Jaarplan 2005-2006
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
0
INHOUDSOPGAVE Inleiding
blz 3
Strategische doelstelling 1: Recht op Wonen
Operationele doelstelling 1.1.: Bewonersondersteuning in sociale huisvesting Project 1: Bewonersondersteuning Antwerpen Noord bl z 7 Project 2: Bewonersondersteuning Linkeroever b l z 10 Project 3: Bewonersondersteuning Borgerhout Zuid b l z 12 Operationele doelstelling 1.2. Bewonersondersteuning op Antwerps niveau Operationele doelstelling 1.3. Wonen op de privé-markt Project 4: Terreinverkenning wonen op de privé-markt
b l z 16
Operationele doelstelling 1.4. Bewonersondersteuning op Vlaams niveau
Strategische doelstelling 2: Recht op maatschappelijke dienstverlening Operationele doelstelling 2.1. Participatie aan sociaal huis Project 5: Projectvoorbereiding participatie aan sociaal huis Project 6: Occasionele kinderopvang
b l z 21 b l z 23
Strategische doelstelling3: Participatie aan de samenleving Wijkprogramma Wijkprogramma Wijkprogramma Wijkprogramma Wijkprogramma Wijkprogramma Wijkprogramma
Antwerpen Noord Borgerhout Noord Borgerhout Zuid Kiel Deurne Zuid Deurne Noord Oud Berchem
Operationele doelstelling 3.1.: Buurtwerken RISO-antwerpen Buurtwerk Antwerpen Noord Centrum De Wijk Dam-Schijnpoort Seefhoek Buurtwerk Borgerhout Noord Buurtwerk Borgerhout Zuid Buurtwerk Kiel Buurtwerk Deurne Noord Buurtwerk Deurne Zuid Buurtwerk Oud Berchem Project 7: Vorming, Deurne Noord Project 8: Integratie buurtwerk de wijde wereld Operationele doelstelling 3.2.: Sociale netwerkvorming Project 9: Aangename kennismaking Project 10: Relatie allochtone en autochtone armoede Project 11: Talent op wieltjes Project 12: Buurtschatten Project 13: Nieuw* in Deurne Project 14: Feestend comité RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
bl z bl z bl z bl z bl z bl z bl z
29 32 34 36 38 40 42
b l z 46
bl z bl z bl z bl z bl z bl z bl z bl z
50 51 53 54 56 58 59 61
bl z bl z bl z bl z bl z bl z
63 65 67 70 73 76
1
Operationele doelstelling 3.3.: Bemiddeling, leefbaarheid Project 15: Mankracht en zonen Project 16: Samen op Straat Project 17: GBA Project 18: Bleekhofbuurt Project 19: Faraomieren Project 20: Inter Ferry Boats Project 21: Betonnen Jungle
bl z bl z bl z bl z bl z bl z bl z
79 84 87 88 89 91 93
Operationele doelstelling 3.4. Toegankelijkheid externe infrastructuren Project 22: Divers!City b l z 95 Project 23: Buurtverhalen b l z 98 Sociaal artistieke projecten b l z 100 Operationele doelstelling 3.5. Beweging maken en vrijwilligersbeleid Project 24: Projectvoorbereiding Beweging maken
b l z 101
Programma tweede lijn
b l z 105
Personeelsplan
b l z 109
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
2
INLEIDING Tijdens het werkjaar ’04-’05 werkte RISO-antwerpen aan een strategisch plan. In alle geledingen van de organisatie, maar ook op sectorniveau, klonk de noodzaak aan grotere gezamenlijkheid, duidelijker en minder vrijblijvende keuzen van projecten. Dat leidde tot een grondige bijsturing van het meerjarenplan 2003-2008. We stapten grotendeels af van de doelgroepinsteek (generatiearmen, nieuwkomers, sociale huurders, jongeren) en kozen er voor ons te concentreren op een aantal maatschappelijke kwesties die in de volgende helft van het meerjarenplan van strategisch belang zijn: Tot 2008 wil RISO-antwerpen blijven werken rond de sporen gelijke kansen en meer solidariteit.
Gelijke kansen, een thematische insteek Om te werken aan gelijke kansen kiezen we voor een thematische insteek. Eind 2004 bakenden we met de projectgroep een lijst met “grondrechten” af. Vanuit die lijst werden de thema’s gekozen. Bij de keuze zochten we een antwoord op de volgende vragen: o Waar liggen er uitdagingen en noden? o Waar liggen er kansen voor samenwerking? o Waar kunnen we een meerwaarde bieden met het opbouwwerk? o Waar zijn we sterk in? o Waar kiest de sector samenlevingsopbouw voor? Uiteindelijk viel de keuze op de thema’s wonen en maatschappelijke dienstverlening. Keuze voor Wonen Tot nu zijn we met het opbouwwerk enkel actief in de sociale huisvestingsmaatschappijen. Ism de stad en de maatschappijen ondersteunen we bewonersgroepen, we zetten acties op om de leefbaarheid in de moeilijke complexen te bevorderen en we zoeken naar kanalen om de communicatie tussen de maatschappij en bewoners te bevorderen. We kiezen er uitdrukkelijk voor om dit te blijven doen! Daarnaast willen we ook uitzoeken of RISO-antwerpen actief kan zijn op de privé huisvestingsmarkt. Om dit uit te zoeken start er in september 2005 een terreinverkenning. Keuze voor maatschappelijke dienstverlening Op het gebied van maatschappelijke dienstverlening beweegt er veel op wijkniveau. Een degelijke maatschappelijke dienstverlening op wijkniveau ontbreekt momenteel. Met het lokaal sociaal beleid dat stilaan vorm krijgt, komt ook de idee van het sociaal huis terug op de proppen. Voor de bewoners waar het buurt en opbouwwerk mee samenwerkt, is het belangrijk dat deze vorm van dienstverlening toegankelijk en aangepast is aan hun noden. Naar analogie met de liberalisering van de energiemarkt is er een vraag vanuit de sector samenlevingsopbouw en vanuit de verenigingen waar armen het woord nemen om projecten op te zetten rond de effecten van de liberalisering van de watervoorziening op het inkomen van maatschappelijk kwetsbare groepen. De raad van beheer keurde dit voorstel principieel goed. Afhankelijk van de Europese wetgeving bekijken we onze mogelijkheden.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
3
Meer solidariteit, samenleven in diversiteit We blijven middelen investeren in projecten en activiteiten die zich richten tot het verhogen van de participatie van maatschappelijk kwetsbare groepen aan de diverse samenleving. Deze keuzen vormen de inhoudelijke ruggengraat voor dit jaarplan. De strategische en operationele doelen zijn richtinggevend voor de projecten, werkingen, organisatie van teams enz. Dit werkjaar staat de implementatie van het strategisch plan op de agenda: •
Inhoudelijk: o De lopende projecten werden ingebracht in de strategische en operationele doelen. o De middelen die geleidelijk aan vrij komen worden aangewend om de nieuw gemaakte keuzen waar te maken. In die zin is jaarplan nog niet revolutionair anders dan vorige. Op het thema ‘maatschappelijke dienstverlening’ bv. worden dit werkjaar nog relatief beperkte middelen ingezet.
•
Zichtbaarheid en meetbaarheid van het effect en resultaten van de projecten: o De noodzaak hiervan was een drive bij het strategisch plan. Het is een uitdaging voor RISO-antwerpen en onze sector in het algemeen. Het is geen makkelijke klus, want het ontbreekt ons aan instrumenten. Daar willen we dit jaar werk van maken. o In de programma’s en projecten hebben wel al zo scherp mogelijk geformuleerd waar we naar toe willen en wat we willen bereiken. Daar zitten wel nog verschillen op in de projecten. o In de mate van het mogelijke werden bereikte en beoogde resultaten al mee in de projecten opgesomd. Dit verder uitwerken is een uitdaging voor komend werkjaar.
•
Organisatieontwikkeling: o De vertaalslag van het strategisch plan naar de manier waarop we ons moeten organiseren, staat ook dit jaar op de agenda. o Een uitdaging waar verschillende RISO’s voor staan is de verhouding tussen thematische aansturing en gebiedsgeoriënteerd werken. Traditioneel is RISOantwerpen gestructureerd op basis van wijken. In het strategisch doel ‘participatie aan een diverse samenleving’ /solidariteit en samenleven in diversiteit is de wijkgerichte organisatievorm terug te vinden. Niettemin vormen de operationele doelen al de basis voor grotere stroomlijning, of aansturing op programmalijnen. o Voor het thema wonen, is er wel een team gevormd, op basis van het vroegere team Hoogbouw. o De vertaalslag naar personeelsbeleid en financieel beleid staat eveneens op ons programma van dit werkjaar.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
4
STRATEGISCHE DOELSTELLING1: RECHT OP WONEN Team Wonen: Lien Gijbels, Bénédict Mayuku, Lieve Lambrechts, Veerle Beernaert (TC)
Kwesties waarop wij willen inspelen: 1. Binnen de huisvestingscomplexen: Wij zijn actief in problematische huisvestingscomplexen met een concentratie van bewoners met een laag inkomen. Er wonen veel maatschappelijk achtergestelde groepen samen op een kleine oppervlakte. Er is weinig sociale draagkracht om de leefbaarheidproblemen aan te pakken. Dit zorgt voor een probleem op verschillende niveaus: •
Het niveau van de bewoners: o Er is weinig communicatie tussen bewoners met een verschillende culturele achtergrond (oa door taalproblemen) o Er zijn conflicten tussen groepen bewoners: jong/oud, … o Het niveau van de leefomgeving o Overlast op de binnen pleinen o Afvalproblemen – sluikstort
•
Het niveau van de oplossingen: o Bewoners hebben weinig draagkracht en zijn daardoor moeilijk te activeren o Er zijn veel verhuisbewegingen (in blokken waar wij werken tot 30 % per jaar) waardoor vaste groepen moeilijk te vormen zijn.
•
Het niveau van de huisvestingsmaatschappijen: o o o
De problematische wooncomplexen zijn verloederd. De financiële draagkracht van een dergelijk complex is laag. SHM nemen de bewoners uit de ‘probleemblokken’ minder serieus Er zijn geen of te weinig structurele communicatiekanalen
2. Op de sociale huisvestingsmarkt: •
• • •
Sociale huurders van huisvestingsmaatschappijen hebben bijna allemaal een laag inkomen. Het solidariteitsprincipe werkt niet meer en is geëvolueerd naar een pervers systeem: de armsten betalen mee voor de allerarmsten. Maatschappijen moeten noodgedwongen de basishuurprijzen doen stijgen om aan hun inkomsten te geraken. De basishuurprijs van gerenoveerde blokken stijgt, waardoor de allerarmste groepen er niet meer terecht kunnen. Er is een negatieve spiraal: door de stijging van de basishuurprijs worden armere bewoners verdreven naar concentratie blokken. Er is een tendens naar meer repressieve maatregelen: proefcontracten en taalvoorwaarden (en daardoor verdringing naar secundaire huisvestingsmarkt) 3. Op de privé huisvestingsmarkt:
De druk op de privé huisvestingsmarkt is groot: er zijn te weinig sociale woningen. Ook hier is er een verdrijving naar de secundaire huisvestingsmarkt. Er is een risico van gettovorming: verdringing op privé en sociale huisvestingsmarkt leidt tot meer homogene huisvestingssituaties.
Mensen met een laag inkomen komen terecht in een negatieve spiraal wat betreft hun woonsituatie.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
5
Strategische doelstelling 1: De onderhandelingspositie van de doelgroepen waar RISO-antwerpen mee werkt, is voldoende sterk om hun recht op een kwaliteitsvolle en betaalbare woning op de private en sociale huisvestingsmarkt, in een behoorlijke woonomgeving en met woonzekerheid te verwerven. Indicatoren: 1.
Het recht op wonen voor maatschappelijk kwetsbare groepen is ondersteund door RISO-antwerpen: maatschappelijk kwetsbare groepen wonen in kwaliteitsvolle sociale woningen. 2. Het probleem van sociale verdringing is erkend door de sociale huisvestingsmaatschappij. Het probleem van de sociale verdringing is gedeeld + de sociale huisvestingsmaatschappijen zijn een medestander in de beleidsbeïnvloeding (op Antwerps en Vlaams niveau) 3. De huisvestingscomplexen waar binnen we actief zijn, zijn leefbare wooncomplexen: • De woonomgeving is aantrekkelijk om te wonen • Sociale huisvesting heeft een beter imago • De huurders ervaren hun leefomgeving als leefbaar.
Strategie: 1. Inhoudelijke strategie: Keuze voor 4 operationele doelstellingen 2. Methodische keuzes: •
Empowerment en belangenbehartiging: o Bewoners worden samengebracht per complex o Maatschappelijk kwetsbare bewoners worden toegeleid naar PASH en VIVAS
•
Solidariteit en belangenbehartiging Allochtone bewoners worden bij elkaar gebracht binnen PASHa ter voorbereiding van PASH en VIVAS
•
Communicatie o Op het niveau van de huisvestingsmaatschappijen werken we aan goede communicatiekanalen tussen de bewoners en de SHM via overleg en ism de cel sociale huisvesting o Op Antwerps niveau werken we mee aan PASH en leiden bewoners toe o Op Vlaams niveau bouwen we VIVAS mee uit tot gesprekspartner van de overheid
•
Sociale verdringing o We brengen medestanders/ tegenstanders in kaart. We klaren de visie uit mbt tot de huisvestingsmarkt en mbt belangrijke thema’s zoals sociale verdringing/ sociale mix, … We zetten een denkgroep op mbt het thema wonen waarbinnen we experts en opbouwwerkers samen brengen. o We doen een terreinverkenning op de private woningmarkt.
•
Netwerkvorming en beleidsbeïnvloeding. o Regisseur cel sociale huisvesting van de stad Antwerpen o Sociale huisvestingsmaatschappijen o Werkgroep hoogbouw o FESO werkgroep wonen
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
6
Operationele doelstelling 1.1.: Bewonersondersteuning in sociale huisvesting In de sociale huisvestingscomplexen waar RISO een samenwerkingsakkoord heeft met de Stad Antwerpen en de huisvestingsmaatschappijen, zijn met de huurders, en in overleg met de huisvestingsmaatschappij, participatie- en communicatiekanalen uitgewerkt, die de bewoners ondersteunen om gezamenlijk initiatief te nemen op het gebied van leefbaarheid, verbetering van de woonkwaliteit en het samenleven. Deze kanalen zijn aangepast aan de diversiteit van de huurders en houden rekening met de belangen van maatschappelijk ketsbare huurders.
Project 1: bewonersondersteuning in sociale huisvesting, Antwerpen Noord
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
7
Doelgroep(en): In eerste instantie alle sociale huurders van de Geelhandplaats (200 appartementen, 400 bewoners) en het Stuivenbergcomplex (176 appartementen, 350 bewoners) In tweede instantie in het kader van ‘de verbreding Antwerpen-Noord’: alle sociale huurders Antwerpen-Noord Jos Verhelstplein: - Viséstraat: 37 appartementen - Brandweerkazerne: 10 appartementen - Dambuster: 72 appartementen - Roze Blok: 152 appartementen Van Kerckhovestraat: 3 maal 120 appartementen Werkingsschaal: Sociale huisvestingscomplexen van CV Onze Woning in Antwerpen-Noord. Voorziene start en einde: Start: september 2005. Einde: december 2006. Werkadres: Centrum De Wijk. Willy Vandersteenplein 1, 2060 Antwerpen. 03/236.13.51.
[email protected] &
[email protected]. Begeleiding: Lien Gijbels, 100% stedenfonds (convenant hoogbouw)
Probleemstelling specifiek Antwerpen Noord: • • • • • •
Grote diversiteit in bewonerssamenstelling (+30 verschillende nationaliteiten) Weinig draagkracht onder de bewoners, dus moeilijk te activeren Veel verhuisbewegingen In de concentratie blokken is er nood aan een permanente vorm van bewonersondersteuning. Weinig respect voor woon en leefomgeving: sluikstort, overlast,… Moeilijke communicatie met de huisvestingsmaatschappij wegens het ontbreken van wederzijds respect.
Algemene project doelstelling: •
Het samenleven in de sociale woonblokken, Geelhandplaats en Stuivenberg, is versterkt en de leefbaarheid is verbeterd.
•
De zorg van de bewoners voor de woning en de woonomgeving is verbeterd. Afvalproblematiek en onderhoud van gemeenschappelijke ruimtes zijn hierin de twee belangrijkste peilers. De netwerken tussen de verschillende buurtbewoners zijn versterkt, dit met extra aandacht voor de diversiteit. Er is een positieve sfeer in de complexen.
•
•
De bewoners voelen zich ondersteund op het niveau van de vrijwilligerswerking en de bewonersvergaderingen.
Strategie: • •
Netwerkvorming tussen bewoners stimuleren via Taal-ooR, … Bewoners activeren om zich in te zetten voor leefbaarheidacties
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
8
• • •
Diensten mobiliseren om mee te werken aan het verhogen van de leefbaarheid van de woonomgeving Communicatiekanalen opzetten tav Onze woning + beïnvloeden tot permanente ondersteuning op lange termijn Sporen onderzoeken voor verbreding van de bewonersondersteuning (> Geelhand en Stuyvenberg)
Werkdoelen: •
Tav Bewoners: - De bewoners hebben een vertrouwensrelatie met andere bewoners en met de opbouwwerker. - Nieuwe bewoners kennen de huisregels van de wooncomplexen en kennen de vrijwilligerswerking in de complexen. - Er is een formule gevonden voor de ondersteuning van huurders op permanente basis. - Er komen meer bewoners.naar bewonersvergaderingen, deze zijn aangepast aan de bewoners. - De bewoners respecteren het werk van de vrijwilligers
•
Tav Structuren - Het vrijwilligerswerk heeft een permanente vorm van ondersteuning. - Bestaande diensten zijn bewust van de specifieke problematiek in de huisvestingscomplexen. (buurtregie, jeugdconsulenten, buurt- en opbouwwerk AN, …) - Omgekeerd worden sociale huurders toegeleid naar bestaande activiteiten en diensten. - Er is overleg met de verschillende organisatieniveaus van CV Onze Woning voor communicatie en bemiddeling. (sociale dienst, technische dienst, directie,…) - Er is een voorstel geformuleerd voor een permanente ondersteuning van de sociale huurders van Antwerpen-Noord met overleg met de gewenste actoren. - Er is een betere doorstroming van bewoners naar PASH en PASHA.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
9
Project 2: bewonersondersteuning in sociale huisvesting, Linkeroever
Doelgroep(en): Alle sociale huurders van de Chicagoblok (200 grote gezinnen, 40 nationaliteiten) in eerste instantie Alle sociale huurders van de woonwijk Europark in tweede instantie Werkingsschaal: Europark, sociale woonwijk gelegen in het stadsdeel Linkeroever begrenst door de Halewijnlaan, Gloriantlaan, Charles De Costerlaan en Emiel Verhaerenlaan Voorziene start en einde: Start: januari 2001 Einde: december 2006 Werkadres: Opbouwwerk Linkeroever Ernest Claesstraat 12, 2050 Linkeroever, Antwerpen. Tel: 03/254.23.90, E-mail:
[email protected] &
[email protected] Begeleiding: Benedict Mayuku, ½ VT decreet maatschappelijk opbouwwerk en ½ VT Stedenfonds (convenant hoogbouw)
Probleemstelling specifiek Linkeroever: •
•
De Chicagoblok heeft in Vlaanderen en Antwerpen een kwalijke reputatie opgebouwd. Sensatiejournalisten hebben dit negatieve imago gretig aangewakkerd, hoewel de samenlevingsproblemen geen exclusiviteit voor de Chicagoblok zijn. Grote diversiteit zorgt voor samenlevingsproblemen: 40 verschillende nationaliteiten, > 15 verschillende talen, in elk appartement verblijven gemiddeld vier kinderen.
Algemene projectdoelstellingen: 1. Bewonersstructuur • Het euroteam is sterk genoeg als structuur om te worden erkend als een gesprekspartner door de SHM. • Het Euroteam is spil in de communicatie rond het positieve samenleven in de buurt RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
10
2. Diensten • Diensten zijn gemobiliseerd en zetten acties op in de woonomgeving • De leesbaarheidsmedewerker van de SHM schakelt competenties in van bewoners. 3. • • •
Sociale De SHM De SHM De SHM
Huisvestingsmaatschappij erkent het euroteam en communiceert er mee. biedt een vorm van ondersteuning bij het opzetten van leefbaarheidacties ondersteunt de vrijwilligersgroep en investeert in het buurtappartement
Strategie: 1. 2. 3. •
•
•
Het versterken van de vrijwilligerswerking Het beïnvloeden van de SHM Mobiliseren van diensten dmv de inbedding van het opbouwwerk in het basisteam (Huisvesting Ombudsdient, KIDS, Buurtregie Linkeroever, Project medewerker Stad Antwerpen, OCMW Dienstencentrum Linkeroever, Buurttoezicht, Buurtbeheer, Opsinjoren en Stadskantoor) deelname aan de projectvergadering (Huisvesting Ombudsdient, KIDS, Buurtregie Linkeroever, Project medewerker Stad Antwerpen, OCMW Dienstencentrum Linkeroever, Buurttoezicht, Buurtbeheer, Kind en gezin, Lesweb, Cel Sociale Huisvesting, OC Linkeroever, Opsinjoren en Stadskantoor) deelname aan Link (cultuurantenne district Antwerpen, Euroteam, Alo vzw, de Dobbelsteen, Bibliotheek, Lesweb, Stadskantoor, Huisvesting Ombudsdient, KIDS, Buurtregie Linkeroever, Project medewerker Stad Antwerpen, OCMW Dienstencentrum Linkeroever, Buurttoezicht, Buurtbeheer en OC Linkeroever)
Werkdoelen: Tav bewoners Bewoners komen bij elkaar in een vrijwilligersstructuur om samen actief op zoek te gaan naar oplossingen voor samenlevingsproblemen. Ze kunnen problemen onder elkaar uitpraten en organiseren samen activiteiten in de wijk. Tav problemen • Actieve bewoners worden ingeschakeld in acties die de leefbaarheid van de buurt moeten verhogen. • Competenties(talenten en interesses) van bewoners worden ingezet in de buurt. • Er is geregeld overleg (3 à 4 keer per jaar) en contact tussen bewoners en CV Huisvesting. • De bestaande samenwerking met KIDS en Buurttoezicht loop verder. • De opbouwwerkprojecten worden afgestemd op de activiteiten – projecten van anderen door deelname aan het bestaande buurtnetwerk (LINK, Projectvergadering, Basisteam,…) Tav structuren • De Buurtraad - Euroteam kunnen zelfstandiger opereren. • Er is een sterke Buurtraad – Euroteam, die in staat is om belangen van alle sociale huurders van de wijk te verdedigen. • De SHM erkent de vrijwilligers als communicatiepartner. • Het buurtappartement en alle andere infrastructuur in de wijk (feestzaal,...) is toegankelijk voor alle bewoners (- groepen) van de wijk. • Er is een betere doorstroming van bewoners naar PASH en PASHA.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
11
Project 3: bewonersondersteuning in sociale huisvesting, Borgerhout Zuid
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
12
Doelgroep(en): Alle sociale huurders uit de Borgerhoutsestraat 45, 47, 49, 67, 69, 71 en 79. (+/- 50 appartementen) Alle sociale huurders uit de Helmstraat 45 en 61 en uit de Groenstraat 30. (+/- 50 appartementen) Werkingsschaal: Borgerhout-Zuid/Borgerhoutsestraat: aantal kleinere complexen gelegen in eenzelfde straat. Borgerhout-Noord/Helmstraat en Groenstraat: drie kleinere complexen die dicht bij elkaar liggen. Voorziene start en einde: Start: januari 2005 Einde: voorjaar (april) 2006 Werkadres: Centrum De Wijk, Willy Vandersteenplein, 1, 2060 Antwerpen Tel: 03/236.13.51. Fax: 03/ 236.84.78
[email protected] &
[email protected] Begeleiding: Veerle Beernaert, 0.5 VT stedenfonds (convenant hoogbouw)
Probleemstelling: Het gaat hier niet om hoogbouw, maar om kleinschalige wooncomplexen. De problematiek is wel gelijk lopend met de andere wooncomplexen waar we actief zijn: • Moeilijke sociale netwerkvorming • Leefbaarheidproblemen • Concentratie van weinig draagkrachtige groepen • Ontbreken van communicatiekanalen met de SHM
Algemene projectdoelstelling: •
Borgerhoutse straat: Er is voldoende stabiliteit om problemen aan te pakken. Er zijn een aantal sleutelfiguren (12 bewoners) die de weg kennen naar de Goede Woning die aanspreekbaar zijn en die blijvend geactiveerd kunnen worden voor leefbaarheidacties.
•
Helmstraat: Er is een goede manier van werken die haalbaar is voor de Goede Woning zodat zij die kunnen overnemen.
•
Actoren uit wijk zijn gemobiliseerd rond problemen in de woonomgeving: buurtoezichters, buurtregie, opsinjoren, …
Strategie: • • • •
Sleutelfiguren worden bij elkaar gebracht. Bewoners worden samengebracht (netwerkvorming) en er worden gezamenlijke acties opgezet. Actoren worden gemobiliseerd De Goede Woning wordt beïnvloed om de bewonersondersteuning over te nemen.
Werkdoelen: Tav bewoners • De competenties van de bewoners zijn gekend. We hebben zicht op wat hen bezighoudt. Deze kennis helpt ons bij het inzetten van vrijwilligers en sleutelfiguren.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
13
•
•
Bewoners kennen elkaar beter. Vooral de bewoners uit de eigen ingang/ gang kent men goed. Men komt tot gezamenlijke afspraken rond concrete zaken zoals het gebruik van de GFT-container, poort parking, sluiten van de voordeur en kuisen van de gang. De bewoners van de aanpalende ingangen kent men via gezamenlijke activiteiten/ feesten en door gebruik van gezamenlijke infrastructuur (parking). Men maakt afspraken rond gezamenlijke infrastructuur.
Tav problematiek • Leefbaarheidacties (zoals een lentepoets, opkuisbeurt) verbeteren de leefbaarheid in de blokken. De acties zijn in samenspraak met de Goede Woning. • Een aantal technische ingrepen zijn gebeurd op vraag van de bewoners en in samenspraak met de Goede Woning. Deze ingrepen zijn onderling besproken. Er zijn afspraken rond en het wordt opgevolgd door de bewoners en de maatschappelijke assistent van DGW. Ingrepen zoals: nieuw slot poort parking/ fietsenstallingen, nieuwe deurlijsten en onderhoud gezamenlijke tuinen/ binnenkoeren. • Bewoners weten de weg naar de technische dienst en de sociale dienst van de Goede Woning. • Bewoners komen op regelmatige basis samen met iemand van de sociale dienst van de Goede Woning. • Er is een betere doorstroming naar PASH en PASHA.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
14
Operationele doelstelling 1.2.: Bewonersondersteuning op Antwerps niveau Eindverantwoordelijke Veerle Beernaert (TC)
Onder stimulans van RISO-antwerpen zijn maatschappelijk kwetsbare huurders actief in de structuren van de belangengroepen van sociale huurders in Antwerpen. In nauwe samenwerking met de cel sociale huisvesting van de stad Antwerpen worden bewonersgroepen ondersteund en toegeleid naar PASH: het platform Antwerpse sociale huurders. Het groepeert 15 huurdergroepen. Dit platform tracht via een constructieve dialoog met de stad, de huisvestingsmaatschappijen en Vlaams beleid de huurders bij het Huisvestingsbeleid te betrekken. De opbouwwerkers nemen maandelijks deel aan de PASH vergaderingen en stimuleren bewoners in hun werkingsgebied tot deelname aan deze stedelijke bewonersstructuur. Allochtone bewoners worden toegeleid naar PASHa en via PASHa naar PASH
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
15
Operationele doelstelling 1.3.: Wonen op de privé-markt RISO-antwerpen voert in 2005-2006 een stedelijke terreinverkenning uit over de rol die het opbouwwerk kan spelen op het gebied van woonkwaliteit en woonzekerheid op de private woningmarkt. Hierbij zijn de mogelijkheden tav bevoegdheden op hogere beleidsniveaus (Vlaams – federaal – Europees) ook mee in kaart gebracht.
Project 4: Terreinverkenning wonen op de privé-markt Doelgroep(en): Eigenaars en huurders van woningen op de private woningmarkt die te maken hebben met woononzekerheid en/of kwalitatief slechte woningen. Werkingsschaal: Stad Antwerpen met de focus op de wijken waar we actief zijn. Voorziene start en einde van de terreinverkenning: 1 september 2005 – 28 februari 2006 Werkadres: Centrum De Wijk, Willy Vandersteenplein, 1, 2060 Antwerpen Tel : 03/236.13.51. Fax : 03/ 236.84.78
[email protected] Begeleiding Lieve Lambrechts, 100% decreet maatschappelijk opbouwwerk
Probleemstelling: Tot hier toe zijn we met RISO-antwerpen enkel actief op de sociale woningmarkt. We stellen echter vast de twee huisvestingsmarkten onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Er zijn te weinig sociale woningen én er bestaan lange wachtlijsten. Bovendien worden groepen minder draagkrachtige bewoners verdreven naar de secundaire woningmarkt door de hogere basishuurprijzen. Op de twee huisvestingsmarkten is er een risico van gettovorming: verdringing op privé en sociale huisvestingsmarkt leidt tot meer homogene huisvestingssituaties. Op de private woningmarkt worden de door ons beoogde doelgroepen geconfronteerd met heel wat problemen zoals huisjesmelkerij, kwalitatief slechte en ongezonde woningen, hoge huurprijzen. Ook vinden ze de weg niet altijd naar de premies waar ze recht op hebben. Omdat we op dit ogenblik geen goed beeld hebben op wat er nu allemaal ligt, laat staan op wat de mogelijkheden en kansen zijn voor het opbouwwerk op dit terrein, starten we een terreinverkenning.
Aanpak: •
Verzamelen van cijfermateriaal, lezen van een aantal rapporten, op de hoogte geraken van problemen die zich stellen op de private woningmarkt door te lezen.
•
Een lijst opmaken van te bevragen actoren, een handleiding maken voor een gesprek met die actoren: duidelijk uitklaren wat we van hen te weten willen komen.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
16
•
Gesprekken hebben met actoren; weten hoe zij tegen de problematiek aankijken, waar zien zij kansen liggen voor het opbouwwerk, is er bereidheid om gezamenlijk initiatief te nemen, enz
•
Bezoeken van enkele projecten m.b.t. het thema in andere Riso's in Vlaanderen.
•
Naast elkaar leggen van verschillende mogelijkheden tot projecten, toetsen bij de stuurgroep of het de juiste conclusies zijn, polsen bij de nodige partners of ze samenwerking zien zitten, welke de mogelijkheden en beperkingen zijn.
•
Het eindproduct van de terreinverkenning is een rapport. Op basis van dit rapport kunnen keuzes gemaakt worden over het al dan niet opzettten van een project.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
17
Operationele doelstelling 1.4: Bewonersondersteuning op Vlaams niveau Eindverantwoordelijke: Veerle Beernaert, teamcoördinator
RISO-antwerpen heeft samen met de sector samenlevingsopbouw bij het Vlaamse beleid een gemotiveerd pleidooi gevoerd voor ondersteunende en stimulerende maatregelen t.a.v. de huisvestingsmaatschappijen met het oog op participatie van de huurders, overleg en communicatie. Op Vlaams niveau hebben de sociale huurders zich verenigd in VIVAS, de Vereniging Inwoners Van Sociale woningen. VIBOSO en RISO-antwerpen namen een trekkende rol op voor de verdere uitbouw van dit initiatief waaraan groepen uit Antwerpen (PASH – het Platform van Antwerpse Sociale Huurders), Gent, Genk, Ronse, Mechelen en Geel deelnemen. Er werd een stuurgroep opgericht, een platformtekst opgesteld en een algemene vergadering georganiseerd. Voor het werkjaar 2005-2006 werden Vlaamse subsidies goedgekeurd, waardoor VIVAS dit project verder kan uitbouwen en ondersteunen. RISO-antwerpen detacheert Erik Van Leuven naar VIBOSO gedurende 1.5 jaar. Vanuit RISO-antwerpen worden bewoners gestimuleerd tot deelname aan deze Vlaamse bewonersstructuur. Er wordt bekeken hoe bewoners van PASHa toegeleid kunnen worden om zo de diversiteit in deze Vlaamse bewonersstructuur te bekomen.
Project overstijgend werken naar het beleid toe 1. Intern overleg en visievorming: - Werkgroep Hoogbouw - Denkgroep wonen 2. Sector overleg en visievorming In de schoot van VIBOSO bestaat het ‘Sectoroverleg Wonen’ en de ‘Praktijkwerkgroep sociale huisvesting’. 3. Beleidsbeïnvloeding en netwerkvorming op Antwerps niveau 4. Beleidsbeïnvloeding en netwerkvorming op Vlaams niveau
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
18
Personeelsinzet strategische doelstelling 1: wonen Veerle Beernaert Teamcoördinatie Wonen: 30% decreet MOW, 20% convenant stedenfonds (convenant hoogbouw) Ø Operationele doelstelling 1.1: Bewonersondersteuning in sociale huisvestingsmaatschappijen én ism de stad Antwerpen Ø Operationele doelstelling 1.2: Belangenverdediging van maatschappelijk kwetsbare groepen in PASH Ø Operationele doelstelling 1.3: Beleidsbeïnvloeding Vlaams niveau ism de sector Personeelsinzet 2005-2008: Lien Gijbels Bénédict Mayuku Veerle Beernaert
1 OW: 100% stedenfonds (convenant hoogbouw) "project bewonersondersteuning in sociale huisvesting, Antwerpen Noord" 1 OW: 50% stedenfonds (convenant hoogbouw) 50% decreet MOW "project bewonersondersteuning in sociale huisvesting, Linkeroever" 1 OW: 50% stedenfonds (convenant hoogbouw) "project bewonersondersteuning in sociale huisvesting, Borgerhout"
Ø Operationele doelstelling 1.4: Terreinverkenning maarwaarde van RISO-antwerpen op de privé huisvestingsmarkt Personeelsinzet 2005-2006: Lieve Lambrechts
1 OW: 100% decreet MOW "Terreinverkenning wonen op de privé-markt"
Totale personeelsinzet Wonen: 4 VT 1,3 decreet MOW 2,7 stedenfonds, convenant hoogbouw
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
19
STRATEGISCH DOEL 2: RECHT OP MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING, VOOR KWETSBARE GROEPEN De maatschappelijke dienstverlening (financiële, sociale, administratieve, juridische en materiële) is bereikbaar, toegankelijk en aangepast voor maatschappelijk kwetsbare bewoners in de wijken waar RISO-antwerpen actief is. De strategische doelstelling Maatschappelijke dienstverlening is een nieuwe keuze voor RISO-antwerpen. Een vanzelfsprekende keuze omdat we vaststellen dat dit recht voor onze doelgroepen vaak geschonden wordt. We zitten momenteel in een overgangsperiode waarin we nieuwe projecten binnen deze strategische doelstelling nog moeten opstarten. We starten in maart 2006 met 1 project. Er is op deze reden nu nog geen team en geen programma maatschappelijke dienstverlening. Naast dit nieuwe project zijn er wel losse opbouwwerkactiviteiten met een sterke link naar dit thema: • De vadergroep van het project ‘relatie tussen allochtone en autochtone armoede’ wordt rond dit thema geactiveerd. • Er is het project Modem in Antwerpen Noord en Deurne Zuid. • De functie onthaal en hulpverlening van de buurtwerken. Er is 1 project dat afgerond wordt tegen eind 2006 en dat past onder het thema maatschappelijke dienstverlening, nl. het project occasionele kinderopvang.
Strategie: •
Empowerment en belangenbehartiging van bewoners
•
Solidariteit en belangenbehartiging: Solidariteit tussen groepen bewerkstellingen
•
Goede communicatiekanalen uitbouwen
•
Visie uitklaring over de modemmethodiek, centraal onthaal tov lokaal onthaal en de plaats van Modem binnen het lokaal onthaal.
•
Beleidsbeïnvloeding en netwerkvorming: o Op projectniveau: Meewerken aan het experiment in Borgerhout. Uitlokken dat het experiment in het voorjaar 2006 van start gaat. Bewaken dat maatschappelijk kwetsbare groepen aan bod komen en dat het aanbod inspeelt op de noden met de 8, Recht-op, CAW metropool en De terp + samenwerkingsverbanden aangaan. o Overleg op stedelijk niveau: - Overleg OCMW – stad - Werkgroepen lokaal sociaal beleid - OASO o Sectoroverleg lokaal sociaal beleid
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
20
Operationele doelstelling 2.1.: participatie van kwetsbare groepen aan het sociaal huis Maatschappelijk kwetsbare bewoners hebben in min. 2 wijken hun nood op vlak van maatschappelijke dienstverlening besproken met het OCMW en stedelijke actoren. Bij de vormgeving van het sociaal huis is rekening gehouden met drempels die door de doelgroepen gesignaleerd zijn
Project 5: projectvoorbereiding participatie van kwetsbare groepen aan het sociaal huis Doelgroep(en): Maatschappelijk achtergestelde bewoners uit wijken waar geëxperimenteerd wordt met het sociaal huis en/of waar het project Modem actief is. Werkingsschaal: Wijken waar geëxperimenteerd wordt met het sociaal huis en/of waar het project Modem actief is (voorlopig: Antwerpen Noord, Deurne Zuid, Borgerhout) Voorziene start en einde: 1 maart 2005 – 31 december 2008 Werkadres: Centrum De Wijk, Willy Vandersteenplein, 1 2060 Antwerpen Tel : 03/236.13.51. Fax : 03/ 236.84.78
[email protected] Begeleiding: Katleen Nuyts, decreet maatschappelijk opbouwwerk 50% maart – december 2006 100% januari 2007 – december 2008
Probleemstelling Een goede maatschappelijke dienstverlening op wijkniveau is nu niet gegarandeerd. Zeker de maatschappelijk kwetsbare groepen blijven in de kou staan. In het kerntakendebat tussen stad en OCMW werd afgesproken dat het OCMW de individuele dienstverlening op zich zou nemen. De overdacht is echter niet gebeurd. Het ontbreken van een goede dienstverlening op wijkniveau zorgt ervoor dat maatschappelijk kwetsbare groepen terecht komen bij particuliere organisaties zoals RISO-antwerpen, Recht-op, de 8, de caw’s, ... Dit verhoogt de druk op deze werkingen. In het decreet lokaal sociaal beleid staat de uitbouw van een sociaal huis ingeschreven. In Antwerpen kiest men voor een samenwerkend netwerk van verschillende actoren: Samenwerking Antwerpen Sociaal. Dit netwerk zal actief zijn op een aantal punten (120) waar men via een goed doorverwijzingsysteem bewoners zal verder helpen. Er wordt gekozen voor bestaande locaties. Voor de doelgroepen van RISO-antwerpen is het belangrijk dat deze vorm van dienstverlening toegankelijk is én aangepast aan hun noden. Er moeten dus kansen gecreëerd worden om de belangen van de maatschappelijk kwetsbare groepen aan te kaarten.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
21
De buurtcentra van RISO-antwerpen spelen nu al een sterke rol mbt onthaal op wijkniveau. Zeker in de centra waar ModeM gevestigd is, heeft men een belangrijke inbreng in begeleide doorverwijzing, zorgcoördinatie edm. Het is duidelijk dat het SAS een vorm van centraal onthaal nodig heeft. Het moet nog uitgeklaard worden of er ook ontmoetinggelegenheid gekoppeld moet worden aan het SAS. Voor de kwetsbare doelgroepen is onthaal op wijkniveau belangrijk. Modem bewijst het belang van decentraal onthaal. Het vergroot de toegankelijkheid van dienstverlenende initiatieven. Een gedragen visie over de plaats van decentraal onthaal binnen het concept SAS ontbreekt. Modem heeft geen reguliere inbedding binnen het algemeen welzijnswerk – of andere partners – en dreigt daardoor verloren te gaan.
Algemene project doelstellingen: • Tav bewoners Maatschappelijk kwetsbare groepen (kansarme doelgroepen die bereikt worden via het project relatie allochtone – autochtone armoede, buurt- en opbouwwerk Borgerhout Zuid, Borgerhout Noord, Antwerpen Noord en Deurne) participeren aan de vormgeving van het sociaal huis. •
Tav de problematiek/ structuren o Het sociaal huis is aangepast aan de behoeften en de noden van maatschappelijk kwetsbare groepen. o Het OCMW en de stad kennen de Modem methodiek (begeleidde doorverwijzing en zorgcoördinatie). o De Modem methodiek kan gebruikt worden in de uitwerking van het onthaal op wijkniveau in het kader van het Sociaal huis. o RISO-antwerpen, de 8, Recht-op en CAW metropool werken samen om de participatie van maatschappelijk kwetsbare groepen aan het sociaal huis te bewaken. o Er is een gedragen concept over de plaats en de organisatie van een toegankelijk decentraal onthaal binnen het lokaal sociaal beleid. o De stad en het OCMW kennen de tekorten in de lokale dienstverlening. o Het OCMW kent de noden van bewoners.
•
Tav de sector samenlevingsopbouw o De expertise die we opdoen in Antwerpen is gedeeld met andere RISO’s en vice versa. o We wegen op het Vlaamse beleid door de krachten te bundelen
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
22
Project 6: occasionele Kinderopvang Doelgroep(en): ouders wiens kind gebruik maakt van het OKIDO project. Werkingsschaal: De wijk Antwerpen-Noord Voorziene start en einde: 1 mei 2004 – 31 december 2006. Werkadres: Centrum De Wijk, Willy Vandersteenplein, 1 2060 Antwerpen Tel : 03/235.17.24.
[email protected] Begeleiding: Katleen Nuyts, decreet maatschappelijk opbouwwerk 100% tot en met februari 2006 50% maart – december 2006
Probleemstelling: •
•
•
In Antwerpen Noord is er een tekort aan kinderopvang, zeker wat betref occasionele kinderopvang. De beschikbare plaatsen worden automatisch gekoppeld aan tewerkstelling van de ouders. Kansarme ouders hebben echter nood aan kinderopvang, los van hun inkomenssituatie (om naar diensten te gaan, tijdens ziekte, om te solliciteren, om te ontspannen,…) Kansarme ouders worden niet gerespecteerd voor de eigen aanpak bij de opvoeding van de kinderen. Zij willen gehoord, erkend en gewaardeerd worden als ouder – opvoeder. Zij vragen ondersteuning bij het vervullen van de ouderrol. Sinds het project gestart is, investeert de stad 10* meer middelen in occasionele kinderopvang initiatieven.
Algemene project doelstelling 1. Er is een pilootproject ‘occasionele kinderopvang’ actief in Antwerpen Noord. Deze vorm van kinderopvang is beter afgestemd op de behoeften van de ouders. 2. Het piloot project heeft een voorbeeldfunctie tov andere kinderopvang - actoren mbt een sterke ouderbetrokkenheid binnen werking. 3. Er is een vorm van blijvende ouderparticipatie waarbinnen de ouderrol erkend en versterkt wordt.
Strategie: • • • • • •
Uitwerken van een pilootproject Een haalbaar concept van ouderparticipatie uitwerken Een vorm van opvoedingsondersteuning uitwerken Actoren / partners beïnvloeden om de ouderparticipatie en de opvoedingsondersteuning over te nemen. Okidomobiel beïnvloeden zodat zij de ondersteuning overnemen en implementeren in de werking. Netwerkvorming van ouders die deelnemen aan dit project om tot uitwisseling van opvoedingservaringen te komen.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
23
Werkdoelen: Tav bewoners • Ouders zijn samengebracht in een netwerk. Het netwerk is divers samengesteld (allochtone, autochtone, nieuwkomers). 7 moeders (2 Afrikaanse, 2 Irakese, 3 Marokkaanse, 1 Belgische, 1 Turkse) • Ouders hebben inspraak in de werking van de kinderopvang. • De ouders participeren op verschillende niveaus aan de uitbouw van de kinderopvang: - opstart van het project - visievorming - kinderopvang • Ouders voelen zich ondersteunt in hun ouderrol. Ze kunnen met hun ondersteuningsvragen terecht bij SAMIK Tav problematiek • • •
• • •
Okidomobiel implementeert de ouderparticipatie in hun werking De instroom van nieuwe ouders is geoptimaliseerd Het samenwerkingsverband van ouders, inloopteam SAMIK, RISO-antwerpen, Stekelbees en Dienst occasionele kinderopvang van de stad Antwerpen functioneert en zet initiatieven op. SAMIK vangt de ouders op met hun ondersteuningsvragen en begeleidt oudergroepen mbt opvoedingsondersteuning. Pilootproject is verankerd in de buurt. Buurtorganisaties zijn betrokken bij de werking van het project.
Project overstijgend werken naar het beleid toe 1. Intern overleg en visievorming: o Op het CT o Via uitwisseling tussen opbouwwerkers 2. Sector overleg en visievorming o Deelname aan de werkgroep LSB op sector niveau 3. o o o
Beleidsbeïnvloeding en netwerkvorming op Antwerps niveau Deelname aan werkgroepen LSB op Antwerps niveau Overleg tussen AWW – De 8 – RISO-antwerpen Aansluiting zoeken bij vereniging war armen het woord nemen.
4. Beleidsbeïnvloeding en netwerkvorming op Vlaams niveau
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
24
Personeelsinzet strategische doelstelling Ø Operationele doelstelling 2.1.: Participatie van maatschappelijk kwetsbare groepen aan het lokaal sociaal huis
Katleen Nuyts
1 OW decreet MOW 0,5 OW decreet MOW "Project occasionele kinderopvang"
Katleen Nuyts
0,5 OW decreet MOW maart 2006 - december 2006 1 OW decreet MOW januari 2007 - december 2008 "projectvoorbereiding participatie van kwetsbare groepen aan het sociaal huis"
Totaal:
oktober 2003 - februari 2006 maart 2006 - december 2006
1VT decreet MOW
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
25
STRATEGISCH DOEL 3: PARTICIPATIE AAN EEN DIVERSE SAMENLEVING VERHOGEN Kwesties waarop wij willen inspelen: Meer individualisering, afname van solidariteit • De onderlinge solidariteit onder buurtbewoners neemt af. Er is weinig tolerantie naar andere groepen in de samenleving. • Mensen zoeken zondebokken voor elke vorm van bedreiging die ze ervaren. Gemeenschappen komen tegenover elkaar te staan. Men plooit zich meer terug op de eigen gemeenschap. • De polarisering wordt mee gevoed vanuit de internationale politiek. Een stijgende verzuring, verrechtsing • De ontevredenheid bij buurtbewoners in de wijken waar we werken blijft groot. Mensen klagen veel • Beleid en publieke opinie dringen meer aan op veiligheidsmaatregelen, repressief optreden,… Het preventief werken is niet zo populair. • Er is meer en openlijker racisme. • Blijvende groei van het Vlaams Belang en overname van het discours bij andere partijen. Allochtone jongeren leggen steeds meer een druk op het samenleven in buurten waar wij werken. • Allochtone jongeren veroorzaken overlast in de buurten. Het is een “gewelddadig” fenomeen. Verschillende jongeren zijn vatbaar voor oproer, niet enkel de harde kern. • Het bepaalt heel sterk de beeldvorming die er is t.o.v. allochtonen. • De problematiek van achterstelling die er achter schuil gaat, is moeilijk bespreekbaar. Instroom nieuwkomers • We stellen vast dat er meer nieuwkomers zijn in de wijken waar we werken. • De wijken hebben niet de draagkracht om die instroom op te vangen, de solidariteit ebt weg. Methodieken van de samenlevingsopbouw o De samenleving wordt steeds complexer. We moeten daar met nieuwe methodieken creatief op inspelen. o We vertrekken meer vanuit kansen, uitdagingen, talenten,… Niet vanuit problemen.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
26
Strategische doelstelling 3: De competentie van maatschappelijk kwetsbare doelgroepen om met de diversiteit in hun leefomgeving om te gaan is versterkt. Er is een structuur uitgewerkt waardoor de gebruikers met elkaar, met andere gebruikers en met andere actoren (overheden, diensten) kunnen onderhandelen. Vanuit die onderhandelingen worden initiatieven opgezet die de leefbaarheid van die omgeving verhogen, en die de participatie van de doelgroepen aan de samenleving doen toenemen.
Strategie: In de implementatie van het strategisch plan hebben we nog geen vertaling op organisatieniveau. Een wijkoverstijgend programma voor dit thema ontbreekt voorlopig. We hebben wel per wijk een programma. September 2006 hebben organisatievorm aangepast aan de matrix ‘wijkgestuurd werken’ en ‘themagestuurd werken’. Om deze reden geven we eerst een overzicht van het programma van de steunpunten op wijkniveau. Vervolgens splitsen we het uit per operationeel doel waarin de projecten van de verschillende wijkteams ondergebracht worden. 1. We kiezen voor een wijkgerichte insteek •
Sociale problemen vertonen een ruimtelijke clustering. We kiezen voor een territoriale aanpak zodat we op dit niveau kunnen interveniëren. We zien de wijk als een integratiekader: o een plaats waar er een brug wordt geslagen tussen privaat –publiek, o een plek waar individuen maatschappelijke rollen aanleren o een plek waar men kan leren omgaan met het leven in diversiteit.
•
Ontmoetingscentra zijn ruimtelijke kristallisatiepunten (bv. Buurthuizen)
•
In de wijken Antwerpen Noord (Stuivenberg, Seefhoek en Schijnpoort – Dam), Deurne Noord, Deurne Zuid, Borgerhout Noord, Borgerhout Zuid en het Kiel investeren we met een buurt –en opbouwwerkteam
•
In de wijk oud- Berchem investeren we enkel in het buurtwerk en beperkt in het opbouwwerk (1vt).
•
Methodiek: koppeling buurtwerk en opbouwwerk: RISO-antwerpen zet in 8 wijken in de stad twee methodieken in die aan elkaar gekoppeld worden: enerzijds het buurtwerk met een permanent karakter en procesgericht, anderzijds het opbouwwerk, met een projectmatig en innovatief karakter. In elke wijk zetten we een multidisciplinair team in, bestaande uit buurtwerkers, opbouwwerkers, projectmedewerkers en een coördinator. We kiezen voor een minimumbezetting van 3.3 VT EQ.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
27
2. Wijkoverstijgend werken Bewoners zijn niet zomaar te vereenzelvigen met hun wijk. De sociale relaties van bewoners overstijgen het wijkgebeuren. RISO-antwerpen kiest daarom ook voor projecten die het wijkniveau overstijgen (Beweging maken, Taal-ooR, SOS) en die netwerken vormen over wijken heen. 3. We kiezen voor 5 operationele doelstellingen •
• • •
•
We investeren in onze eigen buurtwerken. We willen de competentie van bewoners om met diversiteit om te gaan verhogen. We willen ze leren onderhandelen met elkaar. We activeren bewoners om mee te werken aan projecten, de uitbouw van het buurtwerk of om zich in te zetten als vrijwilliger. We willen nog meer nadruk leggen op het stimuleren van netwerken tussen individuele bewoners, groepen bewoners en tussen bewoners en beleid. We werken met het buurt- en opbouwwerk niet op een eiland. We kiezen ervoor om samen te werken met actoren/ infrastructuren die ook in de buurt actief zijn. We leggen de komende jaren ook meer accent op het preventief werken. We spelen niet alleen in op de kansen die er liggen in de wijken én bij bewoners, maar kiezen ervoor om ook te werken aan de wrijvingen/ spanningen tussen groepen bewoners. Een laatste en belangrijke keuze is het maken van beweging. Een van de elementen daarbij is het werk maken van een wijkoverstijgend vrijwilligersbeleid.
4. Samenwerking en regie • •
•
Op wijkniveau via onderhandelingen district, lokale partners en actoren. Op stedelijk niveau: o Overleg regisseurs Dienst wijkwerking (sociale zaken) DIA Integrale veiligheid Dienst district en loketwerking o Samenwerking OCMW Samenwerking met de 8 o Samenwerking met Vorming + o Samenwerking met AWW Op Vlaams niveau o Sectoroverleg ivm buurtwerkdossier o Samenwerking met andere RISO’s mbt buurtwerk en beweging maken
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
28
Wijkprogramma Antwerpen Noord (deelbuurten Stuivenberg, Seefhoek en Dam – Schijnpoort) Team: Mia Crollet, Patrick Vinck, Ellen Van Doren, Kathleen Nuyts, Gitte Piquer (tot eind 2005), Husseyn Oral, Rachida Ahali, Karen Maes, Walter Busschots (TC)
Probleemstelling Antwerpen Noord wordt gekenmerkt door een concentratie van grootstedelijke problemen die ervoor zorgen dat de verzuring de dagelijkse realiteit scherp tekent. Autochtonen moeten zich verhouden tot gevestigde allochtone groepen van Turken en Marokkanen. Er is een grote instroom van nieuwkomers. Er leven veel mensen met een klein of zonder inkomen. De huisvesting is vaak slecht. Het gebruik van de openbare ruimte verloopt vaak niet zoals het hoort, namelijk proper en rustig. Mensen begrijpen niet steeds het anders-doen van medebewoners en indien men al iets zou willen bespreken stuit men vaak op communicatiemoeilijkheden. Het zoeken van zondebokken voor alles wat verkeerd loopt is dan niet veraf. Deze polarisering sluit feilloos aan bij de strategie van het – sterke - Vlaams Belang in deze wijk. Ook de media doet haar duit in het zakje: de berichtgeving houdt hardnekkig vast aan de idee dat het slecht vertoeven is in de wijk. De jarenlange inspanningen van de Stedelijke en Vlaamse overheden met het wijkontwikkelingsbeleid van de jaren ’90 en met het impulsfonds en het Stedenfonds vandaag, hebben te weinig zichtbare en voelbare resultaten opgeleverd. Of toch niet? De inplanting van de stadsbibliotheek in het oude Permeke gebouw, het spoorwegemplacement - met het geplande park op de oude spoorwegbedding, de systematische heraanleg van straten en pleinen, zijn enkele tendensen die een sfeer van verandering in de wijk aangeven. RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
29
Bewoners vinden het echter niet meer dan normaal dat de overheid verantwoordelijk is om oplossingen voor hun problemen uit te werken. De burger vervalt daardoor in een soort ‘cliënt’-gedrag, waarbij diensten worden geconsumeerd. De burger laat zichzelf verzorgen en neemt te weinig eigen verantwoordelijkheid op in het keren van de situatie.
Algemene doelstelling: Tav bewoners, deelnemers en vrijwilligers • De bezoekers zijn meer betrokken bij de uitwerking van het programma. • De vrijwilligersraad is een goed draaiende werkgroep. Ze nemen een centrale plek in bij de organisatie van het buurtwerk. • Buurtbewoners kennen het buurt- en opbouwwerk. Ze kunnen er terecht met noden en zeker met hun talenten en competenties. • De competenties van buurtbewoners worden permanent in kaart gebracht. • Bewoners zetten hun competenties en talenten in om actief bij te dragen aan veranderingen in hun wijk. • De noden van de Marokkaanse bewoners zijn in kaart gebracht. Bij de programmatie wordt hier rekening mee gehouden. • Meer Turkse bewoners nemen deel aan het wijkforum. • Bewoners uit de verschillende deelbuurten vinden hun weg naar Centrum De Wijk Tav de interne organisatie • De diversiteit onder vrijwilligers en deelnemers is geconsolideerd. • Vormingplus en CAW De Terp / Metropool nemen mee verantwoordelijkheid mbt de functie vorming en hulpverlening • Het ‘buitenwerk’ is verder uitgebouwd. • Er zijn goede samenwerkingsverbanden met actoren uit de wijk. • De werking van het buurtwerk Seefhoek is verzelfstandigd. • De besturen van de 3 buurtwerken in Antwerpen Noord (Centrum De Wijk, Damschijnpoort en Seefhoek) werken structureel samen. • Modem is geïmplementeerd binnen de onthaalfunctie van centrum De Wijk. • Buurtwerk is aangepast aan de veranderende context/ beweging • De visie over de functies van het buurtwerk is uitgewerkt en het is gedeeld met de collega’s van andere buurt- en opbouwwerkteams. Tav structuren • Actoren die ontmoetingsactiviteiten organiseren in de wijk zijn meer toegankelijk voor bewoners en staan meer open voor een andere manier van werken. • Actoren die actief zijn in de wijk spelen in op – en maken gebruik van - de competenties en talenten van buurtbewoners. • Diensten, actoren en bewoners werken samen • Het wijkforum staat ook open voor maatschappelijk kwetsbare groepen. • Het pilootproject occasionele kinderopvang is een goed draaiende werking, de ouderparticipatie is geïmplementeerd in de werking.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
30
Strategie: 1. Tav het permanente buurt- en opbouwwerk • • •
• • •
• • • • • • •
•
Acties opzetten om de diversiteit onder de bezoekers te behouden (via vorming voor vrijwilligers, de vrijwilligersraad,…) De participatietechnieken van de Can-do methode ook gebruiken bij het samenstellen van de programmatie. Het buitenwerk (“de wijk op wieltjes”, kortlopende projecten met andere partners verder uitwerken doormiddel van samenwerking met CDO (centrum deeltijds onderwijs), OCMW (dienstencentra Essenhof, en de Meermin) en het Stadskantoor. Marokkaanse bewoners samenbrengen en koppelen aan de activiteiten van het buurtwerk Turkse bewoners toeleiden naar allerlei activiteiten in de wijk. Taal-ooR verder zetten: zowel binnen het buurtwerk als op verplaatsing. We werken hiervoor samen met Dienstencentrum “Het Essenhof”. Ook op den Dam, in Damstation plannen we sessies van Taal-ooR. De centrumraad wordt omgevormd naar één vrijwilligersraad die themagericht werkt. Vrijwilligers en deelnemers van het buurtcentrum Schijnpoort – Dam zijn meer betrokken op de werking van Centrum De Wijk. Permanenties van het buurtcentrum Schijnpoort – Dam verder uitbouwen met vrijwilligers. Er wordt een structurele bestuurlijke samenwerking uitgewerkt tussen de drie centra (Centrum De Wijk; centrum Dam Schijnpoort en Buurtwerk Seefhoek); Verduidelijken en beter regelen van de dienstverlening tijdens de permanenties; van het Buurtwerk en van modem (zitdag van ModeM en van andere organisaties in CDW ); Bijsturen van ModeM met het perspectief op een betere koppeling van ModeM aan het Basiswerk; Door de samenwerking van het Buurtwerk en het Opbouwwerk binnen het project Buurtschatten ontstaat er een nieuwe visie op het Buurtwerk. Deze visie neemt meer afstand van het eigen aanbod en de eigen programmatie van het buurtwerk en maakt plaats voor maatwerk in de buurt, op vraag van bewoners en groepen. Deze nieuwe visie kan aansluiten bij de “bewegingsideeën” die binnen RISO leven en geconcretiseerd worden in het kader van de Strategische planning. Andere teams worden betrokken bij het proces van visieontwikkeling.
2. Tav het projectmatig opbouwwerk • -
Buurtschatten: De methodiek wordt verder uitgewerkt De competenties van bewoners worden permanent in kaart gebracht Actoren worden in kaart gebracht Er wordt geschakeld tussen bewoners onderling en tussen bewoners en actoren.
• -
OKO: Het project wordt geheroriënteerd binnen de strategische doelstelling maatschappelijke dienstverlening. De ouderparticipatie wordt ingebouwd in de kinderopvang. Het project wordt afgebouwd tegen eind 2006
-
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
31
Wijkprogramma Borgerhout - Noord Team: Leen Van den Bulck, Driss Bidane, Tm Govaers, Geert Janssen (TC)
Probleemstelling / kwesties waarop we willen inspelen: Borgerhout Noord is een dichtbevolkt gebied. De wijk wordt gekenmerkt door een aantal grootstedelijke problemen als een hoge werkloosheidsgraad en een groot aantal gezinnen in kansarmoede. De diversiteit in de wijk, waar voornamelijk Belgische en Marokkaanse mensen wonen, creëert twee werelden. Ook de kloof tussen kansarm en kansrijk blijkt moeilijk te overbruggen. Mensen leven naast elkaar en niet met elkaar. Marokkaanse bewoners die zich sociaal opwerken, trekken uit de wijk weg, waardoor de sociale kloof binnen de allochtone gemeenschap eveneens groeit. Het bestaan van de ROMA en de werking rond Rataplan creëert een positief beeld van de wijk naar buiten toe. Het imago van Borgerhout is er de laatste jaren sterk op vooruit gegaan. Dit laatste in combinatie met de (relatief) lage woningprijs, creëert een belangrijke instroom van jonge tweeverdieners. De maatschappelijke problemen blijven echter bestaan. Momenteel zijn er onvoldoende aanknopingspunten van waaruit aan deze problematiek kan gewerkt worden. Het stedelijk wijkkantoor is ingeperkt, weinig organisaties zijn actief in deze wijk, … Er is nood aan een dynamisch knooppunt van waaruit bewoners kunnen werken aan de leefbaarheid van hun wijk. Er is nu geen infrastructuur die aan deze noden tegemoet kan komen. Marokkaanse jongeren hebben weinig aansluiting bij het vrije tijdsaanbod in de buurt. Ze hangen rond op pleinen. Dit zorgt voor een onveiligheidsgevoel bij omwonenden.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
32
Algemene doelstelling: Interne doelen: • Concrete wijkproblemen worden effectief aangepakt: voor 2006 faraomieren en Inter Ferry Boat. • We zijn een laagdrempelig aanspreekpunt waar bewoners vlot kunnen binnen stappen. Doelen naar bewoners: • Vanuit een dynamisch geheel zijn diverse groepen actief in de wijk. Bewoners hebben een kanaal waarlangs ze problemen/spanningen die de ze in de wijk ervaren, kunnen aanpakken en hanteren. • Het centrum / buurthuis is een laagdrempelige ontmoetingsplek in de wijk waar mensen elkaar tegenkomen, met elkaar contacten kunnen uitbouwen en samenwerken. • Bewoners van allerlei slag (diversiteit) leren samen problemen bespreken en aan te pakken. • Marokkaanse bewoners zien onze werking als een signaalpunt waar ze terecht kunnen. Doelen tov structuren: Bewoners, diensten en andere actoren hebben de reflex om naar onze werking te komen als ze problemen ervaren. Doelen tov probleemstelling: Problemen worden aangepakt met een diverse groep bewoners en ze worden daarin ondersteund door actoren.
Strategie: •
Gebouw & infrastructuur We zorgen voor een groter, goed gelegen, mooi, functioneel en goed toegankelijk nieuw gebouw met een aanbod dat een diverse groep bewoners aanspreekt. (er is een gebouw op de hoek van de Wijnegemstraat aangekocht: renovatie 2006 – medio 2007. Inrichting en ingebruikname medio 2007 – 2010). o Vrijwilligers zetten zich actief in om het nieuwe gebouw op te knappen (Samen aan de Slag). o Er is een evenwicht tussen een aanbod naar diversiteit van bewoners (gemengd) en een aanbod naar specifieke groepen. o We zorgen dat we zichtbaar aanwezig zijn in de wijk.
o
• o o o o o •
•
Sociaal & organisatorische netwerken. We zorgen dat er een gedragenheid is bij bewoners; dat zij achter de werking staan met deze doelstellingen (participatie & diversiteit). Deze gedragenheid willen we bekomen bij: de Stuurgroep, de Bewonersraad, de Buurthuisraad. We mobiliseren diverse bewoners om actief te zijn in de wijk. We zetten samenwerking op met andere diensten en actoren in de wijk waarbij we erkenning willen bekomen als belangrijke actor in de wijk. We besteden hierbij bijzondere aandacht aan onze communicatie & PR.
Projecten: We werken twee projecten uit die door de bewoners als belangrijk ervaren worden om meteen aan te pakken o Faroaomieren o Inter Ferry Boat Tav Marokkaanse jongeren We zoeken aansluiting bij het project Samen Op Straat.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
33
• Wijkprogramma Borgerhout Zuid Team: Gina Demey, Lief Vogels, Ludo Horemans, Veerle Matthijs, Hassan Radi, WIlfired Defillet, Billy Kalonji, Griet Van Baarle (TC)
Probleemstelling: Borgerhout Zuid is vanuit stedenbouwkundig oogpunt bekeken een wijk met bredere straten, betere kwaliteit woningen, geflankeerd door de wijk Zurenborg. Binnen de wijk zijn bepaalde deelbuurten, als de Bleekhofbuurt, meer kwetsbaar voor leefbaarheidproblemen (verkrotting, sluikstort, grote blinde muren…) dan andere. Oud Borgerhout heeft een jongere bevolking tov het gemiddelde van de stad. Mbt etniciteit is er in Borgerhout 47.5 % allochtone tov 24 % voor stad Antwerpen. De algemeen werkloosheidsdruk ligt 6% punten hoger dan in Antwerpen stad. De werkloosheidsdruk voor niet EU: 7.5% hoger. Dit uit zich in een grotere aanwezigheid van arbeiders, een lager gemiddeld inkomen,… Borgerhout is een zeer dichtbevolkt gebied, maar met beperkte openbare ruimte. De aandacht voor dit gebiedsdeel vanuit het beleid is minder voelbaar. Nochtans blijkt uit statistieken dat het percentage OCMW-cliënten niet lager ligt dan in Borgerhout Noord. Binnen de doelgroepen die door het buurt- en opbouwwerk bereikt worden, nemen kansarme en generatiearmen een groot aandeel. Ook de problematiek van meervoudige achterstelling onder allochtone gezinnen, is door de werking van de projecten Mankracht en Zonen, en Allochtone Armoede, aan het licht gekomen. In de Bleekhofbuurt treffen we tussen de betere burgerwoningen, veel kwartierverhuur op. Uit een analyse van
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
34
het buurt –en opbouwwerkteam bleek dat nieuwkomers afkomstig zijn uit verschillende landen, maar met een grote meerderheid uit Marokko. Samenlevingsproblemen zijn in de wijk latent, maar niet explosief aanwezig. Opvallend is de segregatie tussen sociale klassen, etnische herkomst en leeftijd. De breuklijnen lopen door elkaar: de afstand tussen de iets sterkere Marokkaanse arbeidersklasse en de Marokkaanse gezinnen in multiproblem situatie, is groot. We stellen vast dat elk segment in het eigen circuit blijft.
Algemene doelstellingen: Intern: • De competenties van bewoners van diverse herkomst, die in de buurtwerking van Borgerhout Zuid bereikt worden, zijn toegenomen. • Wekelijks worden er 160 bewoners bereikt. Die bewoners zijn van diverse afkomst. De diversiteit slaat op leeftijd, klasse, etniciteit en geslacht. • Er gaat bijzondere aandacht uit naar de ondersteuning van kansarmen: generatiearmen, nieuwkomers en Marokkaanse vrouwen. • Vrijwilligers worden ondersteund om de animatieactiviteiten zo veel mogelijk zelf te dragen. Er is een ploeg van 35 vrijwilligers wekelijks actief. 70 tot 80 vrijwilligers zijn per trimester actief op grotere activiteiten. Extern: • er is een dynamiek in de wijk die de leefbaarheid en het samenleven versterkt. • In de Bleekhofbuurt is er een voldoende sterk netwerk van actieve bewoners die de weg naar stedelijke diensten kennen en initiatief nemen om de leefbaarheid van de buurt te ondersteunen Structureel: Er is meer aandacht vanuit het beleid (district, stedelijke diensten) voor Borgerhout Zuid
Strategie: •
intern o de buurtwerking is een veilige experimenteerruimte die een brede waaier van activiteiten aan biedt aan een verscheidenheid van doelgroepen o de activiteiten (ICT, huiswerkbegeleiding, Taal-ooR) zijn gericht op versterking van specifieke doelgroepen (generatiearmen, nieuwkomers, Marokkaanse vrouwen…) om zich te kunnen handhaven in de samenleving, o de activiteiten zijn gericht op het versterken van de competentie om met diversiteit om te gaan o Het vrijwilligersteam is verjongd o De relatie tussen de vrijwilligers van verschillende deelwerkingen is versterkt. o De 10° verjaardag van het buurthuis wordt gevierd, de vrijwilligers worden in de bloemen gezet.
•
extern: o Via positieve acties (Kox Pleinfeest, Iftar, lentefeest…), is het netwerk tussen individuele actieve bewoners, buurtgroepen, zelforganisaties, vrije tijds en sportclubs, sociale en culturele organisaties (Roma…) en diensten, toegenomen. o Het buurt- en opbouwwerk neemt binnen deze netwerken die functie op van initiator, en verzelfstandigt een aantal activiteiten via de socio-culturele organisaties en diensten.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
35
Wijkprogramma Kiel Team: Koen Mees, An Engelen, Rachid Bogonam (vanaf 1-01-06), Chris Haesendonckx, Bruno Verheyden (TC)
Probleemstelling: Het Kiel is een wijk van uitersten. Op vele vlakken bestaan er verschillen tussen de wijk en de gemiddelden voor Antwerpen stad. Er wonen in de wijk meer jongeren, maar ook meer ouderen dan gemiddeld in de stad. 1 op 4 inwoners huurt een sociale woning. Het gaat voornamelijk over hoogbouw appartementen. De sociale huisvesting heeft dan ook een grote impact op de wijk. Het Kiel is een duidelijk voorbeeld van een gesegregeerde omgeving. Zowel de etnische achtergrond als de sociale klasse zorgen voor breuklijnen. Voor een aantal bevolkingsgroepen bestaat er een intern draagvlak om het sociale isolement te doorbreken. Voor de vele bewoners is het echter ‘ieder voor zich’. Vooral de Marokkaanse gemeenschap is verdeeld en daardoor moeilijk te mobiliseren. De aanwezige organisaties in de wijk zijn in vele gevallen enkel gericht op een specifiek segment van de bevolking. Ontmoeting met anderen en het nastreven van de maatschappelijke mix staat bij de meeste organisaties niet op het programma. De segregatie uit zich ook binnen publieke ontmoetingsruimten: pleinen, lokalen edm worden geclaimd door bepaalde groepen.
Algemene doelstelling: RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
36
Tav interne werking • Het buurt- en opbouwwerk is een knooppunt in de wijk met als sleutelwoorden: Openheid – gedragenheid – contactmogelijkheid – met aandacht voor zwakkere groepen • We houden de vinger aan de pols in de omgeving waar we werken (omgeving Bosschaertstraat en omgeving GBA) Tav bewoners • Deelnemers van het buurt- en opbouwwerk maken op een respectvolle manier gebruik van het buurt- en opbouwwerk. • Maatschappelijk kwetsbare groepen herkennen zich in het aanbod van het buurt- en opbouwwerk • Deelnemers van het buurt- en opbouwwerk gaan op een positieve manier om met de diversiteit binnen de werking. • Bewoners van Marokkaanse afkomst participeren aan de (buurt)activiteiten. • De draagkracht van de Marokkaanse gemeenschap + verenigingsleven is versterkt • Verschillende groepen maken op een respectvolle manier gebruik van de GBA parking. Tav structuren • Het buurt- en opbouwwerk heeft zich ingebed in de nieuwe Nova-structuur en respecteert hierbij de insteek van de andere partners (voornamelijk cultuur/sport als hefboom). • De monitorenwerking van de GBA parking is overgedragen aan een jeugddienst.
Strategie • • • •
Diepgaande samenwerking met Nova- partners in nieuwe infrastructuur Bib Schijfstraat met hoog experimenteer - en laboratoriumgehalte Uitbouw ontmoetingsruimte tot een knooppunt. Vinger aan de pols houden in de omgeving van de GBA parking. De Marokkaanse gemeenschap in kaart brengen, sleutelfiguren aanspreken en mobiliseren.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
37
Wijkprogramma Deurne Zuid Team: Rein Domus, Elke Kuppens, Marleen Kauwenberghs (TC)
Probleemstelling: Deurne is een erg groot district. De afstand tussen de buurtbewoners en het stadsbestuur is erg groot. Dit vertaalt zich politiek, in de districtsraad heeft het Vlaams Belang de meerderheid. Het gebrek aan een democratisch draagvlak is het gevolg van een reeks problemen. Een eerste probleem is de verzuring in de wijk. De ‘misnoegde burgers’ gedragen zich als cliënt en worden ook op die manier aangesproken. Hiermee samenhangend is het sterke onveiligheidsgevoel van de relatief grote groep bejaarden in de wijk. Zij voelen zich bedreigd door de instroom van jonge allochtonen. Er is bijgevolg nood aan ontmoetingsmogelijkheden voor kansengroepen en aan positieve ontmoeting tussen mensen met verschillende achtergronden. Naast bovenstaande problemen bestaat er in de wijk een nood aan dienstverlening. Meer bepaald aan een laagdrempelig onthaaltraject voor multi-problem gezinnen.
Algemene doelstelling: Tav bewoners: • Bewoners zetten hun talenten en capaciteiten in als vrijwilliger. • Bewoners – extra aandacht voor kansengroepen - participeren meer de samenleving. • Kansengroepen zijn actief als vrijwilliger binnen het buurt- en opbouwwerk. • De bereikte diversiteit in de werking blijft behouden. • De diversiteit binnen de werking wordt zichtbaar gemaakt. Tav probleemstelling: • Er is een interim-bureau van vrijwilligers uitgebouw in Deurne Zuid • Er is een inbedding van het interim-bureau binnen een bestaande structuur (bv het district). • Er Kansen groepen hebben hun plek binnen het interim-bureau.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
38
• • • •
Er zijn nieuwe vrijwilligersinitiatieven opgezet in de buurt op basis van talenten van buurtbewoners. De engagementen van bewoners zijn ingezet bij het aanpakken van wijkproblemen. ModeM als methodiek wordt ingezet in de wijk en in andere wijken./ ModeM wordt ingebouwd in het sociaal huis.
Tav structuren • Het district kent het interim-bureau en erkent de kwaliteiten van vrijwilligerswerk. • Het interim-bureau is verkocht als een goed project. • Het interim-bureau is zichtbaar aanwezig in de wijk.
Strategie: 1. Draaischijf van vrijwilligers: We zetten buurtwerktijd in om de wijk in te trekken. We benutten de werking van TOW om sterke vrijwilligers te zoeken voor het dragen van buurtwerkactiviteiten. 2. Beweging maken: • Samenwerking met Antwerpen Noord: We werken samen met Antwerpen Noord om buurtschatten en TOW op elkaar af te stemmen. We koppelen dit aan het beweging maken op organisatieniveau. • We onderhouden de contacten met sympathisanten en achterban en linken deze aan het idee van beweging maken. 3. Sociaalartistieke projecten: We zetten een sociaal artistiek project op en gebruiken dit om TOW en de diversiteit op een positieve manier zichtbaar te maken in de wijk. Hiervoor werken we samen met OCMW en district en partners in de wijk. 4. Een diversiteitbeleid 5. Een vrijwilligersbeleid We werken een ondersteuningsaanbod op maat uit voor vrijwilligers. 6. Activiteitenaanbod • We voorzien een activiteitenaanbod dat inspeelt op diverse behoeften van diverse bewoners. • Daarnaast bieden we veel mogelijkheden tot vrijblijvende, interculturele ontmoeting in de wijk en het centrum. • We trekken met Taal-ooR de wijk in naar dienstencentra en scholen. 7. Maatschappelijke dienstverlening: • We hebben zorg voor de inbedding van ModeM in de wijk en voor verdere structurele verankering. • We volgen de evoluties van het lokaal sociaal beleid en meer bepaald het sociaal huis op via: ModeM, welzijnsoverleg Deurne, project maatschappelijke dienstverlening RISO. 8. Aanbod Nederlands: • We trekken een aanbod Nederlands aan van Open School in de wijk. • We organiseren een aanbod Nederlands door vrijwilligers i.f.v. doorverwijzing naar regulier aanbod. • We stimuleren en ondersteunen allochtonen en nieuwkomers om naar het reguliere aanbod te gaan. • We werken aan drempels bij het reguliere aanbod.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
39
Wijkprogramma Deurne Noord Team: Pol Goris, Joke Verlaet, Stefanie Lemmens (tot 31-12-05), Heidi Vierbergen (tot 31-12-05), Lut Schrevens (TC)
Probleemstelling Meer en meer mensen van allochtone afkomst en kansarme autochtone bewoners van Antwerpen Noord, Borgerhout en Dam Schijnpoort komen in Deurne wonen. 4000 tot 6000 nieuwe inwoners schrijven zich jaarlijks in. Deze verschuiving zorgt voor angst en ontreddering bij de “oorspronkelijke” bevolking van Deurne. Bewoners ervaren een toenemende verloedering en een toename van het onveiligheidsgevoel. Dit werkt de verrechtsing in de hand. De laatste verkiezingsuitslag loog er dan ook niet om: het Vlaams Belang steeg drastisch. De toename aan nieuwe bewoners uit kansengroep vergroot de spanningen op openbare ruimten en resulteert in veelvuldige burenruzies. Het vertrouwen in de politieke en bestuurlijke overheid daalt zienderogen. Een bijkomend probleem is het gebrek aan infrastructuur, waar een divers publiek wordt aangetrokken of waar bewoners elkaar op een vrijblijvende manier kunnen ontmoeten. Ook de participatie aan bestaande netwerken (o.a. parochie en verenigingen) neemt af, waardoor de sociale cohesie tussen bewoners vermindert.
Algemene doelstelling • • •
De netwerken van bewoners, organisaties en diensten in Deurne-Noord zijn versterkt. Er is een geïntegreerde wijkwerking - met de verschillende functies – actief in de wijk. Maatschappelijk achtergestelde groepen participeren meer aan het wijkgebeuren.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
40
• •
Bewoners uit Deurne Noord kunnen beter omgaan met de diversiteit in hun leefomgeving Er is een onthaal initiatief uitgebouwd ism de 8.
Strategie • • • •
Er wordt een geïntegreerde wijkwerking uitgebouwd. Elke functie wordt apart én projectmatig aangepakt. In 2005-2006 wordt de vormingfunctie opgenomen. Er wordt gezocht naar een geschikte infrastructuur Er wordt geëxperimenteerd met vernieuwende participatietechnieken. Sociaalartistieke projecten worden opgezet om bewoners op een informele manier met elkaar en met diensten in contact te brengen.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
41
Wijkprogramma Oud - Berchem Team: Suzy Germeys, Ann Graulus
Doelgroep(en): Bewoners van de wijk Oud Berchem. Werkingsschaal: Oud Berchem Werkadres:
[email protected] Begeleiding: Suzy Germeys, 100 % buurtwerker (stedenfonds)
Probleemstelling: De diversiteit in de wijk neemt toe. Bewoners hebben echter vooral contact met mensen met dezelfde achtergrond. Zowel qua etniciteit, klasse als leeftijd ontstaat er negatieve beeldvorming naar elkaar. Er duiken regelmatig conflicten op tussen groepen. Bewoners hebben weinig contact met mensen met een andere achtergrond. Men blijft gemakkelijk in de eigen groep. Er leeft een grote groep alleenstaande in de wijk, die vrij geïsoleerd leven en moeilijk uit hun kot te krijgen zijn. Er zijn weinig ontmoetingsgelegenheden voor hen. Een aantal zwakkere bewoners zijn niet mondig.
Algemene doelstelling: •
• •
Het buurtwerk is meer een afspiegeling van de diversiteit van de wijk. Deelnemers en bezoekers van het buurtwerk leggen nieuwe contacten. Er zijn contacten over verschillende culturele achtergronden heen. Geïsoleerde buurtbewoners verruimen hun netwerk. Zwakkere buurtbewoners hebben een positiever zelfbeeld. Ze voelen zich sterker en participeren daardoor meer aan de samenleving.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
42
Strategie: Naar bewoners: • Via sociaalartistieke projecten worden er contactmogelijkheden gecreëerd voor verschillende segmenten van de bevolking. De methodiek is deze projecten focust op het verzamelen van verhalen over de buurt en haar bewoners. Buurtbewoners gaan op zoek naar gemeenschappelijkheden via het doorvertellen van de verhalen aan elkaar. • Buurtraad: dit is het kanaal om activiteiten te plannen edm. Bewoners kunnen hier hun wensen en capaciteiten inbrengen. • Vrijwilligersbeleid: een gevarieerd aanbod aan taken zorgt voor een diverse vrijwilligersploeg. • Via de vaste activiteiten mensen met elkaar in contact brengen. • Een goede informatiedoorstroming over activiteiten edm • Door het rookvrij maken van het buurthuis komen er ook andere groepen over de vloer. Naar partners in huis: Er is een intense samenwerking met • Buurtdienst ‘dot-kom’: toeleiding naar elkaars activiteiten • Buurtservice: idem • Buurtverhalen – Taal-ooR: organiseren van gezamenlijke activiteiten, toeleiden naar elkaars activiteiten,… Naar actoren: • Cultureel centrum • Wijkkantoor: wijkoverleg + buurt aan de beurt • OCMW • Liefhebber • Projectmedewerker van Dienst wijkwerking: samenwerking rond beeldvorming van de Turkse en Marokkaanse gemeenschap. • Natuurpunt werkt mee ene aanbod uit. • Door samen werkingen met het Straathoekwerk worden de voeling met de wijk behouden. Beleid: • Wijkforum: ism inspraakdeskundige van het wijkkantoor worden bewonersgroepen bij elkaar gebracht. De contacten werken versterkend. • Welzijnsoverleg ism OCMW
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
43
Operationele doelstelling 3.1: buurtwerken RISOantwerpen De buurtwerkingen van RISO-antwerpen verhogen de participatie van maatschappelijk kwetsbare bewoners aan de samenleving. De buurtwerkingen van RISO-antwerpen zijn toegankelijk en aangepast aan de behoeften en de interesse van diverse bewoners, met bijzondere aandacht voor maatschappelijk kwetsbare bewoners. De activiteiten stimuleren ontmoeting tussen gelijk en nietgelijk gezinden. Mensen engageren zich als vrijwilliger en gaan met elkaar in onderhandeling over een aangepast aanbod en de organisatie daarvan. In het meerjarenplan 2003-2008 maakte RISO-antwerpen de duidelijke keuze voor de verdere uitbouw van het permanent basiswerk in de wijken waar RISO actief is en dit in functie van het versterken van de sociale cohesie. Dit basiswerk wordt in de praktijk vorm gegeven door het buurt- en opbouwwerk. Voor het buurtwerk sloot RISO-antwerpen convenanten af met de stad, in het kader van het Stedenfonds.
Convenanten mbt buurtwerk Convenant buurtwerken: • Looptijd: 2003-2007 • Dienst wijkwerking • PD 18: sociale cohesie in wijken versterken • 640.000 euro • Prestatie: in 6 wijken versterkt het BW de sociale cohesie: Deurne Noord en Zuid, Borgerhout Noord en Zuid, Antwerpen Noord en Kiel Convenant CISO/wijkwerking: • Looptijd: 2003-2007 • Dienst wijkwerking • PD 18: sociale cohesie in wijken versterken • 115.000 euro • Prestatie: organisatie BW in Berchem en Dam Schijnpoort Convenant Taal-ooR: • Looptijd: 2005 • Dienst wijkwerking • PD 18: sociale cohesie in wijken versterken • 18.000 euro • Prestatie: Taal-ooR activiteiten in de 6 wijken
Werkingsprincipes buurtwerk Werken in een multidisciplinair team De buurtwerkers werken vanuit een multidisciplinair team bestaande uit een buurtwerker, opbouwwerkers, projectmedewerkers en een coördinator. Het buurt en opbouwwerk worden aan elkaar gekoppeld zodat ze elkaar kunnen versterken. Buurtwerk binnen én zeker buiten De werking is zowel actief binnen het eigen buurthuis, als buiten op andere ontmoetingsplekken. We trekken de wijk in!
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
44
Werken met én aan diversiteit Bewoners krijgen via het buurt – en opbouwwerk de kans om te leren omgaan met verschillende culturen en groepen. Ze worden erin begeleid en ondersteund door professionele werkers. De populatie in de buurten is steeds meer verscheiden. Arbeiders, volkse groepen, middenklassers delen hier de omgeving met daklozen, generatiearmen, drugverslaafden, nieuwe stedelingen, nieuwkomers en mensen zonder papieren. Het buurt –en opbouwwerk zoekt oplossingen die ten goede komen aan alle bewoners, ongeacht de etnische afkomst of sociale klasse. Vernieuwend in deze context is de werkvorm Taal-ooR, die ondertussen in alle buurtwerken wordt toegepast. In 2006 wil RISO-antwerpen deze werkvorm consolideren en er sterker mee naar buiten komen. Maatschappelijk kwetsbare bewoners ondersteunen vanuit een autonome positie Mondige, georganiseerde bewoners hebben RISO-antwerpen niet nodig om bij het beleid aan de alarmbel te trekken. Maatschappelijk kwetsbare bewoners, de zgn. ‘moeilijk bereikbare’ groepen en de niet-georganiseerde bewoners, hebben echter baat bij ondersteunende organisaties zoals het buurt- en opbouwwerk. Als autonome organisatie creëert RISO-antwerpen een veilige ruimte waar bewoners zich kunnen uitspreken, zonder dat er een controlerende, sanctionerende instantie betrokken partij is. Buurtwerk in 2006 Accenten in 2006 liggen • In het sterker uitwerken van het vrijwilligersbeleid. • In het maken van beweging. • In de koppeling van buurtwerk met projecten die inspelen op mogelijkheden van de buurt, eerder dan op tekorten, op competenties van bewoners, eerder dan op problemen van doelgroepen. De sociaalartistieke projecten, buurtschatten en talent op wieltjes zijn daar goede voorbeelden van. • Een proces van visieontwikkeling over het buurtwerk wordt opgezet: Nieuwe uitdagingen voor het buurtwerk in een veranderende context. Worden onderzocht. Deze algemene accenten voor het buurtwerk alsook de accenten per werking worden hieronder meer in detail omschreven.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
45
Buurtwerk Antwerpen Noord Centrum De Wijk Buurtwerk: Rachida Ahali, Husseyin Oral
Activiteiten per instrument: Onthaal en ontmoeting 1. We behouden in 2006 de beurtrol van basiswerker en vrijwilligers voor de permanenties in het Buurthuis. 2. Nieuwe vrijwilligers voor het onthaal stromen door via Buurtschatten en via Taal-ooR. 3. Het onthaal is afgestemd op de permanenties van het Buurthuis en op de activiteiten binnen- en buitenshuis. Dit gebeurt ondermeer via de vrijwilligersraad. De vrijwilligersraad is een nieuw instrument om een grotere betrokkenheid van vrijwilligers bij de werking van het onthaal en van de cafétaria te realiseren. 4. Het onthaal is beter afgestemd op Modem. 5. Uitzoeken wat de linken zijn tussen het project Samen Op Straat en het onthaal. Samen op straat werkt samen met de participatiemedewerker en de Buurtwerkers activiteiten uit binnen het Buurthuis en op andere plekken in de wijk. 6. De onthaal- en ontmoetingsfunctie worden ook buiten het buurthuis, in de wijk georganiseerd, ondermeer door de wijk in te trekken met de wijkkar (informatie en animatie) en activiteiten in de wijk. 7. Tijdens het werkjaar 2006 gebruiken we de kar ook om aan de mensen ideeën te vragen voor het driemaandelijks programma. Animatie 1. Animatie leunt nauw aan bij de ontmoetingswerking. We plannen animatieactiviteiten voor periodes van drie maanden. Animatieactiviteiten worden gekoppeld aan thema’s, bijvoorbeeld ‘energie’, ‘wonen’, ‘culturen’, enzovoort. Het wordt zowel in het centrum (Buurthuis) als elders in de wijk (straten, pleinen, Badhuid, Permeke,…) georganiseerd. Het Programma wordt in de ‘centrumkrant’ opgenomen. Naast de eigen programmatie spelen we ook in op de activiteiten van Wijkwerking, Wijkoverleg, Buurt aan de Beurt, Spoor Noord, straat en pleinanimatie,… 2. Offerfeest voor meerdere islamitische groepen (Turken, Marokkanen, Pakistani,… ) in de vorm van een ‘publiek toonmoment’ , buiten in de wijk. 3. Systematische taakverdeling binnen het ‘Werkoverleg Buurtwerk’ (deelbuurten Stuivenberg – Dam – Seefhoek). Deze taakverdeling brengt duidelijkheid over welke werker verantwoordelijk is voor de rekruteringen bij en de uitwerking van welke activiteiten. 4. We gaan ook in op opportuniteiten en vragen. 5. ‘Kok-en-eten’ blijven behouden als mannen- en vrouwengroepen, maar we zoeken uit wat de interessantste formules zijn (vb. vaste groep of losse groep; thema gericht werken of geïmproviseerd;…) en we realiseren minstens één activiteit in samenwerking tussen de beide groepen. Vorming 1. Eigen aanbod: Taal-ooR (nu ook op verplaatsing), vrijwilligersvorming onthaal en ontmoeting, computerlessen in de cyberkelder (beginners; internet; digitale fotografie; cursus voor migrantenvrouwen;…). Voor de computercursussen gaan we na of hier samenwerking mogelijk is met vb. Atheneum; Permeke; Brandpunt 23. 2. Via vormingsorganisaties:
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
46
Nederlandse taallessen voor vrouwen door PAM. We sturen aan op koppeling aan TaalooR en aan het aanbod van het Buurtwerk. Vormingssessies voor vrijwilligers over omgaan met diversiteit door Vorming plus. Vorming over energiebesparing door Ecohuis. Ook Open School en Actie+ worden gevraagd voor vorming. Hulpverlening Tijdens de openingsuren van het Buurthuis kunnen mensen terecht met hulpvragen: opnemen van vragen naar administratieve ondersteuning en doorverwijzing van andere vragen, multi-problemgezinnen naar Modem. Overleg met Modem. Registratie hulpvragen Werken aan het samenleven 1. Project buurtschatten 2. Taal-ooR zet een stap naar buiten. We brengen TaalooR op Dam station en in De Meermin, Essenhof en het De Bilzen(OCMW dienstencentra).
Dam–Schijnpoort Buurtwerker: Karen Maes
Activiteiten per instrument: 1. Ontmoeting •
•
•
De cafetaria blijft open op maandag, dinsdag en woensdag van 14 u tot 16u30. De vrijwilligers leren meer zelfstandig te werken. Vanaf september wordt er een regeling uitgewerkt dat ze de cafetaria zelfstandig kunnen openen en sluiten. De buurtmaaltijden blijven doorgaan, de derde vrijdag van de maand, op voorwaarde dat de vrijwilligers alles zelfstandig doen. In de eerste helft van het jaar zal de buurtwerker nog ondersteunen wat betreft inschrijving en bekendmaking, naar verloop van tijd moeten ze dit ook meer en meer zelf doen. We willen als buurtwerk meer vinger aan de pols in de buurt, ook op andere plekken dan alleen het buurthuis. Dit gebeurt onder andere door tweewekelijkse aanwezigheid in de sociale woonblokken in de Twee Netenstraat met de zomerkaravaan. De zomerkaravaan word omgebouwd tot een bakfiets, waardoor de buurtwerker zeker ook één keer om de twee weken door heel de buurt fiets. Aan deze aanwezigheid worden bevragingen gekoppeld in het kader van buurtschatten.
2. Animatie •
•
•
•
•
De bestaande groep van het buurthuis organiseert elke tweede maandag van de maand kaartnamiddag. Zij doen dit grotendeels zelfstandig met minimale ondersteuning De werkgroep derde leeftijd organiseert drie activiteiten tijdens het jaar: een bingo, een valentijnskwis en een uitstap. Ook hier organiseren de vrijwilligers de activiteit grotendeels zelfstandig. We organiseren een één keer in de drie maanden een uitstap. De uitstappen staan open voor iedereen. We zoeken dan ook naar plaatsen die interesse wekt bij een breed soort publiek (jong/oud, autochtoon/allochtoon. Door deze uitstappen, leren mensen op een leuke manier andere mensen uit de buurt kennen. Dit versterkt hen in het omgaan met diversiteit in de buurt. Ze hebben een veiliger gevoel en als er problemen zijn, zijn ze in staat om dit onderling op te lossen. We ondersteunen bewoners die iets willen organiseren in hun straat, maar nog geen draagvlak hebben. We helpen hen op weg, zodanig ze dit de volgende keer zelfstandig kunnen doen. ( straatfeest in de marbaixstraat, couscousavond in de buurt) We organiseren met heel het buurtcentrum een buurtfeest in mei. Hiermee willen we als centrum naar buiten komen.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
47
•
Buurtbewoners toeleiden naar activiteiten van andere ontmoetingsplekken in de buurt zoals Elegast, Centrum De Wijk, de dienstencentra, het oude badhuis …
3. Vorming • •
•
We leiden mensen uit de buurt toe naar vormingscursussen in Centrum De wijk, buurtwerking De Elegast en de dienstencentra. Met de talenten die we in de buurt opsporen ( door aanwezigheid in de buurt en bevragingen i.k.v. buurtschatten) organiseren we éénmalige workshops die een divers publiek aanspreken. Door deze workshops bereiken we een divers publiek. Vanuit een gezamenlijke interesse om iets bij te leren, leren mensen uit de buurt elkaar kennen. (zelfde doelstelling als uitstap) We activeren het cybercafé in het buurthuis. Het zal geopend zijn op ander dagen dan de permanentie. Op die manier houden de twee activiteiten gescheiden. Voor sommige mensen is het buurthuis een drempel en het computercafé moet zo laagdrempelig mogelijk zijn voor de buurt.
4. Hulpverlening • • •
Inventariseren van hulpvragen van mensen Mensen toeleiden naar de zitdagen in Centrum De Wijk. De zitdagen worden verzorgd door Modem, buurtwerk en eventuele andere organisaties. Mensen doorverwijzen naar andere hulpverleningsinstanties.
5. Werken aan de buurt • •
• •
•
•
In samenwerking met Free Clinic een informatiebijeenkomst voor de buurt organiseren over de verhuis naar de Schijnpoortweg. In samenwerking met Opsinjoren onthaalduo’s organiseren in combinatie met een onthaalgids over de buurt. Start in Merksemsestraat. Drie doelstellingen: huisvuilproblematiek aanpakken, nieuwe mensen meer onthalen, mensen leren elkaar kennen Buurtspel organiseren om op een ludieke manier meer contact te hebben in de buurt en een aantal problemen of sterke kanten van de buurt in kaart te brengen Samen met bewoners (jong en oud) van Marbaix en Ceulemansstraat een voetbalveldje in de buurt creëren voor de jongeren. Hierdoor hebben de jongeren hun eigen speelveld, en zijn er minder incidenten met voetballende kinderen in de Marbaixstraat en Ceulemansstraat Een actie opzetten voor het overdekken van de bankjes op het Noorsschippersdok. Op deze plaats zitten veel, oude mensen die niet meer goed te been zijn. Vijf jaar geleden hebben zij gevraagd om een beschutting tegen de regen. De stad haar antwoord is dat men hier niet meer wil in investeren omdat er faciliteiten komen in het nieuwe park. Maar dit is spijtig genoeg te ver voor deze mensen. We proberen samen met de Elegast hier alsnog voor te ijveren. Samen op straat uitbreiden naar een aantal plaatsen in de wijk. Te beginnen met Marbaixstraat. Door het karakter van deze straat hebben zij veel last van rondhangende jongeren.
Andere • •
•
Probleem van splitsing stadskantoor en wijkkantoor aankaarten. IJveren voor de opname van de wijk in het stedelijk wijkoverleg van Antwerpen Noord De bestaande groep van het buurthuis op weg zetten naar een meer zelfstandigere houding. Momenteel worden ze in een vrijwilligersteam, één maal per maand ondersteund door de buurtwerkster. vrijwilligersluik van buurtschatten, zie planning buurtschatten
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
48
Seefhoek •
•
•
De woonbegeleidingsdienst Nova van CAW Metropool heeft haar secretariaat en haar werking ondergebracht in de Seefhoek. Dit geeft goede kansen om de bestaande vrijwilligersgroep van het Buurtwerk met een minimale ondersteuning in het Buurtwerk te houden. Begeleid wonen gebruikt ook met haar doelgroep het Buurthuis. Tijdens het najaar 2005 maken we werk van een draaiboek voor de begeleiding van de bestaande vrijwilligersgroep in de Seefhoek en kan de begeleiding door Nova afgesproken worden. Voor 2006 is er waarschijnlijk nog een korte nazorg nodig en zal er aandacht moeten besteed worden aan de samenwerking tussen het Bestuur van vzw Seefhoek en Nova (het nieuwe ondersteuningskader). De bestuurswerking van Seefhoek wordt ook in een bredere samenwerking met Centrum De Wijk en Dam geheroriënteerd. Ook de samenwerking en onderlinge toeleiding naar activiteiten die op den Dam en in (of vanuit) Centrum De Wijk worden georganiseerd, houden we in de aandacht.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
49
Buurtwerk Borgerhout Noord Buurtwerker: Tom Govaers
Activiteiten per instrument: Onthaal en ontmoeting 1. We zorgen dat we zichtbaar aanwezig zijn in de wijk. We besteden hierbij bijzondere aandacht aan onze communicatie & PR. 2. Er is een voldoende ruim aanbod van zowel interne als externe activiteiten om de verschillende functies van het buurtwerk (onthaal, ontmoeting, animatie, hulpv., vorming en gemeenschapsontwikkeling) te realiseren; er worden hiervoor regelmatig nieuwe initiatieven geïntroduceerd. Animatie 1. Er is een goede samenwerking met andere diensten en actoren in de wijk op het vlak van opzetten van animatieactiviteiten (Pleinfeest, BB, cultuurcafé, …). 2. De Buurthuisraad is een goed functionerend instrument dat bewoners de kans geeft om actief de activiteiten te plannen en te sturen. Vorming 1. Er is een goede samenwerking met andere diensten en actoren in de wijk op het vlak van vorming. 2. Vormingsaanbod verruimen zowel intern voor vrijwilligers als voor grotere groep bewoners Hulpverlening Opvolging dossier Hulpverlening: Kritisch volgen van functioneren experiment individuele hulpverlening in Borgerhout. Werken aan het samenleven 1. We zorgen voor een groter, goed gelegen, mooi, functioneel en goed toegankelijk nieuw gebouw, met een aanbod dat een diverse groep bewoners aanspreekt. De renovatie wordt uitgevoerd samen met bewoners tijdens werkweekends. 2. De Bewonersraad is een goed functionerend instrument om problemen in de wijk aan te pakken en acties op te zetten om de leefbaarheid in de wijk te verhogen. 3. Er is een goede samenwerking met andere diensten en actoren in de wijk op het vlak van aanpak van problemen in de wijk (dossiers Bewonersraad, …). Dit zorgt voor erkenning als belangrijke actor in de wijk. 4. Project Faraomieren 5. Project Inter-ferryProject 6. Sorteerstraatje 7. Verbreding en verruiming van de werking (opvolging SAS-project): • Taal–ooR: terug opnemen en nieuwe groepen. • Specifieke initiatieven om Marokkaanse bewoners beter te betrekken.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
50
Borgerhout Zuid Buurtwerker: Gina Demey Detachering vanuit de 8: X 50%
Activiteiten per instrument: Onthaal en ontmoeting 1. Activiteiten om de permanentie aantrekkelijker te maken, vermenging van publiek, meer animo, laagdrempeliger voor kansarmen. 2. Buurtmaaltijd, Breugelmaaltijd, sinterklaasbrunch, valentijn,… 3. Vrouwenwerking met 50-tal vooral Marokkaanse vrouwen: Zowel ontmoetings-, vormings- als animatieactiviteiten. Vrouwen betrekken bij buurtinitiatieven. Aanbieden programma van de Provincie rond ouder-worden. Samen met de vrouwen uitklaren van problematiek huiswerkbegeleiding, zoeken naar actoren en partners op het terrein om een oplossing te zoeken. Samenwerken met De Sleutel en Mankracht en Zonen om kansarmere Marokkaanse vrouwen toe te leiden naar de werking. 4. Turnen i.s.m. buurtsport 5. PR-plan om de werking beter bekend te maken bij veel bewoners uit de buurt, en bij een divers publiek, via Antwerpenaar, raamaffiches, buurtkrantje, huisstijl Animatie Er zijn animatieactiviteiten 1. die zich enkel of hoofdzakelijk richten op het Belgisch publiek (Breugelavond, sinterklaasbrunch, kerstfeest, verloren maandag, paasbrunch, uitstap Wildert, uitstap Gent), 2. andere gericht op Marokkaanse vrouwen (uitstappen en feesten) 3. en nog andere gericht op een gemengd publiek (sinterklaasfeest, lentefeest, dessertenbuffet van het kerstfeest, valentijn, offerfeest, couscous met de buren). Vorming 1. 3 klassen naaiwerking, met toonmoment en uitstap. Vrijwillige lesgeefsters, Belgisch en Marokkaans. Ook begeleide doorverwijzing naar klas SVV. 2. 10 reeksen computercursussen, voor beginners en Word. Vrijwillige lesgevers. 3. ‘Vrouwen en gezondheid’ en ‘Opvoeding’: Zoeken naar nieuwe formule. 4. 3 reeksen theoretisch rijbewijs i.s.m. Open School. 5. Creacursussen. 6. Workshops interieur i.s.m. Recht-Op. 7. Twee keer in de week Taal-ooR Hulpverlening 1. Een luisterend oor, begeleide doorverwijzingen en inschakeling in de eigen werking, zowel door de buurtwerker als door vrijwilligers. 2. Samenwerking met de permanenties van Mankracht en Zonen. 3. Het nieuwe ‘sociaal intelligent onthaal’ van de Dienst District en Loket werking van de Stad wordt opgevolgd door: mensen door te verwijzen, contacten met de werkgroep individuele hulpverlening en daar de nieuwe dienst bekend te maken en na een aantal weken te evalueren. 4. Deelname Welzijnsoverleg Werken aan het samenleven 1. Projecten ’t Feestend Comité en Bleekhofbuurt. 2. Iftar: nauwe samenwerking met Marokkaanse zelforganisaties en Roma. RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
51
3. Buurt aan de Beurt. 4. Opsinjoren: Stimuleren en indien nodig ondersteunen van buurtbewoners en buurtgroepen om deel te nemen aan de acties van Opsinjoren (kerstactie, speelstraten, ...). 5 nieuwe straten activeren om deel te nemen aan de poetsactie, 3 verdeelpunten van Opsinjoren in de wijk indien nodig ondersteunen, buurtvergadering om bewoners te informeren over de werking van Opsinjoren en te stimuleren om meer te doen dan te poetsen. 5. Lentefeest. 6. Buurtraad en buurtwandelingen (afwisselend maandelijks). 7. Compostpark en kruidentuin. Wordt opengehouden door groepje vrijwilligers. 8. Actief toeleiden van buurtbewoners naar initiatieven in de buurt/stad: Roma en Rataplan, maandelijks Cultuurcafé, receptie verenigingen Districtshuis, Iftar Roma, Vrouwenfeest Nibras, activiteiten Buurtsport, Kom uit uw kot actie van de Verenigde verenigingen. 9. Op vrouwenwerking, op vrijwilligersbijéénkomst buurthuis, tijdens Taaloor worden deelnemers geïnformeerd over activiteiten in de buurt vb. ringparkfeest, familiedag Roma, Roma Mundial,… 10. Deelname aan overleg met actoren: Tweemaandelijks partneroverleg Buurtregie, welzijnsoverleg, veldwerkersoverleg tussen jeugdpartners (Mankracht en Zn), stuurgroep ouder worden (project van de Acht), regelmatige contacten stads- en districtactoren: buurtregie, wijkcoördinator, Opsinjoren, projectmedewerkers wijkkantoor, pleinanimator, buurtsport, buurtoezichters, cultuurantenne en jeugddienst.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
52
Buurtwerk Kiel Buurtwerker: Bruno Verheyden Projectmedewerker Ann Engelen (30% tot eind 2005) Detachering door de 8: Ann Engelen 50%
Activiteiten per instrument: Onthaal en ontmoeting 1. Uitbouw/omvorming van het buurthuis naar een NOVA-cafetaria met als ingrediënten: • Eten en drinken aan democratische prijzen • Informatie • Animatie • Vorming – educatie 2. Taal-ooR 3. PR en werving: • Buurtkrant, prikborden, … • Folders rond culturele activiteiten, diensten, … zijn in het buurtwerk aanwezig om mee te nemen. Animatie 1. Toewerken naar ruimer bereik. Ook allochtonen. 2. Vrijwilligers aantrekken • Meer draagkrachtig • Etnisch divers 3. Cultuurcafé (samenwerkingsverband met Recht-Op en CC De Kern) 4. Openingsmomenten nieuw NOVA-gebouw 5. Sport i.s.m. Buurtsport Vorming 1. Samenwerking met Open School: • Nederlandse Taallessen voor vrouwen • Computercursus 2. Samenwerking met Vormingplus, Rode Kruis en Buurtsport…: • Vorming voor vrijwilligers • EHBO • Turnlessen voor vrouwen 3. Creatieve cursussen of vormingsmomenten in het kader van het Cultuurcafé 4. Eigen vorming: Conversatiecursus voor vrouwen Hulpverlening Samenwerking met sociale dienst De Mutsaard: • Wekelijks aanwezigheid van de werkster op één van de ontmoetingsmomenten. Maandelijks bijsturing. • Samenwerking rond vorming (invullen papieren): werving en toeleiding, bekijken voorwaarden vorming. • Zitdagen organiseren rond invullen van belastingspapieren. Werken aan het samenleven 1. De basiswerking inbedden in de nieuwe NOVA-structuur, in nieuwe infrastructuur, met respect voor de eigenheid van de partners. 2. Taal-ooR mogelijk buitenshuis organiseren. 3. Project GBA
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
53
Buurtwerk Deurne Noord Buurtwerker: Pol Goris Projectmedewerker: Heidi Vierbergen tot eind 2005
Activiteiten per instrument: Ontmoeting 1. Er is blijvende aandacht voor de inrichting van het buurthuis en het raam om het vrijblijvend ontmoeten mogelijk te maken, zodat verschillende groepen bewoners 2. (kansarmen, volkse en middenklassers, allochtonen en nieuwkomers) binnen kunnen lopen. 3. Permanentieverantwoordelijken worden ondersteund om nieuwe buurthuisbezoekers op een goede manier te ontvangen. 4. Bewoners worden geïnformeerd via de buurthuiskrant (twee maal per jaar), via de buurthuisraad (vijf maal per jaar), via de onthaalavond van het district (twee maal per jaar) over de werking van het buurthuis en activiteiten in de buurt. 5. Er is extra aandacht voor het onthaal van nieuwe bewoners, zowel autochtoon als allochtoon. 6. Het experimenteren in functie van ontmoeten met het project ‘Aankomen mag’ heeft een neerslag gekregen. Animatie 1. Via het aanbieden van een divers aanbod wordt een breed publiek aangesproken. 2. Voor het rekruteren van bewoners gebruiken we informele ontmoetingsplekken in de wijk, o.a. de markt, winkels …. 3. De kookploeg is een diverse ploeg van vrijwillige volkse, kansarme en allochtone buurtbewoners. 4. Het buurt- en opbouwwerk neemt deel aan grotere animatieactiviteiten in de wijk Vorming 1. Het bestaande vormingsaanbod van de basiswerking is geëvalueerd en kwalitatief aangepast, dit wil zeggen • Het is inhoudelijk goed uitgewerkt (vorming als doel) • Het is tevens een middel om de doelstellingen van een basiswerking (het bereiken van een divers publiek, het uitbouwen van vrijblijvende netwerken tussen mensen, het vertrekken vanuit competenties van mensen en het emanciperen van mensen) mede te realiseren. 2. Het bestaande aanbod wordt uitgebreid met een vernieuwend vormingsaanbod en dit in samenwerking met professionele vormingsinstellingen. Hulpverlening 1. De hulpverlening wordt in een latere fase projectmatig aangepakt door het opbouwwerk. Er is al een infomap in het buurthuis over de werking van verschillende welzijnsorganisaties voor doorverwijzing. Deze wordt gebruikt door de basiswerkers. 2. Met het project ‘onthaal op wijkniveau’ wordt bekeken hoe de betrokken werkers op hulpvragen inspelen en wordt gezocht naar afstemming. Dit moet nog verder uitgeklaard worden. 3. Het buurt- en opbouwwerk kan doorverwijzen naar de straathoekwerkster. Zij heeft als hoofdtaak individuele hulpverlening. Sinds juli is er één straathoekwerker toegewezen
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
54
aan Deurne-Noord (ruimer dan Ten Eeckhove en Conforta). Er komt vanaf september nog een straathoekwerker extra voor Kronenburg. Werken aan het samenleven 1. 2. 3. 4.
Bewonersnetwerken worden geactiveerd en ondersteund. Twee maal per jaar wordt de buurthuiskrant uitgegeven. Via de buurthuisraad worden bewoners geïnformeerd over de buurt. De tentoonstellingen als opvolging van het project ‘Aankomen mag’ en projectweken tonen de diversiteit in de wijk aan en bevorderen vrijblijvende contacten en sociale netwerken. 5. Er is een inhoudelijk concept voor een wijkcentrum met een centrumfunctie gedragen door bewoners en actoren.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
55
Buurtwerk Deurne Zuid Buurtwerker: Elke Kuppens Detacheringen door de 8: Ria Vervoort; Layla Abouddar
Activiteiten per instrument: Onthaal en ontmoeting 1. Er is een PR-plan om de basiswerking bekend te maken in de wijk. De promotie wordt mee gedragen door vrijwilligers. 2. Personeel en vrijwilligers zorgen voor een uitnodigende sfeer in de onthaalruimte en op onthaalactiviteiten in de wijk. Vrijwilligers van de cafetaria krijgen vorming om bewoners goed te onthalen. 3. Deelnemers aan de werking worden sterk gestimuleerd om als vrijwilliger aan de slag te gaan, ondermeer door een groot wervingspaneel in de onthaalruimte, vrijwilligerstaken en foto’s van vrijwilligers zichtbaar te maken in de onthaalruimte, een maandelijks activiteitenblad. 4. Registratiesysteem voor deelnemers aan de basiswerking, naast die voor Talent op Wieltjes en Modem. We gebruiken de gegevens om de diversiteit te bewaken en te kunnen bijsturen waar nodig. Animatie 1. De informele locaties van ontmoeting zijn gekend. We trekken er geregeld met een gemengde ploeg naartoe om de diversiteit te stimuleren. 2. We organiseren een divers aanbod aan ontmoetings- en animatie activiteiten. De activiteiten zijn laagdrempelig en bieden voor elk wat wils zodat we op verschillende behoeften van bewoners kunnen inspelen. Enkele voorbeelden: cursistendag, groot sympathisantenfeest, uitstap naar Permeke, Maandelijkse culturele activiteit, gezinsvakantie, Taal-ooR. 3. De vrijwilligersploeg is divers samengesteld en we maken de diversiteit zichtbaar. Er is 3 keer per jaar een bijeenkomst van de vrijwilligersraad. 4. We stemmen af met andere actoren die ontmoeting aanbieden en we werken een gezamenlijk aanbod uit, ondermeer voor de projectweek, lentepoets, vrijwilligersfeest, toer door Deurne, Iftar en suikerfeest. 5. We zijn aanwezig op activiteiten die door de sympathisantenkring georganiseerd worden ten voordele van de werking. Vorming 1. Er is een vormingsaanbod voor kansengroepen, gegeven door Vorming plus en Open School, ondermeer Lesgroep Nederlands, gelijkekansengesprekken, vorming over Europa, informatie rond gemeenteraadsverkiezingen. 2. Er is een vormingsaanbod voor kansengroepen, gegeven door vrijwilligers i.s.m. Open School, Huis van het Nederlands, Vorming plus en Digipolis, ondermeer 4 lesgroepen computer, lesgroepen Nederlands, conversatiegroep Nederlands, theoretische autorijles, informatie op vraag van de doelgroep en praatgroep over actuele thema’s. 3. Er is een vormingsaanbod voor een volks publiek door vrijwilligers, ondermeer 2 lesgroepen Spaans, 1 groep Spaanse conversatie, 1 lesgroep Engels, 1 groep Engelse conversatie, crea-middagen, cursussen bloemschikken en gezond bewegen. 4. We werken mee aan het opbouwwerkproject van Deurne Noord rond vorming. 5. Door het gedifferentieerde aanbod bereiken we een diversiteit aan bewoners. 6. We werken zoveel mogelijk drempels weg en stimuleren allochtonen om naar het reguliere aanbod Nederlands te gaan i.s.m. Deurne Noord. 7. Er is een vorming over opvoedingsondersteuning door vrijwilligers.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
56
Hulpverlening 1. Kleine hulpvragen worden opgenomen aan het onthaal. Elke hulpvraag wordt geregistreerd. 2. Complexe vragen worden door ModeM opgenomen. De ModeM werkers maken deel uit van het team. Modem biedt laagdrempelige hulpverlening, werkt vindplaatsgericht, vraaggestuurd, preventief en kiest expliciet voor multi-problem cliëntsituaties. Modem creëert een draagvlak voor hulpvragers en diensten en geeft signalen aan het beleid. Werken aan het samenleven 1. Opbouwwerkproject Talent op Wieltjes (zie verder) 2. Sociaalartistiek project: We bouwen verder op gevormde netwerken van vorige projecten en proberen te linken aan Talent op Wieltjes.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
57
Buurtwerk Oud Berchem Buurtwerker: Suzy Germeys
Activiteiten per instrument: Onthaal en ontmoeting 1. Informatieverspreiding via de buurthuiszending, wie-is-wie-plakkaat, prikbord, website, zelforganisaties, andere diensten. Wat informatieverspreiding naar de allochtone bevolking betreft, worden ook de deelnemers aan activiteiten van het buurtverhalenproject persoonlijk aangesproken, evenals de geëngageerde vaders van El Wifaaq, de Marokkaanse zelforganisatie die lokalen gebruikt in het buurtcentrum. 2. We werken registratiesystemen uit om zicht te krijgen wie gebruik maakt van de onthaalfuncties en om het aantal per dag verkochte maaltijden te noteren. 3. We organiseren een ‘bedankingsactiviteit’ voor de vrijwilligers in de Week van de Vrijwilliger. 4. Posthofweekend, nieuwjaarsfeest en barbecue Posthof Feest, zoals vorige jaren. Animatie 1. Start crea-club. 2. Medewerking aan activiteiten van andere actoren: Lentepoets, de cultuurmarkt Berchem Bruist, cultuurmarkt, Buurt aan de Beurt, Berchem nodigt uit, ... 3. Activiteiten met speciale aandacht voor diversiteit qua etniciteit: Taal-ooR, zwemlessen, dans. 4. Verderzetten culturele bezoeken. 5. Buurtorganisaties blijven gebruik maken van de cafetaria en de zolderruimte. Op die manier komen heel wat sociale actoren langs. Vorming 1. Workshops dansen, vertellen en zingen in het Buurtverhalenproject. 2. Wekelijks Taal-ooR voor vrouwen. 3. Zwemmen voor vrouwen. 4. Computercursussen via de buurtdienst dot.kom. Hulpverlening 1. Luisterend oor; ondersteunende gesprekken. 2. Doorverwijzen en doorverwijzing opvolgen.
Werken aan het samenleven 1. Vraag van Natuurpunt om samen een activiteit rond 21 juni (midzomerzonnewende) te organiseren. 2. Verhalenbank i.s.m. project buurtverhalen 3. Opstarten welzijnsraad samen met OCMW. 4. Samenwerking met straathoekwerk. 5. Wijkforum 6. Medewerking Buurt aan de Beurt (stad) en ‘Berchem nodigt uit’ (district).
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
58
Project 7: Vorming, Deurne Noord Doelgroep(en): Bewoners van de wijken kronenburg, ten eekhove en Conforta met speciale aandacht voor kansarmen, allochtonen en nieuwkomers. Werkingsschaal: De wijken kronenburg, ten eekhove en Conforta Voorziene start en einde: 2003-2007. Werkadres: lakborslei 300, 2100 deurne tel. 03 326 22 14 fax 03 326 22 15
[email protected] Begeleiding: Verantwoordelijke opbouwwerkers: joke Verlaet (100%) decreet maatschappelijk opbouwwerk in nauwe samenwerking met buurtwerk Pol Goris (stedenfonds) en met project onthaal op wijkniveau ‘nieuw in deurne’ heidi zwaenepoel (riso-antwerpen/ decreet maatschappelijk opbouwwerk) en maría arredondo (projectmedewerkster de acht)
Probleemstelling: De uitbouw van de functie vorming binnen het buurt- en opbouwwerk wordt onder de loep genomen. Nu is er op wijkniveau te weinig samenwerking tussen de verkillende actoren die vorming aanbieden. Er zijn raakvlakken tussen vormingsinstellingen, culturele centra, en basiswerkingen. Het is nu nog niet duidelijk hoe deze elkaar kunnen versterken. De stap naar vormingsinstellingen is groot voor maatschappelijk achtergestelde groepen.
Algemene doelstelling: •
• • •
Het bestaande vormingaanbod van het buurt- en opbouwwerk is geëvalueerd en kwalitatief aangepast. o Het is inhoudelijk goed uitgewerkt (vorming als doel) o Het is een middel om de doelstellingen van het buurt- en opbouwwerk (het bereiken van een divers publiek, het uitbouwen van vrijblijvende netwerken tussen mensen, het vertrekken van competenties van mensen, en het emanciperen van bewoners) mee te realiseren. Het bestaande vormingsaanbod van het buurt- en opbouwwerk is uitgebreid en vernieuwd. Professionele vormingsinstellingen werken samen met het buurt en opbouwwerk. Vormingsinstellingen zetten capaciteiten van van bewoners in bij het aanbieden van cursussen.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
59
Strategie • • • •
Alle buurt- en opbouwwerkteams worden mee betrokken bij de visieontwikkeling. Vormingplus wordt betrokken en ingeschakeld bij het invullen van een vernieuwd vormingsaanbod. Er wordt afgestemd met partners uit de vormingssector. Er worden experimenten opgezet met vrijwilligers en vormingsinstellingen. o Vrijwilligers in de basiswerking en mensen van de buurt worden gevormd door de vormingswerkers (cursus on the workfloor) o Vrijwilligers en professionelen werken samen in een tijdelijk project
Werkdoelen: Tav bewoners • • •
Twee nieuwe doelgroepen worden bereikt via een nieuw cursusaanbod Bezoekers van het buurthuis bouwen nieuwe en vrijblijvende netwerken uit via het volgen van een cursus. Het deelnemers publiek is meer divers samengesteld
Tav de problematiek • Een registratiesysteem voor deelnemers is uitgewerkt en gebruikt. • Er is een inventaris van kwelpunten en mogelijkheden voor vorming als functie binnen het buurt- en opbouwwerk. • De voor – en nadelen van het inschakelen van vrijwilligers binnen het vormingsaanbod is bekend. • Er is een werkvorm om vormingsvragen bij de doelgroep op te sporen • Et buurthuis fungeert als front – office voor het vormingsaanbod in Deurne – Noord • Er is een handleiding voor vorming door vrijwilligers binnen het buurt – en opbouwwerk • Er is een visie op vorming binnen de basiswerking voor RISO-antwerpen
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
60
Project 8: Integratie van buurtwerk de wijde wereld in bestaande werkingen Doelgroepen: 20 generatiearmen en ex-psychiatrische patiënten Werkingsschaal: Buurt Brederode Voorziene start en einde: 2003-dec 2005 Werkadres: Paleisstraat 41,2018 Antwerpen, tel : 03/238.57.98 Begeleiding: Leona Maes, 25 % decreet MOW
Probleemstelling: De financiële mogelijkheden om buurthuis Brederode op volwaardige wijze in stand te houden, zijn sinds de overgang van SIF naar stedenfonds, ontoereikend. Uit de omgevingsanalyse van meerjarenplan ’03-’08 blijkt dat de buurt minder scoort op kansarmoede indicatoren. Kansarmoede beperkt zich tot subbuurten. Bovendien zijn er in de wijk een aantal voorzieningen die zich richten op gelijkaardige doelgroepen en een aanbod hebben waar de doelgroepen van het buurthuis op kunnen aansluiten. RISO besloot bij aanvang van het meerjarenplan wegen te zoeken voor verzelfstandiging of afronding van het buurthuis tegen eind ’05.
Algemene doelstelling: Verantwoorde afronding van Buurthuis De wijde Wereld: begeleiding van de vrijwilligers bij de sluiting + integratie van het buurtwerk in bestaande werkingen. Indicatoren: • de bereikte doelgroep heeft elders een plek gevonden en vindt daar de nodige omkadering en ondersteuning. • Actoren die het buurthuispubliek een alternatief bieden; doen dit met respect voor de doelgroep en aangepaste werkmethoden. • Het effect van 30 jaar buurtwerk op het Zuid, en Brederode, t.a.v. bewoners, de omgeving en organisaties, is besproken en voorgesteld.
Strategie: • •
Aansluiting van een deel van de doelgroep bij verenigingen waar armen het woord nemen Onderhandelingen met andere actoren met gelijkaardige activiteiten, en toeleiding van delen van het buurthuispubliek.
Werkdoelen: t.a.v de doelgroep: • Een deel van het publiek verplaatst zich naar het Kiel en is geïntegreerd in buurthuis De Tiret. • Een deel in Dienstencentrum Hof ter Beke Effect: de doelgroep heeft een stek gevonden en is tevreden. T.a.v. structuren: Er zijn afspraken met De Tiret en Hof Ter Beke over de integratie van de mensen van De wijde Wereld. • Evaluatie van de impact van 30 jaar buurtwerk.
•
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
61
Personeelsinzet Operationele doelstelling 3.1. TC Antwerpen Noord Seefhoek Dam Deurne Noord Deurne Zuid Borgerhout Noord Borgerhout Zuid Kiel Oud Berchem
Walter Busschots
1 stedenfonds
Lut Schrevens Marleen Kauwenberghs Geert Janssens Griet Van Baarle
0,5 0,8 0,5 1
Bruno Verheyden
0,5 stedenfonds
decreet MOW stedenfonds decreet MOW decreet MOW
Project Vorming Afbouw Brederode
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
Rachida Ahali Patrick Vink Karen Maes Pol Goris Elke Kuppens Tom Govaers Gina Demey Bruno Verheyden Suzy Germeys Joke Verlaet Leona Maes
BW 1 0,5 1 1 1 1 1
Pm Husseyin Oral 0,8 decreet
stedenfonds stedenfonds Overeenkomst CISO stedenfonds stedenfonds stedenfonds stedenfonds Rachid 0,5 stedenfonds Bogonam 1 Overeenkomst CISO
1 decreet
0,8 decreet MOW 0,25 decreet MOW
62
Operationele doelstelling 3.2: Sociale netwerkvorming In de wijken waar RISO actief is, zijn de formele en informele netwerken van deelnemers aan het buurt- en opbouwwerk uitgebreid en gevarieerd. De positie van leden van kwetsbare doelgroepen in hun omgeving, is versterkt.
Project 9: Aangename kennismaking, Kiel Doelgroep: generatiearmen die op het Kiel wonen Werkingsschaal: Kiel Voorziene start +einde: 2003-2008 Werkadres: Hendriklei 19, 2660 Hoboken, Tel.: 03/825.35.02 E-mail:
[email protected] Begeleiding: Chris Haesendonckx, decreet maatschappelijk opbouwwerk, 80% Annemie Wuyts, ervaringsdeskundige in de armoede, detachering van Recht-op
Probleemstelling: De netwerken van mensen die in armoede leven zijn (zoals bij de meeste mensen) homogeen: armen kennen vooral andere armen. Om sociale mobiliteit mogelijk te maken is een meer verscheiden netwerk nodig. Mensen in armoede slagen er op eigen kracht echter moeizaam in om op een informele manier mensen die niet in armoede leven te leren kennen. Op hun beurt zijn mensen die niet in armoede leven weinig vertrouwd met de leefwereld van mensen in armoede. Wederzijds wantrouwen en onbegrip zijn hier het gevolg van. Nevendoel: Mensen in armoede blijven door hun achtergestelde positie vaak verstoken van de toegang tot de wereld van ICT. Hierdoor missen ze aansluiting bij een belangrijke maatschappelijke evolutie, waardoor mensen opnieuw uitgesloten worden.
Algemene doelstelling: •
•
De methodiek van ‘Een paar apart’ (duo’s arm en niet-arm) is voldoende getoetst op overdraagbaarheid. De methodiek is breder bekend gemaakt als manier om de netwerken van mensen in armoede te verbreden én als manier om de toegankelijkheid van bepaalde domeinen te vergemakkelijken voor mensen in armoede (naast cultuur ook ICT) De drempels die mensen in armoede belemmeren in hun participatie aan de wereld van ICT zijn aangekaart bij relevante actoren (stad, OCMW, vormingsinstellingen) én minstens 1 werking per actor houdt in zijn aanbod op vlak van ICT rekening met de drempels.
Strategie: • • • •
Werken aan drempels ivm ICT wordt gebruikt als kapstok om de duo aanpak verder te toetsen. De duo aanpak wordt toegepast: mensen met verschillende sociale achtergronden worden op een individuele manier met elkaar in contact gebracht. Mogelijkheden creëren om armen en niet armen met elkaar in contact te brengen. Externe actoren overtuigen dat deze manier van werken een nuttige aanpak is, dat het drempelverlagend werkt voor moeilijk bereikbare groepen.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
63
Werkdoelen Hoofddoel t.a.v. doelgroep: • Mensen die in armoede leven en die deelnemen aan het project hebben contacten met mensen die niet in armoede leven en die deelnemen aan het project, en omgekeerd • Maandelijks komen minstens 5 duo’s in contact met elkaar (rond ICT-toepassingen) • Per cybercafé hebben minstens 8 mensen met verschillende sociale achtergrond contact met elkaar (door deelname aan de workshop, waarvan minstens 1/3 mensen die in armoede leven) Hoofddoel t.a.v. structuren: • De methodiek van ‘Een paar apart’ is bekend bij relevante actoren (stad, OCMW, Vlaams Ministerie van Welzijn, Federaal Ministerie van Maatschappelijke Integratie) als mogelijke manier om de sociale mobiliteit van mensen in armoede te vergroten • De overdraagbaarheid van de methodiek wordt getoetst in sporadische contacten op vraag van andere projecten in Vlaanderen Nevendoel t.a.v. doelgroep: • Mensen die in armoede leven en deelnemen aan het project hebben hun eerste drempelvrees op het vlak van ICT overwonnen, door deelname aan eigen aanbod vanuit het project • Mensen die in armoede leven en deelnemen aan het project maken gebruik van het voor hen toegankelijke aanbod van anderen (stad, OCMW, vormingsinstellingen) op vlak van ICT Nevendoel t.a.v. structuren: • De drempels die mensen in armoede belemmeren om aansluiting te vinden bij de wereld van ICT zijn bekend bij relevante actoren (stad – bibliotheken, Digipolis/ OCMW – Dienstencentra en Sociale Centra/ vormingsinstellingen/ Staatssecretaris van communicatie) • Minstens 1 vormingsinstelling met een aanbod op vlak van ICT houdt rekening met de drempels die mensen in armoede belemmeren om deel te nemen aan hun vormingsaanbod • Minstens 1 Dienstencentrum houdt rekening met de drempels die mensen in armoede belemmeren om deel te nemen aan hun aanbod op vlak van ICT • Minstens 1 bibliotheek houdt rekening met de drempels die mensen in armoede belemmeren om deel te nemen aan hun aanbod op vlak van ICT
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
64
Project 10: Relatie tussen allochtone en autochtone armoede Doelgroepen: Marokkaanse gezinnen in armoede Werkingsschaal: Borgerhout Zuid Voorziene start + einde: Start: 15 oktober 2004 Einde: 31 december 2007 Werkadres: De shelter – Langstraat 102 – 2140 Borgerhout Tel: 0496/86.21.85 fax: 03/297.57.64 E-mail:
[email protected] Begeleiding: • Ludo Horemans (decreet maatschappelijk opbouwwerk, 100%) • Fadma Faijja (decreet maatschappelijk opbouwwerk)
Probleemstelling: De armoede bij allochtonen is een verborgen probleem. Allochtonen in armoede hebben geen structureel kanaal naar de stedelijke overheid zoals autochtone armen wel hebben in de vorm van APGA. De armoedeproblematiek is moeilijk bespreekbaar binnen de Marokkaanse gemeenschap. Generatiearmen hebben geen voeling met armoede bij allochtone bewoners en vice versa. Generatiearmen beschouwen allochtone bewoners vaker als ‘concurrenten’. Er is een negatief beeld over elkaar. In wijken waar achtergestelde groepen samen wonen, zorgt dit voor conflicten.
Algemene doelstelling: • • •
•
Allochtonen in armoede hebben kanalen om zich te richten tot de overheid rond het bestrijden van armoede in Antwerpen. Autochtone generatiearmen en allochtone mensen in armoede kunnen beter omgaan met de diversiteit van groepen in hun omgeving. Er is beter begrip ontstaan en een besef van gemeenschappelijkheid tussen autochtone generatiearmen en allochtone mensen in armoede zodat zij elkaar minder (of niet meer) als concurrenten beschouwen. De relatie tussen (een deel van de) autochtone generatiearmen en (een deel van de) allochtone mensen in armoede is verbeterd.
Strategie Allochtone mensen in armoede moeten net zoals autochtone mensen in armoede gesprekspartner kunnen zijn van de overheid, liefst via hetzelfde kanaal van APGA. We zoeken afstemming met de bestaande kanalen van APGA ivm beleving van de problematiek van armoede methodiek: samenbrengen van allochtone mensen in armoede instrumenten: permanentie + huisbezoek bespreekbaar maken van problematiek individueel via permanenties
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
65
Werkdoelen • •
•
• •
•
•
Er is duidelijkheid rond de eigen kenmerken van armoede bij allochtonen in vergelijking met armoede bij autochtone generatiearmen. Er is een methode ontwikkeld waarmee allochtone mensen in armoede op een structurele manier kunnen werken aan de problemen die ze ervaren. Hierbij is het duidelijk in welke mate en hoe de methodiek van “vereniging waar armen het woord nemen” bruikbaar is. Er zijn gemeenschappelijke activiteiten (in de brede zin van het woord) ontwikkeld tussen verenigingen waar armen het woord nemen en (een groep van) allochtone mensen in armoede aangaande een gemeenschappelijk levensdomein dat beide groepen aanbelangt, m.a.w. ten aanzien van bepaalde grondrechten. Er zijn stappen ondernomen om de problematiek van armoede bespreekbaar te maken in (bepaalde delen van) de Marokkaanse gemeenschap Er zijn stappen ondernomen naar de stedelijke overheid – in samenspraak met APGA - i.v.m. de problematiek van armoede bij allochtonen en hun betrokkenheid bij het beleid van armoedebestrijding. De betrokkenheid van allochtone mensen in armoede bij het beleid van armoedebestrijding op Vlaams niveau is aangebracht bij het Vlaamse Netwerk van Verenigingen waar Armen het Woord nemen. Er is een gezamenlijk project in de drie grootsteden van Vlaanderen (Antwerpen – Brussel - Gent) waardoor de conclusies i.v.m. armoede bij allochtonen en de relatie tot armoede bij autochtonen sterken gedragen worden en beter veralgemeend kunnen worden.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
66
Project 11: Talent op Wieltjes, Deurne Zuid Doelgroep: Kandidaat vrijwilligers met extra aandacht voor zij die uitgesloten zijn uit de arbeidsmarkt (nu 68, 1/3 doelgroepvrijwilligers) Potentiële vrijwilligers: alle bezoekers van het buurt- en opbouwwerk Wijkbewoners met talenten en nog niet gerealiseerde initiatieven voor de wijk in hun hoofd Gastorganisaties die nood hebben aan vrijwilligers (32) Zendorganisaties die op zoek zijn naar geschikt vrijwilligerswerk voor hun cliënteel (6) Beleid, stedelijke diensten en district. Werkingsschaal: Deurne en omgeving Voorziene start +einde: 2004-2008 Begeleiding: Rein Domus, decreet maatschappelijk opbouwwerk; 50%
Probleemstelling (kwestie waar we op willen inspelen) 1. Vanuit individuele bewoners kandidaat vrijwilligers a. Vrijwilligerswerk is broodnodig / Onbenutte kwaliteiten Vrijwilligers houden projecten en buurtwerken draaiende. Honderden mensen zetten zich regelmatig in, in onze werkingen. We kunnen zijn een bloeiende vrijwilligersbeweging. En toch zijn er nog de duizenden anderen met een talent. b. Netwerken tussen vrijwilligers Veel mensen hebben geen of een beperkt sociaal netwerk, verliezen hun eigenwaarde, krijgen een negatief zelfbeeld, verliezen steeds meer greep op een complexe maatschappij en lijken hun talenten diep in de zakken verstopt te hebben. c. Buurtbetrokkenheid Verschillende bewoners missen de band met hun buren en de buurt. Ze zijn op zoek naar activiteiten waarin ze hun talenten kwijt kunnen. d. Werken met kansengroepen Het overgrote deel van de kansengroepen raakt niet aan de slag als vrijwilliger binnen de non-profitorganisaties. Zij hebben echter nood aan positieve ervaringen. 2. Vanuit organisaties nood aan vrijwilligers Het grote middenveld met organisaties, verenigingen en bewonersgroepen kreunt steeds vaker onder het gebrek aan helpende handen of nieuwe frisse ideeën. Ze geraken moeilijk aan vrijwilligers of ze leggen e lat te hoog. 3. Opstap naar werk Betaald werk blijft belangrijk om ten volle te kunnen participeren aan de samenleving. Toch blijkt dit niet voor iedereen op korte termijn haalbaar en dit om héél uiteenlopende redenen: te beperkte kennis van het Nederlands, geen toestemming om te werken, gezondheidsredenen, discriminatie, gebrek aan arbeidshouding, geen kansen om ervaring op te doen, niet beschikken over de juiste sociale contacten,… 4. Actief burgerschap Bewoners van de stad worden steeds vaker beschouwd als ‘klanten’. Klanten in de supermarkt aan stedelijke, niet-stedelijke diensten en private diensten. Klanten die al te RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
67
vaak lastig zijn en klagen over alles wat er volgens hen misgaat.
Algemene doelstelling: Tav vrijwilligers: • Het menselijk kapitaal uit de wijk wordt meer benut. • Talenten in de wijk worden actief opgespoord • Bewoners zetten zelf initiatieven op in de wijk, op basis van hun talenten en capaciteiten. Die initiatieven maken het samenleven aangenamer. • Meer kansengroepen worden ingeschakeld in het vrijwilligerswerk. • Kansengroepen sluiten aan bij bewonersinitiatieven. • Bewoners waarmee gewerkt is binnen het project, nemen meer verantwoordelijkheid op bij het tot stand brengen van veranderingen in de wijk. Tav partners: • Lokale partners zijn bereid hun ‘vermogen’ te koppelen aan de inzet van bewoners om problemen op te lossen. • Gastorganisaties zetten projecten op basis van de capaciteiten van vrijwilligers. • De overheid erkent het burgerinitiatief als onderdeel van beleidsvoering en ondersteunt het waar nodig. De overheid participeert dus aan de burgerinitiatieven. • Talent op wieltjes sluit aan bij andere sociale bewegingen (diensten, organisaties en verenigingen) in de wijk en bij andere acties en activiteiten in de wijk. Tav structuren: • Er is een interim-bureau voor vrijwilligers in Deurne Zuid • Er is een inbedding van het interim-bureau binnen een bestaande structuur (bv. Het district). • Kansengroepen hebben hun plek binnen het interim-bureau.
Strategie: Tav potentiële vrijwilligers: • We gaan actief op zoek naar nieuwe vrijwilligers in het district Deurne op druk bezochte plekken in de wijk zoals het wassalon, de schoolpoort, de stempelcontrole of de consultatie van kind en gezin. We gebruiken hiervoor de ABCD methode (zie project buurtschatten) • We helpen geïnteresseerde bewoners over hun drempelvrees heen en geven een duidelijke kijk op hun rechten en plichten als vrijwilliger. • Vrijwilligers gaan zelf op zoek naar andere talenten en bevragen hun eigen kennissenkring via de Tuperwaremethode. Tav partners: • We leggen ons oor te luister bij de non-profitorganisaties in de wijk. • We voeren een actieve promotiecampagne via district, plaatselijke kranten, OCMW, sleutelfiguren, bewonersgroepen en andere organisaties die regelmatig kandidaatvrijwilligers aan ons doorzenden. • We linken kandidaat-vrijwilligers, doelgroepvrijwilligers, potentiële vrijwilligers, gast en zendorganisaties, stedelijke diensten en district aan elkaar en laten ze aansluiten bij ontstane initiatieven en projecten. Tav de talenten: •
Door zowel de talenten als de organisaties op een constante wijze in kaart te brengen maken we een permanente omgevingsanalyse op van het sociaal kapitaal in de wijk waarin we actief zijn.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
68
•
• •
We brengen mensen en organisaties bij elkaar met dezelfde of aanvullende talenten om ‘nieuwe’ en ‘eigen’ projecten op te zetten. 1 tot 2 grote of 7 kleine initiatieven zijn uitgewerkt. De gevonden talenten of ideeën komen samen in een gezamenlijke ‘databank’. Bewonerstalenten linken we aan bestaande initiatieven en acties in de wijk.
Werkdoelen: • • • • • •
Talent op wieltjes is bekend als draaischijf voor vrijwilligerswerk. Bestaande acties en projecten in de wijk zijn meer met elkaar verbonden Er is meer wederzijdse kennis, vertrouwen en samenwerking tussen vrijwilligers, stedelijke diensten en non-profitorganisaties. Positieve acties in de wijk zijn meer zowel naar bewoners als naar beleid. Het beleid heeft meer aandacht voor bewonersinitiatief. Doelgroepvrijwilligers sluiten aan bij de gestarte bewonersinitiatieven of geplande acties en projecten in de wijk (20 doelgroepvrijwilligers zij geschakeld)
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
69
Project 12: Buurtschatten, Antwerpen Noord Doelgroep(en): Volwassen en jonge bewoners, zowel allochtoon, autochtoon als nieuwkomer werkingsschaal Antwerpen Noord, heel postcode 2060 voorziene start en einde Mei 2004 – december 2007 werkadres Centrum De Wijk, W. Vandersteenplein 1 te 2060 Antwerpen Telefoon: 03/235.17.24. Fax: 03/…. E-mail:
[email protected] begeleiding Mia Crollet, opbouwwerkster 50% stedenfonds (convenant buurtwerken) Patrick Vinck, opbouwwerker 50% decreet MOW Ellen van doren, opbouwwerkster 100% decreet MOW
Probleemstelling (kwesties waarop we willen inspelen): Er is in Antwerpen Noord een hoge graad van verzuring. Bewoners bekijken hun wijk en hun buren met een zeer negatieve bril. “Alles gaat slecht, het is de schuld van de zwarten en de stad luister niet naar ons”. Hierdoor ontstaat er verschillende breuklijnen tussen bevolkingsgroepen: tussen arm en rijk, tussen autochtoon en allochtoon. Zowel individuele bewoners, als bewonersgroepen als de overheid reageren op dit negatieve gevoel: • Mensen voelen zich onveilig, hebben weinig vertrouwen in zichzelf en de overheid en trekken zich terug op zichzelf • De overheid voert een strik beleid van nultolerantie. • Er is bij bewonersgroepen een gebrek aan perspectief. • Er treed een participatie moeheid op! Het samen met bewoners, organisaties, overheidsdiensten etc iets doen voor de wijk wordt moeilijk.
Algemene doelstelling:
-
Bewoners Mensen krijgen terug greep op hun directe omgeving. Mensen leren op een andere manier kijken naar elkaar: mensen kennen elkaars capaciteiten en mogelijkheden. (afbakenen op welke bewoners men mikt! Zowel zwakkere als sterkere groepen) 3500 bewoners (eind 2006 1000) zet zich actief in, in de wijk. (burgerzin) Er is een kerngroep van trekkers, vrijwilligers die het project mee vorm geven.
• -
Beleid: Het beleid ondersteunt de burgerzin op het niveau van de wijken en de stad. Het beleid ondersteunt de gecoördineerde acties
• -
Structuren: Er is een ‘Do – huis’ waar mensen met hun vragen, subsidie vraagstukken edm terecht kunnen.
• -
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
70
-
De andere ontmoetingsplekken uit de wijk nemen een deel van de buurthuisfuncties over.
Strategie: • -
Tav de doelgroep: Bewoners bevragen Vrijwilligers samen brengen Acties/ projecten opzetten
• -
Methodieken/instrumenten: Er is een degelijk registratiemodel Can do methode: cirkels. Vergelijking tussen talent op wieltjes + buurtschatten. De methodiek verfijnen. Discussie binnen RISO-antwerpen over de toekomst van het buurtwerk (welke functies behouden we, welke kunnen we doorgeven) Beweging maken met het buurtwerk: de mobilisatiekracht van deze groep vrijwilligers duidelijk maken binnen RISO-antwerpen
-
• -
Diensten: Diensten in kaart brengen, warm maken voor deze manier van werken.
• -
Beleid: Het beleid betrekken, deze manier van werken in the picture brengen.
Werkdoelen: 1. Bewoners werken zelfstandig initiatieven uit die het goed samenleven in de wijk bevorderen •
•
• •
Tijdens het werkjaar 2005-2006 voeren minstens 50 bewoners acties uit die het resultaat zijn van de afstemming tussen vraag en aanbod. Waar mogelijk zijn ook diensten of beleidskaders betrokken bij deze acties. Tegen eind 2006 zijn er 10 nieuwe bewoners (vrijwilligers) ingeschakeld in de bevraging van bewoners en diensten. Samen met de professionele krachten leggen zij linken en stellen zij ‘koppelingen’ voor. Tegen eind 2006 zijn er 10 nieuwe bewoners (vrijwilligers) ingeschakeld die samen met de professionele krachten instaan voor de sturing van het project. Tegen einde 2006 werken 20 opgespoorde vrijwilligers in een dienst, organisatie of vereniging. We schakelen ook door naar vrijwilligersorganisaties en de vrijwilligersgroep is divers samengesteld.
2. Bewoners zien de overheid niet als enige verbeteraar van de wijk, maar ondernemen zelf stappen. Bewoners verwezenlijken ‘verschillende projecten’ met als uitgangspunt hun eigen voorstellen en ideeën. 3. De positieve beeldvorming van bewoners over elkaar is versterkt en dit bevordert het samenleven tussen groepen. We registreren uitspraken die aantonen dat de tevredenheid van bewoners gestegen is zowel rond de werkwijze las op vlak van bereikte resultaten. 4. De verhouding tussen locale actoren (partners) en bewoners is veranderd. De eerste zijn katalysator, de tweede aandrager en realisator. •
Partners en overheid erkennen onze werkwijze als een positief en aanvullend alternatief
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
71
•
Tijdens het werkjaar 2005-2006 realiseren we (minstens) één actie of deelproject binnen een Publiek Private Samenwerkingsconstructie (PPS) vb. buurtsport – middenstandsvereniging – bewoners
5. Doelen tav beleid: Tijdens het werkjaar 2005-2006 krijgt één deelproject of het project in het geheel minstens één ondersteunende kwalificatie van het stadsbestuur of het district of andere overheid. Indicatoren zijn een erkenningbrief vanwege het stadsbestuur of de aanwezigheid bij een opening 6. Interne / methodische doelen: •
•
• • • • •
Tegen einde 2005 hebben we een registratiesysteem om de competenties (aanbod van diensten, organisaties, verenigingen,… op te tekenen. De vraag ‘welk aanbod’ diensten voor bewoners hebben wordt opgenomen in de vragenlijst. Tegen einde maart 2006 hebben we een ‘toolkit’ voor de ondersteuning van vrijwilligers in organisaties ontwikkeld i.s.m. project Talent op wieltjes en het project ‘beweging maken’. Tegen einde 2006 is de finaliteit van het project duidelijk omschreven. Na elke bevraging (gelijk hoe dit gebeurt) zijn de resultaten (de vragen en de competenties) binnen de 14 dagen geregistreerd op de acces data base. Tegen eind 2006 hebben we een communicatie- en een P.R. plan voor het project buurtschatten en voor de concrete acties die uit buurtschatten gerealiseerd worden In samenwerking met de EVENS stichting vinden we bijkomende middelen om concrete acties en projecten te kunnen realiseren. Tijdens het werkjaar concretiseren en systematiseren we de detectiemethoden en waar nodig voegen we nieuwe methodieken toe om competenties op te sporen.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
72
Project 13: Nieuw* Informatie en sociaal netwerk nieuwkomers in Deurne, Deurne Noord Doelgroepen: Nieuwkomers: Mensen met beperkte kennis van het Nederlands Mensen zonder of met een beperkt Belgisch sociaal netwerk Werkingsschaal: Focus: Deurne-Noord, de wijken Kronenburg, Ten Eekhove en Conforta Nieuwkomers van elders worden niet uitgesloten. Voorziene start en einde: September 2004 – december 2006 Werkadres: Van Duyststraat 49 2100 Deurne telefoon: 03/326.17.34 fax: 03/324.15.54 E-mail:
[email protected] Begeleiding: - Verantwoordelijke opbouwwerker: Zwaenepoel Heidi – decreet maatschappelijk opbouwwerk - Andere medewerker: Arredondo Maria – De Acht – projectmedewerker Samenwerkingsproject RISO-De Acht Regie: DIA: kernopdracht 2: werken aan een inclusief diversiteit en gelijke kansenbeleid in de resp. beleidsdomeinen
Probleemstelling: De context van de wijk Deurne-Noord: In de wijken Kronenburg, Ten Eekhove en Conforta is er een grote toestroom van nieuwkomers, (gemiddeld 2500 à 4000 nieuwe gezinnen in geheel Deurne per 6 maanden). Dat brengt spanningen met zich mee in de wijk: gevestigde bewoners wijten de neergang van de wijk aan o.m. nieuwkomers Sociaal isolement van nieuwkomers: Veel nieuwkomers hebben weinig of éénzijdige contacten. Ze geven aan dat ze nood hebben aan een divers sociaal netwerk, omdat je door een sociaal netwerk makkelijker nieuwe mensen, diensten, structuren binnen de Belgische samenleving leert kennen. Het officiële onthaalbeleid: Project Integratie Nieuwkomers Antwerpen - PINA) heeft een aantal beperkingen: Er zijn nieuwkomers die buiten het officiële onthaalbeleid vallen het onthaalbeleid in Antwerpen/Vlaanderen biedt een (primair) traject aan op professioneel en educatief vlak maar kan momenteel slechts een beperkt aanbod uitbouwen op het sociale vlak (wegens gebrek aan middelen), Nieuwkomers hebben een gebrek aan correcte informatie Dit heeft in veel gevallen tot gevolg dat die nieuwkomers in ernstige achterstellingsituaties terecht komen.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
73
Algemene doelstelling: Inhoudelijke doelstelling: Nieuwkomers worden goed onthaald in de wijk Deurne-Noord. Een goed onthaal zorgt er voor dat: De informatiekloof voor mensen met papieren of in procedure wordt gedicht, Dat nieuwkomers (ook mensen zonder wettig verblijf) een divers sociaal netwerk hebben uitgebouwd. Structurele doelstelling: Er is een goede structuur in de wijk Deurne-Noord waardoor nieuwkomers permanent geïnformeerd worden en ondersteund worden in de uitbouw van een sociaal netwerk. Methodische doelstelling: Er is een methodiek uitgetest en beschreven rond het lokaal onthalen van nieuwkomers in Deurne-Noord.
Strategie: •
• •
•
I.o. met DIA werken RISO en De Acht een methodiek uit voor wijkgericht onthaal van nieuwkomers, complementair met het aanbod van PINA. Vanuit De Acht wordt ook in Antwerpen Noord een experiment opgezet ism het PSC. Het project vertrekt vanuit de competenties en krachten van nieuwkomers en niet vanuit hun tekorten. We willen met hun krachten antwoorden zoeken voor de tekorten. Mbt. De informatiekloof: o Aanbodzijde: Alle vindplaatsen (voorzieningen, scholen, district, buurthuis…) waar nieuwkomers mee in contact komen, worden bijeengebracht in een onthaalnetwerk. Het type informatie, de drempels worden in kaart gebracht. o Vraaggestuurd: Er worden experimenten opgezet met groepen nieuwkomers, in contacttalen, in de Taal-ooR activiteit . Mbt. Sociaal netwerk: o Inpikkend op het project ‘Talent op Wieltjes’ worden nieuwkomers geschakeld als vrijwilliger naar gastorganisaties of activiteiten op wijkniveau.
Werkdoelen: M.b.t. de doelgroep: •
•
•
•
De sociale contacten van nieuwkomers zijn toegenomen 50 nieuwkomers kwamen door de ondersteuning van het project in contact met mensen uit hun directe omgeving die ze nog niet kenden vóór het project. Nieuwkomers zijn groepsmatig geïnformeerd 50 nieuwkomers verworven zo zelfstandig mogelijk informatie over thema’s die voor hen van belang zijn Nieuwkomers zijn betrokken bij de uitwerking van de experimenten 50 nieuwkomers ondergaan niet enkel de experimenten maar geven ook mee vorm aan de experimenten vanuit hun eigen competenties: Belgische bewoners en allochtone oudkomers zijn ondersteund 50 Belgen en allochtone oudkomers zijn in contact gekomen met nieuwkomers, zijn ondersteund om dat contact zo goed mogelijk te laten verlopen en hebben dat geëvalueerd.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
74
M.b.t. de structurele veranderingen: • • • • •
•
Er is een inventaris opgemaakt van alle diensten die relevant zijn om nieuwkomers te onthalen: de diensten die op één of andere manier in contact komen met nieuwkomers (vindplaatsen), de diensten die over correcte informatie beschikken, de diensten die nieuwkomers kunnen ondersteunen in de uitbouw van een sociaal netwerk. Alle relevante diensten om nieuwkomers te onthalen worden samengebracht in een onthaalnetwerk. Er is samen met hen een plan uitgewerkt om nieuwkomers beter te onthalen in de wijk Deurne-Noord. De bestaande kanalen om nieuwkomers te informeren worden samen met nieuwkomers doorgelicht.
M.b.t. de methodiek: • • •
Er zijn experimenten opgezet en geëvalueerd waardoor nieuwkomers groepsmatig en zelfstandig informatie kunnen verwerven over thema’s die voor hen van belang zijn. Er zijn experimenten opgezet en geëvalueerd die nieuwkomers enerzijds en Belgen, allochtone oudkomers anderzijds, met elkaar in contact brengen. De experimenten zijn uitgeschreven in een methodiek.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
75
Project 14: Feestend comité, Borgerhout Zuid Doelgroep(en): Bewoners van Bleekhofbuurt in Borgerhout Werkingsschaal: Buurt Borgerhout Zuid, omgeving Koxplein Voorziene start en einde: Oktober 2004 – juni 2006 Werkadres: Langstraat 102, 2140 Borgerhout, tel:03/270.39.44, fax: 03/270.39.54 mail :
[email protected]. Begeleiding: Lief Vogels, decreet maatschappelijk opbouwwerk 25%
Probleemstelling: Bij de start van het project mankracht en Zonen, bleek dat een klein aantal minderjarigen “als misdrijf omschreven” feiten pleegde, temidden van een stadsbuurt (Koxplein) met onvoldoende sociale correctie op dit gedrag. De omwonende van het plein hebben nood aan meer sociale cohesie en openbare veiligheid. Deze overlast is afgenomen als gevolg van de aanpak van mankracht en Zonen. Samenlevingsproblemen zijn in de wijk latent, maar niet explosief aanwezig. Opvallend is de segregatie tussen sociale klassen, etnische herkomst en leeftijd. Het Koxpleinfeest e.a. heeft onmiskenbaar een positief effect op de netwerkvorming, leefbaarheid en het samenleven in de omgeving (400 aanwezigen, 100 vrijwilligers), de draagkracht van bewoners, buurtgroepen, zelforganisaties…is echter onvoldoende groot om zelfstandig het evenement te dragen.
Algemene doelstelling: •
•
Het Koxplein is een aangename plek waar mensen ongeacht hun leeftijd, sociaaleconomische situatie, etnische afkomst samen kunnen vertoeven. (Bereik: 400 deelnemers van diverse afkomst.) Buurtbewoners en –groepen (bewonersgroepen, buurthuis, café Kox vrienden…), zelforganisaties (Pools, Marokkaans, Angolees), sport- en vrije tijdsclubs, socio culturele organisaties (Roma, rataplan…) en diensten (DC Den Bleek, buurtregisseur, pleinanimatie…) vormen samen een netwerk dat de solidariteit tussen de diverse groepen verhoogt.
Strategie: • •
• •
Een positieve insteek in de vorm van een jaarlijks buurtfeest divers samengesteld netwerk dat de organisatie van het feest draagt: o diversiteit naar ethnie, leeftijd, sociale klasse o individuele bewoners, formele en informele bewonersgroepen o professionele organisaties en diensten activering van bewoners als vrijwilliger (100) Verzelfstandiging van deelaspecten van het Koxpleinfeest; uitklaring van de rol van het buurt- en opbouwwerk, van de socio-culturele organisaties en diensten, bij de organisatie van het evenement, de ondersteuning van de vrijwilligers.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
76
Werkdoelen: T.a.v. de doelgroep: • Ondersteuning van de vrijwilligers (min: behoud van het huidige vrijwilligerpotentieel) • Zorg dragen voor de diversiteit in het netwerk T.a.v. de structurele veranderingen: Onderhandelingen met partners uit socio-culturele organisaties en diensten i.f.v. de verzelfstandiging van deelaspecten, en een gedeeld draagvlak.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
77
Personeelsinzet operationele doelstelling 3.2. Relatie all-auto armoede Aangename kennismaking Talent op wieltjes Buurtschatten
Nieuw in Deurne Feestend comité
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
Ludo Horemans Chris Haesendonckx Rein Domus Mia Crollet Ellen Van Doren Patrick Vinck Heidi Zwaenepoel Lief Vogels
1 decreet MOW 0,8 decreet MOW 0,5 decreet MOW 0,5 stedenfonds 1 decreet MOW 0,5 decreet MOW 1 decreet MOW 0,2 decreet MOW
78
Operationele doelstelling 3.3: Bemiddeling tussen groepen / verhogen van de leefbaarheid In de buurten waar RISO-antwerpen actief is en waar de leefbaarheid onder druk staat ten gevolge van een slechte kwaliteit van de leefomgeving, of ten gevolge van tegenstellingen of verschillende belangen, zijn de betrokken bewoners ondersteund en versterkt om over de verschillen in belangen te onderhandelen. Ze nemen hun rol op te in het verhogen van de leefbaarheid.
Project 15: Mankracht en zonen, Borgerhout Zuid Doelgroepen: Kinderen tussen de 8 en 14 jaar die blootgesteld worden aan risicofactoren en een gering aantal protectieve factoren, wat zichtbaar wordt in hun wangedrag op het openbare domein en hun ouders. In de regio Oud-Borgerhout Zuid leven 1307 kinderen tussen de 7 en 14 jaar. (cijfers data sociale planning, oktober 2005). In de 2 statistische sectoren waar het Koxplein in valt gaat het over 717 kinderen. Het project werkt met 45 grote Marokkaanse gezinnen in situatie van meervoudige achterstelling. In 2004-2005 werd actief met 64 kinderen gewerkt. Werkingsschaal: RISO: Oud-Borgerhout Zuid, afgebakend tussen de Engelselei, Turnhoutse baan, Plantin Moretuslei en Provinciestraat. De kern van het project beslaat het Koxplein en directe omgeving. De 8: Idem Verkenning van een nieuwe wijk Voorziene start en einde: Borgerhout Zuid: Start: februari 2002 Einde: december 2007 Werkadres: Begeleiding: Samenwerkingsproject RISO-De Acht. RISO: Veerle Matthijs (80 % decreet MOW), Hassan el Radi (50 % decreet MOW) De Acht: Hassan el Radi (50 %)
Probleemstelling: Een klein aantal minderjarigen pleegt “als misdrijf omschreven” feiten temidden van een stadsbuurt met onvoldoende sociale correctie op dit gedrag. • de omwonende hebben nood aan meer sociale cohesie en openbare veiligheid • Deze kinderen worden geconfronteerd met problematische leefsituaties in het thuismilieu, onderwijs en de buurt. De bestaande sociale dienst- en hulpverlening t.a.v. deze multi problem gezinnen is te weinig toegankelijk en aangepast. • Het vrije tijdsaanbod biedt te weinig alternatieven voor verveling en deviant gedrag
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
79
Algemene doelstelling: 1. Het Koxplein is een aangename plek waar mensen ongeacht hun leeftijd, sociaaleconomische situatie, etnische afkomst samen kunnen vertoeven. Indicatoren: o o
De sociale controle op het Koxplein is toegenomen, de overlast van kinderen is sterk verminderd (’02-’04) buurtbewoners en -groepen vormen samen een netwerk die de solidariteit tussen de diverse groepen verhoogt.
2. De achterstellingmechanismen waarmee de gezinnen geconfronteerd worden zijn zichtbaar gemaakt bij de doelgroep, de dienstverlening en beleid. Indicatoren: o o
De ouders hebben hun problemen geformuleerd en overgebracht aan oplossingsinstanties (’04-’05) Er is een ondersteunend netwerk van Marokkaanse bewoners met een verschillende sociaal-economische achtergrond.
3. De participatie van allochtone kinderen aan het bestaande vrijetijd- en sportaanbod in Borgerhout Zuid is toegenomen. Indicatoren: (’04-’07) • Het gebrek aan jeugdwerkaanbod voor +12 jarigen is geagendeerd op de programmatieraad, jeugdraad, met de districtsschepen, jeugddienst. • Er is een strategie ontwikkeld over hoe er aan de “toegankelijkheid van sportinfrastructuur” gewerkt wordt. • per werkjaar zijn er 5 jeugdverenigingen en 6 sportverenigingen (20%) die de intentie verklaarde zich actief open te stellen. • per werkjaar 50 bijkomende kinderen hebben via het uitgestippelde en begeleide traject hun weg gevonden hebben naar een vrijetijd- en sportorganisatie. • (stijging van 20% over 3 jaar) 4. Methodiekbeschrijving: Indicator: Het project is neergeschreven in een rapport dat de gebruikte manier van werken weergeeft.
Strategie: Het project situeert zich in de doorsneden van 3 groepen: • de ouders en kinderen in moeilijke levensomstandigheden (vadergroep) • een ruimere groep ouders en kinderen • de gemeenschappen en hun organisaties in de buurt M.b.t. sociale cohesie in de omgeving van het Koxplein: • • •
Een divers samengesteld netwerk van bewoners van verschillende sociale en etnische herkomst, Belgische en allochtone buurtgroepen, diensten en organisaties, Zijn geactiveerd rond positieve acties als het Koxpleinfeest De ondersteuning van dit netwerk is overgedragen aan het buurt- & opbouwwerk van Borgerhout Zuid (Cfr. Feestend Comité).
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
80
M.b.t. de achterstellingproblematiek: • •
•
Ondersteuning van de gezinnen wordt op een heldere manier geregistreerd zodat de “collectiviteit” van problemen zichtbaar kan worden. Een kern van vaders wordt in een vadergroep bijeengebracht. De werkers ondersteunen hen om hun analyse, ervaringen en belevingen zichtbaar te maken en na te gaan welke invloed zij hebben en welke structurele elementen er met het beleid aangekaart moeten worden. Dit zowel over het thema toegankelijkheid van vrije tijd dan over door de gezinnen aangegeven thema’s. Nauwe samenwerking met het RISO-project Allochtone Armoede.
M.b.t. het vrije tijdsaanbod • • • •
Ouders hebben hun inzicht m.b.t. het vrije tijdsaanbod van hun kinderen besproken en aan oplossingsinstanties overgebracht. Jongeren worden toegeleid naar het bestaande aanbod van sport en vrije tijdsverenigingen. Uitwerking van een ondersteuningspakket voor sport en vrije tijdsclubs Bespreking van de problematiek met de oplossingsactoren (beleid, vrije tijdsaanbod)
Werkdoelen: 1. De participatie van kinderen met andere etnische afkomst aan het vrijetijd- en sportaanbod in Borgerhout Zuid is toegenomen: t.a.v; de doelgroep: • •
•
•
• •
•
20% meer kinderen nemen deel aan één van de georganiseerde vrijetijdswerkingen in de buurt. Ondersteunen van de ouders in hun levenssituatie in het algemeen (meervoudige achterstelling) en in het opvoeden van hun kinderen in het bijzonder (interculturele context). Samen met ouders oplossingen zoeken voor deze moeilijke levenssituatie. Met ouders hun analyse, ervaringen en belevingen zichtbaar maken en met hen vertalen in beleidssignalen. Dit zowel over het thema toegankelijkheid van vrije tijd dan over door de gezinnen aangegeven thema’s. De specifieke beleving van deze gezinnen in moeilijke omstandigheden betreffende de toegankelijkheid van het vrijetijdsaanbod komt in alle beleidsbeïnvloedende activiteiten naar voor. Meer ouders en kinderen zijn op de hoogte van het bestaande vrijetijdsaanbod. Meer ouders en kinderen zijn op de hoogte van mogelijke financiële ondersteuning betreffende de vrije tijd van hun kinderen. (OCMW, ziekenfondsen, cultuurparticipatie, …) Een ruimere groep ouders worden op regelmatige wijze betrokken bij het thema “toegankelijkheid van het vrijetijdsaanbod” en bij de beleidsbeïnvloedende activiteiten hier rond als opvolging van het vadercongres. • Indicatoren: -
-
Er bestaat een actieve vadergroep van 10 vaders die om de twee weken samenkomt om ervaringen te delen, situaties ter herkennen en samen met de werkers nagaat welke invloed zij hebben en welke structurele elementen er met het beleid aangekaart moeten worden. Er is een thematische werking met ruimere groepsbijeenkomsten, sessies met ouders rond “toegankelijkheid vrijetijdsaanbod”.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
81
-
-
Ouders kunnen tijdens de permanentie of op afspraak bij werkers terecht. Ondersteuning van de gezinnen wordt op een heldere manier geregistreerd zodat de “collectiviteit” van problemen zichtbaar kan worden. de kinderen en hun families die door het project toegeleid werden verder opgevolgd in verband met hun vrijetijdsbesteding per werkjaar 50 bijkomende kinderen hebben via het uitgestippelde en begeleide traject hun weg gevonden hebben naar een vrijetijd- en sportorganisatie. (stijging van 20% over 3 jaar)
M.b.t. de problematiek: Het gaat hier voornamelijk over de opvolging van de beleidsvragen die tijdens het vadercongres naar boven kwamen: • •
• •
• •
Sport en jeugdverenigingen staan stil bij hun werking en de manier waarop zij al dan niet toegankelijk zijn voor allochtone kinderen Sport en jeugdverenigingen doen beroep op Mankracht en zonen om hen te ondersteunen in het uitwerken van een plan voor het betrekken van leden met een anders etnische afkomst en komen tot een intentieverklaring. Sport en jeugdverenigingen bereiken meer allochtone kinderen. De discussie over rol van moskeeën, scholen en het districthuis in verband met informatieverstrekking is opgenomen met de bevoegde instanties (lerende stad, plaatselijke scholen, buurtsport, …) De onduidelijkheden over procedure tussenkomsten lidgelden OCMW zijn verhelderd Jeugdwerkers en pleinanimatoren zijn zich bewust van hun mogelijke rol in de doorstroming van kinderen naar het ruimere vrije tijdsaanbod • -
Indicatoren: sport en vrijetijdsverenigingen kennen het aanbod van Mankracht en zonen door hun deelname aan sportraad en jeugdraad. er bestaat vormingspakket / ondersteuningspakket voor de vrijwilligers en de begeleiders van de sportclubs en jeugdverenigingen per werkjaar zijn er 5 jeugdverenigingen en 6 sportverenigingen (20%) die de intentie verklaarde zich actief open te stellen. De gezette stappen worden per vereniging geregistreerd in een “stappenplan” Er is een strategie ontwikkeld over hoe er aan de “toegankelijkheid van sportinfrastructuur” gewerkt wordt. Het gebrek aan jeugdwerkaanbod voor +12 jarigen is geagendeerd op de programmatieraad, jeugdraad, met de districtsschepen, jeugddienst.
2. Het Koxplein is een aangename plek waar mensen ongeacht hun leeftijd, sociaal-economische situatie, etnische afkomst samen kunnen vertoeven. T.a.v. de doelgroep: • Marokkaanse vrijwilligers(= de projectgroep) met een sterkere achtergrond ondersteunen mee de gezinnen in moeilijke levensomstandigheden. Zij bouwen een band op met de vaders en leiden kinderen toe naar het vrijetijdsaanbod. • Mensen en buurtorganisaties met diverse achtergrond organiseren met steun van het buurtopbouwwerk animerende activiteiten op het Koxplein. Hierbij neemt Mankracht en zonen het luik “kinderanimatie” op zich. De jongens van 14/16 jaar nemen hier een taak in op, ondersteund door de opbouwwerkers. • De door Mankracht en zonen bereikte mensen (vadergroep, projectgroep, andere) ontmoeten elkaar in gezamenlijke activiteiten. • De door Mankracht en zonen bereikte mensen zijn betrokken bij buurtactiviteiten (Koxpleinfeest, Iftar, Opsinjoren/Lentepoets als medewerker of deelnemer
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
82
•
Indicatoren:
o o o
Een positieve sfeer op het Koxplein Het positieve effect op het aantal meldingen van overlast blijft behouden De helft van de betrokken bij Mankracht en zonen (vaders, vrijwilligers) nemen deel aan buurtactiviteiten.
M.b.t. de problematiek: • het steunende netwerk door sterke Marokkaanse vrijwilligers die de gezinnen kunnen bijstaan in moeilijke omstandigheden en die een ”mentorfunctie” opnemen tav de kinderen is versterkt. • De bestaande buurtorganisaties (Safina, Nibras, ...) werken mee aan het thema vrijetijdsbesteding. • -
Indicatoren: De projectgroep functioneert als een ondersteunend netwerk waarin 10 Marokkaanse vrijwilligers actief zijn. Safina en Nibras zijn goed op de hoogte over Mankracht en Zonen.
1. Het project is neergeschreven in een rapport dat de gebruikte manier van werken weergeeft. • • •
De ontwikkelde werkwijze tot werkjaar 2004-2005 staat beschreven in een rapport. De registraties worden grondig bijgehouden met het oog op latere methodiekbeschrijving. In het voorjaar van 2006 is er een “toonmoment” om de werkwijze van Mankracht en zonen in de picture te zetten.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
83
Project 16: Samen op Straat Team: M’hamed El Ouali, Musty Naït Birrou, Kamal El Morabit
Hoboken:
Zurenborg:
Borgerhout Noord + Antwerpen Noord: zie bij wijken
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
84
Doelgroep(en): Jongeren en ouderen uit de buurten waar het project actief is. Werkingsschaal: Hoboken: draaiboomwijk (= Kioksplein en omgeving) Antwerpen Noord: Willy Vandersteenplein, Lange Scholierstraat, Stuyvenberghplein, Handelsstraat, Duinstraat, Geelhandplaats. Borgerhout Noord: Drei Pleintjes, Florastraat, Vooruitzichtstraat, Statielei, spoorweglei Zurenborg: Dageraadplaats Voorziene start en einde: Start: september 2005. Einde: december 2007. Werkadres: Centrum De Wijk. Willy Vandersteenplein 1, 2060 Antwerpen. 03/236.13.51.
[email protected] [email protected] Begeleiding: M’hamed El Ouali, 100% groot steden beleid (convenant SOS) Kamal El Morabit, 100% groot steden beleid (convenant SOS) Musty Naït Birrou, 100% groot steden beleid (convenant SOS)
Probleemstelling Een klein aantal minderjarigen pleegt “als misdrijf omschreven” feiten temidden van een stadsbuurt met onvoldoende sociale correctie op dit gedrag. • de omwonende hebben nood aan meer sociale cohesie en openbare veiligheid • Het vrije tijdsaanbod biedt te weinig alternatieven voor verveling en deviant gedrag
Algemene doelstelling Tav bewoners • Er is een netwerk van vaders die in de gekozen buurten een vertrouwensband met jongeren opbouwen. • Het netwerk is zichtbaar aanwezig in de omgeving en bij andere buurtbewoners. • De ouders zetten samen met de jongeren vrije tijdsactiviteiten op of leiden hen toe naar bestaande activiteiten. • De jongeren en de buurtbewoners hebben meer respect voor de omgeving en voor elkaar. Tav problematiek/ structuren • Jongeren nemen meer deel aan het bestaande vrijetijdsaanbod. • In de wijken waar het project actief • De leemtes in het vrijetijdsaanbod zijn gesignaleerd. • De overlast op de pleinen is verminderd. • Samen op Straat maakt deel uit van een (boven) lokaal netwerk en is ingepast in het stedelijke beleid naar risicodoelgroepen toe. • Samen op straat heeft een signaalfunctie tav de doelgroepregie van de stad, neemt deel aan de overlegmomenten en geeft de nodige informatie om het werk van doelgroepregie meer richting te ven. Tav de methodiek • Er is een draaiboek opgesteld over de methodiek Samen Op Straat.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
85
Strategie • • • •
•
Het project SOS is actief in 4 wijken: 3 bestaande - Antwerpen Noord, Zurenborg, Hoboken – en 1 nieuwe – Borgerhout Noord. Jongerenproblemen worden pro actief opgespoord en aangepakt. De ouders worden versterkt in hun ouderrol. Buurtbewoners zoeken contact met jongeren, om problemen te voorkomen en op te lossen, om zo de leefbaarheid van de buurt te verbeteren. Volwassen zijn bij elkaar gebracht in een netwerk. Ze nemen vrijwillig een actieve rol op om contact te leggen met jongeren.
Hoboken: We hebben een lokaal in de Aartselaarstraat 185. Dit lokaal wordt gebruikt als bureau maar ook als vertrekplaats voor de ouders. Hier gaan ook Nederlandse taallessen door voor de Marokkaanse moeders uit de draaiboomwijk. Deze lessen worden gegeven door vrijwilligers van Bewonersgroep Den Draaiboom. Wij hebben deze vrijwilligers opgenomen in SOS en ondersteunen hen op verschillende vlakken. In de toekomst, 2006, willen we dit nog verstevigen en een vermenging bekomen van de bewonersgroep en SOS. Momenteel zijn er 9 ouders actief in Hoboken, dit is een hechte groep die zich vrij zelfstandig kan organiseren. De meerderheid van deze groep zit ook in het bestuur van de Moskee. De moskeevoorzitter volgt de vrijwilligersvergaderingen van SOS en werkt mee in de actiegroep voor gelijke kansen. We bereiken een groep van ong. 20 jongeren. Deze groep van jongeren zit regelmatig op de pleintjes en is gemakkelijk bereikbaar. De jongeren zijn vragende partij om terug activiteiten op te zetten. De voetbalactiviteiten worden als eerste opgestart vanaf november 2005. Antwerpen Noord: Momenteel bestaat de groep ouders uit 12. Niet iedereen in deze groep is even actief. De ouders willen actief wandelen waar zich problemen voordoen. Ze hebben een lokaal in Centrum De Wijk. Ze Komen hier bijna dagelijks samen en werken mee aan de activiteiten van SOS en CDW. Een jonge vader heeft het engagement opgenomen om jongeren te verzamelen om activiteiten te doen. Op dit moment hebben zich 18 jongeren ingeschreven. Vanaf november beginnen we met een zaalvoetbalcompetitie. De vaders en de jongeren nemen allebei deel aan de activiteiten. Borgerhout Noord: Er wordt dit najaar een werking opgestart aan de Drei Pleintjes. Er zijn contacten gelegd met zelforganisaties uit de buurt en met het buurt- en opbouwwerkteam. Momenteel zij n er nog geen vrijwilligers en geen werking. Er kan voor de ouders een lokaal ingericht worden in het buurthuis of bij El Wafa. Zurenborg: De pleinwerker heeft contacten met de ouders op het plein en met de jongeren. Hij wil een lokaal voor de vaders inrichten in de Walvisstraat. De vaders van Zurenborg zijn vooral geïnteresseerd in een basketploeg voor de jongeren en in het uitbouwen van een kleine bibliotheek.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
86
Project 17: GBA, Kiel Doelgroep(en) Buurtbewoners rondom het GBA-voetbalstadion en alle mogelijke andere gebruikers(verenigingen). Werkingsschaal Het gebied rond het GBA-stadion. De site omvat het buurtpark, het speel- en het sportterrein.Het is gelegen op het kruispunt van de drie wijken: Kiel, Vallaar en het aangrenzende deel van Hoboken. Voorziene start en einde 01-01-2004 tot 31-12-2005. Werkadres De Bosschaertstraat 7, 2020 Antwerpen, 03.257.30.91, 0499.436.186,
[email protected];
[email protected] Begeleiding: Koen Mees, 100% maatschappelijk opbouwwerk
Probleemstelling: De parking van de GBA is een knooppunt in de wijk. Deze openbare ruimte biedt vele kansen voor ontspanning, ontmoeting, vrije tijdsbeleving. Maar het vormt ook een licht ontvlambaar risico omdat bepaalde groepen de parking claimen. Allochtonen jongeren (Marokkanen en Turken) zijn nadrukkelijk aanwezig op het speelplein. In het stadion, dus bij wedstrijden, ziet men ze nauwelijks. Omwonende bewoners stellen zich veel vragen over dit claimgedrag.
Algemene projectdoelstellingen Gebruikers en omwonenden van het plein gaan op een respectvolle manier et elkaar en met de openbare ruimte om. • Er is een respectvolle sfeer op de parking. • Er is een respectvolle omgang van gebruikers met elkaar en de omgeving • Er is een actieve participatie van jong en oud bij de invulling van het plein.
Strategie De opbouwwerkers houdt van zeer dichtbij de vinger aan de pols. Alle mogelijke kanalen/actoren inzetten voor signaalfunctie.
Werkdoelen Tav gebruikers: 2. Jongeren worden betrokken bij de invulling van activiteiten op het plein. 3. Gebruikers kennen het reglement en leven het na. Tav doelgroep omwonenden: 4. Buurtbewoners worden betrokken bij de invulling van activiteiten op het plein Tav structuren: • De contactgroep komt op regelmatige basis bij elkaar. • De monitorenwerking is goed uitgebouwd en overgedragen aan de jeugddienst van de stad.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
87
Project 18: Bleekhofbuurt, Borgerhout Zuid Doelgroepen: De bewoners van 5 straten van de Bleekhofbuurt. Profiel: nieuwe, jonge gezinnen & twee verdieners, arbeidersklasse van Vlaamse en Marokkaanse herkomst, kansarmen van verschillende etnische herkomst, nieuwkomers Aantal gezinnen: Werkingsschaal: 5 straten : Kroonstraat (van Bleekhof straat tot Plantin Moretuslei), Bleekhofstraat, Bouwensstraat , Marinisstraat, Van der Meydenstraat. Voorziene start en einde: Van september ’05 tot juni ‘06 Werkadres: Shelter, Langstraat 102, 2140 Borgerhout Begeleiding: Lief Vogels, decreet MOW
Probleemstelling: Binnen Borgerhout Zuid kenmerkt de Bleekhof buurt zich niet alleen door een grote diversiteit aan bewoners, maar ook door een vermenging van de functies wonen en werken: de aanwezigheid van kleine bedrijfjes, blinde muren, verkrotte panden, kwartierverhuur met groot verloop e.d. Bewoners formuleerden klachten over zwerfvuil en verwaarlozing van de buurt. De verschillende bevolkingssegmenten hebben weinig contact met elkaar. Op vraag van de bewoners en buurtregie werd vorig werkjaar een kort lopend project opgestart. Er werd een bewonersgroep opgestart, die heeft deelgenomen aan de lentepoets van Opsinjoren. VESPA zal dit jaar een aantal verkrotte panden aan de achterkant van de Kringwinkel afbreken en woningen bouwen.
Algemene doelstelling: • • • •
Een kern van +/- 70 actieve, vaste bewoners met diverse achtergrond, is actief in de buurt. Deze bewonergroep kan geactiveerd worden in het kader van leefbaarheidsacties. Deze groep zet, zelfstandig, en i.s.m. stedelijke diensten (opsinjoren, buurtregie…), activiteiten op die een positieve dynamiek in de buurt teweegbrengen. Er zijn meer sociale contacten tussen de bewoners.
Strategie: We geven een impuls aan de leefbaarheid en het samenleven door het activeren van een permanente kern van sterke bewoners in een afgebakende buurt. We brengen hen in contact met stedelijke diensten. De stedelijke diensten spelen een faciliterende rol.
Werkdoelen: • • •
De actieve bewonersgroep is uitgebreid tot +/- 70 mensen. Bewoners zetten samen met buurtregie een aantal acties op die de leefbaarheid verhogen. Nieuwkomers en zwakkere bewoners nemen deel aan de acties.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
88
Project 19: Faraomieren, Borgerhout Noord Doelgroep(en): Bewoners uit de Gijselstraat– Borsbeekstraat - Florastraat– Rechtestraat Deelnemers uit de bewonersraad Borgerhout-Noord Werkingsschaal: Borgerhout Noord: Gijselstraat– Borsbeekstraat - Florastraat– Rechtestraat Voorziene start en einde: September 2005 – juni 2006 Werkadres: Linnaeustraat 40, 2140 Borgerhout, 03/235.19.80
[email protected] Begeleiding: Leen Van den Bulck, 0.8 VT decreet maatschappelijk opbouwwerk
Probleemstelling In Borgerhout is de faraomier zich aan het verspreiden. Vooral in de Borsbeekstraat, Gijselstraat, Rechtestraat en Florastraat zijn al meerdere huizen bewoond door deze dieren. Het ongedierte kan enkel verdelgd worden indien alle bewoners in het bouwblok een gezamenlijke verdelgingsactie laat uitvoeren door een erkende firma. De diertjes voeden zich met voedingsresten, maar ze kunnen ook door verpakking heen. Ze dringen tot in koffiezetapparaten, strijkijzers, waterkokers, … De aanwezigheid van dit ongedierte heeft een duidelijk effect op het welzijn van het wonen en op de gezondheid van de bewoner (stress e.d). Daarbij verlaagt het de waarde van de aangetaste woningen. Bewoners kunnen elkaar echter niet verplichten om mee te werken. Zij hebben geen juridisch recht. Dit maakt het organiseren van een verdelging door bewoners zonder ondersteuning zeer moeilijk tot onmogelijk. Vele bewoners kunnen de onkosten niet betalen en weigeren daarom deel te nemen aan een collectieve verdelging van de diertjes. De mieren verspreiden zich meer en meer in Antwerpen. Een structurele oplossing vanuit het stadsbestuur bestaat niet.
Algemene doelstelling • • • •
Er is een collectieve verdelging van de faraomieren in de betreffende woonblok, uitgevoerd door een erkende firma. De stad Antwerpen of het district neemt de kosten van deze actie op zich. De stad Antwerpen verplicht de bewoners die weigeren mee te werken tot deelname. De stad Antwerpen keurt een structurele aanpak goed rond de bestrijding van de haarden van faraomieren waarbij zij de coördinerende functie opneemt.
Strategie •
District: als partner betrekken om samen het stadsbestuur onder druk te zetten om te werken aan een structurele oplossing. - Het district keurde in het voorjaar een collegebesluit goed om de verdelging te financieren. Dit is al in de pers gecommuniceerd en ook de bewoners zijn hiervan op de hoogte. Deze actie van het district willen we gebruiken als argument naar de stad toe. - De kanalen van het district inzetten in het lobbywerk.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
89
•
Stad: de partner die over de brug moet getrokken worden via kabinet en milieudienst. - We willen constructief meewerken door materiaal en bevindingen ter beschikking te stellen aan de milieudienst om hun globale aanpak en concrete aanpak in Borgerhout uit te werken. - Lobbywerk bij kabinet Van Wallendael voor budget - Lobbywerk bij kabinet om een globale aanpak uit te werken - Lobbywerk bij kabinet voor verplichting deelname aan verdelgingsactie
•
LOGO: deskundige partner om ons verhaal van problematiek en aanpak kracht bij te zetten en wetenschappelijk te onderbouwen. - Medisch milieudeskundige die uitleg verschaft aan bewoners door aanwezigheid op bewonersraad. Kent mee het dossier en verdedigd de belangen van de bewoners - Zit als deskundige in de overlegorganen met milieudienst, dienst ongediertebestrijding, kabinet,… Ze pleiten mee voor een aanpak vanuit de stad met dezelfde boodschap en aanpak die uitgewerkt is in bewonersraad/werkgroep - Zorgt voor onderbouwde argumenten, voorbeelden van aanpak van andere steden,…
•
Bewoners: enerzijds werken via Bewonersraad (bewoners uit ruimer werkterrein van Buurt- en Opbouwwerk) en werkgroep (enkele leden van bewonersraad aangevuld met bewoners uit de betreffende blok) - Waakhondfunctie t.a.v. beleid: houdt de aanpak rekening met bewoners - Gesprekspartner t.a.v. beleid - Bewoners spreken medebewoners actief aan, motiveren om deel te nemen
Werkdoelen Tav doelgroep • Bewoners werken samen met stad rond de aanpak van de verdelging • Bewoners informeren elkaar rond problematiek, sensibiliseren en informeren elkaar rond aanpak • Bewoners evalueren de aanpak van de verdelging en formuleren adviezen • Bewoners organiseren een afsluitende activiteit na de verdelging Tav structuren
• •
Bewoners zien de bewonersraad als een orgaan in de buurt die wijkproblemen aanpakt. Stad, district en diensten (logo, milieudienst en wijkkantoor) zien bewonersraad als orgaan die actief werkt rond de wijkproblematiek. Zij zien de bewonersraad als partner in de aanpak van thema’s in de wijk (voor toekomst sorteerstraat,…)
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
90
Project 20: Inter Ferry Boats, Borgerhout Noord Doelgroep(en): Bewoners uit de Gijselstraat– Borsbeekstraat - Florastraat– Rechtestraat Deelnemers uit de bewonersraad Borgerhout-Noord Werkingsschaal: Borgerhout Noord: Gijselstraat– Borsbeekstraat - Florastraat– Rechtestraat Voorziene start en einde: September 2005 – juni 2006 Werkadres: Linnaeustraat 40, 2140 Borgerhout, 03/235.19.80
[email protected] Begeleiding: Driss Bidane, 1 VT decreet maatschappelijk opbouwwerk
Probleemstelling Aan de Buurtspoorweglei is een bedrijf ‘Inter ferry Boats’ gelegen. Dit bedrijf blijkt na controle in overtreding te zijn met de milieuwetgeving. Hierdoor is het momenteel een gevaar voor veiligheid en gezondheid van de buurt en de omwonenden: • De hoeveelheden stoffen zijn groot. • De stoffen zijn giftig of licht ontvlambaar. • Er zijn op de site geen brandbestrijdingsmiddelen aanwezig zodat bij brand het bedrijf niet zelf kan tussenkomen. • Er worden geen afstandsregels gerespecteerd tussen de verschillende soorten producten (alles staat bij elkaar). • Er is geen inkuiping voorzien voor de containers. • Het domein is permanent toegankelijk voor onbevoegden . Kinderen spelen er in het weekend, mensen laten er hun hond uit, enz. • Bovendien is er aanzienlijke overlast door af en aanrijdende vrachtwagens die hierbij met hun lading de woonblokken passeren, het geen zorgt voor drukte en hinder op de weg. Er werd tevens vastgesteld dat de vrachtwagens op de openbare weg i.p.v. op terreinen van het bedrijf wachten om ontladen te worden, met alle risico’s die daarmee gepaard gaan.
Algemene doelstelling •
•
Oplegging van milieuvergunning klasse 1 of 2 door parket met oplegging van maatregelen rond veiligheid en overlast, samengaand met de nodige controle hiervan of wegtrekking van bedrijf naar de haven. Ruime groep van bewoners (betrokkenheid van straatgroepen, losse bewoners, verenigingen) voert hiervoor actie.
Strategie Tav beleid: • Partnerschap zoeken: o district (preventieraad) o stad (oplegging milieuvoorwaarden ingeval bedrijf klasse 3 krijgt opgelegd), buurtregisseur (overlast vrachtwagens),… op de hoogte brengen van bezwaren (overgemaakt aan procureur), nagaan welke stappen zij kunnen zetten,…: overleg RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
91
Tav doelgroepen: • informeren en sensibiliseren • ruimere achterban opbouwen • actief betrekken van achterban bij de organisatie van de actie, perscontacten, contacten beleid aanspreken van verenigingen, straatgroepen, concrete actie
Werkdoelen Tav Doelgroep • Bewoners organiseren om samen één of meerdere acties op te zetten om de problemen rond het bedrijf aan te kaarten • Bewonersraad en 2 individuele bewoners melden zich als benadeelde partij in strafrechterlijke zaak. • Bewoners onderzoeken mogelijkheden en nemen taken op rond pers (map, contacten, gesprek) • Bewoners evalueren de aanpak en formuleren bijsturingen, bezwaren,… • Bewoners informeren elkaar rond problematiek en aanpak en sensibiliseren de buurt Tav structuren • Bewoners zien de bewonersraad als een orgaan in de buurt die dit wijkprobleem aanpakt. • Stad, district en diensten (milieu-inspectie en buurtregisseur) zien bewoners als het orgaan dat actief werkt rond dit wijkprobleem. Zij zien hen als gesprekspartner in dit dossier.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
92
Projectafronding 21: Betonnen Jungle, Brederode Doelgroepen:Generatiearmen: 20 Werkingsschaal: Brederodebuurt Voorziene start en einde: mei 2006 Werkadres:Paleisstraat 41, 2018 Antwerpen. Tel: 03/238.57.98 Begeleiding: Leona Maes, 50% decreet MOW
Probleemstelling: De sociale realiteit, zoals beleefd door generatiearmen, heeft een instrumentele (inkomen, onderwijs…),en expressieve component (zelfbeeld, emotionele stabiliteit, sociaal netwerk…). De wisselwerking tussen beide componenten maakt de sociale mobiliteit van generatiearmen complexer. Generatiearmen leven in een maatschappij waar taalvaardigheid een belangrijke factor is i.f.v. participatie. Op dit vlak staan generatiearmen dikwijls zwakker.
Algemene doelstelling: • •
De positie van de deelnemers in de samenleving is sterker geworden. Hun expressieve vaardigheden zijn toegenomen.
Strategie: • • •
Dit project legt het accent op versterking van de expressieve component. Middels theater methodieken (o.m. Boal) experimenteren generatiearmen in een veilige omgeving om zelf en onder elkaar met hun kwetsuren om te gaan En deze communicatief naar buiten te brengen.
Werkdoelen: T.a.v. de doelgroep: • de deelnemers zijn sterker geworden. • Indicator: bespreking van de effecten met de deelnemers, en beschrijving T.a.v. de problematiek: • de mogelijkheden en beperktheden van de theatermethodieken zijn geëvalueerd. • Indicator: o Rapportage of werkstuk o Bespreking met APGA
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
93
Personeelsinzet operationele doelstelling 3.3. Mankracht en zonen Samen op straat
GBA Betonnen jungle Bleekhofbuurt Faraomieren Iterferry Boats
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
Veerle Matthijs Hassan El Radi M'hammed El Ouali Musty Naït Birrou Kamal El Morabit Koen Mees Leona Maes Lief Vogels Leen Van den Bulck Driss Bidane
1 0,5 1 1 1 0,8 0,2 0,3 0,8 1
decreet MOW decreet MOW federaal grootstedenbeleid federaal grootstedenbeleid federaal grootstedenbeleid decreet MOW decreet MOW decreet MOW decreet MOW decreet MOW
94
Operationele doelstelling 3.4: Toegankelijkheid van externe infrastructuren en voorzieningen In de wijken waar RISO-antwerpen actief is, zijn de infrastructuren die zich lenen tot ontmoeting tussen bewoners met een diverse achtergrond, toegankelijk en aangepast aan de behoeften en interesses van een diversiteit van bewoners in de wijk, met bijzondere aandacht voor maatschappelijk kwetsbare groepen
Project 22: Divers!City Doelgroepen: alle niet-gefedereerde groepen, kernen, feitelijke verenigingen, starters, netwerken, vzw’s van allochtonen in Antwerpen stad Werkingsschaal: Wijkoverstijgend / groot Antwerpen Voorziene start en einde: Begin: oktober 2004 Einde: juni 2008 of 2010 Werkadres: Langstraat 102 2140 Borgerhout Tel; 03/270.39.80 Begeleiding: De verantwoordelijke teamcoördinator: Els Hauser / Kathleen Peleman Andere medewerkers & vrijwilligers Billy Kalonji (100%), maatschappelijk opbouwwerk Wifried Defillet (100%), maatschappelijk opbouwwerk Tiene Hertogen (100%), decreet minderhedensector Rika Pauwels (50%), decreet minderhedensector Veerle Milh (25%) decreet minderhedensector Samenwerkingsproject RISO-De Acht Regie : DIA : kernopdracht 2 : werken aan een inclusief diversiteit en gelijke kansenbeleid in de reps. Beleidsdomeinen
Probleemstelling: Data: de instroom van nieuwe groepen maakt dat in Antwerpen inmiddels 150 nationaliteit rijk is. De nood aan gemeenschapsvorming blijkt uit de ondersteuningsvragen voor oprichting van socio-culturele verenigingen (formeel en informele groepen). De verenigingen willen activiteiten opzetten rond de eigen identiteit of problematieken. Ze willen zich kenbaar maken aan de Antwerpse samenlevingen aan andere groepen. De ondersteuningscapaciteit van de erkende Landelijke Federaties t.a.v. de nieuwe groepen is beperkt. Er is in de stad nood aan ondersteuning bij de organisatieontwikkeling van (nieuwe) allochtone verenigingen (kernopdracht 3 DIA: verhogen van inspraak en participatie van de allochtone gemeenschappen) Date: Een sec categoriale gemeenschapsvorming op basis van homogeniteit, staat haaks op de diversiteit, ook binnen de allochtone “gemeenschappen”. Er is nood aan stimuli van initiatieven die op de diversiteit zijn gericht.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
95
Algemene doelstelling: 1. Data: nieuwe allochtone verenigingen zijn sterk genoeg om activiteiten te ontplooien. 2. Date: a. Nieuwe en gevestigde groepen hebben contacten met andere groepen in kader van ontmoeting en samenwerking. b. Nieuwe en gevestigde groepen nemen deel aan overlegfora relevant in verband met beleidsparticipatie. Er wordt rekening gehouden met hun inbreng. 3. Structureel: nieuwe en gevestigde groepen kunnen terecht bij een ‘structuur’ die hen ondersteunt op het gebied van groeps- en organisatievorming en opzetten van activiteiten samenwerking en netwerkvorming volwaardige deelname aan overlegfora.
Strategie: 1. Data • Ondersteuning vanuit een centrale dienst: informatie, advies, coaching • Actief op zoek gaan naar nieuwe groepen (obv analyse) en deze doorverwijzen naar de centrale dienst 2. Date • Ondersteuning van netwerkvorming en beleidsparticipatie vanuit een centrale dienst: informatie, advies, intensieve procesbegeleiding • Kritisch omgaan met bestaande (manifeste én latente) vragen (behoeften) tot netwerkvorming en beleidsparticipatie obv criteria, een analysekader [stedelijk/wijkniveau; allochtone/autochtone vrager;…]. • Enerzijds KEUZES maken tussen binnenkomende vragen = manifeste behoeften. Anderzijds ZELF ACTIEF OPZETTEN van projecten (bv. een samenwerkingsproject op wijkniveau, verenigingen informeren over bestaande initiatieven tav verkiezingen 2006) = latente behoeften. 3. Structureel: • Registreren met oog op het analyseren en signaleren van gezamenlijke problemen • Zoeken naar een oplossing voor de begeleiding van organisaties tegen 2008: o Onderzoeken welke federaties over de nodige capaciteiten bezitten o Overleg hierover met DIA o Eventueel onderzoeken of dit onder de reguliere werking van De Acht kan komen.
Werkdoelen: T.a.v. de doelgroep •
Data: o groepen en organisaties van etnisch-culturele minderheden, en in het bijzonder van nieuwkomers, zijn versterkt bij hun groeps- en organisatievorming. Raming: hoeveel, herkomst: BV: 20 Afrikaanse, 6 Oost Europese, 6 (centraal) Aziatische, 1 midden oosten o Er is een vruchtbare samenwerking met een aantal landelijke verenigingen.
•
Date: o het aantal samenwerkingsverbanden tussen nieuwe allochtone verenigingen (= starters) en andere verenigingen, diensten, organisaties is toegenomen. o Het sociaal-culturele middenveld is bereid tot partnerschap met nieuwe en gevestigde allochtone verenigingen.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
96
•
Structureel: o nieuwe groepen spelen een rol in de beleidsbeslissingen op vlak van diversiteit in de stad. o Stedelijke structuren voor ondersteuning en participatie van allochtone verenigingen zijn beter afgestemd op de noden van deze groepen.
M.b.t. de problematiek: •
•
•
Data: er is bruikbare informatie beschikbaar voor allochtone groepen over allerlei logistieke aangelegenheden die van pas komen bij hun organisatievorming en functioneren. Date: er is bruikbare informatie beschikbaar voor allochtone verenigingen en andere instanties die partnerships willen aangaan om sociaal-culturele activiteiten op te zetten voor allochtone verenigingen en andere instanties die willen samenwerken in het kader van netwerkvorming en beleidsparticipatie Structureel: gezamenlijke problemen die allochtone groepen en verenigingen ervaren, zijn onderkend en gesignaleerd aan instanties en beleidsverantwoordelijken en oplossingen zijn gezocht.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
97
Project 23: Buurtverhalen, Oud Berchem Doelgroep(en): Diverse bevolkingsgroepen van Berchem, zijnde jong en oud, ‘sterk’ en ‘kwetsbaar’, autochtoon en allochtoon. Werkingsschaal: Oud-Berchem en Groenenhoek. Voorziene start en einde: Oktober 2003 tot december 2007. Werkadres: Buurtwerk Posthof VZW Patriottenstraat 62, 2600 Berchem. Tel. 03/218.80.43 Fax nr. 03/218.61.73 e-mail adres:
[email protected] Begeleiding: Ann Graulus, opbouwwerkster, decreet maatschappelijk opbouwwerk 100%
Probleemstelling In Berchem leven verschillende generaties en culturen naast elkaar. Contacten tussen bewoners van diverse generaties en tussen bewoners met een verschillende sociale en culturele achtergrond zijn schaars. Door dit gemis aan contact kennen bewoners elkaar niet en groeit het wantrouwen en het onbegrip voor elkaars leefwereld.
Algemene Doelstelling • • • • •
Buurtbewoners ontmoeten elkaar en breiden hun sociale netwerken uit. Buurtbewoners leggen contacten met elkaar binnen een aantal publieke ruimten Er is extra aandacht voor maatschappelijk kwetsbare groepen Er zijn contactmogelijkheden waar buurtbewoners op kunnen inspelen De sociale cohesie in de wijk is versterkt.
Strategie •
• • • • • •
Via sociaalartistieke projecten worden er contactmogelijkheden gecreëerd voor verschillende segmenten van de bevolking. De methodiek is deze projecten focust op het verzamelen van verhalen over de buurt en haar bewoners. Buurtbewoners gaan op zoek naar gemeenschappelijkheden via het doorvertellen van de verhalen aan elkaar. Er wordt een laagdrempelig en gevarieerd aanbod uitgewerkt waarop bewoners kunnen intekenen. Er wordt intensief samengewerkt met buurtcentrum Posthof. Er wordt samengewerkt met structurele partners uit de buurt via het uitbouwen van een organisatienetwerk met het oog op ontmoetingsmogelijkheden voor bewoners. Er wordt gewerkt op publieke plekken waar georganiseerde ontmoetingsactiviteiten doorgaan, maar ook op die plekken waar niet georganiseerde ontmoeting plaatsvindt. Er wordt structureel samengewerkt met het OCMW We lokken mensen uit hun kot.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
98
Werkdoelen Op vlak van de doelgroep • Buurtbewoners kennen het aanbod en staan er voor open. • De deelnemers leren elkaars leefwereld en achtergrond kennen. Ze hebben een ‘ander’ en ‘beter’ zicht op de gewoontes en de leefwereld van medebewoners en van de buurt waarin ze leven. • De deelnemers laten stereotypen en vooroordelen achter zich • De deelnemers kunnen beter omgaan met diversiteit. • Deelnemers die voordien haast geen contacten hadden breiden hun sociale netwerken effectief uit. • De publieke ruimtes waar niet georganiseerde ontmoeting plaatsvinden (de markt, het wassalon, de bibliotheek, de stempelcontrole,…) zijn bij de bewoners gekend als mogelijkheden om contact te leggen. • Organisaties en partners in de wijk zoals het District, het Stedelijk Wijkkantoor, OCMW, de buurtschool…. zijn onder buurtbewoners gekend als plekken waar ontmoeting en contacten mogelijk zijn. Op vlak van structuren Samenwerking met het buurtwerk Posthof: • Er is een nauwe samenwerking tussen het buurtwerk en het opbouwwerkproject rond buurtverhalen. • Deelnemers van het opbouwwerkproject leren het basisaanbod van het buurtwerk en van de projecten van vzw Posthof kennen: Buurtservice, Elief, BerchOp, sociaal restaurant Bistro-P, Taal-ooR, de nieuw opgestarte buurtdienst ICT en andere. • Een aantal onder hen nemen deel aan dit laagdrempelige aanbod. Samenwerking met organisaties uit de buurt: • Het buurtverhalen project is zichtbaar aanwezig zijn tijdens de Lentepoets, cultuurmarkt, Buurt aan de beurt, Berchem nodigt uit, … Hiervoor wordt samengewerkt met het District en het Stedelijk Wijkkantoor. • Deelnemers worden toegeleid naar de OCMW-diensten, in de eerste plaats de plaatselijke dienstencentra (Ten Gaarde, De Meere en Huize Berchem). • Het cultuurcafé is een goed draaiende ontmoetingsplek. De verschillende partners (Cultureel centrum Berchem, jeugdhuis De Eglantier, Cultuurantenne Berchem en Buurtverhalen Oud-Berchem) werken hieraan mee. • We werken samen met het Oudercafé van de concentratieschool ‘Klavertje 4’ in het kader van informele ontmoeting en uitwisseling tussen ouders.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
99
Sociaal artistieke projecten, samenwerking OCMW Een sociaal artistiek project is een project met zowel een sociale als een culturele finaliteit. Binnen RISO worden er sociaal artistieke projecten opgezet in Deurne Noord, Deurne Zuid en Berchem. De sociaalartistieke projecten worden voor een belangrijk deel gefinancierd met middelen van de cel Maatschappelijke Ontplooiing van het OCMW van Antwerpen. De methodiek wordt onder andere gezien als een manier om te werken aan de toegankelijkheid binnen de OCMW diensten. Het gaat dan in de eerste plaats over de lokale dienstencentra, maar ook over de rust- en verzorgingstehuizen en de sociale centra. Concreet worden er samenwerkingen opgezet met het dienstencentrum, het sociaal centrum of het RVT in de buurt voor de uitvoering van de projecten. De doelstellingen gaan in twee richtingen. Aan de ene kant winnen de OCMW plekken via de projecten aan bekendheid bij een ruimer publiek (een beweging naar binnen toe). Aan de andere kant worden de OCMW klanten actief gestimuleerd om te participeren aan de acties in het kader van de sociaal artistieke projecten (een beweging naar buiten).
Personeelsinzet operationele doelstelling 3.4. Divers!City Buurtverhalen
Wilfried Defillet Billy Kalonji Ann Graulus
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
1 1 1
decreet MOW decreet MOW decreet MOW
100
Operationele doelstelling 3.5: Beweging maken en vrijwilligersbeleid RISO-antwerpen stimuleert de solidariteit tussen diverse groepen die in haar buurtwerkingen en projecten bereikt worden. Ze bundelt de kracht van de vrijwilligers om het Antwerpse beleid te beïnvloeden met betrekking tot thema’s van collectief belang én om hun positie ten opzichte van andere middenveldorganisatie en bewonersinitiatieven te bepalen.
Project 24: Projectvoorbereiding beweging maken Doelgroep(en): Deelnemers en vrijwilligers van alle buurtwerken en opbouwwerkprojecten van RISO-antwerpen Werkingsschaal: Stad Antwerpen Voorziene start en einde: 1 november 2005 – 31 december 2008 Werkadres: RISO-antwerpen Breughelstraat 31-33 e-mail adres:
[email protected] Begeleiding: Ellen Baert, opbouwwerkster, decreet maatschappelijk opbouwwerk, 100%
Motivatie Steeds vaker stellen we vast dat de problematieken waaraan we werken niet beperkt blijven tot één wijk. Ze doen zich voor in verschillende wijken waar wij actief zijn, en vaak ook nog in andere. Ook de beleidsniveaus waarop we dienen in te werken om die problematieken aan te pakken zijn stedelijk, of zelfs Vlaams, federaal of Europees. Willen we effectieve resultaten, dan moeten we ook op stedelijk niveau (en ruimer) de problemen aanpakken en beleidsbeïnvloedend werken. Willen we die resultaten bereiken met participatie van doelgroepen, dan moeten we krachten van bewoners en vrijwilligers bundelen vanuit de verschillende werkingen en vanuit andere middenveldorganisaties. Dit is beweging maken.
Voortbouwen op bestaande Beweging maken betekent voor RISO-antwerpen geen bocht van 180°. RISO maakt al beweging. Er is een structuur van permanente vrijwilligerswerkingen met de buurthuizen. We werken met inzet van vele vrijwilligers aan maatschappelijke verandering. We doen dit niet alleen, maar in samenwerkingsverbanden met velen. Beweging maken betekent voor RISO-antwerpen dan ook vooral vertrekken van de huidige werking, deze doordacht bijsturen en accenten verschuiven.
Doel We willen onszelf sterker maken door onze legitimiteit te vergroten : Aantonen aan de buitenwereld (bewoners, actoren, beleid) dat wat wij doen belangrijk is, dat veel Antwerpenaren dit ook vinden en hieraan willen meewerken.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
101
We willen onze strategische doelstellingen efficiënter en effectiever bereiken door krachten te bundelen.
Dwarsverbindingen intern We willen komen tot meer gezamenlijke actie met vrijwilligers over verschillende werkingen heen. We willen meer gezamenlijk naar buiten komen met grote groepen vrijwilligers. Dit moet ervoor zorgen dat vrijwilligers zich deel gaan voelen van een ruimere beweging, van een groter geheel. Dit versterkt de motivatie van de vrijwilligers. Waar ze mee bezig zijn, wordt hierdoor in hun aanvoelen belangrijker. Tegelijk zit er ook kracht in massamobilisatie. RISO-antwerpen wordt zichtbaar als een organisatie die in staat is een grote en diverse achterban te mobiliseren. Dit verhoogt de legitimatie van onze werking en versterkt onze kracht als actor in de Antwerpse samenleving. Tegelijk is massamobilisatie soms een manier om een specifiek proces van beleidsbeïnvloeding of belangenbehartiging kracht bij te zetten. We willen in de toekomst meer gezamenlijke ontmoetings- en animatieactiviteiten met vrijwilligers. We willen in de toekomst meer gezamenlijke VTO-activiteiten voor vrijwilligers organiseren. Die activiteiten gaan in, zowel op VTO-behoeftes die de vrijwilligers zelf aangeven (nu bijvoorbeeld onthaal) als op nieuwe activiteiten die we ontwikkelen en waartoe vrijwilligers dienen opgeleid te worden (nu bijvoorbeeld Taal-ooR). We willen in de toekomst meer gezamenlijk beleidsbeïnvloedend optreden met vrijwilligers uit verschillende werkingen en projecten van RISO-antwerpen. We willen meer verbinding leggen tussen projecten en tussen werkingen in de verschillende wijken rond bepaalde thema’s, met het oog op effectieve beleidsbeïnvloeding: politiserend werken op stedelijk niveau. We willen in de toekomst uitdrukkelijk meer gezamenlijke VTO-activiteiten voor vrijwilligers organiseren in de richting van beleidsbeïnvloeding en belangenbehartiging: Kennis i.v.m. het specifieke thema waarover je aan beleidsbeïnvloeding wilt doen? Kennis over de werking van het beleid? Vaardigheden i.v.m. strategisch handelen naar het beleid toe? Enzovoort.
Verbindingen naar buiten We willen in de toekomst meer aansluiten bij andere sociale bewegingen en actoren uit het middenveld (het socio-culturele verenigingsleven, zelforganisaties, milieubeweging, bonden van zwakke weggebruikers, verenigingen waar armen het woord nemen, bewonersgroepen, gezinsbeweging, vluchtelingenverenigingen, enzovoort). We willen onze krachten en vrijwilligers bundelen rond relevante thema’s en gezamenlijk beleidsbeïnvloedend optreden.
Beweging maken in 2006 In 2006 neemt RISO-antwerpen een aanvang als ‘beweging’. We starten een werkgroep met deelnemers uit alle RISO-werkingen om de concrete planning en uitwerking van dit nieuwe accent vorm te geven. Een stafmedewerker en een opbouwwerker krijgen als specifieke taak dit proces op te zetten. RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
102
We werken mee aan Antwerpen aan ’t woord. We trekken de werkgroep ontmoeting in de stad.
Projectoverstijgend: Vrijwilligersbeleid Een kwalitatief vrijwilligersbeleid Momenteel zien we evenveel vormen van vrijwilligersbeleid als er buurtwerken en projecten zijn. Er zijn natuurlijk gelijkenissen, maar er zijn evengoed verschillen. Soms vinden deze verschillen een logische verklaring in de een andere context. Soms werken ze echter contraproductief. In dit geval is het goed te streven naar meer uniformiteit in het vrijwilligersbeleid. Die uniformiteit slaat op visie, de plaats die de vrijwilliger inneemt in verhouding tot de beroepskrachten, de bepaling van de profielen en takenpakketten van vrijwilligers, de wervingsmethodes, de manier van inwerking van nieuwe vrijwilligers, de methodes van begeleiding en ondersteuning, de registratie, enzovoort. Een versterking van het vrijwilligersbeleid betekent ook dat bepaalde aspecten van dit beleid centraal worden georganiseerd. We denken hierbij ondermeer aan de sociaaljuridische aspecten, aan een vrijwilligersovereenkomst, enzovoort. In diezelfde context kan het interessant zijn centraal instrumenten aan te bieden, waarmee men plaatselijk het vrijwilligersbeleid in de praktijk kan brengen. We denken hierbij ondermeer aan intakeformulieren, evaluatie-instrumenten, begeleidingsinstrumenten, enzovoort.
Vrijwilligersbeleid in 2006 RISO-antwerpen zal zich in regel stellen met de nieuwe wetgeving i.v.m. vrijwilligers. Concreet betekent dit het komen tot een organisatienota voor de vrijwilligers, de verzekeringen voor vrijwilligers op punt zetten alsook de vergoedingen voor vrijwilligerswerk, de regelingen i.v.m. uitkeringsgerechtigde vrijwilligers en de consequenties i.v.m. het arbeidsrecht t.a.v. de vrijwilligers. RISO-antwerpen wil vrijwilligers meer inspraak geven in het beleid van de organisatie en de beweging. Ze zullen een duidelijke plaats krijgen in het organogram van RISOantwerpen, in relatie tot de beroepskrachten. RISO-antwerpen zal meer sterke, draagkrachtige vrijwilligers proberen te bereiken en te betrekken bij de beweging, en dit zonder zwakkere vrijwilligers te verliezen. RISO-antwerpen zal stappen zetten in een kwaliteitsvol vrijwilligersbeleid, waarin bewuster keuzes worden gemaakt i.v.m. de bepaling van de profielen en takenpakketten van vrijwilligers, de wervingsmethodes, de manier van inwerking van nieuwe vrijwilligers, de methodes van begeleiding en ondersteuning, de registratie, enzovoort. Een werkgroep met buurt- en opbouwwerkers uit alle RISO-werkingen zal dit proces ondersteunen.
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
103
Personeelsinzet operationele doelstelling 3.5. Beweging maken
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
Ellen Baert
1 decreet MOW
104
Programma tweede lijn De tweede lijn focust zich het komende werkjaar op 3 grote luiken: 1. De inhoudelijke speerpunten vanuit de strategische planning. •
Rond de 3 strategische doelen willen we zoveel mogelijk kennis opbouwen én delen. Om de terreinen waarop we actief zijn meer te verfijnen, willen we twee denkgroepen opstarten: één rond wonen en een rond samenleven. Voor deze denkgroepen willen we externe deskundigen uitnodigen. Samen met onze interne deskundigen, hopen we zo onze dossiers goed te onderbouwen en de kennis over deze terreinen te vergroten. Op deze manier kunnen we er ook voor zorgen dat we ‘meer gewicht’ hebben naar het beleid, andere actoren,… We vragen een concreet en afgebakend engagement. Doel van de denkgroepen: - Theoretische input - Inhoudelijke reflectie op wat wij doen - Inspelen op beleidstendensen
•
Naast deze denkgroepen, willen we ook een aantal werkgroepen verder zetten of in het leven roepen rond een aantal inhoudelijke topics: beweging maken, dienstverlening, sociaalartistieke projecten, vrijwilligersbeleid, Taal-ooR, vorming.
•
Nieuwe projecten worden opgestart: terreinverkenning wonen in september 2005, “beweging maken” november 2005 en participatie aan sociaal huis in maart 2006.
•
Lopende projecten worden ingepast en indien nodig geheroriënteerd. Luk en Ilse hebben met elke teamcoördinator een gesprek om dit te bewerkstelligen. 2. Kwaliteitsvol werken
We willen een ondersteuningsbeleid uitwerken dat aangepast is aan de strategische planning. We vertrekken vanuit de SWOT analyse en de verbeterprojecten die daaruit voorvloeien. De centrale vragen hier zijn: hoe kunnen we de kwaliteit van ons werk verbeteren, welke ondersteuning hebben de werkers hiervoor nodig? Welke randvoorwaarden moet de organisatie creëren? Hierin past methodiekontwikkeling, doelgericht werken, beleidsbeïnvloedend werken, VTO, meten van resultaten,… We richten een ad-hoc werkgroep op met externe effectmeting, resultaatsgericht werken,… 3. Organisatie De organisatiestructuren moeten aangepast worden aan de strategische keuzes. Per onderdeel wordt er een actieplan opgesteld: doelstellingen, fasering, timing, acties, …
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
105
WAT?
Speerpunten uit de strategische planning: - wonen - maatschappelijke dienstverlening - samenleven: buurtwerk – beweging – vrijwilligersbeleid •
SD wonen
a. Werkgroep Hoogbouw Verantwoordelijke: V. Beernaert Ondersteuning tweede lijn: Ilse Hackethal b. Oprichting denkgroep met academici (P. De Decker), cel huisvesting (F. Willems), sector (E. Van Leuven), Vlaamse administratie Wonen (Johan Vandenberghe), Sociale huisvestingsmaatschappijen (Benny Fourier), opbouwwerkers, L. Groffy Verantwoordelijke: Ilse Hackethal c. FESO werkgroep Wonen. Ilse Hackethal en Lieve Lambrechts volgen op. •
SD maatschappelijke dienstverlening
a. Werkgroep maatschappelijke dienstverlening b. 1. Beleidsbeïnvloeding OASO 2. Visieontwikkeling ism OASES c. Sectoroverleg Lokaal Sociaal Beleid •
SD samenleven
a. Werkgroepen: - Beweging maken Verantwoordelijke Serge Spoelders - Sociaal artistiek Verantwoordelijke Griet Vielfont - Werkgroep vrijwilligersbeleid Verantwoordelijke Johan Vermeersch - Werkgroep Taal-ooR: Verantwoordelijke Griet Vielfont - Werkgroep vorming Verantwoordelijke: Lut Schrevens b. Denkgroep Samenleven in de stad: M. Loopmans, H. Meert, M. Elchardus, M. De Bie, Ruth Soenen, OASES, Stefan Nieuwinckel, sector, bestuurders, opbouwwerkers. Verantwoordelijke: Luk Groffy c. Dossieropvolging: - Buurtwerk: beïnvloeding op Antwerps en Vlaams Niveau Verantwoordelijke: Luk Groffy, Ilse Hackethal - Sociaal artistiek: verhouding OCMW, CC, OW Verantwoordelijke: Griet - Veiligheid: positionering, verhouding tussen de verschillende projecten - Vorming voor doelgroepen en vrijwilligers: onderhandelingen met Vorming+ RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
106
-
Ronde tafels ontmoeting
HOE? Verantwoordelijke: Ilse
Hoe kunnen we de kwaliteit van ons werk verbeteren? Wat hebben werkers nodig aan ondersteuning? Welke randvoorwaarden moeten we creëren? •
Doelgericht en resultaatsgericht werken = Weten wat we willen bereiken = Meten wat we bereiken = Resultaten delen en communiceren
• -
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
Pilootprojecten die we opvolgen op resultaatsgerichtheid: TaalooR, ABCD, Mankracht/SOS, SAP Training van de teamcoördinatoren Ondersteuning door Rita l’ Enfant van VIBOSO Instrumenten ontwikkelen Omgevingsanalyse: een bruikbaar en praktisch instrument ontwikkelen om de omgeving in kaart te brengen. Vergelijking met Veiligheidsmix: opstellen van een leefbaarheidmix? We willen zicht krijgen op dit instrument. Externe ondersteuning om ons hierbij te helpen: Marijke Cornelis, Pol Blondeel, Maarten Loopmans, Jan Vranken Samenwerking met DSP, OASES, DWW Opstellen van goede indicatoren voor onze doelstellingen Meetinstrumenten ontwikkelen om onze resultaten duidelijker te krijgen.
• -
Vindplaatsgericht werken scherp krijgen wat we hiermee bedoelen ondersteuning bieden indien nodig.
•
Beleidsbeïnvloedend werken
-
Actieonderzoek van VIBOSO 2006 Personeelsdag van 9/12 met Eddy Van Pottelberghe
•
VTO beleid
107
ORGANISATIE
Welke organisatie is er nodig om het strategische plan waar te maken? En hoe kunnen wij een dergelijk organisatie worden? a. elke opbouwwerker weet in welk team hij zit voor dit werkjaar. b.
Uitklaring van aansturing op wijken/programma’s
c. Besluitvormingsprocedures: professioneel – vrijwilligers – bestuur d. Proces van organisatieontwikkeling met de sector -
startmoment 3/10 1ste bijeenkomst 18/10
e. Teamcoördinatoren in functie: rol uitklaring, coaching,… -----------------------------------------------------------------------------f. -
Personeelsbeleid / personeelsplan functioneren van werker: Voorstel werkwijze Ilse in oktober
g. Vertaalslag naar een financieel beleid / financieel plan Verantwoordelijke: Goedele
Strategisch communiceren: Hoe brengen we het naar buiten? 1. Een startmoment in december: - uitschrijven van het strategisch plan door Ellen Baert - Rol van Prof. Heene 2. Externe communicatie: Wanneer communiceren we over wat en met wie? - Communicatieplan 2006
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
108
Personeelsplan Strategisch doel 1: Wonen in Antwerpen Veerle Beernaert Teamcoördinatie Wonen: 30% decreet MOW, 20% convenant stedenfonds (convenant hoogbouw) Ø Operationele doelstelling 1.1: Bewonersondersteuning in sociale huisvestingsmaatschappijen én ism de stad Antwerpen Ø Operationele doelstelling 1.2: Belangenverdediging van maatschappelijk kwetsbare groepen in PASH Ø Operationele doelstelling 1.3: Beleidsbeïnvloeding Vlaams niveau ism de sector Personeelsinzet 2005-2008: Lien Gijbels Bénédict Mayuku Veerle Beernaert
1 OW: 100% stedenfonds (convenant hoogbouw) "project bewonersondersteuning in sociale huisvesting, Antwerpen Noord" 1 OW: 50% stedenfonds (convenant hoogbouw) 50% decreet MOW "project bewonersondersteuning in sociale huisvesting, Linkeroever" 1 OW: 50% stedenfonds (convenant hoogbouw) "project bewonersondersteuning in sociale huisvesting, Borgerhout"
Ø Operationele doelstelling 1.4: Terreinverkenning maarwaarde van RISO-antwerpen op de privé huisvestingsmarkt Personeelsinzet 2005-2006: Lieve Lambrechts
1 OW: 100% decreet MOW "Terreinverkenning wonen op de privé-markt"
Totale personeelsinzet Wonen: 4 VT 1,3 decreet MOW 2,7 stedenfonds, convenant hoogbouw
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
109
Strategische doelstelling 2: maatschappelijke dienstverlening, ook een recht voor maatschappelijk kwetsbare groepen Ø Operationele doelstelling 2.1.: Participatie van maatschappelijk kwetsbare groepen aan het lokaal sociaal huis Personeelsinzet 2005-2008:
Totaal:
Katleen Nuyts
1 OW decreet MOW 0,5 OW decreet MOW "Project occasionele kinderopvang"
Katleen Nuyts
0,5 OW decreet MOW 1 OW decreet MOW
oktober 2003 - februari 2006 maart 2006 - december 2006
maart 2006 - december 2006 januari 2007 - december 2008
1VT decreet MOW "projectvoorbereiding participatie van kwetsbare groepen aan het sociaal huis"
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
110
Strategische doelstelling 3: Participatie aan een diverse samenleving Ø Operationele doelstelling 3.1.: buurtwerkingen RISO-antwerpen
Antwerpen Noord Seefhoek Dam Deurne Noord Deurne Zuid Borgerhout Noord Borgerhout Zuid Kiel Oud Berchem
Walter Busschots
TC 1 stedenfonds
decreet Lut Schrevens 0,5 MOW Marleen Kauwenberghs 0,8 stedenfonds decreet Geert Janssens 0,5 MOW decreet Griet Van Baarle 1 MOW Bruno Verheyden
0,5 stedenfonds
Project Vorming Afbouw Brederode
Rachida Ahali Patrick Vink Karen Maes
BW 1 stedenfonds Husseyin Oral 0,5 stedenfonds 1 Overeenkomst CISO
Pol Goris Elke Kuppens
1 stedenfonds 1 stedenfonds
Tom Govaers
1 stedenfonds
Gina Demey Bruno Verheyden Suzy Germeys
1 stedenfonds Rachid 0,5 stedenfonds Bogonam 1 Overeenkomst CISO
Joke Verlaet
0,8 decreet MOW
Leona Maes
0,25 decreet MOW
Ø Operationele doelstelling 3.2.: projecten netwerkvorming Relatie all-auto armoede Aangename kennismaking Talent op wieltjes Buurtschatten
Ludo Horemans Chris Haesendonckx Rein Domus Mia Crollet Ellen Van Doren Patrick Vinck
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
1 0,8 0,5 0,5 1
decreet decreet decreet stedenfonds decreet decreet 0,5 MOW
111
Nieuw in Deurne Feestend comité
Heidi Zwaenepoel Lief Vogels
1 decreet 0,2 decreet
Ø Operationele doelstelling 3.3.: projecten bemiddeling tussen groepen Mankracht en zonen Samen op straat
GBA Betonnen jungle Bleekhofbuurt Faraomieren Iterferry Boats
Veerle Matthijs Hassan El Radi M'hammed El Ouali Musty Naït Birrou Kamal El Morabit Koen Mees Leona Maes Lief Vogels Leen Van den Bulck Driss Bidane
1 0,5 1 1 1 0,8 0,2 0,3 0,8 1
decreet decreet federaal grootstedenbeleid federaal grootstedenbeleid federaal grootstedenbeleid decreet decreet decreet decreet decreet
Ø Operationele doelstelling 3.4.: toegankelijkheid van externe infrastructuren Divers!City Buurtverhalen
Wilfried Defillet Billy Kalonji Ann Graulus
1 decreet 1 decreet 1 decreet
Ø Operationele doelstelling 3.5.: Beweging maken Beweging maken
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
Ellen Baert
1 decreet
112
Tweede lijn Algemeen Coördinator Beleidsmedewerker Intern management Beleidsmedewerker Inhoud en strategie
Luk Groffy
1 decreet MOW
Goedele Declercq
1 decreet MOW
Ilse Hackethal
Administratieve Personeelszaken
Johan Vermeersch Serge Spoelders Griet Vielfont Lieven Tiebos Ingrid Vercammen
Administratieve financiën Administratieve informatica
Elly Labots Tom Bertens
Stafmedewerker Stafmedewerker Stafmedewerker Boekhouder
0,4 stedenfonds 0,6 decreet MOW 0,8 1 1 1
decreet MOW stedenfonds convenant OCMW decreet MOW
0,5 decreet MOW stedenfonds (convenant 0,5 buurtwerken) 0,5 sociale maribel
Totale personeelsinzet tweede lijn: 8,30 VT 4,9 decreet MOW 2,7 stedenfonds (convenant buurtwerken) 1 convenant OCMW 0,5 Sociale maribel
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
113
RISO-antwerpen Jaarplan 2005 – 2006
114