Postbus 122 5201 AC ’s-Hertogenbosch 073 6249624
Deze JAARREKENING maakt onlosmakelijk deel uit van het JAARVERSLAG 2014.
Bezoekadres: Vlijmenseweg 2 5223 GW ‘s-Hertogenbosch www.kw1c.nl
College van Bestuur: Drs. J. Noordijk, voorzitter College van Bestuur Drs. C.L.E.M. van Gerven, lid College van Bestuur 16 juni 2015
JAARrekening 2014
© Koning Willem I College ’s-Hertogenbosch Reproductie van dit document zonder toestemming van het College van Bestuur van het Koning Willem I College is niet toegestaan anders dan in zijn volledige vorm. Juni 2015 Versie: 1.0 Status: goedgekeurd door Raad van Toezicht
2
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
JAARrekening 2014
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
3
4
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
INHOUDSOPGAVE Klik op een hoofdstuk om naar de bewuste pagina te gaan. Een klik op de regel onderin de pagina brengt u terug naar deze inhoudsopgave.
Jaarverslag 2014 (financiële paragraaf) Financiële situatie op balansdatum 7 B Overige gegevens Toekomstparagraaf
B.1 B.2
13
A Jaarrekening Geconsolideerde jaarrekening A.1.1 Grondslagen voor de jaarrekening A.1.2 Geconsolideerde balans per 31 december 2014 A.1.3 Geconsolideerde staat van baten en lasten over 2014 A.1.4 Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2014 A.1.5 Toelichting op de onderscheiden posten van de geconsolideerde balans A.1.6 Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen A.1.7 Model G Verantwoording subsidies A.1.8 Toelichting op de onderscheiden posten van de geconsolideerde staat van baten en lasten over 2014 A.1.9 Segmentatie naar onderwijssectoren A.1.10 Overzicht verbonden partijen A.1.11 WNT: Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector Enkelvoudige jaarrekening A.1.12 Enkelvoudige balans per 31 december 2014 A.1.13 Enkelvoudige staat van baten en lasten over 2014 A.1.14 Toelichting op de balans en staat van baten en lasten
C 14 19 20 21 22 28 31 32 34 35
Voorstel bestemming exploitatiesaldo Gebeurtenissen na balansdatum
45 45
Controleverklaring van de onafhankelijk accountant 47
D Bijlagen D.1.1 D.1.2 D.2.1 D.2.2 D.3.1 D.3.2 D.4.1 D.4.2
Balans per 31 december 2014, KW1C (Brin 04FO) Staat van baten en lasten over 2014, KW1C (Brin 04FO) Balans per 31 december 2014, BBO De Schalm (Brin 24ZW) Staat van baten en lasten over 2014, BBO De Schalm (Brin 24ZW) Balans per 31 december 2014, Antonius Abt (Brin 04DZ) Staat van baten en lasten over 2014, Antonius Abt (Brin 04DZ) Balans per 31 december 2014, Educatiestichting Koning Willem I College Staat van baten en lasten over 2014, Educatiestichting Koning Willem I College
50 51 52 53 54 55 56 57
37
38 39 40
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
5
6
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
Financiële situatie op balansdatum Kengetallen Financieel
Liquiditeit (current ratio) Solvabiliteit 1 (excl. voorzieningen) Solvabiliteit 2 (incl. voorzieningen) Rentabiliteit gewone bedrijfsvoering
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
1,10 0,73 0,84 2,7
0,98 0,79 0,84 1,1
0,61 0,51 0,81 3,6
0,41 0,55 0,82 -3,6
0,39 0,71 0,81 -2,3
0,74 0,70 0,81 -0,3
0,84 0,69 0,79 -1,1
1,32 0,68 0,81 2,3
2014 1,30* 0,69 0,82 0,5
* De liquiditeit is gewaarborgd middels een kredietfaciliteit van € 1.000.000 (m.i.v. 01-07-2014). Overig Rijksbijdrage/ baten Ov. overheidsbijdragen/ baten Personele lasten/ totale lasten
85,8% 7,3% 72,3%
86,4% 4,3% 71,8%
83,1% 4,0% 71,8%
86,2% 4,3% 73,1%
86,0% 5,5% 73,5%
87,3% 3,4% 73,0%
88,9% 2,9% 73,9%
89,9% 1,7% 74,3%
90,5% 1,7% 73,4%
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
gebouwen en terreinen overig Totaal investeringen
3.628 2.639 6.267
3.841 4.800 8.641
8.866 4.549 13.415
1.694 1.810 3.504
2.120 2.542 4.662
1.666 1.808 3.475
1.773 2.816 4.589
1.266 2.947 4.213
3.244 4.748 7.992
Deelnemersaantallen Telling per Bekostigingsjaar
1-10-2006 2008
1-10-2007 2009
1-10-2008 2010
1-10-2009 2011
1-10-2010 2012
1-10-2011 2013
1-10-2012 2014
1-10-2013 2015
1-10-2014 2016
7.129 4.069 11.198 216 810 12.224
6.826 4.451 11.277 351 567 12.195
6.760 4.778 11.538 536 553 12.627
7.127 4.390 11.517 537 505 12.559
7.458 4.157 11.615 496 484 12.595
7.636 4.165 11.801 441 550 12.792
8.017 3.973 11.990 425 445 12.860
8.565 3.242 11.807 452 559 12.818
8.989 2.948 11.937 470 643 13.050
1-10-2006 2007
1-10-2007 2008
1-10-2008 2009
1-10-2009 2010
1-10-2010 2011
1-10-2011 2012
1-10-2012 2013
1-10-2013 2014
1-10-2014 2015
250 155 405
282 188 470
295 212 507
328 234 562
324 264 588
312 295 607
297 302 599
279 308 587
260 326 586
Investeringen (x € 1.000)
04FO MBO/BOL - VT BBL/BBO/BOL - DT Subtotaal VAVO - deelnemers Inburgering / Educatie Totaal Telling per Bekostigingsjaar 04DZ Onderbouw Bovenbouw Totaal
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
7
Balans (x € 1.000) 2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
Activa Vaste activa Vlottende activa Totaal activa
52.455 11.143 63.598
54.699 9.910 64.609
61.530 7.819 69.349
58.159 4.612 62.771
56.012 4.426 60.438
52.245 8.675 60.920
50.392 10.476 60.868
48.117 16.294 64.411
49.173 15.484 64.657
Passiva Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Totaal passiva
46.607 6.821 0 10.170 63.598
51.083 3.460 0 10.065 64.608
35.432 21.052 0 12.866 69.349
34.627 16.949 0 11.195 62.771
43.059 6.083 0 11.296 60.438
42.791 6.435 0 11.694 60.920
41.868 6.494 0 12.506 60.868
43.911 8.180 0 12.320 64.411
44.350 8.406 0 11.902 64.657
Activa
Passiva
Vlottende activa Vaste activa
100%
100%
80%
80%
60%
60%
40%
40%
20%
20%
0%
0% 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014
8
Kortlopende schulden Voorzieningen Eigen vermogen
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014
Exploitatierekening (x € 1.000) 2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
Baten Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies College-, cursus-, les- en examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten Totaal baten
64.099 5.436 196 972 4.032 74.735
67.160 3.357 516 2.707 4.034 77.773
69.250 3.307 826 1.686 8.235 83.304
69.610 3.440 1.060 1.815 4.792 80.716
72.309 4.613 948 1.354 4.861 84.084
73.673 2.896 1.194 2.143 4.448 84.355
75.363 2.471 1.355 951 4.618 84.758
78.908 1.503 2.285 1.074 4.018 87.787
80.044 1.525 1.905 1.856 3.127 88.458
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
52.654 6.192 4.528 9.486 72.860
55.413 6.358 5.011 10.420 77.202
57.817 6.461 5.942 10.297 80.517
61.122 6.875 5.688 9.968 83.653
63.226 6.808 5.503 10.474 86.011
61.867 6.658 6.367 9.821 84.712
63.410 6.441 6.014 9.938 85.803
63.778 6.455 5.888 9.728 85.850
64.674 6.936 6.699 9.790 88.099
1.875 124 0 1.999
571 315 0 886
2.788 202 0 2.990
-2.938 49 0 -2.889
-1.926 6 0 -1.920
-358 90 0 -267
-1.045 122 0 -923
1.938 105 0 2.043
359 80 0 439
Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten Buitengewoon resultaat Totaal resultaat
Baten 2014
Lasten 2014
Baten in opdracht van derden 2% College-, cursus-, les- en examengelden 2%
Overige baten 4%
Overige overheidsbijdragen en -subsidies 2%
Huisvestingslasten 8%
Overige lasten 11%
Afschrijvingen 8%
Personeelslasten 73% Rijksbijdragen 90%
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
9
Realisatie 2014 versus 2013 De geconsolideerde staat van baten en lasten over 2014 zoals opgenomen onder punt A.1.2 van de jaarrekening kan als volgt worden samengevat (x € 1.000):
Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen College-, cursus-, les- en examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten Totaal baten
2014 € 80.044 1.525 1.905 1.856 3.127 88.458
Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
64.674 6.936 6.699 9.790 88.099
73,1% 7,8% 7,6% 11,1% 99,6%
63.778 6.455 5.888 9.728 85.850
72,7% 7,4% 6,7% 11,1% 97,8%
359
0,4%
1.938
2,2%
80
0,1%
105
0,1%
Resultaat Buitengewone baten
439 0
0,5% 0,0%
2.043 0
2,3% 0,0%
Nettoresultaat
439
0,5%
2.043
2,3%
Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten
10
% 90,5% 1,7% 2,2% 2,1% 3,5% 100,0%
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
2013 € 78.908 1.503 2.285 1.074 4.018 87.787
% 89,9% 1,7% 2,6% 1,2% 4,6% 100,0%
2014 in % van 2013 101% 101% 83% 173% 78% 101% 101% 107% 114% 101% 103%
76%
Realisatie 2014 versus begroting 2014 DDe geconsolideerde staat van baten en lasten over 2014 zoals opgenomen onder punt A.1.2 van de jaarrekening kan als volgt worden samengevat (x € 1.000):
(Rijks)bijdragen OCenW Overige overheidsbijdragen Cursus- en examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten Totaal baten
resultaat 2014 € % 80.044 90,5% 1.525 1,7% 1.905 2,2% 1.856 2,1% 3.127 3,5% 88.458 100,0%
Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
64.674 6.936 6.699 9.790 88.099
73,1% 7,8% 7,6% 11,1% 99,6%
64.392 7.121 6.390 10.108 88.011
73,6% 8,1% 7,3% 11,5% 100,5%
359
0,4%
-464
-0,5%
80
0,1%
112
0,1%
Resultaat Buitengewone baten
439 0
0,5% 0,0%
-353 0
-0,4% 0,0%
Nettoresultaat
439
0,5%
-353
-0,4%
Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten
begroting 2014 € % 79.502 90,8% 1.381 1,6% 1.954 2,2% 1.469 1,7% 3.241 3,7% 87.546 100,0%
resultaat in % begroting 101% 110% 98% 126% 96% 101% 100% 97% 105% 97% 100%
71%
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
11
12
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
Toekomstparagraaf Begroting 2015
Exploitatierekening 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
4.1 4.2 4.3 4.4
04FO BVE
24ZW BVE
04DZ PO
Educatie stichting
Totaal Consolidatie
Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies College-, cursus-, les- en examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten
86.567.271 300.000 1.839.050 209.000 2.583.059
84.014 0 1.590 0 1.126
2.477.740 0 0 0 99.500
0 938.994 0 2.255.000 0
89.129.025 1.238.994 1.840.640 2.464.000 2.683.685
Totaal baten
91.498.380
86.730
2.577.240
3.193.994
97.356.344
Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten
63.527.700 7.572.512 6.296.700 11.313.487
74.000 4.480 6.250 2.000
2.153.900 46.666 151.000 203.800
2.421.800 0 0 293.250
68.177.400 7.623.658 6.453.950 11.812.537
Totaal lasten
88.710.399
86.730
2.555.366
2.715.050
94.067.545
2.787.981
0
21.874
478.944
3.288.799
52.600
0
2.220
0
54.820
2.840.581
0
24.094
478.944
3.343.619
Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten Totaal resultaat
Treasury management Op het Koning Willem I College is in 2014 geen sprake van beleggen en belenen. Wij hanteren ten aanzien van beleggingen het standpunt dat publiek geld wordt verstrekt ten behoeve van het primaire proces van onze instelling, te weten het verzorgen van onderwijs en onderzoek. Dit proces mag niet in gevaar worden gebracht door het aangaan van risico’s die daar niet direct betrekking op hebben, zoals het risicovol
beleggen van tijdelijk overtollig publiek geld.
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
13
A.1.1 Grondslagen voor de jaarrekening
1. Algemene toelichting
1.6
Verbonden partijen Als verbonden partij worden alle rechtspersonen aangemerkt waarover overheersende zeggenschap, gezamenlijke zeggenschap of invloed van betekenis kan worden uitgeoefend. Ook rechtspersonen die overwegende zeggenschap kunnen uitoefenen worden aangemerkt als verbonden partij. Ook de statutaire directieleden, andere sleutelfunctionarissen in het management van de instelling en nauwe verwanten zijn verbonden partijen.
1.1 Activiteiten De activiteiten van de instelling en haar groepsmaatschappijen (‘de Groep) bestaat voornamelijk uit: - dienstverlening op het gebied van onderwijs.
1.2 Groepsverhoudingen Het Koning Willem I College behoort tot de Koning Willem I -groep. Aan het hoofd van deze groep staat Stichting Regionaal Onderwijscentrum ‘s-Hertogenbosch te ‘s-Hertogenbosch. De jaarrekening van het Koning Willem I College is opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van Stichting Regionaal Onderwijscentrum ‘s-Hertogenbosch te ‘s-Hertogenbosch. 1.7
1.3 Schattingen
1.4 Consolidatie De in de consolidatie begrepen rechtspersonen zijn: - Stichting Regionaal Onderwijscentrum ‘s-Hertogenbosch - Educatiestichting Koning Willem I College. De financiële gegevens van deze rechtspersonen worden voor 100% in de consolidatie opgenomen.
Fiscale eenheid Stichting Regionaal Onderwijscentrum ‘s-Hertogenbosch vormt een fiscale eenheid voor de omzetbelasting met Educatiestichting Koning Willem I College.
14
Toelichting op het kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen, met uitzondering van deposito’s met een looptijd langer dan drie maanden. Kasstromen in vreemde valuta zijn omgerekend tegen een geschatte gemiddelde koers. Koersverschillen op geldmiddelen worden afzonderlijk in het kasstroomoverzicht getoond. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest, ontvangen dividenden en winstbelastingen zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. Betaalde dividenden zijn opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. De verkrijgingsprijs van de verworven groepsmaatschappij is opgenomen onder de kasstroom uit investeringsactiviteiten, voor zover betaling in geld heeft plaatsgevonden. De geldmiddelen die in de verworven groepsmaatschappij aanwezig zijn, zijn op de aankoopprijs in mindering gebracht. Transacties waarbij geen instroom of uitstroom van kasmiddelen plaatsvindt, waaronder financiële leasing, zijn niet in het kasstroomoverzicht opgenomen. De betaling van de leasetermijnen uithoofde van het financiële leasingcontract zijn voor het gedeelte dat betrekking heeft op de aflossing als een uitgave uit financieringsactiviteiten aangemerkt en voor het gedeelte dat betrekking heeft op de interest als een uitgave uit operationele activiteiten.
Om de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening te kunnen toepassen, is het nodig dat de directie van het Koning Willem I College zich over verschillende zaken een oordeel vormt, en dat de directie schattingen maakt die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de desbetreffende jaarrekeningposten.
1.5
Transacties van betekenis met verbonden partijen worden toegelicht voor zover deze niet onder normale marktvoorwaarden zijn aangegaan. Hiervan wordt toegelicht de aard en de omvang van de transactie en andere informatie die nodig is voor het verschaffen van het inzicht.
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
1.8
Beleidsregels toepassing WNT De Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semi-publieke sector (WNT) is met ingang van 1 januari 2013 van kracht.
2. Grondslagen voor waardering van activa en passiva 2.1 Algemeen
Overige vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs inclusief direct toerekenbare kosten, onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de verwachte toekomstige gebruiksduur en bijzondere waardeverminderingen. De vervaardigingsprijs bestaat uit de aanschaffingskosten van grond- en hulpstoffen en kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de vervaardiging inclusief installatiekosten.
De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellinge uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving die uitgegeven zijn door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Deze bepalingen zijn van toepassing op grond van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs. Activa en verplichtingen worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de balans, de staat van baten en lasten en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelichting.
2.2
Indien voor te vervaardigen materiële vaste activa noodzakelijkerwijs een aanmerkelijke hoeveelheid tijd nodig is om deze gebruiksklaar te maken, worden de rentekosten opgenomen in de vervaardigingsprijs. Subsidies op investeringen worden in mindering gebracht op de verkrijgings- of vervaardigingsprijs van de activa waarop de subsidies betrekking hebben.
Vergelijking met voorgaand jaar
Voor verplichtingen tot herstel na afloop van het gebruik van het actief (ontmantelingskosten) wordt een voorziening getroffen voor het verwachte bedrag op het moment van activering. Dit bedrag wordt verwerkt als onderdeel van de vervaardigingsprijs.
De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van het voorgaand jaar.
2.3 Immateriële vaste activa De immateriële vaste activa zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs onder aftrek van afschrijvingen. Computersoftware Gekochte softwarelicenties worden geactiveerd tegen de verkrijgingsprijs en afgeschreven over de geschatte toekomstige gebruiksduur. Uitgaven samenhangend met onderhoud van softwareprogramma’s worden verantwoord in de staat van baten en lasten.
2.4
Materiële vaste activa Bedrijfsgebouwen en -terreinen worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs plus bijkomende kosten of vervaardigingsprijs onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de geschatte toekomstige gebruiksduur. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Er wordt rekening gehouden met de bijzondere waardeverminderingen die op balansdatum worden verwacht. Voor de vaststelling of voor een materieel vast actief sprake is van een bijzondere waardevermindering wordt verwezen naar paragraaf 2.6
Voor de toekomstige kosten van groot onderhoud aan de bedrijfsgebouwen is een voorziening voor groot onderhoud gevormd. De toevoeging aan de voorziening wordt bepaald op basis van het geschatte bedrag van het onderhoud en de periode die telkens tussen de werkzaamheden van groot onderhoud verloopt.
2.5
Financiële vaste activa De onder financiële vaste activa opgenomen overige vorderingen omvatten verstrekte leningen en overige vorderingen, alsmede gekochte leningen die tot het einde van de looptijd zullen worden aangehouden. Deze vorderingen worden initieel gewaardeerd tegen reële waarde. Vervolgens worden deze leningen gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Indien er bij de verstrekking van leningen sprake is van disagio of agio, wordt dit gedurende de looptijd ten gunste respectievelijk ten laste van het resultaat gebracht als onderdeel van de effectieve rente. Ook transactiekosten worden verwerkt in de eerste waardering en als onderdeel van de effectieve rente ten laste van het resultaat gebracht. Bijzondere waardeverminderingen worden in mindering gebracht op de geamortiseerde kostprijs en direct verantwoord in de staat van baten en lasten.
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
15
2.6
Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa
het bedrag dat nodig is om het actief te waarderen op de geamortiseerde kostprijs op het moment van de terugname, als geen sprake geweest zou zijn van een bijzondere waardevermindering. Het teruggenomen verlies wordt in de staat van baten en lasten verwerkt.
De instelling beoordeelt op iedere balansdatum of er aanwijzingen zijn dat een vast actief aan een bijzondere waardevermindering onderhevig kan zijn. Indien dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief vastgesteld. Indien het niet mogelijk is de realiseerbare waarde voor het individuele actief te bepalen, wordt de realiseerbare waarde bepaald van de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief behoort. Van een bijzondere waardevermindering is sprake als de “boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde; de realiseerbare waarde is de hoogste” van de opbrengstwaarde en de bedrijfswaarde. De opbrengstwaarde is bepaald met behulp van de bepalingen van de actieve markt. Voor de bepaling van de bedrijfswaarde is bij het contant maken van de kasstromen een disconteringsvoet gehanteerd van 2% (2012: 2%). Een bijzonderewaardeverminderingsverlies wordt direct als een last verwerkt in de winst-enverliesrekening.
Bij een investering in eigen-vermogensinstrumenten gewaardeerd tegen kostprijs wordt de omvang van de bijzondere waardevermindering bepaald als het verschil tussen de boekwaarde van het financiële actief en de best mogelijke schatting van de toekomstige kasstromen, contant gemaakt tegen de actuele vermogenskostenvoet voor een soortgelijk financieel actief. Het bijzondere waardeverminderingsverlies wordt slechts teruggenomen indien er aanwijzingen zijn dat een in voorgaande jaren in de jaarrekening verwerkt verlies als gevolg van waardevermindering niet meer aanwezig is of veranderd is.
2.7 Voorraden De voorraden worden gewaardeerd op verkrijgingsprijzen onder toepassing van de FIFO-methode (‘first in, first out’) of lagere opbrengstwaarde.
Indien wordt vastgesteld dat een bijzondere waardevermindering die in het verleden verantwoord is, niet meer bestaat of is afgenomen, dan wordt de toegenomen boekwaarde van de desbetreffende activa niet hoger gesteld dan de boekwaarde die bepaald zou zijn indien geen bijzondere waardevermindering voor het actief zou zijn verantwoord. Ook voor financiële instrumenten beoordeelt de instelling op iedere balansdatum of er objectieve aanwijzingen zijn voor bijzondere waardeverminderingen van een financieel actief of een groep van financiële activa. Bij objectieve aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen bepaalt de vennootschap de omvang van het verlies uit hoofde van de bijzondere waardeverminderingen, en verwerkt dit direct in de staat van baten en lasten. Bij financiële activa die gewaardeerd zijn tegen geamortiseerde kostprijs wordt de omvang van de bijzondere waardevermindering bepaald als het verschil tussen de boekwaarde van het actief en de best mogelijke schatting van de toekomstige kasstromen, contant gemaakt tegen de effectieve rentevoet van het financiële actief zoals die is bepaald bij de eerste verwerking van het instrument. Het waardeverminderingsverlies dat daarvoor opgenomen was, dient te worden teruggenomen indien de afname van de waardevermindering verband houdt met een objectieve gebeurtenis na afboeking. De terugname wordt beperkt tot maximaal
16
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
De opbrengstwaarde is de geschatte verkoopprijs onder aftrek van direct toerekenbare verkoopkosten. Bij de bepaling van de opbrengstwaarde wordt rekening gehouden met de incourantheid van de voorraden.
2.8 Vorderingen Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie.Handelsvorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Als de ontvangst van de vordering is uitgesteld op grond van een verlengde overeengekomen betalingstermijn wordt de reële waarde bepaald aan de hand van de contante waarde van de verwachte ontvangsten en worden er op basis van de effectieve rente rente-inkomsten ten gunste van de staat van baten en lasten gebracht. Voorzieningen wegens oninbaarheid worden in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering.
2.9
Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde.
2.10 Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit algemene reserves en bestemmingsreserves. Het eigen vermogen bestaat uitsluitend uit publieke middelen. De bestemmingsreserves zijn reserves met een beperktere bestedingsmogelijkheid, waarbij de beperking door het bestuur is aangebracht.
2.11 Voorzieningen Algemeen Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld.
en de blijfkans. Bij het contant maken is de marktrente van hoogwaardige ondernemingsobligaties ad 2% (2012: 2%) als disconteringsvoet gehanteerd. Overige voorzieningen De overige voorzieningen worden opgenomen tegen nominale waarde van de voor de afwikkeling van de voorziening naar verwachting noodzakelijke uitgaven.
2.12 Schulden Schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Transactiekosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving van de schulden worden in de waardering bij eerste verwerking opgenomen. Schulden worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs, zijnde het ontvangen bedrag rekening houdend met agio of disagio en onder aftrek van transactiekosten. Het verschil tussen de bepaalde boekwaarde en de uiteindelijke aflossingswaarde wordt op basis van de effectieve rente gedurende de geschatte looptijd van de schulden in de staat van baten en lasten als interestlast verwerkt.
2.13 Operational leasing Wanneer de verwachting is dat een derde de verplichtingen vergoedt, en wanneer het waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting, dan wordt deze vergoeding als een actief in de balans opgenomen. Voor uitgaven voor groot onderhoud wordt een voorziening gevormd om deze lasten gelijkmatig te verdelen over een aantal boekjaren.
Bij de instelling kunner er leasecontracten bestaan waarbij een groot deel van de voor- en nadelen die aan de eigendom verbonden zijn, niet bij de instelling ligt. Deze leasecontracten worden verantwoord als operationele leasing. Verplichtingen uit hoofde van operationele leasing worden, rekening houdend met ontvangen vergoedingen van de lessor, op lineaire basis verwerkt in de staat van baten en lasten over de looptijd van het contract.
Voorziening wachtgelden De voorziening wachtgelden wordt opgenomen tegen de contante waarde van de verwachte uitkeringen. voor (bovenwettelijke) wachtgeldverplichtingen en wachtgeldvervangende maatregelen. Bij de berekening van de voorziening wordt onder meer rekening gehouden met de kans op loopbaanherstel. Bij het contant maken is de marktrente van hoogwaardige ondernemingsobligaties ad 2% als disconteringsvoet gehanteerd. Voorziening jublilea De voorziening jubilea wordt opgenomen tegen de contante waarde van de verwachte uitkeringen gedurende het dienstverband. Bij de berekening van de voorziening wordt onder meer rekening gehouden met verwachte salarisstijgingen
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
17
3. Grondslagen voor de bepaling van het resultaat
3.1 Algemeen
Pensioenen De instelling heeft een pensioenregeling bij Stichting Bedrijfspensioenfonds ABP. Op deze pensioenregeling zijn de bepalingen van de Nederlandse Pensioenwet van toepassing en worden op verplichte of contractuele basis premies betaald door de instelling. ABP hanteert het middelloon als pensioengevende salarisgrondslag. ABP probeert ieder jaar de pensioenen te verhogen met de gemiddelde stijging van de lonen in de sectoren overheid en onderwijs. Wanneer de dekkingsgraad lager is dan 105% vindt er geen indexatie plaats. De premies worden verantwoord als personeelskosten zodra deze verschuldigd zijn. Vooruitbetaalde premies worden opgenomen als overlopende activa indien dit tot een terugstorting leidt of tot een vermindering van toekomstige betalingen. Nog niet betaalde premies worden als verplichting op de balans opgenomen.
De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn verwezenlijkt. Verliezen en risico’s die hun oorsrong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen, indien zij voor het vaststellen van de jaarrekening bekend zijn geworden.
3.2 Rijksbijdragen Rijksbijdragen worden als baten verantwoord in de staat van baten en lasten in het jaar waarop de toekenning betrekking heeft.
3.3
Overige overheidsbijdragen en -subsidies Exploitatiesubsidies worden als bate verantwoord in de staat van baten en lasten in het jaar waarin de gesubsidieerde kosten zijn gemaakt of opbrengsten zijn gederfd, of wanneer een gesubsidieerd exploitatietekort zich heeft voorgedaan. De baten worden verantwoord als het waarschijnlijk is dat deze worden ontvangen en de instelling de condities voor ontvangst kan aantonen.
De dekkingsgraad van Stichting Bedrijfspensioenfonds ABP per 31 december 2014 is 101,1 %.
3.7
Subsidies met betrekking tot investeringen in materiële vaste activa worden in mindering gebracht op het desbetreffende actief en als onderdeel van de afschrijvingen verwerkt in de staat van baten en lasten.
3.4
Verlenen van diensten Verantwoording van opbrengsten uit de levering van diensten geschiedt naar rato van de geleverde prestaties, gebaseerd op de verrichte diensten tot aan de balansdatum in verhouding tot de in totaal te verrichten diensten.
3.5
Overige baten Overige baten bestaan uit baten uit verhuur, detachering, ouderbijdragen en overige baten.
3.6 Personeelsbeloningen Periodiek betaalbare beloningen Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de staat van baten en lasten voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers respectievelijk de. belastingautoriteit.
18
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Immateriële vaste activa en materiële vaste activa worden vanaf het moment van ingebruikneming afgeschreven over de verwachte toekomstige gebruiksduur van het actief. Over terreinen wordt niet afgeschreven. Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de toekomstige gebruiksduur, dan worden de toekomstige afschrijvingen aangepast. Boekwinsten en -verliezen uit de incidentele verkoop van materiële vaste activa zijn begrepen onder de afschrijvingen.
3.8
Financiële baten en lasten Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de desbetreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen.
A.1.2
Geconsolideerde balans per 31 december 2014
(na resultaatbestemming) Activa
2014 EUR
EUR
2013 EUR
1.1 1.2 1.3
Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa
703.487 48.469.269 1 49.172.757
647.259 47.469.861 1 48.117.121
1.4 1.5 1.6 1.7
Vlottende activa Voorraden Vorderingen Effecten Liquide middelen Totaal vlottende activa
88.704 3.205.769 0 12.190.015 15.484.488
89.920 4.303.828 0 11.900.265 16.294.013
Totaal activa
EUR
64.657.245
64.411.134
2
Passiva
2.1 2.2 2.3 2.4
Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden
44.350.084 8.405.614 0 11.901.547
43.911.039 8.180.174 0 12.319.921
Totaal passiva
64.657.245
64.411.134
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
19
A.1.3 Geconsolideerde staat van baten en lasten over 2014 2014 EUR
Begroot 2014 EUR
2013 EUR
3
Baten
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies College-, cursus-, les- en examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten Totaal baten
80.043.777 1.525.094 1.905.484 1.856.409 3.127.176 88.457.940
79.501.708 1.380.838 1.953.675 1.468.500 3.241.322 87.546.043
78.907.904 1.502.202 2.284.859 1.073.798 4.018.495 87.787.258
4 4.1 4.2 4.3 4.4
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
64.674.156 6.936.076 6.698.659 9.789.682 88.098.573
64.391.671 7.121.282 6.390.015 10.107.541 88.010.509
63.777.708 6.455.463 5.888.012 9.728.397 85.849.580
Saldo baten en lasten
359.367
-464.466
1.937.678
5
Financiële baten en lasten Resultaat
79.678 439.045
111.820 -352.646
105.408 2.043.086
6
Belastingen
0
0
0
7
Resultaat deelnemingen Resultaat na belastingen
0 439.045
0 -352.646
0 2.043.086
8
Aandeel derden in resultaat Nettoresultaat
0 439.045
0 -352.646
0 2.043.086
9
Buitengewoon resultaat
0
0
0
439.045
-352.646
2.043.086
Totaal resultaat
20
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
A.1.4 Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2014 EUR
2014 EUR
EUR
2013 EUR
Kasstroom uit operationele activiteiten Saldo Baten en Lasten
359.367
1.937.678
4.2 2.2
Aanpassingen voor: Afschrijvingen Mutaties voorzieningen
6.936.076 225.440
6.455.463 1.686.595
1.4 1.5 2.4
Veranderingen in vlottende middelen: Voorraden (-/-) Vorderingen (-/-) Schulden
1.216 1.098.059 -418.374
30.916 -870.974 -186.114
Totaal Kasstroom uit bedrijfsoperaties 5.1 5.5 9
Ontvangen interest Betaalde interest (-/-) Buitengewoon resultaat
Totaal kasstroom uit operationele activiteiten
8.201.784 112.028 -32.350 0 79.678
9.053.564 128.834 -23.426 0 105.408
8.281.462
9.158.972
Investeringen immateriële vaste activa (-/-) Investeringen materiële vaste activa (-/-) Desinvesteringen materiële vaste activa Overige investeringen in financiële vaste activa (-/-)
-422.292 -7.569.750 330 0
-231.569 -3.981.181 31.729 0
Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten
-7.991.712
-4.181.021
Nieuw opgenomen leningen Aflossing langlopende schulden (-/-)
0 0
0 0
Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten
0
0
289.750
4.977.951
Kasstroom uit investeringsactiviteiten 1.1 1.2 1.2 1.3
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Mutatie liquide middelen
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
21
A.1.5 Toelichting op de onderscheiden posten van de geconsolideerde balans VA Vaste activa
1.1 1.1.5
Immateriële vaste activa Overige Immateriële vaste activa
1.2 1.2.1
Materiële vaste activa Gebouwen en terreinen Inventaris en apparatuur Andere vaste bedrijfsmiddelen In uitvoering en vooruitbetalingen Materiële vaste activa
1.2.2 1.2.3 1.2.4
Aanschaf prijs 01-01-14 EUR
Afschrijving cumulatief 01-01-14 EUR
Boekwaarde Investeringen
Des- Afschrijvingen Afschrijvingen investeringen Desinvesteringen EUR EUR EUR EUR
Aanschaf prijs 31-12-14 EUR
Afschrijving cumulatief 31-12-14 EUR
Boekwaarde
1.677.179 1.677.179
1.029.920 1.029.920
647.259 647.259
422.292 422.292
0 0
366.064 366.064
0 0
2.099.471 2.099.471
1.395.984 1.395.984
703.487 703.487
85.297.050
46.597.066
38.699.984
3.243.640
0
4.089.497
0
88.540.690
50.686.563
37.854.127
59.485.610
51.128.095
8.357.515
4.326.110
17.690
2.480.515
17.360
63.794.030
53.591.250
10.202.780
412.362
0
412.362
0
0
0
0
412.362
0
412.362
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
145.195.022
97.725.161
47.469.861
7.569.750
17.690
6.570.012
17.360
152.747.082
104.277.813
48.469.269
01-01-14 EUR
Aan de bank is een positieve/negatieve hypotheek verklaring ad € 4,5 miljoen verstrekt op panden aan de Vlijmenseweg 2 te ‘s-Hertogenbosch.
1.3
Financiële vaste activa
1.3.5
Vorderingen op OCW Financiële vaste activa
Boekwaarde 01-01-14
Investeringen en verstrekte leningen
Resultaat deelnemingen
Boekwaarde 31-12-14
EUR
Desinvesteringen en afgeloste leningen EUR
EUR
EUR
EUR
1 1
0 0
0 0
0 0
1 1
De vordering OCW betreft een voorwaardelijke vordering welke uitsluitend inbaar zal zijn op het moment van opheffing van de instelling. De langlopende vordering op het ministerie van OCW inzake loonheffing/premie ABP juli 1991 ad € 583.461, vanwege de overgang van declaratiebekostiging op het baten en lastenstelsel, is in 2011 afgewaardeerd naar het fictieve bedrag van € 1.
22
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
31-12-14 EUR
VV
Voorraden en vorderingen 2014 EUR
2013 EUR
88.704 0 88.704
89.920 0 89.920
88.704 0 88.704
89.920 0 89.920
727.857 1.000.118 645.366 449.357 522.613 139.542 3.205.769
1.275.675 968.734 1.341.125 477.300 512.557 271.563 4.303.828
Uitsplitsing 1.5.7.1 Personeel 1.5.7.2 Overige Overige vorderingen
0 449.357 449.357
0 477.300 477.300
1.5.8.1 Vooruitbetaalde kosten 1.5.8.2 Verstrekte voorschotten 1.5.8.3 Overige overlopende activa Overlopende activa
503.413 0 19.200 522.613
556.515 0 -43.958 512.557
1.5.9.1 Stand per 1-1 1.5.9.2 Onttrekking 1.5.9.3 Dotatie Af: Voorzieningen wegens oninbaarheid
271.563 132.021 0 139.542
282.346 66.131 55.348 271.563
1.4
Voorraden
1.4.1 1.4.2
Gebruiksgoederen Vooruitbetaald op voorraden Voorraden
Uitsplitsing 1.4.1.1 Verkrijgingsprijs gebruiksgoederen 1.4.1.2 Af: Voorziening voor incourantheid Gebruiksgoederen 1.5
Vorderingen
1.5.1 1.5.2 1.5.5 1.5.7 1.5.8 1.5.9
Debiteuren OCW Studenten / deelnemers / cursisten Overige vorderingen Overlopende activa Af: Voorzieningen wegens oninbaarheid Vorderingen
Alle vorderingen hebben een resterende looptijd korter dan een jaar.
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
23
EL
Effecten & Liquide middelen
1.7
Liquide Middelen
1.7.1 1.7.2 1.7.3 1.7.4
Kasmiddelen Tegoeden op bank- en girorekeningen Deposito's Overige liquide middelen Liquide Middelen
2014 EUR
2013 EUR
29.849 1.801.540 10.358.626 0 12.190.015
34.411 1.709.957 10.155.897 0 11.900.265
De liquide middelen staan ter vrije beschikking van de insteling.
24
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
EV
Eigen vermogen Stand per 1-1-2014 EUR
2.1
Eigen vermogen
2.1.1 2.1.2
Stichtingskapitaal Algemene reserve Bestemmingsreserve (publiek) Eigen vermogen
Resultaat EUR
Overige mutaties EUR
Stand per 31-12-2014 EUR
45 28.325.570 15.585.424 43.911.039
439.045 0 439.045
609.090 -609.090 0
45 29.373.705 14.976.334 44.350.084
Uitsplitsing 2.1.1.1 2.1.1.2 2.1.1.3 2.1.1.4
Algemene reserve (04FO) Algemene reserve (24ZW) Algemene reserve (04DZ) Algemene reserve (Educatiestichting) Algemene reserve
27.058.083 109.902 562.260 595.325 28.325.570
-295.071 14.792 -68.849 788.173 439.045
609.090 0 0 0 609.090
27.372.102 124.694 493.411 1.383.498 29.373.705
2.1.2.1 2.1.2.2 2.1.2.3 2.1.2.4 2.1.2.5 2.1.2.6 2.1.2.7 2.1.2.8 2.1.2.9
Huisvesting (04FO) Herwaardering gebouwen n.g. (04FO) Onderwijsontwikkeling (04FO) Beheersystemen (04FO) Herhuisvesting (04FO) Personeel (04FO) BAPO (04FO) Aanpassing speelplaats (04DZ) Projecten (04FO) Bestemmingsreserve (publiek)
409.325 3.837.008 760.000 1.204.000 981.704 3.600.000 4.788.387 5.000 0 15.585.424
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
-409.325 -425.888 0 0 0 0 0 0 226.123 -609.090
0 3.411.120 760.000 1.204.000 981.704 3.600.000 4.788.387 5.000 226.123 14.976.334
Het totaalresultaat is toegevoegd aan de algemene reserve. - De onder 2.1.2 verantwoorde bestemmingsreserves betreffen afgezonderde delen van het eigen vermogen waarbij een beperktere bestedingsmogelijkheid door het bestuur is aangebracht. Aan de genoemde bestemmingsreserves liggen concrete beleids- en financieringsplannen ten grondslag. - De extra-uitgaven ter grootte van € 409.325 veroorzaakt door afschrijvingslasten nieuwbouw na 1999 zijn gefinancieerd middels de bestemmingsreserve Huisvesting. - Gerealiseerde afschrijvingen gebouwen ter grootte van € 425.888 zijn gefinancieerd uit de bestemmingsreserve “Herwaardering gebouwen n.g.”. - Bestemmingsreserve Onderwijsontwikkeling heeft ten doel om additionele uitgaven ter bevordering van de kwaliteit van het onderwijsproces te financieren. - Bestemmingsreserve Beheersystemen heeft ten doel om uitgaven voor ontwikkeling, vervanging en aanpassing van informatieverwerkende systemen ten behoeve van het onderwijs en onderwijsondersteunende processen te financieren. - Bestemmingsreserve Herhuisvesting heeft ten doel om uitgaven voor relocatie van bedrijfsonderdelen te financieren. - Bestemmingsreserve Personeel heeft ten doel om uitgaven voor verbetering en verhoging van het welbevinden, het welzijn en de kwaliteit van het personeel te financieren. - Bestemmingsreserve BAPO is gevormd per 1 januari 2010 als gevolg van de stelselwijziging waarbij de gevormde voorziening BAPO voor de toekomstige lasten vanuit de BAPO-regeling is vrijgevallen. - Bestemmingsreserve Aanpassing speelplaats heeft ten doel om uitgaven voor aanpassing van een speelplaats te financieren. - Bestemmingsreserve Projecten heeft ten doel om uitgaven voor (inter)nationale activiteiten op projectbasis te financieren.
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
25
V
Voorzieningen Stand per 1-1-2014 EUR
Dotaties
Onttrekkingen
Vrijval
EUR
EUR
1.640.026 6.540.148 8.180.174
123.000 2.138.000 2.261.000
990.000 618.684 31.342
Personeelsvoorzieningen 2.2.3.1 Onderhoud 2.2.3.2 Schenking vruchtgebruik
2.2 2.2.1 2.2.3
Voorzieningen Personeelsvoorzieningen Overige voorzieningen Voorzieningen
Uitsplitsing 2.2.1.1 Wachtgelden 2.2.1.2 Jubilea 2.2.1.3 Formatiemix
EUR
Stand per 31-12-2014 EUR
Kortlopende deel <1 jaar EUR
Langlopende deel >1 jaar EUR
419.778 1.615.782 2.035.560
0 0 0
1.343.248 7.062.366 8.405.614
276.000 2.138.000 2.414.000
1.067.248 4.924.366 5.991.614
0 123.000
240.373 148.063 31.342
0 0
749.627 593.621 0
153.000 123.000 0
596.627 470.621 0
1.640.026
123.000
419.778
0
1.343.248
276.000
1.067.248
6.529.938 10.210 6.540.148
2.138.000 0 2.138.000
1.615.782 0 1.615.782
0 0 0
7.052.156 10.210 7.062.366
2.138.000 0 2.138.000
4.914.156 10.210 4.924.366
- De voorziening Wachtgelden is gevormd voor per balansdatum bestaande (bovenwettelijke) wachtgeldverplichtingen en wachtgeldvervangende maatregelen. - De voorziening jubilea is gevormd voor de verplichting om toekomstige onderwijsjubilea te betalen. - De verplichting is gewaardeerd tegen contante waarde. De disconteringsvoet bedraagt 2%. - De verplichting is berekend voor het gehele personeel, rekening houdend met het individuele onderwijsverleden en de inschaling per balansdatum. - De voorziening formatiemix is gevormd voor de verplichting aangegaan met medewerkers in het kader van de Jong voor Oud -regeling. - De onderhoudsvoorziening is gevormd ter egalisatie van uitgaven voor groot planmatig onderhoud. - Ter gelijkmatige verdeling van de onderhoudskosten wordt de voorziening groot onderhoud bepaald op basis van de te verwachten kosten over een reeks van jaren. - De voorziening wordt lineair opgebouwd. Het uitgevoerde groot onderhoud wordt ten laste van de voorziening gebracht. - Jaarlijks wordt het meerjarig onderhoudsplan geactualiseerd.
26
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
KS
2.4 2.4.1 2.4.3 2.4.4 2.4.7 2.4.8 2.4.9 2.4.10
2.4.7.1 2.4.7.2 2.4.7.3
2.4.9.1 2.4.9.2
Kortlopende schulden 2014 EUR
2013 EUR
Kortlopende schulden Kredietinstellingen Crediteuren OCW Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden terzake van pensioenen Overige kortlopende schulden Overlopende passiva Kortlopende schulden
0 2.290.652 0 2.627.081 838.530 717.112 5.428.172 11.901.547
0 2.008.197 0 2.595.110 926.957 701.615 6.088.042 12.319.921
Uitsplitsing Loonheffing Omzetbelasting Premies sociale verzekeringen Belastingen en premies sociale verzekeringen
2.625.299 1.219 563 2.627.081
2.543.801 24.108 27.201 2.595.110
0 717.112 717.112
0 701.615 701.615
1.084.634 127.097 1.079.826 75.000 654.277 2.177.245 0 97.966 132.127 5.428.172
1.147.404 46.916 1.341.824 75.000 1.003.528 2.131.108 0 211.531 130.731 6.088.042
Investeringscrediteuren Overige Overige kortlopende schulden
2.4.10.1 Vooruitontvangen deelnemersbijdragen Te verrekenen subsidies OCW geoormerkt 2.4.10.2 Vooruitontvangen subsidies OCW geoormerkt 2.4.10.3 Vooruitontvangen subsidies OCW niet geoormerkt 2.4.10.4 Vooruitontvangen projectgelden 2.4.10.5 Vakantiegeld en -dagen 2.4.10.6 Contractactiviteiten 2.4.10.7 Gemeentelijke bijdrage educatie 2.4.10.8 Overige Overlopende passiva
Alle kortlopende schulden hebben een resterende looptijd korter dan een jaar.
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
27
A.1.6 Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen Niet uit de balans blijkende rechten De vordering op het Ministerie van OCW ten bedrage van € 583.461 (zie toelichting financiële vaste activa) is ontstaan bij de overgang van declaratiebekostiging naar lumpsumbekostiging in 1991. Er heeft op geen enkele wijze afstand van recht plaatsgevonden. In plaats daarvan wordt ook nu beroep gedaan op uitbetaling van deze vorderingen teneinde verjaring ervan te voorkomen.
Contracten Voor schoonmaak is een raamovereenkomst afgesloten. Het contract met CSU heeft een looptijd tot 31 december 2015. Het jaarbedrag bedraagt € 1.026.108. Voor afvalverwerking is een raamovereenkomst afgesloten. Het contract met Sita heeft een looptijd tot 31 maart 2016. Het jaarbedrag bedraagt € 32.314.
De liquiditeit is gewaarborgd middels een kredietfaciliteit van € 1.000.000.
Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Het jaarbedrag voor huur Vakcentrum Afbouw en Onderhoud (Savantis) bedraagt € 123.939. Het contract met Savantis heeft een looptijd tot 31 juli 2017.
Operationel leases Ultimo boekjaar zijn de verplichtingen uit hoofde van operationele leases als volgt te specificeren: Te betalen: € Binnen één jaar 280.342 Tussen één en vijf jaar 0 Meer dan vijf jaar 0 Gedurende het verslagjaar zijn in de staat van baten en lasten verwerkt: 2014 € Minimale leasebetalingen 420.514 Voorwaardelijke leasebetalingen 0 Sub-leaseontvangsten 0 Indien in de vermelde leasebetalingen betalingen in verband met overige bestanddelen van de overeenkomst zijn inbegrepen, worden de betalingen inclusief deze overige bestanddelen afzonderlijk opgenomen.
Het jaarbedrag voor huur gebouw Flik-Flak bedraagt € 100.396. Het contract met stichting accommodatie Flik-Flak heeft een looptijd tot 1 augustus 2018. Het jaarbedrag voor huur Weidonklaan 98/99 bedraagt € 30.235. Het contract met de gemeente ‘s-Hertogenbosch heeft een looptijd tot 1 september 2014. Stilzwijgend doorlopend voor een periode van telkens 1 jaar. Het jaarbedrag voor huur Weidonklaan 100/100a bedraagt € 56.000. Het contract met de gemeente ‘s-Hertogenbosch heeft een looptijd tot 1 september 2014. Stilzwijgend doorlopend voor een periode van telkens 1 jaar. Het jaarbedrag voor huur Stadionlaan 53, 55+57 en 63+65 bedraagt € 211.750. Het contract met BIM heeft een looptijd tot 1 juli 2019.
Zakelijke zekerheden Aan de bank zijn de volgende zekerheden verstrekt: * positieve/negatieve hypotheek verklaring ad. € 4,5 mio op panden aan de Vlijmenseweg 2 te ‘s-Hertogenbosch. * verpanding creditgelden, deposito’s, spaargelden (algemeen, zonder bedrag)
Het jaarbedrag voor de internetkoppeling bedraagt € 118.222. Het contract met Vodafone heeft een looptijd tot 25 oktober 2014. Stilzwijgend doorlopend voor een periode van telkens 1 jaar. Voor aanschaf kopieerpapier is een raamovereenkomst afgesloten. Het contract met Ricoh heeft een looptijd tot 31 december 2013. Verlenging overeenkomst voor de duur van 1 jaar.
28
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
Vanaf 1 januari 2015 is er een raamovereenkomst afgesloten met Canon Nederland N.V. Het contract heeft een looptijd tot 1 januari 2017 Voor uitvoeren onderwijsactiviteiten Recreatie is een raamovereenkomst afgesloten. Het contract met Cosmo entertainment heeft een looptijd tot einde opleiding. Het jaarbedrag bedraagt € 1.590.000.
Europese aanbestedingen Leveren en onderhouden ICT apparatuur (werkplekken/printers/randapparatuur): Het contract met Bechtle direct B.V heeft een looptijd tot 01-02-2015. Kan maximaal tweemaal met een jaar worden verlengd. Het jaarbedrag bedraagt € 1.092.105. Leveren en onderhouden ICT apparatuur (server & storage): Het contract met PQR heeft een looptijd tot 01-02-2015. Kan maximaal tweemaal met een jaar worden verlengd. Het jaarbedrag bedraagt € 459.598. Leveren en onderhouden netwerkcomponenten: Het contract met Dimension Data Nederland B.V. heeft een looptijd tot 01-02-2015. Kan maximaal tweemaal met een jaar worden verlengd. Het jaarbedrag bedraagt € 320.937. Kantinecatering, banqueting, automatenservice en overige cateringdiensten (EEG/48/ INK): Het contract met Cormet heeft een looptijd tot 01-08-2016. Kan telkenmale voor een periode van 12 maanden stilzwijgend verlengd worden. Het jaarbedrag bedraagt € 1.025.000.
Beheer, preventief en correctief onderhoud werktuigbouwkundige installaties KWIC (EEG/46/INK): Het contract met Strukton Worksphere BV heeft een contract tot 01-01-2015. Raamovereenkomst kan met tweemaal een jaar worden verlengd. Het jaarbedrag bedraagt € 725.000. Reprodiensten, levering en onderhoud multifunctionals (EEG/58/INK): Het contract met Ricoh Nederland BV heeft een looptijd tot 01-12-2017. De overeenkomst kan één keer met een periode van 12 maanden worden verlengd. Het jaarbedrag bedraagt € 450.000.
Grondruil In 2012 is 7.000 m2 grond geruild met de gemeente ‘s-Hertogenbosch. De financiële afwikkeling van de ruiltransactie zal in 2014 - 2015 zijn beslag krijgen. De uitkomst van de financiële afwikkeling is onzeker, waardoor geen voorziening is gevormd.
Duurzame inzetbaarheid Conform artikel 8A.1 cao PO treedt het hoofdstuk ten aanzien van de duurzame inzetbaarheid in op 1 oktober 2014. Aangezien de cao en de uitwerking pas later bekend zijn geworden, zijn er nog geen concrete afspraken gemaakt met de oudere werknemers voor wie dit van toepassing is. Ook bij het opmaken van de jaarrekening 2014 was nog geen betrouwbare informatie bekend over de eventueel gespaarde uren van 57-plussers ultimo 2014 (uit hoofde van artikel 8A.4 en 8A.7). Het bestuur wil hierbij aangeven dat er straks conform artikel 8A.1 cao PO mogelijk een aanvullende verplichting ten aanzien van 57-plussers ontstaat, waarbij wij bij het opmaken van de jaarrekening 2014 niet middels een betrouwbare schatting kunnen aangeven wat de eventuele hoogte hiervan is.
Fiscale eenheid Beheer, preventief en correctief onderhoud elektrotechnische installaties KWIC, Vlijmenseweg (EEG/46/INK): Het contract met Heijmans Utiliteit Metaal BV heeft een looptijd tot 01-01-2015. Raamovereenkomst kan maximaal tweemaal met een jaar worden verlengd. Het jaarbedrag bedraagt € 850.000. Beheer, preventief en correctief onderhoud elektrotechnische installaties KWIC, Onderwijsboulevard (EEG/46/INK): Het contract met Elektro W. van Santvoort b.v. tot 14-02-2015. Raamovereenkomst kan oneindig met een jaar worden verlengd. Het jaarbedrag bedraagt € 550.000.
Stichting Regionaal Onderwijs Centrum ‘s-Hertogenbosch vormt een fiscale eenheid voor de omzetbelasting met Educatiestichting Koning Willem I College. Op grond van de beschikking van de Belastingdienst zijn beide stichtingen hoofdelijk aansprakelijk voor elkaars omzetbelastingschulden en voor de omzetbelasting die de fiscale eenheid verschuldigd is.
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
29
30
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
A.1.7 model G Verantwoording subsidies G1
Subsidies zonder verrekeningsclausule (regeling ROS art. 13, lid 2 sub a)
Brinnr.
Omschrijving
Toewijzing
Toewijzing
Bedrag
Ontvangen t/m
Prestatie
Kenmerk
Datum
toewijzing
verslagjaar
afgerond ?
EUR
EUR
Ja/Nee
590532-1 590544-1 592818-1 610092-1 643083-1 643201-1
18-12-13 18-12-13 18-12-13 20-02-14 20-08-14 20-08-14 Totaal
798.317 170 900.000 40.000 63.605 9.016 1.811.108
798.317 170 450.000 40.000 63.605 9.016 1.361.108
Ja Ja Nee Ja Nee Nee
Totale kosten
Te verrekenen
04FO 24ZW 04FO 04FO 04FO 04DZ
Professionalisering MBO Professionalisering MBO Samenwerking lerarenopleiding en scholen 2013-2016 Zij - instroom Studieverlof BVE 2014 Studieverlof 2014
G2
Subsidies met verrekeningsclausule (regeling ROS art. 13, lid 2 sub b)
G2-A
Aflopend per ultimo verslagjaar Toewijzing
Toewijzing
Bedrag
Ontvangen t/m
Brinnr.
Omschrijving
Kenmerk
Datum
toewijzing
verslagjaar
EUR
EUR
EUR
EUR
04FO 24ZW 04FO 24ZW 04FO 04FO 04FO 24ZW 24ZW
Schoolmaatschappelijk werk Schoolmaatschappelijk werk Taal en Rekenen MBO Taal en Rekenen MBO LGF 2013/2014 School Ex 2013-2014 2014 School Ex 2013-2014 2013 School Ex 2013-2014 2014 School Ex 2013-2014 2013
602383-1 602376-1 592038-2 592038-2 BEK-2014/21194M 640282-2 591074-2 640292-2 591080-2
20-01-14 20-01-14 18-12-13 18-12-13 22-09-14 18-12-14 20-06-14 20-06-14 20-06-14 Totaal
282.042 566 1.163.993 615 407.358 270.269 234.600 58 0 2.359.501
282.042 566 1.163.993 615 407.358 270.269 234.600 58 0 2.359.501
282.042 566 1.163.993 615 407.358 270.269 234.600 58 0 2.359.501
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
G2-B
Doorlopend tot in een volgend verslagjaar
Brinnr.
Omschrijving
Toewijzing
Toewijzing
Bedrag
Saldo
Ontvangen in
Lasten in
Kenmerk
Datum
verslagjaar
verslagjaar
04FO 04FO
Regionaalprogramma VSV 2013-2015 Regionaalprogramma VSV 2013-2015 (Subsidie is toegekend voor RMC - regio 36)
646803-1 OND-ODB2012/52663U
toewijzing
Totale kosten
Saldo nog te
31-12-2014
31-12-2014
127.097
besteden
EUR
1-1-2014
20-10-14
508.387
0
127.097
0
0
09-10-12
4.350.000
816.047
1.450.000
1.453.581
2.540.034
812.466 *
Totaal
4.858.387
816.047
1.577.097
1.453.581
2.540.034
939.563
* Betreft een ten onrechte toegekende aanvraag voor ‘Centrum voor Gezondheidstechniek’ waartegen bezwaar is gemaakt. Gelden worden terugbetaald.
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
31
A.1.8
Toelichting op de onderscheiden posten van de geconsolideerde staat van baten en lasten over 2014
OB
Overheidsbijdragen
3.1 3.1.1 3.1.2
Rijksbijdragen Rijksbijdragen OCW Overige subsidies OCW Rijksbijdragen
3.1.2.1.1 3.1.2.2.1
3.2 3.2.1 3.2.2
3.2.1.1 3.2.1.2
Uitsplitsing OCW Geoormerkte subsidies Niet-geoormerkte subsidies Overige subsidies OCW
2014 EUR
2013 EUR
75.449.390 4.594.387 80.043.777
73.746.621 5.161.283 78.907.904
3.527.834 1.066.553 4.594.387
3.227.616 1.933.667 5.161.283
Overige overheidsbijdragen en -subsidies Gemeentelijke bijdragen en subsidies Overige overheidsbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies
1.024.273 500.821 1.525.094
1.202.198 300.004 1.502.202
Uitsplitsing Bijdrage educatie Overige gemeentelijke bijdragen en subsidies Gemeentelijke bijdragen en subsidies
1.004.027 20.246 1.024.273
1.116.262 85.936 1.202.198
Een subsidiegever stelt in zijn algemeenheid een projectplan, begroting, periodieke activiteitenverslagen, eindverslag en informatieplicht als subsidievoorwaarden. Naast de reguliere eisen dat de bestedingen moeten worden verantwoord, is er geen sprake van bijzondere arbeidsvoorwaarden. De volgende -niet in model G- vermelde subsidieafrekeningen zijn door de subsidieverlener nog niet goedgekeurd: Prestatiesubsidie VSV 2012 -102.000 Prestatiesubsidie VSV 2013 728.000 School Ex 2010 182.019 School Ex 2011 6.171
32
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
AB
Andere baten
2014 EUR
2013 EUR
3.3 3.3.2 3.3.5
College, cursus, les en examengelden Cursusgelden sector BE Examengelden College, cursus, les en examengelden
1.830.771 74.713 1.905.484
2.212.140 72.719 2.284.859
3.4 3.4.1 3.4.1.1 3.4.3
Baten werk in opdracht van derden Contractonderwijs Contracten t.b.v. inburgeringsvoorzieningen Overige baten werk opdracht van derden Baten werk in opdracht van derden
313.252 526.147 1.017.010 1.856.409
330.403 473.836 269.559 1.073.798
3.5 3.5.1 3.5.2 3.5.4 3.5.6
Overige baten Verhuur Detachering personeel Sponsoring Overige Overige baten
155.798 828.485 0 2.142.893 3.127.176
161.883 1.045.944 0 2.810.668 4.018.495
LA
Lasten
4.1 4.1.1 4.1.2 4.1.3
4.1.1.1 4.1.1.2 4.1.1.3
2014 EUR
2013 EUR
Personeelslasten Lonen en salarissen Overige personele lasten Af: uitkeringen Personeelslasten
60.561.876 4.474.803 362.523 64.674.156
59.418.864 4.638.851 280.007 63.777.708
Uitsplitsing Brutolonen en salarissen Sociale lasten Pensioenpremies Lonen en salarissen
47.003.188 6.543.581 7.015.107 60.561.876
46.440.657 5.828.904 7.149.303 59.418.864
101.580 2.248.653 2.124.570 4.474.803
1.107.235 1.218.597 2.313.019 4.638.851
4.1.2.1 4.1.2.2 4.1.2.3
Dotaties personele voorzieningen Personeel niet in loondienst Overig Overige personele lasten
4.2 4.2.1 4.2.2
Afschrijvingen Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Afschrijvingen
366.064 6.570.012 6.936.076
359.019 6.096.444 6.455.463
Huisvestingslasten Huur Onderhoud Energie en water Schoonmaakkosten Heffingen Dotatie overige onderhoudsvoorzieningen Overige Huisvestingslasten
1.365.317 657.277 879.900 1.169.168 402.569 2.138.000 86.428 6.698.659
1.152.057 574.123 994.185 1.137.734 373.098 1.606.000 50.815 5.888.012
4.3 4.3.1 4.3.3 4.3.4 4.3.5 4.3.6 4.3.7 4.3.8
4.4 4.4.1 4.4.2 4.4.3 4.4.4
Overige lasten Administratie- en beheerslasten Inventaris, apparatuur en leermiddelen Dotatie overige voorzieningen Overige Overige lasten
4.4.1.1 4.4.1.2 4.4.1.3 4.4.1.4
Uitsplitsing Honorarium onderzoek jaarrekening Honorarium andere controleopdrachten Honorarium fiscale adviezen Honorarium andere niet-controledienst Accountantslasten
FB
Financieel en buitengewoon
5 5.1 5.5
Financiële baten en lasten Rentebaten Rentelasten (-/-) Financiële baten en lasten
2014 EUR
2013 EUR
1.643.463 7.166.583 0 979.636 9.789.682
1.423.934 7.143.771 55.348 1.105.344 9.728.397
68.668 5.372 0 0 74.040
81.954 15.222 0 0 97.176
2014 EUR
2013 EUR
112.028 32.350 79.678
128.834 23.426 105.408
Gemiddeld aantal medewerkers Gedurende het jaar 2014 waren gemiddeld 970,5 werknemers in dienst op basis van een volledig dienstverband (2013: 924,0). Hiervan waren 0 werknemers werkzaam buiten Nederland (2013: 0).
Stichting Regionaal Onderwijscentrum 's-Hertogenbosch Educatiestichting Koning Willem I College PO Antonius Abt Totaal aantal werknemers
2014 fte 834,1 99,5 36,9 970,5
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
2013 fte 845,9 42,7 35,4 924,0
33
A.1.9 Segmentatie naar onderwijssectoren EUR BVE/PO
EUR BVE
EUR PO
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
Baten Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies College-, cursus-, les- en examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten Totaal baten
80.043.777 1.525.094 1.905.484 1.856.409 3.127.176 88.457.940
77.692.068 1.525.094 1.905.484 1.856.409 3.063.454 86.042.509
2.351.709 0 0 0 63.722 2.415.431
4 4.1 4.2 4.3 4.4
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
64.674.156 6.936.076 6.698.659 9.789.682 88.098.573
62.547.234 6.882.129 6.529.251 9.653.947 85.612.561
2.126.922 53.947 169.408 135.735 2.486.012
Saldo baten en lasten
359.367
429.948
-70.581
5
Financiële baten en lasten Resultaat
79.678 439.045
77.946 507.894
1.732 -68.849
6
Belastingen
0
0
0
7
Resultaat deelnemingen Resultaat na belastingen
0 439.045
0 507.894
0 -68.849
8
Aandeel derden in resultaat Nettoresultaat
0 439.045
0 507.894
0 -68.849
9
Buitengewoon resultaat
0
0
0
439.045
507.894
-68.849
Totaal resultaat
34
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
A.1.10 Overzicht verbonden partijen Naam
Juridische vorm
Steunfonds Mathias Wolff
Stichting
Statutaire zetel
-s-Hertogenbosch
Code activiteiten
4
Eigen vermogen 31-12-2014 EUR
Resultaat 2014 EUR
Omzet 2014 EUR
Deelname
Consolidatie
%
%
61.080
304
1.244
0
0
Omschrijving doelstelling Hulp bieden aan de Stichting Regionaal Onderwijs Centrum ‘s-Hertogenbosch door haar in staat te stellen tot het doen van uitgaven in het belang van het onderwijs, welke niet door andere middelen kunnen worden gedekt.
Samenstelling van bestuur en directie voorzitter Penningmeester Secretaris KvK - nummer
G.C.M. Mol W.J.J. Louwers P.P.M. van Reijsen 41083228
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
35
36
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
A.1.11
WNT: Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector
WNT-verantwoording 2014 Stichting Regionaal Onderwijs Centrum ‘s-Hertogenbosch. Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis van de volgende op Stichting Regionaal Onderwijs Centrum ‘s-Hertogenbosch van toepassing zijnde regelgeving: het WNT-maximum voor het onderwijs, plafond C. bvo. Het bezoldigingsmaximum in 2014 voor Stichting Regionaal Onderwijs Centrum ‘s-Hertogenbosch is € 199.905. Het weergegeven toepasselijke WNT-maximum per persoon of functie is berekend naar rato van de omvang (en voor topfunctionarissen tevens de duur) van het dienstverband, waarbij voor de berekening de omvang van het dienstverband nooit groter kan zijn dan 1,0 fte. Uitzondering hierop is het WNT-maximum voor de leden van Raad van Toezicht; dit bedraagt voor de voorzitter 7,5% en voor de overige leden 5% van het bezoldigingsmaximum. 4.1 Vermelding bezoldiging topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen Vermelding alle bestuurders met dienstbetrekking Functie Voorzittersclausule van toepassing (J/N) 2014 Voorzitter CvB J Lid CvB N Vml. Voorzitter CvB N 2013 Voorzitter CvB J Lid/Voorzitter CvB J Lid CvB N Vermelding alle interim-bestuurders Functie Voorzittersclausule van toepassing (J/N) NVT Vermelding alle toezichthouders Functie Voorzitter (J/N) 2014 Voorzitter RvT Penningmeester RvT Secretaris RvT Lid RvT Lid RvT Lid RvT Lid RvT 2013 Voorzitter RvT Penningmeester RvT Secretaris RvT Lid RvT Lid RvT Lid RvT Lid RvT
Naam
Ingangsdatum dienstverband
Einddatum dienstverband
Omvang dienstverband in FTE
Beloning
Belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen
Mw. J. Noordijk Dhr C.L.E.M. van Gerven Dhr. C.J.M. Free
01-01-13 01-08-90 01-08-90
Nvt Nvt 31-07-13
1,0000 1,0000 Nvt
136.934,79 136.934,79 10.263,97
12.125,04 9.000,00 Geen
Geen Geen Geen
Nvt Nvt Nvt
Dhr. C.J.M. Free Mw. J. Noordijk Dhr C.L.E.M. van Gerven
01-08-90 01-01-13 01-08-90
31-07-13 Nvt Nvt
1,0000 1,0000 1,0000
94.260,52 111.019,06 133.937,60
1.652,00 12.125,04 9.000,00
Geen 19.926,84 19.926,84
Nvt Nvt Nvt
Naam
Ingangsdatum dienstverband
Einddatum dienstverband
Omvang dienstverband in FTE
Beloning
Belastbare vaste Voorzieningen Uitkeringen wegens en variabele beloning betaalbaar beëindiging van het onkostenvergoedingen op termijn dienstverband
Naam
Ingangsdatum dienstverband
Einddatum dienstverband
Beloning
Belastbare vaste Voorzieningen Uitkeringen wegens en variabele beloning betaalbaar beëindiging van het onkostenvergoedingen op termijn dienstverband
Voorzieningen Uitkeringen wegens beloning betaalbaar beëindiging van het op termijn dienstverband
J N N N N N N
Dhr. G.C.M. Mol Dhr. W.J.J. Louwers Mw.P.P.M. van Reijsen Dhr. G.J.P. van Oosten Dhr. A.J. de Bruijn Dhr. W.J.M. Spaan Mw. J.M.F. van der Beek
Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt
6.000,00 5.000,00 5.000,00 4.000,00 4.000,00 3.000,00 1.500,00
Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt
Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt
Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt
J N N N N N N
Dhr. G.C.M. Mol Dhr. W.J.J. Louwers Mw.P.P.M. van Reijsen Dhr. G.J.P. van Oosten Dhr. A.J. de Bruijn Dhr. W.J.M. Spaan Dhr. P.A.H. Bleijs
Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt
6.000,00 5.000,00 5.000,00 4.000,00 4.000,00 3.000,00 2.000,00
Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt
Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt
Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt Nvt
4.2 Vermelding gegevens van eenieder van wie de bezoldiging de toepasselijke norm te boven gaat Functie
NVT
Ingangsdatum dienstverband
Einddatum dienstverband
Omvang dienstverband in FTE
Beloning
Belastbare vaste Voorzieningen Uitkeringen wegens en variabele beloning betaalbaar beëindiging van het onkostenvergoedingen op termijn dienstverband
A.1.12
Enkelvoudige balans per 31 december 2014
(na resultaatbestemming)
2014 EUR
EUR
2013 EUR
1
Activa
1.1 1.2 1.3
Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa
703.487 48.469.269 1 49.172.757
647.259 47.469.861 1 48.117.121
1.4 1.5 1.6 1.7
Vlottende activa Voorraden Vorderingen Effecten Liquide middelen Totaal vlottende activa
88.704 1.785.767 0 11.758.504 13.632.975
89.920 3.434.507 0 11.793.652 15.318.079
Totaal activa
EUR
62.805.732
63.435.200
2
Passiva
2.1 2.2 2.3 2.4
Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden
42.966.586 8.405.614 0 11.433.532
43.315.714 8.180.174 0 11.939.312
Totaal passiva
62.805.732
63.435.200
38
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
A.1.13 Enkelvoudige staat van baten en lasten over 2014 2014 EUR
Begroot 2014 EUR
2013 EUR
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
Baten Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies College-, cursus-, les- en examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten Totaal baten
80.043.777 1.525.094 1.905.484 228.498 3.116.927 86.819.780
79.501.708 1.380.838 1.953.675 208.500 3.241.322 86.286.043
78.907.904 1.493.982 2.284.859 230.246 4.017.613 86.934.604
4 4.1 4.2 4.3 4.4
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
63.878.003 6.936.076 6.698.659 9.736.285 87.249.023
63.390.071 7.121.282 6.390.015 9.996.541 86.897.909
63.653.755 6.455.463 5.888.012 9.595.283 85.592.513
Saldo baten en lasten
-429.243
-611.866
1.342.091
5
Financiële baten en lasten Resultaat
80.115 -349.128
111.820 -500.046
105.670 1.447.761
6
Belastingen
0
0
0
7
Resultaat deelnemingen Resultaat na belastingen
0 -349.128
0 -500.046
0 1.447.761
8
Aandeel derden in resultaat Nettoresultaat
0 -349.128
0 -500.046
0 1.447.761
9
Buitengewoon resultaat
0
0
0
-349.128
-500.046
1.447.761
Totaal resultaat
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
39
A.1.14 Toelichting op de balans en staat van baten en lasten
Algemeen De enkelvoudige jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Deze bepalingen zijn van toepassing op grond van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs. De grondslagen van waardering en van resultaatbepaling voor de enkelvoudige jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening zijn geljk. Voor de grondslagen van de waardering van activa en passiva en voor de bepaling van het resultaat wordt verwezen naar de op pagina 10 tot en met 18 opgenomen toelichting op de geconsolideerde balans en staat van baten en lasten.
40
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
VV
Voorraden en vorderingen 2014 EUR
2013 EUR
88.704 0 88.704
89.920 0 89.920
88.704 0 88.704
89.920 0 89.920
498.410 1.000.118 -1.051.948 645.366 297.955 522.613 126.747 1.785.767
788.484 968.734 -525.285 1.341.125 461.366 534.587 134.504 3.434.507
Uitsplitsing 1.5.7.1 Personeel 1.5.7.2 Overige Overige vorderingen
0 297.955 297.955
0 461.366 461.366
1.5.8.1 Vooruitbetaalde kosten 1.5.8.2 Verstrekte voorschotten 1.5.8.3 Overige overlopende activa Overlopende activa
503.413 0 19.200 522.613
556.515 0 -21.928 534.587
1.5.9.1 Stand per 1-1 1.5.9.2 Onttrekking 1.5.9.3 Dotatie Af: Voorzieningen wegens oninbaarheid
134.504 7.757 0 126.747
200.635 66.131 0 134.504
1.4
Voorraden
1.4.1 1.4.2
Gebruiksgoederen Vooruitbetaald op voorraden Voorraden
Uitsplitsing 1.4.1.1 Verkrijgingsprijs gebruiksgoederen 1.4.1.2 Af: Voorziening voor incourantheid Gebruiksgoederen 1.5
Vorderingen
1.5.1 1.5.2 1.5.3 1.5.5 1.5.7 1.5.8 1.5.9
Debiteuren OCW Groepsmaatschappijen Studenten / deelnemers / cursisten Overige vorderingen Overlopende activa Af: Voorzieningen wegens oninbaarheid Vorderingen
Alle vorderingen hebben een resterende looptijd korter dan een jaar.
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
41
EL
Effecten & Liquide middelen
1.7
Liquide Middelen
1.7.1 1.7.2 1.7.3 1.7.4
Kasmiddelen Tegoeden op bank- en girorekeningen Deposito's Overige liquide middelen Liquide Middelen
2014 EUR
2013 EUR
29.849 1.370.029 10.358.626 0 11.758.504
34.411 1.603.344 10.155.897 0 11.793.652
De liquide middelen staan ter vrije beschikking van de insteling.
42
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
EV
Eigen vermogen Stand per 1-1-2014 EUR
EUR
Overige mutaties EUR
Stand per 31-12-2014 EUR
45 27.730.245 15.585.424 43.315.714
-349.128 0 -349.128
609.090 -609.090 0
45 27.990.207 14.976.334 42.966.586
2.1.1.1 Algemene reserve (04FO) 2.1.1.2 Algemene reserve (24ZW) 2.1.1.3 Algemene reserve (04DZ) Algemene reserve
27.058.083 109.902 562.260 27.730.245
-295.071 14.792 -68.849 -349.128
609.090 0 0 609.090
27.372.102 124.694 493.411 27.990.207
2.1.2.1 2.1.2.2 2.1.2.3 2.1.2.4 2.1.2.5 2.1.2.6 2.1.2.7 2.1.2.8 2.1.2.9
409.325 3.837.008 760.000 1.204.000 981.704 3.600.000 4.788.387 5.000 0 15.585.424
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
-409.325 -425.888 0 0 0 0 0 0 226.123 -609.090
0 3.411.120 760.000 1.204.000 981.704 3.600.000 4.788.387 5.000 226.123 14.976.334
2.1
Eigen vermogen
2.1.1 2.1.2
Stichtingskapitaal Algemene reserve Bestemmingsreserve (publiek) Eigen vermogen
Resultaat
Uitsplitsing
Huisvesting (04FO) Herwaardering gebouwen n.g. (04FO) Onderwijsontwikkeling (04FO) Beheersystemen (04FO) Herhuisvesting (04FO) Personeel (04FO) BAPO (04FO) Aanpassing speelplaats (04DZ) Projecten (04FO) Bestemmingsreserve (publiek)
- Het totaalresultaat is toegevoegd aan de algemene reserve. - De onder 2.1.2 verantwoorde bestemmingsreserves betreffen afgezonderde delen van het eigen vermogen waarbij een beperktere bestedingsmogelijkheid door het bestuur is aangebracht. Aan de genoemde bestemmingsreserves liggen concrete beleids- en financieringsplannen ten grondslag. - De extra-uitgaven ter grootte van € 409.325 veroorzaakt door afschrijvingslasten nieuwbouw na 1999 zijn gefinancieerd middels de bestemmingsreserve Huisvesting. - Gerealiseerde afschrijvingen gebouwen ter grootte van € 425.888 zijn gefinancieerd uit de bestemmingsreserve “Herwaardering gebouwen n.g.”. - Bestemmingsreserve Onderwijsontwikkeling heeft ten doel om additionele uitgaven ter bevordering van de kwaliteit van het onderwijsproces te financieren. - Bestemmingsreserve Beheersystemen heeft ten doel om uitgaven voor ontwikkeling, vervanging en aanpassing van informatieverwerkende systemen ten behoeve van het onderwijs en onderwijsondersteunende processen te financieren. - Bestemmingsreserve Herhuisvesting heeft ten doel om uitgaven voor relocatie van bedrijfsonderdelen te financieren. - Bestemmingsreserve Personeel heeft ten doel om uitgaven voor verbetering en verhoging van het welbevinden, het welzijn en de kwaliteit van het personeel te financieren. - Bestemmingsreserve BAPO is gevormd per 1 januari 2010 als gevolg van de stelselwijziging waarbij de gevormde voorziening BAPO voor de toekomstige lasten vanuit de BAPO-regeling is vrijgevallen. - Bestemmingsreserve Aanpassing speelplaats heeft ten doel om uitgaven voor aanpassing van een speelplaats te financieren. - Bestemmingsreserve Projecten heeft ten doel om uitgaven voor (inter)nationale activiteiten op projectbasis te financieren.
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
43
KS
2.4 2.4.1 2.4.3 2.4.4 2.4.7 2.4.8 2.4.9 2.4.10
2.4.7.1 2.4.7.2 2.4.7.3
Kortlopende schulden 2014 EUR
2013 EUR
Kortlopende schulden Kredietinstellingen Crediteuren OCW Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden terzake van pensioenen Overige kortlopende schulden Overlopende passiva Kortlopende schulden
0 2.263.971 0 2.627.081 775.671 451.915 5.314.894 11.433.532
0 1.991.577 0 2.459.711 870.401 701.149 5.916.474 11.939.312
Uitsplitsing Loonheffing Omzetbelasting Premies sociale verzekeringen Belastingen en premies sociale verzekeringen
2.625.299 1.219 563 2.627.081
2.408.402 24.108 27.201 2.459.711
0 451.915 451.915
0 701.149 701.149
1.084.634 127.097 1.079.826 75.000 736.454 2.044.290 0 97.966 69.627 5.314.894
1.147.404 46.916 1.341.824 75.000 1.003.528 2.027.177 0 211.531 63.094 5.916.474
2.4.9.1 2.4.9.2
Investeringscrediteuren Overige Overige kortlopende schulden
2.4.10.1 2.4.10.2
Vooruitontvangen deelnemersbijdragen Te verrekenen subsidies OCW geoormerkt Vooruitontvangen subsidies OCW geoormerkt Vooruitontvangen subsidies OCW niet geoormerkt Vooruitontvangen projectgelden Vakantiegeld en -dagen Contractactiviteiten Gemeentelijke bijdrage educatie Overige Overlopende passiva
2.4.10.3 2.4.10.4 2.4.10.5 2.4.10.6 2.4.10.7 2.4.10.8
Alle kortlopende schulden hebben een resterende looptijd korter dan een jaar.
44
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
B.1
Voorstel bestemming exploitatiesaldo Stichting Regionaal Onderwijscentrum ‘s-Hertogenbosch Vooruitlopend op het bestuursbesluit is het nettoresultaat over 2014 toegevoegd aan de algemene reserves.
bve po Totaal resultaat
EUR 507.894 -68.849 439.045
Ten gunste van de algemene reserve is een bedrag ad. € 835.213 toegevoegd uit de bestemmingsreserves huisvesting en herwaardering gebouwen.
B.2 Gebeurtenissen na balansdatum Er zijn geen noemenswaardige gebeurtenissen na balansdatum.
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
45
46
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
C.1 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: het College van Bestuur en de Raad van Toezicht van Koning Willem I College.
Verklaring over de jaarrekening 2014 Ons oordeel Naar ons oordeel: • geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Koning Willem I College op 31 december 2014 en van het resultaat over 2014 in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs; • voldoen de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties over 2014, in alle van materieel belang zijnde aspecten, aan de eisen van financiële rechtmatigheid. Dit houdt in dat de bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.3.1 Referentiekader van het onderwijsaccountantsprotocol OCW/EZ 2014.
Wat we hebben gecontroleerd Wij hebben de jaarrekening 2014 van Koning Willem I College te Den Bosch (‘de stichting’) gecontroleerd. De jaarrekening bestaat uit: • de geconsolideerde en enkelvoudige balans per 31 december 2014; • de geconsolideerde en enkelvoudige staat van baten en lasten over 2014 ; en • de toelichting met een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en overige toelichtingen. Het stelsel voor financiële verslaggeving dat is gebruikt voor het opmaken van de jaarrekening is de Regeling jaarverslaggeving onderwijs.
Verantwoordelijkheden van het bestuur en de raad van toezicht voor de jaarrekening Het bestuur is verantwoordelijk voor: • het opmaken en het getrouw weergeven van de jaarrekening, in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs, alsmede het opstellen van het jaarverslag, • de financiële rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, en voor een zodanige interne beheersing die het bestuur noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fouten of fraude. Bij het opmaken van de jaarrekening moet het bestuur afwegen of de stichting in staat is om haar werkzaamheden in continuïteit voort te zetten. Op grond van genoemde verslaggevingsstelsel moet het bestuur de jaarrekening opmaken op basis van de continuïteitsveronderstelling, tenzij het bestuur het voornemen heeft om de stichting te liquideren of de bedrijfsactiviteiten te beëindigen of als beëindiging het enige realistische alternatief is. Het bestuur moet gebeurtenissen en omstandigheden waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de stichting haar bedrijfsactiviteiten kan voortzetten, toelichten in de jaarrekening. De raad van toezicht is verantwoordelijk voor het uitoefenen van toezicht op het proces van financiële verslaggeving van de stichting.
De basis voor ons oordeel Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens het Nederlands recht, waaronder ook de Nederlandse controlestandaarden en het onderwijsaccountantsprotocol OCW/ EZ 2014 vallen. Onze verantwoordelijkheden op grond hiervan zijn beschreven in de sectie ‘Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening’. Wij zijn onafhankelijk van Koning Willem I College zoals vereist in de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO) en andere voor de opdracht relevante onafhankelijkheidsregels in Nederland. Verder hebben wij voldaan aan de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA). Wij vinden dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
Onze verantwoordelijkheid voor de controle van de jaarrekening Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van een controleopdracht dat wij daarmee voldoende en geschikte controle-informatie verkrijgen voor het door ons af te geven oordeel, als bedoeld in artikel 2.5.3, lid 4 van de Wet educatie en beroepsonderwijs en als bedoeld in artikel 171, lid 4 van de Wet op het primair onderwijs. Onze controle is uitgevoerd met een hoge mate maar geen absolute mate van zekerheid waardoor het mogelijk is dat wij tijdens onze controle niet alle fouten en fraude ontdekken. Een meer gedetailleerde beschrijving van onze verantwoordelijkheden is opgenomen in de bijlage bij ons rapport.
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
47
Verklaring betreffende overige door wet- en regelgeving gestelde vereisten Verklaring betreffende bestuursverslag en de overige gegevens Wij vermelden op basis van de wettelijke verplichtingen onder de Regeling jaarverslaggeving onderwijs (betreffende onze verantwoordelijkheid om te rapporteren over het jaarverslag en de overige gegevens): • dat wij geen tekortkomingen hebben geconstateerd naar aanleiding van het onderzoek of het bestuursverslag , voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig de Regeling jaarverslaggeving onderwijs en paragraaf 2.2.3. Jaarverslag van het Onderwijsaccountantsprotocol OCW/EZ 2014 is opgesteld, en of de door de Regeling jaarverslaggeving onderwijs vereiste overige gegevens zijn toegevoegd. • dat het bestuursverslag , voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening. Eindhoven, 16 juni 2015 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Origineel getekend door: drs. T.A.G. van Boxtel RA
48
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
Bijlage bij onze controleverklaring over de jaarrekening 2014 van Koning Willem I College In aanvulling op wat is vermeld in onze controleverklaring hebben wij in deze bijlage onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening nader uiteengezet en toegelicht wat een controle inhoudt. De verantwoordelijkheden van de accountant voor de controle van de jaarrekening Wij hebben deze accountantscontrole professioneel kritisch uitgevoerd en hebben waar relevant professionele oordeelsvorming toegepast in overeenstemming met de Nederlandse controlestandaarden, ethische voorschriften en de onafhankelijkheidseisen. Onze doelstelling is om een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen dat de jaarrekening vrij van materiële afwijkingen als gevolg van fouten of fraude is. Onze controle bestond onder andere uit: • het identificeren en inschatten van de risico’s dat de jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fouten of fraude, het in reactie op deze risico’s bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden en het verkrijgen van controleinformatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Bij fraude is het risico dat een afwijking van materieel belang niet ontdekt wordt groter dan bij fouten. Bij fraude kan sprake zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van de interne beheersing; • het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle met als doel controlewerkzaamheden te selecteren die passend zijn in de omstandigheden. Deze werkzaamheden hebben niet als doel om een oordeel uit te spreken over de effectiviteit van de interne beheersing van de entiteit; • het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van schattingen door het bestuur en de toelichtingen die daarover in de jaarrekening staan; • het vaststellen dat de door het bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is. Tevens op basis van de verkregen controle-informatie vaststellen of er gebeurtenissen en omstandigheden zijn waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de entiteit zijn bedrijfsactiviteiten in continuïteit kan voortzetten. Als wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij verplicht om aandacht in onze controleverklaring te vestigen op de relevante gerelateerde toelichtingen in de jaarrekening. Als de toelichtingen inadequaat zijn, moeten wij onze verklaring aanpassen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van onze controleverklaring. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat een onderneming haar continuïteit niet langer kan handhaven;
• het evalueren van de presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening en de daarin opgenomen toelichtingen en het evalueren of de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de onderliggende transacties en gebeurtenissen. Wij communiceren met de raad van toezicht onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante bevindingen die uit onze controle naar voren zijn gekomen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing. Wij bevestigen aan de raad van toezicht dat wij de relevante ethische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd. Wij communiceren ook met hen over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en over de daarmee verband houdende maatregelen om onze onafhankelijkheid te waarborgen.
PricewaterhouseCoopers Accountants N.V.
Origineel getekend door: drs. T.A.G. van Boxtel RA
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
49
D.1.1
Balans per 31 december 2014, KW1C (Brin 04FO)
(na resultaatbestemming)
2014 EUR
EUR
2013 EUR
1
Activa
1.1 1.2 1.3
Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa
703.487 48.280.863 1 48.984.351
647.259 47.230.330 1 47.877.590
1.4 1.5 1.6 1.7
Vlottende activa Voorraden Vorderingen Effecten Liquide middelen Totaal vlottende activa
88.704 1.397.765 0 11.351.630 12.838.099
89.920 2.961.414 0 11.415.212 14.466.546
Totaal activa
EUR
61.822.450
62.344.136
2
Passiva
2.1 2.2 2.3 2.4
Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden
42.343.481 8.405.614 0 11.073.355
42.638.552 8.158.754 0 11.546.830
Totaal passiva
61.822.450
62.344.136
50
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
D.1.2 Staat van baten en lasten over 2014, KW1C (Brin 04FO) 2014 EUR
Begroot 2014 EUR
2013 EUR
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
Baten Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies College-, cursus-, les- en examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten Totaal baten
77.614.974 1.525.094 1.905.484 228.498 3.052.200 84.326.250
77.005.596 1.380.838 1.952.771 208.500 3.153.713 83.701.418
76.313.911 1.493.982 2.283.328 230.246 3.781.991 84.103.458
4 4.1 4.2 4.3 4.4
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
61.700.082 6.877.649 6.523.001 9.598.972 84.699.704
61.176.478 7.065.052 6.240.265 9.791.291 84.273.086
61.338.926 6.404.252 5.741.227 9.329.086 82.813.491
Saldo baten en lasten
-373.454
-571.668
1.289.967
5
Financiële baten en lasten Resultaat
78.383 -295.071
109.600 -462.068
103.165 1.393.132
6
Belastingen
0
0
0
7
Resultaat deelnemingen Resultaat na belastingen
0 -295.071
0 -462.068
0 1.393.132
8
Aandeel derden in resultaat Nettoresultaat
0 -295.071
-462.068
1.393.132
0
0
0
-295.071
-462.068
1.393.132
9
Buitengewoon resultaat
10
Totaal resultaat
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
51
D.2.1 Balans per 31 december 2014, BBO De Schalm (Brin 24ZW) (na resultaatbestemming)
2014 EUR
EUR
2013 EUR
1
Activa
1.1 1.2 1.3
Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa
0 65.707 0 65.707
0 70.187 0 70.187
1.4 1.5 1.6 1.7
Vlottende activa Voorraden Vorderingen Effecten Liquide middelen Totaal vlottende activa
0 58.987 0 0 58.987
0 61.135 0 0 61.135
Totaal activa
EUR
124.694
131.322
2
Passiva
2.1 2.2 2.3 2.4
Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden
124.694 0 0 0
109.902 21.420 0 0
Totaal passiva
124.694
131.322
52
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
D.2.2 Staat van baten en lasten over 2014, BBO De Schalm (Brin 24ZW)
2014 EUR
Begroot 2014 EUR
2013 EUR
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
Baten Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies College-, cursus-, les- en examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten Totaal baten
77.094 0 0 0 1.005 78.099
77.143 0 904 0 526 78.573
75.994 0 1.531 0 1.614 79.139
4 4.1 4.2 4.3 4.4
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
50.999 4.480 6.250 1.578 63.307
74.243 4.480 6.250 2.000 86.973
73.905 4.480 6.250 1.355 85.990
Saldo baten en lasten
14.792
-8.400
-6.851
5
Financiële baten en lasten Resultaat
0 14.792
0 -8.400
0 -6.851
6
Belastingen
0
0
0
7
Resultaat deelnemingen Resultaat na belastingen
0 14.792
0 -8.400
0 -6.851
8
Aandeel derden in resultaat Nettoresultaat
0 14.792
0 -8.400
0 -6.851
9
Buitengewoon resultaat
0
0
0
10
Totaal resultaat
14.792
-8.400
-6.851
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
53
D.3.1 Balans per 31 december 2014, Antonius Abt (Brin 04DZ) (na resultaatbestemming)
2014 EUR
EUR
2013 EUR
1
Activa
1.1 1.2 1.3
Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa
0 122.699 0 122.699
0 169.344 0 169.344
1.4 1.5 1.6 1.7
Vlottende activa Voorraden Vorderingen Effecten Liquide middelen Totaal vlottende activa
0 329.015 0 406.874 735.889
0 411.958 0 378.440 790.398
Totaal activa
EUR
858.588
959.742
2
Passiva
2.1 2.2 2.3 2.4
Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden
498.411 0 0 360.177
567.260 0 0 392.482
Totaal passiva
858.588
959.742
54
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
D.3.2 Staat van baten en lasten over 2014, Antonius Abt (Brin 04DZ) 2014 EUR
Begroot 2014 EUR
2013 EUR
Baten Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies College-, cursus-, les- en examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten Totaal baten
2.351.709 0 0 0 63.722 2.415.431
2.418.969 0 0 0 87.083 2.506.052
2.517.999 0 0 0 234.008 2.752.007
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
2.126.922 53.947 169.408 135.735 2.486.012
2.139.350 51.750 143.500 203.250 2.537.850
2.240.924 46.731 140.535 264.842 2.693.032
Saldo baten en lasten
-70.581
-31.798
58.975
5
Financiële baten en lasten Resultaat
1.732 -68.849
2.220 -29.578
2.505 61.480
6
Belastingen
0
0
0
7
Resultaat deelnemingen Resultaat na belastingen
0 -68.849
0 -29.578
0 61.480
8
Aandeel derden in resultaat Nettoresultaat
0 -68.849
0 -29.578
0 61.480
9
Buitengewoon resultaat
0
0
0
10
Totaal resultaat
-68.849
-29.578
61.480
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
4.1 4.2 4.3 4.4
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
55
D.4.1
Balans per 31 december 2014, Educatiestichting Koning Willem I College
(na resultaatbestemming)
2014 EUR 1
Activa
1.1 1.2 1.3
Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa
1.4 1.5 1.6 1.7
Vlottende activa Voorraden Vorderingen Effecten Liquide middelen Totaal vlottende activa Totaal activa
2013 EUR
EUR
0 0 0 0
0 0 0 0
0 1.420.002 0 431.511 1.851.513
0 869.321 0 106.613 975.934
EUR
1.851.513
975.934
2
Passiva
2.1 2.2 2.3 2.4
Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden
1.383.498 0 0 468.015
595.325 0 0 380.609
Totaal passiva
1.851.513
975.934
56
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
D.4.2 Staat van baten en lasten over 2014, Educatiestichting Koning Willem I College 2014 EUR
Begroot 2014 EUR
2013 EUR
0 0 0 1.627.911 10.249 1.638.160
0 0 0 1.260.000 0 1.260.000
0 8.220 0 843.552 882 852.654
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
Baten Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies College-, cursus-, les- en examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten Totaal baten
4 4.1 4.2 4.3 4.4
Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
796.153 0 0 53.397 849.550
1.002.600 0 0 110.000 1.112.600
123.953 0 0 133.114 257.067
Saldo baten en lasten
788.610
147.400
595.587
5
Financiële baten en lasten Resultaat
-437 788.173
0 147.400
-262 595.325
6
Belastingen
0
0
0
7
Resultaat deelnemingen Resultaat na belastingen
0 788.173
0 147.400
0 595.325
8
Aandeel derden in resultaat Nettoresultaat
0 788.173
0 147.400
0 595.325
9
Buitengewoon resultaat
0
0
0
10
Totaal resultaat
788.173
147.400
595.325
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h
57
58
J a a r r e k e n i n g 2 0 1 4 • K o n i n g W i l l e m I C o l l e g e ’s - H e r t o g e n b o s c h