Van 2 BB/KB naar 3 BB/KB Intersectoraal Op Echnaton volgen de leerlingen in leerjaar 3 en 4 een intersectoraal programma op BBL of KBL niveau. Door het volgen van een intersectoraal programma hoeft uw kind niet te kiezen voor een beroep als hij/zij 14 is . Dat is best nog jong om zo’n belangrijke beslissing te nemen. Wel moet er worden gekozen voor een vakkenpakket en uitstroomprofiel. Tijdens de studielessen met de mentor worden de keuzes met uw kind doorgenomen. In dit schrijven vindt u extra informatie die u en uw kind kunnen helpen met het maken van de juiste keuze. Het is belangrijk om de vakkenpakketkeuze goed met uw kind te bespreken. Kijk dan vooral naar of uw kind goed is in het vak, vindt hij/zij het vak leuk, is dit vak specifiek nodig voor een bepaalde vervolgopleiding. En, wat is de reden dat uw kind voor dit vakkenpakket heeft gekozen? Heeft u specifieke vragen na het lezen van deze informatie, dan kunt u contact opnemen met de decaan van de BK afdeling: Sabine Bosch,
[email protected] , Vakken en uitstroomprofielen De vakken die uw kind straks kiest zijn verbonden aan een intersectoraal uitstroomprofiel. Onze school biedt het intersectorale programma aan op niveau van Basis- en Kadergerichte leerweg in de 2 uitstroomprofielen;
Technologie & Commercie Dienstverlening & Commercie.
In klas 3 volgen alle leerlingen de vakken: Nederlands, Engels, Maatschappijleer, Rekenen en bewegingsonderwijs. Om het vakkenpakket compleet te maken moet er nog een keuze gemaakt worden uit 2 vakken: Het profiel Technologie & Commercie: Dit profiel staat in het teken van een brede oriëntatie op technische beroepen in een commerciële of niet commerciële omgeving. Men doet praktijkexamen in de richting techniek. Alle leerlingen met dit profiel hebben als praktijk examenopdracht het maken van een technische tekening in Autocad en een product maken (bijvoorbeeld een houten voetbalspel of trein). Dit product maken ze met behulp van machines en gereedschap.
Het profiel Dienstverlening & Commercie: Dit profiel staat in het teken van een brede oriëntatie op dienstverlenende beroepen in een commerciële of niet commerciële omgeving. Men doet praktijkexamen in de richting dienstverlening. Alle leerlingen met dit profiel hebben als praktijk examenopdracht het koken van een gerecht. Het uitgestelde profiel: Uw kind kan nog geen keuze maken voor een uitstroomprofiel (praktijkexamen). Binnen dit profiel stelt uw kind het definitieve uitstroomprofiel nog even uit tot eind leerjaar 3.
Programma intersectoraal klas 3 en 4 De opleidingen zijn zo opgebouwd dat je altijd iets leert over twee sectoren. In je toekomstige beroep heb je steeds te maken met meerdere sectoren. Denk maar eens aan het volgende. Je hebt een technisch beroep: automonteur. Dan moet je natuurlijk alles weten van auto’s, maar je moet ook een stukje administratie bijhouden. Je urenbriefjes en magazijnbonnen netjes invullen en de reparaties die je hebt uitgevoerd goed beschrijven, zodat de rekening kan worden opgemaakt. Je bent dus naast je technische beroep óók bezig met commercie. Bij intersectorale opleidingen staan de vaardigheden die je nodig hebt binnen de verschillende sectoren centraal. Zoals het voeren van een (verkoop)gesprek en het maken van een financiële verantwoording (offerte of begroting). Ook wordt veel aandacht besteed aan het presenteren van jezelf. In het derde leerjaar wordt er stage gelopen, waarbij het bedrijfsleven wordt betrokken. Door stage te lopen ervaar je fysiek ook hoe het is om in een bedrijf te werken en we hopen dat de leerling dan een goed beeld krijgt van de verschillende beroepen. Leerlingen kiezen zelf voor een stageplek die past bij hun interesse en nieuwsgierigheid. Je bent als leerling niet verplicht een stage te lopen binnen het uitstroomprofiel waar je examen in doet. De leerlingen lopen het hele jaar door in 4 periodes , 8 weken achter elkaar stage. Daarnaast worden er verschillende modules aangeboden zoals: crossmedia, sport, koken, techniek en economie. De leerlingen kiezen voor 2 modules die zij 8 weken lang volgen. Als rode draad in de programma’s loopt loopbaanoriëntatie en begeleiding (LOB). Leerlingen worden begeleid om antwoord te geven op de vragen; wie ben ik, wat kan ik, wat wil ik en wat heb ik nodig om daar te komen wat ik wil. De leerlingen leren serieus naar zich zelf te kijken (reflecteren) om erachter te komen welke vervolgopleiding het beste past bij hun persoon .
Het MBO Het VMBO is geen eindonderwijs. De meeste VMBO leerlingen stromen dan ook door naar het middelbaar beroepsonderwijs (MBO). Met een intersectorale opleiding kan uw kind doorstromen naar alle MBO opleidingen die ROC’s aanbieden. ROC’s zijn Regionale opleidingscentra. Dat zijn de instellingen die de MBO opleidingen aanbieden. Het mbo kent vier niveaus. Het niveau waarop de studenten kunnen instromen is afhankelijk van de vooropleiding. Hieronder de uitleg op landelijk niveau en tevens de uitleg hoe met name de instroom zonder diploma is geregeld.
NIVEAU 1 – ENTREE OPLEIDING Entree opleiding is voor leerlingen die geen diploma hebben behaald. Met deze opleidingen kies je voor een beroep waarin je onder toezicht eenvoudig werk doet. Bijvoorbeeld als horecaassistent of zorghulp. Een entree opleiding duurt 1 jaar. Met het mbo-1 diploma is het mogelijk door te stromen naar een mbo-opleiding niveau 2. NIVEAU 2 - BASISBEROEPSOPLEIDINGEN Met deze opleidingen kies je voor een beroep waarin je uitvoerend werk doet. Bijvoorbeeld als receptionist of beveiliger. Een niveau 2 opleiding duurt 1 tot 2 jaar Om toegelaten te worden is een diploma vmbo-bb vereist. Met het mbo-2 diploma is het mogelijk door te stromen naar een mbo-opleiding niveau 3. NIVEAU 3 - VAKOPLEIDINGEN Met deze opleiding kies je voor een beroep waarin je zelfstandig werkzaamheden uitvoert. Bijvoorbeeld als zelfstandig werkend kok of secretaresse. Een niveau 3 opleiding duurt 2 tot 3 jaar Om toegelaten te worden is een diploma vmbo-kb, -gl of –tl nodig. Ook een mbo-2 diploma of overgangsbewijs van havo-3 naar havo-4 is voldoende. Met het mbo-3 diploma is het mogelijk door te stromen naar een mbo-opleiding niveau 4. NIVEAU 4 - MIDDENKADER- EN SPECIALISTENOPLEIDINGEN Kies je voor een middenkaderopleiding, dan ga je straks een beroep uitoefenen waarin je verantwoordelijk bent voor de dagelijkse gang van zaken in een bedrijf of organisatie. Bijvoorbeeld als filiaalmanager. Kies je voor een specialistenopleiding, dan voer je specialistische taken zelfstandig uit. Bijvoorbeeld als ICT-beheerder. Middenkaderopleidingen duren 3 jaar. Specialistenopleidingen duren 1 tot 2 jaar. Om toegelaten te worden heb je een diploma vmbo GL of TL nodig. Soms zijn deze opleidingen ook toegankelijk voor KB leerlingen, dit is afhankelijk van de opleiding en zal bij de intake bekeken worden.
Toelatingseisen MBO De overgang naar het MBO zal het soepelst verlopen als je naar een verwant domein doorstroomt. Dus bijvoorbeeld van VMBO techniek naar MBO techniek. Je hebt immers in je vakkenpakket 2 sectorvakken die je goed op de verwante MBO opleiding hebben voorbereid. Dat wil niet zeggen dat andere wegen zijn afgesloten. Hoe goed en bewust je ook een keuze hebt gemaakt op het VMBO, kan het voorkomen dat je toch in het MBO een andere richting op wil. Leerlingen moeten de mogelijkheid hebben om hun keuze te herzien. Voor de sector Gezondheid, dienstverlening & welzijn (zorg en welzijn) worden geen eisen gesteld. Iedereen met een VMBO diploma mag in deze sector doorleren, ongeacht de samenstelling van zijn examenpakket. Bij techniek en economie ligt dat wat anders. Wie in deze sectoren wil verder leren, moet in het VMBO, één van de sectorvakken in zijn examenpakket hebben gehad. Dat is nodig om het MBO goed af te ronden. MBO opleidingen vragen in hun toelatingseisen gedeeltelijk om specifieke of wenselijke vakken in de vooropleiding. Techniek: wiskunde (voor een aantal opleidingen natuurkunde en/of scheikunde) Economie: economie of wiskunde en bij voorkeur Duits Gezondheid, dienstverlening & welzijn: dokters- en apothekersassistent. Bij voorkeur wiskunde. Groen: afhankelijk van de mbo-richting. Vaak zijn een of meer van de volgende vakken gewenst: biologie, nask-1 (natuurkunde), nask-2 (scheikunde), wiskunde
