Luttenbergstraat 2 Postbus 10078 8000 GB Zwolle Telefoon 038 499 88 99 Fax 038 425 48 88 overljssel.nl
[email protected]
Provinciale Staten van
PROVINCIALE STATEN VAN OVERIJSSEL Overijss eReg.nr. "RSV^O I Xl&Ä M Dat. ontv.:
2 2 MRT 2012
Routing
i ABO Zwolle 39 73 4 1 121
I nlichtingen bij
a.d.
rliw. WJ.M. Pol lefoon 0 3 8 4 9 9 9 4 13 1/
[email protected]
Bijl.:
Bezoldigingsbeleid Overijsselse deelnemingen
Datum
20.03.2012 Kenmerk
2012/0072020 Pagina
Toezending aan Provinciale Staten met oogmerk: [X] ter informatie [ ] anders, en wel:
1
Bijlagen Overzicht bezoldiging topbestuurders en leden RvC van Overijsselse deelnemingen (zoals verkregen uit de jaarrekeningen 2010)
Tijdens de statenvergadering van 21 december 2011 hebben wij toegezegd een overzicht te maken van beloningen bij Overijsselse deelnemingen in relatie tot het bezoldigingsbeleid zoals aangegeven in de brief aan PS van januari 2009 (kenmerk 2009/008407). Deze toezegging werd gedaan naar aanleiding van vragen vanuit uw staten, waarbij onder andere een vergelijking werd getrokken tussen de door de aangehouden motie over de beloningssituatie bij Vitens (motie Mulder d.d. 30 november 2011) en de motie die in april 2005 in het kader van de 'beloningsstructuur Essent' werd aangenomen. In de statenvergadering van april 2005 werden ten aanzien van Essent twee moties unaniem aangenomen. Het betrof: • een motie waarin GS wordt opgeroepen: - "op korte termijn al het mogelijke in het werk te stellen om de beloning van bestuursleden van Essent NV zo snel mogelijk naar een meer aanvaardbaar niveau terug te brengen; - bij de aanstaande besluitvorming over de wijziging van de statuten van Essent NV te streven naar substantieel meer invloed op de beloningssystematiek van de onderneming; - verzoeken het college van GS PS continu en onverwijld te informeren over relevante ontwikkelingen met betrekking tot de beloningssystematiek binnen Essent NV." • een motie waarin GS wordt opgeroepen: - "bij de uitvoering van haar bestuurlijke en uitvoerende taak de beloningsstructuur van met name de top van organisaties waarmee zij een aandeelhouders- of vergelijkbare relatie heeft kritisch te bezien. - al haar invloed in voorkomende situaties aan te wenden om de topbeloningen binnen de perken te houden, met als absoluut maximum de salarisschaal van ministers in Nederland." Beide moties passen binnen het beloningsbeleid dat gedurende de afgelopen jaren ten aanzien van de Overijsselse deelnemingen is vastgesteld en gevoerd. In deze brief willen wij ingaan op het Overijsselse beloningsbeleid zoals dat de afgelopen jaren is gevoerd (paragraaf 1), daarbij in te gaan op de mogelijkheden tot provinciale beïnvloeding (paragraaf 2), vervolgens aan te geven welke Overijsselse deelnemingen onder het Overijsselse bezoldigingsbeleid vallen (paragraaf 3) en bij welke deelnemingen sprake is van een bezoldiging boven het 'bezoldigingsmaximum' (paragraaf 4).
Datum verzending
provincie
verijssel
Bezoldigingsbeleid Overijsselse deelnemingen
1 . Overijsselse bezoldigingsbeleid
<
Doel van het Overijsselse bezoldigingsbeleid is te komen tot een matiging van de bezoldigingen bij deelnemingen die opereren in de (semi)publieke sector. Dit sluit aan op de strekking van de beide moties uit 2005. Daarbij is steeds zoveel mogelijk aangesloten op de ontwikkelingen op rijksniveau. De doelstellingen komen overeen. In mei 2008 hebben Provinciale Staten het Overijsselse deelnemingenbeleid vastgesteld. Daarin is het bezoldigingsbeleid als één van de criteria opgenomen. Uitgangspunt voor de beoordeling van de bezoldiging was toen het advies "Normeren en waarderen' van de commissie Dijkstal. Vervolgens heeft het vorige kabinet in de loop van 2008 op basis van dit advies een kabinetslijn bepaald voor beloningen in de (semi)publieke sector en voor beloningen bij staatsdeelnemingen (brieven ministers van BZK en Financiën, kamernummer 28.479, 36, 38, 39 en 42). Op basis hiervan heeft het college het beloningsbeleid voor de Overijsselse deelnemingen bepaald en ter kennisneming toegezonden aan Provinciale Staten (kenmerk 2009/008407).
Datum
20.03.2012 Kenmerk
2012/0072020 Pagina
2
In 2008 werd er in navolging van het kabinet onder andere voor gekozen het 'salarismaximum' (= 130% van het huidige ministersalaris, exclusief pensioenpremies en onkostenvergoedingen) als uitgangspunt te nemen voor de bezoldiging van topbestuurders bij de Overijsselse deelnemingen, waarbij nadrukkelijk de kanttekening dat het in alle gevallen gaat om maatwerk. Dit normbedrag is ook het bedrag waarop topinkomens door het kabinet op basis van de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Wopt) worden getoetst. Soms wordt dit ook wel de 'Balkenende-norm' genoemd. Volgens het ministerie van BZK ten onrechte omdat hieronder in de praktijk verschillende normen worden verstaan. Formeel wordt deze term dan ook niet meer door het kabinet gebruikt. Jaarlijks wordt het Wopt-bedrag vastgesteld in een ministeriële regeling. In 2011 bedroeg de Wopt-norm € 193.000. Inkomens die boven dit bedrag uitgaan, moeten openbaar worden gemaakt. Nieuw is het wetsvoorstel Normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector, dat in december 2011 is vastgesteld door de Tweede Kamer en dat op dit moment voor behandeling bij de Eerste Kamer ligt. Dit wetsvoorstel biedt goede aanknopingspunten voor een nadere concretisering van het huidige Overijsselse bezoldigingsbeleid. Allereerst geeft het wetsvoorstel - in tegenstelling tot eerdere termen zoals o.a. de 'Balkenende-norm' - een duidelijker omschrijving van de componenten (art. 2.3) die wel en niet onder het bezoldigingsmaximum komen te vallen (peildatum 2010): a. beloning (d.w.z. periodiek betaalde beloningen, winstdelingen, bonussen) ad € 187.340 b. werkgeversdeel van de verplichte sociale premies (wel genoemd, maar geen normering) c. belastbare en variabele onkostenvergoeding ad € 7.559 d. werkgeversbijdrage aan beloning betaalbaar op termijn (pensioen) ad € 28.767 De som van deze genormeerde bedragen is € 223.666 en dat is het 'bezoldigingsmaximum'. Het genoemde maximum is dus altijd exclusief het werkgeversdeel van de verplichte sociale lasten. In het wetsvoorstel vormt dus '130% van het huidige ministersalaris' (= component'beloning' uit artikel 2.3 = bedrag Wopt-norm) vertrekpunt, maar daarnaast wordt rekening gehouden met andere elementen van bezoldiging. Dit om, zoals uit de Memorie van Toelichting blijkt, ontduiking van de grens tegn te gaan. Peildatum voor de bedragen in het wetsvoorstel is 2010. Na inwerkingtreding zullen deze bedragen worden bijgesteld. De WNT bepaalt dat de minister bevoegd is tot jaarlijkse wijziging. De hiervoor genoemde Wopt komt met de inwerkingtreding van de WNT te vervallen. Nieuw in het wetsvoorstel is ook de normering voor de bezoldiging van de leden van de Raden van Commissarissen. Deze bepaling is op basis van een amendement toegevoegd. De bezoldiging van de voorzitter en leden wordt gemaximeerd op 7,5% en 5% van het hiervoor genoemde 'bezoldigingsmaximum', tenzij hiervoor in de nog op te stellen AMvB een uitzondering wordt gemaakt. Uitzonderingen worden bepaald op basis van complexiteit en tijdsbesteding van leden. Zoals hiervoor aangegeven biedt het wetsvoorstel goede mogelijkheden voor concretisering van het eerder ontwikkelde Overijsselse bezoldigingsbeleid. Een concretisering die behulpzaam kan zijn bij de inbreng in de (aandeelhouders)vergaderingen bij besluitvorming over bezoldigingen. Het is de bedoeling om deze concretisering na inwerkingtreding van de wet (naar verwachting op 1 januari 2013) uit te werken. Wij willen daarin ook de consequenties voor Vitens NV en Enexis NV, die beide onder het regime van de wet (en het daarbij behorende overgangsrecht) komen te vallen, meenemen. Gedachte is om de voorgenomen concretisering in beginsel van toepassing te laten zijn op alle Overijsselse deelnemingen.
provincie \ V
¥C1 1|33CÏ
Bezoldigingsbeleid Overijsselse deelnemingen
2. Mogelijkheden voor provinciale beïnvloeding Voor deelnemingen in NV's en BV's is de provincie voor toepassing en handhaving van het bezoldigingsbeleid gebonden aan het Burgerlijk Wetboek. Artikel 2.135, lid 1 bepaalt dat het bezoldigingsbeleid wordt vastgesteld door de aandeelhoudersvergadering. Lid 4 bepaalt dat de bezoldiging van bestuurders door de aandeelhoudersvergadering wordt vastgesteld, tenzij bij de statuten een ander orgaan is aangewezen. Kortom de mogelijkheden tot provinciale beïnvloeding van het bezoldigingsbeleid zijn gebaseerd op privaatrechtelijke bevoegdheden. Hoe groot deze mogelijkheden zijn is mede afhankelijk van het percentage aandelen dat de provincie in een deelneming heeft. Het is uiteindelijk de Algemene vergadering van aandeelhouders die beslist over het bezoldigingsbeleid. Zoals uit de volgende paragraaf blijkt geldt voor de meeste Overijsselse deelnemingen dat de provincie een minderheidsaandeel heeft. Wanneer er sprake is van een minderheidspercentage zal beïnvloeding moeten plaatsvinden door samenwerking met andere medeaandeelhouders. Lukt dat niet dan kan provincie een minderheidsstandpunt innemen en daarvan aantekening laten maken.
Datum
20.03.2012 Kenmerk 2012/0072020 Pagina
3
Het wetsvoorstel WNT brengt in zoverre een stelselwijziging mee dat het de minister publiekrechtelijke bevoegdheden geeft ten aanzien van die (semi)publieke instellingen die onder het regime van de wet vallen. Wanneer organisaties die onder het regime van de WNT vallen zich niet houden aan de bepalingen uit deze wet, heeft de minister wettelijke bevoegdheden tot handhaving. De Overijsselse deelnemingen BNG NV en Oost NV vallen niet onder het regime van de WNT, maar zijn door het rijk wel aangemerkt als staatsdeelneming. Het rijk is bij deze deelnemingen grootaandeelhouder (50% bij BNG en 57,62% bij Oost-NV). Voor deze deelnemingen is voor het rijk het bezoldigingskader van de minister van Financiën uit 2008 leidend. In het kabinetsstandpunt uit 2008 was voor Oost NV het salarismaximum als beloningsregime opgenomen. En hoewel het rijk meerderheidsaandeelhouder is, kan worden gesteld dat provinciale beïnvloeding (door beide andere partners Gelderland en Overijssel) heeft geleid tot bezoldiging ruim beneden dat salarismaximum. Ook voor andere vormen van deelnemingen (o.a. privaatrechtelijke stichtingen en verenigingen en ook de publiekrechtelijke openbare lichamen op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen) geldt dat er sprake is van meerdere partijen en dat de besluitvorming in gezamenlijkheid moet plaatsvinden in bijvoorbeeld de Algemene Vergadering of Algemeen Bestuur. 3. Reikwijdte Overijsselse deelnemingenbeleid Het Overijsselse bezoldigingsbeleid is in beginsel van toepassing op de zogenaamde 'verbonden partijen' waarover jaarlijks in de begroting en de jaarrekening wordt gerapporteerd. Met 'verbonden partijen' worden rechtspersonen bedoeld waarin de provincie een bestuurlijk en een financieel bealng heeft. Het gaat daarbij om 'deelnemingen', dat wil zeggen privaatrechtelijke organisaties zoals genoemd in artikel 158 Provinciewet - onder andere stichtingen, verenigingen, vennootschappen (NV's en BV's)) - en om de publiekrechtelijke openbare lichamen op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr). Energiefonds Overijssel BV is in oprichting. Met uitzondering van de Zuiderzeehaven gaat hèt om 100% overheidsdeelnemingen. Grondslag Privaatrecht
Naam Vitens NV Enexis NV Attero NV BNG NV Oost NV Wadinko NV Zuiderzeehaven BV/CV HMONV Nazorgfonds Stortplaatsen Stichting ROC Kampen Stichting CTH 5 tijd. deelnemingen uit Essent Energiefonds Overijssel BV i.o.
% aandelen 7,38% 18,71% 18,71% 0,16% 8,82% 25,12% 16,67% 100,00% n.v.t. n.v.t. n.v.t. 18,71% 100,00%
Andere partners 5 provincies en 106 gemeenten 5 provincies en 121 gemeenten 5 provincies en 121 gemeenten Staat (50%) en andere overheden Staat (57,62%), Gelderland (33,56%) 24 gemeenten 2 gemeenten + 50% private partijen Geen Geen 1 gemeente Geen 5 provincies en 121 gemeenten Geen
provincie
verijssel
Bezoldigingsbeleid Overijsselse deelnemingen
Publiekrecht
RBT (openbaar lichaam) ADT (openbaar lichaam)
n.v.t. (23%) n.v.t. (50%)
5 gemeenten (ieder 23%) 1 gemeente (50%)
4. Bezoldiging bij Overijsselse deelnemingen In aansluiting op on2e toezegging aan uw staten in december 2011 zijn de bezoldigingen bij de Overijsselse deelnemingen geïnventariseerd. Vervolgens zijn deze vergeleken met het 'bezoldigingsmaximum' uit de WNT (€ 223.666, peildatum 2010). Voor dit normbedrag is gekozen, omdat het rijk dit na de inwerkingtreding van de wet ook als uitgangspunt voor de normering zal gaan hanteren. Zie paragraaf 1 van deze briefvoor een toelichting op het'bezoldigingsmaximum' en de daartoe behorende componenten.
Datum
20.03.2012 Kenmerk
2012/0072020 Pagina
4
Uit opgave vanuit het bedrijf middels de jaarrekening (over 2010) of uit eigen opgave van het bedrijf blijkt dat voor vier privaatrechtelijke deelnemingen de bezoldiging van de topbestuurders boven het bezoldigingsmaximum ligt. Het gaat om Vitens NV, Enexis, NV, Attero NV en BNG NV. Ter toelichting hierop het volgende: • Vitens NV en Enexis NV zullen straks onder het regime van de nieuwe WNT gaan vallen en dat het in beginsel het bezoldigingsmaximum van toepassing is. Wanneer de aandeelhoudersvergadering zich niet houdt aan de daar opgenomen bepalingen, beschikt de minister over publiekrechtelijke bevoegdheden om te handhaven. Uit de jaarrekeningen 2010 van beide bedrijven blijkt dat zij op het nieuwe beleid hebben geanticipeerd of zullen anticiperen zodra de wet is vastgesteld. Nieuwe wet WNT is van toepassing op benoemingen van nieuwe bestuurders en kent een overgangsrecht ten aanzien van bestaande benoemingen. • Attero valt wettelijk niet onder het regime van de WNT. De beloning van de huidige bestuurder is in 2009 door het toenmalige Essent vastgesteld en ligt boven het maximum. In nnei 2011 is nieuw bezoldigingsbeleid geaccordeerd door de aandeelhoudersvergadering. Uitgaande van de Haysystematiek en de omgevingscategoriè 'markt met een aantal publieke kenmerken' werd besloten tot een salaris rond het huidige niveau van de bestuurder. • BNG NV valt wettelijk niet onder de WNT, maar wordt door het rijk wel aangemerkt als een staatsdeelneming, waarvoor de omgevingscategorie 'publiek/markt' van toepassing is (salarismaximum ad € 350.000 (indicatief)) Staat is voor 50% aandeelhouder. De aandeelhoudersvergadering heeft, in lijn met het beloningsbeleid van het rijk voor staatsdeelnemingen, vastgesteld dat voor nieuwe bestuurders de som van de vaste en variabele beloning maximaal € 310.000 bedraagt. Het nieuwe beloningsbeleid is van toepassing op na 1 januari 2009 benoemde bestuurders. Voor de eerder benoemde bestuurders worden de bestaande overeenkomsten gerespecteerd. Dit geldt voor alle drie bestuurders. Uit een rapportage van de minister van Financiën aan de Tweede Kamer blijkt dat voor deze staatsdeelneming met 45% sprake was van een forse matiging, omdat de bezoldigingen hier relatief hoog waren. Ook voor de vergoedingen van de leden van de Raad van Commissarissen geldt voor alle vier organisaties dat deze boven de in het wetsvoorstel voorgestelde normering ligt. Het burgerlijk wetboek stelt voor de meeste ondernemingen het openbaar maken van de bezoldiging van bestuurders en commissarissen verplicht. Met uitzondering van naamloze vennootschappen waarvan de aandelen niet statutair op naam staan, hoeven echter niet de beloningen van de bestuurders en commissarissen afzonderlijk vermeld te worden maar slecht het gezamelijk bedrag aan beloningen. De beloningen zijn dus niet,herleidbaar naar individuen Voor publiekrechtelijke deelnemingen kan de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Wopt) gelden, wanneer de betreffende organisatie onder het regime van deze wet valt. Deze wet bepaalt dat bezoldigingen die boven de Wopt-norm (voor 2011 was dat € 193.000) uitgaan, openbaar moeten worden gemaakt. Dit betekent dus dat een aantal Overijsselse deelnemingen de individuele bezoldigingen in hun jaarrekening moeten en hebben opgenomen en een aantal niet. Wij willen naar de toekomst toe alle deelnemingen vragen om de individuele bezoldigingen van bestuurders en commissarissen openbaar te maken ook als is daar wettelijk geen verplichting toe. Dit geldt ook wanneer er sprake is van een managementcontract. De Wet openbaarheid bestuur (Wob) is hier in beginsel niet van toepassing. Voor een aantal Overijsselse deelnemingen (o.a. Zuiderzeehaven, HMO en RBT) geldt dat de directeursfunctie wordt vervuld op basis van een managementcontract en dat er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst. De bedragen die hiervoor worden betaald kunnen daarom niet zonder meer worden vergeleken met het 'bezoldigingsmaximum', omdat deze bedragen ook andere financiële componenten omvatten. Gesteld kan worden dat het hier gaat om een levering van diensten, die in beginsel niet onder het huidige bezoldigingsbeleid vallen. Het nieuwe wetsvoorstel
provincie
verijssel
Bezoldigingsbeleid Overijsselse deelnemingen
bevat bepalingen over functievervulling anders dan op grond van een aanstelling of een arbeidsovereenkomst (art. 2.1. lid 4) en over de invulling van een dienstverband met een kleinere omvang (art. 2 . 1 , lid 1). Beide zijn van toepassing op de drie genoemde deelnemingen. Het is de bedoeling om ook deze bepalingen na inwerkingtreding van de wet nader uitte werken in Overijsselse richtlijnen voor dergelijke situaties. In bijlage 1 zijn de bezoldigingen van topbestuurders en leden van de Raad van Commissarissen van de bedrijven, die hun bezoldigingen openbaar hebben gemaakt via de jaarrekening, opgenomen. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Gedeputeerde Staten van Overijssel,
voorzitter,
Datum
20.03.2012 Kenmerk
2012/0072020 Pagina
5
secretaris,
-63^
Bijlage 1. Overzicht bezoldiging topbestuurders en RvC Overijsselse deelnemingen Informatie verkregen uit opgave via de jaarrekeningen 2010 (en daarmee openbaar). I.1 Bezoldiging topbestuurders van Vitens, Enexis, Attero, BNG en Oost NV
Vitens NV (in 2010: 7,38%; in 2011: 6,38%)
Bezoldiging directeur/ voorzitter RvB Voorzitter: Salaris: € 212.184 Variabel: Pensioenen: € 33.266 Overig: € 24.540 Totaal 2010: € 269.990 NB: Bedragen zijn incl. werkgeversdeel sociale premies en uitgekeerde vakantiedagen.
Enexis NV (18,71%)
Vertrekkend vz. (1/1 -31/8/10): Basissalaris: € 168.118 Werkg.bijdrage: € 16.687 Variabel: € 50.015 Pensioenkosten: € 31.458 Totaal 2010: € 266.278 Tijd. vz. (1/8 – 31/12/2010) Basissalaris: € 120.834 Werkg.bijdrage: € 3.341 Pensioenkosten: € 19.658 Variabel: Totaal 2010: € 143.833 (Op jaarbasis: € 290.000, incl. vakantietoeslag)
Attero NV (18,71%)
BNG NV (0,16%)
Oost NV (8,82%)
Bezoldiging leden RvB Lid 1: Salaris: Variabel: Pensioenen: Overig: Totaal 2010:
€ 170.978 € 7.451 € 24.586 € 9.809 € 212.824
Lid 2: Salaris: Variabel: Pensioenen: Overig: Totaal 2010:
€ 171.311 € 8.694 € 24.586 € 9.492 € 214.083
NB: Bedragen zijn incl. werkgeversdeel sociale premies en uitgekeerde vakantiedagen en inclusief nabetaling over 2009. Lid: Basissalaris: € 209.423 Werkg.bijdrage: € 10.808 Variabel: € 54.178 Pensioenkosten: € 37.946 Totaal 2010: € 307.355
Salaris: Pensioenen: Sociale lasten: Totaal:
€ 119.232 € 17.122 € 6.126 € 152.480
Toelichting Vitens NV valt als ‘drinkwaterbedrijf’ onder het wetsvoorstel WNT. In het jaarverslag 2010 staat dat de AvA eind 2009 heeft ingestemd met nieuw bezoldigingsbeleid voor de directie en dat daarbij is aangesloten op het advies van de commissie Dijkstal. • voorzitter: salarismaximum uit advies commissie Dijkstal; • leden: salarismaximum -/- 15%. Na inwerkingtreding zal de WNT van toepassing zijn op bezoldiging van nieuwe bestuurders. Voor zittende leden geldt als overgangsrecht dat na verstrijken van vier jaar het salaris in drie jaar wordt afgebouwd tot het maximum.
+
Leden ontvangen een vaste kostenvergoeding van ca. € 3.400.
Enexis NV valt als ‘netbeheerder energie en gas’ onder het wetsvoorstel WNT. In het jaarverslag 2010 wordt aangegeven dat de salarissen van de lRvB zijn gebaseerd op individuele contracten en dat in afwachting van de WNT in overleg met de Aandeelhouderscommissie nog geen beloningsbeleid is vastgesteld. Ook de per 1 september aangetreden voorzitter is benoemd voor 2 jaar o.b.v. een tijdelijke arbeidsovereenkomst (tot 1 augustus 2012) met een daarop afgestemd salarisniveau. Na inwerkingtreding zal de WNT van toepassing zijn op bezoldiging van nieuwe bestuurders. Zie verder voor overgangsrecht, opmerking onder Vitens.
Daarnaast een vaste kostenvergoeding van ca. € 3600. Bestuurder: Vast inkomen: € 212.845 Variabel (schatting): € 71.530 Pensioenkosten: € 37.556 Totaal 2010: € 321.931
Voorzitter: Vast: € 439.000 Variabel: € 75.000 Totaal 2010: € 514.000 Pensioenbijdr.: € 140.000
BM (*) +
+
Lid 1: Vast: Variabel: Totaal: Pensioenbijdr.:
€ 360.000 € 56.000 € 416.000 € 116.000
Lid 2: Vast: Variabel: Totaal: Pensioenbijdr.:
€ 312.000 € 53.000 € 365.000 € 51.000
+
-
Bedrijf valt niet onder het wetsvoorstel WNT. De beloning van de huidige bestuurder is in 2009 door het toenmalige Essent vastgesteld. In mei 2011 is nieuw bezoldigingsbeleid geaccordeerd door de AvA. Uitgaande van de Hay-systematiek en de omgevings-categorie ‘markt met een aantal publieke kenmerken’ werd besloten tot een salaris rond het huidige niveau van de bestuurder. BNG NV valt niet onder het wetsvoorstel WNT, maar wordt door het rijk aangemerkt als een staatsdeelneming (niet WNT). In het jaarverslag 2010 staat dat de AvA, in lijn met het beloningsbeleid van het rijk voor staatsdeelnemingen, heeft vastgesteld dat voor nieuwe bestuurders de som van de vaste en variabele beloning maximaal € 310.000 bedraagt. Het vastgestelde beloningsbeleid geldt voor na 1 januari 2009 benoemde bestuurders. Oost NV is in MvT bij wetsvoorstel WNT aangemerkt als staatsdeelneming. Bezoldiging is conform schaal 18 BBRA.
(*) BM = bezoldigingsmaximum uit wetsvoorstel WNT ad € 223.666 (peildatum 2010) met als beloningscomponenten: beloning ad € 187.340, belastbare en variabele onkostenvergoeding ad 7.559 en werkgeversbijdrage beloning betaalbaar op termijn (pensioen ad € 28.767 (en exclusief bedrag voor werkgeversdeel van de verplichte sociale premies (wel genoemd, maar geen normering)
I.2 Bezoldiging leden RvC van Vitens, Enexis, Attero, BNG en Oost NV Deelneming % aandelen Vitens NV (in 2010: 7,38%; in 2011: 6,38%)
Enexis NV (18,71%)
Attero NV (18,71%)
BNG NV (0,16%)
Oost NV (8,82%)
Bezoldiging voorzitter/leden RvC? Voorzitter: € 20.250 Lid: € 17.000 RvC telt 5 personen. Bedragen zijn exclusief vergoeding deelname aan commissies ad € 1800, onkostenvergoedingen € 1.000 en bijdrage ZVW. Voorzitter: : € 24.760 Lid: € 16.775 RvC telt 5 personen. Exclusief vergoeding deelname aan commissies (variërend van € 4.534 tot € 5.038). Daarnaast kostenvergoeding ad € 1.500. Voorzitter: € 23.432 Lid: € 15.655 RvC telt 5 personen Exclusief vergoeding deelname aan commissies (variërend van € 2.707 tot € 5.050). Voorzitter: € 31.000 Lid: € 23.000 RvC telt 8 personen Bezoldiging is exclusief onkostenvergoeding (ad € 1500) en commissies (€ 500 per commissie). Totaal RvC: € 47.500 RvC telt 5 personen.
BM (**) +
Toelichting Vitens NV komt als ‘drinkwaterbedrijf’ onder de WNT te vallen (normering leden RvC en overgangsrecht). In 2010 ligt de bezoldiging van voorzitter en leden boven de in het wetsvoorstel voorgestelde normering van de bezoldiging. Huidige bezoldiging is afgestemd op de Hay-systematiek. Na inwerkingtreding zal de WNT van toepassing zijn op vergoedingen nieuwe leden RvC. WNT in beginsel niet van toepassing op zittende leden.
+
+
Enexis NV komt als ‘netbeheerder elektriciteit en gas’ onder de WNT te vallen (normering leden RvC en overgangsrecht). In 2010 ligt de bezoldiging van de voorzitter en leden boven de in het wetsvoorstel voorgestelde normering van de bezoldiging. Huidige bezoldiging afgestemd op Hay-systematiek. Na inwerkingtreding zal de WNT van toepassing zijn op vergoedingen nieuwe leden RvC. WNT in beginsel niet van toepassing op zittende leden. Attero valt wettelijk niet onder het regime van het wetsvoorstel WNT. Bezoldiging ligt boven de voorgestelde genormeerde bezoldiging WNT.
+
BNG valt wettelijk niet onder het wetsvoorstel WNT, maar wordt door het rijk wel aangemerkt als staatsdeelneming. Rijk is voor 50% aandeelhouder.
-
Oost NV valt wettelijk niet onder het wetsvoorstel WNT, maar wordt door het rijk wel aangemerkt als staatsdeelneming. Rijk is voor 57,62% aandeelhouder. Bezoldiging ligt beneden de genormeerde bedragen.
(**) BM = normering vergoedingen leden RvC op basis van het bezoldigingsmaximum volgens wetsvoorstel WNT, d.w.z. voor voorzitter respectievelijk leden RvC 7,5% (ca. € 16.770) en 5% (ca. € 11.180) van het bezoldigingsmaximum (€ 223.666, zie hiervoor voor toelichting). Peildatum bedragen is 2010, en waarbij kanttekening dat nog bij AMvB uitzonderingen kunnen worden gemaakt. Conform componenten bezoldigingsmaximum zijn deze bedragen inclusief onkostenvergoedingen en exclusief werkgeversdeel sociale premies. Nog onduidelijk is in hoeverre vergoedingen per commissie al dan niet binnen het bedrag vallen.