VEERTIENDAAGS INFORMATIEBLAD VAN HET UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM ST RADBOUD JAARGANG 36 NUMMER 16 15 oktober 2010
Radboud bundelt krachten voor bijnierpatiënten Op 29 oktober gaat het Radboud Adrenal Centre officieel open, tijdens een congres voor specialisten uit het hele land. ‘Het richt zich op verbetering van de zorg voor kinderen en volwassen patiënten met aandoeningen aan de bijnieren. We hebben hier de afgelopen veertig jaar veel expertise opgebouwd’, vertelt internist-endocrinoloog prof.dr. Ad Hermus. Jannie meussen De bijnieren zijn piepkleine kliertjes boven de nieren, die belangrijke hormonen als adrenaline en cortisol afscheiden. Als ze niet goed werken, krijgen patiënten teveel of te weinig van deze stoffen in het bloed. Dat heeft desastreuze gevolgen. Bij een tekort aan cortisol reageert het lichaam bijvoorbeeld niet goed op stresssituaties. Daardoor kan de patiënt in shock of coma raken en zelfs overlijden. Bij een teveel ontstaat onder andere hoge bloeddruk, met risico op hart- en vaataandoeningen. Een deel van de ziekten aan de bijnieren zijn aangeboren, patiënten moeten vaak levenslang cortisol-medicatie gebruiken. Maar aandoeningen kunnen ook later ontstaan door bijvoorbeeld tumoren. Omdat bijnieraandoeningen relatief weinig voorkomen, moeilijk te diagnostiseren zijn en complexe zorg vereisen, concentreert de zorg zich in een aantal centra. ‘Wij hebben in Nijmegen de meeste expertise opgebouwd, dat wordt
Pagina 5 Æmiel Kerckhoffs neemt afscheid: ‘Alles weten is verslavend’
Pagina 7 Van appel tot plaza
Foto: Frank Muller
landelijk erkend. Patiënten, waaronder ook veel kinderen, komen uit het hele land. We zijn voor hen 24 uur per dag bereikbaar’, vertelt kinderartsendocrinoloog dr. Hedi Claahsen. ‘Wij beschikken inmiddels over geavanceerde biochemische laboratoriumtechnieken. We hebben ook betrouwbaar speekselonderzoek ontwikkeld, zodat kinderen niet telkens geprikt hoeven te worden. Onze interventieradiologen zijn experts in het afnemen van bloed zo dicht mogelijk bij de bijnieren (veneuze bijniersampling), dat levert nauwkeurige waarden op. En onze urologen lopen voorop in het verwijderen van de bijnier via een kijkoperatie.’ ‘Binnen het Radboud Adrenal Centre (RAC) willen we deze zorg vanuit Nijmegen nog beter, sneller en veiliger maken’, vertelt Hermus. ‘Intern buigen we ons vanaf begin dit jaar met álle betrokken artsen wekelijks over patiëntencasussen (zie foto). We hebben vanuit het RAC dit jaar ook al vier grote subsidies binnengehaald.’ ‘We gaan onder meer onderzoeken bij wie veneuze bijniersampling precies nodig is. En wat de gevolgen op de lange termijn zijn van langdurige blootstelling aan teveel cortisol. Verder gaan we meer onderzoek doen naar het ontstaan van de bijniertumor feochromocytoom’, vertelt prof.dr. Jacques Lenders, internist-vasculair geneeskundige.‘We gaan ook meer samenwerken met andere centra en kennis delen en uitdragen. Volgend jaar vindt hier bijvoorbeeld de wetenschappelijke vergadering van ons Europese Bijnier Netwerk plaats. Nu organiseren wij op 29 oktober in Nijmegen een groot landelijk congres. Hier zal ook prof. Wiebke Arlt van het Queen Elisabeth Hospital uit Birmingham spreken. Zij is een autoriteit op het gebied van bijnieraandoeningen. Zij bekleedt de Valkhofleerstoel 2010. Deze leerstoel is in het leven geroepen door het UMC St Radboud om internationaal toonaangevende vrouwelijke wetenschappers tijdelijk naar Nijmegen te halen. Op 3 december zal ze hier de Valkhof Lecture uitspreken.’ n
Pagina 8 Rol virussen bij afstoten donornier
Pagina 15 Oud worden: genetisch cadeautje of ongewenste kostenpost?
ra d b o d e 1 6 - 2 0 1 0
inhoud 5
O ECUMENISCHE V IE R IN G EN
Interview
Betoog Afscheid ÆmielKerckhoffs ‘Mensen vroegen mij vaak: “Waarom blijf je zolang bij dezelfde baas?” Ik heb telkens een andere, zei ik dan.’ Een interview met Æmiel Kerckhoffs, oudsecretaris van de Raad van Bestuur.
8
Onderzoek Zonder suiker geen goed eiwit Eiwitten kunnen hun werk alleen goed verrichten als ze behangen zijn met de juiste suikergroepen. Nijmegen vormt de internationale spil in het onderzoek naar aandoeningen waarbij dit proces hapert.
13
Oud worden: genetisch cadeautje of ongewenste kostenpost? Het is niet de vergrijzing, maar het toenemend aantal chronische aandoeningen (‘zitzieken’) waardoor de kosten in de gezondheidszorg alsmaar stijgen. Een betoog van prof.dr. Maria Hopman.
16
Reportage Rol virussen bij afstoten donornier De Nierstichting heeft het Radboud twee consortiumsubsidies toegekend. Daardoor kan nu worden gezocht naar nieuwe mechanismen van nierschade én de rol van virussen bij afstoting van niertransplantaten.
10
agenda
15
Onderwijs Zorgvuldig onderzoek met mensen Mensgebonden medisch onderzoek moet altijd zorgvuldig, veilig en betrouwbaar worden uitgevoerd. De Radboud Zorgacademie start daarom de Cursus Clinical Research.
10.00 uur personeelsrestaurant: zondag 17 oktober Els Groeneveld, zondag 24 oktober Richart Huijzer, zondag 31 oktober Els Groeneveld en zondag 7 november Anneke de Vries.
PAOG-Heyendael Voor nadere info: www.paogheyendael.nl.
17 november Anatomie door de laparoscoop, snijzaal cursus voor gynaecologen (i.o.).
24, 25 en 26 november
Actueel Medicatie mensen met dementie onder de loep Waarom krijgen onrustige mensen met dementie in het ene verpleeghuis veel vaker psychofarmaca toegediend dan in het andere? De afdeling Eerstelijnsgeneeskunde start een groot onderzoek.
En verder... Verbetering in de versnelling, Nieuwsladder In bedrijf Academisering voor mensen met verstandelijke beperkingen, Prijzen/benoemingen Radboudteam terug uit Uruzgan Zorg 2.0 avant la lettre, Grenzeloos Mensen, in memoriam Iedere patiënt altijd veilig Ethiek
3 4 11 12 13 14 15 16
kunst
De week van de urodynamica, bestemd voor fysiotherapeuten, urologisch verpleegkundigen, continentieverpleegkundigen, urodynamicaverpleegkundigen, algemeen verpleegkundigen, physician assistants, nurse-practitioners, artsassistenten (urologie en gynaecologie) en andere geïnteresseerden.
Sectie Bijscholing, Radboud Zorgacademie Sectie Bijscholing van de Radboud Zorgacademie verzorgt bijscholing voor medewerkers van het UMC St Radboud en voor externe klanten. Vanaf heden is deelname aan onze scholingen ook mogelijk vanuit het Persoonlijk Budget. U kunt dit aangeven bij het inschrijven. Meer informatie: www.radboudzorgacademie.nl • 17 januari (follow-up 18 april), Ziekenhuisbrede scholing Begeleiden van studenten verpleegkundige vervolgopleiding. Inschrijven tot 8 november. • 25 januari , Ziekenhuisbrede scholing van werkbegeleiders module 1 ‘het organiseren van het leerproces’. Inschrijven tot 16 november. • 13 december, Cursus medische terminologie. Inschrijven tot 25 oktober. • Voorjaar 2011, Cursus medische terminologie groep. Start: 13 december. Inschrijven tot 25 oktober.
OVERIG 23 oktober Gratis Museumdag in Gelderland, thema: ’Ik zie, ik zie...”. Het Anatomisch Museum is ook geopend. Activiteiten: rondleidingen door studenten Geneeskunde en elk heel uur kunnen kinderen een speurtocht door het museum maken. Openingstijd: 10.00 – 17.00 uur, Geert Grooteplein Noord 21, tel. 024-3613301. Info: www.umcn.nl/museum
27 oktober NCMLS Seminar What can we learn from human CD19 and CD81 deficiencies? Spreker: Menno C. van Zelm, PhD. Department of Immunology, Erasmus MC, Rotterdam. Tijd: 12.00-13.00 uur in de Colloquiumkamer op de 8e verdieping van het NCMLS gebouw, route 289, www.ncmls.eu.
29 oktober
Jan de Graaf, Meisje met kiespijn, binnentuin ingang Tandheelkunde Foto’s: Jan van Teeffelen
Wie het gebouw van Tandheelkunde bezoekt, heeft in de binnentuin bij de ingang beslist het charmante beeldje van Jan de Graaf zien staan. Ook al zou men de titel, Meisje met kiespijn, niet weten, er is geen misverstand mogelijk. Een jonge vrouw met doek onder de kin en boven op het hoofd parmantig gestrikt, heeft een van pijn vertrokken gezicht. Alsof dit echter niet duidelijk genoeg is, wijst ze naar waar het pijn doet, daarbinnen in haar open mond. Alle aandacht wordt gericht op haar lijden. Het gaat om een bronzen beeld dat dateert uit 1986. Het is door de reünisten aan de afdeling Tandheelkunde geschonken bij haar 25-jarig bestaan. Het laat het meisje ten voeten uit zien. Het draagt verfijnde schoenen met een hakje, onder een korte jurk die in plooien valt. En door die jurk priemen een paar opstaande tepeltjes en
ook haar kontje werd niet vergeten. Een op het eerste gezicht grappig lijkend beeld, kan vragen oproepen. Zoals: wat valt er te lachen met de pijn van een meisje? En meer algemeen: heeft kunst als ze zich over de tandheelkunde buigt, niet meer te bieden? Hier wordt evenwel alles in een keer te kijk gesteld, wordt leuk gedaan. Er is geen enkele verrassing of onverwacht aspect meer aan, en een enigszins geoefende of aandachtige kijker naar kunst, voelt zich bedrogen: met de opeenstapeling van een dergelijke hoeveelheid stereotypen wordt niet alleen het beeld oppervlakkig, krachteloos en flauw, de kijker wordt als een domkop bejegend. Daan Van Speybroeck, kunstcoördinator
2
Radboud Adrenal Symposium, ter gelegenheid van de opening van het Radboud Adrenal Center (RAL). Informatie: http://www.radboudadrenalsymposium.nl/en/ 9e CARS Arts-Assistenten symposium. Titel: ‘Arts & Intoxicatie’ Locatie: Hippocrateszaal, route 77. Aanmelden en informatie: gezien de beperkte ruimte wordt aangeraden je tijdig aan te melden via
[email protected].
2 november Openingssymposium ‘Hearing & Genes, diagnostiek en behandeling van (erfelijke) slechthorendheid’. Aula Radboud Universiteit Nijmegen, Comeniuslaan 2, 6525 HP Nijmegen.
ra P A TIË n t e n zorg dbode 16 - 2010
nieuwsladder
Verbetering in de versnelling
P r o f . d r. A n d r é v a n d e r V e n i n ‘Aangenaam, hoogleraar’ Prof. dr. André van der Ven houdt zich bezig met onderzoek naar infectieziektes in landen met een laag inkomen. Met dit onderzoek wil hij ervoor zorgen dat de kwaliteit van patiëntenzorg en onderwijs vooruit gaat in deze landen. Prof. dr. Van der Ven is geïnterviewd voor de website in het kader van de interviewreeks ‘Aangenaam, hoogleraar’. Lees het volledige interview op www.umcn.nl. Het hoofdbehandelaarschap is ook door het Stafconvent hoog op de agenda gezet.
Afgelopen paar jaar hebben (bijna) alle ziekenhuisafdelingen bezoek gehad van een auditteam. De bevindingen van 2009 zijn samengebracht in een overzichtsrapport dat het Instituut voor Waarborging van Kwaliteit en Veiligheid (IWKV) recent presenteerde. Conclusie: er is een grote bereidheid tot verbeteren, veel is reeds bereikt, maar er valt nog een hoop te doen. Met het programma ‘Verbetering in de versnelling’ wordt daar extra energie ingestoken. P a u l va n La e r e Dat wordt wat, dacht mr. Wilma Boeijen toen ze begin 2009 als kersvers directeur van het IWKV leiding ging geven aan de audits binnen het ziekenhuis. ‘Ik stelde me dat voor: ineens mensen over de vloer die van alles zeggen over waar je als zorgverlener met hart en ziel aan werkt. Wordt dat wel geaccepteerd, vroeg ik me af.’ Haar zorgen bleken onnodig. ‘Het draagvlak is groot, er bestaat enorm veel drive om het beter te doen. Dat is fantastisch. Gisteren waren we bij een afdeling ter voorbereiding van een audit dit najaar. Die keken al uit naar de hervisitatie, waarop ze hun verbeteringen konden laten zien.’ Dit jaar zijn er twaalf audits gepland, tot eind 2009 zijn er reeds 22 uitgevoerd. ‘Dat geeft ons ongelooflijk veel informatie’, zegt prof.dr. Melvin Samsom, lid van de Raad van Bestuur. ‘Dankzij de afzonderlijke audits weten we hoe de afdelingen ervoor staan, en met dit overzichtsrapport zien we nu ook scherper de gemeenschappelijke problemen. We hebben al heel veel gedaan. Maar er blijft ook nog veel te doen.’ Bijvoorbeeld rond het teamklimaat op sommige afdelingen. Boeijen: ‘We hebben medewerkers vragen gesteld als: hoe ervaar jij de mogelijkheden tot zelfontplooiing, wat vind je van de samenwerking binnen je team? De interviews laten mooie resultaten zien, maar ook minder fraaie.’ Samsom: ‘Het onderwerp is heel belangrijk, omdat we weten dat een slechte teamspirit tot fouten kan leiden. We hebben nu een krachtig instrument om het teamklimaat te meten, zodat daar intern over gesproken kan worden. De afdelingen die het aangaat moeten hiermee aan het werk.’ En dat is niet vrijblijvend, zoals geen van de aanbevelingen die uit de audits voortkomen. Samsom: ‘Ze komen ter tafel in onze kwartaalgesprekken met de afdelingen en ook hebben we herbezoeken ingesteld. Binnen een jaar na de audit komt het team weer langs om te zien of er vooruitgang is geboekt.’
Hoofdbehandelaar Een ander thema waar ‘nog veel te halen valt’ is het hoofdbehandelaarschap. Het is ook door het Stafconvent hoog op de agenda gezet. Voorzitter van het Stafconvent prof.dr. Didi Braat: ‘Patiënten moeten gewoon weten wie hun hoofdbehandelaar is. Dat blijkt niet altijd het
Foto: Frank Muller
geval. We hadden vanuit het Stafconvent reeds een richtlijn opgesteld hoe je dat hoofdbehandelaarschap kunt vastleggen en waarmaken. Kennelijk worstelen sommige afdelingen met de implementatie. PVI gaat afdelingen nu helpen de barrières zichtbaar te maken en weg te nemen.’ Ook rond protocollen is nog het nodige te verbeteren, zo blijkt. Samsom: ‘Protocollen schríjven is niet het grootste probleem, maar het implementeren en zorgen dat iedereen zich eraan houdt. Dat zie je overal in de gezondheidszorg. Samen met het Stafconvent en de VAR (Adviesraad Verpleegkundigen en Paramedici) hebben we recent een Centrale Documenten Commissie (CDC) ingesteld. Die gaat ervoor zorgen dat ziekenhuisbrede protocollen en werkwijzen, makkelijk toegankelijk zijn.’ ‘Op sommige gebieden, zoals antistolling of gelimiteerd beleid, zijn nog verschillende protocollen in omloop’, aldus Braat. ‘Dat is niet wenselijk. De CDC gaat dat oppakken, en we hebben er een tijdpad tot eind 2011 aan verbonden om alles op orde te krijgen.’ Ook medicatieveiligheid blijft, zoals overal, een zorgenkind. Samsom: ‘Evenals instrumentarium en apparatuur is dat een zwakke plek. Daar moeten we een aantal slagen maken.’ Veilige medicatie is een basisvoorwaarde voor goede zorg, maar tegelijkertijd erg moeilijk volledig te realiseren, weet Samsom. ‘We zijn nu bezig het medicatieEPD uit te rollen. Dat zal het aantal problemen zeker verminderen.’ De VAR wil zich, bij monde van voorzitter Erik de Laat, actief opstellen in het achterhalen van de redenen waarom bepaalde problemen hardnekkig blijken of verbeteringen niet doorzetten. ‘Tevens willen we succesvolle initiatieven op het gebied van kwaliteit en veiligheid zichtbaar maken voor het hele ziekenhuis.’
Transparant Groeit het de hulpverleners niet boven het hoofd, het voortdurend registeren van al hun activiteiten? ‘Dat gevoel hebben we allemaal wel als professionals, dat alles wat we moeten opschrijven en invullen, heel veel tijd kost’, bekent Braat. ‘Maar de patiënt en de samenleving eisen van ons dat we laten zien wat we doen, dat we transparant zijn over onze prestaties. Dat hoort bij onze professionele verantwoordelijkheid.’ ‘Wanneer professionals het idee hebben dat ze van alles moeten bijhouden voor anderen, voelt dat als een extra last’, tekent Boeijen aan. ‘Prestatie-indicatoren moeten ook voor jezelf van belang zijn; ze zijn een indicatie voor de kwaliteit van zorg. Als IWKV zeggen wij altijd tegen de zorgverleners: “Wat we vragen gaat over je eigen werk, en om dat zo goed mogelijk te doen.” Er is niemand die dan zegt, dat interesseert me niet.’ ‘En bedenk ook dat zorgvuldig bijhouden van alle gegevens fouten voorkómt’, zegt Samsom tot slot. ‘Dat scheelt heel veel tijd, ellende en energie. Als je het meteen goed doet, creëer je ruimte.’ n
3
Uitslag OR-verkiezingen De uitslag van de OR-verkiezingen is bekend. Op 7 oktober sloot het stemmen voor de nieuwe Ondernemingsraad. Van de bijna tienduizend stemgerechtigden bracht 32,5 procent een stem uit. Voor meer informatie over de uitslag en de gekozen leden, klik op de verkiezingsbutton op intranet.
V e r h u i z i n g u i t g i f t e p u n t UMC - p a s Het beheer van de UMC-passen verhuist per 1 november van productgroep ICT naar productgroep V&I. Vanaf dan kunnen medewerkers op de nieuwe locatie (gebouw Beveiliging, route 66) vijf dagen per week terecht voor hun UMC-pas. Maak eerst een telefonische afspraak, tel. 18000. Meer informatie, zie intranet, Services, UMC-pas aanvragen.
Radboud en Mayo Clinic partners in social media Het UMC St Radboud en de Mayo Clinic (VS) gaan kennis en kunde delen op het gebied van social media. Op 9 oktober is het Global Social Media Health Network officieel gestart. Dit internationale netwerk wil door gebruik van social media de gezondheidszorg verbeteren en vechten tegen ziektes. Het Radboud stimuleert de ‘zorgmarkt’ in Europa om lid te worden van het netwerk. Meer hierover staat in de nieuwsrubriek op intranet. Informatie over aansluiting bij het Social Media Health Network is op te vragen via info@reshape. umcn.nl of door een tweet te sturen naar @ zorg20.
Zorginnovatieplatform vraagt ZIP Talks Het Zorginnovatieplatform (ZIP) daagt zorgvernieuwers uit hun idee of visie in een filmpje van 60 seconden over te brengen: een ZIP Talk. De meest inspirerende visie krijgt een plek op het hoofdpodium van TEDxMaastricht op 4 april 2011. Dit podium biedt zorgvernieuwers de kans hun visie of ideeën op hun vakgebied aan de man te brengen. TEDxMaastricht is een initiatief van het UMC St Radboud. Inzenden van uw filmpje kan tot 14 november. Hebt u geen camera? Mail naar
[email protected]. Een teamlid van REshape maakt dan voor u de film. Meer informatie www. tedxmaastricht.nl en www.zorginnovatieplatform. nl/ziptalks/
i ra n b e d r i jf dbode 16 - 2010 Wetenschappen. Tijdens de lunchpauzes zijn er demonstraties en mogelijkheden uw bloeddruk te laten meten of uw cholesterol te bepalen. Bent u geïnteresseerd? Schrijft u zich dan in via www.umcn.nl/collegesvooriedereen. Daar vindt u tevens het volledige programma. LH
Week van de Patiëntveiligheid
Wie wint de Patiëntveiligheidsprijs 2010?
Talent Event
Buitenlands onderzoekstalent spotten Het UMC St Radboud doet veel om onderzoekstalent uit het buitenland aan zich te binden. Van 15 tot en met 17 september hield het NCMLS de Talent Event. Toptalent uit binnen- en buitenland dat zojuist zijn master heeft afgerond, maakt daarin kans op een promotieplek bij het NCMLS. ‘Deze talenten maken kennis met de verschillende afdelingen van het NCMLS en het onderzoek dat we doen’, vertelt science manager Adrian Cohen. ‘Daarnaast moeten ze eigen onderzoek presenteren en waren er sollicitatiegesprekken.’ Het was de tweede keer dat deze talentenjacht voor onderzoekers plaatsvond. De potentiële promovendi waren onder meer van Amerikaanse, Griekse en Afrikaanse komaf. Het NCMLS kijkt terug op een succesvol Talent Event: van de twaalf genodigden wisten vijf mensen een promotietraject bij het NCMLS binnen te slepen. De Amerikaanse Sarmistha Guha is een van deze vijf. Ze gaat promotieonderzoek doen bij Celbiologie. ‘Ik kijk ernaar uit daarmee, op 1 december, te beginnen. De Talent Event was fantastisch. Je kon onderzoekers spreken en gedetailleerd informatie krijgen over onderzoeksprojecten. Voor mij was dit de kans om mijn interesse en ambitie te laten zien.’ Naar verwachting is er in mei 2011 weer een talentenjacht. GM
30 oktober
Open colleges voor het goede doel Op zaterdag 30 oktober geven twintig hoogleraren en (hoofd)docenten van de Radboud Universiteit colleges die voor iedereen toegankelijk zijn. Het is de derde keer dat de Rotary Club Rijk van Nijmegen in samenwerking met het UMC St Radboud de ‘Colleges voor iedereen’ organiseert. Voor twintig euro kan iedereen vijf colleges volgen. Scholieren en studenten, maar ook patiënten en medewerkers van het UMC St Radboud. De docenten vertellen in begrijpelijke taal over leven met prostaatkanker, zorg2.0, de zin en onzin van mindfulness bij klachten en vele andere onderwerpen. Niet alle colleges zijn van medische aard. Een aantal docenten gaat bijvoorbeeld in op de juridische kanttekeningen bij de zaak Joran van der Sloot en of de oorzaken van de huidige crisis goed worden bestreden. De opbrengst van de dag gaat naar het Nijmeegs Offensief Tegen Kanker (NOTK), dat geld inzamelt voor de behandeling van kanker gebaseerd op immunotherapie. Deze succesvolle therapie wordt momenteel nog niet door de ziektekostenverzekering vergoed, omdat ze nog als experimenteel wordt beschouwd. Colleges voor iedereen hoopt een grote bijdrage aan de fondsenwerving voor dit goede doel te kunnen leveren. De colleges vinden plaat in het Studiecentrum Medische
Veel medewerkers in het UMC St Radboud zijn actief in het verbeteren van de veiligheid van de zorg voor onze patiënten. Het is daarbij belangrijk de ingevoerde verbeteringen zichtbaar te maken en met elkaar te delen. Alle afdelingen, ketens en projectorganisaties binnen het UMC St Radboud worden uitgenodigd mee te dingen naar de Patiëntveiligheidsprijs 2010. Er is één prijs voor een afdelingsoverstijgende verbetering en één prijs voor een afdelingsgebonden verbetering. Afdelingen worden uitdrukkelijk uitgenodigd om ook kleinere kwaliteitsinitiatieven aan te melden. Want juist deze verbeteringen zijn wellicht ook voor andere afdelingen gemakkelijk te implementeren. Geef daarom uw verbetering op, maak kans op de Patiëntveiligheidsprijs en laat het UMC weten welke kwaliteitsslag uw afdeling heeft gemaakt! De jury bestaat uit een vertegenwoordiging van Stafconvent, VAR, IWKV, IQ Healthcare en CRAZ. Daarnaast mogen medewerkers een ‘publieksstem’ uitbrengen op een aantal genomineerde verbeterprojecten. De uitreiking vindt plaats tijdens de Week van de Patiëntveiligheid van 21 tot en met 24 november. Inzendingen moeten vóór 25 oktober aangemeld worden. Meer informatie en het aanmeldformulier zijn te vinden op intranet onder de button Patiëntveiligheidsprogramma 2010.GM
Transferpunt Zorg
Verbeterde nazorg bij verpleegafdeling Orthopedie
Foto: Flip Franssen
Zeker de helft van de patiënten op de afdeling Orthopedie heeft na opname in het UMC nazorg nodig in de vorm van thuiszorg of bijvoorbeeld in een verpleeg- of verzorgingshuis. Het is natuurlijk van groot belang dat deze patiënten de juiste nazorg krijgen, op de juiste plek en vanaf het juiste moment. Verpleegafdeling Orthopedie (D10) nam van april tot september deel aan een pilot van Transferpunt Zorg. Het nazorgtraject verloopt nu sneller en efficiënter en is beter afgestemd op de behoeftes van de patiënt. In de pilot kwam de transferverpleegkundige elke dag naar D10 toe om met de patiënt (en zijn familie) de nazorg te inventariseren en het aanvraagformulier voor nazorg in te vullen. ‘Voorheen deden wij dat zelf’, zegt Marjoleine van Eerten, verpleegkundige Orthopedie. ‘Vaak kwam het formulier terug van het Transferpunt, omdat we zaken niet goed hadden ingevuld. Een transferverpleegkundige kent de mogelijkheden in het nazorgtraject veel beter en weet ook welke alternatieven er zijn als er bijvoorbeeld ergens geen plek is. Doordat wij het formulier niet hoeven in te vullen, houden wij meer tijd over voor de primaire zorg voor onze patiënten.’ In de nieuwe werkwijze heeft de transferverpleegkundige direct, aan het bed, contact met de patiënt en zijn familie. ‘Wij krijgen zo veel beter zicht op de zorgvraag van de patiënt en kunnen daardoor direct bemiddelen met externe zorgaanbieders’, vertelt transferverpleegkundige Angeliek Mol. ‘Patiënten geven aan dat ze beter geïnformeerd en beter voorbereid met ontslag gaan.’ ‘De kwaliteit van nazorg is sterk verbeterd op onze verpleegafdeling’, zegt Jacco van Hulst, hoofdverpleegkun-
4
dige bij Orthopedie. ‘We gaan dus zeker door met deze nieuwe werkwijze.’ Vermindering van de verkeerde beddagen onderstrepen het succes. Vóór de pilot lag een patiënt op D10 gemiddeld 10,6 dagen in het UMC te wachten voordat er een plek vrij was in het verpleeghuis. Na de pilot is dit aantal gedaald tot 5,6 dagen. Het wachten in het UMC op een TOP-kamer is tijdens de pilot gedaald van 4,7 naar 2,7 dagen. ‘Deze pilot toont aan dat intensieve begeleiding en bemiddeling vanuit Transferpunt absoluut meerwaarde heeft’, zegt Lucia Kregting, operationeel manager Transferpunt. ‘We zijn van plan om verschillende pakketten aan te bieden voor afdelingen, waarin oplopend in servicegraad de nazorg afgenomen kan worden. In de loop van 2011 zal hierover meer bekend zijn.’ GM
Enquête onder artsen
Zingeving in de zorg Komende week vinden alle UMC-artsen een enquête rondom zingeving in hun digitale bus. Centraal staat de vraag hoe spiritualiteit en zingeving aan de orde komen in hun patiëntencontacten. ‘Spreken artsen met de patiënt bijvoorbeeld over het waarom van ziekte, over de betekenis van lijden of de rol van hun spiritualiteit? Hoe gaan die gesprekken in de praktijk, waar lopen ze tegenaan?’, licht Wim Smeets, hoofd van de dienst Geestelijke Verzorging en Pastoraat (DGPV) toe. ‘En wat doen artsen na dergelijke gesprekken? Verwijzen ze door, hebben ze behoefte aan extra ondersteuning of scholing?’ De DGVP wil met de enquête, uitgevoerd samen met IQ healthcare, in beeld krijgen hoe artsen met zingevingsvragen omgaan en achterhalen waar en hoe het beter kan. ‘Zingeving is naar ons idee een inherent onderdeel van het artsenvak’, motiveert Smeets. ‘Volgens de WHO-definitie is het een aspect van geestelijk welzijn en gezondheid. Daar moeten artsen dus zorg voor dragen, het draait om de mens als totaliteit. Het Stafconvent ondersteunt ons in deze gedachte, evenals de Raad van Bestuur. Het past ook helemaal bij het concept van menslievende zorg, dat hier in huis een leidende visie is.’ De enquête is gebaseerd op de uitkomsten van een pilotproject in het UMC Utrecht, waarin zo’n vijftien artsen uitgebreid werden geïnterviewd over genoemd thema. De bevindingen zijn verwerkt in een bredere studie, waaraan alle academische ziekenhuizen meedoen. Het UMC St Radboud bijt de spits af, de andere zullen dit najaar volgen. ‘We hebben gekozen voor een vragenlijst en niet voor interviews, omdat we alle artsen willen benaderen, niet slechts een paar welwillenden. We streven echt naar een totaalbeeld’, aldus Smeets. Uit de Utrechtse interviews bleek dat artsen zingeving belangrijk vinden, maar niet goed weten hoe ze dat moeten oppakken. Smeets: ‘We denken dat ook bij patiënten behoefte aan zingeving bestaat. Weliswaar gaan de meeste mensen niet meer naar de kerk, daarmee zijn zinsgevinsgvragen nog niet verdwenen.’ De DGPV zal in de loop van volgende jaar de eerste enquêteresultaten bekend maken. De bedoeling is om samen met het Stafconvent en de Commissies Identiteit en Menslievende Zorg een symposium rond het thema te organiseren. PvL
Radbode naar vrijdag Vanaf de volgende editie ligt de Radbode niet op zaterdag maar al op vrijdag bij u in de bus. Radbode 17 verschijnt op vrijdag 5 november. Dit komt door de overstap naar een nieuwe verspreider. Sandd neemt de verspreiding van TNT over. De nieuwe verspreider heeft zich bewezen als een betrouwbare partner. Mocht het onverhoopt gebeuren dat de Radbode niet bij u in de bus komt, laat het ons weten. Stuur in dat geval een mail naar:
[email protected]. Dan zorgen wij ervoor dat u de volgende keer wel weer een Radbode ontvangt. Heeft u geen Radbode ontvangen, dan kunt u altijd nog een exemplaar uit een van de bakken in het UMC St Radboud pakken. Kopij voor de rubrieken moet voortaan anderhalve week voor de verschijningsdatum worden aangeleverd. De redactie
ra d b o d e 1 6 - 2 0 1 0
‘Alles weten is verslavend’ Mensen vroegen mij vaak: “Waarom blijf je zolang bij dezelfde baas?” Ik heb telkens een andere, zei ik dan’, aldus Æmiel Kerckhoffs, oud-secretaris van de Raad van Bestuur. Kanteling van de organisatie en wisselingen van de wacht zijn hem niet vreemd, Kerckhoffs deinde op de golven mee. Nelleke Dinnissen Æmiel Kerckhoffs: ‘Verkeren in het centrum van de macht was natuurlijk superspannend.’ Kerckhoffs stamt nog uit de tijd dat er zes directeuren aan het roer stonden: drie fulltime directeuren en drie parttime clinici die afdelingen rechtstreeks aanstuurden. Afdelingshoofden konden niet aan het oog van de directie ontsnappen en bestuurders stonden als het ware met de voeten in de klei. ‘Eigenlijk zoals het nu ook is’, zegt Kerckhoffs. ‘Maar destijds ervoer de Raad van Bestuur het als een overbelasting en werd een tussenlaag gecreëerd. Het zou me niet verbazen dat het voor dit bestuur ook een té grote opgave wordt en er bestuursuitbreiding komt.’ Lijkt de corebusiness van een secretaris notulen, beleidsstukken en juridische adviezen schrijven, niets is minder waar. Kerckhoffs kwam van “de vijfde” naar beneden zakken. Regelmatig stiefelde hij met zijn driftige pasjes door het huis. Een netwerker. ‘Ik heb het altijd een sport gevonden om me op gepaste wijze te begeven in het formele en informele circuit. Van hoog tot laag. Het was niet mijn taak, maar ik vond het belangrijk te weten wat er op de werkvloer speelde. Niet alleen ik, maar ook medewerkers deden hier hun voordeel mee. Als collegae een boodschap hadden voor de Raad van Bestuur wisten ze: als ik het Kerckhoffs vertel dan komt het op een
goed moment op de juiste plek.’ Kerckhoffs kreeg veel ruimte, kansen en mogelijkheden. ‘Die heb ik dankbaar aangegrepen. Ik had zitting in allerlei commissies en kon een bijdrage leveren aan innovatieve ontwikkelingen. Heel boeiend.’
Bronnen Afdelingen roken soms ook onraad als Kerckhoffs onverwacht de afdeling op kwam zwieren. Stond er een bericht in de krant dat “op de vijfde” niet goed was gevallen, dan waarschuwde hij het hoofd Pers en Voorlichting. ‘Ik wist dat er vragen over zouden komen, zo’n hoofd kon zich hierop voorbereiden.’ Kerckhoffs stak daarbij zijn eigen mening niet onder stoelen of banken. ‘Voor een aantal mensen was ik misschien wel lastig. Als medewerkers feiten voor de Raad van Bestuur verdraaiden, dan sprak ik ze daar later op aan. Mijn loyaliteit lag altijd bij het bedrijf.’ Maar zijn bronnen verried hij nooit. ‘Ik zei altijd: vraag mij niet naar mijn bronnen, die blijven onaangetast en dat wisten mensen. Contacten konden alleen standhouden op basis van wederzijds vertrouwen.’ Kerckhoffs committeerde zich overigens nooit aan individuele personen: ‘Dat is mijn lijfsbehoud geweest.’
Terug in de tijd
Foto: Jan van Teeffelen
Afscheidsreceptie 4 november van 16.00 uur tot 18.30 uur in het personeelsrestaurant.
Crisis Kerckhoffs wist ’s ochtends nooit wat hij die dag zou aantreffen. ‘Natuurlijk waren er de geijkte vergaderingen, maar een Raad van Bestuur staat elke dag weer voor verrassingen. ‘Kwam het niet van binnen, dan wel van buiten.’ Hij zag ook vele bestuurders gaan en komen. De crisis in de hartchirurgie voelde als de slechtste periode. In het hoogste echelon moesten mensen de aftocht blazen. Kerckhoffs: ‘Je had totaal geen grip of invloed meer op de situatie. Stelling nemen deed ik niet, mijn loyaliteit lag primair bij het bedrijf. Intussen hoorde ik telkens op feestjes: “Wat een klerezooi is dat bij jullie zeg”. Door die negatieve connotatie aan jouw bedrijf kwam af en toe die loyaliteit toch in het gedrang. Al met al een emotierijke periode.’ “De vijfde” was verworden tot een “spookkantoor” met lege bestuurskamers. Alleen Kerkchoffs en het secretariaat zetelden er volhardend. Samen met Dirk Ruiter wisten die het schip drijvende te houden, totdat een nieuw interimbestuur aantrad.
Nieuw elan
(Radbode 1978) …Collega OR-leden zagen een prille romance groeien tot een hechte band en verheugden zich over deze unieke verbintenis. Immers zo vaak komt het niet voor dat een populair ORlid (Marijke Hermans), een van de ondernemingsraadpioniers, plots haar levenspartner vindt in een jonge jurist, die het ambtelijk secretariaat van de OR op zich neemt en zich ook verder in de Radboudorganisatie snel een eigen plaats weet te verwerven.
In zijn eerste jaren als OR-secretaris leerde Æmiel Kerckhoffs zijn vrouw kennen. Het Radboud is onlosmakelijk verbonden met zijn gezin.
5
De komst van Emile Lohman ervoer Kerckhoffs als een opluchting. ‘Een man met elan en bezieling. Dat had het huis hard nodig. Het vuur, de inspiratie en geestdrift waarmee hij deze organisatie aanstuurt zijn grote verdiensten van hem.’ Met de Lohmanvisie kantelde de organisatie, maar ook Kerckhoffs baan. De Raad van Bestuur ging weer zelf direct afdelingen aansturen. ‘Mijn coördinerende en informerende rol werd goeddeels overbodig.’ Kerckhoffs werd gevraagd het Bureau Juridische Zaken op te starten. ‘Een uitdaging met leuke projecten zoals het Centrum voor Chronisch Zieken in Dekkerswald, de satelliet in Boxmeer en het ontwikkelplan voor een Radboudgastenhuis.’ Maar wennen was het wel. Was Kerckhoffs naam wijd en zijd bekend, nu wordt hij wel eens opgebeld met de vraag; wie bent u eigenlijk en wat hebt u daarmee te maken?, vertelt hij grinnikend. Kerckhoffs heeft tropenjaren gedraaid. ‘Het Radboud is een enerverend en leuk bedrijf, maar het is mooi geweest.’ Het opstarten van een nieuw bureau ziet Kerckhoffs achteraf als een afkickperiode. ‘Verkeren in het centrum van de macht was natuurlijk superspannend. Je wist van alles en dat is een beetje verslavend. Daar moet je van afkicken. Daar heb ik mooi twee jaar de tijd voor gehad.’ n
Taalcursussen Schrijf nu in voor: 6gVW^hX]WZ\^ccZgh Gjhh^hX]WZ\^ccZgh :c\ZahkddghijYZciZc/ ">:AIH "7VBVLg^i^c\C>:JL CZYZgaVcYhkddgVcYZghiVa^\Zc - Puntjes op de i "HegZZ`kVVgY^\]Z^Y 9ZXjghjhhZchiVgiZckVcV['*d`idWZg#
willin to improve
@^_`kddgbZZg^c[dgbVi^Z dedcoZlZWh^iZd[`dbaVc\h# :gVhbjhaVVc!`VbZg%#'* I/%')(+&'&*. Radboud in’to Languages maakt deel uit van de Radboud Universiteit Nijmegen.
De makelaar die naar u luistert! Een goed gevoel is altijd belangrijk, ook bij het kopen of verkopen van een huis.
www.radboudintolanguages.nl
Bij Van Anken Makelaardij begrijpen we dat. Als geen ander beseffen wij dat een makelaar objectief moet zijn, maar ook betrokken. Het gaat om het gevoel: u niet alleen thuis voelen in een huis maar ook op uw gemak voelen bij een adviseur die u begrijpt en met de juiste zorg en aandacht voor u klaar staat.
Wist je dat ?
Wij doen er alles aan om u dat goede gevoel te geven en helpen u graag bij de aankoop, verkoop of taxatie van uw huis. Kijk voor meer informatie op
je bij het 16e eeuws feestgelegenheid Old Cave terecht kunt voor al uw feesten in besloten club kijk even op
www.vananken.nl en bel ons voor een afspraak.
WWW.OLDCAVE.NL van Meer weten? Neem dan contact op met Ben & Juliëtte van Anken.
25 tot 450 gasten met de romantiek van toen en het comfort van nu
Pontanusstraat 1 Postbus 1075 6501 BB Nijmegen
Tel.: (024) 322 36 26 www.vananken.nl E-mail:
[email protected]
Grand Buffet & andere mogelijkheden
www.de-schans.nl
Sprok “Feesten aan de Waal”
Rijksweg 95 Mook 024-6962125
[email protected]
Aanbieding voor personeel van UMC St Radboud: bij minimaal 10 personen € 3,00 korting p.p., doordeweeks t/m vrijdag
eUnieke zaal aan het water met balkon, terras en strand eSchitterende zaal op de dijk met prachtig terras onder de platanen
KAAIJ ADVOCATEN
eVoor promoties, personeelsfeesten, presentaties en vegaderingen
1E CONSULT (20 MIN.) GRATIS
eLeuke logementen voor uw gasten van ver
FRANSESTRAAT 12 6524 JA NIJMEGEN
eSlechts 5 autominuten van centrum Nijmegen
Mr. Michaëla B.M. Kaaij, gecertificeerd NMI mediator Mr. Drs. H.A.M. Schouten TEL : (024) 324 59 37
Sprok “Feesten aan de Waal” Waaldijk 9, 6681KJ Lent/Bemmel 024-3243703
[email protected] www.sprok.nl
Strafrecht, mediation, echtscheiding, alimentatie, omgangsregeling en andere familiezaken, huur, arbeid en ontslag, uitkering, consument en incasso.
Colofon
Volgens NEN 2767 BOUWKEURMEESTER KEURT UW WONING
;f\nXkXe[\i\effb[f\e1 bfdmi`aYc`am\e[cXe^j\edXXb b\ee`jd\k[\mffi[\c\e[`\jXd\e n\ib\ed\kXZZfe O Xmdffbmffil blee\e_\YY\e%
Een pand kopen of verkopen? Schakel bouwkeurmeester Toon Peters in voor:
UÊ>«ÊiÕÀ}i
UÊ"«iÛiÀ}i
UÊ6iÀ«ÊiÕÀ}i
UÊëiVÌiÃ
UÊ ÊiÕÀ}i
"ÊÛÀÊÕiÌit
Meer informatie of een oriënterend gesprek? Bel Toon Peters!
Voor de persoonlijke aanpak
nnn%XZZfeXmd%ec Accountancy:
[email protected] Fiscaal:
[email protected] Kantoor Nijmegen Kerkenbos 10-45 O 6546 BB Nijmegen T 024 - 360 38 16
Met kwaliteitsgarantie ISO 9001:9002 certificering TUV!
Sprokkelveld 52 6596 DM Milsbeek T (0485) 516 775 I www.petersbouwadvies.nl E
[email protected]
6
Radbode is een tweewekelijks personeelsblad van het UMC St Radboud. Oplage: 13.000 Redactie: Nelleke Dinnissen (hoofdredactie), Jannie Meussen (eindredactie) en Gijs Munnichs. Aan dit nummer werkten mee: Marten Dooper, Niels van Haarlem, Ad den Held, Flip Franssen, Joke Groeneveld, Laurien Holtjer, Maria Hopman, Paul van Laere, Frank Muller, Eugenie van Schaik, Edward Tan en Jan van Teeffelen. E-mail:
[email protected], telefoon: 024-3613538 Correspondentie: UMC St Radboud, 528 Productgroep Communicatie, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen Redactieraad: prof. dr. Rob Bleichrodt, Peter van Dijk, Henk Gerrits, mr. æmiel Kerckhoffs. prof.dr. Louis Kollee, dr. Erik de Laat Vormgeving en lay-out: Puntkomma Nijmegen Druk: Wegener Nieuwsdrukkerij Gelderland Advertenties: Bureau van Vliet, 0235714745, e-mail: zandvoort@bureauvanvliet. com Abonnement: 13,60 euro, informatie Sylvia van Brück-Engelen 024-3615442. De volgende Radbode verschijnt vrijdag 5 november 2010.
ra d b o d e 1 6 - 2 0 1 0
Van appel tot plaza
In de week van 27 september opende Vitaliteitsplaza, een plaza voor medewerkers rondom loopbaan, ontwikkeling en gezondheid in relatie tot werk. Radbode doet verslag van de openingsweek met bijzondere workshops en prominente sprekers. ‘U krijgt de kans het beste uit uzelf te halen.’ Nelleke Dinnissen Tijdens de opening van Vitalteitsplaza beet Jochem Uytdehaage de spits af. De oud-olympisch Schaatskampioen 2002 vertelt geanimeerd hoe zijn schaatscarrière verliep. Gefocust op zijn doel en presteren op de grenzen van zijn kunnen keren telkens in zijn verhaal terug. Maar ook dat energie en vitaliteit voorwaarden zijn om je doel te bereiken. En talent dan? Had Uytdehaage schaatstalent? ‘Nee, niet echt’, zegt hij zelf, ‘maar ik vond het wel hartstikke leuk. Het gaf me energie en daarmee kun je veel bereiken.’ Tegelijkertijd waarschuwt hij voor overbelasting. Zo combineerde hij zelf sporten en studeren. Hij trainde zich drie keer in de rondte, maar zijn record verbeterde hij niet. Wat was er aan de hand? ‘Ik zorgde niet goed voor mezelf, dat ging ten koste van mijn vitaliteit. Ik moest een keuze maken. Ik koos voor minder studeren. En wat bleek, ik ging steeds harder schaatsen. Schaatsen werd mijn werk. Er was nog maar één agenda, namelijk het trainingsprogramma. Heel helder.’ Resultaat: Uytdehaage haalde brons. Later veroverde hij zelfs goud. Maar helaas, opnieuw kwam de klad erin. ‘Ik sliep slecht en had rode ogen. Ik reed nog geen deuk meer in een pakje boter, terwijl ik me de pestpokken trainde.’ Intussen waren de verwachtingen om hem heen hoog gespannen. Hij deed iets wat hij leuk vond, maar ervaarde toch een hoop stress. Opnieuw ging hij bij zichzelf te rade: ‘Ik genoot niet van mijn passie.’ Hij
Loskomen van de bank In de openingsweek werd iedere dag afgesloten met een inspirerende lezing of workshop van een prominente spreker. Olga Commandeur, voormalig topatlete, vertelt vol enthousiasme over het belang van bewegen. ‘Het is soms moeilijk om van de bank los te komen, maar na bewegen word je altijd beloond. Je krijgt er een lekker gevoel van, omdat het gelukshormoon endorfine vrijkomt.’ Dagelijks doen ruim 100.000 kijkers mee met haar tv-programma “Nederland in beweging”. ‘Laagdrempelig en ze vinden het nog leuk ook. Met een positief effect, want het is goed voor hart- en bloedvaten, de botstructuur en het hele metabolisme van spieren en organen. Dagelijks een half uur matig intensieve inspanning is al voldoende voor een positief effect. Dus ik zou zeggen: kom op de fiets naar het werk en pak vaker de trap in plaats van de lift.’ Aan het eind van haar verhaal zet ze de toehoorders aan het werk. ‘Schuif de stoelen naar achteren, daar gaan we…’ En het moet gezegd, met minder stramme schouderspieren en blije gezichten verlieten medewerkers de tent. JM
Foto: Paul Breuker
holde slechts achter zijn eigen records aan. ‘Zorg dat je passie ook echt passie blijft en dat je er energie uit blijft halen’, maant hij de toehoorders. ‘Wie zich goed voelt, wordt niet ziek.’ Uytdehaage vindt een Vitaliteitsplaza prachtig. ‘U krijgt de kans het beste uit uzelf te halen.’ Zijn slotakkoord luidt dan ook: ‘Vitaliteit is een keuze op een vitale toekomst’.
Gezondheidsmanagement Bestuursvoorzitter Emile Lohman spreekt tijdens de opening zijn trots uit over Vitaliteitsplaza. ‘Medewerkers gezond en vitaal houden, hoe doe je dat? Daar hebben we nu Vitaliteitsplaza voor’, zegt Lohman. ‘Hier kunnen medewerkers terecht met vragen over loopbaan en ontwikkeling. Maar ook met kwesties over gezondheid in relatie tot je werk. Het gaat hier niet om mensen van boven de zestig zoals ikzelf, waarvan je neigt te zeggen: die is nog kras’, grapt hij. Waarmee hij maar wil zeggen: vitaliteit gaat iedereen aan. ‘Met vitale mensen kunnen we onze ambitie “Beter worden in het Radboud” waarmaken.’ ‘Ik vind het bijzonder dat het initiatief voor Vitaliteits plaza uit de koker van de OR komt’, zegt OR-voorzitter Hanneke Santegoets in haar praatje. ‘Hoe is dit gefinancierd, zult u zich afvragen. Een aantal jaren is er geld vrijgekomen door een andere vergoedingsregeling woon-werkverkeer. De OR vond dat dit een geoormerkt bedrag moest blijven voor medewerkers. Vanuit die pot is onder andere het fietsbeleid gefinancierd en het zeer recente fietsboek “Koplopers” (als bijlage bij de vorige Radbode, red.). De OR en de RvB hebben zich lange tijd gebogen over Vitaliteitsplaza. ‘Het eerste idee dat op tafel kwam, was een appel op het werk’, vertelt Santegoets. ‘Uiteindelijk werd het een breed pakket onder de noemer gezondheidsmanagement dat we samen met HRM (Human Resourch Management) hebben opgepakt en dat resulteerde in Vitaliteitsplaza.’
7
Blijf bij je taak Sportpsycholoog Rico Schuijers werkte voor de gouden hockeydames en de waterpolosters in Beijing 2008. Hij hield een inspirerende lezing over mentale vaardigheden om tot betere prestaties te komen. Zijn les: blijf bij je taak en focus je daarop. Laat je niet afleiden door je omgeving, ga niet tijdens een wedstrijd erover nadenken dat het gisteren beter ging, sta niet stil bij de gevolgen van het verliezen en vraag je al helemaal niet af: wat is de zin van op een sportveld staan? Beeldvormende technieken kunnen helpen om te winnen. ‘Visualiseer voor een wedstrijd dat je niet meteen boos wordt als een scheidsrechter een fout maakt ten nadele van jou. Boos worden en dus afgeleid raken, kost je kostbare seconden. Het kan het verschil maken tussen de wereldcup winnen of verliezen.’ Schuijers trakteert de aanwezigen ook op een lesje teambuilding. Dat begint met het bewust worden en daarna het accepteren van jezelf, de anderen en elkaars verschillen. Pas hierna is er ruimte voor respect, vertrouwen en het creëren van teamgeest. Teambuilding in een notendop. Niet alleen nuttig voor sporters, maar wellicht ook voor afdelingen in het Radboud. GM
De openingsdag wordt afgesloten met het aanbieden van het fietsboek “Koplopers” aan twee burgemeesters en vier wethouders. En dan strijden Emile Lohman, Hanneke Santegoets, Uytdehaage en wethouder Floris Tas fietsend om de eerste plaats. En het is dan toch Uytdehaage die de wedstrijd wint. Helaas winnen Lohman en Santegoets het ook niet van wethouder Tas. Maar wellicht fietsen ze hem volgend jaar met net wat meer vitaliteit er toch uit. n
r e por t ag e
ROL VIRUSSEN BIJ AFSTOTEN DONO
De Nierstichting heeft het UMC St Radboud twee consortiumsubsidies toegekend van in totaal 1,5 miljoen euro. Daardoor kan nu samen met onderzoekers uit Leiden, Amsterdam (AMC) en Maastricht worden gezocht naar nieuwe mechanismen van nierschade én de rol van virussen bij afstoting van niertransplantaten. A D DEN HELD Bij toeval werd in 1990 bij Evelien Markus een zogeheten schrompelnier ontdekt. Het weefsel van haar linkernier bleek zodanig te zijn geschrompeld, dat deze te klein was geworden om optimaal te kunnen functioneren. ‘Normaal gesproken wordt zo’n schrompelnier verwijderd’, vertelt Evelien, ‘en dat gebeurde bij mij ook. Dat kon zonder problemen, zei mijn behandelend specialist. Want mijn andere nier functioneerde prima en die zou automatisch de functie van mijn verwijderde nier gaan overnemen.’ Na de operatieve verwijdering van haar schrompelnier kon Evelien haar alledaagse leven inderdaad weer oppakken. Maar toen… kreeg zij opeens de ene na de andere blaasontsteking. En dat niet alleen. Ook haar enige nog werkende nier bleek ontstekingsverschijnselen te vertonen. ‘Dat was even flink schrikken natuurlijk. Als je nog maar één nier hebt, dan ben je daar nu eenmaal extra zuinig op.’
Niertransplantatie Volgens haar behandelend specialist in het UMC St Radboud had Evelien last van ‘reflux’; terugvloeiing van urine vanuit haar blaas naar haar nier. ‘En omdat ik blaasontsteking had, was daardoor ook mijn enige nog functionerende nier ontstoken geraakt. Een “opstijgende
Het percentage getransplanteerde nierpatiënten dat na hun transplantatie een afstotingsepisode doormaakte, is door de ja
urineweginfectie” noemde mijn specialist dat.’ De functie van Eveliens enige nog werkende nier ging door die herhaalde ontstekingen op een gegeven moment zover achteruit, dat er voor haar uiteindelijk nog maar één optie overbleef: een niertransplantatie. ‘Omdat met een nier van een levende donor de transplantatieresultaten meestal beter zijn, zijn we toen eerst in mijn directe familiekring gaan kijken. Maar binnen mijn familie kon helaas geen geschikte, levende donor worden gevonden. Waarna een zwager van me spontaan aanbood om één van zijn nieren aan mij te geven. Ik was sprakeloos toen hij me dat vertelde. Wat een bijzonder gebaar van hem en wat een uitkomst voor mij! Ik ben hem daar dan ook nog steeds ontzettend dankbaar voor.’ Zo ontving Evelien in februari 2009 in het UMC St Radboud een gezonde nier van haar zwager. ‘Na de transplantatie kwam mijn nierfunctie al vrij snel weer op gang en ik voelde me prima. Kortom, mijn transplantatie leek in alle opzichten geslaagd. Totdat bij de eerste bloedcontrole een vrij ernstige afstotingsreactie aan het licht kwam. Die werd met behulp van hoge doseringen prednison verdreven.’ Ook toen bij Evelien, inmiddels al lang en breed weer thuis, voor de tweede keer een afstotingsreactie werd geconstateerd, kon ook die met behulp van een krachtige onderdrukking van het afweersysteem worden afgewend. Vanaf dat moment is de nierfunctie van Evelien min of meer stabiel gebleven. ‘Ik had al heel lang geen klachten meer, was weer volop aan het werk en gaf zelfs aan dat ik wel graag wat minder vaak op controle wilde komen. Zo goed voelde ik me zelfs eind augustus!’ Totdat… nog geen veertien dagen geleden de uitslag van haar laatste, reguliere controle bekend werd: opeens bleken er twee virussen in haar lichaam actief, het CMV-virus en het BK-virus. Mogelijk ook in haar nier…!
Virussen en afstoting Het onderzoek naar de 'suikerpruik' in de nier vindt plaats op het research laboratorium van de afdeling Nierziekten binnen het NCMLS.
‘Besmetting met het CMV-virus, het cytomegalovirus, is bij orgaantransplantaties een groot probleem’, erkent
8
internist prof.dr. Luuk Hilbrands, sinds 1 oktober hoogleraar Klinische en experimentele niertransplantatie in het UMC St Radboud. ‘Het CMV-virus en andere virussen liggen nu eenmaal op de loer wanneer je na een transplantatie de afweer van de patiënt onderdrukt. Overigens een noodzakelijke maatregel om afstoting door het lichaam tegen te gaan van het getransplanteerde orgaan, in het geval van mevrouw Markus van een donornier.’ Volgens Hilbrands komt een aantal virussen meer voor na een transplantatie, zoals: het Epstein Barrvirus (Pfeiffer), het CMV-virus en het BK-virus. Het CMV-virus komt soms
‘Sommige virussen vergroten de kans op afstoting transplantaat’
zelfs met het transplantaat mee. ‘Die virussen kunnen bij transplantatiepatiënten ernstige ziekteverschijnselen veroorzaken. Zeker als gevolg van hun – speciaal voor de transplantatie – onderdrukte afweer. Maar daarnaast zien we ook dat er een soort van interactie is tussen sommige virussen en het immuunsysteem, waardoor er een grotere kans is op afstoting van het getransplan-
ra d b o d e 1 6 - 2 0 1 0
ORNIER
researchlaboratorium Nierziekten dr. Johan van der Vlag van het UMC St Radboud, gaat een onderzoeksconsortium van de universitaire centra van Nijmegen, Leiden en Maastricht nader onderzoek doen naar deze suikerpruik. Zo zullen de bij dit consortium betrokken nieronderzoekers de structuur en functie van deze nog tamelijk onbekende suikerpruik verder in kaart gaan brengen. Afdelingshoofd en hoogleraar nierziekten prof.dr. Jo Berden toont zich zeer verheugd met deze consortium subsidie van de Nierstichting. ‘Temeer omdat altijd een grote vraag is geweest hoe bij zo’n nierfilter een eiwitlek kan ontstaan. De ideeën die wij vroeger over de nierfilter
‘De N ijmeegse positie als topcentrum van nieronderzoek wordt sterker’
aren heen al sterk teruggedrongen.
Foto: Frank Muller
teerde orgaan. Vandaar ook dat ik bijzonder blij ben met de consortiumsubsidie van 1,5 miljoen euro die de Nierstichting heeft toegekend aan het UMC St Radboud, het AMC in Amsterdam en het LUMC in Leiden, waardoor het mogelijk is om met elkaar deze interactie nader te onderzoeken. En zo mogelijk de kans op afstoting van transplantatieorganen onder invloed van virussen te kunnen verkleinen. Ook mijn Nijmeegse collega prof. dr. Irma Joosten van Medische immunologie zal aan dit onderzoek een belangrijke bijdrage leveren.’ Hilbrands wil nog graag kwijt dat het percentage getransplanteerde nierpatiënten dat na hun transplantatie een afstotingsepisode doormaakte, door de jaren heen al sterk is teruggedrongen. En hij illustreert dat aan de hand van het volgende cijfermateriaal: ‘Jaarlijks worden er in ons land zo’n 750 niertransplantaties verricht, verdeeld over acht centra. Het UMC St Radboud heeft daarin, met 120 niertransplantaties per jaar, een belangrijk aandeel. In de prille beginjaren van de niertransplantatie maakte zo’n 60 tot 70 procent van alle getransplanteerde nierpatiënten in het eerste jaar na hun transplantatie een afstotingsepisode door. Maar met behulp van onze huidige, afweeronderdrukkende medicijnen is dat percentage inmiddels al teruggebracht tot ongeveer 15 procent. Gelukkig leiden deze afstotingsreacties niet altijd tot een verlies van nierfunctie of van het transplantaat, want vaak kunnen we zo’n afstoting met succes behandelen. Al betekent dat natuurlijk wel een extra belasting voor de patiënt.’
hadden, kunnen die lekkage niet helemaal verklaren. En de gedachte is nu dat die suikerpruik, die eigenlijk de eerste barrière vormt voor het bloed richting urine, wel eens een belangrijke rol zou kunnen spelen bij de doorlaatbaarheid voor eiwitten van de nierfilter naar de urine. Dat er mogelijk processen kunnen zijn, die de samenstelling en de opbouw van dat suikerfilter kunnen beïnvloeden en daarmee dus ook de functie van de nierfilter beïnvloeden. De onderzoekers proberen er nu met elkaar achter te komen welke processen precies verantwoordelijk zijn voor die veranderingen. Zodat we in de toekomst hopelijk medicamenteus maatregelen kunnen nemen om die suikerpruik te herstellen.’ Daarnaast lijkt, volgens Berden, de suikerpruik ook een belangrijke rol te spelen bij het op gang brengen van ontstekingsreacties in de nierfilter. ‘Ook daar zouden we misschien op kunnen ingrijpen als we beter weten hoe
Telenefrologie Een nieuwe activiteit waarmee de afdeling Nierziekten van het UMC St Radboud onlangs is gestart is Telenefrologie: het langs elektronische weg adviseren van huisartsen bij de behandeling van patiënten met beginnende nierschade. Prof.dr. Jack Wetzels, als hoogleraar nierziekten nauw betrokken bij dit project, over het waarom van deze service: ‘Er zijn nieuwe richtlijnen voor de behandeling van patiënten met beginnende nierschade. Dit kan meestal gebeuren in de eerste lijn, bij de huisarts. Met behulp van Telenefrologie begeleiden nefrologen (nierspecialisten) van het Radboud daarom huisartsen uit de regio bij de behandeling van die – voor hen vaak minder bekende – patiëntengroep. Dat wil zeggen: huisartsen kunnen via een afgeschermde website de belangrijkste gegevens van zo’n nierpatiënt, dus medische voorgeschiedenis, medicijngebruik en recente laboratoriumuitslagen, naar ons toesturen. Mét een vraag, zoals: ‘Hoe moet ik deze patiënt behandelen?’ Vervolgens ontvangt die huisarts via de website een behandeladvies van een specialist van onze afdeling Nierziekten.’ Volgens Wetzels stelt Telenefrologie huisartsen in staat om nierpatiënten met een betere kwaliteit van zorg in de eigen praktijk te begeleiden. ‘En zo’n kwaliteitsverbetering in de eerste lijn komt uiteindelijk ten goede aan de kwaliteit van het hele zorgtraject. Op een hele goede, efficiënte en kostenbewuste manier.’
de hechting van die ontstekingscellen aan de suikerpruik plaats heeft.’ Met beide consortiumsubsidies van de Nierstichting, allebei toereikend voor een onderzoeksperiode van vier jaar, hoopt het Nijmeegse hoofd van de afdeling Nierziekten een heleboel meer te weten te komen over zowel de rol van virussen bij de afstoting van donornieren als over de structuur en de werking van de nierfilter. De toekenning van beide consortiumsubsidies ziet Berden als een erkenning van de kwaliteit van het UMC St Radboud. ‘Ik verwacht ook dat deze subsidies de positie van Nijmegen als topcentrum op het gebied van nieronderzoek nog verder zullen versterken.’ n
’Suikerpruik’-onderzoek De tweede consortiumsubsidie van de Nierstichting maakt nader onderzoek mogelijk naar de zogenoemde ‘suikerpruik’ in de niervaten. Dit harige suikerlaagje (officieel: de glycocalyx), een soort van teflonbekleding aan de binnenkant van de bloedvaten, speelt een belangrijke rol bij het ontstaan van nierschade. Onder meer bij de ontsteking van nierfilters. En onder leiding van hoofd
Prof.dr. Irma Joosten en prof.dr. Luuk Hilbrands bespreken de uitslagen van kruisproeven voor een niertransplantatie.
9
Foto: Frank Muller
o n d e rzo e k
Zonder suiker geen goed eiwit Eiwitten kunnen hun werk alleen goed verrichten als ze behangen zijn met de juiste suikergroepen. Nijmegen vormt de internationale spil in het onderzoek naar aandoeningen waarbij dit proces hapert. Mar t e n Doop e r Wie er oog voor had kon vorige maand een bijzonder schouwspel gadeslaan. Een twintigtal patiëntjes met de zeer zeldzame aandoening CDG vrolijk met elkaar spelend. Daarmee was in één klap bijna de helft van alle CDG-patiënten van Nederland in één ruimte tezamen. Zij waren met hun ouders te gast op de informatiedag die het Institute for Genetic and Metabolic Diseases organiseerde samen met VKS, de patiëntenvereniging voor stofwisselingsziekten. Onder hen ook de patiënten die eraan hebben bijgedragen dat het Nijmeegse ‘glyco-team’ afgelopen maanden - samen met Amerikaanse collega’s - een nieuwe oorzaak kon beschrijven van één van de vele vormen van CDG. ‘CDG is een verzameling van aandoeningen die als gezamenlijk kenmerk hebben dat er iets mis gaat met de glycosylering (zie kader) van de eiwitten in het lichaam’, vertelt Ron Wevers, hoofd van het LGEM laboratorium (afdeling Laboratoriumgeneeskunde). ‘Dat kan leiden tot tal van problemen’, vult kinderarts Eva Morava aan. ‘Een slecht werkende lever, hartklachten, huidklachten, aantasting van de ogen, spierafwijkingen waardoor het lopen moeilijk is en in veel gevallen ontwikkelingsstoornissen in de hersenen. Dat laatste maakt dat veel CDG-patiënten, maar niet allen, een zeer laag IQ hebben. In feite is het zo dat we bij een groeiend aantal lichamelijke of geestelijke afwijkingen er achter komen dat het vormen zijn van CDG.’
Details niet bekend ‘Het onderzoek naar CDG is een nog jonge tak van wetenschap’, stelt Dirk Lefeber van de afdeling Neurologie. ‘Pas een jaar of twintig geleden werd voor het eerst ontdekt dat aangeboren aandoeningen het gevolg kunnen zijn van afwijkingen in de glycosylering van eiwitten. Tot die tijd dacht iedereen dat alleen fouten in de eiwitten zelf aanleiding kunnen geven tot ziekte.’ Glycosylering is een proces dat bestaat uit een aantal elkaar opvolgende stappen. Het eiwit wordt voorzien van een aantal suikergroepen die vervolgens nog eens voor elk eiwit precies op maat worden “bijgeknipt”. Al die stappen zijn alleen mogelijk met behulp van tal van enzymen. Ontbreekt een enzym of werkt het niet goed, dan treden er fouten op in de glycosylering. ‘Mede doordat we nog niet alle details van het glycosyleringsproces kennen, kunnen we momenteel pas bij een deel van de CDG-patiënten aangeven welk enzym ontbreekt of defect is’, schetst Lefeber de stand van zaken. Met het onderzoek dat het Nijmeegse ‘glyco-team’ afgelopen maand publiceerde, is de zoektocht naar oorzaken van CDG weer een stapje verder. ‘Onderzoek bij twaalf patiënten met aantasting van de hersenen en de ogen heeft ons geleid naar een defect in het gen SRD5A3. Dat maakt een eiwit aan dat nodig is bij de allereerste stappen van de glycosylering.’
Behoefte aan informatie Ofschoon de kennis over CDG hierdoor weer is toegenomen, is de weg naar therapie voor deze aandoeningen nog lang. Lefeber: ‘We gaan nu diermodellen ontwikkelen om te onderzoeken hoe je op verschillende plaatsen in de glycosylering zou kunnen ingrijpen.’ Wevers: ‘Nijmegen is de afgelopen jaren uitgegroeid tot de internationale spil in het onderzoek en de diagnostiek naar CDG en de begeleiding van patiënten en hun ouders. Om die status verder vorm te geven zijn wij bezig met het oprichten van een Nijmegen Centre for Disorders of Glycosylation, kortweg NCDG.’ Morava: ‘Een belangrijke taak daarvan zal zijn het geven van voorlichting via een nog in te richten website. De informatiedag vorige maand, maakte opnieuw duidelijk dat er bij de ouders van de patiënten grote behoefte is aan informatie en contact.’ n
Eiwit met suiker
Van links naar rechts: Ron Wevers, Dirk Lefeber en Eva Morava
Eiwitten zijn de “werkpaarden” van iedere levende cel. Een eiwit bestaat uit een lang snoer van aan elkaar gekoppelde aminozuren. Een eiwit kan zijn werk pas uitvoeren als het op een aantal plaatsen voorzien is van suikerketens, lange slierten van aan elkaar gekoppelde suikermoleculen. Dit proces, waarvan nog niet alle details zijn opgehelderd, heet glycosylering. Ziektes als gevolg van een (aangeboren) afwijking in de glycosylering heten Congenital Disorders of Glycosylation, kortweg CDG’s.
Foto: Flip Franssen
10
ra d b o d e 1 6 - 2 0 1 0
Zorgketen mensen met verstandelijke beperking De academisering van de gezondheidszorg voor mensen met verstandelijke beperkingen krijgt een stevige impuls. Na de eerste leerstoel op dit gebied in Rotterdam heeft nu ook het UMC St Radboud een hoogleraar in de Geneeskunde voor mensen met verstandelijke beperkingen. Het is prof. dr. Henny van Schrojenstein Lantman-de Valk. Zij hield deze week haar oratie. J ok e G ro e n e v e l d In Nederland leven ongeveer 115.000 mensen met verstandelijke beperkingen, dat is 0,75 procent van de bevolking. De maatschappelijke visie op deze mensen is de afgelopen jaren sterk veranderd, aldus Van Schrojenstein Lantman in haar oratie. Vroeger werden ze beschouwd als zwakzinnig; zieken zonder uitzicht op genezing. Later ontstond het inzicht, dat het leven van veel van de mensen met verstandelijke beperkingen niet uitzichtloos was, maar dat met de juiste ondersteuning een veelzijdige ontwikkeling mogelijk was. Naast dit inzicht ontstond het burgerschapsmodel. Dit houdt in, dat mensen met verstandelijke beperkingen meer en meer deelnemen aan diverse domeinen van de samenleving, zoals wonen, werken, onderwijs en recreatie. Ze
Mw. drs. Sabine de Brouwer eenvoudige klachten als oorsmeer. Ze zijn minder goed in staat hun eigen gezondheidsproblemen op te lossen en gebruiken minder huismiddeltjes en zelfmedicatie, zo stelt Van Schrojenstein Lantman. ‘Ze surfen doorgaans niet op het internet.’ Ook kunnen ze hun klachten vaak niet goed onder woorden brengen; ze zijn dan afhankelijk van de capaciteiten van familie of arts om hun klachten te interpreteren. Dit kan leiden tot verkeerde diagnoses en tot wat diagnostic overshadowing genoemd wordt. Dit is het onterecht aan
‘Mensen met verstandelijke beperkingen krijgen niet altijd de zorg die ze nodig hebben’
de verstandelijke beperkingen toeschrijven van problemen, die eigenlijk een psychiatrische of lichamelijke achtergrond hebben. De deelname van deze groep aan preventieve gezondheidszorg, bijvoorbeeld borstkanker- of baarmoederhalskankerscreening is laag, onder andere omdat het schriftelijke voorlichtingsmateriaal voor hen minder toegankelijk is.
Zorgketen
Mw. prof.dr. van Schrojenstein Lantman stelt een nieuwe zorgketen voor mensen met verstandelijke beperkingen voor. zijn in groten getale verhuisd van de oude instellingen naar kleinere woonvoorzieningen in dorpen en steden. ‘Hun gezondheid is echter kwetsbaar’, zegt Van Schrojenstein Lantman, ‘en ze krijgen niet altijd de zorg die ze nodig hebben. Ze leven vaak in armoede, met alleen een uitkering en veel extra kosten.’
Andere gezondheidsproblemen Onder de patiënten van een gemiddelde huisartspraktijk bevinden zich zo’n tien à vijftien personen met verstandelijke beperkingen. Zij consulteren hun huisarts gemiddeld 5,4 maal per jaar, tegenover gemiddeld 3,2 bezoeken van de andere patiënten en ze hebben ook andere gezondheidsproblemen. Epilepsie en psychia trische problemen komen veel voor, net als overgewicht, een ongezonde leefstijl, huidklachten en meer
prijzen en benoemingen
Van Schrojenstein Lantman stelt een nieuwe zorgketen voor mensen met verstandelijke beperkingen voor. De eerste schakel in de zorgketen is een speciaal opgeleide verpleegkundige, die als vraagbaak fungeert voor praktische gezondheidsproblemen, zelfstandig geprotocolleerde werkzaamheden verricht, voorlichting geeft en tijdig gezondheidsproblemen signaleert. De huisarts kan vervolgens de gebruikelijke huisartsenzorg verlenen. Als de huisarts hier behoefte aan heeft, dan is een AVG (een specialistische arts voor verstandelijk gehandicapten) beschikbaar om, desgewenst samen met de huisarts, de patiënt te onderzoeken en te behandelen. Deze specialisten participeren ook in de tweede lijn, met name bij het behandelen van geassocieerde gezondheidsproblemen en meervoudige complexe aandoeningen. De nieuwe hoogleraar wil vanuit haar wetenschappelijke positie een bijdrage leveren aan het ontwikkelen en onderbouwen van deze zorgketen. Ze gaat zich toeleggen op richtlijnontwikkeling voor diagnostiek en behandeling van de meest voorkomende gezondheidsproblemen, ontwikkeling van scholing voor de diverse betrokken beroepsgroepen en ontwikkeling van een database voor patiëntgegevens, die gekoppeld kan worden aan het huisartseninformatiesysteem.
Symposium Van Schrojenstein Lantman is tevens coördinator van het consortium ‘Sterker op eigen benen’, waarin het Radboud samenwerkt met de zorginstellingen Dichterbij, Pluryn en Siza. Samen met dit consortium heeft de afdeling voorafgaand aan de oratie een symposium gehouden, waar onder andere prof.dr. Robert Davis van de Victoria Monash University in Melbourne het woord voerde. Hij heeft bij zijn universiteit wetenschappelijk onderzoek, onderwijs en patiëntenzorg op dit gebied samengebracht in één centrum; dit kan Nijmegen tot voorbeeld dienen. Andere sprekers waren onder meer dr. ing. Wim van der Jagt, voorzitter consortium ‘Sterker op eigen benen’ en prof.dr. Heleen Evenhuis van het Erasmus Medisch Centrum; de eerste hoogleraar geneeskunde voor verstandelijk beperkingen. n
11
Mw. drs. Sabine de Brouwer, onderzoekster op de afdeling Medische Psychologie, heeft voor haar onderzoek in samenwerking met de afdeling Reumatologie de prijs voor de beste poster op de Najaarsdagen Reumatologie 2010 van de Nederlandse Vereniging voor Reumatologie gewonnen, getiteld: “Psychofysiologische effecten van een stressmanagement-interventie bij patiënten met reumatoïde artritis”.
P r o f . d r. C a r e l H o y n g Carel Hoyng is met ingang van 1 september benoemd tot hoogleraar met als leeropdracht Maculadegeneratie. De leerstoel wordt ondersteund door het Macula Degeneratie Fonds.
Drs. Floor Ploos van Amstel Drs. Floor Ploos van Amstel heeft op 8 oktober in Utrecht de Johanna Diepeveen-Speekenbrinkprijs ontvangen voor haar afstudeerproject verplegingswetenschappen “Detecteren van koorts bij de hematologische patiënt in de neutropene fase”, op het lustrum van de Klinische Gezondheidswetenschappen. Deze prijs wordt jaarlijks uitgereikt voor het beste afstudeerproject Verplegingswetenschappen in Nederland. Floor is momenteel werkzaam als promovendus op de afdelingen Medische Oncologie en Medische Psychologie op een project gesubsidieerd door de Stichting Pink Ribbon, naar de introductie van de Lastmeter bij patiënten die behandeld worden voor borstkanker.
Promoties, oraties, afscheidsredes* • Promotie drs. Anke Persoon, donderdag 21 oktober 2010 om 15.30 uur. Titel: Development and validation of the Nurses’ Observation Scale for Cognitive Abilities (NOSCA) • Promotie drs. Gabie de Jong, vrijdag 22 oktober om 10.30 uur. Titel: Adjuvant radioimmunotherapy in experimental colorectal cancer • Promotie drs. Marijke Kamsteeg-Lemstra, vrijdag 22 oktober om 13.00 uur. Titel: Keratinocyte gene expression in psoriasis and eczematous diseases • Oratie prof.dr. George Borm, hoogleraar Biostatistiek, vrijdag 22 oktober om 15.45 uur. Titel rede: Statistisch-ethische toetsing moet anders, Kleinere studies, meer resultaten • Promotie drs. Rieke Driessen, maandag 25 oktober om 13.30 uur. Titel: Effects and side effects of biological treatment for severe psoriasis in daily practice • Promotie mw. drs. B.E. Groen, maandag 25 oktober om 15.30 uur. Titel: Martial arts fall techniques to reduce fall severity • Promotie Rüdiger Junker, dinsdag 26 oktober om 15.30 uur. Titel: Preclinical evaluation of novel calcium phosphate coated dental implants * Locatie: Radboud Universiteit, Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2, tenzij anders vermeld. Voor een volledig overzicht en korte inhoud van alle promoties, oraties en afscheidsredes, zie www.umcn.nl, ingang Research, klikken op Science Agenda.
ra d b o d e 1 6 - 2 0 1 0 Medisch Centrum Veldhoven), en een röntgenlaborant uit het Centraal militair Ziekenhuis te Utrecht. In het ziekenhuis is er verder een Nederlandse huisarts, een Nederlandse tandarts en Nederlandse fysiotherapeut, een Nederlandse Apotheker en uiteraard een verpleegafdeling met veertien bedden, twee operatiekamers, een verkoeverkamer met twee bedden en een Intensive Care met twee bedden. Het UMC is in staat om life and limb saving chirurgie toe te passen bij gewonden ISAF militairen, Afghaanse militairen en politie en wij mogen in principe ook lokale Afghaanse burgers behandelen in het kader van noodhulp. Dit laatste is wel aan strikte regels gebonden. Op het “oude kamp Holland” is veel veranderd sinds ons laatste bezoek in 2007 en 2008. Er zijn nu veel meer nationaliteiten, waaronder Amerikanen, Australiërs, Singaporezen, Slovenen. Tijdens onze uitzending hebben we veel meegemaakt en gezien en patiënten behandeld, variërend in leeftijd van 4 maanden tot 96 jaar. Het merendeel van de letsels waren als gevolg van bermbommen. Het merendeel van de patiënten was van Afghaanse nationaliteit. Bijzonder was de nabestaandenreis van
Terug uit Uruzgan
Het specialistenteam, waarvan vier medewerkers uit het UMC St Radboud.
In de zomermaanden augustus en september 2010 was een medisch specialistisch team van het UMC St Radboud ziekenhuis werkzaam op Camp Holland in Uruzgan (Afghanistan). Een verslag van trauma chirurg Edward Tan. ADVERTENTIE
Eendaagse communicatiespecials Trainingen voor wetenschappers die hun expertise met meer impact willen overbrengen eZghdcVaWgVcY^c\ hidgniZaa^c\ cZilZg`Zc egZhZciZgZcbZi^beVXi ^c\ZhegZ`bZiYZeZgh dca^cZejWa^XZgZc edejaV^glZiZchX]VeeZa^_`hX]g^_kZc
willin to share
Ons Medisch team maakt deel uit van een systeem waarin het ministerie van Defensie samenwerkt met twaalf Nederlandse ziekenhuizen, waaronder het UMC St Radboud. Zoals bekend is de missie in Uruzgan voor Nederland per 1 augustus 2010 beëindigd. Een multinationale groep onder leiding van de Amerikanen hebben nu het commando. Wij werkten daar in het kader van de zogenaamde ReDeployment Task Force (RDTF), die tot doel heeft om alle Nederlandse militairen en materialen terug te brengen naar Nederland.
Nederlanders Het Uruzgan Medical Center (UMC), een Role 2E ziekenhuis op Camp Holland, wordt nog bijna volledig door Nederlanders gedraaid. Wel was er een Australische fysiotherapeut en huisarts en een Amerikaanse tandarts. Het Radboudpersoneel bestond naast mij uit kapitein ter zee arts Chris Bleeker (anesthesioloog), eerste luitenant Gerda Lasker (OK-assistent) en eerste luitenant Raya Meinen (anesthesiemedewerker). Het team werd aangevuld met een tweede OK-assistent uit het Erasmus MC, en drie IC-SEH verpleegkundigen (Uit het Erasmus MC, Maastad ziekenhuis Rotterdam en Maxima
Viering die door Gerda Lasker werd geleid. ouders en familieleden van de overleden landgenoten. Ook bezochten Camp Holland de demissionair minister van defensie Middelkoop, de plaatsvervangend Commandant der Strijdkrachten vice-admiraal Nagtegaal, de commandant landstrijdkrachten Bertholet. Speciaal was de kerkdienst die door Gerda Lasker geleid werd. Zij studeert in haar vrije tijd theologie, met als doel om later geestelijk verzorgster te worden (in het leger). Ons specialistenteam was ook erg sportief en we hebben aan vele sportieve evenementen meegedaan, zoals de TK Base run (10 mijl), de survival run, highland games, speedmars, parcours militair en de Bridge to Brisbane run (10 km). Ons team is recent afgelost door een nieuw team, waarvan twee Radboud personeelsleden. Dit zal het laatste specialistenteam zijn in Uruzgan, omdat het ziekenhuis daarna geheel wordt overgenomen door Amerikanen. Edward Tan Traumachirurg UMC St Radboud
Meer informatie over deze en onze andere trainingen k^cYijdedcoZlZWh^iZ# T: (024) 361 21 59 Radboud in’to Languages maakt deel uit van de Radboud Universiteit Nijmegen.
www.radboudintolanguages.nl Traumachirurg Edward Tan en OK-assistent Gerda Lasker behandelen samen met een OK-assistent uit het Erasmus MC een patiënt.
12
ra o nderwijs dbode 16 - 2010
Zorgvuldig onderzoek met mensen
grenzeloos
Quirine Fillekes, apotheker-onderzoeker afdeling Apotheek/Klinische Farmacie, verbleef van 22 augustus tot 11 september in Lusaka, Zambia en Moshi, Tanzania.
@ Waar? University Teaching Hospital (UTH), Lusaka, Zambia en Kilimanjaro Clinical Research Institute (KCRI) van KCMC, Moshi, Tanzania.
@ Waarom?
De nieuwe Cursus Clinical Research is bijvoorbeeld bedoeld voor researchverpleegkundigen en paramedici die onderzoek coördineren, proefpersonen begeleiden of medewerkers die onderzoeksdata invoeren. Foto: Flip Franssen
Mensgebonden medisch onderzoek moet altijd zorgvuldig, veilig en betrouwbaar worden uitgevoerd. Ook de ondersteuners van de onderzoekers horen daarbij te handelen volgens de regels. De Radboud Zorgacademie start daarom in februari voor hen de Cursus Clinical Research.
Werkbezoek aan onze Afrikaanse partners voor de VITA2 studie, waarin we het effect van fenytoine onderzoeken op resistentieontwikkeling tegen nevirapine. Nevirapine wordt in Afrika als eenmalige dosis gegeven aan HIV-geïnfecteerde vrouwen tijdens de bevalling om de overdracht van HIV op de baby te verkleinen.
@ Buitenlandse partners?
bijvoorbeeld bedoeld voor researchverpleegkundigen en paramedici die onderzoek coördineren, proefpersonen begeleiden of medewerkers die onderzoeksdata invoeren. In de cursus verdiepen zij hun kennis en kunde in het uitvoeren van klinisch wetenschappelijk onderzoek, de administratie en logistiek hierbij en het afsluiten en evalueren van onderzoek.’
Ons team is vrij groot en is samengesteld uit verschillende disciplines en landen. Naast Afrikaanse kinderartsen, verpleegkundigen en apothekers, hebben we mensen voor datamanagement/beheer. Ook werken we nauw samen met een HIV-groep in Londen, die ons assisteert met ‘Good Clinical Practice’.
Van regelgeving naar praktijk
@ Bagage mee naar huis? Ik ga er meestal met meer bagage heen dan terug. Mijn Afrikaanse collega’s vragen me vaak stroopwafels en Hollandse kaas mee te nemen. Naast een koffer met vuile was, souvenirs en een laptop met data van de VITA2 studie, kom ik elke keer weer met fijne herinneringen thuis.
Cursus Clinical Research
Ook in het Radboud groeit het besef dat mensgebonden onderzoek aan de juiste richtlijnen hoort te voldoen. Veel afdelingen maken nu de vertaalslag van regelgeving naar de praktijk. ‘Maar niet iedereen hoeft het wiel uit te vinden’, zegt Dyonne van Duren, hoofd Clinical Research Centrum Nijmegen. ‘In de nieuwe cursus wordt concreet welke acties je moet inzetten om aan alle regelgeving rond onderzoek te voldoen. Ondersteuners kunnen daardoor werk uit handen nemen van de onderzoekers, maar ook een goede gesprekspartner van ze worden. Ze houden de onderzoeker alert dat mensgebonden onderzoek altijd veilig, zorgvuldig en wetenschappelijk betrouwbaar wordt uitgevoerd.’ n
Sinds 2009 verzorgen alle UMC’s de BROK-cursus, Basiscursus Regelgeving en Organisatie voor Klinische onderzoekers. ‘Aansluitend hierop heeft de Radboud Zorgacademie voor alle ondersteunende medewerkers in het onderzoek de Cursus Clinical Research ontwikkeld’, vertelt opleider Maarten Rood. ‘Deze cursus is
De nieuwe cursus start in februari 2011. Geïnteresseerden kunnen zich nu aanmelden bij de Radboud Zorgacademie. Voor informatie neem contact op met Maarten Rood (Radboud Zorgacademie),
[email protected], tel. 0243668076.
Gijs Munichs Demissionair minister Klink stuurde in april een brief aan de Nederlandse ziekenhuizen en UMC’s. Hij uitte daarin zijn zorgen over het mensgebonden onderzoek. De aanleiding was de veelbesproken probiotica-studie van het UMC Utrecht, waaruit bleek dat meer aandacht voor de regels en verantwoordelijkheden bij medisch wetenschappelijk onderzoek met mensen noodzakelijk is. Bij de probiotica-studie was sprake van een verhoogde sterfte bij proefpersonen die het onderzoeksmiddel toegediend hadden gekregen.
Zorg 2.0 avant la lettre De Radboud Masterclasses 2010 voor alumni op 1 oktober gingen over de invloed van media op de zorg. Het leverde leuke vergelijkingen op tussen heden en verleden. Het veranderende medialandschap heeft zeker invloed op de zorg. Op internetfora delen patiënten hun ervaringen in ziekenhuizen. Medische missers zijn niet zelden voorpaginanieuws. En ranglijstjes van ziekenhuizen in de media zullen, betrouwbaar of niet, een effect sorteren. Ook in de oudheid waren imago en het artsenvak onlosmakelijk met elkaar verbonden. Historicus Carine in ’t Land schetst op de alumnidag een beeld van de publieke rol van de arts in de Romeinse tijd. ‘Rondtrekkende artsen verkochten zichzelf op dorpspleinen. Dat waren echte shows, massa’s mensen kwamen erop af.’ In die tijd moest een arts zeker mediamiek zijn. Was toen het dorpsplein de graadmeter voor het imago van een arts,
nu spelen media daarin een belangrijke rol. ’s Middags wordt op de alumnidag dieper ingegaan op Zorg 2.0 en de mogelijkheden van het web (digitale poli’s, forums, social media). Volgens de 2.0-filosofie hoort de patiënt echt centraal te staan, waarbij het bijvoorbeeld cruciaal is dat hij beschikt over zijn eigen medische dossier. Een gepensioneerde huisarts merkt op dat hij vijfentwintig jaar geleden al de huisartsenbrief meegaf aan zijn patiënten. Schaad je daarmee niet het beroepsgeheim, merkten collega-artsen destijds op. Maar hij vond het patiëntenbelang zwaarder wegen. ‘Ik heb er nooit problemen door gehad. En patiënten hebben dit altijd als heel erg prettig ervaren. Bovendien konden ze mij corrigeren op punten in het medisch dossier waar ik het fout had.’ De pensionado illustreert daarmee een staaltje Zorg 2.0 avant la lettre. GM
13
@ Waar kunnen wij van leren? Afrikanen klagen niet vaak en genieten van kleine dingen. Het leert mij weer relativeren. Daarnaast leven Afrikanen met de dag en kijken niet veel verder. Agenda’s kennen ze niet. Voor mij soms frustrerend, maar ook best wel gemakkelijk. Ze zijn daardoor heel flexibel en veel minder gestrest, zoals wij Nederlanders kunnen zijn. Van depressies en burn-outs hebben ze nog nooit gehoord: ‘Burnout? Do you mean sunburned?’
@ Wat doen wij hier beter? Werkinhoudelijk kunnen zij vooral veel van ons leren. In veel opzichten is het hier in Nederland veel beter ontwikkeld dan in Afrika. Deze studie is daarom niet alleen opgezet om de VITA2 onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden. We willen onze partners in Afrika ook helpen met de opbouw van capaciteit en kennis, zodat ze in de toekomst zelfstandig onderzoek kunnen opzetten.
@ Tip/bijzondere gebeurtenis? Elk bezoek (lang of kort) is weer bijzonder en buiten werktijd voelt het toch altijd een beetje als vakantie. Naast een drankje bij zonsondergang op het dakterras van het Kindoroko hotel in Moshi, is het ook prachtig om een blije VITA2 moeder met haar baby te mogen bewonderen in ons kliniekje. Onderzoek doen in Afrika is een behoorlijke uitdaging, maar ook zeker een fantastische ervaring! Gaat u ook naar het buitenland? Laat het ons weten via
[email protected].
ra d b o d e 1 6 - 2 0 1 0
mensen Marian Underberg
Op 30 september was de laatste werkdag van Marian Underberg. Marian maakt per 1 oktober gebruik van de FPU. Bijna 40 jaar heeft ze in het Radboud gewerkt: geruime tijd als hoofdverpleegkundige op de Intensive Care en in 1998 heeft ze de preoperatieve polikliniek mee opgezet. Marian, geniet van deze nieuwe fase in je leven. We zullen je missen, niet in de laatste plaats vanwege al je kennis en het tempo waarmee je je werk uitvoert. Het afscheid is inmiddels gevierd in de vorm van een receptie en een etentje met collega’s. Namens de afdeling Anesthesiologie, Pijn en Palliatieve Geneeskunde, Marijke Dijkstra, hoofdverpleegkundige
Fer Hendriks
Vrij recent heeft collega Fer Hendriks besloten om gebruik te maken van de FPU-regeling en is daarom per 1 oktober, na een dienstverband van bijna 40 jaar, niet meer in actieve dienst. Fer is 1 januari 1971 in dienst getreden bij de Instrumentele Dienst en heeft diverse functies vervuld: onder andere fijn-instrumentmaker, elektromechanisch instrumentatie technicus en senior instrumentatietechnicus. Als werkgebied heeft Fer nagenoeg het gehele UMC St Radboud gekend: van de Operatiekamers tot Dialyse, van Verloskunde tot Fysiotherapie, van diverse laboratoria tot Spoedeisende Hulp. Hij is een vakman bij wie met name de kwaliteit van het werk voorop stond, maar ook de zorg voor algemene middelen van de collega’s zoals bijvoorbeeld de eigen vervoermiddelen, gereedschappen en machines. Op 28 oktober heeft Fer in de kantine van het Bedrijvencentrum zijn afscheidsreceptie. Hans Gradussen, Instrumentele Dienst ID-West/Lab
Betsy Bosman
Na een dienstverband van bijna 38 jaar is onze schoonmaakmedewerkster Betsy Bosman op 1 oktober met FPU gegaan. Betsy heeft na jaren op Neurologie en Reuma gewerkt te hebben de afgelopen zes jaar in de opnamehal haar werkplek gehad. Ze heeft daar met veel plezier gewerkt en was voor iedereen een graag geziene collega die altijd klaarstond. Zij heeft in juli nog de Radboudpluim uitgereikt gekregen door dhr. Lohman. Als dank voor haar inzet in de afgelopen jaren wordt Betsy een receptie aangeboden. Deze zal plaatsvinden op dinsdag 2 november van 16.00 tot 18.00 uur in het restaurant van Studiecentrum Medische Wetenschappen aan het Geert Grooteplein 21 (route 76). Wij nodigen u hierbij van harte uit. Nicole Gies, teamleider Schoonmaak
In Memoriam Cees Leistikow Op 7 oktober is Cees Leistikow op 79-jarige leeftijd overleden. Velen zullen zijn gezicht kennen, want hij ging ook na zijn pensionering elke middag eten in het personeelsrestaurant. Hij was een sociaal en behulpzaam mens, die altijd en overal voor iedereen klaar stond. Oorspronkelijk opgeleid tot automonteur volgde hij de opleiding tot psychiatrisch en daarna algemeen verpleegkundige. Van 1957 tot 1990 was Cees als narcosebroeder in dienst van de afdeling Anesthesiologie. Door zijn grote technische vaardigheden werd hij al gauw belast met het technisch onderhoud van de narcose- en beademingsapparatuur. Door zelfstudie deed hij grote kennis op over audio- en telecom-apparatuur en hij ondersteunde de audiovisuele dienst en telefooncentrale van het ziekenhuis. In 1966 begon hij samen met Jan Brand en Henk Drijver aan de oprichting van de ziekenhuisomroep. Op 1 januari 1972 resulteerde dit in de officiële oprichting van Radio Radboud. Ook als radiocommunicatietechnicus zorgde Cees, met verbindingsapparatuur in zijn eigen bestelwagen, voor de communicatie tussen de reportagewagen van Radio Radboud en de studio in het ziekenhuis. Na zijn pensionering werkte hij er nog tot 2002 als vrijwilliger. Ook buiten het ziekenhuis was Cees sociaal buitengewoon actief, onder meer bij de Waterscouting Maas en Waal. Voor zijn activiteiten ontving hij een koninklijke onderscheiding in de orde van Oranje Nassau. Met Cees verliezen zijn familie, maar ook allen die Cees hebben gekend, een Groot en Zeldzaam Goed mens. Hij ruste in vrede Prof.dr. L. Booy Prof.dr. G. H. Linssen
Sandra Bossmann
Op 13 oktober is Sandra Bossmann 25 jaar in dienst. Ze heeft als leerlingverpleegkundige in 1989 haar opleiding afgesloten. Zij heeft van 1989 tot 1999 gewerkt als verpleegkundige op de afdeling Thorax-Hartchirurgie en vervolgens een bijdrage geleverd aan de opzet en de ontwikkeling van de dagbehandelingunit COK waar zij tot 2002 heeft gewerkt. In die jaren heeft zij de opleiding High Care hartchirurgie gevolgd en ook nog de kaderopleiding. In september 2002 is Sandra op de polikliniek Neurologie komen werken als verpleegkundige waar zij haar opleiding verpleegkundig specialist en aansluitend de opleiding nurse practioner heeft gevolgd. Zij heeft de afgelopen vijf jaar binnen de polkliniek neurologie haar functie van nurse practioner neergezet. Zij is als casemanager voor de patiënt met een hersentumor een onontbeerlijke schakel in de keten. Wij als collega’s kennen Sandra als een teamspeler, met een enorm bindend vermogen, oog voor detail en een drang om te blijven leren, ontwikkelen en vernieuwen. Wij hopen dat wij nog een lange tijd van haar energie, kennis en kunde gebruik kunnen maken. Sandra heeft dit jubileum samen met haar collega’s op 14 oktober gevierd. Marga Jansen, hoofd werkplek polkliniek NNG en KNF Anja Gijtenbeek, neuroloog, keten neuro-oncologie
Ria Liebrand–van Sambeek
Op 16 oktober is Ria Liebrand–van Sambeek 40 jaar in dienst. Ze is in 1966 begonnen als leerling-analist en na een korte onderbreking heeft ze haar loopbaan in 1975 weer hervat. Ze heeft zich op verschillende terreinen verdienstelijk gemaakt binnen ons laboratorium (afd. LABGK, Laboratorium Genetische, Endocriene en Metabole Ziekten). Vanaf de jaren 80 heeft ze zich geheel gewijd aan de diagnostiek van erfelijke lysosomale stapelingsziekten. Haar werk kenmerkt zich door een grote accuratesse met een kritische, maar pragmatisch houding. Hiermee heeft ze haar onderdeel van onze diagnostiek tot een constant en zeer hoog niveau gebracht. Door haar inzet werden bij zowel binnenlandse als buitenlandse kwaliteitsrondzendingen steeds de hoogste scores behaald. Nog steeds gaat ze nieuwe uitdagingen aan in de vorm van ontwikkeling van de diagnostiek.We kennen Ria als een zeer sociale en loyale medewerker met een onschatbare hoeveelheid specifieke kennis, die altijd bereid is haar naaste collega’s te ondersteunen. Namens alle collega’s van de afdeling Laboratoriumgeneeskunde, Wilmien Heijs, Hoofdanalist, Dirk Lefeber, Klinisch biochemisch geneticus en Ron Wevers, Hoofd LGEM
Wim Lemmens
Op 16 oktober is Wim Lemmens 40 jaar in dienst. Hij begon als ‘wetenschappelijk rekenaar’ op de toenmalige Mathematisch Statistische Advies Afdeling van het Universitair Rekencentrum. Later werd de afdeling omgevormd tot de Medisch Statistische Afdeling en verhuisde via de faculteit Wis- en Natuurkunde naar de toenmalige Medische Faculteit, om tenslotte onderdeel te worden van de afdeling Epidemiologie, Biostatistiek en HTA. In die periode veranderde ook de techniek drastisch, van mechanische naar elektronische rekenmachines en daarna, via de ponskaarten, naar de huidige PC omgeving. Daarmee kwam het ‘wetenschappelijk rekenen’ tot een einde, deed het programmeren zijn intrede en werd Wim statistisch analist. Het typeert Wim dat hij naadloos met al die organisatorische en technische veranderingen is meegegaan. Zijn positieve instelling, zijn klant- en collega-gerichtheid zijn spreekwoordelijk. Niet alleen de collega’s, maar met name ook de promovendi en andere klanten dragen hem dan ook op handen. Namens de afdeling Epidemiologie, Biostatistiek en HTA, George Borm
Jan Meeuwissen
Op 1 november is het precies 40 jaar geleden dat Jan Meeuwissen in dienst kwam als medisch fotograaf. Hij is begonnen bij de medische fotografie, waarna dit overgegaan is in de audiovisuele dienst van de faculteit, daarna overgestapt naar de Mediagroep van de RU en sinds 2003 verbonden aan Dermatologie. De rode draad in Jan’s carrière is de patiëntenfotografie. Vele duizenden patiënten hebben voor zijn lens gestaan. Jan is niet alleen een vakman, die alle ontwikkelingen in zijn vakgebied nauwkeurig heeft gevolgd, maar ook een betrokken fotograaf waarop je altijd kunt rekenen. Samen met collega’s organiseert Jan een vlekkeloze dienstverlening op de polikliniek of op locaties elders op het terrein. Velen in ons UMC maken gebruik, of hebben gebruik gemaakt, van de kwaliteiten van Jan. U bent dan ook van harte welkom om hem te feliciteren op: maandag 1 november vanaf 16.00 uur in Huize Heyendael. Namens afdeling Dermatologie Prof.dr. P.C.M. van de Kerkhof, hoofd afdeling en Ir. J.B.M. Boeze man, bedrijfsleider
Marga Jansen
Op 1 november 1970 stapte Marga Jansen over de drempel van “de Radboud” om als leerling verpleegster aan een lange verpleegkundige carrière te beginnen, die haar via de Interne Geneeskunde in 1980 tot hoofdverpleegkundige Cardiolo-
14
gie bracht. Na de kaderopleiding voor hoofdverpleegkundige en verdieping in het toen “nieuwe vak” Geriatrie afgerond te hebben, werd zij in 1988 hoofdverpleegkundige van Geriatrie. In deze functie ontwikkelde zij haar talenten voor organisatie en management verder en had ze een belangrijke rol bij het tot bloei brengen van de afdeling Geriatrie. In 2002 trok een nieuwe uitdaging en werd zij hoofdverpleegkundige van de Polikliniek Neurologie, Neurochirurgie en Geriatrie. Veranderingen in de organisatie hebben haar functie uitgebreid en herschreven tot (werkplek-) hoofd van de polikliniek Neurologie, die onder haar kundige leiding diverse klinkende beoordelingen heeft gekregen. Het 40 jarig jubileum is een welverdiend moment voor terugblikken en ook, zoals geheel bij Marga past, van plannen maken en vooruit kijken. De afdeling hoopt Marga nog lange tijd in functie te zien. Op maandag 1 november wordt Marga door de afdeling een receptie aangeboden in de wachtruimte van de polikliniek NNGR (route 943) van 17.00 tot 19.00 uur. Prof. dr. G. Padberg, Afdelingshoofd Neurologie
Yvonne de Jong
Op 2 november is het 25 jaar geleden dat Yvonne de Jong – Romeyn in dienst trad. Zij begon haar loopbaan als afdelingssecretaresse op A32 (Chirurgische dames). In 1981 koos ze voor de fulltime zorg voor haar gezin. Na een periode van tien jaar keerde zij weer terug in haar functie op B7 (Chirurgie). Van 1994 tot 2007 is zij werkzaam geweest op verpleegafdeling A10 (CTC / Longchirurgie). Vanaf september 2007 is Yvonne nauw betrokken bij de start en doorstart van de Short Stay Unit (SSU), waar ze met veel plezier op haar geheel eigen wijze invulling aan geeft. Ondanks een voor haar aangrijpende periode in haar privéleven, vindt Yvonne inmiddels weer het benodigde werkplezier terug. Namens alle medewerkers van verpleegafdeling SSU feliciteren wij haar met dit jubileum. Wij wensen Yvonne ook de komende tijd veel succes in haar functie op de SSU. Op verzoek van Yvonne zal het jubileum in besloten kring plaatsvinden. Namens alle collega’s Jean-Pierre van Bergen (hoofdverpleegkundige SSU).
Jeannette Doornink
Wie kent haar niet! Enthousiaste verpleegkundige die al 25 jaar in het UMC St Radboud werkzaam is. Jeannette is begonnen als verpleegkundige op de IC, waar zij tot en met 2001 heeft gewerkt. Vervolgens stapte ze over als transplantatiecoördinator. In die functie werkte ze door het hele ziekenhuis en reed ze door het hele land. In 2009 is ze gestart als seniorverpleegkundige op de Medium Care unit A13. Voor de afdeling is Jeannette een rots in de branding en een stimulerende collega. Haar inzet en positieve energie heeft de Medium Care afdeling goed gedaan. Iedereen van de Medium Care afdeling wenst haar een fantastisch jubileum. Jolanda ter Sluysen, hoofdverpleegkundige, Medium Care A13
Chris Meijer
Op 4 november gaat Chris Meijer met FPU na een dienstverband van 41 jaar. In die periode heeft hij meerdere leidinggevende functies op het gebied van ICT binnen de RU en het UMC bekleed. Wij hebben hem leren kennen als een hartelijke collega, die met veel enthousiasme, passie en professionaliteit zijn werk uitvoert. Zijn servicebereidheid en kennis van complexe materie binnen telecommunicatie is groot en alom gewaardeerd. Daarnaast heeft hij als applicatiebeheerder diverse applicaties en werkprocessen geautomatiseerd en daarmee een belangrijke bijdrage geleverd tot het efficiënter kunnen werken. Op donderdag 28 oktober nemen wij van 15.30 uur tot 18.30 uur in Huize Heyendael afscheid van onze gewaardeerde collega. Thijs Romijnders, hoofd BIT
Arnold Thoben
Ruim 35 jaar geleden trad Arnold Thoben in dienst bij de toenmalige faculteit geneeskunde en tandheelkunde. Gedurende zijn aanstelling heeft hij vele functies bekleed. Per 1 december bereikt hij de pensioengerechtigde leeftijd en neemt daarom afscheid. Ter gelegenheid daarvan wordt hem een afscheidsreceptie aangeboden op dinsdag 26 oktober, van 16.30 tot 18.30 uur. Locatie: de Aesculaaf, Geert Grooteplein 21, route76. Graag nodig ik alle (oud)collega’s van Arnold uit om persoonlijk afscheid van hem te nemen. Pieter Monté, hoofd Onderwijs en Studenten Zaken Bijdragen voor de rubriek Mensen (maximaal 150 woorden) kunt u tot uiterlijk dinsdag in de week vóór verschijnen, mailen naar
[email protected].
ra op inie dbode 16 - 2010
Iedere patiënt altijd veilig In deze rubriek komen initiatieven aan bod die de veiligheid van de patiënt versterken. Ditmaal aandacht voor de vroege herkenning van de vitaal bedreigde patiënt. Medewerkers in ons ziekenhuis werken hard aan kwaliteit en veiligheid. Twee thema’s van het Patiëntveiligheidsprogramma UMC St Radboud worden gecombineerd geïmplementeerd: behandeling van ernstige sepsis en vroege herkenning en behandeling van de vitaal bedreigde patiënt.
MEWS g e b r u i k e n e n MET inschakelen Deze thema’s hebben als doel: vroegtijdig signaleren van verslechtering van patiënten. De praktijk leert dat de herkenning van sepsis niet altijd gemakkelijk is. Om patiënten te ‘scoren’ wordt gebruik gemaakt van de Modified Early Warning Score (MEWS). Vitale functies worden gecontroleerd tijdens reguliere controles of vaker indien de verpleegkundige dit geïndiceerd acht. Wijkt een MEWS-criterium af, dan dienen extra parameters bepaald te worden om de totaalscore te kunnen berekenen. Bij een score van drie of meer waarschuwt de verpleegkundige de arts, die kan besluiten het Medical Emergency Team (MET) in te schakelen. Afgelopen jaar is dit circa 200 keer gebeurd. Het MET bestaat uit een IC-fellow (een specialist in opleiding tot intensivist), een ICverpleegkundige, een afdelingsverpleegkundige en een afdelingsarts.
Communiceren met RSVP De onderlinge communicatie verloopt volgens een vast schema, het RSVP. De R staat voor de Reden van je telefoontje, de S voor Story, het verhaal achter de opname, de V voor de Vitale parameters (MEWS) en de P voor het Plan: wat verwacht je van diegene die je hebt opgebeld? Hiermee willen we de verslechtering van de patiënt eerder signaleren en gestructureerd aanpakken.
Sepsis: snel herkennen – snel behandelen Aangezien sepsis in de Nederlandse ziekenhuizen veel slachtoffers eist (naar schatting jaarlijks 3.500), krijgt dit ziektebeeld extra aandacht. De afgelopen jaren hebben we op de Spoedeisende Hulp aangetoond dat verdere verbetering van de behandeling van de septische patiënt mogelijk is. Ook op de verpleegafdeling is het met name van belang de patiënt met ernstige sepsis, dus sepsis met tekenen van orgaandisfunctie, zo snel mogelijk te herkennen en adequaat te behandelen. Het snel afnemen van kweken en meten van lactaat, het direct daarna toedienen van breedspectrum antibiotica en het optimaliseren van de vulling status van de patiënt wordt op de verpleegafdeling gestart. Vanaf 2011 zal er een invulblad in klinische notities van het EPD beschikbaar zijn en zal per kwartaal terugkoppeling plaatsvinden aan de verpleegafdeling. In het Radboud vindt wetenschappelijk onderzoek plaats naar de gunstige effecten van bovengenoemde projecten. Het UMC St Radboud biedt artsen en verpleegkundigen maandelijks een gestructureerd onderwijsprogramma aan, dat via PAOG Heyendael wordt georganiseerd: de cursus Acute Life threatening Events - Recognition and Treatment (ALERT®). Deze cursus is verplicht voor alle afdelingen die een beroep willen doen op het MET.
Nieuw op intranet: Week van de Patiëntveiligheid Patiëntveiligheidsprijs http://portal.umcn.nl/organisatie/projecten/patveiligheid/Pages/home.aspx
Maria Hopman: ‘Vijf jaar geleden werd de medische zorg rondom ziektebeelden die met bewegingsarmoede geassocieerd zijn al geschat Foto: Flip Franssen op zo’n 7-9 procent van de totale uitgaven aan gezondheidszorg.’
Oud worden Genetisch cadeautje of ongewenste kostenpost? Het staat onomstotelijk vast dat regelmatig bewegen een groot aantal chronische ziekten voorkomt. Het is niet de vergrijzing, maar het toenemend aantal chronische aandoeningen (‘zitzieken’) waardoor de kosten in de gezondheidszorg alsmaar stijgen. Een betoog van prof.dr. Maria Hopman.
het betoog Veroudering is wellicht het meest besproken maar minst begrepen proces in de humane fysiologie. Eén van de grootste successen in veroudering is de toename in levensverwachting, in Westerse landen met zo’n vijf uur per dag. We weten inmiddels dat veroudering het gevolg is van geleidelijke, levenslange accumulatie van schade aan cellen en moleculen, leidend tot een groot aantal ziekten. Daarnaast weten we dat de levensduur van een individu sterk bepaald wordt door genetische aanleg. Bepaalde genen spelen een rol bij het voorkomen en het herstel van celschade, waardoor deze genetisch-gunstige individuen geen hartinfarct op hun zestigste krijgen of kanker ontwikkelen. Is veroudering te beïnvloeden, of ligt alles al lang van te voren vast? Het antwoord op deze vraag is een eenduidig ja, het verouderingsproces is te beïnvloeden. Zo zien we dat ratten en muizen langer leven wanneer ze minder te eten krijgen (zonder ondervoed te raken). Voor mensen staat onomstotelijk vast dat regelmatig bewegen een groot aantal chronische ziekten voorkomt en de levensduur verlengt.
Bewegen De norm gezond bewegen stelt dat wanneer we dagelijks tenminste dertig minuten matig-intensief bewegen, dit ruim voldoende bescherming biedt tegen een groot aantal chronische ziekten. De prachtige traploop-stickers (‘bewegen voorkomt diabetes type 2’) zijn hier een mooie aanzet toe. Ik zou er voor willen pleiten dat we binnen het UMC St Radboud de liften alleen nog gebruiken voor bedden en rolstoelen en dat iedereen die mobiel is gewoon de trap neemt. Werk aan je gezondheid in de baas zijn tijd; neem de trap!
“Het is toch opmerkelijk dat na een miraculeuze morfogenese een complex schepsel ontstaat dat vervolgens niet in staat is om de veel eenvoudigere taak, het in stand houden van wat al gevormd is, te volbrengen” (Williams, 1957).
15
Met bewegen kun je onder meer hart- en vaatziekten, kanker en diabetes type 2 voorkomen. Maar het is ook goed voor onze cognitie. Je hersenen presteren beter wanneer je regelmatig beweegt.
Verklaring Hoe kunnen we nou verklaren dat een beetje extra bewegen zo’n impact heeft op onze fysieke en psychische gezondheid? Dat zit voor een deel in onze genen. Ons genoom heeft zich ontwikkeld in een tijdsbestek van miljoenen jaren waarin we fysiek zeer actief waren. Ons activiteitenpatroon is de laatste 150 jaar sterk veranderd, waardoor onze genen niet meer passen bij onze inactieve leefstijl. Daardoor ontstaan er een groot aantal chronische ziekten die we met onze voortschrijdende medische zorg alsmaar beter kunnen behandelen. Vijf jaar geleden werd de medische zorg rondom ziektebeelden die met bewegingsarmoede geassocieerd zijn al geschat op zo’n 7-9 procent van de totale uitgaven aan gezondheidszorg (ruim 5 miljard euro per jaar). Binnen de fysiologie bestuderen we de werkingsmechanismen van processen in het menselijk lichaam. Zo weten we dat door bewegen de suikerhuishouding in de spier sterk verandert waardoor een diabetespatiënt die gaat bewegen mogelijk zelfs patiënt af is. Tijdens het bewegen worden de hersenen extra doorbloed en vormen zich nieuwe neurale verbindingen, die bijdragen aan de verbeterde cognitieve functie. Toch staan we ook nog steeds voor verrassingen. Zo dachten we jarenlang dat door regelmatig te bewegen het dichtslibben van bloedvaten (atherosclerose) verminderd werd, dat blijkt niet zo te zijn. Toch krijgen mensen die regelmatig bewegen minder vaak een hartinfarct of CVA. Het exacte werkingsmechanisme moet nog worden onderzocht. Tot slot, vergrijzing wordt veelal in verband gebracht met een toename in de kosten van onze gezondheidszorg. Dit is echter een misperceptie. Het is niet de vergrijzing maar het toenemend aantal chronische aandoeningen (‘zitzieken’) waardoor de kosten in de gezondheidszorg alsmaar stijgen. De kosten die gemaakt worden in de terminale maanden van een leven zijn in het algemeen hoog, maar dat verschilt niet wanneer die terminale ziekte op jonge of latere leeftijd optreedt. Oud worden is medisch gezien budget neutraal, mits het gebeurt in goede gezondheid. Dat laatste is zeker niet alleen een kwestie van de juiste genen, we zullen er zelf wat voor moeten doen! Prof.dr. Maria Hopman is hoogleraar Integratieve Fysio logie aan de afdeling Fysiologie van het UMC St Radboud.
ra a ctueel dbode 16 - 2010
Medicatie mensen met dementie onder de loep andere manier te behandelen?’ ‘Vooraf stellen we criteria op waarmee we kunnen beoordelen of het voorschrijven van psychofarmaca voor iemand met dementie “passend” genoemd kan worden’, vult Koopmans aan. ‘Want we moeten ons goed realiseren dat gebruik van psychofarmaca bij mensen met dementie niet per definitie fout is. Onderbehandeling, bijvoorbeeld het niet behandelen van een depressie, is ook niet wenselijk. De vraag is: wat is de beste aanpak en welke randvoorwaarden zijn er nodig om die ideale aanpak te realiseren?’
Bewustwording
Foto: Jan van Teeffelen
De vraag is: wat is passend gebruik van phychofarmaca?
Waarom krijgen onrustige mensen met dementie in het ene verpleeghuis veel vaker psychofarmaca toegediend dan in het andere? En wat is bij dementie eigenlijk “passend gebruik” van psychofarmaca? De afdeling Eerstelijnsgeneeskunde start een groot onderzoek hiernaar. Mar t e n Doop e r Veel mensen met dementie vertonen “probleemgedrag”, een verzamelnaam voor zowel onrustig of agressief gedrag als apathisch of angstig gedrag. ‘Vooral bij mensen met dementie die zijn opgenomen in een verpleeghuis komt dit veel voor’, vertelt Raymond Koopmans, hoogleraar Ouderengeneeskunde. ‘Dat is niet vreemd, want in veel gevallen is dit gedrag juist de reden voor opname. Mantelzorgers lukt het niet langer om nog in de thuissituatie voor hun familielid te zorgen.’ ‘Eén manier om het probleemgedrag te verminderen is het toedienen van medicijnen, zoals antipsychotica, antidepressiva of anxiolytica, medicijnen tegen angst’, vult Sytse Zuidema, senior onderzoeker bij de afdeling Eerstelijnsgeneeskunde, aan. ‘Uit eigen onderzoek weten we dat ongeveer twee op de drie mensen met een dementie in een verpleeghuis dergelijke medicijnen krijgen toegediend. Vaak langdurig. Die cijfers hebben geleid tot veel maatschappelijke en politieke discussie. Is dat veel die twee op de drie? Wordt de medicatie in alle gevallen terecht toegediend, of is het soms mogelijk het probleemgedrag op een andere manier te verminderen,
ethiek Waarden en respect: meer dan “jouw ding doen” De commotie over het rapport van de zorgverzeke raar CZ, waarin zes ziekenhuizen beneden de maat worden gevonden voor het verrichten van borst operaties, is nog niet bedaard. Rechtszaken worden aangespannen, politici opgetrommeld en verenigin gen gemobiliseerd. De kernvraag lijkt: wie mag en kan bepalen of in een ziekenhuis een bepaalde vorm van zorg al of niet voldoet aan noodzakelijke kwa liteitscriteria? Behoort dat oordeel tot de deskun digheid van een beroepsgroep, of kan dat oordeel worden geveld op basis van andere competenties? In het laatste geval treedt de zorgverzekeraar op als belangenbehartiger van zijn verzekerden en van zichzelf. Zorg beneden de noodzakelijke kwaliteit lijkt automatisch duurder en dat verenigt de belan gen van patiënten en verzekeraar. Kwaliteitsgarantie en beperking van de kosten gaan hand in hand, zoals
bijvoorbeeld met psychosociale begeleiding? En betekent minder psychofarmaca toedienen een betere kwaliteit van leven? En wat vooral belangrijk is: hoe komt het dat er zo’n grote verschillen bestaan tussen afdelingen van verpleeghuizen wat betreft psychofarmacagebruik? Zo varieert het gebruik van antipsychotica van 7 tot wel 70 procent. Overigens terzijde: dit is niet een discussie die zich uitsluitend in Nederland afspeelt. De vraag naar wat passend gebruik van psychofarmaca bij dementie is, speelt in veel westerse landen. ’
Criteria voor “passend” gebruik Om een antwoord op hun vragen te krijgen, starten Zuidema en Koopmans binnenkort - met zes ton subsidie van ZonMw - een groot onderzoek. ‘Het project bestaat uit twee delen’, legt Zuidema uit. ‘In het eerste deel vergelijken we verpleeghuizen die hoog scoren op het gebruik van psychofarmaca met verpleeghuizen die op dit punt juist laag scoren. We proberen te ontrafelen wat de oorzaak is van het verschil. Welke factoren dragen bij aan het voorschrijven van psychofarmaca? Zijn het kenmerken van de dementerenden? Of heeft het te maken met werkdruk van verzorgend personeel? Maakt het wat uit hoe de zorg lokaal georganiseerd is? Hoe is de kennis die het personeel heeft over de effecten van psychofarmaca? Langdurig gebruik van deze middelen vergroot namelijk de kans op een beroerte of zelfs overlijden. Reden waarom richtlijnen voorschrijven deze middelen hooguit drie tot zes maanden voor te schrijven en daarna te proberen ze te staken. En welke kennis en mogelijkheden heeft het verpleeghuis om probleemgedrag op een
de zorgverzekeraar ferm betoogt. Wat is er nu mis in dit krachtenspel? Waarom voelt het alsof de zorgverlener, de medisch specialist evenzeer als de verpleegkundige en paramedicus, een ernstig verlies leidt in deze benadering van kwaliteit? En waarom is daar dan niet eerder tegen opgetreden, want de ontwikkeling is toch allang zichtbaar op websites als kiesbeter. nl? Mijns inziens zijn er twee zaken aan
de orde die wel degelijk vragen om een meer grondige aanpak dan het spel dat nu wordt gespeeld. De eerste zaak heeft te maken met de waarden van het beroep van zorgverlener. Die waarden betreffen bijvoorbeeld inzet, deskundigheid, integriteit en vertrouwen. Teza men geven zij een intrinsieke waarde aan de zorgver
16
In het tweede deel van de studie testen Zuidema en Koopmans wat de invloed is van een gestructureerde medicatiereview op het gebruik van psychofarmaca. Zuidema: ‘Bij zo’n review buigen arts, verzorgende en apotheker zich op gezette tijden gezamenlijk over het hele medicatiedossier van de patiënt. Samen gaan ze daarbij na of alle voorgeschreven pillen nog wel nodig zijn, of er wellicht bepaalde medicijnen moeten worden toegevoegd of juist kunnen worden afgebouwd en gestopt. We meten vervolgens of, en zo ja welke, veranderingen dit overleg teweeg brengt in het medicijngebruik. In de bijwerkingen van de medicijnen, in het probleemgedrag van de mensen met dementie en in het gebruik van andere manieren om met het gedrag om te gaan. Dit moet duidelijk maken of
‘T wee op de drie dementerenden in een verpleeghuis krijgen psychofarmaca toegediend’
het invoeren van zo’n gestructureerde medicatiereview een zinvolle bijdrage levert aan het passend gebruik van psychofarmaca.’ ‘Het streven naar passend gebruik van psychofarmaca sluit nauw aan bij de al eerder gestarte beweging in de ouderenzorg om het fixeren van onrustige patiënten zo ver mogelijk terug te dringen en wat redelijk succesvol lukt’, besluit Koopmans, daarmee het onderzoek in een breder perspectief plaatsend. ‘Nu moet er ook bewustwording komen van de alternatieven voor pillen bij probleemgedrag.’ n
lener. Vandaar de BIG registratie. Van de borstchirurg verwachten wij dat zij met die waarden kundig de operatie verricht. De tweede zaak is respect. Respect voor de intrinsieke waarde en het gezag dat met de uitoefening van het beroep is verbonden. Beide zaken dreigen verloren te gaan in het machtsspel. De waarden van het beroep worden vertaald in algemene waarden van dienstverlening en de kosten die dat met zich mee brengt. In die vertaling verliezen zij de eigenheid die de zorgverlener motiveren en gezag verlenen. Het verlies aan respect, dat overal in de samenleving zichtbaar is, bij politie, bij de postbode, de brandweer en het ambulancevervoer, verlaagt die waardering verder tot een platte vergelijking van beloning, arbeidsuren en bijkomstigheden. De inhoud van het vak is niet meer bespreekbaar. Waardering keert pas weer terug als men zelf patiënt wordt. Verlies van waarden en respect dringen zo de zorgverlener in het defensief. De chirurg gaat dan ”zijn ding doen” en de rest moeten anderen maar uitzoeken. Daarop zit geen patiënt te wachten! Laten wij daarom terugkeren naar de zaken waar het wel omgaat. Evert van Leeuwen