Jaarverslag 2008 Stichting ROC Midden Nederland
Jaarverslag 2008 Inhoudsopgave
Bestuursverslag Voorwoord van het College van Bestuur Bericht van de Raad van Toezicht Bericht van de Centrale Medezeggenschapsraad 1. Visie, missie en doelstellingen 2. Good Governance 3. Profiel van de instelling 4. Onderwijs en bedrijfsvoering 5. Kengetallen 6. Juridische structuur 7. Organogram 8. Overige gegevens
Pagina 5 6 7 8 10 10 13 13 20 21 21 22
Jaarrekening 2008 Geconsolideerde balans per 31 december 2008 Geconsolideerde staat van baten en lasten over 2008 Geconsolideerde kasstroomoverzicht over 2008
25 27 28 29
Toelichting op de geconsolideerde balans Materiële vaste activa OZB en verzekerde waarde gebouwen en terreinen Voorraden Vorderingen Liquide middelen Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Niet uit de balans blijkende verplichtingen Overzicht verbonden partijen
33 33 33 34 34 34 35 36 38 39 40 41
Toelichting op geconsolideerde exploitatierekening Rijksbijdrage OCW Overige overheidsbijdragen College-, cursus-, les- en examengelden Opbrengst werk i.o.v. derden Overige baten Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige instellingslasten Financiële baten en lasten
42 42 42 42 42 42 43 43 43 44 45
Enkelvoudige jaarrekening 2008 Enkelvoudige balans per 31 december 2008 Enkelvoudige staat van baten en lasten over 2008 Algemene grondslagen voor de waardering en resultaatbepaling
46 46 48 49
Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening Eigen vermogen Voorzieningen Baten
50 50 50 51
Overige gegevens Resultaatbestemming Gebeurtenissen na balansdatum Gegevens over de rechtspersoon Accountantsverklaring
53 54 54 54 55
Overzicht indicatoren Geïntegreerd Jaardocument BVE
56
Bijlagen Toelichting op de exploitatierekening: realisatie versus begroting Toelichting op de exploitatierekening: realisatie 2008 versus realisatie 2007 Toelichting op de balans: realisatie 31-12-2008 versus realisatie 31-12- 2007 Specificatie vordering en schulden OCW Specificatie subsidies OCW Rapportage IBO-BVE 2008 Rapportage OCW-regelingen Innovatie- en stagebox 2006-2012 Aanvulling bij bijlage 7 Commissie Schutte (Helderheid) 2008 Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens (WOPT) Overzicht van partijen waarmee samenwerkingsovereenkomsten zijn afgesloten Gebruikte afkortingen
59 Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Bijlage 8 Bijlage 9 Bijlage 10 Bijlage 11
Bestuursverslag
> Voorwoord van het College van Bestuur Gang van zaken 2008 2008 was een bewogen jaar voor ROC Midden Nederland. Een jaar waarin veel plaats was ingeruimd voor onderwijsinnovatie en nieuwe projecten, voor duurzaamheidinitiatieven en ondernemerschap en voor samenwerking met partners uit het bedrijfsleven. Een jaar met grote maatschappelijke participatie door deelnemers en werknemers en een jaar met veel deelnemerssuccessen: Over het algemeen ontwikkelde de kwaliteit van het onderwijs zich naar tevredenheid en het rendement volgens de MBO-benchmark 2007 was hoger dan in de andere grote steden. In ditzelfde jaar is echter zichtbaar geworden dat zich een onacceptabele scheefgroei had voltrokken tussen inkomsten en uitgaven èn tussen uitvoering en ondersteuning van onderwijstaken. Daarom diende de noodzaak tot drastisch reorganiseren zich steeds duidelijker aan. Dat zette onze ambitie om een “great place to learn” te zijn voor onze studenten en medewerkers, danig onder druk. Ondanks de negatieve aspecten die hieraan kleven, schept dit ook nieuwe kansen. Het perspectief van een gezonde, weerbare organisatie die op de toekomst is voorbereid, maakt het allemaal waard. We maken ons op voor een periode met veel veranderingen, zowel onderwijsinhoudelijk als organisatorisch. Een periode waarin we kwaliteitsslagen moeten maken. De invoering van het CGO is al een eind op streek en de structuur van het mbo zal veranderen. Ook dit vraagt flexibiliteit en inzet van ons personeel. Daarbij gaan we in de toekomst nog veel meer met partners samen doen. We trekken samen op en gaan de taken ook op de werkvloer verdelen. Omdat we letterlijk meer bij elkaar over de vloer komen, kunnen we onze eigen ruimten effectiever benutten. In onze de huisvesting zal dat veranderingen geven die ervoor zorgen dat de kwaliteit van het onderwijs een extra impuls krijgt. En daar worden onze studenten en overige stakeholders beter van.
Toekomstparagraaf In de afgelopen jaren is er door ROC Midden Nederland scherp aan de wind gevaren voor wat betreft de begroting. De periode na de fusie vergde immers grote investeringen in stroomlijning van de bedrijfsvoering. Tevens zijn nieuwe opleidingen gestart en is het aantal locaties uitgebreid om de afkalving van het marktaandeel een halt toe te roepen. Daarnaast was het beleid er op gericht de kwaliteit van onderwijs te verbeteren. Aan de hand van de rapportages bleek in de eerste maanden van 2008, dat ROC Midden Nederland uit de pas liep met de realisatie ten opzichte van de begroting. Er waren grote overschrijdingen op het gebied van personeelskosten en meer specifiek bij de inhuur van derden. Ook scoorde ROC MN in vergelijking met andere ROC’s slecht op het onderdeel huisvestingslasten. En er was ook sprake van daling van het marktaandeel (OC&W gegevens, Benchmark MBO). Maatregelen zijn genomen om het verlies in 2008 niet verder te laten oplopen; zo werd ingegrepen inde inhuur van derden en ging een investerings- en vacaturestop gelden. 6
Toch bleef er in termen van financiële exploitatie sprake van structurele verliezen. We kunnen nu constateren dat de maatregelen vooralsnog niet hebben geleid tot een situatie waarin sprake is van een gezonde, financiële exploitatie. In 2009 en 2010 zou het verwachte exploitatieverlies bij ongewijzigd beleid, meer dan 10 miljoen gaan bedragen. Daardoor was een reorganisatie onvermijdelijk. Herleid naar fte’s zouden bij een gemiddelde personeelslast van € 50.000 tot € 60.000 ongeveer 200 fte’s niet meer bekostigd kunnen worden. Deze ontwikkeling heeft ertoe geleid dat in het najaar van 2008 is besloten te gaan reorganiseren, met als beoogd resultaat dat ROC Midden Nederland vanaf zomer 2009, weer een gezonde exploitatie zal hebben en kan behouden. Er is een plan opgesteld waarin naar dit resultaat wordt toegewerkt. Het streven is dat ondanks de reductie van middelen, de kwaliteit van het onderwijs niet lijdt onder de reorganisatie. Enerzijds door te kiezen voor een benadering waarbij het onderwijsaanbod beter aansluit bij de differentiatie van de studenten die voor ons ROC kiezen. En door maximaal docenten in te zetten vanuit het beschikbare personele budget. Anderzijds door optimaal in te zetten op praktijkgerichtheid van het onderwijs, door intensiever met het bedrijfsleven en opdrachtgevers samen te werken. Maar ook door de eisen van eigentijds onderwijs door te vertalen naar de huisvesting. Concentratie en upgrading, reorganisatie en actualisering, gaan hierbij hand in hand. Voor de ingezette reorganisatie is een voorziening opgenomen van 13,8 mio, welke ten laste van het exploitatieresultaat van 2008 is gebracht. Het totale exploitatieresultaat komt mede hierdoor voor geheel 2008 uit op -18,8 mio. In de balans is qua het eigen vermogen te zien dat na de toevoeging van het exploitatieresultaat 2008 de algemene reserve negatief wordt (-10,7 mio). Het beleid van het College van Bestuur is er op gericht deze situatie om te buigen, door jaarlijks minimaal een positief rendement te gaan behalen van 2,5% van de omzet.
Slot Wij realiseren ons dat we van ons personeel heel veel hebben gevraagd in 2008. En ook in de komende jaren nog een stevig beroep zullen gaan doen op onze medewerkers om de hierboven omschreven uitdagingen tot een goed einde te brengen. Namens de leden van het management willen wij daar vanaf deze plaats onze waardering en dank voor uitspreken.
Het College van Bestuur van ROC Midden Nederland. Utrecht, juni 2009
Dhr. P.A.M. Thijssen RA Lid College van Bestuur
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
> Bericht van de Raad van Toezicht Veel aandacht ging uit naar de inhoud en opzet van de rapportages. De Raad heeft hier met toenemende zorg over gesproken omdat goede en frequente rapportages een noodzaak zijn voor de Raad om de ontwikkelingen op de voet kunnen volgen. En toen in de eerste maanden van 2008 bleek dat ROC Midden Nederland niet in de pas liep ten opzichte van de begroting heeft de Raad bij het College van Bestuur dringend geadviseerd een pakket maatregelen te treffen om het verlies in de tweede helft van 2008 niet verder te laten oplopen en met ingang van 2009 weer een positief resultaat te bereiken. Verder werd onder meer aandacht besteed aan: • governance ROC Midden Nederland: de ontwikkeling van een samenhangend pak ket aan documenten dat als basis dient voor een deugdelijk, transparant en profes- sioneel bestuur; • onderwijs en kwaliteit; • strategische samenwerkingsovereenkomsten; • vaststellen van de ROC Midden Nederland jaarrekening 2007en een eerste bespreking van de begroting van 2009; • accountantsverslag over de uitkomsten van de controle 2007; • vaststellen meerjarenperspectief in het licht van de reorganisatie 2009-2012 “Toekomst Verzekerd”; • debat over profielen Raad van Toezicht en werving nieuwe leden Raad van Toezicht; • benoeming nieuwe accountant; • benoeming van een nieuw lid en herijking van het profiel van de voorzitter van het College van Bestuur, mede naar aanleiding van het besluit van de heer B. Fransen om zijn 4-jarig contract niet te verlengen;
• financiële rapportages en voortgangsrapportages op diverse inhoudelijke onderwerpen; • presentaties: • vanuit sectoren over onderwijsvernieuwing 2007-2010 • vanuit het GDC P&C over ontwikkeling en stand van zaken kwaliteitssysteem ROC Midden Nederland. De Raad van Toezicht heeft jaarlijks een overleg met de Medezeggenschapsraad in aanwezigheid van het College van Bestuur. Het afgelopen jaar stond dit overleg in het teken van de werkwijze van de Medezeggenschapsraad en de algemene gang van zaken binnen ROC Midden Nederland. De Financiële Commissie ROC Midden Nederland heeft een Financiële Commissie. In deze Commissie hebben zitting vanuit de Raad van Toezicht de heren H.J.M. Beekers en C.A.C. van Soest, vanuit het College van Bestuur de heren B.J.F. Fransen en P.A.M. Thijssen. De Financiële Commissie heeft voor elke raadsvergadering de financiële
rapportages voor de Raad beoordeeld, diverse malen in bijzijn van de accountant. Ontwikkeling van het toezicht en beloning Buiten aanwezigheid van het College van Bestuur sprak de raad over professionalisering van zichzelf en zijn werkwijze en de honorering van de Raad. Conform de sectorbrede honoreringsregeling voor leden van de Raad van Toezicht van mboinstellingen is in 2008 de honorering van de Raad van Toezicht van ROC Midden Nederland aangepast. Leden ontvangen € 6.300,00; leden met werkzaamheden voor de Financiële Commissie ontvangen € 8.000,00 en de voorzitter ontvangt € 9.400,00. 7
> De bezoldiging toezichthouders ROC Midden Nederland bedroeg in 2008: Raad van Toezicht Prof.dr. P.A.H. van Lieshout Dhr. Mr. H.J.M. Beekers Dhr. C.A.C. van Soest Dhr. R.L. Boer (tot 1 juli 2008) Mw. E. Karsten Dr. F.E.H. van Eijkern Bezoldiging RvT totaal 2008
Bezoldiging € 9.400 € 8.000 € 8.000 € 3.150 € 6.300 € 6.300 € 41.150
> In de Raad van Toezicht van ROC Midden Nederland hadden in 2008 zitting: prof. dr. P.A.H. van Lieshout dhr. Mr. H.J.M. Beekers dhr. R.L. Boer (tot 1 juli 2008) dr. F.E.H. van Eijkern mw. E. Karsten dhr. C.A.C. van Soest
(voorzitter, lid Wetenschappelijke Raad Regeringsbeleid) (voormalig voorzitter ING Bank district Midden Nederland) (directeur Randenbroek BV) (organisatie adviseur en interim-manager New Cana BV en Boer&Croon Executive Managers) (algemeen directeur bij de Kamer van Koophandel Midden-Nederland) (voormalig algemeen directeur Nettenbouw BV Amersfoort, verschillende maatschappelijke functies)
Conform het rooster van aftreden van 2005 zal per 1 januari 2009 de heer Van Soest aftreden. De heer Van Lieshout is op grond van de statuten van de Stichting ROC Midden Nederland in december 2008 voor drie jaar herbenoemd als voorzitter van de Raad van Toezicht.
Bestuursverslag
> Bericht van de Centrale Medezeggenschapsraad De werkzaamheden van de Centrale Medezeggenschapsraad in 2008 zijn te verdelen in 2 sporen. Enerzijds is de MR druk bezig geweest met de eigen organisatie. Anderzijds heeft de MR een aantal belangrijke onderwerpen behandeld, zoals de Organisatie van het werk en de financiële ombuigingen binnen het ROC, die eind 2008 werden aangekondigd.
8
2008 was een verkiezingsjaar. De medezeggenschap binnen het ROCMN was na de fusie tussen ROC Utrecht en ROC De Amerlanden in 2003 nog niet opnieuw ingericht. Dat betekende dat de Centrale Medezeggenschapsraad en de deelraden nog waren bemenst met personeelsleden uit de voormalige MR-en. In 2007 en begin 2008 is de nieuwe medezeggenschapsstructuur ontworpen en bekrachtigd. Op basis daarvan zijn er in mei 2008 verkiezingen georganiseerd. De Centrale MR heeft hierbij ondersteuning gekregen van het GDC M&C. Dit heeft geresulteerd in een goede verkiezingscampagne met sprankelende posters. In de meeste sectoren waren meer kandidaten dan beschikbare zetels en moest er door het personeel worden gekozen. Voor het eerst werden deze stemrondes digitaal georganiseerd. Dankzij de hulp van deskundige ICT-collega’s, is dat goed verlopen. Het ROC-personeel kon een stem uitbrengen via een programma op Blackboard. De opkomst was redelijk goed en de uitslagen waren snel bekend. Bij enkele deelraden waren er nog vacatures voor DMRzetels. Deze zijn in de loop van 2008 middels tussentijdse verkiezingen opgevuld. De nieuwe CMR en deelraden zijn in september 2008 enthousiast verder gegaan met de nieuwe werkwijze binnen de medezeggenschap. Deze was door de oude CMR en deelraden al ingezet. De hoofdlijnen van de nieuwe manier van werken komen in het kort op het volgende neer: al in een vroeg stadium, in samenspraak tussen MR en management, vindt er overleg plaats over de behandeling van een onderwerp en over de participatie van de medezeggenschapsraad in het voortraject. Het doel is de besluitvorming te versnellen en te komen tot meer draagvlak in de organisatie. Immers, als het onderwerp in besluitvormende zin aan de MR wordt voorgelegd, zijn de
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
opmerkingen van de MR al verwerkt en is er al gekeken naar de gevolgen van het besluit voor het personeel en de organisatie. Dat maakt de formele besluitvorming en de implementatie van het besluit binnen de organisatie in principe een stuk makkelijker. Daarnaast is er door de nieuwe medezeggenschapsorganen uitdrukkelijk voor gekozen om meer onderling samen te werken en informatie uit te wisselen. Dit heeft geresulteerd in een vast vergadermoment voor alle DMR-leden en in geregelde centrale bijeenkomsten van alle DMR-leden. De medezeggenschap binnen ROC Midden Nederland is hierdoor versterkt. De nieuwe werkwijze heeft veel winst opgeleverd bij de behandeling van de reorganisatievoornemens, waarmee de CMR en deelraden kort na hun aantreden te maken kregen. Na de zomer werd de MR door het College van Bestuur geïnformeerd over financiële problemen binnen ROC Midden Nederland en het voornemen tot ombuigingen. De MR heeft met het CvB en de directies afspraken gemaakt om steeds vroegtijdig geïnformeerd te worden over de plannen van het management. Er zijn in de laatste maanden van het jaar verschillende plenaire bijeenkomsten geweest waarin alle DMR-leden van de ontwikkelingen op de hoogte zijn gebracht. Binnen de medezeggenschap zijn criteria geformuleerd op basis waarvan de MR de voorstellen voor reorganisatie zou gaan toetsen. Het ROC-reorganisatieplan is in 2009 aangeboden, en verdere uitleg over dit onderwerp valt dus buiten dit jaarverslag. Voor alle nieuwe MR-leden heeft de situatie waarmee zij kort naar hun aantreden werden geconfronteerd, veel extra inzet en flexibiliteit gevraagd. Vanuit het management en ook vanuit de rest van de organisatie, is hiervoor
waardering uitgesproken. Een ander belangrijk onderwerp waarmee de medezeggenschap zich in 2008 heeft bezig gehouden, is de CAO-wijziging in de Organisatie van het werk (voorheen: Taakbeleid). De Centrale MR heeft actief geparticipeerd in een ROC-werkgroep, die voorstellen heeft geformuleerd om de verdeling van het werk in een team af te spreken, waarbij de kwaliteiten en beschikbare tijd van de medewerkers in een team optimaal kunnen worden ingezet. Voordat tot invoering van de organisatie van het werk in een team kan worden overgegaan, moet een procedure doorlopen worden. Voor ROC Midden Nederland is deze beschreven in de Notitie “Regeling van de organisatie van het werk voor de onderwijsteams 2008”. Indien de te volgen procedure niet haalbaar blijkt, valt het team in het schooljaar 2008/2009 terug op de oude taakbeleidafspraken. De medezeggenschapsraad heeft kort voor de zomer van 2008 instemming gegeven aan de voorstellen, met de uitdrukkelijke afspraak dat er in 2009 een evaluatie zal plaatsvinden binnen de teams. Doel hiervan is te onderzoeken hoeveel teams op basis van de nieuwe regeling zijn gaan werken en of de invoering goed is verlopen. Binnen het bestek van dit jaarverslag voert het te ver om alle andere onderwerpen te benoemen waarmee de MR zich heeft bezig gehouden. De MR volstaat daarom met een korte opsomming: project nieuw functiebouwwerk ondersteunende diensten, strategisch huisvestingsplan 2009-2011, afronding van de reorganisatie Educatie, en de vorming van ondersteunende diensten op het gebied van onderwijsontwikkeling, informatiemanagement en het studentenloopbaancentrum.
> Samenstelling van de Centrale Medezeggenschapsraad t/m juli 2008: Hans van den Bergh Johan Schmieman Bertrik Gotink Ad Vernooij Hans Slot Peter Sturkenboom Hanneke Driel Wouter de Fockert Bertine Klinkenberg
- sector Educatie, voorzitter - sector THFUS, vice-voorzitter - sector Techniek - sector Techniek - sector Techniek - sector Economie - sector Zorg & Welzijn - sector Zorg & Welzijn - GDC’s
Samenstelling van de Centrale Medezeggenschapsraad op 31 december 2008: Johan Schmieman Bertine Klinkenberg Hans Olij Riek Benthem Bertrik Gotink Wouter de Fockert Hanneke Driel Peter Sturkenboom Jenno Westra
- Sector THFUS, voorzitter - GDC’s, vice-voorzitter - GDC’s - Sector Educatie - Sector Techniek - Sector Zorg & Welzijn - Sector Zorg & Welzijn - Sector Economie - Sector Marketing &Sales
9
Bestuursverslag
> ROC Midden Nederland 1. Visie, missie en doelstellingen In een voortdurend veranderende samenleving en arbeidsmarkt is ROC Midden Nederland een betrouwbare en ondernemende partner in het opleiden en ontwikkelen van mensen. Uitgangspunt is de ontwikkelde visie op leren, die kernachtig samengevat wordt als ‘ondernemend leren’. Centraal in de visie op leren staat de onverbrekelijke samenhang en interactie tussen student, ROC Midden Nederland en bedrijf/instelling. ROC Midden Nederland geeft samen met studenten en partners op de arbeidsmarkt vorm aan persoonlijke- en loopbaanontwikkeling in beroepsonderwijs en volwasseneneducatie, waarbij de student uitgedaagd wordt tot het leveren van prestaties in een betekenisvolle leeromgeving en tot (zelf)verantwoordelijk leren.
Onze onderwijsvisie is de leidraad bij alles wat ROC Midden Nederland doet. Kernelementen hiervan zijn: • Kiezen voor partnerschap bij het ontwik- kelen en uitvoeren van onderwijs. • Bieden van maatwerk, waar mogelijk vanuit een standaard dienstenportfolio. • Verzorgen van competentiegericht onderwijs dat flexibel op opleidingsvragen van studenten en opdrachtgevers kan inspelen. Ondernemend leren daagt de student uit tot het nemen van eigen verantwoordelijkheid voor het leren. • Bieden van betekenisvolle, authentieke en krachtige leeromgevingen die aansluiten bij de context van branche en beroep en overig maatschappelijk functioneren. Dit kan een passende omgeving zijn binnen één van onze locaties, bij de werkgever en/of een maatschappelijke instantie op locatie, een combinatie van beide, of een digitale omgeving naast school en werkplek.
ROC Midden Nederland hanteert het INKmodel als basis voor doelstellingen, planvorming, kwaliteitsverbetering, managementrapportages en externe verantwoording. Op ieder onderdeel van het INK-model zijn kritische prestatie-indicatoren (voortaan: KPI’s) geformuleerd met doelen en normen. Deze KPI’s zijn afgeleid van de volgende doelstellingen: 1. verbeteren van de kwaliteit en het rendement van het onderwijs 2. versterken van mensen, middelen en bedrijfsvoering 3. vergroten van het marktaandeel.
Op het gebied van bedrijfsvoering zijn deze elementen zoveel mogelijk meegenomen. Het jaarverslag is conform de eisen van de code ingericht.
meting en verantwoording en de rol van het toezicht. De inbreng van onze stakeholders is in 2008 vormgegeven in o.m. samenwerkingsverbanden en netwerken. Met de volgende partijen zijn overeenkomsten afgesloten:
ROC Midden Nederland werkt aan een nieuw strategisch beleidsplan voor de periode 20092012. De KPI’s 2009-2012 zijn in 2008 al vastgesteld.
2. Good Governance 10
ROC Midden Nederland heeft zich gecommitteerd aan de principes van good governance. In dit licht is een samenhangend pakket van maatregelen ontwikkeld dat als basis dient voor een deugdelijk, transparant en professioneel bestuur van de instelling met waarborgen voor checks and balances.
Belangrijke principes van good governance zijn de inbreng van stakeholders, brede prestatie-
Betrokken partij(en) 2008
Onderwerpen
ActiZ (organisatie voor zorgondernemers) en Stichting Calibris (kenniscentrum voor leren in de praktijk), ROC Midden Nederland (waaronder Educatieve Televisie ETV valt) Sportvereniging ASC Nieuwland
Samenwerking bij uitvoering eerste fase van een project voor meer kleur en cultuur in de ouderenzorg met behulp van beeldmateriaal ETV.
Cordaid CWI, Gemeente Utrecht, Uitvoeringsorgaan Werknemersverzekeringen, ROC ASA, VNONCW Midden, MKB Midden Nederland en Stichting Bundel CWS Nederland bv, Albeda College en Simavi Stichting Kinderopvang Amersfoort Stichting Regionaal Opleidingsbedrijf Installatietechniek (ROI) VSV 2007-2011, RMC regio 011,l Stedendriehoek Ludens EVD Cross
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Samenwerking tot een te vormen campus die zowel op sport en bewegen is gericht als kan fungeren als Praktijkleercentrum voor andere disciplines Samenwerking gericht op vergroten draagvlak voor ontwikkelingssamenwerking in het algemeen, het werk van Cordaid in het bijzonder onder (primair) studenten en (secundair) docenten van ROC Midden Nederland Project Werk 030; samenwerking met als doel het verbeteren van de werking van de arbeidsmarkt in Utrecht e.o., door middel van gezamenlijke inspanning gericht op de vraagzijde van de arbeidsmarkt Ecolet project Samenwerking met als doel initiëren van begeleidings- en onderwijsactiviteiten binnen de SKA en ROC Midden Nederland Intentie tot samenwerking voor de ontwikkeling van een Praktijkleercentrum Installatietechniek in Midden Nederland Samenwerking met als doel het terugdringen van het aantal vroegtijdig schoolverlaters Convenant ter bevordering van optimale afstemming tussen praktijk Ludens en ROC Midden Nederland (bol en bbl). Project in kader programma Internationaliseren Beroepsonderwijs; Samenwerking met het oog op de bevordering van ondernemend leren in Suriname.
Betrokken partij(en) 2008
Onderwerpen
Ministerie van Defensie en de ROC’s Zadkine, Friese Poort, Deltion, Midden Nederland, Kop van Noord-Holland, West-Brabant en Eindhoven Gemeente Utrecht en Utrechtse Werkgeversalliantie voor Diversiteit
Paars Partnerschap. Project Loopbaanlint, t.b.v. vormgeving opleidingsstructuur van medewerkers Defensie naar een maatschappelijk herkenbare structuur, volgens de kaders van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs.
Stichting Exameninstellingen Savantis Vakopleiding Savantis KNVB Gemeente Utrecht, Hogeschool Utrecht, Woningcorporatie Mitros en SSH Utrecht Tergooiziekenhuizen Gemeente Houten Gemeente Amersfoort en 50 sociaal maatschappelijke partners, waaronder ROC Midden Nederland Anna van Rijn College, Nieuwegein
Zorgaccent Amersfoort Hogeschool Leiden Centraal College (voorbereidend mbo, Utrecht) Samenwerkingsverband Praktijkopleiding Bouwbedrijven Utrecht
Doel samenwerking: zichtbaar maken van diversiteitsbeleid, het onderling uitwisselen van kennis en ervaringen en vanuit een voorhoedefunctie stimuleren van diversiteitsbeleid bij andere Utrechtse bedrijven en instellingen Samenwerking op het terrein van examinering Werknemers scholen krachtens de Wet Educatie en Beroepsonderwijs Samenwerking opleiding voetbaltrainer/-coaches Samenwerking op het gebied van onderwijs en huisvesting. Doel van de samenwerking: vormgeven en realiseren van opleidingen die aansluiten bij de vraag van de zorg en dienstverlening van de Tergooiziekenhuizen Project Vakwerk Houten: uitkeringsgerechtigde inwoners krijgen in het kader van het gemeentelijke re-integratie begeleiding, training en scholing met als doel duurzame plaatsing op een regulier betaalde baan. Convenant Jeugdnetwerk; doel: creëren sluitend netwerk aan voorzieningen voor jeugdigen in de leeftijd van 0 tot 23. Raamovereenkomst; raamwerk voor eerder afgesloten samenwerkingsovereenkomst tussen afdelingen van beide scholen. Doel: realiseren doorlopende leerlijnen vmbo-mbo, verbetering beroeps- en studiekeuzeprocessen, voorkomen van voortijdig schoolverlaten, behalen van startkwalificatie mbo niveau 2. Samenwerkingsverband met oog op ontwikkeling en implementatie van een tweede leerafdeling. Intentie tot samenwerking ter versterking van de doorstroming van afgestudeerden uit het MBO, en verstering van de positie van het beroep en de beroepsbeoefenaar. Raamovereenkomst t.b.v. aanvraag leerweg VM2 Ontwikkeling BouwLeerHuis: samenwerking van bouw- en schildersopleidingen in een gezamenlijk BouwLeerHuis met oog op kwaliteit en synergievoordelen. 11
In bijlage 10 is een overzicht opgenomen van alle samenwerkingsverbanden. Inbreng van stakeholders is onder meer ook vormgegeven in sectoradviescommissies. Stakeholders worden zo in de gelegenheid gesteld om inhoudelijk en regionaal mee te
denken. Doel van deze commissies is de visie en de ontwikkelingen binnen de sectoren op strategisch niveau te verrijken en de opleidingen te adviseren. De commissie komt twee
keer per jaar bij elkaar waarbij de sectordirectie als gastheer en facilitator optreedt. De volgende sectoradviescommissies zijn samengesteld:
> 1. Educatie en Marketing & Sales , samenstelling: Het Platform Beroepsonderwijs Bestuursacademie Nederland Koninklijke Luchtmacht Vedior uitzendorganisatie Nederlandse Spoorwegen Universiteit van Amsterdam Bureau Point
Dhr. H. W. van Delft, directeur Dhr. J. de Jong, directeur Kolonel J. van Leeuwen, Commando Luchtstrijdkrachten Dhr. M. van Bussel, directeur Mevr. R. van de Wiel, manager Research & Development Dhr. drs. S.J. Verhallen, directeur ITTA Dhr. W. van de Craats, directeur/eigenaar
> 2. Toerisme, Horeca, Facilitaire Dienstverlening, Uiterlijke Verzorging en Sport & Bewegen, samenstelling: ANVR, Algemene Nederlandse Vereniging van Reisondernemingen Sportservice Midden Nederland Grand Hotel Karel V, Utrecht Conferentiecentrum Woudschoten, Zeist KOC, Kenniscentrum Beroepsonderwijs / Bedrijfsleven uiterlijke verzorging
Dhr. H.E.E.J van Wijck, manager Arbeidszaken en Onderwijs Dhr. H. van der Harst, directeur Dhr. T. Naber, general manager Dhr. H. van Pelt, directeur Dhr. N.T.M. Persoon
Bestuursverslag
> 3. Zorg & Welzijn, samenstelling: Doenja Dienstverlening Meander Medisch Centrum Universitair Medisch Centrum Utrecht Hogeschool Utrecht, Faculteit Maatschappij en Recht Altrecht Geestelijke Gezondheidszorg
Dhr. H. Schiller, lid Raad van Bestuur Dhr. drs. J.J.J.M. Broekman, manager afdeling P&O Mevrouw J. Meijers, manager Zorg Divisie Kinderen Mevrouw A. Menger, lector Werken in een Justitieel Kader Dhr. H. Vriesema, manager Altrecht Academie
> 4. Techniek & Innovatie, samenstelling: Dakdekkerbranche Installatiebranche Bouw Centrum Natuursteen AVEX Audio Visuele Sector Betonbranche Metaalbranche Mobiliteitsbranche Dhr. J. Bielders, ex-voorzitter Kamer van Koophandel Utrecht is benaderd om het voorzitterschap op zich te nemen. Een adviescommissie voor de sector Economie en Dienstverlening is momenteel nog in oprichting.
Dhr. K.J. Batenburg, directeur Tectum Dhr. B. Smit, directeur ROI Dhr. J. Visser, directeur SPBU Dhr. T. van Rooij, directeur Centrum Natuursteen Mevrouw C. van Riet, hoofd P&O Dhr. P. Steenbrink, directeur LSVB Dhr. R. den Butter, directeur OBM Dhr. D. Schmidt, adviseur Innovam Naast deze vier sectoradviescommissies heeft ROC Midden Nederland een ROC brede adviescommissie voor de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) ingesteld. Deze commissie komt in de regel vier maal per jaar bij elkaar met als doel de samenwerking te bevorderen tussen ROC Midden Nederland, private bedrijven en
instellingen in de publieke sector uit de regio. Dat gebeurt door het inbrengen van praktijkkennis en -inzichten, ten behoeve van het optimaliseren van opleidingen in het mbo en meer in het bijzonder het bbl-onderwijs.
> Deze bbl-adviescommissie is als volgt samengesteld:
12
Sara Lee Nederland ProRail HRM Antonius MesosGroep Stichting Kinderopvang Amersfoort Stigho Electro Vertegenwoordiger St. Vaartsche Rijn Cumulus Welzijn Inbreng van studenten wordt nadrukkelijk gestimuleerd. Diverse sectoren hebben studentenraden ingesteld of werken met een andere vorm van studentenparticipatie: • Toerisme, Horeca, Facilitaire Dienstverlening, Uiterlijke Verzorging en Sport & Bewegen heeft bij elke afdeling een studentenraad. • Economie & Dienstverlening heeft sinds 2005 een actieve studentenraad bij de
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Mevr. A. Balistreri-de Ruiter Dhr. H. Raamsdonk Dhr. M. Rook MBA Mevr. C. Boonstra Mevr. M. Stigter Dhr. P. Verbree Dhr. W. van der Giessen opleiding ICT. Bij de andere afdelingen zijn deze raden in voorbereiding. De meeste afdelingen werken al met panelgesprekken met cursisten. • Bij Zorg & Welzijn zijn verschillende oplossingen gevonden in de diverse opleidingen: maatwerk wordt geprefereerd boven een centrale studentenraad. • Techniek & Innovatie experimenteert met een vorm van studenten-/ouderraad.
Op meerdere plaatsen worden forums, klankbordgroepen etc. ingericht. ROC Midden Nederland heeft het beleid voor alumni (oud-studenten) en voor ex-personeelsleden verder ontwikkeld. In het project ‘Leren van resultaten’ wordt feedback van leerlingen en alumni gebruikt om de onderwijsprestaties te verbeteren.
3. Profiel van de instelling ROC Midden Nederland is de grootste onderwijsinstelling in Midden Nederland. Op het gebied van beroepsonderwijs en educatie speelt ROC Midden Nederland een belangrijke rol in de economische en maatschappelijke ontwikkeling van de regio. Bijna 25.000 jongeren en volwassenen volgen er onderwijs.
Het opleidingenaanbod bestrijkt een breed palet : • economie & dienstverlening • informatie- en communicatietechnologie • zorg & welzijn • sport & bewegen • kunst, cultuur & media • techniek, design & creativiteit • toerisme, recreatie, horeca & facilitair dienstverlening • uiterlijke verzorging • veiligheid
• educatie • contractonderwijs.
Het aantal deelnemers in het beroepsonderwijs is bij ROC Midden Nederland de laatste jaren constant (zie onderstaande tabel). Het aantal ongewogen deelnemers is stabiel.
deelnemerpopulatie. De afgelopen jaren is het aantal deelnemers met een deeltijdinschrijving (bbl- en bol-deeltijd) duidelijk toegenomen ten koste van het aantal voltijd deelnemers (zie staafdiagram Ontwikkeling aantal deelnemers ROC Midden Nederland naar leerweg).
Wel verandert de samenstelling van de
Bij de sector Economie & Dienstverlening is
het aantal deelnemers toegenomen, terwijl bij de andere sectoren juist sprake is van een da- ling. Bij alle sectoren is het aantal voltijd deelnemers afgenomen en het aantal deelnemers met een deeltijd inschrijvingen toegenomen (zie staafdiagram Ontwikkeling aantal deelnemers beroepsonderwijs ROCMN per sector naar leerweg).
Er zijn MBO-onderwijslocaties in de volgende steden/gemeenten: • Utrecht • Amersfoort • Zeist • Nieuwegein • Woerden • Veenendaal
4. Onderwijs en bedrijfsvoering 4.1. Deelnemers Aantal deelnemers
Aantal deelnemers Totaal aantal deelnemers (absoluut)
2005
2006
2007
2008
19421
19617
19990
19946
(Bron: 1-10-2005 t/m 1-10-2007 definitieve bekostigingstelling; 1-10-2008 voorlopige telling per maart 2009)
Ontwikkeling aantal deelnemers ROC Midden Nederland naar leerweg
Ontwikkeling aantal deelnemers beroepsonderwijs ROC MN per sector naar leerweg 4500
12000
4000 10000
3500 3000
8000
2500 6000
2000 1500
4000
1000
2000
500
0
0 2005
2006
2007
2008
1-10-2005
1-10-2006
1-10-2007
1-10-2008
E&D
Techniek
THFUS
Z&W
E&D
Techniek
1-10-2007
THFUS
Z&W
1-10-2008
bbl
2597
3721
651
1883
3102
3943
693
bbl
7886
7684
8852
9820
bol dt
176
6
37
120
111
1
29
2082 94
bol dt
460
427
339
235
bol vt
2757
2071
1950
4021
2607
1708
1839
3737
bol vt
11075
11506
10799
9891
4.2. Opbrengsten Opbrengsten van het beroepsonderwijs constant Door de Inspectie voor het Onderwijs zijn voor het bepalen van de opbrengst (het rendement) voor het beroepsonderwijs voor het jaar 20072008 nieuwe indicatoren geïntroduceerd, namelijk het jaarresultaat en het diplomaresultaat. Deze indicatoren zijn in afstemming met de mbo-sector door de Inspectie voor het Onderwijs opgesteld.
In de volgende tabellen zijn voor de jaren 2006-2007 en 2007-2008 de resultaten voor ROC Midden Nederland voor beide indicatoren weergegeven.
Het jaarresultaat en diplomaresultaat liggen voor ROC Midden Nederland iets boven het landelijk gemiddelde.
Het jaarresultaat en diplomaresultaat is voor beide jaren ongeveer gelijk. De jaarresultaat is voor de bbl-deelnemers hoger dan voor de bol-deelnemers. Opvallend is dat de jaarresultaten uitgesplitst naar niveau niet ver uit elkaar liggen. Bestuursverslag
13
> Jaarresultaat ROC Midden Nederland Het percentage gediplomeerde studenten ten opzichte van alle studenten die in het verslagjaar de instelling verlaten of met een diploma doorstromen Uitgesplitst naar niveau
2006-2007 70,9 64,7 64,9 67,2 68,8 63,3 66,0
niv. 1 niv. 2 niv. 3 niv. 4 BBL BOL
Uitgesplitst naar leerweg Totaal
2007-2008 73,0 66,6 64,0 63,8 68,0 62,2 65,7
Bron: Het jaarresultaat is berekend aan de hand van de gegevens uit het door ROC Midden Nederland gebruikte deelnemerregistratiesysteem.
> Diplomaresultaat ROC Midden Nederland Het percentage studenten dat met een diploma de instelling verlaat ten opzichte van alle studenten die in het verslagjaar de instelling verlaten niv. 1 niv. 2, 3 en 4 Totaal
2006-2007 64,8 66,5 66,3
2007-2008 68,2 66,3 66,4
Bron: Het diplomaresultaat is berekend aan de hand van de gegevens uit het door ROC Midden Nederland gebruikte deelnemerregistratiesysteem.
Aantal voortijdig schoolverlaters (VSV-ers) 14
Tevens kijkt de Inspectie voor het Onderwijs in het kader van de opbrengsten naar het aantal voortijdig schoolverlaters (VSV-ers) bij een instelling. VSV-ers zijn studenten die zonder startkwalificatie en jonger dan 22 jaar gedurende het verslagjaar de instelling verlaten (zie onderstaande tabel).
kan onder andere verklaard worden door de samenstelling van de deelnemerpopulatie van ROC Midden Nederland. Een van de conclusies in het SCP-rapport “Gestruikeld voor de start” (augustus 2008) waarin onderzocht is wat belangrijke factoren zijn voor voortijdig schoolverlaten, is dat het risico van voortijdig schoolverlaten voor deelnemers in sterk verstedelijkte gebieden ruim 1,5 keer zo groot is als die in niet-verstedelijkte gebieden.
Het aantal VSV-ers is bij ROC Midden Nederland hoger dan gemiddeld bij de roc’s. Dit
Uitvalvermindering is een van de speerpunten van ROC Midden Nederland en vormt voor
iedere sector een kritische prestatie-indicator. In 2008 zijn aan ROC Midden Nederland middelen toegekend ten behoeve van de versterking van begeleiding van zorgleerlingen; de IBO middelen. In bijlage 6 is de verantwoording van deze middelen opgenomen.
> Aantal VSV-ers
ROC Midden Nederland Landelijk
2005-2006 12% 11%
Bron: landelijk databestand studenten BVE (BRON-BVE)
2006-2007 12% 10%
2007-2008* 12% 10%
* = voorlopige cijfers
4.3. Onderwijs en Kwaliteit Oordeel deelnemers Jaarlijks meet ROC Midden Nederland de tevredenheid van de deelnemers, het ene jaar in samenwerking met de Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs (JOB), het andere jaar in eigen beheer. In onderstaande tabellen worden de rapportcijfers weergegeven, zowel voor ROC Midden Nederland als geheel als voor de opleidingen die door de deelnemers gevolgd worden. Beide rapportcijfers zijn in 2007-2008 voor ROC Midden Nederland t.o.v. 2006-2007 Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
gestegen en liggen nu boven het landelijke gemiddelde. Het deelnemertevredenheidonderzoek is uit verschillende thema’s opgebouwd. In onderstaande tabel zijn de tevredenheidsscores van ROC Midden Nederland voor enkele thema’s vergeleken met de landelijke scores. De scores zijn voor ROC Midden Nederland, uitgezonderd voor het thema veiligheid, gelijk aan of hoger dan de landelijk scores. In 2008 heeft ROC Midden Nederland
meegedaan aan de tweejaarlijkse Veiligheidsmonitor van het MBO. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door het CINOP in opdracht van het mbo. Uit dit onderzoek blijkt dat deelnemers van ROC Midden Nederland zich ook in het algemeen veilig bij ROC Midden Nederland. Ook hier ligt de score voor ROC Midden Nederland net onder het landelijk gemiddelde (zie onderstaande tabel).
> Rapportcijfers ROC Midden Nederland 2006-2007 6,5 6,6 6,2 6,3
Rapportcijfer voor opleiding bij ROC Midden Nederland Landelijk gemiddelde opleiding Rapportcijfer voor ROC Midden Nederland Landelijk gemiddelde roc's
2007-2008 7,0 6,9 6,5 6,3
NB: In 2006-2007 is landelijk ODIN 4 door het JOB afgenomen, in 2007-2008 ODIN5. In 2008-2009 zal ROC Midden Nederland het onderzoek in eigen beheer uitvoeren.
> Scores deelnemertevredenheid per thema 2006-2007 ROC MN Informatievoorziening Lessen / programma Docenten Studiebegeleiding Onderwijsfaciliteiten Stage/BPV (BOL) Werkplek/BBL Organisatie Inspraak Veiligheid
3,4 3,2 n.v.t. 3,4 3,1 3,5 3,8 3,2 2,7 3,5
2007-2008 ROC MN
gem. score 3,3 3,2 n.v.t. 3,3 2,9 3,5 3,6 3,2 2,7 3,6
3,5 3,3 3,6 3,4 3,1 3,6 3,7 3,2 3,1 3,6
gem. score 3,5 3,2 3,5 3,3 3,1 3,6 3,7 3,1 3,0 3,7
* gemiddelde score op een 5-puntsschaal
> Algeheel veiligheidsgevoel deelnemers Veiligheidsmonitor 2008t ROC Midden Nederland G4 (d.w.z. ROC’s 4 grote steden) Landelijk
4,6 4,7 4,7
* gemiddelde score op een 5-puntsschaal
Extern rendement en oordeel ouddeelnemers Ieder twee jaar wordt door ROC Midden Nederland aan alumni (gediplomeerde oud-deelnemers) gevraagd wat zij zijn gaan doen en wat hun oordeel is over de door hen
gevolgde opleiding en ROC Midden Nederland in het algemeen. Begin 2008 is aan de gediplomeerde schoolverlaters van schooljaar 2006-2007 een vragenlijst voorgelegd. De respons van het onderzoek bedroeg 28%.
De gediplomeerde schoolverlaters van ROC Midden Nederland gaan in vergelijking met de landelijke cijfers meer werken en leren minder door. De cijfers zijn nauwelijks veranderd t.o.v. het vorige onderzoek in 2006 (zie onderstaande grafiek).
Wat zijn de gediplomeerde schoolverlaters van ROC MN gaan doen? 100 80 60 40 20 0
werken
werken/ leren
leren
werkloos
anders
werken
2004-2005
2006-2007
ROC MN
werken/ leren
leren
werkloos
anders
Landelijk
Bestuursverslag
15
De gediplomeerde bol-schoolverlaters vinden in het algemeen snel een baan, namelijk meer dan 80% binnen 3 maanden. De gediplomeerde bbl-schoolverlaters blijven vaak werken bij hetzelfde bedrijf. Ongeveer 35% verandert wel na het behalen van het diploma van functie (zie onderstaande grafieken).
Hoe snel vinden de gediplomeerde BOL-schoolverlaters van ROC MN een baan? 100 80 60 40 20
De gediplomeerde schoolverlaters is ook gevraagd hun oordeel te geven over verschillende kwaliteitsaspecten. In onderstaande grafieken is het oordeel dat de gediplomeerde schoolverlaters achteraf over de volgende drie aspecten hebben gegeven, weergegeven: 1) in hoeverre sluit de theorie van mijn opleiding aan op mijn huidige werk / vervolgopleiding? (zowel gediplomeerden BOL en als gediplomeerden BBL ) 2) In hoeverre sluit de stage / BPV aan op mijn huidige werk / vervolgopleiding? (gediplomeerden BOL) 3) in hoeverre is de opleiding bruikbaar?(gediplomeerden BBL)
binnen 1 mnd
Eenmaal in de twee jaar wordt aan bedrijven waar gediplomeerde schoolverlaters werkzaam zijn gevraagd een oordeel te geven over ROC Midden Nederland. In 2007 is een dergelijk onderzoek voor het laatst uitgevoerd op basis van de gegevens van alumnionderzoek van 2004-2005. Het volgende onderzoek zal plaatshebben in 2009. Uit het bedrijvenonderzoek in 2007 blijkt dat 60% van de bedrijven tevreden is over zowel het kennis- als het vaardigheidsniveau van de oud-deelnemers van ROC Midden Nederland. Bij 77% van de bedrijven staat ROC Midden Nederland als goed bekend. De bedrijven zijn daarentegen niet erg tevreden over de mate van het contact dat ze met ROC Midden Nederland hebben. Slechts 50% van de bedrijven vindt dat er genoeg contact is met ROC Midden Nederland.
Oordeel van de Inspectie voor het Onderwijs
In september 2008 heeft de Inspectie voor het Onderwijs ROC Midden Nederland in het kader van het Jaarlijks Onderzoek bezocht. In haar rapportage n.a.v. het bezoek oordeelt de Inspectie voor het Onderwijs dat in 2006 door ROC Midden Nederland gestarte systeem
2004-2005
100 80 60 40 20 blijven werken bij hetzelfde bedrijf
na diplomering andere functie bij bedrijf 2004-2005
van kwaliteitsbewaking en verantwoording geleidelijk wordt uitgewerkt maar nog niet geheel compleet functioneert. Uit het systeem van kwaliteitskaarten ontstaat een overzichtelijk beeld van de kwaliteit van het onderwijs en mogelijke oorzaken van achterblijvende kwaliteit. De kwaliteitskaarten stellen het College van Bestuur van ROC Midden Nederland in staat nadrukkelijk de vinger aan de pols te houden.
Techniek, locatie Harmonielaan Nieuwegein • Monteur montage/Onderhoud (10089) BBL • Monteur consumentenelektronica (MCE) (10254) BBL • Assistent monteur laagspanningsnetten (AMLN) (10268) BBL • Procesoperator B (10421) BBL • Mechanisch operator A (10423) BBL • Timmerkracht (90370) BOL • Natuursteenbewerker (92040) BBL THFUS • Horeca-ondernemer/-manager (10388) BOL, locatie Newtonbaan Nieuwegein • Facilitair medewerker (10891) BOL, locatie Martinbaan Nieuwegein
Oordeel over de examinering
In april 2008 heeft de Inspectie van het Onderwijs onderzoek gedaan naar de kwaliteit van de examinering bij ROC Midden Nederland. Bij de onderzochte opleidingen was de kwaliteit van de examinering voldoende.
4,0
4,0
3,0
3,0
2,0
2,0
1,0
1,0 BBL
2006-2007
Economie en Dienstverlening, locatie Amerikalaan Utrecht • Logistiek medewerker (Logistiek medewerker KC Handel) (90252), BBL • Secretaresse, (90590), BOL
Oordeel aansluiting stage (BOL) / bruikbaarheid BBL 5,0
BOL
0,0
BOL
BBL
2004-2005
NB: Oud-deelnemers geven over de verschillende aspecten een oordeel op een 5-puntsschaal
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
2006-2007
De onderzochte opleidingen zijn:
Als vervolgtraject op het jaarlijks bezoek is afgesproken dat het College van Bestuur van ROC Midden Nederland, daar waar nodig geacht door de Inspectie voor het Onderwijs, een analyse zal maken van de oorzaken van achterblijvende opbrengsten.
5,0
2004-2005
2006-2007
Wat zijn de gediplomeerde BBL-schoolverlaters van ROC MN gaan doen?
Oordeel aansluiting theorie op huidige werk / studie
0,0
binnen 3mnd
0
Oordeel bedrijven en instellingen
16
0
2006-2007
In het verbetertraject zal speciale aandacht zijn voor: 1. de deskundigheid van de bij de examinering betrokken functionarissen 2. de kwaliteit van de examens in de beroepspraktijk. 1. Deskundigheid Er zal een regelmatige evaluatie plaatsvinden van de interne- en externe beoordelaars. Hierbij zal meting van de output (o.a. producten) en de interbeoordelaars-betrouwbaarheid meer aandacht krijgen. De scholingstrajecten zullen worden geïntensiveerd. 2. Kwaliteit van de examens in de beroepspraktijk In aanvulling op de accreditering van de leerbedrijven door de KBB’s zal er vanuit de onderwijsinstelling meer aandacht zijn voor en controle op de kwaliteit van de examinering in bedrijven en instellingen. Aandachtspunten daarbij zijn: de scheiding van begeleiden (-er) en beoordelen (-aar), het toepassen van de methodenmix en het hanteren van critaria m.b.t de beoordeling van het gedrag / handelen.
Commissie van Beroep voor Examens
In het jaar 2008 is er geen deelnemer in beroep gegaan bij de Commissie van Beroep voor Examens tegen een beslissing van de beoordelaar of de (sub)examencommissie. Klachten van deelnemers zijn binnen de sectoren volgens de klachtenprocedure.
Klachtenbehandeling
De procedure voor klachtenbehandeling is voor een ieder in te zien op de site van ROC Midden Nederland. Afgelopen jaar zijn er in totaal over Educatie 1 klacht en over het beroepsonderwijs 21 klachten binnengekomen. De meeste klachten gaan over de organisatie van het onderwijs. Daarnaast wordt ook regelmatig geklaagd over slechte communicatie. Een van de manieren waarop ROC Midden Nederland ernaar streeft om de organisatie en communicatie te verbeteren is door gestructureerd per sector feedback, te organiseren in de vorm van studentenpanels. Met de uitvoering hiervan is ROC Midden Nederland gestart.
Oordeel van de medewerkers
In 2007 heeft ROC Midden Nederland besloten om in het kader van het onderzoek naar de tevredenheid van medewerkers eenmaal per twee jaar deel te nemen het Great Place to Work onderzoek. Dit is een internationaal onderzoek waarin medewerkers gevraagd wordt een oordeel te geven over de mate waarin de instelling voldoet aan de aspecten van ‘goed werkgeverschap’. De resultaten van het onderzoek in 2007 waren als volgt:
Oordeel medewerkers in % over de mate van realisatie door ROC Midden Nederland van onderstaande aspecten van ‘goed werkgeverschap’. Trustindex • Geloofwaardigheid • Respect • Eerlijkheid • Trots • Saamhorigheid (teamoriëntatie) aantal
51% 44% 40% 60% 62% 54% 1332
In 2009 wordt het onderzoek wederom uitgevoerd. In 2008 heeft ROC Midden Nederland meegedaan aan de tweejaarlijkse Veiligheidsmonitor van het mbo. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door het CINOP in opdracht van het mbo. Uit dit onderzoek blijkt dat medewerkers van ROC Midden Nederland zich in het algemeen veilig voelen bij ROC Midden Nederland. De score voor ROC Midden Nederland ligt iets hoger vergeleken met G4 (d.w.z. de roc’s in de 4 grote steden) en is gelijk aan het totale landelijk gemiddelde (zie onderstaande tabel).
> Algeheel veiligheidsgevoel medewerkers Veiligheidsmonitor 2008 ROC Midden Nederland G4 (d.w.z. roc’s 4 grote steden) Landelijk
4,8 4,7 4,8
4.4. Onderwijs en Innovatie
Innovatie is een structurele activiteit binnen ROC Midden Nederland. In bijlage 7 is een verslag opgenomen over producten en resultaten van de activiteiten die in het kader van de Innovatie- en Stagebox hebben plaatsgevonden.
4.5. Bedrijfsvoering Personeel
De formatie is in 2008 afgenomen ten opzichte van 2007. Het aantal medewerkers is licht toegenomen
Medewerkers Fte
2004
2005
2006
2007
2008
2494 1870
2290 1730
2241 1710
2289 1779
2291 1764
Aantallen per 31-12 Het aandeel medewerkers in vaste dienst is in 2008 afgenomen.
Vast Tijdelijk Totaal
2004
als %
2005
als %
2006
als %
2007
als %
2008
als %
2325 169 2494
93,2 6,8 100,0
2188 102 2290
95,5 4,5 100,0
2119 123 2241
94,5 5,5 100,0
2070 219 2289
90,4 9,6 100,0
1968 323 2291
85,9 14,1 100,0
Bestuursverslag
17
De man/vrouw verhouding toont in 2008 een trendbreuk ten opzichte van de sedert 2004 geconstateerde toename van het aandeel van mannen.
Mannen Vrouwen Totaal
2004
als %
2005
als %
2006
als %
2007
als %
2008
als %
989 1505 2494
39,7 60,3 100,0
924 1366 2290
40,3 59,7 100,0
910 1331 2241
40,6 59,4 100,0
951 1338 2289
41,5 58,5 100,0
933 1358 2291
40,7 59,3 100,0
De te bereiken doelstelling is een verhouding onderwijsgevend personeel / ondersteunend personeel (OP/OBP) van 70 - 30; een dergelijke verhouding wordt – mede op basis van de uitgevoerde benchmark voor de gehele BVE sector - beschouwd als representatief gemiddelde voor een groot roc. NB in tegenstelling tot voorafgaande jaren wordt het verhoudingsgetal afgeleid van het aantal Fte en niet van het aantel medewerkers,
OP OBP Totaal
2006
als %
2007
als %
2008
als %
1070 640 1710
62,5 37,5 100,0
1112 667 1779
62,5 37,5 100,0
1101 663 1764
62,4 37,6 100,0
Onderscheid op basis van FUWASYS in relatie tot definities mbo-benchmark. Functies primair proces: docent, lesassistent, onderwijsassistent, medewerker Beroepspraktijkvorming (BPV), bibliothecaris/mediathecaris, medewerker Open Leercentrum (OLC), beheerder OLC en instructeur. 2008 vertoont een trendbreuk waar het gaat om de sedert 2004 geconstateerde toename van het aandeel voltijdfuncties.
Voltijd Deeltijd Totaal
2004
als %
2005
als %
2006
als %
2007
als %
2008
als %
854 1640 2494
34,2 65,8 100,0
793 1497 2290
34,6 65,4 100,0
791 1450 2241
35,3 64,7 100,0
836 1453 2289
36,5 63,5 100.0
813 1478 2291
35,5 64,5 100,0
Voltijd: alle aanstelling groter of gelijk aan 1,0 18
Reorganisaties
Nadat in 2007 het besluit was genomen om de lopende reorganisatie educatie stop te zetten, bleek begin 2008 binnen deze sector een aanvullend reorganisatietraject noodzakelijk. Dat als gevolg van het verder achterblijven van de omzet. In deze reorganisatie werd in de eerste helft van 2008 een reductie van ruim 34 Fte voorzien en gerealiseerd. Ook deze keer slaagde ROC Midden Nederland er daarbij in gedwongen ontslagen te voorkomen. De reorganisatie herontwerp ondersteunende functies fase 1 en 2 kon per 1juni 2008 bij de afloop van de vrijwillige fase afgerond worden. De voor de betrokken organisatieonderdelen werd de overeengekomen streefformatie gerealiseerd. Eind 2008 was de reorganisatie management fase 1 het enige reorganisatietraject dat nog in voortgang was. De resterende boventallig-
heid in dat traject bedroeg eind 2008 7,7 Fte. In de laatste maanden van 2008 is gestart met de voorbereiding van een substantieel reorganisatietraject gericht op een reductie van de formatie in het primair proces en de ondersteunende functies in 2009 van ca. 170 Fte, gevolgd door een verdere reductie in de ondersteunende functies in 2010 en 2011 van ca. 60 Fte.
Begeleiding naar het zelfstandig opereren op de arbeidsmarkt
Het ROCMN heeft ten aanzien van de opvang van tijdelijk aangestelden na niet verlenging van hun contract wettelijk de plicht om te zorgen voor een goede begeleiding. Behalve deze wettelijke plicht getuigt het ook van goed werkgeverschap deze mensen een goede nazorg te geven (sommigen zijn al langer in tijdelijke dienst bij het ROCMN). Een derde reden is dat oud-medewerkers
zonder nieuwe baan een WW-uitkering (plus eventueel een bovenwettelijke uitkering) kunnen aanvragen en de kosten hiervan worden doorberekend aan het ROCMN (eigen risico). Deze begeleidingstaak is belegd bij het Loopbaancentrum. Het Loopbaancentrum biedt verschillende producten aan. Er wordt daarbij rekening gehouden met de individuele behoefte van de medewerker; er wordt zoveel mogelijk maatwerk geleverd. Behalve individuele gesprekken kunnen ook workshops worden aangeboden. Het is mogelijk om een combinatie te maken van de verschillende begeleidingsvormen.
Ziekteverzuim
Verzuim 2008 Het gemiddelde verzuimpercentage van 2007 was 6,8%, in 2008 was dat 6,3% (bron: uw verzuimgegevens).
Verzuimpercentage heel ROCMN per kwartaal 2007 en 2008 9 8 7 6 5 4 3 2 1 0
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
2007 2008
1e kwartaal
2e kwartaal
3e kwartaal
4e kwartaal
Realisatie 2008 • In 2008 zijn plannen van aanpak per sector gemaakt om reductie van het verzuim te bewerkstelligen. Uit deze plannen zijn tevens ROC Midden Nederland-brede acties geïnventariseerd om tot ziekteverzuimreductie in 2008 te komen. Deze zijn uitgewerkt in een 10 puntenplan. • Daarnaast zijn een verzuimprotocol voor medewerkers en een leidraad voor managers opgesteld. • Alle managers en HRM-adviseurs zijn eind 2008 uitgenodigd deel te nemen aan een managementgame ‘sturen op inzetbaarheid’, georganiseerd door Arbo Unie. Belangrijkste conclusies met betrekking tot verzuim 2008 • Het verzuim is gedaald ten opzichte van 2007, met name de laatste 3 kwartalen. • Het verzuim bij vrouwen ligt ongeveer 1,5 keer zo hoog, het verschil tussen het verzuim bij vrouwen en bij mannen is groter dan in de branche. • De aanpak van het verzuim tot 6 weken lijkt zijn vruchten af te werpen, het kortdurend verzuim (tot een week) ligt echter nog boven de 1%, een verdere verlaging is mogelijk. • Het verzuim langer dan 1 jaar is sterk toegenomen. • De helft van het langdurig verzuim heeft een psychische oorzaak. • De gemiddelde verzuimduur van het langdurig verzuim is met 30 dagen toegenomen. Een effectieve samenwerking tussen leidinggevenden, medewerkers, HRM en Arbo Unie moet tot een daling van de gemiddelde verzuimduur leiden. Ambities 2009 • In 2009 zal de nadruk liggen op het verder terugdringen van het ziekteverzuim. KPI is: gemiddeld ziekteverzuim 4% in 2009. • Er wordt uitvoering gegeven aan het projectplan terugdringing ziekteverzuim. • Preventieve maatregelen voor de langere termijn, zoals levensfasebewust personeelsbeleid, aandacht voor een vergaand vitaliteitbeleid gericht op de versterking van zowel de fysieke als de psychische weerbaarheid van medewerkers, worden eveneens verder uitgewerkt (is o.a. BRAVO project, zie hieronder). • Ambitie in deze: eind 2009 hebben we een cultuurverandering ondergaan waarbij we redeneren vanuit inzetbaarheid van medewerkers in plaats vanuit verzuim van medewerkers.
Huisvesting Strategisch In 2008 heeft een heroriëntatie plaatsgevonden op de strategische visie ten aanzien van huisvesting. Belangrijkste punten zijn: • Het beleid voor 2008 – 2012 is erop gericht om alle sectoren te voorzien van kwalitatief volwaardige huisvesting. Ook bij tijdelijke huisvesting is er aandacht voor de look & feel, zodat het gebouw past bij de opleidingen die er worden gegeven en de deelnemers dit ook zo beleven. • In de periode 2008 – 2012 worden de sectorplannen voor het branche-leren verder uitgewerkt. De consequenties voor de huisvesting maken onderdeel uit van deze plannen.
• In de periode 2008 – 2012 zal het aantal m2 teruggebracht worden van 158000m2 naar 105000m2 Tactisch • Organisatorische inbedding van Real Estate Management • Sturing op ruimtegebruik / normontwikkeling • Bewustzijn van het m2 gebruik • Uitwerking van een intern verrekensysteem de sectoren inzicht te verstrekken over de financiële consequenties van het m2 gebruikt. Operationeel • informatievoorziening (FMIS) • efficiencyverbetering door delen en verlengen (roostering / verhuur) Het Facilitair Management Informatie Systeem is in 2008 in gebruik genomen. Hiermee is de informatievoorziening t.a.v. gebouwen en het gebruik ervan geborgd. In de volgende fase wordt de koppeling gelegd naar de deelnemers- administratie en het roosterprogramma. De maandelijkse rapportage over het m2-gebruik zal dan actueel, volledig en betrouwbaar zijn.
Financieel perspectief
Het geconsolideerde netto resultaat over de periode januari tot en met december 2008 bedraagt € 18,8 mln negatief. Het rendement van ROCMN komt hiermee op – 11,5 % van de totale baten. Het resultaat is door incidentele baten en lasten negatief beïnvloed. In onderstaande tabel vindt u een overzicht van de belangrijkste effecten. Gecorrigeerd voor deze effecten komt het genormaliseerde resultaat uit op - € 10 mln (negatief) Een uitgebreide analyse van het resultaat is opgenomen in bijlage 1 en 2 Financiële kengetallen Naast rentabiliteit zijn de belangrijkste kengetallen solvabiliteit en liquiditeit. Solvabiliteit Solvabiliteit is 26,6%. Een toelichting op de solvabiliteit is opgenomen in bijlage 3. Liquiditeit De liquiditeit is gedaald van 1,2 naar 1,0. Een toelichting op de liquiditeit is opgenomen in bijlage 3.
Eigen Vermogen Segmentatie De segmentatie van het eigen vermogen in publiek en privaat lijkt ingevolge de richtlijn Jaarverslaggeving Onderwijs in eerste instantie van louter administratief - technische aard. Echter niets is minder waar: het betreft vooral een bestuurlijk vraagstuk. De Mbo-raad heeft met haar leden intensief overlegd over de standpunten en hun gevolgen. Zij hebben vastgesteld dat een zorgvuldige behandeling veel tijd vergt en meer tijd dan nu nog voor de jaarrekening 2008 resteert.
Het is daarom dat het vermogen nog ongesegmenteerd wordt gepresenteerd met het doel om, met behoud van rechten, in het boekjaar 2009 tot besluitvorming te komen en mogelijk in dat jaar het vermogen te segmenteren. Negatief algemene reserve Door het negatieve resultaat van 2008 is de algemene reserve gedaald van + € 9,3 mln naar – € 10,7 mln. Dit heeft een negatief effect op de solvabiliteit . Middels de ingezette reorganisatie van arbeidsplaatsen en m2 wordt deze ongewenste ontwikkeling een halt toe geroepen. Deze ingrepen zijn noodzakelijk om de continuïteit te kunnen waarborgen. Het aantal arbeids-plaatsen wordt over de periode 2009-2012 met minimaal 250 gereduceerd en het aantal m2 met 50.000. Vanaf 2010 moet een positief exploitatieresultaat de algemene reserve weer laten groeien.
Begroting 2009; kwaliteit, rentabiliteit, solvabiliteit en liquiditeit
Als gevolg van de verliezen in 2007 en in 2008 van ROC Midden Nederland is de solvabiliteit en de liquiditeit onder druk komen te staan. De in 2008 ingezette reorganisatie moet leiden tot een structurele reductie van de jaarlijkse kosten met circa € 20 mln. Met deze structurele kostenreductie werkt het College van Bestuur toe naar versterking van het eigen vermogen (via positieve exploitatieresultaten). Tevens wordt hiermee ruimte gecreëerd om de noodzakelijke verdere investeringen in onderwijs, personeel, ICT-leermiddelen, huisvesting en positionering te kunnen bekostigen. In de begroting voor 2009 is in de eerste helft van het jaar nog een verlies voorzien. Dit is terug te voeren op de vertraging – vanwege wettelijke kaders, operationele redenen en te betrachten zorgvuldigheid om de kwaliteit van het onderwijs op peil te houden - waarmee de reductie van personeel en gebouwen zijn beslag krijgt. In de tweede helft van 2009 wordt volgens de begroting een “turn around” voorzien (einde aan verliezen als gevolg van effect reorganisatie en afstoting van overtollige huisvesting). Per saldo is het begrote exploitatieresultaat 2009 echter nog -3,6 mio (vanwege vertragingskosten van ongeveer 5,8 mio in eerste helft van 2009). Hierdoor zal de begrote solvabiliteit eind 2009 uitkomen op circa 25 %. Door de operationele verliezen in 2007 en 2008, het begrote verlies in de eerste helft van 2009 en de benodigde middelen voor de uitfinanciering van de reorganisatievoorziening was eind 2008 zichtbaar dat de liquiditeitspositie van ROC Midden Nederland onder druk zou komen te staan. Om die reden heeft het College van Bestuur besloten beschikbaarheid van extra kredietruimte te realiseren. Met het ministerie van Financiën is hiertoe een kredietovereenkomst aangegaan die waarborgt dat de beschikbare liquiditeit in 2009 en 2010 steeds minimaal 5 mln. zal bedragen. Op basis van de genomen en voorgenomen maatregelen in de exploitatie en het veiligstellen van de financiering is duurzame voortzetting van de activiteiten geborgd. In het najaar van 2009 zal opnieuw worden bezien welke verdere reductie van de kosten nog nodig is om in de jaren 2010 t/m 2012 de liquiditeit en het eigen vermogen weer op te bouwen tot een niveau dat in het mbo gebruikelijk is.
19
Risico’s en risicobeheersing
Binnen het GDC Planning & Control is de afdeling Compliance medio 2008 opgericht en bemenst. Binnen deze afdeling wordt het risicomanagement verder uitgewerkt onder andere in vorm van een “risk frame work”. Wel zijn al diverse handboeken zoals “examinering” en “waarborgen gegevenskwaliteit deelnemers” beschikbaar. Om de risico’s te beperken worden interne controles uitgevoerd door Compliance ten aanzien van onderwijs (850 uur/350 uur, oeren/zorgplicht etc.) en interne controles ten aanzien van de ondersteunende processen (betalingen, inkoop, personeel etc). Rapportage van Compliance worden in het College van Bestuur besproken en opgevolgd. Tevens worden in toenemende mate zelfcontroles door de afdelingen/sectoren uitgevoerd waarop Compliance en toezichthouders kunnen sturen.
Beleid en de uitvoering ten aanzien van het beleggen en belenen
Beleid en de uitvoering ten aanzien van het beleggen en belenen Het treasurybeleid van ROCMN vindt plaats binnen de kaders van de regeling van de Minister van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschappen van 25 juli 2001, nummer FVE2001/57965N, houdende regels over het beleggen en belenen van publieke middelen (Regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek). In deze regeling is aangegeven dat de instelling de publieke middelen, alsmede de overige middelen voor zover deze niet afgescheiden zijn van de publieke middelen, risicomijdend dient te beleggen en te belenen. ROCMN streeft naar een liquide werkkapitaal van minimaal 5 miloen euro. Eventuele overschotten worden belegd bij een spaarfaciliteit zonder opname limiet. Voor de hoofdrekeningen bij de huisbankier geldt een saldo en rentecompensatieregeling. Voor het deel dat er middelen beschikbaar worden gesteld aan de contractactiviteitenvennootschap wordt hiervoor een marktconforme rentevergoeding berekend. Het betreft hier de (voor-) financiering van private activiteiten die in het verlengde liggen van de publieke activiteiten van ROCMN en worden uitgevoerd ten behoeve van doelstellingen van het beroepsonderwijs. Over aflossing en zekerheden zijn geen afspraken gemaakt.
Ten behoeve van investeringen (nieuwbouw, onderwijs, inventaris en ict) is een swap afgesloten, met als doel een 15 jarige lening van € 15 mln af te kunnen sluiten tegen een rente van 5,95%.
Rekenschap en Helderheid
In het GDC P&C worden de toezichthoudende taken op het gebied van naleving van bekostigingsregels gecombineerd met intern financieel toezicht en het interne toezicht op de naleving van de regels betreffende onderwijs en examinering. Helderheid II is vertaald in richtlijnen voor ROC Midden Nederland in een handboek dat breed beschikbaar is gesteld via de interne website. Aan de hand van de opgestelde risicocontrole maatregelenmatrix, waarin de aspecten uit Helderheid II zijn opgenomen, worden controles uitgevoerd en adviezen voor verbetering gedaan. In bijlage 8 is de extra informatie opgenomen conform het document “Helderheid in de bekostiging van het beroepsonderwijs en de volwasseneneducatie” (hierna kortweg Helderheid genoemd)
€
Incidentele baten Vrijval voorziening groot onderhoud Vrijval voorziening bapo/jubileum Vrijval reorganisatievoorziening (Educatie en ondersteunende diensten) Transitiebudget Educatie Verkoop grond Churchilllaan
+ 1,6 mln + 3,5 mln + 3,3 mln + 1,8 mln + 1,0 mln
Incidentele lasten Dotatie voorziening reorganisatie (inclusief wachtgeld) Dotatie voorziening leegstand Dotatie voorziening terugbrengen in oude staat Dotatie voorziening voorziening ict-innovatie Dotatie Voorziening SWAP
-13,7 mln - 1,6 mln - 1,5 mln - 0,8 mln -2,4 mln
Totaal effect op het resultaat door incidentele baten en lasten
- 8,8 mln
Financiële kengetallen Solvabiliteit (eigen vermogen/balanstotaal) Liquiditeit/current ratio (vlottende activa /kortlopende schulden
2007
2008
36,1% 1,2
26,6% 1,0
5. Kengetallen Beroepsopleidingen
1
Deelnemers beroepsonderwijs en educatie Medewerkers2 Baten OCW3 Overige overheidsbijdragen3 Werk voor derden3 Solvabiliteit als %4 Liquiditeit 1. Aantal actieve crebo opleidingen (d.w.z. met inschrijvingen of uitgereikte diploma’s); de opvallende toename in 2007 wordt veroorzaakt door de experimentele opleidingen waarbij de verschillende uitstroomdifferentiaties als afzonderlijke opleidingen zijn geteld.
2004 277
2005 277
2006 278
2007 351
2008 396
25.539 2.494 110.623 32.935 12.011 32 1,1
24.842 2.290 110.369 29.623 10.075 32 2,2
25.991 2.241 109.937 18.027 16.604 32 1,9
24.395 2.289 116.995 17.569 15.784 36 1,2
24.689 2.291 120.579 18.546 14.364 27 1,0
2. Aantal medewerkers in loondienst. 3. Bedragen x € 1000. Vanaf 2006 zijn de opbrengsten voor Inburgering (Educatie), die eerder waren ondergebracht bij de Overige overheidsbijdragen, opgenomen onder Werk voor derden.
4. Eigen vermogen als percentage van het balanstotaal
6. Juridische structuur De juridische structuur van ROC Midden Nederland is weergegeven in onderstaand schema.
Stg Van Beuningenfonds
Stg Beh. fonds Vaartsche Rijn Fiscale eenheid BTW Fiscale eenheid VpB
Stichting ROC
Midden Nederland Contractactiviteiten BV
Gildevaart Contractactiviteiten BV slapend
Bedrijfsopleidingen Midden Nederland BV
7. Organogram 21
ROC Midden Nederland is georganiseerd in zes sectoren, ondersteund door Gemeenschappelijke Dienstencentra (GDC’s) en een centraal apparaat, maar functioneert naar de buitenwereld in netwerken. Ook intern zijn netwerken ontwikkeld om kennis en ervaring uit te wisselen. Het organogram kan als volgt worden weergegeven.
Resultaatverantwoordelijke teams
zogenaamde kwaliteitskaart, welke volgens de INK-systematiek, alle relevante middelen en resultaten inzichtelijk maakt.
De binnen ROC Midden Nederland gevoerde dialoog heeft een verrijkte notitie opgeleverd die de kaders zal bieden voor de verdere implementatie van het concept van resultaatverantwoordelijke teams. De resultaatverantwoordelijke teams maken gebruik van een
Marketing & Sales Studieadvies
Sector Techniek & Innovatie
Sector Educatie
Teams
Teams GDC Facilitair GDC Planning & Control
Sector Economie & Dienstverlening
GDC HRM CVB
Teams
GDC ICT
Lid
Lid Vz
GDC Administratie
Bestuursondersteuning
Dienst Onderwijs
Sector Zorg & Welzijn Teams
Sector THFU&S (Toerisme, Horeca, Facilitaire Dienstverlening, Uiterlijke Verzorging & Sport & Bewegen)
Teams Studieadvies Marketing & Sales Sector Marketing en Sales
GDC Marketing & Communicatie
Bestuursverslag
8. Overige gegevens Samenstelling van het College van Bestuur • Dhr. B. J.F. Fransen MSc Voorzitter (tot 1 mei 2009) • Mw. dr. L. B.J. Schmitz Lid (tot 1 april 2008) • Dhr. P. A.M. Thijssen RA Lid
Opgave beloningen bestuurders De periodiek betaalde beloningen en totale pensioenkosten (werkgevers- en werknemersdeel) van de leden van het College van Bestuur bedroegen in 2008: • Dhr. B. J.F. Fransen MSc Periodiek betaalde beloningen: € 171.277,93 Pensioenkosten: € 37.788,60 • Dhr. P. A.M. Thijssen RA Periodiek betaalde beloningen: €165.495,15* Pensioenkosten: € 32.976,96 • Mw. dr. L. B.J. Schmitz Periodiek betaalde beloningen: € 78.799,61 Pensioenkosten: € 7.043,52 *is exclusief nabetaling salaris 2006 en 2007 (= € 35.183,52)
22
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
In de periodieke betaalde beloningen zijn naast het salaris eveneens vakantietoeslag, eindejaarsuitkering en bruto onkostenvergoeding begrepen. Daarnaast maakt een risicoopslag deel uit van de periodieke betaalde beloningen voor leden van het College van Bestuur. Deze is van toepassing bij een aanstelling voor een periode van vier jaar, in plaats van – zoals gebruikelijk is in het onderwijs – een aanstelling voor onbepaalde tijd. In bijlage 9 is de opgave van medewerkers opgenomen die onder de WOPT vallen.
Nevenfuncties bestuurders Dhr. B.J.F. Fransen MSc: • Voorzitter EDventure: landelijke brancheorganisatie van schooladviesdiensten • Voorzitter Platform Bewegen & Sport BVE • Bestuurslid Branchepromotie Beroepsonderwijs Nederland (BBN) • Bestuurslid Stichting Expertisecentrum ETV.nl • Gastdocent Utrechtse School voor Bestuursen Organisatiewetenschap, Universiteit Utrecht • Lid College van Aanbeveling van de Postinitiële Masteropleiding Public Controlling, Erasmus Universiteit
• Lid Raad van Advies Kennisland • Lid Olympisch Plan 2028 Mw. dr. L.B.J. Schmitz: • Lid Bestuur MBO-Raad, De Bilt • Lid Programmaraad Expertisecentrum Beroepsonderwijs • Secretaris Bestuur Vereniging Vluchtelingenwerk Nederland, Amsterdam • Voorzitter Raad van Toezicht Fonds Nuts Ohra, Amsterdam • Voorzitter Bestuur Debatcentrum Tumult, Utrecht Dhr. P.A.M. Thijssen RA: • Penningmeester en secretaris bestuur BVEPlatform Informatievoorziening • Voorzitter platform Subsidies
Jaarrekening 2008
> Jaarrekening 2008 (Geconsolideerd) Geconsolideerde balans per 31 december 2008 (voor resultaatbestemming) > Activa € x 1.000
31 december 2008 € x 1.000 € x 1.000
1 januari 20081 € x 1.000
Materiële vaste activa Gebouwen 61.351 63.919 Terreinen 12.494 12.494 Totaal materiële vaste activa 73.845
76.413
Inventaris en apparatuur
11.806
14.412
Totaal vaste activa
85.651
90.825
0
50
Vorderingen Debiteuren 7.796 10.283 Ministerie van OCW 1.090 922 Deelnemers/cursisten 814 2.442 Overige vorderingen 6.066 5.920 Overlopende activa 1.956 1.529 Totaal vorderingen 17.722
21.096
Liquide middelen
8.997
22.879
Totaal vlottende activa
26.719
44.024
Totaal activa
112.370
134.849
Vaste activa
Vlottende activa Voorraden
26
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Geconsolideerde balans per 31 december 2008 (voor resultaatbestemming) > Passiva 31 december 2008 € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 Eigen vermogen Algemene reserve -10.721 9.315 Bestemmingsreserves 40.566 39.317 Totaal eigen vermogen 29.845
1 januari 2008 € x 1.000
48.632
Voorzieningen Onderhoudsvoorziening 2.255 4.140 Voorziening wachtgelden 12.615 2.382 Voorziening “uitgestelde personele beloningen” 18.229 21.377 Voorziening reorganisatie 3.847 5.854 Overige voorzieningen 8.468 4.724 Totaal voorzieningen 45.414
38.477
Langlopende schulden Kredietinstellingen 10.100 11.100 Overige langlopende schulden 38 78 Totaal langlopende schulden 10.138
11.178
Kortlopende schulden Kredietinstellingen 1.000 2.638 Crediteuren 2.720 5.184 Ministerie van OCW 0 22 Belastingen en premies sociale verzekeringen 4.748 4.535 Schulden terzake pensioenen 1.531 1.456 Overige kortlopende schulden 300 228 Overlopende passiva 16.674 22.499 Totaal kortlopende schulden 26.973
36.562
Totaal passiva
112.370
134.849
1 Per 1 januari 2008 is de Regeling jaarverslaggeving onderwijs van toepassing geworden, welke een stelselwijziging tot gevolg heeft. Het effect van deze stelselwijziging blijft voor ROC Midden Nederland beperkt tot de presentatie van de post “Egalisatierekening investeringssubsidies”. Per 1 januari 2008 is deze post ad € 49 K ondergebracht bij de post “Overlopende passiva” (ultimo 2009: € 17 K)
Jaarrekening 2008
27
Geconsolideerde staat van baten en lasten over 2008 > Staat van baten en lasten 2008 Begroting 2008 2007 € € € € € € Baten en lasten Baten Rijksbijdragen OCW 120.579 117.193 116.996 Overige overheidsbijdragen en - subsidies 18.546 19.863 17.569 College-, cursus-, les- en examengelden 3.092 2.286 3.180 Baten werk in opdracht van derden 14.364 15.710 15.784 Overige baten 6.468 4.017 5.308 Totaal Baten 163.049 159.069 158.837 Lasten Personele lasten 133.978 116.002 120.568 Afschrijvingen 8.767 8.696 7.753 Huisvestingslasten 12.460 11.700 9.646 Overige instellingslasten 27.153 27.294 24.641 Totaal Lasten 182.358 163.692 162.608 Saldo baten en lasten -19.309 -4.623 -3.771 Financiële baten en lasten Financiële baten 810 900 1.666 Financiële lasten 726 910 1.324 Saldo financiële baten en lasten 84 -10 342 Resultaat -19.225 -4.633 -3.429 Belastingen 438 0 116 28
Nettoresultaat
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
-18.787
-4.633
-3.314
Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2008 > Geconsolideerd kasstroomoverzicht € Kasstroom
2008 € €
2007 €
Kasstroom uit operationele activiteiten Resultaat (saldo baten en lasten) -19.309 -3.771 Aanpassingen voor: Afschrijvingen 8.767 7.753 Mutaties voorzieningen 6.937 -7.899 Belastingen 438 116 16.142 -31 Verandering in vlottende middelen: -Voorraden 50 6 -Vorderingen 3.373 -2.429 -Schulden -9.588 221 -6.165 -2.202 Kasstroom uit bedrijfsoperaties -9.332 -6.004 Financiële baten 810 1.666 Financiële lasten 726 1.324 84 342 Totaal kasstroom uit operationele activiteiten -9.249 -5.662 Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen materiële vaste activa -3.614 -8.954 Des-investeringen materiële vaste activa 21 204 Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten -3.593 -8.749 Kasstroom uit financieringsactiviteiten Aflossing langlopende schulden -1.040 -14.300 Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten -1.040 -14.300 Totale kasstroom -13.881 -28.711
Het verloop van de geldmiddelen is als volgt:
2008
2007
Stand per 1 januari 22.879 51.590 Mutatie boekjaar -13.881 -28.711 Stand per 31 december 8.997 22.879
Jaarrekening 2008
29
Toelichting op de geconsolideerde balans en staat van baten en lasten > Algemene toelichting Activiteiten
De activiteiten van de instelling en haar groepsmaatschappijen (‘de Groep’) bestaan voornamelijk uit dienstverlening op het gebied van Beroepsonderwijs (MBO) en volwassenenonderwijs.
Continuïteit
De in de onderhavige jaarrekening gehanteerde grondslagen van waardering en resultaatbepaling is gebaseerd op de veronderstelling van continuïteit van de instelling.
Stelselwijzigingen
Per 1 januari 2008 is de Regeling jaarverslaggeving onderwijs van toepassing geworden. De eerste toepassing hiervan heeft een stelselwijziging tot gevolg. Bij ROC Midden Nederland blijft de stelselwijziging beperkt tot een rubricering van de egalisatiereserve onder de overlopende passiva.
Consolidatie
30
In de consolidatie worden de financiële gegevens van de instelling opgenomen, haar groepsmaatschappijen en andere instellingen waarop zij een overheersende zeggenschap kan uitoefenen (op grond van de feitelijke situatie) of waarover zij de centrale leiding heeft. Groepsmaatschappijen zijn rechtspersonen waarin de instelling overheersende zeggenschap, direct of indirect, kan uitoefenen doordat zij beschikt over de meerderheid van de stemrechten of op enig andere wijze de financiële en operationele activiteiten kan beheersen. Hierbij wordt tevens rekening gehouden met potentiële stemrechten die direct kunnen worden uitgeoefend op balansdatum. De groepsmaatschappijen en andere rechtspersonen waarop zij een overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover zij de centrale leiding heeft, worden voor 100% in de consolidatie betrokken. Het aandeel van derden in het groepsvermogen en in het groepsresultaat wordt afzonderlijk vermeld. Intercompany-transacties, intercompanywinsten en onderlinge vorderingen en schulden tussen groepsmaatschappijen en andere
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
in de consolidatie opgenomen rechtspersonen worden geëlimineerd. Ongerealiseerde verliezen op intercompany-transacties worden ook geëlimineerd tenzij er sprake is van een bijzondere waardevermindering. Waarderingsgrondslagen van groepsmaatschappijen en andere in de consolidatie opgenomen rechtspersonen zijn waar nodig gewijzigd om aansluiting te krijgen bij de geldende waarderingsgrondslagen voor de Groep. Aangezien de staat van baten en lasten over 2008 van de instelling in de geconsolideerde jaarrekening is verwerkt, is (in de enkelvoudige jaarrekening) volstaan met weergave van een beknopte staat van baten en lasten in overeenstemming met artikel 2:402 BW. De in de consolidatie begrepen instellingen zijn: Stichting ROC Midden Nederland, Utrecht (100%) Holding ROC Midden Nederland Contractactiviteiten B.V., Utrecht (100%) ROC Midden Nederland Bedrijfsopleidingen BV (vh Training & Advies B.V.), Utrecht (100%) Gildevaart Contract B.V., Utrecht (100%)
Verbonden partijen
Alle groepsmaatschappijen, zoals opgenomen in paragraaf 1.4, evenals de deelnemingen, worden aangemerkt als verbonden partij. Transacties tussen groepsmaatschappijen worden in de consolidatie geëlimineerd.
Acquisities en desinvesteringen van groepsmaatschappijen
Vanaf de overnamedatum worden de resultaten en de identificeerbare activa en passiva van de overgenomen instelling opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening. De overnamedatum is het moment dat overheersende zeggenschap kan worden uitgeoefend in de betreffende instelling. De maatschappijen die in de consolidatie betrokken zijn, blijven in de consolidatie opgenomen tot het moment dat zij worden verkocht; deconsolidatie vindt plaats op het moment dat de beslissende zeggenschap wordt overgedragen en indien de maatschappij slechts gehouden wordt om te vervreemden.
Toelichting op het kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen. Kasstromen in vreemde valuta zijn omgerekend tegen een geschatte gemiddelde koers. Koersverschillen bij geldmiddelen worden afzonderlijk in het kasstroomoverzicht getoond. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest, ontvangen dividenden en winstbelastingen zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. Betaalde dividenden zijn opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten.
Schattingen
Om de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening te kunnen toepassen, is het nodig dat de leiding van de instelling over verschillende zaken zich een oordeel vormt, en dat de leiding schattingen maakt die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in art. 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten.
Grondslagen voor waardering van activa en passiva Algemeen
De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, die uitgegeven is door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Deze bepalingen zijn van toepassing op grond van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs. De jaarrekening is opgesteld in euro’s. Activa en passiva (met uitzondering van het groepsvermogen) worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs.
Vergelijking met voorgaand jaar
De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn gewijzigd ten opzichte van het voorgaande jaar door de invoering van de Regeling Jaarverslageving onderwijs per 1 januari 2008. Het effect voor ROC MN is echter beperkt en heeft alleen betrekking op de presentatie van de post “Egalisatierekening investeringssubsidies”. Per 1 januari 2008 is deze post ad. € 49 K ondergebracht bij de post “Overlopende passiva” (ultimo 2008: € 17 K).
Materiële vaste activa
De gebouwen en terreinen, die in het kader van de OKF-operatie zijn overgedragen, zijn gewaardeerd tegen de normatieve waarde verminderd met de afschrijvingen. In 2008 heeft geen herwaardering op de normatieve waarde plaatsgevonden. De overige gebouwen en -terreinen worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs plus bijkomende kosten of vervaardigingsprijs onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de geschatte economische levensduur. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Er wordt rekening gehouden met de bijzondere waardeverminderingen die op balansdatum worden verwacht. Voor een uiteenzetting ten einde vast te kunnen stellen of voor een materieel vast actief sprake is van een bijzondere waardevermindering wordt verwezen naar paragraaf 2.6. Overige vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingsof vervaardigingsprijs inclusief direct toerekenbare kosten, onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de verwachte toekomstige gebruiksduur, of lagere bedrijfswaarde. De vervaardigingsprijs bestaat uit de aanschaffingskosten van grond- en hulpstoffen en kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de vervaardiging inclusief installatiekosten. Indien voor te vervaardigen materiële vaste activa noodzakelijkerwijs een aanmerkelijke hoeveelheid tijd nodig is om deze gebruiksklaar te maken, worden de rentekosten opgenomen in de vervaardigingsprijs. Voor de toekomstige kosten van groot onderhoud aan de bedrijfsgebouwen is een voorziening voor groot onderhoud gevormd. De toevoeging aan de voorziening wordt bepaald op basis van het geschatte bedrag van het onderhoud en de periode die telkens tussen de werkzaamheden van groot onderhoud verloopt.
Financiële vaste activa
De deelnemingen waarop invloed van bete- kenis wordt uitgeoefend worden gewaardeerd volgens de netto vermogenswaarde, berekend volgens de grondslagen die gelden voor deze jaarrekening. Indien er een negatieve waarde ontstaat, wordt voor dat deel een voorziening opgenomen. Deelnemingen waar de instelling invloed van betekenis uitoefent op het zakelijke en financiële beleid worden tegen de vermogensmutatiemethode gewaardeerd. Overeenkomstig deze methode worden de deelnemingen in de balans opgenomen tegen het aandeel van de instelling in de vermogenswaarde vermeerderd met het aandeel in de resultaten van de deelnemingen vanaf het moment van verwerving, bepaald volgens de grondslagen zoals vermeld in deze jaarrekening. In de exploitatierekening wordt het aandeel van de instelling in het resultaat van de deelnemingen opgenomen. Voor deelnemingen waarvan de nettovermogenswaarde negatief is, wordt indien aanzuivering van het vermogen zal plaatsvinden een voorziening getroffen.
Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa
Per verslagdatum wordt beoordeeld of er aanwijzingen zijn dat een actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Indien een dergelijke aanwijzing aanwezig is of indien de jaarlijkse toetsing op bijzondere waardevermindering van een actief vereist is, wordt een schatting gemaakt van de realiseerbare waarde van het actief. De realiseerbare waarde van een actief is de hoogste van de reëele waarde van een actief minus ver-koopkosten of de bedrijfswaarde. Indien de boekwaarde van een actief de realiseerbare waarde overschrijdt, wordt het actief geacht een bijzondere waardevermindering te hebben ondergaan en wordt deze afgewaardeerd tot de realiseerbare waarde.
Voorraden
De voorraden worden gewaardeerd tegen inkoop-of vervaardigingsprijs, onder aftrek van een (eventuele) voorziening voor incourantheid.
Onderhanden projecten
De onderhanden werken worden gewaardeerd tegen kosten van direct materiaalgebruik en arbeid, met een opslag voor indirecte kosten. Een voorziening voor verwachte verliezen voor een project wordt in mindering gebracht op de post onderhanden werk voor zover deze niet groter is dan de actiefpost van dit project. De vervallen termijnen die in relatie staan tot het onderhanden werk worden in mindering gebracht op het onderhanden werk. De daadwerkelijk vooruitgefactureerde en vooruitontvangen termijnen worden opgenomen onder de kortlopende schulden.
Vorderingen
De vorderingen worden opgenomen tegen nominale waarde onder aftrek van een voorziening voor het risico van oninbaarheid.
Latente belastingvorderingen en -verplichtingen
Latente belastingvorderingen en -verplichtingen worden opgenomen voor tijdelijke verschil-
len tussen de waarde van de activa en passiva volgens fiscale voorschriften enerzijds en de gevolgde bedrijfseconomische grondslagen anderzijds. De berekening van de latente belastingvorderingen en -verplichtingen geschiedt tegen de op het einde van het verslagjaar geldende belastingtarieven of tegen de in komende jaren geldende tarieven, voorzover reeds bij wet vastgesteld. Latente belastingvorderingen, met inbegrip van die voortvloeiend uit voorwaartse verliescompensatie, worden gewaardeerd indien het waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar zal zijn waarmee verliezen kunnen worden gecompenseerd en verrekeningsmogelijkheden kunnen worden benut. Belastinglatenties worden gewaardeerd op nominale waarde.
Liquide middelen
Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en direct opeisbare deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekeningcourantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden.
Eigen vermogen
Het eigen vermogen bestaat uit algemene reserves en bestemmingsreserves en/of -fondsen. Voor de jaarrekening 2008 heeft nog geen mogelijke segmentatie plaatsgevonden van het eigen vermogen in een publiek- en/of een privaat deel. Gezien de bijzondere impact die zo’n segmentatie zou kunnen hebben op de inrichting en verplichtingen alsook de benodigde inspanning voor de herleiding van historische gegevens is vooralsnog voor een ongedeelde opstelling gekozen. Voor het boekjaar 2009 zou, mede op basis van betereen adequatere informatie, alsnog een deel van het vermogen als privaat gefinancierd kunnen worden gepresenteerd. De bestemmingsreserves zijn reserves met een beperktere bestedingsmogelijkheid, welke door het bestuur is aangebracht. Bestemmingsreserve A Het bedrag en de beperkte doelstelling van iedere bestemmingsreserve moet worden vermeld, alsmede het feit dat het bestuur deze beperking heeft aangebracht. De bestemmingsfondsen zijn reserves met een beperktere bestedingsmogelijkheid, welke door derden zijn aangebracht. Bestemmingsfonds A Het bedrag en de beperkte doelstelling van ieder bestemmingsfonds moet worden vermeld, alsmede de reden van deze beperking en alle overige voorwaarden die door derden zijn gesteld. Voor een verdere toelichting van het vermogen wordt verwezen naar het enkelvoudig deel van deze jaarrekening.
Voorzieningen
Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van mid-
Jaarrekening 2008
31
delen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld. Wanneer de verwachting is dat een derde de verplichtingen vergoedt, en wanneer het
waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting, dan wordt deze vergoeding als een actief in de balans opgenomen. Voor uitgaven voor groot onderhoud wordt een voorziening gevormd om deze lasten gelijkmatig te verdelen over een aantal boekjaren.
Langlopende schulden
Financiële instrumenten
ROC Midden Nederland past kostprijshedgeaccounting toe voor de renteswaps die ervoor zorgen dat bepaalde vastrentende schulden worden omgezet in variabel rentende leningen. Het ineffectieve deel van de waardeverandering van de renteswaps worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening onder de financiële baten en lasten.
Langlopende schulden worden worden opgenomen tegen nominale waarde.
Grondslagen voor bepaling van het resultaat Algemeen
Het jaarresultaat wordt bepaald door de opbrengsten te verminderen met de kosten en lasten over dezelfde periode. Daarbij worden baten aan het verslagjaar toegerekend voor zover de betreffende prestaties zijn verricht in het verslagjaar. De kosten en opbrengsten worden bepaald met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde waarderingsgrondslagen en worden toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben. De afschrijvingen worden lineair berekend op basis van de onder de grondslagen van waardering vermelde levensduur.
Opbrengstverantwoording 32
Verlenen van diensten Opbrengsten uit het verlenen van diensten geschieden naar rato van de geleverde prestaties, gebaseerd op de verrichte diensten tot aan de balansdatum in verhouding tot de in totaal te verrichten diensten. Projectopbrengsten en projectkosten Voor onderhanden projecten, waarvan het resultaat op betrouwbare wijze kan worden bepaald, worden de projectopbrengsten en de projectkosten verwerkt als netto-omzet en kosten in de staat van baten en lasten naar rato van de verrichte prestaties per balansdatum (de ‘Percentage of Completion’-methode, ofwel de PoC-methode).
Overige bedrijfsopbrengsten
Overige bedrijfsopbrengsten bestaan uit baten uit verhuur, detachering, ouderbijdragen en overige baten.
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Overheidssubsidies
Exploitatiesubsidies worden als bate verantwoord in de staat van baten en lasten in het jaar waarin de gesubsidieerde kosten zijn gemaakt of opbrengsten zijn gederfd, of wanneer een gesubsidieerd exploitatietekort zich heeft voorgedaan. De baten worden verantwoord als het waarschijnlijk is dat deze worden ontvangen en de instelling de condities voor ontvangst kan aantonen.
Afschrijvingen op materiële vaste activa
Materiële vaste activa worden vanaf het moment van ingebruikneming afgeschreven over de verwachte toekomstige gebruiksduur van het actief. Over terreinen wordt niet afgeschreven. Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de economische levensduur, dan worden de toekomstige afschrijvingen aangepast. Boekwinsten en -verliezen bij verkoop van materiële vaste activa zijn begrepen onder de afschrijvingen.
Personeelsbeloningen
Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de staat van baten en lasten, voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers.
Bijzondere posten
Bijzondere posten zijn baten of lasten die voortvloeien uit gebeurtenissen of transacties die behoren tot het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening, maar die omwille van de vergelijkbaarheid apart toegelicht worden op
grond van de aard, omvang of het incidentele karakter van de post.
Financiële baten en lasten
Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen.
Belastingen
De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de staat van baten en lasten, rekening houdend met beschikbare, fiscaal compensabele verliezen uit voorgaande boekjaren (voor zover niet opgenomen in de latente belastingvorderingen) en vrijgestelde winstbestanddelen en na bijtelling van niet-aftrekbare kosten. Tevens wordt rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief.
Toelichting op de geconsolideerde balans > Materiële vaste Activa
Gebouwen en terreinen
Stand per 1 januari 2008 Verkrijgings- of vervaardigingsprijzen Cumulatieve waardeverminderingen en afschrijvingen Boekwaarden
Inventaris en apparatuur
Andere vaste bedrijfsmiddelen
In uitvoering van vooruitbetalingen
€
€
€
€
Niet aan het proces dienstbare materiële vaste activa €
107.829 -31.416 76.413
74.385 -59.972 14.412
0 0 0
0 0 0
0 0 0
Totaal
182.214 -91.388 90.825
€
Mutaties Investeringen 1.119 2.495 0 0 0 3.614 Herwaarderingen 0 0 0 0 0 0 Desinvesteringen -38 -33 0 0 0 -72 Afschrijvingen -3.686 -5.081 0 0 0 -8.767 Afschrijvingen desinvesteringen 38 12 0 0 0 51 Desinvesteringen (aanpassing 2007) -4.723 2 0 0 0 -4.721 Afschrijvingen desinvesteringen (aanpassing 2007) 4.723 -2 0 0 0 4.721 Saldo -2.568 -2.607 0 0 0 -5.175 Stand per 31 december 2008 Verkrijgings- of vervaardigingsprijzen Cumulatieve waardeverminderingen en afschrijvingen Boekwaarden Afschrijvingspercentages
104.186 -30.341 73.845
76.846 -65.637 11.806
0 0 0
0 0 0
0 0 0
2,5 - 3,33
5 - 33,3
0
0
0
181.035 -95.384 85.651
1.1.a OZB en verzekerde waarde gebouwen en terreinen 1.1.a.1 OZB waarde gebouwen en terreinen 1.1.a.2 Verzekerde waarde gebouwen
33
Bedrag
Peildatum
89.7 mln 170.8 mln
1-jan-08 31-dec-08
Jaarrekening 2008
Toelichting op de geconsolideerde balans > Vlottende activa € Voorraden Gebruiksgoederen
31 december 2008 € €
0
Totaal voorraden
1 januari 2008 €
50
0
50
Vorderingen Debiteuren Debiteuren zakelijk 5.574 5.861 Debiteuren gemeenten 2.220 4.420 Debiteuren personeel 2 2 Totaal debiteuren 7.796 10.283 I n de post debiteuren zakelijk is de voorziening dubieuze debiteuren gesaldeerd conform onderstaand overzicht met het saldo van per 31 december
Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid is als volgt: Stand per 1 januari Onttrekking Dotatie/ vrijval
351 -39 -105
569 -226 8
Stand per 31 december 207 351 Ministerie van OCW 1.090 922 Deelnemers/cursisten 814 2.442 In de post deelnemers is de voorziening dubieuze debiteuren gesaldeerd gesaldeerd conform onderstaand overzicht (per 31 december)
34
Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid is als volgt: Stand per 1 januari Onttrekking Dotatie/ vrijval
444 -165 150
309 -249 384
Stand per 31 december
429
444
Overige vorderingen Gemeenten 5.181 5.418 Latente belastingvordering 756 318 Overige vorderingen 129 184 Totaal overige vorderingen 6.066 5.920 Overlopende activa Nog te factureren omzet 155 260 Vooruit betaalde kosten 1.114 741 Diverse overlopende activa 687 528 Totaal overlopende activa 1.956 1.529 Totaal vorderingen
17.722
21.096
Alle vorderingen, met uitzondering van de latente belastingvordering, hebben een resterende looptijd korter dan een jaar. De berekening van de latente belastingvordering geschiedt tegen de op het einde van het verslagjaar geldende belastingtarieven of tegen de in komende jaren geldende tarieven, voorzover reeds bij wet vastgesteld. De latente belastingvordering, met inbegrip van die voortvloeiend uit voorwaartse verliescompensatie, worden gewaardeerd indien het waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar zal zijn waarmee verliezen kunnen worden gecompenseerd en verrekeningsmogelijkheden kunnen worden benut. De belastinglatentie is gewaardeerd op nominale waarde. In 2009 zal deze post ondergebracht worden onder de rubriek “Financiele vaste activa”. Liquide middelen Banken Kasmiddelen Spaarrekeningen/deposito’s
7.982 20 995
Totaal liquide middelen
8.997
De liquiditeiten staan na aftrek van de verstrekte bankgaranties ad € 78 geheel ter vrije beschikking. Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
4.853 26 18.000 22.879
Toelichting op de geconsolideerde balans > Eigen vermogen en voorzieningen Eigen vermogen en voorzieningen
Boekwaarde 01-01-2008 €
Algemene reserve Algemene reserve en resultaatbestemming Reserve Stichting Van Beuningenfonds Totaal algemene reserve
Mutaties + €
Mutaties - €
Boekwaarde 31-12-2008 €
8.787 20.049 528 12 9.315 12 20.049
-11.262 540 -10.721
Bestemmingsreserves Egalisatiereserve huisvesting1 36.058 1.250 37.307 Mobiliteitsbevordering2 3.259 3.259 Totaal bestemmingsreserves 39.317 1.250 0 40.566 Totaal eigen vermogen 48.632 1.262 20.049 29.845 1. Deze reserve is ten behoeve van egalisatie van exploitatiereslutaten huisvesting welke mede door grote investeringen en desinvesteringen forse schommelingen te weeg brengt. Het resultaat van huisvesting 2008 is toegevoegd aan de bestemmingsreserve huisvesting.
Het doel en verwachting is dat het huisvestingsresultaat meerjarig hieruit kan worden gefinancieerd.
2. Deze reserve is een salderingsrekening (fonds) welke t/m 2006 gevoed is vanuit een resterend saldo
wachtgeldbekostiging en dient ter dekking van kosten voortvloeiende uit mobiliteitsbeleid als gevolg van reorganisaties en herstructureringen. Onttrekkingen kunnen alleen plaatsvinden tot zover het saldo van het fonds het toelaat (lees: positief is).
35
Jaarrekening 2008
Toelichting op de geconsolideerde balans > Voorzieningen Mutaties 2008
36
Onderverdeling saldo € € € € € Kortlopend Langlopend deel < 1 jaar deel > 1 jaar Groot onderhoud 4.140 484 726 1.642 2.255 467 1.788 Voorziening groot onderhoud 4.140 484 726 1.642 2.255 467 1.788 Uitgestelde personele beloningen Voorziening Bapo 19.207 2.399 2.132 3.114 16.360 2.100 14.260 Voorziening Jubileumverplichtingen 2.170 156 106 351 1.869 110 1.759 Totaal Uitgestelde personele beloningen 21.377 2.555 2.239 3.465 18.229 2.210 16.019 Wachtgelden 2.382 10.938 705 12.615 4.513 8.102 Totaal wachtgelden 2.382 10.938 705 0 12.615 4.513 8.102 Voorziening reorganisatie 5.854 3.847 2.611 3.243 3.847 3.847 Voorzieningen personeel overig 177 27 19 185 85 100 Voorziening leegstand gehuurde gebouwen 1.730 725 371 2.083 427 1.656 Voorziening ontmantelingskosten 200 200 200 Voorziening Rente Swap 0 2.425 2.425 2.425 Projecten en activiteiten 2.616 1.841 882 3.575 681 2.894 Totaal overige voorzieningen 4.724 5.017 390 882 8.468 3.618 4.850 Totaal voorzieningen 38.477 22.841 6.671 9.231 45.414 14.655 30.758
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Saldo Dotaties 01-01-2008
Ont-trek Vrijval Saldo kingen 31-12-2008
Toelichting op de geconsolideerde balans > Voorzieningen Voorziening groot onderhoud
Deze kostenegalisatievoorziening beoogt egalisatie van kosten voor de uitgaven van groot planmatig onderhoud van onroerende zaken die over de jaren heen een onregelmatig verloop hebben.
Voorziening Bapo
Conform CAO Bve heeft het personeel bij ROC Midden Nederland recht op de Bapo-regeling (Bevordering arbeidsparticipatie ouderen), welke als doel heeft het behouden van senioren voor het arbeidsproces door taakverlichting en -vermindering. Personeel dat gebruik maakt van de regeling (per 1 januari 2009 vanaf 53 jaar tot einde dienstverband) kiest ervoor de feitelijke jaartaak te verminderen tegen gedeeltelijke inlevering van het salaris. De toekomstige gedeeltelijke vergoeding door de werkgever is aan te merken als een uitgestelde beloning waarvoor conform RJ 271 een voorziening is gevormd. De leeftijdsopbouw van het personeel binnen de organisatie is dusdanig dat een groot deel hiervan Bapo gerechtigd is of binnen enkele jaren dit zal worden. In deze voorziening worden per individu, rekening houdend met de periode in dienst, de totale rechten bepaald. Bij de berekening van de voorziening is rekening gehouden met een ‘blijfkans van het huidig personeel’, ‘ontwikkeling salaris’, ‘mate van gebruik’ en ‘contante waarde’.
Voorziening Jubileumrechten
Conform Cao Bve heeft het personeel van ROC Midden Nederland bij 25 en/of 40 jaar ambtelijk dienstverband recht op een jubileumgratificatie. Deze gratificatie is bij 25 jarige diensttijd 50% en bij 40 jarig jubileum 100% van de bezoldiging (per maand inclusief vakantiegeld). De toekomstige gratificatie is aan te merken als een uitgestelde beloning waarvoor conform RJ 271 een voorziening is gevormd. De gemiddelde (ambtelijke) diensttijd is navenant de leeftijdsopbouw dusdanig dat ons ROC de komende periode in toenemende mate met jubileumrechten zal worden geconfronteerd. Bij de berekening is rekening
gehouden met de individuele situatie van de personeelsleden en de contante waarde van deze verplichting.
Voorziening wachtgeld
Met ingang van 1 juli 2005 is de instelling door gewijzigde regelgeving volledig risicodrager voor het wachtgeldrisico. Hiervoor is een voorziening getroffen. De wachtgeldvoorziening is gevormd voor de per balansdatum bestaande (bovenwettelijke) wachtgeldverplichtingen. De totale toekomstige lasten worden voorzien voor de volledige termijn waarop de gerechtigde recht heeft. Deze verplichting is contant gemaakt. Daarnaast is er ultimo 2008 a.g.v. een nieuwe reorganisatie een voorziening gevormd bedragende € 9,9 mln. ter dekking van de kosten WW en BW uitkering van tijdelijk personeel, waarvan het contract niet verlengd zal worden.
Voorziening reorganisatie
Deze voorziening is gevormd ten behoeve van een ROC-brede reorganisatie, waarbij sprake is van een boventalligheid van 230 fte. Binnen de gevormde voorziening zijn een viertal maatregelen te onderscheiden (Vertrekpremie boven FPU spilleeftijd/ VVU regeling/ Begeleiding tijdelijke medewerkers die voor ontslag in aanmerking komen en Vrijwillige mobiliteit).
Personele voorzieningen
De voorziening voor de spaarverlofregeling zal in de komende jaren gaan verdwijnen omdat door de komst van de levensloopregeling opbouw niet meer mogelijk is (excl. indexatie). In de komende jaren zal er alleen nog sprake zijn van onttrekking.
Voorziening leegstand gehuurde gebouwen
Deze voorziening is in de eerste plaats voor gehuurde gebouwen die meerjarig niet gebruikt worden, maar waarvoor wel een langdurige huurverplichting bestaat. Bij de berekening is rekening gehouden met de verwachting of deze kosten kunnen worden verminderd door onderverhuur of de huurperiode kan worden verkort door voortijdige opzegging.
Daarnaast is er ter dekking van de kosten van de huurpanden die afgestoten zullen worden conform een strategisch huisvestingsplan, een bedrag voorzien gelijk aan de huurkosten van een periode van 3 maanden en 10% van de overige onvermijdbare kosten op jaarbasis. In de laatste plaats is er bij de af te stoten eigendomspanden vanuit gegaan dat een pand gemiddeld 1 jaar leegstaat tot het moment dat het pand verkocht wordt. Van de onvermijdbare kosten op jaarbasis is 10% genomen.
Voorziening ontmantelingskosten
Deze voorziening is getroffen voor de verwachte kosten voortkomend uit de voorgenomen sloop van een deel van de Grebbeberglaan.
Vooziening Rente Swap (ter afdekking negatieve waarde)
Op 18 juli 2002 is een rente swap afgesloten met de Rabobank op een nominaal bedrag van € 15 mln met als ingangsdatum 02-01-2008 en als afloopdatum 03-01-2023. Deze rente swap is doorgerold in 2007 en in 2008 met als ingangsdatum 02-01-2009 en als afloopdatum 03-01-2024. De vaste rente is vastgesteld op 5,95% (exclusief debiteurenopslag). Deze rente swap heeft op 31-12-2008 een negatieve waarde van € 2,4 mln. Deze waarde is conform de nieuwe richtlijn voorzien.
Voorziening Projecten en activiteiten
Binnen deze rubriek is in de eerste plaats een voorziening opgenomen om afrekenrisico inzake de ESF/OCW subisidies voor VSV/BBL op te vangen. In de tweede plaats zijn de kosten voorzien voor het opleveringsklaar maken van de panden. Deze bestaan uit uitruimkosten en het in oorspronkelijke staat terugbrengen van de af te stoten huurpanden (aanpassingskosten). Deze voorziening is tevens gevormd voor het maken van dubbele kosten. Gedurende de periode 2009-2010 zal er een nieuw HRM pakket worden ingevoerd. Bij de overgang naar het nieuwe pakket zullen dubbele ICT-kosten gemaakt worden waar geen dekking tegenover staat.
Jaarrekening 2008
37
Toelichting op de geconsolideerde balans > Langlopende schulden Kredietinstellingen Stand per Aangegane Aflossingen Stand per Rente Resterende 01-01-2008 leningen 2008 31-12-2008 percentage looptijd in jaren € € € € % Rabobank (hypotheekinschrijving € 5.000)
11.100
0
1.000
10.100
Totaal kredietinstellingen
11.100
0
1.000
10.100
Algemeen
ROC Midden Nederland heeft één lening lopen bij de Rabobank tegen een rentepercentage van 5,65%. Ultimo 2008 bedraagt de boekwaarde € 11,1 mln, waarvan € 1 mln betrekking heeft op een reguliere aflossing 2008. Deze worden verantwoord bij de kortlopende schulden (kredietinstellingen).
de kortlopende schulden verantwoord, zoals eerder aangegeven bij het kopje “”Algemeen””. • Exploitatiefaciliteit in rekening-courant bedraagt € 15 mln. • Investeringsfaciliteit voor huisvesting, ICT, inventaris en innovatie ad € 29 mln. Over deze faciliteit kan niet vrij worden beschikt.
Bij de Rabobank lopen per ultimo 2008 de volgende financieringsfaciliteiten: • Lening (3310.948.900) in hoofdsom groot € 19 mln, p.r. per 31-12-2008 € 11,1 mln. Het kortlopend deel ad € 1 mln wordt bij
De gestelde zekerheden bestaan uit: • Hoofdelijke medeschuldverbintenis door Holding ROC Midden Nederland Con tractactiviteiten BV en Bedrijfsopleidingen Midden Nederland BV.
Rabobank
38
5,65%
12
• Hypotheek ad € 0,95 mln op Dasseweide 3 te Nieuwegein. • Hypotheek ad € 55 mln op: - Utrecht: Amerikalaan 109; Brandenburchdreef 20; Grebbeberglaan 15; Kampereiland 6 en Vondellaan 174. - Nieuwegein: Dasseweide 3 en Harmonielaan 2.
12/31/08 1/1/08 € € € € Overige langlopende schulden Overige 38 78 Totaal overige langlopende schulden 38 78 Totaal langlopende schulden 10.138 11.178
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Toelichting op de geconsolideerde balans (vervolg) > Kortlopende schulden € Kortlopende schulden Kredietinstellingen Crediteuren OCW Belastingen en sociale premies Schulden terzake pensioenen Overig kortlopende schulden
31 december 2008 € €
1 januari 2008 €
1.000 2.720 0 4.748 1.531 300
2.638 5.184 22 4.535 1.456 228
Overlopende passiva Reservering vakantietoeslag 3.464 3.426 Vakantiedagen 1.077 1.039 Ministerie van OCW geoormerkte bijdragen 4.306 5.940 Ministerie van OCW niet-geoormerkte bijdragen 0 951 Vooruitontvangen investeringssubsidies1 17 49 Vooruitontvangen leerlinggelden 833 903 Vooruitontvangen bijdragen gemeenten 1.783 1.972 Vooruitontvangen contractactiviteiten 359 277 Vooruitontvangen/overlopende projecten 480 2.330 Overige overlopende passiva1 4.355 5.612 Totaal overlopende passiva 16.674 Totaal kortlopende schulden 26.973
22.499 36.562
1 De egalisatierekening investeringssubsidies ad. € 17 K (2007: € 49 K) is cf. nieuwe Regeling jaarverslaggeving onderwijs per 1 januari 2008 ondergebracht bij de overlopende passiva.
Overzicht geoormerkte bijdragen OCW (RJ 660, model G)
31-12-2008
Strategisch bel. plan internat. Innovatiebox structureel 2006 Stagebox 2006 Silo 002120 e-link leerlinggebonden financiering 07-08 Innovatiebox structureel 2007 Stagebox 2007 Innovatiebox FES 2007 Stagebox 2008 LGF 2008/2009 Pres.Sub.Convenant 2009 Innovatiebox FES 2008 Innovatiebox 2008 Projectsubsidie VSV Totaal geoormerkte subsidies OCW (*)
7 0 0 19 0 0 0 0 64 181 510 1.802 1.431 292 4.306
1-1-2008 7 742 351 19 567 1.352 1.186 1.716 0 0 0 0 0 0 5.940
(*) Een uitgebreide specificatie en toelichting is opgenomen in bijlage 5.
Jaarrekening 2008
39
Toelichting op de geconsolideerde balans > Niet uit de balans blijkende verplichtingen Voorwaardelijke verplichtingen: Bankgaranties
Ultimo 2008 zijn door de Stichting bankgaranties verstrekt aan: Contractpartij De Waal Beheer O.G. Beheer-maatschappij Kraaikamp B.V.
looptijd onbepaald onbepaald
€ 75 3
(Meerjarige) financiële verplichtingen:
Meerjarige huurverplichting met betrekking tot het vastgoed Ten aanzien van de volgende locaties bestaan langdurige huurovereenkomsten.
40
Adres: Plaats: Newtonbaan 12 Nieuwegein Kanaalweg 84a + 84b Utrecht Martinbaan 4 Nieuwegein Daam Fockemalaan 22 Amersfoort Disketteweg 11 Amersfoort Ravellaan 7 Utrecht Pahud de Mortagnedreef Utrecht Amazonedreef 110 Utrecht Grebbeberglaan 25 Utrecht Noordweg 8 Zeist Di Lassostraat 65 Soest Utrechthaven 11a Nieuwegein Randhoeve 223 Houten Demkaweg 11 Utrecht Bloemstede 3/4 Maarssen MP Lindostraat 4 Utrecht Lupinestraat 3/3A/7 Nieuwegein Bisschopsweg 167 Amersfoort Mr Abbink Spainkstraat 36 IJsselstein Jan van Riebeeckstraat 11 Culemborg Ariaweg 113 Amersfoort Poeldijk Breukelen Maartvlinder 7 Utrecht Kerkstraat 28 Baarn Pr. Wilhelminalaan 31 Mijdrecht Jan Steenstraat 2 Woerden Prins Hendrikstraat 5 Bunschoten Klaproos 2 Dreibergen Prof. dr. T.M.C. Asserweg 2 de Bilt Walplantsoen 14 Wijk bij Duurstede Hazelaarsplein 4 Vianen Nieuwe Zandweg 16 Linschoten Boomrijk 6 Breukelen De Akker 41 Lopik Adelaarstraat Utrecht Structuurbaan Nieuwegein Onderdoor 7 Houten Schooneggendreef Utrecht Totaal
Langlopende huurverplichtingen
In 2005 is een huurovereenkomst getekend met Océ Document Print Services voor een periode van 72 maanden betreffende de huur van copiers en printers ingaande 1 april 2005. Contractwaarde € 385 per jaar. Voor dezelfde periode is een dienstverleningsovereenkomst aangegaan met Océ Facility Services voor het verlenen van reprografische diensten.
Leaseverplichting
Er zijn meerjarige leaseverplichtingen ten behoeve van motorvoertuigen aangegaan ten bedrage van € 46 K op jaarbasis. Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Stichting Waarborgfonds Bve
Huur bedrag p/j 649 621 479 477 354 283 185 160 147 97 98 49 50 41 38 38 38 32 25 21 19 17 16 13 10 9 8 6 5 5 3 3 2 2 23 149 29 22 4.223
Indien instellingen niet langer aan hun financiële verplichting voor de geborgde leningen kunnen voldoen, kan binnen de daartoe geldende regels het Waarborgfonds worden aangesproken. Mede ter afdekking van dit risico houdt de Stichting een eigen vermogen aan. Dit vermogen is per 31 december 2008 aangegroeid tot € 18,1 miljoen (2007: € 17,4 miljoen). Mocht het eigen vermogen de minimale omvang van € 9,98 miljoen van het waarborgdepot onderschrijden dan hebben de aangesloten instellingen zich verbonden om dit vermogen aan te vullen naar evenredigheid
Einde contract 2011 2012 2012 30-9-2008 1-12-2012 2012 15-05-2010 30-9-2010 1-8-2009 1-8-2009 onbepaald onbepaald afgestoten 1-1-09 1-8-2009 onbepaald 1-9-2009 1-8-2009 onbepaald 15-7-2009 31-7-2008 onbepaald onbepaald onbepaald onbepaald onbepaald onbepaald onbepaald onbepaald onbepaald onbepaald onbepaald onbepaald onbepaald 2010 per jaar bekeken per jaar bekeken per jaar bekeken per jaar bekeken
van de in dat jaar ontvangen rijksbijdrage. Deze verplichte bijdrage geldt tot een maximum van 2% van de jaarlijkse rijksbijdrage. Op deze wijze beschikt het Waarborgfonds over een aanvullende zekerheid van maximaal € 72 miljoen op jaarbasis (gegevens 2008). Investeringsverplichtingen Per 31 december 2008 zijn er geen bouwverplichtingen aangegaan met aannemers.
Toelichting op de geconsolideerde balans (vervolg) > Overzicht verbonden partijen De Stichting ROC Midden Nederland is 100% aandeelhouder van Holding ROC Midden Nederland Contractactiviteiten B.V., waarvan het College van Bestuur de statutaire directie vormt. Een Raad van Commissarissen is ingesteld bij deze besloten vennootschap. Deze holding stelt zich ten doel via dochterwerkmaatschappijen de ontwikkeling van contractactiviteiten te bevorderen. Holding ROC Midden Nederland contractactiviteiten B.V. heeft drie dochtermaatschappijen, te weten Naam Juridische vorm Statutaire zetel Code Activiteit Eigen vermogen 31 december 2008 Exploitatiesaldo 2008 Omzet 20081 Verklaring art 2:403 BW Consolidatie Percentage deelneming
Gildevaart Contract B.V., Bedrijfsopleidingen Midden Nederland BV (voorheen ROC Utrecht Training & Advies B.V.) en ROC Utrecht Maatwerk B.V. In 2007 is ROC Maatwerk B.V geliquideerd. Verder zijn aan ROC Midden Nederland twee actieve zogenaamde steunstichtingen verbonden. Het betreft de stichting “Van Beuningenfonds” te Utrecht en de stichting “Vaartsche Rijn” te Nieuwegein. Het bestuur van de Stichting van Beuningenfonds wordt
uitgeoefend door het College van Bestuur van Stichting ROC Midden Nederland. De stichting “Van Beuningenfonds” heeft als doel de achterstandsdeelnemers van ROC Midden Nederland te ondersteunen. De Stichting Vaartsche Rijn bevordert de bbl-leerroute binnen ROC Midden Nederland. Het bestuur van deze Stichting doet een bindende voordracht voor één lid van de Raad van Toezicht van ROC Midden Nederland en is vertegenwoordigd in de adviescommissie bbl.
Meerderheidsdeelneming Holding ROC Midden Nederland Contractactiviteiten B.V. Besloten Vennootschap Utrecht 1. Contractonderwijs -2.937 -1.281 5.264 Nee Ja 100%
Beslissende zeggenschap Stichting Van Beuningenfonds Stichting Utrecht 4. Overig 540 0 0 Nee Ja 100%
Overige verbonden partijen De Stichting ROC Midden Nederland neemt samen met 3 andere ROC’s deel in de op 3 maart 2004 opgerichte stichting ROC-opleidingen.nl. Het doel van deze stichting is het verzorgen, bevorderen en afstemmen van (internet) marketingactiviteiten voor contractactiviteiten van deelnemende instellingen. 1 De contractomzet wordt gesplitst naar financieringsbron. Dit betekent dat alle crebo of overwegend crebo gefinancierde opbrengst in de Stichting wordt verantwoord. Alle andere contractomzet wordt verantwoord binnen de Holding ROC Midden Nederland Contractactiviteiten BV.
Jaarrekening 2008
41
Toelichting op de geconsolideerde exploitatierekening > Baten 2008 € € € Rijksbijdragen OCW (Normatieve) rijksbijdrage OCW 105.412 Geoormerkte subsidies 8.251 Niet geoormerkte subsidies 6.916
101.422 7.247 8.327
Totaal OCW
116.996
120.579
2007 €
Overige overheidsbijdragen Gemeentelijke bijdrage educatie 16.277 16.352 Overige gemeentelijke bijdragen 2.269 1.129 Totaal gemeentelijke bijdragen 18.546
17.481
Overig Equal/ESF 0 88 Totaal overig 0
88
Totaal overige overheidsbijdragen 18.546 17.569 College-, cursus-, les- en examengelden 3.092 3.180 Opbrengst werk i.o.v. derden Contractonderwijs Gemeentelijke bijdrage inburgering1
10.805 3.559
Totaal opbrengst werk i.o.v. derden
10.241 5.543
14.364
15.784
2.088 1.295 274 414 2.397
1.399 1.492 276 460 1.681
42
Overige baten Projecten (geen overheidsbijdragen) Verhuur onroerend goed Restauratieve voorzieningen Stage- en schoolactiviteiten Overige2
Totaal overige baten
6.468
5.308
2 Onder de post “overige” is een bedrag opgenomen van € 995.572 betreffende de verkoop van het pand Churchillaan 156 te Urecht. Deze opbrengst is aan te merken als een bijzonder resultaat.
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Toelichting op de geconsolideerde exploitatierekening > Lasten 2008 € € € Personele lasten Lonen en salarissen 87.481 82.407 Sociale lasten 8.247 7.336 Pensioenlasten 10.726 10.028 Totaal lonen en salarissen incl. werkgeverslasten 106.454
2007 €
99.771
Dotatie/vrijval voorziening 10.659 -484 Personeel niet in loondienst 16.110 20.045 Overige 1.137 1.620 Totaal overige personele lasten 27.906
21.181
Uitkeringen -/-
-382
-384
Totaal personele lasten
133.978
120.568
Gebouwen Inventaris en apparatuur
3.686 5.081
3.314 4.439
Totaal afschrijvingen
8.767
7.753
Afschrijvingen
Huisvestingslasten Huur 4.201 Dotatie/ vrijval voorzieningen huisvesting 1.060 Klein onderhoud en exploitatie, incl. tuinonderhoud 1.760 Energie en water 2.489 Schoonmaakkosten en vuilafvoer 2.471 Heffingen/belastingen/verzekeringen 876 Beveiligingskosten 290 Overige huisvestingslasten -687 Totaal huisvestingslasten
4.014 -2.090 2.234 2.102 2.345 813 360 -132
12.460
43
9.646
Jaarrekening 2008
Toelichting op de geconsolideerde exploitatierekening > Lasten (vervolg) € Overige instellingslasten
2008 € €
2007 €
Administratie- en beheerslasten Inkoopkosten werk voor derden 7.428 6.557 Administratie en beheer ICT-gerelateerd 2.185 2.629 Abonnementen en contributies 902 831 Reprokosten (incl. huur kopieerapparaten) 1.356 1.293 Porto- en telefoonkosten 824 759 Advieskosten 1.026 1.307 Accountantskosten 221 516 Kantoorartikelen 423 443 Administratie en beheer overig 672 699 Totaal administratie en beheer 15.036
15.034
Leermiddelen en activiteiten Leermiddelen en activiteiten 5.124 4.603 Leermiddelen ICT-gerelateerd 532 225 Examenkosten en externe legitimering 839 840 Totaal leermiddelen en activiteiten 6.495
5.668
Dotatie/vrijval overige voorzieningen (incl. dotatie voorz. dubieuze debiteuren)
44
1.935
394
Overige PR & Marketing 1.957 1.696 Restauratieve voorzieningen 1.477 1.287 Overige 253 563 Totaal overige 3.687
3.546
Totaal overige materiële lasten
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
27.153
24.641
Toelichting op de geconsolideerde exploitatierekening > Financiële baten en lasten € Financiële baten en lasten
2008 € €
2007 €
Financiële baten Financiële baten 810 1.666 Totaal financiële baten 810
1.666
Financiële lasten Financiële lasten 726 1.324 Totaal financiële lasten 726 1.324 Saldo financiële baten en lasten 84 342
Gemiddeld aantal werknemers Gedurende het jaar 2008 waren gemiddeld 1.786 werknemers in dienst op basis van een volledig dienstverband (2007: 1.737). Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens (WOPT) Dhr. B. (Bernard) J.F. Fransen Vz. CvB Dhr. P.(Paul) A.M. Thijssen Lid CvB Mw. dr. L.(Lucy) B.J. Schmitz Lid CvB
In dienst vanaf 1-1-2008 1-1-2008 1-1-2008
In dienst tot 1-1-2009 1-1-2009 1-4-2008
2008 208.696 222.400 85.113
Een specificatie en bijbehorende toelichting betreffende de WOPT is opgenomen in bijlage 9. Bezoldiging bestuurders De specificatie en bijbehorende toelichting betreffende de bezoldiging bestuurders is opgenomen in het bestuursverslag onder de overige gegevens. 45
Jaarrekening 2008
> Jaarrekening 2008 (Enkelvoudig) Enkelvoudige Balans per 31 december 2008 > Activa
x 1000
12/31/2008 € € € Vaste Activa Materiële vaste activa Gebouwen 61.351 63.919 Terreinen 12.494 12.494 73.845 76.413 Inventaris en apparatuur 11.806 14.412 Totaal materiële vaste activa 85.651 Financiële vaste activa Van Beuningen fonds 541 528 Totaal financiële vaste activa 541 Totaal vaste activa
01-01-2008 €
90.825
528
86.192
91.353
Voorraden Gebruiksgoederen 0 50 0
50
Vorderingen Debiteuren 4.226 7.089 Ministerie van OCW 1.090 922 Deelnemers/cursisten 697 2.315 Overige vorderingen 5.291 5.586 Verbonden partijen (Holding ROC MN B.V.) 12.898 9.277 Overlopende activa 1.551 1.239 25.753
26.428
Liquide middelen
2.387
17.275
Totaal vlottende activa
28.140
43.753
Totaal activa
114.332
135.106
Vlottende activa
46
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Enkelvoudige Balans per 31 december 2008 (na resultaatbestemming) > Passiva 12/31/2008 € € € Eigen Vermogen Algemene reserve -10.721 9.315 Bestemmingsreserves 40.566 39.317 Totaal eigen vermogen 29.845
x 1000
01-01-20081 €
48.632
Voorzieningen Onderhoudsvoorziening 2.255 4.140 Voorziening wachtgelden 12.615 2.382 Voorziening “uitgestelde personele beloningen” 18.229 21.377 Voorziening reorganisatie 3.847 5.854 Voorziening deelnemingen 2.937 1.656 Overige voorzieningen 8.460 4.697 Totaal voorzieningen 48.343
40.106
Langlopende schulden Kredietinstellingen 10.100 11.100 Overige langlopende schulden 38 78 Totaal langlopende schulden 10.138
11.178
Kortlopende schulden Kredietinstellingen 1.000 2.638 Crediteuren 2.465 5.211 Ministerie van OCW 0 20 Belastingen en premies sociale verzekeringen 4.700 3.969 Schulden terzake pensioenen 1.420 1.861 Overige kortlopende schulden 74 185 Overlopende passiva 16.347 21.306 Totaal kortlopende schulden 26.006 35.190
Totaal passiva 114.332 135.106 1 Per 1 januari 2008 is de Regeling jaarverslaggeving onderwijs van toepassing geworden, welke een stelselwijziging tot gevolg heeft. Het effect van deze stelselwijziging blijft voor het ROC MN beperkt tot de presentatie van de post “Egalisatierekening investeringssubsidies”. Per 1 januari 2008 is deze ondergebracht bij de post “Overlopende passiva”.
Jaarrekening 2008
47
Enkelvoudige staat van baten en lasten over 2008 > Staat van baten en lasten € Baten and lasten
Resultaat 2008 Resultaat 2007 € € €
Baten Rijksbijdragen OCW 120.579 116.995 Overige overheidsbijdragen en - subsidies 18.545 17.569 College-, cursus-, les- en examengelden 3.093 3.180 Baten werk in opdracht van derden 8.303 8.888 Overige baten 7.265 5.581 Totaal baten 157.785
152.213
Lasten Personele lasten 132.103 118.542 Afschrijvingen 8.767 7.753 Huisvestingslasten 12.329 9.482 Overige instellingslasten 22.503 19.990 Totaal lasten 175.702
155.767
Saldo baten en lasten
-17.917
-3.554
Financiële baten en lasten Financiële baten Financiële lasten
48
667 269
1.592 1.019
Saldo financiële baten en lasten
398
573
Resultaat
-17.519
-2.981
Resultaat deelnemingen
-1.268
-334
Nettoresultaat
-18.787
-3.314
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Toelichting op de enkelvoudige balans en staat van baten en lasten Algemeen
De enkelvoudige jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Deze bepalingen zijn van toepassing op grond van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs. De jaarrekening is opgesteld in euro’s. De grondslagen van waardering en van resultaatbepaling voor de enkelvoudige jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening zijn gelijk. Deelnemingen in groepsmaatschappijen worden gewaardeerd volgens de nettovermogenswaarde in overeenstemming met paragraaf 2.5 van de geconsolideerde jaarrekening.Voor de grondslagen van de waardering van activa en passiva en voor de bepaling van het resultaat wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde balans en staat van baten en lasten. We lichten die posten toe van de enkelvoudige jaarrekening indien deze afwijken van de geconsolideerde jaarrekening.
> Financiele vaste activa Mutaties
Boekwaarde Investeringen Des- investeringen 01-01-2008 2008 2008 € € €
Resultaat 2008 €
Boekwaarde 31-12-2008 €
Deelnemingen Stichting Van Beuningenfonds
528
12
541
Totaal deelnemingen
528
12
541
Conform de grondslagen voor waardering van activa en passiva is er ten behoeve van de negatieve waarde van de deelneming “Holding ROC Midden Nederland Contractactiviteiten B.V.”, een voorziening opgenomen.
Vorderingen
Onder de post “Verbonden partijen (Holding ROC MN B.V.)” wordt de rekening courantverhouding tussen de Stichting ROC Midden Nederland en de Holding ROC Midden Nederland Contractactiviteiten B.V. weergegeven. Er zijn geen afspraken gemaakt over aflossingen en er zijn geen zekerheden gesteld. Over de rekening courantverhouding wordt rente berekend.
Liquide middelen
De liquiditeiten staan na aftrek van de verstrekte bankgaranties ad. € 78 K geheel ter vrije beschikking.
Jaarrekening 2008
49
Toelichting op de onderscheiden posten van de enkelvoudige jaarrekening > Eigen vermogen Eigen vermogen
Boekwaarde 01-01-2008 €
Vrijval tgv alg res €
Boekwaarde 31-12-2008 €
20.049 0 20.049 0
-11.262 540 -10.721
Bestemmingsreserves Egalisatiereserve huisvesting Mobiliteit Subtotaal
36.058 1.250 3.259 39.317 1.250 0 0
37.308 3.259 40.567
Totaal vermogen
48.632
29.845
Algemene reserve Algemene reserve Reserve deelneming St. Van Beuningenfonds Totaal algemene reserve
Mutaties + €
8.788 528 12 9.315 12
1.262
Mutaties - €
20.049
0
> Voorzieningen Mutaties
Saldo januari 2008 €
Dotaties 2008 €
Onttrekkingen 2008 €
Vrijval 2008 €
Saldo 31 december 2008 €
4.140
484
726
1.642
2.255
Voorziening groot onderhoud
50
Uitgestelde personele beloningen Voorziening Bapo 19.207 2.399 2.132 3.114 16.360 Voorziening jubilieumverplichtingen 2.170 156 106 351 1.869 Totaal Uitgestelde personele beloningen 21.377 2.555 2.239 3.465 18.229 Voorziening wachtgelden 2.382 10.938 705 12.615 Voorziening reorganisatie 5.854 3.847 2.571 3.283 3.847 Voorziening overige Personeel overig 151 27 178 Voorziening leegstand gehuurde gebouwen 1.730 725 371 2.083 Voorziening ontmantelingskosten 200 200 Voorziening Rente Swap 0 2.425 2.425 Projecten en activiteiten 2.616 1.841 882 3.574 Voorzieningen overige 4.697 5.017 371 882 8.460 Totaal voorzieningen passiefzijde balans (excl. deelneming) 38.449 22.841 6.612 9.272 45.406 Voorziening deelnemingen1 1.656 1.281 0 0 2.937 Totaal voorzieningen passiefzijde balans (incl. deelneming)
40.106
24.121
6.612
9.272
48.343
1 Deze voorziening heeft betrekking op de negatieve vermogenswaarde van de Holding ROC Midden Nederland contractactiviteiten B.V. waarvan het voornemen bestaat dit tekort aan te vullen.
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
> Toelichting op de exploitatierekening €
2008 € €
2007 €
Totaal opbrengst werk i.o.v. derden
8.303
8.888
Mede naar aanleiding van aanbevelingen vanuit een algemeen onderzoek door de Rekenkamer en een brief van de toenmalige staatssecretaris Rutte is besloten om met ingang van 2006 de contractomzet te splitsen
naar financieringsbron. Dit betekent dat alle crebo of overwegend crebo gefinancierde opbrengst in de Stichting wordt verantwoord. Alle andere contractomzet wordt verantwoord in Bedrijfsopleidingen Midden Nederland BV.
De directe en indirecte kosten van de contractactiviteiten worden naar rato van de omzet toegedeeld aan de Stichting danwel Bedrijfsopleidingen Midden Nederland BV
€
2008 € €
2007 €
College-, cursus-, les- en examengelden
3.093
3.180
Overige baten Projecten (geen overheidsbijdragen) 2.073 1.400 Restauratieve voorziening 274 276 Verhuur onroerend goed/medegebruik 1.295 1.492 Stage- en schoolactiviteiten 414 460 Overige 3.210 1.953 Totaal overige baten 7.265
5.581
51
Jaarrekening 2008
Overige gegevens
> Resultaatbestemming Resultaatbestemming
€
Het College van Bestuur stelt voor het resultaat ad
-18.787
Toevoeging aan egalisatiereserve huisvesting: Toevoeging aan reserve van Beuningenfonds Onttrekking aan de algemene reserve:
1.250 12 -20.049
als volgt te bestemmen:
De Raad van Toezicht heeft de jaarrekening 2008 en het voorstel resultaatbestemming goedgekeurd.
Gebeurtenissen na balansdatum Er zijn geen gebeurtenissen na balansdatum.
> Gegevens over de rechtspersoon Naam instelling Stichting Regionaal Opleidingen Centrum Midden Nederland
54
Adres Kretadreef 61 Postadres Postbus 3065 Postcode/plaats 3502 GB UTRECHT Telefoon 030-2852700
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Fax 030-2852705 E-mail
[email protected] Internetsite http://www.rocmn.nl Bestuursnummer 40597 Brinnummer 25 LH
KvK-nummer 41186931 Accountant PricewaterhouseCoopers Contactpersoon Drs. B. Koene EMFC RC Telefoon 030-2852348 Fax 030-2852704 E-mail
[email protected]
> Accountantsverklaring Aan: Het College van Bestuur van Stichting ROC Midden Nederland
Verklaring betreffende de jaarrekening
Wij hebben de jaarrekening 2008 van Stichting ROC Midden Nederland te Utrecht bestaande uit de geconsolideerde en enkelvoudige balans per 31 december 2008 en de geconsolideerde en enkelvoudige staat van baten en lasten over 2008 met de toelichting gecontroleerd.
Verantwoordelijkheid van het bestuur
Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs (WJZ/2007/50507). Tevens is het bestuur van de stichting verantwoordelijk voor de financiële rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen. Deze verantwoordelijkheden omvatten onder meer: het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat, zodanig dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten bevat en voor de naleving van de relevante wet- en regelgeving, het kiezen en toepassen van aanvaardbare grondslagen voor financiële verslaggeving en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn.
Verantwoordelijkheid van de accountant
Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 2.5.3, tweede lid van de Wet educatie en beroepsonderwijs. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht waaronder het controleprotocol OCW 2008. Dienovereenkomstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico’s van afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. In die beoordeling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat alsmede het voor de naleving van de betreffende wet en regelgeving relevante interne beheersingssysteem, teneinde een verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder de gegeven omstandigheden adequaat zijn maar die niet tot doel hebben een oordeel te geven over de effectiviteit van het interne beheersingssysteem van de stichting. Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van schattingen die het bestuur van de stichting heeft gemaakt, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
Oordeel
Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting ROC Midden Nederland per 31 december 2008 en van het resultaat over 2008 in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs (WJZ/2007/50507). Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties over 2008 voldoen aan de eisen van financiële rechtmatigheid. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals die in het controleprotocol OCW 2008 zijn vermeld.
Verklaring betreffende andere wettelijke voorschriften en/of voorschriften van regelgevende instanties. Op grond van de wettelijke verplichting ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder f BW melden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Utrecht, 9 juli 2009 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Origineel ondertekend door: drs. Th.A.J.C. Snepvangers RA
Overige gegevens
55
> Overzicht indicatoren Geïntegreerd Jaardocument BVE Het ministerie van OCW werkt aan de invoering van de jaarverslaggeving, ook wel het Geïntegreerd Jaardocument (GJ) genoemd, in de BVE-sector. Een van de aspecten van de regeling is dat separaat aan het jaarverslag en de jaarrekening een nader te bepalen set gegevens moeten worden toegevoegd. Voor de
BVE-sector is er een, voorlopige, lijst opgesteld van indicatoren die dit betreft. In onderstaand overzicht worden de resultaten van deze indicatoren voor ROC Midden Nederland op deze indicatoren gepresenteerd. In het bestuursverslag wordt op een aantal criteria uitvoeriger ingegaan.
De verplichting tot het opnemen van de indicatoren zal worden opgenomen in het Uitvoeringsbesluit WEB (UWEB). Deze aanpassing zal eind 2009 plaatsvinden waardoor de verplichting tot het opnemen van de indicatoren formeel pas voor het Geïntegreerd Jaardocument over 2010 gaat gelden.
toeziet dat de interne procedures, gedragscodes, instructies van ROC Midden Nederland overeenstemmen met de geldende (wettelijke) bepalingen en codes en die ervoor zorgt dat
ROC Midden Nederland in haar bedrijfsvoering bewust is van reputatie- en integriteits risico’s van de relevante wet- en regelgeving.
1. Verklaring bevoegd gezag ROC Midden Nederland streeft ernaar dat alle opleidingen voldoen aan de wettelijke vereisten. Hiertoe heeft ROC Midden Nederland een onafhankelijke afdeling ingericht die er op 2. Opbrengsten Diplomaresultaat Jaarresultaat Aantal VSV-ers
2005-2006 - - 1.703 (12,3%)
2006-2007 66,3% 66,0% 1.616 (11,6%)
2007-2008 66,4% 65,7% 1.591 (11,6%)
Bron Eigen berekening Eigen berekening Cfi
* voorlopige cijfer NB: In bovenstaande overzicht zijn de gegevens opgenomen voor ROC Midden Nederland. Daarnaast beschikt ROC Midden Nederland over gegevens per organieke eenheid.
Opbrengst Educatie
2006 € 17.043 K
2007 € 16.352 K
2008 € 16.277 K
Bron Jaarrekening
56
3. Examinering In april 2008 heeft de Inspectie van het Onderwijs onderzoek gedaan naar de kwaliteit van de examinering bij ROC Midden Nederland. Bij de onderzochte opleidingen was de kwaliteit van de examinering voldoende. De onderzochte opleidingen zijn: Techniek, locatie Harmonielaan Nieuwegein • Monteur montage/Onderhoud (10089) BBL • Monteur consumentenelektronica (MCE) (10254) BBL • Assistent monteur laagspanningsnetten (AMLN) (10268) BBL • Procesoperator B (10421) BBL • Mechanisch operator A (10423) BBL • Timmerkracht (90370) BOL • Bouw Natuursteenbewerker (92040) BBL THFUS • Horeca-ondernemer/-manager (10388) BOL, locatie Newtonbaan Nieuwegein • Facilitair medewerker (10891) BOL, locatie Martinbaan Nieuwegein
Economie en Dienstverlening, locatie Amerikalaan Utrecht • Logistiek medewerker (Logistiek medewerker KC Handel) (90252), BBL • Secretaresse, (90590), BOL In het verbetertraject zal speciale aandacht zijn voor: 1. de deskundigheid van de bij de examinering betrokken functionarissen Er zal een regelmatige evaluatie plaatsvinden van de interne- en externe beoordelaars. Hierbij zal meting van de output (o.a. producten) en de interne beoordelaars- betrouwbaarheid meer aandacht krijgen. De scholingstrajecten zullen worden geïntensiveerd.
Aandachtspunten daarbij zijn: de scheiding van begeleiden (-er) en beoordelen (-aar), het toepassen van de methodenmix en het hanteren van criteria m.b.t de beoordeling van het gedrag / handelen. Commissie van Beroep voor Examens In het jaar 2008 is er geen deelnemer in beroep gegaan bij de Commissie van Beroep voor Examens tegen een beslissing van de beoordelaar of de (sub)examencommissie. Klachten van deelnemers zijn binnen de sectoren volgens de klachtenprocedure behandeld.
2. de kwaliteit van de examens in de beroepspraktijk. In aanvulling op de accreditering van de leerbedrijven door de KBB’s zal er vanuit de onderwijsinstelling meer aandacht zijn voor en controle op de kwaliteit van de examinering in bedrijven en instellingen.
4. VOA Omvang Diplomaresultaat
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
2006-2007 27% 53%
2007-2008 28% NB
Bron Cfi Cfi
5. Tevredenheid deelnemers De Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs (JOB) voert iedere twee jaar landelijke een tevredenheidsonderzoek (het zogenaamde ODIN onderzoek) uit onder deelnemers.
De gepresenteerde cijfers voor ROC Midden Nederland zijn afkomstig uit de onderzoeken ODIN4 (2006-2007) en ODIN5 (2007-2008).
Rapportcijfers School Opleiding
2006-2007 6,4 6,7
2007-2008 6,5 7,0
Oordeel (score op 5-puntsschaal) Lessen / programma Docenten Studiebegeleiding Stage (BOL) Werkplek (BBL) Informatie Organisatie Inspraak Veiligheid Onderwijsfaciliteiten
2006-2007 3,2 n.v.t. 3,4 3,5 3,8 3,4 3,2 2,7 3,5 3,1
2007-2008 3,3 3,6 3,4 3,6 3,7 3,5 3,2 3,1 3,6 3,1
NB: In bovenstaande overzichten zijn de gegevens opgenomen voor ROC Midden Nederland. Daarnaast beschikt ROC Midden Nederland over gegevens per organieke eenheid.
6. Personeel De indicatoren zijn nog niet vastgesteld. In het voorjaar van 2009 worden hierover definitieve afspraken gemaakt tussen het ministerie van OCW en de MBO Raad. 7. Financiële positie
57
Solvabiliteit Liquiditeit Weerstandsvermogen (EV/Baten ex bijz baten) Rentabiliteit
2005 0,32 2,23 0,30 -8,8
2006 0,32 1,94 0,34 1,6
2007 0,36 1,21 0,31 -2,1
2008 0,27 1,00 0,18 -11,5
Bron: Jaarrekeningen 2005-2007
8. Regelingen Innovatiearrangement
Innovatiebox Stagebox Taal en rekenen in het MBO LGF
ROC Midden Nederland heeft in 2008 2 projecten uitgevoerd in het kader de subsidieregeling voor innovatiearrangementen. Deze regeling heeft tot doel het beroepsonderwijs - vmbo, mbo en hbo - en het bedrijfsleven uit te nodigen in gezamenlijkheid experimentele projecten op te zetten die moeten leiden tot beter beroepsonderwijs. De 2 projecten zijn: - Project “Mobiliteitscentrum Midden Nederland”, uitgevoerd door de afdeling Mobiliteit (Techniek) in samenwerking met Innovam (KBB). Het project richt zich op de gezamenlijke start en inrichting van een mobiliteitscentrum in de regio; - Project “Doorbraakproject in werkplekleren” waarin de sector Zorg & Welzijn zowel op landelijk als sectoraal niveau participeert. Hert project richt zich op de ontwikkeling en implementatie van het concept ‘leerafdeling in de zorg’, een samenwerkingsverband van een onderwijsinstelling en een zorginstelling. In 2009 zullen beide projecten worden gecontinueerd. Zie bijlage 7. Zie bijlage 7. ROC breed is een implementatieplan Taalbeleid ontwikkeld. In de sectoren zijn werkgroepen Taalbeleid gestart om het ROC brede plan te vertalen naar concrete actieplannen. Zie bijlage 5.
9. Financiele rechtmatigheid Zie accountantsverklaring.
Overige gegevens
Bijlagen
> Bijlage 1 Toelichting op de exploitatierekening : realisatie versus begroting Resultaat Het netto resultaat over de periode januari tot en met december 2008 bedraagt € 18,8 mln. negatief. Het rendement van ROC Midden Nederland komt hiermee op -11,5% van de totale baten. Het begrote resultaat in 2008 bedraagt € 4,6 mln. negatief. Hieronder volgt een korte analyse:
> Baten De baten zijn hoger dan begroot. Het verschil is opgebouwd uit de volgende afwijkingen: (Bedrag x € mln.)
Realisatie
Begroot
Afwijking
120,6 18,5 14,4 9,5 163,0
117,2 19,9 15,7 6,3 159,1
3,4 -1,4 -1,3 3,2 3,9
Rijksbijdragen OCW Overige overheidsbijdragen Opbrengst werk i.o.v. derden Overige baten Totaal
Rijksbijdragen OCW (€ +3,4 mln.)
60
De oorzaak van de positieve afwijking ad € 3,4 mln ten opzichte van de begroting is toe te schrijven aan: • Structurele bekostiging is € 0,4 mln hoger dan begroot. Belangrijkste afwijking ten opzichte van de begroting zijn de aanvullende budgetten voor intensivering taal en onderwijs (+0,3 mln), aanvullend budget voor salariskosten in verband met het le- rarenconvenant (+0,4 mln) en een correctie op het budget in verband met overheveling examens naar de inspectie (- 0,3 mln). • Een hogere besteding van de innovatie- en stagebox middelen ad € 1,8 mln. • Besteding van gereserveerde nietgeoormerkte middelen en VSV : € 1,2 mln
hoger dan begroot.
Overige overheidsbijdragen (€ - 1,4 mln.) De lagere realisatie wordt veroorzaakt door de verschuiving van de omzet inburgering (€ 3,6 mln) die in de realisatie onder “opbrengst werk in opdracht van derden” is gerubriceerd. Hiervoor gecorrigeerd zijn de overige overheidsbijdragen dus € 2,2 mln hoger dan begroot. Dit is toe te schrijven aan hogere omzet van gemeenten voor Inburgering en Educatie dan begroot.
Opbrengst werk in opdracht van derden (€ -1,3 mln.) Zoals vermeld onder overige overheidsbijdragen heeft er ten opzichte van de begroting een verschuiving plaatsgevonden in de realisatie van € 3,6 mln voor de omzet
inburgering. Hiervoor gecorrigeerd wijken de opbrengsten in opdracht van derden 4,9 mln negatief af. Het ambitieniveau in de begroting voor de contractactiviteiten is te hoog geweest. De omzet is wel toegenomen ten opzichte van 2007 (+ 0,6 mln), maar aanzienlijk minder dan begroot.
Overige baten (€ +3,2 mln.)
Circa 1 mln is toe te schrijven aan een incidentele, niet begrote, bate door de verkoop van grond. De deelnemersopbrengsten zijn € 0,8 mln hoger dan begroot, maar op vergelijkbaar niveau als in 2007. De resterende € 1,4 mln is veroorzaakt door hogere projectopbrengsten, hogere detacherings- en huuropbrengsten dan begroot.
> Lasten De lasten zijn hoger dan de begroting. Dit verschil is opgebouwd uit de volgende posten: (Bedrag x € mln) Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige instellingslasten Totaal
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Realisatie
Begroot
Afwijking
134,0 8,7 12,5 27,1 182,3
116,0 8,7 11,7 27,3 163,7
18,0 0 0,8 -0,2 18,6
> Personele lasten (€ + 18,0 mln.) (Bedrag x € mln) Salariskosten Inhuur derden (incl detachering) Overige pers lasten Totaal regulier Dotatie/vrijval/ personele voorzieningen Totaal personele lasten
In totaliteit zijn de personele lasten zoals verantwoord in de exploitatie ca. € 18 mln. hoger dan begroot. Dit wordt veroorzaakt door een aantal factoren. Hieronder worden deze nader toegelicht.
Salariskosten (€ +2,6 mln.)
De lonen & salarissen zijn over 2008 ca. € 2,6 mln. hoger dan begroot. De oorzaken van de overschrijding zijn tweeledig. Prijsfactor : Bij de begroting van 2008 is uitgegaan van een stijging van de gemiddelde personele last (GPL) met 4% in verband met een verwachte aanpassing van de CAO, waardoor de GPL uitkwam op € 58.970 voor 2008. De GPL over 2008 komt uit op ca. € 59.600. Hiermee komt deze ca. 1 % hoger uit dan de aangenomen GPL in de begroting. Dit komt o.a. door de extra uitbetaling als gevolg van het lerarenconvenant. Door het prijsverschil van 1 % zijn de loonkosten t.o.v. de begroting ca. € 1,1 mln. hoger (€ 59.600- € 58.970) *1762. Volumefactor: Ontwikkeling kwantitatieve formatie in loondienst. Begrote formatie in loondienst Realisatie formatie 2008 gemiddeld Afwijking
FTE 1.786 1.762 24
Door de hierboven vermelde afwijking van 24 FTE ontstaat er een toename van de loonkosten t.o.v. de begroting van € 1,4 mln. (1.786-1.762) * € 59.600.
Realisatie
Begroot
Afwijking
106,5 16,1 0,7 123,3 +10,7 134,0
103,9 4,8 5,8 114,5 1,5 116,0
2,6 11,3 -5,1 8,8 9,2 18,0
Mutatie (dotatie + vrijval) personele voorzieningen (€ + 9,2 mln.)
In 2008 zijn, als gevolg van de reorganisatieplannen van eind 2008, een aantal personele voorzieningen opgenomen. Dit heeft geleid tot dotaties en vrijval, waarvan de belangrijkste hieronder kunnen worden genoemd.
Effect exploitatie (exclusief onttrekking)
Voorziening Bapo en Jubileum Voorzieningen reorganisatie Voorziening wachtgeld Totaal negatief effect
- 0,9 mln. + 0,7 mln. +10,9 mln. + 10,7 mln.
In de begroting is rekening gehouden met de bapovoorziening. Voor de bapo is rekening gehouden met een dotatie € 1,5 mln ( en een onttrekking van € 1,4 mln).
Overige personele lasten (€ - 5,1 mln)
Belangrijkste oorzaak voor de lagere overige personele lasten zijn de onttrekkingen aan de voorzieningen, waarvan de kosten onder de “salariskosten”staan (2,5 mln.). Het restant (€ 2,6 mln) wordt m.n. veroorzaakt door lagere scholingskosten dan begroot (€ 1,5 mln ) en lagere (collectieve) wachtgeldkosten dan begroot (€ 1,4 mln).
Huisvestingslasten (€+0,8 mln.)
De huisvestingslasten zijn per saldo € 0,8 mln. hoger dan begroot. Hiervan wordt € 0,4 mln veroorzaakt door mutaties in de voorziening (dotatie + vrijval). De voorziening groot onderhoud is verlaagd als gevolg van de op handen zijnde afstoot van panden. Om dezelfde reden zijn de voorziening leegstand en terugbrengen in oude staat opgehoogd. Effect exploitatie begroting (ex onttrekking) Voorziening groot -1,2 mln. +1,3 mln onderhoud Voorziening leegstand +0,8 mln. -0,6 mln gehuurde gebouwen Voorziening terug +1,5 mln. brengen in oude staat Totaal negatief effect +1,1 mln. +0,7 mln Van de overige huisvestingskosten zijn de meeste rubrieken vrijwel overeenkomstig de begroting. De schoonmaakkosten zijn echter €0,3 mln hoger dan begroot.
Overige instellingslasten (€ - 0,2 mln.)
Door de lagere opbrengsten Werk in opdracht van derden, zijn ook de externe inkoopkosten lager. Dit veroorzaakt een afwijking van - € 2,2 mln ten opzichte van de begroting. De niet begrote dotatie aan de voorziening Rente SWAP, veroorzaakt een afwijking van + 2,4 mln. De afloop en afwikkeling van de vsvprojecten heeft geleid tot een per saldo vrijval in de voorziening “Projecten” - € 0,7 mln. De kosten voor de restauratieve dienst zijn € 0,6 mln hoger.
Inhuur derden (€ +11,3 mln.)
Opbrengst uit detachering was € 0,6 mln beter dan begroot. Inhuur derden daarentegen is € 11,9 mln hoger dan begroot. Het in de begroting opgenomen bedrag aan inhuur derden is te optimistisch geweest. In 2008 is gestart met de afbouw van inhuur derden. Vanaf het 2e halfjaar is dit zichtbaar in de cijfers.
Bijlagen
61
> Bijlage 2 Toelichting op de exploitatierekening : realisatie 2008 versus realisatie 2007 Resultaat Het netto resultaat over de periode januari tot en met december 2008 bedraagt € 18,8 mln. negatief. Het resultaat uit normale bedrijfsvoering in 2007 € 3,3 mln. negatief. Hieronder volgt een korte analyse:
> Baten (Bedrag x € mln) Rijksbijdragen OCW Overige overheidsbijdragen Opbrengst werk i.o.v. derden Overige baten Totaal
Rijksbijdragen OCW (€ +3,6 mln.)
62
De oorzaak van de positieve afwijking ad. € 3,6 mln. ten opzichte van de realisatie 2007 is toe te schrijven aan: • Volumegroei met name bij de deelnemers: per saldo € 1,6 mln (gerekend tegen de prijs van 2007) • Prijseffect: € 1,9 mln. Naast de compensatie voor gestegen loonkosten, zijn ook extra middelen beschikbaar gesteld voor intensivering van taal en rekenonderwijs. • Hogere inzet innovatie- en stagebox middelen van + € 1,8 mln. • Afname van het ‘Overgangsbudget i.v.m. WIN 2007’ ad. - € 1,8 mln • Overig: + € 0,1 mln
Realisatie 2008
Realisatie 2007
Afwijking
120,6 18,5 14,4 9,5 163,0
117,0 17,6 15,8 8,4 158,8
+3,6 +0,9 -1,4 +1,1 +4,2
Overige overheidsbijdragen (€ +0,9 mln.) De realisatie van de overige overheidsbijdragen is ca. € 0,9 mln. hoger dan de realisatie 2007. Dit betreft met name een hogere bate van gemeentelijke vsv-middelen.
Opbrengst werk in opdracht van derden (€ -1,4 mln.)
De terugval in omzet is vooral te wijten aan de stagnerende ontwikkeling van de nieuwe Wet Inburgering. Dit heeft een daling tot gevolg gehad t.o.v. 2007 van € 2 mln. Contractactiviteiten zijn daarentegen weer iets aangetrokken en zitten weer op het niveau van 2006.
Overige baten (€ +1,1 mln.)
Deze post laat een toename zien t.o.v. de realisatie 2007. Belangrijkste oorzaak is de (incidentele) boekwinst op de verkoop van grond van € 1,0 mln. Een stijging is waar te nemen bij projectopbrengsten (+ € 0,7 mln). De huuropbrengsten en de deelnemersopbrengsten zijn daarentegen gedaald.
> Lasten (Bedrag x € mln) Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige instellingslasten Totaal
Realisatie 2008
Realisatie 2007
Afwijking
134,0 8,7 12,5 27,1 182,3
120,6 7,8 9,6 24,6 162,6
13,4 0,9 2,9 2,5 19,7
Realisatie 2008
Realisatie 2007
Afwijking
106,5 16,1 0,7 123,3 +10,7 134,0
99,8 20,0 1,3 121,1 -0,5 120,6
6,7 -3,9 -0,6 2,2 11,2 13,4
> Personele lasten (€ + 13,4 mln.) (Bedrag x € mln)
Salariskosten Inhuur derden Overige personele lasten Totaal regulier Dotatie/vrijval/ personele voorzieningen Totaal personele lasten
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
De personele lasten zijn in 2008 € 13,4 mln. hoger dan in 2007. Dit wordt veroorzaakt door een aantal factoren. Hieronder worden deze nader toegelicht.
Inhuur derden (€ -3,9 mln.)
Afschrijvingslasten (€ +0,9 mln)
Salariskosten (€ +6,7 mln.)
Mutatie personele voorzieningen (€ +11,2 mln.)
Huisvestingslasten (€ 2,9 mln.)
De lonen en salarissen zijn over 2008 ca. € 6,7 mln. hoger dan de realisatie 2007. De oorzaken van de overschrijding zijn tweeledig. Prijsfactor: De Gemiddelde personele last (GPL) over 2008 komt uit op ca. € 59.600. Hiermee komt deze ca. 3,8 % hoger uit dan de GPL in 2007 (€ 57.440). Dit kan voor een groot deel toegeschreven worden aan CAO-aanpassingen. Door het prijsverschil zijn de loonkosten t.o.v. 2007 ca. € 3,8 mln hoger (€ 59.600- € 57.440)*1737 Volumefactor: Ontwikkeling kwantitatieve formatie in loondienst. Realisatie formatie 2007 gemiddeld Realisatie formatie 2008 gemiddeld Gerealiseerde afwijking
FTE 1.737 1.786 49
Door de hierboven vermelde toename van 49 FTE ontstaat er een toename van de loonkosten t.o.v. 2007 van € 2,9 mln. (1.786-1.737)*€ 59.600.
In 2008 is gestart met de afbouw van inhuur derden. Vanaf het 2e halfjaar is dit zichtbaar in de cijfers.
In 2008 zijn, als gevolg van de reorganisatieplannen van eind 2008, een aantal personele voorzieningen opgenomen. Dit heeft geleid tot dotaties en vrijval, waarvan de belangrijkste hieronder kunnen worden genoemd. Effect exploitatie (excl onttrekking) Voorziening Bapo en Jubileum - 0,9 mln. Voorzieningen reorganisatie + 0,7 mln. Voorziening wachtgeld + 10,9 mln. Totaal negatief effect + 10,7 mln. In 2007 zijn er eveneens een aantal personele voorzieningen herrekend, waardoor er toen per saldo sprake was van een negatief effect van € 0,5 mln. Het is met name de dotatie aan de voorziening wachtgeld die leidt tot hogere kosten in 2008 ten opzichte van 2007.
Overige personele lasten (€-0,6 mln.)
Overige personele lasten zijn lager dan vorig jaar. Deels wordt dit veroorzaakt door een onttrekking van de voorziening bapo die geboekt staat onder de overige personele lasten, terwijl de lasten onder de salariskosten staan.
In 2008 is er relatief weinig geïnvesteerd. De hogere afschrijvingen zijn met name het effect van de afschrijving van investeringen die in 2007 gedaan zijn in ict. De huisvestingslasten zijn per saldo €2,9 mln. hoger dan de realisatie 2007. Dit wordt met name veroorzaakt doordat het effect van de voorziening (dotatie – vrijval) € 3,1 mln hoger is dan in 2007. Dit wordt veroorzaakt doordat op basis van de reorganisatieplannen de voorzieningen voor huisvesting herberekend zijn. Van de overige huisvestingslasten is het onderhoud € 0,9 mln lager dan in 2007. Huren, schoonmaakkosten en kosten voor energie/water zijn hoger dan in 2007.
Overige instellingslasten (€ +2,5 mln.)
De overschrijding bij de overige kosten wordt o.a. veroorzaakt door: • Lagere advies- en accountantskosten: - 0,6 mln • Lagere administratie- en beheerkosten (ICT gerelateerd) - € 0,6 mln. • Hogere inkoopkosten werk voor derden + € 0,9 mln. • Stijging van de kosten voor leermiddelen en activiteiten + € 0,8 mln. • Stijging kosten Marketing & Communicatie + € 0,2 mln • Dotatie/vrijval overige voorzieningen: - € 1,5 mln 63
> Rente baten/lasten:
Rentebaten(€ -0,9 mln)
De rentebaten zijn ten opzichte van 2007 met € 0,9 mln afgenomen, doordat de tegoeden zijn afgenomen.
Rentelasten (€ -0,6 mln)
In 2008 zijn de rentelasten ten opzichte van 2007 € 0,6 mln lager. Dit komt door het vervroegd aflossen van de leningen in 2007.
Bijlagen
> Bijlage 3 Toelichting op de balans: realisatie 31-12-2008 versus realisatie 31-12-2007
Kengetallen Liquiditeit Solvabiliteit
Liquiditeit Liquiditeitratio is ten opzichte van 31-12-2007 gedaald. Het negatieve resultaat heeft geleid tot een negatieve kasstroom. Ook de verbeterde processen rondom de inkoopfacturen
31-12-2006
31-12-2007
31-12-2008
1,9 32,4%
1,2 36,1%
1,0 26,6%
hebben geleid tot een negatieve kasstroom. Hierdoor zijn de kortlopende schulden nl. gedaald. Door een investeringsstop en meer inspanning op het verlagen van het debiteurensaldo is de daling enigszins beperkt.
Solvabiliteit Solvabiliteit is ten opzichte van 31-12-2008 ook gedaald. Ook hier is het negatieve exploitatieresultaat de belangrijkste oorzaak.
Vorderingen (€ -3,4 mln)
Liquide Middelen (€ -13,9 mln)
Voorzieningen (€ +6,9 mln)
Kortlopende schulden (€ -9,6 mln)
> ACTIVA
Materiële vaste activa (€ -5,2 mln)
De materiële vaste activa zijn gedaald. Door lage investeringen is de boekwaarde per saldo gedaald.
De daling wordt met name veroorzaakt door de debiteuren (deelnemers, zakelijk en gemeenten). Er is in 2008 actief ingezet op verlaging van de debiteurenstand.
Liquide middelen zijn gedaald. Zie ook het kasstroomoverzicht.
> PASSIVA 64
Eigen Vermogen (€ -18,8 mln)
Het eigen vermogen bestaat uit algemene reserves en bestemmingsreserves en/of fondsen. Per 31 december 2008 heeft nog geen definitieve segmentatie plaatsgevonden naar publieke en private middelen. Deze segmentatie zal in 2009 plaatsvinden en kan betekenen dat in de jaarrekening 2009 alsnog een deel van het vermogen als privaat gefinancierd zal worden gepresenteerd. Het eigen vermogen daalt, als gevolg van het negatieve resultaat 2008.
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Door de ophanden zijnde reorganisatie, zijn de personele en de huisvestinggerelateerde voorzieningen herzien. Zie ook het mutatie overzicht in de jaarrekening.
Langlopende leningen (€ -1 mln)
De langlopende leningen dalen met € 1 mln. Dit betreft aflossing.
Door verbeterde processen rondom inkoopfacturen is de verwerkingstijd aanzienlijk verbeterd waardoor zowel de stand crediteuren als de overlopende passiva aanzienlijk verminderd zijn.
> Bijlage 4 Specificatie posten OCW > Kortlopende vorderingen op het Ministerie van OCW Kortlopende vorderingen Beschikking Bedrag Ontvangen beschikking / t/m te beschikken heden € € OCW (ESF-VSV) schooljaar 2004-2005 BVH/BES 2004-13464 U 263.733 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2004-2005 BVH/BES 2004-13465 U 22.602 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2004-2005 BVH/BES 2004-13867 U 176.587 66.175 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2005-2006 BVH/BES 2005-27652 U 185.227 107.903 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2005-2006 u 20050192 drs 20057453 281.411 255.774 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2005-2006 BVH/BES 2005-27651 U 174.758 58.482 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2005-2006 u 20050149 drs 20057452 149.829 73.014 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2005-2006 BVH/BES 2005-27692 U 338.949 263.402 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2005-2006 BVH/BES 2005-27691 U 151.775 159.000 OCW (ESF-BBL) schooljaar 2005-2006 u 20050160 drs 20052020 649.090 318.563 OCW (ESF-BBL) schooljaar 2005-2006 u 20050161 drs 20052021 52.563 54.128 Totaal Kortlopende vorderingen
Te vorderen 31 december 2008 € 263.733 22.602 110.412 77.324 25.637 116.276 76.815 75.547 -7.225 330.527 -1.565 1.090.084
Een deel van de bij dit ROC uitgevoerde activiteiten wordt mede mogelijk gemaakt door bijdragen van het Europees Sociaal Fonds.
65
Bijlagen
> Bijlage 5 Geoormerkte doelsubsidies OCW > Specificatie overlopende passiva Omschrijving Jaar Datum en Kenmerk Bedrag van Saldo Ontvangen toewijzing 31-12-2007 in 2008 € € € 1 Strategisch bel. plan internat. div/netco 78.337 6.656 - 2 Innovatiebox structureel 2006 2006 BVH/BVE-2006/177506M 1.724.716 742.281 - 3 Stagebox 2006 2006 BVH/BVE-2006/189577 M 1.184.148 351.374 - 4 ESF-BBLVSV projecten Diversen - - - 5 Silo 002120 e-link 131697 U 292.414 18.798 - 6 leerlinggebonden financiering 07-08 2007 BVH/BVE-07/130637 M 646.825 566.707 -106.579 7 Innovatiebox structureel 2007 2007 BVH/BVE-07/110542 M 1.352.162 1.352.162 - 8 Stagebox 2007 2007 BVH/BVE-2007/163605 M 1.186.328 1.186.328 - 9 Innovatiebox FES 2007 2007 BVH/BVE-07/110542 M 2.784.869 1.715.833 - 10 Stagebox 2008 2008 bvh/08/54423M 1.242.135 - 1.242.135 11 LGF 2008/2009 2008 BEK-08/97936M 279.363 - 279.363 12 Pres.Sub.Convenant 2009 2008 BEK-08/132384M 510.000 - 510.000 13 Innovatiebox FES 2008 2008 BEK-08/136162M 2.801.890 - 2.801.890 14 Innovatiebox 2008 2008 BEK-08/136162M 1.775.842 - 1.775.842 15 Projectsubsidie VSV 2008 BEK-08/135736U 292.473 - 292.473 Subtotaal 16.151.501 5.940.139 6.795.123
1. Strategisch beleidsplan internationalisering 66
De middelen 2006 voor de ontwikkeling en implementatie van het strategisch beleid internationalisering zijn ingezet om beleidsontwikkeling bij de sectoren op gang te brengen. Twee sectoren, te weten Economie en Dienstverlening en Techniek en Innovatie hebben middelen gekregen om een inventarisatie tot stand te brengen en te starten met beleidsontwikkeling. In 2009 zal het restant ad € 7 K worden ingezet.
2. Innovatiebox structureel 2006
De structurele innovatiebox heeft als doel het bevorderen van compentiegericht beroepsonderwijs, verbeteren van programmatische aansluiting tussen vmbo, mbo en hbo, het optimaliseren van vernieuwing mbv het bedrijfsleven en het bevorderen van ondernemer- schap. Voor 31-12-2010 moeten deze middelen besteed zijn. Zijn de middelen niet besteed aan omschreven doelen dan volgt terugvordering. In 2007 zijn de activiteiten gestart om de gestelde doelen te realiseren. Ten behoeve van de externe verantwoording is er een overzicht opgesteld van de bestede middelen en behaalde doelen (zie bijlage 7).
3. Stagebox 2006
De stageboxregeling is bedoeld om extra stage- en simulatieplaatsen te realiseren voor moeilijk plaatsbare deelnemers en te komen tot een intensieve stagebegeleiding van deelnemers in het mbo. In 2007 zijn de activitei- ten gestart om de gestelde doelen te realiseren. Ten behoeve van de externe verantwoording is er een overzicht opgesteld van de bestede middelen en behaalde doelen (zie bijlage 7).
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
4. ESF-BBLVSV projecten
De saldi tussen bestede middelen en ontvangen ESF-gelden worden verantwoord via schuld en vordering ministerie en niet via de overlopende passiva.
5. Silo 002120 e-link
Voor het project is subsidie verleend in het kader van de Regeling SILO 2002 (Stimulans innovatieve leeromgevingen). Korte omschrijving van het project: De in gang gezette vernieuwingen in het (elektro)technisch onderwijs doortrekken naar niveau 1 en 2. Ten behoeve van het project zijn er beroepstaken opgeleverd voor de elektrotechniekopleidingen niveau 1 en 2. Het materiaal sluit beter aan bij de doelgroep en bij wat er vanuit het bedrijfsleven gevraagd wordt, het materiaal is competentiegericht.
6. Leerlinggebonden financiering 07-08
Hier staan de kosten verantwoord die ROCMN heeft gemaakt voor de extra ondersteuning van deelnemers met een handicap of een chronische ziekte. Daarnaast zijn hier de kosten verantwoord van de (verplichte) ambulante begeleiding die is ingekocht bij een Regionaal Expertise Centrum, dat specifieke kennis in huis heeft mbt de beperking van de deelnemer.
7. Innovatiebox structureel 2007
De structurele innovatiebox heeft als doel het bevorderen van compentiegericht beroepsonderwijs, verbeteren van programmatische aansluiting tussen vmbo, mbo en hbo, het optimaliseren van vernieuwing mbv het bedrijfsleven en het bevorderen van ondernemerschap (zie ook punt 2).
Lasten in 2008 €
- 742.281 351.374 149.764 - 131.518 1.352.162 1.186.328 1.715.833 1.178.619 97.901 - 1.000.029 345.071 - 8.250.879
8. Stagebox 2007
De stageboxregeling is bedoeld om extra stage- en simulatieplaatsen te realiseren voor moeilijk plaatsbare deelnemers en te komen tot een intensieve stagebegeleiding van deelnemers in het mbo (zie bijlage 7).
9. Innovatiebox FES 2007
De innovatiebox gefinancierd uit FES-middelen heeft als doel het ontwikkelen van lesmateriaal voor compententiegericht beroepsonderwijs, docentenstages en het aanjagen van de instroom van zwakkere groepen uit de beroepsbevolking in maatwerktrajecten die vooral of geheel in de praktijk worden uitgevoerd. Voor 31-12-2008 moeten deze middelen besteed zijn. Zijn de middelen niet besteed aan omschreven doelen dan volgt terugvordering. In 2007 zijn er activiteiten gestart om de gestelde doelen te realiseren. Ten behoeve van de externe verantwoording is een overzicht opgesteld van de bestede middelen en behaalde doelen (zie bijlage 7).
10. Stagebox 2008
De stageboxregeling is bedoeld om extra stage- en simulatieplaatsen te realiseren voor moeilijk plaatsbare deelnemers en te komen tot een intensieve stagebegeleiding van deelnemers in het mbo (zie bijlage 7).
11. LGF 2008/2009
Hier staan de kosten verantwoord die ROCMN heeft gemaakt voor de extra ondersteuning van deelnemers met een handicap of een chronische ziekte. Daarnaast zijn hier de kosten verantwoord van de (verplichte) ambulante begeleiding die is ingekocht bij een Regionaal Expertise Centrum, dat specifieke kennis in huis heeft mbt de beperking van de deelnemer.
Investeringen 2008 €
Afgedragen aan REC’s €
Saldo 31-12-2008 €
6.656 0 0 via vorderingen OCW 18.798 328.610 0 0 0 0 63.516 181.462 510.000 1.801.861 1.430.771 292.473 328.610 4.305.537
12. Pres.Sub.Convenant 2009
Het bedrag van 510.000 is een voorschot op de prestatiesubsidie in het kader van het met OCW afgesloten convenant VSV. In 2009 vindt, op basis van de behaalde resultaten, de definitieve afrekening plaats
13. Innovatiebox FES 2008
De innovatiebox gefinancierd uit FES-middelen heeft als doel het ontwikkelen van lesmateriaal voor compententiegericht beroepsonderwijs, docentenstages en het aanjagen van de instroom van zwakkere groepen uit de beroepsbevolking in maatwerktrajecten die vooral of geheel in de praktijk worden uitgevoerd. Voor 31-12-2008 moeten deze middelen besteed zijn. Zijn de middelen niet besteed aan omschreven doelen dan volgt terugvordering. In 2007 zijn er activiteiten gestart om de gestelde doelen te realiseren. Ten behoeve van de externe verantwoording is een overzicht
opgesteld van de bestede middelen en behaalde doelen (zie bijlage 7).
14. Innovatiebox 2008
Hier is verantwoord het bedrag dat ontvangen wordt van het ministerie inzake de wachtgelduitkeringen. De wachtgelduitkering wordt in de baten verantwoord, de wachtgeldinhoudingen in de kosten. Het betreft hier het collectieve deel van de wachtgelduitkering.
15. Projectsubsidie VSV
Deze subsidie zal worden ingezet t.b.v. de bestrijding van voortijdig schoolverlaten en regionale meld- en coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten.
Geoormerkte doelsubsidies OCW (Vervolg) > Specificatie vorderingen OCW
Conform de ESF regelgeving treft u hierbij een specificatie aan van de in de baten opgenomen bedragen per project
67
Omschrijving Jaar Datum en Kenmerk Bedrag van Saldo Ontvangen Baten in Saldo toewijzing 31-12-2007 in 2008 in 2008 31-12-2008 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2004-2005 2004 BVH/BES 2004-13464 U 263.733 263.733 - 263.733 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2004-2005 2004 BVH/BES 2004-13465 U 22.602 22.602 - 22.602 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2004-2005 2004 BVH/BES 2004-13867 U 176.587 110.412 - 110.412 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2005-2006 2005 BVH/BES 2005-27652 U 185.227 77.324 - 77.324 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2005-2006 2005 u 20050192 drs 20057453 281.411 25.637 - 25.637 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2005-2006 2005 BVH/BES 2005-27651 U 174.758 116.276 - 116.276 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2005-2006 2005 u 20050149 drs 20057452 149.829 76.815 - 76.815 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2005-2006 2005 BVH/BES 2005-27692 U 338.949 75.547 - 75.547 OCW (ESF-VSV) schooljaar 2005-2006 2005 BVH/BES 2005-27691 U 151.775 7.225 - -7.225 OCW (ESF-BBL) schooljaar 2005-2006 2005 u 20050160 drs 20052020 649.090 330.527 - 330.527 OCW (ESF-BBL) schooljaar 2005-2006 2005 u 20050161 drs 20052021 52.563 1.565 - -1.565 OCW BBL schooljaar 2006-2007 2006 U20060227/20062583 406.146 75.243 -105.175 29.932 OCW VSV schooljaar 2006-2007 2006 U20060006/20067313 242.664 37.104 -94.247 57.143 OCW VSV schooljaar 2006-2007 2006 U20060340/20067312 150.446 7.033 7.033 OCW VSV schooljaar 2006-2007 2006 U20060114/20067315 296.117 179.868 179.868 OCW BBL schooljaar 2006-2007 2006 U20060230/20062579 129.251 17.898 -57.656 39.758 OCW BBL schooljaar 2006-2007 2006 U20060228/20062565 88.973 13.208 -36.139 22.931 OCW VSV schooljaar 2006-2007 2006 U2006/0339/20067316 173.017 101.395 101.395 OCW VSV schooljaar 2006-2007 2006 U20060338/20067311 134.626 2.235 -2.235 OCW VSV schooljaar 2006-2007 2006 U20060285/20067314 281.468 16.040 -16.040 OCW VSV schooljaar 2006-2007 2006 U20060304/20067310 150.557 72.823 72.823 OCW BBL schooljaar 2006-2007 2006 U20060229/20062570 158.753 31.047 -31.047 Totaal ESF OCW 4.658.542 921.740 18.580 149.764 1.090.084
Bijlagen
> Bijlage 6 Rapportage IBO-BVE 2008
In 2008 is aan ROC Midden Nederland een bedrag van € 3.312.000,- toegekend in het kader van de IBO-middelen ten behoeve van versterking van begeleiding van zorgleerlingen. Hieronder wordt aangegeven hoe deze middelen in onze mbo-sectoren zijn benut.
Algemeen Uitvalvermindering is een van de speerpunten van ROC Midden Nederland en vormt voor iedere sector een kritische prestatie-indicator. Kwalitatief goede en intensieve begeleiding van en zorg voor studenten in hun (leer) loopbaan, zoveel mogelijk in samenwerking met vmbo-partners, zien wij als een cruciaal instrument in het voorkomen van uitval. In 2008 is versterkt ingezet op loopbaanbegeleiding van studenten (ook in samenwerking met vmbo-partners). Alle eerstejaars studenten
kregen m.i.v. het nieuwe schooljaar een vaste loopbaanbegeleider. Voor de uitvoering van loopbaanbegeleiding is een Handboek Loopbaanbegeleiding met ROC-brede richtlijnen en procedures ontwikkeld, waarmee wordt gewerkt aan maximalisering van de kwaliteit van de loopbaanbegeleiding binnen ROC Midden Nederland. De loopbaanbegeleiders vormen ook een spilfunctie in de aanpak van verzuim en toeleiding naar extra zorg.
Voor de verdere ontwikkeling van de zorgstructuur en Zorg Advies Teams is een ROC-breed project geformuleerd. In het kader van de invoering van competentiegericht onderwijs is in 2008 verder uitvoering gegeven aan de daartoe ontwikkelde werkprogramma’s, die een nauwe relatie hebben met generieke werkprogramma’s, met name op het gebied van activiteiten in het kader van de aansluiting vmbo-mbo en voortijdig schoolverlaten.
1. Doorlopende leerloopbaan in de aansluiting vmbo-mbo 68
Samenwerking met vmbo partners in de regio: Om de doorstroom van vmbo naar mbo optimaal te laten verlopen, is het van belang dat er geen drempels en schotten ontstaan in de leerloopbaan van de deelnemer. Samenwerking tussen vmbo en mbo in de begeleiding van leerlingen bij het verkennen en sturen van hun (leer)loopbaan is daarom cruciaal. ROC Midden Nederland heeft samenwerkingsverbanden met verschillende scholen voor vo/ vmbo in de omgeving om met elkaar de aansluiting van vmbo naar mbo te verbeteren: • Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Utrecht (NUOVO) (waarin onder meer ISK, Vader Rijn College, Centraal College, Via Nova College, Pouwer, Wim Sonneveldschool, Leidsche Rijn College); - Heerenlanden College Culemborg; - Lek en Linge; - Minkemacollege Woerden; - Cals College; - Amersfoort: Meridiaan, Stromenland, Liendertseweg, Muurhuizen, Triascollege, ’t Hooghe Landt, Prisma College; - Schoonoord en Christelijk vmbo Zeist.
Belangrijke activiteiten in de samenwerkingsverbanden zijn: • Loopbaanoriëntatie en –begeleiding, gericht op vroege start van oriëntatie door vmbo’ers op het mbo (oriëntatiemodules voor vmbo-leerlingen/ organiseren van peer-support voor vmbo’ers d.m.v. inzet
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
mbo-studenten als ‘maatjes’/ gezamenlijke loopbaangesprekken) • Voorlichting aan ouders van vmbo-leerlingen • Overdracht van gegevens voor begeleiding en zorg in het mbo • Ontwikkeling en uitvoering doorlopende leerlijnen en integratie vmbo-mbo (AKA in vmbo/ VM2 trajecten) • Samenwerking op het gebied van stage/BPV ROC Midden Nederland participeert actief in Platform Midden Nederland, een platform van mbo- en vo/vmbo-scholen in de regio. In 2008 is in samenwerking met de gemeente Utrecht een plan ontwikkeld om de overstap van vmbo naar mbo te verbeteren door de inschrijvingsdatum voor vmbo’ers te vervroegen en een sluitende registratie te realiseren van de overstap naar het mbo. Leerlingen die nog geen keuze hebben gemaakt zijn hiermee in beeld. Er is daardoor meer tijd beschikbaar om leerlingen bij hun keuze intensiever te begeleiden. Vroege inschrijving in het mbo biedt tevens meer ruimte voor een ‘warme’ overdracht van zorgleerlingen van vmbo naar mbo.
Orientatie, intake en assessment In alle sectoren wordt gewerkt met de ‘Opmaat’-intakemethodiek. Intakers zijn geschoold in deze methodiek. Iedere student krijgt een intakegesprek. Bij iedere inschrijving wordt gevraagd naar het doorstroomdossier dat de leerling vanuit het vmbo meebrengt. Dit dossier kan aanwijzingen bevatten voor behoefte aan extra begeleiding of zorg en
kan een aanleiding zijn om contact te zoeken met de toeleverende school als het gaat om specifieke zorg. Daarnaast kunnen tests worden afgenomen (AMN) en wordt diagnostisch onderzoek gedaan naar taal- en rekenvaardigheid en specifieke leerproblemen. Op basis van de uitkomsten worden handelingsplannen opgesteld. Sectoren hebben oriënterende assessments uitgevoerd variërend van capaciteitentests en persoonlijkheidsvragenlijsten tot assessment van vakspecifieke vaardigheden. Voor studenten met een beroeps- en opleidingsoriëntatievraag en voor uitvallers met een (her)oriëntatievraag biedt het Studie en Loopbaan Centrum (SLC) korter en langer durende oriëntatietrajecten. De afdeling Bijzondere Doelgroepen voert standaard een verlengde intake uit. Door het SLC wordt een zomeroriëntatie aangeboden voor leerlingen die na een negatief studieadvies baat hebben bij een kort oriëntatietraject om te komen tot een andere studiekeuze. Voor jongeren die op het ROC dreigen uit te vallen als gevolg van een verkeerde beroeps- of opleidingkeuze en die niet gebaat zijn bij een theoretisch heroriëntatietraject, is ook in 2008 intensieve en praktijkgerichte loopbaanbegeleiding in het project JOB MN aangeboden. Via kennismaking met de praktijk in bedrijven en instellingen en intensieve loopbaancoaching ‘on the job’, maken studenten nieuwe keuzes en kunnen hun leerloopbaan met meer kans op succes vervolgen.
2. De arbeidsmarktkansen van zorgleerlingen vergroten ROC Midden Nederland kent een afdeling Bijzondere Doelgroepen, waarbinnen trajecten voor risicoleerlingen worden uitgevoerd. Het gaat om: • AKA-trajecten en traject DO-IT: 1. Voor jongeren die een opleiding op niveau 1 willen volgen, maar nog geen duidelijke keuze voor een richting hebben gemaakt en daarnaast algemene competenties moeten verwerven om te kunnen functioneren op de arbeidsmarkt, én voor jongeren die willen doorstromen naar een opleiding op niveau 2. Voor leerlingen die veelal geen vmbo-diploma hebben en ofwel door de gemeentelijke afdeling Leerplicht of door het Studie- en Loopbaancentrum van ROC Midden Nederland worden verwezen. Het Vader Rijn College en Centraal College bieden in samenwerking met ROC Midden Nederland AKA in het vmbo aan. • In 2008 is geïnvesteerd in coachingstrajecten met werkgevers en praktijkbegeleiders en extra begeleiding bij de BPV. Samen met het Vader Rijn College heeft ROC Midden Nederland het project ‘De Wissel’ opgezet, dat in de wijk Overvecht maatschappelijke prestaties organiseert in het kader van werkveldoriëntatie voor AKA- en Do-It deelnemers. • Trajecten voor Moeilijk Lerenden (ML): De ML-beroepsopleidingen zijn bedoeld voor deelnemers met als vooropleiding een school voor speciaal onderwijs, zoals een school voor praktijkonderwijs. Door de speciale aanpak en extra begeleiding kunnen deze cursisten het brengen tot een mbodiploma op niveau 1. De ML-opleidingen zijn bbl-opleidingen. In de ‘reguliere’ opleidingen worden extra activiteiten en begeleiding in de bpv ingezet voor (zorg)leerlingen. Ter verhoging van succes in de bpv in de niveau 1 en -2 opleidingen wordt extra geinvesteerd in bpv-acquisitie en
-matching, voorbereiding van deelnemers op de bpv, training op het gebied van houding en communicatie. In alle sectoren wordt gewerkt met praktijksimulatie. In samenwerking met het CWI, het bedrijfsleven en kenniscentra zijn extra activiteiten uitgevoerd in het kader van het verbeteren van stagemogelijkheden en arbeidsmarktkansen van leerlingen (speeddates met werkgevers, Match2Work i.s.m. gemeente Utrecht, Leerbanenmarkt Learn@Work i.s.m. CWI). ROC Midden Nederland participeert in het Jongerenloket, dat ondergebracht is bij het CWI en waar loopbaanbegeleiders van ROC Midden Nederland ondersteuning bieden aan jongeren in de vorm van informatie en adviezen over opleidingsmogelijkheden. Verder participeert ROC Midden Nederland in verschillende regionale samenwerkingsverbanden met gemeenten, Leerplicht/RMC, CWI, jeugdhulpverlening, MKB, kenniscentra, bedrijven en instellingen. In de gemeente Utrecht zijn de contacten tussen ROC Midden Nederland en de afdeling Leerplicht/RMC versterkt. Voor iedere sector in het ROC is er nu een vaste contactpersoon en is er regelmatig overleg. ROC Midden Nederland participeert in de regio Utrecht in o.m.: • de totstandkoming van de Utrechtse Onderwijsagenda; • het Gemeentelijk Samenwerkingsverband (versterking stedelijke voorzieningen voor de opvang van schoolverlaters die niet in het reguliere onderwijs kunnen worden opgenomen); • het Leerwerkloket (EVC- en duale trajecten); • de expertgroep VSV (delen van kennis, ervaringen en good practices) vmbo / mbo / leerplicht / beleidsafdeling DMO; • de Kerngroep RMC (regionale afstemming tussen scholen en leerplicht/RMC); • Het Platform Midden Nederland (ontwikkeling Utrechts Doorstroom Model, doorgaande leerlijnen, ‘warme overdracht’, invoering
electronisch leerdossiers; participanten: vmbo en mbo). In de regio Amersfoort levert ROC Midden Nederland een bijdrage aan het Trajectbureau Opleiding en Werk (onderdeel van SOVEE), een vangnet voor de opvang van voortijdig schoolverlaters, die vanwege complexe problematiek buiten de begeleidingsmogelijkheden van de roc’s vallen. Verder participeert ROC Midden Nederland onder meer in: • Ketenoverleggen van de gemeente Amersfoort 1. Jeugdzorg- en hulpverlening, onderwijs en veiligheid 2. Onderwijs en arbeidsmarkt, om tot nadere afstemming te komen rond jeugdthema’s als zorg(structuur), veiligheid, aansluiting arbeidsmarkt) 3. Het Samenwerkingsverband Leren en Werken Eemland (gewest Eemland, KvK, CWI/UWV, ROC’s, HU, VNO/NCW, MKB enz.), 4. Techniek Gilde Eemland (gericht op bevorderen van instroom en tegengaan van voortijdige uitstroom in technische bedrijven). Zowel in de RMC-regio Utrecht als in de RMC-regio Eem en Vallei is onder invloed van de convenanten die afgesloten zijn in het kader van het door het ministerie voor OC&W ingezette plan Aanval op de Uitval, de samenwerking in de regio tussen gemeente(n) en roc’s, tussen vo-scholen en roc’s en tussen roc’s onderling versterkt. In het kader van de LGF regeling heeft ROC Midden Nederland met de REC’s samenwerkingsovereenkomsten afgesloten voor de begeleiding en ondersteuning van geïndiceerde deelnemers met een handicap of functiebeperking.
3. Inrichten systematische zorgstructuur Een van de belangrijkste maatregelen in het kader van bieden van meer zorg en aandacht aan leerlingen in opleidingen op niveau 1 en 2 is het verkleinen van de groepsgrootte. Dat betekent dat de ratio begeleidingstijd/aantal deelnemers is aangepast. Daarnaast hebben opleidingen geïnvesteerd in: • Extra loopbaanbegeleiding in opleidingen op niveau 1 en 2 • Extra stagebegeleiding voor deelnemers in niveau 1 en 2 • Praktijksimulatie als voorbereiding op de stage of - voor deelnemers die geen stageplek hebben - vervanging van de stage • Scholing van docenten in signaleren van dreigende uitval en behoefte aan extra begeleiding/zorg • Scholing van docenten in het ontwikkelen van coachingsvaardigheden • Vroegtijdige signalering van verzuim
• Verzuimcoördinatoren • Versterking van de interne zorgstructuur, o.m. door benoemen van aandachtsfunctionarissen Zorg binnen opleidingsteams Begeleiding van deelnemers in hun leerproces en loopbaan, keuzebegeleiding en psychosociale begeleiding vormen een geïntegreerd begeleidingsterrein. Het opleidingsteam is in eerste instantie verantwoordelijk voor de begeleiding en zorg (basisbegeleiding), uitgevoerd door professionals die daarvoor pedagogisch en didactisch voldoende competent zijn. Wanneer deze zorg en begeleiding niet toereikend is, komt de meer specialistische zorg in beeld. Op teamoverstijgend niveau kan in die gevallen gebruik gemaakt worden van het Studie- en Loopbaancentrum en van het interne zorgteam en zorgadviesteam.
In het kader van verlenen van extra zorg wordt gebruik gemaakt van de volgende interne en externe netwerken en instellingen: • Alleato (Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Utrecht) • Netwerken Studie en Handicap/ REC-scholen • Leerplicht/RMC • Klankbordgroep Schoolmaatschappelijk werk (met o.a. Maatschappelijk Werk, Jeugdzorg, Pretty Women, FIOM, Altrecht, Vluchtelingenwerk, Reclassering) • Netwerken m.b.t. Leerproblemen • Netwerken m.b.t. Veiligheid en Diversiteit. • Netwerk Taal in Competentiegericht Leren • Jeugdadviesteams gemeente Utrecht • Regionaal Zorgteam Zeist • GGZ/ GGD • Centrum Maliebaan (verslavingszorg)
Bijlagen
69
4. Inrichting Zorg Advies Teams ROC Midden Nederland hecht belang aan het opbouwen van een interne zorgstructuur als voorwaarde voor een doelmatige werking van Zorg Adviesteams. Samenwerking met externe partijen is van belang daar waar problemen van studenten de pedagogische opdracht van het onderwijs overstijgt. Daarnaast gaat samenwerking in de zorg ook om deskundigheidsuitwisseling in het signaleren en herkennen van de problematiek en het delen van de manier waarop daarmee omgegaan kan worden.
In 2008 waren in de sectoren Economie & Dienstverlening, Zorg & Welzijn en de afdeling Bijzondere Doelgroepen operationeel. In de sectoren Techniek & Innovatie en Toerisme, Leisure & Events, Horeca, Facilitaire Dienstverlening, Uiterlijke Verzorging en Sport & Bewegen, is in 2008 de interne zorgstructuur verder ontwikkeld, zodat het in 2009 in te richten zorgadviesteam een goede aansluiting bij het primair proces en de interne zorgstructuur krijgt. In de regio rond Amersfoort wordt in samenwerking met ROC ASA een Zorg Adviesteam
voorbereid. Betrokken partners daarbij zijn SOVEE (Trajectbureau Opleiding & Werk; Jong Centraal/Centrum voor Jeugd en Gezin), Samenwerkingsverband SWV-VO Eemland, GGD Eemland. Voor de samenwerking rond de warme overdracht mbo leerlingen worden ook ROC A12 en de Landstede betrokken. ROC Midden Nederland participeert in een Regionaal Zorgteam in de regio Zeist. Tot de kerngroep van externe partners waarmee in de ZAT’s wordt samengewerkt behoren Leerplicht/RMC, algemeen maatschappelijk werk, GGZ en GGD.
> Resultaten 2007-2008 • Bron: VK2-gegevens inspectie • deelnemers ingeschreven op 1 oktober, inclusief examendeelnemers • instroom na 1 oktober niet meegeteld • jaarresultaat uitstroom met/zonder diploma
Schooljaar
Totaal aantal deelnemers/alle niveaus
Uitstroom totaal1
Uitstroom met diploma
Uitstroom zonder diploma
% Uitstroom zonder diploma op tot. Uitstr.
2006-2007 2007-2008
20577 20974
10016 10638
6612 6989
3404 3649
33,9% 34,3%
Schooljaar
Totaal aantal deelUitstroom nemers/Niveaus 1 en 2
Uitstroom met diploma Niveau 1-2
Uitstroom zonder diploma
% Uitstroom zonder diploma op totale uitstroom
2006-2007 2007-2008
7429 7455
3224 3494
1684 1674
34,3% 32,4%
70
4908 5168
5. Financiële Verantwoording > Uitgaven in € duizenden Onderwerp Zorstructuur 1 Doorlopende leerloopbaan/assessment 2 Arbeidsmarktkansen vergroten 3 Inrichten systematische zorgstructuur Zorgstructuur Totaal
Personeel fte
Personeel € x1000
1 2 3
16,65 15,50 16,46 48,51
997 933 984 2.915
Zorgadviesteams
4
6,35
397
55
3.312
Totaal 1Uitstroom ROC- jaarresultaat uitstroom met en zonder diploma
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
> Bijlage 7 OC&W-regelingen Innovatiebox 2006-2009 en Stagebox 2006-2010 Inhoudelijk jaarverslag 2008 In dit verslag worden de resultaten van de uitvoering van de OC&W-regelingen Innovatiebox 2006-2009 en Stagebox 2006-2010 (de I&S-boxen) verantwoord. De regelingen beogen belangrijke onderwijsvernieuwingen binnen het MBO te stimuleren en financieel te ondersteunen. Belangrijke thema’s: • De ontwikkeling en invoering van competentiegericht onderwijs (CGO); • Stimulering van instroom van doelgroepen; • Samenwerking met partners in de regio in het onderwijs (VMBO, HBO); • Samenwerking met partners in de regio in het bedrijfsleven; • Creëren van (extra) BPV stageplaatsen voor en begeleiding van moeilijk plaatsbare deelnemers. 2008 kan gezien worden als een ‘tussenjaar’: het merendeel van de uitgevoerde activiteiten is in 2007 van start gegaan en zal in 2009 worden voortgezet en/of worden afgerond. Kenmerkend is dat lering getrokken is uit het eerste jaar en de inhoudelijke en organisatorische aanpak is verbeterd. Binnen ROC Midden Nederland is hard gewerkt om het CGO-innovatieproces vanuit één beleidsvisie op te pakken en de ontwikkeling en invoering van het CGO onder één regie te plaatsen. Daarvoor zijn de centrale rol van de
Regiegroep Onderwijs en het onderbrengen van de invoering van CGO in tien centraal aangestuurde werkprogramma’s belangrijke instrumenten geweest. Deze stappen hebben geleid tot een betere basis voor kennisdeling en intensievere interne en externe samenwerking, met name met regionale partners. Anderzijds is er voor gekozen de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van activi- teiten in het kader van de regelingen primair bij de werkvloer van de beroepssectoren te laten. Het College van Bestuur (CvB) heeft voor het kalenderjaar aan elke beroepssector een indicatief budget beschikbaar gesteld om projecten te kunnen uitvoeren. Middels een standaardformat voor projectaanvraag zijn in totaal 108 projecten aangevraagd die door een centraal ingestelde commissie inhoudelijk en technisch zijn beoordeeld. Op basis van het advies van deze commissie zijn deze projectaanvragen middels een zogenaamd allocatiebesluit door het CvB goedgekeurd. De projectleiders hebben gedurende het kalenderjaar hun activiteiten verantwoord, zowel financieel (met name middels urenverantwoordingen) als inhoudelijk (middels kwartaalrapportages). Na afloop van het jaar hebben alle projecten hun resultaten in een jaarrapportage aan het programmamanagement I&S boxen overlegd.
Een bijzonder en uniek initiatief van ROC Midden Nederland, gestart in 2007, verdient aparte vermelding: de zogenaamde Versnellingpot. Met de reservering van 500K uit de Innovatiebox Structureel stelde het College van Bestuur alle geledingen binnen ROC Midden Nederland in de gelegenheid om gedurende het gehele kalenderjaar initiatieven te ontwikkelen op het gebied van ondernemerschap. Initiatiefnemers konden een startsubsidie van max. 100 K krijgen voor kansrijke samenwerkingsprojecten met het bedrijfsleven waarvoor uit het reguliere budget niet direct middelen beschikbaar zijn. Voorwaarde voor goedkeuring was dat het project een businessplan overlegde waarin de (marktconforme) levensvatbaarheid van het initiatief werd aangetoond. De eerder genoemde beoordelingscommissie heeft, samen met de verantwoordelijke programmamanager Werving en Funding voor de Versnellingspot, het College van Bestuur geadviseerd over goedkeuring van de projectaanvragen. In het verslag zijn resultaten van de uitgevoerde activiteiten achtereenvolgens gerangschikt op box (-onderdeel), thema en sector of sectoroverstijgend. In projecten is vaak aan meerdere thema’s tegelijkertijd is gewerkt.
Innovatiebox Incidenteel Inleiding
De Innovatiebox bestaat uit twee onderdelen: de Incidentele en de Structurele box. De Incidentele box wordt gefinancierd uit de zogenaamde FES-middelen (aardgasbaten) die door het ministerie van Economische Zaken aan O&W beschikbaar zijn gesteld. Voor de beschikbaar gestelde middelen 2007 en 2008 geldt een zgn co-financieringsverplichting: uitvoerders mogen maximaal 65 % van de
projectkosten uit de FES-middelen financieren, de overige minimaal 35% dient middels cofinanciering te worden bekostigd. ROC Midden Nederland heeft in 2008 ondermeer gebruik gemaakt van de mogelijkheid om middelen uit de Structurele box als co-financieringsbron in te zetten. De thema’s zijn 1. ontwikkelen van lesmateriaal en examenmateriaal voor competentiegericht beroepsonderwijs;
2. investeren in kennis van docenten over het bedrijfsleven door middel van docentstages; 3. het aanjagen van instroom vanuit zwakkere groepen uit de beroepsbevolking tot 23 jaar in maatwerktrajecten die vooral of geheel in de praktijk worden uitgevoerd.
Bijlagen
71
> Thema 1.1: Ontwikkeling les- en examenmateriaal voor CGO projecten: Sector Aantal Techniek E&D THFUS Z&W Sectoroverstijgend Totaal
11 8 11 15 1 46
Op dit thema is door alle sectoren ook dit jaar weer de grootste ingezet gepleegd. Een groot aantal docenten, onderwijskundigen, ICTmedewerkers, vaak ondersteund door externe deskundigen (APS, Kenniscentra, hbo’s) is intensief bezig geweest om het in gang gezette innovatieproces CGO concreet vorm te geven in vrijwel alle beroepsopleidingen. De ontwikkeling van nieuwe curricula, lesmethodes inclusief inzet van moderne ICT-middelen alsmede de scholing van docenten is een zeer arbeidsinten-
Projectkosten x 1000
Max subsidie ( 0,65% ) x 1000
Toegekend (x 1000)
1140,1 758,1 641,3 1665,6 42,0 4247,1
741,1 492,8 416,8 1082,6 27,3 2760,6
684,0 458,0 330,1 760,0 17,5 2249,7
sief en omvangrijk (ook voor de langere termijn) proces dat breed gedragen moet worden. Een greep uit de producten en resultaten: • CGO modules en curricula voor opleidingen; • Handboeken; • Begeleidingsmodellen en ICT-middelen (o.a. Blackboard); • Ontwikkelen toetsenbank; • Studiewijzers; • Opzetten duale leertrajecten;
• Ontwikkelen van een Truckcenter; • CGO-kwalificatiedossiers; • BPV-werkboeken; • Beoordelings - en examineringsformats; • Scholingsprogramma’s docenten; • Docentenstages in het aanpalend onderwijs; • Nieuwe CGO-OEREN; • Totstandkoming Productiehuis; • Programma voor Maatjesproject.
> Thema 1.2: Docentenstages projecten: Sector Aantal
72
Techniek E&D THFUS Z&W Totaal
3 2 4 2 11
Op het thema docentenstages is dit jaar beduidend meer inzet gepleegd. De aard van de activiteiten verschilde sterk per sector en branche, uiteenlopend van korte bezoeken tot uitvoerige bedrijfsstages. Binnen de sector Techniek is met name in de Mobiliteitsbranche intensief samengewerkt met Innovam op het gebied van
Projectkosten x 1000
Max subsidie ( 0,65% ) x 1000
Toegekend (x 1000)
Aantal docentenstages
47,0 85,5 53,0 64,0 249,5
30,6 55,6 34,5 41,6 162,2
28,2 51,7 27,3 29,2 136,4
60 29 20 41 150
scholing van docenten in verband met de start van Regionaal Praktijk Centrum, ontwikkeling van coachingsvaardigheden en korte bezoeken aan praktijksimulatieprogramma’s. De sector Economie &Dienstverlening (E&D) hebben docenten gemiddeld 30 uur bedrijfsstages gelopen. Naast bedrijfsstages hebben
in de sector Zorg en Welzijn (Z&W) docenten een training als assessor gevolgd. Binnen de sector THFUS hebben de teams van Haarverzorging en Toerisme samen met de bedrijfstak i.c. kenniscentra nieuwe opleidingsmogelijkheden verkend waarvoor uitwisselingsbezoeken hebben plaatsgevonden.
> Thema 1.3: Instroom zwakkere doelgroepen projecten: Sector Aantal Techniek E&D THFUS Z&W Sectoroverstijgend Totaal Er zijn in het kader van dit thema 2 sectoroverstijgende projecten uitgevoerd: 1. ML-opleidingen in de BBL. Het project richt zich op de kwalificatie in de assistentopleidingen BBL van alle ROCMN-sectoren voor de groep moeilijk lerenden (ML). Kenmerkend voor het project is dat intensief aandacht wordt besteed aan de intake, studie- en BPV-begeleiding en de acquisitie Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
5 5 2 12
Projectkosten x 1000
Max subsidie ( 0,65% ) x 1000
Toegekend (x 1000)
Aantal docentenstages
65,5 140,0 558,0 763,5
42,6 91,0 362,7 496,3
33,7 63,9 232,1 329,7
39 ±40 265 334
van leerarbeidsplaatsen. Tevens zijn het lesprogramma, de opleidingsduur en de grootte van de lesgroepen aangepast. In het cursusjaar 200-2008 hebben 123 deelnemers geparticipeerd; in 2008-2009 waren dit er 144, grotendeels doorstromers. In het overzicht is het gemiddelde aantal weergegeven. De zeer geringe voortijdige uitval (1 %) en het maximaal aantal
gerealiseerde BPV-plaatsen (100%) maakt dit project tot een groot succes. 2. Maatjesproject Educatie-Zorg&Welzijn. In dit project begeleiden studenten van de opleiding Sociaal Maatschappelijke Dienstverlening (SMD) deelnemers aan het taaltraject voor anderstaligen van de sector Educatie. In het project werken deelnemers uit beide scholingstrajecten samen in
koppels (“maatjes”) aan de eigen scholingscompetenties. In januari 2008 is het deelnemersaantal verhoogd naar 52 participanten. In het cursusjaar 2008-2009 zijn circa 80 deelnemers gestart in het traject.
In 2 projecten van THFUS zijn voorbereidingsactiviteiten gestart om de instroom van zwakkere doelgroepen mogelijk te maken; de 2 andere projecten hebben resp. 25 en 14 deelnemers
Resultaten Innovatiebox structureel Inleiding
ROCMN heeft in 2008 de keuze gemaakt voor een centrale regie op met name CGO-activiteiten. Sleutelbegrippen daarbij zijn: ‘voorkomen van versnippering’, ‘bundeling van kracht en kennis’, ‘eenduidige communicatielijnen’ en ‘sturing op visie en resultaten’. Gedurende het jaar zijn programmamanagers aangesteld, ieder verantwoordelijk voor (de ontwikkeling van) een thematisch opgezette werkprogramma. De onderwerpen van de werkprogramma’s: - Onderwijsinhoud & Flexibilisering;
• • • • • • • •
Loopbaanleren; Werkplekleren; Beoordelen & Examineren; Beroepskolom; Uitval; Cursistenparticipatie; HRM Internationaliseren
periode is een externe deskundige in de arm genomen die zich heeft toegelegd op de totstandkoming van een duidelijke organisatieen communicatiestructuur. Zijn aanbevelingen zijn in een startdocument voor de nieuwe aanpak en organisatie opgenomen
In het eerste half jaar hebben zijn enkele voorbereidende, op specifieke thema’s gerichte scholingsbijeenkomsten gehouden. In deze
> Thema 2.1 Versterken CGO in MBO Subthema’s: 2.1.1 Versterken van de beroepspraktijkvorming 2.1.2 Het optimaliseren en flexibiliseren van de schoolorganisatie 2.1.3 Verbeteren van de begeleiding van de deelnemer tijdens zijn binnenschoolse leertrajecten 2.1.4 Verbeteren van de begeleiding van de deelnemer tijdens zijn buitenschoolse leertrajecten I. Verdeling per subthema:
2.1.1 Versterken van de beroepspraktijkvorming 73
Projecten: Sector Aantal E&D THFUS Z&W Totaal
2 5 6 13
Projectkosten x 1000
Toegekend (x 1000)
26,5 359,1 287,3 672,9
23,0 268,4 182,9 474,3
2.1.2 Het optimaliseren en flexibiliseren van de schoolorganisatie Projecten: Sector Aantal Techniek E&D THFUS Z&W O&I ICT Totaal
4 6 1 6 1 1 19
Projectkosten (x 1000) 93,3 151,3 27,9 205,8 232,7 213,5 924,5
Toegekend (x 1000) 93,3 131,4 20,9 131,0 232,7 213,5 822,7
Bijlagen
2.1.3 en 2.1.4 Verbeteren van de begeleiding van de deelnemer tijdens zijn binnenschoolse- en buitenschoolse leertrajecten Projecten: Sector Aantal Techniek E&D THFUS Z&W Totaal
Projectkosten (x 1000)
1 4 1 7 13
66,5 92,2 5,2 497,2 661,0
Toegekend (x 1000)
Aantal deelnemers (2.1.3)
66,5 80,0 3,9 316,5 466,8
390 60 1040 824 2314
Toegekend (x 1000)
Aantal deelnemers (2.1.3)
159,8 234,4 293,1 630,3 232,7 213,5 1763,8
390 60 1040 824 - 2314
II.. Totaal projecten thema 2.1 Versterken CGO in MBO: Sector Aantal Techniek E&D THFUS Z&W O&I ICT Totaal
Sectoroverstijgende projecten
74
1. Team Onderwijs & Innovatie (O&I): project programmamanagers invoering CGO ROCMN heeft in 2008 de keuze gemaakt voor een centrale regie op met name CGOactiviteiten. Sleutelbegrippen daarbij zijn: ‘voorkomen van versnippering’, ‘bundeling van kracht en kennis’, ‘eenduidige communicatielijnen’ en ‘sturing op visie en resultaten’. Gedurende het jaar zijn programmamanagers aangesteld, ieder verantwoordelijk voor (de ontwikkeling van) een thematisch opgezette werkprogramma. De onderwerpen van de werkprogramma’s: • Onderwijsinhoud & Flexibilisering; • Loopbaanleren; • Werkplekleren; • Beoordelen & Examineren; • Beroepskolom; • Uitval; • Cursistenparticipatie; • HRM • Internationaliseren In het eerste half jaar hebben zijn enkele voorbereidende, op specifieke thema’s gerichte scholingsbijeenkomsten gehouden. In deze periode is een externe deskundige in de arm genomen die zich heeft toegelegd op de totstandkoming van een duidelijke organisatieen communicatiestructuur. Zijn aanbevelingen zijn in een startdocument voor de nieuwe aanpak en organisatie opgenomen. 2. Team ICT: Project ICT-Serverconsolidatie De invoering van CGO betekent ook dat de inrichting van de organisatie op cruciale punten zoals ICT-netwerkken dient te worden heringericht. Deelnemers en medewerkers dienen
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Projectkosten (x 1000)
5 11 7 11 1 1 36
159,8 270,0 392,2 990,2 232,7 213,5 2258,3
in de toekomst bijvoorbeeld vanaf willekeurig welke werkplek toegang te kunnen krijgen tot het ICT-netwerk zodat informatie- en kennisuitwisseling maximaal mogelijk wordt en administratieve processen volgens standaardprocedures efficiënt kunnen verlopen. Het project Serverconsolidatie, gestart in 2007 en doorlopend in 2008 en later, beoogt de digitale infrastructuur in de organisatie aan te passen aan hoogste eisen. In 2008 is een belangrijke start gemaakt met de verbetering van het netwerkbeheer, o.a. door vervanging van verouderde systemen door nieuwe standaarden.
Sectorgebonden projecten Binnen de MBO-sectoren is dit thema onderdeel van het lange termijntraject dat met de invoering van CGO in het beroepsonderwijs is ingezet. Alle projecten richtten zich op: • scholing, coaching en begeleiding van docenten, • verbetering van de interne organisatiestructuur, • verbetering van (de inhoud van) opleidingen, • de studentenparticipatie • Verbetering van de BPV-structuur • Verbetering van deelnemerbegeleiding Met het toeleidend onderwijs (VMBO) en het afnemend vervolgonderwijs (HBO) alsmede met het bedrijfsleven is intensief in tal van werkgroepen, ondersteund door deskundige partners als CINOP, samengewerkt om te komen tot goede inbedding van het CGO in het MBO-onderwijs. In alle sectoren zijn scholingen georganiseerd voor docenten om hen goed voor te bereiden op hun nieuwe taken.
Een greep uit de producten: • beoordelingsmodellen • handleiding portfolio-gesprekken • portfolio-assessment • met het bedrijfsleven de afname van examens ontwikkeld • BPV-mappen ontwikkeld • rapportage aan ouders en leerlingen • advies benodigde scholing rond examinering • gestandaardiseerde toetsen • taakbeschrijving BPV-bezoeken • alumni-beleid • samenwerking beroepssectoren en Studie Adviespunt (STAP) • ontwikkeling en invoering van Loopbaanleren • training gesprektechnieken voor docenten • trajectbegeleiding van deelnemers • cijferregistratiesystemen • burgerschapstrajecten • ontwikkelen nieuwe leeromgeving mbv Blackboard • ontwikkelen taalbeleid Op basis van de nieuwe CGO-aanpak is de begeleiding van een groot aantal deelnemers verbeterd. In het overzicht zijn de aantallen deelnemers weergegeven waar de verbeterslag betrekking op had.
> Thema 2.2: verbetering aansluiting VMBO/MBO/HBO projecten: Sector Aantal Techniek E&D THFUS Z&W Totaal
Onder dit thema zijn activiteiten uitgevoerd in samenwerking met diverse Hogescholen, VMBO-instellingen, het basisonderwijs en het bedrijfsleven. Met deze instellingen is met name intensief gewerkt aan het terugdringen van het voortijdig schoolverlaten door betere onderlinge afstemming. Er zijn gezamenlijk nieuwe onderwijsmodellen ontwikkeld, prestatie- en beoordelingssystemen gemaakt, nieuwe doorstroomtrajecten tot stand gebracht,
1 3 4 3 11
Projectkosten x 1000
Toegekend (x 1000)
52,0 132,5 64,5 38,5 287,5
52,0 115,0 48,2 24,5 239,8
docentenuitwisselingsprogramma’s uitgevoerd en werkveldcommissies opgezet. Met Kenniscentra en Brancheorganisaties (o.a. in de BTG’s) zijn afspraken en plannen gemaakt voor verdere onderlinge afstemming en samenwerking. Voorts is onder studenten onderzoek gedaan naar de kwaliteit van begeleiding door docenten en de doorstroommogelijkheden. Tevens zijn coachingstrajecten uitgevoerd waarin studenten van de Hogeschool Utrecht MBO-
deelnemers ondersteunen in hun (keuze voor) vervolgopleidingen. De HU studenten hebben een training voor begeleiding gevolgd. De inspanningen van instellingen om de samenwerking concreet gestalte te geven hebben geleid tot meerdere werkconferentie en afspraken in convenanten. In de praktijk ervaren de docenten de verbeterde samenwerking in een “warme overdracht” van studenten.
> Thema 2.3 optimaliseren en vernieuwing MBO mbv bedrijfsleven projecten: Sector Aantal Techniek E&D THFUS Z&W Totaal
De activiteiten onder dit thema zijn allen uitgevoerd binnen de context van andere thema’s (en projecten) van de Innovatie- en Stagebox. De projecten richtten zich op verbetering van de samenwerking met het bedrijfsleven (MKB), Kenniscentra in het beroepsonderwijs en andere Branchevertegenwoordigers. Met een groot aantal bedrijven (branches) zijn afspraken gemaakt om: • de begeleiding en doorstroom van deelne-
2 1 5 3 11
mers te verbeteren • de opleidingscurricula goed te laten aansluiten met de wensen en eisen vanuit het bedrijfsleven • de BPV-begeleiding te optimaliseren door goede afstemming met leermeesters te maken • de aansluiting tussen theorie en praktijk te optimaliseren Er zijn gezamenlijk netwerkbijeenkomsten
Projectkosten x 1000
Toegekend (x 1000)
89,2 11,0 22,3 213,4 335,9
89,2 9,5 16,7 135,8 251,2
gehouden, werkveldcommissies opgericht en afspraken gemaakt in het kader van de onderlinge samenwerking. Met name de instroom in en begeleiding van deelnemers in het bedrijfsleven, zowel stages als leerarbeidsplaatsen in de BBL waren de belangrijkste onderwerpen.
Bijlagen
75
> Thema 2.4 Ondernemerschap projecten: Sector Aantal E&D THFUS Z&W versnl pot Totaal
ROMCN heeft op dit thema vooral ingezet op projecten in het kader van de zogenaamde Versnellingspot: een CvB initiatief met als leidraad dat in alle geledingen van de organisatie ondernemende en vernieuwende ideeën - mits onderbouwd en kansrijk – waarvoor in het reguliere budget geen ruimte is een startsubsidie kunnen krijgen. In 2008 zijn 4 projecten gehonoreerd:
76
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
2 3
5
• samenwerkingsproject Utrechtse Heuvelrug, een project ism regionale Horecaondernemingen • ICT-Suriname, een internationaal samenwerkingsproject gericht op kennisdeling en studentenuitwisseling • Studentenleerbedrijven, een project dat studenten begeleid in het opzetten van een eigen bedrijf in het kader van hun E&D opleiding
Projectkosten x 1000
Toegekend (x 1000)
20,2 8,1 5,7 235,5 269,5
17,5 6,1 3,6 157,6 184,8
• Creatief Recycling Centrum, een project gericht op het duurzaam gebruik van producten De meeste projecten zijn medio 2008 gestart en kennen een doorloop in 2009
Resultaten Stagebox Thema’s :
1. Zorg dragen voor passende stage- dan wel simulatieplaatsen voor deelnemers, in het bijzonder moeilijk plaatsbare deelnemers. 2. Intensieve begeleiding van moeilijk plaatsbare deelnemers naar en op de stage- of simulatieplaats. projecten: Sector Aantal Techniek E&D THFUS Z&W Totaal
6 2 5 12 25
Binnen de sector E&D zijn de zogenaamde DOIT en AKA opleidingstrajecten ondergebracht. De deelnemers krijgen zo nodig binnenschoolse simulatietrajecten aangeboden. Het aantal van 1100 stageplaatsen dient merendeels te worden gezien als interne simulatieplaatsen Dit jaar is door de sector Z&W geparticipeerd in het landelijk project “Doorbaak in Werkplekleren”, een project in het kader van Innovatie-arrangement, gericht op de kwantitatieve en kwalitatieve verbetering van werkplekleren.
Projectkosten (x 1000)
Toegekend (x 1000)
Aantal stageplaatsen
Aantal BPVbegeleiding
364,5 714,1 469,1 1397,9 2945,6
364,5 671,3 391,0 1320,3 2747,1
90 1100 482 145 1817
408 1100 270 320 2098
Voor het overige richten de projecten zich op: • Toeleidingstrajecten naar het MBO (o.a. DO-IT); • Assistentopleidingen (niv 1); • Basisberoepsopleidingen (niv 2); • Samenwerking met het bedrijfsleven in het kader van BPV-begeleidingsactiviteiten; • Acquisitie en matching stages; • Uitgebreide intake; • Intensieve stagevoorbereiding en begeleiding deelnemers niveau 1 en 2; • Extra BPV-bezoeken;
• BPV-handboeken; • Simulatieprogramma’s (DO-IT, schoonheidsverzorging, kantoorsimulatie administratieve beroepen); • Scholing praktijkbegeleiders; • Uitvoering flexibele stageorganisatie; • Promotieteams voor het bedrijfsleven.
77
Bijlagen
Financiële verantwoording Innovatiebox > FES gelden Beschikbaar gesteld: Toegekend bedrag 2007 € Cofinanciering 2007 €
2.785 1.500
Totaal beschikbaar 2007 € Overloop 2007 naar 2008: Overloop toegekend bedrag 2007 naar 2008 € Overloop cofinanciering 2007 naar 2008 € Toegekend bedrag 2008 €
4.284
Totaal beschikbaar 2008 (netto)
4.518
1.716 924 2.802
€
personeel aantal + overig docenten (x 1000) netto
AMBITIE aantal samenw. deelne- andere mers partijen J/N
1.1. en 1.4 Ontwikkelen les- en examenmateriaal voor competentiegericht beroepsonderwijs € 2.250 J 1.2. Docentenstages € 136 150 J 1.3. Instroom zwakke doelgroepen in praktijkopleidingen € 330 344 J Totaal te besteden bedrag in 2008 (netto) € 2.716 Te besteden in 2009 (netto)
personeel aantal + overig docenten (x 1000) netto
REALISATIE aantal samenw. deelne- andere mers partijen J/N
€ 2.250 € 136 150 € 330 344 € 2.716 € 1.802
J J J
> Overige innovatiegelden
78
Beschikbaar gesteld: Overloop toegekend bedrag 2007 naar 2008 € Toegekend bedrag 2008 € Totaal beschikbaar 2008 €
personeel aantal + overig docenten (x 1000)
AMBITIE aantal samenw. deelne- andere mers partijen J/N
2.1 Versterken praktijkgerichtheid in het leertraject € 474 J 2.2 Optimaliseren van de schoolorganisatie € 823 J 2.3 en 2.4 Verbeteren begeleiding deelnemers binnen- en buitenschools € 467 ca 300 2314 J 3. Verbetering aansluiting beroepskolom € 240 J 4. Vernieuwing beroepsonderwijs met bedrijfsleven € 251 J 5. Bevorderen ondernemerschap € 185 ca 80 ca 100 J Totaal te besteden bedrag in 2008 € 2.440 Te besteden in 2009
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
personeel aantal + overig docenten (x 1000)
2.094 1.776 3.870 REALISATIE aantal samenw. deelne- andere mers partijen J/N
€ 474 € 823
J J
€ 467 ca 300 2314 € 240 € 251 € 185 ca 80 ca 100 € 2.440 € 1.431
J J J J
Financiele verantwoording Stagebox > Stagegelden
€ x 1.000
€ x 1.000
€ x 1.000
Toegekend Besteed Beschikbaar gestelde middelen tot en met voorgaand jaar 2.370 833 verslagjaar 1.242 2.715 vóór 1 januari 2011
Nog te besteden
personeel + overig (x 1000) 1. Zorg dragen voor passende stage- dan wel simulatieplaatsen voor deelnemers, in het bijzonder moeilijk plaatsbare deelnemers 2. intensieve begeleiding van moeilijk plaatsbare deelnemers naar en op de stageof simulatieplaats 1. en 2. combi Totaal:
€ 733
aantal stageen simulatieplaatsen
1.537 -1.473 64
REALISATIE aantal BPV- samenw. begeleiandere ding partijen J/N
1817
J
€ 1.385 2098 € 597 € 2.715 1817 2098
J
79
Bijlagen
> Bijlage 8 Commissie Schutte (‘Helderheid’) In het document “Helderheid in de bekostiging van het beroepsonderwijs en de volwasseneneducatie” (hierna kortweg Helderheid genoemd) is voor een aantal thema’s aangegeven dat in de jaarrekening extra informatie dient te worden opgenomen. In dit hoofdstuk vindt u de items en de gevraagde informatie terug. De aangescherpte regels zoals deze terug te vinden zijn in de notitie Helderheid, het aangekondigde wetsvoorstel Korte Klap; de gedragsregels binnen de BVE-Raad en de interpretaties van de commissie vervolgonderzoek Rekenschap krijgen binnen ROC Midden Nederland vertaling in een handboek “voldoen aan wet- en regelgeving deelnemersgegevens beroepsopleidingen”. Bovendien wordt jaarlijks in samenspraak met de accountant een controleprogramma afgestemd, waarbij het GDC Planning & Control interne controles uitvoert bij de onderwijssectoren. De onderwijssectoren zijn verantwoordelijk voor uitvoering en registratie van bedoelde controles. De in deze verantwoording opgenomen zaken vormen onderdeel van de door hen uitgevoerde controles.
Thema 1: Uitbesteding Voorbeelden zijn: a Samenwerking van een instelling met een commerciële instelling, waarbij de deelnemers (een deel van) de studie bij een commerciële instelling volgen. b Samenwerking van een instelling met een niet-commerciële organisatie (zoals een penitentiaire inrichting), waarbij de deelnemers (een deel van) de studie bij de niet-commerciële organisatie volgen.
80
Verantwoording ROC Midden Nederland: a samenwerking met commerciële instellingen: • ICTS Netherlands Airport Services VOF • LOI • Via het Centrum voor Bedrijfstrainingen te Arnhem worden voor de volgende bedrijven procestechniek opleidingen verzorgd: - Givaudan Nederland te Barneveld - ESC Electronics te Breda - Zeelandia HJ Doeleman te Zierikzee - PFW Aroma Chemicals te Barneveld - Diffuterm te Bergeijk - Sonac te Burgum - Codi International te Veenendaal - DMV International te Veghel - Rubber Maalindustrie te Weert - Saturn Petfood te Hattem - Waterschap Rivierenland te Tiel - Manpower Uitzendbureau te Alkmaar, ’s-Hertogenbosch, Goes en Rotterdam - Kemetyl te Soest - Tempo Team te Soest - Vedior Uitzendorganisatie te Ede, Leeuwarden, Drachten en Emmen (is nu Tempo Team) - GBC Commercial Laminating Solution Group te Kerkrade - Knauf Insulation te Oosterhout - Scholtes Special Products te Renswoude - North Sea Food Holland te Urk - Peijnenburg’s Koekfabriek te Geldrop - Koole Tankstorage te Nijmegen - Vlisco te Helmond - Friesland Foods Professional te Nuenen en Leeuwarden - HiTecs te Eindhoven - Schils te Sittard - Campina Nederland te Eindhoven, Limmen, Maasdam, Rotterdam, Bleskensgaaf, Born, Rijkevoort en Tilburg - Kabelbedrijven Draka te Emmen en Nieuw Bergen Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
- Deli HTL te Eindhoven - Elephant Dental te Hoorn - Lantor te Veenendaal - Ariza te Helmond - EJ Bos mengvoeders te Ederveen - Plalloy te Kerkrade • Via het Centrum voor Bedrijfstrainingen te Arnhem worden voor de volgende bedrijven groothandels opleidingen verzorgd: - CEVA te Baarle-Nassau, Culemborg, Eindhoven, Maarssen, Oss - The Greenery te Breda - Handicare Logistics te Helmond • Via het Centrum voor Bedrijfstrainingen te Arnhem worden voor het volgende bedrijf mechatronica techniek opleidingen verzorgd: - NDC Grafisch Bedrijf te Leeuwarden • Via Opleidingen voor Detailhandel (OVD) BV te Ede worden voor de volgende bedrijven opleidingen in de food sector verzorgd: - Deen Winkels, Noord-Holland - Detailresult (samenwerking Dirk van den Broek, Bas van der Heijden, Digros en Dekamarkt) te Alkmaar, Amsterdam, Ede, Haarlem, Purmerend - Aldi - Albert Heijn - C & A • Via ProRetail te Zeewolde worden voor de volgende bedrijven detailhandelsopleidingen verzorgd: - Plusretail (Plussupermarkten) - Super de Boer Supermarkten - Expert te Nijkerk • Via Fources BV te Groningen /Bunnik worden voor de volgende instellingen o.a de opleiding Beveiliging respectievelijk de opleiding Medewerker Call Center verzorgd: - Koninklijke Luchtmacht - KPN te Eindhoven, Enschede, Groningen en Rotterdam • Via Agens, RBO te Groningen, Reafors, Wesseling worden diverse opleidingen verzorgd voor diverse gemeenten - G4S Aviation Security • Via Tempo-Team worden voor het volgende bedrijf de opleidingen Beveiliging verzorgd: - G4S - Group 4 Securicor - Tempo Team (vaste uitzendkrachten) b Samenwerking met niet-commerciële organisaties: - Integraal Loopbaan Management [ILM] van de Koninklijke Landmacht
- Innovam - Gemeente Amersfoort Het organisatieonderdeel van ROC Midden Nederland, te weten de sector Marketing & Sales, treedt bij sommige trajecten als hoofdaannemer op, waarbij andere ROC’s (ROC Midden Nederland of anderen) onderdelen van de opleiding verzorgen. Samenwerkingsverbanden VO/BVE Met 70 VO scholen zijn overeenkomsten afgesloten waarmee ongediplomeerde leerlingen uitbesteed worden door de VO school aan het vavo als volledig vervangend traject. Voor het schooljaar 2007/2008 zijn 420 leerlingen uitbesteed en in voor het schooljaar 2008/2009 589 leerlingen. Deze leerlingen staan ingeschreven bij de VO-school. ROC Midden Nederland ontvangt een vergoeding van de VO-school. Er wordt voldaan aan de wet- en regelgeving.
Thema 2: Investeren van publieke middelen in private activiteiten Hieronder vallen de situaties waarin de rijksbijdrage wordt ingezet in een privaatrechtelijke rechtspersoon, of waarin publieke middelen anderszins worden geïnvesteerd in private activiteiten die niet behoren tot de kerntaak van de instelling/het KBB. Hieronder vallen de situaties: a waarin de rijksbijdrage wordt ingezet: in een privaatrechtelijk rechtspersoon; b waarin publieke middelen worden geïnvesteerd in private activiteiten die niet behoren tot de kerntaak van de instelling. Voorbeelden die in Helderheid worden genoemd zijn: • investeringen die zijn verricht met de rijksbijdrage in contractstichtingen; • risicovolle financieringen met de rijksbijdrage; • investeringen in private activiteiten, zoals voorzieningen voor deelnemers (sportzaal). In principe is investeren van publieke middelen in private activiteiten toegestaan, mits de condities zijn geëxpliciteerd en de verantwoording voldoende transparant is. Het investeren van publieke middelen in private activiteiten is toegestaan als daarmee een bijdrage kan worden geleverd aan het realiseren van de
doelstellingen van het beroepsonderwijs. Aan de wettelijke criteria (kwaliteit, toegankelijkheid en doelmatigheid) die zijn gecreëerd rond het onderwijs moet onverkort te alle tijden worden voldaan. Verantwoording ROC Midden Nederland: a investeringen in een privaatrechtelijk rechtspersoon Stichting ROC Midden Nederland is 100% aandeelhouder van Holding ROC Midden Nederland Contractactiviteiten BV. Leveringen over en weer worden tegen kostprijs verricht en verrekend. Over de rekening courant verhoudingen wordt een rentevergoeding berekend. Het betreft hier de financiering van private activiteiten die in het verlengde liggen van de publieke activiteiten van ROCMN en worden uitgevoerd ten behoeve van doelstellingen van het beroepsonderwijs. b In private activiteiten (niet zijnde a) Doordat de contractactiviteiten verantwoord worden in de BV (Bedrijfsopleidingen Midden Nederland BV) worden er in principe in de Stichting geen publieke middelen geïnvesteerd in private activiteiten, anders dan onder a genoemd. Uitzondering hierop zijn de activiteiten in het kader van de nieuwe Wet Inburgering.Bij de presentatie van de nieuwe Wet Inburgering is in het kader van bevordering van de liberalisering besloten om meer marktwerking op de aanbodmarkt toe te staan. Het effect van dit besluit is een verruiming van het aantal toetredende aanbieders met als gevolg een wijziging in de aard van de activiteiten. Door de verruiming van aanbie-
ders op de markt van inburgeringcursussen, is de aard van de activiteiten inburgeringcursussen veranderd. Inburgeringcursussen zijn van publieke activiteiten naar private activiteiten gewijzigd vanwege de toegestane concurrentie van diverse aanbieders. Ter waarborging van de continuïteit van inburgeringcursussen (voorheen educatieve programma’s) en ter voorkoming van nadelige effecten als gevolg van de invoering van de marktwerking, is besloten om de ROC’s eenmalig (gespreid over een periode van 3 jaar: 2006-2008) een financiële vergoeding te verstrekken. Dit is het zogenoemde transitiebudget dat het ministerie OC&W eenmalig beschikbaar heeft gesteld om het onevenredig nadeel – als gevolg van de wijziging – voor ROC’s te voorkomen. De uitvoering van de inburgeringcursussen en gemeentelijke educatie zijn belegd bij een organisatieonderdeel de sector Educatie, juridisch ondergebracht in de Stichting ROC Midden Nederland. In 2008 zijn deze activiteiten vanaf juli minimaal budgetneutraal uitgevoerd.
Thema 3: het verlenen van vrijstellingen De instelling kan vrijstelling verlenen voor het afleggen van toetsen of examenonderdelen in het beroepsonderwijs. Dat kan op basis van eerder afgelegde toetsen of examens, of op basis van buiten het onderwijs opgedane kennis en vaardigheden, ofwel Elders Verworven Competenties (EVC).
De outputbekostiging is niet bedoeld voor die deelnemers die nooit aan het beroepsonderwijs hebben deelgenomen. Verantwoording ROC Midden Nederland: In de bekostiging worden uitsluitend die deelnemers opgenomen die voldoen aan de wet en regelgeving. Dit betekent tevens dat deelnemers moeten voldoen aan de 850 urennorm voor bol-vt en 300 urennorm voor bol-dt en bbl-trajecten. Er zijn derhalve geen deelnemers in de bekostiging opgenomen die geen onderwijsactiviteiten volgen binnen ROC Midden Nederland.
Thema 4: Les en cursusgeld niet betaald door de deelnemer zelf Het is niet toegestaan dat vanuit de rijksbijdrage (indirect) door de instelling het les- of cursusgeld voor de deelnemer wordt betaald Verantwoording ROC Midden Nederland: Er is de Stichting van Beuningenfonds die deelnemers in moeilijkheden helpt om een opleiding aan het ROC te volgen. Deze stichting wordt uitsluitend gevoed met andere dan de rijksmiddelen, zoals rentebaten en giften. In de ‘Richtlijnen ten behoeve van het beheer van het van Beuningenfonds’ is tevens opgenomen dat de uitkering niet bestemd mag zijn voor het financieren van de wettelijk vereiste studiebijdrage [artikel 6].
81
>Uitstroom uit het ROC tussen 1 oktober 2008 en 1 januari 2009 uit de beroepsopleidingen onder vermelding van hoogst behaalde diploma bij ons ROC.
Hoogst behaalde diploma Geen Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Eindtotaal (dit bedraagt % van de populatie) In dezelfde periode zijn er x deelnemers ingestroomd in het ROC.
1/101/11
1/111/12
1/121/1
Totaal
119 3 95 28 11 256 1,3% 239
167 11 87 30 13 308 1,5% 648
125 13 61 20 36 255 1,3% 182
411 27 243 78 60 819 4,0% 1069
>Omzwaaiers ROC Midden Nederland beroepsopleidingen 1 juni 2008 versus 1 oktober 2007 Soort mutatie Andere crebo opleiding Waarvan naar een lager kwalificatieniveau Waarvan naar een gelijk kwalificatieniveau Waarvan naar een hoger kwalificatieniveau Zelfde crebo, andere leerweg Waarvan van BBL naar BOLdt Waarvan van BBL naar BOLvt Waarvan van BBL naar EXN Waarvan van BOLdt naar BBL Waarvan van BOLdt naar BOLvt Waarvan van BOLdt naar EXN Waarvan van BOLvt naar BBL Waarvan van BOLvt naar BOLdt Waarvan van BOLvt naar EXN
Aantal Deelnemers
% van 1 oktober populatie
663 167 278 218
3,3 %
288 2 6 201 7 2 1 33 9 27
1,4 %
Bijlagen
Thema 5: Uitstroom vlak na de peildatum: In Helderheid wordt geen exacte definitie gegeven. Verantwoording ROC Midden Nederland: Wij hebben uitstroom vlak na de peildatum geïnterpreteerd als het in de bekostiging opgenomen aantal deelnemers in het beroepsonderwijs op 1 oktober, dat tussen 1 oktober 2008 en 1 januari 2009 ons ROC heeft verlaten. Dit hebben we bepaald door de lijst met ROC-verlaters te matchen met de voorlopige bekostigingstelling opgemaakt eind januari 2009.
Thema 6: De deelnemer volgt een andere opleiding dan waarvoor hij is ingeschreven (Omzwaaiers) Inschrijving van een deelnemer voor een in het CREBO geregistreerde opleiding, terwijl hij daadwerkelijk een andere CREBO-opleiding of niet in het register opgenomen opleiding volgt. Omzwaaien is volgens de definitie van Helderheid: “Het veranderen van opleiding/leerweg tijdens het schooljaar”.
82
Verantwoording ROC Midden Nederland Omdat op het moment van opstellen van dit overzicht het schooljaar 2008-2009 nog niet is afgelopen, rapporteren wij over het schooljaar 2007-2008. Er wordt gerapporteerd over de mutaties binnen het beroepsonderwijs. De aantallen zijn berekend door het deelnemersbestand bekostigde inschrijvingen van 1 oktober 2007 te vergelijken met het deelnemersbestand op 1 juni 2008. Deelnemers die een diploma hebben behaald en daarna een andere opleiding zijn gaan volgen (doorstromers) worden niet meegeteld als ‘omzwaaier’. De mutaties worden in bovenstaande tabel uiteengezet. Gecombineerde trajecten educatie met beroepsonderwijs Helderheid vraagt ons verantwoording af te leggen over deze gecombineerde trajecten. Verantwoording ROC Midden Nederland: Geïntegreerde Trajecten (GT) Binnen ROC Midden Nederland loopt het project GT (Geïntegreerde Trajecten). Hiertoe is een regiegroep GT opgericht, die leiding geeft aan diverse projecten. Doelen van dit project zijn verhoogde toegankelijkheid van beroepsopleidingen, uitvalreductie en resultaatverhoging van zowel inburgering als beroepsopleidingen. Er wordt gewerkt met offertes, speciaal toegesneden op geïntegreerde trajecten Educatie-beroepsonderwijs – om daarmee beter te kunnen voldoen aan de wens van onze gemeentelijke opdrachtgevers.
Daartoe is een kostprijsmodel gemaakt voor het berekenen van heldere en transparante kostprijzen. Met behulp van dit model kan exact worden verantwoord waar de extra gelden van de gemeenten aan worden besteed, terwijl de beroepsopleiding daarnaast aan alle daartoe gestelde vereisten blijft voldoen op het eigen OCW-budget. Gemeenten betalen dan een extra bedrag voor extra lessen Nt2, extra begeleiding bij studie en stages en voor rapportage. Dit model is inmiddels geïmplementeerd en wordt vanaf september 2004 toegepast voor onder meer het berekenen van offertes en het intern doorbelasten van kosten en opbrengsten. De in de modellen gebruikte verhoudingsgetallen zijn gestoeld op de door de accountant goedgekeurde jaarrekening. Op 1 oktober 2008 gaat het om ruim 200 trajecten waarbij er sprake is van gelijktijdige financiering via de Gemeentes en OCW.
Thema 7: Bekostiging van maatwerktrajecten ten behoeve van bedrijven In Helderheid wordt maatwerk als volgt omschreven: “Instellingen ontwikkelen maatwerktrajecten waarbij een derde –een bedrijf of een andere organisatie – een bijdrage betaalt voor het op maat snijden van trajecten voor eigen personeel. Verantwoording ROC Midden Nederland: In feite wordt aan iedere deelnemer een maatwerktraject aangeboden. Voor elke deelnemer wordt een leerroute uitgestippeld die zoveel mogelijk aansluit bij vooropleiding, eerder verworven competenties (EVC’s) en mogelijkheden en interesses van de deelnemer en de eisen van het toekomstige beroepenveld van deze deelnemer. Omdat de jaarrekening wel erg dik wordt als alle maatwerktrajecten worden opgenomen hebben wij hier de trajecten vermeld met een contractwaarde hoger dan € 10.000,- (exclusief het wettelijk verplicht cursusgeld). • Laboratoria: - Analytico Milieu - Neville Chemicals Europe - Omegam Laboratoria • Bibliotheken: - Stichting Bibliotheeknetwerk Zuid-Holland Zuid-Oost - Bibliotheek Krimpenerwaard - Stichting Bibliotheek IJsselstein - Openbare Bibliotheek Katwijk - Openbare Bibliotheek Amsterdam - Bibliotheek Gemeente Utrecht (Oudegracht) - Stichting Verenigde Openbare Bibliotheken Amersfoort - Openbare Bibliotheek Leusden - Stadsbibliotheek Vlaardingen
- Bibliotheek Heerhugowaard - Bibliotheken Limburg - Bibliotheek te Almere - Bibliotheek te Dordrecht - Probiblio te Hoofddorp • Re-integratie bedrijven: - UWV Almere en Midden-Nederland - RBO te Groningen - Pluswerk Re-integratie te Utrecht - Nieuwland Re-integratie te Utrecht - Alexander Calder Arbeidsintegratie te Utrecht - Gemeente Amersfoort (Arbeidsintegratie) - Gemeente Nieuwegein • Sociale werkvoorziening: - Lander Werk Integratie te Geldermalsen - Cartesius te Utrecht - Sallcon Groep te Deventer - Emco Groep te Emmen - Reestmond te Meppel - Delta te Zutphen • Uitzendbranche: - Manpower Uitzendorganisatie - Tempo-Team Uitzendorganisatie • Zorgsector: - Kraamzorg De Waarden Regio Gorinchem - Yunio Kraamzorg - Kraamzorg De Waarden - ACK & Zorgmaat Kraamzorg - Kraam- en Verpleeghulp Centrum Bunschoten Spakenburg - ZIN Kraamzorg - Kraamzorg Midden Nederland - Progeria Zorggroep - Zorg Accent Amersfoort, locatie Birkhoven - Stichting Flexicare Nieuwegein - Oldenzaal Zorggroep Sint Maarten - Rivas Zorggroep - Amant Woonzorg - Zorgaccent - Aveant Zorgcentrum - Aveant, Thuiszorg Stad Utrecht (hoofdkantoor) - Zuwe Thuiszorg Snavelenburg - St. Woon- Zorgcentra de Rijnhoven - St. Zorgcentra De Betuwe te Culemborg - Stichting Welzijn Amersfoort - WEAN Allround Dienstverlening - Take Good Care • Detailhandel: - Vrumona BTD te Bunnik - Albert Heijn - Lidl Supermarkt - Boni Supermarkt • Overige: - Fokus Regiokantoor - Calduran Kalkzandsteen - Catering Company Zeist - Stichting Peuterzalen ’s-Hertogenbosch - Fortis Verzekeringen Nederland - Bestuursacademie Nederland - Gerritse IJzerwaren
>Inschrijving bij zowel volwasseneneducatie als beroepsonderwijs Gestart in GT november 2007 11 deelnemers, geen uitval, wel 1 deelnemer gediplomeerd, dus per 1 oktober 2008 Gestart in GT januari/februari 2008: 60 deelnemers, waarvan 8 deelnemers voor 1 oktober uitgevallen en 1 deelnemer voor 1 oktober gediplomeerd Gestart in april 2008 17 deelnemers, waarvan 2 voor 1 oktober uitgevallen Gestart in september 2008 Totaal
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
10 51 15 157 233
> Bijlage 9 Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens (WOPT) Naam
Functie
Dhr. B. (Bernard) J.F. Fransen Dhr. P.(Paul) A.M. Thijssen Mw. dr. L.(Lucy) B.J. Schmitz
Vz. CvB Lid CvB Lid CvB
Duur dienstverband in het verslagjaar In dienst vanaf In dienst tot 1-1-2008 1-1-2009 1-1-2008 1-1-2009 1-1-2008 1-4-2008
Belastbaar loon 2008 170.908 189.423 78.070
2007 161.082 132.222 120.370
Totale pensioenafdracht (WG en WN deel) 2008 2007 37.788 41.966 32.977 31.655 7.043 26.966
Totaal 2008 208.696 222.400 85.113
2007 203.048 163.877 147.336
Toelichting Het CvB (1 en 2) heeft een contract voor bepaalde tijd. In 2008 is er door de Raad van Toezicht op basis van “Advies voor een sectorbreed beloningsregelement van de Cie. beloningsstructuur voor bestuurders van MBO-instellingen” het beloningsregiem herzien. Dit heeft ertoe geleid dat met terugwerkende kracht over 2006 en 2007 er een correctie heeft plaatsgevonden (2) van € 35.184, welke volledig drukt op 2008.
Specificatie nabetaling: 2006 2007
17.590 17.594 35.184
Grensbedrag:
2007 2008
169.000 181.000
83
Bijlagen
> Bijlage 10 Overzicht van partijen waarmee samenwerkingsovereenkomsten zijn afgesloten > Samenwerkingsovereenkomsten SAMENWERKINGSPARTNERS 2005-2008
SOORT OVEREENKOMST
ALTRECHT
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
ANNA VAN RIJN COLLEGE
CONVENANT
ARRANGE TALENT
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
ASA,ROCMN,WILLIBRORD, OVO,GEMEENTE UTRECHT
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
AVEANT
CONVENANT
AVEANT
CONVENANT
BELASTINGDIENST/CENTRUM VOOR KENNIS EN COMMUNICATIE, DE MONDRIAAN ONDERWIJS, STICHTING REGIONAAL OPLEIDINGEN CENTRUM VAN AMSTERDAM, STICHTING ROC MIDDEN NEDERLAND, STICHTING REGIONAAL OPLEIDINGEN CENTRUM EINDHOVEN
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
BEWEGEN EN SPORT
INTENTIEVERKLARING
CINOP,ROCMN,
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
DE PROJECTIEDIRECTIE LEREN & WERKEN, CWI AMERSFOORT, CWI SOEST, DE GEMEENTEN VERENIGD IN HET GEWEST EEMLAND, KAMER VAN KOOPHANDEL GOOI- EN EEMLAND, MKB MIDDEN NEDERLAND, VNO-NCW EEMLAND, ECABO, INTENTIEVERKLARING KENTEQ, HOGESCHOOL UTRECHT, ROC MIDDEN NEDERLAND, ROC ASA, SOVEE/TRAJECTBUREAU OPLEIDING & WERK 84
DE STAAT DER NEDERLANDEN, DE MONDRIAAN ONDERWIJSGROEP, ST. ROC VAN AMSTERDAM, ST. ROC MIDDEN NEDERLAND, ST. ROC EINDHOVEN
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST INCLUSIEF SAMENWERKING DIVERSE ROC'S
DOENJA,ROCMN
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
DOENJA,ROCMN
CONVENANT
ETV.NL / STICHTING NUOVO
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
FRIESLAND COLLEGE,ROCMN
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
GEMEENTE HOUTEN EN STICHTING ROC MIDDEN NEDERLAND
INTENTIEVERKLARING
GEMEENTE UTRECHT EN PARTNERS
PROJECTPLAN
GEMEENTEBIBLIOTHEEK UTRECHT
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
GEWEST EENMLAND
CONVENANT
HERONTWERP MBO
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
HOGESCHOOL UTRECHT
RAAMOVEREENKOMST
HOGESCHOOL UTRECHT
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
HUIS VAN DE SPORT
INTENTIEVERKLARING
IMC WEEKENDSCHOOL
SPONSOROVEREENKOMST
IMC WEEKENDSCHOOL
SAMENWERKINGSCONVENANT
INHOLLAND, ROCMN
LETTER OF INTENT
INNOVAM
INTENTIEVERKLARING
INNOVAM/CINOP/ROCMN
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
LEERAFDELING SLEUTELBLOEM/ZORGINSTELLING LOOSDRECHT LOCATIE DE BEUKENHOF/HOGE SCHOOL UTRECHT
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
LEERWERKLOKET EEMLAND
VOORSTEL VOORTZETTING SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
MAROKKOFONDS
SPONSOROVEREENKOMST
MEGALLY MANAGEMENT BV (is ter ondertekening opgestuurd)
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
MONDRIAAN ONDERWIJSGROEP, STICHTING ROC VAN AMSTERDAM, STICHTING ROC MIDDEN NEDERLAND, STICHTING REGIONAAL OPLEIDINGEN CENTRUM EINDHOVEN
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
N.V. HOTELMAATSCHAPPIJ TORARICA
INTENTIEVERKLARING
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
SAMENWERKINGSPARTNERS 2005-2008
SOORT OVEREENKOMST
N.V. HOTELMAATSCHAPPIJ TORARICA
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
NATUURTECHNISCH INSTITUUT MIDDELBARE BEROEPSOPLEIDINGEN, INSTITUUT VOOR MIDDELBAAR ECONOMISCH EN ADMINISTRATIEF ONDERWIJS, OPENBARE NIJVERHEIDSSCHOOL
INTENTIEVERKLARING
NATUURTECHNISCH INSTITUUT MIDDELBARE BEROEPSOPLEIDINGEN, INSTITUUT VOOR MIDDELBAAR ECONOMISCH EN ADMINISTRATIEF ONDERWIJS, OPENBARE NIJVERHEIDSSCHOOL EN ROC MIDDEN NEDERLAND
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
NUOVO
RAAMOVEREENKOMST
OCM & SZW
INTENTIEVERKLARING
PENTASCOPE EN ROC MIDDEN NEDERLAND
INTENTIEVERKLARING
PLATFORM BÈTA TECHNIEK
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
PROFIEL PRODUCTIES
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
RAAK-MBO-project
AANVULLENDE SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
RCR HEALTH CENTRE EN COVAB
INTENTIEVERKLARING
REGIONAAL EXPERTISE CENTRUM (reAcTYS)
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
REGIONAAL EXPERTISECENTRUM (REC)
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST LGF-MBO
RESOURCES MANAGEMENT & FINANCE B.V.
OVEREENKOMST VAN OPDRACHT
RIENTJES MAVO MAARSSEN
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
RIGHT TO PLAY, ROCMN, STICHTING
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
SMP
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
SOCIAAL KULTUREELWERK WOERDEN
CONVENANT
STAATSSECRETARIS VAN OC&W/WETHOUDER VAN JEUGD, ONDERWIJS, VOLKSGEZONDHEID EN DE WIJKEN NOORDWEST EN OVERVECHT/ROC MN/ AMARANTIS ONDERWIJSGROEP
CONVENANT
STICHTING BUNDEL,
DETACHERINGSOVEREENKOMST
STICHTING BUNDEL, GEMEENTE UTRECHT, VNO-NCW UTRECHT, KAMER VAN KOOPHANDEL UTRECHT, CWI UTRECHT, HOGESCHOOL UTRECHT, ROC MIDDEN NEDERLAND, ROC ASA, AOC WELLAND
INTENTIEVERKLARING
STICHTING CENTRUM NATUURSTEEN
OVEREENKOMST
STICHTING EASYSPORTEN
OVEREENKOMST
STICHTING EERSTE SURINAAMSE HUISHOUD- EN NIJVERHEIDSSCHOOL A.L. WAALDIJK COLLEGE EN ROC MIDDEN NEDERLAND
INTENTIEVERKLARING
STICHTING INNOVATIE EN ALLIANTIE
OVEREENKOMST
STICHTING KLEIN GALGENWAARD
SPONSOROVEREENKOMST
STICHTING NVA CENTRUM VOOR DUURZAME INBURGERING/STICHTING VERENIGDE OPENBARE BIBLIOTHEKEN AMERSFOORT
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
STICHTING RIGTH TO PLAY
PARTNEROVEREENKOMST INCLUSIEF VOLMACHT GEKE BUWALDA
STICHTING ROC MIDDEN NEDERLAND EN DE LEIDSE ONDERWIJS INSTELLINGEN B.V.
CONVENANT
STICHTING WELZIJN NIEUWGEIN (SWN)
CONVENANT
STICHTING ZORGSPECTRUM
CONVENANT
UTRECHTSE ONDERNEMERS ACADEMIE
SAMENWERKINGSVERBAND
UMC
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
UTRECHTSE SPORTPARTNERS, ROCMN,STICHTING
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
85
Bijlagen
> Bijlage 11 Lijst van gebruikte afkortingen > Overzicht afkortingen
86
Afkorting
Staat voor
AMA AOC BBL bol bol-dt bol-vt BPV BVE CAO CASO Cfi Crebo CGO CvB CWI DMO ESF ETV EVC FRE Fte GPL GSB HVS IBG ICT IGO IPB JOB KCE LGF MBO MKB MR NT2 OBP OCW OER OP PGN REC ROC SLC SMP SZW STAP VMBO VSO VSV WAO WEB WGBH/CZ WOT
Alleenstaande minderjarige asielzoeker Agrarisch Opleidingscentrum Beroepsbegeleidende leerweg Beroepsopleidende leerweg Beroepsopleidende leerweg deeltijd Beroepsopleidende leerweg voltijd Beroepspraktijkvorming Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie Collectieve Arbeidsovereenkomst Commissie Automatisering Salarisadministratie Onderwijs Centrale financieringsinstelling voor het onderwijs Centraal register beroepsopleidingen Competentiegericht onderwijs College van Bestuur Centrum Werk en Inkomen Dienst maatschappelijk ontwikkeling Europees Sociaal Fonds Educatieve Televisie Eerder Verworven Competenties Formatie Reken Eenheden Fulltime eenheid Gemiddelde Personele Last Grote Steden-beleid Hoofdelijk Versnelde Scholing Informatie Beheer Groep Informatie-en Communicatie Technologie Institutioneel Georganiseerd Overleg Integraal Personeelsbeleid Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs Kwaliteitscentrum Examinering Leerling Gebonden Financiering middelbaar beroepsonderwijs Midden-en kleinbedrijf Medezeggenschapsraad Nederlands als tweede taal Ondersteunend en Beheers Personeel Ministerie van Onderwijs, Cultuur en wetenschappen Onderwijs-en examenregeling Onderwijsgevend Personeel Persoonsgebonden nummer Regionaal Expertise Centrum Regionaal Opleidingen Centrum Studie en Loopbaan Centrum Samenwerkingsverband Maatschappelijke Partners Sociale Zaken en Werkgelegenheid Studieadviespunt Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs Voorgezet Speciaal onderwijs Voortijdig schoolverlaten Wet arbeidsongeschiktheid Wet Educatie Beroepsonderwijs Wet gelijke behandeling voor mensen met een handicap of chronisch zieken Wet op het Onderwijstoezicht
Jaarverslag 2008 • ROC Midden Nederland
Colofon
Disclaimer
Uitgave ROC Midden Nederland juni 2009 Coördinatie Realisatie GDC Marketing & Communicatie – Suzan Kouwenhoven, Juul Mostert Tekst GDC Planning & Control Kengetallen GDC Planning & Control Ontwerp en dtp Grafi Offshore Druk Drukkerij van Amerongen Amersfoort Oplage 200 exemplaren
Dit jaarverslag is met de grootste zorgvuldigheid samengesteld door ROC Midden Nederland. Aan de inhoud ervan kunnen echter op geen enkele wijze rechten of aanspraken worden ontleend. Dat geldt zowel voor de teksten als beelden die u in dit jaarverslag aantreft.