e-zine van Stade Advies, Kwaliteit van samenleven

St@dium

e-zine van Stade Advies, Kwaliteit van samenleven

Nummer 7, juli 2007

Inhoud:

1. Welkom bij het e-zine van Stade Advies .................................................................................... 2 2. WMO: Tussenrapportage beschikbaar....................................................................................... 3 3. AanbestedingenOnline.nl ........................................................................................................... 4 4. Amerikaans kantoor voor Schuldhulpverlening in Nederland .................................................... 5 5. Bedrijven hebben vaker beleid tegen overgewicht..................................................................... 6 6. Nederland in Europa................................................................................................................... 7 7. De praktijk van ambulant jongerenwerk ..................................................................................... 8 8. Corporaties willen investeren, niet doneren ............................................................................. 10 9. SEV-project: Aan de slag met het informeren van de klant ..................................................... 11 10. Innovatiemanagement binnen de overheid .............................................................................. 12 11. Multifunctionele accommodaties nader bekeken ..................................................................... 13 12. WMO: Netto-persoonsgebonden budget in de maak ............................................................... 14 13. Praktijksessie Aanbesteden ..................................................................................................... 15 14. Beleidsprogramma regering gepresenteerd............................................................................. 17 15. Werknemers ontevreden over reorganisaties .......................................................................... 18 16. Verkiezing meest vernieuwende woonzorgproject ................................................................... 19 17. Verwijsindex verbetert informatie-uitwisseling over jongeren .................................................. 20 18. Kansen voor bewoners............................................................................................................. 21 19. WMO: tien tips om cliëntenparticipatie te organiseren............................................................. 22 20. Sociale agenda af..................................................................................................................... 24 21. Internationale conferentie over inkopen en aanbesteden in Nederland................................... 25 22. Discriminatie op werkvloer nog volop aanwezig ...................................................................... 26 23. Hoofdlijnen 40-wijkencharters bekend ..................................................................................... 27 24. Kapitaal en sociaal ondernemerschap ..................................................................................... 28 25. Beste Hangplek van Nederland 2007 is in Rotterdam! ............................................................ 29 26. Mysterie guest aan het loket..................................................................................................... 30

Colofon St@dium is een uitgave van Stade Advies en verschijnt 11 keer per jaar. Redactie: de heer J. Floris en mevrouw S. van der Lugt Redactie-adres : Stade Advies, Postbus 13124, 3507 LC Utrecht T: (030) 23 61 861, E: [email protected] www.stade -ad vies.nl © 2004 Stade Advies – Alle rechten voorbehouden

St@dium, e-zine van Stade Advies – Kwaliteit van samenleven

1/32

Welkom bij het e-zine van Stade Advies St@dium is het elektronische magazine van Stade Advies. Met dit e-zine brengen we u op de hoogte van belangrijke ontwikkelingen en wetenswaardigheden in de maatschappelijke sector en van onze mogelijkheden om u hierin bij te staan. Niet alle artikelen en nieuwsflitsen zullen op u, uw organisatie of uw functie van toepassing zijn. Toch zijn wij er van overtuigd dat u zeker steeds een aantal wetenswaardigheden aantreft die voor u interessant zijn. Kijkt u zelf! St@dium verschijnt aan het begin van iedere maand, behalve in augustus. Het volgende nummer kunt u (rond) de eerste werkdag van september 2007 verwachten. Natuurlijk stellen we het op prijs uw reactie te ontvangen. Heeft u ideeën, opmerkingen, suggesties of aanmerkingen? Mail deze naar de redactie. Dit kunt u doen via de knop 'Contact'. Het kan zijn dat u deze St@dium ontvangt zonder dat u zich hiervoor aangemeld heeft. Mocht u dit e-zine niet meer willen ontvangen, dan kunt u dit laten weten via de knop 'Aan- en afmelden'. Wilt u meer weten over onze diensten en producten, kijk dan ook op onze vernieuwde website www.stade-advies.nl. Als u vragen heeft, dan kunt u vanzelfsprekend altijd contact met ons opnemen. Telefonisch zijn wij bereikbaar tijdens kantooruren op nummer (030) 23 61 861. U kunt ons ook een e-mail sturen via de knop 'Contact', dan nemen wij zo snel mogelijk contact met u op. De redactie Sjaak Floris Susanne van der Lugt


2/32

WMO: Tussenrapportage beschikbaar 14 juni 2007 is de tussenrapportage Wet maatschappelijke ondersteuning naar de Tweede Kamer gestuurd. Hierin wordt ingegaan op de acties die zijn ondernomen naar aanleiding van het Algemeen Overleg van 18 april 2007 en het Voortgezet Algemeen Overleg van 26 april 2007. Daarnaast wordt in de tussenrapportage ingegaan op de stand van zaken rond alpha-hulpen. Het tussenrapport en de bijlage kunt u hieronder vinden: • Tussenrapportage Wmo • Bijlage: onderzoek in het kader van de motie-Mosterd c.s. over gemeentelijke budgetten


3/32

AanbestedingenOnline.nl Aanbestedingen Online is een volledige onafhankelijk, veilig en efficiënt platform waar vragers en aanbieders van diensten en producten elkaar ontmoeten. U kunt hier uw openbare aanbesteding publiceren of geplaatste aanbestedingen bekijken. AanbestedingenOnline wil daarnaast vooral praktische informatie bieden over aanbesteden en aanbestedingsregels en de wijze waarop uw organisatie hiervan gebruik kan maken. •

• • • •

Algemene informatie Informatie over deze website. Daarnaast vindt u hier relevante informatie over aanbestedingsprocedures, openbaar aanbesteden, Europese aanbesteding en de Europese richtlijnen. Geplaatste aanbestedingen bekijken Een overzicht van alle openstaande aanbestedingen op AanbestedingenOnline.nl Inloggen bij AanbestedingenOnline Om uw aanbestedingen te plaatsen dient u eerst in te loggen. Hoe & wat van AanbestedingenOnline Uitleg over het plaatsen van aanbestedingen en de spelregels. Veel gestelde vragen Hier vindt u veel gestelde vragen van gebruikers van AanbestedingenOnline.


4/32

Amerikaans kantoor voor Schuldhulpverlening in Nederland Amerikaanse organisatie ontwikkelt wereldwijd netwerk voor hulpverlening aan consumenten met schulden Wereldwijd kampen mensen met financiële problemen die groter zijn dan ooit door voorgaande generaties ervaren in de voorafgaande eeuwen. Het gebruik van consumentenkredieten is wereldwijd een alledaags verschijnsel geworden. De totale schulden van consumenten zijn enorm gestegen en het aantal mensen met overcreditering is dramatisch gestegen. Om aan de behoeften van het groeiend aantal mensen overladen met schulden te voldoen, heeft de sociale instelling Myvesta haar schuldhulpverleningsactiviteiten nu ook ontwikkeld in Nederland. Myvesta, opgericht in de Verenigde Staten, heeft daar aan mensen hulp geboden, maar ook in het Verenigd Koninkrijk en opent nu haar eerste kantoor op het vaste land van Europa in Nederland. Myvesta Nederland is officieel geopend in mei 2007 met de lancering van de website www.myvesta.nl en de daaraan gekoppelde online helpdesk. Engels en Nederlands sprekende adviseurs zijn beschikbaar tijdens kantooruren om kostenloos budget- en schuldhulpverleningadviezen te verstrekken aan bezoekers van de website. De online helpdesk biedt de unieke mogelijkheid voor mensen om hun situatie anoniem met de Myvesta-adviseurs te bespreken in een ontspannen, comfortabele en vertrouwelijke omgeving. De adviseurs van Myvesta Nederland beschikken over uitgebreide werkervaring en kennis om hulp volgens de hoogste internationale kwaliteitseisen aan mensen te bieden die worden geconfronteerd met financiële problemen. Deze hoge kwaliteitseisen garanderen consumenten in Nederland toegang tot betrouwbare, waardevolle hulpverlening wanneer zij financiële moeilijkheden hebben. In aanvulling op de betrokkenheid van de ervaren adviseurs biedt Myvesta Nederland een uitgebreid pakket van baanbrekende programma’s en diensten. Naast de traditionele schuldhulpverlening en budgetadvisering biedt Myvesta Nederland begeleiding, cursussen, schuldhulpbegeleiding, inkomensbeheer en gespecialiseerde adviesdiensten inzake onder andere hypotheken, kredieten, werkgelegenheid en sociale zekerheid. Het totale pakket van advisering, programma’s en gerelateerde diensten zijn kostenloos beschikbaar voor iedereen die contact opneemt met Myvesta. De missie van Myvesta Nederland is het aanbieden van een totaal dienstenpakket in overeenstemming met de geldende weten regelgeving. Het ultieme doen van de ontwikkeling van Myvesta in Nederland is het bieden van bescherming en hoop aan mensen die met schulden moeten leven in Nederland. Meer informatie over Myvesta Nederland, haar doelstellingen, filosofie, programma’s en dienstverlening kunt u vinden op de website www.myvesta.nl. Myvesta Nederland is een divisie van de Myvesta Foundation, een wereldwijde sociale instelling met als doel mensen te helpen financieel gezond te leven. Meer informatie kunt u vinden op de websites www.myvesta.nl en www.myvestafoundation.org.online.


5/32

Bedrijven hebben vaker beleid tegen overgewicht Dertien procent van de werkgevers heeft een beleid gericht op overgewicht van werknemers. Grotere bedrijven kennen vaker een dergelijk beleid dan kleinere. Dat meldt Het Financieele Dagblad op basis van TNO-onderzoek. Het nog niet gepubliceerde onderzoek is een zogeheten nulmeting: de vraag of bedrijven een beleid hebben tegen te dikke werknemers is nog niet eerder gesteld. Daarom is ook niet bekend of het aantal bedrijven dat actie onderneemt tegen overgewicht een stijgende lijn vertoont. TNO-onderzoeker Vincent Hildebrandt zegt in het FD de indruk te hebben dat steeds meer werkgevers zich bezighouden met gezondheidsbeleid gericht op overgewicht. Wat de bedrijven tegen overgewicht doen, is niet gevraagd. Eerder TNO-onderzoek toonde aan dat de voedings- en genotsmiddelenindustrie de meeste dikke werknemers kent: 52 procent. Overgewicht komt verder veel voor in de bouw, de metaal- en de aardolie-, rubber- en chemische industrie. Ook veel hoge leidinggevenden kampen met overgewicht. Onderzoekers van de Amerikaanse Duke University hebben daarnaast geconstateerd dat overgewicht het bedrijfsleven geld kost: dikke werknemers verzuimen meer en hebben een grotere kans op bedrijfsongevallen. Werkgever claimt vaker inspraak op leefstijl personeel In mei 2007 zei Peter van Kleij, directeur Arbo bij Achmea, al dat werkgevers steeds vaker inspraak claimen op de leefstijl van hun personeel. En eerder dit jaar meldden enkele zorgverzekeraars dat werkgevers zich steeds vaker gaan bemoeien met de eetpatronen en de leefstijl van hun werknemers. De verzekeraars merken dat een toenemend aantal werkgevers zich zorgen maakt over overgewicht, omdat zieke werknemers ze veel geld kosten. Bron: www.ORNet.nl


6/32

Nederland in Europa Op de website www.nederlandineuropa.nl, opgezet door het ministerie van Buitenlandse Zaken, kunt u vertellen wat u vindt dat er moet gebeuren in de Europese Unie. Men hoort graag uw argumenten en hoopt dat u ook met elkaar in discussie treedt. Misschien ontdekt u ook nieuwe argumenten om uw mening kracht bij te zetten, of misschien verandert u wel van mening. Kortom, u bent van harte uitgenodigd om aan het debat over Europa deel te nemen. Aan het eind van iedere discussie maakt het ministerie de balans op en wordt een samenvatting van de gevoerde discussie gegeven. Afwisselend behandelt men een belangrijk actueel thema in het proces van Europese integratie. Om u inspiratie te geven heeft men alvast een aantal dingen op een rij gezet zoals een tijdlijn, interessante publicaties en het standpunt van de Nederlandse regering op het thema dat aan bod is. Lees meer op www.nederlandineuropa.nl.


7/32

De praktijk van ambulant jongerenwerk Het jongerenwerk wordt hoe langer hoe meer ambulant georganiseerd. Jongerenwerkers gaan de straat op, leggen contact met jongeren en brengen hen in beweging. Wanneer er klachten zijn met betrekking tot overlast draagt het jongerenwerk eraan bij deze op te lossen. Dit is wel makkelijk gezegd, maar om het te dóen, dat is niet altijd hetzelfde. Stade Advies biedt een training Ambulant Jongerenwerk aan. De training stelt jongerenwerkers in staat om praktisch te oefenen met de vaardigheden die nodig zijn om op straat te kunnen werken. In de training wordt met verschillende werkvormen aandacht besteed aan de volgende onderwerpen: • Hoe leg je contact met jongeren? • Hoe geef je vorm aan activering en participatie van jongeren? • Hoe bied je activiteiten aan? • Wat is de taak van het jongerenwerk in de aanpak van veiligheid? De training biedt de jongerenwerker die (een deel van zijn tijd) ambulant werkt, handvatten om zichtbaar en doelgericht aan de slag te gaan met groepen jongeren op straat. De training ambulant jongerenwerk is voortgekomen uit de methodiekbeschrijving ‘Zoek jongeren op waar ze te vinden zijn’, een methodiek voor ambulant jongerenwerk, en biedt een vertaling naar de werkpraktijk van de jongerenwerker. Dinsdag 18 september 2007 of Woensdag 26 september 2007 Tijd: 10.30 – 16.30 uur Locatie: Stade Advies, Wittevrouwensingel 1,Utrecht Aantal deelnemers: minimaal 8 en maximaal 16 per groep Datum:

Materiaal en factuur Na uw inschrijving ontvangt u drie weken voordat de cursus begint een bevestiging, de routebeschrijving en afzonderlijk een factuur voor de deelnamekosten. Het cursusmateriaal ontvangt u bij aanvang van de cursus. Docenten en meer informatie De cursus wordt verzorgd door Sylvia van Woudenberg, auteur van de methodiekbeschrijving ‘Zoek jongeren op waar ze te vinden zijn’, een methodiek voor ambulant jongerenwerk en door gastdocent Loek Vogels, interventiemedewerker bij Loket W in Eindhoven. Prijs: € 325,Korting Neemt u samen met een collega van dezelfde organisatie deel aan de cursus, dan ontvangt de tweede deelnemer 10% korting op het cursusgeld. Inschrijven U kunt zich voor deze cursus inschrijven via het inschrijfformulier. De uiterste inschrijfdatum is een maand voor aanvang van de training.


8/32

Na inschrijving is kosteloos annuleren niet mogelijk. Bij verhindering kan een andere medewerker van uw organisatie uw plaats innemen. De factuur dient te allen tijde te worden voldaan.


9/32

Corporaties willen investeren, niet doneren Het zal niet eenvoudig zijn om afspraken met elkaar te maken over huren en extra investeren in de wijken. Maar het kabinet verwacht een belangrijke bijdrage van de corporaties. Dat was de boodschap van minister Ella Vogelaar van Wonen, Wijken en Integratie aan de 750 deelnemers van het Aedes-congres op 14 juni 2007 in Bussum. Aedes-voorzitter Willem van Leeuwen antwoordde de minister dat de corporaties graag hun bijdrage leveren, maar niet vrijblijvend. In haar toespraak en het debat bleef minister Vogelaar bij haar standpunt dat de corporaties extra moeten investeren. Ook al heeft het kabinet gekozen de huurliberalisatie niet in te voeren en de huurstijging de komende jaren te koppelen aan de inflatie. ‘Ik realiseer me dat ik daarmee uw inverdiencapaciteit stevig inperk. Maar om het huiselijk te zeggen: uw investeringsruimte is zo dat bruin dat wel kan trekken.’ Een afkeurend gemor uit de zaal. De bewindsvrouw vergeleek de onderhandelingen over deze kwestie met ‘het vinden van de kwadratuur van de cirkel’, maar stelde zich niettemin verzoenend op: ‘Ik kan niet alleen maar optreden als vragende partij. Beide partijen moeten iets winnen.’ Lees het hele artikel op www.aedesnet.nl.


10/32

SEV-project: Aan de slag met het informeren van de klant Verantwoorden over de kwaliteit van dienstverlening Bij veel verantwoordingsvormen komt dienstverlening naar de klant nauwelijks in beeld. De SEV heeft een project gestart om hier verandering in te brengen en zoekt nog deelnemers. Verantwoording van wooncorporaties kan momenteel op veel belangstelling rekenen, ook van de SEV. Zo probeert de SEV via projecten als Het Glazen Huis en Visitatie het verantwoorden over financieel en maatschappelijk presteren op een hoger plan te tillen. Daarnaast richt de SEV haar pijlen nu ook op het verantwoorden over de kwaliteit van de dienstverlening naar de klant. Verantwoording niet naar individuele klant Huidige verantwoordingsvormen gaan vrijwel uitsluitend over het financieel en maatschappelijk presteren. De verantwoording vindt plaats naar politiek en overheid, naar sectorinstituten en naar belanghouders en vertegenwoordigers van de samenleving. Dienstverlening naar de individuele klant komt nauwelijks aan bod. Dit leidt ertoe dat klanten uitsluitend op basis van eigen waarnemingen en ervaringen het ‘klantpresteren’ beoordelen. Mede hierdoor hebben klanten nauwelijks een goede basis om hun (on)tevredenheid tot uitdrukking te brengen. Goede voorbeelden De SEV denkt dat dit anders kan en is met een aantal woningcorporaties gestart om goede voorbeelden van het informeren van de klant tot stand te brengen. Hiervoor willen we weten welke behoefte aan informatie er bij de klant bestaat, hoe deze informatie gepresenteerd kan worden en welke informatie beschikbaar is. Er zijn inmiddels behoorlijk wat mogelijkheden om het presteren naar de klant te meten, via onder andere KWH en INK informatie. Meedoen? Aanmelden en meer informatie via Marnix Groenland, telefoonummer 010 - 282 50 62. Lees meer op www.sev.nl.


11/32

Innovatiemanagement binnen de overheid De praktijk als uitgangspunt InAxis is in 2006 gestart met het bijeenbrengen van ambtenaren die met innovatie bezig zijn en dit in hun organisatie handen en voeten (moeten) geven. Er ontstond een netwerk dat regelmatig bijeenkomt om met elkaar te bespreken hoe je dat kan doen. Daarbij maakt het niet uit binnen welke overheidslaag dat is. De praktijk is altijd het uitgangspunt. Zorgen voor innovatie kan op meerdere manieren. Door innovatie te koppelen aan de beloningsstructuur, door innovaties verkregen besparingen weer in te zetten voor nieuwe innovaties, door een puntensysteem voor innovatie te introduceren, door de organisatie op innovatie in te richten, door een op innovatie gericht HRM-beleid te voeren, door het voeren van ideeënmanagement, door innovatiecafés te houden, door een frisse blik te behouden in een organisatie, enzovoorts. Al die manieren hebben uiteindelijk ook te maken met het innovatieklimaat. Op de website van InAxis kunt u informatie over de bijeenkomsten van het netwerk nalezen, voorbeelden vinden van manieren waarop overheden innovatie organiseren, voorbeelden van manieren die bijdragen aan innovatie, maar ook via het prikbord collega’s een vraag stellen. Bekijk de wijze waarop ideeënmanagement is georganiseerd bij de Belastingdienst Rijkswaterstaat Politie Rotterdam Rijnmond

• • •


12/32

Multifunctionele accommodaties nader bekeken Wat valt er te leren uit de ervaringen van vier corporaties met het ontwikkelen van multifunctionele centra? Het rapport 'Vier op een rij'’ bespreekt de leerpunten uit vier projecten, namelijk De Bogen (Harderwijk), Nesselint (Rotterdam), De Poorten (Tilburg) en Gerard de Nijshof (Kaatsheuvel). Casade Woondiensten in Loon op Zand en Waalwijk is initiatiefnemer van één van de multifunctionele accommodaties (MFA's), de Gerard de Nijshof in Kaatsheuvel. Casade gaat de komende jaren nog meer MFA's ontwikkelen. Om de tot nu toe opgedane ervaringen te toetsen en te leren van ervaringen van anderen zijn, in opdracht van Casade, vier projecten vergeleken op onderdelen als facilitair beheer, domotica & ICT, relatie met de wijk & inzet van vrijwilligers en (mogelijke) rollen van corporaties. In een rondetafelgesprek tussen de initiatiefnemers zijn de resultaten van het onderzoek uitgediept. 'Multifunctionele gebouwen zijn in de praktijk veel lastiger te realiseren dan monofunctionele gebouwen', daar waren alle deelnemers aan het rondetafelgesprek het over eens. Toch kiezen met name corporaties regelmatig voor deze opzet, omdat ze overtuigd zijn van synergetische effecten voor de burgers en de wijk waar zo'n gebouw gelegen is. Hoe bereik je dat die meerwaarde er uitkomt en de extra inspanning gerechtvaardigd is? 'Kijk goed naar de wijk en de lokale behoefte. Zorg dat de visie van de initiatiefnemers landt bij de mensen die het concept tot leven gaan brengen; de welzijnswerker, de zorgverlener en de huismeester. En stel in een vroeg stadium - bij voorkeur al bij de bouw en in ieder geval ruim voor oplevering - een 'dedicated' locatiemanager aan'.

Lees meer op http://www.kenniscentrumwonenzorg.nl.


13/32

WMO: Netto-persoonsgebonden budget in de maak Er komt een persoonsgebonden budget (pgb) dat netto wordt uitgekeerd aan Wmobudgethouders. VNG, CAK en Per Saldo werken momenteel aan de beste vorm voor het netto-pgb. Gemeenten kunnen straks met een netto-pgb gaan werken. Op dit moment mag de gemeente het persoonsgebonden budget voor de Wmo alleen bruto uitkeren. Het voordeel van een netto-pgb is dat budgethouders geen eigen bijdrage hoeven over te maken aan het CAK nadat ze hun pgb hebben ontvangen. Bij een netto-pgb is de eigen bijdrage al afgetrokken van het bedrag dat ze op hun rekening krijgen. Lees meer over de WMO op http://www.info-wmo.nl/informatie-over-dewmo/nieuws/.


14/32

Praktijksessie Aanbesteden Voor directeuren, managers, beleidsmedewerkers en controllers van maatschappelijke ondernemingen in welzijn en zorg Tal van maatschappelijke ondernemingen komen in toenemende mate in aanraking met het proces van aanbesteden in welzijn en zorg. Meer en meer gaat aanbesteden een rol spelen naast of zelfs in plaats van subsidieafspraken tussen overheden en maatschappelijke ondernemingen. De komst van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning benadrukt nog eens de onomkeerbaarheid van dit proces. Aanbesteden is vooral bekend in andere beleidssectoren rondom bijvoorbeeld grootschalige infrastructuur, ruimtelijke ontwikkeling, woningbouw en verkeer. In welzijn en zorg is echter sprake van een vrij nieuwe ontwikkeling waarmee nog weinig ervaring is opgedaan. Stade Advies BV organiseert in samenwerking met Appeldoorn Tendermanagement B.V., een gerenommeerd adviesbureau op het terrein van (Europees) aanbesteden, praktijksessies rondom aanbesteden in welzijn en zorg. Koppeling van theorie en de dagelijkse praktijk van het inschrijven op aanbestedingen wordt toegankelijk gepresenteerd en geoefend. De praktijksessie beslaat een volle dag. Het programma bestaat in hoofdlijnen uit: • Visie op de ontwikkelingen van aanbesteden in welzijn en zorg • Juridische voetangels en klemmen • Offreren volgens aanbestedingsbestekken • Succes- en faalfactoren bij het inschrijven op aanbestedingen • Oefenen met praktijkvoorbeelden • Voorbereiding van de eigen organisatie op aanbestedingen • Praktisch toepasbare tips & tricks Na de praktijksessie heeft u kennis van: • De verschillende modellen van (Europees) aanbesteden • Wanneer en in welke gevallen aanbesteden aan de orde is • Wanneer en onder welke condities u kunt inschrijven op aanbestedingen • De techniek van het opstellen van offertes volgens het regime van (Europees) aanbesteden • Matching van de offerte aan een aanbestedingsbestek • Subsidiëren of inkopen van diensten in welzijn en zorg • (Europese) aanbestedingsregels • Instrumenten/vormen van aanbesteden Datum: Tijd: Locatie: Aantal deelnemers:

dinsdag 2 oktober 2007 of dinsdag 13 november 2007 09.30 uur – 16.30 uur Meeting Plaza, Utrecht (Hoog Catharijne) minimaal 8 en maximaal 16 per groep

Materiaal en factuur Na uw inschrijving ontvangt u drie weken voordat de praktijksessie begint een bevestiging en een routebeschrijving. De factuur ontvangt u apart. Docenten en meer informatie


15/32

De praktijksessie wordt verzorgd door Johan Kruithof en Michiel Appeldoorn. Wilt u meer informatie over de inhoud van deze praktijksessie, dan kunt u met een van hen contact opnemen: Telefoonnummer: Mobiel nummer: E-mailadres:

Johan Kruithof Michiel Appeldoorn (030) 23 61 840 (013) 54 44 312 (06) 53 21 51 38 (06) 53 51 64 34 [email protected] [email protected]

Prijs: € 495,- per deelnemer. Deze eendaagse praktijksessie is inclusief lunch. Korting Neemt u samen met een collega van dezelfde organisatie deel aan de praktijksessie, dan ontvangt de tweede deelnemer 10% korting op het cursusgeld. Inschrijven en informatie Inschrijven kan via ons cursussecretariaat, Carolien Kuitenbrouwer, telefoonnummer (030) 23 61 841, e-mail [email protected] of via het inschrijfformulier. Klik hier om naar het inschrijfformulier te gaan. De uiterste inschrijfdatum is een maand voor aanvang van de betreffende praktijksessie. Na inschrijving is kosteloos annuleren niet mogelijk. Bij verhindering kan een andere medewerker van uw organisatie uw plaats innemen. De factuur dient te allen tijde te worden voldaan


16/32

Beleidsprogramma regering gepresenteerd Minister-president Balkenende presenteerde 14 juni 2007 het Beleidsprogramma 20072011. Het programma is de concrete uitwerking van het coalitieakkoord. In het beleidsprogramma beschrijft het kabinet ruim zeventig doelen. Ook wordt aangegeven waarin het kabinet wil investeren. Het programma bevat daarnaast zoveel mogelijk de financiële vertaling van de plannen. De belangrijkste peilers zijn: een actieve internationale en Europese rol een innovatieve, concurrerende en ondernemende economie een duurzame samenleving sociale samenhang veiligheid, stabiliteit en respect overheid en een dienstbare publieke sector

• • • • • •

Lees meer op www.regering.nl.


17/32

Werknemers ontevreden over reorganisaties Nederlandse werknemers zijn ontevreden over de manier waarop reorganisaties worden uitgevoerd. Op vrijwel alle facetten die te maken hebben met reorganisaties scoren veel organisaties onvoldoende. Leidinggevenden spelen een cruciale rol bij het wel of niet succesvol verlopen van een reorganisatie. Dat blijkt uit onderzoek van Effectory. In de Nationale Tevredenheidsindex van Effectory zijn sinds een paar maanden cijfers opgenomen over reorganisaties. De vraag of de organisatieverandering een positieve invloed heeft gehad op de tevredenheid levert een onvoldoende op: 4,4. Gebrek aan communicatie struikelblok Naast algemene ontevredenheid over reorganisatie scoort ook communicatie matig, een 5,9. “Medewerkers zijn voornamelijk ontevreden over de wijze waarop het verandertraject gecommuniceerd wordt”, zegt Marc Sijtstra, directeur van Effectory. “Ze voelen zich niet betrokken bij de verandering en zijn daardoor ook vaak niet gemotiveerd om te veranderen”. Het is volgens Sijtstra van belang om medewerkers de kans te geven input te leveren voor het proces. “Op die manier creëer je betrokkenheid”. Leidinggevende moet duidelijk communiceren Uit de cijfers blijkt verder dat er een grote rol is weggelegd voor de leidinggevende bij het laten slagen van een reorganisatie. “De leidinggevende moet duidelijk zijn over de visie en doelstellingen van de reorganisatie”, zegt Sijtstra. “Hij of zij moet communiceren wat er van de medewerkers verwacht wordt en duidelijk zijn over de gevolgen van de reorganisatie. Geef regelmatig updates over de reorganisatie, zowel over de doelen, als over de voortgang en de gevolgen”. Rolduidelijkheid is het toverwoord Verminderde tevredenheid in combinatie met een verhoogde baanonzekerheid zorgt er bovendien voor dat medewerkers ten tijde van een reorganisatie eerder om zich heen kijken naar een andere baan. “Zeker nu er krapte op de arbeidsmarkt is, zal het gras aan de overkant sneller groen zijn. Dit wordt versterkt wanneer een medewerker door de veranderingen het gevoel krijgt minder bij de organisatie te passen”, zegt Sijtstra. Rolduidelijkheid is daarom volgens Sijtstra het ‘toverwoord’. “Geef medewerkers regelmatig feedback op hun rol. Zo houd je ze gemotiveerd tijdens een reorganisatie”.


18/32

Verkiezing meest vernieuwende woonzorgproject Heeft u de afgelopen jaren een bijzonder project gerealiseerd op het terrein van wonen en zorg? Of heeft u mooie plannen voor een nog te realiseren project? Doet u dan mee aan de verkiezing van het meest innovatieve woonzorgproject die het Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg organiseert. Verkiezing In 2007 viert het Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg zijn vijfjarig bestaan als hét informatiepunt voor kennis op het terrein van wonen, welzijn en zorg. Aedes en ActiZ hebben het Kenniscentrum destijds opgericht om tegemoet te komen aan de groeiende behoefte van leden aan informatie en inspirerende voorbeelden op het snijvlak van wonen en zorg. Het Kenniscentrum verheugt zich in de afgelopen jaren getoonde innovatiekracht in het werkveld wonen en zorg. Daarom organiseert het kenniscentrum dit jubileumjaar een verkiezing om vernieuwende projecten en creatieve woonzorgconcepten voor het voetlicht te brengen en de aandacht te geven die ze verdienen. Projecten Naar wat voor projecten is men op zoek? Projecten op het snijvlak van wonen en zorg. Welzijn hoort daar natuurlijk bij. Maar ook andere verbindingen zijn mogelijk: combinaties van wonen, zorg en onderwijs of nieuwe vormen van dienstverlening in de wijk. Het kan gaan om gebouwen maar ook om voorzieningen die het langer zelfstandig wonen in de wijk makkelijker maken of om projecten die de sociale infrastructuur versterken en ontmoetingen stimuleren. Projecten waar klanten het initiatief hebben genomen of op een bijzondere wijze bij zijn betrokken. Men is kortom op zoek naar projecten die baanbrekend zijn of het - toen ze startten - waren. Projecten waarin schotten tussen sectoren zijn doorbroken en nieuwe verbindingen zijn gezocht. Die anderen hebben geïnspireerd of nagevolgd zijn. Men zoekt tevens breed: naar de inmiddels beproefde recepten en naar de nieuwste pareltjes. Wat men in alle projecten wil zien, is de wil om nieuwe vormen van wonen, welzijn en zorg te ontwikkelen en de bereidheid daar kennis over te delen met anderen. Meer informatie en aanmelden Gaat u voor meer informatie naar http://www.kcwz.nl/5jaar/verkiezing.html. Ook voor aanmelden van een project kunt u hier terecht.


19/32

Verwijsindex verbetert informatie-uitwisseling over jongeren Tijdens het congres ‘Samen signaleren’ op 13 juni 2007 presenteerde minister Rouvoet de verwijsindex. De verwijsindex gaat (risico)meldingen registreren over jongeren tot 23 jaar. Hulpverleners kunnen op de website verwijsindex.nl risico’s melden die de ontwikkeling van een jongere in gevaar kunnen brengen. Op die manier komen signalen van hulpverleners uit verschillende sectoren bij elkaar: jeugdzorg, jeugdgezondheidszorg, onderwijs, politie en werk en inkomen. Wanneer er over een jongere twee of meer meldingen in de verwijsindex zijn gedaan, krijgen de betrokken hulpverleners een signaal. Ze kunnen dan eenvoudig contact met elkaar opnemen en afspraken maken over vervolgstappen. De verwijsindex bevat geen inhoudelijke informatie over de aard van het probleem en de behandeling. De gemeente is verantwoordelijk voor het gebruik van de verwijsindex. Het programmaministerie voor Jeugd en Gezin verwacht in 2007 bij een aantal gemeenten te starten met een proeftraject voor de verwijsindex. Landelijke invoering is mogelijk als de benodigde wetgeving in werking treedt. Lees meer op www.jeugdengezin.nl.


20/32

Kansen voor bewoners De nieuwe Compact-uitgave van Aedes is uit. In ‘Kansen voor bewoners’ staat de koerswijziging in de wijkvernieuwing centraal. Die koers verschuift van de stenen naar de mensen. Dit gaat gepaard met een verbreding van de taakopvatting van woningcorporaties: die zetten hun organisatiekracht ook in voor het aanpakken van problemen rond leefbaarheid, veiligheid, schooluitval, jeugd en integratie. Compact behandelt de vele raakvlakken die zo ontstaan tussen het wonen en andere maatschappelijke disciplines, onder andere onderwijs, wijkeconomie, zorg, welzijn, sport, spel en cultuur. De Compact borduurt daarmee ook voort op het VROM-raadadvies ‘Stad en stijging’ uit oktober 2006. Volgens dit advies komen eerst de mensen, dan de stenen. Stedelijke vernieuwing richt zich op sociale stijging en economisch perspectief van de bewoners in de wijk. De fysieke ingrepen zijn daarvan weer een afgeleide. De VROM-raad vat het advies samen in tien aanbevelingen die onder meer gaan over taalgebruik, onderwijs, economie, sport/spel/cultuur, woningvariatie, een beheersbare woonomgeving, de sociale partners en lokale samenwerking. Lees het hele artikel op www.aedes.nl.


21/32

WMO: tien tips om cliëntenparticipatie te organiseren Zorgbelangorganisaties hechten veel waarde aan participatie van burgers. In het project 'Lokaal Centraal' staat cliëntenparticipatie dan ook centraal. In de regio Zuidoost-Brabant wordt al vanaf 2004 gewerkt aan het organiseren van participatie van burgers op het gebied van wonen, welzijn en zorg in de gemeenten. Het project 'belang bij een collectieve zorgvraag' richt zich op het organiseren van deze participatie. Lokale initiatieven Dit project is opgebouwd uit lokale initiatieven in 6 gemeenten. Doelstelling is het bevorderen van de samenwerking tussen verschillende lokale organisaties die een achterban vertegenwoordigen, zodat zij als collectief inspraak hebben in en invloed kunnen uitoefenen op het gemeentelijke (WMO-)beleid. Brochure Zorgbelang Brabant heeft de ervaringen van dit project gebundeld in een brochure met de titel: 'Burgerparticipatie in de Wmo, ervaringen in Zuidoost-Brabant'. Tien tips De opgedane ervaring is samengevat in 10 tips die niet specifiek alleen gelden voor Brabant, maar die ook in andere regio's houvast kunnen bieden. 1 Laat belangen- en vrijwilligersorganisaties afzonderlijk van de andere partijen adviseren In overlegsituaties met andere partijen, zoals zorgaanbieders, is het voor vrijwilligersorganisaties vaak lastig om een geheel eigenstandig advies uit te brengen. 2 Betrek zo veel mogelijk belanghebbende organisaties 3 Hanteer zoveel mogelijk concrete onderwerpen Dit is een manier om zichtbaar te maken dat er werkelijk gedeelde belangen zijn. Zeker in de beginfase bestaat vaak de neiging om vooral over de structuur te praten. Vrijwilligers doen vaak mee omdat ze inbreng willen hebben over de inhoud. 4 Hou ruimte voor specifieke belangen van organisaties Als hiervoor ruimte is krijgen organisaties meer oog voor elkaars belangen. Soms kan een, in eerste instantie specifiek belang, een gedeeld belang worden. 5 Wees alert op problemen met draagvlak 6 Geef feedback Voor alle betrokkenen geldt: wees duidelijk over wat mogelijk is en wat niet, en waarom. Werk zaken af en laat vooral iets hóren. 7 Wees alert op te veel gebruik van technische beleidstaal Als een WMO-raad bestaat uit een groot aantal vertegenwoordigers, worden adviezen vaak geformuleerd door een beperkte groep. Het is belangrijk dat deze adviezen herkenbaar en duidelijk blijven en steeds teruggekoppeld worden aan de hele raad. 8 Ondersteuning door een beroepskracht, onafhankelijk van de gemeente, is wenselijk


22/32

9 Gewenste vorm en status van de WMO-raad zijn afhankelijk van de lokale cultuur Een blauwdruk bestaat niet. Verschillen ontstaan bijvoorbeeld doordat de grootte van de gemeente verschilt of omdat elke gemeente een andere cultuur kent. 10 Wacht niet op een complete vertegenwoordiging Voor sommige doelgroepen is het lastig om een goede vertegenwoordiger te vinden. Ga vast van start, blijf de doelgroepen uitnodigen en betrekken en zoek naar andere manieren om hun inbreng te waarborgen.


23/32

Sociale agenda af ‘30 Plannen voor een beter Nederland’, zo heet het boek waarvan het eerste exemplaar is overhandigd door de Deense politicoloog Bjorn Lomborg aan prinses Maxima. Het boek (uitgeverij Meulenhoff) is het eindproduct van de Sociale Agenda, een project van de Volkskrant, de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling en het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken TSS. Het doel van de Sociale Agenda was te bekijken welk urgent maatschappelijk probleem het best oplosbaar is. De kosten in vergelijking tot de baten bepaalden de uiteindelijke ranglijst van goede plannen. Op 1 eindigde het plan zoveel mogelijk Nederlanders aan de onderkant van de samenleving een mentor te geven die hen de weg wijst naar een baan of een opleiding. De Volkskrant heeft, als bijdrage aan dit plan, de site www.mentorprojecten.nl ontwikkeld. Daarop kan iedereen vinden welke mentorprojecten er bestaan in zijn of haar buurt. Het Oranje Fonds is bereid nieuwe en bestaande mentorprojecten financieel te ondersteunen. Lees meer op http://www.socialeagenda.nl


24/32

Internationale conferentie over inkopen en aanbesteden in Nederland IPPC, de internationale conferentie op het gebied van inkopen en aanbesteden in de publieke sector, komt naar Nederland. Deze derde editie van de IPPC wordt georganiseerd door de leerstoel Inkoopmanagement (Universiteit Twente), de leerstoel Aanbestedingsrecht (Universiteit van Amsterdam), Rijkswaterstaat, NEVI Publiek en PIANOo. Boeiende kennisuitwisseling IPPC staat voor International Public Procurement Conference. De IPPC is een ontmoetingsplaats voor ervaren praktijkmensen en academici op het gebied van inkopen en aanbesteden van over de hele wereld. Op dit driedaagse evenement wordt er kennis uitgewisseld over diverse onderwerpen binnen het vakgebied. Want inkopen en aanbesteden in de publieke sector gebeurt overal ter wereld. Maar niet overal op dezelfde manier. Dat maakt internationale kennisuitwisseling zoals tijdens IPPC 2008 gebeurt zo boeiend. Data 28, 29 en 30 augustus 2008 Locatie Amsterdam (Felix Meritis en de aula van de Universiteit van Amsterdam) Meer informatie www.ippc2008.nl Schrijft u ook een paper? De IPPC-conferentie wordt opgezet op basis van papers die door de deelnemers worden aangeleverd. Er zal onderscheid gemaakt worden tussen twee verschillende soorten papers: working papers en competitive papers. Working papers zijn praktijkpapers. Iedereen die een interessante casus heeft voor de conferentie kan daar een working paper over indienen. Competitive papers hebben een meer wetenschappelijk karakter. De beste papers die in deze categorie worden ingeleverd, zullen niet alleen onderdeel van de conferentie uitmaken, maar ook gepubliceerd worden in een vooraanstaand internationaal vakblad. Meer informatie over het onderscheid tussen deze twee typen papers, de deadlines voor het aanleveren ervan en de mogelijkheid tot inschrijven voor de conferentie verschijnen binnenkort op www.ippc2008.nl. Wilt u van de laatste nieuwtjes over IPPC 2008 (zoals de opening van de inschrijving) op de hoogte gehouden worden? Stuur dan een email naar [email protected]. Achtergrond IPPC De IPPC is een tweejaarlijks congres dat steeds op een andere plek in de wereld wordt gehouden. De eerste twee conferenties vonden plaats in Fort Lauerdale in de Verenigde Staten (2004) en Rome (2006).


25/32

Discriminatie op werkvloer nog volop aanwezig Discriminatie van werknemers blijkt in Nederland nog volop te bestaan. De Commissie Gelijke Behandeling kreeg in 2006 694 verzoeken binnen om een oordeel uit te spreken over mogelijk ongelijke behandeling. Dat blijkt uit het Jaarverslag (pdf) over 2006 van de Commissie Gelijke Behandeling (CGB). Hiervan had 66 procent betrekking op arbeid. Dat is vergelijkbaar met 2005, toen 67 procent van de verzoeken met arbeid te maken had. Ongelijke behandeling bij arbeid is volgens de wet verboden bij onder meer werving en selectie, arbeidsvoorwaarden, ontslag en bejegening. Als het aan de Commissie Gelijke Behandeling ligt, moeten werkgevers beter geïnformeerd worden over hun verplichting om discriminatie op de werkvloer te bestrijden en te voorkomen. Ook moeten bedrijven meer aandacht schenken aan zorgvuldige klachtenbehandeling, vooral op het gebied van seksuele intimidatie. Allochtonen vaak een moeilijke start Onderzoek van Intermediair wijst daarnaast uit dat hoogopgeleide allochtonen een moeilijkere start hebben op de arbeidsmarkt dan autochtonen. Wel zijn er na vijf tot tien jaar nauwelijks verschillen meer waar te nemen. De moeilijke start van allochtone hbo’ers en academici wordt voor een deel verklaard door hun eigen zoekgedrag en door onbekendheid met de bedrijfscultuur. Ook hebben ze vaak geen goed ontwikkeld netwerk. Bron: P&O Actueel


26/32

Hoofdlijnen 40-wijkencharters bekend De maatregelen die opgenomen moeten worden in de afspraken tussen de 18 gemeenten met 'krachtwijken' en minister Vogelaar (WWI) zijn zeer divers. Van een 'gevarieerde, kwalitatief goede woningvoorraad' tot het 'bevorderen van modern burgerschap in de' wijk. Dit najaar moeten de charters zijn afgesloten. Deze uitspraken staan in het beleidsprogramma 2007-2011 van het kabinet, dat 14 juni 2007 is gepresenteerd. Minister Vogelaar gaat de gemeenten vragen om per wijk plannen op te stellen in overleg met bewoners, lokale organisaties en instellingen. Lokaal maatwerk staat hierbij voorop. De volgende maatregelen moeten hierbij worden betrokken: •

•

• •

• • • •

het bevorderen van een gevarieerde, kwalitatief goede woningvoorraad om wooncarrières mogelijk te maken, met specifieke aandacht voor maatschappelijke participatie en zorg (generatiebestendig maken van wijken) het op peil brengen van het voorzieningenniveau in de wijken. Indien gewenst, kunnen versneld wijkservicepunten voor wonen, zorg en ontmoeting worden ingericht. Ook kunnen Centra voor Jeugd en Gezin en brede scholen met voorrang in deze wijken worden gerealiseerd werkgelegenheid (re-integratie) en ondernemerschap (bijvoorbeeld door microkrediet) worden teruggebracht in de wijk het aanbieden van gericht(e) onderwijs en opvoedingsondersteuning om achterstanden in te halen en te voorkomen en actieve taalverwerving en inburgering te bevorderen het scheppen van mogelijkheden voor sport, recreatie en cultuurbeoefening het bevorderen van modern burgerschap in de wijk het stimuleren van allochtone vrouwen tot het volgen van een beroepsopleiding en het toetreden tot de arbeidsmarkt het aanpakken van problemen rond veiligheid en openbare ruimte (zoals tegengaan van zwerfafval, graffiti, vandalisme) om op een natuurlijke wijze ontmoetingen tussen wijkbewoners tot stand te brengen.

Naast de 40 wijken wordt in het beleidsprogramma slechts beperkt ingegaan op de aanpak van andere achterstandswijken: "Om te voorkomen dat andere wijken in een negatieve spiraal komen, zullen de ervaringen en ‘good practices’ van de 40 wijken beschikbaar worden gesteld aan de overige gemeenten." Sociale insteek In de afgelopen weken lekten al onderdelen uit van het beleidsprogramma, waarbij alles draait om de sociale samenhang. Het aantal brede scholen wordt fors uitgebreid, waarbij de prioriteit ligt bij het realiseren van deze multifunctionele gebouwen in de 40 probleemwijken. De corporaties worden hierbij specifiek genoemd als co-financierder. De 40 wijken krijgen ook voorrang bij de toekenning van de extra politieagenten en de nieuwe Centra voor Jeugd en Gezin. Zie voor meer informatie het nieuwsbericht 40 wijken krijgen voorrang bij ontwikkeling brede scholen (juni 2007). Lees meer op http://www.kei-centrum.nl


27/32

Kapitaal en sociaal ondernemerschap Het congres ‘Kapitaal en sociaal ondernemerschap’ was het vierde evenement over sponsoring en fondsenwerving dat Zorg + Welzijn sinds 2004 organiseert. In dit dossier vindt u een overzicht van de presentaties, workshops en een reeks artikelen over dit onderwerp. Dankzij inleiders als Theo Schuyt, Marius Ernsting (Humanitas), Ronald van der Giessen (Oranje Fonds), Mechtild van den Hombergh (Stichting Doen) en zo'n 135 deelnemende professionals en managers werd de dag een groot succes. In dit dossier vindt u ook de presentaties van Hans Zuiver (Combiwel) over 'Succesvol samenwerken met bedrijven en corporaties', Idriss Nor en Henk Kinds over de training Goede Zaken®. MBO voor Dummies, Arjan Klein (ISF): 'Samenwerken met bedrijven: steunwaardig of sponsorwaardig?, Mercedes de Miranda (Robin Good), Marjet van Os (fondsenwerver MOOI): 'Praktisch fondsenwerven binnen uw organisatie'. Lees hier verder het dossier Congres ‘Kapitaal en sociaal ondernemerschap’ 7 juni 2007


28/32

Beste Hangplek van Nederland 2007 is in Rotterdam! Zaterdag 23 juni 2007 is Rotterdam verkozen tot beste hangplek van Nederland. De uitslag is bekend gemaakt tijdens het slot-event van de landelijke wedstrijd Hang Around. 10 groepen hangjongeren hebben de kans gekregen om zich van hun goede kant te laten zien. Sinds het voorjaar werkten tien groepen jongeren aan bijzondere acties die de band met hun buurt of wijk zouden moeten verbeteren of herstellen. Alle acties zijn succesvol geweest in het verbeteren van de sfeer in hun eigen buurt en van hun eigen imago, maar Rotterdam mag zich nu Hangplek van Nederland 2007 noemen. In Rotterdam-West organiseerden jongeren, die in het verleden met justitie in aanraking zijn geweest, een buurtfeest waar meer dan 250 buurtbewoners op af kwamen. De jury kende deze jongeren de eerste prijs toe omdat de jongeren structureel aan het feest werkten, waarbij ze de buurt heel goed hebben betrokken. Tevens hebben ze een dialoog georganiseerd samen met de deelnemende groep in Nieuwerkerk aan den IJssel. De twee uiteenlopende groepen (divers en gabbers) hebben door de dialoog de vooroordelen over elkaar laten afnemen. Ten slotte is hoog gewaardeerd dat het feest een terugkerend evenement zal worden om de verbeterde sfeer in de buurt te behouden. Op de tweede plek eindigde Almere, gevolgd door Hardenberg. De winnaars hebben behalve de eer een nacht in pretpark Walibi World in het vooruitzicht waarbij 25 jongeren en buurtbewoners zijn uitgenodigd. De jury bestond uit Tweede Kamerlid Lea Bouwmeester (PvdA) en afgevaardigden van de Nationale Jeugdraad, Walibi World, Jantje Beton en de politie. Hang Around is een initiatief van Stade Advies en En toch…producties en wordt mogelijk gemaakt door Stichting Doen, Jantje Beton, het Oranje Fonds, Walibi World en de Nationale Jeugdraad. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Stade Advies, Janneke Ebben, e-mail [email protected], mobiel (06)23 06 39 71 of Sylvia van Woudenberg, e-mail [email protected], mobiel (06) 22 48 08 42.


29/32

Mysterie guest aan het loket Proefcliënten toetsen publieksinformatie in Zorg en Welzijn Topkoks weten nooit wanneer iemand van Michelin hun restaurant komt testen. En dat maakt de gelijknamige gids juist zo interessant. Bij Stade Advies gebruikten ze hetzelfde principe om te onderzoeken hoe cliënten informatie verwerven over zorg en welzijn. Proefpersonen benaderden instanties met verzonnen problemen. Mystery guests in Welzijnsland: een beetje ondeugend, maar wel informatief. Als een gewone burger een zorgen welzijnsprobleem heeft, via welke weg komt hij dan bij de juiste instantie terecht en hoe goed wordt hij daar geholpen? Marjan van Mastrigt en Johan Vermeulen van Stade Advies onderzochten dit in opdracht van de provincie Utrecht. Ze stuurden gewone burgers op pad met verzonnen problemen en keken met welke informatie die terugkwamen. Marjan van Mastrigt: “De provincie wilde weten welke informatie cliënten missen op het terrein van zorg en welzijn. Om daarachter te komen, moet je weten welke informatie cliënten willen hebben, welke informatie er al beschikbaar is en welke informatie ze vinden.” Johan Vermeulen vult aan: “Dit thema kreeg dit jaar een extra accent door de invoering van de Wet op de Maatschappelijke ondersteuning (WMO). Deze wet stelt namelijk enerzijds dat burgers zelf verantwoordelijk zijn om hun welzijn te organiseren, anderzijds dat elke burger toegang moet hebben tot zorg en welzijn. Om deze doelstellingen te combineren, moeten de informatiestructuren heel duidelijk en toegankelijk zijn.” Valse voorwendsels? Hoe bracht deze vraag de onderzoekers tot hun onorthodoxe aanpak om te werken met mystery guests, proefpersonen die informatie zoeken voor verzonnen problemen? De provincie had voorgesteld om belangenbehartigers van cliëntenorganisaties te vragen welke publieksinformatie ze missen. “Maar”, zo zegt Marjan, “wij dachten dat je er daarmee niet achter zou komen waar het gat echt zit en zijn gaan filosoferen hoe we gewone burgers in voorkomende gevallen naar informatie kunnen laten zoeken. Dat wil je dan zo levensecht mogelijk doen. Zo kwamen we op deze aanpak. Het wordt in de non-profit sector steeds gebruikelijker om situaties te simuleren.” Hoe reageerden de proefpersonen toen ze hoorden dat ze een probleem moesten voorwenden? De onderzoekers vertellen dat op de instructiebijeenkomst de integriteitvraag wel aan de orde geweest is. Mag je instanties wel benaderen onder valse voorwendsels? Ze hebben het toch al druk genoeg? Uiteindelijk zijn er echter om deze reden nauwelijks mensen afgehaakt. Deelnemers vroegen wel hoe ver ze moesten gaan en of ze bijvoorbeeld een valse naam moesten gebruiken. En ze stelden vragen als: “Als ze nu echt zorg komen bieden, moet ik dan zeggen dat het om onderzoek gaat?” Zoektocht voor “Annie" Hoe krijg je een zo breed en volledig mogelijk beeld van de informatie over zorg en welzijn? Daartoe schreven de onderzoekers tien casussen die samen ongeveer alle probleemtypen bestrijken: van lichamelijke of psychische problemen tot opvoedproblemen of huiselijk geweld. In de casussen worden deze problemen levensecht gepersonificeerd. De proefpersonen wordt bijvoorbeeld gevraagd om als betrokken kennis op zoek te gaan naar oplossingen voor de 81 jarige Annie die vereenzaamt, maar zelf niet de nodige stappen kan zetten om een passender woonvoorziening te krijgen. Of om zich in te leven als Hanneke die een man heeft met losse handjes. Ze ziet bij haar dochtertje vaak blauwe plekken nadat haar


30/32

man opgepast heeft en de juffrouw meldt dat haar zoon op school erg teruggetrokken is. Hanneke maakt de balans op en gaat op zoek. De tien casussen zijn verdeeld over de proefpersonen; iedereen ging dus aan de slag met één casus en elke casus werd door vier of vijf proefpersonen gedaan. De onderzoekers hebben de casussen heel persoonlijk opgezet omdat de proefpersonen zich goed moesten kunnen identificeren met hun rol. Dat is prima gelukt. Johan vertelt dat de proefpersonen op momenten van twijfel soms zelf “even in conclaaf gingen” met de imaginaire persoon wiens belangen ze behartigden. Hebben de proefpersonen de informatie gevonden die ze zochten? Vooral mensen die op internet gingen zoeken, hebben dat ervaren als een echte zoektocht. Ze vonden veel deelinformatie, maar moesten die zelf aan elkaar breien tot een samenhangend geheel. En dat is lastig. Opvallend is dat geen van de proefpersonen een portal als kiesbeter.nl heeft gevonden. Een tweede interessante vraag is hoe de proefpersonen bejegend werden als ze instanties benaderen? Dit was overwegend deskundig en vriendelijk: een positieve uitkomst dus. Vakantiebudget Een bijzondere onderzoeksopzet levert ook bijzondere verhalen op. Een man – op zoek naar een bed voor een fictief familielid – koos bijvoorbeeld een wel heel pragmatische benadering. Hij negeerde alle zorgkanalen en belde direct een beddenzaak om te vragen “wat zo’n seniorenbed nou kostte.” Hij vroeg de prijslijst op, waarvan hij een kopie bij het logboek voegde. Een eventueel probleem met het naar binnen dragen had hij ook al opgelost: “dan help ik wel even een handje.” Een grappige en onverwachte no-nonsense manier om een zorgvraag op te lossen.


31/32

Een andere proefpersoon had zijn casus zo overtuigend gebracht dat hij nog net op tijd de zorgverlener kon afbellen die al dezelfde middag de steunkousen zou komen aantrekken bij zijn denkbeeldige vrouw. En dan was er ook nog de mevrouw die een heus bedrag op haar rekening gestort kreeg om een (denkbeeldig) gehandicapt jongetje uit haar straat op vakantie te kunnen laten gaan. Ze kwam verlegen met dit nieuws op de proppen tijdens de terugkombijeenkomst, maar kon ter plekke afspraken maken om dit bedrag door te sluizen naar een overeenkomstig goed doel in de echte wereld. Zoekmachines Dit onderzoek heeft twee belangrijke aanbevelingen opgeleverd. Ten eerste is er genoeg informatie, maar de presentatie daarvan schiet tekort op samenhang en klantgerichtheid. Vooral op internet zou de publieksinformatie samenhangender en geïntegreerder gepresenteerd moeten worden. Dit kan door meer verbanden te leggen en door zorg-enwelzijnsportals een hogere prioriteit te geven bij zoekmachines. De informatie kan bovendien veel klantgerichter worden als dit als vertrekpunt wordt genomen bij de presentatie. Ten tweede is de adviesfunctie aan de loketten nog te weinig ontwikkeld. Marjan licht toe: “Als mensen informatie zoeken, vinden ze wat ze erin stoppen. Ze gaan uit van hun persoonlijke referentiekader en van hun kennis van de sociale kaart. Die uitgangsposities verschillen heel sterk en dat geldt ook voor de uitkomsten. Mensen missen dus de alternatieven waar ze zelf vooraf niet aan gedacht hebben. Al met al kwamen mensen die op zoek gingen voor dezelfde casus, met heel verschillende informatie terug.” Stade Advies concludeert hieruit dat de adviesfunctie van het WMO-loket verstevigd moet worden. “Mensen komen pas op andere sporen als iemand hun adviseert. Zet daarom structureel consulenten in die de vraag achter de vraag kunnen verduidelijken. Consulenten kunnen cliënten dan ook wijzen op informatie die ze nu niet vinden.” Het rapport “Mystery guests op pad. Verslag van een zoektocht.” Is digitaal en kosteloos op te vragen bij Stade Advies, Marjolein van Raak, e-mail [email protected] o.v.v. aanvraag rapportage mysterie guests.


32/32

e-zine van Stade Advies, Kwaliteit van samenleven

Recommend Documents