Pedagogisch werken met plezier
’s
Speel- & Leerbrief
NOVEMBER 2015
DOE MEER MET EEN BOEK! 1-3 jaar
maandblad voor peuters
er 2015 - € 4,45 jaargang 26 - novemb
P-509549
pook
n moet eve huilen
bv, 1953-2015 © copyright Mercis Illustraties Dick Bruna
aagje zijn bang
Beertje Bruin
zijn! en spook meer
dag nijntje, keer! tot de volgende
Een heel boekje over
blij, bang en boos zijn
Voorlezen heeft kinderen en hun voorlezers heel veel te bieden: leesplezier, uitbreiding van de woordenschat, het stimuleren van de fantasie en … veel mooie momenten samen. Een goed gekozen boek kan indruk maken op peuters. Niet voor niets willen ze een boek soms nóg een keer en nóg een keer voorgelezen krijgen. In de kinderopvang kun je met die betrokkenheid van een kind meer doen dan voorlezen alleen. Een boek kan een heel mooi uitgangspunt zijn voor het spelen van een spel, het zingen van een liedje of het maken van een knutsel. Vanuit de emotionele betrokkenheid bij de inhoud van het boek, is de motivatie om een andere activiteit hierbij te laten aansluiten groot. Dat zorgt bijna altijd voor een succesvolle en leuke activiteit met de kinderen. In de Speel- & Leerbrief werken we eigenlijk met hetzelfde uitgangspunt. Bij bijna elk verhaaltje in PIPPO krijg je elke maand tips voor aanvullende activiteiten waardoor het lezen van PIPPO nog leuker wordt. Ik wens jullie met deze Speel- & Leerbrief veel pedagogisch lees- en speelplezier!
Marja Baeten
redactie PIPPO
LEESTIP
Zoek je een boek bij het thema van deze PIPPO? Bij het thema ‘emoties’ zijn veel leuke boeken te gebruiken. Klik op deze link en je ziet ze allemaal. Voortaan vind je elke maand zo’n link in deze Speel- & Leerbrief!
www.clavisbooks.com/thema/ pippo
Speel- & Leerbrief
Pedagogisch kader kindercentra 0-4 jaar De Speel- & Leerbrief verwijst regelmatig naar het Pedagogisch kader kindercentra 0-4 jaar. Dit boek is een naslagwerk en inspiratiebron voor pedagogisch medewerkers in de kinderopvang.
NOVEMBER 2015
1
Aapje Pippo en ee!paard! een id e zijn hout n
Activiteit
Maak een emotiebordje
Voor jonge kinderen is het herkennen en benoemen van emoties iets wat ze nog moeten leren en oefenen. Vaak hebben ze niet voldoende woorden ter beschikking om over een emotie te praten. Daarom kun je een emotiebordje maken, waarop blij, boos of verdrietig zichtbaar kunnen worden gemaakt. Een kind kan laten zien hoe hij zich voelt.
Zo maak je het bordje: Aapje Pippo rijdt op zijn houten paard. Dat doet hij een beetje wild en daarom valt zijn knuffelbeertje op de grond. Heeft hij zich pijn gedaan? Bekijk elke foto van het verhaal. Lees de tekst en zorg dat de kinderen die luisteren de illustraties goed kunnen zien. Je wijst op de foto de dingen aan die in de tekst worden genoemd. Vooral voor de dreumesen is dit goed: zo leren ze het verband kennen tussen tekst en beeld. Bekijk met de kinderen elke foto nog een keer. Let nu vooral op het gezicht van aapje Pippo. • Hoe kijkt hij op bladzijde 2? • Kun jij ook zo kijken? • Wanneer kijk je zo? Laat de kinderen zelf situaties noemen. • Hoe kijkt aapje Pippo op de volgende bladzijden? Geschrokken, verdrietig en gerustgesteld. Welke woorden kiezen de kinderen voor deze gezichtsuitdrukkingen
Speel- & Leerbrief
• Je hebt een papieren bordje nodig. Je kunt het verven. • Knip uit stevig papier twee ogen en twee wenkbrauwen. • Knip ook een neus en een mond en wangen. • Prik de onderdelen vast op het bordje met een splitpen. Kinderen kunnen het gezicht laten kijken zoals ze zich voelen. Doe het voor. Ze zullen verbaasd zijn dat het draaien van de mond ervoor zorgt dat het bordje heel anders gaat kijken.
Maak een thematafel
Het is belangrijk dat je kinderen bij een thema betrokken houdt. Dat doe je door een thematafel in te richten. Verzamel voorwerpen en boeken die bij emoties horen en stal die uit. Ga regelmatig naar de tafel en lees voor of doe een activiteit. Verwijs kinderen naar de tafel als ze zelf iets aandragen wat met het thema te maken heeft.
NOVEMBER 2015
2
Achtergrond
Beertje Bruin boos is
Boosheid als basisemotie
Beertje Bruin wil een toren bouwen, maar de blokken vallen om. ‘De blokken zijn stom!’ roept hij uit onmacht. Nu wordt Papa Beer ook boos. Beertje Bruin mag niet schreeuwen. Maar Papa Beer heeft ook begrip. Hij troost Beertje Bruin, die eigenlijk helemaal niet boos wil zijn. Lees het verhaaltje voor. Vraag aan de kinderen of ze het gedrag van Beertje Bruin herkennen. Worden zij ook wel eens boos als er iets niet lukt? Lees ook wat hierover staat in PIPPO Plus onder: Herkenning geeft houvast.
Plaatjes en woord jes oos Over blij, bang en b
Activiteit
Een blije kleurplaat
zijn
Op deze twee bladzijden zie je een jongen en een meisje in verschillende situaties. Wie is blij? Wie is bang? Wie is boos? Laat de kinderen eerst alle kindjes zoeken die blij zijn. Vraag ook of ze kunnen zien waarom ze blij zijn. Vervolgens stel je die vraag ook over wie er bang is en waarom. En wie is er boos en waarom? Het is de bedoeling dat kinderen emoties herkennen en dat ze woorden vinden die ze ervoor kunnen gebruiken. Dat is niet alleen bang, boos en blij. Nodig de kinderen uit om ook andere woorden te zeggen: woedend, verdrietig, zielig, eng, naar, stom, vervelend, akelig, fijn …
Speel- & Leerbrief
Om goed te leren omgaan met boze kinderen, is het handig om te weten wat boosheid eigenlijk is. Namelijk, een van de vier basisemoties, naast vreugde, verdriet en angst. Die emoties horen bij het leven, en zijn allemaal even normaal. Boos zijn mág! Net zoals je vrolijk, verdrietig of angstig mag zijn. Bedenk ook dat kinderen ontzettend kunnen verschillen in temperament. Het ene kind wordt gewoon sneller boos dan het andere. Het allerbelangrijkste is dat je kinderen leert hoe ze hun eigen boosheid kunnen herkennen, en hoe ze daar het beste mee om kunnen gaan. Namelijk door zich af te vragen waaróm ze nou eigenlijk zo boos zijn, en wat er zou moeten gebeuren om het probleem op te lossen. uit: Ouders Online op www.ouders.nl, door Henk Boeke.
Op de volgende bladzijde staat een kleurplaat. Maak een print voor elk kind en schrijf op de papieren muts hun naam. Vraag aan elk kind wanneer en waarom hij/zij wel eens zo blij is. Schrijf dat op de stippellijn eronder. Hang de kleurplaten op, bijvoorbeeld boven de thematafel. Ouders kunnen dan zien wat de kinderen gemaakt hebben. Ze krijgen de kans om ook thuis met hen over het onderwerp emoties te praten.
NOVEMBER 2015
3
Ik ben blij, want ...................................
Speel- & Leerbrief
NOVEMBER 2015
4
Speelverhaaltje
l Kriebel, kriebe kietel maar.
Haal bladzijde 12 uit PIPPO om het speelverhaaltje te maken. Scheur de bladzijde in twee delen en plak de delen op de juiste lijn. Klaar? Dan kun je het verhaaltje gaan spelen. Het geitje in het verhaaltje wordt gekriebeld en moet lachen. En wie moet lachen, krijgt een zoen! Als je de halve bladzijden omslaat, gebeurt dat ook. Hiernaast staat nog een ander aanraakspelletje dat je met peuters kunt spelen. In het liedje speel je de spin met een handpopje of met je hand. Eventueel teken je daar ogen op. De spin vangt vliegjes en mugjes die zogenaamd op de peuters zitten.
DE BABY'S VAN MAX De poes van Max heeft jonkies gekregen. Heel leuk natuurlijk, maar Max mag ze niet aanraken. Daarom bedenkt mama voor Max ook ‘jonkies’. Ze geeft hem een paar sokkenbaby’s. De poes komt kijken naar deze jonkies, maar mag ze natuurlijk niet aanraken.
De spin Wiedewin, de spin Wiedewin die weeft een web, die weeft een web. De spin Wiedewin, de spin Wiedewin die vangt er mugjes en vliegjes in. Door Felice van der Zande Luister en kijk naar dit liedje:
https://www.youtube.com/watch?v=-FoDyZ0lnzE
Achtergrond ‘Doen alsof’ is populair bij peuters In een fantasiespel imiteren kinderen het gedrag van een dier of mens. Een kind speelt ‘gevaarlijke tijger’ of ‘lief poesje’. Kinderen spelen situaties na die voor hen belangrijk zijn. Door het spelen kunnen ze hun emoties uiten. In hun spel kunnen kinderen ook wensen en verlangens bevredigen die in de werkelijkheid buiten hun bereik liggen. uit: Pedagogisch kader kindercentra 0-4 jaar
Speel- & Leerbrief
NOVEMBER 2015
5
De kleine wereld Naar de dokter Peuters kennen de dokter waarschijnlijk. Ze hebben inentingen gehad op het consultatiebureau, misschien zijn ze wel eens naar een spreekuur geweest of kwam de dokter bij hen thuis. De kijkplaat achter in PIPPO geeft je de kans om samen met de kinderen over hun ervaringen te praten. Elk kind zal wel een situatie herkennen. Het is goed om met de kinderen over hun ervaringen te praten. Het is een verwerking van wat ze hebben meegemaakt en andere kinderen zijn door het praten beter voorbereid als ze het meemaken.
Activiteit
Pijn en pleisters plakken Bij het thema ziek zijn en naar de dokter gaan, hoort ook het onderwerp pijn hebben. Vraag de kinderen om op de kijkplaat iemand te zoeken die pijn heeft. Waarom heeft die pijn? Vraag de kinderen ook naar eigen ervaringen: • Waar heb jij wel eens pijn? Wijs het maar aan. • Hoe krijg je pijn? (Als je valt, als je je stoot, als je te veel snoept …) • Moet je huilen als je pijn hebt? • Wat moet iemand anders doen als je pijn hebt? (Kusje geven, troosten, een pleister plakken …)
Een vel vol pleisters Maak kopieën van de volgende bladzijde. Laat elk kind een pleister kiezen voor het wondje of de pijn op de getekende hand. Plak de pleister(s) op. Schrijf onder elke hand de naam van het kind en hang de handen op in de ruimte. De pleistertekeningen zijn een goede aanleiding om tegen papa en mama te vertellen waarom ze een pleister hebben geplakt.
Geef elk kind een velletje papier. Leg hun hand op het papier en trek hem aan de buitenkant over. Vraag aan de kinderen of ze wel eens pijn hebben aan hun hand. Op de getekende hand tekenen de kinderen dan plekjes die pijn doen: een wondje of misschien wat bloed en een blauwe plek. Laat ze vertellen of fantaseren hoe die pijntjes zijn ontstaan.
Speel- & Leerbrief
NOVEMBER 2015
6
Illustratie: Annemiek Borsboom.
Speel- & Leerbrief
Teksten: Marja Baeten. Adviezen voorlezen: Sardes. Adviezen activiteiten baby’s en dreumesen: Kjille Soeting.
NOVEMBER 2015
6