elkaar al dagelijks tegenkomt, maar ergens anders. Dat leek ons vreselijk leuk. Onze wens: een High Tea in het Stadsparkpaviljoen. We hebben dit Carolien voorgelegd en zij heeft het daarna verder allemaal geregeld. Wij vonden het heerlijk dat wij verder niets hoefden te doen.” Behalve dan de uitnodiging, want dat wilden de drie jubilarissen graag zelf verzorgen. Magriet: ”Normaal doet de schoolleiding dit. Door dit zelf te doen wilden we aangeven dat we het echt erg op prijs zouden stellen als ze er allemaal zouden zijn. Ook de nieuwe collega’s. Gewoon omdat het zo leuk is om met elkaar zo iets mee te maken.”
Een gedicht, een lied, een speech
Een prachtige dag werd het zeker. De 9e september begon voor de drie als alle andere: lesgeven tot ongeveer 13.00 uur, zoals altijd op donderdag, maar wel met een traktatie bij de koffie. Rond 14.00 uur hadden de dames afgesproken in het Stadspark, zodat er nog even tijd was om de gezinsleden over en weer te begroeten voordat de gasten zouden komen. Jetty: “Door het mooie weer konden we buiten op het terras de collega’s ontvangen. Het leek wel een receptie: veel bloemen, pakjes en andere attenties. Overweldigend vond ik het.” Ook de andere twee waren zeer verrast. Heel speciaal was de bloem die iedere gast voor elke jubilaris had meegenomen met daaraan een kaartje met een persoonlijke wens zoals ‘fijn dat je mijn collega bent geworden’ of ‘hoe houd je het vol!’. Magriet: “Maar daar bleef het niet bij. Eenmaal binnen, waar een heerlijke High Tea werd geserveerd, bleek dat de collega’s onder leiding van Carolien een heel programma in elkaar hadden gezet. Zo was er een quiz, waarin wij onze kennis van elkaar en allerlei gebeurtenissen uit de afgelopen 25 jaar moesten laten zien, een CD gemaakt door Roel Wilson met allerlei hits uit 1979, het jaar waarop we in dienst kwamen bij het Maartenscollege: wij moesten, gelukkig met hulp, raden wie het zong en wat de titel was.” En niet te vergeten de verrassing die de directe collega’s voor hen in petto hadden: het schitterende lied voor Jetty, het mooie gedicht voor Magriet en de bijzondere speech voor Maria. Alle drie waren ze bijzonder geroerd door de persoonlijke aandacht die zij hiermee kregen. Het Maartensgevoel is er nog steeds
Heel bijzonder was de sfeer en het gevoel van verbondenheid tijdens het feest. Maria: ”Eigenlijk is dat misschien wel het meest onverwachte cadeau. Het wij-gevoel, dat ik in de Wijert altijd heel sterk aanwezig vond, heb ik lang gemist. Het grote gebouw, de langere lijnen, de twee docentenkamers: ik zie sommige collega’s nauwelijks nog en zie soms collega’s, waarvan ik de naam niet ken. Ik weet nu dat het Maartensgevoel, die betrokkenheid op elkaar er wel degelijk nog steeds is.” Magriet en Jetty vallen haar bij: “We waren in de Wijert gewend dat als er iets moest gebeuren iedereen meedeed. Door de grootte van de school is de sfeer nu zakelijker. Wij hebben daar zeker aan moeten wennen. Daarom was het nu zo leuk om te zien dat iedereen zo ontspannen was en we konden lachen om dezelfde dingen. Ook de nieuwe collega’s vonden het een bijzondere gebeurtenis.” Terugkijkend zijn ze blij dat ze hun jubileum zo hebben gevierd. Voor Magriet was het de dag waarop ze zich als een koningin voelde: “Ik heb ook aldoor met een glimlach rond gelopen.Voor geen goud had ik het willen missen.” Maria en Jetty zijn het helemaal met haar eens en iedereen die de vraag voorgelegd krijgt hoe hij zijn jubileum wil vieren, willen ze het volgende advies geven: besteed er zeker aandacht aan, doe het op de manier die jij graag wil. Overdoen kan niet, dus geniet er vooral van.
Jetty
De overgang van de Wijert naar dit grote gebouw was een grote stap. In de Wijert was ik het centrale punt, werkte alleen, was van alles op de hoogte, kende iedereen. Ik was, om even te vergelijken met de situatie van nu, telefoniste, secretaresse en “leerlingenbalie”. Dat kon ook want er waren allen 1e en 2e klassers in het gebouw, zo’n 12 tot 14 klassen. Vroeger deed ik alles op de typemachine en gebruikte ook veel pen en papier. Zo schreef ik met een vulpen alle rapporten en kalligrafeerde de naam van de leerling. Dat zou nu niet meer kunnen met 35 onderbouwklassen! Je flexibel opstellen is belangrijk. Veranderingen vragen altijd tijd. Het heeft mij ook ruimte geboden voor nieuwe dingen, zoals een deel van het secretariaat voor de Internationale School, het administratieve werk van de Remedial Teaching en er is veel werk bijgekomen door de nieuwe TTO-afdeling.
S. Blaauboer (ouder) Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
11
Magriet
Maria
Ook voor mij was de stap naar deze locatie heel groot. Ik ben meer een 70-er jaren type en heb mij heel goed gevoeld destijds in dat ‘warme nest’ in de Wijert waar een sfeer heerste van ‘met, door en voor elkaar’. Nu moet je meer voor jezelf opkomen, ben je meer op jezelf aangewezen. De uitdaging zoek ik nu meer in mijn vak en in het contact met collega’s van de vaksectie. Ik zie nu weer een groep in de groep ontstaan: een aantal collega’s waar je veel meer mee optrekt en een aantal collega’s die je niet of nauwelijks kent of ziet. Voor mij persoonlijk heeft de overstap naar deze locatie ook iets heel moois opgeleverd: ik ben er mijn partner tegengekomen. Of het anders ook zo gelopen zou zijn? Wie weet! Sinds dit schooljaar geef ik behalve op de Internationale School ook les in de TTO-stroom; natuurlijk in het Engels. Het uitdagende van deze combinatie vind ik dat je nu meer vanuit één systeem kunt gaan werken, het Middle Years Programme (MYP). Dit is de basisvorming ‘in ideale vorm’. Het werken met de leerlingen vind ik altijd nog ontzettend leuk. Ze spreken me nu aan met ‘u’ en ‘mevrouw’, dus het leeftijdsverschil is blijkbaar ‘zichtbaar’, maar ik blijf genieten van mijn lessen en hoop ook zeker in de toekomst weer het mentoraat op te pakken.
Van het vak bijbelkennis naar L&M (levensbeschouwing en maatschappij) : een verandering van naam maar ook van inhoud, waar ik heel blij mee ben. Ik wil leerlingen leren om zich af te vragen waarom de dingen zijn zoals ze zijn, waarom mensen doen zo als ze doen. In de L&M-lessen sta je stil bij de actualiteit en praat met leerlingen over het hoe en waarom. Counseling was vroeger alleen bedoeld voor leerlingen van de bovenbouw. Mentoren in de onderbouw liepen echter steeds vaker tegen problemen aan waar zij geen raad mee wisten. Daarom is de voorziening toen ook voor de onderbouw gaan gelden en heb ik hiervoor de zorg gekregen. Leerlingen, ouders en ook leerkrachten kunnen bij Paulus de Groot (collega counselor) en mij aan kloppen met problemen waar ze geen raad mee weten. Ik maak mij zorgen over de verandering in de omgangsvormen op school. Ik mag dan wel tot de oudere garde behoren en dat we in de school te maken hebben met verschillende generaties, maakt het weliswaar niet makkelijk, maar we moeten er wel met elkaar over in gesprek blijven. Eén lijn trekken als het gaat over omgangsvormen en ‘leefregels’ in de school en er dan ook consequent op toezien, is lastig, maar in het licht van onze discussie over de kernwaarden wel heel belangrijk.
Ouders en kernwaarden Maartenscollege Op 23 november jl. heeft de ouderraad van het Maartenscollege een ouderavond belegd in de aula van de school. Op die avond hebben circa 65 ouders nagedacht en gesproken over wat de kernwaarden en toekomstvisie, zoals die in augustus 2003 door de school zijn vastgelegd, nu praktisch gezien betekenen. De school (personeel en leerlingen) geeft daar op eigen wijze invulling aan. De ouderraad is echter van mening, dat de ouders daar ook een heel belangrijke rol in spelen en een zeer waardevolle bijdrage aan kunnen leveren.
Na een welkomstwoord en een korte inleiding schetste Aagje Verkerk, conrector van de Tweede Fase en nauw betrokken bij de totstandkoming van de kernwaarden en toekomstvisie, hoe de school in een periode van ongeveer anderhalf jaar tot de uiteindelijke formulering is gekomen. Samengevat kan worden gesteld, dat dit middels een uiterst zorgvuldig proces is gebeurd waarbij alle groeperingen binnen het Maartenscollege op de één of andere wijze betrokken zijn geweest. Na de inleiding van Aagje hebben de aanwezige ouders in groepjes gepraat over de 12
Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
vertaling/invulling van de kernwaarden en toekomstvisie aan de hand van de volgende vragen. • Wordt het onderwijs nu anders? • Krijgt mijn kind op een andere manier aandacht? • Worden buitenschoolse activiteiten een deel van het reguliere aanbod? • Wat is het gevolg voor mij thuis en kan ik in de thuissituatie iets doen? Woordvoerders van de verschillende discussiegroepen gaven vervolgens een
samenvatting van wat er zoal leefde. En hoewel de meningen hier en daar verschilden en er af en toe een levendige discussie ontstond, waren er toch ook gemeenschappelijkheden. Hieronder een bloemlezing van gehoorde opmerkingen, tips, etc. • Het hebben van een aantal kernwaarden en een toekomstvisie is een goeie zaak. Het geeft aan waar de school voor staat en maakt duidelijk wat leerlingen en ouders, maar ook het personeel van het Maartenscollege, kunnen verwachten en wat er van hun verwacht wordt. • Het Maartenscollege is niet uitsluitend gericht op onderwijs, maar probeert de leerlingen “wat meer” mee te geven. Dat wordt als positief ervaren. • De school zou wat meer aandacht kunnen schenken aan actuele zaken. De recente gebeurtenissen n.a.v. de moord op Theo van Gogh is lang niet in alle klassen aan de orde geweest. • Er wordt in overweging gegeven om als school deel te nemen aan het project ”Scholen voor Duurzaamheid” • 11 november moet als speciale (project)dag gehandhaafd blijven. • Het Maartenscollege zou deel kunnen
•
•
•
•
•
nemen in projecten waarbij leerlingen worden “gekoppeld” aan gehandicapte kinderen van andere scholen/instellingen. De school zou moeten overwegen om het type onderwijs dat op het TTO wordt gegeven (de verschillende vakken optimaal op elkaar afstemmen, veel werken met projecten inclusief het zelf evalueren daarvan) ook binnen de andere richtingen te introduceren. Aan de andere kant moeten de cognitieve zaken (het betere stampwerk) niet worden vergeten. Leerlingen die tijdens een groepsopdracht aanmerkelijk beter (of slechter) presteren dan de rest moeten dat in de uiteindelijke waardering terug kunnen zien. Hoewel het werken in groepen een zekere meerwaarde heeft moet geen van de deelnemers “slachtoffer” worden van een groepscijfer, zeker niet indien het een dossiercijfer betreft. De individuele beloning (middels ouderwetse cijfers) moet blijven. Het Maartenscollege zou nieuwe docenten met de kernwaarden en toekomstvisie moeten confronteren ten
tijde van de sollicitatieprocedure. • Zijn de huidige docenten wel optimaal geoutilleerd om met de geschetste nieuwe manier van onderwijs om te gaan. • Het respect hebben voor elkaar en het respectvol met elkaar omgaan kan nog wel worden verbeterd. • Het principe van de leerlingmentoren wordt als positief gezien. • Het jaarlijkse songfestival moet op de één of andere manier worden gehandhaafd. • De reizen, zoals die naar Taizé, voegen iets toe, zijn uiterst waardevol en moeten als het kan worden gehandhaafd. Onder het motto “Doe er je voordeel mee” heeft de ouderraad de resultaten van de ouderavond inmiddels aan de schoolleiding aangeboden. Wellicht verdient het aanbeveling om de school op een toekomstige ouderavond uit te nodigen om naar ouders toe te schetsen hoe men de kernwaarden en toekomstvisie naar de praktijk heeft vertaald.
Jan Oldenburger
“Bel-ouders” zoeken surveillanten In de periode van maandag 23 mei tot en met donderdag 2 juni 2005 worden de Centrale Schriftelijke Eindexamens afgenomen. Zoals ieder jaar vragen wij de ouders van leerlingen die het volgend schooljaar (dus in 2006) examen doen om tijdens het CSE te surveilleren. Deze surveillance wordt georganiseerd
door de zogenaamde 'bel-ouders'. Dat zijn contactouders die u telefonisch zullen benaderen met de vraag of u bereid bent tijdens één of meerdere zittingen te surveilleren. Deze belronde zal omstreeks eind maart plaatsvinden. Wellicht ten overvloede wil ik benadrukken dat als u meldt beschikbaar te zijn,
wij dan ook op u rekenen. Ik wil hierbij alle surveillerende ouders alvast hartelijk danken voor de moeite!
Annet Timmerman, Examencoördinator Tweede Fase
[email protected]
Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
13
Overpeinzingen
Maartenscollege en haar reputatie Onlangs nam Rector Magnificus Frans van Vucht afscheid van de Universiteit van Twente. Zijn visie, weergegeven in een interview in de Volkskrant d.d. 26 november 2004, inspireerde me tot de volgende gedachten.
Van Vucht definieert een academische ‘rep-race’ (reputatierace) in een steeds internationaler wordende onderwijsmarkt. In de VS zijn in de periode tussen 1949 en nu 19% meer studenten in een andere staat gaan studeren dan zij wonen. Van Vucht beweert dat dit in Europa ook zal gebeuren. Studenten zullen meer en meer afgaan op de reputatie van een universiteit. ‘Voor universiteiten is al eeuwen de intellectuele prestatie het belangrijkste. Wie het beste onderzoek doet, het mooiste artikel schrijft, die is de winnaar. Het gaat veel minder om geld en omvang.’ ‘Universiteiten zullen elke euro die ze te pakken krijgen investeren in hun reputatie, door knappere koppen aan te trekken, door betere laboratoria te bouwen, door betere studenten aan te trekken.’ Volgens Van Vucht kunnen studenten niet van te voren weten hoe goed een universiteit feitelijk is, dus zullen ze afgaan op reputatie. Van Vucht beschrijft de twee criteria waarop studenten hun keuze zullen baseren en tot gouden standaard verheffen: selectiviteit en hoge collegegelden. ‘Een universiteit die studenten selecteert zal hoger worden gewaardeerd dan een instelling die dat niet doet. Hoge collegegelden zullen worden opgevat als een bewijs dat er kwaliteit wordt geleverd.’ Hoe zit dat met een school voor voortgezet onderwijs als het Maartenscollege? Jarenlang heeft het Maartenscollege een gedegen reputatie genoten, vooral op het gebied van leerlingbegeleiding. Wijd in het land verspreid klonk de naam van het (Sint) Maartenscollege. Een degelijke school waar je je kind altijd veilig heen kon sturen met een gegarandeerd succes. In die jaren gold dat het (St) Maartenscollege dit veel beter volbracht dan vergelijkbare scholen in de buurt (althans dat deed de reputatie vermoeden). Inmiddels hebben andere scholen ook een stevig begeleidingssysteem ontwikkeld en is het niet meer een exclusief onderwerp voor het Maartenscollege alleen. Als de komende jaren reputatie voor universiteiten de belangrijkste aantrekkingskracht vormt, waarom zou dat voor een middelbare school dan niet kunnen gelden? Reputatie boven groei. Kwaliteit boven kwantiteit. Op welke punten kan bij de huidige maatschappelijke ontwikkelingen en moderne vormen van onderwijs een reputatie gebaseerd worden? Ik denk dat voor een school het volgende is te noemen: intellectuele prestaties, het mooiste profielwerkstuk, vormende, beeldende, muzikale, sportieve activiteiten. Aantrekkelij14
Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
ke intellectuele wedstrijden, inspirerende excursies en reizen; modern onderwijs dat aansluit bij de leefwereld van de huidige jongeling. Een persoonlijke benadering van de leerling als onontbeerlijk fundament voor ontwikkeling op emotioneel, moreel en intellectueel gebied, vormt een basis voor verdere prestaties. Het is de vraag echter of het mogelijk is in een rep-race hoog in een ranglijst te komen indien op alle fronten tegelijk hoog gescoord moet worden, dat lijkt een welhaast onmogelijke opgave. Maken we wel voldoende keuzes? We zijn een ‘cultuurschool’, maar ‘voelt’ dat ook zo als je nieuw binnenkomt? We halen een cultuursubsidie binnen, “reputeren” met TTO, bieden de gymnasiumopleiding aan, winnen een Wubbo Ockelsprijs..., we werken op vele fronten tegelijk. Als je kijkt naar de Universiteit van Twente, dan zie je dat ze op onderzoeksgebied duidelijke keuzes hebben gemaakt. Van Vucht: “We hebben het versmald tot 6 speerpuntstudies. Als je kunt focussen op gebieden waarin je goed bent, kun je uiteindelijk tot de top behoren. Daar hebben vooral grote universiteiten een probleem mee.” Hieruit zou je kunnen afleiden dat het mogelijk is meerdere speerpunten tegelijk te hebben, zolang elk tot de top kan (gaan) behoren, maar dat het de vraag is of dat financieel wel haalbaar is. Als de universiteiten elke euro in reputatie stoppen dan blijft er per deelgebied weinig bruikbaars over. Ik zie voor het natuurteam (profielteam tweede fase, red.) zeer veel potentie voor het bouwen aan een reputatie. Ik ben niet afwijzend over het toepassen van selectiecriteria en (hoge) ‘schoolgelden’, mits goed gefundeerd en uit te leggen. Criteria moeten gebaseerd zijn op doelstellingen die gehaald moeten worden en ‘gelden’ moeten de kwaliteit van te geven onderwijs ver-
hogen. Het is minder een probleem eisen aan leerlingen te stellen indien het gegeven onderwijs voldoet aan hoge standaarden en voortdurend wordt bijgesteld en geoptimaliseerd. Dat vergt in deze tijd een hoge mate van inzet en inspiratie. Te hoog gegrepen, te veel gevraagd? Ik denk van niet. Is het niet inspirerend om bij een school te werken met een goede reputatie? Draagt het niet enorm bij tot een hoge mate van voldoening? Het kon het gesprek over de CAO wel eens overstemmen.
gen praat kom je er achter dat zij moeite moeten doen om schoolwerk in ‘niet-schooltijd’ ‘ertussen te drukken’. Mee eens of niet, het is een feit. Het feit ontkennen of negeren is vragen om moeilijkheden. Het is als een moeilijke voetbalwedstrijd proberen te winnen met spelers die alleen maar van biljarten houden. Opties: selecteer alleen voetballers en als dat niet (geheel) lukt, ga eerst met ze biljarten. Dat laatste is een beeld voor het aanpassen van je onderwijs(vorm) aan je leerlingen, terwijl we erg vaak het omgekeerde uitvoeren.
Soms rijst bij mij de vraag, aan welke kant je eigenlijk moet beginnen. Selecteer je betere leerlingen of moet je betere docenten selecteren? De vraag is enigszins hypothetisch; de mogelijkheden zijn niet aan elke kant even groot. Bovendien, wanneer ben je een goede docent? Daar valt nog wel een robbertje over te vechten. Ik wil wel een uitspraak doen. Een goede docent is voor mij een professional die bereid is om samen met collega’s en andere betrokkenen na te denken over modern onderwijs en die bereid is empirisch vast te stellen wat als modernisering kan worden bestempeld. Zoals een wetenschapper het betaamt: eerst het experiment dan de conclusie. Conclusies op basis van eerdere ervaringen gaan niet altijd fout, maar er wordt dan expliciet geen rekening gehouden met de voortdurende variabele: de veranderende leerling. Het is dus zaak onze leerling te kennen. Wat beweegt hem? Wat onderneemt hij? Hoe pakt hij het aan? Wat vindt hij belangrijk? Ik meen vaak te horen dat wij als docenten het denken te weten en anders wel hopen op een manifesteren van leerlingen dat al lang geen gemeengoed meer is. Als je met havo 5 / vwo 5 leerlin-
Reputatie boven groei is een uitdaging. Een uitdaging met kansen. Onderwijsmensen wensen een goed salaris. Terecht, maar een goed salaris leidt niet onherroepelijk tot goed onderwijs. Geld voor goed en modern onderwijs en passende onderwijsondersteuning is mogelijk meer van belang. Als dat leidt tot kwaliteit en vervolgens tot reputatie, dan levert dat voor medewerkers prestige op. Naar mijn idee een grotere satisfactiefactor dan het maandelijkse loonstrookje. Rony Grooten, teamleider natuurteam Tweede Fase Heeft u ook overpeinzingen over het onderwijs? Stuur uw gedachten op voor het volgende Maartensmagazine aan
[email protected] Erratum:
e-mailadres contactouder (bovenbouw) Harry de Jong:
[email protected]
Kalender –––––-–––––– Januari
ma
10
do
13
week 3 ma 17 do 20 vr 21 week 4 ma 24
di
25
wo
26
• gewone lesdag (les 7, 8 & 9 vervallen) • onderbouwklassen huiswerkvrij 14.00 schoolarts aanwezig (-15.00) kamer Aagje Verkerk (W 103) 17.30 MBO voorlichting vmbo3 BelcampoCollege Maartens Magazine 3 uit 19.00 tweede fase en vmbo4 mentorgesprekken 20.00 ouderavond zelfvertrouwen klas 1 09.00 scheikunde PO (Hanzehogeschool) h5 (o.v.) 14.10 19.45 19.00 13.00 15.00 19.00 13.00 19.00
herstelmiddag profielwerkstuk v6 (M-team) OURA tweede fase en vmbo4 mentorgesprekken scholierenmanifestatie (LOB-project h4) herstelmiddag profielwerkstuk v6 tweede fase en vmbo4 mentorgesprekken scholierenmanifestatie (LOB-project h4) tweede fase en vmbo4 mentorgesprekken Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
15
do
27
vr
28
za
29
week 5
ma
31
14.10 herstelmiddag profielwerkstuk v6 (Natuurteam) • onderbouwklassen toetsvrij • open dag AlfaCollege/Noorderpoortcollege 19.00 OPEN AVOND (-21.00) • open dag AlfaCollege/Noorderpoortcollege 10.00 OPEN DAG (-12.30) start 2e halfjaar PKD 2 (h3/v3/TTO3) stageweek vm3 + overstappers h3-vmbo4 • TAP 3 08.30 PKD 2 (h3/vmbo4) 08.30 CITO v6 Engels (-10.00) 08.30 CITO h5 Frans (-10.00)
–––––-–––––– februari
di
wo
do
1
2
3
• 08.30 08.30 08.30 12.30 • 08.30 08.30 • 08.30 08.30 19.00 20.15
TAP 3 PKD 2 v3 CITO v6 Duits (-10.00) CITO h5 Engels (-10.00) excursie L&M (moskee) h2/v2 TAP 3 CITO v6 Frans (-10.00) CITO vmbo4 Engels (-10.00) TAP 3 v6 PKD 2 TTO3 CITO vmbo4 Duits (-10.00) ouderavond vm3 (sectorkeuze) ouderavond vm2 (leerwegen)
vr
4
week 6 ma 7 wo
9
do
10
vr week week ma vr
za
11 7 8 21 25
26
• TAP 3 v6 08.30 CITO vmbo4 Frans (-10.00) 11.30 project L&M/ne vmbo4 (politiek debat) 14.10 15.00 • 10.30 12.30 14.00 20.00 08.30
• • 08.30 19.30 •
inhaal niet herkansbare toetsen TAP 3 evaluatiebijeenkomst leerlingmentoren onderbouw rapport mee ANW-project h4 (biosfeer) verwerking stage vm3 schoolarts aanwezig (-15.00) kamer Aagje Verkerk (W 103) contactouders 3 (onder- en bovenbouw) SWID KROKUSVAKANTIE skireis start SOS blok 4 onderbouwklassen huiswerkvrij open dag RUG (op locatie) presentatie project ckv/L&M h5 (show) disco leerjaar 2/3 en MYP 3-4 open dag Christelijke Hogeschool Leeuwarden
–––––-–––––– maart
week 9 wo 2 vr za
4 5
week 10 ma 7 do 10
za 12 week 11 ma 14 do zo week wo vr week ma di
wo do
17 20 12 23 25 13 28 29
30 31
15.00 19.00 • •
voorlichting voor leerlingen over Taizé tafeltjesavond tweede fase en vmbo4 cijferoverzicht 3 mee open dag Noordelijke Hogeschool Leeuwarden
• proefstuderen NHL/CHN • MBO voorlichting AlfaCollege vm3 14.00 schoolarts aanwezig (-15.00) kamer Aagje Verkerk (W 103) • open dag Hanzehogeschool • 19.45 • 11.00
een dag student RuG (tot 8 april) OURA project KCV v4/v5 (Orpheus) MAARTENS CULTUREEL Projectweek klas 3 + PKD 3 (h3/v3/TTO3) 20.00 contactouders (4) (onder- en bovenbouw) GOEDE VRIJDAG (geen lessen)
PAASMAANDAG (geen lessen) • excursie Sint Josephkerk L&M leerjaar 1 • TAP 4 08.30 "project ""Dichten op de muur"" klas 3" • TAP 4 08.30 TAP 4
–––––-–––––– april
vr
16
Jaargang 5 – nr. 3, januari 2005
1
08.30 TAP 4 v6 10.30 project massamedia Engels & L&M vmbo4