Provinciaal RUP Regionaal bedrijventerrein Eke Onderzoek tot milieueffectrapportage Verzoek tot raadpleging
1.
Initiatiefnemer
Provincie Oost-Vlaanderen, dienst ruimtelijke ordening en stedenbouw Gouvernementstraat 1 9000 Gent
2.
Opdrachthouder 2
Dienstverlenende vereniging Veneco Port Arthurlaan 11 9000 Gent
Ruimtelijke planner: Annelies De Clercq
3.
Beschrijving en verduidelijking van het plan
3.1.
Doelstelling, rijkweidte en detailleringsgraad
Het provinciaal RUP "regionaal bedrijventerrein Eke" wordt opgemaakt om een bestaand en quasi volledig ingevulde zone voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s, “ambachtelijke zone Veneco-Eke” genaamd, te optimaliseren of “transformeren”. Grens RUP geprojecteerd op gewestplan
De grens van het RUP (= blauwe lijn) wordt in het oosten gelegd in de hoek van de E17 en de N60. In het zuiden wordt de grens met de N60 gevolgd. In het westen en het noorden wordt een bestaand gemeentelijk RUP ‘RUP Weefstraat-Heerweg’ mee overgenomen. Dit RUP had tot doel een substantiële groenbuffer tussen de bebouwing langsheen de Weefstraat – Heerweg en de zone voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s aan te leggen. Dit RUP is goedgekeurd dd. 10/08/2006.
De bestaande bufferzone (T-zone op het gewestplan) wordt behouden, doch met nabestemming bedrijventerrein voor dat deel van de zone dat na verloop van tijd niet gerealiseerd zal zijn als op- en 1 afrittencomplex (gewestelijke bevoegdheid) of niet nodig is voor de realisatie van het streefbeeld. Het nieuwe op- en afrittencomplex is op het kaartje reeds weergegeven (bij benadering).
1
Het nieuwe op- en afrittencomplex, te plannen en aan te leggen door het Vlaams gewest, is op het kaartje bij benadering weergegeven.
❘
❘
❘
❘
❘
Grens RUP geprojecteerd op topografische kaart
Duidelijk zichtbaar zijn E17, N60, het bestaande open afrittencomplex en het geplande op- en afrittencomplex (= grijs). Het RUP situeert zich in de gemeenten Nazareth en De Pinte (oostelijk gedeelte).
3.2.
Situering en planningscontext
De zone voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s te Eke is gelegen ter hoogte van het op- en afrittencomplex 2 De Pinte op de E17, hoofdzakelijk op grondgebied Nazareth (Eke) en deels op grondgebied van De Pinte . In het zuidoosten vormt de N60 de grens van het terrein. Ten noordwesten bevindt zich op grondgebied De Pinte het gehucht ‘Zwartegat’. Dit gehucht kent een aantal uitlopers op grondgebied Nazareth, onder andere langs de Heirweg en de Weefstraat. De bebouwing langsheen Heirweg en Weefstraat begrenst de zone voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s resp. in het noorden en het westen. In het noordoosten valt de gemeentegrens samen met de Savaanstraat. De zone voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s loopt hier (ter hoogte van ‘Makro’) echter nog een stuk verder op het grondgebied van De Pinte. Een deel van de parking van Makro bevindt zich hierdoor op grondgebied De Pinte, ten zuiden van deze parking situeert zich het bedrijf Interbrew. Verderop ten westen van het bestaande bedrijventerrein en achter het woonlint van de Weefstraat situeert zich de Lakemeerbeek. Via het gemeentelijk RUP Functionele cluster is het de bedoeling op grondgebied van De Pinte een nieuw lokaal bedrijventerrein en containerpark tot ontwikkeling te laten komen. Het bedrijventerrein komt tussen de Zwartegatstraat, de Heirweg en de E17. Dit RUP is momenteel in opmaak.
2
Deze uitbreiding op De Pinte is er pas gekomen met de gewestplanwijziging in 2001 (zie verder).
Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
2/16
3.3.
Doel van de transformatie van het bedrijventerrein 2
Op 01-10-2006 startte Veneco in Nazareth-Eke het ambitieuze ‘Transformatieproject Bedrijventerrein Veneco-Eke’ op. Het doel van dit project is het revitaliseren van een verouderd bedrijventerrein (aangelegd eind jaren ’70, begin jaren ’80, na de vestiging van het distributiecentrum Makro). Naast de klassieke verouderingsfenomenen heeft dit bedrijventerrein ook te kampen met een aantal fundamentele knelpunten op het vlak van waterhuishouding, mobiliteit en verkeersveiligheid, signalisatie en beeldkwaliteit. De 2 financiering van deze revitalisatie zal gedragen worden door Veneco , dienstverlenende vereniging, en door de Vlaamse Overheid via de subsidieregeling voor verouderde bedrijventerreinen. Bedoeling is tot een integrale visie te komen, waarin, naast de ‘zone voor lokale bedrijven en KMO’s’ te Nazareth, incl. de site van de Makro en daarop aansluitend de Oude Eedstraat en de Savaanstraat, ook de aan te leggen zone voor lokale bedrijven in De Pinte bekeken wordt (zie situering). Het toekomstig lokaal bedrijventerrein aan de Heirweg te De Pinte zal immers, voor zijn afwatering en verkeersafwikkeling, mede afhankelijk zijn van de optimalisering van de infrastructuur van het bedrijventerrein Eke. Tevens zou in de loop van de studie kunnen blijken dat bepaalde infrastructurele ingrepen op het toekomstig bedrijventerrein De Pinte zullen moeten worden opgericht. Dergelijke ingrepen zullen ook ten goede komen aan het lokaal bedrijventerrein De Pinte. De opmaak van een RUP voor een nieuw lokaal bedrijventerrein in De Pinte behoort echter niet tot de opdracht. Gezien de strategische ligging van het terrein in Eke wordt dit in een provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan aangeduid als regionaal bedrijventerrein. Dit provinciaal RUP zal een nieuwe afdwingbare impuls aan het bedrijventerrein geven, waarbij een kwalitatieve invulling van maatschappelijk belang is. Bedoeling is dat uiteindelijk concrete acties (technische voorzieningen voor de update van de infrastructuur, verbreden van het openbaar domein, waterhuishouding, aansluitmogelijkheden voor de individuele bedrijven, visuele aspecten, ...) op het terrein kunnen ingepast worden en afdwingbaar gemaakt. Bepaalde maatregelen kunnen in feite op vandaag reeds afdwingbaar gemaakt worden zonder de juridische basis van een RUP. Voor andere zaken zoals visuele aspecten (beperken reclame, esthetische gevels verplichten, onderhoud zoomwegen, ...), verleggen/uitbreiden openbaar domein, bestendiging van garagebedrijven met quasi exclusief toonzaal mogelijk maken, beperkte uitbreiding bedrijvenzone t.h.v. T-bufferzone, ... is de opmaak van een RUP noodzakelijk. Daarom wordt geopteerd om alle geplande maatregelen in een RUP te gieten. Concreet betreft het maatregelen rond : Waterhuishouding
Er wordt met de steun van het Agentschap Economie een studie opgestart rond de waterhuishouding. Deze studie wordt uitgevoerd door het bureau Asset.
Verkeersstromen – visuele aantrekkelijkheid – harmonie met de omgeving
Er wordt, met de steun van het Agentschap Economie van de Vlaamse Regering, een studie opgestart die alle aspecten m.b.t. de mobiliteit en verkeersveiligheid, beeldkwaliteit, visuele aantrekkelijkheid en signalisatie moet analyseren, oplossingen bieden en dit alles tenslotte in een detailontwerp gieten dat daarop aansluitend zal uitgevoerd worden (zie verder). Deze studie wordt uitgevoerd door Vectris (zie verder).
3.3.1.
Verkeersstromen – visuele aantrekkelijkheid – harmonie met de omgeving 3
Deze studie werd opgestart in het najaar 2007 en omvat ondermeer het uitvoeren van een mobiliteitsenquête bij bedrijven met meer dan 10 werknemers en verkeerstellingen op verschillende plaatsen op en nabij het bedrijventerrein. Er werd eveneens een scenario-analyse uitgevoerd die rekening houdt met de extra verkeersbewegingen die de nieuwe KMO zone Zwarte Gat op grondgebied van De Pinte met zich zal meebrengen. Resultaten van deze studie worden meegegeven in de § 4.2 ‘referentietoestand – huidig mobiliteitsprofiel’. 3.3.2.
Waterhuishouding
Deze studie is lopende en houdt een ontwerpstudie in voor riolerings- en wegeniswerken voor het bedrijventerrein Veneco-Eke, inclusief de opmaak van een waterhuishoudingsplan. Dit alles moet in een detailontwerp gegoten worden en tenslotte uitgevoerd worden.
4.
Manier van aanpak
In volgende paragrafen wordt eerst de referentietoestand en vervolgens de gewenste toestand beschreven voor uiteenlopende thema’s. § 8 ‘effectbeschrijving’ verduidelijkt dat er uiteindelijk 4 ingrepen gepland zijn.
3
Studie ter optimalisering van de mobiliteit van het bedrijventerrein Veneco-Eke, Vectris, februari 2008 (voorlopige versie)
Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
3/16
De samenvattende tabel verduidelijkt nog eens voor elke discipline of er een wijziging in de huidige situatie voorzien wordt en welk effect verwacht wordt.
5.
Referentietoestand
5.1.
Historiek bedrijventerrein
De zone ten westen van de Begoniastraat, werd in de periode 1978-1982 aangelegd door de 4 2 intercommunale VENECO , ondertussen dienstverlenende vereninging Veneco , na de vestiging van het distributiecentrum Makro, maar werd in de periode kort na de aanleg door bedrijfsleiders vaak als te excentrisch van Gent ervaren. Daarenboven werd de toen slechts een 6-tal jaar in gebruik zijnde verkeersas E17 bijlange nog niet zo intensief gebruikt zoals dat vandaag het geval is. Veelal werden in de uitgifteperiode die liep tot 1987 eerder kleine bedrijven uit de aanpalende regio aangetrokken. De hoge potentie van de ligging van het bedrijventerrein Eke werd destijds niet altijd goed ingeschat. Deze visie op en appreciatie van de ligging van het terrein is geleidelijk aan totaal veranderd. Van een B-locatie is dit terrein een A-locatie geworden. De invulling (o.a. beeldvorming) van het terrein is echter niet evenredig (op dezelfde wijze) mee ontwikkeld. Ook door een minder hoogwaardig potentieel van bedrijven, een 10-tal uitzonderingen niet te na gesproken, te kunnen aantrekken is het bedrijventerrein qua gebruik, door de initieel aangelegde infrastructuur en beeldvorming, niet optimaal ingevuld en gedeeltelijk achterhaald. Bovendien werd een deel van de zone voor lokale bedrijven en KMO’s, nl. in het westen, tegenaan de achtertuinen van de woningen langsheen de Weefstraat, nooit ontwikkeld door Veneco. Deze ambachtelijk bestemde gronden zijn op vandaag moeilijk te bereiken voor nieuwe bedrijven.
5.2.
Huidig mobiliteitsprofiel
De ontsluiting van het gebied is via de Savaanstraat en de Begoniastraat gericht op de N60. Beide wegen grenzen aan of doorkruisen de site van de Makro. De Savaanstraat is de belangrijkste toegangsweg voor Makro en momenteel de enige mogelijke rechtstreekse toegangsweg vanaf de N60 voor InBev en de bedrijven gelegen in de Oude Eedstraat. De Begoniastraat leidt het verkeer naar en van het bedrijventerrein via een rotonde op de N60. Het bedrijventerrein heeft ook nog twee aantakkingen in de Heerweg (noorden) en één in de Weefstraat (westen). Op deze plaatsen dringt de zone voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s door tot in de woonlinten. Intern gebeurt de ontsluiting via een lusvormige structuur. Het bedrijventerrein wordt via een busverbinding van de Lijn verbonden met o.a. De Pinte en Gent. Weinig vaste werknemers maken echter op dit moment gebruik van dit openbaar vervoer. Tijdelijke werknemers doen hier iets vaker beroep op. Voor Makro bezoekers en klanten van bepaalde (auto)bedrijven is deze busverbinding wel handig. De klanten van Makro (gemiddeld 12.000/dag) worden dagelijks, via een gedeelte van de wegen van het bedrijventerrein naar de verkeersasssen N60 en E17 geleid. Om het verkeer vanuit het bedrijventerrein tijdens drukke dagen vlot te laten aansluiten op de N60 is er momenteel reeds politiebegeleiding. Er dient echter gezorgd naar definitieve oplossingen (cfr. streefbeeld N60). Ook de toekomstige verkeersafwikkeling van het te ontwikkelen (en planmatig nog te bestemmen) lokaal bedrijventerrein te De Pinte (Zwarte Gat) zal gebeuren via het bedrijventerrein Eke. Verkeerstellingen (bron Vectris) Er werden kruispunttellingen georganiseerd op een vijftal kruispunten: vierarmige rotonde Nieuwe Steenweg (N60) – Begoniastraat; driearmige rotonde Begoniastraat; driearmig kruispunt Weefstraat – Begoniastraat; vierarmige rotonde Heirweg – Nieuwstraat; driearmig kruispunt Nieuwe Steenweg (N60) – op- en afrittencomplex van de E17/A14.
Uit de telgegevens zijn volgende conclusies te trekken:
4
ondertussen dienstverlenende vereninging Veneco2
Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
4/16
De grote rotonde Nieuwe Steenweg – Begoniastraat wordt gedomineerd door een grote verkeersstroom die vanop de Nieuwe Steenweg via de rotonde de weg vervolgt via de Nieuwe Steenweg (3088 auto’s en 299 vrachtwagens per ochtendspitsuur in beide richtingen ter hoogte van de noordelijke tak van de rotonde). De rijrichting naar Gent is de voornaamste in de ochtendspits (1845 auto’s en 161 vrachtwagens). Ook het verkeer in de Begoniastraat is in de ochtendspits hoofdzakelijk gericht op het noorden (richting Gent). 217 auto’s en 19 vrachtwagens in de Nieuwe Weg rijden rechtsaf naar de Begoniastraat, 331 auto’s en 65 vrachtwagens rijden vanuit de Begoniastraat in de richting van Gent in een ochtendspitsuur. 12% van het gemotoriseerd verkeer in de Begoniastraat is vrachtverkeer. Op de kleine rotonde van de Begoniastraat rijdt de grootste verkeersstroom op het baanvak tussen Makro en grote rotonde op de Nieuwe Steenweg (in beide richtingen ca. 600 auto’s op de noordwestelijke tak en ca. 800 auto’s op de tak die leidt naar de grote rotonde). De zuidwestelijke tak van de Begoniastraat (tussen rotonde en Rozenstraat) wordt veel minder gebruikt (334 auto’s in beide richtingen). Het verkeer dat wel deze baan neemt, zal via het kruispunt met de Weefstraat voornamelijk naar de Nieuwe Steenweg verder rijden. De Heirweg die ten noorden van de bedrijfssite loopt, doet dienst als fietsas. Ook de Weefstraat wordt door ongeveer 30 fietsers per avondspitsuur gebruikt. Het autoverkeer dat via de Heirweg de site verlaat, zal hoofdzakelijk zijn weg vervolgen via de Heirweg in de richting van Nazareth. In de avondspits nemen 1081 voertuigen (988 auto’s+93 vrachtwagens) de oprit naar de E 17. De afrit wordt dan veel minder gebruikt (345 voertuigen).
Auto-intensiteiten op avondspitsuur (27/11/2007)
Vrachtintensiteiten op avondspitsuur (27/11/2007)
Parkeren (bron: Vectris) Er stelt zich geen groot structureel parkeerprobleem op de bedrijfssite. Een parkeertekort is slechts het geval op bijzonder drukke dagen of op speciale gebeurtenissen. Probleemstelling ivm mobiliteit (bron: Vectris) Onderhavige punten worden uitvoerig beschreven in de eerder vermelde ‘studie ter optimalisering van de mobiliteit van het bedrijventerrein Veneco-Eke’ opgemaakt door Vectris. In huidig document geldt slechts een puntgewijze opsomming. Aanleg van nieuwe op- en afrit zorgt voor een betere aansluiting op de N60 maar vraagt een herziening van de circulatie in het bedrijventerrein De huidige toegang tot het bedrijventerrein is filegevoelig, de oplossingen via het streefbeeld (zie volgend punt) zijn kansrijk, maar eerder op lange termijn Behoud van een diffuse ontsluiting bedrijventerrein met twee hoofdtoegangen voor de gemeente De Pinte Interne ontsluiting onduidelijk, rotonde Makro filegevoelig Goede bewegwijzering ontbreekt Multimodale ontsluiting ontbreekt Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
5/16
Een aantal kleinere knelpunten zijn toe te schrijven aan de actuele interne verkeersafwikkeling op het bedrijventerrein zelf. Doch het grootste knelpunt betreft de aansluiting van het bedrijventerrein op de N60 via de rotonde ter hoogte van de Begoniastraat. Uit de tellingen bleek dat tijdens de spitsuren de verzadigingsgraad van 85% ruimschoots overschreden wordt. Het overgrote deel van het verkeer op de rotonde is doorgaand verkeer van Gent naar Oudenaarde of omgekeerd zodat het verlaten van het bedrijventerrein in de spitsuren moeizaam verloopt.
5.3.
Ruimtegebruik
Het totale bedrijventerrein heeft een bruto oppervlakte van ongeveer 66 ha waarvan de Makro site 12,5 ha inneemt en interbrew 1,9 ha. Op dit bedrijventerrein is op vandaag (augustus 2007) een menging van kleinere en grotere bedrijven aanwezig en zijn er ongeveer 100 bedrijven gevestigd. Hiermee is het bedrijventerrein, op enkele restpercelen (zie verder) volzet. Ongeveer de helft van de bedrijfjes is kleiner dan 0,5 ha. De grotere bedrijven (makro achterwege gelaten) hebben een oppervlakte tussen de 0,5 en de 2 ha. Een deel van de zone voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s (volgens het gewestplan), tussen de bebouwing van de Weefstraat en bestaande bedrijven, is nog onbebouwd. Met de goedkeuring van het RUP Weefstraat-Heerweg is het de bedoeling de woonkwaliteit van de bebouwing langsheen de Weefstraat en de Heerweg veilig te stellen, waardoor aan (delen van) percelen gelegen achter deze woningen de mogelijkheid tot het oprichten van bedrijven ontnomen is. (Delen van) deze percelen zijn immers komen te liggen in een tuinzone, woongebied of bufferzone.
5.4.
Ruimtelijke kwaliteit
Momenteel wordt het binnenkomen van het bedrijventerrein eerder als chaotische ervaren. De signalisatie is nagenoeg onbestaande. Er is één groot infobord aanwezig dat zowel qua gebruiksvriendelijkheid als esthetiek weinig toegevoegde waarde biedt. Er is weinig aandacht besteed aan de inrichting van het openbaar domein. Wat de individuele percelen betreft vertonen de architecturale kwaliteit, de groeninrichting van de onbebouwde stroken, de inrichting van de parkeerzones, de aanleg van opritten, de gebruikte verhardingsmaterialen, afsluitingen en groenelementen weinig harmonie.
5.5.
Waterhuishouding
De infrastructuur die eind de jaren zeventig werd ontworpen, bestond uit een gescheiden rioleringstelsel (RWA & DWA) en een bufferbekken dat bij hevige regenval tijdelijk het hemelwater stockeerde. Na een periode van circa 10 jaar doken echter allerhande problemen op, waarbij het meest visuele aspect ervan verzakkingen waren die zich grotendeels in de zoomwegen situeerden. De oorzaken hiervan zijn o.a. te wijten aan: beperkte conceptiefouten, onoordeelkundige uitvoering, verkeerde aansluitingen van diverse bedrijven aan de rioleringsstelsels waardoor een gemengd systeem ontstond, technisch slecht uitgevoerde aansluitingen waardoor grondinsijpeling kon ontstaan, ongeoorloofde lozingen door bedrijven waardoor bepaalde dichtingsringen van de gresbuizen die voor de DWA-afvoer moeten zorgen aangetast werden. Volgens de kaart van de Overstromingsgebieden in Vlaanderen en de watertoets (OC GIS Vlaanderen) is de site van de Makro en de zone begrepen tussen de Heerweg en de Begoniastraat gelegen in recent overstroomd gebied (ROG). Een deel van het gebied wordt afgebakend als risicozone voor overstroming en effectief overstromingsgevoelig. Dit betekent dat er bij een stedenbouwkundige vergunning compenserende en/of mitigerende maatregelen getroffen dienen te worden om de infiltratie van het hemelwater ter plaatse te bevorderen en de goede afvoer van het hemelwater te garanderen (bv. door gebruik van waterdoorlatende materialen, de bouw van een retentiesysteem e.d.)
Recent overstroomd gebied (ROG) Risicozone voor overstroming
Effectief overstromingsgevoelig watertoets – versie 2006)
Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
(kaarten 6/16
Overstromingsgebieden in Vlaanderen (versie 2006) De bedrijvenzone situeert zich op de waterscheidingslijn tussen het Leiebekken (Duivenbeek/Schuurkensbeek – noordelijk) en het Boven-Scheldebekken (Oude Houwbeek – zuidelijk). Het risico tot overstromingen is te wijten aan het lager gelegen maaiveld ten aanzien van de directe omgeving. Op de site van de Makro werden reeds ingrepen uitgevoerd. Momenteel wordt het risico op overstromingen reeds sterk beperkt door de aanwezigheid van afwateringsgrachten langsheen de perceelsgrenzen en kunstmatige retentiebekkens binnen de eigendomsgrenzen.
5.6.
Huidige activiteiten
Volgende categorieën van activiteiten worden onderscheiden: Categorie
Omvattende o.a. / omschrijving
Vervaardiging/productie allerhande
De ‘klassieke’ industriële / ambachtelijke activiteiten (productie fotografische apparatuur, metaalbewerking, schrijnwerk, vervaardigen chocolade, vervaardigen parfums, …)
Bouw
Afwerking (schilder behanger, …), technieken (electriciteit, sanitair, …) en bouwwerken algemeen (bouw dakconstructies, grondverzet, wegenaanleg, …)
Groothandel allerlei
Groothandel in uiteenlopende producten (ijzerwaren, vaat- en glaswerk, textiel, loodgietersmateriaal, verwarmingsinstallaties), zonder productie ter plaatse
Transport
Transportfirma
Onderhoud motorvoertuigen
Carrosseriewerkzaamheden vaak gekoppeld aan particuliere verkoop, car-wash
Stockage
Bv. Kermisattracties, aveve
Ontspanning
Fitness, sauna met geïntegreerde eet- en drankgelegenheid
Detailhandel
Verkoop aan particulieren van food en non-food artikelen
Bedrijfsverzamelgebouw
Verschillende bedrijven met uiteenlopende activiteiten die onder één gebouw zijn ondergebracht
Dit zijn allen zuiver ambachtelijke bedrijven (productie / vervaardiging van/ …) en groothandelszaken. Verschillende groothandelszaken verkopen ook aan particulieren, echter in beperktere mate. Al deze activiteiten horen perfect thuis op een zone voor ‘ambachtelijke bedrijven of KMO’s’. De site telt echter ook een aantal andere activiteiten: De Makro-vestiging, behorende tot de activiteitcategorie ‘detailhandel’ neemt een zeer grote opperlvlakte in en stelt ongeveer 570 personen te werk. Hiermee is de vestiging tevens de grootste werkgever van de gemeente. De makro was als eerste gevestigd op de site, eind de jaren ’70. Pas nadien werd het bedrijventerrein aangelegd in uitvoering van het gewestplan. Naast de makro-vestiging behoren eveneens Aldi en Dline tot de categorie detailhandel.
Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
7/16
De Aldi beschikt echter, samen met Saunate, over een gedeeltelijk positief planologisch attest, waarvoor nog een RUP moet worden opgemaakt.. Langsheen de N60 situeren zich verschillende autohandelaars, waarvan herstel en onderhoud van motorvoertuigen ook deel uitmaken van hun activiteit. De oppervlakte toonzaal is groter dan de oppervlakte werkplaats. Deze bedrijven profiteren van de zichtlocatie langsheen de N60. De sporthal Budapest, gelegen langsheen de Heerweg, is bestemmingsmatig deels in woongebied gelegen, deels in zone voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s. Dit gedeelte is bestemmingsmatig oneigenlijk aan een ambachtelijke zone, net zoals O2xygen (fitnesscentrum) en CEI-De Meyer (autonome kantoren – huur).
5.7.
Biologische waardering De biologische waarderingskaart spreekt over een aantal biologisch waardevolle stukjes (inventaris 2002): De bufferzone volgens het gewestplan in de oksel van de E-17 en de N60. De waterbergingsvijver Het bestaande bosje in het westen. Een restperceel langsheen de Oude Eedstraat ingesloten tussen de parking van de Makro en kleinere bedrijven (= enige braakliggende perceel op de site). In de omgeving zijn de bermen van de E-17 aangestipt als biologisch waardevol.
5.8.
Bodemkaart
Het terrein is quasi volledig verhard. Natuurlijke bodems zijn er niet meer aanwezig. De bodemkaart toont overwegend matig natte zandgronden met in de noordwestelijke hoek een miniem stukje droge zandbodem. Op een aantal privé-sites zijn er oriënterende bodemonderzoeken gebeurd en zijn er vormen van bodemverontreiniging gekend. Saneringen zijn reeds gebeurd (op privé-initiatief).
5.9.
Landschap en bouwkundig erfgoed
Er zijn op de site of in de onmiddellijke omgeving (zowel gemeente Nazareth als De Pinte) geen beschermde monumenten, landschappen of dorpsgezichten aanwezig. Ankerplaatsen, lijnrelicten, puntrelicten zijn niet aanwezig. Als relictzone zijn de ‘Scheldevallei van Gavere tot Gent’ en de ‘kasteelparken van Zwijnaarde’ geselecteerd. Deze situeren zich echter ver ten zuiden van de N60, nl. langsheen de Schelde. In de Weefstraat (zn) is de kapel OL Vrouw aangeduid als bouwkundig erfgoed.
6. 6.1.
Gewenste toestand Geplande mobiliteitsprofiel (bron Vectris)
Om een inschatting van de bijkomende verkeersgeneratie te maken, wordt het mobiliteitsprofiel van het huidige containerpark bekeken, en wordt een inschatting gemaakt van het mobiliteitsprofiel van de 5 bijkomende bedrijven. De streefbeeldstudie wordt verder getoetst op de compatibiliteit met het transformatieproject. Bijkomende bedrijven Voor de bijkomende activiteiten werd door Vectris op basis van de bruto-oppervlakte van het huidige bedrijventerrein (exclusief Makro) een extrapolatie van de auto- en vrachtbewegingen gedaan. De oppervlakte van de Makro wordt niet meegerekend omdat dit een heel ander mobiliteitsprofiel weerspiegelt. Dergelijke grote verkeersaantrekkende polen zullen niet gecreëerd worden op de 6.4 ha bijkomende bedrijfsoppervlakte. Uit de berekeningen blijkt dat deze uitbreiding 5 bijkomende vrachtwagenbewegingen en 77 bijkomende personenwagenbewegingen per spitsuur zullen genereren. Containerpark 5
Het Streefbeeld N60 geeft in een visie weer hoe de N60 als primaire weg georganiseerd zal worden vanaf het op- en afrittencomplex met de E17 te De Pinte tot de aansluiting met de geplande en bestaande N60 ter hoogte van de provinciegrens ten zuiden van Ronse.
Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
8/16
Bij de gemeente werd navraag gedaan naar het huidig mobiliteitsprofiel van het containerpark dat nu in de Nieuwstraat (domein Moerkensheide) ten noorden van de E17 in De Pinte gevestigd is. Uit het geldende registratiesysteem van het containerpark is het mogelijk het aantal bezoekers op het drukste uur te berekenen. Op een weekdag loopt dit op tot 30 à 45 voertuigen per uur, op een zaterdag kan dit tot 50 à 70 voertuigen maximaal per uur gaan. Conclusie Uit de twee vorige punten (auto- en vrachtbewegingen en containerpark) kan worden afgeleid dat een spitsuur op een weekdag bij benadering met 110 à 130 voertuigen zal toenemen. Op een weekenddag zal het bijkomend verkeer van de bedrijven zeer beperkt zijn. Het containerpark daarentegen zorgt voor maximaal 70 bijkomende voertuigen op het drukste uur, dat zich tussen 15 en 17 bevindt. Visie gewenste verkeersstructuur
Onderhavige betreft een puntgewijze opsomming. Meer informatie is terug te vinden in de ‘studie ter optimalisering van de mobiliteit in het bedrijventerrein Veneco-Eke’ opgemaakt door Vectris. Auto: Hoofdontsluiting bedrijventerrein vanuit N60 en behoud van aansluiting Weefstraat Naar een compacter op- en afrittencomplex met de N60 en behoud brug Oude Eedstraat als fiets- en openbaar vervoeras Naar een nieuwe hoofdtoegang met intern verdeelpunt voor bedrijventerrein en site Makro Ontsluiting nieuw bedrijventerrein De Pinte koppelen aan bestaand bedrijventerrein en woonlint Heirweg ontlasten van vrachtverkeer
Scenario 1
o
Scenario 1: bedrijventerrein ontsluiten vanuit centrale as (boomstructuur)
o
Scenario 2: doortrekken Rozenstraat
o
Scenario 3: Heerstraat als onderdeel van een grote ontsluitingslus
Scenario 2
Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
Scenario 3
9/16
Openbaar vervoer: Bedrijventerrein ontsloten vanuit omliggende stations met een nieuwe hoofdhalte op het bedrijventerrein Fiets: Twee bijkomende fietsroutes Streefbeeld In het in 2005 conform verklaarde Streefbeeld N60 wordt een toekomstvisie uitgewerkt in functie van de geplande herinrichting van de N60 als primaire weg, categorie I vanaf het op- en afrittencomplex op de E17 in De Pinte tot voorbij Ronse. Dit streefbeeld voorziet in een volwaardige aantakking ter hoogte van de Begoniastraat met een bovengrondse rotonde en een ondertunneling voor het doorgaand verkeerd. Omwille van de ruimtelijke ontwikkelingen voorzien door de Gemeente De Pinte (i.c. Moerkensheide en KMO Zwarte Gat) en het behouden van alternatieve ontsluitingsroutes in geval van calamiteiten, werd in het streefbeeld eveneens voorzien in een ondertunnelde rotonde ter hoogte van de Weefstraat die via parallelwegen zou verbonden worden met de rotonde t.h.v. de Begoniastraat.
Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
10/16
Compatibiliteit Transformatieproject – Streefbeeld N60 Het streefbeeld N60 biedt volgens de uitgevoerde studie in zeer belangrijke mate oplossingen voor de actuele knelpunten, vooral voor de aansluiting ter hoogte van de Begoniastraat. De voorgestelde oplossing, met twee ondertunnelde rotondes, vraagt echter zeer belangrijke financiële inspanningen. De vraag kan én moet gesteld worden in hoeverre de oplossing die momenteel voorgesteld wordt in het streefbeeld, (al dan niet tijdelijk) kan vereenvoudigd worden waardoor de kostprijs ervan kan dalen en de realiseerbaarheid stijgen. Zo wordt er in het streefbeeld t.h.v. de Weefstraat voorzien in een ongelijkvloerse kruising met bovengronds een rotonde. Het huidig en toekomstig aantal verkeersbewegingen t.h.v. de Weefstraat-aansluiting is en zal in de toekomst verwaarloosbaar zijn in vergelijking met deze aan de Begoniastraat-rotonde, de hoofdtoegang tot het bedrijventerrein. De rechtsafbewegingen t.h.v. de Weefstraat zijn vrij beperkt en bestaan voor een belangrijk deel uit bezoekers/werknemers van het bedrijventerrein die richting Oudenaarde moeten en de files t.h.v. de aansluiting met de huidige overbelaste rotonde willen vermijden. De capaciteit die zou vrijkomen op de rotonde N60/Begoniastraat door de ondertunneling van deze rotonde kan moeiteloos het verkeer opvangen dat nu vanuit de Weefstraat komt. De in het Streefbeeld N60 voorziene oplossing verdubbelt quasi wel de kostprijs van de streefbeeldoplossing voor het traject langs het bedrijventerrein terwijl de tunnel/rotonde t.h.v. de Weefstraat naar het oplossen van bestaande knelpunten veel minder bijdraagt dan deze t.h.v. de Begoniastraat. Het belangrijkste bestaande knelpunt aan de Weefstraat-aansluiting werd succesvol geremedieerd door het recentelijk aanleggen van een in- en uitvoegstrook. Een tweede belangrijk aspect betreft de aansluiting van de Savaanstraat op de N60. Deze éénrichtingsstraat vormt momenteel de belangrijkste toegangweg voor Makro. Bij de herinrichting van het op- en afrittencomplex is er op deze plaats een gecombineerde in- en uitvoegstrook voor het verkeer dat enerzijds van de E17 komt vanuit richting Kortrijk en de N60 op moet en anderzijds de N60, komende vanuit richting Gent, wil verlaten om naar het bedrijventerrein te rijden via de Savaanstraat (en na realisatie van de ondertunneling van de rotonde N60/Begoniastraat zal men hier ook moeten uitvoegen om het bedrijventerrein te bereiken via de hoofdtoegang Begoniastraat). In de mobiliteitsstudie die uitgevoerd werd in het kader van het Transformatieproject is uit tellingen gebleken dat het afsluiten van de toegang via de Savaanstraat onvermijdelijk lijdt tot een belangrijke overbelasting van de interne rotonde op het bedrijventerrein, zelfs na de geplande heraanleg ervan. Hierbij kunnen we dan ook op een gefundeerde wijze pleiten voor het openhouden van de toegang via de Savaanstraat. Bij de ontwerpen, zowel bij de herinrichting van het op- en afrittencomplex als bij de ondertunneling van de rotonde, moet eveneens de nodige aandacht uitgaan naar een verkeersveilige inrichting van deze zone.
6.2.
Toekomstig ruimtegebruik
Over het gehele bedrijventerrein kunnen nog 5 percelen bebouwd worden (op in totaal reeds 100 gevestigde bedrijven). Samen hebben deze percelen een oppervlakte van bij benadering 2,3 ha. 3 percelen hiervan zijn enkel nuttig voor uitbreiding van aanliggende bedrijven omwillle van bereikbaarheidsproblemen. Verder is er op een klein aantal percelen nog beperkte mogelijkheid tot uitbreiden van de bestaande bedrijven. Een nabestemming bedrijventerrein wordt gegeven voor dat deel van de bufferzone (bestemming volgens gewestplan) dat na verloop van tijd niet gerealiseerd zal zijn als op- en afrittencomplex. In een enquête (uitgevoerd door Vectris in 2007) werd gevraagd naar de toekomstplannen van de gevestigde bedrijven. Hieruit blijkt dat alle bevraagde bedrijven op de locatie in Eke willen blijven. 10 2 bedrijven geven aan dat ze in de toekomst wensen uit de breiden. Het bedrijf De Bruycker wenst 11.000 m bruto-oppervlakte op zijn eigen terrein uit te breiden. Rejo Specerijen en Aldi zullen respectievelijk 4.000 en 2 3.000 m bruto-oppervlakte aansnijden. De overige uitbreidingen zijn in oppervlakte beperkter. De totale Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
11/16
uitbreidingsoppervlakte die vermeld werd, is 24.800 m2 of ongeveer 2.5 ha. Het aantal bijkomende personeelsleden wordt geraamd op 45 à 50. Het aantal bijkomende vrachtwagens ten gevolge van de uitbreidingen is beperkt. Het terrein ten noorden van de bestaande bedrijven, dat ingekleurd is als agrarisch gebied op het gewestplan, zal in de toekomst aangesneden worden als bedrijventerrein. In GIS werd een inschatting 2 gemaakt van de bruto-oppervlakte van dit gebied (door Vectris). Dit gebied zou bij benadering 74.000 m vertegenwoordigen. De definitieve invulling van het terrein is nog niet gekend maar er is sprake van een bedrijf met stortpompen en beplantingsmateriaal. Daarenboven zou het terrein plaats bieden aan een containerpark en sportinfrastructuur. Momenteel wordt een RUP opgemaakt voor de functionele cluster in De Pinte. Dit RUP beslaat een veel ruimer gebied dan de bijkomende bedrijfsoppervlakte ten noorden van de huidige bedrijven.
6.3.
Gevraagde ruimtelijke kwaliteit Het is de bedoeling de visuele aantrekkelijkheid van het terrein te vergroten, zowel op openbaar als op privé-terrein. Onder meer hiertoe - maar ook om de mobiliteit in betere banen te leiden – zal het openbaar domein nabij de rotonde Begoniastraat, verbreed worden, conform naastliggende inrichtingsschets. Onderstaande foto’s tonen de bestaande en een mogelijke toekomstige gesimuleerde situatie voor een deelgebied binnen het bedrijventerrein. Vectris heeft voor verschillende zones dergelijke simulaties gemaakt.
Om de visuele aantrekkelijkheid te verhogen wordt verder voorgesteld om op de grens met het privaat domein een uniforme haagstructuur te voorzien volgens 2 principes, afhankelijk van de beschikbare ruimte. Principe 1: parkeren via privaat domein, haag bevindt zich op grens met openbaar domein, de zoomweg bedraagt 2,50 m. Principe 2: parkeren rechtstreeks van op de openbare weg, haag bevindt zich tussen parkeerplaatsen en bedrijfsgebouwen.
6.4.
Nieuwe waterhuishouding
Er dringt zich een reiniging en daaropvolgende inspectie van het bestaande rioleringsstelsel op. Aan de hand hiervan kan vastgesteld worden waar precies rioolrenovaties of –vervangingen nodig zijn. Asset gebruikt een rioolreinigingstechniek waarbij vrij proper water door een speciale kop onder hoge druk wordt ingespoten in de riolering om het afgezette slib e.d.m. los te maken. Het ontstane mengsel van water en slib wordt vervolgens opgepompt en na decantatie in de tankwagen wordt het decantatiewater afgelaten in het nog te reinigen stroomopwaartse gedeelte van dezelfde riolering. Dit is de techniek die beschreven wordt in 1 het VLARIO typebestek en die gebruikt wordt voor nagenoeg alle rioolreinigingsactiviteiten die in Vlaanderen uitgevoerd worden. Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
12/16
De reiniging is lopende. Het reeds gescheiden rioleringsstelsel wordt in een technisch betere staat gebracht. De bedrijven moeten hun water volledig afgekoppeld aanbieden. Vervolgens zal aan de hand van de verharde oppervlakte de buffercapaciteit van de vijver geëvalueerd worden.
6.5.
Toekomstige activiteiten
Het is de bedoeling via het provinciaal RUP duidelijk te stellen welke activiteiten nog toegelaten worden en welke niet. Bedoeling is dat de bedrijfspercelen op het kaartje in het rood weergegeven (oneigenlijk aan ambachtelijke zone) verdwijnen en vervangen worden door zuiver ambachtelijke bedrijven.
7.
Bepaling van de plicht tot opmaak van een plan-MER
Het plan is niet van rechtswege onderworpen aan de plan-MER plicht. Immers, punt 2, “het plan regelt niet het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau en houdt noch een kleine wijziging in” van de gevraagde voorafgaande toetsing, is niet vervuld. o
Het plan vormt het kader voor de toekenning van een vergunning voor een bijlage II-project uit het besluit van de Vlaamse Regering van 10-12-2004, meer bepaald rubrieken o
10)a) industrieterreinontwikkeling met een oppervlakte van 50 ha of meer
o
10)b) stadsontwikkelingsprojecten, met inbegrip van de bouw van winkelcentra en parkeerterreinen 2
met een brutovloeroppervlakte van 5.000 m handelsruimte of meer of met een verkeersgenererende werking van pieken van 1000 of meer personenautoequivalenten per tijdblok van 2 uur. o
Het plan houdt echter een kleine wijziging in.
o
Het plan heeft betrekking op ruimtelijke ordening.
Daar het provinciaal RUP een kleine wijziging inhoudt (art. 4.2.3 §3 D.A.B.M.) wordt voor betreffend plan op basis van een screening geoordeeld of het aanzienlijke milieueffecten kan hebben.Inschatting van mogelijke aanzienlijke milieu-effecten (screening)
8.
Effectbeschrijving
Voor de screening van de milieueffecten worden in een “ingreepeffect schema” alle mogelijke werken die op basis van het plan kunnen worden uitgevoerd bekeken op potentiële milieuhinder. Deze worden getoetst aan de verschillende effectdisciplines. ingreep
omvang
mobiliteit
lucht
geluid en trillingen
licht, warmte, straling
bodem
water
geur
Herinrichting wegenis
Bedrijventerrein
P
N
T
N
T
N
T
Groenaanplant
Bedrijventerrein
P
P
N
N
P
P
P
Riolering
Bedrijventerrein
N
N
T
N
P
P
P
Bebouwen vrijliggende kavels
3 kavels en uitbreiding De Pinte
N
N
N
N
N
N
N
P: positief effect; N: niet significant effect; S: significant effect; T: tijdelijk effect
Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
13/16
Met het invullen van de restpercelen wordt ervan uitgegaan dat dit geen significant milieu-effect met zich meebrengt. De werken zijn tijdelijk en het type activiteiten past binnen het reeds bestemde bedrijventerrein. De drie andere soorten ingreep beogen een kwalitatieve en duurzame opwaardering van het bedrijventerrein en zijn eveneens tijdelijk. Voor de exacte manier van aanpak (zowel kwalitatief als kwantitatief) zijn momenteel studies lopende (zie hoger). De invulling van het PRUP is niets anders dan de autonome evolutie. Deze evolutie is die welke zou plaatsvinden wanneer er geen provinciaal RUP wordt opgemaakt. Onderhavig PRUP heeft als doelstelling een duurzame ontwikkeling bevorderen , waarbij de bestaande knelpunten aangepakt worden. De effecten zijn steeds positieve effecten die mogelijks bestaande negatieve invloeden op het milieu inperken. Door maatregelen in te schrijven in het RUP en de uitvoering van deze maatregelen (o.a. aanleggen rotonde, verbreden openbaar domein, groen inbrengen in bedrijventerrein, ...), wordt hooguit tijdelijk een negatief effect verwacht (bv. grondverzet, mobiliteitsproblemen door afzetten weg, ...) waar dit echter op termijn leidt tot een positief effect. Onderstaande tabel verduidelijkt nog eens per thema hoe duurzaam omgesprongen wordt met het plan. thema
Ingreep - effecten
conclusie
mobiliteit
Door aanpassen van de rooilijnen, het optimaliseren en verplaatsen van de bestaande interne rotonde moet resulteren in het oplossen van een aantal knelpunten met betrekking tot verkeersdruk en – veiligheid zoals reeds gebleken is uit de lopende studie (zie hoger).
Positief effect
Lucht en klimaat
geen intensivering van de activiteiten
Geen significante effecten
negatieve
Geluid
geen intensivering van de activiteiten
Geen significante effecten
negatieve
Licht
lichtreclame wordt beperkt stedenbouwkundige voorschriften
Extra ruimtebeslag Ruimtelijke ordening
/
in
de
De bestemming ‘zone voor lokale bedrijven en KMO’s’ volgens het gewestplan wordt verfijnd in een zone voor grootschalige kleinhandel (Makrovestiging) en een zone voor lokale bedrijven, waar Seveso-bedrijven expliciet uitgesloten worden. De bufferzone volgens het GRUP Weefstraat/Heerweg blijft behouden. De bufferzone volgens het gewestplan (T-zone) wordt bestendigd, waarbij een nabestemming bedrijventerrein gegeven wordt voor dat deel dat na verloop van tijd niet gerealiseerd zal zijn als op- en afrittencomplex.
Positief effect Geen significante effecten
negatieve
Deze extra ruimte-inname en daaruit voortvloeiende mobiliteitsgeneratie is beperkt (zie studie Vectris). Bodem
Doordat de huidige riolering hoogstwaarschijnlijk lekken vertoont t.h.v. de voegen en technisch slecht uitgevoerde bedrijfsaansluitingen, sijpelt er water vanuit zowel de DWA als de RWA naar de bodem toe. Door de geplande rioolrenovatie/-vervanging wordt dit vermeden wat de bodem- en grondwaterkwaliteit ten goede zal komen.
Positief effect
Water
De bestaande open waterberging wordt geoptimaliseerd in functie van de noden die moeten blijken uit de lopende waterhuishoudingsstudie. Indien nodig wordt er extra waterberging voorzien binnen het RUP. Ook wordt er werk gemaakt van een volledige afkoppeling van de bedrijven waardoor enerzijds de DWA riolering en pompstation ontlast worden (en hierdoor minder aanleiding geven tot overstorten naar het oppervlaktewater) en anderzijds de Lakenmeerbeek (waar de RWA riolering van het bedrijventerrein in uitmondt) minder verontreiniging te verwerken krijgt.
Positief effect
Door een gestructureerde aanplant van hagen
Geen
Fauna
en
flora
en
Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
significante
negatieve 14/16
biodiversiteit
waarrond parkeerplaatsen zullen ingericht worden, wordt meer groen in het bedrijventerrein gebracht.
effecten
De biologische waarderingskaart spreekt over een aantal biologisch waardevolle stukjes: In de bufferzone volgens het gewestplan is een nieuw op- en afrittencomplex van de E-17 gepland. Dit is gewestelijke bevoegdheid. Eens dit complex gerealiseerd is het de bedoeling de resterende en aan het bestaande bedrijventerrein aansluitende oppervlakte (zal dus vrij gering zijn) in te lijven in het bedrijventerrein. In functie van de technische haalbaarheid wordt de waterbergingsvijver hetzij uitgebreid in volume, hetzij vervangen door een ondergrondse waterberging, waarboven dan een bedrijf kan komen. De biologische waarde is momenteel zeer geïsoleerd. Het eventueel supprimeren van deze vijver zal dan ook niet tot een enorm verlies aan waarde leiden. Het bestaande bosje zijn inbegrepen in de bufferzone volgens het RUP Weefstraat/Heerweg en blijft dan ook behouden. Het is de bedoeling dat het restperceel langsheen de Oude Eedstraat conform zijn huidige bestemming zal bebouwd en verhard worden. Door de geïsoleerde ligging van dit perceel lijkt de biologische waarde achterhaald. Deze bermen van de E-17 verdragen reeds een massa aan verkeer. Op het bedrijventerrein komen er geen functies bij, met uitzondering van een mogelijks nieuw bedrijf op een nog braakliggend perceel. Dit zal niet leiden tot een vermindering van de biologische waarde van deze autostradebermen Landschap
op het bedrijventerrein zelf wordt meer gestructureerd groen voorzien, met name t.h.v. parkeerplaatsen; ook komt er laanbeplanting en wordt het uitzicht vanop de N60 aangepakt naar beeldkwaliteit toe
Geen significante effecten
negatieve
Bouwkundig erfgoed
In de Weefstraat (zn) is de kapel OL Vrouw aangeduid als bouwkundig erfgoed. De Weefstraat wordt echter van het plangebied gescheiden door het RUP Weefstraat/Heerweg (bufferzone) en een woonlint.
Geen significante effecten
negatieve
Gezondheid en veiligheid mens
Het type bedrijven wordt met het provinciaal RUP niet gewijzigd. Seveso bedrijven worden expliciet uitgesloten.
Geen significante effecten
negatieve
Energieen grondwaterstoffenvoorrad en
Via de bouwvoorschriften wordt het gebruik van energiebesparende maatregelen gestimuleerd (bv. zonnepanelen, energiezuinig bouwen, ...).
Positief effect
9.
Beoordeling naar grensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten
Zoals gesteld onder punt 3.3 is in het GRS van De Pinte voorzien dat er aansluitend op het bedrijventerrein Eke te Nazareth een lokaal bedrijventerrein wordt gerealiseerd. De opmaak van een RUP om dit mogelijk te maken, behoort niet tot onderhavige opdracht. Wel worden ingrepen die ten goede kunnen komen aan beide bedrijventerreinen gezamenlijk onderzocht waardoor er mogelijks ingrepen kunnen voorgesteld worden op het grondgebied van De Pinte. Dit betreft dan echter ingrepen om bestaande effecten, die er reeds zijn t.g.v. het volledig ingevuld bedrijventerrein, te milderen Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
15/16
10.
Conclusie
Door het plan worden geen significante negatieve milieu-effecten verwacht. Het uitzicht van het bedrijventerrein wordt verfraaid, de waterhuishouding wordt geoptimaliseerd en de verkeersafwikkeling wordt verbeterd. Verder worden de enkele vrijliggende kavels met bestemming zone voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s bebouwd. Dit is echter niets meer dan een autonome evolutie (zonder opmaak RUP zullen deze kavels ook bebouwd worden). De opmaak van een RUP is wel noodzakelijk voor het aanpassen van de rooilijnen i.f.v. nieuwe wegenis en het omzetten van de bestemming bufferzone (T-zone gewestplan) naar zone voor bedrijvigheid. Deze oppervlakte is echter zeer gering en bovendien afhankelijk van de ruimte nodig voor de aanleg van het nieuwe afrittencomplex. Dit is Vlaamse Bevoegdheid. Er wordt geen planMER nodig geacht.
Provinciaal RUP Eke – verzoek tot raadpleging – onderzoek plan-m.e.r.-plicht
16/16