Gemeente Den Haag
RIS120254CV_05-NOV-2004
Griffie
NOTULEN
Datum 22 oktober 2004 Van de openbare vergadering van de COMMISSIE ONDERWIJS, SOCIALE ZAKEN, CULTUUR EN INTEGRATIE
Datum en tijd donderdag 7 oktober 2004, 9.00 uur Plaats Raadzaal, Spui 70, Den Haag Aanwezig Mevr. M. Bolle (voorzitter – PvdA) mevr. A. van den Heuvel (VVD), hr. R. van de Laar (VVD), hr. R. Baldewsingh (PvdA), hr. J. Chandoe (PvdA), mevr. B. Homan (CDA), hr. J. Siwpersad (CDA), hr. B. van Alphen (GroenLinks), hr. O. Dijkhoff (GroenLinks), hr. M. Dufresne (Leefbaar Den Haag), hr. A. van der Zalm (D66), hr. Van der Hulst (SP), mevr. H.H. Voogel-Woerdenbag (CU/SGP), mevr.E. van Santen (Haagse Stadspartij) Mede aanwezig Wethouder OSWI, hr. P.M.M. Heijnen mevr. V. Smeulders (verslag) mevr. L van Maanen (verslag)
NOTULEN Opening, mededelingen en vaststellen agenda A. Een bericht van verhindering van de heer De Jager is ontvangen. De voorzitter meldt dat het Presidium heeft besloten het integratiedebat terug te verwijzen naar de commissie. Hiertoe dient een extra vergadering te worden gepland.
B.1 RV Gemeentelijk beleidsplan re?ntegratie 2005 De voorzitter geeft aan dat het raadsvoorstel reeds in de commissie is besproken, de VVD heeft nog enkele vragen op dit punt en heeft verzocht om agendering. VVD geeft aan dat in de vorige bespreking vooral gesproken is over het feitelijke deel van het beleidsplan, niet over de bijlagen over de gesubsidieerde arbeid. De fractie waardeert het dat er ruimte wordt geboden voor verdere discussie. De wethouder vindt het een belangrijk uitgangspunt dat cliënten weer snel weer aan het werk kunnen, dit uitgangspunt wordt door de VVD onderschreven. De wethouder wil daarnaast geen gedwongen ontslagen, maar dat zal gaan wrikken. Dit sluit niet aan bij het uitgangspunt van het Rijk.
ISO 9001.2000 gecertificeerd
De VVD ziet liever dat er geen baangarantie wordt gegeven en is geen voorstander van deze vorm van “werkverschaffing”; gepleit wordt om meer mensen de kans te geven om zo’n traject te volgen. Het college stelt een afbouw van 5% voor, dat is een afname door het natuurlijke verloop. De VVD ziet liever dat dit percentage wordt verhoogd tot 10% of 20%. Voor 2005 wordt dat ingewikkeld, maar voor de jaren daarna moet dit mogelijk zijn. Dat legt de instellingen een verplichting/druk op om die medewerkers actief te stimuleren te zoeken naar een reguliere baan. Het college streeft bij groep 1 naar een afbouw tot 922 en bij groep 2 naar 0. De fractie meent dat ook voor groep 1 moet worden gestreefd naar 0. Die 922 banen kunnen toch worden vervangen door een ooievaarsbaan, een opstapbaan of een reguliere baan. Het college heeft besloten over het behoud van de 922, maar hoeveel reguliere banen kunnen daarvan worden “gemaakt” Leefbaar Den Haag vraagt of het college zich bij hun besluit heeft laten leiden door hun eigen gebrek aan kennis. Zijn zij afhankelijk van de argumentatie van wethouder Heijnen? Heeft het college het verhaal van wethouder Heijnen wel begrepen? VVD is geen voorstander van lange trajecten, een periode van twee en daaraan nog drie jaar gekoppeld is te lang. Als de periode van vijf jaar wordt verkort tot twee jaar kunnen er twee keer zoveel mensen deelnemen aan de trajecten. Het is wel voor te stellen dat, onder bepaalde omstandigheden, de twee jaren kunnen worden verlengd met een jaar. Vraag is hoe de situatie moet zijn na 2009, hoe zijn de omstandigheden na 2009 ten aanzien van de 922 banen uit groep 1? De VVD wil zich daarop nu nog niet vastleggen. Het rapport van de Rekenkamercommissie over de kwaliteit van de begroting gaat in op de effectiviteit van dit onderdeel van de begroting. Het blijkt lastig de effectiviteit te meten. In de voorgaande OSCI vergadering heeft de fractie aangegeven graag via een hoorzitting, of in een gesprek met de Rekenkamercommissie, in te gaan op de vraag hoe effectief de gemeente is op dit punt. Instellingen in de stad geven diverse signalen af, de ene instelling maakt veel werk van het doorstromen, de andere geeft aan liever mensen aan te nemen op basis van reguliere banen. De fractie stemt in met het voorstel voor de 5000 trajecten. CDA meent dat er te weinig inzicht wordt geboden in bij welke instellingen in de stad het verlies van de id-banen het hardste aankomt. Vraag blijft wat voor consequentie de afschaffing van de id -banen heeft voor de instellingen en diegenen die buiten de boot vallen. Deze vraag is al vaker gesteld aan het college, ook in de schriftelijke vragen in het kader van de begroting. De wethouder wil toch ook antwoord op deze vraag? Daarnaast is de vraag welke instellingen aanvragen hebben ingediend en niet in aanmerking komen voor het witten of het vasthouden van de id-banen? In april heeft de commissie een lijst ontvangen van de verdeling van id-banen bij de instellingen. Het CDA wil graag een geactualiseerde lijst waarbij ook wordt aangegeven welke banen buiten de “wit of blijf” regeling vallen en hoeveel banen er nu nog vervuld zijn. De fractie wil ook graag inzicht in welke instellingen worden bedreigd in hun bestaan, nu of over vier jaar. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid geeft aan dat er meer aanvragen zijn ingediend dan kunnen worden gehonoreerd. Heeft de wethouder daarvan een beeld, wat is hij van plan met de aanvragen die bij het Rijk buiten de boot vallen? Kan de wethouder meer informatie geven over de Banenpool? Het CDA meent dat het beter is als werknemers dicht bij de werkgevers worden geplaatst. . Bij de WBB ligt het accent op het streven naar economische zelfstandigheid. Maar arbeidsparticipatie is alleen mogelijk als evenredige aandacht wordt gegeven voor arbeid en zorg. De wethouder steld e dat de WBB geen ruimte biedt voor mantelzorg. In antwoorden op vragen van het CDA meldt staatssecretaris Rutte echter dat de aanwezigheid van mantelzorgtaken een reden kunnen zijn voor ontheffing, voor zover hiermee geen rekening kan worden gehouden door middel van een voorziening. Daarbij zou de gemeente bij aanbesteding van trajecten eisen moeten stellen op het terrein van de combinatie van arbeid en zorg. De staatssecretaris geeft aan dat het hierbij niet alleen de zorg voor kinderen betreft, maar ook de zorg voor ouderen, zieken en gehandicapten. Het CDA realiseert zich dat ook werkende mensen arbeid en mantelzorg combineren, werk is niet voor iedereen een belemmering. De staatssecretaris komt op een percentage van 4,5 % tot 7,5% van mensen waarbij het wel een probleem vormt. Die groep is zeer waardevol voor de samenleving. Hoe gaat de
2
wethouder de mantelzorgers bij de reïntegratie ondersteunen? Verzocht wordt om een regeling voor individuele tijdelijke vrijstelling voor mantelzorg. D66 sluit aan bij de eerder gestelde vragen. Voorgesteld wordt om een hoorzitting te houden over gesubsidieerde arbeid waarbij dieper op het onderwerp kan worden ingegaan. Ook in de cultuursector speelt de gesubsidieerde arbeid een bijzondere rol. Vraag is of dit niet een vorm is van verkapte subsidie. Het is de vraag of gesubsidieerde arbeid daarvoor is bedoeld. Haagse Stadspartij geeft aan dat als wordt afgebouwd met meer dan 5%, zoals de VDD voorstelt, de nadelige gevolgen voor de cliënt zijn en niet voor de werkgever. VVD wijst er op dat de banen kunnen worden omgezet naar ooievaars- of opstapbanen. Haagse Stadspartij meent dat het eigenlijk reguliere banen moeten zijn. Een aantal werkgevers heeft geen geld om te “witten”. Een periode van vijf jaar is erg lang. Ten aanzien van de mantelzorg wordt aangesloten bij de visie van het CDA. GroenLinks stelt dat waar voorheen te weinig aandacht is uitgegaan naar het doorstromen, men nu enigszins doorslaat naar alleen maar doorstromen. De fractie is geen voorstander van kortere trajecten. De opmerking van de VVD over het frustreren van het rijksbeleid wordt niet onderschreven. De wethouder FC ziet ook het belang in van het behoud van gesubsidieerde arbeid bij cultuurinstellingen. Dhr. Van Laar (VVD), zegt dat hij daarin van mening verschilt met het college. Als het gaat om fte’s zijn er de opstap- en ooievaarsbanen. Vraag is wat het doel is van die banen: werkverschaffing, een verkapte subsidie aan de instellingen of het creëren van doorstroommogelijkheden. De VVD kiest voor laatstgenoemde. GroenLinks kan zich voorstellen dat gekozen wordt voor werkverschaffing. VVD heeft geluiden in de stad gehoord dat instellingen soms liever minder id-ers in dienst willen. Haagse Stadspartij vraagt aandacht voor de teneur van de tekst van het voorstel. CU-SGP vindt hoe meer mensen aan het werk kunnen hoe beter, maar verzoekt e.e.a. wel in perspectief te zien. Een hoorzitting over hoe het veld hierover denkt is een goed initiatief. Welke invloed heeft de nieuwe wet kinderopvang op de mantelzorg? Het is vreemd dat vanuit de gemeente veel middelen moeten worden bijgelegd, het besluit dat ouders aan het werk moeten kost ook geld. Kan de gemeente geen criteria vaststellen ten aanzien van de sollicitatieplicht voor diegenen die een zorgplicht hebben? Wat is de stand van zaken betreffende het WIN-project? Leefbaar Den Haag vraagt wat er aan de hand is met de naam Werkbij? De fractie is positief over een mogelijke motie van het CDA over de mantelzorg. De PvdA zou een keer intern een discussie moeten voeren over wat de term arbeid nog voor de PvdA betekent. In hoeverre zijn de id-ers figuranten in het werk van de “echte” arbeider die met een hoger salaris naar huis gaat? Voor de kunstinstellingen wordt € 2 mln. uitgetrokken voor de ID-banen, daarvan kunnen slechts 23 id-ers blijven bestaan. Wat zijn de tarieven van de inleenvergoedingen die de instellingen zelf moeten betalen? PvdA geeft aan dat de id-banen sinds enkele jaren onder druk staan. Enige tijd geleden zijn deze banen gecreëerd. Niet in alle doelstellingen is de regeling geslaagd, maar het was een manier om mensen aan het werk te houden. De mensen kunnen nu niet klakkeloos op straat worden gezet, en weer bij de sociale dienst terecht komen. VVD hoopt natuurlijk dat de trajecten tot een positief resultaat leiden, dat de deelnemers een nieuwe werkplek vinden. Dat is het uitgangspunt, als deelnemers na een traject weer terug moeten komen bij de sociale dienst is dat en niet positief voor hen, en niet positief voor de gemeente. PvdA is bang voor de gevolgen als alle id-banen ineens worden afgebouwd. Het is een briljante uitvinding dat dit college een consensus heeft gevonden hierin en de eerstkomende vier jaar middelen hiervoor vrijmaakt. Natuurlijk heeft een ieder liever een reguliere baan. Maar er wordt te veel het accent gelegd op de term subsidie in dit kader. De opstap- en ooievaarsbanen kunnen worden gezien als vervanging van de huidige vier categorieën.
3
Waardering voor het standpunt van de VVD, maar onder deze omstandigheden kan de fractie de voorstellen van de VVD niet ondersteunen. Voorzitter constateert dat de commissie heeft verzocht om een hoorzitting, zij wil nagaan of dit door de commissie OSCI kan worden opgepakt. Wethouder OSWI vindt het positief om te vernemen dat de raad unaniem de hoofdlijnen van het beleid onderschrijft. Ook de VVD is van mening dat diegenen die of een id-contract, of een voormalig banenpoolcontract hebben, niet moeten worden ontslagen. Dat is een belangrijk uitgangspunt geweest van het college bij het vaststellen van dit beleid. Daarnaast wordt onderschreven dat de id-ers belangrijke taken verrichten in de stad. Een ander uitgangspunt is dat de banen ten principale tijdelijk moeten zijn. Binnen het geschetste kader is het mogelijk om over percentages voor de afbouw te spreken. In de afweging van het college is daarbij gekozen voor een rustige, geleidelijke afbouw. De instellingen waarbij de id-ers werkzaam zijn verdienen enige stabiliteit. Deze instellingen verkeren al enkele jaren in onzekerheid. In de raadsmededeling van voor de zomer zijn twee belangrijke uitgangspunten genoemd: de instellingen verdienen een bepaalde vorm van zekerheid, en kunnen tot 2009 door met dien verstande dat er een taakstellende afbouw van 5% (natuurlijk verloop) is, tevens zijn de salariskosten gefixeerd op 2004. Dat laatste betekent dat de id-ers ieder jaar duurder worden voor de werkgevers. Een aantal instellingen waarvan bekend is dat zij geen stand zullen houden zonder enige vorm van gesubsidieerde arbeid heeft ook na 2009 mogelijkheden door te gaan met de 922 id-ers Voor de overige id-ers houdt het op, dat leidt tot gedwongen ontslagen na 2009. Den Haag is niet de koploper in dit beleid. Het is niet uit te sluiten dat ondanks de geboden stabiliteit instellingen in zwaar weer terechtkomen. . Deze lopen bedrijfseconomisch grote ris ico. GroenLinks vraagt of dit ook geldt voor de cultuursector. Wethouder OSWI antwoordt dat bijvoorbeeld Briza zeer afhankelijk is van de inzet van id-ers. Briza is blij met de zekerheid die ze voor de komende vier jaar is geboden. De € 30 mln. is gebaseerd op een inschatting van het college, daarbij zijn ook de wensen van de raad in ogenschouw genomen. In de cultuursector kunnen bijvoorbeeld 20 banen worden gereguleerd. De commissie wordt hierover voor het eind van dit jaar nader geïnformeerd. De gemeente heeft, veiligheidshalve, bij het ministerie meer aanvragen ingediend dan de gemeente zelf zou kunnen financieren. Het enige wat mogelijk wordt misgelopen is de incidentele stimuleringspremie van het ministerie van Sociale Zaken. Hij raadt het ten zeerste af om het aantal van 922 terug te brengen tot 0, dan wordt voorbij gegaan aan de geschetste uitgangspunten. VVD vraagt of de wethouder mogelijkheden ziet om deze banen om te zetten naar ooievaars- of opstapbanen. Wethouder OSWI vindt dat, gezien de uitgangspunten, niet wenselijk. Daarbij kan de gemeente niet vrij beschikken over deze middelen. Het zijn middelen die voortkomen uit het werkdeel van de WWB, die middelen moeten worden besteed aan reïntegratie van werklozen; daarmee kunnen geen reguliere banen worden gecreëerd. VVD vraagt of dat ook voor de ooievaar- en opstapbanen geldt. Wethouder OSWI antwoordt dat ook dat gedeelte onderdeel uitmaakt van de WBB middelen en dus niet aan de sectoren mag worden toegekend. Een verschil is dat het eerste jaar van de opstapbanen uit het Bijstandsdeel mag worden gefinancierd, maar altijd op basis van tijdelijkheid. De raad Werk en Inkomen heeft onderzoek laten doen naar de effectiviteit van de reïntegratiemarkt. Daarnaast is in 2001 uitputtend onderzoek gedaan naar de effectiviteit van gesubsidieerde arbeid. Dat onderzoek heeft ertoe geleid dat deze vorm van reïntegratie wordt afgeschaft. Voor wat betreft het gemeentelijke aspect kan worden bezien of een benchmark met andere steden mogelijk is. De discussie over welke instellingen het meeste last ondervinden van de afbouw zal nader in de vakcommissies aan de orde moeten worden gesteld. De functie van het college voor wat betreft sociale zaken is het voorkomen van gedwongen ontlagen.
4
Met € 2 mln. kunnen in de onderwijssector 55 (van de honderden) id-ers op een regulier contract worden gezet. Met deze € 2 mln. kunnen twee keer zoveel banen worden gewit dan in de cultuursector. De cultuursector is financieel wat krapper bemeten dan schoolbesturen. Leefbaar Den Haag vraagt of er in de kunstinstellingen sprake is van duurdere banen dan bij onderwijsinstellingen. Wethouder OSWI kan zich voorstellen dat het voor cultuurinstellingen moeilijk is om id-ers een arbeidscontract aan te bieden als daar bruto salariskosten tussen de € 30.000 en € 40.000 mee gemoeid zijn en daarvoor een gemeentelijke subsidie ontvangen van € 20.000,- Er is een verschil in de financiële ruimte bij schoolbesturen en de financiële ruimte bij kunstinstellingen. Er is geen relatie met de salariskosten, maar met het bedrag dat de werkgever er aan toe kan voegen. Het college heeft dat verantwoord in de raadsmededeling. De antwoorden van de staatssecretaris aan de kamer over de mantelzorg hebben hem verbaasd. De invulling is niet aan het Rijk. Hij wil zich inzetten om mensen die niet aan het werk komen te stimuleren om mantelzorg te gaan doen. Naar aanleiding van de suggestie om een hoorzitting te houden met werkgevers wijst hij erop dat er in 2003 en 2004 eindeloos is gesproken met de werkgevers. Er is nu een model ontwikkeld dat voor stabiliteit zorgt. Gesproken kan worden over de uitvoering van de regeling maar er kan niet de suggestie worden gewekt dat zaken anders kunnen. Met de werkgevers is een deal gesloten; er worden geen id-ers ontslagen. Hij wil te zijner tijd wel zijn meedenken over een bijeenkomst over hoe e.e.a. in de praktijk verloopt. VVD benadrukt dat als de raad het besluit vaststelt, daaraan uitvoering moet worden gegeven. Het is wel goed als de commissie na verloop van tijd met de instellingen gaat praten over de ervaringen. Wethouder OSWI heeft kennisgenomen van de opmerking van de HSP over de toon van het voorstel. Bij een volgend raadsvoorstel zal daaraan aandacht worden besteed. Haagse Stadspartij vraagt daarbij termen als “het lik op stuk beleid” te vermijden. Wethouder OSWI geeft aan dat het WIN-project opnieuw moest worden aanbesteed. Het Leger des Heils heeft deze opdracht niet gekregen. Voor het project maatschappelijke activering is een andere aanbieder gekozen. Het uitgangspunt ten aanzien van alleenstaande ouders met een uitkering is dat ouders zoveel mogelijk aan het werk gaan. Natuurlijk zijn er uitzonderingen denkbaar. Maar men moet zich ervan bewust zijn dat het zeer moeilijk is om weer aan de slag te gaan na 12 jaar uit de arbeidsmarkt te zijn geweest. De commissie zal schriftelijk worden geïnformeerd over de subsidies en de tarieven van de Werkbij. Het streven is ernaar om bij de opstapbanen de medewerkers dicht bij de werkgevers te plaatsen. De ooievaarsbanen worden de eerste twee jaren door de Werkbij begeleid, deze groep heeft vaak een te grote afstand tot de arbeidsmarkt. Vervolgens wordt deze werknemers drie jaar bij de werkgever geplaatst. Mede op basis van ervaringen is gekozen voor een traject van vijf jaar voor de Ooievaarsbanen. Hij heeft de indruk dat deze termijn eerder te kort dan te lang zal zijn. Haagse Stadspartij meent dat het niet altijd negatief hoeft te zijn als mensen terugvallen naar een uitkering doordat zij zich voor de instelling niet “ onmisbaar hebben gemaakt”. Dat hoeft niet altijd aan de medewerker te liggen. De voorzitter concludeert dat de PvdA en Leefbaar Den Haag instemmen met het raadvoorstel en de overige fracties stem voorbehouden.
5
B2. Commissoriale behandeling Begroting 2005 en Productenraming 2005-2008 (onderwijs, sociale zaken en integratie) Voor de inspraak geeft de voorzitter het woord aan: Mevr. R. Lucas (Vluchtelingenwerk Den Haag) –zie bijlage-. CU/SGP vraagt de wethouder een reactie op de inspraak. Ook wordt gevraagd om agendering van de notitie over fraudebeleid. De voorzitter meldt dat het fraudebeleid in november in de commissie aan de orde komt. CU/SGP heeft grote zorgen over de schuldhulpverlening. Uit publicaties blijkt dat steeds meer jongeren schulden hebben. Gevraagd wordt of de gemeente hierop beleid ontwikkelt en zoja op welke wijze. Kunnen scholen iets aan preventie doen, of kan het HCO hier een rol spelen? Voorts wordt gevraagd hoe wordt omgegaan met de Haeghe groep in relatie tot de ontwikkelingen in de sociale werkvoorziening. Zijn er al oplossingen voorhanden? Er zijn plannen aangekondigd voor de ontwikkeling van lokaal onderwijsbeleid. Hoe ziet de wethouder de rol van de raad op dit punt? CU/SGP is van menin g dat de raad in een vroeg stadium van beleidsontwikkeling zou moeten worden betrokken. Hoe is de stand van zaken met betrekking tot de nog steeds dreigende bezuiniging van GOA middelen? Wat is de stand van zaken verzelfstandiging schoolbegeleidingsdienst; kan meer duidelijkheid worden geboden wat betreft de inzet van gemeentelijke middelen in deze. Wanneer gaat gesproken worden over veiligheid in en om scholen; hoe is te verantwoorden dat het consultatieteam wordt afgebouwd? In een eerder stadium is reeds een evaluatie van digitaal leren toegezegd; is die al beschikbaar? Zijn er op dit punt nog nieuwe ontwikkelingen te melden? Hoe zit het met de bekostiging van digitaal leren? Gevraagd wordt naar de stand van zaken met betrekking tot de wachtlijsten, vorig jaar zijn extra middelen ingezet maar hoe gaat het dit jaar? Is het mogelijk om activiteiten op het gebied van oudereducatie en gezinsondersteuning te combineren? Hoe is de opzet van de schakelklassen? Geconstateerd wordt dat er te weinig capaciteit is in ZMOK en ZMLK onderwijs, wat wordt er met deze constatering gedaan? Men zou graag een keer doorpraten over het gemeentelijk beleidsprotocol inzake leerplicht. Gevraagd wordt om meer inzicht in schooluitval in het MBO; hier is sprake van een probleem. De eerder door CU/SGP gestelde vragen over leerlingenvervoer zijn niet afdoende beantwoord, gevraagd wordt om een evaluatie op dit punt. Tot slot wordt gevraagd naar de stand van zaken van de uitvoering van het integraal huisvestingsplan Escamp. Haagse Stadspartij zegt ervan te balen dat zaken steeds herhaald lijken te worden. Opnieuw is er sprake van bezuinigingen in plaats van investeringen. Er wordt een noodzaak tot bezuinigen gesuggereerd die er niet is. Er is sprake van een keuze. Er wordt beleid gevoerd op armoede, er is bijstandsbeleid en er is re?ntegratiebeleid maar hiermee is de zaak niet af. In Den Haag zijn er mensen die afhankelijk zijn van een voedselbank. Naar blijkt zijn deze voorzieningen nodig in de stad en dus klopt er iets niet. Het is pijnlijk dat een grote groep mensen met de rug tegen de muur staat. Zij doen een beroep op schuldhulpverlening. Kan deze alleen met rijkssteun in stand worden gehouden? De Haagse Stadspartij overweegt een motie op dit punt. In de notities wordt aandacht voor dak- en thuislozen node gemist. Ook is aandacht nodig voor de groep net boven modaal die het wellicht niet gaat redden. Uit de samenleving komen veel signalen dat hier problemen gaan ontstaan. Hoe wordt deze groep opgevangen? In de begroting worden foute keuzes gemaakt. Er gaat € 14 miljoen naar een internationale school maar hier zijn andere keuzes denkbaar. Voor iedereen moet een minimumbasis gegarandeerd zijn. SP sluit aan bij de opmerkingen van de HSP over armoedebeleid, en bij de vragen van CU/SGP over de Haeghe groep. Met betrekking tot onderwijs wordt opgemerkt dat de grootste problemen met personeelstekorten achter de rug lijken. Wat echter als een grote groep onderwijsgevenden met pensioen gaat? Ontstaat er dan weer een probleem? De SP is er geen voorstander van om studenten als
6
invaller te laten fungeren. Wat gebeurt er in de nabije toekomst met onderwijs-, en klasse-assistenten? Hoe gaan de open plekken ingevuld worden, wat gebeurt er na het wegvallen van ID-ers in het onderwijs? De SP wil meer informatie over het (licht) faciliteren van taallessen in eigen taal buiten het reguliere onderwijs om. Meer informatie wordt gevraagd over de voorschool. De notitie over leerlingenstromen in het VO wordt afgewacht, gehoopt wordt op niet-vrijblijvende afspraken op dit punt. Spreiding en regionale arrangementen zijn in dit kader een goede zaak. De SP ziet de middelen voor THIS graag anders besteed en heeft op dit punt voorstellen in voorbereiding. D66 dankt de wethouder voor de toegestuurde informatie. Het is positief dat de wethouder in zijn toelichting ook ingaat op het stadsdeel waarvoor hij eerstverantwoordelijk is. Een belangrijke vraag die blijft hangen is hoe het begrip allochtoon moet worden gezien in relatie tot achterstandenbeleid. In de diverse beleidsplannen komen beide begrippen veelvuldig voor maar voorkomen moet worden dat het begrip allochtoon als vanzelf wordt geassocieerd met achterstanden. Gevraagd wordt naar de stand van zaken GOA middelen. In de tweede kamer is er nu een omslag bereikt, maar wat betekent dit voor Den Haag? Gevraagd wordt om een reactie van de wethouder op het besluit in de gemeente Zoetermeer om de Cito-toets niet langer te gebruiken. Is dit ook denkbaar in Den Haag? D66 heeft zorgen over het personeel van Terra. Gevraagd wordt om een reactie van de wethouder op dit punt. Was de (financi?le) startpositie van de school wel optimaal en conform de gemaakte afspraken? Uit de beschikbare stukken blijkt dat de voor meer veiligheid in en om scholen benodigde ketenbenadering te weinig samenhang vertoont. Hiervoor is veel aandacht nodig, met name in de jeugdhulpverleningsnetwerken. Gevraagd wordt om meer betrokkenheid van de raad bij het vormgeven van lokaal onderwijsbeleid. Er zijn ook zorgen over het speciaal onderwijs. Adequate plaatsing van leerlingen is niet altijd mogelijk en het geheel heeft meer vaart nodig. Hoe is de stand van zaken van plaatsing van leerlingen in het VO? Gevraagd wordt ook naar de toekomst van het HCO, de gemeentelijke rol daarin en hoe middelen voor schoolbegeleiding aan de scholen beschikbaar worden gesteld. Hoe zit het met de aanleg van glasvezelkabel naar scholen; zijn hierover afspraken gemaakt bij de verkoop van de kabel? Onlangs zijn er door spreker inburgeringscertificaten uitgereikt. Het was zeker een leuke activiteit maar kennelijk zijn er vele niveaus en gradaties mogelijk bij het verkrijgen van een dergelijk certificaat. Hierop graag een reactie. D66 wil ook graag een reactie van de wethouder op de inspraak van Vluchtelingenwerk. Is er sprake van extra kortingen? Tot slot wordt gevraagd om een reactie op de stand van zaken bij Werkbij en bij de Stichting Trix. Deze laatste bereikt een moeilijke doelgroep en de medewerkers hebben grote zorgen over de toekomst. Leefbaar Den Haag refereert aan het rapport van de Rekenkamercommissie en noemt de programmabegroting niet concreet genoeg. Leefbaar Den Haag is benieuwd naar de reactie van de wethouder op de inspraak. CDA en VVD worden opgeroepen om aangekondigde bezuinigingen ongedaan te maken. In een begroting wordt immer gegoocheld met woorden, over bezuinigen wordt “gratuite” gesproken. Gevraagd wordt om een cli?ntenraad voor het leerlingenvervoer. Het college moet zorgen en stimuleren. Het college zou kleine scholen moeten stimuleren. Er worden waarschijnlijk 60 mensen ontslagen bij een grote school in Den Haag. Wat is de toekomst van (te) grote scholen? Wat is de rol van de gemeente als er sprake is van autonomie-vergroting bij scholen? Als de financiering van het openbaar onderwijs op lumpsum basis gebeurt, hoe denkt de VVD dit dan te gaan meten. Gevraagd wordt naar het achterstallig onderhoud in het primair onderwijs. Gevraagd wordt of er particuliere initiatieven bestaan op het gebied van leerplicht. Of bestaan er slechts leerplichtambtenaren? Ten aanzien van schoolbegeleiding wordt gevraagd hoe het veld reageert op de door het rijk voorgestelde veranderingen. Kan het veld met deze veranderingen omgaan? Leefbaar Den Haag is
7
voorstander van zondagsopenstelling van de openbare bibliotheek, in ruil voor een doordeweekse dag. Wat is de toekomst van het leescafé-gedeelte bij de bibliotheek aan het Spui? Waarom wordt de Haagse vestiging van de Leidse universiteit de “The Hague university” genoemd? Kan de verlaging van de omslagrente worden omgezet in een verhoging? Gesuggereerd wordt om Den Haag tweetalig te laten worden in plaats van Nederlandstalig. Kan er een €-schuldenfonds komen om het ontstaan van schulden na introductie van de euro te compenseren? Gepleit wordt voor het mogelijk maken van een abonnement op schuldhulpverlening, het wegvallen van het computerfonds wordt betreurd en tot slot de vraag of de gemeente de burgers gratis internet kan bieden. GroenLinks zegt benieuwd te zijn naar de reactie van de wethouder op het rapport van de Rekenkamercommissie over de kwaliteit van de programmabegroting. Integraal beleid is van groot belang. GroenLinks heeft grote zorgen over de kadernota emancipatie en integratie. De positie en rol van allochtone vrouwen blijft achter, er is te weinig capaciteit voor Nederlandse taallessen. Graag een reactie van de wethouder op dit punt. GroenLinks staat niet achter bezuinigingen op Vluchtelingenwerk, er is behoefte aan duidelijkheid op dit punt. Gevraagd wordt om een reactie van de wethouder. Hoe wordt in de praktijk omgegaan met het wegvallen van de SAM en het voortzetten van activiteiten op dit punt. De schriftelijke toelichting is op dit punt heel vaag. Ten aanzien van onderwijs vraagt GroenLinks naar de mogelijkheid om de CITO-scores te betrekken bij de kengetallen. Hoe denkt de wethouder over het besluit van Zoetermeer om de CITO-toets te schrappen? Men is blij met de notitie over lokaal onderwijsbeleid. Die doet recht aan eerdere discussies. Gehoopt wordt op een snel overleg met het veld en een bespreking in de commissie. Het gaat hier om een heel wezenlijke discussie en GroenLinks wil hier graag over doorpraten. Er is behoefte aan meer aandacht voor, meer helderheid over leerlingenstromen en het beleid op dit punt. Over de leerlingenstromen in het basisonderwijs is in de commissie het gesprek begonnen, men is zeer benieuwd naar het aangekondigde onderzoek over leerlingenstromen in het VO. Het doel is te kijken naar spreiding maar dit zal heel moeilijk zijn. GroenLinks is benieuwd naar de voorgestelde oplossingsrichtingen. Bij de vorming van het Terra college (Wateringse Veld) is nadrukkelijk gesproken over start en samenstelling. Echter nu bestaat de sterke indruk dat er op kleur wordt geselecteerd. Ten aanzien van onderwijspersoneel lijkt het alsof er van tekort naar overschot is overgegaan. Het tekort is nu onder controle maar het is zaak de vinger aan de pols te houden en blijvend aandacht te besteden aan een goed personeelsbeleid. Graag meer aandacht voor ASEVO en OALT. Hoe moet de brede buurtschool worden gezien in relatie tot GOA? Oudereducatie vormt een heel belangrijk onderdeel. Oudereducatie moet bevorderd worden en hiervoor moet naar middelen worden gezocht. GroenLinks is niet gerust op de plaatsing van (probleem)leerlingen in het VO. De plaatsing duurt veel te lang en de capaciteit ZMOK en ZMLK is niet toereikend. Gevraagd wordt of de uitbreiding van capaciteit op leerplicht structureel is. Het opgestelde verzuimprotocol is goed maar de aandacht ligt wel veel op de repressieve kant. Aandacht wordt gevraagd voor het probleem van vroegtijdige schoolverlaters en op dit punt wordt een vergelijking met andere grote steden gevraagd. Er zijn zorgen over het leerlingenaantal in het openbaar primair onderwijs, met name in de nieuwe gebieden. Gevraagd wordt naar de stand van zaken rondom de verzelfstandiging van de schoolbegeleiding en de relatie HCO – VO. Ten aanzien van “werk & inkomen” wordt opgemerkt dat het van groot belang is dat er veel werk wordt gecre?erd dat aansluit op de beroepsbevolking van Den Haag. Op dit punt kan de samenwerking met wethouder EP intensiever. Het is jammer dat er bezuinigd wordt op het arbeidsmarktbeleid, gevraagd wordt om een toelichting hierop. Deeltijdarbeid moet worden gezien als een serieus onderdeel van de arbeidsmarkt (zeker in relatie tot zorg en mantelzorg). Deeltijdarbeid moet gezien worden als volwaardig alternatief, niet als een tijdelijk tussenstation. In dit kader wordt gevraagd om een visie op de dreigende armoedeval en de rol die de gemeente kan spelen in het voorkomen daarvan. Tot slot een vraag over wat het betekent als de Ooievaarspas-activiteiten een meer sociaal cultureel karakter krijgen in plaats van een recreatief karakter.
8
CDA geeft aan dat de voorgaande sprekers al veel onderwerpen aan de orde hebben gesteld. Klopt het dat er een toezegging ligt van wethouder Klijnsma over de voedselbank? In de commissie WDLY is naar aanleiding van de bezuinigingen op Wilhelminaoord de suggestie gedaan om de ooivevaarspas ook daarvoor in te zetten. Biedt de bijzondere bijstand op dit punt mogelijkheden, ook bij soortgelijke werkweken? De fractie maakt zich zorgen over de WWB, de ontwikkelingen hieromtrent zijn nog onzeker; een deel van het inkomensdeel gaat naar de algemene bezuinigingen. Stel dat het budget zich negatief ontwikkelt. Dat kan een gevaar inhouden voor de uitvoering van het armoedebeleid. De zorg over de structurele financiering van de Id-banen blijft ook bestaan, de dekking blijft vaag. In de programmabegroting is rekening gehouden met de personeelskosten, maar is nu ook de overhead geregeld? Wat is de verwachting ten aanzien van het aantal nieuwkomers, en kan de wethouder ingaan op het profiel van de nieuwkomers? Kent de wethouder het artikel over het informeel inburgeren? Het project nieuwkomers in de zorg blijkt erg succesvol te zijn. Kan deze methodiek ook worden toegepast op andere sectoren, bijvoorbeeld de agrarische sector? Wat is de toekomst van ASEVO? De wethouder zou de commissie daarover informeren, nu schijnt het dat er al werknemers ontslag is aangezegd. Er is nog steeds sprake van een korting van € 7 mln. op het lokaal onderwijsbeleid. Is daarover contact met de schoolbesturen? In het kader van de veiligheid in en om de scholen worden oplossingen genoemd zoals ondersteunende maatregelen ten behoeve van ouders en ketenopvang. In de notitie wordt echter niet gesproken over de leerlingen zelf, hoe worden risicoleerlingen opgevangen? Het onderwerp verdient blijvende aandacht. Er is sprake van stigmatisering van scholen die te maken krijgen met geweldsincidenten. Hoe wordt omgegaan met dit fenomeen? Het personeelstekort is nu onder controle maar het probleem kan terugkeren. Is er zicht op toekomstige ontwikkelingen? De fractie is positief over het voornemen om beperkte mogelijkheden te bieden in het kader van OALT. Welke voorwaarden worden daaraan gesteld? Het thema voorscholen zal worden betrokken bij de behandeling van de integratienota. De indieners hebben daarover specifieke opvattingen.De fractie ziet met belangstelling uit naar het toegezegde beleidskader ouderbetrokkenheid. De wethouder spreekt in het kader van de wachtlijstproblematiek over een toename van kinderen die worden geïndiceerd. Wat is daarvan de reden? Gesproken wordt over het voortijdig schoolverlaten, om welke aantallen risicokinderen en risicojongeren gaat het? Het CDA heeft veel waardering voor de werkzaamheden van de Dienst Openbare Bibliotheek. De DOB organiseert veel activiteiten op het gebied van cultuur, integratie en emancipatie. PvdA wijst op de gevolgen van de afschaffing van de gedwongen winkelnering voor het Mondriaan. Dit heeft consequenties voor de instelling en voor de wijze waarop de gemeente zaken heeft georganiseerd. De afgelopen periode is veel in de infrastructuur geïnvesteerd. De fractie gaat ervan uit dat de wethouder zich voor het Mondriaan inzet. De fractie gaat ervan uit dat de bezuiniging van € 7 mln. op de GOA-gelden van de baan is. Dat is een goede zaak. Het MBO zal uit deze GOA-gelden geen middelen ontvangen, maar bij vroegtijdige uitval zullen de leerlingen wel terecht komen bij het Mondriaan. Heeft de wethouder zicht op deze problematiek, hoe gaat de wethouder dit probleem opvangen? Als het Mondriaan moet inkrimpen doordat de markt kleiner wordt, zullen medewerkers worden ontslagen. Er is echter geen rekening gehouden met een wachtgeldregeling. De notitie over de leerlingstromen wordt met spanning afgewacht. Op basis daarvan moeten met de scholen afspraken worden gemaakt. De witte vlucht neemt dramatische vormen aan en moet worden ingedamd. De daling van het aantal leerlingen in het openbaar primair onderwijs is zorgbarend. Het is wenselijk om dit onderwerp in de commissie goed te bespreken. Wat zijn de consequenties voor de stad en voor het openbaar onderwijs? Gaan scholen sluiten? Voor de PvdA is het openbaar onderwijs een belangrijk goed.
9
In het speciaal basisonderwijs is nog steeds sprake van wachtlijsten. De wethouder verwacht niet dat de twee nieuwe SBO scholen voldoende oplossing zullen bieden. Tijdens een aantal bezoeken aan scholen is gesproken over de wachtlijsten. Het probleem is hardnekkig. De suggestie is gedaan om de leerlingen op de “gewone” scholen op te vangen, waarbij deze leerlingen worden geclusterd. Die potentie en ambitie is er bij de scholen. Waarom wordt dit element niet meegenomen in de discussie? De wethouder spreekt over een maximale doorverwijzing van 3%, waarom niet 2%? GroenLinks wijst erop dat het voor scholen een aanzienlijke belasting betekent en dat ze het juist niet aankunnen om deze kinderen op te vangen. PvdA geeft aan dat dat klopt, maar ook die scholen hebben een enorme commitment naar de leerlingen, geen enkele school wil leerlingen afwijzen. De scholen willen meedenken om een oplossing te vinden en vragen daarbij ondersteuning van de overheid. GroenLinks wijst op het project “weer samen naar school”, aan dat project zijn ook middelen gekoppeld. De belasting voor de leraren is enorm. PvdA heeft van scholen vernomen dat zij deze groep kinderen, ondanks de zware belasting, wel op hun scholen wil opvangen, ondanks de zware belasting, indien er een goede infrastructuur wordt ontwikkeld. De wethouder heeft een notitie over de veiligheid in en om scholen in voorbereiding. De fractie maakt zich, gezien alle bezuinigingen, wel zorgen over de beschikbare middelen hiervoor. Geconstateerd wordt dat de aansluiting van het primair onderwijs op het voortgezet onderwijs niet altijd adequaat is. Vraag is hoe dat beter kan. Er is veel geïnvesteerd in accommodatiebeleid. Kan de wethouder inzicht geven in de besteding van deze middelen? Zijn de gevoteerde middelen voldoende geweest? Het creëren van een goede leeromgeving is een belangrijk speerpunt. Wat is de stand van zaken van de afdoening van de motie over een accommodatie voor voortgezet onderwijs in Transvaal. Er was een onderzoek aangekondigd. Gesteld wordt dat er op VMBO scholen vertrouwenspersonen zijn aangesteld. Geldt dat voor alle VMBO’s? Het is van belang om achterstanden bij kinderen in een vroeg stadium te ontdekken. Vraag is op welke manier dat het beste kan. Een goede afstemming tussen consultatiebureau’s en voorscholen is bijvoorbeeld belangrijk. PvdA wil graag meer inzicht in deze afstemming. Wat is de kwaliteit van de voorscholen. Hoe is de rol van de consultatiebureau’s in de ouderparticipatie? Aangesloten wordt bij de vragen van D66 over de Cito-toets. Voorts wordt aangesloten bij de complimenten over de openbare bibliotheek. Vooral de intentie van de DOB ten aanzien van het Spuiplein is een compliment waard. Over het integratiebeleid komt de commissie nog te spreken. Het is spijtig dat deze bespreking niet voor de begrotingsbehandeling plaatsvindt. In de jaarrekening is een meevaller van € 1,3 mln. genoemd. Kan dit bedrag worden “geparkeerd” ten behoeve van eventuele voorstellen die voortkomen uit het integratiedebat? Over de WIW is in deze commissie gesproken. Over de vijf verordeningen is ook reeds gesproken. Het voorstel voor de fraudebestrijding zal in een komende vergadering worden besproken. De Haeghe Groep geeft telkens blijk van zorg. Al tien jaar wordt gesproken over de verdiencapaciteit van de Haeghe Groep. Nu ligt er wederom een voorstel om € 130.000,- te compenseren. Gebleken is toch dat de binnenwacht duurder is dan de buitenwacht. Hoe gaat de wethouder er in slagen om de Haeghe Groep boven water te houden? VVD stelt dat over de reïntegratie vandaag reeds is gesproken. Over het fraudebeleid komt de commissie nog te spreken. De wethouder ontkomt er niet aan om daarbij in te gaan op de reactie van de Rekenkamercommissie. Het antwoord van de wethouder over de bezuiniging van € 7 mln. lokaal onderwijsbeleid wordt afgewacht.
10
In de commissoriale toelichting wordt ingegaan op het onderzoek naar leerlingenstromen. Gemeld wordt dat de schoolbesturen binnen een aantal maanden met oplossingen komen. De fractie is van mening dat er eerst over de kern moet worden gesproken. De fractie distantieert zich van de opmerking van Leefbaar Den Haag dat de commissie zich apathisch opstelt ten aanzien van de veiligheid op scholen. De fractie vraagt al meer dan een jaar aandacht voor dit onderwerp. Aangesloten wordt bij de door D66 gestelde vragen over het onderzoek en het plan van aanpak (ketenaanpak en integrale benadering). Hoe gaat de procedure verder? De wethouder heeft in een vorige vergadering toegezegd eind september met een plan van aanpak toegezegd te komen. Wat is nu het werkelijke tijdpad? De wethouder heeft voorgesteld in het kader van Oalt te faciliteren in huisvestingslasten. Zijn er al aanvragen ingediend en blijven de kosten binnen het budget? Wat is de visie van de wethouder op de kop- danwel schakelklassen? De voorzitter geeft het woord aan wethouder OSWI voor een reactie. Wethouder OSWI zegt in hoofdlijnen te zullen reageren. Onlangs is in commissie-, en raadsverband veel gesproken over werk, bijstand, ID-banen en dergelijke. Er is sprake van een overgangsfase van oude naar nieuwe kaders. Ook in het onderwijs doen zich nieuwe omstandigheden voor. Er zijn veel wijzigingen met name op achterstandenbeleid. Op het punt van integratie verwacht hij de komende tijd nog wel een boeiende discussie en hij ziet daarom uit naar de behandeling van het initiatiefvoorstel “Zo wij iets zijn, zijn wij Hagenaars”. Hij is nog niet in de gelegenheid geweest om het rapport van de Rekenkamercommissie over de programmabegroting gedetailleerd te bestuderen. Hij zal daarom niet op de conclusies van dit rapport ingaan. In dit kader merkt hij wel op dat het altijd goed is te streven naar verbetering; dat zal hij dan ook blijven doen. Recent is de kadernotitie Lokaal onderwijsbeleid aan de commissie verstuurd. Een bespreking ervan in de commissie behoort tot de mogelijkheden. Met het veld zullen op korte termijn werkbijeenkomsten over dit rapport worden gehouden. De commissie kan daarbij worden uitgenodigd. Ten aanzien van het GOA merkt hij op dat het Kabinet hierover nog geen uitsluitstel heeft gegeven. Er lijken wel nieuwe mogelijkheden voor de gemeenten te komen. De motie van de regeringspartijen in de tweede kamer (een alternatief voor de aangekondigde bezuinigingen) lijkt gunstig uit te pakken voor het VMBO. Op dit punt komt hij terug zodra er meer informatie beschikbaar is. Ten aanzien van schoolbegeleiding stelt hij vast dat wet - en regelgeving voortschrijdt. Scholen gaan hierover steeds meer zelf beslissen. Het HCO ontwikkelt zich in dit verband heel goed. Er wordt overleg gevoerd met de schoolbesturen over bestedingen bij het HCO. Scholen staan hier positief tegenover. Hij kondigt aan dat het college binnen afzienbare tijd komt met een visie op de toekomst van het HCO. Het thema “veiligheid in en om scholen” verwacht hij dinsdag a.s. in het college te kunnen bespreken en kan daarna snel in commissieverband aan de orde komen. Er is angst voor stigmatisering van scholen en imagoschade ten gevolge van incidenten op scholen. Daarom is er op dit punt veel terughoudendheid en dat maakt de zaak moeilijk bespreekbaar. Meer inzicht is van groot belang en incidentenregistratie is wezenlijk. Er wordt gewerkt aan een protocol. Het “digitaal leren” wordt ook in 2005 voortgezet. In de kadernota “Haagse Klasse” wordt hierop ingegaan. In het kader van het Grote Stedenbeleid (economie) wordt gewerkt aan de glasvezelinfrastructuur. Gezocht moet worden naar middelen om oudereducatie te behouden. De doelmatigheid ervan moet echter wel beter, nu is het geheel te vrijblijvend. CU/SGP vraagt aan welke doelgroep wordt gedacht, welke trajecten worden opgezet? Wethouder OSWI geeft aan dat inhoud en vormgeving nader worden bezien. Op dit punt moet wel stevig worden ingezet, evenals op ouderbetrokkenheid. Een relatie kan worden gelegd met inburgering. Het rijk ziet geen, of een te geringe, taak voor gemeenten in het onderwijsachterstandenbeleid. Het rijk ziet deze taak wel op het gebied van voor- en vroegschoolse educatie en de schakelklassen. Hierover is nog geen overeenstemming met het rijk. Er bestaan opvangklassen voor anderstalige leerlingen, zeker
11
43 in het PO en VO. Het begrip schakelklas wordt echter als containerbegrip gebruikt; er is thans sprake van kopklassen (PO) en mogelijk in de toekomst ook voetklassen (VO). Bij de afdeling leerplicht is sprake van structurele uitbreiding. Een benchmark met andere steden kan nuttig zijn. Bij de implementatie van het protocol is het zaak goed te kijken naar leerlingen tussen de 16 en 23 jaar. Hier gaat het nog niet goed genoeg, teveel van deze leerlingen verlaten het onderwijs vroegtijdig. Hier ligt een grote uitdaging, op dit punt moeten leerplichtarrangementen worden ontwikkeld. De projectleider van SALTO is gevraagd om hieraan vorm te geven, gezien de behaalde resultaten met SALTO is de wethouder hierover zeer positief gestemd. Over de onderwijshuisvesting kan worden gesproken als er een “stand van zaken” beschikbaar is. Dit kan worden gecombineerd met de IHP’s. Er zijn geen bijzonderheden te melden over de stand van zaken lerarentekort. Er is nu geen probleem, de komende vergrijzing van het personeelsbestand moet goed in de gaten worden gehouden. De wethouder is enthousiast over de vervangingspool van 4e jaars PABO-studenten. De bezuinigingen op OALT worden nu geëffectueerd. Over de bezuinigingen op ASEVO-studiekringen is contact geweest met wethouder Klijnsma. Het gaat hier toch vooral om sociaal cultureel (welzijns)werk. In een brief zal de commissie hierover nader worden ge?nformeerd. Er zijn geen middelen om de huidige subsidie te continueren, dit past ook niet in de gestelde beleidsprioriteiten. CDA vraagt waarom dit niet in de commissie is besproken. Er lijkt nu sprake van een voldongen feit. PvdA stelt vast dat dit voortkomt uit de vermindering van beschikbare middelen voor inburgeringsbeleid. Wethouder OSWI zegt dat hierover is gesproken. De studiekringen zijn heel aardig, maar de activiteiten zijn van sociaal culturele aard. Het is wel mogelijk iets te doen in faciliterende zin. CDA zegt dit jammer te vinden. Dit is de doodssteek voor de studiekringen. Gepleit wordt voor overleg met wethouder WVE om tot een oplossing te komen. Gevraagd wordt om een heroverweging. In de studiekringen is veel aandacht voor ouderen, zij kunnen nergens anders terecht. Wethouder OSWI zegt de kaderstellende rol van de raad serieus te nemen. Wellicht kan op dit punt een relatie worden gelegd met het initiatiefvoorstel integratie. Maar naar zijn mening vormen studiekringen voor onderwijs in eigen taal geen prioriteit, of ziet de raad dit anders? Over de Cito-toetsen merkt hij op er niets voor te voelen de schoolbesturen te adviseren met de Citotoets te stoppen. Overigens eist het landelijk beleidskader van Den Haag resultaten uit de Cito-toetsen. Hij is een voorstander van de Cito-toets omdat, door de massa, hierdoor goed vergelijkingsmateriaal beschikbaar komt. De CITO kan gezien worden als een meetinstrument, een benchmark. Los daarvan staat zijn oordeel over de dominante rol die CITO krijgt toegewezen als het gaat om verwijzing van PO naar VO maar daar heeft hij nu geen andere oplossing voor. Voor de Cito-toets als instrument om onderwijsniveaus te meten ziet hij geen alternatief. D66 vraagt waarom in Zoetermeer wel is besloten tot het afschaffen van de Cito-toets. Wethouder OSWI zegt op deze vraag geen antwoord te hebben. Hij zal meer informatie over de beweegredenen van Zoetermeer inwinnen. Over de vragen inzake het Terra college zegt hij de afspraken die zijn gemaakt bij de start van het Terra opnieuw te willen bezien. Dit zal echter de structurele problemen van nu niet oplossen. Hij is wel bereid te helpen bij het zoeken naar oplossingen. In het speciaal onderwijs wordt gewerkt aan een uitbreiding van het aantal plekken. Het tekort aan ZMLK en ZMOK plaatsen in het VO is evident. Een uitbreiding in het PO heeft gestalte gekregen en werkt positief maar is nog niet klaar. Er wordt gewerkt aan een stand van zaken over SBO en speciaal onderwijs (inclusief indicatiestelling). Het aantal leerlingen in het openbaar onderwijs neemt af. De teruggang dit jaar is weliswaar beperkt maar toch zorgelijk. Hij zegt toe op dit onderwerp terug te zullen komen. De wethouder uit zijn grote zorgen over de ontslagdreiging bij de ROC’s en het wegvallen van de opgebouwde infrastructuur. Die komt voort uit de contourennota inburgeringsbeleid. Hij zegt, op persoonlijke titel, geen voorstander te zijn van het afschaffen van de gedwongen winkelnering indeze, maar een formele reactie van het gemeentebestuur is nog in voorbereiding. SP vraagt naar de gevolgen van het wegvallen van onderwijs-, en klasse-assistenten.
12
Wethouder OSWI stelt dat er tot 1/1/2009 gemeentelijke subsidie voor ID-banen beschikbaar is. Daarna zijn schoolbesturen aan zet om reguliere plaatsen aan te bieden. Zij hebben daarvoor vier jaar de tijd. De vraag wat dit betekent voor indiv iduele onderwijs- en/of klasse-assistenten kan hij hier niet beantwoorden. Leefbaar Den Haag vraagt resultaten van de Lissabon-afspraken. Wethouder OSWI stelt daarover nog geen concrete informatie beschikbaar te hebben. Wellicht kan dit opnieuw aan de orde komen als het rapport Kok hierover beschikbaar is. GroenLinks vraagt of gedwongen winkelnering bij Mondriaan mogelijk is. Wethouder OSWI zegt eerst te willen weten met welk budget gewerkt moet gaan worden. De rijksmiddelen nemen af. Als er jaarlijks nieuwe contracten moeten worden afgesloten ondergraaft dit de bestaande infrastructuur. Naar zijn mening heeft de beoogde marktwerking op het gebied van onderwijs en integratie geen gunstige uitwerking. Ten aanzien van vragen over de activiteiten zoals die voorheen door de SAM werden uitgevoerd merkt hij op dat deze taken zijn overgenomen door diverse activiteiten in de stad. GroenLinks merkt op dat de SAM is verdwenen en daarmee ook de actieve rol van de SAM richting gemeentelijk beleid. Wethouder OSWI is van mening dat er vele noties uit de stad komen, deze worden meegenomen. PvdA erkent dat de debatten er wel zijn, maar toegezegd was dat er jaarlijks een debat zou worden georganiseerd om het gemeentelijk beleid te toetsen. Wethouder OSWI zegt dit na te zullen gaan, hij komt op dit punt terug. Hij is verrast over de opmerkingen van de VVD hedenavond dat er nooit zou zijn gesproken over segregatie in het primair onderwijs. Naar zijn mening is er zelfs consensus bereikt over de wijze waarop segregatie kan worden tegengegaan. Gesproken is over een terughoudende rol, maar er is wel degelijk een lijn uitgesproken via het huisvestingsbeleid. Met het VO is hij in gesprek over te voeren beleid. Aan de mogelijkheid van een regionaal arrangement wordt gewerkt. Het gaat wel om een ingewikkeld onderwerp, het is een heel fundamentele kwestie, ook in relatie tot het uitvoeren van rijksbeleid. Gemeenten worden geacht afspraken te maken met schoolbesturen. Inburgering gekoppeld aan beroepsoriëntatie + beroepsuitoefening blijkt goed te werken, in elk geval in het project nieuwkomers in de zorg. Bekeken moet worden of dit kan worden uitgebreid naar andere sectoren, mits de contourennota dit mogelijk maakt. De gevraagde informatie over Trix wordt nagegaan. Het is waar dat het belangrijk is om economie en arbeidsmarktbeleid goed op elkaar af te stemmen. Hij zal hierover in overleg treden met wethouder EP. Uit de voorjaarsnota komt een bezuiniging op het arbeidsmarktbeleid voor 2005. Omdat de uitstroom van ID-functies groter is, is dit een minder pijnlijke maatregel. De geuite visie op deeltijdarbeid is een interessante. Echter als er bij deeltijdarbeid sprake is van onvoldoende inkomen en de noodzaak tot aanvullende bijstand dan spreekt hij een voorkeur uit voor het uitoefenen van werk in een voltijd-baan. Het goed en anders verdelen van het beschikbare werk is wel een goede optie. Ten aanzien van de vragen over de Ooievaarspas stelt hij dat, bij de keuze van activiteiten, gekozen zal worden voor meer educatieve dan louter recreatieve activiteiten. De suggestie om Wilhelmina-oord hierbij te betrekken zal hij meenemen. Over de voedselbank(en) merkt hij op dat daar goed werk wordt verricht. De kaders voor subsidi?ring maken structurele subsidie vooralsnog niet gemakkelijk. Haagse Stadspartij constateert dat er nu een derde voedselbank is in Den Haag. Dit zou niet nodig moeten zijn. Zij willen daarover graag een keer doorpraten. Wethouder OSWI stelt dat in een dergelijke discussie nooit sprake kan zijn van “gelijk hebben” of ”geen gelijk hebben”. De discussie is niet zo zwart-wit. Het sociale stelsel in Nederland voorziet voor iedereen in een inkomen. Een voedselbank zou niet nodig moeten zijn maar in de praktijk is dit wel het geval. Hij zegt moeite te hebben met structurele steun door de gemeente. Het gaat om een aanvullende, charitatieve voorziening. Het is wel denkbaar dat de vrijwilligers worden gefaciliteerd. Hij wil echter geen Amerikaanse toestanden dat de gemeente voedsel uitdeelt. Dit moeten niet worden ingevoegd in het sociale beleid van de gemeente. Haagse Stadspartij vraagt aandacht voor de schuldhulpverlening. Cli?nten van de voedselbanken komen daar meestal vandaan.
13
Wethouder OSWI zegt meer informatie te zullen inwinnen over het verband tussen cli?nten uit de schuldhulpverlening en cliënten van de voedselbank. Hij blijft van mening dat een voedselbank geen deel moet uitmaken van gemeentelijk sociaal beleid. SP is van mening dat aan mensen niet kan worden gevraagd om onder een minimuminkomen te gaan zitten. De gemeente heeft een rol daar waar er een relatie is met schuldhulpverlening. VVD refereert aan verschillende particuliere of kerkelijke initiatieven die bijspringen. Het is goed als dit gebeurt. Wethouder OSWI blijft bij zijn eerdere opmerkingen. Hij noemt het van belang te werken aan preventie op scholen waar het jongeren en schulden aangaat. De rol van scholen op dit punt kan worden bezien maar het is een lastige zaak. De invloed van de commerciële markt op jongeren is erg groot. Hij denkt daarbij aan kleding en mobiele telefoons. Het streven is erop gericht het budget bijzondere bijstand voor 2005 zoveel als mogelijk op gelijk niveau te houden. Of dit mogelijk is hangt ook af van de rijksbijdrage. Er wordt € 230.000,-- bezuinigd op de sociale werkvoorziening, echter onder de voorwaarde dat er voor een bedrag van € 1.000.000,-- aan extra gemeentelijke opdrachten wordt verstrekt. CU/SGP wijst op een aangekondigde rijksbezuiniging. Komt die daar nog bovenop? Wethouder OSWI bevestigt dit. Hij zal hierover in het tweede concernbericht berichten. De passage over Vluchtelingenwerk in de begroting had anders gemoeten. Excuses daarvoor. Bezuinigingen worden niet afgesproken. Er is wel over gesproken en daarmee zijn wellicht verwachtingen gewekt over de omvang van de bezuinigingen. Over de inhoud merkt hij op dat hij graag Vluchtelingenwerk op niveau zou handhaven. Op landelijk niveau wordt er echter € 23 miljoen bezuinigd. Dit is 20% ten opzichte van het budget van 2004. Dit heeft gevolgen voor de middelen van Vluchtelingenwerk Den Haag. Het aantal cliënten neemt niet af maar de gemeente krijgt deze bezuinigingen ook opgelegd. Hij zou graag anders willen, maar is al blij met een beperkte bezuiniging van zo’n 10%. Hij wil wel in gesprek met Vluchtelingenwerk over integratie-werkzaamheden en wellicht is het mogelijk om op projectbasis hiervoor middelen beschikbaar te stellen. Hij denkt daarbij aan werkzaamheden die komen uit de verlengde inburgering (de coaches of “maatjes” uit het initiatiefvoorstel). VVD zegt graag nog een keer een fundamentele discussie te willen voeren over segregatie in het onderwijs. Met de daarover gevoerde gesprekken is de discussie zeker niet af. Ook een gesprek over veiligheid in en om scholen wordt op korte termijn verwacht. CU/SGP vraagt om een evaluatie van Digitaal leren. Wat vinden de gebruikers ervan? Wethouder OSWI zegt wel projecten te willen inventariseren. Een brede evaluatie gaat hem te ver. Leefbaar Den Haag vraagt of het college een startnotitie kan opstellen over schoolmeubilair. Wethouder OSWI zegt op dit punt geen plannen te hebben. Leefbaar Den Haag kondigt aan deze vraag vaker te gaan stellen. De voorzitter dankt de wethouder voor zijn reactie en zegt de vergadering te gaan sluiten. C.
Sluiting
De voorzitter sluit de vergadering om 13.15 uur.
14