e-zine van Stade Advies, Kwaliteit van samenleven

St@dium

e-zine van Stade Advies, Kwaliteit van samenleven

Nummer 6, juni 2008

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24.

Welkom bij het e-zine van Stade Advies .................................................................................... 2 Omhoog op de sociale ladder in een 'prachtwijk' ....................................................................... 3 Wmo: start programma "Beter in meedoen\ ............................................................................... 4 Onderwijs Bewijs: samenwerking onderwijs en jeugdzorg......................................................... 5 Extra cursus Wijkananalyses maken.......................................................................................... 6 Eerste mantelzorgwoning geplaatst ........................................................................................... 8 Aanbesteden met beleid............................................................................................................. 9 Corporate board startbijeenkomst ............................................................................................ 11 Van wijken weten...................................................................................................................... 12 Fuseren, maar dan anders ....................................................................................................... 13 Wmo: VNG toekomstvisie......................................................................................................... 14 Omgaan met gedragsveranderingen bij dementie ................................................................... 15 Gemeenten krijgen regie over lokale veiligheid........................................................................ 16 Wmo: afspraken wijziging......................................................................................................... 17 Financieel beleid: richting rust en continuïteit .......................................................................... 18 Handboek voor toegankelijk wonen vernieuwd ........................................................................ 19 Aedes congres 2008................................................................................................................. 20 Voorstel rechtspositie maatschappelijke ondernemingen ........................................................ 21 Kenniscentrum inkopen en aanbestedingen PIANOo verlengd ............................................... 22 Planbureau voor de Leefomgeving .......................................................................................... 23 Benchmark cijfers welzijn en maatschappelijke dienstverlening.............................................. 24 Wmo: tevredenheidsonderzoek 2007....................................................................................... 25 Jeugd en Co congres Plezier en professionaliteit .................................................................... 26 Actieprogramma voor integratie ............................................................................................... 27

Colofon St@dium is een uitgave van Stade Advies en verschijnt 11 keer per jaar. Redactie: de heer J. Floris en mevrouw A. van der Pol Redactie-adres : Stade Advies, Postbus 13124, 3507 LC Utrecht T: (030) 23 61 861, E: [email protected] www.stade -ad vies.nl © 2004 Stade Advies – Alle rechten voorbehouden

St@dium, e-zine van Stade Advies – Kwaliteit van samenleven

1/27

Welkom bij het e-zine van Stade Advies Met dit e-zine brengen we u op de hoogte van belangrijke ontwikkelingen en wetenswaardigheden in de maatschappelijke sector en van onze mogelijkheden om u hierin bij te staan. Niet alle artikelen en nieuwsflitsen zullen op u, uw organisatie of uw functie van toepassing zijn. Toch zijn wij er van overtuigd dat u zeker steeds een aantal wetenswaardigheden of trends aantreft die voor u interessant zijn. Kijkt u zelf! St@dium verschijnt aan het begin van iedere maand, behalve in augustus. Het volgende nummer kunt u op 1 juli 2008 verwachten. Natuurlijk stellen we het op prijs uw reactie te ontvangen. Heeft u ideeën, opmerkingen, suggesties of aanmerkingen? Mail deze naar de redactie. Dit kunt u doen via de knop 'Contact'. Het kan zijn dat u deze St@dium ontvangt zonder dat u zich hiervoor aangemeld heeft. Mocht u dit e-zine niet meer willen ontvangen, dan kunt u dit laten weten via de knop 'Aan- en afmelden'. Wilt u meer weten over onze diensten en producten, kijk dan ook op onze website www.stadeadvies.nl. Als u vragen heeft, dan kunt u vanzelfsprekend altijd contact met ons opnemen. Telefonisch zijn wij bereikbaar tijdens kantooruren op nummer (030) 23 61 861. U kunt ons ook een email sturen via de knop 'Contact', dan nemen wij zo snel mogelijk contact met u op. De redactie Anja van der Pol Sjaak Floris


2/27

Omhoog op de sociale ladder in een 'prachtwijk' Stade Advies heeft een jarenlange en diverse ervaring als het gaat om de kwaliteit van samenleven. Een voorbeeld hiervan is het project Wonen en Kansen in de Utrechtse ‘prachtwijk’ Overvecht. Wonen en Kansen Woningcorporaties Portaal en Mitros hebben plannen om een aantal flats in Overvecht te slopen. Alle flatbewoners (bijna 750 huishoudens) worden bezocht, niet alleen om over deze plannen en de woonwensen van de bewoners te praten, maar ook over de persoonlijke situatie van de bewoners, om te kijken of die desgewenst verbeterd kan worden. Om ook daadwerkelijk mogelijkheden te kunnen bieden ter verbetering van hun situatie, is samenwerking gezocht met diverse partijen die actief zijn in de wijk. Waarom Wonen en Kansen? Portaal en Mitros willen de bewoners naast een goede woning ook andere kansen bieden, waardoor de persoonlijke situatie verbetert. Bijvoorbeeld door ondersteuning op het gebied van taal, werk of opvoeding. De bewoners van de flats blijven huurders van de woningcorporaties, ook in de toekomst. Samenwerkingspartners: de vitale coalities Eind maart 2008 hebben de directeuren van de woningcorporaties Portaal en Mitros en de Utrechtse wethouder Stedelijke Vernieuwing Harrie Bosch een convenant getekend waarin de samenwerking tussen de diverse partijen in het project Wonen en Kansen werd bezegeld. Ook werden er met diverse organisaties samenwerkingsovereenkomsten afgesloten. Denk hierbij niet alleen aan uitvoerende gemeentelijke diensten zoals Inburgering, Leerlingzaken, Stadswerken en de Kredietbank, maar ook aan instellingen zoals het CWI, welzijnsorganisatie Cumulus, Stichting De Bakkerij, het Utrechts Centrum voor de Kunsten, het Jeugd Advies Team, de stichting Tussenvoorziening en de GG&GD. Van deur-tot-deur Medewerkers van het project Wonen en Kansen komen persoonlijk bij alle huurders langs voor een gesprek. Een deel van het gesprek gaat over toekomstige woonwensen: Waar en in wat voor woning zouden zij graag willen wonen? Hoe zou de buurt eruit moeten zien? Waar willen bewoners elkaar ontmoeten? Welke winkels willen zij graag in de buurt? Hoe wil men dat de omgeving eruit ziet? Sociale stijging Daarnaast willen de verhuurders graag samen met bewoners nadenken over kansen om hun persoonlijke situatie te verbeteren. Het kan zijn dat bewoners de Nederlandse taal beter willen leren schrijven, dat zij graag samen met anderen willen sporten of dat iemand een opleiding wil afmaken, maar niet goed weet hoe hij of zij dat moet aanpakken. Misschien blijkt wel dat bewoners bepaalde activiteiten missen in de wijk. Bijvoorbeeld sportieve activiteiten of een kookclub in de buurt. Wonen en Kansen inventariseert deze wensen en gaat aan de slag om ze mogelijk te maken. Bij Wonen en Kansen gaat het dus niet alleen om wonen, maar ook om zaken als werk, gezondheid, vrije tijd, opvoeding, gezelligheid en opleiding. Medewerkers van het project kunnen de bewoners de weg wijzen naar cursussen, activiteiten of hulpinstanties. Ze brengen hen in contact met de juiste mensen en die helpen hen verder op weg. Het project Wonen en Kansen is gestart in 2007 en loopt door tot 2011. Stade Advies is projectleider. Opdrachtgevers zijn Portaal en Mitros. Het project wordt uitgevoerd door Stade Advies, Portaal, Mitros en Mexit. Meer weten? Wilt u meer weten of wilt u eens verder praten over de mogelijkheden voor uw situatie? Neemt u dan contact op met Ingrid Horstik, Stade Advies. Zij is projectleider Wonen en Kansen. U kunt haar bereiken op telefoonnummer (030) 23 61 805, haar e-mailadres is [email protected].


3/27

Wmo: start programma "Beter in meedoen" Begin 2008 is het ministerie van VWS na overleg met de VNG gestart met het opzetten van een nieuw programma voor vernieuwing en kwaliteit van de Wmo. Eén jaar na de invoering van de Wmo, is het zaak vooruit te kijken en te bezien welke inspanningen nodig zijn om van de Wmo een echte participatiewet te maken. Het programma “Beter in meedoen” richt zich vooral op de vernieuwing en kwaliteitsverbetering binnen de huidige Wmo en in de relatie met andere beleidsterreinen. Het programma is bedoeld om gemeenten, uitvoerende instellingen, professionals en burgers/cliënten te ondersteunen bij de innovatie van het beleid en de kwaliteitsverbetering van de uitvoering van de Wmo. Inhoud van het vernieuwings- en kwaliteitsprogramma Het ministerie van VWS legt in het vernieuwingsprogramma “Beter in meedoen” in de komende jaren het accent op de volgende thema’s: Inhoudelijke thema’s 1. geweld in afhankelijkheidsrelaties 2. mantelzorg en vrijwilligers 3. sociale samenhang 4. relatie wonen, (gezondheids)zorg en welzijn 5. relatie Wmo-WWB-WSW (activeringsbeleid) Instrumentele thema’s 1. gemeentelijke Wmo-instrumenten / bestuurskracht 2. horizontalisering, inclusief cliënt- en burgerparticipatie 3. individuele versus algemene voorzieningen in de Wmo Lees hier het volledige bericht.


4/27

Onderwijs Bewijs: samenwerking onderwijs en jeugdzorg Als scholen en jeugdzorg beter samenwerken, krijgen jongeren eerder de zorg die zij nodig hebben. Zonder dat dit ten koste gaat van hun onderwijs. Ook is de kans op schooluitval minder groot. Binnenkort start het Actieprogramma Onderwijs Bewijs. Het doel is om via wetenschappelijke experimenten kennis te krijgen over wat werkt en wat niet werkt in het onderwijs. Eén van de vier onderwerpen is de samenwerking tussen onderwijs en jeugdzorg. Hierbij gaat het om het ontwikkelen van methoden waardoor scholen zorgleerlingen snel(ler) kunnen signaleren, en het ontwikkelen van methoden om deze jongeren snel en goed te kunnen helpen. Pas als professionals uit meerdere disciplines samenwerken komt effectieve hulp voor kinderen en jongeren écht van de grond. Daarnaast zijn scholen vaak veel tijd kwijt aan het vinden van de juiste opvang voor deze zorgleerlingen. Hierdoor is er minder tijd voor de kerntaak van de school, namelijk onderwijs verzorgen. Het is dus van belang dat scholen tijdig zorgleerlingen signaleren, maar ook snel de juiste zorginstanties inschakelen. De kans op schooluitval onder deze groep leerlingen is dan minder groot. Actieprogramma Onderwijs Bewijs Scholen én onderzoeksinstellingen kunnen gezamenlijk projectvoorstellen indienen. Voor het programma in de periode 2007-2010 is ongeveer 25 miljoen euro beschikbaar. Meer informatie staat op de website van het ministerie van Onderwijs.


5/27

Extra cursus Wijkananalyses maken Wegens grote belangstelling verzorgt Stade Advies op dinsdag 17 juni een extra cursus ‘Het maken van wijkanalyses; een praktische handreiking voor professionals werkzaam in wijken’. In deze eendaagse cursus leert u op een systematische wijze een wijkanalyse uit te voeren. U leert de focus te bepalen, bronnen te raadplegen, informatie te structureren, gegevens te interpreteren en de uitkomsten doelgericht te rapporteren en presenteren. Gebiedsgericht werken is in. Steeds meer professionals kiezen de wijk als uitvalsbasis voor hun handelen. Lokale overheden richten hun beleid steeds vaker het liefst op wijkniveau. Opbouwwerkers werken van oudsher in de wijken. Zij beschikken al over de nodige netwerken en lokale kennis. Met een goede wijkanalyse kunnen zij zowel nieuwe samenwerkingspartners als lokale overheden van dienst zijn. Een goede wijkanalyse vormt de basis van de onderhandelingen voor de te leveren prestaties. Bovendien geeft een gedegen wijkanalyse richting aan hun eigen handelen, wat hun positie in de wijk versterkt. Voor wie is deze cursus bedoeld? De cursus is bestemd voor professionals uit grote(re) steden of plattelandsgemeenten die op wijkniveau werken en serieus werk willen maken van wijkanalyses. Programma In de eendaagse cursus komen de volgende onderwerpen aan de orde: • • • • • •

Focus bepalen Variabelen benoemen Bronnen en methoden van onderzoek Interpretatie van gegevens Maken kansenkaart Opstellen wijkanalyse

Werkwijze In de cursus worden afwisselende werkvormen gebruikt, waarin oefening een belangrijk accent heeft. Deelnemers ontvangen tevens een format voor het maken van een wijkanalyse. Datum: Begintijd en eindtijd: Locatie: Aantal deelnemers: Prijs:

Dinsdag 17 juni 2008 09.30 uur - 16.30 uur Vergadercentrum Vredenburg 19, Utrecht per groep minimaal 10 en maximaal 20 € 495,- per persoon

Korting Neemt u samen met een collega van dezelfde organisatie deel aan de cursus, dan ontvangt de tweede deelnemer 10% korting op het cursusgeld. Inschrijven U kunt zich tot en met 5 juni voor deze cursus inschrijven via het inschrijfformulier. Na inschrijving is kosteloos annuleren niet mogelijk. Vanzelfsprekend kan altijd een vervanger de vrijgekomen plaats gebruiken. De factuur dient te allen tijde te worden voldaan. Materiaal en factuur Na uw inschrijving ontvangt u drie weken voordat de cursus begint een bevestiging, de routebeschrijving, het programma en een voorbereidingsopdracht. De factuur met betrekking tot uw deelname wordt apart verzonden. De reader met documentatiemateriaal ontvangt u ter plekke. Docenten De cursus wordt verzorgd door Ingrid Horstik en Marjan van Mastrigt.


6/27

Ingrid Horstik studeerde opbouwwerk en bestuurskunde aan de Vrije Universiteit. Is sinds 2,5 jaar verbonden aan Stade Advies en beschikt over ruime expertise in het maken van wijkanalyses. Marjan van Mastrigt studeerde beleidswetenschappen aan de KUN en was onder andere werkzaam als stafdocente CMV aan de Hogeschool West-Brabant. Is ruim 6 jaar verbonden aan Stade Advies en is veelvuldig betrokken bij het ontwerpen en uitvoeren van leer- en begeleidingstrajecten. Meer informatie Wilt u meer informatie over de inhoud van deze cursus, dan kunt u contact opnemen met: Ingrid Horstik T (030) 23 61 805, 06 10 93 92 97 E [email protected] Marjan van Mastrigt T (030) 23 61 844, 06 10 94 11 70 E [email protected] Voor alle overige vragen kunt u contact opnemen met de cursusadministratie, telefoonnummer: (030) 23 61 841, e-mailadres: [email protected].


7/27

Eerste mantelzorgwoning geplaatst In Eindhoven is op 15 mei 2008 de eerste mantelzorgwoning van Nederland officieel in gebruik genomen. Een mantelzorgwoning is een compleet verplaatsbaar huis, waardoor bijvoorbeeld ouders die zorg nodig hebben in de tuin van hun kinderen kunnen gaan wonen. Op deze manier kan een ouder dichtbij familieleden zelfstandig blijven wonen. De aanschaf van de woning is gefinancierd door corporatie Wooninc. De geplaatste mantelzorgwoning is een compleet huis met voorzieningen, zoals de mogelijkheid tot het plaatsen van een in hoogte en breedte verstelbaar toilet en wastafel, dwaalbescherming, lichtsensoren en andere domotica. Zowel de thuiszorgorganisatie als de familie kunnen van een afstand de camera's in de woning bedienen en de beelden bekijken om in de gaten te houden hoe het met de bewoonster gaat. De woning wordt verwarmd en gekoeld middels een milieuvriendelijke warmtepomp en er is een luchtverversingssysteem. Deze eerste mantelzorgwoning in Eindhoven is gerealiseerd door een samenwerking van woningcorporatie Wooninc., leverancier en concept-ontwikkelaar PasAan en de gemeente. Wooninc. heeft deze woning gekocht en verhuurt deze aan de betrokkene. Voor een dergelijke woning kan er huurtoeslag aangevraagd worden. Op basis van het huidige bestemmingsplan heeft de gemeente slechts een tijdelijke vergunning van vijf jaar kunnen afgeven voor deze woning. De gemeente gaat de komende tijd de behoefte naar mantelzorgwoningen in Eindhoven in beeld brengen. Op basis daarvan wordt onderzocht hoe dit snel en eenvoudig mogelijk kan worden gemaakt. Bron: www.aedesnet.nl


8/27

Aanbesteden met beleid Het verschijnsel aanbesteden in de publieke sector staat volop in de belangstelling. De gevolgen van aanbesteden in de publieke sector zijn soms onverwacht en niet beoogd (denk aan de effecten in de Thuiszorg). Vanuit dat oogpunt wordt, onder andere op het Ministerie van VWS, nagedacht over aanpassing en verbetering. De stelling is daarbij dat het, binnen de juridische grenzen van een aanbestedingsprocedure, voor een opdrachtgever mogelijk moet zijn om sociale uitgangspunten tot uitdrukking te brengen. We spreken in dit geval van ‘beleidsrijk aanbesteden’. Ook het begrip ‘sociaal overwogen aanbesteden’ wordt in dit kader gehanteerd. De meeste gemeentelijke aanbestedingen in de publieke sector zijn eerder technisch correct dan beleidsrijk uitgevoerd. Er zijn weinig pogingen gedaan om in de aanbestedingsstrategie specifieke beleidsdoelstellingen te realiseren. Er zijn de afgelopen maanden een aantal varianten voor een beleidsrijke aanbestedingsprocedure ontwikkeld. Deze varianten zijn ook juridisch getoetst. Met deze varianten kunnen verschillende beleidsdoelen worden verwezenlijkt. Gedacht moet hierbij worden aan: • • • • •

Verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening Vergroting van de keuzevrijheid van cliënten Werkgelegenheid (bijvoorbeeld door het opnemen van een verplichting tot overname van personeel, opgebouwde ervaring gaat hiermee niet verloren) Vermindering van administratieve lasten Voorkomen van een afname in de ketensamenwerking

Er kunnen 5 typen varianten worden onderscheiden, die elk uitgewerkt kunnen worden in een onderdeel van de aanbestedingsprocedure. Het voert in het kader van dit e-zine te ver om daar diep op in te gaan, we tippen de varianten even aan: a. b. c. d. e.

Uitvoeringsbepalingen (programma van eisen) Geschiktheideisen (organisatie van de aanbieder Gunningscriteria (inschrijving van de aanbieder) Omgang met gunningscriteria, gunningsmethodieken en beoordelingssystemen Algemene suggesties

a. Uitvoeringsbepalingen (programma van eisen) In de uitvoeringsbepalingen kan de gemeente specifieke wensen formuleren ten aanzien van het personeel dat de gewenste dienst moet leveren. Daarnaast kan een gemeente zich actief opstellen ten aanzien van het vraagstuk van het overhevelen van personeel. Ook is het denkbaar te werken met contracten met een langere looptijd, bijvoorbeeld voor drie tot vier jaar. Deze bieden meer zekerheid aan de aanbieders en vormen daardoor een basis voor continuïteit en investeringen in de kwaliteit van de dienstverlening. Daarvan profiteren niet alleen de aanbieders, maar uiteindelijk ook de cliënten. b. Geschiktheideisen (organisatie van de aanbieder) In een aanbesteding kan een gemeente beogen aanbieders te contracteren die naar de mening van de gemeente op een goede manier omgaan met hun personeel. Dat kan als geschiktheideis (selectiecriterium), maar ook als gunningscriterium worden opgenomen. Er kunnen selectie-eisen worden geformuleerd op het gebied van personeelsverloop, het aantal aan opleidingen bestede uren, of de tevredenheid van het personeel.


9/27

c. Gunningscriteria (inschrijving van de aanbieder) In de strijd om een aanbesteding offreren aanbieders soms zeer lage prijzen. De gemeente kan bij een aanbesteding een minimumtarief hanteren, zodat voorkomen wordt dat aanbieders in financiële problemen raken. Bij het gunnen op marge (in plaats van gunnen op prijs) wordt van de aanbieders niet een prijs per uur gevraagd, maar een marge op de directe loonkosten. Die marge wordt gebruikt bij het gunningsbesluit. Aanbieders concurreren zo alleen op overhead en planningskosten, de druk op het salaris van het uitvoerend personeel wordt hierdoor minder groot. Door aanbieders te stimuleren om werklozen, gehandicapten of bijvoorbeeld medewerkers van de sociale werkvoorziening in te zetten geeft een gemeente invulling aan het maatschappelijk verantwoord ondernemerschap. De aanbieders helpen hiermee de gemeente om doelstellingen op andere beleidsterreinen te realiseren. d. Omgang met gunningscriteria, gunningsmethodieken en beoordelingssystemen Bij een relatieve beoordeling wordt de score van een aanbieding bepaald op basis van de score van een andere aanbieding. Om duidelijk te maken wat de gewenste doelen zijn in de aanbesteding, kan een gemeente beter een absolute beoordeling hanteren. Een bepaalde aanbieding leidt dan na beoordeling altijd tot dezelfde score. e. Algemene suggesties Door het uitvoeren van een actieve vorm van vraagverkenning kan een gemeente meer uitgaan van feiten en minder van interpretaties. In de voorbereiding op een aanbesteding moet een aantal strategische keuzes worden gemaakt. Om die reden is het van groot belang dat de aanbestedende partij beschikt over informatie over de inhoudelijke keuzes die gemaakt kunnen worden, de varianten in de aanbestedingsprocedures en de mogelijke effecten van de gemaakte keuzes. Hoewel bovengenoemde varianten in eerste instantie zijn ontwikkeld ten behoeve van de gemeentelijke aanbestedingen ‘hulp bij het huishouden’ is het heel goed mogelijk een en ander ook op andere aanbestedingen toe te passen, bijvoorbeeld bij aanbestedingen in andere WMO prestatievelden. De WMO biedt gemeenten de kans om een lokale invulling te geven aan het beleid. Het hanteren van beleidsrijke varianten in aanbestedingsprocedures kan als resultaat hebben dat wenselijke effecten worden behouden of versterkt en dat ongewenste effecten worden voorkomen dan wel verzacht. Aanbesteden in de publieke sector is op een bepaalde manier een tweesnijdend zwaard. Soms leidt het tot kwaliteitsverbetering en een betere verhouding tussen prijs en kwaliteit. Soms leidt het tot het tegendeel. Beleidsrijk aanbesteden biedt mogelijkheden om de gunstige effecten te behouden en minder gunstige effecten van aanbesteden te vermijden. Zie voor meer informatie onze website www.stade-advies.nl of neem contact op met Johan Kruithof: [email protected]


10/27

Corporate board startbijeenkomst Al enige tijd zoekt de SEV naar methoden om de samenleving meer zeggenschap te geven in het beleid van de maatschappelijke onderneming. Een kansrijke methode is de ‘Corporate Board’ in de coöperatieve maatschappelijke onderneming. De Corporate Board is een organisatiemodel waarbij bestuurders, toezichthouders en belanghouders aan één en dezelfde bestuurstafel zitten. De board heeft zeggenschap over het middellangetermijnbeleid, en niet over de dagelijkse praktijk. Deze sturing op visie, en dus niet op de dagelijkse praktijk, heeft als voordeel dat het eigenbelang van belanghouders overstegen wordt. Het model wordt idealiter gebruikt in een coöperatieve organisatie- en rechtsvorm. Deze combinatie maakt een duurzame legitimatie vanuit de samenleving mogelijk, evenals het verbinden van sectoren en disciplines. Tot slot wordt een integrale aansturing van dochterondernemingen mogelijk. Er is interesse van VROM en corporaties. De laatste zijn vooral corporaties die overwegen hun verenigingsvorm te verlaten/vernieuwen of die ongelukkig zijn met hun stichtingsvorm. Samen met het kennisnetwerk EMCEO organiseert de SEV op 17 juni in (de buurt van) Utrecht een startbijeenkomst om experimenten te werven. Tijdens deze bijeenkomst worden de principes verhelderd en experimentmogelijkheden toegelicht. Lees meer op www.sev.nl


11/27

Van wijken weten Veel Nederlandse stadswijken veranderen de laatste jaren door sloop en nieuwbouw. Portiekflats maken plaats voor eengezinswoningen en appartementen. De beleidsmatige gewenste menging tussen arm en minder arm wordt langzaamaan bewaarheid. Maar leidt stedelijke vernieuwing ook tot een betere wijk en meer woonplezier voor bewoners? Wat is er mis met de wijken? Wat moeten we weten van de wijken om van de stedelijke vernieuwing een succes te maken, vooral voor bewoners? Die vragen laten zich niet in drie zinnen beantwoorden. In het boek Van wijken weten komt een groot aantal thema's aan de orde die samen een illustratie vormen van de veelomvattendheid van de vernieuwingsopgave. Het geeft tips, ideeën en voorbeelden om de 'werkers' in de stedelijke vernieuwing te ondersteunen in hun ingewikkelde werk. Maar bovenal geeft het een reflectie op de huidige praktijk, zet het aan om vragen te stellen bij gangbare praktijken en hoopt zo bij te dragen aan de 'vernieuwing van de vernieuwing'. Het boek bundelt de inzichten die in de afgelopen jaren binnen het onderzoeksprogramma Corpovenista (‘Corporaties Vernieuwen de Stad’) zijn verworven over veel verschillende thema’s binnen de stedelijke vernieuwing en maakt deze inzichtelijk voor corporaties, gemeenten, welzijnswerkers, projectontwikkelaars en bewonerskader. De onderwerpen variëren van sociale cohesie, de invloed van functiemenging op de veiligheid in de buurt, reputatie van de buurt, woonkeuze in concentratiewijken tot energiebesparing, voorraadbeleid en besluitvorming. Alle hoofdstukken worden afgesloten met aanbevelingen en tips voor verder lezen voor de werkers in de wijk. Bron: www.kei-centrum.nl


12/27

Fuseren, maar dan anders Vijf aanbevelingen voor meer succes Onderzoeken naar resultaten van fusies schetsen onveranderlijk een somber beeld. Een kleine selectie ter illustratie: Volgens KPMG mislukt 85% van alle geregistreerde fusies. De Hay Group stelt dat slechts één op de tien fusies succesvol is. Professor Schenk laat ons helemaal schrikken: ‘als een fusie slaagt dan is dat toeval’. Er is iets goed mis met de gangbare benadering van fusies. Verbetering begint met een andere manier van kijken naar fusies. Hier vindt u vijf aanbevelingen. 1. Zie fusie niet alleen als besluit maar vooral als proces 2. Zorg voor goede regie en fair play 3. Zoek balans tussen inhoud, belangen en mensen 4. Hanteer spanningsboog tussen uitdaging en veiligheid 5. Organiseer interactie en benut bestaande dynamiek Lees het hele artikel op www.managementsite.nl


13/27

Wmo: VNG toekomstvisie De Wmo moet zich verder ontwikkelen tot een brede participatiewet. Gemeenten gaan daarvoor serieus werk maken van het compensatiebeginsel. Het denken in concepten uit de zorgsector is weinig vruchtbaar. Een aantal rafelranden van de Wmo, zoals de begeleiding en de cliëntondersteuning, moet snel worden afgehecht. Dit stelt de VNG in haar visiedocument 'De toekomst van de Wmo' dat op 8 mei is aangeboden aan staatssecretaris Bussemaker. In de visie wordt de ontwikkelingsrichting van de Wmo geschetst. Belangrijke elementen zijn: • • • •

denken vanuit de burger een logisch onderscheid tussen zorg en maatschappelijke ondersteuning werk maken van de regierol handhaven van de horizontale besturingsfilosofie

De VNG gaat samen met de cliëntenorganisaties en tien pilotgemeenten het compensatiebeginsel in de Wmo inhoud geven. Daarbij wordt voortgebouwd op wat gemeenten als Enschede en Sluis al hebben ontwikkeld. Uitgangspunt is dat niet de claim van de burger op een voorziening centraal staat, maar de beperking en mogelijkheden van de burger en het samen zoeken naar oplossingen. Voor de plannen bestaat in brede kring enthousiasme. Lees meer op www.vng.nl


14/27

Omgaan met gedragsveranderingen bij dementie Het Ontmoetingscentrum voor thuiswonende licht dementerenden en hun mantelzorgers (OCN) van Vitras/CMD organiseert op vrijdag 13 juni een lezing over gedragskenmerken en het omgaan met gedragsveranderingen bij dementie. De zorg voor een dementerend familielid is anders dan andere zorg. Het is steeds meer eenrichtingsverkeer. Iemand met een chronische ziekte kan meestal goed aangeven waar hij behoefte aan heeft, bij een dementerende moet je vaak raden. Het gedrag van een dementerende stelt hoge eisen aan het geduld van de mantelzorger. Het Ontmoetingscentrum Nieuwegein van Vitras/CMD is opgezet ter ondersteuning van thuiswonende licht dementerende mensen en hun mantelzorgers. Het Ontmoetingscentrum organiseert jaarlijks een lezingcyclus rondom dementie. Hierin worden verschillende facetten van dementie nader belicht. Mantelzorgers, vrijwilligers en geïnteresseerden zijn van harte welkom. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de coördinator Annette Stock 0900-8212382 (lokaal tarief) of met het OCN, tel. (030) 630 16 20. Lees meer op www.ontmoetingscentrumnieuwegein.nl


15/27

Gemeenten krijgen regie over lokale veiligheid Gemeenten krijgen de regie over de veiligheid binnen de gemeentegrenzen. Ze stellen daartoe eens in de vier jaar een integraal veiligheidsplan vast. Dit veiligheidsplan moet beschrijven wat de gemeente doet en wat ze van andere partijen verwacht. Dit staat in een wetsvoorstel waarmee de ministerraad verleden week heeft ingestemd. In het bestuursakkoord tussen Rijk en VNG was al afgesproken dat de gemeentelijke regie over het veiligheidsbeleid wettelijk zou worden vastgelegd. Doelen en prioriteiten In het veiligheidsplan staan concrete en meetbare doelen en prioriteiten van het lokale veiligheidsbeleid, wat de gemeente daaraan gaat doen en wat ze van andere organisaties en instellingen verwacht. Regie Om voor veiligheid te kunnen zorgen, moet de gemeente onder meer samenwerken met politie, OM, omliggende gemeenten, woningbouwcorporaties, welzijnswerk, scholen, brandweer en bedrijfsleven. De gemeente maakt afspraken en voert de regie, zonder dat zij bevoegdheden of taken van andere partijen overneemt. Inhoud veiligheidsplan De inhoud van het veiligheidsplan hangt af van de lokale situatie. Zo kunnen er afspraken in staan over de aanpak van overlast en verloedering, het alcohol- en drugsbeleid, de aanpak van veelplegers en over handhaving. Lees meer op www.vng.nl


16/27

Wmo: afspraken wijziging De wijziging van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) treedt pas negen maanden na publicatie in het Staatsblad in werking. De VNG heeft dit afgesproken met staatssecretaris Bussemaker van VWS. De VNG en het ministerie van VWS gaan gemeenten ondersteunen bij de wetswijziging. Binnenkort ontvangt u hierover een brief met meer informatie. Nieuw verdeelmodel maatschappelijke opvang De VNG en de staatssecretaris concluderen dat er een breed draagvlak is voor een nieuw verdeelmodel maatschappelijke opvang. De gegevens uit de Stedelijke Kompassen zijn stevig genoeg om te gaan rekenen. Bureau Cebeon gaat hiermee nu aan de slag. Psycho-sociale begeleiding De financiële middelen voor de ondersteunende begeleiding algemeen op psycho-sociale grondslag gaan in 2009 over naar gemeenten. Dit betreft zowel de doelgroep maatschappelijke opvang als de ‘ontregelde gezinnen'. Vooralsnog gaat de VNG uit van een bedrag van ongeveer € 53 miljoen, op basis van het peiljaar 2007. De bijbehorende uitvoeringslasten gaan ‘schoon aan de haak’ over naar de gemeenten. Lees meer op www.vng.nl


17/27

Financieel beleid: richting rust en continuïteit Een professionele organisatie kan niet zonder financieel beleid. Sterker nog, eigenlijk kan geen enkele organisatie zonder een vorm van financieel beleid. Van Ahold NV tot de plaatselijke voetbalvereniging, van het minimuseum tot de mega-instelling voor zorg en welzijn: iedereen denkt na over opbrengsten, kosten, spaarpotjes, risico’s en kansen. Het achterliggende streven is altijd hetzelfde: doen waar je goed in bent, zonder onnodige zorgen over stabiliteit en continuïteit. Waarom is de realiteit van vandaag dan nog steeds, dat veel professionele maatschappelijke organisaties geen financieel beleid hebben vastgesteld? Wij weten wel een paar redenen of argumenten, die in de praktijk vaak in samenhang spelen: • • • • •

Het gaat toch al jaren goed, waarom zouden we ingewikkeld doen? Die kengetallenboekjes zeggen allemaal wat anders, daar kan ik weinig mee. Financieel beleid, dat wordt meteen een moeilijk te doorgronden boekwerk. We krijgen toch jaarlijks een goedkeurende verklaring van onze accountant? Dan moet ik zeker aan het bestuur gaan uitleggen wat ik wil, terwijl ik al moeite heb met het lezen van de balans, als ik eerlijk ben.

Stade Advies BV en Hordijk & Hordijk BV leren u in één dag de hoofdlijnen van het maken van een financieel beleidsplan. We laten u zien hoe u: • • •

eenduidig de balans van uw organisatie kunt ‘lezen’; kengetallen voor uw organisatie vaststelt; met (toekomstige) risico’s zou moeten omgaan, alsmede hoe zaken als solvabiliteit, werkkapitaal, liquiditeit en investeringen samenhangen.

We leveren niet in één dag een volmaakt financieel beleidsplan voor uw organisatie af, maar laten u wel zien hoe u daar zelf snel en gericht aan kunt werken. Met als resultaat dat binnen enkele weken een plan op tafel kan liggen: twee tot maximaal vijf A4-tjes die weer voor jaren rust geven. Of … die hopelijk nog precies op tijd aanleiding geven tot het nemen van actie! Prijs van een eendaagse training (open inschrijving): € 495 per deelnemer. Voor MT’s van relaties van Stade Advies BV: € 2.395, ongeacht het aantal deelnemers. Uw zeer ervaren docenten : Jan Tilburgs MMC [email protected] 06 51 242 511 Ir drs Frank Hordijk RA [email protected] 06 50 270 673 Wil Schelvis [email protected] 06 44 162 541


18/27

Handboek voor toegankelijk wonen vernieuwd Het Handboek voor Toegankelijkheid is herzien en geactualiseerd. De zesde druk is compacter dan voorheen, zowel naar inhoud als naar vorm. Het handboek bevat aandachtspunten voor routes, verblijfsplekken en gebruiksobjecten in buitenruimten, gebouwen en woningen Woningen voor iedereen Het Handboek voor Toegankelijkheid is de opvolger van het naslagwerk 'Geboden Toegang' uit de jaren zeventig. Daarin stond het realiseren van speciale woningen voor gehandicapten centraal. De 'Eisen voor aanpasbaar bouwen' die de corporatiebranche halverwege de jaren tachtig ontwikkelde, luidden een andere kijk op bouwen in. Geen speciale woningen voor gehandicapten, maar gewone woningen, die eenvoudig kunnen worden aangepast wanneer bewoners te maken krijgen met fysieke beperkingen. De aanpasbaarheidseisen werden opgenomen in het Handboek voor Toegankelijkheid en een deel vond sinds 1997 zijn weg naar het landelijk geldende Bouwbesluit. WoonKeur De aandachtspunten voor de woningbouw in het Handboek voor Toegankelijkheid zijn grotendeels opgenomen in het Handboek WoonKeur nieuwbouwwoningen, dat de basis is voor certificering van nieuwe woningen. Het Handboek voor Toegankelijkheid biedt ook inzicht in de wettelijke toegangseisen, waardoor het eenvoudig mogelijk is te bepalen of bouwkundige ontwerpen of bestaande voorzieningen voor iedereen toegankelijk zijn en aan alle wettelijke eisen voldoen. Meer informatie en bestellen Handboek voor Toegankelijkheid Handboek voor Toegankelijkheid op cd-rom Handboek WoonKeur nieuwbouwwoningen Bron: www.kcwz.nl


19/27

Aedes congres 2008 Voor mensen door mensen. Dat is de corporatie anno 2008. En dat is ook de rode draad van het Aedes-congres 2008 dat plaatsvindt op 5 juni 2008 in Papendal, Arnhem. Maatschappelijk ondernemen, communiceren met de buurt, pro-actief ondernemen. Zo maar een aantal thema’s dat aan bod komt op het Aedes-congres 2008 in Arnhem. Nieuw dit jaar is het netwerken met vakgenoten, debatteren over de drive van corporatiemensen en de eigen gedrevenheid delen met anderen. Verder biedt het congresprogramma ruimte om actief mee te doen aan het thema 'passie voor buurten, wijken, dorpen en steden in Nederland'. Lees meer op www.aedesnet.nl


20/27

Voorstel rechtspositie maatschappelijke ondernemingen De maatschappelijke ondernemingen in Nederland pleiten in een gezamenlijk voorstel van het Netwerk Toekomst Maatschappelijke Onderneming (NTMO) voor een aparte rechtspositie. NTMOvoorzitter Van Leeuwen heeft minister Hirsch Ballin van Justitie dinsdag een voorstel overhandigd dat moet leiden tot een heldere wettelijke omschrijving van de maatschappelijke onderneming in het Burgerlijk Wetboek. Het voorstel sluit aan bij het voornemen van het huidige kabinet om voor dit type onderneming te komen tot een adequate en eigenstandige positie. Eerder deed het kabinet al een voorstel om te komen tot een aparte rechtsvorm voor de maatschappelijke onderneming, wat unaniem door het NTMO werd afgewezen. Hierop deed het NTMO de toezegging om vanuit het maatschappelijke veld een nieuw voorstel te presenteren. Met dit voorstel doen de maatschappelijke ondernemingen een duidelijke handreiking aan het kabinet. Maatschappelijke ondernemingen zijn private organisaties met een maatschappelijke missie, zoals woningcorporaties, scholen en zorgen welzijnsinstellingen. Het NTMO-voorstel bestaat uit twee hoofdelementen die aan elkaar gekoppeld zijn. Het eerste element gaat in op de wens voor een convenant met het kabinet over een heldere bestuurlijke verhouding tussen maatschappelijke ondernemingen en het Rijk. Een nieuwe verhouding die is gebaseerd op onderling vertrouwen en zal leiden tot minimale sectorale regelgeving. Ook pleit het NTMO er met dit voorstel voor om de maatschappelijke onderneming niet als rechtsvorm, maar als modaliteit van bestaande rechtsvormen op te nemen in het Burgerlijk Wetboek (BW). Hierdoor kan op korte termijn invulling worden gegeven aan de wens van het kabinet en het NTMO om te komen tot een bestendige en volwassen relatie die de ruimte biedt om de maatschappelijke belangen van burgers ook in de toekomst te waarborgen. Bron: www.ntmo.nl


21/27

Kenniscentrum inkopen en aanbestedingen PIANOo verlengd PIANOo zet zijn werkzaamheden door tot eind 2011. Dat heeft minister Van der Hoeven (Economische Zaken) besloten op basis van de onlangs gehouden evaluatie naar de doelmatigheid van PIANOo. De conclusie uit het rapport luidt dat PIANOo, netwerk voor overheidsopdrachtgevers, het goed doet. "PIANOo heeft bijgedragen aan verbetering van de professionaliteit van het aanbesteden, aan verbetering van de naleving van de aanbestedingsregels en aan betere aanbestedingsresultaten", aldus onderzoeksbureau EIM. Onderzoek Uit het EIM-onderzoek blijkt dat 81% van de ondervraagde aanbestedende diensten gebruik maakt van PIANOo-desk, waar 2700 inkopers kennis uitwisselen. Het digitale netwerk wordt gewaardeerd met een 7,4. Over de andere activiteiten van PIANOo zoals de website, het jaarcongres, de nieuwsbrieven en de toolkits zijn de gebruikers eveneens tevreden. Zij geven hiervoor cijfers tussen de zeven en de acht. Wouter Stolwijk, directeur van PIANOo, is verheugd met het besluit van de minister. "De evaluatie was positief en ik ben blij dat de minister met haar besluit de lijn van het rapport heeft gevolgd. PIANOo is opgericht als tijdelijke dienst en heeft dus niet het eeuwige leven. Maar we gaan de komende jaren hard aan de slag om ervoor te zorgen dat overheden nog beter gaan aanbesteden." Aanbevelingen Het rapport beveelt aan om het netwerk uit te breiden met kenniscentrumactiviteiten en om de aansturing door de stuurgroep van PIANOo en door het ministerie van Economische zaken aan te scherpen. Over deze wijzigingen is Stolwijk te spreken. "PIANOo blijft functioneren onder de verantwoordelijkheid van de minister en de samenstelling van de stuurgroep wordt gebaseerd op drie uitgangspunten: vertegenwoordiging van de politiek verantwoordelijke, de financier en de doelgroepen." In de stuurgroep worden koers en strategie van PIANOo bepaald. PIANOo De kernactiviteit van PIANOo blijft het professionaliseren van het aanbesteden bij alle publieke opdrachtgevers. Vooralsnog blijft de belangrijkste doelgroep van PIANOo de klassieke overheid, met meer nadruk dan de afgelopen jaren op de kleine gemeentes en de provincies. Het instrumentarium van PIANOo staat ook ter beschikking van andere aanbestedende diensten en wordt actief aangeboden indien de actualiteit daartoe aanleiding geeft (zoals recent aan scholen voor de aanbesteding van schoolboeken). Bron: www.pianoo.nl


22/27

Planbureau voor de Leefomgeving Het nieuwe Planbureau voor de Leefomgeving is een feit. De functies van het bestaande Ruimtelijk Planbureau (RPB) en het Milieu- en Natuurplanbureau (MNP) zijn hierin ondergebracht. "Door de integrale benadering van ruimtelijke, natuur- en milieuvraagstukken verwacht ik dat er een kwalitatieve slag gemaakt kan worden", aldus minister Cramer van Ruimte en Milieu. Planbureau voor de Leefomgeving werkt voor het ministerie van VROM en voor andere ministeries, waaronder Verkeer en Waterstaat, LNV, Economische Zaken en Buitenlandse Zaken. De samenvoeging van RPB en MNP vindt plaats in het kader van het programma Vernieuwing van de Rijksdienst. Gerelateerde dossiers: Aanpak woningvoorraad Rijksbeleid Duurzame stedelijke vernieuwing Bron: www.kei-centrum.nl


23/27

Benchmark cijfers welzijn en maatschappelijke dienstverlening Ook dit jaar wordt weer een vergelijkend onderzoek gedaan door MOgroep (servicepunt welzijnswerk), Verdiwel en Hordijk & Hordijk BV naar de tarieven en de vermogensposities van organisaties in welzijn en maatschappelijke dienstverlening. Het verschil met eerdere jaren: het wordt nog efficiënter uitgevoerd. Daardoor is het een stuk goedkoper, waardoor kleinere organisaties ook kunnen deelnemen. Nadere informatie over eventuele deelname kunt u verkrijgen bij: Stefan Sterkenburg Servicepunt Welzijnsinformatie [email protected] Dick de Wit Verdiwel [email protected] Frank Hordijk Hordijk & Hordijk BV [email protected]


24/27

Wmo: tevredenheidsonderzoek 2007 De eerste oordelen van uw burgers over de Wmo in 2007 liggen binnenkort op tafel, en dat aanknopingspunt gaat u ongetwijfeld benutten. U wilt bijvoorbeeld uw verbrede Wmo-beleid verder invoeren of aanscherpen. En u wilt (nog) betere prestaties van de organisaties waarmee u samenwerkt. Benut de mening van uw burgers optimaal… U wilt de mening van uw burgers serieus nemen. Hun oordeel bestaat in feite uit een hele serie adviezen aan uw organisatie. Wilt u voldoen aan de `lokale verantwoording´ die de Wmo van u vraagt, dan zult u daar iets mee moeten. Wij van Stade Advies kunnen u helpen de mening van uw burgers om te zetten in beleid, acties en resultaten. U kunt ons inschakelen op diverse niveaus en voor de meest uiteenlopende opdrachten. Wellicht moeten de instellingen die u contracteert of subsidieert beter gaan samenwerken. Mogelijk staat u voor een nieuwe aanbestedingsronde Hulp bij het Huishouden, of komt uw Wmo-loket in een nieuwe ontwikkelingsfase. Of moet er een centrum voor Jeugd en Gezin opgezet worden, gekoppeld aan prestatieveld twee. Misschien wilt u weten hoe u vrijwilligers kunt ondersteunen bij hun onmisbare rol in de civil society. Allemaal thema´s en onderwerpen waar wij van Stade Advies verstand van hebben. Die we eerder bij de hand hebben gehad. Bel ons, en we vertellen u wat we voor uw gemeente kunnen betekenen. Stade Advies: de goede dingen goed doen Stade Advies is een landelijk adviesbureau voor maatschappelijke ontwikkeling dat zich onderscheidt door grote veldkennis, realistische adviezen en betrokken adviseurs. Onze aanpak is deskundig, klantgericht en professioneel. Doe er uw voordeel mee. Bezoek onze website op www.stade-advies.nl. Of neem voor een vrijblijvend gesprek contact op met: Johan Vermeulen, telefoon (030) 236 1847, e-mail [email protected] Jan Christiaans, telefoon (030) 236 1824, e-mail [email protected] Zij staan u graag te woord.


25/27

Jeugd en Co congres Plezier en professionaliteit Op 17 juni organiseert Jeugd en Co haar eerste congres onder de naam 'Plezier en professionaliteit'. De invulling van de dag is zeer divers. Naast plenaire presentaties over het professionaliseringstraject zijn er 6 sessies waarbij professionals u informeren over de best practices uit hun organisaties, zoals het terugdringen van de bureaucratie en het verbinden van je personeel en de organisatie. Tijdens de interactieve rondetafelgesprekken gaat u met elkaar in discussie, waarbij u de keuze heeft uit 14 uiteenlopende onderwerpen op het gebied van o.a. loopbaanontwikkeling, ethische dilemma's en persvoorlichting. Voor een luchtige noot wordt gezorgd en tussendoor is er voldoende gelegenheid om kennis te maken met andere professionals in de netwerkhoek. Sprekers Iris Leene - NVMW Ben van Bruxvoort - De Combinatie Jeugdzorg / MOgroep Ad Goos - Ortho agoog, Antwerpen Joke de Vries - Hoofd inspectie jeugdzorg Datum en locatie Dinsdag 17 juni 2008, Burgers' Zoo, Arnhem Kosten Jeugd en Co abonnees: € 195,- / niet abonnees: € 235,- (excl. btw) Kijk voor het volledige programma op www.bsl.nl/plezierenprofessionaliteit. Hier kunt u zich ook inschrijven.


26/27

Actieprogramma voor integratie Aan het huidige integratiebeleid van dit kabinet ligt de integratienota 2007-2011 ten grondslag. Het kabinet doet in deze nota een appèl op alle burgers om mee te doen in de samenleving op basis van wederzijdse acceptatie en gelijkwaardigheid. “Van alle burgers wordt verwacht dat ze hun best doen om zich een plaats in die samenleving te veroveren, door de taal te leren, een opleiding te volgen en af te maken, een inkomen te verwerven, verantwoordelijkheid te nemen voor de opvoeding van hun kinderen. Wederkerigheid is in het integratiebeleid een kernbegrip. Actief burgerschap kan alleen vorm krijgen als er een gemeenschappelijke wil is om met erkenning van verschillen samen te leven.” In de nota zijn twee hoofdthema’s van het integratiebeleid voor de komende jaren benoemd: 'maatschappelijke emancipatie' en 'sociale integratie', met daarin een sterk accent op actief burgerschap. Deze zijn uitgewerkt in concrete acties en beoogde resultaten. De nota is daarmee het actieprogramma voor integratie van het huidige kabinet. De belangrijkste prioriteiten die in de nota worden genoemd, worden hierna kort aangestipt. Prioriteit voor betere inburgering Eerste prioriteit van het integratiebeleid is de verbetering van de inburgering. Met het Deltaplan inburgering gaat het kabinet ervoor zorgen dat de regelgeving rond inburgering sterk wordt vereenvoudigd, inburgeraars meer profijt hebben van de programma’s en dat de participatie, burgerschap en het leren van de taal in de inburgering centraal komen te staan. Samen werken aan integratie Samen met gemeenten zal het kabinet een gemeenschappelijke agenda voor integratiebeleid opstellen. Het beleid richt zich in beginsel niet op specifieke etnische, culturele of levensbeschouwelijke groepen, maar op het tegengaan van segregatie, het wegnemen van belemmeringen en het bieden van kansen voor sociale, culturele en economische participatie. Onderwijs voertuig voor emancipatie van de tweede generatie In het onderwijs wordt prioriteit gegeven aan het verkleinen van de achterstand in taal- en cognitieve ontwikkeling waarmee niet-westerse kinderen aan het onderwijs beginnen. Door uitbreiding en kwalitatieve versterking van de voor- en vroegschoolse educatie wordt de achterstand van nietwesterse leerlingen verminderd. Diversiteit in het jeugdbeleid Allochtone jongeren gaan meer profijt krijgen van de jeugdzorg en van jeugdvoorzieningen door uitvoering van het actieplan ‘Diversiteit in het jeugdbeleid’. Het plan beoogt vergroting van het bereik van de instellingen en voorzieningen onder niet-westerse jongeren, versterking van de deskundigheid van professionals in de aanpak van deze jongeren en het beschikbaar komen van methodieken die specifiek op hen zijn toegesneden. Meer arbeidsdeelname Om meer niet-westerse jongeren aan het werk te krijgen wordt ingezet op het bestrijden van discriminatie op de arbeidsmarkt en het aan de slag krijgen van personen met grote afstand tot de arbeidsmarkt, onder wie veel niet-westerse allochtonen. De wijkaanpak: wonen, werken, leren, integreren, veiligheid Dit is gericht op het vergroten van de veiligheid en de leefbaarheid in de wijk, en het verbeteren van de situatie van allochtone én autochtone burgers in de wijk. Voortzetting van het beleid om in woonwijken een meer gedifferentieerde woningvoorraad te realiseren, gaat bijdragen aan de vermindering van de ruimtelijke segregatie tussen allochtonen en autochtonen en tussen lagere en middeninkomens. Lees meer op www.kei-centrum.nl


27/27

e-zine van Stade Advies, Kwaliteit van samenleven

Recommend Documents