Jaarverslag 2014
Jaarverslag 2014 Gemeente Lingewaard
18 juni 2015
1
Jaarverslag 2014
2
Jaarverslag 2014
INHOUD
HOOFDSTUK 1 INLEIDING..............................................................................................................................5
HOOFDSTUK 2 HOE STAAN WE ER FINANCIEEL VOOR? .........................................................................6
HOOFDSTUK 3 DE PROGRAMMA’S ............................................................................................................11 PROGRAMMA 1 ONTWIKKELING EN OPLEIDING ........................................................................................................... 13 PROGRAMMA 2 DEELNAME AAN DE SAMENLEVING ..................................................................................................... 21 PROGRAMMA 3 BEREIKBAARHEID EN MOBILITEIT ....................................................................................................... 33 PROGRAMMA 4 BEDRIJVIGHEID ................................................................................................................................... 41 PROGRAMMA 5 CENTRUM, STAD EN DORP ................................................................................................................... 47 PROGRAMMA 6 LANDSCHAP ....................................................................................................................................... 51 PROGRAMMA 7 WONEN .............................................................................................................................................. 57 PROGRAMMA 8 KLIMAAT EN DUURZAAMHEID............................................................................................................ 63 PROGRAMMA 9 BEHEER EN ONDERHOUD .................................................................................................................... 67 PROGRAMMA 10 BURGER EN BESTUUR ........................................................................................................................ 77 PROGRAMMA 11 FINANCIËN......................................................................................................................................... 87 HOOFDSTUK 4 ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN/ONVOORZIEN .........................................................93
HOOFDSTUK 5 DE PARAGRAFEN ..............................................................................................................95 PARAGRAAF 5.1 PARAGRAAF 5.2 PARAGRAAF 5.3 PARAGRAAF 5.4 PARAGRAAF 5.5 PARAGRAAF 5.6 PARAGRAAF 5.7
LOKALE HEFFINGEN .......................................................................................................................... 97 WEERSTANDSVERMOGEN EN RISICOBEHEERSING ............................................................................ 103 ONDERHOUD KAPITAALGOEDEREN ................................................................................................. 111 FINANCIERING ................................................................................................................................. 119 BEDRIJFSVOERING ........................................................................................................................... 125 VERBONDEN PARTIJEN .................................................................................................................... 136 GRONDBELEID ................................................................................................................................. 151
BIJLAGEN ......................................................................................................................................................177 SAMENSTELLING GEMEENTEBESTUUR 2014 ................................................................................................................ 178 KERNGEGEVENS .......................................................................................................................................................... 181
3
Jaarverslag 2014
4
Jaarverslag 2014
Hoofdstuk 1 Inleiding De jaarstukken bestaan uit de volgende twee boekwerken: Het jaarverslag De jaarrekening en de bijlagen In het jaarverslag wordt verantwoording afgelegd over de uitvoering van het door de gemeenteraad vastgestelde beleid. Het jaarverslag heeft dezelfde indeling als de programmabegroting. De programmaverantwoording biedt per programma inzicht in: Wat hebben we bereikt? Wat hebben we gedaan? Wat heeft het gekost? De verantwoording is primair gericht op de door de gemeenteraad vastgestelde doelen en te realiseren prestaties zoals die zijn vastgelegd in de programmabegroting 2014. Het jaarverslag bevat de programmaverantwoording en de paragrafen. De paragrafen bevatten de verantwoording van wat in de overeenkomstige paragrafen in de begroting is opgenomen. De jaarrekening bestaat uit de programmarekening en de balans (ieder met een toelichting) en bevat de verantwoording over de uitvoering van de financiële begroting. Schematisch globaal als volgt weergegeven:
BEGROTING Beleidsbegroting
Financiële begroting
Programmaplan
Paragrafen
Overzicht baten en lasten
Financiële positie
Programmaverantwoording
Paragrafen
Programmarekening
Balans
Jaarverslag
Jaarrekening JAARSTUKKEN
In hoofdstuk 2 van dit jaarverslag wordt uiteengezet hoe we er financieel voor staan. Hoofdstuk 3 bevat de programma’s, hoofdstuk 4 de algemene dekkingsmiddelen en hoofdstuk 5 de paragrafen. In de bijlage zijn de kerngegevens opgenomen en wordt er antwoord gegeven op de vraag Wie zat er in het gemeentebestuur?
5
Jaarverslag 2014
Hoofdstuk 2 Hoe staan we er financieel voor? 2.1 Resultaat 2014 In de voor- en najaarsnota 2014 hebben wij u geïnformeerd over de voortgang van de activiteiten en prestaties en de ontwikkeling van de beschikbare budgetten. Bij de najaarsnota werd een nadelig resultaat verwacht van € 921.000. Als gevolg van de septembercirculaire 2014, welke in november 2014 in de gemeenteraad is behandeld, is het verwachte nadelige saldo bijgesteld naar € 886.000. De jaarrekening 2014 sluit met een positief resultaat van € 903.000. Ten opzichte van de begroting een voordelig verschil van € 1.789.000. De belangrijkste verschillen (> € 100.000) tussen begroot en werkelijk resultaat na bestemming van de reserves zijn hieronder samengevat. Een meer gedetailleerde toelichting is in paragraaf 4.2 van de jaarrekening opgenomen. Programma 1 – Ontwikkeling en opleiding Opvoedingsondersteuning Het beschikbare invoeringsbudget decentralisatie jeugdzorg is door de inzet van andere dekkingsmiddelen niet volledig ingezet. Er is nog € 152.000 te besteden. Programma 2 – Deelname aan de samenleving Sport (buiten) De te ontvangen huur en de te betalen onderhoudsbijdrage worden in principe verrekend waarbij het restant door huurder of verhuurder wordt nabetaald. In de begroting 2014 is verzuimd om het (budgettair neutrale) resultaat van de gewijzigde overeenkomsten inzake de buitensport-accommodaties te verwerken in de ramingen (huurinkomsten). Er is hierdoor sprake van een voordeel van € 164.000. In programma 9 is het nadeel op de lasten toegelicht. Bijstandsverlening De kosten van bijstandverlening Wwb zijn lager uitgevallen dan begroot. In de begroting is gerekend met een gemiddeld aantal van 440 uitkeringen. In 2014 zijn gemiddeld 407 uitkeringen verstrekt. Dit resulteert in een voordeel van € 385.000. Bijzondere bijstand In 2014 was een budget beschikbaar van € 114.000 voor de Meedoenregeling en € 124.000 voor de Koopkrachttegemoetkoming 2014, samen totaal € 238.000. Door het geringe beroep van minima op beide regelingen is slechts een bedrag van € 86.778 besteed. Per saldo een voordeel van € 151.000. Wmo / vrijwilligerswerk en mantelzorg Het budget uitvoeringskosten is in 2014 gedeeltelijk besteed. In verband met de oplopende wachttijden bij de meldingen voor de Wmo in het voorjaar 2014 is bij de Voorjaarsnota 2014 een extra budget beschikbaar gesteld voor inzet van extra medewerkers. Als gevolg van de enorme vraag op de markt was het erg lastig om geschikte medewerkers te vinden. Het werven van een kwaliteitsmedewerker heeft enkele maanden op zich laten wachten, ook het inzetten van extra Wmo-consulenten kon later dan wenselijk worden gerealiseerd. Ook de kosten van informatieflyers voor de Wmo doelgroepen zijn lager uitgevallen. De kosten voor het gebruik van de Digitale sociale kaart MEE zijn in 2014 komen te vervallen. Daarnaast zijn onze cofinancieringskosten in het kader van de pilot Comficare niet doorgegaan. Totaal is een bedrag van € 164.000 niet besteed. De kosten van hulp bij het huishouden voor zorg in natura zijn in 2014 gedaald door een daling van het aantal geleverde zorguren met 7% ten opzichte van 2013. Dit is het gevolg van een daling van het 6
Jaarverslag 2014
gemiddeld aantal zorgklanten met 1% en de invoering van een nieuw uitvoeringsprotocol, waardoor bij nieuwe aanvragen en herindicaties minder uren worden geïndiceerd. De invoering van keukentafelgesprekken heeft ook invloed op het inzetten van de huishoudelijke hulp. Ook het aantal budgethouders met hulp bij het huishouden is in 2014 gedaald. De daling bedroeg 8% ten opzichte van 2013. De totale kosten voor hulp bij het huishouden zijn hierdoor € 285.000 lager dan begroot. Werkgelegenheid Het begrote exploitatietekort van Presikhaaf Bedrijven was € 702.000 voor 2014. De jaarrekening 2014 van Presikhaaf zal op een later tijdstip worden vastgesteld dan dat de accountant de jaarrekening van Lingewaard goedkeurt. Daarom wordt mede op advies van de accountant gewerkt met de prognose die Presikhaaf afgeeft in hun 3e kwartaalrapportage 2014. Uit die prognose blijkt dat het verwachte tekort € 832.000 zal worden, derhalve een nadeel ten opzichte van de begroting van € 130.000. In verband met de beëindiging van de Wet Participatiebudget per 1 januari 2015 is het niet meer mogelijk niet bestede re-integratiemiddelen uit voorgaande jaren mee te nemen via de reserveringsregeling. Hierdoor vallen deze middelen vrij in het resultaat van 2014. Voordeel € 122.900. Programma 4 – Bedrijvigheid Bouwgrondexploitatie bedrijventerreinen De geactualiseerde grondexploitatie van Bergerden laat een verlies zien van € 10.174.760. Voor Lingewaard betekent dit dat huidige verliesvoorziening van € 2.726.314 verhoogd moet worden met € 2.247.633 tot € 4.973.947. Programma 7 – Wonen Bouwgrondexploitatie woningbouw De boekwaarde van de gronden Muijland is naar beneden bijgesteld. Het in verband met de realisering van de waterberging benodigd deel grond is werkelijk veel kleiner dan aanvankelijk begroot. Dit deel had nog een hogere boekwaarde en wordt nu in overeenstemming met het overige deel afgewaardeerd. Dit resulteert in een nadeel van € 476.000. Programma 9 – Beheer en onderhoud Wegen, straten en pleinen In de begroting 2014 is bij de kapitaallasten rekening gehouden met een aantal investeringen op begrotingsbasis. Op een aantal investeringen wordt gedurende de projectduur al afgeschreven. De definitieve bijdrage/subsidie dient nog plaats te vinden. Hierdoor ontstaat in 2014 een nadeel qua afschrijvingslast van € 168.000, dat in de toekomst zal wegvallen. Het betreft de Stadsregio-projecten “Haltevoorzieningen Rijnwaalsprinter”, “Aanleg busbaan langs Ir.Molsweg, Huissen”, “Rijnwaalpad”. Onderhoud & beheer sport buiten De te ontvangen huur en de te betalen onderhoudsbijdrage worden in principe verrekend waarbij het restant door huurder of verhuurder wordt nabetaald. In de begroting 2014 is verzuimd om het (budgettair neutrale) resultaat van de gewijzigde overeenkomsten inzake de buitensport-accommodaties te verwerken in de ramingen (huurinkomsten). In programma 9 leidt dit tot een nadeel van € 164.000. In programma 2 is het voordeel op de baten van € 164.000 toegelicht. Programma 10 – Inwoner & Bestuur Grafrechten De meerjarenlijn met betrekking tot inkomsten begraafplaatsen laat zien dat er jaarlijks tussen de € 180.000 en € 200.000 binnenkomt. Met een verhoging van de leges in 2013 met meer dan 100% werd gedacht dat de inkomsten evenredig zouden stijgen. Dit blijkt in de praktijk niet zo te zijn waardoor de ontvangsten uit grafrechten € 158.000 lager zijn dan begroot. 7
Jaarverslag 2014
Bestuursorganen De mutatie op de voorziening wethouderspensioenen wordt vastgesteld op basis van de jaarlijkse actuariële berekeningen. Ten opzichte van de begroting kan een voordeel van € 120.000 worden gemeld. Programma 11 – Financiën Algemene uitkering Over de jaren 2012 en 2013 zijn nabetalingen ontvangen i.v.m. het definitief vaststellen van uitgavenmaatstaven, waaronder de OZB waarden en de definitieve vaststelling WMO. Dit geeft een voordeel van € 269.000 te zien. Voor 2014 is in de werkelijke cijfers al rekening gehouden met de mutaties uit de decembercirculaire en houden wij al rekening met actuele aantallen. Algemene baten en lasten Uit de septembercirculaire 2012 en septembercirculaire 2013 zijn bedragen gereserveerd op deze post ten behoeve van de Wmo. In 2014 zijn de aanvullend benodigde middelen voor de Wmo gefinancierd uit reguliere reeds in de begroting aanwezige Wmo-budgetten, waardoor deze reservering in 2014 niet is ingezet. Voordeel € 500.000. In de begroting worden enkele reserveringen voor personeelslasten opgenomen: - Stelpost formatie - Organisatieontwikkeling - Flexibilisering arbeidsvoorwaarden - Salarisbudget Bovenstaande reserveringen leveren per saldo een voordeel op van € 216.000. Oorzaak is een eenmalig voordeel van € 125.000 door het niet direct vervullen van vacatures in 2014 en een incidentele onderbesteding van € 86.000 op de stelposten flexibele arbeidsvoorwaarden en organisatieontwikkeling. Daarnaast zijn op de salarisbudgetten en op salaris gerelateerde budgetten diverse voor- en nadelen gerealiseerd. Totaal voordeel gerealiseerd van € 352.000. De regelgeving voor het maken van afspraken met derden in geval van planologische medewerking aan (ruimtelijke) initiatieven biedt onder meer de mogelijkheid tot het maken van afspraken over (vrijwillige) financiële bijdragen, welke worden vastgelegd in overeenkomsten. In 2014 heeft dit geleid tot eenmalige inkomsten van € 1.500.000. Saldo van kostenplaatsen Het later uitvoeren van een aantal investeringen in met name huisvesting gemeentekantoor, automatisering en materieel, levert een voordeel op de kapitaallasten van € 405.000 op. Het niet aantrekken van langlopende geldleningen en het tijdelijk financieren met kort geld tegen extreem lage rente heeft een rentevoordeel opgeleverd van € 243.000. Door de afdelingen zijn minder uren doorbelast naar de projecten. Hierdoor ontstaat een lagere dekking van de lasten ofwel een nadeel in de exploitatie van € 320.000. Voor het actualiseren en digitaliseren van onze archieven is een budget van € 400.000 beschikbaar gesteld. Dat is een projectbedrag en het restant moet beschikbaar blijven voor nog uit te voeren werkzaamheden. De werkzaamheden lopen door in 2015. Vandaar dat niet het hele budget is uitgeput. Voordeel € 306.000. In 2013 is een start gemaakt met onderzoek en uitvoering van de grondsaneringen op de werf te Bemmel en de voormalige werven Huissen en Gendt. In 2014 was hiervoor een budget beschikbaar van € 307.000. De sanering van de werf in Bemmel is afgerond en voor de werven Huissen en Gendt is een bodemonderzoek uitgevoerd. Door de ODRA is om aanvullend bodemonderzoek verzocht. Bovendien is de toekomstige 8
Jaarverslag 2014
bestemming van het Kampstuk nog niet helder. Deze toekomstige bestemming is mogelijk van invloed op de wijze van saneren. Als gevolg hiervan zijn de saneringen nog niet afgerond in 2014 en is een budgetonderschrijding te melden van € 284.000. Geldleningen en uitzettingen In de Programmabegroting 2014 werd uitgegaan van een stand van reserves en voorzieningen per 1 januari 2014 van € 56.284.000. In werkelijkheid was deze € 60.959.883. Hierdoor is een voordeel van € 188.000 (4% van het verschil) behaald op de bespaarde rente.
2.2 Risico’s en weerstandsvermogen In november 2014 is de nieuwe nota Risicomanagement & weerstandsvermogen 2014-2017 vastgesteld. Hierin is opgenomen dat risico’s aan de hand van een risicoprofiel (kans x gevolg) worden beoordeeld en het weerstandsvermogen middels een ratio wordt beoordeeld. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en de voor afdekking van de risico’s benodigde weerstandscapaciteit (middelen). De beschikbare weerstandscapaciteit bedraagt eind 2014 € 11.656.000. De mogelijke gevolgschade van de risico’s bedraagt eind 2014 € 8.650.000. De ratio weerstandsvermogen is € 11.656.000 / € 8.650.000 = 1,35. Bij de vaststelling van het beleid is bepaald dat de gemeente streeft naar een ratio weerstandsvermogen dat tussen de 1,0 en 1,4 ligt. Hieraan is voldaan en daarmee is het weerstandsvermogen op peil. In de Kadernota 2016 zal bekeken worden in hoeverre er wel of niet maatregelen getroffen moeten worden om het weerstandsvermogen op peil te houden. In paragraaf 4.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing, treft u meer informatie aan over het vorenstaande.
2.3 Reserves en voorzieningen Op 31-12-2014 was de stand van de reserves en voorzieningen € 55,5 miljoen respectievelijk € 13,7 miljoen. Een jaar eerder was deze € 53,9 respectievelijk € 7,1 miljoen. De toename van de voorzieningen wordt veroorzaakt doordat vanaf 2014 de verliesvoorzieningen voor grondexploitaties ook als voorziening gepresenteerd moeten worden in de jaarrekening. Tot en met 2013 werden de verliesvoorzieningen verantwoord bij de voorraden onderhanden werk. De reserves en voorzieningen worden toegelicht in paragraaf 6.3 respectievelijk paragraaf 6.4 van de jaarrekening.
2.4 Leningenportefeuille In de begroting 2014 gingen wij er nog van uit dat nieuwe leningen zouden moeten worden afgesloten tot een bedrag van € 10 miljoen, waarmee het totaal van de afgesloten langlopende geldleningen op € 88,7 miljoen zou uitkomen. Door enerzijds vrijkomende middelen in te zetten voor de financiering van nieuwe investeringen en anderzijds het achterblijven van investeringen is er in 2014 geen aanvullende financiering nodig geweest. De leningenportefeuille bedraagt daarmee per 31 december 2014 € 78,7 miljoen. In paragraaf 4.4 Financiering vindt u een nadere toelichting.
9
Jaarverslag 2014
10
Jaarverslag 2014
Hoofdstuk 3 De Programma’s De programma’s omvatten alle doelen en activiteiten van de gemeente. Deze zijn op een logische manier in beeld gebracht in een doelenboom. Hierdoor wordt de samenhang tussen doelen en activiteiten duidelijk. Het volgende voorbeeld geeft aan welke niveaus in de doelenboom wij onderscheiden.
Programmadoel
Beleidsdoel
Prestatiedoel
In dit jaarverslag wordt verantwoording afgelegd over de 11 programma’s die in de programmabegroting 2014 zijn opgenomen. Elk programma is op dezelfde manier opgebouwd. De volgorde van de volgende drie vragen is aangehouden: • Wat hebben we bereikt? In dit onderdeel komt de realisatie van het voorgenomen programmadoel en de voorgenomen beleidsdoelen aan bod. • Wat hebben we gedaan? Hier wordt verantwoording afgelegd over de prestatiedoelen, wat de gemeente gedaan heeft om het programmadoel en de beleidsdoelen te bereiken. • Wat heeft het gekost? Hier is een overzicht opgenomen met per prestatiedoel zowel de werkelijke als de begrote baten en lasten van het programma.
11
Jaarverslag 2014 Programma 1 Ontwikkeling en opleiding
Programma 1 Ontwikkeling en opleiding
13
Jaarverslag 2014 Programma 1 Ontwikkeling en opleiding
Wat hebben we bereikt? 1. Optimale kansen om eigen talenten te ontwikkelen We hebben als gemeente de verantwoordelijkheid om, wanneer dat nodig is, jongeren en kinderen te begeleiden in hun ontwikkeling. Daarbij stond voorop dat problemen in de ontwikkeling van een kind of jongere in een zo vroeg mogelijk stadium worden gesignaleerd en dat er passende ondersteuning of hulp wordt geboden, zo nodig op gezinsniveau. De meeste activiteiten zijn daarom gericht geweest op het in stand houden van de basisvoorzieningen en preventie. Concreet hebben we ons ervoor in gespannen dat elke jongere minimaal over het vereiste opleidingsniveau beschikt om een serieuze kans te maken op geschoold werk. De daling van het aantal voortijdige schoolverlaters is daarbij een belangrijk resultaat (1.2.1). Daarnaast is specifieke aandacht uitgegaan naar de natuureducatie op basisscholen. Dit omdat wij willen dat inwoners in Lingewaard opgroeien tot verantwoordelijke mensen die hun leefomgeving respecteren en ervan kunnen genieten (1.2.3).
1.1 Stimuleren passende voorzieningen voor de jeugd Om het doel te realiseren kinderen en jongeren in Lingewaard op te laten groeien tot actieve en zelfstandige volwassenen zijn in 2014, vooral voor jongeren, mogelijkheden geboden voor ontmoeting en deelname aan de samenleving. Met name door de deelname aan sport en cultuur te stimuleren. In gevallen waar dat (tijdelijk)nodig was is jeugdgezondheidszorg en ondersteuning of hulp aan jongeren en gezinnen geboden. De jeugdgezondheidszorg heeft als permanente taak om de gezondheid, de ontwikkeling en het welbevinden van de kinderen/gezinnen te monitoren, hierover te adviseren, vroegtijdig te signaleren, te normaliseren, te medicaliseren en indien nodig, te verwijzen bij (dreigende) problematiek.
1.2 Bieden van opleidingen en educatie Het beschreven voorzieningenniveau op het gebied van opvang en onderwijs is behouden. Alleen basisschool de Zilverzwaan uit Huissen heeft met ingang van het schooljaar 2014-2015 haar deuren gesloten. De gemeenten in de regio Arnhem werken op het gebied van Volwasseneneducatie, Leerplicht en RMC samen in de gemeenschappelijke regeling onderwijszaken (GRO). Wij waren middels een wethouder vertegenwoordigd in het Algemeen Bestuur.
Wat hebben we gedaan? 1.1 Stimuleren passende voorzieningen voor de jeugd 1.1.1 Bieden jeugdgezondheidszorg We hebben, als uitvloeisel van de wettelijke taak op het gebied van de jeugdgezondheidszorg, ons in 2014 ingespannen om een optimaal toegankelijk en kwalitatief hoogwaardig integraal uniform takenpakket jeugdgezondheidszorg te realiseren. Daarvoor is de beschikbaarheid van een consultatiebureau voor 0-4 jarigen en een schoolartsendienst voor 4-19 jarigen gewaarborgd. We hebben het jaarlijkse maatwerk takenpakket jeugdgezondheidszorg 0-19 jarigen vastgesteld en hiervoor opdracht gegeven aan de beide JGZ-instellingen. Eind 2014 is gebleken dat de STMG de taak jeugdgezondheidszorg 0-4 jarigen ging afstoten. In een kort intensief traject is, in samenwerking tussen STMG, VGGM en de gemeenten in de regio Arnhem, de jeugdgezondheidszorg voor 0-4 jarigen per 1-1-2015 ondergebracht bij de VGGM.
14
Jaarverslag 2014 Programma 1 Ontwikkeling en opleiding
Per 1 januari 2015 is de gemeente verantwoordelijk geworden voor de jeugdhulpverlening. Het jaar 2014 stond in het teken van de voorbereidingen hiervoor. In regionaal verband is gewerkt aan het aanpassen van het takenpakket van de jeugdgezondheidszorg binnen de Wet publieke gezondheid (Wpg) die enigszins is gewijzigd met de invoering van de Jeugdwet. De jeugdgezondheidszorg blijft binnen de Wpg geborgd als preventieve zorg voor alle kinderen in Nederland van 0-18 jaar. Overige voorzieningen/zorg t.a.v. jeugd (niet zijnde jeugdgezondheidszorg) behorende bij programma 2.2: In 2014 heeft de gemeente gezorgd voor de instandhouding en financiering van Praktische Gezinsondersteuning (PGO, ofwel thuisbegeleiding) voor gezinnen met problemen op het gebied van opvoeden. Specifieke speerpunten binnen het gemeentelijk meerjarenbeleid publieke gezondheid ten aanzien van de jeugd waren: • Overgewicht: bestrijding van overgewicht in 2014 o.a. via specifieke aandacht binnen de jeugdgezondheidszorg, sportbeleid, jongerenwerk en buurtsportcoaches. • Alcohol en Drugs: bestrijding van misbruik alcohol en drugs o.a. via voorlichtings- en handhavingsactiviteiten. In 2014 is een BBSO alcohol en drugs resultatenonderzoek uitgevoerd (3e meting), is samenwerking tot stand gekomen met gemeente Overbetuwe in het kader van toezicht en handhaving Drank- en Horecawet en is het Preventie- en handhavingsplan gemeente Lingewaard 2015 Alcohol vastgesteld. • Seksuele gezondheid: bestrijding van grensoverschrijdend en ongezond seksueel gedrag en versterken van weerbaarheid m.n. via voorlichting en themadagen in samenwerking tussen jongerenwerk en scholen o.a. via de campagne We Can Young en inspanningen VGGM via het maatwerk jeugdgezondheidszorg. In 2014 is een regiovisie Huiselijk Geweld en Kindermishandeling vastgesteld. Hierin is het beleid ten aanzien van dit onderwerp vastgelegd en de verdeling van regionale en lokale verantwoordelijkheden hierin. In 2014 is gestart met de samenvoeging van het huidige Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG) met het Advies en Meldpunt Kindermishandeling (AMHK) tot de nieuwe geïntegreerde voorziening Veilig Thuis. 1.1.2 Opvoedingsondersteuning Het CJG - een netwerkorganisatie van ten minste de Jeugdgezondheidszorg, Welzijn (o.a. maatschappelijk werk), Jeugdzorgorganisaties en Bureau Jeugdzorg - fungeerde als een vraagbaak voor ouders, verzorgers, vrijwilligers en beroepskrachten voor alle vragen over ontwikkeling, opvoeden en opgroeien. Daarnaast bood het CJG gezinnen een integraal aanbod van ondersteuning en indien noodzakelijk een sluitende zorgstructuur. De sluitende zorgstructuur kreeg vorm vanuit de gedachte: één kind, één gezin, één ‘plan’. In de sluitende zorgstructuur staan de leefwerelden van het kind centraal. Dit zijn het gezin, de school en de openbare ruimte (de buurt). Waar we problemen signaleerden stemden we die af met betrokkenen. Gedurende het jaar is de bestaande zorgstructuur deels vervangen en deels aangevuld door de overleggen van het Jeugdteam van Lingewaard. Ter voorbereiding op de transitie vanaf 2015 is er in 2014 al een start gemaakt met een andere vorm van overleg en afstemming door verschillende professionals, bijvoorbeeld de SWL. In de vorm van een subsidieopdracht, voert de SWL diverse taken uit, die gericht zijn op het verminderen en voorkomen van risico’s in de ontwikkeling. Zij hadden een rol in het jeugdteam en boden concrete producten aan, zoals weerbaarheidstrainingen. Het jaar 2014 stond verder volledig in het teken van de voorbereidingen voor de transitie jeugdzorg. Het proces is deels intern gericht geweest en deels vanuit de regionale samenwerking met elf andere gemeenten (Arnhem en omgeving). De regionale samenwerking is vooral tot uiting gekomen op de gebieden van de verwerving van de jeugdhulp (inkoopproces) en de monitoring. Dit heeft geleid tot een gezamenlijk inkopen van: 15
Jaarverslag 2014 Programma 1 Ontwikkeling en opleiding
• • • •
De jeugdhulp bij de landelijke zorgaanbieders; De jeugdhulp bij de bovenregionale zorgaanbieders; De jeugdhulp bij de regionaal werkende zorgaanbieders en Een format voor de lokaal werkende zorgaanbieders.
Het interne proces is vooral te kenschetsen als een investering in de werkprocessen gericht op de ingang (= op basis van de netwerkgedachte) en de toegang (= beschikking voor inzet individuele jeugdhulp). Dit is vastgelegd in de Jeugdnota 2015 en de Verordening Jeugdhulp 2015. Het jeugdteam, als expertiseteam, heeft een centrale rol in dit proces. Door de samenstelling van het team (bestaande uit professionals uit de e e 1 en 2 lijn voorzieningen) is er een stevige basis gelegd voor het adviseren in complexere casuïstiek en het kunnen beoordelen van trajecten en afgeven van bijbehorende beschikkingen. Daarnaast is er een doorlopende investering in de contacten met de huis- en jeugdartsen. En tot slot is er een tweetal bijeenkomsten geweest waarin de inwoners van Lingewaard in de gelegenheid zijn gesteld om kennis te nemen van de veranderingen in het sociale domein en hun vragen te stellen.
1.2 Bieden van opleidingen en educatie 1.2.1 Stimuleren behalen startkwalificatie door jongeren In 2014 is het beleid op het gebied van de voorschoolse educatie (voor kinderen van 2-4 jaar) gewijzigd. Tot 2014 kon men hiervoor alleen terecht op de peuterspeelzalen van SVPO de Linge. Vanaf 2014 kunnen kinderen dit aanbod (4 dagdelen/10 uur per week voorschoolse educatie) ook krijgen op de kinderdagverblijven van Kinderopvang SKAR en Kinderopvang Zonnekinderen. Voor 45 kinderen heeft de gemeente voor het hele jaar of een gedeelte daarvan subsidie verstrekt aan de drie genoemde instellingen. Het thema ouderbetrokkenheid is diverse keren onderwerp van gesprek geweest in de werkgroep Doorgaande Ontwikkelingslijn 0-27 jaar. De gemeente trekt hierin samen met het veld op. Passend Onderwijs In 2014 heeft intensief overleg plaatsgevonden met de nieuw gevormde samenwerkingsverbanden voor Primair en Voortgezet Onderwijs over de vast te stellen ondersteuningsplannen. Er heeft op 16 februari 2014 formeel “Op Overeenstemming Gericht Overleg” plaatsgevonden tussen de 6 betrokken gemeenten en de beide samenwerkingsverbanden. Als resultaat hiervan is er, i.v.m. de verdere uitwerking van de ondersteuningsplannen, tussen de betrokken partijen een uitwerkingsagenda voor de periode 2014/2016 afgesproken. Ambtelijk en bestuurlijk heeft er een aantal malen overleg plaatsgevonden tussen de gemeenten Overbetuwe en Lingewaard om onze positie binnen het samenwerkingsverband te bepalen. Op 8 december 2014 heeft er op initiatief van de gemeente een druk bezochte bijeenkomst voor het onderwijsveld plaatsgevonden over de relatie Passend Onderwijs en Jeugdzorg. Leerplicht In 2014 heeft de leerplichtambtenaar deelgenomen aan het Jeugdteam Lingewaard. Doel hiervan is inbedding in het beleidsterrein “jeugd” en het inbrengen van casussen, zodat die breed met diverse disciplines besproken worden en zo nodig meteen uitgezet kunnen worden bij eerste of tweedelijns hulpverleningsinstanties. De “thuiszitterstafel” is geïntegreerd in het Jeugdteam Lingewaard. Thuiszitters zijn daar besproken om advies te krijgen. Alle jongeren, waaronder overbelaste jongeren, waar bijzondere zorg over is, worden besproken in het Jeugdteam Lingewaard om te kijken of er externe hulp nodig is. Op het OBC in Huissen zijn in januari 2014 twee Challenge Days gehouden. Dit was een gezamenlijke activiteit van het OBC Huissen, de Stichting Welzijn Lingewaard en het CJG. De training “Wordt Wakker” werd uitgevoerd door de Stichting Welzijn Lingewaard. Deze is inmiddels vervangen door de “Rots en Water training”. Daarvoor zijn door de gemeente twee leerlingen aangemeld. Meestal worden leerlingen rechtstreeks door de scholen aangemeld. 16
Jaarverslag 2014 Programma 1 Ontwikkeling en opleiding
Verder heeft de leerplichtambtenaar nauw samengewerkt met de CJG-coördinator op het gebied van de contacten en de prestaties van scholen. Ook werd hierbij de samenwerking tussen onderwijs- en zorginstellingen besproken. In het jaarverslag leerplicht 2013-2014 dat in het tweede kwartaal van 2015 wordt aangeboden aan de gemeenteraad, staat nog meer informatie over de resultaten van onze inspanningen op dit gebied.
Doel
Activiteiten
1.2.1 Stimuleren behalen
Diverse activiteiten
startkwalificatie door jongeren
Prestaties Indicator Percentage voortijdige schoolverlaters
Raming 2014
Werkelijk 2014
2%
1,5% schooljaar 2012-2013
1.2.2 Bieden van leerlingenvervoer In 2014 is de nota leerlingenvervoer door de gemeenteraad vastgesteld. Tevens is er een nieuwe verordening leerlingenvervoer en zijn er door het college uitvoeringsregels vastgesteld. Uitgangspunt daarbij was door het bevorderen van zelfstandiger reizen de zelfredzaamheid van leerlingen te stimuleren en ouders meer bewust te maken van hun verantwoordelijk voor het veilig vervoer van hun kinderen naar school. Er wordt sinds het schooljaar 2014/2015 gewerkt met zgn. keukentafelgesprekken bij het beoordelen van aanvragen voor leerlingenvervoer. In 2015 zal hiervan de evaluatie plaatsvinden. 1.2.3 Bieden van natuureducatie Natuur- en milieueducatie is ingezet om zoveel mogelijk Lingewaarders bewust te maken van het belang van de zorg voor natuur en milieu. Instrumenten hiervoor waren natuurbelevingscentrum/veldschuur en het dijkmagazijn van de Stichting Lingewaard Natuurlijk (SLN). Basisscholen in Bemmel maakten gebruik van het schooltuinencomplex dat bij het natuurbelevingscentrum ligt. Schooltuinwerk is ingezet om begrip en enthousiasme te kweken voor natuur en milieu. Vrijwilligers van de SLN begeleiden daarbij de leerlingen van de basisscholen. Resultaten die geboekt zijn: • inrichting dijkmagazijn als bezoekerscentrum; 4200 bezoekers van het dijkmagazijn; • 34 educatieve kinderbijeenkomsten; • 35 publieksexcursies; • 175 natuurlessen/deelname door 3000 kinderen; • schooltuinen(complexen) te Bemmel/150 basisschoolkinderen; • veldschuur: circa 8 lezingen en workshops; • participatie bij 3 ruimtelijke landschapsplannen/beheerplannen van de gemeente Lingewaard; • 10 bijeenkomsten/lezingen; • organisatie van de boomplantdag. 1.2.4 Ondersteuning bieden bij volwasseneneducatie De gemeente heeft bij het ROC Rijn IJssel samen met de gemeente Overbetuwe 1.283 groepscontacturen ingekocht, waarvan 792 uur voor onze gemeente. Hiervoor is een samenwerkingsovereenkomst met de gemeente Overbetuwe afgesloten. Deze groepscontacturen zijn ingezet voor het volgende aanbod binnen de wettelijke kaders: • NT2 alfabetisering • NT2 basisniveau • NT2 Staatsexamen • Nederlandse taal en rekenen In 2014 hebben 87 inwoners uit Lingewaard gebruik gemaakt van dit aanbod.
17
Jaarverslag 2014 Programma 1 Ontwikkeling en opleiding
1.2.5 Faciliteren gerichte scholing en opleiding werkzoekenden Scholing, het liefst in combinatie met werkervaring, zorgt voor een goede startpositie op de arbeidsmarkt. Wij hebben hiervoor allerlei vormen van maatwerk aangeboden variërend van korte cursussen tot een traject van één jaar of langer. Dit maatwerk pakket is ook gericht op arbeidsmarkt relevante opleidingen waarvoor studiefinanciering mogelijk is. Jongeren blijven hierdoor uit de bijstandsuitkering. Voor een grote groep WWB werkzoekende gold dat niet direct arbeidsmarkt gerichte scholing gestart kon worden. Vaak was eerst nog een opleiding of cursus gericht op maatschappelijke participatie nodig ter voorbereiding op werk. Onder 2.3 in het volgende hoofdstuk wordt daar verder op ingegaan. Scholing is verder niet alleen een taak van gemeenten, ook van werkgevers werd verwacht dat zij investeren in (toekomstig) personeel. Bij de bemiddeling naar werkervaringsplekken kan dit mede onderdeel van onderhandelingen zijn bij het maatwerk arrangement. In 2014 zijn 3 sollicitatietrainingen geweest met totaal 24 deelnemers. De groepen worden samengesteld op gelijkwaardig niveau en zelfredzaamheidspotentie. De frequentie van de inzet van deze training hangt samen met de potentie van kandidaten. 1.2.6 Bieden van voldoende, goede en veilige fysieke leeromgeving De gemeentelijke verantwoordelijkheid betreft met name de huisvesting. In 2014 is de nieuwe verordening onderwijshuisvesting gemeente Lingewaard, die de basis is voor de huisvesting van alle scholen in de gemeente, vastgesteld. Tevens heeft de voorbereiding plaatsgevonden van de wettelijk voorgeschreven overdracht van het buitenonderhoud van de schoolgebouwen van de gemeente naar de schoolbesturen. Dit is per 1-1-2015 geëffectueerd. Er loopt nog een onderzoek naar de staat van onderhoud van de gebouwen. Voor de kern Bemmel is in overleg met het schoolbestuur de Linge een herschikkingsplan voor de onderwijsgebouwen opgesteld. Hierbij is nadrukkelijk gekeken naar de mogelijkheden om tijdelijke huisvesting te amoveren en waar mogelijk om ‘Integrale Kind Centra’’ (IKC) te realiseren. Er heeft een ontwikkeltraject plaatsgevonden voor de bouwkundige aanpassingen van het scholencomplex aan het Ot en Sienpad in Huissen. Met de bouwkundige aanpassingen zal ook worden bezien of er IKC’s gerealiseerd kunnen worden. Dit heeft in november geresulteerd in het beschikbaar stellen van een krediet door de gemeenteraad van € 1.950.000.
18
Jaarverslag 2014 Programma 1 Ontwikkeling en opleiding
Wat heeft het gekost? In onderstaande tabel zijn de lasten (+) en baten (-) opgenomen die aan het programma verbonden zijn.
1 Ontwikkeling en opleiding Nr.
1.1 1.1.1 1.1.2 1.2 1.2.1
1.2.2 1.2.3 1.2.4 1.2.5 1.2.6
1.1 1.1.1 1.1.2 1.2 1.2.1
1.2.2 1.2.3 1.2.4 1.2.5 1.2.6
Doel
Productgroep
Lasten Stimuleren passende voorzieningen voor de jeugd Bieden jeugdgezondheidszorg Jeugdgezondheidszorg Opvoedingsondersteuning Opvoedingsondersteuning Bieden van opleiding en educatie Stimuleren en toezien op behalen Basisonderwijs voorzien. (openb) startkwalificatie door jongeren Basisonderwijs voorzieningen (bijz) Speciaal onderwijs voorzien. (bijz) Voortgezet onderwijs Lokaal onderwijsbeleid Kinderopvang Bieden van leerlingenvervoer Leerlingenvervoer Bieden van natuureducatie Onderwijsbegeleiding / NME Ondersteuning bij volwas.educatie Volwasseneducatie Faciliteren gerichte scholing en Scholing en opleiding opleiding werkzoekenden werkzoekenden Bieden van voldoende, goede en Fysieke leeromgeving veilige fysieke leeromgeving Totaal lasten
Rekening 2014
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Rekening 2013
809.197 264.066
819.462 494.462
910.024 204.962
875.368 134.396
106.793 326.487 98.022 17.921 296.324 377.526 789.982 30.994 143.665 91.960
102.202 334.974 103.099 35.000 292.736 365.618 830.589 31.560 176.691 91.960
102.202 334.974 103.099 35.000 739.996 375.298 926.589 29.360 146.125 -
94.323 295.252 102.297 9.077 638.270 497.640 930.764 28.867 142.756 -
79.750
79.750
-
-
3.432.688
3.758.103
3.907.629
3.749.009
-5.021
-
-
-8.086 -2.020
-34.999 -219.605 -20 -122.939 -
-35.000 -213.140 -
-35.000 -213.140 -
-722 -361 -34.999 -244.959 -2.196
-156.391 -
-139.575 -
-136.591 -
-
-
-
-
-382.584
-404.531
-387.715
-429.935
3.050.103
3.353.572
3.519.914
18.325.800
Onttrekking aan reserves Toevoeging aan reserves
-161.000 55.600
-161.000 55.600
55.600
-
Gerealiseerd resultaat
2.944.703
3.248.172
3.575.514
17.917.334
Baten Stimuleren passende voorzieningen voor de jeugd Bieden jeugdgezondheidszorg Jeugdgezondheidszorg Opvoedingsondersteuning Opvoedingsondersteuning Bieden van opleiding en educatie Stimuleren en toezien op behalen Basisonderwijs voorzien. (openb) startkwalificatie door jongeren Basisonderwijs voorzieningen (bijz) Speciaal onderwijs voorzien. (bijz) Voortgezet onderwijs Lokaal onderwijsbeleid Kinderopvang Bieden van leerlingenvervoer Leerlingenvervoer Bieden van natuureducatie Onderwijsbegeleiding / NME Ondersteuning bij volwas.educatie Volwasseneducatie Faciliteren gerichte scholing en Scholing en opleiding opleiding werkzoekenden werkzoekenden Bieden van voldoende, goede en Fysieke leeromgeving veilige fysieke leeromgeving Totaal baten Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten
Gerealiseerd resultaat ten opzichte van de begroting na wijziging: € 303.469 Voordeel Een globale analyse van de verschillen tussen de begroting en de rekening is opgenomen in hoofdstuk 2 van dit jaarverslag onder ‘Resultaat 2014’. In de jaarrekening is bij elk programma een uitgebreide toelichting opgenomen. In onderstaande tabel is aangegeven ten laste of ten gunste van welke reserve de toevoegingen en onttrekkingen hebben plaatsgevonden:
19
Jaarverslag 2014 Programma 1 Ontwikkeling en opleiding Rekening 2014
Onttrekking aan reserves Reserve centrum jeugd & gezin Reserve decentralisatie jeugdzorg
Jeugdhulp opvoedondersteuning Invoeringskosen decentralisatie jeugdzorg
Toevoeging aan reserves Reserve onderhoud gebouwen
Jaarlijkse toevoeging
20
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
-52.000 -109.000 -161.000
-52.000 -109.000 -161.000
-
55.600 55.600
55.600 55.600
55.600 55.600
Jaarverslag 2014 Programma 2 Deelname aan de samenleving
Programma 2 Deelname aan de samenleving
21
Jaarverslag 2014 Programma 2 Deelname aan de samenleving
Wat hebben we bereikt? 2. Iedereen doet mee en iedereen doet ertoe Een leefklimaat waarin iedereen mee kan doen en er voor iedereen plaats is, is voor ons op sociaal gebied het centrale doel geweest. We hebben daarvoor de faciliteiten voor deelname en ontmoeting gestimuleerd door bijvoorbeeld verder te gaan met het realiseren van sociaal culturele centra in Bemmel, Gendt en Huissen. Wij willen ons inspannen om de betrokkenheid van inwoners bij de samenleving te vergroten. Daarom willen wij zoveel mogelijk kansen benutten om mensen te stimuleren actief te zijn en mee te doen. Ook in 2014 is dit de motivatie geweest voor onze inspanningen om de betrokkenheid van inwoners bij de samenleving te vergroten. We hebben de eigen kracht, de mogelijkheid om zelf keuzes te maken en het nemen van initiatieven door inwoners daarbij op de eerste plaats gezet. Als het nodig was hebben we een vangnet gecreëerd voor degenen die het op eigen kracht niet zelf redden. Het hebben of vinden van betaald werk werd daarbij zoveel als mogelijk gestimuleerd. Het stelsel voor maatschappelijke ondersteuning gaat per 1 januari 2015 sterk veranderen. Door de overheveling van taken uit de AWBZ naar de Wmo is de gemeente verantwoordelijk geworden voor begeleiding en verzorging van mensen met specifieke problemen. De invoering van de nieuwe Participatiewet houdt in dat er één regeling komt voor mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt (de mensen die voorheen recht hadden op een uitkering op grond van de WWB, WSW en Wajong). De verantwoordelijkheid van werkgevers en werknemers wordt met de nieuwe Participatiewet wel groter, maar de verdeling van de middelen blijft via de gemeenten lopen. In 2014 vonden de voorbereidingen plaats om de nieuwe taken met ingang van 1 januari 2015 uit te kunnen voeren.
2.1 Mogelijkheden bieden voor deelname en ontmoeting Zoals hierboven al aangegeven hebben we ons verder ingespannen om de mogelijkheden voor ontmoeting en samenwerking op het gewenste niveau (het sociale fundament van onze gemeente) te houden. Vooral op die gebieden waar deze in het gedrang dreigden te komen. Concreet door de faciliteiten voor sport, cultuur en ontmoeting te ondersteunen. De meeste aandacht is uit gegaan naar het op peil houden van het al goede voorzieningenniveau en ons rijke verenigingsleven.
2.2 Stimuleren zelfredzaamheid In 2014 hebben we de visie op zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid van inwoners verder uitgewerkt. Het is steeds het uitgangspunt geweest bij de keuzes die in het sociale domein zijn gemaakt. Vooral vanwege de naderende transitie per 1 januari 2015. Het sociale vangnet voor inwoners die niet voldoende op eigen kracht konden participeren hebben we in stand gehouden en waar nodig versterkt. In die gevallen ging de gemeente samen met hen na welke voorzieningen hiervoor de meest efficiënte en effectieve oplossing bood.
2.3 Iedereen die kan werken, is aan de slag We zijn er in geslaagd, ondanks de economisch slechte omstandigheden, om het aantal personen dat een bijstandsuitkering ontvangt op een stabiel niveau te houden. Belangrijkste oorzaak hiervoor is het door ons gevoerde actieve en directe participatiebeleid. Wij hanteren het uitgangspunt dat iedereen die een bijstandsuitkering ontvangt, moet proberen om zo snel mogelijk een reguliere baan te vinden, zodat wordt voorzien in een eigen inkomen en er geen reden meer is voor een uitkering.
22
Jaarverslag 2014 Programma 2 Deelname aan de samenleving
Wat hebben we gedaan? 2.1 Mogelijkheden bieden voor deelname en ontmoeting 2.1.1 Stimuleren samen sporten en bewegen Sport vormt een onderdeel van het sociale beleid van de gemeente en is een belangrijk onderdeel van de Lingewaardse samenleving. Zo leverde sport beoefening een bijdrage aan een goede gezondheid, sociale samenhang en leefbaarheid. De gemeente zorgde voor goede randvoorwaarden zodat de inwoners van Lingewaard invulling kunnen geven aan sportieve vrijetijdsbesteding op recreatief niveau, zowel in georganiseerd als ongeorganiseerd verband. In 2014 is daarom besloten tot een structureel vervolg van de buurtsportcoaches en is de actie in gang gezet om in 2015 een nieuwe sportnota te gaan ontwikkelen. Prestaties Indicator
Doel
Activiteiten
2.1.1 Stimuleren
Subsidiëring sportverenigingen
Sportparticipatie (2012 = 100)
100
samen sporten en
Sportstimuleringsactiviteiten
Voldoen aan beweegnorm
150
bewegen
Raming 2014
Werkelijk 2014
(2012 = 100) Voldoen aan beweegnorm
110
(2012 = 100)
Toelichting De prestatie indicatoren konden niet worden gemeten aangezien daar (gezien de vele andere taken op sportgebied en beperkte mankracht) in 2014 geen prioriteit is gegeven aan het uitvoeren van een onderzoek naar sportdeelname en er geen budget voor is vrijgemaakt. Bovendien zal naar aanleiding van de ontwikkeling van de nieuwe sportnota in 2015 bekeken worden of deze prestatie indicator de gewenste informatie oplevert. 2.1.2 Stimuleren kennismaking en deelname aan kunst en cultuur Ook cultuur was, als belangrijk onderdeel van de Lingewaardse samenleving, een onderdeel van ons sociale beleid. Cultuur is noodzakelijk voor de vorming van de identiteit, de ontplooiing van mensen en de ontwikkeling van creativiteit. Ons belangrijkste doel vorig jaar was de culturele infrastructuur te ondersteunen en te stabiliseren. Hierbij is aandacht gegeven aan het cultureel aanbod, de deelname aan culturele activiteiten en het beschermen en benutten van cultureel erfgoed in het kader van cultuureducatie. In 2014 is gewerkt aan een update van de cultuurnota, deze wordt begin 2015 ter besluitvorming aangeboden. Bovendien is gewerkt aan het stimuleren van eigen initiatief en het verduidelijken van de prestatieafspraken met diverse uitvoerders. Ook is er invulling gegeven aan de gemeentelijke expositieruimte, de uitvoering van het ‘cultureel rondje’ voor scholieren om kennis te maken met lokale culturele voorzieningen en het werken met de buurtsportcoaches die verbindingen leggen tussen onderwijs, sport en cultuur. Om de kennismaking van iedereen met kunst te bevorderen, is in 2014 meer aandacht gegeven aan kunst in de openbare ruimte middels inventarisatie en onderhoud en het weloverwogen omgaan met initiatieven vanuit de bevolking. Op regionaal niveau zijn de programma’s voor cultuur en erfgoed gecombineerd. Dit maakt het makkelijker om bijvoorbeeld erfgoededucatie aan te laten sluiten op de structuren die ontwikkeld zijn voor cultuureducatie en hierin samen op te trekken met andere gemeenten. Dit met projecten als “Blazersbende” en “Anders kijken naar de omgeving” tot gevolg. 2.1.3 Ondersteunen diverse voorzieningen In 2014 heeft de voorbereiding plaatsgevonden van de ontwikkeling en realisering van de sociale culturele centra in Bemmel, Gendt en Huissen. Voor Providentia in Gendt heeft subsidietoekenning plaatsgevonden en verkoop van het pand. Voor het Stadhues in Huissen is de planuitwerking verder voorbereid. Een tijdelijke functie en uiteindelijk een definitieve woonfunctie levert een commerciële drager op, waardoor het mogelijk 23
Jaarverslag 2014 Programma 2 Deelname aan de samenleving
wordt een deel van de begane grond te bestemmen voor sociaal-cultureel centrum. Wat betreft de uitwerking van het plan in Bemmel heeft een keuze voor de Kinkel plaatsgevonden. Hierna is de planuitwerking ter hand genomen en zijn de renovatiekosten in beeld gebracht. Verwacht wordt dat deze in het tweede kwartaal van 2015 aan de raad kunnen worden voorgelegd.
2.2 Stimuleren zelfredzaamheid 2.2.1 Bevorderen dat iedereen gezond kan leven Het doel van het publieke gezondheidsbeleid is de gezondheid van mensen te beschermen en te bevorderen, zodat zij zo lang mogelijk lichamelijk en geestelijk gezond blijven. In het beleid ligt de nadruk op preventie. In het kader van dit beleid heeft de gemeente in 2014 initiatieven geïnitieerd, gestimuleerd, gesubsidieerd, gefaciliteerd en geregisseerd die bijdragen aan het bevorderen van het gezond leven van inwoners. De speerpunten en activiteiten die in de jaren 2012-2014 zijn uitgevoerd, zijn vastgelegd in het meerjarig gezondheidsbeleid. We hebben in overeenstemming met dit beleid ingezet op de aansluiting tussen eerstelijnszorg en de zorgverzekeraar, de doelgroep mensen met een lage sociaal economische status, het meewegen van gezondheidsaspecten binnen gemeentelijke besluiten en de transities sociaal beleid als gevolg van op handen zijnde wettelijke veranderingen. Specifieke speerpunten van beleid, die ook in 2014 nog leidend waren voor de uitvoering, zijn: overgewicht, psychische gezondheid, alcohol en drugs, seksuele gezondheid en ouderengezondheid. De gemeentelijke gezondheidsdienst (GGD) voerde ook in 2014 diverse (wettelijke) taken uit voor en in opdracht van de gemeenten die deelnemen aan de gemeenschappelijke regeling Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland Midden (VGGM). In het begrotingsjaar 2014 is besloten het meerjarenbeleid Publieke Gezondheid te verlengen voor het jaar 2015. 2.2.2 Signaleren problemen van kwetsbare inwoners en ondersteuning bieden Onze belangrijkste inspanningen waren er op gericht te voorkomen dat onze inwoners onvoldoende in de samenleving kunnen deelnemen. Wanneer er toch sprake was van meervoudige probleemsituaties hebben we het mogelijk gemaakt dat deze, in onderlinge samenhang, zijn aangepakt. Meer specifiek hebben we in dit verband aandacht besteed aan de hieronder gerubriceerde onderwerpen en groepen. Ondersteuning- Uitvoering van bestaand beleid in 2014 Kwetsbare groepen inwoners Mensen met een lichte of matige beperking vormen een kwetsbare groep. In sommige gevallen kunnen deze mensen, vanwege hun beperking, niet op eigen kracht deelnemen aan de samenleving en is er op enige manier ondersteuning nodig. We hebben ons ervoor in gespannen om eventuele problemen van deze mensen tijdig te signaleren en samen met de betrokkenen passende oplossingen te vinden. Ook zijn we na gegaan of het mogelijk is dat bestaande voorzieningen worden aangepast, zodat deze mensen er ook gebruik van kunnen maken. In 2014 zijn de activiteiten die in dit kader zijn ontwikkeld en succesvol zijn gebleken, ondergebracht binnen de afspraken met de welzijnsorganisatie (zoals de participatiepunten, de Koffieochtend Plus en deskundigheidsbevordering van mantelzorgers en vrijwilligers, repaircafe). Ouderen Sommige ouderen vormen een kwetsbare groep. Tegelijkertijd willen wij het welzijn van ouderen in stand houden en/of bevorderen en hen zo lang mogelijk zelfstandig laten functioneren in de eigen woon- en leefomgeving. Hiervoor is het gecoördineerd ouderenwerk ingezet dat zorgt voor coördinatie en ondersteuning van en dienstverlening aan plaatselijke en regionale voorzieningen en activiteiten. In 2014 zijn via/door de welzijnsorganisatie het ouderenadvieswerk en activiteiten ontplooit. Hierin is er gezocht naar dwarsverbanden tussen de activiteiten in het kader van de AWBZ. Multi probleemsituaties In deze gevallen is steeds gekozen voor een meervoudige, samenhangende aanpak om tot een oplossing te komen. De specifieke doelgroepen zijn: vervuilende huishoudens, huishoudens met een dreiging van huisuitzetting, kwetsbare ex-gedetineerden en kwetsbare ex-intramuralen. 24
Jaarverslag 2014 Programma 2 Deelname aan de samenleving
In 2014 is het netwerkoverleg (LZN) 10 keer bijeengeweest om multi-probleem casussen te bespreken, te stabiliseren en/of te verbeteren, maar ook de zorg af te stemmen in overleg met de inwoner. In de stuurgroep is de werkwijze van het LZN aangescherpt ten aanzien van huisuitzettingen. Ook is het proces ingezet om de stuurgroep LZN om te vormen naar een sociaal domein overleg en heeft het LZN een plek gekregen in de ingang en toegang van de gemeente Lingewaard. Lokale huisvesting van GGZ-cliënten vindt in de gemeente al plaats en zijn indien nodig besproken in dit netwerk. Mantelzorg- en vrijwilligers Zonder vrijwilligers zouden veel voorzieningen en activiteiten niet behouden kunnen blijven of vele malen duurder worden. Voor het stimuleren en ondersteunen van vrijwilligers en hun organisaties hebben we vorig jaar specifiek de SWL ingeschakeld. Met deze organisatie is intensief gesproken over verdere invulling en verbetering van de prestatieafspraken. Met de uitvoering hiervan is in 2014 een aanvang gemaakt. Ondersteuning – implementatie Wmo-beleid Het jaar 2014 stond in het teken van enerzijds de uitvoering van bestaand beleid en anderzijds de voorbereiding op nieuwe taken in het sociaal domein vanaf 2015. Ons sociaal beleid is gestoeld op een kanteling in denken: een mentaliteitsverandering bij alle betrokkenen en een andere werkwijze voor gemeente en samenwerkingspartners. Ter uitvoering van het Wmo-beleidsplan 2012-2015 is in 2012 een Wmo-uitvoeringsplan 2012-2015 opgesteld. Dit uitvoeringsplan is ook in 2014 geactualiseerd. Bij de uitvoering van de actiepunten uit dit plan zijn medewerkers van alle afdelingen van de gemeente betrokken. De uitvoering van de actiepunten verliep in 2014 grotendeels volgens planning. Naarmate het jaar vorderde is de nadruk steeds meer komen te liggen op de praktische overgang van taken, budgetten en cliënten naar de gemeente per 1 januari 2015 (zie verderop in dit hoofdstuk). Van de 32 actiepunten uit het uitvoeringsplan zijn er acht geheel afgerond. Van de overige actiepunten zijn er negentien taken die inmiddels ingebed zijn in de reguliere werkzaamheden van de gemeentelijke organisatie en daardoor continu aandacht krijgen. De nog openstaande vijf acties zijn uitgebreid ten opzichte van de oorspronkelijke doelstelling vanwege de decentralisaties van taken naar de gemeente. Het gaat om acties waarvoor een langere adem nodig is, doordat ze heel nauw samenhangen met de kanteling in het sociaal domein als geheel. Op 10 november 2014 heeft de gemeenteraad een addendum bij het Wmo-beleidsplan 2012-2015 vastgesteld. Hierin zijn zeven extra actiepunten opgenomen voor het jaar 2015, op grond van de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Op grond van de nieuwe wettekst moest de gemeenteraad over een klein aantal aanvullende onderwerpen nog uitspraken op beleidsniveau doen voor de periode vanaf 2015. Deze aanvullende acties zijn opgenomen in het Wmo-uitvoeringsplan 2015. Ondersteuning- Uitvoering van bestaand beleid in 2014 De gemeente bekostigde net als voorgaande jaren het AMW en biedt hiermee een lokale basisvoorziening voor eerstelijns psychosociale hulpverlening en maatschappelijke dienstverlening. Met taken uiteenlopend van informatie & advies en begeleiding tot ondersteuning bij sociaaljuridische problemen. De voorziening was lokaal beschikbaar en bereikbaar voor alle inwoners van de gemeente Lingewaard. Schuldhulpverlening Per 1 januari 2014 voert firma Westerbeek de schuldhulpverlening uit voor de gemeente Lingewaard met ondersteuning van Rijnstad (algemeen maatschappelijk werk) en vrijwillige budget coaches via Stichting welzijn Lingewaard. De afspraak om per 1 april 2014 lopende dossiers van het Budget Advies Centrum over te dragen aan Westerbeek is met extra inspanning en nazorg door Westerbeek gerealiseerd. Met Westerbeek, Rijnstad en Stichting welzijn Lingewaard zijn in 2014 werkprocessen en afstemmingsafspraken heringericht. Dit ondersteunt de ingezette beleidskoers vastgesteld op 7 juni 2012. De schulddienstverlening is binnen het beschikbare budget uitgevoerd.
25
Jaarverslag 2014 Programma 2 Deelname aan de samenleving
Resultaten Overdracht BAC dossiers Totaal aantal dossiers 2014 inclusief afgesloten dossiers Totaal aantal beëindigingen inclusief afsluiting na aanmelding Totaal aantal actieve dossiers Aantal cliënten in beheer
35 214 88 142 22
Voorbereiding op uitbreiding ondersteuning per 1 januari 2015 Gemeenten krijgen er vanaf 2015 een fors aantal nieuwe taken bij op het gebied van werk, inkomen, ondersteuning en onderwijs. Tegelijkertijd vinden versoberingen plaats. De gemeenten hebben vanaf 2015 de verantwoordelijkheid een lokaal ‘ontkokerd’ stelsel van maatschappelijke ondersteuning in te richten voor alle leefgebieden van mensen. Evenals in 2013 is in 2014 veel beleidsmatige inzet gepleegd op het voorbereiden op de decentralisaties van verantwoordelijkheden in het sociaal domein naar de gemeente. Hierbij fungeerde de Keuzenotitie Transformatie Sociaal Domein als richtsnoer, gebaseerd op de acht door 1 de gemeenteraad eerder vastgestelde beleidskaders . De gemeente draagt als financier de eindverantwoordelijkheid om het proces en de (infra) structuur van de dienstverlening op het gebied van maatschappelijke ondersteuning, werk en zorg in goede banen te leiden. De manier waarop we deze regierol gestalte geven is vastgelegd in het document ‘Dienstverlening in het Sociale Domein: regierol gemeente Lingewaard d.d. 9 juli 2014’. De kern van dit document is dat de gemeente de beslissing neemt of een inwoner gebruik mag maken van een individuele maatwerk-voorziening. Het najaar van 2014 heeft volledig in het teken gestaan van de voorbereiding om per 1 januari 2015 ook die gewenste dienstverlening te kunnen bieden. Het accent lag daarbij op het sluiten van de noodzakelijke contracten, het inrichten van de gemeentelijke organisatie qua werkprocessen en mankracht en het informeren van de inwoners over de aanstaande veranderingen en de consequenties daarvan. Bij de voorbereidingen op de decentralisaties en de implementatie van de dienstverlening werken we sinds najaar 2012 nauw samen met elf gemeenten in de regio Arnhem, de zogenoemde G12: Arnhem, Doesburg, Duiven, Lingewaard, Overbetuwe, Renkum, Rheden, Rozendaal, Rijnwaarden, Wageningen, Westervoort, Zevenaar. Pilot sociale wijkteams Vanuit de regionale samenwerking is gekozen om te experimenteren met diverse aspecten voor de transformatie van het sociale domein. Eén van de zogenoemde proeftuinen of pilots is het sociale wijkteam. In onze gemeente is gekozen voor een pilot in de kern Doornenburg. Het doel van de pilot was het signaleren van problemen van kwetsbare inwoners en vanuit het sociale netwerk ondersteuning te bieden. De pilot is uitgevoerd in de vorm van een kernteam (bestaande uit vier eerstelijnsprofessionals), een expertiseteam (professionals uit de tweedelijnsvoorzieningen) en de vrijwilligers. Op basis van de ervaringen zijn er vervolgstappen gezet richting ‘gebiedsgericht werken’. De kern van deze werkwijze is de aansluiting e van 1 lijn voorzieningen op de participatiepunten (door vrijwilligers bemenst), zoals deze in iedere kern aanwezig is.
1
Sociale visie 2012-2022; Brugdocument Ruimte samen delen 2012-2022; Ambities Sociaal Domein 2015; Wmo-beleidsplan 2012-2015; Arbeidsmarktbeleid 2012-2015; Regionale visie zorg voor de jeugd (2012); Regionale en lokale visie op begeleiding (2012); Doorgaande ontwikkelingslijn 0-27 jaar (2013).
26
Jaarverslag 2014 Programma 2 Deelname aan de samenleving
2.2.3 Verstrekken uitkeringen en voorzieningen Bijstandsuitkering Prestaties Indicator
Doel
Activiteiten
2.2.3 Verstrekken uitkeringen
Zie de activiteiten bij 2.2.3
en voorzieningen
Aantal personen die een
Raming 2014 400
Werkelijk 2014 407
algemene bijstandsuitkering ontvangen
Ambitie stabilisering klanten aantal behaald We stellen vast dat de ambitie behaald is en we een stabilisatie van het aantal klanten rond 400 hebben bereikt. Tegelijkertijd stellen we vast dat het uitkeringsniveau qua arbeidspotentie nu op een bijstandsbestand is beland, waarvoor het echt bedoeld is: een vangnet functie. Deze klanten groep is het granietenbestand, waarvoor het hoogst bereikbare is het voorkomen om in een isolement te raken. Zie verder 2.3.1 en 2.3.2. Raming klanten en budgettaire gevolgen De kosten van bijstandsverlening Wwb zijn lager uitgevallen dan begroot (zie jaarrekening). In de begroting is gerekend met een gemiddelde aantal van 440 uitkeringen. Deze ambitie is door het toenmalige college later naar beneden bijgesteld tot een klanten aantal van 400. In 2014 zijn uiteindelijk gemiddeld 407 uitkeringen verstrekt. Bijzondere bijstand Vervallen categoriale verstrekkingen De categoriale verstrekkingen bijzondere bijstand zijn pas 1 januari 2015 komen te vervallen met de invoering van de Participatiewet. Wtcg/CER bijdrage e In het 4 kwartaal 2014 zijn voorbereidingen getroffen voor de compensatie van de Wtcg/CER bijdrage via de aanvullende Collectieve Aanvullende Ziektekostenverzekering (bijzondere bijstand). In dit pakket bestaat de mogelijkheid om gebruik te maken van compensatie voor het volledige eigen risico zorgverzekering en eigen bijdrage Wmo per 1 januari 2015 voor de doelgroep minima. Klijnsma middelen Vanuit de extra middelen voor armoedebestrijding is in 2014 is de Meedoen regeling geïntroduceerd. De regeling biedt een extra financiële ondersteuning aan inwoners met een laag inkomen zodat zij in de maatschappij kunnen participeren. Uitvoering is begonnen per 1 september 2014 nadat de raad de middelen hiervoor in juni 2014 bestemd heeft. Ondanks een intensieve communicatie campagne is het benutten van de bijdrage achter gebleven bij de verwachtingen. In december 2014 zijn er nog 69 aanvragen ingediend, die begin 2015 afgehandeld zijn. Koopkrachttegemoetkoming 2014 De koopkrachtregeling is eind 2014 uitgevoerd binnen het daarvoor beschikbaar gesteld budget. De resultaten zijn als volgt:
27
Jaarverslag 2014 Programma 2 Deelname aan de samenleving
Koopkrachttegemoet-
Aantal alleen-
Aantal alleen-
Aantal echtparen/
koming 2014
staanden
staande ouders
samenwonenden
Totaal
Op aanvraag
112
11
32
155
Ambtshalve
270
66
100
436
Totaal
382
77
132
591
€ 26.740
€ 6.930
€ 13.200
€ 46.870
Totaal bedrag
Keukentafelgesprek Wmo In 2012 hebben we in het kader van de kanteling Wmo het keukentafelgesprek ingevoerd. Het houden van keukentafelgesprekken is in 2014 geïntensiveerd. Tijdens het keukentafelgesprek gaan wij op zoek naar de vraag achter de vraag. Hierbij wordt de verantwoordelijkheidsladder gehanteerd. De ladder gaat uit van de eigen kracht, het (eigen) netwerk en komt via collectieve voorzieningen pas in laatste instantie uit bij een individuele voorziening. De oplossing van het probleem staat voorop en niet het verstrekken van een individuele voorziening. Nazorg In 2014 is ook gestart met de nazorg. Iedere inwoner waarmee een afspraak is gemaakt of waarmee een keukentafelgesprek is gevoerd, wordt na 3 maanden opnieuw benaderd met de vraag of de afspraken voldoen. Als dat niet het geval blijkt te zijn worden de afspraken bijgesteld, eventueel via een aanvullend gesprek. Aanbestedingen In 2014 zijn er twee aanbestedingstrajecten gestart die moeten leiden tot nieuwe contracten met een ingangsdatum in 2015. Dat zijn: kleine woningaanpassingen en hulpmiddelen.
2.3 Iedereen die kan werken, is aan de slag 2.3.1 Activeren bij zoeken naar werk (re-integratie) In 2013 is de basis gelegd om van iedere klant in de bijstand vast te leggen wat zijn/haar participatiemogelijkheden zijn en welke noodzakelijke ondersteuning de gemeente biedt om die mogelijkheden te verzilveren. De volgende driedeling is ook in 2014 gehanteerd: a) Klant is geschikt en beschikbaar om betaald werk te verrichten en kan (grotendeels) eigen inkomen verwerven; b) Klant is fysiek en/of psychisch in staat om te werken, maar is nog niet geschikt en/of beschikbaar voor de arbeidsmarkt; c) Klant is fysiek en/of psychisch niet in staat om te werken en de belemmeringen zijn niet oplosbaar. Samengevat betekent dit dat van iedere klant bekend is welke participatiemogelijkheden er zijn en dat dit vastgelegd is. Deze koers hebben we in 2014 nog verder doorontwikkeld met de invoering van de volgende aanvullende werkprocessen om onterechte instroom te voorkomen: • bij de eerste melding voor een uitkering een goede screening van klanten te doen en • bij aanvang van de uitkering helder te communiceren over rechten, verwachtingen en ondersteuningsmogelijkheden. Concrete activiteiten zijn hierbij: direct inzet van handhaving aan de poort, direct bespreking activering- en ondersteuningsmogelijkheden voor mensen met een verre afstand tot de arbeidsmarkt (waaronder tegenprestatie), direct inzet op intensieve arbeidsbemiddeling bij goede arbeidspotentie door het project ‘Snel aan de slag’ en aansluiting regionale instrumenten zoals aanbieden jongerenvouchers via het regionale werkgevers servicepunt. Hiermee hebben we een stabilisatie van het aantal klanten dat (structureel) bijstand ontvangt, bereikt. 28
Jaarverslag 2014 Programma 2 Deelname aan de samenleving
De uitstroom resultaten in 2014 zijn als volgt: • 22 kandidaten naar de arbeidsmarkt; • 8 naar een onbetaalde baan. Voorbereidingen Participatiewet In 2014 zijn de volgende voorbereidingen getroffen voor de implementatie van de Participatiewet in de bedrijfsvoering per 1 januari 2015: • Voorbereiding intrekken oude verordeningen en vaststellen nieuwe Verordeningen Participatie wet; • Voorbereiding vaststellen beleidsregels Participatiewet; • Afstemming regionale samenwerking bij implementatie voorbereiding; • Aanpassing werkprocessen, documenten en beschikkingen; • Benaderen doelgroep alleenstaande ouders i.v.m. wijzigingen; • Voorbereiding overgangsklanten kostendelersnorm; verdere uitwerking voor 1 juli 2015; • Voorbereiding en implementatie ICT; • Afstemming adviesorganen; • Afstemming ketenpartners nieuwe doelgroepen; • Communicatie en voorlichting inwoners, uitkeringsklanten samenwerkingspartners en intern; • Interne opleiding medewerkers; • Voorbereiding uitvoeringsdocument Participatiewet 2015 – 2016. Rode draad in de nieuwe ontwikkelingen is dat wij het bestaande succesvolle beleid voortzetten met aanvulling van datgene wat voor de nieuwe doelgroep noodzakelijk geacht wordt en de verplichtingen bij regionale afspraken. Wij concluderen dat maatwerk noodzakelijk is voor de ondersteuning van de nieuwe doelgroep. 2.3.2 Stimuleren werkgelegenheid en arbeidsplaatsen voor werkzoekenden Lokale werkgeversbenadering Lingewaard heeft 2 re-integratie accountmanagers die met lokale werkgevers contacten onderhouden. Zij acquireren bij (toekomstige) ondernemers werkplekken voor werkzoekenden, vooral voor mensen met een lange afstand tot de arbeidsmarkt. Dit is een aanbod gerichte benadering en het kunnen zowel reguliere werkplekken als oefen banen zijn. Wij stellen vast dat het investeren in dit maatwerkpakket noodzakelijk zal zijn bij de ondersteuning van de nieuwe doelgroepen Participatiewet vanaf 2015. Regionale werkgeversdienstverlening De regionale werkgevers dienstverlening gaat hoofdzakelijk uit van de vraaggerichte benadering. De vraaggerichte werkgeversbenadering richt zich vooral op mensen met een korte afstand tot de arbeidsmarkt. We hebben dit vooral gerealiseerd door de inzet van regionale activiteiten zoals: • jongerenvouchers ter bestrijding van de jeugdwerkloosheid; • voorbereiding ESF aanvragen Active Inclusie vanaf 2015; • regionale banenmarkten.
Wat heeft het gekost? In de volgende tabel zijn de lasten (+) en baten (-) opgenomen die aan het programma verbonden zijn.
29
Jaarverslag 2014 Programma 2 Deelname aan de samenleving
2 Deelname aan de samenleving Nr.
Doel
Productgroep
Lasten 2.1 Mogelijkheden bieden voor deelname en ontmoeting 2.1.1 Stimuleren samen sporten en Sport (binnen) bewegen Sport (buiten) 2.1.2 Stimulering kennismaking en Openbaar bibliotheekwerk deelname aan kunst en cultuur Vorming en ontwikkeling Kunst 2.1.3 Ondersteunen diverse Sociaal-cultureel werk voorzieningen Ontmoetingscentra en dorpshuizen 2.2 Stimuleren zelfredzaamheid 2.2.1 Bevorderen dat iedereen gezond Gezondheidszorg kan leven 2.2.2 Signaleren problemen van Maatschapp.begeleiding en advies kwetsbare inwoners en Schuldhulpverlening ondersteuning bieden Vreemdelingen 2.2.3 Verstrekken uitkeringen en Bijstandsverlening voorzieningen Bijzondere bijstand Inkomensvoorzieningen WMO / vrijwilligerswerk en mantelzorg 2.3 Iedereen die kan werken, is aan de slag 2.3.1 Activeren bij zoeken naar werk (re- Re-integratie integratie) 2.3.2 Stimuleren werkgelegenheid en Werkgelegenheid arbeidsplaatsen voor werkzoekenden Totaal lasten
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Rekening 2013
728.694 802.377 180.650 101.871 448.872 322.286
848.963 862.480 183.565 110.800 450.002 302.234
894.871 300.000 783.311 102.625 112.560 570.702 289.474
1.136.120 360.024 966.475 137.182 125.586 640.828 293.003
656.216
687.200
697.750
699.278
783.215 163.128 116.975 9.349.409 562.465 11.927 5.964.789
812.493 167.589 52.800 10.028.134 715.716 10.000 6.658.433
962.423 267.589 84.920 9.402.337 462.866 10.000 6.483.273
926.472 158.268 219.007 7.768.893 435.273 5.676 5.278.685
396.000
396.000
-
-
7.899.601
7.759.993
7.683.401
7.481.994
28.488.474
30.046.402
29.108.102
26.632.763
-39.834 -184.864 -6.294 -1.968 -2.442 -68.637
-118.241 -5.200 -6.300 -400 -1.700 -6.325 -67.100
-117.635 -5.200 -6.300 -400 -1.700 -6.325 -67.100
-139.051 -146.348 -6.294 -1.937 -9.496 -67.346
-20
-
-
-75.290
-2.527 -69.888 -8.512.588 -58.357
-2.433 -8.887.868 -50.038
-2.433 -8.269.025 -50.038
-2.465 -129.088 -8.327.318 -104.339
-672.330
-686.517
-526.517
-682.440
-
-
-
-
-6.549.317
-6.364.063
-6.256.693
-6.137.673
-16.169.066
-16.196.185
-15.309.366
-15.829.086
12.319.408
13.850.217
13.798.736
10.803.677
Onttrekking aan reserves Toevoeging aan reserves
-665.653 171.983
-941.897 171.983
-603.028 171.983
-783.924 17.088
Gerealiseerd resultaat
11.825.738
13.080.303
13.367.691
10.036.841
Baten 2.1 Mogelijkheden bieden voor deelname en ontmoeting 2.1.1 Stimuleren samen sporten en Sport (binnen) bewegen Sport (buiten) 2.1.2 Stimulering kennismaking en Openbaar bibliotheekwerk deelname aan kunst en cultuur Vorming en ontwikkeling Kunst 2.1.3 Ondersteunen diverse Sociaal-cultureel werk voorzieningen Ontmoetingscentra en dorpshuizen 2.2 Stimuleren zelfredzaamheid 2.2.1 Bevorderen dat iedereen gezond Gezondheidszorg kan leven 2.2.2 Signaleren problemen van Maatschap. begeleiding en advies kwetsbare inwoners en Schuldhulpverlening ondersteuning bieden Vreemdelingen 2.2.3 Verstrekken uitkeringen en Bijstandsverlening voorzieningen Bijzondere bijstand Inkomensvoorzieningen WMO / vrijwilligerswerk en mantelzorg 2.3 Iedereen die kan werken, is aan de slag 2.3.1 Activeren bij zoeken naar werk (re- Re-integratie integratie) 2.3.2 Stimuleren werkgelegenheid en Werkgelegenheid arbeidsplaatsen voor werkzoekenden Totaal baten Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten
30
Rekening 2014
Jaarverslag 2014 Programma 2 Deelname aan de samenleving
Gerealiseerd resultaat ten opzichte van de begroting na wijziging: € 1.254.565 Voordeel Een globale analyse van de verschillen tussen de begroting en de rekening is opgenomen in hoofdstuk 2 van dit jaarverslag onder ‘Resultaat 2014’. In de jaarrekening is bij elk programma een uitgebreide toelichting opgenomen. In onderstaande tabel is aangegeven ten laste of ten gunste van welke reserve de toevoegingen en onttrekkingen hebben plaatsgevonden: Rekening 2014
Onttrekking aan reserves Algemene reserve Reserve frictiekosten bibliotheek Reserve reïntegratievoorzieningen Reserve armoedebestrijding Reserve decentralisatie AWBZ Reserve alcohol en drugs
Dekking exploitatietekort Presikhaaf Bedrijven Frictiekosten uitvoering bedrijfsplan Onderzoek participatie mogelijkheden Uitvoering armoedebeleid Invoeringskosten decentralisatie AWBZ Diverse projectuitgaven
Toevoeging aan reserves Reserve kunst Reserve onderhoud gebouwen
Jaarlijkse toevoeging Jaarlijkse toevoeging
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
-543.028 -40.669 -15.125 -22.000 -38.460 -6.371 -665.653
-543.028 -97.869 -60.000 -22.000 -207.000 -12.000 -941.897
-543.028 -60.000 -603.028
9.578 162.405 171.983
9.578 162.405 171.983
9.578 162.405 171.983
31
Jaarverslag 2014 Programma 2 Deelname aan de samenleving
32
Jaarverslag 2014 Programma 3 Bereikbaarheid en mobiliteit
Programma 3 Bereikbaarheid en mobiliteit
33
Jaarverslag 2014 Programma 3 Bereikbaarheid en mobiliteit
Wat hebben we bereikt? 3. Leefomgeving, school en werk zijn goed bereikbaar We willen de bereikbaarheid van woon- en werkgebieden in onze gemeente en de bereikbaarheid van de regionale hoofdwegen vanuit die woon- en werkgebieden verbeteren. En dat op zo’n manier dat iedereen op een veilige manier aan het verkeer kan deelnemen. In 2014 hebben we daartoe voornamelijk de uitvoeringsmaatregelen vanuit het gemeentelijk mobiliteitsplan geëvalueerd en afgestemd op de prioriteiten in het nieuwe coalitie- en collegeprogramma.
3.1 Verbeteren bereikbaarheid In het Gemeentelijk Mobiliteitsplan (GMP/2009) zijn de hoofdlijnen van het verkeer- en vervoersbeleid tot 2017 opgenomen. Aan dit plan is nooit een uitvoeringsprogramma verbonden. Het realiseren van beleidsdoelen is door het ontbreken van voldoende financiële middelen een zaak van lange adem, mede ingegeven door de economische crisis. In oktober 2010 is met een vertegenwoordiging van de gemeenteraad een aantal mogelijke scenario’s voor een uitvoeringsprogramma behandeld. Uit dit overleg is gebleken dat er een politiek-bestuurlijke voorkeur uitging naar subsidie-gestuurde en/of subsidie-gebonden projecten, maar ook prioriteit moest worden gegeven aan de regionale bereikbaarheid (naar binnen/naar 1 buiten) in plaats van het oplossen van lokale knelpunten . In 2013 is de raad geïnformeerd over de evaluatie van het Gemeentelijk Mobiliteitsplan. De nota ‘evaluatie Mobiliteitsplan gemeente Lingewaard, een tussenstand op weg naar een GMP+’ gaf richting aan het toekomstig beleid. Een belangrijk onderdeel van een GMP+ was het uitvoeringsprogramma, waarin de maatregelen met de daaraan verbonden kosten zijn opgenomen. Door het ontbreken van voldoende financiële middelen hebben we ook dit uitvoeringsprogramma niet kunnen uitvoeren en hebben de activiteiten zich in hoofdzaak beperkt tot reeds lopende projecten.
3.2 Veilig en duurzaam verkeer In 2014 hebben wij onderzocht hoe wij burgers en bedrijven beter kunnen faciliteren bij het plaatsen van elektrische oplaadpalen. Meedoen aan een collectieve concessie vanuit de Stadsregio Arnhem Nijmegen was een mogelijkheid voor het uitbreiden van het openbare netwerk van e-laadpalen. Hier hebben wij echter vanaf gezien omdat de kosten voor de gemeente te hoog zouden zijn. In plaats hiervan zal er volgend jaar een plan voor een strategisch netwerk voor het plaatsen van openbare oplaadpalen worden opgesteld. Indien er vraag is vanuit inwoners zal de oplaadplaats door een marktpartij geplaatst worden. De plannen voor een carport met zonnepanelen, gecombineerd met de jongerenontmoetingsplek (JOP) zijn door het college teruggebracht tot een sobere variant met twee publieke oplaadpalen op het Kinkelplein. Hiermee kunnen vier elektrische voertuigen tegelijk worden opgeladen.
Wat hebben we gedaan? 3.1 Verbeteren bereikbaarheid 3.1.1 Aanleggen wegen en fietspaden Na een lange voorbereidingsperiode is de reconstructie van het kruispunt Van Elkweg-Papenstraat voltooid. Aangezien de N839 in beheer en onderhoud van de provincie Gelderland is, werd dit project getrokken door de provincie, een en ander in samenspraak met de gemeente Lingewaard. In combinatie met de vervanging van de verkeersregelinstallatie is de aansluiting van de Papenstraat voorzien van een nieuwe bushalte met 1
Voor de goede orde moet worden vermeld dat deze strategie niet is gebaseerd op een besluit van de gemeenteraad, maar is ontleend aan het resultaat van een breed overleg.
34
Jaarverslag 2014 Programma 3 Bereikbaarheid en mobiliteit
een ruime fietsenstalling. In het belang van de doorstroming van het openbaar vervoer is tevens een busstrook aangelegd met de bedoeling dat het busverkeer snel op het kruispunt kan worden afgewikkeld. Ten aanzien van de aanleg van de fietssnelweg tussen Arnhem en Nijmegen is voor de ontbrekende schakel, tussen het Kattenleger en de Breedlersestraat, door de rechter de onteigening uitgesproken voor de benodigde grond van een langs de A325 gelegen perceel. Door de lange procedure voor deze onteigening kon de fietssnelweg niet voor het einde van 2014 over de volledige lengte in gebruik worden genomen, zoals aanvankelijk wel de bedoeling was. Voor de aanleg van de Dorpensingel heeft met de gemeente Nijmegen regelmatig ambtelijk en bestuurlijk overleg plaatsgevonden. Er is onderzoek gedaan naar de voor beide gemeente meest voordelige tracékeuze, mede gericht op de financiële gevolgen van dit project. De doortrekking van de A15 heeft ook volop aandacht gehad. Nadat in 2013 de bestuursovereenkomst getekend was en het toltarief was vastgesteld, heeft Rijkswaterstaat in 2014 het ontwerp verder uitgewerkt. Gedurende deze uitwerking zijn diverse onderwerpen en discussiepunten intensief met Rijkswaterstaat, de provincie en de stadsregio besproken; onder andere de aansluiting Bemmel, de capaciteit van de Van Elkweg (N839), de calamiteitenaansluiting t.h.v. Angeren, kansen voor een oostwest georiënteerde (snel)fietsroute en de ruimtelijke/landschappelijke inpassing. Naar aanleiding hiervan heeft de provincie een studie naar de Van Elkweg (N839) opgestart en de stadsregio naar de kansen van een (snel)fietsroute. Medio 2015 is besluitvorming over alle genoemde onderwerpen voorzien, waarna het Ontwerp Tracébesluit (OTB) van de doortrekking van de A15 ter visie kan worden gelegd.
Doel
Activiteiten
3.1.1 Aanleggen
Reconstructie kruising Van
Prestaties Indicator Percentage afname gemiddelde
wegen en
Elkweg-Papenstraat
wachttijden bussen in spitsen
fietspaden
Aanleggen RijnWaalpad
Toename fietsverbindingen
Raming 2014
Werkelijk 2014
0%
20%
1
1
Toelichting Er waren geen middelen beschikbaar om de wachttijden bij bussen exact te meten. Het percentage van 20% is gebaseerd op de doorstroom gegevens (rijtijden) van het openbaar vervoer in de gehele gemeente, die mede door de reconstructie van de kruising zijn afgenomen. 3.1.2 Verbeteren ontsluitingen Door het ontbreken van de financiële middelen hebben er geen activiteiten plaatsgevonden. Prestaties Indicator
Doel
Activiteiten
3.2.1 Verbeteren
Nemen van verkeersmaatregelen en
Percentage afname
ontsluitingen
aanleggen fietsvoorzieningen
doorgaand autoverkeer
Raming 2014
Werkelijk 2014
5%
0%
in woongebieden
3.1.3 Verbeteren doorstroming De doorstroming is op het kruispunt Van Elkweg-Papenstraat voor het verkeer verbeterd en heeft door de vervanging van de verkeersregelinstallatie een toekomstvaste waarde voor een periode van 10 jaar.
35
Jaarverslag 2014 Programma 3 Bereikbaarheid en mobiliteit
3.1.4 Verbeteren parkeermogelijkheden In de vier aangewezen clusters van de wijk Zilverkamp is verbetering van de parkeercapaciteit verder voortgezet. De aanleg van parkeervoorzieningen op de strijdige bestemmingen is echter in deze wijk niet gerealiseerd, omdat tegen de ontwerp-omgevingsvergunning zienswijzen zijn ingediend. Verder hebben er elders door het ontbreken van de financiële middelen geen activiteiten plaatsgevonden.
Doel
Activiteiten
Prestaties Indicator
3.1.4 Verbeteren
Maatregelen tbv
Percentage aantal woningen
parkeermogelijkheden
parkeerplaatsen
waarvoor binnen 50 meter 1
bewoners
parkeerplaats beschikbaar is
Reguleren parkeren in
Percentage vrije parkeerplaatsen in
Bezoekers:
Bezoekers:
centra
de centra voor de doelgroepen
5%
5%
Bewoners:
Bewoners:
10%
5%
Werkers:
Werkers:
0%
0%
Raming 2014
Werkelijk 2014*)
85%
85%
)
Toelichting Voor een exacte meting van de prestaties is een uitgebreid parkeeronderzoek nodig, waarvan de parkeerdruk een onderdeel is. De uitvoering van een dergelijk onderzoek was in 2014 vanwege ontbrekende middelen niet haalbaar. Daarom hebben we op basis van eigen waarneming en het aantal ontvangen klachten en meldingen een schatting gedaan, zowel voor de raming als de werkelijke cijfers.
3.2 Veilig en duurzaam verkeer 3.2.1 Verminderen veiligheidsrisico’s op wegen en fietspaden De gemeenteraad heeft in september 2013 de nota ‘Evaluatie verkeer op dijkwegen, een tussenstand na het invoeren van een 60 km-regime op de dijkweg tussen Angeren en Huissen’ ontvangen. In deze nota zijn aan de hand van de evaluatie een aantal aanbevelingen gedaan. Aan de hand van deze aanbevelingen is de snelheidsverlaging door toepassing van een 60 km-regime op de dijkweg tussen Sterreschans en Munnikhofsestraat ter hand genomen.
Doel 3.2.1 Verminderen veiligheidsrisico’s op wegen
Activiteiten
Prestaties Indicator
Aanbrengen 60 km/uur
Aantal km dijkvak dat als
inrichting op de dijk
60 km/uur is ingericht
Raming 2014
Werkelijk 2014
11 km
5,4 km
en fietspaden
Toelichting De uitvoering heeft vertraging opgelopen omdat eerst de evaluatiegegevens verwerkt moesten worden en daarover opnieuw, mede vanwege de collegewisseling, besluitvorming moest plaats vinden. 3.2.2 Verminderen veiligheidsrisico’s in schoolomgevingen In Angeren, Bemmel en Haalderen zijn basisscholen voorzien van schoolzones en schoolroutes. Aan de hand van een evaluatie zal worden bezien of de ingeslagen weg moet worden gecontinueerd om de schoolomgevingen bij de nog niet aangepakte basisscholen veiliger te maken.
36
Jaarverslag 2014 Programma 3 Bereikbaarheid en mobiliteit
Prestaties Doel
Activiteiten
Indicator
3.2.2 Verminderen
Verkeersmaatregelen en
Aantal veilig ingerichte
veiligheidsrisico’s in
aanbrengen
schoolomgevingen
schoolomgevingen
veiligheidsvoorzieningen
Raming 2014
Werkelijk 2014
6
8
3.2.3 Verminderen verkeersdruk in de kernen Door het ontbreken van de financiële middelen hebben er geen activiteiten plaatsgevonden Prestaties Doel
Activiteiten
Indicator
3.2.3 Verminderen
Verkeersmaatregelen
Cijfers voor ervaren
verkeersdruk in de kernen
Raming 2014
Werkelijk 2014
6
6
overlast door bewoners
Toelichting Het werkelijk cijfer is gebaseerd op eigen waarneming en de ontvangen klachten en meldingen. Deze komen overeen met de verwachting. 3.2.4 Stimuleren fietsen en OV-gebruik In november 2014 heeft de Stadsregio een subsidie verleend van € 135.000 voor extra fietsenstallingen langs HOV lijn 300. Het doel is om te voldoen aan de stijgende vraag, zodat nog meer mensen gebruik kunnen maken van de combinatie fiets en bus. De resterende 10% als gemeentelijke bijdrage kan worden gefinancierd door het budget voor duurzaamheid in te zetten. Volgend jaar kan dit project worden afgerond. Prestaties Doel
Activiteiten
Indicator
3.2.4 Stimuleren van fietsen
Uitbreiden fietsvoorzieningen
Stijgingspercentage
en openbaar vervoer gebruik
Raming 2014
Werkelijk 2014
+ 5%
+ 5%
aantal fietsers en openbaar vervoergebruikers
Toelichting Op basis van eigen waarneming en tellingen kunnen we spreken van een lichte stijging van het gebruik van de fiets, in relatie met het gebruik van het openbaar vervoer.
37
Jaarverslag 2014 Programma 3 Bereikbaarheid en mobiliteit
Wat heeft het gekost? In onderstaande tabel zijn de lasten (+) en baten (-) opgenomen die aan het programma verbonden zijn.
3 Bereikbaarheid en mobiliteit Nr.
Doel
Lasten Verbeteren bereikbaarheid Aanleggen wegen en fietspaden Verbeteren ontsluitingen Verbeteren doorstroming Verbeteren parkeermogelijkheden Veilig en duurzaam verkeer Verminderen veiligheidsrisico's op wegen en fietspaden 3.2.2 Verminderen verkeersdruk in de kernen 3.2.3 Veiliger maken van schoolomgev. 3.2.4 Stimuleren fietsen en OV-gebruik Totaal lasten
3.1 3.1.1 3.1.2 3.1.3 3.1.4 3.2 3.2.1
Productgroep
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Rekening 2013
175.884 11.000 13.750 31.123
346.024 11.000 13.750 47.435
198.074 47.435
121.022 31.421
Verkeersveiligheidsactiviteiten
-
1.400
1.400
1.277
Verkeersontwikkeling
-
-
-
-
28.035 259.793
56.000 475.609
30.000 276.909
3.574 157.294
Verkeersontwikkeling Ontsluitingen verkeer Doorstroming verkeer Parkeren
-
-
-
-
Verkeersveiligheidsactiviteiten
-
-
-
-
Verkeersontwikkeling
-
-
-
-
Veiliger maken schoolomgeving
-
-
-
-
Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten
259.793
475.609
276.909
157.294
Onttrekking aan reserves Toevoeging aan reserves
-26.000 -
-26.000 -
-
-3.574 -
Gerealiseerd resultaat
233.793
449.609
276.909
153.720
Baten Verbeteren bereikbaarheid Aanleggen wegen en fietspaden Verbeteren ontsluitingen Verbeteren doorstroming Verbeteren parkeermogelijkheden Veilig en duurzaam verkeer Verminderen veiligheidsrisico's op wegen en fietspaden 3.2.2 Verminderen verkeersdruk in de kernen 3.2.3 Veiliger maken van schoolomgev. 3.2.4 Stimuleren fietsen en OV-gebruik Totaal baten
3.1 3.1.1 3.1.2 3.1.3 3.1.4 3.2 3.2.1
Verkeersontwikkeling Ontsluitingen verkeer Doorstroming verkeer Parkeren
Rekening 2014
Veiliger maken schoolomgeving
Gerealiseerd resultaat ten opzichte van de begroting na wijziging: € 215.816 Voordeel Een globale analyse van de verschillen tussen de begroting en de rekening is opgenomen in hoofdstuk 2 van dit jaarverslag onder ‘Resultaat 2014’. In de jaarrekening is bij elk programma een uitgebreide toelichting opgenomen. In de volgende tabel is aangegeven ten laste of ten gunste van welke reserve de toevoegingen en onttrekkingen hebben plaatsgevonden:
38
Jaarverslag 2014 Programma 3 Bereikbaarheid en mobiliteit Rekening 2014
Onttrekking aan reserves Reserve schoolzones Toevoeging aan reserves -
Uitgaven 2014 en vrijval restant saldo
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
-26.000 -26.000
-26.000 -26.000
-
-
-
-
39
Jaarverslag 2014 Programma 4 Bedrijvigheid
Programma 4 Bedrijvigheid
41
Jaarverslag 2014 Programma 4 Bedrijvigheid
Wat hebben we bereikt? 4. Economisch en maatschappelijk profijt van bedrijvigheid In Lingewaard is de tuinbouwsector een belangrijke sector. Afgelopen jaar was, zeker met de boycot van Rusland als afzetmarkt, een moeilijk jaar. Lichtpuntjes zijn het lichte herstel van de markt, onze startende ondernemers, het verwerven van subsidies voor verduurzaming glastuinbouw en de stap die de gemeente heeft kunnen maken op het vlak van dienstverlening. Met het ondernemersloket als vraagbaak en het kunnen begeleiden van ondernemers bij hun aanvragen is een forse stap voorwaarts gemaakt, die niet onopgemerkt is gebleven bij de ondernemers. Er is daarnaast nog meer aandacht geweest voor het lokaal aanbesteden.
4.1 Stimuleren van toerisme en recreatie Met de actualisering van bestemmingsplannen en van beleidsregels is het gemakkelijker geworden om nevenactiviteiten op het gebied van recreatie / toerisme te ontplooien.
4.2 Stimuleren van bedrijven in stuwende sectoren Net als in alle sectoren richten we ons op de verbetering van de dienstverlening en daarmee de verbetering van het ondernemersklimaat. Door een pro actieve houding richting ondernemers verschuift de aandacht van het beantwoorden van vragen en oplossen van problemen naar het gezamenlijk zoeken van mogelijkheden. Hiervoor faciliteerden we bijeenkomsten en bezochten we actief ondernemers. Prestaties Doel
Indicator
4.2 Stimuleren van
Aantal arbeidsplaatsen
bedrijven in
Percentage werkloosheid beroepsbevolking
stuwende factoren
Raming 2014
Werkelijk 2014
14.770
14.002
4,9%
7,7%
Toelichting Werkgelegenheid en arbeidsmarkt werden vooral beïnvloed door de economische situatie en het landelijk beleid. De gemeente had daarop maar een beperkte invloed. De cijfers voor onze gemeente volgden in 2014 de landelijke trends en gemiddelden.
4.3 Optimaliseren aansluiting beschikbare arbeidsplaatsen en daarvoor geschikte mensen Interne samenwerking bij werkgeversbenadering Onder verwijzing naar 1.2.5.en 2.3.2 zijn de teams ‘economische zaken’ en ‘werk en inkomen’ samenwerkingspartners bij het acquireren van banen bij werkgevers. Bij evenementen en voorlichting aan werkgevers vanuit het team economische zaken zijn de re-integratie accountmanagers actief betrokken voor informatie naar lokale ondernemers. Aanbod gerichte matching werkzoekenden Bij het plaatsen van kandidaten leverden we maatwerk. Werkgevers blijken onze 24/7 uurs bereikbaarheid te waarderen bij de plaatsing van een werkzoekende én het ontzorgen van de werkgever. We stellen vast dat bij een zorgvuldige inzet van de aanbodgerichte match van kandidaten, werkgevers bereid zijn om meer te investeren in kandidaten met een lange afstand tot de arbeidsmarkt.
42
Jaarverslag 2014 Programma 4 Bedrijvigheid
Wat hebben we gedaan? 4.1 Stimuleren van toerisme en recreatie 4.1.1 Stimuleren kleinschalige toeristisch/recreatieve activiteiten op platteland We hebben ruimte geboden aan agro toeristische ontwikkelingen. Onder meer door het flexibeler toepassen van bouw en gebruiksregels bij agrarische percelen en -gebouwen, waardoor deze percelen en gebouwen ook voor toeristische doeleinden kunnen worden gebruikt. Het bestemmingsplan buitengebied is inmiddels in werking getreden en daarin zijn flexibelere toepassingen opgenomen voor het buitengebied, bijvoorbeeld voor een Bed & Breakfast of een theetuin. 4.1.2 Vergroten bekendheid over toeristisch product De VVV Lingewaard was een belangrijke schakel in de promotie van Lingewaard en omgeving. Het VVV Lingewaard heeft 23 enthousiaste vrijwilligers. De vrijwilligers hebben er in 2014 voor gezorgd dat er na jaren weer een (familie)fietstocht was op de Huissense Dag. Vanaf april 2014 is de VVV Lingewaard ook actief op twitter en facebook. Er werden 2 tot 3 berichten per week via de social media verstuurd over activiteiten in Lingewaard. Een belangrijke rol bij de promotie van de gemeente Lingewaard spelen de talrijke evenementen. De grootste evenementen in 2014 waren: Bemmelse dweildag, Gendtse Kersenfeest, Huisssense Dag en Bemmelse Ponymarkt met kortebaandraverij.
4.2 Stimuleren van bedrijven in stuwende sectoren 4.2.1 Stimuleren uitbouw glastuinbouw en agrobusiness Eind 2014 heeft de gemeenteraad nieuw strategisch beleid voor de ontwikkeling van de bedrijventerreinen en het concentratiegebied voor glastuinbouw vastgesteld. Mede in dat kader zijn stappen gezet voor het profileren van Bergerden, het Herstructureringsgebied Glastuinbouw en de daaraan gelieerde bedrijventerreinen als totaalgebied onder de naam “Agrocluster Lingewaard”, inclusief marketing en acquisitie. 4.2.2 Uitbreiden en verbeteren vestigingsmogelijkheden (aanbod/diversiteit bedrijfskavels) Eind 2014 heeft de gemeenteraad nieuw strategisch beleid vastgesteld voor de ontwikkeling van gemeentelijke bedrijventerreinen. Samengevat houdt het nieuwe beleid in: • de ontwikkeling van Houtakker II vooralsnog beperken tot de randkavels; • Agropark II ombestemmen van agrobusiness-terrein tot regulier terrein; • extra inspanningen leveren om de verkoopbaarheid van de bedrijfskavels op Pannenhuis II te verbeteren; • meer en gerichter acquireren. Dit nieuwe beleid wordt in 2015 uitgewerkt. Inmiddels is een acquisiteur voor het agrocluster ingehuurd. Op basis van een notitie en een actieplan is verder invulling en uitvoering gegeven aan gemeentelijke inzet wat betreft marketing en acquisitie. In 2014 zijn voorbereidende besprekingen gestart met andere overheden en betrokken bedrijven over mogelijkheden tot herstructurering van bedrijventerrein Looveer
43
Jaarverslag 2014 Programma 4 Bedrijvigheid
Doel
Activiteiten
Prestaties Indicator
4.2.2 Uitbreiden en verbeteren vestigingsmogelijkheden (aanbod/diversiteit bedrijfskavels)
Grondverkoop
Raming 2014
Werkelijk 2014
Aantal verkochte ha bedrijfskavels
0,95 ha
0
Aantal verkochte ha bedrijfskavels
0,8 ha
0
Aantal verkochte ha bedrijfskavels
0,5 ha
0,2
19
0,5
Pannenhuis II Grondverkoop Agropark Grondverkoop Houtakker II Leutense
Het aantal ha
leigraaf
herstructurering/functieverandering
*)
12
1
Rietkamp
4
0
Het Zand
17
0
Dijkzone
52
1,5
Totaal
Toelichting Ten opzichte van de raming te herstructureren gronden is er in 2014 minder gerealiseerd. De meeste hectares in de begroting 2014 maken deel uit van lopende processen met eigenaren in het plangebied. Deze hebben in 2014 niet geleid tot contractuele afspraken en grondoverdrachten. Deze processen kosten veel tijd en vragen een zorgvuldige aanpak, zowel aan de kant van het projectbureau en gemeente als aan de kant van de eigenaren / initiatiefnemers. De meeste begrote hectares schuiven door naar 2015. 4.2.3 Stimuleren startende ondernemers Voor de ondersteuning aan startende ondernemers bij hun deelname aan het ondernemerschap, hebben wij 15 trajecten á € 1.000 (totaal € 15.000) ingekocht bij de KvK. Doel van de ingekochte training / begeleiding was dat startende ondernemers beter voorbereid als ondernemer / ZZP-er aan de slag kunnen om uitval / faillissement te voorkomen. De ZZP-ers worden 1 jaar lang door een coach begeleid in alle facetten van het ondernemerschap. Prestaties Doel
Activiteiten
Indicator
4.2.3 Stimuleren
Subsidiëring
Aantal startende
startende ondernemers
Raming 2014
Werkelijk 2014
331
342
ondernemers
Toelichting Er waren in 2014 minder starters dan in 2013. Eén van de belangrijkste redenen hiervoor is de verschuiving binnen verschillende sectoren. Zo heeft de sector ICT een daling van 80%. Zie ook het onderstaande overzicht. Sector Zakelijke diensten
2013
2014
Verschil
123
108
-12,2%
3
3
0,0%
ICT en media
25
5
-80,0%
Overig
40
45
12,5%
Gezondheid
47
34
-27,7%
Logistiek
12
7
-41,7%
Financiële instellingen
Horeca
13
14
7,7%
Cultuur, sport en recreatie
18
10
-44,4%
Detailhandel
43
36
-16,3%
44
Jaarverslag 2014 Programma 4 Bedrijvigheid
Bouw
32
35
9,4%
Groothandel
26
17
-34,6%
Industrie
21
18
-14,3%
2
1
-50,0%
14
9
-35,7%
419
342
-18,4%
Energie, water en milieu Land- en tuinbouw Totaal
4.2.4 Verbeteren dienstverlening aan ondernemers Door een proactieve houding, een duidelijk fysiek aanspreekpunt in de vorm van een accountmanager bedrijven en een goed functionerend digitaal ondernemersloket weten ondernemers waar ze moeten zijn met hun vragen. Daar waar mogelijk hebben we vragen actief opgehaald bij de ondernemers en deze vertaald naar oplossingen waarom men vraagt. 4.2.5 Stimuleren maatschappelijk verantwoord en duurzaam ondernemen Voor de bevordering van energiebesparing onder bedrijven heeft in 2014 het project ‘energiescans MKB’ gedraaid. In het project wordt getracht 10-15% energie te besparen middels het uitvoeren van eenvoudige energiebesparende maatregelen bij MKB bedrijven. De focus van het project lag op de horeca. Er hebben 29 Lingewaardse bedrijven meegedaan, waarvan negen uit de horeca. Deze bedrijven zijn bezocht door adviseurs van Stichting Collusie / Stichting Energiespaarcentrum. Geen enkele ondernemer had groene stroom. Bijna alle ondernemers zaten onder het branchegemiddelde. Toch viel er voor elke ondernemer nog wat te besparen. De gemiddelde jaarlijkse besparing die per bedrijf kan worden bereikt is 10% elektriciteit en 6% gas als de energieadviezen worden uitgevoerd. Er volgt nog een telefonische nabelactie waarin nagegaan wordt in hoeverre de energieadviezen zijn opgevolgd of in de toekomst zullen worden uitgevoerd. Verder zijn bedrijven in het contact met de bedrijfscontactfunctionaris geattendeerd op hun maatschappelijke verantwoordelijkheden en op duurzaamheid. Bij aanbestedingen, bij bedrijfsbezoeken, bij bijeenkomsten, bij lunches, bij nieuwe vestiging en bij verhuizing is duurzaamheid een aandachtspunt geweest. Zowel in milieukundig, financieel als relationeel opzicht. In de nieuwsbrief ‘Ter Zake’ voor ondernemers is in elke editie aandacht besteed aan duurzaamheid en energiebesparing. Ook konden bedrijven in 2014 gebruik maken van de Milieubarometer.
4.3 Optimaliseren aansluiting beschikbare arbeidsplaatsen en daarvoor geschikte mensen De prestaties die voor het optimaliseren van de aansluiting van de beschikbare arbeidsplaatsen op de daarvoor geschikte mensen worden verricht, zijn toegelicht in programma 2.
45
Jaarverslag 2014 Programma 4 Bedrijvigheid
Wat heeft het gekost? In onderstaande tabel zijn de lasten (+) en baten (-) opgenomen die aan het programma verbonden zijn.
4 Bedrijvigheid Nr.
Doel
Productgroep
Rekening 2014
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Lasten 4.1 Stimuleren van toerisme en recreatie 4.1.1 Stimuleren kleinschalige toer/recr Toerisme 53.772 53.613 activiteiten op het platteland Recreatiegebieden 151.131 112.942 4.1.2 Vergroten bekendheid over Toerisme / subsidie 76.409 84.220 recreatief product Festiviteiten 477.520 398.930 4.2 Stimuleren van bedrijven in stuwende sectoren 4.2.1 Stimuleren uitbouw glastuinbouw Bouwgrondexploitatie 3.638.303 7.537.698 en agrobusiness bedrijventerreinen 4.2.2 Uitbreiden en verbeteren Bestemmingsplannen 145.581 151.450 vestigingsmogelijkheden bedrijventerreinen 4.2.3 Stimuleren startende ondernemers Economische stimulering 211.252 354.930 4.2.4 Verbeteren dienstverlening aan Dienstverlening aan ondernemers 66.000 66.000 ondernemers 4.2.5 Stimuleren verantwoord en Verantwoord en duurzaam 5.500 5.500 duurzaam ondernemen ondernemen 4.3 Optimaliseren aansluiting beschikbare arbeidsplaatsen en daarvoor geschikte mensen 4.3.1 Aansluiting arbeidsplaatsen en Aansluiting arbeidsplaatsen en 11.000 11.000 mensen mensen Totaal lasten 4.836.467 8.776.283 Baten 4.1 Stimuleren van toerisme en recreatie 4.1.1 Stimuleren kleinschalige toer/recr Toerisme -800 activiteiten op het platteland Recreatiegebieden -52.045 4.1.2 Vergroten bekendheid over Toerisme / subsidie -4.022 recreatief product Festiviteiten -158.692 -139.700 4.2 Stimuleren van bedrijven in stuwende sectoren 4.2.1 Stimuleren uitbouw glastuinbouw Bouwgrondexploitatie -1.415.621 -7.561.698 en agrobusiness bedrijventerreinen 4.2.2 Uitbreiden en verbeteren Bestemmingsplannen -64.095 vestigingsmogelijkheden bedrijventerreinen 4.2.3 Stimuleren startende ondernemers Economische stimulering -110.000 4.2.4 Verbeteren dienstverlening aan Dienstverlening aan ondernemers ondernemers 4.2.5 Stimuleren verantwoord en Verantwoord en duurzaam duurzaam ondernemen ondernemen 4.3 Optimaliseren aansluiting beschikbare arbeidsplaatsen en daarvoor geschikte mensen 4.3.1 Aansluiting arbeidsplaatsen en Aansluiting arbeidsplaatsen en mensen mensen Totaal baten -1.694.475 -7.812.198 Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten
Rekening 2013
112.063 107.442 58.770 294.880
89.239 222.836 56.508 521.203
7.537.698
13.782.735
54.450
28.905
252.430 -
304.239 -
-
-
-
-
8.417.733
15.005.664
-800 -139.700
-46.476 -1.936 -182.434
-7.561.698
-11.688.225
-
-
-
-
-
-
-
-
-7.702.198
-11.919.072
3.141.992
964.085
715.535
3.086.592
Onttrekking aan reserves Toevoeging aan reserves
-
-
-
-50.000 1.098
Gerealiseerd resultaat
3.141.992
964.085
715.535
3.037.690
Gerealiseerd resultaat ten opzichte van de begroting na wijziging: € 2.177.907 Nadeel Een globale analyse van de verschillen tussen de begroting en de rekening is opgenomen in hoofdstuk 2 van dit jaarverslag onder ‘Resultaat 2014’. In de jaarrekening is bij elk programma een uitgebreide toelichting opgenomen. In 2014 hebben geen onttrekkingen of toevoegingen aan reserves plaatsgevonden. 46
Jaarverslag 2014 Programma 5 Centrum, stad en dorp
Programma 5 Centrum, stad en dorp
47
Jaarverslag 2014 Programma 5 Centrum, stad en dorp
Wat hebben we bereikt? 5. Plezierig leven in kernen Een gevarieerd aanbod in de kernen maakt het plezierig leven. Naast winkels, horeca, cultuurhistorie zijn ook dit jaar veel evenementen georganiseerd door onze gemeenschap. De gemeente faciliteert hierin. Het college is hierover in gesprek geweest met de ondernemers. In 2014 is uitgebreid gesproken over de leegstand van winkels. Met de mogelijkheden, die er in de bestemmingsplannen zitten, aangevuld met het ondernemersfonds, zijn er op dit moment voldoende kansen voor de ondernemers als het aankomt op zaken die door de gemeente te beïnvloeden zijn. Er is een aanvang gemaakt met de voorbereiding voor het opstellen van leefbaarheidsplannen voor de kernen.
5.1 Verbeteren fysieke leefbaarheid Naast de aanpak in de leefbaarheidsplannen en de activiteiten van de wijkplatforms, is er permanent aandacht besteed aan meldingen van knelpunten en incidenten in de fysieke leefomgeving. Deze zijn, wanneer mogelijk, direct aangepakt.
5.2 Versterken identiteit In 2014 is gewerkt aan een beleidsnota erfgoed. Hierbij zijn de historische kringen, Lingewaard Natuurlijk, vertegenwoordiger van monumenteigenaren en de commissie erfgoed betrokken geweest. In concept is de nota afgerond. Voor Bemmel en Huissen is voor bijna alle wederopbouwpanden een beschrijving van het monumentale karakter gemaakt. De procedures tot monumentaanwijzing kunnen hierna gestart worden.
5.3 Verbeteren centrumvoorzieningen In de vastgestelde plannen / visies voor de winkelcentra in Huissen en Bemmel wordt gestreefd naar een compact en overzichtelijk winkelgebied met een afwisselend aanbod. De daarin passende plannen waaraan medewerking wordt verleend (zie hieronder) dragen daaraan bij. Daarnaast is onderzoek gedaan en overleg gevoerd met de winkeliers / ondernemers over mogelijkheden om leegstand tegen te gaan. Een plan van aanpak hiervoor is nog in bewerking / bespreking.
Wat hebben we gedaan? 5.2 Versterken identiteit 5.2.1 Stimuleren behoud monumenten In 2014 hebben acht monumenteigenaren een subsidie gekregen voor restauratie van hun monument. Het beschikbare budget is hiervoor ingezet. Prestaties Indicator
Doel
Activiteiten
5.2.1 Stimuleren behoud
Verstrekken van een
Volledige inzet subsidie-
monument
subsidie
bedrag van € 40.000
48
Raming 2014
Werkelijk 2014
100%
100%
Jaarverslag 2014 Programma 5 Centrum, stad en dorp
5.2.2 Stimuleren betrokkenheid burgers bij behoud cultureel erfgoed In 2014 is de monumentenprijs uitgereikt aan de fam. Hubers te Huisen voor de bijzondere wijze waarop hun boerderij (rijksmonument) verbouwd is. Het kunstwerk behorende bij de prijs is gemaakt door de plaatselijke kunstenaar Cor Melchers. In het najaar heeft in Fort Pannerden een druk bezochte informatieavond voor monumenteneigenen plaatsgevonden. Daarnaast is er o.a. een bijdrage geleverd aan oorlogsmonument de Vleugel in Park Lingezegen en aan een nader onderzoek ten hoeve van behoud van een wederopbouwboerderij. Prestaties Doel
Activiteiten
Indicator
5.2.2 Betrekken van
Informeren (website folders),
burgers bij behoud erfgoed
informatieavonden, Monumentenprijs
Raming 2014
Werkelijk 2014
100
100
Toelichting Gebleken is dat voor deze activiteiten geen goede indicator kon worden opgesteld. Ook in de programmabegroting 2014 ontbreekt deze. De geplande activiteiten zijn in 2014 wel volledig uitgevoerd.
5.3 Verbeteren centrumvoorzieningen 5.3.1 Versterken detailhandel structuur In Bemmel is voor de Lidl een bouwplan gemaakt voor uitbreiding van winkelruimte, zonder toevoeging van woningen. In Huissen is een bouwplan ontwikkeld voor de revitalisering van het Marktgebouw. In dit gebouw gaat zich een Hema vestigen. Voor de vestiging van een Albert Heijn supermarkt aan de Langestraat is een schetsplan ontwikkeld. Verder is voor de Weverstraat een bouwplan ontwikkeld voor woningen op deze locatie. 5.3.2 Faciliteren basiswinkelvoorzieningen In Huissen, Bemmel en Gendt functioneren sinds 2013 ondernemersfondsen. Deze ondernemersfondsen worden gevoed door reclamebelasting. Deze belasting wordt door de gemeente geïnd. Met de opbrengsten financieren ondernemersverenigingen activiteiten zoals koopzondagen, de St. Nicolaas-intocht en dergelijke. Prestaties Indicator
Doel
Activiteiten
5.3.1 Versterken
Onderzoek leegstand
Aandeel m² leegstand van
detailhandel structuur
winkels en plan van aanpak
totale winkeloppervlak
Raming 2014
Werkelijk 2014
< 5%
5,7%
5.3.3 Aantrekkelijker maken centrumgebieden Een notitie is opgesteld over de wijze waarop leegstand in de centrumgebieden van Huissen, Bemmel en Gendt kan worden tegengegaan. Bespreking van die notitie met de ondernemers / winkeliers leidt komend jaar tot een plan van aanpak. De focus van de gemeente ligt daarbij op het faciliteren van compacte overzichtelijke winkelgebieden waarin ‘gaten’ worden vermeden.
49
Jaarverslag 2014 Programma 5 Centrum, stad en dorp
Wat heeft het gekost? In onderstaande tabel zijn de lasten (+) en baten (-) opgenomen die aan het programma verbonden zijn.
5 Centrum, stad en dorp Nr.
5.1
Doel
Productgroep
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Rekening 2013
Lasten Verbeteren fysieke leefbaarheid
5.2 Versterken identiteit 5.2.1 Stimuleren behoud monumenten Monumenten 5.2.2 Stimuleren betrokkenheid burgers Cultuur bij behoud cultureel erfgoed 5.3 Verbeteren centrumvoorzieningen 5.3.1 Versterken detailhandelstructuur Bestemmingsplannen kommen 5.3.2 Faciliteren Basiswinkelvoorzieningen basiswinkelvoorzieningen 5.3.3 Aantrekkelijker maken Straatmarkten centrumgebieden Totaal lasten
5.1
Rekening 2014
173.573 65.425
169.800 64.620
166.800 152.620
217.221 144.695
220.400 5.500
213.283 5.500
215.483 -
223.155 -
47.851
43.460
43.460
68.978
512.749
496.663
578.363
654.049
-6.786 -
-
-
-23.734 -
-14.400 -
-14.400 -
-14.400 -
-14.400 -
-17.771
-20.000
-20.000
-18.265
-38.957
-34.400
-34.400
-56.399
473.793
462.263
543.963
597.651
Onttrekking aan reserves Toevoeging aan reserves
-
-
-
-18.000 -
Gerealiseerd resultaat
473.793
462.263
543.963
579.651
Baten Verbeteren fysieke leefbaarheid
Versterken identiteit 5.2 5.2.1 Stimuleren behoud monumenten Monumenten 5.2.2 Stimuleren betrokkenheid burgers Cultuur bij behoud cultureel erfgoed 5.3 Verbeteren centrumvoorzieningen 5.3.1 Versterken detailhandelstructuur Bestemmingsplannen kommen 5.3.2 Faciliteren Basiswinkelvoorzieningen basiswinkelvoorzieningen 5.3.3 Aantrekkelijker maken Straatmarkten centrumgebieden Totaal baten Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten
Gerealiseerd resultaat ten opzichte van de begroting na wijziging: € 11.530 Nadeel Een globale analyse van de verschillen tussen de begroting en de rekening is opgenomen in hoofdstuk 2 van dit jaarverslag onder ‘Resultaat 2014’. In de jaarrekening is bij elk programma een uitgebreide toelichting opgenomen. In 2014 hebben geen onttrekkingen of toevoegingen aan reserves plaatsgevonden.
50
Jaarverslag 2014 Programma 6 Landschap
Programma 6
Landschap
51
Jaarverslag 2014 Programma 6 Landschap
Wat hebben we bereikt? 6. Bewust leven in en genieten van ons rivierenlandschap Het landschap in onze gemeente is in hoge mate gevormd door de rivieren en de ingrepen van de mens om die rivieren te bedwingen en het tussenliggende landschap in te richten en te gebruiken. Die historische groei vormt het fundament voor nieuwe ontwikkelingen. Naast de projectmatige werkzaamheden die in dit hoofdstuk worden toegelicht is in 2014 ook aan dat fundament, de historische analyse van het landschappelijk erfgoed, gewerkt. In 2015 kan het resultaat daarvan (erfgoednota) bestuurlijk worden behandeld.
6.1 Behouden en versterken van het karakter van ons landschap Het landschap heeft met name in de vorige eeuw aan karakter ingeboet door ruimtelijke ingrepen en schaalvergroting in het agrarisch grondgebruik. Wij zetten daarom in op het behouden en versterken van het landschap met zijn diversiteit aan gebieden en structuren en elementen met een rijke cultuurhistorie. Basis hiervoor vormt het landschapsontwikkelingsplan (LOP) uit 2005. In 2013 is de maatregelenlijst uit het landschapsontwikkelingsplan geactualiseerd. Aan de hand van een reeks criteria (bijvoorbeeld beschikbaar budget & mate van bijdrage aan hoofddoelen LOP) is een prioritering van projecten bepaald. Deze prioritering staat niet vast. Door verschillende factoren kan de prioritering veranderen, bijvoorbeeld wanneer nieuwe geldstromen voor een gebied of een bepaalde maatregel beschikbaar worden gesteld. In 2014 is met landschapsbudget gewerkt aan enkele projecten die bijdragen aan de doelen zoals opgenomen in het LOP. Er is gewerkt aan het verbeteren van het recreatief netwerk (6.2.2), uitvoering van het project levend landschap (6.1.2), aanplant van groen tijdens boomplantdag en het treffen van voorbereidingen voor het herstel wiel Sterreschans (6.2.3).
6.2 Bevorderen beleving van ons landschap Zowel in de structuurvisie 2012-2022 als in het landschapsontwikkelingsplan wordt gefocust op het beter beleefbaar maken van het landschap en het versterken van netwerken. Wij willen bewoners en recreanten meer gelegenheid geven te ontspannen in de natuur en hen informeren over dit rivierenlandschap en zijn rijke cultuurhistorie. In 2014 heeft zich dat vooral vertaald in het betrekken van bewoners bij het inventariseren van het routenetwerk. Daarnaast heeft de gemeente input geleverd bij projecten en heeft ze bijgedragen aan de realisatie van versterking van het netwerk in Park Lingezegen.
Wat hebben we gedaan? 6.1 Behouden en versterken van het karakter van ons landschap 6.1.1 Versterken biodiversiteit Zowel op grote als op kleine schaal hebben we de afgelopen jaren, waaronder in 2014, stappen gezet om de biodiversiteit in de gemeente te versterken. Op grote schaal is ingezet op het verbeteren van de ecologische verbindingen bijvoorbeeld in Park Lingezegen en het versterken van de reeds bestaande natuurgebieden. Op kleine schaal zijn initiatiefnemers gestimuleerd om plantmateriaal aan te planten ter bevordering van de biodiversiteit. Zo is in 2014 vanuit het project Herstructurering Huissen Angeren (zie ook 4.2.1) een beplantingsproject gestart waarbij eigenaren op basis van een subsidieregeling inheems autochtoon plantmateriaal aan konden schaffen en aan konden planten passend binnen de gemeentelijke landschapsvisie. Begin 2015 zal de aanplant van het groen plaats vinden. Naast het stimuleren van autochtoon plantmateriaal bij derden, gebruikt de gemeente inmiddels zelf ook zoveel mogelijk autochtoon plantmateriaal. Er is een verklaring ondertekend waarin we dit onderschrijven. 52
Jaarverslag 2014 Programma 6 Landschap
Verder heeft de gemeente zich afgelopen jaar ingezet om samen met de bijenvereniging te zoeken naar haalbare mogelijkheden om de bijenstand te verbeteren. Te denken valt aan het aanleggen van bloemrijke akkerranden, aangepast maaibeheer en het aanplanten van bijenvriendelijke bomen en struiken. 6.1.2 Versterken landschappelijke hoofdstructuur Binnen de gemeente is afgelopen jaar op diverse plekken gewerkt aan het versterken van de landschappelijke hoofdstructuur. In de programmabegroting 2014 hebben we de uitvoering van streefbeelden voor woerden genoemd als één van de activiteiten die in 2014 plaats zou vinden. Helaas bleek dat er bij eigenaren te beperkt interesse was om de streefbeelden tot uitvoering te brengen. In de najaarsnota is dit aan de orde gebracht. In de plaats hiervoor is in het kader van de landschap triënnale het project Levend Landschap opgestart. Levend Landschap is een aanpak waarin de bewoners zelf een uitvoeringsagenda opstellen voor de uitvoering van een verscheidenheid van laagdrempelige projecten in het cultuurlandschap in de eigen leefomgeving. Het landschapsontwikkelingsplan werd hiervoor als basis gebruikt. Het proces was kort en intensief, gericht op de totstandkoming of uitbreiding van een actief bewonersnetwerk. De geactiveerde bewoners worden nog 2 jaar procesmatig begeleid om de doelen van de uitvoeringsagenda te realiseren. De bewoners hebben 10 projecten bedacht en zijn concreet met 2 projecten aan de slag gegaan: als vrijwilliger ondersteunen bij het beplantingsproject Huissen Angeren en inventariseren van de gewenste recreatieve mogelijkheden tussen Huissen en Angeren. 6.1.3 Herstructureren gebiedsdelen Herstructurering glastuinbouw Vanuit landschapsperspectief is bij herstructurering van het gebied tussen Huissen Angeren ingezet op het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit middels stimuleren van verwijdering van oud glas en het landschappelijk inpassen van nieuwe ontwikkelingen. Dat kunnen bedrijfsuitbreidingen betreffen, maar het kan ook gaan over het landschappelijk versterken van het openbaar gebied. De landschappelijke kaders zijn voor het gebied vastgelegd in visies. Afgelopen jaar is daar het Duurzaamheidsplan Huissen Angeren aan toegevoegd. In dit plan zijn een vijftal projecten opgenomen waarbij het beplantingsproject Huissen Angeren nu al is opgepakt (zie ook 6.1.1 en 4.2.1). Park Lingezegen Afgelopen jaar heeft in het teken gestaan van de uitvoering van de verschillende maatregelen die een groener en meer toegankelijk uitloopgebied maken van het parkgebied tussen de steden en grotere woonkernen in. Wegen zijn aangepast, paden zijn aangelegd en nieuwe aanplant is gerealiseerd. In ‘de Woerd’ tussen Bemmel en Nijmegen-Noord is het landgoed Doornik met veel nieuwe aanplant van bomen aangelegd. In dit gebied zijn nieuwe fiets- en wandelpaden aangelegd en is de zone langs de Bemmelse Zeeg ingericht als ecologische verbindingszone. In het landelijk gebied ten noorden van het dorp Bemmel en de N15 is de wegenstructuur aangepast (groot-onderhoud), zijn de voorbereidingen getroffen voor een vrijliggend fietspad langs de Kattenleger en is het ‘pocketpark’ De Poel langs de Kattenleger ingericht. Onderdelen van het Rijn-Waalpad dat van noord naar zuid door het parkgebied loopt zijn opgeleverd en in 2014 is in het hele parkgebied de Landschapstriënnale Lingezegen gehouden. De landschapstriënnale bestond uit zomerse evenementen op het gebied van landschapsbeleving, kunst, sport, verhalen en excursies. Herinrichting uiterwaarden Voor de veilige afvoer van hoogwaterpieken in de toekomst werkt de gemeente mee aan plannen die daarvoor nodig zijn. In het kader van het landelijke programma Stroomlijn is geïnventariseerd welke begroeiing in de uiterwaarden voor opstuwing zorgt en wordt bij nieuwe planontwikkeling de stroombaan van de rivier bij hoogwater vrijgehouden van nieuwe opgaande beplanting. Voor de Gendtse en Bemmelse uiterwaarden zijn plannen in procedure gebracht (voorontwerp bestemmingsplannen) die voorzien in herinrichtingsmaatregelen waarbij ook de doorstroming bij hoogwater wordt bevorderd. Voor de uiterwaard 53
Jaarverslag 2014 Programma 6 Landschap
bij Huissen en Angeren is het project dat in voorbereiding was, beëindigd. Voor deze herinrichting was een grote zandwinning als financiële drager gepland. Vanwege te lage opbrengstverwachtingen voor zo’n grote zandwinning was dit project niet meer uitvoerbaar. In 2015 wordt onder regie van Rijkswaterstaat een alternatief uitgewerkt waarmee de veilige afvoer van hoogwater alsnog wordt gerealiseerd. 6.1.4 Verweving realiseren tussen landbouw, landschap en natuur In 2014 heeft de gemeente veelvuldig bedrijven gefaciliteerd die hun bedrijvigheid wilden beëindigen dan wel wilden uitbreiden of verbreden. In combinatie met landschapsversterking zijn plannen uitgewerkt. 6.1.5 Stimuleren particulier en agrarisch natuurbeheer Er is bij projecten, bijvoorbeeld bij de langlopende uiterwaardenprojecten, ingezet op het stimuleren van agrarisch natuurbeheer om het landschappelijk karakter te versterken, omdat veel gronden particulier eigendom zijn en/of gebruikt worden voor agrarische doeleinden. Agrarisch natuurbeheer houdt in dat de gronden worden gebruikt en bewerkt met respect voor de natuur. Naast agrariërs kunnen ook andere particulieren taken in het landschaps- of natuurbeheer vervullen. Dit vergroot de betrokkenheid van inwoners bij hun omgeving. Afgelopen jaar is gestart met de voorbereidingen voor het herstel van het wiel bij Sterreschans. Omwonenden en natuurverenigingen werden en worden betrokken om samen af te tasten wat de werkzaamheden zullen zijn en of zij een toekomst zien in het (deels) beheren van de directe omgeving van het wiel.
6.2 Bevorderen beleving van ons landschap 6.2.1 Vergroten toegankelijkheid We hebben ons ingezet voor het vergroten van de toegankelijkheid van de groene ruimte in de gemeente om meer van natuur en landschap te genieten. Hierdoor kunnen de inwoners van onze sterk verstedelijkte regio makkelijker op plaatsen komen die hen rust en ruimte bieden. Afgelopen jaar waren de resultaten in Park Lingezegen hiervan goed te zien, waar vele paden zijn aangelegd en ingepast (6.1.3. Park Lingezegen). Ook in de uiterwaarden is bij diverse projecten ingezet op het toegankelijker maken van het grondgebied, zoals bij planvorming rond de Bemmelse waard. De resultaten hiervan zijn buiten nog niet waarneembaar. Het prestatiedoel is ook sterk verbonden met het doel 6.2.2 het verbeteren van het recreatief netwerk. 6.2.2 Verbeteren recreatief netwerk Een van de hoofdopgaven uit het Landschapsontwikkelingsplan is het verbeteren van recreatieve netwerken. Door de versterking van het bestaande recreatieve netwerk neemt de landschappelijke samenhang toe. Dat betekent niet alleen het aanleggen en verbeteren van bestaande wandel- en fietsroutes, maar ook het realiseren van nieuwe routes voor wandelaars, fietsers of bijvoorbeeld paardrijders. In 2014 is een start gemaakt met een inventarisatie van de bestaande routes. Deze zijn ook (digitaal) in kaart gebracht. 6.2.3 Vergroten leesbaarheid en herkenbaarheid van het landschap Eén van de opgaven in het Landschapsontwikkelingsplan is het herstellen van de wielen, ensembles die bij uitstek in het rivierengebied voorkomen als gevolg van dijkdoorbraken. De wielen in Lingewaard zijn reeds in beeld gebracht, inclusief de historie en de huidige kwaliteiten van de wielen op het gebied van cultuurhistorie, ecologie en recreatie. De kansen om ze te herstellen en beter beleefbaar te maken zijn tevens in beeld gebracht en er zijn streefbeelden opgesteld. In 2013 & 2014 is een aantal streefbeelden voor wielen uitgewerkt en hersteld. In 2014 zijn de voorbereidende werkzaamheden verricht voor het herstel van het wiel bij Sterreschans. Of het herstel daadwerkelijk wordt uitgevoerd hangt onder andere af van de medewerking van de provincie om subsidie te verstekken.
54
Jaarverslag 2014 Programma 6 Landschap
6.2.4 Ontwikkelen Fort Pannerden als de parel van het Lingewaards landschap Een belangrijke doelstelling voor 2014 was het fort vanuit historisch perspectief beleefbaar te maken voor inwoners en bezoekers. Het aantal rondleidingen en bezoekers is sterk toegenomen tot 10.500 in 2014. e Vorig jaar is nadrukkelijk gewerkt aan de voorbereiding van de 3 fase van de renovatie van het fort. Ook de directe omgeving is i.v.m. de te realiseren parkeerbehoefte nadrukkelijk onderwerp van onderzoek geweest. Daarnaast is gewerkt aan de voorbereiding van de beheersovereenkomst voor het fort. 6.2.5 Recreatief versterken van groene ruimte in Park Lingezegen Zie onder 6.1.3. 6.2.6 Tegengaan verrommeling in het buitengebied Verrommeling en landschappelijke versnippering ontstaan als gevolg van functies op de verkeerde plek of ontwikkelingen die geen verband hebben met de structuur van het landschap (bijvoorbeeld sommige grote infrastructuurwerken). Een aantal vastgestelde kaders, bijvoorbeeld het bestemmingsplan buitengebied, vormden een belangrijke basis om verdere verrommeling van het landschap tegen te gaan. Ruimtelijke ontwikkelingen zijn in 2014 getoetst aan de reeds vastgestelde kaders. Door veranderde regelgeving van bovenaf eind 2014 en ter aanvulling op het vastgestelde bestemmingsplan buitengebied, zijn prille voorbereidingen gestart om een ruimtelijk kader voor een groot deel van het grondgebied in de gemeente op te stellen. Het ruimtelijk kwaliteitskader Lingezegen wordt hierbij als inspiratie gebruikt.
Wat heeft het gekost? In onderstaande tabel zijn de lasten (+) en baten (-) opgenomen die aan het programma verbonden zijn.
6 Landschap Nr.
Doel
Productgroep
Lasten 6.1 Behouden en versterken van het karakter van ons landschap 6.1.1 Versterken biodiversiteit 6.1.2 Versterken landschappelijke Natuur en landschap hoofdstructuur Bestemmingsplan. buiten de kom 6.1.3 Herstructureren gebiedsdelen Ruimtelijke ontwikk. / algemeen Bestemmingsplannen algemeen 6.1.4 Verweving realiseren tussen Verweving landbouw, landschap, landbouw, landschap en natuur natuur 6.1.5 Stimuleren particulier en agrarisch Particulier en agrarisch natuurbeheer natuurbeheer 6.2 Bevorderen beleving van ons landschap 6.2.1 Vergroten toegankelijkheid Toegankelijkheid landschap 6.2.2 Verbeteren recreatief netwerk Recreatief netwerk 6.2.3 Vergroten leefbaarheid en Leefbaarheid en herkenbaarheid herkenbaarheid van het landschap landschap 6.2.4 Ontwikkelen Fort Pannerden als Fort Pannerden de parel van het Lingewaards landschap 6.2.5 Recreatief versterken van de groene ruimte in Park Lingezegen 6.2.6 Tegengaan verrommeling in het buitengebied Totaal lasten
Rekening 2014
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Rekening 2013
405.251 44.519 256.566 436.935 22.000
440.790 33.700 252.860 443.772 22.000
470.790 18.700 401.710 412.772 -
2.703.263 27.739 356.723 324.170 -
22.000
22.000
-
-
33.000 63.250 33.000
33.000 63.250 33.000
-
-
77.000
77.000
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
1.393.522
1.421.372
1.303.972
3.411.895
55
Jaarverslag 2014 Programma 6 Landschap Nr.
Doel
Productgroep
Baten 6.1 Behouden en versterken van het karakter van ons landschap 6.1.1 Versterken biodiversiteit 6.1.2 Versterken landschappelijke Natuur en landschap hoofdstructuur Bestemmingsplan. buiten de kom 6.1.3 Herstructureren gebiedsdelen Ruimtelijke ontwikkeling / algemeen Bestemmingsplannen algemeen 6.1.4 Verweving realiseren tussen Verweving landbouw, landschap, landbouw, landschap en natuur natuur 6.1.5 Stimuleren particulier en agrarisch Particulier en agrarisch natuurbeheer natuurbeheer 6.2 Bevorderen beleving van ons landschap 6.2.1 Vergroten toegankelijkheid Toegankelijkheid landschap 6.2.2 Verbeteren recreatief netwerk Recreatief netwerk 6.2.3 Vergroten leefbaarheid en Leefbaarheid en herkenbaarheid herkenbaarheid van het landschap landschap 6.2.4 Ontwikkelen Fort Pannerden als Fort Pannerden de parel van het Lingewaards landschap 6.2.5 Recreatief versterken van de groene ruimte in Park Lingezegen 6.2.6 Tegengaan verrommeling in het buitengebied Totaal baten
Rekening 2014
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Rekening 2013
-6.610 -2
-
-
-25.496 -2.500
-17.442 -
-
-
-18.554 -
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-24.054
-
-
-46.551
1.369.468
1.421.372
1.303.972
3.365.344
Onttrekking aan reserves Toevoeging aan reserves
-4.335 -
-30.000 -
-
-142.543 -
Gerealiseerd resultaat
1.365.132
1.391.372
1.303.972
3.222.801
Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten
Gerealiseerd resultaat ten opzichte van de begroting na wijziging: € 26.240 Voordeel Een globale analyse van de verschillen tussen de begroting en de rekening is opgenomen in hoofdstuk 2 van dit jaarverslag onder ‘Resultaat 2014’. In de jaarrekening is bij elk programma een uitgebreide toelichting opgenomen. In onderstaande tabel is aangegeven ten laste of ten gunste van welke reserve de toevoegingen en onttrekkingen hebben plaatsgevonden: Rekening 2014
Onttrekking aan reserves Reserve wielenherstel
Uitgaven t.b.v. diverse kolken
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
-4.335 -4.335
-30.000 -30.000
-
-
-
-
Toevoeging aan reserves
56
Jaarverslag 2014 Programma 7 Wonen
Programma 7
Wonen
57
Jaarverslag 2014 Programma 7 Wonen
Wat hebben we bereikt? 7. Voor iedereen een kwalitatief goede en betaalbare woning op een goede plaats We hebben vooral ingezet op woningbouw, die aansluit bij de vraag, voor zover dat past bij het specifieke karakter van de verschillende kernen in de gemeente. Wat betreft de aantallen te bouwen woningen is voorzien in de lokale en een klein deel van de regionale behoefte. In 2014 zijn binnen de stadsregio afspraken gemaakt over de afstemming van de woningbouwprogrammering. Eind 2014 is ook een start gemaakt met een woningmarktverkenning om meer inzicht te verkrijgen in de behoefte per kern in Lingewaard. Dit is van belang om invulling te geven aan de wens van het college om woningbouw in de kleinere kernen mogelijk te maken.
7.1 Verbeteren aantrekkelijkheid woonomgeving Bij alle nieuwbouw- en herstructureringsprojecten zetten we in op een hoge ruimtelijke kwaliteit. Er is veel aandacht geweest voor inpassing en aansluiting bij de bestaande omgeving, groen, speelvoorzieningen, inpassing parkeergelegenheid en een goede ontsluiting.
7.2 Bevorderen diversiteit in aanbod van woningen Bij het realiseren van de woningbouwprogramma’s is goed gekeken naar de aanwezige woningen in de bestaande voorraad en de (regionale) woningmarktanalyses. De woningmarktanalyses geven voor Lingewaard een goed beeld van de vraag en het type woning voor de komende jaren. Zoals al aangegeven, is in 2014 een start gemaakt om dit te vertalen naar de verschillende kernen in de gemeente.
7.3 Duurzaam en levensloopbestendig bouwen We hebben bij de bouw van woningen zoveel mogelijk rekening gehouden met de doelgroepen waarvoor de woningen worden gerealiseerd.
Wat hebben we gedaan? 7.1 Verbeteren aantrekkelijkheid woonomgeving 7.1.1 Aanleg groen en speelruimtes De gemeente legt zelf geen openbaar groen of speelruimte meer aan, omdat hiervoor geen budgetten meer beschikbaar zijn. De rol van de gemeente is beperkt tot beheer van bestaande voorzieningen. In 2014 is, conform de prestatieafspraken, in de nieuwbouwwijken Loovelden en Bloemstraat in Huissen groen en speelruimte aangelegd onder verantwoording van de ontwikkelaars.
7.2 Bevorderen diversiteit in aanbod van woningen 7.2.1 Aanwijzen woningbouwlocaties In 2014 hebben we ons ingespannen om partijen te bewegen tot het maken van concrete plannen en projecten. Ook willen we in de kleinere kernen weer woningbouw mogelijk maken. In 2014 is hiervoor o.a. gestart met een beleidsnotitie om hier ruimte voor te maken. Deze notitie zal in 2015 aan de raad aangeboden worden.
58
Jaarverslag 2014 Programma 7 Wonen
Prestaties Doel
Activiteiten
Indicator
7.2.1 Aanwijzen
Verkoopactiviteiten ten behoeve van de
Aantal verkochte
bouwlocaties
ontwikkeling woningbouwlocatie Maliebaan
bouwkavels
Raming 2014
Werkelijk 2014
3
0
Angeren
Toelichting Voor een uitgebreide toelichting verwijzen we naar paragraaf grondbeleid (5.7) nummer G.028. 7.2.2 Bevorderen en herstructureren woningbouw De gemeente is in 2014 betrokken geweest bij herstructurering in Huissen (Van Gelrestraat/Kleefstraat en Sancta Maria) en in Gendt (Burchtgraafstraat). Aspecten als duurzaamheid en levensloopbestendig bouwen zijn hier meegenomen. In 2014 is een doorstart gemaakt met de starterslening. Er zijn 30 leningen verstrekt. Hierbij zijn 20 leningen verstrekt in de bestaande bouw. Een snelle scan laat zien dat per lening dit (tot nu toe) heeft geleid tot twee/drie verhuisbewegingen. Kortom de starterslening voor de bestaande bouw leverde een (bescheiden) bijdrage aan de doorstroming op de Lingewaardse woningmarkt. 7.2.3 Meewerken aan passende particuliere initiatieven In 2014 zijn particuliere initiatieven beoordeeld op het gebied van functieverandering en inbreiding binnen de woonkernen. Dit betreft (zeer) kleinschalige initiatieven en aan een tiental initiatieven is / wordt planologische medewerking verleend. 7.2.4 Afspraken maken met woningcorporaties De prestatieafspraken stonden permanent op de agenda van de bestuurlijk overleggen met de corporaties. Deze overleggen vonden drie maal plaats. Op basis van de bevindingen zijn afspraken aangevuld en aangepast. Jaarlijks worden de afspraken geëvalueerd. Dit heeft in 2014 niet geleid tot ingrijpende aanpassingen.
7.3 Duurzaam en levensloopbestendig bouwen 7.3.1 Stimuleren duurzaam bouwen In 2013 heeft de gemeente het ‘groen akkoord’ over duurzaam bouwen ondertekend. Dit houdt in dat de gemeente gaat werken met het waarderingssysteem GPR voor duurzaam bouwen. Eind 2014 is deze in gebruik genomen. Bij gebrek aan ambtelijke capaciteit zijn hier in 2014 nauwelijks werkzaamheden verricht. Ook in 2015 zijn voor de ontwikkeling van duurzaam bouwen beleid nog geen ambtelijke uren beschikbaar. 7.3.2 Stimuleren levensloopbestendig bouwen In de module waarderingssysteem GPR is een link gelegd met individuele woningaanpassing in het kader van de Wmo. Er heeft in Lingewaard nog geen overleg plaatsgevonden met de verschillende partijen omtrent de toepassing hiervan.
59
Jaarverslag 2014 Programma 7 Wonen
Wat heeft het gekost? In onderstaande tabel zijn de lasten (+) en baten (-) opgenomen die aan het programma verbonden zijn.
7 Wonen Nr.
7.1 7.1.1 7.2 7.2.1 7.2.2 7.2.3 7.2.4 7.3 7.3.1 7.3.2
7.1 7.1.1 7.2 7.2.1 7.2.2 7.2.3 7.2.4 7.3 7.3.1 7.3.2
Doel
Productgroep
Lasten Verbeteren aantrekkelijkheid woonomgeving Aanleg groen en speelruimtes Speeltuinen en speelweiden Bevorderen diversiteit in aanbod van woningen Aanwijzen locaties Administr. bouwgrondexploitatie Bouwgrondexploitatie woningbouw Bevorderen en herstructureren Stads- en dorpsvernieuwing woningbouw Meewerken aan passende Woonvoorzien. gehandicapten particuliere initiatieven Bouwen Afspraken maken met Volkshuisvesting woningcorporaties Woonwagenzaken Duurzaam en levensloopbestendig bouwen Stimuleren duurzaam bouwen Overige milieutaken/woningisolatie Stimuleren levensloopbestendig Levensloopbestendig bouwen bouwen Totaal lasten
Rekening 2014
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Rekening 2013
25.730
25.744
25.744
25.730
35.565 8.649.508 18.684
30.000 2.695.762 18.684
2.695.762 24.184
126.832 3.124.606 10.434
823.528 1.345.095 250.166 120.804
880.499 1.363.820 253.281 148.938
986.149 1.363.820 254.381 32.337
726.340 1.920.434 244.708 85.815
148.021 6.600
6.600
-
327.900 -
11.423.701
5.423.328
5.382.377
6.592.799
-
-
-
-
-21.497 -8.282.439 -
-39.600 -2.575.521 -
-9.600 -2.490.021 -
-15.534 -4.263.600 -
-161 -406.479 -230.630 -54.482
-14.500 -396.200 -167.767 -42.700
-14.500 -426.200 -195.367 -42.700
-2.303 -365.050 -216.928 -43.404
-140.520
-
-
-300.000
-
-
-
-
-9.136.209
-3.236.288
-3.178.388
-5.206.819
2.287.492
2.187.040
2.203.989
1.385.981
Onttrekking aan reserves Toevoeging aan reserves
-91.605 474.473
-50.185 4.300
4.300
-2.175.742 1.775.862
Gerealiseerd resultaat
2.670.360
2.141.155
2.208.289
986.101
Baten Verbeteren aantrekkelijkheid woonomgeving Aanleg groen en speelruimtes Speeltuinen en speelweiden Bevorderen diversiteit in aanbod van woningen Aanwijzen locaties Administr. bouwgrondexploitatie Bouwgrondexploitatie woningbouw Bevorderen en herstructureren Stads- en dorpsvernieuwing woningbouw Meewerken aan passende Woonvoorzien. gehandicapten particuliere initiatieven Bouwen Afspraken maken met Volkshuisvesting woningcorporaties Woonwagenzaken Duurzaam en levensloopbestendig bouwen Stimuleren duurzaam bouwen Overige milieutaken / woningisolatie Stimuleren levensloopbestendig Levensloopbestendig bouwen bouwen Totaal baten Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten
Gerealiseerd resultaat ten opzichte van de begroting na wijziging: € 529.205 Nadeel Een globale analyse van de verschillen tussen de begroting en de rekening is opgenomen in hoofdstuk 2 van dit jaarverslag onder ‘Resultaat 2014’. In de jaarrekening is bij elk programma een uitgebreide toelichting opgenomen. In onderstaande tabel is aangegeven ten laste of ten gunste van welke reserve de toevoegingen en onttrekkingen hebben plaatsgevonden:
60
Jaarverslag 2014 Programma 7 Wonen Rekening 2014
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Onttrekking aan reserves Reserve onderhoud gebouwen Reserve grondexploitaties
Uitvoeren onderhoudsjaarplannen Verhogen verliesvoorzieningen
-10.435 -81.170 -91.605
-50.185 -50.185
-
Toevoeging aan reserves Reserve grondexploitaties Reserve onderhoud gebouwen
Winstnemen, verlagen verliesvoorzieningen Jaarlijkse toevoeging
470.173 4.300 474.473
4.300 4.300
4.300 4.300
61
Jaarverslag 2014 Programma 8 Klimaat en duurzaamheid
Programma 8
Klimaat en duurzaamheid
63
Jaarverslag 2014 Programma 8 Klimaat en duurzaamheid
Wat hebben we bereikt? 8. Toekomstbestendig gebruik van de leefomgeving Onze inzet voor een toekomstbestendig gebruik van de leefomgeving hebben we in 2014 voortgezet en geïnvesteerd in duurzaamheid. Met name door in drie gevallen te onderzoeken of voor duurzame alternatieven kan worden gekozen en op welke wijze wij als gemeente kunnen beïnvloeden dat een dergelijke keuze wordt gemaakt.
8.1 Aanzetten burgers tot duurzaam gedrag In 2014 hebben wij geprobeerd duurzame keuzes voor onze inwoners makkelijker te maken door collectieve inkooptrajecten voor energiebesparing aan te bieden. Ook proberen wij steeds onze inwoners te helpen door buurtprojecten op te zetten waar men gezamenlijk met energiebesparing aan de slag kan.
8.2 Stimuleren vernieuwende duurzame initiatieven Onze belangrijkste taak was het faciliteren van de ontwikkeling van duurzame energieprojecten, een lokale energiecoöperatie en stimuleren van andere vernieuwende private initiatieven die voor advies en ondersteuning contact zoeken met de gemeente. Hierbij hebben wij telkens het principe van overheidsparticipatie toegepast.
Wat hebben we gedaan? 8.1 Aanzetten burgers tot duurzaam gedrag 8.1.1 Stimuleren duurzaam huishoudelijk gedrag Lingewaard was de eerste gemeente uit de Stadsregio die succesvol een project uit het programma ‘buurten over Energie’ heeft uitgevoerd. Het buurtproject ‘Slim Lingewaard’ over collectieve inkoop woningisolatie en zonnepanelen ging van start. De gemeente Lingewaard is hiervoor de samenwerking aangegaan met bureau 5plus1. Van najaar 2013 tot en met najaar 2014 is het project actief geweest, met name in Bemmel Centrum. Uiteindelijk hebben 54 gezinnen daadwerkelijk opdracht gegeven voor het plaatsen van zonnepanelen of woningisolatie. In 2015 zal dit project worden voortgezet door Lingewaard Energie. Lingewaard Energie heeft ook in het najaar 2014 een start gemaakt met het wijkproject ‘de knop om’, waarin buren met elkaar energie besparen. Het project draait in Gendt in de wijken de Dries en Molenwijk en het enthousiasme onder de deelnemers is groot. Door het team Sociaal en Welzijn is het project specifiek bij gezinnen onder de aandacht gebracht die de besparing goed kunnen gebruiken. Woningstichting Gendt is een belangrijke samenwerkingspartner in dit project geweest. Wij kunnen terugblikken op een tweede geslaagde duurzaamheidsmarkt in september 2014. Lingewaard Energie heeft, in opdracht van de gemeente, dit jaar de markt georganiseerd samen met LingewaardUit! Door de gezamenlijke aantrekkingskracht was de markt goed bezocht (naar schatting 500 bezoekers). Er was een goede diversiteit aan kramen en de reacties van de standhouders waren positief. De inzet om vooral lokale ondernemers te trekken heeft goed uitgepakt. In 2014 hebben veel vrijwilligers uit onze gemeente werk gemaakt van duurzaamheid. Zonder hen hadden wij deze projecten niet op deze wijze kunnen uitvoeren. 8.1.2 De gemeente geeft het goede voorbeeld Bij de verduurzaming van onze eigen organisatie zijn ook vorderingen gemaakt. Zo kunnen medewerkers nu gebruik maken van elektrische voertuigen voor dienstreizen. Ook is er het project ‘verduurzaming gemeentelijk vastgoed’ opgestart. Hier hebben wij kunnen profiteren van de deelname aan het Euregio64
Jaarverslag 2014 Programma 8 Klimaat en duurzaamheid
project Kliker, dat eind 2014 is afgelopen. Eerst is er onder alle gemeentelijke gebouwen een enquête uitgevoerd over energieverbruik en verduurzaming. Doormiddel van deze enquête zijn drie gemeentelijke gebouwen geselecteerd voor een pilotproject: Kulturhus Angeren, SCC De Brink Huissen en Gemeentewerf Lingewal Bemmel. Voor deze drie gebouwen is gekeken hoe deze kunnen worden verduurzaamd. De resultaten uit het Kliker project zullen ook de basis vormen voor het starten van een onderzoek naar de mogelijkheden van verduurzaming bij de overige gebouwen van het Gemeentelijk Vastgoed. In 2014 hebben wij drie voorbeeldtrajecten voor duurzaam inkopen uitgevoerd. • Catering (aanbod duurzame producten, producten betrekken bij lokale ondernemers, social return on investment) • Inkoop groene stroom (certificering door Hollandse windenergie) • Aanbesteding groen (opdelen in percelen voor lokale ondernemers, geschikte werkzaamheden worden ondergebracht bij Presikhaaf, social return on investment) De opgedane ervaringen laten zien, dat duurzaam inkopen nog niet zo vanzelfsprekend is. Bijvoorbeeld zijn er bij de inkoop van groene stroom verschillende categorieën, die niet allemaal even groen zijn. Bij de aankoop van groene stroom voor grootverbruikers als de gemeente is het gebruikelijk om het verbruik achteraf te vergroenen met certificaten. Hierbij heeft de gemeente gekozen voor de meest duurzame variant, Hollandse windenergie. Wat betreft de catering zijn er bij de aanbesteding duurzaamheidseisen meegenomen, en was in eerste instantie ook de keuze gemaakt voor een duurzame cateraar, echter om financieel-juridische redenen viel deze inschrijving af. Het contract moest toen worden gesloten met de oude cateraar die ook ingeschreven had, helaas met een mindere score op het gebied van duurzaamheid. In 2015 zal dit opnieuw worden aanbesteed. Bij de aanbesteding van het groenbeheer is in het bijzonder gelet op het vergroten van de lokale en sociale werkgelegenheid. De geschikte groenwerkzaamheden zijn direct ondergebracht bij Presikhaaf bedrijven via een quasi inbestedingsconstructie. In 2013 en 2014 heeft de gemeente € 10.000 subsidie verleend aan de Oost-Betuwse uitdaging. De OostBetuwse uitdaging is een bedrijvennetwerk dat zich richt op het tot stand brengen van verbindingen tussen het lokale bedrijfsleven, maatschappelijke, culturele, zorg- en onderwijsorganisaties. Hun doel is om de kwaliteit van leven van de bewoners in de betreffende gemeente te verbeteren. Hiervoor worden bedrijven aan maatschappelijke initiatieven gekoppeld.
8.2 Stimuleren vernieuwende duurzame initiatieven 8.2.1 Bevorderen duurzame energieproductie Lingewaard kent een zeer actieve lokale energiecoöperatie, bestaande uit professionele vrijwilligers die zich inzetten voor energiebesparing en duurzame energie in Lingewaard. In 2014 heeft Lingewaard Energie een subsidie ter hoogte van € 10.400 ontvangen voor het opbouwen van de organisatie. Verbonden aan de subsidie is de vraag om het project ‘Slim Lingewaard’ in eigen beheer voort te zetten. Ook hebben zij in 2014 een businessplan voor een drijvend zonnepark op het gietwaterbassin op Bergerden ontwikkeld. De gemeente heeft dit project ondersteund door bij te dragen aan de kosten voor het haalbaarheidsonderzoek. Het intergemeentelijk subsidiebureau heeft het initiatief geadviseerd over het aanvragen van subsidie voor het project. Verder zijn er dit jaar verschillende initiatieven voor grondgebonden zonneparken binnengekomen. Voor alle initiatieven geldt dat de grondprijzen in Lingewaard, zelfs op Bergerden, te hoog zijn voor een business case. De terugverdientermijn en daarmee de huur of pachttermijn is te lang. In 2015 wordt er gewerkt aan een beleidsdocument voor de vestiging voor zonneparken in Lingewaard. De glastuinbouwsector is een belangrijke economische factor in de stadsregio Arnhem Nijmegen. Om de concurrentiekracht van de glastuinbouw in deze regio te versterken, is blijvende aandacht nodig voor innovatie en verduurzaming. Daarom heeft Lingewaard van de mogelijkheid gebruik gemaakt om via de 65
Jaarverslag 2014 Programma 8 Klimaat en duurzaamheid
Stadsregio een subsidie te kunnen uitkeren voor verduurzaming van de glastuinbouw. Hiervoor is in korte tijd een subsidieverordening opgesteld en in mei vastgesteld. De eerste aanvragen zijn eind 2014 in behandeling genomen.
Wat heeft het gekost? In onderstaande tabel zijn de lasten (+) en baten (-) opgenomen die aan het programma verbonden zijn.
8 Klimaat en duurzaamheid Nr.
Doel
Productgroep
Lasten 8.1 Aanzetten burgers tot duurzaam gedrag 8.1.1 Stimuleren duurzaam Milieu huishoudelijk gedrag 8.1.2 De gemeente geeft het goede Gemeente geeft het goede voorbeeld voorbeeld 8.2 Stimuleren vernieuwende duurzame initiatieven 8.2.1 Bevorderen duurzame Duurzame energieproductie energieproductie Totaal lasten
Rekening 2014
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Rekening 2013
925.133
997.820
741.280
745.205
5.500
5.500
-
-
5.500
5.500
-
-
936.133
1.008.820
741.280
745.205
-39.333
-6.300
-6.300
-9.678
-
-
-
-
-
-
-
-
-39.333
-6.300
-6.300
-9.678
Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten
896.801
1.002.520
734.980
735.528
Onttrekking aan reserves Toevoeging aan reserves
-54.930 -
-151.200 -
-69.200 -
-98.000 -
Gerealiseerd resultaat
841.871
851.320
665.780
637.528
Baten Aanzetten burgers tot duurzaam gedrag 8.1 8.1.1 Stimuleren duurzaam Milieu huishoudelijk gedrag 8.1.2 De gemeente geeft het goede Gemeente geeft het goede voorbeeld voorbeeld 8.2 Stimuleren vernieuwende duurzame initiatieven 8.2.1 Bevorderen duurzame Duurzame energieproductie energieproductie Totaal baten
Gerealiseerd resultaat ten opzichte van de begroting na wijziging: € 9.449 Voordeel Een globale analyse van de verschillen tussen de begroting en de rekening is opgenomen in hoofdstuk 2 van dit jaarverslag onder ‘Resultaat 2014’. In de jaarrekening is bij elk programma een uitgebreide toelichting opgenomen. In onderstaande tabel is aangegeven ten laste of ten gunste van welke reserve de toevoegingen en onttrekkingen hebben plaatsgevonden: Rekening 2014
Onttrekking aan reserves Algemene reserve Reserve duurzaamheid Toevoeging aan reserves -
66
Extra budget duurzaamheid Uitvoeren duurzaamheidsplannen
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
-51.600 -3.330 -54.930
-69.200 -82.000 -151.200
-69.200 -69.200
-
-
-
Jaarverslag 2014 Programma 9 Beheer en onderhoud
Programma 9
Beheer en onderhoud
67
Jaarverslag 2014 Programma 9 Beheer en onderhoud
Wat hebben we bereikt? 9. De leefomgeving is schoon, heel en veilig De structuurvisie en de sociale visie roepen op om te komen tot een toekomstbestendige leefomgeving. Een voorwaarde daarvoor is dat inwoners hun buurten en wijken als schoon, heel en veilig ervaren. Ingezet is op onderhoud en beheer wat voldoet aan deze vooraf gestelde kwaliteitseisen. Daarnaast is er gezorgd voor veiligheid op het gebied van waterbeheer, hebben we gladheid bestreden en verwerkten huishoudelijk afval met respect voor het milieu. In gesprek met buurt- en wijkbewoners hebben we ons ingespannen om te komen tot verbetering van de leefomgeving. Door in gesprek te komen en te blijven ervaren we betrokkenheid van de inwoners bij hun leefomgeving en konden we er voor zorgen dat deze als schoon, heel en veilig ervaren wordt.
9.1 Structureel onderhouden van infrastructuur, groen en gebouwen In 2014 is het plan ‘Beheer op Orde’ ontwikkeld dat de huidige situatie van het beheer en onderhoud van openbare ruimte en de gemeentelijke gebouwen beschrijft. De conclusies en aanbeveling hieruit vormen de input voor het (verder te ontwikkelen) beleid op het gebied van openbare verlichting, verkeersvoorzieningen en straatmeubilair. De kwaliteitseisen voor de openbare ruimte en gebouwen staan opgenomen in de beleidsplannen. In 2014 is hieraan uitvoering gegeven. Er is onder andere (groot) onderhoud verricht op het gebied van wegen en verlichting, er zijn verkeerstechnische verbeteringen gerealiseerd. De infrastructuur en de openbare terreinen zijn hiermee op het gewenste niveau (kwaliteit B) gebracht.
9.2 Schoon en veilig houden leefomgeving met respect voor milieu Inwoners ervaren hun fysieke leefomgeving direct en dus ook de zaken die daarin niet in orde of onveilig zijn. We hebben de toegankelijk om deze zaken te melden verder verbeterd en er voor gezorgd dat deze direct worden opgepakt. Daarnaast hebben wij inwoners en organisaties actief betrokken bij het onderhoud van het groen binnen de gemeente. Dit in samenwerking met de wijkplatforms.
9.3 Samen met bewoners leefomgeving verbeteren Onvolkomenheden in de openbare ruimte zijn waar mogelijk direct hersteld. Inwoners hebben steeds makkelijker de ingang voor het doen van een melding gevonden. Dit kan telefonisch, via het loket of via het internet via een meldingsformulier. Verder is met inwoners via de wijkplatforms en instanties samengewerkt op het gebied van het schoonhouden van de leefomgeving en het beheer en onderhoud hiervan.
Wat hebben we gedaan? 9.1 Structureel onderhouden van infrastructuur, groen en gebouwen 9.1.1 Onderhouden en beheren infrastructuur Wegen, straten en pleinen Het uitvoeren van groot onderhoud aan asfaltwegen en het opstellen en aanbesteden van een raamcontract voor het groot onderhoud aan elementverhardingen waren de speerpunten voor wegbeheer. Er is een nieuw integraal beheersysteem aangeschaft. Als grootste werk is het uitvoeren van groot onderhoud aan de Karstraat in Bemmel het vernoemen waard. Door toevoeging van rode fietsstroken en het aanbrengen van
68
Jaarverslag 2014 Programma 9 Beheer en onderhoud
een voetpad is hier verkeerstechnisch gezien een aanzienlijke verbetering gerealiseerd. Uit recente weginspecties is gebleken dat de beeldkwaliteit op het gewenste niveau van B ligt. Door het vegen van zwerfvuil, blad en bloesem, het bestrijden van onkruid zonder chemische middelen en het ledigen van bladkorven en afvalbakken is er voor gezorgd dat de infrastructuur van het gemeentelijk wegennet en de openbare terreinen er schoon en netjes uitzien. In 2014 was het gewenste beeldkwaliteitsniveau B. Verlichting De gemeente zorgt voor de instandhouding van het (gemeentelijk) net van de openbare verlichting inclusief lichtmasten, armaturen en lampen. Het onderhoud en toezicht op de uitvoering zijn gedaan tegen zo laag mogelijke kosten. Nieuwe bouwplannen zijn getoetst aan het beleidsplan openbare verlichting. In 2014 is grootschalig de verlichting vervangen op de grote verkeersaders (Huissen – Bemmel, Karstraat) en (Gendt – Doornenburg, Olyhorststraat, de van der Schuerenweg, Pannerdenseweg). Tevens is de verlichting in het buitengebied vervangen door groene energiezuinige verlichting. Daarnaast is het onderhoud van openbare verlichting opnieuw aanbesteed. Het beleidsplan Openbare verlichting is niet geactualiseerd. Eerst moeten nog de resultaten van de monitoring van het energieakkoord en de afronding van het project ‘Lingewaard verlicht bewust’ worden verwerkt in de actualisatie van het beleidsplan. Prestaties Doel
Activiteiten
Indicator
Raming 2014
Werkelijk 2014
9.1.1 Onderhouden en
In stand houden van openbare
Energieverbruik
189 kWh
187 kWh
beheren infrastructuur
verlichtingsnetwerk
openbare verlichting
Bruggen, tunnels en viaducten Beheren en onderhouden van bruggen, tunnels en viaducten gebeurt aan de hand van het meerjarenonderhoudsplan dat onderdeel uitmaakt van het beleidsplan Civieltechnische Kunstwerken. De input voor het beheerprogramma is verkregen op basis van de resultaten uit de inspectie. In 2014 zijn alle brugleuningen en brugdekken in Huissen en Bemmel gereinigd. Het aangrenzende straatwerk is op de juiste hoogte gebracht. De bielzen keerwand in de Noteboom in Gendt is vervangen voor een betonnen keerwand. Straatmeubilair Onder straatmeubilair vallen bijvoorbeeld bankjes, afvalbakken en fietsparkeervoorzieningen in de openbare ruimte. Naast een praktische functie, heeft straatmeubilair invloed op de uitstraling en belevingswaarde van de openbare ruimte. Onderhoud vindt plaats n.a.v. meldingen. Verkeersvoorzieningen De gemeente zorgt voor beheer en onderhoud van installaties en meubilair dat een verkeersfunctie en/of een informerende functie heeft. Dit zijn bijvoorbeeld verkeersregelinstallatie( verkeerslichten), markeringen op de weg, verkeersborden, straatnaamborden, wegdekreflectoren en wegwijzers. De verkeersregelinstallatie (VRI) op de Langstraat in Gendt is in zijn geheel vervangen. Dit betekent dat de regelautomaat en ook de masten en armaturen zijn vervangen. De armaturen zijn voorzien van LED-lampen. Een inventarisatie van alle verkeersborden is in 2014 uitgevoerd. Deze inventarisatie is ondergebracht in het GBI beheersysteem. De inventarisatie bestond uit onderzoek naar kwaliteit en kwantiteit. In totaal hebben we circa 15.000 verkeers- en straatnaamborden.
69
Jaarverslag 2014 Programma 9 Beheer en onderhoud
Speeltuinen en speelweiden Er is een Speelruimteplan dat de visie van Lingewaard geeft inzake de openbare speelvoorzieningen. In dit beleidsplan worden de relevante richtlijnen, een analyse van de huidige situatie van de speelruimte, het wenselijk en het actueel speelvoorzieningenniveau, de te nemen maatregelen, het te voeren beleid en een visie op beheer weergegeven. Conform het daaraan gekoppelde onderhoud- en vervangingsbeleid is onderhoud gepleegd en vervanging gerealiseerd. In 2014 heeft de gemeente het onderhoud van de speeltoestellen in Gendt weer overgenomen van de Stichting Samenspel. De stichting Samenspel is begin 2014 opgeheven. Steeds vaker worden speeltuinen in samenwerking met wijkplatforms en inwoners ontworpen en uitgevoerd. In Huissen zijn op deze manier de speeltuin aan de Biezen en de Wildzang opgeknapt en in Bemmel de speeltuin aan de Zicht en nabij het Hofstedepark. Omdat spelen sterk leeft bij inwoners is samenwerken in de zin van participatie een must. Begraven De gemeente beheert vijf algemene begraafplaatsen. Drie daarvan zijn ‘actueel’, te weten De Hoeve in Huissen, De Teselaar in Bemmel en Zandvoortsestraat in Gendt. De overige twee begraafplaatsen, HuissenStad in Huissen en Het Zand in Huissen (naast De Hoeve), zijn oude, voormalige kerkelijke begraafplaatsen en zijn in de praktijk niet meer in gebruik. De Stichting Algemene begraafplaats Huissen Stad en de Vrijwilligersgroep Het Zand ondersteunen de gemeente in de uitvoering van het onderhoud op deze twee oude begraafplaatsen. De gemeente heeft de zorg voor kwalitatief en kwantitatief voldoende begraafcapaciteit op begraafplaatsen. Daartoe behoort zowel ondergrondse- als bovengrondse capaciteit (bijvoorbeeld een urnenmuur). Er wordt efficiënt gebruik gemaakt van de beschikbare begraafcapaciteit door tijdig te ruimen waardoor graven opnieuw uitgegeven kunnen worden. Om te bepalen welke graven geruimd kunnen worden, is het administratief beheer van de begraafplaatsen verder op orde gebracht en zijn eind 2014 op grote schaal rechthebbenden van graven aangeschreven waarvan de rechten zijn verlopen of binnenkort zullen verlopen. Deze inhaalslag heeft erin geresulteerd dat veel rechthebbenden met verlopen grafrechten deze hebben verlengd of er afstand van hebben gedaan. Daarmee is een volledige en vooral ook bijgewerkte begraafplaatsadministratie een grote stap dichterbij gekomen. Op dit moment beschikt de gemeente over voldoende begraafcapaciteit. Op 4 december 2014 heeft de raad het Beleidsdocument Begraafplaatsen gemeente Lingewaard 2014 - 2024 vastgesteld. 9.1.2 Onderhouden en beheren groen De primaire taak voor beheer en onderhoud is het op beeld houden van de openbare ruimte conform de door de raad vastgestelde beeldkwaliteitseisen. In 2014 is de beeldkwaliteit voortdurend op niveau B gebleven. Het straatbeeld dient permanent te voldoen aan deze kwaliteit. Bij het onderhoud van bomen wordt gewerkt volgens een vaste frequentie met maatregelen. Enkele probleemvakken zijn opgeknapt waardoor deze in de toekomst goed op het gewenste niveau te houden zijn. In 2014 zijn de bestekken ‘Onderhoud bomen Lingewaard’ en ‘Groenonderhoud Lingewaard’ opnieuw aanbesteed. Bij de aanbesteding is extra aandacht gegeven aan de sociale component en de mogelijkheid om lokale aannemers een kans te bieden. De niet mechanische werkzaamheden zijn via een inbesteding ondergebracht bij werkvoorzieningsschap Presikhaaf. Voor het onderhoud van grote parkgebieden waaronder de Vliegerweide en het Slingerbos in Huissen, het Wielenpark de Ward en het gebied rondom sportpark Ressen in Bemmel zijn schapen ingezet. Met begrazing door schapen worden de zaden van de planten via de schapenvacht en de hoeven verder 70
Jaarverslag 2014 Programma 9 Beheer en onderhoud
verspreid over de verschillende graasgebieden. Hierdoor zal in de zomer de grasvegetatie weelderiger gaan bloeien, met na verloop van tijd een grotere variatie aan bloemen in de parkgebieden. 9.1.3 Onderhouden en beheren gebouwen (incl. scholen en sportvelden) De gemeente heeft per 31 december 2014 in totaal 154 gebouwen/objecten in eigendom (5 zijn er vorig jaar verkocht), verdeeld over 81 complexen. Het onderhoud en beheer daarvan gebeurt op basis van het Beleidsplan onderhoud en instandhouding gebouwen, waarin een meerjarenplanning van deze gebouwen en bouwkundige objecten is opgenomen. Hiervan wordt jaarlijks het uitvoeringsplan voor planmatig onderhoud afgeleid. Als eigenaar van gebouwen met een collectieve leidingwaterinstallatie, heeft de gemeente een ‘zorgplicht voor deugdelijk leidingwater’. De gezondheid van de gebruikers mag niet in gevaar komen door het leidingwater. In 2014 heeft geen legionella controle plaatsgevonden. Periodieke controles zijn aangepast naar jaarlijkse controle. De gemeente heeft 36 onderwijsgebouwen, verdeeld over 22 complexen. Het onderhoud van schoolgebouwen voor Primair Onderwijs was tot 1 januari 2015 een gedeelde verantwoordelijkheid van schoolbesturen en de gemeente. De gemeente was op hoofdlijnen verantwoordelijk voor het buitenonderhoud van de gebouwen. Hiervoor heeft de gemeente een financiële voorziening die mede is gebaseerd op een Meerjaren Onderhoud Plan Onderwijshuisvesting. Op 1 januari 2015 is de verantwoordelijkheid voor alle onderhoud van het schoolgebouw overgeheveld naar de schoolbesturen. Kunst in de openbare ruimte In het beleidsplan onderhoud en instandhouding gebouwen zijn 59 kunstwerken opgenomen die binnen de openbare ruimte zijn geplaatst. T.o.v. 2013 zijn er 5 kunstwerken bijgekomen. In de meerjarenplanning is onderhoud voorzien aan deze kunstwerken. Aan 18 kunstwerken is in 2014 achterstallig onderhoud uitgevoerd. Woonwagens De gemeente verzorgt het beheer en onderhoud van drie woonwagencentrums in de gemeente met in totaal 23 standplaatsen en twee huurwoonwagens die zij in eigendom heeft. De standplaatsen bevinden zich op de woonwagencentrums Terpweide in Huissen, de Binnendries in Gendt en aan de Plakselaan in Bemmel. Het beheer en onderhoud is onder te verdelen in relatiebeheer, sociaal beheer en het technisch beheer en onderhoud bestaande uit reparatieverzoeken, mutatieonderhoud en het planmatig onderhoud. Dit beheer en onderhoud is door de gemeente ondergebracht bij Nijbod Consultancy B.V. Eindhoven. De verhuur van woningen/woonwagens en standplaatsen is geen wettelijke taak van de gemeente. Zowel Aedes (belangenorganisatie van de corporaties) als VNG geven aan dat beheer en verhuur en opvang van deze doelgroep tot de primaire taak van een corporatie behoort. Overdracht van de standplaatsen en huurwoonwagens aan de corporatie is dan ook een logische stap maar niet afdwingbaar. Deze overdracht is al in 2013 op de agenda gezet maar de corporaties beschouwen dit, mede door opgelegde en verscherpte regelgeving door het ministerie van volkshuisvesting niet als hoogste prioriteit.
9.2 Schoon en veilig houden leefomgeving met respect voor milieu 9.2.1 Zorgen voor goede waterkwaliteit en voldoende waterberging Riolering en waterzuivering Het beheer en onderhoud van de riolering heeft plaatsgevonden op basis van het recent vastgestelde Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2015. Praktisch al het stedelijk afvalwater wordt ingezameld in de riolering en afgevoerd naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie. Bij enkele woningen wordt het afvalwater ter plekke gezuiverd en geloosd in de bodem of op oppervlaktewater. Waar mogelijk worden hemelwater en afvalwater gescheiden afgevoerd.
71
Jaarverslag 2014 Programma 9 Beheer en onderhoud
Inspectie en onderhoud aan het rioleringsstelsel (inclusief gemalen, drukriolering, e.d.) vindt stelselmatig plaats. In 2014 is veel riolering geïnspecteerd in Bemmel en Huissen (Zilverkamp). Daarnaast worden er jaarlijks onderdelen vervangen op basis van een vervangingsplanning. Hiermee wordt kapitaalvernietiging voorkomen. In 2014 is in Angeren, Huissen en Doornenburg grootschalig riolering vervangen of gerelined. Op bedrijventerrein Gendt-Bemmel is het onderzoek naar de waterkwaliteit afgerond. Op basis daarvan is met het waterschap afgesproken welke maatregelen uitgevoerd moeten worden. De riolering van het bedrijventerrein hoeft niet langer omgebouwd te worden tot een verbeterd gescheiden stelsel. Er kan volstaan worden met het oplossen van verkeerde aansluitingen en het afkoppelen van een deel van het verhard oppervlak. De uitvoering van de maatregelen is eind 2014 gestart. Voor Bemmel is het basisrioleringsplan herzien. In dit plan is bepaald welke verbeteringsmaatregelen uitgevoerd moeten of kunnen worden (milieuhygiëne en wateroverlast). Daarnaast zijn er veel gegevens geïnventariseerd ten behoeve van de herziening van de basisrioleringsplannen van de overige kernen. In 2014 is in een deel van Huissen wateroverlast geweest door overvloedige regenval. Het betrof een regenbui die statisch gezien maar 1 keer in de 10 jaar voorkomt en waar de riolering niet op gedimensioneerd is. Waterberging in bebouwd gebied In 2014 is duidelijkheid gekomen over de benodigde waterberging in de diverse kernen. In de kernen Angeren, Gendt en Doornenburg is onvoldoende waterberging aanwezig. In Angeren is doorgegaan met de voorbereiding van de aanleg van waterberging. Door benodigde afstemming met de bestemming van de gronden voor Muijland heeft dit veel tijd gekost. De daadwerkelijke start van de aanleg hangt af van diverse factoren, waaronder mogelijke grondaankoop. In 2014 is ook gestart met de voorbereidingen van de aanleg van een waterberging in Gendt en Doornenburg. Voor die laatste locatie verzorgt het waterschap zowel de voorbereiding als de uitvoering. Samen met het waterschap is gestart met het zoeken naar oplossingen voor het kwalitatief en kwantitatief verbeteren van de Bemmelse Zeeg. Ook zijn de voorbereiding opgepakt aangaande het Ecologisch inrichten waterberging ten noorden van Tuinlaan in Bemmel. Op 12 juni 2014 heeft de raad de nota ‘Waterbergingsbank gemeente Lingewaard’ vastgesteld. Dit betekent dat rondom iedere kern binnen de gemeente een centrale, robuuste en doelmatige waterberging dient te worden gerealiseerd. Initiatiefnemers met bouwplannen kunnen dan onder bepaalde voorwaarden en op vrijwillige basis, tegen een vergoeding deelnemen aan de waterbergingsbank. Hiermee kunnen die initiatiefnemers dan voldoen aan de verplichte waterbergingscompensatie. De gemeente legt de waterbergingsbanklocaties aan, waarbij de kosten daarvoor worden terugverdiend door de bijdragen van de initiatiefnemers. Voor de kernen Huissen en Bemmel zijn de voorbereidingen opgepakt. Voor de waterbergingsbanklocaties Angeren en Gendt geldt dat ook, maar dan gecombineerd met de hierboven genoemde waterbergingen die als waterplanmaatregel dienen te worden uitgevoerd. 9.2.2 Bestrijden gladheid We hebben in 2014 de gladheidsbestrijding, wanneer daar aanleiding voor was, overeenkomstig de daarvoor vast gestelde richtlijnen uitgevoerd. In 2014 zijn er 2 nieuwe zoutstrooiers en 5 nieuwe sneeuwploegen aangeschaft. Tevens is er voor 8 strooiers het z.g. Autologicsysteem aangeschaft waardoor nauwkeuriger en qua zoutverbruik zuiniger kan worden gestrooid. Door de besparing op het verminderde zoutverbruik kunnen de kapitaallasten van de aanschaf van dit systeem gedekt worden. 9.2.3 Verwerken huishoudelijk afval In december 2013 is door de Raad het Beleidsplan Afvalbeheer 2015-2019 vastgesteld. In dat plan is een nieuw huishoudelijk inzamelsysteem aangegeven dat op 1 januari 2015 van start zal gaan. In 2014 is de start van het nieuwe inzamelsysteem voorbereid. In 2014 zijn de aanbestedingen voorbereid en hebben de gunningen succesvol plaatsgevonden voor de afvalinzameling en het leveren van de nieuwe huishoudelijke containers, inclusief het containermanagement en het beheer van de lediginggegevens (in verband met diftar). Aansluitend zijn in 2014 op grootschalig niveau de nieuwe containers uitgezet bij de woningen en de 72
Jaarverslag 2014 Programma 9 Beheer en onderhoud
bestaande containers aangepast aan het nieuwe inzamelsysteem. Daarnaast zijn de inwoners door middel van een uitgebreide voorlichtingscampagne periodiek voorbereid op de komst en de werking van het nieuwe inzamelsysteem. Het in 2014 gescheiden ingezameld huishoudelijk kent een toename in zowel de GFT-fractie als de kunststoffractie. De hoeveelheid GFT-afval is met 350 ton gestegen en de hoeveelheid kunststofafval met 37 ton ten opzichte van 2013. Deze resultaten zijn mede tot stand gekomen door een intensieve begeleiding van het inzamelbedrijf en een opmaat voor de verwachting van een verdere toename van deze positieve resultaten (conform het Beleidsplan Afvalbeheer).
Doel
Activiteiten
Prestaties Indicator
9.2.3 Verwerken
Scheiding afvalstoffen
hoeveelheid herbruikbare afvalstoffen
huishoudelijk afval
Raming 2014
Werkelijk 2014
55%
54%
t.o.v. van de totale hoeveelheid ingezameld huishoudelijk afval
De indicator bij de raming 2014 in deze tabel is de ambitie 2015 uit het Beleidsplan Afvalbeheer 2015-2019.
9.3 Samen met bewoners leefomgeving verbeteren 9.3.1 Behandelen meldingen In heel 2014 zijn er 1621 meldingen binnengekomen die betrekking hebben op incidenten in de openbare ruimte. Van deze meldingen is 98% binnen de gestelde termijn (3 dagen) afgehandeld. 9.3.2 Adoptie (geheel of gedeeltelijk) door burgers Om de betrokkenheid van burgers en organisaties bij de leefomgeving te vergroten en om te besparen op de gemeentelijke onderhoudskosten, kunnen onderhoudsobjecten (meestal groen) worden geadopteerd. Inmiddels worden elf rotondes onderhouden door maatschappelijk betrokken partijen. Hiermee verloopt dit project voortvarend. Ook burgers kunnen het onderhoud van groenvakken adopteren van de gemeente. In 2014 hebben een viertal inwoners gebruik gemaakt van de mogelijkheid om openbaar groen te adopteren. Hiermee komt het totale aantal geadopteerde groenvakken op 29.Wij maken de adoptie duurzamer door afspraken over het onderhoud voor langere tijd vast te leggen door onderhoudsovereenkomsten af te sluiten met inwoners en bedrijven.
73
Jaarverslag 2014 Programma 9 Beheer en onderhoud
Wat heeft het gekost? In onderstaande tabel zijn de lasten (+) en baten (-) opgenomen die aan het programma verbonden zijn.
9 Beheer en onderhoud Nr.
Doel
Productgroep
Rekening 2014
Lasten 9.1 Structureel onderhouden van infrastructuur, groen en gebouwen 9.1.1 Onderhouden en beheren Wegen, straten en pleinen 5.426.717 infrastructuur Verkeersmaatregelen 432.006 Veerdiensten 14.409 Kunstwerken 78.179 Speeltuinen en speelweiden 270.037 Begraven 349.282 9.1.2 Onderhouden en beheren groen Natuurbescherming 21.532 Recreatiegebieden 736 Openbaar groen onderhoud 2.542.448 9.1.3 Onderhouden en beheren Basisonderwijs huisvesting/openb 506.825 gebouwen Basisonderwijs huisvesting/bijz 1.421.611 Speciaal onderwijs huisvesting 132.252 Voortgezet onderwijs huisvesting 962.633 Onderhoud & beheer sport binnen 574.205 Onderhoud & beheer sport buiten 1.001.667 Monumenten onderhoud 8.746 Sociaal-cultureel werk 20.670 Dorpshuizen beheer 503.042 Kinderopvang onderhoud 218.166 Gezondheidszorg / controle Eigendom. niet voor openb.dienst 855.355 Onderhoud brandweerposten 20.324 Onderhoud en beh. sport algem. 21.213 Onderhoud en beh. zwembaden 243.454 Onderhoud kunst 2.227 Beheer gebouwen algemeen 59.400 9.2 Schoon en veilig houden leefomgeving met respect voor milieu 9.2.1 Zorgen voor goede waterkwaliteit Waterpartijen 202.548 en voldoende waterberging Riolering en waterzuivering 3.352.237 9.2.2 Bestrijden gladheid Wegen, straten en pleinen 285.256 9.2.3 Verwerken huishoudelijk afval Afvalstoffen 2.804.779 9.3 Samen met bewoners leefomgeving verbeteren 9.3.1 Behandelen meldingen Behandelen meldingen 17.600 9.3.2 Adoptie (geheel of gedeeltelijk) Groen- en reststroken 49.775 door burgers Dierenparken 20.873 Totaal lasten 22.420.207 Baten 9.1 Structureel onderhouden van infrastructuur, groen en gebouwen 9.1.1 Onderhouden en beheren Wegen, straten en pleinen infrastructuur Verkeersmaatregelen Veerdiensten Kunstwerken Speeltuinen en speelweiden Begraven 9.1.2 Onderhouden en beheren groen Natuurbescherming Recreatiegebieden Openbaar groen onderhoud
74
-310.431 -1.204 9 -7.412 -811 -214
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Rekening 2013
5.605.119 485.047 14.115 104.330 263.547 376.145 12.320 100 2.568.357 531.638 1.391.804 130.879 955.838 698.224 1.105.216 38.990 21.608 704.839 214.302 57.800 691.766 17.845 45.565 234.939 2.680 59.400
5.399.799 541.107 14.115 19.005 275.067 350.870 12.320 100 2.319.659 400.127 1.471.572 139.879 955.838 365.724 742.741 5.230 17.208 350.914 186.927 7.800 1.536.271 32.805 233.179 920 -
5.022.803 451.899 16.361 40.273 455.885 561.092 46.236 129 1.982.152 534.709 1.728.454 149.261 1.089.101 437.658 679.745 6.112 18.402 382.746 221.051 1.762.559 30.199 271.761 419 -
204.310 3.650.552 292.892 2.936.959
224.310 3.599.492 312.892 2.788.187
165.052 3.345.341 182.280 2.776.533
17.600 49.080 13.065 23.496.871
13.880 11.970 22.329.908
42.343 13.395 22.413.950
-339.000 -50 -400 -
-121.100 -50 -400 -
-313.345 -1.751 -41 -10.619 -805 -9.296
Jaarverslag 2014 Programma 9 Beheer en onderhoud Nr.
Doel
9.1.3 Onderhouden en beheren gebouwen
9.2 9.2.1 9.2.2 9.2.3 9.3 9.3.1 9.3.2
Productgroep
Basisonderwijs huisvesting/openb Basisonderwijs huisvesting/bijz Speciaal onderwijs huisvesting Voortgezet onderwijs huisvesting Onderhoud & beheer sport binnen Onderhoud & beheer sport buiten Monumenten onderhoud Sociaal-cultureel werk Dorpshuizen beheer Kinderopvang onderhoud Gezondheidszorg / controle Eigendom. niet voor openb.dienst Onderhoud brandweerposten Onderhoud en beh. sport algem. Onderhoud en beh. zwembaden Onderhoud kunst Beheer gebouwen algemeen Schoon en veilig houden leefomgeving met respect voor milieu Zorgen voor goede waterkwaliteit Waterpartijen en voldoende waterberging Riolering en waterzuivering Bestrijden gladheid Wegen, straten en pleinen Verwerken huishoudelijk afval Afvalstoffen Samen met bewoners leefomgeving verbeteren Behandelen meldingen Behandelen meldingen Adoptie (geheel of gedeeltelijk) Groen- en reststroken door burgers Dierenparken Totaal baten
Rekening 2014
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Rekening 2013
-5.891 -6.625 -23.198 -270.025 -13.178 -
-9.725 -145.720 -12.770 -
-30.720 -12.770 -
-361 -8.692 -361 -361 -5.371 -1.742 -728.879 -12.439 -
-31.319 -622.951
-30.100 -576.000
-30.100 -476.000
-40.633 -672.732
-65.376 -1.358.626
-43.400 -1.157.165
-43.400 -714.540
-39.983 -1.847.410
Gerealiseerd totaal saldo van
21.061.581
22.339.706
21.615.368
20.566.539
Onttrekking aan reserves Toevoeging aan reserves
-1.164.275 889.663
-2.643.812 749.763
-2.439.209 336.163
-2.096.560 1.900.299
Gerealiseerd resultaat
20.786.969
20.445.657
19.512.322
20.370.278
Gerealiseerd resultaat ten opzichte van de begroting na wijziging: € 341.312 Nadeel Een globale analyse van de verschillen tussen de begroting en de rekening is opgenomen in hoofdstuk 2 van dit jaarverslag onder ‘Resultaat 2014’. In de jaarrekening is bij elk programma een uitgebreide toelichting opgenomen. In de volgende tabel is aangegeven ten laste of ten gunste van welke reserve de toevoegingen en onttrekkingen hebben plaatsgevonden:
75
Jaarverslag 2014 Programma 9 Beheer en onderhoud Rekening 2014
Onttrekking aan reserves Reserve civieltechnische kunstwerken Reserve revitalisering Zilverkamp Reserve onderhoud gebouwen Reserve onderhoud schoolgebouwen Reserve onderhoud buitensportaccomodaties (sportvelden) Reserve renovatie groen Reserve kunst Reserve afvalsfoffenheffing Reserve riolering Toevoeging aan reserves Reserve civieltechnische kunstwerken Reserve revitalisering Zilverkamp Reserve onderhoud gebouwen Reserve onderhoud schoolgebouwen Reserve onderhoud buitensportaccommodaties (sportvelden) Reserve afvalsfoffenheffing Reserve riolering
76
Beleidsplan civieltechnische kunstwerken Uitvoeren revitalisering Uitvoeren onderhoudsplannen Uitgaven inzake huisvestingsaanvragen Renovatie sportvelden, aanleg hardloop- en skeelerbaan Vrijval restant saldo Kunstwerk op de Essenpas Saldo begroting 2014 Saldo begroting 2014
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
-215.105 -591.781 -97.178 -215.364
-19.000 -404.197 -1.219.490 -103.443 -331.050
-19.000 -404.197 -1.200.000 -85.000 -300.000
-3.848 -41.000 -1.164.275
-3.848 -43.000 -48.772 -471.012 -2.643.812
-431.012 -2.439.209
Jaarlijkse toevoeging Extra toevoeging Toevoeging 2014 Toevoeging 2014 Toevoeging 2014
27.500 48.530 259.700 174.500 228.100
27.500 48.530 270.700 174.500 228.100
27.500 48.530 259.700 -
Saldo begroting 2014 Saldo begroting 2014
46.332 105.001 889.663
433 749.763
433 336.163
Jaarverslag 2014 Programma 10 Burger en bestuur
Programma 10 Burger en bestuur
77
Jaarverslag 2014 Programma 10 Burger en bestuur
Wat hebben we bereikt? 10. Burgers en bestuur zorgen samen voor een prettig leefklimaat Wij zijn gestart met het verkrijgen van inzicht in het begrip overheidsparticipatie. Dat hebben we samen met de gemeenteraad, maar ook met de ambtelijke organisatie gedaan. Onze inwoners zijn in dit stadium nog niet benaderd. Uiteindelijk willen we op deze manier antwoord krijgen op de vraag wat de gemeente kan en wil loslaten. Met betrekking tot de thema’s veiligheid en leefbaarheid hebben wij vanuit onze regierol er voor gezorgd dat diverse partijen met elkaar in contact zijn en blijven. Meer dan in het verleden is hierbij een beroep gedaan op de eigen verantwoordelijkheid. Met de raad is een fundamentele discussie gevoerd over de rol en bijdrage van de wijkplatforms. Geconstateerd is dat dit niet los kan worden gezien van de ontwikkelingen op het gebied van overheidsparticipatie. Wij zijn trots op de resultaten van het klanttevredenheidsonderzoek gericht op de kanalen balie, telefonie en website met een respectievelijke score van 8,4, 8,1 en 7,2. Ten slotte zijn er kwaliteitsslagen gemaakt die er toe hebben bijgedragen dat de gemeenteraad, waar mogelijk in een zo vroeg mogelijk stadium, op vele manieren wordt geïnformeerd over de voortgang en behaalde resultaten. Daarbij fungeerde de op een andere wijze ingerichte programmabegroting als basis.
10.1 Regisseren veiligheid voor burgers In 2014 voerde de gemeente de regie op veiligheid en leefbaarheid en zorgde ervoor dat rondom veiligheidsvraagstukken de juiste partijen met elkaar in contact waren en samenwerkten om veiligheidsproblemen aan te pakken, ieder vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid en expertise. Dat gebeurde meestal in al bestaande overlegstructuren (rondom bijvoorbeeld jeugdoverlast, evenementenveiligheid) en soms spontaan en casus-georiënteerd. In 2014 is nadrukkelijk op de eigen verantwoordelijkheid van partijen ingezet. Gekatalyseerd door de gebeurtenissen in Haaksbergen zijn, met name rondom evenementenveiligheid, de verantwoordelijkheden daarover nog eens benoemd en benadrukt.
10.2 Vergroten betrokkenheid burgers bij beleidsvorming Wij hebben overheidsparticipatie in 2014 als één van de eerste speerpunten opgepakt. Daarbij hebben we gekozen voor een principieel andere focus op de relatie inwoner-gemeente. Bij het project burgerparticipatie lag het vertrekpunt nog bij het meer betrekken van inwoners bij beleid en plannen van de gemeente. Wij hebben nu als uitgangspunt de ontwikkelingen in de samenleving genomen, waarbij de gemeente zich bezint op haar rol en de bijdragen die zij daaraan kan, en soms moet, leveren. Kort gezegd, het perspectief draait van inwonerparticipatie naar overheidsparticipatie. Hiervoor is het lopende project burgerparticipatie aangepast.
10.3 Optimaliseren klantgerichte dienstverlening Om te weten hoe de gemeentelijke dienstverlening wordt ervaren zal dit gemeten moeten worden. Aangezien onder het begrip “burger” een brede doelgroep wordt verstaan (inwoners, verenigingen, wijkplatforms, ondernemers, bedrijven, doelgroepen en overige instellingen), is het van belang om focus aan e te brengen. In 2014 heeft die focus met name gelegen op de 1 lijn baliecontacten met de inwoners, websitebezoekers en telefonische klantcontacten. Bij de prestatiedoelen 10.3.1 en 10.3.2 wordt hier dieper op ingegaan.
78
Jaarverslag 2014 Programma 10 Burger en bestuur
10.4 Waarborgen goed bestuur De algemeen aanvaarde beginselen voor goed bestuur zijn uitgangspunt geweest voor ons handelen. Dit betekent het volgende voor de te onderscheiden onderdelen: • Transparantie De programmabegroting 2014 heeft een kwaliteitsslag ondergaan. Alle doelen zijn in beeld gebracht mede door een koppeling met de strategische structuurvisies. Bovendien zijn op het niveau van de prestatiedoelen diverse prestatie-indicatoren uitgewerkt. De raad is periodiek via de tussentijdse rapportages, informatienota’s en informatieavonden geïnformeerd over de stand van zaken. In dit kader is overigens extra aandacht geschonken aan de ontwikkelingen in het sociale domein. • Democratische verantwoording De accountant heeft een controleverklaring met beperking afgegeven met betrekking tot de getrouwheid alsmede de rechtmatigheid en heeft tevens verklaard dat het jaarverslag 2013, voor zover dat door hen kan worden beoordeeld, verenigbaar is met de jaarrekening 2013. De door het college van B&W gemaakte bestuurskosten zijn openbaar gemaakt via de gemeentelijke website. Teneinde meer ‘in control’ te komen zijn in december 2014 een tweetal control documenten (visie op control en controlplan) vastgesteld. • Effectiviteit en efficiency De teamplannen en de individuele werkplannen zijn het instrument om te plannen, organiseren en sturen. Met betrekking tot de teamplannen is een kwaliteitsslag doorgevoerd. Meer dan voorheen is een relatie gelegd tussen de doelenbomen, activiteiten, planning en capaciteit. Dit leidt uiteindelijk tot een betere integrale en realistische afstemming van allerlei activiteiten en doelstellingen. Bij de ontwikkelingen in het sociale domein is nadrukkelijk gestuurd op een goede interactie tussen beleid en uitvoering. Dit om uitvoeringsproblemen zoveel mogelijk te voorkomen. • Vraaggerichtheid Mede naar aanleiding van het onderzoek van de rekenkamercommissie naar de wijkplatforms zijn diverse verbeteringen doorgevoerd. Hierbij kan onder andere worden gedacht aan een efficiëntere afhandeling van vragen van de wijkplatforms, procedureverbetering rondom de werkplannen van de wijkteams en transparantie over de kosten en inzet van de gebiedscoördinatoren.
Wat hebben we gedaan? 10.1 Regisseren veiligheid voor burgers 10.1.1 Waarborgen Brandweerzorg, ambulancezorg en rampenbestrijding Brandweerzorg De brandweer Gelderland Midden heeft in 2014 de bevindingen van het in 2012 gestarte traject ‘Doorontwikkeling Repressieve Organisatie (DRO)’ gedeeld met de 16 deelnemende gemeenten van de Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland Midden. De VGGM heeft in opdracht van het AB een viertal scenario’s voorbereid met betrekking tot DRO, waarvan er twee nader zijn uitgewerkt. Vanwege vele vragen en opmerkingen, is besluitvorming over één van de scenario’s door het AB uitgesteld naar maart 2015. Omdat met de voorgelegde keuze een periode van 10 jaar wordt beoogd en omdat alle voorstellen ‘voor en door’ de VGGM zijn voorbereid waarbij de vele geproduceerde stukken ‘her en der’ vragen opriepen, heeft de gemeente Lingewaard het initiatief genomen om een ‘second opinion’ uit te laten voeren bij een extern en onafhankelijk deskundige (bureau SAVE, van de Anteagroup). De gemeente Overbetuwe en gemeente Zevenaar sloten hierbij aan. De bevindingen van SAVE en de extra informatie die is opgevraagd, gaven vrij helder weer, wat DRO voor onze gemeente betekent. De second opinion geeft ook weer, hoe het huidige brandveiligheidsniveau, - ook
79
Jaarverslag 2014 Programma 10 Burger en bestuur
met betrekking tot de verafgelegen woonkernen- zich verhoudt tot de voorstellen van de VGGM, zodat bewust gekozen kan gaan worden voor één van de voorgelegde scenario’s. Ambulancezorg Het ambulancevervoer is geen verantwoordelijkheid van de gemeente. De opdrachtverlening en financiering hiervan verloopt via de zorgverzekeraars. De Regionale Ambulance Voorziening (RAV) is de uitvoeringsorganisatie die is ondergebracht bij de VGGM. De prestaties van de aanrijtijden spoedeisend ambulancevervoer in de gemeente is een voortdurend punt van aandacht en onderwerp van gesprek tussen de gemeente en de VGGM. Afgelopen jaar is gebleken dat na jaren van geleidelijke verbetering er opnieuw sprake is van tegenvallende prestaties. Hierover is op bestuurlijk niveau overleg gevoerd met de RAV. De VGGM heeft aangegeven op diverse manieren maatregelen te treffen die na invoering een positief effect op de prestaties zullen gaan hebben. Naar verwachting zullen die effecten te zien zijn in de cijfers over het eerste halfjaar 2015. Rampenbestrijding De voorbereidingen met betrekking tot het regionale risicoprofiel en het regionale beleidsplan hebben in 2014 plaatsgevonden. Op aangeven van de gemeente Lingewaard is bij het risicoprofiel aandacht besteed aan conventionele explosieven uit de Tweede wereldoorlog. Deze worden nu expliciet als potentieel risico in de hele regio benoemd. Daarnaast zijn in 2014 oefeningen en trainingen gehouden voor medewerkers en bestuurders die betrokken zijn bij de rampenbestrijding. Opsporing en ruiming van niet gesprongen conventionele explosieven Lingewaard en Overbetuwe hebben in 2014 een aanzet gegeven om gezamenlijk beleid te ontwikkelen voor niet gesprongen conventionele explosieven uit de Tweede Wereldoorlog. Daarnaast heeft de gemeente Lingewaard een bijeenkomst georganiseerd waarbij met de 30 ‘veel gebruikers’-gemeenten en met vertegenwoordigers van enkele ministeries en het platform blindgangers, de problemen, waaronder de schaarse middelen, zijn besproken. In gezamenlijkheid is een brief verstuurd (Lingewaard als initiatiefgemeente) aan de betrokken ministeries en de VNG. Dit heeft ertoe bijgedragen, dat ‘de bommenregeling’ is gewijzigd met ingang van 01-01-2015. Dan zal 70% van de gemaakte kosten worden vergoed door het ministerie van BZK en worden alle gemeenten hierin gelijk behandeld. 10.1.2 Bevorderen veilige woon- en leefomgeving Samen met betrokken partners is ingezet op de grote veiligheidsonderwerpen woninginbraken, voertuigcriminaliteit en vandalisme. Dit heeft in 2014 opvallende resultaten opgeleverd. Zo is het aantal woninginbraken gehalveerd en is voertuigcriminaliteit en vandalisme flink gedaald. Het toezicht op de naleving van de Drank- en Horecawet kreeg een nieuwe dimensie met de invoering van de nieuwe leeftijdsgrens van 18 jaar. De gemeente heeft in overleg met de drankverstrekkers een confrontatie-audit opgezet waarmee zij geholpen werden om aan de nieuwe leeftijdseis te voldoen. 10.1.3 Beperken overlast Ook ten aanzien van het beperken van overlast is de integrale aanpak, onder regie van de gemeente, steeds meer ingeburgerd. De overlastmeldingen bleven in 2014 ongeveer gelijk aan de afgelopen jaren, met een kleine stijging van jeugdoverlast en drugs-gerelateerde overlast. Aparte vermelding in dit kader verdient het project buurtbemiddeling dat goede resultaten in 2014 heeft geboekt. Meer dan 100 buurtconflicten in de gemeenten Lingewaard en Overbetuwe zijn door deze groep vrijwilligers in 2014 aangepakt en opgelost.
80
Jaarverslag 2014 Programma 10 Burger en bestuur
10.2 Vergroten betrokkenheid burgers bij beleidsvorming 10.2.1 Interactie met burgers en andere partners over beleidsvorming We zijn gestart met een proces dat erop gericht is dat inwoners van de kleine(re) kernen in Lingewaard (Angeren, Doornenburg, Haalderen, Gendt, Ressen) worden gestimuleerd om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor de leefbaarheid van hun kern en zelf initiatieven daartoe gaan ontplooien. In 2015 zal worden gestart met twee kernen. Het is de bedoeling, dat er initiatieven/activiteiten ontstaan, zoals het behouden van voorzieningen, nieuwe organisatievormen voor het behoud van een voorziening en het creëren van samenhang van functies en voorzieningen. Het proces zal vooral worden ingericht op het vergroten van het zelfsturende vermogen van de kernen. In het kader van het project ‘overheidsparticipatie’ heeft op 10 september 2014 een Inspiratiebijeenkomst Overheidsparticipatie plaatsgevonden, waaraan is deelgenomen door raadsleden, college, MT, teamleiders en medewerkers. Op 28 oktober 2014 heeft een bijeenkomst plaatsgevonden van de raad met de wijkplatforms. Deze avond is georganiseerd door de griffie. In het eerste deel van de avond is het rapport van de rekenkamercommissie besproken. In het tweede deel van de avond is een presentatie gehouden over overheidsparticipatie. Na het tweede deel van de bijeenkomst is afgesproken, dat tijdens de eerstvolgende stuurgroep vergadering van de wijkplatforms wordt gesproken over het vervolg. Het project Overheidsparticipatie is na deze bijeenkomsten gestart. De doelstelling van het project is het vaststellen van Lingewaardse kaders voor overheidsparticipatie, gebaseerd op een bestuurlijke visie over ruimte geven en een verkenning bij inwoners over het innemen van ruimte door het ontplooien van initiatieven en beïnvloeden van beleid. Met het project wordt beoogd duidelijkheid te scheppen over de zaken die daarvoor binnen de gemeente dienen te worden uitgewerkt. Het project bestaat uit verschillende stappen. In het najaar van 2014 hebben activiteiten plaatsgevonden binnen de eerste stap van het project. Handelen vanuit overheidsparticipatie vraagt om een andere houding en rol van medewerkers, college en raad. Er zijn presentaties gehouden voor medewerkers tijdens lunchbijeenkomsten om bij hen de bewustwording hierover op gang te brengen. Daarnaast zijn mogelijkheden voor pilots geïnventariseerd. Met de pilots wordt beoogd ervaring op te doen met een andere houding ten opzichte van initiatieven vanuit de samenleving. Aan de raad is gevraagd een klankbordgroep te vormen om de raad te betrekken bij dit project. Een aantal inwoners van Lingewaard is middels diverse klankbordgroepen en cliëntenraden betrokken bij het vormgeven van de veranderingen in het sociale domein. Anderen zijn in 2014 geïnformeerd over onze nieuwe rol per 2015 en de gevolgen die dat voor hen heeft. Ook op dit gebied hebben wij op deze manier invulling gegeven aan het begrip overheidsparticipatie. 10.2.2 Samen met wijkplatforms leefbaarheid in de wijk vergroten In 2014 zijn door de wijkplatforms 45 werkplannen gemaakt om de leefbaarheid in de wijk te vergroten. Over 8 werkplannen is geen overeenstemming bereikt of is het werkplan uitgevoerd door de gemeente zonder een beroep te doen op het budget van de wijkplatforms. Begin juni is de rapportage van de rekenkamercommissie over het onderzoek naar het functioneren van de wijkplatforms en het samenspel tussen wijkplatforms en gemeente aan de raad aangeboden. Op 10 juli 2014 heeft de raad het rapport besproken. De raad heeft onder meer besloten om een discussiebijeenkomst te organiseren tussen raad, college en organisatie over de rol en bijdrage van de wijkplatforms aan de lokale samenleving, waarna de raad duidelijke doelen bepaalt met betrekking tot de kernelementen van het e functioneren van de wijkplatforms. In de 2 helft van 2014 zijn we met de aanbevelingen uit het rapport aan de slag gegaan, samen met de al lopende ontwikkelingen aansluitend op het project ‘overheidsparticipatie’.
81
Jaarverslag 2014 Programma 10 Burger en bestuur
Helaas hebben in de loop van 2014 de wijkplatforms Bemmel-Centrum en Bemmel-West hun werkzaamheden neergelegd. Omdat tussen gemeenteraad en wijkplatforms een fundamentele discussie gevoerd wordt over rol en bijdrage van de wijkplatforms aan de lokale samenleving in relatie tot overheidsparticipatie, is het aantrekken van enthousiaste wijkbewoners voor bemensing van deze wijkplatforms, even geparkeerd.
10.3 Optimaliseren klantgerichte dienstverlening 10.3.1 Waarborgen kwaliteit dienstverlening Om te weten hoe het gesteld is met de kwaliteit van de dienstverlening, zal eerst gemeten moeten worden hoe de klant de dienstverlening ervaart. Hiervoor hebben we in 2014 deelgenomen aan de benchmark publiekszaken (klanttevredenheidsonderzoek). Op de kanalen balie, telefoon en website is aan klanten gevraagd hoe men de kwaliteit van de dienstverlening ervaart. De resultaten van dit onderzoek zijn middels een informatienota aan de gemeenteraad aangeboden. Op het gebied van communicatie zijn de eerste stappen gezet richting een communicatiekalender, waarin is opgenomen over welk onderwerp wanneer en via welk medium gecommuniceerd wordt. Hierbij valt te denken aan informatie over gladheidsbestrijding, bladkorven, reisdocumenten in aanloop naar de zomerperiode etc. In 2014 is een app besteld die te maken heeft met afvalinzameling. In de app is zichtbaar welke afvalsoort op welk moment wordt ingezameld. Deze app zal begin 2015 beschikbaar zijn. Tot 2014 hadden we een gevoel bij de mate waarin telefoontjes in het callcenter werden beantwoord en de mate waarin doorverbonden moest worden. We wisten echter niet hoe de verhouding exact was. Eind 2013 hebben we getest met een zelfbouw registratietool voor telefonie. Vanaf 1 januari 2014 zijn we hiermee live gegaan. Ná een jaar registreren en meten bleek dat we in het callcenter 50,1% van alle binnenkomende calls afwikkelen, deze gaan dus niet de organisatie in (eerste helft van het jaar 49%, tweede helft van het jaar 51,2%). Eigenlijk ligt dit percentage nog hoger omdat telefoontjes voor het Sociale Domein al direct bij binnenkomst via een keuzemenu worden omgeleid naar de belgroepen voor het Sociale Domein. De registratietool is zo handig in onderhoud en gebruik, dat zelfs andere gemeenten interesse hebben getoond. In 2012 zijn we gestart met het werken op afspraak. Ná 3 jaar kunnen we stellen dat er een voorzichtige groei van het aantal afspraken zichtbaar is. In 2014 is er niet nadrukkelijk campagne gevoerd voor het werken op afspraak, dit is voor 2015 wel de bedoeling. Dit komt o.a. tot uiting in de hierboven genoemde communicatiekalender. Onderstaande tabel geeft inzicht in de verdeling tussen de vrije inloop en bezoeken op afspraak. Vrije inloop
Op afspraak
2012
63,28%
36,72%
2013
60,14%
39,86%
2014
56,76%
43,24%
Prestaties Indicator
Doel
Activiteiten
10.3.1
Afhandeling telefonische vragen
Cijfer over Tevredenheid
Waarborgen
door KCC verbeteren
telefonisch contact
kwaliteit
Percentage direct afge-
dienstverlening
handeld calls door KCC
*1 gemeten bij benchmark Publiekzaken 2014, gemiddelde van 74 klantwaarderingen. *2 gemeten door feitelijke registratie o.b.v. 52.109 geregistreerde calls.
82
Raming 2014
Werkelijk 2014
7,7
8,1 (*1)
40%
50,1%(*2)
Jaarverslag 2014 Programma 10 Burger en bestuur
* Registratie van inkomende telefoontjes naar aandachtsgebied over heel 2014.
10.3.2 Burgers tijdig, juist en volledig informeren over specifieke acties van de gemeente Er vindt communicatie plaats met burgers, wijkplatforms en andere specifieke doelgroepen op diverse momenten in een (beleids)proces. De mate van interactie en inzet van middelen varieert daarbij. Dit is zoveel mogelijk afgestemd op de doelgroep en/of de rol die de burger op dat moment heeft. Middelen die zijn ingezet waren de diverse gemeentelijke kanalen, zoals website, twitter, (nieuws)brief, gemeente/ specialpagina, bijeenkomsten etc. Enkele voorbeelden van communicatie over specifieke acties van de gemeente in 2014 zijn: De gemeentepagina/specials rondom de lopende projecten, decentralisaties en de wijkplatforms; de “Lingewaard Terzake”, een kwartaalnieuwsbrief voor ondernemers en de campagne rond de implementatie van het nieuwe afvalbeleid.
10.4 Waarborgen goed bestuur 10.4.1 Integer handelen door bestuur en organisatie Integriteit is een onderwerp dat regelmatig aan de orde dient te komen in zowel het handelen van de raad en college als van de medewerkers. Bij zowel de politieke ambtsdragers als de medewerkers is dit onderwerp besproken in diverse bijeenkomsten. Integriteit is een van de kernwaarden die in de gesprekscyclus met de medewerkers aan de orde is gekomen. Er zijn in 2014 geen meldingen van het vermoeden van misstanden gedaan. 10.4.2 Publieke verantwoording In de programmabegroting 2014 is de programma-indeling gebaseerd op de burgerrollen losgelaten en is gekozen voor een nieuwe thematische indeling met als doel om de begroting als afwegingsinstrument van de raad te verbeteren. Om ervoor te zorgen dat alle doelen in beeld komen, zijn ten behoeve van de nieuwe indeling de doelen van onze structuurvisies als uitgangspunt genomen. De huidige indeling geeft beter dan in het verleden aan wat we willen bereiken, wat we daarvoor gaan doen en hoeveel geld we daarvoor uittrekken. Tevens zijn op het niveau van de prestatiedoelen diverse prestatie-indicatoren uitgewerkt. Deze ontwikkelslagen zijn van belang omdat de kwaliteit van de verantwoording voor een groot deel wordt bepaald door de kwaliteit van de begroting. In dit kader kan nog worden gemeld dat de accountant middels het verslag van bevindingen d.d. 12 juni 2014, een controleverklaring met beperking heeft afgegeven met betrekking tot getrouwheid alsmede rechtmatigheid. Tevens heeft de accountant verklaard dat het jaarverslag 2013, voor zover dat dat door hen kan worden beoordeeld, verenigbaar is met de jaarrekening 2013. Tot slot zijn vijf tussentijdse rapportages aan uw raad voorgelegd, waaronder de voor- en najaarsnota.
83
Jaarverslag 2014 Programma 10 Burger en bestuur
10.4.3 Organiseren verkiezingen Op 19 maart 2014 hebben de gemeenteraadsverkiezingen plaatsgevonden. Deze zijn zonder incidenten verlopen en binnen het budget uitgevoerd. Hetzelfde geldt voor de verkiezingen voor de leden van het Europees Parlement op 22 mei 2014. 10.4.4 Bestuurlijke samenwerking In 2014 is onze gemeente op vele gebieden actief geweest als het gaat om samenwerking. In de meeste gevallen ging het daarbij om niet formele contacten met partners als bedrijven, instellingen en organisaties. Daarnaast was ook sprake van intensief contact met mede overheden, in het bijzonder de provincie en andere gemeenten, voornamelijk in de verschillende regio’s waar Lingewaard onderdeel van is. De formele samenwerking kreeg gestalte in de ‘Verbonden Partijen’. Lingewaard heeft in diverse organisaties en instellingen bestuurlijke bevoegdheden. Hiermee verbindt de gemeente zich aan de andere organisaties, hetgeen ook verantwoordelijkheden en aansprakelijkheid met zich meebrengt. In de paragraaf ‘Verbonden Partijen’ gaan we hier uitgebreider op in. Op deze plaats schetsen we de belangrijkste ontwikkelingen die zich in 2014 op het gebied van samenwerking hebben voorgedaan. In de eerste plaats hebben we nauwe contacten onderhouden met onze buurgemeente Overbetuwe. De gemeente Overbetuwe was ook in 2014 onze natuurlijke strategische partner in het middengebied tussen de beide grote steden. Vanwege de wisseling van colleges is om de continuïteit te waarborgen een overdrachtsdocument voor de samenwerking opgesteld. Daarnaast hebben wij ons ingespannen om samen met de gemeenten Arnhem, Rheden, Renkum en Overbetuwe te komen tot een intergemeentelijke uitvoeringsorganisatie. In oktober 2014 hebben wij echter moeten vaststellen dat een geformaliseerde samenwerking op een beperkt aantal taakvelden onvoldoende meerwaarde opleverde. Na uitgebreid overleg met de andere gemeenten over mogelijke voortzetting hebben deze aangegeven de samenwerking te willen uitbreiden naar een samenwerkingsverband met meer bedrijfsvoeringstaken. Van begin af aan heeft onze gemeente aangegeven een dergelijke beslissing alleen te kunnen nemen na een meer uitgebreid en zorgvuldig onderzoek. Dit had als gevolg dat wij ons uit de samenwerking hebben moeten terugtrekken. Oorspronkelijk was het de bedoeling om in 2014 een nieuwe vorm voor de stadsregio Arnhem - Nijmegen vast te stellen. Omdat de betreffende wet, die mede voorzag in de beëindiging van de WGR+ status, pas in december 2014 is vastgesteld, zijn hiervoor alleen voorbereidende maatregelen getroffen. Belangrijkste mijlpaal daarin was dat de gemeenteraad in augustus 2014 een standpunt heeft bepaald over de toekomst van deze stadsregionale samenwerking. De opheffing van de huidige stadsregio en een besluit over een nieuwe vorm daarvoor zal nu medio 2015 plaats vinden. In het licht van de decentralisaties in het sociale domein heeft ook de regionale samenwerking op dit gebied in 2014 veel aandacht gehad. In het bijzonder is regionaal invulling gegeven aan een aantal taken - meest wettelijk voorgeschreven - en aan de contractering van meerdere zorgaanbieders. De bestuurlijke samenwerking in de regio Arnhem is voorlopig vastgelegd in de structuur van het Bresdo. Mede op initiatief van onze gemeente is eind 2014 gestart met een traject om een definitieve vorm voor deze samenwerking te vinden. Ook hier zal medio 2015 een definitief besluit over genomen moeten worden.
84
Jaarverslag 2014 Programma 10 Burger en bestuur
Wat heeft het gekost? In onderstaande tabel zijn de lasten (+) en baten (-) opgenomen die aan het programma verbonden zijn.
10 Burger en bestuur Nr.
Doel
Productgroep
Lasten 10.1 Regisseren veiligheid voor burgers 10.1.1 Waarborgen brandweerzorg, Brandweer en rampenbestrijding ambulancezorg en rampenbestrijding 10.1.2 Bevorderen veilige woon- en Uitvoering APV en bijz. wetten leefomgeving Handhaving milieu Ongediertebestrijding Handhaving bouw-/woningtoezicht 10.1.3 Beperken overlast Openbare orde en veiligheid 10.2 Vergroten betrokkenheid burgers bij beleidsvorming 10.2.1 Interactie met burgers en andere Inwonerparticipatie algemeen partners over beleidsvorming 10.2.2 Communiceren van besluiten Communicatie inwoners 10.2.2 Samen met wijkplatforms Gebiedscoördinatie wijkplatforms leefbaarheid in de wijk vergroten 10.3 Optimaliseren klantgerichte dienstverlening 10.3.1 Waarborgen kwaliteit van dienst- Burgerzaken verlening Kadaster Grafrechten 10.3.2 Burgers tijdig, juist, volledig informeren over specifieke acties van de gemeente 10.4 Waarborgen goed bestuur 10.4.1 Integer handelen door bestuur & organisatie 10.4.2 Publieke verantwoording Bestuursorganen Bestuursondersteuning college Bestuursondersteuning raad 10.4.3 Organiseren verkiezingen Verkiezingen 10.4.4 Bestuurlijke samenwerking Bestuurlijke samenwerking Internationale samenwerking Totaal lasten Baten 10.1 Regisseren veiligheid voor burgers 10.1.1 Waarborgen brandweerzorg, Brandweer en rampenbestrijding ambulancezorg en rampenbestrijding 10.1.2 Bevorderen veilige woon- en Uitvoering APV en bijz. wetten leefomgeving Handhaving milieu Ongediertebestrijding Handhaving bouw-/woningtoezicht 10.1.3 Beperken overlast Openbare orde en veiligheid 10.2 Vergroten betrokkenheid burgers bij beleidsvorming 10.2.1 Interactie met burgers en andere Inwonerparticipatie algemeen partners over beleidsvorming 10.2.2 Communiceren van besluiten Communicatie inwoners 10.2.2 Samen met wijkplatforms Gebiedscoördinatie wijkplatforms leefbaarheid in de wijk vergroten 10.3 Optimaliseren klantgerichte dienstverlening 10.3.1 Waarborgen kwaliteit van dienst- Burgerzaken verlening Kadaster Grafrechten 10.3.2 Burgers tijdig, juist, volledig informeren over specifieke acties van de gemeente
Rekening 2014
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Rekening 2013
2.188.447
2.246.358
2.159.998
2.322.795
640.940 359.592 135.607 260.200 1.010.435
628.136 368.100 135.100 270.200 1.021.685
650.336 368.100 135.100 270.200 1.021.685
347.128 399.854 83.439 199.803 710.477
60.182
110.160
370.390
379.245
362.960 436.005
362.960 470.020
126.200
115.256
1.510.090 87.208 26.400 -
1.448.290 94.100 26.400 -
1.507.690 76.600 26.400 -
1.326.504 74.834 24.000 -
-
-
-
-
2.040.920 2.620.566 848.682 149.938 286.849 20.210 13.045.232
2.113.900 2.668.215 839.332 143.894 294.910 20.260 13.262.020
2.112.800 3.119.495 902.872 102.094 232.660 52.160 13.234.780
2.366.954 2.417.412 905.959 7.176 291.422 48.742 12.020.998
-89.640
-53.500
-3.500
-174.789
-48.460
-10.000 -
-10.000 -
-46.385
-
-
-
-
-
-
-
-
-788.275 -71 -195.356 -
-775.350 -353.700 -
-775.350 -338.700 -
-689.344 -270.515 -
85
Jaarverslag 2014 Programma 10 Burger en bestuur Nr.
Doel
10.4 Waarborgen goed bestuur 10.4.1 Integer handelen door bestuur & organisatie 10.4.2 Publieke verantwoording
Productgroep
Rekening 2014
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Rekening 2013
-
-
-
-
Totaal baten
-3.681 156 -1.125.328
-1.192.550
-1.127.550
-385.667 -17.102 -1.583.803
Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten
11.919.904
12.069.470
12.107.230
10.437.195
Onttrekking aan reserves Toevoeging aan reserves
-90.207 36.200
-108.960 36.200
36.200
-68.300 -
Gerealiseerd resultaat
11.865.897
11.996.710
12.143.430
10.368.895
10.4.3 Organiseren verkiezingen 10.4.4 Bestuurlijke samenwerking
Bestuursorganen Bestuursondersteuning college Bestuursondersteuning raad Verkiezingen Bestuurlijke samenwerking Internationale samenwerking
Gerealiseerd resultaat ten opzichte van de begroting na wijziging: € 130.813 Voordeel Een globale analyse van de verschillen tussen de begroting en de rekening is opgenomen in hoofdstuk 2 van dit jaarverslag onder ‘Resultaat 2014’. In de jaarrekening is bij elk programma een uitgebreide toelichting opgenomen. In onderstaande tabel is aangegeven ten laste of ten gunste van welke reserve de toevoegingen en onttrekkingen hebben plaatsgevonden: Rekening 2014
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Onttrekking aan reserves Algemene reserve Reserve werkplannen wijkplatforms Reserve opsporing en ruiming niet
Extra kosten controle jaarrekening 2013 Project inwonerparticipatie en werkplannen 2013 Uitgaven ruimen explosieven
-4.460 -17.500 -68.247 -90.207
-4.460 -19.500 -85.000 -108.960
-
Toevoeging aan reserves Reserve onderhoud gebouwen
Toevoeging 2014
36.200 36.200
36.200 36.200
36.200 36.200
86
Jaarverslag 2014 Programma 11 Financiën
Programma 11 Financiën
87
Jaarverslag 2014 Programma 11 Financiën
Wat hebben we bereikt? 11. Gezonde financiële huishouding We hebben gezorgd voor een solide financiële basis door een sluitende meerjarenbegroting 2015-2018 aan te bieden, waarin financiële ruimte is gecreëerd door invoering van precariobelasting op kabels en leidingen.
11.1 Evenwichtige financiële positie Een evenwichtige financiële positie wordt vooral zichtbaar bij de activiteiten die hierna zijn uitgewerkt onder: een sluitende meerjarenbegroting, reserves en voorzieningen die op een aanvaardbaar peil zijn en een beheersbare schuldenlast.
11.2 Acceptabele lokale heffingen In de begroting 2014 zijn twee uitgangspunten geformuleerd voor de vaststelling van de hoogte van de lokale heffingen. Het gaat daarbij om 100% kostendekkendheid (bijvoorbeeld bij de afvalstoffenheffing en het rioolrecht) en het beperken van de stijging van een tarief tot de vastgestelde prijsindexering (bijvoorbeeld bij de OZB). Deze uitgangspunten zijn in 2014 bij het samenstellen van de begroting 2015 gehanteerd.
11.3 Beheersbare risico’s De door de gemeenteraad in 2014 vastgestelde nota risicomanagement en weerstandsvermogen biedt de basis voor een goede inventarisatie en kwalificering van de mogelijke risico’s.
Wat hebben we gedaan? 11.1 Evenwichtige financiële positie 11.1.1 Sluitende meerjarenbegroting Vanwege de gemeenteraadsverkiezingen en de korte periode die het college had om zich voor te bereiden op een kadernota is een kaderbrief opgesteld waarin de gemeenteraad is geïnformeerd over de verwachte ontwikkeling van het financieel kader voor de meerjarenbegroting 2015-2018. Daarbij was al wel duidelijk dat het honoreren van alle voorstellen zoals deze waren opgenomen in de Voorjaarsnota 2014 en de concept Kadernota 2015 zou leiden tot een tekort in alle jaarschijven van de begroting 2015-2018. Het maken van keuzes was dan ook onvermijdelijk. In september 2014 is een sluitende meerjarenbegroting 2015-2018 aan de gemeenteraad aangeboden, waarbij alleen de jaarschijf 2015 een tekort vertoonde. De begroting 20152018 is op 13 november 2014 door de gemeenteraad vastgesteld. 11.1.2 Reserves en voorzieningen op een aanvaardbaar peil Het totaal reserves en voorzieningen is gestegen van € 58 miljoen eind 2013 naar € 69 miljoen eind 2014 (zie H 2.3). Voor de financiële gevolgen van de in 2013 vastgestelde beheerplannen is nog geen volledige dekking aanwezig. Daardoor is het nog niet gelukt de bestemmingsreserves voor het onderhoud om te vormen naar voorzieningen. Eind 2014 is gestart met het samenstellen van een actueel overzicht van de reserves en voorzieningen, welk overzicht in februari 2015 aan de gemeenteraad is verstrekt. 11.1.3 Beheersbare schuldratio De liquiditeitsprognose, op basis waarvan wordt ingeschat of en wanneer nieuwe geldleningen moeten worden afgesloten, is in 2014 twee keer geactualiseerd. Hieruit bleek dat door het later uitvoeren van
88
Jaarverslag 2014 Programma 11 Financiën
investeringen voorlopig nog met kort geld gefinancierd kon worden. Daarom was het niet nodig om in 2014 nieuwe langlopende geldleningen af te sluiten.
11.2 Acceptabele lokale heffingen 11.2.1 Kostendekkendheid heffingen, rechten en leges De tarieven van onze heffingen, rechten en leges zijn in de begroting 2014 berekend en vastgesteld op basis van kostendekkendheid. Bij het opstellen in 2014 van de begroting 2015 bleek alleen de kostendekkendheid van de bouwleges niet toereikend en zich te beperken tot 35%. In de begroting 2015 zijn voorstellen gedaan om het dekkingspercentage de komende jaren te vergroten. 11.2.2 Acceptabele woonlasten De totale gemeentelijke woonlasten in Lingewaard worden vergeleken met de gemiddelde gemeentelijke woonlasten in Nederland. Dit doen we op basis van de Atlas van de lokale lasten van Coelo (Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden). In 2012 waren de woonlasten in Lingewaard15% hoger dan de gemiddelde woonlasten, in 2013 12,5% en in 2014 10,6%. Hieraan zien we dat na de grote aanpassing van het OZB-tarief in 2012 de woonlasten in Lingewaard zich langzaam bewegen richting het gemiddelde van Nederland.
11.3 Beheersbare risico’s 11.3.1 Inventariseren en kwantificeren risico’s In 2014 zijn bij het samenstellen van de jaarrekening 2013 en de begroting 2015 inventarisaties uitgevoerd naar de mogelijke risico’s. De resultaten daarvan zijn in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing van deze p&c-documenten opgenomen. In 2014 is door de gemeenteraad een nieuwe nota risicomanagement en weerstandsvermogen vastgesteld. Op basis van de nieuwe nota is bij de jaarstukken 2014 de inventarisatie van de risico’s uitgevoerd. 11.3.2 Treffen van beheersmaatregelen Zoals ook aangegeven onder 11.3.1 is bij de jaarstukken 2014 een inventarisatie van de risico’s uitgevoerd op basis van de nieuwe nota risicomanagement en weerstandsvermogen. Afhankelijk van de bevindingen bij de inventarisatie zijn beheersmaatregelen beschreven. 11.3.3 Voldoende weerstandsvermogen Eind 2014 is de ratio van het weerstandsvermogen (dat wil zeggen de verhouding tussen de beschikbare middelen en de mogelijke financiële gevolgschade van de risico’s) 1,35. De gemeente streeft naar een ratio van het weerstandsvermogen dat tussen de 1,0 en 1,4 ligt. Hieraan is voldaan, dus er is voldoende weerstandsvermogen. In paragraaf 4.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing is de berekening van de ratio opgenomen.
89
Jaarverslag 2014 Programma 11 Financiën
Wat heeft het gekost? In onderstaande tabel zijn de lasten (+) en baten (-) opgenomen die aan het programma verbonden zijn.
11 Financiën Nr.
Doel
Productgroep
Lasten 11.1 Evenwichtige financiële positie 11.1.1 Sluitende meerjarenbegroting Algemene uitkering Algemene baten en lasten Saldo van kostenplaatsen 11.1.2 Reserves en voorzieningen op een Mutaties reserves programma 1 aanvaardbaar peil t/m 11 11.1.3 Beheersbare schuldratio Overige financiële middelen Geldleningen en uitzettingen 11.2 Acceptabele lokale heffingen 11.2.1 Kostendekkendheid heffingen, Afvalstoffenheffing rechten en leges Rioolrechten Gemeentelijke belastingen 11.2.2 Acceptabele woonlasten Uitvoering wet WOZ Onroerende zaakbelasting 11.3 Beheersbare risico’s 11.3.1 Inventariseren en kwantificeren Inventariseren en kwantificeren risico’s risico's 11.3.2 Treffen beheersmaatregelen Beheersmaatregelen risico's verkleinen 11.3.3 Voldoende weerstandsvermogen Weerstandsvermogen Totaal lasten
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Rekening 2013
101.018 2.040.959 -
731.412 3.219.238 -
2.406.202 -31.668 -
564 220.213 1.782.806 -
2.963 305.908
2.880 313.610
2.880 301.610
2.663 325.373
146.571 146.538 388.594 542.028
136.600 136.700 351.700 394.050
136.600 136.700 351.700 410.300
132.007 132.007 370.556 412.051
16.000
16.000
-
-
16.000
16.000
-
-
8.000 3.714.579
8.000 5.326.190
3.714.324
3.378.241
-37.508.700 -1.814.021 -1.849.895
-37.239.000 -636.165 -1.712.801
-37.207.000 -4.915 -1.643.478
-35.652.925 -74.885 -1.644.573 -
-126.210 -2.706.860
-121.000 -2.543.948
-121.000 -2.543.948
-124.849 -3.113.528
-2.947.047 -3.995.525 -898.156 -129.531 -10.238.966
-3.023.200 -3.965.400 -904.300 -10.205.000
-3.023.200 -3.965.400 -308.300 -10.315.000
-2.958.557 -3.670.852 -368.333 -10.394.453
-62.214.910
-60.350.814
-59.132.241
-58.002.954
-58.500.331
-55.024.624
-55.417.917
-54.624.714
Onttrekking aan reserves Toevoeging aan reserves
-462.878 1.910.000
-841.975 1.721.600
-585.100 1.721.600
-704.966 1.713.200
Gerealiseerd resultaat
-57.053.209
-54.144.999
-54.281.417
-53.616.480
Saldo programma 11 Af: algemene dekkingsmiddelen
-58.500.331 -51.210.432
-55.024.624 -50.719.299
-55.417.917 -50.201.300
-54.624.714 -49.358.259
-7.289.899
-4.305.325
-5.216.617
-5.266.454
Baten 11.1 Evenwichtige financiële positie 11.1.1 Sluitende meerjarenbegroting Algemene uitkering Algemene baten en lasten Saldo van kostenplaatsen 11.1.2 Reserves en voorzieningen op een Mutaties reserves programma 1 aanvaardbaar peil t/m 11 11.1.3 Beheersbare schuldratio Overige financiële middelen Geldleningen en uitzettingen 11.2 Acceptabele lokale heffingen 11.2.1 Kostendekkendheid heffingen, Afvalstoffenheffing rechten en leges Rioolrechten Gemeentelijke belastingen 11.2.2 Acceptabele woonlasten Uitvoering wet WOZ Onroerende zaakbelasting 11.3 Beheersbare risico’s 11.3.1 Inventariseren en kwantificeren Inventariseren en kwantificeren risico’s risico's 11.3.2 Treffen beheersmaatregelen Beheersmaatregelen risico's verkleinen 11.3.3 Voldoende weerstandsvermogen Weerstandsvermogen Totaal baten Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten
Saldo 5 cf. programmarekening
90
Rekening 2014
Jaarverslag 2014 Programma 11 Financiën
Gerealiseerd resultaat ten opzichte van de begroting na wijziging: € 2.984.574 Voordeel Een globale analyse van de verschillen tussen de begroting en de rekening is opgenomen in hoofdstuk 2 van dit jaarverslag onder ‘Resultaat 2014’. In de jaarrekening is bij elk programma een uitgebreide toelichting opgenomen. In onderstaande tabel is aangegeven ten laste of ten gunste van welke reserve de toevoegingen en onttrekkingen hebben plaatsgevonden: Rekening 2014
Onttrekking aan reserves Algemene reserve Algemene reserve Reserve onderhoud gebouwen Reserve reorganisatie archieven Reserve dgitaliseren documenten en archieven Reserve bedrijfsvoering Toevoeging aan reserves Algemene reserve Algemene reserve Reserve onderhoud gebouwen
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 primitief
Dekking incidentele kosten ODRA Rente Vitens komt ten gunste van de exploitatie Uitvoeren onderhoudsplannen Inhuur actualiseren archieven Digitaliseren archief en project zaakgericht werken
-85.100 -100.000 -111.321 -94.457
-85.100 -100.000 -155.725 -92.000 -308.000
-85.100 -100.000 -92.000 -308.000
Inhuur tijdelijk manager
-72.000 -462.878
-101.150 -841.975
-585.100
1.318.400 104.500 487.100 1.910.000
1.130.000 104.500 487.100 1.721.600
1.130.000 104.500 487.100 1.721.600
Storting gedeelte bespaarde rente Dekking amendementen begrotingsraad Toevoeging 2014
91
Jaarverslag 2014 Programma 11 Financiën
92
Jaarverslag 2014
Hoofdstuk 4 Algemene dekkingsmiddelen/onvoorzien Algemene dekkingsmiddelen Onderstaande tabel geeft een overzicht van de algemene dekkingsmiddelen. Het betreft met name de OZB en de uitkeringen uit het gemeentefonds. Deze middelen kennen in tegenstelling tot heffingen als het rioolrecht of de afvalstoffenheffing geen vooraf bepaald bestedingsdoel. Overzicht algemene dekkingsmiddelen (bedragen in duizenden euro’s) 247/195/52 Algemene dekkingsmiddelen
Rekening 2014
Begroting 2014 na wijziging
Begroting 2014 Primitief
Onroerende zaakbelasting
10.239
10.205
10.315
Algemene uitkering
37.508
37.239
37.207
126
121
121
2.438
2.250
2.250
Precariobelasting
510
523
0
Overige dekkingsmiddelen
388
380
308
51.209
50.718
50.201
Dividenden Bespaarde rente reserves en voorzieningen
Totaal algemene dekkingsmiddelen
Onroerende zaakbelasting Het betreft de OZB. Zie paragraaf 5.1 “Lokale heffingen” voor een toelichting op het verschil tussen de rekening 2014 en de begroting 2014 na wijziging. Algemene uitkering Over 2012 en 2013 zijn nabetalingen ontvangen uit het gemeentefonds. Deze nabetalingen worden veroorzaakt door actualisatie van de uitgavenmaatstaven (o.a. OZB-waarden, Wmo) waarmee het Rijk de algemene uitkering berekent. Specificatie: Over 2012 een nabetaling van Over 2013 een nabetaling van In 2014 de gevolgen van de decembercirculaire en de nacalculatie als gevolg van gewijzigde aantallen.
80.000 255.000 -66.000
Hogere opbrengst algemene uitkering in 2014
269.000
Dividenden De gemeente Lingewaard ontvangt jaarlijks dividenduitkeringen uit hoofde van aandelenbezit. Dividenden moeten verantwoord worden in het jaar waarin het recht op het ontvangen van dividend ontstaat oftewel in het jaar waarin de algemene vergadering van aandeelhouders beslist over het dividend. 93
Jaarverslag 2014
Dividend
Vitens 2013 BNG 2013 Totaal
Rekening 2014
Begroting 2014 na wijziging
101.700
96.000
24.500
25.000
126.200
121.000
Na de verkoop van de aandelen van Grondbank GMG BV heeft de gemeente het aandeelhouderschap gecontinueerd in de Nazorg Bodem Holding BV. De aandeelhoudersvergadering geeft als richtlijn voor het toekomstig dividendbeleid van Nazorg Bodem, dat de komende jaren vanaf 1 januari 2009 geen dividend wordt uitgekeerd. Eerst wordt gezorgd voor een verbetering van de vermogenspositie. Bespaarde rente reserves en voorzieningen De renteopbrengsten worden beschouwd als vrij besteedbare middelen. De hierdoor bespaarde rente (4% van de stand van de reserves en voorzieningen per 1 januari 2014 ad € 60.959.883) wordt verantwoord in de exploitatie. Deze rente werd voorheen volledig in de algemene reserve gestort. Bij de vaststelling van de kadernota 2010 is besloten een gedeelte van de bespaarde rente met ingang van 2010 als algemeen dekkingsmiddel in te zetten voor de (exploitatie)begroting en het restant af te storten naar de algemene reserve. Als de bespaarde rente hoger is dan begroot, wordt er meer gestort in de algemene reserve dan begroot. Precariobelasting De precariobelasting is in 2014 voor het eerst ingevoerd. Het is een belasting op het hebben van kabels en leidingen. De opbrengst is lager dan begroot, omdat er 9 km minder aan kabellengte in de openbare gemeentegrond aanwezig is dan oorspronkelijk geraamd. Overige algemene dekkingsmiddelen Betreft in 2014 de hondenbelasting, de toeristenbelasting en de reclamebelasting. De reclamebelasting was ten tijde van het opstellen van de Programmabegroting 2014 nog niet ingevoerd en de raming van de reclamebelasting was daarom niet opgenomen in de telling van de primitieve begroting (€ 72.500). De opbrengst van de reclamebelasting wordt na aftrek van de perceptiekosten volledig doorgesluisd naar het ondernemersfonds. In de paragraaf Lokale heffingen vindt u een nadere toelichting op de mate van kostendekkendheid van deze belastingen.
Onvoorzien Lingewaard had tot 2010 als beleid om jaarlijks een bedrag voor onvoorzien van € 100.000 op te nemen, waarvan € 25.000 voor onvoorziene organisatiekosten. In de Kadernota 2010 is besloten om vanaf het jaar 2011 de post onvoorzien te ramen op nihil.
94
Jaarverslag 2014
Hoofdstuk 5 De Paragrafen 5.1 Lokale heffingen 5.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing 5.3 Onderhoud kapitaalgoederen 5.4 Financiering 5.5 Bedrijfsvoering 5.6 Verbonden partijen 5.7 Grondbeleid
95
Jaarverslag 2014
Wat staat er in de paragrafen? De paragrafen zijn een verplicht onderdeel van het jaarverslag. Ze geven de raad een beleidsmatig inzicht in beheersmatige zaken. De programma’s geven informatie per ‘beleidsveld’, de paragrafen geven informatie over de gemeente in zijn geheel. De volgende paragrafen zijn opgenomen: De paragraaf lokale heffingen In deze paragraaf wordt stilgestaan bij de gemeentelijke belastingen en heffingen in 2014. Daarbij komen de geraamde en de gerealiseerde inkomsten, de tarieven en de kostendekkendheid aan bod. De paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing In deze paragraaf is enerzijds een risico-inventarisatie opgenomen en anderzijds een uiteenzetting van de beschikbare middelen die er zijn om de risico’s op te vangen. De verhouding hiertussen bepaalt of er voldoende weerstandsvermogen is. Dit wordt uitgedrukt in een ratio voor het weerstandsvermogen. De paragraaf onderhoud kapitaalgoederen De gemeente Lingewaard heeft een groot vermogen geïnvesteerd in kapitaalgoederen in de vorm van wegen, openbare verlichting, riolering, groen, speelvoorzieningen, water, sportvoorzieningen, gemeentegebouwen en onderwijsgebouwen. In deze paragraaf is per onderdeel toegelicht wat we gedaan hebben om het onderhoud van de gemeentelijke kapitaalgoederen te waarborgen in 2014. De paragraaf financiering De paragraaf financiering beschrijft hoe de gemeente omgaat met de financieringsbehoefte. Daarbij komen de algemene ontwikkelingen, het risicobeheer en de financiering in 2014 aan bod. De paragraaf bedrijfsvoering Deze paragraaf gaat in op allerlei interne ontwikkelingen binnen de gemeentelijke organisatie, die erop gericht zijn een zo goed mogelijke dienstverlening aan de burgers te kunnen verstrekken en een zorgvuldige besluitvorming te kunnen garanderen. De paragraaf verbonden partijen De gemeente werkt vaak samen met andere partijen om bepaalde doelen te bereiken. Als deze samenwerking in een bestuurlijke en financiële vorm wordt gegoten, spreken we van een verbonden partij. In deze paragraaf worden alle partijen, met welke de gemeente een band heeft nader toegelicht. De paragraaf grondbeleid Deze paragraaf bevat het jaarverslag bouwgrondexploitatie 2014. Per project wordt uiteengezet wat we in 2014 hebben gedaan en zijn enkele financiële gegevens opgenomen, zoals het verwachte eindresultaat. Bij sommige projecten is de verliesvoorziening bijgesteld of is er verlies of winst genomen. Dit leidt tot een nieuwe stand van de voorziening verliesgevende projecten en van de algemene reserve grondexploitatie.
96
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.1 Lokale heffingen
Paragraaf 5.1 Lokale heffingen Geraamde en gerealiseerde inkomsten Tabel A.1 Geraamde inkomsten lokale heffingen (bedragen in duizenden euro’s) Belasting Realisatie Realisatie Raming Realisatie 2012 2013 2014 2014 OZB
Verschil 2014
10.184
10.394
10.205
10.239
34
Afvalstoffenheffing
3.184
2.959
3.023
2.947
-76
Rioolheffing
3.492
3.671
3.965
3.996
31
Precariobelasting
0
0
523
510
-13
Hondenbelasting
215
213
221
214
-7
Toeristenbelasting
49
84
87
107
20
Reclamebelasting
0
71
72
67
-5
17.124
17.392
18.096
18.080
-16
Totaal lokale heffingen
De lokale heffingen 2014 OZB De gerealiseerde opbrengst van de OZB ligt 0,33% boven de raming. Dit is in lijn met de raming. Afvalstoffenheffing De opbrengst van de afvalstoffenheffing wijkt 2,5% af van de raming. De trend is dat de opbrengst van het diftarkohier de laatste jaren licht daalt waardoor de opbrengst bij gelijkblijvende tarieven ook afneemt. Vanaf 1 januari 2015 is er een nieuwe inzamelmethodiek met een lager tarief per lediging. De verwachting is dat de opbrengst daardoor zal dalen. Daar staat tegenover dat er ook minder inzamelkosten zijn. Rioolheffing De opbrengst van de rioolheffing is in lijn met de raming. Hondenbelasting De afgelopen twee jaar is in de gehele gemeente een huis aan huiscontrole uitgevoerd. Dat heeft geen grote aantallen nieuwe honden opgeleverd. De conclusie is dat de raming voor de opbrengst iets te hoog is geweest. In 2013 waren de perceptiekosten € 44.000. De raming voor 2014 had hier op aangepast moeten worden. Dit is abusievelijk niet gebeurd. De onderschrijding van de onderhoudskosten is het gevolg van minder schade aan de inventaris van de uitlaatstroken. Toeristenbelasting De opbrengst 2014 ligt beduidend hoger dan de raming. In 2014 zijn de grootste recreatieve ondernemingen ter plaatse gecontroleerd wat heeft geresulteerd in een éénmalige navordering van € 20.000 uit het jaar 2013. 97
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.1 Lokale heffingen
Reclamebelasting In 2013 is reclamebelasting ingevoerd voor de kernen Bemmel, Gendt en Huissen. De netto opbrengst van deze belasting wordt aangewend voor de ondernemersfondsen in deze kernen. De heffing bestaat uit twee onderdelen, een vast bedrag per perceel en een variabel bedrag dat afhangt van de WOZ-waarde. De opbrengst is achter gebleven ten opzichte van de raming. Dit komt door meer leegstand en een lagere totale WOZ-waarde dan geraamd. De perceptiekosten van de reclamebelasting worden verrekend met het ondernemersfonds. Precariobelasting Op 1 juli 2014 is een belasting op het hebben van kabels en leidingen in de gemeente ingevoerd. Bij nameting van het te belasten gasleidingnetwerk bleek er 9 km minder aan kabellengte in openbare gemeentegrond aanwezig dan oorspronkelijk geraamd. Hierdoor is opbrengst wat lager dan begroot. Wet WOZ Jaarlijks wordt een nieuwe WOZ-waarde afgegeven voor alle onroerende zaken binnen de gemeente. De peildatum voor de waardering ligt één jaar voor het jaar van de heffing. De waardepeildatum voor de taxaties 2014 was 1 januari 2013. Gemiddelde WOZ-waarde. De daling van de woningwaarden is nu duidelijk zichtbaar geworden. De gemiddelde WOZ-waarde in 2014 bedroeg € 234.000 en komt nu per 1 januari 2015 uit op € 228.000. Een daling van 2,5%. De grote waardedalingen van de afgelopen jaren lijkt nu af te vlakken.
Grafiek 1. Verloop gemiddelde woningwaarde in de gemeente Lingewaard. Kwijtschelding gemeentelijke heffingen Kwijtscheldingen Afvalstoffenheffing Rioolrecht Hondenbelasting Totaal 98
Werkelijk 2012 79.000 87.000 4.700 170.700
Werkelijk 2013 77.000 95.000 4.400 176.400
Begroot 2014 80.000 88.000 5.500 173.500
Werkelijk 2014 79.000 108.000 5.200 192.200
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.1 Lokale heffingen
De aanspraak op de kwijtschelding is de afgelopen jaren fors toegenomen. De economische malaise doet zich hier gelden. Het basistarief afvalstoffenheffing is de afgelopen jaren wat verlaagd wat zich heeft vertaald in een stabiel kwijtscheldingbedrag, terwijl het gestegen tarief voor de rioolheffing resulteert in een hoger bedrag aan kwijtschelding.
De tarieven Omschrijving
2010
2011
2012
2013
2014
Tarieven OZB*: - woningen (eigenaar) - niet-woningen (eigenaar) - niet-woningen (gebruiker)
0,0949% 0,1595% 0,1274%
0,1034% 0,1666% 0,1331%
0,1661% 0,2630% 0,2101%
0,1736% 0,2736% 0,2186%
0,1843% 0,2877% 0,2299%
Afvalstoffenheffing: - vast bedrag - grootste container, 26 ledigingen - kleinste container, 26 ledigingen - hoogbouw, 1-pers.huishouden - idem, meerpersoonshuishouden
€ 104,00 € 85,80 € 58,50 € 149,00 € 176,00
€ 104,00 € 85,80 € 58,50 € 149,00 € 176,00
€ 104,00 € 85,80 € 58,50 € 149,00 € 176,00
€ 93,00 € 85,80 € 58,50 € 149,00 € 176,00
€ 93,00 € 85,80 € 58,50 € 138,00 € 165,00
Rioolheffing
€ 159,70
€ 168,00
€ 178,00
€ 186,60
€ 201,60
€ 49,35
€ 50,00
€ 51,25
€ 52,20
€ 53,04
Hondenbelasting, per hond
Toeristenbelasting, per € 0,50 € 0,80 € 1,00 € 1,00 overnachting * Het tarief is een percentage van de WOZ-waarde van de woningen en de niet-woningen.
€ 1,00
Toelichting OZB Voor het jaar 2014 zijn de OZB-tarieven voor woningen en niet-woningen verhoogd met de prijsindex van 1,6%. Door de waardedaling heeft nog een opwaartse correctie plaatsgevonden voor het woning- en het niet-woningtarief. Afvalstoffenheffing De afvalstoffenheffing is gebaseerd op het zogenaamde Diftar-systeem. Dit betekent dat naast een vast bedrag per huishouden het aantal containerledigingen in een jaar wordt afgerekend bij afzonderlijke aanslag. Deze aanslag wordt opgelegd in het opvolgende jaar na de ledigingen. In 2014 is het vastrecht voor de huishoudens die gebruik maken van verzamelcontainers met € 11,00 verlaagd nadat eerder het vaste bedrag voor de laagbouw met dit bedrag was aangepast. De overige tarieven voor de afvalstoffenheffing zijn ongewijzigd gebleven. Rioolheffing Per 1 januari 2014 zijn de tarieven verhoogd met de prijsindex van 1,6%. Vanaf 2014 zijn de tarieven gebaseerd op een nieuw verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan waarbij naast prijsindexcorrecties ieder jaar tot en met 2017 het tarief met 6,5% wordt verhoogd.
99
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.1 Lokale heffingen
Hondenbelasting Voor het jaar 2014 is het tarief met het prijsindexcijfer verhoogd tot € 53,04. Toeristenbelasting Bij amendement is in de raadsvergadering van 15 december 2011 het tarief verhoogd van € 0,80 naar € 1,00. Omdat prijsindexcorrecties bij deze belasting leidt tot verhogingen met centen wordt het tarief eens per 4 jaar bijgesteld. In 2016 volgt de eerste aanpassing op basis van de prijsindex.
Kostendekkendheid Onderstaand is de mate van kostendekkendheid van de heffingen weergegeven. Algemeen: voor de toelichtingen op de verschillen tussen Begroting en Rekening verwijzen wij u naar de toelichtingen in de jaarrekening 2014. Overzicht kostendekking Prestatie- Programmaafvalstoffenheffing doel begroting 2014 Lasten: Afvalstoffen algem een 9.2.3 98.000 Huishoudafval 9.2.3 1.848.000 Overige afvalstoffen 9.2.3 327.000 Inzam eling chemisch afval 9.2.3 40.000 Perceptiekosten afvalstoffenheffing 11.2.1 137.000 Kwijtscheldingen afvalstoffenheffing 11.2.1 80.000 Compens abele BTW * 493.000 subtotaal lasten 3.023.000 Baten: Opbrengs t afvalstoffenheffing subtotaal baten
11.2.1
-3.023.000 -3.023.000
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
157.172 1.913.000 251.600 40.000 137.000 80.000 493.000 3.071.772
161.282 1.771.582 163.766 50.884 159.183 79.319 514.700 2.900.715
-3.023.000 -3.023.000
-2.947.047 -2.947.047
Saldo 48.772 -46.332 Dekkingspercentage 100% 98% 102% Het s aldo van de afvalinzameling wordt toegevoegd aan de bestemmingsreserve Afvalstoffenheffing.
Overzicht kostendekking rioolheffing Lasten: Vrijverval rioleringen Rioolgemalen Algemeen rioolbeheer Perceptiekosten rioolheffing Kwijtscheldingen rioolheffing Compens abele BTW * subtotaal lasten Baten: Opbrengs t rioolheffing subtotaal baten
Prestatie- Programmadoel begroting 2014
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
9.2.1 9.2.1 9.2.1 11.2.1 11.2.1
725.000 620.000 2.227.000 137.000 88.000 600.000 4.397.000
724.588 659.610 2.227.094 136.700 88.000 600.420 4.436.412
708.279 609.386 1.989.555 159.183 107.729 313.480 3.887.612
11.2.1
-3.965.000 -3.965.000
-3.965.400 -3.965.400
-3.995.525 -3.995.525
Saldo 432.000 471.012 Dekkingspercentage 90% 89% Het s aldo wordt toegevoegd aan de bestem mingsreserve Riolering en waterzuivering.
-107.913 103%
* De compensabele BTW op rekening basis omvat de bij het BTW-compensatiefonds gedeclareerde BTW over de exploitatie en de investeringen (op afschrijvingsbasis).
100
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.1 Lokale heffingen
Overzicht kostendekking Prohondenbelasting gramma Lasten: Aanleg, beheer en reinigen 9.1.2 hondentoiletten Gemeentelijke uren 0 Bijzondere ops poringsambtenaar 0 Perceptiekosten 11.2.1 Controle hondenbelasting 11.2.1 Kwijtscheldingen hondenbelasting 11.2.1 subtotaal lasten Baten: Opbrengst hondenbelasting subtotaal baten
11.2.1
Saldo Dekkingspercentage
11.2.1
Saldo Dekkingspercentage
Saldo Dekkingspercentage
Rekening 2014
113.000
94.000
75.813
11.440 43.500 16.820 10.000 5.500 200.260
11.440 43.500 16.820 10.000 5.500 181.260
11.440 43.500 48.240 6.284 5.198 190.475
-221.000 -221.000
-221.000 -221.000
-214.443 -214.443
-39.740 122%
-23.968 113%
Programmabegroting 2014
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
34.230 58.770 1.680 94.680
16.733 76.220 1.680 94.633
18.692 64.387 4.820 800 88.699
-87.300 -87.300
-87.300 -87.300
-106.556 -106.556
7.380 92%
Overzicht kostendekking Proreclamebelasting gramma Lasten: Ondernemersfonds 4.2.3 Perceptiekosten 11.2.1 subtotaal lasten Baten: Opbrengst reclamebelasting subtotaal baten
Begroting 2014 na wijziging
-20.740 110%
Overzicht kostendekking Protoeristenbelasting gramma Lasten: Stimulering kleinschalig toerisme 4.1.1 Toeris me / Subsidies 4.1.2 Perceptiekosten 11.2.1 Controle toeristenbelas ting 11.2.1 subtotaal lasten Baten: Opbrengst toeristenbelas ting subtotaal baten
Programmabegroting 2014
Programmabegroting 2014
7.333 92%
-17.857 120%
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
-
69.850 2.650 72.500
64.506 2.650 67.156
-
-72.500 -72.500
-67.156 -67.156
11.2.1
0%
100%
100%
101
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.1 Lokale heffingen
102
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Paragraaf 5.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing 1. Inleiding Artikel 11 van Het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) schrijft voor dat gemeenten beleid moeten formuleren over de weerstandscapaciteit en de risico’s. Tweemaal per jaar wordt via de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing in de gemeentebegroting en het jaarverslag een oordeel gegeven over de toereikendheid van het weerstandsvermogen. Het weerstandsvermogen geeft de mate aan waarin de gemeente in staat is om financiële en budgettaire tegenvallers op te vangen, zonder dat dit leidt tot een directe aanpassing van het beleid. Het weerstandsvermogen wordt berekend door de benodigde weerstandscapaciteit, de risico's, af te zetten tegen de beschikbare weerstandscapaciteit, de middelen.
2. Risicobeleid In november 2014 is de nieuwe nota Risicomanagement & weerstandsvermogen 2014-2017 vastgesteld. Hierin is opgenomen dat risico’s aan de hand van een risicoprofiel (kans x gevolg) worden beoordeeld en het weerstandsvermogen middels een ratio wordt beoordeeld. Risicomanagement heeft een prominente plek binnen de P&C-cyclus van de gemeente. Het is een continuproces. Bij de jaarrekening en de programmabegroting wordt hierover gerapporteerd. In plaats van een periodieke inventarisatie moet risicomanagement bij de gemeente een manier van denken worden. Risicomanagement is onderdeel van de ‘kanttekeningen’ in college- en raadsvoorstellen en dient zo als hulpmiddel bij het nemen van besluiten door zowel college als Raad.
3. Weerstandscapaciteit We onderscheiden de benodigde weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. De hoogte van de benodigde weerstandscapaciteit wordt bepaald door het totaal van de risico’s (met financiële gevolgen) die de gemeente loopt. Het risico wordt bepaald op basis van een waardering van de waarschijnlijkheid (kans) en de omvang van ieder risico afzonderlijk (gevolg). De beschikbare weerstandscapaciteit is te omschrijven als de omvang van de beschikbare financiële middelen om onverwachte financiële tegenvallers op te vangen. Het is als het ware een buffer om er voor te zorgen dat bestaand beleid en voorzieningen niet in gevaar komen, als risico’s werkelijk worden. De gemeente rekent de volgende componenten tot de beschikbare weerstandscapaciteit: 1. Onbenutte belastingcapaciteit 2. Buffervermogen 3. Stille reserves 4. Post onvoorzien 5. Vrij beschikbare deel van de algemene reserve. 1. Sinds eind 2014 hanteert de provincie financiële kengetallen om de begroting te beoordelen. Het kengetal ‘lokale lasten’ wordt berekend door het ozb-tarief van de gemeente te vergelijken met het gemiddelde ozb-tarief en met de norm voor artikel 12. Ligt het tarief boven de artikel 12-norm, zoals in Lingewaard, dan wordt dat als onvoldoende beschouwd. Er is dan volgens de provincie geen onbenutte belastingcapaciteit tot deze norm aanwezig. Tot en met de programmabegroting 2015 werd voor de 103
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing
2.
3.
4. 5.
berekening van de onbenutte belastingcapaciteit de gemeente Lingewaard vergeleken met de gemeente met de hoogste gemeentelijke woonlasten. Dit was mogelijk omdat er geen wettelijke begrenzing aan de stijging van de ozb zit. Het voornemen is echter om de onroerende zaakbelasting niet te laten stijgen. Mede hierom en om aan te sluiten bij de beoordeling van de provincie gaan we er van uit dat de onbenutte belastingcapaciteit nul is. Het buffervermogen is het vermogen waarvan de raad besluit dat het minimaal beschikbaar moet zijn om de risico’s te dekken. Om te voldoen aan de in de nota opgenomen eisen, moet de buffer minimaal gelijk of hoger zijn dan de geraamde totale gevolgschade van de risico’s. De stille reserve is het verschil tussen de boekwaarde en de marktwaarde van de panden in gemeentelijk bezit, die niet aan de bedrijfsuitvoering zijn gebonden en we dus zouden kunnen verkopen. Per 31-12-2014 is de stille reserve € 2.434.000. De post onvoorzien is nul. De stand van de algemene reserve inclusief het beklemde deel van € 30.500.000 is eind 2014 € 39.722.000. Beschikbaar voor de weerstandscapaciteit € 9.222.000.
Totaal beschikbare weerstandscapaciteit eind 2014: € 2.434.000 en € 9.222.000 = € 11.656.000.
4. Risico’s De risico inventarisatie vindt plaats op basis van de inschatting van de kans van optreden en het financiële gevolg. We hanteren hierbij klassen van 1 tot 5. Hierbij oplopend van kans en financieel gevolg. Voor een verdere toelichting op dit systeem van risicobeoordeling verwijzen wij naar het vastgestelde beleid voor het risicomanagement van november 2014. Hieronder is schematisch weergegeven wat de risico’s zijn voor de gemeente. Ingevolge de nota worden de risico’s met een risicoscore van minimaal 15 gerapporteerd. Voor de volledige informatievoorziening is in deze fase gekozen alle risico’s tot € 75.000 in onderstaand overzicht op te nemen. Voor deze weergave is geen onderscheid gemaakt tussen de incidentele en de structurele risico’s.
104
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Nr
Risico
Omschrijving
Kans Gevolg Risicoscore Gevolgschade
1
Bergerden
Het risico dat verkoop van (glas)tuinbouwkavels stagneert en de daarmee gepaard gaande forse nadelige gevolgen voor de grex.
5
5
25
€ 2.150.000
2
Transitie jeugdzorg
5
4
20
€ 800.000
3
SW-sector binnen Participatiewet Decentralisatie AWBZ / WMO 2015
Het risico van budgetoverschrijding bij inzet (individuele) jeugdzorg op grond van het ondersteuningsplan. Het risico van budgetoverschrijding als gevolg van de invoering van de nieuwe participatiewet. Het risico van budgetoverschrijding bij het uitvoeren van WMO contracten BG, vervoer, verblijf en beschermd wonen.
5
4
20
€ 600.000
5
4
20
€ 450.000
5
4
20
€ 400.000
3
5
15
€ 2.325.000
5
3
15
€ 350.000
3
4
12
€ 750.000
3
4
12
€ 200.000
5
2
10
€ 100.000
2
4
8
€ 100.000
2
4
8
€ 100.000
4
2
8
€ 75.000
4 5 6 7 8 9
10
11 12 13
14
Budget Sociaal domein jeugd/WMO 2015 Programmatische afzetrisico's bedrijfskavels Hulp bij het huishouden
Het risico dat er een tekort ontstaat op de begroting en wachtlijsten ontstaan bij Jeugd en Wmo. Het risico dat negatieve invloeden ontstaan op projecten door overaanbod van bouwkavels in de gemeente/regio. Het risico dat op basis van de werkelijke kosten en de begroting een negatief verschil ontstaat. Verkoop vastgoed Het risico dat er onvoldoende dekking is uit verkoop van een deel van de vastgoedportefeuille. Herontwikkeling regio+ functie Het risico op financieel verlies als gevolg van uitgifte grond locatie Lingezegen voormalig glastuinbouw en omliggende gronden. Eigenaar is Lingezegen, financieel risico van herontwikkeling ligt grotendeels bij gemeente. Suboptimaal planproces Het risico op inefficiente inzet van middelen, slechte afstemming bedrijvigheid over te vervaardigen producten, te laag ingeschatte budgetten als gevolg van suboptimaal functionerende organisatie en/of planproces. Planologische risico's Het risico dat juridisch-planologische procedures negatieve gevolgen hebben op projecten. Dekking mogelijke claims Het risico van financiele claims van derden ten laste van de gemeente. Suboptimaal planproces Het risico op inefficiente inzet van middelen, slechte afstemming wonen over te vervaardigen producten, te laag ingeschatte budgetten als gevolg van suboptimaal functionerende organisatie en/of planproces. Overige risico's
€ 250.000 € 8.650.000
Risicomatrix
5 11,12
Financieel gevolg
4
6
1
8,9
2,3,4,5
7
3
2
13
10
4
5
1 1
2
3
Kans %
De risico’s in het rode gebied zijn risico’s voorvloeiend uit de decentralisaties en Bergerden. Bij deze risico’s zijn zowel de kans van optreden als het (financiële) gevolg ingeschat als hoog. Deze risico’s zijn duidelijk in beeld en beheersmaatregelen bestaan reeds of worden genomen om de risico’s te beheersen. De risico’s in het oranje hebben ook betrekking op ruimtelijk beleid (risico 6) en de decentralisatie (risico 7). Bij risico 6 is het (financiële) gevolg groter dan de kans dat het risico zich voordoet en bij risico 7 is de kans van voordoen groter dan het (financiële) gevolg. Ook voor deze risico’s geldt dat er beheersmaatregelen zijn of worden geïmplementeerd ter beheersing van de risico’s. 105
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Toelichting risico’s Ingevolge de nota worden de risico’s met een risicoscore van 15 of hoger nader toegelicht.
4.1
Bergerden
Als gevolg van het stilvallen van grondverkopen in Bergerden is de Kadernota Toekomstperspectief Bergerden (januari 2014) geschreven. Het hierin beschreven nieuwe toekomstperspectief is verwerkt in een nieuwe grondexploitatie. De uitgangspunten van deze grondexploitatie zijn op de volgende punten substantieel gewijzigd: • Ingezet wordt op ombestemming naar agro-business (7 ha reguliere agro-bedrijvigheid en 20 ha ruimteextensieve agro-bedrijvigheid). • Verkleinen totale hoeveelheid beschikbare grond voor glastuinbouw naar circa 70 ha. Een deel van nog niet verworven gronden (circa 21 ha) wordt niet omgezet naar glastuinbouw. • Eerste nieuwe uitgifte voor glas in 2018 en voor agro business in 2016. • Exploitatieperiode is met 2 jaar verlengd t/m 2025. • Grondopbrengsten voor glastuinbouw worden verlaagd. Om de risico's in kaart te brengen is in samenwerking met de projectdirectie Bergerden, de gemeente Lingewaard en de gemeente Nijmegen een risicoprofiel opgesteld. Dit risicoprofiel is tot stand gekomen met behulp van een risico-inventarisatie waarbij risico's systematisch in kaart kunnen worden gebracht en beoordeeld. Uit de inventarisatie zijn vanuit de projectdirectie Bergerden in totaal 16 risico's in beeld gebracht. Door het verwerken van het nieuwe toekomstperspectief in de grondexploitatie en het afboeken van het verlies van € 2,2 miljoen zijn de risico’s afgenomen. Het totale risico is gedaald van € 10 miljoen naar € 4,3 miljoen, dus voor onze gemeente van € 5 miljoen naar € 2,15 miljoen.
4.2
Decentralisaties
Per 1 januari 2015 zijn de taken op het gebied van Jeugdzorg, Participatie (samenvoeging van de Wwb, Wsw en een deel van de Wajong) en de Awbz/Wmo (dagbesteding, ondersteuning en begeleiding) aan de gemeenten overgedragen. Deze overdracht gaat gepaard met grote (financiële) verantwoordelijkheid. Dit brengt ook risico’s met zich mee. 4.2.1 Transitie Jeugdzorg De middelen die de gemeente voor de uitvoering van de Jeugdtaken in 2015 heeft gekregen uit het Sociaal Deelfonds bedragen € 7.813.000. Er bestaat een risico dat deze beschikbare middelen niet toereikend zullen zijn. Bij grote (infrastructurele) projecten is het gebruikelijk om 10% van het totaal te hanteren als risicovoorziening voor het geval een dergelijk project budgettair anders verloopt dan begroot. Gezien de open einde regeling van de Wmo is ook voor dit onderwerp hiervoor gekozen. 4.2.2 SW-sector binnen Participatiewet Op 1 januari 2015 is de nieuwe Participatiewet ingegaan die nauw samenhangt met de andere decentralisaties van taken binnen het sociale domein van het Rijk naar de gemeente. De komst van de nieuwe Participatiewet betekent een verbreding van de doelgroep, verzwaring van de gemeentelijke verantwoordelijkheid en vergroting van de financiële last voor de gemeente. De onderstaande wijzigingen zijn vooral van invloed op het financiële risico: • Sociale Werkvoorziening ‘op slot’ voor nieuwe deelnemers. • Nieuwe deelnemers die eerst in aanmerking kwamen voor Wsw en beschikken over enige verdiencapaciteit, zullen aankloppen voor een Wwb uitkering. Daarnaast is deze doelgroep lastiger te re-integreren door de beperkte inverdiencapaciteit, waardoor de druk op de BUIG middelen zal toenemen. • De gemeente krijgt de beschikking over het instrument loonkostensubsidie, die zal moeten worden gefinancierd uit de BUIG middelen, hiervoor is geen compensatie in de Participatiewet. 106
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing
•
Vergoeding door het Rijk per SW-plaats wordt verlaagd voor de bestaande Sw-ers terwijl de kosten niet lager worden.
Er wordt op de SW een efficiencykorting toegepast gespreid over 6 jaar. Het bedrag per SW’er dat de gemeente van het Rijk krijgt, zal worden afgebouwd van € 25.500 in 2015 naar € 22.700 in 2020. Doordat SW’ers een CAO-loon hebben en dit loon gemiddeld ruim € 27.500 per jaar bedraagt, ontstaat op termijn een gat tussen het CAO-loon en het bedrag dat de gemeente van het Rijk per SW’er ontvangt. Zolang SW’ers niet op een minimumloon niveau zitten, is dit een financieel risico, nog los van de eventueel op grond van cao opgenomen loonindexering voor de komende jaren voor SW’ers. Als risicovoorziening is hierom het totaal geschatte bedrag t/m 2020 van € 3.518.200 verdeeld over 6 jaar. 4.2.3 Decentralisatie AWBZ/Wmo 2015 De middelen die Lingewaard voor 2015 ter beschikking heeft gekregen uit het Sociaal Deelfonds voor de nieuwe Wmo bedragen € 4.799.000. Voor 2015 zijn met 103 aanbieders contracten afgesloten voor Wmo 1 BG (G en I ), vervoer, verblijf en beschermd wonen. Daarvan is met 55 aanbieders een bodemgarantie afspraak van 65%. Echter wanneer er meer vraag is, kunnen inwoners niet zonder gegronde reden worden afgewezen. Er wordt rekening gehouden dat bij het uitvoeren van de aangegane contracten aspecten naar voren komen die vooraf niet hadden kunnen worden voorzien en die wel financiële consequenties hebben. Daarnaast komen er bijna wekelijks nog overeenkomsten binnen van instellingen die aangeven klanten te hebben. Vanwege het feit dat de informatie die de gemeente van het Rijk ontvangt nog niet volledig is, blijft het dus een uitdaging om precies te weten wat de omvang van de vraag is voor de gemeente. De inschatting is dat eind 2015 veel beter inzicht is op basis van de door de gemeente goedgekeurde zorgplannen. Om te voorkomen dat inwoners mogelijk tussen wal en schip vallen, zijn er ten aanzien van onduidelijke casussen op het gebied van Wmo, Wlz en ZVW afspraken gemaakt met de zorgverzekeraar. In deze gevallen schiet de gemeente de zorgtaak voor. Vooraf is niet duidelijk te stellen hoeveel casussen het zal betreffen. Gezien de open-einderegeling is ook hier gekozen om 10% van het totaal te hanteren als risicovoorziening. 4.2.4 Budget Sociaal domein jeugd/Wmo 2015 Voor 2015 heeft het Rijk een budget ter beschikking gesteld met een flinke korting. Voor 2015 dient rekening gehouden te worden met een tekort op de begroting. Op dit moment geldt dat op beide terreinen nog niet inzichtelijk (te maken) is wat de verwachte uitgaven gaan worden. • Voor jeugd kan gesteld worden dat er gemiddeld 10 nieuwe aanmeldingen per week komen en er een wachtlijst kan ontstaan. • Voor Wmo kan gesteld worden dat er voor de nieuwe doelgroepen aanmeldingen zijn in 2015. Ook hier kan een wachtlijst ontstaan. 4.2.5 Hulp bij het huishouden Voor Hulp bij het huishouden is in de programmabegroting 2015 een bedrag opgenomen van € 2.281.180 terwijl de geraamde kosten o.b.v. geïndiceerde uren over 2014 € 2.677.768 waren. Hierop is afgerond een negatief verschil ontstaan van € 395.000, waarvoor een risicovoorziening is opgenomen. Zie onderstaand overzicht voor een onderbouwing van de kosten:
1
Individuele begeleiding (BGI) en groepsbegeleiding (BGG) 107
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Hulp bij het huishouden 2014 realisatie
2015 Programma-
Raming kosten 2015 o.b.v geïndiceerde uren.
begroting Uren op jaarbasis
Uurtarief
Kosten op jaarbasis
Hbh - ZIN1
€ 2.102.862
€ 1.473.000
108.784
€ 20,37
€ 2.215.930
Hbh - ZIN2
€ 347.721
€ 407.100
15.886
€ 22,60
€ 359.024
Hbh - PGB
€ 296.179
€ 401.080
16.250
€ 15,00
€ 243.750 € 2.818.704
Percentage gerealiseerde zorg Totaal
€ 2.746.762
95% € 2.281.180
-€ 396.588
Tekort
4.3
€ 2.677.768
Programmatische afzetrisico’s bedrijfskavels
Er is sprake van een overaanbod van bedrijfskavels in onze gemeente en in de regio. Indien er besloten wordt om in een deel van het glastuinbouwgebied Bergerden ook agro-business toe te laten, zorgt dit voor concurrentie met het bedrijventerrein Agropark. Om dit overaanbod aan te pakken zijn reeds een aantal maatregelen genomen: • Naar aanleiding van een door STEC Groep BV uitgevoerd onderzoek zijn de prognoses voor de uitgifte bijgesteld; uitgifte Agropark ca. 0,4 ha per jaar en Pannenhuis II ca. 0,6 ha per jaar. • De looptijd van beide grondexploitaties zijn met 6 jaar verlengd tot 2028. • De grondexploitatie voor de Houtakker II is bijgesteld naar aanleiding van het besluit om de ontwikkeling van de Houtakker II uit te stellen, met uitzondering van drie kavels aan de Houtakker en een kavel aan de Karstraat. Het uitgeefbaar gebied is daarmee teruggebracht van 9,1 ha naar 1,4 ha. • De prognose voor de uitgifte is naar beneden bijgesteld met ca. 0,2 ha per jaar.
5. Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en de voor afdekking van de risico’s benodigde weerstandscapaciteit (middelen). Deze relatie wordt uitgedrukt in een verhoudingsgetal. Weerstandsvermogen Beschikbare weerstandscapaciteit Ratio weerstandsvermogen = Benodigde weerstandscapaciteit De beschikbare weerstandscapaciteit is € 11.656.000 (zie onder 3. Weerstandscapaciteit). De benodigde weerstandscapaciteit is de totale gevolgschade van de risico’s eind 2014 = € 8.650.000. De ratio weerstandsvermogen voor de gemeente is € 11.656.000 / € 8.650.000 = 1,35. Deze ratio heeft de kwalificatie voldoende. Bij de vaststelling van de nota ‘Risicomanagement & weerstandsvermogen 2014-2017’ is er voor gekozen dat de gemeente streeft naar een ratio weerstandsvermogen dat tussen de 1,0 en 1,4 ligt. Hieraan is voldaan en daarmee is het weerstandsvermogen op peil. In de Kadernota 2016 zal bekeken worden in hoeverre er wel of niet maatregelen getroffen moeten worden om het weerstandsvermogen op peil te houden.
108
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing
6. Ontwikkeling vermogenspositie De ontwikkeling van de vermogenspositie van de gemeente is een belangrijk onderwerp als het gaat om risicomanagement en weerstandscapaciteit. In onderstaand overzicht is duidelijk zichtbaar hoe het vermogen zich ontwikkelt. Vermogenspositie gemeente Lingewaard (x € 1.000)
€ 60.000 € 904
€ 903
€ 13.918
€ 14.970
Jaarrekening resultaat Bestemmingsreserve
€ 50.000 € 13.448
Vrije algemene reserve € 40.000 € 10.915
€ 8.554
€ 9.222
€ 30.500
€ 30.500
€ 30.500
2012 -€ 1.157
2013
2014
Beklemde algemene reserve
€ 30.000 € 20.000 € 10.000 €0 -€ 10.000
In de grafiek is zichtbaar dat de totale reserve positie van de gemeente sinds 2012 stijgt. De vrije algemene reserve is ten opzichte van 2013 gestegen met € 668.000. Ondanks de genomen verliezen van het grondbedrijf is de totale reservepositie niet verslechterd.
109
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing
110
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.3 Onderhoud kapitaalgoederen
Paragraaf 5.3 Onderhoud kapitaalgoederen Inleiding De gemeente Lingewaard heeft een groot vermogen geïnvesteerd in kapitaalgoederen in de vorm van openbaar groen, wegen, riolering, gebouwen, openbare verlichting, civieltechnische kunstwerken, speeltoestellen, verkeersvoorzieningen en straatmeubilair. De kwaliteit en het onderhoud van deze kapitaalgoederen is van groot belang voor het voorzieningenniveau van de gemeente en de daaraan verbonden jaarlasten. In deze paragraaf wordt per onderdeel ingegaan op de beleids- en meerjarenplannen en de ontwikkelingen die zich in 2014 hebben voorgedaan.
1. Openbaar groen Naam beleidsnota’s:
a. Beeldkwaliteitplan b. Groenstructuurplan c. Beleidsnotitie waardevolle bomen Jaar van vaststelling: a. 2009 b. 2008 c. 2010 Programma: 9. Beheer en onderhoud Doel: Vastleggen van beheercategorieën, het daarbij behorende onderhoudsbeeld en maatregelpakketten voor het openbaar groen. Hiermee wordt een basis kwaliteitsniveau met een redelijk netheidsbeeld van het openbaar groen bereikt. Huidige stand van zaken: Met de vaststelling van de beeldkwaliteit door de gemeenteraad zijn alle kaders gesteld waaraan het onderhoud van het openbaar groen in Lingewaard moet voldoen. Samen met de inventarisatie van het areaal vormt dit de basis voor de bestekken voor het groenonderhoud. Het onderhoud van bomen, bermen en taluds van sloten en vijverpartijen wordt uitgevoerd op basis van vastgestelde frequenties. Het overige groen wordt onderhouden op basis van de beeldkwaliteitseisen die zijn opgenomen in het beeldbestek voor onderhoud. Wat zouden we doen in 2014: Uitvoeren van het onderhoud op basis van op beeldkwaliteit gestuurde bestekken (openbaar groen) en frequentiebestekken (onderhoud bermen en sloten en onderhoud bomen. Door voor het merendeel de uitvoering van het groenonderhoud op te nemen in meerjarige bestekken, is een deel van het risico, dat vooral door weersomstandigheden wordt beïnvloed, afgedekt. Er is geen voorziening of reserve openbaar groen. Voor vervangingen bij einde levensduur worden geen middelen gereserveerd. De beschikbare middelen in de budgetten zijn enkel voor jaarlijks onderhoud aan groen en bomen. De bestekken voor ‘Onderhoud openbaar groen’ en ‘Onderhoud bomen’ lopen eind 2014 af en moeten opnieuw aanbesteed worden. Wat hebben we gedaan in 2014: Het reguliere onderhoud is uitgevoerd op basis van het beeldkwaliteitsbestek (onderhoud openbaar groen) en frequentiebestekken (onderhoud bomen en berm- en slotenonderhoud. De A-locaties 111
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.3 Onderhoud kapitaalgoederen
Financieel:
(centrumgebieden en hotspots) zijn onderhouden door het team Technisch Wijkbeheer van de afdeling Openbare Ruimte. De bestekken voor ‘Onderhoud openbaar groen’ en ‘Onderhoud bomen’ zijn eind 2014 met financieel gunstige resultaten aanbesteed. De onderhoudsbestekken zijn ruim binnen de ramingen aanbesteed. In programma 9, onder ‘Wat heeft het gekost?’, zijn de lasten en baten voor openbaar groen opgenomen bij het prestatiedoel 9.1.2 Onderhoud en beheren groen.
2. Wegen Naam beleidsnota’s: Jaar van vaststelling: Programma: Onderhoudsplan:
Beleidsplan wegverhardingen 2012-2016 2012 9. Beheer en onderhoud Het onderhoud wordt uitgevoerd op basis van het beheerplan dat voortvloeit uit de jaarlijkse visuele inspectie. Daarnaast wordt dagelijks onderhoud uitgevoerd op basis van de meldingen die via het KlantContactCenter binnenkomen over schade aan en veiligheidsrisico’s bij verhardingen. Kwaliteitsniveau/beleidsvisie: Kapitaalvernietiging wordt voorkomen door het technisch noodzakelijke onderhoud in de juiste periode te plannen zodat onderhoudsmaatregelen niet te vroeg of te laat worden uitgevoerd. Er is niet gekozen voor een hoger kwaliteitsniveau omdat dit direct leidt tot een lastenverzwaring en mogelijk tot indirecte kapitaalsvernietiging. De kosten voor het wegonderhoud zijn verdeeld in groot en klein onderhoud. Voor het klein onderhoud worden in de begroting jaarlijks middelen opgenomen verhoogd met areaaluitbreiding. Voor het groot onderhoud wordt jaarlijks een bedrag gestort in de voorziening onderhoud wegen dat is gebaseerd op het vastgestelde bedrag in het beleidsplan wegverhardingen en verhoogd met de areaaluitbreiding. Voor zowel de begrote bedragen van klein- als groot onderhoud vindt geen prijsindexering plaats. Huidige stand van zaken: Het onderhoud van de verhardingen ligt, technisch gezien, op een redelijk tot goed niveau. Door het ontbreken van een actuele inspectie is dit gebaseerd op de weginspectie van 2013. In 2015 zal wederom een nieuwe weginspectie uitgevoerd worden. Wat hebben we gedaan in 2014: Het onderhoudsplan uit wegbeheer is uitgevoerd. Dit betrof met name asfaltwegen. Voor elementverhardingen is een raamcontract opgesteld en aanbesteed voor een periode van maximaal 3 jaar. De uitvoering hiervan zal met name in 2015 en de jaren erna plaatsvinden. Er zijn ook diverse kapitaalswerken uitgevoerd in Angeren (Noord) en de Van Voorststraat in Huissen, waarbij ook de verhardingen allemaal vervangen zijn. Vanuit Park Lingezegen zijn ook diverse wegen opgeknapt en aangelegd. Bezuinigingen: In de jaren 2013 t/m 2015 wordt er bezuinigd op de budgetten zoals is besloten bij de vaststelling van de programmabegroting 2012. Voor het groot en klein onderhoud samen loopt dit op van € 72.486 (in 2013) naar € 144.972 (in 2015). Voorziening/reserve: Uit de voorziening onderhoud wegen worden de kosten voor het groot onderhoud gedekt. Bij de vaststelling van het beleidsplan wegverhardingen zijn er financiële keuzes gemaakt t.a.v. de voorziening wegen. Ondanks de bezuinigingen en de eenmalige teruggaaf van financiële middelen in 2012
112
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.3 Onderhoud kapitaalgoederen
Financieel:
aan de algemene reserve, zijn er voldoende middelen aanwezig in de voorziening onderhoud wegen om het onderhoud de komende 4 jaar te bekostigen. Echter er is bij de uitvoering van het wegonderhoud in 2014 ca € 54.000 meer besteed dan er gedoteerd is. Daardoor zal de voorziening met € 54.000 teruglopen. Voor de complete vervanging/rehabilitatie van wegverhardingen bij einde levensduur zijn geen middelen gereserveerd. Dit komt ook naar voren in het rapport Beheer op Orde, wat in 2014 is opgesteld. In programma 9, onder ‘Wat heeft het gekost?’, zijn de lasten en baten voor wegonderhoud opgenomen bij het prestatiedoel 9.1.1 Onderhouden en beheren infrastructuur.
3. Rioleringen Naam beleidsnota’s: Jaar van vaststelling: Programma: Huidige stand van zaken:
verbreed Gemeentelijk rioleringsplan (vGRP 2013-2015) 2013 9 Beheer en onderhoud Het reguliere onderhoud aan de riolering (met name kolken- en rioolreiniging, schadeherstel en onderhoud huisaansluitingen) wordt bekostigd uit de reguliere budgetten in de begroting die jaarlijks worden gecorrigeerd met areaalvergroting maar zonder prijsindexering. Vervanging en verbetering van de riolering wordt gedekt uit de gereserveerde middelen vanuit het vGRP 2013-2015. Om te komen tot een optimale afstemming van werkzaamheden, wordt gestreefd naar het gelijktijdig uitvoeren van rioolprojecten en wegonderhoud, waardoor financieel efficiënt wordt gewerkt en ook de onvermijdelijke overlast voor bewoners tot een minimum wordt beperkt. Wat zouden we doen in 2014: In beeld brengen van het functioneren van de riolering en de eventueel benodigde verbetermaatregelen (vooral in Huissen, Pannenhuis en Gendt). Rioolvervanging in Gendt (centrum), Huissen (van Voorststraat), en Doornenburg (Rijnstraat, buiten de kom). Het project afkoppelen en rioolvervanging Angeren afronden. Wat hebben we gedaan in 2014: Er is veel tijd gestoken in het verder in beeld brengen van riolering gegevens. Deze gegevens zijn verwerkt in het rioolbeheersysteem. Het BRP (basisrioleringsplan) voor Bemmel is afgerond. Het BRP voor Gendt is opgestart. Doordat dit meer tijd heeft gekost dan verwacht zijn de BRP’s van Huissen en Pannenhuis nog niet opgestart. Het project afkoppelen Angeren is afgerond. In Huissen is de riolering vervangen/gerelined in de Van Voorststraat en een gedeelte van de Loostraat. De werkzaamheden zijn gecombineerd met de herinrichting van de bovenbouw. In de Rijnstraat in Doornenburg is de riolering gerelined en is gelijktijdig verhard oppervlak afgekoppeld. Voor de werkzaamheden in centrum Gendt is de voorbereiding gestart. Doordat deze complexer was dan verwacht start de uitvoering pas in 2015. Financieel: In programma 9, onder ‘Wat heeft het gekost?’, zijn de lasten en baten opgenomen bij het prestatiedoel 9.2.1 Zorgen voor goede waterkwaliteit en voldoende waterberging.
113
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.3 Onderhoud kapitaalgoederen
4. Gebouwen Naam beleidsnota: Jaar van vaststelling: Doel:
Beleidsplan Onderhoud en Instandhouding Gebouwen 2012. 13 december 2012. De gebouwen in stand te houden voor de functie c.q. het gebruik waarvoor ze zijn ingericht en de bedrijfseconomische (vastgoed)waarde van het onroerend goed binnen de vastgestelde instandhoudingtermijn van het gebouw of bouwwerk te behouden. Het daaruit voortvloeiende technisch beheer en onderhoud dient op de meest doelmatige en efficiënte wijze te worden uitgevoerd op een vooraf vastgesteld kwaliteitsniveau. Het behoud van kwaliteit van het bouwwerk is daarbij zeer belangrijk. Huidige stand van zaken: De huidige onderhoudsconditie van de gemeentelijke gebouwen en de daarin aanwezige technische installaties kan, op basis van het uitgevoerde onderhoud in de afgelopen jaren, worden beoordeeld als redelijk tot goed (conform NEN 2767; conditiescore 3 of beter) en voldoet daarmee aan het door de raad, vastgestelde kwaliteitsniveau voor onderhoud. Wat zouden we doen in 2014: Op 13 februari 2014 is het uitvoeringsplan van het OnderhoudJaarPlan 2014 (OJP 2014) vastgesteld met de daarin voorgestelde onderhoudswerkzaamheden aan de gemeentelijke gebouwen. Wat hebben we gedaan in 2014: Diverse onderhoudswerkzaamheden uit het OJP 2014 zijn in voorbereiding genomen, de opdrachten tot uitvoering zijn verstrekt of de werkzaamheden zijn uitgevoerd en opgeleverd. Het OJP 2012 is op 14 juli 2014 volledig afgerond. De gemeenteraad is hierover met een Informatienota inhoudelijk geïnformeerd. De resterende werkzaamheden van het OJP 2013 zijn allen in 2014 uitgevoerd. De administratieve afhandeling en eindverantwoording zullen in het eerste kwartaal van 2015 plaatsvinden. Alle, tot nu toe, opgedragen werkzaamheden konden binnen de beschikbare budgetten worden gerealiseerd. Als gevolg van een niet volledige dekkingsgraad van het beleidsplan is bij de vaststelling van het beleidsplan in 2012 besloten om een deel van het eigendom van gemeentelijk vastgoed (gebouwen) af te stoten. In 2014 zijn in dit kader in totaal vijf gebouwen verkocht, tw; het woonhuis aan de Kinkelenburglaan 8 Bemmel, het clubgebouw Vijzelpad 13 Doornenburg, gebouw Helmichstraat 37 Huissen, de berging aan de Kleine Raalt 1a en zaal Providentia in Gendt). In 2014 zijn onderhoudswerkzaamheden aan gebouwen en accommodaties verricht. Bestemmingsreserve gebouwen: In het beleidsplan is voor 2014 een dekking bereikt van 81,7% van het totaal benodigde onderhoudsbudget. In de bestemmingsreserve is budgettair geen buffer van enige omvang aanwezig. Als gevolg daarvan kunnen niet alle opgenomen onderhoudsactiviteiten voor uitvoering worden opgevoerd en moeten, met inachtneming van het vastgestelde kwaliteitsniveau voor onderhoud en de urgentiecriteria ‘veiligheid’ en ‘risico op gevolgschade’, prioriteiten worden gesteld aan de voorgenomen onderhoudswerkzaamheden. Werkzaamheden met een mindere hoge urgentie worden doorgeschoven naar een later tijdstip van uitvoering. Dit betekent dat zij niet in het geplande (economisch meest voordelige) uitvoeringsjaar worden verricht. De verkoop van vastgoed moet de dekkingsgraad structureel verhogen. Voor de complete vervanging of ingrijpende renovatie van gebouwen bij einde levensduur zijn geen middelen gereserveerd. 114
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.3 Onderhoud kapitaalgoederen
Financieel:
In programma 9, onder ‘Wat heeft het gekost?’, zijn de lasten en baten opgenomen bij het prestatiedoel 9.1.3 Onderhouden en beheren gebouwen.
5. Openbare verlichting Naam beleidsnota: Jaar van vaststelling: Programma: Doel:
Beleidsplan Openbare Verlichting 2009 9. Beheer en onderhoud Vastleggen van de beoogde kwaliteit van openbare verlichting en de daaraan verbonden kosten en kaders te stellen voor materiaalgebruik, toepassing en innovatie bij uitbreiding, onderhoud en vervanging. Huidige stand van zaken: De huidige kwaliteit van de verlichting varieert en voldoet voor bijna 70% aan de technische kwaliteitseisen. De verbetering zal in tien jaar voltooid zijn in combinatie met de in het beleidsplan vastgelegde duurzaamheidsaspecten. Wat zouden we doen in 2014: Het verder terugdringen van het gemiddelde energieverbruik per lichtmast en het verbeteren en vervangen van de bestaande openbare verlichting waren de belangrijkste speerpunten. Het uitvoeren van kleinschalige vervanging van masten, armaturen en lampen binnen de beschikbare financiële middelen. Deze verbeteringswerken zijn noodzakelijk om achterstanden in kwaliteit terug te brengen naar het vastgestelde kwaliteitsniveau. Tegelijk met deze verbeteringswerken worden vervangingen uitgevoerd die ervoor zorgen dat de belasting van het milieu door de openbare verlichting verminderd wordt. Vooral gaat het hierbij om toepassing van duurzame materialen en armaturen met een laag energieverbruik waardoor de totale kosten voor energie omlaag kunnen worden gebracht. Wat hebben we gedaan in 2014: Op dit moment is het energieverbruik 187,2 kWh per lichtmast. Deze energiebesparing is 2 % ten opzichte van 2013. Als gevolg van vervanging voldoet ruim 70% van het areaal aan de technische kwaliteitseisen. De grootschalige vervanging van masten, armaturen en lampen heeft plaatsgevonden in het buitengebied van Lingewaard. In het buitengebied zijn energie zuinige groenachtige LED lampen geplaatst. Tevens zijn de doorgaande wegen tussen Huissen en Bemmel (Karstraat) en de weg tussen Gendt en Doornenburg (Olyhorststraat, de van der Schuerenweg, Pannerdenseweg) voorzien van energiezuinige LED verlichting. Alle nieuwe masten zijn CO2-neutraal geproduceerd en bezitten een C2C certificaat. Eind 2014 loopt het huidige onderhoudscontract af. Inmiddels heeft een aanbesteding plaatsgevonden en hebben we een nieuwe onderhoudspartner. Voorziening/reserve: De dekking van de kosten voor renovatie en verbetering, zoals die voortvloeit uit het beleidsplan openbare verlichting 2009, komt uit een drietal investeringsimpulsen. De bijbehorende kapitaalslasten komen ten laste van de reguliere budgetten. Er is geen voorziening of reserve openbare verlichting. Voor vervangingen van masten en armaturen bij einde levensduur zijn middelen opgenomen in de reguliere jaarlijkse budgetten. Dit geldt niet voor de voedingskabels die zich in de bodem bevinden.
115
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.3 Onderhoud kapitaalgoederen
Financieel:
In programma 9, onder ‘Wat heeft het gekost?’, zijn de lasten en baten voor openbare verlichting opgenomen bij prestatiedoel 9.1.1 Onderhouden en beheren infrastructuur als onderdeel van ‘Wegen, straten en pleinen’.
6. Water Naam beleidsnota’s: Jaar van vaststelling: Programma: Huidige stand van zaken:
Waterplan Lingewaard 2008 9 Beheer en onderhoud In het waterplan is de gezamenlijke visie van de gemeente en het waterschap vastgelegd waar het gaat om thema’s waterkwantiteit, waterkwaliteit, water en ruimte en duurzaamheid. Deze visie is uitgewerkt in maatregelen, waarmee de waterhuishoudkundige problemen worden opgelost en kansen voor oppervlaktewater worden benut. Daarbij wordt zoveel mogelijk gecombineerd met de GRP-werkzaamheden, zoals bijvoorbeeld het afkoppelen van verhard oppervlak. In het kader van de zorgplicht van de gemeente voor grondwater is een grondwatermeetnet aangelegd. Het reguliere onderhoud aan watergangen en oevers wordt bekostigd uit de reguliere budgetten in de begroting die jaarlijks worden gecorrigeerd met areaalvergroting en prijsindexering. De kapitaallasten van de investeringsuitgaven t.b.v. de maatregelen uit het waterplan worden nagenoeg volledig gedekt door de rioolheffing. Voor enkele maatregelen is in dit verband namelijk in het kader van het nieuwe vGRP de dekking komen te vervallen, aangezien deze projecten niet gedekt mogen worden uit de rioolheffing. In samenspraak met het waterschap zal gekeken worden of deze maatregelen nog uitgevoerd moeten worden, en hoe dan nog eventuele kosten dienen te worden gedekt. Wat zouden we doen in 2014: Opstarten van de projecten ten behoeve van het afkoppelen van verhard oppervlak in Gendt en Bemmel. Daarnaast in samenwerking met het waterschap de afvoersituatie van de kern Angeren verbeteren door het aanleggen van een nieuwe watergang/waterberging. Wat hebben we gedaan in 2014: De werkzaamheden voor het afkoppelen in Gendt (centrum) en Bemmel (rondom Oostervelden) zijn in voorbereiding en worden gecombineerd met GRP maatregelen (onderhoud/vervanging). De aanleg van de watergang/waterberging in Angeren heeft vertraging opgelopen door een tracéwijziging en de aankoop van grond. Daarentegen is in 2014 al wel gestart met de voorbereidingen van de aanleg van een waterberging in Gendt, en de kwalitatieve/kwantitatieve verbetering van de Bemmelse Zeeg. Ook is de voorbereiding opgepakt aangaande het Ecologisch inrichten waterberging ten noorden van Tuinlaan in Bemmel. Financieel: In programma 9, onder “Wat heeft het gekost?”, zijn de lasten en baten opgenomen bij het prestatiedoel 9.2.1 Zorgen voor goede waterkwaliteit en voldoende waterberging.
7. Civieltechnische kunstwerken Naam beleidsnota’s: Jaar van vaststelling: Programma:
116
Beleidsplan Civieltechnische Kunstwerken 2013 9. Beheer en onderhoud
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.3 Onderhoud kapitaalgoederen
Kwaliteitsniveau/beleidsvisie:
Voor dit onderdeel is in mei 2013 een beleidsplan vastgesteld door de gemeenteraad. Hierin is o.a. vastgesteld dat niet-utilitaire voorzieningen na einde levensduur niet vervangen worden. Huidige stand van zaken: Mede door de bezuinigingen is er een beperkt budget beschikbaar gesteld voor het beheer en onderhoud aan civieltechnische kunstwerken. Voor het groot onderhoud is een onderhoudsvoorziening ingesteld waarmee deze toekomstige lasten kunnen worden gedekt. Daarnaast is een bestemmingsreserve ingesteld voor toekomstige vervangingen. Wat hebben we gedaan in 2014: In verband met het geringe beschikbare budget was het onderhoud in 2014 beperkt. Er is vooral onderhoud uitgevoerd aan de meest urgente objecten waarbij er kans op schade was. Daarnaast zijn door het technisch wijkbeheer bruggen in Bemmel en Huissen gereinigd. Voor het onderhoud aan de verkeersbruggen zijn de bestekken gemaakt die begin 2015 aanbesteed worden. Ten behoeve van de vervanging van de voetgangersbrug bij de Tuinlaan in Bemmel zijn de voorbereidende werkzaamheden afgerond. Voorziening/reserve: Uit de voorziening civiel technische kunstwerken worden de kosten voor het groot onderhoud gedekt. Daarnaast is er een reserve waarin middelen worden gereserveerd voor de toekomstige vervangingen van kunstwerken. Bij de vaststelling van het beleidsplan zijn er keuzes gemaakt t.a.v. de objecten die wel of niet vervangen gaan worden in de toekomst. Financieel: In programma 9, onder ‘Wat heeft het gekost?’, zijn de lasten en baten voor civieltechnische kunstwerken opgenomen bij prestatiedoel 9.1.1 Onderhouden en beheren infrastructuur’.
8. Speeltoestellen/-tuinen Naam beleidsnota: Jaar van vaststelling: Programma: Doel:
Speelruimteplan Lingewaard “Buitenspelen, ja leuk!” 2007 9. Beheer en onderhoud Een voldoende gevarieerd aanbod aan speelvoorzieningen voor alle jeugdigen in elke wijk bieden, waarbij het aanbod invulling geeft aan de vraag naar speelruimte. Huidige stand van zaken: Elk kwartaal worden inspecties en onderhoud uitgevoerd om te zorgen voor veilige speeltoestellen die voldoen aan het Attractiebesluit uit 1997 en om letsel bij spelende kinderen te voorkomen. Geconcludeerd kan worden dat de kwaliteit van de speelplekken en speeltoestellen ruim boven de wettelijke norm is. Wat zouden we doen in 2014: Naast het reguliere onderhoud en de inspecties was de hoogste prioriteit het verbeteren van de veiligheid door het repareren of in uiterste gevallen weghalen van speeltoestellen. De evaluatie van het speelruimteplan ‘Buitenspelen, ja leuk’ is eind 2013 afgerond en in het voorjaar van 2104 ter vaststelling voorgelegd aan het college. Wat hebben we gedaan in 2014: De kwartaalinspecties van de toestellen zijn uitgevoerd en zijn de basis geweest voor onderhoud en vervanging. Op dit moment is er geen sprake meer van achterstallig onderhoud. De evaluatie van het speelruimteplan is begin 2014 door het college vastgesteld. Belangrijkste conclusie is dat de huidige beleidsnotitie nog steeds voldoet en er ruim uitvoering is gegeven aan de beleidsdoelstellingen. Aan de beleidsdoelstelling waar nog niet voldoende uitvoering aan is gegeven wordt in de resterende beleidsperiode (2014 - 2017) extra aandacht geschonken. 117
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.3 Onderhoud kapitaalgoederen
Voorziening/reserve:
Financieel:
Technisch wijkbeheer heeft een vast team op het beheer en onderhoud van speelplekken en speeltoestellen gezet. Twee medewerkers zijn opgeleid om toestelinspecties te kunnen uitvoeren. Er is geen voorziening voor speeltoestellen/-tuinen en de onderhouds- en vervangingskosten bij einde levensduur moeten uit de reguliere begroting gedekt worden. Dit met inachtneming van de reductie van het aantal toestellen zoals is besloten in het Speelruimteplan. Waar mogelijk wordt getracht om verbetering van speelvoorzieningen mee te laten liften met te ontwikkelen plannen en de kosten te dekken via deze plannen of door subsidieverwerving/co-financiering. In programma 9, onder ‘Wat heeft het gekost?’, zijn de lasten en baten voor speelvoorzieningen opgenomen bij prestatiedoel 9.1.2 Onderhouden en beheren groen als een onderdeel van ‘Openbaar groen.
9. Verkeersvoorzieningen Naam beleidsnota: Jaar van vaststelling: Programma: Doel: Huidige stand van zaken:
geen beleidsnotitie aanwezig n.v.t. 9. Beheer en onderhoud nog niet nader beschreven Het onderhoud en beheer aan de verkeersborden beperkt zich tot het herstellen van schade en vernielingen. Er wordt geen structureel of planmatig onderhoud uitgevoerd aan deze voorzieningen. Dit is mede terug te voeren op het ontbreken van zowel een beheerplan met meerjarenonderhoudsplanning als een adequate inventarisatie van het areaal. Bij aanpassingen van wegen wordt getracht om de infrastructurele maatregelen zodanig uit te voeren dat bebording achterwege kan blijven. Wat zouden we doen in 2014: Een inventarisatie van alle verkeersborden is in 2014 uitgevoerd. Deze inventarisatie is ondergebracht in het GBI beheersysteem. De inventarisatie bestond uit onderzoek naar kwaliteit en kwantiteit van circa 15.000 verkeers- en straatnaamborden. Wat hebben we gedaan in 2014: De verkeersregelinstallatie (VRI) op de Langstraat in Gendt is vervangen. De armaturen zijn voorzien van LED-lampen. De onderhouds- en vervangingswerkzaamheden van de ANWB-wegwijzers hebben plaatsgevonden conform het daarvoor opgestelde meerjarenplan. Het onderhoud aan verkeers- en straatnaamborden is beperkt gebleven tot het herstel van schade en vernieling. Het onderhoud van wegmarkeringen op plaatsen waar de markering ontbrak of sterk verouderd was, is uitgevoerd. Terughoudendheid met het plaatsen van borden blijft lastig. Enerzijds omdat infrastructurele maatregelen zo complex zijn dat extra borden noodzakelijk zijn, anderzijds omdat steeds vanuit het aspect van handhaving van ongewenste situaties gevraagd wordt om aanvullende bebording. Voorziening/reserve: Er is geen voorziening voor verkeersvoorzieningen en de onderhouds- en vervangingskosten moeten uit de reguliere begroting gedekt worden. Voor vervangingen bij einde levensduur worden geen middelen gereserveerd. De middelen voor het jaarlijks onderhoud in de begroting zijn ontoereikend. Financieel: In programma 9, onder ‘Wat heeft het gekost?’, zijn de lasten en baten voor verkeersvoorzieningen opgenomen bij prestatiedoel 9.1.1 Onderhouden en beheren infrastructuur.
118
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.4 Financiering
Paragraaf 5.4 Financiering De Wet financiering decentrale overheden (Wet fido) stelt regels voor het financieringsgedrag van decentrale overheden. Hierbij gaat het om regels voor het beheersen van financiële risico’s op aangetrokken en op uitgezette middelen, evenals voor het beheer van de treasury. De uitvoering van de treasuryfunctie vereist snelle beslissingen in een complexe geld- en kapitaalmarkt. Het beleid van de gemeente Lingewaard voor de treasuryfunctie is vastgelegd in het treasurystatuut als onderdeel van de Verordening financieel beheer (artikel 212 gemeentewet).
1. Algemene ontwikkelingen Intern Op 14 december 2013 is de ‘wet verplicht schatkistbankieren’ van kracht geworden. De wet houdt in dat decentrale overheden al hun overtollige middelen aan moeten houden in de schatkist bij het ministerie van Financiën. Dit betekent dat geld en vermogen niet langer bij banken buiten de schatkist mogen worden aangehouden. De ‘wet verplicht schatkistbankieren’ zorgt voor een aanscherping van de regels uit het vorige treasurystatuut. Daarom is dit treasurystatuut aan de nieuwe wetgeving getoetst en daar waar nodig aangepast. Op 11 december 2014 is door de raad van de gemeente Lingewaard het nieuwe treasurystatuut Gemeente Lingewaard 2014 vastgesteld. In dit treasurystatuut is de beleidsmatige infrastructuur van de treasuryfunctie vastgelegd. De gemeente Lingewaard blijft uitgaan van een laag risicoprofiel. Extern Hoewel aan het begin van 2014 de verwachting was dat de bodem van de rentetarieven wel bereikt was, bleek het toch nog lager te kunnen. Zowel de geldmarktrente (kort geld) als de kapitaalmarktrente (lang geld) zijn in 2014 verder gedaald. De geldmarktrente is uiteindelijk uitgekomen op een niveau van 0,08% in december 2014, waar het niveau in januari nog op 0,30% lag. De kapitaalmarktrente is gedaald van 2,04% in januari naar 0,89% in december. Deze dalingen zijn o.a. ingegeven door de renteverlagingen van de herfinancieringsrente door de Europese Centrale Bank in juni en september 2014. Voor de rentevisie gaan we altijd uit van de verwachting van een aantal grote banken. Hierbij was de verwachting dat de tarieven heel licht op zouden gaan lopen. Doordat echt economisch herstel echter nog steeds op zich laat wachten, moest de Europese Centrale Bank doorgaan met het stimuleringsbeleid, met als gevolg een dalende rente. Met name op de geldmarkt heeft de gemeente Lingewaard geprofiteerd van deze lage rente, hierop wordt verderop in deze paragraaf teruggekomen.
119
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.4 Financiering
2. Risicobeheer Renterisico’s In de volgende overzichten worden de renterisico’s op de korte en lange schuld getoetst aan de wettelijke 1 norm uit hoofde van de Wet fido. Zoals uit het volgende overzicht blijkt is de kasgeldlimiet in 2014 alleen in het eerste en tweede kwartaal overschreden. De kasgeldlimiet mag volgens de Wet fido 2 kwartalen achtereen overschreden worden.
KASGELDLIMIET PER 31-12-2014 Kasgeldlimiet Omvang begroting per 1 januari 2014
88.945
Kasgeldlimiet in procenten van de grondslag
8,50%
Kasgeldlimiet in bedrag
7.560 (Bedragen x EUR 1.000) REALISATIE Kwartaal 1: jan-mrt
2: apr-jun
3: jul-sep
4: okt-dec
Jaar
Vlottende schuld Opgenomen gelden < 1 jaar
0
7.333
0
0
1.833
10.859
1.820
3.480
3.132
4.823
Gestorte gelden door derden < 1 jaar
0
0
0
0
0
Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld
0
0
0
0
0
10.859
9.153
3.480
3.132
6.656
0
0
0
0
0
Schuld in rekening-courant
Totaal vlottende schuld Vlottende middelen Uitgeleende gelden < 1 jaar Contante gelden in kas Tegoeden in rekening-courant Overige uitstaande gelden < 1 jaar Totaal vlottende middelen
0
0
0
0
0
47
36
17
28
32
0
0
0
0
0
47
36
17
28
32
10.812
9.117
3.463
3.105
6.624
7.560
7.560
7.560
7.560
7.560
-3.252
-1.557
4.097
4.456
936
Toets kasgeldlimiet Totaal netto vlottende schuld Toegestane kasgeldlimiet Ruimte (+) / Overschrijding (-)
Omdat kort financieren nog steeds goedkoper is dan lang financieren, maakt de gemeente Lingewaard maximaal gebruik van de mogelijkheid om kort te financieren. Aangezien volgens de liquiditeitenplanning alleen in het eerste half jaar de kasgeldlimiet overschreden zou worden, is hier gekozen voor korte financiering. In de periode maart t/m juni is een viertal kasgeldleningen afgesloten, om de tijdelijke financieringsbehoefte op te vangen. De rentepercentages varieerden van 0,25% tot 0,03%. Vanaf juli waren er geen kasgeldleningen meer nodig door o.a. de teruggaaf van het btw compensatiefonds.
1
Kasgeldlimiet is een bedrag op basis van de Wet fido ter grootte van een percentage van het totaal van de jaarbegroting van de
gemeente bij aanvang van het jaar. Dit is het maximale bedrag wat aan vlottende schuld mag worden aangehouden.
120
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.4 Financiering 1
Het renterisico op de vaste schuld blijft zowel in 2014 als gedurende het gehele meerjarenperspectief onder de renterisiconorm, zoals uit het volgende overzicht blijkt. Bij het opnemen van nieuwe langlopende geldleningen zal in ieder geval met deze renterisiconorm rekening worden gehouden, zodat deze ook in de toekomst niet overschreden zal worden. In 2014 zijn geen nieuwe langlopende geldleningen opgenomen, terwijl in de begroting nog uitgegaan werd van € 10.000.000. Het later uitvoeren van investeringen maakte het mogelijk om voorlopig nog met goedkoper kort geld te financieren, vandaar dat in de kolom realisatie 2014 alleen de reguliere aflossingen zichtbaar zijn. RENTERISICONORM EN RENTERISICO'S VAN DE VASTE SCHULD PER 31-12-2014 (Bedragen x EUR 1.000) 2014 2015 2016 2017 Renterisico op vaste schuld realisatie budget budget budget 1a. Renteherziening op vaste schuld o/g 0 0 0 0 1b. Renteherziening op vaste schuld u/g 0 0 0 0 2. Netto renteherziening op vaste schuld (1a - 1b) 0 0 0 0 3a. Nieuw aangetrokken vaste schuld (o/g) 0 5.000 10.000 0 3b. Nieuw verstrekte lange leningen (u/g) 0 0 0 0 4. Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a - 3b) 0 5.000 10.000 0 5. Betaalde aflossingen 5.229 2.729 12.672 12.636 6. Herfinanciering (laagste van 4 en 5) 0 2.729 10.000 0 7. Renterisico op vaste schuld (2 + 6) 0 2.729 10.000 0 Renterisiconorm 8. Begrotingstotaal per 1 januari 9. Het bij ministeriële regeling vastgestelde percentage 10. Renterisiconorm
88.945 20% 17.789
100.159 20% 20.032
100.159 20% 20.032
100.159 20% 20.032
Toets Renterisiconorm 10. Renterisiconorm 7. Renterisico op vaste schuld 11. Ruimte(+) / Overschrijding(-) (10 - 7)
17.789 0 17.789
20.032 2.729 17.303
20.032 10.000 10.032
20.032 0 20.032
Uit voorgaand overzicht valt op te maken dat er in 2015 en 2016 nieuwe geldleningen moeten worden aangetrokken om de aflossing van bestaande geldleningen te herfinancieren. Het gaat in totaal om € 15.000.000. Hieraan ligt de liquiditeitenplanning van juni 2014 ten grondslag. Deze planning vormde ook de basis voor de programmabegroting 2015. Een samenvatting hieruit volgt hierna.
1
Renterisico is het gevaar van ongewenste veranderingen van de (financiële) resultaten van de gemeente door rentewijzigingen. Dus
als bijvoorbeeld voor een lening van € 1.000.000 contractueel na 10 jaar een nieuw rentepercentage moet worden vastgesteld, dan lopen wij na die 10 jaar een renterisico over die € 1.000.000, omdat wij van tevoren niet weten wat het percentage over 10 jaar zal zijn.
121
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.4 Financiering
LIQUIDITEITENPLANNING Inkomsten
2014
2015
2016
2017
leningen investeringen grondexploitaties overig operationeel Bergerden
163 1.359 2.831 73.392 681
160 0 2.468 74.126 2.780
157 0 1.728 74.652 3.781
Totaal inkomsten
78.426
79.534
80.318
leningen investeringen grondexploitaties overig operationeel Bergerden
5.767 11.624 3.051 67.369 764
15.592 3.653 2.132 66.714 434
15.109 2.257 456 66.602 716
Totaal uitgaven
88.575
88.525
85.140
-10.149
-8.991
-4.822
-16.576
-25.567
-30.389
Uitgaven
Totale cashflows Saldo rekening courant
-6.427
De onderste regel betreft de geprognosticeerde stand van de rekening courant per het einde van het jaar. In de planning zit nog wel de nodige onzekerheid. Vooral in de grondexploitaties worden inkomsten uit grondverkopen verwacht. Als deze inkomsten tegen vallen, dan kan het zijn dat er nog aanvullende financiering noodzakelijk is. Ook kan nieuwe besluitvorming ertoe leiden dat aanvullende financiering noodzakelijk is. 1
Kredietrisico’s In het volgende overzicht worden de kredietrisico’s op de verstrekte gelden weergegeven. Hiervoor zijn de risico’s aangegeven per risicogroep. Risicogroepen zijn de types instellingen aan wie gelden zijn verstrekt. De risicogroepen zijn gerangschikt naar oplopend risico. Bij de woningcorporaties is het risico het laagst en bij de verenigingen/stichtingen het hoogst. KREDIETRISICO OP VERSTREKTE GELDEN PER 31-12-2014 Risicogroep
Restantschuld x 1.000 euro
%
Woningcorporaties Hypothecaire geldleningen ambtenaren Startersleningen Verenigingen/stichtingen
2.012 5.504 1.145 92
23,0% 62,9% 13,1% 1,1%
Totaal
8.753
100%
Zoals uit voorgaand overzicht blijkt zijn de kredietrisico’s voor de gemeente Lingewaard minimaal.
1
Kredietrisico is het risico van een waardedaling van een vordering ten gevolge van het niet (tijdig) na kunnen komen van de
verplichtingen door de tegenpartij als gevolg van insolventie (onvermogen om zijn schulden te kunnen betalen)
122
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.4 Financiering 1
Bij de leningen aan de woningcorporaties geldt het WSW als achtervang. Bij de hypothecaire geldleningen heeft elke afzonderlijke lening voldoende onderpand. Ook de startersleningen zijn verstrekt met hypothecaire zekerheid. Alleen bij de leningen verstrekt aan verenigingen/stichtingen bestaat een klein risico, dit aandeel is beperkt van omvang, te weten 1,1% van de totale uitzettingen. Vanaf 2014 zijn er weer nieuwe startersleningen uitgegeven, waardoor deze restantschuld is gestegen ten opzichte van 2013. Omdat er in de markt sprake is van een erg lage rente zijn er in 2014 diverse ambtenaren geweest die de hypotheek vervroegd hebben afgelost. De restantschuld aan hypothecaire geldleningen ambtenaren is hierdoor met ruim € 800.000 afgenomen. Kortom het totale kredietrisico op verstrekte gelden is in 2014 lager geworden.
3. Financiering2 Financieringspositie Het beleid van de gemeente Lingewaard is erop gericht om zoveel mogelijk van de vrijkomende middelen in te zetten voor de financiering van de eigen investeringen. Ook in het afgelopen jaar heeft de gemeente Lingewaard dit beleid gevolgd. Het achterblijven van investeringen op de planning en een aantal niet geraamde inkomsten heeft er voor gezorgd dat er in 2014 geen aanvullende financiering nodig was. Leningenportefeuille Uit het volgend overzicht blijkt dat ten gevolge van de reguliere aflossingen het gemiddelde rentepercentage met 0,04% is toegenomen. Er zijn in 2014, zoals hiervoor reeds vermeld, geen nieuwe geldleningen opgenomen (terwijl er € 10 miljoen was begroot). De eindstand van de leningenportefeuille per 31-12-2014 is dan ook € 78.735.000 in plaats van de € 88.735.000 uit de begroting 2014.
Bedrag
(Bedragen x EUR 1.000) Gemiddelde Invloed op rente gem. rente
Beginstand per 1 januari 2014
83.964
3,86%
Nieuwe leningen Reguliere aflossingen Vervroegde aflossingen Renteaanpassing (oud percentage) Renteaanpassing (nieuw percentage) Omzetting vast naar vlottend Omzetting vlottend naar vast
0 -5.229 0 0 0 0 0
0,00% 3,21% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00%
0,00% 0,04% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00%
Eindstand per 31 december 2014
78.735
3,90%
0,04%
4. Organisatie / informatievoorziening De liquiditeitenplanning is in 2014 twee maal volledig geactualiseerd. Hiervoor heeft de medewerker treasury regelmatig contact gehad met de diverse budgetbeheerders en budgethouders. Tussentijds bekend geworden mutaties zijn onmiddellijk verwerkt. De liquiditeitenplanning is daarmee door het jaar heen zo actueel mogelijk gehouden.
1
WSW is Waarborgfonds Sociale Woningbouw, indien de woningcorporaties niet meer kunnen betalen treed het WSW in hun plaats,
daarom zeer laag risico voor kredietverstrekkers. 2
Financiering is het aantrekken van benodigde financiële middelen voor een periode van minimaal één jaar.
123
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.4 Financiering
124
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.5 Bedrijfsvoering
Paragraaf 5.5 Bedrijfsvoering Om de dienstverlening aan onze inwoners op een hoog kwaliteitsniveau te kunnen houden is de organisatie destijds ingericht naar de verschillende rollen van de inwoner. In 2014 is door de verschillende ontwikkelingen van de afgelopen periode, zoals de oprichting van de omgevingsdienst en de voorbereiding op de decentralisaties door de organisatie bekeken of deze indeling nog voldoende aansluit op de wens om te werken als een doelgerichte en servicegerichte organisatie die staat voor professionele kwaliteit, open transparant voor de inwoners. Om bedrijfvoeringsprocessen efficiënt, effectief en conform de geldende wetgeving in te richten, zodat we de maximale capaciteit (tijd, geld, enz.) over houden voor de uitvoering van de programma’s hanteerden we de volgende doelstellingen voor de bedrijfsvoering: • Doelmatig (efficiënt): de mate waarin de gewenste prestaties en beoogde maatschappelijke effecten worden gerealiseerd met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen; • Doeltreffend (effectief): de inspanningen en uitgaven dragen op een effectieve wijze bij aan de realisatie van de beoogde doelen; • Rechtmatig: de doelen worden bereikt in overeenstemming met de wettelijke kaders.
Wat hebben we bereikt? A. Optimaal personeelsbestand (kwalitatief/kwantitatief). Een zodanige samenstelling van het personeelsbestand (zowel kwantitatief als kwalitatief) dat de vereiste taken op professionele wijze kunnen worden uitgevoerd. Met andere woorden: de juiste medewerker op de juiste plaats. Om dit te bereiken hebben we in 2014 gezocht naar een goede mix tussen vast en tijdelijk personeel, en inhuur. B. Juiste en betrouwbare informatie. Voor een optimale dienstverlening geldt als absolute randvoorwaarde dat de informatievoorziening op orde is. Via de 4 onderscheiden kanalen (post/mail, website, balie en telefoon) is eenduidige, volledige en betrouwbare informatie beschikbaar gesteld. C. Juridische kwaliteitszorg. Het verhogen en beheersen van de juridische kwaliteit van producten, het beheersen van de juridische risico’s en het terugdringen van juridisering. D. Organisatie ontwikkeling. Gestreefd wordt naar een organisatie die effectief, efficiënt, flexibel, innovatief en klantgericht is. Gezien de steeds veranderende omgeving is hierbij sprake van een continu proces. Ook in 2014 is onderzocht op welke wijze de organisatie het beste ingericht kan worden en of eventuele samenwerking met omliggende gemeenten zinvol is. E. Gezonde financiële huishouding. Het beheersen van de geldstromen en het bewaken van de juiste uitvoering van de begroting. We hebben gezorgd voor een solide financiële basis door een sluitende meerjarenbegroting 2015-2018 aan te bieden, waarin financiële ruimte is gecreëerd door invoering van precariobelasting op kabels en leidingen F. Automatisering. Het aanbieden, beheren en onderhouden van een adequate technologie ter realisatie van een optimale informatievoorziening. G. Goede interne en externe communicatie. Heldere, open en proactieve communicatie. De gemeentepagina bleef in 2014 een belangrijk middel in de informatievoorziening naar de inwoners. H. Optimale huisvesting & facilitaire dienst. Het optimaal faciliteren van de organisatie op het gebied van huisvesting, service en hulpmiddelen. I. Professionele uitvoering verwervingsprocessen. Het juridisch en inkoop technisch verantwoord verwerven van noodzakelijke en kwalitatief gewenste producten, diensten en werken tegen lage integrale kosten op langere termijn.
125
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.5 Bedrijfsvoering
Wat hebben we gedaan? A. Optimaal personeelsbestand HRM cyclus De kern van strategisch HRM-beleid is het te allen tijde zorg dragen voor de juiste man of vrouw op de juiste plaats. Met daarbij een gezonde mix tussen zelf doen en inhuur van derden. Met het helder formuleren van resultaatafspraken, verwachtingen en het geven van eerlijke feedback naar en goede coaching van de medewerkers, kan worden gezocht naar een optimale aansluiting bij de organisatiedoelen. Het vliegwiel voor dit beleid vormt de gesprekscyclus. In 2014 is met het grootste deel van de medewerkers, te weten 92%, een IWP gesprek gevoerd. Kengetallen
Onderwerp Personeelsformatie (fte) Personeelsbezetting (fte vaste schil) Kosten tijdelijk personeel via payroll (x1.000 €) Inhuur A,B,C tlv p-budget (x1.000 €) Inhuur A,B,C tlv overige budgetten (x1.000 €) Gemiddeld aantal personeelsleden (vaste schil) per 1.000 inwoners Gemiddelde diensttijd Gemiddelde leeftijd Loonsom (x 1.000 €) inhuurpercentage 2014 Ziekteverzuimpercentage Instroom (aantal personeelsleden) Uitstroom (aantal personeelsleden) Opleidingsbudget (in €)
Begroting 2013 267,82
Werkelijk 2013 221,23
5,8
16.366 11% 4,5
421.650
Begroting 2014 1 243,66
2
4,8 13,64 48,29 14.540 10,01% 4,98 8 41 304.643
5,3
15.000 10% 4,5
322.070
Werkelijk 2014 214,33 590 1.426 549 4,7 14,59 48,88 13.698 9,3% 5,92 6 4 340.491
Het verzuimpercentage was in 2014 hoger dan vorige jaren. Er is in 2014 sprake van een hoger kortdurend verzuim en langdurig verzuim. In het laatste geval gaat het om ziekteverzuim van medewerkers, welke zal leiden tot (gedeeltelijke) WIA instroom. Het opleidingsbudget is in 2014 volledig opgemaakt en zelfs met € 18.421 overschreden. Deze meerkosten zijn binnen de andere personeelsbudgetten opgevangen. Er is actief ingezet op het volgen van functiegerichte opleidingen, maar ook organisatiebrede opleidingen zoals een management development programma voor het leidinggevende kader en een training helder & strategisch adviseren.
1
In de programmabegroting 2014 staat een formatie van 236,72 fte vermeld. Dit was de formatie exclusief de uitbreiding die de raad in de kadernota 2014 ( 20 juni 2013) heeft goedgekeurd. 2 Bezetting 2013 exclusief brandweer en ODRA (juni 2013)
126
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.5 Bedrijfsvoering
Formatie en bezetting (vaste schil) verdeeld over de verschillende afdelingen: 2014 directie (secretaris) Staf BPO Dienstverlening 1 VTH OBR Bedrijfsvoering griffie Totaal
begroot werkelijk 1,00 1,00 4,00 3,00 34,05 29,56 55,58 53,22 16,03 7,00 52,86 49,63 77,25 68,03 2,89 2,89 243,66
214,33
Flexibele schil/inhuur derden De vaste schil van personeel bestaat uit de bezetting van medewerkers met een aanstelling in algemene dienst voor onbepaalde tijd bij de gemeente. Door daarnaast te werken met een flexibele schil kan de organisatie flexibeler inspelen op veranderingen. De flexibele schil kan uit twee vormen bestaan: 1. Tijdelijk personeel, medewerkers met een tijdelijk contract op reguliere formatie. Hierbij wordt veelal met payroll constructie gewerkt; 2. Personeel dat via derden wordt ingehuurd voor een tijdelijke periode vanwege: - Inzet van specialistische kennis - Overbrugging i.v.m. een lopende werving & selectieprocedure - Moeilijk vervulbare vacature - Opvang piekwerkzaamheden - Opvang langdurig verzuim De tweede vorm (ad 2) is de inhuur, die valt onder de definitie: “het uitvoeren van werkzaamheden in opdracht van een bij de gemeente in dienst zijnde opdrachtgever, door een private organisatie met winstoogmerk, door middel van het tegen betaling inzetten van personele capaciteit en deskundigheid, zonder dat daar een arbeidsovereenkomst of aanstelling tussen de gemeente en de daarbij ingezette personen aan ten grondslag ligt”. Wij hebben bij de verantwoording in de financiële cyclus aan de raad over deze inhuur een onderverdeling gemaakt in drie categorieën: Inhuur A (beleidsgevoelige externe inhuur), Inhuur B (beleidsondersteunende externe inhuur) Inhuur C (inhuur ter ondersteuning van de bedrijfsvoering) De totale personele lasten bestaan uit het budget loonsom plus de overige kosten voor personeel zoals opleidingskosten, reiskosten voor dienstreizen etc. De organisatie kan hierdoor de keuze maken om bijvoorbeeld minder geld te besteden aan de ontwikkeling van personeel en/of de uitvoering van HRM beleid en juist in te huren om te voorkomen dat de dienstverlening onder druk komt te staan. De kosten voor inhuur worden daarbij steeds opgevangen binnen de door de raad totaal beschikbare budgetten voor personeel. In 2014 was er een totaal budget beschikbaar voor personele kosten van € 15.353.700. Van dit budget werd 9,3% besteed aan inhuur. Inhuur derden De uitgaven voor inhuur derden door de gemeente Lingewaard mogen per jaar niet meer bedragen dan 10% van de totale personele kosten.
realisatie 9,3%
indicator 10%
1
De werkelijke bezetting van team VTH zit deels in de cijfers van de werkelijke bezetting afdeling Dienstverlening 127
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.5 Bedrijfsvoering
Inhuur A (beleidsgevoelige externe inhuur) Inhuur B (beleidsondersteunende externe inhuur) Inhuur C (ondersteuning van de bedrijfsvoering) Totaal A,B,C
inhuur tlv p-budget (werkelijk) € 387.849 € 85.580 € 952.365 € 1.425.794
inhuur tlv overige budgetten (werkelijk) € 236.407 € 10.730 € 301.729 € 548.866
B. Juiste en betrouwbare informatie Publicatie decentrale regelgeving De website www.overheid.nl is op internet de toegang tot alle informatie en diensten van de Nederlandse overheid op internet. Alle actuele verordeningen worden op de Centrale voorziening decentrale regelgeving (CVDR) geplaatst en dit wordt waar nodig steeds ververst. Om verordeningen ook daadwerkelijk in werking te laten treden is tegenwoordig bekendmaking via de Gemeenschappelijke Voorziening Officiële Publicaties (GVOP) verplicht. Dit is in 2014 ook gebeurd. De verdere gemeentelijke bekendmakingen staan ook op www.overheid.nl. Alle bekendmakingen voor Het Gemeentenieuws worden op de eigen website van de gemeente geplaatst en vandaar direct doorgezet naar www.overheid.nl. Publicatie decentrale regelgeving Plaatsen van alle verordeningen op de website www.overheid.nl Plaatsen van de gemeentelijke bekendmakingen op de website www.overheid.nl
realisatie 100% 100%
indicator 100% 100%
Dienstverlening In 2014 is een begin gemaakt met het opnieuw starten van onderdelen die te maken hebben met de gemeentelijke Dienstverlening. Een nadere uitleg hierover is opgenomen onder programma 10 Burger en Bestuur, paragraaf 10.3.1. In 2012 zijn we gestart met het werken op afspraak. Ná 3 jaar kunnen we stellen dat er een voorzichtige groei van het aantal afspraken zichtbaar is. In 2014 is er geen nadrukkelijk campagne gevoerd voor het werken op afspraak, dit is voor 2015 wel de bedoeling. Meldingen In 2014 zijn 3318 meldingen geregistreerd. Bijna de helft van de meldingen (1621) hadden betrekking op zaken in de openbare ruimte (zie ook 9.3.1.). In 2014 werd 92% van alle meldingen binnen de gestelde 1 termijnen afgehandeld . De meldingen in de openbare ruimte zijn in 2014 in 98% van de gevallen binnen de termijn afgehandeld door het team Technisch Wijkbeheer. Het organisatiegemiddelde lag op 92% binnen de gestelde termijn. Het meer jaren beeld laat zien dat het percentage meldingen dat binnen de gestelde termijn wordt afgewikkeld gestegen is. binnen de termijn
1
2010
3575
t/m 3 dagen te laat 143
4 t/m 7 dagen te laat 94
8 dagen of meer te laat 180
Eindtotaal
2011
3188
120
75
245
3628
2012
3230
69
59
214
3572
2013
2779
86
63
111
3039
2014
3069
79
48
122
3318
Voor de afhandeling van meldingen gelden de volgende afhandelingstermijnen: − a-melding: binnen 4 uur afhandelen (kans op letsel/schade) − b-melding: binnen 5 werkdagen afhandelen (groot ongemak) − c:melding: binnen 8 weken, binnen 5 werkdagen terugkoppeling
128
3995
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.5 Bedrijfsvoering
binnen de termijn 2010
89%
t/m 3 dagen te laat 4%
2011
88%
3%
2012
90%
2%
2013
91%
2014
92%
4 t/m 7 dagen te laat 2%
8 dagen of meer te laat
Eindtotaal
5%
100%
2%
7%
100%
2%
6%
100%
3%
2%
4%
100%
2%
1%
4%
100%
C. Juridische kwaliteitszorg Gedragsregels Met de komst van een nieuwe raad en college in 2014 is in een tweetal bijeenkomsten aandacht besteed aan integriteit voor politieke ambtsdragers. In het Medewerkersbelevingsonderzoek (MBO) is aandacht gegeven aan de integriteit. Hieruit is naar voren gekomen dat 49% van de medewerkers zich vrij voelt om collega’s of anderen aan te spreken wanneer integriteit in het geding is. 32% van de medewerkers heeft neutraal geantwoord op dit vraagstuk. Ambtseed of -gelofte Medewerkers hebben een bijzondere positie als ambtenaar. Inwoners mogen er tenslotte zonder meer vanuit gaan dat de overheid betrouwbaar en integer is. Integriteit is een manier van handelen. Om die bijzondere positie te benadrukken leggen binnen onze organisatie medewerkers een eed of belofte af. In 2014 hebben drie bijeenkomsten plaats gevonden waarin onze nieuwe (tijdelijke) collega’s de eed of belofte aflegden aan de gemeentesecretaris. Na het afleggen van de eed/belofte is er gelegenheid geweest om met elkaar na te praten over integriteit en de dilemma’s die dit soms oplevert. Bezwaarschriften In 2014 zijn er 269 bezwaarschriften behandeld door team Juridische Zaken dan wel het secretariaat van de bezwaren commissie. Uit 2013 waren er nog 165 bezwaren te behandelen. Hiervan hadden er 152 betrekking op een Verkeersbesluit Doornenburg. Het aantal ingediende bezwaren in 2014 bedroeg 117, waarvan er vorig jaar 104 door zijn behandeld. Er zijn 13 bezwaren voor behandeling doorgeschoven naar 2015. Van de 269 bezwaren die in 2014 zijn behandeld, zijn er uiteindelijk 47 ingetrokken. In 11 gevallen is geconcludeerd dat de commissie niet bevoegd is te adviseren en heeft het tot doorzending van het bezwaar geleidt naar het juiste bestuursorgaan of naar de rechtbank. In 211 gevallen zijn de bezwaren voorgelegd aan de commissie, waarvan bij 204 bezwaren nu bekend is wat de uitkomst van de bezwaarschriftenbehandeling is. Ten aanzien van de doorlooptijd van deze 204 bezwaren kan het volgende worden opgemerkt. Gemiddeld bracht de commissie binnen 10 weken advies uit aan het college. Van de bezwaren is vervolgens 92% door het college afgehandeld binnen 18 weken, dus na verdaging binnen de verlengde bezwarentermijn. Iets minder dan een vijfde van deze bezwaren was afgehandeld binnen de wettelijke termijn van 12 weken. Een relatief groot aantal van de ingediende bezwaren had betrekking op de Verkeersbesluiten in Doornenburg (75%). Dit was een complex bezwaar dat uiteindelijk net binnen de 18 weken is afgehandeld. Het is gerechtvaardigd om dit als één bezwaar te beschouwen om een meer reëel beeld te geven van de doorlooptijden. In dat geval is 43% van de bezwaren binnen 12 weken afgehandeld en 73% van de bezwaren binnen 18 weken. Bezwaren zijn mede door de grote hoeveelheid te behandelen bezwaren bij aanvang van het jaar (Verkeersbesluit) wat later ingepland op de hoorzitting. Tevens is het zo dat bezwaren vaak laat worden ingetrokken waardoor op de opengevallen plek in een hoorzitting niet nog weer een nieuw bezwaar worden ingepland. Dit betekent wel dat andere bezwaren dan wat later dan strikt noodzakelijk worden ingepland. Ook moet worden geconstateerd dat na advisering door de commissie het vaak relatief 129
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.5 Bedrijfsvoering
lang duurt voordat het college of een gemandateerde een beslissing op bezwaar neemt, waarmee de uiteindelijke doorlooptijd van een bezwaar langer wordt. Omschrijving Bezwaarschriften Besluitvorming nog onbekend Ingetrokken / commissie niet bevoegd Niet-ontvankelijk (Deels) gegrond (Deels) ongegrond
Aantal 2014 269 7 58 27 136 41
Bezwaarschriften Afhandeling van de ontvangen bezwaarschriften binnen de gestelde 12 wekentermijn
realisatie 43%
indicator 75%
Afhandeling van de ontvangen bezwaarschriften binnen de gestelde 18 wekentermijn (na verdaging)
73%
95%
Klachten In 2014 zijn 23 klachten ingediend en was er nog één klacht te behandelen uit 2013. Deze klachten worden in eerste instantie informeel afgehandeld door de manager en/of teamleider. Wanneer dit niet tot een oplossing leidt dan bestaat de mogelijkheid om een klacht te laten behandelen via de onafhankelijke klachtadviescommissie. Deze commissie hoort dan zowel klager als de vertegenwoordiger van het college en brengt vervolgens advies uit aan het college om tot een uitspraak te komen over de klacht. Deze formele klachtenbehandeling heeft in 2014 twee keer plaatsgevonden, waarbij één klacht ongegrond en de andere klacht deels gegrond is verklaard. Van de ingediende klachten zijn er in 2014, inclusief de klacht uit 2013, 21 helemaal afgehandeld. Hiervan is 70% binnen veertien weken afgehandeld. In zes gevallen duurde de afhandeling wat langer, onder andere door complexiteit van de klachten. klachten Percentage klachten dat binnen de 14 wekentermijn (na verdaging) wordt afgehandeld
realisatie 70%
indicator 95%
WOB-verzoeken WOB-verzoeken worden in de regel afgehandeld binnen 4 weken nadat het verzoek is ontvangen (met mogelijkheid van verdaging met 4 weken). De termijn voor afhandeling van de WOB-verzoeken is erg afhankelijk van de gegevens waarom wordt verzocht. Het totaal aantal WOB-verzoeken in 2014 is 72. Hiervan zijn er 2 weer ingetrokken. In 22 gevallen is het WOB-verzoek digitaal ingediend, terwijl deze weg voor WOB-verzoeken niet is opengesteld. Deze verzoeken zijn dan ook niet in behandeling genomen. Van het totaal ingediende aantal WOB-verzoeken is er uiteindelijk in 48 gevallen een WOB-besluit genomen. Vanwege het grote aantal WOB-verzoeken en de complexiteit van de verzoeken, oftewel de gevraagde informatie, was het vaak noodzakelijk om de afhandelingstermijn te verdagen. Daardoor kon er in 50% van de gevallen binnen vier weken een WOB-besluit worden genomen. Wob-verzoeken Percentage WOB-verzoeken dat binnen de 4 wekentermijn wordt afgehandeld
realisatie 50%
indicator 75%
Wet dwangsom De gemeente heeft gedurende het jaar een aantal ingebrekestellingen ontvangen in verband met het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag of een bezwaar. Wanneer een ingebrekestelling binnenkwam 130
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.5 Bedrijfsvoering
is telkens snel actie ondernomen om alsnog binnen een termijn van twee weken een besluit te nemen, wat bijna altijd. In één geval is dat niet gelukt en is een dwangsom uitbetaald. Aansprakelijkheid Op 1 januari 2014 waren nog 22 aansprakelijkstellingen in behandeling uit voorgaande jaren. In 2014 zijn 71 niet aansprakelijkstellingen ontvangen. De aansprakelijkstellingen hebben betrekking op: - zaakschade 56 - letselschade 6 - zaak/letselschade 15 - vermogensschade 14 - immateriële schade 2 Van de 93 aansprakelijkstellingen zijn er 30 aangemeld bij onze aansprakelijkheidsverzekeraar en zij er 63 in eigen beheer afgehandeld. Van de 75 afgewikkelde zaken waren we - 20 keer aansprakelijk - 44 keer niet aansprakelijk - en is 5 keer de zaak niet doorgezet of ingetrokken - en zijn 6 zaken doorgestuurd In 2014 was het totale schadebedrag door gemeente uitgekeerd aan derden waarvan € 26.523 is uitgekeerd door de bankafdeling en daarna pas aangemeld voor de aansprakelijkheidsverzekering. Het totale schadebedrag door de verzekering uitgekeerd aan derden bedraagt
€ 37.215
€ 5.529
Op 31 december 2014 waren er nog 18 zaken in behandeling. Deze hebben betrekking op het volgende: - 5 zaken lopen bij de rechtbank. 1 Daarvan heeft betrekking op een bouwvergunning, 1 op gewekte verwachtingen, 2 op de zondag openstelling winkels en 1 op bestuursdwang. - 6 zaken betreft letselschade. Alle zaken zijn aangemeld bij CB en zijn in afwachting van de onderbouwing van de letselschade door claimanten en/of hun vertegenwoordigers. Letselschade neemt vaak langere tijd in beslag. - 2 zaken betreft vermogensschade, waarbij we wachten op onderbouwing van claimanten. - 5 zaken betreft zaakschade, waarbij we wachten op een reactie van de bankafdeling. CAR-verzekering Daarnaast kennen we nog de aansprakelijkstellingen, die vallen onder de CAR-verzekering. De CARverzekering dekt de schade tijdens (bouw)werkzaamheden. De doorlopende CAR-verzekering biedt ook dekking voor schade aan en van aannemers en onderaannemers die werkzaamheden uitvoeren voor de gemeente. Het eigen risico per schadegeval is dit jaar verhoogd naar € 5.000 per schadegeval. In 2014 zijn er 6 zaken ingediend en van het voorgaande jaar stonden er nog 5 zaken open. Dus totaal 11 zaken. Het betrof 11 keer schade in de vorm van scheurvorming of verzakking van de woning als gevolg van riolerings- of wegwerkzaamheden. Alle 11 zaken zijn aangemeld bij de verzekeraar, waarvan er eind 2014 6 zijn afgehandeld. In 3 gevallen is de schade toegekend. De gemeente heeft aan derden uitgekeerd Er is totaal uitgekeerd door de verzekeringsmaatschappij aan derden:
€ 8.512 € 41.746
131
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.5 Bedrijfsvoering
D. Organisatie ontwikkeling Onze organisatie is blijvend in beweging. Wij veranderen mee met de samenleving. Als we dat niet doen dan plaatsen we ons snel buiten de werkelijkheid. Ook in 2014 is aandacht gegeven aan intergemeentelijke samenwerking. Een nadere uitleg hierover is opgenomen onder programma 10 Burger en Bestuur, paragraaf 10.4.4. Vanaf 1 januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor alle ondersteuning aan mensen op het gebied van werk, inkomen, welzijn, persoonlijke verzorging, opgroeien & opvoeden en veiligheid. Dit komt voort uit afspraken die de Rijksoverheid, provincies en gemeenten hebben afspraken gemaakt om de bestaande verzorgingsstaat te hervormen veranderen in naar een ‘participatiesamenleving’, een samenleving waarin iedereen op zijn of haar eigen manier kan meedoen. Ons doel is om de bestaande en nieuwe taken zo goed mogelijk op elkaar aan te laten sluiten en tegelijkertijd te zorgen dat zoveel mogelijk mensen hun kansen en talenten benutten. Niet alleen onze medewerkers kregen in 2014 te maken met de decentralisaties en is er heel wat werk verzet. De decentralisaties dwingen naast de gemeente ook maatschappelijke organisaties, bedrijven en burgers zich te bezinnen op hun rol en positie in het sociale domein. Voor de aanbieders werden wij de inkopers van de zorg. Na een intensief inkooptraject onder aanvoering van de gemeente Arnhem, hebben we in het laatste kwartaal van 2014 101 inkoopcontacten afgesloten. Daarnaast zijn met 9 instanties afspraken gemaakt over de bovenregionale jeugdhulp. Begin 2015 zijn nog 17 nagekomen regionale contracten vastgesteld, waarmee het totaal aantal contracten op 127 komt. E. Gezonde financiële huishouding Rekenkamercommissie en auditcommissie De rekenkamercommissie heeft in 2014 twee onderzoeken verricht, namelijk: • Onderzoek wijkplatforms. Het rapport van de rekenkamercommissie is vastgesteld tijden de raadsvergadering van 10-7-2014 en bevat 6 aanbevelingen voor het college van B&W en 2 aanbevelingen voor de gemeenteraad. Tevens is een amendement aangenomen. In de B&Wvergadering van 23-12-2014 is besloten om de raad elk kwartaal te informeren over de voortgang met betrekking tot de aanbevelingen. De eerste informatienota is inmiddels ter kennis gebracht van zowel de gemeenteraad als de wijkplatforms. • Het onderzoek naar de jaarstukken over 2013. Gezien het causale verband tussen begroting en jaarstukken is besloten om de aanbevelingen van de rekenkamercommissie mee te nemen in het kader van de uitwerking van de programmabegroting 2016. Dit proces start begin 2015. Gaandeweg het onderzoek naar het glastuinbouwproject Bergerden is de rekenkamercommissie tot de conclusie gekomen dat de oorspronkelijke onderzoeksvraag (hoe moet de relatie van het gemeentebestuur Lingewaard met deze verbonden partij worden beoordeeld?) te ruim was en een verdere specificatie behoefde. Uiteindelijk heeft dit geleid tot de volgende onderzoeksvraag: op welke wijze is door de betrokken bestuurders en het college invulling gegeven aan hun informatie- en verantwoordingsplicht? Lopende het onderzoek is vervolgens geconcludeerd dat een verdere verdiepingsslag zou moeten worden gemaakt. Deze slag heeft niet plaatsgevonden. De interim rapportage van de rekenkamercommissie is vastgesteld in de raadsvergadering van 12-12-2013. In dit kader kan worden gemeld dat de raad met enige regelmaat wordt geïnformeerd over de ontwikkelingen van Bergerden, o.a. via de tussentijdse (10 punten)rapportages. In de vergadering van de auditcommissie van 17-11-2014 is bepaald dat deze commissie elk kwartaal wordt geïnformeerd over de voortgang van de diverse onderzoeken van de rekenkamercommissie (onderzoeken vanaf 2011 worden gemonitord).
132
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.5 Bedrijfsvoering
De auditcommissie is in 2014 vier maal bijeen geweest. Met de vaste adviseurs zijn onder andere de volgende onderwerpen aan de orde geweest: evaluatie auditcommissie, risicomanagement, financiële verordening, planning & control cyclus, accountantscontrole, monitoring onderzoeken rekenkamercommissie, treasurystatuut, digitale tussenrapportages (LIAS) en contract accountant. Onderzoek artikel 213a gemeentewet Het college onderzoekt het eigen gevoerde bestuur, zoals uitgevoerd door de ambtelijke organisatie op basis van artikel 213a van de gemeentewet. Dit (zelf)onderzoek, gericht op de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het door haar gevoerde bestuur, heeft in 2014 niet plaatsgevonden. De reden hiervan is gelegen in het feit dat de desbetreffende functionaris langere tijd wegens ziekte was uitgeschakeld. Jaarrekening (accountant), tussentijdse rapportages en IC-plan Bij schrijven van 12 juni 2014 heeft Ernst & Young Accountants het verslag van bevindingen inzake de controle van de jaarrekening 2013 ter beschikking gesteld. De accountant heeft een controleverklaring met beperking afgegeven met betrekking tot getrouwheid alsmede rechtmatigheid. Voornoemde beperking wordt voornamelijk veroorzaakt door de onzekerheden binnen het plangebied Bergerden. De stagnerende verkoop van tuinbouwkavels en de daarmee gepaard gaande nadelige gevolgen hebben geleid tot het opstellen van een nieuwe ontwikkelvisie voor Bergerden. Deze visie was ten tijde van het opstellen van de jaarrekening nog niet financieel uitgewerkt waardoor onzekerheid bestond of de boekwaarde zou kunnen worden terugverdiend. Naar het oordeel van de accountant geeft de jaarrekening 2013 van de gemeente Lingewaard, uitgezonderd de problematiek inzake Bergerden, een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten, de activa en passiva, alsmede de balansmutaties welke rechtmatig tot stand zijn gekomen en in overeenstemming zijn met de relevante wet- en regelgeving. Tot slot heeft de accountant verklaard dat het jaarverslag, voor zover dat dat door hen kan worden beoordeeld, verenigbaar is met de jaarrekening. Op basis van de zgn. 10-puntenlijst zijn, inclusief de voor- en najaarsnota, vijf tussentijdse rapportages aan de raad voorgelegd. Daarbij is de afspraak gemaakt, dat deze tussentijdse rapportages niet op voorhand worden geagendeerd voor een Politieke Avond of raadsvergadering. Mochten de rapportages daar toch e e aanleiding toe geven dan kunnen deze alsnog door en met de raad worden besproken. Zowel de 4 als 5 rapportage zijn geagendeerd voor de politieke avond. In 2014 is een jaarplan interne controle opgesteld. Daarin staat beschreven welke processen aan de interne controle worden onderworpen. Voor deze processen zijn deelplannen uitgewerkt waarin concreet staat beschreven op welke wijze de interne controle wordt uitgevoerd. Het jaarplan en de bijbehorende deelplannen zijn in overleg met de accountant tot stand gekomen en in de auditcommissie besproken. De accountant heeft in zijn eindrapportage geconstateerd dat de door hen verkregen controle-informatie als voldoende en geschikt is aan te merken. F. Automatisering Informatisering In het college programma wordt beschreven dat informatie en IT ondersteunend moeten zijn aan onze communicatie naar inwoners, bedrijven, andere belanghebbenden en de bedrijfsvoering processen. In 2014 is de visie op informatievoorziening beschreven als antwoord op de ambitie uit het college programma, de programmabegroting 2014, maatschappelijke trends en landelijke ontwikkelingen. Het effect is dat op eenduidige wijze naar de ontwikkeling van informatievoorziening wordt gekeken. Automatisering Elke inwoner of klant moet plaats- en tijdsonafhankelijk zaken kunnen doen met de gemeente. In 2014 hebben we de voorbereidingen getroffen om een goede basis neer te zetten. In 2015 wordt deze basis verder uitgerold. Onderdeel hiervan is het implementeren van een zaaksysteem om zaakgericht te kunnen 133
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.5 Bedrijfsvoering
werken. Met zaakgericht werken worden de doorlooptijden van zaken bewaakt en is de voortgang van zaken op elk moment via verschillende kanalen inzichtelijk voor alle betrokkenen. In 2014 is een aanbestedingsproject gestart en zijn de voorbereidingen getroffen om een keuze te maken met welk zaaksysteem in Lingewaard gewerkt gaat worden. Daarnaast is in een “Proof of Concept” uitgevoerd om te testen en toetsen of het voorlopig gegunde systeem aan de wensen en eisen van Lingewaard voldeed. Documentaire informatie Het archief van de gemeente is op orde. In 2014 is een inhaalproject uitgevoerd om een achterstand van 180 m archief in de dossiers te verwerken. Daarnaast is bij het Regionaal Archief Nijmegen het historisch archief van Bemmel bewerkt en publiceerbaar gemaakt. Dit deel archief is inmiddels overgedragen aan de archiefbewaarplaats. Op basis van de Archiefwet 1995 kunnen belangstellenden inzage krijgen in het overgedragen archief in Nijmegen. Gegevensbeheer De gegevensuitwisseling in het digitale tijdperk moet betrouwbaar en authentiek zijn. In 2014 zijn door het uitvoeren van het programma i-NUP de basisgegevens uitgebreid. Naast persoons- en objectgegevens zijn nu ook de gegevens van het Nationaal Handels Register aan de basisgegevens toegevoegd. Hierdoor wordt de eenduidigheid en kwaliteit van de dienstverlening verhoogd. Verder is in 2014 de resolutie "Informatieveiligheid, randvoorwaarde voor de professionele gemeenten" en hieruit voortkomend de "Baseline Informatiebeveiliging Gemeenten" (BIG) binnen de gemeente uitgezet in het project "Informatieveiligheid". Er is een inventarisatie gemaakt van de veiligheidsrisico's van het gebruik van gegevens binnen de gemeente. Landelijk gezien scoren we boven het gemiddelde. Desondanks wordt in 2015 verder gegaan in het wegnemen van zoveel mogelijk veiligheidsrisico's. G. Goede interne en externe communicatie Interne communicatie Een goed geborgde interne communicatie zorgt er voor dat collega’s trots zijn op hun organisatie en zich ambassadeur voelen, op de hoogte zijn van de belangrijkste ontwikkelingen binnen de eigen organisatie, zich serieus genomen voelen en gebruik maken van elkaars kracht en kennis. In 2014 zijn een aantal stappen gezet in deze richting: • Intern communicatiebeleid is vastgesteld. • De ontwikkelpunten vanuit het MBO zijn in workshops en discussiebijeenkomsten gezamenlijk aangepakt. • Er zijn zeepkistbijeenkomsten georganiseerd waarin informatie met elkaar wordt gedeeld. Zowel topdown (managementinformatie) als parallel (delen informatie door teams). • De gemeentesecretaris heeft een wekelijks blog op intranet. Externe communicatie De gemeente wil inwoners tijdig, juist en volledig informeren en betrekken bij beleidsvorming. Met de komst van het nieuwe college wordt zelfs een stap verder gemaakt door ook overheidsparticipatie te gebruiken. Het project inwonersparticipatie is een concreet voorbeeld van waarin deze onderwerpen tot uiting komen. Dit project is in 2014 opgestart en zal doorlopen in het volgende jaar. In 2014 is het onderzoek naar de externe communicatiemiddelen van de gemeente afgerond. De gemeentepagina blijft een belangrijk middel in de informatievoorziening naar de inwoners. Afgelopen jaar zijn daarom opnieuw specials op de gemeentepagina gemaakt, over de kernen, de decentralisaties en over de wijkplatforms. Daarnaast zijn nieuwsbrieven verspreid (o.m. Lingewaard Terzake) en is veelvuldig gebruik gemaakt van persberichten. Social media gebruik in de gemeente neemt toe. Daar is op ingesprongen door in 2014 medewerkers en collegeleden te trainen op de mogelijkheden van social media, ook om dit toe te 134
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.5 Bedrijfsvoering
passen in interactieve beleidsvorming. Deze trainingen waren een groot succes. Daarnaast is het gebruik van de eigen social media kanalen toegenomen, Facebook met 150% en , Twitter met 800 volgers. H. Optimale huisvesting & facilitaire dienst In 2014 is er regelmatig contact geweest met alle interne klanten om het serviceniveau goed op peil te houden. Eén van de genomen, en ook gewaardeerde acties, is een roadshow geweest langs alle teams. Hier lag de nadruk op BHV en de zelfredzame medewerker. Er is aangegeven dat iedereen nu geacht wordt zelf als ontruimer op te treden en dat de BHV/ploeg zich vooral concentreert op controle en zorg voor mogelijke minder zelfredzame. Ook is een start gemaakt met nader onderzoek op het gebied van huisvesting als het gaat om klimaat, geluid en beveiliging. Concreet voor 2014 betekent dit: - het plaatsen van een scheidingswand geplaatst in de bestuursvleugel. Kwam ook als advies naar voren uit het onderzoek POP. - onderzoek naar de klimaatomstandigheden. - onderzoek naar het gemelde geluidsoverlast op diverse plekken in het gebouw. - workshop met 60 medewerkers in het kader van agressiepreventie. - opschaling van het interventieteam om de groei aan agressie-incidenten goed te kunnen blijven pareren. De resultaten van de genoemde onderzoeken zullen in 2015 verder worden opgepakt en worden voorzien van een plan van aanpak. De aanbestedingen van glasbewassing en bedrijfscatering zijn opgestart en afgerond in 2014. Rekening houden met de gewenste kwaliteit is tevens gekeken om waar mogelijk lokaal aan te besteden en is ook de factor sociale duurzaamheid meegenomen in de afweging. In overleg met team P&O is gekeken naar de taak als werkgever op het gebied van Arbo. Er is de keus gemaakt om de taak van preventiemedewerker binnen het team Facilitaire Zaken te beleggen. Denk hierbij aan werkplekonderzoeken en het proces rond aanschaf van computerbrillen. De verzoeken tot gebruik van ruimtes en diensten, horende bij team Facilitaire Zaken, zijn allen getoetst aan de wet Markt en Overheid. Alleen daar waar een algemeen belang naar voren kwam is meegewerkt. I.
Professionele uitvoering verwervingsprocessen
De verschillende inkooptrajecten worden juridisch en inkoop technisch verantwoord uitgevoerd. Daarmee is bereikt dat inkopen tegen zo goed en goedkoop mogelijk hebben plaatsgevonden. In 2014 is door de gemeente Lingewaard de inkoopportal gebouwd voor de G5 (Arnhem, Overbetuwe, Renkum, Rheden en Lingewaard). Hoewel er nog een aantal technische, inhoudelijke problemen zijn, heeft een 3-tal gemeenten de inkoopportal in gebruik genomen. Lingewaard heeft ervoor gekozen om eerst de technische, inhoudelijke problemen op te lossen voordat tot uitrol van de inkoopportal wordt overgegaan. Eind 2014 was de verwachting dat dit in het 1e halfjaar 2015 kan worden gerealiseerd, waarmee ook de strategische inkoopfunctie verder kan worden gerealiseerd.
135
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
Paragraaf 5.6 Verbonden partijen Inleiding De gemeente Lingewaard heeft in diverse organisaties bestuurlijke bevoegdheden. Deze bestuurlijke zeggenschap brengt verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid met zich mee. Door bijvoorbeeld te participeren in een gemeenschappelijke regeling verbindt de gemeente zich aan de andere organisatie. Naast de mogelijkheden die deze bestuurlijke participaties bieden, zijn hieraan risico’s verbonden. Zoals beleidsmatige (verlies van eigen beleidsruimte, doelen worden niet gerealiseerd), financiële (opdraaien voor tekorten), of onduidelijke afbakening van verantwoordelijkheden (functievermenging). Zo bedroeg de totale bijdrage van onze gemeente in 2014 aan de “Verbonden Partijen” circa elf miljoen euro. Een transparante, efficiënte en effectieve aansturing, beheer en toezicht van bestuurlijke relaties is daarom noodzakelijk. Het Besluit Begroting en Verantwoording stelt bovendien eisen aan de wijze waarop in de begroting en het jaarverslag moet worden omgegaan met de verantwoording over de verbonden partijen. Een verbonden partij is “een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk en financieel belang heeft”. Een financieel belang is een aan de verbonden partij ter beschikking gesteld bedrag dat niet verhaalbaar is indien de verbonden partij failliet gaat of het bedrag waarvoor aansprakelijkheid bestaat indien de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. Bestuurlijk belang is zeggenschap, hetzij uit hoofde van vertegenwoordiging in bestuur hetzij uit hoofde van stemrecht. In deze paragraaf wordt conform de vereisten verslag gedaan van de Verbonden Partijen in 2014. De door de gemeenteraad vastgestelde notitie verbonden partijen (2005) vormt de basis voor het toezichtarrangement waardoor tijdig inzicht mogelijk is op en sturing kan worden gegeven aan ontwikkelingen die van invloed zijn op de toekomstige financiële situatie van organisaties in de sfeer van verlengd lokaal bestuur. Bij het algemene toezicht kader zijn de volgende processtappen te onderscheiden: 1. probleem- en risicoanalyse; 2. onderzoeken en informeren; 3. bestuurlijk beoordelen; 4. indien nodig: interveniëren; 5. rapporteren door de toezichthouder; 6. evalueren. Deze notitie reikt tevens het algemene kader aan, waaraan eventuele nieuwe samenwerkingsverbanden worden getoetst. Een onderdeel van dit toezicht arrangement betreft de wijze waarop door de gemeentelijk vertegenwoordiger gerapporteerd wordt aan de gemeenteraad. Dit biedt voor de gemeentelijke vertegenwoordigers een handvat voor de aansturing van de betreffende verbonden partij. Bovendien wordt daardoor op ambtelijk en bestuurlijk niveau inzicht gekregen in het functioneren van de verbonden partij. In onze gemeente is het inmiddels gewoonte geworden tijdens politieke avonden een vast agendapunt daarvoor in te ruimen. Verder komen de conceptbegrotingen en jaarverslagen van de zwaardere verbonden partijen aan de orde in collegevergaderingen en worden de bevindingen ter kennis gebracht van de gemeenteraad. In 2013 is hieraan een werkproces voor de informatievoorziening aan de raad toegevoegd.
De visie op verbonden partijen Samenwerking staat op dit moment volop in de belangstelling. De trend is dat gemeenten voor steeds meer taken gaan samenwerken op verschillende schaalniveaus en in verschillende vormen. De belangrijkste oorzaken hiervoor zijn enerzijds de toenemende bestuurlijke drukte en complexiteit in het openbaar bestuur 136
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
en anderzijds decentralisaties en bezuinigingen door de rijksoverheid. Voor onze gemeente is dit aanleiding geweest om medio 2013 een visie en afwegingskader voor intergemeentelijke samenwerking op te stellen. Samengevat komt dit er op neer dat tot samenwerking besloten wordt wanneer:
•
meerwaarde van de samenwerking aantoonbaar is, en
• •
het perspectief van de burger voldoende gediend is, en democratische legitimering gewaarborgd is.
Het beleid ten aanzien van verbonden partijen Het beleid om in verbonden partijen te participeren is gebaseerd op een aantal criteria. Deze criteria zijn kort samengevat: • het participeren in een verbonden partij is alleen toegestaan indien daarmee een publieke taak wordt gediend; • participatie in een privaatrechtelijke rechtsvorm vindt uitsluitend plaats indien onderzocht en gemotiveerd is waarom uitvoering van beleidsvoornemens niet in een publieke rechtsvorm kan plaatsvinden.
Algemeen Voor de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van samenwerking in het algemeen en Verbonden Partijen in het bijzonder verwijzen we naar programma 10, onderdeel bestuurlijke samenwerking (10.4.4). Als uitvloeisel van het afwegingskader is dit jaar op de volgende onderdelen gericht aandacht besteed aan het toezicht op en sturing van de Verbonden Partijen.
−
Werkproces
Om de betrokkenheid van de raad te verbeteren is in de eerste helft van 2014 een werkproces informatievoorziening Verbonden Partijen opgesteld. Dit voorziet in minimaal 2 formele informatiemomenten per verbonden partij per jaar. Dit stelt de raad in gelegenheid om op deze momenten haar opvattingen en zienswijze over de gang van zaken bij de Verbonden Partij kenbaar te maken.
−
Register
In juli heeft het college van Burgemeester en Wethouders het voorgeschreven register artikel 27 van de Wet gemeenschappelijke regelingen vast gesteld. Dit is vervolgens gepubliceerd en ligt ter inzage bij de gemeentewinkel. Inwoners van de gemeente kunnen zich op deze manier op de hoogte stellen van de Verbonden Partijen waar de gemeente aan deelneemt.
−
Onderzoek rekenkamercommissie e
De rekenkamer commissie heeft in de 2 helft van het jaar een onderzoek ingesteld naar de positie van de Verbonden Partijen bij onze gemeente. In november heeft zij daarover het concept rapport “Verkeer Verbonden” gepubliceerd. Het college heeft daar op een bestuurlijke reactie gegeven die ook ter kennis van e de gemeenteraad is gebracht. Naar verwachting zal de rekenkamer commissie in de 1 helft van 2015 het definitieve rapport aan de gemeenteraad aanbieden.
Overzicht van de verbonden partijen Hieronder staat de ‘lijst verbonden partijen’ zoals voor geschreven in Besluit Begroting en Verantwoording. Hierbij moet worden opgemerkt dat niet alle besturen van de Verbonden Partijen, al hoewel hen daar expliciet om is gevraagd, in staat zijn gebleken om, zoals voor geschreven voor 15 april 2014 de actuele financiële informatie, aan te leveren. Waar dit het geval is, wordt dit als ‘nog niet bekend’ vermeld.
137
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
Gemeenschappelijke Regeling Stadsregio Arnhem Nijmegen Doel Datum statuten, oprichtingsakte van de VP Datum meest recente wijziging van de VP Bij welk onderdeel/onderdelen van de programmabegroting hoort de VP
Partijen
Welke gemeenten en/of andere publieke partijen nemen deel in de VP
Openbaar belang
Welke openbaar belang wordt met de VP gediend?
Bestuurlijk belang
Deelname in Algemeen, Dagelijks bestuur Door wie
28 juni 2007 n.v.t. Programma 3 Programma 4 Programma 7 Programma 8 Programma 10 Gemeenten Arnhem, Beuningen, Doesburg, Duiven, Groesbeek, Heumen, Lingewaard, Millingen aan de Rijn, Montferland, Mook en Middelaar, Nijmegen, Overbetuwe, Renkum, Rheden, Rozendaal, Rijnwaarden, Ubbergen, Westervoort, Wijchen en Zevenaar Ten behoeve van het realiseren van de doelstelling verricht de stadregio sturende, plannende en coördinerende taken op de volgende terreinen: 1. Ruimtelijke ordening en grondbeleid 2. Volkshuisvesting 3. Verkeer en Vervoer 4. Economische ontwikkeling 5. Milieu Namens het college zijn aangewezen: M. Schuurmans-Wijdeven (College van bestuur en stadsregioraad) T. Peren (stadsregioraad)
Financieel belang
Voortgang
Ontwikkelingen
138
Met welk mandaat Besluitvorming deelname d.d. Bijdrage in 2014 in de begroting van de VP Omvang van het eigen vermogen en het vreemd vermogen aan het begin en het einde van het 2014 Rekeningresultaat 2014 Heeft de VP in 2014 haar aandeel in de programmabegroting gerealiseerd? Doet zij dit binnen de financiële kaders? Heeft de VP haar eigen doelstellingen gerealiseerd? Heeft de VP haar doelstellingen binnen haar eigen financiële kaders gerealiseerd? Welke relevante ontwikkelingen hebben zich in 2014 voorgedaan?
Gemeenteraadsbesluit mei 2014 € 140.661 € 21.524 (bijdrage stadsregio taxi)
Nog niet bekend Ja Ja Ja Ja Naast de reguliere taken is vooral aandacht besteed aan de gevolgen van de beëindiging van de WGR+ status. Als gevolg hiervan gaat de mobiliteitstaak naar de provincie Gelderland en dient
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
Wat heeft dit voor (financiële) gevolgen in 2014 en voor de toekomst? Rapportages
Interne organisatie
Jaarverslag VP d.d. Begroting 2015 VP d.d. Tussenrapportages d.d. Procesverantwoordelijk team
Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden Doel Datum statuten, oprichtingsakte van de VP Datum meest recente wijziging van de VP Bij welk onderdeel/onderdelen van de programmabegroting hoort de VP Partijen
Welke gemeenten en/of andere publieke partijen nemen deel in de VP
Openbaar belang
Welke openbaar belang wordt met de VP gediend?
Bestuurlijk belang
Deelname in Algemeen, Dagelijks bestuur Door wie
Met welk mandaat
Financieel belang
Voortgang
Ontwikkelingen
Besluitvorming deelname d.d. Bijdrage in 2014 in de begroting van de VP Omvang van het eigen vermogen en het vreemd vermogen aan het begin en het einde van het 2014 Rekeningresultaat 2014 Heeft de VP in 2014 haar aandeel in de programmabegroting gerealiseerd? Doet zij dit binnen de financiële kaders? Heeft de VP haar eigen doelstellingen gerealiseerd? Heeft de VP haar doelstellingen binnen haar eigen financiële kaders gerealiseerd? Welke relevante ontwikkelingen hebben zich in 2014 voorgedaan?
voor de overige taken een andere samenwerkingsvorm gevonden te worden. In 2014 geen. In 2015 mogelijk frictiekosten en op langere termijn een lagere bijdrage. Nog niet bekend I.v.m. het opheffen van de gemeenschappelijke regeling n.v.t. Staf
2002: ‘Hulpverlening Gelderland Midden’. 2011: ‘Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland – Midden’. Programma 1 Programma 2 Programma 10 Gemeenten: Arnhem, Ede, Wageningen, Renkum, Nijkerk, Zevenaar, Doesburg, Rheden, Overbetuwe, Duiven, Westervoort, Rozendaal, Scherpenzeel, Rijnwaarde, Barneveld en Lingewaard . Jeugdgezondheidszorg . Publieke gezondheid . Brandweerzorg, ambulancezorg en rampenbestrijding Aangewezen namens het college: M. Schuurmans-Wijdeven (DB/AB) openbare veiligheid. J. Sluiter (AB) publieke gezondheid: M. Schuurmans-Wijdeven zit in het DB, mede namens gem. Overbetuwe Gemeenteraadsbesluit mei 2014 Nog niet bekend
idem idem idem idem idem 1. Voorbereiding besluitvorming over Doorontwikkeling Repressieve Organisatie DRO (herschikking 139
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
Wat heeft dit voor (financiële) gevolgen in 2014 en voor de toekomst?
Rapportages
Interne organisatie
Jaarverslag VP d.d. Begroting 2015 VP d.d. Tussenrapportages d.d. Procesverantwoordelijk team
Gemeenschappelijke regeling Onderwijszaken Doel Datum statuten, oprichtingsakte van de VP Datum meest recente wijziging van de VP Bij welk onderdeel/onderdelen van de programmabegroting hoort de VP Partijen Welke gemeenten en/of andere publieke partijen nemen deel in de VP
Openbaar belang
Welke openbaar belang wordt met de VP gediend?
Bestuurlijk belang
Deelname in Algemeen, Dagelijks bestuur Door wie Met welk mandaat Besluitvorming deelname d.d. Bijdrage in 2014 in de begroting van de VP Omvang van het eigen vermogen en het vreemd vermogen aan het begin en het einde van het 2014 Rekeningresultaat 2014 Heeft de VP in 2014 haar aandeel in de programmabegroting gerealiseerd?
Financieel belang
Voortgang
140
repressieve taken, efficiency) 2. VGGM heeft per 1-1-2015 de uitvoering van de jeugdgezondheidszorg 0-4 jarigen overgenomen van de STMG. Vooralsnog middels de stichting publieke gezondheid gelderlandmidden 2014 géén gevolgen 1. 2015 kleine efficiency, ten voordele van VGGM of ten voordele van deelnemende gemeenten afhankelijk van besluitvorming in maart 2015 2. Mogelijke efficiency-synergie voordelen vanaf 2016 Nog niet bekend idem n.v.t. Veiligheid Toezicht en Handhaving & Sociaal Beleid
1 juli 2007 6 november 2014 Programma 1. Gemeenten Arnhem, Duiven, Rijnwaarden, Westervoort, Zevenaar, Overbetuwe, Renkum, Rheden, Rozendaal en Lingewaard Behartiging van de gemeenschappelijke belangen van de deelnemende gemeenten op het gebied van de volwasseneneducatie. Deze regeling kan daarnaast gebruikt worden voor andere onderwijszaken die afstemming behoeven in de regio. Namens het college is aangewezen: H. Witjes (AB) Gemeenteraadsbesluit mei 2014 € 3.200 n.v.t.
Nog niet bekend Kosten zijn voor ambtelijke ondersteuning gemeente Arnhem
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
Ontwikkelingen
Rapportages
Interne organisatie
Doet zij dit binnen de financiële kaders? Heeft de VP haar eigen doelstellingen gerealiseerd? Heeft de VP haar doelstellingen binnen haar eigen financiële kaders gerealiseerd? Welke relevante ontwikkelingen hebben zich in 2014 voorgedaan? Wat heeft dit voor (financiële) gevolgen in 2014 en voor de toekomst? Jaarverslag 2013 VP Begroting 2015 VP Tussenrapportages d.d. Procesverantwoordelijk team
n.v.t. n.v.t. n.v.t. Geen Geen 10 juli 2014 10 juli 2014 n.v.t. Sociaal Beleid
Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorziening Midden Gelderland “Presikhaaf Bedrijven” Doel Datum statuten, oprichtingsakte van de VP Gemeenschappelijke Regeling 1990 Datum meest recente wijziging van de VP Wijziging 2001 Bij welk onderdeel/onderdelen van de Programma 2 programmabegroting hoort de VP Partijen Welke gemeenten en/of andere publieke Gemeenten Arnhem, Doesburg, Duiven, partijen nemen deel in de VP Lingewaard Neder-Betuwe, Overbetuwe, Rheden, Rozendaal, Rijnwaarden, Westervoort, Zevenaar Openbaar Welke openbaar belang wordt met de VP • Uitvoeren van de Wet Sociale belang gediend? Werkvoorziening (thans Participatiewet) • Tot stand brengen en beheren van het t.b.v. de uitvoering noodzakelijke SW-werkverband Bestuurlijk Aangewezen namens het college Deelname in Algemeen, Dagelijks bestuur belang Door wie J. Sluiter (AB/DB) Met welk mandaat Gemeenteraadsbesluit mei 2014 Besluitvorming deelname d.d. Financieel Bijdrage in 2014 in de begroting van de VP € 5.734.037 belang Omvang van het eigen vermogen en het Nihil vreemd vermogen aan het begin en het einde van het 2014 Rekeningresultaat 2014 Nog niet bekend. Voortgang Heeft de VP in 2014 haar aandeel in de Ja programmabegroting gerealiseerd? Doet zij dit binnen de financiële kaders? Nee Heeft de VP haar eigen doelstellingen Deels gerealiseerd? Heeft de VP haar doelstellingen binnen haar Nee eigen financiële kaders gerealiseerd? Ontwikkelingen Welke relevante ontwikkelingen hebben zich Een reorganisatie is ingezet in 2014 voorgedaan? overeenkomstig de in juni 2013 vastgestelde “transitie”. Gezien de zorgelijke financiële situatie en de invoering van de Participatiewet in 2015 141
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
Wat heeft dit voor (financiële) gevolgen in 2014 en voor de toekomst?
Rapportages
Interne organisatie
Jaarverslag VP d.d.
Nog niet gereed en nog niet vastgesteld
Begroting 2015 VP d.d.
AB 17 december 2014
Tussenrapportages d.d.
Over het 1 t/m het 3 kwartaal 2014 zijn telkens inhoudelijke en financiële kwartaalrapportages opgesteld en e aangeboden. Rapportage van het 4 kwartaal valt samen met het jaarverslag en de jaarrekening 2014. Sociaal Beleid en Werk & Inkomen
Procesverantwoordelijk team
Gemeenschappelijke regeling Euregio Rijn-Waal Doel Datum statuten, oprichtingsakte van de VP Datum meest recente wijziging van de VP Bij welk onderdeel/onderdelen van de programmabegroting hoort de VP Partijen Welke gemeenten en/of andere publieke partijen nemen deel in de VP
Openbaar belang
Welke openbaar belang wordt met de VP gediend?
Bestuurlijk belang
Deelname in Algemeen, Dagelijks bestuur Door wie
Financieel belang
142
hebben de gemeenten (na een bestuurlijke consultatieronde) het bureau Berenschot opdracht gegeven de situatie van het SW-bedrijf diepgaand te onderzoeken en toekomstscenario’s te beschrijven. Rond 1 april 2015 wordt het definitieve rapport opgeleverd. Het voorgaande moet de financiële tekorten terugbrengen en het risico voor de gemeenten beperken.
Met welk mandaat Besluitvorming deelname d.d. Bijdrage in 2014 in de begroting van de VP Omvang van het eigen vermogen en het vreemd vermogen aan het begin en het einde van het 2014 Rekeningresultaat 2014
e
e
1993 Programma 10. •
49 Nederlandse en Duitse gemeenten • 3 regionale instanties • 2 kamers van koophandel De Euregio Rijn-Waal heeft als belangrijkste doel de grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van economie en maatschappij te verbeteren en te intensiveren Aangewezen namens de raad: H. Gertsen Aangewezen namens het college: T. Janssen Gemeenteraadsbesluit mei 2014 € 11.500 EV: € 2.539.437/€ 2.546.588 VV: € 1.236.018/1.314.669 Nog niet bekend
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
Voortgang
Ontwikkelingen
Rapportages
Interne organisatie
Heeft de VP in 2014 haar aandeel in de programmabegroting gerealiseerd? Doet zij dit binnen de financiële kaders? Heeft de VP haar eigen doelstellingen gerealiseerd? Heeft de VP haar doelstellingen binnen haar eigen financiële kaders gerealiseerd? Welke relevante ontwikkelingen hebben zich in 2014 voorgedaan? Wat heeft dit voor (financiële) gevolgen in 2014 en voor de toekomst? Jaarverslag VP d.d. Begroting 2015 VP d.d. Tussenrapportages d.d. Procesverantwoordelijk team
Omgevingsdienst Regio Arnhem (ODRA) Doel Datum statuten, oprichtingsakte van de VP Datum meest recente wijziging van de VP Bij welk onderdeel/onderdelen van de programmabegroting hoort de VP
Partijen
Welke gemeenten en/of andere publieke partijen nemen deel in de VP
Openbaar belang
Welke openbaar belang wordt met de VP gediend?
Bestuurlijk belang
Deelname in Algemeen, Dagelijks bestuur Door wie Met welk mandaat
Financieel belang
Voortgang
Besluitvorming deelname d.d. Bijdrage in 2014 in de begroting van de VP Omvang van het eigen vermogen en het vreemd vermogen aan het begin en het einde van 2014 Rekeningresultaat 2014 Heeft de VP in 2014 haar aandeel in de programmabegroting gerealiseerd?
Ja Ja Ja Ja Vaststelling strategische agenda 2020
Nog niet bekend Verwacht financieel resultaat € 7.122 Sociaal Beleid
14 november 2012 n.v.t. Programma 5 Programma 7 Programma 8 Programma 10 Gemeenten Arnhem, Doesburg, Duiven, Lingewaard, Overbetuwe, Renkum, Rheden, Rozendaal, Rijnwaarden, Westervoort en Zevenaar en provincie Gelderland VP is een uitvoeringsorganisatie voor vergunningverlening, toezicht en hand op het gebied van bouwen en milieu Aangewezen namens het college: T. Janssen, (AB/DB) Vertegenwoordiging Lingewaard en in DB ook Overbetuwe Gemeenteraadsbesluit mei 2014 € 2.444.400 Per 01-01-2014 € 2.286.000 Per 31-12-2014 nog onbekend Nog niet bekend De partnerrapportage over 2014 en de financiële jaarstukken zijn nog niet ontvangen. e
N.a.v. partnerrapportage t/m 3 kwartaal is geen aanleiding te veronderstellen dat het aandeel niet wordt gerealiseerd 143
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
Ontwikkelingen
Rapportages
Interne organisatie
Doet zij dit binnen de financiële kaders?
Zie hiervoor.
Heeft de VP haar eigen doelstellingen gerealiseerd? Heeft de VP haar doelstellingen binnen haar eigen financiële kaders gerealiseerd? Welke relevante ontwikkelingen hebben zich in 2014 voorgedaan?
Zie hiervoor.
Wat heeft dit voor (financiële) gevolgen in 2014 en voor de toekomst? Jaarverslag 2013VP d.d.21 maart 2013 Begroting 2015 VP d.d.20 maart 2013 Tussenrapportages d.d. Procesverantwoordelijk team
Gemeenschappelijke regeling Bergerden Doel Datum statuten, oprichtingsakte van de VP Datum meest recente wijziging van de VP
Openbaar belang
Bij welk onderdeel/onderdelen van de programmabegroting hoort de VP Welke gemeenten en/of andere publieke partijen nemen deel in de VP Welke openbaar belang wordt met de VP gediend?
Bestuurlijk belang
Deelname in Algemeen, Dagelijks bestuur Door wie
Partijen
Financieel belang 144
Met welk mandaat Besluitvorming deelname d.d. Bijdrage in 2014 in de begroting van de VP
Zie hiervoor. Het nieuwe Besluit omgevingsrecht is per 1-11-2014 inwerking getreden. Hierdoor kan voor meer ruimtelijke ontwikkelingen een reguliere vergunning worden verleend en is een aantal activiteiten vergunning vrij geworden. Betekent een verschuiving in werkzaamheden. Nee. Besluit AB d.d. 28-3-2014 Besluit AB d.d. 28-3-2014 Ieder kwartaal partnerrapportage Juridische zaken en Ruimtelijk beleid
1 april 1999. De gemeenschappelijke regeling is, mede in verband met de fusie, herzien in 2004. en op 1 maart 2005 in werking is getreden. Programma 4 Gemeenten Lingewaard en Nijmegen. Het concrete doel is vastgelegd in de gemeenschappelijke regeling: het ontwikkelen en exploiteren van een kwalitatief hoogwaardig en uit financieeleconomisch oogpunt aanvaardbaar intergemeentelijk glastuinbouwgebied (art. 4 regeling). Namens het college zijn aangewezen: Voorzitter AB en DB: M. SchuurmansWijdeven Dagelijks bestuur: M. SchuurmansWijdeven, T Peren Namens de raad zijn aangewezen: Algemeen bestuur: T. Aaldering, P. Hegeman Gemeenteraadsbesluit mei 2014 De gemeente is verantwoordelijk voor ongeveer 50% van het verlies van
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
Omvang van het eigen vermogen en het vreemd vermogen aan het begin en het einde van 2014 Rekeningresultaat 2014 Voortgang
Heeft de VP in 2014 haar aandeel in de programmabegroting gerealiseerd?
Doet zij dit binnen de financiële kaders?
Heeft de VP haar eigen doelstellingen gerealiseerd?
Heeft de VP haar doelstellingen binnen haar eigen financiële kaders gerealiseerd?
Ontwikkelingen
Welke relevante ontwikkelingen hebben zich in 2014 voorgedaan?
Wat heeft dit voor (financiële) gevolgen in 2014 en voor de toekomst?
Bergerden. Hiervoor is een verliesvoorziening getroffen. In 2014 moet de gemeente de verliesvoorziening met € 2,3 miljoen verhogen. Dit komt tot uitdrukking in de jaarrekening 2014 van de gemeente als een verlies van € 2,3 miljoen. Het eigen vermogen is nul en het vreemd vermogen was aan het begin van 2014 € 28.917.918 miljoen en aan het eind € 30.034.380. Verhoging verliesvoorziening met € 52.159. Ja, er zijn samen met Nijmegen strategische keuzes gemaakt ten aanzien van de verdere ontwikkeling van Bergerden en er is een nieuw toekomstperspectief uitgewerkt. Nee, oorspronkelijk was het uitgangspunt budgettair neutraal en nu is er een verlies. Niet volledig. Er is een kwalitatief hoogwaardig intergemeentelijk glastuinbouwgebied ontwikkeld, maar deze is vanuit financieel-economisch oogpunt nog niet aanvaardbaar. Nee, uitgangspunt is dat sprake moet zijn van minimaal budgettaire neutraliteit. De nieuwe grondexploitatie laat een verlies van €10,2 miljoen zien (netto contante waarde). Het DB heeft in januari 2014 de Kadernota Toekomstperspectief Bergerden opgesteld. Hierin is een nieuwe koers voor Bergerden opgenomen. Belangrijke elementen hierin zijn de verbreding naar agrobusiness en het verkleinen van de totale hoeveelheid beschikbare grond voor glas. Dit is uitgewerkt in het beleidsplan 2014 – 2017 met de bijbehorende financiële stukken (jaarrekening 2014, begroting 2016), die naar verwachting in juni 2015 door het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Bergerden zullen worden vastgesteld. Voor Lingewaard betekent de uitwerking van het nieuwe toekomstperspectief dat de verliesvoorziening voor Bergerden opgehoogd moet worden van € 2,7 miljoen naar € 5 miljoen, dus een verlies 145
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
Rapportages
Jaarverslag VP d.d.
Begroting 2015 VP d.d.
Interne organisatie
Tussenrapportages d.d. Procesverantwoordelijk team
Gemeenschappelijke regeling Recreatieschap Overbetuwe Doel Datum statuten, oprichtingsakte van de VP Datum meest recente wijziging van de VP Bij welk onderdeel/onderdelen van de programmabegroting hoort de VP Partijen Welke gemeenten en/of andere publieke partijen nemen deel in de VP Openbaar Welke openbaar belang wordt met de VP belang gediend?
Bestuurlijk belang
Financieel belang
Voortgang
Ontwikkelingen
Rapportages
146
Deelname in Algemeen, Dagelijks bestuur Door wie
Met welk mandaat Besluitvorming deelname d.d. Bijdrage in 2014 in de begroting van de VP Omvang van het eigen vermogen en het vreemd vermogen aan het begin en het einde van het 2014 Rekeningresultaat 2014 Heeft de VP in 2014 haar aandeel in de programmabegroting gerealiseerd? Doet zij dit binnen de financiële kaders? Heeft de VP haar eigen doelstellingen gerealiseerd? Heeft de VP haar doelstellingen binnen haar eigen financiële kaders gerealiseerd? Welke relevante ontwikkelingen hebben zich in 2014 voorgedaan? Wat heeft dit voor (financiële) gevolgen in 2014 en voor de toekomst? Jaarverslag VP d.d. Begroting 2015 VP d.d.
in de jaarrekening 2014 van € 2,3 miljoen. 2013, goedgekeurd door de accountant, nog vast te stellen door het AB (verwacht 7 april 2015). Verwacht wordt dat de jaarrekening 2014 en begroting 2016 uiterlijk 15 juli 2015 door het Algemeen Bestuur kunnen worden vastgesteld nog vast te stellen door het AB (verwacht 7 april 2015) n.v.t. Projectrealisatie
Programma 3 Programma 6 Gemeenten Lingewaard, Overbetuwe en Arnhem De gemeenschappelijke behartiging van de belangen van de deelnemende gemeenten op het terrein van de openluchtrecreatie en het toerisme in het gebied Namens het college is aangewezen: T. Janssen (AB) Namens de raad is aangewezen: B. van Ottele Gemeenteraadsbesluit mei 2014 Geen bijdrage
Niet van toepassing idem idem idem
Nog niet bekend idem
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
Tussenrapportages d.d. Interne Procesverantwoordelijk team organisatie Gemeenschappelijke Regeling Park Lingezegen Doel Datum statuten, oprichtingsakte van de VP Datum meest recente wijziging van de VP Bij welk onderdeel/onderdelen van de programmabegroting hoort de VP Partijen Welke gemeenten en/of andere publieke partijen nemen deel in de VP Openbaar belang
Welke openbaar belang wordt met de VP gediend?
Bestuurlijk belang
Deelname in Algemeen, Dagelijks bestuur Door wie
Financieel belang
Voortgang
Ontwikkelingen
Rapportages
Interne organisatie
Met welk mandaat Besluitvorming deelname d.d. Bijdrage in 2014 in de begroting van de VP Omvang van het eigen vermogen en het vreemd vermogen aan het begin en het einde van het 2014 Rekeningresultaat 2014 Heeft de VP in 2014 haar aandeel in de programmabegroting gerealiseerd? Doet zij dit binnen de financiële kaders? Heeft de VP haar eigen doelstellingen gerealiseerd? Heeft de VP haar doelstellingen binnen haar eigen financiële kaders gerealiseerd? Welke relevante ontwikkelingen hebben zich in 2014 voorgedaan? Wat heeft dit voor (financiële) gevolgen in 2014 en voor de toekomst? Jaarverslag VP d.d. Begroting 2015 VP d.d. Tussenrapportages d.d. Procesverantwoordelijk team
n.v.t. Ruimtelijke Beleid en Sociaal Beleid
1 december 2010 1 augustus 2014 Programma 6 Gemeenten Arnhem, Nijmegen, Overbetuwe, provincie Gelderland, Waterschap Rivierenland Beheer van publiek toegankelijk groene ruimte (Park Lingezegen) tussen de steden, inclusief de financiering van dat beheer Aangewezen door college T. Janssen Collegebesluit december 2014 € 235.000 Eigen vermogen 1 jan: € 25.063.000 Eigen vermogen 31 dec: € 14.967.000 Vreemd vermogen 1 jan: € 1.051.000 Vreemd vermogen 31 dec: € 2.337.000 - € 10 096.000 Ja Ja Ja Ja Toetreding gemeente Nijmegen Beheer meer langdurig gegarandeerd. Maart 2015 Juni 2014 Geen Ruimtelijk Beleid en IFRA
Gemeenschappelijke regeling Milieusamenwerking regio Arnhem (MRA) Doel Datum statuten, oprichtingsakte van de VP 1996 Datum meest recente wijziging van de VP 2001 Bij welk onderdeel/onderdelen van de Programma 4 programmabegroting hoort de VP Programma 8 Partijen Welke gemeenten en/of andere publieke Gemeenten Zevenaar, Lingewaard, partijen nemen deel in de VP Arnhem, Doesburg, Duiven, Overbetuwe, 147
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
Openbaar belang
Welke openbaar belang wordt met de VP gediend?
Bestuurlijk belang
Deelname in Algemeen, Dagelijks bestuur Door wie Met welk mandaat Besluitvorming deelname d.d. Bijdrage in 2014 in de begroting van de VP Omvang van het eigen vermogen en het vreemd vermogen aan het begin en het einde van het 2014 Rekeningresultaat 2014 Heeft de VP in 2014 haar aandeel in de programmabegroting gerealiseerd? Doet zij dit binnen de financiële kaders? Heeft de VP haar eigen doelstellingen gerealiseerd? Heeft de VP haar doelstellingen binnen haar eigen financiële kaders gerealiseerd? Welke relevante ontwikkelingen hebben zich in 2014 voorgedaan?
Financieel belang
Voortgang
Ontwikkelingen
Wat heeft dit voor (financiële) gevolgen in 2014 en voor de toekomst? Rapportages
Jaarverslag VP d.d. Begroting 2015 VP d.d.
Interne organisatie
Tussenrapportages d.d. Procesverantwoordelijk team
NV Bank Nederlandse Gemeenten Doel Datum statuten, oprichtingsakte van de VP Bij welk onderdeel/onderdelen van de 148
Renkum, Rheden, Rijnwaarden, Rozendaal en Westervoort. Behartiging van de gemeenschappelijke belangen betreffende de bescherming van het milieu, waaronder in het bijzonder is begrepen de uitvoering van het door het gemeenschappelijk orgaan vastgestelde regionaal uitvoeringsprogramma en budgethouderschap uitvoeringsregeling sanering verkeerslawaai. De te behartigen overige gezamenlijke belangen kunnen betrekking hebben op met name vergunningverlening en handhaving Wet milieubeheer en daarmee verband houdende c.q. daaruit voortvloeiende projecten. Aangewezen namens het college: T. Janssen (AB) Gemeenteraadsbesluit mei 2014 € 18.617 € 139.760 (per 1-1-2014)
Nog niet bekend Nog niet bekend Idem Idem Idem De gemeenschappelijke regeling dient als gevolg van de oprichting van de Odra geliquideerd te worden. Een besluit daarover wordt medio 2015 verwacht. In 2014 geen. In de toekomst komt de bijdrage als gevolg van de opheffing te vervallen Financieel jaarverslag 2013 is nog niet vastgesteld (planning: juni 2015) Begroting 2015 moet nog worden vastgesteld (planning juni 2015) n.v.t. Ruimtelijk Beleid en Juridische Zaken
26 november 1914 Programma 11
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
Partijen
programmabegroting hoort de VP Welke gemeenten en/of andere publieke partijen nemen deel in de VP
Openbaar belang
Welke openbaar belang wordt met de VP gediend?
Bestuurlijk belang
Deelname in Algemeen, Dagelijks bestuur
Financieel belang
Bijdrage in 2014 in de begroting van de VP
Omvang van het eigen vermogen en het vreemd vermogen aan het begin en het einde van het 2014
Interne organisatie
Rekeningresultaat 2014 Procesverantwoordelijk team
Nazorg Bodem Holding B.V. Doel Datum statuten, oprichtingsakte van de VP Bij welk onderdeel/onderdelen van de programmabegroting hoort de VP Partijen Welke gemeenten en/of andere publieke partijen nemen deel in de VP
Openbaar belang
Welke openbaar belang wordt met de VP gediend?
Bestuurlijk belang
Deelname in Algemeen, Dagelijks bestuur
Financieel
Bijdrage in 2014 in de begroting van de VP
Aandeelhouders van de bank zijn uitsluitend overheden. De Staat is houder van de helft van de aandelen, de andere helft is in handen van gemeenten, elf provincies en een hoogheemraadschap. BNG Bank is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. De bank draagt duurzaam bij aan het laag houden van de kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Vertegenwoordiging in de aandeelhoudersvergadering De gemeente Lingewaard beschikt over 19.305 aandelen in de Bank Nederlandse Gemeenten. Deze vertegenwoordigen een waarde van € 48.262,50. Eigen vermogen per 01-01 € 3.430 mln Eigen vermogen per 31-12 € 3.582 mln Vreemd vermogen per 01-01 € 127.721 mln Vreemd vermogen per 31-12 € 149.891 mln Achtergestelde schulden per € 01-01 mln Achtergestelde schulden per 31-12 € 32 mln € 126 mln Financiën
2007 Paragraaf grondexploitatie Aandeelhouders van Nazorg Bodem Holding B.V. waren op 31-12-2014 de gemeenten Arnhem, Beuningen, Doesburg, Duiven, Groesbeek, Lingewaard, Millingen aan de Rijn, Nijmegen, Rijnwaarden, West Maas en Waal, Westervoort, Zevenaar en het Waterschap Rivierenland. Nazorg Bodem is in 2006 begonnen met de afkoop en overname van nazorg- en saneringsprojecten. Als overheids-BV neemt zij de zorg voor een vervuilde locatie uit handen van overheden en particuliere partijen. Vertegenwoordiging in de aandeelhoudersvergadering De aandeelhoudersvergadering geeft als 149
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.6 Verbonden partijen
belang
Interne organisatie
Omvang van het eigen vermogen en het vreemd vermogen aan het begin en het einde van het 2013 Rekeningresultaat 2013 Procesverantwoordelijk team
richtlijn voor het toekomstig dividendbeleid van Nazorg Bodem, dat de komende jaren vanaf 1 januari 2009 geen dividend wordt uitgekeerd. Eerst wordt gezorgd voor een verbetering van de vermogenspositie. Eigen vermogen per 01-01-13 € 351.662 Eigen vermogen per 31-12-13 € 353,681 - € 2.018 Projectrealisatie en Financiën
Verenigingen en Deelnemingen De gemeente participeert naast de bovenstaande gemeenschappelijke regelingen en NV’s/BV’s nog in een aantal verenigingen en samenwerkingsverbanden. Deze zijn op grond van de BBV niet aan te merken als Verbonden Partij. Het gaat dan om: • De Vereniging van Nederlandse Gemeenten Lingewaard is, zoals alle andere gemeenten in Nederland, lid van de VNG. Via het college van Burgemeester en Wethouders zijn wij vertegenwoordigd in de algemene ledenvergadering van de VNG. In 2014 bedroeg de bijdrage aan de VNG € 58.193. Daarnaast zijn we ook lid van de afdeling Gelderland van de VNG • De Vereniging Nederlandse Riviergemeenten Dit is een overleg platform van gemeenten die aan de grote rivieren in Nederland liggen. We zijn in deze vereniging vertegenwoordigd door wethouder een lid van het college van Burgemeester en Wethouders. • Rijn 6 Dit is een samenwerkingsverband met de gemeenten Arnhem, Overbetuwe en Rheden en de waterschappen Rijn en IJssel en Rivierenland. De samenwerking betreft de afvalwaterketen (dus met name riolering). In april 2013 is een samenwerkingsovereenkomst getekend (bestuurlijk). In deze overeenkomst is geregeld op welke wijze er samengewerkt gaat worden. De samenwerkingsagenda maakt deel uit van de overeenkomst. In deze agenda staat concreet beschreven op welke onderdelen samengewerkt gaat worden.
150
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
Paragraaf 5.7 Grondbeleid Inleiding 31 oktober 2013 is de Nota Grondbeleid 2013 gemeente Lingewaard vastgesteld. De Nota Grondbeleid is een strategische nota op hoofdlijnen, met een directe relatie met andere beleidstukken waaronder de Structuurvisie Lingewaard 2012 - 2022, de Economische beleidsvisie, de Nota Wonen en het Landschapsontwikkelingsplan (LOP). De nota vormt het kader voor het grondbeleid.
Jaarverslag bouwgrondexploitatie 2014 Ten behoeve van dit jaarverslag zijn alle grondexploitaties geactualiseerd. Bij de actualisatie van de grondexploitaties zijn de volgende kengetallen gehanteerd: Rentevoet Inflatie Opbrengstenstijging
: : :
4% 2% 1 0%
In onderstaand overzichten staan voor alle complexen in exploitatie de eindwaarden genoemd, zoals ze gecalculeerd zijn per 1-1-2014 en 1-1-2015. De gevolgen van de wijzigingen zijn weergegeven in de kolommen “Bijstelling verliesvoorziening”, “Algemene Reserve Grondexploitatie” en “Rekeningresultaat jaarrekening 2014”.
Industrieterreinen
V=voordeel N=nadeel Complexen in exploitatie G.040 Agropark, Huissen G.043 Pannenhuis II, Huissen G.045 Houtakker II, Bemmel G.090 Herontwik. veilingterrein, Huissen
Bijstelling verliesvoorziening Eindwaarde 1-1-2014 882.320 V 804.799 V 663.746 V
Totaal
1
Algemene Reserve Grondexploitatie
Rekeningresultaat Jaarrekening 2014
Eindwaarde 1-1-2015 804.222 V 593.637 V 564.415 V 2.319 V 0
0
0
Vanaf 2018 voor de bedrijventerreinen 2% opbrengstenstijging.
151
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
Glastuinbouw
V=voordeel N=nadeel Complexen in exploitatie G.055 Bergerden, Huissen G.073 Glastuinbouw Huissen/Angeren
Bijstelling verliesvoorziening Eindwaarde 1-1-2014 7.669 V
Eindwaarde 1-1-2015 p.m.1 10.210 V
Totaal
V=voordeel N=nadeel Complexen in exploitatie G.016 Nije Hof, Angeren G.028 Maliebaan- Roode Wald, Angeren G.032 Markt 20-24, Gendt G.033 Bloemstraat, Huissen G.042 Fitness Centrum, Huissen G.047 De Halden II, Haalderen G.051 Loovelden, Huissen G.062 Kersentuin, Angeren G.066 Wijngaardenier, Huissen G.078 Vleumingen (11 woningen), Gendt G.079 Zandsehof, Huissen G.080 Groenestraat 3, Bemmel G.082 Van Voorststraat 1, Huissen G.084 Ceres, Bemmel G.085 Van Kleefstraat, Huissen G.087 De Heister 2, Bemmel G.088 Loostraat 55a-57, Huissen
Bijstelling verliesvoorziening Eindwaarde 1-1-2014 2.069 V 270.282 N 502.625 V 208.260 N 57.711 N 424.821 V 130.459 V 3.308 V 9.187 V 29.356 N 26.600 V 7.547 V 6.000 V 2.559 N 14.661 V
Totaal
1
2.247.633 2.247.633
Woningbouw
Eindwaarde 1-1-2015 4.655 V 273.077 N 493.658 V 214.520 N 85.325 N 129.977 V 227.066 V 265 V 11.669 V 52.685 N 28.250 V 8.239 V 5.072 V 11.150 V 6.803 N 6.489 V 207 N
Algemene Reserve Grondexploitatie
Rekeningresultaat Jaarrekening 2014
2.247.633 0 Algemene Reserve Grondexploitatie
2.800
- 2.800
6.300 27.600
- 6.300 - 27.600 300.000
23.300
- 23.300
- 2.600 6.900
2.600 -6.900
64.300
235.700
2.247.633 Rekeningresultaat Jaarrekening 2014
De geactualiseerde grondexploitatie van Bergerden laat een verlies zien van € 10.174.784. Voor Lingewaard betekent dit dat de
verliesvoorziening verhoogd moet worden met € 2.247.633.
152
0
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
Functieverandering
V=voordeel N=nadeel Complexen in exploitatie G.076 Munnikhofsestraat 9, Gendt G.081 Zandvoort 21, Gendt G.083 Nevelveld 8, Bemmel G.089 Kamervoort 25, Angeren G.091 Munnikhofsestraat 12a, Gendt G.092 Molenwei 33, Bemmel
Bijstelling verliesvoorziening Eindwaarde 1-1-2014 7.640 V 2.012 V 4.294 V
0
Centrumplan Bemmel
G.011 Loostraat / Centrumplan Bemmel
Bijstelling verliesvoorziening Eindwaarde 1-1-2014 356.160 N
Eindwaarde 1-1-2015 349.758 N
Totaal
Complexen in voorbereiding
0 Algemene Reserve Grondexploitatie
- 6.400
6.400
-6.400
6.400
Bijstelling verliesvoorziening
Algemene Reserve Grondexploitatie
V=voordeel N=nadeel Boekwaarde1 31-12-2014 Woningbouw G.044 Sancta Maria, Huissen G.063 Dorpsstraat/Oostervelden, Bemmel
Rekeningresultaat Jaarrekening 2014
0 Rekeningresultaat Jaarrekening 2014
18.595 N 419.680 N 0 Bijstelling verliesvoorziening
0 Algemene Reserve Grondexploitatie
V=voordeel N=nadeel G.071 Pr. Bernhardstraat, Angeren G.074 Olyhorststraat 13, Gendt Totaal
0
Marktwaarde2 31-12-2014
Totaal
Afgesloten projecten
Rekeningresultaat Jaarrekening 2014
Eindwaarde 1-1-2015 9.917 V 1.892 V 6.624 V 83 N 4.946 V 234 N
Totaal
V=voordeel N=nadeel Complexen in exploitatie
Algemene Reserve Grondexploitatie
0 Rekeningresultaat Jaarrekening 2014
40.467 5.132 0
45.599
0
1
De boekwaarde is het saldo van de gerealiseerde kosten en gerealiseerde opbrengsten per genoemde datum. In deze boekwaarde zijn ook de rentekosten en –opbrengsten verwerkt. 2 De vermelde marktwaarde betreft de waarde van de grond in de huidige bestemming. Wanneer afgezien wordt van ontwikkeling is dit vaak een agrarische waarde. 153
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
Totaal bouwgrondexploitatie
Bijstelling verliesvoorziening
V=voordeel N=nadeel Industrieterreinen Glastuinbouw Woningbouw Functieverandering Centrumplan Bemmel Complexen in voorbereiding Afgesloten projecten Totaal Bergerden Totaal overige projecten
Algemene Reserve Grondexploitatie
2.247.633 64.300
235.700
-6.400
6.400
Rekeningresultaat Jaarrekening 2014 2.247.633
45.599 2.247.633 57.900
2.247.633 287.699
Verliesvoorzieningen Voor exploitaties met een geraamd negatief resultaat op eindwaarde worden verliesvoorzieningen getroffen. Hiermee kunnen de toekomstige tekorten worden gedekt. Deze verliesvoorzieningen zijn een waardecorrectie op de voorraad gronden en worden op de balans hierop in mindering gebracht. Omdat de gemeente Lingewaard indirect via deelname in de gemeenschappelijke regeling Bergerden participeert, wordt de verliesvoorziening voor Bergerden niet op de voorraad gronden in mindering gebracht, maar op de balans opgenomen onder de reserves en voorzieningen. Daarom is de verliesvoorziening Bergerden een afzonderlijke voorziening. In onderstaande tabel worden beide voorzieningen weergegeven. Voorziening verliesgevende projecten per 31-12-2013 Overheveling saldo verliesvoorziening Bergerden per 31-12-2013 Mutatie 2014 (zie bovenstaand overzicht) Voorziening verliesgevende projecten per 31-12-2014 Voorzieningen voor verliezen die ingebracht zijn in grondexploitaties
3.650.914 -2.726.314 57.900 982.500 660.871
Totaal voorziening verliesgevende projecten per 31-12-2014
1.643.371
Verliesvoorziening Bergerden per 31-12-2013 Overheveling saldo verliesvoorziening Bergerden per 31-12-2013 Mutatie 2014 (zie bovenstaand overzicht)
0 2.726.314 2.247.633
Totaal verliesvoorziening Bergerden per 31-12-2014
4.973.947
Algemene Reserve Grondexploitatie Door de Algemene Reserve Grondexploitaties (ARG) worden de financiële resultaten en risico's van de grondexploitaties gescheiden van de financiële huishouding van de Algemene Dienst. De ARG vormt daarmee een buffer voor de financiële risico's die samenhangen met de grondexploitaties. Als onderdeel van het risicomanagement wordt een gewenste hoogte voor de Algemene Reserve Grondexploitatie bepaald. Bij het positief afsluiten van een grondexploitatie, wordt de winst toegevoegd aan de Algemene Reserve Grondexploitatie. Als op een grondexploitatie een tekort wordt verwacht, wordt hiervoor een verliesvoorziening gevormd ten laste van de Algemene Reserve Grondexploitatie. Mutaties in deze verliesvoorziening leiden derhalve ook tot wijziging in de Algemene Reserve Grondexploitatie.
154
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
Algemene Reserve Grondexploitatie per 31-12-2013 Toename 2014 totaal bouwgrondexploitatie (zie bovenstaand overzicht) Toename 2014 afwikkeling afgesloten grondexploitaties
42.054 287.699 71.304
Algemene Reserve Grondexploitatie per 31-12-2014
401.057
COMPLEXEN IN EXPLOITATIE
Industrieterreinen G.040 Agropark, Huissen Projectbeschrijving Het realiseren van een bedrijventerrein voor agrobusiness met een bruto oppervlakte van circa 22 hectare. De omzetting (op termijn) van een strook (glastuinbouw)grond, gelegen in het plan Bergerden ten behoeve van het bedrijventerrein voor agrobusiness met een bruto oppervlakte van circa 1,5 hectare. Het terrein wordt in twee fasen ontwikkeld: • fase 1 (bruto oppervlakte circa 9,5 hectare, waarvan circa 7,6 hectare uitgeefbaar) is geheel uitgegeven en bedrijfsrijp gemaakt; • fase 2 (bruto oppervlakte circa 14 hectare, waarvan circa 12,5 hectare uitgeefbaar) wordt vanaf 2008 ontwikkeld, de uitgeefbare percelen zijn in de verkoop. Wat hebben we gedaan in 2014 De reguliere beheerswerkzaamheden zijn uitgevoerd (verpachting / afronding werkzaamheden nieuwvestiging Gloxinialaan)). Daarnaast is veelvuldig overlegd met twee potentiële gegadigden voor een bouwkavel. Met een van de ondernemers is een principe-akkoord bereikt (verkoop van 0,3 ha), met de andere ondernemer zijn de gesprekken voortgezet voor een kavel op Pannenhuis II. Er is een nieuwe strategische visie voor de bedrijventerreinenontwikkeling voorbereid en een visie op de vorming van een “Agrocluster Lingewaard”. Voor beide visies zijn besluiten genomen. Wat betreft het Agropark II betekent dit dat een herziening van het bestemmingsplan in voorbereiding wordt genomen, waarbij de agrobestemming wordt gewijzigd in een reguliere bedrijvenbestemming. Er is een notitie over marketing en acquisitie, met een actieplan, opgesteld. Hierover zal in 2015 besluitvorming plaatsvinden. Vooruitlopend hierop is een parttime acquisiteur voor het “Agrocluster Lingewaard” ingehuurd. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja, zie hierboven Boekwaarde per 31-12-2014 € 3.945.708 N Looptijd t/m 31-12-2028 Grondbeleid Actief Totaal uitgegeven kavels 9,4 hectare Totaal uit te geven kavels 6,3 hectare Raming nog te maken kosten € 3.719.045 Raming nog te realiseren € 8.468.975 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 882.320 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 804.222 V Verklaring verschil In 2014 heeft er geen gronduitgifte plaatsgevonden, dit leidt tot een extra rentelast. Winstverwachting € 804.222 V 155
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.043 Pannenhuis II, Huissen Projectbeschrijving Het realiseren van een bedrijventerrein met een bruto oppervlakte van circa 19 hectare, waarvan circa 12 hectare uitgeefbaar. Wat hebben we gedaan in 2014 De reguliere beheerswerkzaamheden zijn uitgevoerd (verpachting / afronding werkzaamheden entree Pannenhuis II). Met drie ondernemers worden gesprekken gevoerd over de verkoop van een bouwkavel, waarbij het in totaal gaat om 0,85 ha. Deze gesprekken hebben tot nu toe niet tot overeenstemming geleid. Er is besluitvorming voorbereid en er is een besluit genomen over een nieuwe strategische visie voor de bedrijventerreinenontwikkeling. Voor Pannenhuis II betekent dit dat maatregelen genomen gaan worden, om dit terrein meer aantrekkelijk te maken voor potentiële kopers. Er is een notitie over marketing en acquisitie, met een actieplan, opgesteld. Hierover zal in 2015 besluitvorming plaatsvinden. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja, zie hierboven Boekwaarde per 31-12-2014 € 8.267.550 N Looptijd t/m 31-12-2028 Grondbeleid Actief Totaal uitgegeven kavels 2,7 hectare Totaal uit te geven kavels 9,2 hectare Raming nog te maken kosten € 4.934.541 Raming nog te realiseren € 13.795.728 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 804.799 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 593.637 V Verklaring verschil In 2014 heeft er geen gronduitgifte plaatsgevonden, dit leidt tot een extra rentelast. Winstverwachting € 593.637 V
156
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.045 Houtakker II, Bemmel Projectbeschrijving Het realiseren van een bedrijventerrein met een bruto oppervlakte van circa 17 hectare, waarvan 9,4 hectare uitgeefbaar. Wat hebben we gedaan in 2014 Op basis van een extern rapport over het toekomstsperspectief van alle bedrijventerreinen is een besluit genomen over het tijdelijk stopzetten van ontwikkelen van Houtakker II, behoudens de randkavels. Het uit te geven oppervlak is gereduceerd van 9,4 naar 1,5 ha. In 2014 is 0,2 ha verkocht en inmiddels bebouwd. Daarnaast zijn er oriënterende gesprekken gevoerd met aan aantal andere belangstellenden. Dit heeft niet geleid tot grondverkoop. Er is een notitie over marketing en acquisitie, met een actieplan, opgesteld. Hierover zal in 2015 besluitvorming plaatsvinden Afwijking van programmabegroting 2014: Ja, zie hierboven Boekwaarde per 31-12-2014 € 956.881 N Looptijd t/m 31-12-2020 Grondbeleid Actief Totaal uitgegeven kavels 0,2 hectare Totaal uit te geven kavels 1,2 hectare Raming nog te maken kosten € 417.370 Raming nog te realiseren € 1.938.666 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 663.746 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 564.415 V Verklaring verschil Ambtelijk zijn er meer uren besteed voor beleidsvoorbereiding ten behoeve van het tijdelijk stopzetten van de ontwikkeling van een groot deel van het plangebied en het afwaarderen van Houtakker II. Het budget voor groenvoorziening is onder invloed van gewijzigde inzichten naar boven bijgesteld. Winstverwachting € 564.415 V
157
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.090 Herontwikkeling Veilingterrein, Huissen Projectbeschrijving Het plan omvat de herziening van het bestemmingsplan waardoor herontwikkeling van het voormalig veilingterrein mogelijk is. Met de herziening wordt voorzien in een verruiming van de bestemming ‘Tuinbouwveiling’ naar een ruimere en flexibelere bestemming ‘Bedrijventerrein’ waar bedrijfsfuncties variërend van maximaal milieucategorie 3.1 tot en met maximaal milieucategorie 4.2 zijn toegestaan. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is het herziene bestemmingsplan (bestemmingsplan Bedrijvenpark Lingewaard) in procedure gebracht en vastgesteld. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja, zie hierboven Boekwaarde per 31-12-2014 € 28.325 V Looptijd t/m 31-12-2017 Grondbeleid Totaal uitgegeven kavels Totaal uit te geven kavels Raming nog te maken kosten € 27.362 Raming nog te realiseren € 1.355 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 Eindwaarde per 1-1-2015 € 2.319 V Verklaring verschil Winstverwachting Dekking
158
€
2.319 V
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
Woningbouw G.016 Nije Hof (voorheen Viswei), Angeren Projectbeschrijving Het plan omvat de realisatie van 8 grondgebonden betaalbare (≤ € 172.000) eengezinswoningen, 4 grondgebonden vrije sector eengezinswoningen en 6 betaalbare (< € 160.000) koopappartementen. Wat hebben we gedaan in 2014 Begin 2011 is de oplevering geweest van het openbaar gebied. Omdat er enkele kadastrale onvolkomenheden zijn geconstateerd is de juridisch eigendomsoverdracht van het openbaar gebied uitgesteld. Deze onvolkomenheden zijn inhoudelijk opgelost. De juridische eigendomsoverdracht zal in 2015 plaatsvinden. Daarna zal het project financieel worden afgesloten. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja, zie boven Boekwaarde per 31-12-2014 € 37.170 V Looptijd t/m 31-12-2015 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 34.001 Raming nog te realiseren € 1.487 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 2.069 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 4.655 V Verklaring verschil Winstverwachting € 4.655 V G.028 Maliebaan – Roode Wald / Ontwikkelingsvisie Angeren Projectbeschrijving Het plan omvat de realisatie – op termijn - van 3 vrije bouwkavels op het voormalige kermisterrein in Angeren (plandeel Maliebaan), aangevuld met de ontwikkeling van 3 woningen in het plandeel Roode Wald. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is besluitvorming over de verantwoording van provinciale subsidie voor de bodemsaneringswerkzaamheden voorbereid. Besluitvorming zal in 2015 plaatsvinden. Het terrein “Maliebaan” is in gebruik als evenemententerrein, het terrein “Roode Wald” wordt door een private ontwikkelaar ontwikkeld. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja, zie boven Boekwaarde per 31-12-2014 € 215.179 N Looptijd t/m 31-12-2015 Grondbeleid Actief/Faciliterend Raming nog te maken kosten € 57.898 Raming nog te realiseren € 0 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 270.282 N Eindwaarde per 1-1-2015 € 273.077 N Verklaring verschil Verliesverwachting € 270.282 N Dekking De verliesvoorzienig wordt verhoogd van € 270.300 naar € 273.100. 159
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.032 Markt 20-24, Gendt Projectbeschrijving Het plan omvat de sloop van het voormalige gemeentehuis aan de Markt 22 en de aangrenzende woning aan de Markt 24 en de realisatie van een drietal kleinschalige appartementencomplexen met in totaal 15 appartementen en 2 penthouses. Wat hebben we gedaan in 2014 Nadat aan een eerder ingediend bouwplan goedkeuring is onthouden door de Welstandcommissie is in overleg met de ontwikkelende partij een aangepaste stedenbouwkundige visie opgesteld. Na overleg met het Waterschap is gebleken dat tussentijds de regelgeving met betrekking tot het bouwen op of nabij waterkeringen is veranderd. In overleg met het waterschap en de ontwikkelende partij is deze grens vastgesteld, en zijn de gevolgen van deze veranderde regelgeving in de stedenbouwkundige visie verwerkt. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja, zie hierboven Boekwaarde per 31-12-2014 € 89.859 N Looptijd t/m 31-12-2018 Grondbeleid Actief/Faciliterend Raming nog te maken kosten € 188.203 Raming nog te realiseren € 771.720 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 502.625 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 493.658 V Verklaring verschil Winstverwachting € 493.658 V G.033 Bloemstraat, Huissen Projectbeschrijving Het plan omvat de realisatie van circa 500 woningen in de nieuwe woonwijk Mea Vota, gelegen in bestaand stedelijk gebied. Het plan is verdeeld in 5 fasen. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is het restant van de groenvoorziening aangelegd, en is het openbaar gebied in beheer en onderhoud overgedragen van de ontwikkelaar naar de gemeenten. Na het aflopen van de garantietermijn van de groenvoorziening (begin 2015) kan het project worden afgesloten. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja, zie hierboven Boekwaarde per 31-12-2014 € 197.450 N Looptijd t/m 31-12-2015 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 17.070 Raming nog te realiseren € 0 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 208.260 N Eindwaarde per 1-1-2015 € 214.520 N Verklaring verschil Verliesverwachting € 214.520 N Dekking De verliesvoorziening wordt verhoogd van € 208.300 naar € 214.600. 160
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.042 Fitness Centrum, Huissen Projectbeschrijving Het plan omvat de verplaatsing van het Fitness Centre in het plangebied de Rietbaan-Zuid naar het sportpark Blauwenburcht. Op de vrijkomende percelen worden 4 of 5 vrije kavels uitgegeven. Wat hebben we gedaan in 2014 De bouw van het nieuwe Fitness Centre op sportpark Blauwenburcht zou eind 2014 gereed zijn. Dit zal 2015 worden. Deelgebied Rietbaan-Zuid De ontwikkelaar heeft eind 2013 een voorstel gedaan om het plan te herontwikkelen. Er is een plan bestaande uit 4 of 5 vrije bouwkavel voorgelegd. Dit plan is technisch uitgewerkt en vertaald in een conceptontwerpbestemmingsplan. In 2015 zal hierover besluitvorming plaatsvinden. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja, zie hierboven Boekwaarde per 31-12-2014 € 170.083 V Looptijd t/m 31-12-2017 Grondbeleid Actief/Faciliterend Raming nog te maken kosten € 554.464 Raming nog te realiseren € 299.056 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 57.711 N Eindwaarde per 1-1-2015 € 85.325 N Verklaring verschil Als gevolg van de vertraging in de bouw van het Fitness Centre zal met de ontwikkelaar voor de ontwikkeling van het plangebied Rietbaan-Zuid een nieuwe exploitatieovereenkomst moeten worden gesloten. De begrote sloopkosten zijn herzien en naar boven bijgesteld. Verliesverwachting € 85.325 N Dekking De verliesvoorziening wordt verhoogd van € 57.800 naar € 85.400.
161
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.047 De Halden-II, Haalderen Projectbeschrijving Het plan De Halden II behelst de voltooiing van het plan De Halden, waarmee in 1993 een start was gemaakt. Er kunnen in dit deel van het plangebied 108 woningen worden gebouwd. Deze zullen in 2 fasen worden gerealiseerd. Van de 108 woningen worden 65 gerealiseerd als betaalbare woning, 36 in de betaalbare huur en 29 in de betaalbare koop. Wat hebben we gedaan in 2014 Het contract met de ontwikkelaar is in 2014 verlengd. Dit houdt in dat ook de laatste nog te realiseren 17 woningen, zullen worden gerealiseerd door de ontwikkelaar. De woningmarkt vertoont sinds laatste kwartaal 2014 tekenen van een voorzichtig herstel. Zodra de woningmarkt zich hersteld, wordt door de initiatief nemende partij de laatste fase woningbouw gerealiseerd (17 woningen). Afwijking van programmabegroting 2014: Ja, zie hierboven Boekwaarde per 31-12-2014 € 378.384 V Looptijd t/m 31-12-2018 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 310.687 Raming nog te realiseren € 62.280 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 424.821 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 129.977 V Verklaring verschil De looptijd is verlengd met 2 jaren. Door een positieve cashflow ontstaat een rentevoordeel. Bij de jaarrekening 2014 is € 300.000 winst genomen. Winstverwachting € 129.977 V
162
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.051 Loovelden, Huissen Projectbeschrijving De realisatie van een nieuwe woonwijk van 1.150 woningen met bijbehorende voorzieningen, zoals het Loopark en het Voorzieningencluster Plaza. Het plangebied bestaat uit verschillende fasen. Wat hebben we gedaan in 2014 In totaal zijn er 34 woningen opgeleverd, 14 huurwoningen en 20 koopwoningen. Deze woningen zijn opgeleverd in Tuindorp West (2 stuks), Tuindorp Oost (31) en 1 woning aan de Loostraat. De woningen zijn allemaal verkocht en/of verhuurd. Door de aantrekkende woningmarkt zagen we eind 2014 al een versnelling in de oplevering van de woningen. Naast de stagnerende woningmarkt heeft ook het archeologisch onderzoek in 2014 gezorgd voor een vertraging in de oplevering. Inmiddels is het belangrijkste deel van de archeologische vindplaats geïnventariseerd. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja, zie hierboven Boekwaarde per 31-12-2014 € 196.855 N Looptijd t/m 31-12-2021 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 2.377.969 Raming nog te realiseren € 2.801.890 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 130.459 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 227.066 V Verklaring verschil Het uurtarief is naar beneden bijgesteld. Winstverwachting € 227.066 V G.062 Kersentuin (Poelzicht), Angeren Projectbeschrijving Het plan omvat de realisering van een appartementencomplex met 9 appartementen, waarvan 6 in de betaalbare sector en 4 grondgebonden woningen op de locatie Poelzicht in Angeren. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is gestart met de bouw. De Karmelgroep heeft het project, met uitzondering van 3 appartementen gehuurd. De woningen zijn eind 2014 opgeleverd. Afwijking van programmabegroting 2014: Nee Boekwaarde per 31-12-2014 € 45.885 V Looptijd t/m 31-12-2016 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 83.906 Raming nog te realiseren € 35.104 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 3.308 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 265 V Verklaring verschil Winstverwachting € 265 V
163
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.066 Wijngaardenier, Huissen Projectbeschrijving Het plan omvat sloop van de bakkerij met bovenwoningen en twee aangrenzende eengezinswoningen en de realisering van een complex bestaande uit zes appartementen, commerciële ruimten c.q. dienstverleningsruimten op de begane grond met een gezamenlijke grootte van circa 460 m² en een ondergrondse parkeergarage met 17 parkeerplaatsen, 2 parkeerplaatsen op eigen terrein en 6 parkeerplaatsen in het openbaar gebied. Wat hebben we gedaan in 2014 De bouwvergunning is onherroepelijk. De ontwikkelaar wil in verband met de huidige marktsituatie nog niet met de bouw starten. De gemeente heeft uitstel voor de start van de bouwactiviteit verleend tot 1 april 2014.Op verzoek van de ontwikkelaar is wederom uitstel verleend, nu tot en met 2017. Afwijking van programmabegroting 2014: Nee Boekwaarde per 31-12-2014 € 26.313 V Looptijd t/m 31-12-201 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 18.886 Raming nog te realiseren € 4.242 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 9.187 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 11.669 V Verklaring verschil Winstverwachting € 11.669 V G.071 Prins Bernhardstraat, Angeren Projectbeschrijving Het plan omvat de sloop van 6 bejaardenwoningen en de realisering van een appartementencomplex met 8 betaalbare huurappartementen, 2 middeldure huurappartementen en 2 dure huurappartementen. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is de herinrichting van het openbaar gebied afgerond en het project financieel afgesloten. Afwijking van programmabegroting 2014: Nee Boekwaarde per 31-12-2014 € 40.467 V Looptijd t/m 31-12-2014 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 0 Raming nog te realiseren €0 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 35.847 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 40.467 V Verklaring verschil Winstneming € 40.467 V Dekking De winst vloeit naar de Algemene reserve grondexploitatie
164
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.078 Vleumingen (11 woningen, Gendt) Projectbeschrijving Het plan omvat de realisering van 11 betaalbare koopwoningen, waarvan 8 in de betaalbare sector en 3 in de vrije sector. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2013 is het bestemmingsplan onherroepelijk geworden en is de omgevingsvergunning verleend. In afwachting van de verkoop van de woningen door de ontwikkelende partij hebben in 2014 geen activiteiten plaatsgevonden. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja, zie hierboven Boekwaarde per 31-12-2014 € 1.968 V Looptijd t/m 31-12-2018 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 52.181 Raming nog te realiseren € 2.473 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 29.356 N Eindwaarde per 1-1-2015 € 52.685 N Verklaring verschil De looptijd van de grondexploitatie is met twee jaar verlengd. Daarnaast zijn er meer ambtelijke uren besteed en begroot. Verliesverwachting € 52.685 N Dekking De verliesvoorziening wordt verhoogd van € 29.400 naar € 52.700. G.079 Zandsehof, Huissen Projectbeschrijving De realisatie van twee appartementencomplexen bestaande uit in totaal 27 appartementen in de betaalbare sector en 400 m² commerciële ruimte. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2013 is gestart met de bouw van blok 2, bestaande uit 15 appartementen. Deze appartementen zijn in 2014 opgeleverd. Het pand van de vm. chinees is gesloopt en inmiddels is gestart met de bouw van blok 2, bestaande uit 12 appartementen. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja Boekwaarde per 31-12-2014 € 50.207 V Looptijd t/m 31-12-2016 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 85.850 Raming nog te realiseren € 63.893 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 26.600 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 28.250 V Verklaring verschil De looptijd van het project is met een jaar verlengd. Winstverwachting € 28.250 V
165
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.080 Groenestraat 3, Bemmel Projectbeschrijving Het plan omvat de sloop van de bestaande woning en de bouw van een vrijstaande woning op het perceel plaatselijk bekend Groenestraat 3 te Bemmel. Wat hebben we gedaan in 2014 Er is nog niet met de bouw van de woning gestart omdat de initiatiefnemer eerst zijn bestaande woning wil verkopen. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja Boekwaarde per 31-12-2014 € 8.372 V Looptijd t/m 31-12-2016 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 800 Raming nog te realiseren € 667 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 7.547 V Eindwaarde per 1-1-2016 € 8.239 V Verklaring verschil De looptijd van de grondexploitatie is met twee jaar verlengd. Winstverwachting € 8.239 V G.082 Van Voorststraat 1, Huissen Projectbeschrijving De verbouw van het pand Van Voorststraat 1 te Huissen, waarbij de op de eerste en tweede verdieping gesitueerde kantoren worden verbouwd tot 12 betaalbare appartementen. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is op de bovenverdieping een tandtechnicus en een tandarts gehuisvest. Voor de benedenverdieping bestaat vanuit de medische hoek eveneens belangstelling. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja Boekwaarde per 31-12-2014 € 17.780 V Looptijd t/m 31-12-2015 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 13.420 Raming nog te realiseren € 711 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 6.000 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 5.072 V Verklaring verschil De looptijd van de grondexploitatie is met een jaar verlengd. Winstverwachting € 5.072 V
166
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.084 Ceres, Bemmel Projectbeschrijving Het plan omvat de realisering van 6 betaalbare koopwoningen en 4 vrije sector koopwoningen. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is het terrein bouwrijp gemaakt en is gestart met de bouw van de woningen. Afwijking van programmabegroting 2014: Nee Boekwaarde per 31-12-2014 € 30.199 V Looptijd t/m 31-12-2016 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 21.220 Raming nog te realiseren € 2.271 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 2.559 N Eindwaarde per 1-1-2015 € 11.150 V Verklaring verschil In 2014 zijn er minder uren aan het project besteed dan geraamd. Winstverwachting € 11.150 V Dekking De bestaande verliesvoorziening van € 2.600 komt te vervallen ten gunste van de Algemene Reserve Grondexploitatie.
167
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.085 Van Kleefstraat, Huissen Projectbeschrijving Het plan betreft een herstructureringsproject. Het plan omvat de sloop van 77 woningen en de realisering van 38 eengezinswoningen, waarvan 29 woningen in de betaalbare huursector en 9 woningen in de dure huursector. De realisering van een appartementencomplex bestaande uit 37 appartementen in de betaalbare huursector en de realisering van een appartementencomplex bestaande uit 9 zorgappartementen, 18 units voor de zware zorg met bijbehorende voorzieningen en 16 appartementen in de betaalbare huursector. Het openbaar gebied wordt heringericht. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is gestart met de bouw van fase 1, bestaande uit een bouwblok met 37 appartementen en 17 eengezinswoningen. Deze worden in 2015 opgeleverd, in aansluiting hierop wordt gestart met de resterende 21 eengezinswoningen en het resterende appartementengebouw dat in gebruik genomen zal worden door De Driestroom t.b.v. ‘Begeleid Wonen’. Afwijking van programmabegroting 2014: Nee Boekwaarde per 31-12-2014 € 37.953 V Looptijd t/m 31-12-2017 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 48.604 Raming nog te realiseren € 3.849 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 14.661 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 6.803 N Verklaring verschil De grondexploitatie is met een jaar verlengd. Er zijn meer ambtelijke uren aan het project besteed. Verliesverwachting € 6.803 N Dekking Voor het verwacht verlies wordt een verliesvoorziening gevormd € 6.900 ten laste van de Algemene Reserve Grondexploitatie. G.087 De Heister 2, Bemmel Projectbeschrijving Het plan betreft de verbouw en uitbreiding van het pand plaatselijk bekend De Heister 2 te Bemmel. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is een grondexploitatieovereenkomst gesloten, vervolgens is een projectafwijkingsprocedure gestart. Afwijking van programmabegroting 2014: Nee Boekwaarde per 31-12-2014 € 9.985 V Looptijd t/m 31-12-2015 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 3.895 Raming nog te realiseren € 399 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 Eindwaarde per 1-1-2015 € 6.489 V Verklaring verschil Winstverwachting € 6.489 V 168
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.088 Loostraat 55a-57, Huissen Projectbeschrijving Het plan betreft de sloop van een voormalige winkel en de realisering van drie vrije bouwkavels ten behoeve van de bouw van drie vrijstaande woningen. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is een grondexploitatieovereenkomst gesloten, vervolgens is de bestemmingsplanprocedure gestart. Afwijking van programmabegroting 2014: Nee Boekwaarde per 31-12-2014 € 11.905 V Looptijd t/m 31-12-2017 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 12.842 Raming nog te realiseren € 730 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 Eindwaarde per 1-1-2015 € 207 N Verklaring verschil Verliesverwachting € 207 N
Functieverandering G.074 Olyhorststraat 13, Gendt (functieverandering) Projectbeschrijving Het plan omvat de realisering van een vrijstaande woning op het perceel plaatselijk bekend Olyhorststraat 13 te Gendt. De huidige agrarische bebouwing, bestaande uit twee oude romney loodsen en een stallencomplex wordt gesloopt. De bestaande agrarische bedrijfswoning (Olyhorststraat 13) krijgt een woonbestemming. Wat hebben we gedaan in 2014 Het laatste deel van de landschappelijke inpassing van de woning is gerealiseerd. Het project is financieel afgesloten. Afwijking van programmabegroting 2014: Nee, zie hierboven Boekwaarde per 31-12-2014 € 5.132 V Looptijd t/m 31-12-2014 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 0 Raming nog te realiseren €0 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 4.747 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 5.132 V Verklaring verschil Winstneming € 5.132 V Dekking De winst vloeit naar de Algemene reserve grondexploitatie
169
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.076 Munnikhofsestraat 9, Gendt (functieverandering) Projectbeschrijving Het plan omvat de bouw van een vrijstaande woning op het perceel plaatselijk bekend Munnikhofsestraat 9 te Gendt. De huidige agrarische bebouwing wordt gesloopt. Wat hebben we gedaan in 2014 De kavel is in de verkoop. Afwijking van programmabegroting 2014: Nee Boekwaarde per 31-12-2014 € 14.546 V Looptijd t/m 31-12-2015 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 5.400 Raming nog te realiseren € 589 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 7.640 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 9.917 V Verklaring verschil Winstverwachting € 9.917 V G.081 Zandvoort 21, Gendt (functieverandering) Projectbeschrijving Het plan omvat de realisatie van een vrije bouwkavel ten behoeve van de bouw van een vrijstaande woning op het perceel plaatselijk bekend Zandvoort 21 te Gendt. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is de woning gerealiseerd. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja Boekwaarde per 31-12-2014 € 7.012 V Looptijd t/m 31-12-2015 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 5.400 Raming nog te realiseren € 280 opbrengsten Eindwaarde per 31-12-2014 € 2.012 V Eindwaarde per 31-12-2015 € 1.892 V Verklaring verschil Winstverwachting € 1.892 V
170
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.083 Nevelveld 8, Bemmel (functieverandering) Projectbeschrijving Het plan omvat de realisatie van twee vrije bouwkavels ten behoeve van de bouw van twee vrijstaande woningen op het perceel plaatselijk bekend Nevelveld 8 te Bemmel. Wat hebben we gedaan in 2014 De kavels zijn in de verkoop. Afwijking van programmabegroting 2014: Nee Boekwaarde per 31-12-2014 € 17.894 V Looptijd t/m 31-12-2016 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 12.640 Raming nog te realiseren € 1.371 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 4.294 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 6.624 V Verklaring verschil De looptijd van de grondexploitatie is met een jaar verlengd. Winstverwachting € 6.624 V G.089 Kamervoort 25, Angeren (functieverandering) Projectbeschrijving Het plan omvat de bouw van een vrijstaande woning op het perceel plaatselijk bekend Kamervoort 25 te Angeren. De huidige agrarische bebouwing wordt gesloopt. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is een grondexploitatieovereenkomst gesloten, vervolgens is de bestemmingsplanprocedure gestart. Afwijking van programmabegroting 2014: Nee Boekwaarde per 31-12-2014 € 14.546 V Looptijd t/m 31-12-2017 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 9.769 Raming nog te realiseren € 440 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 Eindwaarde per 1-1-2015 € 83 N Verklaring verschil Verliesverwachting € 83 N
171
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
G.091 Munnikhofsestraat 12a, Gendt (functieverandering) Projectbeschrijving Het plan omvat de sloop van een voormalig glastuinbouwbedrijf en de realisering van een vrijstaande woning aan de Munnikhofsestraat 12a te Gendt. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is een grondexploitatieovereenkomst gesloten. Boekwaarde per 31-12-2014 Looptijd t/m Grondbeleid Raming nog te maken kosten Raming nog te realiseren opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 Eindwaarde per 1-1-2015 Verklaring verschil Winstverwachting
€ 7.074 N 31-12-2017 Faciliterend € 132 € 11.888
€ 4.946 V € 4.946 V
G.092 Molenwei 33, Bemmel (functieverandering) Projectbeschrijving Het plan omvat de realisering van twee vrije bouwkavels ten behoeve van de bouw van twee vrijstaande woningen en de landschappelijke inpassing van deze woningen nabij het perceel. De agrarische bebouwing is gesloopt. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is een grondexploitatieovereenkomst gesloten, vervolgens is de bestemmingsplanprocedure gestart. Afwijking van programmabegroting 2014: Nee Boekwaarde per 31-12-2014 € 6.380 N Looptijd t/m 31-12-2017 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 7.102 Raming nog te realiseren € 13.248 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 Eindwaarde per 1-1-2015 € 234 N Verklaring verschil Winstverwachting € 234 N
172
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
Centrumplan Bemmel G.011 Loostraat / Centrumplan, Bemmel Projectbeschrijving Het plan omvat de ontwikkeling van een woonwinkelwand aan de Loostraat. Wat hebben we gedaan in 2014 De centrumontwikkeling in Bemmel richt zich op 2 locatie aan de Loostraat: Deelplan locatie Loostraat ‘Wapen van Bemmel’ Door het ontbreken van huurders voor de commerciële ruimte en kopers voor de woningen is de economische uitvoerbaarheid van het plan uit 2012 niet gegarandeerd. De planontwikkeling is daarom door de initiatiefnemers voorlopig gestopt. Deelplan locatie Loostraat uitbreiding Lidl Lidl heeft in 2014 als initiatiefnemer voor deze deellocatie de mogelijkheden onderzocht van een zelfstandige plan ontwikkeling zonder een programma van (huur)woningen. Over het onderdeel (huur)woningen hebben de initiatiefnemende partijen Lidl en Waardwonen geen overeenstemming verkregen. Inmiddels is een nieuw plan gepresenteerd zonder woningen. Dit plan is om advies voorgelegd aan de welstandscommissie en de commissie Erfgoed en Ruimtelijke Kwaliteit. Beide commissies hebben het plan positief ontvangen. Op dit moment vindt overleg plaats met de initiatiefnemer over het aanpassen van de realiseringsovereenkomsten. Hierna kunnen de planologische procedures worden opgestart. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja Boekwaarde per 31-12-2014 € 8.103 N Looptijd t/m 31-12-2017 Grondbeleid Faciliterend Raming nog te maken kosten € 268.424 Raming nog te realiseren € 73.231 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 356.160 N Eindwaarde per 1-1-2015 € 349.758 N Verklaring verschil Verliesverwachting € 349.758 N Dekking De bestaande verliesvoorziening wordt bijgesteld van € 356.200 naar € 349.800.
173
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
Herstructurering glastuinbouw G.073 Herstructurering glastuinbouw, Huissen Projectbeschrijving Het plan omvat de herstructurering van het glastuinbouwgebied Huissen-Angeren. Het doel van deze herstructurering is om: glastuinbouw in het gebied weer toekomstmogelijkheden te geven (schaalgrootte, bereikbaarheid, energie en water; het gebied voor de bewoners leefbaar te maken; en de ruimtelijke kwaliteiten in het gebied te versterken in samenhang met haar omgeving. De opgave die specifiek voor de glastuinbouw hieruit voortvloeit is: kansen voor tuinbouwbedrijven op het terrein van schaalvergroting, overeenkomstig de landelijke trend, benutten; verbetering van bereikbaarheid en ontsluiting voor vrachtverkeer; betere retentie van regenwater, conform de laatste inzichten en regelgeving; verduurzaming van de glastuinbouw, met name op thema’s energie en (giet)water; verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit in het algemeen. Wat hebben we gedaan in 2014 In 2014 is de focus van het Projectbureau Herstructurering meer gericht op de concrete locatieontwikkelingen. Daarvoor zijn diverse koop(optie)overeenkomsten gesloten, met name voor de ontwikkelingen in de Leutensche Leigraaf. Hier wordt gewerkt wordt aan leefbaarheid, veiligheid en bereikbaarheid van bestaande en nieuwe bedrijven. Het doortrekken van de weg Steenbergerveld is daarbij de grootste ingreep. In het hele gebied zijn de lopende trajecten met ondernemers voortgezet en zijn hun actuele plannen geïnventariseerd. Vanuit het Duurzaamheidsplan is het traject Local 4 Local opgestart als verkenning van de mogelijkheden voor verbetering van bijv. de distributie en de assortimenten van tuinders gericht op de lokale omgeving. Ook is ‘Huissen-Angeren in het groen’ opgestart, waarbij erven met groen worden aangeplant voor landschappelijke versterking. Afwijking van programmabegroting 2014: Nee Boekwaarde per 31-12-2014 € 5.190.609 V Looptijd t/m 31-12-2016 Grondbeleid Actief Raming nog te maken kosten € 7.466.982 Raming nog te realiseren € 2.415.176 opbrengsten Eindwaarde per 1-1-2014 € 7.699 V Eindwaarde per 1-1-2015 € 10.210 V Verklaring verschil Winstverwachting € 10.210 V
174
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
COMPLEXEN IN VOORBEREIDING
Woningbouw G.044 Sancta Maria, Huissen Projectbeschrijving Het plan omvat de sloop van het hoofdgebouw en het bouwen van een aan de tijd veranderende zorgwens aangepast nieuw zorgcentrum. Wat hebben we gedaan in 2014 In verband met de huidige marktsituatie ziet de Woonzorg Nederland (eigenaar van Sancta Maria) af van de realisatie van het project. Zorgcentrum Betuweland (huurder van Sancta Maria) heeft naar aanleiding hiervan een haalbaarheidsonderzoek gedaan om Santa Maria in eigen beheer te vervangen door nieuwbouw. Dit haalbaarheidsonderzoek is met een positieve conclusie afgerond, waarna de planontwikkeling is voorbereid. Een aangepast nieuwbouwplan is opgesteld en o.a. voorgelegd aan de welstandscommissie en de commissie Erfgoed en Ruimtelijke Kwaliteit. Beide commissies hebben het plan positief ontvangen, op basis waarvan de vervolgprocedures worden voorbereid. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja Boekwaarde per 31-12-2014 € 18.595 N Boekwaarde per m² € 1,52 Haalbaarheid Wordt onderzocht. Reëel en stellig voornemen Ja om in de nabije toekomst te bouwen. Aanvullende toelichting G.063 Dorpsstraat/Oostervelden, Bemmel Projectbeschrijving Het plan omvat de sloop van de brandweerkazerne, de voormalige FIAT garage en twee woningen aan de Dorpsstraat en de herontwikkeling van het vrijgekomen gebied. Wat hebben we gedaan in 2014 Nadat is gebleken dat Waard Wonen (nog steeds) invulling wil geven aan de in 2010 gemaakte afspraken m.b.t. de herontwikkeling van deze locatie, is de verkoop opgeschort. Met Waard Wonen zijn de mogelijkheden onderzocht voor de ontwikkeling van sociale huurwoningen op deze locatie. Hiertoe zijn een aantal stedenbouwkundige modellen verkend. In 2015 zal besluitvorming over de haalbaarheid van de door Waard Wonen voorgestelde invulling plaatsvinden, en vertaald worden in een koopovereenkomst. Afwijking van programmabegroting 2014: Ja Boekwaarde per 31-12-2014 € 419.680 Boekwaarde per m² € 150,75 Haalbaarheid Wordt onderzocht. Reëel en stellig voornemen Ja om in de nabije toekomst te bouwen. Aanvullende toelichting
175
Jaarverslag 2014 Paragraaf 5.7 Grondbeleid
Centrumplan Huissen Projectbeschrijving. Teneinde de koopkrachtafvloeiing vanuit het centrum van Huissen te stoppen het realiseren van een attractief centrum voor Huissen, overeenkomstig de vastgestelde centrumvisie. Van het plan maakt onder andere deel uit het realiseren van een uitbreiding van de aanwezige supermarkt. Wat hebben we gedaan in 2014 Met de vaststelling van de aangepaste centrumvisie Huissen in de raadsvergadering van 21 maart 2013 is het proces van kaderstelling van de centrumontwikkelingen in Huissen voor wat betreft de detailhandelsstructuur afgerond. Er is een keuze is gemaakt voor het versterken van het bestaande winkellint Langestraat-Vierakkerstraat. Tevens is een alternatieve locatie aan de Langestraat aangewezen voor de vestiging van de AH-supermarkt. In 2014 is de aandacht gericht op de voorbereiding van de bouwplannen gebaseerd op deze nieuwe visie voor de supermarktlocatie en de upgrading van de bebouwing aan de Markt. Het bouwplan voor de locatie Markt is in de periode mei/juni 2013 voor overleg met omwonenden, het maatschappelijk veld en deskundigen gepresenteerd. De ingekomen adviezen en reacties hebben geleid tot een advies aan de initiatiefnemer om tot aanpassing van het plan over te gaan. In 2014 heeft dit geleid tot een plan waarbij het huidige gebouw niet wordt uitgebreid maar alleen wordt voorzien van een facelift. Vervolgens is in 2014 het plan voor de nieuwe AH-supermarkt op de locatie Langestraat opgesteld.
176
Jaarverslag 2014
Bijlagen
177
Jaarverslag 2014
Samenstelling gemeentebestuur 2014 Gemeenteraad mw. M.H.F. Schuurmans-Wijdeven J.H.A.P. Sluiter R.T.H.M. Derksen mw. M.J. Bouwmeister-Bremer W.J. de Bruin J.A.W. Joosten H. Minkhorst J.H.M. van der Welk mw. C.B.P. Claassen dhr. T. Anema B.J.A. Claassen A.A.A. Houtzager T.W.M. Peren ing. H.J.J. Arends H.G. Gertsen mw. mr. J.J.A.M. Leenders-van Heck mw. B.H.L. Raes mr. J.A. Wenneker F.M. Schut mw. M.J.C. Fontein P.B.H. Geurtz drs. P.A.T.W. Hegeman N.T.P. Hubers J.J. Huizinga mw. C.A.M. Lotze-Snijders mw. mr. M.J.A. van Aalten-Janssen Th. Janssen J.G.T. Janssen F.H. den Houting B.J.W.G. van Ottele P.B.M. Wegh drs. M.M. van de Woerdt T.B.M. Aaldering B.L. de Pauw T.G.C.M. Rijsemus mw. drs. H.W.M. Witjes drs. P.M. Cuypers S.J.H.G. Wannet A.H. Nijboer H.T. Peren dr. M.J.A. van den Bos mw. J.N.M. van Roosmalen T.F.J. Reijmers 178
voorzitter Lokaal Belang Lingewaard (fvz) (tot en met 24-04-2014) Lokaal Belang Lingewaard (fvz vanaf 24-04-2014) Lokaal Belang Lingewaard Lokaal Belang Lingewaard (vanaf 24-04-2014) Lokaal Belang Lingewaard (tot en met 26-03-2014) Lokaal Belang Lingewaard (vanaf 27-03-2014) Lokaal Belang Lingewaard (vanaf 27-03-2014) SP (fvz) (vanaf 27-03-2014) SP (vanaf 27-03-2014) SP (vanaf 27-03-2014) SP (vanaf 27-03-2014) CDA (fvz) (tot en met 24-04-2014) CDA (fvz vanaf 24-04-2014) CDA (tot en met 26-03-2014 en vanaf 24-04-2014) CDA CDA (vanaf 27-03-2014) B06-L2000 (fvz tot en met 26-03-2014) B06-L2000 (fvz) (vanaf 27-03-2014) B06-L2000 (tot en met 26-03-2014) B06-L2000 B06-L2000 B06-L2000 (tot en met 26-03-2014) B06-L2000 (tot en met 26-03-2014) B06-L2000 (tot en met 26-03-2014) lingewaard.NU (fvz tot en met 26-03-2014) lingewaard.NU (fvz) (van 27-03-2014 tot en met 24-04-2014) lingewaard.NU (fvz) (vanaf 24-04-2014) lingewaard.NU (tot en met 26-03-2014 en vanaf 24-04-2014) lingewaard.NU VVD (fvz) (tot en met 26-03-2014) VVD (fvz) (vanaf 27-03-2014) VVD (vanaf 27-03-2014) VVD (vanaf 27-03-2014) VVD (tot en met 26-03-2014) VVD (tot en met 26-03-2014) D66 (fvz) (tot en met 26-03-2014) D66 (fvz vanaf 27-03-2014) D66 PvdA (fvz) (tot en met 26-03-2014) PvdA (fvz) (vanaf 27-03-2014) PvdA (tot en met 26-03-2014) PvdA (tot en met 26-03-2014)
Jaarverslag 2014
mw. L.G. Duiven F.N. Arbouw Th.G.L. Greep fvz = fractievoorzitter
GroenLinks (fvz) GroenLinks (tot en met 26-03-2014) raadsgriffier
College van burgemeester en wethouders mw. M.H.F. Schuurmans-Wijdeven C.J. Telder B. van Eeten L.J.F. Dolmans J.H.A.P. Sluiter T.W.M. Peren Th. Janssen mw. drs. H.W.M. Witjes drs. J. Wijnia
voorzitter wethouder (tot en met 24-04-2014) wethouder (tot en met 24-04-2014) wethouder (tot en met 24-04-2014) wethouder (vanaf 24-04-2014) wethouder (vanaf 24-04-2014) wethouder (vanaf 24-04-2014) wethouder (vanaf 24-04-2014) gemeentesecretaris
Presidium mw. M.H.F. Schuurmans-Wijdeven J.H.A.P. Sluiter R.T.H.M. Derksen mr. J.A. Wenneker F.M. Schut T.W.M. Peren ing. H.J.J. Arends mw. mr. M.J.A. van Aalten-Janssen Th. Janssen
voorzitter Lokaal Belang Lingewaard (fvz) (tot en met 24-04-2014) Lokaal Belang Lingewaard (fvz) (vanaf 24-04-2014) B06-L2000 (fvz) (tot en met 26-03-2014) B06-L2000 (fvz) (vanaf 27-03-2014) CDA (fvz) (tot en met 24-04-2014) CDA (fvz) (vanaf 24-04-2014) lingewaard.NU (fvz) (tot en met 26-03-2014) lingewaard.NU (fvz) (van 27-03-2014 tot en met 24-042014) lingewaard.NU (fvz) (vanaf 24-04-2014) VVD (fvz) (tot en met 26-03-2014) VVD (fvz) (vanaf 27-03-2014) D66 (fvz) (tot en met 26-03-2014) D66 (fvz) (vanaf 27-03-2014) PvdA (fvz) (tot en met 26-03-2014) PvdA (fvz) (vanaf 27-03-2014) GroenLinks lingewaard.NU (voorzitter Politieke Avond)
J.G.T. Janssen P.B.M. Wegh drs. M.M. van de Woerdt drs. P.M. Cuypers S.J.H.G. Wannet H.T. Peren dr. M.J.A. van den Bos mw. L.G. Duiven F.H. den Houting Daarnaast zijn in elke vergadering aanwezig: Th.G.L. Greep raadsgriffier mw. J.A.T. Mommers notulist fvz = fractievoorzitter
179
Jaarverslag 2014
180
Jaarverslag 2014
Kerngegevens 2012
Inwoners Aantal inwoners (per 1 januari) Inwoners < 20 jaar Inwoners > 64 jaar Personen met een uitkering (WWB-IOAWIOAZ) Leerlingen basisonderwijs (per 1 okt.) Leerlingen voortgezet onderwijs (per 1 okt.) Leerlingen SO/SVO (per 1 okt.)
31-12-2014
45.770 11.267 7.142 455
45.833 11.193 7.560 394
45.850 11.107 7.971 428
45.789 10.924 8.376 449
: : :
4.728 2.702 295
4.592 2.696 324
4.527 2.619 299
4.327 2.633 285
2012 : : : : : :
Financieel
2014
: : : :
Fysiek Oppervlakte gemeente Oppervlakte land Oppervlakte water Aantal woonruimten (per 1 januari) Lengte van wegen Oppervlakte openbaar groen (excl. sportvelden)
2013
6.918 6.215 703 18.544 350 221
2013 ha ha ha km ha
2012
6.918 6.215 703 19.208 359 224
ha ha ha km ha
2013
2014 6.918 6.215 703 19.209 367 226
31-12-2014 ha ha ha km ha
6.918 6.215 703 19.285 369 228
ha ha ha km ha
2014
Uitgaven Lasten
:
98.375.000
94.714.000
90.464.000
Algemene uitkering uit Gemeentefonds Belastingen OZB Afvalstoffenheffing & Rioolrecht Precariobelasting Hondenbelasting Toeristenbelasting Reclamebelasting Overige inkomsten
: : :
36.693.000 10.184.000 6.318.000
35.653.000 10.394.000 6.629.000
:
215.000 49.000
213.000 84.000
:
42.774.000 96.233.000
41.649.000 94.693.000
37.509.000 10.239.000 6.943.000 510.000 214.000 107.000 67.000 36.595.000 92.184.000
Investeringen in vaste activa
:
6.333.000
10.185.000
6.306.000
Boekwaarde eigendommen / vaste activa Langlopende schulden Reserves (inclusief resultaat) Voorzieningen
: : : :
115.875.000 89.193.000 53.706.000 7.753.000
117.622.000 83.964.000 53.876.000 7.084.000
117.173.000 78.735.000 55.595.000 13.672.000
Inkomsten
181