Oan Provinsjale Steaten
Gearkomste Wurklistnûmer Beliedsprogramma Ôfdieling Behanneljend amtner Tastel Registraasjenûmer Primêr nûmer
: : : : : : : :
Ûnderwerp
: Vaarwegenverordening Fryslân
Taheakke
:
Oanlieding / Beliedsramt
: Uitvoering geven aan vaarwegbeheertaak ingevolge de Waterwet
21 mei 2014 01B 2 Instandhouding infrastructuur Stéd en Plattelân Klaas Rozendal 5362 1115072 -
1. Concept ‘Reglement van Wetterskip Fryslân’ 2. Concept ‘Waterverordening provincie Fryslân’ 3. Concept geheel herziende ‘Vaarwegenverordening Fryslân 2014 + bijlagen: Lijst A; Lijst B; Lijst C Kaart vaarwegbeheer ‘na overdracht’ Kaart Nautisch beheer 4. Reactienota inspraak reacties
De Waterwet is op 22 december 2009 in werking getreden. Deze wet beoogt de overheidszorg voor de watersystemen in ons land in één wet te regelen. De wet biedt daarmee de juridische verankering van een ontwikkeling naar integraal waterbeheer, zoals die zich de afgelopen jaren ook al deels heeft voorgedaan.
In de Waterwet wordt vaarwegbeheer beschouwd als een van de onderdelen van het watersysteembeheer. Vaarwegbeheer is de zorg van de overheid om scheepvaart mogelijk te maken en te houden, overeenkomstig de aan dat water toegekende vaarwegfunctie. Het vaststellen van de verordeningen voor de regionale wateren is een bevoegdheid van Provinciale Staten.
1
Koarte gearfetting
:
Uw Staten wordt voorgesteld om de wijzigingsvoorstellen in het kader van de toedeling vaarwegbeheer conform de bijgesloten juridische documenten vast te stellen. Hiermee wordt het uitgebreide netwerk van vaarwegen als een van de belangrijkste toeristisch/economische pijlers van onze provincie langdurig in stand gehouden. Tevens wordt voorgesteld hoe de gewijzigde beheersituatie meerjarig kan worden gefinancierd. Taljochting
:
Vertrekpunten Voorafgaand aan de thans voorliggende definitieve besluitvorming over dit onderwerp hebben uw staten bij besluit van 21 maart 2012, kenmerk 986979, met betrekking tot de uitwerking van de aanwijzing van het vaarwegbeheer, de navolgende koers bepaald: 1. Het vaarwegbeheer wordt voor de lichtere recreatieve vaarwegen (de klassen Dm, E en F) toegewezen aan het Wetterskip Fryslân. Op dit uitgangspunt wordt de volgende uitzondering gemaakt: het beheer van vaarwegen die van groter toeristisch en economisch belang zijn, wordt toegewezen aan de provincie. Aanvullende criteria voor toewijzing aan de provincie zijn: - aantal vaarbewegingen - onderdeel van toegangspoort Fryslân - complexiteit van het beheer (maatwerk) Het betreft in elk geval de Turfroute, het Polderhoofdkanaal, een deel van de noordelijke Elfstedenroute (tussen Berlikum en Bartlehiem), de Luts en de DM vaarwegen tussen Snekermeer, Sneek, Langweer en Joure. 2. Het vaarwegbeheer wordt voor de grotere vaarwegen (beroepsvaarwegen, Azm, Bzm, Czm en Cm) vooralsnog toegewezen aan de provincie. 3. Voor 1 maart 2013 komen GS met de definitieve voorstellen onder welke voorwaarden de taakoverdracht redelijk is; 4. Voor 1 maart 2013 zijn er afspraken gemaakt over het oplossen van eventueel achterstallig onderhoud bij gemeenten dan wel een passende afkoopsom bijdragen; 5. Provincie en Wetterskip Fryslân starten zo voor 1maart 2013 het proces om in gezamenlijkheid tot één legger te komen; 6. Een eerste voorstel voor beheer en bekostiging van de bodem wordt voor 1maart 2013 uitgewerkt; 7. De taak- en kostenverdeling voor het oeverbeheer wordt nog nader uitgewerkt. Per 1 maart 2015 ontvangen PS de definitieve voorstellen hieromtrent. Uitgangspunt hierbij is dat degene met het meeste belang bij die oever, het meeste betaalt; 8. Overige bijbehorende onderdelen worden uitgewerkt op een bij de hoofdlijn passende manier en zijn op 1 maart 2013 gereed.
2
Vervolgens hebben wij u tussentijds op als volgt geïnformeerd over de inhoud en de voortgang van het proces, middels: - Brief aan uw staten, kenmerk 01036679 d.d. 22 januari 2013, onderwerp: Voortgang aanwijzing vaarwegbeheer; - Brief aan uw staten, kenmerk 01058081 d.d. 7 juni 2013, onderwerp: Informerende brief aan de colleges van B&W i.z. de voortgang en het proces van de implementatie Waterwet; - Brief aan uw staten, kenmerk 01084395 d.d. 10 oktober 2013, onderwerp: Inspraakrijpheid implementatie Waterwet. Taakverdeling provincie en waterschap Ons voorstel aan uw staten (febr. 2012) was dat Wetterskip Fryslân de Dm routes zou gaan beheren. U heeft toen besloten om, mede naar de wens van diverse gemeenten, het beheer van een aantal Dm routes, uit het oogpunt van doelmatigheid bij de provincie onder te brengen. Tevens heeft u ons toen in overweging gegeven om meer Dm routes in provinciaal beheer te nemen. Vervolgens is op zowel ambtelijk, als bestuurlijk niveau overleg gevoerd tussen provincie, een aantal waterrijke gemeenten en Wetterskip Fryslân. Dit overleg was bedoeld om inzicht te verkrijgen in de opvattingen van de verschillende partijen en hen mee te nemen in het proces. Deze partijen hebben zich positief uitgelaten over het voorstel dat de provincie alle DM routes gaat beheren. Dit vanwege het grote economische (recreatief-toeristisch) belang en een heldere verdeling (geen knip in de Dm vaarwegen). Gelet op: 1. het belang van goed beheer van de Friese (beroeps en recreatieve) vaarwegen; 2. het borgen van de resultaten van het Friese Merenproject; 3. een heldere taakverdeling tussen provincie en waterschap, zijn wij er bij de verdere uitwerking van uitgegaan dat alle, in totaal 389 km Dm vaarwegen, in provinciaal beheer komen. Bovendien zijn wij van oordeel dat het wenselijk en mogelijk is om met de aanwijzing van vaarwegbeheerders een verbetering te realiseren qua doelmatigheid. Wetterskip Fryslân wordt vaarwegbeheerder van de kleinere E en F vaarwegen. De onderhoudsopgave, periodiek baggeren van de kleinere E en F vaarwegen, sluit direct aan op de reguliere waterbeheertaken van het waterschap en vormt daardoor een beperkte extra opgave voor het waterschap. Het waterschap heeft te kennen gegeven dat zij bereid is deze nieuwe taak er bij te nemen. Het areaal aan vaarwegen in strekkende kilometers dat de provincie gaat beheren bestaat zodoende uit de grotere beroepsvaarwegen (exclusief het Prinses Margrietkanaal), deels overlappend met Azm en Bzm routes, plus Czm, Cm en Dm routes zoals weergegeven in onderstaand schema. PvvP netwerk Kilometers Huidige situatie
Azm/GSVW
95 Prov
Bzm 116 prov
Vereenvoudigd
Situatie na 21 mei 2014:
Prov
prov
Czm 198 prov+ gem prov
Cm 102 prov+ gem Prov
Dm 389 prov+ gem prov
E 90
F 99
gem WSF
Gem WSF
A-Dm provincie E-F waterschap
3
Bij de totstandkoming van de toedeling van het vaarwegbeheer zoals aan uw staten wordt voorgelegd, heeft de bij het PVVP behorende streefbeelden kaart van het Friese netwerk van vaarwegen als referentie gediend. Van een groot deel van vaarwegen die van de gemeenten worden overgedragen aan de provincie, is de vaarklasse vastgesteld op DM niveau (doorvaarthoogte 2,50 m). De vaarwegen worden ‘schoon’ opgeleverd of de gemeente betaald een afkoopsom voor achterstallig onderhoud. Ook na vaststelling door u, kunnen gemeenten nog besluiten om vaarwegen in overeenstemming te brengen met het provinciale streefbeeld. Op die wijze zal het areaal van vaarwegen dat de provincie beheert nog verder uitbreiden. Hiermee zullen op termijn, 15 – 20 jaar na overdracht, ook de onderhoudskosten toenemen. Rijkswateren Bij AMvB heeft het Rijk bepaald voor welke wateren het Rijk vaarwegbeheerder is. Kort samengevat betreft dat de vaargeulen in de Rijkswateren (Ysselmar en Waddenzee) en de vaargeul in het Lauwersmar. Hieronder vallen niet alle verbindende stukjes met de toegangspoorten van Fryslân. Deze ‘stukjes’ worden nu beheerd door gemeenten of provincie. Inmiddels is het Prinses Margrietkanaal als onderdeel van de vaarweg Lemmer-Delfzijl, per 1-1-2014 in eigendom en beheer overgedragen aan het Rijk. In dit voorstel is de overdracht verwerkt. Overijssel De vaarwegverbinding tussen de Helomavaart en de Blessebrug bij de Lindevallei via onder meer de (Boven)Linde en het Wijde komt in vaarwegbeheer en nautisch beheer bij de provincie Fryslân. Voor wat betreft dat gedeelte van de vaarweg, gelegen op het territoir van de provincie Overijssel verklaren Provinciale Staten van Overijssel dat de provincie Friesland bevoegd gezag is van deze vaarwegverbinding. Oevers In dit voorstel wordt, in verband de te verwachten hoge kosten die dit met zich meebrengt het onderhoud aan de oevers niet meegenomen. Hiermee zetten we niet langer in op het inperken van de versnippering van het oeverbeheer als onderdeel van het vaarwegbeheer. Het beheer en onderhoud van de oevers ligt nu voornamelijk bij het waterschap, de provincie en de gemeenten. Daarnaast hebben watergerelateerde bedrijven, agrarische bedrijven en particuliere grondeigenaren oeverstroken in beheer of gebruik en in eigendom. De inrichting en de kwaliteit van de oevers is meestal afhankelijk van de functie die op de aan grond direct grenzend aan de oeverconstructie wordt toegewezen. De ene keer betreft het een naastgelegen fietspad, logischerwijs zijn de kosten dan voor de beheerder/eigenaar van het fietspad. In een ander geval kan de oever de functie van loskade hebben. De kosten zijn in zo’n geval voor de belanghebbende eigenaar. Langs de grotere vaarwegen keert de oeverconstructie de wal ten behoeve van de vaarwegfunctie. In die gevallen is de provincie dikwijls eigenaar en staat daarmee voor de kosten van het onderhoud aan de lat. Heroverweging van kostentoedeling van het oeverbeheer leidt onvermijdelijk tot discussie over wie, voor welke functie(deel) moet betalen. Wij stellen daarom voor om de opgave voor oeveronderhoud conform de huidige situatie in stand houden.
4
Meren Eveneens is in dit voorstel geen rekening gehouden met een vastgestelde onderhoudsdiepte van de meren (wel t.a.v. de geulen die door meren lopen). De meren zijn destijds om niet van de Dienst der Domeinen overgenomen, zonder vastgesteld kwaliteits- of onderhoudsniveau. Verondiepingen die gevaar opleveren voor de scheepvaartveiligheid, die zich op de meren kunnen voordoen, worden wel uit de middelen voor incidenteel baggeronderhoud aangepakt. Afspraken met gemeenten De afgelopen periode is veelvuldig overleg gevoerd met de verschillende gemeenten. Per gemeente is in kaart gebracht welke vaarwegen in aanmerking komen voor overdracht. Per vaarweg is bepaald welke recreatieklasse het betreft en onder welke voorwaarden de vaarweg kan worden overgedragen. Het resultaat is vertaald in een overdrachtsovereenkomst tussen gemeente, waterschap en provincie. In het proces om te komen tot de overeenkomst zijn de volgende uitgangspunten gekozen: -
-
-
De eigendomssituatie wijzigt niet, het betreft een overdracht van het vaarwegbeheer. De vaarweg wordt ‘schoon’ overgedragen of er wordt een afkoopsom betaald voor de restopgave (bagger) Water in woonwijken, havens en doodlopende vaarten in de bebouwde kom blijven in beheer bij de gemeente. Hierdoor ontstaat de situatie dat de vaarwegbeheerder verantwoordelijk is voor doorgaande vaarroutes en het bereikbaar maken van watersportkernen en havens. Het maatwerk bij aanlegplekken, havens en woonwijken blijft bij de gemeente. Het oeverbeheer wijzigt niet, dit blijft bij de huidige beheerder. Niet betonde routes over de meren blijven bij de overdracht buiten beschouwing, omdat de provincie nog geen beleid heeft voor het vaarwegbeheer van de meren buiten de geulen. Vaarwegen die nog een opwaardering nodig hebben voordat deze voldoen aan een vaarwegklasse zijn bij de overdracht buiten beschouwing gelaten. Na opwaardering naar een vaarwegklasse (meestal op initiatief van de gemeente) kan het vaarwegbeheer deze vaarwegen worden overgedragen aan provincie of waterschap (afhankelijk van de gerealiseerde klasse). Voorbeelden hiervan zijn Polder Hoofdkanaal (Dm), De Arumer Feart (Dm) en Súd Ie (Dm).
Inmiddels hebben wij met alle gemeenten ambtelijk overeenstemming over de overeenkomst. Een groot aantal overeenkomsten is inmiddels ook bestuurlijk akkoord en ondertekend. Bij enkele gemeenten is nog bestuurlijke besluitvorming nodig . Juridische vertaling + inspraak Om de gewenste verdeling van het vaarwegbeheer te kunnen regelen is een wijziging op het waterschapsreglement nodig, een integrale herziening van de vaarwegenverordening en een aanvulling op de waterverordening. Met deze aanvulling op de waterverordening neemt Wetterskip Fryslân haar vaarwegentaak ook mee in de legger. Het gehele pakket aan juridische documenten (vaarwegenverordening, wijzigingen reglement en aanvulling waterverordening) is integraal in de inspraak gebracht in december 2013 en januari 2014. Voor deze inspraak is de procedure gevolgd zoals beschreven in afdeling 3.4 van
5
de AWB. De resultaten van de inspraak zijn verwerkt in een reactienota en het behandelvoorstel voor Provinciale Staten in mei 2014. De reactienota is op 25 maart door ons college vastgesteld en worden uw staten hierbij aangeboden. In de wijzigingsvoorstellen van het Reglement voor Wetterskip Fryslân, wordt Wetterskip Fryslân aangewezen als beheerder voor het volledig watersysteem inclusief het vaarwegbeheer. Het vaarwegbeheer waarvoor bij of krachtens verordening een andere beheerder is aangewezen, wordt daarbij als uitzondering benoemd. In de combinatie van het Waterschapsreglement en de Vaarwegenverordening wordt het volgende geregeld: a. welke wateren worden aangemerkt als vaarwegen in de PVVP-klassen A t/m F; b. de provincie Fryslân wordt aangewezen als beheerder van alle vaarwegen met de PVVP-klassen A t/m D en De Luts (lijst A); c. Wetterskip Fryslân wordt aangewezen als beheerder van de vaarwegen in de PVVP-klassen E en F, uitgezonderd De Luts (lijst C); d. de gemeente Harlingen wordt aangewezen als beheerder van de doorgaande vaarwegen binnen de gemeentegrenzen (vanwege de samenhang met de havens)en de provincie Overijssel als beheerder van een deel van het grenswater De Linde (geen verandering t.o.v. huidige situatie) (lijst B); e. Wat betreft het beheer va de Lauwers wordt uitgegaan van de huidige situatie, namelijk dat de provincie Fryslan als beheerder optreedt. In administratieve zin moet de Provincie Groningen hiervoor nog een aanwijzing doen. f. normstelling voor de uitvoering van de vaarwegbeheerstaak, zowel met betrekking tot de vaarwegdiepte (gerelateerd aan de diepgang van de schepen die de desbetreffende vaarwegen moeten kunnen bevaren) en de bevaarbare breedte van de vaarwegen. Wetterskip Fryslân vertaalt de normen voor zijn vaarwegen in de legger. De verplichting daartoe is opgenomen in de waterverordening. De provincie maakt ook een gegevensregistratie. Samen proberen zij deze registraties op elkaar af te stemmen. Met deze juridische vertaling krijgen de vaarwegen die voorheen in beheer waren bij de gemeenten ook een formele status. Het vaarwegbeheer is geen vrijblijvende taak meer. Bestuurlijk is afgesproken dat er jaarlijks overleg komt tussen de bij het vaarwegbeheer betrokken overheden. Doel van dit overleg is het gezamenlijk programmeren en vroegtijdig knelpunten signaleren. Nieuw areaal In de huidige situatie is het vaarwegbeheer verdeeld over het Rijk, de provincie en 21 Friese gemeenten. Daarnaast is het Wetterskip Fryslân actief op dezelfde wateren omdat het waterschap daar het waterkwantiteit- en kwaliteitbeheer doet. De areaal verdeling is nu in de praktijk globaal als volgt: • provincie circa 580 km • 21 gemeenten gezamenlijk circa 490 km, • Rijk circa 242 km (inclusief Lemmer-Delfzijl)
6
Het vaarwegbeheer van de grenswateren met Overijssel is toegewezen aan de provincie Overijssel (ca. 20 km). Na de overdracht van het Prinses Margrietkanaal naar het Rijk per 01-01-2014, beheert de provincie in de huidige situatie 580 km vaarweg. In het kader van de aanwijzing van de vaarwegbeheerstaak door uw Staten wordt dit areaal uitgebreid met betrekking tot het nautisch beheer en onderhoud baggeren met 230 kilometer naar 780 km (een uitbreiding met 42 %). Daar bovenop komt nog 150 km extra in Nautisch beheer (waterschap). In de loop van de tijd kunnen gemeenten alsnog verzoeken om vaarwegen na opwaardering tot Dm over te dragen aan de provincie. In totaal kan het areaal hiermee nog worden uitgebreid van 780 km nu, tot maximaal 947 km in de toekomst. De extra onderhoudskosten zullen echter pas na circa 10 – 20 jaar na overdracht op de begroting gaan drukken. Het Van Harinxmakanaal niet meegerekend in het areaal omdat hier een afzonderlijke financiering is (afkoopsom van het Rijk) voor baggeren en oevers. Areaal provinciaal vaarwegbeheer Streefbeeld zoals vastgelegd in Huidige provinciaal beheer Van Harinxmakanaal Extra: van gemeenten naar provincie Totale lengte vaarwegbeheer (Baggeronderhoud en nautisch beheer) Extra: vaarwegen in beheer bij het waterschap
PVVP Nautisch beheer en baggeronderhoud Baggeronderhoud (*) Nautisch beheer en baggeronderhoud
947 km 580 km - 30 km 230 km
780 km Nautisch beheer
150 km
(*) – voor onderhoud van het VHK is een afkoopsom (rijk) in de begroting opgenomen Kosten De ervaring uit het verleden leert dat de baggeraanwas in de proviniciale vaarwegen zeer variabel is. Sommige vaarwegen slibben snel aan, andere hebben bijna geen onderhoud nodig. Gemiddeld genomen is een baggeraanwas berekend van 0,5 cm per jaar. Deze gemiddelde situatie doet zich in de praktijk echter niet voor. Als gevolg van de FMP investeringen is het vaarnetwerk momenteel behoorlijk op orde. Ook de vaarwegen die worden overgedragen hebben de komende jaren niet veel onderhoud nodig. Veel vaarwegen worden zonder achterstand overgedragen, of de baggeropgave in de vaarwegen is beperkt. Aanvullend op de reguliere middelen is vanaf 2002 jaarlijks € 660.000 uit het FMP ingezet om achterstallig groot baggeronderhoud te kunnen wegwerken. Het FMP wordt wordt echter na 2015 beeindigd. De situatie na het inlopen van de achterstand op het baggeronderhoud is slechts een momentopname. Programmatische aanpak Met de uitvoering van het FMP zijn verwachtingen gewekt ten aanzien van het de kwaliteit van het provinciale vaarwegen netwerk. Als de verwachtingen niet worden waargemaakt loopt Fryslân als watersportprovincie imago- en economische schade op en verliest het op dat gebied haar aantrekkingskracht. De opgave voor de toekomst is instandhouding van de verworvenheden van het FMP (vaarnetwerk op diepte). Dit willen we bereiken door niet opnieuw achterstallig baggeronderhoud te laten ontstaan. Hiervoor is
7
een blijvende programmatische baggerinspanning noodzakelijk die wordt gefinancierd uit een door uw staten in te stellen bestemmingsreserve of voorziening, die gevuld wordt met de afkoopsommen van de gemeenten en het bestaande- en het nieuwe budget voor baggeronderhoud. Gemiddeld genomen is voor het baggerponderhoud van het huidige areaal (550 km) ca € 900.000,- per jaar nodig voor en voor het nieuwe areaal (780 km), circa 1,25 mio euro per jaar. De extra kosten vanwege uitbreiding van het vaarwegareaal, hoofdzakelijk met de DM routes, bedragen in de toekomst zodoende ruwweg structureel €350.000,- per jaar. De vaarwegdiepten zijn door de inspanningen als gevolg van de bijdragen uit het FMP redelijk op orde. Zonder deze extra bijdragen is niettemin structureel extra geld nodig voor baggeronderhoud. Uitwerking en dekking De (extra) taak voortvloeiende uit de toedeling van het vaarwegbeheer aan de provincie t/m de DM klasse vaarwegen is opgenomen in de kadernotavoorstellen van 2015. De dekking hiervoor moet gevonden worden in een structurele verhoging van de algemene begroting met € 425.000 en valt uiteen in: a) baggeronderhoud b) nautisch beheer a) Baggeronderhoud Omdat het baggeronderhoud een reguliere taak is kan deze taak het meest efficiënt worden uitgevoerd met reguliere middelen die worden onderbouwd door een meerjaren programma. Het programma biedt waarborgen voor uitvoering en mogelijkheden voor sturing. De benodigde middelen uit de begroting kunnen beschikbaar worden gesteld via een bestemmingsreserve ‘baggeronderhoud’. In de huidige begroting is voor het baggerprogramma van het huidige areaal een vast bedrag opgenomen van €480.000 per jaar. Dit bedrag is opgeknipt in twee delen: 1. €100.000 voor het jaarlijks locaal wegwerken van verondiepingen die direct de veiligheid en de vlotheid van het scheepvaartverkeer belemmeren en waar snel ingrijpen noodzakelijk is (incidenteel baggeronderhoud), door de afdeling Beheer & Onderhoud; 2. €380.000 voor uitvoering van het reguliere baggerprogramma door YPA (afdeling Infrastructureleprojecten en Advies) op basis van een meerjarenprogrammering. (exclusief VH-kanaal ). Wat hebben wij in de toekomst nodig voor groot baggeronderhoud Op basis van huidige inzichten is de inschatting de we de komende 10 jaar jaarlijks gemiddeld € 780.000 nodig hebben (huidige middelen € 480.000 + € 300.000 extra ) om de vaarwegen te kunnen onderhouden volgens een baggerprogrammering. Daarbovenop is een bedrag nodig voor ‘snel ingrijpen bij lokale verondiepingen’ zoals nu ook aan de orde is. Deze opgave kost, geextrapoleerd naar het nieuwe areaal €140.000 (nu €100.000 + €40.000 extra). De door de gemeenten aan de provincie over te dragen vaarwegen worden ‘schoon’ d.w.z. zonder achterstallig baggeronderhoud opgeleverd, of met een afkoopsom voor het
8
later alsnog wegwerken er van. De gesommeerde hoogte van de afkoopsommen van alle gemeenten bedraagt naar verwachting 1.7 mio euro. Deze bijdrage zou over een periode van 10 jaar (€ 170.000,- / jaar), van uit de bestemmingsreserve kunnen worden ingezet als dekking van bovengenoemde baggerclaim. Een keuze is om geen extra middelen voor programmatisch baggeronderhoud ter beschikking te stellen. In dat geval is, of op een later moment veel extra geld nodig voor groot baggeronderhoud of, (nog later) zal opnieuw achterstallig baggeronderhoud ontstaan. Voor het voorbereiden en begeleiden van deze (extra) baggerprogrammering en verlening ontheffingen Vaarwegenverordening (onderdeel van het Nautisch beheer – zie onder b) wordt 1 fte schaal 8 gevraagd (€ 55.000,-). b) Nautische beheertaak Op de uitbreiding van het vaarwegenareaal is o.m. de Provinciale Vaarwegenverordening Fryslân van toepassing. Deze verordening waarborgt de vaarwegfunctie naar verschillende functiecategorien en het gebruik van de vaarwegen. De nautische beheertaak is (voornamelijk) een wettelijke taak die uitvoering geeft aan de kaders die door de Scheepvaartverkeerswet c.a. en het bevoegd gezag (GS) zijn gesteld. De nautische beheerstaak is op een groter areaal van toepassing dan de beheerstaak van het baggeronderhoud. Naast de uitbreiding van 230 km ikv de waterwet komt er nog een aanvulling bij van 150 km aan E en F vaarwegen in beheer bij het waterschap. Daarmee komt het totale areaal waar nautisch toezicht door de provincie wordt uitgevoerd op: 550 km huidig areaal + 30 km Van Harinxmakanaal + 230 km (hoofdzakelijk DM vaarwegen) en 150 km (E en F vaarwegen waarvan het vaarwegbeheer ligt bij het waterschap).
Wat hebben we nodig voor het uitvoeren van de nautische beheertaak 1) inzet tbv vergunningverlening. Deze uren zijn onderdeel van de gevraagde invulling schaal 8 en opgenomen onder a) 2) inzet varende dienst (inspectie en scheepvaart), extra benodigd 2 fte schaal 7 ( 2 x € 50.000,-). 3) inzet vaartuigen (brandstoffen, onderhoud, exploitatie) geraamd € 70.000,4) vaarwegmeubilair (bebording enz) geraamd € 30.000,-
9
Resumerend - extra middelen structurele baggerprogrammering - extra middelen structureel ‘snel ingrijpen locale verondiepingen’ - formatie tbv baggerprogrammering en vergunningverlening - bijdrage afkoopsom gemeenten over 10 jaren ingezet
€ 300.000,€ 40.000,€ 55.000,- € 170.000,€ 225.000,-
Totaal extra bijdrage agv consequenties onderhoud waterwet: -Voor de nautische beheerstaak als gevolg van de areaal uitbeiding is jaarlijks extra nodig:
€ 200.000,-
Totaal:
€ 425.000,-
Wij geven u in overweging te besluiten conform bijgevoegd ontwerpbesluit.
Ljouwert, Deputearre Steaten fan Fryslân,
J.A. Jorritsma
, foarsitter
drs. A.J. van den Berg
, siktaris
10
BESLÚT
:
PROVINSJALE STEATEN fan FRYSLÂN
Nei it lêzen fan it útstel fan Deputearre Steaten fan Fryslân fan 21 maaie 2014 nr. .
Oerwagende dat
:
Het van belang is de economische belangen van beroeps- als recreatievaart in onze provincie goed te borgen; de huidige taakverdeling van het vaarwegbeheer zo goed mogelijk te bundelen; gelet op het belang van het behoud van de verworvenheden van het Friese Merenproject. Beslute: In dit voorstel vragen wij uw staten: 1. Het vaarwegbeheer als volgt toe te delen: a. de provincie Fryslân wordt beheerder van alle vaarwegen met de PVVPklassen A t/m D en De Luts (lijst A); b. Wetterskip Fryslân wordt beheerder van de vaarwegen in de PVVPklassen E en F, uitgezonderd De Luts (lijst C); c. de gemeente Harlingen wordt beheerder van de doorgaande vaarwegen binnen de gemeentegrenzen en de provincie Overijssel als beheerder van een deel van het grenswater De Linde (lijst B); d. de provincie Fryslân blijft beheerder van het gedeelte van De Lauwers gelegen binnen het territoir van de provincie Groningen; 2. Ter bekrachtiging hiervan te besluiten tot vaststelling van: I. de wijzigingsvoorstellen van het Reglement voor Wetterskip Fryslân; II. de wijzigingsvoorstellen van de Waterverordening Fryslân; III. de geheel herziene Vaarwegenverordening Fryslân 2014 + bijlagen (inclusief inspraakreacties, zoals weergegeven in bijgevoegde reactienota); 3. In te stemmen de voorgestelde financieringswijze, waarvoor bij de kadernota 2015 voorstellen zijn gedaan, waarbij de prijsindexering plaats vindt op basis van het voor de waterbouw gebruikelijke indexcijfer.
Sa feststeld troch Provinsjale Steaten fan Fryslân, yn harren iepenbiere gearkomste fan 21 maaie 2014.
, foarsitter
, griffier
11