Jaarplan Integrale Handhaving 2013

Jaarplan Integrale Handhaving 2013


Inhoudsopgave 1. Inleiding

3

2. Taskforce overlast openbare ruimte

4

3. Prioriteiten en inspanningen per cluster

5

3.1 Cluster A: Inrichtingen, gebouwen en bouwwerken

5

3.1.1 Prioriteiten algemeen 3.1.2 Specifieke activiteiten 3.2 Cluster B: Openbare ruimte

12

3.2.1 Prioriteiten algemeen 3.2.2 Specifieke activiteiten 3.3 Bestuurlijke (keten)aanpak en vrijplaatsen

19

3.4 Communicatie

20

4. Ontwikkeling kwaliteit en professionaliteit

21

Pagina 2/23


1. Inleiding Dit jaarplan geeft inzicht in de toezichts- en handhavingsactiviteiten die in 2013 worden ingezet op de gemeentelijke handhavingstaken. 1.1 Aandachtspunten en ontwikkelingen in 2013 Leefbaarheid en veiligheid blijven op basis van het collegeprogramma de voornaamste thema’s in 2013. De Taskforce Huisvesting Arbeidsmigranten is eind 2012 opgeheven, vanwege goede resultaten. Dit betekent echter niet dat toezicht en handhaving op illegale kamerverhuurpanden losgelaten wordt. Binnen het reguliere werk blijft dit thema de bijzondere aandacht houden en wordt er stevig op ingezet. Ook bij de panden met vergunning vinden periodieke controles plaats. De Taskforce Overlast openbare ruimte wordt in 2013 voortgezet en uitgebreid met de doelgroepen overlastgevende en mogelijk criminele personen in het centrum en overlastgevende jeugd(groepen). Handhaving maakt een belangrijk onderdeel uit van het totaalpakket aan maatregelen dat wordt ingezet. Binnen het cluster Inrichtingen, gebouwen en bouwwerken wordt het integrale Wabo-toezicht, ook wel bekend als ‘vernieuwing toezicht OZHZ’ per 2013 volledig toegepast. De aandacht gaat hierbij vooral uit naar toezicht in de gebruiksfase van inrichtingen en gebouwen die hoog scoren in de risicomatrix. Vanwege bestuurlijke prioriteit wordt inzet gepleegd op extra sectoraal toezicht op brandveilig gebruik van zorginstellingen, themagericht toezicht milieu (o.a. vuurwerkinrichtingen, horecageluid, Energieprogramma Drechtsteden), funderingsherstel, toezicht bij grote evenementen en de bestuurlijke aanpak van criminaliteit. In 2013 wordt extra aandacht gegeven aan de inzet van communicatiemiddelen om naleving te bevorderen. Per 1 januari 2013 is de gemeente verantwoordelijk voor het toezicht op de gewijzigde Drank- en Horecawet. In het eerste halfjaar wordt de uitvoering voorbereid, zodat vanaf het derde kwartaal uitvoering gegeven kan worden aan deze taak. Dit zal gepaard gaan met de nodige communicatie in de richting van belanghebbenden. Vanuit de invalshoek openbare orde houdt de politie toezicht op de horecazaken, waarbij coffeeshops en prostitutiebedrijven bijzondere aandacht krijgen. Op de kwaliteit van kinderopvanginstellingen wordt door de GGD scherp toegezien. Vroeg in het jaar wordt met de branche gecommuniceerd over gewijzigde weten regelgeving en prioriteiten in het toezicht.

Binnen het cluster Openbare ruimte wordt gericht inzet gepleegd op de 5 thema’s met prioriteit, evenementen en toezicht op betaald parkeren. Daarbij worden de boa’s in de gebieden integraal ingezet. Toezicht werkt nauw samen met de politie en gemeentelijke (beleids)afdelingen. Aandacht is er binnen dit cluster verder voor de weekmarkten, illegale boomkap en het (illegaal) in gebruik nemen van gemeentegrond. Ook in de Biesbosch wordt toezicht gehouden, ter bevordering van een goede recreatie, voorkoming van overlast en bescherming van de natuur. De samenwerking met andere overheden in het kader van de bestuurlijke aanpak van criminaliteit in RIEC-verband richt zich ook in 2013 op de thema’s mensenhandel, vastgoed, hennep en de inzet van het Bibob-instrumentarium. 1.2 Handhavingsprogramma De basis voor dit jaarplan is gelegen in het Integraal Handhavingsprogramma 2011-2015, het beleidskader voor de uitvoering van de gemeentelijke handhaving. Prioriteiten en doelstellingen zijn hierin door de raad vastgelegd. Het handhavingsprogramma stimuleert een integrale en professionele uitvoering van de handhaving en geeft een eenduidig en integraal inzicht in de jaarlijkse gemeentelijke handhavingsactiviteiten. Het programma bevordert daarnaast de kwaliteit van de handhavingsorganisatie en bewaakt de lange(re)- termijndoelstellingen. Afwijkingen daarvan worden gesignaleerd en door opdrachtgevers opgepakt. Op integrale wijze worden sectoren, uitvoeringsdiensten en externe partners onderling verbonden om beleidsdoelen te bereiken. Het jaarplan bevordert bovendien de democratische legitimatie en kenbaarheid naar burgers en bedrijven. 1.3 Leeswijzer Hoofdstuk 2 geeft inzicht in de (handhavings)inspanningen van de taskforce Overlast openbare ruimte. De inzet die in 2013 wordt geleverd op de overige handhavingsprioriteiten is opgenomen in hoofdstuk 3. Daarbij is onderscheid gemaakt tussen cluster A: Inrichtingen, gebouwen en bouwwerken en cluster B: Openbare ruimte. Ook is er aandacht voor de bestuurlijke aanpak van criminaliteit en voor communicatie in het kader van handhaving. In hoofdstuk 4 wordt, in de vorm van een matrix, aangegeven welke inspanningen in 2013 worden gepleegd om de kwaliteit en professionaliteit van de handhavingsorganisatie(s) te bevorderen. Pagina 3/23


2. Taskforce overlast openbare ruimte Per 2013 is nog één taskforce actief: de Taskforce Overlast openbare ruimte. De Taskforce Huisvesting Arbeidsmigranten is eind 2012 opgeheven. Wel blijft er bijzondere aandacht bestaan voor de huisvesting van arbeidsmigranten en toezicht en handhaving op (il)legale kamerverhuurpanden. Dit is verankerd in het reguliere werk. Zie hiervoor § 3.1.1. In de kadernota 2013 is hiervoor een bedrag beschikbaar gesteld voor de jaren 2013 en 2014. Onderstaande tabel geeft weer wat de Taskforce Overlast openbare ruimte wil bereiken en welke middelen daarvoor worden ingezet. Programmabegroting 2011 en Meerjarenbegroting 2012-2014: ‘We introduceren twee taskforces. De eerste heeft als doel om overlastgevers aan te pakken. Wij staan een integrale ketenaanpak voor in samenwerking met andere instanties, die met de doelgroepen te maken hebben, zowel in de preventieve, curatieve en repressieve zin. Kortom, een gecombineerde zachte en harde aanpak. Deze is sterk actiegericht met nadruk op toezicht en handhaving, maar gaat eveneens gepaard met het aanbod van voorzieningen voor de doelgroep. Daarbij willen wij voldoende maatschappelijke opvang voor kwetsbare groepen bieden, maar concentratie van deze voorzieningen tegengaan. We willen voorkomen, dat door strengere handhaving alleen de overlast binnen de stad verschuift. Ook voeren we in dit kader concrete acties uit, zoals een tijdelijke toezichtspost in het gebied Kasperspad/Vrieseplein.’

A. Taskforce Overlast openbare ruimte

Portefeuillehouder: Wethouder Reynvaan

Doelgroepen: De taskforce richt zich op de aanpak van overlast veroorzaakt door groepen van overlastgevers in twee gebieden: 1. De ‘100’ + ‘35’ verslaafde dak- en thuislozen in het centrum van Dordrecht; 2. De ‘140’ overlastgevende en mogelijk criminele personen in de Colijnstraat en omgeving. Vanaf 2013 worden daarnaast ook de volgende doelgroepen meegenomen: 3. De ‘45’ overlastgevende en mogelijk criminele personen in het centrum van Dordrecht; 4. Overlastgevende jeugd voor zover deze voorkomt in de benoemde gebieden. Doelstelling(en): 1. Daling van de werkelijke overlast, als de beleving van die overlast (overlastmeldingen omlaag, cijfers VM omhoog). 2. Duidelijke afspraken maken over het aantal overlastgevende individuen dat via een positief traject -gericht op ondermeer zorg, werk of wonenzijn of haar leven weer op de rails krijgt en geen overlast meer veroorzaakt. De doelstellingen zijn in samenspraak met de betrokken partijen en per doelgroep concreet en afrekenbaar geformuleerd. Specifiek wordt gekeken naar de mate waarin de overlastbeleving is veranderd; gestreefd wordt naar een daling van 2 tiende per jaar. Acties handhaving: T.a.v. alle doelgroepen: - Groepsgerichte en persoonsgerichte aanpak waarin handhaving en zorg hand in hand ingezet worden; - Repressieve maatregelen zoals alcoholverbod en gebiedsverbod; - Inzet van extra toezichthouders - interventieteam van Toezicht; - Aanwijzing veiligheidsrisicogebied t.b.v. mogelijkheid preventief fouilleren.

Deelnemers: - Intern: Maatschappelijke ontwikkeling, Stadsontwikkeling, Stadsbeheer, OOV, Toezicht (handhaving), Sociale Dienst Drechtsteden, SCD.

T.a.v. doelgroep 1: - Mobiele toezichtspost.

- Extern: Politie (handhaving), VH, Dienst PG&J, Leger des Heils, Bouman, Yulius, corporaties, SWA, Reclassering Nederland, Stichting de Plint, ASVZ, Flexus jeugdplein, Trivium Lindehof, Direkshon, PI Rijnmond, PI Dordtse Poorten, Belastingdienst, De Twern, Bureau Jeugdzorg.

T.a.v. doelgroep 2: – Fysieke maatregelen zoals inzet mosquito en wegafsluitingen. – Cameratoezicht. T.a.v. doelgroep 2, 3 en 4: – Handhavingteam: Laatste repressieve maatregel voor de aanpak van overlastgevers, personen die niet bereid zijn hun overlastgevend gedrag te stoppen. Inzet is combinatie van straf-, bestuurs- en privaatrechtelijke maatregelen. Instrument is o.m. het brengen van een huisbezoek aan de overlastgever en zijn familie/vrienden. – Mogelijkheid inzet Voetbalwet Budget voor handhaving € 254.000,-

Pagina 4/23


3. Prioriteiten en inspanningen per cluster Binnen de gemeentelijke handhaving worden de volgende drie clusters onderscheiden: • • •

Cluster A: Inrichtingen, gebouwen en bouwwerken Cluster B: Openbare ruimte Cluster C: Uitkeringen en Leerplicht

Dit hoofdstuk geeft weer welke inzet in 2012 wordt geleverd per cluster op de diverse handhavingsprioriteiten. De indeling is als volgt: eerst worden de inspanningen binnen cluster A: Inrichtingen, gebouwen en bouwwerken weergegeven (§ 3.1), vervolgens de inspanningen voor cluster B: Openbare ruimte (§ 3.2)1 en tot slot de inbreng in de bestuurlijke aanpak van criminaliteit en vrijplaatsen (§ 3.3). In § 3.4 wordt kort aangegeven op welke wijze communicatie wordt ingezet. Voor cluster C: Uitkeringen en leerplicht wordt in dit jaarplan geen inhoudelijke informatie opgenomen.2

3.1 cluster A: Inrichtingen, gebouwen en bouwwerken Binnen de gemeente worden in of vanuit inrichtingen, gebouwen en bouwwerken diverse activiteiten ontplooid, die bepaalde risico’s met zich meebrengen voor gebruikers, bezoekers en omgeving. Deze activiteiten worden genormeerd door bouw- (incl. bestemmingsplan en monumenten), brandveiligheid- en milieuregels. Hierbinnen zijn prioriteiten en doelen voor toezicht en handhaving vastgesteld. Zie § 3.1.1: Prioriteiten algemeen. Daarnaast is een aantal activiteiten onderscheiden waarbij sprake is van afwijkende vorm van gemeentelijke toezicht en handhaving vanwege meer specifieke aandacht voor veiligheid, gezondheid en leefbaarheid. Zie § 3.1.2: Specifieke activiteiten.

Doel uit IHP 2011-2015: Het bewaken en bevorderen van een veilige, leefbare, gezonde en duurzame woon-werk- en leefomgeving. Indicatoren: 1.

70% leeft direct na

2.

25% na een waarschuwing en een hercontrole

3.

In max. 5% is bestuurlijke handhaving nodig

1

3.1.1 Prioriteiten algemeen In het gebruik van een bouwwerk worden drie levensfasen onderscheiden: de oprichtingsfase, de gebruiksfase en de beëindigingfase. Programmatisch toezicht wordt met name gericht op de gebruiksfase van risicovolle activiteiten. Als risicovolle activiteiten worden aangemerkt gebouwen waarin veel (eventueel minder zelfredzame) mensen tegelijk aanwezig zijn, gebouwen die een publieke of openbare functie hebben en/of waar calamiteiten grote gevolgen kunnen hebben. Daarnaast wordt toezicht ingezet in de bouwfase van risicovolle objecten. Veel minder aandacht gaat uit naar sloop- of beëindigingfase van activiteiten. Bij het uit te oefenen toezicht, dat zoveel mogelijk generiek wordt uitgeoefend, wordt gelet op hoofdzaken en niet op bijzaken. De resultaten van de inspecties en de mate van naleving worden geregistreerd en gemonitord om na te gaan in hoeverre de nalevingsdoelstellingen worden behaald. Voor een overzicht van de geprioriteerde activiteiten wordt verwezen naar bijlage 3 van het Integraal Handhavingsprogramma 2011-2015 (op www.dordtveilig.nl).

Meer gedetailleerde informatie is opgenomen in het uitvoeringsplan van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid (voor Cluster A, onderdeel A. Prioriteiten

algemeen) en in het uitvoeringsplan van het Toezichtsbedrijf (voor cluster B, onderdeel A. Prioriteiten algemeen). 2

Inspanningen binnen dit cluster in 2013 zijn voor het Regionaal Bureau Leerplicht en Vroegtijdig Schoolverlaten opgenomen in de begroting 2013 van de Regio

Zuid-Holland Zuid en voor de Sociale Dienst Drechtsteden in de begroting 2013 van de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden. Pagina 5/23


Vernieuwing toezicht: De handhavingsprioriteiten in cluster A werden tot op heden sectoraal bepaald binnen de taakvelden milieu, bouwen en brandveiligheid. Vanaf 2011 wordt echter een nieuwe, integrale prioriterings- en programmerings-systematiek gehanteerd. Met deze systematiek, ook wel aangeduid met ‘vernieuwing toezicht’, wordt geen onderscheid meer gemaakt in sectorale wetgeving, maar zijn alle activiteiten die in gebouwen voorkomen, op basis van samengestelde risico’s per activiteit geprioriteerd. Per 2013 wordt deze systematiek volledig gehanteerd. Dit betekent dat in de gebruiksfase integrale controles worden uitgevoerd.

Naast programmatisch toezicht en handhaving in de drie gebruiksfasen van gebouwen, is een aantal bestuurlijke prioriteiten benoemd waarop in 2013 toezicht en handhaving wordt uitgeoefend. Zo blijft de aanpak van legale en illegale kamerverhuurpanden de bijzondere aandacht houden, weliswaar niet langer in taskforceverband. Hiervoor is vooralsnog een budget beschikbaar van € 441.000,-, waarvan ca. € 114.000 bedoeld is voor hercontroles van vergunde panden. Daarnaast wordt ingezet op extra sectoraal toezicht op brandveilig gebruik van zorginstellingen, themagericht toezicht milieu (o.a. vuurwerkinrichtingen, horeca-geluid, Energieprogramma Drechtsteden), funderingsherstel, toezicht bij grote evenementen en de bestuurlijke aanpak van criminaliteit. In de tabellen op de volgende pagina’s zijn deze prioriteiten opgenomen onder het kopje Prioriteiten en overige toezicht (pagina 8). Ook calamiteiten, meldingen en handhavingsverzoeken worden adequaat opgepakt. Daarbij is rekening gehouden met verzoeken om handhaving vanuit de eigen overheid. Het gaat hierbij om 8 verzoeken op het gebied van brandveilig gebruik vanuit de brandweer, 7 handhavingsverzoeken op het gebied van monumenten, 3 handhavingstrajecten in het kader van overlastgevende panden (hygiënische woonoverlast) en 2 BAG-verzoeken. Extra aandacht wordt besteed aan communicatie als instrument om naleving te bevorderen. Dit wordt zo ingezet, dat achteraf beoordeeld kan worden in hoeverre de gebruikte communicatiemiddelen effectief zijn.

100% capaciteit toezicht en handhaving

De totale capaciteit voor toezicht en handhaving wordt in 2013 als volgt verdeeld:

Voor 2013 is voor toezicht en handhaving het volgende budget begroot: toezicht, incl.

prioriteiten ± 23%

hercontroles en handhaving

programma ± 77%

± 70%

Totaal overzicht T&H 2013 Begroot

in €

Oprichtingsfase

359.314

Gebruiksfase (incl. legale kamerverhuur)

548.983

Illegale kamerverhuur

327.269

± 29% calamiteiten, meldingen en

Beëindigingsfase

handhavingsverzoeken

Prioriteiten en overig toezicht

305.513

Calamiteiten, meldingen en verzoeken

525.337

± 1% Rechtsbescherming

Rechtsbescherming Totaal

86.533

25.155 2.178.104

Dit budget wordt volgens de raming in de tabellen op de volgende pagina’s ingezet. Waar mogelijk is tevens een raming van het aantal controles opgenomen.

Pagina 6/23


BRZO en Externe Veiligheid: Zowel bedrijven die onder de BRZO-regelgeving vallen (BRZO = Besluit Risico’s Zware Ongevallen) als Externe veiligheidrelevante bedrijven (EV-bedrijven) krijgen de nodige aandacht. De BRZO-bedrijven worden jaarlijks samen met de Arbeidsinspectie en regionale brandweer gecontroleerd. In Dordrecht zijn dit Haan Oil Storage B.V. en Transterminal Dordrecht B.V. Een themacontrole EV wordt uitge-voerd bij EVbedrijven. De activiteit waar-door het bedrijf wordt aangemerkt als een EV-bedrijf (bijvoorbeeld alleen de opslag gevaarlijke stoffen groter dan 10 ton), wordt specifiek gecontroleerd. Mocht een bedrijf voor een reguliere controle in aanmerking komen, dan vervalt de themacontrole EV bij dit bedrijf en wordt het externe veiligheids-aspect in de reguliere controle meegenomen.

Pagina 7/23


Pagina 8/23


De omgevingsdienst beschikt over een wachtdienst die 24 uur per dag bereikbaar is. Inwoners in de regio Zuid-Holland Zuid kunnen hier (0888333555) dag en nacht terecht met meldingen van geluids- of stankoverlast en andere milieugerelateerde overlast.

Pagina 9/23


Doel uit IHP 2011-2015: Voorkomen van verstoring van de openbare orde en veiligheid en/of

3.1.2 Specifieke activiteiten Naast de algemene handhavingsopgave ten aanzien van alle inrichtingen, gebouwen en bouwwerken, is er een aantal activiteiten onderscheiden waarbij sprake is van afwijkende vorm van gemeentelijke toezicht en handhaving vanwege meer specifieke aandacht voor veiligheid, gezondheid en leefbaarheid. Per 1 januari 2013 valt hieronder ook het toezicht op de Drank- en Horecawet. Met de inwerkingtreding van de gewijzigde Drank- en Horecawet is de gemeente verantwoordelijk voor het toezicht en de handhaving op de Drank- en Horecawet. In het eerste halfjaar van 2013 wordt de uitvoering voorbereid door bestuurlijke prioriteiten te bepalen en door opleiding en aanwijzing van toezichthouders, zodat vanaf het derde kwartaal toezicht kan worden uitgeoefend. Ook wordt communicatief aandacht besteed aan de gewijzigde Drank- en Horecawet. In regionaal verband wordt in 2013 gewerkt aan een nieuwe gemeentelijke verordening op basis van de Drank- en Horecawet, die in het derde kwartaal aan de raad wordt voorgelegd.

aantasting van het woon- en leefklimaat 1.

Adequaat reageren op klachten en overtredingen van o.a. de AHOJGcriteria

2.

Beëindigen structurele overlast

3.

Adequaat reageren op klachten en

Openbare orde en veiligheid Binnen de bestuurlijke handhaving in het kader van de openbare orde en veiligheid hebben de volgende zaken prioriteit, waarbij voor 2013 de volgende inzet wordt geraamd: Onderwerp

Aantal controles

1. Coffeeshops

96 (8 coffeeshops 1 x per maand)

Budget (€) n.v.t. (Politie)

overtredingen van o.a. Wav of signalen van mensenhandel 4.

Adequaat reageren op klachten en overtredingen

5.

In 2013 wordt het beleid aangepast, als gevolg van het regeerakkoord ‘Bruggen slaan’.

2. Overlastgevende- of

Geen raming, adequaat reageren op

drugspanden

meldingen

3. Prostitutie(bedrijven)

30 (iedere vergunde inrichting 6 x

Veiligheid zeehavenfaciliteiten

onbekend

Er worden extra inspanningen gepleegd op overlast in relatie tot kamerverhuur

n.v.t. (Politie)

per jaar)

Het wetsvoorstel betreffende de Wet Regulering Prostitutie is aangehouden in de Eerste Kamer. Bezien wordt in 2013

bevorderen (tegen terrorisme)

N.B.: De overlastgevende- of drugspanden worden onderscheiden van panden waar (illegale) kamerverhuur plaatsvindt. De huisvesting van arbeidmigranten wordt wel gezien als een risicofactor voor het optreden van overlast vanuit een woning.

Overige inspanningen / bijzonderheden

of, los van het al dan niet doorgaan van de wet, een nieuw

4. Horeca (overig)

Daarnaast bij meldingen van illegale

regionaal handhavingsarrangement en een aanpassing van

situaties of signalen van misstanden

het prostitutiebeleid aan de orde is.

104 (2 bedrijven per week reguliere

n.v.t. (Politie)

controle)

Per 1-1-2013 is de gemeente verantwoordelijk voor toezicht en handhaving van de Drank- en Horecawet. De politie blijft zelfstandig horecacontroles uitvoeren.

Daarnaast bij meldingen / overlast 5. Zeehavenbeveiliging (Port Security)

15 (4 locaties met permanente beveiliging 1 x per 8 maanden, 9 locaties met incidentele beveiliging 1 x per jaar)

Verispect houdt toezicht op de Wet op de Kansspelen.

20.000

Niet alle locaties behoeven permanente beveiliging. 9 van de 13 locaties hebben enkel beveiliging bij een bezoek door een zeeschip.

Het aantal bestuurlijke handhavingszaken ten aanzien van coffeeshops, prostitutiebedrijven en (overige) horeca wordt geraamd op 60, inclusief waarschuwingen (zie tabel op pagina 9, onder Calamiteiten, meldingen en verzoeken). “Verzuip jij je toekomst?!” en de nieuwe Drank- en Horecawet: In het kader van het regionale programma “Verzuip jij je toekomst?!” wordt een aantal maatregelen uitgevoerd om alcoholgebruik en - misbruik onder jongeren (10 t/m 23 jaar) te ontmoedigen / tegen te gaan. Dit zijn met name preventiemaatregelen waarbij gedragsbeïnvloeding door communicatie en voorlichting centraal staan. Per 1 januari 2013 is de gemeente verantwoordelijk voor toezicht en handhaving (zie ook § 3.1.2) van de Drank- en Horecawet.. Dit uitvoering hiervan wordt in nauwe samenhang met het programma van “Verzuip jij je toekomst” voorbereid en ingevuld. Pagina 10/23


Doel uit IHP 2011-2015:

Kinderopvang Er wordt toegezien op de kwaliteitseisen van opvangplaatsen voor kinderen, waarbij voor 2013 de volgende inzet wordt geraamd:

Bevorderen van kwalitatief hoogwaardige kinderopvang

Onderwerp

Aantal controles


Indicatoren:

1. Kinderdagopvang (0-4)

40 risicogestuurd

Voor alle onderwerpen geldt dat incidentele inspecties

1.

In minimaal 80% wordt direct

2 na melding

volledig nageleefd.

2 binnen drie maanden na start exploitatie 2. Buitenschoolse opvang (4-12)

(herinspecties, inspecties na verhuizing, uitbreiding en/of signaal/klacht) niet zijn meegeteld

55 risicogestuurd 3 na melding 3 binnen drie maanden na start exploitatie

Toelichting op TK A en B: TK staat voor Toetsingskader. De items uit deel A zijn opgesteld om te bepalen of het gastouderbureau of de gastouder in het landelijk register opgenomen kan worden. Deze items zijn door middel van een administratief onderzoek te toetsen. Vervolgens vindt een onderzoek op toetsingskader B plaats (de praktijk).

3. Gastouderbureau's

4 risicogestuurd 1 na melding (alleen op TK A) 1 binnen drie maanden na start exploitatie (alleen op TK B)

4. Gastouders

steekproef gastouders 20% op TK B 10% na melding (zowel op TK A als TK B)

steekproef bedraagt 44 gastouders, het aantal nieuwe gastouders wordt geschat op 22.

5. Peuterspeelzalen (2-3) Gastouders die zich in 2013 aanmelden worden zowel op de items uit deel A als op de items uit deel B getoetst. Gastouders die al opvangen (op het eigen woonadres of bij de vraagouder thuis) en geregistreerd zijn, worden door middel van een steekproef getoetst op alle items uit deel B. De steekproef is minimaal 5% en maximaal 30% van de 240 gastouders.

Totaal aantal gastouders in Dordrecht: 220. De

33 inspecties na melding 42 reguliere inspecties

Door omvorming van peuterspeelzaal naar kinderdagverblijven (harmonisering) krijgen de peuterspeelzalen een inspectie na melding en vervolgens een risicogestuurde inspectie. Een aantal hebben de inspectie na melding al in 2012 gehad, vandaar het verschil in aantallen.

Budget (€) in 2013: 216.000, te weten: € 140.000 kinderopvang € 76.000 peuterspeelzalen

Toelichting In 2013 wordt een vervolg gegeven aan preventieve handhaving, dat wil zeggen communicatie vooraf over de gewijzigde weten regelgeving en de prioriteiten in het toezicht, om een gedragsbeïnvloeding te bewerkstelligen. Het toezicht op de kwaliteit van de kinderopvang wordt risicogestuurd ingezet en vindt tevens onaangekondigd plaats. De inspectieactiviteit wordt ingezet op basis van het risicoprofiel van de opvanglocatie. Door middel van het landelijke model risicoprofiel stellen de toezichthouders van iedere locatie een risicoprofiel op (groen, geel, oranje of rood). De uitkomsten worden benut voor het bepalen van de vorm en mate van een volgend onderzoek, dit leidt tot een inspectie op maat voor iedere locatie en kan, al naar gelang de kleur, intensiever of juist minder intensief zijn. Om het toezicht op de gastouders beter te laten aansluiten bij de verantwoordelijkheid van het gastouderbureau, controleert de GGD in 2013 jaarlijks een selectie van gastouders. Dit is onderdeel van de controle op het gastouderbureau.

Pagina 11/23


3.2 cluster B: Openbare ruimte Binnen de openbare ruimte zijn leefbaarheid en veiligheid de speerpunten uit het Politiek akkoord 2010-2014. Vooral de aanpak van overlast door het gedrag van individuen of groepen en het waarborgen van een goede bereikbaarheid en verkeersveiligheid in de stad staan centraal. Er zijn vijf thema’s met prioriteit en twee onderwerpen die naast deze thema’s ook prioriteit hebben, zie §3.2.1. Daarnaast is er een aantal specifieke activiteiten/gebieden waarbij handhaving wordt ingezet, zie §3.2.2. 3.2.1 Prioriteiten algemeen Binnen alle gemeentelijke taken die vallen onder toezicht in de openbare ruimte zijn vijf thema’s met prioriteit en een tweetal overige prioriteiten benoemd (zie kantlijn). Toezichthouders worden gericht ingezet op activiteiten die binnen de thema’s de hoogste prioriteit hebben, zoals bepaald in bijlage 4 bij het Integraal Handhavingsprogramma 2011-2015. Op basis van een analyse van veiligheids- en leefbaarheidscijfers, ervaringen uit eerdere jaren en afspraken met opdrachtgevers is de beschikbare capaciteit aan de gebieden en onderwerpen toebedeeld. A. Top vijf prioriteiten 1

Overlastgevende groepen en personen

2

Hondengerelateerde overlast

3

Rommel op straat

4 5

Uitgangspunt bij de inzet op de vijf thema’s is de gebiedsgerichte en integrale aanpak. De politie pleegt ook inzet op deze thema’s. Afspraken over wie wanneer en waarop toezicht uitoefent zijn gemaakt in driehoeksverband. Toezicht zet in 2013 ongeveer 60.000 uur3 in voor toezicht in de openbare ruimte. Uitgangspunt is dat van het aantal productieve uren de verhouding buiten – binnen is: 90% buiten en 10% binnen. De totale begroting van Toezicht bedraagt circa € 5.000.000,-.

Bekrassen, bekladden, (overig) vandalisme

Onderstaande tabel geeft de inzet in uren weer zoals voor 2013 gepland.

Overlast door verkeer

Overzicht inzet uren Toezicht per gebied

B. Overige prioriteiten 1 2

Fiscalisering/betaald parkeren Evenementen

Gebied Centrum

Uren 2013

Gebieden Oost en West

Uren 2013

Toezicht op thema’s met prioriteit

8.175

Toezicht op thema’s met prioriteit

24.674

Parkeren (fiscale naheffingen)

19.076

Parkeren (fiscale naheffingen)

1.274

Evenementen (bijdrage Centrum)

1.050

Evenementen (bijdrage Oost / West)

1.050

Interventieteam (overlast) Mobiele post

1.286 3.286

Interventieteam (overlast) Mobiele post

Totaal Centrum

32.872

429 27.428

Door toezicht en handhaving op deze wijze in te zetten wordt verwacht dat een goede bijdrage kan worden geleverd aan het behalen van de outcomedoelstellingen zoals deze (o.a.) in het Integraal Handhavingsprogramma 2011-2015 zijn opgenomen.

3

Management, bedrijfsbureau, meldkamer en parkeerbeheer zijn hierin niet meegenomen. Pagina 12/23


Toelichting per thema A.1 Doel uit IHP 2011-2015: Een bijdrage leveren aan het verminderen van ervaren overlast en verloedering. Indicatoren: 1.

het percentage mensen dat vindt dat overlast van groepen jongeren vaak voorkomt daalt van 16% (2009) naar 14%.

2.

de schaalscore overige overlast daalt van 1,9 (2009) naar 1,7.

3.

de schaalscore verloedering fysieke woonomgeving daalt van 4,9 (2009) naar 4,4.

A.1 Overlastgevende groepen en personen Dordrecht kent een vaste groep alcoholisten en/of drugsgebruikers, wiens verslavingscultuur brengt met zich mee dat ze personen lastig vallen, zich opdringen en onderlinge conflicten op straat uitvechten. Doordat ze zich met name ophouden in openbare publieke ruimtes (parken, pleinen, winkelcentra) is hun gedrag extra zichtbaar. Dit zorgt voor een gevoel van onveiligheid. Op een aantal door de burgemeester aangewezen plekken in het centrum van Dordrecht en in en rond de Colijnstraat, geldt een alcoholverbod en is het mogelijk voor politie en Toezicht een gebiedsontzegging op te leggen. Het optreden van politie en Toezicht zorgt voor een het terugdringen van overlast, maar ook voor een zekere spreiding, waardoor nieuwe concentraties van overlastplekken kunnen ontstaan. De aangewezen plekken worden daarom regelmatig geëvalueerd en eventueel aangepast. In 2013 wordt de Taskforceaanpak, en dus de inzet van Toezicht daarbij, uitgebreid naar andere personen en gebieden, die de aandacht verdienen (zie H2). De mobiele toezichtspost wordt zowel repressief als (vooral) preventief ingezet. Inmiddels wordt de post ook in gebied West ingezet, met name rond de Colijnstraat en het Heijeplein / Gouverneursplein. Op een aantal locaties, zoals de stationsgebieden en de Colijnstraat, wordt gebruik gemaakt van cameratoezicht. Toezicht is tevens belast met de coördinatie van de uitvoering van het Lokaal Veiligheid Arrangement voor de Dordtse stationsgebieden (LVA). De (drugs)overlast van personen in parken, rond dagen/of nachtopvanginstellingen, coffeeshops en horecaconcentratiegebieden krijgt in 2013 de nodige aandacht. Ook locaties waar overlast wordt ervaren van (hang)jongeren worden aangepakt.

A.2 Doel uit IHP 2011-2015: Het terugdringen van ervaren overlast door honden(bezitters) Indicatoren: 1.

De schaalscore verloedering fysieke woonomgeving daalt van 4,9 (in 2009) naar 4,4.

2.

75% hondenbezitters is tevreden over uitlaat-voorzieningen en gebruiken ze.

3.

95% van de inwoners is op de hoogte van de regels van het hondenbeleid.

4.

A.2 Overlast door honden In 2012 is gestart met een meer hotspotgerichte aanpak van de overlast van honden (loslopen en hondenpoep). Deze aanpak werpt, in samenhang met het nieuwe hondenbeleid zijn eerste vruchten af en zichtbaar geleid tot een afname van het aantal hotspots. Er blijven echter een aantal zeer hardnekkige hotspots over die in 2013 nog meer gericht zullen worden aangepakt. Deze locaties worden gedurende een half jaar 5 à 6 maal per week gecontroleerd tijdens de reguliere surveillance en twee x per week in burger. Deze laatste controles vinden vooral plaats op tijden dat honden daadwerkelijk worden uitgelaten. In 2013 zal mede worden ingezet op het belonen van goed gedrag van hondenbezitters. Dit gebeurt bijvoorbeeld door het uitdelen van gratis poepruimzakjes. Naast de aanpak van de hotspots blijft er ruimte voor het controleren van incidentele meldingen hondenoverlast. Ook wordt toegezien op naleving van door de gemeente opgelegde muilkorf- en korte aanlijngeboden en worden bijtincidenten met honden gemeld bij de Politie.

75% vindt overlast door honden(poep) beheersbaar en acceptabel.

5.

75% is tevreden over de afhandeling van hun melding overlast door honden.

Agressieve honden: In 2012 zijn beleidsregels en werkprotocollen opgesteld met betrekking tot agressieve, bijtende honden. Deze regels en protocollen geven invulling aan de wijze waarop door gemeente, politie en Openbaar Ministerie wordt omgegaan met het opleggen van aanlijn- en muilkorfgeboden en eventueel inbeslagname van bijtende en/of agressieve honden.

Pagina 13/23


A.3 Doel uit IHP 2011-2015: Een bijdrage leveren aan het terugdringen van overlast door rommel in het openbaar gebied. Indicatoren: 1.


2.

Alle hotspots worden met rapportage afgehandeld; oplossingspercentage 85%.

A.4 Doel uit IHP 2011-2015: Een bijdrage leveren aan het terugdringen van vernielingen door bekras-

A.3 Rommel op straat Deze prioriteit omvat de aanpak van overlast rond zwerfvuil, huisvuil, bedrijfscontainers, dumpingen, winkeluitstallingen, illegale reclame in de openbare ruimte, fietsen e.d. Intensief toezicht wordt gehouden op plaatsen die zijn benoemd als hotspot. Maandelijks wordt het overzicht van hotspots besproken en geactualiseerd. Het optreden van Toezicht is in eerste instantie gericht op gedragsverandering met betrekking tot het aanbieden van afval en het omgaan met zwerfafval. Het afsluiten (alleen toegankelijk met pas) van de ondergrondse containers in de binnenstad vraagt de eerste maanden van 2013 extra aandacht. Op een aantal plaatsen in de gebieden Centrum, West en Oost wordt overlast ervaren door zwerfvuil. Reguliere surveillances, projectmatige acties en inzet in burger worden ingezet om rommel op straat terug te dringen. De ondergrondse containers in de binnenstad worden uitgerust met een aparte klep voor zwerfvuil. Ook dit zal moeten leiden tot een vermindering van zwerfvuil. In die gevallen dat het zwerfvuil afkomstig is uit één of meerdere bedrijven (horecazaken, Mc Donald’s) in de directe nabijheid, wordt de ondernemer op zijn/haar verantwoordelijkheid gewezen. Ten aanzien van zwerfvuil op ‘scholenroutes’ wordt samenwerking gezocht met de betreffende scholen. De succesvolle aanpak ten aanzien van grofvuil en bijvuil in de Colijnstraat wordt in 2013 geconsolideerd en ook in andere wijken / straten toegepast. Foutparkeren van fietsen of het achterlaten van fietswrakken bij stationsgebieden houdt in 2013 de volle aandacht van Toezicht. In het buitengebied is de aandacht met name gericht op het opsporen en tegengaan van illegale dumpingen van afval. Excessen rond illegale winkeluitstallingen worden ook in 2013 in eerste instantie aangepakt via een voorlichtingsactie en waarschuwingstraject. Leidt dit niet tot het gewenste resultaat, dan volgt een boete. De aanpak van illegaal bedrijfsafval behoort ook tot de taken van Toezicht.

A.4 Bekrassen en bekladden en (overig) vandalisme Het gaat hier vooral om de aanpak van wildplakkers en graffiti, maar ook om het vernielen of beschadigen van straatmeubeulair. Deze taken behoren tot de integrale aanpak en maken onderdeel uit van het algemeen toezicht in het gebied.

sen, bekladden en (overig) vandalisme. Indicatoren: 1.


2.

Vernielingen worden binnen 24 uur

In 2012 heeft het college besloten de aanpak van graffiti te intensiveren, onder andere door het gebied uit te breiden waarin eigenaren van panden een schoonmaakabonnement kunnen afsluiten. In het kader van het Graffitiproject worden de aangesloten panden (met abonnement) regelmatig gecontroleerd. Nieuwe graffiti meldingen worden geregistreerd, gefotografeerd en doorgegeven aan Stadsbeheer. Vervolgens wordt aangifte gedaan bij de politie. Racistische leuzen worden door het Buurt Service Team direct verwijderd.

gemeld bij BST met de opdracht schoon te maken 3.

Van elke vernieling (schade < €

Nu er op diverse locaties in de stad legale plakzuilen / borden zijn worden controles uitgevoerd op het illegaal plakken van affiches. Waar mogelijk wordt bestuursrechtelijk gehandhaafd.

250) wordt aangifte gedaan, schade wordt zoveel mogelijk verhaald op dader.

Pagina 14/23


A.5 Doel uit IHP 2011-2015: Een bijdrage leveren aan het verminderen van verkeersoverlast Indicatoren: 1.

De schaalscore verkeersoverlast daalt van 4,7 (2009) naar 4,2.

B.1 Doel uit IHP 2011-2015: Een bijdrage leveren aan het verhogen van de betalingsbereidheid van automobilisten Indicatoren: 1.

De betalingsbereidheid is in 2014 gelijk aan of hoger dan 90%. Op vergunninghouders-sector niet lager dan 80%. Op straatniveau niet lager dan 70%. Te bereiken als volgt: - 2011 minimaal 80% - 2012 minimaal 85% - 2013 minimaal 90%

A.5 Overlast door verkeer Binnen dit thema wordt verkeersoverlast die onder andere het gevolg is van foutparkeren en fietsen in voetgangersgebieden aangepakt. Parkeerexcessen, zoals parkeren voor een uitrit, bij pollers, op een gehandicaptenparkeerplaats en in blauwe zones worden strikt gehandhaafd. Bij de overige parkeerovertredingen wordt gekeken naar de vrije doorgang van de hulpdiensten, voetgangers met kinderwagens en rollators en niet te vergeten de veiligheid van spelende kinderen. Wijken met specifieke parkeerproblematiek, veel kamerverhuurpanden en/of pensions krijgen bijzondere aandacht. Parkeeroverlast rond het Energieterrein blijft voorlopig de aandacht houden. Op het Leerpark is sprake van verkeersoverlast. Dit heeft deels te maken met de (nog) steeds veranderende inrichting van het gebied. Het parkeerterrein aan de Weeskinderendijk wordt bijna dagelijks in de activiteiten van Toezicht meegenomen. Naast foutparkeren wordt ook aandacht geschonken aan preventie in het kader van auto-inbraken (‘Niets erin, niets eruit”). Het parkeren van grote voertuigen in het industriegebied Dordrecht West (Kil I en II) is integraal opgepakt middels voorlichting, communicatie met bedrijven, goede bebording en als sluitstuk handhaving. Het fietsen in voetgangersgebieden, de winkelcentra in de wijken en de parken wordt ook in 2013 projectmatig aangepakt, net als de parkeer- en verkeersoverlast rond coffeeshops, de horeca op de Voorstraat Noord en in de Prinsenstraat en de Wijnstraat.

B.1 Fiscalisering (betaald parkeren) Met name in de binnenstad is de handhaving van het betaald parkeren een belangrijk onderwerp. Doel is de betalingsbereidheid voor het kort parkeren in de parkeergebieden te verhogen. Op basis van de uitkomsten van het parkeerdrukonderzoek 2012 heeft Toezicht voor 2013 wederom een aanvalsplan fiscaal parkeren opgesteld. Dit aanvalsplan bestaat uit gerichte maar wel random surveillance (op verschillende tijden) in de diverse controlegebieden. Tevens worden de locaties met lage betalingsbereidheid en hoge bezettingsgraad extra gecontroleerd. Bij deze benadering worden verschillende routes (niet op vaste tijden) gereden en gecontroleerd. Bij controle van deze routes worden zo veel mogelijk de verste gebieden als startpunt genomen. Door deze werkwijze wordt het voor de burger minder inzichtelijk op welke momenten er wordt gecontroleerd. Een en ander zal uiteraard op termijn in relatie tot de te realiseren gewenste betalingsbereidheid van 90% (2014) een omgekeerd evenredig effect laten zien op het aantal naheffingsaanslagen. Fiscale handhaving is immers geen doel op zich, maar juist een middel op te zorgen dat de Binnenstad bereikbaar blijft voor zowel bewoners als bezoekers. In 2012 zijn het Energieterrein en het parkeerterrein bij de Ark toegevoegd aan het betaald parkeren gebied. Ook op het Gezondheidspark en omgeving Sportboulevard is betaald parkeren punt van aandacht. De betalingsbereidheid op beide parkeerterreinen is van een dusdanig hoog niveau, dat de controles vooral plaatsvinden in de directe omgeving van de betaald parkeerplaatsen. Met name het parkeren op de Oudendijk en in de Sitterstraat levert de nodige overlast op. Sitterstraat en omgeving wordt straks blauwe zone. Het parkeerterrein aan de Weeskinderendijk is eind 2012 toegevoegd aan het gebied voor betaald parkeren.

Pagina 15/23


B.2 Doel uit IHP 2011-2015: Bevorderen publieksveiligheid en nalevingsgedrag van organisatoren. Indicatoren: 1.

Aantal geconstateerde overtredingen.

B.2 Evenementen In de stad Dordrecht wordt jaarlijks een groot aantal evenementen georganiseerd, waarvan een aantal grootschalige. Deze evenementen vinden hoofdzakelijk in gebied Centrum plaats, maar ook in de gebieden Oost en West. Toezicht is niet in staat om een optimale inzet te plegen op alle in de stad georganiseerde evenementen. Ook hierin zijn prioriteiten gesteld. Veel evenementen worden in de reguliere integrale gebiedscontroles meegenomen. Dit geldt ook voor evenementen in de Biesbosch. Ook de inzet voorafgaand aan de viering van de jaarwisseling is onderdeel van de reguliere integrale gebiedscontroles. Voor grote(re) evenementen wordt, naast de aandacht vanuit reguliere controle, extra capaciteit ingezet, specifiek gericht op het evenement. Zie de tabel hieronder. Naast het houden van algemeen toezicht vinden er bij een aantal grootschalige evenementen integrale controles plaats die worden gecoördineerd door Toezicht en waaraan in ieder geval de Politie en de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid (brandveiligheid en evt. constructieve veiligheid) deelnemen. Eventueel sluiten daarbij, afhankelijk van de aard en omvang van het evenement, aan de Regionale Brandweer, GHOR en GGD. In 2013 wordt, naast de inzet bij evenementen vanuit de reguliere gebiedscontroles, de volgende inzet geraamd: Evenement Carnavalsoptocht Dwars door Dordt Kermis Dubbeldam en Stadspolders Koninginnedag + dancetour Dodenherdenking centrum Dodenherdenking Dubbeldam Wantijpop Avondvierdaagse Kermis Centrum Boekenmarkt Big Rivers Parkies (7x) Proef Oud Krispijn Familiesportdag West Wielerronde Dubbeldam Intocht Sinterklaas Kerstmarkt Onvoorzien Totaal

Inzet in uren 64 64 160 174 24 12

uur uur uur uur uur uur

Integrale controle

32 170 112 32 16 196 16 16 8 144 360 476

uur uur uur uur uur uur uur uur uur uur uur uur

X

X

X X

X

2100 uur

Pagina 16/23


3.2.2 Specifieke activiteiten Naast de gemeentebrede prioriteiten is er een aantal specifieke zaken/gebieden onderscheiden waarop toezicht wordt uitgeoefend en eventueel handhavend wordt opgetreden. Het gaat om havens, markt(gerelateerde) activiteiten, toezicht op (illegaal) kappen van bomen, tijdelijk gebruik van de openbare ruimte en permanent gebruik van gemeentegrond en toezicht in gebieden die behoren tot de Hollandse Biesbosch. Doel uit IHP 2011-2015: Markten: bevorderen van een zo eerlijk mogelijke handel bij markten, ambulante handel, etc. Havens: bevorderen van naleving regels van veiligheid en economie, o.a. de havenverordening, APV, scheepvaartverkeerswet. Kappen bomen: het bewaren en

Markten, havens, kappen bomen en gebruik openbare (gemeente)grond Binnen het thema markten hebben de weekmarkten, buitenstandplaatsen, ambulante handel en venten prioriteit. Het thema havens richt zich op (alleen) de binnenhavens. Ten aanzien van de houtopstanden wordt gelet op het illegaal kappen van bomen of het niet naleven van de herplantplicht. Ook wordt toegezien op tijdelijke ingebruikname van de openbare ruimte en het (permanent) innemen van gemeentegrond. Voor 2013 wordt de volgende inzet geraamd: Onderwerp a. Markten

bewaken van hoeveelheid en kwaliteit

1.

Aantal geconstateerde

Overige inspanningen / bijzonderheden Op iedere marktdag wordt ‘permanent’ gecontroleerd (op

16 controles op (buiten)standplaatsen,

wisselende tijdstippen).

ambulante handel en venten;

van de houtopstanden Indicatoren:

Aantal controles 416 controles op markten;

Volksfeesten, kermissen: dagelijks. b. Havens

overtredingen.

365 x (= iedere dag) in het

Er vindt geen surveillance in het havengebied plaats van

Binnenhavengebied

22.00 uur tot 07.00 uur.

1- 2 x / jaar Vlijhaven

De overige handhaving in het havengebied vindt sinds 1-7-

1 x / jaar in de jachthavens

2011 plaats door het Havenbedrijf Rotterdam (HbR).

Periodieke controle op het gebruiken van

HbR voert in opdracht van de gemeente controle uit op het

walstroom in de Wolwevershaven.

gebruiken van walstroom langs de buitenkades. Het voornemen is om het toezicht / de handhaving (in 2013) over te dragen aan Toezicht.

c. Kappen bomen

40 – 50 (vergunningen) per jaar

De handhaving wordt primair uitgevoerd door Toezicht, een medewerker van Stadsbeheer gaat mee voor inbreng vakdeskundigheid. Alle opgelegde herplantplichten en geweigerde vergunningen worden gecontroleerd, evenals meldingen van illegale kap.

d. Tijdelijk gebruik openbare

Totaal ca 1.200 controles. Specificatie:

ruimte

Binnenstad: bijna dagelijks

Betreft ca 500 vergunningen per jaar.

Grote bouwplaatsen: minimaal 1x per week Overige: minimaal twee keer e. Onrechtmatig in gebruik

Projectmatige aanpak op alle (vermoedelijk)

Aanleiding van de projectmatige aanpak is het collegebesluit

genomen gemeentegrond

onrechtmatig in gebruik genomen

dd. 25-10-2011.

gemeentegrond (ruim 100 locaties).

Vanaf 2013 wordt deze handhavingstaak als reguliere werk opgenomen.

Budget (€) in 2013: ca. 80.000 (excl. onderdeel e. en uitgezonderd kappen bomen, dit budget is onderdeel budget Toezicht, tabel p. 12) Pagina 17/23


Doel uit IHP 2011-2015: Bevorderen van de veiligheid van bezoekers en het behoud van de natuur en een goed recreatief gebruik mogelijk maken. Indicatoren: 1.

Aantal geconstateerde overtredingen.

Hollandse Biesbosch (Parkschap) De uitvoering van de taken binnen dit gebied vallen onder verantwoordelijkheid van het Parkschap Nationaal Park de Biesbosch. Met ingang van 1 januari 2011 maakt het Natuur- en Recreatieschap De Hollandse Biesbosch samen met o.a. de Brabantse Biesbosch onderdeel uit van het Parkschap Nationaal Park De Biesbosch. Binnen dit Parkschap wordt voor de komende jaren het voormalige recreatieschap aangeduid als “compartiment Hollandse Biesbosch”. Er is geen directe sturing door de gemeente op prioriteiten en inzet. In die zin is dit onderwerp afwijkend van de overige taken in dit jaarplan. Wel zijn er inhoudelijke raakvlakken met toezicht in de openbare ruimte en is er sprake van samenwerking met (o.a.) Toezicht en de Politie. Binnen het compartiment de Hollandse Biesbosch (onderdeel van het Nationaal Park de Biesbosch) hebben de volgende zaken prioriteit, waarbij voor 2013 de volgende inzet wordt geraamd: Onderwerp 1. Kampvuren en barbecueën

2. Loslopende honden

Inzet en aantal geraamde PV’s, etc.


Voor alle thema’s geldt: 365 dagen per

In 2013 wordt in het kader van gedragsbeïnvloeding

jaar wordt gericht toezicht uitgeoefend in

een onderzoek uitgevoerd door de TU Eindhoven

het betreffende gebied. Dit richt zich op de

samen met Nederland Schoon en McDonald over het

thema’s met prioriteit, waarbij vooral in de

achterlaten van afval in het intensieve

zomermaanden overtredingen voorkomen.

recreatiegebied van de Hollandse Biesbosch ( in de

In totaal wordt zo’n 3000 uur (waarvan

volksmond nog steeds de Merwelanden genoemd)

1800 uur BOA’s) aan toezicht ingezet. Op

O.a. in het Biesboschcentrum is een brochure

jaarbasis worden 20-30 pv’s verwacht

voorhanden.

t.a.v. alle prioriteiten.

Voor hondenuitlaatcentrales is een gebruiksheffing ingevoerd. Tarief : € 500,- per jaar.

3. Snel varen motorboten en jetski’s

Vooral inzet door de KLPD (ook op verzoek).

4. Onzedelijk gedrag

Vooral in de zomermaanden gerichte controles.

5. Oneigenlijk gebruik van de

Het op orde houden van fysieke voorzieningen, zoals

padenstructuur

sleutelpalen in de fietspaden wordt strak in de gaten gehouden.

Budget (€) in 2013 : € 109.000,-

Veiligheid en handhaving in de Biesbosch: In 2012 heeft de Bestuurscommissie van het Parkschap ingestemd met de notitie Integraal Veiligheidsbeleid Biesbosch. Hiermee is o.a. het startsein gegeven voor het maken van een nieuwe Biesboschverordening. Het concept van deze verordening is door het Algemeen Bestuur van het Parkschap vrijgegeven voor inspraak. Inspraak is mogelijk tot 14-2-2013. Voor het eind van het jaar moet de nieuwe verordening zijn vastgesteld. In het verlengde van deze nieuwe verordening worden in 2013 een nieuw convenant en dienstverleningsovereenkomsten opgesteld met alle partners op het gebied van toezicht en handhaving. Het Parkschap heeft hiervoor met ingang van 2013 haar eigen “coördinator Veiligheid” aangewezen. In 2013 worden verder afgerond het onderzoek naar de (on)mogelijkheden tot in het invoeren van betaalde toegang voor bezoekers die met de auto een intensief recreatiegebied willen bezoeken en het invoeren van een zogenaamd “Biesboschvaantje” voor bezoekers die met een boot in het gebied van het Parkschap willen verblijven.

Pagina 18/23


3.3 Bestuurlijke (keten)aanpak en vrijplaatsen Voor een effectieve gecombineerde bestuurlijke, strafrechtelijke en fiscale interventie op zogenaamde vrijplaatsen of bij vormen van (georganiseerde) criminaliteit wordt samengewerkt met andere overheidsdiensten in een ‘ketenaanpak’. De basis voor deze samenwerking ligt in convenanten. Er wordt, in wisselende samenstelling, samengewerkt met de (vreemdelingen)politie, het Openbaar Ministerie, de Belastingdienst, de Sociale Dienst Drechtsteden, de FIOD, de SIOD, het UWV en de Arbeidsinspectie. Het Regionaal Informatie- en Expertisecentrum (RIEC) fungeert als informatiemakelaar en helpt overheden zich te organiseren in de aanpak van georganiseerde criminaliteit. In bepaalde gevallen kunnen semi- of niet overheidsdiensten, zoals maatschappelijke dienstverleners, zorginstellingen of corporaties, deelnemer zijn in een convenant.

Toelichting vrijplaats: In dit verband wordt onder een vrijplaats verstaan: ‘locaties en/of groepen waar een effectief overheidsoptreden wordt belemmerd, leidend tot een maatschappelijk ongewenste situatie, waarbij structurele fraude van wezenlijke betekenis is. De belemmering betreft soms een bestaande of vermeende dreiging, soms een sociaal-culturele hindernis.’

Per 1 januari 2013 fuseert het RIEC ZHZ met het RIEC Rijnmond, waardoor sprake is van één RIEC voor de nieuwe politieregio Rotterdam (dus inclusief de gemeenten in Zuid-Holland Zuid). De samenwerking wordt vormgegeven rond specifieke thema’s. In 2013 wordt deelgenomen aan de volgende thema’s: Thema

Kader

Werkingsgebied

Trekker

Rol gemeente

Mensenhandel (uitbuiting)

Convenant RIEC

Regionaal

OM/Vreemd. politie

Deelnemer

Vastgoedfraude

Convenant RIEC

Regionaal

Belastingdienst

Deelnemer

Gecoördineerde aanpak hennep

Convenant RIEC

Regionaal

RIEC

Deelnemer

Normalisatie woonwagenlocaties

Convenant RIEC

Gemeente Dordrecht

Gemeente

Trekker

Toepassing Wet Bibob

Wet Bibob / Convenant RIEC

Regionaal

RIEC/gemeenten

Uitvoerder

Budget (€) in 2013: onbekend

Toelichting In de ketenaanpak mensenhandel is een structurele en integrale aanpak van uitbuiting in de werkrelatie of seksuele uitbuiting geborgd. Het RIEC-convenant vormt de basis voor de samenwerking en informatie-uitwisseling. Binnen het project Vastgoedfraude is een aantal casus in behandeling. Een integrale aanpak van specifieke branches maakt in 2013 onderdeel uit van de aanpak. Ook wordt ingezet op de ontwikkeling van instrumenten voor het inschatten van risico’s of het opwerpen van barrières binnen gelegenheidsstructuren. In 2013 staat bij de gecoördineerde aanpak van hennep de integrale van bestrijding van illegale hennepteelt centraal. Ook hier worden casus multidisciplinair voorbereid en vinden interventies plaats. Het project Normalisatie woonwagenlocaties wordt in 2013 voortgezet onder het RIEC-convenant. In 2013 treedt de gewijzigde Wet Bibob in werking. Daardoor is de wet breder toepasbaar, onder andere op vastgoedtransacties, vergunningen op grond van de Huisvestingswet en evenementen. Naar aanleiding hiervan wordt een nieuwe gemeentelijke beleidslijn vastgesteld, waarmee de gewijzigde Wet Bibob in de volle breedte kan worden benut.

Pagina 19/23


3.4 Communicatie Dit jaarplan integrale handhaving wordt gepubliceerd via www.dordtveilig.nl. Communicatie over de taskforce wordt vanuit de taskforce zelf geïnitieerd en uitgevoerd, in nauw overleg met de portefeuillehouder. Over de andere prioriteiten wordt op initiatief van de uitvoerende organisaties, in afstemming met opdrachtgevers, gecommuniceerd om nalevingsgedrag te bevorderen In cluster A. Inrichtingen, gebouwen en bouwwerken wordt in 2013 (extra) communicatie ingezet ter bevordering van de naleving in specifieke branches. Ook worden toezichtsresultaten gepubliceerd. In cluster B. Openbare ruimte wordt in 2013 gecommuniceerd over de thema’s met prioriteit. Het thema Vertrouwen & Verantwoordelijkheid wordt hierbij nadrukkelijk meegenomen. Waar mogelijk wordt aansluiting gezocht bij de ‘Gewoon Doen-stijl’.

Pagina 20/23


4. Ontwikkeling kwaliteit en professionaliteit In het Integraal Handhavingsprogramma 2011-2015 zijn kwaliteitseisen opgenomen. Er wordt naar gestreefd om per 2015 aan deze eisen te voldoen. De nulmeting, opgenomen als bijlage 8 bij het Integraal Handhavingsprogramma, die de staat van de kwaliteit en professionaliteit van de handhavingsorganisatie per eind 2010 weergeeft, is het startpunt voor de jaarlijks in te zetten ontwikkelingen die de kwaliteit en professionaliteit van de handhavingsorganisatie moeten bevorderen. In 2013 worden de volgende ontwikkelingen ingezet om de onderdelen die niet groen scoren (nog beter) op orde te brengen. Niet op alle onderdelen die oranje of rood scoren wordt in 2013 inzet gepleegd. Onderdelen waarbij is opgemerkt ‘in 2013 geen inspanningen’ krijgen in de jaren 2014-2015 de aandacht.

Toelichting kleuren:

A. Rapportage en evaluatie

OZHZ (SO-OOV)

op orde deels op orde

Cluster A: Inrichtingen, gebouwen en bouwwerken GGD (MO)

1 Probleemanalyse

2 Verantwoording van inzet, prestaties en resultaten

Registratie van aantallen, resultaten en (nalevings)effecten voor bouw verder verbeteren

3 Vergelijking en auditing

In mei 2013 audit voor hercertificering ISO

B. Strategisch beleidskader

SB (SB)

Samen met Ekabo wordt in 2013 een landelijke benchmark uitgevoerd

GGD

Politie In 2013 geen inspanningen

PSBB (HBB)

In 2013 BMT-besluit over: 1. taken die naar Toezicht gaan; 2. kwaliteitsslag voor taken die bij SB blijven

Cluster A: Inrichtingen, gebouwen en bouwwerken OZHZ

4 Prioriteitenstelling en meetbare doelstellingen

Toezichtsbedrijf (SB, SO, OOV-MO)

In 2013 wordt meer ingezet op risicogestuurd toezicht In 2013 worden verbeterpunten afgesproken t.a.v. de systematiek van verslaglegging van aantallen en resultaten

niet op orde n.v.t.

Politie (OOV)

Cluster B: Openbare ruimte

In 2013 geen inspanningen

Cluster B: Openbare ruimte Toezichtsbedrijf

SB

HBB


In 2013 wordt voorstel herijking toez. en handhaving in de Biesbosch uitgewerkt, coördinator is aangesteld

Pagina 21/23


C. Operationeel beleidskader


5 Nalevingsstrategie

6 Toezichtstrategie

In 2013 wordt integrale nalevingsstrategie opgesteld; rekening houden met evaluatie VT, RUN Milieu en Provincie; traject invordering verbeteren met SCD Idem

7 Sanctiestrategie

Idem

GGD

Politie

Cluster B: Openbare ruimte SB

HBB

In 2013 wordt gerichter gestuurd op uit te voeren toezicht vanuit een (ongeschreven) toezichtsstrategie

Toezichtsbedrijf



Idem

Idem

Idem

Idem

Idem

Idem

Idem

8 Gedoogstrategie

D. Planning en control


GGD

9 Borging personele en financiële middelen

Politie


In 2013 wordt bezien wat het effect van de vorming van de nationale politie is op de capaciteit voor bestuurlijk toezicht

10 Uitvoeringsprogramma handhaving

11 Organisatorische condities

12 Kwaliteitsborging

In 2013 wordt, als onderdeel van ‘proeftuin Beleid’, bezien of bestuurlijke HH naar GGD kan In 2013 geen gemeentelijke inspanningen

ETC-traject om op HTV-niveau te komen met medewerkers in 2013 e.v.

SB

HBB

In 2013 BMT-besluit over: 1. taken die naar Toezicht gaan; 2. kwaliteitsslag voor taken die bij SB blijven Idem

In 2013 wordt voorstel herijking toez. en handhaving in de Biesbosch uitgewerkt, coördinator is aangesteld Idem

Idem

Idem

Idem

Idem

Pagina 22/23


E. Voorbereiden


GGD

13 Protocollen en werkinstructies

F. Uitvoeren

In 2013 wordt werkinstructie Wobverzoeken gerealiseerd

GGD

Politie

Toezichtsbedrijf

Verbeterslag SquitXO loopt door in 2013, continue aandacht, ook t.a.v. toezicht en handhaving

SB

HBB



Zie opmerkingen bij punt 14


18 Monitoring

HBB In 2013 wordt voorstel herijking toez. en handhaving in de Biesbosch uitgewerkt, coördinator is aangesteld

In 2013 BMT-besluit In 2013 wordt over: voorstel herijking 1. taken die naar toez. en handhaving Toezicht gaan; in de Biesbosch 2. kwaliteitsslag voor uitgewerkt, taken die bij SB coördinator is blijven aangesteld Cluster B: Openbare ruimte

Cluster A: Inrichtingen, gebouwen en bouwwerken

17 Preventieve controles (alleen cluster A)

G. Monitoren

SB In 2013 BMT-besluit over: 1. taken die naar Toezicht gaan; 2. kwaliteitsslag voor taken die bij SB blijven

1e kwartaal 2013 wordt de optie van gezamenlijke inspecties met OZHZ en signaaltoezicht onderzocht

OZHZ

16 Uitvoeringsondersteunende voorzieningen


In 2013 wordt voor controles coffeeshops de werkwijze herijkt en waar nodig verbeterd

14 Interne en externe afstemming

15 Protocollen voor communicatie, informatiebeheer en -uitwisseling

Politie

Registratie van aantallen, resultaten en (nalevings)effecten voor bouw verder verbeteren

GGD

Politie In 2013 worden afspraken gemaakt over monitoring van resultaten en effecten


SB

HBB



Pagina 23/23

Jaarplan Integrale Handhaving 2013

Recommend Documents