PRESENTEREN DE
JAARSTUKKEN 2013 VAN
Caparis NV
24 april 2014
Inhoudsopgave 1
Verslag Raad van Commissarissen
3
2
Jaarverslag
9
2.1 Ontwikkelingen sociale werkvoorziening 2.2 Ontwikkelingen Caparis 2.2.1 Algemeen 2.2.2 Ontwikkeling & Integratie 2.2.3 Detacheringen/Begeleid Werken/Business Post/Schoonmaak 2.2.4 Groenservice 2.2.5 Industrie 2.2.6 Concern 2.3 Uitvoering opdracht GR Sw ‘Fryslân’ 2.3.1 Algemeen 2.3.2 Taakstelling 2.3.3 Wachtlijst 2.3.4 Beweging ‘van binnen naar buiten’ 2.4 Financiële ontwikkeling 2.5 Investeringen 2.6 Financiering 2.7 Personele ontwikkeling 2.7.1 Bezetting 2.7.2 Ziekteverzuim 2.7.3 Opleidingen 2.7.4 Ondernemingsraad 2.8 Interne beheersing 2.9 Vooruitzichten 2014 2.10 Risicoparagraaf 2.11 Continuïteit 2.12 Caparis organisatie & stakeholders 2.12.1 Aandeelhouders 2.12.2 Relatie Caparis NV – GR Sw ‘Fryslân’ 2.12.3 Visie, missie en doelstellingen 2.12.4 Organisatie 2.12.5 Samenstelling Raad van Commissarissen en directie 2013
3
Jaarrekening 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
Balans per 31 december 2013 (na resultaatbestemming) Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening Toelichting op het kasstroomoverzicht Ondertekening van de jaarrekening
Overige gegevens
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
9 10 10 11 13 15 16 18 19 19 20 20 21 22 27 27 28 28 30 31 32 32 34 35 37 38 38 38 39 40 40
42 43 44 45 46 52 60 65 66
67
2/70
1
Verslag Raad van Commissarissen
Ontwikkelingen Caparis Het jaar 2013 is voor Caparis een turbulent maar succesvol jaar geweest. Bij de start van het jaar 2013 werd gedacht dat 2013 het jaar zou zijn wat in het teken zou staan van de overgang naar de nieuwe Participatiewet. Het Rijk presenteerde echter op 11 april 2013 het sociaal akkoord. Dit sociaal akkoord had als uitwerking dat de invoering van de Participatiewet met 1 jaar is uitgesteld. De Participatiewet is in februari 2014 aangenomen door de Tweede Kamer en zal, uitgaande van goedkeuring in de Eerste Kamer (gepland vóór het zomerreces 2014), met ingang van 1 januari 2015 worden ingevoerd. De Participatiewet heeft grote gevolgen voor de sociale werkvoorziening zoals we die nu kennen. Als gevolg van de Participatiewet zal met ingang van 1 januari 2015 geen nieuwe instroom in de Wet sociale werkvoorziening meer plaatsvinden. De huidige Swmedewerkers, met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, behouden hun rechten en plichten. Bij ongewijzigd beleid resulteert de invoering van de Participatiewet in een langzame krimp van de sociale werkvoorziening. Gedurende 2013 zijn op zowel bestuurlijk als ambtelijk niveau gesprekken gevoerd tussen Caparis en de aangesloten gemeenten. Als Raad van Commissarissen zijn wij ook betrokken geweest bij de gesprekken met de aangesloten gemeenten. Bovendien stonden de ontwikkelingen rondom de Participatiewet hoog op de agenda van de Raad van Commissarissen. Wij zullen in 2014 met zowel de directie van Caparis als de aangesloten gemeenten in gesprek blijven om mee te denken met de uitdagingen die op de gemeenten en Caparis afkomen. Naast de ontwikkelingen inzake de Participatiewet, heeft ook het externe onderzoek naar de vermeende belangenverstrengeling door de voormalig algemeen directeur hoog op de agenda gestaan. In het voorjaar van 2013 werd de Raad van Commissarissen geïnformeerd over concrete vermoedens van belangenverstrengeling door de toenmalig algemeen directeur. Dit was voor de Raad van Commissarissen aanleiding om Bureau Integriteit Nederlandse Gemeenten te vragen hiernaar onderzoek te verrichten. Door de onderzoekers is geconcludeerd dat de toenmalig algemeen directeur belangenverstrengeling te verwijten viel. De toenmalig algemeen directeur heeft naar aanleiding van dit onderzoek vervolgens besloten om per 1 mei 2013 ontslag te nemen. De Raad van Commissarissen heeft, conform de statuten van Caparis NV, vanaf dat moment tijdelijk als statutair bestuurder gehandeld. De dagelijkse leiding werd door de overige leden van het directieteam waargenomen, waarbij er frequent overleg was tussen de Raad van Commissarissen en de overige leden van het directieteam. De Raad van Commissarissen is vervolgens gestart met de wervingen selectieprocedure voor een nieuwe algemeen directeur. Dit heeft, na overleg met de aandeelhouders en ondernemingsraad, geleid tot de benoeming van de heer P.C. Glas als statutair bestuurder/algemeen directeur per 1 november 2013. Na het vertrek van de toenmalig algemeen directeur is er in de media en bij de gemeenteraden veel aandacht geweest voor Caparis. Caparis en haar medewerkers hebben snel de draad weer opgepakt en zijn verder gegaan met het verder verbeteren van de bedrijfsvoering. Dit heeft geresulteerd in een substantiële verbetering van de financiële en sociale resultaten. Zowel ten opzichte van de realisatie 2012 en de begroting 2013. Wij spreken onze waardering uit voor de wijze waarop de organisatie dit heeft opgepakt.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
3/70
Ontwikkeling sociale resultaten Caparis heeft de, in voorgaande jaren ingezette, beweging ‘van binnen naar buiten’ verder doorgezet. Eind 2012 was 34,9% van de Sw-medewerkers door middel van detachering of Begeleid Werken werkzaam bij een reguliere werkgever. Eind 2013 was dit 37,1%; dit betekent dat eind 2013 807 fte’s (2012: 768 fte’s) buiten de muren van Caparis werkzaam waren. De opdracht van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale werkvoorziening Fryslân (hierna: GR) was een aandeel van 36,3%. Caparis heeft in 2013 circa 18 fte’s meer gerealiseerd ‘buiten de muren van Caparis’ ten opzichte van de opdracht van de GR. De groei is hoofdzakelijk gerealiseerd door extra (groeps)detacheringen. Dit is een knappe prestatie met het huidige economische klimaat. Caparis werd in 2013 geconfronteerd met een oplopend ziekteverzuim; met name bij Sw-medewerkers. Dit zowel ten opzichte van 2012 als begroting 2013. Het ziekteverzuim Sw-medewerkers liet met name in het 1e half jaar van 2013 een stijgende lijn zien. Vervolgens daalde het ziekteverzuim, maar dit was onvoldoende om het gemiddelde ziekteverzuim van Sw-medewerkers over 2013 (14,5%) in voldoende mate te reduceren. Het gemiddelde ziekteverzuim kaderpersoneel bedraagt 5,1% en is hiermee lager dan 2012, maar wel 0,6% hoger dan begroot. Uit een nadere analyse van het ziekteverzuim blijkt dat het ziekteverzuim van Sw-medewerkers, maar ook van kaderpersoneel, in grote mate wordt beïnvloed door een hoog percentage langdurig zieken. Er is geen sluitende verklaring voor het hogere aantal langdurig zieken, maar zeker is dat het hogere aandeel Sw-medewerkers met een ernstige handicap, ten opzichte van het landelijk gemiddelde, hierop van invloed is (GR: 24%/landelijk: 12%; zie paragraaf 2.7.2.). Bij het kaderpersoneel is sprake van enkele medewerkers die ongeneeslijk ziek zijn. De mogelijkheden om het langdurig ziekteverzuim te reduceren zijn beperkt. Daarnaast kan de onzekerheid rondom de invoering van de Participatiewet ook van invloed zijn op het ziekteverzuim. Ontwikkeling financieel resultaat Caparis heeft het bedrijfsresultaat substantieel verbeterd; zowel ten opzichte van 2012 als ten opzichte van de begroting 2013. Het bedrijfsresultaat 2013 bedraagt € 1.281.000 positief (2012: € 59.000 positief, zie paragraaf 2.4). Dit is een verbetering van € 2.235.000 ten opzichte van de begroting 2013 (begroot bedrijfsresultaat: € 954.000 negatief). Het genormaliseerde bedrijfsresultaat, dit betreft het bedrijfsresultaat exclusief eenmalige baten en lasten, bedraagt € 1.604.000 positief. Ten opzichte van de begroting 2013 is het genormaliseerde bedrijfsresultaat € 2.558.000 beter dan begroot. De verbetering van het bedrijfsresultaat ten opzichte van 2012 en begroting 2013, is gerealiseerd door een combinatie van hogere omzet en lagere bedrijfskosten. Nagenoeg alle bedrijfsonderdelen van Caparis hebben een bijdrage aan de verbetering geleverd. De verbetering van de omzet is gerealiseerd door zowel groei bij bestaande klanten als acquisitie van nieuwe klanten. De activiteiten Business Post, Schoonmaakservice en Groeps-/flexdetacheringen Industrie hebben de sterkste groei laten zien. Tevens heeft Groenservice een verdere groei in (groeps)detacheringen gerealiseerd. De hogere omzet is mede gerealiseerd door extra omzet bij de aangesloten gemeenten. Wij
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
4/70
waarderen het feit dat Caparis door de aangesloten gemeenten als ‘preferred supplier’ wordt beschouwd. Ondanks de huidige economische situatie is Caparis in staat geweest om het bedrijfsresultaat ten opzichte van 2012 en begroting 2013 te verbeteren. Met het zo regulier mogelijk laten werken van mensen met een lichamelijke, psychische of verstandelijke beperking zijn echter veel kosten gemoeid. De Sw-medewerkers ontvangen een salaris op basis van de landelijke CAO-Sw. Deze salariskosten komen ten laste van de acht Friese gemeenten, die hiervoor vanuit het Rijk subsidie ontvangen. Deze subsidie is, evenals in voorgaande jaren niet dekkend, waardoor er sprake is van een negatief subsidieresultaat. In 2013 ging het om een bedrag van € 4.744.000,- negatief. In 2012 was dit nog € 5.090.000,-. Dus ook op dit vlak is er sprake van een gunstige ontwikkeling, alhoewel het resterende bedrag voor de aangesloten gemeenten nog aanzienlijk is. Wij hopen dat het positieve bedrijfsresultaat van Caparis een bijdrage levert aan het voor de aangesloten gemeenten betaalbaar houden van het sociale domein, doordat er geen aanvullende gemeentelijke bijdragen ten behoeve van de exploitatie van Caparis nodig zijn. Al met al kan geconcludeerd worden dat Caparis een substantiële verbetering van het bedrijfsresultaat heeft gerealiseerd. In het voorjaar van 2012 is – als onderdeel van de invoering van de toenmalige Wet Werken naar Vermogen – door de GR een aanvraag voor een herstructureringsfaciliteit van € 10,3 miljoen bij het Rijk ingediend. Tezamen met een eigen bijdrage van de gemeenten van circa € 3,4 miljoen, zou het totale herstructureringsfonds (€ 13,7 miljoen) ingezet worden om een situatie te bereiken waarin het bedrijfsresultaat van Caparis, exclusief Begeleid Werken, blijvend groter dan of gelijk aan € 0 is. Over 2013 bedraagt het bedrijfsresultaat van Caparis, exclusief Begeleid Werken en exclusief eenmalige baten en lasten, € 16.000 negatief. Caparis heeft, zonder additionele bijdragen vanuit de herstructureringsfaciliteit van het Rijk en zonder additionele bijdragen van de aangesloten gemeenten, in 2013 bijna de geformuleerde doelstelling bereikt. Wij zullen samen met de directie van Caparis in 2014 blijven werken aan het realiseren van de omschreven doelstelling. Een grote onzekere factor betreft echter de gevolgen voor Caparis van de invoering van de Participatiewet. Eigen vermogen en continuïteit De toekomst van de sociale werkvoorziening op lange termijn is, als gevolg van invoering van de Participatiewet, onzeker. De Raad van Commissarissen is actief betrokken bij de toekomstontwikkelingen van het bedrijf. Wij zijn in gesprek met de aandeelhouders, het bestuur van de GR en de directie van Caparis over de ontwikkelingen en toekomstplannen. Caparis zal naar alle waarschijnlijkheid wel voortbestaan, maar in welke vorm is onduidelijk. Wat dit zal betekenen voor de huidige activiteiten, infrastructuur en personeelsformatie van Caparis zal de komende tijd moeten blijken bij de uitwerking van de Participatiewet door de aangesloten gemeenten. Definitieve besluiten zijn ten tijde van het vaststellen van de jaarrekening nog niet genomen.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
5/70
De directie heeft, samen met de Raad van Commissarissen, overwogen of deze ontwikkelingen al in de jaarrekening 2013 gevolgen moet hebben in de sfeer van de waardering van de materiële vaste activa (vastgoed) en/of de vorming van voorzieningen voor personele verplichtingen in het kader van afbouw. Hierbij is onder meer overwogen dat in beginsel de verdiencapaciteit van de bestaande organisatie met het huidige takenpakket, zonder het subsidietekort, voldoende is om op termijn een sluitende exploitatie te blijven realiseren. Onze conclusie is derhalve dat de financiële vertaling van een eventueel gewijzigde strategie/ takenpakket in de toekomst op dit moment nog niet aan de orde is, omdat onvoldoende duidelijk is wat er wanneer gaat gebeuren. Het is echter niet uit te sluiten dat toekomstige besluitvorming door de aangesloten gemeenten betreffende een (nieuwe) opdracht voor Caparis alsnog tot afwaardering van materiële vaste activa en/of het vormen van voorzieningen voor personele verplichtingen zal leiden. De Raad van Commissarissen onderschrijft de overwegingen van directie, dat het niet aan de orde is voor de jaarrekening 2013 gevolgen te verbinden aan toekomstige ontwikkelingen die nog onvoldoende uitgekristalliseerd zijn. We constateren dat Caparis per 31 december 2013 een beperkt weerstandsvermogen heeft om toekomstige tegenvallers op te vangen. Wij hebben uitvoerig met de directie over dit onderwerp gesproken en wij delen de analyse die de directie in deze jaarrekening en het jaarverslag heeft gemaakt. Wij blijven ook in 2014 met de directie over dit thema in gesprek. Beloningsbeleid directie Door de Raad van Commissarissen is in 2013 een nieuw beloningsbeleid voor de statutair bestuurder van Caparis opgesteld. De hoofdlijnen van het nieuwe beloningsbeleid zijn: •
• • • • •
• •
Functiewaardering conform de Hay-systematiek, rekening houdend met de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen en de publieke opinie over beloningen in de semipublieke instelling. De CAO voor gemeenteambtenaren zal in de overwegingen worden meegenomen. Een maximaal jaarinkomen van € 140.000 inclusief vakantiegeld (exclusief werkgeverslasten zoals sociale lasten en pensioenpremies). Indexatie van het loon conform de indexatie die wordt toegepast bij overig kaderpersoneel van Caparis. Pensioenregeling: middelloonregeling, conform pensioenfonds PWRI (Swpersoneel) en ABP (ambtelijk personeel). Vaste onkostenvergoeding van maximaal € 1.800 per jaar. Door Caparis kan een leaseauto ter beschikking worden gesteld met een maximale cataloguswaarde van € 54.000. De Raad van Commissarissen kan bepalen haar goedkeuring aan een bepaald model te onthouden. Benoeming is voor maximaal 4 jaren. Het vastgestelde beloningsbeleid zal eens in de 3 jaren worden geëvalueerd.
Het beloningsbeleid is vastgesteld in de aandeelhoudersvergadering d.d. 7 maart 2013.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
6/70
Ontwikkelingen Raad van Commissarissen In 2013 is de samenstelling van de Raad van Commissarissen niet gewijzigd. Met ingang van 1 januari 2013 wordt door de Wet Bestuur en Toezicht voorgeschreven dat er sprake moet zijn van een evenwichtige verdeling tussen mannen en vrouwen in de Raad van Commissarissen. Minimaal 30% van de commissarissen moet vrouw zijn. Bij de Raad van Commissarissen van Caparis is dit percentage 20%. Dit wordt veroorzaakt doordat de Raad van Commissarissen al voor 1 januari 2013 de huidige samenstelling heeft. Zodra er sprake is van een vacature in de Raad van Commissarissen, bijvoorbeeld na verloop van de maximale zittingstermijnen van één of meerdere leden van de Raad van Commissarissen, zal er naar gestreefd worden om de samenstelling zodanig aan te passen dat sprake is van een evenwichtige verdeling. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van zowel de Raad van Commissarissen als de directie van Caparis zijn in 2013 verduidelijkt en verder aangescherpt. Dit heeft geleid tot het opstellen van een corporate governance code, directiereglement en reglement voor de Raad van Commissarissen. De corporate governance code is in de aandeelhoudersvergadering d.d. 12 december 2013 vastgesteld. Het directiereglement en het reglement voor de Raad van Commissarissen zijn vastgesteld in de vergadering van de Raad van Commissarissen d.d. 5 december 2013. De Raad van Commissarissen heeft in 2013 8 maal vergaderd in aanwezigheid van de (voormalig) algemeen directeur van Caparis. Daarnaast heeft de Raad van Commissarissen 6 maal vergaderd zonder aanwezigheid van de (voormalig) algemeen directeur van Caparis. Een vertegenwoordiger van de Raad van Commissarissen heeft 1 vergadering van de Ondernemingsraad bijgewoond. Er zijn in 2013 geen commissarissen geweest die frequent afwezig waren bij de vergaderingen van de Raad van Commissarissen. Alle individuele commissarissen zijn onafhankelijk van Caparis. Bij de commissarissen is geen sprake van tegenstrijdige belangen. De Raad van Commissarissen bewaakt haar onafhankelijkheid. Indien er mogelijk sprake is van tegenstrijdige belangen, dan wordt hiervan door de betreffende commissaris melding gemaakt tijdens een vergadering van de Raad van Commissarissen. Caparis heeft in 2013 diensten ingekocht bij drie bedrijven waar commissarissen van Caparis gelieerd aan zijn of een dienstbetrekking hebben; zie onderstaand overzicht (bedragen exclusief BTW). # 1. 2. 3.
Commissaris Dhr. R. Glas Dhr. H. van der Veen Dhr. R. Veenstra
Bedrijf De Haan Advocaten & Notarissen AB Vakwerk Sportclub Heerenveen
Bedrag € 2.200 € 40.800 € 75.000
1. De directie van Caparis heeft De Haan Advocaten & Notarissen twee keer ingeschakeld voor juridisch advies. De heer Glas is niet betrokken geweest bij de opdrachtverstrekking door Caparis of de uitvoering van de opdracht door De Haan Advocaten. Door zowel de heer Glas als de directie van Caparis is melding gemaakt van deze opdrachten bij de Raad van Commissarissen. 2. Caparis Groenservice heeft gedurende 2013 1 fte ingehuurd bij AB Vakwerk. Het betreft de inhuur van een meewerkend voorman. De heer Van der Veen is
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
7/70
niet bij besluitvorming en opdrachtverstrekking betrokken geweest. De inhuur van de meewerkend voorman vond al plaats voordat de heer Van der Veen in dienst is gekomen bij AB Vakwerk. 3. De directie van Caparis heeft in 2010 met Sportclub Heerenveen een driejarige sponsorovereenkomst afgesloten. Ten tijde van het maken van de afspraken tussen Caparis en Sportclub Heerenveen, was de heer Veenstra nog niet werkzaam voor Sportclub Heerenveen. Bij de besluitvorming over het aangaan van bovenstaande verplichtingen zijn de betreffende commissarissen niet betrokken geweest. De Raad van Commissarissen heeft hierover in de aandeelhoudersvergadering van 25 september verantwoording afgelegd. De Raad van Commissarissen is van mening dat haar onafhankelijkheid en die van de haar individuele leden niet in het geding is geweest. In het reglement voor de Raad van Commissarissen, zoals vastgesteld op 5 december 2013, is vastgelegd dat de Raad van Commissarissen ieder jaar het profiel, de samenstelling en competenties van de Raad van Commissarissen evalueert. Deze evaluatie zal in het voorjaar van 2014 plaatsvinden. Tot slot De Raad van Commissarissen bedankt alle Sw-medewerkers, het kaderpersoneel en de Ondernemingsraad voor de in 2013 geleverde prestaties. De prestaties waren op vele fronten uitzonderlijk te noemen en dat in een turbulente en zeer onzekere periode. Het jaar 2014 zal wederom een uitdagend jaar worden. De overgang naar de Participatiewet zal waarschijnlijk veel vragen van Caparis en haar medewerkers, maar ook van de aangesloten gemeenten. Op dit moment is er nog veel onzeker en dit zal zeker van invloed zijn op zowel de Swmedewerkers als het kaderpersoneel. De Raad van Commissarissen staat met veel vertrouwen achter Caparis en haar directie. Ook heeft de Raad van Commissarissen het volste vertrouwen in de benodigde samenwerking tussen Caparis en gemeenten.
Namens de Raad van Commissarissen,
R. Veenstra, Voorzitter
Drachten, 24 april 2014
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
8/70
2
Jaarverslag
2.1 Ontwikkelingen sociale werkvoorziening Het jaar 2013 werd aanvankelijk nog gezien als een overgangsjaar van de huidige Wet sociale werkvoorziening (hierna: Wsw) naar de nieuwe Participatiewet. De Participatiewet wordt gezien als de opvolger van de Wet Werken naar Vermogen en zou worden ingevoerd met ingang van 1 januari 2014. Echter, op 11 april 2013 is een sociaal akkoord gesloten dat als uitwerking heeft dat de invoering van de Participatiewet met één jaar is uitgesteld. De Participatiewet zal nu met ingang van 1 januari 2015 worden ingevoerd. In december heeft de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de Participatiewet voor behandeling naar de Tweede Kamer gestuurd. Inmiddels zijn er enkele Nota’s van wijzigingen geweest. In februari 2014 is de Participatiewet aangenomen door de Tweede Kamer. De Participatiewet zal nu worden behandeld in de Eerste Kamer. De Staatssecretaris streeft ernaar de behandeling door de Eerste Kamer vóór het zomerreces 2014 te hebben afgerond. De Participatiewet heeft tot gevolg dat met ingang van 1 januari 2015 er geen instroom in de Wsw meer mogelijk is. De huidige Sw-medewerkers, met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, behouden hun rechten en plichten. In het kader van de Participatiewet komt de verantwoordelijkheid voor het aan het werk helpen van een grote groep mensen bij gemeenten te liggen. Dit betekent ook dat de gemeenten verantwoordelijk worden voor de mensen die voorheen geïndiceerd werden voor de Wsw. De invoering van de Participatiewet gaat gepaard met een bezuiniging op het budget wat het Rijk overdraagt aan de gemeenten; de zogeheten ‘efficiencykorting’. Dit resulteert voor de bij Caparis aangesloten gemeenten in een grote uitdaging. Met beperkte middelen moet een zo groot mogelijke groep mensen aan het werk worden geholpen. Vanaf 2012 zijn tussen Caparis en de aangesloten gemeenten diverse gesprekken gevoerd over de wijzigingen binnen de sociale werkvoorziening. De gesprekken zijn gevoerd op zowel bestuurlijk als ambtelijk niveau. Tijdens deze gesprekken is van gedachten gewisseld over elkaars ideeën, verwachtingen, enzovoorts en de uitdagingen waar alle partijen mee worden geconfronteerd. Deze bijeenkomsten hebben altijd in een open sfeer en op constructieve wijze plaatsgevonden. De gesprekken hebben nog niet geleid tot concrete plannen voor Caparis. Caparis blijft ook in 2014 graag met de aangesloten gemeenten in gesprek om te onderzoeken hoe de kansen, bedreigingen en uitdagingen van de Participatiewet en het gehele sociale domein voor de gemeenten, maar zeker ook voor de doelgroep die het betreft, zo effectief mogelijk kunnen worden georganiseerd. Dit met de beperkte (financiële) middelen die hiervoor beschikbaar zijn. Resumerend kan geconcludeerd worden dat het jaar 2014 een overgangsjaar wordt naar de nieuwe Participatiewet. De exacte gevolgen voor Caparis en haar medewerkers zijn op dit moment nog niet bekend. Dit betekent dat de komende tijd er nog een periode van onzekerheid zal zijn voor de Sw-medewerkers en het kaderpersoneel van Caparis.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
9/70
2.2 Ontwikkelingen Caparis 2.2.1 Algemeen Het jaar 2013 was voor Caparis een succesvol maar zeker ook een turbulent jaar. Voor wat betreft de financiële en sociale resultaten kan geconcludeerd worden dat er sprake was van een succesvol jaar. Caparis heeft in 2013 zowel het bedrijfsresultaat als aandeel het Detacheringen/Begeleid Werken (hierna: Deta/BW) weten te verbeteren; dit zowel ten opzichte van 2012 als ten opzichte van de begroting 2013. Alle bedrijfsonderdelen van Caparis hebben de bedrijfsresultaten weten te verbeteren door zowel groei in omzet als verdere kostenbesparingen. Een uitzondering betreft het bedrijfsonderdeel Ontwikkeling & Integratie (hierna: O&I). Als gevolg van een te lage (niet kostendekkende) vergoeding per traject, is bij dit bedrijfsonderdeel het begrote bedrijfsresultaat niet gerealiseerd. Medio 2013 is de huidige dienstverlening en organisatie van O&I geëvalueerd. Op basis van deze evaluatie zijn verbeterplannen gedefinieerd; deze plannen zijn in het 4e kwartaal 2013 en 1e kwartaal 2014 geïmplementeerd. De vorig jaar ingezette groei in het aandeel Deta/BW is in 2013 voortgezet. Ultimo 2013 bedraagt het aandeel Deta/BW 37,1% (ultimo 2012: 34,9%). Dit betekent dat 807 fte’s buiten de muren van Caparis werkzaam zijn. Ten opzichte van de eindstand 2012, is een extra doorstroom van 39 fte’s gerealiseerd. Wij hebben met deze resultaten de opdracht van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale werkvoorziening Fryslân (doel: 36,3%) ruimschoots gerealiseerd. Wij zijn dan ook zeer tevreden over het bereikte resultaat. Het vertrek van de algemeen directeur van Caparis per 1 mei 2013 heeft geleid tot behoorlijk wat turbulentie; met name in de media en bij de aangesloten gemeenten. Op 26 april 2013 werd in de media bekend dat de algemeen directeur van Caparis per 1 mei 2013 ontslag had genomen. De aanleiding was een onderzoek door Bureau Integriteit Nederlandse Gemeenten (hierna: BING) naar de geruchten over vermeende belangenverstrengeling. Op 6 mei 2013 heeft voor alle raadsleden van de aangesloten gemeenten een bijeenkomst plaatsgevonden. Tijdens deze bijeenkomst zijn de ontwikkelingen inzake het vertrek van de algemeen directeur door de Raad van Commissarissen en aandeelhouders van Caparis toegelicht. Tevens zijn tijdens deze bijeenkomst ook enkele andere geruchten genoemd. Het onderzoek naar die geruchten viel buiten de reikwijdte van het oorspronkelijke onderzoek. In de zomer van 2013 is, in opdracht van de colleges van de aangesloten gemeenten, door BING een vervolgonderzoek uitgevoerd naar deze geruchten en de rol van de Raad van Commissarissen en de aandeelhoudersvergadering. De uitkomsten van dit onderzoek zijn vervolgens door de colleges gedeeld met de gemeenteraden. Na het vertrek van de algemeen directeur fungeerde de Raad van Commissarissen tijdelijk als statutair bestuurder. De dagelijkse leiding van Caparis werd, in goed overleg met de Raad van Commissarissen, waargenomen door de overige leden van het directieteam. Na het vertrek van de algemeen directeur, heeft Caparis zich snel weer gericht op het verbeteren van de bedrijfsvoering en het realiseren van de sociale doelen. De inspanningen van alle Sw- en overige medewerkers van Caparis hebben een positief effect gehad op de gerealiseerde financiële en sociale resultaten. Met ingang van 1 november 2013 is
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
10/70
de heer P.C. Glas door de Raad van Commissarissen benoemd als statutair bestuurder (algemeen directeur) van Caparis. In het vervolg van dit hoofdstuk, worden kort de ontwikkelingen bij de verschillende bedrijfsonderdelen van Caparis toegelicht.
2.2.2 Ontwikkeling & Integratie Caparis had gedurende 2013 gemiddeld 179 fte’s trajectdeelnemers actief. Dit is een verdubbeling ten opzichte van het aantal trajectdeelnemers in de begroting (90 fte’s). We constateren dat de bij Caparis aangesloten gemeenten steeds meer en intensiever met Caparis samenwerken op het gebied van de trajecten. Gemeenten en Caparis werken samen aan de uitdaging om met beperkte financiële middelen toch een grote groep bijstandsgerechtigden te activeren. Eind 2013 zijn met enkele gemeenten nieuwe afspraken gemaakt om deze doelgroep nog beter te kunnen bedienen en de kans op succes voor zowel bijstandsgerechtigden, gemeenten en Caparis te vergroten. Caparis biedt verschillende soorten trajecten aan. Op hoofdlijnen wordt onderscheid gemaakt tussen trajecten met de volgende trajectdoelstellingen: het uitvoeren van een diagnose naar de mogelijkheden van de deelnemer; het arbeidsfit houden of maken van de deelnemer; het realiseren van uitplaatsing van de deelnemer.
• • •
Van de in 2013 afgesloten trajecten is van 87% het vooraf gedefinieerde doel gerealiseerd. In 2013 zijn totaal 535 trajecten afgesloten. Dit is inclusief 59 trajecten die direct na de intake zijn afgesloten, omdat Caparis geen passend traject kon bieden of waarvan geconcludeerd is dat het volgen van een traject niet zinvol zou zijn. Van 123 trajecten is de doelstelling niet gerealiseerd, waarvan bij 72 trajecten de doelstelling niet is gehaald door een oorzaak buiten de directe beïnvloedingssfeer van Caparis, bijvoorbeeld: • • • • •
voortijdige beëindiging in verband met ziekte; voortijdige beëindiging na overleg met of op verzoek van de gemeente; voortijdige beëindiging in verband met vervoersproblemen; voortijdige beëindiging omdat de deelnemer gedurende het traject is verhuisd en het traject daarom niet heeft afgerond; het niet mee willen werken aan het traject door de deelnemer (bijvoorbeeld: grotendeels afwezig).
De hierboven genoemde oorzaken worden, omdat het buiten de directe beïnvloedingssfeer van Caparis valt, niet meegerekend bij het bepalen van het slagingspercentage van de trajecten. In het overzicht op de volgende pagina is per gemeente het aantal afgesloten trajecten in de periode 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013 weergegeven. Hierbij is tevens het percentage trajecten vermeld waarvan de doelstelling is gehaald.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
11/70
Af: doel niet behaald buiten beinvloeding Caparis
1 3 9 2 1 32 1 10
1 1 20 1 37 7 5 -
10 4 43 9 7 235 18 73 5
8 3 36 7 7 205 16 67 3
80% 75% 84% 78% 100% 87% 89% 92% 60%
59
72
404
352
87%
-
Percentage doel gehaald
Doel gehaald
535
Netto afgesloten trajecten
12 8 72 11 9 304 26 88 5
Af: niet gestart na intake
Bruto afgesloten trajecten
Klant Gemeente Achtkarspelen Gemeente Heerenveen Gemeente Leeuwarden Gemeente Ooststellingwerf Gemeente Opsterland Gemeente Smallingerland Gemeente Tytsjerksteradiel Gemeente Weststellingwerf Overige klanten
Van de in 2013 afgesloten trajecten hebben 89 trajecten het realiseren van een uitplaatsing als trajectdoelstelling. Hiervan zijn 11 trajecten voortijdig gestaakt door oorzaken buiten de directe beïnvloedingssfeer van Caparis (zie vorige pagina). Derhalve resteren 78 trajecten waarvan het volledige traject door de deelnemer is doorlopen. Totaal hebben 59 trajecten geleid tot een uitplaatsing. Dit betekent een slagingspercentage van 76%. Ultimo 2013 zijn er nog 252 lopende trajecten (247 trajectdeelnemers; enkele deelnemers volgen gelijktijdig 2 trajecten). Deze trajecten zijn hierboven niet meegeteld, omdat pas bij het afsluiten van een traject wordt bepaald of een trajectdoelstelling is gerealiseerd. In onderstaand overzicht is het aantal lopende trajecten per 31 december 2013 per klant weergegeven.
Klant Gemeente Achtkarspelen Gemeente Heerenveen Gemeente Leeuwarden Gemeente Ooststellingwerf Gemeente Opsterland Gemeente Smallingerland Gemeente Tytsjerksteradiel Gemeente Weststellingwerf Overige klanten
Aantal lopende trajecten 1 1 72 19 3 140 4 6 6
Totaal
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
252
12/70
O&I werkt sinds 2010 met het huidige dienstverleningsmodel. Dit in de vorm van een pilot. Medio 2013 is de pilot geëvalueerd. Uit de evaluatie is gebleken dat het huidige dienstverleningsmodel over het algemeen voldoende tot goed functioneert, maar ook dat op enkele aspecten een verdere verbetering en optimalisatie noodzakelijk is. Om deze verbeteringen te realiseren zijn ook enkele organisatorische wijzigingen noodzakelijk. In het 3e kwartaal 2013 zijn de plannen hiervoor uitgewerkt en is door het directieteam een voorgenomen besluit genomen. De Ondernemingsraad heeft in oktober de adviesaanvraag ontvangen en in november een positief advies uitgebracht. We zijn in het 1e kwartaal 2014 gestart met het implementeren van de organisatorische wijzigingen. In de loop van 2014 moeten de wijzigingen positief bijdragen aan de financiële maar zeker ook de sociale doelen van Caparis. Wij constateren dat de samenwerking tussen Caparis en de aangesloten gemeenten in 2013 sterk is verbeterd. Samen met enkele gemeenten is eind 2013 de inhoud van de trajecten verbeterd. Wij willen hiermee beter aansluiten op de wensen en behoeften van de trajectdeelnemers en gemeenten. Samen streven wij er zo naar om de trajecten succesvol af te ronden. In het 4e kwartaal is het bedrijfsonderdeel O&I onderworpen aan een externe audit voor het keurmerk ‘Blik op Werk1’. O&I is voor deze audit geslaagd.
2.2.3 Detacheringen/Begeleid Werken/Business Post/Schoonmaak Het bedrijfsonderdeel Detacheringen/Begeleid Werken/Business Post/ Schoonmaak is in 2013 verder gegroeid. De netto toegevoegde waarde2 (hierna: NTW) is gegroeid van € 4.323.000 in 2012 naar € 5.028.000 in 2013. Dit is een toename van € 705.000. Alle activiteiten van dit bedrijfsonderdeel hebben in lijn met of beter dan 2012 gepresteerd. Ten opzichte van de begroting is de NTW verbeterd met € 436.000; de verbetering is gerealiseerd door alle activiteiten. Een uitzondering betreft de activiteit Detacheringen. Deze is achtergebleven op de begroting door een kleinere groei in individuele detacheringen dan geraamd. Caparis heeft in 2013 verdere groei in de individuele detacheringen weten te realiseren. Dit zowel bij bestaande als nieuwe klanten. We constateren echter wel dat een verdere groei in individuele detacheringen steeds moeilijker te realiseren is. De huidige Sw-medewerkers zijn individueel moeilijker te plaatsen door het ontbreken van de benodigde competenties en vaardigheden en de mogelijkheden om deze medewerkers naar het juiste niveau te ontwikkelen. De groei in detacheringen van Sw-medewerkers wordt hoofdzakelijk gerealiseerd door groepsdetacheringen. Door goed naar de klanten te luisteren, begrijpen wij welke uitdagingen een klant heeft. Door middel van een groepsdetachering kunnen we de klant vervolgens een passende oplossing bieden die goed aansluit op de bedrijfsprocessen van de klant. Doordat een groep wordt gedetacheerd kunnen ook Sw-medewerkers worden gedetacheerd die individueel minder eenvoudig voor een detachering in aanmerking komen. Door de groep zodanig samen te
1
Blik op Werk is een onafhankelijk kwaliteits- en kennisinstituut dat zich inzet voor de kwaliteit van
dienstverlening op het gebied van duurzame arbeidsdeelname. 2
Netto toegevoegde waarde: omzet minus directe productiekosten en kosten van uitbesteed werk
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
13/70
stellen, kunnen ook deze medewerkers worden gedetacheerd en kan aan de eisen van de klant worden voldaan. Doordat Sw-medewerkers individueel moeilijker detacheerbaar zijn, richten de accountmanagers van de afdeling Detacheringen zich ook op het realiseren van plaatsingen voor trajectdeelnemers. Mede door de inzet van de accountmanagers, hebben diverse trajectdeelnemers een contract aangeboden gekregen bij een werkgever (zie ook paragraaf 2.2.2). Dit heeft een positief effect op de uitkeringslast van de betreffende gemeente. Het aantal Sw-medewerkers, geplaatst via een Begeleid Werken contract, is in 2013 licht gedaald. Wij hebben met name een daling van het aantal plaatsingen in de zomermaanden geconstateerd. In het 4e kwartaal is het aantal plaatsingen echter weer gestegen. Deze stijging was echter onvoldoende om het gemiddeld aantal plaatsingen over 2013 te compenseren. In december 2013 hebben wij de beschikkingen inzake de bonus Begeleid Werken 2011 ontvangen. De ontvangen bonus is circa € 90.000 hoger dan waarmee in de begroting 2013 was rekening gehouden. Het Rijk heeft in september 2013 gepubliceerd dat de Rijksbijdrage Wsw over 2013 verhoogd wordt tot ruim € 26.100 per Se. Dit heeft voor Caparis geleid tot een positief effect van € 24.000. De activiteit Business Post heeft het hele jaar 2013 structureel meer volumes verwerkt. De groei is gerealiseerd bij zowel bestaande klanten als door het acquireren van nieuwe klanten. Caparis heeft de afgelopen jaren geïnvesteerd in het opzetten en implementeren van Business Post en het acquireren van klanten voor deze activiteit. De eerste resultaten hiervan waren in 2012 al zichtbaar, maar zijn volledig in 2013 tot uitdrukking gekomen. Hetzelfde geldt voor de activiteit Schoonmaakservice. Schoonmaakservice heeft de in 2012 ingezette groei verder weten door te zetten in 2013. In 2013 zijn drie nieuwe klanten gestart, waaronder de gemeente Opsterland. Daarnaast heeft Schoonmaakservice in 2013 een opdracht gegund gekregen die in januari 2014 is gestart. Schoonmaakservice had sinds 2012 te kampen met een tekort aan geschikt Sw-personeel. Gedurende 2013 hebben meerdere gemeenten de meerwaarde gezien van de activiteit Schoonmaakservice als werkleerbedrijf. Dit heeft ertoe geleid dat enkele gemeenten onder voorwaarden bijstandsgerechtigden een traject via Caparis Schoonmaakservice aanbieden om zo hun kansen op uitstroom naar de reguliere arbeidsmarkt te vergroten. Schoonmaakservice levert inmiddels een belangrijke bijdrage aan de financiële en sociale resultaten van Caparis. Naast de financiële en sociale successen, werd in het 4e kwartaal bekend dat Caparis Schoonmaakservice samen met de gemeente Leeuwarden, GOM Schoonhouden, CNV en Atir waren genomineerd voor de Best Practice Award 2013. De nominatie was voor de unieke samenwerking in de schoonmaak bij de gemeente Leeuwarden. Belangrijke criteria om voor de award in aanmerking te komen zijn ketensamenwerking, bevorderen van de arbeidsomstandigheden van de schoonmakers en de kwaliteit van de schoonmaak. De award wordt elk jaar uitgereikt aan organisaties die de Code Verantwoordelijk Marktgedrag in de schoonmaak- en glazenwassersbranche in de praktijk toepassen. Tijdens de uitreiking van de Best Practice Award op 16 januari 2014, hebben Caparis Schoonmaakservice, de gemeente Leeuwarden en de samenwerkingspartners de 3e prijs bemachtigd. Dit is een uitstekende prestatie van alle betrokken
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
14/70
medewerkers van zowel Caparis Schoonmaakservice, de gemeente Leeuwarden en de samenwerkingspartners.
2.2.4 Groenservice Groenservice heeft over heel 2013 een NTW gerealiseerd van € 6.420.000. Dit is een verbetering van € 562.000 ten opzichte van de begroting (€ 5.858.000). Ten opzichte van 2012 is de NTW in 2013 gedaald met € 90.000 (2012: € 6.510.000). Groenservice is het jaar goed gestart door het uitvoeren van veel winterwerk, voor zowel gemeenten als overige klanten, in het 1e kwartaal 2013. De detachering van medewerkers Groenservice bij gemeenten is later gestart dan verwacht. Dit is veroorzaakt door het weer waardoor in het 2e kwartaal minder groenonderhoud gepleegd hoefde te worden. Gedurende 2013 zijn door Groenservice enkele nieuwe (groeps)detacheringen gerealiseerd. Het bestek van de gemeente Opsterland is in 2013 omgezet in een detachering. Daarnaast is in het 2e kwartaal de detachering van 10 schilders bij een schildersbedrijf gestart. Deze schilders waren in 2012 gedetacheerd bij Langhout, maar Langhout ging in november 2012 failliet. Vervolgens is gezocht naar een nieuwe samenwerkingspartner. Dit heeft er in geresulteerd dat in mei 2013 de eerste schilders weer gedetacheerd konden worden. Ook met de gemeente Heerenveen is een nieuwe samenwerking aangegaan. In één woonwijk wordt, onder aansturing van Caparis, een groep van Swmedewerkers en bijstandsgerechtigden ingezet voor het uitvoeren van het groenonderhoud. De bijstandsgerechtigden leren tijdens dit traject de basisvaardigheden voor groenonderhoud. Hiermee kan de gemeente Heerenveen de kans op uitstroom van deze groep bijstandsgerechtigden verhogen. Het 1e en 4e kwartaal van een kalenderjaar betreft traditioneel het laagseizoen voor Groenservice. Eind oktober 2013 werd Nederland echter geteisterd door een storm. Als gevolg van deze storm zijn veel bomen omgewaaid en takken van bomen gebroken. Dit heeft in november en december 2013 geresulteerd in circa € 100.000 aan extra werk. De storm heeft er overigens ook toe geleid dat er veel (gratis) haardhout op de markt beschikbaar was. Voor de houtkloverij van Caparis betekende dit minder werk dan verwacht in de laatste twee maanden van 2013. De in het 4e kwartaal beschikbare personele capaciteit van Groenservice is ingezet bij Business Post, Schoonmaakservice, Montage en MultiPack. Bij Montage en MultiPack was sprake van een grote hoeveelheid productieorders. Met de inzet van een grote groep Sw-medewerkers van Groenservice zijn deze orders tijdig verwerkt. Door de omvang van Caparis kan Caparis snel schakelen met personele bezetting wanneer zich productiepieken voordoen. De Kwekerij heeft in 2013 te maken gehad met een dalende afzet. Dit is met name veroorzaakt door het faillissement van een aantal grote klanten. Door dalende vraag naar hedera’s, zijn medio 2013 ook de veilingprijzen aanzienlijk gedaald. In het 4e kwartaal hebben de veilingprijzen zich weer hersteld, maar de vraag bleef achter. Hierdoor zijn de achterblijvende resultaten van de Kwekerij niet meer hersteld in het 4e kwartaal van 2013.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
15/70
Groenservice heeft in 2013 wederom geïnvesteerd in de ontwikkeling van de Swmedewerkers. Zo zijn de cursussen VCA3 en motorkettingzaag weer door een grote groep Sw-medewerkers met succes afgerond. In het 2e kwartaal zijn 84 pasjes voor het werken met de motorkettingzaag uitgereikt. Een deel van de Swmedewerkers heeft ook de gevorderden opleiding motorkettingzaag afgerond en kreeg naast de zaagpas ook het ‘Certificaat Motorkettingzaag Gevorderd’ uitgereikt. Hiermee blijft Caparis investeren in de ontwikkeling van Swmedewerkers en het verder professionaliseren van de dienstverlening richting klanten. Ook op het gebied van de ISO-certificering is een succes behaald. In het 4e kwartaal is door een extern bureau de audit voor ISO-certicering uitgevoerd. Groenservice is wederom geslaagd voor deze audit. Op 25 juni 2013 werden Caparis, de aandeelhouders van Caparis en het bestuur van Gemeenschappelijke Regeling Sociale werkvoorziening Fryslân (hierna: GR) door de gemeente Weststellingwerf geïnformeerd over haar besluit om het onderhoud van het openbaar groen onder eigen regie en verantwoordelijkheid uit te voeren in plaats van de werkzaamheden aan Caparis te gunnen. Om dit te realiseren streefde de gemeente Weststellingwerf ernaar om met ingang van 21 april 2014 het werkgeverschap van 21 Sw-medewerkers over te nemen van de GR. Dit besluit heeft geleid tot behoorlijk wat onrust, met name onder de Swmedewerkers. De gemeente Weststellingwerf heeft in december 2013 Caparis en de aangesloten gemeenten geïnformeerd dat het project ‘Groen zelf Doen’ samen met Caparis door middel van een pilot in een deel van Weststellingwerf zal worden uitgevoerd. In december 2013 hebben wij moeten vernemen dat de gemeente Achtkarspelen voornemens is om op termijn het openbaar groen onder eigen regie en verantwoordelijk uit te voeren. Op dit moment is nog onduidelijk wat beide ontwikkelingen op termijn voor Caparis, de (Sw-)medewerkers en de overige aangesloten gemeenten zullen gaan betekenen.
2.2.5 Industrie Het bedrijfsonderdeel Industrie heeft in 2013 een substantiële verbetering ten opzichte van 2012 en de begroting 2013 gerealiseerd. Na een daling in 2012, is de NTW in 2013 gestegen tot € 6.780.000. Dit is een verbetering van € 349.000 ten opzichte van 2012 (€ 6.431.000). Ten opzichte van de begroting 2013 is de NTW verbeterd met € 379.000. Industrie heeft de verbetering gerealiseerd door het acquireren van extra werk. Het bedrijfsonderdeel Industrie bestaat uit diverse activiteiten. In het vervolg van deze paragraaf worden kort de belangrijkste ontwikkelingen van enkele activiteiten beschreven. Het Grafisch Centrum opereert in een moeilijke markt. Door de digitalisering neemt de vraag naar drukwerk af en staan de marges onder druk. Net als in 2012, zijn in 2013 enkele concurrenten failliet gegaan. Dit heeft niet geleid tot een hogere NTW omdat enkele failliete concurrenten zijn overgenomen of doorgestart. Hierdoor blijft er overcapaciteit in de markt. Desalniettemin heeft het Grafisch Centrum enkele grote klanten in haar portefeuille. In 2013 zijn contracten met enkele grote klanten opnieuw verlengd. Dit zorgt ervoor dat de
3
VCA: Veiligheids Checklist Aannemers
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
16/70
daling in het aantal orders vooralsnog beperkt blijft. Het Grafisch Centrum houdt bestaande en potentiële klanten onder andere door middel van een digitale nieuwsbrief op de hoogte van de ontwikkelingen. Deze nieuwsbrief bevat handige tips, verhalen van klanten, voorbeelden van ‘onverwachte’ creaties van het Grafisch Centrum en nieuws over de eigen drukkerij en over de branche. Daarnaast is het Grafisch Centrum betrokken bij enkele nieuwe ontwikkelingen. Zo heeft het Grafisch Centrum voor een klant kaartjes met een QR-code gedrukt. Via deze QR-code kan de koper zijn of haar eigen videoboodschap aan een bosje bloemen koppelen. De eerste kaarten lagen voor Valentijnsdag in de winkel. Caparis FoodPack4 heeft het jaar 2013 qua NTW en bedrijfsresultaat afgesloten in lijn met 2012. FoodPack heeft enkele maken een tekort aan productiepersoneel gehad. Om dit op te lossen is een deel van het jaar in verlengde diensten en/of avondploegen gewerkt. Daarnaast zijn, waar mogelijk, Sw-medewerkers van andere bedrijfsonderdelen ingezet. Per saldo was dit in piekmomenten echter onvoldoende. Om alle orders verwerkt te krijgen, heeft FoodPack enkele malen productiemedewerkers via een uitzendbureau moeten inhuren. FoodPack heeft in 2013 een mooie samenwerking met een nieuwe klant gerealiseerd. De betreffende klant heeft een machine in het pand van FoodPack geplaatst waarmee FoodPack orders voor deze klant uitvoert. Onderdeel van de gemaakte afspraken is dat de resterende machinecapaciteit door FoodPack ingezet mag worden voor het verwerken van orders voor andere klanten. In het tweede kwartaal van 2013 is de detachering van 40 Sw-medewerkers bij het nieuwe pakkettendepot van PostNL in Leeuwarden gestart. De detachering is tot stand gekomen in samenwerking met de gemeente Leeuwarden. Voorafgaand aan de start van de detachering, zijn de betreffende medewerkers drie maanden getraind en begeleid. De medewerkers hebben, onder begeleiding, gewerkt aan het verbeteren van de conditie, omdat de medewerkers de hele dag moeten staan. Daarnaast was bij Caparis in Leeuwarden een simulatie opgesteld waar de medewerkers getraind werden op bijvoorbeeld het tillen van pakketten (houding). Dit met als doel om uitval met lichamelijke klachten zoveel mogelijk te voorkomen. Zowel PostNL als Caparis zijn uitermate tevreden over de samenwerking. Ook de gedetacheerde medewerkers zijn zeer enthousiast over de nieuwe werkomgeving. De groep Sw-medewerkers die zijn gedetacheerd bij PostNL, zijn voornamelijk geselecteerd uit de groep Sw-medewerkers die bij MultiPack werkzaam waren. De NTW van MultiPack is gedaald ten opzichte van 2012 en is tevens lager dan begroot. Een belangrijke reden hiervoor is het verlies van orders van een grote klant. De achterliggende klant (‘de klant van de klant’) had besloten het werk niet meer uit te besteden aan onze klant. De klant was overigens uitermate tevreden over de kwaliteit van het geleverde werk. In samenwerking met onze klant is gezocht naar vervangend werk. Tot op heden heeft dat nog niet tot een significante NTW geleid. Ook heeft de detachering van de Sw-medewerkers bij PostNL er toe geleid dat MultiPack minder complex verpakkingswerk kon uitvoeren. Echter uit sociaal, maar ook financieel perspectief, biedt de 4
Caparis FoodPack is een HACCP en SKAL gecertificeerd co-packer van open en gesloten
foodproducten. Ook gekoelde, bevroren en diepgevroren producten worden door FoodPack verpakt, omgepakt en herpakt.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
17/70
detachering voordelen voor Caparis. Naast het verlies van de hierboven genoemde orders, hebben we geconstateerd dat er ook minder producten voor Moeder- en Vaderdag zijn verpakt ten opzichte van voorgaande jaren. In het 4e kwartaal van 2013 kreeg MultiPack een grote hoeveelheid werk van klanten als gevolg van acties voor de Kerstdagen. Dit was een dusdanig grote orderstroom, dat ook een grote groep Sw-medewerkers van Groenservice bij MultiPack is ingezet om alle orders tijdig af te ronden en te verzenden naar de klanten. Bij de activiteit Montage was tot en met augustus sprake van structureel hogere volumes werk. Na een dip van volumes in september en oktober, steeg de hoeveel volumes weer substantieel en zat deze activiteit in november en december helemaal vol qua werk. Ook bij Montage is in het 4e kwartaal 2013 een grote groep Sw-medewerkers van Groenservice ingezet om alle productieorders uit te voeren. Gedurende 2013 zijn met aantal potentiële klanten diverse gesprekken gevoerd voor productiewerkzaamheden in 2014. Dit heeft inmiddels geleid tot één concrete toezegging voor werk. Daarnaast zijn de gesprekken met een tweede potentiële klant in een vergevorderd stadium. Wij hopen in de loop medio 2014 meer duidelijkheid te krijgen of Montage een groot aantal orders mag uitvoeren. Tot slot is een extern bureau in het 4e kwartaal 2013 gestart met de audit voor de ISO-certificering van Montage. De audit is in januari 2014 afgerond en ook voor deze ISO-audit zijn wij geslaagd.
2.2.6 Concern Het bedrijfsonderdeel Concern bestaat uit de diverse ondersteunende afdelingen zoals Directie & Beleid, Communicatie, Vastgoedbeheer, Facilitaire zaken, ICT, Financiën & Control, HRM en Regie op Verzuim. In deze paragraaf worden de belangrijkste ontwikkelingen binnen een aantal van de ondersteunende afdelingen toegelicht. De afdeling Vastgoedbeheer heeft in 2013 veel werk verzet op het gebied van de huisvesting. Caparis hanteert sinds enkele jaren het beleid om het aantal huurlocaties te reduceren om zo het gebruik van de eigen panden te optimaliseren en leegstand in eigen panden te voorkomen. In 2012 zijn de huurcontracten van diverse locaties niet verlengd en zijn de betreffende activiteiten verhuisd naar een andere locatie. Ook in 2013 is een groot aantal huurlocaties (voortijdig) verlaten. Dit door het afkopen of niet verlengen van huurcontracten. Onder andere huurlocaties in Drachten, Gorredijk, Oosterwolde, Heerenveen en Wijnjewoude zijn verlaten. Bovendien is eind 2013 van een grote huurlocatie in Leeuwarden 2.000 van de 4.400 gehuurde vierkante meters leeg gezet. Het huidige contract loopt af in augustus 2014 en zal alleen voor de resterende 2.400 vierkante meters worden verlengd. Naast al deze bewegingen heeft ook een grote interne verhuizing op het hoofdkantoor in Drachten en bij MultiPack in Leeuwarden plaatsgevonden. Door deze interne verhuizingen worden de beschikbare vierkante meters beter benut, onder andere door gebruik te maken van kantoortuinen. De interne verhuizingen zijn grotendeels in eigen beheer uitgevoerd en hebben derhalve met beperkte financiële middelen kunnen plaatsvinden. Caparis verhuurt een deel van haar eigen locaties in Heerenveen en Drachten aan twee klanten. De huurcontracten met deze klanten zijn in 2013 verlengd.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
18/70
De afdeling Financiën & Control is in 2013 gecentraliseerd. Alleen de administratieve processen die dicht bij het productieproces uitgevoerd moeten worden, zijn decentraal gebleven. De plannen voor deze centralisatie zijn in 2012 uitgewerkt en vervolgens voor advies voorgelegd aan de Ondernemingsraad. Begin 2013 heeft de Ondernemingsraad een positief advies uitgebracht, waarna gestart is met de implementatie. De verhuizing heeft in het 2e kwartaal van 2013 plaatsgevonden. In het 3e en 4e kwartaal van 2013 zijn vervolgens de financiële processen geharmoniseerd en is gestart met het verder optimaliseren van de financiële processen. Dit moet resulteren in een snellere en efficiëntere informatievoorziening. Directie en management van Caparis waren in 2013 ontevreden over de ontwikkelingen in het verzuimpercentage. Dit was de aanleiding om in juni door een externe partij een quick scan te laten uitvoeren. Hierbij is gekeken naar het beleid rondom het ziekteverzuim, de wijze waarop dit binnen Caparis is georganiseerd en de binnen de organisatie ter beschikking zijnde hulpmiddelen. Uit de quick scan is gebleken dat het beleid en de aanwezige instrumenten voldoende zijn, maar dat de wijze waarop dit in de organisatie is ingebed een verdere aanscherping behoeft. In het 3e kwartaal is gestart met het implementeren van de aanbevelingen. Tot slot is Caparis eind 2013 een samenwerking aangegaan met Beijk Catering. Caparis heeft gedurende 2013 diverse gesprekken met Beijk Catering gevoerd om samen te komen tot een werkleerbedrijf voor de horeca. Deze gesprekken zijn in het 4e kwartaal afgerond. De intentie is om samen met Beijk Catering de kantines van Caparis om te vormen tot een werkleerbedrijf waar Sw-medewerkers en trajectdeelnemers (bijstand en Participatiewet) worden opgeleid en ervaring kunnen opdoen met als doel om uiteindelijk door te stromen naar bedrijven in de horeca en catering. Op 1 januari 2014 is een pilot in de kantine van Caparis in Drachten gestart. Bij een succesvolle afronding van deze pilot, zal het werkleerbedrijf worden uitgerold naar de andere vestigingen van Caparis.
2.3 Uitvoering opdracht GR Sw ‘Fryslân’ 2.3.1 Algemeen De GR is een samenwerkingsverband van de gemeenten Achtkarspelen, Heerenveen, Leeuwarden, Ooststellingwerf, Opsterland, Smallingerland, Tytsjerksteradiel en Weststellingwerf. Caparis voert de Wet sociale werkvoorziening uit in opdracht van de GR. Hiervoor wordt jaarlijks een overeenkomst gesloten tussen de GR en Caparis waarin specifieke doelen zijn overeengekomen op het gebied van de taakstelling, het aandeel Detacheringen/Begeleid Werken in de werkladder (hierna: Deta/BW) en het ziekteverzuim. In de volgende paragrafen wordt een toelichting gegeven op over de ontwikkelingen ten aanzien van de taakstelling, wachtlijst en het aandeel Deta/BW. Voor de toelichting betreffende het ziekteverzuim, wordt verwezen naar paragraaf 2.7.2.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
19/70
2.3.2 Taakstelling De totale taakstelling 2013 van de bij Caparis aangesloten gemeenten is, ten opzichte van 2012, met (afgerond) 10 Se afgenomen. De bij de GR aangesloten gemeenten hebben in het 3e kwartaal besloten tot een uitruil van taakstelling. Hiermee worden de negatieve gevolgen voor de gemeenten als gevolg van onderen overrealisatie beperkt. De taakstelling na uitruil is 1,1 Se lager door een uitruil van de taakstelling van de gemeente Achtkarspelen naar de gemeente Westerveld in verband met de verhuizing van een Sw-medewerker naar de gemeente Westerveld. In onderstaande tabel is de realisatie van de taakstelling in 2013 weergegeven. De effecten van de uitruil zijn opgenomen in kolom A1; kolom A bevat de oorspronkelijke taakstelling. Realisatie taakstelling Taakstelling
Taakstelling GR-gem.
A
Taakstelling GR-gem. incl. voorlopige uitruil 2013 A1
B
C=A1-B
D
Achtkarspelen Heerenveen Leeuwarden Ooststellingwerf Opsterland Smallingerland Tytsjerksteradiel
223,8 370,9 563,8 186,2 146,9 435,1 170,5
223,2 368,7 562,3 186,1 149,7 431,9 170,1
20,1 7,8 17,9 12,1 2,3 11,4 5,8
203,1 360,9 544,4 174,0 147,4 420,4 164,4
203,2 360,9 544,3 173,9 147,3 420,2 164,4
Weststellingwerf Overige gemeenten
225,1
229,1
7,6
221,5
219,9
Totaal
Realisatie buiten GR regio
Opdracht GR-gem. aan Caparis
Realisatie GR-gem. bij Caparis
Realisatie overige gem. bij Caparis
Onder/over realisatie bij Caparis
E
F=C-D -0,1 0,0 0,1 0,1 0,1 0,3 0,0 1,6
82,2 2.322,1
2.321,0
84,9
2.236,1
2.234,0
82,2
2,1
Uit bovenstaande tabel blijkt dat ultimo het 4e kwartaal sprake is van een onderrealisatie van 2,1 Se (ultimo 3e kwartaal: 4,7 Se). Deze onderrealisatie doet zich hoofdzakelijk voor bij de gemeente Weststellingwerf (onderrealisatie van 1,6 Se). Dit is een strategische keuze om een mogelijke overrealisatie voor deze gemeente in 2014 te voorkomen. Een overrealisatie moet de gemeente namelijk vanuit eigen middelen financieren.
2.3.3 Wachtlijst De instroom naar de wachtlijst vindt plaats op basis van indiceringen van het UWV. De gemeenten, GR en Caparis kunnen deze instroom niet beïnvloeden. In de tabel op de volgende pagina is de ontwikkeling van de wachtlijst in 2013 weergeven. Ontwikkeling wachtlijst in aantallen personen Wachtlijst Stand Uitstroom 31-12-2012 naar Caparis
Uitstroom van wachtlijst
Instroom op wachtlijst
Netto beweging wachtlijst
Stand cumulatief
A
B
C
D
E=D-B-C
F=A+E
Achtkarspelen Heerenveen Leeuwarden Ooststellingwerf Opsterland Smallingerland Tytsjerksteradiel Weststellingwerf
38 71 115 27 36 97 42 14
18 24 22 9 3 68 13 1
8 25 28 12 7 29 6 4
13 17 36 9 3 50 5 19
-13 -32 -14 -12 -7 -47 -14 14
25 39 101 15 29 50 28 28
Totaal
440
158
119
152
-125
315
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
20/70
In de jaarrekening 2012 is als eindstand 483 personen opgenomen. Uit de tabel op de vorige pagina blijkt een beginstand 2013 van 440 personen. Het verschil van 43 personen heeft meerdere oorzaken. Ieder jaar wordt rond de jaarafsluiting de wachtlijst gereduceerd door mensen, die niet meer beschikbaar zijn voor werk, van de wachtlijst te verwijderen. De betreffende personen worden hier door Caparis schriftelijk en mondeling van in kennis gesteld of door middel van een huisbezoek, indien schriftelijk of mondeling contact niet mogelijk is, benaderd. Als er geen reactie komt, is Caparis genoodzaakt om deze mensen van de wachtlijst te verwijderen, omdat dan niet aangetoond kan worden of iemand beschikbaar is voor werk. De betrokkene wordt vervolgens geïnformeerd over het besluit. Naar aanleiding van dit besluit komt het soms voor dat de betreffende persoon hier bezwaar tegen aantekent. Indien gedurende het jaar blijkt dat het bezwaar gegrond wordt verklaard, wordt de betreffende persoon met terugwerkende kracht weer op de wachtlijst geplaatst. Dit kan betekenen dat gedurende het jaar de beginstand nog verandert. Ook worden indicaties die aan het einde van het voorgaande jaar zijn afgegeven, maar pas aan het begin van het volgende jaar bij Caparis bekend worden, niet meegeteld in de eindstand zoals opgenomen in de jaarrekening van het voorafgaande jaar. Deze personen worden meegeteld per 1 januari van het nieuwe jaar. De door de gemeenten te ontvangen Rijkssubsidie (taakstelling) wordt mede op basis van de wachtlijststand per 31 december van twee jaar geleden (t-2) bepaald.
2.3.4 Beweging ‘van binnen naar buiten’ In de jaarovereenkomst tussen Caparis en de GR is overeengekomen dat wordt gestreefd naar een aandeel Detacheringen/Begeleid Werken per 31 december 2013 van 36,3%. In het overzicht op de volgende pagina is de stand per 31 december 2013 vergeleken met de opdracht van de GR en de eindstand 2012. Beweging van binnen naar buiten Pl. obv werkladder (in Se's) Eindstand 2012 Se Groepsdeta/Deta/Bw Beschut buiten Beschut binnen Schakelafdeling Totaal
%
Opdracht ultimo 2013 Se %
Eindstand 2013 Se
%
809,2 431,2 925,5 149,7
34,9% 18,6% 40,0% 6,5%
839,7 402,5 1.043,2 27,8
36,3% 17,4% 45,1% 1,2%
858,8 353,1 973,3 127,2
37,1% 15,3% 42,1% 5,5%
2.315,6
100,0%
2.313,2
100,0%
2.312,4
100,0%
Uit de tabel op de vorige pagina, blijkt dat Caparis de opdracht van de GR voor wat betreft het aandeel Detacheringen/Begeleid Werken heeft gehaald. Gerealiseerd is een percentage van 37,1% bij een opdracht van 36,3%. Omgerekend naar fte’s (en Se) betekent dit dat per 31 december 2013 circa 807 fte’s (858,8 Se) werkzaam zijn bij een reguliere werkgever middels detachering of begeleid werken. Dit is een stijging van 39 fte’s ten opzichte van ultimo 2012 (768 fte). De groei in 2013 is hoofdzakelijk gerealiseerd door een stijging van het aantal groepsdetacheringen. In het 2e en 3e kwartaal heeft Caparis enkele grote groepsdetacheringen gerealiseerd, onder andere bij het pakkettendepot van PostNL en een schildersbedrijf. In de grafiek op de volgende pagina is de ontwikkeling van het aandeel Detacheringen/Begeleid Werken over de periode 2009 tot en met 2013.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
21/70
Ontwikkeling van 'binnen naar buiten' 40,0%
900
35,0%
800 700
30,0%
500 20,0% 400 15,0%
Aantal fte
Percentage
600 25,0%
300 10,0%
200
5,0%
100
0,0%
2009
2010
2011
2012
2013
Jaar fte
Percentage
2.4 Financiële ontwikkeling De resultatenrekening (winst- en verliesrekening) van Caparis heeft met ingang van 2013 een wijziging ondergaan. Met ingang van 2013 maakt het zogeheten subsidieresultaat5 geen onderdeel meer uit van de resultatenrekening van Caparis. Het subsidieresultaat maakt vanaf 2013 onderdeel uit van de resultatenrekening van de GR. Consequentie hiervan is dat de resultatenrekening 2013 niet één op één te vergelijken is met de resultatenrekening 2012. In deze paragraaf hebben wij de vergelijkende cijfers 2012 aangepast om een juiste vergelijking te kunnen maken. De verslaggevingvoorschriften maken het niet mogelijk dit in de jaarrekening (zie hoofdstuk 3) tot uitdrukking te brengen. In het overzicht op de volgende pagina worden enkele kengetallen vergeleken met de begroting 2013 en de realisatie 2012. De definitie van gehanteerde kengetallen is gebaseerd op de kwartaalrapportages en begroting 2013. Deze definitie wijkt op een aantal punten af van de (wettelijk voorgeschreven) indeling zoals gehanteerd in de jaarrekening. Hiervoor is bewust gekozen omdat de gehanteerde definitie in de kwartaalrapportages en begroting beter aansluit bij de bedrijfsvoering van Caparis. Het totale resultaat sluit wel aan op het resultaat in de jaarrekening.
5
Subsidieresultaat: Rijksbijdrage Wsw minus loonkosten Sw, vervoerskosten Sw en overige CAO
gerelateerde kosten Sw
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
22/70
(x €1.000)
Begr. 2013
Feit 2013
Feit 2012
∆ feit '13
Netto toegevoegde waarde Opbrengsten Begeleid Werken Totaal opbrengsten
17.433 1.551 18.984
18.835 1.559 20.394
17.874 1.537 19.411
961 22 983
Loonkosten kader Dienstverlening derden Huisvestingslasten Vervoer- en productiemiddelen Rente Overige kosten Bedrijfskosten
10.189 924 2.810 2.462 480 3.423 20.288
9.687 1.003 2.772 2.311 313 3.468 19.554
9.775 1.609 2.877 2.531 333 3.251 20.376
8860610522020217 822-
Bedrijfsresultaat exclusief bonus Begeleid Werken
1.304-
840
965-
Bonus Begeleid Werken
350
441
471
Bedrijfsresultaat inclusief bonus Begeleid Werken (na reclass.)
954-
Reclassificatie kosten van subsidieresultaat naar bedrijfsresultaat Bedrijfsresultaat inclusief bonus Begeleid Werken (voor reclass.)
-
954-
1.281
494-
-
553
1.281
59
1.805
301.775
553-
1.222
Voor de volledigheid wordt opgemerkt dat de vergelijkende cijfers 2012, zoals opgenomen in bovenstaand overzicht, niet aansluit met het resultaat 2012 zoals opgenomen in deze jaarrekening. Dit wordt veroorzaakt doordat in bovenstaand overzicht het subsidieresultaat 2012 niet is opgenomen. Verder geldt dat, ten opzichte van 2012, de definitie van het subsidieresultaat is aangepast. In 2012 maakten de kosten van arbo- en interventiezorg (bijvoorbeeld: psychische hulp) onderdeel uit van het subsidieresultaat. Vervolgens heeft overleg plaatsgevonden over de definitieve definitie van het subsidieresultaat. Dit heeft ertoe geleid dat de kosten voor arbo- en interventiezorg zijn verschoven van het subsidie- naar het bedrijfsresultaat. Om de aansluiting te laten zien met de jaarrekening 2012, is de reclassificatie van subsidie- naar bedrijfsresultaat in bovenstaande opstelling weergegeven. Indien de definitie, zoals die geldt in 2013, wordt toegepast op de cijfers van 2012, dan resulteert dit in een bedrijfsresultaat (inclusief bonus Begeleid Werken) van € 494.000 negatief. Dit bedrag zal als uitgangspunt dienen voor de verdere vergelijking van 2013 met 2012. Caparis is tevreden over de gerealiseerde financiële resultaten; zowel in vergelijking met 2012 als in vergelijking met de begroting 2013. In 2013 is een bedrijfsresultaat gerealiseerd van € 1.281.000 positief. Het bedrijfsresultaat6 van Caparis (inclusief bonus Begeleid Werken) is in 2013 verbeterd met € 1.775.000 ten opzichte van 2012. De verbetering van het bedrijfsresultaat is gerealiseerd door zowel een hogere NTW als lagere bedrijfskosten. De activiteiten Business Post, Schoomaak en de Groeps-/flexdetacheringen hebben een substantiële verbetering van de NTW gerealiseerd. De groei is hoofdzakelijk gerealiseerd door acquisitie van nieuwe klanten. De overige activiteiten van Caparis hebben in lijn met 2012 gepresteerd. Een uitzondering betreft het onderdeel O&I. De NTW van
6
Dit is het exploitatieresultaat exclusief het subsidieresultaat
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
23/70
O&I is in 2013 gedaald ten opzichte van 2012. Eind 2013 zijn plannen gemaakt om zowel de sociale als financiële resultaten van O&I verder te verbeteren (zie paragraaf 2.2.2.). De bedrijfskosten van Caparis bedragen € 19.554.000 en zijn € 822.000 lager dan 2012 (€ 20.376.000). Nagenoeg alle kostencategorieën zijn in 2013 lager dan of in lijn met de realisatie 2012. De personeelskosten kader zijn lager dan 2012 door een lagere personele bezetting. In 2013 was de formatie kaderpersoneel 5 fte lager dan 2012 (2013: 164 fte/2012: 169 fte; zie tevens paragraaf 2.7.1.). De dienstverlening derden is in 2013 € 606.000 lager dan begroot door een ingezette reductie in inhuur derden vanaf medio 2013. De overige personeelskosten Sw zijn ten opzichte van 2012 met € 117.000 gestegen (2013: € 670.000 /2012: € 553.000). Dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt doordat Caparis met ingang van 2013 in mindere mate een beroep kon doen op opleidingssubsidies. Ook ten opzichte van de begroting 2013 is het bedrijfsresultaat van Caparis verbeterd. Het bedrijfsresultaat is verbeterd met € 2.235.000 ten opzichte van de begroting. Het gerealiseerde bedrijfsresultaat bedraagt € 1.281.000 positief bij een begroot bedrijfsresultaat van € 954.000 negatief. Deze verbetering is eveneens gerealiseerd door een hogere NTW in combinatie met lagere bedrijfskosten. De gerealiseerde NTW is € 1.402.000 hoger dan begroot. Nagenoeg alle bedrijfsonderdelen van Caparis hebben een substantiële verbetering van de NTW gerealiseerd. Dit door hogere volumes bij Business Post, extra opdrachten voor Schoonmaakservice en extra winterwerk en eenmalige opdrachten voor Groenservice als gevolg van de stormschade eind oktober. Ook het bedrijfsonderdeel Industrie heeft boven begroting gepresteerd. Dit is hoofdzakelijk veroorzaakt door een substantiële groei van het aantal groeps- en flexdetacheringen die door dit bedrijfsonderdeel zijn gerealiseerd. Dit heeft niet alleen een positieve invloed gehad op de financiële resultaten, maar heeft ook een belangrijke bijdrage geleverd aan de realisatie van de sociale doelen van Caparis. De aangesloten gemeenten hebben zich in 2013 wederom ingespannen om zo veel mogelijk werk te gunnen aan Caparis. Caparis wordt door de aangesloten gemeenten als een ‘preferred supplier’ beschouwd. De gerealiseerde gemeentelijke omzet bedraagt over 2013 € 7.358.000. Dit is € 282.000 hoger dan 2012 en € 1.117.000 hoger ten opzichte van begroting. Wij zijn dan ook zeer tevreden over de mate waarin de aangesloten gemeenten Caparis inzetten. Dit levert een belangrijke bijdrage aan het financiële en sociale resultaat van Caparis. Ook de lagere bedrijfskosten hebben bijgedragen aan de verbetering van het bedrijfsresultaat (ten opzichte van de begroting). De gerealiseerde bedrijfskosten zijn € 734.000 lager dan begroot; nagenoeg alle kostencategorieën hebben hier aan bijdragen. De loonkosten kader zijn € 502.000 lager dan begroot. Dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt doordat de bezetting 10 fte lager is ten opzichte van de begroting (begroting: 174 fte/realisatie: 164 fte); met name door reductie in formatie van staffuncties. Op de huisvestingslasten hebben we € 38.000 bespaard ten opzichte van de begroting. De besparing is gerealiseerd door het versneld afstoten van huurlocaties in combinatie met het uitstellen van enkele investeringen. De kosten van gas en elektra zijn echter € 87.000 hoger dan
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
24/70
begroot. Dit wordt deels veroorzaakt door het koude voorjaar, met als gevolg hogere stookkosten. Anderzijds zijn we in het 2e kwartaal 2013 door de Belastingdienst geïnformeerd dat we geen recht meer hebben op teruggaaf van de energiebelasting. In de begroting 2013 is verondersteld dat we, net als voorgaande jaren, deze teruggaaf wel zouden krijgen. Door het besluit van de Belastingdienst stijgen de huisvestingskosten circa € 70.000 op jaarbasis. De rentelasten zijn € 167.000 lager dan begroot. In de begroting was opgenomen dat met ingang van 1 januari 2013 een kortlopende lening zou worden omgezet in een langlopende lening voor een bedrag van € 3.000.000. Ultimo april is alleen de aflossingsverplichting 2013 voor een bedrag van € 1.800.000 geherfinancierd. Dit tegen lager een rentepercentage dan begroot. Per saldo levert dit een besparing op de rentelasten op. Zowel de lagere hoofdsom als het lagere rentepercentage hebben voor een belangrijk deel bijgedragen aan de lagere rentelasten. Daarnaast is de rente op de kortlopende kasgeldleningen lager dan begroot. Dit heeft eveneens in een besparing geresulteerd. Zie paragraaf 2.6 voor een nadere toelichting over de financiering. Het door Caparis gerealiseerde bedrijfsresultaat van € 1.281.000 positief wordt mede beïnvloed door enkele eenmalige baten en lasten. Exclusief deze baten en lasten had Caparis een bedrijfsresultaat gerealiseerd van € 1.604.000 positief. Dit is verbetering ten opzichte van het begrote bedrijfsresultaat van € 2.558.000. In onderstaande tabel zijn de belangrijkste eenmalige baten en lasten weergegeven. Omschrijving Bedrijfsresultaat 2013 excl. eenmalige baten en lasten Eenmalige baten Verhoging Rijkssubsidie 2013 Eenmalige gedeeltelijke teruggaaf sociale premies Rijksoverheid Eindafrekening Stichting Meteos inzake 2012 Hogere bonus Begeleid Werken 2011 ten opzichte van begroting Additionele vrijval voorziening verlieslatende huurcontracten Eindafrekening Rijkssubsidie 2012 niet GR-gemeenten Vrijval reservering emballage kwekerij Boekwinst verkoop materieel Groenservice Diverse nagekomen baten 2012
Bedrag € 1.604.000 € € € € € € € € €
24.000 45.000 17.000 90.000 62.000 35.000 38.000 40.000 12.000
Eenmalige lasten Kosten 1e BING-onderzoek inclusief nakomende kosten Kosten bodemsanering inclusief bijkomende kosten Boete Arbeidsinspectie Voorziening herinrichting organisatie O&I Schade storm eind oktober Diverse nagekomen kosten 2012
-/- € 80.000 -/- € 138.000 -/- € 11.000 -/- € 400.000 -/- € 22.000 -/- € 35.000
Bedrijfsresultaat 2013 incl. eenmalige baten en lasten
€ 1.281.000
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
25/70
Geconcludeerd kan worden dat Caparis een substantiële verbetering van het bedrijfsresultaat heeft gerealiseerd. Dit zonder een bijdrage van gemeenten in de herstructurering van Caparis. Oorspronkelijk zou met ingang van 1 januari 2013 de Wet Werken naar Vermogen worden ingevoerd. Een gevolg van deze wet was dat bestaande Sw-bedrijven een transitieproces diende te ondergaan. Om dit transitieproces mogelijk te maken was door het Rijk een herstructureringsfaciliteit gecreëerd (omvang: € 400 miljoen landelijk). In maart 2012 is door de GR een aanvraag bij het Rijk ingediend voor een bijdrage vanuit de herstructureringsfaciliteit van afgerond € 10,3 miljoen. Dit bedrag zou dan, samen met de eigen bijdrage van de aangesloten gemeenten van afgerond € 3,4 miljoen, ingezet worden om in 2018 een situatie te bereiken waarbij het bedrijfsresultaat, exclusief Begeleid Werken en subsidieresultaat, blijvend groter dan of gelijk aan € 0 is. Volgens de ingediende aanvraag voor de herstructureringsfaciliteit zou Caparis naar verwachting vanaf 2016 deze situatie bereiken. In april 2012 viel echter het kabinet Rutte I. Dit had tot gevolg dat de Wet Werken naar Vermogen controversieel werd verklaard waarbij tevens de herstructureringsfaciliteit kwam te vervallen. Caparis is het doel zoals opgenomen in de aanvraag voor de herstructeringsfaciliteit blijven nastreven: het bereiken van een situatie waarin het bedrijfsresultaat blijvend groter dan of gelijk aan € 0 is. Het bedrijfsresultaat 2013 van Caparis, inclusief Begeleid Werken maar exclusief eenmalige baten en lasten, bedraagt € 1.604.000 positief. Indien het bedrijfsresultaat 2013 wordt herrekend naar de definitie zoals opgenomen in de aanvraag voor de herstructureringsfaciliteit, dan resulteert dit in een bedrijfsresultaat exclusief Begeleid Werken van € 16.000 negatief. Dit betekent dat Caparis, zonder additionele bijdragen vanuit de herstructureringsfaciliteit en de aangesloten gemeenten, in 2013 bijna de doelstelling zoals opgenomen in de aanvraag voor de herstructureringsfaciliteit heeft gerealiseerd. Wij zullen in 2014 verder werken naar het realiseren van de omschreven doelstelling zonder aanvullende bijdrage door de aangesloten gemeenten. Een grote onzekere factor hierbij betreft echter de gevolgen voor Caparis van de invoering van de Participatiewet. Ondanks de positieve bedrijfsresultaten van Caparis en de ontwikkeling hierin, realiseren wij ons dat het sociale domein de aangesloten gemeenten veel geld kost. Er blijft sprake van een aanzienlijk subsidietekort waar zowel Caparis als de aangesloten gemeenten geen invloed op hebben. Dit is een substantieel bedrag waarmee de gemeenten geconfronteerd worden als gevolg van hun maatschappelijke en wettelijke verplichtingen rondom de sociale werkvoorziening. Met het positieve bedrijfsresultaat in 2013 hoopt Caparis de kosten van het gehele sociale domein voor de aangesloten gemeenten enigszins te kunnen beperken omdat de gemeenten geen aanvullende bijdragen hoeven te doen om de exploitatie van Caparis te financieren. Hiermee hoopt Caparis bij te kunnen dragen aan de grote (financiële) uitdagingen die de aangesloten gemeenten mede als gevolg van de decentralisaties hebben.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
26/70
2.5 Investeringen Caparis is in 2013, net als in 2012, terughoudend geweest ten aanzien van het doen van investeringen. Vanwege de onzekerheid over de Participatiewet en de gevolgen die de implementatie van de Participatiewet voor de toekomstige opdracht van Caparis kan hebben, zijn alleen de hoogstnoodzakelijke investeringen uitgevoerd. Door het uitvoeren van extra onderhoud is getracht het moment van (vervangings)investeringen zoveel mogelijk uit te stellen. Caparis heeft in 2013 voor € 161.000 aan investeringen uitgevoerd. Dit is substantieel lager dan was opgenomen in de begroting 2013 (€ 800.000) en lager dan het investeringsbedrag in 2012 (€ 265.000). In 2013 is kritisch beoordeeld of investeringen daadwerkelijk nodig waren. Deze beoordeling heeft er toe geleid dat enkele investeringen zijn uitgesteld. De in 2013 uitgevoerde investeringen betreft hoofdzakelijk vervangingsinvesteringen en investeringen voor het verder optimaliseren van de productieprocessen. Hiermee wordt getracht, ondanks de krimpende taakstelling, de klantorders (omzet) in de toekomst te kunnen behouden. Dezelfde hoeveelheid werk zal met een lagere bezetting uitgevoerd moeten gaan worden. Belangrijke investeringen die in 2013 zijn uitgevoerd, betreft: • • • • • •
aanschaf controlepanelen afdeling Montage; vervanging frankeermachine Business Post; vervanging server ICT; aanschaf softwarelicenties; vervanging ketelbesturing centrale verwarming afdelingen Grafisch Centrum en Rijwielen; vervanging kozijnen en glas Caparis FoodPack.
De afgelopen jaren zijn investeringen vaak uitgesteld; door het plegen van extra onderhoud was dit vaak nog mogelijk. Dit heeft tot gevolg dat sommige activa op dit moment het einde van de economische en technische levensduur hebben bereikt. Deze activa zullen in 2014 worden vervangen om de continuïteit van de bedrijfsvoering niet in gevaar te brengen, additionele lasten in de toekomst te voorkomen en om te voldoen aan wet- en regelgeving (onder andere ten aanzien van hygiëne).
2.6 Financiering Caparis wordt gefinancierd door de GR. Het financieren via de GR heeft als voordeel dat de financieringslasten lager zijn dan wanneer Caparis rechtstreeks door een financiële instelling wordt gefinancierd. De financiering van Caparis vindt plaats middels zowel langlopende leningen als kortlopende geldleningen. In april 2013 is voor een bedrag van € 1.800.000 aan langlopende leningen aangetrokken (begroting € 3.000.000). Dit ter herfinanciering van de aflossingsverplichtingen 2013. De aangetrokken lening is substantieel lager ten opzichte van 2012 (nieuwe lening van € 3.000.000). De lagere financieringsbehoefte wordt veroorzaakt door de sterke verbetering van het bedrijfsresultaat in 2013; zowel ten opzichte van 2012 als de begroting 2013. Het positieve bedrijfsresultaat in 2013 heeft geleid tot een positieve operationele kasstroom. Dit heeft, in combinatie met een lager investeringsniveau ten opzichte van de begroting, er in geresulteerd dat Caparis meer eigen middelen heeft dan vooraf was voorzien.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
27/70
Hierdoor kon een lager bedrag worden geleend. Door alleen de aflossingsverplichtingen te herfinancieren, heeft Caparis de eerste stap gezet in het afbouwen van de leningenportefeuille. In de financieringsovereenkomst met de GR is een plafond opgenomen voor de maximale leencapaciteit van Caparis. De maximale leencapaciteit van Caparis bedraagt 130% van de vaste activa. Per 31 december 2013 heeft Caparis voor 90% aan leningen opgenomen. Dit is een daling van 14% ten opzichte van 31 december 2012 (104%). Ontwikkeling financieringsbehoefte 2013 140% 120%
Percentage
100% 80% 60% 40% 20% 0% Ultimo 4e kw 2012
Ultimo 1e kw 2013
Ultimo 2e kw 2013
Ultimo 3e kw 2013
Ultimo 4e kw 2013
Jaar Benutte financieringscapaciteit
Financieringsplafond
Wij verwachten in 2014 geen financieringsproblemen.
2.7 Personele ontwikkeling 2.7.1 Bezetting In onderstaand overzicht is de gemiddelde personele bezetting 2013 vergeleken met de gerealiseerde personele bezetting in 2012 en de begrote personele bezetting 2013. Bezetting
Begr 2013*
Feit 2013
Feit 2012
∆ feit '13
Sw-medewerkers in dienst
Se fte
2.170 2.055
2.176 2.054
2.182 2.064
610-
Aantal Begeleid Werken
Se fte
144 128
140 124
143 128
34-
Kader rechtstreeks bij NV Kader via GR
fte fte 174
71 93 164
69 100 169
2 75-
2.357
2.342
2.361
19-
Totale bezetting
fte
* Voor het aantal kaderleden wordt in de begroting geen onderscheid gemaakt tussen dienstverbanden rechtstreeks bij de NV of dienstverbanden bij de GR.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
28/70
Uit het overzicht op de vorige pagina blijkt dat het aantal Sw-medewerkers in 2013 is gedaald met 10 fte’s. Dit is het gevolg van de dalende taakstelling (zie paragraaf 2.3.2). Ook het aantal Sw-medewerkers geplaatst via een Begeleid Werken contract is in 2013 licht gedaald. Na een daling van het aantal plaatsingen in Begeleid Werken gedurende de zomermaanden, is in het 4e kwartaal het aantal plaatsingen weer gestegen. Ultimo december zijn 126 fte/142 Se geplaatst middels een Begeleid Werken contract. De stijging in het 4e kwartaal was echter onvoldoende om het gemiddelde over 2013 te compenseren. In 2013 is een nieuwe CAO voor Sw-medewerkers van kracht geworden. Uitkomst van de onderhandelingen was dat het Sw-personeel, naast een eenmalige uitkering, ook een salarisverhoging per 1 januari 2013 kreeg. De nieuwe CAO loopt tot en met 31 december 2013. Er is op dit moment nog geen duidelijkheid over een nieuwe CAO vanaf 1 januari 2014. De werkgeverskoepel heeft aangegeven de CAO voor het Sw-personeel te willen bevriezen omdat er geen geld is voor een reëel CAO-overleg en vanwege de invoering van de Participatiewet. De CAO-onderhandelingen voor het kaderpersoneel zijn ook vastgelopen. Caparis is geen directe partij in de CAO-onderhandelingen voor Swen kaderpersoneel. Het aantal kadermedewerkers is gedurende 2013 gedaald ten opzichte van 2012. Hierdoor komt de gemiddelde bezetting kadermedewerkers over 2013 uit op 164 fte; dit is een daling van gemiddeld 5 fte’s ten opzichte van het gemiddelde over 2012. Gedurende 2013 is het aantal kadermedewerkers gedaald van 167 fte’s ultimo 2012 tot 161 fte’s ultimo 2013. Als gevolg van de onzekerheid betreffende de Participatiewet, heeft Caparis er voor gekozen om niet alle vacatures per definitie op te vullen. Wel is in het 3e kwartaal van 2013 geconstateerd dat bij enkele afdelingen binnen Caparis sprake is van een te grote ‘span of control’. Dit heeft geresulteerd in te hoge werkdruk bij de betreffende (assistent) werkleiders. In het laatste kwartaal van 2013 zijn we gestart met het werven van enkele (assistent) werkleiders om de werkdruk te reduceren. Hiermee verwachten we tevens dat er meer aandacht voor de (assistent) werkleiders zal zijn voor het ziekteverzuim binnen de organisatie. Een deel van de kadermedewerkers heeft een arbeidscontract voor bepaalde tijd. Daarnaast was sprake van een flexibele schil in de vorm van tijdelijke inhuur van kadermedewerkers. Caparis heeft gemiddeld over 2013 10 fte’s aan personeel ingehuurd. Dit is een daling van 4 fte’s ten opzichte van het gemiddelde over 2012 (14 fte’s). In de 2e helft van 2013 is de inhuur van kadermedewerkers afgebouwd. De inhuur is gedaald van 14 fte’s ultimo 2012 naar 8 fte’s ultimo 2013; derhalve een reductie van 6 fte’s. Door de combinatie van tijdelijke dienstverbanden en tijdelijke inhuur van personeel, is Caparis in staat om snel te reageren op de wijzigingen in de sociale werkvoorziening als gevolg van de Participatiewet.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
29/70
2.7.2 Ziekteverzuim In onderstaande grafiek wordt het verloop van het ziekteverzuim gedurende 2013 per maand weergegeven. Ziekteverzuim Sw
20%
kort verzuim lang verzuim
10% doelstelling 0%
Kader
jan
feb mrt apr mei jun
jul
jan
feb mrt
jul
aug sep okt nov dec
totaal verzuim vorig jaar
20%
10%
0% apr
mei jun
aug sep
okt
nov dec
Uit bovenstaande grafiek blijkt dat het ziekteverzuim en dan met name het ziekteverzuim Sw, structureel boven begroting is gebleven. Het cumulatieve ziekteverzuim over 2013 is in onderstaand overzicht weergegeven. In dit overzicht is onderscheid gemaakt tussen zowel ziekteverzuim Sw en ziekteverzuim kader als kort en lang verzuim.
SW
Regulier kader
kort lang totaal kort lang totaal
cum. 2012 5,9% 7,8% 13,7% 2,3% 3,0% 5,3%
doelst. 2013 5,8% 5,7% 11,5% 2,3% 2,2% 4,5%
cum. 2013 6,2% 8,3% 14,5% 1,9% 3,2% 5,1%
Het gerealiseerde kort verzuim van de Sw-medewerkers is 0,4% boven begroting. Het cumulatieve ziekteverzuim Sw bedraagt 14,5% en is hiermee 3,0% hoger dan begroot en 0,8% hoger dan 2012. Deze overschrijding wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door een hoger percentage langdurig zieken. Caparis heeft een grote groep Sw-medewerkers die langdurig ziek is (begroting: 5,7%/realisatie 8,3%) en dit beperkt de mogelijkheden aanzienlijk om het gemiddelde percentage te verlagen. Er is geen sluitende verklaring voor het hogere aantal langdurig zieken. Uit landelijk onderzoek7 blijkt dat de bij de GR aangesloten gemeenten procentueel meer Sw-medewerkers met een ernstige arbeidshandicap hebben (GR: 24%/landelijk 12%). Vermoed wordt dat hier een relatie ligt met de hoogte van het langdurig ziekteverzuim. Daarnaast kan de onzekerheid rond de invoering van de Participatiewet ook van invloed zijn op het ziekteverzuim. Door proactief met de medewerkers te communiceren trachten wij zoveel mogelijk onduidelijkheid en onzekerheid weg te nemen.
7
Bron: Publiek Overzicht Resultaten (POR) Wsw, peildatum 30 juni 2012, Panteia
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
30/70
Het ziekteverzuim kader is 0,6% hoger dan begroot (begroting: 4,5%/realisatie: 5,1%), maar wel 0,2% lager dan 2012. Ook bij het kader trekt het percentage langdurig zieken het gemiddelde behoorlijk omhoog (begroting: 2,2%/realisatie: 3,2%). Het langdurig ziekteverzuim wordt veroorzaakt door enkele medewerkers die ongeneeslijk ziek zijn en is daarom niet te beïnvloeden. Het kortdurend ziekteverzuim is 0,4% lager dan begroot (begroting: 2,3%/realisatie: 1,9%). Caparis heeft in de zomer van 2013 door een externe partij een evaluatie laten uitvoeren naar het beleid rondom het ziekteverzuim, de wijze waarop dit binnen Caparis is georganiseerd en de binnen de organisatie ter beschikking zijnde hulpmiddelen. Hieruit blijkt dat het beleid en de aanwezige instrumenten voldoende is, maar dat de wijze waarop dit in de organisatie is ingebed een verdere aanscherping behoeft. In het 4e kwartaal zijn we gestart met het verder optimaliseren van het verzuimbeheer. Hiermee hopen we het ziekteverzuim duurzaam te kunnen reduceren. Wij verwachten dat dit medio 2014 tot de eerste zichtbare resultaten zal leiden.
2.7.3 Opleidingen Caparis beschikt over een eigen interne bedrijfsschool: Caparis Talent. Caparis Talent is verantwoordelijk voor het verzorgen van de scholingsactiviteiten binnen de eigen organisatie. De scholingsactiviteiten van Caparis zijn gebaseerd op de CAO Wsw en primair gericht op de ontwikkeling van de Sw-medewerker om het uitstromen naar een reguliere werkplek te bevorderen. Daarnaast worden Swmedewerkers geschoold om beter te functioneren op de bestaande werkplek. De opleidingsprogramma’s zijn divers en in twee categorieën te onderscheiden, namelijk: •
Technische opleidingen Deze opleidingen zijn vereist bij de uitvoering van het werk. Bijvoorbeeld: motorkettingzagen, bosmaaien en VCA-gerelateerde arbeid.
•
Competentiegerichte opleidingen (inclusief basisvaardigheden) Deze opleidingen zijn gericht op de verdere ontwikkeling van de Swmedewerkers en richten zich op bijvoorbeeld productiviteit, samenwerken/collegialiteit, arbeidsverhoudingen, doorzettingsvermogen, communiceren, zelfstandigheid en flexibiliteit.
Gezien de doelgroep is het noodzakelijk dat Caparis Talent scholing ‘op maat’ aanbied. De opleidingen zijn qua lesmateriaal en lestempo aangepast aan de doelgroep. Ook zijn er gespecialiseerde docenten aanwezig. Waar mogelijk of noodzakelijk wordt samengewerkt met reguliere opleidingsinstituten. Alle opleidingen worden afgesloten met certificaten of diploma’s. In een aantal opleidingsprogramma’s is ook een sportcomponent aanwezig om de algemene gezondheid van de Sw-medewerkers te verbeteren en/of de kans op uitval te verkleinen waardoor ze beter in staat zijn om hun werk uit te voeren.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
31/70
In 2013 is wederom een grote hoeveelheid scholingsactiviteiten georganiseerd. Enkele van de georganiseerde activiteiten zijn: • • • • • • • • •
arbeidsmarktgekwalificeerde assistent MBO niveau 1; BBL (beroepsbegeleidende leerweg) MBO niveau 2; basisvaardigheden MBO niveau 1; VCA (Veiligheids Checklist Aannemers); motorkettingzaag; werkplekbegeleider; heftruck/reachtruck; weerbaarheidstraining; HACCP (Hazard Analysis and Critical Control Points, is een risico-inventarisatie voor voedingsmiddelen).
2.7.4 Ondernemingsraad De Ondernemingsraad bestaat uit gekozen medewerkers van Caparis. De Ondernemingsraad houdt zich bezig met Caparisbrede zaken die van invloed zijn op het (collectieve) personeel. De Ondernemingsraad bestaat uit 17 personen en kent de volgende portefeuilles/commissies: • • • • • • •
Primair, 3 personen; Financieel, 3 personen; Organisatie, 3 personen; Personeel, 3 personen; Communicatie & PR, 3 personen; Arbo, 4 personen; Verkiezingen, 4 personen.
De Ondernemingsraad heeft 8 maal vergaderd in aanwezigheid van de bestuurder van Caparis. In één van de vergaderingen is een vertegenwoordiger van de Raad van Commissarissen aanwezig geweest.
2.8 Interne beheersing Een goed werkend intern risicobeheersings- en controlesysteem is een belangrijk instrument om de kans op het succesvol realiseren van de doelstellingen van een organisatie te vergroten. Door middel van een goed functionerend risicobeheersing- en controlesysteem worden tijdig afwijkingen ten opzichte van de vooraf vastgestelde doelen gesignaleerd. Hierdoor kan tijdig worden bijgestuurd en kunnen risico’s die de realisatie van de doelstellingen bedreigen, waar mogelijk, worden beperkt. Interne beheersing is dan ook een belangrijk onderdeel van de bedrijfsvoering van Caparis. Gezien de aard van de organisatie, is het voor Caparis niet alleen van belang dat er een goed risicobeheersings- en controlesysteem voor de financiële aspecten is, maar zeker ook voor de sociale aspecten. De afgelopen jaren heeft Caparis geïnvesteerd in het verder optimaliseren van de interne beheersing. De externe accountant signaleert ook een verbetering in de interne beheersing van Caparis. Caparis bespreekt periodiek de interne en externe ontwikkelingen in het sociale domein en de bedrijfsvoering op
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
32/70
verschillende niveaus in de organisatie (directie, management, werkleiding). De financiële, sociale en maatschappelijke/politieke ontwikkelingen worden bovendien als volgt gemonitord: •
•
•
•
•
•
De realisatie van de financiële en sociale doelen wordt maandelijks gerapporteerd door middel van managementrapportages. Hierin wordt ook ingegaan op actuele ontwikkelingen in de bedrijfsonderdelen en wordt een forecast voor de komende maand afgegeven. Deze managementrapportages worden tevens verstrekt aan de Ondernemingsraad van Caparis. Caparis brengt 4 keer per jaar kwartaalrapportages uit ten behoeve van de aandeelhouders, het bestuur van de GR, de colleges en raden van de acht aangesloten gemeenten. De directie van Caparis heeft gemiddeld 8 tot 10 keer per jaar overleg met de Audit Commissie van de Raad van Commissarissen. Hierin worden de financiële en sociale resultaten alsmede de recente ontwikkelingen besproken. De Audit Commissie brengt hierover verslag uit aan de voltallige Raad van Commissarissen. De Raad van Commissarissen komt gemiddeld 8 keer per jaar bij elkaar. Zowel de Audit Commissie als de voltallige Raad van Commissarissen krijgen de beschikking over de volledige interne maandrapportages. Caparis heeft gemiddeld 8 tot 10 keer per jaar overleg met een ambtelijke vertegenwoordiging van de aangesloten gemeenten. Tijdens deze bijeenkomsten worden de gerealiseerde financiële en sociale resultaten besproken. Tevens vindt dan overleg en afstemming plaats over actuele ontwikkelingen en thema’s. Minimaal 4 keer per jaar vindt een aandeelhoudersvergadering plaats waarin de financiële en sociale ontwikkelingen worden toegelicht. Tevens worden actuele ontwikkelingen met betrekking tot Caparis besproken. De aandeelhouders stellen tevens de begroting van Caparis vast en keuren de jaarrekening van Caparis goed. Caparis gaat proactief met de Belastingdienst in overleg om belangrijke fiscale thema’s te bespreken en te vragen naar een standpunt van de Belastingdienst. Caparis streeft hierbij naar fiscale transparantie.
In 2013 is de interne beheersing verder geoptimaliseerd. De belangrijkste verbeteringen zijn: •
•
•
Er is door de Raad van Commissarissen een corporate governance code opgesteld. Deze code is vastgesteld door de aandeelhoudersvergadering. Daarnaast is door de Raad van Commissarissen, in samenspraak met de directie van Caparis, een tweetal reglementen opgesteld en vastgesteld. Dit betreft een directiereglement en een reglement voor de Raad van Commissarissen. In deze reglementen zijn nadere afspraken gemaakt over de verantwoordelijkheden van en besluitvorming door de Raad van Commissarissen en de directie. De procedures betreffende de inhuur van derden zijn aangescherpt en biedt een escalatiemogelijkheid naar de Raad van Commissarissen indien het directieteam van Caparis niet unaniem is over een besluit voor het inhuren van een externe medewerker. De interne mandateringsregeling van Caparis is in 2013 geactualiseerd.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
33/70
•
•
De financiële functie van Caparis is in 2013 gecentraliseerd in Drachten. Gelijktijdig zijn de administratieve processen van de verschillende bedrijfsonderdelen geharmoniseerd en gedocumenteerd. Waar nodig zijn de administratieve processen aangescherpt. De doorlooptijd van de maandelijkse afsluiting is geoptimaliseerd en verkort. Hiermee is Caparis in staat om sneller te rapporteren over de realisatie van zowel de financiële als de sociale doelen.
Resumerend zijn wij van mening dat bij Caparis sprake is van een adequate en effectieve interne beheersing. Wij hebben in de risicoparagraaf (paragraaf 2.10) een toelichting gegeven op de belangrijkste risico’s voor Caparis.
2.9 Vooruitzichten 2014 In deze paragraaf geven wij een korte vooruitblik naar 2014. Het jaar 2014 zal voor Caparis, maar zeker ook voor de aangesloten gemeenten, een uitdagend jaar gaan worden. Dit jaar zal voornamelijk in het teken staan van de overgang naar en implementatie van de Participatiewet per 1 januari 2015. De Participatiewet is in december door de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ter behandeling aangeboden aan de Tweede Kamer. In februari 2014 is de Participatiewet door de Tweede Kamer aangenomen. De Staatssecretaris streeft ernaar om vóór het zomerreces 2014 de Participatiewet ook behandeld te hebben in de Eerste Kamer. Caparis wil graag samen met de aangesloten gemeenten de effecten van, maar ook de kansen in de Participatiewet in kaart brengen, om zo te komen tot een gezamenlijke oplossing voor de problemen en uitdagingen die nu voorliggen. Zodra hier duidelijkheid over is, kan dit uitgewerkt gaan worden in een opdracht voor Caparis en kan Caparis haar organisatie aanpassen aan deze opdracht. Op dit moment is daarom nog niet duidelijk wat de Participatiewet tot gevolg zal hebben op de bedrijfsvoering (inclusief personeel en infrastructuur) van Caparis. In de aandeelhoudersvergadering van 12 december 2013 is de begroting 2014 van Caparis goedgekeurd. Deze begroting leidt tot een verwacht bedrijfsresultaat van € 930.000 positief. Caparis streeft naast een positief bedrijfsresultaat ook naar een groei in het aandeel Deta/BW per ultimo 2014. Dit is een ambitieuze doelstelling gezien het aantal tijdelijke Sw-contracten en de nieuwe instroom van Sw-medewerkers in 2014. Dit laatste als gevolg van een hogere taakstelling in 2014 ten opzichte van 2013. Caparis tracht de groei in het aandeel Deta/BW te realiseren door het aangaan van nieuwe samenwerkingsverbanden met werkgevers en door meer in te zetten op groepsdetacheringen. De afgelopen jaren ingezette reductie van huurlocaties zal in 2014 worden voortgezet. Het realiseren van de begroting 2014, in combinatie met het samen met de aangesloten gemeenten invoeren van de Participatiewet, zal gedurende 2014 veel inspanning van alle medewerkers van Caparis vergen. Voor de volledigheid wordt opgemerkt dat Caparis in de begroting 2014 geen rekening heeft gehouden met de mogelijke effecten van de Participatiewet. Omdat er nog geen duidelijkheid is over de nieuwe opdracht van Caparis, kunnen de gevolgen van een nieuwe opdracht voor de bedrijfsvoering van Caparis nog niet inzichtelijk worden gemaakt.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
34/70
Op vrijdag 7 december 2012 is door het bestuur van de GR besloten dat Caparis alleen nog tijdelijke dienstverbanden mag aanbieden aan nieuwe Swmedewerkers. Tijdelijke dienstverbanden van bestaande Sw-medewerkers mogen daarnaast niet worden omgezet in dienstverbanden voor onbepaalde tijd. Dit besluit is door de GR genomen om te kunnen anticiperen op afbouw van de sociale werkvoorziening in haar huidige vorm. Het besluit zal waarschijnlijk een negatieve invloed hebben op de bedrijfsvoering van Caparis, omdat met ingang van 1 januari 2015 naar verwachting tussen de 275 en 300 Sw-medewerkers zullen uitstromen. Dit is ongeveer 13% tot 14% van de huidige bezetting Swmedewerkers. Wij verwachten echter dat het besluit van de GR in 2014 al tot negatieve gevolgen voor de bedrijfsvoering voor Caparis zal gaan leiden. Wij constateren in toenemende mate dat Sw’ers op de wachtlijst niet meer geplaatst willen worden omdat er geen perspectief is. De verwachting is dat dit in het 3e en 4e kwartaal alleen maar zal toenemen. Een gevolg kan zijn dat er in het 2e half jaar nauwelijks meer instroom is. Het risico is aanwezig dat Caparis te weinig Swmedewerkers in het 2e half jaar heeft voor de productie. Ook is het risico aanwezig dat de taakstelling van de aangesloten gemeenten hierdoor niet volledig opgevuld kan worden. De komende periode zal duidelijk worden wat precies de financiële en personele gevolgen van het besluit van de GR voor de bedrijfsvoering van Caparis zal zijn. De directie van Caparis zal in 2014 al besluiten moeten nemen om de verwachte uitstroom per 1 januari 2015 op te kunnen vangen in de bedrijfsvoering. Uitgangspunt hierbij is dat de dienstverlening naar de klanten van Caparis in 2015 gecontinueerd kan worden zonder dat de klanten hiervan last ondervinden. Concluderend zal het jaar 2014 in het teken staan van de invoering van de Participatiewet per 1 januari 2015. De Participatiewet kan potentieel grote gevolgen hebben voor Caparis. In 2014 zal hier tijdig op geanticipeerd moeten worden om de effecten zo goed mogelijk te kunnen opvangen in de bedrijfsvoering (inclusief aanpassing van de infrastructuur en de personele bezetting).
2.10
Risicoparagraaf
Het belangrijkste risico voor Caparis betreft de invoering van de Participatiewet per 1 januari 2015; zie tevens de toelichtingen in de paragrafen 2.1 en 2.9. De Participatiewet heeft tot gevolg dat met ingang van 1 januari 2015 geen instroom in de Wsw meer zal gaan plaatsvinden. Dit betekent dat bij ongewijzigd beleid, het aantal Sw-medewerkers langzaam zal gaan dalen. De huidige opdracht van Caparis betreft het uitvoeren van de Wsw. Bij een ongewijzigde opdracht zal Caparis de komende jaren gaan krimpen. In 2013 was en ook in 2014 zal de invoering van de Participatiewet een belangrijk thema zijn in de gesprekken tussen Caparis en de aangesloten gemeenten. Deze gesprekken hebben op dit moment nog niet geleid tot concrete plannen en een nieuwe opdracht voor Caparis. De gevolgen van een nieuwe opdracht voor de bedrijfsvoering van Caparis (inclusief infrastructuur en personeel) zijn op dit moment dan ook nog niet bekend. Wij verwachten dat per 1 januari 2015 tussen de 275 en 300 Sw-medewerkers met een tijdelijk dienstverband zullen uitstromen. Het risico is aanwezig dat in
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
35/70
het 2e half jaar van 2014 al geen instroom meer zal plaatsvinden omdat de Sw’ers op de wachtlijst onvoldoende perspectief zien. Dit kan mogelijk bij bepaalde activiteiten van Caparis leiden tot knelpunten. Wij zijn op dit moment aan het onderzoeken waar de uitstroom zich zal voordoen en hoe we bedrijfsvoering hierop moeten aanpassen. Wij verwijzen voor de volledigheid ook naar de toelichting bij paragraaf 2.9. Caparis heeft in het 3e kwartaal van 2013 een onderzoek laten uitvoeren naar haar ICT-infrastructuur. Uit dit onderzoek blijkt dat onderdelen van de infrastructuur zwaar verouderd zijn en (op korte termijn) niet meer worden ondersteund door de leveranciers. Om een te hoog risico van uitval van ICTsystemen te voorkomen, zal in 2014 een deel van de ICT-infrastructuur worden vervangen. Hierbij zal, waar mogelijk, rekening worden gehouden met de politieke ontwikkelingen (bijvoorbeeld invoering Participatiewet). Wij verwachten, gezien de gerealiseerde financiële resultaten 2013 en de begrote financiële resultaten 2014, geen problemen in het voldoen aan de rente- en aflossingsverplichtingen. Ook verwachten wij geen problemen in het aantrekken van nieuwe financiering. De financieringsdruk is in 2013 substantieel verlaagd. Bovendien is er voldoende ruimte binnen de huidige financieringsovereenkomsten met de GR. Zie tevens paragraaf 2.6. De huidige economie van Nederland bevindt zich in een dip. Het risico is aanwezig dat grote klanten van Caparis failliet gaan. Wij zijn van mening dat dit risico van Caparis beperkter is ten opzichte van een reguliere private onderneming. Circa 1/3e van de omzet van Caparis wordt gerealiseerd bij overheidsinstellingen. Daarnaast wordt actief de ontwikkeling in het betalingsgedrag van klanten gevolgd. Wij hebben in paragraaf 2.7.1. toegelicht dat de Cao-onderhandelingen voor het kaderpersoneel zijn vastgelopen. Dit betekent dat er nog geen duidelijkheid is over de loonontwikkeling in 2014 en of er nog sprake zal zijn van een loonstijging met terugwerkende kracht over 2013. Dit kan in 2014 van invloed zijn op de financiële resultaten, maar de omvang hiervan is niet betrouwbaar in te schatten. Caparis is geen directe partij in de Cao-onderhandelingen. Caparis heeft in 2013 een huurlocatie in Gorredijk verlaten. Vervolgens heeft een bodemonderzoek plaatsgevonden. Hierbij is bodemvervuiling geconstateerd. Momenteel wordt door een buitengewoon opsporingsambtenaar van de gemeente Opsterland een strafrechtelijk onderzoek uitgevoerd. De uitkomsten van dit onderzoek zijn nog niet bekend. In de jaarrekening 2013 is voorzichtigheidshalve een voorziening opgenomen voor een eventuele bodemsanering en bijkomende kosten.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
36/70
2.11
Continuïteit
De Participatiewet wordt met ingang van 1 januari 2015 ingevoerd. Als gevolg van hiervan zal de Wsw, zoals we die nu kennen, komen te vervallen. Met ingang van 1 januari 2015 zal er geen instroom in de Wsw meer gaan plaatsvinden. De huidige Sw-medewerkers, met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, houden hun rechten en plichten. De Participatiewet zal ook gevolgen hebben voor de toekomstige opdracht van Caparis; de mate waarin is echter op dit moment nog niet duidelijk. Derhalve is sprake van een onzekerheid ten aanzien van de continuïteit op de middellange en/of lange termijn. Caparis en de aangesloten gemeente zijn samen in gesprek om te zoeken naar oplossingen om het sociale domein betaalbaar te houden. Wij verwachten in het najaar van 2014 meer duidelijkheid over de nieuwe opdracht van Caparis. Het eigen vermogen van Caparis bedraagt eind 2013 € 1.341.000 positief (eind 2012: € 60.000 positief). Het weerstandsvermogen van Caparis is in 2013 toegenomen met € 1.281.000. Dit betekent dat Caparis op dit moment een beperkt weerstandsvermogen heeft voor toekomstige tegenvallers. De vastgestelde begroting 2014 voorziet in een bedrijfsresultaat van € 930.000 positief en in een positieve operationele kasstroom. Doelstelling van Caparis is om structureel een positief bedrijfsresultaat te realiseren. Caparis heeft de afgelopen jaren inmiddels een stijgende lijn in het operationeel bedrijfsresultaat laten zien en heeft er vertrouwen in dat, op basis van de huidige plannen, deze trend kan worden voortgezet. De enige onzekerheid is dat, vanwege de onduidelijkheid over de nieuwe opdracht, nog onbekend is wat de invloed van de nieuwe opdracht op het toekomstig bedrijfsresultaat zal zijn. Naast de beoordeling van de vermogenspositie is op korte termijn ook de liquiditeitspositie van belang voor het voortbestaan van Caparis. Voor de financiering van de NV zijn bij de oprichting afspraken gemaakt met de GR. In december 2012 zijn deze aangevuld met afspraken inzake de verantwoordelijkheid van het subsidieresultaat. Met ingang van 2013 komt het subsidieresultaat niet meer ten laste van de exploitatie van Caparis. Dit betekent dat de financieringsbehoefte van Caparis significant daalt. Op basis van de nu beschikbare informatie en beleidsvoornemens zullen tot in ieder geval medio 2015 de financieringsverhoudingen binnen de gemaakte afspraken blijven en kan Caparis in haar liquiditeitsbehoefte voorzien. In de financieringsovereenkomst met de GR is een plafond opgenomen voor de maximale leencapaciteit van Caparis. De maximale leencapaciteit van Caparis bedraagt 130% van de vaste activa. Per 31 december 2013 heeft Caparis voor 90% aan leningen opgenomen (eind 2012: 104%). Wij zijn dan ook van mening dat de jaarrekening van Caparis op continuïteitsgrondslagen kan worden opgesteld.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
37/70
2.12 2.12.1
Caparis organisatie & stakeholders Aandeelhouders
Caparis is een NV waarvan de aandelen in handen zijn van acht grote Friese gemeenten: Achtkarspelen, Heerenveen, Leeuwarden, Ooststellingwerf, Opsterland, Smallingerland, Tytsjerksteradiel en Weststellingwerf. Voor deze gemeenten voert Caparis NV de Wet Sociale Werkvoorziening uit. De Algemene Vergadering (AV) bestaat in 2013 uit: • • • • • • • •
Achtkarspelen Heerenveen Leeuwarden Ooststellingwerf Opsterland Smallingerland Tytsjerksteradiel Weststellingwerf
-
Dhr. K. Antuma Mw. C. van der Laan Mw. T. Koster Dhr. E. van Esch Dhr. R. Jonkman Dhr. E. Berentst Dhr. D. Fokkema Dhr. C. Trompetter
Caparis NV is statutair gevestigd te Drachten.
2.12.2
Relatie Caparis NV – GR Sw ‘Fryslân’
De GR is een samenwerkingsverband van de gemeenten Achtkarspelen, Heerenveen, Leeuwarden, Ooststellingwerf, Opsterland, Smallingerland, Tytsjerksteradiel en Weststellingwerf. Caparis voert de Wet sociale werkvoorziening uit in opdracht van de GR. De medewerkers aan wie Caparis haar diensten aanbiedt, hebben of hadden een woonplaats binnen een van de GRgemeenten. De GR heeft als doel de Wet sociale werkvoorziening uit te voeren. De daadwerkelijke uitvoering is op basis van een meerjarige overeenkomst uitbesteed aan Caparis NV. De GR is opdrachtgever van Caparis NV in het kader van de uitvoering van de Wsw. Zij voert de regie. Caparis NV is de uitvoerder van de Wsw. Schematisch wordt de verhouding tussen de GR en Caparis NV in het schema op de volgende pagina weergegeven.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
38/70
Aangesloten Gemeenten
AV
RvC toezicht beleid
GR Sw ‘Fryslân’
2.12.3
uitvoering overeenkomst
Caparis NV
Visie, missie en doelstellingen
De visie van Caparis is in drie punten samen te vatten: Voor de mensen uit de regio die onder de doelgroep vallen is Caparis dé aanbieder van een leer- en werkomgeving waarbinnen zij zich kunnen ontwikkelen om een zo regulier mogelijke baan te vervullen. • Voor bedrijven, organisaties en particulieren is Caparis met behulp van de inzet van mensen uit de doelgroep een aanbieder van producten en diensten, die zich ten opzichte van andere aanbieders onderscheidt door een uitstekende prijs- en prestatieverhouding en het constructief meedenken in oplossingen voor de klant. • Voor de maatschappij en in het bijzonder de politiek/bestuurlijk verantwoordelijken bij de gemeenten in de regio, is Caparis een organisatie die op een verantwoorde wijze omgaat met de belangen die maatschappelijk aanwezig zijn en vooral ook de belangen en doelen die door de gemeenteraden in de regio worden verwoord. De missie van Caparis is het bieden van werk aan mensen met grote afstand tot de arbeidsmarkt in een zo regulier mogelijke omgeving. Wij ontlenen ons bestaansrecht aan het uitvoeren van de Wsw. •
Caparis kent de volgende primaire doelstellingen waarop het bedrijf zich de komende jaren op toelegt: •
•
•
Het bieden van een ‘beschutte werkplek binnen’ voor de groep Swmedewerkers voor wie de afstand tot de reguliere arbeidsmarkt te groot is en de mogelijkheid tot ontwikkeling daartoe beperkt. Het bieden van ontwikkeltrajecten die de afstand tot de arbeidsmarkt duurzaam verkleinen voor de groep Sw-medewerkers en uitkeringsgerechtigden die daarvoor ontwikkelpotentieel hebben. Het realiseren van de taakstelling met een zo hoog mogelijk aandeel detacheringen/Begeleid Werken.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
39/70
2.12.4
Organisatie
Organisatorisch is Caparis opgebouwd uit drie werkleerbedrijven, één arbeidsontwikkelbedrijf en een centrale staf. O&I, het arbeidsontwikkelbedrijf, werkt voor de eigen Sw-medewerkers maar ook voor andere doelgroepen zoals WWB’ers. Voor de andere doelgroepen zijn, samen met de aangesloten gemeenten, specifieke trajecten ontwikkeld. De vier bedrijfsonderdelen kennen de volgende activiteiten:
O&I Arbeidsontwikkelbedrijf Schakelafdeling
INDUSTRIE
GROENSERVICE
Beschut Binnen
Beschut Buiten
DETA/BW/BUSINESS POST/Schoonmaak Detachering/Begeleid werken
Montage
Groenservice Overheid
Groeps-/flexdetachering
MultiPack
Groenservice Profit
Detachering
FoodPack
Groenservice Detachering
Begeleid Werken
Grafisch Centrum
Kwekerij (beschut binnen)
Business Post
Rijwielen
2.12.5
Schoonmaak
Samenstelling Raad van Commissarissen en directie 2013
De Raad van Commissarissen wordt gevormd door: • • • • •
Dhr. R. Veenstra Dhr. J. Spoelstra Dhr. R. Glas Dhr. H. van der Veen Mw. T. Huizinga - Heringa
-
voorzitter auditcommissie auditcommissie remuneratiecommissie remuneratiecommissie
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
40/70
De samenstelling van het directieteam van Caparis is als volgt: • • • • •
Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr.
* ** *** ****
P.C. Glas W.A. de Vreeze B. de Sain T. Sinnema K. Weissenbach
-
algemeen directeur* algemeen directeur** directeur Groenservice a.i.*** coördinerend manager**** concerncontroller
tot 1 november 2013 werkzaam als directeur Deta/BW/Post/Schoonmaak met ingang van 1 november 2013 werkzaam als algemeen directeur met ingang van 1 mei 2013 niet meer werkzaam als algemeen directeur met ingang van 1 november 2013 niet meer werkzaam als directeur Groenservice met ingang van 1 november 2013 lid van het directieteam
De algemeen directeur van Caparis is als statutair bestuurder eindverantwoordelijk voor de gehele bedrijfsvoering van Caparis.
Namens het directieteam van Caparis
P.C. Glas Algemeen directeur
Drachten, 24 april 2014
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
41/70
3
Jaarrekening
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
42/70
3.1 Balans per 31 december 2013 (na resultaatbestemming)
(x €1.000)
Ref.
2013
2012
ACTIVA Vaste Activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
A B
14.781 76
16.108 90 14.857
Vlottende activa Voorraden Vorderingen Liquide Middelen
C D E
519 4.085 591
16.198
479 5.154 1.930 5.195 20.052
Totaal
7.563 23.761
Passiva Eigen vermogen Geplaatst kapitaal Agioreserve Overige reserves
F G H
45 11.143 -9.847
45 11.143 -11.128 1.341
Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden
I J K
1.903 10.267 6.541
Totaal
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
60 1.598 10.464 11.639
18.711 20.052
23.701 23.761
43/70
3.2 Winst- en verliesrekening
(x €1.000)
2013
Ref.
Netto omzet Wijzigingen in voorraden gereed product en onderhanden werk
M
Overige bedrijfsopbrengsten
N
2012
21.054
20.793
27
-128
4.904
61.341
Som der bedrijfsopbrengsten
25.985
Kosten van grond- en hulpstoffen Kosten uitbesteed werk en andere externe kosten
82.006
2.577
2.806
803
984
Lonen, salarissen en sociale lasten
O
9.610
69.645
Afschrijving op materiële activa
P
1.445
1.629
Overige bedrijfskosten
Q
9.956
11.640
Som der bedrijfslasten
Bedrijfsresultaat Financiële baten en lasten
R
Resultaat uit gewone bedrijfsvoering
24.391
86.704
1.594
-4.698
-313
-333
1.281
-5.031
Het hierboven gepresenteerde resultaat uit gewone bedrijfsvoering is voor het jaar 2012 samengesteld uit een bedrijfsresultaat van € 59.000 positief en een niet door Caparis beïnvloedbaar subsidieresultaat van € 5.090.000 negatief. Met ingang van 2013 wordt het subsidieresultaat (Rijksbijdrage minus loonkosten Sw, vervoerskosten Sw en overige CAO-gerelateerde kosten van Sw-personeel) niet meer in de jaarrekening van Caparis NV verantwoord, maar wordt het subsidieresultaat in de jaarrekening van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale werkvoorziening ‘Fryslân’ tot uitdrukking gebracht en gefinancierd door bijdragen van de gemeenten.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
44/70
3.3 Kasstroomoverzicht Volgens de indirecte methode
(x € 1.000)
Bedrijfsresultaat Aanpassingen voor: — Afschrijvingen — Voorzieningen — Veranderingen in werkkapitaal: Handelsvorderingen Voorraden Handelscrediteuren Overige veranderingen
Investeringen in materiële vaste activa Desinvesteringen in materiële vaste activa Investeringen in financiële activa Desinvesteringen van financiële activa Kasstroom uit investeringsactiviteiten Agiostoring Mutatie kasgeldlening Afgesloten langlopende leningen Aflossing van langlopende schulden
2012
1.594
-4.698
1.445 305
1.629 124
376 -40 -114 -971
Kasstroom uit bedrijfsoperaties Ontvangen rente Betaalde rente Rente per saldo Kasstroom uit operationele activiteiten
2013
-702 29 193 468 -749
-12
2.595
-2.957
2 -315
2 -335 -313
-333
2.282
-3.290
-161
-265
43 -5
79 -1
19
24 -104
-163
0 -3.500 1.800
9.086 -5.500 3.000
-1.817
-1.967
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Netto kasstroom
-3.517 -1.339
4.619 1.166
Liquide middelen begin boekjaar Liquide middelen einde boekjaar Mutatie geldmiddelen
1.930 591 -1.339
764 1.930 1.166
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
45/70
3.4 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Activiteiten In de statuten van Caparis NV zijn de primaire doelstellingen als volgt vastgelegd: • •
In het kader van de Wsw aangepaste arbeid te bieden aan Sw-medewerkers. Het initiëren, creëren, organiseren en uitvoeren van werk en het bevorderen van de arbeidsmarkt voor met name diegenen die de toetreding tot de arbeidsmarkt worden belemmerd.
De vennootschap is statutair gevestigd te Drachten. Het vestigingsadres is Ampèrelaan 2, 9207 AM te Drachten.
Grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening In de jaarrekening van Caparis NV zijn de financiële gegevens verwerkt met toepassing van de grondslagen voor de waardering en resultaatbepaling van Burgerlijk Wetboek 2, titel 9. De jaarrekening is opgesteld in duizenden euro’s, tenzij ander vermeld. De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde. Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Winsten worden slechts genomen voor zover zij op de balansdatum zijn gerealiseerd. Verplichtingen en mogelijke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Caparis NV werkt samen met Stichting voor Vakbekwaamheid Meteos Friesland. Op grond van artikel 407 lid 1a BW 2 is consolidatie achterwege gebleven. De Stichting voor Vakbekwaamheid Meteos Friesland is statutair gevestigd te Drachten en heeft geen aandelenkapitaal.
Continuïteit De Participatiewet wordt met ingang van 1 januari 2015 ingevoerd. Als gevolg van hiervan zal de Wsw, zoals we die nu kennen, komen te vervallen. Met ingang van 1 januari 2015 zal er geen instroom in de Wsw meer gaan plaatsvinden. De huidige Sw-medewerkers, met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, houden hun rechten en plichten. De Participatiewet zal ook gevolgen hebben voor de toekomstige opdracht van Caparis; de mate waarin is echter op dit moment nog niet duidelijk. Derhalve is sprake van een onzekerheid ten aanzien van de continuïteit op de middellange en/of lange termijn. Caparis en de aangesloten gemeente zijn samen in gesprek om te zoeken naar oplossingen om het sociale domein betaalbaar te houden. Op dit moment zijn er nog geen concrete plannen.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
46/70
Vermogenspositie Het eigen vermogen van Caparis bedraagt eind 2013 € 1.341.000 positief (eind 2012: € 60.000 positief). Het weerstandsvermogen van Caparis is in 2013 toegenomen met € 1.281.000. Dit betekent dat Caparis op dit moment een beperkt weerstandsvermogen heeft voor toekomstige tegenvallers. De vastgestelde begroting 2014 voorziet in een bedrijfsresultaat van € 930.000 positief en in een positieve operationele kasstroom. Doelstelling van Caparis is om structureel een positief bedrijfsresultaat te realiseren. Caparis heeft de afgelopen jaren inmiddels een stijgende lijn in het operationeel bedrijfsresultaat laten zien en heeft er vertrouwen in dat, op basis van de huidige plannen, deze trend kan worden voortgezet. Liquiditeitspositie Naast de beoordeling van de vermogenspositie is op korte termijn ook de liquiditeitspositie van belang voor het voorbestaan van Caparis. Voor de financiering van de NV zijn bij de oprichting afspraken gemaakt met de GR Sw ‘Fryslân’. In december 2012 zijn deze aangevuld met afspraken inzake de verantwoordelijkheid van het subsidieresultaat. Met ingang van 2013 komt het subsidieresultaat niet meer ten laste van de exploitatie van Caparis. Dit betekent dat de financieringsbehoefte van Caparis significant daalt. Op basis van de nu beschikbare informatie en beleidsvoornemens zullen tot in ieder geval medio 2015 de financieringsverhoudingen binnen de gemaakte afspraken blijven en kan Caparis in haar liquiditeitsbehoefte voorzien. In de financieringsovereenkomst met de GR is een plafond opgenomen voor de maximale leencapaciteit van Caparis. De maximale leencapaciteit van Caparis bedraagt 130% van de vaste activa. Per 31 december 2013 heeft Caparis voor 90% (ultimo 2012: 104%) aan leningen opgenomen. Caparis verwacht in tot in ieder geval medio 2015 binnen de maximale leencapaciteit van de GR te blijven.
Financiële instrumenten Onder financiële instrumenten worden zowel primaire financiële instrumenten, zoals vorderingen en schulden, als financiële derivaten verstaan. In de toelichting op de onderscheiden posten van de balans wordt de reële waarde van het betreffende instrument toegelicht als die afwijkt van de boekwaarde. Indien het financiële instrument niet in de balans is opgenomen wordt de informatie over de reële waarde gegeven in de toelichting op de “Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen”. Voor de grondslagen van primaire financiële instrumenten wordt verwezen naar de behandeling per balanspost. Financiële instrumenten, anders dan vorderingen en schulden, worden door Caparis slechts gebruikt ter afdekking van onderliggende transacties. Het beleid is erop gericht de gevolgen van renteschommelingen te beperken. Het renterisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen in de marktrente. Het renterisicobeleid is gericht op het minimaliseren van dit renterisico waaraan de activiteiten worden blootgesteld door renteschommelingen. De onderneming kan renteswaps gebruiken voor het beperken van dit renterisico. De hieraan verbonden kosten zijn verwerkt onder de rentelasten.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
47/70
Grondslagen voor de waardering van activa en passiva Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd op de verkrijgingsprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs, rekening houdend met een mogelijke restwaarde. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikname. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Voor kosten van periodiek groot onderhoud wordt een voorziening gevormd. Deze voorziening is opgenomen onder de voorzieningen aan de passivazijde van de balans. Financiële vaste activa Vorderingen en ledenkapitaal worden opgenomen tegen nominale waarde, onder aftrek van de noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico van oninbaarheid. Deze voorzieningen worden bepaald op basis van individuele beoordeling van de vorderingen. Voorraden Voorraden grond- en hulpstoffen Voorraden grond- en hulpstoffen zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijzen. Voor zover noodzakelijk wordt een voorziening wegens incourantheid in mindering gebracht. De waardering van de voorraden grond- en hulpstoffen komt tot stand op basis van FiFo methodiek (First in, First out). Onderhanden werk, halffabricaat en gereed product Het onderhanden werk, halffabricaat en de voorraden gereed product worden gewaardeerd tegen vervaardigingsprijs of lagere netto-opbrengstwaarde. Deze lagere netto-opbrengstwaarde wordt bepaald door individuele beoordeling van de voorraden. De vervaardigingsprijs omvat het directe materiaalverbruik, de directe loon- en machinekosten en de overige kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend, en een opslag voor indirecte fabricagekosten. De netto-opbrengstwaarde is gebaseerd op een verwachte verkoopprijs, onder aftrek van nog te maken kosten voor voltooiing en verkoop. Onderhanden projecten De onderhanden projecten in opdracht van derden worden gewaardeerd tegen de gerealiseerde projectkosten vermeerderd met de toegerekende winst en verminderd met verwerkte verliezen en gedeclareerde termijnen. Indien het resultaat op onderhanden projecten niet op betrouwbare wijze kan worden ingeschat, wordt geen winst toegerekend. De projectkosten omvatten de direct op het project betrekking hebbende kosten, de kosten die toerekenbaar zijn aan projectactiviteiten in het algemeen en toewijsbaar zijn aan het project en andere kosten die contractueel aan de opdrachtgever kunnen worden toegerekend. In de onderhanden projecten zijn tevens begrepen de uit projectontwikkeling voortkomende projecten indien en voor zover voor eenheden van het project voor of tijdens de constructie een onvoorwaardelijke verkoopovereenkomst is afgesloten. Projectopbrengsten en projectkosten uit hoofde van de onderhanden projecten worden als opbrengsten en kosten verwerkt in de winst-en-verliesrekening naar
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
48/70
rato van de verrichte prestaties op balansdatum. De mate waarin de prestaties zijn verricht, is bepaald op basis van de tot de balansdatum gemaakte projectkosten in verhouding tot de geschatte totale projectkosten. Vorderingen De vorderingen worden opgenomen tegen nominale waarde, onder aftrek van de noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico van oninbaarheid. Deze voorzieningen worden bepaald op basis van individuele beoordeling van de vorderingen. Voorzieningen Voorzieningen worden opgenomen indien op balansdatum waarschijnlijk is of vaststaat dat er toekomstige verplichtingen zijn die hun oorsprong hebben voor het einde van het boekjaar. Voorzieningen worden alleen opgenomen indien de omvang redelijkerwijs in te schatten is. De opgenomen verplichting is de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de desbetreffende verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. Personeelsuitkeringen Deze voorziening betreft toekomstige uitkeringen aan ambtelijk personeel in verband met wachtgeld en FPU-gemeenten. Groot onderhoud De voorziening ter gelijkmatige verdeling van onderhoudslasten gebouwen wordt bepaald op basis van te verwachten kosten over een reeks van jaren. De voorziening wordt lineair opgebouwd. Het uitgevoerde onderhoud wordt ten laste van deze voorziening gebracht. Groot onderhoud heeft betrekking op het planmatig onderhoud aan gebouwen en is bedoeld om schommelingen in de uitgaven op te vangen. Spaarcontracten Op verzoek van betrokkene kon in het verleden een deel van de compensatieuren van het ambtelijk personeel in een spaarcontract worden opgenomen. Indien een medewerker hiervan gebruik heeft gemaakt, dan wordt een reservering gevormd. Jubileumuitkeringen Op basis van de personeelsregelingen, hebben kadermedewerkers recht op een eenmalige uitkering bij een 12,5-, 25- en 40-jarig dienstverband. De voorziening voor jubileumuitkeringen heeft betrekking op de jaarlijkse reservering voor de toekomstige jubileumuitkeringen. De voorziening is voor de contante waarde opgenomen. Individueel loopbaanbudget (ILB) In de CAO voor de gemeenten is afgesproken dat ambtenaren met ingang van 2013 recht krijgen op een ILB. Het instrument van de ILB wordt ingezet om de inzetbaarheid en mobiliteit van ambtenaren te vergroten. De afspraak inzake het ILB geldt voor de periode 2013 tot en met 2015.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
49/70
Verlieslatende contracten De voorziening voor verlieslatende contracten is een voorziening voor huurcontracten waarin de onvermijdbare kosten om aan de contractuele verplichtingen te voldoen, de verwachte voordelen uit de overeenkomst overtreffen. Deze voorziening wordt gevormd voor huurlocaties waarin geen of onvoldoende activiteiten worden ontplooid. De opgenomen verplichting is de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de desbetreffende verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. Voorziening voor opruimen van aanwezige milieuvervuiling De voorziening voor het opruimen van aanwezige milieuvervuiling dient ter dekking van de kosten van bodemsanering van (voormalige) huurlocaties. De voorziening wordt alleen gevormd indien het bedrag waarvoor de verplichting kan worden afgewikkeld met voldoende mate van betrouwbaarheid kan worden vastgesteld. In de voorziening wordt tevens een reservering meegenomen voor begeleidingskosten en mogelijke boetes, mits deze met voldoende mate van betrouwbaarheid kunnen worden vastgesteld. Reorganisatievoorziening De reorganisatievoorziening is opgenomen ter dekking van de re-integratie- en outplacementkosten van de reorganisatie van het bedrijfsonderdeel Ontwikkeling & Integratie. Tevens is in de voorziening een reservering opgenomen voor verplichting tot doorbetaling van de loonkosten, gedurende de reintegratieperiode, van de betreffende medewerkers. Pensioenen Caparis is voor haar pensioenregeling aangesloten bij het bedrijfstakpensioenfonds ABP. De pensioenregeling wordt gefinancierd door afdrachten aan het ABP. De pensioenverplichtingen uit deze regeling worden gewaardeerd volgens de ‘verplichting aan de pensioenuitvoerder benadering’. In deze benadering wordt de aan de pensioenuitvoerder te betalen premie als last in de winst- en verliesrekening verantwoord. Aan de hand van de uitvoeringsovereenkomst wordt beoordeeld of en zo ja welke verplichtingen naast de betaling van de jaarlijkse aan de pensioenuitvoerder verschuldigde premie op balansdatum bestaan. Deze additionele verplichtingen, waar onder eventuele verplichtingen uit herstelplannen van de pensioenuitvoerder, leiden tot lasten voor de vennootschap en worden in de balans opgenomen in een voorziening. De waardering van de verplichting is de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om deze per balansdatum af te wikkelen. Indien het effect van de tijdswaarde van geld materieel is, wordt de verplichting gewaardeerd tegen de contante waarde. Discontering vindt plaats op basis van rentetarieven van hoogwaardige ondernemingsobligaties. Toevoegingen aan en vrijval van de verplichtingen komen ten laste respectievelijk ten gunste van de winst- en verliesrekening. Een pensioenvordering wordt in de balans opgenomen wanneer Caparis beschikkingsmacht heeft over de pensioenvordering, wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen die de pensioenvordering in zich bergt zullen toekomen aan de vennootschap, en wanneer de pensioenvordering betrouwbaar kan worden vastgesteld. Ultimo 2013 (en 2012) waren er voor
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
50/70
Caparis geen pensioenvorderingen en geen -verplichtingen naast de betaling van de jaarlijkse aan de pensioenuitvoerder verschuldigde premie.
Grondslagen voor de bepaling van het resultaat Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Winsten worden slechts genomen voor zover zij op de balansdatum zijn gerealiseerd. Netto-omzet Onder netto-omzet wordt verstaan de opbrengst van de in het verslagjaar geleverde goederen en verleende diensten onder aftrek van kortingen en de over de omzet geheven belastingen. Opbrengsten voortvloeiend uit de verkoop van goederen worden verantwoord op het moment dat alle belangrijke rechten op economische voordelen alsmede alle belangrijke risico’s zijn overgegaan op de koper. De kostprijs van deze goederen wordt aan dezelfde periode toegerekend. Opbrengsten van diensten worden opgenomen naar rato van de mate waarin de diensten zijn verricht, gebaseerd op de tot balansdatum in het kader van de dienstverlening gemaakte kosten in verhouding tot de geschatte kosten van de totaal te verrichten dienstverlening. De kostprijs van deze diensten wordt aan dezelfde periode toegerekend. Opbrengst Begeleid Werken De opbrengst Begeleid Werken wordt bepaald op basis van het gerealiseerd aantal plaatsingen in Se’s vermenigvuldigd met de van toepassing zijnde Rijksbijdrage. De Begeleid Werken wordt als opbrengst verantwoord indien op basis van beschikkingen of andere uitingen van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zeker is dat de bonus zal worden ontvangen. Belastingen Op basis van artikel 2 lid 7 Wet Vennootschapsbelasting heeft de inspecteur van de Belastingdienst Caparis vrijstelling verleend voor de vennootschapsbelasting.
Grondslagen voor het kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht wordt opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit liquide middelen. Ontvangen interest en betaalde interest worden opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. Betaalde dividenden worden opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Transacties waarbij geen ruil van geldmiddelen plaatsvindt worden niet in het kasstroomoverzicht opgenomen. De betaling van de leasetermijnen uit hoofde van het financiële leasecontract wordt voor het gedeelte dat betrekking heeft op de aflossing als een uitgave uit financieringsactiviteiten aangemerkt en voor het gedeelte dat betrekking heeft op de interest als een uitgave uit operationele activiteiten.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
51/70
3.5 Toelichting op de balans A. Materiële vaste activa (x € 1.000)
Gebouwen
Machines
Overige
In
en
en
vaste
uit-
terreinen
installaties bedrijfsmiddelen
Aanschafwaarde 1-1 Cumulatieve afschr. Boekwaarde 1-1
20.069
15.013
7.981
12.063
12.088
2.950
6.942
Lease
Totaal
voering 0
55
42.079
5.872
0
55
25.971
1.070
0
0
16.108
Bij: investeringen
30
66
18
47
0
161
Af: afschrijvingen
524
580
341
0
0
1.445
Af: desinvesteringen
0
5
38
0
0
43
Boekwaarde 31-12
11.594
2.431
709
47
0
14.781
20.099
14.866
6.707
47
55
41.773
Aanschafwaarde 31-12 Cumulatieve afschr. Boekwaarde 31-12 Afschrijvingspercentage
8.505
12.435
5.998
0
55
26.992
11.594
2.431
709
47
0
14.781
0% en
5 - 33%
10 - 20%
0%
10%
2,5 - 5%
De activa in uitvoering heeft betrekking op overlopende investeringen in 2013 die in 2014 worden voltooid. Voor deze investeringen zijn al wel facturen ontvangen. Per ultimo 2012 zijn er geen activa in uitvoering.
B. Financiële vaste activa (x € 1.000)
Ledenkapitaal
Boekwaarde 1-1 Bij: Bijstorting/bijschrijving Af: Ontvangst Af: Aflossingen komend jaar Boekwaarde 31-12
66 5 14 0 57
Overige vorderingen 24 0 0 5 19
Totaal
90 5 14 5 76
Aflossingsverplichtingen binnen 12 maanden na afloop van het boekjaar zijn niet begrepen in de hierboven genoemde bedragen, maar opgenomen onder vorderingen op korte termijn.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
52/70
C. Voorraden Voorraden (x € 1.000)
Grond- en hulpstoffen Onderhanden werk/halffabricaat Gereed product
2013
2012
356 142 21
313 128 38
519
479
D. Vorderingen Vorderingen (x € 1.000)
Handelsdebiteuren Af: Voorziening dubieuze debiteuren Overige vorderingen Overlopende activa
2013
2012
3.975 135 3.840 116 129
4.432 216 4.216 780 158
4.085
5.154
Op balansdatum zijn onder de vorderingen begrepen vorderingen op aandeelhouders voor een bedrag van € 938.000 (2012: € 903.000). De vorderingen op de handelsdebiteuren zijn gedaald ten opzichte van eind 2012. De daling wordt veroorzaakt door het verder aanscherpen van de procedures inzake het debiteurenbeheer. De voorziening dubieuze debiteuren is gedaald doordat in 2013 het faillissement van een grote klant definitief is afgewikkeld en de openstaande vordering definitief afgeboekt kon worden tegen de opgenomen voorziening. In de overige vorderingen is een vordering van € 45.000 opgenomen betreffende de eenmalige compensatie van het Rijk voor de hogere premies WAO/WIA. De overige vorderingen zijn gedaald ten opzichte van 2012. In 2012 was in de vordering van € 780.000 een bedrag van € 471.000 opgenomen voor de bonus Begeleid Werken 2010. De vordering bonus Begeleid Werken 2011 is in 2013 opgenomen in de rekening-courantverhouding met de GR (opgenomen onder de overige schulden). In de post overlopende activa zijn ultimo 2013 en 2012 de vooruitbetaalde kosten voor 2014 respectievelijk 2013 opgenomen.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
53/70
E. Liquide middelen Liquide middelen (x € 1.000)
Saldi banken Saldi kassen Overlopende saldi
2013
2012
585 6 0
1.917 13 0
591
1.930
Caparis NV kan vrij over de liquide middelen beschikken. Eventuele tijdelijke overtollige middelen, welke kortdurend op deposito worden gezet, zijn direct opvraagbaar.
Eigen vermogen Eigen vermogen (x € 1.000)
Geplaatst kapitaal
Agioreserve
Overige reserves
Totaal
45 0 45
11.143 0 11.143
-11.128 1.281 -9.847
60 1.281 1.341
Stand per 1 januari Toevoeging resultaat 2013 Stand per 31 december
F. Geplaatst kapitaal Het geplaatste kapitaal van de vennootschap bedraagt € 45.000, bestaande uit 45.000 aandelen van nominaal € 1,-. Het geplaatst kapitaal is gedurende dit boekjaar niet gewijzigd. G. Agioreserve De agioreserve betreft in het verleden door de aandeelhouders uitgevoerde agiostortingen ter financiering van de exploitatietekorten van Caparis. H. Overige reserves De overige reserves betreft de cumulatieve exploitatieresultaten van de afgelopen jaren. Deze exploitatieresultaten zijn, voor zover er sprake was van exploitatietekorten, tot en met 2012 door de aandeelhouders middels agiostortingen gefinancierd. Door het positieve resultaat in 2013, zijn de negatieve overige reserves per 31 december 2013 gereduceerd.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
54/70
I. Voorzieningen (x € 1.000)
Boekwaarde 1-1 Bij: dotaties Af: onttrekkingen Af: vrijval Boekwaarde 31-12
Groot Persoonderneelshoud uitkeringen
208 91 25 0 274
1.009 150 284 12 863
Spaarcon- Overige Totaal tracten / voorziejubileaningen uitkeringen 124 65 21 0 168
257 534 131 62 598
1.598 840 461 74 1.903
Groot onderhoud In 2013 is voor onderhoud aan het schilderwerk € 25.000 onttrokken aan de voorziening groot onderhoud (2012: geen onttrekkingen). Van de stand per ultimo 2013 heeft € 244.000 naar verwachting betrekking op een periode langer dan 1 jaar. Personeelsuitkeringen Ambtelijk personeel dat gebruik maakt van de FPU (flexibele pensionering) heeft recht op een uitkering op grond van de FPU-gemeenten. Deze uitkeringen komen ten laste van de werkgever. Daarnaast maken een aantal personeelsleden gebruik van regelingen voor afvloeiing, zoals overeengekomen in het verleden en worden – in voorkomende gevallen - wachtgeld of inkomsten van derden aangevuld. Van deze voorziening moet op 31 december 2013 € 587.000 (2012: € 721.000) als langlopend worden beschouwd. Spaarcontracten Voor kader (ambtelijk) personeel was er de mogelijkheid om een deel van het verlof te sparen. Voor het kaderpersoneel worden geen nieuwe spaarcontracten meer afgesloten. De financiële waardering van het spaarverlof is gelijk aan die van het gewone verlof. Jubileumuitkeringen Op basis van de personeelsregelingen hebben kadermedewerkers recht op een eenmalige uitkering bij een 12,5, 25- en 40-jarig dienstverband. De voorziening voor jubileumuitkeringen heeft betrekking op de jaarlijkse reservering voor de toekomstige jubileumuitkeringen. Van deze voorziening moet op 31 december 2013 € 149.000 als langlopend worden beschouwd.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
55/70
Overige voorzieningen De overige voorzieningen kunnen als volgt worden gespecificeerd: (x € 1.000)
Boekwaarde 1-1 Bij: dotaties Af: onttrekkingen Af: vrijval Boekwaarde 31-12
ReorVerliesganilatende satie contracten 0 400 0 0 400
257 5 131 62 69
Opruimen milieuvervuiling 0 125 0 0 125
ILB Totaal
0 3 0 0 3
257 533 131 62 598
Reorganisatievoorziening De reorganisatievoorziening is opgenomen ter dekking van de re-integratie- en outplacementkosten van de reorganisatie van het bedrijfsonderdeel Ontwikkeling & Integratie. Tevens is in de voorziening een reservering opgenomen voor verplichting tot doorbetaling van de loonkosten, gedurende de reintegratieperiode, van de betreffende medewerkers. Van deze voorziening moet ultimo 2013 € 250.000 als langlopend worden beschouwd. Verlieslatende contracten De voorziening voor verlieslatende contracten is een voorziening voor huurcontracten waarin de onvermijdbare kosten om aan de contractuele verplichtingen te voldoen, de verwachte voordelen uit de overeenkomst overtreffen. Deze voorziening wordt gevormd voor huurlocaties waarin geen of onvoldoende activiteiten worden ontplooid. De opgenomen verplichting is de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de desbetreffende verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. Deze voorziening dient geheel als kortlopend worden beschouwd. Voorziening voor opruimen van aanwezige milieuvervuiling De voorziening voor het opruimen van aanwezige milieuvervuiling dient ter dekking van de kosten van bodemsanering van (voormalige) huurlocaties. De voorziening wordt alleen gevormd indien het bedrag waarvoor de verplichting kan worden afgewikkeld met voldoende mate van betrouwbaarheid kan worden vastgesteld. In de voorziening wordt tevens een reservering meegenomen voor begeleidingskosten en mogelijke boetes, mits deze met voldoende mate van betrouwbaarheid kunnen worden vastgesteld. Deze voorziening dient geheel als kortlopend worden beschouwd. Individueel loopbaanbudget (ILB) In de CAO voor de gemeenten is afgesproken dat ambtenaren met ingang van 2013 recht krijgen op een ILB. Het instrument van de ILB wordt ingezet om de inzetbaarheid en mobiliteit van ambtenaren te vergroten. De afspraak inzake het ILB geldt voor de periode 2013 tot en met 2015. Deze voorziening dient geheel als langlopend worden beschouwd.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
56/70
J. Langlopende schulden Langlopende schulden (x € 1.000)
Onderhandse geldleningen - Looptijd korter dan 5 jaren - Looptijd langer dan 5 jaren
Rentevoet
2013
2012
1.618 8.649
2.636 7.828
10.267
10.464
2,56%
2,86%
Aflossingsverplichtingen binnen 12 maanden na afloop van het boekjaar zijn niet begrepen in de hierboven genoemde bedragen, maar opgenomen onder de schulden op korte termijn. De leningen worden verstrekt via de GR Sw 'Fryslân' en als zekerheidsstelling wordt (vanaf begin 2007) een hypotheek en een akte van pandrecht gegeven voor resp. de gebouwen en de roerende goederen (inventaris, machines en voorraden). De onderhandse geldleningen bestaan op 31 december 2013 voor een bedrag van € 5.128.000 (2012: € 5.627.000) uit zogenaamde roll-over leningen.
K. Kortlopende schulden (x € 1.000)
Aflossing lening komend jaar Kortlopende leningen Schulden aan leveranciers Belastingen en premies sociale verzekeringen Pensioenpremies Overige schulden Overlopende passiva
2013
2012
1.997 1.000 978
1.817 4.500 1.092
539 53 363 1.611
2.382 129 262 1.457
6.541
11.639
De schuld kortlopende leningen was eind 2013 € 1.000.000 (2012: € 4.500.000), dit betreft een kasgeldlening. Deze lening wordt, evenals de langlopende leningen, verstrekt via de GR Sw 'Fryslân'. De schulden aan leveranciers bestaat voor een bedrag van € 6.000 uit schulden aan aandeelhouders (2012: € 6.000). De overige schulden en overlopende passiva bestaan voor een bedrag van € 102.000 aan schulden aan aandeelhouders (2012: € 319.000). Daarnaast is hier een bedrag van € 361.000 opgenomen als rekening courant schuld aan de GR (2012: € 6.000). Onder de overlopende passiva is een bedrag van € 119.000 (2012: € 96.000) opgenomen aan onderhanden projecten.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
57/70
L. Niet uit de balans blijkende verplichtingen (x € 1)
Omschrijving Huur panden Leaseauto’s Overig Totaal
< 1 jaar 152.103 363.739 334.036 849.879
Verplichting 1 -5 jaar 5 < jaar 9.322 771.534 18.344 397.088 1.177.944 18.344
Totaal 161.425 1.153.617 731.124 2.046.166
De huur van panden betreft met derden aangegane huurverplichtingen van onroerende zaken. Alle lopende contracten hebben een resterende looptijd van korter dan 5 jaren. Voor 93 auto's is door Caparis een operationele leaseverplichting aangegaan. De overige niet uit de balans blijkende verplichtingen betreft: •
•
•
•
•
•
•
•
Met Sportclub Heerenveen zijn meerjarige sponsorafspraken gemaakt. Deze afspraken lopen tot en met seizoen 2016-2017. De resterende financiële verplichtingen bedragen € 364.000 waarvan € 93.000 betrekking heeft op 2014. Bij de afspraken geldt een wederkerigheid, namelijk dat Sportclub Heerenveen opdrachten voor schoonmaakwerkzaamheden en Business Post door Caparis laat uitvoeren. Met Sportclub Cambuur is een sponsorafspraak gemaakt. Deze afspraak loopt af in het seizoen 2013-2014. De resterende financiële verplichting voor 2014 bedraagt € 13.000. Bij de afspraak geldt een wederkerigheid, namelijk dat Caparis enkele Sw-medewerkers kan detacheren bij Sportclub Cambuur. Met een leverancier zijn meerjarige huurverplichtingen aangegaan voor copiers. De resterende contractperiode is korter dan 5 jaren. De totale resterende verplichting bedraagt € 53.000 waarvan € 15.000 betrekking heeft op 2014. Caparis maakt voor het testen van Sw-medewerkers en trajectdeelnemers gebruik van een externe meetmethodiek. Hiervoor is een licentieovereenkomst afgesloten die loopt tot en met 31 maart 2015. De resterende licentieverplichting bedraagt € 62.000 waarvan € 50.000 betrekking heeft op 2014. Caparis heeft met Sportstad Heerenveen een samenwerkingsovereenkomst gesloten voor het project “Caparis in Beweging”. Het contract loopt tot en met 31 maart 2015. De resterende financiële verplichting bedraagt € 162.000 waarvan een bedrag van € 130.000 betrekking heeft op 2014. Caparis heeft met de Stichting Verkiezing Friese Onderneming een sponsorovereenkomst afgesloten. Het contract loopt tot en met 2015. De resterende financiële verplichting bedraagt € 20.000 waarvan een bedrag van € 10.000 betrekking heeft op 2014. Met een leverancier zijn meerjarige huurverplichtingen aangegaan voor copiers en machines voor het Grafisch Centrum. De resterende contractperiode is korter dan 5 jaren. De totale resterende verplichting bedraagt € 57.000 waarvan € 23.000 betrekking heeft op 2014. Caparis heeft ten behoeve van derden voor een bedrag van € 13.000 aan garanties afgegeven.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
58/70
In 2012 zijn via de GR Sw 'Fryslân' twee renteswaps afgesloten. Middels deze renteswaps wordt de variabele rente op twee roll-over leningen gefixeerd naar een vaste rente. Hiermee wordt het renterisico op de betreffende leningen afgedekt. De afgesloten renteswaps hebben een directe hedgerelatie met de twee onderliggende roll-over leningen. De renteswaps zijn derhalve niet speculatief van aard. Zolang Caparis en de GR Sw 'Fryslân' aan haar financiële verplichtingen voldoen, is er geen sprake van doen van extra financiële stortingen in geval de renteswaps een negatieve marktwaarde hebben. De renteswaps hebben per 31 december 2013 een negatieve marktwaarde van € 153.000 (2012: € 247.000 negatief). Gedurende de looptijd van de renteswaps zal de marktwaarde nihil worden. In de balans zijn geen personele verplichtingen (waaronder vakantiegeld en jubilea) opgenomen voor het personeel met een dienstverband in het kader van de Wet sociale werkvoorziening van Caparis. De dienstverbanden van deze medewerkers zijn aangegaan met de GR Sw 'Fryslân', de verplichtingen gelden dan ook in eerste instantie voor de GR. Voor kadermedewerkers in dienst van, of welke door de GR Sw 'Fryslân' zijn gedetacheerd aan, Caparis NV zijn wel personele verplichtingen opgenomen.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
59/70
3.6 Toelichting op de winst- en verliesrekening M. Netto omzet (x € 1.000)
Netto omzet
2013
2012
21.054
20.793
In vergelijking met 2012 is er sprake van een stijging van de netto omzet (1,3%). Wij verwijzen u verder naar het jaarverslag waarin de ontwikkeling van de verschillende bedrijfsactiviteiten verder wordt toegelicht. N. Overige bedrijfsopbrengsten Overige bedrijfsopbrengsten (x € 1.000)
Rijksbijdrage Overige
2013
2012
3.690 1.214 4.904
60.304 1.037 61.341
De subsidie Wsw per arbeidsjaar (Se: standaardeenheid) is ten opzichte van 2012 gestegen van € 25.939 naar € 26.103. In de winst- en verliesrekening van 2013 is de afrekening Rijkssubsidie 2012 en de subsidie voor begeleid werken (BW) 2013, welke door GR Sw ‘Fryslân’ van de gemeenten is ontvangen en door de GR is doorbetaald aan Caparis, opgenomen. Over 2013 zijn door Caparis 140 Se arbeidsplaatsen in BW gerealiseerd, de daarvoor ontvangen subsidie bedraagt € 26.103 per Se. De subsidie voor de (gehele) uitvoering van de Wsw wordt met ingang van 2013 separaat verantwoord in de jaarstukken van de GR. Naar de mening van Caparis is aan de subsidievoorwaarden van de gemeenten voldaan. Onder “Overige” zijn in 2013, evenals in 2012, voornamelijk opgenomen de trajectopbrengsten, de verhuuropbrengsten en de bonus voor gerealiseerde BWplaatsingen in 2011. In 2013 is de bonus BW 2011, € 440.000, ontvangen (2012: € 471.000). Hiervan had € 426.000 (2012: € 454.000) betrekking op plaatsingen voor de GR-gemeenten. Het restant heeft betrekking op plaatsingen voor de nietGR-gemeenten.
O. Lonen, salarissen en sociale lasten (x € 1.000)
Lonen en salarissen Pensioen/FPU-premies Sociale lasten Ontvangen ziekengeld/WAO Kosten gepensioneerden
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
2013
2012
7.657 1.128 949 -162 38 9.610
55.735 6.812 8.009 -977 66 69.645
60/70
Onderverdeeld naar: SW-personeel Kaderpersoneel
-69 9.679 9.610
59.804 9.841 69.645
De loonkosten van het SW personeel worden met ingang van 2013 niet meer verantwoord in de jaarrekening van Caparis NV, maar uitsluitend opgenomen in de jaarstukken van de GR. In de winst- en verliesrekening van Caparis zijn in 2013 opgenomen de salariskosten van het kaderpersoneel, in dienst van zowel de GR als de NV. Kaderpersoneel in dienst van de GR wordt, op grond van een detacheringsovereenkomst, gedetacheerd aan Caparis NV. Alle loonkosten van het gedetacheerde kaderpersoneel worden volledig aan Caparis doorbelast. Verder is over 2013 nog een ontvangen bedrag aan ziekengelden voor het SW personeel opgenomen. De bruto salarissen van het kaderpersoneel zijn in absolute zin gedaald met 4,1% ten opzichte van 2012 (bruto salaris 2012: € 7.944.000). Het totale aantal fte’s kaderpersoneel is ten opzichte van 2012 gedaald van 169 fte’s naar 164 fte’s. Dit betreft een daling van 5 fte’s (3,0%). De kosten voor gepensioneerden hebben betrekking op de jaarlijkse indexering van de deelnemers aan de gemeentelijke FPU en de toetreding ultimo 2013 van drie nieuwe deelnemers. Het kunnen toetreden tot deze regeling is beperkt mogelijk (alleen oudere werknemers). De pensioenregeling wordt onder het Nederlandse pensioenstelsel gefinancierd door afdrachten aan het bedrijfstakpensioenfonds ABP. Deelname aan het bedrijfstakpensioenfonds is verplicht gesteld in de collectieve arbeidsovereenkomsten waaronder Caparis valt. De opbouw van de pensioenaanspraken wordt steeds in het betreffende kalenderjaar afgefinancierd door middel van (tenminste) kostendekkende premiebetalingen. De pensioenregeling is een middelloonregeling met – voor zowel actieve als inactieve deelnemers (slapers en gepensioneerden) – voorwaardelijke toeslagverlening. De toeslagverlening is afhankelijk van het beleggingsrendement. De jaarlijkse opbouw van de pensioenaanspraken bij het ABP bedraagt 2,05% van het pensioengevend salaris dat is gebaseerd op het brutoloon minus een franchise (ad € 10.950). De jaarlijkse premie die voor rekening komt van de werkgever bedraagt 17,8% van het pensioengevend salaris. De hoogte van de premie wordt jaarlijks vastgesteld door het bestuur van het bedrijfstakpensioenfonds op basis van de dekkingsgraad en verwachte rendementen. De dekkingsgraad voor het pensioen bij het ABP is eind 2013 105,9% (2012: 96%). Dat is 1,7%-punt boven de minimaal vereiste grens. Middels het verhogen van pensioenpremies en het niet indexeren van de pensioenen probeert het pensioenfonds de dekkingsgraad verder te verbeteren. Op basis van het uitvoeringsreglement heeft Caparis bij een tekort in het fonds geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen anders dan door hogere toekomstige premies.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
61/70
Het gemiddeld aantal werkzame werknemers, berekend op fulltime basis, bedroeg: in fte's
2013
2012
Sw-personeel exclusief Begeleid Werken Regulier kader GR Regulier kader NV
2.054 93 71
2.064 100 69
2.218
2.233
Met ingang van 2013 is de nieuwe Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector (WNT) van toepassing. De WNT stelt een maximum aan de bezoldiging van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector. De WNT kent een openbaarmakingsregime en een maximale bezoldigingsnorm. De maximale bezoldigingsnorm is van toepassing op topfunctionarissen die in dienstbetrekking werkzaam zijn en topfunctionarissen die niet in dienstbetrekking werkzaam zijn (maar worden ingehuurd op basis van een overeenkomst van opdracht), indien zij binnen een periode van 18 maanden meer dan 6 maanden werkzaam zijn voor de (semi-)publieke instelling. De WNT stelt een maximum aan de bezoldiging van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector. De algemene bezoldigingsnorm van de WNT bedraagt na indexering voor 2013: € 228.599. Voor toezichthouders (Raad van Commissarissen) geldt een afzonderlijke norm. De bezoldigingsnorm voor toezichthouders is gesteld op 7,5% en 5% van de toepasselijke norm voor de voorzitter van de Raad van Commissarissen respectievelijk de leden van de Raad van Commissarissen.
Beloning
Door werkgever betaalde sv-premies
Belastbare kostenvergoeding
Voorzieningen betaalbaar op termijn
Beëindigingsuitkeringen
Jaar beëindiging
Motivering
Functie Voorzitter RvC Commissaris Commissaris Commissaris Commissaris Alg. directeur Alg. directeur
Omvang dienstverband
Naam R. Veenstra H.Y. van der Veen J.C. Huizinga-Heringa R. Glas* J. Spoelstra* W.A. de Vreeze** P.C. Glas***
Duur dienstverband
De in 2013 door Caparis verstrekte bezoldiging voor de topfunctionarissen en overige medewerkers van Caparis, valt binnen de normen van de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector. In onderstaande tabel is de bezoldiging van de topfunctionarissen van Caparis weergegeven. De tabel betreft de door de WNT voorgeschreven tabel.
Heel 2013 Heel 2013 Heel 2013 Heel 2013 Heel 2013 Tot 1/5/'13 V.a. 1/5/'13
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1,0 fte 1,0 fte
9.996 8.196 8.196 8.196 8.196 68.180 67.809
775 635 635 n.v.t. n.v.t. n.v.t. 4.684
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 116
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 9.697
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
62/70
De in de tabel opgenomen bedragen voor sociale verzekeringspremies betreft het werkgeversdeel voor de verplichte sociale verzekeringen. De bedragen voor de op termijn betaalbare voorzieningen betreft het werkgeversdeel van de door Caparis betaalde verplichte pensioenpremies. De algemeen directeur bouwt bij het pensioenfonds ABP pensioen op basis van de standaard (middelloon)regeling zoals die ook voor de overige medewerkers van Caparis geldt. Onderstaand zijn nog enkele aanvullende toelichtingen bij door de WNT voorgeschreven tabel opgenomen: *
**
***
Doordat de betreffende commissarissen niet worden verloond maar een factuur voor de vergoeding sturen, vindt door Caparis geen inhouding van premies sociale verzekeringen plaats. Met de voormalig algemeen directeur was een managementcontract afgesloten. De vergoeding werd gefactureerd vanuit zijn vennootschap. In dit overzicht zijn alleen de in 2013 gefactureerde bedragen opgenomen. De heer P.C. Glas is per 1 november 2013 formeel statutair bestuurder van Caparis, maar was de facto met ingang van 1 mei 2013 operationeel verantwoordelijk. In bovenstaand overzicht is derhalve de beloning vanaf 1 mei 2013 opgenomen. De heer Glas was wel heel 2013 in dienst van Caparis.
P. Afschrijving op materiële vaste activa (x € 1.000)
Materiële activa
2013
2012
1.445
1.629
1.445
1.629
2013
2012
1.167 2.097 1.003 2.937 1.894 858 0 9.956
2.153 2.173 1.609 3.102 1.937 785 -119 11.640
124
128
Q. Overige bedrijfskosten (x € 1.000)
Overige personeelskosten Kosten Begeleid Werken Dienstverlening derden Huur/onderhoud/energie Overige algemene kosten Diverse lasten Diverse baten
Aantal fte's Begeleid Werken
De overige personeelskosten dalen ten opzichte van 2012. De daling wordt hoofdzakelijk veroorzaakt doordat de vervoerskosten voor de Sw-medewerkers met ingang van 2013 worden verantwoord in de exploitatie van de GR in plaats van in de exploitatie van Caparis. Daarnaast was in 2012 sprake van een bate als gevolg van een vrijval voor de reservering verlofdagen (lager verlofsaldo). De externe kosten voor Begeleid Werken (doorbetaling subsidie) zijn gedaald door een daling van het aantal gerealiseerde plaatsingen in Begeleid Werken, het
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
63/70
verhoudingsgewijs meer realiseren van plaatsingen in eigen beheer versus plaatsingen via derden en doordat met externe re-integratiebedrijven gunstigere condities zijn afgesproken. De dienstverlening derden is in 2013 gedaald ten opzichte van 2012 doordat op een aantal plaatsen in de organisatie de inhuur van directie, management en kaderpersoneel is afgenomen. De afname wordt enerzijds veroorzaakt door de afronding van enkele projecten en anderzijds door het invullen van de betreffende posities met medewerkers in loondienst. De kosten voor met name de huur zijn in 2013 verder gedaald. Dit komt door het afstoten van enkele huurlocaties. De overige algemene kosten zijn licht gedaald ten opzichte van 2012. Binnen deze kostencategorie is sprake van een verschuiving tussen posten. Zo zijn enerzijds de kosten voor telefonie, ICT, kantoorbenodigdheden, vergaderkosten, abonnementen en contributies gedaald en anderzijds zijn de kosten voor verzekeringen, certificering en advies gestegen. De diverse lasten 2013 hebben vooral betrekking op de reservering voor de kosten van reorganisatie bij het bedrijfsonderdeel O&I en een verwachte bodemsanering als gevolg geconstateerde grondvervuiling bij een voormalige huurlocatie. Daarnaast zijn de kosten opgenomen verband houdend met het vertrek en de ontstane vacature van de voormalig algemeen directeur. In 2012 bestonden de diverse lasten onder andere uit de dotatie aan de voorziening verlieslatende huurcontracten, een naheffing van de fiscus inzake onterecht toepassing van de afdrachtvermindering onderwijs (WVA), afrekening accountantskosten en kosten voor het versneld afstoten van huurlocaties. De in de exploitatie 2013 opgenomen kosten voor Deloitte Accountants BV betreffen de kosten voor onderzoek van de jaarrekening 2013 voor een bedrag van € 51.000 (2012: € 41.000). Daarnaast is Deloitte Belastingadviseurs ingehuurd voor advisering over de BTW-relatie tussen de GR en Caparis. Hiervoor is een bedrag van € 28.000 ten laste van de exploitatie 2013 gekomen (2012: nihil).
R. Financiële baten en lasten (x € 1.000)
Rentelasten Rentebaten
2013
2012
315 2 313
335 2 333
De rentelasten zijn gedaald in 2013. De daling wordt zowel veroorzaakt door het lage renteniveau voor nieuw aangetrokken langlopende financiering in combinatie met per saldo een lager bedrag aan kort- en langlopende leningen.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
64/70
3.7 Toelichting op het kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De kasstromen worden gesplitst naar operationele, investerings- en financieringsactiviteiten. Als liquide middelen worden aangemerkt de aanwezige kasmiddelen en de per saldo direct opeisbare banktegoeden.
Kasstroom uit operationele activiteiten De kasstroom uit operationele activiteiten is sterk verbeterd ten opzichte van 2012. Dit komt omdat Caparis operationeel (bedrijfsvoering) in 2013 een goed jaar heeft gerealiseerd. Daarnaast loopt nu belangrijk deel van de kasstromen, die verband houden met de loonkosten van Sw-medewerkers en de Rijkssubsidie Wsw, met ingang van 2013 niet meer via Caparis maar via de GR.
Kasstroom uit investeringsactiviteiten De investeringsactiviteiten zijn ook in 2013 op een laag niveau gehouden: de bedrijfseconomisch wenselijke investeringsbegroting is zo veel mogelijk beperkt tot de strikt noodzakelijke investeringen. Randvoorwaarde is dat de continuïteit van de bedrijfsvoering niet in gevaar mag komen. Daar waar mogelijk zijn investeringen goedkoper opgelost met tweedehands activa of zijn investeringen uitgesteld door het plegen van extra onderhoud.
Kasstroom uit financieringsactiviteiten De negatieve kasstroom is een gevolg van extra aflossingen op de kasgeldleningen in 2013. Het saldo van de kasgeldleningen is in 2013 gedaald met € 3.500.000 (ultimo 2013: € 1.000.000/ultimo 2012: € 4.500.000). In 2013 heeft Caparis, ter herfinanciering van de bestaande aflossingsverplichtingen, een nieuwe langlopende lening afgesloten voor een bedrag van € 1.800.000. Caparis heeft per 31 december 2013 een totaal bedrag aan opgenomen leningen van € 13.264.000 (2012: € 16.781.000). Dit is 90% van de materiële vaste activa (2012: 104%). Het financieringsplafond van Caparis bedraagt 130%.
Balansmutatie liquide middelen De liquide middelen zijn met € 1.339.000 afgenomen ten opzichte van vorig jaar.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
65/70
3.8 Ondertekening van de jaarrekening Drachten, 22 mei 2014
Directie
Raad van Commissarissen
P.C. Glas
R. Veenstra, voorzitter
J. Spoelstra
R. Glas
H. van der Veen
T. Huizinga - Heringa
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
66/70
Overige gegevens Controleverklaring
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
67/70
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
68/70
Gebeurtenissen na balansdatum Na balansdatum hebben zich geen gebeurtenissen voorgedaan welke nog wezenlijk van invloed zijn op de gepresenteerde cijfers.
Bestemming resultaat Het positieve exploitatieresultaat 2013 van € 1.281.000 is ten gunste van de overige reserves gebracht.
Rechten tot het nemen of verkrijgen van aandelen Behoudens het hierna bepaalde, heeft iedere aandeelhouder bij uitgifte van aandelen een voorkeursrecht naar evenredigheid van het gezamenlijke bedrag van zijn aandelen. Bij uitgifte tegen inbreng anders dan in geld of aan werknemers van de vennootschap of van een groepsmaatschappij heeft geen enkele aandeelhouder een recht van voorkeur.
Statutaire regeling betreffende de bestemming van de winst In artikel 23 van de statuten van de vennootschap staat het volgende opgenomen betreffende de winstbestemming: • •
• • •
• •
•
De winst staat ter beschikking van de Algemene Vergadering met in achtneming van het hierna in lid 2 bepaalde. De vennootschap kan aan de aandeelhouders en andere gerechtigden tot de voor uitkering vatbare winst slechts uitkeringen doen voor zover het eigen vermogen groter is dan het gestorte en opgevraagde deel van het kapitaal vermeerderd met de reserves die krachtens de wet moeten worden aangehouden. Uitkering van winst geschiedt na de vaststelling van de jaarrekening waaruit blijkt dat zij geoorloofd is. Op aandelen wordt geen winst ten behoeve van de vennootschap uitgekeerd. Bij berekening van de winstverdeling tellen de aandelen die de vennootschap in haar eigen kapitaal houdt niet mede, tenzij deze aandelen belast zijn met een vruchtgebruik of daarvan met medewerking van de vennootschap certificaten zijn uitgegeven. De vennootschap mag tussentijds slechts uitkeringen doen, indien aan het vereiste als vermeld in de eerste zin van dit lid is voldaan. Het na toepassing van lid 2 resterende gedeelte van de winst wordt gereserveerd, totdat het eigen vermogen van de vennootschap dertig procent (30%) van het balanstotaal van de vennootschap bedraagt, dat ter beoordeling van de commissarissen. Van het na toepassing van de vorige leden van dit artikel resterende gedeelte van de winst wordt een zodanig gedeelte gereserveerd als de raad van commissarissen geraden acht.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
69/70
•
•
Het na toepassing van de vorige leden van dit artikel resterende gedeelte van de winst staat ter beschikking van de Algemene Vergadering, met dien verstande dat reservering zal plaatsvinden indien niet anders wordt besloten. Indien volgens de vastgestelde winst- en verliesrekening over enig jaar verlies is geleden, wat niet uit een reserve kan worden bestreden of op andere wijze gedelgd wordt, geschiedt in de volgende jaren geen winstuitkering zolang zodanig verlies niet is aangezuiverd.
Jaarverslag en –rekening 2013 Caparis NV
70/70