Kadernota 2016 Gemeente Lingewaard
3 juni 2015
Kadernota 2016
1
Kadernota 2016
2
INHOUD
Kadernota 2016
3
Hoofdstuk 1 Aanbiedingsbrief Hierbij bieden wij de Kadernota 2016 aan voor de periode 2016-2019. In de Kadernota staan de belangrijkste ontwikkelingen en keuzes vermeld die in de komende jaren bepalend zijn voor het beleid en de begroting. Bij de behandeling van de Kadernota worden nog geen definitieve keuzes gemaakt of budget beschikbaar gesteld, dat doet u bij de Programmabegroting. Alle financiële mutaties zijn nu al in de Kadernota verwerkt. Ook de mutaties die in de vorige jaren pas bij de begroting werden verwerkt. Bij de begroting 2016 zullen enkel nog mutaties worden opgevoerd van circulaires van het gemeentefonds en nadere berekeningen van de uitkeringen in het sociaal domein. Op het moment dat de meicirculaire van het gemeentefonds beschikbaar komt, zullen wij na zorgvuldige doorrekening de gevolgen hiervan separaat ter beschikking stellen, zodat die informatie bij de behandeling van de Kadernota op 2 en 9 juli beschikbaar is. De meicirculaire zal voor een groot deel bestaan uit de uitkomsten van de nieuwe verdeling van de algemene uitkering . Het Ministerie van BZK berekent nu de herverdeeleffecten algemene uitkering, die er naar verwachting voor ons positief uitzien. Wij geven in hoofdstuk 3 een beknopt overzicht van de beleidsmatige stand van zaken van uitvoering van ons collegeprogramma. In hoofdstuk 4 wordt de financiële positie uit de Programmabegroting 2015 geactualiseerd. Het betreffen alleen mutaties die betrekking hebben op een wettelijke grondslag of onuitstelbaar autonome wijzigingen. De opvallende mutaties worden hierbij kort toegelicht. Op dit moment laat het financieel kader voor de jaren 2016-2019 zien dat er in 2016 weinig tot geen financiële ruimte is voor nieuwe activiteiten. De verwachting is dat deze ruimte er vanaf 2017 wel zal zijn. Daarom doen we voor de komende jaren slechts een beperkt aantal voorstellen voor nieuw beleid, in de lijn van het collegeprogramma. We spreken hierbij de verwachting uit dat dit met de positieve uitkomsten van de meicirculaire zal leiden tot een sluitende begroting voor 2016. In de Begroting 2016 wordt dit uiteraard verder uitgewerkt. In hoofdstuk 6 worden de mogelijkheden aangegeven om te komen tot een verhoging van de weerstandscapaciteit. Bij de behandeling van de programmabegroting hopen wij meer duidelijkheid te kunnen verschaffen over de mogelijkheden tot invoering van precario op elektriciteits- en waterleidingen. Daarbij kunnen meerdere scenario’s worden voorgesteld voor de hoogte van de heffing en de mogelijke inzet van de vrijkomende middelen. Als laatste is een hoofdstuk Treasury toegevoegd om een globaal inzicht te geven in de financiële vermogenspositie en schuldpositie uitgedrukt in kengetallen. Lingewaard, 3 juni 2015 Burgemeester en wethouders van de gemeente Lingewaard De secretaris
de burgemeester
J. Wijnia
M.H.F. Schuurmans-Wijdeven
Kadernota 2016
4
Hoofdstuk 2 Besluit
Besluit raad Besluitnummer Onderwerp
Kadernota 2016
De raad van de gemeente Lingewaard; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Lingewaard d.d. 3 juni 2015 ; gehoord de behandeling tijdens de Politieke Avond d.d. 2 juli 2015 gelet op het bepaalde in artikel 191 van de Gemeentewet; besluit: in te stemmen met de Kadernota 2016.
Aldus vastgesteld in zijn openbare vergadering van 9 juli 2015.
De raad voornoemd, de griffier,
de voorzitter,
Th.G.L. Greep
M.H.F. Schuurmans-Wijdeven
Kadernota 2016
5
Hoofdstuk 3 Collegeprogramma In de Begroting 2015 hebben wij aangegeven dat het coalitie- en collegeprogramma voor de periode 20142018 (financieel) zijn verwerkt. Onderstaand presenteren wij u de tabel waarin de onderwerpen nog eens worden benoemd. Aansluitend aan de tabel geven wij een beknopte stand van zaken weer ten aanzien van de 4 centrale thema’s in ons collegeprogramma. In de Begroting 2016 zullen wij u meer gedetailleerd informeren over onderstaande speerpunten/ acties die wij in 2016 oppakken om tot verdere uitvoering van het collegeprogramma te komen. Omschrijving 1.1 Overheidsparticipatie 1.2 Transitie sociaal domein 2.1 Realiseren multifunctioneel centrum Huissen 2.2 Realiseren multifunctioneel centrum Bemmel 2.3 Realiseren plannen Providentia 2.4 Herstructurering locatie Polseweg 2.5 Aanpak sporthal De Bongerd 2.6 Verder ontwikkelen accommodatiebeleid 3.1 Treffen verkeer en overlast remmende maatregelen dijken 3.2 Onderzoek mogelijkheden realiseren fietsen voetpaden onder en/of langs dijken 3.3 Realiseren extra aansluiting A325 Bergerden 4.1 Aanpassen bestemmingsplan Bergerden 4.2 Bereikbaarheid bedrijventerrein Looveer 4.3 Centrumvisie Huissen 4.4 Vestiging crematorium in gemeente 5.1 Bibliotheekfunctie in kernen 5.2 Leefbaarheidsplannen voor kernen 6 Inpassing A15 en Betuweroute in landschap 7 Stimulering woningbouw Angeren, Gendt en Doornenburg 10.2 Bewustzijn integriteit vergroten 11.1 Doorontwikkeling website tot volwaardig dienstverleningskanaal 11.2 Verminderen en vereenvoudigen eigen gemeentelijke regels en procedures 11.3 Doorontwikkeling programmabegroting SUBTOTAAL Niet gehonoreerd: 2.5 Aanpak sporthal De Bongerd TOTAAL in meerjarenbegroting 2014-2018
2015
2016
2017
2018
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0
0
0
0
0 0 0 30.000 40.000
0 0 360.000 20.000 40.000
0 0 360.000 0 40.000
0 0 360.000 0 40.000
20.000
20.000
0
0
0
0
0
0
0 0 0 0 0 50.000 195.000 0
0 0 0 0 0 50.000 195.000 0
0 0 0 0 0 20.000 20.000 0
0 0 0 0 0 20.000 20.000 0
5.000 55.000
5.000 50.000
0 50.000
0 45.000
0
0
0
0
20.000 415.000 0
10.000 750.000 -360.000
5.000 495.000 -360.000
2.500 487.500 -360.000
415.000
390.000
135.000
127.500
Kadernota 2016
6
Vanzelfsprekend is bij het opstellen van de Kadernota 2016 het collegeprogramma één van de belangrijkste uitgangspunten geweest. De nieuwe voorstellen die wij doen sluiten daar zoveel mogelijk op aan. Of er voor de aanpak van sporthal De Bongerd in de Begroting 2016 wel voldoende middelen beschikbaar komen, kunnen wij u in deze kadernota nog niet aangeven. De uitkomsten van de mei/junicirculaire zijn ten tijde van de behandeling van de kadernota door uw raad bekend. Mogelijk dat dit de ruimte gaat bieden om dit en wellicht ook andere voorstellen te honoreren. In het coalitie- en collegeprogramma gaat veel aandacht uit naar de 4 centrale thema’s namelijk overheidsparticipatie, de nieuwe taken op het sociaal domein, ontwikkeling van drie multifunctionele, sociale centra in Bemmel, Gendt en Huissen en financieel beleid. Deze lichten wij onderstaand toe. Sociaal Domein Het jaar 2015 staat in het teken van de transitie van de nieuwe taken. De transformatie moet nog gestalte krijgen. In 2016 zal hier in het integraal sociaal beleidsplan aandacht aan worden besteed. Halverwege 2015 is er nog weinig informatie over de kosten beschikbaar, omdat niet alle indicaties en facturen bekend zijn. Uitgangspunt van het college is dat een en ander budgettair neutraal verloopt, dat wil zeggen binnen de van het rijk ontvangen middelen voor de decentralisaties. Om tegenvallers op te kunnen vangen doen wij in hoofdstuk 5 van deze kadernota een voorstel om de weerstandscapaciteit hoger te maken door gedeelte van klem algemene reserve af te halen. Drie sociaal culturele centra Er zit voortgang bij de drie sociaal culturele centra in Gendt, Bemmel en Huissen. In 2015 wordt Providentia in Gendt opgeleverd en in Bemmel wordt gestart met de renovatie van de Kinkel. Dit zal in 2016 worden afgerond. In Huissen zijn in 2015 besluiten genomen over het Stadhues. In 2016 zal Betuweland in het Stadhues komen. Vanaf 2018 kunnen de sociaal culturele activiteiten worden ingevuld op de begane grond terwijl op de verdiepingen appartementen worden gerealiseerd. Voor de financiële dekking is bij de Begroting 2015 reeds besloten om € 2 miljoen van het beklemde deel van de algemene reserve te reserveren. Dit omdat de verkoop van gebouwen niet tot voldoende financiële ruimte heeft geleid. Overheidsparticipatie Vanaf 2014 is de gemeente gestart met het traject Overheidsparticipatie: Vrijlaten in vertrouwen. Dit houdt een andere rol in van de raad, het college en de organisatie. Door middel van pilots in 2015 en 2016 worden ervaringen opgedaan in hoe en wanneer loslaten. Naast de pilots worden inwoners actief betrokken bij de leefbaarheid van hun kern. In 2015 staan Haalderen en Angeren centraal. De jaren daarna de andere kernen. In het financieel overzicht staat nog een extra investering benodigd voor het traject Overheidsparticipatie. Financieel beleid De voorstellen voor het financieel beleid worden in hoofdstuk 6 Weerstandscapaciteit verder toegelicht. Zoals eerder is aangegeven zullen wij u bij de Begroting 2016 meer gedetailleerd informeren over de acties die wij in 2016 oppakken om tot verdere uitvoering van het collegeprogramma te komen.
Kadernota 2016
7
Hoofdstuk 4 Algemeen financieel beeld In dit hoofdstuk wordt de actuele financiële positie meerjarig uiteengezet. Daarbij wordt de ruimte weergegeven waarbinnen voorstellen voor mutaties op bestaand beleid en voorstellen voor nieuw beleid kunnen worden ingevuld. Er wordt aangesloten bij het programmadoel 11.1, zoals deze is opgenomen in de programmabegroting 2015: Een gezonde financiële huishouding door middel van een sluitende meerjarenbegroting.
4.1 Financiële positie Er zijn bij de vaststelling van de programmabegroting 2015 een aantal amendementen en moties aangenomen. Daarnaast heeft u in een eerder stadium kennis genomen van de financiële gevolgen van de septembercirculaire 2014 en is er een raadsbesluit met betrekking tot de stedenband met Mizil genomen dat invloed heeft op het saldo. Dit leidt tot de volgende mutaties in het saldo van de meerjarenbegroting: Omschrijving
2015
Saldo meerjarenbegroting PB 2015 Amendementen en moties: Taakstellende bezuiniging doelgroepenvervoer Voorstel de Bongerd Verlaging bezuiniging bibliotheek Saldo meerjarenbegroting na amendementen Gevolgen septembercirculaire Begrotingswijziging Stedenband Mizil Saldo meerjarenbegroting 2015-2018
2016
2017
2018
-1.135.900
12.496
476.228
73.926
50.000 -50.000
50.000
50.000
50.000
-100.000
-75.000
-75.000
-1.135.900
-37.504
451.228
48.926
-44.000
232.400 8.000
428.900 8.000
708.700 8.000
-1.179.900
202.896
888.128
765.626
(positief bedrag = voordelig en een negatief bedrag = nadelig)
Om de aansluiting met de programmabegroting 2015 te laten zien is in deze tabel ook het jaar 2015 opgenomen. In de volgende tabellen zal deze jaarschijf niet meer voorkomen, omdat we met de kadernota 2016 kijken naar de jaren 2016 tot en met 2019.
Kadernota 2016
8
4.2 Actualisatie bestaand beleid Wij hebben in deze kadernota de meerjarenbegroting geactualiseerd. Als uitgangspunt hebben wij daarbij gehanteerd dat de mutaties een wettelijke grondslag moeten hebben of in geval van autonome mutaties dat deze onuitstelbaar zijn, waaronder indexering voor prijzen, lonen en areaalaanpassingen. In de volgende tabel treft u de mutaties aan die uit deze actualisatie voortvloeien. Bijstellingen bestaand beleid
2016
2017
2018
2019
-156.391
-156.391
-156.391
-156.391
156.391
156.391
156.391
156.391
200.000
200.000
200.000
200.000
40.000
40.000
40.000
40.000
Minder uren/kosten ten laste van bouwgrondexploitaties
-174.964
-174.964
-174.964
-174.964
Grondaankopen en transacties conform nota grondbeleid
-25.000
-25.000
-25.000
-25.000
Actueel houden bestemmingsplannen
-40.000
-30.000
-30.000
-30.000
302.357
302.357
302.357
302.357
Programma 1 Ontwikkeling en opleiding Verlaging rijksbijdrage volwasseneneducatie Verlaging doorbetaling rijksbijdrage volwasseneneducatie 2 Deelname aan de samenleving WMO maatwerkvoorzieningen Verlaging kosten vervoersvoorzieningen 7 Wonen
9 Beheer en onderhoud Meer ambtelijke uren gedekt door afvalstoffenheffing/riolering Onderhoud buitensport conform onderhoudsplan
-400.000
Onttrekking bestemmingsreserve onderhoud buitensport
400.000
10 Inwoner en bestuur Lagere inkomsten leges burgerlijke stand Lagere inkomsten grafrechten Verhoging kosten dierenopvang
-23.500
-23.500
-23.500
-23.500
-158.700
-158.700
-158.700
-158.700
-27.000
-27.000
-27.000
-27.000
11 Financiën Areaalvergroting i.v.m. ruilverkaveling
-135.000
-135.000
-135.000
-135.000
Kapitaallasten incl. vervangingsinvesteringen en vrijval
165.435
435.892
503.113
869.637
Verzekeringen en belastingen
-21.852
-21.852
-21.852
-21.852
Verhoging onderhoud programmatuur Pink Roccade
-85.000
-85.000
-85.000
-85.000
Niet gerealiseerde taakstelling ODRA
-360.380
-326.780
-326.780
-326.780
Beveiliging in de publiekshal
-52.000
-52.000
-52.000
-52.000
Overige onderwerpen
-27.549
5.015
66.428
76.958
-423.153
-76.532
52.102
429.156
Totaal actualisatie bestaand beleid Toelichting op bijstellingen Programma 1 Ontwikkeling en opleiding
Verlaging rijksbijdrage volwasseneneducatie (Nadeel € 156.391) Verlaging doorbetaling rijksbijdrage volwasseneneducatie. (Voordeel € 156.391) De bijdrage van het Rijk wordt niet meer door de gemeente Lingewaard ontvangen, maar wordt ontvangen door de centrumgemeente Arnhem. Daarmee vervalt ook de verplichting om de middelen door te betalen aan de uitvoeringsinstantie.
Kadernota 2016
9
Programma 2 Deelname aan de samenleving WMO maatwerkvoorzieningen (Voordeel € 200.000) Op basis van de geïndiceerde uren op 1 januari 2015 wordt bij de Wmo Hulp bij het huishouden een structureel tekort verwacht van € 395.000. Hierbij is rekening gehouden dat 5% van de geïndiceerde uren niet wordt geëffectueerd in verband met vakanties. Het tekort is een indicatie en kan wijzigen bij een verandering van het aantal zorgklanten en/of het gemiddeld aantal geïndiceerde uren per week. Het tekort wordt veroorzaakt door de korting op het integratiebudget WMO hulp bij het huishouden per 2015. De gereserveerde structurele integratie-uitkering WMO, welke van het Rijk wordt ontvangen, zullen wij hiervoor gaan aanwenden (€ 395.000). Vanaf 2015 is de opbrengst van eigen bijdragen structureel € 200.000 hoger dan begroot. De toename wordt veroorzaakt door de invoering in 2013 van eigen bijdragen voor de Wmo vervoers- en woonvoorzieningen. Het overschot is gebaseerd op de in 2014 opgelegde eigen bijdragen. Het bedrag kan mogelijk nog toenemen door de uitbreiding van de doelgroep Wmo in verband met de decentralisatie van overheidstaken naar de gemeente op 1 januari 2015. De invloed hiervan is op dit moment nog niet te bepalen. Verlaging kosten vervoersvoorzieningen (Voordeel € 40.000) Jaarlijks wordt aan de Stadsregiotaxi Arnhem Nijmegen een bijdrage betaald voor het openbaar vervoer. In de bijdrage is een bedrag van € 1 per inwoner opgenomen voor dekking van de initiële kosten bij oprichting. Dit bedrag voor initiële kosten komt te vervallen. Programma 7 Wonen Minder uren/kosten ten laste van bouwgrondexploitaties (Nadeel € 174.964) In 2016 zijn er veel projecten in voorbereiding. De kosten van in voorbereiding zijnde projecten kunnen niet ten laste van de bouwgrondexploitaties worden gebracht. Deze kosten worden daarom ten laste van de Algemene Dienst gebracht. Op het moment dat deze projecten in exploitatie zullen gaan, worden deze kosten in de grondexploitatie ingebracht, waarbij het inbrengen van deze kosten voor deze projecten in latere jaren tot een voordeel zal leiden voor de Algemene Dienst. Doordat veel projecten in voorbereiding zijn, is er minder inzet nodig voor uitvoerende werkzaamheden. Deze uren worden ingezet om achterstanden bij rioleringsprojecten in te lopen. Grondaankopen en transacties conform nota grondbeleid (Nadeel € 25.000) Conform de vastgestelde nota grondbeleid wordt budget gecreëerd t.b.v. kleine grondaankopen (bijv. om een straat te kunnen verbreden) en om taxaties uit te laten voeren. Actueel houden bestemmingsplannen (Nadeel 2016: € 40.000; Vanaf 2017 Nadeel € 30.000) Het tijdig actualiseren van bestemmingsplannen is een wettelijke taak. Artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening bepaalt dat de gemeenteraad voor het gehele grondgebied van de gemeente een of meer bestemmingsplannen vaststelt waarbij ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening de bestemming van de in het plan begrepen grond wordt aangewezen en met het oog op die bestemming regels worden gegeven. De bestemming van gronden, met in begrip van de met het oog daarop gestelde regels, wordt binnen een periode van 10 jaar, gerekend vanaf de datum van vaststelling van het bestemmingsplan, telkens opnieuw vastgesteld. Niet tijdige vaststelling van een bestemmingsplan heeft tot gevolg dat de mogelijkheid om leges te heffen bij afgifte van omgevingsvergunningen komt te vervallen. Gezien deze wettelijke verplichting is actualisatie van bestemmingsplannen een continue proces. Om piekvorming in de actualisatie te voorkomen, zowel qua capaciteit als financieel, is een 10-jaren planning gemaakt wanneer welk plan geactualiseerd gaat worden. De kosten voor het opstellen van een bestemmingsplan lopen inmiddels steeds hoger op gelet op de (dure) onderzoeken die steeds vaker uitgevoerd moeten worden voor de verschillende bestemmingsplannen. Denk Kadernota 2016
10
aan passende beoordeling/plan MER in het kader van de Natuurbeschermingswet. Ook op het gebied van archeologie en Flora en Fauna moet steeds vaker onderzoek worden gedaan naast de al lang bestaande verplichting een akoestisch onderzoek uit te voeren, de evt. toename van fijnstof (luchtkwaliteit) inzichtelijk te maken en bodemonderzoek uit voeren. Ook het in kaart brengen of er evt. explosieven in het plangebied liggen is een aspect dat ook nadrukkelijk aan de orde moet komen. Bovendien zijn enkele plannen dermate complex dat deze een zorgvuldige procesbegeleiding vergen en dat specifieke externe kennis ingehuurd moet worden om dergelijke plannen op te stellen. Programma 9 Beheer en onderhoud Meer ambtelijke uren gedekt door afvalstoffenheffing/riolering (Voordeel € 302.357) Voor team Beheer en Onderhoud (B&O) blijkt dat er door de verschuiving van een aantal taken op gebied van schoonhouden infrastructuur (vegen en onkruid) van de teamleden afval naar groen uren zijn “vrij” gekomen. Deze uren worden door B&O-afval nu gebruikt voor de communicatie over de nieuwe inzamelstructuur en om de processen te beschrijven. Op die manier wordt naar de toekomst toe het afhandelen van vragen door inwoners vereenvoudigd (via KCC en/of website). Er zijn enkele achterstanden bij rioleringsprojecten. Doordat er minder inzet is benodigd voor de bouwgrondexploitaties, kunnen er meer uren worden verschoven naar rioleringsprojecten om deze achterstanden in te lopen. Het aandeel van afvalstoffenheffing bedraagt ongeveer € 85.000, het restant betreft de riolering. Onderhoud buitensport conform onderhoudsplan (Nadeel € 400.000) Onttrekking uit bestemmingsreserve onderhoud buitensport (Voordeel € 400.000) Dit betreft onderhoud, zoals het vervangen van toplagen, op meerdere sportaccommodaties zoals opgenomen in het meerjarenonderhoudsplan. De kosten worden gedekt door gebruik te maken van de bestemmingsreserve onderhoud buitensport, welke voor dit doel is ingesteld. Programma 10 Inwoner en bestuur Lagere inkomsten leges burgerlijke stand (Nadeel € 23.500) Op basis van de resultaten 2013 en 2014 is gebleken dat € 75.000 leges burgerlijke stand reëel is. Nu is daarvoor € 103.500 begroot, deze wordt structureel met € 28.500 verlaagd. Een oorzaak ligt grotendeels in de neergaande economische conjunctuur. Er wordt hierdoor o.a. minder getrouwd. Omdat er minder getrouwd wordt zijn er ook minder trouwambtenaren nodig, die daarvoor ingehuurd worden. De kosten in dit budget worden met € 5.000 verlaagd. Lagere inkomsten grafrechten (Nadeel € 158.700) In de programmabegroting 2013 (raadsvergadering 15 november 2012) zijn de begrote leges opbrengsten voor grafrechten verhoogd met ruim 100% verhoogd. Het meerjarenbeeld op opbrengsten grafleges laat echter zien dat slechts € 200.000 haalbaar is. Het nu begrote bedrag van ruim € 350.000 is derhalve niet realistisch. Verhoging kosten dierenopvang (Nadeel € 27.000) Het is een wettelijke taak van de gemeente om zwerfdieren op te halen en (minimaal 14 dagen) op te vangen. De hoogte van de rekening is afhankelijk van het aantal opgehaalde dieren. De kosten in 2014 bedroegen in totaliteit € 40.030. Met een prijsverhoging van 4% voor het jaar 2015 voor het opvangen van deze dieren en een index van 0,75% voor het jaar 2016 komen de verwachte kosten (uitgaande van hetzelfde aantal ritten in 2016 als in 2014) uit op € 41.000. Tot nu toe is € 14.000 begroot.
Kadernota 2016
11
Programma 11 Financiën Areaalvergroting i.v.m. ruilverkaveling (Nadeel € 135.000) Door ruilverkaveling heeft de gemeente meer wegen, bermen en sloten in eigendom verkregen. Hierdoor nemen de onderhoudslasten toe. Kapitaallasten incl. vervangingsinvesteringen en vrijval (Voordeel oplopend naar € 869.637) Door afschrijving verlagen de boekwaarden van de afgesloten investeringen. Dit heeft tot gevolg dat er minder rente wordt berekend en bij finale afschrijving geen afschrijvingslasten meer zijn. Verzekeringen en belastingen (Nadeel € 21.852) Naast de reguliere stijging door indexering van de premies, is met name de aansprakelijkheidsverzekering bij een nieuwe aanbesteding duurder geworden. Dit is niet alleen in Lingewaard het geval, maar een landelijke tendens. Verhoging onderhoud programmatuur Pink Roccade (Nadeel € 85.000) Op 11 juli 2014 heeft Pink Roccade Local Government (PRLG) aan al haar klanten een brief gestuurd waarin zij aangeeft gebruik te maken van haar recht om eenzijdig en eenmalig de onderhoudstarieven van de software te verhogen vanaf 2015. Voor Lingewaard betekent dit een structurele verhoging van de jaarlasten met 15 % van het budget PRLG. Niet gerealiseerde taakstelling ODRA (Nadeel 2016: € 360.380; vanaf 2017 € 326.780) Bij de behandeling van de Najaarsnota 2014 (Politieke Avond 30 oktober 2014) heeft wethouder Witjes aangegeven te onderzoeken of de taakstelling van de ODRA niet alsnog gerealiseerd kan worden. Er zijn geen extra mogelijkheden gevonden om de resterende taakstelling te realiseren. Met de huidige kennis van zaken was de destijds opgelegde taakstelling niet reëel. Een groot deel van de materiële overhead wordt veroorzaakt door de kosten van het gebouw. Bovendien zijn wij geen gastheer geworden voor de omgevingsdienst. Verder is een groot deel van de formatieve overhead wel gerealiseerd. Door uitbreiding van taken (decentralisaties) is verdere realisatie echter niet haalbaar. Beveiligingsmedewerker in de publiekshal (Nadeel € 52.000) Er wordt gekozen om de functie van de huidige receptionist te vervangen door een hospitality medewerker met een gediplomeerde beveiligingsachtergrond. Hieraan ligt de gewijzigde klantenkring per 2015 en het gevoel van onveiligheid van medewerkers met direct klantcontact aan ten grondslag. Ook wordt hiermee op de stille uren bezetting geborgd, welke bij calamiteiten een 1e interventie kan plegen. De interventie wordt aangevuld met leden van het vrijwillige interventieteam. Van de totale € 80.000 aan jaarkosten wordt structureel € 28.000 binnen team KCC opgelost. Daar vervalt een functie van receptioniste. Gezien de directe noodzaak in 2015 zal dit ook worden meegenomen in de 2e tussentijdse rapportage.
Kadernota 2016
12
Het saldo van de meerjarenbegroting 2016-2019 geeft het onderstaande beeld na de actualisatie van het bestaand beleid: Omschrijving Saldo meerjarenbegroting 2016-2019
2016
2017
2018
2019
202.896
888.128
765.626
418.904
Actualisatie bestaand beleid
-423.153
-76.532
52.102
429.156
Saldo meerjarenbegroting 2016-2019
-220.257
811.596
817.728
848.060
Kadernota 2016
13
Hoofdstuk 5 Voorstellen nieuwe uitgaven In hoofdstuk 4 hebben wij u geïnformeerd over de verwachte ontwikkeling van het financieel kader voor de meerjarenbegroting 2016-2019 en over de voorstellen die wij als wettelijk of als autonoom en onuitstelbaar hebben bestempeld. Wij verwachten dat na verwerking van de meicirculaire er in de jaarschijf 2016 enige ruimte beschikbaar is voor nieuwe uitgaven. Vanaf 2017 is er meer ruimte. Daarom doen we slechts een beperkt aantal voorstellen voor nieuw beleid. In de Programmabegroting 2016 wordt dit nader uitgewerkt. In onderstaande tabel hebben wij voorstellen nieuwe uitgaven opgenomen die wij zouden willen verwerken in de Begroting 2016. In de bijlage hebben wij voorstellen nieuwe uitgaven opgenomen welke wij wel van belang vinden, maar die wij op dit moment niet honoreren, omdat met name in de jaarschijf 2016 de middelen daarvoor ontbreken en wij de ruimte in de jaren daarna niet op dit moment al volledig willen invullen. Bij de behandeling van deze kadernota staat het uw raad vanzelfsprekend vrij om hier andere keuzes te maken. Daarnaast worden 3 onderwerpen tekstueel toegelicht. Afhankelijk van de beschikbare financiële ruimte kijken wij of hiervoor concrete voorstellen in de Programmabegroting 2016 opgenomen kunnen worden. Omschrijving
2016
Saldo meerjarenbegroting 2016-2019
-220.257
811.596
817.728
848.060
-86.000 86.000
-20.000
-86.000 86.000 -20.000 -15.200 -20.000
-86.000 86.000 -20.000 -15.200 -20.000
-86.000 86.000 -20.000 -15.200 -20.000
-40.000
-40.000
-40.000
-40.000
-40.000 -175.000 -257.000
-175.000 -257.000
-175.000
-175.000
257.000
257.000
100.000 -25.000 -40.000
100.000 -10.000
-10.000
-10.000
-200.000 431.396
-200.000 337.528
-200.000 367.860
Opvoedingsondersteuning Dekking vrijval CJG Backoffice Verknopen fietsnetwerken Arnhem-Huissen Uitbreiding parkeerterrein t.b.v. salonwagens Herinrichting Markt Huissen Verlaging doorberekening uurtarief grondexploitaties Aanleg glasvezelmantelbuis Gendtse polder Duurzaamheid Project Vastgoed op orde Dekking Vastgoed op orde uit algemene reserve Opbrengst reststroken groen Overheidsparticipatie Bouwkundig basisonderhoud huisvesting Verhoging weerstandcapaciteit Saldo meerjarenbegroting 2016-2019
-460.257
2017
2018
2019
Toelichting op voorstellen Programma 1 Ontwikkeling en opleiding Opvoedingsondersteuning (Nadeel € 86.000) Dekking vrijval CJG Backoffice (Voordeel € 86.000) In verband met de transitie Jeugdzorg veranderen de regionale taken van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Daarmee zijn de structurele middelen voor de Backoffice CJG niet meer nodig. Daarnaast zijn de Kadernota 2016
14
coördinatietaken van het CJG eveneens veranderd waardoor er minder loonkosten nodig zijn voor deze taak. De vrijgevallen middelen vanuit de regionale taken CJG zoals opgenomen in bestaand beleid, worden ingezet om de eerstelijns voorzieningen in het kader van de jeugdhulp te versterken. Het beoogde doel is om de inzet van zware specialistische jeugdhulp te verminderen of te voorkómen. De concrete invulling hiervan wordt in de 2e tussentijdse rapportage nader toegelicht. Programma 3 Bereikbaarheid en mobiliteit Verknopen fietsnetwerken Arnhem-Huissen (Nadeel € 20.000) Dit is gekoppeld aan de vervanging van de verkeersregelinstallatie van de aansluiting van de Molsweg op de Pleijroute. Een samenwerkingsproject met Arnhem en de provincie waar Lingewaard ook een bijdrage aan levert. Voor dit onderdeel is de gemeente de enige partij die subsidie aan kan vragen welke binnen het project verrekend kan worden. Subsidie is reeds aangevraagd, nog niet beschikt (verwachting 50%). Programma 4 Bedrijvigheid Uitbreiding parkeerterrein sportpark Ressen (Nadeel € 15.200) De afdeling Veiligheid, Toezicht en Handhaving (VTH) is verzocht om de mogelijkheden te verkennen of er alternatieve locaties voor het parkeren van salonwagens voor de kermisexploitanten zijn. Uit deze verkenning is gebleken, dat de beste optie is het uitbreiden van het huidige parkeerterrein van Sportpark Ressen. Wanneer er geen salonwagens staan (dus buiten het kermis-seizoen), kan dezelfde locatie gebruikt worden voor het parkeren van voertuigen van de bezoekers van de 2 sportverenigingen aldaar. Herinrichting Markt Huissen (Nadeel € 20.000) Voor het verbeteren van de gebruiksmogelijkheden van De Markt in Huissen wordt een budget opgenomen waarmee De Markt opnieuw kan worden ingericht. Daarbij wordt aansluiting gezocht bij het Centrumplan Huissen en het nieuwe evenementenbeleid. Verlaging doorberekening uurtarief grondexploitaties (Nadeel € 40.000) Het huidige uurtarief bedraagt € 102 per uur. Hiermee zit Lingewaard aan de bovenkant van de prijs per uur in de regio. Om concurrentie te bevorderen, in een economisch aantrekkende markt, is het noodzakelijk om de uurtarieven voor de aan grondexploitaties toe te rekenen uren te verlagen. Voorgesteld wordt om hiervoor € 95 per uur te berekenen. Het gaat om afgerond 5.700 uren. Programma 7 Wonen Aanleg glasvezelmantelbuis ontwikkeling Gendtse polder (Nadeel € 40.000) De aanleg van riolering in de Gendtse polder maakt het mogelijk om tegen relatief lage kosten een mantelbuis voor glasvezel mee te leggen in de polder. Zodra een kabelleverancier kabel aan wil leggen in het gebied kan hij verplicht worden deze mantelbuizen over te nemen en te gebruiken. Door aanleg van de mantelbuizen wordt de kans op aanleg van glasvezel in de polder vergroot. Het aanleggen van mantelbuizen voor glasvezel is geen wettelijke taak van de gemeente. De aanleg betreft in feite het voorfinancieren van kosten van de kabelleverancier. Dit houdt een risico in aangezien het niet zeker is dat, als er glasvezel aangelegd wordt in de polder, alle kosten verhaald kunnen worden.
Kadernota 2016
15
Programma 8 Klimaat & duurzaamheid Duurzaamheid (Nadeel € 175.000) In 2016 is de 4-jarige investering in duurzaamheid ten einde. Om het programma door te kunnen zetten op de huidige inzet is deze bijdrage structureel noodzakelijk. De startnotitie duurzaamheid wordt in juli 2015 met de raad besproken. Zodat later in 2015, conform planning, de beleidsnota duurzaamheid aan de raad kan worden voorgelegd. Programma 9 Beheer & onderhoud Project Vastgoed op orde (Nadeel € 257.000) Dekking Vastgoed op orde uit algemene reserve (Voordeel € 257.000) In Lingewaard is het gemeentelijk vastgoed niet op orde. Daartoe moet de komende 3 jaar nog veel inzet worden gepleegd om het vastgoed goed te organiseren, te structureren en duurzaam in te bedden in de organisatie. Gezien het incidentele karakter wordt voorgesteld om deze lasten te dekken door inzet van de algemene reserve. Opbrengst reststroken groen (Voordeel € 100.000 in 2016 en 2017) Op basis van de bestaande inventarisatie van overtollige reststroken wordt overgegaan tot een projectmatige aanpak van de verkoop van reststroken per kern tegen een vaste prijs gedurende het project van € 50,00 per m2 grond. Programma 10 Inwoner en bestuur Overheidsparticipatie (Nadeel 2016 € 25.000, vanaf 2017 Nadeel € 10.000) In 2016 en 2017 bouwen we verder op de resultaten uit het project Overheidsparticipatie. Binnen dit project experimenteren we in 2015 met een nieuwe rol van de gemeente ten opzichte van initiatieven van (groepen) inwoners. Dit doen we aan de hand van pilots. Op basis van de hiermee opgedane ervaringen zullen we met bestuur en organisatie in 2016 en 2017 bezig zijn met punten als: Staan we voldoende open voor initiatieven vanuit de samenleving: hebben we de antennefunctie goed georganiseerd en zit het in de houding van mensen? Gaan we het gesprek goed aan met inwoners die initiatieven willen ontplooien: voeren we het gesprek zo dat we het initiatief ook bij de ander laten en zorgen we er zelf voor dat we een aantrekkelijke partner zijn om mee samen te werken, omdat we onze mogelijkheden en contacten goed gebruiken (de netwerkorganisatie)? Stimuleren we zelforganisatie van inwoners op een goede manier? Hebben we daar goede instrumenten voor? Om dit te bereiken is opleiding, training en intervisie voor bestuurders en ambtenaren noodzakelijk. Programma 11 Financiën Bouwkundig basisonderhoud huisvesting (Nadeel € 40.000) De resultaten van de gewenste onderzoeken naar klimaat, geluid en beveiliging in het gemeentekantoor worden medio 2015 gepresenteerd. De hieruit voorvloeiende aanbevelingen worden deels in 2015 en deels in 2016 beoordeeld, voorgesteld en geïmplementeerd. Verhoging weerstandscapaciteit (vanaf 2017 Nadeel € 200.000) Voor een toelichting verwijzen wij u naar hoofdstuk 5.
Kadernota 2016
16
Overige voorstellen (nog niet financieel vertaald) Investering sportaccommodaties In 2007 is onderzoek gedaan naar de behoefte aan binnensportruimte in Lingewaard. Bij de behandeling van de Programmabegroting 2014 is door de raad een amendement aangenomen, waarin het college wordt gevraagd de conclusies uit deze integrale visie binnensportaccommodaties te actualiseren. Deze actualisatie is uitgevoerd en biedt inzicht in de bevindingen met betrekking tot knelpunten die zich voordoen in de afstemming tussen de vraag naar en het aanbod van binnensportaccommodaties. Ook worden op hoofdlijnen scenario’s gepresenteerd om deze knelpunten (deels) op te lossen, welke overigens nog nadere uitwerking en financiële onderbouwing behoeven. Deze input heeft niet geresulteerd in reservering van financiële middelen. Middels een amendement van 13 november 2014 is door de raad opdracht verstrekt te komen tot een uitgewerkt voorstel inclusief financiering wat het reserveren van bedragen voor ontwikkeling van sporthal de Bongerd rechtvaardigt. De nieuwe sportnota moet de algemene basis vormen voor een onderbouwing van investering in sportaccommodaties. Deze nota is in ontwikkeling. Uitsluitsel ten aanzien van investering zal eind 2015 volgen. Wil je concreet aan de slag kunnen met investering in sportaccommodaties, dan zullen er financiële middelen gereserveerd moeten worden. Polseweg Aan de rand van Huissen ligt een overgangsgebied tussen stad en landschap van circa 15 hectare. Er zijn twee hoofdfuncties aanwezig, een sportaccommodatie en een bedrijventerrein. De landschappelijke en stedenbouwkundige kwaliteit van deze stadsrandzone en toegang tot Huissen laat te wensen over, is rommelig en doet afbreuk aan het totaalbeeld van Huissen. In het collegeprogramma is de wens uitgesproken te komen tot een herstructurering van dit gebied. Het volgende resultaat wordt nagestreefd: Een door het college en gemeenteraad vastgestelde gebiedsvisie (2015) De vastgestelde gebiedsvisie is vervolgens de opmaak voor : • Een door het college van B&W vastgestelde werkwijze voor de realisatie van de gebiedsvisie. (2015/2016) • Overleg met grondeigenaren met als doel om onder voorwaarden te participeren in een gezamenlijke realisatie van de gebiedsvisie. (2015/2016) • Planologische procedures zoals: voorbereidingsbesluiten en bestemmingsplanwijzigingen (2016 en verder) De beperkte financiële middelen van de gemeente, de diversiteit aan eigendommen binnen het gebied en de daaraan gekoppelde uiteenlopende belangen, en tot slot diverse nieuwe particuliere ontwikkelingen maken een herstructurering niet eenvoudig. Uitgangspunt is dat door de participatie van de grondeigenaren bij de realisatie van de gebiedsvisie de ontwikkeling voor de gemeente minimaal kostenneutraal kan plaatsvinden m.u.v. enige inzet van ambtelijke ondersteuning en de revitalisering van de aanwezige sportaccommodatie. Als ondersteunend instrument kan de pilot Stedelijke Herverkaveling een rol spelen. Door het inzetten van de onafhankelijke kennis en kunde die aanwezig is, in het kader van de pilot stedelijke herverkaveling bij het vaststellen van objectieve waardebepalingen kan de beeldvorming van een niet onafhankelijke en niet belangeloze overheid worden voorkomen.
Kadernota 2016
17
Regionaal werkgeversservicepunt Gemeenten zijn wettelijk verplicht om op regionaal niveau werkgeversdienstverlening vorm te geven. Hiervoor heeft het rijk drie varianten van samenwerking aangeboden van XL, medium en light versie. Gemeente Lingewaard hecht er veel waarde aan om regionaal samen te werken en wil dit doen door middel van de lightversie. Echter de regio heeft in de afgelopen 2,5 jaar voor de XL vorm gekozen. Dit betekent een volledig ingerichte locatie, aanschaf van systemen, 25 fte aan accountmanagers en overhead op verschillende niveaus. Deelname aan het Werkgevers Servicepunt heeft daardoor een prijskaartje gekregen wat in de afgelopen 2.5 jaar flink gestegen is. Op dit moment is nog niet duidelijk welke variant voor de gemeente Lingewaard het beste is. Bij de Programmabegroting 2016 zal dit nader worden uitgewerkt.
Kadernota 2016
18
Hoofdstuk 6 Weerstandscapaciteit Tijdens de behandeling van de Begroting 2015 heeft het college toegezegd om in de Kadernota 2016 met een voorstel naar de raad te komen over verhoging van de weerstandscapaciteit. De kadernota is hét document waarin wij u zo integraal mogelijk informeren over de stand van zaken van de gemeentelijke financiën. In deze Kadernota 2016 leggen wij u daarom een aantal scenario’s voor omtrent de mogelijkheden tot verhoging van de weerstandscapaciteit. Weerstandscapaciteit in jaarstukken 2014 In november 2014 is de nieuwe nota Risicomanagement & weerstandsvermogen 2014-2017 vastgesteld door de gemeenteraad. Bij het opstellen van de jaarstukken 2014 is voor het eerst gebruik gemaakt van de in deze nota opgenomen uitgangspunten. In de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing van het jaarverslag 2014 is de beschikbare weerstandscapaciteit berekend op € 11.656.000 en de benodigde weerstandscapaciteit op € 8.650.000. De ratio weerstandsvermogen, zijnde de verhouding tussen de beschikbare en de benodigde weerstandscapaciteit komt daarmee uit op 1,35. Deze ratio heeft de kwalificatie voldoende. Op basis hiervan is een verhoging van de weerstandscapaciteit op dit moment niet nodig. Mogelijkheden tot verhoging weerstandscapaciteit De constatering in het jaarverslag 2014 dat er voldoende weerstandscapaciteit is laat onverlet dat er mogelijkheden zijn om tot verhoging van de weerstandscapaciteit te komen, met name vanwege de onzekerheden in het sociaal domein. De algemene reserve speelt hierin een belangrijke rol. De algemene reserve bedraagt € 39,7 miljoen, waarvan € 28,5 miljoen is beklemd. De renteopbrengst over dit bedrag (4% van € 28,5 miljoen = € 1.140.000) wordt namelijk gebruikt ter dekking van de begroting. In het saldo meerjarenbegroting 2016-2019 zoals dat in deze kadernota wordt gepresenteerd is hiermee rekening gehouden. Wanneer het beklemde deel van de algemene reserve wordt verlaagd, wordt tegelijkertijd de weerstandscapaciteit verhoogd. Op hetzelfde moment zal echter ook de renteopbrengst ter dekking van de begroting lager worden. Hiervoor is alternatieve dekking nodig, waarvoor wij een aantal scenario’s hebben uitgewerkt. Voor iedere € 1 miljoen van het beklemde deel van de algemene reserve dat vrij besteedbaar wordt gemaakt is € 40.000 aan alternatieve dekking nodig. 1. Invoeren precariobelasting op elektriciteits- en waterleidingen Per 1 juli 2014 is precariobelasting op kabels en leidingen in, op en boven gemeentegrond ingevoerd. Tot nu toe is alleen precariobelasting op gasleidingen opgelegd. Hiermee wordt een opbrengst gegenereerd van € 1.020.000 (tarief € 3 per meter per jaar, 340.000 m1 gasleidingen). Het voornemen bestaat om vanaf 2016 ook precariobelasting op elektriciteits- en waterleidingen te gaan heffen. Daarvoor moeten de overeenkomsten die aan het begin van de vorige eeuw met de rechtsvoorgangers van NUON/Liander en Vitens zijn afgesloten worden opgezegd. Er loopt echter nog een aantal rechtszaken over deze materie. Voordat we daadwerkelijk de elektriciteits- en waterleidingen kunnen betrekken in de heffing is hierover duidelijkheid nodig. Uitgaande van een positieve uitspraak van de rechter kan met de hogere opbrengst van precariobelasting de lagere renteopbrengst vanuit de algemene reserve worden gecompenseerd. Bij een gelijkblijvend tarief precariobelasting per strekkende meter van € 3 zal de totale opbrengst precariobelasting toenemen van € 1.020.000 naar ongeveer € 3.000.000 (ervan uitgaande dat het aantal strekkende meters elektriciteits- en waterleidingen ongeveer gelijk is aan het aantal meters gasleidingen). Hiervan is € 1.020.000 al ingezet voor de dekking van uitgaven in de begroting (vanaf 1-7-2014). Om het beklemde deel van de algemene reserve volledig vrij besteedbaar te maken is € 1.140.000 nodig. Van de
Kadernota 2016
19
opbrengst precariobelasting resteert dan nog € 840.000 dat kan worden ingezet voor voorstellen voor nieuw beleid. Wanneer het beklemde deel van de algemene reserve voor € 5 miljoen vrij besteedbaar wordt gemaakt is € 200.000 nodig en resteert € 1.780.000 aan financiële ruimte, bij € 10 miljoen is € 400.000 nodig en resteert € 1.580.000 en bij € 15 miljoen is € 600.000 nodig waarna € 1.380.000 resteert. Bij een tarief van € 3 per strekkende meter zal het door de inwoners van Lingewaard te betalen vastrecht naar verwachting toenemen met € 50 á € 60 per jaar. In het Coalitieprogramma 2014-2018 hebben we aangegeven dat we duurzaam om moeten gaan met de financiële middelen die voorhanden zijn en dat daarbij geen verdere lastenverzwaring voor onze burgers past. We willen dit daarom compenseren en gaan onderzoeken hoe dat het beste gestalte kan krijgen. Afhankelijk van de budgettaire ruimte en de keuzes die u daarin maakt, kan deze korting een incidenteel, tijdelijk of structureel karakter hebben. 2. Inzet deel beschikbare financiële ruimte meerjarenbegroting Na verwerking van de voorstellen die wij hebben aangemerkt als wettelijk en autonoom onuitstelbaar is er vanaf de jaarschijf 2017 ruim € 800.000 budgetruimte beschikbaar. Een deel van deze ruimte (€ 200.000) kan worden ingezet om de lagere renteopbrengst vanuit de algemene reserve te compenseren. In dit scenario zullen de lasten van de inwoners van Lingewaard niet verder toenemen. Wel is er dan minder ruimte beschikbaar om nieuwe voorstellen te honoreren. Zolang er geen duidelijkheid is over de mogelijkheid om precariobelasting op elektriciteits- en waterleidingen te gaan heffen gaan wij uit van dit scenario en als zodanig verwerkt in hoofdstuk 5. Begroting 2016 In de Begroting 2016 zouden wij u meer duidelijkheid willen geven over de hiervoor geschetste problematiek zodat wij dan met gerichte voorstellen kunnen komen. Wanneer de heffing van precariobelasting kan worden uitgebreid naar elektriciteits- en waterleidingen dan kan het beklemde deel van de algemene reserve geheel of gedeeltelijk vrij besteedbaar worden gemaakt. In dat geval zetten we niet alleen de belangrijkste stappen in het kader van de weerstandscapaciteit. In de jaarrekening 2013 hebben wij een aantal onderhoudsvoorzieningen moeten omvormen naar bestemmingsreserves omdat deze niet van voldoende omvang waren. We zullen dan ook voorstellen om de bestemmingsreserves in relatie tot onderhoud op het in de onderhoudsplannen genoemde gewenste niveau te brengen zodat de bestemmingsreserves weer kunnen worden omgevormd naar onderhoudsvoorzieningen. Daarnaast hebben we in overweging om weer een post onvoorzien in de begroting op te nemen om ook op dat punt te voldoen aan het BBV. En afhankelijk van het tarief dat voor precariobelasting wordt gehanteerd kunnen meer voorstellen voor nieuw beleid worden gehonoreerd.
Kadernota 2016
20
Hoofdstuk 7 Treasury Bezit, financiering en de balans Gemeenten gebruiken leningen in de regel voor de aanschaf van bezit. De waarde van dat bezit wordt in de boekhouding van de gemeente op een balans bijgehouden. Het bezit van een gemeente wordt aan de linkerkant, de debetzijde, van de balans geadministreerd. Ook de leningen van een gemeente worden in de vorm van schulden op de balans bijgehouden. Maar leningen zijn geen bezit en staan daarom aan de rechterzijde van de balans. Op de rechterzijde van de balans, de credit zijde, staat hoe het gemeentebezit is gefinancierd. Daar staat hoeveel schulden nog openstaan voor het financieren van het bezit. Een balans, de naam zegt het al, moet in evenwicht zijn. Als de schulden op de rechterzijde van de balans lager zijn dan de waarde van de bezittingen op de linkerzijde, ontstaat er op de rechterzijde een sluitpost om de balans in evenwicht te brengen. Deze sluitpost noemen we de reserves of ook wel het eigen vermogen. Het is een fictieve post. Hoewel deze reserves op de balans eigenlijk lucht zijn, ze representeren niets, hebben ze wel een betekenis. Een positief eigen vermogen in de vorm van reserves (en voorzieningen) geeft aan welk deel van het gemeentebezit op de linkerzijde van de balans is afbetaald. Maar deze reserves zelf zijn dus geen geld. Men zegt wel dat de reserves op de balans van een gemeente vast zitten in het bezit. Bijvoorbeeld in de bakstenen van een schoolgebouw of in het asfalt en de stoeptegels van de gemeentelijke weg. Met de reserves van een gemeente kan niets worden betaald. Wanneer een gemeente een investering doet, ontvangt het facturen van de leveranciers. Die facturen betaalt een gemeente niet met reserves. Voor het betalen van de leveranciers moet geld op de bank staan of binnenkort worden ontvangen zoals betalingen op belastingaanslagen. Als er geen geld op de bank van de gemeente staat, moet voor het betalen van de leveranciers eerst geld worden geleend. Kortom door een investering neemt de schuld op de rechterzijde van de balans toe of nemen de geldelijk bezittingen op de linkerzijde van de balans af. In beide gevallen ontstaat een negatief financieringsresultaat.
Gemeenten gaan schulden aan voor de aanschaf van bezit Schulden zijn bij gemeenten voor het financieren van bezit. Het bezit van een gemeente mag ten hoogste volledig zijn belast met schulden. Met lenen verplaatst een gemeente de aanschafkosten van bezit naar toekomstige gebruikers. Door voor de aanschaf van bezit te lenen worden uitgaven gedaan zonder dat er in dat jaar inkomsten tegenover staan. De aflossingen (en de rente) op de lening moeten uit toekomstige belastinginkomsten en heffingen worden opgebracht. De last van de aanschaf van het bezit drukt zo op de toekomstige bewoners. En het zijn juist de bewoners van morgen die de vruchten van het gemeentelijk bezit plukken. Een goed voorbeeld is de riolering. Voor de aanleg van riolering wordt geld geleend. Nadat de bewoners zijn aangesloten, brengt de gemeente een gebruikersheffing voor de riolering bij de bewoners in rekening. Met de opbrengsten uit deze rioolheffing lost de gemeente ook de lening voor de aanleg af. Daarmee zijn de kosten van de aanleg van de riolering naar de gebruikers verplaatst. Het verplaatsen van de kosten van de aanschaf van bezit naar toekomstige gebruikers is niet gratis voor de gemeente. Lenen heeft een prijs in de vorm van rente. Hoe hoger de schulden, hoe hoger de rentekosten.
Kadernota 2016
21
Er is geen vast norm of streefwaarde voor de hoogte van de schuld van een gemeente. Maar de politieke discussie kent wel één absolute begrenzing in de vorm van een houdbare schuld. De schuld mag niet zo hoog oplopen dat de financiële positie van de gemeente in de waagschaal wordt gelegd. De gemeentefinanciën horen, ook bij economisch slecht weer, zonder hulp van buitenaf beheersbaar te blijven.
De financiële (vermogens-) positie in beeld In deze paragraaf gaan we in op kengetallen voor het beoordelen van de financiële balanspositie van een gemeente. De financiële balanspositie wordt ook wel de financiële vermogenspositie genoemd. We belichten een aantal kengetallen die iets zeggen over de schuldpositie van de gemeente. De solvabiliteitsratio drukt het eigen vermogen uit in een percentage van het totale vermogen. Anders gezegd, in hoeverre is het bezit op de balans afbetaald. Met het kengetal schuldratio beoordeel je in hoeverre het bezit op linkerzijde van de balans is belast met schuld. Het kengetal schuldratio geeft in procenten het aandeel van de schulden in het balanstotaal. Solvabiliteitsratio is het spiegelbeeld van schuldratio. Schuldratio = Langlopende schulden + kortlopende schulden + crediteuren + overlopende passiva Balanstotaal Solvabiliteitsratio = Eigen vermogen / totale vermogen Als we de cijfers uit de laatste jaarrekeningen in een grafiek zetten krijgen we het onderstaande beeld:
Schuldratio en Solvabiliteitsratio 1.2 1 0.8
0.3
0.31
0.31
0.31
0.32
Schuldratio
0.6 0.4
Solvabiliteitsratio
0.7
0.69
0.69
0.69
0.68
2010
2011
2012
2013
2014
0.2 0
Hoe moeten we deze cijfers nu interpreteren? Volgens een publicatie van de VNG over houdbare gemeentefinanciën heeft een gemeente bij een schuldratio hoger dan 80% (solvabiliteitsratio < 20%) zijn bezit zeer zwaar belast met schuld. Normaal bevindt de schuldratio van een gemeente zich tussen de 20% en 70%. Zoals uit bovenstaande grafiek valt af te lezen ligt de schuldratio van de gemeente Lingewaard in de afgelopen jaren tussen de 70 en 68% dus binnen de normale norm.
Kadernota 2016
22
De hoogte van de schuld In het kengetal schuldratio speelt de bruto schuld de hoofdrol. Maar gemeenten hebben ook geldelijke bezittingen die niet zijn ingezet voor de publieke taak. Bijvoorbeeld in de vorm van geld op de bank om facturen te betalen. De waarde van deze geldelijke bezittingen verschilt per gemeente. Daardoor is het kengetal schuldratio onzuiver. Een beter beeld wordt verkregen als we uitgaan van de netto schuld. Bij de netto schuld is de omvang van de geldelijke bezittingen die niet zijn ingezet voor de publieke taak, in mindering gebracht op de bruto schuld. Een goed kengetal om de hoogte van de schulden van een gemeente te beoordelen is de netto schuld als aandeel van de inkomsten. De hoogte van de inkomsten bepaalt namelijk in belangrijke mate hoeveel schulden een gemeente kan dragen. Hoe hoger het inkomen des te meer schuld een gemeente kan aangaan. Dit kengetal uitgedrukt in procenten wordt de netto schuldquote genoemd. Voor de inkomsten in de noemer moet voor dit kengetal worden uitgegaan van de inkomsten voor bestemming van de reserves. De inzet van reserves op de exploitatie zijn geen inkomsten. Reserves op de balans zijn immers geen geld. De formule voor de netto schuldquote luidt: netto schuld quote
(langlopende schulden + kortlopende schulden + crediteuren + overlopende passiva) -/(langlopende uitzettingen + kortlopende vorderingen + liquide middelen + overlopende activa) inkomsten voor bestemming reserves
Voor een gemeente geldt dat het stoplicht op rood springt als de netto schuldquote boven de 130% uitkomt. Er is dan sprake van een zeer hoge schuld. Omgerekend komt dit percentage ongeveer overeen met het Europese schuldplafond van 60% van het bruto binnenlands product zoals dat voor de lidstaten van de Europese Unie geldt. Al bij een netto schuldquote boven de 100% springt het stoplicht voor een gemeente op oranje. Er blijft dan weinig leencapaciteit over om de gevolgen van financiële tegenvallers op te vangen. Normaal bevindt de netto schuldquote van een gemeente zich ergens tussen de 0% en 100%. In de volgende grafiek zien we de ontwikkeling van de netto schuldquote van de gemeente Lingewaard.
Netto schuldquote 0.9 0.8 0.7 0.6 0.5 0.4 0.3 0.2 0.1 0
0.78
0.81 0.66
0.66
0.67 Netto schuldquote
2010
2011
2012
2013
2014
De netto schuldquote bevindt zich ruim onder de 100%, wat duidt op een gezonde schuldpositie.
Kadernota 2016
23
Bijlage: onderwerpen niet opgenomen in voorstellen nieuwe uitgaven
Omschrijving
2016
Subsidie Natuur- en Milieueducatie Nieuwe doelgroepen Participatiewet Ontsluiting de Heister via de Poeldrik Ontwikkeling park Holthuizen Recreatieve route als uitvloeisel van vondsten Loovelden Actualisatie archeologische verwachtingskaart Uitbreiden recreatief netwerk: wandelroute Beheer recreatiefnetwerk: wandelroute Onderzoek haalbaarheid aanleg glasvezel buitengebied Reconstructie diverse wegen Bemmel Omgevingswet 2018 – informatievoorziening Omgevingswet 2018 – voorbereiding/implementatie
2017
2018
2019
-3.000 -50.000
-3.000 -50.000 -9.600 -20.000
-3.000 -50.000 -9.600 -15.000
-3.000 -50.000 -9.600
-8.000
-8.000
-8.000
-8.000
-15.400 -20.000 -3.000
-3.000
-3.000
-3.000
-7.475 -50.000
-7.475 -24.000
-7.475 -24.000
-7.475 -24.000
-67.500
-67.500
-35.000
Programma 1 Ontwikkeling en opleiding Subsidie NME (Nadeel € 3.000) De Stichting Lingewaard Natuurlijk die de natuur- en milieueducatie (NME) uitvoert heeft recent in een gesprek aangegeven haar activiteiten te willen uitbreiden. Hiervoor zal binnenkort een aanvullend subsidieverzoek worden ingediend. Vooruitlopend op de besluitvorming op dit aanvullende subsidieverzoek wordt nu voorgesteld om een extra bedrag van € 3.000 op te nemen voor deze aanvullende subsidie. Met de aanvullende subsidie wil de stichting onder andere inzetten op uitbreiding van aantal schoolmoestuinen en meer lessen natuureducatie verzorgen. De gemeente Lingewaard vindt natuur- en milieueducatie (NME) belangrijk. NME is hét middel om kinderen hun eigen leefomgeving te laten begrijpen. Dit heeft invloed op het behoud van de natuur: kinderen leren de natuur respecteren, gaan hier goed mee om en zijn er trots op. Ze zien eerder het belang in van het behoud van hun eigen leefomgeving. Programma 2 Deelname aan de samenleving Nieuwe doelgroepen Participatiewet (Nadeel € 50.000) In 2015 is onze ambitie stabilisatie van het uitkeringsbestand op een klantenaantal van 400, waardoor het uitkeringsbestand beland op een groep mensen met een zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt. Vanaf 2016 verwachten wij een volume uitbreiding door - Instroom nieuwe doelgroepen voormalige Sw-ers - Instroom en gedeeltelijk arbeidsongeschikte Wajongers door herkeuringen en - Instroom asielzoekers door taakstelling huisvesting gemeenten. Een prognose van het volume van de nieuwe doelgroep kan niet nauwkeurig worden gegeven; wel is duidelijk dat de nieuwe doelgroep een verre afstand tot de arbeidsmarkt heeft, wat een langdurig, arbeidsintensief en mogelijk kostenverhogend re-integratie traject betekent door andere vormen van ondersteuning. Onderstaand volgt hierop een toelichting. Kadernota 2016
24
Programma 3 Bereikbaarheid en mobiliteit Ontsluiting de Heister via de Poeldrik (Nadeel € 9.600) Bereikbaarheid parkeerplaatsen en woningen De Heister laten plaatsvinden via profieluitbreiding fietspad. Het ontwerp is gemaakt. Er wordt geen externe bijdrage verwacht. Programma 4 Bedrijvigheid Ontwikkeling park Holthuizen (Nadeel € 20.000 in 2016 en € 15.000 in 2017) Gaat om beperkte investeringen en ontwikkelkosten en aanpassing van het bestemmingsplan. Inzet is dat een particuliere ondernemer gevonden wordt voor de daadwerkelijke realisatie van kleinschalige horeca. Recreatieve route als uitvloeisel van vondsten Loovelden (Nadeel € 8.000) Het idee voor een “toeristische canon van de gemeente Lingewaard” komt voort uit de gedachte dat het alleen maar plaatsen van objecten (in dit geval bodemvondsten uit Loovelden) in een vitrine weinig aanspreekbaar is, en niet zoveel toegevoegde waarde heeft. De toeristische canon bestaat uit het koppelen van diverse bestaande aantrekkelijke locaties en objecten (zoals de vondsten uit Loovelden) waarover vanuit cultuur of historie iets te vertellen valt. Deze locaties worden door middel van (deels bestaande) routes met elkaar verbonden. Op elke locatie is zowel fysiek als digitaal informatie te vinden over de geschiedenis van die locatie. Op elke locatie is tevens een aanwijzing te vinden naar de volgende locatie in de route. Door de combi van inzet digitale middelen, bevorderen toeristisme en aandacht voor de lokale historie en cultuur is er wel sprake van een unieke werkwijze waarvoor wellicht subsidies beschikbaar zijn. Programma 5 Centrum, stad en dorp Actualisatie archeologische verwachtingskaart (Nadeel € 15.400) Voor de gemeente Lingewaard is in 2008 door RAAP een archeologische beleidskaart opgesteld, met een afwegingskader voor archeologische onderzoeksplicht. Deze beleidskaart functioneert als onderligger voor de bestemmingsplannen in Lingewaard. Hiermee wordt de afweging onderbouwd in welke gevallen archeologisch onderzoek noodzakelijk is en in welke gevallen vrijstelling verleend wordt. Gebruikelijk is om deze kaarten eens in de vijf jaar te actualiseren, waarbij vernieuwde inzichten, regelgeving en uitgevoerde archeologische onderzoeken worden meegenomen. Vanwege de hoge kwaliteit van de bestaande kaart en het afwegingskader kon de geldigheidstermijn opgerekt worden waardoor actualisatie tot nu toe nog niet noodzakelijk was. Programma 6 Landschap Incidentele uitbreiding recreatief netwerk: wandelroute (Nadeel € 20.000) Beheer recreatief netwerk: wandelroute (Nadeel € 3.000) Een actieve bewonersgroep bestaande uit bewoners uit Huissen en Angeren is samen met leden van Lingewaard Natuurlijk, Strijdbaar Angeren en historische kring druk bezig om een mooie route tussen de twee kernen te realiseren. Deze groep heeft veel kennis over natuur en cultuurhistorie. Ze zouden dan ook graag hun kennis inzetten om een interessante route voor wandelaars te maken. Een aantal ingrediënten vormen hiervoor de basis: een begaanbaar pad met benodigde voorzieningen (bijv. bruggetje), bewegwijzering, landschappelijke aankleding, informatiepaneel, folder en/of digitale route. Concept dat hier toegepast zou kunnen worden, is het concept van het klompenpad (http://www.klompenpaden.nl/), ook reeds toegepast in Park Lingezegen. Dat houdt in dat er met de werkgroep een aantrekkelijke bewegwijzerde route wordt gerealiseerd, voorzien van een folder en te raadplegen via een applicatie op de telefoon. De route wordt landschappelijk op een aantal plekken aantrekkelijk gemaakt met aan te planten inheemse beplanting. Om een dergelijke route te kunnen realiseren is er €40.000 benodigd. Realisatie hiervan is voor 50% subsidiabel. Dat houdt in dat er €20.000 gemeentelijk budget benodigd is om het pad te kunnen realiseren. Het idee van klompenpaden is afkomstig van Stichting Landschapsbeheer Gelderland. Zij begeleiden het Kadernota 2016
25
traject en toetsen of het bedachte pad “klompenpadwaardig” is. Dat houdt onder andere in dat er horeca, ovhalte, parkeerplaatsen langs de route aanwezig zijn en het percentage onverharde paden hoog is. Als het pad eenmaal gereed is, zal er jaarlijks een klein bedrag benodigd zijn voor instandhouding, promotie, beheer en onderhoud. De onverharde paden van de route lopen vaak over particuliere gronden. Met de eigenaren van deze gronden worden afspraken gemaakt over het ter beschikking stellen van de grond tegen een kleine bijdrage. In principe worden deze afspraken voor 6 jaar gemaakt. Mocht het bedachte pad niet “klompenpadwaardig” zijn, dan kan met de groep een ommetje zoals bij Doornik worden gerealiseerd. Programma 7 Wonen Onderzoek haalbaarheid aanleg glasvezel buitengebied (Nadeel € 35.000) De wens is er om de gehele gemeente te voorzien van een glasvezelnetwerk. Dit onderzoek maakt inzichtelijk welke werkzaamheden en investeringen gedaan moeten worden om de zogenaamde witte gebieden te voorzien van een glasvezelnetwerk. Programma 9 Beheer & onderhoud Reconstructie Oostervelden, Dr. R.v. Oppenraaijstraat, Dr. B. Bastiaansestraat en Franciscusstraat te Bemmel (Nadeel € 7.475) Binnen het project “creëren structuur voor afvoer hemelwater Dorpsstraat/Gouden Appel, voorbereiding + uitvoering” is de zuidelijk gelegen wijk nader onderzocht op de aanwezige kwaliteit van de wegen en riolering. Dit doordat er binnen het project gestreefd wordt om extra verhard oppervlak aan te sluiten op de op te waarderen hemelwatergang nabij de Gouden Appel. Uit het onderzoek is gebleken dat op diverse plekken de wegen en riolering van dermate slechte kwaliteit is dat hier vervanging wenselijk is. Hierbij gaat het om de onderstaande wegen:
Oostervelden (gedeelte tussen de Dorpsstraat en de Dr. B. Bastiaansestraat; Dr. R. v. Oppenraaijstraat (gedeelte tussen de Klappenburgsestraat en Oostervelden) Dr. B. Bastiaansestraat (gedeelte tussen de Klappenburgsestraat en Oostervelden) Franciscusstraat (gedeelte tussen de Dr. R. v. Oppenraaijstraat en de Dr. B. Bastiaansestraat.
Binnen de vermelde straten is het noodzakelijk om de bestaande riolering te vervangen en een hemelwaterriool aan te leggen. Hierdoor zal de bovenliggende asfaltverharding vervangen worden door een elementenverharding. Dit aangezien het gemeentelijk beleid stelt dat binnen 30 km zones elementenverhardingen aangebracht moeten worden, geen gesloten verhardingen. Door de inbreng vanuit de beschikbare budgetten voor het optimaliseren van de hemelwaterstructuur en het GRP is dit ook mogelijk, maar enkel in de rijbaan (tussen de trottoirbanden). Echter, het beschikbare budget vanuit de kostenplaats onderhoud wegen is niet toereikend om de naastgelegen parkeervakken, kantopsluitingen en trottoirs van nieuwe materialen te voorzien, terwijl de aanwezige materialen het eind van hun levensduur bereikt hebben. Beleidsmatig is immers de keuze gemaakt om enkel bestaande verhardingen op te knappen en te onderhouden en niet tot het overgaan tot vervangen van materialen. Het beschikbare budget van € 148.000 is dan ook niet toereikend voor vervanging van de aanwezige materialen. Om de gewenste reconstructie tussen de perceelgrenzen mogelijk te maken is de gevraagde investering € 115.000 noodzakelijk. Indien deze investering toegekend wordt, resulteert dit in een kwaliteitsimpuls van de betreffende wegen (geen hergebruik van oude, versleten materialen) en worden verdere onderhoudskosten op deze wegvakken voorkomen.
Kadernota 2016
26
Programma 11 Financiën Omgevingswet 2018 Op 1 januari 2018 treedt de nieuwe Omgevingswet 2018 in werking. De omgevingswet vervangt 26 wetten, 120 Algemene maatregelen van Bestuur en 120 Ministeriële regelingen uit het ruimtelijk domein. Alle lokale bestemmingsplannen moeten worden vervangen door 1 omgevingsplan per gemeente. Daarnaast heeft de nieuwe omgevingswet ook gevolgen voor de Wet Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) en de Natuurbeschermingswet. Even zoals in het Sociale Domein heeft de nieuwe omgevingswet een grote impact op de informatiehuishouding en gegevensuitwisseling met diverse instanties. Om op tijd voor te sorteren op de veranderingen wordt nu alvast budget gereserveerd om tijdig te anticiperen op de nieuwe wet. Informatievoorziening software (Nadeel € 50.000 in 2016, Nadeel € 24.000 vanaf 2017) Dit budget is bedoeld voor de voorbereidingen van de implementatie bij team Informatievoorziening op de installatie (€ 50.000) en de aanschaf van nieuwe software om de omgevingswet te ondersteunen. Voorbereiding, implementatie ( diensten en consultancy) (Nadeel € 67.500 in 2016 en 2017) Dit budget is bedoeld voor de voor de inhuur van externe expertise om het team Informatievoorziening bij de implementatie van de nieuwe omgevingswet te ondersteunen.
Kadernota 2016
27