Jaarstukken 2013 Jaarverslag en Jaarrekening Gemeente Vlaardingen

Jaarstukken 2013 – Jaarverslag en Jaarrekening Gemeente Vlaardingen

Registratienummer: 820113

Vastgesteld in het college van burgemeester en wethouders op 13 mei 2014

1

Toelichting op de jaarstukken, leeswijzer en toelichting op veel voorkomende begrippen Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) In het BBV is vastgelegd dat het gemeentebestuur jaarlijks een begroting vaststelt. Deze wordt voorbereid door het college van burgemeester en wethouders en ter vaststelling aangeboden aan de gemeenteraad. Ook moeten jaarlijks de jaarstukken van het voorafgaande jaar worden vastgesteld. Deze jaarstukken geven weer in hoeverre de begroting is gerealiseerd. De jaarstukken bestaan conform het BBV uit het jaarverslag en de jaarrekening. Het jaarverslag bestaat ten minste uit de programmaverantwoording (de verantwoording over de realisatie van het beleid en het overzicht van algemene dekkingsmiddelen) en de paragrafen (specifieke verantwoording over lokale heffingen, weerstandsvermogen, onderhoud kapitaalgoederen, financiering (treasury), bedrijfsvoering, verbonden partijen en grondbeleid). In Vlaardingen bestond de begroting 2013 uit de volgende programma’s: 1. Bestuur, dienstverlening en participatie 2. Veiligheid en handhaving 3. Groen en milieu 4. Verkeer en mobiliteit 5. Wonen 6. Economie en haven 7. Jeugd en onderwijs 8. Welzijn en zorg 9. Werk en inkomen 10. Kunst en cultuur 11. Sport en recreatie Op al deze onderwerpen heeft het gemeentebestuur doelstellingen vastgelegd en zijn activiteiten benoemd om deze doelstellingen te behalen. Ook zijn er per programma middelen vrijgemaakt om deze doelstellingen te realiseren. In dit jaarverslag wordt per doelstelling beschreven of de doelstelling gerealiseerd is en of de activiteiten uitgevoerd zijn. Ook wordt beschreven of dat is gebeurd met de van te voren ter beschikking gestelde financiële middelen, of dat er afwijkingen geweest zijn. In de jaarrekening is een balans opgenomen met een toelichting, een programmarekening met een toelichting, een toetsing op de begrotingsrechtmatigheid en andere verplichte onderdelen op grond van het BBV. Toelichting op veel voorkomende begrippen Om dit jaarverslag goed te kunnen lezen worden een aantal veel voorkomende begrippen hieronder opgesomd en toegelicht: Balans De balans geeft een overzicht van de bezittingen (activa) en schulden (passiva) van de gemeente per afsluiting van het boekjaar, 31 december 2013. Exploitatie De exploitatie is een overzicht van de baten en lasten in de gemeente in een bepaald jaar. Ontvangsten – uitgaven Iets is een ontvangst op het moment dat het echt binnen komt op de bankrekening. Iets is een uitgave wanneer het verdwijnt van de rekening. Baten – lasten De baten-lasten taal is de taal die bij gemeenten sinds 1985 gebruikt wordt. Baten is alles waar de gemeente rijker van wordt. Lasten is alles waar de gemeente armer van wordt. Eigenlijk is de baten-lasten taal het toerekenen van de ontvangsten en uitgaven naar de juiste periode. Reserves / Eigen vermogen Het eigen vermogen (synoniem: reserves) van een gemeente geeft aan hoe rijk de gemeente is op een bepaald moment. Stille reserves Stille reserves zijn overwaardes in bezittingen van een gemeente die niet terug te vinden zijn op de balans van de gemeente. Bijvoorbeeld als de gemeenten gronden in bezit heeft of aandelen in bedrijven die in werkelijkheid

2

meer waard zijn dan wat er op de balans staat. Het verschil tussen de boekwaarde en de werkelijke waarde is dan een stille reserve. Bestemmingsreserve De raad kan besluiten een bestemmingsreserve in te stellen. Bij een bestemmingsreserve wordt een bepaald bedrag gereserveerd, waarbij de raad uitspreekt dat ze dat bedrag in de toekomst aan een bepaald project wil uitgeven. Een bestemmingsreserve is een wens van de raad en nog geen besluit om het geld uit te geven. Algemene reserve Alle reserves die niet bestemd worden zijn algemene reserve. In principe is de algemene reserve bedoeld om calamiteiten op te vangen en dus niet om nieuwe plannen te realiseren. Voorziening Een voorziening lijkt op een bestemmingsreserve, maar bij een voorziening zit er ook een verplichting tot besteding aan vast. Er zijn onderhoudsvoorzieningen en voorzieningen voor risico’s. Treasury Onder treasury binnen de gemeente wordt verstaan het feitelijke beheer van de bankrekening(en). De treasury kijkt of er geld over is of geld tekort is. Als er geld over is, probeert de treasury het geld zo goed mogelijk weg te zetten. Als er geld tekort komt leent de treasury het geld bij. Kredieten Bij een krediet gaat het om de toestemming voor investeringen. Een investering heeft de volgende kernmerken: Het gaat om een groter bedrag Het gaat om een bedrag dat in meerder jaren besteed of afgeschreven wordt. Kapitaallasten Wanneer de gemeente een aanschaf doet leent de gemeente geld voor die aanschaf. Daarover wordt rente betaald. Ook geldt voor de aanschaf een afschrijvingstermijn. De rente en de afschrijving vormen samen de kapitaallasten. Budget Een budget is een bedrag dat uitgegeven mag worden voor een bepaald doel. Een budget kan komen uit 1) de exploitatie, 2) een voorziening, 3) een krediet, 4) een specifieke uitkering. Programmabegroting De programmabegroting is het afsprakenkader tussen het college en de raad. Bij elk van de bovengenoemde programma’s zijn budgetten vastgesteld. In deze jaarrekening worden afwijkingen op die budgetten, indien van toepassing, verantwoord.

3

INHOUDSOPGAVE I

Aanbiedingsbrief / Raadsvoorstel 5

II

Ontwerpbesluit 10

III

Jaarverslag 2013 / Programmaverantwoording 12 A. Bestuur van de stad 1. Bestuur, dienstverlening en participatie 13 B. 2. 3. 4.

Beheer van de stad Veiligheid en handhaving 22 Groen en milieu 27 Verkeer en mobiliteit 36

C. 5. 6. 7.

Ontwikkeling van de stad Wonen 42 Economie en haven 48 Jeugd en onderwijs 53

D. 8. 9. 10. 11.

Mensen en voorzieningen Welzijn en zorg 61 Werk en inkomen 69 Kunst en cultuur 75 Sport en recreatie 81

IV

Algemene Dekkingsmiddelen / Programma Concernfinanciën 86

V

Paragrafen 91 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.

VI

Jaarrekening 2013 151 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.

VII

Paragraaf Lokale Heffingen 92 Paragraaf Weerstandsvermogen 95 Paragraaf Onderhoud Kapitaalgoederen 98 Paragraaf Treasury 102 Paragraaf Bedrijfsvoering 107 Paragraaf Grondbeleid 114 Paragraaf Verbonden Partijen 121 Paragraaf Taakstellingen en reserveringen 127 Paragraaf Staat van de gemeente (nieuw) 147

Balans per 31 december 2013 152 Programmarekening 2013 155 Grondslagen voor de waardering en resultaatbepaling 158 Toelichting op de balans 161 Toelichting op de programmarekening 182 Toetsing begrotingsrechtmatigheid 183 Overzicht incidentele baten en lasten 187 Niet uit de balans blijkende verplichtingen 190 Publicatie op grond van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen 191 EMU-saldo (wet Hof) 192 Bijlagen 193

1. Sisa (Single Information Single Audit) 194 2. Bestuurlijke structuur 199

4

I AANBIEDINGSBRIEF / RAADSVOORSTEL

Registr.nr. R.nr. Datum besluit B&W Portefeuillehouder

: 820113 : 24.1 : 13 mei 2014 : A.J. Hoekstra e

Raadsvoorstel tot vaststelling van de Jaarstukken 2013 en 1 begrotingswijziging 2014

Vlaardingen, 13 mei 2014

Aan de gemeenteraad, Hierbij bieden wij u de jaarstukken over het jaar 2013 aan. De jaarstukken bestaan uit een jaarverslag met verantwoording over de beleidsdoelen en activiteiten in de verschillende programma’s en uit een jaarrekening waarin wij inzicht geven in de financiële huishouding van onze gemeente. Het college van B&W legt met de jaarstukken verantwoording af over het gevoerde beleid en beheer in 2013, waardoor u als raad in staat wordt gesteld invulling te geven aan uw controlerende taak. Tussenbalans – Scherp aan de wind Het jaar 2013 was een jaar waarin wij de uitgaven in onze begroting opnieuw naar beneden hebben moeten bijstellen. Met de Tussenbalans, die is verwerkt in de begroting 2013, zijn opnieuw bezuinigingen opgenomen die leiden tot structurele besparingen van € 9 miljoen. In het achterliggende jaar hebben wij deze nieuwe bezuinigingen geïmplementeerd. Het totaal aan bezuinigingen is daarmee opgelopen tot circa € 35 miljoen. Hoewel de nadruk in documenten uit de planning en control cyclus de laatste jaren ligt op bezuinigingen, heeft Vlaardingen jaarlijks nog steeds circa € 200 miljoen te besteden. Met deze middelen voeren wij een sociaal beleid en geven bewoners die daar recht op hebben inkomensondersteuning. Wij subsidiëren instellingen die een maatschappelijke of culturele functie vervullen die bijdragen aan onze doelstellingen. Wij onderhouden het vele groen in de stad en houden de straten op een sober niveau schoon. Wij zorgen dat het huisvuil wordt opgehaald, dat woningbouwontwikkelingen doorgang kunnen hebben, dat burgers hun paspoort kunnen aanvragen, hun huwelijk kunnen registreren en hun geboorte van kinderen kunnen aangeven. Op die manier geven wij invulling aan onze opdracht deze stad te besturen; dat doen wij met een zeer gevarieerd takenpakket. Enerzijds door het uitvoeren van de vele wettelijke (medebewinds)taken, anderzijds door taken die wij uitvoeren vanwege onze eigen Vlaardingse autonome beleidskeuzen. Een korte opsomming van zaken uit het afgelopen jaar waar wij tevreden over zijn:  In 2013 zijn 345 woningen opgeleverd in het kader van het Actieplan Wonen.  De bestemmingsplannen zijn op orde. De laatste dertien bestemmingsplannen die herzien moesten worden in 2013 zijn in procedure.  De waardering voor het stadscentrum is gestegen.  De ervaren jeugdoverlast is afgenomen.  Het aantal schoolverlaters is gedaald.  De afslanking van de ambtelijke organisatie ligt tot 2014 op schema.  In de benchmarking van Publiekszaken eindigde Vlaardingen op de eerste plaats van de 55 deelnemende gemeenten.  Duurzaamheid is steeds meer een integraal onderdeel geworden van beleidsthema’s.  Vlaardingen doet het goed bij de uitvoering van de Wmo taken.  Het culturele aanbod wordt hoger gewaardeerd. 5



Het transparant in rekening brengen van kostendekkende tarieven voor sportaccommodaties is verder ingevoerd.

Helaas zijn er ook altijd zaken die minder goed zijn gegaan en hebben wij niet bereikt wat wij graag hadden willen bereiken. Zo is het aantal arbeidsplaatsen in 2013 licht gedaald ten opzichte van 2011, terwijl wij naar een verhoging streefden. En ook het aantal bijstandsuitkeringen is gestegen, terwijl we hoopten een stabilisatie te bereiken. Wij realiseren ons dat wij bij deze thema’s ook veelal afhankelijk zijn van externe factoren. Desondanks zullen wij ons verder inspannen om onze resultaten op deze doelstellingen te verbeteren. Over de uitvoering van de voorgenomen doelstellingen vindt u een uitgebreide toelichting in het jaarverslag. In een aantal gevallen is de meetbaarheid van de resultaten van beleid nog een aandachtspunt. Bij het opstellen van de komende begroting zullen wij hier nauwkeuriger aandacht voor hebben. Grondbezit Hoewel op een aantal terreinen voortgang wordt geboekt in de woningbouwontwikkelingen, blijft de economische situatie van invloed op grondposities, die in economische gunstigere tijden zijn aangekocht. Het risico op grondposities doet zich ook dit jaar weer voor. Nieuwe verliesvoorzieningen moeten worden getroffen en bezit moet worden afgewaardeerd. Het resultaat van deze jaarstukken wordt daarmee voor een bedrag van € 10,5 miljoen negatief beïnvloed. Resultaat 2013 Het jaar 2013 wordt afgesloten met een negatief resultaat van € 7,63 miljoen. Dit resultaat is zeer globaal als volgt opgebouwd:  Rekeningsresultaat op de exploitatie € 4,65 miljoen (positief)  Verliesvoorzieningen/afwaarderingen grondexploitaties € 10,51 miljoen (negatief)  Afwaardering pand Westhavenkade € 1,77 miljoen (negatief) € 7,63 miljoen (negatief) Dit betekent dat de organisatie op de reguliere budgetten “in control” is en dat zich daarnaast een aantal financiële voordelen hebben voorgedaan. Het resultaat wordt echter negatief beïnvloed door afwaarderingen en voorzieningen op de grondexploitaties. Accountantscontrole De accountant heeft deze jaarstukken gecontroleerd. De accountant heeft aangegeven dat de jaarrekening een getrouw en rechtmatig beeld geeft en dat evenwichtige schattingen zijn gemaakt. Bestemmingen ten laste van het resultaat Zoals eerder beschreven bestaat het resultaat van deze jaarstukken op de reguliere budgetten uit een positief resultaat van € 4,65 miljoen. Op een beperkt aantal onderdelen wordt voorgesteld deze budgetten af te trekken van het resultaat en over te hevelen naar het jaar 2014. Samuel Esmeijerstraat: Het eerste voorstel betreft het instellen van een voorziening ten behoeve van de inrichting van de Samuel Esmeijerstraat. Wij hebben namelijk in 2013 een voordeel gehad van € 109.100 voor de verkoop van grond aldaar. Met Waterweg Wonen is contractueel overeengekomen dit bedrag aan te wenden voor inrichting van de openbare ruimte na gereedkomen van het woningbouwproject. Omdat de uitgaven contractueel zijn vastgelegd wordt voorgesteld een voorziening in te stellen. Sociale Zaken: Het tweede voorstel betreft het instellen van een reserve bezwaarschriften Sociale Zaken en Werk en schuldhulpverlening (€ 500.000,-) en sociaal cultureel fonds / minimabeleid (€102.789,-), waartoe uw raad op 18 december 2013 heeft besloten. Duurzaamheid: Bij de accountantscontrole bleek dat de voorziening duurzaamheid niet voldoet aan de eisen voor een voorziening. De accountant heeft aangegeven het bedrag in de voorziening te classificeren als bestemmingsreserve. De voorziening valt vrij in het resultaat van de jaarstukken, vervolgens wordt voorgesteld voor hetzelfde bedrag een bestemmingsreserve in te stellen (€ 100.000,-).

6

Jeugdzorg: De gemeenten zijn per 1 januari 2015 verantwoordelijk voor alle vormen van jeugdhulp. Een zorgvuldige voorbereiding van deze transitie én het bewerkstelligen van de beoogde transformatie vraagt extra inspanningen van gemeenten én uitvoerende instellingen. De gemeenten hebben in 2012 en 2013 een uitkering ontvangen van in totaal € 161.400 om deze voorbereidingskosten te dekken. In 2013 heeft de voorbereiding van de jeugdzorgtaken binnen bestaande budgetten en formatie plaatsgevonden. In 2014 zullen extra kosten gemaakt worden. Daarom wordt verzocht dit bedrag over te hevelen naar 2014. Het bedrag zal dan besteed worden voor de (tijdelijke) inhuur van expertise, organisatiekosten voor werkbijeenkomsten, uitvoering van pilots en begeleidingscapaciteit. Technetkring: Het budget economische ontwikkeling is in 2013 onderschreden met ca. € 34.000,-. Dit komt onder andere doordat de activiteiten van het project technetkring vanaf 2014 uitgevoerd zullen gaan worden. Daarom wordt voorgesteld ten laste van het resultaat een budget à € 20.000 over te hevelen naar 2014. Wmo: Vanuit de rijksoverheid zijn middelen beschikbaar gesteld voor de overheveling van de AWBZ taken naar de gemeente. Voorgesteld wordt het budget dat in 2013 nog niet is besteed over te hevelen naar het jaar 2014, zodat de voorbereidingsactiviteiten voortgezet kunnen worden. Het betreft een bedrag van € 120.000,-. Reserves Voor de maatschappelijke investeringen Actieplan Wonen geldt dat uit eerdere jaren nog middelen beschikbaar zijn in de reserve Actieplan Wonen. Vanuit deze reserve worden nog drie projecten gefinancierd waartoe eerder besloten is. Het betreft de projecten Wijkcentrum West (De Telder) (€ 78.000,-), Pilot Thuis in uw wijk (€ 50.000,-) en West@Werk (€ 65.000,-). Het restant van de reserve á € 292.988,- kan afgeroomd worden. Wanneer de genoemde projecten uitgevoerd zijn, kan de reserve opgeheven worden. De maatschappelijke investeringen Actieplan Wonen zijn momenteel een structureel onderdeel van de begroting. Op het product onderwijshuisvesting is een positief resultaat ontstaan, voornamelijk door lagere kapitaallasten door het afstoten en sloop van onderwijsgebouwen en terugvordering van niet gebruikte onderhoudsgelden van onderwijsinstellingen. Zoals gebruikelijk worden positieve en negatieve resultaten van het product onderwijshuisvesting verrekend met de reserve onderwijshuisvesting. Voorgesteld wordt om de stand van de reserve onderwijshuisvesting maximaal te houden op € 1,5 miljoen. Bij ongewijzigd beleid is die stand voldoende om een egalisatiefunctie te behouden. Voorgesteld wordt dan ook om een bedrag van € 355.554,- af te romen. Voor de verwerving van Warmelo v.d. Drift aan de Westhavenkade was een reserve gevormd van € 5 miljoen. In de reserve resteerde per 1 januari 2013 nog een bedrag van € 0,5 miljoen ter afdekking van de boekwaarde van het te slopen pand en het verschil in aankoop en verkoopprijs van het deel dat naar het Vlaardings museum gaat. Inmiddels heeft deze transactie plaatsgevonden waarbij de boekwaarde van € 220.000 afgewaardeerd is ten laste van de reserve. Voorgesteld wordt de resterende € 280.000 af toe te voegen aan de Algemene reserve. Ten slotte wordt voorgesteld een aantal bestemmingsreserves op te heffen die geen functie meer hebben, maar nog wel in de administratie zijn opgenomen. Het opheffen van de bestemmingsreserves heeft geen financiële consequentie. Het betreffen de reserves Beleidsgestuurde contractfinanciering, Onderhoud havens, Brede school, Kindvolgsysteem, Kapitaallasten Vlaardings museum, Sanering semi-statische archieven, Veldsector bouw 3e sporthal, Exploitaties fluisterboot, RAAK aanpak, Egalisatiereserve parkeren, Tunnel / aanpassen Marathonweg, Implementatie omgevingsvergunningen, Armoedebeleid, Integratie, Vrijwilligerswerk en Mantelzorgondersteuning. Ditzelfde geldt voor twee voorzieningen: Voorziening 57-jarige maatregel en Particuliere woningverbetering. Voor Particuliere woningverbetering is in 2013 een bestemmingsreserve gevormd. Het administratief aanhouden van deze voorziening is dan ook overbodig. Effect resultaat op Algemene Reserve De Algemene Reserve bevat per 31 december 2013 een bedrag van € 8,29 miljoen. Door het resultaat van de Jaarstukken 2013 wordt de stand van de reserve € 0,66 miljoen. Deze jaarstukken bevatten daarnaast een aantal voorstellen om ten laste van het exploitatieresultaat te bestemmen. Deze voorstellen zijn eerder in de inleiding toegelicht. Het totaal van deze voorstellen betreft een

7

bedrag van € 1,1 miljoen. Daarmee komt de stand van de Algemene Reserve op - € 0,45 miljoen (negatief). De bodem van de Algemene Reserve is daarmee bereikt. Daarnaast bevat deze jaarstukken voorstellen om een aantal reserves af te romen of vrij te laten vallen. Ook deze voorstellen zijn eerder in de inleiding toegelicht. Daarmee wordt de Algemene Reserve met een bedrag van € 0,93 miljoen versterkt en komt daarmee weer op een bedrag van € 0,48 miljoen. In 2014 worden verder de volgende mutaties in de Algemene Reserve verwacht: Spaarbedrag

900.000 Primaire begroting 2014

40+ wijken

-200.000 Primaire begroting 2014

Sloop Korhoenlaan (restant)

-82.000 4e bgw 2013-A / 2e VGR 2013

Afromen Res. Veilige Schoolzones

80.000 Raadsbesluit januari 2014

Afromen Res. Infrastructuur Sluisplein


Afromen Res. Lokale aanpak recessie


Afromen Res. Lokale aanpak recessie

319.000 Raasbesluit januari 2014

Afromen Res. Informatisering/kenniscentrum


Vrijval voorziening Frictiekosten (per saldo)

300.000 Raadsbesluit maart 2014 -112.000 1e voortgangsrapp. 2014

Combinatiefuncties Schoutplein

-85.000 Besluitvorming moet nog plaatsvinden € 1.840.000

Prognose stand 2014

De Algemene Reserve komt na administratieve verwerking van bovengenoemde zaken uit op circa € 1,84 miljoen per eind 2014. Wij hebben in het coalitieakkoord Samen aan Zet aangekondigd met maatregelen te komen om de Algemene Reserve te versterken. Voorstel Zoals gebruikelijk stellen wij uw raad voor om de jaarstukken 2013 vast te stellen en de overschrijdingen op de programma’s en kredieten te sanctioneren. Er is een aantal budgetten in 2013 niet volledig besteed, waarvan wij voorstellen om deze budgetten over te hevelen naar 2014. Deze voorstellen zijn in de inleiding en in de betreffende programma’s van de jaarstukken nader toegelicht en komen ten laste van het resultaat. Tenslotte wordt voorgesteld een aantal reserves op te heffen die in 2012 en 2013 geheel zijn uitgeput, deels door aanwending ten behoeve van de bestemming en deels door vrijval van niet meer voor de bestemming benodigde saldi. Voorgesteld wordt om deze per ultimo 2013 op te heffen. Datzelfde geldt voor twee voorzieningen die niet meer benodigd zijn. e

Tenslotte wordt voorgesteld de 1 begrotingswijziging 2014 vast te stellen. Daarmee worden de in de gevraagde beslissing opgenomen budgetoverhevelingen administratief en rechtmatig verwerkt in de financiële administratie. Ook wordt daarin het vrijvallen en het afromen van de diverse bestemmingsreserves en voorzieningen verwerkt. Resumerend stellen wij uw raad voor: a. De jaarstukken 2013 overeenkomstig bijlagen vast te stellen; b. De overschrijdingen op de programma’s en kredieten te sanctioneren; c. Een voorziening te treffen ten behoeve van inrichting openbare ruimte Samuel Esmeijerstraat en e daarin ten laste van het resultaat een bedrag van € 109.100,- te storten en daartoe de 1 begrotingswijziging 2014 vast te stellen. d. Ten laste van het resultaat € 500.000,- toevoegen aan de bestemmingsreserve t.b.v. de afhandelingstermijn bezwaarschriften SZW en intake schuldhulpverlening conform raadsbesluit 18 december 2013. e. De reserve Duurzaamheid in te stellen en ten laste van het resultaat daarin een bedrag van € 100.000 te storten. f. Ten laste van het resultaat het volgende te bestemmen via de reserve Resultaatbestemmingen en e deze budgetten beschikbaar stellen in 2014 en daartoe de 1 begrotingswijziging 2014 vast te stellen: 1. Sociaal cultureel fonds / minimabeleid € 102.789,2. Transitie Jeugdzorg € 161.400,8

II RAADSBESLUIT

Registr.nr. R.nr.

: 820113 : 24.2

Besluit van de gemeenteraad van Vlaardingen

De gemeenteraad van Vlaardingen, Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 mei 2014, R.nr. 24.1; Besluit: a. De jaarstukken 2013 overeenkomstig bijlagen vast te stellen; b. De overschrijdingen op de programma’s en kredieten te sanctioneren; c. Een voorziening te treffen ten behoeve van inrichting openbare ruimte Samuel Esmeijerstraat en e daarin ten laste van het resultaat een bedrag van € 109.100,- te storten en daartoe de 1 begrotingswijziging 2014 vast te stellen. d. Ten laste van het resultaat € 500.000,- toevoegen aan de bestemmingsreserve t.b.v. de afhandelingstermijn bezwaarschriften SZW en intake schuldhulpverlening conform raadsbesluit 18 december 2013. e. De reserve Duurzaamheid in te stellen en ten laste van het resultaat daarin een bedrag van € 100.000 te storten. f. Ten laste van het resultaat het volgende te bestemmen via de reserve Resultaatbestemmingen en e deze budgetten beschikbaar stellen in 2014 en daartoe de 1 begrotingswijziging 2014 vast te stellen: 1. Sociaal cultureel fonds / minimabeleid € 102.789,2. Transitie Jeugdzorg € 161.400,3. Technetkring € 20.000,Totaal € 284.189,g. Ten laste van het resultaat € 120.000,- toevoegen aan de reserve Wmo. h. Ten laste van de reserve Actieplan Wonen de volgende budgetten beschikbaar te stellen in 2014 e en daartoe de 1 begrotingswijziging 2014 vast te stellen: 1. Wijkcentrum West (De Telder) € 78.000,2. Pilot Thuis in uw wijk € 50.000,3. West@Werk € 65.000,Totaal € 193.000,i. De reserve Actieplan Wonen voor een bedrag van € 292.988,- afromen en toevoegen aan de Algemene Reserve. j. De reserve Onderwijshuisvesting voor een bedrag van € 355.500,- afromen en toevoegen aan de Algemene Reserve. k. De reserve VOP-Oost voor een bedrag van € 280.000,- laten vrijvallen en toevoegen aan de Algemene Reserve en deze reserve opheffen. l. De volgende reserves opheffen: Beleidsgestuurde contractfinanciering, Onderhoud havens, Brede school, Kindvolgsysteem, Kapitaallasten Vlaardings museum, Sanering semi-statische archieven, Veldsector bouw 3e sporthal, Exploitaties fluisterboot, RAAK aanpak, Egalisatiereserve parkeren, Tunnel / aanpassen Marathonweg, Implementatie omgevingsvergunningen, Armoedebeleid, Integratie, Vrijwilligerswerk en Mantelzorgondersteuning. m. De volgende voorzieningen opheffen: Voorziening 57-jarige maatregel en Particuliere woningverbetering. 10

Aldus besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Vlaardingen, gehouden op 5 juni 2014. De griffier, drs. E.W.K. Meurs

De voorzitter, drs. H.B. Eenhoorn

11

III JAARVERSLAG 2013 / PROGRAMMAVERANTWOORDING

Foto’s: Vlaardingse Beeldbank, Ron van Rossum

12

A. Bestuur van de stad

BEGROTINGSPROGRAMMA 1: BESTUUR, DIENSTVERLENING EN PARTICIPATIE

Om de gemeentelijke overheidstaken efficiënt en effectief uit te voeren is een slagvaardige organisatie nodig, die haar taken adequaat en continue uitvoert, met een kwalitatief goede dienstverlening. De deregulering wordt voortgezet: er moeten minder regels komen die beter te handhaven zijn. Onder invloed hiervan zal de organisatie kleiner worden. Gemeenschapsgeld wordt op een sobere en doelmatige manier besteed.

13

SPEERPUNTEN UIT COLLEGEPROGRAMMA 2011-2014 Goede dienstverlening, efficiënte organisatie 1 Verbetering van de dienstverlening, terwijl de organisatie krimpt naar 578 FTE in 2014, willen wij bereiken door:  Uitvoering gemeentelijke dienstverleningsvisie; structurele verbetering dienstverlening.  Renovatie van het stadskantoor Westnieuwland, wat leidt tot een centrale huisvesting van de organisatie.  Deregulering.  Vereenvoudiging van de werkprocessen, met behulp van Lean en projectmatig creëren.  Samenwerking met omliggende gemeenten, waar dat efficiencyverbetering, kostenbesparing en/of kwaliteitsverbetering oplevert.  Uitvoering geven aan de Vlaardingse manier van werken.  Uitbouw en versterking van het Gemeentelijk ContactCentrum.  Maximaal optimaal digitaal. Participatie en medeverantwoordelijkheid Wij willen de betrokkenheid en zelfredzaamheid bewoners en ondernemers vergroten door:  Opzetten en uitvoering van het programma Burgerparticipatie  Vroegtijdige participatie.  Meer groepen, waaronder jongeren en allochtonen, bereiken door nieuwe participatievormen (E-participatie).  Meer zeggenschap en verantwoordelijk van burgers voor de eigen woonomgeving (bv. met wijkdeals).  Bestuurlijke experimenten (Federatie Broekpolder). Een financieel gezond Vlaardingen De financiële positie van de gemeente Vlaardingen blijft gezond door:  Sluitende meerjarenbegrotingen.  Realisatie van de bezuinigingsopdracht van € 17 miljoen structureel per 2014.  De instandhouding van de risicobuffer.

BELEIDSNOTA’S MET BETREKKING TOT DIT PROGRAMMA    

‘Vasthouden en versterken van gebiedsgericht werken: van meepraten naar meedoen’, plan van aanpak gebiedsgericht werken Programma / Nota Burgerparticipatie Dienstverleningsvisie Vlaardingen 2010-2014 ‘Vlaardingen geeft Antwoord©’ Nota strategisch personeelsbeleid: Sturen op ontwikkeling

WAT HEBBEN WE BEREIKT EN HOE?

1.1

1.2

Voorgenomen doelstellingen en activiteiten in begroting 2013

Verslag over de doelstellingen en activiteiten

Doelstelling 1: Een sluitende begroting met verantwoorde risicobuffer Een structureel sluitende begroting met een risicobuffer van uiteindelijk minimaal € 25 miljoen.

De weerstandscapaciteit is door het instellen van de Reserve Afkoopsommen Erfpacht 2 versterkt met € 25,6 miljoen . De weerstandscapaciteit kwam daardoor boven het gewenste niveau van € 31 miljoen (Monte Carlo berekening 2013).

Activiteiten Implementatie van de resultaten van de takendiscussie voor 2012 en voorbereiding daarvan voor de latere jaren.

Versterken van de financiële functie en het financiële instrumentarium.

De implementatie van alle bezuinigingen en ombuigingen waartoe de afgelopen jaren besloten is, vindt plaats. De monitor bezuinigingen geeft driejaarlijks inzicht in de realisatie daarvan. In 2013 is de Financiële verordening 2013, samen met de aanverwante beleidskaders (Richtlijn Begrotingsrechtmatigheid 2013, Treasurystatuut 2013, Richtlijn Waardering en Activering 2013 en Richtlijn Actieve Informatieplicht 2013) vastgesteld.

1

Door de extra taakstellingen op de formatie is de doelstelling inmiddels te komen tot 562 FTE in 2014. De Reserve Afkoopsommen Erfpacht heeft enkel een bufferfunctie. Wanneer deze reserve aangesproken wordt, moet deze direct aangevuld worden (eis provincie en nadrukkelijk besluit gemeenteraad). 2

14

1.3

De grondexploitaties worden jaarlijks, dus ook in 2013 voor de jaarrekening geactualiseerd. De uitgaven die drukken op de niet in exploitatie genomen gronden, zullen gedekt worden, mogelijk via op te stellen grondexploitaties.

In 2013 zijn de grondexploitaties, voor de jaarrekening, geactualiseerd.

1.4

Saneren van het vastgoedbezit en inlopen van achterstallig onderhoud als dat onontkoombaar is. Het onderhoudsniveau waar naar wordt gestreefd is sober en doelmatig.

De afgelopen jaren heeft de gemeente Vlaardingen haar achterstallig onderhoud ingelopen en wordt inmiddels gewerkt met meerjarige onderhoudsplannen waarbij doelmatig gestuurd wordt op het uit te voeren onderhoud. Daarnaast wordt bij leegstand of geen doelmatige invulling van panden volgens beleidsdoeleinden gekozen voor afstoten van bezit.

1.5

Rijksbezuinigingen doorvertalen in de gemeentelijke begroting (in = uit).

Het uitgangspunt dat rijksbezuinigingen door vertaald worden in de gemeentelijke begroting is ook in 2013 gevolgd.

Doelstelling 2: Een platte slanke organisatie die efficiënt en effectief opereert Een substantiële formatiereductie, waarbij de uiteindelijke formatie in 2014 maximaal 578 fte groot is.

De formatie is conform de planning in 2013 met 22,6 gedaald tot 606,5 formatieplaatsen. Verdere formatiereductie dient in 2014 plaats te vinden, wat gemonitord zal Worden.

2.1 2.2

Activiteiten Vacatures worden alleen intern opengesteld.

Modernisering personeelsbeleid, o.m. gericht op vergroting van de mobiliteit.

De vacaturestop is van kracht gebleven. Er zijn wel trainees met een 2-jarig contract aangesteld. De modernisering van het personeelsbeleid is voortgezet, o.a. zijn in samenwerking met de gemeente Maassluis stappen gezet het E-HRM systeem verder in te voeren. De interne arbeidsmarkt biedt volop mogelijkheden voor medewerkers. Er zijn via ons regionaal loopbaanadviescentrum (Talent MVS) diverse activiteiten georganiseerd om de mobiliteit te stimuleren o.a. mobiliteitsdagen. In 2013 is een nota verschenen over strategisch personeelsbeleid en aansluitend een nota over strategische personeelsplanning. In de paragraaf bedrijfsvoering wordt nader op het P&O-beleid ingegaan.

2.3

Samenwerken binnen en buiten de organisatie, los van tijd en plaats. Altijd toegang hebben tot informatie en applicaties met gebruik van alle mogelijke communicatiekanalen: Een integrale, flexibele en kostentransparante werkplek- en communicatieoplossing opzetten, zoals werkplek 2.0 en het nieuwe interactieve intranet is dé uitdaging voor de komende jaren.

In 2013 heeft de gemeente Vlaardingen een ICT samenwerkingsovereenkomst afgesloten met Schiedam en Maassluis. Op basis hiervan worden ICT samenwerkingsprojecten gestart, die ertoe leiden dat de 3 gemeenten in de komende jaren toegroeien naar een gemeenschappelijke ICT omgeving. Daarnaast zijn in 2013 voorbereidingen getroffen voor het optimaal benutten van digitale en flexibele toepassingen in het gerenoveerde stadskantoor.

15

Doelstelling 3: Een burgergerichte en efficiënte dienstverlening Meetbare subdoelstelling: De tevredenheid van burgers, ondernemers en instellingen over onze dienstverlening is gelijk of groter dan in 2012 (cijfer 7,5) en hoger dan de gemiddelde score van alle deelnemende gemeenten aan de VNGBenchmarking Publiekszaken.

3.1

Activiteiten Mede naar aanleiding van het rapport van de Rekenkamercommissie Schiedam-Vlaardingen van juni 2012 zal in 2013 nadrukkelijk worden ingezet op verdere verbetering van de dienstverlening op alle contactkanalen. Het thema zal worden geïntegreerd in de Vlaardingse Manier van Werken.

In de Benchmarking 2013 behaalde Vlaardingen de volgende scores: Publieksbalie 7,7, Telefonie 7,5 Digitaal loket 7,3. In de totaalscore op alle dienstverleningsaspecten eindigde Vlaardingen op de eerste plaats van alle 55 deelnemende gemeenten.

In de tweede helft van 2013 is het organisatiebrede project Contact! gestart met als doel de dienstverlening van de gemeente Vlaardingen zodanig te verbeteren dat alle afdelingen van de gemeente Vlaardingen goed bereikbaar zijn voor en tijdig reageren op (aan)vragen van burgers, ondernemers en instellingen.

3.2

Binnen de ambtelijke organisatie zal gewerkt worden aan een betere bewustwording van de gezamenlijke verantwoordelijkheid ten aanzien van de dienstverlening. Het management zal aan de hand van periodieke rapportages worden beoordeeld op de kwaliteit van de publiekscontacten van de eigen afdeling.

Binnen het Afdelingshoofdenoverleg wordt maandelijks aan de hand van KCS-rapportages en rapportages per contactkanaal gestuurd op bewaking van de voortgang en de kwaliteit van de dienstverleningscontacten.

3.3

Met gerichte training zal ingezet worden op eenheid in werkwijze binnen alle afdelingen en een kwaliteitsimpuls bij medewerkers van zowel de frontoffice (GCC) als de backoffice (afdelingen). Deze zal in de contacten leiden tot verbeteringen op de aspecten klantbejegening, taalgebruik en inhoudelijke kennis.

Binnen de frontoffice zijn diverse gerichte trainingen georganiseerd en zijn gedragsregels voor dienstverlening opgesteld. Ook op de afdelingen is, mede binnen het project Contact!, specifieke aandacht gegeven aan acties tot verbetering van houding en gedrag.

3.4

Er zal meer gestuurd op pieken en dalen, zodat capaciteit efficiënt wordt gebruikt en wachttijden en doorlooptijden korter worden.

De bezetting aan de balies en telefoon was zodanig dat werd voldaan aan de in de servicenormen gestelde doelen.

3.5

Het gebruik van het Klantcontactsysteem en de kennisbank binnen de gehele gemeentelijke organisatie zal worden geoptimaliseerd.

Na een testperiode op een aantal producten is in 2013 het Klantcontactsysteem in de hele organisatie geoperationaliseerd en is de invulling en het gebruik van de kennisbank verder verbeterd.

3.6

De Vlaardingse servicenormen zullen worden afgestemd op de nieuwe landelijke kwaliteitsnormen VNG/KING.

In 2013 zijn de specifieke productgebonden servicenormen geactualiseerd. De VNGkwaliteitsnormen zijn nog niet verschenen. Mede daarom zullen de algemene servicenormen in 2014 worden herzien.

3.7

De mogelijkheden van de huidige telefooncentrale zullen optimaal worden benut en er zal een grondige selectie plaatsvinden van een nieuwe multifunctionele telefooncentrale voor het gebouw Westnieuwland na de renovatie.

Er is een nieuw telefoonsysteem aangeschaft dat voldoet aan de eisen voor uitstekende telefonische dienstverlening.

3.8

Om de voortgang van de verbeteringen te monitoren zal de deelname aan de VNGBenchmarking Publiekszaken worden voortgezet, aangevuld met gericht onderzoek naar de telefonische bereikbaarheid.

De deelname aan de VNG-benchmarking is voortgezet. De telefonische bereikbaarheid is specifiek onderzocht via Bureau Telan en mystery-onderzoeken door MKH Mystery Shoppers.

3.9

Herontwerpen werkprocessen met accent op vraaggerichtheid en efficiency, gebruikmakend van

In 2013:  zijn 14 werkprocessen met Lean verbeterd en zijn er 9 in voorbereiding genomen.

16

de Lean-methodiek.

    

3.10

4.1

zijn 4 medewerkers gestart met de opleiding tot Black Belt Lean Practitioner (totaal komt dan op 14) stond een leidinggevendendag volledig in het teken van Lean met werkbezoek aan Achmea en Katwijk zijn diverse teams gestart met een op Lean gebaseerd teambord om continu verbeteren te stimuleren is gestart met Kaizen: een continu verbeteren methodiek in aanvulling op Lean zijn diverse teams gestart met de verkorte leergang ‘Verbindend Verbeteren’ om de methoden Lean, Kaizen, projectmatig creëren en verbindend veranderen in samenhang te kunnen toepassen.

Permanente aandacht voor nieuwe mogelijkheden voor versnelling afgifte omgevings-vergunningen.

De behandeling van omgevingsvergunningen is in een LEAN-traject doorgenomen. De bedoeling is dit binnenkort te implementeren. Hiermee kan de werkvoorraad worden verkleind en kunnen grotere werken de aandacht krijgen die ze verdienen.

Doelstelling 4: Actievere communicatie en participatie Meetbare subdoelstelling: Het aantal bewoners dat een actieve bijdrage levert aan de wijk stijgt (2011: 6,9 in Sociale Index)

Uit het programma Burgerparticipatie blijkt dat het aantal bewoners dat actief in de wijk is meer dan 10.000 bedraagt. Mede door het aantal wijkdeals zijn er nieuwe bewonersgroepen aangeboord.

Activiteiten De betrokkenheid van bewoners bij de buurt is toegenomen, mede door bewonersinitiatieven. Het gemeentenieuws in Groot Vlaardingen en de gemeentelijke website worden actief benut om bewoners te informeren en te betrekken. Met ingang van 2012 kent Vlaardingen de Sociale Index, een meetinstrument dat de sociale staat van de gebieden aangeeft en structureel meet. De uitkomsten worden in de leefbaarheidsplatforms besproken en benut om het sociaal-economisch beleid te richten.

De Sociale Index is verder ontwikkeld en wordt continu actueel gehouden. De uitkomsten zijn besproken in de leefbaarheidsplatforms en de klankbordgroepen en worden gebruikt bij het opstellen van het gemeentelijke beleid. Er zijn in 2013 150 bewonersinitiatieven uitgevoerd en bewoners zijn geïnformeerd en betrokken via Groot Vlaardingen en de gemeentelijke website.

4.2

De klankbordgroepen in het kader van het Actieplan Wonen zijn ook in 2013 actief. Bewoners zijn betrokken en denken mee over de herstructurering van diverse wijken in Vlaardingen.

Ook in 2013 zijn de klankbordgroepen actief geweest in het kader van de uitvoering van het Actieplan Wonen.

4.3

In 2012 zijn in vier Vlaardingse wijken vouchers uitgereikt voor bewonersinitiatieven. Leefbaarheidsplatforms en regiegroepen spelen een belangrijke rol. Ook in 2013 wil Vlaardingen hiermee doorgaan.

Door de hele stad hebben meer dan 150 leefbaarheidsinitiatieven plaatsgevonden. Veel daarvan zijn voortgekomen uit de leefbaarheidsplatforms. Met name in de Babberspolder zijn diverse initiatieven ondersteund met vouchers, in andere wijken door een bijdrage uit het budget bewonersinitiatieven en/of een bijdrage van de woningcorporaties.

4.4

In 2013 wordt weer een aantal onderzoeken uitgevoerd via het internetpanel. Belangrijke onderzoeken zijn de Stadspeiling (twee-jaarlijks) en het meetinstrument Sociale Index.

In 2013 zijn meerdere onderzoeken uitgevoerd via het internetpanel. De Stadspeiling is uitgevoerd en de Sociale Index wordt continu actueel gehouden.

4.5

Met e-participatie is op kleine schaal gestart. In 2013 worden de pilotprojecten voortgezet.

Er zijn Facebookpagina’s per wijk. Een internetpanel en digitale nieuwsbrieven in verschillende wijken.

17

WAT HEEFT HET GEKOST? Realisatie programma Bestuur, Dienstverlening en Participatie (bedragen x € 1.000) Lasten Baten Saldo van baten en lasten (Resultaat voor bestemming)

Toevoegingen aan reserves Onttrekkingen aan reserves Saldo reserve-mutaties Resultaat (na bestemming)

Realisatie Begroting 2012 2013

Begroting Realisatie 2013 2013 na wijziging

Verschil begroting na wijziging -/- realisatie 18.050 -1.049 1.548 64

22.243 2.258

14.673 1.485

17.001 1.485

-19.985

-13.189

-15.517

-16.501

-985

711 1.180 469

853 0 -853

836 1.412 576

470 644 174

366 -768 -402

-19.516

-14.041

-14.941

-16.327

-1.387

18

Realisatie programma op productniveau Burgerproduct Lasten Baten Saldo Toevoeg. Onttrekk. Resultaat (x € 1.000) b/l reserves reserves Bestuursorganen - Begroting (na wijz) 2.728 100 -2.628 0 0 -2.628 - Realisatie 3.456 170 -3.286 0 0 -3.286 - Afwijking -728 70 -658 0 0 -658 Staf Directie en Bestuur - Begroting (na wijz) 675 0 -675 0 0 -675 - Realisatie 675 0 -675 0 0 -675 - Afwijking 0 0 0 0 0 0 Bestuursondersteuning - Begroting (na wijz) 2.214 259 -1.956 0 0 -1.956 - Realisatie 2.098 215 -1.883 0 0 -1.883 - Afwijking 116 -43 73 0 0 73 Dienstverlening burgerzaken - Begroting (na wijz) 3.976 1.022 -2.954 -17 0 -2.938 - Realisatie 3.953 1.134 -2.819 0 0 -2.819 - Afwijking 23 112 135 -17 0 119 Publieksinformatie - Begroting (na wijz) 2.227 0 -2.227 116 0 -2.343 - Realisatie 2.120 0 -2.120 116 0 -2.236 - Afwijking 106 0 106 0 0 106 Griffie - Begroting (na wijz) 515 4 -511 0 0 -511 - Realisatie 515 0 -515 0 0 -515 - Afwijking 0 -4 -4 0 0 -4 Bedrijfsvoering - Begroting (na wijz) 2.605 100 -2.505 737 1.412 -1.830 - Realisatie 2.678 0 -2.678 354 644 -2.388 - Afwijking -73 -100 -173 383 768 -558 Projectmatig werken - Begroting (na wijz) 2.061 0 -2.061 0 0 -2.061 - Realisatie 2.556 30 -2.526 0 0 -2.526 - Afwijking -495 30 -465 0 0 -465 Totaal programma Bestuur, Dienstverlening en Participatie - Begroting (na wijz) 17.001 1.485 -15.517 836 1.412 -14.941 - Realisatie 18.050 1.548 -16.501 470 644 -16.327 - Afwijking -1.049 64 -985 366 768 -1.387

Toelichting afwijkingen Alleen afwijkingen aan zowel de lasten- als de batenzijde die groter zijn dan € 50.000 worden toegelicht. Bestuursorganen Op dit product is in totaal een voordeel op de batenzijde van € 70.000,- en een nadeel aan de lastenzijde van € 728.000,-. Het voordeel op de batenzijde heeft voornamelijk de volgende oorzaak:  Voordeel op representatie heeft te maken met het voorfinancieren van kosten in het kader van het uitreiken van de geuzenpenning. Verrekening vindt in het jaar daaropvolgend plaats. Dit bedrag is een afrekening van de kosten vanuit het jaar 2012 welke niet als te ontvangen waren opgenomen in de jaarrekening 2012 (€ 38.000,- voordeel).

19

Het nadeel op de lastenzijde heeft voornamelijk de volgende oorzaken:  Overschrijding met betrekking tot de gemeenteraad heeft te maken met hogere fractievergoedingen ten opzichte van de begroting. Dit is gevolg van Rijkscirculaires (€ 68.000,- nadeel).  Er is een bedrag extra gestort in de voorzieningen pensioengelden vm. wethouders i.v.m. actualisatie uitgevoerd door Raet (€ 312.000,- nadeel).  Er is een stelpost op dit product geraamd van € 503.000 in verband met taakstelling gemeenschappelijke regelingen waarvan de realisatie op de verschillende producten/programma's plaatsvindt (€ 503.000,nadeel).  Op controle en onderzoek zijn minder uitgaven geweest als gevolg van minder accountantskosten (€ 63.000,- voordeel).  Op het budget van de rekenkamercommissie is per saldo een bedrag over welke gebruikt wordt ter dekking van de salariskosten van de secretaris van de rekenkamercommissie welke onder de Griffie worden verantwoord (€ 106.000,- voordeel). Staf Directie en Bestuur Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Bestuursondersteuning Op dit product is in totaal een voordeel op de lastenzijde van € 116.000,-. Het voordeel op de lastenzijde heeft voornamelijk de volgende oorzaken:  De kosten van leveringen van diensten van derden van de sectie Communicatie zijn € 101.000,- lager dan in de begroting was opgenomen.  De overige kosten zijn lager i.v.m. een sober beleid ten aanzien van de uitgaven. Dienstverlening burgerzaken Op dit product is in totaal een voordeel op de batenzijde van € 112.000,-. Het voordeel op de batenzijde heeft voornamelijk de volgende oorzaken:  De extra baten van € 112.000,- ten opzichte van de begroting worden veroorzaakt door hogere leges opbrengsten van € 51.000,- van reisdocumenten, van € 59.000,- van rijbewijzen, € 37.000,- van naturalisaties. Deze extra baten zijn het gevolg van een hogere omzet. De opbrengsten van de huwelijken zijn verlaagd in 2013. Publieksinformatie Op dit product is in totaal een voordeel op de lastenzijde van € 106.000,-. Het voordeel op de lastenzijde heeft voornamelijk de volgende oorzaken:  In verband met het beëindigen van het project kwaliteit dienstverlening zijn de budgetten niet geheel besteed. Met ingang van 2013 zijn de budgetten verdeeld over automatisering, gemeentelijk contactcentrum en Lean. Voordeel op het onderdeel kwaliteit dienstverlening is te verklaren o.a. doordat er van uitgegaan was dat een investeringskrediet geheel zou zijn gerealiseerd. Dit was niet het geval: hetgeen een voordeel van ca. € 25.000,- oplevert. Verder is een post van huur software van € 63.000,niet uitgegeven omdat automatiseringskosten e.d. door een andere organisatie-eenheid binnen de gemeente is gesitueerd. Griffie Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Bedrijfsvoering Op dit product worden met name huisvestingslasten verantwoord. Het nadeel van € 558.000,- bestaat uit de volgende posten:  Voordelen op onderhoud aangaande vastgoed (€ 882.000,- voordeel) en een positief saldo op de kostenplaatsen van diverse gebouwen (€ 462.000,- voordeel) mede veroorzaakt door opbrengsten wegens verkoop.  Als gevolg van het voordeel op onderhoud was een lagere onttrekking aan de reserve groot onderhoud nodig (€ 785.000,- nadeel). Dit heeft ook geresulteerd in een lagere dotatie aan genoemde reserve (€ 383.000,- voordeel) omdat het bedrag ad € 383.000 direct is gebudgetteerd op de onderhoudsposten e van diverse vastgoedobjecten (zie ook 2 voortgangsrapportage 2013).  De marktwaarde van het pand Westhavenkade 85 is lager dan de boekwaarde; de afwaardering is ten laste van 2013 genomen. Ten opzichte van de budgetten voor de tijdelijke huisvesting is er sprake van een nadeel van € 1.739.000,-.

20

Projectmatig werken Op dit product is in totaal een nadeel op de lastenzijde van € 495.000,-. Het nadeel op de lastenzijde heeft de volgende oorzaak:  Het nadeel bij gebiedsmanagement is ontstaan doordat meer uren op gebieden zijn geschreven dan geraamd. Het aantal uren dat op projecten en grondexploitaties geschreven is bleef sterk achter bij de raming. Het voordeel bij wijkcoördinatie ontstond door het vertrek van een wijkcoördinator naar een andere afdeling. Deze vacature is slechts gedeeltelijk ingevuld gedurende de laatste maanden van 2013 waardoor het aantal doorbelaste uren achter bleef bij de raming.

Mutaties reserves Toevoegingen Reserve

Begroting

Realisatie

Saldo

R. Informatisering/kenniscentrum

116

116

-

R. Onderhoud gebouwen

737

354

383

De stortingen betreffen die aan de reserve Informatisering en kenniscentrum voor € 116.000 en aan de reserve groot onderhoud gebouwen voor € 354.000. De storting in de reserve groot onderhoud gebouwen is € 383.000 lager dan geraamd vanwege actualisering van de onderhoudsplannen Onttrekkingen Reserve

Begroting

Realisatie

Saldo

Algemene Reserve

390

270

120

R. Actieplan wonen

-

-

-

R. Informatisering/kenniscentrum R. Onderhoud gebouwen

-

16

-16

1.022

357

665

Er zijn onttrekkingen gedaan ter dekking van de sloopkosten van de Lijnbaanhal en van de boekwaarde en sloop van een pand aan de Korhoenlaan voor € 270.000. Dit is € 120.000 lager dan geraamd. De sloop van het pand Korhoenlaan vindt in 2014 plaats en in dat jaar zal ook de onttrekking voor deze sloopkosten plaatsvinden, naar verwachting € 100.000. Op dit programma is een onttrekking geraamd voor onderhoud gebouwen van € 1.022.000, maar deze betreft ook de onttrekkingen ten behoeve van onderhoud aan diverse panden die onder begrotingsprogramma’s thuishoren. De onttrekking aan de reserve onderhoud voor panden onder dit programma bedraagt € 357.000.

21

B. Beheer van de stad

BEGROTINGSPROGRAMMA 2: VEILIGHEID EN HANDHAVING

Uit vergelijkingen met andere steden, zowel binnen als buiten de regio, blijkt dat Vlaardingen qua veiligheid redelijk scoort. Ten opzichte van andere gemeenten is de veiligheidssituatie in onze stad zelfs verbeterd (in 2012). De inrichting en het beheer van de openbare ruimte, de samenstelling van het woningbestand, de sociale cohesie in de buurten, de aanwezigheid van de politie en handhavers, het zijn allemaal zaken die het gevoel van veiligheid van de Vlaardingers beïnvloeden. In en rond Vlaardingen is veel bedrijvigheid die voortdurende aandacht voor externe veiligheid nodig maakt.

22

SPEERPUNTEN UIT COLLEGEPROGRAMMA 2011-2014 Veiligheid in Vlaardingen is een permanent punt van aandacht voor ons college. Dat krijgt onder meer vorm door:  Het opstellen van het integraal veiligheidsplan.  Het opstellen en uitvoeren van wijkveiligheidsplannen als onderdeel van de leefbaarheidsprogramma’s.  Onderzoek naar nut en noodzaak van invoering van mobiel cameratoezicht.  Actieve bestrijding van de hennepteelt, in combinatie met preventie.  Opstellen en uitvoeren visie externe veiligheid.  Vergroten verkeersveiligheid.

BELEIDSNOTA’S MET BETREKKING TOT DIT PROGRAMMA   

BOA-jaarplan 2014 Kadernota Integraal Veiligheidsplan 2013-2016 Uitvoeringsnota Integraal Veiligheidsplan 2013-2014


5.1

Voorgenomen doelstellingen en activiteiten


Doelstelling 5: Veiliger Vlaardingen Meetbare subdoelstelling: In de Veiligheidsrapportage daalt het aandeel inwoners dat zich vaak onveilig voelt, naar 2,0% in 2013 (3,6% in 2009, 2,6% in 2011).

Uit de Veiligheidsmonitor 2013 blijkt dat 2,7 % van de Vlaardingers zich vaak onveilig voelt. De Veiligheidsmonitor 2013 dient gezien te worden als een 0-meting omdat een andere onderzoeksmethode is gevolgd, waardoor de gegevens niet vergeleken kunnen worden met eerdere rapportages.

Activiteiten Vaststellen uitvoeringsprogramma Integraal Veiligheidsplan

De uitvoeringsnota IVP is in mei 2013 vastgesteld voor de periode 2013/2014.

5.2

Borging werkafspraken externe partners voortkomend uit uitvoeringsprogramma Integraal veiligheidsplan.

De gemaakte afspraken met de externe partners worden van beide kanten nagekomen.

5.3

Uitvoering ketenaanpak overvalcriminaliteit.

De ketenaanpak overvalcriminaliteit is succesvol. Er is in 2013 een daling t.o.v. 2012 geconstateerd van overvallen van bijna 50%

5.4

Inzet en evaluatie programma Brandveilig Leven.

In het kader van actieprogramma Brandveilig Wonen heeft de brandweer 499 woningen bezocht. De doelstelling was om 600 woningen te bezoeken in Vlaardingen.

5.5

Voortzetten aanpak bestuurlijke aanpak Hennepteelt.

In 2013 hebben er 32 bestuurlijke ontmantelingen van hennepteelten plaatsgevonden.

5.6

Evaluatie van inzet SUS-teams

De inzet van SUS-teams in het uitgaansgebied van Vlaardingen is nog steeds succesvol. Hun inzet in goede samenwerking met de politie werkt de-escalerend.

5.7

Evaluatie convenant Tijdelijke huisvesting voor arbeidsmigranten uit Midden en Oost-Europa

De convenant huisvesting arbeidsmigranten wordt in maart/april 2014 geëvalueerd en er zal een voorstel voor nieuw convenant opgesteld worden.

5.8

Lichtblauwe Brigade is in 2013 in dienst van maandag tot en met zaterdag van 08.00 - 22.00 uur en tijdens koopzondagen en evenementen.

Om meer inzet van de Lichtblauwe Brigade in de avonddienst op vrij- en zaterdag te kunnen doen is de avonddienst van maandag geschrapt.

5.9

In 2012 is de tweede ster behaald voor het Keurmerk Veilig Ondernemen (o.a. aanpak

Dit proces loopt voorspoedig en de verwachting is e nog steeds dat de 3 ster wordt behaald in 2014.

23

winkeldiefstal). Het streven is uiterlijk in 2014 de 3e ster te hebben. 5.10

Implementatie nieuw Paracommercieel beleid.

De nieuwe beleidsregels Paracommercieel beleid zijn opgenomen in de APV2014.

5.11

Actualiseren Handhavingsarrangement voor horecainrichtingen, coffee- en growshops

In 2013 is een samen met Maassluis en Schiedam een Handhavingsarrangement opgesteld.

5.12

Continuering buurtpreventie in 70% van de woonwijken.

In bijna 86% van de wijken in Vlaardingen zijn er buurtpreventieteams actief. Dit betreffen de wijken: Westwijk, Indischebuurt/VOP, Ambacht/Babbberspolder, Oostwijk en HolyNoord en Holy-Zuid.

Doelstelling 6: Een verkeersveilig Vlaardingen Meetbare subdoelstelling: Het totaal aantal verkeersslachtoffers in Vlaardingen neemt jaarlijks af.

In 2011 is landelijk de registratiegraad van het aantal ongevallen zover gedaald dat de gegevens in het ongevallenbestand niet meer geschikt zijn voor monitoring. In 2014 wordt landelijk weer ingezet op betere registratie van verkeersongevallen.

6.1

Activiteiten Vaststellen en uitvoering geven aan Verkeersveiligheidsplan Vlaardingen.

Het Verkeersveiligheidsplan wordt opgenomen in het nieuwe Gemeentelijke Verkeers- en Vervoer Plan (GVVP) dat in 2014 aan u wordt aangeboden. Dat neemt niet weg dat projecten reeds conform landelijke Duurzaam Veilig richtlijnen worden uitgevoerd.

6.2

De kruising Beethovensingel / Deltaweg wordt niet als rotonde ingericht maar er wordt een eenvoudiger en goedkopere oplossing voorbereid die de situatie veiliger maakt. De technische voorbereiding vindt plaats in 2012 de uitvoering start in 2013.

Door aanpassingen van de belijning zijn zichtlijnen verbeterd op de kruising Van Beethovensingel / Deltaweg.

6.3

De Verkeersveiligheid op de Zwanensingel zal worden vergroot door de aanleg van vrijliggende fietspaden en een inrichting conform Duurzaam Veilig 2e fase.

De reconstructie van de Zwanensingel is in juli 2013 afgerond.

24

WAT HEEFT HET GEKOST? Realisatie programma

Realisatie programma op productniveau Burgerproduct Lasten Baten (x € 1.000) Brandweer en rampenbestrijding - Begroting (na wijz) 4.907 4 - Realisatie 5.053 0 - Afwijking -146 -4 Integraal veiligheidsbeleid - Begroting (na wijz) 384 20 - Realisatie 377 14 - Afwijking 8 -6 Veiligheidsmaatregelen - Begroting (na wijz) 57 0 - Realisatie 37 44 - Afwijking 20 44 Veiligheidsassistentie - Begroting (na wijz) 1.797 0 - Realisatie 1.773 0 - Afwijking 24 0 Handhaving - Begroting (na wijz) 2.196 40 - Realisatie 2.264 65 - Afwijking -68 25 Totaal programma Veiligheid en Handhaving - Begroting (na wijz) 9.341 64 - Realisatie 9.503 123 - Afwijking -162 59

Saldo Toevoeg. Onttrekk. Resultaat b/l reserves reserves -4.904 -5.053 -150

0 0 0

0 0 0

-4.904 -5.053 -150

-364 -363 2

0 0 0

0 0 0

-364 -363 2

-57 7 64

0 0 0

0 0 0

-57 7 64

-1.797 -1.773 24

0 0 0

0 0 0

-1.797 -1.773 24

-2.156 -2.198 -43

0 0 0

30 33 -3

-2.126 -2.165 -40

-9.277 -9.380 -103

0 0 0

30 33 -3

-9.247 -9.346 -100

Toelichting afwijkingen Alleen afwijkingen aan zowel de lasten- als de batenzijde die groter zijn dan € 50.000 worden toegelicht. Brandweer en rampenbestrijding Op dit product is in totaal een nadeel op de lasten zijde van € 146.000,-.

25

Het nadeel op de lastenzijde heeft de volgende oorzaak:  Overschrijding is ontstaan omdat er meer kosten zijn doorberekend door de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond in verband met personeelskosten (FLO en Levensloop). Die factuur is pas begin 2014 ontvangen. Deze kosten zijn aanzienlijk hoger dan waar rekening mee gehouden was in de begroting 2013 van de VRR. Inmiddels is de systematiek van verrekening van desbetreffende kosten door de VRR in overleg aangepast, waardoor verrassingen achteraf voorkomen worden. Brandweer en rampenbestrijding Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Veiligheidsmaatregelen Op dit product is in een voordeel op de batenzijde van € 44.000,- en een voordeel aan de lastenzijde van € 20.000,-. Hiervoor bestaat de volgende oorzaak:  Het voordeel aan de batenzijde komt door nieuwe subsidie afspraken waardoor een voordeel van € 9.000 ontstaat. Daarnaast kwam in de laatste week van 2013 de eindafrekening Gemeenschappelijke regeling Halt RTD Rijnmond over 2012 binnen. Dit terug ontvangen bedrag, waar niet op was gerekend, levert een voordeel op van € 25.600.  Het voordeel aan de lastenzijde komt door de nog niet ontvangen rekening Politie Rijnmond “Justitioneel casusoverleg”, maar het is niet duidelijk of deze rekening nog komt omdat dit overleg niet meer bestaat. De geraamde kosten voor vuurwerkpreventie zijn niet uitgegeven. Met de politie en de Stichting Halt wordt momenteel gesproken op welke rekeningen er nog gerekend kan worden.

Mutaties reserves Onttrekkingen Reserve R. Aanpak hennepkwekerijen

Begroting

Realisatie 30

Saldo 33

-3

Voor de aanpak van hennepkwekerijen is een bedrag van € 33.000 onttrokken aan de daarvoor bestemde reserve. De raming bedroeg € 30.000.

26

BEGROTINGSPROGRAMMA 3: GROEN EN MILIEU

Duurzame ontwikkeling is een cruciale factor bij alle beleidsontwikkeling met een goede balans tussen sociale, ecologische en economische waarden. Het betekent dat in de huidige behoeften wordt voorzien zonder dat dit ten koste gaat van toekomstige generaties. De gemeente geeft hierin het goede voorbeeld. Gestreefd wordt naar een Klimaatneutrale stad in 2050 en een klimaatneutrale organisatie in 2025. Het gerenoveerde stadskantoor levert daaraan een grote bijdrage.

27

SPEERPUNTEN UIT COLLEGEPROGRAMMA 2011-2014 Duurzaamheid krijgt meer nadruk op alle beleidsterreinen. Dat betekent onder meer:  Uitvoeren van het programma duurzaamheid.  Afspraken met het bedrijfsleven over duurzaam ondernemen.  100% duurzaam inkopen (in 2015).  Uitvoering geven aan de regionale klimaatagenda.  Oplevering van het gerenoveerde stadskantoor Westnieuwland. Ons college zet in op behoud en verbetering van de groene en recreatieve waarde van Vlaardingen en het buitengebied door:  Gefaseerde uitvoering van het Integraal Inrichtingsplan Broekpolder in overleg met de Federatie Broekpolder.  Een degelijk beheer van de openbare ruimte.  Goede en toegankelijke sportaccommodaties waardoor de inwoners van Vlaardingen gestimuleerd worden meer te bewegen. Het aantal mensen dat minimaal 30 minuten beweegt neemt jaarlijks met 3% toe.

BELEIDSNOTA’S MET BETREKKING TOT DIT PROGRAMMA    

Programma Duurzaamheid 2012-2015 ‘Samen voor een duurzaam Vlaardingen’ Ambitiedocument Gebiedsgericht Milieubeleid Visiedocument Externe Veiligheid Groenplan Vlaardingen


7.1



Doelstelling 7: Vlaardingen is een opvallend groene stad Meetbare subdoelstelling: De waardering van Vlaardingers voor het groene karakter van hun stad blijft op het niveau van 2010 (7.2).

De waardering van Vlaardingers voor het groene karakter van hun stad is in 2012 licht gestegen ten opzichte van 2010 van een 7,2 tot een 7,3 (bron: sociale index 2012).De waardering van Vlaardingers in 2013 voor het groene karakter van hun stad is niet bekend omdat er geen gelijkwaardig onderzoek heeft plaatsgevonden. De teruggang van de uitstraling als gevolg van de bezuinigingen wordt wel gezien.

Activiteiten Nieuwbouw-, renovatie- en herinrichtingsplannen worden standaard van een groenplan voorzien.

Alle plannen voor de buitenruimte zijn voorzien van een groenplan en een beheerparagraaf

7.2

De herinrichting begraafplaats Emaus is in 2012 gestart. Begin 2013 worden de werkzaamheden afgerond. De laatste groenwerkzaamheden in Park ’t Nieuwelant worden eveneens begin 2013 uitgevoerd.

Herinrichting begraafplaats Emaus en park ’t Nieuwelant is gereed.

7.3

Uitvoering geven aan het groenplan Vlaardingen Blijvend Groen, met daarin opgenomen het uitvoeren van een Visual Tree Assesment (VTA controle) waarbij jaarlijks 1/3 van het bomenbestand wordt geïnspecteerd.

7.4

Het integraal Inrichtingsplan Broekpolder wordt getemporiseerd uitgevoerd.

Door een integrale aanpak zijn een aantal ambities uit het Groenplan in 2013 gerealiseerd, waaronder het vervangen van de boombeplanting bij De Loper, de herinrichting van het groen in de Berken- en Lindendreef en het (deels) vervangen van de bomen en beplanting bij Plein 1940 en A. Knottenbeltsingel. De periodieke VTA controle is uitgevoerd bij de bomen in Vlaardinger Ambacht en het Centrum. Naast de uitgevoerde projecten onderzoekt de Federatie momenteel de mogelijkheden voor uitvoering van het Archeologisch Educatief Erf en is het plan van het Recreatietransferium verder uitgewerkt.

28

7.5

In de Broekpolder zijn de werkzaamheden van het struinbos (Klauterwoud), het natuurkerngebied (De Ruigte) en het padenplan in 2012 afgerond. De aanleg van het mountainbikeparcours wordt in 2013 uitgevoerd.

De aanleg van het mountainbikeparcours is in 2013 uitgevoerd. De feestelijke opening heeft voor veel (landelijke) publiciteit gezorgd.

7.6

Duurzaam bouwen wordt gestimuleerd, met daarbij een duurzaam ingerichte buitenruimte met voldoende groen.

Bij bouwprojecten wordt het inrichtingsvoorstel voor de buitenruimte beoordeeld op een duurzame groene inrichting.

7.7

In het najaar van 2012 is gestart met het inzetten van runderen in de Broekpolder. Zij zullen onder andere de reuzenberenklauw bestrijden. De begrazing wordt na een jaar geëvalueerd.

De evaluatie van de begrazing heeft plaatsgevonden. Er zijn vooralsnog voldoende positieve aangrijpingspunten om dit beleid te continueren. In 2014 wordt het begrazingsgebied uitgebreid naar het beheergebied van GZH. Delen buiten het natuurkerngebied in het beheergebied van Vlaardingen zullen naar verwachting in 2014 worden beheerd door schapen aangevuld met maaimachines.

Extra verantwoordingsinformatie inzake bestuursovereenkomst ISV Bodem In de bestuursovereenkomst ISV Bodem d.d.17 februari 2012 met de provincie Zuid Holland is vastgelegd dat € 1.287.000,- euro investeringsbudget beschikbaar wordt gesteld om op de volgende spoedeisende locaties onderzoek te doen om de gegevens op een dusdanig informatieniveau te brengen dat een definitief oordeel over de risico’s kan worden gegeven. Einddoelstelling is het saneren dan wel beheersen van de verontreiniging. • Olmendreef heuvel • James Wattweg 28 • Van der Driftstraat 14 • Callenburgstraat 62-66 • De Loper 9 • Maassluissedijk 103 • George Stephensonweg 21 • Gedempte Biersloot 37 • Gedempte Biersloot 40a • Kethelweg 66-68 • Mercuriusstraat 51 Er is op alle locaties van de lijst onderzoek uitgevoerd. Voor negen van de bovenstaande locaties is een beoordeling afgegeven waaruit blijkt dat er geen humane-, ecologische- of verspreidingsrisico’s zijn. De beschikkingaanvragen van twee locaties zijn nog in behandeling: Olmendreef heuvel en Maassluissedijk 103. Deze twee beschikkingen zullen naar verwachting resp. in maart en mei 2014 worden afgegeven. Op de twee locaties die later aan de lijst zijn toegevoegd in verband met (mogelijke) humane spoed, Van Beethovensingel 128-138 en hoek Boterstraat/Oosterstraat, wordt aanvullend onderzoek uitgevoerd. Conform de bestuursovereenkomst is in april 2012, in januari 2013 en in januari 2014 € 429.000,- euro overgemaakt. Tot nu toe is een totaalbedrag van € 96.917,17 euro uitgegeven aan onderzoek, waarvan € 10.335,- in 2012 en € 86.582,17 in 2013. Het resterend budget wordt (deels) aangewend om de onderzoeken af te ronden ter plaatse van de lopende projecten en om, indien nodig, eventueel maatregelen te treffen ter plaatse van de humane spoedlocaties. Dat is nog niet voorzien/onduidelijk. De verwachte uitgaven voor 2014 voor onderzoek zijn vergelijkbaar met de uitgaven van 2013. Er zal een verzoek worden gedaan aan de Provincie Zuid-Holland om de periode waarin het budget beschikbaar wordt gesteld te verlengen om daaruit de sanering van resterende spoedlocaties te financieren.

29

Doelstelling 8: Vlaardingse buurten zijn leefbaar Meetbare subdoelstelling: De waardering van de buurt, zoals blijkt uit de leefbaarheidmonitor, neemt toe. De betrokkenheid van bewoners bij de buurt is toegenomen. 70% van de vragen en klachten betreffende kleine reparaties in de openbare ruimte wordt binnen 5 werkdagen afgehandeld. Over de afhandeling van grotere reparaties wordt de vragensteller geïnformeerd.

8.1

Activiteiten Bewoners en organisaties worden betrokken bij het opstellen van de leefbaarheidsprogramma’s 2013.

De tevredenheid over het schoonhouden van de buurt is toegenomen van een 6,4 (2009) naar een 6,6 (2012). (Bron: Waar staat je gemeente 2012) 73,5% van de vragen en klachten over kleine reparaties in de openbare ruimte zijn in 2013 binnen 5 werkdagen afgehandeld.

In de reguliere leefbaarheidsoverleggen en klankbordgroepen zijn bewoners betrokken bij het opstellen van de gebiedsprogramma’s en de leefbaarheidsprogramma’s.

8.2

Het ontwikkelen van nieuwe activiteiten en verder vorm geven aan participatiemogelijkheden voor organisaties en bewoners.

Ontwikkeling nieuwe participatiemogelijkheden is onderdeel van het programma burgerparticipatie, met de opstelling waarvan is begonnen. Experiment PPMS Broekpolder en Sociale Wijkonderneming Vrienden van Vlaardinger Ambacht. Diverse andere nieuwe activiteiten ontstaan spontaan in de wijken.

8.3

Samenwerking met organisaties wordt geïntensiveerd bij beheer van openbaar gebied. Middels een integraal bestek gaan Waterweg Wonen en Wijkbeheer de ‘gezamenlijke’ buitenruimte beheren. Het onderhoud van verschillende rotondes wordt aan marktpartijen overgedragen.

De gemeente en WaterwegWonen hebben op basis van een integraal bestek de buitenruimte gezamenlijk uitgevoerd. Het onderhoud van 6 van de 7 rotondes, welke hiervoor in aanmerking komen, is aan marktpartijen overgedragen.

8.4

De uitkomsten van de optimalisatie van de werkprocessen van de Buitenlijn worden in 2013 geïmplementeerd.

De uitkomsten van de optimalisatie van de werkprocessen van de Buitenlijn zou in 2013 geïmplementeerd worden. Helaas heeft de implementatie bij de systeembouwer enige vertraging opgelopen. In 2014 zal het systeem geïmplementeerd zijn.

8.5

Op verzoek van bewoners worden fysieke wijkschouwen uitgevoerd.

Vanuit diverse platforms (Leefbaarheid,VVE,WaWo,KVO,enz.) hebben 14 verzoeken geleid tot een fysieke wijkschouw.

8.6

Voor dit jaar wordt wederom een planmatig onderhoudsprogramma opgesteld, waarbij de onderhoudsmaatregelen aan groen, verharding en riolering zoveel mogelijk integraal worden aangepakt.

Het onderhoudsprogramma is nagenoeg volledig uitgevoerd. Een enkele uitwisseling, vanwege verandering van prioriteiten en logistiek, heeft plaatsgevonden met projecten die voor 2014 op de rol stonden.

8.7

Het buurtpark Oostwijk wordt heringericht.

Het buurtpark Oostwijk is opnieuw ingericht en in gebruik genomen.

8.8

In Vlaardinger Ambacht, de Hogelaan/Parkweg en delen van de Westwijk en Holy worden dit jaar ondergrondse containers geplaatst of zijn er plaatsingsplannen opgesteld. Er worden in 2013 circa 300 containers geplaatst.

In Vlaardinger Ambacht, de Hogelaan/Parkweg en delen van de Westwijk en Holy zijn in 2013 289 ondergrondse containers geplaatst.

8.9

Opknappen Touwbaan en omgeving.

Eerste fase opknappen Touwbaan is in 2013 afgerond en laatste fase gereed in 2014.

Extra verantwoordingsinformatie In 2013 zijn conform de planning in het Gemeentelijke Riolerings Plan de DWA (droog weer afvoer) pompen van de rioolgemalen Galgkade en de Boslaan vervangen.

30

In 2013 is het Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (VGRP) vastgesteld. Ook is in 2013 een samenwerkingsovereenkomst gesloten met het Hoogheemraadschap van Delfland en de 12 gemeenten die in Delfland liggen. Het doel van deze samenwerking is invulling te geven aan het rijksbeleid om de kostenstijging in de waterketen te beperken.

Doelstelling 9: Vlaardingen is een milieuvriendelijke en duurzame stad Meetbare subdoelstelling: De CO2-uitstoot in Vlaardingen is in 2025 met 40% afgenomen t.o.v. 1990. Het aantal mensen dat (ernstige) geluidhinder ondervindt en/of daardoor in hun slaap gestoord wordt neemt af. Alle relevante plannen bevatten een duurzaamheidsparagraaf.

9.1

Activiteiten Het opstellen, regisseren en uitvoeren van het uitvoeringsprogramma duurzaamheid.

De vermindering van de CO2-uitstoot is ingezet. De trend is als volgt (bron: Klimaatmonitor 2013): - 1990 311 Kton - 2009 370 Kton - 2010 360 Kton - 2011 350 Kton Ontwikkeling aantal geluidgehinderden is door verschillende meetmethoden niet goed vast te stellen (bron: DCMR 2013): x 1000 2006 2012 Gehinderd 6,00 6,22 Ernstig gehinderd 4,75 4,54 Slaapgestoord 1,66 1,44 In de meeste plannen krijgt duurzaamheid steeds meer aandacht. Enkele voorbeelden: Beleidsplan Openbare Verlichting; Inkoopnota; Geactualiseerde kaders en Uitvoeringsplan Actieplan Wonen; Uitvoeringsplan Actieplan Economie; nieuwbouwplannen zoals Buitenplaats Van Ruytenburgh enzovoort.

Uitvoering vindt op dit moment plaats.

9.2

Duurzame gebiedsontwikkeling: het opstellen en uitvoeren van gebiedsgericht milieubeleid.

Het Ambitiedocument Gebiedsgericht Milieubeleid, met daarin duurzaamheidsnormen, wordt kaderstellend gebruikt bij gebiedsontwikkelingen.

9.3

Toekomstige bouwen renovatieprojecten zo duurzaam en energiezuinig mogelijk uitvoeren en woningeigenaren stimuleren duurzaamheidsmaatregelen te treffen.

Uitvoering wordt gegeven aan het Stadsregionale convenant ‘Verbeteren energieprestatie nieuwbouw’. Bij de actualisatie van de richtinggevende kaders van het Actieplan Wonen zijn ambitieuze afspraken gemaakt over duurzaamheid. De woningcorporaties lopen voor op hun planning om woningen te verduurzamen (labelsprongen). Met diverse acties en regelmatige informatie via o.a. gemeentepagina, de Dag van de Duurzaamheid, ingebruikname Zonatlas, het Duurzaamheidscentrum, het Klimaatstraatfeest, het project particuliere woningverbetering en via de onlangs opgerichte Marktplaats Duurzaam Bouwen worden woningeigenaren en huurders gestimuleerd duurzaamheidsmaatregelen te treffen.

9.4

Stimuleren en faciliteren van duurzame ontwikkeling initiatieven. De gemeente geeft zelf het goede voorbeeld

De Marktplaats Duurzaam Bouwen wordt zo veel mogelijk bij nieuwbouw, renovatie en gebiedsontwikkelingen betrokken als adviseur. De gemeente geeft het goede voorbeeld met het nieuwe Stadskantoor, ESCO voor TBV-pand, aanschaf elektrische auto’s, Manifest Duurzaam Inkopen, toepassing CO2-prestatieladder e.d.

31

9.5

Maatregelen om het energieverbruik in gemeentelijke gebouwen terug te dringen.

Zie bij 9.4.

9.6

Gebruik van openbaar vervoer, auto's die rijden op milieuvriendelijke brandstof en fiets wordt gestimuleerd.

In een eerste fase zijn/worden 19 laadpalen voor elektrische auto’s in het openbaar gebied gerealiseerd en worden laadpalen op eigen grond gestimuleerd. Er zijn duurzame mobiliteitsscans uitgevoerd bij 6 bedrijven: reductie van CO2, NOx, fijnstof en geluid. Gebruik elektrische fietsen en scooters wordt financieel ondersteund door Stadsregio.

9.7

Afspraken met bedrijfsleven over duurzaam ondernemen (green deal). Revolving fund voor duurzame investeringen wordt onderzocht.

Steeds meer bedrijven pakken duurzaam en maatschappelijk ondernemen serieus op, getuige de deelname aan de Dag van de Duurzaamheid, de mobiliteitsscans, de actieve betrokkenheid van de IKV bij het Platform Duurzaam Vlaardingen etc. Oprichten van een revolverend fonds is complex en is opgepakt binnen een stadsregionaal project over financieringsconstructies.

9.8

De Zwanensingel wordt opnieuw ingericht, waarbij onder andere geluidsreducerend asfalt zal worden aangebracht.

De reconstructie van de Zwanensingel is in juli 2013 afgerond.

Extra verantwoordingsinformatie inzake bestuursovereenkomst ISV Geluid In de bestuursovereenkomst ISV Geluid d.d.17 februari 2011 met de provincie Zuid Holland is vastgelegd dat € 251.000,- euro investeringsbudget beschikbaar wordt gesteld voor geluidsanering van 41 woningen (A-lijst). Het betreft woningen aan de Hoflaan en de Westhavenplaats die in het kader van het Actieplan Geluid Binnenstedelijk Wegverkeer worden gesaneerd tot onder de plandrempelwaarde van 65 dB. Het beschikbaar gestelde bedrag is als volgt verdeeld: - Stille klinkers Hoflaan, 13 woningen, € 101.000,- Inrichten Westhavenplaats tot voetgangersgebied, 28 woningen, € 150.000,De stand van zaken is als volgt: Westhavenplaats De Westhavenplaats is eind 2012 opnieuw ingericht tot voetgangersgebied. Toegankelijkheid voor gemotoriseerd vervoer is uitsluitend mogelijk ten behoeve van het laden en lossen voor de plaatselijke ondernemers (door middel van zogenaamde pollers). In de winterperiode wordt de Westhavenplaats (beperkt) toegankelijk gemaakt voor gemotoriseerd verkeer met behulp van pollers. Er geldt dan een 30 km/u zone. Ook de Blokmakersplaats wordt heringericht tot een 30 km/u zone. In september 2014 wordt dit uitgevoerd. Daarmee wordt de geluidsanering van de 28 woningen van de Visbankflat aan de Westhavenplaats/Blokmakersplaats een feit. Begin 2014 wordt nog akoestisch onderzoek verricht om aan te tonen dat voldaan wordt aan de saneringsdoelstelling. Na voltooiing van de werkzaamheden (2014) aan de Blokmakersplaats zal administratieve afhandeling met de Provincie plaatsvinden. De bestuursovereenkomst met de Provincie wordt uitgevoerd, in 2014 kunnen de 28 woningen van de A-lijst worden afgevoerd. Hoflaan Als saneringsmaatregel is de Hoflaan eind 2013 voorzien van geluidreducerende klinkers. Het betreft het stuk Hoflaan vanaf de Oude Havenbrug/Schiedamseweg tot de Hofsingel. Met het aanleggen van stille klinkers op dit stuk Hoflaan zijn 13 A-lijst woningen aan de Hoflaan en de Schiedamseweg gesaneerd. In 2014 zal de administratieve afhandeling met de Provincie plaatsvinden. De bestuursovereenkomst met de Provincie wordt verder uitgevoerd, in 2014 kunnen de 13 woningen van de A-lijst worden afgevoerd.

32

WAT HEEFT HET GEKOST? Realisatie programma Groen en Milieu (bedragen x € 1.000)


Lasten Baten Saldo van baten en lasten (Resultaat voor bestemming)



21.293 17.112

19.700 16.059

20.517 16.799

Verschil begroting na wijziging -/- realisatie 20.599 -82 17.205 406

-4.181

-3.641

-3.718

-3.394

324

1.083 2.333 1.250

616 0 -616

745 715 -30

990 727 -263

-245 12 -232

-2.931

-4.257

-3.748

-3.657

92

Realisatie programma op productniveau Burgerproduct Lasten (x € 1.000) Openb groen en openluchtrecreatie - Begroting (na wijz) 4.931 - Realisatie 5.285 - Afwijking -354 Afvalverwijdering en -verwerking - Begroting (na wijz) 7.622 - Realisatie 7.331 - Afwijking 291 Riolering en grondwatertaken - Begroting (na wijz) 5.136 - Realisatie 4.998 - Afwijking 138 Milieubeheer - Begroting (na wijz) 2.030 - Realisatie 2.126 - Afwijking -96 Lijkbezorging - Begroting (na wijz) 798 - Realisatie 859 - Afwijking -61 Totaal programma Groen en Milieu - Begroting (na wijz) 20.517 - Realisatie 20.599 - Afwijking -82

Baten

Saldo Toevoeg. Onttrekk. Resultaat b/l reserves reserves

89 273 184

-4.842 -5.012 -170

36 36 0

365 373 -8

-4.513 -4.675 -162

9.972 10.161 189

2.350 2.830 480

85 279 -195

300 304 -4

2.565 2.855 289

5.939 5.851 -88

803 853 50

598 648 -50

0 0 0

205 205 0

35 171 135

-1.995 -1.956 39

0 0 0

50 50 0

-1.945 -1.906 39

764 750 -14

-34 -109 -75

27 27 0

0 0 0

-61 -136 -75

16.799 17.205 406

-3.718 -3.394 324

745 990 -245

715 727 -12

-3.748 -3.657 92

Toelichting afwijkingen Alleen afwijkingen aan zowel de lasten- als de batenzijde die groter zijn dan € 50.000 worden toegelicht. Openbaar groen en openluchtrecreatie Op dit product is in totaal een voordeel op de batenzijde van € 184.000,- en een nadeel aan de lastenzijde van € 354.000,-.

33

Het voordeel op de batenzijde heeft voornamelijk de volgende oorzaak:  De gemeente heeft opdrachten/werkzaamheden van derden uitgevoerd, die vervolgens in rekening zijn gebracht. Het nadeel op de lastenzijde heeft voornamelijk de volgende oorzaak:  De overschrijding wordt grotendeels veroorzaakt door de taakstellingen op Natuur- en milieueducatie en op de kinderboerderij. Het NME is begin 2013 gestart met de omvorming tot Duurzaamheidscentrum om invulling aan de bezuiniging te geven. Vanwege de opstartfase is deze bezuiniging nog niet volledig gerealiseerd. De investeringen op dit product zijn in 2012 gestart, maar de uitvoering van de werkzaamheden zijn in 2013 afgerond, waardoor een nadeel op de kapitaallasten is ontstaan. Afvalverwijdering en -verwerking Op dit product is in totaal een voordeel op de batenzijde van € 189.000,- en een voordeel aan de lastenzijde van € 291.000,-. Het voordeel op de batenzijde heeft voornamelijk de volgende oorzaak:  Per saldo resteert een voordeel van € 220.000. Dit is het gedeelte aan dividend dat niet met de 3 egalisatiereserve verrekend wordt, maar ten gunste van de algemene reserve moet komen . Het voordeel op de lastenzijde heeft voornamelijk de volgende oorzaak:  De werkelijke onttrekking uit de egalisatiereserve afvalstoffenheffing is lager als gevolg van een positieve eindafrekening van Irado van € 279.340,-. Riolering en grondwatertaken Op dit product is in totaal een nadeel op de batenzijde van € 88.000,- en een voordeel aan de lastenzijde van € 138.000,-. Het nadeel op de batenzijde heeft voornamelijk de volgende oorzaak:  Lagere inkomsten uit de rioolheffing, enerzijds door een lager aantal huishoudens dan begroot en anderzijds door een lagere opbrengst vanuit rioolrecht gebruik.  Het voordeel op de lastenzijde heeft voornamelijk de volgende oorzaak:  De werkelijke storting in de egalisatiereserve riolering is hoger in verband met de lagere kapitaallasten dan begroot. Milieubeheer Op dit product is in totaal een voordeel op de batenzijde van € 135.000,- en een nadeel aan de lastenzijde van € 96.000,-. De belangrijkste oorzaken hiervoor zijn de volgende:  Milieubeheer Op het budget voor milieubeheer is op de uitgaven gelet om zo de overschrijding bij het deel DCMR ad € 48.000,te kunnen dekken. Ook werden in het verleden op aandringen van andere secties bodem onderzoeken vaak door sectie Milieu (bodem) uit het reguliere budget gefinancierd. Echter door de takenoverdracht van de medewerkers bodem naar het DCMR worden de kosten van bodemonderzoeken door de secties zelf verzorgd. Bij de takenoverdracht naar de DCMR is in een laat stadium besloten een aantal werkzaamheden niet over te hevelen. Zodoende is het te betalen bedrag aan de DCMR met circa € 35.000,- per jaar lager vastgesteld. De overdracht heeft echter al per november 2012 gestalte gekregen waardoor de maanden november en december voor een bedrag van circa € 83.000,- nog éénmalig in 2013 betaald diende te worden. Dit resulteert in een meervraag van circa € 48.000,- voor 2013. Deze overschrijding is gedekt door een onderbesteding elders op het budget.  Milieu incidenten In 2013 zijn de openstaande milieu incidenten uit 2012 en 2/3 van de milieu incidenten van 2013 ontvangen. Gebleken is dat een deel van de milieu incidenten oninbaar is (€ 21.500).  Klimaatverandering Het budget voor klimaatverandering (€ 70.000 regulier budget + € 50.000 herbestemming van de onderbesteding 2012) is volledig besteed. Het is met name ingezet voor het programma duurzaamheid. Hiermee is een structurele impuls gegeven aan het verduurzamen van Vlaardingen: versnellen van de verduurzaming van de gebouwde omgeving door het Platform Duurzaam Vlaardingen en de Marktplaats Duurzaam Bouwen; gratis energieadviezen; diverse bewustwordings- en promotieactiviteiten zoals de Dag van de Duurzaamheid, het Klimaatstraatfeest en Warme truien dag; ondersteuning werkgroep Fair Trade en Nacht van de Nacht; 3

Totaal ontvangen dividend Irado 2013: € 820.000,-

34

groepsaankoop pv-panelen; de plaatsing van 19 laadpalen in de openbare ruimte; monitoring effecten programma; opstellen energievisie etc. Voor het uitwerken van een business case met betrekking tot de realisatie van een revolving fund duurzaamheid is in 2013 een voorziening van € 100.000,- getroffen. Lijkbezorging Op dit product is een nadeel op de lastenzijde van € 61.000,-. Dat heeft de volgende oorzaak:  De baten op lijkbezorging zijn lager dan geraamd als gevolg van minder verlengingen van grafrechten en minder begrafenissen. Daarnaast blijkt het integraal op de markt zetten van het beheer van de begraafplaatsen niet haalbaar, maar dit blijft in de huidige rol- en taakverdeling uitgevoerd worden (de regie en het beheer blijft bij de gemeente, het onderhoud is op de markt gezet). Er is eind 2013 een voorstel uitgewerkt om tarieven en de taakverdeling in deze rolverdeling opnieuw te ramen, waarbij meer realisme ontstaat met de huidige ontwikkelingen (meer crematies en minder begrafenissen) en de recessie.


Begroting

R. Afvalstoffenheffing

Realisatie

Saldo

85

279

-195

598

648

-50

R. Onderhoud daktuin

23

23

-


40

40

-

R. Riolering

De stortingen in de reserves onderhoud daktuin en onder gebouwen heeft plaatsgehad overeenkomstig de ramingen. De saldi van de producten riolering en afvalstoffenheffing worden vereffende met de betreffende egalisatiereserve. De storting in de egalisatiereserve riolering is € 50.000 hoger dan geraamd. Aan de egalisatiereserve afvalstoffenheffing is per saldo € 25.000 onttrokken. Administratief resulteert dat in een hogere storting van € 195.000 dan geraamd. Onttrekkingen Reserve

Begroting

Realisatie

Algemene Reserve

-

R. Aanpak groen R. Afvalstoffenheffing R. Resultaatbestemmen

Saldo 8

-8

365

365

-0

300

304

-4

50

50

-

De geraamde onttrekkingen, waaronder reserve aanpak groen en egalisatiereserve afvalstoffenheffing, zijn gerealiseerd zonder noemenswaardige afwijkingen.

35

BEGROTINGSPROGRAMMA 4: VERKEER EN MOBILITEIT

De Vlaardingse woonwijken en bedrijventerreinen zijn goed bereikbaar voor alle verkeersdeelnemers. Het verkeer kan in Vlaardingen goed doorstromen, waarbij doorgaand autoverkeer zo veel mogelijk via ontsluitingswegen rijdt en het stadscentrum autoluw is. Fietsen wordt gestimuleerd; daarvoor zijn goede en veilige fietsverbindingen beschikbaar. Het parkeerbeleid in Vlaardingen is doelmatig.

36

SPEERPUNTEN UIT COLLEGEPROGRAMMA 2011-2014        

Goede bereikbaarheid van de Vlaardingse woonwijken en bedrijventerreinen. Een autoluw centrum en geen doorgaand autoverkeer door de woonwijken. Hoge verkeersveiligheid. Goede doorstroming. Omvorming Hoekselijn tot lightrail. Kwaliteit Openbaar Vervoer. Goede en snelle fietsverbindingen. Doelmatig parkeerbeleid.


Gemeentelijk Verkeer- en Vervoersplan Beleids- en Beheerplan Wegen Beheer- en Beleidsplan Civieltechnische Kunstwerken


10.1



Doelstelling 10: Vlaardingen is goed bereikbaar en goed ontsloten voor alle verkeer. Meetbare subdoelstelling: Het aantal Vlaardingers dat de bereikbaarheid van de stad voldoende vindt neemt toe.

Het meten van deze doelstelling geschiedt in de Stadspeiling. Vragen die betrekking hebben op deze doelstelling zijn in 2011 voor de eerste keer opgenomen in de Stadspeiling en vervolgens opnieuw in die van 2013. Zo kan een vergelijking worden gemaakt. De bereikbaarheid van Vlaardingen per fiets wordt, net als in 2011, ook in 2013 het beste beoordeeld. 98% van de respondenten op wie deze vraag van toepassing was, vindt de bereikbaarheid per fiets voldoende tot zeer goed. Dit percentage is met 1% gestegen. De bereikbaarheid per openbaar vervoer wordt in 2013 met 89% voldoende tot zeer goed, het laagste beoordeeld, net als in 2011 met hetzelfde percentage. De bereikbaarheid per auto/motor is in 2013 door 90% van de respondenten beoordeeld als voldoende tot zeer goed, in 2011 was dit 93%. Over het algemeen scoort Vlaardingen dus vrij goed als het om de bereikbaarheid gaat.

Activiteiten In samenwerking met Schiedam, Maassluis, Delft en (andere gemeenten in) de regio Haaglanden de aanleg van de Oranjetunnel als nieuwe westelijke oeververbinding bevorderen.

In april 2013 heeft de minister haar voorkeursbeslissing kenbaar gemaakt in de ontwerp Rijksstructuurvisie NWO. Vlaardingen heeft in haar zienswijze nogmaals benadrukt voor de Oranjetunnel te zijn maar heeft desalniettemin ook inhoudelijk gereageerd op de Blankenburgtunnel. Begin november 2013 heeft de minister de definitieve voorkeursbeslissing genomen met de vaststelling van de Rijksstructuurvisie en de Nota van antwoord op de zienswijzen. Daarmee is haar keuze voor de Blankenburgverbinding definitief geworden. De Vlaardingse inzet is nu gericht op een zo optimaal mogelijke inpassing voor Vlaardingen.

10.2

De verkeersregelinstallaties op een aantal

De verkeersregelautomaat Van Hogendorplaan/ Rotterdamseweg is in 2013 vervangen door een

37

kruispunten moeten vervangen worden.

tijdelijke automaat. In verband met de nog niet voltooide herinrichting van de BabberspolderOost en de Van Hogendorplaan is een tijdelijke bouwaansluiting aan de kruising toegevoegd welke in de verkeersregeling is opgenomen. De technische voorbereiding van de vervanging van de verkeersregelautomaat Burg. Heusdenslaan/Lepelaarsingel/Van Linden van den Heuvellsingel is gestart in 2013. Uitvoering e vindt plaats 1 kwartaal 2014.

10.3

Vaststellen en uitvoering geven aan Verkeersveiligheidsplan Vlaardingen.

Het Verkeersveiligheidsplan wordt opgenomen in het nieuwe Gemeentelijke Verkeers- en Vervoer Plan (GVVP) dat in 2014 aan u wordt aangeboden. Dat neemt niet weg dat projecten reeds conform landelijke Duurzaam Veilig richtlijnen worden uitgevoerd.

10.4

Uitvoering verkeerscirculatieplan Groot Vettenoord.

Het verkeerscirculatieplan is afgerond en wordt meegenomen in het herstructureringsproject Groot Vettenoord dat in 2014 in uitvoering gaat.

10.5

Vlaardingen blijft zich bij de stadsregio Rotterdam inzetten voor personenvervoer over water en voor de ombouw van de Hoekse Lijn tot lightrail.

Ook in 2013 is het belang van aansluiting van Vlaardingen op vervoer over water herhaaldelijk geuit en benadrukt in regionaal verband. Vanwege de beperkte beschikbare financiën bij de Stadsregio is er de komende tijd geen zicht op aansluiting van Vlaardingen op vervoer over water. Het dagelijks bestuur van de stadsregio Rotterdam heeft op 10 juli 2013 het definitief projectbesluit genomen om de spoorlijn tussen Schiedam en Hoek van Holland om te bouwen tot metro en de lijn aan te sluiten op het regionale metronet. Het projectbureau Hoekse Lijn werkt nu aan de uitwerking van het voorlopig ontwerp en het definitieve ontwerp.

10.6

De herinrichting van de Westhavenplaats is eind 2012 gestart en wordt dit jaar afgerond.

De herinrichting van de Westhavenplaats is in 2013 afgerond.

10.7

Volgens de planning worden dit jaar 9 bushaltes omgebouwd volgens de eisen haltetoegankelijkheid van het Rijk.

In 2013 zijn 14 bushaltes omgebouwd volgens de eisen haltetoegankelijkheid van het Rijk.

10.8

In overleg met ondernemers en bewoners wordt onderzocht hoe de Rivierzone beter ontsloten kan worden.

In 2013 is het Mobiliteits Platform Vlaardingen opgericht bestaande uit bewoners en ondernemers. In het Platform staan bereikbaarheid en ontsluiting van Vlaardingen centraal.

Doelstelling 11: Een openbare ruimte waarbij het onderhoudsniveau overeenkomt met het duurzame kwaliteitsniveau minimaal ‘sober’.

Het onderhoudsniveau van de openbare ruimte is als gevolg van de bezuinigingen naar niveau ‘sober’ gegaan. De teruggang van de uitstraling als gevolg van de bezuinigingen wordt gezien, maar is nog niet gebaseerd op meetgegevens.

11.1

Activiteiten Opstellen van een (integrale) visie op de Openbare Ruimte.

De visie op de openbare ruimte en het beleidsplan openbare verlichting zijn opgesteld en worden in 2014 aan u aangeboden voor bestuurlijke besluitvorming.

38

11.2

Actualiseren van het beleids- en beheerplan voor Wegen

Het nieuwe wegenplan wordt opgesteld en is in het tweede kwartaal van 2014 gereed.

11.3

Fase 3 en 4 van de Kruidenbuurt wordt opgehoogd. De herinrichting van de Parkweg en Hogelaan wordt afgerond.

Werkzaamheden in de Kruidenbuurt, Parkweg en Hogelaan zijn grotendeels afgerond. In 2014 wordt nog plantwerk uitgevoerd en restwerkzaamheden.

11.4

Afronden van een beleidsplan voor Openbare Verlichting.

De visie op de openbare ruimte en het beleidsplan openbare verlichting zijn opgesteld en worden in 2014 aan u aangeboden voor bestuurlijke besluitvorming. Het nieuwe wegenplan wordt opgesteld en is in het tweede kwartaal van 2014 gereed.


39

Realisatie programma op productniveau

Toelichting afwijkingen Alleen afwijkingen aan zowel de lasten- als de batenzijde die groter zijn dan € 50.000 worden toegelicht. Wegen, straten en pleinen Op dit product is in totaal een voordeel op de batenzijde van € 201.000,- en een voordeel aan de lastenzijde van € 256.000,-. Het voordeel op de batenzijde heeft de volgende oorzaak:  De gemeente heeft opdrachten/werkzaamheden van derden uitgevoerd, die vervolgens in rekening zijn gebracht. Het voordeel op de lastenzijde heeft de volgende oorzaak:  De onderschrijding op lasten wordt veroorzaakt door het aantal minder geschreven directe uren in verband met ontstane vacatures. Verkeersmaatregelen Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden boven de rapporteergrens. Parkeren Op dit product is in totaal een nadeel op de lastenzijde van € 201.000 en een voordeel aan de batenzijde van € 388.000. Het voordeel op de batenzijde heeft de volgende oorzaak:  de overschrijding op de baten wordt enerzijds veroorzaakt door het ontvangen bedrag € 175.000 als afkoopsom van de parkeerbalans Veerplein en anderzijds door de hogere baten als gevolg van hogere opbrengsten straatparkeren (de begrote baten van het parkeerbeleid c.q. parkeertarieven voorzichtig waren ingeschat). Het nadeel op de lastenzijde heeft de volgende oorzaak:  door het niet volledig begrotingstechnisch verwerken van het raadsbesluit uit december 2012 is een financieel technisch nadeel ontstaan van € 200.000 (uren en een dubbele bezuiniging). Uitgaande van begrote lasten ad € 1,403 mln is er een voordeel door een lagere dienstverleningsovereenkomst met de parkeerhandhaving.

40

Een bedrag van € 250.000 aan bestede uren van de sectie Toezicht en Veiligheid inzake parkeerbeleid zijn, zowel in de begroting als in de jaarrekening, technisch niet verantwoord onder het product parkeren. Voor de kostendekkendheid (uitgangspunt van het parkeerbeleid) wordt dit bedrag wel meegerekend. De lasten en baten zijn door het ten uitvoer brengen van het gewijzigde parkeerbeleid waren niet meer in overeenstemming met de geraamde kosten en opbrengsten. Dit is met de begroting 2014 gecorrigeerd. Waterbeheer Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden.

Mutaties reserves Toevoegingen

Onttrekkingen Reserve R. Openbare ruimte Marnixlaan R. Resultaatbestemmen R. Sluisplein R. Veilige Schoolzones

Begroting

Realisatie

Saldo

230

230

-0

77

8

69

38

-38

70

-30

40

Er zijn onttrekkingen aan reserves gedaan voor met name de openbare ruimte Marnixlaan, reconstructie Sluisplein en veilige schoolzones. De onttrekking voor Sluisplein, € 38.000 was niet geraamd en aan de reserve veilige schoolzones is € 30.000 meer onttrokken dan geraamd vanwege nog enkele afrondende werkzaamheden nabij scholen. De onttrekking aan de reserve resultaatbestemming 2012 voor onderhoud verkeersregelinstallaties is € 70.000 lager geweest dan geraamd. De ontvangen afkoopsom is voor 10 jaar, daarom is er slechts 10% onttrokken in plaats van het gehele bedrag.

41

C. Ontwikkeling van de stad

BEGROTINGSPROGRAMMA 5: WONEN

Vlaardingen zal zich verder ontwikkelen tot een attractieve woon- en werkstad, met meer variatie in het woningaanbod. Het groene karakter van de stad en het haar buitengebied, de aanwezigheid van bedrijvigheid en een goed aanbod van culturele voorzieningen vormen belangrijke factoren hierin. Een voortvarende uitvoering van het Actieplan Wonen is zeer belangrijk voor de toekomst van de stad. Het gaat daarbij om meer dan het bouwen en verbetering van woningen alleen: het gaat vooral over het verbeteren van de positie van wijkbewoners, het versterken van sociale structuren en het verbeteren van de leefbaarheid in de wijken.

42

SPEERPUNTEN UIT COLLEGEPROGRAMMA 2011-2014 De uitvoering van het Actieplan Wonen heeft hoge prioriteit. Het Actieplan Wonen behelst meer dan alleen het bouwen en renoveren van huizen: met de corporaties, ontwikkelaars en bewoners werken we aan aantrekkelijke woonmilieus en verbeteren van de leefbaarheid. In deze bestuursperiode zetten wij in op:  Voortzetting van de gebiedsgerichte uitwerking, die is gebaseerd op gebiedsvisies.  Ontwikkeling van de Rivierzone.  Herijking van het uitvoeringsprogramma als gevolg van de economische situatie.  Prioriteit bij woningbouwprojecten in de Babberspolder-Oost, Holy Zuidoost en het Buizengat.  Maatschappelijke investeringen blijven onlosmakelijk verbonden aan het Actieplan wonen.


Actieplan Wonen 2008-2030 Gebiedsvisies 2010 Gebiedsprogramma’s 2014


13.1



Doelstelling 13: Vlaardingers kunnen hun wooncarrière in Vlaardingen doorlopen. Meetbare subdoelstelling: In 2013 worden in Vlaardingen 200 nieuwe woningen opgeleverd. Het aantal vertrekkers vanwege het niet kunnen krijgen van een woning neemt af.

In 2013 zijn in Vlaardingen 345 woningen opgeleverd.

Activiteiten De uitvoering van het Actieplan Wonen, gebaseerd op gebiedsvisies en een stedelijk programma waarin de gewenste ontwikkeling van wijken/buurten is aangegeven.

Het actieplan Wonen is geactualiseerd. Het uitvoeringsprogramma 2014 is vast gesteld. De gebiedsprogramma’s zijn vastgesteld.

13.2

Als gevolg van de marktontwikkeling na de kredietcrisis zullen de nieuwbouwambities moeten worden bijgesteld. Vanaf 2014 wordt vooralsnog uitgegaan van circa 300 nieuwbouwwoningen per jaar. Binnen de mogelijke productie is de segmentering binnen de projecten belangrijk om op de vraag te kunnen reageren.

Naar aanleiding van de actualisatie Actieplan Wonen is de ambitie bijgesteld tot circa 230 woningen per jaar, waarbinnen rekening is gehouden met de benodigde segmentering en spreiding over de wijken.

13.3

Uitvoering geven aan de prestatieafspraken en de deelovereenkomst doelgroepen daarin uitbreiden met bijzondere doelgroepen (o.a. MOE-landers en asielzoekers).

Prestatieafspraken worden naar aanleiding van de actualisatie Actieplan Wonen in 2014 opnieuw opgesteld.

13.4

Vlaardingse belangen inbrengen bij de regionale verstedelijkingsafspraken en volkshuisvestingsrichtlijnen.

De regionale samenwerkingsafspraken op woningbouw zijn vastgesteld. Hierin is de Vlaardingse bestuurder trekker geweest.

13.5

Aandacht voor doelgroep met inkomen tussen 33.000 en 43.000 euro.

Is meegenomen in de actualisatie Actieplan Wonen.

13.6

Met corporaties worden afspraken gemaakt over bijzondere koop-huurvormen voor bewoners zoals "koopgarant', "slimmer kopen, "te woon", etc.

In de besprekingen rondom de actualisatie is hier ruimschoots aandacht aan besteed. De vormen die zinvol worden geacht zullen worden meegenomen in de prestatieafspraken.

13.7

Als gevolg van de marktontwikkeling is naast duurzame nieuwbouw investeren in (duurzame) hoogwaardige renovatie ook een middel om de

Er zijn veel woningen aangepakt bijvoorbeeld in de VOP en het centrum.

43

productie op peil te houden. 13.8

Bij besluiten tot sloop worden bewoners betrokken. Huurdersraad en betreffende bewonerscommissie hebben gekwalificeerd adviesrecht.

De corporaties volgen minimaal de wettelijke richtlijnen op dit punt. Daar boven op heeft de huurdersraad een belangrijkere rol gekregen.

13.9

Kunst en cultuur wordt betrokken bij de herinrichting van wijken.

In 2013 is de zitmuur met mozaïek van de Vlaardingse geschiedenis afgerond en geplaatst in het park ’t Hof. In het ontwerp van het buurtplein in de Hoogkamerstrook, is een verwijzing opgenomen naar de oude Zuidbuurtseweg die vroeger in deze buurt liep. Het buurtpark Oostwijk is opnieuw ingericht en in gebruik genomen , waarbij de ‘torenspits’ een prominente plaats heeft gekregen.

13.10

In 2013 wordt ingezet op de start ontwikkeling Buizengat en Rivierzone.

Met betrekking tot het Buizengat is een overeenkomst gesloten met een beoogd ontwikkelaar. De uitvraag kerngebied Rivierzone loopt nog.

Doelstelling 14: Vlaardingen heeft een actueel ruimtelijkeordeningskader Meetbare subdoelstelling: Vanaf 1 juli 2013 zijn alle bestemmingsplannen in Vlaardingen jonger dan 10 jaar.

De 13 laatste bestemmingsplannen zijn nu in procedure zodat de doelstelling in 2014 wordt gehaald. Daarvan zijn er vier in voorbereiding (A20, Schiereiland en tweemaal Marathonweg)

14.1

Uiterlijk op 1 juli 2013 zal voor de laatste gebieden waarvoor nog een actualisatie van het bestemmingsplan noodzakelijk was de procedure worden afgerond (vaststelling door gemeenteraad).

Vanwege de kredietcrisis en aanpassingen in het bouwprogramma die ook hernieuwde visie vereisten in bestemmingsplannen, is dit niet gehaald. Uiteindelijk bleek dit voor de bestemmingsplannen in de Rivierzone vanwege de Crisis- en herstelwet ook niet vereist. De laatste plannen zijn wel in het eerste kwartaal van 2014 in procedure gebracht of in voorbereiding.

14.2

Afhankelijk van de ontwikkelingen rondom de nieuwe Omgevingswet zal de huidige Structuurvisie worden aangepast.

De nieuwe Omgevingswet is op dit moment nog niet in werking getreden.

WAT HEEFT HET GEKOST? Realisatie programma Wonen (bedragen x € 1.000)





Verschil begroting na wijziging -/- realisatie 34.450 -15.481 22.199 3.377

2.208 3.043

2.027 94

18.969 18.822

835

-1.933

-147

-12.251

-12.104

1.300 1.456 156

94 102 8

211 102 -108

244 2.060 1.816

-34 1.958 1.924

991

-1.924

-255

-10.435

-10.180

44

Realisatie programma op productniveau Burgerproduct Lasten (x € 1.000) Woningbouw en Volkshuisvesting - Begroting (na wijz) 770 - Realisatie 1.234 - Afwijking -464 Bouwgrondexploitatie - Begroting (na wijz) 18.199 - Realisatie 33.216 - Afwijking -15.017 Totaal programma Wonen - Begroting (na wijz) 18.969 - Realisatie 34.450 - Afwijking -15.481

Baten


16 474 458

-754 -759 -6

211 211 0

102 463 -360

-862 -507 355

18.806 21.725 2.919

607 -11.492 -12.098

0 34 -34

0 1.598 -1.598

607 -9.928 -10.535

18.822 22.199 3.377

-147 -12.251 -12.104

211 244 -34

102 2.060 -1.958

-255 -10.435 -10.180

Toelichting afwijkingen Alleen afwijkingen aan zowel de lasten- als de batenzijde die groter zijn dan € 50.000 worden toegelicht. Woningbouw en volkshuisvesting Op dit product is in totaal een voordeel op de batenzijde van € 458.000,- en een nadeel aan de lastenzijde van € 464.000,-. De belangrijkste oorzaken hiervoor zijn de volgende:  Omslagheffing Over 2012 is een bedrag ad € 414.329,- aan de regio afgedragen (negatieve afwijking aan lastenzijde). Over dezelfde periode is € 367.016,- verrekend met diverse grondexploitaties en is in totaal € 94.943,- in rekening gebracht bij particulieren (positieve afwijking aan batenzijde).  Maatschappelijke investeringen Conform de jaarrekening 2012 is er vanuit de reserve Actieplan Wonen een bedrag ad € 288.000,- op vrijgevallen. Met ingang van 2013 is het budget Maatschappelijke investeringen (€ 400.000,-) direct op de diverse producten opgenomen. Hiervan is c.a. € 351.000,- uitgegeven en zal via het programma Bestuur, Dienstverlening en Participatie voorgesteld worden het niet ingezette budget voor Externe Lobby en Communicatie ad € 16.964,- over te hevelen naar 2014.  Overige kosten Tot slot zijn een aantal kosten niet geraamd, zoals de kosten van ABF research voor o.a. kernpublicatie wOOn Vlaardingen, die het nadeel op het product veroorzaken. Een deel van de kosten voor de kernpublicatie is doorbelast aan de woningbouwcorporaties  Revolving fund De totale rentelasten van € 165.000,- zijn ten laste van reserve Particuliere woningverbetering (PWV) (€ 63.000,-) en de reserve Revolving Fund gebracht (€ 102.000,-). In de begroting 2013 is bij het deel onttrekking reserves de onttrekking aan de reserve PWV ad € 63.000,- niet geraamd, waardoor dat hoger uitvalt dan begroot. De gemeente verstrekt via het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVN) startersleningen. Over deze startersleningen wordt rente geheven. In totaal is bij SVN over de periode 2007 – 2012 € 190.128,- rente opgebouwd, minus de beheerkosten. Dit blijkt hoger te zijn dan in de begroting 2013, € 94.000,- is geraamd. Deze renteopbrengsten zijn in 2013 aan de reserve Revolving Fund toegevoegd. Sinds 2010 verstrekt de gemeente via SVN leningen in het kader van Particuliere Woningverbetering (PWV). Begin 2013 is de opgebouwde rente en aflossingen, € 130.658,- over de periode 2010-2012 bij SVN opgevraagd. Hiervan is € 110.216,- ingezet ter verlaging van het openstaand bedrag bij de gemeente i.v.m. het beschikbaar stellen van middelen aan SVN. En is het restant ad € 20.442 in 2013 als renteopbrengsten aan de reserve PWV toegevoegd. Bouwgrondexploitatie Op dit product is in totaal een nadeel op de lastenzijde van € 13.785.000,- en een voordeel aan de batenzijde van € 46.948.000,-.

45

De belangrijkste oorzaken hiervoor zijn de volgende:  Grondexploitaties Bij grondexploitaties (incl. niet in exploitatie genomen gronden) is er sprake van een voordeel door de verkoop van grond voor € 109.100,- bij de Samuel Esmeijerstraat. Voorgesteld wordt om bij de resultaatbestemming het ontvangen bedrag ad € 109.100,- te storten in een voorziening. Met Waterweg Wonen in contractueel overeengekomen dit bedrag aan te wenden voor inrichting van de openbare ruimte na gereedkomen van het woningbouw project. Daarnaast is het voordeel ontstaan door grondverkoop in de Koggehaven voor circa € 4 miljoen. Het nadeel ontstaat door afwaarderingen van de grondexploitatie Marathonweg noord en de Niegg Vergulde Hand west voor in totaal € 6.086.000,- en getroffen voorzieningen voor per saldo € 6.766.000,-. Zie voor meer informatie over de grondexploitaties de paragraaf grondbeleid.  Erfpachtgronden Op 19 september heeft de gemeenteraad besloten om de balanspost Afkoopsommen erfpacht om te zetten in twee Bestemmingsreserves erfpacht. De jaarlijkse vrijval bestaat met ingang van 2013 derhalve uit een onttrekking aan deze reserve. In 2013 is een bedrag van € 1.377.560,- onttrokken ten bate van het product bouwgrondexploitaties. Er bestaat binnen het product erfpacht een nadeel van € 89.914,-. Dat wordt o.m. verklaard doordat er voor doorbelasting van uren € 214.640,00 geraamd is, maar in werkelijkheid € 406.444,- geschreven is. Dit betekent een nadeel van € 178.000,-. Verder zijn extra inkomsten gerealiseerd door de erfpachtuitgifte aan Simbolo, € 79.000,- extra. Per saldo is dan het verschil € 10.000,-. De extra uren hebben ook te maken met de inspanning voor de nieuwe nota erfpacht en de implementatie daarvan.


Begroting

R. Afkoops. erfpachttermijnen

Realisatie

-

R. Particulier Woningverbetering R. Revolving Fund

Saldo 34

-34

20

20

-

190

190

-

De omzetting van de afkoopsommen erfpacht in reserves is via het programma Wonen verwerkt. De toevoeging aan de reserve afkoopsom erfpacht (weerstandsvermogen) van € 25.921.000 en aan de reserve afkoopsom erfpachttermijnen (voor jaarlijkse aanwending) van € 16.800.000 zijn beide niet geraamd. De toevoegingen aan de reserve revolving fund en particuliere woningverbetering zijn overeenkomstig de ramingen gerealiseerd. Onttrekkingen Reserve

Begroting

R. Actieplan wonen R. Particulier Woningverbetering R. Revolving Fund R. VOP-oost R. Afkoops. erfpachttermijnen

102

Realisatie

Saldo

288

-288

72

-72

102

-

220

-220

1.378

-1.378

Reserve particuliere woningverbetering In 2013 is € 63.000 onttrokken ten gunste van de exploitatie ter afdekking van de rentetoerekening en ca. € 9.500 ter dekking van de projecten proceskosten. Deze beide onttrekkingen waren niet geraamd. Reserve VOP/Oost Als dekking voor de afwaardering van het pand Warmelo-vd Drift is een (niet geraamde) onttrekking gedaan van € 220.000. Reserve Actieplan wonen Om een versnelling in de woningbouwproductie en om een extra impuls voor bestemmingsplannen en procedures op het terrein van ruimtelijke ordening aan te brengen is deze reserve gevormd. In de reserve zit nog het restant 2012 ad. € 485.988,-. Van het restantbedrag € 485.988,- is in 2013 ca. €129.000 besteed. Dit is ten laste gebracht van de reserve Resultaat Bestemmen, gevoed vanuit de Algemene reserve. Voor 2014 wordt € 193.000,- (voor de projecten Wijkcentrum West (De Telder), Pilot Thuis in uw Wijk en West@Werk) herbevestigd als reserve Actieplan Wonen en valt € 292.988,- vrij in de algemene reserve.

46

Reserve Afkoopsommen erfpachttermijnen Er is een onttrekking gedaan voor een bedrag van € 1.377.560, betreffende de voor 2013 berekende vrijval van afgekochte erfpachtcanons.

47

BEGROTINGSPROGRAMMA 6: ECONOMIE EN HAVEN

De werkgelegenheid in Vlaardingen is redelijk stabiel, maar blijft achter op de groei die andere gemeenten laten zien. Daarbij maken verhoudingsgewijs veel Vlaardingers gebruik van inkomens- en bijstandsvoorzieningen. Er zijn dan ook meer werkgevers en banen nodig. De gemeente speelt een actieve rol in het stimuleren van de lokale economie en weet wat er bij de Vlaardingse ondernemers leeft. Daarbij richt zij zich op verbetering van de bereikbaarheid van de stad en de ruimte om bestaande en nieuwe duurzame bedrijvigheid en werkgelegenheid mogelijk te maken. Met de Koningin Wilhelminahaven, Vulcaanhaven, Zevenmanshaven, Koggehaven en de zeesteigers op de rivier, is Vlaardingen de vijfde zeehavenstad van Nederland.

48

SPEERPUNTEN UIT COLLEGEPROGRAMMA 2011-2014 De economische structuur van Vlaardingen behoeft versterking. Het aantal arbeidsplaatsen is voor een stad van deze omvang gering. Relatief veel inwoners doen een beroep op inkomens- en bijstandsvoorzieningen. Voor ons beleid betekent dat:  Opstellen van een Actieplan Economie, gericht op het creëren van een aantrekkelijk ondernemingsklimaat, welvaart en werkgelegenheid met als inzet: - Meer duurzame en innovatieve bedrijvigheid (cleantec, haven, logistiek) - Revitalisering van de bedrijventerreinen Vergulde Hand en Groot Vettenoord - Invoering van parkmanagement op deze bedrijventerreinen  Adequate dienstverlening, maximaal optimaal digitaal met oog voor de belangen van ondernemers  Verdere ontwikkeling Rivierzone, met name de herstructurering van Groot Vettenoord en Vergulde Hand West  Versterken relatie onderwijs – arbeidsmarkt Voor het Stadshart is onze inzet:  Versterking van de Hoogstraat en historische binnenstad  Autoluw centrum, o.a. door realisatie flexibele afsluiting van de Westhavenplaats  Herijking van het parkeerbeleid op basis van evaluatie  Renovatie van het stadskantoor aan het Westnieuwland  Vergroten van de veiligheid, zo mogelijk met de inzet van (mobiele) camera’s  Betere benutting van het Veerplein

BELEIDSNOTA’S MET BETREKKING TOT DIT PROGRAMMA  



Actieplan Economie Detailhandelsnota Beheerplan Kades & Glooiingen


15.1



Doelstelling 15: Behouden en bevorderen van de werkgelegenheid in Vlaardingen Meetbare subdoelstelling: Het aantal arbeidsplaatsen in Vlaardingen is in 2013 minimaal even groot als in 2011 (2011: 20.060).

Het aantal arbeidsplaatsen is in 2013 19.756 (op basis van gegevens Bedrijvenregister Zuid-Holland (BRZ)).

Activiteiten Uitvoering geven aan de doelstellingen, zoals vastgelegd in het Actieplan Economie.

In 2013 zijn voor alle 7 visielijnen projecten gestart en gerealiseerd.

15.2

Verbetering van het profiel van de noordwesthoek van de stadsregio in samenwerking met de buurgemeenten.

“Project Noordwesthoek” bestaat niet meer. Wel wordt in overleg met buurgemeenten, stadregio en havenbedrijf gewerkt aan verbetering van het profiel van de regio NWN.

15.3

Verdere uitbouw van accountmanagement voor bedrijven

In 2013 heeft het accountmanagement zich onder meer gericht op verbeteren contacten met grotere bedrijven.

15.4

Voortzetten verbetering bedrijventerrein Groot Vettenoord en opstellen businesscase verzakelijking voor de Vergulde Hand.

Verbetering bedrijventerrein Groot Vettenoord heeft vervolg gekregen en revitalisering Vergulde Hand is in 2013 opgestart o.a. met handhavingsacties, plannen voor herinrichting (subsidie van de stadsregio 1,1 miljoen is verstrekt).

49

15.5

Stimulering vestiging beroepsonderwijs, stimulering vestiging duurzame bedrijvigheid en stimulering realisatie woonwerkcombinaties en kleinschalige bedrijvigheid in de wijken.

Technetkring is opgericht (samenwerking NWN gemeenten, onderwijs, ondernemers); plannen voor vestiging zzp-ers in brandweerkazerne zijn verder uitgewerkt.

15.6

Er wordt in 2013 op 2 locaties in de KW-haven gestart met kade-renovaties. Hierdoor zijn er tijdelijk minder ligplaatsen beschikbaar. De mogelijkheden voor aanleg van walstroom in de KW-haven wordt bij de plannen betrokken.

De kaderenovatie aan de KW haven Noordzijde is gereed en de werkzaamheden aan de zuidzijde worden in 2014 afgerond. Walstroom is hierbij vanwege bedrijfseconomische redenen niet meegenomen. Als onderdeel van het vervangen van de kademuur aan de KW-haven noordzijde is het pompstation ter hoogte van Romi volledig vernieuwd.

15.7

De herinrichting van het Winkelcentrum in de Westwijk wordt dit jaar uitgevoerd.

Nieuwe plein winkelcentrum West is in 2013 aangelegd.

15.8

De aanleg van de Koggehaven is gerealiseerd. Dit jaar wordt de inrichting van de buitenruimte afgerond.

De werkzaamheden aan de inrichting van de buitenruimte van de Koggehaven zijn afgerond.

15.9

In totaal bezochten in 2011 2470 zeeschepen de Vlaardingse havens, waarbij bijna 12 miljoen ton is overslagen. Ondanks de crisis trachten wij dit jaar hetzelfde aantal ton te laten overslaan.

In 2012 is 9,7 miljoen ton overslagen. De vermindering ten opzichte van 2011 is voornamelijk door minder overslag in veevoeders. De cijfers over 2013 zijn nog niet bekend. Wel is een trend zichtbaar met een slecht eerste half jaar en een aantrekkende tweede helft van het jaar.

15.10

Meewerken aan terugkomst V&D vestiging in Vlaardingen.

V&D is in november 2013 geopend.

Doelstelling 16: Vitalisering Binnenstad Meetbare subdoelstelling: De waardering voor het stadscentrum is in 2013 hoger dan 6,8.

De waardering voor het stadscentrum is in 2013 gestegen naar een 7.

16.1

Voortzetten realisatie van het Uitvoeringsplan Binnenstad.

Aan uitvoeringsplan Binnenstad is verder uitvoering gegeven.

16.2

Versterking van de binnenstad door aandacht voor de historische kern, facilitering van horeca en leisure Veerplein alsmede verbetering van de beeldkwaliteit, in samenwerking met de Stichting Stadsherstel.

Leisure op het Veerplein is verder gefaciliteerd (vestiging sportschool in voormalig V&D pand); in nauw overleg met de Stichting Stadsherstel zijn eigenaren van verwaarloosde panden aangeschreven, en worden panden opgeknapt. Plannen voor Leskipand zijn gefaciliteerd.

16.3

Uitvoering geven aan de nota detailhandel 2012.

Bij aanvragen wordt getoetst aan de nota detailhandel, waarbij versterking bestaande winkelcentra het uitgangspunt is.

16.4

Opstellen van een businessplan om te komen tot het privatiseren van de exploitatie van de weekmarkt

Er is een businessplan opgesteld om te komen tot het privatiseren van de exploitatie van de weekmarkt. Hierbij wordt uitgegaan dat de huidige marktkooplieden zelf in de vorm van een stichting de exploitatie overnemen.

16.5

Organiseren en faciliteren van culturele evenementen die bijdragen aan de levendigheid van binnenstad (o.a. Uitmarkt en Veerplein).

Uitmarkt heeft plaatsgevonden; in o.a. Hoogstraat zijn culturele evenementen gefaciliteerd.

16.6

Door de herinrichting van de Markt en de herinrichting van de Westhavenplaats in 2013, wordt een impuls gegeven aan een vitalere en aantrekkelijker binnenstad.

Herinrichting van de Markt en Westhavenplaats is afgerond.

50

16.7

Uitvoering Citymarketingbeleidsplan.

Stichting Citymarketing is gestart met de uitvoering.

WAT HEEFT HET GEKOST? Realisatie programma Economie en Haven (bedragen x € 1.000)





Verschil begroting na wijziging -/- realisatie 4.439 -42 1.303 -202

52.876 31.729

23.524 22.455

4.397 1.504

-21.147

-1.069

-2.893

-3.137

-244

1.623 2.282 659

0 0 0

0 101 101

0 147 147

0 46 46

-20.488

-1.069

-2.792

-2.989

-197

Realisatie programma op productniveau Burgerproduct Lasten Baten (x € 1.000) Ruimtelijke ordening - Begroting (na wijz) 1.171 0 - Realisatie 1.182 10 - Afwijking -11 10 Havens - Begroting (na wijz) 1.702 1.320 - Realisatie 1.710 1.149 - Afwijking -8 -171 Handel - Begroting (na wijz) 156 184 - Realisatie 208 138 - Afwijking -52 -46 Economische ontwikkeling - Begroting (na wijz) 912 0 - Realisatie 890 6 - Afwijking 22 6 Stadspromotie - Begroting (na wijz) 457 0 - Realisatie 450 0 - Afwijking 7 0 Totaal programma Economie en Haven - Begroting (na wijz) 4.397 1.504 - Realisatie 4.439 1.303 - Afwijking -42 -202

Saldo Toevoeg. Onttrekk. Resultaat b/l reserves reserves -1.171 -1.173 -2

0 0 0

0 0 0

-1.171 -1.173 -2

-382 -562 -180

0 0 0

0 0 0

-382 -562 -180

28 -69 -97

0 0 0

0 0 0

28 -69 -97

-912 -884 28

0 0 0

38 84 -46

-874 -799 74

-457 -450 7

0 0 0

63 63 0

-394 -387 7

-2.893 -3.137 -244

0 0 0

101 147 -46

-2.792 -2.989 -197

Toelichting afwijkingen Alleen afwijkingen aan zowel de lasten- als de batenzijde die groter zijn dan € 50.000 worden toegelicht.

51

Ruimtelijke ordening Op dit product bestaat een nadeel aan de lastenzijde van € 11.000,-. Dit nadeel is ontstaan door advocaatkosten en opdrachten aan externe bureaus om de noodzakelijke werkzaamheden voor bestemmingsplannen te verrichten. Havens Door het beperkt aanmeren in verband met werkzaamheden aan de KW-haven (kaderenovaties) en de recessie heeft er minder overslag kunnen plaatsvinden. De overeenkomst nautisch beheer met het Havenbedrijf Rotterdam voor de private zeehavens is in 2013 geactualiseerd. Dit heeft gezorgd voor een extra last van € 70.000,-. Handel Op dit product is in totaal een nadeel op de batenzijde van € 46.000,- en een nadeel aan de lastenzijde van € 52.000,-. Het nadeel op de batenzijde is te verklaren dat vanwege de recessie en de toename van online shopping, het aantal bezette standplaatsen afneemt. Het nadeel aan de lastenzijde is als volgt te verklaren: Het onderbrengen van de weekmarkt in een stichting blijkt niet haalbaar. Vooralsnog blijft de huidige rol- en taakverdeling uitgevoerd worden (de regie en het beheer blijft bij de gemeente, de marktmeester wordt ingehuurd). Momenteel wordt er een businessplan opgesteld om te komen tot het privatiseren van de exploitatie van de weekmarkt, waarbij de huidige marktkooplieden de exploitatie gaan overnemen. Economische ontwikkeling In totaal is er een voordeel op de lasten van € 22.000. Samen met verrekening met projecten is er een voordelig resultaat op dit product van € 74.000,-. Dit is als volgt te verklaren.  Economische ontwikkeling (voordeel €34.105,-) Het budget economische ontwikkeling is onderschreden met ca. € 34.000,-. Dit komt o.a. doordat de activiteiten van het project technetkring vanaf 2014 uitgevoerd zullen gaan worden. Zodoende wordt voorgesteld bij de bestemmingen ten laste van het resultaat een budget à € 20.000 over te hevelen naar 2014.  Actieplan Economie (voordeel €40.229,-) Het budget Actieplan Economie ad € 108.000,- (€ 70.000,- incidenteel budget + € 38.000,- herbestemming van de onderbesteding 2012) is in 2013 onderschreden met ca. € 40.000,- doordat een aantal projecten zoals de bidbooks voordeliger uitgevoerd konden worden dan verwacht. Ook hebben enkele projecten die in 2013 gestart zijn, nog een doorloop in 2014, te weten de herstructurering van bedrijventerreinen, de verhoging van de inkoop binnen de stad en business case glasvezel. Stadspromotie Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden.

Mutaties reserves Onttrekkingen Reserve

Begroting

Realisatie

Saldo

R. Binnenstad

-

18

-18

R. Lokale recessie

-

28

-28

R. Resultaatbestemmen

101

101

-

De onttrekkingen aan de reserve Binnenstad en Aanpak lokale recessie voor respectievelijk € 18.000 en € 28.000 waren niet geraamd. De onttrekkingen zijn gedaan ten behoeve van een binnenstad-management en voor de herstructurering bedrijventerrein Groot Vettenoord.

52

BEGROTINGSPROGRAMMA 7: JEUGD EN ONDERWIJS

De gemeente Vlaardingen wil er een bijdrage aan leveren dat alle Vlaardingse jongeren terugkijken op een fijne jeugd, waarin ze kansrijk, gezond en veilig zijn opgegroeid en hun talenten optimaal hebben kunnen ontwikkelen. De omstandigheden waarin een kind opgroeit, zijn hierbij mede bepalend. Het gezin, de buurt, de school, verenigingen, vriendjes en vriendinnetjes: ze zijn allemaal van invloed op het opgroeien en dus op de mate waarin kinderen in staat zijn hun talenten optimaal te ontwikkelen. Ook het jeugd- en onderwijsbeleid is daarbij van invloed. De focus ligt uiteraard op kinderen en jongeren, maar een kind- en jongerenvriendelijke stad is óók goed voor volwassenen en ouderen en zal de groei van de stad in vele opzichten positief beïnvloeden.

53

SPEERPUNTEN UIT COLLEGEPROGRAMMA 2011-2014 Optimale ontplooiing van ieders talenten. Onderwijs sluit aan bij de capaciteiten van het kind. Aandachtspunten hierbij zijn: § Kindvriendelijke stad. § Ruimte voor jongeren in de leefomgeving. § Rijksbeleid op het gebied van onderwijs en jeugdzorg. § Het aanbod van onderwijsvoorzieningen. § Maatschappelijke functie van scholen § Relatie tussen onderwijs en arbeidsmarkt. § Ondersteuning van ouders die dat nodig hebben. § Zicht op en hulp voor jeugdigen en gezinnen met risico’s.

BELEIDSNÖTA’S MET BETREKKING TOT DIT PROGRAMMA § § § § §

Kaders voor een Kansrijk Jeugdbeleid (13-09-2012) Gewoon DOEN, Uitgangspunten, ontwerp en implementatie-agenda voor het nieuwe Vlaardingse jeugdstelsel (oktober 2013). Alle kinderen zijn kansrijke kinderen (14-06-2012) Speelruimteplan Nota voorschoolse voorzieningen

WAT HEBBEN WE BEREIKT EN HOE? Voorgenomen doelstellingen en activiteiten


Doelstelling 17: Ruimte voor de jeugd Meetbare subdoelstelling: a. Jeugd is in de gelegenheid elkaar te ontmoeten en hun vrije tijd zinvol te besteden:

In de stadspeiling 2013 gaf 12 procent van de respondenten aan dat jeugdoverlast vaak voorkomt. In 2011 bedroeg dit percentage 14%.

b.

17.1

17.2

§

de kwaliteit van leefbaarheid in de stad neemt toe,

§

jeugd is actief en betrokken (burgerschap),

§

ervaren jeugdoverlast neemt af.

Het percentage inwoners dat zegt dat overlast van jongeren vaak voorkomt, neemt af en er is voldoende speelruimte voor de jeugd afgestemd op leeftijdsgroepen.

Activiteiten In iedere wijk een geschikte buitenplek creëren waar jongeren kunnen samenkomen; met jongeren en omwonenden worden afspraken gemaakt over de inrichting en gebruik. Er is een start gemaakt met de uitvoering van het nieuwe speelruimteplan met als onderliggende filosofie 'beter minder, kwalitatief goede en goed onderhouden speelplaatsen, dan veel van matige kwaliteit.

In het vastgestelde speelruimteplan hebben wij vastgesteld wat het gewenste niveau aan speelruimte voor alle doelgroepen is.

Er is een begin gemaakt met de uitvoering van het nieuwe speeluimteplan. Twee speelplaatsen zijn opnieuw ingericht. Op 14 speelplaatsen zijn toestellen vervangen. Zes speelplaatsen zijn verwijderd. Dit is gebeurd in samenspraak met de bewoners. In 2013 zijn alle speeltoestellen geïnspecteerd op veiligheid en technische gebreken. De speeltoestellen zijn aan de hand van de inspectierapportage op een technisch en veilig niveau onderhouden.

54

17.3

Voorkomen en bestrijden van jeugdoverlast door groepsaanpak.

De regiegroep Jeugdoverlast ziet toe op de groepsaanpak. Onder voorzitterschap van GSP en Veilig zijn twee groepen in beeld gebracht voor groepsaanpak volgens de Beke-methodiek.

17.4

Intensivering individuele en outreachende aanpak van het jongerenwerk.

In de activiteiten van Jongerenwerk is de focus verlegd van het aanbieden van activiteiten op straat en in de jongerencentra naar de groepsaanpak op straat en de individuele aanpak van jongeren met een risico. Het jongerencentrum Chill Out is eind 2013 om financiële en inhoudelijke redenen gesloten.

Doelstelling 18: Vlaardingen heeft een goed opvoed- en opgroeiklimaat Meetbare subdoelstelling: a. Het gebruik van opvoed- en opgroeiondersteuning wordt zo goed mogelijk afgestemd op de behoefte.

Onder regie van het CJG verschuift het aanbod opvoed- en opgroeiondersteuning van aanbodgericht naar vraaggericht en van individueel naar collectief. Het aanbod van cursussen wordt bepaald door vragen vanuit de kinderen, ouders, scholen en maatschappelijke organisaties

b.

Gemiddeld één keer per twee weken vindt in het CJG casuïstiekoverleg plaats waarin hulpverleners hun inzet ten behoeve van een gezin of jeugdige op elkaar afstemmen.

Onder regie van het CJG en de gemeente komen instanties zo snel mogelijk tot één plan van aanpak na een melding van ernstige problematiek bij een jeugdige en/of gezin en/of waarbij sprake is van knelpunten in de hulpverlening.

Binnen de Gemeentelijke Organisatie Sluitende Aanpak (GOSA) hebben professionals onder regie van gemeente, 82 jeugdigen behandeld. Voor deze jeugdigen en hun gezinnen zijn plannen van aanpak opgesteld en is de hulpverlening vlot getrokken. Het gaat hier om naar gemeente “opgeschaalde” zaken die vastgelopen zijn.

18.1

Activiteiten Voorbereiden op de implementatie van de wet Zorg voor de Jeugd.

18.2

Doorontwikkelen Centrum voor Jeugd en Gezin.

In 2013 is de introductie van de nieuwe werkwijze KIEN door het CJG afgerond. Werkwijze: minder individuele contactmomenten en meer collectieve. Dit levert tijdswinst op, die het CJG besteedt aan risicokinderen en –gezinnen.

18.3

Realiseren schoolondersteuningsteams op alle Vlaardingse scholen.

Op alle Vlaardingse scholen functioneren schoolondersteuningsteams. In het kader van de Voorlopersaanpak is gestart met het ontwikkelen van een werkwijze die aansluit op de ontwikkelingen in het kader van Passend Onderwijs en de nieuwe Jeugdwet.

In samenwerking met de 16 regiogemeenten heeft Vlaardingen zich voorbereid op de implementatie van de nieuwe Jeugdwet. Vlaardingen neemt deel aan werkgroepen op regionaal niveau voor verdere beleidsvorming en implementatie. In oktober zijn de contourennota “Gewoon DOEN” en het transitiearrangement Jeugdhulp samenwerkende gemeenten Rijnmond vastgesteld. Volgend hieruit is een plan van aanpak opgesteld en een projectteam ingericht. In december en januari zijn interne en externe belanghebbenden geïnformeerd. Daarnaast neemt Vlaardingen deel aan de proeftuin Nieuwe Waterweg Noord met een pilot Jeugd&Gezinsteam in de Westwijk.

55

18.4

Versterken van de rol van de Pedagogische Civil Society (de omgeving als medeopvoeder), onder andere door de samenwerking tussen gesubsidieerde jeugdverenigingen en het Centrum voor Jeugd en Gezin te versterken.

Medewerkers van de (keten-)partners van het CJG zijn getraind in Eigen Krachtmethodieken, zodat zij beter in staat zijn de omgeving van een cliënt te betrekken bij het ondersteuningsplan. Daarnaast heeft het CJG gesprekken gevoerd met gesubsidieerde jeugdinstellingen.

18.5

Het realiseren van sluitende hulpverlening (met speciale aandacht voor jongvolwassenen van 16 t/m 22 jarigen en onder meer door een sluitende aanpak van zwerfjongeren).

Thans vindt intern overleg plaats om binnen de hernieuwde afspraken voor de maatschappelijke opvang, de mogelijkheden te bezien voor sluitende zorg aan dakloze jongeren.

18.6

Het bevorderen van het gebruik van de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

De meldcode is aan de gesubsidieerde instellingen als verplichting in de subsidiebeschikking opgenomen.

Doelstelling 19: In Vlaardingen wordt goed onderwijs gegeven Meetbare subdoelstelling: a. Het aantal voortijdige schoolverlaters in Vlaardingen neemt af met 10%; b.

Alle kinderen beginnen zonder achterstand aan de basisschool;

c.

Alle kinderen behalen minimaal een startkwalificatie voor de arbeidsmarkt.

a.

b.

c.

19.1

19.2

Activiteiten Er wordt een begin gemaakt met de uitvoering van de nieuwe onderwijsvisie “Alle kinderen zijn kansrijke kinderen”; daarin staan drie gedachtelijnen centraal: 

doorlopende leerlijn,



doorlopende zorglijn,



doorlopende werklijn;

Scholen ondersteunen om systemen en meldingen te optimaliseren waardoor leerplichtambtenaren zo vroeg mogelijk in actie kunnen komen.

Het aantal schoolverlaters is ten opzichte van vorig schooljaar met 7 % gedaald. Gemeten van het schooljaar 2005-2006 realiseert Vlaardingen een forse verbetering (van 270 naar 183). Hierbij sluit Vlaardingen aan bij de doelstelling van het rijk om het aantal vsv’ers terug te brengen van 35.000 naar maximaal 25.000 nieuwe vsv'ers in 2016. Tegelijkertijd geldt dat hoe dichter we bij de doelstelling komen, hoe complexer de problematiek is. De nota onderwijskansenbeleid is vastgesteld. Daarin is de doelstelling opgenomen kinderen met de indicatie doelgroepkind een VVE-programma te laten volgen. Daarbij willen we een 100% bereik realiseren in deze planperiode. Zie punt a.

De doorlopende zorglijn: In 2013 is gestart met de “voorlopersaanpak” een pilotproject waarin de afstemming tussen onderwijsondersteuning en zorgondersteuning wordt voorgegeven volgens het principe “één gezin- één plan”. In de nota onderwijskansenbeleid is geformuleerd dat er aansluiting van de zorgstructuur in de voorschool met de vroegschool plaats vindt. Doorlopende werklijn: Dit onderdeel is NWN breed opgepakt. Er is een regionale ambtelijke werkgroep onderwijs, techniek en arbeidsmarkt tot stand gekomen met aandacht voor het verbeteren van de match tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt, het creëren van mogelijkheden voor de meest kwetsbaren op de arbeidsmarkt en het verbeteren van het imago van het techniekonderwijs. Er is een convenant gesloten tussen de bouwsector, gemeenten en woningcorporaties voor het creëren van stageplaatsen en leerwerkplaatsen. De leerplichtambtenaren bezoeken jaarlijks een aantal scholen om ze daarover te informeren. In het kader van het RMC- convenant voortijdig schoolverlaten zijn in de ‘Werkafspraken ongeoorloofd schoolverzuim regio Rijnmond’ weergegeven welke rollen Mbo-

56

onderwijsinstellingen en leerplicht/RMC hebben en welke stappen worden doorlopen in geval van ongeoorloofd verzuim. 19.3

Na een verkennend onderzoek is het streven de leerplichttaken samen met Schiedam en Maassluis regionaal uit te gaan voeren.

In december 2013 is het besluit genomen over te gaan tot een samenwerking op regionaal niveau. Per 3 februari 2014 is het Regionaal Bureau Leerplicht gestart.

19.4

Het maken van afspraken met (de samenwerkingsverbanden bij) het onderwijs over de aansluiting tussen het gemeentelijk jeugd- en onderwijsbeleid en de nieuwe ontwikkelingen binnen het 'Passend Onderwijs'.

De procedure “Op Overeenstemming Gericht Overleg” tussen gemeenten de samenwerkingsverbanden is vastgesteld. Ook is besloten een overeenkomst OOGO aan te gaan. Het OOGO vindt plaats op 3 maart 2014

19.5

Schoolgebouwen worden bezien op een gezond binnenklimaat en de fysieke veiligheid.

In 2012 heeft de uitvoering van de benodigde aanpassingen en de verantwoording naar het Rijk plaatsgevonden.

WAT HEEFT HET GEKOST? Realisatie programma Jeugd en Onderwijs (bedragen x € 1.000)





Verschil begroting na wijziging -/- realisatie 15.362 1.485 3.116 556

17.777 4.189

17.074 2.560

16.847 2.560

-13.588

-14.514

-14.287

-12.246

2.040

237 1.299 1.062

111 701 591

1.111 1.797 686

1.623 653 -970

-512 -1.144 -1.656

-12.526

-13.924

-13.601

-13.216

384

57

Realisatie programma op productniveau Burgerproduct Lasten Baten (x € 1.000) Primair onderwijs - Begroting (na wijz) 15 0 - Realisatie 13 0 - Afwijking 2 0 Voortgezet onderwijs - Begroting (na wijz) 13 0 - Realisatie 13 0 - Afwijking 0 0 Onderwijsaccomodaties - Begroting (na wijz) 339 0 - Realisatie 339 0 - Afwijking 0 0 Onderwijsactiviteiten - Begroting (na wijz) 1.565 16 - Realisatie 1.575 28 - Afwijking -10 12 Onderwijsachterstandenbestrijding - Begroting (na wijz) 3.035 2.469 - Realisatie 3.094 2.465 - Afwijking -60 -4 Jeugd - Begroting (na wijz) 2.170 0 - Realisatie 1.992 162 - Afwijking 178 162 Kinderopvang - Begroting (na wijz) 623 0 - Realisatie 570 53 - Afwijking 53 53 Onderwijshuisvesting - Begroting (na wijz) 9.088 75 - Realisatie 7.767 408 - Afwijking 1.322 333 Totaal programma Jeugd en Onderwijs - Begroting (na wijz) 16.847 2.560 - Realisatie 15.362 3.116 - Afwijking 1.485 556

Saldo Toevoeg. Onttrekk. Resultaat b/l reserves reserves -15 -13 2

0 0 0

0 0 0

-15 -13 2

-13 -13 0

0 0 0

0 0 0

-13 -13 0

-339 -339 0

0 0 0

0 0 0

-339 -339 0

-1.549 -1.546 2

0 0 0

0 0 0

-1.549 -1.546 2

-566 -630 -64

0 0 0

0 0 0

-566 -630 -64

-2.170 -1.830 340

16 16 0

0 0 0

-2.185 -1.845 340

-623 -517 106

86 86 0

0 0 0

-709 -603 106

-9.014 -7.359 1.655

1.009 1.521 -512

1.797 653 1.144

-8.225 -8.227 -1

-14.287 -12.246 2.040

1.111 1.623 -512

1.797 653 1.144

-13.601 -13.216 384

Toelichting afwijkingen Alleen afwijkingen aan zowel de lasten- als de batenzijde die groter zijn dan € 50.000 worden toegelicht. Primair onderwijs Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Voortgezet onderwijs Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Onderwijsaccommodaties Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Onderwijsactiviteiten Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden.

58

Onderwijsachterstandenbestrijding Op dit product is in totaal een nadeel op de lasten van € 60.000,-. Dit is te verklaren door de volgende oorzaken:  Op het Rijksdeel van de Onderwijsachterstandenbeleid is een tekort ontstaan van € 28.000. Dit wordt veroorzaakt doordat, in tegenstelling tot de begroting, geen uren van eigen personeel ten laste van de Rijkssubsidie zijn gebracht.  Bij het gemeentelijk deel is een tekort ontstaan doordat een deel van de stelpost die opgenomen was in de Tussenbalans niet is gerealiseerd (€ 36.000.) Jeugd Op dit product is een voordeel op de lasten van € 178.000,- en een voordeel op de baten van € 162.000,-. Het voordeel op de lasten is te verklaren door het volgende:  De gemeenten zijn per 1 januari 2015 verantwoordelijk voor alle vormen van jeugdhulp. Een zorgvuldige voorbereiding van deze transitie én het bewerkstelligen van de beoogde transformatie vraagt extra inspanningen van gemeenten én uitvoerende instellingen. De gemeenten hebben in 2012 en 2013 een uitkering ontvangen van in totaal € 161.400 om deze voorbereidingskosten te dekken. In 2013 zijn voorbereidingen door de bestaande formatie getroffen. In 2014 zullen hiervoor extra kosten gemaakt worden. Bij de bestemmingen van het resultaat wordt daarom verzocht dit bedrag over te hevelen naar 2014. Het bedrag zal dan besteed worden voor de (tijdelijke) inhuur van expertise, organisatiekosten voor werkbijeenkomsten, uitvoering van pilots en begeleidingscapaciteit. Het voordeel op de baten is te verklaren door het volgende:  Door strakker subsidiebeleid is bij Stichting Flexus Jeugdplein en Careyn Maatschappelijke Dienstverlening een totaal bedrag van € 157.111,- teruggevorderd wegens niet benutte subsidie 2012. Dit levert een incidenteel voordeel op. Kinderopvang Op dit product is een voordeel op de lasten van € 53.000,- en een voordeel op de baten van € 53.000,-. Het voordeel op de lasten is te verklaren door het volgende:  De kosten voor het toezicht op de kinderopvang zijn € 40.000,- lager dan geraamd. Het voordeel op de baten is te verklaren door het volgende:  Door strakker subsidiebeleid bij het Servicebureau Stichting Kinderopvang een bedrag van € 53.000,teruggevorderd wegens niet benutte subsidie 2012. Onderwijshuisvesting Op het product onderwijshuisvesting is een positief resultaat ontstaan van € 521.000,-. Dit verschil is voornamelijk ontstaan door lagere kapitaallasten van (€ 335.500,-) door het afstoten (sloop) van onderwijsgebouwen en terugvordering niet gebruikte MOP-gelden over de jaren 2009-2010 (€ 269.000,-). Dit resultaat wordt zoals gebruikelijk verrekend met de Reserve Onderwijshuisvesting. Voorgesteld wordt de Reserve Onderwijshuisvesting af te romen wanneer deze boven de € 1,5 mln. stijgt. Aan de gemeenteraad wordt daarom voorgesteld een bedrag van € 355.554,- over te hevelen naar de Algemene Reserve.

Mutaties reserves Toevoegingen: Reserve

Begroting

R. Onderhoud gebouwen R. Onderwijshuisvesting

Realisatie

Saldo

111

111

1.000

1.512

-512

In 2013 is de exploitatie onderwijshuisvesting afgesloten met een positief saldo van € 512.000,-. Dit bedrag, samen met de geraamde structurele toevoeging van € 1.000.000,- is aan de reserve onderwijshuisvesting toegevoegd. De overige toevoegingen betreffen die aan de reserve onderhoud gebouwen voor jeugd en kinderopvang en zijn overeenkomstig de raming. Onttrekkingen: Reserve Algemene Reserve R. Onderwijshuisvesting

Begroting

Realisatie

Saldo

-

185

-185

1.797

469

1.328

De onttrekking aan de algemene reserve ter dekking van de afgeboekte boekwaarde van de Polderpoort ad € 185.000 is op dit programma gerealiseerd, doch geraamd op het programma Concernfinanciën.

59

De onttrekking aan de reserve onderwijshuisvesting is € 1.328.000 lager dan geraamd omdat er minder beheerskosten zijn van de onderwijsgebouwen (schoonmaken, schade vandalisme, onderhoud gebouwen en installaties, projecten, huren, energiekosten etc.). De daling van de uitgaven is mede te verklaren doordat er bij de opvanglocaties onderwijs een herschikking heeft plaatsgevonden van de beschikbare lokalen. Tevens wordt onderhoud gepleegd conform meerjaren-onderhouds-plannen wat fluctuaties per jaar tot gevolg heeft.

60

D. Mensen en voorzieningen

BEGROTINGSPROGRAMMA 8: WELZIJN EN ZORG

De gemeente Vlaardingen staat voor de uitdaging om met minder geld mensen te laten meedoen in de samenleving. Dat is mogelijk, maar het vraagt een andere manier van werken, een andere verhouding tussen individuele en collectieve zorg. De directe omgeving van een cliënt wint aan belang, er ligt meer verantwoordelijkheid voor het maatschappelijk middenveld. De gemeente zoekt meer samenwerking met welzijnsorganisaties, zorg instellingen en vrijwilligersorganisaties.

61

SPEERPUNTEN UIT COLLEGEPROGRAMMA 2011-2014 Op het gebied van de zorg / Wet maatschappelijke ondersteuning willen wij komen tot kanteling van de WMO. Individuele zorg wordt omgebogen naar collectieve zorg, waarbij maatwerk en een meer gerichte inzet van middelen mogelijk wordt. Uitgangspunten zijn:  de gemeente treedt op als coördinator/regisseur en brengt het aanbod, samen met organisaties in kaart;  burgers mogen worden geacht om, waar mogelijk, zelf bij te dragen aan het ontstaan van een sterke, sociale samenleving; in dat verband mag van hen worden gevraagd dat ze zoveel mogelijk gebruik maken van eigen kracht en zelfsturend vermogen;  preventie en facilitering gaan vóór hulpverlenen;  ondersteuning is afhankelijk van de zwaarte van de beperking(en) en wordt gerealiseerd op basis van de volgende randvoorwaarden: a. zo snel mogelijk regelen b. zo licht mogelijk, zo zwaar als noodzakelijk c. zo min mogelijk doorverwijzen d. zo veel mogelijk een beroep doen op eigen verantwoordelijkheid Bij deze uitgangspunten geldt:  burgers benutten optimaal de eigen mogelijkheden en talenten;  de gemeente en/of instellingen ondersteunen - anders dan voorheen - vanuit het principe “van zorgen voor, naar zorgen dat”: niet het verstrekken van voorzieningen maar het bereiken van resultaat staat voorop. Er is daarbij sprake van een integrale aanpak met de transities in het sociaal domein (Jeugdzorg, Passend Onderwijs, Participatiewet en overheveling van taken uit de AWBZ) Zelfstandig wonende mensen die daarbij relatief zware beperkingen ondervinden, kunnen op dit moment een beroep doen op AWBZ gefinancierde vormen van begeleiding. De verantwoordelijkheid voor het bieden van compenserende maatregelen voor deze groep komt, ondanks uitstel van besluitvorming op rijksniveau, naar verwachting in de toekomst bij de gemeenten te liggen.

BELEIDSNOTA’S MET BETREKKING TOT DIT PROGRAMMA        

Regionale visie mantelzorgondersteuning (13-03-2008) Nota ouderenbeleid 2009-2012 (24-03-2009) Vlaardingen Santé - lokaal gezondheidsbeleid 2009-2012 (28-04-2009) 't Is ons een Zorg - regionaal beleidskader Oggz 2009-2012 (18-06-2009) Verslaving Meester - regionaal verslavingsbeleid 2010-2013 (29-10-2009) Aanpak Huiselijk Geweld NWN - regionale beleidsvisie 2010-2013 (10-06-2010) Beleidsnota Integratie in Vlaardingen (27-10-2011) Beleidskader vrijwillige inzet (29-11-2011)



Doelstelling 20: Vlaardingers nemen zo lang, zo gezond en zo zelfstandig mogelijk deel aan de samenleving. Meetbare subdoelstelling: a. Uit de eerstvolgende gezondheidsenquête (2013) van de GGD blijkt dat het percentage inwoners dat rookt en overmatig drinkt,.is gedaald ten opzichte van de vorige meting (2009).

N.B.: In 2013 zijn niet precies dezelfde gezondheidsgegevens gemeten als in 2009 a. Het percentage 19-65-jarige inwoners van Vl. dat overmatig drinkt was in 2012 9%. Het percentage 16-55-jarigen dat overmatig dronk in 2009 was 10%. Het percentage 19-65-jarige rokers was 29% in 2012, even hoog als het percentage 16-55jarige rokers in 2008.

b.

b. De tevredenheid van inwoners over de gemeentelijke ondersteuning op dit gebied is niet gemeten in de Basisbenchmark Wmo 2013. Wel kan gemeld worden, dat de gemeente op het gebied van vrijwilligers met 64% boven het gemiddelde van andere

Uit de jaarlijkse Wmo-benchmark blijkt dat meer dan 90% van de inwoners tevreden is over de door de gemeente geboden ondersteuning ten behoeve van een zo zelfstandig mogelijke deelname aan de samenleving.

62

gemeenten van vergelijkbare grootte scoorde (56%). Er worden veel ondersteunende faciliteiten voor vrijwilligers geboden en het steunpunt vervult veel functies, zoals bemiddelen en makelen, belangenbehartiging en netwerken. Er is ook redelijk zicht op het gebruik van de ondersteuning door vrijwilligers. c.

20.1

Uit de jaarlijkse Wmo benchmark blijkt dat het percentage inwoners, dat tevreden is over de gemeentelijke inzet rond het bevorderen van deelname aan het maatschappelijk verkeer en het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking, op of boven het gemiddelde van andere gemeenten van vergelijkbare grootte ligt.

Activiteiten Voorlichtingsactiviteiten over de gevaren van overmatig gebruik van genotmiddelen.

c. In de Basisbenchmark Wmo 2013 scoorde de Vlaardingen met 65% hoger op het gebied van Wonen, Zorg en Toegankelijkheid dan het gemiddelde van andere gemeenten van vergelijkbare grootte (62%). De gemeente heeft afspraken gemaakt met de woningcorporaties over levensloopbestendig en aanpasbaar bouwen. Er is zicht op het aandeel aangepaste, aanpasbare en/of levensloopbestendige woningen in de gemeente. De tevredenheid van inwoners over de gemeentelijke inzet op dit gebied is echter niet gemeten in de benchmark.

In 2013 hebben diverse voorlichtingsactiviteiten rondom dit onderwerp plaats gevonden. De jaarstukken 2013 van Bouman GGZ, uitvoerder, zijn echter nog niet beschikbaar.

20.2

De gemeente brengt samen met organisaties het aanbod van zorg – gesubsidieerd en niet gesubsidieerd- in kaart.

We hebben ons georiënteerd op aanbieders van laagdrempelige, actueel gehouden sociale kaarten. In de in kwartaal 4 gestarte pilot Zorgtoegang/-toeleiding wordt momenteel geëxperimenteerd met de sociale kaart van MEE. Definitieve keus wordt in 2014 gemaakt.

20.3

In 2013 worden stappen gezet om zo snel mogelijk te starten met vraagverhelderingsgesprekken (keukentafelgesprekken) met mensen die zich met ondersteuningsvragen in het kader van de Wmo tot de gemeente wenden.

Met de voorbereidingen voor deze werkwijze die we vanaf 2015 gaan hanteren, zijn we in 2013 begonnen. O.m. zijn we in kwartaal 4 gestart met een pilot in Vlaardingen (Holy) waarin we hiermee experimenteren.

20.4

Bij het organiseren van compensatie van beperkingen bij mensen met ondersteuningsbehoefte in het kader van Wmo zullen individuele voorzieningen meer dan voorheen pas in laatste instantie worden ingezet; eerst wordt nagegaan in hoeverre eigen kracht, eigen sociale omgeving en/of algemene voorliggende voorzieningen soelaas kunnen bieden.

Rog-plus is in 2013 begonnen om nieuwe aanvragen binnen de Wmo volgens deze beginselen te beoordelen.

20.5

Ondersteuning van experimenten voor nieuwe woon- leef- en zorgconcepten.

We hebben in 2013 geen nieuwe experimenten ondersteund.

20.6

Het creëren en beter toegankelijk maken van ontmoetingsplekken, zoals gemeentelijke gebouwen die openbaar toegankelijk zijn (incl. buitenruimte), ontmoetingscentra, sportaccommodaties, scholen.

We hebben het programma dat het Vlaardings Overleg revalidatie (VOR) i.s.m. de gemeente reeds een aantal jaren uitvoert op dit gebied, gecontinueerd.

20.7

Bevorderen sporten bewegingsactiviteiten (uitvoering programma “Vlaardingen Actief en Gezond”) ter bevordering van een gezonde leefstijl en ter voorkoming van overgewicht/obesitas; dit bij voorkeur via de reguliere organisaties.

We hebben het uitvoeringsprogramma Vl. Actief en gezond in 2013 volgens plan gecontinueerd.

63

Doelstelling 21: Dak en thuislozen, mensen met meervoudige problematiek en slachtoffers/daders van huiselijk geweld worden zoveel mogelijk adequaat geholpen Meetbare subdoelstelling: a. Het percentage recidivegevallen bij de aanpak van huiselijk geweld daalt ten opzichte van vorig jaar. b.

c.

21.1

De recidive van mensen die na een succesvol beëindigd begeleidingstraject binnen de maatschappelijke opvang, uitstromen naar vervolghuisvesting is 0. Uit de jaarlijkse Wmo benchmark blijkt dat het percentage inwoners, dat tevreden is over de gemeentelijke inzet bij opvang en ondersteuning van daklozen, slachtoffers van huiselijk geweld, zorgmijders en verslaafden, op of boven het gemiddelde van andere gemeenten van vergelijkbare grootte ligt.

Activiteiten Alle mensen met meervoudige problematiek die bij de gemeente in beeld komen, worden in behandeling genomen en voor zover mogelijk toegeleid naar passende ondersteuning.

a. Aantal recidivegevallen bij vanwege huiselijk geweld gemelde systemen bedroeg voor Vl. 10% in 2013 tegen 11% in 2012. Voor heel NWN: 11% in 2013 tegen 9% in 2012. b. op ca. 80 mensen die zich voor opvang hebben gemeld in 2013 was er in ca. 5% sprake van recidive c. De tevredenheid van inwoners over de gemeentelijke ondersteuning op dit gebied is niet gemeten in de Basisbenchmark Wmo 2013. De score van de inzet van de gemeente Vlaardingen (65%) lag iets onder het gemiddelde van de andere centrumgemeenten (66%). De inzet van de gemeente was groot op de terreinen vrouwenopvang en huiselijk geweld. Voor OGGz en verslavingszorg was dit iets minder groot.

Bij het Lokaal Zorgnetwerk zijn in 2013 89 mensen aangemeld. Bij 12 van hen is er door gebrek aan medewerking geen succesvol traject doorlopen. Daarnaast zijn er 62 mensen in het kader van ontruimingspreventie in beeld gekomen. Van hen zijn er 19 vanwege gebrek aan medewerking niet toegelaten tot een begeleidingstraject.

21.2

Aan crisisslachtoffers wordt voor een beperkte periode opvang en passende begeleiding geboden.

In 2013 hebben we aan 92 mensen gedurende gemiddeld 2 maanden opvang en passende begeleiding geboden.

21.3

Binnen een begrensde capaciteit wordt aan alleenstaande vrouwen met kinderen die door meervoudige problematiek uit huis zijn gezet 24uurs opvang en begeleiding geboden.

In 2013 hebben we aan 13 vrouwen met in totaal 27 kinderen gedurende gemiddeld 4,5 maanden 24-uurs opvang en passende begeleiding geboden.

21.4

Op basis van meldingen of opgelegde huisverboden regelt het Steunpunt Huiselijk Geweld hulp en ondersteuning bij gevallen van huiselijk geweld/kindermishandeling.

In 2013 heeft het SHG op basis van - 858 vanwege huiselijk geweld/kindermishandeling gemelde gezinssystemen waarvan 315 in Vlaardingen en - 71 opgelegde huisverboden waarvan 28 in Vlaardingen hulp en ondersteuning in gang gezet. Daarnaast werden 738 dossiers succesvol afgesloten waarvan 327 voor Vlaardingen.

64

WAT HEEFT HET GEKOST? Realisatie programma Welzijn en Zorg (bedragen x € 1.000)





Verschil begroting na wijziging -/- realisatie 20.762 963 781 463

22.886 2.404

21.069 68

21.724 318

-20.482

-21.001

-21.406

-19.981

1.425

2.181 184 -1.997

1.704 0 -1.704

2.354 1.053 -1.301

3.191 1.066 -2.125

-836 13 -823

-22.479

-22.705

-22.707

-22.106

602

65

Realisatie programma op productniveau Burgerproduct Lasten (x € 1.000) Integratie - Begroting (na wijz) 484 - Realisatie 271 - Afwijking 213 Allochtonen - Begroting (na wijz) 296 - Realisatie 285 - Afwijking 11 Maatsch opvang en verslavingszorg - Begroting (na wijz) 3.379 - Realisatie 3.351 - Afwijking 28 Maatsch begeleiding en advies - Begroting (na wijz) 1.078 - Realisatie 1.059 - Afwijking 19 Vrouwenopvang - Begroting (na wijz) 1.325 - Realisatie 1.251 - Afwijking 74 Ouderen - Begroting (na wijz) 941 - Realisatie 942 - Afwijking -1 Samenlevingsopbouw - Begroting (na wijz) 1.349 - Realisatie 1.312 - Afwijking 38 Vrijwilligers - Begroting (na wijz) 498 - Realisatie 466 - Afwijking 32 Voorzieningen gehandicapten - Begroting (na wijz) 3.835 - Realisatie 3.766 - Afwijking 69 Gezondheidszorg - Begroting (na wijz) 7.139 - Realisatie 6.671 - Afwijking 469 Jeugdgezondheidszorg - Begroting (na wijz) 1.400 - Realisatie 1.390 - Afwijking 10 Totaal programma Welzijn en Zorg - Begroting (na wijz) 21.724 - Realisatie 20.762 - Afwijking 963

Baten


0 45 45

-484 -226 258

0 0 0

0 0 0

-484 -226 258

0 19 19

-296 -266 30

0 0 0

0 0 0

-296 -266 30

318 320 1

-3.061 -3.031 29

0 0 0

0 0 0

-3.061 -3.031 29

0 9 9

-1.078 -1.049 29

0 0 0

50 50 0

-1.028 -999 29

0 4 4

-1.325 -1.247 78

0 0 0

140 140 0

-1.185 -1.107 78

0 0 0

-941 -942 -1

0 0 0

0 0 0

-941 -942 -1

0 0 0

-1.349 -1.312 38

114 114 0

363 363 0

-1.101 -1.063 38

0 0 0

-498 -466 32

0 0 0

0 0 0

-498 -466 32

0 158 158

-3.835 -3.608 227

700 927 -227

0 0 0

-4.535 -4.535 0

0 245 245

-7.139 -6.426 714

1.540 2.149 -609

500 513 -13

-8.179 -8.062 117

0 -18 -18

-1.400 -1.408 -8

0 0 0

0 0 0

-1.400 -1.408 -8

318 781 463

-21.406 -19.981 1.425

2.354 3.191 -836

1.053 1.066 -13

-22.707 -22.106 602

66

Toelichting afwijkingen Alleen afwijkingen aan zowel de lasten- als de batenzijde die groter zijn dan € 50.000,- worden toegelicht. Integratie Op dit product bestaat een voordeel op de lastenzijde van € 258.000,-. Dit wordt veroorzaakt door:  Vluchtelingenwerk: In 2013 zijn extra baten ontvangen van € 5.000,- als gevolg van de lagere vaststelling van de subsidie 2012 en een rijksbijdrage voor maatschappelijke begeleiding van € 14.000,-. Deze vergoeding zal in 2014 voor het laatst worden uitgekeerd.  Kinderopvang: Voor Kinderopvang is het aantal doelgroepen beperkt. De kosten voor kinderopvang in combinatie met een re-integratietraject zijn ten laste van het product Re-integratie gebracht. In totaal levert dit een voordeel op van € 239.000,-. Allochtonen Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Maatschappelijke opvang en verslavingszorg Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Maatschappelijke begeleiding en advies De pilot Thuis in uw wijk is in 2013 niet uitgevoerd. Afspraken met Waterweg wonen waren nog niet concreet genoeg. In 2014 wordt hier weer een nieuwe impuls aangegeven en wordt zodoende voorgesteld het budget van € 50.000,- door te schuiven naar 2014. Vrouwenopvang Op dit product is aan de lastenzijde een voordeel van € 74.000,-. Dit is als volgt te verklaren: Gedurende het jaar zijn de extra middelen uit de algemene uitkering toegevoegd aan het product (€ 81.000,-). Ouderen Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Samenlevingsopbouw Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Vrijwilligers Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Voorzieningen gehandicapten Op dit product is een voordeel ontstaan aan de lastenzijde van € 69.000,- en een voordeel aan de batenzijde van € 158.000,-. Het voordeel aan baten wordt veroorzaakt door de boeking van de eindafrekening 2012. Hiermee is in de mutatie aan de reserve reeds rekening gehouden en zodoende resulteert ook op de lasten een overschrijding. Daarnaast is de eindafrekening van 2013 van ROGplus in totaal € 500.000 positiever uitgevallen. Dit voordeel is gestort in de reserve WMO. Gezondheidszorg Op dit product is een voordeel ontstaan aan de lastenzijde van € 469.000,- en een voordeel aan de batenzijde van € 245.000,-.  Gezondheidszorg De onderschrijding op gezondheidszorg wordt veroorzaakt door de terugontvangen marktreserve à € 50.000,-. Daarnaast is een deel van de plusproducten uiteindelijk niet op het budget van de GGD terecht gekomen, maar verantwoord op het budget voor de NASB. De plusproducten sluiten bij de NASB activiteiten aan en konden onder dit product verantwoordt worden. De uitgaven van de NASB worden gemuteerd met de reserve. In de reserve zit voldoende middelen om deze kosten te dekken.  WMO Huishoudelijke verzorging De eindafrekening van 2013 van ROGplus is in totaal € 500.000,- positiever uitgevallen. Dit voordeel is gestort in de reserve WMO. De gedurende, laat in het jaar, extra beschikbaar gestelde middelen voor de integratie uitkering WMO en zichtbare schakels (€ 318.000) zijn, in verband met de tijd, niet volledig besteed (er was onvoldoende tijd om een uitvoerig plan op te stellen en uit te voeren) en zodoende toegevoegd aan de reserve WMO voor een bedrag van € 253.000,-. Transformatie sociaal domein: Het voornemen bestaat voor de invoering van de decentralisaties een externe projectleider in te huren. Daarnaast zullen kosten gemaakt worden voor communicatie, opleidingen etc. Vanuit

67

2012 is in de reserve WMO nog € 54.000 beschikbaar. Daarnaast is vanuit de algemene uitkering 2013 € 120.000 beschikbaar. Omdat de werkzaamheden doorlopen in 2014 moet bij de jaarrekening voorgesteld worden het budget door te schuiven naar 2014. Jeugdgezondheidszorg Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden.


Begroting

R. Onderhoud gebouwen R. WMO

Realisatie

Saldo

114

114

2.240

3.076

-836

Het voordelig saldo van ROGplus heeft geleid tot een storting die € 836.000 hoger is dan geraamd. Onttrekkingen Reserve

Begroting

Realisatie

Saldo


553

553

-

R. WMO

500

513

-13

Aan de reserve WMO is € 13.000 meer onttrokken dan de geraamde € 500.000.

68

BEGROTINGSPROGRAMMA 9: WERK EN INKOMEN

Iedereen die kan werken moet werken, maar daartoe moeten dan ook voldoende kansen aanwezig zijn. De gemeente heeft de taak om arbeidsgehandicapten en (langdurig) werklozen naar werk te begeleiden. Sociale werkvoorziening, onderwijs en re-integratie helpen mensen om in hun eigen levensonderhoud te voorzien.

69

SPEERPUNTEN UIT COLLEGEPROGRAMMA 2011-2014 Rijksbezuinigingen hebben vergaande consequenties op het gebied van de sociale zekerheid en de zorg. Ons speerpunt met betrekking tot de sociale zekerheid is om meer mensen aan het werk te krijgen met minder middelen door:  Instroom beperken: Mensen die zich melden voor een uitkering intensief begeleiden richting werk of opleiding.  Uitstroom bevorderen door: jongeren actief te begeleiden naar school of werk; acties, winter/zomer/herfst acties; samenwerking met TBV; bevorderen parttime arbeid; activerend armoedebeleid;


Aanvalsplan SZW 2013 Notitie nieuw minimabeleid in Vlaardingen Businessplan TBV 2012-2015



Doelstelling 22: Vlaardingers zonder baan vinden zo snel mogelijk weer werk Meetbare subdoelstelling: Een toenemend aantal bijstandscliënten en WSW geïndiceerden gaat werken.  Het aantal personen met een bijstandsuitkering blijft stabiel ondanks het slechte economische tij.





22.1



De preventiequote (het aantal personen dat we tegenhouden aan de poort) wordt gehandhaafd op 65%;



Het aantal WSW geïndiceerden dat bij een reguliere werkgever werkt (door middel van detacheren of begeleid werken) stijgt naar 60 personen.

Activiteiten Nieuwe cliënten worden zoveel mogelijk direct bemiddeld naar werk en maken hierdoor geen aanspraak op een bijstandsuitkering. Zo bieden wij mensen met een WW-uitkering een workshop empowerment aan en zetten wij het regionale project Baanbrekend samen met Randstad in om cliënten gelijk op een betaalde baan te plaatsen.



Het aantal Vlaardingers met een bijstandsuitkering is door de aanhoudende economische crisis met 5,3% gestegen tot 1879. In totaal hebben 1985 mensen zich gemeld voor een uitkering in 2013. Van 72% wisten we te voorkomen dat deze mensen ook daadwerkelijk een uitkering nodig hadden De doelstelling voor 2013 was om 30 WSW-geïndiceerden via een detacheringsbaan of begeleid werken baan bij een reguliere werkgever aan het werk te helpen. Eind 2013 waren er 37 WSW-geïndiceerden aan het werk bij een reguliere werkgever.

In totaal hebben 1985 mensen zich gemeld voor een uitkering in 2013. Van 72% wisten we te voorkomen dat deze mensen ook daadwerkelijk een uitkering nodig hadden, door hen onder andere naar werk of school te begeleiden. Via Baanbrekend hebben 192 Vlaardingers een betaalde baan gevonden.

22.2

Cliënten volgen sollicitatietrainingen en ze krijgen de mogelijkheid om werkervaring en werkritme op te doen door middel van werkstages, bijvoorbeeld in de groenvoorziening.

150 cliënten hebben deelgenomen aan het traject Aan het Werk. In dit traject werden coaching, training en bemiddeling gecombineerd met een werkstage. 50% van deelnemers stroomde uit de uitkering.

22.3

Jongeren tot 27 jaar worden door het regionale Startpunt Go bemiddeld naar werk of een opleiding.

Door coaching, training en bemiddeling, ingezet door het Startpunt GO! Werd van 83% van alle jongeren die zich meldden voorkomen dat zij

70

gebruik moesten maken van een uitkering, door hen onder andere naar werk of opleiding te bemiddelen. 22.4

Cliënten, die woonachtig zijn in de Westwijk, hebben de mogelijkheid om deel te nemen aan het project West@werk. Dit project zorgt voor reintegratie van bijstandscliënten en bevordert de leefbaarheid in de wijk.

In 2013 zijn 53 nieuwe deelnemers gestart bij West@Werk. 5 Deelnemers zijn uitgestroomd uit de uitkering. 3 Deelnemers volgen een opleiding met baangarantie. 23 Deelnemers hebben met succes een cursus gevolgd en 18 deelnemers doen vrijwilligerswerk of lopen stage. Door de deelnemers werden verschillende klussen uitgevoerd, zoals schoonmaak- en sneeuwruimwerkzaamheden, die hebben bijgedragen aan de leefbaarheid in de wijk.

22.5

Werk is het beste middel om uit de armoede te geraken. Het minimabeleid stimuleert enerzijds bijstandscliënten om aan het werk te gaan en ondersteunt anderzijds diegenen die dat niet kunnen of niet meer hoeven. Eigen verantwoordelijkheid van de cliënt staat centraal. Bij individuele bijzondere bijstandsverlening vinden geen standaardverstrekkingen meer plaats. Maatwerk staat voorop.

In 2013 ontvingen 832 Vlaardingers het minimabudget en 46 Vlaardingers de vrijwilligersbonus.

22.6

Deelname aan volwasseneneducatie wordt gestimuleerd.

251 mensen hebben deelgenomen aan de activiteiten bij het Taalcentrum in Vlaardingen. 300 Vlaardingers hebben in 2013 deelgenomen aan volwasseneducatie.

22.7

WSW geïndiceerden krijgen de training ‘De sprong naar buiten’ aangeboden en er is een buddy-project om ze voor te bereiden op een baan bij een reguliere werkgever. Deze baan kan op basis van detachering zijn maar ook in de vorm van begeleid werken.

WSW geïndiceerden zijn door middel van training en intensieve begeleiding voorbereid op een baan buiten TBV. Deze baan kan op basis van detachering zijn maar ook in de vorm van begeleid werken. Ook de werkcarrousel, die SW geïndiceerden in staat stelt werkzaamheden te verrichten buiten een voor hen zo vertrouwde werkomgeving, draagt hier aan bij. Daarnaast is er een pilot gestart met 10 SW geïndiceerden op de wachtlijst van TBV. De deelnemers worden direct vanaf de wachtlijst bemiddeld naar een baan bij reguliere werkgevers.

Doelstelling 23: Mensen met een nietNederlandse achtergrond spreken goed Nederlands en kennen de Vlaardingse samenleving Meetbare subdoelstelling: Het slagingspercentage van de inburgeringstrajecten bedraagt tenminste 60%.

23.1

23.2

Activiteiten Toezien op tijdige nakoming van de aan de inburgering verbonden verplichtingen die zijn vastgesteld vóór 1 januari 2013. Dit wordt gedaan door middel van voortgangsbewaking van de gemeentelijke inburgeringstrajecten en van degenen die zich zelfstandig voorbereiden op het examen.

Het aanbieden van trajecten maatschappelijke begeleiding aan asielgerechtigden.

Het slagingspercentage van de inburgeringstrajecten bedroeg in 2013 71%.

Het aantal Vlaardingers met een gemeentelijk inburgeringstraject is in 2013 afgenomen van 239 naar 82. Het aantal Vlaardingse inburgeraars dat zich zelfstandig voorbereid op zijn examen is toegenomen van 119 tot 135. In 2013 zijn 65 Vlaardingse inburgeraars geslaagd voor hun examen. 42 Mensen hebben we ontheven van de inburgerplicht. In 2013 hebben we aan 67 asielgerechtigden een begeleidingstraject aangeboden.

71

Doelstelling 24: De effecten van armoede in Vlaardingen worden bestreden Meetbare subdoelstelling: De minimaregelingen komen terecht bij de mensen die er recht op hebben.

24.1

24.2

25.1

Activiteiten Door een actieve benadering worden zoveel mogelijk personen binnen de doelgroep bereikt.

In 2013 ontvingen 878 Vlaardingers een minimabudget of vrijwilligersbonus.

Personen met een inkomen onder de armoedegrens hebben we proactief benaderd, via onder andere de gemeentepagina de inzet van intermediairs en de folder ‘Krijg nou wat!’

Het nieuwe minimabeleid wordt in het 1e kwartaal van 2013 geëvalueerd.

In juni 2013 is de raad op de hoogte gesteld van de financiële gevolgen van het activerend minima beleid. In december 2013 is de raad geïnformeerd over de maatschappelijke effecten van het beleid.

Doelstelling 25: Bijstandsfraude wordt actief opgespoord en aangepakt en zo mogelijk voorkomen.

Om het aantal signalen van fraude te verhogen is in 2013 een gemeentelijk fraudemeldpunt gerealiseerd. Dit heeft geleid tot 13 anonieme meldingen. Van de 1985 personen die zich gemeld hebben voor een bijstandsaanvraag zijn er bij 700 aan een preventief onderzoek onderworpen.

Activiteiten Bij de opsporing van bijstandsfraude wordt gebruik gemaakt van risicoprofielen.

In de aanpak van bijstandsfraude op basis van risicoprofielen is in 2013 specifieke aandacht besteed aan alle situaties waarbij tijdens de bijstandverlening een kind geboren werd in een huishouden met één ouder.

25.2

Het huisbezoek wordt, bij een vermoeden van fraude, preventief ingezet aan de poort;

Van de 1985 nieuwe mensen die zich meldden voor een uitkering, zijn van 700 de situatie beoordeeld, veelal via een huisbezoek, wat er toe geleid heeft dat 120 van deze mensen uiteindelijk geen aanvraag hebben ingediend.

25.3

De sociaal rechercheurs behandelen tenminste 50 fraudezaken in 2013.

We hebben in 2013 74 fraudezaken opgepakt, waarvan er op 1 januari 2014 nog 12 in behandeling waren.

WAT HEEFT HET GEKOST? Realisatie programma Werk en Inkomen (bedragen x € 1.000)





61.679 52.073

58.568 42.774

59.314 50.147

Verschil begroting na wijziging -/- realisatie 59.972 -659 52.452 2.305

-9.606

-15.793

-9.167

-7.520

1.647

69 101 32

0 310 310

0 726 726

0 557 557

0 -168 -168

-9.574

-15.483

-8.441

-6.963

1.478

72

Realisatie programma op productniveau Burgerproduct Lasten (x € 1.000) Financiele dienstverlening - Begroting (na wijz) 916 - Realisatie 897 - Afwijking 19 Inkomensdeel - Begroting (na wijz) 38.875 - Realisatie 37.987 - Afwijking 888 Aangepaste arbeid - Begroting (na wijz) 12.871 - Realisatie 13.048 - Afwijking -177 Participatie - Begroting (na wijz) 6.651 - Realisatie 8.040 - Afwijking -1.389 Totaal programma Werk en Inkomen - Begroting (na wijz) 59.314 - Realisatie 59.972 - Afwijking -659

Baten


0 0 0

-916 -897 19

0 0 0

0 0 0

-916 -897 19

35.232 35.225 -7

-3.643 -2.762 881

0 0 0

0 0 0

-3.643 -2.762 881

11.098 11.432 335

-1.773 -1.615 158

0 0 0

626 456 170

-1.147 -1.160 -12

3.817 5.795 1.978

-2.834 -2.246 589

0 0 0

100 102 -2

-2.734 -2.144 590

50.147 52.452 2.305

-9.167 -7.520 1.647

0 0 0

726 557 168

-8.441 -6.963 1.478

Toelichting afwijkingen Alleen afwijkingen aan zowel de lasten- als de batenzijde die groter zijn dan € 50.000 worden toegelicht. Financiële dienstverlening Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Inkomensdeel Op dit product is een voordeel aan de lastenzijde van € 888.000,- te melden. Dit voordeel heeft de volgende oorzaken: In de voortgangsrapportages van 2013 zijn al diverse voordelen op het product Inkomensdeel aan de orde gekomen. Een toenemende rijksbijdrage in combinatie met het succesvol beperken van de instroom en stimulering van uitstroom hebben de toename van de uitkeringslasten beperkt. De genoemde voordelen hebben geleid tot begrotingswijzigingen. Nu de definitieve cijfers bekend zijn, is vastgesteld dat na begrotingswijzigingen een voordeel van € 300.000,- resteert op de BUIG-gelden. Voor de BBZ leiden nieuwe financieringsregels tot een nadeel van € 52.000,-. Het Rijk houdt rekening met normontvangsten op debiteurenvorderingen. Dit bedrag is in 2013 niet gerealiseerd. Ook is sprake van lagere lasten voor levensonderhoud. Herziening van het Minimabeleid in 2012 en een teruglopend aantal aanvragen leiden tot € 695.000,- voordelig. Gedurende het boekjaar is de realisatie gemonitord ten opzichte van contractafspraken met de externe uitvoerder. Bij de jaarrekening bleek dat de contractwaarde lager was dan de budgetbedragen in de financiële begroting. Met deze keuze is het risico op te hoge financieringslasten voorkomen. Uitbreiding van de afspraken bij een hoger aantal aanvragen was nog mogelijk. Inhoudelijk is het Minimabeleid regelmatig beoordeeld. Een voorbeeld hiervan is de MER-rapportage. Aangepaste arbeid Het resultaat van TBV komt uit op € 1.615.000,- negatief, begroot was een negatief resultaat van € 1.773.000,(exclusief geraamde onttrekkingen reserves). Het verschil wordt veroorzaakt door hogere opbrengsten uit de rijkssubsidie en hogere omzetten van de afdelingen binnen TBV. Totaal is het voordelig saldo t.o.v. van de begroting € 158.000,-. De geraamde onttrekking van € 626.000,- komt als gevolg hiervan, in werkelijkheid uit op € 456.000,-. In het resultaat is verwerkt de teruggaaf van € 275.000,- van de rijkssubsidie als gevolge van het niet geheel realiseren van de taakstelling. Belangrijkste oorzaak hiervan de moeilijke match tussen beschikbare

73

arbeidsplaatsen en inzetbaarheid van kandidaten van de wachtlijst. En de arbeidsmarktsituatie voor het creëren van detachering en begeleid werken plaatsen. Door de lagere verrekening met de reserve is het exploitatiesaldo van dit product vrijwel sluitend. Participatie Op dit product is een nadeel aan de lastenzijde van € 1.389.000,- en een voordeel aan de batenzijde van € 1.978.000,-. De belangrijkste oorzaak voor deze afwijking is een hogere bijdrage Participatiebudget, waartegenover ook hogere lasten staan voor eenzelfde bedrag. Meer specifiek gaat het bij de onderdelen van Participatie om de volgende afwijkingen:  Inburgering: Verreweg het grootste deel van de kosten in 2013 zijn rechtmatig vanuit het Participatiebudget te financieren. Voor slechts € 2.000,- is een beroep op de reserve Inburgering noodzakelijk. 2013 was het laatste jaar dat Inburgering deel uitmaakte van het Participatiebudget. De gemeenten houden echter een handhavingstaak voor de komende jaren. Inburgeraars die in het verleden een inburgeringstraject aangeboden hebben gekregen, mogen hun traject afronden op kosten van de gemeente. Voor de komende jaren wordt nog een beroep op de reserve Inburgering verwacht bij gebrek aan nieuwe rijksfinanciering. Op het budget voor uitvoeringskosten is in 2013 geen beroep gedaan (€ 54.000,- voordeel). Deze kosten werden voor het gehele product participatie gedekt uit een incidentele vrijval van de vooruitontvangen rijksbijdrage.  Educatie: Voor Educatie geldt een volledige bestedingsverplichting. Daarin zijn we geslaagd. De aanvullende lasten zijn rechtmatig gefinancierd vanuit het Participatiebudget.  Re-integratie: In 2013 zijn de projecten uit 2012 voortgezet. Kosten voor het Project West@werk kunnen rechtmatig uit het Participatiebudget worden gefinancierd. De middelen vanuit het Actieplan Wonen (€ 100.000,-) zijn hierdoor vrijgespeeld voor de financiering van de verlenging van dit project in 2014 . Voorgesteld wordt via de resultaatbestemming een budget van € 65.000,- over te hevelen naar 2014. Debiteurenontvangsten leveren een extra bate op van € 10.000,-. De middelen voor eerste Jeugdwerkloosheidsproject vallen vrij ten gunste van het resultaat. Dat is een voordeel van € 444.000,-.

Mutaties reserves Onttrekkingen Reserve

Begroting

Realisatie

Saldo

R. Inburgering

-

2

-2


100

100

-

R. TBV

626

456

170

De onttrekking aan de exploitatiereserve TBV is € 170.000 lager dan geraamd.

74

BEGROTINGSPROGRAMMA 10: KUNST EN CULTUUR

Vlaardingen heeft een breed en divers circuit van cultuurspelers verzameld in de creatieve sector. We mogen vaststellen dat Vlaardingen een actieve creatieve sector kent. Er zijn plekken voor Vlaardingers om samen kunst te beoefenen of hun talenten te ontdekken en ontwikkelen. Er zijn podia, festivals, musea en galeries waar bewoners en bezoekers kunnen genieten van kunst en cultuur. Het aanbod van kunst en cultuur in Vlaardingen is divers en vult elkaar aan: van grote instellingen tot kleinschalige projecten tot individuele kunstenaars. Onderzoek toont aan dat dit circuit van cultuurspelers, één van de onderdelen is om maatschappelijke en economische vitaliteit van een stad te behouden én verder te ontwikkelen.

75

SPEERPUNTEN UIT COLLEGEPROGRAMMA 2011-2014 Mede als gevolg van de rijksbezuinigingen is vernieuwing van het cultuurbeleid noodzakelijk. In deze periode willen wij het volgende tot stand brengen:  Opstellen en uitvoeren van een nieuwe beleidsnota cultuur;  Bevorderen cultureel ondernemerschap;  Stimuleren van de oprichting van een Cultuurstichting;  De start van de bouw van het Museum Vlaardingen;  De realisatie van één Centrum voor Kunst- en cultuureducatie, waar de Vrije Academie en OpMaat in opgaan;  Verzelfstandiging / regionale samenwerking bibliotheek;  Archeologische vondsten worden zorgvuldig bewaard en opgeslagen.

BELEIDSNOTA’S MET BETREKKING TOT DIT PROGRAMMA  



De Creatieve Stad (24-01-2013) Nota Monumenten (2005) Nota Archeologie (2009): Blik op de toekomst, oog voor het verleden. Een nieuw archeologisch beleid (20092013).


25.1



Doelstelling 25: Kunst & Cultuur dragen bij aan het leefklimaat, de woonomgeving, de sociale samenhang en het imago van de stad Meetbare subdoelstelling: In de Stadspeiling 2013 is het algemeen rapportcijfer voor het culturele aanbod in Vlaardingen gestegen ten opzichte van het cijfer van 6,6 in 2011 (het eerste jaar dat een dergelijk cijfer werd gevraagd).

In de Stadspeiling 2013 kreeg het culturele aanbod een 6,8 als rapportcijfer.

Activiteiten Afstemming tussen de creatieve sector over de borging van onze visie op kunst en cultuur in het APW respectievelijk in de stadsvisie, gebiedsvisies en gebiedsprogramma’s.

In januari stelde de gemeenteraad unaniem in met de beleidsnota “De Creatieve Stad” vast.

25.2

Het maken van structurele afspraken tussen de creatieve sector en de gemeente over de inzet van kunst en cultuur.

Het daarin verwoorde cultuurbeleid zet sporen uit om de hier genoemde activiteiten vorm te geven.

25.3

Overleg tussen de creatieve sector en de ontwikkelaars en woningcoöperaties die mede bepalend zijn voor de veranderingen in deze gebieden.

Met de oprichting in december van de Vlaardingse Cultuur Stichting is een belangrijke eerste stap gezet om de samenwerking te borgen tussen gemeente, creatieve sector en derden.

Doelstelling 26: Deelname van het publiek aan het culturele leven in onze stad wordt bevorderd door het aanbieden van cultuureducatie aan jongeren en culturele achterstandsgroepen (mensen die het van huis uit niet meekrijgen) en doordat het aanbod aan culturele activiteiten gericht is op een groot en divers publiek. Meetbare subdoelstelling: In 2013 handhaaft de publieksparticipatie zich op het laatst gemeten niveau van 2011.

De publieksparticipatie handhaafde zich in 2013 t.o.v. 2011; het aantal getelde items steeg met +0,5%.

Stimuleren van culturele instellingen en activiteiten door middel van subsidieverstrekking.

De subsidies zijn beschikt; een opgaaf staat in het Openbaar Subsidieregister.

26.1

76

26.2

Vernieuwbouw Vlaardings museum.

Eind 2013 is het sloop en nieuwbouwproject van het Museum Vlaardingen daadwerkelijk begonnen.

26.3

Opzet van het nieuw Centrum Kunsteducatie.

In november 2013 is Kade 40, het Centrum Kunst Educatie, geopend.

26.4

Verzelfstandiging bibliotheek.

In 2013 werkten wij aan de verzelfstandiging van de Stadsbibliotheek in overleg met de bibliotheek van Rotterdam. Door ontwikkelingen daar is het nog niet tot een afronding gekomen.

26.5

Vaststellen en uitvoeren nota Kunst en Cultuur.

De nota is in januari vastgesteld. Zie ook activiteit 25.

Doelstelling 27: Erfgoedbeheer is een kansrijk element voor de uitbouw van de promotie van de stad door het beheer, het behoud, de presentatie van en de organisatie van educatieve activiteiten over:  de cultuurhistorische erfgoederen (Museum);

Het Museum Vlaardingen is nu gesloten en zal voorjaar 2015 weer open gaan.



het bodemarchief (Archeologie);



de archiefstukken en informatiedragers van de gemeentelijke beleidsuitvoering (Stadsarchief);

de rijks- en gemeentelijke monumenten (Monumentenzorg). Meetbare subdoelstelling: Aantal bezoekers aan het Stadsarchief blijft tenminste gelijk (1.400) en de doelstellingen uit de beleidsnota archeologie 2009-2013 worden uitgewerkt

Het aantal fysieke bezoekers van de studiezalen van het Stadsarchief bedroeg in 2013 1.300 (exclusief de bijna 1.000 kinderen die deelnamen aan het educatieve project). Daarnaast bezochten 17.000 unieke bezoekers 350.000 pagina’s van de genealogische on line database van Vlaardingen Het archeologisch depot aan de Energieweg is door elf brugklassen bezocht en daarnaast waren er een kleine 300 bezoekers. Tevens zijn er in totaal 14 gastlessen verzorgd voor het basisonderwijs en het voorgezet onderwijs. Overige publieksgerichte activiteiten waren: een QR-fietscode-route, opening speelkasteel Holy en de viering Slag bij Vlaardingen op 14 september 2013.

De Open Monumentendag kende in 2013 een bezoekersaantal van rond de 1.000 personen, exclusief de klassendag die 160 leerlingen op bezoek kreeg. In 2013 is het oudste deel van Vlaardingen aangewezen tot Beschermd Stadsgezicht, wat goed is voor de promotie van de stad. Het jaar ervoor zijn 555 beeldbepalende panden aangewezen.

27.1

27.2

Activiteiten Cultuurhistorische waarden in de openbare ruimte worden behouden en voor publiek ontsloten.

Verder uitbouwen van de begin 2011 gestarte informatieve website www.geschiedenisvan vlaardingen.nl.; digitaliseren van de complete Topografisch-Historische Atlas (ruim 40.000 afbeeldingen); voortzetten van de werkzaamheden om te komen tot een Groot Vlaardings Straatnamenboek en de Vlaardingse Historische Canon.

Eind 2012 is een pilot gestart met QR-codes. De cijfers worden begin 2014 geëvalueerd. In 2013 is een gevelsteen als aandenken van de zoektocht naar de 'oer-Vlaardinger' onthuld. In 2013 zijn de volgende records bewerkt: - archeologie 835; Stadsarchief 1859; Monumentenzorg 23, waaronder nieuw: - archeologie 38; stadsarchief 100; monumentenzorg 18. Het aantal bezoekers op de website bedraagt: 40.410, waaronder 28.117 unieke bezoekers (198.860 paginaweergaves, waaronder 148.417 unieke paginaweergaves). De basisgegevens voor het Groot Vlaardingse Prentenboek zijn bijeengebracht. Het uitbrengen

77

van De Vlaardingse Historische Canon is nu in handen van de Stichting Historische Publicaties Vlaardingen waarin het Stadsarchief participeert. Met de in 2013 opgestelde notitie ‘Het Buiten Erfgoed’ wordt breed ingezet op het beheer, behoud en de publieksfunctie van gebouwd erfgoed, archeologie en historische landschappen. Bij de uitwerking speelt de Vlaardingse Historische Canon een belangrijke rol. In 2013 is een eerste aanzet gemaakt voor een bouwhistorische verwachtings- en waardenkaart. Voor verschillende panden is bouwhistorisch onderzoek gedaan. Door verschillende partijen zijn in 2013 herbestemmingsonderzoeken uitgevoerd. 27.3

De archeologische verwachtings- en waardekaart op de website plaatsen; het ontwikkelen van onderzoeksagenda's met het oog op het bepalen van de prioriteiten van onderzoek; daarnaast het ontwikkelen van een beleid voor archeologisch vriendelijk bouwen.

Besloten is om geen aparte archeologische verwachtingskaart te maken. De omgang met archeologische waarden is geregeld in de bestemmingsplannen. Aan een onderzoeksagenda is nog niet gewerkt. Voor het ontwikkelen van een archeologievriendelijk beleid is aanvullend advies aangevraagd bij derden. Inmiddels wordt in de praktijk wel al deels gewerkt met archeologie vriendelijk bouwen ten aanzien van heien.


78

Realisatie programma op productniveau Burgerproduct Lasten (x € 1.000) Openbaar bibliotheekwerk - Begroting (na wijz) 2.532 - Realisatie 2.425 - Afwijking 106 Podiumkunsten - Begroting (na wijz) 2.648 - Realisatie 2.616 - Afwijking 32 Erfgoed - Begroting (na wijz) 3.369 - Realisatie 3.389 - Afwijking -20 Beeldende kunsten - Begroting (na wijz) 172 - Realisatie 278 - Afwijking -105 Media - Begroting (na wijz) 58 - Realisatie 80 - Afwijking -21 Cultuureducatie - Begroting (na wijz) 662 - Realisatie 1.033 - Afwijking -370 Cultuuractiviteiten - Begroting (na wijz) 419 - Realisatie 383 - Afwijking 36 Monumentenzorg - Begroting (na wijz) 382 - Realisatie 546 - Afwijking -164 Totaal programma Kunst en Cultuur - Begroting (na wijz) 10.242 - Realisatie 10.749 - Afwijking -507

Baten


279 181 -98

-2.253 -2.245 8

33 33 0

0 0 0

-2.285 -2.278 8

46 38 -8

-2.602 -2.578 24

165 165 0

0 0 0

-2.767 -2.743 24

49 60 11

-3.320 -3.329 -9

27 27 0

1.500 1.500 0

-1.846 -1.856 -9

0 25 25

-172 -253 -80

0 0 0

0 76 -76

-172 -177 -5

0 0 0

-58 -80 -21

0 0 0

0 0 0

-58 -80 -21

16 189 173

-647 -844 -197

74 74 0

29 29 0

-692 -889 -197

0 37 37

-419 -346 72

0 0 0

0 0 0

-419 -346 72

0 89 89

-382 -457 -75

30 30 0

43 109 -67

-370 -378 -8

390 618 228

-9.853 -10.132 -279

329 329 0

1.571 1.714 -142

-8.610 -8.747 -137

Toelichting Alleen afwijkingen aan zowel de lasten- als de batenzijde die groter zijn dan € 50.000 worden toegelicht. Openbaar bibliotheekwerk Binnen dit product is er een voordeel aan de lastenzijde van € 106.000,- en een nadeel aan de batenzijde van € 98.000,-. Het nadeel aan de batenzijde is te verklaren doordat het aantal leden van de bibliotheek – door onder andere de contributieverhogingen en de verminderde openingstijden – de afgelopen jaren gedaald is. Dit resulteert in lagere baten. Om de lagere baten te compenseren is kritisch gekeken op welke budgetten en activiteiten bezuinigd kon worden om het tekort aan baten te dekken. Dit resulteert in een voordeel aan de lastenzijde. Podiumkunsten Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden.

79

Erfgoed Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Beeldende kunsten Het tekort binnen het product beeldende kunst is voornamelijk ontstaan doordat subsidies verstrekt zijn aan Stichting Mareado en Stichting Mooi Werk (Kunstproject VIA20). Deze subsidies zijn ten laste gebracht van de Reserve Beeldende kunst. Media Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Cultuureducatie Op dit product is een nadeel ontstaan aan de lastenzijde van € 370.000,- en een voordeel aan de batenzijde van € 173.000,-. De afwijkingen zijn met name ontstaan door:  Gemeentelijke cultuureducatie activiteiten Elk jaar worden culturele activiteiten georganiseerd die worden gedekt door bijdrage van de scholen (bijdrage per leerling) onder de naam "Kunst en Cultuurplan". De bijdrage van de scholen werd voorheen niet in de begroting opgenomen, maar later als “nog te ontvangen” in de administratie geboekt. Voor het eerst vond dit jaar de gehele verrekening plaats bij Kade40, waardoor in de gemeentelijke rekening abusievelijk een “nog te ontvangen” post was opgenomen van € 50.000,-. Dit is inmiddels in de meerjarenbegroting 2014-2017 gerepareerd. De bezuiniging voor kunst en educatie ad. € 60.000,- is in de begroting verwerkt op het product Cultuuractiviteiten. Deze bezuiniging wordt gerealiseerd binnen de concernproduct Cultuuractiviteiten.  Centrum Kunst Educatie Het te kort binnen het product wordt veroorzaakt door hogere verbouwings- en kwartiermakerskosten ad. € 24.000 en de verrekening van de huur en subsidie i.v.m. Kade40 ad. € 48.000,-. Tegenover het nadeel op Kade40 staan echter de hogere huuropbrengsten bij de afdeling Vastgoed, zodat dit nadeel te niet wordt gedaan. Cultuuractiviteiten Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Monumentenzorg Op dit product is een nadeel ontstaan aan de lastenzijde van € 164.000,- en een voordeel aan de batenzijde van € 86.000,-. De afwijking is ontstaan door: De extra baten ten opzichte van de begroting worden veroorzaakt door aanwending subsidie Fonds Schiedam/Vlaardingen, het projectbudget, aanwending reserve Groot onderhoud gebouwen voor molen Aeolus en ontvangst van twee subsidies voor herbestemming monumenten Touwbaan en brandweerkazerne. De extra lasten worden veroorzaakt door meer kosten diensten van derden in het kader van de Monumentenzorg en de werkzaamheden aan het project Touwbaan.


Begroting


Realisatie

329

Saldo

329

-

De toevoegingen een de reserve onderhoud gebouwen voor 329.000 zijn overeenkomstig de raming. Onttrekkingen Reserve R. Beeldende kunst

Begroting

Realisatie 76

-76

31

31

-

1.500

1.500

-


12

12

-


29

29

-

67

-67

R. Binnenstad R. Kapln.huisv.Vlaardings museum

R. Touwbaan

-

Saldo

-

De niet geraamde onttrekkingen aan de reserve Touwbaan van € 67.000 is voor werkzaamheden aan de overkapping van de touwbaan aan de Baanstraat. Ook de onttrekking aan de reserves beeldende kunst voor € 76.000 is vanwege de overschrijding van het jaarbudget voor beeldende kunst. De overige onttrekkingen, waaronder die voor het Vlaardings museum van € 1.500.000 zijn overeenkomstig de raming.

80

BEGROTINGSPROGRAMMA 11: SPORT EN RECREATIE

Sport is heel belangrijk voor een goede gezondheid en de sociale samenhang. Regelmatig en verstandig sporten leidt tot minder overgewicht en minder ziekteverzuim. Sporten in verenigingsverband leidt tot sterkere sociale structuren. Sport draagt daarom ook bij aan een goede economie, beperking van medische kosten, een actief verenigingsleven en een sterkere sociale samenhang. Sportverenigingen moeten de beschikking hebben over goede accommodaties.

81

SPEERPUNTEN UIT COLLEGEPROGRAMMA 2011-2014 Hoofduitgangspunten zijn:  Sportvoorzieningen met daarbij goede sportaanbieders behoren tot de basisvoorzieningen van de stad;  Sportverenigingen moeten laagdrempelig zijn en toegankelijk voor de jeugd;  In Vlaardingen kan je sporten op alle niveaus, met uitzondering van topsport.  Er is ook een aanbod aan sporten voor gehandicapten;  Van sportverenigingen die steun krijgen van de gemeente wordt als tegenprestatie verwacht dat zij meewerken aan de ambities tot het betrekken van de jeugd en het aanbieden van een gevarieerd aanbod;  Sportverenigingen krijgen meer verantwoordelijkheden in het beheren van hun accommodaties;  Samenwerking met Schiedam en Maassluis op het gebied van sport en bewegen wordt geïntensiveerd.

BELEIDSNOTA’S MET BETREKKING TOT DIT PROGRAMMA 

Nota Sport en Bewegen 2013 (18-04-2013)


28.1



Doelstelling 28: Nationale Norm Gezond Bewegen Meetbare subdoelstelling: 27.700 inwoners van Vlaardingen (39%) voldoen aan de Nationale 4 Norm Gezond Bewegen (0-meting 2010). In 2015 is dit aantal met 10% gestegen naar 30.470.

De sportmonitor 2014 zal een nieuw meetpunt zijn voor de vorderingen die op dit gebied zijn gemaakt. Voorts zijn wij in afwachting van de gezondheidsenquête.

Activiteiten Het gemeentelijk beleid voor sport en bewegen voor 2013 en volgende jaren wordt vastgesteld; de resultaten van de sportmonitor 2012 zullen hiervoor een belangrijke leidraad zijn.

De beleidsnota Sport en Bewegen 2013 is op 19 maart 2013 vastgesteld.

28.2

Uitvoering van het programma “Vlaardingen Actief en Gezond”, en sporten voor gehandicapten (Nationaal Actieplan Sport en Bewegen); er is daarbij nadrukkelijke aandacht voor verankering van de activiteiten naar de toekomst.

Het Nationaal Actieplan Sport en Bewegen en dus Vlaardingen Actief en Gezond verkeerde in 2013 in het laatste jaar. De activiteiten van dit programma zijn overgebracht naar de Stichting Vlaardingen in Beweging en andere instanties om aldaar te worden gecontinueerd.

28.3

Met de maatschappelijke organisaties die actief zijn op het gebied van sport en bewegen zal overleg worden gevoerd over samenwerking met als inzet ”sport als middel” ter vergroting van de leefbaarheid in wijken.

Steeds meer maatschappelijke organisaties verbinden zich aan de Stichting Vlaardingen in Beweging, alwaar ook de buurtsportcoaches zijn ondergebracht. Via dit samenwerkingsverband kan sport en bewegen als middel voor o.m. leefbaarheid verder worden ontwikkeld.

28.4

Sportverenigingen en scholen bieden een schoolsportprogramma waarbij zij samenwerken om kinderen te helpen met het vinden van sport die bij ze past.

Via het schoolsportprogramma, de Koningsspelen, sportclinics en buitenschoolse activiteiten welke worden ondersteund met lespaketen maken kinderen breed kennis met sport om aldaar hun talenten verder te kunnen ontwikkelen.

4

Nationale Norm Gezond Bewegen: Voor volwassenen is deze norm 30 minuten matig intensieve lichamelijke activiteit op tenminste 5 dagen van de week.

82

Doelstelling 29: Sportinfrastructuur Meetbare subdoelstelling: Een goede sportinfrastructuur, een kwantitatief en kwalitatief aanbod van accommodaties die gedeeld worden met andere doelgroepen en onderwijs.

29.1

Dit is een continu proces wat jaarlijks onze aandacht heeft. In 2013 is onder andere gewerkt aan verbetering van kwaliteit van schoonmaak en beheer van de gymzalen.

Activiteiten Invoering transparant kostendekkend tarievensysteem sportaccommodaties;

Het transparant in rekening brengen van kostendekkende tarieven voor sportaccommodaties is in juli 2013 in gevoerd.

29.2

De vaak zeer oude huurcontracten voor de sportaccommodaties zullen worden aangepast aan de eisen van deze tijd en worden afgestemd op de huidige fiscale regelingen;

De oude contracten zijn vervangen door nieuwe en met een voetbalvereniging loopt het proces tot het gezamenlijk afsluiten van het contract. De contracten zijn afgestemd met de fiscus.

29.3

Reductie van het aantal voetballocaties; met de aanpassing van het sportcomplex aan de Marathonweg (v.v. DVO ’32) en de inpassing van v.v. CION ingaande het voetbalseizoen 2012-2013 is de voorziene reductie van het aantal voetballocaties van 8 naar 5 voltooid.

Voorbereidingen zijn in 2013 gecontinueerd met de stichting Sportpark West en de twee verenigingen CION en DVO32.

WAT HEEFT HET GEKOST? Realisatie programma Sport en Recreatie (bedragen x € 1.000)





Verschil begroting na wijziging -/- realisatie 5.558 -17 390 321

5.675 63

4.427 69

5.541 69

-5.612

-4.358

-5.472

-5.168

304

96 0 -96

72 0 -72

72 112 40

183 154 -29

-111 42 -69

-5.708

-4.430

-5.432

-5.197

235

83

Realisatie programma op productniveau Burgerproduct Lasten Baten (x € 1.000) Sportsubsidies - Begroting (na wijz) 159 0 - Realisatie 161 0 - Afwijking -2 0 Sportaccommodaties - Begroting (na wijz) 3.026 0 - Realisatie 3.025 302 - Afwijking 0 302 Breedtesport - Begroting (na wijz) 871 26 - Realisatie 855 32 - Afwijking 15 6 Openb groen en openluchtrecreatie - Begroting (na wijz) 906 23 - Realisatie 962 14 - Afwijking -56 -9 Recreatievoorzieningen - Begroting (na wijz) 90 20 - Realisatie 91 18 - Afwijking -1 -3 Speelplaatsen - Begroting (na wijz) 490 0 - Realisatie 464 25 - Afwijking 25 25 Totaal programma Sport en Recreatie - Begroting (na wijz) 5.541 69 - Realisatie 5.558 390 - Afwijking -17 321

Saldo Toevoeg. Onttrekk. Resultaat b/l reserves reserves -159 -161 -2

0 0 0

0 0 0

-159 -161 -2

-3.026 -2.724 302

65 65 0

0 0 0

-3.091 -2.789 302

-845 -823 21

0 111 -111

112 154 -42

-733 -781 -48

-883 -947 -65

7 7 0

0 0 0

-890 -954 -65

-70 -73 -4

0 0 0

0 0 0

-70 -73 -4

-490 -439 50

0 0 0

0 0 0

-490 -439 50

-5.472 -5.168 304

72 183 -111

112 154 -42

-5.432 -5.197 235

Toelichting Alleen afwijkingen aan zowel de lasten- als de batenzijde die groter zijn dan € 50.000 worden toegelicht. Sportsubsidies Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Sportaccommodaties Het voordeel op de batenzijde is te danken aan de teruggave van BTW op onderhoud aan sportcomplexen. Breedtesport Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Openbaar groen en openluchtrecreatie De overschrijding betreft met name de kinderboerderij. Er is voor € 31.000,- meer personele capaciteit ingezet en de hier opgenomen taakstelling van € 25.000 is niet gerealiseerd. Recreatievoorzieningen Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden. Speelplaatsen Dit product is conform raming uitgevoerd. Geen afwijkingen te melden.

84


Begroting


Realisatie 72

R. NASB

-

Saldo 72

-

111

-111

De toevoegingen een de reserve onderhoud gebouwen van € 72.000 zijn volgens de raming. Daarnaast is er een niet geraamde toevoeging aan de reserve Nationaal Actieplan Sport en Bewegen (NASB). De subsidie van het ministerie van VWS is gekoppeld aan een gemeentelijke bijdrage. Daarom is er € 111.000 gestort, welke storting niet was geraamd. Onttrekkingen Reserve

Begroting

Realisatie

Algemene Reserve

112

R. Combinatiefuncties

-

Saldo

112 42

-42

Aan de reserve combinatiefuncties is € 42.000 onttrokken voor de kosten van het project dat tot doel had om sport en onderwijs met elkaar te verbinden. Deze onttrekking was niet geraamd.

85

IV ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN / PROGRAMMA CONCERNFINANCIEN

86

WAT HEEFT HET GEKOST? Realisatie programma Financiën (bedragen x € 1.000)





3.139 112.287

1.968 111.600

3.135 108.022

Verschil begroting na wijziging -/- realisatie 5.156 -2.022 108.582 560

109.148

109.632

104.887

103.426

-1.461

8.916 12.431 3.515

1.000 200 -800

2.189 2.178 -11

2.189 2.013 -177

0 -165 -165

112.663

108.832

104.876

103.249

-1.626

Realisatie programma op productniveau Burgerproduct Lasten Baten (x € 1.000) Gemeentelijke belastingen - Begroting (na wijz) 1.552 13.701 - Realisatie 1.678 14.061 - Afwijking -126 359 Precario - Begroting (na wijz) 191 727 - Realisatie 196 590 - Afwijking -5 -137 Concernfinancien (excl belastingen) - Begroting (na wijz) 1.393 92.580 - Realisatie 3.282 92.997 - Afwijking -1.889 416 Handhaving - Begroting (na wijz) 0 814 - Realisatie 0 935 - Afwijking 0 121 Kostendekkend werken - Begroting (na wijz) 0 200 - Realisatie 0 0 - Afwijking 0 -200 Totaal programma Financiën - Begroting (na wijz) 3.135 108.022 - Realisatie 5.156 108.582 - Afwijking -2.021 560

Saldo Toevoeg. Onttrekk. Resultaat b/l reserves reserves 12.150 12.383 233

0 0 0

0 0 0

12.150 12.383 233

536 394 -142

0 0 0

0 0 0

536 394 -142

91.188 89.715 -1.473

2.189 2.189 0

2.178 2.013 165

91.176 89.538 -1.638

814 935 121

0 0 0

0 0 0

814 935 121

200 0 -200

0 0 0

0 0 0

200 0 -200

104.887 103.426 -1.461

2.189 2.189 0

2.178 2.013 165

104.876 103.250 -1.626

Toelichting Alleen afwijkingen aan zowel de lasten- als de batenzijde die groter zijn dan € 50.000 worden toegelicht. Gemeentelijke belastingen Binnen dit product is sprake van een nadeel op de lastenzijde van € 126.000,- en een voordeel op de batenzijde van € 359.000,-. Deze afwijkingen hebben de volgende oorzaken:  De extra baten ten opzichte van de begroting worden veroorzaakte door een hogere opbrengst van de OZB (eigenaren en gebruikers), waartegen hogere uitvoeringslasten (w.o. WOZ) staan.

87

  

De hogere OZB inkomsten worden veroorzaakt door de areaaluitbreiding, waarmee bij het opstellen van de begroting geen rekening gehouden was. Voor de toeristenbelasting wordt uitgegaan van een gematigde schatting van het aantal overnachtingen. In de praktijk is het aantal werkelijke overnachtingen hoger uitgevallen. De geinde toeristenbelasting is € 50.000 hoger dan geraamd. De hondenbelasting is daarentegen € 23.000 lager dan geraamd. Dit is een gebruikelijk situatie tussen de periodieke hondencontroles. Het aantal afmeldingen overtreft dan het aantal aanmeldingen.

Precario Vanwege de recessie blijven de inkomsten, bijvoorbeeld vanwege het uitblijven van grote bouwprojecten, op precario achter. Concernfinanciën Het verschil op product saldo kostenplaatsen is voornamelijk veroorzaakt door de volgende kostenplaatsen: - Secties Basisregistratie € 687.700 - Sectie Vastgoed € 412.600 - Sectie Wijkbeheer ` € 586.000 - Sectie Beheer Openb. Ruimte € 221.300 € 1.907.600 Deze verschillen zijn veroorzaakt doordat er minder uren zijn doorbelast aan de producten en projecten dan geraamd. De oorzaak bij Openbare Werken ligt voornamelijk in het feit dat er minder productieve uren geschreven zijn als gevolg van vacatures. Daarnaast worden diverse werkzaamheden aan de hand van contracteren en regisseren uitbesteed aan derden. De overige kosten in de personele sfeer ad. € 1,1 mln. (nadeel) vallen weg tegen de stelposten in de personele sfeer: -Loon en prijscompensatie € 500.000 (Tussenbalans 2013); -Verhoging pensioenpremie € 230.000 (1e voortgangsrapportage 2013 / Voorjaarsnota 2013); -Persoonlijke reis- en verblijfskosten € 180.000 (regulier budget) Binnen het product is ook een post onvoorzien opgenomen. In 2013 is dit bedrag niet gebruikt, wat een voordeel oplevert van € 235.000. Handhaving Op dit product is een voordeel aan de batenzijde van € 121.000,-. De oorzaak hiervan is als volgt: De raming opbrengsten leges bouwvergunningen zijn op basis van de lagere opbrengsten in de eerste helft 2013, in de tweede voortgangsrapportage met € 500.000,- verlaagd naar € 814.000,-. Vanwege leges uit grote projecten waaronder Leiding over Noord en Museum Vlaardingen zijn uiteindelijk meer baten leges bouwen woningtoezicht ontvangen. Kostendekkend werken In 2008 werd berekend dat er door de gemeente op termijn jaarlijks € 700.000 aan extra inkomsten voor bouwleges, Geo-informatie en Archeologie gegenereerd konden worden. In 2010 bleek dat er inderdaad € 500.000 aan extra bouwleges gehaald konden worden en daarom is deze begrotingspost met dit bedrag met een technische wijziging afgeraamd ten gunste van de legesinkomsten op het produkt Leges Bouw/woningtoezicht . Het restant bedrag is in 2011 in de begroting van Geo-informatie verwerkt, maar abusievelijk niet op deze begrotingspost afgeraamd. Dit geeft dus een nadelig saldo van € 200.000.


Begroting

Realisatie

Saldo

Algemene Reserve

1.689

1.689

Algemene Reserve

500

500

-0 -

De geraamde toevoegingen aan de Algemene reserve betreffen het spaarsaldo van € 500.000 en het saldo 2012 van TBV uit de exploitatiereserve TBV van € 1.689.000. Onttrekkingen Reserve Algemene Reserve

Begroting

Realisatie

385

Saldo

200

185

19

-19

R. Lokale recessie

-


104

104

1.689

1.689

R. TBV

-0

88

De onttrekkingen aan de Algemene reserve voor 40+ wijken en bedrijfsvoering zijn overeenkomstig de ramingen gerealiseerd, alsook de geraamde onttrekking aan de exploitatiereserve TBV. De geraamde onttrekking van € 185.000 voor afboeken boekwaarden Polderpoort is hier geraamd, maar de realisatie heeft op programma Jeugd en Onderwijs plast gehad. Er is een onttrekking aan de reserve lokale aanpak recessie gedaan van € 20.000 voor verkeersmaatregelen Beethovensingel / Deltaweg.

89

ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN Algemene uitkeringen De financiële verhouding met het Rijk De algemene uitkering uit het gemeentefonds is een belangrijke inkomstenbron voor gemeenten. De Gemeente Vlaardingen heeft in 2013 € 84,24 miljoen, inclusief verrekeningen over 2011 en 2012, ontvangen uit het gemeentefonds. Bij het opstellen van de begroting was op grond van de junicirculaire 2012 een bedrag van € 84,20 miljoen geraamd. In de diverse begrotingswijzigingen is deze raming per saldo verhoogd met € 0,05 miljoen tot € 84,25 miljoen. De realisatiecijfers zijn gebaseerd op de decembercirculaire, aangevuld met recente berichtgeving van het Ministerie van Financiën over overige mutaties in onderdelen van de uitkering. Uitkering uit het gemeentefonds 2013 De uitkering uit het gemeentefonds over 2013 bedraagt € 84,24 miljoen. Dit is € 3,26 miljoen lager dan de uitkering over 2012. De daling wordt voornamelijk veroorzaakt door een fors gedaalde uitkeringsfactor met 58 punten t.o.v.2012. Verklaring verschil tussen begroting na wijziging en realisatiecijfer Het realisatiecijfer ligt € 0,016 miljoen lager dan het geraamde bedrag na wijziging (op grond van de diverse begrotingswijzigingen 2013). Dit verschil wordt voornamelijk veroorzaakt door een hogere aftrek inkomstenmaatstaven (€ 0,069 mln.) lagere decentralisatie-uitkering WMO (€ 0,115 mln.), hogere decentralisatie-uitkering jeugdzorg (€ 0,082 mln.), een hogere decentralisatie-uitkering vrouwenopvang (€ 0,074 mln.), een nadeel door verlaging van de uitkeringsfactor (€ 0,737 mln.), en diverse voor- en nadelen delen van de aantallen maatstaven (met name voordeel aantal woningen) (€ 0,702). Verrekening 2011/2012 voordelig (€ 0,034).

Dividend en rente Dividendinkomsten en renteresultaat De Gemeente Vlaardingen neemt deel in het aandelenkapitaal van een aantal privaatrechtelijke organisaties die het publieke belang ondersteunen. De deelnemingen in de N.V. Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) en de N.V. Waterbedrijf Evides genereren jaarlijks een winstafhankelijk dividend. Het renteresultaat bestaat uit het positieve saldo tussen de intern doorbelaste rentekosten en de extern betaalde rentebedragen. Het dividend Irado komt ten gunste van het product Afvalverwijdering en –verwerking onder het programma Groen en Milieu. Het dividend Irado bedroeg in 2013 € 820.000,-. Dividend BNG De aandelen BNG zijn voor 50% in handen van het Rijk en voor 50% in handen van gemeenten. De Gemeente Vlaardingen heeft 0,356% van de aandelen in bezit. De in 2013 ontvangen dividend-inkomsten bedroegen € 295.315. Dividend Evides Het waterbedrijf is ontstaan uit de fusie van Delta Waterbedrijf en Waterbedrijf Europoort; in de laatste had de Gemeente Vlaardingen een belang. De aandeelhouders van deze voormalige waterbedrijven hebben ieder 50% van de nieuwe aandelen in handen. Het gemeentelijke belang daarin bedraagt nu 1,80%. Het slotdividend 2012 en het interimdividend 2013 leverden een bate op van € 848.602. Renteresultaat Het renteresultaat, zijnde de kostenplaats rente, liet in 2013 een batig saldo zien van € 5,98 miljoen. In de treasuryparagraaf wordt een nadere toelichting op het renteresultaat gegeven.

90

V

PARAGRAFEN

In dit deel van het jaarverslag wordt uitvoering gegeven aan artikel 9 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. In dat artikel is opgenomen dat ten minste de volgende afzonderlijke paragrafen opgenomen dienen te worden:

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Paragraaf Lokale Heffingen 92 Paragraaf Weerstandsvermogen 95 Paragraaf Onderhoud Kapitaalgoederen 98 Paragraaf Treasury 102 Paragraaf Bedrijfsvoering 107 Paragraaf Grondbeleid 114 Paragraaf Verbonden Partijen 121

Daarnaast zijn de volgende additionele paragrafen opgesteld: 8. Paragraaf Taakstellingen en reserveringen 127 9. Paragraaf Staat van de Gemeente (nieuw) 147

91

1. Paragraaf Lokale heffingen

Inleiding Lokale heffingen gaan om inkomsten die verkregen worden op grond van publiekrechtelijke regels, voornamelijk belastingen, heffingen en retributies, die de overheid heft op grond van wettelijke bepalingen. Bij de lokale lasten wordt een onderscheid gemaakt tussen zuivere belastingen, heffingen en retributies.  De zuivere belastingen behoren tot de algemene dekkingsmiddelen en dienen ter uitvoering van collectieve vormen van dienstverlening, maar ook individuele vormen van dienstverlening zonder een duidelijke relatie tussen dienstverlening en belasting. Voorbeelden van deze belasting zijn ozb en hondenbelasting.  De heffingen dienen ter uitvoering van publiekrechtelijke dienstverlening. Dat houdt in dat de burger ook moet betalen als hij de dienst niet wenst. Voorbeelden van heffingen zijn afvalstoffenheffing en rioolbelasting.  De retributies zijn vergoedingen voor individuele dienstverlening van typische overheidsdiensten van publiekrechtelijke aard. Hiervan zijn de voorbeelden leges voor paspoort en rijbewijs. Uitgangspunten van het gemeentelijk beleid ten aanzien van de belastingen en heffingen zijn:  Het streven naar een woonlastendruk die niet sneller stijgt dan de inflatie, gebaseerd op de loon en prijsontwikkeling voor de overheid;  De tarieven voor dienstverlening zijn kostendekkend;  Voor de minst-draagkrachtigen bestaat de mogelijkheid om kwijtschelding van de afvalstoffenheffing aan te vragen. Voor het jaar 2013 is het uitgangspunt om in het algemeen de tarieven te verhogen met het inflatiepercentage van 1,5%, met uitzondering van tarieven die tot stand komen in een gemeenschappelijke regeling, of door de hogere overheid worden vastgesteld. De opbrengst van de onroerende-zaak-belastingen is met 7% verhoogd met een verlaging van de afvalstoffenheffing met 4%. Door deze verlaging wordt de verhoging van de onroerendezaakbelastingen gedeeltelijk gecompenseerd en blijft de mogelijkheid om kwijtschelding van de afvalstoffenheffing aan te vragen onveranderd. De overige tarieven die de woonlasten beïnvloeden ( rioolrecht en de precariobelasting voor leidingen en kabels) worden ongemoeid gelaten.

Gemeentelijke tarieven In de raadsvergadering van 20 december 2012 is ingestemd met aanpassing van de diverse belastingverordeningen. Overzicht belangrijkste tarieven 2009 2010 2011 2012 2013 (bedragen x €1,00) Onroerende- zaakbelastingen - OZB eigendom niet-woningen * 0,2262% 0,2191% 0,2211% 0,2192% 0,2365 - OZB gebruiker niet-woningen * 0,1812% 0,1791% 0,1807% 0,1792% 0,1973 - OZB eigendom woningen * 0,1145% 0,1106% 0,1128% 0,1187% 0,1332 * De ozb worden met ingang van 2009 berekend naar een percentage van de waarde van de onroerende zaak. Dit volgt uit een wijziging in de Gemeentewet. De nieuwe berekeningswijze moet duidelijk maken dat de ozb slechts over een klein percentage van de waarde worden geheven. Rioolrecht - recht per eigendom

157,80

157,80

157,80

157,80

157,80

Afvalstoffenheffing - heffing éénpersoonshuishouden - heffing meerpersoonshuishouden

253,20 312,40

243,00 322,20

243,00 312,00

243,00 312,00

233,30 299,50

Inmiddels is ook op de vastgoedmarkt de recessie merkbaar. Vanaf de waardepeildatum 1 januari 2011 tot de waardepeildatum 1 januari 2012 bedroeg voor woningen de waardedaling gemiddeld 4,00%. De niet-woningen daalden gemiddeld 3,00% in waarde.

92

Woonlasten (vergelijking met andere gemeenten) Het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO) geeft al enige jaren inzicht in de positie van Vlaardingen op het gebied van de lokale lastendruk ten opzichte van de andere gemeenten in e Nederland. In de COELO atlas 2013 neemt Vlaardingen de 220 plaats in op basis van de woonlasten zoals die in e de tabel hierboven zijn berekend. In 2012 nam Vlaardingen ook een 220 plaats in. De landelijk gemiddelde woonlasten in 2013 bedragen € 697,00, waar de Gemeente Vlaardingen met € 684,00 € 13,00 lager uitkwam. In 2012 was dat nog € 7,00 onder het landelijk gemiddelde. Wat betreft de ozb en het rioolrecht loopt Vlaardingen in de pas met het landelijk gemiddelde. De hoogte van de afvalstoffenheffing ligt boven het landelijk gemiddelde. Overigens liggen de woonlasten van 80% van alle gemeente heel dicht bij elkaar en rond het landelijk gemiddelde.

Toeristenbelasting Naar aanleiding van de in 2010 gevoerde takendiscussie is onder meer besloten tot de invoering van een toeristenbelasting, welke met ingang van 2012 voor het eerst is geheven. Voor 2013 bedraagt het tarief € 1,95 per persoon per overnachting om een begrote opbrengst van € 152.000 te bereiken. Dit tarief ligt onder het gemiddelde van € 1,99 per persoon per overnachting (bron, COELO, atlas van de lokale heffingen 20131). Als gevolg van de recessie is de bezettingsgraad van de hotels inmiddels sterk afgenomen. Uit een publicatie van “Misset horeca” blijkt dat de gemiddelde bezettingsgraad van hotels is gedaald naar 62,5 %. Hiermede is in de tariefstelling rekening gehouden.

Overige lokale heffingen Jaarlijks worden de overige belastingen, heffingen en retributies in principe verhoogd met de (verwachte) loon- en prijsontwikkeling voor de overheid. Dit jaar met 1,5%.  leges voor producten en diensten waarvoor landelijk maximale tarieven zijn vastgesteld (bv. reisdocumenten)  zeehaven- en binnenhavengeld zijn vastgesteld op basis van gemeenschappelijke afspraken tussen de waterbeheerders in het Waterweggebied  parkeerbelastingen: De tarieven voor het parkeren zijn vastgesteld op basis van de nieuwe parkeernota Vlaardingen 2009.

Opbrengsten heffingen, retributies en belastingen

Leges Burgerzaken (gem. aandeel) parkeerbelasting zeehaven- en binnenhavengelden marktgelden

Realisatie

Begroting

2012

2013

1.206

999

Begr. Na wijz 2013

Realisatie

Verschil in

2013

€

999

1.096 5

213

11,73%

1.149

-171

-12,95%

1.783

1.383

1.603

1.256

1220

1.320

1.816

97

Verschil in % 9,81%

148

184

184

138

-46

-25,00%

afvalstoffenheffing

9.297

9.072

9.372

8.913

-459

-4,90%

rioolrechten

6.136

5.939

5.939

5.830

-109

-1,84%

735

814

764

750

-14

-1,83%

leges bijzondere wetten

10

17

17

9

-8

-47,06%

milieuleges

15

35

35

39,68

4,68

14,29%

1614

1664

814

935

121

14,86%

419

727

727

590

-137

-18,84%

begraafrechten

leges bouwvergunningen Belastingen: precariobelasting hondenbelasting onroerende zaakbelastingen Toeristenbelasting TOTAAL

346

232

307

285

-22

-7,49%

12.589

12.363

13.063

13.424

361

2,76%

120

150

150

200

50

33,33%

35.674

34.799

35.294

35.174

-120

De afwijkingen van de verschillende belastingen, heffingen en retributies zijn toegelicht in het programma waar de producten verantwoord worden.

5

Exclusief ontvangen afkoopsom parkeerbalans, zie programma Verkeer en mobiliteit.

93

Kwijtschelding Voor mensen met de laagste inkomens bestaat de mogelijkheid van gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van de lokale lasten. De regels voor het toekennen worden bepaald door de rijksoverheid, neergelegd in de invorderingswet. Deze regels komen erop neer dat kwijtschelding mag worden verleend aan belastingplichtigen, die een inkomen hebben dat niet hoger ligt dan de bijstandsnorm. Gemeenten mogen hier in die zin van afwijken dat een lager inkomen wordt gehanteerd. De gemeente Vlaardingen hanteert de zogenaamde 100%-norm, hetgeen betekent dat inwoners van Vlaardingen met een inkomen op bijstandsniveau in beginsel voor kwijtschelding in aanmerking komen. Gemeenten mogen zelf bepalen voor welke belastingen kwijtschelding wordt verleend. In Vlaardingen kan kwijtschelding worden gevraagd voor de afvalstoffenheffing. De kwijtschelding voor hondenbelasting is met ingang van 2013 afgeschaft. Om voor kwijtschelding in aanmerking te komen dient men een schriftelijk verzoek te doen en de nodige bewijsstukken te overleggen. Aan inwoners die langer dan 3 jaar achtereen een bijstandsuitkering ontvangen wordt automatisch kwijtschelding verleend. Voorwaarde is wel dat zij in het voorafgaande jaar kwijtschelding hebben aangevraagd en gekregen (meerjarige kwijtschelding). Deze automatische, meerjarige kwijtschelding, die maximaal 3 jaar duurt, geldt ook voor personen die ouder zijn dan 65 jaar en die voor kwijtschelding in aanmerking komen. Ook voor deze mensen geldt dat zij wel in het voorafgaande jaar kwijtschelding moeten hebben aangevraagd en gekregen. Het aantal jaren waarvoor dus automatische kwijtschelding wordt verleend is drie jaar. Daarna moet een nieuwe aanvraag worden gedaan. Bij wijziging van hun financiële situatie dient men dat uiteraard te melden, zodat een nieuwe beoordeling kan plaatsvinden. Het aantal mensen dat van de kwijtscheldingsregeling gebruik maakt schommelt. In 2011 zijn er 2.681 burgers voor (gedeeltelijke) kwijtschelding in aanmerking gekomen, met een bedrag van € 725.508. In 2012 waren dat er 2.852 met een bedrag van € 766.882. Voor 2013 waren het er 2.701 en ging het om een bedrag van € 695.138.

94

2. Paragraaf Weerstandsvermogen

Inleiding In tijden van aanhoudende economische tegenwind, zoals we die nu in Nederland sinds 2008 kennen, is aandacht voor het weerstandsvermogen een absolute noodzaak. In Vlaardingen heeft die aandacht vorm gekregen in een risicomanagement dat structureel onderdeel is gaan uitmaken van de planning-en-controlcyclus. Zo vindt er op dit moment twee maal per jaar, zowel bij de begroting als bij de jaarrekening, een risicoinventarisatie en een risico-waardering plaats. In de praktijk wordt de term weerstandsvermogen nogal eens gelijk gesteld aan weerstandscapaciteit. Dit is niet correct. Weerstandsvermogen is een verhoudingsgetal of ratio, terwijl weerstandscapaciteit een nominaal bedrag is. Het verband tussen de twee termen kan als volgt worden weergegeven: Weerstandsvermogen = aanwezige weerstandscapaciteit / gewenste weerstandscapaciteit * 100% De aanwezige weerstandscapaciteit bestaat uit het totaal aan middelen dat de gemeente beschikbaar heeft of op korte termijn vrij kan maken om financiële tegenvallers op te vangen. De huidige reserves vormen daarbij het reeds beschikbare deel, eventuele stille reserves vallen onder het op termijn vrij te maken deel. De gewenste weerstandscapaciteit is het geldbedrag dat idealiter aanwezig zou moeten zijn. De hoogte van de gewenste weerstandscapaciteit is volledig afhankelijk van de binnen de gemeente aanwezig risico's en met name van de ingeschatte risicobedragen (per risico). Het gemeentelijk beleid is gericht op het realiseren van een weerstandsvermogen van 100%. Dit betekent dat de aanwezige weerstandscapaciteit niet langdurig en niet wezenlijk onder het niveau van de gewenste weerstandscapaciteit kan liggen.

Aanwezige weerstandscapaciteit Gezien de ontwikkeling van de gemeentelijke reservepositie blijkt de aanwezige weerstandscapaciteit in onze gemeente uit het totaal van de reserves te bestaan. Hoewel de algemene reserve de eerst aangewezen reserve is om financiële tegenvallers te verwerken, blijkt uit onderstaande tabel dat ook de inzet van bestemmingsreserves de afgelopen jaar onontkoombaar was. Jaarultimo

Algemene Reserve / Weerstandscap.

Bestemmingsreserves

Totaal Reserves

2009 2010 2011 2012

€ 26,2 miljoen € 42,2 miljoen € 16,6 miljoen € 10,9 miljoen


€ € € €

2013 2013

€ 0,6 miljoen € 26,5 miljoen


€ 23,2 miljoen (excl. afkoopsommen) € 65,9 miljoen (incl. afkoopsommen)

99,6 miljoen 78,0 miljoen 46,0 miljoen 30,4 miljoen

De tabel geeft aan dat de aanwezige weerstandscapaciteit (incl. afkoopsommen erfpacht) in 2013 is toegenomen. Deze verbetering wordt veroorzaakt door een gewijzigde boekhoudkundige verwerking van de afkoopsommen erfpacht. De afkoopsommen werden in de Jaarstukken 2012 nog verantwoord onder de vlottende passiva als vooruitontvangen gelden. In overleg met de accountant en de toezichthouder (Provincie Zuid-Holland) is besloten om deze gelden over te brengen naar de vaste passiva, als specifieke bestemmingsreserves (afkoopsommen erfpacht), waarvan € 25,9 miljoen wordt toegerekend aan het weerstandsvermogen. Aan de hier vermelde balansmutaties is door de toezichthouder de voorwaarde gesteld dat, wanneer Vlaardingen genoodzaakt is om een deel van de genoemde € 25,9 miljoen in te zetten ter dekking van negatieve rekeningresultaten, de gemeente in de eerstvolgende Voorjaarsnota een spaarbedrag van gelijke grootte in de begroting zal moeten opnemen om de huidige situatie te herstellen.

95

Risico’s De activiteiten van de Gemeente Vlaardingen strekken zich uit over een breed scala aan beleidsterreinen. Dit heeft tot gevolg dat onze gemeente bloot gesteld is aan een groot aantal risico’s. Daarbij kan gedacht worden aan risico’s in het kader van het grondbeleid, het vastgoedbeleid, het garantiebeleid, het treasurybeleid, het beleid inzake onderhoud kapitaalgoederen, et cetera. De belangrijkste risico’s worden hierna afzonderlijk toegelicht. Grondvoorraden Van alle aanwezige risico’s is het risico in verband met onze grondpositie de meest bedreigende. Door de kredieten schuldencrisis zijn de huizenprijzen gedaald en is de ontwikkeling van nieuwe gebieden min of meer tot stilstand gekomen. Partijen met grondposities zien hierdoor de waarde van hun bezit voortdurend dalen.. Eind 2013 had de gemeentelijke grondvoorraad een waarde van € 47,9 miljoen. Vlaardingen loopt over deze totale boekwaarde risico, zolang de grond door verkoop niet aan derden is overgedragen. De grondvoorraad is onder te verdelen in in-exploitatie-genomen-gronden (waarvoor een concreet plan bestaat) en gronden die nogniet-in-exploitatie-genomen zijn (omdat hiervoor nog geen concrete plannen zijn vastgesteld). Van de genoemde € 47,9 miljoen heeft € 35,4 miljoen betrekking op in exploitatie genomen bouwgrond. De gemeente actualiseert jaarlijks de waarde van deze grondposities. Daarbij worden alle factoren die de komende jaren een rol spelen bij de uiteindelijke verkoopwaarde van een specifiek stuk grond opnieuw tegen het licht gehouden. Ook in 2013 heeft deze actualisatie plaats gevonden. Voor een flink deel van de grondexploitaties zijn de eindwaardes verder gedaald. Gemeenten zijn verplicht om deze waardeverminderingen onmiddellijk ten laste van de exploitatie en zodoende ten laste van de algemene reserve te brengen. Dit gebeurt door het vormen van voorzieningen ter grootte van het ingeschatte verlies. Eind 2013 bedroeg de totale omvang van deze verliesvoorzieningen ruim € 16,2 miljoen (zie ook paragraaf Grondbeleid). Door deze verliezen nu reeds te nemen is 34% van de risico’s in verband met grondexploitaties afgedekt. Naast grond die reeds in exploitatie is genomen, beschikt Vlaardingen eveneens over nog niet in exploitatie genomen gronden. Door de uiterst beperkte mogelijkheden om deze gronden rendabel te exploiteren is deze grondvoorraad voor een deel afgewaardeerd. Over de resterende boekwaarde van € 12,5 miljoen loopt onze gemeente onverminderd risico. Vastgoed Er moet rekening gehouden worden met een verdere afwaardering van enkele bedrijfsgebouwen (Hoflaan, Industrieweg, Westhavenkade). Na de ingebruikneming van het gerenoveerde stadhuis worden deze gebouwen niet meer als bedrijfspanden aangemerkt en zullen daarom tegen de lagere marktwaarde verantwoord moeten worden. Het pand aan de Westhavenkade is inmiddels met een bedrag van € 1,7 miljoen afgewaardeerd. Na deze afwaardering hebben de 3 genoemde panden nog een boekwaarde van € 7,8 miljoen. Een eventuele verkoop van het appartementencomplex aan de Maasboulevard kan daarentegen als een positief risico worden aangemerkt. Garanties Vlaardingen staat direct of indirect voor meer dan € 500 miljoen garant voor door derden aangegane geldleningen. Het risico in verband met deze borgstellingen is echter voor ca. 95% ondergebracht bij de Stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Hierdoor is onze gemeente slechts op zeer indirecte wijze en voor een beperkt bedrag aan te spreken op betalingsachterstanden bij derden. Gewenste weerstandscapaciteit De gewenste weerstandscapaciteit bestaat uit het totaal aan middelen dat de gemeente beschikbaar zou moeten hebben of op korte termijn vrij zou moeten kunnen maken om de waargenomen risico's financieel te kunnen dekken. Om dit bedrag te kunnen bepalen heeft er ten behoeve van deze jaarrekening een gemeentebrede risicoinventarisatie plaats gevonden. Op basis van deze inventarisatie zijn de risico's met behulp van de Monte Carlomethode beoordeeld en gewaardeerd. Het resultaat van deze exercitie is dat Vlaardingen over een gewenste weerstandscapaciteit van € 35 miljoen zou moeten beschikken. Weerstandsvermogen Zoals in de inleiding reeds werd aangegeven, bestaat het weerstandsvermogen uit de verhouding tussen de aanwezige en de gewenste weerstandscapaciteit. Gelet op het voorafgaande komt het gemeentelijk weerstandsvermogen per ultimo 2013 uit op: Weerstandsvermogen = € 23,2 miljoen / € 35,0 miljoen * 100% = 66% Het weerstandsvermogen ligt derhalve onder de beoogde 100%. Anders geformuleerd, gelet op de geïnventariseerde risico’s schiet de aanwezige weerstandscapaciteit tekort. Kan het weerstandsvermogen weer op het juiste niveau worden gebracht?

96

Veel zal afhangen van de ontwikkeling van de risico’s en daarmee van de gewenste weerstandscapaciteit. Gelet op de omvang van de reeds gerealiseerde afwaarderingen en verliesvoorzieningen mag verwacht worden dat de risico’s in de toekomst zullen afnemen en daarmee de gewenste weerstandscapaciteit. Andere risico’s kunnen echter toenemen, zoals bijvoorbeeld in het kader van de decentralisaties in het sociale domein. Het met boekwinst verkopen van gemeentelijk bezit is een van de opties om de weerstandscapaciteit te versterken. Een andere optie is het opnemen van structurele spaarbedragen in de begroting.

97

3. Paragraaf Onderhoud Kapitaalgoederen

Inleiding De gemeente Vlaardingen heeft ruim 7 km² openbare ruimte in beheer. In die ruimte vindt een groot aantal activiteiten plaats, zoals wonen, werken en recreëren. Voor al die activiteiten beheert onze gemeente een groot aantal kapitaalgoederen. Deze goederen dienen onderhouden te worden. Gezien de duurzaamheid van de kapitaalgoederen is dat een taak die continu budgettaire middelen vergt. Deze paragraaf, in combinatie met de onderliggende beleids- en beheerplannen, geeft inzicht in de stand van het onderhoud van wegen, riolering, schoolgebouwen, etc. Vanuit de beheerplannen vindt een vertaling van de onderhoudskosten naar de meerjarenbegroting plaats binnen de diverse programma’s. Bij ieder substantieel kapitaalgoed zal het beleidskader worden aangegeven gekoppeld aan het geldende beheerplan waarna een verantwoording omtrent de uitvoering in het afgelopen jaar is beschreven. Wegen Beleidskaders Tot de beleidskaders behoren het beleids- en beheerplan Wegen 2007-2011 alsmede het beleids- en beheerplan Civieltechnische kunstwerken 2002-2011. Het plan Civieltechnische kunstwerken is in 2013 geactualiseerd en gereed gemaakt voor besluitvorming. De wettelijke kaders uit de wegenwet, het nieuwe Burgerlijk Wetboek en de ambities (schoon, heel en veilig) zoals die gefor-muleerd zijn in de stadsvisie Vlaardingen 2020 zijn bepalend voor de wijze en het niveau waarop het wegenbeheer en het beheer Civieltechnische kunstwerken worden uitgevoerd. Het proces voor het actualiseren van beheerplan Wegen is opgestart. Het onderhoud (lees: het kwaliteitsniveau) voor wegen en civieltechnische kunstwerken is in 2013 uitgevoerd conform het niveau ‘sober’. Uitvoering van het Beleids- en Beheerplan Wegen De deelplannen Herstraten, Fietspaden en Asfalt van het werkplan Onderhoud verhardingen 2013, welke voort komen uit het Beleids- en Beheerplan, zijn met uitzondering van een enkel onderdeel uitgevoerd. In 2013 zijn onder andere de revitalisering van de Lage Weide (Westwijk), de rioleringswerkzaamheden in de Emmastraat e.o., de ophoging van de Kruidenbuurt (derde en vierde fase), de werkzaamheden aan de Zwanensingel, de dr. Wiardi Beckmansingel en de Berkendreef afgerond. Uitvoering van het Beleids- en Beheerplan Civieltechnische kunstwerken Het werkplan 2013 welke voort komt uit het Beleids- en Beheerplan is uitgevoerd. De onderhoudsstaat van 1/3 van het areaal van de civieltechnische kunstwerken wordt jaarlijks geïnspecteerd. In 2013 zijn als gevolg van het ontstaan van een gevaarlijke situatie het dek en de leuningen van de brug aan de Buys Ballotlaan vervangen. De brug aan de Baarnhoeve is in zijn geheel vervangen.

Riolering Beleidskaders Beleidskader voor de rioleringen zijn de Wet milieubeheer en de Waterwet. Volgens deze laatste heeft de gemeente een taak bij het ontvangen en de verwerking van regenwater en een zorgplicht voor grondwater in het openbaar gebied. Maatregelen met betrekking tot (alternatieve) verwerking van hemelwater en grondwaterproblemen kunnen sinds 2010 worden gefinancierd uit de rioolheffing. In 2013 is het Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (VGRP) vastgesteld. Ook is in 2013 een samenwerkingsovereenkomst gesloten met het Hoogheemraadschap van Delfland en de 12 gemeenten die in Delfland liggen. Het doel van deze samenwerking is invulling te geven aan het rijksbeleid om de kostenstijging in de waterketen te beperken. Uitvoering In 2013 heeft het accent vooral gelegen op het vervangen van oude rioleringen en het afkoppelen van verhard oppervlak bij ophogingen en stedelijke vernieuwing. Door intensivering van de inspectie van het rioolstelsel met rijdende camera’s wordt een steeds beter beeld verkregen waar de middelen het meest efficiënt kunnen worden ingezet. De exploitatiekosten van het rioolstelsel worden gedekt uit de bestemmingsheffing Gemeentelijke watertaken en enkele andere vergoedingen, welke verantwoord staan in het programma Milieu en Mobiliteit. Alle aan het rioolstelsel gerelateerde kosten worden doorberekend in de rioolheffing. Dientengevolge is de exploitatie van het

98

rioolstelsel binnen de begroting van de gemeente budgettair neutraal. Eventuele saldi die na afsluiting van een boekjaar ontstaan worden via de egalisatiereserve riolering geleid.

Waterbodems Beleidskaders De beleidskaders zijn opgenomen in het Waterplan. Het doel is om de functie en de kwaliteit van het oppervlaktewater te handhaven door planmatig beheer en onderhoud. De hoofdwatergangen zijn in beheer bij het Hoogheemraadschap van Delfland. De overige watergangen zijn in beheer bij de gemeente en zullen gelijktijdig aan de werkzaamheden van het Hoogheemraadschap van Delfland en in dezelfde cyclustijd worden gebaggerd. Uitvoering De uitvoering van het werkplan 2013 heeft een looptijd van november 2013 tot maart 2014.

Groenvoorzieningen Beleidskaders De Bomenverordening Vlaardingen 2010, met als rode draad ‘duurzaamheid in beheer’, is sinds oktober 2010 van kracht. De beleidskaders voor het openbaar groen zijn, los van de wettelijke kaders, vastgelegd in het Groenplan Vlaardingen Blijvend Groen dat in 2012 door uw gemeenteraad is vastgesteld. In dit plan is het algemene onderhoudsniveau als basis voor de komende jaren vastgelegd, rekening houdend met de taakstelling op het product. Uitgangspunt hierbij is dat de veiligheid gewaarborgd blijft. Uitvoering In 2013 zijn enkele grote integrale projecten gereed gekomen of naderen hun voltooiing. Het gaat om de Berkendreef, delen van de Edoorndreef en Lindendreef en de Kruidenbuurt. De laatste werkzaamheden, waaronder het planten van bomen en heesters, zullen in het eerste kwartaal van 2014 plaatsvinden. In 2013 zijn diverse ambities uit het groenplan gerealiseerd. De VTA boomcontrole is uitgevoerd bij 1/3 van de bomen in de stad en de voorgestelde beheermaatregelen zijn uitgevoerd. Daarnaast is de slechte boomstructuur rondom het zuidelijk deel van winkelcentrum De Loper vervangen. De boombeplanting op plein 1940 / Anthony Knottenbeltsingel is voor een deel vervangen door nieuwe bomen. Bij de uitvoering van integrale projecten in de stad is vanuit groen een bijdrage geleverd om de groenstructuur op duurzame wijze te verbeteren. Daarnaast is een aantal kleinere knelpunten in het groen op duurzame wijze opgelost. In de grote stadsparken ’t Hof/Oranjepark en park ’t Nieuwelant is na ingebruikneming van de parken een aantal oudere- en jonge bomen afgestorven. Deze bomen zijn geveld en vervangen door nieuwe bomen. Hiermee kunnen de op duurzame wijze omgevormde parken verder uitgroeien en als gebruikspark dienen voor de bewoners en bezoekers van Vlaardingen. In diverse projecten is met succes een aantal waardevolle bomen op duurzame wijze behouden en ingepast in de nieuwe situatie. Een voorbeeld hiervan is het rioleringsproject Hofsingel waarbij de waardevolle linden zijn behouden. In de herinrichtingsproject Centrum Westwijk is een aantal waardevolle bomen langs de Dr. Wiardi Beckmannsingel en het winkelgebied bij de Van Baerlestraat behouden en voorzien van betere groeiomstandigheden. Dit geldt ook voor het herinrichtingsproject Lage Weide waar door de integrale benadering ook een aantal waardevolle bomen in dit gebied zijn behouden en voorzien van betere groeiomstandigheden. Om de oprukkende en voor iepen dodelijke iepziekte zoveel als mogelijk te beheersen is in 2012 een monitoringsproject opgestart om haarden van de iepenspintkever in beeld te brengen. In 2013 is dit monitoringsproject vervolgd. In 2013 is het aantal door de iepziekte gevelde bomen licht afgenomen. Monitoring in 2014 moet uitwijzen of deze trend doorzet. In de Broekpolder is naast het nieuwe Natuurkerngebied en het Klauterwoud in 2012 ook de mountainbikeroute opgeleverd in 2013. Om de natuurwaarde en de belevingswaarde van het gebied verder te vergroten wordt een groot deel van het gebied De Ruighte begraasd door runderen. Het begrazingsgebied wordt in 2014 uitgebreid met een deel van het gebied dat wordt beheerd door het recreatieschap Midden Delfland.

Kades en glooiingen Beleidskaders De veiligheid en functionaliteit van de kades en glooiingen zijn van groot belang voor de continuïteit van de havenactiviteiten. Het beheerplan Kades en glooiingen dient als beleidsstuk voor het beheer van de gemeentelijke kades en glooiingen. De nadruk van het plan ligt met name op de technische kwaliteit en minder op de belevingswaarde. In het beheerplan wordt geadviseerd om voorafgaand aan het uitvoeringsjaar een kwaliteitsonderzoek te laten uitvoeren om op die manier de definitieve maatregelen op jaarbasis goed in beeld te krijgen. Uitvoering Op een aantal locaties die als onveilig zijn aangeduid is nader onderzoek verricht. Op basis van een gedetailleerde inspectie en de plaatselijke kennis over de onderhoudstoestand is gebleken dat renovaties zouden

99

moeten worden uitgevoerd op twee locaties. Het betreft hier de Koningin Wilhelminahaven Noordzijde en Koningin Wilhelminahaven Zuidwestzijde. In 2013 zijn de werkzaamheden afgerond voor de vervanging van de bestaande kademuur aan de Koningin Wilhelminahaven Noordzijde. In 2013 zijn de voorbereidingen gestart voor de renovatie van de kade aan de Koningin Wilhelminahaven Zuidwestzijde.

Havens Beleidskaders Het Havenplan moet ervoor zorgen dat het beheer en onderhoud van de havens aansluit bij het gebruik van de havens door zowel beroeps- als recreatievaart. Contacten met Schiedam en Maassluis hebben nog niet geleid tot een vergaande samenwerking. Met gemeente Midden-Delfland (recreatievaart) en Havenbedrijf Rotterdam zijn wel overeenkomsten voor samenwerking afgesloten. Uitvoering In de Koningin Wilhelminahaven hebben baggerwerkzaamheden plaatsgevonden om hiermee voldoende diepte te behouden ten behoeve van de scheepvaart.

Ondergrondse containers Beleidskader Nieuwe ondergrondse containers worden met ingang van 2011 in eigendom van de Gemeente Vlaardingen aangeschaft en geplaatst. Het betreft ca. 700 ondergrondse containers voor de komende jaren. Uitvoering De kosten van de nieuwe ondergrondse containers worden gedekt uit de opbrengst afvalstoffenheffing en enkele andere vergoedingen, welke verantwoord staan in het programma Groen en Milieu. Alle aan de afvalverwijdering en –verwerking gerelateerde kosten mogen via de afvalstoffenheffing worden doorberekend. Dientengevolge is de exploitatie van de afvalverwijdering en –verwerking binnen de begroting van de gemeente budgettair neutraal. Eventuele saldi die na afsluiting van een boekjaar ontstaan worden via de egalisatiereserve afvalstoffen verrekend. In 2013 is de uitvoering van fase I afgerond. Dit betreft de levering en plaatsing van 289 containers voor restafval in Babberspolder, Ambacht en delen van Westwijk en Holy. De huidige bovengrondse containers voor glas, papier, textiel en kunststof worden tevens vervangen door een zestigtal ondergrondse containers. In 2014 worden op 10 winkellocaties i.v.m. de afschaffing van het statiegeld (m.i.v. 2015) extra ondergrondse containers voor plastic verpakkingsafval gerealiseerd die gefinancierd worden door Stichting Afvalfonds.

Speeltoestellen Beleidskader De Gemeente Vlaardingen streeft naar voldoende speelruimte voor kinderen. De speelplaatsen worden zo goed mogelijk verspreid over de stad en worden op een technisch verantwoord niveau onderhouden. Tot het beleidskader behoort het nieuwe Speelruimteplan dat in 2012 is opgesteld en begin 2013 door uw raad is vastgesteld. In het plan staan de ambities voor de komende jaren, rekening houdend met de bezuinigingen, om te zorgen voor voldoende, goede en veilige speel-gelegenheid voor alle kinderen. Uitvoering In 2013 zijn twee speelplaatsen heringericht, de Cipressendreef en het Oranjepark, waarbij de speelplaats in het Oranjepark toegankelijk is gemaakt voor mindervaliden. Op 14 speelplaatsen zijn toestellen en ondergronden vervangen, onder andere in de Eksterlaan, de Hartmanstraat, de Kindervallei en de Willem Lodewijklaan. Bij een groot deel van deze speelplaatsen is het aantal toestellen verminderd en waar mogelijk zijn toestellen hergebruikt. Zes speelplaatsen zijn verwijderd. De herinrichting en vermindering van het aantal toestellen van de speelplaatsen is gebeurd in samenspraak met de omwonenden.

Openbare Verlichting Beleidskader Sinds 2010 zijn de lichtmasten in de stad weer eigendom van de Gemeente Vlaardingen. Het beheer en onderhoud ervan was sindsdien ondergebracht bij één marktpartij. Sinds 1 juli 2013 is het beheer en onderhoud gesplitst en ondergebracht bij verschillende gespecialiseerde marktpartijen. In 2013 is een beleidsplan Openbare Verlichting opgesteld. Uitvoering In 2013 zijn in het kader van herinvesteringen de lichtmasten op diverse locaties vervangen. Het betreft een aantal straten in de Westwijk, de Willem de Zwijgerlaan en omgeving, de Zwanensingel, de Eksterlaan, de Parijslaan en de Korhoenlaan. Hierbij is overgeschakeld op LED-verlichting.

100

Verkeersregelinstallaties Beleidskader In 2010 is het areaal van de verkeersregelinstallaties teruggekocht van CityTec en is zodoende volledig gemeentelijk eigendom. Het beheer en onderhoud ervan is tot 1 januari 2014 ondergebracht bij één marktpartij. In 2013 is het beheer en onderhoud van de verkeersregelinstallaties aanbesteed, en per 1 januari 2014 gegund aan een gespecialiseerde marktpartij. Het beleidskader wordt gevormd door de Nota Verkeerslichten, die in 2012 is opgesteld. Uitvoering Het beheer en onderhoud is uitgevoerd conform genoemde nota.

Oppervlaktewater en grondwater Beleidskaders Het Hoogheemraadschap van Delfland is formeel waterbeheerder in de Gemeente Vlaardingen. Delfland is verantwoordelijk voor het peilbeheer en het onderhoud van de hoofdwatergangen. De gemeente is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van de overige watergangen. Beleids-kader bij de samenwerking tussen gemeente en Delfland op het gebied van stedelijk water is het Waterplan. In de Waterwet is vastgelegd dat de gemeente verantwoordelijk is voor de verwerking van overtollig hemel- en grondwater in het openbaar gebied. Uitvoering De financiële consequenties van het gemeentelijke waterbeleid zijn in het Uitvoeringsprogramma (Waterplan, deel 7) nader vastgelegd. Vanwege het samenwerkingsverband met het Hoogheem-raadschap van Delfland is hierbij voor wat betreft oppervlaktewater sprake van gedeelde financiering. Het Hoogheemraadschap van Delfland heeft in 2013 voor alle stedelijke polders via een peilbesluit het polderpeil vastgesteld. In 2013 is gestart met het opstellen van het Grondwaterplan. Hierin zal het accent liggen op de gevolgen van de bodemdaling op de drooglegging in de stad en de mogelijke gevolgen die dit heeft voor de oppervlaktewateren.

Gebouwen Beleidskaders Eind 2012 is de nieuwe geactualiseerde nota Vastgoed opgesteld. In deze nota is een aantal gewijzigde beleidspunten opgenomen worden. De vastgoedportefeuille is ingericht op basis van de volgende categorieën:    

Dienstgebouwen; Maatschappelijk vastgoed waaronder onderwijsgebouwen en (veld)sportaccommodaties; Strategisch bezit; Overig bezit.

De huidige gemeentelijke vastgoedportefeuille bevat 200 objecten en heeft een totale omvang van ruim 200.000 2 m . De portefeuille heeft een totale verzekerde waarde van € 337 miljoen. Financiële consequenties Het gemeentelijke vastgoed kent een grote diversiteit en vraagt dan ook om diverse afwegingen met betrekking tot het plegen van regulier en grootonderhoud. Zoals in eerdere jaren is in de begroting een jaarlijkse toevoeging aan de reserve Onderhoud van ruim € 1,1 miljoen verwerkt. In de begroting 2011-2014 zijn middelen vrijgemaakt om een inhaalslag uit te voeren op het achter-stallig onderhoud . Naast de jaarlijkse dotatie van ca. € 1,1 miljoen in de reserve Onderhoud is er in 2011 een bedrag van € 2,5 miljoen gereserveerd voor het projectmatig wegwerken van het achter-stallig onderhoud. Inmiddels is het achterstallig onderhoud grotendeels ingelopen. Vanaf 2013 is de detailbegroting in overeenstemming met de meerjarenonderhoudsbegrotingen van de panden. Daarnaast is de lijst met de af te stoten panden aangepast en op 5 maart 2013 in B&W besproken.

101

4. Paragraaf Treasury

Inleiding Het begrotingsjaar 2013 stond in het teken van de leenschuld. Gedurende het jaar hebben wij u niet alleen via raadsmemo's geïnformeerd over het ontstaan en de gevolgen van de leenschuld, maar zijn wij hierover ook met u in discussie gegaan tijdens een van de oriënterende raadsavonden. Daarnaast hebben we in overleg met u een bewustwordingsproces ingang gezet door bij elk afzonderlijk raads-besluit het eventuele effect op de leenschuld te vermelden. Tijdens de oriënterende raadsavond is duidelijk geworden dat het terugdringen van de leenschuld op korte termijn geen eenvoudige opgave zal zijn. De omvang van de leenschuld hangt immers vooral samen met de wens van het gemeentebestuur om te blijven investeren in de stad. Met de renovatie van het stadhuis (ultimo 2013) nog in volle gang en met de investeringen rond de Marathonweg en in schoolgebouwen in de Babberspolder nog in het verschiet, lijkt een snelle afname van de leenschuld geen realistisch vooruitzicht. Ook is duidelijk geworden dat de hoogte van de leenschuld op zich geen bedreiging vormt. Het zijn vooral de stijgende rentelasten die in de toekomst een probleem kunnen gaan vormen. Met name in tijden waarin de inkomsten van de gemeente onder druk staan, betekent een aanhoudende stijging van de rentelasten dat er minder en minder ruimte resteert voor de overige, niet-kapitaalintensieve uitgaven. Op het moment dat de marktrente, in het zicht van een economisch herstel, naar een structureel hoger niveau zou stijgen, kan de budgettaire schoen gaan wringen. In het vervolg van deze paragraaf zullen daarom de hoogte van de leenschuld, de risico's verbonden aan het financieren van bezit en het uitzetten van gelden, alsmede het renteresultaat over 2013 uitgebreid worden toegelicht. Naast het feit dat de actualiteit hierom vraagt, zijn wij ook wettelijk verplicht u hierover te informeren.

Financiering De toegenomen aandacht voor de leenschuld heeft, zoals verwacht, in 2013 nog geen effect gesorteerd. De stijgende trend van de laatste jaren heeft zich onverminderd voortgezet. Als gevolg van een uitgavenoverschot van ruim € 11 miljoen is de leenschuld in het verslagjaar gestegen van € 276,1 miljoen (ultimo 2012) naar € 287,5 miljoen (ultimo 2013). De kapitaaluitgaven in verband met de renovatie van het stadhuis hebben hier uiteraard een flinke bouwsteen aan bijgedragen. In onderstaand overzicht is de leenschuld opgesplitst in een vlottend deel en een vast deel. Waar het vlottende deel betrekking heeft op leningen met een oorspronkelijke, rentetypische looptijd tot 1 jaar, daar verwijst het vaste deel naar leningen met een looptijd van 1 jaar en langer. 

Totale leenschuld (per 31 december 2012):

€ 276,1 miljoen

 

Vaste component (langlopende leningen) Vlottende component (kortlopende leningen)




Totale leenschuld (per 31 december 2013):

€ 287,5 miljoen

 

Vaste component (langlopende leningen) Vlottende component (kortlopende leningen)


In 2013 is er voor een bedrag van € 25 miljoen aan nieuwe langlopende leningen afgesloten. De leningen hebben looptijden van 10 en 11 jaar. Tevens is er voor € 19,5 miljoen aan langlopende leningen afgelost. In combinatie met de aanhoudend lage marktrente hebben deze transacties de gemiddelde rente op de vaste schuld doen dalen naar 3,50% (per 31 december 2013). Voor de interne doorbelasting van rentelasten hanteert Vlaardingen onveranderd een rentevoet van 4,50%.

102

De belangrijkste financiers van de Gemeente Vlaardingen zijn    

(per 31 december 2013):

€ 165,0 € 75,0 € 33,0 € 14,5

Bank Nederlandse Gemeenten Nederlandse Waterschapsbank Aegon (div. onderdelen) Overige geldgevers Totaal :

miljoen miljoen miljoen miljoen

(57%) (26%) (11%) (6%)

€ 287,5 miljoen (100%)

De Bank Nederlandse Gemeenten, huisbankier van onze gemeente, is samen met de Nederlandse Waterschapsbank al jarenlang marktleider op het gebied van financiering van decentrale overheden. Een aantal bedrijfsonderdelen van Aegon zorgden eind 2013 voor de benodigde korte-termijn financieringsmiddelen.

Renterisico’s Financiering en renterisico zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Op het moment dat een lening afgelost moet worden en herfinanciering noodzakelijk is bestaat immers het gevaar dat de begroting geconfronteerd zal worden met hogere rentelasten. Door ontwikkelingen op de geld- of kapitaalmarkt zou de nieuwe lening duurder kunnen zijn dan de oude. Ook wanneer een geldlening in aanmerking komt voor renteherziening kan dit risico optreden. Geldleningen met een tussentijdse renteherziening maken in onze gemeente echter geen deel meer uit van de leningenportefeuille. De Wet Financiering Decentrale Overheden (Wet Fido) stelt grenzen aan de mate waarin een gemeente of andere decentrale overheid zich bloot kan stellen aan renterisico. Ter beperking van dit risico is zowel voor de vaste schuld (langlopende leningen) als voor de vlottende schuld (kortlopende leningen) een wettelijke grens vastgesteld. Het (te lang) niet voldoen aan deze limieten kan voor de Provincie, als toezichthouder van gemeente, aanleiding zijn om maatregelen te nemen. Preventief toezicht op het afsluiten van geldleningen behoort in laatste instantie tot de mogelijkheden.

Renterisico vaste schuld De renterisiconorm is een wettelijke norm die betrekking heeft op de vaste schuld van de gemeente. Vaste schuld ontstaat wanneer leningen worden afgesloten met een rentetypische looptijd van 1 jaar of langer. De renterisiconorm zet gemeenten en andere decentrale overheden aan tot spreiding en daarmee verlaging van het jaarlijks renterisico. Dit gebeurt in de praktijk door aflossingen op leningen en momenten van renteherziening over toekomstige begrotingsjaren te verdelen. Het is aan de besturen van de decentrale overheden zelf om binnen de grens van de renterisiconorm voor de gewenste mate van spreiding te kiezen. 

Berekening Renterisiconorm:

  

Begrotingstotaal 2013 Percentage (gemeenten) Renterisiconorm

: € : : €

201 miljoen 20% 40,2 miljoen

De risiconorm geeft aan dat de Gemeente Vlaardingen in 2013 maximaal voor € 40 miljoen op de vaste schuld mocht aflossen. Aan deze norm is ruimschoots voldaan. In het verslagjaar is voor een bedrag van € 19,5 miljoen aan langlopende leningen afgelost. Aangezien risicobeheersing een proactieve, op de toekomst gerichte bezigheid is, is hieronder het maximale renterisico (vaste schuld) tot en met 2017 weergegeven. Hieruit blijkt dat dit renterisico ook de komende jaren en zelfs bij een afnemend begrotingstotaal voldoende beperkt is. Toekomstig beeld renterisico: (bedragen x € 1 miljoen)

2013

2014

2015

2016

2017

Aflossingen Renteherzieningen

19,5 0,0

20,0 0,0

19,5 0,0

20,0 0,0

20,0 0,0

Renterisico

19,5

20,0

19,5

20,0

20,0

103

Wat betekent dit nu voor de meerjarenbegroting? Zoals uit bovenstaande tabel blijkt wordt er in de periode 2014 tot en met 2017 voor een bedrag van bijna € 80 miljoen op de vaste deel van de leenschuld afgelost. Gelet op de bestaande investerings-plannen, is het vrijwel zeker dat dit bedrag geherfinancierd moet worden. Het genoemde bedrag is daardoor tevens het bedrag waarover de gemeente de komende jaren renterisico (vaste schuld) loopt. Het af te lossen bedrag van € 80 miljoen kent een gemiddelde rentevoet van 3,70%. Stel dat eind 2017 blijkt dat de gemiddelde rente waartegen herfinancieringsmiddelen zijn aangetrokken 1,00% hoger is (dus: 4,70%), dan heeft dit tot gevolg dat de rentelasten met ingang van het begrotingsjaar 2018 structureel met € 800.000 zijn gestegen. Zou het college ervoor gekozen hebben om de jaarlijkse aflossingscapaciteit naar de hoogte van de renterisiconorm (€ 40 miljoen) op te trekken, dan zou de rentelastenstijging zelfs € 1,6 miljoen kunnen bedragen. Dit laatste scenario maakt duidelijk waarom voor een aanzienlijk kleiner aflossingsbedrag per jaar is gekozen.

Renterisico vlottende schuld De Gemeente Vlaardingen financiert haar bezit niet alleen met langlopende geldleningen, maar ook met kortlopende geldleningen. Kortlopende geldleningen hebben een rentetypische looptijd tot 1 jaar. Bij een normale rentestructuur, waarbij kortlopende leningen goedkoper zijn dan langlopende, is het financieren van activa door middel van korte-termijn financieringsmiddelen een aantrekkelijke, want goedkope optie. De keerzijde is echter dat deze vorm van financieren niet zonder risico is. Door de korte rentevastheid van dit soort leningen wordt de begroting gevoeliger voor renteschommelingen. De wetgever heeft de zgn. kasgeldlimiet ingesteld om dit risico te beperken. Om precies te zijn begrenst de kasgeldlimiet de omvang van de netto vlottende schuld. Deze schuld bestaat uit de eerder genoemde kortlopende geldleningen, alsmede de aanwezige banken kassaldi. De netto vlottende schuld heeft in onze gemeente door haar flexibele karakter een bufferfunctie, dat wil zeggen dat alle mutaties in de financieringsbehoefte in eerste instantie binnen deze schuldvorm worden opgevangen. Dit voorkomt dat te snel lange-termijn verplichtingen worden aangegaan. 

Berekening Kasgeldlimiet:

  

Begrotingstotaal 2013 Percentage (gemeenten) Maximale netto vlottende schuld

€ 201 miljoen 8,50% € 17,1 miljoen

De Wet Financiering Decentrale Overheden staat het overheden toe om de kasgeldlimiet gedurende 2 achtereenvolgende kwartalen te overschrijden. Dreigt een langere overschrijding, dan dient dit gemeld te worden aan de Provincie. In onderstaande tabel is voor de vier kwartalen van 2013 aangegeven wat de omvang van de netto vlottende schuld is geweest.

e

1 kwartaal 2013 e 2 kwartaal 2013 e 3 kwartaal 2013 e 4 kwartaal 2013

Vlottende Schuld

Vlottende Middelen


€ € € €

0,6 miljoen 2,8 miljoen 0,6 miljoen 0,8 miljoen

Netto Vlottende Schuld € 35,1 miljoen € 4,0 miljoen € 22,9 miljoen € 30,4 miljoen

e

e

Uit het bovenstaande tabel blijkt dat de kasgeldlimiet zowel tijdens het 3 als tijdens het 4 kwartaal van 2013 werd overschreden. Binnen de grenzen van de Wet Financiering Decentrale Overheden heeft Vlaardingen zodoende optimaal geprofiteerd van de lage rentestand op de geldmarkt. e

De situatie gedurende de laatste twee kwartalen van 2013 schept echter de verplichting om in 1 kwartaal van 2014 wel te voldoen aan de kasgeldlimiet. In de raadsmemo van 17 december 2013 hebben we u ingelicht over ons besluit om in begin 2014 voor een bedrag van maximaal € 30 miljoen aan kortlopende leningen om te zetten in langlopende leningen.

Uitstaande gelden Decentrale overheden kunnen wettelijk gezien om 2 redenen leningen verstrekken aan derden. Dit kan plaats vinden in het kader van de uitoefening van de publieke taak of in verband met het ontstaan van een tijdelijk overschot aan liquide middelen. Door de invoering van het schatkistbankieren (per 16 december 2013) kunnen decentrale overheden hun eventuele liquiditeitsoverschotten in feite alleen nog bij het Rijk onderbrengen. Ter ondersteuning van het gemeentelijk beleid heeft Vlaardingen in 2013 en de jaren daarvoor op verschillende terreinen het lening-instrument ingezet. Als gevolg hiervan had onze gemeente eind 2013 nog een bedrag van € 13,2 miljoen bij derden uitstaan.

104

Restant verstrekte geldleningen (per 31 december 2012):

€

15,5 miljoen

- nieuw verstrekte leningbedragen - ontvangen aflossingsbedragen

€ €

3,4 miljoen 5,7 miljoen

Restant verstrekte geldleningen (per 31 december 2013):

€

13,2 miljoen

In het kader van de particuliere woningverbetering is er in 2013 een bedrag van € 3,4 miljoen ter beschikking gesteld aan het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting. Dit fonds voert voor onze gemeente de besluiten uit ten aanzien van zowel de startersleningen als de leningen inzake particuliere woning-verbetering: het fonds leent in opdracht van onze gemeente bedragen uit en incasseert vervolgens weer de contractueel overeengekomen rente- en aflossingsbedragen. Naast deze uitzetting is er in het verslagjaar voor € 5,7 miljoen aan aflossingen terugontvangen. Het leeuwendeel van dit bedrag is afkomstig van de Stichting Waterweg Wonen. Een voorstel tot renteher-ziening werd door de stichting niet aanvaard en leidde zodoende tot een aflossing van € 5,2 miljoen. Verder is de afname een gevolg van het feit dat andere debiteuren/geldnemers van de gemeente tijdig aan hun aflossingsverplichtingen hebben voldaan. Het eind 2013 nog uitstaande bedrag is als volgt over de diverse geldnemers verdeeld: Debiteur/Geldnemer

Restantbedrag

Ontstaansgrond

-

€ € € € €

Volkshuisvesting Arbeidsvoorwaarde Privatisering Nieuwbouw Sport/recreatie

Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Ambtenarenhypotheken B.V. Stadsgehoorzaal Dierentehuis Nieuwe Waterweg Overige

Totaal

7,0 miljoen 4,8 miljoen 0,8 miljoen 0,4 miljoen 0,2 miljoen

€ 13,2 miljoen

Debiteurenrisico Het verstrekken van gelden aan derden is niet zonder risico. Met name wanneer een geldlening een lange looptijd kent bestaat de kans dat de debiteur/geldnemer tussentijds in financiële problemen geraakt en kan de terugbetaling van de restantschuld in gevaar komen. Het debiteurenrisico kent een kwantitatieve en kwalitatieve kant. De kwantitatieve kant verwijst naar de omvang van het bij derden uitstaande bedrag. Hiervoor is al aangegeven dat dit bedrag in de loop van 2013 met € 2,3 miljoen is afgenomen. In kwantitatief opzicht is er dus sprake van een verlaging van het debiteurenrisico. De kwalitatieve kant van het debiteurenrisico hangt samen met de kredietwaardigheid van de debiteuren. Afgaande op het betaalgedrag van de verschillende debiteuren/geldnemers kan gesteld worden dat, ondanks de fragiele economische omstandigheden in 2013, het debiteurenrisico in kwalitatief opzicht niet merkbaar groter is geworden.

Renteresultaat 2013 Aan het afsluiten van geldleningsovereenkomsten zijn uiteraard renteverrekeningen verbonden. Naast renteverrekeningen met derden vinden er ook interne verrekeningen plaats, bijvoorbeeld ten laste van begrotingsprogramma’s waarvoor in het verleden investeringen zijn gedaan. De Gemeente Vlaardingen kent een rentebudget, ook wel kostenplaats rente genoemd, waarop alle externe en interne renteverrekeningen worden verantwoord. Voor 2013 ziet dit rentebudget er als volgt uit (met achter de rentebedragen het bijbehorende gemiddelde rentepercentage): Rentebaten: - interne doorbelasting aan programma’s - langlopende geldleningen aan derden Totaal rentebaten


(4,50%) (4,05%)

€ 15,0 miljoen

105

Rentelasten: - langlopende geldleningen van derden - kortlopende geldleningen van derden Totaal rentelasten Renteresultaat:


(3,50%) (0,05%)


(positief)

Het renteresultaat maakt evenals de algemene uitkering, de gemeentelijke heffingen en de dividend-inkomsten deel uit van de algemene dekkingsmiddelen. In de meerjarenbegroting 2013-2016 werd het renteresultaat primair begroot op € 6,6 miljoen. Het gerealiseerde resultaat is € 0,6 miljoen minder positief. Met name het afwaarderen van de grondvoorraden (bij de jaarrekening 2012) heeft het renteresultaat (2013) sterk nadelig beïnvloed. Door de afwaardering zijn de mogelijkheden om intern rentelasten door te berekenen fors afgenomen. Het nadelig effect van de afwaardering bedraagt ca. € 1,2 miljoen. Tegenover dit nadeel stond echter een aantal voordelen. Niet alleen kon het aantrekken van de lange-termijn financieringsmiddelen (voor een bedrag van € 25 miljoen) enige maanden worden uitgesteld, ook bleek op het moment van afsluiten van de leningen de marktrente te zijn gedaald. Samen met een onvoorziene rentebetaling door de Belastingdienst hadden deze voordelen een positief effect op het renteresultaat van € 0,6 miljoen. Per saldo zorgden voornoemde effecten voor een nadeel ten opzichte van de primaire begroting van € 0,6 miljoen. Over dit nadeel bent u geïnformeerd via de voortgangrapportages van 2013.

Schatkistbankieren Nadat de Eerste Kamer een week eerder het voorstel daartoe had goedgekeurd, is op 16 december 2013 het schatkistbankieren voor decentrale overheden van start gegaan. Aangezien Vlaardingen zelden over overtollige middelen beschikt zal het schatkistbankieren voor Vlaardingen budgettair een neutraal effect hebben.

106

5. Paragraaf Bedrijfsvoering

Inleiding De paragraaf Bedrijfsvoering geeft inzicht in de stand van zaken en de beleidsvoornemens ten aanzien van de bedrijfsvoering. Met de term bedrijfsvoering wordt bedoeld de sturing en beheersing van alle primaire en ondersteunende processen in de organisatie. De kern is dat het de aansturing van de organisatie zelf betreft, zoals die onderscheiden kan worden van de feitelijk uitvoering: het daadwerkelijk maken van producten en verlenen van diensten. Bedrijfsvoering heeft betrekking op de volgende beleidsterrein: personeel, communicatie, informatisering, automatisering, inkoop en huisvesting.

Personeel en Organisatie Formatie De formatie betreft het personeelsbestand van de Gemeente Vlaardingen (excl. raads- en college-leden). In de formatie hebben in 2013 de volgende mutaties plaats gevonden: Stand (in fte’s) 31 december 2012 Formatie:

Inkrimping 2013

629,12

Uitbreiding 2013

22,59

Stand (in fte’s) 31 december 2013

-

606,53

De formatie is in 2013 met 22,59 formatieplaatsen ingekrompen. Aan loonkosten is € 41,9 miljoen uitgegeven (incl. raads- en collegeleden). Voor 2013 was na wijziging een bedrag van € 41,5 miljoen begroot. De stand van de bezetting per ultimo 2012 was 609,54 fte (19,58 fte lager dan de formatie). Per ultimo 2013 was dat 597,20 fte. Dat is 9,33 fte onder de toegestane formatie .

Instroom, doorstroom en uitstroom in personen 2011 %

2013

2012

aantal

%

aantal

%

aantal

Instroom

0,8

6

2,5

17

1,9

12

Doorstroom

7,1

51

7,6

52

5,2

34

Uitstroom

4,6

33

7,4

51

4,2

27

12,5

90

17,5

120

11,3

73

Totale Mobiliteit

Tien trainees zijn in dienst getreden met een tweejarig contract. Eén medewerker van de gemeente Maassluis in dienst getreden op grond van een oude overeenkomst. Deze overeenkomst was gebaseerd op de kortdurende afspraak, dat medewerkers van de gemeenten Maassluis en Schiedam konden solliciteren naar vacatures in de gemeente Vlaardingen. Verder is 1 medewerker vanuit Schiedam in dienst getreden bij het inkoopbureau MVS. Ziekteverzuim Terugkijkend naar het jaar 2013 is het verzuim, met ruim 1 %-punt gedaald binnen de gemeente Vlaardingen. Het gemiddelde verzuimpercentage van het jaar 2013 was 5,61% met een meldings-frequentie van 1,52. Het gemiddelde van gemeenten van 50-000-100.000 inwoners was in het jaar 2012 5,1% met een meldingsfrequentie van 1,38. (De cijfers 2013 zijn nog niet bekend). De daling van het verzuimpercentage is het gevolg geweest van een aantal gerichte acties. Ten eerste de training in verzuim en inzetbaarheidsmanagement voor leidinggevenden en coördinatoren. Vervolgens is er het jaar 2013 gestart met het implementeren van het nieuwe E-HRM systeem. Wat betreft verzuim ondersteunt dit systeem de leidinggevende in het vervullen van de eigen regierol. Er is aandacht voor demedicaliseren. Disbalans in belastbaarheid functie, privéproblematiek of conflicten vragen een andere oplossing dan ziekmelden. Hierbij is de aanbeveling een splitsing te maken in de verzuimnoodzaak,

107

de verzuimbehoefte en de verzuimgelegenheid. Het is mooi dat het ziekteverzuim met 1% is gedaald maar we zijn er nog niet. Ook in 2014 zal het nodig zijn de aandacht voor dit onderwerp niet te laten verslappen. Voor het jaar 2014 wordt er gestreefd een ziekteverzuimpercentage van 5,00 % te realiseren. Het ziekteverzuimbeleid dat wij momenteel volgen zal daarin leidend zijn. De gemeente Vlaardingen is verzekerd voor haar eigen risico in de regeling Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA). Ook in het jaar 2013 zijn er 2 medewerkers in de Inkomensvoorziening Volledig en duurzaam Arbeidsongeschikten (IVA) gekomen. Dit heeft geen financiële consequenties voor de gemeente. Voor 5 medewerkers betaalt de verzekeraar de WGA-kosten en worden zij waar mogelijk gere-integreerd naar een passende functie. Voor één medewerker wordt er gestreefd naar een IVA beschikking. Ziekteverzuim gedaald

Gemeente totaal

%

Mf

%

Mf

%

2011

2011

2012

2012

2013

5,45

1,58

6,83

1,59

Mf

% Kort (1-7 2013 dagen)

5,61

1,52

% Middenlang (8-42 dagen)

1,14

% Lang (≥43 dagen) 3,25

1,22

Mf = meldingsfrequentie = het gemiddeld aantal ziekmeldingen per medewerker Agressie Agressie is onder te verdelen in verbaal, non-verbaal, persoonsgerichte bedreiging of fysieke agressie. Dit kan ingrijpende gevolgen hebben voor de betrokken medewerkers met waar mogelijk langdurig verzuim of vermijding van bepaalde werkzaamheden die mogelijk agressie kan opwekken. . In het jaar 2013 is er een aanbesteding geweest voor een trainingsbureau die de jaarlijkse / tweejaarlijkse training Omgaan met agressie gaat verzorgen. In 2013 is het aantal agressie-incidenten binnen de Vlaardingse organisatie flink afgenomen. Naar aanleiding van de 16 incidenten is er 1 aangifte gedaan bij de politie. Doordat de dienstverlening verder is gedigitaliseerd, is er meer telefonische agressie met name omdat de persoonlijke toelichting vooraf aan de digitale handeling voor burger niet mogelijk is. Daarnaast is het belangrijk te onderkennen wat de normstelling is. Wat is agressie en wanneer heb ik er mee te maken. Dit blijkt bij iedere sectie anders te liggen in opvatting `het hoort toch bij mijn werk` is een veel voorkomende uitspraak. De normstelling wordt meegenomen in de komende trainingen. Geregistreerde agressie-incidenten: Jaar Aantal Inschakeling politie 2011 42 7 2012 36 2013 16 1

Waarschuwingsbrief 8 5

Gebouwontzegging/ contactverbod 5 2 1

Aangiften 2 1

Sturen op ontwikkeling Halverwege 2013 is de nota Strategisch personeelsbeleid, ‘Sturen op ontwikkeling’, vastgesteld. In deze nota wordt ingegaan op ontwikkelingen vanuit de maatschappij die van invloed zijn op de wijze waarop we onze burgers, instellingen en bedrijven tegemoet treden en/of onze diensten aanbieden. Door tal van ontwikkelingen staan gemeenten op dit moment min of meer voor dezelfde opgaven: -

Het optimaliseren van de kwaliteit van de dienstverlening; en De organisatie efficiënter en effectiever laten functioneren.

Vlaardingen wil, ondanks de noodzakelijke structurele financiële ombuiging en de krimpende organisatie, blijven investeren in de stad en samenleving. De koers die we varen is uitgezet en verwoord in onze missie: ‘We werken professioneel samen, in dienst van burgemeester en wethouders, voor de Vlaardingers en voor de Vlaardingse samenleving.’ Het bovenstaande heeft gevolgen voor onze interne organisatie en voor onze visie op het te voeren personeelsbeleid. Vanuit het gegeven dat we een professionele, resultaatgerichte én een dienstverlenende organisatie willen zijn, zetten we de komende jaren op een aantal P&O thema’s in. Deze thema’s zijn; strategische personeelsplanning, Lean, het verder vorm geven aan het professioneel intern- en extern samenwerken en effectief leidinggeven.

108

In vervolg op het bovenstaande is gestart met het vorm geven aan een nota strategische personeelsplanning. In december 2013 is deze nota vastgesteld. Het opstellen van deze nota is een gezamenlijk proces geweest. Tijdens dit proces is organisatiebreed en per afdeling een toekomstplaatje geschetst en een doorvertaling gemaakt naar wat dat plaatje betekent voor de gewenste ontwikkeling van ons personeelsbestand. Met andere woorden; waar moeten we de komende jaren aandacht aan geven met betrekking tot de inzet van ons personeel, om ervoor te zorgen dat we onze ambities en doelen behalen? Uiteindelijk heeft het gesprek dat is ontstaan over dit onderwerp en de daaruit gekomen informatie zoals verwoord in de nota, geleid tot een aantal aandachtspunten voor de organisatie. Deze aandachtspunten bevinden zich op het gebied van in-, door- en uitstroom, diversiteit, functioneren/kennis en vaardigheden, inzetbaarheid en samenwerking. Aan de hand van deze aandachtspunten zijn acties geformuleerd die we de komende tijd zullen gaan inzetten en uitvoeren, allen gericht op ontwikkeling en verbetering. Opleidingen De steeds veranderende vraag aan gemeenten en de bijbehorende wijzigingen van taken brengt een continue ontwikkeling van de gemeentelijke organisatie met zich mee. Het is belangrijk dat medewerkers meegaan in die ontwikkeling, zodat er geen mis match ontstaat. Duurzame inzetbaarheid en het versterken van de arbeidsmarkpotentie van ambtenaren vraagt continue aandacht. Mede daarom is in de cao-gemeenten afgesproken dat gemeenteambtenaren met ingang van 2013 recht hebben op een individueel loopbaanbudget(ILB) van € 500 per jaar. Met instemming van de Ondernemingsraad heeft Vlaardingen gekozen voor de variant waarbij de invoering van het ILB is geïncorporeerd in het huidige opleidingsbeleid Vlaardingen verricht op verschillende manieren inspanningen om de kwaliteit van de medewerkers te verhogen. De Vlaardingse School vormt daarin een van de schakels en sluit met haar aanbod nauw aan bij de ontwikkelingen die in de gemeente gaande zijn. Zo ondersteunt de Vlaardingse School met een modulair opleidingsprogramma de professionalisering van projectmatig werken. En werden er o.a. Introductie- en Verdiepingsworkshops evenals workshops opdrachtgeverschap en trajecten op maat gegeven. Een deel van deze activiteiten wordt door interne medewerkers begeleid. Om hen daarin te faciliteren werd in 2013 de Workshop Werken met Werkvormen geïntroduceerd. Deze eendaagse workshop voorziet in een behoefte en zal daarom ook in 2014 in het cursusaanbod van de Vlaardingse School worden opgenomen. Voorts is een tendens tot toenemend inzetten van het instrument Projectstart-up (PSU) zichtbaar. Deze PSU’s worden veelal door interne adviseurs PMC begeleid. Aanvullend op de reeds bestaande adviseurs PMC volgden zes medewerkers in 2013 daartoe de masterclass workshopbegeleiding. Ook in 2014 zullen enkele medewerkers deze masterclass volgen om zo in de toenemende vraag naar interne procesbegeleiding te kunnen voldoen. In 2013 is de derde deelnemersgroep met de leergang Verbinden Veranderen gestart, een 'in-company' training voor Vlaardingse leidinggevenden en nu ook medewerkers. Deze leergang beoogt de deelnemers een brede, diepe en waarderende inkijk in de Vlaardingse samenwerkingsprocessen te geven en leert welke aansturing voor hen individueel het meest effectief is om de gewenste veranderingen en resultaten te bereiken. Daarnaast zal in 2014 voor leidinggevenden een vervolg worden gegeven aan de training verzuimmanagement die alle leidinggevenden in 2013 hebben gevolgd. Integriteit Er zijn in 2013 geen meldingen ten aanzien van misstanden in de organisatie binnengekomen op grond van de klokkenluider-regeling. In het kader van integriteit is één medewerker een disciplinaire straf opgelegd. Het betrof een strafontslag. Bij de gemeentelijke vertrouwenspersonen zijn in het kader van het meldpunt Ongewenst gedrag 26 meldingen ontvangen (17 intern van de gemeente en 9 van medewerkers TBV). Dit heeft niet geleid tot het voorleggen van klachten aan een externe klachtencommissie. Stageplaatsen In 2013 hebben 58 scholieren/studenten een betaalde stage gevolgd. Van dat aantal volgden 36 stagiaires middelbaar beroepsonderwijs, 16 stagiaires hoger beroepsonderwijs en 6 stagiaires universitair onderwijs. Het aantal stagiaires is gestegen ten opzichte van 2012 (39).

Inhuur derden In 2013 is voor een bedrag van € 3,1 miljoen aan externen ingehuurd. Onderscheiden worden de categorieën a) opvang capaciteitsproblemen, b) onderzoek, specialistische advisering/teambuilding en c) interim-management.

109

Inhuur derden (x € 1.000)

2011

2012

2013

€ 2.372

€ 2.396

€ 1.323

Onderzoek, specialistische advisering/teambuilding etc.

€ 939

€ 1.748

€ 1.693

Interim-management

€ 745

€ 200

€ 108

€ 4.056

€ 4.344

€ 3.124

Opvang capaciteitsproblemen

Totaal

De laatste jaren wordt elk bij elk capaciteitsvraagstuk een verzoek tot inhuur voorgelegd aan het managementteam van de organisatie. Het is voor individuele budgethouders daardoor niet meer mogelijk zelfstandig externen in te huren. Door capaciteitsvraagstukken te bespreken in het managementteam kunnen deze vraagstukken soms ook anders worden opgelost, bijvoorbeeld door inzet van medewerkers van andere afdelingen. Onder andere op deze manier is de in de Tussenbalans (Begroting 2013) opgenomen doelstelling om de inhuur met 7% terug te dringen naar € 3,1 miljoen, behaald. In onderstaande grafiek is het verloop van de externen inhuur vanaf 2009 gepresenteerd.

Communicatie Communicatie is niet het exclusieve domein van de communicatiediscipline (sectie communicatie). De gemeentelijke afdelingen zijn zelf verantwoordelijk voor de communicatie op hun beleidsterreinen. In de Gemeente Vlaardingen hoort de communicatie in het hart van het beleid, plan of project. In alle fasen van het beleidsproces of project is er aandacht voor communicatie. Door de inzet van communicatie maken we de koers van de gemeente zichtbaar door te informeren over beleidsvoornemens, beleidskeuzes, plannen en projecten. In de praktijk betekent dit onder meer het informeren over en het duiden van standpunten, te maken keuzes en het ondersteunen van collegeactiviteiten in de strategische communicatiemiddelen van de gemeente (website, social media, gemeentenieuws, digitale nieuwsbrieven). Duidelijke en tijdige communicatie over de gevolgen voor burgers van gemeentelijke maatregelen en uit te voeren werkzaamheden is cruciaal voor een soepel verloop van gemeentelijke taken. Uitvoering corporate communicatie Corporate communicatie is de geïntegreerde aanpak van alle communicatieve uitingen van de gemeente Vlaardingen. Onder corporate communicatie vallen de volgende kerntaken: 



 

Rampen en crisiscommunicatie: De sectie communicatie speelt een belangrijk rol in de crisisorganisatie bij rampen en incidenten. Medewerkers zijn getraind en draaien piket om inzetbaar te zijn bij rampen en incidenten. Ook bij kleinschalige incidenten wordt tijdelijk extra beroep gedaan op de sectie communicatie. Communicatieve begeleiding B&W-cyclus: De sectie communicatie begeleidt wekelijks de B&W-cyclus. Deze begeleiding bestaat onder meer uit het geven van communicatieadvies over de onderwerpen uit de portefeuille van de wethouders en burgemeester. Elke week stellen de medewerkers de persinformatiebrief, persberichten, teksten voor openbare besluiten op en berichten voor in Gemeentenieuws. Op dinsdagmiddag worden deze berichten verzonden aan de pers, geplaatst op de website als nieuwsbericht, getwitterd en/of op Facebook geplaatst. Gemeentenieuws: Elke week zorgt de sectie communicatie voor tekst en beeld in Gemeentenieuws, het katern dat iedere week verschijnt in de huis-aan-huiskrant Groot Vlaardingen. De bekendmakingen worden gepubliceerd op een landelijke website in plaats van in het gemeentenieuws. Actief persbeleid: De sectie communicatie is de ingang voor de pers en verzorgt de persberichten, nieuwsberichten, de perswoordvoering, pers- en interviewvragen. Ook verzorgt zij de mediawatching zowel voor digitale media als schriftelijke media.

110

     



Interne communicatie: De sectie communicatie verzorgt de wekelijkse interne nieuwsbrief Vlaardingen BOEIT op basis van onder meer aangeleverde kopij vanuit de hele organisatie. Ook verzorgt zij de informatie in de Kennisbank en op VISnet. Communicatie representatieve activiteiten: speeches, interviews: De sectie communicatie verzorgt de speeches voor de representatieve activiteiten van het college van burgemeester en wethouders, nodigt pers uit voor deze activiteiten en begeleidt persvragen en interviewverzoeken. Huisstijl: De sectie communicatie bewaakt de huisstijl van de gemeente. Vlaardingse school: De sectie communicatie verzorgt voor de Vlaardingse school de cursussen Nederlandse spelling, intranet/Visnet en social media. Accounthouderschap citymarketing: De sectie communicatie vervult het accounthouderschap voor de stichting Citymarketing. Informatie via de (digitale) strategische communicatiemiddelen (website, social media): De sectie communicatie is verantwoordelijk voor het professionaliseren, beheer en onderhoud van de website, kennisbank, social media, digitale nieuwsbrieven en het intranet. Daarnaast is de inzet van de website en social media een onderdeel van de gemeentelijke dienstverlening. Beleidsontwikkeling: De sectie communicatie is verantwoordelijk voor de beleidsontwikkeling op het communicatievakgebied. Op dit moment zijn wij onder meer bezig met het actualiseren van het persbeleid.

Verder verzorgt de sectie communicatie de volgende werkzaamheden digitale welkomstborden; plaatsing van posters op de driehoeksborden; beeldschermen in de stadskantoren; Vlaardingse Beeldbank; fotografie van gemeentelijke gebeurtenissen en evenementen; Uitvoering communicatie voor plannen en projecten Voor de plannen en projecten hebben we in samenwerking met de projectleiders en beleidsmakers de communicatie opgezet, uitgevoerd en begeleid voor onder meer: Actieplan Wonen, huisvesting arbeidsmigranten, Actieplan Economie, duurzaamheid, archeologie, Sociale Zaken en Werk, Blankenburgverbinding, Broekpolder, Westhavenplaats, veiligheid, zorg, Wmo, beeldbepalende panden, stadskantoor Westnieuwland, kwaliteit van de dienstverlening, de VMVW. Voor een volledig overzicht verwijs ik u naar bijlage ). Resultaten sectie communicatie In 2013 heeft de gemeente verstuurd:  387 openbare besluiten;  230 openbare activiteiten;  126 persberichten;  273 ontvangen persvragen.

Inkoop MSV Nieuwe aanbestedingswet Door de komst van de aanbestedingswet en gids proportionaliteit met inwerkingtreding per 1 april 2013 moest ook het inkoopbeleid, inkoopvoorwaarden en formats van bestekken en brieven aan-gepast worden. Deze zijn geïmplementeerd per 1 april 2013.

111

De aanbestedingswet is erop gericht om inkoop op een transparante en effectieve manier tegen de beste prijskwaliteitverhouding in te kopen. Daarbij staat voorop dat ondernemers een eerlijke kans maken op een opdracht. In de Aanbestedingswet worden maatregelen opgenomen die de totstandkoming van optimale concurrentie bevorderen, de lasten van het aanbesteden verminderen, de aanbestedingspraktijk waar nodig uniformeren en de klachtenafhandeling vergemakkelijken. De wet biedt ruimte om in te spelen op de marktsituatie en het innovatievermogen van het bedrijfsleven. De belangrijkste wijzigingen zijn: • • • • • • •

Professioneler inkopen onderhandse aanbestedingen; Maatschappelijke waarde creëren; Proportionaliteitsbeginsel Keuzes vooraf verantwoorden; Opdrachten niet clusteren; Beperking in de referentie eis (1 per competentie max 60%); EMVI (zowel prijs als kwaliteit) als gunningcriterium, tenzij

Gids Proportionaliteit In aanvulling op de nieuwe aanbestedingswet zijn aanvullende beleidsmaatregelen van kracht. Zo moet de gids Proportionaliteit richting geven aan de praktijk van het aanbesteden en het verdere stimuleren van professionalisering. Dit aanvullend beleid is door de VNG in nauwe samenwerking met PIANOo, de aanbestedende diensten en ondernemers ontwikkeld en verheven tot wet. Duurzaam inkopen De gemeente koopt per jaar voor bijna 60 miljoen euro in en hebben daarmee een belangrijke invloed op het milieu en sociale aspecten hier en in andere landen. Bewust en gericht duurzaam inkopen vormt een krachtig instrument om belangrijke duurzaamheiddoelstellingen te bereiken. Als professionele inkoper wordt van ons verwacht goede deals met maximale maatschappelijke waarde af te sluiten, met de doelstellingen van onze organisaties als leidraad. Wij dagen de markt uit om met de meest duurzame oplossing voor onze inkoopbehoefte te komen en geven ruimte voor creatieve en innovatieve aanbiedingen. Hoe pakken wij dit concreet aan? Duurzaamheid speelt een rol in alle fasen van het inkoopproces. Er is op internet (www.pianoo.nl/themas/duurzaam-inkopen/productgroepen) duurzaamheidsinformatie beschikbaar over de verschillende productgroepen. Op de productgroep pagina’s zijn per product-groep de criteria te vinden, maar ook beleids- en marktinformatie en praktijkvoorbeelden die ons als inkoper ondersteunen om beter duurzaam in te kopen. Door duurzaam in te kopen kunnen wij de sociale omstandigheden verbeteren. Wij hebben invloed op de manier waarop werken, diensten en leveringen tot stand komen. De Europese Commissie ziet duurzaam inkopen als instrument om duurzame economische groei te bevorderen. Daarbij ligt de nadruk op het milieuaspect. Het sociale aspect krijgt ook steeds meer aandacht. Social Return Bij Social Return gaat het er om dat een investering die de gemeente doet naast het ‘gewone’ rendement ook een concrete sociale winst (Social Return) oplevert. Social return is het opnemen van sociale voorwaarden, eisen en wensen in inkoop- en aanbestedingstrajecten van de gemeente. Opdrachtnemers die een opdracht gegund krijgen, leveren daarmee een belangrijke bijdrage aan de uitvoering van het beleid ten aanzien van het bieden van werkgelegenheid aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Mede door de recessie en de toename van de werkloosheid krijgt social return steeds meer aandacht binnen Maassluis, Schiedam en Vlaardingen en neemt in belang toe omdat er meer (leer)werkplekken nodig zijn om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk te helpen. Bureau Inkoop MVS kan een wezenlijke bijdrage leveren aan deze business doelstelling van de gemeente. In 2008 hebben de gemeenten al de zogenoemde 5%-regeling vastgesteld. Deze regeling is één van de meest toegepaste vormen van social return. De 5%-regeling is verder aangescherpt en kenmerkt zich door de verplichting (contractvoorwaarde) voor de opdrachtnemer om 5% van de loonwaarde, die met de opdracht gemoeid is, aan te wenden voor mensen met een uitkering ingevolge de WWB, WW of Anw . Na gunning van de opdracht stelt de opdrachtnemer een planning op voor de inzet van werkzoekenden. Aan de hand van deze planning wordt de inzet van kandidaten in overleg met de gemeente bepaald. De MVS gemeenten hebben hun beleid met betrekking tot social return gewijzigd en op elkaar afgestemd tot gezamenlijke bepalingen, met als doel meer mensen daarmee aan het werk te helpen. Contract management Contractmanagement is het proces dat stuurt op optimalisatie van de uitnutting van de afspraken die zijn gemaakt tussen opdrachtgever en opdrachtnemer, waarbij onder andere vastgelegde afspraken in de contracten en addenda worden bewaakt, mogelijke afwijkingen worden gesignaleerd, analyses worden opgesteld en adviezen worden gegeven, ondersteund door contractbeheer. De behoeftesteller is en blijft contracteigenaar en als zodanig verantwoordelijk voor het contract. Initiatieven en acties vanuit contractmanagement zullen dan ook niet zonder toestemming van de contracteigenaar worden uitgevoerd.

112

De Rekenkamercommissie Schiedam-Vlaardingen heeft onderzoek uitgevoerd naar het inkoopbeleid. De bevindingen van dit onderzoek geven aan dat het vormen van het regionale inkoopbureau een goede keuze is geweest. Er is specifieke inkoopkennis aanwezig en het bureau is doelmatig ingericht. De titel van het rapport “Er zit nog meer in het vat” verwijst naar het feit dat, hoewel het inkopen en aanbesteden via het inkoopbureau goed werkt, er nog meer rendement uitgehaald kan worden. Dit geldt bijvoorbeeld door inkoopinstrumenten beter in te zetten, zoals contractmanagement.

113

6. Paragraaf Grondbeleid

Inleiding Grondbeleid is een gemeentelijk instrument in de ruimtelijke ordening waarmee de gemeente gewenste ontwikkelingen kan bevorderen en ongewenste ontwikkelingen tegengaan. Het kan hierbij gaan om ontwikkelingen op het gebied van volkshuisvesting (woningdifferentiatie), economie (groei werkgelegenheid, ontwikkeling van bedrijventerreinen) en natuur en milieu (veiligstellen natuurgebied, herstructurering stedelijk gebied). Het samenstellen van deze paragraaf, de op 7 april 2011 door de gemeenteraad vastgestelde Nota Grondbeleid en de op 7 maart 2013 door de gemeenteraad vastgestelde Nota Erfpacht, biedt de gemeenteraad het kader om de ontwikkelingen en de financiële consequenties van het grondbeleid, zoals die jaarlijks in de begroting aan de gemeenteraad worden voorgelegd, te toetsen. Stadsvisie Het meerjarig beeld voor de ontwikkeling van de gemeente is vastgelegd in de stadsvisie “Vlaardingen koers op 2020”. De stadsvisie dient als algemeen beleids- en toetsingskader voor de ontwikkeling van de stad in de periode tot 2020. Op basis van de stadsvisie is de ruimtelijke structuurschets datum? voor Vlaardingen door de raad vastgesteld. Taak van de gemeente Er zijn twee vormen van grondbeleid: actief grondbeleid en faciliterend grondbeleid. Bij actief grondbeleid koopt de gemeente zelf grond aan en is actief betrokken bij de ontwikkeling van de grond. Daarna kan de gemeente de kavels verkopen of in erfpacht uitgeven. Bij faciliterend grondbeleid maakt de gemeente het mogelijk dat private partijen een gebied ontwikkelen. De gemeente beperkt zich hierbij voornamelijk tot het maken van een bestemmingsplan. Uiteraard zijn er vele tussenvormen mogelijk, afhankelijk van de eigendomsverhoudingen. De uiteindelijke samenwerkingsvorm is steeds afhankelijk van het specifieke project en de taak- en risico-verdeling tussen partijen. De gemeentelijke regiefunctie om kwalitatief goede plannen te realiseren staat voorop. Wijze waarop het grondbeleid gestalte krijgt Teneinde uitvoering te geven aan de gemeentelijke doelstellingen op ruimtelijk en economisch gebied komt het eigenlijk niet meer voor dat, uit strategische overwegingen, percelen grond met of zonder bebouwing worden aangekocht. Momenteel heeft de gemeente nog 12 grondexploitaties, waarvan 6 grondexploitaties met actief grondbeleid en 6 zogenaamde contractexploitaties Ten gevolge van de waardevermindering van de gronden de afgelopen jaren, worden geen strategische verwervingen meer gedaan, maar wordt juist gestreefd naar zo veel mogelijke verkoop van vastgoed en gronden. Het in de markt te zetten van gronden is wezenlijk veranderd ten opzichte van enkele jaren geleden. Ontwikkelaars willen geen grondposities meer verwerven om deze vervolgens met de bijbehorende risico’s (zoals mogelijke waardedaling, vervaardigingskosten en rentekosten) als kavels te verkopen. Vandaar dat overeenkomsten met marktpartijen alleen nog maar mogelijk zijn, als de gronden gefaseerd afgenomen kunnen worden, zodra zij voldoende zekerheid hebben dat zij de gronden kunnen doorverkopen (bv bij 70 of 80% voorverkoop van woningen). Bij besluitvorming in dit verband zal de raad via een wensen- en bedenkingenprocedure worden betrokken. Actief grondbeleid (nu dus vooral bouwrijp maken en/of verkopen) en (in meer of mindere mate) de samenwerkingsverbanden met marktpartijen brengen financiële risico’s voor de gemeente met zich mee. Grondexploitaties hebben meestal een doorlooptijd van enkele jaren. Bij de start wordt op basis van een aantal uitgangspunten (beoogd programma, rekenrente, planning bouwrijp maken, start uitgifte gronden) een meerjarige exploitatieberekening gemaakt om te bepalen in hoeverre er sprake is van een rendabele ontwikkeling. In de tijd kunnen zich positieve of negatieve ontwikkelingen voordoen, die bij de start van de exploitatie niet konden worden voorzien maar wel een sterk effect hebben op de kostendekkendheid dan wel de winstgevendheid.

114

Veranderende wetgeving, economische recessie, procedurele zaken (inspraak), vertraging in de voortgang, veranderingen in de planvorming alsmede nadelige renteontwikkelingen kunnen als oorzaken worden genoemd, waardoor exploitatieresultaten kunnen veranderen Veranderingen in de geprognotiseerde eindwaarden worden in de vorm van voortgangsrapportages aan de raad voorgelegd. De grondprijsbenadering Voor de grond, die door de gemeente zelf wordt uitgegeven, geldt als uitgangspunt een marktconforme grondprijs. De berekening daarvan gebeurt op basis van marktprijzen en rekening houdende met de methode van residuele grondwaardebenadering. Momenteel staan de grondprijzen onder druk. Als de eerste tekenen van herstel van de markt doorzetten, heeft dit consequenties voor de grondexploitaties. De grondprijs voor nieuwe gemeentelijke voorzieningen wordt conform de Nota Grondbeleid vastgesteld. Grondexploitaties In de grondexploitaties worden de door de gemeente te maken kosten om een bepaald grondgebied tot (her)ontwikkeling te brengen afgezet tegen de mogelijk te realiseren opbrengsten van de nieuw te realiseren bestemmingen dan wel mogelijke bijdragen en subsidies. De grondexploitatie is daarmee de financiële neerslag van de productie van bouwgrond door de gemeente. De term ‘bestemmingen’ betreft: wonen, werken, recreëren, onderwijs enzovoorts. Uitgangspunt bij het opstellen van een nieuwe grondexploitatie is dat deze minimaal kostendekkend is. In voorkomende gevallen kan het belang van een (her)ontwikkeling echter zodanig groot zijn, dat een eventueel tekort op een grondexploitatie bestuurlijk geaccepteerd wordt. Dat zal uiteraard serieus moeten worden afgewogen, waarbij eventuele dekkingsmiddelen betrokken moeten worden. Een grondexploitatie wordt door de gemeenteraad vastgesteld. De afgelopen tijd is het aantal kostenelementen, dat in een grondexploitatie wordt meegenomen, toegenomen. Te denken valt daarbij aan kosten van archeologisch onderzoek, van waterberging, herinrichting van omliggend openbaar gebied, maar ook aan de onroerende zaakbelasting op deze terreinen. Omdat ook de opbrengsten en de bijdragen of subsidies niet onbeperkt zijn, kan een grondexploitatie daardoor (verder) onder druk komen te staan. Vandaar dat steeds kritischer wordt gekeken, naar de noodzaak om kostenelementen op te nemen in de grondexploitaties. Winstneming en voorziening Bij een positief eindresultaat van een grondexploitatie komt de winst vrij bij afsluiting van de grondexploitatie. Indien de prognose van het eindresultaat van een grondexploitatie negatief is dient direct een voorziening te worden getroffen. Exploitatieplan De Grondexploitatiewet maakt onderdeel uit van de nieuwe wet Ruimtelijke Ordening. De wet is van toepassing bij de ontwikkeling van bouwlocaties. Bij het bestemmingsplan zal een exploitatieplan opgesteld moeten worden, waarin de financiële haalbaarheid geheel uitgewerkt wordt. In het geval van particuliere bouwexploitaties, voorziet de wet in een mogelijkheid om contracten tussen de gemeente en de marktpartijen op te stellen, waarin punten als exploitatiekosten, kostenverdeling en kwaliteitseisen worden vastgelegd. In het geval van zo’n (anterieure) overeenkomst kan de raad besluiten om af te zien van een exploitatieplan. Stand van zaken bouwen grondexploitaties Op grond van artikel 3.1 van de nieuwe wet op de Ruimtelijke Ordening en hoofdstuk 6, afdeling 6.4 Grondexploitatie kunnen regels worden opgesteld ten behoeve van de uitvoerbaarheid van in het plan opgenomen bestemmingen. De regels worden in een grondexploitatie of een exploitatieplan bij het bestemmingsplan vastgelegd. De grondexploitaties en de exploitatieplannen worden vastgesteld door de raad.

115

Economische crisis en de gevolgen voor de grondexploitaties De gevolgen van de economische crisis en de stagnerende huizenmarkt van de afgelopen jaren hebben een sterke invloed op de grondexploitaties. De verwachtingen voor de komende jaren zijn voorzichtig iets positiever. Wat dit betekent voor de huizenprijzen en het aantal verkochte woningen blijft voorlopig onzeker. De (financiële) gevolgen voor de grondexploitaties zijn moeilijk in te schatten. Voorlopig wordt er van uit gegaan, dat de woningverkopen in Vlaardingen op het peil van de afgelopen jaren zal blijven. De woningverkopen in Vlaardingen lagen de afgelopen jaren overigens hoger dan in diverse buurgemeenten. In 2013 heeft een herziening van een aantal grondexploitaties plaatsgevonden. Aansluitend zijn begin 2014 de grondexploitaties geactualiseerd en hierover wordt gerapporteerd middels het MPG (Meerjaren Programma Grondzaken) 2014. Hierbij is geanticipeerd op de marktontwikkelingen en zijn de parameters voor kostenstijgingen en opbrengstenstijgingen in 2014) op 0% gezet, voor 2015 op respectievelijk 2% en 1%. Vanaf 2016 wordt voor beide een percentage van 2% gehanteerd. In de bijgaande tabel zijn de voorzieningen opgenomen als nadelige eindwaarde Oms chri jvi ng

Centrum Wes twi jk

31-12-2012 getroffen vermeervoorzi eni ng deri ng

6.417

-5.403

wi ns tnemi ng

4.014

da tum

-5.403

701

674

31-12-2018 voordel i g

819

819

1.530


146

658

-2.714

-2.714

3

-186

-186

1.209


7.608

6.548

-1.060

31-12-2021 neutra a l

Loca tie Dri eën-Huys en

739

87

Hol y Zui doos t

512

1.810

31-12-2013 ei ndwa a rde

3.218

58

-189

31-12-2013

701

643 -3.372

a fwa a rderi ng

8.621

De Ei l a nden

Vri je ka vel s Hol l a ndi a a n

vermi nderi ng

7

31-12-2016 na del i g

31-12-2021 na del i g

De Bui tenpl a a ts Va n Ruytenburch

7.030

-1.060

578

Ba bbers pol der Oos t

1.797

-974

3.132

4.322

607

-367

-974

31-12-2016 na del i g

Ma ra thonweg Noord (zui del i jk deel )

7.164

-1.338

428

3.796

3.796

2.458

-1.338

31-12-2022 na del i g

Stations gebi ed Centrum

3.706

-1.289

330

4.036

2.747

-1.289

31-12-2022 neutra a l

Schi erei l a nd

3.334

-1.936

369

3.703

1.767

-1.936

31-12-2024 neutra a l

Koggeha ven

8.062

-2.626

1.289

5.288

2.662

-2.626

31-12-2014 na del i g

0

-683

1.925

1.925

1.242

-683

31-12-2020 na del i g

39.215

-18.681

12.359

37.576

18.895

-14.610

Vergul de Ha nd Wes t 1e fa s e Totaa l

4.063 0

13.998

0

Beoordeling nog te realiseren investeringen resp. verkopen / bijdragen in relatie tot totaal / eindresultaat a l l e bedra gen x € 1.000

Gerea l i s eerd 31-12-2013

Oms chri jvi ng

i nves teri ngen

Centrum Wes twi jk

Nog te rea l i s eren

verkopen / boekwa a rde bi jdra gen excl . excl voorzi e- voorzi eni ng ni ngen

boekwa a rde i ncl . voorzi eni ng

cf s taa t P

nog te ma ken kos ten

i n % totaa l

nog te rea l i s eren opbrengs ten

ei ndwa a rde nog te ma ken kos ten

nog te rea l i s eren opbrengs ten

27.032

18.412

8.620

3.217

v

2.739

6.260

-5.403

9%

25%

701

0

701

701

v

226

1.600

674

24%

100%

Loca tie Dri eën-Huys en

2.265

1.446

819

819

v

557

2.907

1.530

20%

67%

Hol y Zui doos t

2.009

1.351

658

-2.714

v

8.066

5.352

-2.714

80%

80%

Vri je ka vel s Hol l a ndi a a n

3.182

3.368

-186

-186

v

219

1.242

1.209

6%

27%

De Bui tenpl a a ts Va n Ruytenburch

7.735

127

7.608

6.548

v

9.154

15.697

-1.060

54%

99%

13.073

12.466

607

-367

v

9.593

9.225

-974

42%

43%

Ma ra thonweg Noord (zui del i jk deel )

7.032

3.236

3.796

2.458

v

5.817

8.275

-1.338

45%

72%

Stations gebi ed Centrum

4.107

71

4.036

2.747

v

1.387

4.500

-1.289

25%

98%

Schi erei l a nd

4.478

775

3.703

1.767

v

1.942

4.250

-1.936

30%

85%

Koggeha ven

20.905

15.617

5.288

2.662

v

2.548

5.210

-2.626

11%

25%

1.925

0

1.925

1.242

v

1.041

2.285

-683

35%

100%

94.444

56.869

37.575

18.894

43.289

66.803

-14.610

De Ei l a nden

Ba bbers pol der Oos t

Vergul de Ha nd Wes t 1e fa s e Totaa l

116

Grondexploitaties Hieronder wordt per grondexploitatie een toelichting gegeven op de oorzaken die hebben geleid tot de noodzakelijke bijstellingen en in de bijgaande tabel een overzicht van de gevolgen voor de resultaten van de grondexploitaties. Centrum Westwijk De verplaatsing van de supermarkten van de Van Baerlestraat naar de Dr. Wiardi Beckmansingel heeft in 2013 plaatsgevonden en is in januari 2014 volledig afgerond. Ook de herinrichting van het openbaar gebied heeft grotendeels in 2013 plaatsgevonden, met een uitloop in 2014. Bij de herziening voor de jaarrekening 2013 is een aanvullende voorziening getroffen van € 1,87 mln. plaats. De Eilanden Voor dit gebied is in 2011 met de ontwikkelaar een koopovereenkomst afgesloten. De eerste fase is door de ontwikkelaar afgenomen. Er zijn 16 van de beoogde 24 grondgebonden woningen gerealiseerd. Onzeker is of de 40 geplande appartementen in fase 2 gerealiseerd worden. De gronden moeten nog worden afgenomen, vooralsnog is de geraamde opbrengst gehandhaafd. Het positieve resultaat van de grondexploitatie is door het wegvallen van de regiobijdrage van € 0,51 naar € 0,67 mln. gegaan. Locatie Drieën-Huysen Er is onlangs overeenstemming bereikt over de verkoop van het perceel en de ontwikkeling van een zorgcomplex, sociale huurwoningen en koopappartementen. Bij de Jaarrekening 2012 zijn enkele deelexploitaties van Holy Zuid-West uitgenomen omdat die waren afgerond. Daarmee blijft alleen Locatie Drieën-Huysen over. Het verwachte positieve resultaat op eindwaarde is € 1,53 mln. in 2020. Als gevolg van het wegvallen van de regiobijdrage is het resultaat ten opzichte van die bij de Jaarrekening 2012 verbeterd met € 0,15 mln. Holy Zuid Oost In de grondexploitatie is het gebiedscontract met de woningcorporatie vastgelegd. Van de oorspronkelijke voorziening van € 4,0 miljoen is € 1,32 mln. gereserveerd voor verwervingen en de omzettingskosten van de erfpacht. Hiervan is al € 0,66 mln. uitgegeven, zodat nog € 3,34 mln. resteert. Hiervan is € 0,66 miln. bestemd voor de afboeking van de erfpachtgronden. Voor de negatieve eindwaarde van de grondexploitatie resteerde bij de jaarrekening 2012 € 2,68 mln. Door het ROK effect bij de actualisatie neemt deze voorziening toe tot € 2,71 mln. Vrije kavels Hollandiaan Van de zes kavels is er een verkocht en inmiddels bebouwd. Er loopt een optie op 2 andere kavels. De resterende kavels zijn nog steeds in verkoop bij de makelaar. Het resultaat blijft € 1,21 mln. positief. De Buitenplaats Van Ruytenburch (v.h. Buizengat Oost) In februari 2014 is de herziene grondexploitatie door de raad vastgesteld op basis van de met de ontwikkelaar afgesloten overeenkomst. In zijn ontwikkelvisie heeft de ontwikkelaar aangegeven er 114 grondgebonden woningen en 63 appartementen te willen realiseren. Als gevolg van vertraging in de ontwikkeling is bij de vaststelling een voorziening getroffen van € 0,98. Bij de actualisatie is het resultaat op eindwaarde is € -1,06 mln. in 2021. Dit is een geringe verslechtering ten opzichte van de vastgestelde grondexploitatie. Babberspolder Oost In 2013 heeft de herijking van de gebiedsovereenkomst en de bijdragestructuur plaatsgevonden. Op basis van deze stukken heeft een herziening van de grondexploitatie plaatsgevonden die in januari 2014 is vastgesteld. De herziening laat een verslechtering zien van € 0,30 mln. Hiervoor is een aanvullende voorziening getroffen. Fase 1 van het bouwplan Vlaardings Geluk is in volle ontwikkeling en het Van Hogendorp kwartier is nagenoeg voltooid. Marathonweg Noord (zuidelijk deel) Voor het gebied Marathonweg Noord is in 2013 een haalbaarheidsstudie uitgevoerd. Naar aanleiding hiervan is besloten vooralsnog het zuidelijke deel te ontwikkelen voor woningbouw. Het noordelijke deel is beoogd als bedrijventerrein, besluitvorming hieromtrent zal later plaatsvinden. Tot die tijd zal het gebied opgenomen worden in de voorraden “niet in exploitatie genomen gronden” en wordt daartoe afgewaardeerd naar de lagere marktwaarde. Voor het zuidelijke deel is een grondexploitatie opgesteld met een negatieve eindwaarde van € 1,46 mln. Door aanpassing in de boekwaarde is deze eindwaarde verbeterd tot € 1,34 mln. De boekwaarde per 31.12.2012 betrof voor het gehele gebied € 7,16 mln. Door de keuze om het gebied deels te ontwikkelen is de boekwaarde gehalveerd. De andere helft wordt bij de NIEGG verantwoord. Stationsgebied Centrum Inmiddels hebben vertraging in de onderhandelingen met de ontwikkelaar en gewijzigde plannen in de fasering gezorgd voor een verslechtering van het resultaat.

117

Het tijdelijk in beheer houden van de gronden zorgen voor extra lasten die op de grondexploitatie drukken. Op basis van de concept overeenkomst is het verwachte resultaat - € 1,29 mln. Schiereiland Ook voor het Schiereiland geldt dat de vertraging in de onderhandelingen heeft geleid tot een toename van de rentelasten. De verslechtering komt deels door tijdelijke beheerkosten, maar voornamelijk uit rentelasten vanwege de vertraging in uitgifte. De afspraken in de concept overeenkomst leidt tot een verslechtering tot - € 1,94 mln. Het grootste risico voor het Schiereiland, de bodemsanering, is onderzocht. Voor de gemeente geldt een risico indien de bodemsanering hoger uitvalt dan € 1,60 mln. De kans dat dit zal optreden wordt geschat op 75%. Voor de verkoop van de gronden wordt een garantieprijs ontvangen. De garantieprijs heeft rekening gehouden met de huidige economische crisis en gaat uit van relatief lage verkoopwaarden van de woningen. Hogere verkoopwaarden zijn mogelijk, zeker wanneer de economie weer aantrekt en de woningmarkt weer zal opleven, zullen extra ontvangsten worden gegenereerd. Koggehaven In 2013 is de aanleg van de Koggehaven nagenoeg voltooid en zijn van de 4 resterende kavels er 3 verkocht. In e 2014 is inmiddels een koopovereenkomst afgesloten voor de 4 kavel. Wat nog resteert is de aanleg van de ontsluitingsweg en de rotonde. Bij de herziening van deze grondexploitatie is met name door het vervallen van de regiobijdrage € 0,4 mln. van de eerder getroffen voorziening vrijgevallen. Deze grondexploitatie wordt in 2014 voorgelegd om af te sluiten, waarbij een krediet wordt gereserveerd voor de aanleg van de rotonde op de Maassluissedijk. Vergulde Hand West fase 1 Er heeft een marktverkenning plaatsgevonden m.b.t. de mogelijkheden tot ontwikkeling van dit gebied. Mede op basis hiervan is een ontwikkelstrategie bepaald. Hierbij wordt het gebied in 3 fasen ontwikkeld. Voor de eerste fase is een grondexploitatie opgesteld. Deze sluit op een eindwaarde van € - 0,57 mln. Aanpassing in de fasering van de inbrengwaarde heeft geleid tot een verslechtering van de eindwaarde tot € -0,68 mln. De gronden voor fase 2 en 3 blijven als NIEGG gehandhaafd, waarbij zij zijn afgewaardeerd tot de oorspronkelijke verwervingsprijs. Niet in exploitatie genomen gronden In het onderstaande mutatieoverzicht wordt de voorraad grond nader toegelicht: Bedragen x1000

Investeringen/ Naar Naar Desinvesteringen/ vermeerdegronden in materiële vermindeingen ringen exploitatie vaste activa

Boekwaarde 31-12-2012

VOP oost noord

2.373

VOP oost zuid

2.779

Nieuwe Maas noord

Vijfsluizen Vergulde Hand west fase 2 en 3

Voorraad grond

420

2.559

543

492

57

0

0

n.v.t.

0

n.v.t.

907

79

3.119

-3.119

907 4.777

Marathonweg noord NZ TOTAAL

2.373

492

Nieuwe Maas zuid Maasboulevard flat

-220

VerwervingsBoekwaarde prijs per m2 31-12-2013 in €

-2290

0

3.796

-1343

14.447

3.796

-3.853

Boekwaarde

Vermeerderingen

Verminderingen

-1925 -1.925

-3.119

562

9

2.453

67

9.346

Resultaat- Boekwaarde neming

1-1-2013

31-12-2013

Bedra gen x 1000 (Nog) niet in exploitatie genomen gronden

14.447

3.796

-8.897

9.346

Onderhanden werk (bouwgrondexploitatie)

39.215

14.503

-16.143

37.575

Subtotaal Voorziening Totaal

53.662

18.299

-25.040

46.921

-11.915

-7.213

447

-18.681

41.747

11.086

-24.593

0

28.240

118

Toelichting op de belangrijkste ontwikkelingen NIEGG VOP Oost (Noord en Zuid) De boekwaarde van VOP-Oost is afgenomen doordat een deel van het bezit in VOP oost, het pand Westhavenkade 55 voor € 0,22 mln. is verkocht. De boekwaarde wordt gerechtvaardigd door de bezittingen in panden en gronden die in 2013 zijn getaxeerd. NIEGG Maaswijk De NIEGG Maaswijk bestaat uit Nieuwe Maas Noord, Nieuwe Maas Zuid en de Maasboulevard flat. In 2013 is besloten de Maasboulevard flat te verkopen. Als gevolg hiervan is de boekwaarde van de Maasboulevard flat uit de voorraden Niet in exploitatie genomen gronden gehaald en ondergebracht in de materiële vaste activa. NIEGG Vergulde Hand West De Vergulde Hand West is met € 2,30 mln. afgewaardeerd tot historische verwervingsprijs van € 0,56 mln. Het andere deel van de boekwaarde (€ 1,92mln.) is overgebracht naar de nieuw opgestelde grondexploitatie Vergulde de de Hand West Fase 1. Vanwege de lage resterende boekwaarde (€ 9/m2), kan bij realisering van de 2 en 3 fase een positief eindresultaat worden behaald.

NIEGG Marathonweg Noord (noordelijke deel) Het noordelijke deel van het plangebied Marathonweg Noord is toegevoegd aan de NIEGG’s en met € 1,34 mln. afgewaardeerd tot de lagere marktwaarde van € 67/m2. Resultaat van de grondexploitaties De voorraad grond is in 2013 afgenomen met € 6,74 miljoen (excl. voorzieningen), als gevolg van de afwaarderingen en het overhevelen naar de materiële vaste activa. De vermeerderingen en verminderingen bedroegen per saldo € 0,4 mln. Een resultante van de kosten en opbrengsten in alle grondexploitaties opgedeeld per categorie is hieronder weergegeven.           

Verwervingen Plankosten Rente Exploitatiekosten Bouw- en woonrijp maken Grondverkopen Regiobijdrage Overige bijdragen en opbrengsten Voorzieningen Afwaarderingen Naar Materiële vaste activa

TOTAAL

0,8 mln. 1,7 mln. 1,8 mln. 0,2 mln. 5,4 mln. -5.9 mln. 0,5 mln. -4,2 mln. -7,2 mln. -3,6 mln. -3.1 mln. -13,6 mln.

In 2013 is in totaal aan extra voorzieningen getroffen een bedrag van € 6,76 mln., bestaande uit € 7,21 mln. nieuwe voorzieningen en € 0,45 vrijval van bestaande voorzieningen. De verslechteringen ontstaan voornamelijk door de planvertragingen. Cumulatief zijn tot heden voorzieningen voor in totaal € 18,68 mln. getroffen. Afwaarderingen hebben de de plaatsgevonden voor Marathonweg Noord NZ € 1,34 mln. en Vergulde Hand West 2 en 3 fase € 2,30 mln. Beleidsuitgangspunten reserves in relatie tot risico’s uit de grondexploitaties Binnen GSP is momenteel een kansen- en risicoregister geïmplementeerd waarin alle kansen en risico’s binnen de grondexploitaties zijn opgenomen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen project specifieke risico’s en generieke risico’s ( planvertragingen, prijsdaling en geheel stopzetten van de projecten). Project specifieke risico’s De project specifieke risico’s zijn gekwantificeerd op € 3,63 mln. Hier tegenover staan project specifieke kansen van in totaal € 2,73 mln. Vertragen Het vertragingsrisico gaat uit van rentekosten op de boekwaarde per peildatum bij 2 jaar latere realisatie dan in de grondexploitatie is gepland. (Vertraging). De inschatting van de kans op optreden is 50%.

119

Prijsdaling Voor de prijsdaling is uitgegaan van een scenario waarin een prijsdaling plaatsvindt van 5% op de grondopbrengst. Het bruto risicobedrag bedraagt € 0,96 mln. Stopzetten De boekwaarden van de grondexploitaties en NIEGG’s bedragen € 46,92 mln. Indien alle ontwikkelingen geen doorgang zouden vinden, zullen de boekwaarden afgewaardeerd dienen te worden. Hiervan worden de getroffen voorzieningen van € 18,68 mln. en de getaxeerde waarden van alle vastgoedobjecten € 6,71 mln. afgetrokken, zodat een bruto risico resteert van € 21,53 mln. De kans dat alle projecten geen doorgang vinden is echter niet groot. De kans van voorkomen van al deze risico’s worden via de Monte Carlo methode bepaald. De uitkomst hiervan dient via het weerstandsvermogen te worden afgedekt. Erfpacht Op 7 maart 2013 is de nieuwe nota Erfpacht door de gemeenteraad vastgesteld. De gemeente Vlaardingen kent sinds vele jaren erfpacht als instrument bij de uitgifte van bouwgrond. Door de jaren heen zijn verschillende bepalingen gehanteerd bij de uitgifte in erfpacht. Alhoewel uitgifte in erfpacht geen regel meer is, en er sinds de jaren negentig een actief beleid is gevoerd om omzetting van erfpacht in eigendom mogelijk te maken, beschikt de gemeente nog over een omvangrijke voorraad bestaande erfpachtrechten. De omstandigheden vroegen om herijking van de bestaande bepalingen. Aanleidingen daarvoor zijn enerzijds de gevolgen voor de gemeentelijke financiën en anderzijds de gevolgen voor de erfpachters, in het licht van de situatie op de vastgoedmarkten die de afgelopen jaren danig is veranderd. De nieuwe Nota Erfpacht geeft de kaders aan waarbinnen het college en de ambtelijke organisatie uitvoering geeft aan de diverse aspecten van het erfpachtstelsel. Op 19 september 2013 heeft de gemeenteraad besloten om de balanspost Afkoopsommen erfpacht om te zetten in een tweetal Bestemmingsreserve Afkoopsommen. Zie ook de paragraaf weerstandsvermogen, pagina 91.

120

7. Paragraaf Verbonden partijen

Om de beleidsdoelstellingen van de Gemeente Vlaardingen te kunnen realiseren, wordt indien dit wenselijk is een belang genomen in een organisatie die aan de doelverwezenlijking een positieve bijdrage kan leveren. De huidige weten regelgeving (BBV) verplicht onze gemeente om zowel in de begroting als in de jaarstukken aan te geven in welke privaatrechtelijke en publiekrechtelijke organisaties zij zowel een bestuurlijk als een financieel belang heeft. Van een bestuurlijk belang is sprake als de gemeente een zetel in het bestuur van een organisatie bekleedt en/of stemrecht heeft in een vergadering van belanghebbenden. Van een financieel belang is sprake als er door de gemeente aan een organisatie financiële middelen beschikbaar zijn gesteld die verloren kunnen gaan in het geval van een faillissement en/of als financiële problemen van een organisatie kunnen worden verhaald op de gemeente. Inzicht in de gang van zaken bij verbonden partijen is nodig uit hoofde van bestuurlijke, beleidsmatige en/of financiële belangen en risico’s. Vlaardingen is verbonden met een aantal gemeenschappelijke regelingen, deelnemingen en andere samenwerkingsverbanden. Hieronder volgt een overzicht van de huidige verbonden partijen, gerangschikt naar programma.

Programma Bestuur, Dienstverlening en Participatie Verbonden partij:

Stadsregio Rotterdam

Doel:

De gemeenschappelijke regeling Stadsregio Rotterdam is een plusregio ingevolge de Wet gemeenschappelijke regelingen. De stadsregio Rotterdam heeft tot taak de bevordering van een evenwichtige ontwikkeling in het gebied en houdt zich bezig met: a. het voorbereiden en ontwikkelen van een gezamenlijk regionaal beleid op de volgende beleidsterreinen:  ruimtelijke ordening en grondbeleid;  wonen en stedelijke vernieuwing;  verkeer en vervoer;  economische ontwikkeling;  sociaal beleid;  milieu;  groen;  jeugdzorg. b. het uitvoeren van de taken die krachtens wetgeving of krachtens de gemeenschappelijke regeling aan de stadsregio opgedragen taken en bevoegdheden. c. het organiseren van overleg en het uitbrengen van advies over intergemeentelijke aangelegenheden, ook wanneer deze geen betrekking hebben op de belangen genoemd onder a.

Betrokkenen:

De volgende gemeenten maken deel uit van de stadsregio Rotterdam: Albrandswaard, Barendrecht, Bernisse, Brielle, Capelle aan den IJssel, Hellevoetsluis, Krimpen aan den IJssel, Lansingerland, Maassluis, Ridderkerk, Rotterdam, Rozenburg, Schiedam, Spijkenisse, Vlaardingen en Westvoorne.

Bestuurlijk belang:

Burgemeester T.P.J. Bruinsma en wethouder J. Versluijs zijn door de gemeenteraad benoemd als Vlaardingse vertegenwoordigers in het Algemeen Bestuur. Hun plaatsvervangers zijn resp. de wethouders J. Robberegt en C.T. Oosterom. Op 14 januari 2014 heeft de gemeenteraad besloten dat de heer T.P.J. Bruinsma wordt vervangen door de heer H.B. Eenhoorn (m.i.v. 1 januari 2014 burgemeester van Vlaardingen).

Financieel belang:

De algemene bijdrage van de gemeenten aan de stadsregio was in 2013 € 4,68 per inwoner. Voor Vlaardingen komt dat neer op € 0,337 mln.

121

Ontwikkelingen:

Deelname aan deze regeling is verplicht op grond van de WGR+. Een wets-voorstel tot opheffing van de WGR+ regio’s wordt in de eerste helft van 2014 behandeld in de Tweede en Eerste Kamer. Als dit wetsvoorstel wordt aangenomen houdt de Stadsregio Rotterdam per 1 januari 2015 op te bestaan. De gemeenschappelijke regeling zal nog een aantal jaren ‘in liquidatie’ voortbestaan om de opheffing af te wikkelen. Anticiperend op deze wetswijziging heeft de Stadsregio in het najaar van 2013 een ontwerp-liquidatieplan aan de gemeenteraden voorgelegd voor zienswijzen. Het liquidatieplan wordt in februari 2014 definitief vastgesteld door het AB van de stadsregio. Naar het zich laat aanzien kunnen de kosten van de opheffing van de stadsregio worden opgevangen uit de reserves van de stadsregio zonder dat aan de gemeenten extra bijdragen wordt gevraagd. Het is de bedoeling dat op het moment dat de Stadsregio Rotterdam eindigt de gemeenschappelijke regeling Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) in werking treedt. Het takenpakket van de MRDH blijft in hoofdzaak beperkt tot het versterken van het economisch vestigingsklimaat en verkeer en vervoer. Aan de 24 gemeenteraden die in principe deel uitmaken van de MRDH is gevraagd is de gemeenschappelijke regeling te treffen. In de laatste vergadering van 2013 heeft de gemeenteraad van Vlaardingen daarmee ingestemd.

Verbonden partij: Waterbedrijf Evides Doel:

De Gemeente Vlaardingen heeft na de verzelfstandiging van het gemeentelijk nutsbedrijf (in 1992) besloten om deel te nemen in de N.V. Waterbedrijf Europoort. Deze vennootschap is op 1 juli 2004 gefuseerd met Delta Waterbedrijf B.V. De nieuwe vennootschap heeft de naam Waterbedrijf Evides aangenomen. De gemeente heeft op dit moment 1,80% van het totale aandelenpakket in bezit.

Betrokkenen:

De aandelen van Waterbedrijf Evides zijn voor 50% in handen van de vroegere aandeelhouders van Delta Waterbedrijf en voor de andere 50% in handen van de vroegere aandeelhouders van Waterbedrijf Europoort. De laatste groep bestaat uit 24 gemeenten uit deze regio, waaronder de Gemeente Vlaardingen.

Bestuurlijk belang:

De gemeente heeft stemrecht in de algemene vergadering van aandeelhouders. De portefeuillehouder Financiën vertegenwoordigt daarin de Gemeente Vlaardingen.

Financieel belang:

De deelneming staat voor € 245.041 op de balans van de Gemeente Vlaardingen. In 2013 is een winstafhankelijke dividenduitkering ontvangen van ruim € 848.000.

Ontwikkelingen:

Evides zal waar mogelijk met andere publieke en private partijen samenwerken om de efficiency in de waterketen verder te verhogen. Zowel de drinkwater-tarieven als de vermogenspositie van de vennootschap zou hiervan moeten kunnen profiteren.

Verbonden partij: Bank Nederlandse Gemeenten Doel:

De Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) stelt zich ten doel gemeenten en andere decentrale overheden te ondersteunen bij hun maatschappelijke activiteiten middels het aanbieden van tal van bancaire diensten. De Gemeente Vlaardingen levert door haar deelneming een bijdrage hieraan.

Betrokkenen

De aandelen van de Bank Nederlandse Gemeenten zijn voor 50% in handen van het Rijk en voor de resterende 50% in handen van gemeenten. Onze gemeente heeft een belang van 0,36% in de bank.

Bestuurlijk belang:

De Gemeente Vlaardingen heeft stemrecht in de algemene vergadering van aandeelhouders. De gemeente wordt daarin vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Financiën

Financieel belang:

De deelneming staat voor € 33.807 op de balans van de Gemeente Vlaardingen. In 2013 werd een winstafhankelijke dividenduitkering ontvangen van ruim € 295.000.

Ontwikkelingen:

N.v.t.

122

Programma Veiligheid en Handhaving Verbonden partij: Dienst Centraal Milieubeheer Rijnmond (DCMR) Doel:

Betrokkenen:

Het bevorderen van een duurzame ontwikkeling van de stad. Via de vergunningverlening, de afhandeling van meldingen volgens het activiteitenbesluit, de handhaving en de advisering aan gemeenten. Daarnaast is de DCMR desgewenst ondersteunend op de overige milieuvlakken. De DCMR draagt er mede zorg voor dat de milieubeleidsdoelen in de gemeente Vlaardingen worden behaald. De inzet van de DCMR wordt vastgelegd in een werkplan. De Provincie Zuid-Holland en de gemeenten Albrandswaard, Barendrecht, Bernisse, Brielle, Capelle aan den IJssel, Hellevoetsluis, Krimpen aan den IJssel, Lansingerland, Maassluis, Ridderkerk, Rotterdam, Schiedam, Spijkenisse, Vlaardingen, Westvoorne en sinds 2011 de vier gemeenten op Goeree-Overflakkee, t.w. Middelharnis, Oostflakkee, Dirksland en Goedereede.

Bestuurlijk belang:

Wethouder J.L. Robberegt heeft zitting in het algemeen bestuur van de DCMR.

Financieel belang:

Voor de uitvoering van de werkzaamheden die de DCMR voor Vlaardingen uitvoert wordt jaarlijks een werkplan gemaakt. De kosten van 2013 zijn € 1,3 miljoen.

Ontwikkelingen:

Eind 2012 heeft er een overdracht van taken plaats gevonden. De overdracht zal in 2014 geëvalueerd worden.

Verbonden partij: Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (incl. Regionale Brandweer Rotterdam Rijnmond en Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen) Doel:

Op grond van de Brandweerwet 1985 en de Wet geneeskundige hulpverlening bij rampen heeft de gemeenschappelijke regeling “Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond” de volgende taken: a. het onder alle omstandigheden bewerkstelligen van een doelmatig georganiseerde en gecoördineerde uitvoering van werkzaamheden ter zake van het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar, het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt, het beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en dieren bij ongevallen anders dan bij brand, het beperken en bestrijden van rampen en overigens het bevorderen van een goede hulpverlening bij ongevallen en rampen; b. het doelmatig organiseren en coördineren van vervoer van zieken en ongevalslachtoffers, de registratie daarvan en het bevorderen van adequate opname van zieken en ongeval-slachtoffers in ziekenhuizen of andere instelling voor intramurale zorg; c. het voorbereiden en bewerkstelligen van een doelmatig georganiseerde en gecoördineerde geneeskundige hulpverlening bij rampen.

Betrokkenen

De volgende gemeenten maken deel uit van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond: Albrandswaard, Barendrecht, Bernisse, Brielle, Capelle aan den IJssel, Goeree Overflakkee, Hellevoetsluis, Krimpen aan den IJssel, Lansingerland, Maassluis, Ridderkerk, Rotterdam, Schiedam, Spijkenisse, Vlaardingen en Westvoorne

Bestuurlijk belang:

De gemeenteraad heeft de volgende personen uit de raad en/of het college benoemd als lid c.q. plaatsvervangend lid in het algemeen bestuur: DB + AB lid: T.P.J. Bruinsma, plaatsvervangend lid: J. Versluijs. Op 14 januari 2014 heeft de gemeenteraad besloten dat de heer T.P.J. Bruinsma wordt vervangen door de heer H.B. Eenhoorn (m.i.v. 1 januari 2014 burgemeester van Vlaardingen)..

Financieel belang:

De algemene bijdrage aan de Veiligheidsregio bedraagt ca. € 0,5 miljoen in 2013. De bijdrage aan de Regionale Brandweer Rotterdam Rijnmond bedraagt voor 2013 ca. € 4,4 miljoen.

Ontwikkelingen:

De Regionale Brandweer Rotterdam Rijnmond gaat van meerdere districten terug naar 1 district.

123

Programma Welzijn en Zorg Verbonden partij: ROG Plus NWN Doel:

Het bieden van voorzieningen aan personen met een beperking, een chronisch psychisch of een psychosociaal probleem ter compensatie van hun beperkingen op het gebied van zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie teneinde hen in staat te stellen een huishouden te voeren, zich te verplaatsen in en om de woning, zich lokaal te verplaatsen per vervoermiddel en medemensen te ontmoeten en op basis daarvan sociale verbanden aan te gaan. Artikel 4 van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning legt het college daarbij de plicht op om een resultaat te bereiken dat als compensatie mag gelden en dat in het individuele geval maatwerk is.

Betrokkenen

Gemeente Vlaardingen, Schiedam en Maassluis.

Bestuurlijk belang:

Wethouder C.T. Oosterom is lid van het Bestuur van uitvoeringsorganisatie ROGplus Nieuwe Waterweg Noord.

Financieel belang:

De bijdrage aan de gemeenschappelijke regeling bedroeg voor 2013 circa € 9,3 miljoen. Dit betreft het verstrekken van individuele voorzieningen op gebied van vervoer, rollen, wonen en Hulp bij het Huishouden.

Ontwikkelingen:

Geen bijzonderheden

Verbonden partij:

Openbare Gezondheidszorg Rotterdam-Rijnmond (OGZRR /GGD RR)

Doel:

Het op een proactieve wijze beschermen, bewaken en bevorderen van de gezondheid van burgers in de regio Nieuwe Waterweg Noord. Gezondheid wordt gedefinieerd als een toestand van compleet fysiek, mentaal en sociaal welbevinden en is niet alleen van toepassing op de afwezigheid van ziekte of een handicap. De OGZRR is primair verantwoordelijk voor de uitvoering van de wettelijk basistaken volgens de Wet Publieke Gezondheid (WPG). Operationeel uitvoerder is de GGD RR (onderdeel concern Rotterdam).

Betrokkenen

De OGZRR is een samenwerkingsverband van 19 gemeenten in de stadsregio Rotterdam en een deel van de Zuid-Hollandse eilanden. De OGZRR is congruent met de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond.

Bestuurlijk belang:

Wethouder C.T. Oosterom is lid van het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling.

Financieel belang: Ontwikkelingen:

De bijdrage 2012 aan de gemeenschappelijke regeling bedroeg € 427.310. Met ingang van 1 januari 2013 is de gewijzigde regeling Gemeenschappelijk regeling Gemeentelijke Gezondheidsdienst Rotterdam-Rijnmond in werking getreden. Vanaf 2013 is de naam van de gemeenschappelijk regeling veranderd van Openbare Gezondheidszorg Rotterdam-Rijnmond in Gemeentelijke Gezondheidsdienst RotterdamRijnmond.

124

Programma Groen en Milieu Verbonden partij: NV Intergemeentelijke Reiniging-, Afvalinzameling- en Dienstverlening Organisatie (Irado) Doel:

Het in opdracht van gemeente Vlaardingen adviseren over en uitvoeren van het beleid met betrekking tot het inzamelen en afvoeren van huishoudelijk- en bedrijfsafval.

Betrokkenen

Gemeenten Vlaardingen en Schiedam zijn ieder voor 50% aandeelhouder.

Bestuurlijk belang:

Vertegenwoordiger in de aandeelhoudersvergadering: Wethouder R. van Harten.Raad van Commissarissen: C. Bot en S. van de Marel. Wethouder J.L. Robberegt bekleedt de rol van opdrachtgever namens de gemeente Vlaardingen. Wethouder R. van Harten bekleedt de rol van aandeelhouder namens de gemeente Vlaardingen.

Financieel belang:

De bijdrage voor 2013 van de gemeente Vlaardingen aan Irado voor het inzamelen en afvoeren van huishoudelijk- en bedrijfsafval was circa € 6,8 miljoen. In 2013 is een bedrag aan dividend ontvangen van € 820.000,-.

Ontwikkelingen:

De NV Irado heeft zich ontwikkeld als een marktpartij, welke in concurrentie opereert op het gebied van beheer en onderhoud (met name reiniging) van de openbare ruimte voor verschillende gemeenten en bedrijven. Tot op heden heeft heroverweging van het behoud van de aandelen NV Irado niet plaatsgevonden.

Programma Werk en Inkomen Verbonden partij: Werkbedrijf Vlaardingen B.V. Doel:

Het in opdracht van de Gemeente Vlaardingen uitoefenen van (delen) van de Wet Sociale werkvoorziening en de Wet werk en bijstand. Het uitoefenen van het formeel werkgeverschap voortvloeiende uit het voorgaande.

Betrokkenen:

Gemeente Vlaardingen

Bestuurlijk belang:

De burgemeester, wethouder Sociale zaken en wethouder Financiën vertegenwoordigen de gemeente als aandeelhouders. De gemeente is ook bestuurder.

Financieel belang:

Door het formeel werkgeverschap van door de afdeling Sociale zaken gedetacheerde personen wordt het risico voor de gemeente beperkt. Er zijn aandelen (gewaardeerd op € 0,=) in bezit.

Ontwikkelingen:

In overleg met sociale zaken wordt een nadere uitwerking/ invulling gegeven van de statutaire doelen voor meer doelgroepen.

Programma Sport en Recreatie Verbonden partij: Recreatieschap Midden – Delfland Doel:

Het recreatieschap beheert de recreatiegebieden in het Midden Delfland. Enkele gebieden liggen op het grondgebied van de gemeente Vlaardingen: Oeverbos; Lickebaert/ Volksbos; Krabbeplas, Broekpolder (gedeeltelijk) en de Holiërhoekse Polder.

Betrokkenen

In het recreatieschap Midden-Delfland werken samen het Rijk, de Provincie ZuidHolland en de gemeenten Delft, Vlaardingen, Schiedam, Rotterdam, Maassluis, Midden-Delfland en Westland. Het recreatieschap is in 1983 opgericht.

Bestuurlijk belang:

Wethouder J.L. Robberegt is lid van het Algemeen Bestuur (AB) en Dagelijks Bestuur (penningmeester). Wethouder R. van Harten is lid van het AB. Burgemeester T.P.J. Bruinsma en wethouder J. Versluijs zijn plaatsvervangend lid van het AB.

125

Financieel belang:

De jaarlijkse bijdrage van de gemeente Vlaardingen aan het recreatieschap bedraagt € 0,36 miljoen (conform de begroting 2013).

Ontwikkelingen:

Het Rijk heeft in december 2010 meegedeeld uit het recreatieschap te willen uittreden. Het algemeen bestuur van het Recreatieschap heeft daarop (financiële) voorwaarden gesteld aan de uittreding. In 2011 is hierover met het Rijk gecorrespondeerd en zijn gesprekken gevoerd. In 2012 zijn over enkele aspecten procedures gevoerd bij de rechtbank en bezwaarcommissie. In februari 2014 wordt een uitspraak van de rechtbank verwacht. De Provincie beraadt zich op haar rol en positie in de 11 natuur- en recreatieschappen in Zuid-Holland, maar wil haar financiële bijdragen handhaven. Er is verder een bestuurlijke wens om de bestuurlijke druk te verminderen.

Verbonden partij: Koepelschap Buitenstedelijk Groen Doel:

Het Koepelschap Buitenstedelijk Groen bevordert, op basis van Rijks’, provinciaal en regionaal programma/beleid een onderlinge samenhang, een evenwichtige ontwikkeling en instandhouding van het buiten stedelijk groen als geheel in het gebied en in verhouding tot haar omgeving.

Betrokkenen

Provinciale staten van Zuid-Holland en de gemeenten Albrandswaard, Barendrecht, Bernisse, Brielle, Capelle a/d IJssel, Hellevoetsluis, Krimpen a/d IJssel, Maassluis, Nederlek, Ridderkerk, Rotterdam, Rozenburg, Schiedam, Spijkenisse, Vlaardingen, Westvoorne en Zwijndrecht

Bestuurlijk belang:

Wethouder R. van Harten is lid van het Algemeen Bestuur.

Financieel belang:

De bijdrage van de Gemeente Vlaardingen aan het Koepelschap bedroeg € 0,22 miljoen (conform de begroting 2013).

Ontwikkelingen:

De deelnemers in het KBG zijn gemeenten uit het voormalige Openbaar Lichaam Rijnmond. Bij het overleg over vermindering van de bestuurlijke drukte en de nieuwe organisatie van beheer en ontwikkeling van buiten stedelijk groen (Zie Ontwikkelingen Recreatieschap) is ook het KBG in beeld.

Programma Kunst en Cultuur Verbonden partij: B.V. Stadsgehoorzaal Doel:

De vennootschap heeft tot doel het exploiteren van de Stadsgehoorzaal Vlaardingen, zodanig dat een bijdrage wordt geleverd aan de kwaliteit van de stedelijke samenleving doordat de vertoning en de beoefening van de podiumkunsten mogelijkheden biedt tot ontspanning en ontplooiing, zowel receptief als actief, voor een breed publiek.

Betrokkenen

De gemeente Vlaardingen is enig aandeelhouder.

Bestuurlijk belang:

De wethouder Financien treedt op als aandeelhouder van de Stadsgehoorzaal. In 2013 is de Raad van Commissarissen teruggetreden. Vanwege de lopende besprekingen over de toekomst van de B.V. stadsgehoorzaal zijn er nog geen nieuwe leden voorgedragen .

Financieel belang:

De deelneming staat voor € 18.000 op de balans van de gemeente Vlaardingen.

Ontwikkelingen:

De gemeente heeft via een subsidieregeling in het kader van BCF afspraken gemaakt over de uitvoering van het beleid. De jaarlijkse subsidie wordt in stappen verlaagd naar circa € 1,4 mln per jaar ingaande 2015 De directie van de B.V. beraadt zich, in overleg met de gemeente als subsidiegever, op de gevolgen hiervan voor de bedrijfsvoering van de vennootschap.

126

8. Paragraaf Taakstellingen en reserveringen

= geëffectueerd (dwz 100% zeker dat het gehaald wordt / is) = gedeeltelijk geëffectueerd = niet geëffectueerd = niet reële bezuiniging

Bezuinigingen 2013 - 2016

2013

2014

2015

2016

68

68

68

Het Hollandiagebouw is te koop gezet.

60

60

60

In 2010 is besloten gedurende 3 jaar (2011-2013)

Programma Bestuur, Dienstverlening en Participatie T.1

Verkopen Hollandiagebouw

T.2

Versoberen Burgerparticipatie

60

€ 65.000 voor Burgerparticipatie beschikbaar te stellen. Vanaf 2014 niet meer. Bedrag was dus al geschrapt. Dit is als ruimtevrager verwerkt in de begroting 20142017. T.3

Federatie Broekpolder

T.4

Maximaal optimaal Digitaal

25

25

50

50

100

200

300

400

Er is structureel al 100.00 euro ingevuld van deze bezuiniging

127

door vermindering van multifunctionals en printwerk. Daarnaast worden er aanvullende digitaliseringsprojecten gezocht en uitgevoerd om de bezuinigingstaakstelling te realiseren. T.5

Wagenpark vernieuwen en duurzaam

T.6

Aanbestedingsvoorstellen

T.7

Versoberen inrichting Westnieuwland

T.8

Verkoop Hoflaan

T.9

Verbeteren kwaliteit dienstverlening

T.10

Afschaffen TV - uitzendingen Raad

T.11

Exploitatie Korhoenlaan

70

70

70

70

T.12

Budgetschuif Maatschappelijke Opvang

66

66

66

66

T.13

Geen avondopenstellingen loketten

10

10

10

10

T.14

Aansluiten bij landelijke ombudsman

T.15

Abonnementen

T.16

Verzekeringen Optimaliseren

T.17

Versneld inleveren vacatures

700

T.18

Verbouwing Westhavenkade

100

T.19

Opleidingsbudget naar 2% loonsom

T.20

Minder extern onderzoek

15 PM

30 PM

60 PM

100 PM

PM 40

90 PM

100 PM

100 Pand Hoflaan is te koop gezet.

PM

16

18

18

40

40

40

Wordt binnen product anders ingevuld, TVuitzendingen blijven bestaan.

23 30

30

30

30

70

70

70

120

120

120

120

50

50

50

50

Onzeker te behalen bezuiniging a.g.v. regionale samenwerking, decentralisaties etc.

T.21

Eindejaarsfeest/fitness e.d.

92

92

92

92

50

50

50

50

140

140

140

Programma Veiligheid en Handhaving T.22

Integraal veiligheidsbeleid versoberen

T.23

Actualisatie bijdrage VRR

Door een stijging van de kosten FLO/Levensloop is er geen sprake van een netto kostendaling.Dit

Programma Groen en Milieu

effect is verwerkt is begroting 2014.

128

Efficiencyverbetering door overheveling T.24

taken DCMR

3

7

70

70

Geen extra middelen programma T.25

Duurzaamheid

50

50

50

T.26

Technische correctie waterzuivering

25

25

25

350

350

350

15

23

42

52

4

6

11

19

25

Programma Verkeer en Mobiliteit T.27

Onderhoud openbaar gebied verlagen

T.28

Aanschaf verlichting

T.29

Verkeersregelinstallaties

T.30

Verlagen budget verkeersmaatregelen

100

100

100

100

T.31

Versoberen straatreiniging

150

150

150

150

T.32

Adoptie speelplaatsen, straatmeubilair

25

25

25

T.33

Geen gratis producten (zout,hekken,ed)

10

10

10

T.34

Parkeren kostendekkend

220

220

220

220

T.35

Exploitatie bezoekers parkeren

40

40

40

40

1100

1100

1100

1100

Programma Wonen T.36

Maatschappelijke investeringen Programma Economie en Haven

T.37

Geen bijdrage vlaardingen 2018

23

36

T.38

Vernieuwen kades KW - haven

35

34

34

68

T.39

Stadspromotie versoberen

50

50

50

50

Deze extra bezuiniging op stadspromotie wordt doorvertaald naar VVV, aangezien zij de stadspromotionele activiteiten uitvoeren.

T.40

Havengelden verhogen (baten)

100

100

100

100

Tarieven verhoogd. Opbrengst afhankelijk intensiteit

129

haven. Programma Jeugd en Onderwijs T.41

leerlingen vervoer versoberen

13

40

40

40

Door stijging van aantal leerlingen en taxikosten wordt de bezuiniging niet gehaald. Betreft open einde regeling. Resultaat aanbesteding is positief, en daarmee is deze bezuiniging waarschijnlijk gehaald.

T.42

Onderwijsachterstandenbel. versoberen

55

110

110

110

Bezuiniging is in het verleden gerealiseerd door dekking te vinden via de Rijksbijdrage OAB, zodat SMW doorgang kon vinden. De bezuiniging wordt voor de tweede keer opgevoerd. Bij doorvoering betekent dit terugbetalen Rijkssubsidie. Is als ruimtevrager meegenomen in de

T.43

begroting 2014 - 2017.

Peuterspeelzalen, verkleinen gesubsidieerde groepen

200

200

200

200

Programma Welzijn en zorg T.44

Maatschappelijk Middenveld

36

436

495

676

Deel bezuiniging ingevuld waardoor voor 2014 nog € 304.000 resteert. Op dit moment kan een structureel bedrag van € 82.000 (ontmoetingscentra Seniorenwelzijn) en een bedrag van € 50.000 (aframing waarderingssubsidies n.a.v. Tussenbalans) ingevuld worden, waardoor nog een tekort bestaat van € 304.000,-.

T.45

Initiatiefsubsidies schrappen

60

60

60

60

De zwemverenigingen hebben naast de 15% generieke subsidiekorting, te maken met de doorvoering van de opgelegde bezuiniging aan De Kulk. Zij worden dus onevenredig belast en hebben voor 2014 en verdere jaren een aanvullend subsidie verzoek gedaan. In 2014 en verdere jaren wordt voor een bedrag van € 12.500 een voorstel gedaan in de voortgangsrapportage en voorjaarsnota.

T.46

15% generieke subsidiekorting

805

827

827

T.47

Kosten Sociaal pension in = uit

530

220

220

T.48

Geen subsidie meer voor OZB

52

52

52

130

T.49

Kosten WMO

500

500

500

500

300

300

300

300

300

300

300

Programma Werk en Inkomen T.50

Kwijtschelding en minimabeleid

Het ongedaan maken van de korting op de kwijtschelding afvalstoffenheffing is in de raadsvergadering van 29 november 2012 overgenomen. Het niet afschaffen van de kwijtschelding leidt tot hogere lasten van € 300.000. Is als ruimtevrager meegemnomen in de begroting 2014 - 2017.

T.51

Niet meer sturen mutatieformulieren

5

5

5

5

257

257

220

220

220

300

300

300

Programma Kunst en Cultuur T.52

Fusie st. Opmaat en Vrije academie

T.53

Verlagen subsidie Opmaat

T.54

Bibliotheek

110

Het realiseren van deze ombuiging is nog afhankelijk van de voorgenomen fusie met de bibliotheek Rotterdam.

T.55

Verlagen subsidie Stadsgehoorzaal

T.56

Kroepoekfabriek meer eigen middelen

T.57

Archeologie meer kostendekkend

375

750

750

50

100

150

100

100

100

100

Afhankelijk van de nadere invulling van het Veranderingsplan. Voor 2013 is deze bezuiniging inde 2e voortgangsrapportage 2013 meegenomen.

Programma Sport en Recreatie T.58

Sporthal VOP Oost uitstellen

125

125

125

125

T.59

Sportaccommodaties

100

100

100

100

Afspraken met sportverenigingen worden gefaseerd

131

ingevoerd. T.60

Onderhoud/omvang speelplaatsen verder versoberen

T.61

Verlagen subsidie VVV

T.62

Schrappen subsidie/bijdr.Varend Corso

T.63

Geen Vlaardingse boot Varend Corso

T.64

Schrappen huldigingsfeest sporters van

PM

PM

PM

105

105

105

10

10

10

10

9

9

9

9

5

5

5

5

70

70

70

180

180

180

60

120

180

700

700

700

700

het jaar T.65

PM

Geen gemeentelijke bijdrage VL actief en gezond

T.66

Combinatiefunctie

T.67

Nieuw tarievenbeleid sportaccommo-

180

daties (baten) Programma Financiën T.68

Verhoging OZB (baten)

T.69

Kwijtscheld. Hond.bel. afschaffen(baten)

20

20

20

20

T.70

Bouwleg. verhogen (kostendekk.)(baten)

200

200

200

200

Realisatie is afhankelijk van intensiteit bouwactiviteiten.

Samenvatting Tussenbalans

6.498

9.517

10.251

10.383

5.681

8.253

8.078

7.929

723

658

1.508

1.608

39

436

495

676

55

170

170

170

132

6.498

9.517

10.251

10.383

Bezuinigingen 2010 -2014

2013

2014

-1.000

-500

-500

-500

-728

-728

-728

-728

Programma Bestuur, Dienstverlening en Participatie O.1 O.2 O.3

Inhaalslag onderhoud Vastgoed Energiekosten zie O.142

300

300

300

200

200

200

200

O.5

Afstoten onrendabele panden (o.a. Nivongebouw)

100

100

100

100

O.6

Stoppen versluierde subsidie verhuur gemeentelijke vastgoed

50

50

50

50

O.7

Versoberen Communicatiemiddelen (20%), m.n. stadsmagazine schrappen stadspeiling

18

18

18

18

schrappen burgerjaarverslag

37

37

37

37

buitenlandbeleid schrappen

34

34

34

34

Subjectgegevens Belastingen via Stedin

19

19

19

19

Versoberen budget Rekenkamerfunctie (20%)

20

20

20

20

O.4

Versoberen nieuwbouw westnieuwland

Kostendekkende verhuur wordt gefaseerd ingevoerd.

O.8 O.9 O.10 O.11 O.12

Programma Veiligheid en Handhaving

133

O.13 O.14 O.15

zie O.142 Extra verlaging bijdrage DCMR

65

65

65

65

Uitvoering bestuurlijke aanpak hennep/schadeverhaal

20

20

20

20

Programma Groen en Milieu O.16

zie O.142

O.17

Verlaging niveau beheer groen

400

400

400

400

O.18

Afstoten van de dierenweides

50

50

50

50

O.19

Schrappen diverse kredieten

39

57

57

57

O.20

Schrappen budget Klimaatverandering

30

30

30

30

O.21

Groen: versoberen onderhoud accentlocaties / heemtuin

15

15

15

15

Programma Verkeer en Mobiliteit O.22

zie O.142

O.23

wegenbeheer: niveau basis naar sober

195

195

195

195

1.250

1.250

1.250

1.250

O.24

Versobering, fasering en financiering spoortunnel

O.25

Schrappen diverse kredieten

234

356

356

356

O.26

Kostendekkend straatparkeren

200

200

200

200

O.27

Schrappen apart budget fietspadenplan/programma

100

100

100

100

O.28

Verkeersregelinstallaties in overleg met MSV-gemeenten

50

50

50

50

O.29

versobering budgetten straatreiniging

250

250

250

250

O.30

Versoberen waterlopen (20%)

75

75

75

75

Versoberen budget verkeersmaatregelen (20%)

35

35

35

35

O.31

134

Programma Wonen O.32

zie O.142

O.33

Vaste reservering actieplan wonen laten vervallen

2.000

2.000

2.000

2.000

200

200

200

200

Versoberen promotie (20%)

65

65

65

65

Verlagen Bijdrage aan VVV (20%)

40

40

40

40

Optimaliseren erfpachtinkomsten

500

500

500

500

Reductie budget economisch beleid

140

140

140

140

Programma Economie en Haven O.34 O.35 O.36 O.37 O.38 O.39

zie O.142 citymarketing

Programma Jeugd en Onderwijs O.40

zie O.142

O.41

Budgettair neutrale invoering Electronisch Kinddossier

165

165

165

165

O.42

Inzet brede doeluitkering jeugd

200

200

200

200

O.43

Stopzetten Vlaardingse jeugdmonitor

50

50

50

50

O.44

Kosten schoolmaatschappelijk werk

110

110

110

110

O.45

Stoppen godsdienst- en levensbeschouwelijk onderwijs

22

22

22

22

O.46

gemeentelijke bijdrage Onderwijsachterstandenbeleid

25

25

25

25

O.47

Schrappen budget Kansen voor Kinderen

170

170

170

170

O.48

Schrappen budget implementatie jeugdbeleid

35

35

35

35

135

31

31

31

31

100

100

100

100

Stichting zorg Voortgezet Onderwijs, 10% korten subsidie

21

21

21

21

O.52

Minder activiteiten afnemen bij HBW

55

55

55

55

O.53

Flexus jeugdplein (minder producten afnemen)

50

50

50

50

O.49

Schrappen budget nieuwe initiatieven jeugd

O.50

Schoolzwemmen (deels) afschaffen

O.51

Programma Welzijn en zorg O.54

zie O.142

O.55

ROG+: aanbesteding scootermobielen

200

200

200

200

O.56

Kwaliteitseisen Vervoersvoorziening

205

205

205

205

O.57

Vervoersvoorziening, Individuele toeslag

165

165

165

165

O.58

Vervoersvoorziening,Individuele taxikosten

20

20

20

20

O.59

Scootermobielen, criterium mobiliteit naar 100m

75

75

75

75

O.60

Eigen bijdrage scootermobielen

50

50

50

50

O.61

Verlagen maximum snelheid scootermobielen

30

30

30

30

O.62

Lage instap fietsvoorzieningen

15

15

15

15

O.63

Vervoersvoorzieningen, collectief vervoer AWBZ

30

30

30

30

O.64

Woonvoorzieningen,Verhuis- en herinrichtingskosten

15

15

15

15

O.65

Woningaanpassingen, verruiming van het begrip alg.gebruikelijk

150

150

150

150

O.66

Woonvoorzieningen, collectieve projecten

60

60

60

60

O.67

Normtijden hulp bij het huishouden

450

450

450

450

O.68

Eigen bijdrage regiotaxi

50

50

50

50

O.69

Schrappen individueel huisbezoek ROG-plus

75

75

75

75

136

209

209

209

209

115

160

160

160

60

60

60

60

De Elementen: terugdringen capaciteit nachtopvang

128

128

128

128

O.74

Sluiten dagopvang De Elementen

290

290

290

290

O.75

Vervanging sociaal pension De Elementen

500

500

500

500

O.70

Activiteiten GGD stoppen of anders financieren

O.71

Herschikking gezondheidszorg (plustaken)

O.72

Reorganiseren Centraal Onthaal

O.73

Bezuiniging is in relatie met Tussenbalansbezuiniging "Kosten sociaal pension in=uit"; bezuiniging wordt gerealiseerd vanaf 1 januari 2014 i.v.m. contract.

O.76

Inkrimping budgetten binnen bestaande begroting vanaf 2012

72

72

72

72

O.77

Schrappen maatschappelijk werker bij Pameijer

62

62

62

62

O.78

Schrappen budget Loket gezonde zorg

45

45

45

45

O.79

Schrappen RIAGG cursussen huiselijk geweld

38

38

38

38

O.80

nummer niet in gebruik

O.81

Budget voor wijkinformatiecentra schrappen

350

350

350

350

O.82

Budget wonen, zorg en welzijn verlagen

78

78

78

78

O.83

Stg Elcerlyc, bezuinigen op personeelskosten

40

40

40

40

O.84

Stg Elcerlyc, schrappen compensatie AWBZ

12

12

12

12

O.85

Minder activiteiten afnemen bij HBW

84

84

84

84

O.86

Leefbaarheid: schrappen vaste subsidie HBW

100

100

100

100

O.87

Senioren welzijn, 19% bezuinigen door minder openingsuren/activiteiten

100

100

100

100

O.88

Schrappen subsidie St. Seniorenwelzijn

80

80

80

80

O.89

Bouman GGZ, voortzetten bezuiniging

100

100

100

100

137

O.90

Bezuiniging stg Mantelzorg (10%)

10

10

10

10

O.91

Maatsch. Dienstverlening, schrappen outreachende zorg

75

75

75

75

O.92

Versoberen subsidies Wijkcentra/Buurthuiswerk

100

100

100

100

O.93

Schrappen subsidie Frankenland

59

59

59

59

O.94

Schrappen budget Integratie/internat solidariteit (Welzijn)

95

95

95

95

O.95

Schrappen algemeen Ouderenbeleid

25

25

25

25

O.96

Toevoeging reserve WMO

-1.590

-1.590

-1.590

-1.590

O.97


O.98


O.99

Uitbesteden kinderopvang

-55

-55

-55

-55

O.100 Formatiereductie kinderopvang

65

65

65

65

O.101 nazorg ex-gedetineerden

25

25

25

25

O.102 Schrappen RIAGG jeugd op school

48

48

48

48

Careyn JGZ bezuiniging op maatwerkproducten

25

25

25

25

199

199

199

199

-400

-400

-400

-400

800

800

800

800

-458

-458

-458

-458

O.109 TBV: geen nadelig saldo meer

180

215

215

215

O.110 Versoberen budget inburgering (20%)

150

150

150

150

O.103

Programma Werk en Inkomen O.104 zie O.142 O.105

Versoberen schuldhulpv./budgetbeheer (20%)

O.106 Kosten bijzondere bijstand O.107 Beperking overschrijding Bijzondere Bijstand O.108 Kosten sociaal cultureel reductiefonds

Programma Kunst en Cultuur

138

O.111 zie O.142 O.112 Versobering budget stadsarchief

50

50

50

50

O.113 Stoppen met bibliobus

50

50

50

50

O.114 Ombuiging bibliotheek totaal 10% lasten

50

50

50

50

45

60

60

60

45

45

45

45

O.115 Gefaseerde verhoging abonnementskosten O.116

Stoppen grote projecten zoals (kinder) boekenfeest

O.117

Taakstelling eigen inkomsten Stadsgehoorzaal

200

200

200

200

O.118 wel opname in kunststichting

28

28

28

28

O.119 Beperken subsidie Vlaardings Museum

350

350

350

350

O.120 Muziekcentrum Opmaat

110

110

110

110

O.121 Vrije academie

88

88

88

88

O.122 Plafond culturele subsidies verlagen

30

30

30

30

100

100

100

100

20

20

20

20

Programma Sport en Recreatie O.123 zie O.142 O.124 Versoberen onderhoud speelplaatsen (20%) O.125 Versoberen huldiging sportkampioenen O.126

Schrappen budget sportvereniging ondersteuning

40

40

40

40

O.127

Sportaccommodatie Holy, verlagen exploitatie

25

25

25

25

70

70

70

70

O.128 Verlagen subsidie zwembad De Kulk

De Kulk heeft een aanvullend subsidie verzoek ingediend voor de externe kosten zoals waterbelasting (gevolg van nieuwe waterschapsbelasting) en het wegvallen van de tegemoetkoming voor energiebelasting. In 2014 en verdere jaren wordt voor een bedrag van € 17.000 een voorstel gedaan in de voortgangsrapportage en voorjaarsnota.

139

Verhoging eigen bijdrage tbv combinatiefunctie

44

44

44

44

O.130 Minder activiteiten afnemen bij HBW

11

11

11

11

O.131 Schrappen gedeelte budget BOS

30

30

30

30

O.133 Subjectgegevens Belastingen via Stedin

20

20

20

20

O.134 Opbrengsten OZB (areaal uitbreiding)

50

50

50

50

O.135 Verhoging precario (ipv reclamebelasting)

50

50

50

50

150

150

150

150

250

250

250

250

O.129

Programma Financiën O.132 zie O.142

O.136 Invoering toeristenbelasting O.137

Verdere verhoging kostendekkendheid bouwleges

Door economische recessie wordt er minder gebouwd dan waar in de raming rekening mee is gehouden. Zodoende blijven de bouwleges achter.

O.138 Schrappen diverse kredieten O.139 Stelpost invoering 36-urige werkweek O.140 Invulling stelpost ombuigingen

61

59

59

59

-100

-100

-100

-100

715

1.000

1.000

1.000

400

400

400

523

850

850

850

479

578

578

578

431

565

565

565

84

219

219

219

4

15

15

15

369

449

449

449

-52

-14

-14

-14

O.141 Algemene uitkering

O.142

Bedrijfsvoeringzaken (formatieinkrimping e.d.) gemeente Vlaardingen Programma Best., Dienstverl.en Participatie Programma Veiligheid en Handhaving Programma Groen en Milieu Programma Verkeer en Mobiliteit Programma Wonen Programma Economie en Haven Programma Jeugd en Onderwijs

140

Programma Welzijn en zorg Programma Werk en Inkomen Programma Kunst en Cultuur Programma Sport en Recreatie Programma Financiën

Samenvatting ombuigingen nov. 2010 t.b.v. begroting 2011 - 2014

85

133

133

133

52

359

359

359

169

269

269

269

90

118

118

118

13

60

60

60

13.972

17.044 17.044

17.044

12.985

16.629 16.629

16.629

987

415 -

13.972

415

415

-

-

17.044 17.044

-

17.044

Bezuinigingen 2013 - 2016

2013

2014

2015

2016

2017

Programma Bestuur, Dienstverlening en Participatie Tiv.1

Programmamanagement-schrappen MTO

18

18

18

Tiv.2

Stoppen platform middelgrote gemeenten

4

4

4

Tiv.3

1 fte inleveren kwaliteit dienstverlening/ 97

97

schrappen budget

141

Tiv.4

Maatregelen opslagplaatsen Broekpolder

2

2

2

2

Tiv.5

Communicatie - reductie 1 fte

6

50

50

50

Tiv.6

Advisering - reductie 2 fte P&O advies

50

100

100

100

Tiv.7

Gebiedsg. Werk.- 1 red.gebiedsmanager

50

50

50

50

Tiv.8

Beheer gebouwen - verlagen budget 100

100

100

50

100

100

100

83

100

100

100

50

50

50

50

50

50

20

20

20

20

5

5

5

5

98

98

98

98

versoberen Tiv.17 Urnenmuur Emaus Tiv.18 Wet Milieubeheer/WRO - geleidelijk reductie

145

145

145

145

12

12

12

12

budget DCMR Tiv.19 Leefomgevingskwaliteit - geleidelijk reductie

20

40

60

65

20

40

60

65

onderhoud na verkoop panden Beheer gebouwen - verzekeringen Tiv.9 (eigen risico buffer afbouwen) Tiv.10 Beheer gebouwen - energiekosten (inzet

WKO en zonnepanelen) Tiv.11 Nieuwbouw en renovatie - reductie 1 fte Tiv.12 GEO - informatie - reductie 1 fte

Besparen budget Tiv.13 toegankelijkh.gebouwen Tiv.14 Opzeggen c.q. zelf betalen parkeer-

abonnementen Tiv.15 Werkkostenregeling Programma Veiligheid en Handhaving Programma Groen en Milieu Tiv.16 Afvalverwijdering - dienstverlening

budget DCMR

142

Tiv.20 Verhogen tarieven begraven Tiv.21 Straatreiniging gesloten circuit

35

35

35

35

200

200

200

75

75

75

75

25

25

25

25

150

150

Een bestek wordt in 2014 aanbesteed. Dit zal mogelijk tot nadelen Afvalverwijdering

200 leiden.

Programma Verkeer en Mobiliteit Tiv.22 Versoberen straatverlichting / aanbesteding Tiv.23 Brug Buizengat Tiv.24 Rotonde Deltaweg / vBeethovensingel

300

Programma Wonen Tiv.25 Bouw- en Woningtoezicht - verhoging leges

150

150 Realisatie is afhankelijk van intensiteit bouwactiviteiten.

Programma Economie en Haven Tiv.26 bezuiniging bestemmingsplannen

51

51

51

6

6

6

6

47

47

47

na actualisatie Programma Jeugd en Onderwijs Tiv.27 Schrappen bijdrage aan politie voor kindspoor Tiv.28 Onderwijs- bezuiniging conform concept bedrijfsplan regionalisering

47 Gemeenschappelijle regeling is nog geakkordeerd door de gemeenten.

Tiv.29 Voordeel school Babberspolder Oost (kapitaallasten)

250

143

Programma Welzijn en zorg Tiv.30 Lokaal gezondheidsbeleid - plustaken GGD schrappen Tiv.31 Opvang zwerfdieren - versobering uitvoering Tiv.32 Kwijtschelding afvalstoffenheffing

30

30

30

30

15

15 300

75

150

225

2000

2000

2000

Programma Werk en Inkomen Tiv.33 Inkomensondersteuning ABW - BUIG

2000 Haalbaarheid is afhankelijk van de hoogte van de Rijkssubsidie en de hoogte van het aantal uitkeringsgerechtigden.

Programma Kunst en Cultuur Tiv.34 Archeologie - reductie 3 fte (oplopend

2015 - 2017)

50

100

150

80

80

80

79

79

79

37

37

37

Programma Sport en Recreatie

Tiv.35

Sport, sportstimulering - voor zover mogelijk financieren uit WMO

Tiv.36 Sport, BOS-impuls, voor zover mogelijk

financieren uit WMO Sport, NASB-impuls - voor zover Tiv.37 mogelijk financieren uit WMO Tiv.38

Sporthal VOP - Oost

125

125 De uitvoering van deze hal is in de tijd naar achteren geschoven,

144

omdat er nog geen locatie keuze was. De locatie keuze wordt voorgelegd aan het college (lijnbaanhal, Eigenraam of Broekweg). Bij de voortgangsrapportage en voorjaarsnota zal dan vervolgens voorgesteld worden deze investering naar voren te halen. Tiv.39 Vastgoed - huurverhoging sport-

verenigingen

100

150

165

180 Medewerking van de sportverenigingen is vereist.

3200

3000

2500

3600

70

70

70

70

25

25

25

25

6899

7244

7411

8411

Programma Financiën Tiv.40 Mutatie spaarbedrag (mutatie AR) Tiv.41 verzekeringen/catering en schoonmaak-

budgetten versoberen Tiv.42 Systeembeheer -verlaging printerkosten

Samenvatting ombuigingen nov. 2010

4.396

4.644

4.796

5.781

t.b.v. begroting 2011 - 2014

2.503

2.600

2.615

2.630

- 6.899

7.244

7.411

8.411

145

Totaaloverzicht implementatie bezuiningingen

2013

2014

2015

2016

2017

18.666 29.278

29.351

29.354

5.781

4.523

4.638

2.630

1.710 3.576 39

436

495

676

-

55

170

170

170

-

20.470 33.460

34.539

34.838

8.411

146

9. Paragraaf Staat van de gemeente

Op 10 september 2013 is het college van B&W een bestuursovereenkomst aangegaan met de Provincie ZuidHolland inzake interbestuurlijk toezicht. De aanleiding van het opstellen van de bestuursovereenkomst ligt in de nieuwe Wet revitalisering generiek toezicht, die op 1 oktober 2012, in werking is getreden. Deze nieuwe wet beoogd de interbestuurlijke lasten te verminderen en het toezicht te versoberen. Met de inwerkingtreding van de wet zijn een groot aantal toezichtsbepalingen in diverse wetten (specifiek toezicht) komen te vervallen. Daarvoor in de plaats komt een meer generieke aanpak van het interbestuurlijk toezicht. De instrumenten van het generiek toezicht voor de provincie zijn de algemene bepalingen over schorsing en vernietiging en indeplaatsstelling bij taakverwaarlozing, die in de Gemeente- en Provinciewet zijn opgenomen. Het nieuwe toezicht moet volgens de provincie soberder, selectiever en risicogericht worden. Het is in eerste instantie niet aan de toezichthouder, maar aan het vertegenwoordigende orgaan – de gemeenteraad – om via horizontale verantwoording zicht te houden op de uitoefening van de medebewindstaken door de colleges. Het aangaan van de bestuursovereenkomst komt er op neer dat de gemeente zich verplicht om ieder jaar bij de jaarstukken een paragraaf ‘Staat van de gemeente’ op te nemen. In die paragraaf geeft de gemeente met behulp van de kleuren groen, oranje en rood aan of de gemeente voldoet aan de wettelijke vereisten op het gebied van financiën, ruimtelijke ordening, huisvesting verblijfsgerechtigden, omgevingsrecht, externe veiligheid en archiefen informatiebeheer. Deze thema’s heeft de provincie gekozen op basis van waar zij inschatten dat de meeste risico’s liggen. Met de bestuursovereenkomst verplicht de provincie zich vervolgens om het toezicht op een sobere, proportionele en risicogerichte manier vorm te geven en alleen te interveniëren of nadere informatie op te vragen als daar aanleiding toe is.

Financiën

De begroting is materieel in evenwicht

De meerjarenbegroting is materieel in evenwicht

Rood/Oranje/Groen TOELICHTING

De begroting 2014 is materieel in evenwicht. In de Meerjarenbegroting 2014-2017 is dat terug te lezen op bladzijde 121. Risico's blijven aanwezig die de financiele positie nadelig kunnen beinvloedden. Deze risico's vormen de basis voor het bepalen van de omvang van de weerstandscapaciteit dat wij aanhouden. Er is sprake van een aantal bestuurlijk relevante onderwerpen die de financiele positie substantieel nadelig kunnen beinvloeden. Dat zijn de resultaten van de jaarstukken, de omvang van de gewenste weerstandscapaciteit en de risico's in grondexploitaties. De meerjarenbegroting 2015-2017 is in principe materieel in evenwicht vastgesteld. In de Meerjarenbegroting 20142017 is dat terug te lezen op bladzijde 121. Echter, in de septembercirculaire is de Algemene Uitkering naar beneden bijgesteld, daardoor zijn de baten en lasten in 2016 en 2017 niet meer in evenwicht. Nee. Bij de Voorjaarsnota 2014 zal het gemeentebestuur de baten en lasten meerjarig in evenwicht moeten brengen en de vermogenspositie moeten versterken.

Is er reden voor extra aandacht?

147

Ruimtelijke ordening


(1) De gemeente heeft in 2013 5 voorontwerpbestemmingsplannen aan de provincie voorgelegd. (2) De provincie heeft bij geen van deze plannen aangegeven dat ze niet geheel overeenkomen met het provinciaal ruimtelijk beleid. (3/4) De gemeente heeft in 2013 geen ontwerpbestemmingsplannen aan de provincie voorgelegd. (5/6) De gemeente heeft in 2013 geen vastgestelde plannen aan de provincie voorgelegd.

De provinciale ruimtelijke belangen zijn opgenomen in de gemeentelijke ruimtelijke plannen


Nee. Er is regulier ambtelijk overleg over de gemeentelijke ruimtelijke voornemens in relatie tot de provinciale ruimtelijke belangen.

Omgevingsrecht (Toezicht, handhaving en vergunningverlening milieu, bouwen en wonen)


Er is een door de gemeenteraad vastgestelde zelfevaluatie.

De zelfevaluatie is niet aan de gemeenteraad voorgelegd. Deze wordt samen met het verbeterplan in 2014 aan de raad voorgelegd.

Er is een door de gemeenteraad vastgesteld verbeterplan.

Verbeterplan is onderdeel van het plan van aanpak samenwerking wabo Maassluis, Vlaardingen, Schiedam en wordt in 2014 aan de gemeenteraad voorgelegd.

Vanaf 1-1-2015: er is een door de gemeenteraad vastgestelde eindmeting.

N.v.t.


In oktober 2013 is besloten te onderzoeken op welke wijze samenwerking op WABO-brede taken kan plaatsvinden tussen Maassluis, Vlaardingen en Schiedam. De zelfevaluatietool is daarbij ingevuld. Er wordt op dit moment gewerkt aan een plan van aanpak onder leiding van een kwartiermaker voor de samenwerking tussen de 3 gemeenten. De zelfevaluatie en het verbeterplan worden in het plan van aanpak meegenomen. Het plan van aanpak wordt in 2014 aan de gemeenteraad voorgelegd.

N.v.t.

148

Externe veiligheid


De risico-inventarisatie externe veiligheid van Vlaardingen dateert van eind 2009. Aan de DCMR is opdracht verleend om de risico inventarisatie in 2014 te actualiseren.

De gemeente levert actuele en volledige informatie voor de provinciale risicokaart


Nee

Archief- en informatiebeheer


In 2013 is een plan van aanpak opgesteld (en door het college van B&W vastgesteld) voor het beheersbaar en beter raadpleegbaar maken van de fysieke semistatische archieven. Daarin is sindsdien grote voortgang geboekt en de uitvoering van dat plan ligt op schema. Op het gebied van archiefen informatiebeheer voldoet de gemeente met betrekking tot het digitale informatiebeheer vooralsnog niet volledig. In mei 2014 wordt het tweejaarlijkse (KPI) verslag van de archivaris aan het college voorgelegd. Daarnaast zal een plan van aanpak worden opgesteld, waarin een oplossingsrichting wordt aangegeven voor de geconstateerde manco’s.

Het archiefen informatiebeheer zijn op orde


Nee

Huisvesting Verblijfsgerechtigden


Er is volledig voldaan aan de halfjaartaakstelling en er is geen achterstand

Voorsprong per 1 januari 2013 van het verantwoordingsjaar: -7 Fase interventieladder: taakstelling gerealiseerd Taakstelling eerste halfjaar van het verantwoordingsjaar: 18 In het eerste halfjaar gehuisveste verblijfsgerechtigden/vergunninghouders: 12 Voorsprong per 1 juli van het verantwoordingsjaar: -1 Fase interventieladder: taakstelling gerealiseerd Taakstelling tweede halfjaar van het verantwoordingsjaar: 27 In het tweede halfjaar gehuisveste verblijfsgerechtigden/vergunninghouders: 14 Achterstand per 31 december van het verantwoordingsjaar: 12 (achterstand)

149

Er is tijdig voldaan aan de halfjaartaakstelling en er is geen achterstand


Zie gegevens hierboven. Overigens heeft de gemeente geen invloed op de aanmeldingen. Daardoor is geen sprake dat het niet halen van de taakstelling binnen de invloedssfeer van de gemeente ligt. De aanmeldingen vanuit het COA waren niet conform taakstelling in 2013. Daar is contact over met het de regievoerder van het ministerie.

150

VI JAARREKENING 2013

151

1. Balans per 31 december 2013

152

BALANS 2013 ACTIVA

Vaste activa A A.1 Materiële vaste Activa A.1.1 Investeringen economisch nut A.1.2 Investering maatschappelijk nut A.1.3 Erfpachtgronden A.2 Financiële vaste activa A.2.1 Kapitaalverstrekkingen: deelnemingen gemeenschappelijke regelingen overige verbonden partijen A.2.2 Leningen: woningbouwcorporaties deelnemingen verbonden partijen A.2.3 Overige langlopende leningen u/g A.2.4 Overige uitzettingen looptijd > 1 jaar

31-12-2013

319.822 135.187 46.630 138.005

B.2

B.3

B.4

Uitzettingen < 1 jaar (debiteuren) vorderingen openbare lichamen overige vorderingen Liquide middelen kas bank giro waarborgsommen Overlopende activa nog te ontvangen van Eur. of Ned. overheden overige nog te ontv en vooruitbet bedragen Totaal vlottende activa Totaal activa

303.753 125.140 42.979 135.634

15.160

17.910

279 1.794 18

279 1.794 18

842 5.268 6.959

5.241 1.009 5.900 3.669

Totaal vaste activa Vlottende activa B B.1 Voorraden B.1.1 Grond- en hulpstoffen niet in exploitatie genomen gronden B.1.2 Onderh werk w.o. bouwgrond in exploitatie B.1.3 Gereed product en handelsgoederen

31-12-2012

334.982

321.663

28.476 9.346 18.894 236

42.109 14.447 27.300 362

19.061 280 18.781

16.999 10.673 6.326

271 45 219

1.782 29 1.682 64 7

7 3.791 635 3.156

4.941 2.824 2.117

51.599

65.831

386.581

387.494

153

PASSIVA

C

31-12-2013

Vaste passiva

C.1 Eigen vermogen C.1.1 Algemene reserve C.1.2 Bestemmingsreserves C.1.3 Nog te bestemmen resultaat C.2

C.3

66.001 8.287 65.340 -7.626

Voorzieningen voorz. voor verplichtingen c.a. voorz. specifieke aanwending

74.508 20.943 63.631 *) -10.066

6.639 6.629 10

Vaste schulden Onderhandse leningen van: binnenl pensioenfonds of verzekeringsinst binnenlandse banken

7.869 7.859 10

254.538 4.538 250.000

249.076 4.538 244.538

327.178

Totaal vaste passiva Vlottende passiva D D.1 Netto vlottende schulden D.1.1 kasgeldleningen o/g D.1.2 rekeningcourant krediet D.1.3 overige schulden

331.453

44.820 33.000 56 11.764

D.2 Overlopende passiva D.2.1 nog te betalen bedragen D.2.2 nog te besteden specifieke uitkeringen van overheden D.2.3 overige vooruit ontvangen bedragen

39.445 27.000 49 12.396

14.583 8.300 5.876

1.105 *) 59.403

Totaal passiva

386.581

Gewaarborgde geldleningen Garantstellingen

16.596 8.484 7.007

407

Totaal vlottende passiva

E

31-12-2012

56.041 387.494

15.026

16.347

-

-

*) In 2013 is besloten tot een stelselwijziging erfpacht. Dit heeft tot gevolg dat door de wijziging van een volledige waarderingsgrondslag de gehele programmarekening volgens de nieuwe methodiek is opgesteld. Dat leidt tot een verschuiving ten opzichte van 31-12-2012 van vreemd vermogen (D.2.3) naar eigen vermogen (C.1.2) per 01-01-2013 als volgt:

C.1.2. D.2.3

Balans 31-12-2012 19.532 45.204

wijziging 44.099 44.099 -

01-01-2013 63.631 1.105

154

2. Programmarekening 2013

155

PROGRAMMREKENING 2013 Realisatie 2012

Begroting 2013

Begroting 2013 na Realisatie wijziging 2013

Verschil begr na wijz realisatie

Alle programma's Lasten Baten Saldo van baten en lasten Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo reserve-mutaties Resultaat

244.476 228.851 -15.625 16.561 22.119 5.558 -10.067

196.511 199.160 2.649 4.782 2.305 -2.477 172

201.762 201.892 130 7.867 10.143 2.277 2.407

219.174 210.656 -8.518 9.222 10.114 892 -7.626

-17.412 8.764 -8.648 -1.356 -29 -1.385 -10.033

Bestuur,Dienstverl. en Participatie Lasten Baten Saldo van baten en lasten Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo na bestemming Resultaat

22.243 2.258 -19.985 711 1.180 469 -19.516

14.673 1.485 -13.188 853 -853 -14.041

17.001 1.485 -15.516 836 1.412 576 -14.940

18.050 1.548 -16.502 470 644 174 -16.328

-1.049 63 -986 366 -768 -402 -1.388

Veiligheid en Handhaving Lasten Baten Saldo van baten en lasten Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo reserve-mutaties Resultaat

10.553 159 -10.394 129 129 -10.265

9.655 64 -9.591 30 30 -9.561

9.341 64 -9.277 30 30 -9.247

9.503 123 -9.380 33 33 -9.347

-162 59 -103 3 3 -100

Groen en Milieu Lasten Baten Saldo van baten en lasten Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo reserve-mutaties Resultaat

21.293 17.112 -4.181 1.082 2.333 1.251 -2.930

19.700 16.059 -3.641 616 -616 -4.257

20.518 16.799 -3.719 745 715 -30 -3.749

20.499 17.205 -3.294 990 727 -263 -3.557

19 406 425 -245 12 -233 192

Verkeer en Mobiliteit Lasten Baten Saldo van baten en lasten Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo na bestemming Resultaat

14.375 2.888 -11.487 9 354 345 -11.142

15.735 1.517 -14.218 3 950 947 -13.271

14.733 1.713 -13.020 20 347 327 -12.693

14.673 2.339 -12.334 3 346 343 -11.991

60 626 686 17 -1 16 702

Wonen Lasten Baten Saldo van baten en lasten Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo reserve-mutaties Resultaat

2.208 3.043 835 1.300 1.456 156 991

2.027 94 -1.933 94 102 8 -1.925

18.969 18.822 -147 211 102 -109 -256

34.451 22.199 -12.252 244 2.060 1.816 -10.436

-15.482 3.377 -12.105 -33 1.958 1.925 -10.180

Economie en Haven Lasten Baten Saldo van baten en lasten Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo reserve-mutaties Resultaat

52.877 31.729 -21.148 1.623 2.282 659 -20.489

23.524 22.455 -1.069 -1.069

4.397 1.504 -2.893 101 101 -2.792

4.439 1.303 -3.136 147 147 -2.989

-42 -201 -243 46 46 -197

156

PROGRAMMREKENING 2013 Realisatie 2012

Begroting 2013

Begroting 2013 na wijziging

Verschil begr na Realisatie wijz 2013 realisatie

Jeugd en Onderwijs Lasten Baten Saldo van baten en lasten Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo reserve-mutaties Resultaat

17.777 4.189 -13.588 237 1.299 1.062 -12.526

17.074 2.560 -14.514 111 701 590 -13.924

16.847 2.560 -14.287 1.111 1.796 685 -13.602

15.362 3.116 -12.246 1.623 653 -970 -13.216

1.485 556 2.041 -512 -1.143 -1.655 386

Welzijn en Zorg Lasten Baten Saldo van baten en lasten Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo reserve-mutaties Resultaat

22.886 2.404 -20.482 2.181 184 -1.997 -22.479

21.069 68 -21.001 1.704 -1.704 -22.705

21.724 318 -21.406 2.354 1.053 -1.301 -22.707

20.762 781 -19.981 3.191 1.066 -2.125 -22.106

962 463 1.425 -837 13 -824 601

Werk en Inkomen Lasten Baten Saldo voor bestemming Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo reserve-mutaties Resultaat

61.679 52.073 -9.606 69 101 32 -9.574

58.568 42.774 -15.794 310 310 -15.484

59.314 50.146 -9.168 726 726 -8.442

59.972 52.452 -7.520 557 557 -6.963

-658 2.306 1.648 -169 -169 1.479

Kunst en Cultuur Lasten Baten Saldo van baten en lasten Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo reserve-mutaties Resultaat

9.771 646 -9.125 337 370 33 -9.092

8.091 415 -7.676 329 12 -317 -7.993

10.242 390 -9.852 329 1.571 1.243 -8.610

10.749 618 -10.131 329 1.714 1.385 -8.746

-507 228 -279 -1 143 143 -137

Sport en recreatie Lasten Baten Saldo van baten en lasten Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo reserve-mutaties Resultaat

5.675 63 -5.612 96 -96 -5.708

4.427 69 -4.358 72 -72 -4.430

5.541 69 -5.472 72 112 40 -5.432

5.558 390 -5.168 183 154 -29 -5.197

-17 321 304 -111 42 -69 235

Concernfinanciën Lasten  Lok ale belastingen  Financiering  Onvoorzien  Overig Baten  Lok ale belastingen  Algemene uitkering  Financiering  Onvoorzien  Overig Saldo van baten en lasten Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo reserve-mutaties Resultaat

3.139 1.558 296 1.285 112.287 13.682 87.884 1.271 6.667 2.783 109.148 8.916 12.431 3.515 112.663

1.968 1.742 250 235 -259 111.600 13.653 86.856 1.067 7.160 2.864 109.632 1.000 200 -800 108.832

3.135 1.742 250 235 908 108.022 14.428 84.253 1.000 6.260 2.081 104.887 2.189 2.178 -11 104.876

5.156 1.874 250 3.033 108.582 14.651 84.237 1.144 6.229 2.322 103.426 2.189 2.013 -176 103.250

-2.021 -132 235 -2.125 560 223 -16 144 -31 241 -1.461 -165 -165 -1.626

157

3. Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

Inleiding De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende balanspost anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden. De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten-gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt.

Algemeen De jaarstukken worden opgesteld in overeenstemming met de volgens het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) aanvaarde verslaggevingsregels. De balans wordt ingedeeld volgens het model dat door het BBV voorgeschreven wordt.

Vaste activa De vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingprijs. De verkrijgingprijs omvat de inkoopprijs en de bijkomende kosten. De vervaardigingprijs omvat de aanschaffingskosten van de gebruikte gronden hulpstoffen en de overige kosten, die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. Onder de overige kosten kunnen de indirecte kosten en de rente over het tijdvak dat aan de vervaardiging van het activum kan worden toegerekend begrepen zijn. In 2013 is, net zoals in 2012, rente toegerekend aan de investering van de renovatie van stadskantoor Westnieuwland. De ontvangen bijdragen van derden, die in directe relatie staan tot een bepaald activum, worden in mindering gebracht op dat activum. De activa met relatief geringe betekenis c.q. waarde (minder dan € 5.000) worden rechtstreeks ten laste van de exploitatie gebracht. Kosten voor onderhoud of renovatie worden niet langer geactiveerd, tenzij de investering bijdraagt aan de verlenging van de economische en/of technische levensduur van activa . Op vaste activa met een beperkte gebruiksduur (materieel en immaterieel) wordt jaarlijks lineair afgeschreven op basis van de verwachte toekomstige gebruiksduur. Voor onderhanden activa die nog niet in gebruik zijn genomen is de afschrijving in 2013 niet toegepast, vooruitlopend op de inwerkingtreding van de “Financiële verordening Vlaardingen 2013”, die op 19 september 2013 door de raad is vastgesteld . Hiermee is de Richtlijn waardering en activering 2013, voorheen “Beleidsregels vaste activa”, in overeenstemming gebracht met de regelgeving in het Besluit begrotings- en verantwoordingsdocumenten. Gedurende de uitvoering van het krediet, voor zover in gebruik genomen, moeten de afschrijvingen conform de begroting zijn. Indien de boekwaarde op een investering lager is dan de geraamde afschrijving in een jaar, is de investering materieel verwaarloosbaar en start daarom de afschrijving eerst in het jaar dat de boekwaarde minimaal gelijk is aan een geraamde afschrijving in een jaar. Dit met inachtneming van de voorwaarde dat het actief in gebruik is genomen. Na gereedmelding van het krediet worden afschrijvingen gebaseerd op de werkelijke uitgaven en wordt indien nodig een correctieafschrijving toegepast voor de al verstreken periode.

158

De afschrijvingstermijnen voor de materiële en immateriële vaste activa zijn vastgelegd in de “Financiële verordening Vlaardingen 2013”. Voor investeringen tot en met 2013 gelden nog de afschrijvingstermijnen zoals vastgelegd in de “Financiële verordening gemeente Vlaardingen 2003”. Investeringen met een maatschappelijk nut (met uitzondering van kunstvoorwerpen met cultuurhistorische waarde) worden eveneens geactiveerd. Het gaat dan om investeringen in de openbare ruimte, zoals reconstructies van wegen, civieltechnische kunstwerken, reconstructie van groenvoorzieningen, openbare verlichting en verkeersinstallaties. Bij investeringen met een maatschappelijk nut zijn in voorkomende gevallen reserves direct in mindering op het betreffende actief gebracht. Erfpachtgronden Gronden die in erfpacht zijn uitgegeven worden gewaardeerd tegen de uitgifteprijs van eerste uitgifte. Het bepalen van de vervaardigingprijs van gronden uitgegeven in erfpacht zou betekenen dat de kostprijs bepaald moet worden. Het bepalen van de kostprijs per kavel is echter zo bewerkelijk dat voor erfpacht een uitzondering is bepaald door te stellen dat gronden in erfpacht uitgegeven worden gewaardeerd tegen uitgifteprijs bij eerste uitgifte. In het geval dat de eerste uitgifteprijs niet (meer) bekend is, wordt gerekend met de eerst bekende uitgifteprijs. Gronden in eeuwigdurende erfpacht worden gewaardeerd tegen registratiewaarde. Het economisch eigendom berust namelijk in het geval van eeuwigdurende erfpacht niet meer bij de gemeente. De waardering van deze objecten wordt niet geheel op nihil gesteld, maar op een registratiewaarde van € 1 per m2. De reden hiervoor is dat het van belang is dat de gemeente de registratie van deze gronden blijft voeren. De erfpachtgronden worden gerubriceerd aan de activazijde van de balans, in de toelichting wordt een mutatieoverzicht opgenomen over het huidige boekjaar. Aan de passivazijde van de balans onder de vooruit ontvangen bedragen worden de afgekochte erfpachtsommen opgenomen voor zover ze nog niet vrijgevallen zijn. Jaarlijks valt het gedeelte van de afgekochte erfpachtsommen vrij wat conform de duur van de verschillende erfpachtcontracten in dat jaar ‘verstreken’ is. Kapitaalverstrekkingen Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en leningen u/g zijn opgenomen tegen nominale waarde. Zonodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht. Deelnemingen Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (“kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen” in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingprijs, dan zal afwaardering plaatsvinden. Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop de besluitvorming heeft plaatsgevonden.

Vlottende activa Voorraden De nog niet in exploitatie genomen bouwgronden zijn gewaardeerd tegen verkrijgingprijs, dan wel lagere marktwaarde, eventueel vermindert met een voorziening voor verliezen. De overige gronden hulpstoffen (magazijnvoorraden) worden gewaardeerd tegen standaard verrekenprijzen die zijn gebaseerd op de gemiddelde betaalde inkoopprijs. Verschillen tussen de standaard verrekenprijs en betaalde inkoopprijs worden als resultaat verantwoord. Incourante voorraden worden afgewaardeerd naar marktwaarde. De als “onderhanden werken” opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingprijs, dan wel de lagere marktwaarde, eventueel vermindert met een voorziening voor verliezen. De vervaardigingprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouwen woonrijpmaken), evenals een redelijk te achten aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten. Winsten uit de grondexploitatie worden slechts genomen indien en voor zover die met voldoende mate van betrouwbaarheid als gerealiseerd aangemerkt kunnen worden. Zolang daarvan geen sprake is worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingkosten in mindering gebracht. De waardering van de bouwgronden vindt plaats per grondexploitatiecomplex. De complexindeling is gebaseerd op de bij de besluitvorming gehanteerde indeling. Op basis hiervan worden de fases 1 tot en met 3 van Buizengat als 1 complex gewaardeerd. Over de deelplannen van Rivierzone wordt afzonderlijk besloten, de individuele deelplannen worden in de toekomst als afzonderlijke complexen gewaardeerd in de jaarrekening

159

Vorderingen Vorderingen worden gewaardeerd op nominale waarde onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen voor oninbaarheid. Overlopende activa Met ingang van 2008 worden de van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen bedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, afzonderlijk verantwoord onder de overlopende activa.

Vaste passiva

Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit de algemene reserve, de bestemmingsreserves en het resultaat na bestemming volgend uit de programmarekening. Het resultaat wordt afzonderlijk opgenomen als onderdeel van het eigen vermogen. Een bestemmingsreserve is een reserve waaraan de raad een bepaalde bestemming heeft gegeven.

Erfpacht omzetting vreemd vermogen in eigen vermogen (stelselwijziging) Op 19 september 2013 is door de gemeenteraad besloten om de balanspost Afkoopsommen erfpacht om te zetten in een Bestemmingsreserve die uiteen valt in twee onderdelen: - (a) de vaste Reserve Afkoopsommen erfpacht voor een bedrag van € 25,9 miljoen en - (b) Afkoopsommen van erfpachttermijnen voor een bedrag van € 18,2 miljoen,( inclusief de onttrekking voor het lopende jaar ad € 1,4 miljoen) ten behoeve van de egalisatie van de jaarlijkse reguliere erfpachtexploitatie. De eerst genoemde onder (a) wordt toegerekend aan het weerstandsvermogen De reserve onder (b) heeft feitelijk het karakter van egalisatiereserve. Jaarlijks worden hiermee het saldo van de lasten (met name financiering erfpachtgronden, daarnaast uitvoeringskosten) en baten (reguliere canons) geëgaliseerd.

Voorzieningen Voorzieningen zijn gevormd wegens:  verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten;  op de balansdatum bestaande risico's ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten;  kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren. Tot de voorzieningen worden ook gerekend van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden en dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren, met uitzondering van de voorschotbedragen, die zijn verkregen van de Europese en Nederlandse overheidslichamen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel. Vaste schulden Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.

Borgstellingen Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten balanstelling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen.

Niet uit de balans blijkende verplichtingen In de toelichting op de balans worden belangrijke niet in de balans opgenomen financiële verplichtingen vermeld waaraan de gemeente voor toekomstige jaren is verbonden (bijvoorbeeld langlopende huurcontracten en leasecontracten). Tevens wordt aan de passiefzijde van de balans, buiten de balanstelling, opgenomen het bedrag waartoe aan natuurlijke en rechtspersonen borgstellingen of garanties zijn verstrekt.

De programmarekening De programmarekening geeft de omvang weer van alle baten en lasten en het saldo daarvan. Het saldo van de programmarekening (resultaat) wordt afzonderlijk opgenomen in de balans, maar wordt automatisch onderdeel van de Algemene Reserve.

160

4. Toelichting op de balans

ACTIVA A. Vaste activa De vaste activa zijn een financiële weergave van de uitgevoerde investeringen in de stad Vlaardingen in 2012 en voorgaande jaren, de erfpachtgronden en de verstrekte geldleningen aan derden. De uitgevoerde projecten in 2012 en voorgaande jaren worden tegen de gemaakte kosten financieel gewaardeerd. Daarnaast zijn ook de kosten gemaakt voor de gemeentelijke organisatie zoals aanschaf meubilair en computerapparatuur opgenomen onder de vaste activa. Op de oorspronkelijke gemaakte kosten wordt jaarlijks een bedrag afgeschreven. De afschrijvingstermijnen verschillen per activa soort en lopen uiteen van 3 tot 50 jaar. De afspraken hierover zijn opgenomen in de financiële verordening Gemeente Vlaardingen 2003. De vaste activa zijn onder te verdelen in vier hoofdgroepen.  Immateriële vaste activa (kosten van onderzoek en ontwikkeling bijv. archeologisch onderzoek)  Materiële vaste activa (kosten voor tastbare investeringen in de stad en gemeentehuis bijv. herinrichten van wegen, riolering of computerapparatuur)  Erfpachtgronden (grond, die eigendom is van de gemeente en tegen een vergoeding is uitgegeven)  Financieel vaste activa (verstrekte leningen aan derden en ambtenaren) De totale waarde van de vaste activa is in 2013 ten opzichte van 2012 met € 13,2 mln. toegenomen. In onderstaande tabel is per hoofdcategorie het verloop van de boekwaarde weergegeven. Vaste activa Verkrijgingprijs/uitgifte prijs

Materieel Erfpacht Financieel Totaal 326.485 135.634 157.560 619.679

Afwaardering Afschrijving/aflossing t/m 2012 Boekwaarde 1-1-2013 Mutatie van FVA naar MVA Investeringen Desinvesteringen Bijdragen van derden Afschrijving/aflossing 2013 Afwaarderingen Van voorraden naar materiële avtiva Boekwaarde 31-12-2013

-

-

-2.386

-2.386

-158.366

-

-137.264

-295.630

168.119

135.634

17.910

321.663

-251

-

3.403

33.696

251 27.788

2.505

-920 -1.958

-920 -133

-12.812

-2.091 -5.902

-1.770

-1.770

3.119 181.817

-18.714 3.119

138.006

15.160

334.983

A.1 Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden onderscheiden in investeringen met een economisch nut en met een maatschappelijk nut. In onderstaande overzichten wordt van elke hoofdcategorie het verloop van de activa weergegeven en worden de belangrijkste investeringen vermeld. De mutatie van FVA naar MVA betreft de aangepaste classificatie van de lening Golfclub Broekpolder voor de rioolwaterzuiveringsinstallatie. Zie ook de toelichting bij de financiële vaste activa.

Materiële vaste activa Investeringen met een economisch nut Investeringen met een maatschappelijk nut Totaal

1-jan-2013

31-dec-2013

125.140

135.186

42.979 168.119

46.630 181.817

161

A.1.1 Investeringen met economisch nut De investeringen met economisch nut worden door middel van het volgende verloopoverzicht gespecificeerd (in dit overzicht zijn afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen niet van toepassing):

Investeringen met economisch nut

Mutaties 1-jan-2013

Investeringen

Desinvesteringen

Afschrijvingen

Bijdragen van derden

Gronden en terreinen

4.745

-33

378

Woonruimten

2.032

3.119

88

Bedrijfsgebouwen

92.916

15.692

210

920

Afw aarderingen

31-dec-2013

4.334 5.063

1770

6.116

99.802

Vervoermiddelen

111

148

105

Automatiseringsapparatuur

786

312

484

614

6.731

1.652

653

7.730

159

573

2.408

16.705

Machines, apparaten en installaties Overige materiële activa Rioleringswerken subtotaal

732 17.086

-26

2.053

125.139

3.270

19.857

920

364

10.391

-

1.770

135.186

De bedrijfsgebouwen zijn in principe gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs- en/of verkrijgingsprijs. De vermeerdering betreffende de renovatie stadhuis is inclusief een bedrag van € 79.000 wegens rente die toegerekend is aan de periode van vervaardiging. Er heeft een afwaardering plaats gehad t.a.v. het pand Westhavenkade Galgkade wegens waardevermindering in het licht van de recessie. De mutatie van € 3.119 mln betreft de boekwaarde van de Maasboulevardflat die uitgenomen is uit de niet in exploitatie genomen gronden. In onderstaand overzicht zijn de belangrijkste investeringen (vermeerderingen) opgenomen. Tevens zijn de bijdragen uit hoofde van subsidie vermeld. Investeringen vermeerdering

Omschrijving Renovatie Westnieuwland


Desinvestering vermindering

12.218

Verbouwing Markt 11

2.720

Daktuin parkeergarage

150

Plaatsen ondergrondse containers

1.470

Riolering Kruidenbuurt

639

Riolering Emmastraat

718

Riolering Koggehaven

420

Sportparken

162

Herinrichting Groot Vettenoord

155

375 155

Herhuisvesting De Kameleon

176

A.1.2 Investeringen met maatschappelijk nut Investeringen met een maatschappelijk nut kunnen door middel van het volgende verloopoverzicht gespecificeerd worden (in dit overzicht zijn desinvesteringen of afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen niet van toepassing): Investeringen met maatschappelijk nut Weg- en water-bouwkundige werken Groenvoorzieningen subtotaal

1-jan-2013

Mutaties

Investeringen

Desinvesteringen

Afschrijvingen


7.710

2.313

1.662

1.856

251 -151

220

108

296

42.979

100

7.930

2.421

1.958

41.123

-

Afw aarderingen

31-dec-2013

45.109 1.521 -

46.630

In onderstaand overzicht zijn de belangrijkste investeringen (vermeerderingen) opgenomen. Tevens zijn de bijdragen uit hoofde van subsidie vermeld.

Omschrijving Ophoging Kruidenbuurt

Investeringen vermeerdering

Desinvestering vermindering


915

Reconstructie Hofsingel/Emmastraat

725

25

Zwanensingel, geluidsanering

882

401

Herinrichting Lage Weide

506

385

Openbare verlichting

289

Kademuren KW haven

3.943

785

162

Voor het groen in Broekpolder is een reserve (programma Groen en Milieu) beschikbaar. Deze gehele investering wordt uiteindelijk gedekt met subsidies en genoemde reserve. Ook de herinrichting Marnixlaan wordt deel gedekt met de gelijknamige reserve (programma Verkeer en Mobiliteit).

A.1.3 Erfpachtgronden Omschrijving  Jaarcanons, eeuwigdurend  Jaarcanons, bepaalde tijd  Afgekochte canons Totaal

Boekwaarde 01-01 423

Verkoop bloot eigendom

Nieuwe uitgiftes

Mutaties

Boekwaarde 31-12 423

-

55.093

-86

80.117 135.633

-47 -133

2.433

800

58.240

2.433

-728 72

79.342 138.005

Erfpacht is het zakelijke recht om het volle genot van een roerende zaak te hebben tegen betaling van een vastgestelde geldsom (canon). Erfpacht rust meestal op grond, waarop huizen of bedrijven zijn gebouwd. Na afloop van het contract vervalt het gebruiksrecht weer aan de gemeente, die dan opnieuw kan beslissen wat er met de grond gebeurt. Vlaardingen kent drie verschillende soorten erfpachters: zij die jaarlijks canon betalen voor een bepaalde tijd, zij die jaarlijks canon betalen voor een onbepaalde tijd (eeuwigdurend) en zij die voor een bepaalde tijd hun erfpacht hebben afgekocht. Canonbetalers hebben te maken met een periodieke verhoging van hun canon op basis van de prijsindex. e

Nagenoeg alle grond in Vlaardingen werd sinds de 19 eeuw in erfpacht uitgegeven. De laatste jaren is gestart met het bieden van de mogelijkheid aan de gebruikers van de grond om de grond in eigendom te verwerven.

A.2 Financiële vaste activa De financiële vaste activa worden onderverdeeld in de volgende categorieën:

Financiële vaste activa Kapitaalverstrekkingen

Boekwaarde 01-01

Vermeerderingen

Boekwaarde 31-12 2.091

Aflossingen

2.091

Leningen aan verbonden partijen

6.251

Overige langlopende leningen

5.899

Overige uitzettingen Totaal

Mutaties

5.409

842

3

383

5.268

3.400 3.403

110 5.902

6.959 15.160

-251

3.669 17.910

-251

A.2.1 Kapitaalverstrekkingen De kapitaalverstrekkingen in het boekjaar 2013 kunnen als volgt gespecificeerd worden: Kapitaalverstrekkingen

Boekwaarde 01-01

Bij / Af

Boekwaarde 31-12

Aflossing

Deelnemingen:  BNG

34

34

 Evides

245

245

Subtotaal

279

-

-

-

-

279

Gemeenschappelijke regelingen:  Irado

1.794

Subtotaal

1.794

1.794 1.794

Overige verbonden partijen:  BV Stadsgehoorzaal

18

Subtotaal

18

Totaal

2.091

18 -

-

18 -

2.091

163

Het feit dat de Gemeente Vlaardingen een belang heeft in de hierboven genoemde organisaties heeft vrijwel uitsluitend te maken met de verzelfstandiging van voorheen gemeentelijke taken.

A.2.2 Leningen Geldleningen aan verbonden partijen zijn:

Geldleningen verbonden partijen

Boekwaarde 01-01

Bij / Af

Boekwaarde 31-12

Aflossing

Woningbouwcorporaties:  Waterweg Wonen

5.241

Subtotaal

5.241

-

5.241

-

5.241

-

Overige verbonden partijen:  BV Stadsgehoorzaal

1.010

Totaal

168

6.251

-

842

5.409

842

De geldlening aan Waterweg Wonen kwam in 2013 in aanmerking voor renteherziening. Aangezien partijen niet tot overeenstemming kwamen is de lening door Waterweg Wonen afgelost. De aflossing door de Stadsgehoorzaal is conform overeenkomst van geldlening.

A.2.3 Overige langlopende leningen u/g De overige leningen en overige uitzettingen kunnen als volgt gespecificeerd worden:

Overige leningen

Boekwaarde 01-01

Mutaties

Bij / Af

Boekwaarde 31-12

Aflossing

Overige leningen:  Hypothecaire geldleningen ambtenaren

5.242

 Lening PVV De Kulk

19

 Voorfinanciering fietsproject

27

 Lening dierentehuis

4.863

4

15

3

30

360

 Lening Golfclub Broekpolder Totaal overige leningen

379

360

251

-251

5.899

-251

3

383

5.268

De hypotheekregeling voor gemeenteambtenaren is per 1 januari 2006 komen te vervallen. Bestaande rechten worden uiteraard gerespecteerd. Het uitstaande bedrag zal de komende jaren verder afnemen. De overige aflossingen zijn conform overeenkomst van geldlening. De lening Golfclub Broekpolder is gewijzigd in een materieel vast actief. De betreffende overeenkomst bood onvoldoende grondslag om deze langer als lening aan te merken. Zie ook toelichting onder de materiële vaste activa.

A.2.4 Overige uitzettingen looptijd > 1 jaar

Overige uitzettingen

Boekwaarde 01-01

Bij / Af

Boekwaarde 31-12

Aflossing

Overige uitzettingen:  Stimuleringsfonds VHV, Revolving fund a. Startersleningen

2.269

b. Particuliere woningverbetering

1.400

3.400

110

4.690

3.669

3.400

110

6.959

Totaal overige uitzettingen

2.269

Het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting verstrekt namens de gemeente leningen aan starters in de woningmarkt en aan verenigingen van eigenaren in verband met particuliere woningverbetering. Vlaardingen leent daartoe bedragen aan het fonds. Ten behoeve van de laatste regeling is in 2013 een extra bedrag van € 3,4 miljoen aan het fonds overgemaakt.

164

B. Vlottende activa B.1 Voorraden De post voorraden kan als volgt gespecificeerd worden: Boekwaarde 01- Boekwaarde 01 31-12

Voorraad grond  Grond- en hulpstoffen Niet in exploitatie genomen gronden

14.447

Overige gronden hulpstoffen

9.346

-

 Onderhanden werk, bouwgronden in exploitatie Subtotaal bouwgronden

18.894 28.240

362

236

42.110

28.476

 Gereed product en handelsgoederen  Vooruitbetalingen Totaal

-

27.301 41.748

B.1.1 en B 1.2 Niet in exploitatie genomen gronden en bouwgronden in exploitatie In het onderstaande mutatieoverzicht over 2013 wordt de voorraad grond nader toegelicht:

Voorraad grond · (Nog) niet in exploitatiegenomen gronden  Onderhanden werk (bouwgrondexploitatie)  Voorziening Onderhanden werk, subtotaal

Boekwaarde 01-01

Vermeerderingen

Verminderingen

Boekwaarde 31-12

14.447

2.452

7.553

9.346

39.214

14.504

-16.143

37.575

-11.914 27.300

-8.077 6.427

1.310 -14.833

-18.681 18.894

De boekwaarde van de gronden is met € 13,6 miljoen afgenomen (van € 41,8 naar € 28,2). Deze afname is als volgt te specificeren: Omschrijving

Bedrag

Verwervingen

0,8

Plankosten

1,7

Rente

1,8

Exploitatiekosten

0,2

Bouw- en woonrijpmaken

5,4

Regiobijdrage

0,5

Grondverkopen

-5,9

Overige bijdragen en opbrengsten

-4,2

Voorzieningen

-7,2

Afwaarderingen

-3,6

Maasboulevardflat Totaal

-3,1 -13,6

Voor een nadere toelichting op de grondexploitaties wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid en de toelichting op het Programma Wonen.

B.1.3 Gereed product en handelsgoederen Het totaalbedrag van € 236.000 betreft de goederen in het magazijn bij TBV (€ 109.000) en in het magazijn bij de stadswerf waar de artikelen voor m.n. onderhoud aan (water)wegen liggen opgeslagen (€ 127.000).

165

B.2 Uitzettingen < 1 jaar De vorderingen kunnen als volgt gespecificeerd worden: Vorderingen Vordering debiteuren

Bedrag 01-01

Vorderingen op openbare lichamen Subtotaal vorderingen Belastingdienst, Compensable BTW Totaal

Bedrag 31-12

6.326

6.306

753 7.079

280 6.586

9.920 16.999

12.475 19.061

Debiteuren: De debiteuren kunnen worden ingedeeld in onderstaande groepen: Groepen debiteuren

Bedrag 01-01

Bij

Af

Bedrag 31-12

Belastingen

2.336

114.937

115.524

1.749

Voorz. Belastingdebiteuren.

-436 1.900

327 115.264

305 115.829

-414 1.335

6

-

1

5

-4 2

-

1

-4 1

5.031

1.331

1.413

4.949

223

-3.674

409 1.989

1.858 3.189

1.755 3.391

512 1.787

4.377

327.759

327.742

4.394

-1.189 3.188

258 328.017

327.742

-931 3.463

Totaal belastingen Erfpacht Voorz Erfpachtdebiteuren Totaal erfpacht Sociale zaken Voorziening debiteuren SZ Geconsolideerde vorderingen TBV Totaal afdelingen Debiteuren (incl vorderingen openb lichamen) Afwaardering debiteuren Totaal debiteuren Subtotaal vorderingen debiteuren

-3.451

7.079

6.586

De vorderingen sociale zaken betreffen verhaalbare bijstand op en terugvorderingen van cliënten. Het totaalbedrag aan uitstaande vorderingen is gewaardeerd op € 1,28 mln. (€ 4.949 minus voorziening € 3.674) Vorderingen TBV betreffen de geconsolideerde vorderingen van het Toeleveringsbedrijf Vlaardingen. Het openstaande bedrag van de debiteuren per 31 december 2013 bedraagt € 4,39 mln. Hiervan is per ultimo maart 2014 € 3,37 mln. ontvangen. Voor de overgebleven openstaande debiteuren is voor de oninbare posten een bedrag voorzien van € 931.000. Onderstaand een nadere specificatie van vorderingen openbare lichamen en belastingdienst: Vorderingen openbare lichamen:

Bedrag 01-01

Bij

Rijkswaterstaat

298

Stadsregio Rotterdam Gemeente Schiedam Gemeente Maassluis Hoogheemraadschap Delfland Overig < € 50K Subtotaal

Af

Bedrag 31-12

-

298

-

171

30

171

30

169

145

169

145

-

52

-

52

57

-

57

-

58 753

53 280

58 753

53 280

166

Vorderingen Belastingdienst: Compensabele btw 2011 suppletie Compensabele btw 2012 Terug te ontvangen btw 2012

Bedrag 01-01

Bij

Af 218

-

9.578

9.578

-

124

124

-

Compensabele btw 2013

12.218

Terug te ontvangen btw 2013

257 12.475

Subtotaal

Bedrag 31-12

218

9.920

12.218 9.920

257 12.475

B.3 Liquide middelen De liquide middelen kunnen als volgt gespecificeerd worden: Liquide middelen Bedrag 01-01 Bedrag 31-12 Bank 1) 1.682 Giro 1) 72 Kas 29 Kruisposten -8 Waarborgsommen 7 Totaal 1.782

219 45 0 7 271

1) Het saldo van de voormalige Giro is per 31-12 opgenomen onder de banken.

167

B.4 Overlopende activa De overige uitzettingen (overlopende activa) kunnen als volgt gespecificeerd worden: Overlopende activa

Bedrag 01-01

Voorschotten

Bedrag 31-12 9

17

Nog te ontvangen

1.318

2.572

Nog te ontvangen overheidslichamen

2.824

635

Vooruitbetaalde bedragen Totaal

790 4.941

567 3.791

Het voorschot bedrag heeft betrekking op voorschotten aan cliënten op de uitkeringen van sociale zaken. Met ingang van 2008 worden de van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen bedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel afzonderlijk verantwoord onder de overlopende activa. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de onder waarderingsgrondslagen opgenomen toelichting op deze stelselwijziging. De belangrijkste nog te ontvangen en vooruitbetaalde bedragen zijn: Omschrijving

Bedrag 01-01

Bij 9

Voorschotten, sociale uitkeringen

Af 222

Bedrag 31-12 214

17

235

-

Nog te ontvangen bedragen: Onderwijsinstell., medegebruiksvergoeding

235

ROG-plus, eindafrekening 2013

-

500

Fonds Schiedam-Vlaardingen, Westhaveplaats

79

406

Irado, eindafrekening 2013

-

279

279

Div. Pers., kohier ……

-

237

237

St.Wijzer, voorschot

-

176

Fonds Schiedam-Vlaardingen, diversen

-

176 141

Evides, dividend

64

127

64

127

Havenbedrijf Rotterdam, Vs 4e kwart. '12

70

70

70

70

Veiligheidsregio, comp btw activa

-

59

59

CKE, huur Kade40

-

82

82

CKE, terugvordering huursuppletie Fonds Archeologie, Groot Vettenoord

-

95

95

92

92

-

Diverse personen, grafrechten december

64

64

-

VOS, medegebruik

61

61

-

Diverse projecten Gebiedsmanagement

59

59

-

Cultuureducatie, leerlingbijdrage

50

50

-

CBS, bijdrage IV3

50

50

-

De Elementen, inventaris

49

49

-

Overslag regio Rotterdam, zeehavengeld

37

37

-

-40

-40

-

82

82

TBV P1, afrekening 2012 Overigen < € 50K Subtotaal

366 1.318

400 2.572

500 79

406

141

366 1.318

400 2.572

168

Nog te ontvangen van overheidslichamen:

Bedrag 01-01

Bij

Port of Rotterdam, havengelden 2011

-

Stadsregio, subsidie veilige schoolzone

41

Provincie Zuid-Holland cultuurparticipatie

-

Het rijk, algemene uitkering

-

Min. SZW, IAU aanvraag 2011 Min. SZW, vaststelling Wet Inburgering-3 Min. SZW, vaststelling BBZ 2011 Stadsregio, omslagheffing Stadsregio, subsidie Broekpolder Provincie ZH, uitvoering Groot Vettenoord

Af

Bedrag 31-12 -

-

41

-

1.910

1.910

-

231

231

-

18

18

-

194

194

156

156

-

200

Stadsregio R'dam, diverse subsidies

103

215

103

76

76

Stadsregio, uitvoering Groot Vettenoord

26

26

Subtotaal Totaal nog te ontvangen bedragen

4.141

Vooruitbetaalde bedragen St. Onder een dak, nachtopvang TBV, diversen

Bedrag 01-01

175 635

Af

333

De Kulk, schoolzwemmen

145

AMC, minimabeleid

120

De Keijzer assurantie BV,

88

Excellence, rechten en service

72

Citymarketing, subsidie

69 2.824

215 175 635 3.207

Bij

-220

200

Gemeente Schiedam, rekenkamercie

69 2.824

45

45

Provincie ZH, herstruct bedrijventerr

Provincie ZH, Broekpolder, struinbos

-

90

Bedrag 31-12 333

-

-220

90

145

-

26

120

26

73

88

73

52

72

52

100

100

ALV, contributie

83

83

Voortgezet onderwijs

22

22

121 567

121 567

Overigen < € 20K Totaal vooruitbetaalde bedragen TOTAAL

252 790

252 790

3.791

169

PASSIVA C. Vaste passiva C.1 Eigen vermogen C.1.1 Algemene reserve Verloopoverzicht algemene reserve in het boekjaar 2013:

Algemene reserve Stand 31 december 2012 voor resultaatbestemming Resultaat 2012 Eindbalans 2012 , na resultaat Bestemmingen resultaat 2012 Reserve resultaatsbestemming Bedrijfsvoering Verkeersmaatregelen Economische ontwikkeling Maatschappelijke begeleiding Vrouwenopvang Samenlevingsopbouw Cultuureducatie Wooninformatiepunt Re-integratie Duurzaamheidmilieu Reserve Particuliere Woningverbetering Reserve TBV

20.943 -10.054 10.889 -4.017

-104 -77 -38 -50 -140 -363 -29 -63 -100 -50 -2.067 -937

Werkelijke stand 01-01-2013

6.872

Mutaties 2013

1.415

40+ wijken Spaarbedrag Afw.boekwaarde scholen Polderpoort Combinatiefuncties Sloop Lijnbalhal Sloop Korhoenlaan Reserve TBV APW / Broekpolder (rest.2011/12) € 10.800,Stand 31-12-2013, voor resultaat 2013

-200 500 -185 -112 -139 -131 1.689 -8 8.287

170

C.1.2 Bestemmingsreserves Bestemmingsreserves Omschrijving Stand 31 december 2012 voor resultaatbestemming

19.532

Resultaatbestemming 2012

4.018

Erfpacht

44.099

Beginbalans 1 januari 2013

67.649

Toevoegingen

7.398

Onttrekkingen

-9.707

Eindbalans 31-12-2013

65.340

Verloopoverzicht bestemmingsreserves in het boekjaar 2013:

Specificatie bestemmingreserves

Stand 01-jan

Toevoeging bestemmingen 2012

Toevoeging via resultaat

Onttrekking via resultaat

Stand 31-dec

24

4.881

116

16

486

1.022

369

653

Tariefegalisatiereserves Riolering Afvalstoffenheffing

293

647

4.905

940

Overige bestemmingsreserves Progr. Bestuur, Dienstverlening en Participatie Informatisering/kenniscentrum

386

Groot Onderhoud gebouwen Progr. Veiligheid en Handhaving Veilige schoolzones

158

70

88

Aanpak Hennepkwekerijen

215

33

182

Progr. Groen en Milieu Aanpak Groen Broekpolder ca.

365

Groot onderhoud daktuin

233

365 24

0 257

Progr. Verkeer en Mobiliteit Infrastructuur Sluisplein

137

38

99

Herinrichting Marnixlaan

230

230

0

288

486

Progr. Wonen Groenstrook bedrijventerrein Scheur Actieplan wonen

33

33

774

Particuliere woningverbetering

2.067

Afkoopsommem erfpachttermijnen

20

72

16.834

2.015 16.834

Progr. Economie en Haven Revitalisering Binnenstad

265

Reserve 50+ Babberspolder

434

Expl.complexen (revolving fund)

113

Lokale aanpak recessie Rivierzone verwervingen vop oost Vouchers bewonersinitiatieven

49

216 434

102

201

1.390

48

1.342

500

220

280

54

190

54

171

Specificatie bestemmingreserves

Stand 01-jan

Toevoeging bestemmingen 2012

Toevoeging via resultaat

Onttrekking via resultaat

Stand 31-dec

812

1.512

469

1.855

3.992

3.076

513

6.555

646

Progr. Jeugd en Onderwijs Onderwijshuisvesting Progr. Welzijn en Zorg WMO Progr. Werk en Inkomen Exploitatiereserve TBV Inburgering

1.854

937

2.791

646

299

2

297

Progr. Kunst en Cultuur Huisvesting Vlaardings Museum

1.500

1.500

0

Beeldende kunst

168

76

92

Archeologie

109

Touwbaan

109

92

67

25

Progr. Sport en recreatie Combinatiefuncties Nationaal Actieplan Sport en Bewegen

42 111

63.631

4.018

7.398

0 290

1014

Reserve resultaatsbestemming

Totaal

42

179

945

69

9.707

65.340

Onderstaand per programma een toelichting op de omvang en mutaties van de reserves. Tariefsegalisatie reserves Reserve Egalisatie afvalstoffenheffing De egalisatiereserve is bedoeld om schommelingen in de heffing af te dekken. Zodoende heeft in 2013 een onttrekking van € 24.880 plaatsgevonden. Reserve Egalisatie rioleringsrecht De egalisatiereserve is bedoeld om schommelingen in de heffing af te dekken. In 2013 is € 647.720 gestort. Bestemmingsreserves per programma Programma Bestuur, Dienstverlening en Participatie` Reserve Informatisering/kenniscentrum Binnen de Gemeente Vlaardingen neemt de vraag naar statische gegevens, benchmarking en onderzoeken, ter ondersteuning van beleidsvorming en -evaluatie, sterk toe. Om het vakgebied ‘Onderzoek & Statistiek’ te professionaliseren en om deze aan te laten sluiten op de maatschappelijke en wettelijke eisen van deze tijd is een incidenteel budget beschikbaar gesteld van € 1.050.000,-. Dit bedrag is bestemd voor: - de ontwikkeling van de informatievoorziening die noodzakelijk is voor de verwerking, het beheer en het publiceren van onderzoeken; - het optimaliseren van bestaande onderzoeken en waar noodzakelijk het opzetten van nieuw onderzoek; - het opzetten van een onderzoeksbibliotheek; - en het opzetten van een gegevensbank met statistische gegevens over de Gemeente Vlaardingen. Dit jaar is er € 16.200 onttrokken aan deze reserve. Tevens wordt er 4 jaar lang in de periode 2011 - 2014 een bijdrage van € 116.000 gestort in verband met het Nationale UitvoeringsProgramma E-dienstverlening (NUP). Deze NUP gelden zijn bedoeld voor automatiseringsprojecten. Dit om basisregistraties verder te ontwikkelen en te implementeren binnen de overheid. Hierbij kan men denken aan GBA, BAG, BGT, Bedrijvenregister etc. Deze gelden worden als tijdelijke middelen beschikbaar gesteld door de Rijksoverheid t/m 2014. Via een zogenaamde kasschuif worden de middelen in 2015 weer teruggevorderd.

172

Als gevolg van de registraties zouden sterke besparingen mogelijk moeten zijn. Die dienen dan te zorgen voor de dekking van deze vermindering in de algemene uitkering. Reserve groot onderhoud gebouwen In 2013 is het geraamde bedrag van € 1.022.000 aan reserveringen voor groot onderhoud toegevoegd en onttrokken is een bedrag € 369.000 voor groot onderhoud. Programma Veiligheid en Handhaving Reserve veilige schoolzones Om schoolgaande kinderen zo veilig mogelijk naar school te laten lopen en fietsen worden gedurende een aantal jaren projecten uitgevoerd. In 2013 zijn nog enkele afrondende werkzaamheden uitgevoerd. Deze kosten zijn ten laste van de reserve gebracht. Met raadsmemo versterking weerstandsvermogen (744527) is besloten van het restant budget ad € 88.232 een bedrag van €80.000 vrij te laten vallen. In 2014 zal een bedrag van €8.232 beschikbaar blijven. Reserve aanpak hennepkwekerijen In het kader van een bestuurlijke aanpak, gericht op het voorkomen van brandgevaarlijke situaties en het aanpakken van criminele organisaties, wordt gedurende twee jaar een gespecialiseerd bedrijf ingehuurd voor de ontmanteling van de hennepkwekerijen. In 2013 is € 33.391 onttrokken. Programma Groen en Milieu Aanpak Groen Broekpolder/’t Hof/’t Nieuwelant/Emaus In de Broekpolder wordt geïnvesteerd om de groene en recreatieve waarde te versterken en dit voor Vlaardingen en omstreken belangrijke gebied voor volgende generaties veilig te behouden. Echter, het is de bedoeling om de hele stedelijke groenstructuur in ogenschouw te nemen. Ook de herstructurering van park ’t Nieuwelant, de Broekpolder en de begraafplaats Emaus (in relatie met de voorgenomen openstelling) hebben in de afgelopen periode gestalte gekregen. Daarom is in totaal € 9 miljoen vrij gemaakt voor investeringen in de stedelijke groenstructuur. De uitgaven van het jaar 2013 zijn ten laste van deze bestemmingsreserve verantwoord. Hiermee is de reserve volledig uitgeput. Reserve groot onderhoud daktuin In de vergadering van 19 juni 2008 heeft de raad, conform ons voorstel, besloten tot bestemmen van een bedrag van € 233.000 voor groot onderhoud daktuin (was voormalige onderhoudsvoorziening). Naar aanleiding van de Voorjaarsnota is deze reserve met € 210.000 verlaagd. De reserve wordt nu jaarlijks weer verhoogd met een bedrag van € 23.425. Programma Verkeer en Mobiliteit Reserve infrastructuur Sluisplein Ten behoeve van de infrastructuur Sluisplein is een bestemmingsreserve gevormd en de uitgaven van het jaar 2013 zijn ten laste van deze bestemmingsreserve verantwoord. Het werk aan het Sluisplein is inmiddels afgerond. In 2014 zal voorgesteld worden het resterende bedrag in de reserve te laten vrijvallen. Programma Wonen Reserve herinrichting en uitgifte groenstrook bedrijventerrein Het Scheur Uit het resultaat 2005 is € 320.000 beschikbaar gesteld voor de afgesloten grondexploitatie Het Scheur. De middelen zijn beschikbaar gesteld voor nog uit te voeren werkzaamheden voor deze groenstrook. Naar aanleiding van de Voorjaarsnota is deze reserve met € 225.000 verlaagd. In 2013 hebben geen uitgaven plaatsgevonden. Reserve openbare ruimte Marnixlaan Vanuit de tijdelijke stimuleringsregeling woningbouw is in 2011 € 248.000 beschikbaar gesteld voor inrichting van de openbare ruimte van de Marnixlaan. Dit geld is in een reserve gestort. Na verrekening van de uitgaven met de gelden revitalisering stedelijk gebied en diverse bijdragen vindt verrekening met de reserve plaats. Zodoende heeft in 2013 een onttrekking plaatsgevonden van € 230.000. Hiermee is de reserve uitgeput. Reserve Actieplan wonen Om een versnelling in de woningbouwproductie en om een extra impuls voor bestemmingsplannen en procedures op het terrein van ruimtelijke ordening aan te brengen is deze reserve gevormd. In de reserve resteert per ultimo 2013 nog € 485.988,-. Voor 2014 wordt € 193.000,- (voor de projecten Wijkcentrum West (De Telder), Pilot Thuis in uw Wijk en West@Werk) herbevestigd als reserve Actieplan Wonen en valt € 292.988,- vrij in de algemene reserve.

173

Reserve particuliere woningverbetering In 2013 is de voorziening particuliere woningverbetering omgezet in een reserve particuliere woningverbetering. De reserve hangt samen met maatregelen uit het actieplan Wonen. Het voorziet erin particulieren te ondersteunen bij het kwalitatief op peil houden van de woningvoorraad en de afdekking van de rentetoerekening welke onderdeel vormt van de financiële vaste activa. In 2013 is €63.000 onttrokken ten gunste van de exploitatie ter afdekking van de rentetoerekening en ca. €9.500 ter dekking van de projecten proceskosten. Reserve Afkoopsommen erfpacht Op 19 september 2013 is door de gemeenteraad besloten om de balanspost Afkoopsommen erfpacht (€ 42,7 miljoen) om te zetten in een Bestemmingsreserve die uiteen valt in twee onderdelen: - (a) de vaste Reserve Afkoopsommen erfpacht voor een bedrag van € 25,9 miljoen en - (b) Afkoopsommen van erfpachttermijnen voor een bedrag van € 18,2 miljoen,( inclusief de onttrekking voor het lopende jaar ad € 1,4 miljoen) ten behoeve van de egalisatie van de jaarlijkse reguliere erfpachtexploitatie. De eerst genoemde onder (a) wordt toegerekend aan de weerstandscapaciteit. Aan deze reserve zullen vanuit deze achtergrond geen onttrekkingen mogen plaatsvinden. Indien dit om wat voor reden toch gebeurt dan dient hiervoor direct een spaarplan in te gaan waarmee het niveau in 4 jaar weer op € 25,9 mln. uitkomt. Samen met de Algemene reserve is de totale weerstandscapaciteit dan na afwikkeling van het rekeningresultaat 2013 een bedrag van € 26,5 miljoen. Zie ook de paragraaf Weerstandsvermogen. De reserve onder (b) heeft feitelijk het karakter van egalisatiereserve. Jaarlijks worden hiermee het saldo van de lasten (met name financiering erfpachtgronden, daarnaast uitvoeringskosten) en baten (reguliere canons) geëgaliseerd. In 2013 zou hier zonder deze onttrekking sprake zijn van een nadelig saldo op de reguliere erfpachtexploitatie van circa € 1,4 mln. De reserve is toereikend om tot en met 2025 de jaarlijkse erfpachtexploitatie te laten sluiten. Na 2025 nemen de jaarlijkse canoninkomsten sterk toe vanwege het expireren van lopende contracten (veelal afgesloten voor 50 jaar tegen voor de gemeente weinig gunstige voorwaarden) Programma Economie en Haven Reserve Vitalisering Binnenstad De reserve dient om te zorgen dat de binnenstad een aantrekkelijk verblijfsgebied wordt en blijft. De stand per ultimo 2013 bedraagt € 216.270. Reserve 40+ wijk Babberspolder oost Ten behoeve van de herstructureringswijk Babberspolder oost is in 2010 een subsidie ontvangen van het Rijk van € 1 miljoen voor een periode van 5 jaar. In de begroting is dit verwerkt als een budget per jaar van € 200.000. Het jaarlijkse overschot of tekort wordt geëgaliseerd met deze reserve. In 2013 is geen onttrekking of toevoeging aan deze reserve gedaan, het saldo bedraagt € 433.788 Reserve exploitatie complexen (revolving fund) Conform de begroting 2013 is een bedrag van €102.101 onttrokken ten gunste van de exploitatie ter afdekking van de rentetoerekening revolving fund welke onderdeel vormt van de financiële vaste activa. Reserve lokale aanpak recessie Dit fonds is bestemd voor extra stimuleringsmaatregelen om de lokale recessie aan te pakken. De nu nog beschikbare middelen zijn bestemd voor verkeermaatregelen Beethovensingel – Deltaweg en voor herstructurering bedrijventerreinen. In 2013 hebben de volgende onttrekkingen aan deze reserve plaatsgevonden: Rotonde Beethovensingel €19.474 Herstructurering bedrijventerrein (Groot Vettenoord) €28.291 Reserve Verwerving Rivierzone/VOP oost Voor de verwerving van Warmelo v.d. Drift aan de Westhavenkade was een reserve gevormd van € 5 miljoen. In de reserve resteerde per 1 januari 2013 nog een bedrag van € 0,5 miljoen ter afdekking van de boekwaarde van het te slopen pand en het verschil in aankoop en verkoopprijs van het deel dat naar het Vlaardings museum gaat. Inmiddels heeft deze transactie plaatsgevonden waarbij de boekwaarde van € 220.000 afgewaardeerd is ten laste van de reserve. De resterende € 280.000 kan vrijvallen in het rekeningresultaat 2013. Programma Jeugd en Onderwijs Reserve onderwijshuisvesting De reserve onderwijshuisvesting is gevormd ter afdekking van de lasten die op grond van de verordening huisvesting onderwijs worden gemaakt. De reserve is gevormd door het saldo dat ontvangen wordt via de algemene uitkering en de aanvullende gemeentelijk middelen te verminderen met de daadwerkelijke uitgaven. In 2013 is besloten de reserve te maximaliseren tot € 1,5 miljoen.

174

In 2013 is de exploitatie afgesloten met een positief saldo van € 512.309,39, waardoor de reserve € 1.855.553,90 bedraagt. Bij de jaarrekening zal de raad worden geadviseerd dit af te romen door een storting in de Algemene Reserve van € 355.553.90. Programma Welzijn en Zorg Reserve WMO De reserve WMO is bedoeld ter bekostiging van individuele voorzieningen voortvloeiend uit de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. In 2013 is € 3,2 miljoen gestort als gevolg van het voordelig saldo ROGplus over 2013. Daarnaast heeft de begrote onttrekking van € 500.000 plaatsgevonden en de dekking van het leerlingenvervoer met de Ericabus à € 13.000. Op overige WMO uitgaven is een nadeel van € 137.000 ontstaan en onttrokken aan de reserve. Per saldo resulteert een storting in de reserve van € 2,56 miljoen. Reserve Vouchers bewonersinitiatieven Ten behoeve van het stimuleren van bewonersinitiatieven is in 2011 een eenmalige subsidie van het Rijk ontvangen van € 100.000. Het niet bestede deel is in de reserve gestort. Met dit geld worden toekomstige bewonersinitiatieven middels het toekennen van een voucher gestimuleerd. In 2013 zijn geen onttrekkingen of toevoegingen aan deze reserve gedaan. Het saldo bedraagt € 54.000 Programma Werk en Inkomen Exploitatiereserve TBV De reserve TBV moet worden besteed in het kader van de werkgelegenheid. De reserve is opgebouwd uit Rijksmiddelen (subsidie WSW). TBV heeft deze middelen in het verleden geoormerkt voor investeringen in duurzame productiemiddelen, sinds 2011 worden deze middelen ook gebruikt om het exploitatietekort te dekken. Op 31 december 2012 was het saldo van deze Reserve € 1.853.659. Naar aanleiding van de besluitvorming omtrent de Jaarrekening 2012 hebben in 2013 de volgende mutaties plaatsgevonden tw: een storting van € 937.000 (restant reintegratiebudget welke ingezet wordt om het te kort bij de invoering van de WsW te dekken). onttrekking vanuit de reserve ad. € 1.689.374 zijnde het exploitatietekort van 2012. Onttrekking reserve i.v.m. nadelig exploitatiesaldo ad. € 455.692 Het saldo per 31 december 2013 bedraagt daarom € 645.594. Reserve Inburgering Deze reserve is medio 2010 ontstaan door samenvoeging van de reserves Oudkomers en Nieuwkomers. Op 1 januari 2013 was het saldo van deze reserve € 298.751 In 2013 zijn beperkt onttrekkingen gedaan in verband met kosten voor inburgering die niet gefinancierd kunnen worden uit de huidige Rijksfinanciering. Vanaf 2014 houdt de gemeente een handhavingstaak die voortvloeit uit de Wet Inburgering. Vanuit het rijk zal echter geen financiering meer plaatsvinden van trajectkosten. De Reserve Inburgering zal indien nodig aangewend worden voor deze kosten. Programma Kunst en Cultuur Reserve Kapitaallasten huisvesting Vlaardings museum Om aan de Westhavenkade het Vlaardings museum in hernieuwde vorm te realiseren is een eenmalig maximumbedrag van € 1,5 miljoen beschikbaar gesteld voor de aanpak van de huisvestingsproblemen. In 2013 is dit bedrag aan de reserve onttrokken, waarmee de reserve is uitgeput. Reserve beeldende kunst Beeldende kunst projecten kennen in de regel een doorlooptijd van enkele jaren en daarmee een onregelmatig uitgavenpatroon. Indien de uitgaven achterblijven bij de raming wordt het resterende budget toegevoegd aan de reserve. Anderzijds vindt een onttrekking plaats indien de uitgaven het jaarbudget overschrijden. In 2013 is € 76.000 onttrokken. Reserve Archeologie De kosten van archeologieprojecten overschrijden het kalenderjaar. De reserve is getroffen ten behoeve van specifieke uitgaven, zoals het project “Graven in Vlaardingen”, die niet in het jaarlijkse budget zijn voorzien. In 2013 hebben er geen onttrekkingen plaatsgevonden. Reserve Touwbaan In 2009 heeft de raad besloten een reserve te vormen voor werkzaamheden aan de overkapping van de touwbaan aan de Baanstraat (rijksmonument). In 2012 is een begin gemaakt met de werkzaamheden, die in 2013 werden voortgezet. In 2013 is €66.798 aan de reserve onttrokken en is er nog €25.119 beschikbaar.

175

Programma Sport en Recreatie Reserve combinatiefuncties In 2009 is een reserve combinatiefuncties ingesteld. Voor het project was een dekking voor een periode van 4 jaar, rekening houdend met de cofinanciering van het Rijk. In 2013 is hiervoor € 42.000 aan de reserve onttrokken. De reserve is hiermee uitgeput. Reserve Nationaal actieplan sport en bewegen Door het ministerie van VWS is over de periode 2010 tot en met 2013 in totaal een bedrag van € 505.844 beschikbaar gesteld voor de realisering van beweeginterventies en het stimuleren dat deze interventies onderdeel gaan uitmaken van de gemeentelijke plannen voor het lokale gezondheidsbeleid. Deze subsidie van VWS is gekoppeld aan een eigen bijdrage van de gemeente van € 516.733. In 2013 is € 111.000 gestort in de reserve. De komende drie jaar zal deze reserve gebruikt worden voor de opgerichte stichting VIB die de taken in het kader van het Nationaal Actieplan Sport en Bewegen voortzet.

C.1.3 Nog te bestemmen resultaat Het resultaat 2013 van € 7,63 miljoen negatief is in afwachting van besluitvorming van de raad afzonderlijk opgenomen. Na verwerking resteert een algemene reserve van € 0,66 miljoen. In het raadsvoorstel tot vaststelling van de jaarstukken 2013 is een overzicht opgenomen van nog te bestemmen posten. Indien tot deze bestemmingen wordt besloten leidt dit tot een onttrekking aan de Algemene reserve van € 1,1 miljoen.

C.2 Voorzieningen In het overzicht zijn de voorzieningen verdeeld naar vier hoofdgroepen: 1. Verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten en op de balansdatum bestaande risico's ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten; 2. Kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren; 3. Voorzieningen ten behoeve van tariefegalisatie; 4. Van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden en dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren, met uitzondering van de voorschotbedragen, die zijn verkregen van de Europese en Nederlandse overheidslichamen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel. Het verloop van de voorzieningen in het boekjaar 2013 is als volgt:

Voorzieningen

Stand 01-01

Toevoeging

Vrijval t.g.v. exploitatie

Aanwen- Stand ding 31-12

Hoofdgroep 1 Pensioenverplichting voormalige wethouders Wachtgeldverplichting voormalige wethouders 57-jarigen regeling Frictiekosten takendiscussie

5.537

552

71 -

5 15

1.325

246

5.843

66

-

15

-

1.266

59

Erfpachtgronden Babberspolder-Oost

279

Palet - Centrum

530

178

352

117 7.859

21 1.792

96 6.629

Graven in Vlaardingen Subtotaal

279

567

5

Hoofdgroep 2 Niet van toepassing Hoofdgroep3 Niet van toepassing Hoofdgroep 4 Bomenfonds Subtotaal Totaal

10 10

-

-

-

10 10

7.869

567

5

1.792

6.639

176

Onderstaand per hoofdgroep een toelichting op de omvang en mutaties van de voorzieningen. Hoofdgroep 1; verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten en op de balansdatum bestaande risico's ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten; Pensioenverplichting voormalige wethouders Dit betreft een voorziening om te kunnen voldoen aan de toekomstige pensioenverplichtingen van (ex)wethouders. De voorziening en de jaarlijkse storting daarin wordt periodiek op actuariële basis verrekend. Onttrekking aan de voorziening betreft de uitkeringen van pensioenen en eventuele overheveling van pensioenverplichtingen. In 2013 is de voorziening gewaardeerd; een toevoeging van € 552.000 was nodig om de benodigde stand van € 5.843.000 te bereiken. Wachtgeldverplichting voormalige wethouders Voorziening om te kunnen voldoen aan de wachtgeldverplichtingen van ex-wethouders. De voorziening wordt herrekend indien er in het aantal of de situatie van de ex-wethouders een mutatie optreedt. In 2013 is er een aanwending gedaan van € 66.000. Voorziening Frictiekosten takendiscussie Van het budget van 4 miljoen voor de frictiekosten takendiscussie is eerder € 2 miljoen door de raad beschikbaar gesteld. In 2012 is de resterende € 2 miljoen beschikbaar gesteld. Onttrekkingen aan de voorziening betreffen grotendeels kosten van vertrekregelingen om formatiereductie te bewerkstelligen. Enerzijds zijn dit eenmalige uitkeringen en anderzijds zijn dit maandelijkse uitkeringen over een bepaalde periode. In 2014 zullen wederom frictiekosten gemaakt worden. Voorziening Erfpachtgronden Babberspolder-oost De herstructurering van de Babberspolder-oost omvat percelen welke de gemeente eeuwigdurend dan wel voor een bepaalde tijd in erfpacht heeft uitgegeven aan de woningbouwcorporatie Waterweg Wonen. In de toekomst zullen de betreffende percelen grond exclusief de openbare ruimte volledig in eigendom toekomen aan Waterweg Wonen waartoe in de realisatieovereenkomst een tijdsplanning is opgenomen gekoppeld aan de verschillende fasen van herontwikkeling. Bij een volledige eigendomsverkrijging door Waterweg Wonen zal aan gemeentezijde een volledige afwaardering moeten plaatsvinden van de voorraad erfpachtgronden voor een bedrag van € 0,8 mln. Per ultimo 2013 bedraagt het saldo € 279.085. Voorziening Palet-Centrum De NIEGG Palet Centrum is komen te vervallen. Voor de nog te maken kosten voor de inrichting van openbaar gebied e.d. is uit het positieve resultaat van deze NIEGG per 31-12-2012 een voorziening gevormd voor € 529.659. In 2013 is voor € 177.424 ten laste van deze voorziening gebracht. Per ultimo 2013 resteert € 352.425. Voorziening graven in Vlaardingen In 2006 is het projectplan “Graven in Vlaardingen” opgemaakt. Van hieruit zal een groot aantal concrete producten voortkomen zoals publicaties (onder andere resultaten DNA-onderzoek) en tentoonstellingen. De kosten kunnen worden gefinancierd uit beschikbare middelen en subsidies. De uitbetaalde subsidies voor dit project zijn gestort in deze voorziening. In 2013 is €20.661 ten laste van deze voorziening gebracht. Hoofdgroep 2: kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren. Niet van toepassing Hoofdgroep 3: Voorzieningen ten behoeve van tariefegalisatie. Niet van toepassing Hoofdgroep 4; Van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden en dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren, met uitzondering van de voorschotbedragen, die zijn verkregen van de Europese en Nederlandse overheidslichamen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel

177

Voorziening Bomenfonds Het fonds is bedoeld om in de directe nabijheid herplant of kwaliteitsverbetering van houtopstand in het openbare gebied te realiseren. Het fonds wordt gevoed door compensatiestortingen van derden (als geen vervangende aanplant kan plaatsvinden). In 2013 is er geen bedrag gestort of onttrokken aan de voorziening.

C.3 Vaste schulden

Onderhandse leningen

Restbedrag 01- Nieuwe 01 leningen

Binnenlands pensioenfonds of verzekeringsinstellin

Aflossingen

4.538

Binnenlandse bancaire partijen

244.537

Overige binnenlandse sectoren Totaal

249.075

25.000 25.000

19.538 19.538

Restbedrag 31-12

Rente

4.538

231

249.999

8.746

254.537

8.977

Door mutaties in de langlopende leningenportefeuille, als gevolg van het afsluiten van nieuwe leningen en het betalen van aflossingen, is de gemiddelde rentekostenvoet per ultimo 2013 gedaald naar 3,50.

D. Vlottende passiva D.1 Netto vlottende schulden D.1.1 Kasgeldleningen o/g Eind 2013 zijn kortlopende geldleningen afgesloten voor een totaalbedrag van € 33 miljoen. Kort-lopende geldleningen worden afgesloten om de dagelijks wisselende financieringsbehoefte van de gemeente te dekken. Kasgeldleningen vormen een goedkoop en flexibel middel om de leenschuld van onze gemeente snel aan de actuele behoefte aan te passen. D.1.2 Rekeningcourant krediet Betreft de rekening-courant van het Sociaal Voorzieningen Fonds. D.1.3 Overige schulden Deze schulden kunnen als volgt gespecificeerd worden: Kortlopende schulden

Bedrag 01-01

Bedrag 31-12

Kasgeldleningen

27.000

RC-verhoudingen

49

56

12.396 39.445

11.764 44.820

Overige kortlopende schulden Totaal

33.000

De rekening-courant is nader te specificeren als volgt: RC-verhoudingen

Bedrag 01-01

Bedrag 31-12

TBV

-4

-4

Sociaal voorzieningenfonds

53 49

60 56

De overige kortlopende schulden betreffen: Overige kortlopende schulden

Bedrag 01-01

Bedrag 31-12

Crediteuren

9.289

9.047

Overige schulden salarissen

2.468

2.597

639 12.396

120 11.764

Belastingdienst, BTW Totaal

178

D.2 Overlopende passiva De overlopende passiva kunnen als volgt gespecificeerd worden:

Overlopende passiva

Bedrag 01-01

Bedrag 31-12

Nog te betalen bedragen

8.485

8.299

Vooruitontvangen overheidslichamen

7.007

5.876

Vooruitontvangen bedragen

1.098

394

7 16.596

13 14.583

Overige transitoria Totaal

D.2.1 Nog te betalen bedragen Omschrijving

Bedrag 01-01

Bij

Af

Bedrag 31-12

Nog te betalen bedragen: Rente langlopende leningen

4.571

4607

4571

4.607

Lawton, omstreden facturen

64

64

-

Afwikkeling Hoogstraat c.a.

386

386

-

328 346

328

Otis, stadskantoor

51

51

Vd Tseen, Maassluisedijk asfalt

74

74

Blijdorp, reconstructie Emmastraat Heembouw, stadskantoor

346

ESF

553

553

Diverse te betalen posten door TBV

317

481

317

481

Veiligheidsregio

600

465

600

465

KV van Alphen

54

54

-

Belastingdienst, naheffing 2007

187

187

-

Belastingdienst, naheffing 2008

165

165

-

Participatie, deel 4

279

279

-


123

123

-


66

66

-

Re-integratie

110

465

110

465

Baanbreker/ Talent MVS

192

195

192

195

Gem. M'sluis en S'dam, inkoopbureau SVS, bewegingsonderwijs PS scholenbeheer Inburgering, pardon onderbesteding

68 140

68 140

-

55

55

-

112

112

-

Div. pers., WWB uitkering

84

43

84

43

Crediteuren szw

46

69

46

69

560 7.752

386 7.937

554

Overigen < 50.000 Totaal

380 8.484

8.299

179

D.2.2 Nog te besteden specifieke uitkeringen van overheden De vooruitontvangen bedragen van overheidslichamen kunnen als volgt gespecificeerd worden:

Vooruitontvangen bedragen overheidslichamen

Bedrag 01-01

JGZ

Bij

152

Onderwijsachterstanden 2011/2014

362

51 2.563

18

Revit bedr terr Groot Vettenoord SLOK (klimaatagenda)

1.000 25

ISV 1 monumenten en geluid

104

ISV 3 geluid

146

ISV 3 bodem

419

Stil asfalt

Bedrag 31-12

51

Onderwijsachterstanden 2007/2010) Regeling binnenklimaat onderwijs

Af

126

26

2.313

612

18

-

98

902

-

25

67

37

38

125

59

429

87

761

1

1

2

Diverse stedelijke gebieden: Marnixlaan

9

Hoogkamer

344

23

321

94

94

-

347

196

Park Hoog Lede

89

98

BPO Wiggen

207

140

Touwbaan

575

379

Wijkpark Oostwijk

266

266

-

Zwanensingel

500

400

100 113

Luifel

161

48

Lage Weide

318

318

-

56

56

-

8

8

-

190

63

2.968

4.981

5.477

2.472

Vreemdelingenwet

35

112

112

Jeugdwerkloosheid

444

Holy buitenruimte Verlichting Korhoenlaan Groen Broekpolder (prov ZH) Participatiebudget

Stadsbibliotheek Totaal

253

444

35 -

33

4

33

4

7.007

9.899

11.030

5.876

D.2.3 Overige vooruit ontvangen bedragen Vooruitontvangen bedragen: Prov,. ZH, subsidie KW-haven

891

785

WMO

70

Inburgering

88

Diverse personen, parkeervergunningen Overigen < 50.000 Totaal

106 70 88

136

109

137

108

71

17 284

66 988

394

1.098

22

180

E. Gewaarborgde geldleningen Instelling

Woningstichting Samenwerking Vld. Woningstichting Waterweg Wonen Stichting Woonzorg Nederland

WaarborgHoofdsom %

Restant 01-jan

Restant 31-dec

Gewaarborgd 31-12-2013

154.897

0%

153.896

145.782

0 1)

413.468

0%

346.649

380.358

0 1)

8.476

0%

8.178

7.870

0 1)

Mooiland Vitalis Bouw van zwem- en recreatiebad de Kulk Vlaardingse Lawn Tennis Club (VLTC) Service en Zorgcentrum Vaartland Zorgcentrum De Wetering

1.941

0%

796

614

0 1)

5.445

100%

2.200

2.000

2.000

300

100%

142

130

130

3.490

100%

385

350

350

1.860

100%

1.179

1.111

1.111

Zorgcentrum De Meerpaal

7.938

100%

4.712

4.393

4.393

Zorgcentrum Driemaashave

9.076

40%

3.786

3.562

3.562

Zorgcentrum Soenda

4.492

100%

2.852

2.750

2.750

Rijnsburger Expl. Mij

1.000

100%

800

700

700

30 612.413

100%

0 525.575

30 549.650

Tennis Vereniging Holy Totaal 1)

30 2) 15.026

Waarborging door de Stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW), gemeente staat als achtervang borg (deels directe borging door WSW, deels voortgekomen uit vrijwaring).

Tot en met 2013 zijn geen betalingen gedaan inzake de in dit overzicht opgenomen borgen garantstellingen.

181

5. Toelichting op de programmarekening

Zie voor een toelichting op de programmarekening de paragrafen Wat heeft het gekost in het jaarverslag.

T

182

6. Toetsing begrotingsrechtmatigheid

Vooraf Onderstaand is het door uw raad vastgestelde toetsingskader begrotingsrechtmatigheid opgenomen.

TOETSINGSKADER BEGROTINGSRECHTMATIGHEID 2013 1. De toetsing van begrotingsrechtmatigheid vindt plaats op het niveau van totale lasten per programma en individueel investeringskrediet; 2. Het college dient bij het programma concernfinanciën een volledig en juist overzicht te geven van eventuele overschrijdingen op de door de gemeenteraad vastgestelde toegestane lasten per programma. Deze toelichting dient in het rapport van de accountant te worden beoordeeld op juistheid en volledigheid. 3. Het college dient overschrijdingen van investeringskredieten op individueel niveau (niet op programmaniveau) toe te lichten in het programma concernfinanciën. Deze toelichting dient in het rapport van de accountant te worden beoordeeld op juistheid en volledigheid. 4. In geval van overschrijdingen van de begrote lasten op programmaniveau of investeringskredieten wordt het volgende onderscheid gemaakt: A. Begrotingsafwijkingen passend binnen het bestaande beleid (in beginsel rechtmatig): 1. Kostenoverschrijding die geheel of gedeeltelijk worden gecompenseerd door direct gerelateerde inkomsten. 2. Kostenoverschrijdingen die een gevolg zijn van interne factoren zoals: - doorberekening interne kosten, mits de totale apparaatskosten zoals verantwoord op de kostenplaatsen niet worden overschreden; - kapitaallasten mits de investeringskredieten door de raad zijn geautoriseerd; - afwijking als gevolg van fouten in de begroting; - dotaties aan voorzieningen. 3. Kostenoverschrijdingen die worden veroorzaakt door externe factoren zoals: - open-einde regelingen; - faillissement debiteur/vorderingen die niet meer geïnd kunnen worden; - wijzigingen landelijke weten regelgeving met financiële consequenties; - aanpassingen algemene uitkering gemeentefonds; - uitgaven van gemeenschappelijke regelingen; - realisatie op begrote subsidieverwachtingen; - de renteontwikkelingen; - uitgaven die naar hun aard onvoorzien, onvermijdelijk en onuitstelbaar zijn; - noodzakelijke afwaarderen wegens door marktomstandigheden ontstane duurzame waardevermindering; - onderzoeken achteraf met financiële gevolgen.

183

B. Begrotingsafwijkingen niet passend binnen het bestaande beleid (in beginsel onrechtmatig): 1. Kostenoverschrijdingen betreffende activiteiten die niet passen binnen het bestaande beleid en waarvoor men tegen beter weten in geen voorstel tot begrotingsaanpassing heeft ingediend. 2. Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande beleid, maar waarvan ondubbelzinnig wordt vaststelt dat die ten onrechte niet tijdig zijn gesignaleerd. 3. Kostenoverschrijdingen die worden gecompenseerd door extra inkomsten die niet direct gerelateerd zijn. Over de aanwending van deze extra inkomsten heeft de raad nog geen besluit genomen. 4. Kostenoverschrijdingen geconstateerd tijdens het begrotingsjaar betreffende activiteiten welke achteraf als onrechtmatig moeten worden beschouwd omdat dit bijvoorbeeld bij nader onderzoek van de subsidieverstrekker, belastingdienst of een toezichthouder blijkt. 5. Kostenoverschrijdingen in het jaar van investeren op activeerbare activiteiten. 5. De gemeenteraad zal uiterlijk 15 april 2014 (een maand voor het verschijnen van de jaarstukken) via de vooraankondiging worden geïnformeerd en geconsulteerd over overschrijdingen van de begrote lasten op programmaniveau en investeringen. 6. Het college dient overschrijdingen op programmaniveau en investeringskredieten via de jaarstukken formeel te laten sanctioneren door de gemeenteraad. Dit toetsingskader geeft aan dat overschrijdingen op de lasten wel als onrechtmatig worden beschouwd, doch dat deze niet mee tellen als fout of onzekerheid voor het oordeel van de accountant als er sprake is van: a. bestaand beleid, of b. direct gerelateerde opbrengsten, of c. een open einde regeling, of d. tijdige melding aan de gemeenteraad.

184

Conclusies begrotingsrechtmatigheid Lastenoverschrijding programma

Begrotingsafwijking

Bestuur, Dienstverlening en Participatie (totaal € 1,0 miljoen)

a+d. Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande bestaand beleid en conform de met de raad afgesproken kaders tijdig zijn gemeld aan de raad

Veiligheid en Handhaving (totaal € 0,2 miljoen)

Wonen (totaal € 15,5 miljoen)


Onrechtmatig, telt niet mee

Onrechtmatig, telt wel mee

V

V

b. Kostenoverschrijdingen die geheel of grotendeels worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten a+d. Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande bestaand beleid en conform de met de raad afgesproken kaders tijdig zijn gemeld aan de raad

V

b. Kostenoverschrijdingen die geheel of grotendeels worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten Economie en Haven (totaal € 0,1 miljoen)

Werk en Inkomen (totaal € 0,7 miljoen)

a+d. Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande bestaand beleid en conform de met de raad afgesproken kaders tijdig zijn gemeld aan de raad a+d. Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande bestaand beleid en conform de met de raad afgesproken kaders tijdig zijn gemeld aan de raad

V

V

b. Kostenoverschrijdingen die geheel of grotendeels worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten

Kunst en Cultuur (totaal € 0,5 miljoen)


V

b. Kostenoverschrijdingen die geheel of grotendeels worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten Sport en Recreatie (totaal € 0,1 miljoen)


V

Financiën (totaal € 2,0 miljoen)


V

185

Onderstaand volgt een nadere uitwerking van deze tabel waarbij tevens is aangegeven om welke reden de onrechtmatige overschrijding niet meetelt in het oordeel van de accountant: Programma

Product

Overschrijding

Reden

(x € 1.000)

Bestuur, Dienstverlening en Participatie

Bestuursorganen Bedrijfsvoering Projectmatig werken Totaal

Veiligheid en Handhaving

Wonen

-146 -68

Totaal

-214

Woningbouw en Volkshuisvesting Bouwgrondexploitatie

-464 -15.017

Totaal

-15.481

Totaal

Kunst en Cultuur

Sport en Recreatie

Financiën

a,d a,d a,d

-1.295

Brandweer en rampenbestrijding Handhaving

Ruimtelijke ordening Havens Economie en Haven Handel

Werk en Inkomen

-728 -73 -495

-11 -8 -52

a,d a,b

a,b a,b,d

a a a,d

-71

Aangepaste arbeid Participatie

-177 -1.389

Totaal

-1.566

Erfgoed Beeldende kunsten Media Cultuureducatie Monumentenzorg

-20 -105 -21 -370 -164

Totaal

-681

Sportsubsidies Openb groen en openluchtrecreatie Recreatievoorzieningen

-2 -56 -1

Totaal

-58

Gemeentelijke belastingen Precario Concernfinancien (excl belastingen)

-126 -5 -1.890

Totaal

-2.021

a,b a,b,d

a a,b a a,b,d a,b,d

a a,d a

a,d a a,d

186

7. Overzicht incidentele baten en lasten

Programma (bedragen x € 1.000) Lasten  Bestuur, Dienstverlening en Participatie  Veiligheid en handhaving  Groen en Milieu  Verkeer en Mobiliteit  Wonen  Economie en Haven  Jeugd en Onderwijs  Welzijn en Zorg  Werk en Inkomen  Kunst en Cultuur  Sport en Recreatie  Financiën (alg.dekkingsmidddelen) TOTAAL

Begroting 2013

Begr.n.w. 2013

Realisatie 2013

Verschil 2013

148 50 0 40 0 200 0 319 0 12 0 0 768

538 50 515 449 0 581 651 967 100 1.601 373 -196 5.630

2.649 50 523 517 16.476 557 534 595 102 1.744 353 -142 23.959

-2.110 0 -8 -68 -16.476 24 117 372 -2 -142 19 -54 -18.329

Baten  Bestuur, Dienstverlening en Participatie  Veiligheid en handhaving  Groen en Milieu  Verkeer en Mobiliteit  Wonen  Economie en Haven  Jeugd en Onderwijs  Welzijn en Zorg  Werk en Inkomen  Kunst en Cultuur  Sport en Recreatie  Financiën (alg.dekkingsmidddelen) TOTAAL

0 20 0 0 94 0 0 0 0 0 0 106 220

0 20 0 0 197 0 0 250 0 0 0 654 1.121

1.185 30 0 0 5.937 0 0 250 0 0 0 654 8.056

1.185 10 0 0 5.740 0 0 0 0 0 0 0 6.934

Toevoeging reserves Onttrekking reserves

210 424

2.016 6.707

2.127 7.388

-111 681

SALDO

335

-184

10.642

-10.826

Toelichting Alleen relevante afwijkingen aan zowel de lasten- als de batenzijde die groter zijn dan € 50.000 worden toegelicht. Programma Bestuur, Dienstverlening en Participatie Lastenkant: De marktwaarde van het pand Westhavenkade is lager dan de boekwaarde; de afwaardering is ten laste van 2013 genomen. Ten opzichte van de budgetten voor de tijdelijke huisvesting is er sprake van 187

een nadeel van € 1.739.000,-. Daarnaast is er een bedrag extra gestort in de voorzieningen pensioengelden vm. wethouders i.v.m. actualisatie (€ 312.000,- nadeel). Batenkant: Verkoop van diverse panden, zorgen voor incidentele inkomsten van € 1.185.000. Het betreffende de volgende panden: - Lissabonweg 4 € 750.000 - Cl.Civiluslaan 35 (nogal wiedus) € 125.000 - Thorbeckestraat 1 (Pino) € 310.000 Programma Verkeer en Mobiliteit Binnen dit programma vallen infrastructuurprojecten, zoals het Sluisplein die een relatie hebben met de bestemmingsreserves. In totaal is in 2013 hieraan € 38.000 uitgegeven wat niet geraamd was. Van het budget voor Veilige schoolzones is € 30.000 meer uitgeven. Daardoor is er € 30.000 meer onttrokken aan de betreffende bestemmingsreserves. Programma Wonen Lastenkant: Aan de lastenkant een nadeel van € 11,4 miljoen vanwege (extra) afwaarderingen en stortingen in de voorzieningen van de diverse grondexploitaties ten laste van het resultaat. Daarnaast een extra last van € 2,4 miljoen vanwege de overzetting van Marathonweg Noord van een grondexploitatie naar een NIEGG (zie ook batenkant),vanwege de onduidelijkheden van de ontwikkeling van dit gebied. Aan de lastenkant is bij erfpacht gronden uitgegeven aan Simbolo voor € 2,3 miljoen (boekwaarde). Dit wordt aan de batenkant verdisconteerd met erfpachtuitgifte. Per saldo neutraal. Verder zijn er kosten gemaakt voor VOP-oost die onttrokken wordt aan de betreffende bestemmingsreserve voor € 220.000. Batenkant: De overzetting van Marathonweg van een grondexploitatie naar een NIEGG (zie lastenkant) zorgt ook voor een extra baat van € 2,4 miljoen. Verder vrijval van voorzieningen grondexploitaties voor een totaalbedrag van € 0,9 miljoen. Programma Jeugd en Onderwijs De gemeenten zijn per 1 januari 2015 verantwoordelijk voor alle vormen van jeugdhulp. Een zorgvuldige voorbereiding van deze transitie én het bewerkstelligen van de beoogde transformatie e vraagt extra inspanningen van gemeenten én uitvoerende instellingen. In de 1 VGR 2013 zijn de middelen uit de Algemene uitkering aan de budgetten toegevoegd om deze voorbereidingskosten te dekken. Deze budgetten zijn voor € 117.000 niet benut in 2013 en maken onderdeel uit van de budgetoverheveIing naar 2014. Programma Welzijn en Zorg Bij de Jaarrekening 2012 is € 363.000 (incidenteel) overgeheveld naar 2013 voor samenlevingsopbouw (wijkcentra De Telder). Hiervan is € 42.000 benut. Een voordeel van € 321.000. Van dit bedrag wordt € 78.000 overgeheveld naar 2014. Ook is voor een bedrag van € 50.000 budget overgeheveld in 2013 voor de pilot ‘thuis in wijk’ in het kader van Aktieplan Wonen. Dit budget is niet gebruikt en wordt overgeheveld naar 2014.. Programma Kunst en Cultuur Het tekort bij beeldende kunst is ontstaan doordat subsidies verstrekt zijn aan Stichting Mareado en Stichting Mooi Werk (Kunstproject VIA20) voor in totaal € 76.000, wat niet geraamd is. Deze subsidies zijn ten laste gebracht van de Reserve Beeldende kunst. Verder zijn er extra lasten door tegenvallende aanbesteding project Touwbaan (nadeel € 67.000). Dit is ten laste gegaan van de reserve Touwbaan. Programma Financiën e In de 2 Voortgangsrapportage is via saldo kostenplaatsen € 100.000 geraamd voor inhuur Gemeenentelijke Contactcentrum. In de praktijk is dit ca. € 72.000 duurder uitgevallen. Toevoeging reserves Overschrijding betreft de reserve Nationaal Actieplan Sport en Bewegen (NASB). De subsidie van het ministerie van VWS is gekoppeld aan een gemeentelijke bijdrage. Daarom is er € 111.000 gestort, welke storting niet was geraamd. 188

Onttrekkingen reserves Er is in totaal incidenteel € 0,7 miljoen meer onttrokken dan geraamd. In de meeste gevallen is dit al toegelicht per programma, zoals: Reserve Veilige Schoolzones € 30.000 (zie programma Verkeer en Mobiliteit) Reserve VOP-Oost € 220.000 (zie programma Wonen) Reserve Beeldende Kunst € 76.000 (zie programma Kunst en Cultuur) Reserve Touwbaan € 67.000 (zie programma Kunst en Cultuur) Verder is de reserve Actieplan Wonen voor een bedrag € 288.000 vrijgevallen, conform jaarrekening 2012.

Materieel evenwicht Materieel evenwicht (bedragen x € 1.000) Totale lasten en toev.reserves Totale baten en onttr.reserves Saldo resultaat Incidentele lasten en toev.reserves Incidentele baten en onttr.reserves Saldo resultaat incidenteel Structurele lasten en toev.reserves Structurele baten en onttr.reserves Saldo resultaat structureel Dekking:

Primair 2013 201.293 201.465 172

Begr.nw. Realisatie 2013 2013 209.629 228.396 212.036 220.770 2.407 -7.626

Verschil 2013 -18.767 8.734 -10.033

978 644 -335

7.645 7.829 184

26.086 15.444 -10.642

-18.441 7.615 -10.826

200.315 200.821 507 100,3%

201.984 204.207 2.223 101,1%

202.310 205.326 3.016 101,5%

-326 1.119 793

In bovenstaand tabel is zichtbaar dat de structurele lasten in 2013 worden gedekt door de structurele baten. De jaarrekening 2013 is daardoor materieel in evenwicht. Het nadelig saldo van de incidentele baten en lasten bedraagt € 10,6 miljoen en wordt grotendeels veroorzaakt door: Incidentele zaken 2013 (per saldo) (bedrag x € 1.000) (Extra) afwaardering grondexploitaties Voorziening treffen grondexploitaties Vrijval voorziening grondexploitaties Afwaardering boekwaarde pand Westhavenkade Extra storting voorz.pensioengelden vm.wethouders Verkoop panden (gemeente-eigendom) Vrijval reserve Actieplan Wonen Samenlevingsopbouw (wijkcentra De Telder) Overige incidentele zaken Totaal

Realisatie 2013 -3.600 -7.800 900 -1.800 -300 1.200 300 300 200 -10.600

Programma Wonen Wonen Wonen Bestuur, Dienstverlening en Participatie Bestuur, Dienstverlening en Participatie Bestuur, Dienstverlening en Participatie Wonen Welzijn en Zorg Diverse programma's

189

8.

Niet uit de balans blijkende verplichtingen

In de balans is niet opgenomen de verplichting betreffende het tot en met december 2013 opgebouwde vakantiegeld (€ 1.252.230,-) van het gemeentelijk personeel, alsmede de waarde van het tegoed aan verlof-uren. Het tegoed aan verlofuren is 44.012 uur. Deze verlof-uren zijn gewaardeerd tegen het uurtarief volgens het cafetariamodel ad € 23,56, waarmee het totaal tegoed aan verlof uitkomt op € 1.037.000,-. N.B.1: Vakantiegeld wordt gedekt uit de loonsom en wordt in mei uitbetaald. N.B.2: Opgebouwde verlofuren zijn een verplichting die gewaardeerd wordt tegen het uurtarief. Uitbetaling van verlofuren komt echter slechts sporadisch voor. In de regel wordt het verlof in overleg met de leidinggevende opgenomen als vrije tijd.

190

9. Publicatie op grond van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen (WNT)

Met ingang van 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van kracht geworden. Deze wet vervangt per 1 januari 2013 de Wet openbaarmaking met publieke middelen gefinancierde topinkomens (Wopt). Bij de samenstelling van de in deze paragraaf opgenomen verantwoording uit hoofde van de WNT zijn de Beleidsregels toepassing WNT d.d. 27 februari 2014, inclusief de wijziging van 12 maart 2104, van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) als uitgangspunt gehanteerd. De door de Minister van BZK in zijn kamerbrief d.d. 27 februari 2014 onderkende uitvoeringsproblemen met betrekking tot externe niet-topfunctionarissen wordt erkent. In lijn met paragraaf 6 van de (gewijzigde) Beleidsregels toepassing WNT wordt geen verantwoording afgelegd over externe niet-topfunctionarissen. De norm voor bezoldiging voor topfunctionarissen is in 2013 € 228.599,-. Functionarissen die bezoldigd zijn boven deze norm moeten vermeld worden. Daarnaast moet de bezoldiging van topfunctionarissen vermeld worden, ongeacht beloningsniveau. Topfunctionarissen zijn volgens de wet voor de gemeente de gemeentesecretaris en de griffier.

Topfunctionarissen

datum t/m

parttime factor

aantal dagen in jaar

jaartotaal vaste bezoldigingen

jaartotaal variabele bezoldigingen

jaartotaal toegekende beloningen betaalbaar op termijn

Totaal bezoldiging boekjaar

FUNCTIE

NAAM

datum vanaf

Gemeentesecretaris

C. Kruyt

1-1-2013

31-12-2013

100,00%

365

119.653

n.v.t.

19.303

138.956

Griffier

E.W.K. Meurs

1-1-2013

31-12-2013

100,00%

365

92.696

n.v.t.

14.490

107.186

Vanaf 2014 dienen voor alle in de toelichting op te nemen WNT gegevens tevens de vergelijkende gegevens uit het voorafgaande boekjaar te worden vermeld. In 2013 hoeven geen vergelijkende cijfers 2012 te worden opgenomen omdat de WNT toen nog niet van kracht was.

191

10. EMU-saldo (wet Hof)

Bij het Verdrag van Maastricht (1992) zijn door de landen van de Europese Unie regels vastgesteld ter verbetering van de begrotingsdiscipline in de eurozone. Een van de afspraken had betrekking op het maximaal toegestane begrotingstekort van individuele landen. Deze afspraak staat bekend als de 3%norm, inhoudende dat landen slechts incidenteel een begrotingstekort mogen presenteren dat hoger is dan 3% van het bruto binnenlands product (bbp). Eind 2011 zijn in Europees verband nadere afspraken gemaakt ter verbetering van de begrotingsdiscipline. De uitwerking van deze afspraken heeft in Nederland geleid tot de wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet Hof). De Wet Hof hanteert het EMU-saldo als sturingsinstrument. Het EMU-saldo is te vergelijken met het begrotingssaldo. Het begrotingssaldo is echter gebaseerd op een verantwoordingsprincipe dat bekend staat als het baten-en-laten-stelsel, terwijl het EMU-saldo gebaseerd is op een aangepast transactiestelsel. Het begrotingssaldo dient onverminderd sluitend te zijn, terwijl het EMU-saldo voor individuele gemeenten een negatief saldo kan vertonen. Het toegestane saldo per gemeente, ook wel de referentiewaarde genoemd, wordt jaarlijks in de Septembercirculaire van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gepubliceerd. Voor Vlaardingen golden in 2013 de volgende referentie- en realisatiewaarde:  

Referentiewaarde: Realisatiewaarde:

€ 9,4 miljoen (negatief) € 22,4 miljoen (negatief)

Een negatief EMU-saldo geeft aan dat er sprake is van een vorderingentekort. Dit betekent dat in 2013 de schulden aan derden sneller zijn toegenomen dan de vorderingen op derden. Dit komt o.a. tot uitdrukking in een toename van de leenschuld. Een overschrijding van de referentiewaarde heeft voor individuele gemeenten geen gevolgen.

192

VII BIJLAGEN

Bijlage 1

Sisa

Bijlage 2

Bestuurlijke structuur

193

Bijlage 1 - Sisa (Single Information Single Audit ) Inleiding Single information, single audit betekent eenmalige informatieverstrekking, eenmalige accountantscontrole. Sisa is de manier waarop medeoverheden (provincies, gemeenten en gemeenschappelijke regelingen) aan het Rijk ieder jaar verantwoorden of en hoe ze de specifieke uitkeringen hebben besteed. Vóór 2006 moesten medeoverheden over iedere specifieke uitkering een aparte verantwoording inleveren. Veelal werden die pas in het najaar opgesteld, gecontroleerd en ingediend. Nu moeten de verantwoordingsdocumenten en -indicatoren tijdens de jaarrekeningcontrole al beschikbaar zijn.

Specifieke uitkeringen De gemeente kan extra geld krijgen om specifiek beleid van het Rijk uit te voeren. Dit zijn specifieke uitkeringen waarmee de gemeente bijvoorbeeld de bijstand kan betalen of een bureau voor schuldhulpverlening kan opzetten. Het kabinet is van plan om het aantal specifieke uitkeringen te verminderen.

Afspraken De rijksoverheid bepaalt waar het geld aan besteed wordt, of een gemeente een specifieke uitkering ontvangt en hoeveel geld de gemeente krijgt. Dit is geregeld in de Financiële verhoudingswet.

Overzicht specifieke uitkeringen De ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Financiën rapporteren elk jaar in mei aan de Tweede Kamer welke specifieke uitkeringen er zijn. Ook melden ze hoeveel geld er aan is besteed.

Verantwoording SiSa De gemeenten moeten elk jaar aan het Rijk melden of en hoe ze het geld van de specifieke uitkeringen hebben besteed. Deze verantwoording hoort als bijlage bij de jaarstukken die de gemeente maakt. De verantwoording geschiedt via een voorgeschreven wijze en is op onderdelen, vanwege de Rijksvoorschriften, gedetailleerder dan u gewend bent in een jaarrekening. In het hiernavolgende model is de verantwoording opgesteld voor de volgende regelingen: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.

Onderwijsachterstandenbeleid niet-GSB 2011 – 2014 (OAB) Subsidieregeling sanering verkeerslawaai Spoorse doorsnijdingen Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Gemeentedeel 2013 Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Totaal 2012 Gemeenten inclusief deel gemeenschappelijk regelingen) Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 Wet Werk en Bijstand Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen) Wet Participatiebudget (WPB)

194

Ontvanger

Juridische grondslag

Nummer D9

Specifieke uitkering

Departement OCW

SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2013 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa

Onderwijsachterstanden Besteding (jaar T) aan beleid 2011-2014 (OAB) voorzieningen voor voorschoolse educatie die voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen (conform artikel Gemeenten 166, eerste lid WPO)

I Besteding (jaar T) aan overige activiteiten (naast VVE) voor leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal (conform artikel 165 WPO)

Aard controle R Indicatornummer: D9 / 01

I&M

E3

€ 1.404.856 Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie

Subsidieregeling sanering verkeerslawaai (inclusief bestrijding spoorweglawaai)

N D I C A T O R E N Besteding (jaar T) aan Opgebouwde reserve ultimo afspraken over voor- en (jaar T-1) vroegschoolse educatie met bevoegde gezagsorganen van scholen, houders van kindcentra en peuterspeelzalen (conform artikel 167 WPO)


€ 1.038.962 Besteding (jaar T) ten laste van rijksmiddelen


€ 10.815 Overige bestedingen (jaar T)


€ 360.207 Eindverantwoording Ja/Nee

Kosten ProRail (jaar T) als bedoeld in artikel 25 lid 4 van deze regeling ten laste van rijksmiddelen

Subsidieregeling sanering verkeerslawaai Provincies, gemeenten en gemeenschappelijke regelingen (Wgr)

I&M

E26

Spoorse doorsnijdingen, tranche 1 Regeling eenmalige uitkeringen spoorse doorsnijdingen

Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E3 / 01

Aard controle R Indicatornummer: E3 / 02


1 576.205.00 Zwanensingel 0,00 21.648,00 Nee Aantal projecten (waarvoor een Aantal afgeronde projecten Eindverantwoording Ja/Nee beschikking ontvangen is) (jaar T) Afspraak



0

Realisatie

Gemeenten Aard controle R Indicatornummer: E26 / 01

Regeling eenmalige

1


0


Nee

195

SZW

G1

Wet sociale werkvoorziening (Wsw)_gemeente 2013 Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of er in (jaar T) geen, enkele of alle inwoners werkzaam waren bij een Openbaar lichaam o.g.v. de Wgr.

SZW

G1A

Wet sociale werkvoorziening (Wsw)_totaal 2012 Wet sociale werkvoorziening (Wsw)

Het totaal aantal geïndiceerde inwoners van uw gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december (jaar T)

Het totaal aantal inwoners dat Volledig zelfstandige uitvoering is uitgestroomd uit het Ja/Nee werknemersbestand in (jaar T), uitgedrukt in arbeidsjaren Zie de toelichting in de invulwijzer voor hulp bij het invullen en de mogelijke consequenties van een verkeerde keuze

Aard controle R Indicatornummer: G1 / 01

475,00 Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen

Alle gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G1B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G1C-1) na controle door de gemeente.


11,59 Het totaal aantal geïndiceerde inwoners per gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december (T-1);

Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G1 / 03

Ja Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;

inclusief deel openbaar lichaam inclusief deel openbaar lichaam

Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G1A / 01

1 0622 (Vlaardingen)

Aard controle R Indicatornummer: G1A / 02

487,25


16,44

Het totaal aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;

Het totaal aantal gerealiseerde begeleid werkenplekken voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;

inclusief deel openbaar lichaam inclusief deel openbaar lichaam


359,87


5,89

196

SZW

G2

Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 WWB_gemeente 2013 Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr.

Besteding (jaar T) algemene bijstand

Baten (jaar T) algemene bijstand (exclusief Rijk)

Besteding (jaar T) IOAW

Baten (jaar T) IOAW (exclusief Besteding (jaar T) IOAZ Rijk)

Baten (jaar T) IOAZ (exclusief Rijk)

Gemeente

Gemeente

Gemeente

Gemeente

Gemeente

Gemeente

I.1 Wet werk en bijstand (WWB)

I.1 Wet werk en bijstand (WWB)

I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)

I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)

I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)

I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)




€ 28.769.414 Besteding (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen

€ 719.512 Baten (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen

€ 716.937 Baten (jaar T) WWIK (exclusief Rijk)

Gemeente

Gemeente

Gemeente

I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)

I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)

I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK)


€ 54.159


€ 31.479


€ 5.793 € 98.823 Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee


€0

Zie de toelichting in de invulwijzer voor hulp bij het invullen en de mogelijke consequenties van een verkeerde keuze.


€0



Ja

197

SZW

G3

Besluit Besteding (jaar T) bijstandverlening levensonderhoud gevestigde zelfstandigen 2004 zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen)_gemeent e 2013 Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr.

SZW

G5

Wet participatiebudget (WPB)_gemeente 2013 Wet participatiebudget (WPB) Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr.

Besteding (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob)


€ 42.050 Baten (jaar T) Bob (exclusief Rijk)




€0

Besteding (jaar T) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob)


€0 € 27.877 € 34.586 Besteding (jaar T) aan Volledig zelfstandige uitvoering uitvoeringskosten Bob als Ja/Nee bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 Zie de toelichting in de invulwijzer voor hulp bij het invullen en de mogelijke consequenties van een verkeerde keuze.


€0 Het aantal in (jaar T) bij een ROC ingekochte contacturen

Baten (jaar T) levensonderhoud Baten (jaar T) gevestigde zelfstandigen kapitaalverstrekking (exclusief (exclusief Bob) (exclusief Rijk) Bob) (exclusief Rijk)

Besteding (jaar T) Bob



€ 18.011

€0

Waarvan baten (jaar T) van educatie bij roc’s

Besteding (jaar T) Regelluw


Ja

Let op: Dit is de enige gelegenheid om verantwoording af te leggen over deze taakuitvoering Let op: Deze verantwoording kan niet door een gemeenschappelijke regeling worden uitgevoerd, ongeacht de keuze van de gemeente bij indicator G5/02 Aard controle D1 Indicatornummer: G5 / 01

2475 Volledig zelfstandige uitvoering Besteding (jaar T) Ja/Nee participatiebudget

Waarvan besteding (jaar T) van Baten (jaar T) (niet-Rijk) educatie bij roc's participatiebudget

Dit onderdeel is uitsluitend van toepassing op gemeenten die in (jaar T-1) duurzame plaatsingen van inactieven naar werk hebben gerealiseerd en verantwoord aan het Rijk

De zelfstandige uitvoering betreft de indicatoren G5/03 tot en met G5/07 Zie de toelichting in de invulwijzer voor hulp bij het invullen en de mogelijke consequenties van een verkeerde keuze Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G5 / 02

Ja


€ 5.260.099


€ 327.218


€ 81.702



€0

198

Bijlage 2 - Bestuurlijke Structuur 2013

PvdA VV2000/Leefbaar Vlaardingen VVD GroenLinks CDA SP D66 ChristenUnie/SGP StadsBelangen Vlaardingen Trots Vlaardingen Algemeen Ouderenverbond Totaal

Raadsleden 6 6 3 4 3 3 2 2 2 3 1

Wethouders

35

% deeltijd

1

90

1 1 1 1 1

90 90 80 80 80

6

Dhr. T.P.J. (Tjerk) Bruinsma (burgemeester) (t/m 31-12-2013)  Bestuurlijke coördinatie  Openbare orde en veiligheid  Integraal veiligheidsbeleid  Burgerzaken  Archief  Communicatie – externe betrekkingen  Stadspromotie  Integratie stedelijk niveau  Regionale samenwerking  Stedenband Dhr. H.B. (Bas) Eenhoorn (waarnemend burgemeester) (vanaf 1-1-2014)  Bestuurlijke coördinatie  Openbare orde en veiligheid  Integraal veiligheidsbeleid  Burgerzaken  Archief  Communicatie – externe betrekkingen  Stadspromotie  Integratie stedelijk niveau  Regionale samenwerking  Stedenband Dhr. J. (Hans) Versluijs (wethouder, PvdA)  Ruimtelijke ordening  Monumentenbeleid  Volkshuisvesting en woonruimteverdeling  Rivierzone  Projectwethouder stadskantoor e  1 locoburgemeester Dhr. J.L. (Jan) Robberegt (wethouder, Groen Links)  Milieu en duurzaam  Groen en recreatie  Gebiedsmanagement  Kunst en cultuur  Openbare werken en afvalinzameling  Dierenwelzijn e  2 locoburgemeester

199

Dhr. C.T. (Cees) Oosterom (wethouder CDA)  Sociale zaken en armoedebeleid  Sociale werkvoorziening  Maatschappelijke opvang  WMO en zorg  Grondzaken  Projectwethouder Westelijke Oeververbinding e  3 locoburgemeester Dhr. A.J. (Arnout) Hoekstra (wethouder, SP)  Jeugd  Onderwijs en kinderopvang  Sport  Burgerparticipatie  Archeologie e  4 locoburgemeester Dhr R. (Ruud) de Vries (wethouder, D66)  Economische zaken  Personeel en organisatie  Facilitaire zaken  Informatie en automatisering  Inkoop e  5 locoburgemeester Dhr. R. (Ruud) van Harten (wethouder, ChristenUnie/SGP)  Verkeer en parkeergarages  Binnenstad  Vastgoed  Financiën en subsidiebeleid e  6 locoburgemeester Dhr. C.(Cees) Kruyt ( gemeentesecretaris)

200

Jaarstukken 2013 Jaarverslag en Jaarrekening Gemeente Vlaardingen

Recommend Documents