Financiële resultaten Caparis NV Bedrijfsresultaat eerste drie kwartalen 2014 Caparis NV heeft in de eerste drie kwartalen een bedrijfsresultaat gerealiseerd van € 3.527.000 positief, dit is ruim € 2.857.000 beter dan begroot. De verbetering is gerealiseerd door zowel een hogere netto toegevoegde waarde (€ 1.101.000 hoger dan begroot), hogere opbrengsten Begeleid Werken (€ 66.000 hoger dan begroot), eenmalige baten (€ 55.000 hoger dan begroot) als lagere bedrijfskosten (€ 1.635.000 lager dan begroot). De hogere netto toegevoegde waarde wordt vooral gerealiseerd door:
Groenservice: meer declarabele uren van gedetacheerde medewerkers, meer regulier werk bij gemeenten en andere overheidsgerelateerde instellingen en een hogere NTW door zachte winter/voorjaar.
Industrie: structureel meer opdrachten van bestaande en nieuwe klanten.
Business Post: extra volumes post i.c.m. hoger aandeel eigen bezorging.
Grafisch centrum: een structurele verbetering van de orderportefeuille wordt geconstateerd.
De lagere bedrijfskosten worden in nagenoeg alle kostencategorieën gerealiseerd. De grootste besparing is gerealiseerd door lagere loonkosten kader (ad. € 716.000). Dit wordt veroorzaakt door een lagere personele bezetting en lagere gemiddelde loonkosten per fte. Omzet per gemeente Alle gemeenten hebben hun begrote gemeentelijke omzet, gerelateerd aan drie kwartalen, in ruime mate gerealiseerd. Prognose 2014 (LE) Caparis NV prognosticeert een bedrijfsresultaat van € 4,1 mln positief. Dit is een verbetering van € 3,2 mln. ten opzichte het begrote bedrijfsresultaat van € 0,9 mln. Voor een specificatie wordt verwezen naar blz.17 van de Rapportage 3e kwartaal 2014 Caparis NV.
Be re ke ning ve rwa cht b e d rij fsre sulta a t inclusie f e e nma lige b a te n e n la ste n Ve rwa cht b e d rij fsre sulta a t 2 0 1 4 e xclusie f e e nma lige b a te n e n la ste n
€ 4 .0 6 4 .0 0 0
Eenmalige baten Nagekomen uitkering Wet vermindering Afdracht Loonbelasting
€ 70.000
Eindafrekening subsidie Divosa
€ 20.000
Schattingsverschil inkoopbonussen
€ 3.000
Mutatie voorzieningen
PM
Eenmalige lasten Nagekomen stormschade oktober 2013(niet gedekt door verzekering) Eindafrekening gas 2013 Ve rwa cht b e d rij fsre sulta a t 2 0 1 4 inclusie f e e nma lige b a te n e n la ste n
€ 10.000€ 4.000€ 4 .1 4 3 .0 0 0
Sociale resultaten Realisatie taakstelling De totale taakstelling 2014 van de bij Caparis aangesloten gemeenten is, ten opzichte van 2013, met (afgerond) 109 Se toegenomen. De onderrealisatie tot en met het 3e kwartaal is gemiddeld 11,3 Se (Achtkarspelen heeft een onderrealisatie van 0,6 Se). Het dagelijks bestuur van de GR heeft voor het 4e kwartaal een plaatsingsstop afgekondigd. Hiermee streven de aangesloten gemeenten ernaar om het tekort in het Participatiebudget 2015 te beperken. Deze plaatsingsstop zal er, in combinatie met de beperkte omvang van de wachtlijst, toe leiden dat over heel 2014 een onderrealisatie van de taakstelling zal plaatsvinden. Dit betekent dat de aangesloten gemeenten het niet benutte deel van de ontvangen Rijksbijdrage dienen terug te betalen aan de Rijksoverheid. Dit heeft derhalve geen nadelig effect op de gemeentelijke exploitatie. Wachtlijst De wachtlijst is in de eerste drie kwartalen ten opzichte van 31 december 2013 met 145 personen afgenomen. Voor onze gemeente is sprake van een afname van de wachtlijst met 5 personen. Beweging van binnen naar buiten Het aandeel Deta/BW bedraagt ultimo het 3e kwartaal 36,9 % (opdracht ultimo 2014: 37,5%). Omgerekend naar Se betekent dit dat ultimo het 3e kwartaal circa 863,6 Se (= 815 fte) werkzaam zijn bij een reguliere werkgever middels detachering of begeleid werken. Trajecten Caparis had cumulatief tot en met het 3e kwartaal gemiddeld 97 fte’s trajectdeelnemers actief (begroot 135 fte's). In de zomermaanden is bij nagenoeg alle gemeenten een daling van het aantal aangemelde trajectdeelnemers geconstateerd. In het 2e en 3e kwartaal hebben hierover gesprekken plaatsgevonden met de betrokken gemeenten. Op
basis van deze gesprekken verwacht Caparis dat het aantal trajecten in het 4e kwartaal weer zal aantrekken. In totaal zijn er 337 trajecten uitgevoerd waarvan 320 succesvol, resulterend in een percentage van 95% van de trajecten waarbij het doel is gehaald. Ziekteverzuim Het cumulatieve ziekteverzuim Sw bedraagt 14% en is hiermee 0,5% hoger dan begroot. Het kortdurend ziekteverzuim Sw bedraagt 4,2% en is 1,5% lager dan begroot en 2,0% lager ten opzichte van dezelfde periode in 2013. Ook het kort verzuim kader is lager dan begroot en komt op 1,3%. Ten opzichte van dezelfde periode in 2013 is het kort verzuim kader 0,4% lager. Uit het overzicht in de 3e kwartaalrapportage blijkt dat het ziekteverzuim bij Caparis hoofdzakelijk lang verzuim betreft. Dit geldt zowel voor Sw- als kaderpersoneel. Een gevolg hiervan is dat de mogelijkheden om het gemiddelde percentage te verlagen aanzienlijk worden beperkt.
Subsidieresultaat GR Verwacht subsidieresultaat 2014 Het verwachte subsidieresultaat over heel 2014 bedraagt € 4,7 mln. negatief en valt daarmee bijna € 1,8 mln. ( voor 8k € 130.000) lager uit dan het begrote subsidieresultaat van € 6,5 mln. negatief. Dit wordt veroorzaakt door een combinatie van lagere gemiddelde loonkosten Sw per fte, de verwachte onderrealisatie (effect: € 300.000 terugstorten naar Rijk, € 16.000 door 8K) van de taakstelling (verwachte GR-besluit voor plaatsingsstop 4e kwartaal) en de hogere Rijksbijdrage per Se (loon en prijscompensatie door het Rijk). De eindafrekening vindt begin 2015 plaats.
Rapportage 3e kwartaal 2014
Caparis NV
Bestemd voor: • Raad van Commissarissen Caparis NV • Aandeelhouders Caparis NV • Bestuur GR Sw Fryslân • Colleges B&W • Ondernemingsraad Caparis NV 31 oktober 2014
3e kwartaal 2014
Pagina 1/32
Inhoudsopgave 1
Algemene ontwikkelingen
3
1.1
Ontwikkelingen 3e kwartaal
3
1.2
Aanpassing gemeentelijke omzet begroting 2014
7
1.3
Jaareindeverwachting 2014
7
1.4
Risicoparagraaf
8
2
Sociaal 2.1
Realisatie taakstelling
10
2.2
Wachtlijst
11
2.3
In-, door- en uitstroom
12
2.4
Trajecten
13
2.5
Ziekteverzuim
15
Kwartaalcijfers
17
3
4
10
3.1
Winst- en verliesrekening Caparis NV
17
3.2
Bezettingsoverzicht
26
3.3
Balans
27
3.4
Kasstroomoverzicht
30
Omzetten gemeenten
32
3e kwartaal 2014
Pagina 2/32
1
ALGEMENE ONTWIKKELINGEN
1.1 Ontwikkelingen 3e kwartaal Caparis is tevreden over de gerealiseerde (financiële) resultaten tot en met het 3e kwartaal 2014. De positieve ontwikkeling van het bedrijfsresultaat in 2013 en het 1e half jaar 2014 heeft Caparis in het 3e kwartaal weten voort te zetten. Caparis heeft tot en met het 3e kwartaal een bedrijfsresultaat gerealiseerd van totaal € 3.527.000 positief. Dit is een verbetering ten opzichte van de begroting met € 2.857.000 (begroot bedrijfsresultaat: € 670.000 positief). Caparis heeft met deze verbetering, het bedrijfsresultaat structureel omgebogen naar een positief bedrijfsresultaat: van € 1.351.000 negatief in 2011 naar € 4.143.000 positief in 2014 (op basis van huidige jaareindeverwachting). Ook voor 2015 verwachten wij een positief bedrijfsresultaat. Caparis loopt hiermee ruimschoots voor op de in 2012 geformuleerde doelstelling om vanaf 2018 structureel een bedrijfsresultaat te realiseren welke blijvend groter is dan of gelijk is aan € 0 (nul Euro). De ombuiging van het bedrijfsresultaat is gerealiseerd ondanks het wegvallen van de herstructureringsfaciliteit in 2012 (circa € 13 miljoen). Wij zijn zeer tevreden over de prestaties die het Sw- en kaderpersoneel hebben geleverd om dit te realiseren. Het Sw- en kaderpersoneel heeft deze prestatie geleverd in een periode van grote onzekerheid. Wij zijn alle medewerkers dankbaar voor de geleverde prestaties. De verbetering van het bedrijfsresultaat is gerealiseerd door zowel een hogere netto toegevoegde waarde1 (hierna: NTW) als lagere bedrijfskosten. De gerealiseerde NTW, exclusief opbrengsten Begeleid Werken, is € 1.101.000 hoger dan begroot. Alle bedrijfsonderdelen hebben een NTW gerealiseerd in lijn met of beter dan begroot. De grootste absolute verbeteringen in de NTW zijn gerealiseerd bij de bedrijfsonderdelen Groenservice en Industrie. Groenservice heeft extra NTW gerealiseerd als gevolg van meerdere factoren. Ten eerste is er sprake van meer declarabele uren (detacheringen) en meer regulier werk van gemeenten en andere overheidsgerelateerde instellingen. Ook is in het 1e kwartaal van 2014 werk uitgevoerd wat oorspronkelijk gepland was in het 4e kwartaal 2013. Op verzoek van de opdrachtgevers is een deel van dit werk uitgevoerd in het 1e kwartaal. Tot slot heeft het zachte voorjaar (combinatie van regen, zon en zachte temperaturen) tot extra groei van gras en onkruid geleid. Voor Caparis heeft dit geresulteerd in extra werk. Het weer is van grote invloed op de NTW van Groenservice: bij een strenge winter is de NTW altijd lager in vergelijking met een zacht voorjaar. Alle afdelingen van het bedrijfsonderdeel Industrie hebben in lijn met of beter dan begroot gepresteerd. Het 4e kwartaal 2013 was een succesvol kwartaal voor het bedrijfsonderdeel Industrie. We hebben deze positieve lijn gedurende 2014 weten vast te houden. Normaliter is bij het bedrijfsonderdeel Industrie sprake van een dip in het 1e kwartaal. Caparis kreeg dit jaar echter structureel meer opdrachten gegund; dit van zowel bestaande als nieuwe klanten. We zien dit beeld bij alle afdelingen. Zo hebben drie klanten van MultiPack structureel meer werk aan Caparis gegund. Zo verpakt MultiPack voor een logistiek bedrijf grote hoeveelheden bier. Om deze orders te kunnen verwerken, heeft de klant op haar kosten twee productielijnen bij MultiPack geplaatst. Circa 60 medewerkers verpakken nu dagelijks grote hoeveelheden bierflesjes. Twee andere grote klanten van Caparis gaan de komende periode substantieel meer 1
Netto toegevoegde waarde: omzet minus directe productiekosten en kosten van uitbesteed werk
3e kwartaal 2014
Pagina 3/32
volumes bij MultiPack onderbrengen. Om het gevraagde productievolume te kunnen realiseren, gaat één van deze klanten eind 2014/begin 2015 op eigen kosten een nieuwe machine bij MultiPack plaatsen. Daarnaast zal een nieuw meerjarig contract worden afgesloten. Hiermee realiseren we de komende jaren een omzetstijging van 50% bij deze klant (van circa € 135.000 naar circa € 200.000 op jaarbasis). De groei is het gevolg van een jarenlange succesvolle samenwerking tussen Caparis en de klant. Ook bij FoodPack zien we de orderportefeuille verder groeien. Het verpakken van de artikelen voor Sinterklaas en Kerst is gestart (bijvoorbeeld de gechocolateerde kruidnoten). Twee bestaande klanten hebben FoodPack gevraagd om nieuwe producten te verpakken. We constateren ook een groei in de volumes van producten die Caparis al langere tijd verpakt. Een deel van FoodPack draait momenteel in verlengde diensten om alle orders uit te kunnen voeren. Daarnaast worden in het 4e kwartaal ook Sw-medewerkers vanuit andere onderdelen (bijvoorbeeld Groenservice) bij FoodPack ingezet om alle orders uit te kunnen voeren. De artikelen die FoodPack verpakt, zijn inmiddels terug te vinden bij de grote supermarkten in Nederland. Ook bij het Grafisch Centrum constateren we een herstel. De verkoop van geur-enveloppen loopt zo goed, dat de klant de productie opschroeft. Dit leidt voor het Grafisch Centrum tot meer werk. Enkele medewerkers van Groenservice komen het Grafisch Centrum in het 4e kwartaal ondersteunen om alle orders tijdig af te ronden. Tot slot de groepsdetachering bij PostNL in Leeuwarden. Het 1e jaar zit er bijna alweer op. Dagelijks zijn 25 – 30 medewerkers bij PostNL aan het werk. De samenwerking tussen Caparis en PostNL is erg succesvol en verloopt tot volle tevredenheid van alle partijen. Naast Groenservice en Industrie hebben ook Business Post en Schoonmaak beter gepresteerd dan begroot. Het aantal declarabele uren van de individuele detacheringen bleef daarentegen achter ten opzichte van de begroting. Wij kunnen op dit moment niet alle vacatures met geschikte Sw-medewerkers invullen. Waar mogelijk wordt een vacature bij een externe werkgever ingevuld door het plaatsen van een trajectdeelnemer, waardoor de uitkeringslasten voor de betreffende gemeente afnemen. De verbetering van Business Post wordt verklaard door extra volumes post in combinatie met een hoger aandeel eigen bezorging. Doordat meer post door Sw-medewerkers kan worden bezorgd, hoeft Caparis minder uit te besteden aan PostNL. Ook Schoonmaak zit goed in het werk. Om al het werk uit te kunnen voeren zijn inmiddels enkele mensen vanuit de bijstand werkzaam als schoonmaker. Zij hebben een (tijdelijk) contract met bijbehorend loon. Het project “Voor de Wijk door de Wijk” in de gemeente Ooststellingwerf is succesvol te noemen. In dit project worden burgers geactiveerd om hun eigen wijk te verbeteren door het uitvoeren van klussen. Dit project wordt op verzoek van de gemeente Ooststellingwerf door Caparis gecoördineerd. Het blijkt dat deze aanpak leidt tot een goed beeld van de doelgroep. De aanpak leidt zelfs tot uitstroom naar een reguliere baan; iets wat vooraf niet werd verwacht met het oog op deze doelgroep. Inmiddels is circa 20% van de deelnemers uitgestroomd naar een reguliere baan. Bij de Kwekerij constateren we een voorzichtig herstel van de markt, al hebben we nog wel last van de negatieve gevolgen van de boycot door Rusland. Als gevolg van deze boycot is de
3e kwartaal 2014
Pagina 4/32
omzet van de Kwekerij naar verwachting 10% gedaald. De Kwekerij loopt ten opzichte van veel concurrenten voor op het gebied van milieuvriendelijke productie. De Kwekerij is begin jaren ‘90 al begonnen met milieuvriendelijke productie van verschillende gewassen. Met de bouw van de nieuwe kwekerij in 2002, hebben we direct alle mogelijke milieustromen voor de toekomst in kaart gebracht en opgenomen in het nieuwe bedrijf. Resultaat hiervan is dat we tot op heden de certificering MPS-Ecas A 100 hebben. Dit is de hoogst haalbare certificering op het gebied van omgevingsvriendelijk produceren van glastuinbouwproducten. Hiermee zijn we voorloper op vele concurrenten. Zij moeten hierin nog fors investeren. De bedrijfskosten van Caparis zijn tot en met het 3e kwartaal € 1.636.000 lager dan begroot (begroting € 14.724.000/realisatie € 13.088.000). Bij nagenoeg alle kostencategorieën is een besparing gerealiseerd. Het grootste deel van de besparing is gerealiseerd door lagere loonkosten kader. De loonkosten kader zijn € 716.000 lager dan begroot (begroting € 7.741.000/ realisatie € 7.025.000) door een lagere personele bezetting en lagere gemiddelde loonkosten per fte. Cumulatief tot en met het 3e kwartaal is de kaderbezetting circa 11 fte lager dan begroot. In de begroting 2014 is rekening gehouden met een stijging van de bruto lonen met 1%. De Cao-onderhandelingen zijn op 15 juli jongstleden afgerond. De nieuwe Cao zal naar verwachting in 2014 leiden tot circa € 100.000 aan additionele loonkosten, sociale lasten en pensioenpremies. Dit valt binnen de kaders waarmee in de begroting 2014 rekening is gehouden. De verwachte additionele loonkosten zijn meegenomen in de jaareindeverwachting 2014. De daadwerkelijke financiële consequenties zullen zichtbaar zijn in het 4e kwartaal. Caparis heeft een opdracht van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale werkvoorziening ‘Fryslân’ (hierna: GR) voor wat betreft het te realiseren aandeel Detacheringen/Begeleid Werken (hierna: Deta/BW). De opdracht van de GR is een aandeel Deta/BW van 37,5% per 31 december 2014. Het aandeel Deta/BW bedraagt ultimo het 3e kwartaal 36,9%. Omgerekend naar fte’s (en Se2) betekent dit dat per 30 september 2014 circa 815 fte’s (circa 864 Se) werkzaam zijn bij een reguliere werkgever door middel van detachering of begeleid werken. Dit is een stijging van 8 fte’s ten opzichte van de eindstand 2013 (807 fte). Tot voor kort was er sprake van terughoudendheid bij externe werkgevers om een Sw-medewerker met een tijdelijk contract (einddatum uiterlijk 31 december 2014) in te lenen. De inlener wilde liever niet twee keer een medewerker hoeven in te lenen en in te werken. Als gevolg van het besluit van het dagelijks en algemeen bestuur van de GR om tijdelijke contracten maximaal te verlengen op basis van de Flexwet, is deze onzekerheid op korte termijn deels weg genomen. Dit heeft geleid tot een stijging van het aantal detacheringen, met name bij het onderdeel Groenservice. Daarnaast zijn in het 3e kwartaal 9 fte in Begeleid Werken geplaatst. Wij verwachten voor heel 2014 de opdracht van de GR (eindstand van 37,5%) niet volledig te realiseren. Het dagelijks en algemeen bestuur van de GR streven ernaar om vóór 1 januari 2015 opnieuw een besluit te nemen voor de resterende arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd die aflopen na 1 januari 2015. Het bedrijfsonderdeel Arbeids Expertise Bureau (hierna: AEB) voert binnen Caparis de trajectwerkzaamheden uit. Caparis had tot en met het 3e kwartaal gemiddeld 97 fte’s trajectdeelnemers actief en blijft daarmee 38 fte achter op begroting (begroting 135 fte). We hebben bij 2
Se = subsidie-eenheden, ook wel arbeidsjaren genoemd
3e kwartaal 2014
Pagina 5/32
meerdere klanten een daling van het aantal trajecten geconstateerd. Wij verwachten op basis van gesprekken met de gemeenten dat gedurende het 4e kwartaal het aantal trajectdeelnemers weer zal stijgen. Daarnaast zijn we in september gestart met het uitvoeren van de eerste trajecten voor de gemeente Heerenveen. We gaan samen met de gemeente Heerenveen aan het werk om de trajecten succesvol uit te voeren. Caparis is voor het uitvoeren van de trajecten gecertificeerd door Blik op Werk. Blik op Werk is een extern instituut. Zij borgt de kwaliteit van de dienstverlenende bedrijven en instrumenten die bijdragen aan het vinden en behouden van werk. In het 3e kwartaal heeft Blik op Werk een audit uitgevoerd bij Caparis. De auditor heeft geconcludeerd dat Caparis aan alle eisen van het keurmerk voldoet. Caparis behoudt daarmee het komende jaar het Blik op Werk Keurmerk. Het AEB heeft in het 3e kwartaal van 95% van het aantal afgesloten trajecten (337 trajecten) de vooraf gedefinieerde doelstelling gerealiseerd. Dit kan zijn het uitvoeren van een diagnose naar de mogelijkheden van de deelnemer, het arbeidsfit houden of maken van de deelnemer of het realiseren van uitplaatsing van de deelnemer. Per 30 september 2014 zijn er nog 146 lopende trajecten. Deze trajecten zijn hierboven nog niet meegeteld, omdat pas bij het afsluiten van een traject wordt bepaald of een trajectdoelstelling is gerealiseerd. Caparis heeft in het 3e kwartaal ook een ander mooi succes gerealiseerd. Bij een klant in Surhuisterveen heeft het AEB, in samenwerking met de accountmanagers van Caparis en de gemeente Smallingerland, een groep Sw-medewerkers, aangevuld met 9 trajectdeelnemers (WWB’ers), geplaatst. De WWB’ers zijn vanaf de eerste dag direct via een uitzendbureau verloond. Van de 9 WWB’ers zijn er op dit moment nog 7 betaald (via een uitzendbureau) aan het werk bij de klant. Doordat de accountteams van Caparis en de gemeente Smallingerland goed samenwerken worden dit soort mogelijkheden optimaal benut. Een belangrijke sociale doelstelling van Caparis betreft de reductie van het ziekteverzuim. Wij richten ons hierbij voornamelijk op het kort verzuim, omdat dit beter beïnvloedbaar is. Het lang verzuim is, vanwege de achterliggende oorzaken, nagenoeg niet beïnvloedbaar. Het ziekteverzuim Sw is tot en met het 3e kwartaal lager dan 2013 (2014: 14,0%/2013: 14,5%). De doelstelling tot en met het 3e kwartaal bedraagt echter 13,5%. Het percentage kort verzuim is lager dan de doelstelling, maar er is sprake van een hoog percentage niet beïnvloedbaar lang verzuim. Ook bij het ziekteverzuim van kaderpersoneel constateren we dat het percentage kort verzuim onder de doelstelling ligt, maar dat er eveneens sprake is van een hoog percentage niet beïnvloedbaar lang verzuim. Hierdoor halen we onze doelstelling voor 2014 niet (realisatie tot en met 3e kwartaal: 6,0%/doelstelling tot en met 3e kwartaal: 5,1%). De doelstelling van het ziekteverzuim over heel 2014 bedraagt voor het Sw- respectievelijk kaderpersoneel 14,1% en 4,8%. Met in het achterhoofd de onrust die mogelijk nog gaat ontstaan als gevolg van de invoering van de Participatiewet, is het ziekteverzuim op dit moment moeilijk te voorspellen en beheersen.
3e kwartaal 2014
Pagina 6/32
Resumerend zijn wij als directieteam van Caparis tevreden over de gerealiseerde resultaten. Hiermee denken wij voor de aangesloten gemeenten een belangrijke bijdrage te leveren aan het niet verder laten oplopen van de kosten van het sociaal domein. Ondanks de onzekere periode, als gevolg van de komst van de Participatiewet, hebben alle Sw- en kadermedewerkers een uitstekende prestatie geleverd. Wat de Participatiewet concreet voor Caparis gaat betekenen is nog niet duidelijk. Momenteel vinden er gesprekken plaats tussen Caparis en de aangesloten gemeenten over de mogelijke nieuwe opdracht van Caparis. Op dit moment is hier echter nog geen duidelijkheid over.
1.2 Aanpassing gemeentelijke omzet begroting 2014 Tijdens de aandeelhoudersvergadering van 12 december 2013 is de begroting 2014 van Caparis besproken en vastgesteld. De begroting 2014 is mede gebaseerd op het besluit van de gemeente Weststellingwerf om met ingang van 21 april 2014 het openbaar groen in eigen beheer te gaan onderhouden. De financiële consequenties van dit besluit zijn in de begroting 2014 van Caparis verwerkt. De portefeuillehouder van de gemeente Weststellingwerf heeft tijdens de aandeelhoudersvergadering van 12 december 2013 de overige aandeelhouders geïnformeerd, dat de gemeente Weststellingwerf in 2014 het project ‘Groen zelf Doen’ in een vorm van een pilot samen met Caparis zal uitvoeren. Caparis heeft de aandeelhouders eind december schriftelijk geïnformeerd over de gevolgen van het besluit van de gemeente Weststellingwerf voor de begroting 2014. Tijdens de aandeelhoudersvergadering van 6 maart 2014 zijn de financiële consequenties door Caparis toegelicht. De herziene begroting is vervolgens door de aandeelhoudersvergadering vastgesteld. Het begrote bedrijfsresultaat 2014 is hiermee gewijzigd in € 930.000 positief (was € 936.000 positief). In de hoofdstukken 2, 3 en 4 zal de gewijzigde begroting als uitgangspunt dienen. Overigens heeft de gemeente Weststellingwerf d.d. 10 april 2014 de GR schriftelijk geïnformeerd over haar besluit om voorlopig af te zien van het in uitvoering nemen van het onder eigen verantwoordelijkheid en in eigen beheer nemen van het groenonderhoud. Dit betekent dat de hierboven beschreven pilot in 2014 vooralsnog niet zal gaan plaatsvinden. Wij zijn er van uitgegaan dat wij de eventuele financiële effecten van dit besluit binnen de huidige begroting 2014 van Caparis kunnen opvangen.
1.3 Jaareindeverwachting 2014 Caparis verwacht over heel 2014 uit te komen op een bedrijfsresultaat van € 4.143.000 positief. Dit is een verbetering van € 3.213.000 ten opzichte van het begrote bedrijfsresultaat (begroting € 930.000 positief). In het verwachte bedrijfsresultaat van € 4.143.000 positief zitten echter enkele eenmalige baten en lasten. Exclusief deze baten en lasten verwacht Caparis een bedrijfsresultaat € 4.064.000 positief. Dit is een verbetering van € 3.134.000 ten opzichte van de begroting. Voor een uitgebreidere toelichting wordt verwezen naar hoofdstuk 3.
3e kwartaal 2014
Pagina 7/32
Caparis heeft de opdracht van de GR om per 31 december 2014 een aandeel Deta/BW te realiseren van 37,5%. Wij verwachten de huidige stand van het aandeel Deta/BW gedurende de resterende maanden stabiel te kunnen houden zodat we uitkomen op een verwachte eindstand van het aandeel Deta/BW van tussen de 36,5% en 37,0%. De doelstellingen ten aanzien van het ziekteverzuim Sw en kader worden naar verwachting niet gehaald. Het niet beïnvloedbare lang verzuim is hoger dan de doelstelling en dit zorgt ervoor dat de verbetering op het kort verzuim teniet wordt gedaan. Wij verwachten dat het kort verzuim van zowel het Sw- als kaderpersoneel binnen de doelstelling zal blijven. Wij verwachten voor het Sw-personeel dat het totaal verzuim 2014 op circa 14,3% uit zal komen (doel: 14,1%). Voor het kaderpersoneel verwachten wij een verzuimpercentage van circa 6,0% (doel: 4,8%).
1.4 Risicoparagraaf In deze paragraaf worden de belangrijkste risico’s toegelicht die van invloed kunnen zijn op het uiteindelijke bedrijfsresultaat 2014 van Caparis. Invoering Participatiewet en waardering vastgoed Op 1 januari 2015 zal de Participatiewet worden ingevoerd. De benodigde wetgeving is eind juni door de Eerste Kamer aangenomen. De Participatiewet (en de afspraken vanuit het Sociaal Akkoord) wordt (worden) nu op gemeentelijk niveau vertaald naar lokaal beleid. Dit zal dan mogelijk gaan leiden tot een nieuwe opdracht voor Caparis. Zodra er meer duidelijkheid is over de nieuwe opdracht van Caparis, zal de huidige organisatie moeten worden aangepast. Dit zal dan mogelijk ook gepaard gaan met herstructurerings- of frictiekosten. Wij verwachten dat Caparis in 2014 niet geconfronteerd zal gaan worden met deze kosten. In de begroting 2014 is geen rekening gehouden met deze kosten, omdat de omvang van deze kosten niet in te schatten zijn. In de jaareindeverwachting 2014 is eveneens geen rekening gehouden met eventuele herstructurerings- of frictiekosten, omdat nog geen analyse kan worden gemaakt van de effecten van de Participatiewet op de huisvesting/infrastructuur van Caparis. Wij gaan er op dit moment vanuit dat geen afwaardering van het eigen vastgoed noodzakelijk is. Zodra er duidelijkheid is over de nieuwe opdracht voor Caparis, zal een analyse worden gemaakt van de potentiële effecten. Mocht in de toekomst, bij een eventuele wijziging in beleid en in de opdracht aan Caparis, minder eigen vierkante meters nodig zijn, dan zou dat kunnen leiden tot een lagere waardering van het vastgoed. In die situatie bestaat een reële kans dat de reeds aangetrokken leningen het plafond, zoals opgenomen in de financieringsovereenkomsten, zullen overschrijden. De maximale leencapaciteit van Caparis bedraagt 130% van de boekwaarde van de materiële vaste activa. Indien deze situatie zich voor zal gaan doen, zal overleg met het bestuur van de GR, de aandeelhouders en de Raad van Commissarissen worden gevoerd om te komen tot een oplossing. Wij gaan er op dit moment van uit dat deze situatie zich in 2014 niet zal voordoen. De opgenomen financieringsfaciliteit bedraagt per 30 september 2014 overigens 82%.
3e kwartaal 2014
Pagina 8/32
Ontwikkeling loonkosten kader In de begroting 2014 is rekening gehouden met een stijging van de loonkosten kader met maximaal 2,0%. Deze stijging dient ter dekking van het risico van een stijging van de Caolonen (inclusief periodieken), sociale lasten en pensioenpremies. Op 15 juli jongstleden is er tussen VNG en vakbonden overeenstemming bereikt over een nieuwe Cao. Onderdeel van de gemaakte afspraken is dat in oktober de lonen met 1% zullen stijgen en dat er eveneens in oktober een eenmalige uitkering van € 350,- bruto zal worden verstrekt. Wij schatten de financiële gevolgen van de nieuwe Cao voor 2014 in op circa € 100.000 extra loonkosten. In de jaareindeverwachting is hiermee rekening gehouden. De financiële effecten van de nieuwe Cao vallen overigens binnen de kaders zoals die zijn gehanteerd bij het opstellen van de begroting 2014 van Caparis NV. Bonus Begeleid Werken (BW) 2012 Brancheorganisatie Cedris heeft op 18 september 2013 gecommuniceerd dat de bonus BW met betrekking tot kalenderjaar 2012 in 2014 zal worden uitgekeerd. Cedris baseert haar informatie op de begroting 2014 van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Op dit moment is echter geen duidelijkheid over de exacte hoogte van deze bonus. In 2013 is voor het laatst een bonus BW uitgekeerd voor een bedrag van € 440.000. Deze bonus had betrekking op het jaar 2011. In 2014 zal naar verwachting de bonus BW betreffende 2012 worden uitgekeerd. Vooralsnog gaan wij er vanuit dat de in 2014 te ontvangen bonus lager zal zijn dan de bonus die in 2013 is ontvangen doordat meer instellingen hiervoor in aanmerking zullen komen. Voorzichtigheidshalve is daarom een bedrag van € 350.000 als bonus BW in de begroting 2014 opgenomen. Wij verwachten in december 2014 de definitieve beschikkingen voor de bonus BW 2012 te ontvangen. De uiteindelijke omvang kan derhalve afwijken van het in de begroting 2014 opgenomen bedrag. Vervuilde grond voormalige huurlocatie Wij hebben in de vorige kwartaalrapportages toegelicht dat bij een voormalige huurlocatie vervuilde grond is geconstateerd. Het strafrechtelijk onderzoek naar deze bodemverontreiniging loopt nog. In het 2e kwartaal is de bodemsanering afgerond en is een schone grond verklaring ontvangen. Voor de verwachte kosten, die met de bodemverontreiniging samenhangen, is in 2013 reeds een voorziening gevormd. Wij verwachten dat, met de kennis van nu, deze voorziening toereikend zal zijn. Reorganisatievoorziening O&I Eind 2013 is een reorganisatie bij het voormalige bedrijfsonderdeel Ontwikkeling & Integratie gestart. In de jaarrekening 2013 is voor de verwachte kosten, uit hoofde van deze reorganisatie, een reorganisatievoorziening van € 400.000 gevormd. Inmiddels is de reorganisatie formeel afgerond. De personele (en financiële) gevolgen van de reorganisatie zijn echter nog niet volledig afgewikkeld. Wij verwachten dat, met de kennis van nu, eind 2014 een deel van deze reorganisatievoorziening kan vrijvallen. Op dit moment kunnen wij echter nog geen inschatting geven van de omvang van de vrijval. In de nu voorliggende jaareindeverwachting is dan ook geen vrijval meegenomen.
3e kwartaal 2014
Pagina 9/32
2
SOCIAAL
2.1 Realisatie taakstelling In onderstaande tabel is de realisatie van de taakstelling tot en met september weergegeven. De totale taakstelling 2014 van de bij Caparis aangesloten gemeenten is, ten opzichte van 2013, met (afgerond) 109 Se toegenomen. Een belangrijke oorzaak hiervan is de gemeentelijke herindeling van Boarnsterhim. In onderstaande tabel is per gemeente de taakstelling 2014 (inclusief voorlopige uitruil) en de gemiddelde realisatie tot en met het 3e kwartaal opgenomen. Realisatie taakstelling Taakstelling
Taakstelling Taakstelling GR-gem. GR-gem. incl. voorlopige uitruil 2014 A A1
Realisatie buiten GR regio
Opdracht GR-gem. aan C aparis
Realisatie Realisatie GR-gem. overige gem. bij C aparis bij C aparis
B
C=A1-B
D
Achtkarspelen Heerenveen Leeuwarden Ooststellingwerf Opsterland Smallingerland Tytsjerksteradiel
226,1 400,2 628,7 188,0 156,2 440,5 173,2
226,0 401,4 628,7 187,8 156,1 440,2 173,1
22,7 21,2 58,2 13,6 1,9 10,0 5,8
203,3 380,3 570,5 174,2 154,2 430,2 167,3
202,8 380,3 568,4 172,7 153,5 427,6 166,5
Weststellingwerf Overige gemeenten
216,8
216,3
4,4
211,9
208,8
Totaal
E
Onder/over realisatie bij C aparis F=C-D 0,6 0,0 2,0 1,5 0,6 2,6 0,8 3,1
66,1 2.429,5
2.429,5
137,6
2.291,9
2.280,7
66,1
11,3
Uit bovenstaande tabel blijkt dat gemiddeld tot en met het 3e kwartaal sprake is van een onderrealisatie van gemiddeld 11,3 Se. Deze onderrealisatie doet zich hoofdzakelijk voor bij de gemeenten Leeuwarden, Ooststellingwerf, Smallingerland en Weststellingwerf. Door de onverwachte grote groei van de taakstelling 2014, in combinatie met uitstroom van Swmedewerkers die reeds 3 contracten hebben gehad, is in het 2e kwartaal een groot aantal plaatsingen gerealiseerd. Dit heeft er toe geleid dat de wachtlijsten bij de gemeenten Ooststellingwerf en Weststellingwerf nagenoeg volledig zijn verdampt (zie paragraaf 2.2). Dit beperkt de mogelijkheden om de taakstelling volledig in te vullen. Daarnaast zijn wij in het 3e kwartaal door de gemeente Weststellingwerf geïnformeerd dat de tot dan toe door de gemeente Weststellingwerf gedane opgaven van de realisatie buiten de GR-regio onjuist zijn. Deze aanpassing leidt er toe dat er meer plaatsingen bij Caparis gerealiseerd moeten worden. Aangezien de wachtlijst van de gemeente Weststellingwerf zeer beperkt is, zal dit niet meer gerealiseerd kunnen gaan worden. Het dagelijks bestuur van de GR heeft voor het 4e kwartaal een plaatsingsstop afgekondigd. Hiermee streven de aangesloten gemeenten ernaar om het tekort in het Participatiebudget 2015 te beperken. Deze plaatsingsstop zal er, in combinatie met de beperkte omvang van de wachtlijst, toe leiden dat over heel 2014 een onderrealisatie van de taakstelling zal plaatsvinden. Dit betekent dat de aangesloten gemeenten het niet benutte deel van de ontvangen Rijksbijdrage dienen terug te betalen aan de Rijksoverheid.
3e kwartaal 2014
Pagina 10/32
2.2 Wachtlijst De instroom naar de wachtlijst vindt plaats op basis van indiceringen van het UWV. De gemeenten, GR en Caparis kunnen deze instroom niet beïnvloeden. In onderstaande tabel is de ontwikkeling van de wachtlijst tot en met september 2014 weergeven. Uit dit overzicht blijkt dat de wachtlijst inmiddels aanzienlijk is gereduceerd. De wachtlijst van de gemeenten Ooststellingwerf, Opsterland, Tytsjerksteradiel en Weststellingwerf is nagenoeg volledig ‘verdampt’. Ontwikkeling wachtlijst in aantallen personen Wachtlijst Stand Uitstroom 31-12-2013 naar C aparis
Uitstroom van wachtlijst
Instroom op wachtlijst
Netto beweging wachtlijst
Stand cumulatief
A
B
C
D
E=D-B-C
F=A+E
Achtkarspelen Heerenveen Leeuwarden Ooststellingwerf Opsterland Smallingerland Tytsjerksteradiel Weststellingwerf
26 39 101 17 30 51 28 30
8 22 59 5 20 41 13 18
1 7 10 9 8 15 5 4
4 8 40 4 8 28 3 5
-5 -21 -29 -10 -20 -28 -15 -17
21 18 72 7 10 23 13 13
Totaal
322
186
59
100
-145
177
In de 4e kwartaalrapportage 2013 is als eindstand 348 personen opgenomen. Uit bovenstaande tabel blijkt een beginstand 2014 van 322 personen. Het verschil van 26 personen wordt als volgt verklaard. Ieder jaar wordt rond de jaarafsluiting de wachtlijst gereduceerd door mensen, die niet meer beschikbaar zijn voor werk, van de wachtlijst te verwijderen. De betreffende personen worden hier door Caparis schriftelijk en mondeling van in kennis gesteld of door middel van een huisbezoek, indien schriftelijk of mondeling contact niet mogelijk is. Als er dan nog geen contact is geweest, is Caparis genoodzaakt om deze mensen van de wachtlijst te verwijderen. We kunnen dan niet aantonen of iemand beschikbaar is voor werk. De betrokkene wordt vervolgens geïnformeerd over het besluit. Naar aanleiding van dit besluit komt het soms voor dat de betreffende persoon hier bezwaar tegen aantekent. Indien gedurende 2014 blijkt dat het bezwaar gegrond wordt verklaard, wordt de betreffende persoon met terugwerkende kracht weer op de wachtlijst geplaatst. Dit kan betekenen dat gedurende 2014 de beginstand 2014 nog muteert. Ook worden indicaties die eind 2013 zijn afgegeven, maar pas begin 2014 bij Caparis bekend worden, niet meegeteld in de eindstand zoals opgenomen in de 4e kwartaalrapportage 2013. Deze personen worden meegeteld per 1 januari 2014. Het overzicht van de wachtlijst, zoals opgenomen in de 4e kwartaalrapportage 2013, betreft de wachtlijst voordat de uitkomsten van de beschikbaarheidscontrole zijn verwerkt. In bovenstaand overzicht zijn deze uitkomsten wel verwerkt.
3e kwartaal 2014
Pagina 11/32
2.3 In-, door- en uitstroom In de jaarovereenkomst tussen Caparis en de GR is overeengekomen dat wordt gestreefd naar een aandeel Deta/BW per 31 december 2014 van 37,5%. In onderstaand overzicht is de stand per 30 september 2014 vergeleken met de opdracht van de GR en de eindstand 2013. Beweging van binnen naar buiten Pl. obv werkladder (in Se's) Eindstand 2013 Se Groepsdeta/Deta/Bw Beschut buiten Beschut binnen Totaal
%
Opdracht ultimo 2014 Se %
Stand 2014 Se
%
858,8 353,1 1.100,5
37,1% 15,3% 47,6%
885,0 351,7 1.123,4
37,5% 14,9% 47,6%
863,6 324,4 1.153,7
36,9% 13,9% 49,3%
2.312,4
100,0%
2.360,1
100,0%
2.341,7
100,0%
Uit bovenstaande tabel blijkt dat het aandeel Deta/BW ultimo het 3e kwartaal 36,9% bedraagt. Omgerekend naar fte’s (en Se) betekent dit dat per 30 september 2014 circa 815 fte’s (circa 864 Se) werkzaam zijn bij een reguliere werkgever door middel van detachering of begeleid werken. Dit is een stijging van 8 fte’s ten opzichte van de eindstand 2013 (807 fte). Wij hebben in hoofdstuk 1 een korte toelichting gegeven over de ontwikkeling op de werkladder. In de grafiek op de volgende pagina is per maand de ontwikkeling van de beweging ‘van binnen naar buiten’ ten opzichte van de opdracht weergegeven.
3e kwartaal 2014
Pagina 12/32
Ontwikkeling per maand t.o.v. opdracht
(Opdr. 2014) BW Opdracht C um. feit
6,1% 144,0 141,7
0,0 j
f
m
a
m
j
j
a
s
o
n
d
j
f
m
a
m
j
j
a
s
o
n
d
j
f
m
a
m
j
j
a
s
o
n
d
-2,0 -4,0
0,0 (Opdr. 2014) Detachering Opdracht C um. feit
13,8%
(Opdr. 2014) Groepsdeta. Opdracht C um. feit
17,6%
-20,0 325,7 304,1
415,4 408,1
-40,0
0,0 -20,0 -40,0
(Opdr. 2014) Beschut Buiten Opdracht C um. feit
14,9%
20,0
351,7 338,6
-20,0
(Opdr. 2014) Beschut Binnen Opdracht C um. feit
47,6% 1.123,4 1.154,2
0,0 j
f
m
a
m
j
j
a
s
o
n
d
j
f
m
a
m
j
j
a
s
o
n
d
50,0 0,0 -50,0
2.4 Trajecten Caparis had cumulatief tot en met het 3e kwartaal gemiddeld 97 fte’s trajectdeelnemers actief (begroting 135 fte’s). Wij constateren bij nagenoeg alle gemeenten een daling in het aantal aangemelde trajectdeelnemers gedurende het 2e en 3e kwartaal. In het 2e en 3e kwartaal hebben hierover gesprekken plaatsgevonden met de betrokken gemeenten. Op basis van deze gesprekken verwachten wij dat het aantal trajecten in het 4e kwartaal weer zal aantrekken. Caparis voert inmiddels voor diverse gemeenten trajecten uit. In september zijn we gestart met het uitvoeren van trajecten voor de gemeente Heerenveen. Wij zullen samen met de gemeente Heerenveen er aan werken om deze trajecten ook succesvol uit te voeren. Caparis heeft eind 2013 met de gemeenten nieuwe afspraken gemaakt om de trajectdeelnemers nog beter te kunnen bedienen en de kans op succes voor zowel bijstandsgerechtigden,
3e kwartaal 2014
Pagina 13/32
gemeenten en Caparis te vergroten. Om dit te realiseren, biedt Caparis verschillende soorten trajecten aan. Op hoofdlijnen wordt onderscheid gemaakt tussen trajecten met de volgende trajectdoelstellingen: het uitvoeren van een diagnose naar de mogelijkheden van de deelnemer; het arbeidsfit houden of maken van de deelnemer; het realiseren van uitplaatsing van de deelnemer.
• • •
Van de tot en met september afgesloten trajecten is van 95% het vooraf gedefinieerde doel gerealiseerd. Tot en met september zijn totaal 385 trajecten afgesloten inclusief 13 trajecten die al na de intake zijn afgesloten, omdat Caparis geen passend traject kon bieden of waarvan geconcludeerd is dat het volgen van een traject niet zinvol zou zijn. Van 52 trajecten is de doelstelling niet gerealiseerd, waarvan bij 35 trajecten de doelstelling niet is gehaald door een oorzaak buiten de directe beïnvloedingssfeer van Caparis. Dit om onder andere de volgende redenen: • • • • •
voortijdige beëindiging in verband met ziekte; voortijdige beëindiging na overleg met of op verzoek van de gemeente; voortijdige beëindiging in verband met vervoersproblemen; voortijdige beëindiging omdat de deelnemer gedurende het traject is verhuisd en het traject daarom niet heeft afgerond; het niet mee willen werken aan het traject van de deelnemer (bijv.: grotendeels afwezig).
3e kwartaal 2014
58 24 4 266 4 26 3
2
8 2
6
18
5
7
385
13
35
Percentage doel gehaald
Doel gehaald
Netto afgesloten trajecten
Af: doel niet behaald buiten beinvloeding Caparis
Af: niet gestart na intake
Klant Gemeente Leeuwarden Gemeente Ooststellingwerf Gemeente Opsterland Gemeente Smallingerland Gemeente Tytsjerksteradiel Gemeente Weststellingwerf Overige klanten
Bruto afgesloten trajecten
De hierboven genoemde oorzaken worden daarom niet meegerekend bij het bepalen van het slagingspercentage van de trajecten van 95%. In onderstaand overzicht is per gemeente het aantal afgesloten trajecten in de periode 1 januari 2014 tot en met 30 september 2014 weergegeven; inclusief het percentage trajecten waarvan de doelstelling is gehaald.
48 22 4 242 4 14 3
47 21 4 230 4 11 3
98% 95% 100% 95% 100% 79% 100%
337
320
95%
Pagina 14/32
Van de tot en met september afgesloten trajecten, hebben 36 trajecten het realiseren van een uitplaatsing als trajectdoelstelling. Hiervan zijn 3 trajecten voortijdig beëindigd door oorzaken buiten de directe beïnvloedingssfeer van Caparis (zie toelichting eerder). Derhalve resteren 33 trajecten. Hiervan zijn 4 deelnemers ingestroomd in een ander traject, omdat de betreffende trajectdeelnemers nog niet klaar waren voor de reguliere arbeidsmarkt. De overige 29 deelnemers hebben het volledige traject doorlopen. Totaal heeft dit geleid tot 20 uitplaatsingen; daarnaast wil 1 deelnemer een eigen bedrijf gaan starten. Van de 8 niet succesvolle trajecten, lag bij 3 trajecten de oorzaak buiten Caparis. Samengevat waren er 26 trajectdeelnemers uitplaatsbaar. Hiervan zijn 20 deelnemers daadwerkelijk uitgeplaatst, resulterend in een slagingspercentage van 77%. Naast de trajectdeelnemers met als trajectdoelstelling ‘uitplaatsing’ zijn 5 andere trajectdeelnemers, die een traject met een andere doelstelling volgden, ook uitgeplaatst naar een reguliere baan. Ultimo het 3e kwartaal zijn er 146 lopende trajecten. Deze trajecten zijn hierboven nog niet meegeteld, omdat pas bij het afsluiten van een traject wordt bepaald of een trajectdoelstelling is gerealiseerd. In onderstaand overzicht is het aantal lopende trajecten per 30 september per klant weergegeven. Opdrachtgever Gemeente Achtkarspelen Gemeente Heerenveen Gemeente Leeuwarden Gemeente Ooststellingwerf Gemeente Opsterland Gemeente Smallingerland Gemeente Tytsjerksteradiel Gemeente Weststellingwerf Derden Totaal
Aantal lopende trajecten 1 1 26 5 1 104 2 4 2 146
2.5 Ziekteverzuim Het cumulatieve ziekteverzuim tot en met het 3e kwartaal 2014 is in onderstaand overzicht weergegeven. In dit overzicht is onderscheid gemaakt tussen ziekteverzuim Sw en ziekteverzuim kader als ook kort en lang verzuim.
Sw
kort lang totaal
Feit t/m 3e kw. 2013 6,2% 8,3% 14,5%
Kader
kort lang totaal
1,7% 3,4% 5,1%
3e kwartaal 2014
Doel t/m 3e kw. 2014 5,7% 7,8% 13,5%
Feit t/m 3e kw. 2014 4,2% 9,8% 14,0%
Doel heel 2014 6,2% 7,9% 14,1%
3,5% 1,6% 5,1%
1,3% 4,7% 6,0%
3,1% 1,7% 4,8%
Pagina 15/32
Het kortdurend ziekteverzuim Sw bedraagt 4,2% en is 1,5% lager dan begroot en 2,0% lager ten opzichte van dezelfde periode in 2013. Ook het kort verzuim kader is lager dan begroot en komt op 1,3%. Ten opzichte van dezelfde periode in 2013 is het kort verzuim kader 0,4% lager. In de 1e kwartaalrapportage is toegelicht dat verwacht werd dat een deel van het toenmalige kort verzuim uiteindelijk langdurig verzuim zou gaan worden (gezien de aard van het verzuim van enkele kadermedewerkers). In het 2e kwartaal heeft deze verschuiving ook plaatsgevonden. Uit het overzicht op de vorige pagina blijkt tevens dat het ziekteverzuim bij Caparis hoofdzakelijk lang verzuim betreft. Dit geldt zowel voor Sw- als kaderpersoneel. Een gevolg hiervan is dat de mogelijkheden om het gemiddelde percentage te verlagen aanzienlijk worden beperkt. In eerdere kwartaalrapportages hebben wij toegelicht dat Caparis, ten opzichte van het landelijk gemiddelde, procentueel gezien een keer zoveel Sw-medewerkers met een ernstige arbeidshandicap hebben (landelijk: 12%/Caparis: 24%). Wij veronderstellen dat dit ook van invloed is op het verzuimpercentage, maar de mate waarin kunnen wij niet exact vaststellen. De bedrijfsarts heeft afgelopen zomer aangegeven dat er sprake is van een opvallende stijging van het aantal Sw-medewerkers met een tijdelijk dienstverband dat op het spreekuur komt. Circa 30% tot 40% van de bezoeken aan de bedrijfsarts betreft Sw-medewerkers met een tijdelijk dienstverband. Op dit moment is niet bekend of deze stijging wordt veroorzaakt door de aard van de handicap of door de onzekerheid over de toekomst. In onderstaande grafiek wordt het verloop van het ziekteverzuim gedurende 2014 per maand weergegeven. Ziekteverzuim Sw
30%
kort verzuim
20%
lang verzuim
10%
doelstelling
0%
Kader
jan
feb
mrt
apr
mei
jun
jul
jan
feb
mrt
apr
mei
jun
jul
aug
sep
okt
nov
dec
totaal verzuim vorig jaar
20%
10%
0% aug
sep
okt
nov
dec
Uit de grafiek blijkt dat het totaal verzuim van Sw-medewerkers tot en met het 3e kwartaal nagenoeg in lijn is met de begroting. Ten opzichte van vorig jaar is het totaal verzuim van Swmedewerkers lager. Het totaal verzuim met betrekking tot het kaderpersoneel is hoger dan begroot en hoger ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Dit wordt, zoals hiervoor toegelicht, hoofdzakelijk veroorzaakt door lang verzuim. Enkele kadermedewerkers zijn ernstig ziek en herstel wordt niet of niet op korte termijn verwacht.
3e kwartaal 2014
Pagina 16/32
3 KWARTAALCIJFERS 3.1 Winst- en verliesrekening Caparis NV Resultatenrek. (x €1.000)
cum. 3e kwartaal 2014 begroting
feit
15.418 425
cum. 3e kw. 2013
jaar 2014
∆%
feit
∆ % begroting
LE
∆%
16.632
7,9%
15.612
7%
20.514
21.872
6,6%
438
3,0%
235
86%
565
602
6,5%
CAPARIS NV OPBRENGSTEN Omzet Trajecten Interne omzet
387
484
25,2%
365
33%
499
606
21,4%
Overige bedrijfsopbr.
227
281
23,9%
259
8%
302
354
17,2%
2.192
2.458
12,1%
2.118
16%
2.924
3.174
8,5%
303
316
4,4%
416
-24%
393
415
5,6%
13.962
15.063
7,9%
13.937
8%
18.563
19.845
6,9%
1.170
1.236
5,6%
1.160
7%
1.560
1.653
6,0%
15.132
16.298
7,7%
15.097
8%
20.123
21.498
6,8%
Directe orderkosten Kosten uitbesteed NTW Opbrengsten BW Totaal Opbrengsten KOSTEN Loonkosten kader
7.741
7.025
-9,2%
7.307
-4%
10.277
9.511
-7,5%
Overige pers. kosten kader
269
143
-46,7%
330
-56%
359
278
-22,6%
Dienstverlening derden
437
387
-11,5%
851
-55%
576
483
-16,1%
Overige pers. kosten Sw
680
503
-26,1%
436
15%
907
719
-20,7%
Huisvesting
2.107
1.979
-6,1%
2.049
-3%
2.787
2.616
-6,1%
Vervoer/prod.middelen
1.661
1.607
-3,3%
1.717
-6%
2.214
2.143
-3,2%
Rente
305
220
-28,0%
254
-14%
407
275
-32,4%
Reclamekosten/sponsoring
139
115
-17,0%
152
-24%
185
158
-14,6%
IC T en huur telecom
283
325
15,1%
253
29%
377
446
18,3%
Accountants en advieskosten
128
49
-61,2%
91
nvt
170
98
-42,4%
Reis-/verblijfkosten
214
164
-23,1%
196
-16%
285
250
-12,3%
Bijzondere projecten Overige kosten
103
97
-5,4%
96
1%
137
130
-5,1%
659
474
-28,1%
475
0%
862
678
-21,3%
14.724
13.088
-11,1%
14.207
-8%
19.543
17.785
-9,0%
Totaal Incidentele B/L
-263
-318
21,0%
-140
nvt
-350
-430
22,9%
Bedrijfsresultaat NV
670
3.527
n.v.t.
1.030
n.v.t.
930
4.143
n.v.t.
Totaal Kosten
3e kwartaal 2014
Pagina 17/32
Toelichting op de resultatenrekening Caparis heeft tot en met het 3e kwartaal het bedrijfsresultaat met € 2.857.000 verbeterd ten opzichte van de begroting. Ten opzichte van dezelfde periode in 2013 is het bedrijfsresultaat verbeterd met € 2.497.000. Hieronder worden de belangrijkste ontwikkelingen met betrekking tot de gerealiseerde cijfers tot en met het 3e kwartaal 2014 versus de begroting 2014 kort toegelicht. Item resultatenrekening Netto toegevoegde waarde
Toelichting De NTW van Caparis is € 1.101.000 hoger dan begroot en komt uit op een bedrag van € 15.063.000. Ten opzichte van 2013 is de NTW € 1.126.000 hoger. Alle bedrijfsonderdelen hebben een NTW gerealiseerd die in lijn is met of hoger is dan de begroting. De belangrijkste ontwikkelingen in de NTW zijn: •
•
•
•
•
•
3e kwartaal 2014
Aanpassing van de tarieven van het AEB naar een kostendekkend niveau heeft geleid tot een verbetering van de NTW ten opzichte van de begroting. Hogere volumes bij Business Post als gevolg van het sorteren en bezorgen van enkele grote mailingen met betrekking tot de gemeenteraadsverkiezingen en daarnaast structureel hogere omzet bij een groot deel van de klanten. Daarnaast heeft Business Post een groter aandeel van de post zelf kunnen bezorgen met als gevolg dat de kosten voor uitbesteding (bezorging door PostNL) lager zijn uitgevallen. Twee klanten van Schoonmaak hebben de contracten verlengd voor 2014, terwijl in de begroting rekening was gehouden met het verlies van deze opdrachten. Het aantal declarabele uren van de individuele detacheringen blijft achter ten opzichte van de verwachting. Een gevolg hiervan is dat de NTW achterblijft ten opzichte van de begroting. De oorzaak van het lagere aantal declarabele uren is in hoofdstuk 1 toegelicht. De zachte winter heeft bij Groenservice geleid tot extra NTW doordat langer voor klanten in het groen kon worden doorgewerkt. Bij een strenge winter ligt het groenwerk grotendeels stil. Daarnaast hebben enkele opdrachtgevers het werk wat gepland stond voor het 4e kwartaal 2013 uit laten voeren in het 1e kwartaal 2014. Ook heeft het zachte voorjaar er voor gezorgd dat het gras en onkruid snel groeide. Groenservice heeft hierdoor extra opdrachten kunnen uitvoeren; dit naast het reguliere werk. Tot slot was er sprake van een hoger aantal declarabele uren voor de gedetacheerde groenmedewerkers (groepsdetachering). Het bedrijfsonderdeel Industrie (o.a. FoodPack, MultiPack en het Grafisch Centrum) heeft boven verwachting gepresteerd en heeft de positieve lijn in het 4e kwartaal 2013 weten
Pagina 18/32
door te zetten gedurende 2014. De orderportefeuille was over het algemeen goed gevuld. Normaliter heeft Industrie in het 1e kwartaal te maken met een dip, maar daarvan was dit jaar in mindere mate sprake. Tevens was het aantal declarabele uren van de groeps- en flexdetacheringen substantieel hoger dan begroot. Bij het bedrijfsonderdeel Industrie is sprake van structureel meer werk. Caparis staat goed bekend bij haar opdrachtgevers. De afgelopen jaren is geïnvesteerd in het verder verbeteren van de samenwerking met de klanten en het verhogen van de kwaliteit van de dienstverlening. We plukken hier nu de vruchten van door het enerzijds werven van nieuwe klanten en het anderzijds gegund krijgen van meer en/of nieuw werk van bestaande klanten. Opbrengst Begeleid Werken
De opbrengst Begeleid Werken (BW) bestaat uit de marge tussen enerzijds de ontvangen Rijkssubsidie BW en anderzijds de doorbetaling van de Rijkssubsidie BW naar werkgevers of externe re-integratiebureaus. De opbrengsten BW zijn € 66.000 hoger ten opzichte van de begroting. Dit wordt veroorzaakt door het realiseren van extra BW-plaatsingen en het verbeteren van de marge door betere condities met de externe reintegratiebureaus. Deze lijn was in 2012 en 2013 al ingezet. Tot slot heeft de verhoging van de Rijksbijdrage, zoals aangekondigd door het Rijk in september, tot gevolg, dat de opbrengst BW € 12.000 hoger is dan begroot.
Loonkosten kader
De loonkosten kader zijn € 716.000 lager dan begroot (begroting € 7.741.000/realisatie € 7.025.000) door een lagere bezetting in kader (begroting 171,6 fte’s/realisatie 160,6 fte’s). De lagere bezetting is het gevolg van (natuurlijk) uitstroom in combinatie met een latere invulling van vacatures ten opzichte van de begroting. Daarnaast zijn enkele vacatures niet ingevuld. Deze vacatures worden, indien mogelijk, ingevuld door het herschikken van taken. Zie paragraaf 3.2 voor een overzicht van de personele bezetting. Bovendien was in de begroting rekening gehouden met een stijging van de bruto lonen van maximaal 1%. Recentelijk is een nieuwe Cao tot stand gekomen. Hieruit blijkt dat met ingang van 1 oktober 2014 er sprake zal zijn van een salarisstijging van 1%. Daarnaast zal in oktober 2014 een eenmalige uitkering van € 350 bruto per fte plaatsvinden. De effecten van de nieuwe Cao zijn niet verwerkt in de realisatiecijfers tot en met september 2014.
3e kwartaal 2014
Pagina 19/32
Dienstverlening derden
De kosten dienstverlening derden zijn € 50.000 lager dan begroot en € 464.000 lager ten opzichte van dezelfde periode in 2013. Qua aantal fte’s is gemiddeld 7,9 fte’s ingehuurd. Dit is 3,1 fte’s meer dan begroot (begroting 4,8 fte’s). Per saldo is er derhalve meer ingehuurd, maar wel tegen gemiddeld lagere lasten per fte. De hogere inhuur is van tijdelijke aard en wordt veroorzaakt door het inhuren van werkleiders om uitval van kaderpersoneel als gevolg ziekte op te kunnen vangen. Daarnaast is er in 2014 sprake van een hogere taakstelling ten opzichte van 2013. Hierdoor is in 2014 ook tijdelijk extra werkleiding nodig. Wij verwachten een verdere daling van het aantal ingehuurde fte’s.
Ov. personeelskosten Sw
De overige personeelskosten Sw zijn € 177.000 lager dan begroot. Deze besparing is voornamelijk gerealiseerd door lagere kosten voor arbozorg en interventiezorg. In voorgaande jaren zijn de kosten voor arbozorg en interventiezorg jaarlijks gestegen. In 2013 hebben we de inzet, frequentie en effectiviteit van de ingezette instrumenten geëvalueerd. Dit heeft ertoe geleid dat we kritischer kijken naar de inzet (en kosten) van bepaalde instrumenten. Daarnaast blijven de kosten van opleidingen nog achter op de begroting, omdat een deel van de opleidingen nog uitgevoerd moeten worden in het laatste kwartaal van 2014.
Huisvesting
De huisvestingskosten zijn € 128.000 lager dan begroot (begroting € 2.107.000/realisatie € 1.979.000). De daling wordt hoofdzakelijk veroorzaakt doordat in november 2013 de activiteiten van BusinessPost in Heerenveen zijn verhuisd van een huurlocatie naar de locatie van het Grafisch Centrum in Heerenveen. Daarnaast is een huurcontract verlengd tegen gunstigere condities. Hierdoor wordt een besparing op de huurlasten gerealiseerd (effect tot en met september € 34.000). Daarnaast heeft het zachte voorjaar en de warme zomer tot gevolg gehad dat er sprake is van lagere energielasten (effect tot en met september € 76.000).
Vervoers- en productiemiddelen
Ten opzichte van de begroting is € 54.000 bespaard op de kosten voor vervoers- en productiemiddelen. De belangrijkste reden hiervan is de eind 2013 gepleegde desinvestering in rijdend materieel. Hierdoor besparen we op dit moment op de kosten die betrekking hebben op het materieel (onderhoud, brandstof, wegenbelasting en verzekeringen). Tot slot zijn de afschrijvingslasten lager als gevolg van een terughoudend investeringsbeleid.
3e kwartaal 2014
Pagina 20/32
Rente
De rentelasten zijn € 85.000 lager dan begroot. De besparing wordt gerealiseerd doordat Caparis tot en met september minder lang- en kortlopend geld heeft geleend in combinatie met lagere rentepercentages voor het kortlopend kasgeld (ten opzichte van de begroting). De financieringsbehoefte van Caparis daalt als gevolg van de positieve bedrijfsresultaten in 2013 en de verbetering van de bedrijfsresultaten in 2014. Hierdoor is Caparis in staat om per saldo de omvang van de leningen te reduceren. Zie ook paragraaf 3.4.
ICT en huur telecom
De kosten voor ICT en huur telecom zijn € 42.000 hoger dan begroot. Microsoft is eind 2013 gestart met een licentiereview en deze review is begin 2014 afgerond. Tijdens de review is geconstateerd dat Caparis op enkele punten niet volledig in lijn met de voorschriften van Microsoft heeft gehandeld. Caparis heeft dit in maart hersteld, resulterend in een stijging van de licentiekosten (effect tot en met september € 45.000). Tot slot heeft de uitfasering van Windows XP geleid tot eenmalige kosten (€ 5.000).
Bijzondere projecten
Op de bijzondere projecten worden de kosten van het project Caparis in Beweging verantwoord.
Overige kosten
De overige bedrijfskosten zijn € 185.000 lager dan begroot (begroting € 659.000/realisatie € 474.000). De overige bedrijfskosten bestaan onder andere uit kosten van verzekeringen (niet zijnde huisvesting en materieel), telefonie, kantoorbenodigdheden, abonnementen/contributies en certificeringskosten. De lagere overige bedrijfskosten worden hoofdzakelijk gerealiseerd door een besparing op de telefoonkosten (€ 42.000), kantoorbenodigdheden (€ 10.000), abonnementen (€ 19.000), certificeringskosten (€ 24.000), vergader-/representatiekosten (€ 24.000), ontvangen schadevergoedingen van verzekeringen (€ 14.000) en boekwinst op desinvesteringen (€ 19.000). De besparing op de telefoonkosten is het gevolg van een medio 2013 uitgevoerde offerteronde onder telecomaanbieders.
Incidentele baten/lasten
De incidentele baten & lasten betreft de bonus Begeleid Werken 2012 (€ 263.000 bate, conform begroting 2014), schattingsverschil inkoopbonussen voorgaande jaren (€ 3.000 bate), subsidieafrekening Divosa (€ 20.000 bate), uitkering WVA voorgaande jaren (€ 46.000 bate), nagekomen kosten stormschade oktober 2013 (€ 10.000 last) en de kosten als gevolg van de eindafrekening 2013 van het gas (€ 4.000 last).
3e kwartaal 2014
Pagina 21/32
De verwachte bonus BW 2012 (begroot op € 350.000 bate) wordt maandelijks voor 1/12e deel (€ 29.000 per maand) verantwoord. We ontvangen naar verwachting in december 2014 de definitieve beschikking. Omdat de daadwerkelijke omvang nog onzeker is, gaan we in de realisatie van het bedrijfsresultaat vooralsnog uit van het begrote bedrag.
Nadere toelichting op gerealiseerd resultaat t/m 3e kwartaal 2014 Caparis heeft tot en met september een bedrijfsresultaat gerealiseerd van € 3.527.000 positief. Dit resultaat is echter inclusief enkele (niet begrote) eenmalige baten en lasten. Exclusief deze baten en lasten bedraagt het bedrijfsresultaat € 3.472.000 positief. Dit is een verbetering van € 2.802.000 ten opzichte van het begrote bedrijfsresultaat. In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de belangrijkste eenmalige baten en lasten die van invloed zijn geweest op het gerealiseerde bedrijfsresultaat. Omschrijving Bedrijfsresultaat exclusief eenmalige baten en lasten Eenmalige baten Nagekomen uitkering Wet vermindering Afdracht Loonbelasting Eindafrekening subsidie Divosa Schattingsverschil inkoopbonussen Eenmalige lasten Nagekomen kosten stormschade oktober 2013 (niet gedekt door verzekering) Eindafrekening gas 2013 Bedrijfsresultaat inclusief eenmalige baten en lasten
Bedrag € 3.472.000 € 46.000 € 20.000 € 3.000
€ 10.000 € 4.000 € 3.527.000
Hieronder volgt een korte toelichting op de hierboven opgenomen eenmalige baten en lasten: •
•
•
•
Caparis heeft in het voorjaar van 2014 een beschikking ontvangen van de Belastingdienst waarin de Belastingdienst alsnog instemt met de toepassing van de Wet vermindering Afdracht Loonbelasting voor de jaren 2012 en 2013. Het totale bedrag ad € 70.000 wordt middels 9 maandelijkse termijnen ten gunste van het resultaat van Caparis gebracht. Caparis heeft in de periode 2010 tot en met 2012 voor Divosa een pilot uitgevoerd. Voor deze pilot is in 2010 reeds een voorlopige subsidie van € 80.000 toegekend. In 2013 is het definitieve verantwoordingsverslag opgesteld en verstuurd. Naar aanleiding van het definitieve verantwoordingsverslag heeft Caparis nog € 20.000 aanvullende subsidie ontvangen. Caparis heeft met enkele leveranciers afspraken gemaakt over inkoopbonussen. Op basis van de inkoop (volume of omzet) wordt vervolgens jaarlijks een inkoopbonus aan Caparis toegekend. In de jaarrekening nemen we hiervoor een vordering op. Dit betreft veelal een schatting omdat de exacte bonus vaak nog niet bekend is bij het opmaken van de jaarrekening. In het nieuwe jaar vindt vervolgens de definitieve vaststelling plaats. Voor Caparis heeft dat geleid tot een extra bate van € 3.000. Eind oktober 2013 werd Nederland geteisterd door een storm. Ook Caparis heeft stormschade opgelopen. In de jaarrekening 2013 was voor de nog af te wikkelen schade een re-
3e kwartaal 2014
Pagina 22/32
•
servering opgenomen. Inmiddels is in het 1e half jaar de schade definitief afgewikkeld wat heeft geresulteerd in € 10.000 aan extra kosten. In de jaarrekening wordt ieder jaar een reservering opgenomen voor de nog te verwachten eindafrekening van gas, water en elektra. Wij hebben in juni en juli de eindafrekening gas 2013 ontvangen. Hieruit blijkt dat we per saldo nog € 4.000 moesten nabetalen ten opzichte van de reservering. De eindafrekeningen van water en elektra vallen binnen de verantwoorde reservering.
Toelichting op de latest estimate (LE)/jaareindeverwachting 2014 Caparis verwacht over heel 2014 uit te komen op een bedrijfsresultaat van € 4.143.000 positief (begroting € 930.000 positief). In het verwachte bedrijfsresultaat van € 4.143.000 positief zitten enkele eenmalige (niet begrote) baten en lasten. Exclusief deze baten en lasten verwacht Caparis een bedrijfsresultaat van € 4.064.000 positief. Dit is een verbetering ten opzichte van het begrote bedrijfsresultaat met € 3.134.000. In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de eenmalige baten en lasten die van invloed zijn op het verwachte bedrijfsresultaat 2014. Omschrijving Verwacht bedrijfsresultaat 2014 exclusief eenmalige baten en lasten Eenmalige baten Nagekomen uitkering Wet vermindering Afdracht Loonbelasting Eindafrekening subsidie Divosa Schattingsverschil inkoopbonussen Mutatie voorzieningen Eenmalige lasten Nagekomen kosten stormschade oktober 2013 (niet gedekt door verzekering) Eindafrekening gas 2013 Verwacht bedrijfsresultaat 2014 inclusief eenmalige baten en lasten
Bedrag € 4.064.000 € 70.000 € 20.000 € 3.000 PM
€ 10.000 € 4.000 € 4.143.000
Voor de toelichting betreffende de eenmalige baten en lasten (exclusief mutatie voorzieningen) wordt verwezen naar de vorige pagina. Bij het opstellen van de huidige jaareindeverwachting, is nog geen rekening gehouden met mutaties in de voorzieningen. De belangrijkste voorziening die nog een substantieel effect kan hebben, betreft de reorganisatievoorziening. Eind 2013 is een reorganisatievoorziening gevormd (€ 400.000) voor de verwachte personele (en financiële) gevolgen van de reorganisatie van het voormalige bedrijfsonderdeel Ontwikkeling & Integratie. De reorganisatie is inmiddels formeel afgerond. De personele (en financiële) gevolgen van de reorganisatie zijn echter nog niet afgewikkeld. Wij verwachten dat eind 2014 een deel van deze reorganisatievoorziening kan vrijvallen. Op dit moment kunnen wij echter nog geen inschatting geven van de omvang van de vrijval. In de jaareindeverwachting is deze vrijval dan ook als een pm-post meegenomen.
3e kwartaal 2014
Pagina 23/32
Nagenoeg alle bedrijfsonderdelen dragen naar verwachting bij aan de verbetering van het begrote bedrijfsresultaat. Het bedrijfsonderdeel AEB zal het begrote bedrijfsresultaat niet gaan realiseren. Voor het realiseren van de verbeteringen bij het AEB is tijdelijk gebruik gemaakt van externe krachten. Eind juni was deze inhuur grotendeels afgebouwd, maar de kosten over het 1e half jaar komen wel ten laste van het AEB. Ook zal naar verwachting het aantal trajectdeelnemers lager uitvallen dan begroot (begroting 135 fte’s/verwachting 97 fte’s). Dit is van invloed op de trajectomzet van het AEB. Wij verwachten de NTW met per saldo € 1.282.000 te verbeteren ten opzichte van de begroting. Alle bedrijfsonderdelen zullen naar verwachting de begrote NTW verbeteren. Een enkele afdeling blijft achter op de begroting (bijvoorbeeld individuele detacheringen), maar dit wordt ruimschoots gecompenseerd door de overige afdelingen binnen hetzelfde bedrijfsonderdeel. Wij verwachten dat alle acht aangesloten gemeenten de in de (herziene) begroting opgenomen gemeentelijke omzet gaan realiseren of verbeteren. Een uitzondering betreft de gemeente Weststellingwerf. Deze gemeente zal naar verwachting op € 12.000 na de begrote gemeentelijke omzet net niet halen. De aangesloten gemeenten leveren een belangrijke bijdrage aan de verbetering van de bedrijfsresultaten van Caparis. Het resultaat BW zal naar verwachting € 93.000 hoger uitvallen ten opzichte van de begroting. Het aantal BW-plaatsingen zal naar verwachting 3 fte hoger zijn dan begroot (begroting 125 fte/verwachting 128 fte). De verbetering van het resultaat BW wordt daarnaast positief beïnvloed door de hogere Rijksbijdrage Wsw (effect circa € 15.000 bate) en doordat gunstigere condities zijn afgesproken met externe re-integratiebedrijven die in het verleden BWplaatsingen voor Caparis hebben gerealiseerd. Ook op het gebied van de bedrijfskosten denken we het beter te gaan doen ten opzichte van de begroting. Wij verwachten dat de kosten € 1.758.000 lager uitvallen dan begroot (begroting € 19.543.000/verwachting € 17.785.000). We verwachten bij alle kostencategorieën, met uitzondering van de ICT-kosten, een verbetering ten opzichte van de begroting. De belangrijkste verklaringen zijn: • •
•
•
De besparing op de loonkosten wordt hoofdzakelijk verklaard door een lagere bezetting in fte’s (begroting 170,8 fte’s/verwachting 161,6 fte’s). De overige personeelskosten kader zullen naar verwachting binnen de begroting blijven door lagere opleidingskosten. De overige personeelskosten Sw zullen naar verwachting lager uitvallen door het beter inzetten van de arbo- en interventiezorg. Door het beter afwegen van het in te zetten instrument kan bespaard worden op de kosten van deze instrumenten (voorkomen onnodige inzet van bepaalde instrumenten). Er zal naar verwachting € 93.000 bespaard worden op de kosten dienstverlening derden, omdat in het 2e en 3e kwartaal de inzet van externe medewerkers is gereduceerd en de gemiddelde inhuurkosten per fte lager uitvallen dan begroot. De rentekosten blijven naar verwachting € 132.000 onder begroting (begroot € 407.000/ verwachting € 275.000). Een combinatie van een lagere financieringsbehoefte en een lager rentepercentage leidt tot lagere rentelasten. Wij verwachten gedurende het laatste kwartaal geen substantiële wijziging van het rentepercentage. Bovendien verwachten wij dat in het laatste kwartaal geen nieuwe langlopende lening hoeft te worden aangetrokken. Bij het
3e kwartaal 2014
Pagina 24/32
opstellen van de begroting 2014 werd nog verwacht dat Caparis in 2014 een nieuwe langlopende lening van € 2.500.000 moest gaan afsluiten als herfinanciering van de aflossingsverplichtingen. Door de positieve financiële resultaten over heel 2013 en naar verwachting over heel 2014, denken wij dat de aflossingsverplichtingen en investeringen geheel vanuit eigen middelen kunnen worden gefinancierd. Wij hebben de huidige jaareindeverwachting met € 567.000 positief bijgesteld ten opzichte van de jaareindeverwachting zoals opgenomen in de rapportage over het 2e kwartaal. De verbetering in de huidige jaareindeverwachting wordt op hoofdlijnen als volgt verklaard: • • • •
Verbetering van de NTW bij nagenoeg alle bedrijfsonderdelen met totaal € 301.000. Hogere opbrengsten Begeleid Werken van € 40.000. Verlaging van de kosten met € 190.000 door met name lagere kosten voor vervoer- en productiemiddelen en lagere accountants- en advieskosten. Additionele incidentele/eenmalige baten van € 36.000 (subsidieafrekening Divosa en eindafrekening gas 2013).
Voor de volledigheid wordt opgemerkt dat in de nu voorliggende jaareindeverwachting geen rekening is gehouden met de potentiële risico’s zoals toegelicht in paragraaf 1.4. Voor de volledigheid verwijzen wij dan ook naar deze paragraaf. Als directieteam van Caparis zijn we tevreden over de financiële resultaten tot en met september en de jaareindeverwachting 2014. Ondanks de positieve ontwikkeling van de bedrijfsresultaten van Caparis, realiseren wij ons dat het sociale domein van de bij Caparis aangesloten gemeenten veel geld kost. Er blijft sprake van een aanzienlijk subsidietekort waar zowel Caparis als de aangesloten gemeenten geen invloed op hebben. Dit is een substantieel bedrag waarmee de gemeenten geconfronteerd worden als gevolg van hun maatschappelijke en wettelijke verplichtingen rondom de sociale werkvoorziening. Met de verbetering van de bedrijfsresultaten tot en met september en de huidige jaareindeverwachting hoopt Caparis de kosten van het gehele sociale domein voor de aangesloten gemeenten enigszins te kunnen beperken omdat de aangesloten gemeenten geen additionele middelen ten behoeve van de bedrijfsvoering van Caparis ter beschikking hoeven te stellen. Indien wij deze lijn ook in 2015 kunnen voortzetten, zal gedurende 2015 naar verwachting het eigen vermogen het statutair minimaal vereiste niveau van 30% hebben bereikt. Op grond van de statuten, besluiten vervolgens de aandeelhouders bij het vaststellen van de jaarrekening 2015 over de bestemming van het surplus. Het uitkeren van het surplus aan de gemeenten is hierbij een mogelijkheid.
3e kwartaal 2014
Pagina 25/32
3.2 Bezettingsoverzicht De personele bezetting is in de onderstaande tabel weergegeven: Bezetting
cum. 3e kwartaal 2014
cum. 3e kw. 2013
jaar 2014
begroting
feit
∆%
feit
∆ % begroting
LE
∆%
2.207,0
2.204,1
-0,1%
2.175,7
1,3%
2.195,1
2.202,7
0,3%
141,0
142,7
1,2%
139,4
2,3%
141,0
144,3
2,3%
2.348,0
2.346,7
-0,1%
2.315,2
1,4%
2.336,1
2.347,0
0,5%
2.081,5
2.077,5
-0,2%
2.053,9
1,1%
2.070,3
2.075,6
0,3%
135,0
97,0
-28,1%
189,1
-48,7%
135,0
96,9
-28,2%
Bezetting in Se Sw in Se in dienst BW in Se Totaal Sw in Se Bezetting in fte Sw in fte in dienst Trajecten in FTE BW in fte Totaal Sw in fte Kader fte Inhuur kader fte Kader in fte in dienst
124,7
126,2
1,2%
123,9
1,8%
124,7
127,9
2,6%
2.341,2
2.300,8
-1,7%
2.366,9
-2,8%
2.330,0
2.300,4
-1,3%
171,6
160,6
-6,4%
164,5
-2,3%
170,8
161,6
-5,4%
4,8
7,9
63,7%
10,2
-23,1%
4,8
7,4
54,2%
176,4
168,5
-4,5%
174,7
-3,6%
175,6
169,0
-3,8%
Het aantal Sw-medewerkers, exclusief BW, is circa 4 fte (circa 3 Se) onder begroting. In het 2e en 3e kwartaal is een groot aantal plaatsingen gerealiseerd. Dit heeft er onder andere voor gezorgd dat de wachtlijst aanzienlijk gereduceerd is. Voor heel 2014 verwachten wij op een bezetting van circa 2.204 fte (circa 2.347 Se) uit te komen; dit is inclusief BW. Hiermee komt de verwachte eindstand Sw-bezetting over 2014 circa 9 fte (circa 11 Se) hoger uit dan begroot. De daadwerkelijke taakstelling van de gemeenten is hoger dan waarmee in de begroting van Caparis rekening is gehouden. Voor heel 2014 wordt namelijk een onderrealisatie van de taakstelling verwacht. Voor de volledigheid wordt verwezen naar de toelichting in paragraaf 2.1. Het aantal kadermedewerkers is 11 fte’s lager dan de begroot (begroting 171,6 fte’s/realisatie 160,6 fte’s). Ten opzichte van dezelfde periode in 2013 is het aantal kadermedewerkers 4 fte’s gedaald. De daling wordt veroorzaakt door (pre)pensionering van medewerkers, het niet verlengen van enkele tijdelijke contracten en het later of in het geheel niet invullen van vacatures ten opzichte van de begroting. We verwachten wel een beperkte stijging van het aantal kadermedewerkers gedurende het laatste kwartaal van 2014, met name op het niveau van werkleiding (begeleiding/aansturing van Sw-medewerkers). Door het invullen van deze vacatures kunnen we de bedrijfsvoering van Caparis continueren en de span of control van de werkleiding normaliseren. Nieuwe medewerkers krijgen standaard een tijdelijk dienstverband. Voor heel 2014 verwachten we dan ook een bezetting van kadermedewerkers van circa 161 fte; circirca 10 fte onder begroting. Zie paragraaf 3.1 voor de toelichting op de inhuur derden.
3e kwartaal 2014
Pagina 26/32
3.3 Balans Balans Caparis NV 2014 3e kwartaalrapportage (x €1.000)
ACTIVA
30-9-2014
31-12-2013
14.136 73 14.209
14.781 76 14.857
1.005 4.692 1.518 7.215
520 4.085 591 5.195
21.424
20.052
45 11.143 -6.319 4.868
45 11.143 -9.847 1.341
Voorzieningen Langlopende sc hulden Kortlopende sc hulden Totaal voorzieningen en schulden
1.637 10.267 4.652 16.556
1.903 10.267 6.542 18.711
Totaal passiva
21.424
20.052
Vaste Activa Materiële vaste ac tiva Financ iële vaste activa Totaal vaste activa Vlottende activa Voorraden Vorderingen Liquide Middelen Totaal vlottende activa Totaal activa
PASSIVA Eigen vermogen Geplaatst kapitaal Agioreserve Overige reserves Totaal eigen vermogen
3e kwartaal 2014
Pagina 27/32
Toelichting op de balans Item balans Materiële vaste activa
Toelichting De daling van de materiële vaste activa wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de reguliere afschrijving op deze activa. Tot en met september is voor € 333.000 aan investeringen (o.a. krimptunnel, hefmiddelen, aanpassing vloeren/wanden FoodPack, softwarelicenties, ICT-middelen, bestrating/verharding terreinen, vervanging cv-installatie, zonwering en een schoonmaakmachine). Daarnaast is totaal voor € 6.000 aan desinvesteringen (inruil vorkheftrucks) gepleegd.
Voorraden
De voorraden zijn gestegen met € 485.000 tot € 1.005.000. De stijging wordt grotendeels veroorzaakt door een stijging van het onderhandenwerk van Groenservice met € 623.000. Na facturering van het uitgevoerde werk, zal het onderhandenwerk weer dalen. Daar tegenover staat een lagere voorraadpositie van de Kwekerij (effect € 77.000).
Vorderingen
De vorderingen zijn gestegen van € 4.085.000 naar € 4.692.000 (stijging van € 607.000). De handelsdebiteuren zijn gestegen met € 60.000. Voor vorderingen op handelsdebiteuren waar getwijfeld wordt aan de inbaarheid van de vordering is een voorziening getroffen. De overige vorderingen zijn gestegen met € 422.000 voornamelijk door de stijging van de rekening-courantvordering op de GR. De overlopende activa zijn gestegen met € 125.000. Op deze rekening worden de vooruitbetaalde kosten geboekt die betrekking hebben op meerdere maanden (bijvoorbeeld verzekeringen en onderhoudscontracten) waarna deze kosten gedurende looptijd van het contract ten laste van de exploitatie van Caparis worden gebracht. Bij aanvang van het jaar stijgen de overlopende activa waarna deze gedurende het jaar weer dalen.
Liquide middelen
De mutaties in de liquide middelen worden toegelicht middels het verderop in dit verslag opgenomen kasstroomoverzicht.
Eigen vermogen
De mutatie in het eigen vermogen ten opzichte van eind 2013 (stijging van € 3.527.000) betreft het bedrijfsresultaat tot en met september 2014. De solvabiliteit is in het 3e kwartaal gestegen naar een percentage van circa 23% (eind 2013 circa 7%). Statutair wordt een minimale solvabiliteit voorgeschreven van 30%. Wij verwachten het statutair voorgeschreven niveau in de loop van 2015 te bereiken.
3e kwartaal 2014
Pagina 28/32
Voorzieningen
De voorzieningen zijn ten opzichte van 31 december 2013 met € 266.000 gedaald. De daling wordt enerzijds veroorzaakt door per saldo een stijging van de voorzieningen groot onderhoud (dotatie van € 55.000). Anderzijds is sprake van een daling door de onttrekking voor de kosten van inactieven en gepensioneerde oud-medewerkers (€ 188.000), onttrekking van de voorziening verlieslatende huurcontracten (€ 61.000), onttrekking van de voorziening met betrekking tot de bodemverontreiniging in Gorredijk (€ 38.000) en onttrekking van de reorganisatievoorziening (€ 34.000).
Langlopende schulden
Ten opzichte van de stand per 31 december 2013, zijn de langlopende schulden ongewijzigd. Gedurende 2014 zijn geen nieuwe langlopende leningen aangetrokken. In de begroting 2014 was overigens uitgegaan van het aantrekken van een nieuwe langlopende lening per 1 januari 2014 voor een bedrag van € 2.500.000. Vanwege het positieve bedrijfsresultaat 2013 en het positieve bedrijfsresultaat 2014, is het aantrekken van een nieuwe langlopende lening nog niet nodig geweest. De verwachting is dat in het laatste kwartaal van 2014 ook geen nieuwe langlopende leningen hoeven te worden aangetrokken. De aflossingsverplichting met betrekking tot 2014 is verantwoord onder de kortlopende schulden.
Kortlopende schulden
De kortlopende schulden zijn gedaald tot € 4.652.000 (daling van € 1.890.000). De daling wordt grotendeels veroorzaakt door een daling van de aflossingsverplichtingen op langlopende leningen (aflossing van € 1.673.000), daling van de verschuldigde belastingen, sociale- en pensioenpremies (€ 88.000) en een daling van de overige schulden (€ 349.000). Hier staat tegenover de stijging van de handelscrediteuren (€ 301.000).
3e kwartaal 2014
Pagina 29/32
3.4 Kasstroomoverzicht Kasstroom overzicht (x €1.000)
Kasstroom uit operationele activiteiten Netto toegevoegde waarde Totaal dir. kosten en doorbel. (exc l. afl.& rente) Rente Totaal resultaat begeleid werken Totaal incidenteel Totaal personeelskosten Sw Totaal bijdrage Rijk
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Afschrijvingen materiële activa (geen kasstroom) Investeringen materiële activa 1) Desinvesteringen materiële ac tiva Investeringen financiële activa Desinvesteringen financ iële ac tiva 1) saldo afschrijvingen en mutatie balans = investering
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Kapitaalstorting (eigen vermogen) Mutatie kasgeldlening Afgesloten langlopende leningen Aflossing van langlopende schulden
Onderverdeling in: Res.rekening Balans 15.062 -685 -11.394 -911 -220 -43 1.236 -28 318 0 -503 100 0 -10 4.499 -1.577
Totaal 14.377 -12.305 -263 1.208 318 -403 -10 2.922
-972 639 6 0 5 650
-333 6 0 5 -322
0 0 -1.673 -1.673
0 0 0 -1.673 -1.673
-972
Netto kasstroom/mutatie in geldmiddelen
927
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode. Als liquide middelen worden aangemerkt de aanwezige kasmiddelen en de per saldo direct opeisbare banktegoeden.
Kasstroom uit operationele activiteiten In de kasstroom uit operationele activiteiten zijn ook de overige personeelskosten Sw opgenomen. Dit betreft de kosten voor opleidingen, arbo- en interventiezorg, kerstpakketten, enzovoorts. Conform de met de GR gemaakte afspraken, maken deze kosten geen onderdeel uit van het subsidieresultaat maar komen deze kosten ten laste van Caparis.
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Zie paragraaf 3.3 voor de toelichting op de investeringen en desinvesteringen.
Kasstroom uit financieringsactiviteiten De kasstroom uit financieringsactiviteiten betreft de aflossing van langlopende leningen voor een bedrag van € 1.673.000. Het saldo aan kasgeldleningen bedraagt per 30 september 2014 € 1.000.000 en is hiermee gelijk aan het saldo ultimo 2013 (€ 1.000.000), maar € 500.000 lager dan het saldo ultimo 2e kwartaal 2014 (€ 1.500.000). Er zijn in 2014 geen nieuwe lang-
3e kwartaal 2014
Pagina 30/32
lopende leningen aangetrokken (begroting: nieuwe langlopende lening van € 2.500.000 per 1 januari 2014). Caparis mag op grond van de financieringsovereenkomsten maximaal 130% van de materiële vaste activa financieren. Per 30 september 2014 is dit kengetal 82,0%. De financieringsfaciliteit is gedurende 2014 gedaald ten opzichte van ultimo 2013 (89,7%). Voor heel 2014 wordt gestreefd naar een verdere reductie van de financieringsbehoefte. In onderstaand figuur is de ontwikkeling van de financieringsbehoefte versus de financieringsfaciliteit weergegeven. Opgenomen financieringsfaciliteit 140%
Percentage
120% 100% 80% 60% 40% 20% 0% Ult. 2013
Q1 2014
Q2 2014
Q3 2014
Q4 2014
Peildatum Opgenomen financieringsfaciliteit
Financieringsfaciliteit GR
Balansmutatie liquide middelen In onderstaand overzicht wordt de aansluiting van de kasstromen op de balans toegelicht. Aansluiting kasstroom op balans (x €1.000)
Operationele activiteiten Voorraden Vorderingen Voorzieningen Kortlopende schulden exclusief (kasgeld)lening
Resultaat
Mutaties m.b.t. Kasstromen Liquide m. -485 -609 -266 -217 -1.577
Investeringsactiviteiten Materiële vaste activa (saldo afsc hrijvingen en investeringen) Financiële vaste activa Vorderingen
645 3 2 650
Financieringsactiviteiten Agioreserve Overige reserves Kortlopende schulden aflossing / leningen
Exploitatieresultaat Mutatie in geldmiddelen
3e kwartaal 2014
0 0 -1.673 -1.673 3.527 927
Pagina 31/32
4
OMZETTEN GEMEENTEN
Opdrachten gemeenten Cumulatief t/m september Gerealiseerd 2013
Totaal
AK
H'veen
7.358.271
914.101
Begroting 2014
6.500.000
Latest estimate gem. omzet
Oost.
Op.land
Tyt.
W'st.
1.163.847
841.639
734.894
464.421
664.000
584.000 1.871.000
346.000
436.000 1.181.000
667.000
751.000
7.320.000
838.000
641.000 2.047.000
366.000
516.000 1.285.000
888.000
739.000
83.117 546.812 363.640 481.274
409 41.611
4.380 76.580 27.549 36.962
Groenvoorziening Overig (w.o. OHW) Totaal diensten/producten
3.414.313 558.546 5.447.702
605.118 58.048 705.186
331.518
Trajecten Meteos vergoedingen Overig (w.o. OHW) Totaal arbeidsontwikkeling
478.225
600
2.790
-34.120 444.105
-210 390
2.790
5.891.807
705.576
Gerealiseerd t.o.v. begroting Gerealiseerd t.o.v. 2013
91% 80%
106% 77%
Voortgang in het jaar
75%
Totaal generaal
3e kwartaal 2014
654.058
Smal.
2.015.215
Cumulatieve omzetontw. Huisdrukwerk Postbezorging Detachering Schoonmaak
570.096
L'warden
10.629 230.655 207.488 272.131
15.115 27.623 10.033 67.629
22.033 33.183 6.487 34.451
17.468 73.352 77.907
10.792 41.707 32.676 70.101
2.291 22.101 1.500
577.050 197.451 476.989 1.495.404
94.421 48.025 262.846
320.965 30.324 447.443
611.869 15.759 796.355
522.674 14.812 692.762
350.698 194.127 570.717
153.401
12.542
3.068
265.407
4.493
35.924
153.401
-800 11.742
-520 2.548
-30.970 234.437
-600 3.893
-1.020 34.904
479.779 1.648.805
274.588
449.991 1.030.792
696.655
605.621
104% 83%
81% 82%
82% 84%
88% 82%
79% 59%
103% 69%
87% 89%
Pagina 32/32