Handhavingbeleid horeca & alcohol

Handhavingbeleid horeca & alcohol Opdrachtgever Versienummer: Concept vastgesteld Definitief vastgesteld op

: : : :

Burgemeester / College van burgemeester & wethouders 2 8 april 2014 16 juni 2014

Zaaknummer

: Z-14-24289

Inhoudsopgave Inleiding........................................................................................................................... 3 1.

Toezicht ................................................................................................................... 4

1.1 1.2 1.3 1.4

Inleiding ................................................................................................................. Inzet toezicht (risicogericht) ...................................................................................... Risico-inschaling ...................................................................................................... Prioriteiten ..............................................................................................................

2.

Handhaving .............................................................................................................. 6

2.1 2.2 2.3 2.4 2.5

Inleiding ................................................................................................................. Instrumenten .......................................................................................................... Uitgangspunten........................................................................................................ Voortzetting exploitatie (na bestuurlijke maatregel)...................................................... Afwijkingsbevoegdheid..............................................................................................

3.

Handhavingmatrix ................................................................................................. 10

3.1 3.2 3.3 3.4 3.5

4 4 4 5

6 6 7 8 9

Inleiding ................................................................................................................ 10 Horeca ................................................................................................................... 10 Slijterij .................................................................................................................. 17 Detailhandel ........................................................................................................... 17 Evenementen ......................................................................................................... 18

BIJLAGE I

Risico-analyse ............................................................................................. 19

Pagina 2 van 19, Handhavingbeleid horeca & alcohol 2014-2016 (concept)

Inleiding Binnen dit handhavingbeleid is beschreven op welke wijze de gemeente het toezicht en handhaving organiseert in relatie tot de thema’s horeca en alcohol. De twee thema’s hangen nauw met elkaar samen. De burgemeester is bevoegd voor het uitvoeren van toezicht en eventuele handhaving binnen de wetgeving rondom deze thema’s: de Drank- en Horecawet, de Wet op de Kansspelen, de Opiumwet en de Algemene plaatselijke verordening Bodegraven-Reeuwijk (hierna: APV). Dit beleid is van toepassing op alle natuurlijke personen en rechtspersonen die alcoholhoudende drank verstrekken en/of horeca-activiteiten exploiteren. In de praktijk betreft dit hoofdzakelijk cafés, restaurants, kantines, supermarkten, slijterijen en coffeeshops. Voor regels rondom coffeeshops is al eerder beleid vastgesteld. De gemeente hanteert hierin een 0-beleid. In de praktijk betekent dit dat er geen coffeeshops gevestigd worden binnen de gemeente. In het Regionaal Bestuurlijk Overleg van de eenheid Den Haag is besloten tot een uniforme werkwijze binnen de regio. In het RBO wordt periodiek overlegd tussen alle burgemeesters en de hoofdofficier van justitie van de eenheid Den Haag. Alle gemeenten binnen de regio streven er naar om op eenzelfde wijze op te treden tegen overtredingen in relatie tot horeca en alcohol. Er wordt opgetreden op basis van een regionaal handhavingmodel via een methode van risicogericht toezicht. Dit betekent dat toezicht plaatsvindt op plaatsen waarbij het risico op overtredingen het grootst is. De verantwoordelijkheid voor naleving ligt primair bij de ondernemer en die heeft hierin een grote mate van vrijheid en verantwoordelijkheid. Hier staat tegenover dat bij overtredingen streng zal worden opgetreden. Naast dit algemene handhavingbeleid zal om de twee jaar een uitvoeringprogramma worden vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders. Binnen het uitvoeringprogramma worden de prioriteiten bepaald. Daarnaast kan binnen het uitvoeringprogramma de personele inzet van zowel politie als de boa’s worden geëvalueerd en worden afgestemd op het budget en de verwachte capaciteit die beschikbaar is. Leeswijzer In het eerste hoofdstuk (Toezicht) is beschreven op welke wijze toezicht wordt uitgevoerd en welke prioriteiten hierin worden gesteld. In het tweede hoofdstuk (Handhaving) is de methodiek van handhaving beschreven. In het derde hoofdstuk (Handhavingmatrix) is per onderwerp beschreven op welke wijze de gemeente handelt bij overtredingen.


1.

Toezicht

1.1 Inleiding Het toezicht op de wetgeving rondom de thema’s horeca en alcohol is omvangrijk. Gezien de beperkte toezichtcapaciteit zullen er daarom keuzes gemaakt moeten worden over de wijze waarop het toezicht wordt georganiseerd. Dit betekent dat er moet worden bepaald op welke locaties er toezicht wordt gehouden en waar de focus dan op ligt. Hierbij spelen geschatte risico’s en benoemde prioriteiten een belangrijke rol. Binnen dit hoofdstuk is toegelicht op welke wijze het toezicht wordt georganiseerd.

1.2 Inzet toezicht (risicogericht) De gemeente heeft een beperkte capaciteit voor toezicht beschikbaar. Deze inzet wordt geleverd door de aangewezen buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) en politie. De boa ’s zijn binnen de kaders van dit beleid hoofdzakelijk belast met toezicht op de Drank- en Horecawet, terwijl de politie voornamelijk belast is met controles op de overige wetgeving. Naast deze vorm van toezicht kan de gemeente ook gebruik maken van externe inzet door bijvoorbeeld het tijdelijk inzetten van extra controleurs en/of mystery guests. Door middel van risicogerichte inzet wordt beoogd om de beperkte capaciteit die beschikbaar is op de juiste momenten in te zetten. Dit betekent dat toezicht wordt ingezet op de plekken waarbij de risico’s op overtredingen het grootst zijn. Wanneer regels goed worden nageleefd, betekent dit minder toezicht. Het onderstaande schema geeft aan op welke wijze de frequentie van het toezicht is bepaald. Risico Hoog Gemiddeld Laag

Toelichting Toezicht zal meerdere keren per jaar plaatsvinden Toezicht zal minimal één keer per jaar plaatsvinden Toezicht zal uitsluitend plaatsvinden op basis van klachten en/of overlastmeldingen

1.3 Risico-inschaling Om de risico’s (en dus de mate van toezicht) te bepalen, wordt gebruik gemaakt van een inschalingmodel. Hierbij worden de volgende factoren per categorie verstrekker van alcohol en/of horecagelegenheid gewogen:    

Gezondheid Openbare orde en veiligheid Oneerlijke concurrentie Nalevinggedrag van exploitant(en)

Per factor wordt een risico-inschatting gemaakt van het effect op een eventueel geconstateerde overtreding. Gezondheid Gebruik van drugs en alcohol is van invloed op de gezondheid van personen. Zeker wanneer jeugdige personen in aanraking komen met deze middelen is er sprake van grote gezondheidsrisico’s. Deze factor wordt het zwaarst gewogen (3x). Openbare orde en veiligheid Geweld en agressie zijn van grote invloed op de openbare orde en veiligheid. Ook hangjongeren (en eventueel drank- en drugsgebruik) en bezoekers van horecabedrijven kunnen invloed hebben op de openbare orde en veiligheid. Deze factor wordt gemiddeld gewogen (2x).


Oneerlijke concurrentie Toezicht en handhaving op oneerlijke concurrentie is uitsluitend van toepassing op de Drank- en Horecawet. Hierbij wordt gedoeld op paracommerciële horeca-activiteiten van (sport)verenigingen en stichtingen die een economische bedreiging kunnen vormen voor commerciële horecabedrijven. Deze factor wordt laag gewogen (1x). Nalevinggedrag van exploitant(en) Het nalevinggedrag kan voortdurend worden bewaakt door middel van het registreren van de horecacontroles. Wanneer er een overtreding wordt geconstateerd bij een exploitant, of verstrekker van alcohol zullen herinspecties volgen. In bijlage I is een overzicht opgenomen van de risico-inschaling binnen de gemeente BodegravenReeuwijk. Hierbij is voor elk van de genoemde factoren (met uitzondering van nalevinggedrag) een puntenscore toegekend, waarbij geldt 1= weinig risico, 2= gemiddeld risico en 3= hoog risico.

1.4 Prioriteiten De gemeente zal, evenals de risico-inschaling, om de twee jaar de prioriteiten voor het toezicht bepalen. Het toezicht zal zich dan hoofdzakelijk concentreren op deze prioriteiten. Deze prioriteiten kunnen worden bepaald op basis van verschillende factoren. Hierbij valt te denken aan landelijke, regionale of gemeentelijke ontwikkelingen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het thema alcoholgebruik onder jongeren dat de afgelopen jaar veel in het nieuws is geweest. Ook kan het zijn dat op basis van klachten, overlast of handhavingresultaten prioriteiten worden gesteld.


2.

Handhaving

2.1 Inleiding Bij de bestuurlijke handhaving van eventueel geconstateerde overtredingen geldt dat de burgemeester het bevoegde gezag is om op te treden. Dit geldt voor alle wetten waarover deze beleidsregels de procedure beschrijven. De bestuurlijke handhaving staat los van eventuele strafrechtelijke handhaving van overtredingen die ook (tegelijk) kan plaatsvinden. Deze strafrechtelijke handhaving is voorbehouden aan het Openbaar Ministerie, politie en boa en heeft vooral een bestraffende functie (boete als prikkel om gedrag te verbeteren). De bestuursrechterlijke handhaving heeft vooral de functie om een eventuele overtreding te beëindigen, of te voorkomen dat een overtreding opnieuw wordt begaan. Dit laat onverlet dat er ook een overwegend straffend effect aanwezig kan zijn, zoals het geval is bij de bestuurlijke boete. Handhaving vindt op een uniforme en eenduidige wijze plaats. Binnen dit hoofdstuk is aangegeven op welke wijze dit plaatsvindt.

2.2 Instrumenten De burgemeester kan gebruik maken van verschillende instrumenten bij de bestuursrechterlijke handhaving. Deze worden aangeduid als bestuurlijke maatregelen. Afhankelijk van de ernst van de overtreding(en) wordt bepaald welk van de handhavinginstrumenten wordt ingezet:     

Bestuurlijke waarschuwing Bestuurlijke boete Last onder dwangsom Last onder bestuursdwang Intrekken vergunning

Bestuurlijke waarschuwing De bestuurlijke waarschuwing is geen daadwerkelijke handhaving, maar geldt bij veel overtredingen als een eerste officiële waarschuwing. De ondernemer krijgt hiermee de kans zijn/haar gedrag te verbeteren en een overtreding te beëindigen. Bestuurlijke boete Zowel binnen de Drank- en Horecawet als de Wet op de kansspelen is de bestuurlijke boete opgenomen als handhavinginstrument. Deze boete heeft wel een straffende functie. De bedragen zijn wettelijk vastgesteld. Last onder dwangsom De last onder dwangsom is een herstelsanctie. Hiermee wordt beoogd om een overtreding ongedaan te maken, of te herstellen. De overtreder wordt verplicht om de overtreding te herstellen. Wanneer dit niet gebeurt zal een dwangsom worden verbeurd. Last onder bestuursdwang De last onder bestuursdwang is ook een herstelsanctie, evenals de last onder dwangsom. Het verschil hierbij is dat er geen dwangsom wordt verbeurd, maar dat de burgemeester (gemeente) de last zelf uitvoert op kosten van de overtreder , wanneer deze geen gehoor geeft aan de last. Intrekken vergunning De burgemeester kan besluiten een bepaalde vergunning in te trekken, waardoor een ondernemer hiervan niet langer gebruik kan maken. Over het algemeen is dit een uiterste middel om een overtreding te beëindigen.


Naast de hiervoor genoemde algemene instrumenten bieden de afzonderlijke wetten ook in sommige gevallen specifieke handhavinginstrumenten, zoals bijvoorbeeld het ontzeggen van alcoholverkoop binnen detailhandel, het schorsen van een vergunning op grond van de Drank- en Horecawet, of het opleggen van tijdelijke gewijzigde sluitingstijden op grond van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Bodegraven-Reeuwijk.

2.3 Uitgangspunten In hoofdstuk 3 is een uitgebreide handhavingmatrix opgenomen waarin is omschreven hoe de burgemeester handelt bij verschillende soorten overtredingen. Er zijn hieronder uitgangspunten geformuleerd die gelden bij de toepassing van deze beleidsregels.      

Stappenplan Meerdere overtredingen Verjaring Erfelijke belasting Afweging belang ondernemer Hoogte dwangsom

Stappenplan Voor elke overtreding geldt dat er wordt gehandeld op basis van een stappenplan (handhavingmatrix) zoals vermeld in hoofdstuk 3. Hierbij zullen geringe overtredingen in eerste instantie worden afgedaan met een waarschuwing en worden de sancties zwaarder bij herhaalde overtreding(en). Meerdere overtredingen Het kan voorkomen dat er sprake is van meerdere overtredingen tegelijk waarbij er een combinatie van sancties kan worden opgelegd. In dat geval zal, waar mogelijk, worden opgetreden door middel van het versturen van één brief met daarin de genoemde aanpak ten aanzien van de overtredingen. Bijvoorbeeld een waarschuwing voor de ene overtreding en een sluiting voor een andere. In geval van samenloop van twee bestuurlijke maatregelen die qua vorm gelijk zijn, maar qua zwaarte ongelijk, worden deze niet bij elkaar opgeteld, maar wordt de zwaarste sanctie opgelegd. Als voorbeeld een last onder dwangsom met twee verschillende bedragen. Hierbij zal dan het hoogste bedrag gelden. Het samengaan van overtredingen kan de burgemeester ook doen besluiten om een handhavingstap over te slaan of een zwaardere maatregel te treffen. Hierover staat meer in paragraaf 2.5 Afwijkingsbevoegdheid. Verjaring Om goed gedrag te belonen blijven eventuele overtredingen niet voor onbepaalde tijd meewegen bij het opleggen van een sanctie na een herhaalde overtreding. Elke overtreding uit de handhavingmatrix geldt voor de duur van één jaar. Voorbeeld: wanneer een exploitant de sluitingstijd overtreedt krijgt deze volgens de handhavingmatrix een bestuurlijke waarschuwing uitgereikt. Bij een herhaalde overtreding binnen één jaar volgt een bestuurlijke maatregel, waarbij de sluitingstijd tijdelijk wordt beperkt. Wanneer er binnen één jaar geen nieuwe overtreding plaatsvindt van de sluitingstijd, wordt bij een eventuele nieuwe overtreding weer teruggevallen op de eerste stap. Erfelijke belasting Handhaving vindt plaats per ondernemer, per instelling en per locatie. Wanneer een nieuwe ondernemer het bedrijf overneemt, worden in beginsel de stappen in het handhavingsmodel ‘gereset’, teruggebracht naar de startsituatie. ‘Erfelijke belasting’ geldt in ieder geval als een ondernemer zijn ondernemingsvorm wijzigt, bijvoorbeeld wanneer er een vennoot in de zaak bij komt. De intredende ondernemer krijgt dan te maken met het verleden van zijn compagnon. Het stappenplan geldt in dit geval gewoon ongewijzigd. Bij een eventuele volgende overtreding volgt de volgende stap. Het stappenplan wordt niet 'gereset'. Dit geldt ook als een ondernemer in de tussentijd zijn vergunning(en) wijzigt of vernieuwt.


Afweging belang ondernemer De burgemeester weegt in zijn besluitvorming over een bestuurlijke maatregel het belang van de ondernemer af tegen dat van de openbare orde en de gezondheid. De openbare orde en de gezondheid wegen daarbij zwaar. Hoogte dwangsom De hoogte van een dwangsom is per overtreding € 1.000,- met een maximum van € 3.000,-. Bij een eventuele herhaalde 4e overtreding geldt een dwangsom van € 2.500,- met een maximum van € 7.500,-. Wanneer overtredingen na deze periode blijven aanhouden zal de burgemeester zwaardere sancties inzetten, zoals het intrekken van een vergunning.

2.4 Voortzetting exploitatie (na bestuurlijke maatregel) Bij bepaalde overtredingen kan het zijn dat de exploitatie, al dan niet tijdelijk, moet worden gestaakt en/of dat een vergunning wordt ingetrokken. Bij eventuele voortzetting van een exploitatie hierna gelden de onderstaande uitgangspunten. Sluiting voor bepaalde tijd Bij een sluiting voor bepaalde tijd wordt in het besluit vermeld dat de exploitant zes weken voordat de sluiting afloopt, een exploitatieplan moet indienen bij de afdeling Veiligheid & Juridische Zaken. Op basis van dit exploitatieplan beoordeelt de burgemeester of de exploitatie van de inrichting kan worden gecontinueerd na de sluiting. Ingeval het exploitatieplan niet tijdig wordt ingediend dan wel onvoldoende houvast biedt om bovenstaande te kunnen beoordelen, kan de vergunning worden ingetrokken. Sluiting voor onbepaalde tijd Bij sluiting voor onbepaalde tijd wordt vooraf geen termijn aangegeven waarbinnen de horecainrichting gesloten moet blijven. Een sluiting voor onbepaalde tijd is een zware en weloverwogen maatregel. Er zullen zwaarwegende redenen moeten zijn om een dergelijke sluiting op te heffen. Dit geldt nog meer indien sprake is van een exploitant die verwijtbaar handelt en van wie eveneens de exploitatievergunning is ingetrokken. Het is echter veelal niet redelijk een inrichting voorgoed te sluiten. Om die reden kan een exploitant of een opvolger na verloop van tijd de burgemeester verzoeken de sluiting op te heffen. In dat geval dient dan te allen tijde door middel van een exploitatieplan en een plan van aanpak te worden aangetoond dat incidenten in de toekomst zullen worden voorkomen en dat opheffing van de sluiting verantwoord is. De burgemeester zal naast beide plannen ook rekening houden met de ernst van de incidenten, de aantasting en herstel van het woon- en leefklimaat, de inbreuk op de openbare orde en de tijd die verstreken is tussen incident en verzoek tot opheffing. Intrekking voor bepaalde tijd Voor een intrekking voor bepaalde tijd geldt dat de exploitant na het verstrijken van de termijn weer open kan. Er hoeft in dat geval geen exploitatieplan te worden aangeleverd. Intrekking voor onbepaalde tijd Bij intrekking van de exploitatievergunning voor onbepaalde tijd zal de oude en een eventuele nieuwe exploitant een nieuwe aanvraag en een exploitatieplan moeten indienen. Analoog aan de indicatieve systematiek, die bij de weigering van de Drank- en Horecawet wordt gehanteerd, kan de intrekking voor onbepaalde tijd aanleiding zijn een nieuwe exploitatievergunning voor de duur van:  1 jaar (als sprake is van regelmatige vechtpartijen in of rond de horeca-inrichting of ernstige verstoring woonomgeving);  2 jaar (als sprake is van regelmatige vechtpartijen in combinatie met overmatig alcoholgebruik, in de horeca-inrichting of daar buiten; of schiet- steekincident in of nabij de horeca-inrichting);




 

3 jaar (als sprake is van meer dan één schiet-/steekincident in of in de nabijheid van de horecainrichting binnen vier jaar of handel en/of gebruik drugs in of rond de horecainrichting); 4 jaar (als sprake is van meer dan één schiet-/steekincident in of in de nabijheid van de horecainrichting binnen drie jaar); 5 jaar (als sprake is van handel in harddrugs in of nabij de horeca-inrichting met medeweten van de exploitant, gebruik harddrugs in de horeca-inrichting met medeweten van de exploitant of meer dan één schiet-/steekincident in of in de nabijheid van de horeca-inrichting binnen twee jaar);

Zoals gesteld betreft het bovenstaande een indicatieve opsomming; voor andere incidenten c.q. overtredingen - al dan niet gestapeld- kan een langere termijn gelden. Schijnbeheer Er is sprake van schijnbeheer als degene die zich voordoet als beheerder c.q. exploitant c.q. leidinggevende van een horeca-inrichting niet de feitelijke beheerder c.q. exploitant c.q. leidinggevende is. Schijnbeheer komt in verschillende vormen voor. Er kan sprake zijn van een situatie waarbij een persoon niet als beheerder of exploitant op de exploitatievergunning staat vermeld, maar wel in de functie van werknemer als exploitant of leidinggevende optreedt. Het op naam van een andere persoon laten exploiteren van een horeca-inrichting, omdat men zelf vanwege antecedenten of het ontbreken van de vereiste diploma’s - niet in aanmerking komt voor een exploitatievergunning, is een andere variant. Hiervoor ontvangt diegene dan vaak een financiële vergoeding. In deze gevallen wordt niet voldaan aan de vergunningvoorschriften en/of is de exploitatievergunning tengevolge van onjuiste gegevens en bescheiden verleend en kan de burgemeester besluiten de vergunning in te trekken.

2.5 Afwijkingsbevoegdheid Als de feiten en omstandigheden hiertoe aanleiding geven, kan de burgemeester afwijken van de uitgangspunten en handelswijze zoals vermeld in deze beleidsregels. Dit geldt ook voor de gevallen waarin volgens het stappenplan handhaving een sluiting of intrekking gerechtvaardigd is. De burgemeester kan ook besluiten een stap in het handhavingkader over te slaan. De burgemeester zal dit dan in zijn besluit expliciet moeten motiveren.


3.

Handhavingmatrix

3.1 Inleiding In onderstaande paragrafen is per overtreding aangegeven op welke wijze de burgemeester zal handhaven. Elke paragraaf omvat de overtredingen per afzonderlijke categorie. De verschillende categorieën zijn: horeca, slijterijen, detailhandel en evenementen. Er wordt een toelichting gegeven per overtreding en vervolgens is in een stappenplan toegelicht welke actie wordt ondernomen.

3.2 Horeca Bij de categorie horeca is onderscheid gemaakt in overtredingen op grond van de openbare orde en veiligheid (APV) en de Drank- en Horecawet. Hieronder is een korte toelichting gegeven op de overtredingen in relatie tot de APV. Exploiteren zonder vergunning Bij exploitatie zonder de vereiste vergunningen maakt het geen verschil of het een bestaande of een nieuwe horeca-inrichting betreft. Ook in geval van overname van een horeca-inrichting geldt dat de horeca-inrichting pas mag worden geëxploiteerd als de exploitant beschikt over alle benodigde vergunningen. Vergunningvrije inrichtingen zoals genoemd in deze horecavisie blijven inrichtingen in de zin van de APV. Indien (zeer) ernstige incidenten plaatsvinden in vergunningvrije inrichtingen, dan geldt onverkort hetgeen in dit beleid is opgenomen met betrekking tot vergunningplichtige horecainrichtingen, met dien verstande dat intrekking van de vergunning geen optie is. OPENBARE ORDE / APV Exploiteren zonder exploitatievergunning Overtreding Toelichting Illegale exploitatie / Het exploiteren zonder schijnbeheer exploitatievergunning, of wanneer vergunninghouder niet degene is voor wiens rekening en risico de onderneming gedreven wordt.

Actie 1e constatering Bestuurlijke waarschuwing / vrijwillige sluiting

Actie 2e constatering Sluiting onbepaalde tijd (tot situatie is gelegaliseerd)

Actie 3e constatering


Overtreden overige bepalingen Algemene Plaatselijke Verordening / overlast Overlast in en vanuit een inrichting (waartoe ook het eventuele terras behoort) is in vele gradaties mogelijk. Daarom is overlast in algemene zin niet in één van de categorieën ingedeeld. De aanwezigheid van overlast wordt afgeleid uit politiemutaties en/of de klachtenregistratie. Ook anonieme meldingen kunnen een rol spelen in de beoordeling of er sprake is van overlast. De overlast moet wel worden geverifieerd door een toezichthouder. Als voorbeelden van overlast kunnen worden genoemd: parkeeroverlast, geluidsoverlast door komende en gaande bezoekers, lastigvallen van passanten, het op luidruchtige wijze exploiteren van een terras en intimiderend gedrag door portiers. Een sluiting van een horeca-inrichting geldt in beginsel voor een periode van zes maanden. Ingeval er aanleiding is tot matiging kan de duur van de sluiting worden beperkt tot een periode van drie maanden. Mocht de ernst en de aard van de feiten en omstandigheden daartoe aanleiding geven dan kan de burgemeester besluiten tot een sluiting van twaalf maanden. Als er sprake is van een gewijzigde rechts- of exploitatievorm heeft de exploitant de plicht om een nieuwe vergunning aan te vragen. De eventuele nieuwe exploitatievorm en -tijden mogen in dat geval pas worden gevoerd als de nieuwe vergunning is verleend. Er wordt onderscheid gemaakt tussen vier categorieën incidenten. Deze categorie bevatten een niet limitatieve opsomming van mogelijke verboden gedragingen en handelingen. In de handhavingmatrix zijn deze categorieën vermeld Categorie Categorie Categorie Categorie

1: 2: 3: 4:

Zeer ernstige incidenten Ernstige incidenten Minder ernstige incidenten Overige incidenten

Illegale werknemers / mensensmokkel / mensenhandel Bij het te werkstellen van illegale werknemers volgt een bestuurlijke maatregel. Ingeval er duidelijke signalen zijn dat er tevens sprake is van mensensmokkel c.q. mensenhandel (uitbuiting), dan kan de burgemeester de exploitatievergunning direct, vanwege verwijtbaar handelen van de exploitant en het ontbreken van vertrouwen in de exploitant, voor onbepaalde tijd intrekken. Handel in drugs Handel in drugs is aannemelijk ingeval er aanwijzingen zijn op grond waarvan kan worden geconcludeerd dat er in of vanuit de inrichting in drugs wordt gehandeld. Deze aanwijzingen kunnen voortkomen uit feitelijke acties/observaties c.q. waarnemingen ter plaatse door de politie (onder meer het aantreffen van drugs,verklaringen van schepklanten en/of personeel, bekendheid van de inrichting als uitvalsbasis c.q. ontmoetingsplaats voor drugsdealers en verslaafden). Andere aanwijzingen zijn onder meer de aanwezigheid van een weegschaal, verpakkingen (gripzakjes), voorverpakte en/of geprijsde drugs of bestellijsten in de inrichting.


OPENBARE ORDE / APV Overtredingen APV Overtreding Toelichting Zeer ernstige - Gebruik vuur-, steek-, incidenten of slagwapen, dodelijk (categorie 1) of zeer ernstig gewond slachtoffer, verkrachting, drogeren etc.

Actie 1e constatering Sluiting 3, 6 of 12 maanden

Actie 2e constatering Intrekken vergunning


Bestuurlijke waarschuwing

Sluiting 3, 6 of 12 maanden

Intrekken vergunning

- aantreffen vuurwapen - drugshandel: aantreffen van een handelshoeveelheid drugs en/of het verhandelen van drugs. Hierbij zijn de richtlijnen van het OM leidend. Dit betekent een hoeveelheid groter dan 0,5 gram of 3 pillen wat betreft harddrugs en meer dan 5 gram bij softdrugs

Ernstige incidenten (categorie 2)

- Geweld: Voor zover geen sprake is van ernstig geweld, incidenten zoals handgemeen of ongewenste intimiteiten



- Illegale portiers: Het inzetten van een portier zonder de vereiste certificaten

Minder ernstige incidenten (categorie 3)

- Discriminatie: Het discrimineren door personeel aan de deur van een horecabedrijf - Wijzigen ondernemersvorm: Wijzigen van ondernemersvorm zonder dit te melden bij de gemeente (en dus niet in overeenstemming met vergunning exploiteren) - Illegaal terras/lokaliteit: Illegaal exploiteren/wijzigen van een terras en/of lokaliteit (en dus niet in overeenstemming met vergunning exploiteren) - Niet aanwezig hebben exploitatievergunning



Sluiting onbepaalde tijd (tot aan legalisatie)

Overige incidenten (categorie 4)

- Sluitingstijd: Overtreding van de sluitingstijd zoals bepaald in de APV - Overtreding van één of meerdere voorschriften van de exploitatievergunning

ALCOHOLVERSTREKKING Overtreding Toelichting Illegale verstrekking Het verstrekken van alcohol alcoholhoudende drank zonder de hiervoor benodigde vergunning. Verstrekken alcohol Het verstrekken van aan dronken personen alcohol aan personen in kennelijke staat van dronkenschap. Verstrekken van Het verstrekken van alcoholhoudende drank alcohol aan personen aan jongeren onder de die de leeftijd van 18 leeftijd van 18 jaar (in jaar nog niet hebben horecabedrijf/slijterij) bereikt. Overtreden Overtreding van één of voorwaarden dhwmeerdere eventuele vergunning voorschriften van de dhw-vergunning. Overtreden regels Overtreding van de paracommercie / beperkende regels ten oneerlijke mededinging aanzien van paracommerciële activiteiten op grond van de APV.



Opleggen afwijkende sluitingstijden voor periode 6 weken





Actie 1e constatering Bestuurlijke waarschuwing

Actie 2e constatering Bestuurlijke boete + Sluiting onbepaalde tijd (tot situatie is gelegaliseerd) Bestuurlijke boete



Bestuurlijke boete + Schorsen vergunning maximaal 12 weken



Bestuurlijke boete

Schorsen vergunning maximaal 12 weken



Bestuurlijke boete




Schorsen vergunning




Toelaten van een persoon die in kennelijke staat van dronkenschap of kennelijk onder invloed van andere psychotrope stoffen verkeert In kennelijke staat van dronkenschap of kennelijk onder invloed van andere psychotrope stoffen dienst doen Bij de voor publiek bestemde toegang niet duidelijk zichtbaar of niet goed leesbaar aangeven welke leeftijdsgrenzen gelden Persoon jonger dan 16 jaar dienst laten doen gedurende de tijd dat alcoholhoudende drank wordt verstrekt Drank verstrekken voor gebruik elders dan ter plaatse

Bezoeker toelaten die dronken is of onder invloed van drugs is.




Als leidinggevende optreden, terwijl men dronken is of onder invloed van drugs is.




Het niet aanbrengen van de verplichte stickers met hierop de leeftijdsgrenzen.



Bestuurlijke boete


Personen onder de 16 jaar mogen geen dienst doen in horecabedrijven en/of slijterij Het verstrekken van drank binnen een horecabedrijf welke door de gebruikers buiten het horecabedrijf wordt meegenomen



Schorsen vergunning




Schorsen vergunning



Afwezigheid leidinggevende

Niet voldoen inrichtingseisen Overtreden verbod prijsacties

Geen leidinggevende zoals vermeld op de vergunning in de lokaliteit Niet voldoen aan de wettelijk gestelde eisen


Bestuurlijke boete

Schorsen vergunning



Overtreding van het verbod op prijsacties zoals opgenomen in de verordening


Sluiting onbepaalde tijd (tot situatie is gelegaliseerd) Bestuurlijke boete

Schorsen vergunning


KANSSPELEN Overtreding

Toelichting

Aanwezig hebben speelautomaten zonder aanwezigheidsvergunning, dan wel aanwezig hebben van meer dan 2 kansspelautomaten

Zonder de verplichte aanwezigheidsvergunning, het geplaatst hebben van kansspelautomaten binnen de inrichting

Aanwezig hebben van speelautomaten zonder exploitatievergunning van Minister van Justitie, dan wel aanwezig hebben van illegale automaten

-





Intrekken aanwezigheidsvergunning

Inbeslagname speelautomaten d.m.v. bestuursdwang (+ intrekken vergunning indien van toepassing)



3.3 Slijterij Overtreding Verstrekken van alcoholhoudende drank aan jongeren onder de leeftijd van 18 jaar Overtreden voorschriften vergunning Openstelling zonder leidinggevende in de slijterij Niet voldoen inrichtingseisen

Toelichting -


Actie 2e constatering Bestuurlijke boete

Actie 3e constatering Bestuurlijke boete (verhoogd)

Actie 4e constatering Schorsen vergunning

Overtreding van één of meerdere eventuele voorschriften van de dhw-vergunning. -


Bestuurlijke boete



Bestuurlijke boete

Schorsen vergunning


Niet voldoen aan de wettelijk gestelde eisen


Sluiting onbepaalde tijd (tot situatie is gelegaliseerd)

Actie 3e constatering Bestuurlijke boete (verhoogd)

Actie 4e constatering Tijdelijk verkoopverbod

3.4 Detailhandel Overtreding Verstrekken van alcoholhoudende drank aan jongeren onder de leeftijd van 18 jaar Overtreden verbod alcoholverkoop

Toelichting -


Actie 2e constatering Bestuurlijke boete

Binnen categorieën detailhandel van toepassing

Bestuurlijke boete

In beslagname alcohol


3.5 Evenementen Overtreding Verstrekken van alcoholhoudende drank zonder ontheffing

Toelichting Niet in het bezit zijn van een artikel 35 ontheffing.

Actie 1e constatering Bestuurlijke waarschuwing (en staking alcholverkoop)

Verstrekken van sterke drank

Verstrekken van alcohol met een percentage boven de 15%. Het verstrekken van alcohol aan personen die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Het overtreden van voorschriften van de artikel 35 ontheffing.

Bestuurlijke waarschuwing (en staking alcholverkoop)

Verstrekken van alcoholhoudende drank aan jongeren onder de leeftijd van 18 jaar Overtreden voorschriften van ontheffing



Bestuurlijke waarschuwing (en staking alcholverkoop)

Actie 2e constatering Bestuurlijke boete + niet meer in aanmerking voor ontheffing Bestuurlijke boete + niet meer in aanmerking voor ontheffing Bestuurlijke boete


Bestuurlijke boete

Bestuurlijke boete + niet meer in aanmerking voor ontheffing

Bestuurlijke boete + niet meer in aanmerking voor ontheffing


BIJLAGE I Risico-analyse Risico-Analyse Gezondheid (x3)

Categorieën

Deelcategorieën

Commerciële horeca (vergunningplichtig o.g.v. Drank- en Horecawet)

Café Restaurant / bar Restaurant Grillroom Overig (sport)kantine Buurt- /wijkgebouw Kerken Sociëteit Levensmiddelenwinkel

3 2 1 2 1 3 2 1 2 2

3 1 1 2 1 2 1 1 2 1

Cafetaria

2

1

0

8

Locaties hangjongeren Slijterijen Verkoopverbod o.g.v. Drank- en Horecawet Evenementen

3 2 1

3 1 1

0 0 1

15 8 6

3

2

0

13

Paracommerciële horeca (vergunningplichtig o.g.v. Drank- en Horecawet) Niet-vergunningplichtig o.g.v. Drank- en Horecawet Openbare ruimte Overig

Score per onderdeel binnen analyse 0= geen risico op effect genoemde thema (gezondheid, oov, of oneerlijke concurrentie) bij eventuele overtreding 1= weinig risico op effect genoemde thema bij eventuele overtreding 2= gemiddeld risico op effect genoemde thema bij eventuele overtreding 3= hoog risico op effect genoemde thema bij eventuele overtreding

OOV (x2)

TOTAALSCORE Score 12 -18

7 - 11

0-6 Bij eventuele overtredingen zal de intensiteit van het toezicht toenemen bij de individuele overtreder.


Oneerlijke (x1) concurrentie 0 0 0 0 0 3 2 2 2 0

Uitkomst

Toelichting Er is een hoog risico op overtreding binnen één of meerdere vastgestelde factoren. Er is een gemiddeld risico op overtreding binnen één of meerdere vastgestelde factoren. Er is een laag risico op overtreding binnen één of meerdere vastgestelde factoren.

15 8 6 10 5 16 10 7 12 8

Risico Hoog

Gemiddeld

Laag

Handhavingbeleid horeca & alcohol

Recommend Documents