GEMEENTELIJK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN LINDEL

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN “LINDEL” TOELICHTINGSNOTA

Opdrachtgever: Gemeente Overpelt 3 september 2014 – ontwerp

DOCUMENTGESCHIEDENIS Titel

Toelichtingsnota

Versie

Datum

Opdrachtgever

Gemeente Overpelt

Schetsontwerp

17.04.2014

Contactpersoon opdrachtgever

Stein Geuens

Voorontwerp

27.05.2014

Plenaire vergadering

03.07.2014 03.09.2014

Opdrachtnemer Contactpersoon opdrachtnemer

Inge Gorissen CREOSUM voor TECHNUM

Ontwerp

Datum

3 september 2014

Openbaar onderzoek

Versienummer

2

Definitief ontwerp

Projectnummer

P.001467 GemRUP ‘Lindel’

Opmerkingen

DOCUMENTVERANTWOORDELIJKHEID Datum Auteur(s)

Inge Gorissen/Davy Ceunen

03.09.2014 Datum

Documentscreener(s)

Stein Geuens

BESTANDSINFORMATIE

KWALITEIT

Bestandsnaam

NotaLindelONT.docx

Laatst opgeslagen

03.09.2014

03.09.2014

GEMEENTE OVERPELT GEMEENTELIJK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN (GEMRUP) ‘LINDEL’ Op basis van artikel 2.2.13 e.v. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

TOELICHTINGSNOTA Gezien en voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad in vergadering van .............................

Opgesteld door TECHNUM Hasselt, 3 september 2014

Inge Gorissen, Ruimtelijk Planner opgenomen in het register BVR 05.05.2000, gewijzigd 07.07.2000, 07.11.2003, 23.04.2004 en 23.06.06.

De Secretaris,

De Voorzitter van de gemeenteraad

Peter Spooren

Jaak Fransen

Het College van Burgemeester en Schepenen bevestigt dat onderhavig plan ter inzage van het publiek op het gemeentehuis werd neergelegd van ……………… tot ……………… De Secretaris,

De Burgemeester

Peter Spooren

Jaak Fransen

Gezien en definitief vastgesteld door de gemeenteraad in vergadering van De Secretaris,

De Voorzitter van de gemeenteraad

Peter Spooren

Jaak Fransen

3.9

INHOUD 1.

2.

3.

3.10 Waterwingebieden en speciale beschermingszones ________ 27

Inleiding

3.11 HAG-gebieden _____________________________________ 27

4

1.1

Doelstelling van het gemeentebestuur ____________________ 4

1.2

Aanleiding tot opmaak RUP ____________________________ 4

1.3

Relatie met het ruimtelijk structuurplan___________________ 4

1.4

Aanpassingen van het voorontwerp naar het ontwerp op basis van de adviezen _________________________________ 5

1.5

Watertoets ________________________________________ 23

3.12 Biologische waarderingskaart _________________________ 28 3.13 Habitatrichtlijn- en vogelrichtlijngebieden________________ 28 3.14 VEN – gebieden ____________________________________ 28 3.15 Boscompensatie ____________________________________ 28 3.16 Erfgoed ___________________________________________ 28

Dossiersamenstelling _________________________________ 8

Het plangebied in beeld

3.18 Landschapsatlas ____________________________________ 31

9

2.1

Situering in de regio __________________________________ 9

2.2

Bestaande ruimtelijke structuur van het plangebied en directe omgeving ___________________________________ 10

2.3

Fotoreportage ______________________________________ 14

Randvoorwaarden uit planningscontext

3.17 Archeologische sites _________________________________ 31

3.19 Atlas van de buurtwegen _____________________________ 31 3.20 Waterwegen _______________________________________ 31 4.

18

3.1

Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) _______________ 18

3.2

Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan _____________________ 18

3.3

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan ___________________ 18

3.4

Mobiliteitstoets _____________________________________ 19

3.5

Veiligheidsrapportage ________________________________ 20

3.6

Gewestplan ________________________________________ 21

3.7

BPA’s en RUP’s _____________________________________ 21

3.8

Verkavelingen ______________________________________ 22

5.

6.

Gewenste Ruimtelijke Structuur

32

4.1

Programmaonderdelen ______________________________ 32

4.2

Ruimtelijke entiteiten als onderdeel van de kern Lindel _____ 32

Ruimtelijk UitvoeringsPlan

45

5.1

Grafisch plan ______________________________________ 45

5.2

Ruimtebalans ______________________________________ 45

5.3

Op te heffen bepalingen _____________________________ 45

5.4

Register planbaten/planschade ________________________ 46

Onteigeningsplan

47

P.0003-033 RUP “Lindel”

2


3

•

1.

INLEIDING

1.1

Doelstelling van het gemeentebestuur

Met het opstellen van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Lindel wil het gemeentebestuur van Overpelt de ontwikkeling van de kern van Lindel verder mogelijk maken. Het plangebied is in volwaardig woongebied op het gewestplan gelegen en situeert zich midden in de kern van Lindel, een woonkern in de gemeente Overpelt. Maar er is een bijzonder plan van aanleg (BPA) van kracht dat de ontwikkeling van dit bouwblok in het centrum hypothekeert. In het kader van de opmaak van het RUP is nagedacht over de centrumontwikkeling met wonen en gemeenschapsvoorzieningen in het plangebied omgeven door de straten Lindelsebaan, Kapelstraat en de Parkstraat. Alle betrokken actoren in het plangebied zijn in het kader van dit planproces geraadpleegd. In het plangebied zijn naast het gemeentebestuur van Overpelt, VZW Parochiale werken en Vrije Basisschool – Corneliusschool cruciale actoren in de uitbouw van de publieke voorzieningen in het bouwblok.

1.2

Aanleiding tot opmaak RUP

Het bestaande van kracht zijnde BPA maakt de geplande centrumontwikkelingen voor gemeenschapsfuncties en wonen niet mogelijk. De openbare groenzone, de zone voor koeren en hovingen en de zone voor openbaar nut vastgelegd in dit BPA zijn niet de geschikte zoneringen om een centrumontwikkeling op het niveau van de kern van Lindel te faciliteren. Daarom wordt dit RUP opgemaakt, als een wijziging van het bestaande B.P.A.. Het ambitieniveau van de concrete korte termijn centrumontwikkeling is afgestemd op de schaal van de woonkern Lindel en houdt het volgende in:

• •

• • • • •

1.3

Bestemmingen categoriseren in functie van de gewestplanbestemming met voldoende ruimtelijk - stedenbouwkundige kwaliteitseisen vastgelegd in het RUP; Het concentreren van de schoolfunctie van de Vrije basisschool Cornelius op één site aan de Parkstraat; In combinatie met een nieuw op te richten schooldeel een multifunctioneel gebouw voor voor – en naschoolse kinderopvang – meervoudig gebruik van lokalen voor diverse gemeenschapsfuncties; Het mogelijk maken van woonontwikkeling in de kern, al dan niet voor een specifieke doelgroep, o.a. seniorenhuisvesting; Ruimte geven aan centrumvoorzieningen, zoals het jeugdheem, de parochiezaal – feestzaal “Den Drossaerd”; De inrichting van een karaktervol groen autovrij binnengebied waar de gemeenschapsfuncties rond zijn gelegen; De inbedding in het weefsel van de kern: autovrije paden in het binnengebied; Aandacht voor het parkeren bij de centrumfuncties;

Relatie met het ruimtelijk structuurplan

De opmaak van het RUP Lindel is geen concrete uitvoering van bindende bepalingen van het GRS Overpelt, maar is er evenmin mee in strijd. Samengevat stelt het GRS van de gemeente volgende standpunten met betrekking tot de woonkern Lindel: Bepaling 1. Selectie van hoofd- en deelruimten De gemeente selecteert de woonkern Lindel(-Hoeven) als Deelruimte 2b binnen de hoofdruimte 2 ‘Woonkernenlandschap centraal Overpelt’. Bepaling 5. Structuur van de nederzettingen


4

Om een gedifferentieerd beleid te kunnen voeren voor de nederzettingsstructuur en het voorzieningenniveau worden volgende nederzettingscategorieën onderscheiden: •

Het woonkernenlandschap: o De woonkern Lindel-Hoeven

Bepaling 14. Selectie van zones voor ontwikkeling van handelsconcentraties De gemeente selecteert volgende zones voor concentraties van handel binnen de gemeente: •

Telkens één zone in de woonkernen …, Lindel/Hoeven …

Bepaling 15. Selectie van lokale wegen De gemeente selecteert de volgende lokale wegen: •

Lokale wegen II: o De Lindelsebaan (gemeenteweg)

De inhoud van dit RUP is volledig afgestemd op deze standpunten en selecties met betrekking tot de woonkern van Lindel in het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan.

1.4

•

Volgende diensten hebben een schriftelijk advies, ten laatste op de plenaire vergadering, overgemaakt: Provincie Limburg Ruimte Vlaanderen GECORO (18/06/2014) LNE (dienst milieueffectrapportage, dienst VR), verontschuldigd voor de plenaire vergadering, e-mail dd. 03/06/2014 voortaan dossiers voor advies enkel nog overmaken aan secretariaat-algemeen van LNE. In de toekomst zal deze dienst de dossiers gecoördineerd behandelen voor VR en MER-rapportage) • De Lijn, verontschuldigd voor de plenaire vergadering • Agentschap Wonen Vlaanderen, verontschuldigd voor de plenaire vergadering Volgende adviezen werden geformuleerd: • • • •

Provincie Limburg •

•

Aanpassingen van het voorontwerp naar het ontwerp op basis van de adviezen

Volgende diensten zijn gevraagd om advies te formuleren op het voorontwerp RUP: • • • • •

Provincie Limburg LNE (dienst milieueffectrapportage, dienst VR) De Lijn Ruimte Vlaanderen GECORO

Wonen Vlaanderen

•

Het voorontwerp GemRUP “Lindel” kadert in zijn globaliteit binnen de doelstellingen van het RSV en het RSPL, er zijn geen PRUP’s van toepassing binnen het plangebied. Het RUP is geen concrete uitvoering van bindende bepalingen van het GRS-Overpelt maar is er evenmin mee in strijd. Er werd een watertoets opgenomen in het dossier, het plangebied ligt niet in overstromingsgevoelig gebied. Het is gewenst dat er rekening gehouden wordt met het advies van de provinciale dienst waterlopen. Het dossier wordt aangevuld met de bepalingen zoals opgenomen in dit advies. Meer bepaald in de stedenbouwkundige voorschriften moeten de bepalingen worden opgenomen onder artikel 1.8. De opgenomen bepalingen in verband met overstromingsvrij bouwen zijn hier niet van toepassing en moeten worden geschrapt. De voorschriften bij dit RUP zijn in die zin aangevuld en aangepast. Het advies van de dienst LNE (VR en MER-cel) is bepalend. De dienst VR heeft gesteld dat er geen ruimtelijk veiligheidsrapport moet opgemaakt worden. De milieuscreeningsprocedure is afgeP.0003-033 RUP “Lindel”

5

•

• •

•

rond. Op 25 augustus 2014 heeft de dienst – MER beslist dat het voorgenomen plan geen aanleiding geeft tot aanzienlijke negatieve milieugevolgen en dat de opmaak van een plan – MER niet nodig is. Als aandachtspunt wordt er meegegeven dat de verkavelingen dienen aangeduid te worden op het grafisch plan als op te heffen. De verkavelingen, die in het plangebied zijn gelegen en die opgeheven dienen te worden, zijn verder aangevuld in het dossier zoals juridisch vereist. De op te heffen verkavelingen in het plangebied gelegen, zijn aangeduid op het grafisch plan als op te heffen. Ruimtelijk kan er akkoord gegaan worden met dit verdichtingsproject in de kern van Lindel en een herstructurering met veel groene ruimte en zachte verbindingen van het centrumgebied. Het is echter verwarrend dat de zone voor gemeenschapsvoorzieningen ook bestemd is voor wonen. De zone behoort volgens de stedenbouwkundige voorschriften bij de gebiedscategorie van wonen terwijl deze toch een blauwe zoneringskleur krijgt en er hoofdzakelijk gemeenschapsvoorzieningen in voorzien worden. Het dossier is in die zin aangepast. De zone waar enkel de gemeenschapsvoorzieningen voorkomen is in het RUP opgenomen in een zone voor gemeenschapsvoorzieningen onder de categorie openbaar nut. Hier is de mogelijkheid om te wonen geschrapt. Een gedeelte van de binnengelegen zone, die direct aansluit met de projectzone Parkstraat – dit is het deel van het plangebied waar de bestaande school is gelegen wordt opgenomen in een zone voor openbaar nut en wonen, dit in aansluiting met de rest van de woonzone aan de Lindelsebaan en de projectzone Kapelstraat en op basis van de zonering van het volwaardig woongebied vastgelegd in het gewestplan. Er zou een project gerealiseerd kunnen worden waar de school in combinatie met de woonfunctie voorkomt. Als het immers op lange termijn aangewezen is om de kern nog te verdichten met wonen, dan is dit ruimtelijk gezien de meest geschikte plaats, direct aan het plein – Parkstraat, zodat de rest van het binnengebied open blijft als groene long, autovrij park gecombineerd met gemeenschapsvoorzieningen op het niveau van de kern Lindel. Het plangebied van Lindel situeert zich volledig in volwaardig woongebied van het gewestplan. Het bestaande BPA is geen wijziging van dit gewestplan maar een specifiëring van het gewestplan. In dit

•

•

•

BPA zijn een parkzone en een zone voor gemeenschapsvoorzieningen vastgelegd, deze bestemmingen verhinderen de verdere uitbouw van de kern. Dit RUP voorziet de concentratie/centralisatie van een aantal gemeenschapsvoorzieningen op het niveau van de kern Lindel en het staat in voor kernversterking door middel van wonen. Omdat het gewestplan volwaardig woongebied inhoudt is gekozen voor een categorisering van alle bestemmingen onder de categorie wonen. Dit is in dit ontwerp - RUP aangepast, nl. het grootste deel van het binnengelegen projectgebied wordt opgenomen als een zone voor gemeenschapsvoorzieningen onder deze categorie. Het betreft het binnengebied waar de parochiezaal, het jeugdheem, de kinderopvang en hun buitenruimte – autovrij park met speelveldjes is gelegen. Dit zou, ook al is Overpelt dit niet van plan, een te groot aanbod wonen voor Overpelt kunnen inhouden, daarom wordt afgesproken deze zone op te delen in twee deelzones: de zone voor gemeenschapsvoorzieningen waar school en kinderopvang, parochiezaal en jeugdverenigingen in een parkgebied worden ingeplant en een zone voor school, eventueel gecombineerd met een woonfunctie op verdieping. Hiervan worden referentiebeelden getoond in het dossier. Het ontwerp – RUP is in die zin aangepast. Wat de noordelijke driehoek, waar de school weggaat in het plangebied, betreft, wordt voorgesteld om wonen enkel te voorzien voor specifieke doelgroepen. Zo wordt het woonaanbod ook op maat van de kern Lindel gehouden. Dit wordt voorgelegd aan het CBS van Overpelt. Het standpunt van het CBS houdt in dat dit ook de bedoeling is om deze zone te reserveren voor wonen voor een specifieke doelgroep: senioren. Dit is echter niet bindend in de voorschriften vastgelegd, maar enkel toelichtend. Het doel is een woonzorgproject te realiseren en wat deze projectzone betreft maximaal in te zetten op doelgroepen. Maar dit wordt niet verordenend in de stedenbouwkundige voorschriften opgenomen, enkel toelichtend. Conclusie: gunstig op voorwaarde dat er rekening gehouden wordt met de opmerkingen in het bijgevoegde advies en onder de opschortende voorwaarde dat er geen plan-MER moet worden opgemaakt.


6

Ruimte Vlaanderen •

• •

•

•

•

Het RUP is in overeenstemming met het RSV. De opmaak van dit RUP is geen rechtstreekse uitvoering van een bindende bepaling van het GRS maar kadert in de algemene visie van de ontwikkeling van Lindel als woonkern. Er zijn geen gewestelijke of provinciale RUP’s van toepassing op het plangebied. Ruimte Vlaanderen sluit zich aan bij de opmerking van de Provincie aangaande de zone voor gemeenschapsvoorzieningen die ook bestemd is voor wonen. Er wordt ook gevraagd om de verkavelingen op het grafisch plan aan te duiden als op te heffen. Het is de bedoeling van de gemeente Overpelt alle verkavelingen die van toepassing zijn in het plangebied op te heffen door middel van de procedure van het RUP. In deze vergadering wordt een grafisch plan op tafel gelegd dat alle verkavelingen die in het plangebied zijn gelegen, aangeeft. Deze verkavelingen worden opgeheven. Het RUP-dossier dat verder in procedure gaat wordt aangevuld met de op te heffen verkavelingen, ze worden op het plan bestaande toestand en het grafisch plan aangegeven. Als aandachtspunt wordt er meegegeven: de huidige contour van het ontwerp-RUP stemt bijna volledig overeen met de contour van het huidige BPA. Enkel aan de Parkstraat wordt een gedeelte van het BPA niet herzien. Dit heeft als gevolg dat nog een beperkt gedeelte van het BPA zal behouden blijven. Is het niet beter om door middel van het RUP het BPA volledig te herzien? De afbakening van het RUP wordt afgestemd op die van het BPA, dit houdt in dat de grens zich situeert op de as van de weg van de Lindelsebaan en de Kapelstraat. Ook wordt een gedeelte van het plein – Parkstraat in het RUP opgenomen. Opgelet: het resultaat van de milieuscreening moet nog bij het dossier gevoegd worden. De beslissing van de dienst – MER is aan het dossier toegevoegd. Er wordt ook gevraagd een watertoets te doen voor het planvoorstel. De stedenbouwkundige voorschriften zijn aangevuld met het advies van de provinciale dienst Water en Domeinen. Conclusie: gunstig, mits rekening wordt gehouden met de bovenvermelde opmerkingen.

De GECORO Het voorontwerp RUP is gunstig geadviseerd met eenparigheid van stemmen door de GECORO, mits rekening wordt gehouden met volgende aandachtspunten: •

•

•

Bij de inrichting van de projectzone aan de Parkstraat moet rekening worden gehouden met schaduwwerking en inkijk naar de school toe. Dit wordt in de stedenbouwkundige voorschriften opgenomen. Er wordt verplicht gewerkt met twee afzonderlijke volumes in deze projectzone zodat de zon nog kan doordringen. In oost – en westrichting kan de zon ook doordringen. De woonvolumes moeten zo opgevat worden dat de leefruimtes en terrassen zich richten naar het zuidelijk gelegen plein aan de Parkstraat. De openingen in de noordelijke gevels blijven beperkt tot lichten en verluchting, er worden hier geen zichten voorzien, zodat de privacy hinder tot een minimum wordt beperkt. Bij de inrichting van het binnengebied moet de ontsluiting goed worden onderzocht en uitgewerkt, met name de toegangen en circulatielijnen voor voetgangers, fietsers, auto’s, laden en lossen. Hieruit zal ook volgen welke delen van het binnengebied wel of niet publiek toegankelijk zullen zijn. Er is bewust gekozen voor een autovrij binnengebied, er is zijn enkel doorgangen voor de zwakke weggebruiker voorzien. Dit komt de leefbaarheid en de veiligheid van het binnengebied ten goede. Het inrichtingsplan dat informatief bij het dossier is gevoegd geeft een voorstel van inrichting van het zuidelijk gelegen plein – de Parkstraat weer. Het stelt ook een alternatieve vorm van ontsluiting voor gemotoriseerd verkeer voor. De verkeersafwikkeling in het algemeen, de parkeerinrichting in het algemeen worden niet juridisch vastgelegd in het RUP. Er is vastgelegd dat het binnengebied autovrij moet zijn en dat er een ontsluiting voor langzaam verkeer van noord naar zuid moet ingericht worden en ook één vanaf de Lindelsebaan naar het binnengebied. De kwaliteit van de architectuur in de projectzone Kapelstraat en Parkstraat moet worden bewaakt. Het informatief inrichtingsplan en de 3D – voorstellen bij het RUP gevoegd geven een voorstel van invulling weer. Er zijn ook referentiebeelden aan het dossier toegevoegd. Zij zijn een toetssteen voor een mogelijke toekomstige archi-


7

tecturale invulling in deze projectzone. De Gecoro verontschuldigt zich voor deze Plenaire Vergadering LNE Op 3 juni jl. ontving de gemeente Overpelt een e-mail van de dienst Veiligheidsrapportering dat men er de aandacht op vestigt dat vanaf 1 mei 2014 de adviezen van de RUP’s gecoördineerd worden door het secretariaatgeneraal van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie. Dit geldt ook voor de adviesvraag aan de dienst Veiligheidsrapportering. Het dossier werd aan deze dienst overgemaakt. Op 26 juni werd het advies van de verschillende afdelingen van LNE overgemaakt aan de gemeente Overpelt: Advies dienst Land en Bodembescherming van de afdeling Land en Bodembescherming, Ondergrond, Natuurlijke Rijkdommen: De centrumontwikkeling van de woonkern van Lindel levert geen opmerkingen op vanuit de afdeling ALBON m.b.t. de aspecten bodembescherming, ondergrond en natuurlijke rijkdommen. De dienst Milieueffectrapportagebeheer (dienst MER): Men wijst er op dat het verplichte onderzoek tot milieueffectrapportage uiterlijk bij voorlopige vaststelling een beslissing moet genomen zijn aangaande de plan-MER-plicht. De MER-screeningsprocedure van GemRUP Lindel is momenteel afgerond, er Dit besluit van 25 augustus 2014 is toegevoegd aan het dossier.

wegen zodat het goed doorwaadbaar is. De afgevaardigde van De Lijn heeft zich verontschuldigd voor deze Plenaire Vergadering. Conclusie: gunstig advies Wonen Vlaanderen Agentschap Wonen Vlaanderen heeft kenbaar gemaakt geen opmerkingen of bezwaren te hebben voor de sector wonen en heeft zich verontschuldigd voor de Plenaire vergadering. Conclusie: gunstig advies

1.5

Dossiersamenstelling

Voorliggend Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan bevat: • • • • • •

Een plan bestaande toestand / juridische toestand Een grafisch plan De Stedenbouwkundige voorschriften Deze toelichtingsnota Het register Een onteigeningsplan

De dienst Veiligheidsrapportage: Er dient geen Ruimtelijk Veiligheidsrapport opgemaakt te worden voor dit dossier. LNE heeft zich verontschuldigd voor de Plenaire Vergadering. De Lijn Er worden geen opmerkingen gemaakt door de medewerkers van De Lijn. Als organisator van openbaar streekvervoer is De Lijn sterk voorstander van inbreiding binnen en verdichting van bestaande woonkernen, bovendien stelt men vast dat het betrokken gebied voorzien is van voldoende trage


8

Figuur Plangebied luchtfoto ruime omgeving. Bron: Google Maps.

2.

HET PLANGEBIED IN BEELD

2.1

Situering in de regio

Lindel is het gehucht ten zuiden van Overpelt centrum en ten oosten van de N74. Het is een woondorp met vooral (lint)bebouwing langs de bestaande straten en pleinen. De Lindelsebaan (de hoofdstraat) verbindt Overpelt (noorden) met Hechtel (zuiden).

Figuur Situering. Bron, Google Maps


9

2.2

Bestaande ruimtelijke structuur van het plangebied en directe omgeving

6 5 4 3

7 1 2

Figuur Plangebied luchtfoto. Bron: Google Maps.

Het plangebied omvat het hart van het ‘centrum’ van de woonkern van Lindel.

van de VKSJ – KSA (5). De onderwijsvoorzieningen worden verzorgd door de Corneliusscholen met een basisschool campus Kapelstraat (6) en een gemeenschapsschool campus Parkstraat (7). Deze openbare voorzieningen zijn als het ware verbonden met een zachte verbindingsas (voetgangers en fietsers). Het binnengebied is niet autovrij. In het noordelijk plandeel (6) aan de Kapelstraat 2 is het gewoon lager onderwijs van de Corneliusschool gehuisvest. Op dit terrein is een elektriciteitscabine gesitueerd. Verder zijn op dit terrein klaslokalen, een refter, een afdak en speelplaats aan beide zijden van het gebouw gelegen. De gebouwen voldoen niet meer aan hedendaagse noden en behoeften en zijn bouwtechnisch niet meer geschikt voor een schoolfunctie. De kosten om ze te renoveren zouden te hoog oplopen, daarom wordt gedacht aan een nieuwbouw in het zuidelijk plandeel in combinatie met een nieuwbouw voor de Buitenschoolse KinderOpvang en de schoolsite aan de Parkstraat. Door de gebouwen op één plaats te voorzien kunnen de gebouwen multifunctioneel en meervoudig gebruikt worden. Gebouwdelen van de school aan de Kapelstraat komen voor in de Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed. De schoolsite aan de Parkstraat betreft het gewoon kleuter – en lager onderwijs ook van de Corneliusschool. Op de schoolterreinen zijn een paviljoen, sporthal, speelplaats, klaslokalen, een refter en inkomhal met vergader – en lokaal voor administratie en parallel met de straat is de fietsenstalling gesitueerd.

Aan de westkant van de Lindelsebaan bevindt zich de oude pastorij (1) die omgeven is door een historische schansgracht en een parkbos. Deze maakt geen onderdeel uit van het plangebied. De pastorij is in landelijk woongebied op het gewestplan gelegen.

De gebouwen van de Buitenschoolse KinderOpvang (4) voldoen niet aan de hedendaagse noden, behoeften en normen en moeten dringend vervangen worden door een nieuwbouw.

Aan de oostkant van de Lindelsebaan, waar zich het eigenlijke centrum situeert, bevinden zich openbare voorzieningen zoals: een ruim publiek parkeergebied, de kerk (2) met monumentaal voorgebied (pad en grasveld), het parochiaal centrum D’n Drossaerd (3) met café/terras en één conciërgeappartement, de buitenschoolse kinderopvang (BKO) (4), de jeugdlokalen

Het parochiaal centrum D’n Drossaerd huisvest vergaderlokalen, een leskeuken, bergruimten (voormalige kleedkamers), een grote zaal, een kleine polyvalente zaal, een terras bij deze feestzaal, een inkom met sanitair van de feestzaal. Verder is er hier een café met overdekt terras functioneel en op verdieping is één woongelegenheid voorzien.


10

De centrale buitenruimte midden in het bouwblok is ook toegankelijk voor de auto. De kinderen kunnen afgezet worden tot voor de deur van de kinderopvang. Naast D’n Drossaerd (ten noorden) zijn petanquevelden gelegen. De publiek toegankelijke buitenruimte is deels verhard en bestaat deels uit grasvelden. Aan het jeugdheem staat een lindeboom, de moeite waard om te behouden. De bebouwing van Lindel (hoofdzakelijk alleenstaande woningen op een kavel) is als het ware organisch gegroeid langs oude tracés of langs aangelegde wegen die een grillig patroon vormen. Dit grillig stratenpatroon is duidelijk te zien op de Ferrariskaart. De streek was toen al een overwegend landbouw- en heidestreek. Lindel noemde destijds Lenden. Het gehucht was toen aanhorig aan de parochie Overpelt (parochie 63). De schans met interne bebouwing op de rechteroever van de Hoevenderloop is duidelijk zichtbaar op deze historische kaart. Figuur Uitsnede uit de Ferrariskaart, 1777

De meest recente bouwprojecten langs de Lindelsebaan en aan de kerk zijn appartementsblokken. Het centrum heeft weinig tot geen voorzieningen met een verzorging- en welzijnskarakter. Er is wel een aanbod aan dagelijkse goederen, ook beperkt aan kleding en een beperkt aanbod aan horeca. Maar voor de rest is Lindel sterk aangewezen op Overpelt centrum. Binnen het gebied en aan de westkant liggen nog vrijliggende gronden, meestal weiland. De vrije ruimte aan de oostkant van de Lindelsebaan is hoofdzakelijk landbouwgebied (akkers en weilanden). Deze vrije ruimte wordt doorsneden door de Hoevenderloop.


11

grenzing situeert zich langs de Hoevenstraat, maar deze is ondergeschikt aan de Lindelsebaan. Ten westen is de Hoevenderloop als het ware voor een stuk de natuurlijke grens van Lindel. De bebouwing bestaat hoofdzakelijk uit vrijstaande eengezinswoningen. Meerdere niet bebouwde kavels zijn momenteel nog bos wat maakt dat Lindel een vrij groene indruk geeft. De Lindelsebaan is een ‘lint’ met een verloop van vrijstaande eengezinswoningen en ééngezinswoningen in korte segmenten in gesloten bebouwingsvorm tot appartementen in gesloten bebouwing ter hoogte van het plangebied. In deze gesloten bebouwing bevinden zich ook handelsactiviteiten en vrije beroepen op het gelijkvloers. In het centrum bevinden zich de gemeenschapsvoorzieningen. De vallei van de Hoevenderloop en het achterliggende open (landbouw)landschap is vanaf de Lindelsebaan amper waarneembaar. Het parkbos rond de pastorie is zichtbaar langs de Lindelsebaan. De pastorie is gebouwd op het middenplein van een historische schans (17e eeuw). De grachtstructuur behorende bij deze schans is nog zeer duidelijk aanwezig en is dus een duurzaam cultuurhistorisch en bouwkundig erfgoed. Het centrumplein (Parkstraat) en de parochiekerk van Lindel zijn vanaf de Lindelsebaan minder merkbaar aanwezig. Hierrond situeren zich de meeste gemeenschapsvoorzieningen: de school, parochiezaal Den Drossaerd, SintCornelius parochiekerk. De vrijstaande klokkentoren (campanile) van de parochiekerk is dan weer zichtbaar vanuit meerdere straten en doorsteken en is een echt oriëntatiepunt. Het binnengebied Lindel-Hoeven is momenteel een speelplein met een: zandbak, schommels, veertoestellen, glijbaan en combitoestel. Het is tevens de uitvalsbasis voor de jeugdverenigingen KSA en VKSJ. Figuur Ruimtelijke structuur

Lindel is een woonkern die zich ten zuiden van Overpelt heeft ontwikkeld op woonkernniveau. De hoofdverkeersas is de Lindelsebaan. De oostelijke be-

Er is een ruim aanbod aan parkeerplaatsen in het groen, voornamelijk rond de parochiekerk en op het centrumplein (Parkstraat). Dit zijn er een 165 tal. In het bouwblok ter hoogte van de voorzieningen kunnen een 15-tal


12

auto’s staan. Er zijn ook een aantal parkeerplaatsen ingericht ten noorden van het plangebied in de spie gevormd door de Lindelsebaan en de Kapelstraat.

2.3.4

2.3.1 2.3.5

2.3.2

2.3.5

2.3.4

2.3.3

2.3.3

Figuur Ruimtelijke structuur projectgebied


13

De eigendomskaart geeft de eigendomstoestand van het projectgebied aan.

4

5

6

De grijstinten vertegenwoordigen percelen van private eigenaars. De gronden die blauw gekleurd zijn, zijn eigendom van de gemeente Overpelt: •

Ten noorden: 3.550 m2

•

Centrum: 5.900 m2

•

Ten zuiden: 4.650 m2

7

Donker paars is 500 m2 in handen van de gemeente Overpelt en het Katholiek Basis Onderwijs (KBO) samen. Het roze deel is van de gemeente Overpelt en de parochiale jeugd. Het perceel dat oranje gekleurd is waar D’n Drossaerd op gebouwd is van de Parochiale - en Sociale Werken. De bruin gekleurde delen zijn in eigendom van Parochiale en Sociale Werken + KBO. Het groen aangegeven perceel waar de kerk staat is van de Kerkfabriek. Voor de realisatie van de ontwikkelingsvoorstellen zijn al deze cruciale actoren bij het planproces betrokken.

2.3

Fotoreportage

2.3.1

De hoofddrager – Lindelsebaan

1

2

•

• •

• 3 • •

•

1. Richting Overpelt met aan de linkerkant eengezinswoningen. Het parkbos rond de pastorie neemt een prominente plaats in, in de perceptie van de wegbeleving. 2. Richting Overpelt ter plaatse van het parkbos van de pastorie. Rechts de open ruimte van de centrumparking (Parkstraat). 3. Richting Overpelt met aan de linkerkant eengezinswoningen met groen voorgebied en rechts appartementsblokken in aaneengesloten wand op de rooilijn. 4. Richting Overpelt met aan de linkerkant eengezinswoningen op de rooilijn en rechts de afbakening van de Corneliusschool campus Kapelstraat. 5. Richting Overpelt met gespleten rijbaanprofiel – poorteffect centrumafbakening. 6. Richting Hechtel (Lindel centrum) met aan de linkerkant de aantakking van de Kapelstraat (groene kop) en rechts eengezinswoningen op de rooilijn – de Proxy-Delhaize situeert zich hier. 7. Richting Hechtel (Lindel centrum) met links de appartementsblokken in aaneengesloten wand op de rooilijn en rechts eengezinswoningen met groen voorgebied. P.0003-033 RUP “Lindel”

14

2.3.2

Pastorie, parkbos net buiten het plangebied

2.3.3

Centrumplein en parochiekerk ten zuiden

1

2

3

1

2

3

4

5

6

4

5

6

•

• • • • •

1. Oude bomen van grote omvang in het parkbos, in dit geval een Platanus acerifolia (plataan). Al deze bomen bepalen in grote mate de groene omvang van het parkbos. 2. De toegang tot de pastorie en het parkbos via de Lindelsebaan. 3. Het brugje over de schansgracht met doorkijk naar het open grasveld met de pastorie. 4. De nog zichtbare oude schansgracht. De wanden zijn recht beplankt. 5. De voorgevel van de pastorie (opgenomen in de lijst van bouwkundig erfgoed). 6. De kapelanij op de hoek Lindelsebaan # Reyenstraat, aan de noordoostrand van het parkbos.

• • • • • •

1. Parkstraat, centrumplein richting uit met parkeerplaatsen. 2. Parkstraat, centrumplein richting in met links parkeerplaatsen. 3. Parkstraat, centrumplein met verkeersgeleidingspaaltjes. 4. Parkstraat, centrumplein richting uit met parkeerplaatsen en groene middenruimte. 5. Groene middenruimte als groene as 6. Parochiekerk met losstaande klokkentoren (opgenomen in de lijst van bouwkundig erfgoed).


15

2.3.4

Corneliusschool – katholiek basisonderwijs

Binnen het studiegebied bevinden zich twee van de vier vestigingen: •

Parkstraat: kleuter en lager onderwijs (1e, 2e en 3e leerjaar)

•

Kapelstraat: lager onderwijs (4e, 5e en 6e leerjaar)

2.3.5

Binnengebied tussen Parkstraat en Kapelstraat

Beide vestigingen van de Corneliusschool zijn aan elkaar gelinkt via een zachte verbinding, waarlangs zich – binnen een groen kader - een aantal faciliteiten bevinden.

1

2

3

1

2

3

4

5

6

4

5

6

7

8

9

• • • • • •

1. Campus Parkstraat: gesloten structuur d.m.v. fietsenstalling vanaf de Parkstraat. 2. Campus Parkstraat: speelplaats aan de voorzijde. 3. Campus Parkstraat: nieuwbouwvleugel 4. Campus Kapelstraat: voorgevel (opgenomen in de lijst van bouwkundig erfgoed). Dit is de kant van de Kapelstraat. 5. Campus Kapelstraat: voorgevel (kant Kapelstraat) en speelplaats. 6. Campus Kapelstraat: achtergevel met aanbouwen. Dit is de kant van de Lindelsebaan.

• •

1. Verbindingsas Parkstraat naar Kapelstraat met links de Corneliusschool. Op het einde het gebouw van VKSJ Lindel-Hoeven. 2. Verbindingsas Parkstraat naar Kapelstraat met rechts het terras van ‘De Drossaerd’ (parochiecentrum) en de lokalen van de naschoolse kinderopvang.


16

• • • • • • •

3. Verhard plein ten zuiden van de VKSJ-lokalen. 4. Groene ruimte langs (ten westen van) de VKSJ-lokalen. 5. Afgesloten speelpleintje in het binnengebied. 6. Binnengebied met de losstaande toren van de parochiekerk als baken. 7. Vrije bebouwbare ruimte langs de Kapelstraat. 8. Binnengebied vanaf de Kapelstraat. 9. Binnengebied vanaf de Kapelstraat met op de achtergrond D’n Drossaerd en de lokalen van de naschoolse kinderopvang.


17

3.

RANDVOORWAARDEN UIT PLANNINGSCONTEXT

3.1

Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV)1

Van kracht sinds 1997. •

Overpelt en Neerpelt zijn samen aangeduid als kleinstedelijk gebied op provinciaal niveau.

3.3

Van kracht sinds 2009. Volgende taakstelling komt in het GRS naar voor, voor Lindel: •

3.2

Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan2

Van kracht sinds 2003. • • • •

Lommel – Neerpelt – Overpelt geselecteerd als stedelijk netwerk op provinciaal niveau. Lommel – Neerpelt – Overpelt geselecteerd als economisch belang van minstens provinciaal belang. Neerpelt – Overpelt geselecteerd als multimodaal knooppunt voor personenvervoer van provinciaal niveau. Lindel is geselecteerd als woonkern.

1

Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, cfr. Besluit van de Vlaamse Regering van 23/09/1997, het Besluit Vlaamse Regering van 12/12/2003, het Besluit Vlaamse Regering 17/12/2010. Bekrachtigd voor wat de bindende bepalingen betreft, bij decreten van respectievelijk 17/12/1997, 19/03/2004 en 25/02/2011.

2

Ruimtelijk Structuurplan Limburg, actualisatie 16 mei 2012.

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan

•

• • •

Verdere ontwikkeling als aaneengesloten woonkern. Het versterken van het centrumgebied moet een bijdrage leveren aan de leesbaarheid van Lindel als woonkern. De verblijfsfunctie plus bijbehorende gemeenschapsvoorzieningen primeren. Woonkern gebonden handel is toegelaten in de toekomst. Andere functies kunnen alleen als ze de genoemde functies niet hinderen. Behoud van het landbouwgebied ten oosten van de dorpskern. Minstens het behoud van de bosfragmenten ten westen van de dorpskern. De Gortenstraat en de Kapelstraat versterken als dragers voor langzaam verkeer in oostwestelijke richting. Dit is vooral een belangrijke recreatieve doelstelling, maar een aantakking op de gemeenschapsvoorzieningen in het centrum is belangrijk als functionele relatie.


18

Het grootste deel van de Lindelsebaan heeft een wettelijk snelheidsregime van 70 km/u. Binnen de grenzen van het RUP is het wettelijk snelheidsregime 50 km/u met afbakening van schoolomgevingen 30 km/u.

Figuur Mobiliteitsgegevens. Ondergrond Google Maps.

Figuur Locatie binnen deelruimte Lindel G.R.S. Bron: Technum N.V.

3.4.2

3.4

Mobiliteitstoets

Het recreatief fietsknooppuntennetwerk gaat in een wijde boog om Lindel centrum heen.

3.4.1

Categorisering van wegen

De Lindelsebaan is een gemeentelijke weg die geselecteerd is als ‘lokale weg type II’. De definitie van een dergelijke weg is ‘een gebiedsontsluitende functie op lokaal vlak’.

Fietsroutenetwerken

De suggestie om de Gortenstraat en de Kapelstraat te versterken als dragers voor langzaam verkeer in oostwestelijke richting is een belangrijk aandachtspunt. Een maasverkleining van het fietsknooppuntennetwerk tussen de punten 254 (253) en 245 zou via deze route gerealiseerd kunnen worden en daarmee Lindel als lokaal centrum recreatief te ontsluiten.

Alle andere wegen behoren tot de categorie ‘lokale wegen type III’ (erftoegangswegen). P.0003-033 RUP “Lindel”

19

Figuur Fietsknooppuntennetwerk.

Figuur Provinciaal functioneel fietsroutenetwerk

In het provinciaal functioneel fietsroutenetwerk is de Hoevenstraat geselecteerd als functionele fietsroute.

3.5

Veiligheidsrapportage

Om een inschatting te kunnen maken van het aspect externe mensveiligheid, wordt het plan getoetst aan de criteria die opgenomen zijn in het onderstaande beslissingsdiagram dat als bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26.01.2007 houdende de nadere regels betreffende de ruimtelijke veiligheidsrapportage, is gevoegd.


20

Figuur Gewestplanuitsnede. Bron: AGIV

3.7

BPA’s en RUP’s

BPA ‘Lindel Het Gehucht’ (KB 25/05/1964), 1e wijziging MB 02/09/1992 (KB 25/05/1964 is vervallen). Deze toetsing gebeurt basis van de 2 km buffer rond de Seveso bedrijven. Het besluit is dat er geen SEVESO-bedrijven zijn binnen de begrenzing van het projectgebied of in de omgeving (2km) van het projectgebied.

3.6

Het BPA voorziet in potenties voor woonontwikkeling (aan de Lindelsebaan) dat voor een groot deel gerealiseerd is. Verder zijn er in dit BPA twee grote openbaar nutszones ingeschreven, dit voor de schoolsites. Het binnengebied is vastgelegd als zone voor openbaar groen en zone voor koeren en hovingen.

Gewestplan

Lindel centrum – en daardoor dus een groot deel van het projectgebied – is woongebied. De westkant van de Lindelsebaan is landelijk woongebied. Het achterste deel van de pastorie (apart gebouw met deel van het park en open gracht) valt binnen het landschappelijk waardevol agrarisch gebied. P.0003-033 RUP “Lindel”

21

Figuur BPA

3.8

Verkavelingen

Niet in het plangebied gelegen: •

Ingesloten gebied voor woningbouwprojecten: zone W3 Figuur Verkavelingsplan 'Kapelstraat'. Bron: GOEN Studiebureau bvba – niet in het plangebied gelegen

In het plangebied gelegen: Volgende verkavelingen worden opgeheven door middel van het ruimtelijk uitvoeringsplan: •

VKVG1066 – 194 – 02/03/1966

•

VKVG0893 – 361 – 14/07/1971 P.0003-033 RUP “Lindel”

22

•

VKVG0740 – 434 – 11/07/1974

•

VKVG0259 – 475 – 09/07/1975

•

VKVG0547 – 779 – 07/07/1994

•

VKVG0184 – 873 – 02/06/2003

•

VKVG1196 – 937 – 21/06/2010

Zij zijn op het grafisch aangegeven als op te heffen.

3.9 •

• • • •

Watertoets De Hoevenderloop aan de westrand van het RUP is van 3e categorie en is onder het beheer van een watering. (Hoevenloop, nummer 326, categorie 3de). Gelegen in de Watering De Dommelvallei Machtiging nodig: neen De biologische waterkwaliteit van de Hoevenderloop is niet geïnventariseerd. De ecologische prioriteit van de Hoevenderloop is: matige waterkwaliteit, matig tot slechte structuurkenmerken. De fysische structuurkenmerken van de Hoevenderloop zijn zwak.

Het betreft een activiteit binnen het stroomgebied van een onbevaarbare waterloop van 3de categorie. Het plangebied is daarenboven gelegen in het bekken van de Maas en het deelbekken Dommel. Het deelbekkenbeheerplan Dommel bevat hierover de volgende bepalingen: behoud en herstel sponswerking bodem moet maximaal nagestreefd worden. Richtlijn gewijzigde afstroomsnelheid: vanaf een verharde oppervlakte van meer dan 1.000 m2 moet door de vergunningverlenende instantie advies worden gevraagd aan de waterbeheerder met betrekking tot mogelijk schadelijke effecten op de toestand van het oppervlaktewater in het kader daar-

van moet voldaan worden aan de volgende voorwaarden: gezien de bodemgesteldheid hier uitermate geschikt is om het regenwater van de verharding te laten bezinken moet bij nieuwe verharding en bebouwing er van uitgegaan worden dat er geen lozing van hemelwater op de riolering plaatsvindt. Er moet voldoende ruimte voorzien worden om het regenwater te laten infiltreren. Na de opvang met hergebruik in hemelwaterputten (conform de gewestelijke stedenbouwkundige verordening) is het dus – rekening houdend met de aanwezige zandbodem – noodzakelijk gebruik te maken van infiltratievoorzieningen. Deze bepalingen zijn ook opgenomen in de stedenbouwkundige voorschriften. Bij het uitvoeren van infiltratiemaatregelen moet voor nieuwe structuren steeds gekozen worden voor open waterstructuren zoals grachten of vijvers (wadi’s). Deze ruimtes moeten dienen voor de compensatie van de verharde oppervlakte van de wegenis en de verhardingen op de percelen. Dit kan in de vorm van een open gracht aan de rand van het perceel of een open bekken. Er moeten infiltratieproeven worden uitgevoerd op de locaties waar men regenwater wenst op te vangen om de infiltratiecapaciteit van de bodem en afgeleid daarvan de dimensionering van het infiltratiebekken(s) te kunnen bepalen. Hierbij moet uitgegaan worden van een terugkeerperiode van de overloop van minimaal 20 jaar, met een minimum van 250 m3/ha verharde oppervlakte (los van de aanwezige hemelwaterputten) en een infiltratieoppervlakte van minimaal 4 % van de verharde oppervlakte. Het risico van overloop moet zo mogelijk op eigen terrein worden gehouden. Tevens moet een inschatting gemaakt worden van de hoogste grondwaterstand. De dekking tussen de bodem van de infiltratievoorziening en de grondwatertafel moet minimaal 30 cm bedragen. Ook de bestaande verharde oppervlakte moet afwateren naar de aan te leggen open infiltratievoorziening. De dimensionering ervan moet aangepast worden aan de totaal aangesloten verharde oppervlakte. Hieraan kan enkel voorbijgegaan worden indien aan de hand van een haalbaarheidsstudie blijkt dat afkoppelen van de bestaande verharding niet mogelijk is. Er moet in de te verwachten stedenbouwkundige vergunningen een dwarsprofiel van het infiltratiebufferbekken bijgebracht worden met het niveau van de inloop en eventuele overP.0003-033 RUP “Lindel”

23

loop. Het volume dat voor buffering instaat is het volume onder de overloop. De ruimte voor water die moet gecreëerd worden onder vorm van open waterbergingszones moet binnen elk van de voorgestelde zoneringen in dit RUP mogelijk zijn. Deze bepalingen zijn in de stedenbouwkundige voorschriften opgenomen.

3.9.1

Overstromingsgevoelige gebieden

3.9.2

Infiltratiegevoelige bodems

Er zijn geen overstromingsgevoelige plekken binnen het projectgebied.

Het projectgebied is infiltratiegevoelig (droog zand).

Figuur Overstromingsgevoelige gebieden

Figuur Infiltratiegevoelige bodems


24

3.9.3

Grondwaterstroming

3.9.4

Winterbedkaart

De projectzone is matig gevoelig voor grondwaterstroming, type 2.

De projectzone ligt niet in een winterbed van een rivier of beek.

Figuur Grondwaterstromingsgevoelige gebieden

Figuur Winterbedkaart


25

3.9.5

Hellingenkaart

3.9.6

Erosiegevoeligheid

Het projectgebied ligt overwegend vlak met hellingen < 0.5%. Plaatselijk kan deze hellinggraad oplopen tot max. 5%.

Binnen het projectgebied zijn er geen erosiegevoelige plekken.

Figuur Hellingenkaart

Figuur Erosiegevoelige gebieden

3.9.7

Besluit watertoets

Op basis van de analyse hierboven kan men er van uit gaan dat er geen negatieve effecten te verwachten zijn. De bepalingen van de gewestelijke verordening op het gebied van hemelwater zullen worden toegepast.


26

3.10

Waterwingebieden en speciale beschermingszones

Figuur Uitsnede uit de nota Vl. Reg. 2008 1212 DOC.1551BIS

Het RUP is niet gelegen in een beschermingszone van een waterwingebied.

3.11

HAG-gebieden

Dit is niet van toepassing op het plangebied gelegen in het RUP. Enkel in de omgeving, nl. ten westen van het plangebied is een deel van de pastorietuin volgens het gewestplan ingekleurd als landschappelijk waardevol agrarisch gebied. Dit landschappelijk agrarisch gebied is opgenomen als ‘herbevestigd’ agrarisch gebied onder de naam: gebied 42, Landbouwgebied Overpelt – Lindel – Hoeven.


27

Figuur detail bestaande toestand RUP met gewestplanzonering

3.13 • •

3.14

Habitatrichtlijn- en vogelrichtlijngebieden Het RUP ligt niet in een habitatrichtlijngebied. Het RUP ligt niet in een vogelrichtlijngebied.

VEN – gebieden

Het RUP ligt niet in een VEN-gebied.

3.15

Boscompensatie

Er moet geen boscompensatie voorzien worden binnen de grenzen van het RUP.

3.16

Erfgoed

3.16.1 Beschermingsbesluiten: monumenten en dorpsgezichten, landschappen • •

Figuur 1 Herbevestig agrarisch gebied. Bron: vlaanderen.be

3.12

Biologische waarderingskaart

Het RUP bevat geen zones van biologische waarde.

Het RUP valt niet in een beschermingszone als dorpsgezicht of landschap. Binnen het RUP zijn er geen beschermde monumenten.

3.16.2 Inventaris bouwkundig erfgoed Volgend bouwkundig erfgoed komt voor binnen de grenzen van het RUP of er net buiten: •

Ten westen van het plangebied: ID 80387: Pastorie van de parochie Lindelhoeven (1906). Het gebouwencomplex is volledig omgracht (eerdere schans 17e eeuw) en gelegen in een ruime tuin (park).


28

Achter de pastorie staat een losstaand parallel dienstgebouw onder zadeldak.

•

•

In het plangebied van het RUP: ID 80373: Corneliusschool campus Kapelstraat (geclusterd). Eerste gebouw daterend van 1900, uitgebreid met 2 klaslokalen in 1937. In 1954 wederom een aanbouw van een bijkomend lokaal voor kleuters. Aan de zijde van de Lindelsebaan recent rood bepleisterd.

ID 80396: Langgestrekte hoeve, Kapelstraat (Parkstraat ?) 36. Het betrokken erfgoed is afgebroken en vervangen door een nieuwe woning. De drie oude bomen zijn ook verdwenen.


29

Het is technisch en financieel niet haalbaar deze gebouwen te behouden. De clustering van de schoolgebouwen op één site in combinatie met het gebouw voor de voor – en naschoolse kinderopvang leidt tot een optimaal en duurzaam ruimtegebruik. Voor de schoolsite in het noordelijk plandeel zijn er volgende organisatorische problemen, die een behoud van het gebouw onbetaalbaar maken: -

•

Het gebouw is heel duur wegens zeer hoge stookkosten. Zowel het dak als de muren zijn niet geïsoleerd. Dakwerkers durven niet meer op het dak terwijl er enkele leien vervangen dienen te worden. Het platte dak (gedeelte gang) lekt. De vloeren zijn allemaal versleten. Onder de voordeur is er een opening met veel warmteverlies als gevolg. De vloeren zijn niet geïsoleerd. De tegels liggen in het zand. Het gebouw is niet rolstoel toegankelijk. De beide toegangsdeuren hebben een trapje. Er zijn een aantal te kleine klassen. Het sanitair in de klassen is volledig afgeleefd. in alle klassen bevindt zich nog een trede die de toegankelijkheid niet ten goed komt. Daarnaast is die trede klasorganisatorisch een probleem.

In het plangebied van het RUP: ID 80384: Burgerhoekhuis, op de hoek van de Kapelstraat/Lindelsebaan, gelegen in het plangebied. Vermoedelijk daterend uit 1930.


30

•

3.17

Ten zuiden van het plangebied: ID 80395: Sint-Corneliuskerk met losstaande toren, gebouwd in 1968-1969 – niet gelegen in het plangebied (ten zuiden van de Parkstraat)

3.19

Atlas van de buurtwegen

De Lindelsebaan, de Kapelstraat (driehoekstructuur), de Reyenstraat en de Vrenenstraat zijn oude ontsluitingsstructuren. De Parkstraat is tot stand gekomen boven op een oud smal perceel. De grachtenstructuur rond de huidige pastorie is duidelijk zichtbaar. Veel bebouwing was bij de opmaak van de atlas der buurtwegen nog niet aanwezig.

Archeologische sites

Er zijn geen archeologische sites binnen de grenzen van het RUP. Figuur Uitsnede atlas der buurtwegen. Bron: GIS Limburg.

3.18 • •

Landschapsatlas Lindel behoort tot het Kempisch Plateau. Het RUP valt niet binnen een zone van de landschapsatlas.

3.20

Waterwegen

Buiten de Hoevenderloop (3e cat.) zijn er geen grote waterwegen gelegen in of in de buurt van het RUP.


31

•

4.

GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR

4.1

Programmaonderdelen

Het GemRUP moet een flexibel kader vormen voor de ontwikkeling van de Corneliusschool in combinatie met andere gemeenschapsfuncties (waaronder de BKO) en wonen op schaal van de kern. Op die manier tracht het gemeentebestuur de dorpskern van Lindel te versterken. Het RUP kan deze ontwikkeling, die in fases gebeurt, faciliteren. Het bestaande van kracht zijnde BPA laat dit niet toe. We onderscheiden volgende programmaonderdelen in het plangebied: •

•

•

•

•

•

4.2

Autovrije wandelassen worden ingeschreven, de auto wordt uit het binnengebied geweerd;

Ruimtelijke entiteiten als onderdeel van de kern Lindel

We beschrijven verder de gewenste ruimtelijke structuur van Lindel, ongeacht of de deelgebieden in het RUP zijn opgenomen. De opname in het RUP gebeurt immers enkel als er een planologische noodzaak is.

De organisatie van het gebundelde schoolgebeuren (het samenvoegen van de 2 Corneliusscholen – kleuterschool en lager onderwijs op één schoolsite (KBO) in het binnengebied aan de Parkstraat dit in combinatie met de buitenschoolse kinderopvang (BKO). De noordelijk gelegen vrijgekomen schoolsite aan de Kapelstraat Lindelsebaan komt in aanmerking voor wonen al dan niet voor een specifieke doelgroep: zorgproject. Het parochiecentrum D’n Drossaerd wordt bestendigd en kan indien haalbaar uitgebreid en gerenoveerd worden in combinatie met twee woongelegenheden: twee dakappartementen aan het plein; Woonontwikkeling langs de Parkstraat, ten zuiden in het plangebied, in aansluiting met de hoek Parkstraat – Lindelsebaan aan het plein, dit ter versteviging van de pleinwand en in functie van het versterken van een actieve en levendige woonfunctie aan het plein; Het Jeugdheem (VKSJ en KSA) kan behouden blijven – indien dit op termijn zich zou herlokaliseren ontstaat de mogelijkheid om op deze gronden andere gemeenschapsfuncties/parkfuncties toe te staan; Een autovrij binnengebied: een publiek toegankelijk park met ruimte voor verblijven en spel in open lucht – een pad van noord naar zuid, de waardevolle lindeboom blijft behouden;


32

Figuur ruimtelijke entiteiten

Binnen het projectgebied zijn er een aantal grotere ruimtelijke entiteiten of deelgebieden te onderscheiden, ze hebben elk een specifiek programma en een specifieke stedenbouwkundige uitwerking: •

•

•

Deelgebied 1: de pastorij samen met de kapelanij, maakt geen onderdeel uit van het RUP maar is wel een element dat structureel behoort bij de kern van Lindel – het park zorgt voor verademing aan de Lindelsebaan; Deelgebied 2: zone voor wonen aan de Kapelstraat, grondgebonden ééngezinswoningen aan de Kapelstraat. Het betreft een woonstraat in de kern van Lindel, de woonfunctie primeert. Er zijn verplicht twee bouwlagen vastgelegd met eventueel een dak of een setback; Deelgebied 3 opgedeeld in drie deelzones:

1. Een zone voor gemeenschapsvoorzieningen (categorie gemeenschapsvoorzieningen): het binnengebied tussen de Kapelstraat en de Parkstraat: de uitbouw met gemeenschapsfuncties in een parksetting staat voorop. Het is een zone voor gemeenschapsvoorzieningen in een publiek toegankelijk park met plaats voor spel in open lucht. In deze zone is het de bedoeling dat alle gemeenschapsfuncties geconcentreerd voorkomen met de noodzakelijke verharde en groene buitenruimte, zoals o.a. het basis – en kleuteronderwijs, de kinderopvang, een parochiezaal – en feestzaal, gemeenschapslokalen, lokalen voor jeugdverenigingen, buitenspeelterreinen … het binnengebied wordt autovrij gehouden. 2. Een zone voor gemeenschapsvoorzieningen en wonen (pyjama rood – blauw categorie wonen) Het betreft de zone waar de school is gelegen in aansluiting met de projectzone Parkstraat. Om de bestaande schoolsite een gezicht te geven aan het plein wordt een zuidelijke uitbreiding aan het bestaande gebouw ingeschreven. Dit houdt een beperkte inname van het openbaar domein in. Zo komt de school met haar gezicht aan de rand van/op het plein te staan en sluit het de bebouwingsstrook (hoek LindelsebaanParkstraat) af naar het groen autovrij binnengebied; De schoolfunctie zou gecombineerd kunnen worden met een woonfunctie dit in relatie met het wonen aan de Lindelsebaan en de projectzone Parkstraat aan het plein. Hieronder een aantal referentieprojecten waarbij wonen en onderwijs gecombineerd worden; ook wel eens ‘brede scholen’ genoemd.


33

Projectzone Parkstraat (categorie wonen): het betreft een zone voor wonen met nevenfunctie ter versterking van de pleinwand. Dit om het plein een levendig karakter te geven, ook als de openbaar nutsfuncties niet in actie zijn. De bebouwingsperceelconfiguratie wordt aangepast, nl. de te creëren pleinwand wordt in zuidelijke richting verschoven om de wandafwerking van de hoek Lindelsebaan - Plein Parkstraat kracht bij het zetten. Dit houdt een beperkte inname van het in oppervlakte ruime openbaar domein in. Het is een totaalproject, niet gefaseerd te ontwikkelen. Het bestaat uit minimum twee bouwvolumes. De bouwhoogte bedraagt verplicht 4 bouwlagen met verplicht een plat dak. Deze bouwhoogte is te verantwoorden omwille van de ligging pal in het centrum en met een groot open voorgebied als het plein voor de deur. De toegang voor gemotoriseerd verkeer mag enkel voorzien worden op de plaats zoals aangegeven op het grafisch plan, dit om een veilig en aangenaam verblijfsgebied te creëren aan de nieuwe pleinwand. De woongelegenheden richten zich met hun leefruimten en terrassen optimaal naar de zone en het plein. Hieronder een mogelijk referentieproject:

ABV+ architecten: Wonen + School GIBO Mariaburg Brasschaat (2010)

CITA architecten: Brede School Esse Zoom (onderwijs + wonen)

2b architectes: Villa Urbaine de 4 logements, Lausanne (CH), 2011 2dv architecten: De Kleine Zavel (wonen boven de school), Aalst (prijsvraag 1ste prijs 2013)

•

Deelgebied 4 projectzone Kapelstraat: de noordelijk gelegen driehoek Lindelsebaan | Kapelstraat: kernversterking door middel van wonen – een zorgproject. Alle woonvormen in diverse typologieën zijn in deze zone toegestaan met de noodzakelijke buitenruimte en de ontsluitingsinfrastructuur en parkeerfaciliteiten. Bij de ontwikke-


34

•

ling van deze zone moet een inrichtingsplan opgemaakt worden voor de totaliteit van de zone. De ontwikkeling kan gefaseerd gebeuren. Wat bouwhoogte betreft schrijven we verplicht 3 bouwlagen met een plat dak of verplicht 2 bouwlagen met een hellend dak voor aan de Lindelsebaan en de hoek om als wand van de zuidelijk gelegen Kapelstraat. Wat de wand betreft aan de oostelijk gelegen Kapelstraat schrijven we verplicht 2 bouwlagen met verplicht een plat dak voor; De bestaande bebouwing aan de Lindelsebaan – zone voor wonen Lindelsebaan: deze deelruimte is nagenoeg recent volledig gerealiseerd: de bebouwing creëert een gesloten wand aan de Lindelsebaan. Het betreft een centrumstraat in de kern van Lindel waar alle centrumfuncties, die in een kern thuishoren zijn toegestaan. Wonen kan in de vorm van ééngezins – of meergezinswoningen. De andere functies mogen niet hinderlijk zijn voor de woonfunctie. Het betreft handel, horeca, vrije beroepen, private nuts – en gemeenschapsvoorzieningen en socioculturele voorzieningen. Een bedrijf is niet toegestaan. Parkeren voor bewoners moet verplicht op het eigen terrein gebeuren. Vanaf 5 woongelegenheden in één pand/op één terrein moet het parkeren verplicht ondergronds gebeuren. De bebouwingstypologie is verplicht een gesloten typologie. De bouwhoogte bedraagt verplicht twee bouwlagen met een hellend dak of verplicht drie bouwlagen met een plat dak. In het dakvolume mag slechts één woonlaag ingericht worden. Op de hoek van de Lindelsebaan met het plein mag geen toegang voorzien worden voor de auto, zodat een veilig verblijfsgebied ontstaat bij de functies op het gelijkvloers en het plein. De toegang voor de auto moet voorzien worden op de plaats zoals die op het grafisch plan is aangegeven.

Figuur Te ontwikkelen zachte assen

Zachte of langzaam verkeersassen – het ontsluitingsmodel Vanuit de bestaande open/gesloten structuur zijn er een aantal belangrijke ‘zachte assen’ te definiëren – het ontsluitingsmodel: •

•

Zachte as 1: een fiets-/voetgangersverbinding tussen de Lindelsebaan en de St. Corneliuskerk. Deze as geeft ook een mooi zicht op de losstaande kerktoren. Deze as bestaat al fysiek maar is nu niet gevrijwaard van autoverkeer, in het RUP wordt deze autovrij vastgelegd; Zachte as 2: een verbinding tussen de kapelanij (Reyenstraat) via een openbare onderdoorgang naar het binnengebied. Deze as verbindt het buitengebied met het centrumgebied met aanliggende openbaar vervoerhalte. Deze as moet verder uitgebouwd worden bij de gebiedsontwikkeling. P.0003-033 RUP “Lindel”

35

•

•

•

Zachte as 3: een verbinding tussen de pastorij (met groen park) via het plein (Parkstraat) naar de Corneliuskerk. Momenteel is het plein hoofdzakelijk georiënteerd op het parkeergebeuren en komt de voetgangersrelatie te zwak aan bod. Daarom wordt in het inrichtingsvoorstel, dat informatief bij het dossier wordt gevoegd een alternatief ontsluitingsmodel voor doorgaand verkeer voor de auto voorgesteld, nl. via de Parkstraat, Rekkerstraat en de Pater Vanduffelstraat. Een autovrij binnengebied: de zone voor gemeenschapsvoorzieningen is gevrijwaard van gemotoriseerd verkeer, uitgezonderd in functie van calamiteiten en voor laden en lossen bij de school, de kinderopvang en D’n Drossaerd. De 15-tal parkeerplaatsen die hier gesitueerd zijn worden bij de herinrichting geschrapt in het binnengebied. Het (Kerk) – plein aan de Parkstraat: wordt bij voorkeur heringericht. Er is slechts één aantakpunt voor de auto aan de Lindelsebaan, de rijweg Parkstraat (ook voor doorgaand verkeer) is zuidelijk gelegen, hier takt een toegang naar het parkeergebied op aan. Het parkeergebied kan ook bereikt worden via de Pater Vanduffelstraat. Zie inrichtingsplan dat informatief in het dossier is opgenomen; In totaliteit kunnen een 175 parkeerplaatsen ingericht worden op het plein Parkstraat en het Kerkplein;

Het inrichtingsplan bij het dossier gevoegd is informatief bij de inrichting van de zone.


36


37

Vogelperspectief vanaf de Lindelsebaan


38

Vogelperspectief vanaf de Kapelstraat


39

Vogelperspectief vanaf de Kerk


40

Vogelperspectief vanaf het kruispunt Lindelsebaan-Kapelstraat


41

Programmatorische toelichting bij de gemeenschapsfuncties: Kinderopvang [IBO ‘t Ravotterke – ‘De Bengels’] - BKO Bestaand gebouw [160 m²] | oorspronkelijke erkenning voor 34 kinderen Knelpunten: toegestane overschrijding tot 130% wordt sterk overschreden (op din.- en don. avond]), onaangepaste infrastructuur, ook niet afgestemd op gebruik door personeel; Nieuw gebouw [350 m²] + buitenruimte [210 m²] • • • • • •

bebouwing: 4 m²/kind (of zelfs 5 m²/kind; in geval van leef- en rustruimte) buitenruimte: 3 m²/kind erkenning voor 70 kinderen: 35 (Lindel) + 35 (Rakkers van Holheide) 280 m² netto speelruimte binnen + 70 m² randinfra = 350 m² (bruto opp.) 210 m² buitenruimte Model ‘brede school’: meervoudig ruimtegebruik door verenigingen, school, …)

• • • • • •

sanitair (2): berging e.a.: grote eetzaal: gewone eetzaal: vergaderlokalen: Speelplaats:

[24 m²] [82 m²] [150 m²] [70 m²] [70 m²] [2.000 m²]

OPVANG + CORNELIUSSCHOOL (875 m²): • • • • • •

multifunctioneel gebouw:

opvang (280 m²) school (440 m²) binnenspeelruimte (155 m²) (gezamenlijk te gebruiken) buitenspeelruimte 210 m² overdekte speelruimte 70 m²

Basisschool [KBO Corneliusschool] •

Noordelijke site: afbraak bestaande gebouwen school (omwille van de slechte staat)

•

Nieuwbouw tal •

[725 m²]

klassen (6): oppervlakte]

Berekening opp. o.b.v. leerlingenaan-

[330 m²]

[zicht op subsidieerbare


42

CORNELIUSSCHOOL (1.600 m²) • • • •

bestaande schoolgebouwen UITBREIDING (300 m²) beeldbepalend volume aan het plein (2 bouwlagen + dak) Ev. grote en gewone eetzaal + vergaderlokalen + adm.

D’n Drossaerd (2250m²) • • •

Kelder (555 m²) gelijkvloers (1200 m²): grofte zaal, kleine zaal, café, les keuken, keuken, berging, centraal sanitair verdieping (595 m²): vergaderlokalen + mogelijkheid tot 2 woongelegenheden


43


44

5.

RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN

5.1

Grafisch plan

(categorie wonen) behouden (2,57 ha), uitgezonderd de zone voor gemeenschapsvoorzieningen en de zone voor wegenis die respectievelijk ondergebracht wordt onder de categorie gemeenschapsvoorzieningen (1,04 ha) en de categorie lijninfrastructuur (1,07 ha).

5.3

Op te heffen bepalingen

De geldende gewestplanbestemming ‘woongebied’ wordt opgeheven vanaf het moment dat het RUP van kracht is. Hetzelfde geldt voor de bestemmingen van het BPA ‘Lindel het gehucht’ gelegen binnen de afbakening van het ruimtelijk uitvoeringsplan; het betreft de volgende bestemmingszones: zone voor openbaar nut, zone voor wegenis voor gelijkberechtigd verkeer, zone voor gesloten bebouwing, zone voor open bebouwing, achteruitbouwstrook, zone voor koeren en hovingen, zone behorend bij het sociaal leven, openbare groenzone, Volgende verkavelingen worden eveneens opgeheven door middel van het ruimtelijk uitvoeringsplan:

5.2

Ruimtebalans

Het RUP heeft een oppervlakte van 4,68 ha. Volgens het gewestplan is het RUP volledig gelegen binnen de bestemming volwaardig woongebied. Door de opmaak van het RUP wordt een groot deel van de woonbestemming

•

VKVG1066 – 194 – 02/03/1966

•

VKVG0893 – 361 – 14/07/1971

•

VKVG0740 – 434 – 11/07/1974

•

VKVG0259 – 475 – 09/07/1975

•

VKVG0547 – 779 – 07/07/1994

•

VKVG0184 – 873 – 02/06/2003

•

VKVG1196 – 937 – 21/06/2010

Zij zijn op het grafisch aangegeven als op te heffen.


45

5.4

Register planbaten/planschade

Binnen de afbakening van het RUP zijn er geen percelen aangeduid die mogelijks in aanmerking komen voor planbaten of kapitaal- of gebruikersschade. Wel zijn er (delen van) percelen die mogelijks in aanmerking komen voor planschade: •

door de omzetting van wonen naar gemeenschapsvoorzieningen: 663 B, 659 H, 659 G, 665 L, 665 K, 662 S, 662 T, 654 S en 685 B 2


46

6.

ONTEIGENINGSPLAN

Er is een onteigeningsplan in het dossier opgenomen. De loten die worden voorgesteld in dit plan zijn noodzakelijk te verwerven ter realisatie van een nieuwbouw schooldeel van de lagere school in combinatie met de buitenschoolse kinderopvang in de zone voor gemeenschapsvoorzieningen enerzijds (perceel 665L). En anderzijds betreft een lot in het plan opgenomen, een zeer smal onbruikbaar restperceel parallel aan de Kapelstraat (perceel 663b). •

Algemeen nut

Perceel 665L: de verwerving van de grond dient het algemeen nut: nl. de te realiseren bestemming is een schoolgebouw(deel) met kinderopvang. Perceel 663b: dit perceel is zeer smal en niet bruikbaar, daarom wordt het mee geïncorporeerd in de zone voor gemeenschapsvoorzieningen en wonen. Het behoort bij het voorgebied van de bestaande jeugdlokalen daar gelegen. •

Perceel 663b: het perceel kan op zich, door haar kleine oppervlakte en haar smalle langgerekte vorm, geen andere functie vervullen dan deze van het aanpalende zuidelijk gelegen perceel. •

Hoogdringendheid

Perceel 665L: De schoolaccommodatie in het noordelijk gelegen plandeel heeft afgedaan en voldoet niet meer aan de hedendaagse noden behoeften. Verder is het sterk kostenbesparend en van structureel belang dat de lagere - kleuterschool op één site georganiseerd wordt, zodat een meervoudig gebruik van lokalen ontstaat, dit in combinatie met de voor – en naschoolse kinderopvang en de schoolsite gelegen aan de Parkstraat. De huidige gebouwen voor de kinderopvang voldoen niet meer en moeten dringend vervangen worden. Vandaar dat de realisatie van een nieuwbouw schooldeel en kinderopvang op korte termijn moet kunnen gerealiseerd worden. Perceel 663b: de inname van dit smalle perceel is een correctie van een situatie die historisch zo gegroeid is en als smalle reststrook is overgebleven.

Noodzaak tot onteigening

Het is noodzakelijk het perceel 665L op te nemen in het onteigeningsplan, dit om het met zekerheid te kunnen verwerven in het kader van de korte termijn realisatie van het schoolgebouw in combinatie van de buitenschoolse kinderopvang. Deze gebouwen kunnen op geen enkele andere plaats zo optimaal worden ingeplant omdat zij op die manier aansluiten bij de bestaande schoolsite. De school en de kinderopvang kunnen op die manier ook blijven functioneren tijdens de werken van de realisatie van de nieuwbouw. Door de gebouwen op deze manier in te planten ontstaat een optimaal georganiseerd publiek toegankelijk groen park, als buitenruimte bij alle gemeenschapsfuncties. P.0003-033 RUP “Lindel”

47


48

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN LINDEL

Recommend Documents