INHOUDSOPGAVE
Wo o rd vo o raf
3
1.
D e sch o o l
4
2.
Wa ar sta at o nze sch o o l vo o r ?
5
3.
O rgan isatie e n p e rso n e el
8
4 .
D e ki n d e re n
10
5 . D e o u d e rs
14
6 .
D e o nt w ik ke li n g van h et o n de r w ijs i n d e sch o o l
16
7 .
D e resultate n van h et o n d e r w ijs
17
8.
D e zo rg vo o r kwal ite it
18
9.
Acti ef bu rge rschap e n so cial e i ntegratie
19
10. Regel i n g sch o o l - e n vakantietijde n
20
11
22
2
Van A tot Z
Spectrum Schoolgids
WOORD VOORAF
De schoolgids van het Spectrum voor de periode 2011-2015 ligt voor u. U kunt in deze schoolgids lezen wat er op het Spectrum gebeurt en hoe wij werken. De bedoeling is dat u, de ouders en ook anderen, weten wat u van ons kunt verwachten en wat wij van u verwachten. Als uw kind onze school binnenkomt is het ook onze zorg. Een goede samenwerking is dus heel belangrijk. De schoolgids is niet alleen dik, er staat ook heel veel informatie in. Om het iets overzichtelijker te maken ontvangt u elk schooljaar, na de zomervakantie, een jaarkalender waarop eventuele aanpassingen voor dat schooljaar staan vermeld en de belangrijkste informatie nog een keer is samengevat. Deze gids is tot stand gekomen en wordt ook steeds aangepast met medewerking van ouders. Vanuit het team zijn eveneens reacties verwerkt. Ook nu wordt u weer van harte uitgenodigd om uw reacties op onze schoolgids kenbaar te maken. Hartelijk dank aan iedereen die reageert op inhoud en vormgeving van deze gids. Martin Remeeus, directeur September 2011 * Daar waar in de tekst wordt gesproken over ouders, wordt bedoeld: ouder(s) / verzorger(s).
Spectrum Schoolgids
3
1. D e sch o o l ALGEMENE GEGEVENS Het Spectrum is een openbare school voor speciaal basisonderwijs (SBO). De naam van de school verwijst naar de verscheidenheid aan leerlingen dat onze school bezoekt en naar de begeleidingsmogelijkheden die de school te bieden heeft aan leerlingen die niet in het reguliere basisonderwijs kunnen verblijven. Ook wil de school op allerlei manieren proberen om reguliere basisscholen te ondersteunen bij het werken met probleemleerlingen, zodat verwijzing naar het speciaal basisonderwijs tot een minimum beperkt blijft.
HET SPECTRUM Hoofdvestiging James Wattstraat 10, 1097 DM Amsterdam Telefoonnummer: 020-4627620 Faxnummer: 020-4627624 e-mailadres:
[email protected] internetsite: www.sbospectrum.nl Nevenvestiging IJburg Eva Besnyöstraat 491, 1087 LG Amsterdam Telefoonnummer: 020-6924658
DIRECTIE Martin Remeeus Rob van Aggele Kim van den Akker
directeur adjunct-directeur locatieleider vestiging IJburg
Het Spectrum is een openbare school. Het is de enige school voor speciaal basisonderwijs in het samenwerkingsverband oost. Het verband betreft alle basisscholen in het stadsdeel Oost en de gemeente Diemen. De school telt momenteel 160 leerlingen en ons personeelsbestand bestaat uit ongeveer 40 medewerkers.
BESTUUR Stichting Samen tussen Amstel en IJ (STAIJ) Cruquiusweg 68-70 1019 AH Amsterdam 020 7163460
INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis) Klachten en meldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900-1113111 (lokaal tarief).
4
Spectrum Schoolgids
2.
Wa ar sta at o nze sch o o l vo o r?
2.1
MISSIE
Het Spectrum; uw kind onze gezamenlijke zorg Als uw kind op onze school wordt toegelaten, betekent dit dat uw kind behoefte heeft aan speciale zorg. U mag van ons verwachten dat wij uw kind een veilige leeromgeving bieden waarin leren belangrijk is, maar dan wel leren naar kunnen en dat kunnen is voor elk kind anders. Het gemiddelde kind bestaat immers niet. Wij streven als school voor primair onderwijs de kerndoelen na, al zullen deze zeker niet voor alle leerlingen haalbaar zijn. Wij proberen onze kinderen zodanig te begeleiden dat zij weer ‘terug’ kunnen naar het reguliere onderwijs, meestal een vorm van voortgezet middelbaar beroepsonderwijs (VMBO), of naar het praktijkgericht onderwijs (PrO) In een zeer uitzonderlijk geval kan het voorkomen dat een leerling wordt teruggeplaatst in het basisonderwijs.
2.2
UITGANGSPUNTEN
Het Spectrum heeft twee functies: 1 Het treffen van specifieke orthopedagogische en orthodidactische maatregelen voor kinderen met uiteenlopende hulpvragen. Met de betrekking tot de vormgeving van het onderwijs en de opvoeding van kinderen binnen onze school zijn de volgende uitgangspunten belangrijk: • de leerkracht is een professionele onderwijsgevende en opvoeder; • de schoolomgeving is zodanig ingericht dat elk kind mee mag en mee kan doen; • het leerstofaanbod en de begeleidingsactiviteiten zijn afgestemd op het niveau van het kind. Om dit te kunnen realiseren beschikt de school over een goede interne begeleidingsstructuur en onderhoudt zij intensieve werkrelaties met Bureau Jeugdzorg en andere onderwijsondersteunende diensten. 2 Samenwerking met de basisscholen binnen het samenwerkingsverband. Het betreft hier het ondersteunen van leerkrachten en leerlingen met specifieke hulpvragen in het reguliere basisonderwijs. Uitgangspunt hierbij is dat zoveel mogelijk leerlingen opgevangen kunnen worden in hun eigen basisschool.
2.3
HET SPECTRUM; SCHOOL VOOR SBO IN SAMENWERKINGSVERBAND OOST
Kinderen op onze school zijn per definitie kinderen die specifieke hulp behoeven. School en ouders spelen een belangrijke rol in die hulpverlening. Het gaat om een maximale inzet van alle middelen om deze kinderen op een verantwoorde manier optimale ontwikkelingskansen te bieden. In principe streven wij naar beëindiging van de speciale zorg. De gespecialiseerde zorg is altijd een verlengstuk van de zorgverbredingsactiviteiten van het basisonderwijs. De grenzen van het speciaal basisonderwijs worden enerzijds bepaald door de mogelijkheden van het basisonderwijs en anderzijds door de toelatingscriteria van de expertisecentra.
2.4 EEN AANTAL ASPECTEN WAARIN DE SPECIALE BASISSCHOOL – HET SPECTRUM- ZICH VAN DE REGULIERE BASISSCHOOL ONDERSCHEIDT 1 Aanwezigheid van gespecialiseerde leerkrachten (diploma speciaal onderwijs, RT of anders) De intern begeleiders hebben kennis van verschillende methoden en werkvormen (zowel van de basisschool als van het speciaal basisonderwijs) 2 Kleine stamgroepen van maximaal 15 leerlingen waardoor individueel gerichte begeleiding beter mogelijk is (JRK maximaal 12). 3 De inhoud van het onderwijs is afgestemd op de vraag en de mogelijkheden van de leerlingen. 4 Voor iedere leerling op Het Spectrum wordt er een ontwikkelingsperspectief opgesteld. Op basis van dit ontwikkelingsperspectief en de vorderingen voor de verschillende basisvakken stellen wij groepsplannen op. Het ontwikkelingsperspectief wordt twee keer per jaar bijgesteld en besproken met de ouders. 5 Alle leerlingen in de school zijn leerlingen die specifieke zorg nodig hebben. 6 De aanwezigheid van speciale methodes, leer- en hulpmiddelen evenals diagnostische hulpmiddelen en een breed aanbod in additionele middelen. Middelen waarmee de relatie tussen leerlingen onderling en leerlingen en leerkrachten verbeterd kunnen worden (bv. interactiewijzer, methode sociale vaardigheden) 7 Ondersteuning door de commissie van begeleiding: a Multidisciplinaire benadering van hulpvragen b Directere toegang tot Bureau Jeugdzorg c Handelingsgerichte diagnostiek binnen de school d Sociaal- medisch onderzoek van de leerlingen vindt op school plaats; het contact over leerlingen is daardoor directer en frequenter. 8 Er is een intensief en structureel contact tussen de leerkracht en de ouders. 9 Binnen school zijn gespecialiseerde leerkrachten aanwezig, die kinderen met leer- en gedragsproblemen kunnen helpen. Zo is er bijvoorbeeld voor de kinderen die dat nodig hebben, een centrum voor dyslexieonderzoek en behandeling. 10 Therapeutische hulp in school is beschikbaar voor logopedie, fysiotherapie, sociale vaardigheid, faalangstreductietraining, motorische remedial teaching en ouderbegeleiding. Hierdoor is afstemming tussen leerkrachten en ouders goed mogelijk.
Spectrum Schoolgids
5
2.5
ULPVRAGEN WAARVOOR HET H SPECTRUM EEN AANBOD HEEFT – DE TOELATINGSCRITERIA
1 Hulpvragen met betrekking tot de werkhouding en het taakgedrag; hierbij wordt gedacht aan de volgende problemen: concentratieproblemen, verhoogde afleidbaarheid, aandachtstekort, prikkelgevoeligheid, overbeweeglijkheid en zwakke impulscontrole. 2 Hulpvragen met betrekking tot de leerontwikkeling; didactische achterstand, gedurende langere tijd of stagnatie in de leerontwikkeling (algemeen) 3 Hulpvragen met betrekking tot specifieke leerproblemen (dyslexie, dyspraxie, dyscalculie, dysfasie en dysgrafie) 4 Hulpvragen met betrekking tot de cognitieve- en functieontwikkeling, lage cognitie (IQ > 60), disharmonisch profiel, neurologische disfunctie (als gevolg van problemen tijdens de zwangerschap, trauma tijdens de geboorte e.d.) 5 Hulpvragen met betrekking tot een zwak geheugen en zwakke waarneming 6 Hulpvragen met betrekking tot de sociaal-emotionele ontwikkeling (psycho- sociale ontwikkeling): a internaliserend: acting out gedrag naar volwassenen en leeftijdsgenoten, agressief gedrag, opstandig gedrag, oppositioneel gedrag b kinderen met beperkte sociale vaardigheden c kinderen met problemen in de persoonlijkheidsontwikkeling (identiteitsproblemen, negatief zelfbeeld, extreem aandachtbehoeftige kinderen) d kinderen die verwaarloosd zijn of worden als gevolg van problemen van de ouder(s) of tussen de ouders. 7 Hulpvragen die betrekking hebben op lichamelijke problemen in combinatie met bovenstaande hulpvragen: leerlingen met een medische problematiek zoals epilepsie, cara, nierproblemen, controle van zintuigen (gehoor, visus), gezondheidsvoorlichting (leefstijl, risicovol gedrag, mondhygiëne, voeding, vrije tijd, anticonceptie)
2.6
E GRENZEN VAN HET SPECTRUM M.B.T. DE TOELAATBAARHEID D VAN LEERLINGEN
Een kind kan niet geplaatst worden als er sprake is van een dusdanig bedreigde persoonlijkheidsontwikkeling waardoor het gedrag van het kind onvoldoende corrigeerbaar / beïnvloedbaar is en de veiligheid van en de rust voor andere kinderen in de groep in gevaar komt. Met andere woorden: een kind moet het grootste deel van de dag in een groep kunnen doorbrengen. Bij de beoordeling worden de toelatingscriteria van de zogenaamde expertisecentra gebruikt. Ook de deskundigheid van een leerkracht en / of de draagkracht van het team kan bepalend zijn voor de toelating van een leerling.
2.7
HET PEDAGOGISCH KLIMAAT VAN DE SCHOOL
In de school heerst een ordelijk en rustig klimaat dat het leren en de ontwikkeling bevordert. Door het bieden van veiligheid en structuur kan het kind greep krijgen op de leefwereld (school) en kan het vertrouwen winnen. De leeromgeving is zowel ondersteunend als uitdagend. Klassenmanagement en effectieve instructie zijn sleutelbegrippen op onze school. De omgang met elkaar is gebaseerd op respect voor ieders eigenheid. De school kent een structuur met duidelijke regels: 1 Je komt op school om te leren en je wilt er je best voor doen 2 Je zorgt voor je werkt en ook voor je groep en je school 3 je probeert een probleem (in je werk, met jezelf of met anderen) eerst zelf op te lossen. Lukt dit niet vraag dan om hulp 4 Je houdt rekening met elkaar en probeert elkaar te begrijpen 5 Je helpt elkaar. Deze regels krijgen aan het begin van het schooljaar veel aandacht in de groep. Wij gaan er van uit dat ouders deze regels eveneens onderschrijven en hun kind helpen om zich er aan te houden. Het team van het Spectrum vindt het belangrijk dat: • iedereen zich veilig voelt op onze school en met plezier naar school komt • kinderen op school komen om te leren • iedereen zich goed aan de regels en afspraken probeert te houden • er aandacht geschonken wordt aan de dingen waar de kinderen wel goed in zijn. Een goede omgang tussen ouders en de medewerkers van de school is erg belangrijk voor een optimale ontwikkeling van het kind.
6
Spectrum Schoolgids
2.8
DE VEILIGE SCHOOL
Een veilig schoolklimaat wordt bewaakt door de klachtenregeling, drie contactpersonen, een vertrouwenspersoon en een klachtencommissie. Uiteraard moet eerst geprobeerd worden om, als dat mogelijk is, een voorval of een probleem met de desbetreffende persoon te bespreken. Als dat niet lukt, kunt u terecht bij de directeur of adjunct-directeur en dan pas bij de contactpersonen. De klachtenregeling is bij de school aan te vragen. Het vaststellen van regels is echter niet voldoende. Ook in de groepen wordt veel aandacht besteed aan het omgaan met elkaar. Dit gebeurt met behulp van een lesmethode voor het aanleren van sociale vaardigheden: Leefstijl.
Spectrum Schoolgids
7
3
3.1
DE ORGANISATIE EN ONDERWIJS DE SCHOOLORGANISATIE
De school bestaat uit een hoofdvestiging in de James Wattstraat en een nevenvesting in de Eva Besnÿostraat op IJburg. In beide gebouwen wordt onderwijs gegeven voor leerlingen in de leeftijd van 4 t/m 12 jaar. Een klein aantal leerlingen blijft iets langer op onze school dan de meeste van hun leeftijdgenoten in het reguliere basisonderwijs. De reden hiervoor is dat de leerlingen vaak meer tijd nodig hebben om aan te kunnen sluiten op de eisen van het voortgezet onderwijs. De school kent geen jaargroepensysteem. De indeling van de leerlingen in de groepen vindt plaats op grond van leeftijd, didactisch niveau, sociaal- emotionele ontwikkeling en indien wenselijk en mogelijk, de persoon van de leerkracht. In beide bouwen wordt gewerkt met stamgroepen en in groepsdoorbroken niveaugroepen voor het het reken- en het spellingonderwijs. Ook binnen de stamgroepen wordt gedifferentieerd gewerkt; de leerstof is aangepast aan de behoeften en het niveau van het kind. Op de vestiging in IJburg wordt op enkele middagen per week voor de zaakvakken, wereldoriëntatie, gym en muziek in ateliers gewerkt.
3.2
WIE WERKEN ER IN ONZE SCHOOL?
De (stam)groepen beschikken in de regel over één vaste groepsleerkracht. Daarnaast zijn er soms groepen waarin gewerkt wordt met twee leerkrachten. Alle kinderen hebben echter te maken met meerdere leerkrachten. De school hanteert een systeem van co-teaching. Dit betekent dat er op sommige momenten twee leerkrachten werkzaam zijn in een groep, vaak ook de leerkracht die vervangt bij compensatieverlof of kortdurend ziekteverzuim van de groepsleerkracht. Het kan ook zijn dat deze leerkracht extra zorg biedt aan een of meerdere leerlingen binnen de bouw. Daarnaast zijn er op onze school vakleerkrachten werkzaam; er zijn vakleerkrachten voor bewegingsonderwijs en een vakleerkracht voor muziekonderwijs aanwezig. De school beschikt over een eigen dyslexiecentrum. Uitvoering en beheer zijn in handen van specifiek hiervoor geschoolde leesen taalspecialisten. Voor leerlingen buiten de school is er een vestiging van het ABC-praktijk in Het Spectrum gevestigd. Ook werken er logopedisten. Alle kinderen die onze school bezoeken worden onderzocht op logopedische problemen. Dit zijn problemen die betrekking hebben op het gebruik van de stem, de spraak, de taal en het gehoor. Sommige problemen kunnen in de groep opgelost worden met extra aandacht van de leerkrachten. Soms wordt er individuele hulp of hulp in groepjes gegeven. Soms zal er ook thuis geoefend moeten worden om de gewenste resultaten te bereiken. Het directieteam bestaat uit twee personen. Zowel de directeur als de adjunct-directeur zijn volledig vrijgesteld van lesgevende taken. De directeur is verantwoordelijk voor de algemene gang van zaken en bovenschoolse aangelegenheden. De adjunctdirecteur is o.a. verantwoordelijk voor o.a. de dagelijkse leiding. Voor de onder- en bovenbouw zijn bouwcoördinatoren aangesteld. Deze coördinatoren zijn een dag per week vrij geroosterd om praktische zaken te regelen op het niveau van de bouw en ondersteunen de directie daar waar nodig of wenselijk. De leerlingzorg wordt gecoördineerd door de intern begeleiders. Zij helpen de leerkrachten bij het opstellen, uitvoeren en evalueren van het onderwijs. De begeleidingscommissie bestaat uit een orthopedagoge, een psychologe, een sociaal-maatschappelijk deskundige en de jeugdarts. Deze commissie heeft een onderzoekende, adviserende en begeleidende functie voor leerlingen, ouders en leerkrachten. De orthopedagoge en / of psychologe verrichten psychologisch onderzoek en hebben een begeleidende taak ten aanzien van leerlingen en leerkrachten. Zij zijn tevens betrokken bij het onderzoek en het advies met betrekking tot het vervolgonderwijs van onze leerlingen. De maatschappelijk deskundige kan ouders en leerkrachten adviseren en begeleiden bij opvoedingsproblemen. De schoolarts verricht onderzoek in het kader van de jeugdgezondheidszorg en adviseert ouders en leerkrachten bij sociaal-medische problemen. De school beschikt over twee parttime administratief medewerkers. Er werken op onze school drie conciërges, waarvan twee parttime en één fulltime. Het Spectrum maakt gebruik van de diensten van een fysiotherapeut die, indien wenselijk, de leerlingen op school behandelt. Het gaat dan om kinderen die een achterstand hebben in de motorische ontwikkeling of die houdingsproblemen hebben. De schoolarts bepaalt in overleg met de ouders, de leerkracht en de fysiotherapeut of behandeling nodig is. In de jaarkalender staan namen, functies en taken van al onze medewerkers vermeld.
3.3
VERVANGING BIJ ZIEKTE, SCHOLING, COMPENSATIE- EN ANDER VERLOF
Bij vervanging van leerkrachten met een eigen groep, wordt er naar gestreefd om dit te doen door inzet van steeds dezelfde vervangers. In de praktijk betekent dit dat, indien mogelijk, de duo-collega of de ondersteunende leerkracht die gekoppeld is
8
Spectrum Schoolgids
aan de bouw van het kind, zorg draagt voor de vervanging. Op deze manier krijgt het kind zo veel mogelijk te maken met een vervangende leerkracht die bekend is met de groep en vertrouwd is met de daarin gehanteerde regels, afspraken en werkwijzen.
3.4 DE BEGELEIDING EN INZET VAN STAGIAIRES VAN PABO’S en SPW Het team vindt het belangrijk om aankomende leerkrachten de mogelijkheid te bieden stage te lopen in onze school. Om die reden werkt onze school samen met de PABO van de Hogeschool Amsterdam, de ALO en de opleiding Master Special Educational Needs. Ook zijn er soms studenten van de Universiteit van Amsterdam op onze school werkzaam in het kader van een stage of wetenschappelijk onderzoek. Wanneer een stagiaire van de PABO of ALO voor de groep staat, blijft de groepsleerkracht (vakleerkracht) eindverantwoordelijk. Studenten die afkomstig zijn van de faculteit psychologie of pedagogiek en gedurende korte of langere tijd op onze school een stage vervullen, vallen onder verantwoordelijkheid van de intern begeleider of van de psycholoog of orthopedagoog die op school werkzaam is. Stagiaires uit het SPW kunnen worden ingezet bij lichte ondersteunende activiteiten, zij zijn in geen geval eindverantwoordelijk en werken dus steeds onder begeleiding. Het kan ook zo zijn dat leerlingen extra hulp krijgen van stagiaires. Deze stagiaires worden dan begeleid bij de werkzaamheden door de leerkracht of medewerker bij wie ze hun stage vervullen.
3.5
TEAMSCHOLING EN SCHOLING VAN INDIVIDUELE TEAMLEDEN
Doel van deze scholing is de bekwaamheid van het personeel op peil te houden en verder te ontwikkelen. Soms neemt het hele team deel aan scholing, soms één of meerdere leerkrachten of andere medewerkers. De scholing kan plaats vinden tijdens de lesuren, maar ook buiten de lesuren. Hiervoor wordt jaarlijks een scholingsplan opgesteld. Als er studiebijeenkomsten plaats vinden voor het gehele team is er geen les voor de kinderen. Als leerkrachten individueel of met een klein groepje scholing volgen zal, zoals eerder vermeld, de groep zoveel mogelijk worden opgevangen door de duo-collega of de ondersteunende collega. Middels de jaarkalender en de maandelijkse nieuwsbrieven wordt U op de hoogte gehouden van data waarop studiebijeenkomsten voor het team zijn georganiseerd.
Spectrum Schoolgids
9
4
4.1
DE ZORG VOOR KINDEREN DE PLAATSING VAN EEN KIND OP SCHOOL
Voordat een kind op onze school geplaatst kan worden moet hiervoor een beschikking afgegeven zijn door de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) Deze commissie is aangesteld door het samenwerkingsverband. De basisschool moet deze beschikking samen met de ouders aanvragen. Deze aanvraag geschiedt door middel van een onderwijskundig rapport waarin aangegeven wordt wat de school heeft geprobeerd om het kind met specifieke hulpvragen te begeleiden en wat het resultaat van deze actie is geweest. De basisschool stuurt dit rapport naar de VIA (Verwijzing, Indicatie en Advies). De VIA beoordeelt of de verwijzing terecht is, of de basisschool voldoende actie heeft ondernomen en of er verwezen mag worden naar onze school. Als dit het geval is geeft de Permanente Commissie Leerlingenzorg een zogenaamde beschikking af. Deze beschikking is noodzakelijk om een kind op onze school te plaatsen. Voor de kleuters (4-6 jaar) is deze beschikking tijdelijk. Als het kind 6 jaar is, moet er opnieuw bekeken worden of het verblijf op een speciale basisschool noodzakelijk is.
4.2
PLAATSINGSPROCEDURE
Als ouders na het kennismakingsbezoek akkoord gaan met de aanmelding, moeten zij schriftelijk toestemming geven om alle –voor de plaatsing- relevante gegevens op te vragen bij de basisschool, de VIA en eventueel andere bij het kind en gezin betrokken instanties. Het kind is immers niet blanco als het op onze school wordt geplaatst. Ook moeten de ouders de verklaring van de Permanente Commissie Leerlingenzorg en een kopie van hun identiteitsbewijs kunnen overleggen. Op het moment dat de gegevens van het kind op school ontvangen zijn, wordt door een intakecommissie bekeken of het kind toelaatbaar is op onze school voor speciaal basisonderwijs en wordt de strategie voor verdere handeling bepaald. De intake commissie bestaat uit de orthopedagoog, psycholoog, interne begeleider en de directeur. Meestal zal het zo zijn dat de commissie van mening is dat de leerling toelaatbaar is. In dat geval volgt na verloop van tijd een adviesgesprek met de ouders. Daarin wordt o.a. het ontwikkelingsperspectief besproken. Soms zal de intakecommissie van mening zijn dat er een aanvullend onderzoek nodig is, bv. een observatie op de oude school of een proefplaatsing. Dit kan betekenen dat het kind één of meerdere dagdelen naar school moet komen voor observatie in een groep en/of dat er een oudergesprek dan wel een gesprek met de oude leerkracht/intern begeleider plaatsvindt Ouders kunnen in beroep gaan tegen het advies van de Permanente Commissie Leerlingenzorg. De regeling hiervoor ligt ter inzage op de verwijzende basisschool. Als de ouders akkoord gaan met de plaatsing kan hun kind een kennismakingsbezoek brengen aan de school. Dit bezoek omvat meestal een voorlichtingsgesprek en een rondleiding met een medewerker van school. De officiële plaatsingsdata voor nieuw aangemelde leerlingen zijn: 1 oktober, 1 januari en 1 april. In de praktijk is het soms mogelijk dat ook leerlingen tussendoor geplaatst kunnen worden. Het is uiteraard wel zo dat de groep waarin een kind geplaatst moet worden, ruimte moet hebben. Indien plaatsing binnen drie maanden niet mogelijk is, zal er samen met de basisschool naar een goede oplossing gezocht moeten worden. In principe worden alleen kinderen geplaatst die woonachtig zijn in het gebied van het samenwerkingsverband (stadsdeel Oost en gemeente Diemen). Ouders kunnen echter gebruik maken van hun recht op vrijheid van onderwijs en hun kind aanmelden bij de school van hun keuze.
4.3
TIJDELIJKE PLAATSINGEN
Het kan zijn dat het kind een tijdelijke plaatsing wordt aangeboden door onze school. De reden hiervoor kan zijn dat het ontwikkelingsperspectief van het kind nog niet duidelijk is; een plaatsing op een school voor zeer moeilijk lerende kinderen of zeer moeilijk opvoedbare kinderen wordt overwogen, maar men wil het kind langer observeren, om te komen tot een afgewogen oordeel. Ook is het mogelijk dat een kind tijdelijk geplaatst wordt met het oog op terugplaatsing in het reguliere basisonderwijs. In beide situaties zullen schriftelijk afspraken met de ouders gemaakt worden over de begeleidingsmogelijkheden en de evaluatie van uitgevoerde plannen.
4.3 SPECIALE ONDERWIJSZORG. LEERLINGEN MET EEN TOELAATBAARHEIDSVERKLARING VOOR EEN REC-SCHOOL; EEN KIND MET EEN LEERLING GEBONDEN FINANCIERING (‘rugzak’) Als u als ouder van uw kind met een toelaatbaarheidsverklaring voor een REC-school denkt dat uw kind ook onderwijs kan volgen op onze speciale basisschool, hanteren wij de volgende uitgangspunten en aanmeldingsprocedure: • over elke leerling met een LGF, die aangemeld wordt op onze school, nemen wij een individueel besluit • bij het nemen van dit individuele besluit laten wij ons leiden door het belang van uw kind en de mogelijkheden van onze school om verantwoord onderwijs aan uw kind te bieden. Aandachtspunten hierbij zijn: het gewenste en realiseerbare pedagogische klimaat; het gewenste en realiseerbare leefklimaat; de gewenste en realiseerbare deskundigheid van leerkrachten; de extra begeleidingsmogelijkheden op onze school; de externe ondersteuningsmogelijkheden; samenwerking met de ouders; het gebouw en de overige materiele voorzieningen. • wij hanteren hierbij in hoofdlijnen de volgende procedure: • met de ouders vindt een verkennend gesprek plaats;
10
Spectrum Schoolgids
•
e r wordt een inschatting gemaakt of onze school uw kind dat onderwijs kan bieden dat uw kind nodig heeft. Als dit wenselijk is wordt hierbij externe hulp ingeschakeld. Voor een REC-kind met een rugzak is begeleiding door de betreffende REC-school verplicht; • het team wordt gehoord over een te nemen besluit; • de directie als vertegenwoordiger van het schoolbestuur neemt een besluit; • het besluit wordt schriftelijk aan de ouders meegedeeld. Uiteraard kunnen ouders, nadat het besluit in een gesprek is toegelicht, bezwaar aantekenen tegen dit besluit bij het bevoegd gezag.
4.5
GROEPSINDELING
Criteria voor de groepsindeling zijn: • leeftijd • didactisch functioneren op het gebied van lezen en taal • kindkenmerken, sociaal-emotionele ontwikkeling, cognitie, specifieke stoornissen • leerkrachtkenmerken • overmacht; logistieke overwegingen.
4.6
DE ZORG VOOR HET JONGE KIND.
De jongste kinderen van onze school behoeven extra aandacht en zorg. Op jonge leeftijd is het moeilijk te bepalen wat de reden is voor een ontwikkelingsachterstand. Aan ons de taak om dat te achterhalen. Dat doen we door observaties, gesprekjes en waar dat kan met toetsen. Omdat nog niet altijd duidelijk is of een jonge leerling wel zijn of haar plek zit op het sbo krijgen zij over het algemeen een tijdelijke beschikking voor een jaar. Na dat jaar wordt opnieuw bekeken wat de beste keuze voor het kind is. Soms is dat de tijdelijke beschikking met een jaar verlengen, een vaste beschikking, aanvraag voor een indicatie voor het speciaal onderwijs, of plaatsing op het basisonderwijs. Ook voor deze leerlingen wordt een ontwikkelingsperspectief gemaakt. Omdat het voor deze leerlingen nog moeilijk te bepalen is wat het te verwachte uitstroomniveau is, wordt ingezet op wat net niveau zou kunnen zijn als het kind naar de middenbouw gaat.
4.7
HET VOLGEN VAN DE ONTWIKKELING VAN ONZE LEERLINGEN
Als het kind geplaatst is, wordt het opgenomen in het leerlingvolgsysteem van onze school. Het doel van het leerlingvolgsysteem is een goed beeld te krijgen van de ontwikkeling van het kind tijdens de schoolloopbaan op onze school. Er wordt op onze school gebruik gemaakt van methode gebonden en methode onafhankelijke toetsen om het niveau van de leerlingen vast te stellen. De methode onafhankelijke toetsen worden twee keer per jaar afgenomen voor de vakken technisch en begrijpend lezen, spelling en rekenen. Ook op het gebied van de voorwaarden voor het leren lezen en rekenen en mondelinge taalvaardigheid worden toetsen afgenomen. De meeste van deze toetsen zijn ontwikkeld door het Cito. De resultaten van deze toetsen worden verwerkt in een leerlingvolgsysteem (Parnassys) en geven een overzicht van de ontwikkeling van het kind. Ook kan er een overzicht gemaakt worden van alle leerlingen uit de groep (of niveaugroep) Dit overzicht biedt de leerkracht en de intern begeleider overzicht over de groep; worden de doelen in het groepsplan gehaald of is bijstelling nodig? Ook de sociaal-emotionele ontwikkeling van alle leerlingen wordt in kaart gebracht. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een onderdeel van Parnassys genaamd Zien. Voor de andere vakken worden methodegebonden toetsen gebruikt of toetsen die door de leerkracht zelf ontwikkeld zijn.
4.8
DE VERSLAGGEVING VAN GEGEVENS OVER LEERLINGEN
Van elk kind dat onze school bezoekt wordt er een dossier aangelegd. Dit dossier bevat bij plaatsing de aanmeldingsgegevens, een kopie van de beschikking van de Permanente Commissie Leerlingenzorg, een kopie van het paspoort van het kind/ de ouders en het ontwikkelingsperspectief. Dit dossier wordt verder aangevuld tijdens de schoolloopbaan van het kind op onze school met o.a.: • Bijgestelde ontwikkelingsperspectieven • Verslagen van huisbezoeken; deze verslagen bevatten een samenvatting van de impressie die de groepsleerkracht heeft van het kind en zijn leefsituatie. Deze informatie kan relevant zijn voor de begeleiding op school. • Individuele handelingsplannen en de evaluaties hiervan • Verslagen van diagnostisch onderzoek (uitgevoerd door leden van de commissie van begeleiding of ter beschikking gesteld door andere hulpverleners) • Afsprakenbladen Het dossier van het kind is voor ouders ter inzage beschikbaar op onze school. In het kader van de Wet op Persoonsregistratie mogen de dossiers alleen op school ingekeken worden door medewerkers die direct betrokken zijn bij de begeleiding van het kind en zijn ze opgeslagen in een dossierkast die gesloten is. Aan anderen worden alleen gegevens verstrekt indien de ouders daarvoor schriftelijke toestemming verlenen. Als het kind van school gaat moet het dossier vijf jaar bewaard blijven. Daarna wordt het vernietigd.
Spectrum Schoolgids
11
4.9 TEAMLEDEN DIE IN DE SCHOOL DIE DE VORDERINGEN VAN DE LEERLINGEN DOORSPREKEN Als het kind geplaatst wordt, is het ontwikkelingsperspectief het uitgangspunt. Als het kind naar en andere groepsleerkracht gaat, bespreekt hij / zij het kind met de nieuwe groepsleerkracht. De groepsleerkracht stelt het groepsplan op en stelt vast of er één of meerdere kinderen in de groep zijn die specifieke zorg nodig hebben. Het plan en de specifieke hulpvragen worden besproken met de intern begeleider. Samen bepalen zij of er nadere diagnostiek moet plaatsvinden of dat er een individueel handelingsplan opgesteld moet worden en of dat er andere medewerkers binnen de school ingeschakeld moeten worden. Te denken valt aan een logopedist, de fysiotherapeut, SOVA- trainer of leden van de begeleidingscommissie. De intern begeleider organiseert de specifieke hulp voor kinderen. Regelmatig heeft de intern begeleider een gesprek met de groepsleerkracht en met andere betrokken medewerkers over het groepsplan of individuele plan. Het groepsplan wordt in principe na een half jaar geëvalueerd, het individuele plan op een afgesproken tijdstip. Als er een individueel plan wordt opgesteld, worden de ouders hiervan op de hoogte gebracht. Uiteraard zullen zij ook ingeschakeld worden als er hulp van buiten de school wenselijk is. Het groepsplan wordt tussentijds geëvalueerd in gesprekken tussen intern begeleider en groepsleerkracht. Na afloop van de groepsplanperiode wordt het groepsplan geëvalueerd waarna een nieuw groepsplan wordt opgesteld. Maandelijks wordt voor leerlingen waarbij sprake is van meervoudige problematiek leerlingbesprekingen georganiseerd. Aan deze bespreking nemen de leden van de begeleidingscommissie deel, de intern begeleider en de desbetreffende leerkracht (mogelijk zullen ook andere betrokkenen deelnemen aan de bespreking). Het doel van deze bespreking is het expliciteren van de hulpvragen van leerlingen, het bespreken van de resultaten van onderzoek, het bepalen van de strategie en het formuleren van een hulpaanbod of het evalueren van uitgevoerde handelingsplannen. Het ontwikkelingsperspectief wordt twee maal per jaar bijgesteld en besproken met de ouders. Onze leerlingen krijgen twee maal per jaar een rapport. Dit rapport is geschreven voor de leerlingen en verschijnt nadat de kinderen periodiek getoetst zijn. In het rapport wordt aangegeven op welk niveau het kind werkt en hoe het kind werkt op school. De ouder(s)/ verzorger(s) zijn verplicht dit rapport op te halen. Het is belangrijk dat het welbevinden en de leervorderingen van de kinderen met hen besproken wordt; als een kind bv. erg zijn best doet op school betekent dit niet altijd dat de vorderingen ook goed zijn. De leerkracht bespreekt het rapport met de ouders en geeft toelichting daar waar nodig.
4.10 DE SPECIALE ZORG VOOR KINDEREN MET SPECIFIEKE BEHOEFTEN Het is mogelijk dat bij plaatsing van een kind al duidelijk is dat er binnen of buiten de school hulp of extra zorg gezocht moet worden om een succesvolle schoolloopbaan te kunnen creëren. In dat geval worden er vanaf het begin afspraken met de ouders gemaakt. Tevens is het mogelijk dat tijdens het verblijf van het kind op onze school specifieke hulpvragen ontstaan. In dat geval neemt de groepsleerkracht contact op met de intern begeleider. Samen formuleren zij de hulpvraag en brengen deze in tijdens de leerlingbespreking met de commissie van begeleiding. In deze bespreking wordt vastgelegd of er direct hulp geboden kan worden of dat er nader onderzoek nodig is. Er wordt een plan opgesteld waarin wordt opgenomen op welk moment welke actie ondernomen wordt. De ouders worden hiervan door de school op de hoogte gebracht.
4.11 DE VOORZIENINGEN Op onze school zijn een aantal hulpvoorzieningen aanwezig; • taakleerkrachten die extra hulp kunnen geven aan individuele leerlingen of aan groepjes leerlingen (mits zij niet hoeven in te vallen voor zieke of afwezige leerkrachten) • logopedisten • motorisch remedial teachers • er wordt speltherapie gegeven, evenals sociale vaardigheidstraining en faalangstreductietraining • een kinderfysiotherapeut heeft een aantal uren per week zijn praktijk op de school • de begeleidingscommissie bestaat uit een orthopedagoog, psycholoog, jeugdarts en een sociaal-maatschappelijk deskundige die parttime aan de school verbonden zijn en door kunnen verwijzen naar hulpverlenende instanties als de huisarts, een specialist, Bureau Jeugdzorg enz. • de school kan gebruik maken van externe advisering en begeleiding door De Bascule (een samenwerkingsproject van het RIAGG, het Pedologisch Instituut Duivendrecht en jeugdhuis Middelveld) • de school kan doorverwijzen naar een vorm van Speciaal Onderwijs • de school kan opvang verzorgen voor kinderen met een Leerling Gebonden Financiering. Reeds eerder is opgemerkt dat de ouders een belangrijke rol spelen bij het nemen van de beslissing om extra zorg te organiseren rondom een kind.
12
Spectrum Schoolgids
4.8 DE BEGELEIDING VAN DE OVERGANG VAN KINDEREN NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJS Als kinderen de leeftijd van 12 jaar bereikt hebben, worden zij meestal geplaatst in één van de eindgroepen van onze school. Na acht jaar basisonderwijs gevolgd te hebben, kunnen zij in principe naar het voortgezet onderwijs. Om te kunnen doorstromen naar het reguliere voortgezet onderwijs moeten leerlingen aan een aantal minimumvoorwaarden voldoen: • zij moeten een didactisch niveau hebben dat minimaal vergelijkbaar is met het niveau van leeftijdgenoten in het basisonderwijs (eind groep 6) • zij moeten beschikken over een aantal sociale vaardigheden (zich kunnen aanpassen in een grote groep, conflicten op een goede en zelfstandige manier kunnen oplossen, hulp kunnen en durven vragen) • zij moeten een goede werkhouding tonen en zelfstandig aan een opdracht kunnen werken. Leerlingen die vanwege hun leerproblemen (leercapaciteiten) en / of gedragsproblemen niet kunnen doorstromen naar een vorm van regulier voortgezet onderwijs, komen in aanmerking voor doorverwijzing naar het Praktijk Onderwijs (PrO). Als kinderen aangewezen zijn op voortzetting van de extra hulp in het Voortgezet Onderwijs, weten de ouders dit vaak al voordat het kind naar de eindgroep gaat. Door de informatie uit het ontwikkelingsperspectief, blijkt namelijk al eerder wat het perspectief voor een kind zal of kan zijn. Aan het begin van het schooljaar is er voor alle ouders een informatieavond. Aan de ouders van de leerlingen in de eindgroepen wordt op deze avond uitgelegd hoe het traject voor de overgang basisonderwijs – voortgezet onderwijs zal verlopen. Op deze avond zal informatie worden verstrekt over de verschillende toetsen die de kinderen moeten maken en de criteria die een rol spelen bij het advies voor een vorm van Voortgezet Onderwijs. Er zal ook informatie verstrekt worden over de verschillende VO scholen zelf. In november wordt de NDT (Nederlandse Differentie Test) afgenomen. Deze toets wordt afgenomen door de orthopedagoog / psycholoog van de school. De resultaten van deze toets geven een indicatie voor de onderwijsmogelijkheden van het kind. Als uit deze toets mocht blijken dat een kind kan worden verwezen naar het VMBO (zonder LWOO), moet het later nog een keer deelnemen aan de CITO- eindtoets in februari. Na de NDT wordt een onderwijskundig rapport van de leerling opgesteld; de orthopedagoog / psycholoog schrijft een samenvatting van de NDT, het ontwikkelingsperspectief is aangepast, de schoolarts doet een eindonderzoek en indien er begeleiding van de maatschappelijk deskundige heeft plaatsgevonden, levert ook deze een bijdrage aan de eindrapportage van de leerling. De commissie van begeleiding bespreekt het kind en formuleert op grond van de gegevens en de resultaten een eindadvies. Dit eindadvies wordt met de ouders besproken. Tevens wordt bekeken welke VO-scholen het kind zou kunnen bezoeken. In maart krijgen de ouders van de leerlingen die deelgenomen hebben aan de CITO-toets de uitslag. Kinderen die in aanmerking komen voor het praktijkonderwijs (PrO) en het leerwegondersteunend onderwijs (LWOO) moeten aangemeld worden bij een Regionale Verwijzingcommissie (de RVC). Deze commissie bepaalt dan of een leerling al dan niet wordt toegelaten. • Om leerlingen die naar het Voortgezet Onderwijs gaan goed voor te bereiden op deze stap, bezoeken de eindgroep leerlingen een aantal scholen voor Voortgezet Onderwijs. De leerlingen kunnen daar soms een proefles volgen en een rondleiding krijgen, zodat ze zelf ervaren dat een aantal zaken anders geregeld zijn dan op de basisschool, zoals meerdere leerkrachten per dag, lokaalwisselingen en kantinebezoek. Als het kind door de ouders is aangemeld op een school voor VO zal deze school vragen om het onderwijskundig rapport. De ouders moeten dan toestemming verlenen om deze gegevens op te sturen. Vaak vinden er ook overdrachtgesprekken plaats tussen de leerkrachten van de eindgroepen en de mentoren van de school voor VO. Wij vinden het belangrijk dat het kind goed terecht komt in het VO. Ook blijft er contact bestaan tussen onze en de nieuwe school, vooral het eerste jaar. Bij eventuele problemen neemt de nieuwe school vaak contact met ons op voor ruggespraak of advies. Wij vinden het altijd erg leuk om onze oud-leerlingen regelmatig terug te zien met hun schoolrapporten. Ook als het misschien niet zo goed gaat, zijn zij altijd van harte welkom.
Spectrum Schoolgids
13
5
5.1
De Ouders HET BELANG VAN DE BETROKKENHEID VAN OUDERS
Wij vinden het erg belangrijk dat er een goed contact is tussen de ouders en de school. Hoe beter dit contact is, hoe beter er samenwerking kan plaatsvinden. En dit komt altijd ten goede van het kind. De school heeft een Medezeggenschapsraad (MR) en beschikt over hulpouders. De taak van de MR kan als volgt worden samengevat: • het bevorderen van de samenwerking tussen ouders en school • het meedenken over het beleid van de school door middel van het uitbrengen van adviezen over belangrijke voorgenomen besluiten • behartigen van de belangen van de ouders en het personeel van de school Hulpouders verlenen allerlei hand- en spandiensten aan het team. Elk jaar vragen wij aan alle ouders of zij hun medewerking willen verlenen bij activiteiten of klussen in de school: zoals het versieren van het gebouw bij feestelijkheden of het beheren van de bibliotheek en het documentatiecentrum.
5.2
INFORMATIEVOORZIENING OVER HET ONDERWIJS EN DE SCHOOL
De kennismakingsbijeenkomsten: Ouders van nieuwe leerlingen brengen hun kind de eerste dag naar school, maken kennis met de leerkracht en ontvangen de benodigde informatie. Aan het begin van het nieuwe schooljaar vindt er een kennismakingsavond plaats. Op deze avond worden alle ouders van de leerlingen in een bepaalde groep door de leerkracht uitgenodigd. De leerkracht vertelt en laat zien hoe er met de kinderen wordt gewerkt en deelt mee wat de ouders mogen verwachten van de school. Omgekeerd zal de leerkracht ook uitspreken wat de school van ouders verwacht. Jaarlijks vinden er drie projecten plaats. De thema’s hebben altijd een relatie met de thema’s uit de taalmethode. Als het onderwerp dat toelaat worden alle ouders uitgenodigd op de afsluiting van het project. Het ontwikkelingsperspectief wordt twee keer per jaar, in september/oktober en februari/maart, bijgesteld en besproken met de ouders. De leerlingen krijgen twee keer per jaar, in januari en juni, een rapport mee. Dit rapport is voor de kinderen geschreven en wordt dan ook met de kinderen besproken. Niet met de ouders! Daarvoor is de bespreking van het ontwikkelingsperspectief. Naast deze schoolgids die één keer per vier jaar wordt uitgegeven, ontvangen de ouders aan het begin van elk schooljaar een schoolkalender. In deze kalender staan eventuele veranderingen van de schoolgids en de jaarlijkse informatie (d.w.z. alle praktische informatie en een overzicht van de activiteiten en vakanties in het desbetreffende schooljaar) In de nieuwsbrief (één keer per maand) wordt u op de hoogte gesteld van de laatste ontwikkelingen en ontvangt u een overzicht van geplande activiteiten en vrije dagen. Drie keer per jaar geven wij een schoolkrant uit: Het Spektakel. Ook in de schoolkrant kunt u, naast de leerlingbijdragen, ander belangrijk nieuws lezen.
5.3
KLACHTENPROCEDURE
Ouders kunnen in principe altijd op school terecht als ze willen praten over hun kind. De beste manier hiervoor is om een afspraak te maken met de leerkracht, de intern begeleider of de directie. Ook is het mogelijk dat u het ergens niet mee eens bent. Bespreekt u dat bij voorkeur eerst met de desbetreffende leerkracht of medewerker. Komt u er samen niet uit, schakel dan de directie in. Wanneer dat ook niets oplost of het probleem niet met de leerkracht of directie wilt bespreken, kunt zich wenden tot één van de contactpersonen van onze school. Hun namen en telefoonnummers vindt u op de schoolkalender. Als het niet lukt om de klacht op schoolniveau op te lossen, kunt u gebruik maken van de klachtenregeling van het schoolbestuur. Deze is op school verkrijgbaar. Gaat het om een klacht m.b.t. seksuele intimidatie, dan kunt rechtstreeks contact opnemen met de inspectie. Het is ook mogelijk om een klacht rechtstreeks in te dienen bij de Landelijke Klachten Commissie. Het adres is: Onderwijsgeschillen Postbus 85191 3508 AD Utrecht Telefoon: 030-2809590
14
Spectrum Schoolgids
5.4
OUDERBIJDRAGEN
De overheid en het schoolbestuur vergoeden niet alle onkosten die de school maakt. Feesten zoals Sinterklaas, Kerst, het afscheid van de schoolverlaters enz. kan de school zelf niet betalen. Daarom vragen wij van alle ouders elk jaar een bijdrage. Deze bijdrage is vrijwillig en wordt jaarlijks opnieuw vastgesteld. Als ouders deze bijdrage niet willen betalen is het niet mogelijk deze extra’s voor de kinderen te organiseren. Als ouders de bijdrage niet kunnen betalen, kunnen ze contact opnemen met de directie. De bijdrage wordt jaarlijks vastgesteld en vermeld in de schoolkalender.
5.5
SCHOOLVERZEKERING
Onze school sluit een ‘schoolongevallen/WA verzekering’ af. Deze verzekering is van kracht voor alle leerlingen op weg van en naar school, tijdens hun verblijf op school en tijdens naschoolse activiteiten (b.v. VSD) die onder verantwoordelijkheid van de school na schooltijd in school plaatsvinden. We raden ouders aan om zelf voor aanvullende verzekeringen te zorgen, omdat de schoolongevallenverzekering secundaire dekking biedt. Dit wil zeggen dat de ouders van de leerling de schade eerst dienen te claimen bij de eigen ziektekosten/WA verzekering. Indien de schade niet of niet volledig door de eigen verzekeraar wordt vergoed kan pas de schade worden geclaimd op de schoolongevallen verzekering .Bij een ongeval dient onmiddellijk contact opgenomen te worden met de schoolleiding. Bij inschrijving van uw kind op onze school vragen wij ook naar het nummer van uw ziektekostenverzekering. De reden hiervoor is dat, als er een ongeluk plaats vindt op school, wij bij de Eerste Hulppost van het OLVG verplicht zijn dit nummer door te geven.
Spectrum Schoolgids
15
6.
DE ONTWIKKELING VAN HET ONDERWIJS OP ONZE SCHOOL
De periode van deze schoolgids gaat gelijk op met die van het schoolplan. In het schoolplan voor de beleidsperiode 2011-2015 staat onder andere beschreven wat de speerpunten zijn. Deze speerpunten zijn tot stand gekomen op basis van de evaluatie van de doelen van het vorig schoolplan waarin we ons afvragen of we de goede dingen doen en of we ze goed doen en op basis van nieuwe inzichten in het onderwijs. Enkele speerpunten uit het schoolplan zijn: invoering van de 1-zorgroute met aandacht voor afstemming van ontwikkelingsperspectieven, groepsoverzichten en groepsplannen; werken met leerlijnen; handelingsgericht werken en invoering en gebruik van het leerlingvolgsysteem sociaal-emotionele ontwikkeling ‘Zien’
16
Spectrum Schoolgids
7.
DE RESULTATEN VAN HET ONDERWIJS
Wij zijn geen school met goede resultaten in de betekenis van hoge uitstroomcijfers naar bepaalde vormen van voortgezet onderwijs. Dat zullen en kunnen ouders ook niet van ons verwachten. Toch zijn wij van mening dat de kwaliteit van ons onderwijs dusdanig is dat wij kunnen vaststellen dat onze resultaten wel goed zijn. Dat ‘goed’ is dan afgezet tegen de problemen en de achterstanden waarmee de kinderen aanvankelijk op onze school kwamen. Om de leervorderingen van de kinderen goed in de gaten te houden worden zij nauwkeurig gevolgd. De kwaliteit van ons onderwijs zit echter niet alleen in het behalen van resultaten in de vorm van uitstroomcijfers, maar ook in de schoolbeleving van de kinderen. Voordat zij bij ons op school kwamen was er vaak sprake van een negatieve schoolbeleving (het niet kunnen meekomen, faalangst, werkhouding- en concentratieproblemen zijn daar vaak debet aan). Wij vinden dat we ook resultaat behaald hebben als het kind school weer leuk is gaan vinden, weer zelfvertrouwen heeft gekregen. Deze resultaten zijn moeilijk in een cijfer uit te drukken. Daarom houden wij met enige regelmaat een enquête onder de ouders en onder onze leerlingen. Hierin kunnen ze aangeven hoe zij de kwaliteit van ons onderwijs ervaren en beoordelen. De uitstroomcijfers worden per jaar vermeld in de schoolkalender.
Spectrum Schoolgids
17
8.
DE ZORG VOOR KWALITEIT
In de kern is kwaliteitszorg in scholen te herleiden tot vijf eenvoudige vragen:
- - - - -
Doen we de goede dingen? Doen we die dingen ook goed? Hoe weten we dat? Vinden anderen dat ook? Wat doen we met die wetenschap?
Kortom; kwaliteitszorg betekent dat scholen systematisch de ‘goede dingen nog beter proberen te doen’. Adequate instrumenten en een heldere plannings- en beleidscyclus zijn hiervoor onontbeerlijk. Wij werken planmatig en cyclisch. De kwaliteitszorg op onze school voldoet aan de eisen die de inspectie stelt ten aanzien van kwaliteitszorg. De volgende indicatoren geven ons richting bij het vormgeven aan de zorg voor kwaliteit: - Inzicht in de verschillen in onderwijsbehoeften van onze leerling-populatie - Jaarlijkse systematische evaluatie van de kwaliteit van onze opbrengsten - Regelmatige evaluatie van het leren en onderwijzen - Planmatig werken aan verbeteractiviteiten - Borging van de kwaliteit van het leren en onderwijzen - Rapportage aan belanghebbenden over de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs - Waarborgen van sociale veiligheid voor de leerlingen en het personeel - Zorg dragen voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving Op onze school zijn de volgende voorwaarden leidend voor de wijze waarop wij vorm geven aan kwaliteitsbeleid: a. De schoolleiding stuurt de kwaliteitszorg aan Wij zijn van mening dat de directie van de school een cruciale rol heeft als het gaat om de aansturing van kwaliteitszorg. Uiteraard is de zorg voor de (eigen) kwaliteit een zorg die bij iedere medewerker of betrokkene van onze school hoort te liggen, maar de wijze waarop wij de kwaliteit bepalen, bewaken en bevorderen is de verantwoordelijkheid van de directie (directeur en overig management) b. De kwaliteitszorg is verbonden met de visie op leren en onderwijzen zoals geformuleerd in het schoolplan De kwaliteitszorg van onze school richt zich op de doelen van de Stichting Samen tussen Amstel en IJ en de doelen van de school. Daar willen we voor staan en daar mogen anderen ons op aanspreken c. De schoolleiding zorgt voor een professionele schoolcultuur. Voor een professionele schoolcultuur is een professionele schoolleiding nodig, die kan beschikken over professionele medewerkers Om de medewerkers zo goed mogelijk te kunnen faciliteren en begeleiden bij hun taak op school, heeft de school en het schoolbestuur integraal personeelsbeleid d. Bij de zorg voor kwaliteit zijn personeel, directie, leerlingen, ouders/verzorgers en bestuur betrokken. In dit schoolplan wordt aangegeven op welke wijze wij de diverse groepen vragen naar hun mening: in de diverse meetinstrumenten (zie volgende paragraaf). In hoofdstuk 7 wordt aangegeven hoe wij verantwoording afleggen over de kwaliteit van de school
18
Spectrum Schoolgids
9.
ACTIEF BURGERSCHAP EN SOCIALE INTEGRATIE
Burgerschap en Sociale Integratie. Als reactie op onze steeds veranderende samenleving, is enkele jaren geleden het vak Burgerschap en Sociale Integratie op alle scholen (verplicht) ingevoerd, zo ook op Het Spectrum. Ons streven is om onze leerlingen straks voldoende toegerust met kennis en vaardigheden op dit gebied, als actief en betrokken burger te kunnen laten deelnemen aan onze maatschappij. Als belangrijkste middel daarvoor gebruiken wij de methode ‘Leefstijl’, met daarnaast verschillende ondersteunende activiteiten, die vooral tijdens de projectperiodes verder worden uitgediept. Aanvullend is, onder andere, het lezen en bespreken van het tijdschrift Sam Sam, deelname aan Todos en andere wereldprojecten en inzamelingsacties of sponsorlopen voor noodlijdende landen, volkeren of een ander goed doel. Op deze wijze doen onze leerlingen ervaringen op, waarin ze kennis maken met verschillende culturen, waarden, en normenpatronen, zodat ze zich meer bewust zijn van hun eigen culturele wortels en daardoor weer in staat zijn zich te verplaatsen in die van anderen binnen onze samenleving en daarbuiten.
‘Zien’ ‘Zien’ is een programma binnen ons leerlingvolgsysteem dat de sociaal-emotionele ontwikkeling van onze leerlingen in kaart brengt. Voor het aanleren van de benodigde vaardigheden maken wij als school o.a. gebruik van de bovengenoemde methode ‘Leefstijl’. ‘Zien’ heeft als doel de kinderen door de jaren heen te volgen in de ontwikkeling van hun sociale competenties en te signaleren aan welke aspecten eventueel extra aandacht moet worden besteed.
Spectrum Schoolgids
19
10.
REGELING SCHOOL- EN VAKANTIETIJDEN
10.1 SCHOOLTIJDEN Alle leerlingen van onze school beginnen en eindigen hun schooldag op dezelfde tijd. Maandag 08.45 – 15.00 uur Dinsdag 08.45 – 15.00 uur Woensdag 08.45 – 12.00 uur Donderdag 08.45 – 15.00 uur Vrijdag 08.45 – 15.00 uur
10.2 PAUZE EN OVERBLIJVEN De duur van de pauzes is voor alle leerlingen gelijk behalve voor de allerjongsten, die iets meer pauzetijd hebben. Niet alle groepen spelen tegelijkertijd. De reden hiervan is dat het toezicht op de leerlingen goed georganiseerd moet kunnen worden en dat er op deze manier meer speelruimte is voor elk kind. De leerlingen hebben ’s morgens een kwartier pauze en ’s middags een half uur. Alle leerlingen blijven over op school, omdat er te weinig tijd is om heen en weer naar huis te gaan. Leerkrachten en onderwijsondersteunend personeel houden toezicht tijdens alle pauzes. De kinderen moeten zelf hun eten mee naar school nemen. Wij pleiten voor een gezonde lunch. Chips en snoep zijn, behalve op verjaardagen, niet toegestaan. Ook koolzuur houdende dranken zijn niet toegestaan. Er zijn koelkasten op school aanwezig voor zelf meegebracht drinken.
10.3 REGELS VOOR AANVANG EN EINDE VAN DE SCHOOLTIJD Het is belangrijk dat de kinderen op tijd op school zijn. De schooldeuren gaan vijftien minuten voor aanvang van de lessen open. Als de weersomstandigheden erg slecht zijn mogen de kinderen in de hal wachten totdat de school begint. Als dit nodig is (bv. bij ziekte of een handicap) kunnen ouders contact opnemen met de schoolleiding over eventuele opvangmogelijkheden. Het is de bedoeling dat de kinderen rechtstreeks en rustig richting lokaal gaan en hun jas netjes aan de kapstok op de gang hangen. De leerkrachten ontvangen hun leerlingen ‘s morgens bij de deur van het klaslokaal. Eenmaal in het lokaal neemt het kind daar rustig plaats. Als kinderen te laat zijn verwachten wij hierover bericht van de ouders. Wij willen namelijk graag weten wie verantwoordelijk is voor het te laat komen. In overleg met de ouders kunnen dan maatregelen worden genomen. Voor het kind betekent dit dat als het regelmatig te laat op school komt, de tijd na schooltijd moet worden ingehaald. Als de oorzaak voor het te laat komen bij de ouders ligt, kunnen deze door de leerplichtambtenaar aangesproken worden. Ouders mogen hun kind begeleiden naar de klas. Wij verwachten wel dat zij de groepsleerkracht de gelegenheid geven aandacht te besteden aan alle kinderen en dat de lessen op de juiste tijd kunnen beginnen. Uiteraard mogen de kinderen niet voortijdig de les verlaten. Als een ouder een kind wegens omstandigheden eerder uit de klas wil halen, moet de leerkracht hiervan vooraf op de hoogte worden gesteld.
10.4 MAATREGELEN PREVENTIE SCHOOLVERZUIM Als kinderen vanwege ziekte niet naar school kunnen komen, wordt verwacht dat de ouders dit op de eerste dag van het verzuim vóór 09.00 uur doorgeven aan de school. Er vindt verzuimregistratie plaats. De school moet ongeoorloofd verzuim doorgeven aan het LAS. Dit is een gemeentelijk administratiekantoor waar alle verzuimgegevens van de leerlingen in Amsterdam geregistreerd worden. Als kinderen zonder bericht verzuimen worden de ouders benaderd door school.
10.5 VAKANTIEREGELING De complete vakantieregeling staat vermeld in de jaarkalender, delen hiervan zijn terug te vinden in de maandelijkse nieuwsbrieven die wij uitgeven.
20
Spectrum Schoolgids
10.6 RICHTLIJNEN VERLOF Richtlijnen verlof wegens gewichtige omstandigheden. 1. Gewichtige omstandigheden 10 schooldag per schooljaar of minder; Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden op grond van het gestelde artikel 14 , lid 1 van de Leerplichtwet 1969 voor 10 schooldagen per schooljaar of minder dient vooraf of binnen twee dagen na ontstaan van de verhindering aan de directeur van de school te worden voorgelegd. 2. Gewichtige omstandigheden meer dan 10 schooldagen per schooljaar: Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden op grond van artikel 14, lid 3 van de Leerplichtwet 1969 voor meer dan 10 schooldagen per schooljaar dient minimaal 8 weken van tevoren via de directie van de school, bij de leerplichtambtenaar van het stadsdeel waar de school staat, te worden voorgelegd. Hiervoor gelden de volgend richtlijnen. a. Voor het voldoen aan een wettelijke verplichting, voor zover dit niet buiten de lesuren kan geschieden. b. Voor verhuizing ten hoogste 1 dag. c. Voor het bijwonen van het huwelijk van bloed- of aanverwanten t/m de 3de graad voor 1 of ten hoogste 2 dagen en in het buitenland maximaal 5 lesdagen. d. Bij ernstige ziekte van ouders of bloed- of aanverwanten t/m de 3de graad zonder kans op herstel, duur in overleg met directeur of de leerplichtambtenaar (bij meer dan 10 dagen). e. Bij overlijden van bloed - of aanverwanten in de 1e graad voor ten hoogste 4 dagen; van bloed - of aanverwanten in de 2e graad voor ten hoogste 2 dagen; van bloed - of aanverwanten in de 3e en 4e graad voor ten hoogste 1 dag; f. Bij 25-, 40- en 50- jarig ambtsjubileum en het 12 ½-, 25-, 40-, 50- en 60-jarige huwelijksjubileum van ouders of grootouders voor 1 dag; g. Voor andere naar het oordeel van de directie belangrijke redenen, maar geen vakantieverlof.
10.7 Richtlijnen verlof buiten de schoolvakanties. Vakantieverlof Een verzoek om vakantieverlof op grond van artikel 13a van de Leerplichtwet 1969 dient minimaal 8 weken van tevoren aan de directeur van de school te worden voorgelegd. Vakantieverlof kan alleen: Wegend de specifieke aard van het beroep van één van de ouders het slechts mogelijk is buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan. een werkgeversverklaring wordt overlegd waaruit blijkt dat geen verlof binnen officiële schoolvakanties mogelijk is. Verlof mag alleen volgen bovengenoemde reden en dit: mag eenmaal per schooljaar worden verleend; mag niet langer duren dan 10 schooldagen mag niet plaats vinden in de eerste twee lesweken van het schooljaar Bij een aanvraag voor verlof dient een schriftelijk bewijs te worden overlegd. Extra verlof wordt niet verleend vanwege de volgende redenen: • goedkope vliegtickets; • omdat de tickets al gekocht zijn of omdat er geen tickets meer zijn in de vakantieperiode; • drukte bij de boot over de Straat van Gibraltar; • één van de kinderen kan niet alleen achterblijven; • oriënteren op terugkeer naar land van herkomst; • vakantiespreiding in den land. In overleg met de directie van de school en de leerplichtambtenaar kan anders worden beslist! Bij een aanvraag dient een schriftelijk bewijs te worden overlegd. Verzuim na de zomervakantie. Door het bestuur en/of de directeur van de school mag geen verlof (wegens) vakantie verleend worden tijden de eerste veertien dagen van het schooljaar (artikel 13a Leerplichtwet 1969). Elk vermoedelijk ongeoorloofd verzuim dient gemeld te worden en het Amsterdamse parket zal een strikt vervolgingsbeleid hanteren. Bezwaarschriftprocedure: De belanghebbende bij dit besluit kan op grond van artikel 7:1 van de Algemene Wet bestuursrecht binnen zes weken tegen dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij het dagelijkse bestuur van het stadsdeel Oost/Watergraafsmeer, Linnaeusstraat 89, 1093 EK Amsterdam. Het indienen van een bezwaarschrift schort de werking van dit besluit niet op. Indien onverwijlde spoed dit vereist kan hangende de bezwaarschriftprocedure een voorlopige voorziening worden gevraagd aan de president van de arrondissementsbank, sector Bestuursrecht, Postbus 75850, 1070 AW Amsterdam. Formulieren voor extra verlof zijn te verkrijgen bij de directie.
Spectrum Schoolgids
21
11.
Van a tot z
DIVERSE REGELINGEN
EERSTE HULP OP SCHOOL
In geval van bedreiging, zware belediging en gebruik van lichamelijk geweld, wordt hiervan melding gemaakt bij het schoolbestuur. Indien nodig wordt hiervan ook aangifte gedaan bij de politie.
Als uw kind op school een ongeluk(je) krijgt, werken wij als volgt:Is het niet ernstig dan behandelt de leerkracht of een andere medewerker op school het kind. Is het ernstiger, dan doen wij het noodzakelijkste bv. het aanleggen van een noodverband. Wij bellen meteen de ouders om te komen. Als wij u niet kunnen bereiken, dan gaan wij met uw kind naar de eerste hulp (OLVG) Bent u wel thuis, dan handelt u alles zelf af. Is het zeer ernstig dan bellen wij onmiddellijk een ambulance en natuurlijk de ouders. De school beschikt over gediplomeerde BHV-ers Mocht een kind op school ziek worden, dan bellen wij naar huis. Bij geen gehoor, verzorgen wij het kind op school zo goed mogelijk tot het wel naar huis kan. Wij sturen in elk geval geen zieke kinderen naar huis zonder dat wij contact met de ouders gehad hebben. Bent u overdag vaak weg, geef ons dan uw telefoonnummer waar wij u of iemand anders kunnen bereiken. Het is belangrijk dat u ons steeds de wijziging(en) van uw telefoonnummer(s) doorgeeft. Een aantal medewerkers in de school is in het bezit van een EHBO-, reanimatie, en bedrijfs-hulpverleningsdiploma ( BHV-ers). Er is op school een ontruimingsplan aanwezig. Twee keer per jaar wordt geoefend, samen met de leerlingen.
FOTO’S EN VIDEO-OPNAMEN
Om het onderwijs nog verder te verbeteren worden er soms video-opnamen van leerlingen en leerkrachten gemaakt. Deze opnamen zijn uitsluitend bestemd voor intern gebruik. Wij verwachten dat u hiertegen geen bezwaar heeft omdat het immers de verbetering van het onderwijs aan uw kind ten goede komt. Mocht u echter wel bezwaar hebben, dan kunt u dit aan de directie doorgeven zodat wij daar rekening mee kunnen houden Het is eveneens mogelijk bezwaar te maken tegen publicatie op het Internet van foto’s of andere uitingen waarop uw kind herkenbaar in beeld is.
GEVONDEN VOORWERPEN
Voor gevonden voorwerpen staat er een kist op school. Vooral gymspullen en handdoeken willen nog wel eens kwijt raken. Het is verstandig als u alle voorwerpen ( ook broodtrommels e.d.) met een merkstift van naam voorziet. Een keer per maand wordt de kist gevonden voorwerpen geleegd. Als u iets kwijt bent, kunt u in deze kist kijken.
GELD EN SNOEP OP SCHOOL
Geld en snoep zijn verboden op school. Na een aantal waarschuwingen wordt het snoep afgenomen en weggegooid. Geld wordt alleen aan de ouders teruggegeven. Als kinderen toch geld of snoep bij zich hebben kunnen zij dit aan het begin van de dag in bewaring geven bij de leerkracht. Als het eind van de dag krijgen zij dit dan weer terug. Deze regel is bedoeld om de sociale vrijheid van onze leerlingen binnen onze school te waarborgen.
GYMKLEDING
De kinderen zijn verplicht om gymkleding te dragen tijdens de gymles; een sportbroek en een shirt. Wij raden u aan om te zorgen voor gymschoenen (geen zwarte zolen!) in verband met de hygiëne. Alle kinderen moeten na de gymles douchen. Zij moeten dus ook een handdoek/ badslippers meenemen. Als het kind gym- en zwemles heeft op dezelfde dag, dan heeft het twee handdoeken nodig. Tijdens de gymles mogen kinderen (in verband met de veiligheid) geen sieraden dragen. Wij raden het kind aan deze thuis te laten. Als dit niet mogelijk is kan het de sieraden bij de leerkracht in bewaring geven. Oorbellen moeten – als ze niet uit kunnen afgeplakt worden met tape. Het kind moet dit in principe van huis meenemen.
HUISWERKBEGELEIDING
Het Spectrum biedt de mogelijkheid voor oud-leerlingen om deel te nemen aan huiswerkbegeleiding. Het doel hiervan is de leerlingen die naar het voortgezet onderwijs zijn gegaan te ondersteunen en te begeleiden bij het huiswerk en hen te helpen bij voorkomende problemen. Ook kunnen er extra lessen gevolgd worden voor vakken waar leerlingen zwak in zijn. De lessen worden gegeven door een leerkracht die aan de school verbonden is. Er wordt gewerkt op vrijwillige basis.
KLEDINGVOORSCHRIFTEN
In de klas worden geen hoofddeksels, anders dan op grond van een godsdienstige overtuiging, gedragen. Op school en schoolplein wordt geen gezichtbedekkende kleding gedragen. Deze kleding belemmert de onderlinge communicatie en maakt het voor de school onmogelijk de identiteit van personen vast te stellen.
22
Spectrum Schoolgids
ONDERWIJS AAN ZIEKE KINDEREN
Als er sprake is van een medische indicatie met de verwachting dat uw kind langer dan 3 weken niet naar school kan is er de mogelijkheid voor huisonderwijs. Zie hiervoor ook www.huisonderwijsamsterdam.nl
SCHOOLACTIVITEITEN
In het kader van sport en spel worden diverse activiteiten georganiseerd: • een sport- en speldag • een zwembaddag in het Flevoparkbad • deelname aan sportactiviteiten georganiseerd door de gemeentelijke dienst voor de sport (schaatsen, skaten, zeilen, kanovaren enz.) • schoolzwemmen (verplichte activiteit voor alle leerlingen die geen zwemdiploma bezitten) De meeste activiteiten zijn bedoeld voor wisselende doelgroepen; soms voor alle kinderen, soms voor kinderen met een bepaalde leeftijd en soms voor kinderen die deel uitmaken van een selectieteam. Sommige activiteiten zijn gratis, soms wordt er een bijdrage uit het ouderfonds betaald en soms wordt er een bijdrage van de ouders gevraagd. In de schoolkalender / nieuwsbrief leest u meer hierover. Activiteiten in het kader van de kunstzinnige vorming: • deelname aan muziekluisterlessen en projecten die aangeboden worden door de stichting kunstzinnige vorming Amsterdam (Kunstweb) • bibliotheekbezoek door een aantal groepen • museumlessen in het Rijksmuseum, het Stedelijk en het Van Gogh museum • excursies in het kader van projecten in de school (bv. bezoek aan het Tropenmuseum) • deelname aan activiteiten van het Muziekatelier en uitvoeringen • deelname door de eindgroepleerlingen aan de Kunstschooldag. Op deze dag trekken de kinderen door Amsterdam en bezoeken zij theaters, musea en open podia om kennis te maken met het cultuuraanbod in hun eigen stad • deelname aan het stedelijke project Filmfan en de IDFA. Een lessencyclus over de inhoud en de totstandkoming van de te bezoeken films gaat hieraan vooraf.
SCHOOLREIZEN
Alle kinderen van het Spectrum gaan op schoolreis. Deze reis bestaat in de regel uit een meerdaags schoolkamp. De jongere leerlingen gaan een dag op reis. Onze schoolkampen maken actief onderdeel uit van het lesprogramma, ondersteunen onze opvoedkundige doelen en zijn om die redenen dus ook verplicht. Over de organisatie ervan kunt u t.z.t. meer lezen in de schoolkrant en in de nieuwsbrieven.
SCHOOLTUINEN
Leerlingen uit de ‘middengroepen’ nemen deel aan de lessen in de schooltuinen. In principe krijgt elk kind gedurende zijn schoolloopbaan de mogelijkheid om een jaar lang een eigen tuintje te onderhouden. De oogst is overvloedig en het is voor de kinderen een leuke manier om te leren hoe de natuur met een beetje hulp voedingsproducten kan opleveren!
VERKEERSLESSEN EN VERKEERSVEILIGHEID
In het kader van de verkeersveiligheid wordt er met de kinderen geoefend hoe zij zich als weggebruiker en verkeersdeelnemer horen te gedragen. Niet alleen tijdens het werken met de verkeersmethode of het verkeersproject ‘Van school naar huis’, maar ook tijdens uitstapjes of het lopen naar de zwemlessen wordt nadrukkelijk aandacht besteed aan dit onderwerp. Alle leerlingen van het Spectrum nemen in het laatste schooljaar deel aan het officiële verkeersexamen, afgenomen door medewerkers van het politiekorps Amsterdam-Amstelland. Naast dit theoretisch verkeersexamen doen de leerlingen van de eindgroepen ook mee aan het praktijkexamen. Verkeersopvoeding door de ouders is eveneens van groot belang. De kinderen komen immers in veel gevallen van ver en moet daarom gebruik maken van aangepast vervoer, het openbaar vervoer of de fiets. Wij hopen dan ook dat thuis eveneens de nodige aandacht wordt besteed aan veilige verkeersdeelname door uw kind. Wij vinden het dus heel belangrijk dat uw kind zich goed kan gedragen in het verkeer. Het ‘op stap gaan’ met de leerlingen is alleen dan mogelijk, als zij de veiligheid van zichzelf en die van anderen niet in gevaar brengen. Hiervoor is het vaak noodzakelijk dat er extra begeleiding is. Ouders kunnen om die reden gevraagd worden om leerkrachten te ondersteunen bij deze begeleiding.
VERLENGDE SCHOOLDAG
Er wordt al een aantal jaren gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de schooldag voor leerlingen te verlengen door het aanbieden van een aantal activiteiten. De bedoeling hiervan is de kinderen de mogelijkheid te bieden zich te ontplooien in zaken waar ze plezier aan beleven en die mogelijkerwijs kunnen bijdragen tot betere onderwijsprestaties. Het aanbod van activiteiten ligt soms in het verlengde van het reguliere programma, soms is het een verbreding of verdieping en soms is het een alternatief. Het onderwijs op onze school vraagt steeds meer tijd voor het aanleren van basisvaardigheden zoals lezen, taal, schrijven en rekenen. Voor ‘het werken met de handen’ en het doen van ‘leuke dingen’ is steeds minder tijd
Spectrum Schoolgids
23
beschikbaar. Door het verlengen van de schooldag vergroten wij alsnog de mogelijkheid om schoolse en praktische vaardigheden te integreren in ons programma. Het programma wordt voor een deel aangeboden door de eigen personeel van onze school, voor een ander deel door externen. Ook de ondersteuning van de activiteiten gebeurt door mensen van de school. Hierdoor is het mogelijk om op een andere, minder schoolse, manier met de kinderen om te gaan. De relatie leerkracht - leerling kan op deze manier ook worden verbeterd. Deelname aan de verlengde schooldag is geheel vrijwillig, zowel voor de leerlingen als voor de leerkrachten. Voor de ouders is het belangrijk te weten dat, als hun kind zich opgeeft voor een activiteit, het zich daarmee ook verplicht gedurende de gehele periode dat de gekozen activiteit duurt, mee te doen. Meestal betreft het een periode van 8 tot10 weken.
VERJAARDAGEN
Trakteren op school hoort erbij! Het is gebruikelijk dat de kinderen in hun eigen groep trakteren en de klassen binnen hun eigen gebouw rondgaan vergezeld van maximaal twee medeleerlingen, zodat alle juffen en meesters hen ook kunnen feliciteren. De kinderen mogen op die dag wel snoepen. Bent u echter op zoek naar een idee voor een meer gezonde traktatie dan kunt u contact opnemen met de school. Wij hebben suggesties voor u.
WAARDEVOLLE VOORWERPEN
Het meenemen van speelgoed, elektronica etc. wordt ten zeerste afgeraden. Kinderen laten deze spullen soms slingeren, lenen ze uit, maken er ruzie over enz. Zakmessen, aanstekers, schroevendraaiers en ander ‘gereedschap’ is uiteraard verboden op onze school. Indien kinderen dit bij zich hebben wordt het in beslag genomen en worden de ouders op de hoogte gesteld. Mobiele telefoons mogen in principe onder schooltijd niet gebruikt worden. De school stelt haar leerlingen altijd in de gelegenheid om via de schooltelefoon contact op te nemen met hun ouders, indien dit nodig mocht zijn. Mobiele telefoons die desondanks toch worden meegenomen naar school, moeten in het gebouw worden uitgezet en in bewaring worden gegeven bij de eigen leerkracht. De leerkracht geeft de telefoon na schooltijd weer terug aan de leerling. De school is niet aansprakelijk voor verlies of diefstal van voorwerpen. We zullen uiteraard wel moeite doen om zoekgeraakte voorwerpen terug te vinden.
5010
Vragen over onderwijs? 5010! Ondanks alle informatie in onze schoolgids gids kan het voorkomen dat u nog vragen heeft. Vragen over de school kunt u natuurlijk stellen aan een van de teamleden of aan de directeur. Vragen over onderwijs in het algemeen en vragen die u liever eerst met een onafhankelijk iemand wilt doorspreken, kunt u voorleggen bij 5010. 5010 is de vraagbaak voor ouders over openbaar onderwijs. Telefonisch bereikbaar op schooldagen tussen 10.00 uur en 15.00 uur op nummer 0800 5010 toets 4. Digitaal via de website www.50tien.nl Op deze site vindt u veel gestelde vragen en de antwoorden daarop. Ook heeft u de gelegenheid om zelf een vraag te stellen, die dan per e-mail wordt beantwoord. Zie verder bijlage : Criteria voor schoolgidsen en de toelichting Verder goed kijken naar de volgorde en voorkomen van herhalingen.
24
Spectrum Schoolgids