Provinciale Staten
Voorstel aan Provinciale Staten HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH Traverse Dieren: ophoging voorlopig voorbereidingskrediet HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH
Beknopte samenvatting van inhoud voorstel:
Op 3 december 2008 hebben uw Staten voor het project Traverse Dieren een voorlopig voorbereidingskrediet beschikbaar gesteld van € 700.000,--. Het krediet is ingezet voor het behoud van de rijksmiddelen. Eind maart 2009 zal naar onze inschatting dit krediet volledig zijn belegd. In dit voorstel wordt een ophoging van dit voorlopige voorbereidingskrediet aangevraagd voor een bedrag van € 1,5 miljoen. Dekking wordt gevonden uit de vanuit het MIG-fonds verstrekte middelen voor het project Hart van Dieren. Het bedrag zal vooral worden aangewend voor het verkrijgen van een nieuwe rijksbeschikking en het maken van een bestuursovereenkomst met de gemeente (en eventueel de Stadsregio Arnhem-Nijmegen) en het opstarten van het planologischjuridische spoor en de nadere uitwerking van de schetsontwerpen. Onze inzet is erop gericht om uw Staten voor de zomer een pakket te kunnen aanbieden bestaande uit de nieuwe rijksbeschikking, de bestuursovereenkomst inclusief bijlagen, waaronder een plan van aanpak voor het vervolg en een risicoscan, en de onderzoeksresultaten naar het wegontwerp en de effectenstudies. Uitloop richting eind van dit jaar is echter niet uitgesloten. Een definitief voorbereidingskrediet zal tegelijkertijd of spoedig daarna aan uw Staten worden voorgelegd. In bijlage 1 is te uwer informatie ons voorlopige voorstel voor de eindafrekening Hart van Dieren opgenomen. Hierover is nog geen volledige overeenstemming met de gemeente Rheden bereikt. In bijlage 2 zijn de afspraken opgenomen van het bestuurlijke overleg tussen provincie en gemeente op 10 februari 2009. =====
Aan Provinciale Staten 1. INLEIDING Op 3 december 2008 hebben uw Staten een voorlopig voorbereidingskrediet vastgesteld van € 700.000,-- voor het project Traverse Dieren (PS 2008-678). Het krediet was bedoeld voor het behoud van de rijksmiddelen ter hoogte van € 53,3 miljoen. Hiervoor moest op basis van een geactualiseerde probleemanalyse een nieuw alternatief plan worden ontwikkeld. In december 2008 is in de Tweede Kamer besloten om de € 53,3 miljoen rijksbijdrage blijvend beschikbaar te stellen, “in te zetten voor het thans voorliggende plan”, aldus de motie van Van Heugten c.s. van 15 december 2008. Met ‘thans voorliggende plan’ wordt gedoeld op alternatief 3a. Zie voor nadere toelichting de Statennotitie ‘Voortgang Traverse Dieren’ (PS 2008-479). Inlichtingen bij dhr. M. Schurink, tel. (026) 359 91 94 e-mail
[email protected]
Met dit besluit van de Tweede Kamer is een belangrijke mijlpaal voor het vervolg van het project bereikt. Om het vervolg van de voorbereidingen te kunnen continueren is een ophoging van het in december 2008 verstrekte voorlopige voorbereidingskrediet noodzakelijk. Eind maart 2009 zal naar onze huidige inschatting (eind januari 2009) het door uw Staten beschikbaar gestelde krediet zijn belegd. De berekening is opgebouwd uit de sommatie van daadwerkelijke en geraamde uitgaven en verplichtingen. Deze Statennotitie bevat een voorstel voor een ophoging van het voorlopige voorbereidingskrediet. Daarnaast is, gelet op uw verzoek, laatstelijk herbevestigd tijdens uw commissie MEZ van 28 januari 2009, aan deze notitie een bijlage toegevoegd met ons voorlopige voorstel voor de afrekening van het project Hart van Dieren. Het voorstel is nog niet definitief omdat over enkele punten nog overleg wordt gevoerd met de gemeente. Met de gemeente is afgesproken dat voor de raad van 3 maart 2009 en voor uw commissie van 4 maart 2009 namens beide partijen een definitief voorstel beschikbaar zal zijn. 2. VERANTWOORDING € 700.000 Van het door uw Staten in december 2008 verstrekte krediet voor de eerste fase van het project N348 Traverse Dieren is in 2008 is € 440.000 besteed, waarvan € 193.000 aan intern verantwoorde uren. Voor 2009 is een aantal werkzaamheden voorzien, waarbij het beschikbare krediet toereikend is tot eind maart (berekening op basis van zowel daadwerkelijke als geraamde uitgaven en verplichtingen). Hiertoe zullen ook externe verplichtingen worden aangegaan, die na maart 2009 tot betaling leiden. De belangrijkste activiteiten betreffen het begeleiden van de bestuurlijke samenwerking, het afmaken van het schetsontwerp, inventarisatie van kabels en leidingen in het plangebied, en het nader preciseren van de verkeersberekeningen. Bestedingen N348 Traverse Dieren tot en met maart 2009 2008 PROJECTMANAGEMENT 348.591 ENGINEERING 87.811 STUDIES verkeersmodellen GRONDVERWERVING 3.868 TOTAAL 440.270 TOTAAL
intern extern
193.161 247.109
2009 168.188 60.131 38.000 2.100 268.419
totaal 516.779 147.942 38.000 5.968 708.689
81.840 186.579
275.001 433.688
De post grondverwerving betreft eigen inzet voor het beheer van de huidige onroerend goedportefeuille en werkzaamheden in verband met de verkoop dan wel kavelsplitsing van enkele objecten.
2
3. PROJECTKALENDER 2009 Onze inspanningen zullen erop gericht zijn om de positieve uitspraak van de Tweede Kamer zo spoedig mogelijk vertaald te krijgen in een nieuwe beschikking, waarmee we uit de voeten kunnen. Dat wil zeggen, de nieuwe rijksbeschikking dient dusdanig flexibel te zijn, dat weliswaar een project wordt gerealiseerd dat zoveel mogelijk tegemoet komt aan het gewenste alternatief 3a, maar waarbij tevens, ingeval van financiële tegenvallers lopende het voorbereidingstraject, optimalisaties in het maatregelenpakket mogelijk zijn. Het beschikbare budget, dat nog nader moet worden vastgesteld gelet op de afrekening van Hart van Dieren en de nog te maken afspraken over de bijdrage van de gemeente Rheden, en eventueel de Stadsregio Arnhem-Nijmegen 1 , zal door ons als taakstellend worden gehanteerd, prijspeil 2009. Het uitgangspunt van onze gesprekken met het Rijk, de gemeente en de Stadsregio is dat het budget bepalend is voor de scope. Wij zullen uw Staten de komende maanden op de hoogte houden van de voortgang van de gesprekken. In onze berekeningen stand eind januari 2009 komen we uit op een verondersteld beschikbaar budget van circa € 90 miljoen (inclusief bijdrage Stadsregio van € 4 miljoen). Medio maart 2009 beschikken wij over een volledige, met grote zorgvuldigheid geactualiseerde, kostenraming op basis van schetsontwerpniveau. De voorlopige kostenramingen van eind januari jl. indiceren een overschrijding van het beschikbare budget met ongeveer € 10 miljoen. De scope zou op basis van deze voorlopige inschatting derhalve op onderdelen dienen te worden heroverwogen, om niet reeds in dit stadium in kostenoverschrijdingen te geraken. De inzet zal erop gericht zijn om de afspraken met de gemeente Rheden en voor zover van toepassing de Stadsregio te verankeren in een bestuursovereenkomst. Daarin willen wij tevens een plan van aanpak voor het vervolg en een risicoscan opnemen. Wij zullen externe expertise inhuren om dit proces te ondersteunen en te bespoedigen. Wij hopen het gehele pakket bestaande uit de nieuwe rijksbeschikking, de bestuursovereenkomst, en de resultaten van het alternatievenonderzoek met de effectenstudies, welke laatste op zijn vroegst medio mei a.s. beschikbaar zullen zijn, voor de zomer aan uw Staten aan te bieden. Een voorstel voor een definitief voorbereidingskrediet wordt afhankelijk van de aard van het vorengenoemde pakket gelijktijdig of zo spoedig mogelijk daarna aan u ter besluitvorming voorgelegd. Hoewel wij van onze kant alles in het werk zullen stellen om uitloop te voorkomen, is vertraging tot laat in het najaar 2009 niet volledig uitgesloten. Wij zijn bijvoorbeeld afhankelijk van moment waarop het ministerie van VROM de beschikking kan afgeven. Dit kan ertoe leiden dat het zicht op de vervolgaanpak met bijbehorende definitieve kredietaanvraag eveneens pas in een later stadium kan worden aangeboden. Indien in het derde kwartaal door ons geen voorstel kan worden voorgelegd, zullen wij u een voortgangsnotitie doen toekomen, waarin in ieder geval de verslaglegging over de eerdergenoemde onderzoeksresultaten is opgenomen. 4. OPHOGING VOORLOPIGE KREDIET Wij stellen u voor om het in december 2008 vastgestelde voorlopige krediet op te hogen met € 1.500.000,-. De omvang van dit krediet is gebaseerd op het mogelijk maken van de werkzaamheden tot en met het eerste kwartaal van 2010. De werkzaamheden omvatten het voorbereiden van de totstandkoming van de nieuwe rijksbeschikking en de eerder genoemde bestuursovereenkomst, inclusief de bijkomende stukken, waaronder het plan van aanpak voor het vervolg. Hiervoor zal nader onderzoek noodzakelijk zijn, 1
Voor het project Hart van Dieren waren de stadsregiogelden verbonden aan het thema gebiedsontwikkeling, een onderdeel dat thans valt onder het gemeentelijke Masterplan / Dorpsvisie.
3
om te komen tot een betrouwbaar en realistisch plan. Zo zal onder meer een verkenning moeten worden uitgevoerd naar de meest toepasselijke aanbestedingsvorm voor dit project. Voor de zomer zal daarnaast het communicatieve spoor worden opgepakt. Parallel aan de bovengenoemde activiteiten zal daar waar mogelijk de voorbereiding van de vervolgfase worden opgestart, echter pas nadat voldoende zekerheid is over de rijksbeschikking en de bestuursovereenkomst. Om zo min mogelijk verlies in doorlooptijd te bewerkstelligen is het wenselijk dat in het najaar ook reeds de (volledige) verplichtingen voor de vervolgfase kunnen worden aangegaan. Te denken valt hierbij aan het opstarten van het planologische-juridische spoor en gelijktijdig hiermee het nader detailleren van de schetsontwerpen. De looptijd van te bekostigen activiteiten is om die reden veiligheidshalve gesteld op de periode april 2009 tot en met eind maart 2010. 5. DEKKING Vanuit het MIG-fonds is voor het project Hart van Dieren € 23,2 miljoen van de oorspronkelijke € 29,2 miljoen verstrekt. Uit de bijdrage van het Rijk zijn nagenoeg alle extern gemaakte kosten gefinancierd. De intern gemaakte kosten zijn ten laste van de provinciale middelen gebracht. Wij stellen u voor om het gevraagde krediet van € 1,5 miljoen te verstrekken uit de in de Meerjarige Investeringsreserve Gelderland gereserveerde middelen voor het project Hart van Dieren. 6. AFREKENING HART VAN DIEREN In de bijlage is ons voorlopige voorstel voor de afrekening van Hart van Dieren opgenomen. 7. DICTUM Wij geven u in overweging te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerpbesluit. Arnhem, 17 februari 2009 - zaaknr. 2008-004398 Gedeputeerde Staten van Gelderland C.G.A. Cornielje - Commissaris van de Koningin H.M.D. Brouwer - secretaris
+++++
code: 00609561.doc
4
BIJLAGE 1: Voorlopig voorstel afrekening Hart van Dieren Het project Hart van Dieren is in mei 2008 formeel opgeheven. Afgesproken is dat de nog lopende verwerving van objecten afgerond zouden worden ten laste van dit project. Het laatste object is medio november notarieel verleden. De afrekening van de kosten van de gemeente Rheden is begin januari 2009 ontvangen. De bestedingen worden verdeeld in plankosten, inclusief kosten in de haalbaarheidsfase verwerving van onroerend goed totaal bestedingen project Hart van Dieren
€ € €
8,5 mln 9,4 mln 18,3 mln
De plankosten zijn besproken tussen gemeente en provincie. Hierover is overeenstemming tussen beide partijen. De plankosten bestaan deels uit personele inzet door beide partijen. Voor deze kosten in de haalbaarheidsfase is afgesproken dat iedere partij die kosten zelf neemt. Voor de kosten in de planfase worden deze kosten conform de samenwerkingsovereenkomst gelijk verdeeld. De kosten voor de inzet van eigen medewerkers zijn niet declarabel onder de Rijkssubsidie. Voor het geheel van kosten betekent dit dat € 5,53 miljoen subsidiabel is en € 2,97 miljoen nietsubsidiabel is. Vooralsnog verrekenen partijen de interne inzet met elkaar niet in geld, maar in de beschikbaar te stellen budgetten. Uit de onderliggende cijfers resulteert dat de provincie € 2,25 miljoen aan interne kosten in mindering brengt op de voor het project beschikbare € 29,2 miljoen (exclusief indexaties). Voor de gemeente is dat € 0,71 miljoen. Indien blijkt dat de rijkssubsidie niet van toepassing blijkt te zijn vindt geldelijke verrekening plaats tussen gemeente en provincie. In dat geval bedragen de totale plankosten voor de gemeente € 3,84 miljoen, voor de provincie € 4,66 miljoen. Deze kosten zullen dan worden verrekend met de eigen bijdrage van respectievelijk de gemeente en de provincie. De kosten van verwerving van onroerend goed bedragen per saldo € 9,42 miljoen. Deze kosten vallen onder de Rijkssubsidie. Eventuele verkoop of overname door de gemeente Rheden wordt op de gerealiseerde kosten in mindering gebracht. In de kosten zijn naast de waarde op basis van taxatie ook opgenomen de aan de bewoner extra verstrekte vergoedingen en de transactiekosten. Deze totale waarde ligt daarmee beduidend boven de feitelijke marktwaarde. Van drie objecten is vermoedelijk benodigde grond afgescheiden en het resterende deel doorverkocht. Drie objecten zijn gesloopt wegens de slechte staat daarvan. In overleg tussen gemeente en provincie is de portefeuille onroerend goed in drie categorieën verdeeld, te weten: • • •
Objecten waarvan provincie en gemeente samen vinden dat ze nodig zijn voor het nieuwe project Objecten waarvan provincie en gemeente samen vinden dat ze met onmiddellijke ingang verkocht kunnen worden Tussencategorie waarover gemeente en provincie het nog niet eens zijn, drie opties zijn mogelijk: o horen alsnog bij het project o worden overgenomen door de gemeente t.b.v. het Masterplan / Dorpsvisie o kunnen eveneens worden verkocht.
De toedeling van objecten is voorlopig en is bepaald door ruim genomen projectgrenzen. Verdere planvorming kan leiden tot het alsnog afstoten van objecten. In eerste instantie is volgens ons voor een bedrag van € 5,47 miljoen (58% van de totale oude portefeuille) nodig voor het project Traverse Dieren.
5
De totale kosten van de portefeuille zijn ook per object beschikbaar. Met de gemeente is nog geen overeenstemming over de waarde waarvoor individuele objecten door gemeente of provincie overgenomen worden (de zo genoemde “uitneemwaarde”). De provincie stelt zich op het standpunt dat daarbij de totale kosten, dus inclusief verstrekte vergoedingen, verrekend worden. Het argument daarbij is dat overheden tegen onteigeningswaarde kopen. Waar die waarde in het verleden is betaald, wordt die nu ook verrekend. Het resultaat op de af te stoten objecten zal negatief zijn, aangezien de verstrekte vergoedingen niet in de marktprijs worden opgenomen. Deze verliespost wordt als projectkosten aangemerkt. In de te sluiten Bestuursovereenkomst wordt eenduidig vastgelegd hoe omgegaan wordt met het tijdelijk beheer, uitnemen en verkopen van onroerend goed dat voor het project Hart van Dieren is aangeschaft.
6
Provinciale Staten
Voorstel aan Provinciale Staten HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH Traverse Dieren: vervolgvoorstel ophoging voorlopig voorbereidingskrediet HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH
Beknopte samenvatting van inhoud voorstel: Naar aanleiding van de behandeling van het Statenvoorstel over de ophoging van het voorlopige voorbereidingskrediet (PS 2009-149) in de Commissie MEZ van 4 maart jl. informeren wij u in dit vervolgvoorstel over de volgende zaken: a. b. c. d. e. f.
Afrekening Hart van Dieren Kostenraming Tunnel Molenweg Planning en vervolgprocedure Voorbereidingskrediet: de kosten tot en met de bestuursovereenkomst en de gevolgen van een eventuele knip voor de voortgang van het project. Europese regelgeving.
De afrekening Hart van Dieren laat zien dat er in totaal per saldo (kosten minus opbrengsten) voor € 18,3 miljoen aan kosten is gemaakt, en dat er € 10,7 tot € 11,2 miljoen moet worden afgeschreven op het oorspronkelijk beschikbaar gestelde budget van € 101,2 miljoen in totaal. Bij dit bedrag van rond de € 11 miljoen is reeds ingecalculeerd een op basis van aanname bepaald toekomstige verlies van 20% op de verkoopwaarde van de objecten die niet meer benodigd zijn voor het nieuwe project Traverse. Volgens ons kan van de totale onroerend goedportefeuille van € 7,9 miljoen in totaal, een deel worden overgeheveld naar het nieuwe project Traverse (€ 3,6 miljoen), de rest (€ 4,3 miljoen) kan worden verkocht of desgewenst worden overgenomen door de gemeente voor het Masterplan / Dorpsvisie. Er resteert dan een beschikbaar budget van € 90,0 tot € 90,5 miljoen. Indien wij de bijdrage van de Stadsregio (ad € 4,5 miljoen) niet mogen aanwenden voor de provinciale scope, dan resteert € 85,5 tot € 86,0 miljoen. Het College van Bestuur van de Stadsregio (het toenmalige KAN) heeft op 2 december 2004 ingestemd met een bijdrage van € 2 miljoen voor het project Hart van Dieren, tegelijkertijd heeft het College de intentie uitgesproken voor een (te indexeren) vervolgbijdrage van € 2,5 miljoen, zulks afhankelijk van nadere afspraken over de invulling van de stationsomgeving. Het verschil van € 0,5 miljoen in de eindafrekening wordt bepaald door de afhandeling van de onroerend goedportefeuille. Het belangrijkste deel van de uitgaven is betaald uit het rijksbudget. Een deel van de bijkomende kosten, in hoofdzaak de eigen personele inzet van gemeente en provincie, kon niet betaald worden uit het rijksbudget. Deze kosten zullen partijen zelf moeten dragen. Hieruit volgt een afrekening waarbij de gemeente € 3,6 miljoen voor haar rekening dient te nemen, en de provincie € 3,4 miljoen. Het restant van de € 10,7 tot € 11,2 miljoen, zijnde € 3,7 tot € 4,2 miljoen, is reeds betaald uit de rijksbijdrage. Vooralsnog verrekenen gemeente en provincie de interne inzet met elkaar niet in geld, maar in de beschikbaar te stellen projectbudgetten voor Traverse Dieren. De second opinion op onze kostenraming is op 2 maart jl. ontvangen. Wij hebben een second opinion gevraagd op de alternatieven 3A en 3B, om daarmee meer zekerheid te verkrijgen over de degelijkheid van onze kostenraming. In het kader van de m.e.r.-procedure zullen vermoedelijk nog twee alternatieven in beschouwing moeten worden genomen. De investeringskosten van alternatief 3A bedragen € 93,6 miljoen. Alternatief 3B kost € 95,9 miljoen.
code: 00625966.doc
Inlichtingen bij dhr. M. Schurink, tel. (026) 359 91 94 e-mail
[email protected]
De oorspronkelijke (eerste) kostenraming bleek op de meeste onderdelen correct, op enkele ondergeschikte onderdelen is de raming aangescherpt en nader gespecificeerd en bijgesteld. De totale raming kan hiermee thans de toets der kritiek doorstaan. De kostenraming heeft betrekking op de provinciale scope voor het provinciale infrastructurele deel van 3A en 3B. De genoemde bedragen zijn gebaseerd op prijspeil oktober 2008 en inclusief indexering van 16%. Het indexeringspercentage is een grove aanname, mede gelet op de onzekere economisch tijden. In de begroting zit thans nog een post van € 6,6 miljoen (investeringskosten inclusief indexering) voor kabels en leidingen. Het vermoeden is dat deze post lager uit zal vallen (hoeveel is nu nog niet te zeggen). Begin april is daar meer duidelijkheid over. De genoemde investeringskosten hebben (exclusief indexering) een marge van -15% tot + 30%, met een 95% betrouwbaarheidsmarge. Dat is nauwkeuriger dan te doen gebruikelijk bij ramingen op basis van schetsontwerp. De Tweede Kamer heeft december jl. de rijksbijdrage opnieuw vastgelegd in relatie tot "het thans voorliggende plan". Onze interpretatie van de uitspraak van de Tweede Kamer is dat de volledige € 53,3 miljoen, inclusief het oorspronkelijke LNV-aandeel met de bestemming "ontsnippering EHS", kan worden ingezet voor alternatief 3A zonder ecoduct. Bij de aanvraag voor de nieuwe beschikking zullen wij hiervoor toestemming vragen. Een eventuele toevoeging van het ecoduct leidt tot een verhoging van de investeringskosten (inclusief indexering) met € 10,4 miljoen (zowel voor 3A als 3B). Het weglaten van het ecoduct is overigens wel in tegenspraak met het plan Havikerpoort. Voorgesteld wordt om in de verdere planontwikkeling van Traverse Dieren in ieder geval een inspanning te verrichten voor eenvoudige ecopassagevoorzieningen. De tunnel Molenweg maakt onderdeel uit van het pakket van maatregelen voor oplossingsrichting 3A van Traverse Dieren. Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Rheden heeft besloten deze tunnel aan te leggen in combinatie met de reeds geplande en noodzakelijke vervanging van het riool onder de N348 ter hoogte van de Molenweg. De gemeente heeft er bij de provincie op aangedrongen om spoedig een besluit te nemen over de medefinanciering van deze tunnel. Maar aangezien het niet mogelijk was om nog in maart een onderbouwd kredietvoorstel hiertoe in uw Staten te brengen, heeft B&W besloten de kosten ten laste te brengen van het gemeentelijk aandeel van Traverse Dieren. Voor de aanleg van de tunnel heeft de gemeente een ontheffing nodig op basis van de Gelderse Wegenverordening. De ontheffing zal worden verleend. In de considerans bij de ontheffing zal worden vermeld dat de kosten van de tunnel ten laste van de gemeente blijven als onverhoopt mocht blijken dat het budget voor 3A niet toereikend is. De investeringskosten voor de aanleg van deze tunnel dit voorjaar worden door de gemeente geraamd op € 1.023.000,--. De kosten voor aanleg van de tunnel als onderdeel van het totaal pakket van maatregelen in 2014 bedragen volgens de raming van de provincie ca. € 800.000,-(inclusief loon- en prijsstijgingen tot 2014). De aanleg van de tunnel is een gemeentelijke verantwoordelijkheid. Aanleg op dit moment heeft een aantal voordelen, zoals onder meer het vijf jaar eerder bereiken van een betere verkeersveiligheid ter plekke, en meer flexibiliteit in het bouwproces van de Traverse. Deze voordelen zijn moeilijk te kwantificeren in financiële zin. In bijlage 1 zijn scenario’s opgenomen voor de planning op hoofdlijnen. Het eerste belangrijke besluitvormingsmoment voor uw Staten is op 30 september wanneer de bestuursovereenkomst, het voorstel voor het definitieve voorbereidingskrediet en het formele besluit voor het maken van een inpassingsplan / m.e.r. aan u wordt voorgelegd. Wij stellen u voor om in lijn met de m.e.r.-procedure de keuze voor het voorkeursalternatief aan u voor te leggen op het moment dat het MER-rapport beschikbaar is, en u voor de keuze staat om uit de onderzochte alternatieven te bepalen welk voorkeursalternatief moet worden opgenomen in het inpassingsplan. Naar verwachting is dat najaar 2010. De startnotitie en de richtlijnen zullen reeds eerder aan u ter kennisname worden voorgelegd (Gedeputeerde Staten stellen overigens deze documenten als bevoegd gezag vast).
2
Begin juni is het voorstel om een informatiebijeenkomst te organiseren over de rapportages en de voortgang.Tot die tijd zullen wij zorgdragen voor een adequate informatievoorziening aan uw Staten en aan de gemeenteraad van Rheden. De bevolking zal eveneens begin juni worden geïnformeerd. In het Statenvoorstel (PS 2009-149) wordt aan uw Staten verzocht om een ophoging van het voorlopige voorbereidingskrediet te voteren van € 1,5 miljoen. In de ommissie MEZ van 4 maart jl. heeft u gevraagd om informatie over het benodigde voorbereidingskrediet tot en met de fase van opstelling van de bestuursovereenkomst. Tevens is gevraagd om de consequenties te schetsen van een knip in het voorbereidingskrediet. Het benodigde voorbereidingskrediet (ophoging van de in december 2008 verstrekte € 700.000,--) bedraagt t/m de bestuursovereenkomst afgerond € 660.000,--. Bij de berekeningen is uitgegaan van een doorlooptijd tot 1 september a.s. Op 30 september a.s., eerder is qua planning niet reëel, zal de bestuursovereenkomst c.a. ter besluitvorming worden voorgelegd aan uw Staten. Als zonder vertraging de interne procedure tot en met Gedeputeerde Staten wordt afgerond voor het zomerreces, ligt het project twee maanden stil (er kunnen geen vervolgactiviteiten worden opgestart). Kosten daarvan zijn ongeveer € 375.000,--. Uw staten wordt om de genoemde redenen geadviseerd om het volledige bedrag van € 1,5 miljoen te voteren. Dit project kan te maken krijgen met Europese aanbesteding en Europees omgevingsrecht. In de nog op te stellen risico-analyse zal hierop nader worden ingegaan. =====
Aan Provinciale Staten 1. Inleiding In uw Commissie MEZ van 4 maart jl. is gesproken over de ophoging van het voorlopige voorbereidingskrediet voor Traverse Dieren met € 1,5 miljoen (PS 2009-149). In de Commissie MEZ hebt u aangegeven dat u nadere informatie wilt over de voorbereidingskosten tot en met de voorbereiding van de bestuursovereenkomst met de gemeente Rheden (en eventueel de Stadsregio). Daarnaast hebt u gevraagd om informatie over de voortgang en de procedure voor het vervolg. Dit voorstel bevat achtereenvolgens en toelichting op de volgende zaken: a. b. c. d. e. f.
Afrekening Hart van Dieren Kostenraming Tunnel Molenweg Planning en vervolgprocedure Voorbereidingskrediet: de kosten tot en met de bestuursovereenkomst en de gevolgen van een eventuele knip voor de voortgang van het project Europese regelgeving.
3
2. Afrekening Hart van Dieren Het project Hart van Dieren is in mei 2008 formeel stopgezet. De lopende verwervingen van objecten is nadien nog afgerond. Het laatste object is medio november notarieel verleden. Begin januari 2009 is van de gemeente Rheden de afrekening van de kosten ontvangen. Hiermee kon de afrekening definitief worden gemaakt, behoudens de definitieve verdeling van de onroerend goedportefeuille. Doel van deze afrekening Hart van Dieren is drieledig: 1. Verantwoording van uitgaven en opbrengsten; 2. Vaststellen van de kostenverdeling over de kostendragende partijen, zijnde gemeente, provincie en Rijk; 3. Inschatting van het resterende (totale) beschikbare budget voor het nieuwe project Traverse Dieren. De uitgaven (minus opbrengsten van met name verhuringen en verkoop van onroerend goed) voor Hart van Dieren zijn: Kostensoort
[mio €]
plan- en onderzoekskosten
8,8
verwervingen (vermogenswaarde)
7,9
bijkomende kosten verwervingen
1,6
Totaal
18,3
In de afrekening is een hoofdindeling gemaakt in twee kostensoorten: – –
plan- en onderzoekskosten verwervingen.
Bij verwervingen is vooral het onderscheid tussen vermogenswaarde (oorspronkelijke taxatiewaarde) en bijkomende kosten (bijv. verhuiskostenvergoedingen) van belang. De laatstgenoemde kosten worden nu direct afgerekend, in die zin dat zij als verliespost zijn opgenomen. Omdat de scope nog niet definitief is vastgesteld, kan nog niet worden bepaald welk deel van de onroerend goedportefeuille blijft toebehoren aan het nieuwe project Traverse, welk deel eventueel door de gemeente wordt overgenomen (nu nog niet bekend), en ten slotte welk deel met onmiddellijke ingang kan worden verkocht. De toedeling van objecten is voorlopig en is bepaald door ruim genomen projectgrenzen. Verdere planvorming kan leiden tot het alsnog afstoten van objecten. Formeel kan - mogelijk pas over enige jaren - de balans van kosten en baten definitief worden opgemaakt, op het moment dat het laatste object is verkocht. De totale vermogenswaarde van de resterende objecten is € 7,9 miljoen. € 3,6 miljoen hiervan is in ieder geval nu nodig (op basis van de eerder genoemde ruime begrenzing) voor de Traverse. De objecten die onmiddellijk kunnen worden verkocht hebben een totale vermogenswaarde van € 1,3 miljoen. Het restant, € 3,0 miljoen, is onderwerp van nadere scopebepaling. De provincie acht deze laatstgenoemde categorie echter niet meer nodig voor het project Traverse. Een deel kan desgewenst worden overgenomen door de gemeente voor het gemeentelijke Masterplan / Dorpsvisie.
4
De volgende kosten dienen als verlies in mindering te worden gebracht op het totale beschikbare budget (zie hieronder): Kostensoort
[mio €]
plan- en onderzoekskosten
8,8
bijkomende kosten verwervingen
1,6
verlies op verkoopwaarde
0,3 - 0,8
Totaal
10,7 – 11,2
Bij het verlies op verkoopwaarde is gerekend met een percentage van 20% verlies op de oorspronkelijke taxatiewaarde (vermogenswaarde). Dit betekent dat bij de bepaling van de hoogte van het resterende beschikbare budget reeds rekening is gehouden met een, op basis van aanname bepaald, toekomstig verlies. Het totale beschikbare budget, opgebouwd uit de oorspronkelijk toegekende bijdragen, was € 100,7 miljoen, en was als volgt samengesteld: Partij Rijk provincie gemeente Stadsregio Totaal
[mio €] 53,3 29,2 14,2 4,5 101,2
Wij moeten nog nader overleg voeren met de Stadsregio, omdat hun bijdrage in het verleden gekoppeld was aan een onderdeel dat nu buiten de provinciale scope valt. Met de bijdrage van de Stadsregio zou in principe (uitgaande van de oorspronkelijke bijdragen) € 90,0 tot € 90,5 miljoen resteren voor het nieuwe project Traverse. Het College van Bestuur van de Stadsregio (het toenmalige KAN) heeft op 2 december 2004 ingestemd met een bijdrage van € 2 miljoen voor het project Hart van Dieren, tegelijkertijd heeft het College de intentie uitgesproken voor een (te indexeren) vervolgbijdrage van € 2,5 miljoen, zulks afhankelijk van nadere afspraken over de invulling van de stationsomgeving. Zonder bijdrage van de Stadsregio is het budget dat resteert € 85,5 tot € 86,0 miljoen. Het belangrijkste deel van de uitgaven is betaald uit het rijksbudget. Een deel van de bijkomende kosten, in hoofdzaak de eigen personele inzet van gemeente en provincie, kon niet betaald worden uit het rijksbudget. Deze kosten zullen partijen zelf moeten dragen. Hieruit volgt een afrekening waarbij de gemeente € 3,6 miljoen voor haar rekening dient te nemen, en de provincie € 3,4 miljoen. Het restant van de € 10,7 tot € 11,2 miljoen, zijnde € 3,7 tot € 4,2 miljoen is reeds betaald uit de rijksbijdrage. Vooralsnog verrekenen partijen de interne inzet met elkaar niet in geld, maar in de beschikbaar te stellen projectbudgetten voor Traverse Dieren. Verwacht wordt dat op basis van de nieuwe rijksbeschikking (inmiddels is bekend dat het om een wijziging van de oude beschikking zal gaan) dezelfde voorwaarden gelden waaraan de middelen mogen worden besteed als op grond van de oude beschikking. 3. Kostenraming Op 2 maart jl. hebben wij van PRC de second opinion mogen ontvangen op de definitieve kostenraming van Witteveen en Bos van 24 december 2008. Wij hebben een second opinion gevraagd op twee alternatieven: 3A en 3B. In het kader van de m.e.r.-procedure zullen vermoedelijk nog twee alternatieven in beschouwing moeten worden genomen. De opdracht voor de second opinion is verstrekt om daarmee meer zekerheid te verkrijgen over de degelijkheid van de raming van Witteveen en Bos.
5
De oorspronkelijke (eerste) kostenraming bleek op de meeste onderdelen correct, op enkele ondergeschikte onderdelen is de raming aangescherpt en nader gespecificeerd en bijgesteld. De totale raming kan hiermee thans de toets der kritiek doorstaan. De ramingen van Witteveen en Bos en van PRC zijn gebaseerd op prijspeil oktober 2008. De uitkomsten zijn weergegeven in onderstaande tabel. Investeringskosten alternatief 3A en 3B exclusief ecoduct (in miljoenen euro’s) 3A Investeringskosten Inclusief 16,0 % indexering
3B 80,7 93,6
82,7 95,9
Als toelichting het volgende. In de planning is uitgegaan van een daadwerkelijke start van de verdere voorbereiding vanaf de zomervakantie 2009. Daarbij is de aanname gedaan dat een m.e.r.-procedure zal worden doorlopen en dat de gang naar de Raad van State moet worden gemaakt. Eind 2013 zou het bod van de aannemende partij bekend kunnen zijn (daarop is de indexering gebaseerd). Start daadwerkelijke (zichtbare) uitvoering is dan ongeveer medio 2014. De uitvoeringsduur is richting 2,5 jaar. Dat wil zeggen dat rond begin 2016 het werk kan zijn afgerond. Zie ook hieronder onder "Planning en procedure" en bijlage 1 met de indicatieve planningsscenario’s (scenario B). De scope omvat zowel voor 3A als voor 3B de Spankerensebrug en de fietstunnel Ellecomsedijk. De Molenweg is als fietstunnel opgenomen. De herinrichting van het stationsgebied, door de gemeente geraamd op € 5 miljoen (investeringskosten), valt niet binnen de scope. De provinciale scope omvat het provinciale infrastructurele deel van 3A en 3B. De Tweede Kamer heeft december jl. de rijksbijdrage opnieuw vastgelegd in relatie tot "het thans voorliggende plan". Onze interpretatie van de uitspraak van de Tweede Kamer is dat de volledige € 53,3 miljoen, inclusief het oorspronkelijke LNV-aandeel met de bestemming "ontsnippering EHS", kan worden ingezet voor alternatief 3A zonder ecoduct. Bij de aanvraag voor de wijziging van de beschikking zullen wij hiervoor toestemming vragen. Een eventuele toevoeging van het ecoduct leidt tot een verhoging van de investeringskosten (inclusief indexering) met € 10,4 miljoen (zowel voor 3A als 3B). Het weglaten van het ecoduct is overigens wel in tegenspraak met het plan Havikerpoort. Voorgesteld wordt om in de verdere planontwikkeling van Traverse Dieren in ieder geval een inspanning te verrichten voor eenvoudige ecopassagevoorzieningen. Bij de kostenraming dienen verder de volgende kanttekeningen te worden gemaakt. – –
–
Het indexeringspercentage van 16,0% is een grove aanname, zeker gelet op de onzekere economische tijden waarin we thans verkeren. De genoemde investeringskosten hebben (exclusief indexering) een marge van -15% tot + 30%, met een 95% betrouwbaarheidsmarge. Dat is nauwkeuriger dan te doen gebruikelijk bij ramingen op basis van schetsontwerp. In de begroting zit thans nog een post van € 6,6 miljoen (investeringskosten inclusief indexering) voor kabels en leidingen. Witteveen en Bos verricht in onze opdracht thans een gedegen onderzoek naar de specifieke kosten voor dit onderdeel. Het vermoeden is dat deze post lager uit zal vallen (hoeveel is thans nog niet te zeggen). Begin april is daar meer duidelijkheid over.
6
4. Tunnel Molenweg Een tunnel in de Molenweg onder de N348 in Dieren maakt onderdeel uit van het pakket van maatregelen voor oplossingsrichting 3A van Traverse Dieren. Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Rheden heeft besloten deze tunnel aan te leggen in combinatie met de reeds geplande en noodzakelijke vervanging van het riool onder de N348 ter hoogte van de Molenweg. De gemeente heeft er bij de provincie op aangedrongen om spoedig een besluit te nemen over de medefinanciering van deze tunnel. Maar aangezien het niet mogelijk was om nog in maart een onderbouwd kredietvoorstel hiertoe in uw Staten te brengen, heeft burgemeester en wethouders besloten de kosten ten laste te brengen van het gemeentelijk aandeel van Traverse Dieren. Hoewel het ontwerp van de gemeente afwijkt van het schetsontwerp van de provincie, wat als basis dient voor de provinciale kostenraming Traverse Dieren, past dit ontwerp wel binnen het provinciale schetsontwerp. De investeringskosten voor de aanleg van deze tunnel dit voorjaar worden door de gemeente geraamd op € 1.023.000,--. De kosten voor aanleg van de tunnel als onderdeel van het totaal pakket van maatregelen in 2014 bedragen volgens de raming van de provincie ca. € 800.000,-(inclusief loon- en prijsstijgingen tot 2014). De aanleg van de tunnel is een gemeentelijke verantwoordelijkheid. Hierbij kan het volgende worden opgemerkt: •
• •
De voordelen van de tunnel worden reeds in 2009 behaald in plaats van circa 5 jaar later. Deze voordelen zijn het verbeteren van bereikbaarheid tussen Dieren-Zuid en Dieren-Noord, het verbeteren van de verkeersveiligheid van de huidige kruising, en het verbeteren van de doorstroming op de N348 door het verwijderen van de huidige gelijkvloerse kruising met verkeerslichten; Het ontwerp van de gemeente heeft een beter doorzicht dan het schetsontwerp voor de provinciale kostenraming, wat leidt tot minder sociale onveiligheid; Door reeds de lengte van de tunnel af te stemmen op het toekomstige ontwerp dat uitgaat van 2 x 2 rijstroken ter plaatse, zijn er meer mogelijkheden om de bouwfasering en de verkeersomleiding tijdens de aanleg van de Traverse goed in te richten.
Genoemde voordelen zijn moeilijk te kwantificeren in financiële zin. Binnen het kader van de bestuursovereenkomst tussen gemeente en provincie dienen nog afspraken te worden gemaakt over de financiering van de tunnel Molenweg. Op grond van de Gelderse Wegenverordening heeft de gemeente ons toestemming gevraagd voor het mogen uitvoeren van werkzaamheden onder de provinciale weg. Het verzoek tot ontheffing is door ons getoetst aan de wettelijke eisen op het gebied van luchtkwaliteit en geluidshinder. Zoals gebruikelijk is daarnaast gekeken naar de beheers- en onderhouds-aspecten en de doorstroming van doorgaande verkeer gedurende de werkzaamheden. Het ontwerp van de gemeente past binnen het provinciale schetsontwerp voor alternatief 3A van de Traverse Dieren. Daar het verzoek voldeed aan deze eisen zal de ontheffing worden verleend. In de considerans bij de ontheffing zal worden vermeld dat de kosten van de tunnel ten laste van de gemeente blijven als onverhoopt mocht blijken dat het budget voor 3A niet toereikend is.
7
5. Planning en vervolgprocedure In bijlage 1 zijn een aantal indicatieve planningsscenario’s opgenomen. Het betreft een planning op hoofdlijnen, welke nader zal worden uitgewerkt als bijlage bij de bestuursovereenkomst. De bestuursovereenkomst is het eerste tussenproduct dat wij zoals gezegd naar verwachting op 30 september a.s. ter besluitvorming aan uw Staten zullen voorleggen. De bestuursovereenkomst regelt onder meer de afbakening van de scope, de bijdragen van de betrokken partijen gemeente en provincie (en eventueel Stadsregio) en de oplossingsrichtingen welke zullen worden meegenomen in de m.e.r.-procedure. Naar zich thans laat aanzien zullen wij voorstellen om in de m.e.r.-procedure de volgende tracéalternatieven mee te nemen: – – – –
nul-plusalternatief (is kleine aanpassing van bestaande situatie) alternatief 3A alternatief 3B MMA-alternatief (is een milieuvriendelijke variant op basis van het bestaande tracé).
Op basis van de m.e.r.-richtlijnen, welke door ons college als bevoegd gezag worden vastgesteld, en waarover de commissie m.e.r. vooraf een in redelijke mate bindend advies zal geven, wordt bepaald welke alternatieven daadwerkelijk moeten worden onderzocht. De bestuursovereenkomst omvat verder de in de vorige paragraaf genoemde elementen. Op 30 september a.s. zullen wij u tevens een voorstel voor een definitief voorbereidingskrediet ter besluitvorming voorleggen. Verder zal op dat moment aan uw Staten het formele besluit tot het maken van een inpassingsplan met m.e.r.-procedure worden voorgelegd. Wij hebben de gemeente Rheden gevraagd om ervoor zorg te dragen dat uiterlijk in september het gemeentelijke Verkeerscirculatieplan door de raad wordt vastgesteld. Het Verkeerscirculatieplan is een noodzakelijke bouwsteen voor een succesvolle uitwerking en voorbereiding van het plan voor de Traverse. Voorafgaand aan de besluitvorming in september stellen wij u voor om begin juni voor uw Staten een informatiebijeenkomst te organiseren. Wij willen op dat moment de onderzoeksrapportages, die medio mei zijn afgerond, aan u toelichten en informatie geven over de verdere voortgang van het project. Tot die tijd zullen wij zorgdragen voor een adequate informatievoorziening aan uw Staten en aan de gemeenteraad van Rheden. Wij zijn voornemens om in dezelfde tijdsperiode de bevolking van Rheden eveneens te informeren over de rapportages en de voortgang. Het communicatieplan zal overigens in de loop van dit jaar volledig inzicht bieden in de strategie en aanpak van de communicatie. Wij stellen u voor om in lijn met de m.e.r.-procedure de keuze voor het voorkeursalternatief aan u voor te leggen op het moment dat het MER-rapport beschikbaar is, en u voor de keuze staat om te bepalen welk voorkeursalternatief moet worden opgenomen in het inpassingsplan. Wij zullen uw keuze op dat moment begeleiden met nadere informatie over de kostenraming, het ontwerp, en informatie over het verkeersoplossend vermogen en een geactualiseerde risicoinventarisatie. Uitgaande van het indicatieve planningsscenario B (zie bijlage 1) zou dat betekenen dat najaar 2010 de tracékeuze aan u ter besluitvorming wordt voorgelegd. In dezelfde m.e.r.-procedurelijn zullen wij de startnotitie en de m.e.r.-richtlijnen met inspraakreacties aan u ter kennisname voorleggen (ons college stelt overigens formeel als bevoegd gezag genoemde documenten vast). De startnotitie verwachten we eind december aan u ter kennisname te kunnen voorleggen, de concept-richtlijnen zullen na de zomer van 2010 ter kennisname aan u worden voorgelegd.
8
6. Voorbereidingskrediet In het Statenvoorstel (PS 2009-149) wordt aan uw Staten verzocht om een ophoging van het voorlopige voorbereidingskrediet te voteren van € 1,5 miljoen. In de Commissie MEZ van 4 maart jl. heeft u gevraagd om informatie over het benodigde voorbereidingskrediet tot en met de fase van opstelling van de bestuursovereenkomst. Tevens is gevraagd om de consequenties te schetsen van een knip in het voorbereidingskrediet. Wij streven ernaar om de bestuursovereenkomst c.a. en het definitieve voorbereidingskrediet in uw vergadering van 30 september a.s. aan u ter bespreking voor te leggen. Eerder lijkt qua planning niet reëel, omdat dit zou betekenen dat een voldragen concept-bestuursovereenkomst al op 20 mei a.s. aan ons college moet worden aangeboden. Dit betekent dat de bestuursovereenkomst niet alleen de juridische tekst van de overeenkomst omvat, maar dat tevens een plan van aanpak wordt aangeboden, een voorstel voor de bestuurlijke aansturing, de opzet van de projectorganisatie, een communicatieplan en een risico-analyse. In onze planning kan de concept-bestuursovereenkomst vlak voor het zomerreces worden behandeld in ons college. Dit betekent dat het project (zomerreces van enkele weken niet meegerekend) ongeveer twee maanden stilligt, omdat er geen vervolgactiviteiten kunnen worden opgestart. Hierbij moet gedacht worden aan de startnotitie m.e.r., de aanbestedingen voor de diverse onderzoeksopdrachten en het nader uitwerken van het ontwerp. Mochten uw Staten besluiten om het voorbereidingskrediet te beperken tot en met de bestuursovereenkomst, dan kunnen de genoemde vervolgactiviteiten niet worden opgestart. Op een budget van ca. € 90 miljoen, bedragen de geraamde kosten van twee maanden tijdsverlies bij 2,5% prijsstijging € 375.000,--. Onderzocht is wat de hoogte is van het benodigde voorbereidingskrediet indien een knip wordt gelegd bij de bestuursovereenkomst. Het benodigde voorbereidingskrediet (ophoging van de in december 2008 verstrekte € 700.000,--) bedraagt t/m de bestuursovereenkomst afgerond € 660.000,--. Bij de berekeningen is - rekening houdend met enige vertraging - uitgegaan van een doorlooptijd tot 1 september a.s., aangezien uiterlijk eind augustus a.s. de interne procedure moet zijn opgestart (behandeling in Gedeputeerde Staten) om op 30 september a.s. de stukken te kunnen aanbieden aan uw Staten. Het andere deel, ten bedrage van € 890.000,--, is benodigd voor de vorengenoemde vervolgactiviteiten, met name het aangaan van verplichtingen voor het uitvoeren van divers onderzoek voor m.e.r. / inpassingsplan, up-to-date houden kostenramingen, nader uitwerken ontwerp, e.d. 7. Europese regelgeving In het kader van het voorbereidingstraject kan dit project te maken krijgen met een Europese aanbestedingsprocedure. Verder heeft het project te maken met Europees omgevingsrecht. Bij het onderzoek ten behoeve van het inpassingsplan en de m.e.r.-rapportage zal rekening moeten worden gehouden met deze regelgeving. In het kader van de risico-analyse zullen deze aspecten nader in kaart worden gebracht en geanalyseerd. 8. Advies Onze inspanningen zijn erop gericht om voor de zomer een goede bestuursovereenkomst tot stand te brengen. Wij willen overgaan tot het opstarten van vervolgactiviteiten op het moment dat voldoende voortgang is geboekt met de bestuursovereenkomst. Mocht er vertraging ontstaan, dan zullen wij niet starten met de vervolgactiviteiten. Teneinde geen onnodig tijds- en kostenverlies op te lopen, adviseren wij u om de gevraagde ophoging van het voorbereidingskrediet in zijn volle omvang (€ 1,5 miljoen) te verstrekken.
9
9. Dictum Wij geven u in overweging om dit voorstel voor kennisgeving aan te nemen voor zover het de informatieve onderdelen betreft, en voor het onderdeel voorbereidingskrediet te besluiten overeenkomstig het oorspronkelijke ontwerpbesluit. Arnhem, 17 maart 2009 - zaaknr. 2008-004398 Gedeputeerde Staten van Gelderland C.G.A. Cornielje - Commissaris van de Koningin H.M.D. Brouwer - secretaris +++++
10
BIJLAGE 1: Indicatieve planning op hoofdlijnen in scenario’s (d.d. 5-3-2009) A. Snel scenario, met positief RvS-besluit 2009
2010
2011
Bestuursovereenkomst Inpassingsplan / m.e.r. RvS-procedure Reparatie RvS Contractering / vraagspec. Aansteding (innovatief) Uitvoering
2012
2013
2014
2015
2016
2017
niet
Risico’s bij scenario A: – Inpassingsplan / m.e.r. bijzonder kort (2 jaar is reëler) – Proceduretermijn RvS bij complexe zaken mogelijk een trimester langer – Er is geen rekening gehouden met reparatie van het RvS-besluit (minimaal een half jaar) – Contractering / vraagspecificatie gaat uit van positieve RvS-uitspraak – Uitvoeringstermijn is mogelijk aan de krappe kant.
B. Normaal scenario, met positief RvS-besluit (= basis voor onze indexering) 2009
2010
2011
2012
Bestuursovereenkomst Inpassingsplan / m.e.r. RvS-procedure Reparatie RvS Contractering / vraagspec. Aansteding (innovatief) Uitvoering
2013
2014
2015
2016
2017
niet
Risico’s bij scenario B: – Proceduretermijn RvS bij complexe zaken mogelijk een trimester langer – Er is geen rekening gehouden met reparatie van het RvS-besluit (minimaal een half jaar) – Contractering / vraagspecificatie gaat uit van positieve RvS-uitspraak
C. Normaal scenario, met negatief RvS-besluit 2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015
2016
2017
Bestuursovereenkomst Inpassingsplan / m.e.r. RvS-procedure Reparatie RvS Contractering / vraagspec. Aansteding (innovatief) Uitvoering Risico’s bij scenario C: – Proceduretermijn RvS bij complexe zaken mogelijk een trimester langer – Reparatietermijn is gebaseerd op een beperkte aanpassing van het inpassingsplan / m.e.r. – Contractering / vraagspecificatie gaat uit van geringe vertraging door RvS-uitspraak en reparatie – Een nieuwe gang naar de RvS is niet ingepland.
11
D. Worst case-scenario, met negatief RvS-besluit 2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015
2016
2017
Bestuursovereenkomst Inpassingsplan / m.e.r. 1e RvS-procedure Reparatie RvS 2e RvS-procedure Contractering / vraagspec. Aansteding (innovatief) Uitvoering Risico’s bij scenario D: – Proceduretermijn RvS bij complexe zaken mogelijk een trimester langer (kan twee maal) – Contractering / vraagspecificatie gaat uit van geringe vertraging door RvS-uitspraak en reparatie – In tweede instantie is een positief RvS-besluit verondersteld.
E. Supersnel scenario, zonder RvS-procedure 2009
2010
2011
2012
Bestuursovereenkomst Inpassingsplan / m.e.r. Contractering / vraagspec. Aansteding (innovatief) Uitvoering Risico’s bij scenario E: – Inpassingsplan / m.e.r. bijzonder kort (2 jaar is reëler) – Er is geen rekening gehouden met een RvS-procedure – Uitvoeringstermijn is mogelijk aan de krappe kant.
12
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Provinciale Staten
Vergadering d.d. 18 maart 2009 Besluit nr. PS2009-149
PROVINCIALE STATEN VAN GELDERLAND Gelet op het Voorstel PS2009-149 van Gedeputeerde Staten, inzake Traverse Dieren; Gelet op artikel 105, eerste lid van de Provinciewet, jo. artikel 143, tweede lid Provinciewet; BESLUITEN -
-
Ten behoeve van de voorbereiding van het project Traverse Dieren een krediet van € 1,5 miljoen beschikbaar te stellen, waarvan € 660.000,- direct en het overige deel onder de voorwaarde dat: • Gedeputeerde Staten en B&W van Rheden beide in de besutursovereenkomst in het kader van dit project hebben goedgekeurd en • het Ministerie een beschikking voor de subsidie van € 53,3 miljoen voor het project heeft afgegeven; en dit te dekken uit de in de Meerjarige Investeringsreserve Gelderland gereserveerde middelen voor het project Hart van Dieren.
Arnhem, 18 maart 2009 - zaaknr. 2008-004398 Provinciale Staten van Gelderland
voorzitter
griffier