VERSLAG CONFERENTIE ‘ESF EN SCHOLINGSFONDSEN’ 5 MAART 2003 Inleiding Op 5 maart jl. is in aanwezigheid van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de werkconferentie ‘O&O-fondsen en het ESF’ gehouden. De bijeenkomst was bedoeld om met O&Ofondsen de uitvoering van de ESF-projecten indringend te bespreken. Enerzijds werden in het eerste deel van de conferentie de O&O-fondsen aangesproken op hun regierol bij het benutten van O&Omiddelen en ESF-middelen. Anderzijds was de conferentie georganiseerd om met de O&O-fondsen knelpunten in de uitvoering te bespreken en werd daarom in het tweede deel van de conferentie besproken hoe gezamenlijk een effectieve uitvoering van de ESF-projecten te bereiken. Het belang van scholing voor werkenden wordt alleen al getypeerd door de constatering dat op dit moment twee miljoen werknemers niet over een startkwalificatie beschikken. Het verhogen van de startkwalificaties van werkenden is daarom een belangrijke doelstelling van dit kabinet. Nederland streeft er naar dat in 2007 70% van de voortijdig schoolverlaters tot 23 jaar, een startkwalificatie via het arbeidsproces behaalt. Maar ook overige werknemers zullen tijdens hun loopbaan regelmatig moeten worden (bij)geschoold om hun kwalificaties te versterken. Het ESF biedt ruime mogelijkheden om ongeschoolde en laaggeschoolde werknemers op te leiden, niet alleen binnen branches, maar ook door middel van samenwerking tussen branches. Tijdens de Europese top in Lissabon van 2000 hebben de lidstaten van de Unie afgesproken dat Europa in 2010 de belangrijkste kenniseconomie ter wereld moet zijn. Kennis is één van de sleutels die de deur opent naar een gezonde economische en sociale toekomst. De EU biedt een financieel instrument om die doelstelling te realiseren; het Europees Sociaal Fonds (ESF). De Minister gaf de vertegenwoordigers van Opleidings- en Ontwikkelingsfondsen de boodschap mee dat zij degenen zijn die werkgevers kunnen stimuleren om te investeren in scholing. Om de arbeidsmobiliteit te bevorderen, om de arbeidsproductiviteit te verhogen, en om werknemers van ‘bagage’ te voorzien. Omdat op dit moment slechts 22 van de 116 O&O-fondsen gebruik maakt van de middelen die via het ESF beschikbaar zijn, laten de sectoren kansen liggen. Verder worden de middelen niet altijd efficiënt ingezet. De fondsen fungeren in praktijk nog wel eens als doorgeefluik (administratiekantoor) dat af en toe opengaat als een bedrijf aanklopt. Van essentieel belang is dat de fondsen een coördinerende en regisserende rol vervullen. Tot slot illustreerde de minister aan de hand van een tweetal voorbeelden hoe daar in de praktijk vorm en inhoud aan kan worden gegeven. Discussie met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Onder leiding van de directeur Arbeidsmarktbeleid Bijzondere Groepen (ABG), de heer P. Stroink, discussieerden de vertegenwoordigers van de fondsen met de minister. Mw. Wieringa-de Kieviet van het SOG (opleidingsfonds Groothandel) stelde aan de orde dat het Noorden van Nederland vanwege het gebrek aan werkgelegenheid niet kan profiteren van het ESF. Het scholen en opleiden van mensen heeft immers geen zin als er daarna geen baan voor ze is. Dhr. Seip van het VAPRO-OVP stelde dat het ESF een goede tool is in de procesindustrie. Echter, de regelgeving is niet altijd toegesneden op de praktijk. Minister de Geus beaamde dat regelgeving ingewikkeld van aard kan zijn, doch dat er qua vereenvoudiging ook voortgang is geboekt. Dhr. Moerman van de vleessector vroeg de minister naar het gerucht dat CAO’s in de toekomst niet meer algemeen verbindend verklaard worden. Dit zou funest zijn voor sommige fondsen omdat dan de verplichte loonsomafdracht kan wegvallen. Minister de Geus zag geen enkel signaal dat het volgend kabinet op dit punt ander beleid zou maken. Dhr. Lie van het scholingsfonds voor de Kunst en Cultuur stelde het op prijs dat personen werkzaam op een I/D-baan in de kunstsector via opleidingstrajecten van andere sectoren een startkwalificatie kunnen verkrijgen. Dhr. J. Gravenmaker van het opleidingsfonds voor de levensmiddelenindustrie vroeg wat de verwachtingen zijn van ESF na 2006. Voorkomen moet worden dat er een gat valt tussen het einde
van de voorgaande programmaperiode en het begin van de nieuwe programmaperiode. Minister de Geus antwoordde dat er genoeg aanhakingspunten voor Nederland zijn om in internationaal overleg te sturen op continuïteit, immers de Lissabonstrategie vindt zijn voltooiing pas in 2010, en dan vervult Nederland ook nog het EU-voorzitterschap in 2004. Mw. Vogelaar van de Grafimediabranche vroeg zich af of de fondsen ook subsidie kunnen aanvragen voor werklozen. Dat kan sectoroverstijgende scholing bevorderen. Minister de Geus kon zich voorstellen dat dit mogelijk zou moeten zijn, echter e.e.a. moet wel afgestemd worden met de uitkeringsverstrekkende instanties. De voorzitter beaamde dit en wees op een soortgelijk voorstel dat de sociale partners in het Monitor Comité ESF3 hebben neergelegd. Dit wordt momenteel uitgewerkt. De voorzitter dankte de minister tenslotte voor zijn aanwezigheid en kondigde een korte pauze aan. Agentschap SZW Het tweede deel van de ochtend startte met een inleiding van de heer J.W. Weehuizen, directeur van het Agentschap SZW. De heer Weehuizen ging in op de werkzaamheden van het Agentschap (verschillende subsidieregelingen op het terrein van werk en inkomen). Het Agentschap wil het vertrouwen t.a.v. ESF versterken. Het Agentschap denkt daarom graag mee met de aanvrager. Vooral in het intakeproces komt dit tot uitdrukking. Zinvolle begeleiding is juist in die fase van het aanvraagproces mogelijk. Bij de aanvragen die met terugwerkende kracht worden gesubsidieerd heeft de begeleiding een ander karakter. Daar wordt vooral getoetst op de vereisten. Het moge duidelijk zijn dat het Agentschap een voorkeur heeft voor toetsing voorafgaande aan de start van het project. Het Agentschap investeert in het versnellen van de doorlooptijd voor aanvragers, en zal klanten actief benaderen middels nieuwsbrieven, website en persoonlijke gesprekken. Elk O&O-fonds is qua regio toegedeeld aan één van de 3 service-units. Er zal een werkgroep komen waarin samen met O&Ofondsen oplossingsrichtingen worden gezocht voor knelpunten. Een aantal knelpunten is bekend, bijvoorbeeld urenregistratie en aanbestedingsvereisten. Deze worden aangepakt en de oplossing wordt opgenomen in de nieuwe handleiding projectadministratie. Tot slot kondigde de heer J.W. Weehuizen een special aan voor O&O-fondsen, vergelijkbaar met de special die gemaakt is voor gemeenten. Discussie Mw. Smit van het A&O-fonds gemeenten beet de spits af en gaf de suggestie mee om het ESF meer vraaggericht op te zetten. Indien bedrijven voor bijv. 2 werknemers een opleiding mede willen bekostigen met ESF, is daar nu een verantwoording voor nodig op basis van werkelijke kosten of een heel aanbestedingstraject. Dit laatste is handig indien het om grotere groepen deelnemers gaat, maar het verzorgen van opleidingen voor een groep werknemers zonder startkwalificaties vergt maatwerk. Mw. Wieringa bood het A&O-fonds gemeenten aan om werknemers via haar sector een opleiding te laten volgen. Bijvoorbeeld gemeente-medewerkers die een magazijnopleiding nodig hebben. De voorzitter verzocht de fondsen om deelnemers aan te leveren voor een werkgroep die onder leiding van mw. Van Kampen (Manager Operations Agentschap) meedenken over de mogelijkheden die er zijn om vraag en aanbod van opleidingen tussen de verschillende sectoren via de website bekend te maken. De heer Van Odijk van het Opleidingsfonds leerlingwezen land- en tuinbouw (SOLLT) vroeg wanneer een fonds 70% aan ESF-subsidie kan verkrijgen. Mw. De Nooij van het fonds detailhandel sloot hierbij aan en vraagt zich af in hoeverre de de-minimusregeling soelaas biedt. De heer Geelhoed (hoofd afdeling Europese Subsidie Maatregelen) gaf aan dat dit slechts beperkt soelaas biedt, omdat het hier vrijstelling betreft tot aan een bedrag van € 100.000 over 3 jaar, per bedrijf. De voorzitter verzocht een al te technische discussie te vermijden, en stelde voor om schriftelijke informatie over de Vrijstellingsverordening bij het verslag te voegen (wordt nog nagemaild). De heer Van Odijk gaf de suggestie mee om ESF bijv. aan individuele personen toe te kennen, omdat er zo nooit sprake kan zijn van staatssteun. De voorzitter vond dit geen goed idee omdat het niet om het karakter van de doelgroep gaat maar om de herkomst van de co-financieringsmiddelen. De heer Seip van VAPRO-OVP vroeg zich af hoe een fonds de regierol kan oppakken, in relatie tot andere partijen die andere rollen hebben, zoals bijvoorbeeld de accountants. De voorzitter stelde voor om een werkgroep onder leiding van mw. Van Eeuwijk, (teamleider service unit Den Haag) hiertoe in te richten. Een aantal fondsen zegt
medewerking toe (zie bijlage). Tevens kan deze groep meedenken over de nieuwe handleiding aanbesteding. Branche-erkenning De onlangs door het Agentschap aan de fondsen gestuurde brief blijkt voor verwarring te zorgen. Een aantal deelnemers stelde dat deze brief voorbijgaat aan de indeling in branches en sectoren. Anderen stellen dat de bewijslast dat branche-opleidingen aansluiten bij de (Crebo)kwalificatiestructuur, niet bij het bestuur van het O&O-fonds zou moeten liggen. De voorzitter stelde dat duidelijk moet zijn dat een dergelijke bewijslast niet de bedoeling is. Bedoeld is dat het bestuur van het O&O-fonds aangeeft of de onderhavige opleiding door de branche erkend wordt. De heer van de Pol, FNV-vertegenwoordiger, gaf aan dat het niet moet gaan om een opleiding die je anders ook al krijgt, en dat er een civiel effect aan moet zitten. De heer Hoogendijk van MKB-Nederland voegde toe dat een branche of sector een catalogus kan uitgeven waarin bedoelde opleidingen staan, los van het feit of ze te linken zijn aan Crebo. De vertegenwoordigers van de fondsen SOG (Mw. Wieringa) en CA-ICT (Dhr. Spanink) gaven aan dat de brief juist voor vereenvoudiging zorgt. Indien zij een nieuwe opleiding zonder brancheerkenning ontwikkelen, die echter vergelijkbaar is met een ‘Crebo’opleiding van een andere sector, dan biedt de brief hiertoe aanknopingspunten. De voorzitter stelde voor dat een werkgroep onder leiding van de heer C. Sterrenburg (regio-manager Zwolle Agentschap) aan de slag gaat om een nieuwe, heldere brief op te stellen. Een aantal fondsen zeggen deelname toe (zie bijlage). Afsluiting De voorzitter dankte de aanwezigen voor hun komst en sluit de bijeenkomst af.
Deelnemers werkconferentie O&O en het ESF. Namen in volgorde van aanmelding
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49
Deelnemer Mw. A. van Rooy Dhr. H. IJssennagger Dhr. T. van der Zwaan Mw. S. Sars P.A. van Odijk Dhr. J. Gravemaker Mw. E.W.M. Rutjes Mw. A. Wieringa-de Kievit Mw. J.K. Steimer Dhr. M.D. ter Bruggen Dhr. C.L.A. Schoenmakers Dhr. J.V. Buissink C. Smit T. Rompen Dhr. Anschutz Mw. F. Vogelaar Dhr. B. van Eggelen Dhr. P.M. Schikhof Mw. T. de Nooij Dhr. H. Brouwers Mw. S. Risseeuw Mw. H.H.M. Polee Mw. R. ter Braake Dhr. H.P. Mulder Dhr. S. van de Pol J.M. Eskes Dhr. D.S. Lie Dhr. A.L. Moerman onbekend onbekend Dhr. Peeters Dhr. Van Wijngaarden Mw. Reulings Mw. Hooijenga Dhr. H. Aberson Dhr. N.P. van den Berg Mw. M. van der Velden Mw. D. Mares Mw. E. Roordink Dhr. F. van Wersch Mw. S.J. Roos Dhr. T.J. Seip Mw. F. Sjoukes Dhr. W. v/d Pavert Mw. M. Bense Hr. C. Hoogendijk Hr. Spanink Hr. SaxvanderWeijden Hr. Georgopoulou
Organisatie SBH SBH STOOV FNV SOLLT St. Opleidingsfonds Levensmiddelenindustrie St. Opleidingsfonds Levensmiddelenindustrie St. Opleidingsfonds Groothandel St. Opleidingsfonds Groothandel Sociaal Fonds Optiekbedrijven AGF Detailhandel (CKO), AGF Groothandel (GHF) A&O fonds Gemeenten A&O fonds Gemeenten A&O fonds Gemeenten St. A+O Metalektro A+O Grafimediabranche O&O fonds ENb O&O fonds Schoonmaak- en Glazenwassersbranche St. Opleidingsfonds Detailhandel PCN groep OOM SOOB (Beroepsgoederenvervoer) Sociaal Fonds Kunstzinnige Vorming Sector Bouwbedrijf, Technisch bureau bouwnijverheid FNV onbekend Scholingsfonds Kunst en Cultuur SOV SOV SOV St. Arbeidsmarkt- en Scholingsfonds Defensie St. Arbeidsmarkt- en Scholingsfonds Defensie St. Arbeidsmarkt- en Scholingsfonds Defensie St. Arbeidsmarkt- en Scholingsfonds Defensie Fonds Collectieve Belangen voor de Handel in Bouwmaterialen Fonds Collectieve Belangen voor de Handel in Bouwmaterialen St. Arbeidsmarktbeleid Zorg en Welzijn O&A fonds SZS Steunpunt Arbeidsmarkt en Werkgelegenheid Contractcatering VTL (transport en logistiek) St. Scholing en Werkgelegenheidsfonds Timmerindustrie VAPRO-OVP Centrum Arbeidsverhoudingen, Opleidingsprojecten Politie Vereniging VACO namens Fonds Banden en Wielenbranche FNV Bondgenoten MKB Nederland O&O fonds CA-ICT St. Bedrijfsfonds Apotheken St. Bedrijfsfonds Apotheken
1 2
Deelnemers SZW Dhr. P.L. Stroink Dhr. L. Geelhoed
Directeur Arbeidsmarktbeleid Bijzondere Groepen Directie ABG/ Afdelingshoofd ESM
3 4
Mw. V. Monfils Dhr. S. van Bruggen
Beleidsmedewerker Directie ABG/ESM Beleidsmedewerker Directie ABG/ESM
4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Aanwezig namens het Agentschap SZW Dhr. J.W. Weehuizen Mw. A. van Kampen Dhr. H. Oosting Dhr. C. Sterrenburg Dhr E. Schuurman Dhr. F. Frederiks Dhr. H. Cramer Dhr. R. de Jong Dhr. G. Kloet Dhr. S. Billiet Dhr. R. Bindraban Mw. S. van Eeuwijk
Directeur Manager Operations Beleidsmedewerker Manager Service Unit Zwolle Consultant Service Unit Zwolle Consultant Service Unit Zwolle Manager Service Unit Eindhoven Consultant Service Unit Eindhoven Consultant Service Unit Eindhoven Consultant Service Unit Den Haag Consultant Service Unit Den Haag Manager Service Unit Den Haag
..
Bijlage: Toezeggingen Toezegging 1: Nieuwsbrief Dhr. J.W. Weehuizen zegt een speciale nieuwsbrief voor de O&O fondsen toe. Hij verzoekt om medewerking van de aanwezigen hierbij. Het Agentschap SZW neemt het initiatief. Toezegging 2: Richtlijn aanbesteding Er bestaat onduidelijkheid bij de O&O fondsen over het traject van de aanbesteding. Dhr. J.W. Weehuizen zegt toe de richtlijnen voor de aanbesteding schriftelijk naar de O&O fondsen te communiceren, via de handleiding projectenadministratie. Toezegging 3: Integrale urenregistratie Dhr. J.W. Weehuizen zegt toe de wijze van urenregistratie op te nemen in de handleiding projectenadministratie, en tevens wordt dit gepubliceerd op de website van het Agentschap SZW. Toezegging 4: Scholing van werklozen door O&O-fondsen Dhr. P. Stroink zegt een brief toe aan alle O&O-fondsen over het scholen van werklozen via O&Ofondsen. Toezegging 5: Website De website van het Agentschap zal een onderdeel gaan bevatten ‘vraag en aanbod opleidingen’. Onder leiding van Mw. A. van Kampen, met als leden mevrouw Smit (A+O), mevrouw Jacobs (B.O.S), mevrouw Wieringa – de Kievit (Stichting Opleidingsfonds Groothandel), de heer Mulder (Technisch bureau Bouwnijverheid) zullen voorstellen worden gedaan over de mogelijkheden die er zijn vraag en aanbod van opleidingen tussen de verschillende sectoren via de website bekend te maken. Toezegging 6: Staatssteun Dhr. P. Stroink geeft aan dat Brussel op basis van de Vrijstellingsverordening opleiding, van mening is dat gelden van O&O-fondsen die voortvloeien uit algemeen verbindend verklaarde CAO’s, beschouwd moeten worden als verboden staatssteun. Gezien vragen uit de zaal is er verwarring over de percentages van vrijstelling. Hierover zegt Dhr Stroink informatie toe via het Agentschap SZW (website, nieuwsbrief). Toezegging 7: Rolverdeling aanvrager – Agentschap - Accountantsdienst Het Agentschap zal onder leiding van Mw. S. van Eeuwijk een werkgroep starten met als leden mevrouw Rutjes (SOL), de heer Seip (VAPRO), mevrouw Van der Velden (Sectorfondsen Zorg en Welzijn), de heer Moerman (SOV). Deze werkgroep gaat de rolverdeling en de verantwoordelijkheden schriftelijk vastleggen tussen de aanvrager, het Agentschap SZW en de Accountantsdienst. Toezegging 8: Brief over de procedure branche-erkenning Het Agentschap zal onder leiding van Dhr. C. Sterrenburg een werkgroep starten met als leden mevrouw De Nooij (Hoofdbedrijfschap Detailhandel- HBD), mevrouw Risseeuw (Opleiding Ontwikkeling Metaalbewerking -OOM), de heer Van Eggelen (O&O fonds Energie- en NutsbedrijvenOOF) en de heer Spaninks (Centrum Arbeidsmarktvraagstukken Informatie en CommunicatieTechnolgie - CAICT). Deze werkgroep gaat de eerdere brief nauwkeurig bezien over de branche- c.q. sectorerkenningen. Indien deze brief moet worden verhelderd, dan wel moet worden ingetrokken en vervangen door een nieuwe brief, dan doet deze werkgroep daar voorstellen voor. Toezegging 9: Informatie over bovenstaande toezeggingen Dhr. J.W. Weehuizen zegt de aanwezige deelnemers toe om alle O&O fondsen op de hoogte te houden van de ontwikkelingen op basis van de bovenstaande toezeggingen.