JAARVERSLAG 2013 Bezwaarschriftencommissie gemeente Leeuwarderadeel
Stiens, 15 maart 2014
Inhoudsopgave pagina Inleiding
2
Hoofdstuk 1 Procedure
3
Hoofdstuk 2 Zittingen
6
Hoofdstuk 3 Besluiten op bezwaar
10
Hoofdstuk 4 Termijnen
11
Hoofdstuk 5 Conclusies en aanbevelingen
12
1
Inleiding Medio 1998 is in de gemeente Leeuwarderadeel de onafhankelijke commissie voor de bezwaarschriften (hierna: bezwaarschriftencommissie) ingesteld. Deze commissie is belast met de advisering van beslissingen op bezwaarschriften ingevolge artikel 1:5 Algemene wet bestuursrecht. In het kader van deze advisering stelt de commissie de belanghebbenden en het betrokken bestuursorgaan in de gelegenheid om te worden gehoord. Van het horen wordt een verslag gemaakt. De advisering geschiedt aan het bestuursorgaan (de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders of de burgemeester). Dit advies is gemotiveerd en bevat een aanbeveling voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.
2
Hoofdstuk 1 Procedure
De samenstelling De commissie ontleent zijn bestaansrecht aan de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Verordening commissie bezwaarschriften van 1 mei 2010. Artikel 3 van de Verordening regelt de samenstelling van de commissie. De samenstelling zag er in 2013 als volgt uit: voorzitter:
de heer mr. P.A. de Haan
leden:
de heer M. Hoekstra (tevens plaatsvervangend voorzitter) mevrouw mr. H. Swart mevrouw drs. ing. C.M.A. IJsselmuiden (plaatsvervangend lid) de heer mr. B.S. Kruize (plaatsvervangend lid)
secretaris:
mevrouw mr. A.R. Posthuma
plaatsvervangend secretaris:
de heer G. Akkerman
De bevoegdheid De bezwaarschriftencommissie behandelt bezwaarschriften ingevolge de Awb die zijn ingediend door natuurlijke personen en rechtspersonen. Door het indienen van een bezwaarschrift dwingt de bezwaarmaker een zorgvuldige heroverweging van het genomen besluit af bij het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen. Zowel op formele (procedurele) als materiële (inhoudelijke) punten vindt een beoordeling van het bestreden besluit plaats. De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken en ook niet over bezwaren in gevallen die wettelijk zijn uitgesloten.
Het secretariaat De commissie wordt ondersteund door een ambtelijk secretaris. De secretaris is door het college van burgemeester en wethouders aangewezen. Daarnaast is een plaatsvervangend secretaris aangewezen. Van de ambtelijk secretaris wordt verwacht dat zij1 de diverse aspecten die een rol (kunnen) spelen bij het opstellen van het advies van tevoren op een rij zet en de bijbehorende 1
Waar ‘zij’ staat kan ook ‘hij’ gelezen worden.
3
stukken vergaart. Tevens bestudeert zij jurisprudentie en doet ander relevant onderzoek ten behoeve van de commissie, stelt zij het verslag van de hoorzitting op, schrijft het door de voorzitter te toetsen advies, nodigt de bezwaarmakers uit en bewaakt zij de wettelijke termijnen.
De advisering Bij de behandeling van een bezwaarschrift wordt door de bezwaarschriftencommissie veel waarde gehecht aan de kwaliteit van het advies. In dat kader vindt er bij het uitbrengen van het advies naast een inhoudelijke beoordeling, ook een beoordeling van de gevolgde procedure en een beoordeling van het beleid op rechtmatigheid en doelmatigheid plaats. Waar de commissie dat nodig acht, doet zij (op eigen initiatief) aanbevelingen in de vorm van “overwegingen ten overvloede”.
Werkwijze commissie De commissie komt in principe één keer per maand bijeen. De vergaderingen bestaan uit een openbaar en een besloten gedeelte. Het openbare gedeelte heeft betrekking op de hoorzitting. In het besloten gedeelte vindt een beraadslaging plaats over de aan het bestuursorgaan uit te brengen adviezen. In uitzonderingsgevallen kan de hoorzitting in besloten kring plaatsvinden. De indiener(s) van het bezwaarschrift, de vertegenwoordiger van het bestuursorgaan alsmede de eventuele (derde)belanghebbenden worden minimaal twee weken voorafgaande aan de openbare hoorzitting uitgenodigd. Met deze uitnodiging wordt ook een folder verstuurd waarin informatie met betrekking tot de hoorzitting staat vermeld. In deze folder wordt ook de samenstelling van de commissie meegedeeld. De bij het bezwaarschrift behorende stukken worden aan de indieners van de bezwaarschriften en eventuele derdebelanghebbenden (behoudens privacybelangen) toegezonden en liggen tevens gedurende tien dagen voorafgaand aan de hoorzitting ter inzage op het gemeentehuis. Bezwaarden maken meestal gebruik van de geboden mogelijkheid om op de hoorzitting te verschijnen. Bezwaarden kunnen zich eveneens laten bijstaan of vertegenwoordigen door een gemachtigde. De hoorzittingen vinden plaats in het gemeentehuis te Stiens. Elke hoorzitting begint met een uiteenzetting door de voorzitter van de commissie. Er wordt uitleg gegeven over de werkwijze van de commissie en de gang van zaken tijdens de hoorzitting. Daarna worden de partijen – de indiener(s) van het bezwaarschrift, vertegenwoordiger van het bestuursorgaan en eventuele derde belanghebbenden - gehoord. Het advies van de commissie wordt, na ondertekening door de voorzitter en de secretaris, door de secretaris aan het bevoegde bestuursorgaan verzonden. Het bevoegde bestuursorgaan neemt
4
vervolgens een beslissing op het bezwaarschrift. Het bestuursorgaan kan alleen gemotiveerd van het advies afwijken. Deze beslissing wordt samen met het verslag en advies van de commissie naar de bezwaarmaker en de eventueel belanghebbenden gezonden. Tegen de beslissing op het bezwaarschrift staat voor belanghebbende(n) beroep bij de rechtbank open.
5
Hoofdstuk 2 Zittingen
Aantallen De commissie kwam in het verslagjaar twee maal bijeen. Daarnaast zijn een tweetal bezwaarden telefonisch gehoord door de voorzitter. In totaal zijn er 14 bezwaarschriften binnen gekomen. Dit zijn er evenveel als in 2012. Vanaf 2007 is er nog steeds een dalende trend waar te nemen. Bepalend voor het opnemen van een bezwaarschrift in dit verslag is de datum waarop het bezwaarschrift is binnen gekomen bij de gemeente. Voor zover bij de commissie bekend, is inmiddels op alle gevallen een beslissing op het bezwaarschrift genomen, nadat de commissie advies heeft uitgebracht.
Aantal bezwaarschriften van 2007 – 2013
30 25 20 15
aantal bezwaarschriften
10 5 0 2007
2009
2011
6
2013
Grafische weergave van bezwaarschriften in 2007 t/m 2013
60% 50%
48%
56%
52% 43%43%
40%
niet-ontvankelijk
34% 30% 20%
22% 19%
10% 11% 0%
0% 2007
36%36%
33%
21%
21%
gegrond/ongegrond
16%
8% 8% 2008
8% 8% 2009
gegrond ongegrond
25% 25% 16%
36%36%
7% 7% 0% 2010
11%
7%
0% 0% 2011
0% 2012
7%
geen advies
0% 2013
Onderscheid bezwaarschriften De bezwaarschriften die in 2012 aan de orde zijn geweest waren qua onderwerp als volgt te verdelen. Er zijn 3 bezwaarschriften ingediend gericht tegen besluiten, voorbereid door de cluster Publiekszaken. Een van de bezwaarschriften was gericht tegen de afwijzing van een APV vergunning. De overige bezwaarschriften waren gericht tegen besluiten waarbij subsidieaanvragen (deels) zijn geweigerd. Vorig jaar was er 1 bezwaarschrift ingediend tegen een besluit dat was voorbereid door deze cluster. Tegen besluiten voorbereid door de cluster VROM zijn 2 bezwaarschriften binnen gekomen, terwijl er vorig jaar 6 bezwaren waren ingekomen tegen besluiten die waren voorbereid door deze cluster. Eén bezwaarschrift was gericht tegen de afwijzing van een subsidieaanvraag. En tot slot is er 1 bezwaarschrift gericht tegen een besluit waarbij een verzoek om planschade is afgewezen. Tegen besluiten voorbereid door de cluster Beheer zijn 2 bezwaarschriften binnen gekomen, terwijl er vorig jaar 3 bezwaren waren ingekomen tegen besluiten die waren voorbereid door deze cluster. Deze 2 bezwaarschriften waren gericht tegen omgevingsvergunningen voor de activiteit houtopstanden vellen. Tegen besluiten, voorbereid door de cluster Financiën zijn 2 bezwaarschriften ingekomen, terwijl dit er vorig jaar 3 waren. Deze bezwaarschriften zagen allen op besluiten met betrekking tot de functiewaarderingen van betrokkenen. Tegen besluiten voorbereid door het Handhavingsbureau is 1 bezwaarschriften ingekomen. Vorig jaar was er ook 1 bezwaarschrift ingekomen. Tegen de besluiten voorbereid door de cluster Interne Zaken zijn 4 bezwaarschriften ingekomen. Daarvan waren er 3 gericht tegen besluiten met betrekking tot verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur. Eén besluit was gericht tegen de afwijzing van een ingebrekestelling en
7
daarmee samenhangend het afwijzen van een dwangsom wegens te laat beslissen. Vorig jaar waren er geen bezwaarschriften ingekomen tegen besluiten voorbereid door de cluster Interne Zaken.
Het aantal bezwaarschriften gericht tegen besluiten afkomstig van de cluster Interne Zaken is het afgelopen jaar toegenomen. Dit is te verklaren uit het feit dat er veel ‘oneigenlijk gebruik’ van de Wet openbaarheid van bestuur wordt gemaakt. Eventuele afwijzingen van dergelijke verzoeken leiden regelmatiger tot bezwaarschriften.
8
Door de commissie uitgebrachte adviezen In geen geval adviseerde de commissie het bezwaarschrift gegrond te verklaren (ter vergelijking: in 2012 in 1 geval). In één enkel geval adviseerde de commissie het bezwaarschrift gedeeltelijk gegrond en gedeeltelijk ongegrond te verklaren, hetgeen in 2012 niet voorkwam. Driemaal adviseerde de commissie het bezwaarschrift niet-ontvankelijk te verklaren, hetgeen in 2012 ook driemaal voorkwam. In 5 gevallen werd geadviseerd het bezwaarschrift volledig ongegrond te verklaren. In 2012 werd dit ook 5 keer geadviseerd. Verder zijn er in 2013 vijf bezwaarschriften ingetrokken, hetgeen in 2012 ook 5 keer voorkwam.
Grafische weergave van uitgebrachte adviezen na hoorzitting in 2013
0% 36%
36%
gegrond ongegrond deels on- /gegrond niet-ontvankelijk ingetrokken
7% 21%
9
Hoofdstuk 3 Besluiten op bezwaren Beslissing op bezwaar In alle gevallen heeft het college overeenkomstig de adviezen van de commissie besloten.
Beroep en verzoeken om voorlopige voorziening Indien appellant zich niet kan verenigen met het heroverwegingsbesluit op het bezwaarschrift staat hiertegen beroep open bij de rechter. Na de besluitvorming door burgemeester en wethouders op de bezwaarschriften is (vooralsnog) geen beroep ingesteld. In 1 geval is een verzoek om voorlopige voorziening gevraagd, dat naderhand is ingetrokken. Ter vergelijking: in 2012 is in 1 geval beroep ingesteld en is er ook 1 verzoek om een voorlopige voorzieningen ingediend.
Grafische weergave van heroverwegingsbesluiten in 2013
0%
36%
36%
gegrond ongegrond deels on- /gegrond niet-ontvankelijk ingetrokken
7% 21%
10
Hoofdstuk 4 Termijnen
Op een bezwaarschrift dient binnen 12 weken na de dag waarop de termijn voor het indienen van het bezwaarschrift is verstreken, te worden beslist. Deze termijn kan worden verlengd met zes weken. Voorts is verder uitstel mogelijk indien belanghebbenden daarmee instemmen. Na 1 oktober 2009 geldt dat als gevolg van de Wet dwangsom en beroep het bestuursorgaan een dwangsom kan verbeuren aan appellant, indien hij te laat beslist op het bezwaarschrift. Daartoe dient hij echter wel eerst door appellant in gebreke te worden gesteld. In het verslagjaar is eenmaal een ingebrekestelling ingekomen. Dit heeft niet geleid tot een dwangsom nu alsnog binnen de termijn van 2 weken is beslist.
Gebleken is dat het bestuursorgaan in het verslagjaar 2013 er bij 1 bezwaarschrift niet in is geslaagd binnen de wettelijke termijn een heroverwegingsbesluit te nemen. In 2012 is dit niet voorgekomen. Er is in 2 gevallen een verdagingsbesluit toegezonden. Vervolgens is binnen deze termijn van verlenging beslist. Bovendien zijn vijf bezwaarschriften, nog voordat het college een heroverwegingsbesluit kon nemen, ingetrokken.
11
Hoofdstuk 5 Conclusies en aanbevelingen
Tot zover de belangrijkste karakteristieken van de verschillende zaken, die de commissie het afgelopen jaar heeft behandeld. Het verslag leidt tot een aantal conclusies en aanbevelingen.
Conclusies:
In 2013 zijn er evenveel bezwaarschriften ingekomen als in 2012.
Het aantal bezwaarschriften gericht tegen besluiten voorbereid door de cluster Interne Zaken is toegenomen.
Net als in voorgaande jaren is het grootste gedeelte van de bezwaarschriften ongegrond verklaard.
Er is, net als in 2012, een toename te zien in het aantal bezwaarschriften dat voortijdig wordt ingetrokken.
De uitgebrachte adviezen zijn allen door het college overgenomen.
Op 1 na zijn alle beslissingen op bezwaar binnen de wettelijke termijn genomen.
Aanbevelingen:
De commissie is content met het feit in 2013 bijna alle bezwaarschriften binnen de wettelijke termijnen zijn afgehandeld en benadrukt dat het van belang is dit in 2014 te continueren en daar waar nodig te verbeteren.
Daartoe is het nog steeds van belang dat de bezwaarschriften bij binnenkomst direct door worden gestuurd naar de commissie. Gebleken is dat de wettelijke termijnen dan doorgaans beter worden gehaald.
De commissie beveelt aan om correspondentie van burgers waarvan op voorhand niet duidelijk is of het een bezwaarschrift betreft, maar die wel een kennelijke klacht behelzen, zekerheidshalve voor te leggen aan de ambtelijk secretaris van de commissie, zodat er geen bezwaarschriften ‘over het hoofd worden gezien’.
Voorts beveelt de commissie aan dat het van belang is dat er een goede registratie plaatsvindt van de ontvangstdatum van het bezwaarschrift. Daarbij dient de enveloppe met poststempel te worden bewaard.
Verder blijkt dat in 2013 een groot aantal bezwaarschriften op voorhand is ingetrokken als gevolg van bemiddeling tussen partijen. De commissie ziet deze trend graag in 2014 gecontinueerd als bemiddeling mogelijk tot meer bevredigende resultaten kan leiden dan het doorlopen van de formele weg.
12
Tot slot heeft de commissie in 2013 in een aantal gevallen bezwaarden telefonisch gehoord. Dit betroffen bezwaarschriften gericht tegen besluiten met betrekking tot (oneigenlijke) verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur. Omwille van praktische redenen beveelt de commissie aan dit in 2014 in voorkomende soortgelijke gevallen te continueren.
Stiens, Leeuwarderadeel, 15 maart 2014
13