Opleidingswijzer. Leerweg Intensiteit Variant Studieduur WSF 1 SBU leerjaren cohort. BOL Voltijd Regulier

Opleidingswijzer Opleiding Verpleegkundige Crebo

93510

Niveau

4

Startjaar 2011

2010

KD Unit

Dienstverlening

Opleidingscluster Verpleging & Verzorging Geldigheid en vaststelling Deze Opleidingswijzer is geldig voor de volgende opleiding:

Leerweg Intensiteit Variant SBU

leerjaren

cohort

BOL

Voltijd

Regulier

6400

4

2011

BBL

Deeltijd

Regulier

5200

4

2011

BOL

Voltijd

Versneld

3200

2

2011

BBL

Deeltijd

Versneld

2600

2

2011

Bijzonderheden

1

WSF1

Studieduur

aankruisen, indien studiefinanciering van toepassing is (alleen bij BOL voltijd).

Inhoudsopgave Woord vooraf ............................................................................................................................... 3 1.

De opleiding ................................................................................................................... 4

1.1.

Alvast wat over het beroep en de mogelijke vervolgopleidingen ...................................................... 4

1.2.

Wat kun je na je opleiding doen? ...................................................................................................... 7

1.3.

Wat zijn de hoofdonderdelen van je opleiding? ................................................................................ 8

1.4.

Leren, loopbaan en burgerschap .................................................................................................... 15

1.5.

Nederlands, rekenen en moderne vreemde talen .......................................................................... 16

2.

Het onderwijsprogramma............................................................................................ 18

2.1.

Hoe is je onderwijsprogramma opgebouwd? .................................................................................. 18 2.1.1.

BOL voltijd - regulier ....................................................................................................... 22

2.1.2.

BOL voltijd - versneld...................................................................................................... 24

2.1.3.

BBL - regulier .................................................................................................................. 26

2.1.4.

BBL - versneld ................................................................................................................ 28

3.

Beroepspraktijkvorming.............................................................................................. 30

3.1.

Plaats en organisatie van de BPV .................................................................................................. 32 3.1.1.

BOL voltijd - regulier ....................................................................................................... 32

3.1.2.

BOL voltijd - versneld...................................................................................................... 32

3.1.3.

BBL – regulier en versneld ............................................................................................. 33

4.

Examens ....................................................................................................................... 34

4.1.

Beoordelen om te kijken waar je staat. ........................................................................................... 34

4.2.

Beoordelen voor je diploma. ........................................................................................................... 35

4.3

Examens in een overzicht – het examenplan ................................................................................. 39 4.3.1.

Examenplan BOL voltijd - regulier .................................................................................. 39

4.3.2.

Examenplan BOL voltijd en BBL - versneld ................................................................... 42

4.3.3.

Examenplan BBL - regulier ............................................................................................. 45

4.4

Hoe is de organisatie van de examens geregeld? .......................................................................... 48

5.

Begeleiding .................................................................................................................. 49

5.1

Studieloopbaanbegeleiding bij het leren. ........................................................................................ 49

09 K2011 OLW 93510 MBO-Verpleegkundige

2

Woord vooraf Welkom op het Kellebeek College! Je hebt gekozen voor de opleiding verpleegkundige. Met deze opleidingswijzer wil het Kellebeek College je vooraf goed informeren over het beroep en de opleiding die je gaat volgen. Deze opleidingswijzer is bedoeld voor alle verschillende onderwijstrajecten van deze opleiding (crebo). In de hoofdstukken 2, 3 en 4 moet je kiezen voor het onderwijstraject (variant) dat op jou van toepassing is. Het Kellebeek College vindt het heel belangrijk dat je als student op weg gaat naar wat je echt wilt. Wij begeleiden je naar jouw individuele bestemming. Onze rode draad is niet voor niets “Find your destination!”. Jij staat centraal Jij staat centraal bij het Kellebeek College. Ons onderwijs is gericht op wat jij wilt leren en op de manier van leren die het best bij jou past. We houden rekening met individuele verschillen. Wij willen je zo begeleiden, dat altijd duidelijk is hoe je ervoor staat en welke mogelijkheden je hebt. Uitdaging Verder vinden wij het belangrijk dat onze opleidingen aantrekkelijk, activerend en uitdagend zijn. Zo dagen wij jou uit je talenten volledig te benutten. Bij het Kellebeek College leer je zelfstandig te werken, samen te werken en zelf je verantwoordelijkheid te nemen. Veel praktijk, structuur en duidelijkheid Tijdens je opleiding loop je vaak stage. Ook is er veel aandacht voor praktijk op school in uitdagende leeropdrachten. Een goede balans en een goede afstemming tussen het leren op school en in de praktijk is heel belangrijk. Dat helpt je jouw bestemming in de maatschappij te vinden! Het samenwerken en het leren in de groep krijgt bij ons ook veel aandacht. We bieden je duidelijkheid en structuur: jij moet weten wanneer en hoe er gewerkt wordt op school. Ieders mening telt Op het Kellebeek College wordt er met studenten, leerbedrijven en andere betrokkenen overlegd en samengewerkt. Ieders mening telt! Wij gaan op een respectvolle en gelijkwaardige manier met elkaar om. Kernwaarden Kortom: Onderwijs bij het Kellebeek is doelgericht, praktijkgericht en bij ons telt iedere persoon! Het Kellebeek College staat midden in de maatschappij en richt zich naar buiten. Veel succes met het werken aan ‘jouw bestemming’ en vooral ook een heel fijne tijd bij het Kellebeek College. Fred Zacht Algemeen directeur Kellebeek College


3

1. De opleiding

1.1. Alvast wat over het beroep en de mogelijke vervolgopleidingen Wat doe een verpleegkundige? Jouw sector Je wordt opgeleid als mbo-verpleegkundige om in alle branches van de zorg te kunnen werken. Daarnaast kun je kiezen om je extra te verdiepen in één van de branches: het Ziekenhuis, Verpleeg- en verzorgingshuizen en thuiszorg, de Gehandicaptenzorg of de Geestelijke gezondheidszorg.

Jouw baan Je werkt in de gezondheidszorg op het snijvlak van zorg, wonen en welzijn. Met jouw algemene opleiding kun je in tal van beroepspraktijken en omgevingen aan de slag. Je verleent verpleegkundige zorg aan verschillende categorieën zorgvragers* van alle leeftijden. Doelgroepen zijn bijvoorbeeld oudere zorgvragers, chronisch zieken, revaliderende zorgvragers, zorgvragers met een handicap, klinische zorgvragers, zorgvragers met psychiatrische problematiek, zwangeren, kraamvrouwen en pasgeborenen en kinderen en jeugdigen met potentiële of feitelijke gezondheids- of bestaansproblemen. Ook werk je vaak samen met de mantelzorgers. Dat zijn de naasten van de zorgvrager, zoals ouders en andere verzorgers.

Je richt je met name op de verpleegkundige zorg voor de individuele zorgvrager en zijn directe omgeving. Je kunt ook voor een groep zorgvragers werken, bijvoorbeeld in een kleinschalige woonomgeving.

Je werkt in het ziekenhuis, de verpleeg- en verzorgingshuizen en thuiszorg, de gehandicaptenzorg of de geestelijke gezondheidszorg. Na diplomering kun je je in het BIGregister als verpleegkundige laten registreren.


4

Jouw werk Je draagt bij aan het herstel van de zorgvrager en aan de verbetering van de kwaliteit van leven van de zorgvrager op het gebied van gezondheid, wonen en welzijn. Je stelt een verpleegkundige diagnose, schrijft een verpleegplan**, ondersteunt bij persoonlijke basiszorg, zoals het wassen van zorgvragers. Je deelt medicijnen uit, je voert verpleegtechnische handelingen uit, bijvoorbeeld het verzorgen van een stoma en injecteren. Je biedt ondersteuning als een zorgvrager bijvoorbeeld psychosociale problemen heeft. Je begeleidt en ondersteunt de zorgvrager ook praktisch door bijvoorbeeld te leren hoe een zorgvrager met krukken moet lopen. Je geeft voorlichting, advies en instructie, bijvoorbeeld over gezond gedrag of over gebruik van hulpmiddelen. Je coördineert alle zorgtaken voor de gehele zorgverlening voor een of meerdere zorgvragers. Je verricht ook handelingen die de gezondheid van de samenleving als geheel bevorderen. Dan gaat het onder meer om het voorkomen van gezondheidsproblemen. Je geeft bijvoorbeeld adviezen over gezond gedrag en leert mensen omgaan met ziektes en beperkingen. Je werkt veelal zelfstandig en in een team, in zeer verschillende zorgsituaties. Je hebt te maken met acute, klinische maar ook langdurige, psychiatrische of onvoorziene zorgsituaties. Je treedt vooral op als de gezondheids- of leefsituatie van de zorgvrager ingewikkelder wordt. Bijvoorbeeld omdat hij of zij meerdere gezondheidsproblemen of beperkingen en levensvragen heeft. De zorg die je verleent kan variëren per zorgvrager. De inhoud kan elke dag verschillen. Je werkt op het moment dat daar behoefte aan is. Dat kan op elk moment van de dag of de week zijn. In alle werkvelden werk je samen met andere disciplines, zoals helpenden zorg & welzijn, verzorgenden, artsen, andere medische en paramedische zorgverleners en sociaalagogisch werkers. Je bent werknemer van een zorginstelling of je werkt als zelfstandige verpleegkundige. In de zorginstelling werk je samen met collega’s, volgens de visie en richtlijnen van de instelling. Naast het verlenen van zorg en ondersteuning lever je een bijdrage aan de 09 K2011 OLW 93510 MBO-Verpleegkundige

5

professionalisering van het beroep en aan de kwaliteitsverbetering van de werkzaamheden. Dat kun je doen door met collega’s en leidinggevenden over jouw werk te praten en door deel te nemen aan deskundigheidsbevordering.

Jouw kwaliteiten Je handelt zorgvragergericht, kunt je inleven in diens situatie, toont respect voor de zorgvrager en bent sociaal en communicatief vaardig. Je houdt je aan de beroepscode en de normen en waarden en de visie en de richtlijnen van de instelling waar je werkt. Je werkt systematisch, oplettend, nauwkeurig en resultaatgericht. Je bent stressbestendig en in staat om je eigen grenzen en die van anderen te bewaken. Je werkt zelfstandig, maar kunt ook goed samenwerken met de naasten van de zorgvrager, met zorgverleners van de eigen en van andere disciplines. Je kunt jouw kennis en vaardigheden in de praktijk toepassen. Je bent geïnteresseerd in mensen met uiteenlopende sociale en medische problemen. Je vindt het leuk om zorgvragers te helpen bij het wonen in een leefgroep en bij hun lichamelijke verzorging. Je bent er op ingesteld om hen te begeleiden en te ondersteunen bij psychosociale problemen. Je hebt een verantwoordelijke baan, werkt soms onder tijdsdruk en in opdracht van een leidinggevende. Voor je toewijding krijg je veel terug: zorgvragers die blij zijn met jouw goede zorgen, die dankbaar zijn voor de prettige leefomstandigheden die jij mee helpt creëren in hun thuissituatie of in de zorginstelling.


6

Jouw toekomst Je kunt je verder ontwikkelen door aanvullende cursussen en opleidingen te volgen op hetzelfde beroepsniveau, zoals activiteitenbegeleider. Door aanvullende opleiding te volgen kun je doorgroeien naar functies, specialisaties in je eigen beroepgroep of beroepen op niveau 5 bijvoorbeeld hbo-verpleegkundige. * Waar zorgvragers staat kan ook worden gelezen: patiënten, cliënten of gehandicapten. ** Waar verpleegplan staat kan ook worden gelezen: verpleegkundig behandelplan, ondersteuningsplan, begeleidingsplan en dergelijke Link naar kwalificatiedossier op de website www.kwalificatiesmbo.nl

1.2. Wat kun je na je opleiding doen? De mbo-verpleegkundige kan doorstromen naar andere richtingen op mbo niveau of specialistische vervolgopleidingen op hetzelfde beroepsniveau volgen. De gediplomeerde mbo-verpleegkundige kan mogelijk vrijstellingen krijgen voor onderdelen van andere mbo-opleidingen op niveau 4, zoals Sociaal-Cultureel Werker. De gediplomeerde mbo-verpleegkundige kan doorstromen naar hbo, zoals hboverpleegkundige.


7

1.3. Wat zijn de hoofdonderdelen van je opleiding? In het kwalificatiedossier wordt de inhoud van de opleiding beschreven. Je kunt dus in het kwalificatiedossier lezen wat je allemaal moet weten en kunnen aan het eind van de opleiding. Elk beroep heeft een aantal kerntaken. Dit zijn kenmerkende werkzaamheden van de beroepsbeoefenaar. Daaruit kan worden afgeleid welke eisen het beroep stelt. Bij elke kerntaak worden werkprocessen beschreven die je in de beroepspraktijk moet kunnen uitvoeren. Een kwalificatiedossier kan een of meer uitstromen bevatten. In het schema worden de kerntaken en werkprocessen genoemd die bij deze opleiding horen. Je opleiding is onverdeeld in één of meerdere fasen. In iedere fase werk je aan verschillende werkprocessen. Voor het goed uitvoeren van de werkprocessen heb je bepaalde competenties nodig. Je moet dit laten zien in zichtbaar gedrag, Dit zichtbaar gedrag noemen we de prestatie-indicatoren. Een uitgebreide beschrijving van de kerntaken, werkprocessen en prestatie-indicatoren is te vinden in het kwalificatiedossier. Deze zijn te vinden in Link naar kwalificatiedossier op de website www.kwalificatiesmbo.nl 1 kerntaak, werkprocessen Kerntaak Kerntaak 1: Bieden van verpleegkundige zorg en ondersteuning op basis van het verpleegplan.

Werkproces

1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9

Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op. Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Biedt palliatief-terminale zorg. Voert verpleegtechnische handelingen uit. Monitort de gezondheidstoestand op somatisch en psychosociaal gebied. Geeft voorlichting, advies en instructie aan de zorgvrager. Geeft voorlichting, advies en instructie aan de groep zorgvragers Hanteert crisissituaties en onvoorziene situaties. Verleent verpleegkundige zorg en ondersteuning in één specifieke branche.


Uitstroom U1

x x x x x x x x x

8

Kerntaak 2: Begeleiden van de zorgvrager(s) op basis van het verpleegplan. 2.1 Begeleidt een zorgvrager bij zelfredzaamheid 2.2 Begeleidt een zorgvrager op psychosociaal gebied Begeleidt een zorgvrager op sociaal2.3 maatschappelijk gebied Begeleidt een groep zorgvragers op sociaal2.4 maatschappelijk gebied. Biedt verpleegkundige begeleiding in één 2.5 specifieke branche

x x x x x

Kerntaak 3: Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken. 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep. Werkt aan het bevorderen en bewaken van 3.2 kwaliteitszorg. 3.3 Voert coördinerende taken uit. 3.4 Voert beleidsmatige taken uit. 3.5 Evalueert de zorgverlening.


x x x x x

9

Kerntaak 1: Bieden van verpleegkundige zorg en ondersteuning op basis van het verpleegplan. Kerntaak 1 Bieden van verpleegkundige zorg en ondersteuning op basis van het verpleegplan.

Werkprocessen 1.1

Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op.

1.2

Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg

1.3

Biedt palliatiefterminale zorg.

1.4

Voert verpleegtechnische handelingen uit.

1.5

Monitort de gezondheidstoestand op somatisch en psychosociaal gebied.

Competenties A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Kerntaak 1 Bieden van verpleegkundige zorg en ondersteuning op basis van het verpleegplan.

Competenties A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

Werkprocessen 1.6

Geeft voorlichting, advies en instructie aan de zorgvrager(s).

1.7

Hanteert crisissituaties en onvoorziene situaties.

1.8

Verleent verpleegkundige zorg en ondersteuning in één specifieke branche.


11

X

Y

Kerntaak 2: Begeleiden van de zorgvrager(s) op basis van het verpleegplan. Kerntaak 2 Begeleiden van de zorgvrager(s) op basis van het verpleegplan.

Competenties A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Werkprocessen 2.1 Begeleidt een zorgvrager bij zelfredzaamheid 2.2 Begeleidt een zorgvrager op psychosociaal gebied 2.3 Begeleidt een zorgvrager op sociaalmaatschappelijk gebied 2.4 Begeleidt een groep zorgvragers op


12

Kerntaak 2 Begeleiden van de zorgvrager(s) op basis van het verpleegplan.

Competenties A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Werkprocessen sociaalmaatschappelijk gebied. 2.5 Biedt verpleegkundige begeleiding in één specifieke branche


13

Kerntaak 3: Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken. Kerntaak 3 Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken.

Competenties A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

Werkprocessen 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep. 3.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg. 3.3 Coördineert de zorgverlening. 3.4 Voert beleidsmatige taken uit. 3.5 Evalueert de zorgverlening.


14

X

Y

1.4. Leren, loopbaan en burgerschap Een levenlang leren Leren doe je al je hele leven, niet alleen op school, maar overal. Tijdens de opleiding werk je ook aan kerntaken, werkprocessen en competenties die met leren en loopbaan te maken hebben. Ook stelt onze dynamische en multiculturele samenleving hoge eisen aan de burgers. Daarom ga je tijdens de opleiding ook werken aan burgerschapscompetenties. Hieronder zie je het overzicht van de kerntaken van Leren, loopbaan en burgerschap uit het brondocument leren, loopbaan en burgerschap dat door de minister is vastgesteld. Gedurende je hele opleiding werk je aan deze kerntaken. Bij sommige taken word je begeleid door je SLB-er; bij andere kerntaken door een docent. Je krijgt een beoordeling per kerntaak, deze worden afgetekend. Overzicht van de kerntaken van het document Leren, Loopbaan en Burgerschap


15

MultiMove Multimove wordt aangeboden aan de BOL leerlingen en is verplicht. MultiMove is een deel van het pakket Burgerschap. Aan het eind van de opleiding dien je voor Burgerschap een voldoende resultaat te hebben om je diploma te halen. Burgerschap bestaat uit een aantal dimensies. Met MultiMove voldoe je aan de eisen voor het domein Vitaal burgerschap. Een klein gedeelte van dit domein wordt niet door MultiMove behandeld.

Loopbaan Politiek-juridische domein

Loopbaan en burgerschap

Economische domein Sociaal-maatschappelijke domein

Het “vak” Burgerschap

Domein vitaal burgerschap, klein gedeelte

Domein vitaal burgerschap, grootste gedeelte

MultiMove

MultiMove is dus een verplicht onderdeel van je opleiding. Er zijn een paar regels om er voldoende voor te scoren. De eisen waar je voor MultiMove aan moet voldoen zijn: a. Je moet testjeleefstijl.nl hebben afgewerkt. b. Je moet een minimum aantal sportpunten scoren. b. Je kiest zelf waar je de sportpunten mee scoort. c. Bij het kiezen zijn er verplichtingen, zoals een voldoende aantal en in alle perioden iets. d. Naast keuzes zijn er ook verplichte lessen en activiteiten. e. Als je sportpunten mist door verzuim dan moet je die inhalen. Op de website www.multi-move.nl vind je het complete reglement. Je krijgt het ook op papier uitgereikt aan het begin van je opleiding.

1.5. Nederlands, rekenen en moderne vreemde talen Naast de kerntaken van je toekomstige beroep en de kerntaken Leren, loopbaan en burgerschap, gelden er in je MBO-opleiding ook eisen met betrekking tot Nederlands en rekenen en een ‘moderne vreemde taal’ (MVT). Voor Nederlands en rekenen gelden er vanaf de start van je opleiding eisen die zijn geformuleerd door de commissie Meijerink: voor jouw MBO- niveau 4 opleiding is dat 3F.


16

Bij Nederlands gaat het om de onderdelen: mondelinge taalvaardigheid (uitgesplitst in spreken en luisteren), lezen, schrijven en begrippen/taalverzorging. Bij rekenen gaat het om de onderdelen getallen, verhoudingen, meten en meetkunde en verbanden. Voor de MVT gaan we uit van de Europese richtlijnen: het niveau uit het Common European Framework (CEF), dat past bij jouw opleiding. Dit betreft de onderdelen lezen, luisteren, schrijven, gesprekken voeren en spreken. Sommige onderdelen van Nederlands, rekenen en MVT zul je aangeboden krijgen als onderdeel van een beroepsgerichte kerntaak, andere worden in aparte lessen behandeld.


17

2.

Het onderwijsprogramma

2.1. Hoe is je onderwijsprogramma opgebouwd? Je kunt in het onderwijsmodel dat jou wordt voorgeschoteld een drietal leerlijnen onderscheiden. 1. Integrale leerlijn – Beroepsrelevante / integrale opdrachten 2. Ondersteunende leerlijn – Kennis, houding en vaardigheden 3. Reflectie leerlijn – Studieloopbaanbegeleiding 1. Integrale leerlijn – Beroepsrelevante opdrachten en BPV ( Beroepspraktijkvorming) Dit zijn beroepsprestaties en proeve. In de integrale leerlijn vindt de integratie theorie en beroepspraktijk plaats. Competentieleren vereist een voortdurende integratie van binnen- en buitenschools leren. Het leren wordt het meest gestimuleerd in de beroepspraktijk, het onderwijs is daarom zodanig ingericht dat het buitenschools leren maximaal wordt benut. De beroepspraktijk als ‘contextrijke leeromgeving’ vormt het uitgangspunt en vertrekpunt voor het leren. De meerwaarde voor de beroepspraktijk is dat school en praktijk complementair worden en elkaar versterken. De praktijkinstellingen krijgen beter voorbereide studenten, de school krijgt studenten die meer gemotiveerd zijn omdat het onderwijs een directe relatie heeft met de praktijk. De student krijgt opdrachten die gebaseerd zijn op beroepssituaties. De student maakt zich de beroepsvaardigheden, houdingsaspecten en kennis eigen die nodig zijn om te kunnen handelen in de beroepssituatie. 2. Ondersteunende leerlijn – Kennis, houding en vaardigheden In de ondersteunende leerlijn worden kennis, houding en vaardigheden ontwikkeld die ten dienste staan van de beroepsrelevante opdrachten en de BPV. In de ondersteunende leerlijn worden opdrachten en/of taken gegeven of worden vaardigheden getraind, bepaalde kennis geconstrueerd, enz. Er is altijd een duidelijke relatie met de integrale leerlijn. Een variëteit aan onderwijsvormen Binnen de ondersteunende leerlijn is een grote variëteit aan onderwijsvormen. Hieronder de meest voorkomende; Workshops Cursussen Training / Skills lab / Praktijkinstructie Hoorcolleges Werkcolleges Intervisie 3. Reflectie leerlijn – Studieloopbaanbegeleiding Je wordt bij aanvang van de opleiding gekoppeld aan een studieloopbaanbegeleider (SLBer). De SLB-er neemt een centrale rol in binnen het competentiegericht leren. Binnen de reflectie leerlijn worden onderwijsactiviteiten aangeboden die ervoor zorgen dat de student: - Een bewuste studie- en beroepskeuze kan maken op basis van bewust geformuleerde motivaties en ambities; - Competenties ontwikkelt en versterkt, die zowel voor zijn of haar studieloopbaan als de latere beroepsloopbaan noodzakelijk zijn: - Zijn eigen ontwikkeling benoemt en middelen en wegen gebruikt om daarbij passende leerdoelen te bereiken - Een professionele studie- en beroepshouding ontwikkelt; - Kan reflecteren op zijn of haar ontwikkeling van leer-, beroeps- en burgerschapscompetenties;


18

- Op basis van deze reflectie zijn/haar eigen leerproces kan plannen en sturen, zowel tijdens de opleiding als in de latere loopbaan; De relatie tussen de verschillende leerlijnen De ondersteunende leerlijn en de reflectie leerlijn ondersteunen de integrale leerlijn. Met andere woorden: de integrale leerlijn staat centraal in het onderwijsconcept en de andere leerlijnen worden zo veel mogelijk op maat gemaakt voor de student. Zoals eerder gesteld bestaat de integrale leerlijn uit beroepsrelevante opdrachten, die b.v. in projectvorm kunnen worden aangeboden. Naast de kerntaken van de gekozen opleiding zijn er nog andere kerntaken die je moet beheersen, namelijk die van “Leren, Loopbaan en Burgerschap” (LLB brondocument 2007). Deze kerntaken zijn voor elke student verplicht. Het gaat over het kunnen sturen van je eigen leerproces. Leren is namelijk onmisbaar voor je eigen ontwikkeling en ontplooiing. Verder moet je in staat zijn om zelf sturing te geven aan je verdere loopbaan. Je moet je eigen lot in handen kunnen nemen. En het gaat tenslotte over goed burgerschap. Daarmee wordt bijvoorbeeld bedoeld dat je je mening vormt over politieke onderwerpen, je kunt functioneren op je werk, je kritisch kunt opstellen als consument van allerlei producten en diensten, dat je sociaal vaardig wordt en dat je kunt zorgen voor je eigen gezondheid De opleiding verpleegkunde maakt gebruik van het materiaal van het Consortium. Binnen het Consortium werken ruim 80% van de ROC ’s uit het land samen. Het consortium heeft een kader en structuur ontwikkeld waarbinnen kerntaken en werkprocessen in beeld worden gebracht. Met name de competentie groei van studenten (en vereiste binnen het competentiegericht opleiden) wordt met het Consortiummateriaal voor de student en de school inzichtelijk gemaakt. De Consortium structuur vormt de basis voor de onderwijsactiviteiten en onderwijsmateriaal van de opleiding.

Het materiaal kent de volgende opbouw: De mate van complexiteit van de beroepssituatie

De mate van zelfsturing

De mate van verantwoordelijkheid

O gesloten context ▼ O open context ▼ O complexe context

O geleid ▼ O begeleid ▼ O zelfstandig

O uitvoering van eigen takenpakket ▼ O samenwerking met collega’s ▼ O de hele zorg en begeleidingscyclus ▼ O aansturing van collega’s op hetzelfde niveau


19

ONDERWIJSACTIVITEITENTABEL BOL Verpleegkunde regulier COHORT 2011- 2015 STUDIEJAAR

LEERLIJN

Reflecterende leerlijn

Integrale leerlijn

Gemiddeld aantal lesuren per week BP: An/fy/path: WABO: POP: SLB: ZWAP: Burg: BPV:

ONDERDEEL Cursus Nederlands Cursus Engels Cursus Rekenen Cursus An/fy Cursus BP omgangskunde Cursus BP Branche Cursus BP verpleegkunde Training vaardigheden (OI) Verpleegkunde proc

1 1 1 1 2 2

2 1 1 2 1 2 2 2 2

3 0,5 0,5 1 2

4 0.25 0.25 0.25 0.5

3 2 2

1 1 1

POP/ZWAP SLB Burg Multi Move

2 2

2 1

2

1.25 2

WABO (t) BPV

2 16

2 16

2 24

2 28

36

34

39

37.5

2 2 1

2

Basiskennis en vaardigheden uit beroepsprestaties Bestaat uit onderdelen anatomie, fysiologie, pathologie, Werken aan beroepsrelevante opdrachten Persoonlijk gesprek met SLB docent om te komen tot persoonlijk ontwikkelingsplan Studie- en loopbaanbegeleiding Zelfstandig Werken aan prestaties Burgerschap Beroepspraktijkvorming = fase

Studiegids Aan het begin van het schooljaar ontvang je een studiegids met daarin opgenomen het aantal lesweken, vakanties en bijzondere activiteiten. Onverwachte veranderingen in de planning worden via de telefooncirkel of schoolmail doorgegeven. Op de portal van het ROC West-Brabant vind je altijd het actuele rooster. Aan het begin van de opleiding krijg je informatie over het gebruik van de portal, de schoolmail en de telefooncirkel. In de studiegids staan ook je rechten en plichten als student en een gedragscode voor iedere leerling.

Fasen en beroepsprestaties In het volgende schema hebben we de fasen en beroepsprestaties en BPV periodisering per niveau uitgewerkt.


20

Opleiding MBO-verpleegkundige MBO, niveau 4 4 leerjaren / 160 lesweken Intro niveau 3&4 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7

Beginnen met zorg (O) Veilig werken (O) Planmatig verplegen 1 Ondersteunen bij basisbehoeften Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties Begeleiden van een groep Hanteren van communicatieproblemen

Fase 2

2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6

Vaardig in verplegingstechniek (O) Planmatig verplegen 2 Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden Begeleiden bij verliesverwerking Omgaan met grensoverschrijdend gedrag Handelen onder druk

Fase 3

3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren

BOL

Leerjaar 1: vanaf week 10 2 dagen BPV per week op 1 BPV adres Leerjaar 2: 2 dagen per week BPV op 1 BPV adres Leerjaar 3: 3 dagen per week BPV op 2 BPV adressen. Leerjaar 4: 7 dagen BPV en 3 lesdagen per 2 weken op 1 BPV adres. De student heeft op deze 3 lesdagen, 2 aaneengesloten dagen contacturen op school en 1 dag om zelfstandig te werken.

BBL

Week 1 t/m 15 school behalve in week 6, 10 en 15 BPV en geen les. Vanaf week 16 tot het einde van de opleiding 1 lesdag per week.

Fase 1

(O) = ontwikkelingsgericht

Einde leerjaar 1: minimaal fase1 behaald

(O) = ontwikkelingsgericht

Invulling vrij ruimte We willen het onderwijs zo aantrekkelijk mogelijk maken en de praktijk in huis halen. Daarom maken we graag gebruik van gastdocenten en groepen gaan op excursie bijv. naar het anatomisch museum, naar een werkplaats voor licht verstandelijk gehandicapten of naar het MuZIEum in Nijmegen. Tevens kan er een gastles of een themadag gepland worden rondom een actueel onderwerp t.a.v. het beroep. Er bestaat de mogelijkheid om op school het EHBO-diploma te behalen en iedere twee jaar te verlengen.


21

2.1.1. BOL voltijd - regulier

De duur van de opleiding is vier jaar en onderverdeeld in 3 fasen. Het wettelijk minimum aantal begeleide onderwijstijd per leerjaar is 850 uur. Totaal is het aantal SBU 1600 uur per leerjaar wat overeenkomt met 6400 SBU over de totale opleiding BOL verpleegkunde regulier. Het aantal beroepspraktijkdagen (BPV) loopt op van 2 dagen per week, in leerjaar 1, naar gemiddeld 7 BPV dagen per 2 weken voor leerjaar 4.

Voorbeeld weekrooster periode 2 Maandag

Dinsdag

1+2

BPV

BPV

3+4

BPV

BPV

6+7

BPV

BPV

WABO

8+9

BPV

BPV

Th VT


Woensdag

Donderdag Cursus/ training

Cursus/ training

Ned Eng

Vrijdag SLB POP/ZWAP Cursus/ training

POP/ZWAP

22

Onderwijsprogrammering 93510: MBO Verpleegkundige BOL voltijd (regulier traject), niveau 4 leerperiode:

1

leerjaar 1 2 3

4 totaal

1

leerjaar 2 2 3

4 totaal

1

leerjaar 3 2 3

4 totaal

1

leerjaar 4 2 3

4 totaal

7 0 7

9 0 9

9 0 9

9 0 9

Onderwijsactiviteiten begeleide uren per groep begeleide uren individueel 1 begeleide lesuren per week

20 0 20

18 0 18

18 0 18

18 0 18

17 0 17

17 0 17

17 0 17

19 0 19

9

9

9

9

36 4

9

9

9

9

3 begeleide lesuren per leerfase

181

163

163

163

669

153

153

153

begeleide klokuren correctie buitenschoolse activiteiten 4 begeleide klokuren per leerfase

151 -20 131

136 -20 116

136 -20 116

136 -20 116

557 -80 477

128 0 128

128 0 128

5 klokuren overige onderwijsactiviteiten

34

20

20

20

94

0

klokuren toetsing per groep klokuren toetsing individueel 6 examinering en toetsing per leerfase

0 0 0

0 0 0

0 0 0

2 1 3

2 1 3

7 klokuren onderwijstijd (excl. BPV)

165

136

136

139

0

160

160

165

296

10 klokuren zelfstudie

136

11 Totaal aantal SBU

301

2 lesweken per periode (excl. flexwkn) aantal flexweken

8 klokuren BPV 9 Klokuren begeleide onderwijstijd

Totaal aantal klokuren BPV in de opleiding Totaal aantal SBU in de opleiding


18 0 18

18 0 18

18 0 18

18 0 18

36 4

9

9

9

9

36 4

9

9

9

6

33 4

171

631

162

162

162

162

649

63

81

81

54

280

128 0 128

143 0 143

526 0 526

135 0 135

135 0 135

135 0 135

135 0 135

541 0 541

53 0 53

68 0 68

68 0 68

45 0 45

234 0 234

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

2 1 3

2 1 3

0 0 0

0 0 0

0 0 0

2 1 3

2 1 3

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

574

128

128

128

146

529

135

135

135

138

544

53

68

68

45

234

160

480

160

160

160

160

640

240

240

240

240

960

280

280

280

196

1036

296

299

1054

288

288

288

306

1169

375

375

375

378

1504

333

348

348

241

1270

136

136

138

546

108

108

108

108

432

24

24

24

24

96

82

82

83

83

330

432

432

437

1600

396

396

396

414

1601

399

399

399

402

1600

415

430

431

324

1600

3116 6401

Wettelijke verhouding BPV/SBU voor voltijd-opleidingen: Werkelijke verhouding BPV/SBU voor deze opleiding: WSF van toepassing?

tussen 20% en 60% 49% JA

23

2.1.2. BOL voltijd - versneld De duur van de opleiding is 2 jaar en onderverdeeld in 2 fasen. Het wettelijk minimum aantal begeleide onderwijstijd per leerjaar is 300 uur. Totaal is het aantal SBU 1600 uur per leerjaar wat overeenkomt met 3200 SBU over de totale opleiding BOL verpleegkunde regulier. Het aantal beroepspraktijkdagen (BPV) loopt op van 3 dagen per week, in leerjaar 3, naar gemiddeld 7 BPV dagen per 2 weken voor leerjaar 4. Voorbeeld weekrooster periode 2 Maandag

Dinsdag

Woensdag

1+2

BPV

BPV

BPV

3+4

BPV

BPV

BPV

6+7

BPV

BPV

BPV

8+9

BPV

BPV


BPV

Donderdag Th VT Cursus/

Vrijdag SLB Eng

training

Ned POP/ZWAP

Cursus/ training

WABO

24


25

2.1.3. BBL - regulier De duur van de opleiding is 4 jaar en onderverdeeld in 3 fasen. Het wettelijk minimum aantal begeleide onderwijstijd per leerjaar is 300 uur. Totaal is het aantal SBU 1300 uur per leerjaar wat overeenkomt met 5200 SBU over de totale opleiding BBL verpleegkunde regulier. Het aantal lesdagen is gemiddeld 2 lesdagen per 2 weken. Het eerste leerjaar start met een binnenschoolse periode van 12 weken. Voorbeeld weekrooster periode 3 Maandag

Dinsdag

Woensdag

Donderdag

Vrijdag

1+2

BPV

BPV

BPV

Th VT

SLB

3+4

BPV

BPV

BPV

6+7

BPV

BPV

BPV

8+9

BPV

BPV


BPV

Cursus/

Eng

training

Ned POP/ZWAP

Cursus/ training

WABO

26

Onderwijsprogrammering 93510: MBO Verpleegkundige BBL deeltijd (regulier traject), niveau 4 leerjaar 1 2 3

4 totaal

1

leerjaar 2 2 3

4 totaal

1

leerjaar 3 2 3

4 totaal

1

leerjaar 4 2 3

4 totaal

18 0 18

8 0 8

8 0 8

8 0 8

8 0 8

0 0 0

0 0 0

0 0 0

8 0 8

8 0 8

8 0 8

8 0 8

8 0 8

8 0 8

8 0 8

8 0 8

9

9

9

9

36 4

9

9

9

9

36 4

9

9

9

9

36 4

9

9

9

6

33 4


162

72

72

72

379

68

0

0

0

69

72

72

72

72

289

68

68

68

45

248


135 0 135

60 0 60

60 0 60

60 0 60

316 0 316

57 0 57

0 0 0

0 0 0

0 0 0

57 0 57

60 0 60

60 0 60

60 0 60

60 0 60

241 0 241

56 0 56

57 0 57

57 0 57

38 0 38

207 0 207


0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0


0 0 0

0 0 0

0 0 0

2 1 3

2 1 3

0 0 0

0 0 0

0 0 0

2 1 3

2 1 3

0 0 0

0 0 0

0 0 0

2 1 3

2 1 3

0 0 0

0 0 0

0 0 0

2 1 3

2 1 3


135

60

60

63

319

57

0

0

3

60

60

60

60

63

244

56

57

57

41

210

0

240

240

240

720

240

240

240

240

960

240

240

240

240

960

240

240

240

168

888

135

300

300

303

1039

297

240

240

243

1020

300

300

300

303

1204

296

297

297

209

1098


65

65

65

66

261

70

70

70

70

280

24

24

24

24

96

50

50

50

52

202


200

365

365

369

1300

367

310

310

313

1300

324

324

324

327

1300

346

347

347

261

1300

leerperiode:

1

Onderwijsactiviteiten begeleide uren per groep begeleide uren individueel 1 begeleide lesuren per week 2 lesweken per periode (excl. flexwkn) aantal flexweken

8 klokuren BPV 9 Klokuren begeleide onderwijstijd



3528 5201

Wettelijke verhouding BPV/SBU voor deeltijd-opleidingen: Werkelijke verhouding BPV/SBU voor deze opleiding: WSF van toepassing?

minimaal 60% 68% NEE

27

2.1.4. BBL - versneld De duur van de opleiding is 2 jaar en onderverdeeld in 2 fasen. Het wettelijk minimum aantal begeleide onderwijstijd per leerjaar is 300 uur. Totaal is het aantal SBU 1300 uur per leerjaar wat overeenkomt met 2600 SBU over de totale opleiding BBL verpleegkunde regulier. Het aantal lesdagen is gemiddeld 2 lesdagen per 2 weken. Voorbeeld weekrooster periode 2 week 1 Maandag

Dinsdag

Woensdag

Donderdag

Vrijdag

1+2

BPV

BPV

BPV

Th VT

SLB

3+4

BPV

BPV

BPV

6+7

BPV

BPV

BPV

Ned

8+9

BPV

BPV

BPV

POP/ZWAP

WABO

Cursus/

Eng

training

Cursus/ training

Voorbeeld weekrooster periode 2 week 2 Maandag

Dinsdag

Woensdag

Donderdag

Vrijdag

1+2

BPV

BPV

BPV

BPV

BPV

3+4

BPV

BPV

BPV

BPV

BPV

6+7

BPV

BPV

BPV

BPV

BPV

8+9

BPV

BPV

BPV

BPV

BPV


28

Onderwijsprogrammering 93510: MBO Verpleegkundige BBL deeltijd (versneld traject), niveau 4 leerperiode:

leerjaar 1: niet van toepassing 1 2 3 4 totaal

leerjaar 2: niet van toepassing 1 2 3 4 totaal

1

leerjaar 3 2 3

4 totaal

1

leerjaar 4 2 3

4 totaal

8 0 8

8 0 8

8 0 8

8 0 8

8 0 8

8 0 8

8 0 8

8 0 8

Onderwijsactiviteiten begeleide uren per groep begeleide uren individueel 1 begeleide lesuren per week

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

2 lesweken per periode (excl. flexwkn) aantal flexweken

0

0

0

0

0 0

0

0

0

0

0 0

9

9

9

9

36 4

9

9

9

6

33 4


0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

72

72

72

72

289

68

68

68

45

249


0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

60 0 60

60 0 60

60 0 60

60 0 60

241 0 241

57 0 57

57 0 57

57 0 57

38 0 38

207 0 207


0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0


0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

0 0 0

2 1 3

2 1 3

0 0 0

0 0 0

0 0 0

2 1 3

2 1 3


0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

60

60

60

63

244

57

57

57

41

210

8 klokuren BPV

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

240

240

240

240

960

240

240

240

168

888

9 Klokuren begeleide onderwijstijd

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

300

300

300

303

1204

297

297

297

209

1098


0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

24

24

24

24

96

50

50

50

50

200


0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

324

324

324

327

1300

347

347

347

259

1298



1848 2598

Wettelijke verhouding BPV/SBU voor deeltijd-opleidingen: Werkelijke verhouding BPV/SBU voor deze opleiding: WSF van toepassing?

minimaal 60% 71% NEE

29

3. Beroepspraktijkvorming De afkorting BPV staat voor BeroepsPraktijkVorming. Dit is wat we vroeger de stage noemden. We vinden het belangrijk dat je in verschillende werkvelden met verschillende zorgvragers ervaring kunt opdoen. De hele opleiding werk je ook in de praktijk. De praktijk heeft een belangrijke plaats in de opleiding. In de praktijk voer je opdrachten uit en laat je zien dat je de kennis en vaardigheden kunt toepassen. In de praktijk word je beoordeeld op wat je in je gedrag laat zien (prestatie-indicatoren). Je BPV-plaats is een plaats in één van de werkvelden die al eerder zijn genoemd (zie hoofdstuk 1.1). In je BPV word je begeleid door je werkbegeleider/praktijkopleider. Dit gebeurt volgens de afspraken die gemaakt zijn/worden met de betreffende BPV-plaats.

De organisatie van de BPV De verantwoordelijkheid De deelnemer van de school en de BPV-instelling zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het goede verloop van de beroepspraktijkvorming. De eindverantwoording berust bij de school. De begeleiding Competentieleren vereist een voortdurende integratie van binnen- en buitenschools leren. Het leren wordt het meest gestimuleerd in de beroepspraktijk, het onderwijs is daarom zodanig ingericht dat het buitenschools leren maximaal wordt benut. De beroepspraktijk als ‘contextrijke leeromgeving’ vormt het uitgangspunt en vertrekpunt voor het leren. De meerwaarde voor de beroepspraktijk is dat school en praktijk complementair worden en elkaar versterken. De praktijkinstellingen krijgen beter voorbereide deelnemers, de school krijgt deelnemers die meer gemotiveerd zijn omdat het onderwijs een directe relatie heeft met de praktijk. Opdrachten die op school worden gegeven lopen vloeiend door in de beroepspraktijk, andersom reflecteert de school direct op de ervaringen in de beroepspraktijk. Omdat school en praktijkinstelling hand in hand werken, profiteert de deelnemer optimaal van de geboden leersituatie. Uiteindelijk levert deze kwaliteitswinst op voor zowel de instellingen, de school, de deelnemer als voor de zorgvrager. Voor de beroepspraktijkvorming wordt een praktijkovereenkomst afgesloten, ondertekend door de deelnemer, de praktijkbiedende organisatie en de onderwijsinstelling. In de praktijkovereenkomst wordt vastgelegd: • de rechtspositie van de deelnemer; • de duur en de omvang van de beroepspraktijkvorming; • de inhoud van de beroepspraktijkvorming; • door welke persoon de begeleiding wordt verzorgd vanuit de praktijkbiedende organisatie; • de begeleider vanuit de onderwijsinstelling; • de wijze van beoordeling (met in achtneming van de in deze Onderwijs- en Examenregeling opgenomen regels); • de gedragsregels voor de deelnemer; • de vergoeding voor de deelnemer; • de handelwijze bij problemen en conflicten.

93510: KW-93510-BOL-reg- Verpleegkundige

30

Deze afspraken zijn verder uitgewerkt in de praktijkovereenkomst.

De praktijkovereenkomst Bij aanvang van de opleiding wordt er een praktijkovereenkomst (POK) met jou afgesloten. Deze overeenkomst is een belangrijk document waarin je tekent voor de rechten en de plichten die je hebt als deelnemer van het ROC West-Brabant. Op de website van het ROC is een uitgebreide toelichting te vinden behorend bij de praktijkovereenkomst. In deze overeenkomst zijn artikelen opgenomen m.b.t. studievoortgang die belangrijk zijn om te weten. Als je BPV (stage gaat lopen) dient er een praktijkovereenkomst te worden afgesloten. Voor de praktijkovereenkomst: zie http://www.kellebeek.nl/student.aspx De functie van de praktijkovereenkomst In de beroepspraktijkovereenkomst leggen de partijen voor het begin van de beroepspraktijkvorming tenminste vast: • in welke periode de beroepspraktijkvorming plaatsvindt; • wie de deelnemer begeleidt vanuit de school (projectbegeleider); • wie de deelnemer begeleidt vanuit de stageverlenende instelling (praktijkopleider). De beroepspraktijkovereenkomst komt op initiatief van de school tot stand. Elementen van de praktijkovereenkomst 1. De deelnemer blijft tijdens de stage deelnemer van de school en is geen werknemer bij de stageverlenende instelling. De deelnemer functioneert zoveel mogelijk als werknemer met de daarbij behorende verplichtingen. 2. De school draagt er zorg voor dat de deelnemer gedurende de beroepspraktijkvorming en de BPV docent gedurende het bezoek aan de stageverlenende instelling, c.q. de plaats waar de stage wordt gelopen, zijn verzekerd tegen het risico van wettelijke aansprakelijkheid en ongevallen. 3. School, deelnemer en stageverlenende instelling zullen vertrouwelijke gegevens die hun wederzijds ter kennis komen, vertrouwelijk behandelen. 4. De deelnemer houdt zich aan de eventueel in de stageverlenende instelling geldende gedragsregels en voorschriften die hem daartoe worden bekend gemaakt (bijvoorbeeld op het gebied van orde, veiligheid, gezondheid, geheimhouding, beroepsethiek). 5. De deelnemer en de stageverlenende instelling regelen in onderling overleg waar, hoe en wanneer welke activiteiten worden uitgevoerd

6. Tijdens de beroepspraktijkvorming vinden er regelmatig begeleidingsgesprekken plaats tussen de deelnemer en de stagebegeleiding. De deelnemer neemt hiervoor het initiatief. 7. De beoordeling van de deelnemer vindt plaats overeenkomstig de procedure die beschreven is in de onderwijseenheid van school. De deelnemer is hiervan voor het begin van de stage op de hoogte gebracht. 8. Wijzigende en/of aanvullende bepalingen dienen aan alle partijen bekend gemaakt te worden. 9. Stageverlenende instelling, school en deelnemer zullen in geval van problemen met elkaar in overleg treden. 10. Bij ziekte of andere redenen van afwezigheid dient de deelnemer dit aan alle betrokkenen te melden. 11. Als een deelnemer fraudeert met het vervalsen van handtekeningen dan wordt de stage acuut afgebroken. De consequentie is dat deze stage overgedaan moet 93510: KW-93510-BOL-reg- Verpleegkundige

31

worden. 12. Deze overeenkomst eindigt: a. bij het einde van de stageperiode; b. bij onderling goedvinden van alle partijen; c. na schriftelijke aanzegging van één der partijen onder vermelding van de redenen; d. bij het frauderen met het vervalsen van handtekeningen.

3.1. Plaats en organisatie van de BPV 3.1.1. BOL voltijd - regulier Voor BOL studenten zoekt het RBB Bureau een BPV plaats. Het RBB regelt de werving, toewijzing en planning van de beroepspraktijkvorming (BPV). Tijdens de binnensschoolse periode wordt je voorbereid om naar je stage te kunnen gaan. Je wordt goed voorgelicht over het doel van de BPV, wat verwacht wordt aan taken en rapportages, de begeleiding door het leerbedrijf en de voortgangsbewaking vanuit de opleiding. Voor aanvang van je stage krijg je een POK(praktijkovereenkomst). Hierin staan de afspraken tussen jou, je leerbedrijf en school. Link: http://www.kellebeek.nl/student.aspx klik op student en dan zie je de artikelen. Het wel of niet ontvangen van de stagevergoeding is afhankelijk van het cao van je instelling. Als school hebben we hier geen invloed op. Als je op een BPV–dag ziek bent of om een andere belangrijke reden plotseling verhinderd bent, informeer je zo spoedig mogelijk het BPV–adres en de administratie van de school. Wanneer de BPV voortijdig beëindigd wordt, onderzoekt de studieloopbaanbegeleider wat de oorzaak is op basis van de voortgangsrapportages van school en van de BPV. De studieloopbaanbegeleider gaat in overleg met de WABO docent over het vervolgtraject. Bij houdingsproblemen volgt een contract. Er zijn nu 3 mogelijkheden: • de leerling krijgt een nieuwe BPV plaats(maximaal 1 keer bij houdingsproblemen) • de leerling krijgt een nieuwe BPV plaats als de oorzaak ligt bij school of BPV. • Tijdelijk geen BPV plaats door persoonlijke omstandigheden van de deelnemer. Deze afspraken worden vastgelegd in de voortgangsrapportage

3.1.2. BOL voltijd - versneld

Voor BOL studenten zoekt het RBB Bureau een BPV plaats. Het RBB regelt de werving, toewijzing en planning van de beroepspraktijkvorming (BPV). Tijdens de binnensschoolse periode wordt je voorbereid om naar je stage te kunnen gaan. Je wordt goed voorgelicht over het doel van de BPV, wat verwacht wordt aan taken en rapportages, de begeleiding door het leerbedrijf en de voortgangsbewaking vanuit de opleiding. Voor aanvang van je stage krijg je een POK(praktijkovereenkomst). Hierin staan de afspraken tussen jou, je leerbedrijf en school. Link: http://www.kellebeek.nl/student.aspx klik op student en dan zie je de artikelen. Het wel of niet ontvangen van de stagevergoeding is afhankelijk van het cao van je instelling. Als school hebben we hier geen invloed op.


32

Als je op een BPV–dag ziek bent of om een andere belangrijke reden plotseling verhinderd bent, informeer je zo spoedig mogelijk het BPV–adres en de administratie van de school. Wanneer de BPV voortijdig beëindigd wordt, onderzoekt de studieloopbaanbegeleider wat de oorzaak is op basis van de voortgangsrapportages van school en van de BPV. De studieloopbaanbegeleider gaat in overleg met de WABO docent over het vervolgtraject. Bij houdingsproblemen volgt een contract. Er zijn nu 3 mogelijkheden: • de leerling krijgt een nieuwe BPV plaats(maximaal 1 keer bij houdingsproblemen) • de leerling krijgt een nieuwe BPV plaats als de oorzaak ligt bij school of BPV. • Tijdelijk geen BPV plaats door persoonlijke omstandigheden van de deelnemer. Deze afspraken worden vastgelegd in de voortgangsrapportage

3.1.3. BBL – regulier en versneld BBL leerlingen werken bij een instelling en hun BPV bestaat dus uit het werk in de organisatie waarmee ze een contract hebben. Het minimum aantal uren/dagen dat je in de BPV werkt staat per opleiding vast. In de BPV word je begeleid door je werkbegeleider en/of praktijkbegeleider. Aan het begin van je BPV sluit je met de instelling een contract (Praktijkovereenkomst). Daarin staan je rechten en plichten als leerling. Daarin staat ook dat de instelling je een goede leeromgeving zal bieden. Op de website van het Kellebeek College is de praktijkovereenkomst (POK) te vinden Voor de praktijkovereenkomst: zie http://www.kellebeek.nl/student.aspx


33

4.

Examens

4.1. Beoordelen om te kijken waar je staat. Studieadviesregeling Gedurende je opleiding krijg je minimaal twee keer per schooljaar een studieadvies. Dit studieadvies komt tot stand door te bepalen of jouw studieresultaten voldoende zijn, of je voldoende aanwezig bent geweest en of jouw studiehouding positief is. Deze punten worden besproken voor zowel jouw prestaties op school als in de beroepspraktijk (indien van toepassing). Bij voldoende studieresultaten, voldoende aanwezigheid en positieve studiehouding wordt een groen studieadvies gegeven. Als er op één of meer van bovengenoemde zaken (studieresultaten, aanwezigheid en studiehouding) onvoldoende vertrouwen is (ontstaan) dat je de opleiding met een positief resultaat kunt afronden, krijg je een oranje of rood studieadvies. Groen betekent dat je het goed doet! Je studieresultaten zijn voldoende of goed, je bent voldoende aanwezig geweest op school, en je laat zien dat je in staat bent om de opleiding met succes te gaan afronden. Oranje betekent een negatief studieadvies en dat je onvoldoende studieresultaten hebt behaald, onvoldoende aanwezig bent geweest of dat je een negatieve studiehouding laat zien. Dit betekent dat er vanuit school en/of beroepspraktijk grote twijfels zijn of je de opleiding met succes kunt gaan afronden. Rood betekent een bindend studieadvies. Dit betekent dat je al eerder een oranje studieadvies hebt gehad en dat er op basis van onvoldoende studieresultaten, onvoldoende aanwezigheid en/of negatieve studiehouding op school/BPV duidelijk is dat je de opleiding niet met succes kunt afronden. Studieadviezen worden altijd goed onderbouwd door school (en indien van toepassing in samenwerking met de beroepspraktijkinstelling). Als er sprake is van oranje of rood studieadvies bespreekt de studieloopbaanbegeleider dit altijd persoonlijk met jou (en evt. je ouders). Voor dit gesprek krijg je een schriftelijke uitnodiging met daarin aangegeven om welk studieadvies het gaat met een duidelijke onderbouwing. Het gegeven studieadvies en de afspraken die met jou in dit gesprek worden gemaakt worden altijd schriftelijk vastgelegd. Dit verslag wordt ondertekend door jou en school en jij ontvangt hiervan een kopie. Bij een negatief oranje studieadvies kun je aangeven dat je de opleiding toch wil blijven volgen. Dan krijg je de kans om jezelf op de onvoldoende punten, die vastgelegd zijn in het negatief oranje studieadvies, binnen een vastgestelde termijn te verbeteren. Voldoe je hieraan niet (binnen de gestelde termijn) dan kan het negatief studieadvies omgezet worden in een bindend (rood) studieadvies. Een bindend rood studieadvies komt dus nooit uit de lucht vallen: er moet minstens één oranje studieadvies aan vooraf zijn gegaan. Bij een rood bindend studieadvies is er nog een tweede medewerker vanuit school bij het gesprek aanwezig. Na dit gesprek krijg je binnen één werkweek een bevestiging dat je een bindend studieadvies hebt gekregen.


34

Een bindend studieadvies betekent dat je de opleiding niet verder kunt voortzetten en dat de onderwijsovereenkomst wordt verbroken. Het Kellebeek College biedt altijd aan om jou te ondersteunen/begeleiden zodat je een juiste vervolgkeuze kunt maken.

De relatie tussen studieadvies en aanwezigheid Jij als student en wij als school moeten ons houden aan wettelijke regelingen, zoals die van de leerplicht, kwalificatieplicht en studiefinanciering. In de onderwijsovereenkomst (OOK) die je bij de start van je opleiding met het Kellebeek College bent aangegaan is ook een aanwezigheidsverplichting opgenomen (artikel 13). Jouw aanwezigheid bij alle onderwijsactiviteiten is verplicht!! Wij zijn verplicht jouw afwezigheid door te geven aan een leerplichtambtenaar en/of aan de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO).

Je kunt je rechten en plichten verder nalezen in de onderwijsovereenkomst, die je op de website kunt vinden: www.kellebeek.nl/student

Bij de beoordeling en de begeleiding van de leerlingen maken we gebruik van portfolio’s. Een portfolio is een verzameling bewijsstukken. We kennen twee soorten portfolio’s: een ontwikkelingsportfolio en een beoordelingsportfolio. 1. Ontwikkelingsportfolio: Het ontwikkelingsportfolio heeft een centrale plaats in het leerproces. Het doel van het ontwikkelingsportfolio is het volgen en bevorderen van je leerproces. De voortgang maak je zichtbaar door de bewijzen in je ontwikkelingsportfolio. De voortgang in je ontwikkelingsportfolio bepaalt of en wanneer je deelneemt aan examens. 2. Beoordelingsportfolio Het doel van het beoordelingsportfolio is het verzamelen van bewijsmateriaal waarin duidelijk wordt dat je de werkprocessen en competenties beheerst. De inhoud van het beoordelingsportfolio is van groot belang voor het behalen van je diploma. Je bent zelf verantwoordelijk voor je beoordelingsportfolio. In dit hoofdstuk lees je meer over het beoordelingsportfolio.

4.2. Beoordelen voor je diploma. Welke examens moet je doen om een diploma te halen? Onze examens heten proeve, reflectieverslag van de fase en assessmentgesprek. Deze worden afgenomen aan het einde van iedere fase en verzameld in je beoordelingsportfolio. Om je diploma te halen moet je alle fases hebben behaald. Ieder assessmentgesprek moet je met voldoende afsluiten. 93510: KW-93510-BOL-reg- Verpleegkundige

35

Je kunt een assessmentgesprek hebben als je beoordelingsportfolio met voldoende is beoordeeld. De beoordeling is altijd individueel. De school is eindverantwoordelijk voor de beoordeling. Beoordelingsportfolio Het doel van het beoordelingsportfolio is het verzamelen van bewijsmateriaal waarin duidelijk wordt dat je de werkprocessen en competenties beheerst. De inhoud van het beoordelingsportfolio is bepalend voor je studievoortgang . In het beoordelingsportfolio worden verplicht opgenomen: A) GO / NO GO formulier proeve; dit is een checklist met alle opdrachten die je moet hebben gedaan voordat je aan de proeve mag starten. Verder worden na de uitvoering van de proeve de volgende documenten in het beoordelingsportfolio opgenomen: B) De beoordelingslijst van de proeve per fase C) De samenvatting van het evaluatiegesprek van de proeve. D) Het reflectieverslag betreffende elke fase volgens de STARRT methode E) Bewijsstukken van de Proeve. Om deel te kunnen nemen aan het assessmentgesprek, moet het volgende document aanwezig zijn in het beoordelingsportfolio: F) GO / NO GO formulier assessmentgesprek, waarin opgenomen: 1) Evaluatieverslag proeve 2) Ingevulde beoordelingslijst proeve 3) Voldoende beoordeeld reflectieverslag 4) Voldoende beoordeelde presentielijsten BPV ( BOL ) + school ( BOL + BBL ) 5) Voldoende beoordeelde bewijzen van de LLB kerntaken 6) Voldoende beoordeelde bewijzen van het taalportfolio ( Nederlands en Engels) 7) Voldoende beoordeelde bewijzen van het rekenportfolio 8) De contracten examenbureau ( indien van toepassing) 9) Voldoende beoordeelde integrale kennistoets Na het assessmentgesprek voeg je toe in het beoordelingsportfolio: G) Het bewijsstuk assessmentgesprek A. Het beoordelen met proeve Beoordeling vindt plaats op de werkplek, in de beroepspraktijk. Kenmerken van competentiegericht leren is dat leren plaatsvindt in de echte praktijk. Dit geldt ook voor het beoordelen van werkprocessen en competenties. De beoordeling van de fase vindt plaats met behulp van een proeve. Een proeve is een beoordelingsvorm waarbij je in een afgebakende periode in de BPV de afgesproken werkprocessen en competenties moet voorbereiden, uitvoeren en evalueren. Je wordt daarop beoordeeld. De proeve is gebaseerd op jouw eindgedrag van de betreffende fase. Dit eindgedrag wordt stapsgewijs voorbereid in de bijbehorende beroepsprestaties. De beoordelaars in de BPV scoren de werkprocessen met competenties en stellen vast of je het vereiste zichtbaar gedrag , de prestaties, hebt laten zien. De beoordeling vindt plaats aan de hand van de beoordelingslijst Proeve. Op deze lijst kun je scoren op normscore en ontwikkelingsscore. De normscore is van belang voor het beoordelingsportfolio. De ontwikkelingsscore is van belang voor je ontwikkelingsportfolio. 93510: KW-93510-BOL-reg- Verpleegkundige

36

Een normscore wil zeggen dat je bij de beoordeling aan de vereiste normen moet voldoen. Een ontwikkelscore wil zeggen dat je bij de beoordeling laat zien dat je in ontwikkeling bent. Je hoeft nog niet aan de vereiste norm te voldoen. B. Na de Proeve heb je een evaluatiegesprek met de beoordelaar(s). Van dit gesprek maak je een samenvatting . C. Het beoordelen van het reflectieverslag Bij iedere proeve van een fase hoort een reflectieverslag volgens de STARRT-methode De SLB docent beoordeelt dit. D. Bewijsstukken van de proeve. Bij de proeve horen bewijsstukken. Een bewijs kan op meerdere manieren worden geleverd: schriftelijk, mondeling, of in de praktijk. Per proeve wordt er aangegeven welke van de bewijsstukken schriftelijk moeten worden aangeleverd voor het assessmentgesprek. Bij aanvang van een fase ontvang je een overzicht welk bewijs, waar en op welke manier moet worden aangetoond. E. De presentielijsten BPV en school. Voor alle onderwijsprogramma’s geldt een aanwezigheidsplicht van 80 % van je onderwijsaanbod. Je hebt de plicht van het onderwijsaanbod gebruik te maken om aan de proeve te mogen beginnen. De school registreert je absentie. Je SLB’er bespreekt in geval van ( te grote) afwezigheid de consequenties voor je studievoortgang. Als je het minimaal aantal presentie-uren niet haalt, kun je de proeve niet uitvoeren en zal op een later tijdstip moeten plaatsvinden. Voor de BPV is een minimaal aantal uren verplicht (80% van het aantal uren wat met jou is afgesproken bij aanvang van de betreffende BPV. Dit is schriftelijk vastgelegd.) Je houdt zelf een aanwezigheidslijst bij die door de werkbegeleider/praktijkopleider ondertekend moet worden. Als je het minimaal aantal BPV-uren niet haalt, kun je de proeve niet uitvoeren en zal op een later tijdstip moeten plaatsvinden. Bij de BBL –leerlingen wordt dit door de BPV bewaakt. Je voldoende aanwezigheid/presentie wordt afgetekend in de aftekenlijst ontwikkelingsportfolio. F. LLB kerntaken LLB = leren, loopbaan en burgerschap. In iedere MBO- opleiding dien je te voldoen aan de 7 LLB- kerntaken. Zie hoofdstuk 5. Gedurende je hele opleiding werk je aan deze kerntaken. Bij deze kerntaken word je door je SLB’er begeleid. De resultaten dienen aan de gestelde eisen te voldoen. Van de kernactiviteit Van Intro naar Professie vindt het assessmentgesprek tegelijkertijd plaats met het laatste assessmentgesprek van je opleiding. De beoordeling van de resultaten van je LLB-taken wordt vastgelegd op een checklist LLB. Deze checklist wordt afgetekend in de aftekenlijst ontwikkelingsportfolio. G. Taalportfolio. Gedurende je hele opleiding werk je aan je taalportfolio voor Nederlands en Engels. De resultaten dienen aan de gestelde eisen te voldoen. Je taalportfolio bevat verplichte 93510: KW-93510-BOL-reg- Verpleegkundige

37

taaltaken. De beoordeling van de resultaten van je taaltaken wordt vastgelegd op een checklist taalportfolio Nederlands en Engels. Deze checklist wordt afgetekend op de aftekenlijst ontwikkelingsportfolio. H. Contracten examenbureau, indien van toepassing. Als er tijdens je opleiding een contract wordt opgesteld, ondertekend door de WABO-en SLB docent en sterrolhouder examinering, dan wordt dit opgenomen in je beoordelingsportfolio. De inhoud van het contract is bindend. I. Het beoordelen van het assessmentgesprek. Na het uitvoeren van de Proeve en het reflectieverslag wordt je beoordelingsportfolio gecontroleerd op volledigheid, en of het aan de eisen voldoet. Dit wordt vastgelegd op het beoordelingsformulier beoordelingsportfolio. Daarna vindt er een assessmentgesprek plaats. Het is mogelijk dat er in 1 assessmentgesprek meerdere kernactiviteiten worden besproken. Eén assessmentgesprek per schooljaar. Dit gesprek vindt plaats volgens de stappen van de STARRT-methode. Twee beoordelaars van school voeren op basis van de ingeleverde bewijsstukken een assessmentgesprek. Op basis van deze bewijsstukken wordt er bij aanvang van het assessmentgesprek één of meer competenties/werkprocessen vastgesteld die uitgangspunt zijn voor het gesprek. Aan de hand van vragen verantwoord jij je handelen in de beroepspraktijk. Je vertelt hoe je kennis, vaardigheden, houding in de beroepspraktijk hebt toegepast, dus competent bent. De laatste fase van de niveau 4 opleiding worden Proeve Branchegericht en Regie voeren tegelijkertijd in het laatste assessmentgesprek besproken. De beoordelaars beoordelen het assessmentgesprek aan de hand van het beoordelingsformulier assessmentgesprek. Bij het laatste assessmentgesprek van je opleiding kan ook een vertegenwoordiger van de BPV uitgenodigd worden. In het 1e jaar van je opleiding moet je minimaal fase 1 hebben behaald. In overleg met de WABO-en SLB docent en sterrolhouder examinering en de goedkeuring van de subexamencommissie kan hiervan worden afgeweken. Dit wordt vastgelegd in een contract en toegevoegd aan het beoordelingsportfolio. De inhoud van het contract is bindend.


38

4.3

Examens in een overzicht – het examenplan

4.3.1. Examenplan BOL voltijd - regulier

EXAMENPLAN NAAM OPLEIDING

VERPLEEGKUNDE Examen + code

Assessment 11

Integraal kennisexamen

Assessment 2

Assessment 3

Ex-onderdeel + code

KD

COHORT

2010

2011-2015

NIVEAU LEERWEG INTENSITEIT

4

Soort examen

Beoordeelde kerntaken (nrs)

Beoordeelde werkprocessen (nrs)

BOL/BBL Duur

VARIANT*

CREBO

REG

93510

VT/DT Moment

Locatie uitvoering

Weging

Proeve

K11_93510BOreg_A1.1.v1

P

1,2,3

1.1; 1.2; 1.4; 1.5; 1.6; 1.7; 2.1; 2.2; 2.3; 2.4; 3.3; 3.5

Eind fase 1

BPV

100%

Verantwoordingsverslag

K11_93510BOreg_A1.2.v1

S

1

1.2; 1.5

Eind fase 1

School

100%

Assessmentgesprek

K11_93510BOreg_A1.3.v1

M

1,3

1.6; 3.5

25 min

Eind fase 1

School

100%


K11_93510BOreg_B1.1.v1

S

1,2,3

1.1; 1.2; 1.4; 1.5; 1.6; 1.7; 2.1; 2.2; 2.3; 2.4; 3.3; 3.5

100 min

Halverwege fase 2

School

100%

Beroepsprestatie 2.2

K11_93510BOreg_A2_1.v.1

P

1

1.1; 1.5

Halverwege fase 2

BPV

100%


K11_93510BOreg_A2_2.v.1

S

1,3

1.3; 3.5

Halverwege fase 2

School

100%

Assessmentgesprek

K11_93510BOreg_A2_3.v.1

M

1,2

1.3; 2.2

Halverwege fase 2

School

100%

Proeve

K11_93510BOreg_A3.1.v1

P

1,2,3

1.1; 1.3; 1.4; 1.5; 1.6; 1.7 2.1; 2.2; 2.3; 3.3; 3.5

Eind fase 2

BPV

100%


K11_93510BOreg_A3.2.v1

S

1,3

1.3; 3.5

Eind fase 2

School

100%

Assessmentgesprek

K11_93510BOreg_A3.3.v1

M

1,2

1.3; 2.2

Eind fase 2

School

100%


39

25 min



Ex-onderdeel + code

KD

COHORT


2010

2011-2015

4

Soort examen



BOL/BBL Duur

VARIANT*

CREBO

REG

93510

VT/DT Moment

Locatie uitvoering

Weging

Proeve

K11_93510BOreg_A4.1.v1

P

1,2,3

1.1; 1.5; 1.7; 1.8; 2.5; 3.1; 3.2; 3.3; 3.4

Eind fase 3

BPV

100%


K11_93510BOreg_A4.2.v1

S

3

3.5

Eind fase 3

School

100%

Assessmentgesprek

K11_93510BOreg_A4.3.v1

M

1,3

1.8; 3.4

Eind fase 3

School

100%

Assessment 4 K11_93510BOreg_A3

Examen + code

Ex-onderdeel + code Instellingsexamen

Nederlands K11_94830BOreg_Ned

Engels K11_94830BOreg_Eng

Rekenen

Soort examen

Beoordeelde vaardigheden

M

Gesprekken

Op welk niveau? 3F

25 min Hulpmiddelen

Duur

Moment

Locatie uitvoering School

Centraal examen

P

Luisteren

3F

School

Instellingsexamen

M

Spreken

3F

School

Centraal examen

S

Lezen

3F

School

Instellingsexamen

S

Schrijven

3F

School

Instellingsexamen

P

Luisteren

B1

School

Instellingsexamen

S

Lezen

B1

School

Instellingsexamen

M

Gesprekken voeren

B1

School

Instellingsexamen

M

Spreken

B1

School

Instellingsexamen

S

Schrijven

B1

School

Centraal examen

S

Getallen

3F

School

Centraal examen

S

Verhoudingen

3F

School

Centraal examen

S

Meten en meetkunde

3F

School

Centraal examen

S

Verbanden

3F

School


40

Weging

Aanvullende informatie over de examinering Keuze van examenmoment (bijv. in overleg met de praktijkopleider)

In overleg met de SLB docent en praktijkopleider

Aantal examenmomenten (1-ste, 2-de, … , mogelijkheid tot herkansen)

Herkansen van examens en examenonderdelen In het examenplan vind je alle examens en examenonderdelen. Je hebt recht om elk examen of examenonderdeel één keer te herkansen. De herkansingen vinden plaats in de eerstvolgende examenperiode of in overleg met jou en je studieloopbaanbegeleider. Als de herkansing met een onvoldoende wordt beoordeeld, is het in bijzondere gevallen mogelijk om een aanvraag voor een extra herkansing in te dienen bij de subexamencommissie. In deze aanvraag geef je met een plan van aanpak aan hoe je je gaat voorbereiden op dit examen(onderdeel). De subexamencommissie beslist op basis van jouw plan van aanpak en het advies van het onderwijsteam of je in aanmerking komt voor een extra herkansing.

Berekening van eindbeoordeling

Alle onderdelen van het assessment moeten afzonderlijk voldoende zijn aangetoond.

Voorwaardelijkheid van een examen(onderdeel) voor het afleggen van een ander examen (code van betreffend examen invullen)

Er kan pas begonnen worden met de proeve als het GO / NO GO formulier proeve volledig is voldaan en ondertekend. Examen A1.3kan pas worden afgenomen als assessment A.1.1 en A.1.2 voldoende zijn en het GO / NO GO formulier assessmentgesprek volledig is voldaan en ondertekend Assessment 2 kan pas worden afgenomen als assessment 1 is behaald. Assessment 3 kan pas worden afgenomen als assessment 2 is behaald Assessment 4 kan pas worden afgenomen als assessment 3 is behaald

Overige regelingen

Voor deelname aan de proeve van bekwaamheid is 80% aanwezigheid op de BPV en school een voorwaarde

Werken aan burgerschapscompetenties

Je werkt gedurende je gehele opleiding aan burgerschapscompetenties. Bij het Kellebeek College is er verantwoordingsdocument opgesteld, waarin je kunt lezen hoe je precies aan deze burgerschapscompetenties werkt en hoe je wordt beoordeeld.

Soort examen

S = Schriftelijk P = Praktisch M = Mondeling

NB In het examenplan worden niet de specifieke competenties vermeld; deze zijn terug te vinden in de verantwoording in de competentiegerichte examens zelf en in de competentiematrices.


41

4.3.2. Examenplan BOL voltijd en BBL - versneld



Ex-onderdeel + code

KD

COHORT


2010

2011-2013

4

Soort examen



BOL/BBL Duur

VARIANT*

CREBO

VS

93510

VT / DT Moment

Locatie uitvoering

Weging


K11_93510BOreg_A1_1.v.1

P

1

1.1; 1.5

3/4 fase 2

BPV

100%


K11_93510BOreg_A1_2.v.1

S

1,3

1.3; 3.5

3/4 fase 2

School

100%

Assessmentgesprek

K11_93510BOreg_A1_3.v.1

M

1,2

1.3; 2.2

3/4 fase 2

School

100%

Proeve

K11_93510BOreg_A2.1.v1

P

1,2,3

1.1; 1.3; 1.4; 1.5; 1.6; 1.7 2.1; 2.2; 2.3; 3.3; 3.5

Eind fase 2

BPV

100%


K11_93510BOreg_A2.2.v1

S

1,3

1.3; 3.5

Eind fase 2

School

100%

Assessmentgesprek

K11_93510BOreg_A2.3.v1

M

1,2

1.3; 2.2

Eind fase 2

School

100%

Proeve

K11_93510BOreg_A3.1.v1

P

1,2,3

1.1; 1.5; 1.7; 1.8; 2.5; 3.1; 3.2; 3.3; 3.4

Eind fase 3

BPV

100%


K11_93510BOreg_A3.2.v1

S

3

3.5

Eind fase 3

School

100%

Assessmentgesprek

K11_93510BOreg_A3.3.v1

M

1,3

1.8; 3.4

Eind fase 3

School

100%



25 min



42

25 min





Rekenen K11_94830BOreg_Rek

Ex-onderdeel + code

Soort examen

KD

COHORT

2010

2011-2013


Op welk niveau?


4

BOL/BBL

Hulpmiddelen

Duur

VT / DT Moment

VARIANT*

CREBO

VS

93510

Locatie uitvoering

Instellingsexamen

M

Gesprekken

3F

School

Centraal examen

P

Luisteren

3F

School

Instellingsexamen

M

Spreken

3F

School

Centraal examen

S

Lezen

3F

School

Instellingsexamen

S

Schrijven

3F

School

Instellingsexamen

P

Luisteren

B1

School

Instellingsexamen

S

Lezen

B1

School

Instellingsexamen

M

Gesprekken voeren

B1

School

Instellingsexamen

M

Spreken

B1

School

Instellingsexamen

S

Schrijven

B1

School

Centraal examen

S

Getallen

3F

School

Centraal examen

S

Verhoudingen

3F

School

Centraal examen

S

Meten en meetkunde

3F

School

Centraal examen

S

Verbanden

3F

School


43

Weging








Er kan pas begonnen worden met de proeve als het GO / NO GO formulier proeve volledig is voldaan en ondertekend. Examen A2.3kan pas worden afgenomen als assessment A.2.1 en A.2.2 voldoende zijn en het GO / NO GO formulier assessmentgesprek volledig is voldaan en ondertekend Assessment 3 kan pas worden afgenomen als assessment 2 is behaald

Overige regelingen




Soort examen




44

4.3.3. Examenplan BBL - regulier



Assessment 1


Assessment 2

Assessment 3

Assessment 4

Ex-onderdeel + code

KD

COHORT

NIVEAU

2010

2011-2015

4

Soort examen



LEERWEG INTENSITEIT

BOL/BBL Duur

VARIANT*

CREBO

REG

93510

VT/DT Moment

Locatie uitvoering

Weging

Proeve

K11_93510BOreg_A1.1.v1

P

1,2,3

1.1; 1.2; 1.4; 1.5; 1.6; 1.7; 2.1; 2.2; 2.3; 2.4; 3.3; 3.5

Eind fase 1

BPV

100%


K11_93510BOreg_A1.2.v1

S

1

1.2; 1.5

Eind fase 1

School

100%

Assessmentgesprek

K11_93510BOreg_A1.3.v1

M

1,3

1.6; 3.5

25 min

Eind fase 1

School

100%


K11_93510BOreg_B1.1.v1

S

1,2,3

1.1; 1.2; 1.4; 1.5; 1.6; 1.7; 2.1; 2.2; 2.3; 2.4; 3.3; 3.5

100 min

Halverwege fase 2

School

100%


K11_93510BOreg_A2_1.v.1

P

1

1.1; 1.5

Halverwege fase 2

BPV

100%


K11_93510BOreg_A2_2.v.1

S

1,3

1.3; 3.5

Halverwege fase 2

School

100%

Assessmentgesprek

K11_93510BOreg_A2_3.v.1

M

1,2

1.3; 2.2

Halverwege fase 2

School

100%

Proeve

K11_93510BOreg_A3.1.v1

P

1,2,3

1.1; 1.3; 1.4; 1.5; 1.6; 1.7 2.1; 2.2; 2.3; 3.3; 3.5

Eind fase 2

BPV

100%


K11_93510BOreg_A3.2.v1

S

1,3

1.3; 3.5

Eind fase 2

School

100%

Assessmentgesprek

K11_93510BOreg_A3.3.v1

M

1,2

1.3; 2.2

Eind fase 2

School

100%

Proeve

K11_93510BOreg_A4.1.v1

P

1,2,3

1.1; 1.5; 1.7; 1.8; 2.5; 3.1; 3.2; 3.3; 3.4

Eind fase 3

BPV

100%


K11_93510BOreg_A4.2.v1

S

3

3.5

Eind fase 3

School

100%

Assessmentgesprek

K11_93510BOreg_A4.3.v1

M

1,3

1.8; 3.4

Eind fase 3

School

100%


45

25 min

25 min





Rekenen K11_94830BOreg_Rek

Ex-onderdeel + code

Soort examen

KD

COHORT

NIVEAU

2010

2011-2015

4


Op welk niveau?

LEERWEG INTENSITEIT

BOL/BBL

Hulp-middelen

Duur

VT/DT Moment

VARIANT*

CREBO

REG

93510

Locatie uitvoering

Instellingsexamen

M

Gesprekken

3F

School

Centraal examen

P

Luisteren

3F

School

Instellingsexamen

M

Spreken

3F

School

Centraal examen

S

Lezen

3F

School

Instellingsexamen

S

Schrijven

3F

School

Instellingsexamen

P

Luisteren

B1

School

Instellingsexamen

S

Lezen

B1

School

Instellingsexamen

M

Gesprekken voeren

B1

School

Instellingsexamen

M

Spreken

B1

School

Instellingsexamen

S

Schrijven

B1

School

Centraal examen

S

Getallen

3F

School

Centraal examen

S

Verhoudingen

3F

School

Centraal examen

S

Meten en meetkunde

3F

School

Centraal examen

S

Verbanden

3F

School

Aanvullende informatie over de examinering


46

Weging








Er kan pas begonnen worden met de proeve als het GO / NO GO formulier proeve volledig is voldaan en ondertekend. Examen A1.3kan pas worden afgenomen als assessment A.1.1 en A.1.2 voldoende zijn en het GO / NO GO formulier assessmentgesprek volledig is voldaan en ondertekend Assessment 2 kan pas worden afgenomen als assessment 1 is behaald. Assessment 3 kan pas worden afgenomen als assessment 2 is behaald Assessment 4 kan pas worden afgenomen als assessment 3 is behaald

Overige regelingen




Soort examen




47

4.4

Hoe is de organisatie van de examens geregeld?

Als je een fase wilt gaan afsluiten, moet je aan de volgende zaken voldoen. De volgorde van deze lijst ligt vast. 1. Positief advies van je studieloopbaanbegeleider voor het starten met de voorbereiding van je Proeve . Dit gebeurt op basis van de afgetekende checklist van je ontwikkelingsportfolio van de betreffende fase. Dit is het GO/NO GO formulier proeve. 2. Een GO van zowel de praktijkopleider/werkbegeleider van de school voor het starten met de uitvoering van je proeve. Dit wordt vastgelegd op het beoordelingsformulier van de proeve. 3. Een GO wordt gegeven als je hebt voldaan aan de eisen die gesteld worden aan het oriënteren en plannen van de proeve ( stap 1 en 2 van de wegwijzer) 4. De beoordeling van je proeve wordt vastgelegd op het beoordelingsformulier van de proeve. Daarna maak je een evaluatieverslag van de proeve. 5. Na het behalen van je proeve, ga je verder met je verantwoordingsverslag en 6. Wordt je beoordelingsportfolio beoordeeld. Dit wordt beoordeeld met behulp van (vastgelegd op) het GO/NO GO formulier assessmentgesprek. 7. Daarna volgt het assessmentgesprek.

Na het assessmentgesprek wordt het beoordelingsformulier van je beoordelingsportfolio compleet gemaakt met het aftekenen van je behaalde assessmentgesprek. Dit wordt geregistreerd bij het examenbureau http://www.kellebeek.nl/student.aspx


48

5.

5.1

Begeleiding

Studieloopbaanbegeleiding bij het leren.

Tijdens je opleiding wordt je op school begeleid door je studieloopbaanbegeleider. Tussen jou en je studieloopbaanbegeleider vinden minimaal 3 gesprekken plaats gedurende een fase. Tijdens deze gesprekken wordt je voortgang besproken en in een verslag vastgelegd Binnen het Kellebeek College zijn er mogelijkheden voor extra begeleiding en zorg. Informatie hierover kun je vinden op de informatiesite voor studenten. http://www.kellebeek.nl/student.aspx . Ook kun je rechtreeks een mail sturen naar [email protected]


49

Opleidingswijzer. Leerweg Intensiteit Variant Studieduur WSF 1 SBU leerjaren cohort. BOL Voltijd Regulier

Recommend Documents