ONDERZOEKSVERSLAG Rapportage van de toetsing van
wo master Verzekeringskunde Universiteit van Amsterdam Croho-registratienummer: 75000 aan het NVAO Accreditatiekader De visitatie vond plaats op 12 januari 2010 en 26 januari 2010
Inhoud van het verslag Identificatie................................................................................................................................................2 Managementsamenvatting.........................................................................................................................3 Bevindingen ..............................................................................................................................................5 Overzicht van Certiked beoordelingen van de opleiding ..........................................................................5 Bijlage 1: Programma..............................................................................................................................30 Bijlage 2: Documenten ............................................................................................................................32 Bijlage 3: Domeinspecifiek referentiekader ............................................................................................33 Bijlage 4: Visitatieteam ...........................................................................................................................34 Bijlage 5: Onafhankelijkheidsverklaringen.............................................................................................36
De verantwoordelijke teamleiders: drs. R. de Lusenet, dr. M.S. Leloux namens deze,
M. Lathouwers Certiked-vbi maart 2010
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Identificatie Universiteit van Amsterdam Faculteit Economie en Bedrijfskunde Spui 21, 1012 WX Amsterdam Postbus 19268, 1000 GG Amsterdam Telefoon 020 525 40 36/020 525 61 32 E-mail
[email protected]
Voor kwaliteit verantwoordelijke bestuurder: prof.dr. E.J. Fischer, decaan van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde (vanaf 1 februari 2010; in de periode 1 januari 2010 – 1 februari 2010 was prof.dr. P.H. Boswijk, decaan) Contactpersoon met betrekking tot de kwaliteit van de opleiding: dr. M.L. Hendrikse, voorzitter management team opleiding Verzekeringskunde
Scope en doel De visitatie heeft betrekking op: • Universiteit van Amsterdam • wo master Verzekeringskunde • Master of Science in Verzekeringskunde (graad) • Deeltijd • Locatie Amsterdam Doel van het onderzoek is te beoordelen in welke mate het NVAO Beoordelingskader (februari 2003) adequaat wordt afgedekt.
Teamsamenstelling Teamleiders: drs. R. de Lusenet (eerste visitatiedag) en dr. M.S. Leloux (tweede visitatiedag) Extern deskundigen: prof.mr. Ph.H.J.G. van Huizen en prof.dr. J. Koelewijn Secretaris: drs. W.J.J.C. Vercouteren RC Studentlid: Y. de Kraa
Werkwijze De opleiding heeft een zelfevaluatie opgesteld ten aanzien van de gevisiteerde opleiding, en deze tijdig doen toekomen aan het visitatieteam. De eerste visitatiedag is uitgevoerd op 12 januari 2010, terwijl op 26 januari 2010 de tweede visitatiedag plaatsvond. Het conceptrapport is op 22 februari 2010 gezonden aan het management van de opleiding. Op 4 maart 2010 heeft de opleiding haar schriftelijke reactie gegeven, waarna het onderhavige definitieve rapport opgesteld is.
Pagina 2 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
In de aanloop naar de visitatie is er een bijeenkomst geweest tussen leden van het visitatieteam en vertegenwoordigers van de opleiding. Deze bijeenkomst had een voorlichtend en planningstechnisch karakter.
Managementsamenvatting Op 12 januari 2010 en op 26 januari 2010 heeft een visitatieteam van Certiked een locatiebezoek afgelegd bij de opleiding wo master Verzekeringskunde van de Universiteit van Amsterdam. De doelstelling van het bezoek was een toetsing uit te voeren van de kwaliteit van de opleiding, in overeenstemming met de onderwerpen en facetten van het NVAO Beoordelingskader.
Algemeen beeld De opleiding wo master Verzekeringskunde is een opleiding van de Universiteit van Amsterdam. Deze universiteit telt ongeveer 28.000 studenten, heeft ongeveer 5.000 medewerkers en een jaarlijks budget van ruim 480 miljoen euro. Het is één van de grote, algemene universiteiten in Europa. De Universiteit van Amsterdam heeft een breed academisch opleidingenaanbod. Veel van het onderzoek behoort in de ogen van de universiteit tot de top. De missie van de universiteit is een inspirerende, breed georiënteerde, internationale academische omgeving te bieden. De universiteit kenmerkt zich, naar eigen zeggen, door een kritisch, creatief en internationaal klimaat, een open sfeer en een sterke betrokkenheid bij de stad en samenleving. De Universiteit van Amsterdam heeft een structureel samenwerkingsverband met de Hogeschool van Amsterdam. De Universiteit van Amsterdam kent zeven faculteiten, zijnde de faculteiten Economie en Bedrijfskunde, Geesteswetenschappen, Geneeskunde, Maatschappij- en Gedragswetenschappen, Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica, Rechtsgeleerdheid en Tandheelkunde. De opleiding wo master Verzekeringskunde is ondergebracht in de Faculteit Economie en Bedrijfskunde. Deze faculteit is verdeeld in twee scholen, te weten de Amsterdam School of Economics en de Amsterdam Business School. Beide scholen omvatten bacheloropleidingen, masteropleidingen, executive programma’s en onderzoeksinstituten. De Amsterdam Business School verzorgt opleidingen op het gebied van onder meer finance, control, accounting, auditing, real estate, business en verzekeringskunde. In 2007 heeft de Amsterdam Business School de EQUIS-accreditatie (EQUIS is European Quality Improvement System van EMFD) verworven. De opleiding wo master Verzekeringskunde behoort tot de executive programma’s. Dat zijn opleidingen die niet-bekostigd zijn en die overwegend gevolgd worden door studenten die al een werkkring hebben en zich verder op een bepaald vakgebied wensen te bekwamen. De directe aansturing van de opleiding is in handen van het management team dat bestaat uit de programmadirecteuren en de adjunct-programmadirecteur van de afstudeervarianten. De voorzitter van het management team legt verantwoording af aan de directeur van de executive programma’s. De opleiding beschikt over een secretariaat met een junior-programmamanager en een programma-assistent. De opleiding heeft de beschikking over een Opleidingscommissie, een Examencommissie en, voor elke afstudeervariant afzonderlijk, een Raad van Advies of een Curatorium. Deze laatste geledingen zijn de vertegenwoordiging van het werkveld.
Pagina 3 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Aan het einde van 2002 heeft het Verbond van Verzekeraars de Universiteit van Amsterdam benaderd met de vraag of de universiteit een opleiding Verzekeringskunde op masterniveau wilde ontwikkelen. De universiteit heeft aan dat verzoek voldaan en de opleiding opgezet. In 2004 heeft de NVAO de opleiding geaccrediteerd. In 2007 is de afstudeervariant Enterprise Risk Management binnen de opleiding ontwikkeld. Op verzoek van De Nederlandsche Bank is in 2008 de opleiding aangevuld met de afstudeervariant Toezicht Verzekeringen. In het studiejaar 2009/2010 heeft de opleiding de vierde afstudeervariant Financial Planning toegevoegd. De wo masteropleiding Financial Planning bestond al sedert 1997 als zelfstandige opleiding. De accreditatie door de NVAO in 2004 had alleen betrekking op de afstudeervariant Verzekeringskunde, omdat de andere afstudeervarianten toen nog niet bestonden. De verschillende afstudeervarianten komen voor meer dan 60 % overeen als gevolg waarvan, volgens de regels van de Universiteit van Amsterdam, sprake is van één opleiding. Van het begin af aan bleek Verzekeringskunde vooral studenten te trekken die naast hun studie een werkkring hadden. Daarom heeft de opleiding al in een vroeg stadium besloten het programma niet door de overheid te laten bekostigen. In het studiejaar 2004/2005 stroomden 17 studenten in. In het jaar 2005/2006 waren dat 10 studenten. In het jaar 2006/2007 ging het om 14 studenten. In het jaar 2007/2008 waren dat 28 studenten, in 2008/2009 ging het om 34 studenten en in 2009/2010 werden 41 studenten toegelaten. In de cijfers tot en met 2008/2009 zijn de studenten van de afstudeervariant Financial Planning niet opgenomen, omdat deze variant in de genoemde jaren niet tot de opleiding behoorde. De opleiding wordt voor accreditatie voorgedragen als een deeltijd opleiding. De in totaal 60 ec van het programma zijn over twee jaar verdeeld. Nu staat de opleiding nog in het CROHO geregistreerd als voltijdse opleiding. De opleiding zal deze registratie doen aanpassen. Het visitatieteam heeft in de voorbereiding van de locatiebezoeken aan de opleiding de beschikking gekregen over alle relevante documenten. Waar dat nodig was, heeft de opleiding op verzoek van het visitatieteam zorggedragen voor aanvullende documenten. Het visitatieteam is in de gelegenheid geweest om met alle geledingen van de opleiding te spreken. De locatiebezoeken zijn afgelegd conform het vooraf overeengekomen programma. Het visitatieteam heeft om deze redenen de overtuiging de beoordeling te hebben kunnen baseren op voldoende en betrouwbare informatie. Omdat de teamleider van de visitatie als gevolg van ziekte niet in staat was tijdens de tweede visitatiedag leiding te geven aan het team, heeft Certiked VBI een tweede, ervaren teamleider benoemd om de tweede visitatiedag te leiden. Het visitatieteam beoordeelt voor de opleiding alle onderwerpen van het beoordelingskader van de NVAO tenminste als positief. Alle facetten zijn tenminste als voldoende beoordeeld. Op enkele van de facetten heeft het visitatieteam een beoordeling op het niveau van goed gegeven. Dat is bij deze facetten aangegeven en onderbouwd. Het visitatieteam van Certiked concludeert dat de opleiding voldoet aan de eisen die daaraan op basis van het beoordelingskader van de NVAO gesteld moeten worden.
Pagina 4 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Bevindingen Voor de NVAO-onderwerpen zijn hieronder de bevindingen van het visitatieteam weergegeven. In de blokken die bij de betreffende onderwerpen en facetten horen, staat de beschrijving van de bevindingen en wordt vervolgens een beoordeling ten aanzien van het betreffende facet gegeven.
Overzicht van Certiked beoordelingen van de opleiding Onderwerp en facet
Deeltijd
Doelstellingen opleiding
Positief
Domeinspecifieke eisen Niveau Oriëntatie wo
Programma
Eisen wo Relatie doelstellingen/inhoud Samenhang programma Studielast Instroom Duur Afstemming vormgeving /inhoud Beoordeling en toetsing
Inzet van personeel
Eisen wo Kwantiteit personeel Kwaliteit personeel
Voorzieningen
Materiële voorzieningen Studiebegeleiding
Interne kwaliteitszorg
Evaluatie resultaten Maatregelen tot verbetering Betrekken medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld
Resultaten
Gerealiseerd niveau Onderwijsrendement
voldoende voldoende voldoende Positief goed voldoende voldoende voldoende goed voldoende voldoende voldoende Positief voldoende voldoende voldoende Positief goed voldoende Positief voldoende goed voldoende Positief voldoende voldoende
Pagina 5 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
1. Onderwerp: doelstellingen opleiding 1.1 Domeinspecifieke eisen De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
•
•
•
De opleiding heeft de eindkwalificaties van het programma opgesteld. Deze eindkwalificaties zijn afgeleid van de missie van de opleiding, die luidt: “het bieden van een leeromgeving die gericht is op de vorming tot een academisch niveau van denken en werken rond complexe praktijkvraagstukken van instellingen uit de verzekeringswereld, financiële instellingen en onafhankelijke financiële adviseurs”. Vanuit deze missie heeft de opleiding de doelstellingen opgesteld voor elk van de vier afzonderlijke afstudeervarianten die de opleiding heeft. De doelstellingen van de afstudeervarianten verschillen niet in reikwijdte en diepgang en zijn in gelijkluidende bewoordingen gesteld. Ze verschillen wel voor het domein waarop ze betrekking hebben. De doelstellingen leggen de nadruk op de theoretische verdieping van de kennis van het domein, interactie met de beroepspraktijk en het onderzoek op academisch niveau, professionele vaardigheden en attitude en het leveren van een effectieve en verantwoorde bijdrage aan het oplossen van vraagstukken in het domein. De opleiding heeft vervolgens de doelstellingen vertaald naar eindkwalificaties. Deze geven op het gebied van kennis en inzicht, vaardigheden en attitude concrete kwalificaties waaraan de afgestudeerden dienen te voldoen. Voor een volledige opsomming van de eindkwalificaties zij verwezen naar bijlage 3 van dit onderzoeksrapport. De legitimering van de eindkwalificaties berust op de afstemming met de eisen die organisaties in het beroepenveld van de domeinen aan academisch gevormde afgestudeerden in het domein stellen. De legitimering berust ook op de afstemming met de eindkwalificaties van andere masteropleidingen van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde en de Faculteit Rechtsgeleerdheid. De organisaties in het beroepenveld waarmee de afstemming plaats heeft gevonden, zijn onder andere het Verbond van Verzekeraars, De Nederlandsche Bank, Nederlandse Associatie van Risk en Insurance Managers, Vereniging Nederlandse Assurantiebeurs en Financial Planning Standards Board. Een generiek domeinspecifiek kader voor wo-masteropleidingen in de afzonderlijke domeinen is niet voorhanden. Dat komt, omdat er slechts weinig gelijksoortige opleidingen in deze domeinen op dit niveau in Nederland en het buitenland bestaan. De opleiding heeft wel vergelijkingen gemaakt met een aantal min of meer vergelijkbare opleidingen. Deze zijn onder meer de opleiding Quantitative Finance & Actuarial Studies (Universiteit Tilburg), Insurance and Risk Management (City University London), Gediplomeerde in Aanvullende Studies van Verzekeringen (Katholieke Universiteit Leuven) en Master Risicomanagement (Universiteit Twente). De overlapping van de eindkwalificaties van deze opleidingen met de opleiding Verzekeringskunde is dikwijls beperkt waardoor de beschrijving van een generaliserend domeinspecifiek kader moeilijk is. Om deze reden is in bijlage 3 bij de Domeinspecifieke eisen volstaan met de opsomming van de eigen eindkwalificaties van de opleiding.
Pagina 6 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam beoordeelt de doelstellingen van de afzonderlijke afstudeervarianten van de opleiding als zinvol en ziet de eindkwalificaties als relevant voor het domein van de afstudeervarianten. De afstemming met de andere opleidingen in binnen- en buitenland acht het visitatieteam van minder gewicht, omdat de verschillen daartussen tamelijk groot zijn en het aantal opleidingen waarmee vergeleken is, beperkt is. De afstemming met het beroepenveld vindt het visitatieteam daarentegen zowel sterk als maatgevend. De organisaties die daarbij betrokken waren, zijn in het betreffende beroepenveld gezichtsbepalende organisaties. De doelstellingen en eindkwalificaties van de opleiding zijn daardoor voldoende afgestemd met en gelegitimeerd door het relevante beroepenveld. Tegen deze achtergrond beoordeelt het visitatieteam dit facet als voldoende.
1.2 Niveau De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een master. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • •
•
•
•
•
De opleiding heeft de doelstellingen en de eindkwalificaties afgezet tegen de internationaal geaccepteerde beschrijving van de kwalificaties van de master, die in de Dublin descriptoren neergelegd zijn. De afgestudeerden bezitten volgens de eindkwalificaties uitgebreide kennis van en inzicht in de financiële economie, actuariaat, recht en bedrijfskunde, gericht op de verzekeringsbedrijfstak (voor Verzekeringskunde en Toezicht Verzekeringen), op instellingen (bij Enterprise Risk Management) en op de financiële dienstverlening (Financial Planning). De genoemde gebieden zijn de kerngebieden van de opleiding. Daarnaast hebben de afgestudeerden specialistische kennis van en inzicht in één van de gebieden en ook gedegen inzicht in de samenhang van deze gebieden. Ten aanzien van de toepassing van kennis en inzicht zijn de afgestudeerden in staat vraagstukken in het domein van hun afstudeervariant kritisch te analyseren en te beoordelen. Ze kunnen zelfstandig onderzoek van een wetenschappelijk karakter ontwerpen en uitvoeren, inclusief het interpreteren van informatie en het formuleren van een probleemstelling. Betreffende de oordeelsvorming kunnen de afgestudeerden voor vraagstukken die in de praktijk optreden passende oplossingsrichtingen aandragen. Ze zien het verschuivende perspectief op vraagstukken naar gelang de disciplinaire visie. Ze weten ook de vraagstukken vanuit een multidisciplinaire invalshoek te benaderen. Inzake de communicatieve vaardigheden zijn de afgestudeerden in staat helder en bondig te rapporteren, zowel schriftelijk als mondeling, zijn zij in staat te communiceren met anderen, binnen verzekerings- en andere financiële instellingen, ook als deze anderen een andere discipline hebben en kunnen zij in teamverband werken. Betreffende het leervermogen hebben de afgestudeerden een actieve leer- en onderzoekshouding en weten zij de onderwerpen en vraagstukken in maatschappelijk, cultureel, ethisch en internationaal perspectief te plaatsen.
Pagina 7 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De eindkwalificaties van de opleiding zijn in overeenstemming met de internationaal geaccepteerde beschrijving van de kwalificaties van de master. In de ogen van het visitatieteam heeft de opleiding overtuigend de relatie met de Dublin descriptoren aangetoond. Daarom beoordeelt het visitatieteam dit facet als voldoende.
1.3 Oriëntatie wo De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de volgende beschrijvingen van een master in wo: De eindkwalificaties zijn ontleend aan eisen vanuit de wetenschappelijke discipline, de internationale wetenschapsbeoefening en voor daarvoor in aanmerking komende opleidingen de relevante praktijk in het toekomstige beroepenveld. Een wo-master heeft de kwalificaties om zelfstandig wetenschappelijk onderzoek te verrichten of multi- en interdisciplinaire vraagstukken op te lossen in een beroepspraktijk waarvoor een WO-opleiding vereist is of dienstig is. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
• •
De opleiding is gericht op het opleiden van studenten tot reflective practitioners. Dat zijn in de ogen van de opleiding personen die in staat zijn om, analyserend en reflecterend, de vraagstukken in de beroepspraktijk aan te pakken en op te lossen. In het bijvoeglijk naamwoord reflective is het academisch niveau van de opleiding verwoord, zijnde de mate waarin en de wijze waarop de afgestudeerden de vraagstukken in de beroepspraktijk met een brede blik en vanuit verschillende invalshoeken onder de loep nemen om tot een zo goed mogelijke oplossing te komen. Bij de beroepen die de afgestudeerden ambiëren, gaat het niet zozeer om leidinggevende functies als wel om functies waarin zij met complexe, brede vraagstukken op het vakgebied te maken krijgen. Het doel is overigens ook niet om specialisten op te leiden maar wel personen die op een hoog niveau met specialisten uit verschillende disciplines kunnen overleggen. De door de opleiding opgestelde eindkwalificaties zijn in overeenstemming met de eisen die organisaties van beroepsbeoefenaren en belangrijke organisaties in het beroepenveld aan de afgestudeerden hebben gesteld. De opleiding heeft deze organisaties betrokken bij het opstellen van de eindkwalificaties. Deze organisaties zijn onder facet 1.1. opgesomd. De doelstellingen en eindkwalificaties van de opleiding zijn nadrukkelijk geënt op de vraagstukken die in de beroepspraktijk aan de orde komen en specificeren de wijze waarop de afgestudeerden deze complexe vraagstukken aan dienen te pakken. De opleiding heeft in de eindkwalificaties de mate waarin de afgestudeerden in staat zijn zelfstandig onderzoek te ontwerpen en uit te voeren, verwoord.
Pagina 8 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: In de ogen van het visitatieteam sluiten de eindkwalificaties aan op de beroepspraktijk waarvoor de opleiding opleidt. De afgestudeerden worden opgeleid om in deze beroepspraktijk complexe en multidisciplinaire vraagstukken op te lossen. Het visitatieteam acht de opleiding minder goed aan te sluiten bij het wetenschappelijk onderzoek van de verschillende domeinen. In de balans tussen het voorbereiden van de studenten op de beroepspraktijk enerzijds en de wetenschapsbeoefening anderzijds ziet het visitatieteam het primaat bij de beroepspraktijk. De eindkwalificaties van de opleiding zijn eerder gericht op de complexiteit en multidisciplinariteit van het beroep dan op de wetenschapsbeoefening. In de aansluiting op de praktijk acht het visitatieteam de academische oriëntatie voldoende aanwezig. De opleiding leidt de studenten in de ogen van het visitatieteam naar een niveau waarop zij in staat geacht moeten worden om de complexe (multidisciplinaire) problemen in de praktijk op academisch niveau te analyseren, daarop te reflecteren en ze op te lossen. Het visitatieteam beoordeelt dit facet om deze redenen als voldoende.
Beoordeling van het onderwerp Doelstellingen opleiding Omdat alle facetten van het onderwerp voldoende zijn, beoordeelt het visitatieteam het onderwerp Doelstellingen opleiding als geheel positief.
Pagina 9 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
2. Onderwerp: programma Het programma voor de opleiding wo master Verzekeringskunde is opgebouwd uit de onderstaande vakken: •
• •
•
• •
Voorafgaande aan de feitelijke opleiding dienen de studenten die op bepaalde gebieden kennis of vaardigheden ontberen, een deficiëntieprogramma te volgen. Het volledige deficiëntieprogramma is opgebouwd uit de vakken Kwantitatieve Methoden (10 ec), Academische Vaardigheden (10 ec) en Inleiding Economie (10 ec). Het eerste semester van het eerste jaar bestaat uit de basisvakken. Deze vakken zijn Inleiding Verzekeringsrecht (3 ec), Inleiding Financiële Economie (3 ec), Bedrijfskunde (3 ec) en Actuariaat (2 ec). De basisvakken zijn voor alle afstudeervarianten dezelfde. Alle afstudeervarianten hebben aan het begin van het tweede semester van het eerste jaar de Case Study (2 ec). Het tweede semester van het eerste jaar van de afstudeervariant Verzekeringskunde vangt na de Case Study (2 ec) aan met de verdiepingsvakken Verzekeringsrecht (4 ec), Financiële Economie (4 ec), Verzekeringseconomie/Risk & Behaviour (4 ec) en Bestuurlijke Informatievoorziening (4 ec). Voor de afstudeervariant Toezicht Verzekeringen is Financiële Economie vervangen door Prudentieel Toezicht (4 ec) en is Verzekeringsrecht vervangen door Toezicht Algemeen/Gedragstoezicht (4 ec). Voor de afstudeervariant Enterprise Risk Management is Verzekeringsrecht vervangen door Enterprise Risk Management (5 ec). Voor de afstudeervariant Financial Planning bestaan de verdiepingsvakken naast Financiële Economie uit Behavioural Finance/Vastgoedbeleggingen (4 ec), Huwelijksvermogens- en Erfrecht (4 ec) en Fiscale Aspecten van Financial Planning/DGA (4 ec). Het eerste semester van het tweede jaar is opgebouwd uit de specialisatievakken. Deze zijn voor de afstudeervariant Verzekeringskunde de vakken Regulering & Toezicht (5 ec), Balans- & Risicomanagement (5 ec) en Enterprise Risk Management (5 ec). Bij Toezicht Verzekeringen is Regulering & Toezicht vervangen door Strategisch Management (5 ec). Bij Enterprise Risk Management zijn de specialisatievakken Risk Management Strategie (5 ec), ERM Modellen en Rapportage (5 ec) en Operationeel Risk Management (5 ec). Bij Financial Planning zijn deze vakken Regulering & Toezicht (5 ec), Pensioenen & Sociale Verzekeringen (5 ec) en Estate Planning/Integratie (5 ec). Het tweede semester is voor alle afstudeervarianten hetzelfde en bestaat uit het Business Research Atelier en de Afstudeerscriptie (samen 15 ec). De overlapping in vakken tussen Verzekeringskunde en Toezicht Verzekeringen is 87 %. Voor Enterprise Risk Management is de overlapping met Verzekeringskunde 63 % en voor Financial Planning is dat percentage 75 %.
Pagina 10 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
2.1 Eisen wo Het programma sluit aan bij de volgende criteria voor het programma van een wo-opleiding: Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats in interactie tussen het onderwijs en het wetenschappelijk onderzoek binnen relevante disciplines. Het programma sluit aan bij ontwikkelingen in de relevante wetenschappelijke discipline(s) door aantoonbare verbanden met actuele wetenschappelijke theorieën. Het programma waarborgt de ontwikkeling van vaardigheden op het gebied van wetenschappelijk onderzoek. Bij daarvoor in aanmerking komende opleidingen heeft het programma aantoonbare verbanden met de actuele praktijk van de relevante beroepen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
• •
•
•
De opleiding maakt gebruik van maatgevende literatuur op het vakgebied. Deze literatuur is van een recente datum en voor een belangrijk deel internationaal. Naast deze literatuur maakt de opleiding gebruik van readers en collegedictaten. Deze bieden de actuele stand van zaken op de verschillende vakgebieden. De opleiding heeft relaties met het onderzoek in de vakken waaruit het programma opgebouwd. Bij deze vakken gaat het met name om de kerngebieden. Voor het kerngebied verzekeringsrecht wordt de opleiding gevoed vanuit het onderzoeksinstituut ACIS (Amsterdam Centre for Insurance Studies). Daarnaast zijn er relaties met onderzoek bij instituten op het gebied van het actuariaat, corporate finance en financial systems en behavioural economics. Veel van de docenten die het onderwijs aan de opleiding verzorgen, doen onderzoek en zijn gerenommeerd onderzoeker op hun vakgebied. De studenten volgen het Business Research Atelier waarin zij onder andere leren een onderzoeksmethode te kiezen en toe te passen als voorbereiding op de Afstudeerscriptie. De opleiding beschikt per afstudeervariant over een Raad van Advies ofwel Curatorium. De afstudeervarianten Verzekeringskunde, Toezicht Verzekeringen en Enterprise Risk Management kennen een Raad van Advies, terwijl de afstudeervariant Financial Planning een Curatorium heeft. Zij zijn samengesteld uit personen die nauw bij de beroepspraktijk zijn betrokken en die zicht hebben op belangrijke ontwikkelingen daarin. Zij adviseren de programmadirecteuren van de afstudeervarianten over de aansluiting van het programma bij de beroepspraktijk. Het programma omvat onderdelen die het toepassen van de kennis in de beroepspraktijk tot doel hebben. De cases die de studenten in veel van de vakken dienen te bestuderen, zijn een belangrijk instrument om de studenten de aanpak van vraagstukken in de beroepspraktijk bij te brengen. Dat geldt ook voor de Case Study. In deze Case Study behandelen de studenten gedurende een maand een uitgebreide case. De opleiding is specifiek gericht op Nederlandse studenten en op de Nederlandse situatie ten aanzien van de vakgebieden en de vraagstukken in de beroepspraktijk.
Pagina 11 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam beoordeelt de voorgeschreven literatuur en materialen als relevant en up-to-date. Het visitatieteam beschouwt de relatie met het wetenschappelijk onderzoek als relatief beperkt. De opleiding heeft wel een sterke band met het onderzoek van ACIS, als gevolg waarvan het onderzoek van het verzekeringsrecht sterk aan het programma verbonden is. Voor de andere vakgebieden is die binding echter bescheidener. De relaties zijn er wel maar ze zouden geïntensiveerd moeten worden. De relaties bestaan eerder in de persoon van de docenten die tegelijk onderzoekers bij deze instituten zijn dan in een nadrukkelijk voeding van de opleiding vanuit het onderzoek. De docenten die aan de opleiding onderwijs verzorgen, zijn overigens gerenommeerde onderzoekers. In het programma komen de studenten in het Business Research Atelier met onderzoektechnieken (als voorbereiding op de Afstudeerscriptie) in aanraking. In tegenstelling tot de relatie met het onderzoek is de relatie met het beroepenveld bijzonder hecht. De Raden van Advies en het Curatorium zijn zeer sterk bezet en zorgen in de ogen van het visitatieteam voor een hechte en waardevolle binding met het beroepenveld. In het programma werken de studenten gericht in de vorm van de cases en de Case Study aan de voorbereiding op de beroepspraktijk. Om redenen van deze hechte binding met de relevante beroepspraktijk en het voorbereiden door de opleiding van de studenten op functies op academisch niveau in het werkveld beoordeelt het visitatieteam dit facet als goed.
2.2 Relatie tussen doelstellingen en inhoud programma Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. De eindkwalificaties zijn adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma. De inhoud van het programma biedt de studenten de mogelijkheid om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• •
De opleiding heeft een overzicht opgesteld, waarin de relatie tussen de eindkwalificaties en de vakken zichtbaar is gemaakt. Het overzicht maakt duidelijk op welke wijze de eindkwalificaties in de verschillende vakken aan de orde komen. De opleiding heeft in de vorm van studiegidsen van de afstudeervarianten voor elk van de afzonderlijke vakken de leerdoelen, de inhoud, de docenten, de voorgeschreven literatuur en de tentaminering beschreven. Tot slot heeft de opleiding een overzicht opgesteld waarin de eindkwalificaties en de inhoud van de vakken en de inhoud van de tentaminering per vak aan elkaar worden verbonden. De eindkwalificaties van de opleiding bestrijken, samengevat, de kennis van het domein, het analyseren en oplossen van vraagstukken, het multidisciplinair kunnen denken en handelen, het communiceren en de academische vaardigheden. De kennis die de vakken aanbieden, betreffen in het eerste semester de kerngebieden en nadien de verdieping daarvan en specialisatie daarbinnen. De studenten maken zich de kennis eigen die zij vanuit hun vooropleiding niet bezitten. Studenten die instromen met bijvoorbeeld economie als vooropleiding dienen zich het (verzekerings)recht eigen te maken en studenten die recht als vooropleiding hebben, dienen de economie te beheersen. Aldus doen alle studenten kennis op over de volledige breedte van het vakgebied van de afstudeervariant.
Pagina 12 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
•
•
•
Het analyseren en oplossen van vraagstukken gebeurt binnen de vakken, met name aan de hand van de cases. Daarbij maken de studenten zich beroepsmatige vaardigheden eigen als presenteren, argumenteren en onderhandelen. Bij deze leeractiviteiten spelen de communicatieve vaardigheden een belangrijke rol. De basisvakken leiden elk van de vier kerngebieden, financiële economie, bedrijfskunde, actuariaat en verzekeringsrecht monodisciplinair in. De verdiepingsvakken en specialisatievakken hebben, daarentegen, een multidisciplinaire benadering van de leerstof. In deze vakken biedt de opleiding een samenstel van kerngebieden aan. Zo is, bijvoorbeeld, het vak Balans- en Risicomanagement opgebouwd uit 20 % recht, 10 % bedrijfskunde, 40 % financiële economie en 30 % actuariaat. Daarnaast speelt het verwerven van academische vaardigheden door de studenten een rol in het programma. Dit aspect komt in de vorm van het verzamelen en interpreteren van informatie en het zich vormen van een oordeel in verschillende vakken aan bod. Het Business Research Atelier en de Afstudeerscriptie spelen een bijzondere rol bij het leren beheersen van academische vaardigheden. Het Business Research Atelier bereidt de studenten voor op de Afstudeerscriptie door het verzamelen van informatie, het formuleren van een probleemstelling, het kiezen en vinden van literatuur en het kiezen van een onderzoeksmethode. In de Afstudeerscriptie tonen de studenten hun vermogen om zelfstandig een onderzoek op te zetten en een rapportage te schrijven.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De opleiding heeft naar het oordeel van het visitatieteam de eindkwalificaties volledig en evenwichtig in het programma verwerkt, zoals blijkt uit het overzicht van de opleiding. De opleiding brengt naar het oordeel van het visitatieteam de kennis van het domein van de afstudeervarianten ruim voldoende bij. Dat de opleiding de nadruk legt op de verbreding, kan het visitatieteam onderschrijven, gezien vanuit de vraag van het beroepenveld. De studenten maken zich de beroepsmatige vaardigheden binnen de vakken eigen. In de opzet en uitvoering van de verdiepende vakken en specialisatievakken is het multidisciplinaire element terug te zien. Het multidisciplinaire element kan overigens in de ogen van het visitatieteam tussen de vakken onderling nog wel versterkt worden, omdat buiten de Case Study en de Afstudeerscriptie geen leeractiviteiten zijn waarin de multidisciplinariteit over de vakken heen aan de orde komt. De academische vaardigheden zijn aanwezig in het Business Research Atelier en de Afstudeerscriptie. Toch wil het visitatieteam pleiten voor de verdere versterking en de verdieping daarvan. Het visitatieteam erkent de oriëntatie van de opleiding op de beroepspraktijk en waardeert deze ook maar acht de aandacht voor de specifiek academische aspecten onderbelicht. Ondanks deze twee kanttekeningen, is de opleiding erin geslaagd de eindkwalificaties in het programma te vertalen. Daarom beoordeelt het visitatieteam dit facet dan ook als voldoende.
Pagina 13 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
2.3 Samenhang programma Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend studieprogramma. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• • •
•
De hoofdstructuur van het programma is opgebouwd uit de opeenvolging van de basisvakken, de verdiepingsvakken en de specialisatievakken. In deze opeenvolging leren de studenten eerst, in de basisvakken de monodisciplinaire kernvakken waaruit de afstudeervarianten van de opleiding zijn opgebouwd. In de verdiepingsvakken vindt de verdieping van de kernvakken plaats in een meer multidisciplinaire context. De specialisatievakken brengen de accenten van de afstudeervarianten binnen de opleiding aan. Na de basisvakken en aan het begin van de verdiepingsvakken is de Case Study de eerste proeve van een geïntegreerd, multidisciplinair op te lossen vraagstuk. De opleiding wordt afgesloten met de Afstudeerscriptie, voorafgegaan door het Business Research Atelier. De Afstudeerscriptie is de afronding van de studie waarin de kennis en vaardigheden die de studenten vergaard hebben, samenkomen. De onderlinge verhouding tussen de afstudeervarianten en de gemeenschappelijke en van elkaar verschillende vakken zijn door de opleiding beschreven. De opleiding heeft ook aangegeven hoe groot de overlapping van de afstudeervarianten is en waar deze is gesitueerd. De opleiding heeft de vakken in een oplopende moeilijkheidsgraad in de tijd achter elkaar geplaatst, opdat de studenten in een logische opbouw en op een geleidelijke manier meer complexe kennis opdoen en veeleisender vaardigheden verwerven. Het management van de opleiding in de personen van de programmadirecteuren overlegt met de coördinatoren van de verschillende vakken over de inhoud van deze vakken. Het management ziet daarbij toe op de samenhang van de vakken en de onderlinge afstemming van de verschillende onderwerpen. De studenten en de alumni hebben desgevraagd aan het visitatieteam laten weten een in hun ogen samenhangend programma te volgen of gevolgd te hebben.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De opleiding heeft het programma in de ogen van het visitatieteam logisch samenhangend opgezet. De verticale samenhang is ruim voldoende aanwezig. Het visitatieteam ziet de punten van integratie en multidisciplinariteit in het programma. Daarbij heeft het visitatieteam waardering voor de rol van het management om de inhoudelijke samenhang tussen de vakken te waarborgen door met de coördinatoren van de vakken te spreken. Daarentegen ziet het visitatieteam weinig onderlinge afstemming tussen de coördinatoren van de afzonderlijke vakken. Daardoor is de horizontale samenhang en ook de daardoor te realiseren multidisciplinariteit minder dan het visitatieteam voor wenselijk zou houden. De studenten ervaren de horizontale samenhang, hetgeen deels ook toe te schrijven is aan de inbreng van de studenten die uit verschillende vakdomeinen komen. Gezien de logische samenhang, de rol van het management en de uitspraken van de studenten en de alumni komt het visitatieteam tot een voldoende oordeel over dit facet.
Pagina 14 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
2.4 Studielast Het programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• • •
•
De studielast voor de studenten is gelijkmatig over de in totaal vier semesters verdeeld. Elk van de semesters is verdeeld in twee blokken. Aan het einde van elk van de blokken is een tentamen waarin de vakken van het blok worden getentamineerd. Aan het einde van elk van de twee studiejaren zijn de herkansingen voor de tentamens van alle voorafgaande blokken. De colleges zijn geroosterd op dinsdagmiddag en dinsdagavond aansluitend. Deze roostering maakt het voor de werkende studenten relatief gemakkelijk om de colleges bij te wonen en minimaliseert het aantal verleturen. De studenten zijn met name door middel van de studiegidsen op de hoogte van de leerdoelen, het collegerooster, het tentamenrooster en de herkansingen. Zij kunnen dan ook hun studie op basis hiervan plannen. Mede omdat het om een kleine opleiding gaat, kennen de opleidingsdirecteuren de studenten persoonlijk. Het contact tussen programmadirecteuren, docenten en studenten is gemakkelijk. Om die reden zijn mogelijke problemen in de studievoortgang snel bij de programmadirecteuren bekend. De studenten hebben dikwijls moeite met het afronden van de Afstudeerscriptie. De opleiding heeft daarom het Business Research Atelier ingesteld waarin de studenten onder begeleiding activiteiten als het kiezen van een probleemstelling, het zoeken van literatuur en het kiezen van een onderzoeksmethode al kunnen voorbereiden.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De opleiding heeft naar het oordeel van het visitatieteam de studielast op evenwichtige wijze verdeeld en de tentamens goed gespreid. De opleiding biedt daarnaast de studenten voldoende mogelijkheden om de studie volgens een plan in te richten en uit te voeren. Om deze redenen beoordeelt het visitatieteam dit facet als voldoende.
Pagina 15 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
2.5 Instroom Het programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: WO-master: bachelor en eventueel (inhoudelijke) selectie. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
•
• •
Het aantal instromende studenten is gestegen van 17 in het eerste jaar (2004/2005) tot 41 in het huidige jaar 2009/2010. Door de jaren heen is het aantal afstudeervarianten toegenomen van één tot de huidige vier. Van de instromende studenten hebben 60 % tot 70 % een vooropleiding op academisch niveau. De anderen hebben een hbo-vooropleiding. De toelatingsprocedure van de opleiding bestaat naast het bestuderen van de diploma’s van de studenten ook uit een intakegesprek. Daarin toetst de opleiding de kennis, attitude en werkervaring van de student om vast te kunnen stellen of deze de opleiding zou kunnen voltooien. De opleiding wijst in het intakegesprek op de zwaarte van de studie, opdat de studenten de studie niet te licht opnemen. Een eis voor toelating is te allen tijde relevante werkervaring van tenminste twee jaar. De opleiding voert een toelatingsbeleid waarin studenten afhankelijk van hun vooropleiding één of meer deficiëntievakken dienen te volgen. De deficiëntievakken zijn, zoals eerder genoemd, Kwantitatieve Methoden (10 ec), Academische Vaardigheden (10 ec) en Inleiding Economie (10 ec). Studenten met een afgeronde wo bachelor of wo master in de economische of bedrijfskundige wetenschappen kunnen zonder beperkingen instromen. Studenten met een wo bachelor of wo master Recht kunnen instromen als ze Wiskunde A1, A2 of B1 in hun vwo-vooropleiding hebben gevolgd en voldoende en aantoonbare kennis van het vak economie hebben. Indien dat niet zo is, volgen zij de deficiëntievakken Kwantitatieve Methoden of Inleiding Economie. Studenten met een opleiding op het niveau van wo bachelor of wo master in de natuurwetenschappelijke of technische studierichting volgen het deficiëntievak Inleiding Economie, als ze geen aantoonbare kennis van dat vak hebben. Voor studenten met een wo opleiding van een andere studierichting stelt de opleiding per geval vast welke deficiëntievakken zij dienen te volgen. Studenten die een relevante hbo-vooropleiding (HEAO, MER) hebben, volgen het gehele deficiëntieprogramma. De hbo-studenten hebben, zo hebben ze verklaard, het deficiëntieprogramma als zeer zinvol ervaren. De opleiding heeft daarnaast een vrijstellingenbeleid. Afhankelijk van de vooropleiding kunnen studenten een vrijstelling aanvragen voor vakken. Studenten met een vooropleiding Actuariaat kunnen bijvoorbeeld vrijstelling krijgen voor het basisvak Actuariaat. De studenten vragen de vrijstelling aan bij de programmadirecteur die het verzoek voorlegt aan de Examencommissie. Deze neemt een beslissing.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam acht het toelatingsbeleid en de toelatingsprocedures van de opleiding doeltreffend en degelijk. Het visitatieteam heeft met name zeer veel waardering voor het stevige deficiëntieprogramma aan de hand waarvan de instromende studenten de noodzakelijke tekorten in hun kennis kunnen opvullen. Het visitatieteam ziet vooral ook voor de hbo-studenten de grote waarde van dit programma. Daarom beoordeelt het visitatieteam dit facet als goed.
Pagina 16 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
2.6 Duur De opleiding voldoet aan de formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum: wo-master minimaal 60 studiepunten, afhankelijk van de opleiding . Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
Het programma van de opleiding telt 60 studiepunten, berekend in termen van ec’s en duurt nominaal twee jaar.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam beoordeelt dit facet als voldoende.
2.7 Afstemming tussen vormgeving en inhoud Het didactisch concept is in lijn met de doelstellingen. De werkvormen sluiten aan bij het didactisch concept. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• •
Het didactisch concept van de opleiding is participating learning. Participating learning is ontleend aan de leercylcus van Kolb. Het is te omschrijven als het leerproces waarin de studenten in de colleges de onderwerpen conceptualiseren, de leerstof vervolgens aan de hand van aan de beroepspraktijk ontleende voorbeelden en situaties toepassen en daar in de vorm van coaching door de docenten op reflecteren. Het didactisch concept sluit aan op de doelstelling van de opleiding om de studenten tot reflective practitioners op te leiden. In de basisvakken staat de kennisoverdacht voorop, terwijl de verdiepingsvakken en de specialisatievakken eerder gewijd zijn aan de toepassing en verwerken van de kennis en het verwerven van vaardigheden. Om het didactisch concept invulling te geven in de vorm van concrete leer- en werkvormen spelen naast de (conceptualiserende) colleges de cases binnen de afzonderlijke vakken en het op zichzelf staande vak Case Study een voorname rol. Bijvoorbeeld, in de Case Study dienen de studenten in groepen aan het vraagstuk te werken en een advies voor de Raad van Bestuur op te stellen en dat advies voor hen te verdedigen. Het aspect van toepassen en het demonstreren van vaardigheden komen hierin ook tot uitdrukking.
Pagina 17 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
•
•
De verdeling van de studieuren over de verschillende werkvormen is voor elk van de afstudeervarianten als volgt. Van het totaal aantal uren van 1.680 (zijnde 60 ec) besteden de studenten bij Verzekeringskunde en Toezicht Verzekeringen 264 uur aan contactonderwijs, 45 uur aan tentaminering en 1.371 uur aan zelfstudie. Voor Enterprise Risk Management zijn deze getallen achtereenvolgens 268 uur contactonderwijs, 55 uur toetsing en 1.385 uur zelfstudie. Voor Financial Planning is dat 307 contacturen, 105 uur toetsing en 1.268 uur zelfstudie. De verhouding tussen de contacturen en de uren zelfstudie is ongeveer 1 : 5. Als van de uren zelfstudie de uren te besteden aan de Afstudeerscriptie afgetrokken worden, dan resteren iets minder dan 1.000 uren. Dan is de verhouding tussen contacturen en uren zelfstudie ongeveer 1 : 3. Per week volgen de studenten 6 uur college gedurende een blok van 7 weken. Zij besteden in deze periode van 7 weken 8 uur tot 12 uur per week aan zelfstudie. De overige uren zelfstudie vinden plaats ter voorbereiding van de tentamens en in het Afstudeerproject.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De opleiding heeft in de ogen van het visitatieteam een didactisch concept opgesteld dat aansluit op de doelstelling de studenten tot reflective practitioner op te leiden. De werkvormen zoals colleges en cases zijn een gepaste invulling van het didactisch concept. Het visitatieteam is te spreken over de rol van de cases en werkstukken in de didactiek. In sommige colleges passen docenten het didactisch concept nog niet volledig toe. De opleiding geeft hier aandacht aan en instrueert de docenten over de toepassing van het concept. De verdeling van de studieuren tussen zelfstudie en contacturen is in de ogen van het visitatieteam evenwichtig. Het visitatieteam beoordeelt dit facet als voldoende.
2.8 Beoordeling en toetsing Door de beoordelingen, toetsingen en examens wordt adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• • •
Alle vakken hebben in elk geval een schriftelijk tentamen als toetsvorm. De tentamens hebben overwegend open vragen en soms ook multiple choice-vragen. De opleiding toetst niet alleen op de juistheid van de beantwoording maar ook de redenering die de studenten volgen. Daarnaast wordt studenten in vakken gevraagd werkstukken te schrijven, cases uit te werken en presentaties te geven. In een aantal van de vakken maken deze toetsen deel uit van de kwalificerende toetsing. In andere vakken komen cases voor die daar tot de voortgangstoetsing behoren. In de vraagstelling van de cases staan ook theoretische georiënteerde vragen. Vaak maken de docenten van de vakken de toetsen alleen. Het beoordelen van de tentamens, werkstukken en cases is in een aantal gevallen ook een zaak van één docent. De opleiding bewaakt de kwaliteit van de tentamens door de uitslagen kritisch te bekijken, de uitslagen te vergelijken met die van voorgaande jaren en door ze voor te leggen aan externe deskundigen. De weging van de schriftelijke tentamens en de cases om tot het eindcijfer van het vak te komen is per vak vastgesteld.
Pagina 18 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
• •
•
•
De studenten krijgen inzage in de beoordeling van de door hen gemaakte tentamens en door hen ingeleverde werkstukken en cases. Aldus voorziet de opleiding de studenten van feedback op hun prestaties. De opleiding heeft beoordelingscriteria voor de Afstudeerscriptie opgesteld. In deze criteria vraagt de opleiding van de studenten een voldoende niveau van theoretische kennis van het domein, het vermogen wetenschappelijke literatuur te vinden en deze kritisch te bestuderen, systematisch en creatief kunnen werken aan het oplossen van vraagstukken, bevindingen mondeling en schriftelijk kunnen rapporteren en beschikken over elementaire kennis van en ervaring met het opzetten van een onderzoek. Voorafgaande aan de Afstudeerscriptie volgen de studenten het Business Research Atelier. Het product daarvan is het onderzoeksvoorstel en de probleemstelling. Tijdens de scriptie hebben de studenten recht op 5 voortgangsgesprekken van één uur met hun begeleider. Na het afronden van de scriptie volgt in een bijeenkomst de verdediging en de toekenning van het cijfer. De beoordeling van de Afstudeerscriptie is in handen van twee beoordelaars die beiden afkomstig zijn van de opleiding. Vertegenwoordigers van de bedrijven waar de studenten werkzaam zijn, hebben daarin slechts een adviserende stem.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De toetsvormen sluiten naar het oordeel van het visitatieteam aan op de te toetsen leerstof. De inhoud van de toetsen is een goede afspiegeling van de inhoud van de vakken en bevinden zich op een goed niveau. Sommige tentamens van de basisvakken blijven enigszins aan de eenvoudige kant. Dat is te billijken vanuit het doel alle studenten op hetzelfde niveau te krijgen na afloop van het eerste semester. Het visitatieteam vindt het wenselijk als meerdere docenten gezamenlijk de tentamens maken en beoordelen. De criteria voor de Afstudeerscriptie zijn gepast voor een opleiding op dit niveau. De tijd die ingeruimd is voor de begeleiding komt het visitatieteam als bescheiden voor. Het visitatieteam beoordeelt dit facet als voldoende.
Beoordeling van het onderwerp Programma Omdat van het onderwerp zes facetten voldoende zijn en twee facetten goed zijn, beoordeelt het visitatieteam het onderwerp Programma als positief.
Pagina 19 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
3. Onderwerp: inzet van personeel 3.1 Eisen wo De opleiding sluit aan bij de volgende criteria voor de inzet van personeel van een wo-opleiding: Het onderwijs wordt voor een belangrijk deel verzorgd door onderzoekers die een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het vakgebied. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
• •
Meer dan de helft van de docenten van de opleiding zijn (voormalig) hoogleraar of universitair hoofddocent aan een universiteit. Het merendeel van de docenten die dat niet zijn, zijn in ieder geval gepromoveerd of bereiden hun promotie voor. Voor de basisvakken haalt de opleiding het percentage van meer dan 50 % gepromoveerden niet. Deze vakken hebben overigens meer tot doel om kennis over te dragen en een minder sterk verdiepend en specialiserend karakter. Een tamelijk groot deel van de docenten is verbonden aan het onderzoeksinstituut ACIS, dat het onderzoek op het gebied van het verzekeringsrecht bundelt. Er zijn daarnaast docenten bij de opleiding betrokken, die op andere vakgebieden onderzoek doen. Voorbeelden daarvan zijn de vakgebieden Behavioural Economics en Actuariaat. De curricula vitae van de docenten tonen hun werk als onderzoeker en tonen ook de lijst van publicaties die zij op hun naam hebben. Naast de docenten die een betrekking hebben bij de Universiteit van Amsterdam of een andere universiteit, zijn een aantal docenten afkomstig uit de beroepspraktijk. Deze docenten zijn niet zozeer wetenschappelijk georiënteerd maar leveren een bijdrage vanuit de ervaringen van de praktijk. De studenten waarderen de inbreng van deze docenten zeer.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam is te spreken over de combinatie van universitaire docenten en docenten die uit de beroepspraktijk afkomstig zijn. Omdat de opleiding gericht is op de beroepsuitoefening op academisch niveau en het opleiden van reflective practitioners, is deze combinatie gepast. Het visitatieteam acht de relatie met het onderzoek niet zeer sterk maar wel voldoende voor deze opleiding. Het visitatieteam beoordeelt dit facet om deze redenen als voldoende.
Pagina 20 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
3.2 Kwantiteit personeel Er wordt voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • • •
De opleiding beschikt over een ruim voldoende aantal docenten om de verschillende vakken te verzorgen. De samenstelling van het docentencorps is door de jaren heen tamelijk stabiel. Uitgaande van 41 studenten die in het studiejaar 2009/2010 met de opleiding begonnen zijn en een gemeenschappelijke component in de afstudeervarianten van 75 %, is de student-docentratio om en nabij 30 : 1. De opleiding kent zowel in de Universiteit van Amsterdam als daarbuiten, in de beroepspraktijk, goed gekwalificeerde docenten die in staat zijn de nu zittende docenten te vervangen, mocht dat op termijn nodig zijn.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam acht de gemiddelde beschikbare docentencapaciteit voldoende. De student-docentratio is passend. De opleiding heeft voldoende gekwalificeerde docenten op het oog om ook in de toekomst over het vereiste docentenbestand te beschikken. Het visitatieteam beoordeelt dit facet als voldoende.
3.3 Kwaliteit personeel Het personeel is gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • •
• • •
Nieuwe, pas benoemde docenten zijn conform de richtlijnen van de Universiteit van Amsterdam verplicht de BasisKwalificatie Onderwijs (BKO) te halen. Daarin worden de docenten getraind in opleiden. De opleiding volgt deze richtlijnen op en eist deze kwalificatie van de docenten. De opleiding stelt eisen aan de didactische vaardigheden en aan de kennis en de ervaring van de docenten in het vakgebied waarin ze onderwijs geven en betrekt daarin het onderzoek dat zij doen op hun vakgebied. De opleiding heeft in het verleden haar verantwoordelijkheid genomen inzake het presteren van docenten en afscheid genomen van docenten die mindere resultaten behaalden. De opleiding belegt minstens eenmaal per jaar een docentenbijeenkomst. De prestaties van de docenten zijn een onderdeel van de periodieke evaluaties die de opleiding houdt. De resultaten van deze evaluaties zijn in het algemeen positief. De studenten die het visitatieteam heeft gesproken, waren positief over de docenten en achten de inbreng van de docenten uit de beroepspraktijk boeiend.
Pagina 21 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: Het visitatieteam heeft een gemotiveerd docententeam gesproken. Het visitatieteam acht de didactische en vakinhoudelijke capaciteiten van de docenten goed. De uitkomsten van de evaluaties bevestigen dat. Wel zou het visitatieteam meer overleg over de verschillende vakken tussen de docenten willen bepleiten om de multidisciplinaire afstemming te bevorderen. Het visitatieteam beoordeelt dit facet als voldoende.
Beoordeling van het onderwerp Inzet van Personeel Omdat alle facetten van het onderwerp voldoende zijn, beoordeelt het visitatieteam het onderwerp Inzet van Personeel als geheel positief.
Pagina 22 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
4. Onderwerp: voorzieningen 4.1 Materiële voorzieningen De huisvesting en materiële voorzieningen zijn toereikend om het programma te realiseren. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• • • •
De opleiding maakt gebruik van de faciliteiten van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde en de Amsterdam Business School. De faciliteiten omvatten goed uitgeruste collegezalen, een ruime ontvangsthal, een restaurant, computerzalen, een bibliotheek, een studiecentrum en het secretariaat van de Amsterdam Business School. De onderwijsruimten zijn voorzien van beamers, computers, whiteboards en overheadprojectoren en, op verzoek, aanvullende apparatuur en hulpmiddelen. De studenten kunnen gebruik maken van de bibliotheek van de Universiteit van Amsterdam en de digitale faciliteiten die daar deel van uitmaken. De studenten kunnen zo de vakliteratuur vinden en raadplegen. De studenten kunnen gebruik maken van computers die opgesteld staan in verschillende ruimten en kunnen ook inloggen met hun eigen computer op het draadloze netwerk van de Universiteit van Amsterdam. De studenten van deze opleiding kunnen standaard over een parkeerplaats beschikken, met het oog op de colleges op dinsdagmiddag en – avond.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De noodzakelijke materiële voorzieningen voor de opleiding zijn beschikbaar. De studenten van deze opleiding kunnen beschikken over de faciliteiten die voor een studie in hun situatie geschikt is. Het visitatieteam beoordeelt dit facet als goed.
4.2 Studiebegeleiding en informatievoorziening De studiebegeleiding en de informatievoorziening aan studenten zijn adequaat met het oog op studievoortgang. De studiebegeleiding en de informatievoorziening sluiten aan bij de behoefte van studenten. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
Het programmamanagement van de opleiding bewaakt de studievoortgang van de studenten. De opleiding beschikt over de cijfers van de studievoortgang van de studenten en neemt met hen contact op in het geval van studievertraging. Omdat de opleiding relatief klein is, gebeurt dat in de meeste gevallen in een persoonlijk gesprek. Het programmamanagement van de opleiding is elke collegedag aanwezig en kan op vragen van de studenten een antwoord geven. Het programmamanagement is in de meeste gevallen het eerste aanspreekpunt van de studenten.
Pagina 23 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
• • • •
De docenten beantwoorden de vragen van de studenten over de inhoud van de vakken, uitleg van het te bestuderen studiemateriaal en het doornemen van de cases en het gemaakte tentamen en fungeren op die wijze als studiebegeleider. De begeleiding tijdens de uitvoering van de Afstudeerscriptie bestaat uit vijf gesprekken tussen de student en de begeleider. De opleiding verstrekt een studiegids aan de studenten. De opbouw van het programma staat daarin beschreven. Van de vakken zijn de leerdoelen, de inhoud, de tentamenvormen, de docenten en de literatuur aangegeven. De studenten hebben toegang tot de digitale leeromgeving. Deze leeromgeving bevat naast wijzigingen van locaties en roosters ook collegedictaten, oefententamens en opdrachten en de mogelijkheid om met docenten zaken uit te wisselen.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De informatievoorziening van de opleiding voldoet, zo oordeelt het visitatieteam. De studiebegeleiding is in deze kleinschalige opleiding goed en persoonlijk ingericht. Daarom beoordeelt het visitatieteam dit facet als voldoende.
Beoordeling van het onderwerp Voorzieningen Omdat de facetten van het onderwerp voldoende en goed zijn, beoordeelt het visitatieteam het onderwerp Voorzieningen als geheel positief.
Pagina 24 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
5. Onderwerp: interne kwaliteitszorg 5.1 Evaluatie resultaten De opleiding wordt periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• • •
•
De directe aansturing van de opleiding is in handen van het management team. In het management team hebben de (adjunct-)programmadirecteuren van de afzonderlijke afstudeervarianten zitting. Naast het management team spelen de Examencommissie en de Opleidingscommissie rol van belang in de organisatie, aansturing en kwaliteitszorg van de opleiding. De opleiding houdt zich ten aanzien van de kwaliteitszorg aan het Handboek Kwaliteitszorg in het Reguliere Onderwijs van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde. De opleiding heeft doelstellingen geformuleerd. Deze zijn onder meer dat het onderwijs dient te voldoen aan de kwaliteitseisen van een academische opleiding, dat de faciliteiten goed moeten zijn en dat het onderwijs moet aansluiten op actuele ontwikkelingen in het vakdomein. De opleiding evalueert het bereiken van deze doelstellingen tijdens evaluatiebijeenkomsten tussen de studenten en het management en in de vorm van schriftelijke evaluaties onder studenten. De bijeenkomsten zijn tweemaal per jaar en de schriftelijke evaluaties zijn na afloop van elk vak. De vragen betreffen de kwaliteit van de vakken op verschillende punten en van de docenten die de vakken geven. De opleiding houdt ook curriculumevaluaties. Het management team analyseert de studievoortgang en het studierendement. Ook onderzoekt het management team door middel van gesprekken met studenten en met de Raden van Advies/het Curatorium, docentenbijeenkomsten en gesprekken met alumni de aansluiting van de vakken op de eindkwalificaties en de aansluiting van de opleiding op de eisen van het beroepenveld.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De opleiding is in de ogen van het visitatieteam goed georganiseerd en stuurt het programma op passende wijze aan. Voor de kwaliteitszorg heeft de opleiding de benodigde maatregelen genomen. De opleiding beschikt in de ogen van het visitatieteam over een degelijk systeem van evaluaties. De opleiding voert zinvolle evaluaties uit als gevolg waarvan de kwaliteit wordt bewaakt. Om deze redenen beoordeelt het visitatieteam dit facet als voldoende.
Pagina 25 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
5.2 Maatregelen tot verbetering De uitkomsten van deze evaluatie vormen de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: • •
Wanneer de uitkomsten van de evaluaties negatief zijn, dan neemt het management team van de opleiding maatregelen om het ongunstige resultaat bij te sturen. Dat heeft onder meer geleid tot het vertrek van docenten. De opleiding heeft werk gemaakt van het opvolgen van de door de vorige visitatiecommissie in 2004 gedane suggesties tot verbetering. Deze suggesties waren onder meer het versterken van de internationale dimensie in het programma door het onderwijs in het Engels te geven, het scherper definiëren van het deelgebied van de bedrijfskunde en het vergroten van het aandeel van de cases in het programma. De opleiding heeft elk van deze suggesties gewogen. De eerste suggestie is verworpen, omdat de opleiding primair Nederlandse studenten trekt en op de Nederlandse situatie ingaat, waardoor onderwijs in het Engels geen toegevoegde waarde heeft. De tweede suggestie heeft geleid tot het opnieuw inrichten van de module Bedrijfskunde, waaronder het op een hoger niveau brengen van de literatuur van deze module en het versterken van de samenhang van de afzonderlijke thema’s. De derde suggestie heeft de opleiding aanleiding gegeven halverwege het eerste jaar de Case Study te programmeren waarin de studenten een grote, aan de actuele praktijk ontleende case uitvoeren. Daarnaast werken de studenten binnen de modulen aan kleinere cases.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De opleiding heeft een deugdelijk systeem om tot verbeteringen in de kwaliteit te komen. Concrete voorbeelden van deze verbetermaatregelen zijn voorhanden. Het visitatieteam waardeert met name de stappen die de opleiding heeft gezet om de suggesties vanuit de vorige visitatie in maatregelen om te zetten. Om deze redenen beoordeelt het visitatieteam beoordeelt dit facet als goed.
5.3 Betrekken van medewerkers, studenten alumni en beroepenveld Bij de interne kwaliteitszorg zijn medewerkers, studenten alumni en beroepenveld van de opleiding actief betrokken. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
De studenten zijn op verschillende manieren bij de kwaliteit van de opleiding betrokken. Zij geven hun mening in de vorm van het invullen van evaluaties na afloop van de cursussen en tijdens de bijeenkomsten tussen studenten en management team van de opleiding. Aan het einde van hun studie evalueert de opleiding met de studenten ook het gehele curriculum. Een vertegenwoordiging van de studenten heeft ook zitting in de opleidingscommissie en spreekt op die wijze over de kwaliteit van de opleiding.
Pagina 26 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
• • •
De docenten kunnen ook in de opleidingscommissie hun stem laten horen. Daarnaast belegt de opleiding minstens eenmaal per jaar een docentenbijeenkomst. De kwaliteit van de opleiding is daar een belangrijk gespreksthema. De opleiding spreekt tenminste eenmaal per jaar met de Raden van Advies of het Curatorium over de aansluiting van de opleiding bij het beroepenveld. Daarnaast zijn er geregelde vormen van overleg tussen de opleiding en beroepsorganisaties in het veld. De opleiding onderhoudt contacten met alumni. Deze contacten hebben evenwel veelal een informeel karakter. De opleiding streeft naar het formaliseren en intensiveren van de relaties met de alumni.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De studenten en de docenten zijn volledig en goed betrokken bij de opleiding. Dat geldt ook zeker voor het beroepenveld. Het visitatieteam onderstreept het belang van het verder formaliseren van de contacten met de alumni. Het visitatieteam beoordeelt dit facet als voldoende.
Beoordeling van het onderwerp Interne Kwaliteitszorg Omdat twee van de facetten van het onderwerp voldoende zijn en één van de facetten goed is, beoordeelt het visitatieteam het onderwerp Interne Kwaliteitszorg als positief.
Pagina 27 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
6. Onderwerp: resultaten 6.1 Gerealiseerd niveau De gerealiseerde eindkwalificaties zijn in overeenstemming met de nagestreefde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
• • • • •
De Afstudeerscripties zijn onderworpen aan inhoudelijke eisen. Deze eisen hebben, zoals onder facet 2.8 aangegeven, onder meer betrekking op aspecten van theoretische kennis, praktische toepassing en een elementaire onderzoeksmatige uitwerking. De studenten mogen de scriptie schrijven aan de hand van een complex managementvraagstuk, een algemeen maatschappelijk vraagstuk of een theoretisch vraagstuk. De studenten dienen 15 tot 20 artikelen van academisch niveau te lezen ter voorbereiding op de scriptie. De scriptie is van academisch niveau maar veelal gericht op de oplossing van een vraagstuk uit de praktijk. Het niveau van de afstudeerscripties is in overeenstemming met de cijfers die de opleiding zelf aan die scripties heeft gegeven. De afstudeerscripties van de studenten leiden gewoonlijk niet tot publicaties. Publicaties komen wel voor maar zijn een uitzondering. De studenten schrijven de scripties niet noodzakelijk op het gebied van hun vooropleiding. Aldus komt de door de opleiding nagestreefde verbreding in de scriptie tot uitdrukking. De afgestudeerden zijn geen specialist op een deel van het domein maar breed opgeleide personen die in staat zijn om het overleg met specialisten te voeren. De vertegenwoordigers van het beroepenveld en de afgestudeerden hebben desgevraagd te kennen gegeven dat het bedrijfsleven een substantiële behoefte heeft aan personen die op academisch niveau in de verzekeringskunde hun weg weten te vinden en de vraagstukken op dat niveau kunnen analyseren en kunnen oplossen.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De eisen aan de scripties zijn naar behoren uitgewerkt en voldoen aan de inhoudelijke standaarden. Het visitatieteam acht de scripties van een voldoende niveau. Het visitatieteam heeft wel twee scripties gezien die met een 6 (zes) waren beoordeeld maar die naar de mening van het visitatieteam onder een voldoende bleven. Deze scripties bleken evenwel geschreven te zijn in een periode dat de inhoudelijke eisen aan de scripties nog niet op de huidige wijze waren opgesteld. Als gevolg daarvan acht het visitatieteam deze scripties niet maatgevend voor het niveau dat de opleiding heden behaalt. In het profiel van de afgestudeerden komt de breedte van de opleiding tot uiting. De belangstelling van het beroepenveld voor de afgestudeerden bewijst dat de gerealiseerde eindkwalificaties in lijn zijn met de beoogde eindkwalificaties. Het visitatieteam beoordeelt dit facet als voldoende.
Pagina 28 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
6.2 Onderwijsrendement Voor het onderwijsrendement zijn streefcijfers geformuleerd in vergelijking met relevante andere opleidingen. Het onderwijsrendement voldoet aan deze streefcijfers. Bevindingen: Het visitatieteam heeft op grond van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de verstrekte informatie het navolgende kunnen vaststellen: •
•
Het slagingspercentage van de studenten die binnen twee jaar hun studie afronden is 40 %. Het aantal studenten dat binnen drie jaar hun studie voltooien is 84 %. De opleiding heeft voor beide streefcijfers opgesteld, zijnde 70 % geslaagden na twee jaar en 100 % afgestudeerden na drie jaar. Deze streefcijfers acht de opleiding realistisch. De nominale studieduur bedraagt twee jaar. De meeste studenten voltooien binnen die tijd de vakken. Studenten lopen evenwel vertraging op bij het schrijven en afronden van hun Afstudeerscriptie. Als gevolg daarvan is de gemiddelde reële studieduur 2,6 jaar. Door de invoering van het Business Research Atelier verwacht de opleiding de vertraging die optreedt bij het afstuderen, te beperken.
Beoordeling door het Certiked visitatieteam: De opleiding heeft streefcijfers opgesteld voor het slagingspercentage. De opleiding voldoet niet aan deze cijfers. Het visitatieteam acht het rendement van de opleiding alleszins aanvaardbaar en oordeelt het niet halen van de streefcijfers zeker geen reden voor een negatieve beoordeling. Het visitatieteam beoordeelt dit facet daarom als voldoende.
Beoordeling van het onderwerp Resultaten Omdat alle facetten van het onderwerp voldoende zijn, beoordeelt het visitatieteam het onderwerp Resultaten als positief.
Pagina 29 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Bijlage 1: Programma Eerste visitatiedag op 12 januari 2010
09.30 uur - 10.00 uur
Toelichting op visitatie, doornemen programma, plaats van opleiding binnen Faculteit D.P.G. van As (adjunct programmadirecteur Financial Planning), prof.dr. P.H. Boswijk (decaan Faculteit Economie en Bedrijfskunde in de periode 1 januari 2010 – 1 februari 2010), dr. M.L. Hendrikse (programmadirecteur Verzekeringskunde/Toezicht Verzekeringen), prof dr. A.E. Ronner (programmadirecteur ERM/Enterprise Risk Management), prof.dr. J.A.A. van der Veen (director Executive Programs Amsterdam Business School), drs. R.C.W. van der Voort (programmadirecteur Verzekeringskunde/ERM), dr. J.A.M. Wesseling (programmadirecteur Financial Planning)
10.00 uur - 12.00 uur
Domeinspecifieke eisen, programma van de opleiding, didactisch concept, toetsing en examinering, niveau van de opleiding. D.P.G. van As (adjunct programmadirecteur Financial Planning), dr. M.L. Hendrikse (programmadirecteur Verzekeringskunde/Toezicht Verzekeringen), prof. dr. A.E. Ronner (programmadirecteur Enterprise Risk Management), drs. R.C.W. van der Voort (programmadirecteur Verzekeringskunde/ERM), dr. J.A.M. Wesseling (programmadirecteur Financial Planning)
12.00 uur - 12.30 uur
Rondleiding faciliteiten
12.30 uur - 14.00 uur
Documentenonderzoek, lunch visitatieteam
14.00 uur - 15.00 uur
Domeinspecifieke eisen, programma, masterniveau, wo-oriëntatie Vertegenwoordigers van Raden van Advies/Curatorium Drs. E.W. Galesloot-Vaal (directeur Legal Counsel Delta Lloyd, Raad van Advies Verzekeringskunde), mr.drs. L. Hoomans (Beleidsmedewerker Verbond van Verzekeraars, Raad van Advies Verzekeringskunde), mr. drs. M.A. van Deurloo (De Nederlandsche Bank, Raad van Advies Toezicht Verzekeringen), R.J.W. van der Wal (Voorzitter Vereniging Nederlandse Assurantiebeurs, Raad van Advies Enterprise Risk Management), drs. J.H. Holsboer (voormalig lid raad van Bestuur ING, Curatorium Financial Planning), drs. B.E.J. Seemann RA (directeur NIBE-SVV, Curatorium Financial Planning), W. Biemans MFP (FPSB Nederland, werkveld Financial Planning)
15.00 uur - 16.00 uur
Eindtermen, afstudeerbegeleiding, relatie met onderzoek, eindniveau, rendement Dr. S van Hoek Gerritsen (docent Academische Vaardigheden), prof dr. A.E. Ronner (scriptiebegeleider), drs. R.C.W. van der Voort (scriptiebegeleider), dr. J.A.M. Wesseling (scriptiebegeleider)
16.00 uur - 17.00 uur
Aanvullend documentenonderzoek, intern beraad visitatieteam
17.00 uur - 17.30 uur
Terugkoppeling visitatiedag aan opleidingsmanagement, voorbereiding tweede dag
Pagina 30 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Tweede visitatiedag op 26 januari 2010
09.00 uur - 10.30 uur
Eindtermen, programma van de opleiding, lesmodulen/thema’s, inhoud vakken, wo oriëntatie, onderzoeksbegeleiding, didactiek, toetsing Dr. ir. W.J. Willemse (docent Prudentieel en Risico en Toezicht), drs. M. Willemse (docent Basisvak Financiële Economie en Verdieping Financiële Economie), drs. P. Bouwknegt (docent Risico en Toezicht), prof. dr. Ph. de Jong (docent Pensioenen en Sociale Verzekeringen), prof. dr. J. Sonnemans (docent Verzekeringseconomie/Risk & Behaviour), prof. dr. Rob Kaas (voorzitter Examencommissie)
10.30 uur - 12.00 uur
Kwaliteit en organisatie opleiding, gerealiseerde niveau, aansluiting bij beroepspraktijk Drs. D. van der Kwast (alumnus), drs. P. Lohman (alumnus), mr.drs. T.F. Roelfzema (alumnus), mr.drs. H. Nieuwenhuis (alumnus)
12.00 uur - 13.00 uur
Documentenonderzoek, lunch visitatieteam
13.00 uur - 14.00 uur
Kwaliteitszorg en management van de opleiding D.P.G. van As (voorzitter opleidingscommissie), dr. J.A.M. Wesseling (programmadirecteur)
14.00 uur - 15.30 uur
Studielast, studiebegeleiding, toetsing, informatie/communicatie, faciliteiten H. Mijland (student Financial Planning), J. Tobé (student Financial Planning), Y. Baas (student Enterprise Risk Management), R. van de Poel-Versloot (student Enterprise Risk Management), M. Minkenberg (student Verzekeringskunde), M. Verberk (student Verzekeringskunde), R. Wijnands (student Toezicht Verzekeringen), F. de Weert (student Toezicht Verzekeringen)
15.30 uur - 17.00 uur
Aanvullend onderzoek, intern beraad visitatieteam
17.00 uur - 17.30 uur
Terugkoppeling bevindingen D.P.G. van As (adjunct programmadirecteur Financial Planning), dr. M.L. Hendrikse (programmadirecteur Verzekeringskunde/Toezicht Verzekeringen), prof dr. A.E. Ronner (programmadirecteur ERM/Enterprise Risk Management), prof.dr. J.A.A. van der Veen (director Executive Programs Amsterdam Business School), drs. R.C.W. van der Voort (programmadirecteur Verzekeringskunde/ERM), dr. J.A.M. Wesseling (programmadirecteur Financial Planning)
Pagina 31 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Bijlage 2: Documenten • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Zelfevaluatie wo master Verzekeringskunde Besluit NVAO tot positieve beoordeling wo master of science in Verzekeringskunde, 2004 Instemming College van Bestuur Universiteit van Amsterdam met masteropleiding Financial Planning, 1997 Mission statement van de Amsterdam Business School van de Universiteit van Amsterdam Onderzoek gerelateerd aan de opleiding wo master Verzekeringskunde Transformatie van opleiding Financial Planning naar wo master Verzekeringskunde, afstudeervariant Financial Planning Studiewijzers afstudeervarianten Verzekeringskunde, Toezicht Verzekeringen, Enterprise Risk Management en Financial Planning, 2009/2010 Eindkwalificaties opleiding Verzekeringskunde en haar afstudeervarianten Verdeling van de leerdoelen over de vakinhouden en de toetsing per vak Literatuur en aanvullende literatuur, aanwezig op blackboard Examenreglement wo master Verzekeringskunde 2009/2010 Tentamens 2008/2009 inclusief beoordelingen Afstudeerscripties, inclusief beoordelingen Deficiëntieprogramma Handleiding voor het schrijven van een scriptie Afstudeergids voor de afstudeervarianten Verzekeringskunde, Toezicht Verzekeringen, Enterprise Risk Management en Financial Planning Beoordelingsprocedure Handboek kwaliteitszorg in het reguliere onderwijs Evaluatieformulier Resultaten van evaluaties Competentieprofiel docent van Universiteit van Amsterdam Regeling BKO/BasisKwalificatie Onderwijs Alfabetische namenlijst docenten van alle vier afstudeervarianten Curriculum Vitae van docenten Samenstelling Raden van Advies en Curatorium Notulen Raden van Advies en Curatorium Verslaglegging Management Team en docentenvergaderingen Samenstelling Examencommissie en Opleidingscommissie Notulen Examencommissie en Opleidingscommissie Overzicht van alle afgestudeerden Overzicht van alle scripties Gedragscode voor financiële planners van het Register Masters in Financial Planning FPSB-competencies gekoppeld aan (oude) MFP-programma
Pagina 32 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Bijlage 3: Domeinspecifiek referentiekader Eindkwalificaties van de wo masteropleiding Verzekeringskunde van de Universiteit van Amsterdam. Eindkwalificaties voor kennis en inzicht De opleiding is opgebouwd vanuit vier deelgebieden, namelijk Financiële economie, Actuariaat, Rechtskennis en Bedrijfskunde. De instromende studenten hebben op verschillende deelgebieden verschillende kennisniveaus. De masteropleiding richt zich op verbreding van de bestaande kennis tot het niveau van uitgebreide kennis en op de ontwikkeling van gespecialiseerde kennis. Gedetailleerde kennis op hoog academisch niveau wordt daarnaast gecombineerd met zicht op praktijksituaties en toepassingsmogelijkheden. Studenten hebben na het voltooien van de opleiding de volgende kennis:
Uitgebreide kennis van elk van de deelgebieden Financiële economie, Actuariaat, Rechtskennis, zowel juridisch als fiscaal, en Bedrijfskunde, gericht op de verzekeringsbedrijfstak (voor de afstudeervarianten Verzekeringskunde en Toezicht Verzekeringen) respectievelijk de financiële dienstverlening en instellingen (voor de afstudeervarianten Enterprise Risk Management en Financial Planning); Specialistische kennis op ten minste één van de bovengenoemde gebieden of een multidisciplinair gebied; Een gedegen inzicht in de samenhang tussen de verschillende deelgebieden en de verzekeringspraktijk respectievelijk het riskmanagement en het financiële plan.
Eindkwalificaties voor vaardigheden zijn:
Het kritisch kunnen beoordelen en analyseren van vraagstukken op het gebied van de verzekeringskunde respectievelijk riskmanagement en financiële planning; afgestudeerden zijn in staat de belangrijkste in de praktijk levende vraagstukken te analyseren en voor daarmee samenhangende problemen creatieve oplossingsrichtingen aan te dragen; Het kritisch kunnen beoordelen en analyseren van concrete vraagstukken van individuele verzekerings- en andere financiële instellingen; afgestudeerden zijn in staat deze specifieke rol en plaats van de verzekeringsinstelling te 'lezen’ en te interpreteren, en voor praktische vraagstukken passende oplossingsrichtingen aan te dragen; Het zelfstandig kunnen ontwerpen en uitvoeren van onderzoek met een wetenschappelijk karakter, inclusief het formuleren van een probleemstelling, het vinden en verwerken van de benodigde onderzoeksbronnen, en het systematisch verzamelen, interpreteren en analyseren van relevante praktijkinformatie; dit onderzoek kan zowel een theorievormend of -toetsend karakter hebben, als een toegepast karakter; Het helder en bondig kunnen rapporteren, zowel schriftelijk als mondeling, over onderzoek van wetenschappelijk niveau, en op basis van dit onderzoek organisaties te adviseren; Op adequate wijze kunnen communiceren met personen die binnen verzekerings- en andere financiële instellingen in andere disciplines werkzaam zijn.
Eindkwalificaties voor attitude zijn:
Een houding waarmee constructief in (multidisciplinair) teamverband kan worden samengewerkt; Een actieve leer- en onderzoekshouding, die voortkomt uit een besef dat men nooit is ‘uitgeleerd’, ook niet wanneer het gaat om bedrijfskundige vraagstukken; Een besef dat de werkelijkheid van het functioneren van verzekerings- en andere financiële instellingen niet enkelvoudig is, omdat afhankelijk van de invalshoek die wordt gekozen, het begrip van problemen en oorzaken kan verschuiven; dit vereist een open houding naar verschillende (disciplinaire) visies; Een besef van de internationale, maatschappelijke, culturele en ethische context waarbinnen de verzekeringskunde respectievelijk het riskmanagement en de financiële planning worden beoefend.
Pagina 33 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Bijlage 4: Visitatieteam Drs. R. de Lusenet, teamleider De heer De Lusenet is sinds eind 2004 als teamleider actief betrokken bij Certiked. Hij heeft talrijke visitaties bij bachelor- en masteropleidingen zowel in het hoger beroepsonderwijs als in het wetenschappelijk onderwijs uitgevoerd. In zijn overige werkzaamheden als zelfstandig organisatieadviseur is hij gespecialiseerd in human resources management, opleiding en training, kwaliteitsmanagement en professionalisering van het management binnen organisaties. De heer De Lusenet (Bedrijfskunde Nijenrode 1975 en Bedrijfskunde Delft 1976) is ruim twintig jaar actief geweest in leidinggevende functies bij enkele toonaangevende internationale organisatieadviesbureaus (waaronder KPMG Consulting en GITP International). Naast zijn werkzaamheden als adviseur op het gebied van human resources management en strategie en beleid, is hij in die hoedanigheid verantwoordelijk geweest voor het formuleren en (doen) uitvoeren van het bureaubeleid. Mw. dr. M.S. Leloux, teamleider Mevrouw Leloux (1961) is na haar studie en promotie (1991) farmacie aan de Rijksuniversiteit Utrecht bij verschillende organisaties (AKZO Nobel, RIKILT, NIZO food research) in verschillende researchfuncties (onderzoeker, projectleider, programmaleider, onderzoeksdirecteur en business development manager) werkzaam geweest. Daarnaast voert zij sedert 2003 voor Certiked regelmatig visitaties uit, onder meer als teamleider, secretaris en extern deskundige. Momenteel is zij zelfstandig adviseur op het gebied van kennisexploitatie en werkt zij als zodanig onder andere bij de Vrije Universiteit Amsterdam. Daarnaast ontwikkelt en geeft zij (internationale) workshops op het gebied van kennisexploitatie. Ook is zij (0,2 fte) werkzaam aan de Universiteit Twente als senior onderzoeker op dit gebied. Mevrouw Leloux is tevens lid van een schoolbestuur van een scholengemeenschap voor voortgezet onderwijs. Prof.mr. Ph.H.J.G. van Huizen, extern deskundige Mr van Huizen was a staff Member of the Dutch Supervisory Authority on Assurance Companies from 1978 to 1981. From 1981 to 1990 he was associate professor in Insurance Law at the Erasmus University, Institute of Insurance Law. In 1988 he obtained a Ph.D on Marine Insurance (cum laude) awarded with the science award of the Erasmus University and in 1989 with the Hudig-Langeveldt award. From 1990 onwards he is a professor of Commercial Law at the University Utrecht. Between 1991 and 2000 he was attorney at law at Utrecht and from 2000 onwards he is attorney at law at Rotterdam. Mr. van Huizen is a member of the editorial board of two international journals (one in the English language and one in the Dutch language) and one Dutch journal, being European Journal of Commercial Contract Law, Tijdschrift Vervoer en Recht (president) and Tijdschrift voor Handelsrecht. As professor at the University Utrecht lectures are given on the following subjects: Insurance law, Commercial law, International Commercial law. From 1992 to 1994 he gave a course on Marine Insurance at the Asser Institute, in 1996 a summercourse on European Company Law, from 2005 onwards a Course on International Commercial Law end from 2007 onwards a course on Financial Regulatory Law (with Advisory Authority on Financial Markets). Mr van Huizen Various (academic) publications varying from books, editorial boards and articles in journals on the subjects: insurance law, transport law, (international) commercial law, pension law, intellectual property and international trade, finance law, European procedural law and financial regulatory law. Prof. dr. J. Koelewijn, extern deskundige De heer Koelewijn (Amsterdam, 1956) studeerde algemene economie en promoveerde in 1992 aan de Vrije Universiteit op een proefschrift over het toezicht op het bankwezen. Zijn kennis van de financiële wereld deed hij op als onderzoeker en universitair docent aan de Vrije Universiteit, als analist financiële waarden bij MeesPierson en als hoofd beleggingsstrategie en hoofd research bij IRIS, het onderzoeksinstituut van Rabobank en Robeco. Zijn laatste functie was hoofd research bij de Autoriteit Financiële Markten. Sinds enige jaren heeft hij zijn eigen adviesbureau, Financieel Denkwerk. Hij adviseert bedrijven en financiële instellingen op het gebied van beleggingsbeleid, toezicht en integriteit. Verder is de heer Koelewijn hoogleraar Corporate Finance aan Universiteit Nyenrode en lector Corporate Governance aan de Hogeschool Inholland.
Pagina 34 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Y. de Kraa, student De heer De Kraa studeert Financial Economics, thans in de masterfase van het curriculum, aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Als voormalig voorzitter van de Economische Faculteitsvereniging Rotterdam (EFR) in 2007 – 2008 en momenteel als lid van de Faculteitsraad van de Erasmus School of Economics is de heer De Kraa reeds meereder jaren actief betrokken bij de ontwikkelingen binnen deze instelling. Drs. W.J.J.C. Vercouteren RC, secretaris De heer Vercouteren heeft economie gestudeerd en de postdoctorale controllersopleiding afgerond. Hij heeft in verschillende managementfuncties gewerkt bij het uitgeefconcern Wolters Kluwer. Sedert 1989 legt hij zich vanuit zijn eigen onderneming toe op strategisch human resources management en vraagstukken van governance, sturing en kwaliteit in het onderwijs. Hij heeft onder meer werkzaamheden uitgevoerd voor het ministerie van Onderwijs, onderwijsinstellingen, uitgeverijen, bedrijven in de financiële sector en de industrie. Hij voert regelmatig visitaties uit in het hoger onderwijs. Daarnaast geeft de heer Vercouteren colleges bestuurlijke informatievoorziening en management control aan Universiteit Nijenrode.
Pagina 35 van 36 wo master Verzekeringskunde
Universiteit van Amsterdam © Certiked-vbi
Bijlage 5: Onafhankelijkheidsverklaringen
Pagina 36 van 36 wo master Verzekeringskunde