LIEVEN VAN POTTELSBERGHE HEER VAN WISSEKERKE Lieven van Pottelsberghe werd heer van Wissekerke in 1516 door aankoop van de heerlijkheid. Hij kocht ze van Roeland Ie Fevre, heer van Temse, die ze gekocht had in 1511. Tegelijkertijd kocht Lieven van dezelfde Roeland de heerlijkheid Ten Dorent op Bazel. Voor beide heerlijkheden samen betaalde hij 1.000 pond groten Vlaamse munt (A. De Maere - Limnander : Oud Vlaamse Lenen, nr. 186). In ruil voor andere gronden verwierf Lieven nog in 1516 de heerlijkheid Ten Ast, gelegen te Sint-Pauwels. Die heerlijkheid was 8 bunders groot (a.w. nr. 188). In 1521 kocht Lieven de heerlijkheid Te Bays, waarvan de gronden op Haasdonk, Melsele en Bazel lagen. In hetzelfde jaar kocht hij van de heer van Kruibeke de heerlijkheid Beaufort, die bestond in het recht jaarlijks 64 schellingen 8 déniers Parijse munt te heffen op gronden te Bazel. Die gronden lagen meestal tussen de Barbierbeek enerzijds en de Kemphoekstraat, Barbierstraat en Kerkstraat anderzijds. In 1520 en 1521 werd Lieven door Keizer Karel gemachtigd om al die aangekochte heerlijkheden te verenigen met de heerlijkheid Wissekerke. Deze kreeg zo een oppervlakte van 637 bunders of 847 hectaren. Tot dan was ze 400 bunders of 532 hectaren groot. Vergelijk die oppervlakten met die van Rupelmonde die 188 ha bedroeg. In 1520 of 1521 werd nog het ambt van ontvanger voor het Land van Waas en het Land van Beveren als een erfelijk recht aan de heerlijkheid Wissekerke verbonden. Dat ambt bestond erin al de gelden te innen die de graaf van Vlaanderen toekwamen in Waas en Beveren. Voor zijn ereloon kreeg de ontvanger de 40-ste penning van al die gelden (de Schoutheete de Tervarent: Livre des feudataires des Comtes de Flandre... blz. 554-555) . Lieven van Pottelsberghe is niet lang heer van Wissekerke geweest. Hij kocht en breidde de heerlijkheid uit om ze aan een van zijn zonen te geven. Reeds in 1521 maakte hij ze over aan zijn zoon Frans van Pottelsberghe (A. De Maere Limnander: a.w. nr. 233). Al is Lieven dan maar vijf jaar heer van Wissekerke geweest,
HK 1980 1 Lieven Van Pottelsberghe
1
met hem begon de heerlijkheid een nieuwe glansrijke periode van haar eeuwenoude bestaan. Lieven heeft haar grondgebied aanzienlijk uitgebreid en haar verrijkt met een winstgevend erfelijk ambt. Indien hijzelf het kasteel niet liet herbouwen, dan deed het zijn zoon Frans. Er bestaan dienaangaande geen documenten. Maar de oudste bovengrondse delen van het kasteel, op de ronde toren na, dateren uit het begin van de 16e eeuw, te oordelen naar de stijl die ongeschonden bewaard bleef in de achthoekige toren met vierkante vensters. Alleen mannen die rijk waren als de van Pottelsberghen hebben zo 'n kasteel kunnen bouwen. En Lieven en zijn zoon Frans bouwden ook te Gent. Een van hen herbouwde nog het kasteel te Vinderhoute. Waarom zouden ze het kasteel van Wissekerke niet herbouwd hebben, het kasteel van de heerlijkheid die toch als huwelijksgoed voor een van de zonen werd aangekocht ? De aankoop van Wissekerke door Lieven van Pottelsberghe heeft voor gevolg gehad dat de familie van Steelandt daar belandde . Lieven was getrouwd met Livina van Steelandt. Van hun vijf kinderen bereikte alleen Frans de volwassen leeftijd. Hij trouwde met Jacqueminne de Bonnières de Suastre maar overleed kinderloos in 1544. Lieven was al gestorven in 1531. Zo kwam Wissekerke in het bezit van de moeder Livina van Steelandt, die merkelijk jonger schijnt geweest te zijn dan haar man Lieven. Ze stierf pas in 1562, d.i. 31 jaar na haar man. In 1548 gaf Livina de heerlijkheid Wissekerke met kasteel en al ten geschenke aan haar broer Servaas van Steelandt, die toen al 78 jaar oud was, vermits hij op 3 september 1551 overleed in de leeftijd van 81 jaar. Servaas werd in de heerlijkheid opgevolgd door zijn zoon Willem, die secretaris van de stad Gent was. In 1564 schonk Willem van Steelandt Wissekerke aan zijn zoon Servaas ter gelegenheid van diens huwelijk. Servaas verhief het leen in 1566 (A. De Maere - Limnander : a. w. nrs . 397, 410, 502) . Met die Servaas van Steelandt ging Wissekerke een bewogen tijdperk tegemoet. Daarover schrijven we bij een andere gelegenheid.
We keren terug naar Lieven van Pottelsberghe . Wie was toch die machtig rijke man die Wissëkerke zo uitbouwde? We
HK 1980 1 Lieven Van Pottelsberghe
2
vernemen meer over hem bij A. Van de Veegaete : "Lieven van Pottelsberghe. Een Gents maecenas uit het begin der XVIe eeuw" (Handelingen der Maatschappij voor Geschiedenis en Oudheidskunde te Gent, N.R. deel III (1948) blz. 93 - 104). Lieven van Pottelsberghe stamde uit een rijke Waaslandse familie. Zijn ouders waren Lieven van Pottelsberghe en Livina Snibbels (+ 1513) Ze werden begraven in de Sint-Michielskerk te Gent. Lieven junior was al ridder en heer van Vinderhoute en Merendree toen hij Wissekerke kocht. Hij was lid van de Raad van Vlaanderen en van de Private Raad van keizer Karel. Hij was daarbij ontvanger-generaal van de domeinen in Vlaanderen en bekleedde die functie al in 1513. Een machtig, invloedrijk man. Zijn vrouw Livina van Steelandt behoorde eveneens tot een adellijke familie van Waas. Ze was dochter van Jan van Steelandt, heer van ten Ryen (te Waasmunster), en van Catharina de Neve. Haar vader Jan was 1id van de Raad van Vlaanderen en werd in 1477 hoogschepen van Waas. Lieven van Pottelsberghe woonde te Michielsparochie. Hij had vijf kinderen.
Gent
op
de
Sint-
In het museum voor Schone Kunsten te Gent worden de portretten van Lieven en zijn vrouw Livina bewaard. Ook uit die portretten blijkt dat Livina merkelijk jonger was dan haar man. Volgens A. Van de Veegaete zouden ze het werk zijn van de Gentse schilder Geraard Horenbaut. Nu worden ze toegeschreven aan Geraard David. Lieven en Livina worden ten halve lijve voorgesteld, in geknielde houding en met gevouwen handen. Voor hen op hun bidstoel ligt bij ieder een rijk verlucht getijdenboek open, waarin de wapens van Lieven en Livim zijn aangebracht. Ze zijn elk vergezeld van hun engelbewaarder. Bij Lieven staan drie van zijn kinderen afgebeeld : Floreyns, de oudst die als student in 1521 overleed te Orléans, Antoon die in 1524 overleed en nog een kind, zeer jong gestorven, waarvan we de naam niet kennen. Bij Livina staat een meisje dat ook zeer jong gestorven is en de zoon Frans, de enige die de volwassen leeftijd bereikte. Op het portret van Livina staat in de achtergrond een kasteel geschilderd en iets verderop een kerk. Het kasteel staat in HK 1980 1 Lieven Van Pottelsberghe
3
het water en over dat water loopt een brug. We mogen aannemen dat daarmee het kasteel van Wissekerke en de kerk van Bazel zijn bedoeld. Wissekerke was toch de bijzonderste heerlijkheid van Lieven. Ligging en voorkomen van de gebouwen
Lieven van Pottelsberghe met drie van zijn overleden kinderen.
zijn echter niet getrouw weergegeven. Waarschijnlijk is de
HK 1980 1 Lieven Van Pottelsberghe
4
schilder niet ter plaatse geweest en heeft hij moeten werken naar aanwijzingen die hem werden verstrekt. Lieven en Livina stonden tijdens hun leven bekend als zeer rijk, maar ook als zeer vrijgevig. In 1513 herbouwden ze te Gent een vervallen hospitaal, het Alyns-hospitaal. Later liet de zoon Frans, geholpen door zijn moeder, er een kapel bij bouwen. In 1521 stichtten Lieven en Livina tien studiebeurzen waarvan drie bestemd waren voor toekomstige studenten aan de Universiteit van Leuven. In 1529 vulden ze die stichting aan : dertien jongens van 12 tot 14 jaar konden nu een studiebeurs krijgen, vier jaar lang, en als ze er wat voor voelden, mochten ze nog verder studeren.
HK 1980 1 Lieven Van Pottelsberghe
5
In verscheidene glasramen van de kerk van Waasmunster stonden vroeger de wapens van Lieven en Livina. Ze hebben ongetwijfeld ook die kerk met schenkingen bedacht. Hun vrijgevigheid en kunstzin kwamen vooral ten goede aan hun parochiekerk Sint-Michiels te Gent. In 1512 schonk Lieven zes nieuwe klokken voor de "cleenen turre" van die kerk en hij kwam ook tussen voor de herstellingswerken aan die toren. Heel bijzonder hebben Lieven en Livina zich ingespannen om de zuidelijke kruisbeuk van die kerk kunstig en rijkelijk in te richten. HK 1980 1 Lieven Van Pottelsberghe
6
Die kruisbeuk werd de private kapel van de familie. Ze werd "de kapel van de Name Jezus" genaamd, later ook "Vinderhoutekapel". Bij de beeldenstorm verdween het hele meubilair ervan. In 1517 had Lieven al een glas-raam ervoor besteld bij de glasschilder Daneel Lonis. In 1521 liet hij aan de westelijke muur, op een hoogte van 6 tot 7 meter, een "groote orghele" plaatsen. Hij behield zich het recht zelf de organist en "de blasere" te benoemen. Naar het getuigenis van een tijdgenoot, Marcus van Vaernewyck, was dat orgel een unicum. Marcus moet evenwel overdreven hebben als hij schreef dat het orgel drieduizend pijpen telde !In 1525 lieten Lieven en Livina in de kapel van de Naam Jezus een nieuw altaar in Renaissancestijl plaatsen. Het was een van de vroegste Renaissancewerken te Gent, misschien wel het vroegste. Het viel ook onder de hamers van de beeldstormers. Maar er bleef een tekening van bewaard. De retabel bestond uit twee verdiepingen, elk van drie vakken. Elk vak bevatte een schilderij. Onderaan de tekening werd in het Frans bijgeschreven : "Altaar in 1525 vervaardigd in Sint-Michiels te Gent op kosten van Lieven van Pottelsberghe en van Livina van Steenland, zijn vrouw" Het is niet gelogen, want op het altaar zijn de wapens van Lieven en Livina aangebracht. Lieven voerde in sabel een jachthoorn van zilver met lint van keel, met mondstuk, ringen en uiteinde van goud, het mondstuk naar links gewend ; het hoofd van goud. Livina voerde in keel een faas van zilver, beladen met een latwerk van lazuur. Ook hun wapenspreuken werden op het altaar aangebracht. Die van Lieven luidde : "Plus est en luy. - Er steekt meer in hem". Die van Livina : "Ma foi est telle. -Zo is mijn geloof". Al in 1521 verkregen Lieven en Livina, voor hen en hun erfgenamen, het recht te worden begraven in de kapel van de Naam Jezus. Ze werden er ook begraven in prachtige tomben waarop ze levensgroot lagen afgebeeld, Lieven "int harnas ende wapenrock". Hun kinderen lagen begraven onder platte zerken met koperen platen. De zoon Frans kreeg een zerk waarop hij levensgroot in reliëf was afgebeeld. Na de dood van haar man in 1531 verbleef Livina veel op het Hof ten Dorent in Bazel. Dat hof lag aan de Oude en de Nieuwe Dam, achter de Kraak. Toen haar zoon Frans in 1544 overleed werd ze opnieuw Vrouwe van Wissekerke. Mogelijk heeft ze dan
HK 1980 1 Lieven Van Pottelsberghe
7
het kasteel van Wissekerke betrokken. In 1548 schonk ze kasteel en heerlijkheid aan haar broer Servaas en keerde terug naar Gent, waar ze in 1562 overleed. Zouden kerk en parochie van Bazel ook niet meegedeeld hebben van de milde vrijgevigheid van Lieven en Livina ?
A. Maris.
HK 1980 1 Lieven Van Pottelsberghe
8