ORTHOFYTO
®
JAARGANG 12 OKTOBER-NOVEMBER 2007
Afgiftekantoor Lochristi
Verantwoordelijke uitgever: Walter, O. M. Faché Kerkstraat 101 9270 Laarne België: € 7,8 Nederland: € 8,5
Stop de opmars van diabetes Nieuws van het Linus Pauling instituut Ban diabetes uit onze samenleving Glucosespiegel binnen veilige grenzen houden Antidiabetische werking van fenegriek Helpt meditatie bij diabetes?
66
Insulinemetabolisme epigenetisch verstoord THEMA: DIABETES
ORTHO trends inclusief middenkatern met:
®
Orthofytho® en Orthotrends® zijn een Belgisch tweemaandelijks wetenschappelijk tijdschrift voor Orthomoleculaire geneeskunde, voeding en fyto. Een uitgave van de Belgische Vereniging voor Orthomoleculaire Geneeskunde BSOM.
Het natuurlijke alternatief t i j d e n s d e m e n o p a u z e.
B i o - Pa u s e A M
B i o - Pa u s e P M
’s ochtends
’s avonds
Bio-Pause AM/PM is een uniek middel voor de behandeling van overgangsklachten. Bio-Pause AM/PM heeft een afwijkende dag- (reguleren van hormoonhuishouding) en avondsamenstelling (zorgen voor een goede nachtrust) en kan als combinatie, maar ook enkelvoudig worden ingezet. Omdat niet iedereen vergelijkbare klachtenpatronen heeft, kunt u met Bio-Pause AM/PM optimaal inspelen op de individuele behoefte van uw patiënt. Bio-Pause AM/PM is een product van Biotics Research Corporation, de gerenommeerde producent van hoogwaardige natuurlijke preparaten met bewezen therapeutische waarde. Met Bio-Pause AM/PM voegt u een natuurlijk en veilig alternatief aan uw therapie toe.
B i o t i c s. N a t u u r l i j k.
Energetica Natura BV - België - Tel. 03 789 09 590 - Gratis Fax 0800 800 11 -
[email protected] - www.energeticanatura.com
Tweemaandelijks magazine - orthofyto® - orthotrends®
Inhoud ORTHOTRENDS®
ORTHOFYTO® Het diabetesverhaal wordt complexer de (orthomoleculaire) oplossingen eenvoudiger
.....
4
6 9 12 13 25 28
Stop de opmars van diabetes .................................. met een orthomoleculaire aanpak Ban diabetes uit onze samenleving ................ Vitamine K2 voorkomt ................................................. complicaties bij diabetes
Glucosespiegel binnen ............................................. veilige grenzen houden Therapeutische kwaliteiten van .................. Fenegriek Systeembiologisch onderzoek ...................... naar metabool syndroom en kruidenpreparaten in volle gang Helpt meditatie de kans op ................................ ontwikkeling van diabetes in risicogroepen te verkleinen?
30
33 Insulinemetabolisme 35 epigenetisch verstoord Retinolbindend proteïne 4 36 De geschikte merker om insulineresistentie Diabetes en beweging ................................................ .....................................................
....................................
te diagnosteren
Pijnlijke rug door stress
.........................................
Ginseng belangrijk om diabetes ................ te voorkomen of te behandelen Groene thee als preventie tegen hersenbloeding Hoeveel calorieën heb je per dag nodig?
....................................
.......................................
Wandelen gezonder dan ......................................... intensieve sportbeoefening
19 19
.............................
............................................
.................................................
..............
..
......................................
Acupressuur kalmeert................................................ Alzheimerpatiënten
ADVERTEERDERS
18
20 Bewegen beste remedie 20 tegen metabool syndroom Vitamine C blokkeert 20 sommige kankers Ecstasy beschadigt de hersenen 21 vanaf het eerste gebruik Stress kan suikerziekte veroorzaken 21 Is er een verband tussen 22 mobiele telefonie en migraine? Omega 3-vetzuren halveren risico jeugddiabetes
Groene thee helpt diabetici ................................
Energetica natura Biotics research ............. 2 Springfield ................................................... 16 Similia .........................................................24 Natuur apotheek .........................................24 Pharma Nord...............................................29 Ojibwa.......................................................... 37 Barlean’s ...................................................... 39 Ojibwa..........................................................40
18 18
23 23
VIOW NIEUWS Website VIOW nieuw......................................5 Nieuwjaarscadeau...........................................5 Erkenning VIOW ..........................................37 Opleidingen VIOW ...................................... 38
ORTHOFYTO 66 ONDERWERPEN VOLGEND NUMMER:
Dossier: Borstkanker - Flavonoïden in de preventie voor borstkanker - Nieuwe diagnostiek vervangt borskanker screening - Welke genen ken men voor borstkanker? - Orthomoleculaire behandeling
COVERSTORY Minstens drie ochtendbepalingen geven een betere indicatie. De dagschommelingen bij een individu zijn immers vrij grillig. Thuisapparatuur levert nogal wat meetfouten op; hier is een goede instructie nodig.
Erkenning Orthofyto Orthofyto is sinds juni 2007, als enig neutraal Orthomoleculair Wetenschappelijk Tijdschrift erkend door de ‘European Union of Science Journalists’ Associations’ en de ‘European Research Advisory Board (EURAB)’.
Redactioneel
Het diabetesverhaal wordt complexer, de orthomoleculaire oplossingen eenvoudiger
D Bezoek onze nieuwe website www.viow.be ~ met digitale orthomoleculaire bibliotheek met zoekfunctie ~ alle Orthofyto en LeefNu tijdschriften online ~ een selectie uit de meest recente orthotrends ~ en nog veel meer
Maak ook kennis met onze tweewekelijkse gratis nieuwsbrief VIOW Neem hiervoor ook een kijkje op onze website om de nieuwsbrief ook bij u thuis te ontvangen.
Wij zorgen ook voor een maandelijkse orthoceutica nieuwsbrief Maak nu kennis met de nieuwste orthomoleculaire producten in de wereld.
it nummer van Orthofyto is zo goed als volledig gewijd aan de diabetesexplosie in de Westerse samenleving. Wetenschappers over de hele wereld onderzoeken en begrijpen nu veel beter dan drie jaar geleden waarom zoveel mensen aan suikerziekte lijden. Het verhaal rond het ontstaan van glucose-intolerantie, insulineongevoeligheid en slecht werkende bètacellen in de pancreas beperkt zich niet meer tot het feit dat suiker in het bloed niet kan doordringen tot in de cellen om er zijn energie af te geven. Het zijn niet alleen meer de pancreas, de lever, spieren en vet die de hoofdvertolkers zijn in deze 'tragedie'. Uit zeer recent onderzoek blijkt duidelijk dat ook de hersenen, het immuunsysteem, de beenderen en de darmen een cruciale rol vervullen in het al of niet ontstaan van suikerziekte. Het lijkt er sterk op dat patiënten in de toekomst individueel zullen moeten behandeld worden voor hun 'specifieke diabetes'. Het tijdperk van de gestandaardiseerde preventie en behandeling lijkt, althans voor een groot deel, voorbij.
Onderzoekers stelden in 2006 voor het eerst vast dat het menselijk skelet een endocrien orgaan is dat hormonen produceert die een invloed hebben op vetcellen en de pancreas. Het was al langer bekend dat leptine, een hormoon dat geproduceerd wordt door vet, een belangrijke regulator is in het metabolisme van de botten. Studies tonen nu aan dat er ook iets in de omgekeerde richting plaatsvindt. Het skelet speelt een grotere rol in de stofwisseling dan tot nu toe gedacht. Amerikaans onderzoek toont aan dat botcellen hormonen uitscheiden die de insulinehuishouding beïnvloeden. Dat biedt mogelijk aanknopingspunten voor nieuwe behandelingen voor diabetes type 2. Voor het eerst is aangetoond dat botten een belangrijke invloed hebben op de suikerstofwisseling. Dat bleek uit een internationale studie aan de Amerikaanse Columbia Universiteit. Botten scheiden het hormoon osteocalcine uit. Dat hormoon zorgt ervoor dat er meer insuline wordt afgescheiden door de alvleesklier. Osteocalcine vergroot bovendien de gevoeligheid voor insuline. Dat zorgt voor een betere opname van glucose uit het bloed. En
4
ORTHOFYTO
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
®
alsof dat niet genoeg is, leidt osteocalcine ook nog eens tot vermeerdering van insulineproducerende cellen. Een andere verdachte in een gebrekkige glucoseverwerking in het bloed is het immuunsysteem. In 2003 ontdekten wetenschappers voor het eerst dat vetweefsel van muizen een abnormaal hoog aantal macrofagen bevatten. Macrofagen zijn immuuncellen die ontstekingsreacties kunnen veroorzaken. Wetenschappers hadden al lang het vermoeden dat er een verband bestond tussen ontstekingsreacties en insulineresistentie. Enkel de laatste jaren werd dit spoor heel goed onderzocht. Voor de meeste onderzoekers staat het vast dat zwaarlijvigheid vergezeld wordt van lichte maar chronische ontstekingsreacties waardoor immuuncellen (macrofagen) worden geactiveerd. Dit zou tot insulineresistentie leiden. Wetenschappers wilden vooral weten waarom macrofagen zo aangetrokken worden door vetweefsel. Nu blijkt dat er goede en slechte macrofagen bestaan in het vetweefsel. Dit heeft ernstige gevolgen voor de eerder genoemde ontstekingsreacties en het ontstaan van diabetes door insulineresistentie. Een andere 'actor' in het glucoseverhaal is het menselijk brein. Tot voor kort dachten de meeste mensen dat glucose enkel een zeer belangrijke brandstof was voor onze hersenen. Deze redenering klopt maar niemand had de rol van de hersenen bestudeerd in het kader van de regeling van de bloedglucose. De hersenen regelen de aanmaak van heel wat stoffen in ons lichaam. Denk aan insuline, leptine, vrije vetzuren en glucose. Indien de neuronen signalen opvangen - om welke reden ook - dat er onvoldoende van deze stoffen en nutriënten beschikbaar zijn, stuurt het opdrachten naar de lever om meer glucose te produceren. De darmen worden ook betrokken in het totale diabetesverhaal. Dat is logisch omdat het voedsel in de darmen terechtkomt. Onlangs werd ontdekt dat incretinehormonen in de dunne darm in rechtstreeks contact staan met de hersenen en de pancreas. Incretines zijn hormonen die in staat zijn om de glycemie te doen dalen, zonder dat
Redactioneel
er een risico is op hypogclyemie. Ze komen enkel in actie wanneer de glycemie te hoog is. Incretine is een hormoon dat afgescheiden wordt door het spijsverteringsstelsel tijdens het eten. Het stimuleert de secretie van insuline via de bètacellen van de pancreas. Dit fenomeen ligt aan de basis van de glycemieregulatie. Men heeft vastgesteld dat bij personen met type 2-diabetes, het incretine effect kleiner is. Voor de klassieke geneeskunde lijkt het er op dat de behandeling van diabetes complexer en moeilijker wordt omdat er -in de praktijkverschillende medische specialisten moeten samenwerken. Voor de orthomoleculaire geneeskunde, die de mens in zijn totaliteit en holistisch bekijkt, blijft de behandeling in grote lijnen dezelfde. Er moet gezorgd worden voor een degelijk voedingspatroon en voldoende beweging zodat alle organen van het lichaam harmonieus hun werk kunnen doen. Dit lijkt eenvoudig, dat is het ook, maar het vergt van iedere mens de nodige zelfdiscipline en orthomoleculaire knowhow.
NIEUW EN UNIEK IN DE BENELUX ! De meest dynamische orthomoleculaire website:
www.viow.be
volledig vernieuwd vanaf 1 september 2007 Met volledige zoekmachine kan u met trefwoord zoeken in ons volledig VIOW archief. 54 orthofyto’s en 36 leefnu’s meer dan 400 orthotrends met wekelijkse updates. Seizoen adviezen 178 Artikels Nieuwslijn met wekelijkse update.
Die kennis kan iedereen verkrijgen door de bistro's of de professionele cursussen van het VIOW te volgen. De Vlaamse Regering ondersteunt, na een zeer grondige audit, ook de volgende drie jaar de initiatieven en de cursussen die het VIOW organiseert. Het Vlaams Instituut voor Orthomoleculaire Wetenschappen is op dat vlak uniek in Vlaanderen. Iedereen die zich tegen diabetes wil beschermen of de ziekte orthomoleculair wenst te behandelen kan bij het VIOW in Laarne terecht. Walter Faché Algemeen hoofdredacteur van de Publimedia-uitgaven
Nieuwjaarscadeau Vanaf 1 december tot 31 december 2007 kan u lid worden van het orthospakket met de gesloten website voor €160 i.p.v. €180!
ORTHOFYTO
5 ®
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
Hoofdartikel orthomoleculair
Dirk Bogaert - Walter O.M. Faché
Stop de opmars van diabetes met een orthomoleculaire aanpak. Het VIOW sprak met prof. dr. Manfred Dreyer, medisch directeur van het Bethaniën ziekenhuis Hamburg.
D
e winter is het seizoen waarin de meeste nieuwe diabetespatiënten - meestal toevallig - worden ontdekt. Kortere dagen zorgen er voor dat veel meer mensen hun actieve levenstijl afbouwen. Tegelijkertijd neemt de drang naar troostende suikerrijke producten en alcohol toe. Zonder recreatieve sport daalt immers het niveau van de endorfinen in de hersenen. De grijze massa wil dit evenwicht herstellen door signalen uit te zenden die er voor zorgen dat er kortstondig - via de snelle suikers - meer van die gelukzalige stoffen worden geproduceerd. De gevolgen zijn zeer snel stijgende suikerwaarden in het bloed bij miljoenen mensen. Hiermee is ook de basis voor de zogenaamde lifestyle diabetes gelegd (diabetes mellitus). Het goede nieuws is dat deze ernstige stofwisselingsziekte, die veroorzaakt wordt door een gebrek aan beweging en verkeerde voedingsgewoonten, te genezen is – of tenminste onder controle kan worden gehouden, zonder dat er medicijnen moeten ingenomen worden. Orthofyto sprak met enkele Duitse immuunbiologen en specialisten in stofwisselingsziekten. De aanpak van nogal wat ziektebeelden is in Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland immers anders dan in de rest van Europa.
Voeding, beweging en voedingsaanvullingen "Het is niet realistisch om te denken dat voedingsaanvullingen alleen een lifestyle diabetes kunnen genezen", zegt de Duitse immuunbioloog Hubert Kolb. "Stoffen die de bloedglucose laten dalen zijn wel van essentieel belang om de lifestyle diabetes onder controle te krijgen, maar zonder een degelijk en gezond voeding- en bewegingsplan kom je nergens. Hetzelfde geldt trouwens ook in de meeste gevallen voor de behandeling van diabetes mellitus met medicijnen. Voedingsaanvullingen zijn geen medicijnen, wel ondersteunende stoffen. Dat is ook de reden waarom in klinische studies wetenschappers soms van teleurstellende resultaten kunnen spreken. Ze vergeten er wel bij te vermelden dat de middelen slechts werken in combinatie met de eerder genoemde nutritionele adviezen en de juiste fysieke aanpak." Professor Hubert Kolb onderzocht honderden klinische studies die betrekking hadden op natuurlijke stoffen en hun invloed op de bloedglucose. "Ik heb de werkzame stoffen in drie categorieën ingedeeld. Er zijn stoffen die de insulineproductie in het lichaam onmiddellijk verhogen. Ik noem het plantaardige insulinefabriekjes die het sterkste suikerdalende effect hebben in het bloed. Verder bestaan er natuurlijke stoffen die de werking van de nog beschikbare insuline versterken. Tot slot bestaan er ook middelen om de opname van koolhydraten na het eten te vertragen. Op deze wijze bekomen we twee positieve resultaten in een klap. We voorkomen de te hoge suikerconcentraties in het bloed en diabetici zullen door het gebruik van deze natuurlijke middelen minder snel honger krijgen. Dat is goed om overgewicht te vermijden.
6
ORTHOFYTO
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
®
Fenegriek, de brandnetel en blaadjes van de steviaplant zijn uitermate geschikt als plantaardige insulineproducenten."
Belangrijke, natuurlijk ondersteunende planten bij diabetes. •
Groene thee is een zeer krachtige plantaardige 'insulinefabrikant' omdat het ontstekingsremmend werkt, over een vermageringseffect beschikt en de bloedglucose op zich laat dalen.
•
Zuurkool, pindanoten en cactusvijgen zijn belangrijk omdat ze de opname van koolhydraten vertragen en daardoor een te extreem hoge bloedsuikerspiegel kunnen voorkomen.
•
De bittermeloen remt de vorming van suiker in de lever af.
•
Aloë Vera wordt ingezet tegen ontstekingen en helpt ook bij diabetes
De ruïnerende gevolgen van de lifestyle diabetes epidemie. Medici hebben de term ouderdomsdiabetes vervangen door lifestyle suikerziekte omdat diabetes mellitus tien jaar geleden meestal voorkwam bij 75-plussers. Vandaag zijn er meer en meer dertigers die aan deze vorm van diabetes lijden. Mensen van dertig jaar kun je moeilijk vertellen dat ze een ziekte hebben die normaal slechts voorkomt bij mannen en vrouwen die de laatste decennia van hun leven meemaken. Toch is dit de realiteit. Lifestyle klinkt ook vriendelijker, moderner, 'cooler'.
Dirk Bogaert - Walter O.M. Faché
Hoofdartikel orthomoleculair
De suikerberg milderen zou de verhoogde suikerspiegels van een miljoen Belgen ook kunnen verlagen.
Het prijskaartje dat aan de ziekte verbonden wordt ziet er als volgt uit. Een perfect behandelde diabetespatiënt die zelf de discipline opbrengt om op zijn voeding, beweging, medicatie en bloedglucosecontrole te letten kost het ziekenfonds jaarlijks 700 euro. Spijtig genoeg is dat een kleine minderheid. Het valt voor de meeste mensen niet mee voortdurend te moeten oppassen wat ze eten en drinken, dagelijks voldoende beweging te nemen en de vervelende prikken in de vingers te geven om de bloedglucose te bepalen. Dit is de reden waarom er zoveel 'verwilderde' diabetici moeten behandeld worden. Het kostenplaatje per patiënt wordt dan gemiddeld het tienvoudige of 7000 euro per jaar. Voor mensen die diabetes van het type 1 hebben, en dus insuline moeten inspuiten, betalen de ziekenfondsen gemiddeld 2000 euro per jaar. Dat is terug het prijskaartje voor een disciplinevolle patiënt. De kosten stijgen tot 8000 euro per jaar indien de diabeticus de richtlijnen van de arts niet of onvoldoende opvolgt. Het zijn de termijngevolgen van diabetes die de echte kostenexplosie veroorzaken. Diabetici krijgen op termijn af te rekenen met hartinfarcten, nierdialyse, blindheid, zenuwschade en amputaties. Eens die factoren mee een rol spelen bedraagt de gemiddelde kostprijs per patiënt 16000 euro per jaar (bron: Eurostat). In de Europese Gemeenschap wordt 80 procent van het gezondheidsbudget nu benut voor chronisch zieke mensen. De tendens
blijft sterk stijgen terwijl de medische wetenschap er tegelijkertijd in slaagt mensen, ondanks hun ziekte, veel ouder te laten worden. Teneinde te voorkomen dat de ziekenfondsen straks zelf terminaal (financieel) ziek worden, kiest men in Duitsland - het land met de meeste diabetici - voor het zogenaamde 'Disease-Management-Programme'. Vrij vertaald betekent dit een gestandaardiseerde verzorging van chronisch zieke mensen. Het doel van dit programme is diabetici beter op te volgen en er vooral voor te zorgen dat de dramatische gevolgen van suikerziekte uitblijven. Men doet dit door de bloedsuikerwaarden regelmatig via een arts te laten controleren en de patiënten tegen prediabeteshypertensie te behandelen (bloeddrukwaarden hoger dan 135/85 mmHg). Meer dan zeventig procent van alle suikerpatiënten lijdt aan een te hoge bloeddruk. Verder worden enkel de beste prijs/kwaliteit medicijnen gebruikt, die hun werking reeds hebben bewezen, om de diabeticus te helpen. Diabetesverenigingen zijn woedend op dit initiatief. Zieken krijgen immers niet meer de allernieuwste en duurste medicijnen voorgeschreven. Ze vrezen dat de ‘oudere’ medicijnen op termijn voor zware nierproblemen kunnen zorgen. Ook de farmaceutische industrie bekijkt de Duitse maatregel met weinig enthousiasme. De afzetmarkt voor nieuwe medicijnen krimpt omdat er steeds minder geld beschikbaar is om die te betalen.
ORTHOFYTO
De Belgische diabetescijfers najaar 2007 Straks heeft 1 op de 10 Belgen diabetes. Vandaag lijdt één Belg op de twaalf aan diabetes. Over vijftien jaar zal dat één op de tien zijn. Dat blijkt uit de meest recente cijfers van de Internationale Diabetes Federatie. Ongeveer 600.000 volwassen Belgen (7,9 procent) lijden aan diabetes. De helft weet dat niet eens. Nog eens bijna een half miljoen Belgen hebben een verhoogde suikerspiegel. Dat zijn kandidaten om ook diabetes te ontwikkelen. De overgrote meerderheid van de diabetespatiënten lijdt aan diabetes type 2 of ouderdomsdiabetes. In België is het aantal jongens onder de 10 jaar die aan diabetes type I lijden, de jongste vijftien jaar meer dan verdubbeld. Het is niet duidelijk wat daarvan de oorzaak is. Bij diabetes type I spelen genetische factoren een rol, maar zeker omgevingsfactoren.
7 ®
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
Hoofdartikel orthomoleculair
Dirk Bogaert - Walter O.M. Faché
De echte oplossing ligt in de preventie en de behandeling van diabetes via voeding, beweging en voedingsaanvullingen.
Vul uw orthosbibliotheek aan met enkele monografieën van het VIOW: 1. Monografie n°8. Overgewicht met natuurlijke orhomoleculaire middelen voorkomen en behandelen. 2. Monografie n°9 Diabetes orthomoleculair behandelen. Bestellen:
[email protected] Tel. 09 369 06 42
8
Volgens insiders is dat de reden waarom het Belgische Janssens Pharmaceutica mensen moest ontslaan. Marketingspecialisten uit de farma-industrie weten dat het moeilijk wordt om nog nieuwe peperdure medicijnen op de markt te brengen in een wereld die aan financiële ademnood lijdt. Nieuwe diabetesmedicijnen zijn immers een goudmijn voor de aandeelhouders van de farmagiganten die deze producten op de markt brengen. Medicijnen zoals de insulineanalogen, die diabetes mee helpen onder controle houden leveren de aandeelhouders sinds de jaren negentig een nettodivident op van 16 procent. Dit komt omdat de producten steeds meer worden ingezet om de diabetesepidemie beheersbaar te maken en omdat er regelmatig nieuwe varianten van deze producten op de markt komen. Diabetes lobbyisten dringen er op aan om de nieuwe medicijnen – die 40 procent duurder zijn dan de meest gebruikte oudere soorten – toch te gebruiken teneinde mogelijke nierschade te voorkomen of te beperken. Dit moet ook gebeuren door het uitvoeren van dure preventieve niertesten. De insulineanalogen zouden er voor zorgen dat er veel sneller betere bloedglucosewaar-
ORTHOFYTO
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
®
den konden bereikt worden. Die verwachtingen werden echter niet waargemaakt. In 2004 bracht de Duitse diabetoloog Michael Berger het boek uit ‘Praxis der Insulintherapie’. Daarin staat dat de nieuwe medicijnen amper een verbetering in de behandeling tot stand brengen. Ook een van de pioniers van de insuline analogen, Dokter Manfred Dreyer, die zich voor de nieuwe medicijnen heeft ingezet is diep ontgoocheld. Ook Duitse artsen schrijven in het ‘Fazit des Berliner arznei-telegramm’ dat de nieuwe producten, waarvan Lantus het meest bekend is, op de markt werd gebracht zonder dat in klinische studies het voordeel van het product werd aangetoond. Onderzoeken hebben wel aangetoond dat Lantus een duidelijk mitogene werking heeft die tot kanker kan leiden. Mitogene stoffen zoals groeifactoren geven aanleiding tot deregulering of de overexpressie die de activering van oncogenen bevordert via celproliferatie. Voor de Duitse diabetoloog Ernst Chantelau, die verbonden is aan het ziekenhuis voor stofwisselingsziekten (een afdeling van de Heinrich-Heine-Universiteit in Düsseldorf) is het gebruik van dergelijke nieuwe preparaten niet meer verdedigbaar. Toch wordt het kankerrisico door de Duitse diabeticivereniging weggewuifd. Sinds kort is er ook inhaleerbare insuline op de markt. Artsen schrijven dit product voor bij mensen die een panische angst hebben voor naalden. Ook hier zou er een gigantisch probleem ontstaan. Volgens wetenschappers wordt slechts 10 procent van de geïnhaleerde insuline op de juiste plaats in het lichaam opgenomen. De overige 90 procent verdwijnt ‘spoorloos’. Men vreest terug voor ernstige nevenwerkingen op termijn omdat er geen langdurige sluitende studies over de inhaleerbare insuline bestaan (tot op dit ogenblik).
Orthomoleculaire aanpak is de enige uitweg Op de vraag of er in de nabije toekomst een echte doorbraak mag verwacht worden in de behandeling van diabetici antwoordt Manfred Dreyer: “Er valt niets te verwachten. Waarschijnlijk krijgen we de komende jaren enkel nog verbeterde versies van de insulinepompen die gekoppeld zijn aan een bloedglucosesensor. De echte oplossing ligt in de preventie en de behandeling van diabetes via voeding, beweging en voedingsaanvullingen. Ik geef toe dat de orthomoleculaire aanpak hier alle voorrang verdient. Ze kan miljarden besparen in de ziekteverzekering. De vraag is alleen of de patiënten de discipline kunnen opbrengen om die natuurlijke weg te bewandelen. Onze samenleving verwacht al meer dan een halve eeuw dat alle ziekten worden genezen door het innemen van een simpel pilletje. De realiteit is echter veel complexer geworden dan dat.”
Dr. Tammy Bray
Nieuws van het Linus Pauling Instituut
Ban diabetes uit onze samenleving E
en interview met Dokter Tammy Bray, van het Linus Pauling Instituut (Oregon State University) over het verband tussen immuniteit en ontstekingen bij het ontstaan van diabetes
Fig. 01 Dokter Tammy Bray van het Linus Pauling Instituut
wicht na te streven, degelijke voeding en voldoende fysieke activiteiten. De sedentaire samenleving is mee de oorzaak van het diabetesprobleem dat stilaan de vorm van een epidemie aanneemt.
Is er bij het ontstaan van diabetes sprake van oxidatieve stress? Dokter Tammy Bray Oxidatieve stress speelt zeker een rol in het ontstaan van diabetes van het type 1. De oorzaak van de ziekte kent verschillende factoren en de werking van het immuunsysteem is er bij betrokken. Het is typerend voor diabetes van het type 1 dat de ziekte voorafgegaan wordt door een infectie die sterk op griep lijkt. Er is iets dat de infectie en de ontstekingsreactie veroorzaakt. De pancreas, het orgaan dat verantwoordelijk is voor de productie van insuline, raakt ontstoken en de insulineproducerende cellen, de bètacellen, sterven af. Dit wordt voor een deel veroorzaakt door oxidatieve stress.
Door wat wordt diabetes veroorzaakt?
Waarom wordt de pancreas precies geteisterd door een infectie?
Dokter Tammy Bray Er bestaan twee soorten diabetes, type 1 en type 2. Juveniele (jeugd)diabetes wordt type 1 genoemd en begint heel vroeg. Het wordt in verband gebracht met een acute infectie. Diabetes van het type 2, wordt diabetes mellitus of ouderdomdiabetes genoemd. Deze vorm van suikerziekte ontstaat anno 2007 vanaf het 35ste levensjaar. Het wordt vooral in verband gebracht met verkeerde eetgewoonten en een onaangepaste levensstijl. Diabetes mellitus is de laatste decennia met 85 procent toegenomen. De ziekte is nochtans te voorkomen door een juist lichaamsge-
Dokter Tammy Bray Sommige organen zijn meer gevoelig voor ontstekingen en oxidatieve stress dan anderen. De lever en de longen hebben waarschijnlijk sterkere afweermechanismen. Het is inmiddels duidelijk dat de pancreas, en de bètacellen in het bijzonder, minder bescherming genieten van het immuunsysteem. Jonge mensen die een ontsteking krijgen, zoals de griep, maken in hun lichaam vrije radicalen aan die de ziekteverwekkers aanvallen. De vrije radicalen maken echter geen onderscheid tussen een pathogeen en zwakke, gezonde lichaamcellen. Bètacellen in de
pancreas zijn zeer gevoelig voor schade die veroorzaakt wordt door vrije radicalen.
Waarom krijgen zeer jonge mensen diabetes als gevolg van een infectie en volwassenen niet? Dokter Tammy Bray Het afweersysteem van zeer jonge mensen is nog niet op volle kracht. Dit kan gemeten worden door de concentraties van de volgende beschermende stoffen na te gaan: superoxide dismutase, glutathion peroxidase, glutathion en catalase. Oudere mensen hebben hogere concentraties van deze beschermende moleculen. Ze zijn daarom minder kwetsbaar.
Raadpleeg onze professionele cursus orthomoleculaire geneeskunde module 17 - vijfdejaar ORTHOMOLECULAIRE GENEESKUNDE F U N DA M E N T E L E BIOCH E MIIE E/ FU UN ND AM ME EN NT TE EL LE HE EM F YSIOLOG E FY GIIIE ECOLOG E / TO X E GIIIE XIICOLOG GIIIE K L N EN U T R T E/N U T R LO G E KL LIIIN NIISCH HE NU UT TR RIIIT TIIIE NU UT TR RIIIL GIIIE E N DOCR N O LO G E EN ND RIIIN GIIIE K L N E BIOLOG E / DIIA AG NOST EK KL LIIIN NIISCH HE GIIIE GN TIIIE OR T HOMOL ECU L A R ET H E R A P E E N RT TH LE UL LA AIIIR RE TH HE ER RA AP PIIIE EE EN Onder hoofdredactie van Orthomoleculair Biochemicus Walter O.M. Faché HEOS, Dr. Med Frans Fermon, Bio-ingenieur genetica Joost Meeusen
Deel 1
Orrttth hoom moolleccu u ullaaiirree Voed diing
Supernutritie - Supplementte en – T o xicitte e it To ox � Cop yright V aarne België py VIIOW 2008 L La
ORTHOFYTO
9 ®
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
Nieuws van het Linus Pauling Instituut Bestaat er wetenschappelijk bewijs dat een degelijke antioxidanten status en lage oxidatieve stress kinderen kan beschermen tegen het ontstaan van diabetes type 1? Dokter Tammy Bray We hebben nog geen epidemiologische studies op mensen uitgevoerd. Dit gebeurde wel reeds met dieren. Sommige chemicaliën beschikken over dezelfde schadelijke eigenschappen als glucose. Dat is het geval met alloxan. Dit product werd gebruikt om diabetes te induceren bij dieren. Alloxan is een stof die zeer gemakkelijk wordt opgenomen in de bètacellen van de pancreas. Alloxan doodt de bètacellen waardoor de insulineproductie wordt stopgezet. Dieren die eerst grote hoeveelheden antioxidanten kregen, denk aan vitamine E en C, glutathion of N-acetylcysteïne, een precursor van glutathion, waren bij toediening van alloxan veel minder vatbaar voor diabetes van het type 1. Dit kan relevant zijn voor jonge mensen. Kinderen die over een optimale antioxidantenstatus kunnen beschikken zullen naar alle waarschijnlijkheid veel beter bestand zijn tegen type 1-diabetes. We beschikken vandaag nog niet over de menselijke studies die dit bevestigen. Het zou immers misdadig zijn dergelijke proeven op jonge kinderen uit te voeren.
Monografie n°63 De voedingsdriehoek Faché medisch toepassen. Te bestellen op het VIOW secretariaat:
[email protected]
Wat is het verband tussen insuline en bloedglucose en waarom is een chronisch verhoogde bloedglucose schadelijk? Dokter Tammy Bray Het lichaam heeft energie nodig. Die energie is afkomstig van de glucose. Na iedere maaltijd zet het spijsverteringsysteem alle koolhydraten om in glucose. De glucose van de koolhydraten die je eet moet opgenomen worden door de spieren om energie te kunnen produceren. Iets moet de glucose toelaten om tot in de spiercellen te geraken. Insuline zorgt er via de insulinereceptoren op de menselijke cellen voor dat de bloedglucose in de spiercellen terechtkomen. De spieren nemen de glucose op en slaan het voedsel op als glycogeen of verbranden glycogeen in de mitochondriën teneinde biochemische energie te produceren. Bij diabetespatiënten werkt het insulinereceptormechanisme niet goed. Daardoor stijgt het glucoseniveau in het bloed. Een deel van de bloedsuiker wordt via de nieren geëlimineerd en komt in de urine terecht. Dit werd voor het eerst ontdekt bij honden die geen pancreas meer hadden. Vliegen zwermden rond de urine omdat die zoveel suiker bevatte.
De glucose gaat nu naar de urine in plaats van naar de spieren? Dokter Tammy Bray Dat klopt en daardoor ontstaat er een gebrek aan energie. Insuline en glycogeen houden het bloedglucosepeil op niveau. Wanneer er teveel glucose in het bloed blijft circuleren veroorzaakt dit stijfheid van de vaatwanden. Daardoor neemt het risico op hart- en vaatziekten drastisch toe.
Wat gebeurt er indien de vaatwand minder elastisch wordt? Dokter Tammy Bray De bloedcirculatie in de kleine capillaire bloedvaatjes wordt problematisch. Dat is waarom kwetsuren bij diabetici zo gevaarlijk zijn. Door de verminderde elasticiteit van de kleine bloedvaten worden ook de toxines erin niet meer verwijderd. Dit heeft voor gevolg dat er een verhoogd risico is op weefselschade die tot amputaties kunnen leiden. De ogen zijn ook zeer gevoelig voor een verstoorde bloedtoevoer naar de capillaire bloedvaatjes. Minder elastische bloedvaten worden
10
ORTHOFYTO
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
®
Dr. Tammy Bray
ook in verband gebracht met een te hoge bloeddruk.
Welke voedingsadviezen kunt u geven om dit probleem onder controle te houden? Dokter Tammy Bray Het helpt als mensen complexe koolhydraten eten. We spreken dan over volkerenproducten, vezels, fruit en groenten. Vermijd eenvoudige koolhydraten zoals suiker of kant-en-klaar-maaltijden die meestal ook veel verborgen suikers bevatten.
Kan men diabetes van het type 2 genezen door voeding? Dokter Tammy Bray Je kan niet spreken van een echte genezing. Het is wel mogelijk de ziekte symptoomvrij te maken. Maar de patiënt zal bij de minste onregelmatigheid in zijn voedingsgewoonten altijd problemen blijven hebben met zijn relatieve insuline-ongevoeligheid. Personen die de nodige voedingsaanpassingen blijvend toepassen zullen hun insulinegevoeligheid zien verbeteren en daardoor in staat zijn een volledig normaal leven te leiden. Doet men dit niet dan zal de hoge bloedglucose chronisch worden. Dit resulteert in vasculaire problemen die dramatische gevolgen kunnen hebben voor de ogen, de voeten en de vingers.
U heeft veel studie verricht op het vlak van wondgenezing bij diabetici en een verband gelegd met het ontstaan van prostaatkanker Dokter Tammy Bray Dat klopt. Bij wondgenezing komen er heel wat aspecten kijken die rechtstreeks met de gezondheid van de mens te maken hebben. Ik denk hier aan voedingstekorten, oxidatieve stress en het immuunsysteem. Het afweersysteem van de mens wordt negatief beïnvloed door stress. Dit alleen kan er al voor zorgen dat lichamelijke wondjes trager genezen. De eerste fase van wondgenezing is de bloedstolling. Indien de bloedstolling verstoord is, blijft een wonde veel langer bloeden. Teveel bloedstolling is ook gevaarlijk. Dit kan een hartaanval of een herseninfarct veroorzaken indien er een kleine bloedklonter zich verplaatst naar vitale organen.
Dr. Tammy Bray
Nieuws van het Linus Pauling Instituut
Het immuunsysteem zal een ontstekingsreactie op gang brengen bij de wonde. Dit heeft twee gevolgen. De ontstekingsreactie doodt de bacteriën op de plaats van de kwetsuur. De ontstekingsreactie stuurt tevens signalen uit om de celgroei aan te wakkeren (celproliferatie). Dankzij de aanmaak van nieuwe cellen kan de wonde volledig genezen in enkele dagen tijd. Deze reacties van het immuunsysteem zijn zeer belangrijk, maar nadat de twee voornoemde werkingsmechanismen voldoende resultaat hebben, moet de ontsteking en de celproliferatie stopgezet worden. Zink en andere antioxidanten spelen hier een belangrijke rol. Indien de celproliferatie niet wordt stopgezet krijgt men ongecontroleerde celgroei of kanker.
Wat gebeurt er bij diabetespatiënten die problemen hebben bij wondgenezing? Dokter Tammy Bray Er is een ernstig risico op een chronische ontstekingsreactie die tot amputatie kan leiden. Verder worden chronische ontstekingen ook in verband gebracht met prostaatkanker. Ik heb grondige studies verricht in verband met hormonaal geïnduceerde ontstekingen. Die komen ook voor bij prostaatkanker. Het hele proces lijkt in het begin op wondgenezing, maar het duurt veel langer. In de prostaat zorgen abnormaal hoge hormoonconcentraties voor ontstekingsreacties die tot kanker kunnen leiden.
Hoe werd dit verband ontdekt? Dokter Tammy Bray We hebben bij dieren het testosteronniveau verhoogd. Dit liet de kans op het ontstaan van prostaatkanker met 70 procent toenemen. We verhoogden tevens de concentraties oestrogenen. Alle dieren kregen nu prostaatkanker. Onze hypothese is dat hoge hormoonconcentraties ontstekingsmoleculen, zoals ‘nuclear factor kappa beta’ (NBkB), sterk activeren. Dit veroorzaakt – in dit geval – ongewenste celproliferatie.
Wat is Nuclear Factor Kappa Bèta (NFkB)? Dokter Tammy Bray NFkB is een proteïne die als een aan-uitontstekingsschakelaar werkt in het menselijk lichaam. Wetenschappers beschrijven NFkB als een sensor die cellulaire bedreigingen detecteert zoals vrije radicalen en ontstekingsbevorderende stoffen. Indien het een van deze actoren ontwaart, zet het genen in werking die een ontsteking in het lichaam veroorzaken. Naarmate mensen ouder worden, verhoogt de NFkB-expressie in het
lichaam. Dit heeft voor gevolg dat mensen het slachtoffer worden van chronische ontstekingen die het immuunsysteem uitputten zodat er op termijn kanker kan ontstaan. Volgens de meeste wetenschappers is een ontstekingsreactie de initiërende factor die uiteindelijk leidt tot de meeste degeneratieve ziektebeelden, waaronder kanker. Onderzoekers zijn ervan overtuigd dat ontstekingen de basis vormen van 98 % van alle ziektebeelden. NFkB is hier telkens de bepalende factor die voor de chronische en uitputtende ontstekingreacties verantwoordelijk is. NFkB heeft ook de eigenschap om onze cellen signalen te sturen om zich voortdurend te blijven splitsen. Dit kan tot kanker leiden.
Figuur 02. “Mannen met verhoogde PSA - waarden moeten een dieet volgen dat rijk is aan tomaten” Aldus Tammy Bray. Noot van de redactie: Let wel op dat tomaten net zoals fruit tamelijk veel suikers bevatten, wat ongunstig is voor diabetici.
Monografie
prostaataandoeningen Te bestellen op het VIOW secretariaat:
[email protected]
Welke adviezen geeft u om het risico op prostaatkanker te voorkomen? Dokter Tammy Bray Mannen met verhoogde PSA-waarden moeten een antikankervoedingspatroon volgen dat arm is aan vet en zeer rijk is aan tomaten en daarvan afgeleide producten. Verder zijn er grote hoeveelheden groenten en fruit nodig. Het mediterraan dieet is ideaal. Mannen moeten ook dagelijks bewegen om gewicht te verliezen. Bij een daling van het lichaamsgewicht daalt ook de PSA-waarde en versterkt het afweersysteem. Indien ze deze leefregels blijven volgen verkleint hun risico om kanker te krijgen. Eigenlijk is dit precies hetzelfde als bij diabetespatiënten. Zolang de voedings- en bewegingsadviezen worden opgevolgd, is er geen probleem. Mensen die deze raadgevingen verwaarlozen worden ziek en krijgen diabetes of kanker.
ORTHOFYTO
ONDER HOOFDREDACTIE W a l t er O. M. Faché
N PROSTAATAANDOENINGE ORTHOMOLECULAIR BEHAN D E L E N e Prostatitis, Prostatodynie, Benign inoom Prostaat Hyperplasie, Prostaatcarc
T I CA MONOGRAFIEËN NUTRICEU �ORTHOS Instituut VIOW Laarne eculaire Wetenschappen Publi Media – Vlaams Instituut
Orthomol
11 ®
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
Suppletie diabetes
Kiauw de Munck - Khoe
Vitamine K2 voorkomt complicaties bij diabetes P
atiënten met diabetes (type 1 en type 2) zijn een bekende risicogroep voor hart- en vaatziekten en osteopathie of osteoporose. Onderzoek van de afgelopen tien jaar heeft nieuwe inzichten opgeleverd over de functies van vitamine K voor de vaatwandfunctie en voor de botstofwisseling. De onderzoeksresultaten laten zien dat vitamine K, in het bijzonder vitamine K2, een gunstige invloed zou kunnen hebben op de progressie van late complicaties van diabetes mellitus, met name vasculaire calcificatie, diabetische osteopathie en osteoporose.
Referenties: 01. Braam, L.A., M.H. Knapen et al. Calcif Tissue Int, 2003; 73(1): 21-6. 02. Cockayne, S., J. Adamson et al. Arch Intern Med. 2006;166(12):1256-61. Cranenburg EC, Schurgers LJ, Vermeer C. Thromb Haemost. 2007 Jul;98(1):120-5. 03. Geleijnse JM, Vermeer C et al. J Nutr. 2004 Nov;134(11):3100-5. 04. Horiuchi T, Kazama H, Araki A et al. J Bone Miner Metab. 2004;22(3):23640. 05. Knapen MH, Schurgers LJ, Vermeer C. Osteoporos Int. 2007 Jul;18(7):96372. Epub 2007 Feb 8. 06. Schurgers LJ, Spronk HM et al. Blood. 2007 Apr 1;109(7):2823-31. Schurgers LJ, Teunissen KJ et al. Blood. 2007 Apr 15;109(8):3279-83. Epub 2006 Dec 7. 07. Yasuda S, Wada S. Clin Calcium. 2006 Aug;16(8):1351-57.
12
Vitamine K-afhankelijke proteïnen Vitamine K is als cofactor nodig voor het in de actieve vorm brengen van een aantal proteïnen met een specifieke functie. Bloedstollingsfactoren in de lever, het boteiwit osteocalcine en het matrix Gla-proteïne in zachte weefsels zijn daarvan bekende voorbeelden. Gebleken is dat voor de functies buiten de lever meer vitamine K nodig is dan voor de bloedstolling. Een (subklinisch) tekort aan vitamine K is een onafhankelijke risicofactor voor het ontwikkelen van hart- en vaatziekten en voor het ontstaan van osteoporotische botfracturen.
Vasculaire complicaties In de arteriële vaatwand is het vitamine K-afhankelijke proteïne matrix Gla-proteine (MGP) een van de sterkste factoren die de afzetting van kalk in de vaatwand kan tegengaan. Onderzoek aan de Universiteit van Maastricht heeft aan het licht gebracht dat een tekort aan geactiveerd MGP in de vaatwand leidt tot verkalking van de arteriële vaatwand. Dit gebeurt zowel in de middenlaag (media) als in de binnenlaag (intima) en leidt tot respectievelijk Mönckebergse arteriosclerose, een vorm die veel optreedt bij diabetes de vorm die algemeen voorkomt.
botmassa en van de incidentie van botfracturen ten gevolge van osteoporose. Suppletie met vitamine K2 zou ook bij diabetici gunstig kunnen zijn, omdat bij diabetes er een verhoogd risico is op botfracturen. De verlaagde bot-turnover bij diabetes geeft een mindere botkwaliteit, waardoor de botten fragiel worden. Vooral oudere vrouwen met diabetes hebben een extra verhoogd risico op botfracturen. In een onderzoek onder 58 oudere vrouwen met diabetes type 2 werden significant hogere spiegels gevonden van inactief osteocalcine bij vrouwen met een verlaagde botmassa in de lumbale wervels (osteoporotische groep). Daarbij was met name een lage spiegel van menachinon-7 (MK-7) gerelateerd aan inactief osteocalcine. MK-7 is een van de hogere menachinonen die behoren tot de vitamine K2-groep. Hiervan is aangetoond dat het effectiever en langer werkzaam is in vaatwand en botweefsel dan de lagere menachinon MK-4 en dan vitamine K1. MK-4 heeft een halfwaardetijd van 1-3 uur en MK-7 van 3 dagen. Vitamine K1 komt uit plantaardige bronnen zoals spinazie en koolsoorten, terwijl vitamine K2 van bacteriele oorsprong is. Rijke bronnen van vitamine K2 zijn gefermenteerde zuivel- en sojaproducten (kaas, kwark, natto). Natto is een traditioneel Japans sojaproduct en is de rijkste vitamine K2-bron (MK-7) die bekend is.
Beide vormen kunnen tegelijkertijd voorkomen bij diabetici en in beide gevallen treedt er verlies op van de vaatwandfunctie en wordt de doorbloeding belemmerd. Een hartinfarct of een CVA kan het gevolg zijn. Diabetische nefropathie en nierdialyse verhogen nog eens het risico op cardiovasculaire mortaliteit door een extra toename in vasculaire calcificatie. Er komen steeds meer aanwijzingen dat een tekort aan geactiveerd MGP hierbij betrokken is.
Botontkalking Het boteiwit osteocalcine speelt een belangrijke rol voor het behoud van de (micro)architectuur en geometrie van het bot, die samen de kwaliteit en sterkte van het bot beïnvloeden. Aangetoond is dat suppletie met vitamine K2 bij postmenopauzale vrouwen een vermindering geeft van het verlies van
ORTHOFYTO
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
®
Natto, gefermenteerde sojabonen, is thans verkrijgbaar in België in sommige biologische en reformwinkels.
Diagnose
Johan J. de Cock
Glucosespiegel binnen veilige grenzen houden D
e laatste jaren berichten de media regelmatig over een opvallende toename van obesitas en van suikerziekte of diabetes. In de geïndustrialiseerde landen van Europa en Noord-Amerika nemen deze problemen duizelingwekkende proporties aan. Hoe verklaart men die toename? Speelt onze voeding daarin een belangrijke rol? Wat kunnen we doen om dit probleem onder controle te houden? Bestaan er preventieve maatregelen? Hoe meet men het probleem?
Glucose, glucosespiegel en regelmechanismen Al onze lichaamsorganen hebben glucose, een vorm van suiker, nodig om goed te functioneren. Glucose (dextrose) is een zeer belangrijke energieleverancier. Vooral onze hersenen en onze spieren kunnen niet zonder deze stof. Via onze voeding komen koolhydraten, waaronder eenvoudige suikers, in onze dunne darm terecht. Hier wordt glucose doorheen de darmwand opgenomen in het bloed; de glucosespiegel (concentratie aan glucose in het bloed) neemt toe. Vele biochemische processen in ons lichaam verlopen optimaal als die glucosespiegel binnen bepaalde grenzen wordt gehouden. Die grenzen, het ‘optimale’ gebied, zijn niet voor ieder individu gelijk! Gezonde zwangere vrouwen hebben een iets hoger gemiddelde (10%) dan niet zwangere vrouwen uit hun leeftijdscategorie. Bij toenemende leeftijd neemt de bovengrens van de als ‘norm’ aanvaarde glucosespiegel toe (ongeveer 15%). Om de glucosespiegel binnen een veilig gebied te handhaven, bestaan er regelsystemen. Glucose in het bloed kan vrij snel verbruikt worden door spierarbeid, dus fysische activiteit. Mentale inspanning (hersenactiviteit) zou ook glucose verbruiken en blijkbaar in nog hogere mate. Hier is meer onderzoek nodig! Verhoogde glucose in het bloed wordt dankzij de insuline uit het pancreas, weggewerkt, t.t.z., opgenomen in lichaamscellen. Vele cellen bevatten receptoren voor insuline, die gevoelig zijn voor de insulineboodschapper. Komt een receptor-boodschapperverbinding tot stand, dan gaat glucose doorheen de cel-
wand worden opgenomen in het binnenste van een cel. Lever- en spiercellen gaan de opgenomen glucose opslaan onder vorm van glycogeen. Glucagon uit het pancreas helpt onder meer om glycogeen opnieuw te splitsen tot glucose, dat terug in het bloed wordt gebracht wanneer een verhoogde behoefte bestaat aan glucose en die stof tijdelijk onvoldoende ter beschikking staat. De pancreas (alvleesklier) streeft naar een stabilisatie van de glucosespiegel rond een voor elk individu optimale stationaire waarde. De insuline-celreceptor presteert verschillend in aanwezigheid van enkele oligo-elementen. Chroom (Cr) bevattende stoffen, zoals de glucosetolerantiefactor of GTF, zorgen voor een lager verbruik van insuline. Vanadium (V) bevattende preparaten activeren de celreceptor voor insuline.
Ten slotte gaat een te veel aan glucose in het bloed, gedeeltelijk kunnen omgezet worden in vetten die worden opgestapeld in adipocyten of vetcellen. Aan dit mechanisme wordt te weinig aandacht besteed!
Metingen van de glucosespiegel In het labo wordt de glucoseconcentratie in het bloed dikwijls ’s morgens nuchter gemeten. Een eenmalige bepaling van die waarde is weinig betrouwbaar. Minstens drie ochtendbepalingen geven al een betere indicatie. De dagschommelingen bij een individu zijn immers vrij grillig. Thuisapparatuur levert nogal wat meetfouten op; hier is een goede instructie nodig. De Glucosetolerantietest (GTT) is een vrij betrouwbare test, indien uiteraard correct uitgevoerd. Vooraf doet men een bepaling van de glucosespiegel op nuchtere maag. Een glucosestoot wordt toegediend door middel van een glucoserijke drank. Met intervallen van een half uur meet men de glucosespiegel tot circa 2 ½ uur na de glucosestoot. Bij vermoeden van hypoglycemie kan een verlengde GTT worden uitgevoerd tot minimaal vijf uren na de glucosestoot. De glucoseconcentratie wordt uitgedrukt in mg/dL (mg%) of in mmol/L, waarbij 18 mg%
ORTHOFYTO
Fig.01 Een tarweboterham met wat kaas, is vaak veel beter dan wat snoep.
13 ®
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
Diagnose
Johan J. de Cock
= 1 mmol/L. De stationaire waarde is per individu verschillend en deels constitutioneel bepaald. Deze waarde schommelt volgens verschillende referenties tussen de 3 en de 7 mmol/L, waarbij als richtlijn 5,5 ± 1,5 mmol/ L kan gehanteerd worden. Waarde 5,5 mmol/ L komt overeen met 1 gram glucose per liter. ������� ������
�� �
���������������������������������������
� �
��� ��� �
�
�� ���
�
������������������������������ ����������������������� ��� ��� �
�
�
�����������������
�
�����������������������������
� � �
�����������
�
�
Fig 02. Grafiek glucosecurve
�
�
Verstoringen van de regelsystemen voor glucose Bij een glucosestoot gaat de alvleesklier reageren door insuline te produceren. Soms daalt de glucoseconcentratie in het bloed dan tijdelijk tot net onder de normwaarden. Nadien wordt een evenwicht gezocht. Dit gebeurt regelmatig bij gezonde personen. Wanneer het bloed ‘chronisch’ te veel glucose gaat bevatten spreekt men van hyperglycemie, zoals bij suikerziekte (diabetes mellitus, type I en II) en bij zwangerschapsdiabetes.
HLA-systeem Humaan leukocietantigen en (HLA) zijn proteïnen op het membraan van lichaamscellen die uniek zijn voor elke persoon. Ze zijn belangrijk voor het immuunsysteem om de gezonde lichaamscellen te onderscheiden van pathogenen en geïnfecteerde cellen.
Algemene literatuur 01. Slegtenhorst-Bakker TH & Slegtenhorst R. De glucosespiegel. VNT-nieuw, 7 (2), 1994. 02. Olatunbosum S & Dagogo-Jack S. Glucose intolerance. Emedicine publication, June 2004, topic 897. 03. Persoonlijke bevindingen van de auteur.
14
�
Bij hypoglycemie, soms hyperinsulinemie genoemd, wordt er structureel te veel suiker uit het bloed gehaald. Dit kan het gevolg zijn van een disfunctie van het pancreas (bv. door tumoren) of van de lever. Diabetes (type II) wordt tegenwoordig vaak als een onderdeel van het metabool X-syndroom beschreven. Men dient zeker te denken aan cellulair gemedieerde auto-immuunvernietiging van bètacellen in de alvleesklier, waardoor een insulinedeficiëntie ontstaat. Omgevingsfactoren en afwijkingen in het HLA-systeem worden als mogelijk agens vermeld. Epigallocatechinegallaat (EGCG) beschermt de bètacellen tegen oxidatie. Bij suikerziekte produceert de pancreas geen of onvoldoende insuline; ofwel wordt de insuline niet efficiënt gebruikt; ofwel zijn er te veel hormonen die (in)direct de glucosespie-
ORTHOFYTO
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
®
gel verhogen. Soms gaan de nieren proberen het te veel aan glucose helpen verwijderen, maar dit is een lapmiddel. Bij type II-diabetes vertonen méér dan 60% van de patiënten obesitas. De bodymassindex (BMI) is groter dan 30. Opgelet : ondanks een normale BMI, bestaat ook ‘centrale obesiteit’, die hier niet wordt besproken. Hormonen aangemaakt in het pancreas worden opgeslagen in de eilandjes van Langerhans. De bètacellen zorgen voor de aanmaak van insuline en een beperkte opslag van pro-insuline. Ze hebben o.a. baat bij een voldoende aanwezigheid van elementen zoals zink, mangaan, selenium en koper. De alfacellen doen dit voor glucagon. Hypoglycemie-patiënten worden moeilijker herkend. Dikwijls zijn ze doodmoe, lusteloos, geïrriteerd en vertonen concentratiestoornissen. Typisch bij een GTT, is de steilte van de glucosepiek en de grootte ervan. Ze reageren zeer snel op geraffineerde suikers, glucose (druivensuiker) en suikers in dranken. Hoewel ze zich daarmee snel beter voelen, komen ze van de drop in de regen! Beter zouden ze alle geraffineerde suikers vermijden en vervangen door polysacchariden (meervoudige suikers) met wat vezels, verdeeld over kleine porties in de dag. Bijvoorbeeld is een tarweboterham met wat kaas, veel beter dan wat snoep! Phaseolus vulgaris (bonenschil) vermindert de steilte en de grootte van de glucosepiek. Deze plant bevat gluconinen, stoffen die de splitsende werking van enzymen op polysacchariden neutraliseren of afremmen. Andere interessante planten en kruiden bij glycemiestoornissen zijn kaneel, groene thee, acaciaextracten en soja.
Een deficiëntie aan spoorelementen kan aan de basis liggen van hypoglycemie, waardoor een langere tijdconstante van het glucose regelsysteem noodzakelijk is ten gevolge van een lagere insuline-efficiëntie. Het GTT-getal is verhoogd. Men spreekt van glucose-intolerantie, wat men soms ook ziet na langdurig vasten. Algemeen spreekt men ook van glucose-intolerantie, wanneer iemand geen glucose verdraagt. In acute stressomstandigheden stijgt globaal het adrenaline- én glucosegehalte in het bloed. Het lichaam verbruikt meer glucose en de insulinevrijzetting door het pancreas daalt. De lever blijft hier glucose leveren tot de adrenaline is afgebroken. Bij chronisch verhoogde stress gaat de bijnierschors vooral meer cortisol aanmaken. Dit is een insuline-antagonist! Bepaalde zwangerschapshormonen en het enzym insu-
Diagnose
Johan J. de Cock
linase, geproduceerd door de placenta zijn dat ook. Hierdoor kan eveneens een insulinedeficiëntie ontstaan. Langdurig verhoogd cortisol leidt weliswaar tot een lager verbruik van glucose, maar bevordert lipolyse, vetafbraak. Op die manier geraakt het lichaam indirect toch nog aan wat glucose, maar met een zeer laag rendement. Volgens ons let men te weinig op een goede darmfunctie, onderschat men het belang van zink en verwaarloost men de bijnierfunctie (stress).
Een eerste balans Wisselende glucosespiegels Zowel hypoglycemie als hyperglycemie beschouwt men als elementen van eenzelfde spectrum. De oorzaak van die problemen moet grotendeels gezocht worden in het toenemend gebruik van geraffineerde en van enkelvoudige suikers. De pancreas wordt tegenwoordig overbelast. Insuline helpt om de glucose op te nemen in cellen, en als glycogeen op te slaan in lever, spieren etc. Een overmaat aan glucose wordt via een traag biochemisch proces als vet opgeslagen in de cellen van vetweefsel. Dit is een van de redenen waarom obesitas meer voorkomt dan vroeger. Een andere reden is het gebrek aan fysische activiteit, waardoor tevens de glycogeenreserves te weinig worden aangesproken.
Suikers als mineralenrovers Geraffineerde suikers zijn mineralenrovers in het lichaam. Die mineralen hebben we nodig in de zuurbasehuishouding. De mens verzuurt nog sneller en meer dan vroeger (méér kanker?). Verschillende enzymatisch bepaalde reacties worden verstoord én door het gewijzigd intern milieu dat verzuurd én door het daarbij horend mineralengebrek. Het is dus géén luxe om een degelijk preparaat met mineralen en spoorelementen in te nemen. Onze voeding vertoont meer en meer tekorten aan mineralen en andere nutriënten. We denken onder meer aan volgende stoffen, uiteraard in een geschikte vorm: Zn, Mg, Cr, Se, Mn, V en Cu.
Chronische stress Verder is ons leven meer gejaagd geworden. We nemen onvoldoende tijd om te eten en te kauwen. Vermits onze voeding meer van die ‘snelle’ suikers bevat dan vroeger, komen glucosepieken nu veel méér voor. De mens zal niet alleen zijn voeding(gewoontes) dienen te herzien, maar tevens zijn ganse manier van leven, zijn levenswijze!
Fig 02. Bij sommige mensen is de drang naar zoetigheid ziekelijk.
Chronische stress, en de daaraan verbonden ziektebeelden, nemen helaas exponentieel toe. Een optimale functie van enkele genoemde organen (darmen, alvleesklier, lever en bijnieren) is een belangrijke voorwaarde voor een goed ‘suikermetabolisme’. Hier ligt mogelijk een interessante ondersteunende taak voor de osteopaat!
Goede en slechte suikers bestaan niet Goede en slechte suikers bestaan in feite niet : die begrippen zitten tussen onze twee oren. De natuur heeft het anders begrepen. Het is zoals bij de vetzuren. De mens heeft zijn voedingsgewoonten ingrijpend gewijzigd maar niet in de goede zin. We eten gewoon te veel enkelvoudige suikers en in verhouding te weinig meervoudige suikers of polysacchariden. Uit voedsel met een lage glycemische index, worden suikers trager geabsorbeerd en vermindert de insulinerespons.
steviosiden, rebaudiosiden en aanverwante stoffen. Ze smaken vele malen zoeter dan onze gekende suikers. Helaas wordt door de Europese en dus ook de Belgische overheid het gebruik van deze zoetmaker verboden als voedingssupplement. De redenen zijn van economische aard: de suikerindustrie en perifere nijverheid blijken belangrijker te zijn dan onze gezondheid. In sommige landen wordt Stevia al meer dan 30 jaar gebruikt. Ook diabetici mogen deze zoetmaker gebruiken. We zouden geen Belgen zijn, moesten we geen manier vinden om ons dit gezond zoetmakertje aan te schaffen.
Fig 03. Stevia rebaudania
Ze zijn zo zoet … Een zoete smaak wordt door vele mensen gewaardeerd. Bij sommigen is de drang naar zoetigheid ziekelijk. Voor hen bestaan o.a. producten met een chroomverbinding om die behoefte af te bouwen. Een zeer interessante plant is Stevia rebaudania. Het Steviaplantje bevat
ORTHOFYTO
15 ®
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
Vitamine K2
menaq7
®
NIEUW!
vitamine K2
GOED VOOR HART EN BLOEDVATEN Vitamine K is een minder bekende vitamine. Recente wetenschappelijke inzichten laten zien dat met name vitamine K2 – in de vorm van menaquinone-7 – kan helpen de bloedvaten schoon en elastisch te houden. Vitamine K2 heeft daarmee een gunstige invloed op hart en bloedvaten. NATUURLIJK Vitamine K2 is een natuurlijke vorm die in hoge mate voorkomt in natto. Dit is een traditioneel Japans gerecht dat ontstaat door de fermentatie van soja. Natto is bijzonder rijk aan menaquinone-7. Natuurlijke vitamine K2 is goed opneembaar door het lichaam.
VOOR EEN GOEDE BOTAANMAAK
Vitamine K staat al langer bekend om zijn belangrijke bijdrage aan de goede opname van kalk. Juist vitamine K2 (menaquinone-7) is belangrijk voor de opbouw van botten en voor het behoud van stevige botten. Menaquinone-7 (MenaQ7) is een recente innovatie die in Japan is ontwikkeld. VITAMINE D Vitamine D verhoogt de opname van kalk in de botten. Vooral op latere leeftijd wordt geadviseerd een hogere hoeveelheid vitamine D in te nemen om stevige botten te behouden. MenaQ7 [meenaku-zeven] bevat 5 mcg vitamine D voor een goede synergie met vitamine K2. Aanbevolen gebruik: Verpakking: Inhoud per softgel: CNK code: Adviesprijs:
1 softgel per dag bij voorkeur bij de warme maaltijd. Personen ouder dan 60 jaar 1 tot 3 softgels per dag. 60 softgels 45 mcg vitamine K2 en 5 mcg vitamine D 2375-244 (verkrijgbaar bij apotheek) € 22,95
Meer informatie: Springfield Nutraceuticals Belgium BVBA, Heist-op-den-Berg •
[email protected]
H E A LT H
THROUGH
NATURE,
SCIENCE
&
INNOVATION
ORTHO trends
ORTHOTRENDS wordt samengesteld uit de wetenschappelijke literatuur en de actualiteit en voorzien van orthomoleculaire commentaren, toelichtingen en adviezen. ORTHOTRENDS wordt samengesteld door Orth. Biochemicus Walter OM. Faché, Wetenschapsjournalist Dirk Bogaert, Bio-Ir. Joost Meeusen, Dr. Biol. Katleen Van der Gucht Eindredactie Walter OM Faché, Directeur van het Orthos Instituut VIOW.
ORTHOTRENDS® Pijnlijke rug door stress
.........................................
Ginseng belangrijk om diabetes ................ te voorkomen of te behandelen Groene thee als preventie tegen hersenbloeding Hoeveel calorieën heb je per dag nodig?
....................................
.......................................
Wandelen gezonder dan ......................................... intensieve sportbeoefening
18 18 18 19 19
20 Bewegen beste remedie 20 tegen metabool syndroom Vitamine C blokkeert 20 sommige kankers Ecstasy beschadigt de hersenen 21 vanaf het eerste gebruik Stress kan suikerziekte veroorzaken 21 Is er een verband tussen 22 mobiele telefonie en migraine? Omega 3-vetzuren halveren risico jeugddiabetes
.............................
............................................
.................................................
..............
..
......................................
Groene thee helpt diabetici ................................ Acupressuur kalmeert................................................ Alzheimerpatiënten
Dit label is voor alle orthoceutische producten een kwaliteitsgarantie!
23 23
Orthomoleculaire trends
Pijnlijke rug door stress Referentie: 1. Brage S, Sandanger I, Nygard JF. Emotional distress as a predictor for low back disability: a prospective 12year population-based study. Spine. 2007 Jan 15;32(2):269-74
Dat stress slecht is voor de zenuwen wisten we al lang. Een Amerikaanse studie toont nu overduidelijk aan dat stress een cruciale rol speelt in het ontstaan van rugklachten bij introverte personen. Nerveuze spanningen werden al geruime tijd als verdachte nummer één beschouwd bij het ontstaan van een pijnlijke rug. Mannen en vrouwen die onder spanning staan gebruiken hun rugspieren onbewust op een verkeerde manier. Alles hangt wel van het karakter van de persoon in kwestie af. Extraverte mensen, zij die hun gevoelens makkelijk uiten en eerder explosief zuiders van aard zijn, hebben veel minder last van rugklachten. Introverte mannen en vrouwen reageren uiterlijk niet op kritiek of op problemen. Alles gebeurt innerlijk door verkeerde spierspanningen in de rug. Spieren die al zittend zouden moeten rusten
staan gespannen. Wetenschappers hebben ontdekt dat de spierspanning in de wervelkolom bij introverte mensen 14 procent tot 27 procent hoger is dan normaal. Dit leidt op termijn tot lage rugpijn. Problemen oplossen of mensen die moeilijkheden veroorzaken gewoon loslaten, helpt in de meeste gevallen. Dagelijks rustig wandelen is ook van belang om de rugspieren terug, op een natuurlijke wijze, normaal te laten functioneren. Dat is ook de reden dat veel mensen met lage rugpijn er belang bij hebben om – in de mate van het mogelijke – toch te bewegen. In de meeste gevallen zal de rugpijn minder erg worden omdat de stress in het lichaam afneemt en de spierspanning normale waarden gaat aannemen. (PVM)
Ginseng belangrijk om diabetes te voorkomen of te behandelen Referenties: 1. Kim HY, Kim K. : Protective effect of ginseng on cytokine-induced apoptosis in pancreatic beta-cells. J Agric Food Chem. 2007 Apr 18;55(8):2816-23. 2. Faché W. Diabetes orthomoleculair voorkomen en behandelen VIOW Monografie 9, 2007 (geactualiseerde uitgave)
Dokter Vladimir Vuksan is verbonden aan het St-Michail hospitaal dat deel uitmaakt van de universiteit van Toronto (Canada). Samen met zijn wetenschappelijk team toonde hij aan dat 3 gram Amerikaanse ginseng (Panax quinquefolium) in staat is om het bloedsuikergehalte met 20 procent te laten dalen. Het opmerkelijke is dat het ginsengextract twee uur voor de maaltijd kan ingenomen worden. De onderzoekers hadden reeds aangetoond dat ginseng de bloedglucose bij de mens op een adaptogene wijze sterk kon beïnvloeden. Adaptogeen betekent concreet dat ginseng enkel in actie treedt indien de persoon iets eet. Ginseng volgt met andere woorden mole-
culair de verschillende levensgewoonten van zijn gebruiker. Dit is een zeer belangrijke eigenschap omdat de klassieke medicijnen, die de bloedglucose moeten normaliseren, tot een suikertekort (hypoglycemie) kunnen leiden, indien de persoon niet of bijna niets eet. Ginseng daarentegen houdt rekening met de verschillende levensgewoonten en wordt pas actief indien dat nodig is. In de wetenschappelijke literatuur bestaan er reeds een twintigtal studies (1,2), die zowel op mensen als op dieren werden uitgevoerd. Ze tonen allemaal aan dat ginseng waardevolle mogelijkheden biedt in het voorkomen en behandelen van suikerziekte. (WA)
Groene thee als preventie tegen hersenbloeding Referentie: 1. Tipoe GL, Leung TM, Hung MW, Fung ML Green tea polyphenols as an anti-oxidant and anti-inflammatory agent for cardiovascular protection. Cardiovasc Hematol Disord Drug Targets. 2007 Jun;7(2):135-44
18
Het drinken van groene thee helpt om hersenbloedingen te voorkomen. Tot die ontdekking komen Australische wetenschappers na het grondig analyseren van tien gepubliceerde studies waar 128.000 mannen en vrouwen aan deelnamen. Groene thee biedt zowel bescherming tegen cardiovasculaire aandoeningen als tegen hersenbloedingen. De mensen die aan de diverse studies deelnamen kwamen uit Europa, Australië, de Verenigde Staten, China en Japan. Volgens de besluiten van vier studies vermindert het risico op een hersenbloeding vanaf
ORTHO trends
®
het ogenblik dat mensen vijf kopjes groene thee per etmaal drinken. Zwarte thee werkt duidelijk minder beschermend. Mannen en vrouwen die vijf kopjes groene thee per dag drinken hebben vijfmaal minder kans om het slachtoffer te worden van een cerebrale bloeding dan mensen die geen groene thee consumeren. Groene thee bevat beschermende antioxidanten, polyfenolen (waaronder de flavonoïden en de catechines). Mensen lopen vandaag meer risico op een cerebraal infarct (hersenbloeding) door de toenemende luchtvervuiling en de stressrijke samenleving. (DB)
Orthomoleculaire trends
Hoeveel calorieën heb je per dag nodig? Uit een Amerikaanse studie blijkt dat 88 procent van de mannen en vrouwen niet weet hoeveel voedingscalorieën ze per etmaal nodig hebben. Dergelijke kennis is noodzakelijk om mensen de kans te geven op hun streefgewicht te blijven, te vermageren, of – in uitzonderlijke gevallen – aan gewicht te winnen. Volgende gegevens geven het gemiddeld aantal voedingscalorieën (drank en maaltijden) weer die mannen en vrouwen, in functie van hun leeftijd, geslacht en activiteitsgraad nodig hebben. Let wel, de opgegeven waarden kunnen iets hoger of lager liggen indien men rekening houdt met het lichaamsgewicht en de snelheid van het metabolisme (stofwisseling).
Vrouwen tussen 31 en 50 jaar die minder dan dertig minuten per dag aan beweging doen hebben circa 1800 calorieën per dag nodig. Mannen in deze leeftijdscategorie verbruiken 2200 calorieën. Mensen die jonger zijn dan dertig jaar hebben 200 extra calorieën per etmaal nodig. Vijftigplussers verbruiken 200 calorieën minder. Personen die gewicht willen verliezen moeten weten dat één kilogram vet overeenkomt met 7700 calorieën. Indien je vijfhonderd calorieën per dag minder eet, of door te sporten meer verbruikt, kun je per twee weken – op een gezonde manier – één kilogram vermageren. (DB)
Referentie: 1. Holloszy JO, Fontana L. Caloric restriction in humans. Exp Gerontol. 2007 Aug;42(8):709-12.
Wandelen gezonder dan intensieve sportbeoefening Er worden steeds meer studies gepubliceerd waaruit blijkt dat wandelen op een normaal tempo veel beter is voor de gezondheid van het hart dan een vorm van intensieve sport te beoefenen. Dit geldt – volgens een Amerikaanse studie – zeker voor zwaarlijvige mensen (1). Onderzoekers, die verbonden zijn aan de Duke University, volgden 240 proefpersonen gedurende een periode van zes maanden. De deelnemers werden onderverdeeld in vier groepen met verschillende vormen van bewegingsintensiteit. Groep één deed veel aan intensieve sport, groep 2 deed occasioneel aan intensieve bewegingstraining, groep drie wandelde iedere dag tweemaal vijftien minuten op een rustige wijze. Groep vier mocht niet aan sport doen. De beste resultaten werden behaald door groep drie. Zij zagen de voornaamste daling in het cholesterolgehalte en de triglyceriden (bloedvetten). Er werden op dit vlak eigenaardig genoeg geen veranderingen genoteerd bij de twee groepen die aan intensieve sportbeoefening deden. Enkel de goede cholesterolwaarden stegen lichtjes. Personen die sedentair bleven zagen hun cholesterolniveau en hun bloedvetten verder stijgen tijdens de proefperiode. De positieve werking van dagelijks rustig te wandelen – en dit 2 maal 15 minuten per etmaal – was nog duidelijk meetbaar nadat de proefpersonen twee weken waren gestopt met iedere vorm van fysieke activiteit. (WF)
®
Referentie: 1. Slentz CA, Houmard JA, et al. Inactivity, exercise training and detraining, and plasma lipoproteins. STRRIDE: a randomized, controlled study of exercise intensity and amount. J Appl Physiol. 2007 Aug;103(2):432-42.
ORTHO trends
19
Orthomoleculaire trends
Omega 3-vetzuren halveren risico jeugddiabetes Referentie: 1. Jill M. Norris, MPH, PhD; Xiang Yin, MD, MS; Molly M. Lamb, BA; Katherine Barriga, MSPH; Jennifer Seifert, BS; Michelle Hoffman, RN; Heather D. Orton, MS; Anna E. Barón, PhD; Michael Clare-Salzler, MD; H. Peter Chase, MD; Nancy J. Szabo, PhD; Henry Erlich, MD, PhD; George S. Eisenbarth, MD, PhD; Marian Rewers, MD, PhD Omega-3 Polyunsaturated Fatty Acid Intake and Islet Autoimmunity in Children at Increased Risk for Type 1 Diabetes JAMA. 2007;298:1420-1428.
Kinderen met een familiair verhoogde kans op diabetes type 1 (jeugddiabetes) hebben een lager risico op deze vorm van suikerziekte als ze voeding gebruiken die rijk is aan omega 3-vetzuren. Omega 6-vetzuren –vooral aanwezig in zonnebloemolie– verlagen de kans op diabetes type 1 niet. Dat melden onderzoekers van de universiteit van Colorado in Denver in de Journal of the American Medical Association. Iedere stijging van de inname van omega 3-vetzuren met 800 milligram per dag zorgde voor een daling van het risico op diabetes type 1 met 55 procent. De 1800 kinderen die aan het onderzoek deelnamen, hadden een ouder, een tweelingzus of -broer met diabetes type 1 of zij hadden een genetische mutatie die in verband
wordt gebracht met diabetes type 1. Aan de ouders werd gevraagd hoe vaak de kinderen vis aten en welke oliën werden gebruikt voor de maaltijdbereiding. De consumptie van omega3-vetzuren werd gemeten op 3-, 5-, 7en 9-jarige leeftijd. Diabetes type 1 is een auto-immuunziekte waarbij het eigen afweerapparaat de insulineproducerende cellen in de alvleesklier uitschakelt. Insuline speelt een onmisbare rol in de suikerstofwisseling. Omega 3-vetzuren zijn docosahexaeenzuur (DHA) en eicosapentaeenzuur (EPA). Bronnen die rijk zijn aan DHA en EPA zijn vis en visolie. Vissen maken DHA en EPA aan uit alfalinoleenzuur dat rijkelijk aanwezig is in algen. (WA)
Bewegen beste remedie tegen metabool syndroom Referentie: 1. M. Duclos Prévention et traitement du syndrome métabolique : rôle de l'activité physique. Science & Sports, Volume 22, Issues 3-4, June-August 2007, Pages 129-134
Het metabolisch syndroom wordt ook wel syndroom X genoemd. Het metabolisch syndroom treft meer dan 25 % van de bevolking, verhoogt het risico op cardiovasculaire aandoeningen, vertienvoudigt de kans op diabetes en dementie. De middelomtrek meten, is een uitstekende indicator voor een vroege diagnose. Mannen en vrouwen met een middelomtrek van 100 centimeter of meer hebben meestal af te rekenen met het metabolisch syndroom en de bijna niet op te merken gezondheidsrisico's. Gelukkig bestaat er een zeer eenvoudig en goedkoop middel om het syndroom X te bestrijden. Wandel iedere dag dertig minuten en je voorkomt of behandelt het probleem. Het is al dikwijls gezegd en geschreven dat dagelijkse lichaamsbeweging een van de beste en voor iedereen gratis beschikbare middelen is om een hele reeks ziektebeelden te vermijden. Denk aan hypertensie (hartproblemen), insulineresistentie (diabetes) een te hoog cholesterolgehalte (sommige vormen
van dementie). Dagelijks bewegen bestrijdt niet enkel het syndroom X. Beweging zet mensen ook onbewust aan gezonder te eten en te drinken. Hoe meer mensen aan een vorm van sport doen (wandelen is al voldoende), hoe groter de beschermingsfactor wordt tegen het syndroom X. Dit ziektebeeld was tot voor kort enkel aanwezig bij volwassenen. Nu krijgen ook meer kinderen met precies hetzelfde probleem af te rekenen. Ongezonde light voeding laat mensen echter nog meer eten. 'Gezonde kindertussendoortjes' zijn regelrechte caloriebommen. Artsen zijn ervan overtuigd dat het metabolisch syndroom een grotere oorzaak is geworden van hart- en vaataandoeningen, diabetes en dementie dan alle andere reeds bekende factoren samen. Het goede nieuws is dat iedereen zelf kan beslissen er iets aan te doen of niet. (PVM)
Vitamine C blokkeert sommige kankers Referentie: 1. Goa, Ping et al. HIF-Dependent Antitumorigenic Effect of Antioxidants In Vivo. Cancer Cell. 2007 Sep;12(3):230-8.
20
Vitamine C en andere antioxidanten verhinderen de groei van een aantal snel groeiende tumoren. Dit komt omdat ze de HIF-1 proteine kunnen neutraliseren. HIF-1 staat voor Hypoxie induceerbare factor-1. HIF-1 wordt beschouwd als een belangrijke overlevingsregulator bij zuurstof- of energiegebrek van de cel.
ORTHO trends
®
HIF-1 kan de cel energiezuiniger maken, nieuwe bronnen van energie opdoen en zorgen dat er nieuwe bloedvaatjes worden gemaakt voor zuurstof en energietoevoer. HIF-1 speelt ook een rol in de ontwikkeling van kanker. Snel ontwikkelende tumoren verbruiken zoveel energie en verbranden zoveel zuurstof dat ze volledig afhankelijk zijn van
Orthomoleculaire trends de HIF-1 proteïne. Dit eiwit kan echter maar tot expressie komen als er voldoende vrije radicalen beschikbaar zijn. Antioxidanten zoals vitamine C vernietigen alle vrije radicalen en neutraliseren op deze wijze het HIF-1 eiwit en de verdere ontwikkeling van de tumor. In het verleden verschenen er al talrijke stu-
dies die aantoonden hoe vitamine C kanker konden helpen neutraliseren. De nieuwe studie, die verscheen in het 12 september nummer van Cell, legt het mechanisme uit hoe antioxidanten in het algemeen, en vitamine C in het bijzonder, kanker kan bestrijden en voorkomen. (DB)
Ecstasy beschadigt de hersenen vanaf het eerste gebruik
Na een half uur voelt men het volle effect van een ecstasypil
Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat het Referentie: gebruik van één Ecstasypil (XTC), een syntheti- 01. Paul Cumming, Mette Møller, Kjeld sche harddrug, schade toebrengt aan zowel het Benda, Luciano Minuzzi, Steen korte als het lange termijngeheugen . Het Britse Jakobsen, Svend B. Jensen, Bente onderzoek ter zake verscheen in het julinummer Pakkenberg, Anette K. Stark, van Human Psychopharmacology. De onderJan Bert Gramsbergen, Mette F. zoekers toonden aan dat zelfs de kleinste hoeAndreasen, Aage K. Olsen veelheid ecstasy, bij nieuwe gebruikers, schade A PET study of effects of chronic toebrengt aan de neuronen (hersencellen). 3,4-methylenedioxymethamphetaDe wetenschappers stelden negatieve veranmine (MDMA, ecstasy) on serotonin deringen vast in de structuur van zenuwcellen markers in Göttingen minipig brain en een vermindering van de bloedtoevoer naar Synapse enkele delen van de hersenen. Dit laatste heeft Human Psychopharmacology, voor gevolg dat geheugentesten en verbale Volume 61, Issue 7, Date: July 2007, oefeningen bij beginnende ecstasygebruikers Pages: 478-487 veel minder goed waren dan bij jongeren die de harddrug niet innamen. De schade is al duidelijk meetbaar bij mensen die slechts 6 pillen namen gedurende een periode van achttien maanden.
Ecstasy is een sterk stimulerende drug. Ze werkt op zenuwcellen die belangrijk zijn voor verschillende mentale processen zoals humeur en het geheugen. Iemand die een ecstasypil inneemt voelt na een half uur daarvan het volle effect. Ecstasy werkt gedurende een periode van gemiddeld zes uur en eindigt met een zogenaamde uitputtingsfase die gedurende acht uur depressiviteit kan veroorzaken. (WA)
Stress kan suikerziekte veroorzaken Wetenschappers waren er tot voor kort altijd van overtuigd dat diabetes werd veroorzaakt door een auto-immuunziekte die de cellen van de pancreas vernietigde. Die cellen zijn verantwoordelijk voor de productie van insuline. Een slecht werkend immuunsysteem lag bijgevolg aan de basis van de ziekte. Volgens Canadese en Amerikaanse onderzoekers is een slecht werkend afweersysteem echter niet de enige oorzaak. Het zenuwstelsel en stress spelen ook een sleutelrol in het ontstaan van diabetes. Mensen die jarenlang in een chronische werkstresstoestand hebben gepresteerd en verschijnselen van een burn-out krijgen, hebben vier keer meer kans om diabeet te worden dan zij die hun spanningsniveau onder controle krijgen door niet meer te doen wat ze echt aankunnen. De symptomen die een burn-out voorafgaan zijn
cynisme, woede uitbarstingen en agressief gedrag bij mensen die meestal heel kalm waren. Mensen die stress niet onder controle krijgen worden volgens Duitse wetenschappers uiteindelijk depressief. Een groot aantal onderzoeken tonen aan dat er een rechtstreeks verband bestaat tussen depressies en het ontstaan van suikerziekte. Bij depressies, die meestal het gevolg zijn van een bepaalde stressvorm, is de werking van de hypothalamus-hypofyse-bijnier(hpa)-as verstoord. Dit heeft voor gevolg dat ook de glucose concentraties in het bloed zeer sterk gaan schommelen.
Referenties: 1. Meigs JB, Larson MG, Fox CS, Keaney JF Jr, Vasan RS, Benjamin EJ. Association of oxidative stress, insulin resistance, and diabetes risk phenotypes: the Framingham Offspring Study. Diabetes Care. 2007 Oct;30(10):2529-35. 2. Boyle SH, Surwit RS, Georgiades A, Brummett BH, Helms MJ, Williams RB, Barefoot JC. Depressive symptoms, race, and glucose concentrations: the role of cortisol as mediator. Diabetes Care. 2007 Oct;30(10):2484
Toch is er hoop voor mensen die aan diabetes lijden. Nieuwe, nu nog experimentele, behandelingsmethoden lieten toe de ziekte stop te zetten zonder enig toxisch neveneffect voor
®
ORTHO trends
21
Orthomoleculaire trends 3. Newsholme P, Haber EP, Hirabara SM, Rebelato EL, Procopio J, Morgan D, Oliveira-Emilio HC, Carpinelli AR, Curi R. Diabetes associated cell stress and dysfunction: role of mitochondrial and non-mitochondrial ROS production and activity. J Physiol. 2007 Aug 15;583(Pt 1):9-24.
het immuunsysteem. De wetenschappers hebben immers een 'schakelaar' ontdekt die zowel gebruikt wordt door de insulinecellen als door de cellen van het zenuwstelsel. "Suikerziekte ontstaat wanneer deze cellulaire schakelaar' niet optimaal functioneert", zegt Professor Dosch die de onderzoeken leidt. "We hebben toevallig ontdekt dat het zenuwstelsel een veel grotere impact heeft op
het afweersysteem. De zenuwen die pijn- en stresssignalen naar de hersenen sturen, zijn verbonden met de cellen van de pancreas." Besluit: Mensen die dagelijks onder druk werken lopen een groter risico om diabeet te worden. Stress is mee verantwoordelijk voor de huidige diabetes pandemie omdat spanningen de insulinegevoeligheid sterk verminderen. Dit werd onlangs nog aangetoond in de Framingham Offspring Study. (DB)
Is er een verband tussen mobiele telefonie en migraine? Uit een studie met 800 personen kwamen de volgende resultaten: -
-
-
Het verband tussen mobiele telefonie en migraine aangetoond.
Referentie: 01. Abdel-Rassoul G, El-Fateh OA, Salem MA, Michael A, Farahat F, El-Batanouny M, Salem E. Neurobehavioral effects among inhabitants around mobile phone base stations. Neurotoxicology. 2007 Mar;28(2):43440.
22
De mobiele telefoon en de draadloze huistelefoon zijn niet meer weg te denken uit onze samenleving. Meer en meer studies tonen echter aan dat er een verband bestaat tussen draadloze en mobiele telefonie en het ontstaan van migraine. Het is volgens wetenschappers normaal dat mensen die uren per dag telefoneren gevoeliger zijn voor hoofdpijn. Artsen hebben dit feit zeer lang geminimaliseerd.
ORTHO trends
®
Mensen die de telefoon gebruiken hebben meer last van hoofdpijn dan zij die dat niet doen en via email hun contacten leggen 65 procent van de mensen die meer dan één uur per dag telefoneren klagen over hoofdpijn De migraine klachten verminderen met 20 procent indien men een handsfree systeem gebruikt (telefoon niet aan het oor houden, maar een speaker inschakelen) Behalve vervelende migraine werden er volgens de meeste wetenschappers geen verdere gezondheidsrisico's ontdekt die veroorzaakt worden door het gebruiken van een mobiele telefoon. Een aantal onderzoekers houden daar echter een andere mening op na. Statistisch bekeken is de draagbare en mobiele telefoon een risico voor meer migraine aanvallen bij iedereen.
Volgens Dokter George Carlo, die onlangs nog op de BBC het mechanisme uitlegde hoe radiogolven schade toebrengen aan de menselijke cellen, moeten we terug naar een totaal ander manier van communiceren. "Draadloze telefonie en draadloos internet brengen schade aan de gezondheid toe", zegt hij. Dokter George Carlo is een wereldauthoriteit op het vlak van elektromagnetische straling en radiogolven. "Menselijke cellen beschouwen elektromagnetische stralingen als onbekende toxines. Celmembranen verharden om zich te verdedigen. Het transport van voeding en afval tussen cellen wordt stopgezet. Het resultaat is dat cellen niet meer gevoed worden en dat afvalproducten niet weg kunnen uit de cel. Bij de restafval in de cel zitten er vrije radicalen die voor celbeschadiging zorgen. De cellen raken ondervoed en sterven door apoptose (geprogrammeerde celdood). De vrije radicalen komen ook negatief tussenbeide in het DNA herstelmechanisme. Dat kan tot de vorming van een tumor leiden", aldus Dokter George Carlo. (WA)
Orthomoleculaire trends
Groene thee helpt diabetici Mensen die zich willen beschermen tegen suikerziekte van het type 2, maar ook diabetespatiënten die de ziekte niet in de ergste vorm hebben, kunnen groene thee drinken om insuline te produceren. Dat blijkt uit een Scandinavisch onderzoek. Groene thee is volgens een studie even efficiënt – en veel veiliger – dan het meest bekende antidiabetes geneesmiddel Avandia (rosiglitazone). Avandia zou volgens de meest recente studie de kans op een hartaanval met 50 procent verhogen. De nieuwe studie, die uitgevoerd werd door het Zweedse Karolinska Institute, toonde aan dat groene thee beter werkt dan Avandia bij relatief lichte vormen van diabetes mellitus. Voorwaarde is dus wel dat de pancreas nog bepaalde hoeveelheden insuline kan aanmaken. Avandia werd gedurende een tien weken durende test vergeleken met de werking van groene thee bij muizen die – door genetisch ingrijpen – aan diabetes leden. De antioxidanten van groene thee zorgden er voor dat de pancreasweefsels insuline bleven produceren en dat de insulineklier beter werd
beschermd dan bij het gebruik van Avandia. Mensen die zes kopjes groene thee per dag drinken zouden de beste bescherming krijgen. Ondertussen wordt Avandia verder gecommercialiseerd.
Referentie: 01. Sonal Singh, Yoon K. Loke, and Curt D. Furberg Thiazolidinediones and Heart Failure: A teleo-analysis Diabetes Care 2007 30: 2148-2153.
Een wetenschapper van de Food and Drug Administration (FDA), Dr. David Graham waarschuwde voor de cardiovasculaire risico's van rosiglitazone. Zijn onderzoek werd echter als ongeloofwaardig beschouwd door de medische toparts, Dr. Roland Krall, van Avandiaproducent GlaxoSmithKline. Het FDA stemde met 22 stemmen tegen 1 voor het op de markt brengen van dit antidiabetesproduct. Het FDA negeerde bijgevolg het advies van haar eigen medisch adviseur. Onafhankelijke wetenschappers van de Wake Forest University School of Medicine ontdekten dat Avandia en een ander anti-diabetesmiddel Actos (pioglitazone) de kans op hartfalen verdubbelen. Volgens de leider van het onderzoek, Sonal Singh, zorgen de medicijnen voor vochtretentie in het lichaam. Daardoor kunnen er hartproblemen ontstaan. (DB)
Acupressuur kalmeert Alzheimerpatiënten Neurologen uit Taiwan hebben met succes acupressuur toegepast op 31 geagiteerde Alzheimerpatiënten. Tijdens de studie kregen mensen die aan deze vorm van dementie leden iedere dag tweemaal vijftien minuten acupressuur. Uit statistisch onderzoek blijkt dat 70 procent van de Alzheimerpatiënten gedragsstoornissen hebben, zoals paniekgedrag, schreeuwen, agressiviteit, vijandigheid en vluchtneigingen. Acupressuur is een therapie uit de traditionele Chinese geneeskunde die er in bestaat acupunctuurpunten op het lichaam van de patiënt met de vingers te behandelen in plaats van met naalden. Wetenschappers ontdekten dat acupressuur veel beter werkte dan psychotherapie. Tijdens de studie bleek dat acupressuur een onmiddellijk kalmerend effect had op de patiënten. De kalmerende effecten van de acupressuur bleef gedurende de volledige duur van de studie (4 weken) bestaan. Sommige wetenschappers twijfelen aan de waarde van acupressuur. Men weet immers niet helemaal zeker of het kalmeringseffect te danken is aan de acupressuur of door het eenvoudig weg aanraken van de patiënten. De Taiwanese onderzoekers beweren dat acupressuur wel degelijk werkt. Het is een zeer goed alternatief voor de teleur-
stellende medicatie die nu wordt gegeven om geagiteerde Alzheimerpatiënten min of meer tot rust te brengen. De medicijnen hebben een beperkte werking en de nevenwerkingen zijn dermate groot, dat ze in sommige gevallen, de dood van de patiënt versnellen en dit terwijl de levenskwaliteit beneden alle peil is. (JM)
®
ORTHO trends
Referentie: 1. Yang MH, Wu SC, et al. The efficacy of acupressure for decreasing agitated behaviour in dementia: a pilot study. J Clin Nurs. 2007 Feb;16(2):308-15.
23
MEMOSIM VOEDINGSSUPPLEMENT Nieuwe krachtige formule met: Ginkgo biloba, L-Glutamine, Choline, Phosphatidylserine, Vit. B3, Vit. B6 en Vit. B5 Aangewezen: ��ter verbetering van het geheugen ��ter bevordering van het concentratievermogen ��voor een betere leerprestatie ��bij grote geestelijke inspanning (studenten etc.)
“Optimaliseer je geheugen!” “Verbeter je concentratie!”
Deuzeldlaan 34-36, B-2900 Schoten Tel. +32(0)3-641.81.00, Fax +32(0)3-641.81.10
[email protected]
Gebruik: • 1 vcap per dag Verpakking: • 30 vcaps
Your health is our mission!
Hoofdartikel fyto
Philippe Gerard
Therapeutische kwaliteiten van
Fenegriek
De plant Fenegriek is een plantje van de familie der Papilionaceae, ook genaamd Fabaceae of Leguminoseae: de vlinderbloemigen. De plant wordt ongeveer 60 cm hoog, is éénjarig en inheems in de mediterrane landen, de landen van de Maghreb en Egypte [1]. Net zoals alle nagenoeg planten uit deze familie, lijken de bladeren op die van klaver: driedelig. De bloemen zijn wit, wat geelachtig en aan de onderkant paars. De bloeitijd is juni-mei. De vruchten zijn de typische peulvruchten van de vlinderbloemigen, die na rijping openspringen in twee zich oprollende kleppen, waarbij een 15-tal zaden weggelanceerd worden [1,2]. Het zijn deze zaden tenslotte, die de hoofdmoot uitmaken van het gebruik van fenegriek. De naam Trigonella komt van het latijnse trigonus, wat driehoekig betekent en verwijst naar de vorm van de corolla [1]. Foenum-graecum betekent daarentegen “Grieks hooi”: in het oude Griekenland werd de plant aangewend als veevoer (het vee neemt snel in gewicht toe met voeder, waarin het bovengrondse gedeelte van fenegriek verwerkt is); daarenboven verspreidt ze een hooigeur, wat voor een deel door coumarines veroorzaakt wordt. De geur van de plant is meteen ook één van zijn problemen: in het Westen wordt deze plant veel minder geapprecieerd dan in het Oosten en Midden-Oosten, omdat de geur zéér speciaal is, en door velen als onaangenaam ondervonden wordt. Alle organen van de fenegriek verspreiden deze geur [3].
Folklorisch gebruik In Noord-Afrika is fenegriek reeds sinds mensenheugenis gekend, niet alleen in de voeding, maar ook in de traditionele therapieën. Vooral als tonicum werd en wordt fenegriek sterk aangeprezen. Het trigonelline is daar verantwoordelijk voor. Aldus zien we het gebruik bij anorexia, zwakke kinderen, bij reconvalescentie en traumata. Voor vrouwen werd het specifiek gebruikt na de bevalling, bij het zogen, om borstvergroting te bekomen en als afrodisiacum. Op therapeutisch vlak is de werking bij diabetes al zéér lang gekend, maar ook bij anemie, constipatie en hoest [3]. Uitwendig wordt het gebruikt bij huidontstekingen, allergieën, eczeem en psoriasis. Als versterkende voeding wordt het in de
Fig. 01: Fenegriek of Trigonella foenum-graecum L.
Maghreb-landen nog steeds overvloedig gebruikt, onder de namen helba en tifidas. Fenegriekzaden zien we in trid (Marokaanse pannenkoeken met kalkoenbouillon, linzen en fenegriekzaad), alsook in berkoukes, een soep uit Algerije en Tunesië. In Yemen bestaat de nationale schotel, salta, uit een basis met fenegriek [3]. Gemalen fenegriekzaadjes kennen ook reeds een rijke traditie in het verre Oosten: in Indië bijvoorbeeld, is het een vast bestanddeel van vele currymengsels en in de Ayurveda, de Indische fytotherapie, wordt het ook al eeuwen gebruikt. Ook in China heeft de plant een stevige traditie, zowel in de geneeskunde als in de voeding. De bruine zaadjes zijn rhomboïdaal en vertonen een groef, die ze in twee ongelijke delen splitst. Hun geur en smaak lijkt wat op selder of lavas, intens en bitter. Ze worden het meest therapeutisch gebruikt, alhoewel bladeren en stengels ook therapeutische mogelijkheden hebben. De zaden worden vermalen tot fijn poeder, dat sterk zwelt in water, tot een slijmerige pasta, die onder meer bekendheid verwierf als cataplasma (huidpreparaat).
Medicinaal gebruik Tegenwoordig zijn er drie indicaties, waarvoor fenegriekzaad weerhouden wordt [4]: diabetes, anorexia en hypercholesterolemie. Vermits deze indicaties in de moderne fytotherapie gedocumenteerd zijn door farmacologische en klinische studies, is het
ORTHOFYTO
Referenties:
1. Mrs.M.Grieve. A Modern Herbal. DOVER, 1971, Mineola, USA (1931) 2. Dr.Geert Verhelst. Groot Handboek Geneeskrachtige Planten. Mannavita, (2004) 3. Jamal Bellakhdar. Le Maghreb à travers ses plantes. Le Fennec, Casablanca, Maroc (2003) 4. Fritz Kemper. ESCOP Monographs. (2007) 5. Joanne Barnes, Linda Anderson & David Phillipson. Herbal Medicines. (2007) 6. Elisabeth Williamson. Potter's Herbal Cyclopaedia. The C.W. Daniel Company, Saffron Walden, Essex, UK (2003). 7. Paul Walsch. PDR for Herbal Medicines. Thomson, Montvale, USA (2000) 8. Joanne Barnes, Linda Anderson & David Phillipson. Herbal Medicines. Pharmaceutical Press, London, UK (2002) 9. Gupta,A., Gupta,R. & Lal,B. Effect of Trigonella foenum-graecum (fenugreek) seeds on glycaemic control and insulin resistance in type 2 diabetes mellitus: a double blind placebo controlled study. J. Assoc. Physicians India 49, 1057-1061 (2001) 10. Abdel-Barry,J.A., Abdel-Hassan,I. A. & Al Hakiem,M.H. Hypoglycaemic and antihyperglycaemic effects of Trigonella foenum-graecum leaf in normal and alloxan induced diabetic rats. J. Ethnopharmacol. 58, 149-155 (1997) 11. Khosla,P., Gupta,D.D. & Nagpal,R.K. Effect of Trigonella foenum graecum (Fenugreek) on blood glucose in normal and diabetic rats. Indian J. Physiol Pharmacol. 39, 173-174 (1995)
25 ®
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
Hoofdartikel fyto
Philippe Gerard
interessant daarop nader in te gaan. Ook de farmacokinetiek en de toxiciteit (zowel preklinisch als klinisch) werd bestudeerd; alle inhoudsstoffen werden grondig ontleed en bestudeerd.
Inhoudsstoffen [5,6,7] -
-
-
Vluchtige stoffen (essentiële olie, 0,015 %) [2,5,6,7]: Bevat een hemiterpinoïde gamma-lacton, het sotolon: 3-hydroxy-4,5-dimethyl-2(5H)furanon (3-25 mg/kg in de zaden). Dit is de stof die de zo speciale fenegriekgeur veroorzaakt! Gommen en slijmen: vooral galactomannaan (25-45 %), een polysaccharide, met beta-1,4-gebonden mannose, xylose en alfa-1,6-galactosylvertakkingen Steroïdale saponinen: diosgenine, yamogenine, tigogenine en andere Alkaloïden: trigonelline (=coffearine, het N-methylbetaïne van nicotinezuur) Proteïnen, met een hoog gehalte aan tryptofaan en lysine Flavonoïden, o.a. quercetine en vitexine Coumarinen, o.a. trigocoumarine Vitaminen: A, B-groep (o.a. B1, B2, B3 en B6), C en E Mineralen: Ca, Mg, Fe, Se, P, S, Cr en Zn
Fig.2 Fenegriekzaad
in zijn monografieën [13]. Elisabeth Williamson deed hetzelfde in de Potter’s Herbal Cyclopaedia [6].
Antidiabetische werking
Bij patiënten
Bloedsuikerverlagend bij dieren
Opmerkelijke resultaten werden bereikt door A. en R. Gupta in Indië, een land met een lange traditie van fytotherapie (Ayurveda) én fenegriek [9]. In een dubbelblindgecontroleerde klinische studie toonden zij een verbeterde glycemische controle en een verminderde insulineresistentie aan bij 25 patiënten met type 2-diabetes.
Een aantal farmacologische en klinische studies tonen hypoglycemische effecten aan van fenegriek. De daarvoor verantwoordelijke inhoudsstoffen zijn enerzijds de polysaccharidenfractie (ontvette zaadfractie), maar anderzijds ook het alkaloïde trigonelline, nicotinezuur en de coumarines. Bij een orale glucosetolerantietest bij honden, bleek de ontvette zaadfractie (bevat 50 % vezels) de glucoseabsorptie te verminderen. De andere stoffen (nicotinezuur, coumarine en trigonelline) vertoonden elk een hypoglycemisch effect bij ratten, dat 24 uur na toediening nog steeds significant was [8]. Khosla en Gupta toonden aan dat een fenegriekzaadextract een significante daling veroorzaakt in de bloedglucosespiegels bij de rat; deze werking is tevens dosisgerelateerd [11]. Mondal et al. verkreeg dezelfde resultaten aan de Bangabandhu Sheikh Mujib Medical University in een twee jaar durende studie met ratten [12]. Als gevolg van deze en andere studies incorporeerde ESCOP (European Scientific Coperattive on Phytotherapy) fenegriek
26
Waterige component meer actief Een studie van Abdel-Barry toonde aan dat fenegriekbladeren veel minder actief blijken. Een waterig extract was méér werkzaam dan een alcoholisch extract [10].
De glucomannaanfractie In een studie op ratten konden Ali et al. aantonen dat de glucomannaanfractie verantwoordelijk is voor een groot deel van de hypoglycemische werking, maar dat ook de andere stoffen hun deel hadden [14]. Een bijzonder interessante en zeer actuele studie uit 2007 van Hannan aan de universiteit van Ulster in Noord-Ierland toont aan, dat de glucomannaanfractie de darmabsorptie van sucrose en glucose sterk vermindert,
ORTHOFYTO
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
®
alsook de disaccharidase-activiteit. De gastro-intestinale motiliteit werd verhoogd. Een dagelijkse toediening van de ontvette zaadfractie aan type 2diabetische ratten gedurende 28 dagen verminderde de serumglucosespiegels. Een verhoogde leverglycogeengehalte werd vastgesteld en een vermeerderde antioxidantstatus. Er was een vermeerderd glucosetransport en 3T3-L1-adipocyten en een verhoogde insulinewerking. De conclusie was dat fenegriek de koolhydraten-vertering en absorptie inhibeert en de perifere insulinewerking verbetert. Er was namelijk geen verschil in seruminsulinegehalte en insulinesecretie [15].
Gommen De gommen uit fenegriekzaden blijken een zeer sterk adsorberend vermogen te bezitten en zijn terug te vinden in waterige extracten ervan. Ethanolische en vettige extracten bevatten de saponinefractie en zijn eerder werkzaam bij hypercholesterolemie [18].
Antioxidatieve en enzymatische werkingen Anaradha (Department of Biochemistry, Annamalai University) had trouwens in 2001 in Indië reeds aangetoond dat fenegriek ook een antioxidatieve werking heeft. De Ca2+-ATPase-activiteit in de lever was beschermd door een wate-
Hoofdartikel fyto
Philippe Gerard
rig extract van fenegriek, zelfs tot 80 % van de initiële activiteit [16]! De recente studie van Hannan kon dit bevestigen! Een ander, eveneens erg interessante studie uit 2006 van Mahammad uit Indië (Jawaharlal Nehru University, New Delhi) verfijnt de werkingsverklaring van fenegriek. Leverpyruvaatkinase (PK) en fosfo-enolpyruvaatcarboxykinase (PEPCK), 2 sleutelenzymen van de glycolyse en de gluconeogenese, spelen een cruciale rol in de glucosehomeostase, samen met de skeletspierglucosetransporter (GLUT4). Bij diabetes is de balans tussen deze enzymen verstoord door de afwezigheid van insuline, die de gehaltes van deze enzymen controleert. Fenegriek verbetert de expressie van de enzymes PK en PEPCK in de lever en GLUT4 in de skeletspieren van alloxaan-diabetische ratten en vermindert de plasmaglucosespiegels [17].
Celbeschermende werking Puri et al. ontdekten in 2002 (Indië) dat fenegriek niet alleen de beta-pancreatische cellen van Langerhals stimuleert, maar ook de gevoeligheid van de weefsels voor de nog beschikbare insuline bij diabetische ratten verhoogt (Department of Biochemistry, University College of Medical Sciences, Dilshad Gardan, Delhi) [19]. Raju et al. bleken in 2001 ook al het verband te hebben aangetoond tussen fenegriek en de enzymatische activiteit in het glucosemetabolisme, wat resulteert in een stabilisatie van de glucosehomeostase in lever en nier. Deze biochemische effecten werden waargenomen bij type 1-diabetische Wistar-ratten [20]. Thakran et al. bewees dit feit nogmaals door histologisch onderzoek op lever- en niercellen van diabetische ratten met lichttransmissie-electronenmicroscopie en enzymanalyses [21].
Andere diabetische klachten Gastro-intestinale stoornissen, misselijkheid, braken, buikpijn en hoofdpijn bij diabetici worden dikwijls veroorzaakt door ketonen (aceton) die gevormd worden bij insulinetekorten van diabetici. Figuur A toont dit verband duidelijk aan [22]. Anderzijds wordt fenegriek al zeer lang gebruikt voor gastritis, maagzweren en maagzuurproblemen. Ulcerogene effecten werden vergeleken met omeprazole en de effectiviteit was even groot. Deze activiteit beperkt zich niet tot diabetici [18].
Hypercholesterolemie Bij studies, meestal gelijklopend of zelfs dezelfde als in het diabetesonderzoek, werd eveneens aangetoond dat fenegriek ook vetten adsorbeert (ook de glucomannanen) en aldus de cholesterolspiegels reduceert [18].
Anorexie Als eetluststimulans is fenegriek reeds eeuwen gekend in grote delen van de wereld [7]. Murray en J. Pizzorno beschrijven in extenso de kwaliteiten van fenegriek bij anorexie en verzwakking bij ouderdom [23]. Deze effecten zijn uitsluitend te wijten aan het alkaloïdeanalepticum trigonelline.
Toxiciteit De LD50 van zowel fenegriek als trigonelline is 5g/kg (acute toxiciteit). Voor subchronische toxiciteitsbepaling werden geen histopathologische verschillen bemerkt na 90 dagen toediening van 25 g gemalen fenegriekzaad per dag bij ratten [13].
Zwangerschap Fenegriekgebruik wordt tijdens zwangerschap afgeraden wegens de aanwezigheid van saponinen, die een uteruscontractie-stimulerend effect hebben [24]. Anemie: wegens zijn superadsorberend vermogen kan fenegriek ook ijzer vasthouden en is het gebruik ervan bij anemie niet wenselijk [24].
Interactie Waakzaamheid wordt aangeraden (inname dus afgeraden) samen met MAO-remmers (door het aminegehalte in fenegriek), met een hormonale therapie (door de steroïdale saponines) en met anticoagulantia (door de coumarines). Inname van geneesmiddelen, samen met fenegriekzaadpoeder wordt afgeraden, wegens het adsorberend vermogen van slijmstoffen en vezelsstructuren) [8].
Allergie Omdat het onbewerkte zaadpoeder van fenegriek nog actieve protease-inhibitoren kan bevatten, worden allergische reacties niet uitgesloten. Meer data daarover zijn nodig [13].
Besluit Fenegriek is bijzonder veelbelovend in de behandeling van diabetes (types 1 en 2). Er werd reeds veel groot onderzoek verricht in zeer recente studies; humane studies zijn thans aangewezen, alhoewel de traditionele geneeskunde daaromtrent uitvoerig van informatie kan voorzien! Bovendien heeft het zaad een aantal andere traditioneel gekende werkingen, die onomstotelijk zijn (denk maar aan anorexie). Als een kruid het eeuwen volhoudt, is dit reeds een bewijs op zichzelf!
ORTHOFYTO
Referenties(vervolg):
12. Mondal,D.K. et al. Effect of fenugreek seeds on the fasting blood glucose level in the streptozotocin induced diabetic rats. Mymensingh. Med. J. 13, 161-164 (2004) 13. Fritz Kemper. ESCOP Monographs. ESCOP, (2003) 14. Ali L. et al. Characterization of the hypoglycemic effects of Trigonella foenum graecum seed. Planta Med. 61, 358-360 (1995) 15. Hannan,J.M. et al. Soluble dietary fibre fraction of Trigonella foenum-graecum (fenugreek) seed improves glucose homeostasis in animal models of type 1 and type 2 diabetes by delaying carbohydrate digestion and absorption, and enhancing insulin action. Br. J. Nutr. 97, 514-521 (2007) 16. Anuradha,C.V. & Ravikumar, P. Restoration on tissue antioxidants by fenugreek seeds (Trigonella Foenum Graecum) in alloxan-diabetic rats. Indian J. Physiol Pharmacol. 45, 408420 (2001) 17. Mohammad,S., Taha,A., Akhtar,K., Bamezai,R.N. & Baquer,N.Z. In vivo effect of Trigonella foenum graecum on the expression of pyruvate kinase, phosphoenolpyruvate carboxykinase, and distribution of glucose transporter (GLUT4) in alloxan-diabetic rats. Can. J. Physiol Pharmacol. 84, 647-654 (2006) 18. M.Eskin & S.Tamir. Dictionary of Nutraceuticals and Funcional Foods. Taylor and Francis Group, Boca Raton, USA (2006) 19. Puri,D., Prabhu,K.M. & Murthy,P.S. Mechanism of action of a hypoglycemic principle isolated from fenugreek seeds. Indian J. Physiol Pharmacol. 46, 457462 (2002) 20. Raju,J., Gupta,D., Rao,A.R., Yadava,P.K. & Baquer,N.Z. Trigonellafoenum graecum (fenugreek) seed powder improves glucose homeostasis in alloxan diabetic rat tissues by reversing the altered glycolytic, gluconeogenic and lipogenic enzymes. Mol Cell Biochem 224, 45-51 (2001) 21. Thakran,S., Siddiqui,M.R. & Baquer,N. Z. Trigonella foenum graecum seed powder protects against histopathological abnormalities in tissues of diabetic rats. Mol Cell Biochem 266, 151-159 (2004) 22. Maurice Goodman. Basic Medical Endocrinology. Academic Press, New York, USA (2003) 23. Joseph Pizzorno & Michael Murray. Textbook of Natural Medicine. Churchill Livingstone Elsevier, (2006) 24. Phyllis Balch. Prescription for Herbal Healing. Avery, New York,USA (2002)
27 ®
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
Chinese traditionele geneeskunst
Nicole Wauters-Hermans
Systeembiologisch onderzoek naar metabool syndroom en kruidenpreparaten in volle gang. bewijsbare en betaalbare oplossingen gevonden worden; onder andere in de preventie van diabetes met kruidenpreparaten, leefstijl en betere en genuanceerdere diagnoses.
Xiao Ke
D
e ingezette modernisering van de Chinese traditionele geneeskunst (TCM) is een ontwikkeling die ook voor onze Westerse geneeskunde grote gevolgen kan hebben.Verwacht moet worden dat het niet zo lang zal duren voordat de Chinese farmaceutische industrie hun producten op de Westerse markten zullen presenteren. Het is dan ook nuttig deze ontwikkeling op de voet te blijven volgen en zo mogelijk hierop tijdig aan te haken met onze westerse mogelijkheden. Central mansion formule Maciocia: -
28
Sha Ren Fructus Amomi Yi Yi Ren Semen Coicis Jie Geng Radix Platycodi Tai Zi Shen Radix Pseudostellariae Yu Zhu Rhizoma Polygonati odorati Xi Yang Shen Radix Panacis quinquefolii Ren Shen Radix Ginseng Bai Zhu Rhizoma Atractylodis macrocephalae Fu Ling Poria Zhi Gan Cao Radix Glycyrrhizae Uralensis Preparata Bian Dou Semen Dolichoris Lablab Shan Yao Rhizoma Discoreae Lian Zi Semen Nelumbinis
Ook omdat wij denken dat in de toekomst onze (westerse) geneeskunde en farmacie zich zal bewegen van monocomponent-monotarget naar multicomponent-multitarget en omdat er een grotere persoonsgerelateerde behandeling zal kunnen plaatsvinden – om nog maar te zwijgen van de kruisbestuiving, die zal worden bereikt tussen oosterse holistische en westerse reductionische aanpak binnen de gezondheidszorg. Bij TNO in Zeist (Nederland) zijn prof. Jan van der Greef en doktor Mei Wang al een heel eind op weg en hebben ze al menige lezingen gehouden hierover. Menigeen was onder de indruk. Met systeembiologisch onderzoek en met contacten en samenwerking met China en Europa wordt de kans steeds groter dat
ORTHOFYTO
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
®
In de TCM wordt insulineafhankelijke diabetes geklasseerd onder “Upper and middle wasting disease” (Xiao Ke betekent verspilling en dorst). Met een eeuwenoud descriptief systeem, zoals bijvoorbeeld beschreven in het boek van Lynn M. Kuchinski “Controlled diabetes naturally, 1999”, typeert men een ‘upper, middle en lower burner’ naargelang welk gebied betrokken wordt in de karakteristieken als ‘flowing away and thirst’ of ‘wasting and thirsting’. Chinese en westerse artsen spreken van: - Polyphagia = excessief eten = gerelateerd aan de chinese maag = middle wasting - Polydipsia = excessief drinken = gerelateerd aan de chinese longen = upper wasting - Polyuria = excessief plassen = gerelateerd aan de chinese nieren = lower wasting De behandeling is dan ook verschillend met voedingsadviezen, leefstijl en kruidenformules, aangepast aan de persoon. Kruiden worden ingezet om de bloedsuikerspiegel te verlagen en ook voor de behandeling van secundaire pathologie. Om deze behandelingswijze enigszins in het kort te verduidelijken schets ik hierónder één voorbeeld van niemand minder dan Giovanni Maciocia, één van de pioniers van de geneeskundige vertaling van de Chinese geneeskunde in het westen.
CASE-historie – Diabetes Met een kruidenpreparaat, door hem zelf gecomponeerd, kan hij de insuline van de patiënt verminderen: A 37-year-old man had been suffering from insulin-dependent diabetes for ten years. When it first started his main symptoms were thirst, hunger and an irregular heart beat. From a Chinese perspective, the thirst indicates Lung-Heat and the hunger Stomach-Heat;
Haal meer uit je griepprik Chinese traditionele geneeskunst
Nicole Wauters-Hermans
thus, in Chinese medicine, this patient's disease falls under the categories of "Upper and Middle Wasting". However, I find that in chronic, insulin-dependent diabetes, the main underlying patterns are a deficiency of Qi and Yin of the Stomach and Spleen. In fact, this patient's tongue was pale and with swollen sides. He also suffered from tiredness. His pulse was generally weak and floating-empty on the right guan position. I diagnosed a deficiency of Qi of the Spleen and Stomach with some Dampness. I prescribed Central Mansion, 2 tablets 3 times a day. He noticed that the formula reduced the blood-sugar level two hours after taking the tablets. In the long term, he also noticed that his blood-sugar levels were stabilized, avoiding the peaks and troughs that characterized them before; he was also able to reduce his insulin intake.
SELENIUM+ZINC
TM
Kan efficiëntie vebeteren * Voor een optimale bescherming bij élke inname
Sleutelelementen voor de gezondheid.
Recente ontwikkelingen en onderzoek Prof. Van der Greef is van oorsprong chemicus (analytische chemie) en zo begrijpt hij als geen ander de massaspectrometrie, die hem nu in de systeembiologie van pas komt. In TNO bezitten ze dan ook meerdere van deze hedendaagse meetapparaten met grote uitrekenmodellen. Enkele jaren al verzamelt hij gigantische hoeveelheden biologische data samen met Dr. Mei Wang, die aldaar planten onderzocht en zo ook de kruiden uit de TCM. Zij ontdekten een methode om de systeembiologie in te zetten als basis voor een biologische kwaliteitscontrole voor geneeskrachtige kruiden. Vooral het metabool syndroom is hun onderzoeksterrein. Op langere termijn hoopt men een bijdrage te kunnen leveren, die de schadelijke bijwerkingen als die van de lactaatacidose (door het gebruik van metformine vaak ontwikkeld), en als die van ernstige hypoglycemie minstens kunnen vermijden. Eerder nog hoopt men juiste samenstellingen en kruidenpreparaten te ontwikkelen die de huidige ziektebeelden van diabetes type 2 kunnen reduceren zoals dat reeds eeuwenlang binnen de TCM met vele ervaringen gebeurt zonder systeembiologie.
SELENIUM+ZINC is een basiscomplex van primaire antioxidanten, bevattende de vitaminen A, B6, C en E en de spoorelementen zink en selenium. Deze zijn sleutelelementen van ons afweersysteem. Pharma Nord ontwikkelde en produceert als eerste een gestandaardiseerd, organisch gistpreparaat, van zeer grote kwaliteit: SelenoPrecise® dat als seleniumbron gebruikt wordt in SELENIUM+ZINC. Deze organische vorm kent een maximale biologische activiteit. SELENIUM+ZINC L-Selenomethionine puur Andere organische produkten Niet-organische produkten
Conclusie
Begin selenium toediening De toediening van selenium werd na 3 maanden gestaakt, het seleniumniveau loopt geleidelijk terug.
In het westen willen wij nu eenmaal alles controleren en is zorg big business, zeker als het om diabetes gaat. Onbehandeld leidt diabetes tot grote gezondheidsschade. Als wij als patienten dan toch zouden mogen meekiezen, dan zouden wij behandelingsvormen willen kiezen, die het meest efficiënt zijn, daarnaast de minste bijwerkingen vertonen en betaalbaar blijven. Voorkomen is daarbij beter dan genezen en spaart geld. De TCM-diagnose is in staat vroegtijdig het metabool syndroom te zien en al in te grijpen voor insuline gebruikt dient te worden. De toekomst van hoogwaardige zorg dient op de eerste plaats een menselijke zorg te blijven. Onderzoekers, bedrijven, behandelaars, voorschrijvers en apothekers hebben financieel, sociaal en milieutechnisch hierin grote verantwoordelijkheden en dienen die ook te nemen.
1
2
3
4
5
6
7
Selenium concentratie in het bloed
Promotie
Nu verkrijgbaar SELENIUM+ZINC 90 tabletten + 30 GRATIS
BE_SelenZinc_Ad_OrthoFyto_LeefNu_Dutch_0807
Het hoeft geen betoog dat alle geneesmiddelen aan de hoogst mogelijke normen van kwaliteit en veiligheid moeten voldoen en plantaardige of natuurlijke geneesmiddelen zijn daarop geen uitzondering. Het hoeft ook geen betoog dat de plant altijd al de rode draad is geweest in de farmacie en dat op dit ogenblik blijkt dat deze opnieuw de volle aandacht geniet, ook van de farmaceutische industrie en het wetenschappelijke onderzoeksveld. Bevindingen als die van de Traditionele Chinese Geneeskunde maken dat nieuwe ontwikkelingen en therapieën mogelijk zijn in het belang van de patiënt.
0
Verkrijgbaar in apotheken (Vraag de CNK-code) 1 tablet per dag SELENIUM+ZINC bestaat eveneens in verpakkingen van 30, 90 en 150 tabletten. ORTHOFYTO ®
Code CNK: 2326-577 (Advies prijs: 18,40 €)
Innoverend voor de gezondheid Minervastraat 14, B-1930 Zaventem Tel. 02/720.51.20 – Fax 02/720.51.60 E-mail:
[email protected]
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
29
Meditatie
Katleen Van der Gucht
Helpt meditatie de kans op ontwikkeling van diabetes in risicogroepen te verkleinen?
I
n Orthofyto 64 hadden we het over de fysische en mentale voordelen die regelmatig mediteren teweeg kunnen brengen, en de reeds talrijke klinische toepassingen van meditatie. In deze bijdrage richten we ons op een specifieke vraagstelling, namelijk of en in welke mate regelmatig mediteren positieve effecten kan hebben voor prediabetici en/of diabetici.
De laatste jaren komen zowel insuline-resistentie als diabetes op steeds jongere leeftijd voor. In de Verenigde Staten van Amerika is de gemiddelde leeftijd waarop deze vorm van diabetes wordt geconstateerd al gedaald tot 37 jaar. Het is gekend dat een sedentaire levenswijze, fastfood en stress risicofactoren zijn die tot type 2 diabetes kunnen leiden.
30
ORTHOFYTO
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
®
Zijn er voldoende wetenschappelijke aanwijzingen om aan te nemen dat meditatie daadwerkelijk kan helpen? Wetenschappelijke publicaties waarin men rechtstreeks het effect van meditatie op diabetes patiënten of pre-diabetici heeft onderzocht zijn nog niet beschikbaar. Er loopt momenteel echter een onderzoek aan de University of California waarbij men bij 100 patiënten met een verminderde glucosetolerantie wil nagaan of via een interventie gebaseerd op yoga en meditatie het risico op de ontwikkeling van diabetes bij risicopatiënten kan worden verminderd (zie http://www. osher.ucsf.edu/Research/abstract_yogadiabetes.aspx). Om te begrijpen hoe meditatie daadwerkelijk kan helpen is het nodig eventjes stil te staan bij de “Altered homeostatic theory” (Hellstrom 2007). Volgens Hellstrom (2007) delen ziektes als IHD (Ischemic Heart Disease), hypertensie en diabetes een gemeenschappelijke basispathogenese die geassocieerd is met een sympatische hyperactivatie. Of één of meer van deze ziektes zich vervolgens ontwikkelen zou onder meer afhangen van de erfelijke aanleg. De idee dat de risicofactoren tot diabetes samenhangen met een sympathische hyperactivatie bestaat trouwens reeds langer (Tentolouris et al. 2006 en referenties daarin). Bovendien toonden eerdere interventiestudies reeds aan dat patiënten die in het verleden aan het metabool syndroom leden – waarvan gekend is dat het verband houdt met sympatische hyperactiviteit – na behandeling cortisolwaarden en inflammatoire merkers vertoonden vergelijkbaar met individuen zonder het metabool syndroom. Dit suggereert dat de functionele verstoringen gelinkt aan het metabool syndroom reversiebel zijn (Tentolouris et al. 2006).
Meditatie
Katleen Van der Gucht
Altered homeostatic theory Het autonoom zenuwstelsel, dat samenwerkt met het endocrien systeem, opereert via een juiste balans tussen sympatische en parasympatische activiteit. Het sympatisch systeem zorgt ervoor dat het lichaam tot actie kan overgaan, de hartslag- en ademfrequentie nemen toe, er gaat meer bloed naar de spieren en de spijsvertering wordt geremd. Sympatische activatie wordt ook aangeduid als de stress- of ‘fight or flight’ respons. Deze automatische respons komt voor bij alle levende organismen en wordt gezien als het belangrijkste overlevingsmechanisme. Het parasympatisch systeem zorgt ervoor dat het lichaam in een toestand van rust en herstel kan komen, het bevordert de spijsvertering en de aanmaak van lichaamsnoodzakelijke stoffen. De relaxatierespons (fysiologische tegenhanger van de fight or flight respons), gekenmerkt door een tragere hartslag, een verlaagde bloeddruk en een tragere ademhaling, kan gezien worden als parasympatische activatie. Via de juiste balans tussen sympatische en parasympatische activiteit zorgt het autonoom zenuwstelsel ervoor dat alle inwendige functies, zoals onder andere ademhaling, bloeddruk, spieractiviteit en spijsvertering, in elke situatie optimaal functioneren. Hierdoor kan het lichaam zich aan veranderende situaties aanpassen. Afhankelijk van de situatie waarin de mens verkeert overheerst één van beide systemen. Sympatische hyperactivatie is het gevolg van een verschuiving in de homeostase tussen sympatische en parasympatische activiteit. Het gevolg van deze verschuiving is dat ons lichaam bijna voortdurend in de stress modus staat en niet meer in staat is de balans tussen stress en relaxatie te herstellen. Deze stress modus is gekenmerkt door de typische componenten
van sympatische activiteit, zoals (1) verhoogde glucose en lipiden gehaltes waardoor het lichaam van extra brandstof voorzien wordt; (2) een verhoogde tendens tot vaatvernauwing en thrombose die tot doel heeft het lichaam te beschermen tegen te veel bloedverlies na verwonding; (3) een verhoogde bloeddruk en hartslag, die er voor zorgt dat er sneller tot actie kan overgegaan worden; en (4) een activatie van inflammatie, die het lichaam beschermt tegen mogelijke infecties bij verwonding. Deze factoren kunnen aanleiding geven tot dyslipidemie, insulineresistentie, endotheeldisfunctie, en pathogene inflammatie. De theorie van Hellstrom (2007) stelt dat risicofactoren, die sympatische hyperactiviteit uitlokken, staan tegenover diverse preventieve maatregelen, die via parasympatische activiteit het lichaam de mogelijkheid bieden tot recuperatie en dus preventie. Het evenwicht kan gevisualiseerd worden aan de hand van een wedstrijd touwtrekken, waarbij verscheidene risicofactoren staan tegenover diverse preventieve maatregelen. Het aantal en de kracht van de competiterende factoren beslist in welke richting het evenwicht afbuigt en dus of we gezond blijven of ziek worden. De uit evenwicht gebrachte balans tussen sympatische en parasympatische activiteit kan terug in evenwicht gebracht worden door ofwel de risicofactoren te reduceren ofwel de parasympathische activiteit te verhogen. Een belangrijke risicofactor is chronische stress, omdat stress onmiddellijk een algemene sympatische reactie oproept waarbij we een activatie krijgen van alle vier de componenten van sympatische activiteit. Andere risicofactoren kunnen aanvankelijk slechts één van de vier componenten activeren. Dit is bijvoorbeeld het geval bij een
vetrijk dieet dat op termijn aanleiding kan geven tot dyslipidemie. Toch dient opgemerkt te worden dat, omwille van de sterk geïntegreerde werking van het sympatisch systeem de kans groot is dat activatie van één van de vier componenten op termijn aanleiding geeft tot een algemene sympatische respons, waarbij alle vier de componenten geactiveerd zijn. Een op een ongezond dieet gebaseerde dyslipidemie kan daarom op termijn het autonoom zenuwstelsel sturen in de richting van een sympatische hyperactiviteit, met als gevolg een expressie van insulineresistentie, endotheeldisfunctie, en inflammatie. Hetzelfde principe is geldig voor de preventieve maatregelen. Ook deze kunnen opgesplitst worden in maatregelen die direct een algemene verschuiving naar parasympatische activiteit uitlokken, zoals bijvoorbeeld meer lichaamsbeweging, en maatregelen die pas in een tweede fase aanleiding gaan geven tot een verschuiving van de balans in de parasympatische richting, zoals bijvoorbeeld specifieke medicatie. Volgens Hellstrom (2007) moet activatie van het parasympatisch rustmechanisme gezien worden als één van de belangrijkste factoren die de homeostase terug in de richting van gezondheid kunnen verschuiven, naast ook het verminderen van de sympatische hyperactivatie. Het unieke van deze theorie ligt hem in het feit dat het voorkomen van ziektes als diabetes steunt op een verbetering van de balans tussen risico- en preventiefactoren eerder dan enkel en alleen op het verminderen van risicofactoren. Het opbouwen van preventie gebaseerd op een verbetering van de balans tussen sympatische en parasympatische activiteit zou volgens Hellstrom (2007) meer effect moeten hebben, gezien deze methode zich precies richt op de mechanismen die aan de basis liggen van de pathogenese.
ORTHOFYTO
31 ®
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
Meditatie
Katleen Van der Gucht
Daling van norepinephrine Verder bouwend op de “altered homeostatic theory” kunnen we het potentiële belang van meditatie onderstrepen. Talrijke studies tonen immers aan dat meditatie ons lichaam helpt de fysiologische respons op stress bij te sturen. Curiati et al (2005) toonden aan dat regelmatig mediteren leidt tot een verminderde sympatische activatie.
Referenties 01. Curiati J.A., Bocchi E. et al. (2005) Meditation reduces sympathetic activation and improves the quality of life in elderly patients with optimally treated heart failure. The Journal of Alternative and Complementary Medicine 11: 465-472. 02. Dusek J.A., Chang B-H. et al. Stefano G.B., Wohlhueter A.L., Hibberd P.L., Benson H. (2006) Association between oxygen consumption and nitric oxide production during the relaxation response. Med Sci Monit 12: CR1-10. 03. Hellstrom H.R. (2007) The altered homeostatic theory:[…] Medical Hypotheses 68: 415-433. 04. Paul-Labrador M., Polk D., Dwyer J.H., Velasquez I., Nidich S., Rainforth M., Schneider R., Merz N.B. (2006) Effects of a randomized controlled trial of transcendental meditation on components of the metabolic syndrome in subjects with coronary heart disease. Arch. Intern. Med. 166: 1218-1224. 05. Stefano G.B., Fricchione G.L., Esch T. (2006) Relaxation: Molecular and physiological significance. Med Sci Monit 12: HY21-31. 06. Takahashi T., Murata T. et al. (2005) Changes in EEG and autonomic nervous activity during meditation and their association with personality traits. International Journal of Psychophysiology 55: 199-207. 07. Tentolouris N., Liatis S., and Katsilambros N. (2006). Annals of the New York Academy of Sciences 1083: 129-152.
32
Hun studie richtte zich op oudere patiënten (76,9 ± 7,9 jaar; aantal proefpersonen = 19) die, na een optimale behandeling gekregen te hebben voor congestieve cardiomyopathie, stabiel waren. Personen uit de meditatiegroep mediteerden twee maal per dag gedurende 30 minuten en kwamen wekelijks bij elkaar voor een groepsmeditatie, en dit gedurende 12 weken. Ze luisterden naar een 30 minuten durende audiotape waarbij de meditatie bestond uit 10 minuten ademfocus gevolgd door een korte bodyscan, 10 min. in gedachte herhalen van het woord vrede (gebaseerd op de relaxatierespons), en 10 min. visualisatie waarbij men het beeld van een gezond hart opriep. Patiënten uit de controlegroep kwamen wekelijks bij elkaar om te praten over stresscontrole. Sympatische activiteit werd geëvalueerd aan de hand van de hoeveelheid norepinephrine (NE) in het bloed. Na de 12 weken stelden de onderzoekers een significante daling in NE vast in de meditatiegroep, terwijl dit niet het geval was in de controlegroep.
Hersenactiviteiten Ook Takahashi et al. (2005) vonden duidelijke indicaties voor een inhibitie van sympatische activiteit en een activatie van parasympatische activiteit tijdens een 15 min. durende zenmeditatie. Zij onderzochten 20 studenten die tot dusver geen ervaring hadden met meditatie. Ze analyseerden veranderingen in psychofysiologische parameters via EEGmetingen en metingen van de variabiliteit in hartritme (als index voor sympatische en parasympatische activiteit) in rust (controle) en tijdens de meditatiesessie. Verder gingen ze ook na of de intensiteit van de waargenomen psychofysiologische veranderingen kon geassocieerd worden met bepaalde persoonlijkheidskenmerken van de proefpersonen. Deze werden nagegaan door de proefpersonen de dag vóór het experiment een TCI (Cloninger’s Temperament and Character Inventory) vragenlijst te laten invullen. De onderzoekers stelden vast dat een verhoogde alfa-hersenactiviteit (die reeds eerder geassocieerd werd met naar binnen gerichte aandacht) significant negatief gecorreleerd was met de indices voor sympathische activiteit en significant positief gecorreleerd
ORTHOFYTO
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
®
was met het persoonlijkheidkenmerk Novelty Seeking (NS – het op zoek zijn naar nieuwe dingen). Een toegenomen thèta-hersenactiviteit (reeds eerder geassocieerd met ‘mindfulness’) was significant positief gecorreleerd met de index voor parasympatische activiteit en met het persoonlijkheidskenmerk Harm Avoidance (het voorkomen van gekwetst raken). Dit suggereert dat een verhoogde theta-activiteit de parasympatische activiteit laat toenemen, terwijl een verhoogde alfa-activiteit de sympatische activiteit laat dalen. Beide systemen leiden derhalve tot een verschuiven van de balans tussen sympatische en parasympatische activiteit in het voordeel van de parasympatische activiteit. De resultaten suggereren verder dat persoonlijkheidskenmerken mede bepalen welk van beide systemen het meest efficiënt kan bespeeld worden via meditatie. Dit kan belangrijk zijn bij het efficiënt toepassen van meditatie als therapie.
Verbetering van insulineresistentie Paul-Labrador et al. (2006) toonden aan dat transcendente meditatie (twee maal 20 minuten per dag en dit gedurende 16 weken) de insulineresistentie significant verlaagt bij patiënten met een coronaire hartaandoening. Daarnaast werd ook een verlaging van de bloeddruk en een verbetering in hartritmevariabiliteit gemeten. Het feit dat deze verschillende fysiologische effecten verkregen werden zonder veranderingen in lichaamsgewicht, medicatie of psychosociale variabelen (bijvoorbeeld een vermindering van stress), suggereert dat het regelmatig beoefenen van meditatie de fysiologische respons op stress bijstuurt via neurohumorale activatie. Daarbij zou de door de relaxatierespons gestimuleerde vrijstelling van NO een belangrijke rol spelen (Dusek et al. 2006). Hoe dit precies gebeurt is nog niet helemaal uitgeklaard, maar Stefano et al. (2006) formuleren een hypothese waarbij relaxatie beschouwd wordt als het resultaat van een algemene inhibitie van sympatische activiteit. Hun hypothese steunt op gekende moleculaire en fysiologische processen, waarbij het belang van stikstofoxide, norepinephrine, dopamine en morphine als signaalmoleculen centraal staan.
Conclusies Concluderend kunnen we stellen dat, gebaseerd op de hier aangehaalde wetenschappelijke aanwijzingen, de rol van meditatie bij de behandeling van prediabetici en diabetici in de toekomst zeker verder onderzoek verdient.
Leefstijl
Joost Meeusen
Diabetes en beweging D
e mens is genetisch geconditioneerd om met een lege maag naar voedsel te gaan zoeken. Laten we daarvan uitgaan en dan zien we in welke mate de huidige maatschappij onrecht doet aan onze natuur. Een toestand van een lege maag bestaat gewoonweg niet meer, terwijl nog niet zo lang geleden vasten nog een godsvruchtige deugd was. Naar voedsel gaan zoeken kost nog weinig moeite. De weg naar de koelkast is jammer genoeg niet voldoende om een zekere graad van lichaamsoefening te bewerkstelligen.
Meer 'snelle suikers' en minder lichaamlijke beweging: dat is de balans van vandaag. Geen wonder dat het insulinemetabolisme bij vele mensen grondig verstoord is. Glucose is de spil van de energiedistributie in het lichaam, maar dient in feite niet om in dergelijke hoeveelheden uit de voeding opgenomen te worden. Diabetici moeten aangemoedigd worden om aan lichaamsbeweging te doen, onder voorwaarde dat ze de regels van het bloedglucose kennen. Het is nog een onontgonnen terrein in de behandeling van diabetes. Vooral oudere mensen met diabetes zijn moeilijk er toe te bewegen tot sport. Lichamelijke beweging zou zowel diabetes type I als diabetes type II positief beïnvloeden. Interventionele studies tonen aan dat dieet in combinatie met sport het risico op diabetes met liefst 60% kan verminderen. Het verbetert de insulinegevoeligheid en dempt de scherpe glucosepieken in het bloed na een maaltijd. Sporten kan ook het gebruik van medicatie doen dalen.
Nochtans zijn de werkingsmechanismen van de twee ziekten totaal verschillend. Bovendien moet men voor kinderen bijkomende aspecten in acht nemen.
Diabetes type I Voor type I-diabetes wordt eenzelfde sportdieet aangeraden als gezonde mensen: 55-60% koolhydraten, 25-30% lipiden en 10-15% proteïnen. Koolhydraten moeten uiteraard hoofdzakelijk uit complexe vormen bestaan.
Vetten zijn evenwel belangrijk, maar steeds met mate. Zij kunnen namelijk ketosis veroorzaken. Diabetici worden aangeraden om vooral aan weinig intensieve duursporten te doen. Na het eerste uur stijgt dan de vetbranding naar 70% van de beschikbare brandstoffen. Vetten hebben een hogere energie-opbrengst en sparen de glycogeenreserves in lever en spieren. Verbranding van verzadigde vetten kan ook een rol spelen in de bescherming tegen insulineresistentie. Bovendien is duursporten gunstiger voor de glucosefluctuaties. De grootste zorg voor sportende diabetici zijn de glucose-uitputtingen in het bloed (hypoglycemie) en verzuring door ketosis. Een van de voorzorgsmaatregelen die men kan
ORTHOFYTO
Fig. Hypoglycemie tijdens het sporten kan vermeden worden door regelmatig extra samengestelde koolhydraten bij te tanken.
33 ®
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
Leefstijl
Joost Meeusen
nemen is de verlaging van de insulinetoediening, net voor het sporten, naar 20 à 60%. Bij gezonde personen daalt het bloedinsuline tijdens het sporten, waarop de lever reageert door glucose aan te maken (via glucagon). Exogeen insuline is bijgevolg een rem op de toevoer van glucose, wat tot hypoglycemie kan leiden. Ernstige insulinedeficiëntie is nochtans evenmin bevordelijk. Tekort aan insuline doet andere hormonen opkomen in het bloed die ketoacidose teweegbrengen. Hypoglycemie tijdens het sporten kan vanzelfsprekend vermeden worden door regelmatig bijtanken met extra koolhydraten, bijvoorbeeld met energierijke drankjes. Voor acute gevallen moet men snelle suikers bij de hand hebben. Hypoglycemie kan zich ook nog na het sporten voordoen en kan eveneens vermeden worden met koolhydraten en een verminderde insulinetoediening. Dehydratatie moet te allen tijde vermeden worden. Het veroorzaakt pseudohyperglycemie en verhoogt het risico op vorming van bloedproppen. Belangrijke nutriënten ten aanzien van diabetische sporters zijn vitamine C, vitamine E, vitamine A, calcium en magnesium. Cafeïne is een interessant stimulerend middel, omdat het de uitputting van glycogeen in de lever kan uitstellen.
Voor kinderen met diabetes type I De verbranding van energie zit bij kinderen anders in elkaar. Bij hen ligt nog de nadruk op anaerobe verbranding, aangezien de zuurstoftoevoer nog beperkt is. Bovendien blijkt het aerobe enzymsysteem nog niet ten volle ontplooid te zijn, noch kunnen ze lipiden volledig verbranden. Het risico op hypoglycemie en ketoacidose is daarom bij kinderen nog groter. Diabetische kinderen blijken bovendien van nature over een mindere conditie te beschikken, met een iets hogere bloeddruk, beperktere hartpompvermogen en andere lichaamlijke tekortkomingen. In rust blijken kinderen vooral vrije vetzuren te verbranden. Tijdens het begin een inspanning verbruiken de spieren een mengsel van vrije vetzuren (bloed), triglyceriden (spiercel), spierglycogeen en glucose (bloed en lever). Dit brandstofmetabolisme staat bovendien onder controle van een complex hormonensysteem: insuline, glucagon, catecholamines, groeihormoon en cortisol. Naarmate de inspanning inten-
34
siever wordt, verschuift het verbruik in de richting van glucose en koolhydraten. De spieren worden meer afhankelijk van energiebronnen buiten de spiercel. In vergelijking met volwassenen gebruiken kinderen meer vetzuren omdat ze minder koolhydraatreserves hebben. Een strict insulineregime, waarbij men de natuurlijke (gezonde) insulinespiegels tracht te benaderen, vergroot het risico op hypoglycemie tijdens en na het sporten (Riddell et al., 2006). Kinderen kunnen daardoor tijdens hun slaap overvallen worden door te lage bloedsuikerwaarden. Bij grotere inspanningen (boven de melkzuurdrempelwaarde) zorgen catecholamines voor vrijzetting van glucose, vrije vetzuren en ketonen uit de lever. De stijging van het bloedglucose (hyperglycemie) is dan maar tijdelijk en kan slecht verwerkt worden wegens het tekort aan compenserend insuline. Teamsporten (voetbal, basketbal...) lijken daarom geen hypoglycemie te verwekken, maar eerder hyperglycemie. Voor eventueel gebruik van bloedglucoseverlagende middelen moet men dan opletten voor een dramatische hypoglycemie achteraf, een risico dat vooral na het sporten blijft bestaan.
tici in het bijzonder zeer belangrijk is. Een ander zeer belangrijk aspect is het verlies van vetmassa (meestal ten gunste van spiermassa), aangezien diabetes en obesitas duidelijk in elkaar vaarwater liggen. Verlies van vetmassa heeft men geassocieerd met vermindering van insulineresistentie (Jimenez, 1997).
Besluit Als je de insulineconcentraties meet bij iemand die veel aan sport doet en dit vergelijkt met de hoeveelheid insuline in het bloed bij mensen die sedentair leven, dan is de hoeveelheid insuline bij sportieve mensen veel lager dan bij de zetelzitters. Een gezond menselijk lichaam heeft juist niet veel insuline nodig. Insuline dat aangemaakt wordt in de pancreas laat spiercellen toe om na een maaltijd de bloedglucose op te nemen. Sportmensen beschikken over een zeer efficiënte insulinegevoeligheid, terwijl sedentaire en zwaarlijvige personen hun pancreas verplichten om veel meer insuline te produceren. Dat is de reden waarom dagelijkse fysieke activiteiten een absolute 'must' zijn voor iedereen (Bray T, 2007).
Type II-diabetes Ook voor diabetes type II zijn de gunstige effecten van lichaamsbeweging goed onderbouwd (Thomas et al., 2006). Matige lichaamsbeweging halveert de mortaliteit ten gevolge van diabetes (De Feo et al., 2006)! Het biochemisch werkingsmechanisme is goed gekend. De spieractiviteit doet de AMP/ATP-verhouding toenemen, evenals de creatinine/fosfocreatinineverhouding. Hierop worden enzymen geactiveerd betrokken in vetzuurverbranding en glucosetransport. Met andere woorden, de enzymen verantwoordelijk voor glucosetransport worden gerecruteerd naar het celmembraan. Insuline doet in feite net hetzelfde. Een ander aspect, maar geheel op dezelfde lijn, is de verbetering van insulinegevoeligheid. Voor type II-diabeten stimuleren fysische inspanningen de verwijdering van glucose door insuline, wat tegelijk de ontginning van glycogeen uit de lever activeert. Stikstofoxide zou er ook voor iets tussen zitten, welke geproduceerd wordt door vaatwandcellen en spiercellen. Sporten zou volgens de stikstofbiochemie de toestand van hart en vaten ook verbeteren, iets dat voor de gezondheid van diabe-
ORTHOFYTO
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
®
Referenties: 01. Bray Tammy, personal communication 02. Corigliano G, Iazzetta N et al. Blood glucose changes in diabetic children and adolescents engaged in most common sports activities. Acta Biomed. 2006; 77 (suppl. 1):26-33 03. De Feo P, Di Loreto C et al. Exercise and diabetes. Acta Biomed. 2006; 77 (suppl. 1):14-17 04. Iafusco D. Diet and physical activity in patients with type 1 diabetes. Acta Biomed. 2006; 77(suppl 1):41-46 05. Jiminez CC. Diabetes and exercise: the role of the atletic trainer. J Athletic Training. 1997; 32(4):339344 06. Riddell MC, Iscoe KE. Physical activity, sport, and pediatric diabetes. Pediatric Diabetes. 2006; 7:60-70 07. Thomas DE, Elliott EJ et al. Exercise for type 2 diabets mellitus. Cochr Database System Rev. 2006; 3)
Genetica
Joost Meeusen
Insulinemetabolisme epigenetisch verstoord “Every single [diabetes] case that can be prevented is wonderful for that child or adult!” (Ludvigsson, 2006)
B
erichten in De Standaard en De Morgen liegen er niet om. De toename van diabetes wordt geschat op 8% per jaar. Zulke stijgingen kan men onmogelijk verklaren aan de hand van genetische aspecten van de ziekte. Diabetes is immers zeer ontvankelijk voor preventie, die tijdens de zwangerschap (en kort daarna) cruciaal kan zijn.
Oorzaken van diabetes op een rijtje Ontsteking van de pancreas-islets Dit is de meest algemene beschrijving van het ziektebeeld diabetes. Ontstekingen vormen in vele belangrijke ziektebeelden de drijvende kracht, denk maar aan kanker en arteriosclerose. Dat ontstekingen diabetes veroorzaken zegt dus niet veel, vandaar dan we verder op zoek moeten gaan naar concretere mechanismen die aan de basis liggen van die ontstekingen.
De hygiënehypothese Ons immuunsysteem is veel zwaardere opdrachten gewoon dan dat vroeger het geval was. De toename van hygiëne zorgde voor een andere darmflora, die minder bestand is tegen vreemde bacteriën. Het zijn net deze vreemde bacteriën die voor een goede rijping zorgen voor het immuunsysteem. Minder virussen in de populatie kan leiden tot een verminderde immuniteit voor dat virus.
Moedermelk Flessenmelk is omwille van twee redenen niet goed voor borelingen. Ten eerste bevat het koemelk die niet zo gezond is als wordt geopperd. Koemelk bevat vervolgens ook insuline die op latere leeftijd de autoimmunologische vorm van diabetes kan aansteken (Vaarala, 2006). De suikers in koemelk zorgen bovendien voor een suikeroverlast waardoor de bèta-cellen reeds in het prille levensaanvang een vorm van stress ondervinden. Melk is dus niet goed voor elk! Ten slotte verkrijgt men met flessenmelk niet de gunstige werking
die moedermelk wel heeft. Moedermelk bevat componenten die zowel voor de darmflora als het immuunsysteem bevorderlijk zijn.
Obesitas op kinderleeftijd De hoofdverdachte wordt nabij de (enorme) toename van het gebruik van suikers gezocht. De insulineproductie kan hierdoor van nature al niet meer volgen, waardoor de glucoselast in het bloed toeneemt. Een overmaat aan glucose is toxisch, terwijl een overwerkte pancreas meer (lichaamseigen) antigenen aan het immuunsysteem zal presenteren. Deze logica verklaart goed waarom diabetes steeds op jongere leeftijd voorkomt.
Psychologische stress en puberteit Steeds meer beseft men dat psyche invloed heeft op het ontstaan van bepaalde ziekten. Stress veroorzaakt een lichte vorm van insulineresistentie, die op zijn beurt de stress op de betacellen verhoogt. De puberteit is dan weer een periode van hormonale opstoten welke het ontstaan van diabetes mee kan versnellen.
Vitaminetekorten Er zijn een aantal goede argumenten waarom vitamine D-tekorten een rol spelen in de vorming van diabetes type I. Vitamine C staat in voor een evenwichte immuunbalans, terwijl vitamine B de bèta-cellen beschermen tijdens een ontsteking.
Epigenetische oorzaken Genetica omvat de studie van erfelijke (biochemische) eigenschappen die via de genetische code doogegeven worden. Enkele zijn zeer bepalend voor diabetes, andere verhogen enkel de dispositie tot diabetes (Owen et al., 2007). Epigenetica bestudeert ook erfelijke eigenschappen, maar die niet in de code vastgelegd zijn. Bijvoorbeeld de manier waarop genen verpakt zijn en/of gemethyleerd zijn, bepaalt of een gen actief is of niet (Meeusen, 2007).
Bij ratten is dit fenomeen goed onderzocht. Ernstige ondervoeding tijdens de dracht van ratten veroorzaakt bij de nakomelingen hypertensie, hyperinsulinemie, hyperfagia en verminderde fysische activiteit. Het hoeft geen betoog dat groei-achterstand in de baarmoeder blijvende gevolgen inhoudt. Een teveel aan vetten (overvoeding) blijkt ook schadelijke gevolgen te hebben. Verzadigde vetzuren verlagen de vloeibaarheid van celmembranen, waardoor binding van insuline op de insulinereceptoren minder vlot verloopt (evenals een verlaagde fosforylatie van de receptoren). Meervoudig onverzadigde vetzuren verhogen de membraanvloeibaarheid en zijn daarom een beschermende factor. Overmaat aan koolhydraten zijn op dat vlak minder schadelijk dan verzadigde vetten (Devaskar SU al., 2007). Deze verstoring van het insulinemetabolisme betreft niet enkel de nakomelingen, maar persisteert tevens in de daarop volgende generaties! De kans dat kinderen diabetes krijgen wordt veel groter met een diabetische moeder (McLean et al., 2006; Fetita et al., 2006). Bij mensen dringt zich het belang van dieet en nutrienten tijdens de zwangerschap op, welken de methylatietoestand van DNA positief kunnen beïnvloeden.
Referenties:
01. Ludvigsson J. Why diabetes incidence increases – a unifying theory. Ann NY Acad Sci. 2006; 1079:347 02. Vaarala Outi. Is it dietary insulin? Ann N Y Acad Sci. 2006; 1079; 350-359 03. Owen KR, McCarthy MI. Genetics of type 2 diabetes. Curr Opin Genet Devel. 2007; 17:239-244 04. Meeusen J. Epigenetische factoren bij degeneratieve ziekten. Orthofyto. 2007; 12: 12-13 05. Devaskar SU et al. Metabolic programming in the pathogenesis of insuline resistance. Rev Endocr Metab Disord. 2007; 8:105-113 06. McLean M, Chipps D et al. Mother to child transmission of diabetes mellitus: does gestational diabetes program Type 2 diabetes in the next generation. Diabet Med. 2006; 23:1213-1215 07. Fetita L-S, Sobngwi E et al. Review: consequences of fetal exposure to maternal diabetes in offspring. J Clin Endocrinol Metab. 2006; 91:3718-3724
ORTHOFYTO
35 ®
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
Diagnostiek
Katleen Van der Gucht
Retinolbindend proteïne 4
De geschikte merker om insulineresistentie te diagnosteren
I
n staat zijn het risico op diabetes te bepalen vóór de eerste symptomen optreden kan patiënten de mogelijkheid bieden preventieve maatregelen (meer beweging, gezondere voeding, het verminderen van stress) te nemen om aldus het uitbreken van de ziekte te voorkomen. Dit is zeer belangrijk om de snel toenemende epidemie van diabetes 2 beter onder controle te krijgen.
Figuur 1: De mogelijke functie van RBP4 in de pathogenese van insulineresitentie en glucoseintolerantie. Insuline-resistentie in adiposeweefsel is geassocieerd met een verlaagde concentratie aan glucose transporter 4 (GLUT4) wat resulteert in een verhoogde productie van RBP4. Deze hoge RBP4 concentraties in het bloedserum geven enerzijds aanleiding tot insulineresitentie in spierweefsel en anderzijds zorgen ze voor een verhoogde expressie van het gluconeogenese-enzym fosfoenolpyruvaat carboxykinase in de lever wat resulteert in een verhoogde glucoseproductie. Het resultaat is een algemene toename van glucose in het bloed, wat uiteindelijk resulteert in glucose-intolerantie en diabetes. (Polonsky K.S. 2006)
36
Onderzoekers verbonden aan de Harvard Medical School stelden vast dat retinol-bindend proteïne 4 (RPB4), dat uitgescheiden wordt door adiposeweefsel, een regulerende rol speelt in de insulinepathways en de ontwikkeling van insulineresistentie (zie figuur 1) (Yang et al. 2005). Graham et al. (2006) onderzochten in welke mate de concentratie aan RPB4, zoals gemeten in bloedserum, gecorreleerd was met de af- of aanwezigheid en graad van insulineresistentie. Daartoe onderzochten ze patiënten met obesitas, patiënten met een verminderde glucosetolerantie, type 2-diabetici, en nietzwaarlijvige gezonde proefpersonen. Hoge RPB4-concentraties bleken niet alleen geassocieerd te zijn met insulineresistentie maar ook met de andere componenten van het metabool syndroom, waaronder een te hoge BMI (bodymassindex), dyslipidemie, en hypertensie. De onderzoekers stelden ook verhoogde concentraties aan RPB4 vast bij risicopersonen die zelf een normaal gewicht en glucosetolerantie hadden, maar die op basis van hun genetische achtergrond het risico lopen diabetes type 2 te ontwikkelen. Graham et al. (2006) onderzochten ook of een therapeutische interventie, namelijk meer beweging, de RPB4-waarden kon laten dalen. Alle proefpersonen die erin slaagden hun gevoeligheid voor insuline te verhogen vertoonden ook een lagere concentratie aan RBP4.
ORTHOFYTO
Jaargang 12 ~ nr.66 ~ 2007
®
Bij ca 1/3 van de personen uit de totale studie, nl. het aantal die er niet in slaagden, stelde men geen lagere concentraties aan RBP4 vast. Balagopal et al. (2007) onderzochten of RBP4waarden ook bij adolescenten (14 tot 18 jaar) geassocieerd waren met insulineresistentie. De onderzoekers vonden inderdaad hogere RPB4-waarden in de obese groep versus de non-obese groep. Verder bleek RPB4 niet alleen gecorreleerd te zijn met indices voor obesitas en insulineresistentie, maar ook met inflammatoire factoren. Een drie maanden durende therapeutische interventie, bestaande uit onder andere meer beweging en een gezondere voeding kon de verhoogde RPB4 met ca 30% laten dalen, terwijl de hoeveelheid RBP4 in de controlegroep in diezelfde periode met ca. 8% steeg. Een analoog onderzoek werd door Lee et al. (2007) uitgevoerd bij 12- tot 18-jarigen. Zij stelden vast dat RBP4 significant gecorreleerd was met leeftijd, de HOMAIR index (“homeostatic model assessment of insuline resistance”) en triglyceridewaarden in de non-obese groep, en met geslacht en triglyceridewaarden in de obese groep. Gavi et al. (2007) onderzochten in welke mate er ook een associatie is tussen RPB4 en insulineresistentie in niet-obese individuen zonder diabetes en waarbij ook geen diabetes voorkomt in de familie. Zij onderzochten 92 personen tussen de 20 en 83 jaar. Zij stelden ook bij deze personen vast dat RPB4 waarden gecorreleerd zijn met insulinegevoeligheid. Deze resultaten tonen aan dat voor personen zonder riscofactoren op diabetes (familiaal of obees), RPB4 gebruikt kan worden als een index van insulinegevoeligheid, dit terwijl voordien voor deze doelgroep nog geen accurate merkers beschikbaar waren.
Referenties
01. Balagopal P., Graham T.E. et al. (2007) The Journal of Clinical Endocrinology & Metabolism 92 (5): 1971-1974. 02. Gavi S., Stuart L.M. et al. (2007) The Journal of Clinical Endocrinology & Metabolism 92 (5): 1886-1890. 03. Graham T.E., Yang Q. et al. (2006) The New England Journal of Medicine 354: 2552-2563. 04. Lee D.-C., Lee J.-W., Im J.-A. (2007) Metabolism Clinical and Experimental 56: 327-331. 05. Polonsky K.S. (2006) The New England Journal of Medicine 354: 2596-2598. 06. Yang Q. Graham T.E. et al. (2005) Nature 436: 356-362.
����������������������������������
������������������������������������������������������� �������������������������������������������������������������������������������������� ����������������������������������������������������������������������������������� ������������������������������������������������������������������������������� ����������������������������������������������������������������������������������� ������������������������������������������������������������������������������ ����������������������������������������������������������������������������������� ����������������������������������������������������������������������������������� ���������� ��������� ������ ����������� ������������ ��� ����� ���������� �������� ��� ������������������������������������������������������������������������������� ���������������������������������������������������������������������������������
���� ���� ���������������� ����������� ����������� ���� �������� ���������� ������ ���� ���������������������������������������������������������������������������������� ���������������������������������������������������������������������������������� ������ ��������� �������� ������� ��� �������� ��� ������� ��������� ����� ������� ���� ������� ���������������������������������������������������������������������������� �������������������������������������������������������������������������������� ����� ������������ ���� ��� �������� ���� ��� ������� ���� ��� �������� ������ ��������� ���������������������������������������������������������������������������� ����������������������������������������������������������������������������������� ���������������������������������
������
���������������
�������������������������������������������������
�������������
�����������������������������������������������������������
def advertentie.indd 1
23-08-2007 13:44:26
Q*For
Klantentevredenheid
�
��
���
�� �
��
������� � � � �� � � �
Het Orthos Instituut VIOW is in het bezit van het Europees kwaliteitslabel “Q*For-certificaat”. Dit label wordt enkel toegekend aan bedrijven en organisaties die voldoen aan strikte kwaliteitsnormen én waarvan 80% van de klanten een hoge, tot zeer hoge mate van tevredenheid uitspreekt over de verschillende stappen als opleidingsaanbieder en adviesverstrekker. Het voldoet daarmee aan de voorwaarden voor het aanvaarden van de opleidings-cheques van de Vlaamse Overheid.
OPLEIDING ORTHOMOLECULAIR CONSULENT AAN HET ORTHOS INSTITUUT VIOW TE LAARNE
ORTHOFYTO
•
ORTHO COLOFON BSOM-VIOW trends
•
•
De consulentenopleiding bestaat uit 40 consulentenbistro’s, gebundeld per vijf onderdelen die tot een bepaald thema behoren. In totaal zij er 8 verschillende themamodules. Na het volgen van de 8 modules kan men deelnemen aan een schriftelijk examen en kan leiden tot het behalen van het diploma van “Board Certified Orthomolecular Nutrition-Consult” of Orthomoleculair Voedingsconsulent. Sinds dit academiejaar kunnen de consulentenbistro’s ook via thuisstudie worden gevolgd.
Opnieuw examens voor de consulentenopleiding: op dinsdag 19 februari 2008 vanaf 14.00 u. Inschrijving en infobrochure Email:
[email protected] Tel: 09 369 06 42 • Fax: 09 366 18 38
ORTHOMOLECULAIRE NUTRITIONELE GENEESKUNDE
Mondelinge module
Inleiding tot de orthomoleculaire geneeskunde op 1 en 2 december 2007
Schriftelijke modules
Eerste jaar: Orthomoleculaire voeding Schriftelijk examen: Certificaat Tweede jaar: Orthomoleculaire manipulaties Een orthomoleculair eindejaarswerk: Schriftelijke casestudie: Certificaat Derde jaar: Orthomoleculaire substituties Mondeling examen: Board Certified van Orthomolecular Nutritionist Vierde jaar: Behandelingsprotocollen Schriftelijk protocol opgelegd ziektebeeld: Certificaat
®
®
•
Een gids voor Orthomoleculaire preventie en Orthomoleculaire Substitutie Therapie
•
Verschijnt 6 maal per jaar
•
Brengt u het meest uitgebreide orthomoleculaire voedings- en geneeskundig blad voor alle gezondheidsverzorgende professionals en gezondheidsbewuste mensen.
Hoe abonneren ? Betaling geldt als enige abonnering Jaarabonnementen 6 nummers
� Voor België: storting van € 40 op rek. nr. FORTIS 2900308228-80 � Voor Nederland: storting van € 44 op rek. nr. IBAN: BE 88290030760741 BIC code: GEBABEBB Abonnement loopt automatisch verder indien geen schriftelijke opzegging twee maand op voorhand.
Prijs per nummer: € 7,80 (B) of € 8,50 (Nl).
Inschrijving en infobrochure Email:
[email protected] Tel: 09 369 06 42 - Fax: 09 366 18 38
Kernredactie PROF. DR. BALZ FREI, directeur Linus Paulus Instituut, Oregon universiteit IR. JOOST MEEUSEN (genetica) PROF. DR. IR. JOZEF POPPE DR. K ATLEEN VAN DER GUCHT (Biologie) DIRK BOGAERT, wetenschapsjournalist A PR. PHILIPPE GERARD DR. JOHAN DE COCK A PR. FERNAND H AESBROUCK PIETER VAN MELCKEBEKE Werkten mee aan dit nummer DR. TAMMY BRAY DRS. K IAUW - DE MUNCK - K HOE A PR. NICOLE WAUTERS-HERMANS Eindredactie WALTER OM FACHÉ, Medisch Journalist ERIC OST Secretariaat VIOW Larenhoeve, Kerkstraat, 101 B 9270 Laarne Tel. 0032(0)9/369 06 42 Fax 0032(0)9/366 18 38 E-mail:
[email protected] Advertenties JOOST MEEUSEN VIOW Kerkstraat, 101 - B 9270 Laarne E-mail:
[email protected] Vormgeving, productie en druk WALTER O. FACHÉ, Directeur VIOW JOOST MEEUSEN PIETER VAN MELCKEBEKE DE PAUW STIJN, Drukkerij Coppens bvba Hospitaalstraat 2, 9080 Lochristi-Beervelde www.coppens-druk.be
Uitgeverij
Publi Media VIOW Gespecialiseerd op het gebied van voeding, voedingsaanvullingen, gezonde levenswijze en adviezen bij ziekten.
Vijfde jaar: Nutritionele medische Biochemie Schriftelijk biochemische topic uitwerken: Board Certified Orthomolecular Specialist Practicus
Eindexamen over de vijf jaar voor een jury: Board certified Higher Education for Orthomolecular Sciences (HEOS)
Hoofdredactie WALTER O.M. FACHÉ, Hoofdredacteur DIRK BOGAERT, Adjunct hoofdredacteur JOOST MEEUSEN IR., Adjunct hoofdredacteur
Orthofyto blijft het enige orthomoleculair vakblad op de Beneluxmarkt dat zich niet bindt aan een productlijn om voldoende inkomsten te genereren. Wij hebben geopteerd voor een orthoceutische firmaraad die los van de redactie en de artikels in het blad functioneert.
Mondelinge module
De mondelinge colleges van het vijfde jaar vinden telkens vrijdag plaats te Laarne van 9u tot 18u 15 februari 2008 7 maart 2008 22 februari 2008 14 maart 2008 29 februari 2008 21 maart 2008
Uitgever: BSOM - WALTER O.M. FACHÉ, Kerkstraat 101 - 9270 Laarne
©Copyright 2007
ISSN 1780-3713
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt d.m.v. druk, fotocopie of welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toelating. De hoofdredacteur, de redactie, de eindredacteurs en de uitgever van de opgenomen artikelen en advertenties zijn niet aansprakelijk voor eventuele schade als gevolg van vermeende algemene medische adviezen, onjuistheden en/of onvolledigheden.
Iedere auteur blijft verantwoordelijk voor de volledige inhoud van zijn artikels. Overname van arikelen of gedeelten hiervan is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van de hoofdredacteur.
Prof. Dr. Linus Pauling tweevoudig Nobelprijswinnaar introduceerde in 1968 voor het eerst de term “Orthomoleculair” in Science: alle stoffen, moleculen of handelingen die niet toxisch en niet vreemd aan het lichaam zijn, die het lichaam biochemisch en fysiologisch normaal kan verwerken zonder enige schade en die op de juiste tijd met de juiste dosis biochemisch individueel dient gegeven of geëlimineerd te worden. (verruimde betekenis uit Science 160:265-271, 1968)
Je lichaam in topvorm met de juiste oliemix VOOR HAAR:
Essential Woman
VOOR HEM:
Omega Man
®
VOOR HEEL HET GEZIN:
Lignan Flax Oil Complex
®
Biologische mix van : Omega-3 rijke
Biologische mix van : Omega-3 rijke
Biologische mix van : Omega-3 rijke
vlaszaadolie, lignanen, teunisbloemolie
vlaszaadolie, lignanen, pompoenzaadolie
vlaszaadolie, lignanen.
en isoflavonen.
en fytosterolencomplex.
VANAF NU
VANAF NU
€ 24, 9 5
€ 24, 9 5
350 ml flacon : € 24,95 - 120 capsules : € 24,95
Voor een stralende huid, glanzend haar en sterke nagels Behoud van sterke botten Verzacht de klachten tijdens de menopauze Verhoogt de weerstand Helpt het cholesterolgehalte te beheersen Positief effect op premenstruele ongemakken
350 ml flacon : € 24,95 - 120 capsules : € 24,95
475 ml flacon : € 19,95 - 120 capsules : € 19,95
Versterkt de levenskracht Vermindert de klachten van de man Behoud van sterke botten Verhoogt de weerstand Helpt het cholesterolgehalte te beheersen Voor het behoud van een gezonde haardos
Dagelijks te gebruiken voor een gezond leven Onmisbaar voor het metabolisme Verhoogt de weerstand Helpt het cholesterolgehalte te beheersen
De Barlean’s oliën kunnen worden gebruikt in de keuken, om toe te voegen aan koude gerechten zoals deegwaren, rijst, yoghurt, groenten,... of kunnen ingenomen worden als voedingssupplement in de vorm van capsules.
WENST U MEER INFO ? Ga eens langs bij uw natuurvoedingszaak of contacteer OCE BIO 03 366 21 21 -
[email protected] www.barleans-omega3.com - www.ocebio.com
Sponsor van de Belgische Cardiologische Liga
Geselecteerd en ingevoerd door MINAMI NUTRITION
Bescherm uw gezin met de juiste probiotica
INFANT’S BLEND
CHILDREN’S BLEND
ADULT’S BLEND
ADVANCED ADULT’S
SUPER 8 HI-POTENCY
SUPER 5 ZUIGTABLET
Voor zuigelingen en
Voor kinderen
Voor volwassenen
Voor senioren
Om gistoverwoekering in de
Voor een goede mond-
peuters 0-5 jaar
5-15 jaar
16-60 jaar
60 plus
darmen tegen te gaan
en darmhygiëne
UW DARMFLORA IN BALANS MET DE JUISTE GOEDE BACTERIËN In onze darmen leven meer dan 400 soorten en in totaal meer dan 100.000 miljard bacteriën. De totale bevolking noemen we de darmflora. Daaronder zitten zowel ‘nuttige’ als ‘schadelijke’ bacteriën. Zodra die ‘schadelijke’ of ‘ziekmakende’ bacteriën de overhand krijgen, is het delicate evenwicht verstoord en worden we ziek. Diverse factoren kunnen het aantal nuttige bacteriën drastisch verminderen: leeftijd, stress, slechte eetgewoonten, alcoholgebruik en te weinig beweging. Ook een bevalling met een keizersnede, chloorhoudend drinkwater, bacteriële infecties en het gebruik van vele medicijnen zoals o.a. antibiotica doen irritaties zoals gasvorming en een opgeblazen gevoel ontstaan.
Onderzoek toont het belang van supplementering met de juiste probiotica aan. Een consequent gebruik versterkt het immuunsysteem, produceert antioxidanten, verbetert de opname van de voeding door de verhoogde afbraak en opname van vitaminen, mineralen en aminozuren én synthetiseert de B vitaminen die noodzakelijk zijn voor een gezond zenuwstelsel. Probiotica zijn heilzame, nuttige bacteriën die voorkomen in het spijsverteringskanaal, waarbij hun effectiviteit afhangt van de juiste samenstelling en concentratie. Die zijn bij zuigelingen, peuters en kleuters verschillend van volwassenen of senioren. Daarom heeft Dr. Udo Erasmus nu voor elke leeftijd en conditie een specifieke probiotica ontworpen.
VERKRIJGBAAR IN DE BETERE NATUURVOEDINGSWINKEL OF APOTHEEK.
UDO’S CHOICE®
PROBIOTICA • verbeteren de weerstand tegen slechte bacteriën • optimaliseren de spijsvertering • verbeteren de opname van vitaminen, mineralen en aminozuren • bevorderen een regelmatige stoelgang • verhinderen de woekering van gisten en schimmels • versterken de immuniteit
voor meer informatie over de probioticaproducten
Ojibwa-De Roeck+32 (0)52 48 43 00 www.ojibwa.be | www.gezondevetten.be