RIS131897a_05-OKT-2005 Jonathan Borofski “Molecular Man”
BERLIJN Verslag van een werkbezoek Gemeenteraad Den Haag commissies OSCI, SWB, VEM 7 – 8 – 9 – 10 september 2005 1
Berlijnse impressies in Haagse termen
1.
INLEIDING
2.
BERLIJN - presentaties over stedelijke ontwikkeling - ruimte voor creativiteit - een rondreis langs generaties broedplaatsen - economie en werkgelegenheid - een gesprek over integratie
3.
INSPIRATIE voor DEN HAAG - stedelijke ontwikkeling - ruimte voor creativiteit - scholing en werkgelegenheid - “Zo wij iets zijn, zijn wij Hagenaars”
4.
DE UITDAGINGEN
Bijgevoegd: “Berlijn als lichtend voorbeeld” door prof. W. Derksen (Geografie november 2004) “Berlijn, de vierde gedaante (schijn bedriegt)” door B. van Leeuwen (Geografie januari 2005) “Kunst kijken en zwemmen”, de Arena in Berlijn (NRC, augustus 2005) Twee artikelen ADHC over werkbezoek commissies aan Berlijn, september 2005 Programma werkbezoek
2
1.
INLEIDING
Van 7 tot en met 10 september 2005 bracht een delegatie van de gemeenteraad van Den Haag een werkbezoek gebracht aan Berlijn. Aan dit werkbezoek namen ook de wethouder ROSW en de griffier van de gemeenteraad deel. Bij de ontvangst van de delegatie op het stadhuis van Berlijn, “das Rote Rathaus” zei delegatieleider Marieke Bolle het volgende: “Wij Hagenaars willen graag leren van de ontwikkelingen, ervaringen en deskundigheden van Berlijn op het gebied van stedelijke vernieuwing, werkgelegenheid, integratie en economie. De inzichten die de raad opdoet in Berlijn kunnen van belang zijn. Tussen beide steden bestaan redelijk wat overeenkomsten; beide zijn zetels van de landelijke regering, beide steden hebben een sterk internationaal karakter met bewoners afkomstig uit vele landen, beide steden zijn centra van cultuur, theater en grote festivals. Wel is er een belangrijk verschil dat niet ongenoemd kan blijven: Berlijn heeft alle ruimte, Den Haag kampt met ruimtegebrek”.
FOTO ROTE RATHAUS
3
AAN DE RAAD De gemeenteraad bespreekt in de periode voorafgaand aan de verkiezing van een nieuwe raad (maart 2006) nog een aantal belangrijke onderwerpen. De structuurvisie 2020, invulling van projecten in het kader van het Grote Stedenbeleid, de stand van zaken integratie en de begroting voor 2006. Dit verslag van de studiereis naar Berlijn stipt alle onderdelen van het programma aan, die de gemeenteraad bij het debat en de besluitvorming over deze onderwerpen kan benutten. Het is niet zo zeer een minutieuze opsomming van programmaonderdelen als wel een verzameling schetsen en impressies, te samen de weergave van de inspirerende ervaringen, die tijdens de reis zijn opgedaan. Het verslag eindigt met 11 concrete aanknopingspunten voor Haagse vertalingen van Berlijnse voorbeelden. Waarmee overigens niet gezegd is, dat de stad Berlijn, mocht het tot een tegenbezoek komen, niet uit even zovele Haagse aanpakken inspiratie zou kunnen putten voor vertaling naar de Berlijnse praktijk. Er is in Berlijn hard gewerkt. En collegiaal, constructief. Dat zal zeker zijn weerslag hebben in de discussies in de commissies van de Haagse raad. De blik is verruimd, weidse horizonten geschetst, onvermoede partners en samenwerkingsmogelijkheden ontdekt. Nu is de taak aan de gemeenteraadsleden het meest betekenisvolle daarvan een vertaling te geven in de Haagse werkelijkheid. Dit verslag moge daarvoor de basis zijn. Hier is een woord van dank verschuldigd aan diegenen die hun inspanningen geleverd hebben om het bezoek tot een succes te maken. Dat zijn de collega’s in Berlijn, die alle medewerking hebben verleend om het bezoek geolied en volgens plan te laten verlopen. En dat zijn bovenal de medewerkers van de griffie die zowel in de voorbereiding, in de organisatorische en logistieke ondersteuning, als in de inhoudelijke begeleiding en verslaglegging geen enkele steek hebben laten vallen. Voorwaar een prestatie van formaat, waarvoor niet alleen dank verschuldigd is, maar ook, en niet in de laatste plaats, complimenten op hun plaats zijn. Hulde, Iris, Veronie, en alle anderen. De commissievoorzitters, Marieke Bolle, OSCI Rob van de Laar, SWB Jan Schuller, VEM
4
BERLIJN
- stedelijke ontwikkeling Berlijn in ontwikkeling, een toelichting Urban planning en architectuur zijn onlosmakelijk met Berlijn verbonden. Bij de permanente maquette van de stad wordt ingegaan op de ruimtelijke en stedelijke ontwikkeling van Berlijn in de recente geschiedenis. Na de tweede wereldoorlog zijn verschillende trends uitgeprobeerd. In het voormalige Oost Berlijn betekende dit woningbouw volgens de socialistische visie; satellietsteden, voorsteden met hoogbouwblokken en veel brede “allees” (denk aan de volks- en militaire parades). Anne Mulder (VVD): “Let op als je stedenbouwers ziet die met pretoogjes vanachter de tekentafel de stad proberen in te richten. Overtuig jezelf ervan dat de stedenbouwers de mensen centraal stellen en realiseer je dat de samenleving niet maakbaar is.” In de jaren zeventig was vernieuwing en renovatie nodig, in de jaren negentig volgde een nieuwe reconstructie. Belangrijk uitgangspunt, vooral in het centrumgebied, is de blok-ontwikkeling. Nieuwe ontwerpen moeten aansluiten bij historische concepten. Dit wordt ook geprobeerd bij de woonblokken uit het vroegere Oost Berlijn. Woongebouwen en flats worden met speelse en creatieve accenten aantrekkelijker gemaakt. In straten met blokbouw is nauwelijks hoogbouw. Een verbinding van verleden naar heden en toekomst is wezenlijk. In de ontwikkeling van Berlijn wordt ook gezocht naar een goede verbinding tussen (voormalig) Oost en West Berlijn. Het gebied rondom de Alexanderplatz wordt steeds meer centrumgebied van de stad met het parlements-gebouw, ministeries en musea.
5
“Ook Den Haag zou een permanente maquette beschikbaar moeten hebben” (R. v.d. Laar)
BERLIJN Berlijn durft Er is ruimte voor durf en creativiteit. Er zijn goede voorzieningen voor aansluitingen met het openbaar vervoer. Façadedoeken verfraaien het straatbeeld bij ingrijpende verbouwingen van (historische) panden, electronische informatiepanelen geven de stand van zaken weer. Het belang van zogenaamde open plinten wordt genoemd én zichtbaar; de mogelijkheid hier leisurefuncties onder te brengen wordt geopperd. Kleinschalige creatieve bedrijvigheid maakt woongebieden trendy en trekt nieuwe bewoners aan. Verkeer Berlijn kent geen of nauwelijks problemen op het gebied van verkeer en parkeren. De stad heeft voldoende ruimte en er zijn amper files. De mensen die in Berlijn werken wonen er ook. Dagelijks reizen 1 miljoen mensen met het openbaar vervoer van en naar het werk.
6
Torhaus van Kolhoff (architect Wijnhavenkwartier)
BERLIJN Berlijn investeert Berlijn heeft veel kunnen bouwen met investeringssteun van de rijksoverheid. Grootschalige ontwikkelingen kunnen niet zonder dergelijke steun. De oproep van het Haagse gemeentebestuur bij de Nederlandse overheid voor € 900 miljoen investering wordt dan ook van harte ondersteund door de Haagse gemeenteraad.
Koen Baart (PvdA): “Ge ld speelde geen rol, er is groots uitgepakt. Omdat Duitsland zich niet verplicht voelde de regels van het stabiliteitspact te volgen waren de mogelijkheden ongekend.”
7
INSCANNEN
Illustratie (kaart Potsdammer Platz)
BERLIJN Ruimte voor creativiteit De Berlijnse stedenbouwers / ontwerpers Joachim Schultz en Jan Schombara lichten de Berlijnse situatie toe en begeleiden de delegatie langs diverse broedplaatsen. Broedplaatsen in Berlijn In Berlijn is veel creativiteit. Het begrip broedplaats wordt als heel Nederlands beschouwd en expliciet (overheids)beleid op dit punt is er in Berlijn niet. Uitgaande van de Nederlandse situatie wordt uitgelegd dat er dan in Berlijn sprake zou zijn van diverse generaties broedplaatsen; van alternatief naar aangepast naar gevestigde orde. Maar, het onderscheid is niet altijd even strikt.
8
Creativiteit heeft ruimte nodig. Die is er in (woon)gebieden met veel leegstand, in historische en/of industriële panden. Berlijn kiest geen sturende rol voor de overheid. Met gebruikers van panden worden wel afspraken gemaakt, er worden contracten afgesloten. Er is geen sprake van een van bovenaf opgelegde ontwikkeling. Het proces wordt wel gestimuleerd door onder meer het huurbeleid (lage huren) en gedoogbeleid (voor krakers). Er ontstaan veel nieuwe uitgaansgelegenheden, kroegen en kleine clubs. Mensen zijn in beweging en er is veel levendigheid. In woongebieden (voormalig Oost-Berlijnse bouw) wordt naast bewoning een combinatie gezocht met een meer commerciële invulling; lege winkels worden verhuurd aan studenten, architectenbureaus en creatieve bedrijven. De lage huren trekken veel jonge mensen aan. De buurt krijgt een cult-status. Het is trendy om er te werken en te wonen en er ontstaat een nieuwe demografische mix. In deze wijken volgen vaak renovatie en herontwikkeling. Zwischennützung Tussentijds (her)gebruik van gebouwen is belangrijk voor het ontstaan van broedplaatsen. Mogelijkheden doen zich voor in gebieden die niet al te veel ontwikkelingsdr uk kennen, waar nog ruimte is voor toeval en waar geen allesomvattend masterplan beperkingen opwerpt. De wetgeving is niet helemaal duidelijk. In sommige gevallen is sprake van gedogen; in andere gevallen sluit de overheid contracten met gebruikers.
East side gallery (1e generatie) Langs de oevers van de Spree heeft de alternatieve “scene” een plek gevonden. In de leegstaande panden zijn ateliers en strandbars, het lijkt een beetje niemandsland. Hier staat het langste overgebleven stuk van de muur. Er is veel graffity, het gebied kent een heel eigen sfeer. De toekomst is echter onduidelijk en verval dreigt. Ontwikkeling was gepland maar blijft uit. Het gebied heeft met de Oberbauernbrücke een verbinding over de oude grens naar Kreuzberg waar veel media-bedrijven (Universal, MTV) zijn gevestigd.
9
BERLIJN ARENA
(2e generatie)
Langs de Spree ook het Arena-complex. Het voormalige busdepot (industrieel erfgoed) is in gebruik als theater, atelierruimte en concerthal. De Arena bestaat nu 10 jaar en is economisch onafhankelijk. Het aanbod is heel divers; er zijn modeshows, vechtsportwedstrijden, voorstellingen en kunstexposities. In en langs de Spree zijn een druk bezocht stadsstrand, zwembad en sauna te vinden. Bijzonder is het uitzicht op the Mole cular Man van Borofski. Deze sculptuur vormt een herkenningspunt voor de stadsdelen die op deze plek samenkomen (illustratie voorzijde). Het drijvende zwembad spreekt zeer tot de verbeelding, de delegatie voelt veel voor een dergelijke voorziening in Den Haag.
Zwembad in de Spree, ook in Den Haag?
Kulturbrauerei
(3e generatie)
Hier is sprake van een commercieel ontwikkeld gebied, gevestigd in een voormalig brouwerijcomplex. Het gebied is subtiel uitgewerkt; maar heeft een andere uitstraling dan eerdergenoemde Arena. De Kulturbrauerei vormt het stadshart van Prenzlauerberg. Er zijn ontwerpstudio’s, een theatervoorziening en er is veel horeca. Meerdere commerciële investeerders participeren hierin. Een vergelijking met het Caballero-pand in Den Haag wordt gemaakt.
10
Häckische Höfe Deze mogen in het kader van de creatieve stad niet ongenoemd blijven. Een bijzonder inspirerend voorbeeld van geschakelde hofjes met prachtige Jugendstil-, en mozaïekgevels. Hier komen stedelijke vernieuwing, creativiteit en kleinschalige stadseconomie samen. In een dynamische omgeving komen wonen en werken samen; er is ruimte voor theaters en ateliers. Samen met de Oranienburgstrasse een levendig en aantrekkelijk stuk Berlijn. Hier komt duidelijk naar voren dat voor een levendig uitgaansklimaat niet zozeer een maximum aantal café’s een vereiste is, maar meer een minimum aantal. Wel moet er een gedifferentieerd aanbod zijn.
Geschakelde hofjes met prachtige Jugendstil en Mozaïekgevels
11
BERLIJN - bezoeken in het kader van economie en werkgelegenheid Berlijn, werk en economie Na de hereniging van voormalig Oost en West Berlijn is Berlijn zetel geworden van de Duitse regering. De duizenden banen in de overheidssector die hiermee naar de stad kwamen hebben niet het eerdere verlies aan werkgelegenheid kunnen compenseren. Dit verlies ontstond door het vertrek van grote ondernemingen en industrieën. Banken vertrokken naar andere steden en industriële bedrijvigheid werd verplaatst naar lage-lonen landen. Als gevolg van de recessie en het tekort aan bedrijvigheid is er sprake van aanzienlijke leegstand van kantoren. Duitsland kampt met een flinke economische recessie en kent hoge werkloosheidscijfers. In Berlijn is 20% van de beroepsbevolking is werkloos (380.000 mensen). Berlijn kampt met veel voortijdige schoolverlaters, met name onder migranten. In de wijk Neukölln heeft 70% van de bewoners onder de 25 jaar geen diploma. De stad richt zich vooral op het aantrekken van werkgelegenheid in de dienstverlening, ICT-sector en media. Landelijke omroepen hebben zich er inmiddels gevestigd. Jobcenters in Berlijn, een bezoek Berlijn heeft 12 jobcenters, in elke deelgemeente een. Het gaat om een laagdrempelige voorziening om mensen snel en efficiënt aan een baan te helpen. Er is geen sprake van traditionele bemiddeling. De werkzoekende stapt een jobcenter – gevestigd in de drukste winkelstraat van het stadsdeel - binnen, loopt vacatures (binnen en buiten Berlijn) na en neemt contact op met een mogelijke werkgever. Er kan kosteloos gebruik worden gemaakt van faciliteiten als een fax, kopieermachine, telefoon, computer en e-mail. Het jobcenter in stadsdeel Neukölln trekt 600 bezoekers per dag. In de nabijheid van een jobcenter is de leerwinkel. Hier kunnen belangstellenden voor diverse cursussen en opleidingen informatie krijgen en zich direct inschrijven. Zo worden werk en opleiding bij elkaar gebracht. Het fenomeen “Eurojobs” Berlijn is een van de Europese steden waar een pilot (2003-2006) loopt met de zogenaamde 1 € jobs, bedoeld om langdurig werklozen (langer dan een jaar werkloos) naar een baan toe te geleiden. 28% van de werklozen in Berlijn behoort tot deze categorie. De helft daarvan heeft een migrantenachtergrond. 12% is jonger dan 25 jaar. Uitgangspunt is de integratie van arbeidsbemiddeling en uitkeringsinstantie. Het moet om additioneel werk gaan (klassenassistent, keukenhulp in nonprofit sector). De duur van de baan is zes tot negen maanden. Deelnemers mogen maximaal 30 uur per week werken en ontvangen € 1,50 per uur. Zij behouden hun uitkering en huur- en woonlastensubsidies. Momenteel zijn 24.000 menen geplaatst in een eurojob. Daarnaast is er voor 35.000 Berlijnse uitkeringsgerechtigden een werkervaringsplaats.
Citaat Wil Vonk (kader)
12
BERLIJN Scholing én werk, bezoek aan een kleinschalig project Kleinschalige opvang in het SOS centrum voor beroepsvorming leidt tot goede resultaten. De combinatie van opleiding, sociaal pedagogisch werk én hulp bij het vinden van werk biedt jongeren nieuwe kansen. Er zijn opleidingen in diverse beroepssectoren; de horeca, media, persoonlijke verzorging (kapper, nagelverzorging), het schildersbedrijf en de administratieve sector. Naast de beroepsopleiding wordt ook taalonderwijs geboden. Voor jonge moeders zijn er aangepaste werk- en schooltijden. In dit project wordt nu overwogen kinderopvang aan te bieden aan de deelnemers en die te koppelen aan een opleiding voor assistent-kinderopvang. Het succespercentage is, voor diverse categorieën verschillend, hoog en ligt rond de 50%. De directe aanwezigheid van sociaal pedagogische begeleiding is daarbij van groot belang. Er is hulp bij het zoeken naar huisvesting, er is de mogelijkheid voor schuldhulpverlening. Er zijn veel contacten met werkgevers in genoemde sectoren, voor horeca, kapper en kantoor zijn er eigen (oefen)bedrijven. Deze zijn kleinschalig en buurtgericht. Gezocht wordt naar mogelijkheden voor een meer commerciële invulling (zoals restaurantproject van kok Jamie Oliver).
Jeugd- en familiecentrum FEZ Het grootste non-profit jeugd- en familiecentrum in Europa - FEZ-Berlin – ligt ten zuidoosten van Berlijn. Er zijn veel faciliteiten voor kinderen; concertzalen, gymzalen, een zwembad, een tuinencompex etc. De infrastructuur is indrukwekkend, maar daarmee ook een permanente zorg omdat de navenant hoge exploitatiebudgetten in krappe tijden snel onde vuur komen te liggen. Schoolklassen kunnen hier hun eigen programma samenstellen maar ook particulier bezoek is mogelijk. De toegangsprijzen zijn laag, men spreekt over sociale tarieven (€ 2,-- p.p.p.d.). Gewerkt wordt aan overnachtingsfaciliteiten. De grootschaligheid valt op. Er wordt vooral vanuit het aanbod gewerkt. Door meer commerciële activiteiten te ontwikkelen worden nieuwe financieringsmogelijkheden gezocht. Ook wordt met sponsors gewerkt. De organisatie hoopt op internationale samenwerkingsverbanden. In het project
13
“Fezitty” oefenen kinderen met “besturen” en denken en beslissen ze mee over de dagelijkse gang van zaken.
BERLIJN - integratie een gesprek met mevr. Doris Nahawandi (bestuurder integratie en migratie in Kreuzberg) Mevrouw Nahawandi gaat in op het thema integratie. Uit haar presentatie de volgende citaten: Integratie en migratie “In Berlijn zijn geen stedelijke middelen beschikbaar voor integratie. De senaat stelt middelen beschikbaar waarmee moet worden gewerkt. Berlijn kent een bijzondere geschiedenis. Er zijn grote verschillen tussen voormalig Oost en West Berlijn. Er zijn 12 districten (stadsdelen) met elk 250.000 tot 300.000 inwoners. Er zijn geen aantallen migranten of allochtonen bekend. Afkomst wordt niet geregistreerd. Wat telt is het hebben van een paspoort (of verblijfsvergunning). 60 tot 70% van de bewoners van Kreuzberg heeft een migrantenachtergrond. Kreuzberg is een van de armste stadsdelen. Er is sprake van een hoge werkloosheid en veel mensen hebben een uitkering. 160 Verschillende nationaliteiten zijn vertegenwoordigd. De voertaal is Duits. Er is een verplichting om de Duitse taal te leren. De vraag naar taalcursussen overtreft het aanbod ruimschoots. De overheid gebruikt de term allochtoon teveel alleen in achterstandssituaties maar dan ontstaan er schijntegenstellingen.” Trendy Kreuzberg “Kreuzberg was en is erg hip en trendy. Er is veel creativiteit op het gebied van muziek en theater. Er wonen veel artiesten. Er is sprake van een “high level identification”. Mensen zijn er trots op in Kreuzberg te wonen. Mensen zijn met elkaar in dialoog. Ondanks de hoge werkloosheid is de sfeer erg goed en de criminaliteitscijfers zijn laag. Kreuzbergers voelen zich verbonden met elkaar en willen Kreuzberg niet verlaten. Zij herkennen zich in de cultuur van de straat, in zwarte muziek. Overeenkomsten worden gezocht, niet de verschillen. De samenleving is gevarieerd en een gezamenlijke identiteit wordt gezocht. Er is behoefte aan rolmodellen; herkenbare mensen met een migrantenachtergrond. Hier wreekt zich wel het bankroet van Berlijn; op dit gebied is er geen sprake van nieuwe mogelijkheden en doorstroming van bijvoorbeeld personeel in het onderwijs.” Democratie moet worden geleerd “In plaats van op integratie moet de nadruk liggen op acceptatie van de democratische wetgeving. Na 11 september 2002 is er sprake van toegenomen spanningen tussen moslim- en westerse groepen. In Berlijn speelt ook de spanning tussen voormalige Oost en West Berlijners. Hoewel in de voormalig Oost-Duitse gemeenschap sprake is van een zeer gering percentage migranten is er sprake van een reële, vaak onbenoemde dreiging van racisme. Bewegingen die een bedreiging vormen voor de democratie (racisme, fascisme, antisemitisme) moeten worden bestreden. Over democratie moet gepraat worden, democratie moet worden geleerd. Er worden rondetafel conferenties georganiseerd. Gesprekken worden gevoerd met bezoekers van hammams, alle moskees worden bezocht. Communicatie en dialoog staan centraal.
14
Kleinschalig (kwartier)management werkt. Er is veel samenwerking met politie, justitie en onderwijsinstellingen. Er wordt gezocht naar een nieuwe manier om iedereen te bereiken.” Citaat Bozbey (kader)
BERLIJN Etnisch ondernemerschap en micro-kredieten “Economische zelfstandigheid is van groot belang. Etnisch ondernemerschap is in Kreuzberg zeer ontwikkeld, ook in de creatieve sector. De laatste tijd wordt er veel gewerkt met micro-kredieten, die vooral vrouwelijke ondernemers nieuwe kansen bieden op economische zelfstandigheid. Een permanente verblijfsvergunning vormt een voorwaarde om hiervoor in aanmerking te komen. Micro-kredieten worden verstrekt door commerciële en overheidsinstellingen. De lokale overheid zet geen eigen middelen in.”
Illustratie
Citaat M. de Jong (kader)
15
INSPIRATIE voor DEN HAAG - stedelijke ontwikkeling Den Haag, Wereldstad aan Zee “In de structuurvisie 2020 toont het Haagse gemeentebestuur zijn ambitie om de stad door te laten groeien, meer werkgelegenheid aan te trekken, internationaler te worden. Onder het motto: wereldstad aan zee. Deze ambitie is in overleg met partners, bewoners, bedrijven in de stad tot stand gekomen. Het is een toekomstbeeld van een stad en regio waar geïnvesteerd wordt in de leefkwaliteit en mensen graag willen (blijven) wonen, ondernemen en recreëren. Dat beeld is mede het resultaat van gesprekken en overleg met bewoners, bedrijven en instellingen in de stad. Ook de uitvoering van de structuurvisie zal een zaak zijn van brede en gezamenlijke inspanningen.” A.
EEN COMPACTERE REGELGEVING VOOR BOUWPLANNEN
Een gedeelde visie op de toekomst van de stad vraagt om daadkracht, vasthoudendheid en samenwerking bij de uitvoering. De gemeenteraad verzoekt het college de eigen regelgeving voor bouwprojecten zo te vereenvoudigen dat bouwplannen na een besluit ertoe ook direct uitgevoerd kunnen worden. De procedures kunnen korter. De besluitvorming moet zodanig voorbereid zijn (DSO / JZ) dat correctie met terugwerkende kracht achterwege kan blijven. Voor een deel gaat het om vereenvoudiging van lokale regelgeving. Verreweg het grootste deel is echter landelijke wet- en regelgeving. In G4 verband moet een appel op vereenvoudiging van regelgeving daarom vooral ook op het departementaal niveau worden gedaan.
B.
BEHOUD HET GOEDE, sloop niet te snel, VOEG NIEUWE ELEMENTEN TOE.
Nieuwe ontwerpen kunnen aansluiten op historische concepten. Een verbinding van verleden naar heden en toekomst is wezenlijk.
16
FOTO
Narva tower Oberbaumcity; architect Schweger heeft vijf nieuwe lagen toegevoegd. C.
FUNCTIEMENGING: WOONFUNCTIE BIJ KANTOORPANDEN
In Berlijn zijn ontwikkelaars verplicht om bij kantoren een woonfunctie (20%) toe te voegen. Hiermee wordt de levendigheid van het gebied, met name ’s avonds, vergroot. Bij een bezoek aan de Nederlandse ambassade (van Rem Koolhaas) kon de delegatie uit Den Haag een voorbeeld hiervan zien. ……..woning beslaat twintig procent van de oppervlakte van het gebouw.
Dienstwoningen bij de Nederlandse ambassade aan de Klosterstrasse Ambassade USA De Amerikaanse ambassade is gevestigd nabij Unter der Linden (centrum Berlijn). Deze is zwaar beveiligd. De straat waarin het gebouw staat is voor verkeer afgesloten.
FOTO 398 Stein
17
INSPIRATIE voor DEN HAAG
DE CREATIEVE STAD Ir. S.Hodes (lector Hogeschool INHolland) in een beschouwing over “de creatieve stad en leisure” (gebaseerd op onder meer Richard Florida’s “The Rise of the Creative Class” (2002): Het concept van de creatieve stad en de creatieve klasse is niet iets wat Richard Florida bedacht in zijn geruchtmakende boek. De relatie tussen creativiteit en steden is al eerder uitgebreid behandeld. Het bijzondere aan Florida’s bijdrage is de relatie die hij legt tussen de technologische ontwikkelingen en de afname van fysieke beperkingen op steden en gemeenschappen en creativiteit als de drijvende kracht in de ontwikkeling van steden, regio’s en landen. Verfijnd voor Nederland door Marlet en Van Woerkens (2004): De Nederlandse creatieve klasse staat model voor en wordt verondersteld de motor te zijn achter de kennisintensieve economie. Het moet gaan om mensen die met innovatieve, creatieve ideeën en esthetische producten meer dan gemiddeld actief zijn en meer toegevoegde waarde genereren, mensen die door denken en minder door doen een bijdrage leveren aan de economie. Er is reden om te twijfelen aan de maakbaarheid van de creatieve stad, maar uit diverse onderzoeken blijkt dat bepaalde voorwaarden dominant aanwezig zijn in succesvolle creatieve steden. Richard Florida noemtde volgende factoren: Tolerantie Talent Technologie
: openheid, omarming van alle etniciteiten, rassen en levensstijlen; : diegene met een “bachelors degree” of hoger : concentratie van innovatie en technologie in een regio.
Een stad moet alle drie de factoren bezitten om attractief te zijn voor de creatieve klasse. Voor het aantrekken van nieuw en creatief talent voor de stedelijke economie zijn tolerantie, een innovatief klimaat en diversiteit de sleutelwoorden. Daarnaast zijn een volwassen stedelijke structuur met interessante architectuur, historische plekken en openbare ruimte en attractieve vrijetijdsvoorzieningen belangrijke voorwaarden om de creatieve klasse aan te kunnen trekken.”
DEN HAAG Bij de commissoriale toelichting op de begroting 2006 zijn bij de brief van wethouder Financiën en Cultuur twee notities gevoegd; “Creatieve stad Den Haag”en “Notitie broedplaatsen”. Het programma “Creatieve stad” verdient een voortvarende aanpak, gericht op stimulering en ondersteuning van de creatieve sector in Den Haag. De delegatie heeft veel inspirerende voorbeelden gezien en komt met drie uitspraken op dit gebied.
18
- MEER CREATIVITEIT
D.
GEEF BROEDPLAATSEN DE RUIMTE
Geef creativiteit de ruimte.
E.
BEVORDER TUSSENGEBRUIK BIJ LEEGSTAND
Sta hergebruik of tussengebruik van (tijdelijk) leegstaande panden toe. Stimuleer behoud van industrieel erfgoed en werk samen met commerciële investeerders. Sluit contracten af met gebruikers en voer een stimulerend huurbeleid voor startende ondernemers in de creatieve sector.
F.
GEEF DE STAD EEN IKOON
Een herkenningspunt, vanuit vele posities zichtbaar, geeft de stad een eigen karakter. Prachtig voorbeeld hiervan is de Reichstag waar architect Norman Foster een, voor het publiek toegankelijke, glazen koepel aan het gebouw heeft toegevoegd.
19
Nieuwbouw bij de Reichstag (Sir Norman Foster)
INSPIRATIE voor DEN HAAG - scholing en werkgelegenheid Den Haag, Grote Stedenbeleid “De daadkracht” in het kort: “Den Haag wil de functie (blijven) vervullen van een stad als sociale ladder en springplank naar een betere toekomst. Dat betekent dat Hagenaars bijvoorbeeld de Nederlandse taal leren beheersen om zo kans te maken op de arbeidsmarkt. Ook moet er voldoende werk zijn dat aansluit bij de capaciteiten van de bevolking… daarnaast wil Den Haag ook voorkomen dat mensen van de sociale ladder afvallen door een goed maatschappelijk vangnet op te zetten met instellingen in de stad.” G.
COMBINEER SOCIAAL-PEDAGOGISCHE OPVANG, SCHOLING EN TOELEIDING NAAR WERK
Een combinatie van bovengenoemde elementen is kansrijk. Een kleinschalige, laagdrempelige voorziening kan werklozen nieuwe mogelijkheden bieden. De nadruk moet liggen op eigen initiatief.
20
H.
BEVORDER (ETNISCH) ONDERNEMERSCHAP ZOEK MOGELIJKHEDEN OM MICROKREDIETEN AAN TE BIEDEN
Microkredieten, al dan niet op commerciële basis verstrekt, kunnen kleine ondernemingen helpen een goede start te maken. Vooral vrouwen bouwen hiermee economische zelfstandigheid op. Onderzocht moet worden of de gemeente (Gemeentelijke Krediet Bank) activiteiten op dit punt kan bevorderen.
INSPIRATIE voor DEN HAAG - “Ich bin ein Berliner”
- “Zo wij iets zijn, zijn wij Hagenaars” Uit het initiatiefvoorstel: “Culturele diversiteit is een gegeven en kan als verrijkend worden ervaren. Maar om samen te kunnen leven moet wel gezocht worden naar manieren om verschillen te overbruggen. De gemeente heeft hierbij een stimulerende en kaderstellende taak.………..om op integrale wijze vorm te geven aan het integratiebeleid moeten knelpunten worden benoemd en aangepakt.”
I.
DE DIALOOG
Gehoord de verhalen in Berlijn en de meervoudige problematiek (Westers - niet Westers, Oost vs. West) een belangrijke, voorzichtig geformuleerde conclusie. Met onze nadruk op dialoog en communicatie doen we het in Den Haag zo slecht nog niet.
J.
GOEDE TERMINOLOGIE MAAKT UIT; INTEGRATIE, MULTI-CULTUREEL of ALLOCHTOON
21
De vraag doet zich voor of en op welk moment kan worden gestopt met het expliciet benoemen van de (etnische) achtergrond van Hagenaars. De term allochtoon; soms nodig, maar beladen. In de maatschappelijke discussie wordt steeds openlijker getwijfeld bij het woord integratie, naar alternatieven wordt gezocht. De begrippen democratie, vrijheid, tolerantie en culturele diversiteit worden steeds belangrijker. Uitgangspunt is het respect voor ieder individu.
Illustratie (Haags)
4.
DE UITDAGINGEN
Het bezoek aan Berlijn heeft tot inspirerende, soms nieuwe, ideeën geleid.
A.
DE REGELGEVING KAN EENVOUDIGER EN SNELLER
B.
SLOOP NIET TE SNEL, VOEG NIEUWE ELEMENTEN TOE
C.
CREEER EEN WOONFUNCTIE BIJ KANTOORPANDEN
D.
GEEF BROEDPLAATSEN DE RUIMTE
E.
BEVORDER TUSSENGEBRUIK BIJ LEEGSTAND
F.
GEEF DE STAD EEN IKOON
G.
COMBINEER SOCIAAL-PEDAGOGISCHE OPVANG, SCHOLING EN TOELEIDING NAAR WERK
H.
BEVORDER (ETNISCH) ONDERNEMERSCHAP ZOEK MOGELIJKHEDEN OM MIC ROKREDIETEN AAN TE BIEDEN
22
I.
INTEGRATIE; BEHOUD HET GOEDE
J.
DE TERMINOLOGIE KAN BETER INTEGRATIE, MULTICUREEL, ALLOCHTOON ZORG DAT IEDEREEN ZICH THUIS KAN VOELEN
23