11 pagina 2
pagina 4
pagina 8
Uit de ecbo-
Kennis van
“Tegenkomen,
kenniskring
de krimp
oplossen!”
nummer 11 december 2012
]
]
Uit de ecbo-kenniskring ‘Innovatiemanagers mbo 2012’
Woord vooraf
werking van HRM op tactisch en operationeel niveau. De
Demografische ontwikkelingen veranderen het perspectief van
van buitenaf leiden intern tot dialoog en discussie over ‘wat
kenniskring ziet op verschillende plaatsen meer verbinding
veel mbo-instellingen de komende jaren. Terwijl het aantal
verstaan wij onder goed onderwijs?’ Dat is waardevol, want
ontstaan tussen HRM- en onderwijsontwikkeling en vindt
jongeren van 15 tot en met 19 jaar tussen 2010 en 2015
het geeft steeds weer opnieuw de mogelijkheid om te kijken:
dat een goede zaak. “HRM valt onder Dienst Onderwijs &
nagenoeg gelijk blijft en tot 2020 nog zelfs iets toeneemt,
past het bij onze eigen koers en nemen we de tijd die ervoor
Kwaliteit.” “HRD is steeds meer nauw samenspel met
zal dit aantal tussen 2020 en 2025 sterk afnemen, blijkt uit
staat?
onderwijsinnovatie.” En daarachter schuilt nòg een vraag,
cijfers van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). De
namelijk: welke visie bestaat er op het beroep van leraren?
verschillen tussen regio’s zijn fors.
De kenniskring wordt op haar wenken bediend door lector
Waar jarenlang de leerlingen ‘vanzelf’ toestroomden is dat
Marco Snoek van de Hogeschool van Amsterdam, die een
straks niet meer vanzelfsprekend. Krimp legt nieuwe vraag-
betoog houdt over leiderschap voor leraren. In de discussie
stukken op het bordje van instellingen. Natuurlijk biedt krimp,
over leraren komen steeds twee elementen naar voren.
net als crisis, weer nieuwe kansen. Maar, zo laten de inter-
Het gaat enerzijds over kennistoetsen, de kennisbasis e.d.,
views in deze dimensies zien, voordat je aan de slag kan gaan
“Veel leraren ontlenen hun passie voor hun werk aan hun primaire rol: het ondersteunen van het leren van leerlingen.”
samengevat als ‘controle van buitenaf’; anderzijds om
Sinds een aantal jaren komt onder de vlag van ecbo een vaste kern van zo’n 12 rocvertegenwoordigers uit alle windstreken bijeen. Vier dagen per jaar vormen zij de ‘kenniskring innovatiemanagers mbo’. In de ochtend wisselt de kring ervaringen uit over onderwijsinnovaties en -verbeteringen (landelijk of instellingsgebonden innovaties), in de middag staat steeds een thema voor verdieping centraal. Samen delen ze kennis en wisselen ze ontwikkelingen en ervaringen in hun instellingen uit en proberen die te duiden.
Het middaggedeelte staat in het teken van professionalisering
professionalisering en professionele ruimte, samengevat als
van docenten. Louise van de Venne vertelt over ecbo-onderzoek
‘controle van binnenuit’ (of commitment). Passen die
naar HRM in het mbo: ‘control of commitment?’. Hoe werkt
beelden wel bij elkaar? Veel leraren ontlenen hun passie voor
landelijk HRM-beleid via sectoraal beleid door naar beleid
hun werk aan hun primaire rol: het ondersteunen van het
van mbo-instellingen, zo luidt de centrale vraag.
leren van leerlingen en minder aan andere rollen die hen
Documentstudie en een beperkte casestudie hebben de
worden toebedacht, zoals die van onderzoeker, innovator en
input voor beantwoording van de vraag geleverd. Steeds is
samenwerker. Er wordt nog weinig conceptueel gesproken
gekeken of de bril van control (‘wordt gedrag afgedwongen
over de leraren als professional/lid van een professionele
met oplossingen, moet er eerst wel wat gebeuren. Een van de
via regels en procedures?) of van commitment (het creëren
organisatie. Snoek schets een aantal perspectieven op profes-
meest cruciale zaken daarin is de vraag naar eigenaarschap:
van betrokkenheid, eigenaarschap) domineert. In de discus-
sionaliteit. Hij is sterk voorstander van een beroepsorganisatie,
wiens probleem is het eigenlijk en wie durft het naar zich toe
sie vertaalt men het gevoel dat de verschillende benaderingen
die in essentie het gesprek tussen professionals over hun
te trekken? Of is er misschien een derde partij nodig die de
kunnen opwekken als gestuurd door ‘wantrouwen’ of
eigen professionele handelen en houding organiseert en
basis legt door verbindingen te organiseren en het probleem
‘vertrouwen’. In het algemeen signaleert het onderzoek een
helpt collectieve professionele waarden te ontwikkelen.
te analyseren? Krimp betekent ook, dat je veel meer naar
nadruk op control, zeker vanuit landelijk en sectoraal beleid.
“Want professionals praten over heel veel met elkaar, maar
buiten moet kijken, over de muren van je organisatie heen.
Scholen moeten investeren om (meetbare) hogere prestaties
zelden over hun eigen handelen.”
Samenwerking is het sleutelwoord. En anders denken, want
In de aanloop naar ‘Focus op Vakmanschap’ komen verschil-
te leveren. Een aantal HRM-praktijken op instellingsniveau
lende kwesties bovendrijven. Eén signaal is bijvoorbeeld dat
zoals werving en selectie, beoordeling en beloning, taak-
Aan de kenniskring nemen deel: Albeda College (nieuw lid);
delijke grondslag, kom je niet ver meer. Maar waar haal je de
de verbinding tussen theorie en praktijk, mede door de
beleid en professionele ontwikkeling is beoordeeld. Op
Alfa-college; CITAVERDE College; Grafisch Lyceum Utrecht;
kennis vandaan voor die omslag, want alles wat we tot dus-
onderwijstijd, ondergesneeuwd raakt. Voor veel studenten is
instellingsniveau blijkt veeleer sprake van een combinatie van
Helicon; Koning Willem I College; Landstede; Steunpunt
verre doen is gebaseerd op groei. In de interviews in deze
juist leren in de praktijk een motiverende factor. Visies van
control en commitment. Als het gaat om leiderschap is de
Taal en Rekenen VE; Regio College; ROC A12; ROC de
dimensies wordt het vraagstuk van de krimp vanuit twee
verschillende colleges van bestuur op bpv en stage blijken
benadering meer control-gericht; bij beoordeling en beloning
Leijgraaf; ROC Eindhoven; ROC Nijmegen; ROC RIVOR;
invalshoeken benaderd: een beschouwing in het licht van
zeer uiteen te lopen: ben je een school of ben je ‘een grote
tref je meer een combinatie van beide benaderingen aan.
ROC van Twente; Zadkine
de Sleutelexperimenten Krimp in de bekende krimpregio’s
leerwerkplaats’? Zeker in een periode waarin wetgeving
De kenniskring merkt op, dat er nog een vraag aan vooraf
‘hangt’, is het van belang je eigen koers vast te houden.
gaat, namelijk wat is het strategisch HRM-beleid in de instel-
Belangstelling voor de kenniskring? Mail Ilona.Koning@
ervaring hoe je klein met kwaliteit in de lucht houdt. Doe er
Wat het nieuwe beleid ook voorstaat: meer samenhang en
ling? Want dat beleid is wezenlijk van invloed op de uit-
ecbo.nl
uw voordeel mee!
met concurrentie en mooie slogans, zonder gedegen inhou-
en de werkwijze van Kenniscentrum SVGB, met jarenlange
3
2
vergroten van de kwaliteit moet doorgaan. Druk en wensen
]
In gesprek met Jeroen Gommers
nog wel beter dan jullie, we groeien nog en jullie raken wat
kinderen op hun scholen instromen en hoe ze hun markt-
leerlingen aan ons kwijt, maar we moeten wel afspraken
aandeel kunnen vergroten. Maar op een gegeven moment
maken over hoe we het in de lucht houden. Of dat je als
wordt het dilemma te groot. Men ziet niet onder ogen dat je
gemeenten onderling afspraken maakt: ‘wij zullen wel wat
in bepaalde regio’s de krimp niet meer kan compenseren,
minder basisscholen faciliteren en bouwen, want jullie
dat is niet meer te doen. Nu gaat het over de top drie van
raken ze anders kwijt. Laten we zorgen dat we samen een
krimpgebieden, maar in feite gaat het straks over minstens
basisnetwerk houden’. Er is zoveel maatschappelijke con-
de helft van Nederland. Op macroniveau is er nauwelijks
currentie. Maar de wereld is snel aan het veranderen. En we
niet kunnen omgaan”, zegt Gommers. In een aantal regio’s
sprake van krimp; het aantal jongeren blijft nagenoeg gelijk.
zitten met een forse kennisachterstand, zonder modellen en
is de krimp al realiteit. Zij vormden anderhalf jaar geleden
Uiteindelijk betekent krimp vooral: nieuwe verstedelijking.
manieren waarop je dit slim kan aanpakken.”
het decor voor het project ‘Sleutelexperimenten Krimp’,
Jongere gezinnen trekken naar de stad. Dàt is het vraagstuk
bedoeld om de bekende krimpregio’s Oost-Groningen,
waarmee we te maken hebben.”
Kennis van de krimp
4
Parkstad Limburg en Zeeuws Vlaanderen de ruimte te geven eigen oplossingen te ontwerpen en nieuwe kansen te pakken.
Concurrerende systemen
Om op die manier regionaal meer grip te krijgen op het krimp-
Het zit niet ingebakken in het onderwijssysteem of in bestuur-
vraagstuk en daar landelijk van te leren. En met name ook
lijke rollen om langere termijnstrategieën te ontwikkelen die
een idee te krijgen op mogelijk belemmerende wet- en
met krimp omgaan. “Maar het zit nog dieper”, zegt Gommers.
regelgeving.
Het is voor het eerst in de geschiedenis, de jaren tachtig
“Het is voor het eerst in de geschiedenis dat er sprake is van krimp op gebieden als onderwijs en economie.”
daargelaten, dat er sprake is van krimp op gebieden als
Konijntje in de lampen
Bij een rondgang van ecbo langs een aantal mbo-instel-
onderwijs en economie. Daardoor is er geen kennisbasis
In gesprekken over de krimp ontmoette Gommers vaak
lingen bleken bestuurders helemaal niet zo bezig met
van hoe om te gaan met krimpvraagstukken. Alle structuren
handelingsverlegenheid. Bestuurders kunnen het vraagstuk
het vraagstuk van de krimp. In de leerlingenaantallen
en arrangementen die in de samenleving georganiseerd zijn,
in al zijn facetten prima formuleren, maar niemand pakt
was geen terugloop merkbaar. En in de gesprekken
zijn gericht op groei, niet op krimp. Dat vraagt dus om een
het vervolgens van tafel of trekt het naar zich toe. Er is
voerden onderwerpen als bezuinigingen en macrodoel-
attitudeverandering en om heel ander denken. “Hoe makkelijk
niet een kracht in een regio, die zegt: ‘dit is onze visie, dit
matigheid al snel de boventoon. Die onderwerpen gaven
is het als bestuurder te roepen: ‘We gaan groeien!’
gaan we doen en hier lopen we tegenaan’. Men komt niet in
soms aanleiding om samen op te trekken met de buren.
‘Fantastisch, mooi verhaal!’, zegt iedereen. Daar word je ook
beweging, maar zit als een konijntje in de lampen te kijken:
En daarbij viel op dat bij het starten van nieuwe opleidin-
op afgerekend. Maar stel je voor dat je als bestuurder voor
wat moeten we doen? “De bestuurlijke arrangementen die
gen die buren eerder in het vizier kwamen, dan bij beslis-
de club gaat staan: ‘We gaan krimpen. En ik heb fantastische
we met elkaar hebben georganiseerd, stimuleren bepaald
singen rond het bestaande aanbod.
ideeën hoe we dat gaan doen!’ Daar krijg je de handen niet
bestuurlijk gedrag. Het is de vraag of dat wel het goede
voor op elkaar. Er is een cultuur van het niet-waarderen van
gedrag is. Het verlamt het handelen. Je ziet dat al terug in
Bij de start van de Sleutelexperimenten verdiepte Gommers
dat soort boodschappen, terwijl ze natuurlijk heel essentieel
een klein voorbeeld als de aansluiting tussen primair en
zich in het vraagstuk van de krimp. Wat is krimp en wiens
zijn. Maar er is ook sprake van een bestuurlijke structuur die
voortgezet onderwijs. Als je geen bestuurlijk arrangement
probleem is het eigenlijk? Dat bleek complexer dan wellicht
dit soort vraagstukken niet accommodeert.” Daarmee raakt
weet te verzinnen waarin het po het vo ter verantwoording
gedacht. “Krimp wordt helemaal niet gevoeld. Een onderwijs-
Gommers ook het punt van samenwerking. “De bestuurs-
mag roepen, dan zal je er met alle inspanning van de wereld
instelling voelt uitsluitend als opdracht: zorgen voor goed
structuur in Nederland rekent af op groei. Er bestaat concur-
nooit in slagen iets voor elkaar te krijgen. Want dan zegt het
onderwijs voor de kinderen die binnen zijn. Dat doet men
rentie tussen gemeenten, provincies; kijk naar rolverdelingen
bestuur: ‘De inspectie komt langs, vanaf nu alle energie en
vanuit een eigen visie op wat goed onderwijs is. Kwaliteit
tussen gemeente en provincie, tussen vmbo en mbo en
focus op de inspectie en de rest is bijzaak’. Hetzelfde zie
betekent dan: voldoe je aan je eigen visie van goed onder-
tussen po en vo. Stuk voor stuk concurrerende systemen, die
je terug in krimp. Een afzonderlijke gemeente wordt niet
wijs of moet je nog beter worden? Maar ‘goed onderwijs’ gaat
heel goed werken bij groei. Want in een groeimarkt is concur-
afgerekend op samenwerking. Sterker nog: je wordt erop
Nieuwe verstedelijking
eigenlijk ook over: weet ik mensen binnen te halen, aan te
rentie louterend. Dan vallen de rotte appels er snel uit en zoek
afgerekend, als je níet opkomt voor de deelbelangen van
Over het vraagstuk krimp doen veel verkeerde verhalen de
spreken en te bieden wat ze nodig hebben? Dat is een van
je naar hoe je steeds beter wordt in een groeiende markt.
dat kleine clubje. Als je als wethouder niet gaat stáán voor
ronde. Wie een blik werpt op het krimp- en groeiplaatje van
de dilemma’s die je bij het onderwerp krimp tegenkomt.
Ga je krimpen, dan moet je met elkaar om de tafel en zeggen:
het openhouden van dat kleine schooltje, dan word je niet
Nederland ziet het meteen: de krimp doet zich lang niet
Scholen zijn bezig met hun interne organisatie en met hun
we zijn afhankelijk van elkaar en we moeten elkaar aan-
herkozen. Dat vraagt regie en bestuurlijke moed.”
overal voor. Er zijn ook gebieden met snelle groei. “Het is
visie op goed onderwijs. Niet met dat er leerlingen bij hen
spreken op wat er echt toe doet. Zo’n systeem bestaat niet.
een heel genuanceerd plaatje, dus een relatief probleem en
binnenkomen en dat ze die een stap verder brengen in
En waarom zou je dat ook doen? Waarom zou je als vo
Kennisontwikkeling
misschien nog wel meer een frictieprobleem, waarmee we
hun loopbaan. En dus ontbreekt het ook aan een strategie
zeggen: wij zullen ook wel een beetje krimpen. We zijn nu
In een aantal Europese landen is krimp al langer aan de
Vandaag merk je er niets van. Dit schooljaar heb je een daling van 1%. En volgend jaar nog een paar procent. Maar over een periode van vijf tot tien jaar uitgemeten, gaat het om 20% minder leerlingen. Als je er zó naar kijkt, dan heb je wel degelijk een vraagstuk bij de kop. Maar… zó wordt er niet gekeken. Dat is volgens Jeroen Gommers, bestuurder van de Samenwerkende Vrijescholen Zuid-Holland en voorheen projectleider van de ‘Sleutelexperimenten Krimp’, een van de redenen waarom het zo lastig is om met het vraagstuk ‘krimp’ om te gaan.
5
die die thema’s omvat. Besturen kijken wel naar hoeveel
gang. Gommers verwijst naar het voorbeeld van de ‘Système
vraagstuk om te gaan, als je ze ook benut om naar bestuur-
dat ze van elkaar verschillen. Overal moet je verschil over-
zoveel; je zou personeel kunnen ontslaan en een sociaal plan
U’, de Franse supermarktketen. Daar vond integratie van
lijke punten en naar de kenniscomponent te kijken.” Hoe
winnen en delen. Landelijke oplossingen of blauwdrukken
aanbieden of een andere arbeidsrelatie aangaan, bijvoorbeeld
allerlei functies en specialismen van winkeltjes plaats op
zou dat in een regio gestalte kunnen krijgen? Daar is een
zijn niet mogelijk. Maar realiseer je dat er in een landje als
in een multifunctionele voorziening. Alweer: denk aan de
een plek tussen verschillende dorpjes in. Zo zijn mega-
kennisinstituut voor nodig, dat aan de slag gaat met het
Nederland verschillende werkelijkheden zijn, die hun eigen
‘Système U’: als daar iets verandert in de wens van klanten,
supermarkten ontstaan. In Nederland vinden we dat een
ontwikkelen van concepten. Het vraagt verder een aantal
vragen stellen aan de wet- en regelgeving. Er zouden dus
dan verandert het personeel mee. Er zit wel veel aan vast,
dorp alleen maar leefbaar is als het tien winkeltjes telt.
trendsetters, die een andere aanpak voor ogen hebben en
afspraken gemaakt kunnen worden met grote eenheden van
maar vanuit onderwijskundig perspectief is het een klein
En dat mag economisch onrendabel zijn, maar dat hoort
daar ook op worden afgerekend. En ten slotte een structuur
regio’s.
vraagstuk.
bij onze cultuur. Het is de emotie: ‘het is ons dorp’. Recent
zoals bijvoorbeeld rondetafelgesprekken, om niet-vrijblijvend
Gommers ervaart het krimpvraagstuk van nabij in zijn regio. Daar wordt een visie ontwikkeld voor tien jaar, met als onder-
en Noordoost Groningen, relativeert ook de positie van
liggende vraag: hoe zorg je dat je communicerende vaten
onderwijs. De studies laten zien dat niet de aanwezigheid
organiseert in een gemeente? De maatschappelijke vraag
van een school in een dorp bepalend is voor de leefbaarheid,
verandert door vergrijzing en vergroening. Ook de overheid
maar veeleer de sociale samenhang (Scoop, 2011; CAB, 2011).
stelt andere vragen. Zou je dan niet kunnen kijken of je de
In de Sleutelexperimenten tekent zich een aantal denk-
maatschappelijke voorzieningen met elkaar kan verbinden
richtingen af: diversiteit (bijvoorbeeld samenwerking tussen
en kan laten overlopen als een soort uiterwaarden? “In de
christelijk en openbaar onderwijs), integratie (van voorzieningen),
integratieslag van maatschappelijke voorzieningen zit feitelijk
ketenaanpak, bovenregionaal werken. Van dat laatste zijn in
de oplossing. Als je weet dat er een stabiele groei is in
Zeeuws-Vlaanderen voorbeelden te vinden van opleidingen,
Nederland, dan kan je gaan plannen. Maar je kan het niet
zoals voor de chemie, die zich in een krimpende regio op
voorspellen. De groei heeft heel veel opgelost, maar misschien
nationaal niveau profileren en met die specialisatie studenten
ook wel gemaskeerd. Het leuke is: over 10 jaar is het probleem
naar zich toetrekken. “De denkrichtingen zijn prachtige thema’s
er niet meer. Het gaat hoe dan ook veranderen.”
om kennis rond te organiseren, modellen op te maken en terug te geven als goede voorbeelden aan krimpende regio’s.”
Oplossingsrichtingen
Hoe zou je de kennisfunctie invullen? Uit de experimenten
• bepaalde opleidingen niet meer aanbieden
komt niet ‘vanzelf’ kennis bovendrijven, maar eerder dilemma’s,
• profileren/speerpunt kiezen (bijvoorbeeld
zegt Gommers. Dat vraagt een investering in kennisontwik-
snijvlakopleidingen)
keling. Nederland heeft verschillende kennisinstituten. De
• samenvoegen/integreren van groepen van verwante
ideeën achter de verschillende initiatieven van onderop passen
opleidingen
bij de bestaande kennisinfrastructuur. Via een adoptie-achtige
• verticale samenwerking (bv vmbo-mbo)
aanpak zou een regio aan de slag kunnen met bijvoorbeeld
• horizontale samenwerking om aanbod beter te
een kenniscentrum ‘brede school’. In Zeeuws-Vlaanderen
verdelen of groepen te combineren
ontwikkelde men een aanpak waarbij kinderen tot en met
aan de slag te gaan. Dan is er een mooie basis om met
Uiterwaarden
• fusie
groep 7 les kregen in verschillende dorpjes, groep 8 en de
experimenten aan de slag te gaan. Gommers benadrukt
“Zo’n benadering lijkt misschien heel groot, maar eigenlijk
• funderend beroepsonderwijs breed blijven aanbieden
brugklas op drie locaties en er één locatie was voor oudere
het belang om op hoog niveau in gesprek te zijn met de
wordt het juist heel klein”, zegt Gommers: “Deze regio telt
kinderen. Een ander thema is schoolondersteuning. Die
regio om te kunnen doorpakken. Bij wijze van spreken zou
100 leerlingen. Dat worden er 60, dus we moeten 40 plaat-
• nieuwe doelgroepen aanboren (bijvoorbeeld volwassenen)
wordt marktconform en is daardoor aan het veranderen. Het
er als ‘counterpart’ een functionaris op nationaal niveau
sen minder organiseren. Dus moeten we krimpen.
• geld op toeleggen/alternatieve financieringsbronnen
gevaar bestaat dat in een krimpregio ondersteuning wegvalt,
moeten zijn die ook kan doorpakken: ‘welk probleem
Waar doen we dat? Dàt is de vraag, en niet: wat is goed
dat de kennisontwikkeling niet meer interessant gevonden
hebben we, hoe gaan we het oplossen en patsboem samen
onderwijs. Je moet zorgen dat er binnen 5 jaar 40% minder
wordt en er dus kennis weglekt. Hoe kom je straks aan je
afspraken maken’. Gommers gebruikt de metafoor van een
plekken zijn en toch het niveau houden dat je vindt dat er
nieuwe docenten in Limburg, als daar een pabo omvalt?
loodsaanpak: je moet een haven in die je nog niet kent en
maatschappelijk zou moeten zijn. Dat is een eenvoudige vraag.”
je moet eigenlijk met z’n tweeën, regio en overheid, zoeken
Alleen, de oplossing verzin je niet met elkaar. Voor een
Verder lezen?
Loodsaanpak
naar hoe je samen naar binnen kan varen. Dus organiseer
bestuurder is het niet mogelijk personeel te ontslaan op
Samen op zoek naar creatieve en innovatieve oplos-
“Eigenlijk”, betoogt Gommers, “zouden je interventies dus
een kennisstrategie voor het vraagstuk, organiseer macht in
basis van ramingen over 5 jaar. Er moeten eerst 2 jaar
singen voor krimpproblematiek. Verslag van het project
allereerst op de drie kernvraagstukken gericht moeten zijn,
een regio en zet daar macht tegenover. Natuurlijk spelen
problemen zijn, dan pas is beweging mogelijk. Als dat wel
Sleutelexperimenten van het ministerie van OCW. Hoorn:
om zeker te zijn dat je aanpak zoden aan de dijk zal zetten.
er regionale eigenheden – denk aan het zand en de klei in
mogelijk was, dan zou je op een groter niveau een convenant
Van Beekveld & Terpstra Organisatieadviesbureau, 2012.
Sleutelexperimenten vormen een mooie manier om met het
Groningen – maar de processen lijken meer op elkaar dan
kunnen afsluiten: de een zoveel scholen minder, de ander
en specialisaties concentreren in regio’s
zoeken • doelmatiger werken bijvoorbeeld via afstandsonderwijs
7
6
onderzoek naar leefbaarheid in twee krimpregio’s, Zeeland
]
“Tegenkomen, oplossen!”
Niet rusten voor het geregeld is
Klein, maar van grote waarde. Dat is een van de peilers van SOS Vakmanschap. Beroepen en opleidingen van grote waarde voor Nederland, of het nou gaat om de economische,
En het aantal organisaties dat zich aansluit, groeit nog steeds.
9
8
SVGB is een kenniscentrum, dat als geen ander weet hoe je met kleinschaligheid omgaat en dag in, dag uit werkt aan hoe je ‘klein’ in de lucht houdt. Sinds 2010 maakt SOS Vakmanschap, een samenwerkingsverband van organisaties uit bedrijfsleven en onderwijs, zich sterk voor het veiligstellen van zeldzaam, specialistisch vakmanschap en de kleinschalige opleidingen die daarbij horen. Van parketvloerenleggers tot pianostemmers, van glasblazers tot goud- en zilversmeden en van horlogetot hoedenmakers. In gesprek met Jenny Doest, directeur SVGB kenniscentrum, en Annemarie Nouwens, communicatieadviseur, over de rol en activiteiten van SOS Vakmanschap.
Zo is onlangs naast het ministerie van OCW ook het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie aangesloten. De teller staat momenteel op 56 organisaties die de activiteiten van SOS Vakmanschap een warm hart toedragen. Want vakmanschap dat verdwijnt en kennis die weglekt, die krijg je niet zomaar weer terug. Witte tijger SOS Vakmanschap maakt de signalen zichtbaar en stemmen hoorbaar. “Dat is nodig, want als je niet samen optrekt om dit heel hard te roepen, word je niet gehoord”, zegt Nouwens. Bij voorlichtingen en presentaties krijgt ze regelmatig de vraag: ‘Kunnen de brancheorganisaties dat nou niet zelf regelen?’ “Maar de brancheorganisaties in kwestie zijn, net als de beroepsgroepen, heel klein. Het ontbreekt die organisaties aan tijd en kennis om hun signalen op de goede plekken over het voetlicht te brengen. SOS Vakmanschap creëert een platform voor deze beroepsgroepen.” Met ver-
“Want vakmanschap dat verdwijnt en kennis die weglekt, die krijg je niet zomaar weer terug.”
waar de gemiddelde witte tijger jaloers op is!’, zo kopt de
die doorlopen moeten zijn voordat er gewerkt kan worden
Nieuwsbrief van SOS Vakmanschap.
aan oplossingen of advies. Daarbij moeten de verwachtingen van de melder nogal eens getemperd worden: melden
culturele of historische waarde, de waarde voor de consument
Kritische stappen
betekent niet dat de oplossing je in de schoot geworpen
of voor welzijn en gezondheid. Door vergrijzing en ontgroening
Een regisserende functie zoals SOS Vakmanschap die vervult,
wordt. De rol van SOS Vakmanschap zit veeleer in het bij
kennen de specialistische beroepsgroepen een grote vraag
schillende activiteiten vraagt SOS Vakmanschap aandacht
komt niet van de grond vanuit het onderwijs of het bedrijfsleven
elkaar brengen van partijen, het organiseren van het debat
naar instroom van gespecialiseerde vakkrachten. Een vraag
voor de nijpende situatie. Een daarvan is de jaarlijkse monitor
zelf. En let wel, het gaat om de functie, niet om een instituut.
en stimuleren dat er iets gebeurt. De beslisboom heeft als
waar het beroepsonderwijs niet aan kan voldoen. Tel daar
die zicht geeft op de ontwikkeling in specialistische beroepen
“En die functie moet je specifiek kunnen aanvliegen vanuit
doel te verhelderen in hoeverre de gemelde problematiek
een aantal andere ontwikkelingen, zoals dalende leerlingen-
en kleinschalige opleidingen; naar wens van de minister van
de inhoud, niet vanuit macht.” Het zijn vaak de branche-
past bij de scope van SOS Vakmanschap. Doest: “Wij kunnen
aantallen en veralgemenisering van het middelbaar beroeps-
Onderwijs. In de monitor komt ook de betekenis van de
organisaties die het eerst aan de bel trekken. “Zij signaleren
partijen alleen helpen als ze kleinschalig zijn, specialistisch,
onderwijs, bij op en het is glashelder: het is de hoogste tijd
beroepsgroepen nadrukkelijk in beeld. Verder worden kern-
de kwaliteitsproblemen van de opleiding en voelen zich in
als het voortbestaan van de beroepsgroep bedreigd is, als er
om in actie te komen. En dat doen de organisaties die zich
problemen en oplossingen geanalyseerd, als good practice
hun voortbestaan bedreigd. Kleine opleidingen maken deel
toekomstperspectief is in termen van toegevoegde waarde
verenigd hebben in de Samenwerkende Organisaties
en om van te leren. Een keer per jaar wordt een relatiedag
uit van een grote school. En wie maakt zich nou druk om die
voor Nederland en als helder is wie de probleemeigenaar is.
Specialistisch Vakmanschap. Onder andere VNO-NCW,
georganiseerd, waardoor er een netwerk aan het ontstaan
ene opleiding? Vaak heeft de docent in de kleine opleiding
Stuk voor stuk lijken dat simpele vragen. Maar reken maar
MKB-Nederland, de Koninklijke Metaalunie, het
is. Een andere activiteit is de oprichting van een Meldpunt
ook een eigen bedrijf, waardoor school en branche een
dat ze makkelijker te stellen zijn dan te beantwoorden. Want
Hoofdbedrijfschap Ambachten, de MBO Raad en SVGB
Bedreigde Opleidingen en Beroepen. Tot dusver heeft dat
beetje in elkaar overgaan.” Bij een melding werkt SOS
wanneer ben je nou zeldzaam, kleinschalig of uniek? Is dat
kenniscentrum, maken deel uit van SOS Vakmanschap.
al meer dan 30 unieke meldingen opgeleverd. ‘Een succes,
Vakmanschap met een beslisboom van kritische stappen,
met een getal aan te duiden? Achter elke vraag zitten
oplossen.” De jaarlijkse monitor wordt steeds verfijnder
objectiveerbare criteria, maar er is altijd een subjectieve
• Centreren/bundelen van opleidingen in het kwalificatie-
component. De vraag naar eigenaarschap is cruciaal. Als
dossier met specialistische uitstroommogelijkheden,
en proactiever. De bedoeling is een early warning-systeem te
die niet beantwoord is, dan kun je niks.”
zoals in het kwalificatiedossier Creatief Vakman
ontwerpen om opleidingen die al jaren dalen maar nog wel boven een kritische grens uitkomen, in de gaten te houden.
• Financiële samenwerking met bedrijven, zoals in de Productlevenscyclus
pianotechniek gebeurt door scholingsafdracht of door
Dat maakt anticiperen mogelijk. De Onderwijsraad sloot in
Vanuit SVGB kenniscentrum worden ontwikkelingen rond de
een grote praktijkcomponent
zijn advies over macrodoelmatigheid aan bij de initiatieven van SOS Vakmanschap. De raad stelde voor een speciale
sectoren in beeld gebracht. Een voorbeeld: “Bij de gezondEcht gezicht
licentie met extra bekostiging te introduceren en een meld-
‘de kleintjes om zeep te helpen’. Zelfs binnen dezelfde mbo-
Kwaliteitsdenken zit in de genen van SVGB kenniscentrum
punt voor voorgenomen opheffing van unieke, maatschappelijk
instelling zat tandtechniek op een andere plek weg te kwijnen
en wordt door de buitenwacht als het profiel van de organisatie
relevante kleine opleidingen. Doest: “Dat maakt dat de
dan de optiek. Allereerst hebben we toen een debat georgani-
herkend. Doest: “De groei heeft gemaakt dat mbo-instellingen
beslisboom een meer formele functie krijgt, namelijk met
seerd tussen zorgverzekeraars en brancheorganisaties.
alles aanbieden en zelfs denken dat dat moet. Maar daar-
het oog op het licentiesysteem vaststellen wie kleinschalig
De eerste reactie van de brancheorganisatie was: ‘beste
door ook geen gezicht hebben. Waar wil je nou de beste in
is en wie nòg kleinschaliger. Je moet ervoor waken niet
SVGB, waar bemoeien jullie je mee?’ Vervolgens hebben
zijn in jouw regio en wat is dat dan? Doordat de leerlingen
eendimensionaal te gaan denken. Het gaat om het geheel
we de dreiging voelbaar gemaakt. Dat helpt enorm. De
toch wel kwamen, hoefde men zich dat niet af te vragen.
en daar zit ook altijd een subjectieve component bij.”
brancheorganisaties kregen daardoor de overtuiging dat er
Die sense of urgency moet eerst ontstaan. Dat kan je niet
Verder wil men sterker worden in het beter signaleren van
wat moest gebeuren en dat ze alleen overeind zouden kunnen
afdwingen.” Nouwens: “Anders krijg je ook niet de creativiteit
‘compleet vakmanschap’. “Binnen grote bedrijven waar veel
blijven door kwaliteit van scholing en samen optrekken.
die je nodig hebt voor oplossingsrichtingen.” Een aantal
Natuurlijk zijn er dan verschillen in hoe snel branches het
ontwikkelingen druist in tegen het idee van specialistisch,
oppakken. Daarvoor hebben we fase 1- en fase 2-partners
bijvoorbeeld de veralgemenisering in het mbo. Doest: “Waar
benoemd. SVGB kenniscentrum heeft de branches met
ik op hoop is dat vakscholen ècht vakscholen worden, dat
projecten ondersteund, hetgeen uiteindelijk uitmondde in
roc’s niet langer amorfe opvangplaatsen zijn voor leerlingen,
opgeleid. Hoe kun je dat ‘complete’ tackelen, zonder dat je
de Dutch HealthTec Academy. Dat is de rol die wij pakken:
maar echt gezicht krijgen. Door de druk van bezuinigingen,
superspecialistisch wilt opleiden? Het is vreselijk moeilijk om
we rusten niet, voordat het geregeld is. En we kijken in de
van krimp en scholen die het financieel slecht krijgen hoop
“Je moet samen met partners verder kijken naar mogelijkheden.”
mensen ontslagen worden, is er wel eens een vakman die zich meldt bij SOS Vakmanschap. Een vakvolwassen vakman die z’n opleiding jaren geleden heeft gehad. Een opleiding die niet meer bestaat: nu zou je in kleine stukjes worden
je dat daar meer aan gewerkt gaat worden. Geen holle
dat goed in beeld te krijgen, want er zijn binnen een groot
omgeving: kan het nu wel? Soms ontbreekt het nog aan de
profilering, maar op inhoud. Dat geldt ook voor het vmbo.
bedrijf meestal maar een paar van dat soort vakmensen. Er
bewustwording dat je niet kan vasthouden aan het oude.
In havo en vwo weet je wat je daar kan halen. Dat zijn we in
zijn er ook maar een paar nodig.”
Je moet samen met partners verder kijken naar mogelijk-
het mbo op een aantal terreinen verloren.” Met de wil om dingen op te lossen, samen met anderen en
heden. Er moet een visie zijn en een partij die opstaat om met de andere partij iets voor elkaar te krijgen. Dan vind je
Door de economische krimp gaan mensen meer nadenken
met vertrouwen, kom je een heel eind, zo is de overtuiging.
altijd weer andere formules. ‘Kan niet’ bestaat niet. Een jurist
over wat een zinvolle opleiding is: waar kan ik zo meteen iets
En met daarbij een overheid die maximale grenzen opzoekt.
kijkt mee naar wat echt niet kan, maar meestal zijn belem-
mee? Nouwens: “Dat kan ook gunstig zijn voor onze opleidingen,
Maar je moet wel àf van het oude denken. Alleen dàn wordt
meringen meer een kwestie van beleving dan dat ze reëel
want dat zijn opleidingen waarvoor bewust gekozen wordt. Je
krimp iets anders. De productlevenscyclus indachtig zegt
zijn. We denken ook sterk vanuit de productlevenscyclus.
wordt niet als 16-jarige wakker met de gedachte: ik word
Doest: “Heb je wel eens een wollen trui in de wasmachine
Die zegt dat een ontwikkeld product een aantal fasen door-
orthopedisch schoentechnicus. Dus wellicht zijn er onder de
gestopt? Als je wol laat krimpen, krijg je vilt. Dat heeft andere
loopt: van introductie naar groei naar volwassenheid naar
mensen die nu bijvoorbeeld voor dierverzorging of popmusicus
eigenschappen, het isoleert bijvoorbeeld enorm. Daar kan
terugval (= van de markt halen). Maar dat laatste, stoppen,
kiezen toch een paar die denken: heb ik daar straks wel een
je heel andere dingen mee doen. Dat gebeurt met krimp,
dat doen we niet; alleen groeien, ongeacht kwaliteit. Er is
baan mee?“
ook letterlijk: het wordt anders, maar helemaal niet noodzakelijkerwijs slechter!”
ook maar heel weinig literatuur over stoppen. Eén, heel dun boekje misschien”, oppert Doest.
Wasmachine SVGB is het kenniscentrum van de oplossingen en kansen,
Voorbeelden van oplossingsrichtingen
op zoek naar maatwerk en niet naar standaardverhalen.
Verder lezen?
• Samenwerking tussen branches, (niche-)opleidingen
Met volop plannen voor de toekomst. Zo wil men via pilots
Zeldzame en specialistische beroepsgroepen en klein-
en kenniscentra die bijvoorbeeld geleid heeft tot de
onderzoeken of online learning een oplossing kan vormen
schalig beroepsonderwijs. Monitor SOS Vakmanschap
Tweewieler Academy
voor heel kleine opleidingen. “Dan loop je naar alle waar-
editie 2012. Utrecht: Samenwerkende Organisaties
schijnlijkheid tegen inspectienormen aan. Maar onze insteek
Specialistisch Vakmanschap.
• Geografisch centreren van opleidingen zoals de Dutch HealthTec Academy heeft gedaan
is dan: ervaren, niet groot maken, maar tegenkomen en
11
10
heidstechnische branches waren de zorgverzekeraars bezig
* ]
Column Uit de ecbo-kenniskring ‘Innovatiemanagers mbo 2012’
Krimp en groei
12
In zijn laatste en bekroonde roman De kaart en het gebied beschrijft de Franse auteur Michel Houellebecq niet alleen een lugubere moordzaak van hemzelf als auteur. Ook tekent
“Waar regionaal krimp ontstaat, wordt bestuurlijke samenwerking onvermijdelijk.”
hij aan de hand van de landschapskaarten van Michelin de toekomst van het Franse platteland. Hij toont zich verrassend
op de werkvloer, het nieuwe werken, zelfredzaamheid.
optimistisch na eerst een meedogenloze schets te hebben
Alsof er geen regie nodig is. De landelijke overheid gooit zo
gegeven van de neergang van het Franse industriële
enkele lastige dossiers over de schutting naar de regio. De
zakenleven. Investeerders uit China, Rusland, Azië, Latijns-
inspectie monitort wel wat er gebeurt.
Amerika zullen landhuizen bezitten en de landgoederen ontginnen. En daarbinnen bloeit het ambacht, het oude
Waar regionaal krimp ontstaat, wordt bestuurlijke samen-
métier, ten minste als toeristische attractie, welig.
werking onvermijdelijk. In de provincie Zeeland is Scalda het resultaat van strategisch samen optrekken. Niet zozeer de
Zullen we dit vergezicht in Nederland ook zien, nu de crisis
harde hand van nationale onderwijsautoriteiten, maar vooral
maar aanhoudt en de versobering in de openbare financiën
het zachte vermogen van bestuurders om samen problemen
doorzet? De leerlingenaantallen in het beroepsonderwijs laten
te onderkennen, is hier de drijfveer. Mooi is ook dat confes-
op termijn alvast een dalende tendens zien.
sionele scholen meedoen. En dat samenwerking tussen vmbo en mbo in nieuwe leerlijnen gestalte krijgt. Daarin schuilt de
Het regeerakkoord versterkt deze tendens door de ingezette
echte, inhoudelijke vernieuwing.
schaalvergroting en centralisatie in het beleid. Kleine gemeenten worden samengevoegd, de politie en gezondheidszorg ook, net als de kenniscentra voor beroepsonderwijs en bedrijfs-
Marc van der Meer
leven trouwens. En tegelijkertijd zet binnen de schaalver-
Directeur Expertisecentrum Beroepsonderwijs
groting de decentralisatie door: eigen verantwoordelijkheid
*
Colofon
ecbo ‘s-Hertogenbosch
ecbo Utrecht
Postbus 1585
Postbus 19194
5200 BP ‘s-Hertogenbosch
3501 DD Utrecht
Het Expertisecentrum Beroepsonderwijs (ecbo) is het landelijk
073 687 25 00
030 296 04 75
expertisecentrum van en voor de sector beroepsonderwijs
www.ecbo.nl
en volwasseneneducatie. Doelstelling van ecbo is het ontsluiten, ontwikkelen en verspreiden van wetenschappelijke en praktijkgerichte kennis die relevant is voor de sector en de samenleving.
Aan dimensies werkten mee: Jenny Doest, Jeroen Gommers, Ilona Koning, Marc van der Meer, Annemarie Nouwens, Louise van de Venne en Eva Voncken. Reageren? Stuur een e-mail naar
[email protected] ecbo dimensies verschijnt vier keer per jaar en wordt toegestuurd aan relaties van ecbo. U kunt zich abonneren op ecbo dimensies via www.ecbo.nl. Aan een abonnement zijn geen kosten verbonden.