Digitaal Erfgoed Nederland
Resultaten klanttevredenheidsonderzoek
la group
22 juli 2014 - Stephen Hodes en Birte Querl
2014-028 pr 04
Inhoud
Inleiding
3
Context en methodologie
5
Resultaten klanttevredenheidsonderzoek
• • • • • •
Bekendheid DEN Bekendheid, gebruik en waardering producten Bekendheid, gebruik en waardering diensten Communicatie DEN Kwalificaties DEN Toekomst DEN
7 8 10 12 15 17
Verdieping per doelgroep • Musea • Archieven • Erfgoedbrede instellingen
23 24 24 36
Verdieping – telefonische interviews
39
Conclusies
43
Bijlagen Geraadpleegde bronnen Vragenlijst Colofon
la group
46 47 52
2
Inleiding
Aanleiding Stichting DEN is het nationale kenniscentrum voor ICT in cultureel erfgoed en maakt deel uit van de basisinfrastructuur (BIS). De stichting wordt gefinancierd door het ministerie van OCW. DEN is een bovensectorale instelling en ondersteunt archieven, musea en bibliotheken met bijzondere collecties en archeologische en bouwhistorische instellingen. Een van de kerntaken van DEN is de kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed. DEN vervult deze taak onder andere door: • het bevorderen en bewaken van de kwaliteit van digitalisering en digitale dienstverlening door de erfgoedsector; • het investeren in kennisontwikkeling op het gebied van open ICTstandaarden en andere landelijke kwaliteitsprincipes voor duurzame digitalisering; • het stimuleren van de erfgoedinstellingen om te innoveren en hun diensten aan te passen aan de eisen van de digitaliserende samenleving.
DEN werkt samen met zowel nationale instellingen, zoals Beeld en Geluid, de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (RCE), Koninklijke Bibliotheek en het Nationaal Archief, als met kleinere erfgoedinstellingen. Bij laatstgenoemde zijn vaak minder kennis, menskracht en financiële middelen aanwezig voor de ontwikkeling
la group
van de digitale dienstverlening van hun erfgoed. Binnen de instellingen werkt DEN samen met enerzijds het management van de instelling en anderzijds de erfgoedmedewerkers die operationeel betrokken zijn bij het beschikbaar stellen en onderhouden van de digitale collecties. Verder onderhoudt DEN contacten met vertegenwoordigers uit aanpalende sectoren zoals onderwijs, wetenschap, overheid en de creatieve industrie (waaronder leveranciers van erfgoedsoftware). Ook heeft DEN een uitgebreid internationaal netwerk, vooral door deelname aan diverse Europese projecten, zoals Europeana.
Het ministerie van OCW, als financier van DEN, heeft ten behoeve van de beleidsperiode 2013-2016 een prestatie-eis aan DEN opgelegd: het laten uitvoeren van een onafhankelijk stakeholder-/klanttevredenheidsonderzoek voor 1 januari 2015. Uit dit onderzoek dient duidelijk te worden wat de perceptie in de sector is van het functioneren van DEN. De resultaten van het onderzoek zullen vervolgens als input dienen bij het opstellen van een realistisch toekomstplan voor DEN, aangezien OCW het voornemen heeft geuit de subsidiëring van de huidige activiteiten van DEN na 2016 stop te zetten. Het klanttevredenheidsonderzoek is de eerste van vier stappen. Hierna, of deels parallel hieraan, wordt een intern mede3
Inleiding werkersonderzoek gehouden, gevolgd door een internationale visitatiecommissie. De uitkomsten van deze drie stappen worden gebruikt als input voor de vierde en laatste stap, de ontwikkeling van toekomstscenario’s. Bij dit klanttevredenheidsonderzoek zijn vertegenwoordigers van de verschillende doelgroepen van DEN betrokken, te weten: • archiefinstellingen; • musea; • bibliotheken met bijzondere collecties; • archeologische of bouwhistorische instellingen; en • erfgoedbrede instellingen.
Voor het klanttevredenheidsonderzoek zijn de volgende activiteiten verricht: • deskresearch; • een online enquête onder contacten van DEN van wie een e-mailadres beschikbaar was (grotendeels de abonnees van de maandelijkse nieuwsbrief van DEN); • verdiepende telefonische interviews met zeven respondenten; • afstemmingsmomenten met DEN.
la group
Leeswijzer In deze rapportage presenteren we de resultaten van het klanttevredenheidsonderzoek, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen de tevredenheid over de dienstverlening van DEN tot nu toe en de behoeften (verwachtingen en wensen) met betrekking tot de dienstverlening van DEN in de komende jaren. Aan het eind worden de eerste conclusies getrokken. De rapportage begint met de toelichting van de context en de methodologie. Daarna komen achtereenvolgens de volgende onderwerpen aan bod (in de volgorde van de vragen die in de online enquête aan de respondenten gesteld werden): • de bekendheid van DEN; • de bekendheid, het gebruik en de waardering van de producten van DEN; • de bekendheid, het gebruik en de waardering van de diensten van DEN; • de communicatie van DEN; • de kwalificaties van DEN; • diverse vragen over de toekomstige diensten van DEN. Vervolgens worden de uitkomsten voor de drie grootste doelgroepen, namelijk musea, archieven en erfgoedbrede instellingen, nader uitgewerkt. De rapportage sluit af met een verdiepingsslag, namelijk een zevental telefonische interviews, en met onze conclusies .
4
Context, methodologie en proces
Context en methodologie
De brede raadpleging vond plaats via de afname van een online vragenlijst. De respondenten konden middels deze vragenlijst aangeven hoe zij over DEN als organisatie en haar producten en diensten denken, hoe ze deze gebruiken en wat hun verwachtingen zijn over het gebruik in de toekomst.
Digitaal Erfgoed Nederland (DEN) heeft lagroup gevraagd een klanttevredenheidsonderzoek uit te voeren. Daarmee wil DEN inzicht krijgen hoe haar doelgroepen de organisatie en haar werk beoordelen.
De brede raadpleging diende als een eerste verkenning. Vervolgens werden de rol van DEN en de wensen en behoeften van de doelgroepen verder uitgediept in een zevental een-op-een telefonische interviews.
Deze pagina beschrijft de context en methodologie van het onderzoek. Op de hiernavolgende pagina’s geven wij de belangrijkste onderzoeksresultaten weer.
Voor het bevragen van de doelgroepen werd gebruik gemaakt van het e-mail adressenbestand van DEN, dat grotendeels bestaat uit de abonnees van de DEN-nieuwsbrief. Respons De vragenlijst is uitgezet onder 1.682 respondenten. Hiervan vulden 356 respondenten de vragenlijst in. Het onderzoek kent hiermee een response rate van 21,2%. Van de 356 respondenten vulden 235 de vragenlijst volledig in. De overige respondenten beantwoordden de vragenlijst gedeeltelijk.
la group
.
We presenteren de resultaten van alle ingevulde enquêtes, zowel de gedeeltelijk ingevulde als de volledig ingevulde. Dat heeft tot gevolg dat het aantal respondenten per vraag kan verschillen. Bij elke vraag wordt vermeld hoe groot het aantal respondenten is (n = x respondenten). Respondenten – instellingen De vragenlijst is beantwoord door de onderstaande categorieën stakeholders. Per categorie vermelden wij tussen haakjes het aantal respondenten dat de vragenlijst invulde (zowel gedeeltelijk als volledig): • musea (87) • archiefinstellingen (64) • erfgoedbrede instellingen (51) • bibliotheken met bijzondere collecties (37) • Archeologische of bouwhistorische instellingen (4) • diverse andersoortige organisaties, zoals commerciële bedrijven en freelancers, universiteiten, onderwijsinstellingen en overheid (113).
5
Context en methodologie Respondenten – inhoudelijke werkgebieden Kijkend naar de werkgebieden van de respondenten, is ruim 20% werkzaam op het gebied van collecties. 12% van de respondenten is actief in de digitalisering, 11% maakt deel uit van de directie, 9% van de respondenten werkt op het gebied van ICT, 8% in het projectmanagement en 6% in marketing/communicatie. Minder dan 5% van de respondenten is werkzaam op het gebied van presentatie, wat ook geldt voor bedrijfsvoering, educatie, sponsoring, fondsenwerving en facilitaire diensten. Bijna 18% is actief op andere gebieden. In welk werkgebied bent u met name actief? (n=337) 17,8%
Kijken we naar de respondenten die aangeven op andere gebieden werkzaam te zijn (n=60), dan werken er 9 in onderzoek, 8 in onderwijs en 5 in advisering (strategische advisering/beleidsadvisering). De rest is verdeeld: van werkzoekend tot een nieuw privé-initiatief en van televisie tot websites. Respondenten – omvang instellingen 30% van de respondenten werkt in kleine organisaties met maximaal 10 fte’s en bijna 30% werkt in organisaties met maximaal 50 fte’s. 17% van de respondenten is werkzaam in organisaties met meer dan 250 fte’s. Hoeveel mensen werken in uw organisatie (bij benadering, in fte's)? (n=337)
21,4%
0,3% 1,5%
16,9% 30,6%
4,2% 11,9%
4,2%
12,2%
4,7% 13,1%
5,6% 8,0%
1 t/m 10
8,9%
Collectie(s)
Digitalisering
Directie
ICT
Projectmanagement
Marketing/communicatie
Presentatie
Bedrijfsvoering
Educatie
Sponsoring/fondsenwerving
Facilitaire diensten
Anders
la group
27,6%
11,3% 11 t/m 50
51 t/m 100
101 t/m 250
250+
6
Bekendheid DEN DEN is al 15 jaar actief in het erfgoedveld. De eerste vijf jaren (1999- 2004) als Vereniging Digitaal Erfgoed Nederland, vanaf 2005 als Stichting Digitaal Erfgoed Nederland. Kerntaken in de eerste jaren waren het delen van kennis over digitalisering, het ontwikkelen van best practices en het gezamenlijk bouwen aan een erfgoedportaal met speciale aandacht voor onderwijs. Vanaf 2005 kwam er een nieuwe taak centraal te staan: de kwaliteitszorg voor de Digitale Collectie Nederland.
DEN bij doelgroepen zeer goed bekend Uit de enquête blijkt dat DEN bij de doelgroepen zeer goed bekend is. Bijna 60% van de respondenten geeft aan DEN al langer dan vijf jaar te kennen. 22% van de respondenten kent de organisatie sinds 3-5 jaar en bijna 17% pas sinds kort (0-2 jaar). Slechts bij krap 2% van de respondenten is DEN niet of nauwelijks bekend. Hoe lang kent u DEN? (n=337) 1,5%
16,6%
Musea (n=83) 3,6%
12,0%
21,7%
62,7%
Ik ken DEN sinds 0-2 jaar
Ik ken DEN sinds 3-5 jaar
Ik ken DEN langer dan 5 jaar
Ik ken DEN niet of nauwelijks
Archiefinstellingen (n=62) 1,6% 8,1% 21,0%
22,0%
59,9% 69,4%
Ik ken DEN sinds 0-2 jaar
Ik ken DEN sinds 3-5 jaar
Ik ken DEN langer dan 5 jaar
Ik ken DEN niet of nauwelijks
Ik ken DEN sinds 0-2 jaar
Ik ken DEN sinds 3-5 jaar
Ik ken DEN langer dan 5 jaar
Ik ken DEN niet of nauwelijks
Erfgoedbrede instellingen (n=49) De bekendheid van DEN onder de verschillende doelgroepen ziet er als volgt uit (hierbij worden alleen de doelgroepen getoond met meer dan 49 respondenten):
18,4%
59,2%
la group
22,4%
Ik ken DEN sinds 0-2 jaar
Ik ken DEN sinds 3-5 jaar
Ik ken DEN langer dan 5 jaar
Ik ken DEN niet of nauwelijks 7
Bekendheid, gebruik en waardering producten Voor het delen van kennis en voor de verbetering van de kwaliteit heeft DEN diverse producten voor zijn doelgroepen ontwikkeld, te weten: • de Kennisbank met het Register van standaarden, de projectenbank en de kennisdossiers; • DE BASIS, een set van minimale eisen voor de digitalisering van erfgoed; • een Subsidiewijzer; • een Woordenboek Digitaal Erfgoed; • Statistieken Digitaal Erfgoed; • een Overzicht terminologiebronnen; • een Scoremodel Digitale Duurzaamheid; en • een Stappenplan Businessmodelinnovatie.
Deze reeks van producten is aan de respondenten voorgelegd met de vraag welke van de producten ze kennen, van welke ze de afgelopen vijf jaar daadwerkelijk gebruik hebben gemaakt en hoe tevreden ze daarover zijn. Hieronder presenteren we eerst het overzicht van de (on)bekendheid van de verschillende producten en het gebruik ervan. Op de volgende pagina wordt ingezoomd op het daadwerkelijk gebruik door de respondenten en hun tevredenheid over de producten.
Welke van de volgende producten van DEN kent u en welke daarvan heeft in de afgelopen jaren gebruikt? (n=297), gesorteerd op de categorie ‘gebruikt’ Kennisbank: projectenbank
23,9%
Kennisbank: kennisdossiers
35,4%
31,0%
DE BASIS Kennisbank: register van standaarden
38,4%
Overzicht terminologiebronnen
35,0%
28,6%
44,8%
Subsidiewijzer
37,0%
38,7%
38,4%
Statistieken over digitaal erfgoed
38,7%
29,0%
26,3%
Woordenboek Digitaal Erfgoed
40,7%
30,3%
34,0%
33,0%
30,6%
Onbekend
21,9%
32,0%
58,2%
0%
23,2%
30,0%
51,9%
Stappenplan Businessmodelinnovatie
24,6%
38,4%
48,1%
Scoremodel Digitale Duurzaamheid
la group
Meeste producten redelijk bekend Het aantal respondenten dat aangeeft bekend te zijn met de producten van DEN varieert van 76% voor de Projectenbank tot 42% voor het Stappenplan Businessmodelinnovatie. De meest bekende producten zijn de drie onderdelen van de Kennisbank en DE BASIS. De meest onbekende producten zijn, naast het Stappenplan voor Businessmodelinnovatie, het Scoremodel Digitale Duurzaamheid (onbekend bij 52% van de respondenten) en het Overzicht
28,3%
16,2% 13,5%
10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Bekend, niet gebruikt
Gebruikt 8
Bekendheid, gebruik en waardering producten terminologiebronnen (bij 48% van de respondenten onbekend). De overige producten – het Woordenboek Digitaal Erfgoed, de Subsidiewijzer en de Statistieken over digitaal Erfgoed – bevinden zich ertussenin. 30% tot 40% van de respondenten geeft aan de DEN-producten te kennen, maar niet te gebruiken De top drie van bekende, maar niet gebruikte producten bestaat uit het Register van standaarden (39% geeft aan het te kennen, maar niet te gebruiken), gevolgd door de Subsidiewijzer (38%) en de Projectenbank (35%). Voor de overige producten geldt dat rond de 30% van de respondenten aangeeft deze te kennen, maar niet te gebruiken.
respondenten die aangeven (zeer) ontevreden te zijn over de producten. Van welke DEN-producten heeft u de afgelopen vijf jaar daadwerkelijk gebruik gemaakt en hoe tevreden bent u daarover? (n=297) Kennisbank: kennisdossiers DE BASIS Kennisbank: projectenbank Woordenboek Digitaal Erfgoed Kennisbank: register van standaarden
De Projectenbank, het meest gebruikte product Het percentage van de respondenten die aangeven de producten te gebruiken (= de gebruikers) loopt uiteen van 14% gebruikers van het Stappenplan Businessmodelinnovatie tot 41% gebruikers van de Projectenbank. Andere relatief veel gebruikte producten zijn de Kennisdossiers (39% gebruikers), DE BASIS (37% gebruikers), het Register van standaarden (35% gebruikers) en het Woordenboek Digitaal Erfgoed (33% gebruikers). Alle overige producten worden door minder dan een kwart van de respondenten gebruikt.
Subsidiewijzer Statistieken over digitaal erfgoed Overzicht terminologiebronnen Scoremodel Digitale Duurzaamheid Stappenplan Businessmodelinnovatie 0%
Gebruikt en (zeer) tevreden
Tevredenheid van de gebruikers: tussen de 10% en 30% van de respondenten is (zeer) tevreden over producten van DEN; er zijn nauwelijks (zeer) ontevreden respondenten (zie afbeelding hiernaast) De rubriek Kennisdossiers is het product waarover de meeste respondenten (zeer) tevreden zijn: 30% van de respondenten is daar (zeer) over te spreken, 8% heeft een neutrale mening en minder dan 1% is er (zeer) ontevreden over. Ook DE BASIS is met 29% (zeer) tevreden respondenten een gewaardeerd product. Hier is 7% van de respondenten neutraal en 1% (zeer) ontevreden over. Er zijn amper
la group
5%
10%
15%
Gebruikt en neutraal oordeel
20%
25%
30%
35%
Gebruikt en (zeer) ontevreden
Conclusie DEN bedient een brede doelgroep met een breed aanbod van producten. Deze producten zijn breed bekend onder de respondenten. Producten die te maken hebben met kennisdelen zijn het meest bekend, worden het meest gebruikt en onder de gebruikers ook het meest gewaardeerd. Het betreft alle onderdelen van de Kennisbank en DE BASIS. 9
Bekendheid, gebruik en waardering diensten DEN biedt haar doelgroepen diverse diensten: van informeren over nieuws en evenementen tot aan het geven van gastcolleges en/of advies. Het gaat concreet over de volgende diensten: • Advisering bij projectaanvragen; • Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media; • Maandelijkse nieuwsbrief; • Agenda van evenementen; • DEN-Blog; • Digitaal Erfgoedconferentie/DISH ; • Thematische bijeenkomsten; • Open Erfgoed Koffies*; • Bijdragen aan vakonderwijs (Gastcolleges).
Deze reeks van diensten is voorgelegd aan de respondenten met de vraag welke van de diensten ze kennen, van welke ze de afgelopen vijf jaar daadwerkelijk gebruik hebben gemaakt en hoe tevreden ze daarover zijn. Eerst wordt het overzicht gepresenteerd van de diensten en de (on)bekendheid en het gebruik ervan. Op de volgende pagina wordt ingezoomd op het daadwerkelijk gebruik door de respondenten en hun tevredenheid over de diverse diensten.
De meeste diensten zijn bekend Het percentage respondenten dat aangeeft bekend te zijn met de diensten van DEN is met 95% het hoogst bij de Maandelijkse nieuwsbrief en met 37% het laagst bij de Gastcolleges. Andere diensten die het meest bekend zijn, zijn de Agenda van evenementen, de Digitaal Erfgoedconferentie/DISH en de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media (maar 13% tot 15% van de respondenten is daarmee onbekend). Onder de meest onbekende diensten vallen, naast de Gastcolleges, de Open Erfgoed Koffies (54%).
Welke van de volgende diensten van DEN kent u en welke daarvan heeft in de afgelopen jaren gebruikt? (n=284), gesorteerd op de categorie ‘gebruikt’ Maandelijkse nieuwsbrief 4,9% 10,9% Agenda van evenementen
13,4%
Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media
15,1%
Digitaal Erfgoedconferentie / DISH
13,7%
DEN-Blog
84,2% 26,1%
60,6%
25,0%
59,9%
41,9%
35,6%
Thematische bijeenkomsten
25,4% 49,6%
53,5%
Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges) 20%
Bekend, niet gebruikt
10,6%
40,1%
63,4%
0%
* De Open Erfgoed Koffies zijn een vrij nieuwe dienst die sinds juni 2013 wordt aangeboden.
27,5%
49,3%
39,8%
Open Erfgoed Koffies
la group
37,0%
25,4%
Advisering bij projectaanvragen
Onbekend
44,4%
32,4%
40%
60%
80%
6,3% 4,2%
100%
Gebruikt 10
Bekendheid, gebruik en waardering diensten De overige diensten (Thematische bijeenkomsten, DEN-Blog en Advisering bij projectaanvragen) zijn onbekend bij 25% tot 40% van de respondenten. 10% tot 50% van de respondenten kent de DEN-diensten, maar gebruikt deze niet De top drie van bekende, maar niet gebruikte diensten bestaat uit de Advisering bij projectaanvragen(50% geeft aan deze te kennen, maar niet te gebruiken), gevolgd door de Thematische bijeenkomsten(49%) en de Digitaal Erfgoedconferentie/DISH (42%). Voor de overige producten geldt dat minder dan 40% van de respondenten aangeeft deze te kennen, maar niet te gebruiken. De Maandelijkse nieuwsbrief is de meest gebruikte dienst* Het percentage van de respondenten die aangeven de diensten te gebruiken (= de gebruikers) loopt uiteen van 4% gebruikers van de Gastcolleges tot 84% van de Maandelijkse nieuwsbrief. Andere relatief veel gebruikte producten zijn de Agenda van evenementen (61% gebruikers) en de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media (60% gebruikers). Alle overige diensten worden door minder dan de helft van de respondenten gebruikt. Tevredenheid van de gebruikers: Nieuwsbrief, Agenda en Nieuwsvoorziening (website en/of sociale media) kennen het hoogste percentage (zeer) tevreden gebruikers, nauwelijks (zeer) ontevreden gebruikers De Maandelijkse nieuwsbrief is de dienst die het meest gewaardeerd wordt: 71% van de gebruikers is daar (zeer) tevreden over. 11% van de gebruikers oordeelt neutraal en 2% van de gebruikers is er (zeer) ontevreden over. Verder is 52% van de gebruikers ook (zeer) tevreden over de Agenda voor evenementen
la group
en een over de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media. Het percentage gebruikers dat hier ‘neutraal’ kiest is 8% respectievelijk 7%. Het percentage (zeer) ontevreden gebruikers is zeer klein (circa 1%). Van welke DEN-diensten heeft u de afgelopen vijf jaar daadwerkelijk gebruik gemaakt en hoe tevreden bent u daarover? (n=284) Maandelijkse nieuwsbrief Agenda van evenementen Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media Digitaal Erfgoedconferentie / DISH Thematische bijeenkomsten DEN-Blog Advisering bij projectaanvragen Open Erfgoed Koffies
Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges) 0% Gebruikt en (zeer) tevreden
10%
20%
Gebruikt en neutraal oordeel
30%
40%
50%
60%
70%
80%
Gebruikt en (zeer) ontevreden
Conclusie De diensten van DEN zijn breed bekend onder de respondenten. Diensten die een hoge actualiteitswaarde hebben, zijn de meest bekende diensten, worden het meest gebruikt en door de gebruikers ook het meest gewaardeerd. Het zijn diensten voor de brede erfgoedsector. De respondenten kennen de diensten beter, die diensten worden vaker gebruikt en hoger gewaardeerd dan de producten.
* Het overgrote deel van het e-mailadressenbestand van DEN dat voor dit onderzoek gebruikt werd, bestaat uit abonnees van de nieuwsbrief. Hiervoor is gekozen omdat de enquête per e-mail is verspreid en omdat het adressenbestand van de nieuwsbrief de grootste hoeveelheid actuele e-mailadressen bevat waarover DEN beschikt.
11
Communicatie van DEN DEN zet diverse communicatiemiddelen in om kennisdeling en interactie met het erfgoedveld te bevorderen. In de enquête is daarom gevraagd hoe de respondenten de communicatie van DEN beoordelen, welke sociale media ze gebruiken om DEN (regelmatig) te volgen en welke begrippen volgens hen DEN typeren.
Aan de respondenten zijn vijf stellingen voorgelegd over de communicatie van DEN. Ze konden daarbij op een 5-puntsschaal (1 laag – 5 hoog) aangeven in welke mate ze het met de stellingen eens zijn (helemaal oneens tot helemaal eens, en weet niet). Stelling 1 De communicatie van DEN is helder.
Stelling 2 DEN biedt actuele informatie. Stelling 3 DEN communiceert regelmatig met onze instelling. Stelling 4 DEN reageert snel op vragen/opmerkingen. Stelling 5 De medewerkers van DEN zijn makkelijk bereikbaar. De hoogste gemiddelde waardering (4,07) geven de respondenten (n=267) voor de stelling ‘DEN biedt actuele informatie’. De laagste gemiddelde score met 3,52 wordt gegeven voor de stelling ‘DEN communiceert regelmatig met onze instelling’. Hierna worden de resultaten per stelling gepresenteerd (zie ook overzicht op de volgende pagina).
la group
Stelling: DEN biedt actuele informatie Ruim 72% van de respondenten is het (helemaal) eens met deze stelling. Slechts een kleine 5% is het hier (helemaal) niet mee eens en ook het aantal respondenten dat het niet weet (bijna 9%) is klein. 14% van de respondenten koos voor het neutrale midden. Stelling: De communicatie van DEN is helder 60% van de respondenten is het (helemaal) eens met deze stelling. 9% is het hier (helemaal) niet mee eens en eveneens 9% van de respondenten geeft ‘weet niet’ aan. Het deel van de respondenten dat ‘neutraal’ kiest bij deze stelling is 22%. Kanttekening Van de 24 de respondenten die het (helemaal) niet eens zijn met deze stelling, geven er 18 een toelichtende reactie. De meest voorkomende opmerkingen kunnen als volgt worden samengevat : • In een woord (te) véél: veel informatie, veel onderwerpen, veel tekst, kleine letters, veel vakjargon, ambtelijk. Er is weinig redactie c.q. selectie. Geen curator. Daardoor is er geen overzicht en haakt men af.
12
Communicatie van DEN Stelling: DEN communiceert regelmatig met onze instelling Over deze stelling zijn de respondenten relatief verdeeld: 44% van de respondenten is het er (helemaal) mee eens. Bijna 18% staat er neutraal in en 17% van de respondenten kan deze stelling (helemaal) niet onderschrijven. 21% van de respondenten kiest ‘weet niet’.
Stelling: De medewerkers van DEN zijn makkelijk bereikbaar Met deze stelling is 40% van de respondenten (helemaal) eens en bijna 11% staat er neutraal tegenover. Het percentage respondenten dat deze stelling (helemaal) niet onderschrijft is met 4% klein. Daarentegen geeft een relatief groot deel van de respondenten ‘weet niet’ aan (45%).
Kanttekening De toelichtende reacties van respondenten die het (helemaal) niet eens zijn met deze stelling kunnen als volgt worden samengevat: • Er is een-op-een haast geen contact met DEN. Dat gebeurt niet vanuit DEN, maar daarnaast wordt geconstateerd dat men ook zelf niet actief contact zoekt, een uitzondering daargelaten (“Ik heb DEN een paar keer uitgenodigd om te komen praten, maar hier heeft niemand op gereageerd.”).*
Stelling: DEN reageert snel op vragen/opmerkingen Bijna 32% van de respondenten is het (helemaal) eens met deze stelling en 12% van de respondenten kiest voor ‘neutraal’. Het aandeel respondenten dat het (helemaal) niet eens is met de stelling is met 4% klein. Ruim de helft van de respondenten heeft blijkbaar geen ervaring met het stellen van vragen/opmerkingen bij DEN en kiest voor ‘weet niet’ (53%).
Kunt u aangeven in welke mate u het eens bent met de volgende stellingen? (n=267) DEN biedt actuele informatie.
72,3%
De communicatie van DEN is helder.
14,2% 4,9% 8,6%
59,9%
DEN communiceert regelmatig met onze instelling.
22,5%
44,2%
De medewerkers van DEN zijn makkelijk bereikbaar.
40,1%
DEN reageert snel op vragen/opmerkingen etc.
31,5%
17,6%
16,9%
10,5% 4,1% 11,6%
4,1%
9,0% 8,6% 21,3%
45,3%
Conclusie Over de stellingen betreffende de actualiteit van de informatie en de helderheid van de communicatie is men overwegend positief. Op instellingen- en persoonsniveau wordt het beeld diffuser en wordt de groep ‘weet niet’ duidelijk groter. Hieruit kan worden geconcludeerd dat veel respondenten voor wat betreft de regelmatige een-op-een-communicatie en het stellen van vragen tot nu toe (nog) geen direct contact hadden met DEN.
52,8%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% (helemaal) eens
la group
neutraal
(helemaal) oneens
weet niet
* Dit is een logisch gevolg uit de beleidskeuze die is gemaakt in het Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 van DEN. Hierin is onder andere bepaald dat DEN zich vooral richt op samenwerkingsverbanden en niet op individuele instellingen, onder andere om concurrentievervalsing met private dienstenleveranciers te voorkomen.
13
Communicatie van DEN Doelgroepen volgen DEN nauwelijks op sociale media Slechts circa 10% van de respondenten kijkt regelmatig op Twitter, LinkedIn en de DEN-Blog. Tussen de 17% en de 32% kijkt af en toe op deze drie sociale mediakanalen. De overige sociale mediakanalen Slideshare, YouTube, Vimeo en Flickr worden door de respondenten bijna niet gebruikt. Het aandeel niet-gebruikers ligt bij deze vier kanalen zeer hoog, tussen 86% en 94%. Volgt u (medewerkers van) DEN op een of meer van de volgende sociale media? (n=266) Twitter
11,3%
17,3%
LinkedIn
10,5%
32,0%
DEN-Blog
7,9%
Slideshare
68,8%
2,6% 54,9%
27,4%
2,6%
63,2%
10,9%
1,5%
85,7%
1,5%
Respondenten zien DEN vooral als deskundig, positief en betrouwbaar DEN heeft in haar communicatieplan voor de komende jaren* een identiteit voor de eigen organisatie geformuleerd die omschreven is met een tiental kernwaarden. Deze kernwaarden werden voorgelegd aan de respondenten die konden aangeven in welke mate ze de kernwaarden passend vinden bij DEN. Ook had men de mogelijkheid om ‘weet niet’ in te vullen. De schaal was van helemaal niet passend (1) tot helemaal passend (5). Voor de respondenten is de top 3 van meest passende begrippen voor DEN deskundig, positief en betrouwbaar. Maar ook toegankelijk, klantvriendelijk, inspirerend, onafhankelijk en verbindend vindt meer dan de helft van de bevraagden (helemaal) passend bij DEN. De begrippen die relatief laag scoren zijn resultaatgericht en flexibel. In welke mate vindt u de onderstaande begrippen passen bij de DENorganisatie? (n=261) Deskundig
YouTube
3,4%
93,6%
2,3%
Vimeo
3,8%
94,0%
1,9%
Flickr
3,4%
94,4%
1,9%
0%
10%
20%
30% Geregeld
40% Af en toe
50% Niet
60%
70%
80%
90%
100%
Weet niet
Conclusie De communicatie van DEN via de sociale media wordt maar in zeer beperkte mate gevolgd, waarbij Twitter, LinkedIn en de DEN-Blog het meest gelezen worden. Hierbij is echter niet onderzocht of de respondenten überhaupt gebruik maken van de sociale media in het algemeen.
la group
78,9%
Positief
71,6%
Betrouwbaar
70,5%
Toegankelijk
11,9% 1,5% 14,9% 9,2%1,9%
61,7%
Klantvriendelijk
55,9%
Inspirerend
54,8%
Onafhankelijk
54,0%
Verbindend
17,6% 15,7%
18,0%
Resultaatgericht
16,5%
45,6%
Flexibel
16,9%
36,0%
0%
21,1%
20%
40% Neutraal
18,4%
6,1%
2,3%
21,1%
51,7%
(Helemaal) passend * DEN-communicatieplan 2013-2016, “Samen kennis vergroten over digitaal erfgoed”
8,8%1,9%10,3%
26,1% 10,0%
1,5%
23,4% 29,5%
4,6%
38,3%
60%
80%
(Helemaal) niet passend
14,2%
26,4%
8,4% 8,0%
14,6%
100%
Weet niet 14
Kwalificaties DEN DEN vervult sinds 2005 de rol van kennismakelaar. Onder deze noemer voerde en voert de organisatie diverse taken uit en speelt in het erfgoedveld verschillende rollen. De belangrijkste rollen van DEN zijn in acht stellingen weergegeven. De respondenten werd gevraagd aan te geven in welke mate ze het met de verschillende stellingen c.q. kwalificaties van DEN eens zijn.
Hieronder worden de verschillende stellingen gepresenteerd met de bijbehorende beoordeling door de respondenten. We beginnen met de stelling waarmee de meeste respondenten het (helemaal) eens waren en eindigen met de stelling die de minste instemming kreeg. Het overzicht van alle uitkomsten is op de volgende pagina te zien. Stelling: Het erfgoedbrede, verbindende karakter van DEN is belangrijk. 82% van alle respondenten is het (helemaal) eens met deze uitspraak. 6% kiest voor ‘neutraal’ en slechts 1% is het er (helemaal) niet mee eens. Bijna 11% van de bevraagden geeft aan het niet te weten. Stelling: DEN moet werken voor de hele erfgoedsector en zich niet beperken tot instellingen die vooroplopen op het gebied van digitalisering. Ook met deze stelling is het overgrote deel van de respondenten het (helemaal) eens: 72%.Verder kiest 8% voor het midden (neutraal) en is ruim 4% het (helemaal) niet eens met deze uitspraak. Het aandeel dat ‘weet niet’ kiest is bijna 14%. Stelling: DEN heeft een brugfunctie tussen beleid en het brede erfgoedveld. Met deze stelling is bijna 74% van de respondenten het (helemaal) eens, gevolgd door 12% die ‘neutraal’ kiest en
la group
2% die het (helemaal) niet eens is met deze stelling. De groep ‘weet niet’ heeft een aandeel van 12%. Stelling: De rol die DEN speelt in Europese projecten, zoals Europeana, vind ik belangrijk. 65% van de respondenten is het (helemaal) eens met deze uitspraak. 10% staat hierin neutraal en 4% is het er (helemaal) niet mee eens. 20% van de bevraagden geeft aan het niet te weten.
Stelling: DEN speelt een belangrijke rol voor mij bij de kennisoverdracht met betrekking tot digitalisering. De helft van alle respondenten kan zich (helemaal) vinden in deze stelling. Het aandeel respondenten dat het midden kiest is 17%, het aandeel dat het (helemaal) niet eens is met de uitspraak is 19%. De respondenten die aangeven het niet te weten zijn goed voor 14%. Stelling: Het is goed dat DEN naast ondersteunende taken ook zelf projecten uitvoert (bijv. Erfgoed & Locatie). 46% van alle respondenten vindt het (helemaal) goed dat DEN naast de ondersteunende taken ook eigen projecten uitvoert. 19% van de bevraagden kiest ‘neutraal’, bijna 12% geeft aan het er (helemaal) niet mee eens te zijn en 23% weet het niet. 15
Kwalificaties DEN respondenten dat het er (helemaal) niet mee eens is bij 46%. Een kwart van de bevraagden geeft aan het niet te weten.
Stelling: DEN speelt in onze instelling een belangrijke rol bij de digitalisering. Deze stelling wordt door 22% van de respondenten (helemaal) onderschreven. Eveneens 22% van de respondenten staat neutraal tegenover deze stelling. 39% van de respondenten is het er (helemaal) niet mee eens. 18% van de bevraagden weet het niet.
Conclusie Over stellingen die de erfgoedbrede en verbindende rol van DEN beschrijven is het overgrote deel van de respondenten positief. De stellingen die te maken hebben met de Europese en de eigen projecten van DEN laten nog steeds een positief beeld zien, maar hier wordt het beeld diffuser. Beduidend minder positief reageren de respondenten op stellingen waarin de rol van DEN voor de individuele instelling centraal staat.*
Stelling: Zonder DEN was de digitalisering binnen onze instelling minder ver geweest dan nu. Slechts 14% van de respondenten is het (helemaal) eens met deze uitspraak. Het aandeel dat neutraal kiest ligt bij 15% en het aandeel
In welke mate bent u het eens met de volgende stellingen? (n=250) Het erfgoedbrede, verbindende karakter van DEN is belangrijk.
82,0%
DEN moet werken voor de hele erfgoedsector en zich niet beperken tot instellingen die op het gebied van digitalisering voorop lopen.
74,0%
DEN heeft een brugfunctie tussen beleid en het brede erfgoedveld.
73,6%
De rol die DEN speelt in Europese projecten, zoals Europeana, vind ik belangrijk.
12,0% 2,4% 12,0% 10,4% 4,4%
50,0%
Het is goed dat DEN naast ondersteunende taken ook zelf projecten uitvoert (bijv. Erfgoed en Locatie).
17,2%
46,4%
DEN speelt in onze instelling een belangrijke rol bij de digitalisering.
21,6%
Zonder DEN was de digitalisering binnen onze instelling minder ver geweest dan nu.
14,4%
0%
la group
8,0%4,4% 13,6%
65,2%
DEN speelt een belangrijke rol voor mij bij de kennisoverdracht m.b.t. digitalisering.
(Helemaal) eens
6,0%1,2%10,8%
Neutraal
10%
19,2% 21,6%
11,6%
17,6%
45,6%
30%
(Helemaal) oneens
40%
50%
14,0% 22,8%
39,2%
14,8%
20%
18,8%
20,0%
25,2%
60%
70%
80%
90% 100%
Weet niet
* Dit is een logisch gevolg uit de beleidskeuze die is gemaakt in het Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 van DEN. Hierin is onder andere bepaald dat DEN zich vooral richt op samenwerkingsverbanden en niet op individuele instellingen, onder andere om concurrentievervalsing met private dienstenleveranciers te voorkomen.
16
Toekomst DEN Aangezien het ministerie van OCW als financier van DEN na 2016 het voornemen heeft geuit met de subsidiëring van de huidige activiteiten van de organisatie te stoppen, wil DEN een aantal toekomstscenario’s ontwikkelen die ook door het veld gedragen worden. Om een eerste beeld te krijgen hoe de doelgroepen denken over de kwaliteitszorg voor digitalisering in de toekomst, werd in de enquête een aantal stellingen aan hen voorgelegd. Daarnaast werd aan hen gevraagd aan welke van de bestaande producten en diensten ze denken in de toekomst de meeste behoefte te hebben.
Stelling: Kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed moet deels door het veld en deels door de overheid gefinancierd worden. 62% van de respondenten is het met deze stelling (helemaal) eens. 18% kiest ‘neutraal’, een kleine 9% is het met deze uitspraak (helemaal) niet eens en bijna 12% geeft aan ‘weet niet’.
Stellingen erfgoedbrede samenwerking en kwaliteitszorg Hieronder worden de stellingen weergegeven en de resultaten toegelicht. Daarbij beginnen we met de stelling die de meeste instemming kreeg en eindigen met de stelling waarover de respondenten het minst positief waren.
Stelling: Kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed moet door het veld zelf georganiseerd worden. Met deze stelling is 36% van de respondenten het (helemaal) eens. 23% kiest ‘neutraal’. Het aandeel respondenten dat het er (helemaal) niet mee eens is ligt bij 31%, ‘weet niet’ heeft een aandeel van 10%.
Stelling: Ik vind erfgoedbrede samenwerking belangrijk. 91% van alle respondenten is het hier (helemaal) mee eens. 4,5% heeft een neutrale mening en slechts 1% is het met deze stelling (helemaal) niet eens. Een kleine 3% kiest voor ‘weet niet’.
In welke mate bent u het eens met de volgende stellingen? (n=243) Ik vind erfgoedbrede samenwerking belangrijk.
90,9%
Kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed moet deels door het veld zelf en deels door de overheid gefinancierd worden.
4,5% 3,3%
62,1%
Kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed moet door het veld zelf georganiseerd worden.
36,2%
Kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed moet geheel door de overheid gefinancierd worden.
23,9%
Kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed moet geheel door het 7,4% veld zelf gefinancierd worden.
17,7%
23,0%
21,4%
24,3%
30,9%
42,8%
56,4%
8,6% 11,5%
9,9%
11,9%
11,9%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% (Helemaal) eens
la group
Neutraal
(Helemaal) oneens
Weet niet 17
Toekomst DEN Stelling: Kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed moet geheel door de overheid gefinancierd worden. 24% van alle respondenten kan zich (helemaal) vinden in deze stelling. Het percentage respondenten dat hier ‘neutraal’ tegenover staat is 21%, het percentage dat het (helemaal) niet eens is met de uitspraak is 43%. De respondenten die aangeven het niet te weten zijn goed voor 12%. Stelling: Kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed moet geheel door het veld zelf gefinancierd worden. Deze stelling kan op weinig instemming rekenen: slechts 7% van de respondenten is het er (helemaal) mee eens. 24% van alle bevraagden staat hier neutraal tegenover. 56% geeft aan met deze stelling (helemaal) niet eens te zijn en 12% kiest ‘weet niet’.
Conclusie De stelling over het belang van erfgoedbrede samenwerking wordt opnieuw door de respondenten zeer positief beoordeeld. De beoordeling van de stellingen over de financiering van de kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed laat zien dat er volgens de respondenten sprake is van een gedeelde verantwoordelijkheid en dat die niet uitsluitend ligt bij of de overheid of bij het veld. Over de stelling met betrekking tot het zelf organiseren van de kwaliteitszorg door het veld is het beeld van meningen het meest diffuus.
la group
Behoeften in de toekomst Om de behoeften van de stakeholders in de toekomst in kaart te brengen werden nog een keer de bestaande producten en diensten van DEN aan hen voorgelegd. Daarbij werd gevraagd aan welke producten en diensten ze denken in de toekomst de meeste behoefte te hebben. Er konden minimaal één (product en dienst) en maximaal vijf (producten en diensten) worden gekozen. Daarnaast was er ook de antwoordcategorie ‘weet niet’. De Kennisbank is ook in de toekomst een belangrijk product 57% van de respondenten denkt vooral behoefte te hebben aan het Register van standaarden, gevolgd door 52% van de respondenten die de Kennisdossiers voor de komende jaren belangrijk vindt. Op de derde plek van de producten waaraan men denkt in de toekomst behoefte de hebben, staat met 42% de Subsidiewijzer, gevolgd door de Projectenbank met 41%. De producten waaraan men denkt in de toekomst de minste behoefte te hebben zijn het Overzicht terminologiebronnen (19%), het Stappenplan Businessmodelinnovatie (22%), het Woordenboek Digitaal Erfgoed (22%) en het Scoremodel Digitale Duurzaamheid (22%). Deze producten horen ook tot de minst bekende. Zie ook de afbeelding op de volgende pagina.
18
Toekomst DEN Hieronder ziet u nog een keer het overzicht van de huidige producten van DEN. Aan welke producten denkt u in de toekomst de meeste behoefte te hebben? Kies er minimaal 1 en maximaal 5 producten. (n=242) Kennisbank: register van standaarden
Maandelijkse nieuwsbrief
57,0%
Kennisbank: kennisdossiers
51,7%
Hieronder ziet u nog een keer het overzicht van de huidige diensten van DEN. Aan welke diensten denkt u in de toekomst de meeste behoefte te hebben? Kies er minimaal 1 en maximaal 5 diensten. (n=242)
Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media
Subsidiewijzer
42,1%
Thematische bijeenkomsten
Kennisbank: projectenbank
40,9%
Digitaal Erfgoedconferentie / DISH
DE BASIS
36,4%
Statistieken over digitaal erfgoed
26,0%
Scoremodel Digitale Duurzaamheid
22,3%
Woordenboek Digitaal Erfgoed
21,9%
Stappenplan Businessmodelinnovatie
21,5%
Overzicht terminologiebronnen
19,0%
Weet niet
10,3% 0%
10% 20% 30% 40% 50% 60%
De Maandelijkse nieuwsbrief is ook in de toekomst een belangrijke dienst Aan de Maandelijkse nieuwsbrief van DEN denken 57% van de respondenten ook in de toekomst behoefte te hebben. Ook de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media en de Thematische bijeenkomsten scoren hoog: 46% van de respondenten denkt behoefte te hebben aan deze twee diensten. Respondenten denken de minste behoefte te hebben aan de Open Erfgoed Koffies (7,4%), de Gastcolleges (9%) en de DEN-Blog (11%). Dit zijn ook de minst bekende diensten.
la group
57,0% 46,3% 45,5% 43,8%
Agenda van evenementen
40,5%
Advisering bij projectaanvragen
36,4%
DEN-Blog
11,2%
Weet niet
9,5%
Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges)
9,1%
Open Erfgoed Koffies
7,4% 0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
Conclusie De Kennisbank met het Register van standaarden, de Kennisdossiers en de Projectenbank zijn producten waaraan de respondenten denken ook in de toekomst veel behoefte te hebben. Ook de Subsidiewijzer is een product dat men denkt in de toekomst nodig te hebben. Het delen van nieuws in de vorm van de Maandelijkse nieuwsbrief en de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media lijken ook in de toekomsten belangrijke diensten te blijven. De behoefte aan Thematische bijeenkomsten zal volgens de respondenten, vergeleken met de huidige interesse en het huidige gebruik, in de toekomst toenemen.
19
Toekomst DEN Zijn er producten/diensten die worden gemist? Naast de bestaande producten/diensten die DEN aanbiedt, is aan de respondenten gevraagd of er producten/diensten zijn die DEN nu niet aanbiedt maar dat in hun ogen wel zou moeten doen. Van de 62 respondenten die hierop hebben geantwoord, hebben er 22 mogelijk bruikbare voorstellen gedaan (deels met meerdere aandachtspunten). Met betrekking tot producten 1. Een leveranciersoverzicht gebaseerd op de advisering van 'leden' DEN; per product of productsoort. Dit kan zijn voor bijvoorbeeld collectiebeheersystemen of documentmanagement of opslag digitale bestanden, etc. 2. Meer concrete instrumenten voor instellingen die niet vooroplopen. 3. Goede infrastructuur bieden die ook makkelijk te realiseren is voor kleine erfgoedinstellingen bij het instappen in digitaliseringsprojecten. 4. Vacatures 5. Audits Met betrekking tot diensten 1. Een programma inrichten met digitale consultants. Deze benaderen actief de erfgoedinstellingen om te kijken hoe de workflow op locatie is ingericht. Dat zou moeten resulteren in een rapport met tips & tricks (niet bedoeld als inspectie, maar puur als advies). Op die manier krijgt DEN zelf een goed beeld van de verschillen in werkwijzen, maar ook in behoeften en (on)mogelijkheden van erfgoedinstellingen. En tegelijk krijgt de betreffende erfgoedinstelling een onafhankelijke evaluatie van de eigen werkzaamheden en een rapport dat gebruikt kan worden voor verbetering.
la group
2. De workflow achter digitalisering en beschikbaarstelling, met daarnaast ‘ad hoc Consultancy’, d.w.z. het adviseren van instellingen bij deze activiteiten. 3. Praktische adviezen voor de uitvoering van digitalisering, zoals bijvoorbeeld welke scaninstelling kun je het beste gebruiken voor het maken van scans van papieren documenten of van foto's. 4. Onafhankelijke toetsingscommissies organiseren voor bijvoorbeeld projecten of initiatieven. 5. ICT-belangenbehartiger vanuit de erfgoedsector naar beslissers, zowel binnen de erfgoedinstellingen als bij de overheid. 6. Nog meer aanjager zijn van het gebruik van standaarden, infrastructuren en platforms naar erfgoedinstellingen toe. 7. Training van/voor specifieke doelgroepen. 8. Hulp bij creëren Apps op basis van digitaal erfgoedmateriaal. 9. Meer over metadatering van beeldmateriaal en -collecties. 10. Vraagbaak/helpdeskfunctie, misschien per domein, of regio? Persoonlijk contactpersoon voor vragen? 11. De erfgoedinstellingen ondersteuning bieden op het gebied van techniek en financiering bij het maken van publiekstoepassingen. 12. Samenwerking met niet-digitale erfgoedorganisaties/aspecten. Advies aan sessies voor informatiemanagers binnen overheden. 13. Verbinding met andere cultuuruitingen, zoals muziek, dans, toneel, etc. Misschien is een samenwerking met organisaties op deze domeinen mogelijk. 14. Brug slaan tussen verschillende soorten erfgoedinstellingen; schotten tussen archieven, musea, etc. verwijderen, hiermee uitvoering gevend aan beleid OCW (of OCW hierin adviseren die muren te slechten). 15. (Nog) meer ‘actieve’ verbinding tot stand brengen, bevorderen dat instellingen minder verkokerd opereren en dat ‘(inter)nationaal’ denken en handelen meer een vanzelfsprekend onderdeel wordt van de bedrijfsfilosofie. 20
Toekomst DEN Wat zou er gebeuren als DEN morgen zou ophouden te bestaan? Aan de respondenten is gevraagd wat volgens hen de gevolgen zouden zijn als DEN morgen zou ophouden te bestaan. Op deze vraag hebben 108 respondenten gereageerd. Voor bijna alle respondenten zou het verdwijnen van DEN een groot gemis zijn. Hieronder een selectie van antwoorden, waarmee getracht wordt een zo volledig mogelijk beeld te geven van de verschillende rollen van DEN die zouden komen te vervallen.
• Terugval in kwaliteit en minder regie over de instellingen heen. • Wegvallen van een overkoepelend (kennis)instituut. • Voor het gehele erfgoedveld zou dan wegvallen: deskundigheid en advisering, verbinding tussen de diverse erfgoedsectoren, kennisvermeerdering en ontwikkeling van alle instellingen (klein én groot), netwerk (o.a. via jaarlijks congres), onafhankelijkheid. • Het contact met Europa wordt minder, er is een onafhankelijk aanspreekpunt noodzakelijk.
Wat zouden volgens u de gevolgen voor de erfgoedsector zijn als DEN morgen zou ophouden te bestaan? • Een positieve impuls, om beter, meer, groter en innovatiever te denken, zou verdwijnen. • DEN is de continue aanjager van de ontwikkeling van digitaal bewustzijn. Die is nog veel priller dan zou moeten en zonder DEN is er geen kwaliteitsreferentie, noch een sturende kracht om digitaal erfgoed een goed fundament te bieden. • Een stabiele betrouwbare speler in het erfgoedveld in de tussenpositie tussen beleid en praktijk valt weg. • Versnippering en verlies van kennis en daarmee verlies aan kwaliteit en effectiviteit in digitaliseringsbeleid en -projecten. • Mogelijk gebrek aan expertise in de sector, minder standaardisering. • Digitale diensten maken een steeds groter deel uit van de beroepspraktijk van collectiebeherende instellingen. Het is erg belangrijk dat er in Nederland een onafhankelijk deskundigheids- en controleorgaan voor digitalisering bestaat dat de hele sector omvat, en zich richt op zaken als digitale duurzaamheid en uitwisselbaarheid van gegevens.
la group
21
Toekomst DEN Verdere vragen en opmerkingen?
Herkomst respondenten
Aan het einde van de enquête werd de mogelijkheid geboden om aanvullende opmerkingen en/of vragen te plaatsen over DEN, de enquête, etc. Daarvan hebben 18 respondenten gebruik gemaakt. De belangrijkste daarvan worden hieronder weergegeven.
De laatste vraag aan de respondenten was naar de vestigingsplaats van hun instelling. Deze vraag hebben 236 respondenten ingevuld. De verdeling ziet er als volgt uit:
Met betrekking tot DEN: • Blijf onze sector, ook in het buitenland, informeren! • Met ons bureau hebben we expertise opgebouwd op het gebied van ontsluiten van erfgoed en het bouwen van een User Experience en de inzet van storytelling. Om zo'n project aan te melden bij DEN om in een soort best practices database te komen, moet je een superlang formulier invullen en er zijn veel velden waar we geen antwoord op hebben. Gemiste kans om inspiratie met elkaar te delen. Het zou mooi zijn als alle best practices (inter)nationaal erin te zien zijn, zonder hoge drempels/bureaucratie/formulieren/ tijdsverlies voor het aanmelden ervan. • DEN doet van alles en nog wat. Beter zou het zijn als ze zich meer toeleggen op een beperktere core business. Met betrekking tot de enquête • Tot op heden weinig bezig met DEN. Enquête nodigt uit dat maar te gaan doen. • Wellicht onderscheid maken tussen medewerkers van erfgoedinstellingen en gerelateerde beleidsmakers, onderzoekers, wetenschappers, etc. Een aantal vragen lijkt specifiek voor de ene doelgroep van stakeholders. • Slim meetmiddel. • Wel heel erg lang.
la group
7,6%
38,6%
53,8%
Randstad
Overig NL
Buitenland
22
Verdieping per doelgroep In dit deel van de rapportage kijken we of de afzonderlijke doelgroepen andere voorkeuren hebben dan het totaal van de respondenten voor wat betreft het gebruik van de DEN-producten en DEN-diensten en de waardering ervan. Daarbij kijken we naar de doelgroepen met voldoende respondenten om betrouwbare uitspraken te kunnen doen, te weten de musea, de archieven en de erfgoedbrede instellingen. Verder belichten we alleen de opvallende verschillen ten opzichte van het totaal. Dat zijn de verschillen groter dan 5%.
la group
Hierna zijn de volgende hoofstukken te vinden: • Musea over de producten • Musea over de diensten • Musea - behoeften in de toekomst • Archieven over de producten • Archieven over de diensten • Archieven - behoeften in de toekomst • Erfgoedbrede instellingen over de producten • Erfgoedbrede instellingen over de diensten • Erfgoedbrede instellingen - behoeften in de toekomst Bij de indeling van de hoofdstukken is dezelfde volgorde aangehouden als bij de hoofdstukken waarin de totale groep respondenten wordt beschreven.
23
Musea over de producten
• de Kennisdossiers (59% van de museumrespondenten vs. 69% van alle respondenten); • het Woordenboek Digitaal Erfgoed (56% vs. 62%) • het Stappenplan Businessmodelinnovatie (35% vs. 42%).
Respondenten werkzaam in de museumwereld zijn iets minder bekend met de DEN-producten dan alle respondenten Het aantal museumrespondenten dat aangeeft bekend te zijn met de producten van DEN varieert van 72% voor het Register van standaarden tot 35% voor het Stappenplan Businessmodelinnovatie. De meest bekende en de meest onbekende producten komen overeen met het totaal van alle respondenten. Kijkend naar alle producten, zijn er drie waarbij de museumrespondenten aangeven deze minder goed te kennen. Het betreft:
Percentage museumrespondenten die aangeven de DEN-producten te kennen maar niet te gebruiken (20% tot 35%) is iets kleiner dan de totale groep respondenten
Welke van de volgende producten van DEN kent u en welke daarvan heeft in de afgelopen jaren gebruikt? (n=68), gesorteerd op de categorie ‘gebruikt’ Kennisbank: register van standaarden
27,9%
32,4%
Kennisbank: projectenbank
27,9%
35,3%
DE BASIS
33,8%
Kennisbank: kennisdossiers
36,8%
32,4%
41,2%
33,8%
27,9%
Woordenboek Digitaal Erfgoed
44,1%
Subsidiewijzer
42,6%
30,9%
26,5%
29,4%
32,4%
25,0%
Overzicht terminologiebronnen
48,5%
26,5%
25,0%
Statistieken over digitaal erfgoed
47,1%
29,4%
23,5%
Scoremodel Digitale Duurzaamheid
55,9%
Stappenplan Businessmodelinnovatie
Onbekend
27,9%
64,7%
0%
la group
39,7%
20%
40%
Bekend, niet gebruikt
16,2%
19,1%
60%
80%
16,2%
100%
Gebruikt 24
Musea over de producten De top drie van bekende maar niet gebruikte producten van de respondenten uit de museumwereld wijkt nauwelijks af van alle respondenten. Echter, voor drie producten is het percentage van museumrespondenten die aangeven bekend te zijn met een bepaald product maar het niet te gebruiken kleiner dan alle respondenten: • het Register van standaarden (32% van de museumrespondenten vs. 39% van alle respondenten); • de Subsidiewijzer (32% vs. 38%); • het Stappenplan Businessmodel-innovatie (19% vs. 28%).
duidelijke verschillen in het percentage van de (zeer) tevreden gebruikers: • het percentage respondenten werkzaam bij musea dat (zeer) tevreden is over de Kennisdossiers is kleiner dan het percentage voor dat product van alle respondenten (24% vs. 30%); • bij het Stappenplan Businessmodelinnovatie is het omgekeerde het geval: het percentage museumrespondenten dat (zeer) tevreden is over dat product is groter dan het percentage bij alle respondenten (15% vs. 9%).
Het Register van standaarden, het meest gebruikte product van de respondenten uit de museumwereld De meest gebruikte producten van de respondenten werkzaam bij musea komen min of meer overeen met die van alle respondenten. Echter, het percentage respondenten verschilt bij twee producten, te weten: • het Register van standaarden wordt door respondenten uit de musea meer gebruikt dan door alle respondenten: 40% van de museumrespondenten ten opzichte van 35% van alle respondenten. • Bij de Kennisdossiers is het juist omgekeerd: 31% van de museumrespondenten geeft aan de Kennisdossiers te gebruiken versus 39% van alle respondenten.
Van welke DEN-producten heeft u de afgelopen vijf jaar daadwerkelijk gebruik gemaakt en hoe tevreden bent u daarover? (n=68)
Tevredenheid gebruikers uit de museumwereld: 12% tot 25% van de museumrespondenten is (zeer) tevreden met de DEN-producten DE BASIS wordt het hoogst gewaardeerd, het scoremodel Digitale Duurzaamheid het minst. De meest gebruikte producten van de gebruikers uit de museumwereld komen ongeveer overeen met de meest gebruikte producten van alle respondenten. Er zijn echter twee
la group
DE BASIS Kennisbank: kennisdossiers Woordenboek Digitaal Erfgoed Kennisbank: projectenbank Kennisbank: register van standaarden Overzicht terminologiebronnen Subsidiewijzer Statistieken over digitaal erfgoed Stappenplan Businessmodelinnovatie Scoremodel Digitale Duurzaamheid 0%
5%
Gebruikt en (zeer) tevreden
10%
15%
20%
25%
Gebruikt en neutraal oordeel
Gebruikt en (zeer) ontevreden
25
Musea over de diensten
• de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media (73% van de museumrespondenten vs. 85% van alle respondenten); • de DEN-Blog (58% vs. 64%); • de Advisering bij projectaanvragen (52% vs. 60%) • de Gastcolleges (31% vs. 37%) • de Open Erfgoed Koffies (40% vs. 47%).
Respondenten uit de museumwereld zijn iets minder bekend met de diensten van DEN dan alle respondenten Het percentage museumrespondenten dat aangeeft bekend te zijn met de diensten van DEN varieert van 94% voor de DENnieuwsbrief tot 31% voor de gastcolleges. De meest bekende en de meest onbekende diensten komen min of meer overeen met die van het totaal van alle respondenten. Kijkend naar alle negen diensten, zijn er vijf waarbij de museumrespondenten aangeven deze minder goed te kennen. Het betreft:
Percentage museumrespondenten die aangeven de DEN-diensten te kennen maar niet te gebruiken (18% tot 51%) is vergelijkbaar met de totale groep respondenten
Welke van de volgende diensten van DEN kent u en welke daarvan heeft in de afgelopen jaren gebruikt? (n=67), gesorteerd op de categorie ‘gebruikt’ Maandelijkse nieuwsbrief 6,0% 17,9%
Agenda van evenementen Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media Digitaal Erfgoedconferentie / DISH Thematische bijeenkomsten DEN-Blog Advisering bij projectaanvragen
76,1%
17,9%
29,9%
26,9%
25,4%
16,4%
47,8%
38,8%
26,9%
44,8% 50,7%
41,8%
22,4%
37,3%
47,8%
Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges) Open Erfgoed Koffies
52,2%
20,9%
40,3% 68,7%
59,7%
11,9% 25,4% 35,8%
6,0% 4,5%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Onbekend
la group
Bekend, niet gebruikt
Gebruikt 26
Musea over de diensten De top drie van bekende maar niet gebruikte diensten van de respondenten uit de museumwereld wijkt nauwelijks af van alle respondenten. Echter, voor drie diensten verschilt het percentage van museumrespondenten die aangeven bekend te zijn met een bepaalde dienst maar deze niet te gebruiken van alle respondenten: • de Advisering bij projectaanvragen (40% van de museumrespondenten vs. 50% van alle respondenten); • de Gastcolleges (25% vs. 32%); • de DEN-nieuwsbrief (18% vs. 11%).
De diensten die de museumrespondenten minder gebruiken dan alle respondenten zijn ook de diensten waarover ze minder (zeer) tevreden zijn. Het gaat om: • de DEN-nieuwsbrief: 55% van de gebruikers werkzaam bij een museum vs. 71% van alle gebruikers; • de Agenda van evenementen: 40% vs. 52%; • de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media: 31% vs. 52%; • de DEN-Blog: 10% vs. 21% .
De maandelijkse nieuwsbrief is de meest gebruikte dienst* van respondenten uit de museumwereld De meest gebruikte diensten bij respondenten werkzaam bij musea komen overeen met die onder alle respondenten. Echter, het percentage van de gebruikers uit de museumwereld is bij vier van de diensten duidelijk lager, te weten: • de DEN-nieuwsbrief wordt door 76% van de museumrespondenten gebruikt versus 84% van alle respondenten; • de Agenda van evenementen wordt door 52% van de museumrespondenten gebruikt versus 61% van alle respondenten; • de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media wordt door 48% van de museumrespondenten gebruikt versus 60% van alle respondenten; • de DEN-Blog 21% versus 28% van alle respondenten.
Van welke DEN-diensten heeft u de afgelopen vijf jaar daadwerkelijk gebruik gemaakt en hoe tevreden bent u daarover? (n=67)
Percentage (zeer) tevreden gebruikers uit de museumwereld is iets lager dan bij alle respondenten, maar men is (zeer) tevreden over dezelfde diensten
Maandelijkse nieuwsbrief
Agenda van evenementen Digitaal Erfgoedconferentie / DISH Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media Thematische bijeenkomsten Advisering bij projectaanvragen DEN-Blog Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges) Open Erfgoed Koffies 0% Gebruikt en (zeer) tevreden
la group
10%
20%
Gebruikt en neutraal oordeel
30%
40%
50%
60%
Gebruikt en (zeer) ontevreden
* Het overgrote deel van het e-mailadressenbestand van DEN dat voor dit onderzoek gebruikt werd, bestaat uit abonnees van de nieuwsbrief. Hiervoor is gekozen omdat de enquête per e-mail is verspreid en omdat het adressenbestand van de nieuwsbrief de grootste hoeveelheid actuele e-mailadressen bevat waarover DEN beschikt.
27
Musea - behoeften in de toekomst De Kennisdossiers zijn in de toekomst een belangrijk product De helft van de respondenten werkzaam bij een museum denkt vooral behoefte te hebben aan de Kennisdossiers, gevolgd door 48% van de respondenten die het Register van standaarden voor de komende jaren belangrijk vindt. Op de derde plek van de producten waaraan men denkt in de toekomst behoefte de hebben, staat met 46% de Subsidiewijzer. De producten waaraan men denkt in de toekomst de minste behoefte te hebben zijn het Woordenboek Digitaal Erfgoed en het Stappenplan Businessmodelinnovatie (beide 19%), het Scoremodel Digitale Duurzaamheid en het Overzicht terminologiebronnen (beide 20%). Hieronder ziet u nog een keer het overzicht van de huidige producten van DEN. Aan welke producten denkt u in de toekomst de meeste behoefte te hebben? Kies minimaal 1 en maximaal 5 producten. (n=54)
De meeste behoefte aan de diensten Thematische bijeenkomsten en DISH 50% van de respondenten uit de museumwereld denkt in de toekomst vooral behoefte te hebben aan Thematische bijeenkomsten en de Digitaal Erfgoedconferentie /DISH, gevolgd door de DEN-nieuwsbrief (44%). De minst belangrijke diensten voor de toekomst zijn voor de museumrespondenten de Gastcolleges (4%), de Open Erfgoed Koffies (9%)en de DEN-Blog (11%). Hieronder ziet u nog een keer het overzicht van de huidige diensten van DEN. Aan welke diensten denkt u in de toekomst de meeste behoefte te hebben? Kies minimaal 1 en maximaal 5 diensten (n=54) Thematische bijeenkomsten
50,0%
Digitaal Erfgoedconferentie / DISH
50,0% 44,4%
Kennisbank: kennisdossiers
50,0%
Maandelijkse nieuwsbrief
Kennisbank: register van standaarden
48,1%
Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media
42,6%
Subsidiewijzer
46,3%
Advisering bij projectaanvragen
42,6%
31,5%
Kennisbank: projectenbank DE BASIS
Overzicht terminologiebronnen
20,4%
Scoremodel Digitale Duurzaamheid
20,4%
Stappenplan Businessmodelinnovatie
18,5%
Woordenboek Digitaal Erfgoed
18,5%
0%
10%
20%
9,3%
Open Erfgoed Koffies 3,7%
Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges) 0%
30%
40%
50%
De top 5 van de producten waarvan respondenten werkzaam bij musea denken die in de toekomst het meest nodig te hebben, komt overeen met de top 5-producten van alle respondenten.
la group
11,1%
DEN-Blog
14,8%
Weet niet
14,8%
Weet niet
25,9%
Statistieken over digitaal erfgoed
35,2%
Agenda van evenementen
27,8%
10%
20%
30%
40%
50%
De top 4 van de belangrijkste diensten van de respondenten werkzaam in musea komt overeen met die van alle respondenten, maar in een andere volgorde. De vijfde belangrijkste dienst voor museumrespondenten is de Advisering bij projectaanvragen, terwijl dat voor alle respondenten de Agenda van evenementen is. 28
Archieven over de producten
Respondenten werkzaam bij een archief zijn meer bekend met DEN-producten dan alle respondenten Het aantal archiefrespondenten dat aangeeft bekend te zijn met de producten van DEN varieert van 88% voor de Projectenbank tot 53% voor het Stappenplan Businessmodelinnovatie. De meest bekende en de meest onbekende producten komen min of meer overeen met die van het totaal van alle respondenten. Alle producten zijn bij de archiefrespondenten bekender (verschil groter dan 5%) dan bij alle respondenten. Alleen bij het Overzicht terminologie-bronnen is het verschil slechts 3,3%.
Percentage archiefrespondenten dat aangeeft de DEN-producten te kennen maar niet te gebruiken (21% tot 48%) is deels kleiner en deels groter dan bij alle respondenten De top drie van bekende maar niet gebruikte producten van de archiefrespondenten zijn de Subsidiewijzer (48%), het Stappenplan Businessmodelinnovatie (36%), De Statistieken Digitaal Erfgoed, het Scoremodel Digitale Duurzaamheid en het Register van standaarden (allemaal 33%). In vergelijking met alle respondenten is bij de volgende drie producten (bekend maar niet gebruikt) het percentage archiefrespondenten
Welke van de volgende producten van DEN kent u en welke daarvan heeft in de afgelopen jaren gebruikt? (n=58), gesorteerd op de categorie ‘gebruikt’ Kennisbank: projectenbank
12,1%
Kennisbank: kennisdossiers
13,8%
DE BASIS
15,5%
Woordenboek Digitaal Erfgoed
51,7%
22,4%
44,8%
37,9%
Statistieken over digitaal erfgoed
39,7%
Subsidiewijzer
32,8%
20%
29,3%
29,3%
32,8% 48,3%
46,6%
0%
46,6% 25,9%
29,3%
Stappenplan Businessmodelinnovatie
51,7%
32,8%
Scoremodel Digitale Duurzaamheid
Onbekend
55,2%
20,7%
31,0%
Overzicht terminologiebronnen
56,9%
31,0%
27,6%
Kennisbank: register van standaarden
la group
31,0%
27,6% 22,4%
36,2%
40%
Bekend, niet gebruikt
60%
17,2%
80%
100%
Gebruikt 29
Archieven over de producten kleiner dan het percentage van alle respondenten: • DE BASIS (21% vs. 29% van alle respondenten); • het Register van standaarden (33% vs. 39%); • het Woordenboek Digitaal Erfgoed (22% vs. 29%). Het omgekeerde (groter dan het percentage van alle respondenten) geldt voor de volgende twee producten: • de Subsidiewijzer (48% vs. 38% van alle respondenten); • het Stappenplan Businessmodelinnovatie (36% vs. 28%). De projectenbank is het meest gebruikte product van de respondenten werkzaam bij een archief De meest gebruikte producten van de respondenten werkzaam bij een archiefinstelling komen overeen met die van alle respondenten. Echter, het percentage van respondenten verschilt bij zeven van de tien producten: • Het percentage van de meest gebruikte producten (alle drie de elementen van de Kennisbank en DE BASIS) van de archieven ligt hoger (allemaal 50% en meer) dan bij alle respondenten (36% tot 41%). • Ook de volgende producten worden door meer respondenten uit de archiefwereld gebruikt dan door alle respondenten: het Woordenboek Digitaal Erfgoed (47% vs. 33%), het Overzicht terminologiebronnen (29% vs. 22%) en het Scoremodel Digitale Duurzaamheid (29% vs. 6%). Tevredenheid gebruikers uit de archiefwereld: 9% tot 40% van de respondenten is (zeer) tevreden met de DEN-producten, geen enkel respondent is (zeer) ontevreden DE BASIS wordt het hoogst gewaardeerd, het Stappenplan Businessmodelinnovatie het minst (zie ook afbeelding hiernaast). De producten waarover de gebruikers van de archieven het meest tevreden zijn
la group
komen overeen met die van alle respondenten. Daarnaast is het percentage van de (zeer) tevreden gebruikers (archieven) bij alle producten groter dan het percentage van alle respondenten, met uitzondering van het Stappenplan Businessmodelinnovatie. Een positief verschil van 5% en groter bestaat bij de volgende producten: • DE BASIS (40% van de archiefrespondenten vs. 29% van alle respondenten); • Register van standaarden (40% vs. 26%); • Kennisdossiers (38% vs. 30%); • Woordenboek Digitaal Erfgoed (33% vs. 26%); • Projectenbank (33% vs. 27%); • Scoremodel Digitale Duurzaamheid (19% vs. 11%). Van welke DEN-producten heeft u de afgelopen vijf jaar daadwerkelijk gebruik gemaakt en hoe tevreden bent u daarover? (n=58) DE BASIS Kennisbank: register van standaarden
Kennisbank: kennisdossiers Woordenboek Digitaal Erfgoed Kennisbank: projectenbank Statistieken over digitaal erfgoed Overzicht terminologiebronnen Subsidiewijzer Scoremodel Digitale Duurzaamheid Stappenplan Businessmodelinnovatie 0% Gebruikt en (zeer) tevreden
5%
10%
15%
Gebruikt en neutraal oordeel
20%
25%
30%
35%
40%
Gebruikt en (zeer) ontevreden 30
Archieven over de diensten
Dat betreft: • de Agenda voor evenementen (95% van de respondenten van archiefinstellingen vs. 87% van alle respondenten); • de Advisering bij projectaanvragen (67% vs. 60%); • de Open Erfgoed Koffies (56% vs. 47%).
Respondenten werkzaam bij archieven zijn iets meer bekend met de DEN-diensten dan alle respondenten Het percentage archiefrespondenten die aangeven bekend te zijn met de DEN-diensten varieert van 96% voor de DEN-nieuwsbrief tot 39% voor de gastcolleges. De meest bekende en de meest onbekende producten komen overeen met die van het totaal van alle respondenten. Kijkend naar alle negen diensten, zijn er drie waarbij het percentage archiefrespondenten dat aangeeft deze te kennen groter is dan het percentage van alle respondenten.
Percentage archiefrespondenten die aangeven de DEN-diensten te kennen maar niet te gebruiken (7% tot 56%) is deels groter en deels kleiner dan dat van alle respondenten
Welke van de volgende diensten van DEN kent u en welke daarvan heeft in de afgelopen jaren gebruikt? (n=57), gesorteerd op de categorie ‘gebruikt’ Maandelijkse nieuwsbrief 3,5% 7,0% Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media
12,3%
Agenda van evenementen
5,3%
Digitaal Erfgoedconferentie / DISH
12,3%
Thematische bijeenkomsten
89,5%
24,6% 33,3%
24,6% 35,1%
Advisering bij projectaanvragen
33,3%
Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges)
61,4%
35,1%
DEN-Blog
Open Erfgoed Koffies
63,2%
52,6%
33,3%
42,1% 33,3%
31,6% 56,1%
43,9%
10,5%
47,4%
61,4%
8,8% 36,8%
1,8%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
la group
Onbekend
Bekend, niet gebruikt
Gebruikt 31
Archieven over de diensten De top drie van bekende maar niet gebruikte diensten van de respondenten uit de archieven wijkt enigszins af van die van alle respondenten. De meest bekende maar niet gebruikte dienst is de Advisering bij projectaanvragen (gelijk aan alle respondenten), gevolgd door de Open Erfgoed Koffies en de Gastcolleges. Verschillen in percentage tussen de respondenten uit de archiefwereld en alle respondenten bij de bekende maar niet gebruikte diensten, zijn: • de Agenda voor evenementen (33% van de archiefrespondenten vs. 26% van alle respondenten); • de Advisering bij projectaanvragen (56% vs. 50%); • het de Open Erfgoed Koffies (47% vs. 40%); • de Digitale Erfgoedconferentie / DISH (35% vs. 42%); • de Thematische bijeenkomsten (33% vs. 49%). De maandelijkse nieuwsbrief is de meest gebruikte dienst* van respondenten uit de archiefinstellingen De meest gebruikte diensten van de archiefrespondenten komen overeen met die van alle respondenten. Echter, het percentage van de archiefrespondenten is bij drie diensten duidelijk groter, te weten: • de DEN-nieuwsbrief wordt gebruikt door 90% van de archiefrespondenten vs. 84% van alle respondenten; • de Digitale Erfgoedconferentie / DISH wordt bezocht door 53% vs. 44%. • de Thematische bijeenkomsten worden bezocht door 42% vs. 25%.
Percentage (zeer) tevreden gebruikers uit de archieven iets groter dan gemiddeld, nauwelijks (zeer) ontevreden respondenten De waardering van diensten van de archiefrespondenten komt overeen met de waardering van alle respondenten. Echter, bij een aantal diensten is het percentage archiefrespondenten die (zeer) tevreden zijn groter dan het percentage van alle respondenten, te weten: • de DEN-nieuwsbrief: 81% vs. 71% van alle respondenten; • Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media: 60% vs. 52%; • de Digitale Erfgoedconferentie / DISH: 46% vs. 38%; • de Thematische bijeenkomsten: 39% vs. 22%; • de DEN-Blog: 30% vs. 21%. Van welke DEN-diensten heeft u de afgelopen vijf jaar daadwerkelijk gebruik gemaakt en hoe tevreden bent u daarover? (n=57)
Maandelijkse nieuwsbrief Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media Agenda van evenementen Digitaal Erfgoedconferentie / DISH Thematische bijeenkomsten
DEN-Blog Advisering bij projectaanvragen Open Erfgoed Koffies Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges) 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% Gebruikt en (zeer) tevreden
la group
Gebruikt en neutraal oordeel
Gebruikt en (zeer) ontevreden
* Het overgrote deel van het e-mailadressenbestand van DEN dat voor dit onderzoek gebruikt werd, bestaat uit abonnees van de nieuwsbrief. Hiervoor is gekozen omdat de enquête per e-mail is verspreid en omdat het adressenbestand van de nieuwsbrief de grootste hoeveelheid actuele e-mailadressen bevat waarover DEN beschikt.
32
Archieven - behoeften in de toekomst Het Register van standaarden een belangrijk product in de toekomst 74% van de respondenten werkzaam bij een archief denkt in de toekomst vooral behoefte te hebben aan het Register van standaarden, gevolgd door de Kennisdossiers (55%) en DE BASIS (49%). De producten waaraan men denkt in de toekomst de minste behoefte te hebben zijn het Stappenplan Businessmodelinnovatie en het Overzicht terminologiebronnen (beide 21%), alsmede het Woordenboek Digitaal Erfgoed (25%). Hieronder ziet u nog een keer het overzicht van de huidige producten van DEN. Aan welke producten denkt u in de toekomst de meeste behoefte te hebben? Kies er minimaal 1 en maximaal 5 producten. (n=53) 73,6%
Kennisbank: register van standaarden 54,7%
Kennisbank: kennisdossiers
49,1%
DE BASIS
De DEN-nieuwsbrief* blijft ook in de toekomst de belangrijkste dienst Meer dan 50% van de respondenten werkzaam bij een archiefinstelling denkt in de toekomst vooral behoefte te hebben aan de DENnieuwsbrief, gevolgd door de Thematische bijeenkomsten en de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media. De diensten die men denkt in de toekomst het minst nodig te hebben zijn met 8% de DEN-Blog en de Open Erfgoed Koffies en met 9% de Gastcolleges. Hieronder ziet u nog een keer het overzicht van de huidige diensten van DEN. Aan welke diensten denkt u in de toekomst de meeste behoefte te hebben? Kies minimaal 1 en maximaal 5 diensten (n=53)
Thematische bijeenkomsten
52,8%
Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media
52,8%
Kennisbank: projectenbank
45,3%
Digitaal Erfgoedconferentie / DISH
Subsidiewijzer
43,4%
Agenda van evenementen
26,4%
Statistieken over digitaal erfgoed
24,5%
Woordenboek Digitaal Erfgoed
Overzicht terminologiebronnen Stappenplan Businessmodelinnovatie
0%
Weet niet
9,4%
Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges)
9,4%
Open Erfgoed Koffies
7,5%
20,8%
DEN-Blog
7,5%
20%
0%
40%
60%
80%
De top 5 van de producten die de archiefrespondenten denken in de toekomst het meest nodig te hebben, komt overeen met de top vijf producten bij alle respondenten. Echter de volgorde van de plaatsen 3, 4 en 5 verschilt.
la group
34,0%
20,8% 5,7%
Weet niet
45,3% 37,7%
Advisering bij projectaanvragen
37,7%
Scoremodel Digitale Duurzaamheid
60,4%
Maandelijkse nieuwsbrief
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
De top 5 van de diensten waar de archiefrespondenten denken in de toekomst de meeste behoefte aan te hebben, komt overeen met de top 5 bij alle respondenten. Echter, de volgorde van de top 5 diensten verschilt.
* Het overgrote deel van het e-mail adressenbestand van DEN dat voor dit onderzoek gebruikt werd, bestaat uit abonnees van de nieuwsbrief. Hiervoor is gekozen omdat de enquête per e-mail is verspreid en omdat het adressenbestand van de nieuwsbrief de grootste hoeveelheid actuele e-mailadressen bevat waarover DEN beschikt.
33
Erfgoedbrede instellingen over de producten
alle respondenten. Alleen de Statistieken voor Digitaal Erfgoed zijn even goed bekend.
Respondenten van erfgoedbrede instellingen zijn meer bekend met de DENproducten dan alle respondenten Het aantal respondenten (werkzaam bij een erfgoedbrede instelling) dat aangeeft bekend te zijn met de DEN-producten varieert van 93% voor de Projectenbank tot 53% voor het Stappenplan Businessmodelinnovatie. De meest bekende en de meest onbekende producten komen min of meer overeen met die van het totaal van alle respondenten. Alle producten zijn bij de respondenten werkend bij erfgoedbrede instellingen bekender (verschil groter dan 5%) dan bij
Percentage respondenten van erfgoedbrede instellingen die aangeven de DEN-producten te kennen maar niet te gebruiken (31% tot 49%) is groter dan de totale groep respondenten De top drie van bekende maar niet gebruikte diensten van de respondenten uit de erfgoedbrede instellingen wijkt iets af van die van alle respondenten. De meest bekende maar niet gebruikte dienst is het Overzicht terminologiebronnen (49%), gevolgd door de Projectenbank (47%) en
Welke van de volgende producten van DEN kent u en welke daarvan heeft in de afgelopen jaren gebruikt? (n=45), gesorteerd op de categorie ‘gebruikt’ Kennisbank: kennisdossiers
15,6%
33,3%
Kennisbank: projectenbank 6,7%
Woordenboek Digitaal Erfgoed DE BASIS Kennisbank: register van standaarden
24,4%
31,1%
44,4%
22,2%
33,3%
44,4%
44,4%
20%
17,8%
48,9%
46,7%
0%
20,0%
37,8%
33,3%
Stappenplan Businessmodelinnovatie
28,9%
37,8%
44,4%
Overzicht terminologiebronnen
37,8% 37,8%
42,2%
Statistieken over digitaal erfgoed
la group
46,7%
33,3%
Scoremodel Digitale Duurzaamheid
Onbekend
46,7%
17,8%
Subsidiewijzer
51,1%
17,8%
40,0%
40%
Bekend, niet gebruikt
60%
13,3%
80%
100%
Gebruikt 34
Erfgoedbrede instellingen over de producten het Register van standaarden (44%). Voor zes van de tien producten is het percentage respondenten werkend bij erfgoedbrede instellingen dat aangeeft bekend te zijn met een bepaald product maar het niet te gebruiken, groter dan het percentage van alle respondenten (verschil meer dan 5%). 38% - 49% van de respondenten van de erfgoedbrede instellingen geeft voor deze zes producten aan ze te kennen maar niet te gebruiken, terwijl dat percentage bij alle respondenten ligt tussen 28% en 39%. De Projectenbank, het meest gebruikte product van de respondenten werkzaam bij erfgoedbrede instellingen De meest gebruikte producten van de respondenten werkzaam bij erfgoedbrede instellingen komen bijna overeen met die van alle respondenten. Echter, het percentage respondenten (erfgoedbrede instelling) is bij de helft van de producten groter (meer dan 5% verschil) dan het percentage van alle respondenten. De vijf producten zijn: de Kennisdossiers, de Projectenbank, het Woordenboek Digitaal Erfgoed, DE BASIS en de Subsidiewijzer.
Van welke DEN-producten heeft u de afgelopen vijf jaar daadwerkelijk gebruik gemaakt en hoe tevreden bent u daarover? (n=45) Kennisbank: kennisdossiers Woordenboek Digitaal Erfgoed DE BASIS
Kennisbank: register van standaarden Kennisbank: projectenbank Subsidiewijzer
Overzicht terminologiebronnen Scoremodel Digitale Duurzaamheid Statistieken over digitaal erfgoed Stappenplan Businessmodelinnovatie 0% Gebruikt en (zeer) tevreden
10%
20%
Gebruikt en neutraal oordeel
30%
40%
50%
Gebruikt en (zeer) ontevreden
Tevredenheid gebruikers van de erfgoedbrede instellingen: 9% tot 47% van hen is (zeer) tevreden met de DEN-producten De Kennisdossiers worden het hoogst gewaardeerd, het Stappenplan Businessmodelinnovatie het minst. De top 5 van de producten van de gebruikers (erfgoedbrede instellingen) wijkt in volgorde iets af van de top 5 van de producten van alle respondenten. Alle producten (op de Statistieken over Digitaal Erfgoed en het Stappenplan Businessmodelinnovatie na) worden door de respondenten van de erfgoedbrede instellingen meer gewaardeerd (= grotere omvang (zeer) tevreden gebruikers) dan door alle gebruikers. Het verschil in percentage is bij bijna alle producten groter dan 5%.
la group
35
Erfgoedbrede instellingen over diensten
groter dan 5%, te weten: • de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media (95% vs. 85%); • de Gastcolleges (49% vs. 37%).
Respondenten van erfgoedbrede instellingen zijn meer bekend met de diensten van DEN dan alle respondenten Het aantal respondenten (werkzaam bij een erfgoedbrede instelling) dat aangeeft bekend te zijn met de DEN-diensten varieert van 100% (!) voor de DEN-nieuwsbrief tot 49% voor de Open Erfgoed Koffies. De meest bekende en de meest onbekende producten komen min of meer overeen met die bij het totaal van alle respondenten. Er zijn zes van de negen diensten waarbij het percentage respondenten (erfgoedbrede instellingen) groter is dan bij alle respondenten. Bij twee diensten is het verschil zelfs
Percentage respondenten (erfgoedbrede instellingen) die aangeven de DEN-diensten te kennen maar niet te gebruiken (12% tot 51%) is iets groter dan de totale groep respondenten De top 3 van bekende maar niet gebruikte diensten bestaat uit: de Advisering bij projectaanvragen (51%), gevolgd door 47% voor de volgende vier diensten: Open Erfgoed Koffies, Gastcolleges, Thematische
Welke van de volgende diensten van DEN kent u en welke daarvan heeft in de afgelopen jaren gebruikt? (n=43), gesorteerd op de categorie ‘gebruikt’ Maandelijkse nieuwsbrief
11,6%
88,4%
Nieuwsvoorziening via website en/of sociale…4,7%
27,9%
Agenda van evenementen
16,3%
Digitaal Erfgoedconferentie / DISH
14,0%
DEN-Blog Thematische bijeenkomsten
Advisering bij projectaanvragen
67,4% 27,9%
55,8%
46,5%
32,6% 25,6%
39,5% 34,9%
32,6%
46,5%
34,9%
27,9% 51,2%
14,0%
Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges)
51,2%
46,5%
2,3%
Open Erfgoed Koffies
51,2%
46,5%
2,3%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Onbekend
la group
Bekend, niet gebruikt
Gebruikt 36
Erfgoedbrede instellingen over de diensten bijeenkomsten en Digitaal Erfgoedconferentie / DISH. Er zijn drie bekende maar niet gebruikte diensten waarbij het verschil in percentage tussen de respondenten (erfgoedbrede instellingen) en alle respondenten groter is dan 5%. Het gaat om de volgende diensten: • de Digitaal Erfgoedconferentie / DISH (47% van de respondenten erfgoedbrede instellingen vs. 42% van alle respondenten); • de Gastcolleges (47% vs. 32%); • de Open Erfgoed Koffies (47% vs. 40%).
alle respondenten. Echter, bij drie diensten is het verschil in percentage (zeer) tevreden gebruikers groter dan 5%, te weten: • de DEN-nieuwsbrief: 77% van de respondenten erfgoedbrede instellingen vs. 71% van alle respondenten; • de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media: 63% vs. 52%; • de DEN-Blog: 30% vs. 21%. Van welke DEN-diensten heeft u de afgelopen vijf jaar daadwerkelijk gebruik gemaakt en hoe tevreden bent u daarover? (n=43)
De maandelijkse nieuwsbrief is de meest gebruikte dienst* van respondenten werkzaam bij erfgoedbrede instellingen Maandelijkse nieuwsbrief De meest gebruikte diensten van de respondenten werkzaam bij een erfgoedbrede instelling komen bijna overeen met alle respondenten. Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media Echter, het verschil in percentage van de gebruikers van erfgoedbrede Agenda van evenementen instellingen en het percentage van alle gebruikers is bij twee van de Digitaal Erfgoedconferentie / DISH diensten groter dan 5%, te weten: DEN-Blog • de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media: 67% van de gebruikers erfgoedbrede instellingen vs. 60% van alle gebruikers; Thematische bijeenkomsten • dat geldt ook voor de DEN-Blog: 33% vs. 28%. Advisering bij projectaanvragen
Percentage (zeer) tevreden gebruikers van de erfgoedbrede instellingen iets groter dan van alle gebruikers, maar men is (zeer) tevreden over dezelfde diensten De waardering van de diensten door de gebruikers erfgoedbrede instellingen komt qua volgorde bijna overeen met de waardering van
la group
Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges)
Open Erfgoed Koffies 0% Gebruikt en (zeer) tevreden
10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80%
Gebruikt en neutraal oordeel
Gebruikt en (zeer) ontevreden
* Het overgrote deel van het e-mailadressenbestand van DEN dat voor dit onderzoek gebruikt werd, bestaat uit abonnees van de nieuwsbrief. Hiervoor is gekozen omdat de enquête per e-mail is verspreid en omdat het adressenbestand van de nieuwsbrief de grootste hoeveelheid actuele e-mailadressen bevat waarover DEN beschikt.
37
Erfgoedbrede instellingen - behoeften in de toekomst Het Register van standaarden een belangrijk product in de toekomst 66% van de respondenten werkzaam bij een erfgoedbrede instelling denkt in de toekomst vooral behoefte te hebben aan het Register van standaarden, gevolgd door de Subsidiewijzer, DE BASIS en de Kennisdossiers (allemaal 60%). De producten waaraan men denkt in de toekomst de minste behoefte te hebben zijn het Scoremodel Digitale Duurzaamheid, Statistieken over digitaal erfgoed en het Overzicht terminologiebronnen (allemaal 20%). Hieronder ziet u nog een keer het overzicht van de huidige producten van DEN. Aan welke producten denkt u in de toekomst de meeste behoefte te hebben? Kies er minimaal 1 en maximaal 5 producten. (n=35) 65,7%
Kennisbank: register van standaarden
Hieronder ziet u nog een keer het overzicht van de huidige diensten van DEN. Aan welke producten denkt u in de toekomst de meeste behoefte te hebben? Kies minimaal 1 en maximaal 5 diensten (n=35) 62,9%
Maandelijkse nieuwsbrief
60,0%
Thematische bijeenkomsten 51,4%
Subsidiewijzer
60,0%
Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media
DE BASIS
60,0%
Advisering bij projectaanvragen
60,0%
Digitaal Erfgoedconferentie / DISH
45,7%
Agenda van evenementen
45,7%
Kennisbank: kennisdossiers 37,1%
Kennisbank: projectenbank
34,3%
Woordenboek Digitaal Erfgoed
28,6%
Stappenplan Businessmodelinnovatie Overzicht terminologiebronnen
20,0%
Statistieken over digitaal erfgoed
20,0%
Scoremodel Digitale Duurzaamheid
20,0%
Weet niet
0,0% 0%
10% 20% 30% 40% 50% 60% 70%
De top 5 van de producten die de respondenten werkzaam bij een erfgoedbrede instelling in de toekomst denken het meest nodig te hebben, komt overeen met de top vijf producten van alle respondenten. Echter de volgorde van de plaatsen 2 tot en met 5 verschilt.
la group
De DEN-nieuwsbrief* blijft ook in de toekomst de belangrijkste dienst 63% van de respondenten werkzaam bij een erfgoedbrede instelling denkt in de toekomst vooral behoefte te hebben aan de DEN-nieuwsbrief, gevolgd door de Thematische bijeenkomsten (60%) en de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media (51%). Diensten die men in de toekomst denkt het minst nodig te hebben zijn de Open Erfgoed Koffies (3%), de Gastcolleges (9%) en de DEN-Blog (20%).
48,6%
20,0%
DEN-Blog
8,6%
Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges) Weet niet
2,9%
Open Erfgoed Koffies
2,9% 0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
De top 3 van de belangrijkste diensten van de respondenten werkzaam bij een erfgoedbrede instelling komt overeen met die van alle respondenten, maar in een andere volgorde. De 4e en 5e belangrijkste dienst voor respondenten uit het erfgoedbrede veld is respectievelijk de Advisering bij projectaanvragen en DISH. Bij alle respondenten zijn dat DISH (4e) en de Agenda van evenementen (5e).
* Het overgrote deel van het e-mail adressenbestand van DEN dat voor dit onderzoek gebruikt werd, bestaat uit abonnees van de nieuwsbrief. Hiervoor is gekozen omdat de enquête per e-mail is verspreid en omdat het adressenbestand van de nieuwsbrief de grootste hoeveelheid actuele e-mailadressen bevat waarover DEN beschikt.
38
Verdieping telefonische interviews Na de analyse van de online enquête werd een aantal vragen verder uitgediept door middel van zeven telefonische interviews met vertegenwoordigers van de verschillende doelgroepen (bibliotheek, musea (groot, middelgroot en klein) en drie erfgoedbrede instellingen).
la group
Hieronder komen de diverse vragen aan bod die tijdens de telefonische interviews zijn gesteld. Per vraag wordt een beeld gegeven van de antwoorden van de geïnterviewden.
Vraag DEN lijkt meer voor de erfgoedsector dan voor de individuele instelling te zijn. Klopt dit? Zo ja, hoe komt dit? • DEN wordt door alle geïnterviewden vooral gezien als organisatie voor het brede erfgoedveld en minder voor de individuele instellingen. Volgens hen is wat DEN doet goed voor de sector, maar vaak niet concreet toepasbaar voor een individuele instelling. • DEN wordt daarnaast gezien als een organisatie die vooral voor de (grote) landelijke instellingen is en minder voor de kleinere. • De DEN-bijeenkomsten/-conferenties worden als interessant en informatief beoordeeld, echter men moet een ‘bepaald niveau’ hebben om deze te kunnen volgen en de kennis is niet een-op-een toepasbaar op de eigen instelling (“Er zit een gat tussen theorie en praktijk”).
Vraag Hoe kan DEN beter (meer, anders) de individuele instellingen bedienen? Is het deelnemen aan projecten een interessante optie? De geïnterviewden hebben hier uiteenlopende meningen over: • Bij de kleine instellingen langsgaan om hun behoeften te checken en te weten te komen welke vragen bij hen spelen. • Handvatten bieden om vrijwilligers te kunnen aansturen die bezig zijn met het digitaliseren. • Gerichtere informatie/meer maatwerk bij de informatieverstrekking voor de verschillende doelgroepen. • Ondersteuning bij subsidieaanvragen. • DEN als medium/schakel tussen instelling en commerciële dienstverleners. DEN kijkt als onafhankelijke partij mee, heeft kennis van de systeemeigenschappen, kosten, etc. Deze functie is namelijk bij middelgrote en kleine instellingen meestal niet aanwezig. • Meewerken aan een project kan zeker interessant zijn, maar het moet dan ook eigen doelen dienen. • Een project gericht op een bepaald soort musea (bijvoorbeeld stadsmusea) zou interessant kunnen zijn, bijvoorbeeld voor de ondersteuning van praktische zaken, zoals licenties, copyrights, of ‘het museum online’ en wat daarbij allemaal komt kijken. 39
Verdieping - telefonische interviews • Diverse instellingen, zoals RCE, KB, NA en DEN organiseren kennisoverdracht, soms over precies hetzelfde onderwerp. Zou deze kennisoverdracht niet beter gebundeld kunnen worden? Dat werkt voor alle instellingen kostenbesparend (tijd en geld). Daarnaast zou het goed zijn om ook bijeenkomsten buiten Den Haag te organiseren. • Meer contact op persoonsniveau (contactpersoon bij DEN en bij de instelling). Vraag Moet DEN regelmatiger met instellingen communiceren? Zo ja, hoe? • De vertegenwoordigers van kleinere instellingen wensen regelmatiger contact met DEN. Dit kan onder andere door meer maatwerk te bieden en naar de instellingen toe te gaan, een app aan te bieden voor een bepaald stappenplan, etc. Dit kan ook het eigen profiel van DEN dienen. • Faciliterende rol van DEN voor netwerkontwikkeling binnen de sector. • Een vertegenwoordiger van een grotere instelling geeft aan dat regelmatiger contact met DEN niet nodig is.
la group
Vraag Welke andere partijen, naast de overheid en het veld, spelen een rol bij de kwaliteitszorg? • Commerciële partijen • Museumvereniging • RCE • KB • Nationaal Archief • Metamorfoze • BRAIN • Intercollegiale kennisuitwisseling op basis van persoonlijke contacten. Aanvullende commentaren • DEN zou een onafhankelijk keurmerk moeten zijn. • Eigenlijk wel raar dat de kwaliteitszorg voor de digitalisering bij een museum ligt. De digitalisering van collecties zou eerder bij de archieven moeten liggen. Musea hebben daar weinig verstand van en bouwen op dit gebied geen expertise op. Musea hebben de taak om te presenteren, context te geven, etc., maar niet om data te beheren. • De rol van de EU op het gebied van digitaal erfgoed is niet helder. DEN zou meer kunnen toelichten hoe deze EU-richtlijnen/ -standaarden tot stand zijn gekomen en welke gevolgen deze hebben voor de instellingen.
40
Verdieping - telefonische interviews Vraag Welke is de kern van kwaliteitszorg waar DEN zich mee bezig zou moeten houden? a. Kennis delen (passief of actief), b. Organiseren, c. Innoveren, d. Monitoren De geïnterviewden kiezen unaniem voor kennis delen. Daarbij wordt echter opgemerkt dat innoveren de basis vormt voor het delen van kennis en dat ook organiseren nodig is voor de kennisdeling. Innoveren kan DEN zelf doen, maar het kan ook betekenen dat DEN innovaties volgt en deze als best practices doorgeeft. Monitoren wordt door de geïnterviewden als minst interessant gezien.
Vraag De meeste respondenten geven in de enquête aan dat de financiering van digitale kwaliteitszorg en kennisdeling een gedeelde verantwoordelijkheid is tussen de overheid en de sector. Hoe zou de sector hierin (financieel) een rol kunnen spelen? Volgens de geïnterviewden is het meefinancieren van de kwaliteitszorg niet makkelijk. Daarvoor noemen ze de volgende redenen: • In hoeverre is er sprake van medefinanciering als het gaat om een volledig gesubsidieerde instelling? Er zou hooguit een deel van de subsidie gelabeld kunnen worden voor digitalisering. • Er wordt sectorbreed bezuinigd. In hoeverre is het dan reëel om kwaliteitszorg mee te financieren? • Het is goed dat musea die zelf investeren ook ondersteund worden door de overheid, zoals dat in het project ‘Het geheugen van Nederland’ gebeurde. Door een dergelijk project komen instellingen in actie en komen er kennis en kwaliteit ‘binnen’. Andere opmerkingen: • Vanuit de verschillende deelnemende partijen een financieringsmodel ontwikkelen. Vorm een samenwerkingsverband met de
la group
sectorinstituten. De grote instellingen, zoals KB, NA, B&G etc. moeten hierin de lead nemen. • De erfgoedsector zou niet in opstand komen als DEN niet meer wordt gefinancierd. DEN wordt op strategisch niveau gemist, dus zet in op strategisch niveau (directies) binnen de instellingen.
Vraag Uit de enquête blijkt dat het gros van de respondenten geen gebruik maakt van de sociale mediakanalen die DEN gebruikt. Hoe actief bent u binnen uw werk met sociale media? Volgt u andere organisaties via sociale media? Zo ja, welke sociale media gebruikt u hiervoor? De geïnterviewden geven unaniem aan dat de sociale media sectorbreed weinig gebruikt worden. Dat geldt voor zowel het informeren over andere organisaties als het delen van informatie over de eigen organisatie. Hiervoor worden de volgende redenen genoemd: • Sociale mediakanalen zijn niet gericht genoeg. Zonde van de tijd. • Een kwestie van tijd gecombineerd met eigen gemakzucht. De teksten op de DEN-Blog zijn bijvoorbeeld te lang. • De houding van sommige instellingen is om mensen niet met informatie te overspoelen. • De inhoud leent zich vaak niet voor korte berichten. • Door het gebruik van sociale media krijg je vaak ongevraagde informatie. • Daarentegen wordt de DEN-nieuwsbrief vaak (en in mindere mate de website en de DEN-Blog) genoemd als media die wel worden gewaardeerd omdat deze zich specifiek(er) richten op de sector.
41
Verdieping - telefonische interviews Vraag Moet DEN weer een vereniging worden met leden en lidmaatschapsvoordelen? Hierover waren de geïnterviewden verdeeld: • Een vereniging is geen goed idee want daar moet men zelf actief zijn. De overheid moet ‘het’ regelen en ervoor zorgen dat de instellingen hun werk kunnen doen in plaats van dat het veld het zelf moet oplossen. • Een stichting is onafhankelijk en heeft waarde voor iedereen. • Misschien ja, dan komt DEN meer naar de instellingen en deze voelen zich meer betrokken. Een vereniging eist een andere manier van communiceren. Je kent elkaar en dat heeft voordelen. • Een vereniging geeft meer inspraak en betrokkenheid. Daardoor wordt ‘het’ meer van de sector en kan de kloof tussen groot en klein beter worden overbrugd. • De netwerkgedachte heeft perspectief. De voordelen om lid te zijn moeten helder zijn. • Als het alleen voor leden is, dan is ook projectmatige begeleiding mogelijk. Het krijgt iets exclusiefs. Vraag Zou DEN kosten in rekening moeten brengen voor het leveren van diensten en producten aan afzonderlijke instellingen? Is dit een probleem in de positionering van DEN ten opzichte van bestaande dienstenleveranciers? Ook al is het aangenaam om alles gratis te krijgen, de geïnterviewden geven unaniem aan dat bepaalde producten en diensten ook best ‘iets’ mogen kosten (want er wordt ook betaald voor de commerciële partijen). De volgende punten worden genoemd:
la group
• Een goed advies mag geld kosten, vooral als dit de instelling behoedt voor meer kosten. • Een aantal zaken moet gratis en een aantal tegen betaling (niet marktconform). Echter, het moet voor de instellingen niet belemmerend werken. • Mogelijk koppelen aan lidmaatschap: leden betalen minder, dan niet-leden. • Ook een kleine bijdrage voor workshops en bijeenkomsten is oké. • Geen structurele kosten, eerder incidenteel (en dan alleen voor advieswerkzaamheden). • Er hoeft inderdaad niet alles gratis te zijn. Echter, kleine musea kunnen dit waarschijnlijk niet bekostigen. • Als het om maatwerk gaat, dan kunnen ook kosten in rekening worden gebracht. Maar mag dat überhaupt als gesubsidieerde instelling? • Er was een geïnterviewde die geen moeite heeft met een commerciële positie van DEN. • Wel wordt duidelijk vermeld dat door geld te vragen de onafhankelijkheid van DEN niet in het geding mag komen. • Een van de musea gaf als voorbeeld de organisatie Vereniging Eigen Huis = belangenbehartiging, onafhankelijk, maar je betaalt voor advies, er wordt helder aangegeven wat de kosten zijn en wat je bespaart en er zijn ook kortingen op diensten.
42
Conclusies Op deze pagina worden de tevredenheid en behoefte van de respondenten met elkaar gecombineerd in één overzicht. Daardoor ontstaan vier kwadranten, namelijk: 1. Linksboven: aan deze producten/ diensten is weinig behoefte en men is hierover minder tevreden. 2. Linksonder: producten/diensten waarover men wel tevreden is, maar er weinig behoefte aan heeft. 3. Rechtsboven: er is hieraan wel behoefte, maar men is minder tevreden. 4. Rechtsonder: er is hieraan wel behoefte en men is tevreden.
Hieronder wordt een overzicht gegeven van de producten en diensten ingedeeld naarmate er veel of weinig behoefte is aan het product/de dienst en naarmate men wel tevreden of minder tevreden is over de kwaliteit van het geleverde product/de dienst. Minder tevreden is een combinatie van een relatief slechte score en een lage bekendheid. Over geen enkel DEN-product of -dienst zijn de respondenten uitgesproken ontevreden. De gevolgen van deze indeling zijn afhankelijk van de toekomststrategie van DEN. Kiest men voor een product- en dienstenaanbod voor een brede markt of voor producten/diensten voor een nichemarkt, of voor beide?
Producten
Weinig behoefte
Wel behoefte
Minder tevreden
Scoremodel digitaal erfgoed
KB projectenbank
Wel tevreden
Statistieken digitaal erfgoed Stappenplan businessmodel Overzicht terminologiebronnen
KB register van standaarden KB kennisdossiers Subsidiewijzer DE BASIS
Diensten
Weinig behoefte
Wel behoefte
Minder tevreden
DEN blog Gastcolleges Open Erfgoed Koffies
Advisering projectaanvragen
Wel tevreden
la group
Nieuwsbrief Nieuwsvoorziening Thematische bijeenkomsten Digitaal erfgoedconferentie Agenda evenementen 43
Conclusies - algemeen Bekendheid producten DEN bedient een brede doelgroep met een breed aanbod van producten. Deze producten zijn breed bekend onder de respondenten. Producten die te maken hebben met kennisdelen zijn het meest bekend, worden het meest gebruikt en onder de gebruikers ook het meest gewaardeerd. Het betreft alle onderdelen van de Kennisbank en DE BASIS. Bekendheid diensten Ook de diensten van DEN zijn breed bekend onder de respondenten. Diensten met een hoge actualiteitswaarde zijn de meest bekende diensten, worden het meest gebruikt en door de gebruikers ook het meest gewaardeerd. Het zijn diensten voor de brede erfgoedsector. De respondenten kennen de diensten beter, die diensten worden vaker gebruikt en hoger gewaardeerd dan de producten. Positief over de actualiteit en helderheid communicatie Over de actualiteit van de informatie en de helderheid van de communicatie is men overwegend positief. Op instellingen- en persoonsniveau wordt het beeld diffuser en wordt de groep ‘weet niet’ duidelijk groter. Hieruit kan worden geconcludeerd dat veel respondenten voor wat betreft de regelmatige een-op-een communicatie en het stellen van vragen tot nu toe (nog) geen direct contact hadden met DEN.* Gebruik sociale media De communicatie van DEN via de sociale media wordt in zeer beperkte mate gevolgd, waarbij Twitter, LinkedIn en de DEN-Blog het meest worden gebruikt/gelezen.
la group
De rol van DEN Over stellingen die de erfgoedbrede en verbindende rol van DEN beschrijven is het overgrote deel van de respondenten positief. De stellingen die te maken hebben met de Europese en de eigen projecten van DEN laten nog steeds een positief beeld zien, maar hier wordt het beeld diffuser. Beduidend minder positief reageren de respondenten op stellingen waarin de rol van DEN voor de individuele instelling centraal staat. De toekomst van DEN Het belang van erfgoedbrede samenwerking wordt opnieuw door de respondenten zeer positief beoordeeld. De beoordeling van de financiering van de kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed laat zien dat er volgens de respondenten sprake is van een gedeelde verantwoordelijkheid en dat die niet uitsluitend ligt bij of de overheid of het veld. Over de stelling met betrekking tot het zelf organiseren van de kwaliteitszorg door het veld is het beeld het meest diffuus. Behoeften in de toekomst De Kennisbank met het Register van standaarden, de Kennisdossiers en de Projectenbank zijn producten waarvan de respondenten denken er ook in de toekomst veel behoefte aan te hebben. Ook de Subsidiewijzer is een product waarvan men denkt het in de toekomst nodig te hebben. De Maandelijkse nieuwsbrief en de Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media voor het delen van nieuws lijken ook in de toekomsten belangrijke diensten te blijven. De behoefte aan Thematische bijeenkomsten zal volgens de respondenten, vergeleken met de huidige interesse en het huidige gebruik, in de toekomst toenemen.
* Dit is een gevolg van de beleidskeuze om zich als DEN vooral op samenwerkingsverbanden te richten en niet op individuele instellingen, onder andere om concurrentievervalsing te voorkomen. Dat betekent ook dat DEN tot nu toe niet de (personele) middelen heeft gehad voor het onderhouden van persoonlijk contact met individuele instellingen.
44
Conclusies - per doelgroep Op deze pagina worden de uitkomsten van de drie grote doelgroepen – musea, archieven en erfgoedbrede instellingen – met elkaar vergeleken. Bekendheid van de DEN-producten Van de drie grote doelgroepen is de bekendheid van de producten het hoogst bij de archieven, gevolgd door de erfgoedbrede instellingen en daarna de musea. Gebruik en tevredenheid van de DEN-producten De producten die door de drie grote doelgroepen het meest worden gebruikt komen nagenoeg overeen met die bij alle respondenten. De drie onderdelen van de Kennisbank en DE BASIS worden het meest gebruikt door de archieven. Ook is men hierover het meest tevreden. Het gebruik van en tevredenheid over deze producten bij de archieven ligt significant hoger dan bij alle respondenten en hoger dan de andere twee grote doelgroepen (erfgoedbrede instellingen en musea). De drie grote doelgroepen zijn het meest tevreden over dezelfde producten, namelijk DE BASIS, de drie onderdelen van de Kennisbank en het Woordenboek Digitaal Erfgoed, al is de volgorde hierbij wisselend. De mate van tevredenheid ligt bij de musea lager dan bij de andere twee grote doelgroepen. Behoeften in de toekomst – producten De producten waaraan in de toekomst de behoefte bij de drie grote doelgroepen het grootst is, zijn het Register van standaarden en de Kennisdossiers, gevolgd door de Subsidiewijzer en DE BASIS. Ook hier ligt de behoefte bij de musea lager dan bij de andere twee doelgroepen.
la group
Bekendheid van de DEN-diensten Van de drie grote doelgroepen ligt de bekendheid van de DENdiensten het hoogst bij de archieven gevolgd door de erfgoedbrede instellingen. De musea zijn over de hele linie minder bekend met de DEN-diensten dan de andere twee doelgroepen. Gebruik en tevredenheid van de DEN-diensten De diensten die door de drie grote doelgroepen het meest worden gebruikt komen nagenoeg overeen met die bij alle respondenten. De archieven maken meer gebruik van de DEN-nieuwsbrief, de Digitale Erfgoedconferentie/DISH en de Thematische bijeenkomsten en zijn ook significant meer tevreden over deze diensten dan alle respondenten. De drie grote doelgroepen zijn het meest tevreden over dezelfde diensten, namelijk de Maandelijkse nieuwsbrief, de Nieuwsvoorziening via website/social media en Agenda van evenementen, al is de volgorde hierbij wisselend. De mate van tevredenheid is bij de musea significant lager dan bij de andere twee doelgroepen. Behoeften in de toekomst – diensten De diensten waaraan in de toekomst de behoefte bij de drie grote doelgroepen het grootst is, zijn de DEN-nieuwsbrief, Thematische bijeenkomsten en Nieuwsvoorzieningen via website en/of social media. Bij de musea is er een grotere behoefte aan de Digitaal Erfgoedconferentie / DISH en bij de archieven is er beduidend minder behoefte aan Advisering bij projectaanvragen.
45
Geraadpleegde bronnen • Snel schakelen, Duurzaam behouden, Meerjarenbeleidsplan 2013 – 2016, Stichting Digitaal Erfgoed Nederland (DEN), herziene versie: 31 oktober 2012 • DEN Beleidsplan 2009-2012, Stichting DEN, november 2008 • DEN – Communicatieplan 2013- 016, “Samen kennis vergroten over digitaal erfgoed”, november 2013 • Jaarverslag 2013, Stichting Digitaal Erfgoed Nederland (DEN), maart 2014 • Verslag Toekomstverkenning, Bijeenkomst Raad van Toezicht, 23 september 2013 • Gebruikersonderzoek website DEN, eindrapportage, Stichting DEN, 24 januari 2012
• Gebruikersonderzoek DEN, juni & juli 2013, Stichting DEN • Waardeer Samenwerking, Advies over Nederlands-Vlaams beleid voor het duurzaam beheren, behouden en beschikbaar stellen van Nederlandstalig digitaal erfgoed, Raad voor de Nederlandse Taal en Letteren, zonder jaartal
la group
46
Vragenlijst enquête Introductie Stichting Digitaal Erfgoed Nederland (DEN) is het Nederlandse kenniscentrum voor digitaal cultureel erfgoed. DEN is er voor archieven, musea, bibliotheken met bijzondere collecties en voor archeologische en bouwhistorische instellingen. Over de wijze waarop kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed in de toekomst (na 2016) uitgevoerd moet worden is DEN in gesprek met het ministerie van OCW. In dat kader wil DEN graag van haar doelgroepen horen hoe zij aankijken tegen de organisatie, haar diensten en activiteiten en welke ondersteuning ze missen. Het gaat dus om een terugblik én een vooruitblik. Deze vragenlijst enquête gaat over uw behoefte aan en uw tevredenheid over de producten en diensten van DEN. Het invullen van de vragenlijst duurt ongeveer 10 à 15 minuten. Om in de toekomst optimaal te kunnen aansluiten op uw wensen is uw medewerking van groot belang. Uw antwoorden zijn niet persoonlijk herleidbaar.
Deze evaluatie wordt in opdracht van DEN door lagroup, een onafhankelijk onderzoeksbureau, uitgevoerd. Uw e-mailadres is door DEN beschikbaar gesteld om u eenmalig te kunnen enquêteren. Bij voorbaat hartelijk dank voor uw medewerking!
la group
1. Tot welke van de volgende doelgroepen behoort uw organisatie? (Indien meerdere antwoorden mogelijk zijn, kies dan welk het meest van toepassing is.) O O O O O O
Archiefinstelling Museum Bibliotheek met bijzondere collecties Archeologische of bouwhistorische instelling Erfgoedbrede instelling Anders, namelijk
2. In welk werkgebied bent u met name actief? (maximaal 1 antwoord mogelijk) O O O O O O O O O O O O O
Directie Marketing/communicatie Bedrijfsvoering Educatie Presentatie Collectie(s) Digitalisering ICT Sponsoring/fondsenwerving Financiën Projectmanagement Facilitaire diensten Anders, namelijk 47
Vragenlijst enquête 3. Hoeveel mensen werken er in uw organisatie (bij benadering, in fte's)?
O O O O O
1 t/m 10 11 t/m 50 51 t/m 100 101 t/m 250 250+
Bekendheid met DEN 4. Hoe lang kent u DEN? O O O O
Ik ken DEN sinds 0-2 jaar. Ik ken DEN sinds 3-5 jaar. Ik ken DEN langer dan 5 jaar. Ik ken DEN niet of nauwelijks. (skip logic -> door naar vraag 19)
Producten van DEN 5. Welke van de volgende producten van DEN kent u, van welke heeft u de afgelopen vijf jaar daadwerkelijk gebruik gemaakt en hoe tevreden was/bent u daarover?
Producten O Kennisbank: register van standaarden O Kennisbank: projectenbank O Kennisbank: kennisdossiers O DE BASIS O Woordenboek Digitaal Erfgoed O Scoremodel Digitale Duurzaamheid O Stappenplan Businessmodelinnovatie
la group
O Statistieken over digitaal erfgoed O Subsidiewijzer O Overzicht terminologiebronnen Antwoordmogelijkheden O Onbekend O Bekend, niet gebruikt O Gebruikt en zeer tevreden O Gebruikt en tevreden O Gebruikt en neutraal O Gebruikt en ontevreden O Gebruikt en zeer ontevreden
Diensten van DEN 6. Welke van de volgende diensten van DEN kent u, van welke heeft u de afgelopen vijf jaar daadwerkelijk gebruik gemaakt en hoe tevreden was/bent u daarover? Diensten O Advisering bij projectaanvragen O Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media O Maandelijkse nieuwsbrief O Agenda van evenementen O DEN-Blog O Digitaal Erfgoedconferentie / DISH O Thematische bijeenkomsten O Open Erfgoed Koffies O Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges) 48
Vragenlijst enquête Antwoordmogelijkheden O Onbekend O Bekend, niet gebruikt O Gebruikt en zeer tevreden O Gebruikt en tevreden O Gebruikt en neutraal O Gebruikt en ontevreden O Gebruikt en zeer ontevreden
Communicatie 7. Kunt u aangeven in welke mate u het eens bent met de volgende stellingen? 1 (helemaal oneens) t/m 5 (helemaal eens) + weet niet • De communicatie van DEN is helder. • DEN biedt actuele informatie. • DEN communiceert regelmatig met haar doelgroepen. • DEN reageert snel op vragen/opmerkingen etc. • De medewerkers van DEN zijn makkelijk bereikbaar. Bij een beoordeling van ≤ 3 Kunt u uw beoordeling toelichten? 8. Volgt u (medewerkers van) DEN op een of meer van de volgende sociale media? Twitter LinkedIn Slideshare Flickr
la group
Vimeo YouTube DEN-Blog
Antwoordmogelijkheden O Geregeld O Af en toe O Niet O Weet niet
Organisatie DEN 9. In welke mate vindt u de onderstaande begrippen passen bij de DEN-organisatie? 1 (helemaal niet passend) t/m 5 (helemaal passend) + weet niet O O O O O O O O O O
Klantvriendelijk Betrouwbaar Toegankelijk Deskundig Positief Inspirerend Onafhankelijk Verbindend Resultaatgericht Flexibel
Kwalificaties 10. In welke mate bent u het eens met de volgende stellingen? 1 (helemaal oneens) t/m 5 (helemaal eens) + weet niet • DEN speelt in onze instelling een belangrijke rol bij de digitalisering.
49
Vragenlijst enquête • Zonder DEN was de digitalisering binnen onze instelling minder ver geweest dan nu. • DEN speelt een belangrijke rol voor mij bij de kennisoverdracht m.b.t. digitalisering. • DEN moet werken voor de hele erfgoedsector en zich niet beperken tot instellingen die op het gebied van digitalisering voorop lopen. • Het erfgoedbrede, verbindende karakter van DEN is belangrijk. • DEN heeft een brugfunctie tussen beleid en het brede erfgoedveld. • Het is goed dat DEN naast ondersteunende taken ook zelf projecten uitvoert (bijv. Erfgoed en Locatie). • De rol die DEN speelt in Europese projecten, zoals Europeana, vind ik belangrijk.
Toekomst 11. In welke mate bent u het eens met de volgende stellingen? 1 (helemaal oneens) t/m 5 (helemaal eens) + weet niet • Kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed moet door het veld zelf georganiseerd worden. • Kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed moet geheel door het veld zelf gefinancierd worden. • Kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed moet deels door het veld zelf en deels door de overheid gefinancierd worden. • Kwaliteitszorg voor digitaal erfgoed moet geheel door de overheid gefinancierd worden. • Ik vind erfgoedbrede samenwerking belangrijk.
la group
12. Hieronder ziet u nog een keer het overzicht van de huidige producten van DEN. Aan welke denkt u in de toekomst de meeste behoefte te hebben? (kies minimaal 1 en maximaal 5 producten) Producten O Kennisbank: register van standaarden O Kennisbank: projectenbank O Kennisbank: kennisdossiers O DE BASIS O Woordenboek Digitaal Erfgoed O Scoremodel Digitale Duurzaamheid O Stappenplan Businessmodelinnovatie O Statistieken over digitaal erfgoed O Subsidiewijzer O Overzicht terminologiebronnen 13. Hieronder ziet u nog een keer het overzicht van de huidige diensten van DEN. Aan welke diensten denkt u in de toekomst de meeste behoefte te hebben? (kies 1 en maximaal 5 diensten) Diensten O Advisering bij projectaanvragen O Nieuwsvoorziening via website en/of sociale media O Maandelijkse nieuwsbrief O Agenda van evenementen O DEN-Blog O Digitaal Erfgoedconferentie / DISH O Thematische bijeenkomsten O Open Erfgoed Koffies O Bijdragen aan vakonderwijs (gastcolleges)
50
Vragenlijst enquête 14. Zijn er producten/diensten die DEN nu niet aanbiedt, maar dat in uw ogen wel zou moeten doen? 15. Wat zouden volgens u de gevolgen voor de erfgoedsector zijn als DEN morgen zou ophouden te bestaan? 16.Hebt u nog opmerkingen of vragen (over deze vragenlijst, over DEN, etc.)?
Specifieke vraag voor respondenten die aangaven DEN niet of nauwelijks te kennen.
19.Wat is uw belangrijkste informatiebron m.b.t. de digitalisering van het cultureel erfgoed?
Tot slot Mede namens DEN heel veel dank voor uw bijdrage!
Algemeen 17. Waar is uw organisatie gevestigd? Plaats Laatste vraag: 18. Na de analyse van de resultaten van deze vragenlijst willen we een aantal focusgroepen organiseren waarin we de rol van DEN in de erfgoedsector uitgebreider willen bespreken. Mogen we u voor een van de focusgroepen uitnodigen? O Nee O Ja
-> laat dan uw contactgegevens achter s.v.p.
Naam: ….. Organisatie: ……. E-mailadres: ……..
la group
51
Colofon De onderstaande personen hebben bijgedragen aan de totstandkoming van het klanttevredenheidsonderzoek: Begeleidingsgroep DEN Marco de Niet Marco Streefkerk Gerhard Jan Nauta Arianne Neijenhuis Onderzoeksteam lagroup Stephen Hodes Birte Querl
juli 2014
lagroup Postbus 1558 1000 BN Amsterdam T 020-550 2020 E
[email protected] W www.lagroup.nl B www.lablog.nl
la group
52