RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ ROC Eindhoven School voor ICT
School/instelling: ROC Eindhoven Plaats: Eindhoven BRIN-nummer: 25MB Onderzoeksnummer: 108259 Onderzoek uitgevoerd op: 18 november 2008 Conceptrapport verzonden op: 26 januari 2009 Rapport vastgesteld te Breda, op: 5 maart 2009
Reproductie van het rapport zonder toestemming van de inspectie of de school/instelling vindt niet plaats anders dan in zijn volledige vorm.
2
1.
ONDERZOEK
Onderzoek De inspectie heeft op 18 november 2008 een onderzoek uitgevoerd bij de School voor ICT van ROC Eindhoven om na te gaan of er sprake is van tekortkomingen in de naleving van wet- en regelgeving en/of van de kwaliteit van het onderwijs. Aanleiding De aanleiding was het volgende. In november 2007 heeft de inspectie een risocoanalyse uitgevoerd bij ROC Eindhoven. Uit deze analyse bleek dat er er sprake was van te lage opbrengsten bij niveau 2 en -3-opleidingen bij de School voor ICT. Hoewel niveau 4 opleidingen opbrengsten te zien geven die nog op het landelijk gemiddelde liggen, is duidelijk dat er sprake is van daling. De School heeft zelf een uitgebreide analyse gemaakt, kan oorzaken aanwijzen en is al enige tijd bezig met het uitvoeren van verbeteractiviteiten. De inspectie zag in 2007 onvoldoende aanleiding om te veronderstellen dat in de kwaliteit van het onderwijs tekortkomingen worden aangetroffen. Op grond hiervan is toen besloten een bureauonderzoek naar de opbrengsten uit te voeren. Gesprek met het college van bestuur Tijdens het jaarlijks gesprek met college van bestuur op 3 december 2007 is afgesproken dat de inspectie na een jaar, eind 2008, een onderzoek naar kwaliteitsverbetering zal uit voeren. Onderzoeksmethode Deze rapportage is gebaseerd op: Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. Onderzoek op locatie, waarbij o schooldocumenten zijn bestudeerd; o de onderwijspraktijk is geobserveerd; o gesprekken met deelnemers van alle opleidingen, docenten, adjunctdirecteuren en met de directeur zijn gevoerd. Toezichtkader Het onderzoek is uitgevoerd op basis van het Toezichtkader bve 2007 inclusief addendum alsmede de aanvullende normeringen die opgenomen zijn in het Toezichtkader. Deze documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Uit het waarderingskader zijn, naast de opbrengsten, de criteria van de aspecten programma, leerproces, trajectbegeleiding, en omgang en veiligheid onderzocht. Naast deze kwaliteitsaspecten heeft de inspectie tevens een aantal wettelijke aspecten (850-uur, oo, po en oer) onderzocht. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 staan de bevindingen uit het onderzoek. Bij vastgestelde tekortkomingen is tevens de onderbouwing van deze beoordelingen opgenomen. In hoofdstuk 3 volgt de conclusie uit het onderzoek en het vervolg van het toezicht, in de vorm van het toezichtarrangement. 3
2.
BEVINDINGEN
Instelling ROC Eindhoven, School voor ICT Opleidingen: Servicemedewerker, niveau 2, bol, crebo 10903; Medewerker Beheer ICT, niveau 3, bol, crebo 10904; ICT Beheerder, niveau 4, bol, crebo 10905; Particulier Digitaal Onderzoeker, niveau 4, bol, crebo 92200. Naleving De inspectie heeft onderzocht of wordt voldaan aan de naleving van wettelijke voorschriften over onderstaande onderwerpen . Onderwijs en examenregeling (OER) in art. 7.4.8 c.a. van de Wet Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie]. voldaan aan naleving Onderwijsovereenkomst (OO) in art. 8.1.3. van de WEB. voldaan aan naleving Praktijk Overeenkomst (PO) in art. 7.2.8 van de WEB. voldaan aan naleving Onderwijstijd in de Wet Studiefinanciering 2000 of van H 3 en 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten. voldaan aan naleving Kwaliteit Hieronder volgen tabellen met de onderzochte indicatoren. Legenda: In onderstaande tabel vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen dit heeft geleid. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de indicator bijdraagt aan de kwaliteit van het onderwijs: 1. slecht 2. onvoldoende 3.voldoende 4. goed 5.
niet van toepassing
OORDELEN OP CRITERIA Programma 4.1 Samenhang 4.2 Maatwerk 4.3 Programmatijd 4.4 Voorzieningen
3 4 3 3
Leerproces 5.1 Leertijd 5.2 Werkvormen 5.3 Begeleiding
3 3 3
4
Trajectbegeleiding 6.1 Intake 6.2 Loopbaanbegeleiding 6.3 Samenwerking 6.4 Registratie
3 3 3 3
Omgang en veiligheid 7.1 Bejegening 7.2 Veiligheid
3 3
Opbrengsten 8.2 Opbrengst niveau 2 8.3 Opbrengst niveau 3 8.4 Opbrengst niveau 4
2 2 2
Onderbouwing Opbrengsten De opbrengsten zijn onvoldoende. Deze uitspraak is gebaseerd op de volgende gegevens: De niveau 2 -opleidingen behaalden in 2006-2007 een rendement van 27 procent; dit is de helft van het landelijk gemiddelde. Het rendement van niveau 3 is gestegen naar 57 procent maar ligt beduidend onder de norm die de inspectie hanteert. Deze gegevens zijn overigens vertekend als gevolg van de nieuwe wijze van inschrijven. Sinds afgelopen jaar worden deelnemers in niveau 3 ingeschreven. Voor die tijd was het rendement van deze opleidingen uitsluitend het resultaat van afstroom van deelnemers uit niveau 4. Niveau 4 behaalde een rendement van 42 procent, daalde 22 procent ten opzichte van het jaar daarvoor en ligt beduidend onder de norm. Bestuurlijk vermogen De inspectie geeft geen beoordeling voor het bestuurlijk, maar beschrijft het wel. Het managementteam van de School voor ICT legt overeenkomstig de planning & control-cyclus van ROC Eindhoven middels de zogeheten Jarap verantwoording af aan het college van bestuur. De doelstellingen uit het jaarplan zijn belegd in de organisatie van de School. Tweemaandelijks bespreekt het managementteam de voortgang van het jaarplan en legt dit vast. De teams werken met afspraken- en actielijsten. Op basis van analyse van onderzoeken (instroommonitor, JOB-Odin, studentraadplegingen) worden verbeteracties geformuleerd. Deze worden gekoppeld aan het jaarplan en systematisch gevolgd. De School voor ICT verantwoordt zich middels een jaarverslag en volgt daarbij de richtlijnen van de instelling. De teams die verantwoordelijk zijn voor het onderwijs aan niveau-2 en -3 opleidingen functioneren al enige tijd als resultaatverantwoordelijk team. Het team voor de niveau-4 opleidingen is in opbouw en wordt nu nog aangestuurd door de adjunct-directeur.
5
Programma De criteria samenhang, maatwerk, programmatijd en voorzieningen worden als voldoende beoordeeld. De opleidindings programma's liggen vast in de OER, worden gebruikt voor inzet en roostering en de werkelijke uitvoering wordt regelmatig gecontroleerd. De programma's vertonen voldoende samenhang. De programma's van de bblopleiding zijn sterk afgestemd op de doelgroep die andere wensen heeft met betrekking tot de organisatie van het programma en de werkwijze. Een beperkt aantal docenten vervult hier de rol van inhoudsdeskundige, coach en bpvbegeleider.Versnellen heeft tot gevolg dat men eerder met de bpv kan beginnen waardoor de opleiding ook daadwerkelijk korter wordt. Deelnemers van niveau 4 kunnen kiezen voor het FastLane- programma. Dit programma is in een doorlopende leerlijn samen met het ict- hbo geprogrammeerd. Het programma levert een jaar studieverkorting op. Van deze mogelijkheid maakt een substantieel aantal personen gebruik. Het percentage doorstromers naar het totale hbo lag de afgelopen twee jaar tussen 55 en 75 procent. Verder kunnen deelnemers die dat nodig hebben, vrijwillig of verplicht deelnemen aan een bijspijkerprogramma waarin in extra leerbegeleiding is voorzien. Het onderwijs speelt zich grotendeels af in een beperkt maar overzichtelijk aantal onderwijsruimten en practicumlokalen die een op de opleidingsniveau's afgestemde inrichting hebben. Het talenonderwijs vindt plaats in specifieke talenlabs waar technische voorzieningen van voldoende niveau aanwezig zijn. Voor de tutorgesprekken zijn aparte kleine ruimten beschikbaar. Daarnaast zijn deze ruimten voorzien van meubilair dat niet in alle opzichten 'arbo-proof' is. Leerproces De door de deelnemers uit te voeren taken en opgaven liggen vast in werkboeken en men kan in eigen tempo werken. De docent is in de ruimte aanwezig voor instructie, begeleiding en ondersteuning. De docent tekent de opdrachten af en geeft individueel of in groepjes feedback. Steeds is duidelijk welke deadlines moeten worden gehaald en welke volgende stappen volgen. De opleidingen realiseren voldoende leertijd en in het algemeen wordt deze ook in voldoende mate door deelnemers benut. Bij binnenkomst in het gebouw wordt de aanwezigheid van elke deelnemer geregistreerd door de docent in de onderwijsruimten. Omdat er in eigen tempo kan worden gewerkt en er vrij weinig van lokaal gewisseld wordt, gaat weinig tijd verloren. De organisatie van het programma draagt er toe bij dat er vrijwel geen lessen uitvallen. Bij calamiteiten nemen andere docenten de lessen over. Voor alle opleidingen geldt dat een van de twee leerlijnen bestaat uit beroepsgerichte vakken en de tweede uit ondersteunende vakken. Beide zijn volgens het zelfde principe georganiseerd in ruimten waar klassikale instructies plaatsvinden en vervolgens individueel of in groepjes aan opdrachten wordt gewerkt onder begeleiding van een docent. Hoewel de organisatie van de onderwijsuitvoering garant staat voor duidelijkheid, structuur en zelfstandigheid, vertoont de dag- en weekindeling van de deelnemers betrekkelijk weinig variatie omdat het onderwijs zich voor een groot deel rond of met de computer of labtop afspeelt. De begeleiding tijdens de lessen en de BPV is kwalitatief van voldoende niveau.
6
Trajectbegeleiding Trajectbegeleiding is voldoende. De intake, toelating en plaatsing gebeurt conform een instellingsbrede werkwijze. In de daadwerkelijke uitvoering zijn de afgelopen tijd tal van verbeteringen doorgevoerd zoals bijvoorbeeld een meer realistische voorlichting over opleiding en beroep. Geïnteresseerde deelnemers kunnen deelnemen aan 'meeloopdagen' en andere participerende activiteiten. Niettemin verlaten veel deelnemers de opleiding voortijdig omdat hun beelden over opleiding en beroep niet overeen blijken te komen met de werkelijkheid en de noodzakelijke intrinsieke motivatie vaak ontbreekt. Met behulp van digitale studentbevraging wordt de gang van zaken rondom intake en plaatsing systematisch gevolgd. Hieruit blijkt dat de deelnemers redelijk tevreden zijn over voorlichting, intake en plaatsing. Bij de niveau-2 opleidingen is de intake meer specifiek dan bij de niveau-4 opleidingen. Dit is ook het geval bij de niveau-3 opleidingen waarin sinds kort ook deelnemers van start gaan. De School spant zich voldoende in om de begeleiding van deelnemers te optimaliseren. De mate waarin begeleiding plaatsvindt is afhankelijk van het opleidingsniveau. Deelnemers op niveau 2 hebben een keer per twee weken een coachgesprek. Voor niveau-3 deelnemers gebeurt dat twee en voor niveau4 deelnemers een keer per onderwijsperiode van acht weken. Ook bbldeelnemers krijgen een coachgesprek per onderwijsperiode (10 weken). De bpv-begeleiding is volgens eenzelfde uitgangspunt georganiseerd; intensiever bij niveau 2 dan bij niveau 4. Hoewel er in organisatorische zin sprake is van voldoende begeleiding, kan er hier en daar een kritische kanttekening worden gezet bij de inhoudelijke kwaliteit van de begeleiding als resultante van de huidige competenties van docenten. De intensiteit van de begeleiding van de bbl-deelnemers heeft inmiddels een kritische ondergrens bereikt.
Via de loopbaanbegeleiders is er een vrijwel drempelloze doorverwijzing van deelnemers met problemen naar de tweede-lijns begeleiding die in het gebouw het gebouw mogelijk. Deze werkwijze functioneert naar behoren. Omgang en veiligheid Deelnemers en personeel gaan zorgvuldig en respectvol met elkaar om. De School gaat met enige regelmaat met behulp van tevredenheidsmetingen na, hoe deelnemers en personeel de veiligheid in en rond het gebouw ervaren. De uitslagen van deze onderzoeken zijn positief. Deze opvattingen van deelnemers en personeel worden in dit onderzoek bevestigd.
7
3.
CONCLUSIE EN VERVOLG
Oordelen van de inspectie
Bij de School voor ICT is sprake van zwak onderwijs vanwege onvoldoende opbrengsten. Dit betreft de volgende opleidingen; Servicemedewerker, niveau 2, bol, crebo 10903; Medewerker Beheer ICT, niveau 3, bol, crebo 10904; ICT Beheerder, niveau 4, bol, crebo 10905; Particulier Digitaal Onderzoeker, niveau 4, bol, crebo 92200.
Toezichtarrangement Op grond van het voorgaande, heeft de inspectie vastgesteld dat op basis van analyses en prognoses de School voor ICT niet in staat zal zijn om op korte termijn de opbrengsten te verhogen tot het niveau van de inspectienorm. Om die reden is met het college van bestuur afgesproken dat de inspectie in het najaar van 2010 een heronderzoek zal uitvoeren naar de kwaliteit van het onderwijs bij alle opleidingen van de School voor ICT. Melding De minister wordt van de geconstateerde tekortkoming op de hoogte gesteld.
8