STEK JEUGDHULP JAARVERSLAG 2014
Inhoudsopgave Maatschappelijk verslag Inleiding ………………………………………………………………………………………….
4
Profiel van de organisatie ……………………………………………………………….
5
1.1 1.2
Algemene gegevens ………………………………………………………………….. Structuur van de organisatie ……………………………………………………….
5 6
2.
Kernprestaties………………………………………………………………………………….
6
3.
Belanghebbenden, samenleving en samenwerking……………………….
7
4.
Bestuur, toezicht, bedrijfsvoering en medezeggenschap……………..
10
4.1 4.2 4.3 4.4.
Normen voor goed bestuur ……………………………………………………….. Raad van toezicht …………………………………………………………………….. Raad van bestuur …………………………………………………………………….. Medezeggenschap…………………………………………………………………….. 4.4.1 Cliëntenraad ……………………………………………………………………. 4.4.2 Ondernemingsraad ……………………………………………………………
10 10 12 12 12 13
Beleid, inspanningen en prestaties ……………………………………………….. Transitieplan 5.1 Kwaliteit ………………………………………………………………………………….. 5.1.1 Kwaliteit van zorg …………………………………………………………… 5.1.2 Klachten ………………………………………………………………………… 5.1.3 Personeelsbeleid en kwaliteit van het werk ……………………….. 5.1.4 Gerealiseerde doelen jaarplan 2014…………………………………...
14
5.2
22 22 22 22
1.
5.
6.
Financieel beleid ……………………………………………………………………….. 5.2.1 hoofdlijnen financieel beleid……………………………………………….. 5.2.2 positie op balansdatum………………………………………………………. 5.2.3 toekomstverwachtingen………………………………………………………
15 16 18 19 20
Geleverde zorg…………………………………………………………………………………. 23
Jaarrekening 1.1 1.2 1.3
Balans …………………………………………………………………………………….. Exploitatierekening …………………………………………………………………… Toelichting ……………………………………………………………………………….
25 26 27
2
I. MAATSCHAPPELIJK VERSLAG
B
3
Inleiding In dit jaardocument doet Stek verslag van haar activiteiten en rapporteert over de gerealiseerde prestaties, zowel van de activiteiten in het kader van de provinciale geïndiceerde jeugdzorg als van de zorg in het kader van de AWBZ. Daarnaast is ook de verantwoording over de activiteiten die zijn uitgevoerd in opdracht van de gemeenten Rotterdam en Gouda en diverse scholen opgenomen in dit verslag. De specifieke eisen van de opdrachtgevers met betrekking tot de verantwoording zijn verwerkt in het maatschappelijk verslag, de jaarrekening en de bijlagen. Dit jaarverslag is opgesteld onder verantwoordelijkheid van de raad van bestuur en goedgekeurd door de raad van toezicht. De jeugd- en opvoedhulp van Stek vertegenwoordigt een belangrijke maatschappelijke waarde. We bieden perspectief wanneer de ontwikkeling van een jeugdige stagneert. We ondersteunen gezinnen met veel stress en opvoedkundige onmacht zodat ze beter functioneren. Door de hulp hebben kinderen, jongeren en ouders meer zicht op de eigen situatie en mogelijkheden en zij worden daarmee (sociaal) vaardiger en zelfstandiger. In 2014 is veel geïnvesteerd in de transformatie en voorbereiding van de decentralisatie naar de gemeenten. Er werken inmiddels veel Stekhulpverleners in wijkteams en er wordt geëxperimenteerd met nieuwe werkwijzen en samenwerkingsverbanden. We veranderen mee en gaan partnerschap aan met collega’s in de jeugdhulp, scholen, kinderopvang en welzijnsorganisaties om slimmer en beter de hulp te bieden die nodig is. We benutten de transitie om de samenhang te verbeteren. Er is sprake van een fikse kanteling in de zorg voor jeugd met meer ruimte voor een eigen aanpak van professionals en persoonlijk ondernemerschap. Meer ruimte betekent nieuwe verantwoordelijkheden en daarbij past ook zelf een weg vinden in het omgaan met onzekerheden. Tijdens “de verbouwing” is het werk met kinderen en gezinnen gewoon doorgegaan. Zij waarderen de ondersteuning die zij krijgen en ook onze opdrachtgevers zijn positief over de bereikte resultaten. Gerrit van Engelen Thea Roelofs raad van bestuur Stek Jeugdhulp
4
1. 1 .1
Profiel van de organisatie Algemene gegevens
Stichting Stek Jeugdzorg gevestigd te Capelle aan den IJssel Publieksnaam
Stek Jeugdhulp
Bezoekadres: Bermweg 11 2906 LA Capelle aan den IJssel tel: 010-2350580
Correspondentieadres: Kralingseweg 463 3065 RG Rotterdam tel. 010-2350580
Kamer van Koophandel
24330078
[email protected]
www.stekjeugdhulp.nl
Stek heeft in 2014 ruim 4000 kinderen, jongeren en hun ouders begeleid en ondersteund. Dit is exclusief het aantal cliënten die door Stekmedewerkers via de wijkteams zijn bereikt. Het betreft professionele ondersteuning bij de opvoeding, bijvoorbeeld omdat: De ontwikkeling niet goed verloopt. De opvoedsituatie onveilig is. Er sprake is van ziekte of stoornis. De ontwikkeling naar zelfstandigheid extra aandacht vraagt. Het werkgebied bestaat uit de regio’s Rotterdam Rijnmond, Midden-Holland en Holland Rijnland. Kinderen, jongeren en ouders die bij Stek komen zijn allemaal anders en hebben verschillende vragen en behoeften. Wat ze gemeen hebben, is dat voor ieder van hen het herstel van relaties en maatschappelijke participatie belangrijk zijn; een veilig gezinsleven, meedoen in de kinderopvang, een perspectief op een schooldiploma, werk en een zinvolle vrijetijdsbesteding. Jeugd- en opvoedhulp vereist professionaliteit en de bereidheid om steeds opnieuw te onderzoeken wat werkt voor dit kind en dit gezin, hoe bereiken zij de doelen die ze zichzelf stellen en hoe zorgen we voor een effectieve inzet van de hulp. Wij verwachten ook inzet van de kinderen, jongeren en ouders om hun situatie te verbeteren. De naam Stek staat voor het hebben van een eigen plaats, geborgenheid en ontwikkeling. Stek staat voor Hulp die helpt. Onze medewerkers zijn specialisten in het positief beïnvloeden van het gedrag van kinderen en het versterken van gezin, familie en netwerk. Doelstellingen van de hulp zijn Versterken van de ontwikkelingsmogelijkheden. Veiligheid en geborgenheid. Perspectief; in het eigen gezin, bij familie of pleeggezin of zelfstandig met netwerk. Meedoen; kinderopvang, school en werk. Stek biedt Ambulante jeugd- en opvoedhulp in het eigen gezin en ambulante woonbegeleiding voor jongeren. Tijdelijk hulp op Steklocaties waar opvoeding, verzorging, training en behandeling geïntegreerd zijn en gecombineerd wordt met hulp in het gezin thuis. Jeugd- en opvoedhulp binnen de kinderopvang of de school. Verpleegkundige behandeling aan ernstig zieke kinderen van 0–6 jaar (AWBZ per 2015 ZvW).
5
1 .2
Structuur van de organisatie
De kern van de organisatie is het faciliteren van deskundige jeugd- en opvoedhulp. Stek is een stichting met het raad van bestuur/raad van toezicht model. Onze professionals werken in teamverband samen in de regio’s Rotterdam Rijnmond, Midden-Holland en Holland Rijnland. Onder voorzitterschap van het bestuur vormen de regiomanagers, het hoofd financiën, het hoofd personeelszaken en het hoofd organisatie & ontwikkeling, het managementteam. De
besturingsfilosofie heeft als uitgangspunten: Cliënt/mensgericht, ruimte voor verantwoordelijkheid en initiatief. Professioneel. Een efficiënt kwaliteitssysteem voor evaluatie en verbetering. Financieel beleid gericht op doelmatigheid en een verantwoorde exploitatie.
De organisatie is toegelaten als zorgaanbieder in het kader van de Wet op de jeugdzorg/Jeugdwet en WTZi en HKZ gecertificeerd.
2.
Kernprestaties
Cliënten Aantal cliënten jeugdzorg in verslagjaar 2014* Aantal cliënten verpleegkundig dagverblijf verslagjaar 2014 Aantal cliënten overig (Time-4-You)
3.270 31 1.189
*excl. aantal cliënten van de wijkteams Personeel Aantal fte eind 2014
360
Aantal personeelsleden in loondienst eind 2014
450
Aantal oproepkrachten (54) en stagiaires (32)
86
Aantal vrijwilligers
65
Budget/omzet De zorg die Stek biedt wordt met name gefinancierd uit de doeluitkering jeugdzorg en de AWBZ/ZVW. Er zijn geen private activiteiten. Budget jeugdzorg Overige opbrengsten (waaronder gemeenten en scholen) AWBZ De totale opbrengst in 2014
26.010.265 1.702.963 951.323 28.664.551
6
3.
Belanghebbenden, samenleving en samenwerking
De belangrijkste partners zijn onze cliënten en opdrachtgevers. De kwaliteit van de samenwerking van de cliënten en de jeugdzorgwerkers van Stek is cruciaal voor het resultaat. Goede jeugdhulp wordt bepaald door het vermogen van de professionals om een relatie op te bouwen met cliënten waarin doelgericht samengewerkt wordt. Wij werken met cliënten met zeer verschillende maatschappelijke en culturele achtergronden, met verschillende normen en waarden. We staan voor de veiligheid van kinderen, Stekhulpverleners confronteren en interveniëren als dat nodig is. De sociaal-economische situatie van gezinnen heeft invloed op de opvoedsituatie. Werkeloosheid en financiële problemen zijn vaak mede aanleiding voor problemen in het gezin en sociaal isolement van ouders leidt ook tot minder kansen voor kinderen. De inzet van wijkteams om problemen rond opgroeien en opvoeden effectief aan te pakken, indien nodig samen met specialistische zorg, zal zeker het perspectief van kinderen verbeteren. In 2014 is een start gemaakt met deze teams. De decentralisatie naar de gemeenten per 2015 is in 2014 voorbereid. Met de 21 gemeenten/regio’s in ons werkgebied is in 2014 overleg gevoerd over hun verwachtingen en de mogelijkheden om continuïteit van zorg te combineren met gewenste trasformaties. Met de gemeenten in de regio’s Rijnmond Rotterdam, Midden-Holland en Holland Rijnland zijn afspraken gemaakt over de te leveren zorg per 2015. Samenwerking Ketenpartners met wie structureel overleg is gevoerd op zowel beleidsmatig als op casuïstiek niveau: Bureaus Jeugdzorg Rotterdam en Zuid-Holland (per 1-1-2015 Jeugdbescherming). AMHK; Advies en meldpunt Kindermishandeling en huislijk geweld. Zorgaanbieders in de regio’s. Jeugdzorgplus. Centra voor Jeugd en Gezin. Wijkteams. Kinderopvang. Scholen. Thuiszorg. Erasmus MC-Sophia Kinderziekenhuis. De opnamecoördinator werkt in regionale plaatsingscommissies waar de vraag en de zorg worden verbonden. Samenwerking rond planning en bekostiging met: Gemeenten in Rotterdam Rijnmond, Midden-Holland en Holland Rijnland; gemeentelijke jeugdhulp. Provincie Zuid-Holland en stadsregio Rotterdam; jeugdzorg op indicatie. Achmea als contractant van verpleegkundige kindzorg. ROC’s, Albeda, Zadkine en ID-college; vermindering schooluitval en ondersteuning. Samenwerkingsverbanden; vermindering schooluitval en ondersteuning. Samenwerking in het kader van cliëntbeleid met: Advies- en Klachtenbureau Jeugdzorg (AKJ) stelt cliëntvertrouwenspersonen beschikbaar. Zorgbelang Midden-Holland. Landelijk Cliëntenforum Jeugdzorg (LCFJ). Stek is aangesloten bij de brancheorganisaties; Jeugdzorg Nederland en de VGVK.
7
Samenwerking in zorgprogramma’s Er wordt gewerkt met integrale programma’s voor kinderen en jongeren die baat hebben bij een combinatie van psychiatrische en opvoedkundige hulp of een combinatie van onderwijs of kinderopvang met jeugdhulp. Het betreft de programma’s:
OOVR (Onderwijs Opvang Voorzieningen Rotterdam) Onderwijsopvangvoorzieningen in Rotterdam; Accent, JMZ, Klik, de Schakel en Time-Out.
Time-4-You Gedragstraining aan jongeren binnen de schoolsituatie van de ROC’s Albeda en Zadkine.
De Klas als Werkplaats Een samenwerking van de ROC’s Albeda en Zadkine met Stek Jeugdhulp en FlexusJeugdplein voor ondersteuning studenten uit risicogroepen.
BEO (Behandeling en Onderwijs) Samenwerking met speciaal onderwijs De Piloot.
•
Lansingh 24 uurs behandeling met verblijf door Jeugd-GGZ Lucertis op één locatie voor jongeren met een combi-problematiek.
Plusschool Midden-Holland Een samenwerkingsverband van de regio’s Rijnstreek en Midden-Holland met Horizon, ROC IDcollege en Stek.
Participeren kun je leren Een samenwerkingsproject met Horizon, Cardea en TriviumLindenhof waarbij jongeren die gesloten zijn geplaatst bij Horizon via de open residentiële voorziening met ambulante begeleiding worden begeleid naar zelfstandig wonen of naar de thuissituatie. Bij Stek hebben 7 jeugdigen gebruik gemaakt van deze begeleiding. Beoogd was om 10 jongeren te begeleiden, maar er bleek minder vraag te zijn.
Coaching on the Job Coaching van medewerkers in de kinderopvang. In Rijnmond was dit een project een van de proeftuinen in het kader van de transitie jeugdzorg.
FACT team Met Lucertis, Yulius en Rivierduinen wordt ambulante hulp geboden aan jeugdigen met ernstige psychiatrische en maatschappelijke problemen.
Beter Beschermd Plus Met Bureau Jeugdzorg, de Raad voor de Kinderbescherming, TriviumLindenhof en Stek Jeugdhulp wordt bij een melding direct samengewerkt aan hulp, onderzoek en advies. Het doel is veiligheid, ondersteuning en een beter advies aan de rechter.
Zorgdak De samenwerking met de woningbouwverenigingen en gemeente Gouda is gericht op huisvesting met ambulante begeleiding van jongeren.
Verpleegkundig kinderdagverblijf De kleine Kapitein De samenwerking met Erasmus MC-Sophia Kinderziekenhuis is gericht op zorg voor ernstig zieke kinderen en hun ouders in Pallieterburght.
8
Fondsen Stek ontvangt regelmatig giften van maatschappelijke organisaties. Deze giften worden aangevraagd voor kosten die direct betrekking hebben op de cliënten, zoals inrichtingskosten voor jongeren die zelfstandig gaan wonen en bijles of deelname aan een sportvereniging voor kinderen uit gezinnen waarbij de financiële middelen niet toereikend zijn. De fondsen die Stekcliënten in 2014 hebben ondersteund, zijn: • Nationaal Fonds Kinderhulp. • Jeugdsportfonds/Jeugdcultuurfonds. • Stichting Bekker La Bastide. • Burkens Stichting. • Stichting Fonds DBL. • Stichting Seacrest. • Sint Laurensfonds. • Stichting Maria Elias Fonds. • Fonds Bijzondere Noden Rotterdam. • PCI Gouda. • Capelle Werkt. In totaal zijn er 272 aanvragen ingediend voor kinderen en gezinnen. De meeste aanvragen worden ingediend bij Nationaal Fonds Kinderhulp. Maatjesproject Samen Ste(r)k In 2012 is Stek begonnen met de opzet van het Maatjesproject “Samen Ste(r)k”. In 2014 waren 67 vrijwilligers betrokken bij Samen Sterk. In 2014 zijn er 66 matches geweest tussen gezinnen/maatjes en jongeren/maatjes, waarvan er 60 positief zijn verlopen. De duur van de matches varieert van 6 maanden tot 2 jaar (= maximale duur in verband met start van het project, maar zal langer worden naarmate het project doorloopt). Binnen het project zijn twee soorten vrijwilligers, te weten vrijwilligers uit eigen initiatief en de studentvrijwilligers. De laatst genoemden zijn 1e jaarstudenten van de opleiding MWD en SPH van Hogeschool Inholland en zij kunnen in hun eerste studiejaar 120 uren vrijwilligerswerk doen. Bij het behalen van deze uren krijgen zij studiepunten. Deze groep vrijwilligers vergt een andere aanpak dan de ‘gewone’ vrijwilliger. Van al onze vrijwilligers waren er 25 studentvrijwilligers. Van de studentvrijwilligers van schooljaar 2013-2014 is een aantal als vrijwilliger aangebleven. Samen Ste(r)k is ingeschreven bij de digitale vacaturebanken van de gemeenten om vrijwilligers te werven. In 2014 hebben veel vrijwilligers interesse getoond in ons project. Vanaf 2015 heeft Fonds DBL een toekenning gedaan om activiteiten van vrijwilligers te vergoeden. In 2014 hebben we het zonder deze vergoeding moeten stellen, dit bleek gelukkig geen reden voor vrijwilligers om af te haken of geen interesse te tonen. Toch is het prettig dat een vergoeding aangeboden kan worden en het zorgt voor meer waardering naar onze vrijwilligers. In evaluatiegesprekken met de (ex)cliënten geven zij aan zeer blij te zijn met de inzet van de vrijwilligers. Iedere cliënt heeft een ander doel, waardoor de resultaten uiteenlopend zijn. De speciale aandacht voor het kind wordt gewaardeerd door zowel het kind als door ouders. Ouders zien hun kind bijvoorbeeld meer zelfvertrouwen krijgen door de positieve ervaringen in het contact met de vrijwilliger. Daar waar het de ondersteuning aan ouders betreft, zijn de resultaten ook positief. De ondersteuning is welkom en nuttig.
9
4.
Bestuur, toezicht, bedrijfsvoering en medezeggenschap
Stek is een stichting met het raad van bestuur/raad van toezicht model. Onder voorzitterschap van het bestuur vormen de regiomanagers, het hoofd financiën, het hoofd personeelszaken en het hoofd organisatie & ontwikkeling, het managementteam. 4 .1
Normen voor goed bestuur
De raad van bestuur heeft de dagelijkse leiding en is eindverantwoordelijk voor het totale beleid. Het bestuur heeft verantwoording afgelegd aan de raad van toezicht, conform de statuten en het bestuursreglement. De honorering van de bestuurders valt binnen de richtlijnen en kaders van de overheid en de Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in de Zorg (NVTZ). 4 .2
Raad van toezicht
Jeugdzorg is een maatschappelijke taak, dat vereist toezicht dat daarbij aansluit. De leidraad voor het handelen van de raad van toezicht vormt de Stekvisie en de Zorgbrede Governance Code. De raad van toezicht is aangesloten bij de NVTZ. De leden van de raad van toezicht zijn benoemd voor drie jaar en zijn eenmaal herbenoembaar voor maximaal drie jaar. De raad van toezicht kwam 5 keer bijeen in 2014. In 2014 heeft de auditcommissie 4 keer overlegd met de bestuurder en de controller over de financiële resultaten en de financiële positie van Stek. De remuneratiecommissie heeft met de beide bestuursleden gesproken over het functioneren. Thema’s die aan de orde zijn geweest: De reguliere beleidscyclus met de viermaandelijkse rapportages omtrent de prestaties. Regionale en landelijke ontwikkelingen, met name de transformatie en decentralisatie. Jaarverslag/jaarrekening 2013. Begroting/jaarplan 2015. Transitieplan met scenario’s omtrent reorganisatie, innovatie en budgetverschuiving. Het Sociaal plan. Zorgcontractering door gemeenten vanaf 2015. Managementletter en de bevindingen van de jaarcontrole met de accountant. Risico- en calamiteitenbeleid. Risico-analyse en de jaarlijkse systeembeoordeling. De resultaten van inspecties. Interne en externe audits. Procedure werving, voordracht en benoeming nieuwe leden raad van toezicht. Evaluatie en ontwikkeling raad van bestuur. Evaluatie bestuur en samenwerking bestuur en raad van toezicht. Alliantievorming. De raad van toezicht heeft haar functioneren geëvalueerd aan de hand van het evaluatiemodel van de Nederlandse Vereniging Toezichthouders Zorg NVTZ. De leden van de raad van toezicht ontvangen een vergoeding voor hun werkzaamheden. Deze staat vermeld in de jaarrekening 2014.
10
In 2014 kende de raad van toezicht de volgende samenstelling: raad van toezicht
hoofdfuncties en nevenfuncties
Mevr. E.L. Kuijper, voorzitter
Adviseur en bestuurder, oud-wethouder van Rotterdam Voorzitter Kamer VI Algemene Beroepscommissie Rotterdam Voorzitter bestuur Stichting Rotterdamse Volksuniversiteit Lid Hoofdbestuur Vereniging Humanitas (tot nov. 2014)
Mevr. M. de Kok- Abu Awad
Docent/trainer communicatieve vaardigheden Prinses Margrietschool Rotterdam Docent Instituut Sociale Opleidingen – MWD (incidenteel) Lid Klachtencommissie Ongewenst Gedrag Albeda College Lid WMO adviesraad Vlaardingen Onderneming Marady Training & Coaching
Dhr. P. Langerak
•
Dhr. E. A. van Win
Dhr. B.J.M. Deitmers
Partner, mediator en maatschapvoorzitter bij De Clercq Advocaten Notarissen Lid van het College van Afgevaardigden van de Nederlandse Orde van Advocaten Voorzitter van de zakenvrienden van het Rijksmuseum van Oudheden. Voorzitter van het comité van aanbeveling van het Netwerk Bedrijfsethiek Nederland (NBN) Bestuurslid NVvMA (Nederlandse vereniging van mediation advocaten). Lid Raad van Advies van Law at Web Afgevaardigde van de Nederlandse Orde van Advocaten bij de CCBE op het gebied van de (internationale) regelgeving
Bestuurder, Stichting Zorg op Noord Raad van toezicht Stichting ActiVite, Leiderdorp, vicevoorzitter en lid auditcommissie Raad van toezicht Stichting Curamare, Dirksland, lid commissie Kwaliteit & Veiligheid Raad van toezicht Alfrink College, Zoetermeer, lid
Algemeen directeur, Stichting Nedvang,
Dhr. H. Zwaveling
Interim manager en adviseur onderwijssector; zelfstandige
11
4 .3
Raad van Bestuur
Stek kent een tweehoofdig bestuur. Voor de transitie periode 2014-2016 is een bijgestelde taakverdeling ingevoerd. Samenstelling raad van bestuur
Aandachtsgebieden en nevenfuncties 2014
Mevr. T.A.M. Roelofs voorzitter
Aandachtsgebieden: Algemeen bestuur Strategisch beleid Financiën, ICT en huisvesting Personeel Nevenfuncties: Lid Dagelijks Bestuur Jeugdzorg Nederland Voorzitter OAJ (arbeidsvoorwaardenoverleg jeugdzorg) Lid Coöperatiebestuur PGGM Lid raad van toezicht Triade Voorzitter fonds Seacrest
De heer G.A.C.M. van Engelen bestuurslid
Aandachtsgebieden: Inhoudelijk met name het transformatieproces Ontwikkeling wijkgericht werken Cliëntbeleid Nevenfuncties: Lid Curatorium Scholengemeenschap Accent Adviseur Bestuur Stichting Vroeghulp Rotterdam Bestuurslid van de Vereniging Ambulante Crisishulp Nederland Voorzitter klachtencommissie Stichting Maasduinen
4 .4
Medezeggenschap
4.4.1. Cliëntenraad De residentieel geplaatste jongeren participeren in groepsgesprekken op de locaties en in de jongerenraden. Bij Stek zijn jongerenraden actief in Rotterdam en in Midden-Holland. Jongeren spreken daarin met elkaar over zaken die direct betrekking hebben op hun dagelijks leven zoals de huisregels, toegang tot internet en de veiligheid in de groep. De cliëntenraad functioneert Stekbreed. In de cliëntenraad kunnen zowel jongeren als ouders zitting hebben. Zowel de jongerenraden als de cliëntenraad worden ondersteund door medewerkers van Stek. In 2014 heeft de cliëntenraad 7 keer vergaderd. De bestuurder is daarbij deels aanwezig geweest. Een werving onder de cliënten heeft 2 nieuwe leden opgeleverd. Eind 2014 was de cliëntenraad op volle sterkte: 2 jongeren en 6 ouders hadden eind van het jaar zitting in de cliëntenraad. In 2014 was de transitie van de jeugdzorg een voortdurend aandachtspunt. De leden van de cliëntenraad hebben in de verschillende lokale en regionale bijeenkomsten meegedacht over de inrichting van de jeugdzorg na de decentralisatie. Tijdens deze bijeenkomsten met beleidsambtenaren en wethouders van verschillende gemeenten is gesproken en geadviseerd over thema’s als privacy, recht op zorg, toeleiding, continuïteit en de rol van de wijkteams.
12
De • • • •
cliëntenraad heeft gesproken en adviezen uitgebracht over: De transitie jeugdzorg en de gevolgen voor Stek. Advies over het strategisch Transitieplan. Het Stek reorganisatieplan met daarin opgenomen bezuiniging- en ombuigingsvoorstellen. Jaarplan 2015, Jaarverslag 2013. De cliëntenraad is betrokken bij de externe audit.
De • • •
cliëntenraad heeft overleg met andere instanties gevoerd: Provinciale uitwisseling cliëntenraden. Landelijke Organisatie Cliënten (LOC). Zorgbelang Midden-Holland.
4.4.2 Ondernemingsraad Stek kent een ondernemingsraad (OR) die haar taak uitvoert conform de Wet op de Ondernemingsraden en de CAO Jeugdzorg. De OR heeft tweewekelijks overleg. In 2014 heeft 5 keer een overlegvergadering met de bestuurder plaatsgevonden, de samenwerking is positief. De transitie van de jeugdzorg stond centraal. De OR heeft, nadat een aantal wijzigingen zijn opgenomen, een positief advies gegeven voor het reorganisatieplan. Voor een bijstelling van het reorganisatieplan is er geadviseerd in het aanstellen van de nieuwe medewerkers, voorheen in dienst van Bureau Jeugdzorg. De OR is aanwezig geweest bij de onderhandelingen tussen Stek en de vakbonden over het sociaal plan. De OR had daarin een verbindende rol. In de daarop volgende samenkomst met de vakbond om instemming te geven aan het sociaal plan, heeft de OR het proces tussen vakbond en Stek kunnen toelichten aan de medewerkers. In dit totale proces heeft de OR zich laten adviseren door een extern deskundige. De leden van de OR hebben periodiek overleg gehad met het hoofd personeelszaken, het hoofd facilitaire dienst en het hoofd ontwikkeling & onderzoek. Leden van de OR hebben een uitwisseling met ondernemingsraden van andere organisaties gehad. De OR heeft een initiatief voorstel ingediend om de functie van vertrouwenspersoon anders te organiseren. Dit initiatief is aangenomen en geïmplementeerd. Er is aantal individuele vragen behandeld. De OR heeft de mensen met hun vragen op weg geholpen. In het algemeen heeft de OR steeds de nadruk gelegd op het belang van een goede communicatie naar de medewerkers over allerlei veranderingen. De OR-nieuwsbrieven en OR- en Overlegverslagen worden naast verspreiding via het Stekintranet, ook via de leidinggevenden verspreid zodat medewerkers beter bereikt worden.
13
5.
Beleid, inspanningen en prestaties
Stek heeft in 2014 de beleidscyclus, afgestemd op de beleidscycli van de provincie Zuid-Holland en stadsregio Rotterdam (in het kader van de Jeugdzorg) en de gemeenten en het zorgkantoor (in het kader van de AWBZ). Het jaarplan 2014 vormde het kader voor het Stekbeleid. In 2014 is overleg gevoerd met gemeenten in de regio’s Rotterdam Rijnmond, Midden-Holland en Holland Rijnland omtrent zorg die zij per 2015 rechtstreeks willen contracteren en zorg waarover zij in regionaalverband afspraken maken. De onderhandelingen zijn, mede vanwege de onduidelijkheid over het voor gemeenten beschikbare budget, onder grote druk gevoerd. Eind 2014 zijn de contracten met de gemeenten voor de aard en de omvang van de te leveren zorg in 2015 ondertekend. Voor de AWBZ verloopt de beleidsvoorbereiding in overleg met het zorgkantoor/de zorgverzekeraar, waarbij in het najaar overleg heeft plaatsgevonden over de gunning en de productieafspraken voor 2015. De zorg die Stek levert aan ernstig zieke kinderen per januari 2015 valt onder de zorgverzekeringswet. Transitieplan Het Stek Transitieplan 2014-2017 beschrijft de lijn voor inhoudelijke veranderingen en scenario’s voor het opvangen van de bezuinigingen. Bij het ontwikkelen van de strategie voor de komende jaren is vastgesteld dat de visie van Stek goed aansluit op de gedachten achter de stelselwijzigingen. De grote verandering voor Stek zit met name in het ‘hoe’ en ‘met wie’. In 2014 is geïnvesteerd in de vorming van lokale wijkteams/jeugdteams om de basiszorg in samenhang te organiseren. Per 2015 werken ruim 70 jeugd- en opvoedcoaches van Stek in deze teams samen met collega’s uit het algemeen maatschappelijk werk, thuiszorg, de geestelijke gezondheidszorg en de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking. In de regio Rotterdam Rijnmond zijn deze teams in 2014 gestart, in de regio midden per 2015. Vanwege de start van de wijkteams waarbij ook kennismaking en oriëntatie op de nieuwe taak aan de orde was, is door de medewerkers minder directe cliëntcontacttijd (CCT) gerealiseerd. Dit is een tijdelijk effect. Stek heeft om optimaal te kunnen voldoen aan de zorgvraag extra hulpverleners ingezet waardoor ook de door de opdrachtgevers gecontracteerde cliënttijd is gerealiseerd. In de regio Midden-Holland heeft Stek ter versterking van de wijkteams mede op verzoek van de gemeenten een aantal medewerkers van de toegang van het voormalig Bureau Jeugdzorg in dienst genomen. Doelen van de inzet van wijkteams zijn begeleiding en zorg dichtbij regelen en versterking van het sociale netwerk. De wijze waarop de teams vorm krijgen verschilt per gemeente, dat was ook de intentie van de decentralisatie, maatwerk in relatie tot de vragen die leven in de maatschappij. Bij complexe problemen is gespecialiseerde zorg belangrijk, ook bij die zorg is vereist dat de dagelijkse situatie van kinderen en gezinnen het uitgangspunt vormt. Ondersteuning en hulp zijn beschikbaar daar waar kinderen en gezinnen leven, daarbij wordt veel verwacht van de inzet van mensen zelf en hun omgeving. De eigen verantwoordelijkheid van zowel de jeugdige, diens ouders, het netwerk maar ook die van de hulpverleners krijgt meer aandacht. Minder verwijzen en beter samenwerken rond de kinderen en gezinnen is de opdracht aan alle medewerkers; zij investeren in creatieve oplossingen. Ook als de vraag ingewikkeld is, wordt de hulpverlening voor de kinderen en gezinnen met hen en hun netwerk zo eenvoudig mogelijk georganiseerd. Stekprofessionals zorgen ervoor dat ze weten wat werkt en wat niet en maken zich nieuwe inzichten hierover eigen. Een onderzoekende, lerende houding en niet te snel vanuit de bekende oplossingsrichting aan het werk gaan, dat vraagt Stek aan al haar medewerkers. Om optimaal in staat te zijn die rol te vervullen is geïnvesteerd in deskundigheidsbevordering en ondersteuning in reflectie op het eigen handelen.
14
De transitie vereist pionieren. Van de nieuwe werkwijzen kunnen we de effecten nog niet overzien. In het transitieplan zijn daarom meerdere scenario’s uitgewerkt rond ombouw en innovatie. Verhouding vraag aanbod Wij bieden cliënten die worden aangemeld zo snel mogelijk hulp. Na de aanmelding wordt contact met de cliënt opgenomen en bij crisissituaties handelen we direct. In het eerste contact worden afspraken gemaakt over de doelen en de hulpmogelijkheden en wordt een tijdpad uitgezet. Wanneer gevraagde zorg niet per direct kan worden geboden, dan bieden we een alternatief. In 2014 stonden bij Stek geen cliënten zonder zorg langer dan 2 maanden op de wachtlijst in MiddenHolland, tenzij de cliënt daar zelf belangrijke redenen voor heeft (bijvoorbeeld vanwege detentie of de wens voor een specifiek trainingsprogramma). In de regio Rotterdam Rijnmond is bij residentieel de matching van vraag aanbod verbeterd. Zo wordt met partners van gesloten jeugdzorg en GGZ samengewerkt rond trajecten van jongeren. Tijdens de behandeling in de gesloten jeugdzorg of de GGZ wordt al contact gelegd met jongeren, ouders en Stek als een vervolgplaats bij Stek geïndiceerd is. Hierdoor wordt de aansluiting verbeterd en de totale trajectduur verkort. Omdat de druk op het ambulant aanbod in Midden-Holland en de druk op residentieel in de regio Rotterdam Rijnmond zeer groot was, is geïnvesteerd in alternatieven om de instroom en doorstroom te verbeteren. Er is vaker stilgestaan bij de mogelijkheden van de cliënten en hun netwerk, de methode van het Familie Netwerk Beraad is ingezet en er wordt gewerkt met flexibele capaciteit. 5 .1
Kwaliteit
Het kwaliteitssysteem geeft mogelijkheden voor het identificeren en aanpakken van risico’s voor de hulpverlening en de bedrijfsvoering. Afwijkingen worden gesignaleerd en geanalyseerd. In 2014 heeft met name de opvolging van gesignaleerde afwijkingen extra aandacht gekregen. De resultaten van de zorg en de ontwikkelingen rond personeel en budget worden besproken in het overleg van bestuur, controller, hoofd PZ en regiomanagement. Viermaandelijkse rapportages worden besproken met het managementteam, de raad van toezicht en de OR. Begin 2014 is de externe audit positief afgerond en is voor 3 jaar de HKZ certificering verlengd. Stek werkt met vertrouwelijke informatie en binnen de organisatie is informatiebeveiliging een vereiste. Betreffende het omgaan met vertrouwelijke informatie zijn diverse afspraken, codes en protocollen actueel. De ICT infrastructuur is in 2014 aangepast met de ingebruikname van een nieuwe server en de aanschaf van smartphones en tablets voor de ambulant hulpverleners. De kwaliteit rond ICT is gebaseerd op NEN 7510. De beveiliging van hardware en software is geregeld door middel van interne autorisatieprocedures en het beleid voor het gebruik van email en internet. Inloggen op de Stek digitale werkomgeving vanaf een externe locatie is slechts mogelijk met behulp van een token met gebruikersnaam en wachtwoord. De verscheidenheid in het aanbod en de kleinschaligheid van de voorzieningen van Stek weerspiegelen zich in het aantal locaties. De meeste panden zijn eigendom van Stek en enkele panden zijn gehuurd. De locaties hebben een verzorgde uitstraling die past bij de cliënten die van de locatie gebruik maken. Het beheer wordt doelmatig en in lijn met de doelstelling, de panden voldoen aan de normen van (brand)veiligheid en Arbo. Het groot onderhoud en het Arbobeleid zijn in 2014 uitgevoerd op basis van de meerjarenplanning. In het transitieplan is met het oog op de decentralisatie en transformatie het toekomstig gebruik van de locaties gewogen. De panden en contracten zijn in 2014 kritisch bekeken en waar nodig aangepast. Het doel is om met flexibiliteit te kunnen anticiperen op de behoefte aan zorglocaties en werkplekken. De kantoorlocaties zijn aangepast aan de eisen rond het flexibel werken.
15
Het bedrijf waar het vervoer voor jonge kinderen van en naar de Stek locatie in Rotterdam was gecontracteerd is failliet gegaan, er is een doorstart gemaakt met een andere aanbieder die ook een deel van de begeleiders heeft overgenomen, waardoor voor kinderen en ouders de continuïteit geborgd is. 5.1.1 Kwaliteit van de zorg Het werken in wijkteams is in ontwikkeling. Er komt veel op de medewerkers in deze teams af; zij investeren in teamsamenwerking, zijn op ontdekkingstocht om zicht te krijgen op de competenties en behoeften in de wijk en ontwikkelen hun werkwijzen en processen. De verwachtingen zijn hoog gespannen en soms duikt ook in de wijkteams de regelreflex op en dreigt de noodzakelijke creativiteit en zelforganisatie in protocollen ten onder te gaan. Leidinggevenden en medewerkers hebben zicht op prestaties die voor hen relevant zijn. De ervaringen van cliënten en de overige prestatie-indicatoren leveren belangrijke informatie voor de ontwikkeling van het werk. Stek vindt het daarom belangrijk gegevens over effecten te verzamelen. Stek levert beleidsinformatie aan de provincie, stadsregio, zorgverzekeraar, gemeenten en het Rijk over de geleverde zorg, de mate van doelrealisatie en de feedback van de cliënten. Methoden Het is uitgangspunt dat cliënten hulp ontvangen die hen in staat stelt om zo zelfstandig mogelijk deel te nemen aan alle facetten van het maatschappelijk leven. Stek werkt met methoden die passen bij deze visie. Stek hecht aan werken op basis van onderbouwing vanuit de wetenschap en kennis vanuit de praktijk (Practice Based). Goede methoden en prestatie-indicatoren zijn belangrijke middelen om het primair proces te ondersteunen, maar geen doel op zich. Binnen Stek zijn in 2014 ruim 20 methoden in gebruik, die bij het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) als theoretisch veelbelovend, of hoger worden aangemerkt. Primair proces Uiteraard zijn de doelen van de kinderen en gezinnen leidend voor de hulp, dit vereist flexibiliteit van de hulpverleners. Programma’s hebben een basis opbouw en fasering. Stek heeft van de verschillende fasen de kritische gebeurtenissen vastgelegd. Met behulp van deze structurering wordt de uitvoering van de hulpverlening getoetst. De toetsing is de verantwoordelijkheid van de professionals en de leidinggevenden. Prestatie-indicatoren Cliënten en Stek hulpverleners stellen vast in welke mate de prestatie-indicatoren op individueel niveau zijn behaald. Deze informatie wordt op individueel niveau benut voor de vormgeving van de nazorg en wordt geaggregeerd benut voor verbetering en feedback. Bij de keuze van de prestatie-indicatoren sluit Stek aan bij het landelijk kader prestatie-indicatoren. De prestatie-indicatoren zijn: Doelrealisatie. Mening van de Cliënt. Reden beëindiging. Afname problematiek1. Stek informeert haar subsidiënten en jeugdzorgpartners over de geaggregeerde uitkomsten.
1
Niet voor de crisishulpverlening vanwege de zeer korte duur van de hulp.
16
Doelrealisatie De methode waarmee doelrealisatie wordt gemeten is begin 2014 gewijzigd. Hierdoor is een vergelijking met eerdere jaren niet goed mogelijk. Bij afsluiting van de hulp geven cliënten aan in welke mate zij de doelen als behaald zien. Per cliënt wordt een percentage doelrealisatie vastgesteld. Over 2014 was het gemiddeld percentage doelrealisatie van alle cliënten: 73%. Reden beëindiging Bij afsluiting van de hulpverlening wordt vastgesteld wat de reden van beëindiging is. In 79% van de afsluitingen gaat het om een ‘beëindiging volgens plan’. Van de 21% niet planmatige afsluitingen is bij 10% sprake van ‘beëindiging in overleg’ (zie figuur). Stek voldoet aan de norm. Reden beëindiging 2014 Sheet 12 wijze_beeindiging Beeindigingvolgensplan
79%
Voortijdigafgesloten: inovereenstemming
10%
Voortijdigafgesloten: eenzijdigdoordeclient
4%
Voortijdigafgesloten: eenzijdigdoorde aanbieder
3%
Overige redenen
3%
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
%of Total Number of Records
%of Total Number of Recordsfor eachwijze_beeindiging. Themarksarelabeledby%of Total Number of Records. Theviewisfilteredonwijze_beeindiging,whichexcludes andVoortijdigafgesloten: wegensexterneomstandighed. Percentsarebasedoneachcolumnof thetable.
De mening van cliënten Op individueel niveau hanteert Stek een dialooggerichte manier van werken. Het perspectief, de doelen en de inzet van hulp worden met de cliënt (jongeren en ouders) vastgesteld en vastgelegd in een overeenkomst tussen cliënt en organisatie. De cliënten krijgen bij beëindiging van de hulp een exitvragenlijst voorgelegd. De vragenlijst meet de mate van tevredenheid in algemene zin (rapportcijfer) en twee aspecten van tevredenheid; resultaat van de hulp en perspectief na de hulp. Jaarlijks voert een onafhankelijk onderzoeksbureau een onderzoek naar de tevredenheid uit onder ouders van het verpleegkundig kinderdagverblijf De kleine Kapitein. Bij Time-4-You en de OOVR wordt gewerkt met een specifiek voor deze hulpsoorten ontwikkelde tevredenheidslijst. De cliënten (van zorg op indicatie) die de hulpverlening in 2014 afsloten gaven Stek gemiddeld een 8,3. De ouders waardeerden de hulp gemiddeld met een 8,4 en de jongeren met een 8,0. Bij de OOVR (zorg en voortgezet onderwijs) wordt een soortgelijk onderzoek gedaan, waarbij naast het oordeel van ouders en leerlingen, ook het oordeel van de school is gevraagd. De ouders en de leerlingen waardeerden de hulp gemiddeld met een 8,3 en scholen met een 8,0.
17
Bij Time-4-You (zorg en beroepsonderwijs) is een tevredenheidlijst voorgelegd aan de studenten. Hier scoorde de hulpverlening over 2014 als gemiddeld rapportcijfer een 8,1. Bij de verpleegkundige behandeling De kleine Kapitein in Pallieterburght wordt vanwege de aard van de zorg en bekostiging het tevredenheidsonderzoek uitgevoerd door het onafhankelijke bureau MEI. De ouders zijn unaniem in hun waardering voor De kleine Kapitein hetgeen tot uitdrukking komt in een gemiddeld totaalcijfer van 8,9. Commissie Samson De jeugdzorg heeft met de commissie Samson ingezet op een kwaliteitskader ter voorkoming van seksueel misbruik en op toezicht bij de naleving daarvan. Stek heeft in 2013 en 2014 de aanbevelingen van de commissie geïmplementeerd en waar nodig het beleid aangepast. De extra aandacht heeft zeker een positief effect gehad, blijvende aandacht voor seksualiteit in de jeugdhulp is nodig. Er is een aandachtsfunctionaris die deskundigheidsbevordering rond seksualiteit organiseert en zij is ook beschikbaar voor advies aan hulpverleners wanneer zij vragen hebben over hoe om te gaan met signalen en een verantwoord pedagogisch klimaat in de residentiële groepen. Bij residentiële voorzieningen is door Stekmedewerkers een leefklimaatspel ontwikkeld. Middels dit spel worden thema’s als veiligheid en seksualiteit met jongeren bespreekbaar gemaakt. Inspectie Jeugdzorg Stek meldt bij de Inspectie Jeugdzorg incidenten, in 2014 was er op basis van meldingen geen aanleiding voor nader onderzoek door de inspectie. Naar aanleiding van een eerder casus onderzoek heeft de Inspectie geconcludeerd dat de intensieve gezinsbegeleiding van Stek de aanbevelingen uit het rapport ‘Casusonderzoek Rotterdam’ heeft opgevolgd. 5.1.2 Klachten Een aantal zorgaanbieders in de provincie Zuid-Holland werkt met een gezamenlijke klachtencommissie. De klachtenregeling, de samenstelling van de commissie en de contactgegevens zijn beschikbaar via de website, www.stekjeugdhulp.nl. Bij de start van het hulpverleningsproces worden cliënten geïnformeerd over de regelingen van Stek waaronder het klachtenbeleid. In 2014 zijn er over Stek 3 klachten ingediend bij de klachtencommissie. Deze klachten zijn afgehandeld en ongegrond verklaard. De cliënten kunnen gebruik maken van een vertrouwenspersoon. Het Advies- en Klachtenbureau Jeugdzorg (AKJ) voert bij Stek de functie van onafhankelijk cliëntvertrouwenspersoon uit. Het AKJ rapporteert jaarlijks over haar activiteiten voor Stekcliënten. In 2014 hebben 40 cliënten, waarvan 6 ouders, contact gehad met een vertrouwenspersoon van het AKJ. Het betrof overwegend vragen om informatie of advies, drie cliënten zijn ondersteund bij het bespreekbaar maken van een klacht. Het AKJ heeft eenmaal een cliënt begeleid naar de klachtencommissie, deze klacht is echter tussentijds zonder bemiddeling van de klachtencommissie opgelost. De vertrouwenspersonen bezoeken de residentiële locaties met regelmaat, het AKJ is 26 keer door cliënten benaderd met vragen over hun werkwijze.
18
5.1.3 Personeelsbeleid en kwaliteit van het werk De hulp sluit aan bij de behoeften van kinderen, jongeren en gezinnen en bij maatschappelijke ontwikkelingen. Dit vereist permanente ontwikkeling en het vermogen tot leren. Stekmedewerkers zijn betrokken, deskundig en bij uitstek gericht op het maken van verbindingen. Het scholing- en reflectieprogramma Stek Rode Draden, met een combinatie van oplossingsgericht, systeem/netwerkgericht en competentiegericht werken, is gebaseerd op onze visie op hulpverlening. Stekhulpverleners zijn geregistreerde jeugdzorgwerker. In 2013 is gestart met het registratietraject voor jeugdzorgwerkers. Stek heeft haar medewerkers gestimuleerd zich te registreren en heeft hiervoor in 2014 faciliteiten beschikbaar gesteld. De interne opleidingen en de methodische werkbegeleiding zijn geaccrediteerd en leveren punten op voor de beroepsregistratie. Er is begeleiding geboden bij EVC-trajecten; met deze trajecten worden kennis en ervaring van jeugdzorgmedewerkers die niet beschikken over de vereiste HBO-diploma’s omgezet in ervaringscertificaten, die nodig zijn om alsnog als jeugdzorgwerker geregistreerd te worden. Er zijn ruim 300 Stekmedewerkers geregistreerd in het beroepsregister, de werktoedeling is passend bij de aard van het werk. Stek werkt met functiecompetentieprofielen voor alle medewerkers, de competentieprofielen van de professionals sluiten aan bij de eisen van de beroepsregisters. De competentieprofielen worden benut bij de jaarlijkse beoordelingsgesprekken en de ontwikkelplannen van de medewerkers. Het bevorderen van de veiligheid van medewerkers is onderdeel van het Stekbeleid. Medewerkers hebben trainingen gevolgd in het omgaan met agressief gedrag en werkers worden ondersteund bij het inschatten van risico’s en het omgaan met agressie van cliënten. De veiligheidsaspecten op de locaties die tevens een impact hebben op de veiligheid van cliënten, worden gemonitord door de hoofden facilitaire dienst. Eind 2014 heeft Stek 33 gecertificeerde BHV-ers. Zij hebben allemaal de basis BHV-training gehad en worden jaarlijks 1 dag getraind om het certificaat te behouden. In 2014 is gekozen voor de BHVscholing op de locaties van Stek zelf. Voordeel hiervan is dat men traint op een bekende locatie waarbij ook meer gelet kan worden op veiligheidszaken die bij de doelgroep horen. Ontruimingsoefeningen zijn een belangrijk middel bij preventie en in 2014 zijn deze door de locaties in samenspraak door de BHV-ers zorgvuldig uitgevoerd. De BHV E-learning module van het NIVEO (via het FCB) in 2014 door 59 pedagogisch medewerkers gevolgd. De E-learning module EHBO is getest.
Rapportage kerngetallen Per 2015 werkt Stek met 360 formatieplaatsen en 442 personeelsleden, exclusief 52 oproepkrachten en 32 stagiaires. De personele kosten bedroegen € 21.900.000, dit is 81% van de totale Stekuitgaven. Ziekteverzuim
2014
Excl. zwangerschap > 1 jaar ziek
4%
> 1 jaar ziek
0.8%
Incl. zwangerschap, > 1 jaar ziek
6.7%
19
Personeelopbouw per 01-01-2015
aantal
%
Uitdiensttredingen
74
17% *
Indiensttredingen
69
16%
Aantal mannen
67
15%
Aantal vrouwen
375
85%
Direct werkenden
401
91%
41
9%
Indirect werkenden Gemiddelde leeftijd Stekmedewerker
40
* Uitdiensttreding incl. beëindiging tijdelijke aanstellingen.
5.1.4 Realisatie doelen jaarplan 2014 Op de volgende gebieden zijn doelen gesteld: Benutting capaciteit en uitstroom cliënten.
De bijbehorende meetbare normen zijn: Aantallen als overeengekomen met subsidiënt.
Realisatie
Wachttijd.
Hulp start zo snel mogelijk en altijd binnen 9 weken.
Cliënttevredenheid.
Rapportcijfer > 8
De beschikbare capaciteit en uitstroom zijn overwegend conform afspraak gerealiseerd. 10% meer cliënten voor gelijk budget. Trajectduur dagbehandeling met 20% en residentieel met 30% verkort t.o.v. 2012. Doel gehaald. In Rotterdam Rijnmond is een betere aansluiting tussen voorzieningen gerealiseerd en zijn de wachttijden korter dan voorheen. Gemiddeld 8.3
Reden beëindiging.
> 70% volgens plan.
79% conform plan.
Doelrealisatie cliënten.
> 80% doelen behaald, of deels behaald.
Medewerkertevredenheid.
Vitaliteitsscan
Ziekteverzuim.
< 5%.
Beoordeling- en functioneringsgesprekken.
> 90% van de medewerkers voert een jaarlijks beoordelingsgesprek.
Professionalisering. Er is ingezet op professionalisering ter versterking van de positie en competenties van de professionals en het vergroten van de professionele autonomie.
> 90% van de ambulante hulpverleners zijn ingeschreven in het beroepsregister. > 75% van de pedagogisch medewerkers zijn ingeschreven.
Nieuwe methode ingevoerd, vergelijking nog niet te maken 73% heeft doelen behaald In 2014 heeft geen meting plaatsgevonden. De scan wordt door PWC voorjaar 2015 uitgevoerd. 4.8% er is sprake van een zeer lichte daling t.o.v. 2013. Met 80% van de medewerkers is in 2014 een gesprek gevoerd, dit is nog niet optimaal wel een verbetering. • 99% van de ambulant hulpverleners • 85% van de PM-ers zijn opgenomen in het register. Er wordt gewerkt conform de uitgangspunten van de “verantwoorde werktoedeling”.
20
Management kwaliteitssysteem.
Communicatie en I-Strategy.
Transitieplan. bijstelling aanbod, structuur en formatie.
De vernieuwde digitale versie is beschikbaar en bekend bij alle medewerkers. Een informatie- en communicatiestrategie wordt vastgesteld en ingevoerd.
• Deelname aan buurt- en wijkteams. • De formatie wordt conform de nieuw vastgestelde norm gerealiseerd. • Ombouw, afbouw en opbouw conform planning.
Uitgevoerd. Medewerkers ontvangen gericht informatie over bijstellingen. De Stek website en het intranet zijn vernieuwd. Medewerkers van Stek, TriviumLindenhof en Bureau Catapult zijn betrokken bij de ontwikkeling van een communicatiestrategie. Er is gekozen voor een werkwijze waarbij de uitvoerend medewerkers in de lead zijn. • 70 Stekmedewerkers werken in wijkteams. • De formatie (vast en flexibel) is in lijn gebracht met het formatieplan voor 2015. • De reorganisatie is geleidelijk en zonder collectief ontslag gerealiseerd. • Het zorgaanbod is op basis van de contracten per 2015 ingericht.
21
5 .2
Financieel beleid
5.2.1 Hoofdlijnen In bedrijfseconomisch opzicht is het jaar 2014 een positief jaar voor Stek. De gedegen bedrijfsvoering is gebaseerd een duidelijke Planning & Control cyclus, tussentijdse sturing en een transparante verantwoording. In 2014 is een aantal bezuinigingen doorgevoerd in het licht van de transformatie en de decentralisatie per 2015. De effecten van deze maatregelen hebben in 2014 mede geleid tot het positief exploitatieresultaat. Stek neemt regelmatig deel aan een benchmarkonderzoek. De conclusie op basis van het in 2014 door Deloitte uitgevoerde onderzoek is dat Stek op concernniveau goede resultaten bereikt met een lage overhead. 5.2.2 Positie op balansdatum De totale reservepositie van Stek is in 2014 als gevolg van het positieve exploitatieresultaat en ondanks de inzet van bestemmingsreserves, per saldo met € 1 miljoen versterkt. Het solvabiliteitspercentage is in 2014 uitgekomen op 67% en is daarmee van een goed niveau. 5.2.3 Toekomstverwachtingen In de komende jaren wordt de zorg aangepast aan de doelstellingen van de transformatie. De professionals van Stek werken samen vanuit hun professionele basis, zij organiseren en bieden de zorg rondom kind en gezin in de sociale omgeving. Daarmee is de verantwoordelijkheid voor de geleverde zorg een gedeelde verantwoordelijkheid en zijn professionals ook expert in samenwerken en verbinden. Minder verwijzen en beter arrangeren met nieuwe oplossingen. Ook is opnieuw sprake van een fikse bezuinigingstaakstelling vanwege bezuinigingen op het macrobudget en de verdeling daarvan op basis van een nieuw verdeelmodel tussen gemeenten. De financiële ruimte zal eind mei bij gemeenten bekend zijn. Stek zal als maatschappelijke aanbieder van jeugdhulp blijven werken met solide begrotingen, afgestemd op de contracten die met onze opdrachtgevers zijn afgesloten. De realisatie wordt periodiek en zorgvuldig gemonitord om indien nodig tijdig te kunnen bijsturen.
22
6.
Geleverde zorg
Jaaroverzicht 2014 - Hulptrajecten per gemeente Regio Rotterdam Rijnmond gemeenten
residentieel
daghulp specialistisch ambulant
Albrandswaard
1
6
Barendrecht
2
26
Brielle Capelle aan den IJssel Goeree-Overflakkee Hellevoetsluis Krimpen aan den IJssel
3 26
36
1
113 3
2
20
18
11
31
Lansingerland
2
10
27
Maassluis
1
27
Nissewaard
4
80
Oud-Beijerland
0
1
Ridderkerk
2
9
24
Rotterdam
67
151
960
Schiedam
5
2
62
Vlaardingen
3
45
Westvoorne
7
Regio Midden-Holland gemeenten
residentieel
daghulp
specialistisch ambulant
Bodegraven-Reeuwijk
12
10
53
Gouda
60
54
313
Krimpenerwaard
7
15
145
Waddinxveen
7
11
96
Zuidplas
9
26
97
Boskoop
4
6
46
Regio Holland Rijnland gemeente Boskoop
residentieel 4
daghulp 6
specialistisch ambulant 46
23
II. JAARREKENING
24
1 .1
Balans per 31 december 2014, na resultaatbestemming
ACTIVA
31-12-2014
31-12-2013
Vaste activa Materiële vaste activa - Gebouwen, terreinen en verbouwingen - Installaties - Overige vaste bedrijfsmiddelen
11.528.762
12.024.174
25.347
51.421
117.257
241.452 11.671.366
12.317.047
Vlottende activa Debiteuren
522.720
661.556
Overige vorderingen en overlopende activa
167.601
360.882
Liquide middelen Totaal
PASSIVA
690.321
1.022.438
7.145.691
5.478.763
19.507.378
18.818.248
—————
—————
31-12-2014
31-12-2013
Eigen vermogen Kapitaal
45
45
Vastgelegd vermogen
1.406.925
1.370.272
Vrij besteedbaar vermogen
5.319.865
4.315.740
Egalisatiefonds investeringssubsidies
6.726.835
5.686.057
6.263.905
6.593.912
Voorzieningen Voor groot onderhoud en huisvesting
1.379.155
1.187.176
Voor personeel
267.767
291.250
Voor uitgestelde beloningen
786.933
1.055.395 2.433.855
2.533.821
0
549.809
Langlopende schulden Kredietinstellingen Kortlopende schulden Crediteuren
367.152
329.504
en pensioenpremies
1.190.205
1.037.908
Overige schulden en overlopende passiva
2.525.426
2.087.237
Belastingen, sociale lasten bedrijfsvereniging
Totaal
4.082.783
3.454.649
19.507.378
18.818.248
—————
—————
25
1 .2
Exploitatierekening 2014
2014
2014
2013
begroting
realisatie
realisatie
Baten Exploitatiesubsidies Overige subsidies Overige bijdragen
25.545.737
25.366.145
25.287.403
1.275.637
1.850.637
1.549.203
1.233.950
1.358.056
1.527.324
28.055.324
28.574.838
28.363.930
—————
—————
—————
18.064.761
17.111.735
17.556.554
4.513.800
4.452.608
4.343.402
Lasten Salariskosten Sociale lasten en premies Overige personeelskosten
605.763
523.575
642.833
Personele kosten
23.184.324
22.087.918
22.542.789
Materiële kosten
4.556.000
5.202.769
4.417.165
27.740.324
27.290.687
26.959.954
—————
—————
—————
315.000
1.284.151
1.403.976
Afschrijving materiële vaste activa
-375.000
-315.674
-589.277
Normaal resultaat voor rente
-60.000
968.477
814.699
Normaal resultaat voor afschrijvingen en rente
Financiële baten en lasten Exploitatieresultaat
60.000
72.301
89.639
0
1.040.778
904.338
—————
—————
—————
26
1 .3
Toelichting
Analyse realisatie 2014 In het jaar 2014 is een positief resultaat behaald van € 1.040.000 (3,6% van de baten), in 2013 was er sprake van een positief resultaat van € 904.000. Het behaalde resultaat zal gebruikt worden voor de versterking van de vermogenspositie (€ 1.000.000) en voor een toevoeging aan de bestemmingsreserve Transitie en ziekterisico’s (€ 40.000). • Baten De exploitatiesubsidies liggen op het niveau van de begroting 2014, behoudens een post Onderproductie provincie Zuid-Holland ad € 62.000. De gerealiseerde Overige subsidies liggen € 600.000 hoger dan de begroting, dit heeft met name te maken met incidentele subsidies van provincie Zuid-Holland, een hogere bijdrage van AWBZ, vergoedingen voor buitenregionale plaatsingen en subsidies voor RAS-activiteiten in Midden-Holland. De overige bijdragen zijn € 125.000 hoger dan begroot, met name door hogere bijdragen PGB voor de medische groep, aanvullende contracten voor Albeda, Zadkine en Klasklus activiteiten. In totaal zijn de baten € 520.000 hoger uitgekomen dan begroot in 2014. • Lasten De personele lasten zijn ten opzichte van de begroting 2014 € 1.100.000 lager. In 2014 is al geanticipeerd op 2015 waar de contractafspraken met de gemeenten zo’n 7% lager zouden uitvallen. De materiële kosten zijn € 650.000 hoger dan begroot. De kosten ICT liggen fors hoger in verband met de voorbereidingen op de transitie, waar de wijkteammedewerkers goed geoutilleerd moeten zijn. Tevens is de omgeving naar Microsoft 2010 gegaan, waarvoor de nodige licenties zijn aangeschaft. Voor HRM zijn de voorbereidingen gemaakt voor een portal voor het personeel. Bij de accommodatiekosten zijn de hypotheeklasten € 100.000 hoger in verband met het vervroegd aflossen van de hypotheekleningen. Onderhoud gebouwen is € 70.000 hoger in verband met noodzakelijke verbeteringen van een aantal panden.
27