Lesvoorbereiding Student leraar secundair onderwijs groep 1 Naam
Sara Van de Velde
Cluster
Aardrijkskunde – biologie - fysica
Groep
2 LS 2
Campus Kattenberg
Academiejaar 2001 - 2002
Kattenberg 9, B-9000 Gent Tel. (09) 269 98 06 Fax (09) 223 73 82 E-mail:
[email protected]
Stageschool
Stageles
Naam
Broeders
Datum
22 februari 2002
Adres
Nieuwstraat 75
Vak/Leergeheel
aardrijkskunde
Naam mentor
Mvr. Hoebeke
Lesonderwerp
klimaat
Afdeling
moderne
Leerjaar
1 mc
Lesuur
van ……………. uur tot ……………. uur
Lokaal
aardrijkskunde
Aantal lln
24
Didactische beginsituatie Onderwerp vorige les en/of gekende leerstof
Weerselementen
Voortaak Andere gegevens
Bronnen
Bijlagen
- Geo 1
- slides
- Geogenie 1 en 2/ standaard uitgeverij
- werkblaadjes
- Globaal 1
1
LESONDERWERP:klimaat van België ALGEMENE VAARDIGHEDEN EN ATTITUDES:- aan de hand van beeldmateriaal landschappen kunnen beschrijven, herkennen en ontleden. LEERPLANDOEL(EN):- overeenkomsten en verschillen tussen weer en klimaat verwoorden (17) - de dominerende windrichting, de normaal neerslag, de normaal – jaar temperatuur van Ukkel als parate kennis gebruiken. - de grote klimaatzones van Europa uit temperatuur en neerslag gegevens afleiden (20) - de belangrijke vegetatiezones in Europa beschrijven en herkennen. LESDOELEN
LEERINHOUD
WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE Onderwijsleergesprek
1. Lesbegin - temperatuur, neerslag, wolken, bewolking, luchtdruk.
- Soms eens de weerselementen op
Onderwijsleergesprek
2. Lesuitwerking:
De gegevens kunnen aflezen van een grafiek. Het begrip max. en min. Temperatuur kennen.
TIJD
1.3 Voorstelling van het weerbericht. • Temperatuur - Aflezen van de grafiek: dagcurve -
Daggemiddelde: Het verschil tussen maximum en min temperatuur = temperatuur schommeling/ schommeling 2
LESDOELEN Zelf een grafiek tekenen.
LEERINHOUD -
WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE
Aflezen van de grafiek: maandcurve -
Besluit: De temperatuur verandert in de loop van dag, maand maar ook in de loop van het jaar.
De gegevens van een staafdiagram aflezen.
Zelf een windroos tekenen
Weten wat de meest voorkomende wind van België is.
• Neerslag: Neerlag diagram (mm/m2 ) van de maand januari aflezen.
•
Winden
Besluit: De meest voorkomende wind in België is de zuidwestenwind. Het is een warme, vochtige wind.
TIJD
Slide: maandcurve Hoeveel is de maandschommeling? Hoeveel is het maandgemiddelde?
Opdracht: grafiek tekenen + jaargemiddelde berekenen. Slide: jaarcurve - Wat kunnen nu besluiten?
Werkblaadje Slide: neerslagdiagram van januari - Hoeveel neerlag viel er op 11 januari? - Hoeveel is de totale neerslag voor de maand januari? Opdracht: teken een neerlag diagram van een heel jaar. Slide: neerslagdiagram van een heel Werkblaadje Opdracht: - duid de windrichtingen aan op de windroos. - zet de waarneming van januari uit op - een windroos. Slide: windroos - Welke wind komt het meest voor in België? - Welke kenmerken heeft deze wind?
3
LESDOELEN Het begrip isobaar uitleggen + de temperatuur aflezen van kaarten.
LEERINHOUD 1.4 Voorstelling op kaart. • Temperatuur De lijnen op de kaart die de temperatuur weergeeft zijn isothermen. Iso (Grieks) = gelijk Thermen (Grieks) = temperatuur Isotherm: een lijn die plaatsen met dezelfde temperatuur voor eenzelfde periode verbindt. Vb: januari – isotherm Juli – isotherm
• Neerslag Het begrip isohyeet uitleggen + de De lijnen op de kaart die de neerslag neerslag van kaarten. weergeven zijn isohyeten. Isohyteet: een lijn die plaatsen met dezelfde hoeveelheid neerslag voor eenzelfde periode verbindt. Vb: isohyeet van 400 mm neerslag.
Het begrip isobaar uitleggen
• Drukgebieden De lijnen op de kaart die de drukgebieden weergeven zijn isobaren. Isobaar: een lijn die plaatsen met dezelfde luchtdruk voor eenzelfde periode verbindt. Vb: isobaar van 1020 hPa.
WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE
TIJD
Slide: kaart Atlas Werkblaadje
Wat is de gemiddelde jaartemperatuur van St.Niklaas? Wat is de gemiddelde jaartemperatuur in Gent? -
-
Hoeveel neerlag valt er in St.- Niklaas? Hoeveel neerlag valt er in Baraque Michel?
Werkblaadje
4
LESDOELEN Overeenkomsten en verschillen tussen weer en klimaat kunnen verwoorden.
LEERINHOUD II Het klimaat klimaat: de gemiddelde toestand van een bepaald gebied over een periode van min 30-jaar.
WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE Werkblaadje Slide: samenvatting - Wat zijn de overeenkomsten van weer en klimaat?
Overeenkomsten: - Beide bestuderen de toestand van de atmosfeer. - Beide behandelen dezelfde elementen: temperatuur, luchtdruk (+winden) en neerslag Beide steunen op waarnemingen van dezelfde weerstations
5
LESDOELEN
LEERINHOUD Verschillen:
WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE -
tijdsduur
Weer Kort (nu)
gebied gegevens
klein Klein (hier)
Klimaat Lang (minstens 30j) groot Groot
Wat zijn de verschillen tussen weer en klimaat?
Weten wat je kan aflezen van een klimatogram.
De gegevens aflezen van een klimatogram ivm de temperatuur.
1. klimaat van België • Klimatogram Wat je op een klimatogram kunt aflezen: - plaats: de ligging van het klimaat station+ de geografische coördinaten. - Hoogteligging: invloed heeft op de temperatuur. - Maanden van het jaar (overminstens 30 jaar). - Temperatuur schaal - Temperatuurcurve - Jaartemperatuur (NJ) - Neerslag – diagram - Neerslagschaal - Jaarneerslag Temperatuurcurve: - de warmste maand is juli - de koudste maand is januari - temperatuurschommeling = verschil tussen max. en min. → klein
-
-
-
TIJD
Werkblaadje :
Slide: klimatogram van Ukkel Wat kunnen we allemaal aflezen van een klimatogram?
Wat is de warmste maand? Wat is de koudste maand? Hoe zijn de temperatuurschommeling?
6
LESDOELEN
LEERINHOUD Grote temperatuuruitersten (meer dan 30°C, gematigde tussen 20°en 30°C of klein minder dan 20°C. Vorstmaanden: temperatuur >0°C. Neerslag blijft in de vorm van sneeuw en ijs liggen.
De gegevens aflezen van de klimatogram ivm de neerslag. De begrippen droge/natte maanden uitleggen, verband leggen met klimaat.
???
Neerslagcurve - Neerslagsom (minstens 30 –jaar) → - De meeste neerslag valt in juli en augustus. Droge maanden: temperatuur onder de curve ligt. Natte maanden: neerslag > temperatuur → zo kan je weten of het een droog of een nat klimaat is. klimaat van België Vooral inde winter/ zomer zijn er tussen die streken duidelijk verschillend qua temperatuur. In Oostende is de warmste maand augustus. De warmste maand in Baraque Michel is in juli. De temperatuur verschil tussen de koudste en de warmste maand is het kleinst aan Zee. Hoe verder van de Zee hoe extremer de temperaturen zijn (later wordt dit uitgelegd waarom.) Baraque Michel: 3 In alle klimaatstations zijn alle maanden nat, maar de meeste neerlag valt in de Hoge Venen en de minste aan de kust.
WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE
-
TIJD
Aantal vorstmaanden? -
Wat kan je nog allemaal aflezen?
-
In welke maanden valt er de meeste neerslag?
-
-
-
Slide XXX Hoeveel natte en droge maanden zijn er?
Slide: verschillende klimatogrammen. Wat stel je vast als je de klimatogram van Oostende vergelijkt met die van Baraque Michel, Ardennen, qua temperatuut?
Waar zijn er vorstmaanden en hoeveel? Waar valt de meeste neerslag?
7
LESDOELEN
LEERINHOUD
WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE
TIJD
Klimaat verschillen zijn uiteindelijk niet zo groot, daarom behoren alle klimaatstations van België tot eenzelfde klimaattype. Klimaat van België kennen.
Klimaat type van België: koelgematigd klimaat met zachte winters. Koelgematigd wijst op eerder frisse zomers. De zachte winters worden verklaard door de ligging aan zee. De meest voorkomende wind in België: Zuidwesten wind. Jaartemperatuur: 9.4°C Jaarneerslag : 835 mm
2. Europese klimaattypes herkennen. Determinatietabel kunnen gebruiken
1. Determinatietabel - Klimaat van België: Uitleggen van de werking van determinatietabel, door het antwoorden op deze vragen, en zo komt men tot het gezochte klimaat.
-
-
Slide: determinatietabel Is de temperatuur warmste maand in ≤ 10°C? Is de temperatuur van de koudste maand ≤ 10°C Is de jaarlijkse neerslag > 400mm? Is de temperatuur van de koudste maand ≤ -3°C? Is de temperatuur van de koudste maand ≤ 22°C?
Werkblaadje: inoefenen determinatietabel slide: verschillende klimaten 8
LESDOELEN De Europese klimaten kunnen situeren.
LEERINHOUD 2. facetkaart van klimaten in Europa Met behulp van de atlas de verschillende klimaten in de facetkaart markeren.
WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE
TIJD
Slide: Europese kaart Werkblaadje
C. Klimaat en vegetatie Vegetatie= natuurlijke plantengroei die zonder tussen komst van de mens in de natuur ontstaat. De kenmerken van een ijswoestijn opsommen.
• -
-
De kenmerken van de toendra opsommen.
•
IJswoestijn: geen plantengroei omdat de temperatuur niet > 0°C, weinig neerslag. →ijswoestijn s’Winters geen daglicht, extreem koud Tussen pakijs leven er ijsberen, poolvossen en sneeuwhazen.
Toendra - Boomloos gebied - Lage struiken - Uitgestrekte grasvelden - Mossen →toendra Slechts 100 dagen per jaar zijn vorstvrij, vandaar allen struikgewas. Alleen de bovenste laag ontdooit, waardoor het grondwater niet in de bodem kan indringen. Zo ontstaan er meertjes. Rond die meertjes vormen muggen, donker nevel boven de poelen. Het is een gebied waar veel vogels zijn.
-
Slide: ijswoestijn Beschrijf de foto eens Hoe komt het dat er weinig begroeiing is. Welke fauna treffen we aan in een ijswoestijn?
Slide: toendra -
Bedrijf de foto eens?
-
Hoe komt het dat er bijna geen begroeiing is?
-
9
LESDOELEN De kenmerken van de taiga opsommen.
De kenmerken van het gemengde woud opsommen.
De kenmerken van het zomergroen loofwoud opsommen.
De kenmerken van het subtropisch regenwoud opsommen.
De kenmerk van de steppen opsommen.
LEERINHOUD • -
Taiga Naaldwouden Soms wat berken →taiga In de taiga leeft de bruine beer, in de koude winter doet hij zijn winterslaap^. • -
Gemengde wouden Naaldbomen Loofbomen →gemende wouden: overgangszone
• -
Zomergroen loofwoud Eik Beuk Es Kastanje Wilde zijn, vos, ree hert, konijn en das België → zomergroen loofwoud.
• -
Subtropisch regenwoud Oostwaarts ten noorden van de Middellandse Zee (Kroatië). Immergroene hardbladige boomsoorten.
-
• -
Steppen vegetatie van grassen.
WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE
TIJD
Slide: Taiga -
Beschrijf de foto
-
Slide: Gemende wouden Welke soorten bomen komen hier voor?
-
Slide: Zomergroen loofwoud Welke soorten bomen komen hier allemaal voor? Welke fauna vinden we in zomergroen loofwoud.
-
Slide: subtropisch regenwoud Beschrijf de foto eens
-
Beschrijf de foto eens
Slide: Steppen
10
LESDOELEN De kenmerken van de hardbladige vegetatie opsommen;
LEERINHOUD • -
-
De kenmerken van het bergklimaat opsommen.
•
Hardbladige vegetatie Hardbladige vegetatie bestaat uit maquis, garrique en kurkeiken, past zich aan droge, hete zomers en milde, natte winters aan. Fauna: dolfijnen, sommige slangen soorten, sprinkhanen, geiten, vogels en kleurige vlinders. Bergklimaat
WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE -
Slide: Hardbladige vegetatie Beschrijf de foto eens Welke fauna vinden aan de Middellandse Zee?
-
Slide: bergklimaat Welke vegetatie treffen we aan in de bergen?
-
Wat is het verschil tussen weer en klimaat?
-
Welk klimaat hebben we in België
-
Welke vegetatie hebben we in België
TIJD
3. Lesafsluiting Weer Kort (nu)
Klimaat tijdsduur Lang (minstens 30j) gebied klein groot gegevens Klein (hier) Groot Klimaat type van België: koelgematigd klimaat met zachte winters Vegetatie van België: zomergroen loofwoud.
11