Een integrale geluidsopname van deze vergadering van de raad is te beluisteren op

Verslag van de openbare vergadering van de raad van Papendrecht gehouden op 29 maart 2012, aanvang 20.00 uur. Een integrale geluidsopname van deze vergadering van de raad is te beluisteren op www.papendrecht.nl Aanwezig: De heer C.J.M. de Bruin, voorzitter; De dames T.C. van Es (D66), M. den Hartog-De Jong (PvdA), C.A. Verver-van Geesbergen (VVD) en J. Vos (GroenLinks); de heren: M. Chaïbi (PvdA), R.V. van Engelen (GroenLinks), L. Fijnekam (PAB), A. de Graaf (VVD), R.A. Groene (PAB), F. den Hartog (PAB), F. Hoek (CDA), J.H. Hoogeveen (PAB), M.C. Hoogland (SGP), M.W. Huijzer (ChristenUnie), R. Lammers (Lijst Lammers), E.B.A. Lichtenberg (CDA), A. Rietveld (ChristenUnie), E.J. Schotting (PvdA), M. van der Valk (VVD), M. de Roo (VVD) en A.v.d. Stelt (CDA); Afwezig met kennisgeving: de heren C. de Kraker (SGP), A. Stremler (PAB) en H.A. Nieuwstraten, portefeuillehouder; Mede aanwezig: mevrouw J.R. Reuwer-Verheij en de heren C. Koppenol, R.T.A. Korteland en W.C. Scheurwater, portefeuillehouders; Publieke tribune: ± 14 belangstellenden; De heer A.P.M.A.F. Bergmans, raadsgriffier; Verslaglegging: CTT;

01.

Opening

De VOORZITTER opent de vergadering om 20.00 uur en heet alle aanwezigen hartelijk welkom. Er is bericht van verhindering ontvangen van de heer Stremler en van de heer De Kraker. 02.

Vaststelling van de agenda

De heer VAN ENGELEN verzoekt, mede namens de fracties van het PAB en de ChristenUnie, een agendapunt toe te voegen inzake de brede school aan de Moerbeihof, waarmee de raad akkoord gaat. De VOORZITTER stelt voor dit agendapunt als agendapunt 16 in te lassen en agendapunt 16 te wijzigen in agendapunt 18. Met inachtneming van deze toevoeging wordt de agenda vastgesteld. 03.

Vaststelling van de verslagen van de openbare vergaderingen van: a. 26 januari 2012 en; b. 05 maart 2012

Het verslag van 26 januari 2012 wordt ongewijzigd vastgesteld. Naar aanleiding van het verslag zijn geen opmerkingen. Het verslag van 5 maart 2012: Pagina 1, 6e regel moet zijn: de heer Chaïbi wil graag het duo-raadslid van de PvdA feliciteren. Pagina 2, punt 2: de heer Hoogeveen merkt op dat een eventuele maximale bijdrage 1,2 miljoen is in plaats van 2 miljoen.

1

Pagina 10: de heer Lichtenberg wil, inzake de opmerking van de heer Hoogland waarin hij aangeeft hetgeen de heer Lichtenberg zegt te ontkrachten en daar tegenover te zetten hetgeen men nu ziet gebeuren in de raad, daaraan toegevoegd zien dat daarna is aangegeven het niet te kunnen rijmen met de bijdrage van de heer Hoogland in de commissie nog geen mening te hebben om vervolgens in zijn eerste termijn met een stemverklaring te openen. Naar aanleiding van: De heer Van Engelen betreurt zijn opmerkingen op pagina 9 betreffende het zien van de drie moties als moties van wantrouwen en dat het college bij het aannemen van de moties zal opstappen. Met inachtneming van deze opmerkingen wordt het verslag vastgesteld. 04.

Ingekomen en ter inzage gelegde stukken

I.

Het voorstel om de onder deze categorie genoemde stukken voor kennisgeving aan te nemen (de betreffende stukken zijn al als ingekomen stuk te boek gesteld en aan de orde geweest in de laatstgehouden vergadering van de raadscommissies): de raad gaat met de voorgestelde wijze van afdoening akkoord.

II.a

Het voorstel om de genoemde stukken 1 t/m 3 (afkomstig van derden) voor kennisgeving aan te nemen: de raad gaat met de voorgestelde wijze van afdoening akkoord.

II.b

Het voorstel om het genoemde stuk 1 in handen te stellen van het college: de raad gaat met de voorgestelde wijze van afdoening akkoord.

II.c

Het voorstel om de genoemde stukken a t/m h (afkomstig van het college van burgemeester en wethouders en van de voorzitter van het presidium) voor kennisgeving aan te nemen: de raad gaat met de voorgestelde wijze van afdoening akkoord.

II.d

Het voorstel om het overzicht van aangehouden en aangenomen moties voor kennisgeving aan te nemen: de raad gaat met de voorgestelde wijze van afdoening akkoord.

II.e

Het voorstel om kennis te nemen van de antwoorden van het college van burgemeester en wethouders op schriftelijk ingediende vragen ex artikel 36 van het Reglement van Orde voor kennisgeving aan te nemen: de raad gaat met de voorgestelde wijze van afdoening akkoord.

05.

Voorstel om de heer W. Zijlmans te benoemen tot lid van de commissie Ruimte, als opvolger van de heer B. de Jong en tot het eveneens benoemen van de heer R.V. van Engelen tot lid van de commissie Ruimte

Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten waarbij de raad geacht wil worden schriftelijk gestemd te hebben. 06.

Voorstel tot het vaststellen van het Integraal Veiligheidsplan (IVP) 2012-2015

Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 07.

Voorstel tot gunning van de accountantscontrole 2012-2014

Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.

2

08.

Voorstel tot het vaststellen van de 6e wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden


Voorstel tot het aanpassen van de stemverhouding van de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden


Voorstel tot het vaststellen van het bestemmingsplan Sportcentrum


Voorstel tot het vaststellen van de gewijzigde Bouwverordening 2012


Voorstel tot het vaststellen van de Verordening alleenrecht bewegwijzering Papendrecht


Voorstel tot het instemmen met de 2e wijziging Verordening binnenhavengelden 2010


Voorstel tot het verlenen van goedkeuring aan de ontwerpbegroting 2012 van de stichting Openbaar Primair Onderwijs Papendrecht en Sliedrecht


Voorstel tot het verlenen van goedkeuring aan de ontwerpbegroting 2012 van de stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Willem de Zwijger College

De heer CHAIBI merkt op dat het niet goed gaat met de St. Openbaar Voortgezet Onderwijs Willem de Zwijger College en dit al het derde jaar is dat het weerstandsvermogen niet op peil is. Via een Marap de raad informeren vindt zijn fractie niet voldoende om de financiën weer gezond te maken. Hij vervolgt dat de wethouder meer actie zal moeten ondernemen om hier grip op te krijgen en vraagt wat de formele rol van de raad is en hoe de juridische status zich in de praktijk vertaalt. De juridische status: de gevraagde goedkeuring kan krachtens art. 42 van de Wet Voortgezet Onderwijs worden onthouden wegens het in strijd zijn met het recht of met het algemeen belang, is niet van toepassing. Ten aanzien van de praktijk: de taak van de raad komt in de praktijk neer op het toezicht houden op de financiële situatie van de St. Voortgezet Onderwijs en moet ervoor zorgen dat de continuïteit van het Openbaar Voortgezet Onderwijs niet in gevaar komt. De fractie van de PvdA vindt de managementrapportage niet voldoende om de toezichthoudende rol van de raad uit te voeren. Ten aanzien van de Marap is dit inmiddels het 2e kwartaal en is geen sturingsmiddel om deze stichting financieel gezond te maken, aangezien de Marap een korte termijninstrument is en het hier gaat om de lange termijn om de toekomst van de stichting te waarborgen. Zijn fractie wil dat de wethouder een extra maatregel, een plan van aanpak, opneemt naast de Marap hoe de stichting de komende jaren de financiële positie wil verbeteren en waarin de bezuinigingen en hervor-

3

mingen binnen de stichting worden meegenomen. De heer VAN ENGELEN vraagt in hoeverre nu op het Willen de Zwijger College wordt ingegrepen om een duurzame ontwikkeling in de toekomst veilig te stellen en onderschrijft het betoog van de fractie van de PvdA om de raad beter te informeren. De fractie van GroenLinks hoort graag van de wethouder of er al maatregelen zijn genomen om een en ander te verbeteren. In dat geval verdient het Willem de Zwijger College de steun van de raad en kan het betoog van de heer Chaïbi vertaald worden in: graag wil de raad op de hoogte gehouden worden van de vorderingen. De heer DEN HARTOG sluit zich aan bij het betoog van de heer Chaïbi. De heer LICHTENBERG verwijst naar de suggesties die zijn fractie in de commissie aan de wethouder heeft meegegeven: bekijken, nu men start om zaken op orde te brengen, wat voor extra impuls nodig is vanuit de gemeente om er zeker van te zijn dat die pogingen zullen slagen. Hij benadrukt het belang van het op orde zijn van de administratie en hoort graag van de wethouder wat met de suggesties uit de commissie gedaan is. De heer RIETVELD vraagt wat de rol van de raad en het college is als ondanks genomen maatregelen het niet goed blijft gaan. De heer DE ROO merkt op dat nog steeds achter de feiten aan gelopen wordt en vraagt de wethouder welke sturingsmechanismen hij heeft om te zorgen dat niet alleen de Marap, maar ook deze begroting voldoet aan het op tijd indienen etc. en wat de wethouder hieraan gaat doen. Wethouder SCHEURWATER geeft aan de zorg om de financiële positie van het Willem de Zwijger College te delen. Het Openbaar Voortgezet Onderwijs is sinds 1 januari 2008 ondergebracht in een stichting en staat op afstand van de gemeente. Het bestuur is zelfstandig en draagt verantwoording en vormt samen met de directie het dagelijks bestuur. Door de wetgever, de overheid, is bepaald dat aan de gemeenteraad goedkeuring wordt gevraagd voor de begroting, maar dat betekent niet dat de raad de verantwoordelijkheid overneemt. Het schoolbestuur is en blijft verantwoordelijk. Onthouding van goedkeuring door de raad kan alleen op basis van art. 42, lid b van de Wet van het Voortgezet Onderwijs en geeft twee duidelijke redenen tot onthouding van goedkeuring op de begroting, terwijl van beide gevallen geen sprake is. Volgens de wettekst Is voor onthouding geen wettelijk kader aanwezig en is niet aan de orde. Het neemt niet weg dat de weerstandspositie zorgelijk is. De wethouder zegt het bestuur de kans te willen geven, maar zal hen kritisch volgen en er scherp op toezien dat de school haar verantwoordelijkheid neemt. De wethouder vervolgt dat de directie voortvarend is begonnen met de bezuinigingen en dat betekent regelmatig financieel overleg en financiële rapportages. Hij zegt toe de zorg van de raad te betrekken in de vervolggesprekken met de school en heeft dat ook na de laatst gehouden commissievergadering meegenomen. Getracht zal worden om de komende primaire begroting in december in de raad aan de orde te stellen, daar de school verplicht is om uiterlijk 1 december van het voorgaande jaar de begroting te sturen, maar ook rekening gehouden moet worden met de cyclus van raad en commissies. Tweede termijn De heer CHAIBI benadrukt de toezichthoudende taak van de raad, waarbij het kritisch volgen naar zijn mening niet voldoende is gebleken en vooraf sturing noodzakelijk is. Hij gaat er van uit dat de stichting zelf ook een plan van aanpak heeft en zou daar graag kennis van nemen, waarbij de fractie van GroenLinks zich aansluit en hieraan toevoegt graag de rapportages in de commissie Samenleving tegemoet te zien. Ook de heer DEN HARTOG sluit zich hierbij aan en onderschrijft de opmerking van de heer Lichtenberg om het bestuur de kans te geven om er iets beters van te maken. De heer LICHTENBERG is blij met de reactie van de wethouder dat de suggesties uit de commissie worden meegenomen in de besprekingen met het schoolbestuur. De fractie van het CDA is vóór een handreiking door de gemeente om mee te kijken hoe de stichting kan worden geholpen om er een succes

4

van te maken. De fractie van het CDA en de CU steunen de suggestie van de heer Chaïbi om het plan van aanpak te overleggen en elk kwartaal een rapportage te ontvangen en hopen dat de wethouder wil toezeggen wanneer het plan van aanpak in de commissie aan de orde kan komen. Mevrouw VAN ES vindt dat een (lokale) overheid niet in de reflex moet stappen om als iets niet goed gaat bij een organisatie in de samenleving de verantwoordelijkheid naar zich toe te trekken: de rol van de gemeente is beperkt, terwijl de verantwoordelijkheid bij de school dient te blijven. Er is al veel ondernomen zoals de heer Van Engelen aangaf. Vooraf sturen zoals de PvdA zegt ontraadt de fractie van D66, maar “een handreiking bieden“ zoals de heer Lichtenberg zegt, is wat D66 betreft prima, maar dan op verzoek van de school: daar ligt de verantwoordelijkheid en het initiatief. De heer CHAIBI licht toe dat zijn fractie wil zien hoe de stichting omgaat met de bezuinigingen en hervormingen om het weerstandsvermogen op te krikken en vraagt de wethouder of het in de volgende commissievergadering aan de orde kan worden gesteld. Wethouder SCHEURWATER zegt toe de school de vragen en verlangens van de raad over te brengen en zegt de raad toe zich hiervoor in te spannen. De heer CHAIBI merkt op dat oplevering van een managementrapportage in de voorwaarden is opgenomen, maar dit wellicht kan worden aangevuld met een plan van aanpak, waarop wethouder SCHEURWATER toezegt dit verzoek en de vragen aan de directie van de school te zullen overbrengen. De RAAD besluit conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 17.

De Brede School Moerbeihof (ingebracht agendapunt)

Volgens de heer VAN ENGELEN zijn er jarenlang toezeggingen gedaan in de discussie dat er een nieuwe brede school zou komen, terwijl het in de commissie Samenleving regelmatig aan de orde is geweest. Het college kwam in april 2011 met een tweesporenbeleid: het eerste spoor, de ontwikkeling van een integraal huisvestingplan en onderwijsnota en simultaan daaraan de ontwikkeling van een brede school aan de Moerbeihof. In maart dit jaar ontstaat echter onduidelijkheid bij de betrokken maatschappelijke partners en bleek het tweesporenbeleid niet langer dezelfde definitie te hebben voor het college. De fracties van het PAB, de ChristenUnie en GroenLinks dienen derhalve een motie in welke mede is ondertekend door de fracties van de PvdA, de Lijst Lammers en de SGP. De VOORZITTER bevestigt de ontvangst van de motie (I), die zal worden vermenigvuldigd en verspreid en vanaf nu deel uit maakt van de beraadslagingen. De heer FIJNEKAM refereert aan een beschouwende notitie uit maar 2009: * In het IHP (Integraal Huisvestingsplan) voor 2002-2012 was de uitbreiding van het bestaande schoolgebouw van zowel De Knotwilg als de Prins Floris opgenomen. De gemeente heeft een projectleider aangesteld, het is nu 2012; * Per 1.1.2006 is het openbaar onderwijs verzelfstandigd. Afgesproken is dat de projectleider het bouwproces zal afmaken. Ook is een communicatietraject met de omwonenden opgestart, het is nu 2012; * Er zijn gesprekken geweest tussen het bestuur van Wasko en de gemeente. De gemeente heeft via een motie bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2007 gelden beschikbaar gesteld voor vervangende nieuwbouw ten behoeve van een brede school aan de Moerbeihof, het is nu 2012; * Er is in 2008 ten aanzien van de brede schoolgedachte een gezamenlijke visie uitgewerkt tot een gezamenlijk convenant tussen de drie begrotingspartijen; er is een investeringskrediet beschikbaar gesteld, beschikbaar vanaf dienstjaar 2009, het is nu 2012; * Tijdens de behandeling van de Voorjaarsnota 2009 is het krediet in verband met een aantal vertragingen 1 jaar opgeschoven, dus dit zou 2010 worden. Voorts merkt hij op dat het op deze manier jaren zal duren voordat de eerste paal in de grond gaat in tegenstelling tot hetgeen de wethouder begin vorig jaar zei, nl. dat 3,5 jaar vanaf dat moment nieuwbouw

5

gereed zou kunnen zijn. Vanzelfsprekend moet rekening gehouden worden met de prognoses van het aantal leerlingen nu en in de toekomst om leegstand te voorkomen. Uit de brief van de schoolbesturen blijkt dat daarmee terdege rekening houden wordt. De fractie van het PAB is ervan overtuigd dat dit jaar nog veel bereikt kan worden en is daarom mede indiener van de motie. De heer RIETVELD merkt op dat de fractie van de ChristenUnie ook diverse keren heeft opgeroepen snelheid te maken met de Moerbeihof en ziet ook dat beleidsvorming de nodige tijd vergt. Derhalve vond zijn fractie het tweesporenbeleid zoals in eerste instantie aangegeven in de raad, een goed plan van het college maar is van mening dat er tijdens de laatste vergadering van de commissie Samenleving wat ruis is ontstaan over het tweesporenbeleid. Zijn fractie hecht aan een zuiver proces. Mevrouw VAN ES merkt op dat het schoolgebouw nog 11 jaar mee moet om de 40 jaar vol te maken en hierover nooit een raadsbesluit is genomen. De fractie van D66 acht het niet verantwoord om nu al een besluit te nemen inzake de bouw van een schoolgebouw. De brede school is niet het stapelen van stenen, maar een concept en de motie wekt teveel de indruk dat het om een gebouw gaat. De heer DE GRAAF vraagt het college of een krediet beschikbaar is gesteld en of bekend is of de bouw van de school past binnen de beschikbare middelen in het IHP. Voorts wil zijn fractie weten of er momenteel voldoende zicht is op de leerlingenprognose om een besluit te nemen over de bouw van de school en of het vanuit te verwachten bezuinigingen verstandig is om een brede schoolfunctie in te richten. Mevrouw DEN HARTOG wil graag duidelijkheid ten aanzien van het tweesporenbeleid. Wethouder SCHEURWATER benadrukt dat gewerkt wordt aan goede onderwijshuisvesting voor alle scholen, terwijl in het kader van de heroverwegingen is afgesproken om 400.000,- euro met ingang van 2015 te bezuinigen op onderwijshuisvesting. Deze structurele bezuiniging is slechts mogelijk als er minder geïnvesteerd wordt. Gekozen is om geen afzonderlijke kredietvoorstellen te doen, maar alle keuzes in samenhang te maken binnen het nieuwe Integraal Huisvestings Plan (IHP) gebaseerd op actuele gegevens. Over het proces met het onderwijsveld om te komen tot het IHP wil de wethouder met de raad van gedachten wisselen zodat de samenhang tussen de diverse wijk- en schoolgebouwen zichtbaar worden en er een evenwichtige keuze gemaakt kan worden. De bezuiniging van 400.000,- euro betekent dat zo goed en eerlijk mogelijk verdeeld moet worden en een integrale afweging te maken in het IHP en tot besluitvorming te komen voor adequate onderwijshuisvesting en realisering van de bezuiniging. De wethouder vervolgt dat het honoreren van een wens van een school, gelet op de financiële randvoorwaarden, niet mogelijk is zonder dat dit grote financiële consequenties heeft voor andere scholen. De wethouder benadrukt het belang van voortzetting van de consistente lijn zoals eerder is aangegeven bij de start van het huidige college en zal de aandacht van directie en bestuur vragen voor de huidige tijd en consequenties. De heer LICHTENBERG verzoekt een schorsing, welk verzoek de VOORZITTER honoreert en de vergadering om 21.10 uur schorst. De VOORZITTER heropent de vergadering om 21.35 uur en geeft het woord aan de heer Lichtenberg. Tweede termijn De heer LICHTENBERG is tevreden met het antwoord van de wethouder en acht de motie overbodig. De heer VAN ENGELEN vindt de antwoorden van het college niet duidelijk en licht toe dat het zijn fractie niet om de stenen gaat. Hij benadrukt dat de woorden in de motie zorgvuldig gekozen zijn. Hij wijst erop dat het bestuur van Papendrecht steeds communiceert dat er een tweede spoor is hetgeen inderdaad over stenen ging waarbij de Moerbeihof simultaan ontwikkeld zou worden aan het IHP, terwijl de wethouder in de commissie verklaarde dat hij het plan tegelijk met het IHP in de raad zou brengen: de commissie heeft dat ondersteund. In diverse overleggen is het tweesporenbeleid gedefinieerd, terwijl daarover later verwarring ontstond. Op 8 maart jl. is in de commissie door het college geen duidelijkheid gegeven waarom het tweesporenbeleid losgelaten is. Het tweede spoor is ontwikkeld voor de Moerbeihof naast de

6

ontwikkeling van het IHP en de onderwijsnota zoals in de commissie Samenleving is aangegeven en moet passen binnen het IHP. De motie benadrukt de gestelde kaders. De heer FIJNEKAM vraagt of het gereserveerde geld alleen voor de school aan de Moerbeihof is bestemd of voor het IHP en of het tweesporenbeleid consequenties heeft voor de planontwikkeling van het schoolbestuur zoals is afgesproken vanaf 2002. De heer RIETVELD benadrukt dat de motie is bedoeld als herbevestiging van de procesafspraak rond de twee sporen en niet bedoeld is om er financiële consequenties of nieuwe kaders aan te koppelen. Hij vraagt of de scholen kunnen doorgaan met het ontwikkelen van plannen tegelijkertijd en parallel aan het IHP en of wordt vastgehouden aan de eerdere uitleg van het tweesporenbeleid. Wat de fractie van de ChristenUnie betreft gaat het hier alleen om procesafspraken. Mevrouw VAN ES zegt ten aanzien van het "stapelen van stenen" zoals in de motie genoemd, dat kinderen onderwijs in goede huisvesting dienen te krijgen. Zij merkt op dat een proces geen investering- en exploitatiekosten heeft in tegenstelling tot een gebouw. Een planbrede school Moerbeihof wordt veelal gezien als een gebouw. De fractie van D66 is eveneens van mening dat er duidelijkheid moet komen, maar vindt dat de motie daar niet aan bijdraagt. De heer DE GRAAF merkt op dat, als het om beeldvorming gaat, deze motie niet de juiste weg is. Voor de VVD-fractie is duidelijk dat het IHP leidend is en het tweede spoor daaraan ondergeschikt is, zoals in de commissies is aangegeven. Zijn fractie zal de motie niet steunen. De heer LICHTENBERG vraagt zich evenals mevrouw VAN ES af of de motie bijdraagt aan duidelijkheid of juist de onduidelijkheid vergroot, waarop mevrouw DEN HARTOG benadrukt dat slechts een richting wordt afgesproken. De heer DE ROO merkt op dat in de commissie een aantal keer is aangegeven dat de brede school een multifunctioneel concept is waarbij de VVD-fractie heeft aangegeven dat een cruciale keuze voor 40 jaar wordt gemaakt. Het zou een gemiste kans zijn als nu niet even wordt gewacht op het IHP en andere rapporten, die eraan komen en dat mee te nemen in beslissingen. De heer VAN ENGELEN herhaalt dat het hier gaat om de definiëring van het tweede spoor door het college. De heer LICHTENBERG is van mening dat, als de motie wordt aangenomen, het meer onduidelijkheid veroorzaakt dan onduidelijkheid wegneemt. Wethouder SCHEURWATER verwijst naar de motie van 14 juli 2007 waarin specifiek wordt genoemd de opbrengst van de bezuinigingen te benutten voor het thema onderwijs. Dat betekent toekomstbestendige huisvesting van het Openbaar en Christelijk basisonderwijs en de overige maatschappelijke functies in Wilgendonk. De raad heeft geen kredietvoorziening goedgekeurd: er ligt dus geen investeringsgeld op de plank. Er is wel in de meerjarenraming rekening gehouden met rente en aflossing, integraal, voor meer basisscholen. Ten aanzien van het proces: momenteel wordt met bestuur en directie van scholen gesproken over huisvesting en wordt de betekenis van "krimp" voor de benodigde lokalen om het integraal te doen binnen de taakstelling van 400.000,- euro structureel vanaf 2015, nadrukkelijk meegenomen. Ten aanzien van het proces zal de raad in het debat worden betrokken op basis van een integraal huisvestingplan. Dan zal duidelijk zijn dat het college binnen de door de raad gekaderde financiële mogelijkheden heeft gekeken naar de genoemde inhoudelijke criteria en gewenste spreiding. De wethouder benadrukt samen met de ambtelijke organisatie een evenwichtig conceptplan op te zullen stellen waarin uitgegaan wordt van de brede school. Het college acht de motie derhalve overbodig. De heer VAN ENGELEN vraagt of de wethouder kan bevestigen dat hij in 2011 het tweede spoor heeft gedefinieerd als het ontwikkelen van een brede school aan de Moerbeihof en of de wethouder kan aangeven dat hij dat tweede spoor nu anders definieert. waarop de wethouder verzekert niet van mening veranderd te zijn en de uitleg dat de brede school een concept is, te onderschrijven. De heer VAN

7

ENGELEN vervolgt of nog steeds staat dat simultaan, tegelijk, met het IHP betekent dat de Moerbeihof als brede schoolconcept ontwikkeld wordt, waarop wethouder SCHEURWATER benadrukt dat het gaat om een integrale aanpak waarvan de Moerbeihof deel uitmaakt. De heer LICHTENBERG vraagt of het niet zo is dat in de commissie is besproken dat planvorming in eerste aanleg een initiatief is van de scholen. De heer VAN ENGELEN bevestigt dat scholen dat in overleg met de wethouder doen, maar er ook afgesproken is dat de Moerbeihof simultaan ontwikkeld zou worden. Zijn fractie is het ermee eens dat het integraal benaderd moet worden en wil van de wethouder horen of hij dat overleg weer in gaat, waaraan de wethouder toevoegt dat het overleg een continu proces is. De VOORZITTER stelt voor even te schorsen en schorst de vergadering om 22.15 uur. De VOORZITTER heropent de vergadering om 22.45 uur en geeft het woord aan wethouder Scheurwater. Wethouder SCHEURWATER licht toe dat met elkaar is geconstateerd dat de brede school een concept is en wat het eerste en tweede spoor is en ook aan de heer Van Engelen is aangegeven dat het op simultane wijze gedaan wordt via de beleidsnota en via het IHP. De wethouder benadrukt dat, als de indruk is gewekt dat de oorzaak bij hem zou liggen, het hem spijt. De heer VAN ENGELEN is blij met de reactie van de wethouder en vervolgt namens de drie indieners van de motie dat het college in tweede termijn heeft gezegd dat het tweede spoor in oorspronkelijke definitie niet is losgelaten, maar voortgezet wordt en dat zij de raad na vaststelling van het IHP ter goedkeuring een plan zal voorleggen voor een brede school aan de Moerbeihof en dat dit plan moet passen binnen het nog goed te keuren IHP en binnen de door de raad gestelde kaders zal worden gehouden qua investerings- en exploitatielasten. Voor de fractie van GroenLinks is hiermee het proces duidelijk verwoord door het college en is de motie derhalve overbodig. De VOORZITTER constateert dat de motie is ingetrokken. 17.

Afscheid van raadslid Fred Hoek

De VOORZITTER: beste Fred, we zijn op een memorabel moment aangekomen, een agendapunt dat niet vermeld staat, maar wel reeds herkenbaar was bij de ingekomen stukken: jouw afscheid. Dames en heren, ik heb als burgemeester/voorzitter van de gemeenteraad de volgende brief d.d. 1 maart 2012 ontvangen, die ik volledigheidshalve bij deze voorlees: "Geachte voorzitter, geachte heer De Bruin, hierbij bericht ik u dat ik zoals bij het begin van de termijn in 2010 al aangekondigd, mijn lidmaatschap van de raad tussentijds wil beëindigen. In overleg met de griffier van de raad stel ik voor de beëindiging te effectueren per 9 mei 2012. Formeel neem ik dan afscheid tijdens de raadsvergadering van 29 maart 2012 en kan de procedure voor de opvolging worden gestart. Intussen blijft mijn stem formeel gewaarborgd totdat de opvolging is geëffectueerd". Met pijn in het hart constateren wij, dat je ons gaat verlaten; daarom spreek ik je toe en richt ik mij bij deze niet alleen tot jou, maar via jou ook tot je echtgenote Ineke. Veel over wat ik ga zeggen, Ineke, betreft weliswaar Fred, maar weet dat wat ik zeg over zijn inbreng in de politieke wereld van Papendrecht, weet dat ik dat doe in het besef dat hij daarbij jou als belangrijke steun op de achtergrond heeft gehad en jij hem de ruimte gegeven hebt die inzet te plegen. Bij deze zeg ik jou alvast dank daarvoor. Fred, jij bent een man van reflectie, relativering en verdieping in achtergronden. Vandaar dat ik wat ben gaan spitten in het verleden om daarna een korte blik vooruit te werpen, want zo gaat dat: de dag van morgen kan er niet zijn zonder de dag van vandaag en die kan er niet zijn zonder de dag van gisteren. Jij bent vanaf september 2000 namens het CDA lid van de gemeenteraad. Mevrouw Zaal mocht constateren dat jouw geloofsbrieven in orde waren bevonden en je werd meteen benoemd tot lid van de commissie ROVO en van de Commissie persoonsregistraties in de raadsvergadering van 21 september 2000. De

8

politieman in een commissie persoonsregistraties: dan kan alleen als waakhond van onze privacy geweest zijn. Je kwam in de raad als opvolger van partijgenoot J.F. Mulder, die burgemeester werd in de gemeente Axel. Je verving fractievoorzitter Anne de Baat vanaf 29 januari 2004, toen deze uit de lokale politiek ging. Je werd ook lid van het AB van de Regio ZHZ en lid van het Presidium en de commissie ABZ. Politiezaken. Ik heb het al genoemd: politieman. Politiezaken hebben altijd je belangstelling gehad en je had altijd een gewogen inbreng tijdens de bijeenkomsten met de politie tijdens de Politie-ABZ. Nooit demonstratief je kennis en ervaring tentoonspreidend, eerder het tegenovergestelde, maar altijd de juiste vraag of opmerking om er voor te zorgen dat de juiste accenten gelegd werden en de inhoudelijke discussie de goede kant op ging. Het jaar 2002 (met zijn start van het duale stelsel.) Niet alleen in politiezaken, juist en wellicht veel belangrijker was je inbreng over de politiek en de democratie in het algemeen. Op 30 mei 2002 reageerde jij als CDA-woordvoerder (Anne de Baat was afwezig) op het toenmalige coalitieakkoord: de context rond dit akkoord had volgens jou te maken met de verkiezingen, de start van het duale stelsel. Dat stelsel was volgens jou een omgevingsfactor, niet alleen op het gebied van structuur, maar juist ook waar het de cultuur betrof. De uitslag van de verkiezingen was niet die, waar het CDA van gedroomd had, maar ook dat was democratie. Je wees er terecht op dat veel meer mensen er alert op zouden moeten zijn wat het resultaat is als ze niet zouden gaan stemmen: een beschouwende inbreng die bij jou hoort, Fred, bij jou zoals ik je heb leren kennen en heb mogen meemaken: iemand met het vermogen om over een concrete casus heen te kijken. Het sierde je toen en het is je blijven sieren. De start van het duale stelsel in 2002 gaf een aantal mogelijkheden volgens jou: je roept op om de structuur van het dualisme te benutten voor een leidende cultuuromslag om de gemeente goed te besturen, vanuit de juiste cultuur: oppositie en coalitie in een open discussie, een debat op hoofdlijnen en volle tribunes. Een cultuur van klare taal, korte vergaderingen, geen details, niet navelstaren, niet zeuren en zakelijk ingaan op de dingen die echt spelen en daar op zakelijke manier besluiten over nemen. Het heeft even geduurd, maar ik vermoed dat zonder die inbreng van jou destijds, we dat nu nog niet gerealiseerd zouden hebben!! Op 7 november 2002 spreekt het CDA de politieke en financiële beschouwingen uit en ik haal daar wat dingen uit die later ook bij jou zijn terug te horen onder een mooi Engels woord, dat je vaker bent gaan bezigen, Fred, het begrip accountability: nota's zijn niet genoeg, het komt op uitvoering aan, de discussie in de raad is een raadsbrede discussie, het gaat ook om de politieke strijd in deze kamer (= de raadzaal dus) over agendavorming, stukkenstroom en het uitwisselen van argumenten in het politiek debat om de ander te overtuigen en over een overheid, een bestuur dat betrouwbaar is, over een overheid die verantwoording aflegt aan de gekozen volksvertegenwoordiging: dat was een belangrijke en typerende inbreng. Heb ik jou daarna niet vaker daadwerkelijk horen spreken over de accountability van het overheidbestuur, feitelijk een van jou afkomstige en treffende samenvatting van het voorgaande? Laat ik nu een sprongetje maken van 2002 naar 2004, het jaar waarin je als fractievoorzitter bent gaan opereren: op 9 maart 2004 komt de heer Bandell langs en je vraagt als aanvulling op de lijst van projecten voor het mandje (Manden Maken) aandacht voor het doortrekken van de lintbebouwing langs de rivier, waarbij wordt aangesloten met de dijkbebouwing van Sliedrecht en Alblasserdam. Het CDA, jouw CDA, als ik het zo mag zeggen, wil daarnaast vooral het accent leggen op zakelijke en effectieve benadering van de samenwerking om eventuele misverstanden te voorkomen. Je stelt dat de bijdrage van Papendrecht weer terug moet worden verdiend en vraagt je af of het aspect water moet worden gezien als een scheiding of een verbinding, maar daarbij geef je kernachtig aan: het zijn vooral de mensen die zowel een verbindende als een scheidende schakel vormen. Medio 2004. In dat zelfde jaar in de raad van 1 juni ga je verder in op het zogeheten Openingsbod Manden Maken. Je noemt drie elementen; de mandjes, het investeringsfonds, de organisatie eromheen en de onderlinge samenhang. Je benadrukt dat effectiviteit voorop moet staan en dat in de verdere discussie een zakelijke, financiële insteek op zijn plaats is en ziet meer in een contractachtige regeling, waarin voorwaarden

9

worden vastgelegd dan in een mandaatregeling. Die insteek laat je ook weten tegenover de CdK die in die tijd op bezoek komt. En natuurlijk: ook over het parkeren had je zo je opvattingen! Naar 2005. Als we oversteken naar 2005, dan weet je het wel: discussie over het voorstel voor een nieuw Theater en het houden van een referendum: de plannen zijn je te gortig en leiden tot kennelijke onrust; wij zullen je wijze inbreng in die periode niet vergeten; dat siert je, en dat hoort bij je! Je blijft naar de inwoners kijken en dat doe je ook bij de Algemene Beschouwingen op 9 november 2006. Je vraagt aandacht voor het groen voor onze inwoners, de organisatie van burgerparticipatie bij de planvorming met betrekking tot de sporthallen en het zwembad. Verder vraag je aandacht voor de regionale samenwerking binnen de Drechtsteden en een blik naar de Alblasserwaard (de dag van vandaag kan niet zonder kennis over de dag van gisteren.. ), de gebiedsvisie op de polder. Verder kijk je vooruit: het formuleren van ons toekomstbeeld van Papendrecht, het nieuwe winkelcentrum, het centrumgebied en onze jeugd. Je noemt de begroting Open en respectvol, was dat niet een verkiezingsthema? Waarmee je maar aangaf dat je bij je roots wilde blijven, want waarom zou dat niet verstandig zijn? In 2008 bij de beschouwingen zien we Fred in grootse vorm, ik citeer: Paradoxen dwingen tot nadenken en tot reflectie; Hoe dichter we ons bij de Noordpool bevinden, hoe verder we af zijn van de Zuidpool: Uitdagingen tot het zoeken van samenhang en verbinding tussen de polen waartussen spanning bestaat; In staat zijn om flexibel tussen die polen heen en weer te bewegen en verbanden te leggen, vergroot onze mogelijkheden en bevordert effectiviteit. Voorwaar uitspraken die de concrete casus overstijgen en inderdaad tot nadenken stemmen: de notuliste heeft hier nog eens goed naar moeten luisteren, denk ik. Je spreekt over de intentie van het coalitieakkoord, over de toekomstige positie van Papendrecht binnen het samenwerkingsverband Alblasserwaard/Vijfheerenlanden. Je vraagt je af: Is Papendrecht in control, doet Papendrecht de goede dingen en blijft Papendrecht de goede dingen doen ook als het moeilijk wordt of als het fout gaat? Reflectie die ook de rest van de raad stof tot nadenken gaf. Bij de verkiezingen in juni 2010, de verkiezingen zijn geweest, zeg je tegen raad en college als hoofdlijn: Blijf de goede dingen doen en doe die goed; kies de komende tijd richting, pak door als er moeilijke besluiten genomen moeten worden. Neem geen halve maatregelen en leg, als er pijn geleden moet worden, goed uit waarom dat nodig is; een bijzonder aandachtspunt is de komende tijd de samenwerking in de Drechtsteden. Dan een sprongetje naar november 2011 - algemene beschouwingen. Fred; het blijkt gezien je aangekondigde afscheid dat dit je laatste algemene beschouwingen zijn en je zet weer je beste beentje voor (ik moet weer even denken aan de notuliste): De huidige situatie in Nederland vertoont overeenkomsten met een stilte voor de storm. We weten dat er slecht weer op komst is maar nog niet precies hoe slecht. Dat betekent dat het college behoedzaam moet opereren en laveren, de ballast goed moet verdelen, het tuig goed moet vastsjorren en alles nog eens goed moet nalopen Fred, dat zijn niet alleen mooie woorden: ik weet dat je ze meende, dat het stil werd in de zaal en op de tribune en ook dat deze voorzitter zeker niet de enige was die van je bijdrage zat te genieten. Die stilte betekende ook zichtbaar en voelbaar respect. Respect dat je verdiende, door ook respect voor anderen te hebben, bij uitstek een eigenschap die hoort bij de nestor van de gemeenteraad. Ik weet bijna zeker dat je dat respect, ook van je collega-raadsleden, mee naar huis zult nemen in de tas van herinneringen van je eigen periode in de lokale democratie; een tas vol met overtuigingen, opvattingen, beschouwingen, wijsheden en adviezen en ik zou tegen de aanwezigen hier willen zeggen: vraag Fred te gelegener tijd eens om in die tas te mogen kijken, het zal u goed doen en u een waardevolle blik vooruit bieden! Afronding. Fred, ik ga afronden. Ik wil jou namens alle leden van de gemeenteraad van nu en eerder, dank zeggen. Dank voor je aanwezigheid, voor de plezierige contacten, voor je beschouwelijke, weloverwogen en serieuze inbreng, maar ook voor je enorm gevoel voor humor: wij zullen de verbale grappen en grollen tijdens bijvoorbeeld pauzes op raadsavonden of avonden van een raadsconferentie zeker niet vergeten. Verdieping, reflectie en relativering, het besef dat alles wat we doen mensenwerk is en blijft, heb jij ons voortdurend voorgehouden. Dat maakte je ook een gewaardeerd nestor van de raad, zowel voor je

10

collega’’s als voor de voorzitter van de raad. Politiek actief zijn betekent ook omgaan met macht. Ook jij hanteerde macht, maar met jouw inzicht begreep je, dat macht niet bedoeld is om te heersen, maar om te dienen. Dienen heb je gedaan: vanuit de beginselen van het CDA heb jij je 11,5 bijna twaalf, jaar actief ingezet voor het algemeen belang van de Papendrechtse gemeenschap en alle Papendrechters. Ik wil onze waardering en dank daarvoor onderstrepen met de toekenning en uitreiking aan jou van de Gouden Gemeentespeld van Papendrecht. De Gemeentespeld, die in zijn vormgeving is afgeleid van een van de schakels van de ambtsketen, die ik mag dragen en daarmee blijvend de waardering van en de verbinding met de Papendrechtse gemeenschap symboliseert. Mag ik jou vragen, om samen met Ineke, naar voren te komen? (Overhandiging Gemeentespeld, Oorkonde, Bloemetje voor Fred en Ineke). (applaus) De heer LICHTENBERG: voorzitter, collega-raadsleden, beste Fred en Ineke, namens het CDA is het mij een eer om kort het woord tot je te mogen richten. Allereerst wil ik je van harte feliciteren met je onderscheiding. Hij is meer dan verdiend! Voor het CDA telt niet wie je bent en telt ook niet waar je vandaan komt, maar het doet ertoe als je bijdraagt aan de samenleving. Dat staat ook in het nieuwe rapport van het strategisch beraad. In dat strategisch beraad staat ook dat we willen kiezen en verbinden. Fred kennen wij als iemand die altijd gekozen heeft voor verbinden. Dat heeft hij gedaan binnen het CDA, binnen de fractie, maar ook binnen de raad en binnen alle coalities. Juist dat verbinden om te kunnen kiezen is een heel kenmerkende aanpak van hem. Dat deed hij door heel goed naar iedereen te luisteren, door alle argumenten van anderen aan te horen, door vragen te stellen, door uit te nodigen en daarmee zorgde hij ervoor dat de verlossing ook kwam. In die zin is Fred ook iemand die het CDA vanuit de religie dient. Hij zei: de mensheid is al verlost, alleen soms zoeken we nog naar de openbaarheid ervan. Hij had en heeft de gave om die openbaring ook met ons te onderzoeken. Die wijsheid in zijn benadering hebben we ook afgelopen jaren nog wel eens gemerkt toen we als raad zoekende waren in het proces van visievorming op de regio. We waren heel druk bezig met inhoud en proces en daar kwamen we niet goed uit. Dank zij Fred, die zei: "jongens, mag ik jullie er even aan herinneren: probeer er boven uit te stijgen, naar de materie iets abstracter te kijken. Op het moment dat we dat deden vonden we de weg naar een oplossing, maar we zijn er nog niet. Die wijsheid en benadering kon je ook bij hem terugvinden op het moment dat hij dingen waarnam. Zijn scherpte en waarneming is ongekend en af en toe kon je ook weer de politieman in hem herkennen. Een van de dingen die hij me eens gezegd heeft: "ja, die snelwegschutter met die buks bestaat". Hij is nooit gepakt nooit gevonden, maar hij bestaat, zegt Fred, want we hebben hem bedacht en dus bestaat hij. Dat zijn wijsheden van hem die me altijd al getroffen hebben en ons helpt om ons verder te brengen. Hij kon ook heel beschouwend zijn en in die beschouwing soms ook onnavolgbaar zijn. Hij heeft namens het CDA in de regio de eerste Algemene Beschouwing mogen doen in januari in Drechtsteden. Ik zat op de tribune te luisteren en het was rumoerig in de zaal en Fred begint zijn betoog en doet dat op zijn kenmerkende wijze en het blijf rumoerig, maar gaandeweg wordt het steeds stiller aan het einde zat iedereen muisstil te luisteren naar wat die man uit Papendrecht die ze allemaal wel kenden maar nog nooit hadden gehoord, wat die ons allemaal meegaf. Hij heeft er een aantal piketpalen geslagen en een aantal dingen neergelegd die denk ik voor de regio, maar ook voor ons allen van belang zijn. Fred, ik wil je namens het CDA bedanken en binnen de eigen kring zullen er nog een aantal gelegenheden zijn om een feestje met jou te vieren. Dat zullen we ook doen en ik wil je ook bedanken voor de afgelopen twee jaar waarin je lokaal de partij hebt meegenomen naar een volgende fase, naar een nieuwe periode die we als partij ook landelijk hopen te mogen beleven. We hebben een jong bestuur, we hebben actieve leden en we hebben een deskundige en betrouwbare fractie straks ook weer met Corrie erbij. Als collega raadslid zullen wij jou missen, als CDA-lid blijft je ons gelukkig steunen en volgen. Je hebt me wel eens verteld dat je je leven hebt ingedeeld in fasen. Voor jou en voor Ineke breekt nu weer een volgende fase aan. Een fase waarin jullie genieten van de kleinkinderen, maar waarin je ook je zoektocht naar de waarheid, je zoektocht naar filosofie verder kunt voeren. Daarvoor hebben wij een cadeau gezocht dat hierbij past. Ik weet zeker dat je daarvan kunt genieten. Een boek dat gaat over zwarte zwanen waarvan

11

de mensen vroeger dachten dat die niet bestaan totdat ze op een gegeven moment zijn ontdekt in Australië. De zwarte zwaan staat in het boek voor de metafoor dat er dingen zijn, die we ons niet kunnen voorstellen en toch in een keer gebeuren. Die gebeurtenissen veranderen onze manier van leven en werken veel meer dan de dingen die we wel denken te kunnen weten. Een voorbeeld is natuurlijk 11 september 2001: niemand had kunnen bedenken wat in New York is gebeurd en het is toch gebeurd. Het heeft onze manier van denken tot op de dag van vandaag heel erg sterk beïnvloed en ik weet zeker, Fred, van dit boek ga je genieten en voor Ineke hebben een bos bloemen! (applaus) De heer HOEK, nestor van de raad: ik ben er ontzettend dankbaar voor om de gemeentespeld voor verdienstelijkheid van de gemeente Papendrecht te mogen ontvangen en dank u voor de deze grote eer. Ik ben al de jaren dat ik fractievoorzitter ben geweest, gezegend geweest met mensen om me heen die ik letterlijk leerzamer heb geacht dan ik mezelf heb geacht. Ik dank jullie allen dat jullie blijven zitten. De vier woorden: rentmeesterschap, democratische rechtsstaat vertrouwen en toekomst zijn van belang. Voorzitter, leden van de raad, ik moet bekennen dat wat mij het meest gedreven heeft is altijd oog te hebben voor degenen, die hier in de zaal aanwezig zijn. Alle mensen die hier zijn, zijn voor een belangrijk deel ambtenaren, waar de kennis zit. Daar is een raad niet voor. Een raad is ervoor om het haalbare en een meerderheid te verwerven door met elkaar erover te communiceren. Ik hou van de democratie, van de rechtsstaat, van alle mensen die er een rol in spelen. Het is geweldig dat we een zo geordende rechtsstaat hebben en dat we zo onze democratie tot stand kunnen brengen. Democratie is ook de vrije pers die je altijd scherp houdt. Vertrouwen is hier van groot belang en moet iedere dag weer verdiend worden. Ik heb het meest vertrouwen in Ineke. Op een grond van wantrouwen kan namelijk niets groeien. Ik heb vertrouwen in de toekomst van Papendrecht. Dat begint met te zorg voor de kleinsten, de kinderopvang en het vertrouwen dat we goed onderwijs bieden. Vertrouwen in hardwerkende mensen om de economie draaiende te houden en dat er naar de sociaal zwakkeren wordt omgezien en verantwoordelijkheid voor gedragen wordt. Een kern die voor mij van belang is in de Christen Democratie. Misschien dat alle vertrouwen ook in degene die ik niet genoemd heb, ook onze nieuwe jonge aanwas is uiteindelijk gebaseerd op vertrouwen in de naamdrager waarom we ons Christen noemen. Ik dank iedereen voor alles en wens u het beste toe voor de toekomst. Ik heb alle vertrouwen in Papendrecht en jullie allemaal! Dank je wel. (applaus) De VOORZITTER: dank voor deze woorden. Wij zullen je inbreng missen, maar er komen ook weer anderen die dat van je overnemen en heb daar ook alle vertrouwen in. Dames en heren, ik ga de vergadering sluiten en we kunnen allen onder het genot van een drankje en hapje nog even blijven. De vergadering is gesloten.

De voorzitter sluit de vergadering om 23.35 uur. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van de gemeente Papendrecht op 10 mei 2012, de griffier,

de voorzitter,

A.P.M.A.F. Bergmans

C.J.M. de Bruin.

12

Een integrale geluidsopname van deze vergadering van de raad is te beluisteren op

Recommend Documents