Handhaving
Jaarverslag Cel Handhaving 2013
Inhoud 1.
Inleiding ........................................................................................................................................... 2
2.
Handhaving in het kader van het Wapenhandeldecreet ................................................................ 2
3.
Handhaving in het kader van het Toeristische Logiesdecreet en Reisbureaudecreet .................... 3 a)
Waarom toeristisch handhaving? ............................................................................................... 3
b)
De organisatie en taken van toeristische handhaving. ............................................................... 3 i.
Organisatiestructuur binnen DiV ............................................................................................. 3
ii.
Begrotingsfonds....................................................................................................................... 4
iii.
Taken en bevoegdheden ......................................................................................................... 5
iv.
Personeel ................................................................................................................................. 6
c)
Handhavingsdossiers ................................................................................................................... 6 i.
d)
1
Administratieve sancties ......................................................................................................... 6 Toezicht en handhaving 2013 in cijfers ....................................................................................... 8
i.
Inleiding ................................................................................................................................... 8
ii.
Actieve opsporingen ................................................................................................................ 9
iii.
Procedure administratieve geldboete ..................................................................................... 9
iv.
Procedure tot het uitvaardigen van een bevelschrift tot onmiddellijke stopzetting ............ 15
v.
Gerechtelijke beroepsprocedures ......................................................................................... 17
e)
Managementindicatoren........................................................................................................... 17
f)
Efficiëntie-indicatoren ............................................................................................................... 18
Jaarverslag cel Handhaving 2013 – Departement internationaal Vlaanderen 1. Inleiding Dit jaarverslag bestrijkt het werkingsjaar 2013. Bij het lezen van het jaarverslag en het bekijken van de cijfergegevens zal u zien dat de werking van de cel Handhaving sinds 2013 op kruissnelheid zit wat betreft de handhaving in het kader van het Toeristische logiesdecreet. In 2013 werd er geen prioriteit meer gegeven aan het starten van administratieve sanctieprocedures ten aanzien van reisbureaus of toeristische verhuurkantoren gezien vanaf 1 januari 2014 er geen vergunningsplicht meer is voor de uitbating van een reisbureau of toeristisch verhuurkantoor met een vestiging in het Vlaamse Gewest. Het Vlaamse Reisbureaudecreet dat deze verplichting invoerde, wordt vanaf deze datum namelijk opgeheven. Daarnaast heeft de cel Handhaving in 2013 zich toegelegd op de verdere implementatie van het nieuwe Wapenhandeldecreet.
2. Handhaving in het kader van het Wapenhandeldecreet Binnen het Departement internationaal Vlaanderen levert de dienst Controle Strategische Goederen (dCSG) vergunningen en de daarmee samenhangende documenten af voor de “in-, uit- en doorvoer van wapens, munitie, en speciaal voor militair gebruik of voor ordehandhaving dienstig materieel en daaraan verbonden technologie evenals van producten en technologieën voor tweeërlei gebruik”. Overkoepelend worden deze goederen “strategische goederen” genoemd. Dit alles gebeurt binnen de lijnen van het Wapenhandeldecreet van 15 juni 2012 en het Wapenhandelbesluit van 20 juli 2012. Dit nieuwe Wapenhandeldecreet en het Wapenhandelbesluit is voorzien van een uitgebreid toezichts- en handhavingsregime. Het decreet voorziet handhaving door middel van zowel strafrechtelijke sancties als administratieve sancties; Administratieve sancties zijn subsidiair aan strafrechtelijke sancties (voorrang aan strafrechtelijke vervolging door de parketten); Administratieve sancties worden opgelegd door de secretaris-generaal van het Departement internationaal Vlaanderen. Bij besluit van de secretaris-generaal van 18 maart 2013 werden de personeelsleden van de cel handhaving gemachtigd om toezicht te houden op de naleving van de bepalingen van het Wapenhandeldecreet van 15 juni 2012 en de uitvoeringsbesluiten ervan voor wat betreft het vaststellen van inbreuken op de bepalingen van dit decreet en de uitvoeringsbesluiten in een proces-verbaal van overtreding, zoals vermeld in artikel 46, § 3, van het Wapenhandeldecreet. Dit besluit trad in werking op 1 april 2013. De efficiënte toepassing van dit toezichts- en handhavingsregime maakt een goede samenwerking – en dus duidelijke afspraken – tussen de dienst Controle Strategische Goederen en de Cel Handhaving noodzakelijk. In dit kader werden in 2013 verschillende overlegmomenten georganiseerd tussen beide diensten voor het uitwerken van een afsprakennota alsook het uitwerken van de bijhorende procesfiches. Ondertussen werd de afsprakennota en bijhorende procesfiche gefinaliseerd. Tevens werd een samenwerkingsovereenkomst opgemaakt tussen het Departement internationaal Vlaanderen en de Vlaamse Belastingdienst met het oog op de gedwongen invordering van definitieve administratieve
2
geldboetes die binnen de lijnen van het Wapendecreet kunnen worden opgelegd door de secretaris-generaal van het Departement internationaal Vlaanderen. Verder werd een databank opgezet door één van de medewerkers van de cel Handhaving om een vlot beheer van de wapenhandel dossiers en rapportage mogelijk te maken. In 2013 werden nog geen dossiers overgemaakt door de dienst Controle Strategische Goederen aan de cel Handhaving in het kader van het Wapenhandeldecreet. Er werden dan ook nog geen processen-verbaal opgemaakt.
3. Handhaving in het kader van het Toeristische Logiesdecreet en Reisbureaudecreet a) Waarom toeristisch handhaving? De oorsprong van een toeristisch administratief handhavingsbeleid ligt in de regeringsverklaring van de toenmalige Vlaamse Regering voor de periode van 2004 en 2009 en de beleidsnota van de Vlaamse minister bevoegd voor het toerisme van dezelfde legislatuur. Daarbij werd gepleit om in sommige gebieden de strafrechtelijke sancties te vervangen door een zuiver administratieve beteugeling. Dit werd vooral ingegeven door het feit dat omwille van het opportuniteitsbeginsel, door het Openbaar Ministerie onvoldoende werd vervolgd aangaande inbreuken gepleegd binnen de toeristische regelgeving: Hoteldecreet, -Campingdecreet en Reisbureauwetgeving. Een efficiënt en effectief optreden tegen overtredingen van deze wet en decreten bleef ten gevolge uit. De Vlaamse regeringsverklaring en de beleidsnota van de Vlaamse minister bevoegd voor het toerisme koppelden een nieuw handhavingsbeleid aan administratieve vereenvoudiging en het implementeren van een geactualiseerde sectorale wetgeving. Een doeltreffende en efficiënte administratieve handhaving kwam ook tegemoet aan een expliciete vraag vanuit het middenveld om op te treden tegen deloyale concurrentie van sommige uitbaters die zich willens en wetens onttrokken aan de vergunningsplicht en zodoende aan de kwaliteitscontrole van hun logies. De invoering van een systeem van administratieve handhaving gebeurde het eerst bij de sector van de reisbureaus. Het decreet van 2 maart 2007 betreffende het statuut van de reisbureaus, voorzag twee soorten administratieve sancties: geldboetes en/of het bevelen tot stopzetting van exploitaties. Later werden gelijkaardige administratieve sancties bij decreet van 13 juli 2007 ingevoerd zowel bij het Hoteldecreet van 20 maart 1984 als het Campingdecreet van 3 maart 1993. De strafrechtelijke bepalingen werden vervangen door administratieve sanctionering. Hiermee betrachtte de Vlaamse decreetgever tot een effectiever en efficiënter handhavingsbeleid te komen, rekening houdende met het nodige formalisme en rechtswaarborgen voor de overtreders. Het decreet van 10 juli 2008 betreffende het toeristische logies dat zowel het oude Hotel- als het Campingdecreet verving, bevat vandaag alle reglementen van toeristische handhaving in de logiessector.
b) De organisatie en taken van toeristische handhaving.
i.
Organisatiestructuur binnen DiV
Sinds de overdracht van de bevoegdheden van administratieve handhaving van het reisbureau- en het logiesdecreet op 1 december 2011 naar het Departement internationaal Vlaanderen, werd de cel Handhaving
3
ondergebracht bij de stafdiensten van de secretaris-generaal van dit departement. De dienst Toeristische Vergunningen werd ondergebracht in een nieuwe afdeling Toeristisch Ondernemen en Strategische Goederen. Hiermee wordt functioneel een scheiding gemaakt tussen het vergunningen- en het handhavingsbeleid. Dergelijke scheiding voorkomt dat de cel Handhaving tegelijkertijd rechter en partij wordt in het sanctioneren van niet vergunde reisbureaus of toeristische logies. De personeelsleden van de cel Handhaving beschikken in het kader van hun opsporingsbevoegdheid en bij het voeren van onderzoeken, het vaststellen van overtredingen door middel van processen-verbaal en het opstarten van de procedure tot onmiddellijke stopzetting over een zekere autonomie. Daarnaast wordt de cel Handhaving rechtstreeks aangestuurd door de secretaris-generaal in het verder afhandelen van administratieve sanctionering zoals het organiseren van hoorzittingen en het al dan niet opleggen van administratieve sancties. Los van het autonome karakter van de cel Handhaving bestaat er een interne samenwerking tussen de dienst Toeristische Vergunningen en de cel Handhaving, die vooral focust op het uitwisselen van relevante dossierinformatie. De dienst Toeristische Vergunningen bezorgde in 2013 op regelmatige basis dossiers aan de cel Handhaving. Het betrof dossiers van logies die niet over de nodige aanmelding / exploitatievergunning beschikken in het kader van het logiesdecreet. De exploitant van het logies werd een eerste maal door hen aangemaand zich te confirmeren met de vigerende wetgeving. Verder werden ook op regelmatige basis dossiers bezorgd waarvan de benodigde exploitatievergunning werd ingetrokken wegens het niet beschikken over een geldig attest van brandveiligheid / achterstallig onderhoud en hygiëne. Daarnaast werd op regelmatige basis teruggekoppeld door de cel Handhaving aan de dienst Toeristische Vergunningen welke acties ondernomen werden in de overgemaakte dossiers. De cel Handhaving kan het tweewekelijks overleg van de dienst Toeristische Vergunningen bijwonen, voor wat de punten betreft die hen aanbelangen. De cel Handhaving neemt eveneens deel aan de tweewekelijkse vergaderingen van de Staf Toerisme waarin naast de secretaris-generaal, eveneens de cel Toerisme van de afdeling Beleid en de dienst Toeristische Vergunningen zijn betrokken. Er bestaat ook een samenwerkingsovereenkomst tussen het Departement internationaal Vlaanderen en het IVA Vlaamse Belastingdienst. Deze samenwerking heeft vooral betrekking op de (gedwongen) inning van definitieve administratieve geldboeten, hetzij minnelijk, hetzij via tussenkomst van een gerechtsdeurwaarder. Deze samenwerking werd geconcretiseerd via een formele overeenkomst. Hoewel niet geformaliseerd, bestaat er een ad hoc samenwerking tussen de cel Handhaving en andere diensten (politiediensten, brandweer, andere inspectiediensten van federale en Vlaamse Overheid,…). In 2013 werd drie maal met de lokale politie samengewerkt in het kader van de opmaak van een procesverbaal wegens het illegaal uitbaten van een logies.
ii. Begrotingsfonds Het decreet van 21 december 2012 houdende bepalingen ter begeleiding van de begroting 2013 voorziet in artikel 57 de oprichting van een Fonds Toeristische Administratieve Boeten. Dit begrotingsfonds werd opgericht op grond van artikel 12 van het decreet van 8 juli 2011 houdende regeling van de begroting, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof.
4
Langs de inkomstenzijde wordt dit fonds gespijsd door de inkomsten van administratieve geldboeten die opgelegd werden in het kader van de administratieve handhaving op grond van het decreet op het Toeristisch Logies. De gelden in het fonds zullen aangewend worden voor de uitvoering en handhaving van de Vlaamse toeristische vergunningenregeling en voor initiatieven om de Vlaamse toeristische sector te sensibiliseren inzake het nut en de kwaliteit van een toeristische vergunning. Dit fonds trad in werking op 1 januari 2013.
iii. Taken en bevoegdheden De bevoegdheden put de cel Handhaving rechtstreeks uit: het decreet van 2 maart 2007 houdende het Statuut van de Reisbureaus (Reisbureaudecreet) en het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2007 tot uitvoering van het Reisbureaudecreet. het decreet van 10 juli 2008 betreffende het Toeristische Logies (Logiesdecreet) en het besluit van de Vlaamse Regering van 15 mei 2009 tot uitvoering van het Logiesdecreet De inbreuken die vastgesteld worden, hebben te maken met: het uitbaten van een vergunnings- of aanmeldingsplichtige bedrijfsactiviteit (logies/ reisbureau) waarvoor geen vergunning is verleend, noch een aanmelding is gebeurd; het onrechtmatig gebruiken van een officieel herkenningsschild of comfortclassificatie; het onrechtmatig gebruik maken van een beschermde benaming zoals bv. “hotel”, “camping”, “auberge”, “reisbureau”, enz…; het door een aangemeld bedrijf niet langer meer voldoen aan de exploitatievoorwaarden. De door de Vlaamse Regering aangewezen personeelsleden van het Departement internationaal Vlaanderen hebben de bevoegdheid om ter plaatse onderzoeken te verrichten. De aanwijzing van personeelsleden van het Departement internationaal Vlaanderen ontneemt echter niet de bevoegdheid aan de lokale of federale politie om eveneens op te treden tegen illegale uitbatingen. De personeelsleden van de cel Handhaving kunnen bij de uitoefening van hun ambt eveneens de bijstand vorderen van deze politiediensten. Tot de bewoonde lokalen hebben ze echter alleen toegang als ze aan een van de volgende voorwaarden voldoen: 1° ze hebben de voorafgaande en schriftelijke toestemming gekregen van de bewoner; 2° ze werden er vooraf schriftelijk toe gemachtigd door de rechter van de bevoegde politierechtbank. In dat geval hebben de aangewezen personen alleen toegang tussen vijf uur ’s morgens en eenentwintig uur ’s avonds. Ze worden ermee belast de overtredingen op te sporen en door middel van processen-verbaal vast te stellen. Aan het proces-verbaal wordt een bijzondere bewijswaarde toegekend, die inhoudt dat het proces-verbaal bewijskracht heeft tot ‘bewijs van het tegendeel’. Deze bijzondere bewijswaarde vormt een uitzondering op de algemene regel dat een proces-verbaal geldt als een loutere inlichting. Dit om de moeilijke bewijsbaarheid van sommige inbreuken (bijvoorbeeld het al dan niet aanbieden van logies aan de toeristische markt, het soms tijdelijke karakter van de exploitatie van het logies, enz.) te verhelpen, en de handhaving niet onnodig te bemoeilijken. Het verleden heeft immers aangetoond dat het bewijzen van, zelfs duidelijke, overtredingen op de vergunningsplicht niet altijd even gemakkelijk is.
5
iv. Personeel Op de cel Handhaving werkten in 2013 in totaal vijf personen waarvan 2 adjuncten van de directeur ( niveau A1), één hoofddeskundige ( niveau B2) en twee deskundigen ( niveau B1). Hierbij dient opgemerkt te worden dat de adjunct van de directeur op 1 april 2013 één jaar verlof zonder wedde nam. De adjunct van de directeur werd vervangen. De adjunct van de directeur die sinds 1 april 2013 de leiding neemt over de cel Handhaving dient dit te combineren met een taak binnen het VLIS project. De tijdsindeling is voorzien op 50% handhaving / 50% VLIS ( Vlaams Logies Informatiesysteem). De hoofddeskundige werkte sinds 1 juli 2013 tot en met 30 november 2013 4/5. Verder dient opgemerkt te worden dat de deskundige (niveau B1) per 1 april 2013 werd vervangen. In 2013 bedroeg de gemiddelde personeelsbezetting van de cel Handhaving 2.51 netto VTE (bron: afdeling Management ondersteunende Diensten, DAR-iV).
c) Handhavingsdossiers
i.
Administratieve sancties
1. Procedure administratieve geldboete Zoals al gesteld kan er bij inbreuken op het reisbureau- en het logiesdecreet administratieve geldboete worden opgelegd. Dit is het geval voor:
aan overtreders een
1° het reisbureau of toeristische logies, dat ligt in het Vlaamse Gewest en dat wordt geëxploiteerd zonder voorafgaande en schriftelijke vergunning of dat wordt geëxploiteerd zonder voorafgaande aanmelding; 2° het reisbureau of niet aangemelde toeristische logies dat wordt geëxploiteerd en dat niet of niet meer voldoet aan de exploitatievoorwaarden of waarvan de exploitant zijn verplichting niet meer naleeft; 3° het reisbureau of toeristische logies dat wederrechtelijk houder is van het herkenningsteken en wederrechtelijk de indruk geeft dat zijn toeristisch logies aangemeld of vergund is op grond van deze decreten of dat wederrechtelijk gebruikmaakt van een comfortclassificatie; 4° het reisbureau of toeristische logies dat ligt in het Vlaamse Gewest en dat wederrechtelijk gebruikmaakt van een benaming die beschermd is door de decreten. De procedures voor het vaststellen van de overtredingen, het horen van de overtreders en het beteugelen van de illegale exploitanten lopen gelijk voor beide decreten. Bij het vaststellen van inbreuken wordt een proces-verbaal opgesteld. Vanaf de datum van ontvangst van dit proces-verbaal beschikt de secretaris-generaal van het Departement internationaal Vlaanderen over een termijn van 6 maanden om al dan niet een administratieve geldboete op te leggen. Deze beslissing kan alleen maar genomen worden wanneer de betrokkene de kans heeft gekregen om gehoord te worden. In het kader van het recht om gehoord te worden organiseert de cel Handhaving hoorzittingen in verschillende provinciehoofdsteden. Hierin krijgt de betrokkene de kans om zijn of haar standpunt weer te geven of de stand van zaken van het aanmeldings/vergunningsdossier toe te lichten.
6
Het besluit tot oplegging van een geldboete wordt omstandig materieel en formeel gemotiveerd. Het begeleidend schrijven vermeldt ook het rechtsmiddel, de termijn en de procedure welke de overtreder kan aanwenden indien hij in beroep gaat tegen de beslissing. Hij beschikt hierbij over een periode van twee maanden nadat het besluit tot de oplegging van de geldboete werd genomen. Het beroep schorst de uitvoering van de beslissing. De hoogte van de geldboeten varieert tussen het minimum van 250 euro en het maximum van 25.000 euro. Als binnen vijf jaar, te rekenen vanaf de datum van het proces-verbaal, een nieuwe overtreding wordt vastgesteld, worden de minimum- en maximumbedragen verdubbeld, zonder echter de maximumboete van 250.000 euro te overschrijden. Het Departement internationaal Vlaanderen kan bij het opleggen van de geldboete verzachtende omstandigheden in acht nemen en het bedrag van de opgelegde administratieve boete verminderen. Het bedrag van de administratieve geldboete zal steeds in verhouding moeten staan tot de ernst van de gepleegde inbreuken. Naast de hierboven vermelde motiveringsplicht is het Departement internationaal Vlaanderen ook gebonden aan het gelijkheids- en billijkheidsprincipe volgens het principe “gelijke inbreuken in verschillende dossiers verdienen gelijke geldboeten”. Het staat de overtreder vrij om tegen de administratieve boete beroep in te stellen bij de rechtbank van eerste aanleg van het gerechtelijk arrondissement waar de uitbating gelegen is. Dit beroep is bewust laagdrempelig gehouden en gebeurt via een eenvoudig verzoekschrift. Echter dient dit te gebeuren uiterlijk twee maanden nadat aan de overtreder de administratieve geldboete werd betekend, zoniet is dit beroep onontvankelijk. Bij niet betaling van de geldboete wordt een aanmaning gestuurd. Wanneer hierna nog steeds niet werd betaald, wordt het dossier overgemaakt aan de Centrale Invorderingscel van de Vlaamse Belastingdienst die eerst overgaat tot een verzoek tot minnelijke inning van het verschuldigde bedrag en later, indien nog geen betaling werd ontvangen, door middel van een dwangbevel door een gerechtsdeurwaarder. 2. Procedure stopzettingsbevel Net zoals bij het opleggen van een administratieve geldboete, kan eveneens overgegaan worden tot het opleggen van een bevel tot onmiddellijke stopzetting. Deze sanctie geldt voor reisbureaus, toeristische verhuurkantoren en toeristische logies, die zonder voorafgaandelijke en schriftelijk vergunning of zonder voorafgaandelijke schriftelijke aanmelding worden geëxploiteerd. De aanleidingen om tot een bevel van onmiddellijke stopzetting over te gaan, zijn beperkt tot volgende overtredingen: 1° het reisbureau of toeristische logies, dat ligt in het Vlaamse Gewest, wordt geëxploiteerd zonder voorafgaande en schriftelijke vergunning of wordt geëxploiteerd zonder voorafgaande aanmelding; 2° het reisbureau dat wordt geëxploiteerd voldoet niet of niet meer aan de exploitatievoorwaarden of de exploitant leeft de verplichtingen niet meer na. De drastische aard van deze maatregel is verantwoord wanneer er een samenloop is van een onvergunde uitbating die gepaard gaat met een acuut veiligheidsgevaar (brandveiligheid) of onhygiënische toestanden, andere overtredingen van gemeen recht of wanneer er sprake is van herhaaldelijke overtredingen waarbij de administratieve geldboete niet het gewenste resultaat bereikt.
7
Hoe dan ook moet voorkomen worden dat exploitanten in bepaalde extreme gevallen blijven exploiteren zonder zich in regel te stellen met de bepalingen van dit decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan. Ook wat de procedure betreft, kent het bevel tot onmiddellijke stopzetting zijn eigen verloop. Naast de agenten van de lokale en federale politie zijn het opnieuw de aangeduide personeelsleden van de cel Handhaving die de nodige onderzoeken verrichten en de vaststellingen doen middels een proces-verbaal. Een verschil met de sanctie van administratieve geldboeten is dat er voorafgaandelijk een schriftelijke ingebrekestelling moet worden verstuurd en de mogelijkheid aan de overtreder moet worden geboden om gehoord te worden. De afdwingbaarheid van deze maatregel wordt verzekerd doordat het verbaliserende personeelslid eveneens kan overgaan tot verzegeling van de lokalen en/of kamers en tot inbeslagname van materiaal en materieel. Nadat de overtreder behoorlijk in gebreke werd gesteld en hem de mogelijkheid werd geboden om gehoord te worden, kunnen de personeelsleden ter plaatse de stopzetting van de exploitatie bevelen. Dit gebeurt door middel van een schriftelijke akte die de overtreder in kennis stelt en door hem voor ontvangst wordt ondertekend. Als de personeelsleden niemand ter plaatse aantreffen, brengen ze het voormelde bevel op een zichtbare plaats aan. Het bevel tot stopzetting is onmiddellijk van kracht en de uitbater dient zich daarin onmiddellijk te schikken. De vaststellingen tot stopzetting van de exploitatie worden vastgelegd in een proces-verbaal. Een afschrift van dat proces-verbaal wordt bezorgd aan de Vlaamse minister, bevoegd voor het toerisme, met een aangetekende brief, per fax of elektronisch, als dat een ontvangstbewijs van de geadresseerde oplevert. Op straffe van verval moet de minister het bevel tot stopzetting van de exploitatie bekrachtigen binnen een termijn van vijftien kalenderdagen na de ontvangst van het proces-verbaal en nadat de betrokkene of in voorkomend geval zijn gemachtigde het recht werd geboden om nogmaals gehoord te worden. De beslissing tot bekrachtiging wordt binnen vijf werkdagen verzonden naar de overtreder of diens gemachtigde, de burgemeester, de eigenaar van het pand wanneer dit een andere is dan de uitbater, en het Departement internationaal Vlaanderen. Bij niet bekrachtiging of wanneer de bekrachtiging aan de overtreder niet binnen de 20 dagen na het bevel tot stopzetting werd betekend, vervalt dit bevel en kan de uitbater verder exploiteren. In geval van betwisting kan met een procedure, zoals in kort geding, de opheffing van de maatregel tot gedwongen stopzetting, gevorderd worden. De vordering wordt gebracht voor de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg in wiens rechtsgebied het toeristisch bedrijf ligt. Anders dan bij de administratieve geldboeten kan het wederrechtelijk houder zijn van een officieel herkenningsschild en/of het gebruik maken van een beschermde benaming (bv. “reisbureau”, “hotel”, “bed & breakfast”, “auberge”, …) geen aanleiding zijn om over te gaan tot bevel tot onmiddellijke stopzetting.
d) Toezicht en handhaving 2013 in cijfers i. Inleiding In 2013 werd verder gevolg gegeven aan de door de minister goedgekeurde prioriteitennota van 26 september 2012.
8
In 2013 werd de administratieve sanctieprocedure opnieuw opgestart ten aanzien van die logies die in het verleden reeds voorwerp waren van een procedure bij de cel Handhaving en zich ondanks een administratieve sanctie nog niet in regel stelden.
Daarnaast werd in 2013 ook extra aandacht besteed aan logies waarvan de bestaande vergunning werd ingetrokken of geschorst door de secretaris-generaal wegens het ontbreken van een geldig attest van brandveiligheid / achterstallig onderhoud en hygiëne. Voor de verschillende logies in deze situatie, die werden overgemaakt door de dienst Toeristische Vergunningen, werd de procedure tot onmiddellijke stopzetting van de exploitatie opgestart. Verder waren er diverse acties van de cel Handhaving gericht op kleinschalige logies. Zo werd in eerste instantie een actie gestart in de verschillende kunststeden (en Hasselt) – categorie gastenkamers. Tegen het einde van 2013 werd deze gerichte actie uitgebreid. Eind 2013 werd gestart met het onderzoeken en verbaliseren van de exploitatie van gastenkamers die gekend zijn bij de dienst Toeristische Vergunningen en die aangemeld noch vergund zijn. Deze actie is nog lopende en zal verder opgevolgd worden in 2014. In 2013 werd ook werk gemaakt van actieve opsporing van illegale toeristische logies door de cel Handhaving. Indien de logies nog niet bekend zijn bij de dienst Toeristische Vergunningen, wordt de exploitant in eerste instantie aangeschreven met een verwijzing naar de aanmeldings- en vergunningsplicht binnen het Toeristische Logiesdecreet. Verder werd in 2013 een informatiebrochure ontworpen door de cel Handhaving – in overleg met de dienst Toeristische Vergunningen. Dit vanuit de ambitie van de cel Handhaving om in eerste instantie zoveel mogelijk exploitanten aan te sporen nog uit de illegaliteit te treden tijdens de handhavingsprocedure. Exploitanten slaan vaak in paniek bij het onaangekondigde bezoek van de inspecteur van de cel Handhaving en de dreiging van een administratieve geldboete. Het mondeling toelichten van het onderscheid tussen de cel Handhaving – dienst Toeristische Vergunningen wordt vaak niet gehoord. Door de mondelinge toelichting tijdens het inspectiebezoek en het aansluitend afgeven van de infobrochure hoopt de cel Handhaving alvast dat de respons van de exploitanten om zich te confirmeren met het Toeristische Logiesdecreet nog vergroot in de toekomst. ii.
Actieve opsporingen
In 2013 werden er door de cel Handhaving 44 dossiers actief opgespoord die in overtreding waren met het Logiesdecreet. Deze logies worden in eerste instantie overgemaakt en opgevolgd door dienst Toeristisch Vergunningen. Deze dienst heeft deze logies aangeschreven n.a.v. aanmeldings- of vergunningsplicht van het logies. Drie exploitanten stelden zich ondertussen in regel met het logiesdecreet. Indien de exploitant van deze logies niet de gepaste acties nam binnen de gevraagde termijn wordt door de cel Handhaving de procedure opgestart tot het nemen van een administratieve sanctie. Voor twee dossiers bleek na grondig onderzoek en een onderzoek ter plaatse door de cel Handhaving dat deze logies niet langer werden uitgebaat als toeristisch logies ondanks het feit dat zij nog voorkomen op diverse websites. De overige dossiers zijn momenteel nog lopende. iii.
Procedure administratieve geldboete
De procedure tot het opleggen van een administratieve geldboete wordt meestal toegepast voor dossiers die voor een eerste maal door de cel Handhaving worden behandeld. De procedure tot het opleggen van een administratieve geldboete vangt aan met een onderzoek waarna een proces-verbaal van vaststelling wordt
9
opgemaakt indien blijkt dat er sprake is van een overtreding van het Toeristische Logiesdecreet. De secretarisgeneraal beschikt over een periode van zes maanden om een administratieve geldboete op te leggen. Deze termijn wordt gezien als een vervaltermijn en is een termijn waarbinnen een bepaalde bestuurshandeling dient te gebeuren ten laatste op de laatste dag van de termijn, zoniet vervalt het recht om de bestuurshandeling te stellen. Deze termijn is tevens noodzakelijk om de dossiers conform de procedure te verwerken met inachtname van de verschillende regels van fair play, hoorplicht en behoorlijk bestuur. In eerste instantie streeft de cel Handhaving ernaar dat exploitanten zich alsnog in regel stellen binnen deze termijn. Overtreders, zeker indien het kleinschalige logies betreft, lijken vaak niet op de hoogte van het bestaan van het Toeristische Logiesdecreet en de bijhorende aanmeldings- / vergunningplicht.
1. Opgestarte onderzoeken De cel Handhaving startte in 2013 een onderzoek naar 282 mogelijke overtreders van het Logiesdecreet. Opgestarte dossiers per provincie:
Opgestarte dossiers per provincie 135 140 120 100 80 60 40
51
44 22
30
20 0
2. Gerichte handhavingsacties binnen de opgestarte onderzoeken
a) Actie kleinschalige logies kunststeden: 27 handhavingsdossiers werden opgestart ten aanzien van de categorie Gastenkamers (kleinschalige logies) specifiek gelegen in de Kunststeden + Hasselt die gekend waren bij de dienst Toeristische Vergunningen. Deze acties resulteerde in een onderzoek naar 27 exploitaties. Voor elf dossiers bleek na grondig onderzoek en een onderzoek ter plaatse dat deze gastenkamers niet langer werden uitgebaat als toeristisch logies ondanks het feit dat zij nog voorkomen op diverse websites. Uiteindelijk resulteerde deze actie in zestien processenverbaal. De opmaak van zestien processen-verbaal had tot gevolg dat: acht exploitanten zich regulariseerden nog voor de hoorzitting in het kader van de administratieve geldboete plaats vond;
10
-
één exploitant zich in orde stelde door een erkenning aan te vragen in het kader van het decreet Toerisme voor Allen; één exploitant zijn gastenkamerexploitatie stopzette dadelijk na de opmaak van het proces-verbaal;
Er werden zes hoorzittingen georganiseerd voorafgaand aan het eventueel opleggen van een administratieve geldboete. Na de hoorzitting regulariseerden twee exploitanten zich door de vergunningen te bekomen. Voor vier logies is de procedure tot opleggen van een administratieve boete nog lopende. b) Actie ingetrokken vergunningen wegens ontbreken attest brandveiligheid / achterstallig onderhoud en hygiëne: In 2013 werden 23 dossiers overgemaakt door de dienst Toeristische Vergunningen aan de cel Handhaving waarvan de vergunning werd ingetrokken of geschorst wegens het ontbreken van een geldig attest van brandveiligheid / achterstallig onderhoud en hygiëne. Vijf logies werden onmiddellijk in regel gesteld nog voor acties van de cel Handhaving mogelijk waren. Drie logies bleken niet langer in exploitatie. Eén dossier werd on hold geplaatst door een gerechtelijke procedure. Twee stelden zich in regel tijdens de procedure van de cel Handhaving. De resterende twaalf dossiers werden allemaal in gebreke gesteld door de cel Handhaving. In vijf dossiers werd de stopzetting betekend en bekrachtigd. Voor zeven dossiers is de procedure nog lopende en is het betekenen van de gedwongen stopzetting van de exploitatie voorzien begin 2014. 3. Opgestelde processen-verbaal Van de 282 onderzoeken die werden opgestart, resulteerden er uiteindelijk 233 in een effectief procesverbaal. Voor 70 dossiers bleek na grondig onderzoek en een onderzoek ter plaatse dat deze logies niet langer werden uitgebaat als toeristische logies. Door de cel Handhaving werden er dan ook 70 processen-verbaal ongegrond opgemaakt. Er werden 163 effectieve processen-verbaal opgemaakt waarvoor de procedure tot het opleggen van een administratieve geldboete werd opgestart. Effectieve processen-verbaal per provincie
Effectieve PV's per provincie 109
120 100 80 60 40 20 0
11
49 34 18
23
Effectieve processen-verbaal per sector:
Effectieve PV's per sector 140 120 100 80 60 40 20 0
130
69 25 7
2
a) Georganiseerde hoorzittingen voorafgaand aan het eventueel opleggen van een administratieve geldboete In 2013 werden er door de cel Handhaving 108 hoorzittingen georganiseerd in het kader van de procedure tot het opleggen van een administratieve geldboete. De dossiers worden per regio geclusterd om zo de hoorzittingen te laten doorgaan in de verschillende Vlaamse Administratieve Centra’s van de Vlaamse Overheid. Dit maakt het voor de ondernemers vaak makkelijker om op deze hoorzitting aanwezig te zijn. Algemeen kan gesteld worden dat in het overgrote deel van de gevallen de exploitant aanwezig is op de hoorzitting. Door de indiening van een gemotiveerd verzoek kan de hoorzitting eventueel verplaatst worden naar een later tijdstip. Indien de exploitant niet aanwezig kan zijn op de hoorzitting, wordt hem steeds de mogelijkheid geboden om een schriftelijk verweer in te dienen.
b) Dossiers die zich in regel hebben gesteld voor het einde termijn PV - opleggen administratieve geldboete De verschillende administratieve sanctieprocedures van de cel Handhaving zijn er in eerste instantie op gericht om de exploitant ervan te overtuigen zich in regel te stellen met het Toeristisch Logiesdecreet. Het bestraffen behoort in Vlaanderen tot de rechterlijke bevoegdheid. Bijgevolg wordt de exploitant in eerste instantie nog de mogelijkheid geboden om zich in regel te stellen met het Toeristisch Logiesdecreet. Indien de exploitant gevolg geeft aan deze mogelijkheid wordt afgezien van een administratieve sanctie. In 2013 hebben 78 dossiers zich in regel gesteld tijdens de procedure tot het opleggen van een administratieve geldboete. Zij bekwamen de benodigde aanmelding / vergunning en bijgevolg werd afgezien van een administratieve sanctie.
12
c)
Oplegging van geldboetes
In 2013 werden er 52 administratieve geldboetes opgelegd voor een totaal bedrag van € 221.650.
Sector
Aantal opgelegd
boetes Totaal boetes
bedrag Gemiddeld boetebedrag
Percentage totaal
GK H OT
4 41 7
€ 10.250,00 € 175.300,00 € 36.100,00
€ 2.562,50 7,7% € 4.275,60 78,85% € 5.157,14 13,45%
TOTALEN
52
€ 221.650,00
€ 4.262,50 100%
v/h
In 2013 werden drie opgelegde administratieve geldboetes herzien door de secretaris-generaal van het Departement internationaal Vlaanderen. Twee administratieve boetes werden herzien gezien de exploitatievergunning uiteindelijk werd bekomen binnen de gestelde termijn. Eén boete werd kwijt gescholden wegens administratieve procedurefouten bij de vergunningaanvraag.
d) Het effect van de opgelegde administratieve geldboetes: Van de 52 dossiers waarin een administratieve geldboete werd opgelegd stelden slechts 22 exploitanten zich vrij snel na het opleggen van een eerste administratieve geldboete in regel met het Toeristisch Logiesdecreet. De exploitanten die zich in regel stelden met het Logiesdecreet deden dit binnen een termijn van drie maanden nadat de administratieve sanctie werd opgelegd.
Effect van de opgelegde administratieve geldboetes 7
In regel binnen 1 maand 9
30
In regel binnen 2 maand In regel binnen 3 maand
6 Niet in regel na 3 maand
In 30 dossiers liet de exploitant na om zich in regel te stellen met het Toeristisch Logiesdecreet na het opleggen van een eerste administratieve geldboete. Gemiddeld werd door de cel handhaving na een periode van vier maanden in deze dossiers een nieuwe procedure gestart wegens het verder illegaal exploiteren van een toeristisch logies. In 2013 werd voor zeventien van deze dossiers de procedure tot onmiddellijke stopzetting opgestart. In één dossier werd een tweede procedure tot het opleggen van een administratieve
13
geldboete opgestart. In twee dossiers werd de tweede procedure – procedure tot het betekenen van de onmiddellijke stopzetting reeds helemaal doorlopen. Deze twee exploitanten stelden zich binnen de maand in regel na de betekening van de stopzetting. Voor de andere dossiers waarbij een tweede procedure werd opgestart, is deze procedure nog lopende. Aan de resterende twaalf dossiers die reeds beboet werden in 2013 en verder exploiteren zonder over de benodigde aanmelding / vergunning te beschikken, zal begin 2014 hoogste prioriteit gegeven worden voor verdere opvolging door de cel Handhaving. e)
Inning van geldboetes
In 2013 werden 24 administratieve geldboetes volledig geïnd voor een totaalbedrag van €65.232,00. €10.382 (15,91%) van dit bedrag werd gedwongen ingevorderd via de Centrale Invordering cel van VLABEL (Vlaamse Belastingdienst). Het overige bedrag werd rechtstreeks betaald door de betrokkenen.
Aantal Sector geïnd H 15 OT 9 TOTALEN 24
14
boetes Totaal bedrag Gemiddeld boetes boetebedrag € 49.382,00 € 3.292,00 € 15.850,00 € 1.761,00 € 65.232,00 € 2.718,00
Percentage v/h totaal 61,54% 37,46% 100%
iv.
Procedure tot het uitvaardigen van een bevelschrift tot onmiddellijke stopzetting
In 2013 werd deze procedure overwegend toegepast om een halt toe te roepen aan exploitaties waarvan de bestaande vergunning werd ingetrokken of geschorst door de dienst Toeristische Vergunningen wegens het ontbreken van een geldig attest van brandveiligheid / achterstallig onderhoud en hygiëne. Daarnaast werd deze procedure ook toegepast voor exploitaties die reeds eerder voorwerp waren van een administratieve sanctieprocedure - ,opleggen van een administratieve geldboete van de cel Handhaving. Zij kregen reeds een sanctie opgelegd, maar blijven verdergaan met de illegale exploitatie van hun logies. 1. Ingebrekestellingen voorafgaand aan het eventuele bevel tot onmiddellijke stopzetting van de exploitatie In 2013 werden 34 exploitanten in gebreke gesteld wegens het uitbaten van een onvergund / niet aangemeld toeristisch logies. Deze ingebrekestelling betekent ineens ook de opstart van de procedure tot onmiddellijke stopzetting van de exploitatie. Ingebrekestelling per sector:
Ingebrekestellingen per sector 19 20 18 16 14 12 10 8 6 4 2 0
11
3 0
0
2. Hoorzittingen voorafgaand aan het eventuele bevel tot onmiddellijke stopzetting In het kader van de procedure tot onmiddellijke stopzetting werden 30 exploitanten uitgenodigd om te verschijnen op de georganiseerde hoorzitting alvorens over te gaan tot het betekenen van het bevelschrift tot onmiddellijke stopzetting teneinde hun rechten te verdedigen. Eén exploitant stelde zich in regel voor de hoorzitting plaats vond. Voor drie dossiers werd de hoorzitting ingepland begin 2014. De dossiers worden per regio geclusterd om zo de hoorzittingen te laten doorgaan in de verschillende Vlaamse Administratieve Centra’s van de Vlaamse Overheid. Dit maakt het voor de ondernemers vaak makkelijker om op deze hoorzitting aanwezig te zijn. Algemeen kan gesteld worden dat in het overgrote deel van de gevallen de exploitant aanwezig is op de hoorzitting. Door de indiening van een gemotiveerd verzoek kan de hoorzitting eventueel verplaatst worden naar een later tijdstip. Indien de exploitant niet aanwezig kan zijn op de hoorzitting, wordt hem steeds de mogelijkheid geboden om een schriftelijk verweer in te dienen.
15
3. Dossiers die zich in regel gesteld hebben voor de gedwongen stopzetting werd uitgevaardigd Om de ernst van de procedure tot onmiddellijke stopzetting duidelijk te maken aan de exploitant wordt de voorgenomen datum van de betekening van de stopzetting aan de exploitant gecommuniceerd tijdens de hoorzitting. Dit mist zijn effect niet. In 2013 stelden acht exploitanten zich in regel met het Toeristisch Logiesdecreet nadat de procedure tot onmiddellijke stopzetting werd opgestart maar nog voor de betekening van het bevelschrift plaatsvond. Indien er een volledig vergunningsdossier werd ingediend door de exploitant op het ogenblik dat de betekening zou plaatsvinden schorst de cel Handhaving de procedure tot het betekenen van de stopzetting en wacht zij de uitspraak in het vergunningsdossier af. Vijf exploitanten bekwamen de aanmelding/vergunning tijdens de procedure. Drie exploitanten hebben hun toeristische exploitatie vrijwillig stopgezet naar aanleiding van de procedure tot het uitvaardigen van een bevelschrift tot onmiddellijke stopzetting.
4. Aantal uitgevaardigde bevelschriften tot stopzetting In zestien dossiers werd uiteindelijk overgegaan tot het uitvaardigen van een bevelschrift tot onmiddellijke stopzetting. Van deze bevelschriften werden er dertien bekrachtigd binnen de gestelde termijn door de minister. In drie dossiers ging de minister niet over tot bekrachtiging. Voornaamste reden tot niet bekrachtiging was het faillissement van de exploitant / het indienen van een volledig vergunningsdossier nadat het bevelschrift ter plaatse werd betekend. Voor acht dossiers werd de hoorzitting reeds georganiseerd in 2013. Het betekenen van het bevelschrift tot onmiddellijke stopzetting ter plaatse is voorzien in januari / februari 2014.
5. Het effect van het bevelschrift tot onmiddellijke stopzetting: Van de dertien bekrachtigde stopzettingen stelden slechts drie exploitanten zich in regel met het Toeristisch Logiesdecreet door het bekomen van een geldige exploitatievergunning. De exploitanten die zich in regel stelden met het Logiesdecreet deden dit binnen een termijn van gemiddeld drie maanden nadat stopzetting werd bekrachtigd. De cel Handhaving volgt de dossiers waarvan het bevelschrift tot onmiddellijke stopzetting werd bekrachtigd verder op en doet regelmatig controles via diverse kanalen om na te gaan of het bevelschrift tot onmiddellijke stopzetting wordt gerespecteerd. Indien noodzakelijk wordt een bijkomend bezoek ter plaatse gebracht om aldaar de werkelijke exploitatie situatie na te gaan. Deze diverse controles gaven uiteindelijk aanleiding tot het opmaken van twee bijkomende processen-verbaal van vaststelling gezien bleek dat het bekrachtigde bevelschrift tot onmiddellijke stopzetting niet werd gerespecteerd. In één dossier werd een bijkomende administratieve geldboete aan de exploitant opgelegd wegens het exploiteren van een toeristisch logies zonder vergunning / het niet respecteren van het bekrachtigde stopzettingsbevel. In het tweede dossier werden door de burgemeester bijkomende acties ondernomen om het toeristisch logies te sluiten wegens klachten i.v.m. onderhoud en hygiëne. Hierdoor werd het bekrachtigde stopzettingsbevel toch nageleefd. Er werden geen bijkomende sancties opgelegd door de cel Handhaving.
16
v.
Gerechtelijke beroepsprocedures
1. Procedures tegen de beslissing tot het opleggen van de administratieve geldboete In 2013 ontving het Departement internationaal Vlaanderen twaalf verzoekschriften tot beroep tegen de opgelegde administratieve geldboete. Het aantal verzoekschriften is fors toegenomen ten opzichte van 2012. Dit is te wijten aan het feit dat er meer administratieve geldboetes werden opgelegd in 2013. Deze stijging van het aantal beroepsprocedures brengt eveneens een extra werkbelasting mee voor de personeelsleden van de cel Handhaving. Hoewel in de verschillende dossiers een raadsman wordt aangesteld, mag de extra administratieve belasting door deze procedures niet onderschat worden.
2. Procedures tegen de beslissing tot het uitvaardigen van een bevelschrift tot onmiddellijke stopzetting Eén exploitant is een rechtszaak onmiddellijke stopzetting.
begonnen tegen het uitgevaardigde / bekrachtigde bevelschrift tot
3. Uitspraken in gerechtelijke procedures In 2013 werden verschillende uitspraken bekomen naar aanleiding van rechterlijke procedures gestart na het opleggen van een administratieve geldboete in het kader van het Toeristisch Logiesdecreet. Er werden zeven vonnissen bekomen. Op één vonnis na waren deze allen gunstig voor het Vlaamse Gewest. De andere rechtszaken werden integraal gewonnen door het Vlaamse Gewest. Ook verschillende aanvragen van eisers tot het verminderen van het bedrag van de opgelegde administratieve geldboetes werden afgewezen door de dienstdoende rechters. 4. Lopende rechtszaken Naast de nieuw ingestelde rechtszaken zijn er nog verschillende rechtszaken lopende wegens het opleggen van een administratieve geldboete / uitvaardigen van een bevel tot stopzetting uit voorgaande jaren. Er moet worden vastgesteld dat deze procedures vrij lang aanslepen bij verschillende rechtbanken.
e) Managementindicatoren De werking van de cel Handhaving wordt intern opgevolgd aan de hand van een aantal managementindicatoren.
17
2012
2013
0 232 100 20 66
44 282 163 70 108
Aantal dossiers die zich in regel hebben gesteld voor einde termijn PV - opleggen administratieve geldboete Aantal opgelegde geldboetes Aantal ingebrekestellingen voorafgaand aan het eventuele bevel tot onmiddellijke stopzetting van de exploitatie
25
78
28 1
52 34
Aantal door het departement georganiseerde hoorzittingen voorafgaand aan het eventuele bevel tot onmiddellijke stopzetting van de exploitatie
1
30
Aantal dossiers die zich in regel hebben gesteld voor de gedwongen stopzetting werd uitgevaardigd
0
8
Aantal uitgevaardigde bevelschriften tot stopzetting Aantal rechtszaken in het kader van handhavingsprocedures
1 5
16 13
84.978,00 39.840,61
221.650,00 65.970,40
Aantal actieve opsporingen Aantal dossiers in onderzoek Aantal opgestelde processen-verbaal gegrond Aantal opgestelde processen-verbaal ongegrond Aantal door het departement georganiseerde hoorzittingen voorafgaand aan het eventueel opleggen van een administratieve geldboete
Totaal bedrag van de opgelegde boetes (bruto) Totaal bedrag van de geïnde boetes (netto)
f)
Efficiëntie-indicatoren
In het kader van het meerjarenprogramma ‘Slagkrachtige overheid’ heeft de Studiedienst van de Vlaamse Regering per beleidsdomein van de Vlaamse overheid een beperkte set efficiëntie-indicatoren gedefinieerd, die door de Vlaamse Regering werden goedgekeurd en die toelaten om de efficiëntie van de Vlaamse overheid in kaart te brengen en de evolutie te volgen. Voor de cel Handhaving werden de volgende indicatoren gedefinieerd: Interne beheerskosten (personeel, werking, IT, uitbesteding) uitgedrukt in euro per aantal geverbaliseerde exploitaties, per aantal euro opgelegde boetes, en per aantal euro geïnde boetes. Aantal VTE dat wordt ingezet per aantal geverbaliseerde exploitaties, per aantal euro opgelegde boetes en per aantal euro geïnde boetes. Aantal geverbaliseerde toeristische logies. Overzicht van de interne beheerskosten van de cel Handhaving: Interne beheerskosten Personeel Werking IT-ondersteuning Uitbesteding Totaal
18
2012
2013
144.410,92 9.613,57 1.919,86 19.749,00 175.693,35
170.159,70 4.203,04 1.815,67 65.150,50 241.328,91
Efficiëntie-indicatoren Efficiëntie-indicatoren 2012 Interne beheerskosten (personeel, werking, IT, uitbesteding) uitgedrukt in euro per 10 geverbaliseerde exploitaties 17.569,34 euro Interne beheerskosten (personeel, werking, IT, uitbesteding) uitgedrukt in euro per 1.000 euro opgelegde boetes 2.067,51 euro Interne beheerskosten (personeel, werking, IT, uitbesteding) uitgedrukt in euro en per 1.000 euro geïnde boetes 4.409,91 euro Aantal VTE dat wordt ingezet per 10 geverbaliseerde exploitaties 0,24 VTE Aantal VTE dat wordt ingezet per 1.000 euro opgelegde boetes 0,028 VTE Aantal VTE dat wordt ingezet per 1.000 euro geïnde boetes 0,061 VTE Aantal geverbaliseerde toeristische logies 100
19
2013 10.357,47 euro 1.088.75 euro 3.658,14 euro 0,11 VTE 0,011 VTE 0,038 VTE 322