Profiel ROC Midden Nederland Voorzitter college van bestuur
ROC Midden Nederland Voorzitter college van bestuur Het ROC ROC Midden Nederland (ROC MN) is een onderwijsorganisatie voor middelbaar beroepsonderwijs, participatieonderwijs en bedrijfsopleidingen in de provincie Utrecht. Het dienstenpakket omvat het initiële beroepsonderwijs (MBO), contractactiviteiten, volwasseneneducatie (VAVO), reïntegratie-trajecten en preventie. ROC MN verzorgt met ongeveer 1800 medewerkers (1.340 fte's) het onderwijs voor circa 24.000 studenten, in gezamenlijk ondernemerschap met externe partners. De missie van ROC MN is het verzorgen van kwalitatief goed onderwijs. Ons onderwijs is gericht op het kwalificeren voor werk en maatschappelijke participatie, rust toe tot vakbekwaamheid en burgerschap en biedt perspectief op persoonlijke ontplooiing en verdere studie. Binnen ROC MN staan kwaliteit, kleinschaligheid en persoonlijk contact centraal. Alle studenten moeten kunnen rekenen op intensieve persoonlijke begeleiding; deze begint al voordat de student staat ingeschreven en wordt gedurende zijn studieloopbaan verder ingevuld. Met deze persoonlijke begeleiding wil het ROC MN zich onderscheiden van andere roc's. De kleinschaligheid krijgt zijn vorm doordat het beroepsonderwijs sinds enkele jaren is georganiseerd in twaalf beroepsgerichte en kleinschalige colleges, ieder met een eigen look en feel, waarin samenwerking met het bedrijfsleven en maatwerk centraal staat. ROC MN ontwerpt en realiseert haar beleid vanuit 4 kernwaarden die inspirerend, sturend en toetsend zijn voor haar functioneren. Deze kernwaarden zijn: - ambitieus en solide: geeft spanningsveld aan tussen de wil om hoge doelen te stellen en de noodzaak met beide benen op de grond te blijven staan; - professioneel en betrokken: geeft de vitaliteit van de organisatie aan door klantgerichtheid en kwalitatief goed onderwijs op efficiënte en effectieve wijze aan te bieden in directe relatie met betrokkenheid van de medewerkers. De afgelopen jaren stonden binnen het ROC MN sterk in het teken van de ontwikkeling van de interne organisatie: naast de vorming van twaalf colleges heeft ook het verder ontwikkelen van de interne bedrijfsvoering de nodige aandacht gekregen. Onder meer in de vorm van aangescherpte procedures voor planning en control en door het inrichten van een aantal shared services. De komende jaren zullen vooral in het teken (moeten) staan van een verdere verbetering van de kwaliteit van onderwijs, inclusief het verder ontwikkelen van de aansluiting op het beroepenveld.
De organisatie Het beroepsonderwijs is vanaf schooljaar 2011/2012 georganiseerd naar branches. De vroegere onderwijs sectoren zijn omgevormd naar 12 colleges die op onderwijsinhoudelijke criteria en organisatorische principes zijn geformeerd. De colleges zijn hierbij herkenbare, niet al te grote scholen die de sfeer van de branche waarvoor wordt opgeleid uitstralen en die samen met de branche worden vormgegeven. De 12 colleges zijn: Tech College, Bouw College, Automotive College, Beauty College, Creative College, Business & Administration College, Horeca & Travel College, Gezondheidszorg College, Welzijn College, Sport College, ICT College, Veiligheid & Defensie College. De colleges opereren dichtbij de bedrijven en partners, waarmee ook samen actief de opleidingen worden ingericht. Zo wordt het aanbod ‘van binnenuit’ optimaal afgestemd. Colleges hebben een eigen identiteit en sluiten daarmee aan bij de student en het werkveld waarvoor opgeleid wordt. Dat betekent niet dat colleges daarmee eigenstandig kunnen opereren. Het college van bestuur van ROC MN stelt de kaders vast waarbinnen de colleges kunnen opereren. Die kaders zijn bedoeld om te kunnen sturen, maar ook om richting te geven op alle beleidsterreinen, van onderwijs tot P&O, van marketing en communicatie tot huisvesting, waarbij ondersteuning plaatsvindt door meerdere diensten. Elke collegedirecteur participeert in een inhoudelijk portefeuilleoverleg waarbinnen door het college van bestuur en de directeuren vorm en inhoud wordt gegeven aan het ROC MN beleid. De collegedirecteur is een integraal manager. Uitgangspunt is standaardisering waar dat mogelijk is. Alleen specifieke kenmerken van student en werkveld zijn legitieme redenen om van dat principe af te wijken. Elk college wordt aangestuurd door een collegedirecteur en bestaat uit één of meerdere afdelingen met een opleidingsaanbod (Crebo’s). Elke afdeling heeft een gemiddelde grootte van 15 Fte aan medewerkers en wordt aangestuurd door een afdelingsmanager. Er is een duidelijke afstemming en afbakening tussen de taken van de afdelingsmanager en de taken van de collegedirecteur. De ondersteunende functies van ROC MN zijn belegd bij acht diensten, te weten: personeel en organisatie, finance, planning & control, facilitair bedrijf, onderwijsontwikkeling & innovatie, marketing & communicatie, IM-ICT, studenten service centrum en studie & loopbaancentrum en het bestuursbureau. Bij deze ondersteunende processen gaat het om verdere standaardisatie en concentratie enerzijds en hoogwaardige (interdisciplinaire) advisering en ondersteuning van colleges anderzijds. De dienstverlening zal hierbij dicht bij het onderwijs worden gebracht. Service en klantgerichtheid gaan hierbij samen met efficiency en effectiviteit. De functie Het college van bestuur is eindverantwoordelijk voor en belast met het besturen van ROC MN. Dit houdt in dat zij verantwoordelijk is voor de formulering en realisatie van de strategie en het beleid van de organisatie, de kwaliteit van het door de organisatie verleende onderwijs en
dienstverlening, de bedrijfsvoering en de hieruit voortvloeiende financiële resultaten. De focus van het college van bestuur zal zich de komende jaren richten op samenhang zoeken en bewaren, sturen, in- en extern verbinden en regisseren. Het college van bestuur legt verantwoording af aan de raad van toezicht. De raad van toezicht bestaat statutair uit vijf tot zeven leden. De voorzitter en twee leden zijn recent benoemd. Het nieuwe college van bestuur van ROC MN zal gaan bestaan uit twee leden, een voorzitter en een vicevoorzitter. De leden van het college van bestuur opereren als collegiaal bestuur maar hebben tegelijkertijd een autonoom profiel en een zelfstandige positie. Zij zijn zichtbaar, bevragen elkaar, dagen elkaar uit en zijn in staat problematieken vanuit verschillende perspectieven te benaderen. Beide collegeleden hebben een rol en verantwoordelijkheid naar binnen én buiten. De voorzitter heeft in formele zin de eindverantwoordelijkheid en wordt door de raad van toezicht ook als voorzitter benoemd. Hij/zij is eerstverantwoordelijke voor het functioneren van het college van bestuur, zorgt voor de verbinding, is de bewaker van de collegialiteit en zorgt aldus voor een goed functionerend team. De voorzitter agendeert zaken, zorgt voor een adequate besluitvorming en neemt zo nodig zijn/haar eigen verantwoordelijkheid. De afgelopen periode zijn de portefeuilles in het toenmalige driehoofdige college van bestuur verdeeld langs de lijn van voorzitter, bedrijfsvoering en onderwijs. Vanwege een meer integrale benadering, de veranderende focus van de organisatie in de komende periode en de keuze voor een tweehoofdig model is een strikte verdeling langs de lijn van bedrijfsvoering en onderwijs in het nieuwe college minder wenselijk. De definitieve portefeuilleverdeling is vanzelfsprekend ook afhankelijk van het uiteindelijke profiel en de achtergrond van de nieuwe voorzitter, waarbij hij of zij in ieder geval de onderwijs- en HR-portefeuille als verantwoordelijkheid neemt. De externe contacten zullen over beide collegeleden worden verdeeld. Kernopdrachten (voorzitter) college van bestuur Voor het nieuwe college van bestuur zijn de volgende kernopdrachten geformuleerd: verhoging van de kwaliteit en versterken van de innovatie in het onderwijs als hoogste prioriteit op de bestuurlijke agenda; verankeren van het strategisch HR-management in het licht van Focus op Vakmanschap; implementatie van de vastgestelde strategie vanuit een eenduidig beleid en heldere kaders en doelstellingen; versterken van de rolopvatting van bestuur en management en het monitoren en aanspreken op gemaakte afspraken en bijbehorende verantwoordelijkheden; doorontwikkelen van een cultuur van vertrouwen in mensen en ruimte geven om verantwoordelijkheid te nemen, met in achtneming van een gedegen financieel beleid;
uitbouwen van de samenwerking met collega mbo-instellingen in het kader van macrodoelmatigheid met als doel het integrale aanbod van mbo-onderwijs in de regio te versterken; verdiepen en uitbouwen van de relaties met het afnemende beroepenveld, met nadrukkelijk oog voor de praktijkkant van het leren.
Profiel Eindverantwoordelijke, bestuurlijke ervaring in een grote maatschappelijke onderneming; doorleefde visie op en ervaring met (middelbaar) beroepsonderwijs en gedreven door kwaliteit als duurzame succesfactor; strategische, bestuurlijke oriëntatie met een goed gevoel voor het organiseren van de processen, de financiële bedrijfsvoering en risicomanagement zonder zelf te managen; ambitie en ondernemingszin als drijfveer maar met een scherp oog voor het karakter van het ROC als onderwijsorganisatie; inspirerend en enthousiasmerend in- en extern boegbeeld met een sterk communicatief vermogen, empathisch en gericht op samenwerking; bekend met de belangrijkste stakeholders in de regio of in staat dit vanuit zijn of haar achtergrond snel op te bouwen; teamplayer die zoekt naar gemeenschappelijkheid en verbinding, bruggen bouwt en handelt op basis van vertrouwen; uitstekend gevoel voor en ervaring met organisatie- en managementontwikkeling; ziet de waarde van medezeggenschap in een onderwijsorganisatie en bouwt aan een constructieve en open relatie met de raad van toezicht. Arbeidsvoorwaarden De raad van toezicht volgt bij de aanstelling van de voorzitter college van bestuur de wet normering topinkomens en het beloningsclassificatiesysteem bestuurders van het Platform Raden van Toezicht mbo-instellingen waarbij het uitgangspunt, de grootte van de instelling in studentenaantallen, leidend is. Het maximum is hiermee vastgesteld op € 199.871,- inclusief pensioenbijdrage werkgever en onkostenvergoeding. De raad van toezicht biedt een functiecontract voor de duur van 4 jaar. De procedure ROCMN laat zich in deze procedure bijstaan door Pieter Cortenbach en Eugenie van Leusen van Vanderkruijs, partner in executive search. Belangstellenden kunnen hun interesse voor 22 maart kenbaar maken via
[email protected]. Geïnteresseerden kunnen ook bellen met Pieter Cortenbach of Eugenie van Leusen op 030-8200062. Voor aanvullende informatie verwijzen we u naar de website van ROC MN waar u recente bestuurs- en jaarverslagen terug kunt vinden via www.rocmn.nl/bestuursinformatie