Een woord vooraf De school Waar de school voor staat De organisatie van het onderwijs De zorg voor de kinderen 13

Schoolgids 2013-2014 St.Thomasschool Leeuwarden

INHOUD pagina Een woord vooraf

2

1. De school

3

2. Waar de school voor staat

6

3. De organisatie van het onderwijs

10

4. De zorg voor de kinderen

13

5. De leerkrachten

17

6. De ouders

19

7. De ontwikkeling van het onderwijs in de school

22

8. De resultaten van het onderwijs

23

9. Schoolorganisatie - Dagelijkse gang van zaken op school. - schooltijden - schoolverzuim - ziek melden - vakantietijden - gymtijden - vrij vragen - afspraak huis- en tandarts - drie regels is genoeg…. - bereikbaarheid schoolleiding - school en parochie - schoolarts / uw kind en de jeugdgezondheidszorg - controle hoofdluis - bereikbaarheid ouders - parkeren bij school - kleding merken - overblijf- en opvanggelegenheid

24 24 24 24 24 24 24 25 25 25 25 26 26 26 26 27 27

10. Namen en adressen - school - inspectie van onderwijs

28 28

pagina 1


Een woord vooraf Voor u ziet u de schoolgids van de St. Thomasschool. U kunt hierin lezen wat de uitgangspunten en de doelstellingen van onze school zijn, hoe een en ander is georganiseerd en wat onze plannen voor de komende jaren zijn. Verder informeert deze gids u over de gang van zaken binnen onze school; informatie over de kinderen, de leerkrachten en de ouders. Om het goed leesbaar te houden is dit alles in beknopte vorm gedaan. Voor details verwijzen we u naar het schoolplan 2011-2015, dat op school ter inzage ligt en dat op aanvraag digitaal toegezonden kan worden. Deze schoolgids geldt voor het schooljaar 2013 - 2014. In de hoofdstukken 9 en 10 vindt u veelal praktische informatie over schooltijden, vakantietijden, adressen enz, waarvan ook vele zaken zijn opgenomen in de jaarlijkse schoolkalender. Deze schoolgids is geschreven om u te informeren als ouder van een leerling, of wellicht u als toekomstige ouder van onze school. U krijgt de schoolgids digitaal toegestuurd en onderdelen van deze gids kunt eveneens terugvinden op onze website: www. thomasschool.nl. Met vriendelijke groet, Peter Mulder directeur St. Thomasschool

pagina 2


1. De school 1.1. Algemeen De St.Thomasschool is een rooms-katholieke basisschool, die openstaat voor alle kinderen, ouders en verzorgers, die na het lezen van de schoolgids en na een gesprek met directeur bewust kiezen voor onze school. Veel leerlingen van onze school komen uit de Componistenwijk, Valeriuskwartier, Westeinde, de Bonifatiuswijk en Bilgaard. 1.2. Het gebouw De school is gelegen aan de Averkampstraat 10 (hoek Bachstraat) in Leeuwarden West. Het gebouw is in 1957 in gebruik genomen. Na verschillende kleinere aanpassingen is de school in loop der jaren helemaal aangepast aan de onderwijseisen van deze tijd en tevens met 4 lokalen en andere ruimtes uitgebreid. De school heeft in elk lokaal luchtverversingsapparaten, zodat het binnenklimaat optimaal geregeld wordt. De groepen 3 t/m 8 hebben een digitaal schoolbord, zodat we goed kunnen inspelen op de actuele didactische ontwikkelingen in onderwijsland. De kleutergroepen maken gebruik van een verrijdbaar touchscreen. Onze school heeft 11 groepslokalen en een speellokaal. Het speellokaal wordt voornamelijk gebruikt voor de kinderen van de onderbouw. De onderbouw verblijft op de begane grond. De groepen 4-5 t/m 8 maken gebruik van de eerste verdieping. 1.3. De schoolgrootte Per 1 oktober 2012 (de teldatum) bezochten 266 leerlingen onze school. De kinderen worden verdeeld over 11 groepen t.w.: vier kleutergroepen (1-2) - Vrolijke Vlinders - Bezige Bijen - Kwakende Kikkers - Dappere Dino’s En verder een groep 3, 4, 4-5, 5, 6,7 en 8. 1.4. De bisschop Möllerstichting Het bestuur Sinds 1 augustus 1996 is onze school bestuurlijk samengevoegd met alle r.-k. scholen van Friesland. Dit om de levensvatbaarheid van het r.-k. onderwijs in Leeuwarden en Friesland veilig te stellen voor de toekomst. De dagelijkse gang van zaken wordt geregeld door een College van bestuur met een voorzitter en een lid van het College. In het schooljaar 2006 – 2007 is er het een en ander veranderd in de structuur van de stichting. Het bevoegd gezag van iedere locatie binnen de Stichting is verschoven van de plaatselijke schoolcommissie naar de directeur. Hij/zij is verantwoording schuldig aan het College van bestuur. Het adres van het secretariaat van het bestuur is : - Bisschop Möller Stichting ( B.M.S.), Schoolstraat 2, 8603 XL Sneek, 0515-560858 De schooladviescommissie De directeur van onze school wordt ondersteund door de schooladviescommissie. De schooladviescommissie heeft een adviserende rol richting de directie.

pagina 3


Het College van Bestuur De College van Bestuur is hiërarchisch verantwoording verschuldigd aan de Raad van Toezicht. Het College, dat bestaat uit één persoon, laat zich bijstaan door een eigen staf en externe partijen, zoals het Onderwijsbureau en is verantwoordelijk voor alles wat tot de dagelijkse gang van zaken binnen de stichting behoort en voor het ontwikkelen en uitvoeren van het bovenschools beleid. Alle bij deze verantwoordelijkheid behorende bevoegdheden zijn door de Raad aan het College gemandateerd. Directeur en het regioberaad De schooldirecteur is hiërarchisch verantwoording schuldig aan het College van Bestuur. Hij is integraal leider van zijn school en verantwoordelijk voor het ontwikkelen van schools beleid en de uitvoering daarvan. Alle bij deze verantwoordelijkheid behorende bevoegdheden zijn door het College aan de schooldirecteur gemandateerd. Hij is verplicht zich bij te laten staan door een schooladviescommissie. Het College van Bestuur overlegt regelmatig met de schooldirecteuren tijdens een overleg met de drie regiovoorzitters. De regiovergadering van directeuren komt maandelijks bijeen. De MR en de GMR Elke school heeft een Medezeggenschapsraad (MR). Zij is bevoegd gevraagd en ongevraagd advies te geven aan de directeur. De directeur vraagt advies en/of instemming voor nieuw vast te stellen of te wijzigen beleid, waarvoor dat in de WMO en MR-reglement wordt vereist. In de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) zit een van de leden van de Medezeggenschapsraad (MR). Zij geeft advies over en/of instemming aan het vast te stellen of te wijzigen bovenschools beleid , zoals omschreven in de WMO en het GMR-reglement. Zij is bevoegd tot bespreking van alle aangelegenheden die de scholen betreffen, voor zover dit van gemeenschappelijk belang is. Strategisch beleidsplan Parallel aan het schoolplan van de scholen wordt een strategisch beleidsplan gemaakt. Dat meerjarenplan wordt telkens weer voor het betreffende schooljaar uitgewerkt in een strategisch jaarplan. Jaarlijks vindt er een algemene evaluatie plaats. Onze kwaliteitszorg Het bestuur van de Bisschop Möller Stichting vindt dat je vanuit je eigen identiteit naar het onderwijs moet kijken. Dat vraagt om keuzes die binnen die identiteit passen. De aandacht van het beleidsvormend bestuur richt zich op alle 6 werkvelden die in het onderwijs van belang zijn. Dit zijn de werkvelden identiteit, onderwijs, personeel, financiën, materiële zaken en organisatie. In toenemende mate wordt duidelijk dat het beleid dat men voert t.a.v. een bepaald werkveld, gevolgen heeft voor verschillende andere werkvelden. Samenhangend beleid vraagt om een visie op hoofdlijnen: waar willen we met onze scholen naar toe. Er is een voortdurende wisselwerking tussen maatschappelijke ontwikkelingen en ontwikkelingen in het onderwijs. De Stichting kiest voor samenhang in de aanpak bij het inspelen op die ontwikkelingen. Niet alles hoeft tegelijk en wat wel moet, moet niet los van elkaar gebeuren. Innovaties en integratie moeten bij de uitvoering geordend zijn. Ook de initiatieven op lokaal niveau moeten dienstbaar zijn aan de prioriteiten die de scholen stellen. Deze visie is het ideaal waar scholen aan werken en die ze verwoorden in het schoolplan en in de schoolgids. De Stichting zet een koers uit naar zelfbewuste, autonome scholen, die lerende organisaties zijn. De verantwoordelijkheid voor de kwaliteit ligt bij de school zelf. Van de directeur wordt integraal leiderschap gevraagd die sturing geeft aan het personeelsbeleid van zijn team.

pagina 4


Deze zelfbewuste scholen kiezen de komende jaren ervoor om te leren steeds beter om te kunnen gaan met de aanwezige verschillen tussen kinderen. Deze diversiteit doet een beroep op de persoon van de leraar en zijn vakmanschap en het team dat zich gezamenlijk verantwoordelijk voelt. 1.5. Het Managementteam Het managementteam van de school bestaat uit: De directeur : meester Peter Mulder De bouwcoördinatoren : juf Saskia Siemensma (onderbouw) : meester Hidde Huitema (bovenbouw) De Intern Begeleider : juf Willeke Krijnsen Het gezamenlijk overlegmoment is op vrijdag.

pagina 5


2. Waar we voor staan: de uitgangspunten van onze school Onze rooms-katholieke identiteit De diaspora en de afstand tussen de scholen leidde tot het besef dat ook het bestuur zich een visie had te vormen over de rooms-katholieke identiteit. Een visie die de ruimte geeft aan de katholieke scholen om er plaatselijk, in dorp of stad, in schoolplan en schoolgids, een eigen gezicht aan te geven. Wij hebben gezocht naar nieuwe woorden voor de katholieke identiteit van onze scholen. Tijden veranderen, mensen veranderen en het taalgebruik verandert. Basale kennis van de katholieke traditie is over het algemeen minder vanzelfsprekend. En toch hebben katholieke basisscholen een eigen sfeer, een eigen cultuur, een eigen identiteit. Het katholiek onderwijs is geworteld in de katholieke traditie. Die traditie kenmerkt zich onder andere door dat wat er zich in de geschiedenis van het katholiek onderwijs in Friesland heeft afgespeeld. Zo is er een driedeling ontstaan die ingevuld is vanuit: waar komen wij vandaan, wat vinden wij van grote waarde en hoe gaan wij verder. We kijken naar hoe wij de toekomst vorm willen geven. We hebben een identiteitsvisie gevonden met ‘wortels in het verleden, een stam in het heden en nieuwe uitlopers in de toekomst’. Die is als volgt uitgewerkt: 1. Geworteld in de katholieke traditie. Zo geloven wij dat ieder mens uniek en bijzonder naar Gods beeld en gelijkenis geschapen is. 2. Met kernwaarden voor een katholieke school: spiritualiteit, subsidiariteit en solidariteit. 3. Profilering op vier gebieden: gemeenschapsvorming, vieren, leren en dienen. Een katholieke school kunnen we dan ook zien als een gemeenschap van mensen die zich verbonden weet en wil blijven verbinden aan een gezamenlijk gedeelde cultuur die verder is uitgewerkt in de drie genoemde pijlers van de visie over vormende identiteit. De St. Thomasschool maakt onderdeel uit van deze Bisschop Möller Stichting. De bovenschools ontwikkelde visie neergelegd in het beleidsstuk Vormende Identiteit geeft onze school kaders waaruit wij vanuit onze rooms-katholieke identiteit vorm kunnen geven aan het werken met de kinderen die aan ons zijn toevertrouwd. Daarbij zijn de volgende kernwaarden richtinggevend voor ons handelen: Spiritualiteit, Subsidiariteit, Solidariteit, Menswording Spiritualiteit verwijst naar zingeving en aandacht voor waarden. Zingeving duidt op de reflectie op bestemmingsvragen. Het zoeken naar bestemming en zingeving is een proces waarin voortdurend gereflecteerd wordt op het eigen zijn. Het gaat om de eigen essentie en het perspectief waarin een persoon wil gaan staan. Spiritualiteit is richtinggevend voor het individu omdat het gebaseerd is op waarden die verwijzen naar de diepste bedoeling van het bestaan. Deze diepste of heilige waarden inspireren en motiveren mensen, integreren andere waarden tot een samenhangend geheel en hebben ook een kritische functie bij het handelen. Voor het katholieke onderwijs zijn de Schrift en de Traditie de bronnen van inspiratie. Ze integreren de verschillende waarden tot één geheel en hebben een kritische functie voor het handelen. Het katholiek onderwijs heeft oog voor God als Schepper en Verlosser en voor zijn Koninkrijk en is gericht op de vorming van de gehele menselijke persoon. Subsidiariteit heeft betrekking op verantwoordelijkheid dragen en verantwoording afleggen. Onder subsidiariteit verstaat de katholieke traditie dat een hogere overheid niet moet regelen wat een lagere overheid zelf kan. De positie van het individu en de keuzes die individuen maken door zich bij sociale verbanden aan te sluiten vormen het uitgangspunt van subsidiariteit. Daaruit

pagina 6


vloeit voort dat het onrechtvaardig is dat men het individu en deze lagere sociale verbanden taken ontneemt die zij zelf kunnen uitvoeren. Solidariteit is Jezus zichtbaar maken in de omgang met de naaste. Katholiek onderwijs is onderwijs voor elke mens met, in het bijzonder, oog voor de zwakkeren. Uit respect voor de medemens wordt de vrijheid van het individu afgegrensd van die van anderen. Onze opdracht is dat elk kind maximale ontwikkelingskansen krijgt. Solidariteit betekent ook aandacht voor de zwakkeren in onze samenleving. Zij verplicht ons tot het leveren van een bijdrage aan de reductie van sociale ongelijkheid. Solidariteit is sterk verbonden met het morele principe van rechtvaardigheid zoals we dat in de katholieke traditie kennen. Menswording verwijst naar de mens die het leven leert als een naar zijn bestaansgrond zoekend wezen. In gesprek met elkaar en sprekend over het vele interessante, mooie, tragische en pijnlijke dat het culturele en maatschappelijke heden en verleden biedt, vormt de mens zich. Het doel is uit te groeien tot attente, kritische, solidaire, verantwoordelijke en dienstbare mensen die gevoelig zijn voor zins- en zijnsvragen. Menswording is een langzaam proces dat een leven lang duurt. De St. Thomasschool wil een school zijn met een eigen gezicht. Ouders en kinderen moeten deze eigenheid kunnen herkennen in het doen en laten van iedereen die met de school te maken heeft. Ieder heeft vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid en belang zorg voor de school. In die zorg neemt het kind een centrale plaats in. Kiezen voor het werken aan deze school, kiezen voor het beleid t.a.v. deze school betekent dat je kiest voor de school zoals in dit schoolplan beschreven staat. De bovenstaande visie zorgt ervoor dat de kinderen op de St. Thomasschool o.a. morgen ervaren dat: - het leven gevierd mag worden, zowel in vreugdevolle als in verdrietige momenten - de talenten die iedereen heeft optimaal ontwikkeld dienen te worden - ze verantwoordelijkheid mogen dragen voor hun doen en laten op school - wanneer het onverhoopt eens niet zo loopt zoals we graag willen, er nieuwe kansen worden geboden - het leven zinvol is - het de moeite waard is om mens te zijn - het goed is om in te zetten voor een betere wereld, vrede en rechtvaardigheid. De onderwijskundige visie van de St. Thomasschool Onze Adleriaanse visie vanuit de Individual Psychologie geeft ons opvoedingsvormen en opvoedingsnormen, die ons aanspreken en passen bij wat wij waardevol vinden. Deze normen zijn de basisprincipes in de pedagogische- en didactische uitgangspunten en moeten dagelijks vorm krijgen in het handelen en de omgang naar kinderen toe. De leerkracht heeft als opvoeder een essentiële taak. Een kind kan zich alleen ontwikkelen in een omgeving waarin het zich veilig voelt. Onmisbare handreikingen hierbij zijn: Structuur: Een heldere, open organisatie binnen de groep en de schoolsituatie. Duidelijkheid: Iedereen binnen onze schoolorganisatie weet wat er van hem/haar verwacht wordt. Discipline: We mogen elkaar aanspreken op gemaakte afspraken binnen alle niveaus van de school. Het leven en werken in een groep en het zich daarvoor verantwoordelijk voelen is

pagina 7


belangrijk. Een mens heeft de groep nodig om zich te ontwikkelen en het individu kan de groep sterker maken. Op deze wijze leert het kind zich voor te bereiden op de maatschappij. Onze school benadert de kinderen positief. De bemoediging is bij uitstek een kwaliteit die een mens doet groeien. De kwaliteit van de school wordt bepaald door de zorg die het team heeft voor de leerling. Binnen ons pedagogisch concept zijn welzijn, welbevinden en daaraan gekoppeld bemoediging, kernpunten. Hieruit vloeien 4 uitgangspunten voort: Respect Op basis van gelijkwaardigheid moeten we met elkaar omgaan binnen onze school. De schoolgemeenschap moet democratisch zijn in vertrouwen naar elkaar toe. Betrokkenheid Een mens wordt pas mens door zichzelf te ervaren en in relatie met andere mensen. Leerlingen leren binnen de groep een bijdrage te leveren aan het welzijn van een ieder binnen de groep. Verantwoordelijkheid Kinderen moeten leren zich verantwoordelijk te voelen voor zichzelf en voor de groep door samen hun leefgemeenschap vorm te geven. Samen verantwoordelijk te zijn voor het groepslokaal, de schoolomgeving en samen in openheid alles bespreekbaar te maken in de kring, c.q. klassenvergadering. Vindingrijkheid Het kind moet de vrijheid krijgen om op ontdekking te kunnen gaan in de steeds groter wordende leefwereld. Vindingrijkheid is hierbij een belangrijk aspect om op eigen wijze in relatie met anderen de wereld te kunnen verkennen en problemen, die zich kunnen voordoen, te leren oplossen. In deze uitgangspunten heeft wederkerigheid een centrale plaats. De voorwaarden gelden in de omgang voor alle geledingen binnen de school: leerlingen-oudersleerkrachten en schooladviescommissie (SAC). Het pedagogisch concept van Adler geeft ook duidelijke impulsen voor het didactisch handelen binnen de school. Er bestaat een voortdurende interferentie tussen pedagogiek en didactiek. Deze moet de kwaliteit van ons handelen verhogen en steeds de basis zijn waar we op terugkeren. Raakvlakken met het overbrengen van de leerstof: Respect: Voor de eigenheid en leermogelijkheden van ieder individueel kind. Betrokkenheid: Leerling neemt beter de leerstof op. Dit werkt prestatieverhogend. Verantwoordelijkheid: Kinderen leren toenemend verantwoordelijkheid te dragen voor hun leerproces. Vindingrijkheid: Uitdagende leerstof aanbieden, waardoor leerlingen zelf oplossingen leren bedenken. Ontwikkelingen, pedagogisch en didactisch, op de basisschool Sint Thomas gaan in veilige stapjes, zodat het gehele team dit kan dragen en vertalen in handelen naar de leerlingen toe. Als school willen we door hier boven genoemd aspecten de kinderen een hecht gemeenschapsgevoel laten ervaren.

Missie De St. Thomasschool wil de kinderen laten voelen dat we met elkaar tot heel wat moois in staat zijn. Iets ongelooflijk moois… De kinderen kunnen zich pas goed ontwikkelen in de veilige setting van een groep die motiveert en corrigeert. Daarbij kan de groep niet zonder het individu die zich profileert, die verbindt en die er voor zorgt dat het goed vertoeven is op de St. Thomasschool. Elk kind verdient een goede basisschooltijd. Die positieve ervaring wordt meegenomen in het verdere leven.

pagina 8


We willen dan ook dat de kinderen de school ervaren als:

De ongelooflijke Thomas……

pagina 9


3.

De organisatie van het onderwijs

3.1. Het grote verschil in dagritme van de kinderen met betrekking tot het overblijven heeft ons in 2012 doen besluiten over te gaan naar een continurooster. Door deze stap te maken denken we door nog meer structuur en duidelijkheid de kinderen optimaler te kunnen begeleiden in hun schooltijd. De schooltijden zien er als volgt uit: Groep 1 Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag

Groep 1 8.15 -14.15 8.15 -14.15 8.15 -11.45 8.15 -11.45 8.15 -11.45

Groep 2 t/m 4 8.15 -14.15 8.15 -14.15 8.15 -11.45 8.15 -14.15 8.15 -11.45

Groep 5 t/m 8 8.15 -14.15 8.15 -14.15 8.15 -11.45 8.15 -14.15 8.15 -14.15

3.2. De groepsgrootte De groepsgrootte ligt bij ons in het algemeen tussen de 22 en 32 leerlingen. We werken met 4 heterogene kleutergroepen (1-2) t.w.: 1. Vrolijke Vlinders 2. Bezige Bijen 3. Kwakende Kikkers 4. Dappere Dino’s Omdat we vinden dat er in de onderbouw een stevig fundament moet worden gelegd voor de jaren erna, kiezen we er voor te starten met vier betrekkelijk kleine kleutergroepen, die gedurende het jaar verder doorgroeien. 3.3. De leeractiviteiten De kleuters. “Spelen is leren”. Naast het creëren van een veilige en warme omgeving voor uw kind is dit één van onze belangrijkste uitgangspunten. Door het aanbieden van vele verschillende spelmaterialen en spelsituaties stimuleren we de algehele ontwikkeling van ieder kind (denk o.a. aan motorisch, creatief, taal, denk, spreekvaardigheid). Aan de hand van uitgewerkte leerlijnen worden de thema’s ingevuld. De werkwijze bij de kleuters vindt vooral plaats in themavorm. De methode Kleuterplein is hier onderdeel van. Naar aanleiding van een thema wordt verteld, “gewerkt” (o.a. voorbereidende taalen rekenwerkjes), geknutseld, gelezen, gezongen en gespeeld. Het thema hangt vaak samen met het seizoen of een jaarlijks terugkerend feest. Het sluit altijd aan bij de belevingswereld van het kind. Er wordt ook voor gezorgd dat er een herhalende afwisseling van rust en bewegen, luisteren en doen, gebonden en vrije activiteiten plaats vindt. Aan de hand van observatie en registratie volgen wij o.a. de voorbereidende vaardigheden die nodig zijn voor het latere lees-, taalen rekenonderwijs. Om vroegtijdige problemen in de ontwikkeling te kunnen signaleren worden o.a. observaties uitgevoerd, soms door de leerkracht, soms door de Interne Begeleider. Wij volgen hiervoor een uitgebreide vroegtijdige signaleringsprocedure. Leidraad voor het werken in de kleutergroepen is een door de school ontwikkelde map: Beredeneerd aanbod. Basisvaardigheden: lezen, schrijven, rekenen, taal Lezen In groep 3 wordt gestart met het “leren lezen”, het z.g. aanvankelijk lezen. We maken gebruik van de leesmethode (“Veilig Leren Lezen”, nieuwste versie) en beschikken over veel (o.a. digitaal) oefen- en spelmateriaal. Wij kunnen daardoor ook beter rekening houden met de verschillen die er zijn tussen de kinderen en

pagina 10


daarop inspelen. Ook geeft het mogelijkheden om voldoende spelmomenten in te bouwen. Als voorloper op deze leesmethode wordt bij de kleuters gebruik gemaakt van de methode “Kleuterplein”, oefen- en spelmateriaal als voorbereiding op het aanvankelijk lezen. Als vervolg op het aanvankelijk lezen, is er aandacht voor voortgezet technisch lezen, studerend lezen en andere leesvormen. Vorig jaar is in groep 4 en 5 de methode Estafette geïntroduceerd. Met deze nieuwe methode halen we nog meer rendement uit het leesproces. Voor studerend lezen hanteren we de methode “Tekstverwerken”. Begrijpend/studerend lezen, om later beter zelfstandig te kunnen studeren, is een belangrijk onderdeel geworden. Het biedt de leerlingen de mogelijkheid om leesstrategieën te ontwikkelen. Dyslexieprotocol Leerlingen worden via een intensief systeem gevolgd in hun leesontwikkeling. Hiervoor hanteren wij: Protocol Leesproblemen en Dyslexie groep 1 t/m 4 en groep 5 t/m 8 van het Expertisecentrum Nederlands. Schrijven Voor schrijven hanteren we een methode, die extra aandacht schenkt aan de motoriek, te weten Novoskript. Deze methodiek start in groep 1 en eindigt in groep 8. Taal Taal is een communicatief proces. Het kunnen uiten op mondelinge en schriftelijke wijze. We besteden dan ook veel aandacht aan leren praten, aan luisteren naar wat anderen precies zeggen en daarop goed antwoorden. We leren kinderen hun eigen mening onder woorden brengen. We werken met de nieuwe taalmethode: “Taal op maat”. Deze methode heeft een eigen leergang voor de spelling. De stimulering van het gebruik van taal, is blijvend een speerpunt. Voor de optimalisering van het taalonderwijs maken we op school gebruik van een taalbeleidsplan. Fries Het doel van de lessen Fries in onze situatie (voor het overgrote deel Nederlandstalige kinderen) is het redelijk leren te verstaan. Een tweede aspect is de kinderen in aanraking te brengen met de Friese cultuur. We werken op school met de methode Studio F. Engels we willen proberen met de methode “The Team” de kinderen van groep 7 en 8 op een plezierige manier in aanraking te brengen met een vreemde taal; een eerste oriëntatie op het Engels. Er wordt vooral aandacht besteed aan het leren begrijpen van eenvoudige gesproken en geschreven tekst. Ook het samen praten in eenvoudige zinnen over alledaagse situaties maakt onderdeel uit van het lesprogramma. Rekenen / Wiskunde Voor rekenen en wiskunde gebruiken we de vernieuwde rekenmethode “De Wereld in Getallen”. Deze methode is een realistische rekenmethode met extra aandacht voor het automatiseringsproces. Kinderen worden uitgedaagd om zelf rekenproblemen op te lossen en zich zo rekenstrategieën eigen te maken. Rekenproblemen worden gepresenteerd vanuit de alledaagse leefwereld van het kind. De methode biedt mogelijkheden om na instructie in niveaus te gaan werken, zowel voor het minimumprogramma als voor extra werk.

pagina 11


Wereldoriënterende vakken Voor wereldoriëntatie gebruiken we een aantal methodes die ons helpen in te spelen op de steeds veranderende wereld om ons heen. Voor aardrijkskunde is dat de methode: “Wijzer door de wereld.” Voor geschiedenis gebruiken we de methode: “Tijdstip”. Voor biologie maken we gebruik van de methode “Leefwereld”. Naast de bekende vakken aardrijkskunde, geschiedenis, biologie zijn er de laatste jaren een aantal nieuwe bijgekomen. - Sociale redzaamheid. Het doel hierbij is o.a. dat ieder kind kan functioneren in een groep, zich kan houden aan regels en omgangsvormen, kan omgaan met hulpmiddelen (b.v. klok, spoorboekje, computer enz.) - Ook verkeersonderwijs valt hieronder. - Bevordering gezond gedrag. Hierbij gaat het b.v. om zaken als hygiëne, milieu, maar ook om zelfvertrouwen, agressie, faalangst. - Maatschappelijke verhoudingen. Een aantal belangrijke aspecten in de samenleving krijgen hierbij de aandacht. We denken o.a. aan hoofdzaken van de staatsinrichting en de rol van de burger hierin, emancipatie, tolerantie enz. - Geestelijke stromingen. Ons land is de laatste decennia tot een der meest gevarieerde multi-etnische en culturele samenleving geworden. - Ons doel is om het kind in aanraking te brengen met wat zich zowel in binnen- als buitenland afspeelt op het gebied van cultuur en godsdienst. Sommige van deze “nieuwe” vakken hebben onderdak gevonden bij de “oude” onderdelen. Aan andere wordt aparte aandacht besteed. Dit alles wordt verantwoord in een beleidsstuk Burgerschapskunde. Expressieactiviteiten Leerlingen moeten zich op verschillende wijze leren uiten Dit is belangrijk voor hun sociaal-emotionele ontwikkeling. Expressie is hier een onderdeel van. De school wil de komende jaren hier een extra accent op leggen. Op de vrijdagmiddag draaien de kinderen van de groep 5 t/m 8 mee in een talentencircuit. Hiermee kunnen de kinderen zich oriënteren op verschillende gebieden. In deze werkvorm zit een vrij keuze-element. Voor muziek en handvaardigheid hanteren we de methodes “Moet je doen” . Zij bieden een duidelijke lijn door onze basisschool heen. Lichamelijke vorming Bewegen, motorische ontwikkeling is een belangrijk ondersteunend facet in de lichamelijke- en geestelijke groei van het kind. In de vorm van spel, bewegingslessen en gymnastiek is hier vanaf groep 1 volop aandacht voor. Voor de organisatie wordt uitgegaan van het boek: “Basislessen bewegingsonderwijs.” Indien mogelijk bieden wij het CIOS een podium om hun stagiaires ervaring op te doen tijdens onze gymlessen. Levensbeschouwelijke vorming (catechese) Voor de lessen catechese maken we gebruik van de methode Trefwoord. Catechese is een wezenlijk onderdeel van het uitdragen van onze visie. Hoe wij kijken naar ons “menszijn” en “het omgaan met elkaar”. De methode gaat uit van actuele thema’s en geeft dagelijks mogelijkheid tot een bezinningsmoment of activiteit. 3.4

Benutting verplichte onderwijstijd schooljaar 2013-2014 De totaal geplande onderwijstijd voor de groepen 1 t/m 4 is 3624 uren (wettelijk minimum van 3520) De totaal geplande onderwijstijd voor de groepen 5 t/m 8 is 4006 uren. (wettelijk minimum van 3760) De totale onderwijstijd 7630 uren (wettelijk minimum 7520 uren)

pagina 12


4.

De zorg voor kinderen

4.1. Opvang van nieuwe leerlingen In de meeste gevallen zal een nieuwe leerling op de leeftijd van 4 jaar onze school gaan bezoeken. Voorafgaand aan een eventuele aanmelding, dient u contact op te nemen met de directeur. U krijgt dan in een kennismakingsgesprek uitvoerige informatie over het pedagogisch-didactisch concept en over de schoolorganisatie. Tijdens het gesprek komen we met elkaar tot de conclusie of de inzichten van de ouders en de school al dan niet in elkaars verlengde liggen. Die constatering is belangrijk omdat we als school en ouders acht jaar lang met elkaar op weg gaan. De eerste maand gaan 4 jarigen alleen ‘s ochtends naar school. We hebben daarvoor gekozen om een veilige instapperiode voor de kinderen te realiseren. Steeds vaker vindt er vooroverleg plaats tussen onze school en de peuterspeelzaal voordat een kind bij ons op school komt. Naast het kennismakingsgesprek is er daardoor al de nodige informatie over een kind waar we vanaf het begin rekening mee kunnen houden. Als een kind in een hogere groep geplaatst wordt, zal er eerst een gesprek plaats vinden met de directeur en zo nodig met de betreffende groepsleerkracht en / of eventueel met intern begeleider. 4.2. Zorgverbreding en Weer Samen Naar School Een goede zorg voor uw kind is vanuit de “Weer Samen Naar School” gedachte een plicht. Deze plicht wordt ook genoemd in de wet op het Primair Onderwijs. Zorg begint als het kind bij ons op school komt, ongeacht of het wel of geen leeren/of gedragsproblematiek heeft. Ons onderwijs proberen we zo in te richten, dat er een zo optimaal mogelijke ontwikkeling kan zijn. Dit, adaptief onderwijs, willen wij waarmaken vanuit onze identiteit en pedagogische visie, waarbij respect en bemoediging naar het kind moet doorklinken. Zowel de ontwikkeling op sociaal - emotioneel gebied als het leren staan centraal. U, als ouder, zullen wij hierover zo goed mogelijk inlichten via informatieve gesprekken en d.m.v. een halfjaarlijkse rapportage. Op verzoek van ouders of leerkrachten kan tussentijds overleg plaatsvinden. Een open overlegstructuur, in het belang van het kind, vinden wij zeer belangrijk. Om zorgverbreding in de praktijk waar te maken, maken we gebruik van een leerlingvolgsysteem en werken we volgens een vastgestelde zorgroute. Via groepsplannen worden de ontwikkelingen van de kinderen geïnitieerd en geëvalueerd. Dit LVS volgt uw kind, volgens een vaste procedure, gedurende de 8 jaar dat het op de basisschool zit. Aspecten die hierin aan de orde komen zijn: 1. Sociaal - Emotionele ontwikkeling. 2a L.V.S. 1 - 2, -lees, rekenvoorwaarden, motoriek en de woordenschattest. 2b. L.V.S-CITO -taal voor kleuters, ordenen 3. Lezen -Dyslexieprotocol. (Expertisecentrum Nederlands) -Cito-Lezen (Leestechniek en Leestempo) -Cito-Begrijpend lezen 4. Spelling -Cito-Spellen 5. Rekenen/Wiskunde -Cito-Rekenen en Wiskunde 6. Tussentest groep 6 7. Afsluitende toets: -Kapinga Drempeltoets Om de zorgverbreding optimaal te kunnen uitvoeren is vanuit het team een coördinator leerlingenzorg aangesteld (de Interne Begeleider).

pagina 13


De IB-er heeft zich d.m.v. deskundigheidsbevorderende cursussen op deze taak voorbereid. De IB-er houdt zich o.a. bezig met: - consultatiegesprekken met leerkrachten. - het afnemen van toetsen. - het begeleiden van de leerkrachten bij analyse van toetsen observatiegegevens. - het begeleiden van leerkrachten bij signaleren en diagnosticeren van problemen bij individuele leerlingen. - het opstellen van handelingsplannen in overleg met de leerkracht - het leiden van leerlingenbesprekingen. - het onderhouden van contacten met hulpverlenende instanties. Een vastgestelde jaarkalender geeft aan dat alle kinderen op gezette tijden getoetst worden. Observaties in de groep door de leerkracht blijven natuurlijk ook belangrijk. Een aantal aspecten in het onderwijs zijn niet altijd meetbaar. Naast meten van ontwikkeling moet “gevoel hebben voor” niet vergeten worden. De individuele resultaten worden door de leerkracht en de Intern Begeleider besproken. De uitkomsten worden bovendien gebruikt om ons onderwijs te evalueren en richting te geven. 4.3. Verslaggeving door de groepsleerkracht Twee keer per jaar krijgen de kinderen van groep 2 t/m 8 een rapport mee (in januari en aan het einde schooljaar). Groep 1 ontvangt één keer per jaar een rapport, te weten aan het einde van het schooljaar. Daarnaast zijn er 2 keer per jaar de z.g. 10 minuten gesprekjes voor de groepen 1 t/m 8. Gesprekjes waar leerkracht en ouders kunnen spreken over de vorderingen van het kind en waar het werk van de kinderen kan worden bekeken. Tijdens de gesprekken staan bij de groepen 3 t/m 8 de vorderingen van de kinderen centraal. Deze vorderingen, m.a.w. het leerlingvolgsysteem zijn visueel gemaakt in een grafiek. Mocht er op andere momenten behoefte zijn aan een extra gesprek, dan kunt u daar met de groepsleerkracht een afspraak over maken. Omdat tijdens de 10-minutengesprekken d.m.v. de grafieken een duidelijk beeld wordt gegeven van de stand van zaken met betrekking tot uw kind, kunnen we het rapport meer naar het kind toe schrijven. In februari wordt in een gesprek waar waarbij de leerling, de ouders, de leerkracht van groep 8 en de directeur aanwezig zijn, op basis van het leerlingenvolgsysteem van de afgelopen drie jaren, een passende school voor Voortgezet Onderwijs gezocht. We volgen hierin de richtlijnen van de Plaatsingswijzer Leeuwarden, waarin alle basisscholen en scholen van voortgezet onderwijs in Leeuwarden en omstreken participeren. 4.4. Speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften De zorg op onze school is in drie onderdelen opgesplitst: A Zorgstructuur op groepsniveau B Zorgstructuur op individueel niveau met ondersteuning van externen C Zorgstructuur op WSNS niveau Wanneer de uitslagen van het leerlingvolgsysteem er aanleiding toe geeft, krijgt een kind soms nog aparte toetsen om een goede diagnose van de problemen te kunnen stellen. Ook kan de intern begeleider in de groep het kind observeren. Soms blijkt het dan nodig te zijn het kind extra zorg te geven in de begeleiding. Deze extra begeleiding vindt bij voorkeur plaats binnen de eigen groep; soms is het echter noodzakelijk een beroep te doen op de Remedial Teacher. Hierbij bestaat de

pagina 14


mogelijkheid, dat er gebruik wordt gemaakt van video-interactie. Uiteraard is de Wet op de privacy hierop van toepassing. Het kind krijgt dan een speciaal programma om het onderwijs beter te kunnen volgen voor het betreffende leerstofonderdeel. Wanneer er speciale zorg voor uw kind nodig is, nemen we altijd contact op met de ouders. Overleg met ouders is voor de school heel belangrijk. Ouders bezitten immers ook veel deskundigheid als het gaat over hun kind. Wij kunnen daar als school dan ons voordeel mee doen. Het eigen programma van een kind wordt beschreven in een z.g. handelingsplan. Na acht weken volgt een evaluatie. Doel ervan is om te kijken of de extra begeleiding ook echt resultaat oplevert. Ook kan het kind aangemeld worden voor een leerlingenbespreking. Het team bespreekt, onder leiding van de IB-er. gezamenlijk het probleem van het kind en probeert oplossingen te vinden. De leerlingenbespreking vindt plaats volgens een vast tijdschema en vast patroon. Het kan voorkomen dat een kind gedurende een langere periode begeleiding heeft gehad en de problemen toch niet voldoende zijn opgelost. Na overleg met de ouders kan dan de beslissing genomen worden om het kind aan te melden bij het z.g. Leerling Zorg Team. Volgens afspraak met de andere scholen uit het samenwerkingsverband Leeuwarden 309 (waartoe ook onze school behoort) staat op de volgende pagina de samenvattende tekst afgedrukt van de gemeenschappelijke zorgstructuur van ons samenwerkingsverband. Zorgstructuur Samenwerkingsverband Leeuwarden, Franekeradeel en Harlingen Elke basisschool is aangesloten bij een Samenwerkingsverband met meerdere basisscholen en een speciale basisschool, deze heette voorheen LOM/MLK school. Het doel van dit “samenwerken” is om kinderen die extra zorg nodig hebben zo optimaal mogelijk te begeleiden in hun (leer) ontwikkeling. Hiervoor is o.a. ondersteuning nodig voor de leerkrachten die met deze zorgleerlingen werken. Vanuit Weer Samen Naar School hebben we geprobeerd om deze gezamenlijke zorg af te stemmen door afspraken te maken over de zorgstructuur. Deze ziet er als volgt uit: Zorgniveau 1: Dit is de zorg die binnen de basisschool aanwezig is, zoals het leerlingvolgsysteem, de Intern Begeleider, een Remedial Teacher, leerlingenbespreking, enz. In de afgelopen jaren hebben we gewerkt aan het optimaliseren van de zorgroute op school. Hiervoor is een protocol vastgesteld. Zorgniveau 2: Als blijkt dat de zorg op niveau 1 niet voldoende is voor de zorgleerling dan kan de leerling, altijd in overleg met de ouders, aangemeld worden door de Intern Begeleider voor bespreking in het Leerling Zorgteam waar de basisschool deel van uitmaakt. Hierin zitten ook; de schoolarts, de psycholoog van het GCO en de vertegenwoordiger van de speciale basisschool. Hier wordt afgesproken welke extra zorg er voor de leerling nodig kan zijn. Zorgniveau 3: Is de zorg die is afgesproken op niveau 2 nog steeds ontoereikend dan wordt de leerling besproken in de Permanente Commissie Leerlingzorg (het PCL). Deze commissie bekijkt of alle mogelijkheden benut zijn om de leerling op schoolniveau te helpen. Eventueel kan er nog extra onderzoek gedaan worden, of er kan contact opgenomen worden met de Jeugdhulpverlening of andere instanties. Zorgniveau 4: Als laatste wordt er in het PCL bekeken of de desbetreffende zorgleerling beter op zijn of haar plek is in het speciale onderwijs. In dit samenwerkingsverband zijn dat De Trilker in Leeuwarden of De Bolder in Franeker. Ook is er verwijzing naar een

pagina 15


Regionaal Expertise Centrum mogelijk. Mocht u het niet eens zijn met de beslissing van het PCL dan kunt u een bezwaar indienen bij het PCL wat dan door de Advies Commissie wordt getoetst. Deze geeft dan advies aan het PCL. 4.5 Leerling gebonden financiering (’t Rugzakje) Een mogelijkheid van zorgbegeleiding in het basisonderwijs is de “rugzak”. De “rugzak” is een andere naam voor leerling gebonden financiering (LGF). Ouders van een kind met een beperking of stoornis kunnen de “rugzak” gebruiken om hun kind, indien mogelijk, gebruik te laten maken van het basisonderwijs . Voorheen was het vanzelfsprekend dat een kind met een beperking gebruik maakte van het speciaal onderwijs, maar met de “rugzak” krijgen de ouders een extra keuze mogelijkheid. Ouders kunnen in nauw overleg met de school kiezen voor het aanvragen van faciliteiten (zorgmiddelen) om hun kind te begeleiden in het basisonderwijs. Het kind neemt deze voorzieningen als het ware mee in een “rugzak”. Om gebruik te kunnen maken van de “rugzak” vragen ouders zelf een indicatie aan voor hun kind bij de Commissie voor Indicatiestelling. Deze bepaalt of het kind recht heeft op de “rugzak”. Op onze school maakt op dit moment geen leerling gebruik van de “rugzak”. De aanvraag voor een “rugzakje” is meestal een logische consequentie van een begeleidingstraject wat we met kind en ouders hebben doorlopen. Externe begeleiders, vanuit het samenwerkingsverband, spelen een belangrijke rol in dit traject. Een basisschool heeft grenzen aan de zorg, die zij leerlingen kan bieden. Dit geldt ook voor onze school. Een veilig ontwikkelingsklimaat is hierbij een belangrijke voorwaarde. Niet alleen voor het kind zelf, maar ook voor de naaste omgeving. Op Stichtingsniveau wordt hier beleid voor ontwikkeld in het kader van “grenzen aan de zorg”. 4.6

De overgang naar het Voortgezet Onderwijs (V.O.) Na afloop van groep 8 gaan de kinderen naar het V.O. Hiervoor hanteren we zoals vele basisscholen in Friesland de “Plaatsingswijzer”. De resultaten van het leerlingvolgsysteem van de groepen 6,7 en 8 zijn bepalend voor de keuze die gemaakt kan worden. Daarnaast zijn ook werkhouding en interesse belangrijke factoren. In november maken de kinderen het Drempelonderzoek van Kapinga. Een extra meetpunt voor de schoolvorderingen. Die uitslag geeft mede richting aan de uiteindelijke bepaling welke vorm van Voortgezet Onderwijs wordt gekozen. In de maand september is er op school een informatieavond voor de ouders van groep 8 over schoolkeuze en V.O. In november wordt jaarlijks een voorlichtingsavond georganiseerd voor ouders van leerlingen van groep 8 van de r.k scholen in Leeuwarden, Wijtgaard en Dronrijp. In de maand februari vinden de individuele gesprekken plaats tussen kinderen, ouders en leerkracht en directeur van de school over de schoolkeuze. Wij activeren bovendien de kinderen om de z.g. “Open dagen” van het V.O. te bezoeken. Met de coördinatoren van het V.O. vinden gesprekken plaats om de overdracht zo goed en veilig mogelijk te laten verlopen. Gedurende de eerste jaren wordt de school op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen van de oudleerlingen.

pagina 16


5. De leerkrachten 5.1. Wijze van vervanging bij ziekte, A.D.V. enz Het is niet meer zo dat iedere leraar vijf dagen per week werkt. Sommige leerkrachten werken een gedeelte van de week (parttime). Leraren die wel een volledige baan hebben, hebben dan recht op arbeidsduur verkorting (A.D.V.). Vandaar dat in sommige groepen meer dan één leraar werkzaam is. Bij ziekte proberen we mogelijkheden te vinden, die voor uw kind zo weinig mogelijk ingrijpend zijn. 5.2. De begeleiding van stagiaires Sinds vele jaren zijn er stagiaires bij ons op school werkzaam. We vinden het een goede zaak op deze manier mee te helpen de school ook in de toekomst te voorzien van goed opgeleide collega’s. Bovendien is contact met de Pabo’s (opleidingsschool voor leraren) en jonge collega’s ook van belang voor een levendig en modern onderwijs. De eindverantwoordelijkheid van de door de stagiaires gegeven lessen blijft altijd bij de betreffende groepsleerkracht, ook als ze soms voor wat langere tijd zelfstandig voor de groep staan. Dit laatste is het geval bij vierdejaars studenten (LIO - leraar) die vlak voor het begin van hun onderwijsloopbaan staan. Wij staan ook open voor stageplaatsen van R.T.- en S.P.W. opleidingen. (Sociaal Pedagogisch Werk). Deze laatste is een opleiding voor o.a. onderwijsassistent. 5.3. Nascholing van leraren Regelmatig volgen leraren van onze school langere of kort lopende cursussen om in hun onderwijspraktijk op de hoogte te blijven van allerlei nieuwe ontwikkelingen. Deze cursussen vinden plaats na schooltijd of in de avonduren. 5.4.

Inzet externe deskundige (Het Reizende Koffertje o.l.v. Kamille Rijksen) Ten aanzien van het onderwijs wordt door de overheid een nauwe samenwerking gevraagd tussen onderwijs en jeugdhulpverlening. Meer dan vroeger worden leerkrachten geacht aandacht te besteden aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen, het vroegtijdig signaleren van problemen en het doorverwijzen van deze kinderen. Als school zijn wij zeker bereid deze taak op ons te nemen en daarom zijn wij bezig een nauwere samenwerking aan te gaan met deskundige mensen/instanties uit de jeugdhulpverlening/zorg. Met als doel het vergroten/optimaliseren van de zorgcultuur en de ontwikkelingskansen van kinderen. Kamille Rijksen is agoog, creatief therapeut en coach. Zij heeft haar eigen praktijk “het reizende koffertje” Taken binnen de school: 1. Hulpverlening kinderen 2. Ondersteuning/consultatie ouders en leerkrachten 3. Signaleren 4. Geven van informatie en advies 5. Doorverwijzen verschillende hulpinstanties 6. Mediation Voor meer informatie: Kamille Rijksen

pagina 17


Noorderhaven 99 8861 AM Harlingen 0517-434296 www.hetreizendekoffertje.nl Onze school heeft ook intensieve contacten met de kinderfysiotherapeut en de logopedist. Tevens neemt de intern begeleider deel aan het overleg van Centrum Jeugd en Gezin binnen onze wijk. Deze organisatie houdt zich bezig met grote en kleine vragen over gezondheid, opvoeden en opgroeien binnen het gezin. Op de website www.cjgleeuwarden.nl kunt u hierover meer informatie vinden.

pagina 18


6. De ouders Het is van het grootste belang dat er een goede samenwerking bestaat tussen ouders en school. Wij vinden dat onze ouders heel gemakkelijk de weg naar school moeten kunnen vinden. 6.1. De informatie aan de ouders De informatievoorziening vindt plaats via de schoolkalender, die aan het begin van ieder schooljaar via de kinderen bij de ouders komt en waarin de schoolgids is verwerkt. Verder wordt u gedurende het schooljaar elke laatste vrijdag van de maand op de hoogte gehouden via de nieuwsbrief “St. Thomasluiden”. Deze nieuwsbrief wordt digitaal verspreid. Het is daarom belangrijk dat wij altijd beschikken over de actuele mailadressen van de ouders. Nieuws is ook te lezen op onze website: www.thomasschool.nl. Deze site wordt regelmatig geactualiseerd. Belangrijk is natuurlijk het directe contact tussen ouders en school. Daarom verwachten wij u minstens twee keer per jaar om te komen praten over het wel en wee van uw kind(eren) tijdens de z.g. 10-minuten gesprekjes. Ook uw komst bij algemene ouderavonden is van groot belang. Wilt u een extra gesprek met de leerkracht, dan is het verstandig een afspraak te maken. Zelf verzoeken wij u ook op een of andere manier actief met school bezig zijn. Dat kan door te assisteren bij onderwijsactiviteiten, sportdag, schoolreisje, excursies, kerst, carnaval, enz. Het kan ook door in de Schooladviescommissie, de Oudervereniging of de Medezeggenschapsraad mee te denken over organisatie, opzet en inhoud van het onderwijs. 6.2. Oudervereniging Een belangrijke taak van de O.V. is het bevorderen van het contact tussen school en ouders. Zo nodig behartigt de O.V. de belangen van de ouders en/of de kinderen bij de M.R. of bij het bevoegd gezag. Deze rol kan de O.V. ook spelen naar de directie en/of leerkrachten. Verder houdt de O.V. zich bezig om samen met het team vele activiteiten te organiseren. 6.3. Medezeggenschapsraad Aan elke school is een medezeggenschapsraad (M.R.) verbonden. Dit inspraakorgaan heeft tot doel de verschillende bij de school betrokken partijen (ouders en team) medezeggenschap te geven. De M.R. bestaat uit 4 leden:2 ouders (de z.g. oudergeleding) en 2 leerkrachten (de z.g. teamgeleding). De directeur is als adviseur aan de M.R. toegevoegd. Afhankelijk van het onderwerp heeft de M.R. het recht om advies te geven, dan wel instemming te verlenen aan het bevoegd gezag. De bevoegdheden van de M.R. zijn wettelijk geregeld. Deze raad heeft instemmingbevoegdheid en/of adviesrecht naar het bestuur van de Bisschop Möller Stichting waar onze school onder valt. 6.4. Ouderbijdrage We hebben op de St. Thomasschool een oudervereniging. De ouders die in de oudercommissie zitten zijn zeer actief bij de verschillende activiteiten die op school plaatsvinden. U kunt daarbij denken aan: Sint Maarten, Sinterklaas, Kerstmis,

pagina 19


carnaval, sportdag, tuinfeest en pannenkoekenfeest op de laatste schooldag. Hier zijn de nodige kosten aan verbonden. Daarom vraagt de oudervereniging een jaarlijkse bijdrage. Deze bijdrage is vrijwillig en bedraagt € 25,- per kind. Echter zonder uw bijdrage zijn we niet in staat om de vele activiteiten te financieren. Daarnaast wordt in de maanden januari t/m april rechtstreeks vanuit school nog een bijdrage gevraagd voor de schoolreisjes van uw kind(eren). Voor dit schooljaar zijn de volgende bedragen vastgesteld: De kinderen van 1,2 betalen: € 10,00 De kinderen van 3,4,5 betalen: € 27,50 De kinderen van 6,7 betalen € 40,00 (tweedaags schoolkamp) De kinderen van 8 betalen € 75,00 (driedaags schoolkamp, incl. slotavond) 6.5. Buitenschoolse opvang De voor- en naschoolse opvang is in handen van de Stichting Kinderopvang Leeuwarden (SKL). D.m.v. folders worden de ouders van de school op de hoogte gebracht van de mogelijkheden. 6.6. Klachtenregeling Als u opmerkingen heeft over onze school, kunt u in de eerste plaats terecht bij de eigen leerkracht. Wanneer er dan aanleiding toe bestaat, kunt u contact opnemen met de directeur. Desgewenst kunt u zich wenden tot de schooladviescommissie. Daarnaast is, sinds de invoering van de wet op het Primair Onderwijs per 01-081998, iedere school verplicht een officiële klachtenregeling te hebben. Het gaat dan om klachten van heel verschillende aard: - klachten die betrekking hebben op de dagelijkse gang van zaken op school en die niet in goed onderling overleg opgelost kunnen worden. - klachten die betrekking hebben op vormen van machtsmisbruik zoals seksuele intimidatie, agressie en geweld, racisme, discriminatie en pesten. Onderdeel van de klachtenregeling is het aanstellen van een vertrouwenspersoon en van één of meer interne contactpersonen. Deze personen zijn voor ouders, verzorgers, leerlingen, leerkrachten aanspreekpunt voor klachten zoals boven omschreven. De Stichting Katholiek Primair Onderwijs Friesland/Texel (ons bestuur) heeft voor al haar scholen 1 gezamenlijke vertrouwenspersoon aangesteld. (De naam vindt u achterin bij hoofdstuk 10). Daarnaast heeft onze school ervoor gekozen om een interne contactpersoon aan te stellen als eerste aanspreekpunt. De contactpersoon kan verwijzen naar de vertrouwenspersoon. De taken van de contactpersonen zijn: - De eerste opvang en advies aan ouders/verzorgers/leerlingen/leerkrachten die geconfronteerd worden met machtsmisbruik. - Hieronder worden alle vormen van machtsmisbruik verstaan te weten: seksuele intimidatie, agressie en geweld, racisme, discriminatie en pesten. - Het geven van adviezen op schoolniveau met betrekking tot het omgaan met (vermoedens van) kindermishandeling. - Een adviserende en stimulerende rol vervullen met betrekking tot de ontwikkeling van beleid op het gebied van machtsmisbruik en kindermishandeling.

pagina 20


6.7

Beleid Sponsorbijdragen Om de onafhankelijkheid van de school te waarborgen, ontvangt de St. Thomasschool geen sponsorbijdragen, waaruit in welke vorm dan ook verplichtingen voortvloeien. Activiteiten waarbij reclame voor commerciële instellingen of bedrijven wordt gemaakt, worden in principe geweerd.

6.8 Schoolbeleid in relatie met de Bisschop Möller Stichting In overleg met de Stichting wordt op verschillende terreinen beleid gemaakt. De uitvoerige beleidsplannen liggen op school eventueel ter inzage. (Zie website BMS) Wij noemen hierbij; * Toelatingsbeleid * Schorsing, verwijdering * Passend Onderwijs * Rugzak (leerling gebonden financiering) * Personeel beleidsplan * Financieel en materieel beleidsplan

pagina 21


7. De ontwikkeling van het onderwijs in school en wat dat betekent voor de komende jaren De maatschappij, waar ieder van ons deel uitmaakt, verandert voortdurend. Ook de school maakt deel uit van die maatschappij en zal dus op die verandering moeten anticiperen. School moet als zelflerende organisatie kritisch kijken naar de kwaliteitsaspecten van de eigen onderwijsorganisatie. Als school werken we hier planmatig aan en proberen in veilige stapjes ons verder te ontwikkelen. In de afgelopen drie jaar is planmatig gewerkt aan: • • • • • • • •

een dyslexieprotocol. het ontwikkelen van een zorgroute met groepsplannen het verder ontwikkelen van de didactische en pedagogische aanpak in het gedachtegoed van Adler het werken met digitale schoolborden een nieuw organisatiegebouw (Managementteam) nieuwe tijden in het onderwijs het verder optimaliseren van de Plaatsingswijzer (verwijzing naar het Voortgezet Onderwijs) de professionalisering van het Model Directe Instructie (hoe instrueren we de kinderen)

Alle ontwikkelingen zijn vastgelegd en beschreven. Ouders worden hiervan ook op de hoogte gebracht door bijv: informatie avonden. Voor de jaren 2011-2015 hebben we in een schoolplan het beleid uitgestippeld. Zonder in detail te willen treden kunnen we u melden dat we het komende jaar aan de slag zullen met - Het verder uitwerken van een ICT-beleidsplan - Het uitwerken van een talentencircuit voor de groepen 5 t/m 8 op de vrijdagmiddag. Voor meer details voor wat betreft bovenstaande verwijzen we naar het schoolplan dat op school ter inzage ligt.

pagina 22


8. De resultaten van het onderwijs Iedere school is verplicht informatie te geven over de resultaten die ze behaalt. In dit hoofdstuk geven we de uitstroomresultaten van groep 8 gedurende de laatste 5 jaren. Natuurlijk zeggen de uitstroomresultaten niet alles over de resultaten van een school; ze geven slechts een indicatie.

Vertrokken naar:

2007-2008

2008-2009

VMBO HAVO VWO ---------totaal

12 9 9 5 9 12 8 12 6 -----------------------------------------------------------25 30

Vertrokken naar:

2010-2011

VMBO HAVO VWO ---------totaal

11 8 13 13 14 10 7 7 10 ------------------------------------------------------------31 29 33

2011-2012

pagina 23

2009-2010

2012-2013


9. 9.1.

Schoolorganisatie. Dagelijkse gang van zaken op school. Schooltijden:

groepe n groep 1

maandag

dinsdag

woensdag

donderdag

vrijdag

8.15 -14.15

8.15 -14.15

8.15 -11.45

8.15 -11.45

8.15 -11.45

groep 2 t/m 4 groep 5 t/m 8

8.15 -14.15

8.15 -14.15

8.15 -11.45

8.15 -14.15

8.15 -11.45

8.15 -14.15

8.15 -14.15

8.15 -11.45

8.15 -14.15

8.15 -14.15

De school is ‘s morgens vanaf 8.05 uur open. De leerkrachten zijn in ieder geval uiterlijk 8.00 uur op school aanwezig. 9.2.

Schoolverzuim Schoolverzuim moet worden vermeden, daar is iedereen het over eens. In de eerste plaats omwille van het kind, dat een zo weinig mogelijk onderbroken leerlijn moet kunnen volgen en bovendien deel uitmaakt van een groep met alle verplichtingen die dat met zich mee brengt. Daarnaast ligt er ook een belang bij de school. Bij afwezigheid van een kind (of kinderen) moeten allerlei activiteiten (toets, nieuw reken- of taalprobleem enz.) worden uitgesteld en later weer worden ingehaald. Om eventueel verzuim tegen te gaan wordt er samengewerkt tussen school, leerplichtambtenaar en inspectie.

9.3.

Ziek melden Ziekmeldingen dienen bij voorkeur plaats te vinden tussen 8.00 en 8.15 uur.

9.4.

Vakantiedagen, vrije dagen, studiedagen Herfstvakantie 21-10-2013 t/m 25-10-2013 Kerstvakantie 23-12-2013 t/m 03-01-2014 Voorjaarsvakantie 24-02-2014 t/m 28-02-2014 Rond Pasen 18-04-2014 t/m 21-04-2014 Meivakantie, Teamdagen 28-04-2014 t/m 07-05-2014 Hemelvaart 29-05-2014 t/m 30-05-2014 Pinkstermaandag 09-06-2014 t/m 09-06-2014 Zomervakantie 05-07-2014 t/m 15-08-2014

9.5.

Gymtijden: Gymtijden worden bij aanvang van elk schooljaar in de eerste nieuwsbrief bekend gemaakt i.v.m. overleg gemeente over het gebruik van het gymlokaal. Bij mooi weer worden de gymtijden soms ook wel gewijzigd, wanneer we gebruik kunnen maken van het sportveld. In de zomer maken we n.l. veelvuldig gebruik van het sportveld. (kaatsveld LKC)

9.6.

Vrij vragen Vrij vragen kan alleen schriftelijk worden gedaan via de directie. De brief kan gedownload worden van de website. Op de schoolkalender heeft u een goed overzicht over de vrije dagen en vakantietijden van uw kind. Toch zijn er soms redenen waarom u extra vrije dagen voor uw kind wilt aanvragen. Te denken valt hierbij aan jubilea, sterfgevallen binnen familie of vriendenkring enz. Normaal wordt hiervoor vrij gegeven. We willen wel graag dat

pagina 24


u dit schriftelijk aanvraagt. Op deze wijze kunnen wij de vrijgegeven dagen dan verantwoorden. Mocht u in de zomervakantie vanwege uw werk, niet met uw kinderen op vakantie kunnen, dan kan er 1x per schooljaar voor ten hoogste 10 dagen extra vrij worden verleend. U moet dit wel tijdig aanvragen. Bovendien is het verplicht om hierbij een werkgeversverklaring in te dienen. Verlengen van een vakantie is - heel bijzondere omstandigheden daargelaten niet mogelijk. Het is in het belang van het kind, zeker na de zomervakantie, vanaf de eerste dag in de groep te kunnen meedraaien. Eerder vrij vragen “om de file voor te zijn” zal dan ook niet gehonoreerd worden. Een dergelijk verzuim moet als ongeoorloofd worden gemeld bij de ambtenaar belast met het toezicht op de leerplichtwet. 9.7.

Afspraak huis- en tandarts Probeert u tand- en huisartsconsulten zoveel mogelijk buiten schooltijd af te spreken. Is het buiten schooltijd niet mogelijk, dan moet u het altijd schriftelijk aanvragen. Dat kan bij de desbetreffende leerkracht.

9.8.

Drie regels is genoeg….. Vanuit het perspectief van Adler is het belangrijk dat kinderen structuur, duidelijkheid en discipline aangeboden krijgen. Het is essentieel dat kinderen kunnen inschatten wanneer iets acceptabel is en wanneer niet. Op de St. Thomasschool zijn we van mening dat je dat het best duidelijk kunt maken door het samen bespreken, invullen en naleven van de regels. Om dat te realiseren mogen er niet te veel regels zijn. Vanuit dat perspectief hebben we drie regels gekozen, waaruit alle andere regels te herleiden zijn. Deze regels kunt u probleemloos thuis in praktijk brengen. 1. Voor groot en klein, zullen we aardig zijn. (Een regel voor de omgang met elkaar.) 2. We zullen goed voor de spullen zorgen, dan zijn ze weer te gebruiken morgen. (Een regel voor het omgaan met materialen.) 3. De school is van binnen een wandelgebied en buiten hoeft dat natuurlijk niet. (Een regel voor het bewegen, binnen en buiten.) Een aantal zaken, die voortvloeien uit bovenstaande regels, voor u van belang zijn en in de groepen wordt besproken, willen we hier toch even noemen: - Op het schoolplein mag niet gefietst worden en is “fietsvrij”. - ’s Morgens mogen de kinderen een stukje fruit meenemen, graag een naam op fruit- en/of eetbakje. (voor de kleuters is er een aparte afspraak; ouders krijgen daar bericht over). Op bepaalde dagen ontvangt uw kind fruit van school. U wordt daar in de nieuwsbrief over geïnformeerd. - Als uw kind jarig is, mag het trakteren in de klas.

9.9.

Bereikbaarheid schoolleiding De directeur van een basisschool is gedurende de gehele week bereikbaar. Doordat hij ook regelmatig buiten de school werkzaamheden moet verrichten, kan het voorkomen dat u het op een ander tijdstip nog een moet proberen. Uiteraard stellen we alles in het werk om de communicatie zo vlot mogelijk te laten verlopen. Denkt u bij verhuizing of verandering van telefoonnummer er ook aan onze administratie in te lichten.

9.10. School en parochie We hebben goede contacten met de Titus Brandsma parochie (de R.-K. geloofsgemeenschap van Leeuwarden e.o.) en hechten aan voortzetting hiervan. De school biedt de plaatselijke pastores de gelegenheid om van tijd tot tijd een bezoek te brengen aan de verschillende groepen om zo de lijn parochie – school in

pagina 25


stand te houden. Tevens wordt er samengewerkt bij bepaalde activiteiten (zoals de Kerstviering). Via de website www.titusbrandsmaparochie.nl kunt u zich van de kerkelijke activiteiten op de hoogte stellen, zoals bijv. de vieringen, opgave kinderkoor en de opgave van uw kind voor de eerste heilige communie. Er zijn in de katholieke kerken van Leeuwarden elke zondag en zaterdagavond diensten. Die zijn voor iedereen toegankelijk: katholiek en protestants, gelovig en niet-gelovig. Iedereen is welkom. Soms zijn dat eenvoudige vieringen zonder koor, soms zijn dat feestelijke, plechtige diensten. Er zijn vieringen speciaal voor jongeren of voor kinderen. De kinderen kunnen ook zingen in het Sint Vituskinder- en jeugdkoor. Voor alle leeftijdsgroepen zijn nieuwe leden welkom. De repetities zijn in het parochiehuis van de Dominicuskerk. De kinderen kunnen ook gewoon een keertje komen kijken. kinderkoor 4-7 jaar vrijdag van 13.30 – 14.30 uur kinderkoor 7-11 jaar dinsdag van 15.45 – 17.00 uur

9.11. Uw kind en de jeugdgezondheidszorg De jeugdgezondheidszorg volgt de gezondheid en ontwikkeling van kinderen van 0-19 jaar. De GGD is partner binnen het Centrum voor Jeugd en Gezin. Alle kinderen ontvangen op 5-jarige leeftijd en in groep 7 een uitnodiging voor een gezondheidsonderzoek door de doktersassistent, arts of verpleegkundige. Voorafgaand aan het onderzoek ontvangen de ouders/verzorgers een vragenlijst. 5-jarige kinderen Dit onderzoek bestaat uit een uitgebreid lichamelijk onderzoek en een gesprek over opvoeding, gedrag en gezondheid, zoals groei, motoriek, spraak en taal. Groep 7 Dit is een onderzoek van de lichamelijke groei en een gesprek over opvoeding, gedrag, sociale ontwikkeling. Ouders, kinderen of de school (in overleg met ouders) kunnen bij vragen of zorgen altijd terecht bij de jeugdgezondheidszorg voor een extra onderzoek of gesprek. U kunt zelf contact opnemen met de jeugdarts of –verpleegkundige van GGD Fryslân Jeugdgezondheidszorg via 088 22 99 444. 9.12. Controle hoofdluis Zoals u weet doet dit probleem zich de laatste jaren met de regelmaat van de klok weer voor op iedere school. Reden voor ons om af en toe een controle op hoofdluis uit te voeren. Deze controle wordt uitgevoerd door de werkgroep “Kriebel ouders”. Mocht u bij uw kind luis constateren geef dan even een berichtje aan school. De kinderen ontvangen als ze op school komen kosteloos een luizenzak die hun gehele schoolloopbaan mee zal kunnen. Omdat we i.v.m. de netheid de eenheid in de luizenzakken willen bewaren, zal bij vermissing een nieuwe cape aangeschaft moeten worden via school. Kosten daarvoor zijn € 5,00. 9.13. Bereikbaarheid ouders Nu veel ouders beide werken, is het voor de school belangrijk om ook de telefoonnummers van het werk te hebben zodat u voor ons toch bereikbaar bent indien nodig. Wanneer dit niet mogelijk is zouden we toch graag een tweede telefoonnummer hebben b.v. van opa of oma, buren o.i.d. Is bovenstaande op u van toepassing of zijn er wijzigingen, wilt u dan de benodigde telefoonnummers doorgeven aan de administratie (Jannie Bootsma). 9.14. Parkeren bij school Wanneer u de kinderen met de auto naar school brengt of haalt zien we graag dat u de auto vóór school parkeert in de Averkampstraat. Omwille van de veiligheid (en de conditie!) prefereren wij de komst op de fiets of te voet.

pagina 26


9.15. Kleding merken Soms blijft er kleding achter op school waarvan niemand weet van wie het is. Om te zorgen dat er minder kwijt raakt, is het verstandig jassen, maar ook zeker laarzen in de wintertijd, aan de binnenzijde te voorzien van een naam. Achtergebleven kleding, sportschoenen e.d. worden verzameld in de blauwe kist in de hal van de school. Na verloop van twee weken worden de spullen weggedaan. 9.16. Overblijf- en opvanggelegenheid Heeft u voor- en/of na schooltijd opvang voor uw kind nodig? De Sint Thomasschool heeft contacten met de Buitenschoolse opvang (BSO) met SKL Kinderopvang over de kinderopvang. U kunt uw kind voor school vanaf 7.30 uur naar de BSO-locatie brengen. Daar kan het zelf meegebrachte ontbijtje gegeten worden, nog even een boekje gelezen worden of bijvoorbeeld een spel gespeeld. De pedagogisch medewerkers van SKL zorgen ervoor dat uw kind op tijd naar school wordt gebracht. Met u spreken ze af of uw kind op het plein mag spelen of naar de klas gebracht wordt. Na schooltijd worden de kinderen bij school opgehaald door SKL, wellicht heeft u de medewerkers op het schoolplein wel gezien in hun opvallende oranje jassen. Op de BSO is van alles te beleven en te ontdekken voor kinderen. Ook in de schoolvakanties en op schoolvrije dagen is het extra leuk op de BSO. Heeft u alleen opvang nodig in de vakanties of op schoolvrije dagen? Ook dat kan! Om de BSO goed te regelen is er regelmatig contact tussen De Sint Thomasschool en de SKL. De kinderen van onze school gaan voor de BSO naar: BSO Het Kasteel, Harlingerstraatweg 7A, 8913 AA Leeuwarden, 058-2168025, [email protected], voor kinderen van 4 tot 13 jaar Is uw kind 8 jaar of ouder? Dan is sport BSO Hink-Stap-Sprong (Westeinde/Valerius) ook een aanrader. U kunt uw kind aanmelden via www.kinderopvangleeuwarden.nl. Wilt u meer weten over de BSO? Heeft u vragen, of wilt u een kijkje op de BSO nemen? De medewerkers op de afdeling Relatiebeheer van SKL horen graag van u, via telefoonnummer 058 – 257 60 70 of per e-mail: [email protected].

pagina 27


10.

Adressen

School:

R.K. Basisschool St. Thomas Averkampstraat 10 8916 EL Leeuwarden tel: 058 - 2121734 fax: 058 - 2153413 email: [email protected] website: www.thomasschool.nl

Inspectie van Onderwijs [email protected] www.onderwijsinspectie.nl vragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis) klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900-1113111 (lokaal tarief)

pagina 28

Een woord vooraf De school Waar de school voor staat De organisatie van het onderwijs De zorg voor de kinderen 13

Recommend Documents