Jaarplan 2015 Expertisecentrum voor Onderwijs en Opleiding UMC Utrecht Onderwijscentrum
Inleiding en leeswijzer Voor u ligt het Jaarplan 2014/2015 van het Expertisecentrum voor Onderwijs en Opleiding. Voor het eerst is er gekozen voor een digitaal Jaarplan. Bij de vorm van dit Jaarplan is geprobeerd om zo veel mogelijk rekening te houden met de verschillende doelgroepen voor dit jaarverslag. Sommige lezers zullen snel een globaal overzicht willen zien van de werkzaamheden van het Expertisecentrum. Anderen zullen geïnteresseerd zijn in een bepaald taakgebied, in een specifiek project, of in het organigram van het Expertisecentrum. In het document is daarom zoveel mogelijk gebruik gemaakt van hyperlinks, waardoor u snel bij de gezochte informatie terecht kunt komen. Bent u geïnteresseerd in een kort algemeen overzicht van de werkzaamheden van het Expertisecentrum? Dat vindt u in de Inhoudsopgave. Bent u geïnteresseerd in een bepaald taakgebied? Klik dan in de Inhoudsopgave op de hyperlink van het betreffende taakgebied en u wordt doorgelinkt naar specifieke informatie over het taakgebied. Bent u geïnteresseerd in een specifiek project? Klik dan in de Inhoudsopgave op het betreffende project en u wordt doorgelinkt naar de specifieke informatie. Uiteraard is het desgewenst ook mogelijk om (gedeeltes van) het Jaarplan uit te printen.
2
Inhoudsopgave 1. 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 2. 2.1 2.2 2.3 3. 3.1 3.2 4. 4.1 4.2 4.3 4.4 5. 5.1 5.2 5.3 6. 6.1 6.2 6.3 7. 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7
Positionering Expertisecentrum Onderwijscentrum (OWC) Het Expertisecentrum voor Onderwijs en Opleiding Taakgebieden en werkwijze van het Expertisecentrum Organigram Medewerkers taakgebieden
5 5 5 6 10 11
Onderwijsontwikkeling en advisering Structurele taken Eerder gestarte projecten die doorlopen in 2014/2015 Projecten die starten in 2014/2015 Kwaliteitszorg Structurele taken Eerder gestarte projecten die doorlopen in 2014/2015
14 14 17 20 22 22 25
Onderwijstechnologie Hoofdlijnen Structurele taken Eerder gestarte projecten die doorlopen in 2014/2015 Projecten die starten in 2014/2015
27 27 30 35 36
Professionalisering van docenten en opleiders Structurele taken Eerder gestarte projecten die doorlopen in 2014/2015 Projecten die starten in 2014/2015
37 37 41 43
Onderwijskundige scholing en begeleiding van studenten Onderwijsstages Onderwijstraining Klinisch lijnonderwijs Jaar 2 Onderzoek van onderwijs Hoofdlijnen van onderzoek Overig onderwijsonderzoek Begeleiden en uitvoeren van promotieonderzoek Cyclus Theorie en Literatuur van Medisch Onderwijs Internationale samenwerking in onderzoek UMCU‐UCSF Doctoral Seminar Publicaties 2014 en 2015
46 46 46 46 48 48 49 49 50 51 51 51
3
8. Overige structurele onderwijs‐ en coördinatietaken 8.1 Coördinatie Keuzeonderwijs Master jaar 1 & 2 van CRU 2006 8.2 Begeleiding studenten geneeskunde en AIOS met onvoldoende professioneel gedrag 8.3 Video‐communicatietrainingen en video‐intervisie voor AIOS en stafleden 8.4 Discipline‐overstijgend interactief onderwijs communicatie voor AIOS 8.5 Overige onderwijstaken 8.6 Logistieke coördinatie en ondersteuning van trainingen voor docenten en Opleiders Bijlage: lijst van afkortingen
52 52 52 52 52 53 53 54
4
1. Positionering Expertisecentrum 1.1 Onderwijscentrum (OWC) Op 1 september 2013 kreeg de directie Onderwijs en Opleidingen (dOO) van het UMC Utrecht een nieuwe naam: het Onderwijscentrum (OWC) UMC Utrecht. De taken en activiteiten van het Onderwijscentrum zijn echter ongewijzigd gebleven. De missie van het Onderwijscentrum UMC Utrecht luidt als volgt: ‘Het Onderwijscentrum leidt studenten en professionals in gezondheidszorg en biomedisch onderzoek op tot top‐professionals die samen met anderen vaardig en veilig werken en bijdragen aan de kennisontwikkeling in en voor de gezondheidszorg. Het Onderwijscentrum UMC Utrecht is toonaangevend in innovatie van onderwijs, nationaal en internationaal, bepaalt de richting voor de kerntaak onderwijs van het UMC Utrecht, en draagt bij aan het bereiken en behouden van de toppositie van het UMC Utrecht.’ Kernactiviteiten zijn:
Opleiden: zowel opleiden als trainen en coachen. Hierbij is sprake van doceren, ontwikkelen/ bijstellen, voorbereiden, coördineren, uitvoeren en evalueren;
Regisseren: maken van keuzes, invloed uitoefenen, instrueren, initiatieven nemen, overleggen en het regelen van zaken. Dit vindt plaats tijdens de initiatie en implementatie van complexe (onderwijs)opdrachten, projecten en samenwerkingsverbanden;
Innoveren: ontwikkelen van (nieuwe) onderwijs‐producten en diensten. Dit vindt zowel binnen de opleidingsafdelingen als het Expertisecentrum plaats;
Adviseren: strategisch, tactisch en operationeel advies (gevraagd en ongevraagd) ten aanzien van bestaande of nieuwe onderwijsproducten en ‐diensten en het doorverwijzen naar andere aanbieders. De didactische en veranderkundige kennis is hierbij leidend; en
Faciliteren: aanbieden van onderwijsondersteuning zoals ICT‐voorzieningen, roostering, administratie en ruimtebeheer. Opleiden, regisseren, innoveren, adviseren en faciliteren zijn nauw met elkaar verbonden. Hierbij is de aanwezige of te verwerven expertise binnen het Onderwijscentrum leidend. Bij nieuwe vragen dient goed te worden nagegaan of het Onderwijscentrum in staat is de gevraagde producten of diensten te leveren, dan wel of het gewenst is de benodigde competenties te verwerven. Het Onderwijscentrum kenmerkt zich door een sterke voeling met de markt, samenwerkingsgerichtheid en onderwijskundige onderbouwing waardoor uitstekende opleidingen ten behoeve van het UMC Utrecht en haar regio gerealiseerd worden. Binnen het Onderwijscentrum is het Expertisecentrum voor Onderwijs en Opleiding gepositioneerd. 1.2 Het Expertisecentrum voor Onderwijs en Opleiding De kerntaak onderwijs van het UMC Utrecht vraagt om een hoge kwaliteit van opleidingsprogramma’s, beoordelingsmethoden, professionaliteit van docenten en inzet van onderwijstechnologie, die permanente ontwikkeling en kwaliteitshandhaving vergen. De grote aantallen studenten en cursisten vereisen een complexe organisatie en een professionele ondersteuning om dit hoge niveau te bereiken. De ambitie van het UMC Utrecht om deze taak op toonaangevende wijze uit te voeren – met ‘kennis delen’ als een kernwaarde van de organisatie – strekt zich niet alleen uit tot de muren van het UMC Utrecht, maar heeft een beoogde uitstraling 5
in de gehele Utrechtse Onderwijs‐ en Opleidingsregio (OOR) en waar mogelijk nationaal en internationaal. Op diverse terreinen van het gezondheidszorgonderwijs zijn ontwikkelingen in volle gang en de verwachting is dat de activiteiten op dit vlak niet zullen verminderen. Dat geldt voor de ontwikkeling van hele opleidingen tot aan het ontwerp van afzonderlijke onderwijsmomenten en cursussen. Het Expertisecentrum heeft de taak en de ambitie om hier een wezenlijke bijdrage aan te leveren. Deze bijdrage kan geleverd worden in de vorm van advisering over en ontwerp van methoden voor onderwijs en toetsing, curriculumontwikkeling, professionalisering van docenten en opleiders, onderwijskundige scholing van studenten en artsen in opleiding, onderzoek van onderwijs, de ontwikkeling van onderwijstechnologie en het ontwerp en de uitvoering van methoden voor onderwijskwaliteitszorg en publicatie over deze onderwerpen. 1.3 Taakgebieden en werkwijze van het Expertisecentrum Het werkterrein van het Expertisecentrum is te verdelen over een zestal taakgebieden. Alle medewerkers zijn betrokken bij één of meer taakgebieden. De taken hebben steeds betrekking op onderwijs en opleiding op het terrein van de gezondheidszorg, in het bijzonder binnen het UMC Utrecht en voor de OOR Utrecht. Daarnaast stelt het Expertisecentrum zich tot doel expertise op dit terrein beschikbaar te stellen op landelijk en internationaal niveau. Enkele algemene taken worden uitgevoerd binnen alle zes de taakgebieden: ontwikkeling van beleid op het betreffende taakgebied, advisering over de onderwerpen van de betreffende taakgebieden en kennisdisseminatie via publicaties, presentaties, onderwijscolloquia en op andere wijze. Deze drie taken worden daarom niet herhaald bij de taken per taakgebied. 1.3.1 Taakgebied Onderwijsontwikkeling en onderwijskundige advisering (O&A) Onderwijsontwikkeling en onderwijskundige advisering omvatten: 1. Ontwerp van methoden van onderwijs, toetsing, en toelatingsprocedures. Deze taak is primair gericht op de ontwikkeling van onderwijs en opleidingen in het UMC Utrecht. Succesvolle producten van onderwijsontwikkeling kunnen onderwerp zijn van publicaties en disseminatie. 2. Onderwijskundige advisering over cursus‐ en onderwijsontwikkeling, curriculum‐ innovatie en onderwijsuitvoering, inclusief onderwijsvormen als stage‐ en praktijkbegeleiding. 3. Projectmatige begeleiding van curriculuminnovatie en onderwijsprojectmanagement. 4. Strategische beleidsadvisering over ontwikkeling van onderwijs en opleiding. Deze taak is gericht op advisering over onderwijsbeleid op de taakgebieden van het Expertisecentrum. De advisering is gericht op het Onderwijscentrum, de Raad van Bestuur en de divisies van het UMC Utrecht, de OOR Utrecht, landelijke en internationale gremia en organisaties op het terrein van onderwijs en opleiding in de gezondheidszorg.
6
1.3.2 Taakgebied Kwaliteitszorg voor onderwijs en opleiding (KZ) De onderwijskwaliteitszorg heeft betrekking op de domeinen (a) onderwijsprogramma, (b) toetsing, (c) docenten en (d) voorzieningen. De kwaliteitszorg m.b.t. voorzieningen valt niet onder de verantwoordelijkheid van het Expertisecentrum, maar maakt wel deel uit van het kwaliteitsplan. De kwaliteitszorg m.b.t. docenten wordt besproken onder het taakgebied Professionalisering van Docenten. De onderwijskwaliteitszorg behelst: 1. Coördinatie en uitvoering van procedures voor gestandaardiseerde interne kwaliteitszorg ten behoeve van onderwijsprogramma’s en toetsing voor de opleidingen Geneeskunde (CRU ’99, CRU 2006, SUMMA, CRU+), Biomedische Wetenschappen (BMW), Biomedical Sciences (BMS), Klinische Gezondheidswetenschappen (KGW) en de opleidingen en cursussen van de UMC Utrecht Academie (voorheen: Opleidingscentrum (OC). De kwaliteitszorg van het onderwijsprogramma wordt uitgevoerd in samenwerking met de betreffende opleidingen en de kwaliteitszorg van de toetsing in samenwerking met de examencommissie en de Commissie Kwaliteitszorg Toetsing. Op basis van de verzamelde evaluatiegegevens worden rapportages opgesteld over de kwaliteit van het onderwijs en de toetsing. Het Expertisecentrum heeft ook een rol in de interne kwaliteitszorg rond de medische vervolgopleidingen (MVO) binnen de OOR Utrecht (dOORkijk). 2. Ondersteuning ten behoeve van externe kwaliteitszorg. Op verzoek van en in nauwe samenwerking met de opleidingen wordt ondersteuning geleverd bij de voorbereiding van externe kwaliteitszorg rond de opleidingen, bijvoorbeeld in het kader van visitatie en accreditatie. Dit kan, afhankelijk van de gemaakte afspraken, plaatsvinden in de vorm van het aanleveren van rapportages op basis van de bij het Expertisecentrum beschikbare gegevens, in de vorm van advisering van de opleiding of in de vorm van coördinatie van de voorbereiding. 3. Ontwikkeling van methodologie en beleid voor onderwijskwaliteitszorg en advisering aan derden over evaluatie en kwaliteit van onderwijs en toetsing. Deze taak wordt verricht op initiatief van het Expertisecentrum of op geleide van een aanvraag, al dan niet vanuit het Onderwijscentrum. Afhankelijk van de omvang kan er sprake zijn van een projectmatig karakter en van externe financiering. 1.3.3 Taakgebied Onderwijstechnologie (OT)
Onder het taakgebied Onderwijstechnologie vallen de volgende taken: 1. Begeleiding van docenten en medewerkers van het UMC Utrecht bij de ontwikkeling en toepassing van e‐learning, het werken met en coördineren van de elektronische leeromgeving en het aanbieden en coördineren van digitale toetsen met TestVision. 2. Ontwerp van onderwijstechnologie met betrekking tot onderwijs en toetsing, en advisering over onderwijstechnologische innovatie en uitvoering in het onderwijs. Deze taak is primair gericht op de ontwikkeling van het onderwijs in het UMC Utrecht. Producten van onderwijsontwikkeling kunnen onderwerp zijn van publicaties, disseminatie en valorisatie. 3. Projectmatige begeleiding en projectmanagement bij onderwijstechnologische onderwijsinnovatie, zowel binnen het UMC Utrecht als daarbuiten. 4. Strategische beleidsadvisering over onderwijstechnologie. Het Expertisecentrum draagt bij aan het strategische beleid rond de inzet van ICT in het onderwijs en met betrekking tot de voorzieningen die daarvoor nodig zijn in het UMC Utrecht. 7
5.
Docentprofessionalisering op het gebied van ICT in het Onderwijs. Medewerkers van OT verzorgen de training Digitale Didactiek en werken mee aan de training Activerende Werkvormen.
1.3.4 Taakgebied Professionalisering van docenten en opleiders (DP) Het taakgebied Professionalisering van docenten en opleiders behelst: 1. Ontwikkeling en onderhoud van procedures en criteria voor docentenkwalificaties. Deze taak betreft het ontwerpen en onderhouden van procedures en criteria voor verschillende kwalificatieniveaus: Studentenonderwijskwalificatie (StOK), Basiskwalificatie Onderwijs (BKO) en Seniorkwalificatie Onderwijs (SKO). 2.
3.
4.
Op verzoek of op eigen initiatief worden voor uiteenlopende groepen (maatwerk) trainingen verzorgd over specifieke onderwerpen die zijn gerelateerd aan producten en onderzoek van het Expertisecentrum. Dit gebeurt onder meer tijdens symposia en congressen.
5.
IMEX Sinds 2006 coördineert het Expertisecentrum een internationaal programma voor uitwisseling van docenten onder de naam International Medical Educators Exchange (IMEX), in samenwerking met medische faculteiten in Stockholm, London, Montreal en Halifax. Teaching Scholars Programma Het Expertisecentrum verzorgt sinds medio 2013 een Teaching Scholars Programma voor een select aantal zeer ervaren medewerkers van het UMC Utrecht, die een loopbaan in het onderwijs ambiëren.
6.
Begeleiden van docenten in kwalificatietrajecten. Docenten (en studenten) worden mede vanuit het Expertisecentrum begeleid in trajecten om onderwijskwalificaties te behalen, vanaf een intake tot de feitelijke toekenning van de kwalificatie. Seniorgekwalificeerde docenten kunnen daarnaast een rol vervullen bij deze begeleiding en als lid van de Raad van Beoordelaren beoordelen ze de portfolio’s van kandidaten voor een onderwijskwalificatie. Organiseren en uitvoeren van trainingen voor docenten en opleiders. Het Expertisecentrum verzorgt jaarlijks docententrainingen die zijn afgestemd op de onderwijsuitvoering in het UMC Utrecht. Deze docententrainingen kunnen bijdragen aan de didactische scholing als onderdeel van het behalen van onderwijskwalificaties. Daarnaast wordt ten behoeve van de medisch specialistische vervolgopleidingen een bijdrage geleverd aan de zogenaamde ‘teach the teachers’ trainingen binnen de OOR verzorgd voor opleiders, plaatsvervangend opleiders en leden van opleidingsteams. Voorts worden trainingen verzorgd op verzoek van derden; een voorbeeld daarvan is een training voor physician assistant opleiders.
8
1.3.5
1.3.6
Taakgebied Onderwijskundige scholing en begeleiding van studenten (OS) Onder het taakgebied Onderwijskundige scholing en begeleiding van studenten vallen: 1. Verzorging van curriculair onderwijs aan studenten in doceervaardigheid. Dit betreft binnen de opleiding Geneeskunde (CRU) de week onderwijstraining in het START‐blok (voor alle studenten) en de zesweekse onderwijsstage, een keuzeonderdeel in het schakeljaar (3e masterjaar van CRU). Analoog aan de onderwijsstages voor Geneeskunde, kennen ook de opleidingen Klinische Gezondheidswetenschappen (KGW) en Biomedical Sciences (BMS) een keuzeblok Leren Doceren. Het theoretische deel (onderwijstraining) wordt door het Expertisecentrum verzorgd, het praktijkdeel (onderwijsstage) door de blokcoördinator van de betreffende opleiding. Beoordeling van het portfolio gebeurt door de docent onderwijstraining en de coördinator gezamenlijk. 2. Begeleiding van studenten in stages op expertisegebieden van het Expertisecentrum. Het Expertisecentrum biedt mogelijkheden voor studenten voor het volgen van een stage gericht op onderwijsonderzoek of onderwijskundige projecten. Taakgebied Onderzoek van onderwijs (OZ) Het taakgebied Onderzoek van onderwijs behelst: 1. Vormgeven van onderzoeksbeleid van het Expertisecentrum en coördinatie van onderwijsonderzoek binnen het UMC Utrecht. Hoofdlijnen van onderzoek in het Expertisecentrum zijn sinds geruime tijd Verticale Integratie, Determinanten van het succes van de arts in opleiding en Competentie‐ gericht Opleiden in de Medische Vervolgopleiding. Daarnaast voert het Expertisecentrum onderzoek uit buiten de hoofdlijnen op verzoek van derden. Het onderzoeksbeleid betreft naast inhoudelijke aspecten het financiële beleid (waaronder fondswerving), rapportagebeleid, organisatie van onderzoeks‐ besprekingen en dergelijke. 2. Uitvoering van wetenschappelijk onderzoek en publiceren en presenteren over onderwijs en opleiding in de gezondheidszorg. Het onderzoek is gericht op publicatie in (bij voorkeur SCI (Science Citation Index) ‐) tijdschriften, congresbijdragen en via andere wetenschappelijke communicatiemedia. Daarnaast voert het Expertisecentrum onderwijsonderzoek op het terrein van de gezondheidszorg uit op verzoek van derden. 3. Begeleiding van promovendi en advisering over onderwijsonderzoek. Bij het Expertisecentrum zijn enkele promovendi in dienst. Daarnaast worden promovendi begeleid die een aanstelling hebben elders in het Onderwijscentrum, in het UMC Utrecht of buiten het UMC Utrecht. Het betreft in alle gevallen promotieonderzoek op het terrein van onderwijs en opleiding in de gezondheidszorg of nauw daaraan gelieerd. De promovendibegeleiding omvat sinds 2010 ook de maandelijkse bijeenkomsten van de cyclus Theorie en Literatuur van Medisch Onderwijs voor promovendi. 4. Beoordelen en bevorderen van onderzoek. Deze taak omvat lidmaatschappen van tijdschriftredacties, werk als reviewer voor wetenschappelijke tijdschriften, lidmaatschap van promotiecommissies, leveren van bijdragen aan het UU Impulsgebied Educational and Learning Sciences, de onderzoeksschool Interuniversitair Centrum voor Onderwijsonderzoek (ICO) en 9
SDRME (Society of Directors of Research in Medical Education) via cursussen en op andere wijze. 1.3.7 Overige structurele onderwijs‐ en coördinatietaken In het Expertisecentrum worden tevens enkele structurele onderwijs‐ en coördinatietaken uitgevoerd die beschouwd kunnen worden als niet vallend onder één van de zes taakgebieden. 1.4 Organigram Het organigram van het Expertisecentrum ziet er als volgt uit: Directeur Expertisecentrum voor Onderwijs en Opleiding
Programmaleider Innovatie en Kwaliteit ‐ ‐ ‐
‐ taakgebied Onderzoek medewerkers OZ ‐ taakgebied Onderwijskundige scholing van studenten medewerkers OS
taakgebied Kwaliteitszorg medewerkers KZ taakgebied Ontwikkeling en advies medewerkers O & A
Programmaleider Onderwijstechnologie ‐ taakgebied Onderwijstechnologie medewerkers OT
taakgebied Professionalisering van docenten en opleiders medewerkers DP
10
1.5 Medewerkers taakgebieden De taakgebieden Kwaliteitszorg, Ontwikkeling en advies, en Professionalisering van docenten en opleiders vallen onder de programmaleider Innovatie en kwaliteit, dr. Hanneke Mulder. De taakgebieden Onderzoek, en Onderwijskundige scholing van studenten vallen rechtstreeks onder de directeur Expertisecentrum, prof.dr. Olle ten Cate. Het taakgebied Onderwijstechnologie valt onder de programmaleider Onderwijstechnologie, drs. Willie Hols. Directeur Expertisecentrum voor Onderwijs en Opleiding Prof.dr.Olle ten Cate
Innovatie en kwaliteit Dr. Hanneke Mulder ‐ ‐ ‐
taakgebied Kwaliteitszorg taakgebied Ontwikkeling en advies taakgebied Professionalisering van docenten en opleiders
Onderwijstechnologie Drs. Willie Hols ‐ taakgebied Onderzoek ‐ taakgebied Onderwijskundige scholing van studenten
‐ taakgebied Onderwijstechnologie
11
Bij het Expertisecentrum werken op dit moment ± 30 personen (vaak in deeltijd). Medewerkers van het Expertisecentrum zijn betrokken bij 1 of meerdere van de taakgebieden. Medewerker
Taakgebied Kwaliteits‐ zorg
Bruggen, Drs. Lisette van Cate, Prof.dr. Olle ten (Hoofd) Christenhuis, Drs. Esther Custers, Dr. Eugene Easton, Dr. Ellen Fast, MA, Andrea Ghielen, Sanne Haan MSc, Willemien de Radius, Charlotte Hoeij, Drs. Maggy van Hols, Drs. Willie Huiskes, Laurens Loon, Drs. Maria van Manrique, Drs. Margreet Molman, Linda (management assistente) Mulder, Dr. Hanneke Nissen, Walijne
X
Ontwikkeling en advies
Professio‐
Onderzoek
nalisering van docenten en opleiders
X
X
X
X
Onderwijs‐
Onderwijs‐
kundige scholing van studenten
technolo‐
X X
X
X X
gie
X X
X X
X X X X X
X X
X X X
X
X
X X
12
Medewerker
Taakgebied Kwaliteits‐ zorg
Oosterbaan Msc, Anne Plank, Lars van der Quaak, Dr. Martien Rozendal, Drs. Anne-Petra Sakkers, Manon Simon, Petra Slond, Drs. Fiona Steltman, MSc Ben Voerman, Audrey Wolters, Drs. Marian
Ontwikkeling en advies
Professio‐ nalisering van docenten en opleiders
Onderzoek
Onderwijs‐
Onderwijs‐
kundige scholing van studenten
technolo‐ gie
X X X X X X X X
X
X
X X
X
[Datum 1 mei 2015]
13
2. Onderwijsontwikkeling en advisering
2.1 Structurele taken 2.1.1 Participatie in commissie professioneel gedrag opleiding Geneeskunde Korte omschrijving In 2010 is t.b.v. de opleiding Geneeskunde een commissie ingesteld met als opdracht het aanleren en toetsen van professioneel gedrag in de opleiding CRU inhoudelijk, onderwijskundig, en organisatorisch te versterken. Het verder ontwikkelen en uitvoeren van het begeleidingssysteem voor studenten met zwak of onvoldoende professioneel gedrag (zie ook 8.2) maakt hier deel van uit. Enkele leden van deze commissie hebben structureel ‘dagelijks’ overleg over studenten met problemen op het gebied van professioneel gedrag en de begeleiding van deze studenten. De voltallige commissie houdt zich bezig met ontwikkeling van beleid, casuïstiekbesprekingen en fungeert als klankbord voor het management van de opleiding. De commissie bestaat uit leden afkomstig uit verschillende onderdelen van de opleiding. In 2013 is het beoordelingssysteem voor de master aangepast. Een subwerkgroep houdt zich bezig met het integreren van professioneel gedrag in het werkgroeponderwijs in het huidige en toekomstige curriculum. Dit wordt in 2014 en 2015 verder uitgewerkt in samenhang met de studieonderdelen studiereflectie en academische vaardigheden. Daarnaast zal professioneel gedrag, ook in samenhang met Studiereflectie, systematisch worden geïntegreerd in het bachelor curriculum. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Drs. Marian Wolters (lid commissie professioneel gedrag) 2.1.2 Ondersteuning bij de accreditatie van academische opleidingen
Korte omschrijving De academische opleidingen ondergaan eenmaal in de zes jaar een accreditatieprocedure. Het Expertisecentrum levert daarbij, afhankelijk van de gemaakte afspraken, ondersteuning door coaching/begeleiding bij het proces, door het schrijven van delen van de zelfevaluatie‐ rapporten, door het redigeren van de zelfevaluatierapporten, deelname in een proef‐ visitatiecommissie en/of door het aanlevering van evaluatiegegevens. Naar verwachting zal medio 2015 gestart worden met de voorbereiding op de volgende visitatie en accreditatie van de opleidingen geneeskunde. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Dr. Hanneke Mulder, prof. dr. Olle ten Cate (adviseurs) en leidinggevende en medewerkers van het team Kwaliteitszorg
14
2.1.3 Coördinatie van EMP projecten Korte omschrijving Jaarlijks worden via het College van Bestuur aan de faculteiten onderwijskundige ondersteuningsuren uit de zgn. Educatieve Middelen Pool (EMP) beschikbaar gesteld. De coördinatie van deze procedure wordt vanuit het Expertisecentrum gedaan. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Drs. Willie Hols (coördinator van de EMP projecten voor het UMC Utrecht), prof. dr. Olle ten Cate (als lid van de EMP‐commissie van de Universiteit Utrecht) 2.1.4 Coördinatie van USO projecten Korte omschrijving In het kader van BaMa3.0 heeft het College van Bestuur van de UU het Utrechts Stimuleringsfonds Onderwijs ingesteld, waarbij in 2013, 2014 en 2015 jaarlijks voor een bedrag van 2 miljoen euro aan projecten wordt gestart op het gebied van docentprofessionalisering en onderwijsinnovaties. Er zijn facultaire USO projecten en universitaire USO projecten (projecten waarbij met verschillende faculteiten wordt samengewerkt aan een project). Bij universitaire USO projecten is het verplicht dat er ook EMP‐uren worden ingezet om de doelstellingen van de Universitaire Stimuleringsfondsprojecten te behalen. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Drs. Willie Hols (coördinator van de USO projecten voor het UMC Utrecht) en prof. dr. Olle ten Cate (als lid van de EMP‐commissie van de Universiteit Utrecht). De coördinatie van deze procedure wordt vanuit het Expertisecentrum gedaan in samenspraak met de MT‐beleidsmedewerker van het Onderwijscentrum, drs. Ingrid Essenberg. 2.1.5 Ondersteuning Utrechtse Voortgangstoets (UVT) Korte omschrijving Het Expertisecentrum biedt zowel inhoudelijke als logistieke en administratieve ondersteuning bij de UVT (opleiding Geneeskunde). De inhoudelijke ondersteuning bestaat uit advisering aan docenten die belast zijn met het maken van de vragen voor deze toets en aan de examinator na afname van de toets, op basis van de analysegegevens. De UVT is voor CRU inmiddels veranderd in een gesplitste Master 1 en een Master 2 toets. Deze toetsen worden nog altijd drie keer per jaar aangeboden, maar hoeven door studenten maar één keer gehaald te worden. Voor SUMMA geldt nog steeds de eis dat de toets (SVT – SUMMA voortgangstoets) meerdere malen moet worden afgelegd waarbij een cumulatief resultaat behaald moet worden. De toetsen worden inmiddels digitaal afgenomen waarbij ook andere vraagtypen en meer beeldmateriaal gebruikt worden. In 2015 start een EMP project om een duidelijke toetsmatrijs op te stellen en op basis daarvan de gewenste inhoud van de toets duidelijker te omschrijven (welke onderwerpen moeten aan bod komen?). Daarnaast wordt in 2015 onderzocht hoe de UVT qua vorm meer in lijn kan worden gebracht met andere toetsen die klinisch redeneren toetsen, zoals KLO‐2. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Drs. Lisette van Bruggen, prof. dr. Olle ten Cate, (inhoudelijke ondersteuning), Margreet Manrique MSc (logistieke en administratieve ondersteuning) 15
2.1.6 Ondersteuning Commissie Kwaliteitszorg Toetsing (CKT) Korte omschrijving Vanuit het Expertisecentrum wordt de beleidsmatige ondersteuning geleverd voor de CKT. Deze commissie controleert in opdracht van de verschillende examencommissies schriftelijke toetsen (achteraf) op onder meer betrouwbaarheid, gebruik van oude vragen, verhouding van typen vragen (j/n, meerkeuze, open), lengte van de toets in verhouding tot de tijd, validiteit (beperkt: met name representativiteit), formulering van vragen, modelantwoorden, aantal deelnemers en resultaten op de toets. De resultaten van deze screening worden schriftelijk en indien gewenst mondeling teruggekoppeld naar de betreffende examinatoren. Het doel hiervan is expertisebevordering. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Drs. Lisette van Bruggen
2.1.7 Ondersteuning bij de voortgangstoetsing in de opleiding Radiologie Korte omschrijving Deze activiteit betreft advisering, tweemaal per jaar, over de uitslag van de landelijke voortgangstoets voor AIOS Radiologie en ad hoc advisering over algemene kwesties die deze toetsing betreffen. Opdrachtgever is de Nederlandse Vereniging voor Radiologie, die deze inspanningen ook vergoedt. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Prof.dr. Olle ten Cate en Margreet Manrique MSc (adviseurs) 2.1.8 Onderwijsconsult Korte omschrijving Sinds 1 september 2011 is er voor docenten en onderwijscoördinatoren van de opleidingen van het UMC Utrecht de mogelijkheid van een gratis onderwijsconsult van een onderwijsconsulent van het Onderwijscentrum. Het consult is bedoeld voor docenten en coördinatoren met een onderwijskundige vraag, bijvoorbeeld over gebruik van onderwijstechnologie, de uitvoering van het eigen onderwijs, de vormgeving van een cursus, of de vraag om feedback op de eigen onderwijspraktijk. Deze faciliteit is opgenomen in het strategisch plan van het Onderwijscentrum en is bedoeld als aanvulling op de bestaande docententrainingen. Het consult duurt maximaal een uur en is gratis. Zo nodig kan een tweede (gratis) gesprek van een uur volgen, of desgewenst bijvoorbeeld observatie van een onderwijsactiviteit, gevolgd door feedback. Behalve informatie, tips, adviezen en feedback kunnen voor bepaalde onderwerpen ook instructies en handleidingen worden geboden (m.n. bij ICT‐gerichte vragen). De coördinatie van deze activiteit ligt bij de afdeling Expertisecentrum, maar zo nodig worden ook medewerkers uit andere afdelingen benaderd als consulent. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Prof.dr. Olle ten Cate, dr. Hanneke Mulder en drs. Willie Hols (coördinatie), diverse medewerkers van het Expertisecentrum (als consulent)
16
2.2
Eerder gestarte projecten die doorlopen in 2014/2015
2.2.1 Advisering inzake competentiegericht medisch opleiden internationaal Korte omschrijving Geven van adviezen op verzoek, in het bijzonder gerelateerd aan het toepassen van competentiegericht medisch opleiden (Competency‐Based Medical Education ‐ CBME) en het EPA‐concept (Entrustable Professional Activities) Opdrachtgever Er is niet sprake van één specifieke opdrachtgever. Financiering Indien er financiering is, is deze op ad hoc basis. Planning In 2014/2015 worden internationale consultatiebezoeken afgelegd aan: ‐ University of Michigan (Ann Arbor april 2014) ‐ Swiss Interfaculty Commission for Medicine (Bern, juni 2014) ‐ Mayo Clinic (Rochester, Minnesota, oktober 2014) ‐ UCLA (Los Angeles, oktober 2014) ‐ Universität Ulm (Duitsland, november 2014) In 2015 worden internationale consultatiebezoeken afgelegd aan ‐ University of Colorado (Denver, maart 2015) ‐ Stanford University (Californië, mei 2015) Daarnaast zijn er internationale bijdragen gepland aan: ‐ ACGME Education conference (Keynote lecture, San Diego, februari 2015) ‐ AMEE conferentie (Short keynote lecture, september 2015) ‐ EPAC: Educating Physicians Across the Continuum (Washington DC) ‐ PMAC: Pediatrics Milestones Assessment Collaborative External Scientific Committee (via video conferencing) ‐ iNSoMed (International New School of Medicine; via video conferencing) ‐ AMEE Executive committee (doorlopend) Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Prof.dr. Olle ten Cate 2.2.2 TEMPUS project “Modernising Undergraduate Medical Education in the Eastern Neighbouring Area (MUMEENA)” Korte omschrijving Het project voorziet in ondersteuning van Georgië, Oekraïne, en Azerbeidzjan bij hun wens tot omvorming van medisch onderwijs in post‐Soviet landen naar een Europees model, aansluitend bij de Bolognaverklaring en bij moderne inzichten in geïntegreerd medisch onderwijs. Bij dit project zijn behalve de genoemde landen (waarbinnen in totaal 7 medische opleidingen) vanuit West‐Europa betrokken: UMC Utrecht (NL), Universiteit van
17
Leeds (UK), Universiteit van Granada (ES) en Katholieke Universiteit Scaro Cuore van Milaan/Rome (IT). Opdrachtgever De projectleiding berust bij de Universiteit van Leeds. De aanvraag is opgesteld op verzoek van en in nauwe samenwerking met de partners in de post‐Sovietlanden. Financiering Het project wordt gefinancierd vanuit Tempus EU gelden. Planning In 2014 zal het project worden afgerond. Een belangrijke bijdrage van het Expertisecentrum in 2014 is de productie van een handleiding voor een het klinisch lijnonderwijs (case‐based clinical reasoning education) in de vorm van een boek in het Engels, Georgisch, Azeri, Oekariens en Spaans. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum in 2014 Prof.dr. Olle ten Cate, drs. Maria van Loon (arts) 2.2.3 Curriculumvernieuwing Geneeskunde (CRU 2015)
Korte omschrijving Sinds eind 2011 heeft het Expertisecentrum geparticipeerd in de verkenningscommissie en de kerncommissie die zich bezig (hebben ge)houden met de vernieuwing van het geneeskunde‐curriculum en in de curriculumcommissie, die in 2013 advies uitbracht. Sinds 2013 wordt geparticipeerd in de curriculumcommissie die de ontwikkeling van het nieuwe curriculum aanstuurt. Opdrachtgever Prof.dr. Frank Miedema, Decaan Financiering De werkzaamheden van prof. ten Cate wordt betaald uit de middelen die de Raad van Bestuur van het UMC Utrecht aan de opleiding Geneeskunde ter beschikking heeft gesteld voor de curriculumherziening. Planning De looptijd van het project beslaat de periode 2011‐2017 (aanpassing voorbehouden). Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Prof.dr. Olle ten Cate (plv. voorzitter curriculumcommissie)
18
2.2.4 Opleidingsadvies t.b.v. medische vervolgopleidingen en Centrale Opleidingscommissie Korte omschrijving Het adviseren van (plaatsvervangend) opleiders van de medische vervolgopleidingen en de Centrale Opleidingscommissie (COC) op het gebied van innovatie, ontwikkeling en kwaliteit Opdrachtgever Prof.dr. Edith Ter Braak (hoofd afdeling MVO (Medische VervolgOpleidingen) Financiering Uit hiervoor door de Raad van Bestuur incidenteel aan de afdeling MVO beschikbaar gestelde middelen. Planning In 2014 en 2015 worden adviezen uitgebracht inzake lokale opleidingsplannen en andere adviesvragen en worden opleidingsvisitaties bijgewoond namens de afdeling MVO. Daarnaast wordt gewerkt aan uitbreiding van de tools voor opleiders, zoals bijvoorbeeld een formulier en toelichting daarop t.b.v. individuele opleidingsplannen voor AIOS. Ook zal naar verwachting ingespeeld worden op vragen die samenhangen met de individualisering van de opleidingsduur van de medische vervolgopleidingen, en met de hernieuwing van de JCI‐accreditatie (MPE‐normen) in 2016. Zie voor meer informatie het Jaarplan van de afdeling Medische Vervolg Opleidingen. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Dr. Hanneke Mulder (adviseur) 2.2.5 Ontwikkeling werkplekcurriculum Bachelor Medische Hulpverlening Korte omschrijving Advisering over de ontwikkeling van een competentiegericht werkplekcurriculum voor de nieuwe opleiding Bachelor Biomedische Hulpverlening op basis van EPA’s Opdrachtgever Hogeschool Utrecht, i.s.m. hogescholen Arnhem‐Nijmegen en Rotterdam Financiering Hogeschool Utrecht Planning Een eindrapport wordt opgeleverd in april 2014. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Prof.dr. Olle ten Cate (i.s.m. drs. Inge Pool van de UMC Utrecht Academie (voorheen: Opleidingscentrum))
19
2.2.6 AIOS cursus Duurzaam Dokteren Korte omschrijving In het kader van Dialoog, een project gericht op het bereiken van duurzame inzetbaarheid in de UMC’s, is een interventie ontwikkeld in de vorm van een cursus: “Duurzaam Dokteren”. Deze cursus heeft als doel het bevorderen van de persoonlijke effectiviteit en arbeidsvreugde van AIOS. De cursus bestaat uit 2 separate dagdelen met een tussenliggende periode van circa 6 weken, die bestemd is voor het uitwerken/uitvoeren van een individuele opdracht. Opdrachtgever Prof. dr. E.W.M.T. ter Braak, hoofd afdeling Medische Vervolgopleidingen UMC Utrecht Financiering De cursus “Duurzaam Dokteren” is ontwikkeld als project binnen Dialoog, met subsidie van SoFoKles, Sociaal Fonds voor de Kennissector. Planning De cursus is ontwikkeld in 2012‐2013 en 2x als pilot aangeboden in 2013. Het is de bedoeling dat de cursus in 2014‐2015 aangeboden zal worden aan andere UMC’s. In 2013 uitgevoerde activiteiten en behaalde resultaten De cursus is in 2013 twee maal als pilot aangeboden. Er hebben in totaal 23 AIOS aan deze cursus deelgenomen. De maximale groepsgrootte is 12 deelnemers per cursus. Uit de evaluatie is gebleken dat de deelnemers tevreden waren over de cursus; ze vonden de cursus leerzaam, nuttig en konden het geleerde goed in de dagelijkse praktijk gebruiken. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Manon Sakkers (projectleider) 2.3
Projecten die starten in 2014/2015
2.3.1 WATCHME project Korte omschrijving Bijdragen aan de voorbereiding van een subsidieaanvraag voor een EU FP7 (Seventh Framework Programme) project Workplace‐based e‐Assessment Technology for Competency‐based Higher Multi‐professional Education Opdrachtgever Focusgebied Educational and Learning Sciences van de Universiteit Utrecht (en subsidie aanvrager Dr Marieke van der Schaaf, Onderwijskunde UU) Financiering College van Bestuur UU Planning Het project wordt uitgevoerd sinds maart 2014. Vanuit het Expertisecentrum ligt het accent van de werkzaamheden in 2014 op het tweede werkpakket van dit project (de inhoudelijke 20
beschrijving van werkplekcurricula met EPA’s). WP2 betref eeen samenwerking tussen UMCU Exprtisecentrum UMCU opleiding Anesthesiologie, artsopleidingen van Charité universiteit (Berlijn) en van UCSF (San Francisco), Opleidingen diergeneeskunde UU en Szent Istvan Budapest en lerarenopleidingen UU en Tartu, Estland. In het gehele project zijn tevens verbonden instititen uit UK. Denemarken en Roemenië. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Prof.dr. Olle ten Cate (leider werkpakket 2 en coördinator voor UMC Utrecht) en drs. Marta Reyman, arts. 2.3.2 Toetsing in public health opleidingen Korte omschrijving Adviseren over een systematische toetsing van competenties bij een aantal NSPOH Public Health opleidingen Opdrachtgever NSPOH Financiering Via offerte door NSPOH Planning 2014‐2015 Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Drs. Lisette van Bruggen en prof.dr. Olle ten Cate 2.3.3 Digitalisering Utrechtse Voortgangstoets (UVT) Korte omschrijving Doelen van dit project zijn: In overleg met vakvertegenwoordigers en andere betrokkenen bij de UVT (commissie, adviseurs) de onderwerpen vaststellen die behoren tot de basiskennis van basisartsen. Aan de hand van die onderwerpen een toetsmatrijs opstellen die als basis dient voor het drie maal per jaar samenstellen van een UVT oude stijl, een UVT Ma1 en een UVT Ma2. Bepalen hoeveel vragen per onderwerp nodig zijn om toetsen automatisch te kunnen genereren waarbij de bestaande vragen worden meegenomen en eventueel geherformuleerd tot andere vraagtypen in TVO. Opdrachtgever Prof. Marijke van Dijk (GNK) en Dr. Tineke Westerveld (SUMMA) Financiering EMP gelden UU (adviseur COLUU) Planning Collegejaar 2014‐2015 Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Margreet Manrique MSc 21
3.
Kwaliteitszorg 3.1
Structurele taken
3.1.1 Basisdienstverlening voor de opleidingen van het Onderwijscentrum Korte omschrijving Het Expertisecentrum ondersteunt de uitvoering van de kwaliteitszorg voor alle opleidingen van het Onderwijscentrum. In het volgende schema is te zien welke activiteiten voor de verschillende opleidingen structureel worden uitgevoerd en volgens welke frequentie: CRU SUMM KGW BM BMS AC A W Ontwerp, distributie en verwerking + rapportage van evaluaties voor X X X X X X studenten en docenten (jaarlijks voor elk programmaonderdeel) Werkveldenquête X Organisatie panelgesprekken X X (volgens afgesproken frequentie) Notulen panel‐/lijngesprekken X (volgens afgesproken frequentie of op X X X1 aanvraag) Organisatie, agenda, inhoudelijke voorbereiding en notulen eindgesprekken X X (CRU: alle onderdelen, SUMMA: volgend op lijngesprek) Rapportages ten behoeve van managementcontracten, afstem‐ mingsoverleggen, balanced scorecard en X X X X X jaarverslag (jaarlijks) Coschapvisitatie affiliatieziekenhuizen ‐ CRU: 2 à 3 maal per jaar X X ‐ SUMMA eenmaal per drie jaar Alumni‐enquête ‐ CRU/SUMMA tweemaal per jaar ‐ KGW eenmaal per twee jaar 1
X
X
X
Bij KGW is de benaming ‘curriculumcommissievergaderingen’.
Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Andrea Fast MA, Sanne Ghielen, Laurens Huiskes, Christa de Jong, Anne Oosterbaan MSc, Petra Simon en Ben Steltman MSc (coördinatie) 22
3.1.2 Ondersteuning bij managementcontracten, afstemmingsoverleggen, balanced score card en jaarverslag Korte omschrijving Op basis van gegevens uit de evaluatieprocedures wordt input geleverd aan: ‐ de opleidingsdirecteuren ten behoeve van de jaarlijkse afstemmingsoverleggen tussen het Onderwijscentrum en de divisies; ‐ de divisies en directies die onderwijs verzorgen ten behoeve van hun managementcontracten; ‐ de Raad van Bestuur voor de Balanced Scorecard van oktober en het jaarverslag. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Anne Oosterbaan MSc, Sanne Ghielen 3.1.3 Ondersteuning bij opstellen kwaliteitsbeleid
Korte omschrijving Vanuit het Expertisecentrum wordt het opstellen en up‐to‐date houden van het Kwaliteitsplan van het Onderwijscentrum gecoördineerd. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Andrea Fast MA, Anne Oosterbaan MSc en Ben Steltman MSc (coördinatie) 3.1.4 Evaluatie ‘train de trainers’‐cursussen, docenttrainingen voor academische opleidingen en disciplineoverstijgende cursussen voor AIOS Korte omschrijving Het Expertisecentrum verzorgt de evaluatie van de ‘train de trainers’‐cursussen voor de medische vervolgopleidingen, docententrainingen van de academische opleidingen en disciplineoverstijgende cursussen voor AIOS. Hiervoor worden vragenlijsten gemaakt en de data worden vervolgens verwerkt tot kwantitatieve rapportages. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Sanne Ghielen 3.1.5 Bijdrage aan dOORkijk: intern kwaliteitszorgprogramma voor de medische vervolgopleidingen in de OOR Utrecht Korte omschrijving Het kwaliteitsteam van het Expertisecentrum is betrokken bij het kwaliteitsprogramma ‘dOORkijk’ waarin in OOR‐verband systematisch wordt gewerkt aan kwaliteitsverbetering van de Medische Vervolgopleidingen (MVO). Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Dr. Hanneke Mulder, Andrea Fast MA, Sanne Ghielen
23
3.1.6 Overige taken
Korte omschrijving Er wordt, tegen betaling, een aantal structurele taken uitgevoerd, namelijk: ‐ schriftelijke evaluatie van de bijeenkomsten van de werkgroep Professionalisering van Medisch Onderwijs in opdracht van de NVMO; ‐ schriftelijke evaluatie van het Centrale Introductie Programma (CIP) van het UMC Utrecht; ‐ digitale evaluatie van individuele loopbaanbegeleiding, training loopbaanoriëntatie en sollicitatie‐ en netwerktraining in opdracht van het Loopbaancentrum van het UMC Utrecht; ‐ schriftelijke evaluatie van de BROK (1‐ en 3‐daagse) cursus (Basiscursus Regelgeving en Organisatie voor Klinisch onderzoekers + hercertificeringscursus) van het UMC Utrecht; ‐ digitale evaluatie van de landelijke cursus Beeldvormende technieken voor AIOS Radiologie en digitale evaluatie van het landelijke blokonderwijs Radiologie voor AIOS; ‐ schriftelijke evaluatie van het cursorisch onderwijs voor AIOS bij interne geneeskunde; ‐ digitale evaluatie van de stages voor AIOS bij Interne Geneeskunde; ‐ schriftelijke evaluatie van de jaarlijkse Huisartsendag georganiseerd door de RvB van het UMC Utrecht; ‐ schriftelijke evaluatie van de jaarlijkse OOR‐dag georganiseerd door de afdeling MVO; schriftelijke evaluatie van de jaarlijkse Nascholing Kinderartsen georganiseerd door de divisie Kinderen. ‐ schriftelijke en digitale vragenlijst over de UMC‐coachingspool. Deelnemers (coachees) ontvangen een schriftelijke evaluatie, leidinggevenden een digitale vragenlijst; en ‐ schriftelijke evaluatie refereeravonden (10x/jaar) Jeugdgezondheidszorg en kindergeneeskunde en ‐ themaonderwijs binnen de medische vervolgopleiding Anesthesiologie. ‐ schriftelijke evaluaties van cursorisch onderwijs Vrouw en Baby Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Andrea Fast MA, Sanne Ghielen, Laurens Huiskes, Christa de Jong, Anne Oosterbaan MSc, Petra Simon en Ben Steltman MSc (coördinatie)
24
3.2
Eerder gestarte projecten die doorlopen in 2014/2015
3.2.1 Evaluatie opleidingsadvies Medische Vervolgopleidingen Korte omschrijving Meting van de tevredenheid over, door het adviesteam van de Medische Vervolgopleidingen (MVO), geboden opleidingsadviezen aan individuele opleiders. Ondersteuning vanuit het Expertisecentrum bestaat uit het geven van advies met betrekking tot de vormgeving van het evaluatie‐instrument en ondersteuning bij de verwerking van de data. Opdrachtgever Afdeling Medische Vervolgopleidingen (MVO) Financiering Door de afdeling Medische Vervolgopleidingen (MVO) Planning Dit project is gestart in 2013 loopt t/m 2015. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Andrea Fast MA en Sanne Ghielen
3.2.2 Bevorderen van kwaliteit van toetsing binnen de opleidingen van het Onderwijscentrum door de Commissie Kwaliteitszorg Toetsing (CKT) Korte omschrijving In het project wordt gekeken hoe de kwaliteit van toetsing voor de academische opleidingen het beste gewaarborgd kan worden, zodat de examencommissies een diplomagarantie kunnen afgeven. Dat betekent dat bepaald moeten worden welke randvoorwaarden gelden voor toetsing (beleid, bekwame docenten, faciliteiten etc.), welke elementen uit het toetsprogramma cruciaal zijn om garant te kunnen staan voor een terecht afgegeven diploma, hoe je de kwaliteit van die elementen kunt waarborgen, etc. De huidige werkwijze van de CKT wordt geëvalueerd met de CKT‐leden en de examencommissies en vergeleken met de uitkomsten van de hierboven geschetste inventarisatie. Opdrachtgever Commissie Kwaliteitszorg Toetsing (CKT) Financiering Educatieve Middelen Pool (EMP) uren van het Centrum voor Onderwijs en Leren (Universiteit Utrecht) (COLUU) Planning September 2013‐augustus 2014 Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Drs. Lisette van Bruggen 25
3.2.3. Programma OPEX Korte omschrijving Het programma OPEX bestaat uit twee projecten: het Onderwijs Service Punt (OSP) en de centrale front office Onderwijscentrum. De doelstelling van het OSP is één centraal informatiepunt binnen het Onderwijscentrum aan te bieden. De centrale front office Onderwijscentrum heeft als doel de mogelijkheden te onderzoeken tot het realiseren van een centrale klantingang. Opdrachtgever Het Onderwijscentrum (OWC) Financiering Door het Onderwijscentrum Planning Dit project is gestart in mei 2013 en wordt naar verwachting afgerond in 2015. In 2015 zal de vragenlijst opnieuw worden uitgezet. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Andrea Fast MA, Anne Oosterbaan MSc, Sanne Ghielen 3.2.4 Energiek@UMC Korte omschrijving In opdracht van de directie Personeel en Organisatie (dP&O) is in samenwerking met interne experts en een extern trainingsbureau een nieuwe training ontwikkeld voor leidinggevenden binnen het UMC Utrecht: Energiek@UMC. Het doel van de evaluatie is enerzijds een evaluatie van de twee aangeboden trainingsdagdelen, en anderzijds een nul‐ en effectmeting over de gehele training. Er wordt per peilmoment (nulmeting, dagdeel 1, dagdeel 2, effectmeting) een deelrapportage aangeleverd. Opdrachtgever Directie Personeel en organisatie (dP&O) Financiering Door de directie Personeel en Organisatie Planning De vragenlijsten zijn in augustus 2013 ontwikkeld. De effectmeting is in december 2013 verstuurd. Begin 2014 zal dit project worden afgerond. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Anne Oosterbaan MSc, Andrea Fast MA, Sanne Ghielen 3.2.5 Diverse projecten voor derden Het Expertisecentrum wordt regelmatig verzocht om (tegen betaling) externen te ondersteunen bij de uitvoering van evaluaties. Deze zijn voor dit jaarverslag niet verder gespecificeerd. 26
4. Onderwijstechnologie 4.1 Hoofdlijnen Voor de hoofdlijnen voor het taakgebied Onderwijstechnologie (OT) zijn op dit moment richting bepalend: 1.
Het Strategisch Plan 2010‐2015 van de directie Onderwijs en Opleidingen (voorheen dOO nu Onderwijscentrum). Hoofdlijn 4 hierin betreft ‘Innovatieve technologie in het onderwijs’ en hiervoor zijn twee doelen geformuleerd: a) Meer blended learning en meer ubiquitous learning b) Naar een papierloos toets‐ en evaluatietijdperk
2. Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT van het UMC Utrecht, waarbinnen projecten lopen binnen de volgende hoofdlijnen: a) E‐modules b) E‐simulaties c) E‐lectures d) E‐assessment e) Videoreflectie f) Innovatieve projecten 3. Het Visiestuk van prof.dr. Harold van Rijen, Onbegrensd leren 2020, the ‘UMC Utrecht Educational Landscape’. Hierin worden de volgende aandachtsgebieden onderscheiden: a) Blended Learning b) Online Onderwijs c) Innovatie en Validatie d) Docentprofessionalisering en ondersteuning e) Opleidingsomgeving van docenten en studenten f) Valorisatie Het Visiestuk zal mede bepalend zijn voor de focus van het taakgebied OT voor de jaren 2016‐ 2020. In de loop van 2015 wordt de verdere borging van de product‐ en ontwikkellijnen van Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT opgepakt binnen OT. De processen zoals opgezet binnen het programma zullen worden overgenomen binnen de staande organisatie. Dit sluit ook aan op de verdeling van het proceseigenaarschap binnen het Onderwijscentrum. Waarschijnlijk zal dit voor het aandachtsgebied e‐modules per 1 juli 2015 ingaan en voor e‐simulaties, e‐assessment en e‐lectures per 1 januari 2016. Voor e‐assessment vindt de coördinatie nu al plaats in de lijn, en wordt er binnen het digitaal toetsen breed overleg voortdurend afgestemd met de betrokkenen uit de staande organisatie (te weten coördinator TestVision Online, projectleider e‐assessment, hoofden van de afdelingen van het Onderwijscentrum en de projectleider uit het programma Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT van BLIMP(Blended Learning Implementatie), BYOD (Bring Your Own Device) en SLS (Studielandschap)). Ook de lijn Innovatieve projecten wordt binnen Onderwijstechnologie als aandachtsgebied overgenomen, om ook in de toekomst te kunnen blijven innoveren op het gebied van onderwijstechnologie. De aandachtsgebieden worden gecoördineerd door coördinatoren onder leiding van de programmaleider OT. Prof.dr. Harold van Rijen krijgt een functionele relatie met OT. De regiegroep van het programma OBL wordt ook 27
na afloop van het programma in stand gehouden om de afstemming tussen de opleidingen, OT en I&I te waarborgen. Hij wordt voorzitter van deze regiegroep per 1 januari 2016. Het taakgebied Onderwijstechnologie kent momenteel vijf hoofdlijnen, die goed aansluiten bij de bovengenoemde hoofdlijnen. Daarnaast wordt geprobeerd om de structurele en projectmatige activiteiten voor 2015 binnen ieder van de vijf OT‐hoofdlijnen zo goed mogelijk te laten aansluiten op de hoofdlijnen uit het Strategisch Plan 2010‐2015 van het Onderwijscentrum, bij de hoofdlijnen uit Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT van het UMC Utrecht, en bij het Visiestuk van prof.dr. Harold van Rijen. De vijf hoofdlijnen voor het taakgebied Onderwijstechnologie komen hieronder kort aan de orde. 4.1.1 Elektronische leeromgeving (ELO) Blackboard is een ELO waarin digitaal cursusmateriaal online wordt aangeboden door een samenwerkingsverband van faculteiten van de UU, waarin ook het UMC Utrecht participeert. Alle studenten en docenten (Geneeskunde [CRU en SUMMA], BMW, BMS, KGW en de UMC Utrecht Academie (voorheen: Opleidingscentrum) hebben via een Solis‐ID toegang tot de ELO. Deze ELO biedt verschillende mogelijkheden, zoals het plaatsen en toegankelijk maken van algemene cursusinformatie, blokboeken, collegepresentaties, videomateriaal, e‐lectures, opdrachten, toetsen, cijfers, evaluatieformulieren, discussie ‐ mogelijkheden en digitaal portfolio. Daarnaast is het mogelijk opdrachten en projecten digitaal in te leveren en hier desgewenst via de ELO over te discussiëren via een forum. Algemene doelen voor het gebruik van de ELO zijn: ‐ platform voor afstandsonderwijs in diverse vormen: continue voorziening van onderwijsmateriaal, cursusinformatie, nieuwe onderwijstoepassingen in de vorm van e‐learning (bv. casuïstiek, simulatie klinische handelingen), e‐lectures, e‐portfolio en digitaal toetsen (formatief); ‐ verhoogde interactiviteit tussen studenten onderling en student en docent door middel van synchrone en a‐synchrone communicatiekanalen; en ‐ studentenportal zoals genoemd in het strategisch plan van het Onderwijscentrum en het Onderwijs ICT programma. Het Blackboard practicum is met ingang van 2014 komen te vervallen. De onderwijskundige elementen komen terug in de tweedaagse training Digitale Didactiek. Daarnaast worden er instructiefilms ontwikkeld.
28
4.1.2 Digitaal toetsen/papierloos toetsen In de afgelopen jaren werden toetsen steeds vaker via het digitale toetsprogramma TestVision afgenomen. De Directie van het Onderwijscentrum heeft met ingang van 1 januari 2013 een sitelicentie afgesloten voor TestVision Online (de nieuwe versie van TestVision die ook voor vragenmakers webbased is). Deze licentie loopt tot 1 januari 2016. In het strategisch plan van het OWC is de ambitie opgenomen om in 2015 te komen tot een papierloos toetstijdperk. In het najaar van 2011 is door de Raad van Bestuur van het UMC Utrecht de strategienota Onderwijs en ICT goedgekeurd en is budget toegezegd voor de uitvoering van de eerste fase van deze nota. Digitaal toetsen is een van de projectpijlers in deze nota. Het aantal afnames is gegroeid van 160 in 2010 naar 260 in 2012. Aan de toetsen hebben in 2012 in totaal 5715 kandidaten deelgenomen (accounts). Inmiddels worden voor alle academische opleidingen en voor de opleidingen van digitale toetsen afgenomen. Het aantal kandidaten per toets varieert van een enkel individu (herkansers veelal) tot 150. In 2013 is een eerste pilot met 300 studenten gelijktijdig uitgevoerd. Docenten worden ondersteund bij gebruik van TestVision via de mogelijkheid van onderwijskundig en/of technisch advies en hadden ook de mogelijkheid om een docenttraining te volgen. Aanvankelijk was dit proces vooral vraaggestuurd, voor 2012 was echter de ambitie om (vanuit Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT) docenten actief te benaderen om hen te helpen hun toetsing te digitaliseren. Niet per definitie met TestVision, maar wel met als uitgangspunt dat de toetsafname papierloos wordt. De docenttraining is vanaf 2013 niet meer aangeboden. Het onderwijskundige deel over de meerwaarde en randvoorwaarden van digitaal toetsen is met ingang van 2014 ondergebracht bij de docenttraining Digitale Didactiek. Het instructiegedeelte over werken met TestVision wordt sinds eind 2013 online aangeboden. 4.1.3 Professionalisering van docenten op het gebied van ICT Voor docenten werkzaam bij de opleidingen van het UMC Utrecht zijn diverse workshops en trainingen ontwikkeld om ICT in het onderwijs toe te passen. Het gaat hierbij om een algemene oriëntatie op ICT onderwijstoepassingen (‘digitale didactiek’), het optimaal inzetten van de ELO en het digitaal toetsen met TestVision. Door docenten te professionaliseren kunnen zij verantwoorde keuzes maken over het al dan niet inzetten van ICT in het onderwijs. Doelen van ICT‐toepassingen zijn o.a. het bestaande onderwijs te moderniseren, de kwaliteit te verbeteren, afstandsonderwijs beter mogelijk te maken en beter aan te sluiten bij de belevingswereld van de studenten. Onder andere op basis van feedback is besloten om met ingang van 2014 alle onderwijskundige aspecten van het gebruik van ICT in het onderwijs samen te brengen in de training Digitale didactiek die daarvoor verlengd is t van één naar twee dagdelen. De resterende instructie onderdelen (‘knoppencursussen’) uit de training Digitaal toetsen met Testvision en het Blackboard practicum zijn omgezet worden van een klassikale instructie naar online instructievarianten. In 2013 is de training Digitale didactiek daarom herzien, geactualiseerd en uitgebreid. Sinds 2014 wordt de nieuwe versie van deze training viermaal per jaar aangeboden. Deze training gaat uit van het onderwijsconcept Blended Learning, waarin het combineren (blenden) van nieuwe digitale werkvormen en ‘traditionele’ werkvormen centraal staat. Er wordt ingegaan op de vraag hoe digitale leermiddelen optimaal kunnen worden ingezet in het onderwijs en wat de inzet van de e‐tool betekent voor het onderwijsproces binnen een cursus en het leerproces van de student. 29
Professionalisering is ook een aandachtsgebied van Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT (via het ondersteunende project BLIMP). Activiteiten op dit gebied worden onderling afgestemd tussen Onderwijstechnologie en het programma. 4.1.4 Ontwikkelen en inzetten van e‐learning, blended learning en simulaties E‐learning kan zowel ingezet worden voor studenten (binnen de opleidingen) als voor medewerkers (binnen de zorgafdelingen). Het ontwikkelen van e‐learning binnen zorgafdelingen gebeurt in opdracht van divisies. Het team Onderwijstechnologie werkt pro‐ actief door behoeften te peilen, mogelijkheden te presenteren en advies te geven. Het team Onderwijstechnologie constateert een toenemende interesse in het ontwikkelen en gebruiken van e‐learning. Tot voor kort waren de financiële middelen en mankracht beperkend maar Onbegrensd Leren, het programma Onderwijs ICT biedt ruime kansen om de ondersteuning uit te breiden en zo alsnog aan de behoefte te voldoen. Blended learning is de combinatie van digitaal en face‐to‐face onderwijs. In 2010 is het strategisch plan van de het Onderwijscentrum (voorheen de dOO) gepresenteerd waarin ‘Innovatieve technologie in het onderwijs’ een van de hoofdlijnen vormt. Het bevorderen van blended learning is een van de doelstellingen binnen deze hoofdlijn. Training van docenten is essentieel voor het bevorderen van blended learning. Dit concept is dan ook een belangrijk aandachtspunt in de docententraining ‘Digitale Didactiek’. 4.1.5 Mobiele technologie en ubiquitous learning Mobiele technologie begint steeds meer ingeburgerd te raken bij professionals, ook in de patiëntenzorg. Het onderwijs zal de ontwikkeling volgen en studenten voorbereiden op deze manier van communicatie en van raadplegen en vastleggen van informatie. Het onderdeel BYOD van Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT besteedt hier aandacht aan en adviseert de staande organisatie. 4.2 Structurele taken 4.2.1 Deelname aan Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT en borging in de lijn
Korte omschrijving In de periode dat Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT loopt ( 1 januari 2012 – 31 december 2015) zijn vrijwel alle OT‐medewerkers hier voor een gedeelte van hun aanstelling of voor hun gehele aanstelling bij betrokken. OT‐medewerkers werken mee aan de onderdelen e‐modules, e‐simulaties, e‐lectures, e‐assessment, BLIMP, video‐reflectie en innovatieve projecten: ‐ E‐modules: Vrijwel alle medewerkers van OT zijn betrokken bij het ontwikkelen van e‐ modules. In totaal zullen gedurende de loop van Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT circa 150 e‐modules worden opgeleverd. De ontwikkeling hiervan wordt uitgevoerd door medewerkers van OT. Vanaf 2014 vindt in het Onderwijscentrum (OT en I&I) ook borging van de e‐modules plaats. Per 1 juli 2015 zal de ontwikkeling van e‐ modules weer opgepakt worden door Onderwijstechnologie. Dit zal gecoördineerd worden door de projectleider e‐modules uit het programma, in de rol van coördinator e‐ modules/ e‐simulaties.
30
Sinds 2014 vinden updates plaats van de reeds opgeleverde e‐modules. Deze updates worden gecoördineerd en uitgevoerd binnen OT door de zelfde coördinator als hierboven vermeld. Ook de deelprojectleiders van de updates worden geleverd door OT alsmede de applicatie‐ontwikkelaar. De huidige ontwikkelaar wordt gedetacheerd vanuit de DIT. In 2015 wordt onderzocht hoe I&I een rol kan spelen bij het leveren van applicatie‐ ontwikkelaars voor de updates. ‐ E‐simulaties: Door medewerkers van OT is o.a. gewerkt aan e‐simulaties Medicatieoverdracht in de Keten. In 2014 is het simulatieplatform Medische Fysiologie opgeleverd en uitgebreid. E‐simulaties Klinisch Redeneren worden in 2015 verder ontwikkeld. Vanaf 2014 vinden updates plaats van de opgeleverde e‐simulaties, deze worden uitgevoerd door medewerkers van OT. Ook borging van de e‐modules vindt vanaf 2014 plaats in het Onderwijscentrum (OT en I&I) , dit zal in 2015 verder toenemen. ‐ E‐lectures: Door OT is in de periode 1 januari 2012 – 31 december 1 april 2014 meegewerkt aan meer dan 2200 opname‐uren van colleges in het kader van het programma Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT.In de grote collegezalen is in 2014 vaste opname‐apparatuur gerealiseerd. In 2015 wordt verder gewerkt aan de afscherming van opnamen en aan het realiseren van een database. ‐ E‐assessment: In de periode 1 januari 2012 – 31 december 2014 is 68 keer getoetst in het digitale toetsprogramma TestVision. Eind december 2014 wordt 54% van de toetsen digitaal afgenomen. Verdere uitbreiding vindt plaats in 2015. Van de onderdelen e‐modules, e‐simulaties, e‐assessment en e‐lectures wordt ook de projectleiding uitgevoerd door medewerkers van OT. Tot 31 december 2015 vormt deelname aan Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT daarom een omvangrijke structurele taak van het taakgebied Onderwijstechnologie. Betrokkenen vanuit EC Gedurende de duur van het programma zijn alle OT‐medewerkers voor minimaal een gedeelte van hun aanstelling bij het programma betrokken of betrokken geweest zodat optimale aansluiting (tussen de staande organisatie en Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT) en borging gerealiseerd wordt. 4.2.2 Coördinatie, ondersteuning en onderwijskundige advisering bij het gebruik van de Elektronische Leeromgeving (ELO) Korte omschrijving De (bio)medische opleidingen en de opleidingen van de UMC Utrecht Academie (voorheen: Opleidingscentrum) gebruikten tot 1 september 2012 de elektronische leeromgeving Blackboard Vista. Vanaf 1 september 2012 is de faculteit als onderdeel van de UU mee gemigreerd naar de nieuwe omgeving Blackboard 9.1. De leeromgeving is cruciaal bij het organiseren van het onderwijs en het digitaal beschikbaar stellen van cursusmateriaal. Elke opleiding kan per cursusblok een eigen cursusomgeving inrichten. De coördinatie betreft met name: ‐ aansturing en taakverdeling van het designerteam, bestaande uit medewerkers van Onderwijstechnologie en het Studielandschap; ‐ communicatie en overleg over o.a. gebruik en de wensen en behoeften van de afzonderlijke opleidingen van de Universiteit Utrecht en de UMC Utrecht Academie (voorheen: Opleidingscentrum). 31
‐ ondersteuning en onderwijskundige advisering gericht op docenten; deze is met de komst van Blackboard 9.1 per september 2012 uitgebreid. Er zijn rondom de migratie extra workshops georganiseerd om docenten te ondersteunen bij het gebruik van Blackboard 9.1. De hoeveelheid trainingen is in de loop van het jaar weer teruggebracht. Betrokkenen vanuit EC Drs. Fiona Slond (Blackboard‐coördinator), drs. Esther Christenhuis (backup coördinator), Ellen Torfs MSc (ELO‐designer), Lars van der Plank (ELO‐designer & beheerder) 4.2.3 Coördinatie, onderwijskundige advisering, begeleiding en ondersteuning bij het gebruik van TestVision (digitale toetsing) Korte omschrijving Het Expertisecentrum ondersteunt, adviseert en begeleidt docenten bij het afnemen van digitale toetsen met het programma TestVision Online. Deze advisering bestaat vooral uit het in overleg met de docent bepalen van voordelen en mogelijkheden van het omzetten van papieren toetsen naar digitale toetsen. Daarnaast wordt via diverse instructiemethoden docenten geleerd hoe zij zelf in het programma onderwijskundig verantwoorde digitale toetsen kunnen maken. Het functioneel beheer van TestVision wordt verzorgd door de afdeling Informatiemanagement en ICT (I&I). Zij regelen alles rondom databasebeheer, accountbeheer en logistiek van afname, uiteraard in nauwe samenwerking met de coördinator. Betrokkenen vanuit EC Drs. Lisette van Bruggen (onderwijskundig coördinator), drs. Margreet Manrique (onderwijskundige) 4.2.4 Actualiseren, organiseren en verzorgen van trainingen op het gebied van digitale didactiek Korte omschrijving Binnen het Expertisecentrum worden diverse docenttrainingen aangeboden (zie 5.1.1.). De trainingen die betrekking hebben op het gebruik van ICT in het onderwijs worden ontwikkeld en verzorgd door medewerkers van het team Onderwijstechnologie. In 2013 waren dat de trainingen Digitale didactiek in vogelvlucht en BlackBoard practicum. Deze trainingen zijn in 2013 herzien en geactualiseerd. Per 2014 zijn alle onderwijskundige aspecten van het gebruik van ICT in het onderwijs samengebracht in de training Digitale Didactiek die daarvoor verlengd is van één naar twee dagdelen. De resterende instructie onderdelen (knoppencursussen) zullen omgezet worden van een klassikale instructie naar online instructievarianten. Betrokkenen vanuit EC Drs. Esther Christenhuis, drs. Fiona Slond, drs. Maggy van Hoeij, Willemien de Haan MSc, drs. Margreet Manrique
32
4.2.5 Ontwikkelen van e‐learning applicaties en onderwijskundige advisering op het gebied van ICT in het onderwijs en de zorg Korte omschrijving In het onderwijs wordt steeds meer gebruik gemaakt van e‐learning. E‐learning is een breed begrip en omvat vele vormen van elektronisch leren. Een belangrijk kenmerk van e‐learning is dat er sprake is van interactie tussen de gebruiker en het programma. Het leren is interactief, de gebruiker kan informatie tot zich nemen, maar ook zelf interacteren met de lesstof. Er worden vanuit de opleidingen en de (zorg)divisies regelmatig vragen gesteld over de inzet van digitale tools in het onderwijs. Naar aanleiding van een vraag wordt een oriëntatiegesprek gevoerd waaruit onderwijskundig advies volgt. Dit kan gevolgd worden door een opdracht tot het ontwikkelen van een e‐learning module of een applicatie voor het onderwijs en/of de zorg. Tot 1 juli 2015 vindt bovengenoemde ontwikkeling plaats binnen Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT. Betrokkenen vanuit EC Team Onderwijstechnologie 4.2.6 Docentprofessionalisering en advisering op het gebied van ICT in Onderwijs Korte omschrijving Docentprofessionalisering kan plaatsvinden door middel van workshops (zie 4.1.3) en demo’s, maar ook door individuele advisering. Het team Onderwijstechnologie geeft advies over onderwijskundige en technologische aspecten van ICT in het onderwijs. Advies kan bestaan uit één of meerdere gesprekken (in de vorm van een onderwijsconsult), maar ook uit langere trajecten binnen een project. Betrokkenen vanuit EC Team Onderwijstechnologie 4.2.7 Schrijven van handleidingen met betrekking tot digitale leermiddelen voor eindgebruikers en het instrueren van eindgebruikers Korte omschrijving Bij een groot aantal digitale leermiddelen en toepassingen worden gebruikershandlei‐ dingen geschreven (zoals bij voorbeeld de gebruikershandleidingen voor Blackboard, stemsystemen, Camtasia, virtuele microscopie). Docenten krijgen instructie in het gebruik van digitale leermiddelen tijdens o.a. workshops (zie 4.1.4) of individuele instructie. Betrokkenen vanuit EC Team Onderwijstechnologie
33
4.2.8 Onderwijskundige advisering en instructie bij het gebruik van stemkastjes Korte omschrijving UMC‐medewerkers die stemkastjes willen gaan gebruiken (of dit overwegen) kunnen een demo/instructie over het gebruik van stemkastjes aanvragen. Tijdens de instructie kan ook advies worden gegeven over hoe de stemkastjes het beste kunnen worden gebruikt. In de loop van 2015 zal dit worden uitgebreid met advies over gebruik van stemsystemen zonder stemkastjes, in het kader van BYOD. Betrokkenen vanuit EC Willemien de Haan MSc 4.2.9 Ondersteuning bij het gebruik van video in de onderwijsstage van Geneeskunde, Biomedical Sciences, Klinische Gezondheidswetenschappen Korte omschrijving Jaarlijks volgen circa 30 semi‐artsen uit het schakeljaar van CRU een zesweekse onderwijsstage. Sinds 2010 kunnen ook KGW en BMS studenten een keuzeblok Leren Doceren (Onderwijstraining) volgen (zie 6.1). Tijdens de onderwijsstage maken studenten een video‐opname van een onderwijsmoment (practicum of werkgroep). Hieruit selecteren ze drie fragmenten waarop ze feedback krijgen. Studenten krijgen vooraf een instructie over het maken en bewerken van de opname en krijgen tips voor de keuze van video fragmenten. Betrokkenen vanuit EC Willemien de Haan MSc 4.2.10 Coördinatie van de opnames van colleges, en ondersteuning en onderwijskundige advisering bij het gebruik van online beeld‐ en filmmateriaal Korte omschrijving Sinds 2010 worden een groot aantal colleges opgenomen en via Blackboard beschikbaar gesteld voor studenten. Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT heeft dit onderdeel opgenomen in het programma tot eind december 2015. Dit biedt verschillende mogelijkheden voor studenten, zoals het voorbereiden van tentamens, het opfrissen van kennis uit eerdere cursussen en het inhalen van gemiste colleges. Daarnaast kan de docent kennisclips (korte opnamen van maximaal 10 minuten) inzetten als vervanging voor uitleg van basisbegrippen waardoor contacttijd verdiepend ingezet kan worden (Flipping the Classroom principe). Tot slot kan de docent opnames gebruiken als good practices of om te reflecteren op het eigen optreden. Colleges kunnen op twee manieren geregistreerd worden: 1. Weblectures: opnames kunnen worden gemaakt met het systeem MediaSite, (waarbij ook de docent zelf op video wordt opgenomen). Dit kan via de mobiele set of de vaste recorders in de grote collegezalen van het UMC Utrecht. Er is voor het bedienen van de camera in de grote collegezalen een studentenpool beschikbaar (5 studenten) die de opnamen vanuit de regieruimte verzorgt. 2. Screencasts: Met het programma Camtasia kan de docent het college zelf opnemen (scherm + geluid). Hiervoor is instructie beschikbaar, zowel online als in de vorm van een instructie op papier in de collegezalen.
34
Beide typen opnamen worden opgeslagen op de Mediasite server waardoor een grote database met opnamen ontstaat. Daarbij neemt ook de verwerkingstijd van een screencast af. De coördinatie van het maken van de opnames en het bewerken van de opnames wordt verricht door medewerkers van het team Onderwijstechnologie die gedetacheerd zijn naar het Onbegrensd Leren, programma Onderwijs ICT. Ook het verwerken en online zetten van beide vormen gebeurt door een medewerker van het team Onderwijstechnologie. Betrokkenen vanuit EC Drs. Esther Christenhuis, Willemien de Haan MSc, Lars van der Plank en een technisch onderwijsassistent 4.3
Eerder gestarte projecten die doorlopen in 2014/2015
4.3.1 EMP‐project Academische vaardigheden Korte omschrijving EMP Academische Vaardigheden: Inrichten van een Blackboard‐community Academische Vaardigheden en Professionaliteit (AVP) die tijdens de hele opleiding Geneeskunde door studenten en docenten kan worden gebruikt. Opdrachtgever Prof.dr. Marijke van Dijk (GNK) Financiering EMP gelden UU (adviseur COLUU) Planning In 2015 loopt dit EMP‐project door om de zoekfunctie binnen de community te verbeteren en de informatie in de community verder uit te breiden. Hiertoe is de wiki in de BB‐ community in 2014 vervangen door een website. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Drs. Esther Christenhuis
35
4.4
Projecten die starten in 2014/2015
4.4.1. Stemmen zonder kastjes (project van het Utrechts Stimuleringsfonds, facultaire deel) Korte omschrijving Er wordt een verkennend technisch en didactisch onderzoek uitgevoerd om te komen tot een nieuw, op internet gebaseerd stemsysteem voor grootschalig onderwijs, gebruikmakend van devices (bijv. smartphone of laptop) van de deelnemers. Het moet een eenvoudige, onderhoudsarme en breed inzetbare vervanging worden voor de stemkastjes die op dit moment beschikbaar zijn. Op basis van de keuze voor een bepaald systeem zal eveneens een handleiding worden geschreven voor het technisch en didactisch gebruik, die ook in workshop‐ of cursusvorm zal worden aangeboden. Opdrachtgever Prof.dr. Harold van Rijen (OWC) Financiering Utrechts Stimuleringsfonds Onderwijs (2014) Planning Augustus 2014‐zomer 2015 Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Willemien de Haan Msc en Dr. Ellen Easton
36
5. Professionalisering van docenten en opleiders 5.1 Structurele taken 5.1.1 Ontwikkeling en uitvoering van UMC Utrecht docententrainingen voor bachelor‐ en masteropleidingen Korte omschrijving In 2013 werden de docententrainingen aangeboden die staan vermeld in onderstaand overzicht. Deels werden die verzorgd door trainers vanuit het Expertisecentrum. Op de laatste training na werden alle trainingen georganiseerd door het Expertisecentrum. Het aantal inschrijvingen voor de docententrainingen lijkt zich langzaam te stabiliseren. In 2012 waren er in totaal 404 inschrijvingen voor de docenttrainingen, in 2013 waren dat er 368. In 2012 zijn 34 trainingen gegeven (dit komt door o.a. extra Blackboard trainingen), in 2013 waren dit 30 trainingen. De gemiddelde waardering voor de trainingen neemt over het algemeen licht toe. Cursus
Onderwijs in kleine groepen Basistraining medisch onderwijs en het Utrechts Geneeskunde Curriculum Professioneel gedrag: beoordelen en feedback geven Effectief Klinisch onderwijs
Verzorgd
Aantal Gem. deelnemers waardering
5x
62
8,0
2x
30
8,0
4x
49
7,7
2x
29
7,7
Toetsing I: toetsvragen schrijven
4x
57
8,0
Toetsing II: coördinatie van toetsing
2x
21
8,4
Blackboard practicum
6x
54
7,6
Digitale Didactiek in vogelvlucht
3x
36
7,5
Beoordelen van papers, scripties en werkstukken
2x
30
7,8
Totaal Extra, gefinancierd vanuit Onbegrensd Leren: Intervisie met videoreflectie Extra, gefinancierd vanuit BMW: Activerende werkvormen
30
368
1x
5
7,6
1x
21
7,9
Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Drs. Lisette van Bruggen (coördinator en docenttrainer), drs. Tom Fick (tot September 2014), drs. Marian Wolters, drs. Fiona Slond, drs. Ellen Torfs (tot 1 januari 2015), drs. Esther Christenhuis (docenttrainers), Manon Sakkers, Audrey Voerman en Susan de Heer (ondersteuning)
37
5.1.2 Ontwikkeling en uitvoering van trainingen voor de medisch specialistische vervolgopleidingen Korte omschrijving Vanuit het Expertisecentrum is meegewerkt aan de volgende trainingen: Teach the Teachers IA – basistraining MVO (medische vervolgopleidingen). Deze eendaagse training is bedoeld voor leden van opleidingsgroepen en (plv.) opleiders en is ontwikkeld in het kader van de modernisering van de medische vervolgopleidingen. Teach the Teachers IB – vervolgmodule MVO (medische vervolgopleidingen) Deze eendaagse module, als vervolg op de basismodule, is bedoeld voor leden van opleidingsgroepen en (plv.) opleiders. De modules IA en IB vormen samen de “ingangseis” voor Teach the Teachers II en/of III. Teach the Teachers II Deze tweedaagse training is bestemd voor opleiders en plaatsvervangend opleiders. In ‘Teach the Teachers II – competentiegericht opleiden’ staat het opleiden en toetsen op de werkplek centraal. Teach the Teachers III Deze tweedaagse training is bestemd voor opleiders en plaatsvervangend opleiders. In ‘Teach the Teachers III’ staat de opleider als regisseur van de opleiding centraal. In 2013 zijn de volgende trainingen en workshops verzorgd (deels met trainers vanuit het Expertisecentrum; allemaal georganiseerd door het Expertisecentrum): Training Teach the Teachers IA ‐ basis Teach the Teachers IB ‐ vervolg Teach the Teachers II Teach the Teachers III Workshop Begeleiden van AIOS in moeilijkheden Workshop Selectiegesprekken Totaal
14x 8x 2 x 1 x
Waardering gemiddeld 8,0 8,0 8,3 8,5
Deelnemers OOR Utrecht 174 101 32 16
1 x
8,0
9
8,0
6 338
Verzorgd
Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Dr. Hanneke Mulder (trainer en lid Managementteam Opleidersprofessionalisering), Manon Sakkers (lid Managementteam Opleidersprofessionalisering en coördinator organisatie) en drs. Tom Fick (trainer; tot september 2014; daarna op free lance basis) De ontwikkeling en organisatie van deze trainingen voor de medische vervolgopleidingen gebeurt onder regie van prof. dr. Edith ter Braak (voorzitter Managementteam Opleidersprofessionalisering, hoofd afdeling Medische Vervolgopleidingen, internist en hoogleraar Professionalisering van Medisch Onderwijs in de Patiëntenzorg).
38
5.1.3 Organisatie en uitvoering onderwijskwalificaties Korte omschrijving Het Expertisecentrum is verantwoordelijk voor het organiseren van het proces rondom de onderwijskwalificaties. Het gaat hier om het geven van voorlichting en informatie over de eisen aan een onderwijskwalificatie, de begeleiding van docenten in trajecten voor de Basis Kwalificatie Onderwijs (BKO) en de Senior Kwalificatie Onderwijs (SKO) en de beoordeling van onderwijsportfolio’s. In 2012 is een start gemaakt met een plan om het traject verder te verbeteren met name qua proces. Dit is in 2013 gecontinueerd. Zo zijn er vier korte themabijeenkomsten van één uur georganiseerd waarin kandidaten met elkaar sparren over didactische onderwerpen op basis van de eindtermen van de BKO/SKO, is de handleiding herschreven waarbij overlap in de eindtermen is verwijderd, is een nieuw portfoliomodel ontwikkeld voor kandidaten en is een plan opgesteld om de Raad van Beoordelaren meer te uniformeren en te professionaliseren. Dit traject wordt uiteraard ook in 2014 en 2015 gecontinueerd. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Drs. Lisette van Bruggen (coördinatie en onderwijskundige begeleiding), drs. Tom Fick (onderwijskundige begeleiding), Audrey Voerman (ondersteuning en organisatie) 5.1.4 IMEX Korte omschrijving Sinds oktober 2006 draait het IMEX programma (International Medical Educators Exchange). Het betreft een internationaal uitwisselingsprogramma voor docenten in het medisch onderwijs met werkbezoeken aan Halifax, Montreal, Stockholm, Londen en Utrecht. Sinds 2014 heeft de groep zich uitgebreid met de University of Nicosia (Cyprus) en in 2015 zal de University of Leeds (UK) zich ook aansluiten. De totale cyclus van site visits neemt 1,5 jaar in beslag. Geplande activiteiten 2014 In 2014 worden er twee site visits georganiseerd: ‐ McGill University, Montreal, Canada van 26 ‐ 30 mei (7 deelnemers); en ‐ UMC Utrecht, Utrecht, Nederland, van 27‐31 oktober (8 deelnemers). De jaarlijkse vergadering van de IMEX Board zal in augustus 2014 plaatsvinden in Milaan, Italië tijdens het jaarlijkse AMEE Congres. Geplande activiteiten 2015 In 2015 worden er twee site visits georganiseerd: ‐ University of Nicosia, Nicosia, Cyprus van 15 ‐ 21 maart en; ‐ Dalhousie University, Halifax, Canada, datum wordt nog bepaald. De jaarlijkse vergadering van de IMEX Board zal in augustus 2015 plaatvinden in Glasgow, Schotland tijdens het jaarlijkse AMEE Congres.
Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Prof.dr. Olle ten Cate (coördinator/IMEX chair), Linda Molman (IMEX assistant)
39
5.1.5 Teaching Scholars Programma Korte omschrijving Het Expertisecentrum biedt sinds september 2013 een Teaching Scholars Programma (TSP) aan voor maximaal 12 ervaren docenten met belangstelling voor een carrière in onderwijs of opleiding. Het programma bestaat uit 16 maandelijks bijeenkomsten van 4 uur verspreid over twee jaar, waarin thema’s en literatuur uit het (medisch) onderwijs diepgaand worden besproken. Daarnaast voert iedere deelnemer een ontwikkelings‐ of onderzoeksproject uit dat leidt tot een publicatie in een internationaal medisch onderwijskundig tijdschrift en een bijdrage op een internationaal medisch‐onderwijs congres. Het tijdsbeslag bedraagt twee jaar lang circa een dag in de week en het traject leidt tot een Postgraduate Certificate in Health Professions Education. Het programma heeft een cyclisch karakter en de instroom is 2x per jaar (september en februari), met aanmeldingen voor 1 april en 1 november. Opdrachtgever n.v.t. Financiering Voor 2013‐2015: Universitair Stimuleringsfonds Onderwijs Planning Cyclisch programma voor onbepaalde tijd. Er is instroom gepland per september 201 (8), september 2014 (2), februari 2015 (2), september 205 (3). De eerste cohort zal in de zomer van 2015 TSP afronden. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Leiding: Prof. dr. Olle ten Cate. Overige betrokkenen zijn prof. dr. Jan van Tartwijk (COLUU‐ UU), dr. Marieke van der Schaaf (Onderwijskunde UU).
5.1.6 Onderwijscolloquia Korte omschrijving Jaarlijks worden circa één keer per twee maanden onderwijscolloquia georganiseerd. De onderwerpen betreffen actuele ontwikkelingen op het gebied van (bio)medisch onderwijs. De vorm is altijd interactief, met een belangrijke participatie door docenten, studenten en beleidsmakers. Waar mogelijk worden gastsprekers uit binnen‐ en buitenland uitgenodigd. In 2014 worden vijf onderwijscolloquia georganiseerd: ‐ Skills en simulatie (januari 2014) ‐ Opleiden van de onderzoekers van de toekomst (maart 2014) ‐ Beoordelen van wetenschappelijke stages en scripties (september 2014) ‐ Lottery versus selection for the admission to medical school (oktober 2014) ‐ Research ethics (december 2014) Ook in 2015 zullen ongeveer vijf onderwijscolloquia worden georganiseerd. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Prof. dr. Olle ten Cate (voorzitter) 40
5.2
Eerder gestarte projecten die doorlopen in 2014/2015
5.2.1 MSF voor docenten Korte omschrijving De kwaliteit van de docent is een belangrijke factor in de kwaliteit van het onderwijs. De afgelopen twee jaar is gewerkt aan het ontwikkelen van een Multisource Feedback instrument specifiek voor docenten. Deze MSF voor docenten is bedoeld om globale feedback te krijgen van meerdere partijen (collega’s en studenten) op de verschillende taken die een docent kan hebben (colleges geven, werkgroepen begeleiden, stages begeleiden etc.). Met deze feedback kan de docent zijn eigen sterke en verbeterpunten in kaart brengen en dan bijvoorbeeld gerichter kiezen voor het volgen van bepaalde scholing, aandachtspunten benoemen voor een observatie door een collega of een specifiek onderwijsconsult aanvragen. Hij of zij kan de resultaten natuurlijk ook gebruiken in het BKO‐ of SKO‐portfolio ter ondersteuning van de persoonlijke reflectie. De MSF voor docenten is als web applicatie ontwikkeld en zal worden geïmplementeerd in het traject van de onderwijskwalificaties. Opdrachtgever Expertisecentrum via prof. dr. Olle ten Cate Financiering Ontwikkeld met subsidie vanuit het Onderwijs ICT Programma Onbegrensd Leren Planning Oorspronkelijke planning bij de aanvraag was april‐november 2012. Omdat de ontwikkeling echter veel complexer was dan vooraf verwacht, heeft het project bijna anderhalf jaar vertraging opgelopen. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Prof.dr. Olle ten Cate en drs. Lisette van Bruggen (projectleider) 5.2.2 Verbeteren van de onderwijskwaliteit door middel van feedback voor de individuele docent Korte omschrijving De kwaliteit van de individuele docent is een belangrijke factor voor een goede kwaliteit van onderwijs. In dit project worden eenvoudig toegankelijke instrumenten ontwikkeld en verzameld die door een individuele docent gebruikt kunnen worden om zijn of haar onderwijskwaliteit in kaart te brengen. De informatie afkomstig uit deze instrumenten stelt de individuele docent in staat gericht acties te ondernemen ter verbetering van zijn of haar functioneren. De feedback instrumenten worden toegankelijk gemaakt via één overzichtelijke website. Ook worden docenten via pilots geholpen bij het gebruiken van de instrumenten en het vertalen van de feedbackresultaten in activiteiten die leiden tot verbetering van hun functioneren als docent. Het project wordt samen met de faculteit Diergeneeskunde uitgevoerd. Opdrachtgever Prof.dr. Anton Pijpers (Decaan faculteit Diergeneeskunde, Universiteit Utrecht) Financiering 41
Utrechts Stimuleringsfonds Onderwijs 2013 Planning Augustus 2013 – Oktober 2015 Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Ben Steltman MSc en drs. Lisette van Bruggen (leden projectteam) 5.2.3 Videoreflectietraining voor ervaren (plaatsvervangend) opleiders Korte omschrijving De afdelingen Medische Vervolgopleidingen (MVO), het EC en het project ‘Videoreflectie’ van het Programma Onbegrensd Leren werken sinds de zomer van 2013 samen aan de ontwikkeling van een videoreflectietraining voor ervaren (plaatsvervangende) opleiders. Het is een individueel traject waarin de opleiders na een intakegesprek zelfstandig en in twee gesprekken met een arts‐communicatietrainer reflecteren op de plannings‐, voortgangs‐ en beoordelingsgesprekken die zij zelf voeren met de AIOS en die zij op video hebben vastgelegd. Uitgangspunt voor de training zijn ontvangen feedback en eigen leerdoelen van de opleider. De training is geaccrediteerd. Opdrachtgever Het Managementteam Opleiders Professionalisering (MOP), voorzitter: prof. dr. Edith ter Braak Financiering De ontwikkeling van de training en de uitvoering van de pilot met drie opleiders worden gefinancierd vanuit het Programma Onbegrensd Leren. Planning Medio 2014 start een pilot met 3 opleider. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Drs. Marian Wolters (voorbereiding en uitvoering pilot), dr. Hanneke Mulder (betrokken bij voorbereiding project), Manon Sakkers (ondersteuning bij organisatie, administratie en aanvragen van accreditatie)
42
5.3
Projecten die starten in 2014/2015
5.3.1 Ontwikkelen Teach the Teachers IC Korte omschrijving Teach the Teachers IC; eendaagse training voor leden van opleidingsteams, supervisoren en (plaatsvervangend) opleiders met als thema’s Mentoring en Opleiden in algemene competenties. Opdrachtgever Het Managementteam Opleiders Professionalisering (MOP), voorzitter: prof. dr. Edith ter Braak Financiering Budget afdeling MVO Planning Het streven is de training in het voorjaar van 2015 als pilot aan te bieden. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Dr. Hanneke Mulder (lid Managementteam Opleiders Professionalisering, bijdrage aan ontwikkeling inhoud training), Manon Sakkers (lid Managementteam Opleiders Professionalisering, organisatie en accreditatie training). 5.3.2 Ontwikkelen Teach the Teachers IV Korte omschrijving Teach the Teachers IV; eendaagse training voor (plaatsvervangend) opleiders met als thema’s kwaliteitszorg, wet‐ en regelgeving en samenwerking/overdracht binnen het cluster. Opdrachtgever Het Managementteam Opleiders Professionalisering (MOP), voorzitter: prof. dr. Edith ter Braak Financiering Budget afdeling MVO Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Dr. Hanneke Mulder (lid Managementteam Opleiders Professionalisering, bijdrage aan ontwikkeling inhoud training, beoogd trainer), Manon Sakkers (lid Managementteam Opleiders Professionalisering, organisatie en accreditatie training).
43
5.3.3 Supporting educational careers in a university medical center Korte omschrijving The aims of this project are (a) to improve the visibility of teaching quality through better metrics, (b) to propose a better informal and formal award structure for high quality teaching, (c) to strengthen career paths in education, (d) to redefine the policy on teaching qualifications in relation to different teaching tasks. Opdrachtgever Prof. Dr. J.W. Lammers Financiering Utrechts Stimuleringsfonds gelden UU (incl. adviseur COLUU) Planning Collegejaar 2015‐2016 Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Prof. dr. Olle ten Cate en drs. Lisette van Bruggen 5.3.4 Evaluatie van de effecten van strategisch beleid rond docentprofessionalisering
Korte omschrijving Het project moet leiden tot een goed inzicht in de effecten van de vernieuwingen rondom faculty development binnen het UMC Utrecht, met als doel om generaliserende conclusies te trekken die niet alleen voor het UMC maar ook voor andere faculteiten nuttig zijn over de meest effectieve vernieuwingen die hebben plaatsgevonden. Opdrachtgever Prof. Dr. J.W. Lammers Financiering EMP gelden UU (adviseur COLUU) Planning Collegejaar 2015 ‐ 2016 Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Drs. Lisette van Bruggen‐Taverne
44
5.3.5. Uniformer beoordelen van (digitale) BKO – SKO portfolio’s (project van het Utrechts Stimuleringsfonds, facultair deel). Korte omschrijving Binnen de huidige Raad van Beoordelaren is een vaste kern van 10‐15 personen die het meest actief is in het traject van onderwijskwalificaties. Verkleinen van de Raad door die vaste kern om te vormen naar een echte commissie verhoogt waarschijnlijk de effectiviteit van het beoordelingsproces en maakt het uniformeren van de beoordelingen makkelijker. Opdrachtgever Academische opleidingen (GNK, BMW, KGW) Financiering Utrechts Stimuleringsfonds gelden UU (adviseur COLUU) Planning Collegejaar 2015‐2016 Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Drs. Lisette van Bruggen‐Taverne
45
6. Onderwijskundige scholing en begeleiding van studenten 6.1 Onderwijsstages Korte omschrijving Jaarlijks volgen circa 35 semi‐artsen uit het schakeljaar (M3 CRU) een zesweekse onderwijsstage en ontvangen zij een Studenten Onderwijskwalificatie (StOK). Waardering van het onderwijs van het Expertisecentrum uit evaluatie Onderwijsstage 2013‐14: overall studentenoordeel OWS: 7,8 (N=35). In 2014 en 2015 zijn geen essentiële wijzigingen voorzien. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Prof. dr. Olle ten Cate (docent/begeleider en coördinator/examinator), Drs. Anne Oosterbaan en drs. Ben Steltman (docent/begeleider) 6.2 Onderwijstraining Korte omschrijving In het START‐blok van het schakeljaar ontvangen alle semi‐artsen (250‐300) een week onderwijstraining. Onderdeel daarvan is het verzorgen van een KLO‐les in het tweede studiejaar CRU als consulent. Waardering van het onderwijs van het Expertisecentrum uit evaluatie Onderwijstraining Startblok 2013‐2014: overall studentenoordeel OWT: 7,1 (N=131). In 2014 en 2015 zijn beperkte wijzigingen/verbeteringen voorzien. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Prof. dr. Olle ten Cate (subcoördinator voor de onderwijstraining binnen het START‐blok), drs. Ben Steltman, junior docenten drs. Maria van Loon (2014), drs. Walijne Nissen (2014), drs. Savannah van Dijk (2015) (praktische coördinatie) 6.3 Klinisch lijnonderwijs Jaar 2 Korte omschrijving Het Expertisecentrum is verantwoordelijk voor het Klinisch Lijnonderwijs van het tweede studiejaar geneeskunde. Dat omvat 9 bijeenkomsten van 2 uur voor 24 groepen van 12‐14 studenten (KLO) in de periode september t/m maart, alsmede 16 grootschalige klinische lijncolleges (KLC) door ervaren clinici en twee elektronische toetsen. De kleinschalige KLO bijeenkomsten worden begeleid door 6ejaars semi‐artsen in het kader van hun onderwijstraining. Waardering van het onderwijs van het Expertisecentrum uit evaluatie KLO 2013‐14: overall studentenoordeel KLO: 7,4 (N=258); KLC: 6,5 (N=237). Naast de doorlopende verbeteringen worden geen essentiële wijzigingen in het onderwijs voorzien. In 2014 wordt vooralsnog overgestapt naar toetsing via TestVision. Indien dat bevalt dan blijft dat het platform.
46
Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Prof. dr. Olle ten Cate (examinator), junior docenten drs. Maria van Loon (2014), drs. Walijne Nissen (2014), drs. Savannah van Dijk (2015) (praktische coördinatie)
47
7. Onderzoek van onderwijs 7.1 Hoofdlijnen van onderzoek Hoofdlijnen van onderzoek in het Expertisecentrum zijn: 1. verticale integratie; 2. determinanten van het succes van de arts in opleiding; en 3. de Medische Vervolgopleiding. 7.1.1 Verticale integratie in het medisch curriculum Verticale integratie kan worden omschreven als de ontwikkeling in het medisch curriculum waarbij het klinisch, patiëntgebonden onderwijs zich verplaatst naar een vroege fase en het van oudsher als 'basisvakken' of 'pre‐klinisch onderwijs' aangeduide deel van de opleiding meer naar de latere jaren verschuift. Verticale integratie verweeft de einddoelen van de opleiding met de traditioneel vroeg in de opleiding gedoceerde vakken. Deze ontwikkeling doet zich momenteel voor in veel medische opleidingen, zowel in Nederland als daarbuiten. Het heeft grote implicaties voor de plaats en functie van 'basisvakken' in de opleiding, naar inhoud, kwaliteit en lokalisatie. Het beperkt zich echter niet tot onderzoek op het terrein van de biomedische basisvakken; ook de training van klinische vaardigheden kan meer of minder 'verticaal geïntegreerd' zijn. Het schakeljaar heeft kenmerken van verticale integratie waar het gaat om grotere verantwoordelijkheid en zelfstandigheid dan in de eerste jaren. De onderzoeksvragen beperken zich niet tot de artsopleiding. Ook het effect van verticale integratie op de transitie naar de medische vervolgopleidingen past hierin. Het onderzoeksgebied vertoont raakvlakken met andere onderzoeksterreinen uit onderwijskunde en psychologie, met name leren in de context (situated learning en constructivisme), expertiseontwikkeling en ontwikkeling van vermogen tot klinisch redeneren (clinical reasoning). 7.1.2 Determinanten voor het carrièreverloop van de arts in opleiding Succes in carrièreverloop van de arts in opleiding, vanaf de allereerste start tot na de voltooiing van een vervolgopleiding tot specialist, huisarts of sociaal‐geneeskundige, is van veel factoren afhankelijk. Onderwijs is er daar één van, naast persoonlijke capaciteiten en voorkeuren. Vragen als 'waarom doet de één het beter in de opleiding en het latere beroep dan de ander?' en 'wat bepaalt het tempo en de richting waarin de persoonlijke (studie)loopbaan zich ontwikkelt?' kunnen helpen bij het optimaal inrichten van de opleiding. Zo is bekend dat kenmerken van beginnende studenten Geneeskunde niet of nauwelijks voorspellen hoe snel en goed zij zullen studeren, laat staan hoe zij zullen functioneren in het beroep. Dat wil niet zeggen dat er geen determinanten zijn. Enerzijds moet gezocht worden naar verbetering van methodologie, anderzijds zijn er determinanten die in de loop van de studie een rol gaan spelen. Het onderzoek in deze hoofdlijn heeft dan ook in belangrijke mate een longitudinaal karakter. Tot het determinantenonderzoek behoort de exploratie van factoren die bepalend zijn voor specifieke beroepskeuze en de determinanten die de transitie van basis‐ naar vervolgopleiding faciliteren, waaronder effecten van een schakeljaar. In het bijzonder wordt nagegaan welke rol de vormgeving van het onderwijs speelt als determinant voor het carrièreverloop. Motivatie, als onafhankelijke en afhankelijke variabele, speelt daarin een belangrijke rol. 48
Ook behoort daartoe de ontwikkeling en de impact van bestaande en nieuwe studiepaden voor het behalen van het artsdiploma, mede als gevolg van de BaMa‐structuur. 7.1.3 De Medische Vervolgopleiding Het onderzoek in de hoofdlijn Medische Vervolgopleiding richt zich in het bijzonder op de operationalisatie van ‘competency‐based training, assessment and curriculum development’. De vraag is hoe competentiegericht opleiden, sinds enkele jaren een gegeven in de medische vervolgopleiding, het best vormgegeven kan worden. Het concept Entrustable Professional Activity speelt in curriculumontwikkeling en het onderzoek op dit terrein een centrale rol.
7.2 Overig onderwijsonderzoek Er zijn in 2013 verschillende studies uitgevoerd die niet onder bovenstaande noemers vielen. Zie hiervoor de publicatielijst 2013 (7.7 Publicaties 2013). 7.3 Begeleiden en uitvoeren van promotieonderzoek Prof. dr. Olle ten Cate, hoogleraar medische onderwijskunde, is eerste of tweede promotor van alle promovendi die (mede) worden begeleid vanuit het Expertisecentrum voor Onderwijs en Opleiding . In vrijwel alle gevallen is er sprake van een tweede promotor buiten het EC, en soms buiten het UMC Utrecht. Hoogleraren met een onderwijsleerstoel of onderwijsgerelateerde leerstoel die hierbij betrokken zijn, zijn prof. dr. Jan van Schaik, prof. dr. Marijke van Dijk, prof. dr. Harold van Rijen, prof. dr. Ronald Bleys. Dr. Eugene Custers van het EC heeft een adviserende functie en treedt soms op als copromotor. Onderwijsonderzoek wordt daarnaast verricht door promovendi zonder promotor in Expertisecentrum en wel binnen de leerstoelen van prof. dr. Edith ter Braak, prof. dr. Dick de Wildt en prof. dr. Koos Brouwers.
49
Het Expertisecentrum heeft een beperkte vaste formatie voor wetenschappelijk onderzoek beschikbaar voor de promovendibegeleiding.
Naam promovendus/promovenda
Geplande promotiedatum
drs. Cécile Ravesloot
2015
drs. Monica van de Ridder
2015
drs. Inge Pool
2015
Karen Hauer MD (UCSF)
2015
Carrie Chen MD (UCSF)
2015
Lauren Maggio MSc (Stanford University)
2015
John Young MD (Hofstra U, New York)
2015 of 2016
drs. Anouk van der Gijp
2016
drs. Sjoukje van den Broek
2016 of 2017
drs. Sophie Querido (KNMG)
2017
drs Rianne Bouwmeester
2016
Justin Sewell MD (UCSF)
2018
Judith Bowen MD (U of Oregon)
2019
Jody Steinauer MD (UCSF)
2019
De samenwerking met University of California San Francisco (UCSF) is geformaliseerd met de aanstelling van prof. dr. Th.J. ten Cate als adjunct full professor of medicine bij UCSF sinds april 2012. In 2015 zullen vier nieuwe promovendi starten in het UMCU‐UCSF Collaborative Doctoral Program. 7.4 Cyclus Theorie en Literatuur van Medisch Onderwijs In de Training and Supervision Agreement (Opleidings‐ en begeleidingsplan) voor promovendi in het UMC Utrecht is sinds 2008 opgenomen dat iedere promovendus/a voor 20 ECTS aan eigen scholing volgt. Voor een omvang van 4 ECTS wordt dit centraal aangeboden (zoals Engels, Presentatie); de rest moet vakspecifiek worden ingevuld. Voor promovendi in medisch onderwijskundig onderzoek is er thans geen specifieke scholing. Een Cyclus Theorie en Literatuur van Medisch Onderwijs, (CTL) die in 2010 van start is gegaan, voorziet gedeeltelijk in deze scholingsbehoefte. Er is sprake van een maandelijkse bijeenkomst (op een vaste dag van 15.00‐18.00 uur) waarin belangrijke, voor het medisch onderwijs relevante literatuur wordt gerefereerd en besproken. De cyclus bestaat in totaal uit 27 sessies, verspreid over 3 jaar, met een totale studielast van 10 ECTS (ca. 280 uur studiebelasting) en gegroepeerd in 3 sessies per hoofdthema. De doelgroep wordt gevormd door de promovendi. De begeleiding ligt bij de senior staf van het Expertisecentrum. De deelnemers wordt gevraagd om een zeer actieve bijdrage in de vorm van literatuurstudie voor ieder bijeenkomst en een referaat eens per 3 maanden.
50
7.5
Internationale samenwerking in onderzoek
In 2024‐2015 is sprake van actieve internationale samenwerking, gericht op publicaties, met onder meer: ‐ University of California San Francisco, USA (Irby, O’Sullivan, O’Brien, Teherani, Boscardin, Hauer, Chen, Young, Maggio); ‐ International CBME collaborators, Ottawa, Canada (o.l.v. Frank en Snell); ‐ Charité Universteit Berlijn (Peters) 7.6 UMCU‐UCSF Doctoral Seminar UCSF promovendi volgen niet de CTL bijeenkomsten in Utrecht, maar een vergelijkbare maandelijkse bijeenkomst in San Francisco, waaraan de Utrechtse promotor deelneemt via videocoferencing. 7.7 Publicaties 2014 en 2015
Verwacht wordt dat het jaarlijkse aantal publicaties in internationale peer reviewed tijdschriften in 2014 en 2015 hoger zal zijn dan in de voorgaande jaren.
51
8. Overige structurele onderwijs‐ en coördinatietaken
8.1 Coördinatie Keuzeonderwijs Master jaar 1 & 2 van CRU 2006 Korte omschrijving Vanaf de opzet in 2001 is Tom Fick betrokken bij het keuzeonderwijs Master jaar 1 & 2, aanvankelijk als examinator/ coördinator en sinds september 2011 als coördinator. Het examinatorschap is overgegaan naar dr. Mirjam Gerrits van de Divisie Hersenen. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Drs. Tom Fick, coördinator Keuzeonderwijs CRU 2006 masterjaar 1 en 2 (tot september 2014) 8.2 Begeleiding studenten geneeskunde en AIOS met onvoldoende professioneel gedrag Korte omschrijving Het begeleiden en coachen van studenten geneeskunde van CRU en SUMMA, die problemen hebben, matig of onvoldoende functioneren op het gebied van professioneel gedrag. Coaching vindt plaats zowel op eigen verzoek van de student als verplicht naar aanleiding van ontvangen feedback of beoordeling. Betrokkenen vanuit Expertisecentrum Drs. Marian Wolters (coach) 8.3 Video‐communicatietrainingen en video‐intervisie voor AIOS en stafleden Korte omschrijving Het verzorgen van individuele trainingen en groepsgewijze intervisie aan de hand van door de artsen opgenomen en geanalyseerde videobeelden van hun eigen spreekuur. Trainingsprogramma’s worden op maat aangeboden aan afdelingen van het UMC Utrecht of aan individuele artsen. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Drs. Marian Wolters (trainer, intervisiebegeleider) 8.4 Discipline‐overstijgend interactief onderwijs communicatie voor AIOS Korte omschrijving Verzorgen van verschillende modules waarin door de AIOS wordt gereflecteerd op het eigen functioneren en dat van anderen in de communicatie met patiënten en de samenwerking met collega’s. Experimenteren met alternatief gedrag vindt plaats in de vorm van rollenspellen met trainingsacteurs. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Drs. Marian Wolters (trainer)
52
8.5
Overige onderwijstaken
Tot de overige onderwijstaken behoort het verzorgen van onderwijs studiereflectie en het invallen bij blokonderwijs door de basisarts‐juniordocent/onderzoeker bij het Expertisecentrum. 8.6 Logistieke coördinatie en ondersteuning van trainingen voor docenten en opleiders Korte omschrijving Vanuit het Expertisecentrum wordt, behalve de in hoofdstuk 5 genoemde logistieke coördinatie en ondersteuning van de didactische trainingen voor docenten en opleiderts, ook logistieke coördinatie en ondersteuning geleverd bij de discipline‐overstijgende cursussen en begeleide intervisie voor AIOS en de EBM debatten. Voor de cursussen voor de AIOS betekent dit: organisatie, gesprekken met coördinatoren, planning, productie van cursusmateriaal, informeren van cursisten, werving, maken van folders, bijhouden van de website en coördineren van de evaluaties. Voor de EBM‐debatten worden soortgelijke activiteiten uitgevoerd. Daarnaast wordt accreditatie aangevraagd voor een breed scala aan trainingen en symposia, waarvan de in hoofdstuk 5 genoemde slechts een onderdeel zijn. Betrokkenen vanuit het Expertisecentrum Manon Sakkers, Audrey Voerman en Susan de Heer (organisatie cursussen en accreditatie aanvragen en verwerking)
53
Bijlage: lijst van afkortingen AIO AIOS BB BKO BLIMP BMS BMW BROK BYOD CBCR CIP CKT COC COLUU CRU dP&O DP EC ECTS ELO EMP EPA FP7 ICO I&I IMEX JCI KGW KLO KNMG KZ MMV MSF MTKF MVO MUMEENA NOV NVMO O&A OC OWC OOR OPEX OS OT OZ
Assistent in opleiding Assistent in opleiding tot specialist Blackboard Basiskwalificatie Onderwijs Blended Learning Implementation Biomedical Sciences Biomedische Wetenschappen Basiscursus Regelgeving en Organisatie voor Klinisch onderzoekers Bring Your Own Device Case Based Clinical Reasoning Centrale Introductie Programma Commissie Kwaliteitszorg Toetsing Centrale Opleidingscommissie Centrum voor Onderwijs en Leren (Universiteit Utrecht) Curriculum Utrecht (betreft Geneeskunde) directie Personeel & Organisatie Docentprofessionalisering Expertisecentrum voor Onderwijs en Opleiding European Credit Transfer System Elektronische Leeromgeving Educatieve Middelen Pool Entrustable Professional Activity Seventh Framework Programme Interuniversitair Centrum voor Onderwijsonderzoek Informatiemanagement en ICT International Medical Educators Exchange Joint Commission International Klinische Gezondheids Wetenschappen Klinisch Lijnonderwijs Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst Kwaliteitszorg Modernisering Medische Vervolgopleidingen Multi‐Source Feedback Medische Technologie en Klinische Fysica Medische Vervolgopleidingen Modernising Undergraduate Medical Education in the Eastern Neighbouring Area Nederlandse Orthopaedische Vereniging Nederlandse Vereniging voor Medisch Onderwijs Ontwikkeling en Advies Opleidingscentrum (thans: UMC Utrecht Academie) Onderwijscentrum (UMC Utrecht) Onderwijs‐ en Opleidingsregio Operational Excellence Onderwijskundige scholing en begeleiding van Studenten Onderwijstechnologie Onderzoek 54
RvB SCI SDRME SKO START StOK SUMMA TSP UCSF UMC UU UVT VUmc WATCHME
Raad van Bestuur Science Citation Index Society of Directors of Research in Medical Education Seniorkwalificatie Onderwijs Supervised Training of Attitude, Research and Teaching Studenten Onderwijskwalificatie Selective Utrecht Medical Master Teaching Scholars Programma University of California San Francisco Universitair Medisch Centrum, University Medical Hospital Universiteit Utrecht Utrechtse Voortgangstoets Vrije Universiteit medisch centrum Workplace‐based e‐Assessment Technology for Competency‐based Higher Multi‐ professional Education.
55