Luttenbergstraat 2 Postbus 10078 8000 GB Zwolle Telefoon 038 499 88 99 Fax 038 425 48 88 provincie.overijssel.nl
[email protected] RABO Zwolle 39 73 41 121
Provinciate Staten
PROVSNCIALE STATEN VAN OVERIJ8SEL a.d.
2£:
Inlichtingen bij Dhr. H. van de Werf telefoon 038 4998079
[email protected]
20 SEP 2007
Routing
Bljl.:
Werkplan A-zone
Datum
11 September .2007 Kenmerk
2007/0522882 Pagina
Bijlagen: - Werkplan Al-zone SIS kenmerk nr. PS/2007/644 Bijlagen zijn op te vragen via e-mail
[email protected] (ook indien deze niet beschikbaar zijn via het SIS)
1
Uw brief
Uw kenmerk
Hierbij bieden wij u het Werkplan Al-zone aan om kennis te nemen van de activiteiten die in het kader van het programma Al-zone zullen worden uitgevoerd. Het programma Al-zone heeft tot doel om de ontwikkelkansen van de Al te benutten en de kwaliteiten te behouden en verder te versterken, om zo de zone tot een visitekaartje van Oost-Nederland te maken. Het programma heeft de ambitie om de vele (lopende) projecten en programma's bijeen te brengen en om tezamen met de betrokken partijen in een Werkplaatssetting een Agenda en in een later stadium een Visie/Ontwerp en een Programma voor de Al-zone te ontwikkelen. Het Werkplan heeft het karakter van een procesplan. De uiteindelijke invulling van het traject wordt voor een belangrijk deel bepaald door de mate waarin de (rijks)partners bereid zijn om zaken in te brengen en het programma tot een succes te maken. Het Werkplan beschrijft naast de inhoudelijke uitwerking ook de financiele consequenties voor de provincie Overijssel. De kosten voor 2007 zijn reeds gedekt in de huidige begroting. De benodigde middelen voor 2008 worden meegenomen in de begroting voor de Dynamische Itwesteringsagenda (DIA). Indien Provincial^BtS^n nactere toelichting op het Werkplan wenselijk achten, stellen wij voor om het WerkD|rfn kort \£ prpsenteren en eventuele vragen direct te beantwoorden. Gedeputeen
voorzitter,
secretaris,
Bijlagen
provincie
1 Datum verzending
20.SEP" n O'
Werkplan A1-zone, CONCEPT 06-09-07
Werkplan A1-zone 1
Inleiding De A1 en de Berlijnspoorlijn zijn twee parallelle transportassen die Nederland met Duitsland en Oost-Europa verbinden. Binnen Nederland vormen ze de slagader die Oost-Nederland met de Randstad verbindt. Transportassen koppelen van oudsher plaatsen met concentraties aan activiteiten, en nieuwe assen leiden ook weer tot nieuwe dynamiek bij aansluitingen en knooppunten. Zo zien we dat de vrij jonge A1 tot nieuwe ontwikkelingen leidt. Deze ontwikkelingen bieden economische potentie, maar leiden ook tot een hogere druk op de open ruimte. In vergelijking met veel andere snelwegen in Nederland is in de zone direct langs deze snelweg nog weinig sprake van verrommeling; vanaf de weg kan men de openheid van het landschap nog echt ervaren. Het gaat om grote kwaliteiten: mooie panorama's, groene en blauwe zones, een aaneenschakeling van prachtige landschappen, afslagen die - zonder enige bebouwing - direct naar dorpen voeren. De toenemende dynamiek kan Oost-Nederland veel profijt brengen mits de ontwikkelingen in samenhang beoordeeld en uitgewerkt worden. Er moet een evenwicht worden gevonden tussen het benutten van de economische potentie, het behouden en verder stimuleren van de bereikbaarheid en het behoud en de versterking van de ruimtelijke kwaliteit van de leefomgeving. De betekenis van de A1-zone voor Nederland vindt men terug in de rijksnota's: de A1 en de Berlijn-lijn behoren tot de hoofdverbindingsassen uit de Nota Mobiliteit en de Nota Ruimte en haar Uitvoeringsprogramma. Op rijksniveau is daarnaast volop aandacht om infrastructuur in samenhang met gebiedsontwikkeling te plannen en om snelwegpanorama's te beschermen. Het recentelijk verschenen rapport Ruimtelijk planbureau wordt het grote belang van de A1 voor de economie van Nederland onderschreven. In het coalitieakkoord van de provincie Overijssel is de A1-zone als prioritair programma opgenomen. Ook in de Provinciale uitvoeringsagenda bij de Nota Ruimte wordt het belang van de A1-zone voor Oost Nederland onderschreven.
2
Het programma A1-zone Rond de snelweg A1/ A35 in Oost Nederland speelt reeds een groot aantal initiatieven. De toenemende ruimtedruk vanuit de Randstad, het actuele debat over verrommeling en het verdwijnen van kwaliteiten langs de snelweg en het toenemende transitverkeer maken van de A1 in Oost Nederland een 'hot topic'.Rijk, provincies, regio's en belangenorganisaties zien kansen en opgaven t.a.v. de weg en de parallelle spoorlijn en hebben reeds verschillende trajecten opgestart waarin de A1 en haar omgeving een prominente rol spelen. In 2006 is de provincie Overijssel begonnen met het opstellen van een plan van aanpak voor de A1-zone. Begin 2007 heeft er een startbijeenkomst plaatsgevonden waarin het initiatief van de provincie met de partners is gedeeld. Vanaf april 2007 is het initiatief verder uitgewerkt tot het programma A1-zone. Het doel van het programma A1-zone is om de ontwikkelkansen van de A1 te benutten en de kwaliteiten te behouden en verder te versterken, om zo de zone tot een visitekaartje van Oost-Nederland te maken. Het programma A1-zone heeft de ambitie om de vele (lopende) projecten en programma's bijeen te brengen en om samen met de betrokken partijen in een Werkplaatssetting een Agenda en in een later stadium een Visie/aansprekend ontwerp en een Programma voor de A1-zone te ontwikkelen. Uit gesprekken met ambtelijke en bestuurlijke vertegenwoordigers
Werkplan A1-zone, CONCEPT 06-09-07
blijkt dat er voor deze aanpak breed draagvlak bestaat bij de partners van de provincie Overijssel (Rijk, provincie Gelderland, Regio Twente en de Stedendriehoek). De aanpak sluit aan bij de ambitie van de provincie om meer ontwikkelingsgericht, samen met ander partijen tot een meer integrate uitwerking te komen. Het programma A1-zone sluit aan bij en past in de planning van het traject van de Omgevingsvisie; de integrate provinciate structuurvisie waarin de beleidsvoornemens t.a.v. verkeer en vervoer, ruimtelijke ontwikkeling, groen, water etc. zijn opgenomen. In voorbereiding op het onderliggende Werkplan is er reeds een aantal ondersteunende producten uitgebracht. In het Werkplan wordt op diverse punten naar de betreffende producten verwezen: Voor een inhoudelijke beschrijving van het programma A1-zone verwijzen wij naar de reeds uitgebrachte folder (bijlage 1) waarin een kernachtige beschrijving wordt gegeven. In het document wordt ingegaan op de aanleiding en urgentie van het programma A1-zone en wordt er een globale afbakening gegeven. Het voorstel voor de aanpak van het programma is beschreven in het document Werkplaats A1-zone (bijlage 2). Dit document is met de partners op ambtelijk niveau besproken en de gekozen aanpak wordt door hen onderschreven. De werkplaats is bedoeld om in een aantal ronden gezamenlijk actief met elkaar te werken aan een gedeelde visie op de A1-zone. Er zal tegelijkertijd worden geschetst (ontworpen) en geschreven. De begeleiding van de werkplaats zal in handen te zijn van een deskundige onafhankelijke werkplaatsmeester. Er is een inventarisatie gemaakt van het reeds beschikbare materiaal. De basisinformatie t.a.v. de zone is bijeengebracht in een Atlas. Dit werkdocument wordt de komende tijd verder aangevuld. De concept-Atlas zal worden opgenomen als bijlage 4.
3
Werkplan A1-zone In het onderliggende Werkplan A1-zone is de werkplaatsaanpak zoals deze in het document Werkplaats A1-zone (bijlage 2) wordt beschreven als uitgangspunt genomen. De focus van het Werkplan ligt op de eerste fase van de Werkplaatsaanpak; het komen tot een gezamenlijke, inhoudelijk onderbouwde Agenda. De eerste fase loopt tot medio 2008. Het Werkplan vult het document op drie punten aan: 1. Het geeft verdere inhoudelijke invulling aan de thema's en de te betrekken projecten en programma's en de wijze waarop deze betrokken worden. 2. Het bevat een personele en financiele paragraaf waarin de verwachte inspanningen beschreven staan. 3. Het werkt de bestuurlijke sturing verder uit. Het onderliggende Werkplan dient ter besluitvorming over de inspanningen die de provincie Overijssel zal leveren om tot een gezamenlijke Agenda te komen. Over de inspanningen van andere partijen worden aparte afspraken gemaakt. Het onderliggende Werkplan heeft het karakter van een procesplan. De uiteindelijke invulling van het traject wordt voor een belangrijk deel bepaald door de mate waarin de (rijks)partners bereid zijn om zaken in te brengen en het programma tot een succes te maken.
4
Aanpak De insteek van de Werkplaats A1-zone is het realiseren van verbinding tussen en versterking van de diverse opgaven rond de A1. Onderstaand figuur uit Werkplaats A1-zone is een schematische weergave van de voorgestelde aanpak bestaande uit een drietal ronden. Omdat er al veel materiaal is, er veel 'lopende' programma's zijn en er bovendien veel uiteenlopende betrokken partijen zijn, is gekozen voor een dynamische en interactieve aanpak. De figuur laat schematisch zien hoe de inbreng van bestuurlijke en andere partijen
Werkplan A1-zone, CONCEPT 06-09-07
geregeld wordt. Door in sessies en in meerdere ronden te werken is de bestuurlijke sturing goed te organ iseren. In de eerste ronde staat de agendering centraal: welke thema's en programma's spelen een WerkplaatsA1-zone rol in de A1-zone, welke projecten zijn Huidige onthieraan verbonden, wat zijn de Parallelle wikkelingen programma's onderlinge verbanden, welke partijen zijn hierbij betrokken etc. In deze fase -/—^ worden al schetsend de opgaven in en / SamenwerMna rond de zone in beeld gebracht en wordt gekeken waar deze elkaar inhoudelijk 6n fysiek raken. De eerste ronde bestaat uit meerdere nader te specificeren sessies per deelgebied en resulteert in een gezamenlijke Agenda die zorgvuldig onderbouwd is. A—\ De tweede ronde gaat van start met < uitwisseling \ deze gezamenlijke Agenda, die verder ,\ / zal worden uitgewerkt tot een heldere visie voor de A1-zone. Hierin krijgen de diverse uitgewerkte thema's een plek. In de derde ronde, tenslotte zal tot programmering worden gekomen. De precieze invulling van ronde twee en drie zal in belangrijke mate afhangen van de uitkomsten van de eerste ronde. Dit werkplan beschrijft de eerste ronde gedetailleerd, en de volgende twee ronden zeer globaal.
v—/
Er zal vanuit de Agenda directe inbreng worden geleverd in de programma's en projecten van de provincie en haar partners. De Visie zal dan de vorm hebben van een aansprekend ontwerp. Ruimtelijk relevante afwegingen van regionaal belang worden in de Omgevingsvisie meegenomen. Het werkplaatsproces heeft geen formele beleidsstatus. De provincie kiest ervoor om ontwerpende wijs, samen met anderen aan het werk te gaan. Om de A1-zone daadwerkelijk tot het visitekaartje van Oost-Nederland te maken is aansluiting bij de projecten en programma's van provincie en het verleiden van/ creeren van draagvlak bij de partners noodzakelijk om gezamenlijk tot het gewenste resultaat te komen.
5
Bijdragen
5.1
Programma's en projecten & Thema's In de werkplaatsaanpak is er, alhoewel het onderscheid niet in alle gevallen inhoudelijk heel scherp te maken is, een onderverdeling gemaakt tussen programma's en projecten en thema's. Onder programma's en projecten verstaan we de initiatieven/ontwikkelingen van andere organisaties/ eenheden die relevant zijn voor het programma A1-zone. Met deze programma's en projecten dient in wisselwerking te worden gewerkt en afgestemd. We gaan uit van reeds geformuleerd beleid, zoals op het gebied van herstructurering en ontwikkeling van bedrijventerreinen, wonen en groen en water. Als er meer integrate belangenafwegingen tussen sectoren gemaakt moeten worden, kan er sprake zijn van nieuwe beleidsvoorstellen. Dit zal in goed overleg gebeuren met de betreffende publieke party of sector. Op dat moment kan ook beoordeeld worden waar de voorstellen uitgewerkt worden. Bij thema's wordt gedacht aan inhoudelijke concrete bijdragen, die al dan niet op initiatief van het programma A1-zone gemaakt worden. Het is mogelijk dat er zich gedurende het
Werkplan A1-zone, CONCEPT 06-09-07
werkplaatstraject aanvullende thema's aandienen. Soms kunnen thema's ook 'ondergebracht' worden bij andere organisatie-eenheden. Het onderwerp 'Ruimtelijke Kwaliteit' zal als een rode draad door de diverse thema uitwerkingen heenlopen. 5.2
Projecten en programma's De Werkplaats wordt gevoed vanuit een aantal parallel lopende projecten/ programma's die zich in meer of mindere mate concentreren op de A1-zone. In de Werkplaats A1-zone worden de bevindingen vanuit deze trajecten bijeengebracht en geconfronteerd om te zien in hoeverre de ambities overeenkomen en op welke punten discussie zal ontstaan. Vanuit de Werkplaats kan ook terugkoppeling aan projecten/programma's geleverd worden. De onderstaande lijst bevat de relevante projecten en programma's zoals deze op dit moment bekend zijn. Mogelijk zullen er gedurende de verdere uitwerking (deel)projecten/ programma's aan het overzicht worden toegevoegd. In bijlage 3 worden deze projecten en programma's toegelicht. In de figuur in paragraaf 4 is hoe de samenwerking, afstemming en uitwisseling met de diverse programma's een plek krijgt binnen de gekozen aanpak.. Provincie(s) Programma Ruimtelijke Kwaliteit Programma Cultuur en Ruimte Programma Vitale bedrijventerreinen Provinciate Omgevingsvisie Provinciaal Meerjarenprogramma Landelijk Gebied (PMJP) (inclusief reconstructie intensieve veehouderij) Provinciaal Verkeer en Vervoersplan Provinciate uitvoeringsagenda bij de Nota Ruimte Rijk Nota Ruimte (Uitvoeringsprogramma) Mooi Nederland, Structuurvisie Panorama's en de Snelwegzone Routeontwerp (Steunpunt Routeontwerp_
Reg/o 's -
Regionale Structuurvisie Stedendriehoek (gereed) Regionale Structuurvisie Twente (parallel in ontwikkeling) Gebiedsgerichte verkenning Stedendriehoek Gebiedsgerichte verkenning Twente: Regionaal Mobiliteitsplan Twente
Grote Projecten RBT Apeldoorn-Zuid (Beekbergen) - RBT A1 Park Deventer - RBT XL Twente Gebiedsontwikkeling luchthaven Twente e.o. - Hart van Zuid/ WTC/Centraal Station Hengelo Kennispark UT Andere partijen Kunstproject A1 (relatie met programma Cultuur en Ruimte) Atelier Overijssel (relatie met programma Ruimtelijke Kwaliteit)
5.3
Thema's Bestudering van de reeds bestaande documentatie en gesprekken met intern en extern betrokkenen heeft geleid tot de formulering van een aantal thema's die rond de A1-zone spelen. Een deel van deze thema's wordt reeds in lopende trajecten opgepakt. Andere zullen
Werkplan Al-zone, CONCEPT 06-09-07
in het kader van het programma A1-zone in deelopdrachten worden uitgewerkt. Waar mogelijk zullen uitwerkingen door of via de sectoren plaatsvinden. In de figuur in paragraaf 4 is zichtbaar hoe de thema's in de eerste ronde worden ingebracht. Thema's die tot nu toe zijn geidentificeerd zijn: De integrate aanpak van gebied en mobiliteit Synergie tussen weg en spoor Capaciteitsproblematiek (incl. transitverkeer) Bedrijventerreinen (kwantitatief en kwalitatief) A1 als Scenic route Bevolkingsontwikkeling (demografie) Internationaal Toerisme Wonen Landschapsbeheer (integrate aanpak rood, groen en blauw) In bijlage 3 worden de thema's verder toegelicht.
6
Werkplaatsaanpak De Werkplaatsaanpak stelt betrokken in staat om met een gebieds- en projectoverstijgende blik naar de complexe opgaven kijken. In de Werkplaats worden op basis van discussies en gezamenlijke activiteiten al schetsend en schrijvend ruimtelijke vraagstukken in kaart gebracht. Vervolgens worden de kansen en oplossingen en de consequenties hiervan gemventariseerd. Omdat het gebied te omvangrijk is om in een keer te behandelen zal het worden 'opgeknipt' in 3 deelgebieden De Werkplaats verplaatst zich naar het deelgebied wat centraal staat. Er wordt een locatie gezocht (bij voorkeur bij een van de partners) en daar strijkt de Werkplaats voor een aantal aangesloten dagen in een week neer. Per week wordt een programma gemaakt. Tussen de ronden bevindt de Werkplaats zich op een vaste locatie. Een verdere beschrijving van de Werkplaatsaanpak is te vinden in bijlage 2.
7
Aansturing Er dient op meerdere niveaus sturing georganiseerd te worden, zowel bestuurlijk als ambtelijk. Aangezien het programma A1-zone bestuurlijke grenzen overstijgt streven we ernaar om een zo groot mogelijk draagvlak te krijgen bij de betrokken publieke partijen. Daar hoort een passende structuur bij. De publieke partners dragen vooral bij door middel van deelbijdragen (uitwerken van thema's/ onderdelen) en door de inbreng van kennis en (personele) capaciteit door te participeren in de diverse sessies. De provincie Overijssel is initiatiefnemer en belangrijkste financier van het programma Alzone. Een groot deel van het programma speelt zich ook binnen de grenzen van de provincie af. Dat vergt een goede bestuurlijke sturing binnen de provincie.
71
Processturing Het werkplaatstraject moet zodanig georganiseerd zijn dat de werkplaatsmeesterzich, als onafhankelijke professional, geheel kan concentreren op zijn/haar inhoudelijke rol. De programmamanagervervult de rol als directe schakel tussen de opdrachtgever(s), de diverse betrokken projecten en programma's en de Werkplaats. Hij is het primaire aanspreekpunt voor het hele programma A1-zone, zorgt voor een goede aansluiting van de bestuurlijke partijen, signaleert tijdig de behoefte om discussiepunten ambtelijk en/of bestuurlijk te agenderen en organiseert de discussie, regelt zo nodig aanvullende informatie, en agendeert nieuwe inzichten.
Werkplan A1-zone, CONCEPT 06-09-07
72
Bestuurlijke stuurgroep (extern) en ambtelijke begeleidingsgroep De bestuurlijke stuurgroep bestaat uit vertegenwoordigers van de deelnemende publieke partijen: provincie Overijssel, beide regie's, Rijkswaterstaat en VROM. Uitgegaan wordt van een deelnemer per party. De stuurgroep wordt voorgezeten door de gedeputeerde Ruimte, Wonen en Milieu van de provincie van Overijssel. Tijdens de rondes vindt een regelmatige terugkoppeling van de bevindingen aan de bestuurlijke stuurgroep plaats. De stuurgroep wordt in de gelegenheid gesteld tussentijds het proces verder richting te geven. De ambtelijke begeleidingsgroep bestaat uit ambtelijke vertegenwoordigers van de publieke partijen (deze groep is inmiddels al gevormd en meerdere malen geconsulteerd). De programmamanager zit de begeleidingsgroep voor. Vanaf de vaststelling van de opdracht stuurt de stuurgroep, ondersteund door de begeleidingsgroep, op tussengelegen momenten, en koppelt terug naar de eigen achterban.
73
Sturing binnen de provincie De bestuurlijke sturing binnen de provincie vindt op drie manieren plaats: via een bijeenkomsten waarin de voorzitter van de externe bestuurlijke stuurgroep de drie overige betrokken portefeuillehouders (Gedeputeerde Economie, Toerisme en Arbeidsmarkt, Gedeputeerde Mobiliteit, Financien en Bestuur, Gedeputeerde Cultuur en de Gedeputeerde Landelijk Gebied, Landbouw en Water) bijpraat en vraagt om inbreng. Dit POA1-zone wordt ondersteund door de programmamanager, via de (sectorale) inbreng vanuit de diverse programma's. in de voorbereiding van en gedurende het werkplaatstraject zullen directe contacten met bestuurders worden gelegd. Op die manier kunnen de bestuurders hun inbreng leveren in het ontwerpproces. De sectorale ambtelijke vertegenwoordigers hebben hierbij een signalerende rol. De - reeds bestaande - ambtelijke projectgroep vervult de rol van klankbord voor de programmamanager. De leden dragen tevens zorg voor de terugkoppeling naar hun portefeuillehouders. De respectievelijke programma's kunnen uiteraard tevens zelf hun inbreng leveren in de Werkplaats. Er is binnen de provincie tevens een ambtelijke kerngroep. Het formele opdrachtgeverschap binnen de provincie ligt bij de portefeuillehouder Ruimte Wonen en Milieu(bestuurlijk) en bij het adjunct-hoofd Ruimte, Wonen en Bereikbaarheid (ambtelijk). Bijlage 5 bevat een voorlopige personele invulling van de bovengenoemde (stuur)groepen. Dit overzicht zal verder worden aangevuld.
74
Inbreng van niet-publieke partijen Een aantal niet-publieke verbanden (te denken valt aan de PCFL, de SER, de vitale coalities, informele partners en specialistische organisaties die in delen van de regio actief zijn) zal regelmatig van de ontwikkelingen rond het programma A1-zone op de hoogte worden gesteld. Hiervoor wordt aangesloten bij reeds geplande sessie of er zullen specifieke ronde tafelbijeenkomsten worden georganiseerd. De provinciate portefeuillehouders kunnen in dergelijke sessies aansluiten. De gekozen aanpak zal op korte termijn in een aantal nietpublieke verbanden worden gepresenteerd en besproken.
8
Planning Onderstaand figuur is afkomstig uit het werkplaatsdocument en bevat de detailplanning van ronde 1. Uitgaande van een start van de voorbereidende werkzaamheden begin oktober (week 40) na behandeling door Gedeputeerde Staten kan de eerste ronde medio 2008 worden afgesloten. Na goedkeuring door PS in oktober 2007 kan het traject daadwerkelijk van start gaan. De onderstaande planning is in grote lijnen afgestemd met de planning van
Werkplan Al-zone, CONCEPT 06-09-07
het Provinciaal Omgevingsplan. Besluitvormingsmomenten zullen eveneens worden afgestemd. Acflvltelt : ormulering uitvraag werkplaatsmeester: expertmeeting Formulering uitvraag communicatiebureau Voorseiecb'e bureaus tb.v. Werkplaatsmeester Voorbe- Uitvraagverzending & wachten op offertes (werkpl) reiding Voorselectie bureaus tbv communicatie Gesprekken en selectie Werkplaatsmeester Uitvraagverzending & wachten op offertes (commu) Gesprekken en selectie communicatie Opstarttijd geselecteerde bureaus Voorbereiding kick-off bijeenkomst Regelen logistieke zaken, werkplaatsbijeenkomsten Kick-off bijeenkomst Voorbereiding 1e ronde sessies Sessie deelgebied 1 Verwerking sessie deelgebied 1 Bestuurlijke terugkoppeling Expertmeeting Sessie deelgebied 2 Verwerking sessie deelgebied 2 Agenda Bestuurlijke terugkoppeling Expertmeeting Sessie deelgebied 3 Verwerking sessie deelgebied 3 Bestuurlijke terugkoppeling Expertmeeting tb.v. integratje Voorbereiding rapport Agenda A1 zone Druk rapport Agenda A1 zone
n±=? t
E'W-"* I
:
::.;:.v::.;.i
km^mm I
[ ,
B B
LH iSSSiSSSSSS^ £$%$%&
De totaalplanning met meerdere ronden ziet er als volgt uit: Week 40 42 44 46 48 60 52 Ronde •::$S^:5S:i:i:i:i:i::^| Ronde 1: Voorbereiding Start Agenda Agenda Besluit- Bestuurlijke ronde vorming Bestuurlijke vaststelling Beslutt 2e ronde Ronde 2: Voorbereiding VisleStart vomiing Visie Besluit- Bestuurlijke ronde Bestuurlijke vaststelling vorming Besluit 3e ronde Ronde 2: Voorbereiding Program- Start mering
2
4
I
6
8 10 12 14 16 18 20 22 24 26 28 30 32 34 36 38 40 42 44 46 48 60 62
2
4
6
8 10 12 14 16 18 20 22 24 26 28 30
,mmlj
S
Lv:/".::::::q hv..:j |=3
^"'""""q %::"'.::::::::. :\ L....A
L...
............:.
In bijlage 6 zijn beide planningen in groter formaat opgenomen. Te zien is dat de tweede ronde (visievorming) naar verwachting eind 2008 afgrond kan worden, en dat de derde ronde tot halverwege 2009 zal doorlopen.
9
Middelen Het programma A1-zone zal in de toekomst een kader vormen op basis waarvan de provincie en haar partners investeringsbeslissingen t.a.v. de A1-zone kunnen maken. Er wordt van uitgegaan dat de respectievelijke investeringsprogramma's van de betrokken partners daarin zullen voorzien. Het programma zal door de te creeren samenhang, en het te bewerkstelligen draagvlak wel een steviger fundament leveren voor de respectievelijke investeringsprogramma's. In principe zijn er dus alleen procesmiddelen nodig om tot een gedragen Agenda en, in een later stadium, tot een Visie/aansprekend ontwerp en Programma te komen. Voor de volgende onderdelen dienen middelen te worden gereserveerd (alle bedragen exclusief BTW). De mogelijkheden tot mede-financiering door derden worden nader onderzocht.
Werkplan Al-zone, CONCEPT 06-09-07
Begroting Ronde 1 (tot medio 2008) Programmamanager Begeleiding Ondersteuning programmamanager Doorloop in 2008 (tot medio 2008)
Werkplaats
Inhuur Werkplaatsmeester, inclusief bureauondersteuning (ontw./teken.) Inhuur overige ondersteuning schrijver ad hoc (verkeer, landschap, planeconoom) Materialen Organisatie van sessies (huur ruimte, apparatuur + catering) Kick-off Sessies per deelgebied Expertmeetings Drukkosten Projectsecretaris
(reeds voorzien voor 2007) (reeds voorzien voor 2007) €150.000,-
€ 150.000,-
€ 80.000,€210.000,€ 50.000,-
€20.000 €60.000
Provinciate ambtenaar*)
Inhuur communicatieadviseur(s) Communicatie Werkpiaats Productie kosten (eerste ronde) Bouwen & onderhouden interactieve website, Nieuwsbrieven/ flyers
Uitwerking Thema's **)
Integrate aanpak van gebied en mobiliteit: afhankelijk van inzichten werkplaatsmeester, Uitvoeren studie naar thema 'Synergie tussen Weg & Spoor' Quickscan Mogelijk vervolg Transit Goederenvervoer (zo mogelijk door andere partijen laten uitvoeren, alleen bijdrage) Quickscan Mogelijk vervolg
€ 60.000,-
Stelpost:€30.000,€100.000,-
€25.000,Stelpost €25.000,-
Bijdrage €10.000,Bijdrage €10.000,-
Totaal
€520.000,-
De functie van projectsecretaris van de Werkplaats wordt ingevuld via een provinciate ambtenaar, die tevens voor de praktische verbindingen naar de programma organisatie zorg draagt (linking pin).*) Waar mogelijk zullen uitwerkingen door of via de sectoren plaatsvinden. **)
Indicatieve begroting volgende ronden *)
/?<#«& Visie/ ontwerp Programmering
i Pfa^mg e
2 helft 2008 1 e helft2009
Benodjgd budget €250.000 €250.000
*) De begroting voor ronde 2 en 3 wordt verder ingevuld afhankelijk van de uitkomsten van ronde 1 en de mate waarin de resultaten worden overgenomen in parallelle trajecten
Werkplan A1-zone, CONCEPT 06-09-07
Bijlage 1: Folder A1-zone (los bijgevoegd) Bijlage 2: Werkplaats A1-zone (los bijgevoegd)
Werkplan A1-zone, CONCEPT 06-09-07
Bijlage 3: Projecten en programma's & thema's
Onderstaand is een overzicht opgenomen van de tot nu toe geTdentificeerde relevante projecten en programma's en thema's. Deze lijsten kunnen de komende periode waar nodig worden aangepast en/of aangevuld. Projecten en programma's 1. Rijk Mooi Nederland 'Mooi Nederland' is een van de beleidsprioriteiten van de minister van VROM voor de huidige kabinetsperiode. Het tegengaan van verdere verrommeling van het landschap is een van de ingredienten om aan die prioriteit inhoud te geven. Het gaat om het aanpakken van bestaande en het voorkomen van toekomstige verrommeling. Onderdeel van het project 'Mooi Nederland' is de uitwerking van een Structuurvisie Panorama's en de Snelwegzone (VROM). Het ministerie van VROM wil een samenhangende, structured oplossing voor snelwegzones formuleren en stelt daarom een Structuurvisie op. VROM streeft met de Structuurvisie Panorama's en de Snelwegzone een tweetal doelen na: • Generiek: zicht vanaf de snelweg wordt een belangrijk kwaliteitscriterium bij integrate gebiedsgerichte ontwikkeling • Specifiek gebiedsgericht: een tiental panorama's van nationaal belang worden beschermd Naar verwachting zal in Oost-Nederland vooral het generieke doel worden nagestreefd. VROM werkt momenteel de tekst van de Structuurvisie uit. De A1 wordt hierin opgenomen als voorbeeld project/koploper voor de uitwerking van het generieke deel van de Structuurvisie. Inmiddels is er een gezamenlijke brainstormsessie gehouden met de projectleider van VROM. Routeontwerp (Steunpunt Routeontwerp) Routeontwerp verbindt de noodzakelijke verbeteringen van de Nederlandse hoofdwegen met een kwalitatieve inrichting van de directe omgeving van deze wegen. Tot op heden zijn er op initiatief van het rijk diverse routeontwerpen opgesteld. Het Rijk heeft de ambitie om het gedachtegoed van routeontwerp te laten landen in plannen van anderen. De A1-zone is de mogelijkheid om een routeontwerp (voor het eerst) in te passen in een traject dat een andere partij heeft gemitieerd. Het Steunpunt Routeontwerp zal voor de A1-zone een Quickscan uitvoeren, waarbij het Rijk oordeelt over de kwaliteiten van de A1 (Amsterdam-Duitse grens) en haar omgeving. De uitkomsten zullen (eind) november beschikbaar zijn en kunnen worden meegenomen in het Werkplaatstraject. 2. Regio's Regionale Structuurvisie Stedendriehoek In de Regionale Structuurvisie Stedendriehoek (mei 2007) legt de regio de gemeenschappelijke ambities vast voor het gebied rond Apeldoorn, Deventer en Zutphen (het bundelingsgebied). De Structuurvisie is een richtinggevend kader voor beleid en uitvoering en beleidsafstemming met andere overheden (provincie/ rijk).
10
Werkplan A1-zone, CONCEPT 06-09-07
Regionale Structuurvisie Twente De Regio Twente gaat het dit jaar aan de slag met een Regionale Structuurvisie voor Twente. Gestreefd wordt om dit RSV medio/eind 2008 af te ronden. De uitwerking wordt op 2 manieren ingestoken: 1. Uitwerking per gebied 2. Uitwerking van twee grote projecten, waarvan de A1/A35 er een is. Qua planning wil de Regio Twente beginnen met het opstarten van een projectgroep tb.v. het project A1/A35. Het Programma A1-zone en het RSV traject dienen goed op elkaar te worden afgestemd. Momenteel wordt gewerkt aan samenwerkingsafspraken waarbij de projectgroep die de Regio Twente tb.v. het RSV in gaat richten een aantal van de thema's van het Programma A1-zone zal oppakken en voor het Twente deel van de A1-zone voorbereiden..Het betreft bijvoorbeeld de regionale afstemming t.a.v. bedrijventerreinen (hoeveelheid, differentiate, herstructurering, planning etc.), de demografische ontwikkelingen (incl. consequenties voor wonen en werken) en de inbreng vanuit de grote projecten. Andere thema's zullen voor de totale zone worden opgepakt. Gebiedsgerichte verkenning Stedendriehoek In de verkenning worden de knelpunten na 2020 in beeld gebracht Aan de hand van een drietal modellen (verbreding tot 4x4, aparte strook voor het transitverkeer, verbeteren van het onderliggend wegennet) wordt gekeken welke oplossing(en) het beste aansluit bij de problematiek. De resultaten van deze verkenning worden eind September verwacht. Regionaal Mobiliteitsplan Twente De gebiedsgerichte verkenning heeft in Twente de benaming Regionaal Mobiliteitsplan Twente gekregen. Dit plan is in concept gereed 3. Provincie(s) Programma Cultuur en Ruimte Het programma Cultuur en Ruimte koppelt culturele aspecten aan ruimtelijke opgaven. In het kader van dit programma kan worden nagedacht over de identiteit/ het imago van de A1-zone en de (cultuur)historische aspecten die men in de zone vindt. De komende tijd wordt relatie tussen de A1-zone en het programma Cultuur en Ruimte verder uitgewerkt Programma Vitale bedrijventerreinen Het programma Vitale bedrijventerreinen onderzoekt de kwalitatieve en kwantitatieve vraag in Overijssel en de relatie tussen beiden. De provincie hecht grote waarde aan kwalitatief goede bedrijventerreinen en aan een goede landschappelijke inpassing van nieuwe terreinen. Het begrip kwaliteit kan op heel veel verschillende manieren ingevuld worden. Het is een uitdaging om gemeenten en bedrijven niet te overladen met kwalitatieve criteria, maar transparante, toetsbare criteria te bieden die onderlinge vergelijking van terreinen mogelijk maken. Eind december is de input vanuit het programma Vitale bedrijventerreinen voor een belangrijk deel gereed. Provinciaal Meerjarenprogramma Landelijk Gebied. Het Provinciaal Meerjarenprogramma (pMJP) bevat de provinciate ambities en doelstellingen voor het landelijk gebied voor de periode 2007-2013 met als speerpunten: 1. Perspectiefvolle landbouw; 2. Behoud en versterking van de kwaliteit van natuur en (cultuur)landschap; 3. Economische vitaliteit; 4. Sociale vitaliteit en leefbaarheid; 4. Veerkrachtig watersysteem Het PMJP is geen is geen zaak van de provincie alleen. Gemeenten, waterschappen, maatschappelijke organisaties en diverse uitvoeringsorganisaties zijn belangrijke spelers. Een goede samenwerking met hen is essentieel. De samenwerking krijgt onder meer gestalte in de vorm van individuele prestatiecontracten met partners (gemeenten, waterschappen, uitvoeringsorganisaties). Deze worden op basis van de door gebieden opgestelde gebiedsprogramma's opgesteld. De individuele contracten zijn nodig omdat de bestuurlijke
11
Werkplan A1-zone, CONCEPT 06-09-07
gebiedsoverleggen (BGO's) en de gebiedsprogramma's geen formele juridische status hebben. Via de prestatiecontracten kunnen we de formele verantwoordelijkheid voor het behalen van prestaties wel regelen. Reconstructie intensieve veehouderij (onderdeel pMJP) In het gebied langs de A1 bevindt zich een omvangrijk intensief veehouderijcomplex: kippenhouderij in de Gelderse Vallei, kalverhouderij op de Veluwe en varkenshouderij in de Stedendriehoek, Salland en Twente. In de A1-zone bevinden zich delen van het Reconstructiegebied. De constatering is dat in dit gebied de verwevenheid van intensieve veehouderij en andere functies (wonen, natuur, recreatie, etc) tot grote problemen heeft geleid. Om deze problematiek te verminderen is de reconstructiezonering uitgewerkt, waarmee de volgende gebieden aangewezen worden: - Landbouwontwikkelingsgebieden (LOGs), waar in de toekomst de intensieve veehouderij ontwikkelingsruimte krijgt; - Extensiveringgebieden, waar de intensieve veehouderij op termijn moet verdwijnen, - Verwervingsgebieden, een overgangszone met beperkte ontwikkelingsmogelijkheden voor de intensieve veehouderij. In de LOGs zullen zich grootschalige intensieve veehouderijen ontwikkelen. De beleidsopgave voor deze gebieden behelst het stimuleren van de geleidelijke concentratie van de intensieve veehouderij in de LOG, de duurzame ontwikkeling van deze Logs met behoud en de ontwikkeling van de ruimtelijke kwaliteit (inpassen grote gebouwen) en de agrologistieke ontsluiting en verbinding van deze gebieden met de hoofdassen (water en weg). Provinciale Omgevingsvisie De provinciate Omgevingsvisie zal, in het kader van de nieuwe Wro, de status krijgen van een provinciate Structuurvisie en zal dienen ter vervanging van het Verkeers- en Vervoersplan, het Streekplan, het Waterhuishoudingsplan en het Milieubeleidsplan van de provincie Overijssel. De 12 thema's zijn reeds benoemd in het coalitieakkoord. In het najaar van 2008 wordt de concept Omgevingsvisie verwacht. In paragraaf 3 (aanpak) wordt de relatie tussen de Omgevingsvisie en het programma Al-zone verder toegelicht Programma Ruimtelijke kwaliteit Het programma A1-zone maakt onderdeel uit van het programma Ruimtelijke Kwaliteit. Het programma Ruimtelijke Kwaliteit richt zich op het beantwoording van de 'wat', 'hoe' en 'wie'-vragen rond het thema Ruimtelijke Kwaliteit aan de hand van concrete projecten, vergroten van de betrokkenheid en kennisverdieping. Voor de A1-zone zijn met name de volgende trajecten relevant: 1. In het AtelierOverijssel wordt gewerkt aan het expliceren van bedrijvenmilieus op basis van ruimtelijke kwaliteit in de gemeenten Holten-Rijssen/Wierden/Hof van Twente 2. In het AtelierOverijssel wordt gewerkt aan de verkenning van een andere omgang met infrastructuuropgaven, opdat deze bijdragen aan realisatie van meerdere gebiedsopgaven en versterking van de ruimtelijke kwaliteit 3. in diverse provinciate projecten is ervaring opgedaan met proces en methodiek om te sturen op ruimtelijke kwaliteit, zoals de handreiking ruimtelijke kwaliteit Ussel 4. in het werkschrift ruimtelijke kwaliteit is globaal inzichtelijk gemaakt hoe sectorale opgaven gelijktijdig de ruimtelijke kwaliteit kan versterken. De komende tijd zal, in het kader van de Omgevingsvisie, provinciebreed de Ruimtelijke Kwaliteit in beeld worden gebracht en verbonden worden met de gebiedsopgaven. Deze 'onderlegger', waar ook aspecten als cultuur(historie), imago en identiteit deel van uitmaken, kan bruikbaar zijn voor het A1 project, danwel voor de A1 zone gemaakt worden binnen het A1 project en tevens voor de Omgevingsvisie. Provinciaal Verkeers- en Vervoersplan PM Provinciale uitvoeringsagenda bij de Nota Ruimte PM
12
Werkplan A1-zone, CONCEPT 06-09-07
4. Andere partijen Kunstproject A1 Kunstverenigingen Diepenheim, Hengelo en Deventer werken sinds 2005 samen aan de A1. leder jaar wordt er een thema gekozen. In 2006 stond de snelweg als verblijfplaats centraal, in 2007 waren dat de weeffouten veroorzaakt door het aanleggen van de weg in het landschap. De samenwerkende kunstinstellingen organiseren jaarlijks manifestaties en expertmeetings. Het initiatief wordt ondersteund door de provincie Overijssel vanuit het programma Cultuur en Ruimte. AtelierOverijssel De bij het onderwerp ruimtelijke kwaliteit genoemde AtelierOverijssel is een werkplaats, waarin gewerkt wordt aan verbetering en behoud van de ruimtelijke kwaliteit in de provincie Overijssel. De diverse initiatiefnemers (provincie, gemeenten, waterschappen, belangenorganisaties, marktpartijen, individuele inwoners van Overijssel) worden bijeengebracht rond actuele thema's Een van de thema's van AtelierOverijssel is Werken aan het landschap'. Het Atelier wil aan de lopende discussies omtrent de uitstraling, kwaliteit en inpassing van bedrijventerreinen zijn bijdrage leveren door in te gaan op de vraag 'Hoe kunnen bedrijventerreinen bijdragen aan ruimtelijke kwaliteit en landschapsontwikkeling?' 5.
Grote Projecten
-
RBT Apeldoorn-Zuid (Beekbergen) RBT A1 Park Deventer RBT XL Twente Gebiedsontwikkeling LuchthavenTwente e.o. Hart van Zuid/ WTC/Centraal Station Hengelo Kennispark UT
13
Werkplan A1-zone, CONCEPT 06-09-07
Thema's Thema's die tot nu toe zijn geldentificeerd zijn: 1. De integrale aanpak van gebied en mobiliteit De nabije aanwezigheid van de weg en het spoor biedt kansen om de ruimtelijke ontwikkeling te differentieren naar de ligging bij het spoor en bij de weg. Werken bij de weg ziet er anders uit dan werken bij het spoor. De al lopende en nog te ontwikkelen stationsprojecten leveren tezamen een forse ontwikkelingsimpuls. Bedrijventerreinen bij de weg vergen een zorgvuldige inpassingen en moeten zo mogelijk goed aangesloten worden op het OV-net. Daarnaast moet in dit kader worden nagedacht over de positionering van verder van de A1 en de A35 gelegen grote projecten zoals het Kennispark UT en de gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o.. De uitwerking van dit thema vindt plaats tijdens de werkplaats. Er wordt een stelpost gereserveerd. 2. Synergie tussen weg en spoor De parallelle ligging van de A1 en de Berlijnlijn biedt kansen om de relatie tussen de weg en het spoor te versterken. De snelle intercityverbindingen met belangrijke bestemmingen in de Randstad is een kracht van de regio. Zeker nu de wegverbinding congestiegevoeliger wordt kan de trein een goed alternatief zijn. Bovendien is de mogelijkheid om te kunnen kiezen een belangrijke pr6. De opgave is om de overstap van de auto op de trein vice versa goed te faciliteren. De uitwerking van dit thema wordt z.s.m. gestart. 3. Capaciteitsproblematiek (incl. transitverkeer) De beide netwerkanalyses (Stedendriehoek en Twente) geven aan dat op het traject Apeldoorn-Deventer het grootste knelpunt zit. Met name de Usselpassage brengt zowel regionaal als (inter)nationaal verkeer bij elkaar. Voor Twente is deze bottleneck een buiten het eigen gebied gelegen bedreiging voor de bereikbaarheid. Er zijn in de afgelopen jaren reeds studies verricht die het belang van de A1 benadrukken (Triple-A verbindingen en A1, recent RPB-rapport Wegen naar economische groei). Een deel van de Capaciteitsproblematiek wordt veroorzaakt door de forse groei is van het transit goederenvervoer. Verwacht wordt dat het transitvervoer, tezamen met het goederenvervoer dat een herkomst of bestemming in de zone heeft tegen 2020 de gehele rechterbaan zal vullen. Aangezien de gebruikte modellen niet zijn toegespitst op het transitverkeer kan bij de prognoses uit de netwerkanalyses een kanttekening worden geplaatst. Over mogelijkheden om het transitverkeer een positieve bijdrage te laten leveren aan de economie van de regio is geen informatie beschikbaar. De stelling lijkt gerechtvaardigd dat het transitverkeer relatief veel hinder toevoegt, en weinig waarde. De Capaciteitsproblematiek krijgt aandacht in de gebiedsgerichte verkenning van de Stedendriehoek en het Regionaal Mobiliteitsplan Twente. De Werkplaats zal gebruik maken van de gegevens uit deze verkenningen, waar nodig zal beperkt aanvullend onderzoek worden gedaan. 4. Bedrijventerreinen (kwantitatief en kwalitatief) Voor de economische ontwikkeling van Oost Nederland is de beschikbaarheid van ruimte voor bedrijvigheid van groot belang. De provincie Overijssel wil kunnen beschikken over vitale bedrijventerreinen die zorgen voor behoud en uitbreiding van de werkgelegenheid. Dat draagt bij aan de economische impuls. Dit thema wordt uitgewerkt in het programma Vitale bedrijventerreinen (zie projecten en programma's). De afweging tussen vraag en aanbod raakt ook de Omgevingsvisie. In de Werkplaats zal gebruik worden gemaakt van de resultaten die in het kader van het programma Vitale bedrijventerreinen worden verkregen. Afstemming tussen beide trajecten is van belang.
14
Werkplan Al-zone, CONCEPT 06-09-07
5. A1 als Scenic route De A1 komt, zeker voor het deel vanaf de Veluwe naar het oosten in aanmerking om het predikaat Scenic Route te krijgen (of Parkway). De verbeelding van het "visitekaartje", de zichtbare kant van de identiteit van het gebied. Langs de A1 vindt men een grote diversiteit aan panorama's. Hierbij kan een indeling gemaakt worden naar functionaliteit Te denken valt aan stadspanorama's landgoederen, werklandschappen, landelijk gebied, cultuurhistorische elementen etc. De snelweg A1 en de spoorlijn doorsnijden deze gebieden en maken het mogelijk om de diversiteit van dit landschap te beleven. Ook in het kader van recreatie biedt de diversiteit aan landschappen mogelijkheden. Voor dit thema wordt de bijdrage van het Steunpunt Routeontwerp (tezamen met RWS-O) afgewacht. Tevens wordt er samengewerkt met VROM in het kader van de Structuurvisie panorama's en de Snelwegzone. Door diverse andere partijen is reeds veel voorwerk verricht (Kunstenlab A1, DLG). De beschikbare informatie zal in het Werkplaatstraject worden ingebracht Andere bijdragen worden verwacht vanuit het programma Cultuur en Ruimte en het programma Ruimtelijke Kwaliteit. 6. Bevolkingsontwikkeling (demografie) In de netwerkanalyses wordt uitgegaan van een groei van zowel de totale bevolking als van het aantal arbeidsplaatsen in de periode tot 2020. Deze cijfers zijn in vrijwel alle gesprekken ter discussie gesteld. Literatuur (RPB/ Derks e.a. 2006) geeft aan dat Twente na Limburg als eerst aan krimp toe is. Overigens kunnen er per gemeente grote verschillen zijn, voor Hengelo wordt krimp voorspeld, voor Deventer groei. Bovendien gaat het om drie deelontwikkelingen: ontgroening, vergrijzing en krimp. Bij vergrijzing kan het gaan om een dubbele ontwikkeling: toename van het aandeel 65+ en het aandeel 80+. Bijdragen hierover worden naar verwachting geleverd door de regio Twente (in het kader van het RSV) en de regio Stedendriehoek. 7. PM
Internationaal
8. Toerisme en recreatie Overijssel presenteert zich als "Tuin van Nederland". Het is een provincie met veel groene kwaliteiten die zich uitstekend lenen voor recreatief-toeristisch gebruik door de eigen bevolking en toeristen. Naast de groene kwaliteiten bezit Overijssel ook veel cultuurhistorische waarden gelegen in stedelijkschoon, rustieke dorpen en oude landgoederen. De A1 c.a. ontsluit veel van deze gebieden. Denk aan de Hanzesteden Deventer en Zutphen, landgoeren bij Deventer, Diepenheim en Delden. Daarnaast de nationale parken Veluwe en Sallalndse Heuvelrug en het Nationale Landschap NO-Twente. Verder zijn te noemen kasteel Het Loo, de attractieparken Apenheul en Avonturenpark Hellendoorn, de steden Oldenzaal, Ootmarsum en de Stedenband Enschede-Hengelo-Almelo-Borne het het kasteelstadje Bentheim. Groene recreatie en cultuurrecreatie zullen de komende decennia steeds belangrijker worden. Dit biedt het gebied economische potenties. Daarnaast vragen ruimteclaims een goed afgestemd beleid om te voorkomen dat de recreatieve kernwaarden aangetast worden. In het A1 project worden de recreatieve ontwikkelingskansen verkend en worden voorstellen gedaan voor goede afstemming tussen recreatie en toerisme en de aanwezige kwaliteiten. Meerwaarde zit in het koppelen van een zo'n groot mogelijk aantal recreatief-toeristisch interessante gebieden. Gedacht kan worden aan gezamenlijke branding, signalering van attractieve gebieden (conform de snelwegen in Frankrijk), het aanwijzen van nieuwe gebieden die zich lenen voor intensieve vormen van recreatie, een infrastructurele kwaliteitsslag (bijv. recreatieve fietspaden en overstappunten), thematische invulling van de ontwikkelde netwerken voor wandelen, fietsen en paardrijden, verbeteren recreatieve ontsluiting, en een recreatrieftoeristsiche invulling van de aanwezige cultuur(historie). Wonen
15
Werkplan A1-zone, CONCEPT 06-09-07
PM
10. PM
Landschapsbeheer (integrale aanpak rood en groen/ 'groene diensten')
16
Werkplan Al-zone, CONCEPT 06-09-07
Bijlage 4: Concept Atlas A1-zone De Atlas wordt medio September verwacht
17
Werkplan Al-zone, CONCEPT 06-09-07
Bijlage 5: Personele invulling organisatie
Bestuurlijke Stuurgroep Theo Rietkerk, Gedeputeerde Ruimte, Wonen en Milieu Provincie Overijssel (voorzitter) Karel Loohuis, Portefeuillehouder Ruimte Rik de Lange, Portefeuillehouder Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen - Paul Boel VROM Vertegenwoordiger Rijkswaterstaat (nntb) Hans Reijnen, programmamanager A1-zone Hans van der Werf, ambtelijk opdrachtgever Ambtelijke begeleidingsgroep Hans Reijnen, programmamanager A1-zone (voorzitter) Kamiel Deinum, Regio Twente Gerard Sizoo/ Huub Hooiveld, Stedendriehoek - Paul Boel, VROM Edwin Rebel, RWS-Oost Tom Gronheid, provincie Overijssel Henk Geurtz, provincie Gelderland Marjoke Hoeve/ Mathijs Triou, projectsecretaris Provinciaal portefeuillehoudersoverleg A 1-Zone Theo Rietkerk, Gedeputeerde Ruimte, Wonen en Milieu Provincie Overijssel (voorzitter) Carry Abbenhues, Gedeputeerde Economie, Toerisme en Arbeidsmarkt, Job Klaasen, Gedeputeerde Mobiliteit, Financien en Bestuur Piet Jansen, Gedeputeerde Landelijk Gebied, Landbouw en Water Hans Reijnen, programmamanager A1-zone Hans van der Werf, ambtelijk opdrachtgever Provinciale Ambtelijke projectgroep Hans Reijnen, programmamanager A1-zone Ingrid Kalkhoven/ Piet Mossel, Economie en bedrijventerreinen Gerrit Valkeman, Landbouw & groen Dirk Klaarenbeek, Verkeer & Vervoer Marga Barink, Cultuur Tom Gronheid/ Martin Tijhuis, Ruimtelijke Ontwikkeling Marjoke Hoeve/ Mathijs Triou, projectsecretaris Provinciale ambtelijke kerngroep (nog invullen) Regelmatige consultatie Jandirk Hoekstra, AtelierOverijssel Bart van Bleek, projectleider Panorama's in de Snelwegzone Tertius Hanekamp, Steunpunt Routeontwerp - N.n.tb. NB: rol ambtelijk opdrachtgever in bovenstaande moet nog met hem besproken worden
18
Werkplan Al-zone, CONCEPT 06-09-07
Bijlage 6: Planning
Planning f ronde Week 40
41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52
1
2
3
4
5
6
7
8
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20
Activiteit B-i-ft'ii; :.;:•;; ;k;;; <:<:-\-&wx':v£ %&• £;;;* S :;>;;;vH:d;;;;x::x:;;ou:';;;
Formulering uitvraag werkplaatsmeester: expertmeeting Formulering uitvraag communicatiebureau Voorselectie bureaus t.b.v. Werkplaatsmeester Voorbe- Uitvraagverzending & wachten op offertes (werkpl) reiding Voorselectie bureaus tbv communicatie Gesprekken en selectie Werkplaatsmeester Uitvraagverzending & wachten op offertes (commu) Gesprekken en selectie communicatie Opstarttijd geselecteerde bureaus Voorbereiding kick-off bijeenkomst Qtart Regelen logistieke zaken, werkplaatsbijeenkomsten Kick-off bijeenkomst Voorbereiding 1e ronde sessies Sessie deelgebied 1 Verwerking sessie deelgebied 1 Bestuurlijke terugkoppeling Expertmeeting Sessie deelgebied 2 Verwerking sessie deelgebied 2 Agenda Bestuurlijke terugkoppeling Expertmeeting Sessie deelgebied 3 Verwerking sessie deelgebied 3 Bestuurlijke terugkoppeling Expertmeeting tb.v. integrate Voorbereiding rapport: Agenda A1 zone Druk rapport: Agenda A1 zone
a;
i - -..I i i
j ,<„,„; ,i i
ii
i
' '/ y
f
/ ,s'
19
Werkplan Al-zone, CONCEPT 06-09-07
Totaalplanning
Rondo 1 ' An&nrif) Do tf In if
vorming Ronde 2: Visievorming Bach lit
vorming Ronde 2: Programmenng
Week Ronde Voorbereiding Start Agenda Bestuurlijke ronde Bestuurlijke vaststelling Besluit 2e ronde Voorbereiding Start Visie Bestuurlijke ronde Bestuurlijke vaststelling Besluit 3e ronde Voorbereiding Start Programma
40 42 44 46 48 50 52j 2 !
4
6
8 10 12 14 16 18 20 22 24 26 28 30 32 34 36 38 40 42 44 46 48 50 52j
2
4
6
8 10 12 14 16 18 20 22 24 26 28 30 •:.
' '! ! ! !
i i
!
b..::..?'.&$lf
.-:,..:.,.
'
...-:..-•: \"7~r**J'.i%
! \ !
rj
\'"./-, '; ";
;/< Jfc,m,,,m
,
4
,
„
i i
i
!
1
i
' '
j
"'""'
:
„„
20
CONCEPT, 29 augustus 2007
Werkplaats A1-zone
Inleiding Er bestaat in Oost Nederland een breed draagvlak voor het ontwikkelen van een visie op de A1-zone als geheel. Hierbij wordt een zekere urgentie ervaren, gezien de toenemende ruimtedruk, het actuele debat over de kwaliteiten langs de snelwegen en het toenemende transitverkeer. De ontwikkelkansen in de zone moeten worden benut en de aanwezige kwaliteiten dienen te worden behouden en verstrekt. Hiervoor dienen de huidige en toekomstige ontwikkelingen in de zone een breder kader te worden geplaatst. Het programma A1-zone, dat begin 2007 op initiatief van de provincie Overijssel is opgestart, komt aan deze gedeelde wens tegemoet. Het programma A1-zone richt zich op de inrichting en soms op de ontwikkeling van het gebied in de directe omgeving van de weg en het spoor. Hierbij wordt in het bijzonder aandacht besteed aan de ruimtelijke kwaliteit: het behoud en de versterking van de open landschappen (panorama’s) en de kwaliteit van die ontwikkelingen die wél langs wegen worden gerealiseerd. Bij inrichting en ontwikkeling gaat het over alles wat ligt tussen de schaal van het gebiedsontwerp en de inpassing van de infrastructuur, en de schaal van de bewegwijzering. Deze passage uit de korte beschrijving A1-zone (juni 2007) geeft een globale aanduiding van de reikwijdte van het programma A1-zone. Het programma A1-zone zal uiteindelijk moeten bestaan uit een visie en een samenhangend pakket aan opgaven die een heldere connectie hebben en elkaar kunnen versterken teneinde de zone langs de A1 tot een visitekaartje van Oost Nederland te maken. De partijen in Oost Nederland zullen gezamenlijk de afweging moeten maken welke projecten en thema’s onderdeel van de A1-zone zijn en op welke punten synergie bereikt kan worden. De onderstaande notitie beschrijft hoe de aanpak van deze opgave vormgegeven wordt. De voorgestelde Werkplaatsaanpak vormt, naast het bestuurlijk traject, een belangrijk onderdeel van het werkplan A1-zone.
1.
Vroeg beginnen met tekenen en schrijven tegelijk
Maar wat zijn nu precies die ontwikkelkansen? Hoe definieer je (ruimtelijke) kwaliteit? Wat zijn de opgaven? Wat is de relatie tussen lopende trajecten in de A1-zone? Welke opgaven vallen binnen het invloedsgebied, en wat kan beter separaat worden opgepakt? Zijn er conflicterende programma’s? Met de korte beschrijving A1-zone (zie bijlage) heeft het programmateam A1-zone een eerste richting aangegeven om tot de beantwoording van dergelijke vragen te komen. Er is een eerste opzet gemaakt van een aantal thema’s en opgaven. Bovendien is er een “Atlas” gemaakt, waarin veel feiten en cijfers zijn opgenomen over verkeer en vervoer & bereikbaarheid, bevolkingsontwikkeling, economie, wonen, groen & blauw, etc. en over diverse sectorale programma’s. Dat levert nuttig basismateriaal op, dat aangevuld dient te worden met de plannen en programma’s van andere overheden. Maar de stap naar een gedragen visie vergt meer dan een “optelsom” van lopende plannen en
1
CONCEPT, 29 augustus 2007
programma’s. De ervaring leert bovendien dat werkende weg steeds nieuwe vragen en opgaven bovenkomen. En dat de publieke partijen het niet meer alleen af kunnen. Voor een meer uitgewerkt, onderbouwd en gedragen antwoord is dus de vroege inzet, input en denkkracht van publieke, private en maatschappelijke partners uit de regio noodzakelijk. En we willen werken in een proces waarin bewust ruimte gegeven wordt voor creativiteit, en waarin niet te veel al van tevoren vastligt. Daarom is gekozen voor de inrichting van een werkplaats A1-zone. De werkplaats (de naam zegt het al) is bedoeld om gezamenlijk actief met elkaar te werken aan een gedeelde visie op de A1-zone. De activiteiten in de Werkplaats zijn, afhankelijk van de opgave, te omschrijven als: in kaart brengen, visualiseren, beeldend agenderen, vragen formuleren, alternatieven en scenario’s schetsen, conflicten in beeld brengen, thema’s uitwerken, discussie oproepen en ondersteunen, door schaalniveaus heen werken, in- en uitzoomen, opvattingen uitwerken, inspelen op kansen, verdiepen, referenties zoeken, ontwerpend onderzoeken en onderzoekend ontwerpen, kortom: op zoek naar kansen, en ervaren worden als een uitnodiging om mee te denken en te doen. De werkplaats is dus bedoeld om tegelijkertijd te schetsen en te schrijven, waarbij soms ook al globaal de financiële consequenties van de verschillende opties in beeld worden gebracht. De ruimtelijke implicaties van beleidsmatige keuzes worden inzichtelijk gemaakt en beelden worden zorgvuldig toegelicht. De begeleiding van de werkplaats dient in handen te zijn van een deskundige onafhankelijke werkplaatsmeester. Hiervoor zal een extern bureau worden benaderd. Later in deze notitie worden de rol van het werkplaatsteam en de selectie van bureaus verder toegelicht.
2. Werken in meerdere ronden De Werkplaats kent meerdere ‘ronden’. In de eerste ronde staat de agendering centraal: welke thema’s spelen een rol in de A1-zone, welke projecten zijn hieraan gelinkt, wat zijn de onderlinge verbanden, welke partijen zijn hierbij betrokken etc. In deze fase worden al schetsend de opgaven in en rond de zone in beeld gebracht en wordt gekeken waar deze elkaar inhoudelijk én fysiek raken. De eerste ronde bestaat uit meerdere nader te specificeren sessies per deelgebied. In deze fase worden bestuurders, ambtenaren, deskundigen en private en maatschappelijke organisaties betrokken. En per gebied belangengroepen, en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven. Tussen de sessies door werkt het Werkplaats-team de resultaten van de diverse sessies uit. Het product van de eerste ronde is een gezamenlijke Agenda. De agenda zal op een nog nader te bepalen wijze een bestuurlijke afronding krijgen. De tweede ronde start met deze Agenda, die zal worden uitgewerkt tot een heldere visie voor de A1-zone. De Visie zal dan de vorm hebben van een aansprekend ontwerp. Hierin krijgen de diverse uitgewerkte thema’s een plek. Deze visie kan vervolgens in een derde ronde worden uitgewerkt tot een programma. De precieze invulling van deze tweede en derde ronde hangt voor een belangrijk deel af van het uitwerkingniveau van de agenda en de mate waarin bestuurlijke consensus kan worden bereikt. Daarom worden deze ronden pas in een later stadium inhoudelijk verder uitgewerkt.
2
CONCEPT, 29 augustus 2007
3. Relatie tot andere trajecten Rond de A1-zone speelt een groot aantal opgaven. Deze opgaven zijn van invloed op elkaar en op de A1. Een deel van deze opgaven is reeds opgepakt in (lopende) projecten en programma’s zoals de netwerkanalyses van Stedendriehoek en Twente of binnen Atelier Overijssel en het programma Cultuur en Ruimte andere zijn slechts benoemd als ‘thema’. Ook de rijksagenda kent een aantal relevante thema’s: Routeontwerp, Structuurvisie Panorama’s en de Snelwegzone VROM, Mooi Nederland. De insteek van de Werkplaats A1zone is het realiseren van verbinding tussen en versterking van de diverse opgaven rond de A1. Tijdens de werksessies willen wij komen tot samenhangende oplossingsrichtingen die de inhoudelijke input vormen waarmee de projecten/onderzoeken/trajecten binnen de A1-zone verder kunnen werken. 4. Aanpak Samenstelling Werkplaats-team: o Werkplaatsmeester: Er dient gekozen te worden voor een zware teamleider met een ontwerpachtergrond die zowel inhoud kan toevoegen als het traject kan regisseren. Dit zal betekenen dat er op sommige momenten actief wordt gestuurd, maar dat de teamleider op andere momenten de ruimte geeft aan creativiteit. Dit vereist de nodige competenties en ervaring met dergelijke trajecten. o Ondersteunende ontwerper(s): De teamleider wordt bijgestaan door 1 á 2 ontwerpers van hetzelfde bureau (korte lijnen) die verantwoordelijk zijn voor de uitwerking. o Schrijver(s): De beelden dienen voorzien te worden van een toelichting en omgekeerd. Daarom dient er ook een ‘schrijver’ in het team te worden opgenomen. o Naast deze meer generieke rollen dienen er ook aan aantal specialisten (evt. ad hoc) in het team opgenomen te worden. Te denken valt aan: een Verkeerskundig ontwerper, een Landschapsarchitect, een Specialist Ruimtelijke kwaliteit, en een Planeconoom.. Het vaste Werkplaats-team wordt per sessie aangevuld met gebiedsdeskundigen (bijvoorbeeld t.a.v. de lokale projecten). Het team kan worden bijgestaan door een klankbordgroep bestaande uit experts. Deelgebieden Omdat het gebied te omvangrijk is om in één keer te behandelen zal het worden ‘opgeknipt’ in 3 deelgebieden: - West: van (westgrens n.n.t.b.) tot over de IJssel - Midden: Twello tot de splitsing A1/A35. - Oost: Rijssen tot over de Duitse grens Er is bewust gekozen voor overlappende deelgebieden, om betrokkenen te stimuleren over de grenzen heen te kijken en eventuele knelpunten vanuit meerdere richtingen te benaderen. Deelname van ambtelijke vertegenwoordigers in andere deelgebieden (dan hun “eigen” deelgebied) is mogelijk (wenselijk). Werkmethode - Op basis van discussies en gezamenlijke activiteiten worden al schetsend en schrijvend ruimtelijke vraagstukken in kaart gebracht. Vervolgens worden de kansen en oplossingen en de consequenties hiervan geïnventariseerd. - Insteek vanuit de inhoud: met een gebieds- en projectoverstijgende blik naar de complexe opgaven kijken.
3
CONCEPT, 29 augustus 2007
-
-
-
De Werkplaats bestaat dus náást de reguliere sporen (zie onderdeel 3): deze worden vanuit de werkplaats van input voorzien (en omgekeerd). Daarom is van belang om inzicht te hebben in de planning en agenda’s van relevante trajecten. De Werkplaats verplaatst zich naar het deelgebied wat centraal staat. Er wordt een locatie gezocht (bij voorkeur bij een van de partners) en daar strijkt de Werkplaats voor een aantal aangesloten dagen in een week neer. Per week wordt een programma gemaakt. Tussen de ronden bevindt de Werkplaats zich op een vaste locatie. Daar bevindt zich de ‘bibliotheek’ met alle relevante documenten en kan het werkplaats-team de diverse uitwerkingen realiseren. Daarnaast biedt het de mogelijkheid om mensen te ontvangen.
Communicatie Naast het inhoudelijke traject, dat door de werkplaatsmeester ingevuld wordt is een goede communicatie van groot belang. De Werkplaats functioneert alleen als er tijdens de sessie voldoende kennis ‘in huis’ is. Er wordt daarom groot belang gehecht aan goede communicatie tussen de Werkplaats, de lopende trajecten en de publieke partners. De vertegenwoordigers van de trajecten worden uitgenodigd om aan de ateliers deel te nemen en hun specifieke kennis in te brengen. Bovendien zullen de overige deelnemers (private partijen, maatschappelijke groeperingen, bedrijfsleven, belangenorganisaties, etc.) bekend moeten zijn met wat er speelt en gaat gebeuren, en wanneer ze hun inbreng kunnen leveren. Via een actieve communicatie zal feed back ontvangen worden, en kunnen ook “nieuwe” onderwerpen geagendeerd worden. De communicatie zal ook ruimte bieden voor inbreng van individuele bewoners en betrokkenen. Tussentijds kunnen er daarnaast gerichte bijeenkomsten georganiseerd worden met specifieke deelnemers (bijv. in de vorm van een ronde tafel). De website zal een belangrijke rol spelen in het verspreiden van informatie en het op de hoogte houden van betrokkenen. Een ‘reizende’ werkplaats stelt bovendien de nodige eisen aan de logistieke organisatie en de communicatie. De betrokkenen dienen op de hoogte te worden gesteld van waar en wanneer het atelier zich op een specifieke plek bevindt en hoe de agenda er in die week uit ziet. Voor de organisatie en communicatie/ ondersteuning van de werkplaatsmeester dient capaciteit te worden geraamd. De ondersteuning zal o.a. verantwoordelijk zijn voor het goed en tijdig verzorgen van uitnodigingen en het verplaatsen en ter plekke equiperen van de werkplaats.
5. Opbouw Voorbereiding Om deze werkplaatsaanpak succesvol te laten zijn is het van belang een heldere uitvraag te formuleren zodat het voor het opdrachtnemende bureau duidelijk is wat het doel en het gewenste eindproduct van het traject zijn (het Programma aan het eind van de eerste ronde). Voorafgaand aan de opstart van de Werkplaats zal daarom een expertmeeting worden georganiseerd waarin de specifieke uitvraag (competenties werkplaatsmeester, nadere omschrijving Agenda) en de verdere invulling van de Werkplaats worden besproken. Selectie De werkplaatsaanpak vraagt om zeer specifieke competenties. Op basis van ervaringen in eerdere trajecten zal een shortlist van bureaus (incl. namen van werkplaatsmeesters) opgesteld worden op basis waarvan een drietal bureaus zal worden geselecteerd (na een
4
CONCEPT, 29 augustus 2007
check op beschikbaarheid). De bureaus worden gevraagd te offreren op basis van de uitvraag, maar krijgen de gelegenheid om zelf ook suggesties te doen. Een zelfde procedure zal gevolg worden voor het communicatiebureau dat het traject zal gaan ondersteunen. Ervaringen van de geselecteerde werkplaatsmeester zullen bij de selectie worden meegenomen. Na de beoordeling van de offertes zullen achtereenvolgens de werkplaatsmeester (deze brengt een tweetal teamleden mee) en het communicatiebureau geselecteerd worden. Kick-off Om de Werkplaats A1-zone direct ‘op de kaart’ te zetten wordt één centrale Kick-off georganiseerd waarvoor zowel breed (uitsturen aankondiging) als gericht (persoonlijk benaderen van key-spelers) wordt uitgenodigd. De relatie met de eerder benoemde ‘ronde tafel’ dient verder te worden uitgediept. De bijeenkomst zal primair een informerend karakter hebben, maar kan ook dienen om concretere afspraken te maken over de participatie in de deelsessies en het leveren van input. Ronden Daarna zal de hierboven beschreven ronden-aanpak van start gaan. De precieze invulling hiervan zal, mede op basis van de uitvraag en de ideeën van de geselecteerde werkplaatsmeester, verder te worden uitgewerkt. Voorafgaand, tussen en na de diverse ronden kan de inbreng van een aantal professionals (wellicht vanuit het netwerk van de Werkplaatsmeester en Programmamanager) helpen bij het verder concretiseren van de uitkomsten.
6. Bestuurlijke sturing Aangezien het programma A1-zone bestuurlijke grenzen overstijgt streven we ernaar om het (mede) opdrachtgeverschap door meerdere publieke partijen in te laten vullen. De komende periode zal de precieze rol- en taakverdeling t.a.v. het opdrachtgeverschap en de begeleiding verder worden ingevuld. Momenteel denken wij aan het inrichten van een bestuurlijke begeleidingscommissie en een ambtelijke begeleidingsgroep waarin ten minste de 2 provincie, de 2 regio’s de Rijkswaterstaat en VROM zitting hebben. De commissie stuurt dan vanaf de vaststelling van de opdracht op tussengelegen momenten, en bepaalt ook wanneer en hoe naar de respectievelijke bestuurlijke gremia wordt teruggekoppeld. In het traject nemen de Werkplaatsmeester en de programmamanager een grote rol in. Zij vormen de directe schakel tussen de Werkplaats en de opdrachtgevers en zijn verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding.
5
CONCEPT, 29 augustus 2007
Verbeelding Proces op Hoofdlijnen
Korte toelichting schema In de eerste ronde staat de agendering centraal: welke thema’s spelen een rol in de A1-zone, welke projecten zijn hieraan gelinkt, wat zijn de onderlinge verbanden, welke partijen zijn hierbij betrokken etc. In deze fase worden al schetsend de opgaven in en rond de zone in beeld gebracht en wordt gekeken waar deze elkaar inhoudelijk én fysiek raken. De eerste ronde bestaat uit meerdere nader te specificeren sessies per deelgebied. Een deel van deze opgaven is reeds opgepakt in (lopende) projecten zoals de netwerkanalyses van Stedendriehoek en Twente, andere zijn slechts benoemd als ‘thema’. Ook de rijksagenda kent een aantal relevante thema’s: Routeontwerp, Structuurvisie Panorama’s en de Snelwegzone VROM, Mooi Nederland. De insteek van de Werkplaats A1-zone is het realiseren van verbinding tussen en versterking van de diverse opgaven rond de A1.De tweede ronde start met deze Agenda, die zal worden uitgewerkt tot een heldere visie voor de A1-zone. Hierin krijgen de diverse uitgewerkte thema’s een plek.
6
CONCEPT, 29 augustus 2007
Planning Week Activiteit Bestuurlijke goedkeuring aanpak & selectieprocedure Formulering uitvraag werkplaatsmeester: expertmeeting Formulering uitvraag communicatiebureau Voorselectie bureaus t.b.v. Werkplaatsmeester Voorbe- Uitvraagverzending & wachten op offertes (werkpl) reiding Voorselectie bureaus tbv communicatie Gesprekken en selectie Werkplaatsmeester Uitvraagverzending & wachten op offertes (commu) Gesprekken en selectie communicatie Opstarttijd geselecteerde bureaus Voorbereiding kick-off meeting Start Regelen logistieke zaken, werkplaatsbijeenkomsten Kick-off bijeenkomst Voorbereiding 1e ronde sessies Sessie deelgebied 1 Verwerking sessie deelgebied 1 Bestuurlijke terugkoppeling Expertmeeting Sessie deelgebied 2 Verwerking sessie deelgebied 2 Agenda Bestuurlijke terugkoppeling Expertmeeting Sessie deelgebied 3 Verwerking sessie deelgebied 3 Bestuurlijke terugkoppeling Expertmeeting t.b.v. integratie Voorbereiding rapport: Agenda A1 zone Druk rapport: Agenda A1 zone Voorbereiding 2e ronde sessies
1
2
3
4
5
6
7
8
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32
7
Korte beschrijving A1-zone juni 2007
De A1-zone Transportassen brengen dynamiek De A1 en de Berlijnspoorlijn zijn twee parallelle transportassen die Nederland met Duitsland en Oost-Europa verbinden. Binnen Nederland vormen ze de slagader die Oost-Nederland met de Randstad verbindt. Transportassen koppelen van oudsher plaatsen met concentraties aan activiteiten, en nieuwe assen leiden ook weer tot nieuwe dynamiek bij aansluitingen en knooppunten. Zo zien we dat de vrij jonge A1 tot nieuwe ontwikkelingen leidt. De afgelopen decennia is zichtbaar hoe de Randstad zich uitbreidt langs haar belangrijkste ontsluitingswegen. De snelweg heeft zich de afgelopen decennia niet alleen als verbindingsas ontwikkeld, maar overduidelijk ook als vestigingsplaats . Bedrijven maar ook burgers vestigen zich in steden met een goede weg- of spoorverbinding naar de werkgebieden in de Randstad. De steden in een ring rond de Randstad, zoals bijvoorbeeld Almere, Zwolle en Arnhem, zijn aantrekkelijke vestigingslocaties voor bedrijven en burgers. Zolang de snelwegen een goede verbinding vormen met de werkgebieden dan blijft in de directe omgeving van snelwegen de vraag naar locaties voor bedrijven, voorzieningen en wonen bestaan, vooral rond knooppunten van snelwegen in de omgeving van de grote steden. De ruimtedruk in de omgeving van verstedelijkingsassen neemt toe. Met steden als Amersfoort, Apeldoorn en Deventer is de A1 ook één van de belangrijke verstedelijkingsassen van Nederland. De as loopt inmiddels door tot de netwerkstad Twente. Vanaf de jaren ’80 is er een beweging van west naar oost waarneembaar en vangen deze steden een deel van de ruimtevraag in de Randstad voor wonen en werken op. Het Overijsselse deel van de A1 komt meer en meer in de invloed van deze verstedelijkingsbeweging. Ook op en rond de spoorlijn zijn de ontwikkelingen zichtbaar: stationsgebieden zijn populaire ontwikkelingsgebieden geworden. De NS overweegt in de komende jaren het concept regiopoort in te voeren. Overstappen op een snelle trein vóórdat je in de file terechtkomt.
Economische potentie van de regio
Bereikbaarheid van de regio
Kwaliteit van de leefomgeving
De A1-zone biedt kansen om opgaven te verbinden De toenemende dynamiek kan de regio veel profijt brengen als de ontwikkelingen in samenhang beoordeeld en uitgewerkt worden. Het gaat daarbij om de samenhang, maar ook de wisselwerking, die in de figuur hierboven weergegeven is. In de onderstaande tekst wordt deze wisselwerking verder toegelicht. Lusten en lasten Een goede bereikbaarheid biedt kansen voor werkgelegenheid, voor nieuwe voorzieningen, en brengt dus welvaart. Maar tegelijkertijd levert meer mobiliteit en bereikbaarheid ook hinder: de barrièrewerking van de snelweg, geluidshinder, (fijn)stofproblematiek, meer druk op de natuur. Het benutten van ontwikkelingskansen heeft bovendien een toenemende druk op de ruimte tot gevolg. En met de ontwikkelingen komt ook de congestie dichterbij, waardoor de bereikbaarheid van de verder gelegen gebieden toch weer afneemt. Daarbij domineert het sterk groeiende transitgoederenverkeer in toenemende mate. Het voorkomen van verrommeling van ons landschap staat inmiddels niet voor niets hoog op de agenda. Politici in de Tweede Kamer spreken hun bezorgdheid uit over “het verdwijnen van open landschappen, wijzend op de kritiek op de hoeveelheid en kwaliteit van de bebouwing langs snelwegen (de ‘bedrijfsdozen’) en de voortgaande corridorvorming langs wegen waardoor steeds meer ‘open vensters naar het landschap’ verdwijnen.” Onder de noemer van het programma ‘Mooi Nederland’ geeft de minister van VROM prioriteit aan het tegengaan van deze verrommeling en het vergroten van de kwaliteit van het landschap. Ook wordt er meer aandacht besteed aan de balans tussen de realisatie van nieuwe bedrijventerreinen én de herstructurering en intensivering van bestaande terreinen. Leren en profiteren De A1 is een relatief ‘jonge’ snelweg waarvan het laatste deel pas in 1992 is gerealiseerd. Bovendien manifesteert de ruimtedruk zich verder naar het oosten nog wat minder. In vergelijking met veel andere snelwegen in Nederland is in de zone direct langs deze snelweg nog weinig sprake van verrommeling; vanaf de weg kan men de openheid van het landschap nog echt ervaren. Het gaat om grote kwaliteiten: mooie panorama’s, een aaneenschakeling van prachtige landschappen, afslagen die – zonder enige bebouwing – direct naar dorpen voeren. De ruimtedruk op de A1-zone neemt echter toe. En, in tegenstelling tot de landelijke panorama’s, is de kwaliteit van de stedelijke landschappen niet goed zichtbaar vanaf de A1.
Door de nog onaangetaste landschappen bestaat langs de A1 nog de kans om te leren van ontwikkelingen elders in het land. Initiatieven om gebieden te beschermen of tot een goed ontwerp voor weg en omgeving te komen zijn hier kansrijker. Groene en blauwe opgaven kunnen daarbij integraal meegenomen worden. De kunst is om te profiteren van de ruimte, maar tegelijkertijd de ruimtelijke kwaliteit hoog in het vaandel te houden. De A1 moet een echt visitekaartje van de regio worden. Sturen en stimuleren De ervaring leert dat de ruimtelijke ontwikkeling zijn eigen dynamiek heeft en zich niet makkelijk laat leiden. Het zal een forse opgave zijn om wel te profiteren van de ontwikkelingskansen, maar de lasten binnen de perken te houden. Dat vergt een actief sturend en stimulerend beleid van de verschillende overheden, het Rijk, de provincies, de regio’s en de gemeenten. Maar ook een groot draagvlak bij het bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en de bevolking. Sturen is aangeven wat waar wel en waar niet mag, en alternatieven creëren. Stimuleren is de gewenste ontwikkelingsmogelijkheden
ondersteunen en zorgen dat ze duurzaam ingepast worden. Door stationsontwikkelingen nadrukkelijk in beschouwing te nemen kan er meer uitwisseling ontstaan tussen weg, spoor (Berlijn-lijn) en regionaal openbaar vervoer. Dat kan een stimulans geven aan bestaande en nieuwe stationsgebieden Bij bereikbaarheidsproblemen: benutten, beprijzen en investeren Om gebieden bereikbaar te houden zijn allereerst benuttingsmaat regelen, beprijzing en alternatieven aan de orde. Voor de A1 is al een aantal ingrepen gerealiseerd. Als die maatregelen tezamen onvoldoende soelaas bieden om de oostelijker gelegen gebieden aan de A1 bereikbaar te houden kunnen investeringen in capaciteits uitbreiding nodig zijn. Het doel van het programma A1-zone is om de ontwikkelkansen van de A1 te benutten en de kwaliteiten te behouden en verder te versterken, om zo de zone tot een visitekaartje van Oost-Nederland te maken. Vriezenveen Ootmarsum
Hellendoorn
Heerde Wijhe
Nunspeet
Denekamp
Raalte Epe
Wierden
Olst
Weerselo
ALMELO N 35
Nijverdal
Oldenzaal
A 35
Heeten
A1
Enter
Vaassen
jn jn-li Berli
Diepenveen Schalkhaar
A 50
G
e
l
d
e
r
l
a
n
A1
Holten Delden
Losser
HENGELO
A1
DEVENTER
Goor
Bathmen
d
A1
Borne
Rijssen
Markelo
t he en Tw
A1
Overdinkel
ENSCHEDE kan
aal
A 35
Twello Glanerbrug
APELDOORN
Boekelo
Diepenheim Gorssel
N 18
A 35
ss
IJ
Epe
el
Voorst
Haaksbergen
Beekbergen
Lochem
A 50 Beleidsinformatie: cluster Geo-informatie apr.2007 nr.07295071
Zutphen Eerbeek
Neede
Borculo
Vorden
Alstätte
Eibergen
A1-zone als een visitekaartje van Oost-Nederland.
A1-zone als een visitekaartje van Oost-Nederland
Missie
ER-doelen
Doelen
Inspanningen/acties
Gronau
BetERe benutting Economische potentie
VerbetERen Bereikbaarheid van de regio
Goed ontsluiten van (econ.) belangrijke locaties
Opstellen visie knooppuntontwikkeling
HogERe Kwaliteit leefomgeving
De aanpak Wat verstaan we onder de A1-zone? De A1-zone is globaal het gebied dat in de invloedssfeer ligt van de A1 en de spoorlijn. We kijken vanuit twee invalshoeken: het gebied dat in de directe omgeving ligt en het gebied in de wat ruimere omgeving, dat functionele relaties heeft met de infrastructuur. De directe omgeving Onder de directe omgeving verstaan we het gebied dat – binnen zichtafstand – ter weerszijden van de snelweg en ter weerszijden van de parallelle spoorlijn ligt. Bij de aansluitingen met andere wegen kan de zone verbreden. In Twente zal ook de A35 worden betrokken. Aan het spoor zijn de bestaande en mogelijke nieuwe stations en hun omgeving van bijzonder belang. Het programma A1-zone onderzoekt daarnaast de wisselwerking tussen het spoor en de weg. Kan het spoor een deel van de functie van de weg overnemen? Wat vergt dat aan nieuwe verbindingen en faciliteiten? Wat zijn de mogelijkheden om tot een gedifferentieerd vestigingsmilieu te komen? De begrenzing aan de westzijde ligt nog niet vast, maar betreft in ieder geval het gehele gebied ten zuiden van Apeldoorn. Het programma richt zich hier op de inrichting en soms op de ontwikkeling van het gebied in de directe omgeving van de weg en het spoor, de wijze waarop het wordt ontsloten en op ontwikkelingsmogelijkheden van de stations. Bij inrichting en ontwikkeling gaat het over alles wat ligt tussen de schaal van het gebiedsontwerp en de inpassing van de infrastructuur, en de schaal van de bewegwijzering. Hierbij worden initiatieven om kunst een rol te laten spelen meegenomen. Een ruimer gebied heeft functionele relaties met de weg en het spoor De infrastructuur heeft een effect op een ruimer gebied: het onderliggende wegennet, de aansluitingen op de stads- en dorpscentra, en op de belangrijke winkel- en werkgebieden en voorzieningen. En omgekeerd hebben die gebieden effecten op de infrastructuur. We beoordelen de wisselwerking tussen het ruimere gebied en de infrastructuur, om knelpunten te kunnen opsporen, mogelijkheden te zoeken voor kansrijke ontwikkelingen en om afwegingen te kunnen maken over de soort bereikbaarheid van functies. Te denken valt aan recreatieve functies, kantoorlocaties, kennisconcentraties, landbouwontwikkelingsgebieden. Mogelijk biedt het concept ‘eiwitcorridor’ kansen. Hier richt het programma zich op het benoemen en ondersteunen van mogelijke ontwikkelingen.
Uitgaan van bestaand beleid Het risico van het breed beschouwen van de zone is dat we de hele regio’s ‘meenemen’ en overlappen creëren met andere, reeds lopende trajecten. Dat is zeker niet de bedoeling. We willen graag uitgaan van reeds geformuleerd beleid, zoals op het gebied van herstructurering en ontwikkeling van bedrijventerreinen, wonen en groen en water. Als er meer integrale belangenafwegingen tussen sectoren gemaakt moeten worden, kan er sprake zijn van nieuwe beleidsvoorstellen. Dit zal in goed overleg gebeuren met de betreffende publieke partij of sector. Op dat moment kan ook beoordeeld worden waar de voorstellen uitgewerkt worden. Bijvoorbeeld in de provinciale omgevingsvisie. Voor de mobiliteitsvraagstukken zal uiteraard uitgegaan worden van de recente netwerkanalyses voor de Stedendriehoek en voor Twente. De uitwerking ervan vindt plaats in de gebiedsgerichte verkenningen voor de beide regio’s. We maken graag gebruik van de regionale structuurvisie van de Stedendriehoek, en de nog in ontwikkeling zijnde regionale structuurvisie van Twente. Wat in andere trajecten uitgewerkt wordt vergt vooral afstemming. Samenwerken Tijdens de startdag A1-zone werd duidelijk dat het gevoel van urgentie gedeeld wordt: de publieke partners van de provincie Overijssel staan vrijwel unaniem achter het initiatief om een visie op de A1-zone te ontwikkelen. Het programma heeft een ‘grensoverschrijdend’ karakter: er zal zowel over de bestuurlijke grenzen als over de grens tussen publiek en privaat heen moeten worden gekeken. Succes zal dan ook afhangen van de kwaliteit van de samenwerking tussen alle betrokken partijen. Aansluiten bij de rijksagenda De A1 en de Berlijn-lijn behoren tot de hoofdverbindingsassen uit de Nota Ruimte en de Nota Mobiliteit. Op rijksniveau is daarnaast volop aandacht om infrastructuur in samenhang met gebiedsontwikkeling te plannen en om panorama’s te beschermen. Wij zoeken aansluiting bij de rijksagenda: het Meerjarenplan Infrastructuur Ruimte en Transport, Mooi Nederland, Routeontwerp en het project ‘Panorama’s en de snelwegzone’ van het ministerie van VROM.
Colofon Deze publicatie is onder regie van de Provincie Overijssel tot stand gekomen. Coördinatie en vormgeving Team Communicatie Print Team Documentproducties Voor meer informatie http://provincie.overijssel.nl/A1-zone