CONCEPT NOTULEN – GECORRIGEERD
Nummer : Onderwerp : ·Notulen van de vergadering van 24 september 2009
Notulen van de vergadering van de raad van de gemeente Oude IJsselstreek, gehouden op donderdag 24 september 2009 in de Drufabriek te Ulft.
Aanwezig:
J.P.M. Alberse, voorzitter J. van Urk, griffier P. van de Wardt, fractievoorzitter CDA Mw. A.A.F.J. Aalbers-van Ham, CDA H.J. Berentschot, CDA R.J.W.M. Bergevoet, CDA M.A.J. Hettinga, CDA J.B.M. Löverink, CDA B.J. Steentjes, CDA M. Tekinerdogan, CDA H.P.M. Teunissen, CDA J.H.M. Finkenflügel, fractievoorzitter Lokaal Belang GVS G.T. Colenbrander, Lokaal Belang GVS H.J. Hengeveld, Lokaal Belang GVS Mw. H.B. Hofs, Lokaal Belang GVS H.J.G.M. Hunting, Lokaal Belang GVS Mw. W.M. Nijhof-Groen, Lokaal Belang GVS G. Vossers, Lokaal Belang GVS G.L.J.M. Wildenbeest, Lokaal Belang GVS A.H.M. Menke, fractievoorzitter PvdA Ö. Delioglu, PvdA, Mw. M.M. Leijzer, PvdA J.B.H. Rutjes, PvdA H.J.T. Schenning, PvdA B.J. Siemes, PvdA R.J. Tomberg, PvdA W.H. Wensink, PvdA J.M.H.W. Sluiter, fractievoorzitter VVD D.J. Gussinklo, VVD
Voorts aanwezig:
Wethouder G.A. van Balveren, Lokaal Belang GVS Wethouder W.E.N. Rijnsaardt, Lokaal Belang GVS Wethouder J.F.M. Freriks, PvdA Wethouder J.W. Haverdil, PvdA Wethouder mw. C.M. Sluiter-Kuilwijk, VVD
Notulist:
T.J.H.M. Delfgaauw (Notuleerservice Nederland)
Notulen raad 24 september 2009
1
1.
Opening
De voorzitter heet om 20.00 uur ieder van harte welkom bij de raadsvergadering in de Drufabriek. Hij zegt dat deze eerste vergadering in de Drufabriek een bijzonder moment is en constateert dat zowel raad als college voltallig aanwezig is. Hij leest nu de gebruikelijke tekst voor ter opening van de vergadering. De heer Steentjes vraagt en krijgt het woord. Hij spreekt in het plaatselijk dialect als eerbetoon aan al degenen die hier vroeger in deze fabriek kwaliteitswerk geleverd hebben en onder zware omstandigheden hun brood verdiend hebben. Zij werkten vaak met een hamer en wisten daar goed werk mee te maken. Ook een raadsvoorzitter heeft een hamer nodig die past bij deze nieuwe omgeving. Daarvoor heeft hij namens de hele raad en de griffiemedewerkers een ‘driehamer’ meegenomen. Je kunt met die hamer een besluit aftimmeren, een debat afronden of mensen tot de orde roepen. Hij hoopt dat deze hamer een hulp kan zijn om gezamenlijk tot kwaliteitswerk te komen. De voorzitter dankt de heer Steentjes, de raad en de griffie voor dit mooie cadeau. Hij zegt dat de hamer goed in de hand ligt en goed doorklinkt. Hij wil graag bij deze bijzondere gelegenheid stilstaan. Hij begint met te zeggen dat een nieuw tijdperk is aangebroken. Op deze plek, zo vervolgt hij, begon 250 jaar geleden de ijzerindustrie en op deze plek sliepen nog vrij kortgeleden een aantal Polen. Op deze plek waar vroeger vaak slechte werkomstandigheden heersten, zijn nu mogelijkheden geschapen voor de inwoners. Mensen hebben zich afgevraagd of dit project niet een maatje te groot was. De raad heeft toch de knoop doorgehakt. Hij haalt professor Heertje aan, die vorige week bij de openingsmanifestatie zei dat het een duurzame investering was. Hij wijst erop dat met deze vaste vergaderplek een einde gekomen is aan de raadsvergaderingen in alle kernen van de gemeente. Dat was een goede ervaring, maar leidde volgens hem niet tot aanzienlijk meer bezoekers, maar hij denkt dat het misschien ook een illusie is om dat te verwachten. De werkelijke discussie moet voor de uiteindelijke raadsvergadering plaatsvinden. In het voortraject kunnen burgers echt hun inbreng hebben. De raad dient in dat voortraject goed te luisteren en verschillende meningen te herkennen en te respecteren. Hij vraagt zich af of er een kloof is tussen de burgers en de raad. Hij zegt dat dit ook afhangt van de mate waarin de burger zich kan herkennen in een bepaald besluit. Van belang acht hij vooral dat de burger serieus genomen wordt en dat belangen goed afgewogen worden. Dan zal de burger ook begrip hebben voor een besluit dat afwijkt van zijn mening. Hij bepleit goede verhoudingen in de raad, omdat deze de kwaliteit van de besluitvorming ten goede zal komen. Hij pleit tevens voor een dienstbare opstelling. Hij wijst erop dat Oude IJsselstreek een van de twaalf gemeenten is die meedoen aan de proeftuin burgerparticipatie. Hij komt terug op deze prachtige zaal. Er zullen vast kinderziektes zijn. Ook de nieuwe vergaderopstelling zal even wennen zijn. Hij wil ervoor zorgen dat in deze zaal, waar ooit de Polen sliepen, niemand indut. De Dru vlamt weer. Hij roept op om er met elkaar een groot succes van te maken. 2.
Vaststellen agenda
De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 3.
Permanente bewoning recreatieverblijven
Mevrouw Hofs geeft aan dat Lokaal Belang kiest voor legalisatie onder voorwaarden. Zij wijst op de historie, waaruit de worsteling blijkt die men in het hele land gehad heeft met dit hoofdpijndossier. Haar fractie kiest voor duidelijkheid voor iedereen op korte termijn. Zij constateert dat de raad, waaronder haar fractie, geen prioriteit toegekend heeft aan handhaving. Zij zegt dat gevraagd wordt om te kiezen uit drie varianten. Na uitvoerige beraadslagingen kiest haar fractie voor variant 1, legalisatie onder voorwaarden. De voorwaarden heeft haar fractie vastgelegd in een motie die zij voorleest. De gemeenteraad van Oude IJsselstreek,
Notulen raad 24 september 2009
2
in vergadering bijeen op 24 september 2009, constateert dat: • er permanente onrechtmatige bewoning plaatsvindt in woningen die een recreatiebestemming hebben; • dit in strijd is met het bestemmingsplan; • de huidige gemeenteraad en de voormalige raden van de gemeenten Wisch en Gendringen zich hebben uitgesproken tegen het toestaan van permanente bewoning van recreatiewoningen; • de toenmalig minister in 2003 een standpunt heeft ingenomen; is van mening dat: • de huidige, scheefgegroeide situatie moet worden opgelost en een toekomstige scheefgroei moet worden voorkomen; • niet moet worden ingezet op een handhavingstraject voor oude gevallen; • het een verschuiving is van problemen (o.a. maatschappelijke onrust, leegstand en verloedering) naar de toekomst; • bij het verlenen van een persoonsgebonden ontheffing voor oude gevallen ook handhaving het startpunt is; draagt het college op: daar waar legalisatie van permanente bewoning van recreatiewoningen mogelijk is, als volgt te starten met ‘legalisatie onder voorwaarden’: 1. het huidige beeld- en kwaliteitsplan van de woningen van het park ’t Isselt blijft intact; 2. alle woningen gaan vallen onder het hoogste welstandsniveau; 3. het park ’t Isselt is geen particulier terrein meer; 4. alle kosten van de legalisering, o.a. de gevolgen toetsing bouwbesluit, wijziging bestemmingsplan en aanpassing openbare ruimte, zijn voor rekening van alle eigenaren; 5. herhaling in de toekomst te voorkomen door het aanscherpen en beter formuleren van huidig en nieuw beleid; en gaat over tot de orde van de dag. De heer Gussinklo zegt dat de VVD kiest voor variant 1. Het gaat dan om het legaliseren van oude gevallen. Hij wil dat budgetneutraal doen en met duidelijke afspraken over de overdracht van het park ’t Isselt en over de kosten die gedragen moeten worden door de bewoners. De VVD maakt deze keuze met tegenzin. Hij ziet het als de minst slechte oplossing. De VVD wil niet graag meewerken aan het belonen van verkeerd gedrag en het creëren van rechtsongelijkheid. Als regels worden overtreden, moet er worden opgetreden. Maar hij vindt dat dan niet eerst jaren gedoogd moet worden, voordat men overgaat tot handhaving. De rechter heeft gemeenten soms in dergelijke situaties ongelijk gegeven. De voormalige minister Dekker heeft de mogelijkheid geboden om de problemen op te lossen. Hij kiest ook voor variant 1, omdat ’t Isselt goed aansluit bij bestaande wijken. De keuze voor variant 3 is juridisch complex en hij denkt dat de problemen dan nog lang zullen blijven voortbestaan. Variant 2 lost de problemen voor het moment op. Hij meent echter dat dan de problemen naar de toekomst verschoven worden. Er zal tientallen jaren op gelet moeten worden wanneer een persoonsgebonden ontheffing eindigt. Hij is bang dat zich schrijnende gevallen zullen gaan voordoen. Mensen hebben de regels overtreden en de gemeente deed er niets aan. De illegale bewoning van ’t Isselt is jarenlang gedoogd. De gelden die specifiek bestemd waren voor handhaving zijn zelfs geschrapt uit de begroting. Hij hoopt dat er nu een goede oplossing komt via het legaliseren van het park ’t Isselt. Het moet een gewone wijk worden en niet een park blijven, zoals de bewoners voorstellen. Mevrouw Aalbers zegt dat de raad gevraagd is te kiezen uit drie varianten. Er is heel veel onduidelijkheid en onmacht geweest bij de verschillende overheden. Op 10 juli 2009 komt er een persbericht van het kabinet. Het Rijk maakt een ontheffing mogelijk voor mensen die uiterlijk 31 oktober 2003 in een recreatiewoning zijn getrokken en deze sinds die tijd ononderbroken bewoond hebben. Ook mogen zij niet door de gemeente op de onrechtmatigheid zijn aangesproken. Zij zegt dat deze wet op 1 januari 2010 in werking treedt. Het CDA wil de problematiek in eigen handen houden, zodat nuanceringen nog aan te brengen zijn. Zij acht variant 3 onredelijk, omdat eerst vele jaren gedoogd is. Burgers moeten de gemeenten kunnen aanspreken op een consistent beleid. Het moge nu wel duidelijk zijn dat bij een inconsistent en ondoorzichtig beleid de overheid de problemen over zichzelf afroept.
Notulen raad 24 september 2009
3
Haar fractie ziet variant 1 als de meest pragmatische oplossing, die jaarlijks veel handhavingskosten zal schelen. Maar de fractie vindt dat economische motieven het recht niet opzij mogen schuiven. Dit zou de bijl zijn aan de wortels van de democratische proces voering. Tevens is de CDA-fractie de mening toegedaan dat legalisering rechtsongelijkheid zou creëren ten opzichte van de andere burgers in onze gemeente. Aan iedere bestemming zijn specifieke voorschriften verbonden, zo ook aan een recreatieve bestemming, waarbij iedereen had kunnen weten dat permanente bewoning niet is toegestaan. De wijze waarop de handhavingsprocedure de laatste jaren is uitgevoerd en de stilzwijgende aanvaarding van permanente bewoning in de recreatiewoningen heeft bij de bewoners in kwestie echter geleid tot een basis van opgewekt vertrouwen. Dit opgewekt vertrouwen waaraan de huidige bewoners menen rechten te kunnen ontlenen kan volgens de CDA-fractie derhalve slechts leiden tot een persoonsgebonden ontheffing. Het CDA kiest derhalve voor variant 2, de persoonsgebonden ontheffing van oude gevallen. Voor bewoners die na 1 november 2003 in de recreatiewoning trokken, dient een ontheffing van een jaar verleend te worden voor het zoeken naar een woning elders. Bovendien dringt haar fractie erop aan om aan variant 2 een zogenoemde hardheidsclausule te verbinden die van toepassing is voor de bijzondere omstandigheden en andere schrijnende gevallen. Duidelijke communicatie over de toetsingscriteria en de aanvraag van de ontheffing zijn een gebiedende voorwaarde voor haar fractie. De fractie wenst gelijke behandeling, onverschillig of er wel of niet handhavend is opgetreden, evenals een ruimhartige interpretatie van de persoonsgebonden ontheffing. Zij verzoekt het college een plan van aanpak op te stellen om actief te handhaven bij recreatieverblijven. Ten slotte zegt zij dat de heer Menke dadelijk een motie, mede namens het CDA, zal indienen. De heer Menke zegt dat de eerste termijn van de PvdA-fractie in de discussie over de permanente bewoning van recreatieverblijven relatief kort is vandaag. Dit in tegenstelling overigens tot de slepende procedure die de discussie sinds jaren, ook en misschien wel vooral door ons, heeft doorlopen. Laat ik beginnen met te melden dat, in tegenstelling tot wat anderen suggereren en beweren, de PvdA-fractie erg heeft geworsteld met het probleem, de keuzes en de uiteindelijke oplossingen. De meningen daarover liepen in onze fractie fors uiteen. Van “laten we de boel maar snel legaliseren, van de wijk ook een gewone woonwijk maken, niet meer over praten, kortom zand erover” tot: “handhaven en nu echt en tot het einde”. Ik vermoed dat het in andere fracties niet veel anders is gegaan. De PvdA-fractie is zich ook degelijk bewust van het feit dat ze jarenlange mede verantwoordelijkheid heeft gedragen voor dit dossier. De PvdA-fractie realiseert zich ook dat we in dit dossier, weinig doortastend zijn geweest en als overheid onze betrouwbaarheid daarmee zeker niet hebben vergroot. De PvdA-fractie constateert echter vooral ook dat alle betrokken partijen grote klonten boter op hun hoofd hebben: in de eerste plaats de voormalige gemeente Gendringen die zwembad “de Oase” voor een habbekrats verkoopt aan een lokale ondernemer, zonder keiharde garanties voor de uiteindelijke bestemming. De latere projectontwikkelaar die op een ongehoorde hufterige wijze de hand heeft gelicht met de invulling van het bestemmingsplan. De makelaar die uit eigen belang en louter commerciële overwegingen het niet zo nauw neemt met de informatie en de waarheid. De gemeente opnieuw, die in de realisatiefase telkens achter de feiten aanloopt en achteraf steeds fouten, soms zelfs oplichterij oogluikend toestaat. Bovendien handhaaft de gemeente vervolgens op een verschrikkelijk indrukwekkend manier, namelijk helemaal niet. Ook veel boter op hun hoofd hebben de bewoners, die al jaren en ook nu nog telkens uitspraken opvoeren van mensen en instanties die hen toch hebben bezworen dat er niets aan de hand was. Ik weet zeker dat alle bewoners van het eerste uur steeds wisten wat ze deden. In de gesprekken met de makelaar, bij het tekenen voor de hypotheekakte bij de bank, tijdens de overdrachtshandelingen bij de notaris, in gesprekken met de nieuwe buren. Steeds wisten ze waar ze mee bezig waren. Namelijk permanent wonen in recreatiewoningen op een recreatiepark. Ze hebben voor zichzelf een inschatting gemaakt van de risico’s en daar ook welbewust voor gekozen. Genoeg over het verleden, we moeten verder. We moeten van de minister voor 1 januari 2010 duidelijkheid geven aan de bewoners van recreatiewoningen. Het kan haar niet schelen of we streng zijn (en mensen uit hun huis zet) of mild wil zijn (en de permanente bewoning legaliseren), zolang er maar duidelijkheid komt. En dus ligt de bal nu nadrukkelijk bij ons. De PvdA-fractie wil die verantwoordelijkheid nemen en heeft daarom haar keuze gemaakt. En die keuze is: We willen alle huidige bewoners van ’t Isselt’ en hun partners, diegenen dus die vandaag, 24
Notulen raad 24 september 2009
4
september 2009, op het recreatiepark ’t Isselt’ wonen, toestaan te blijven wonen door middel van een persoonsgebonden ontheffing. Dit betekent dat de recreatiewoningen recreatiewoningen blijven, maar de bewoners die er nu permanent wonen er niet uit hoeven. Die krijgen een persoonsgebonden ontheffing en mogen blijven wonen. Maar… als ze vertrekken is het weer gewoon een recreatie woning. En dat was het ook al toen ze er gingen wonen. Want wat de PvdA-fractie niet wil is dat deze recreatiewoningen gewone huizen worden en deze gebieden gewone woonwijken. Legaliseren door middel van een bestemmingsplanwijziging leidt namelijk tot onttrekking aan het aantal recreatiewoningen, terwijl we juist de recreatie in onze gemeente willen bevorderen. Onder andere daarom kiest de PvdA-fractie voor de persoonsgebonden ontheffing. ●met deze keuze kunnen die mensen die voldoen aan de voorwaarden daarmee in hun recreatiewoning blijven wonen; ●op deze wijze wordt een overgangssituatie gecreëerd, ook wel een sterfhuisconstructie genoemd; ●de handhaving wordt op deze manier hanteerbaar en uitvoerbaar; ●deze constructie leidt uiteindelijk tot het beëindigen van de permanente bewoning van recreatiewoningen in de Oude IJsselstreek; ●met deze regeling wordt voorkomen dat zowel de gemeente als de bewoners van recreatiewoningen onevenredig schade ondervinden; ●bijkomend voordeel daarbij is dat bestaande bestemmingsplannen geen geweld wordt aangedaan. En daarmee recht aan iedereen wordt gedaan; Ik heb namens de fractie een motie gemaakt die ons standpunt zo goed mogelijk probeert te verwoorden. Met die motie willen we duidelijkheid scheppen voor alle partijen die betrokken zijn bij dit dossier. Wij denken dat de motie voldoet aan heel veel uitgangspunten; 1. 2. 3. 4. 5. 6.
handhaven door middel van een persoonsgebonden ontheffing is volgens de wet het is een overgangsregeling het mag van de minister van VROM, de provincie en het VNG het is niet in strijd met bestaande bestemmingsplannen er zal wezenlijk niets veranderen partijen hoeven geen ellenlange, tijdrovende en geldverslindende procedure te doorlopen 7. de raad voldoet aan haar plichten richting ál haar burgers en ingezetenen 8. het is een humane manier om het probleem van de permanente bewoning van recreatiewoningen op te lossen 9. het maakt een einde aan de onzekerheid Wij hebben voor deze oplossing gekozen omdat de PvdA-fractie denkt dat de manier om van overtreden van de regels af te komen niet is het veranderen van die regels. De raad van de gemeente Oude IJsselstreek, in vergadering bijeen op 24 september 2009, overwegende dat: • in de gemeente Oude IJsselstreek een groot aantal personen onrechtmatig, op onder andere ’t Isselt, een recreatiewoning permanent bewonen, van wie velen al gedurende vele jaren; • de raad enerzijds steeds heeft vastgesteld dat er niet wordt meegewerkt aan permanente bewoning van recreatiewoningen; • de raad anderzijds groot belang hecht aan de geloofwaardigheid en de praktische uitvoerbaarheid van het beleid; • sprake is van onrechtmatige bewoning van recreatieverblijven omdat het woongebruik in strijd is met de bestemmingsvoorschriften van de recreatieve bestemming; • recreatie en toerisme speerpunten zijn van het beleid in de gemeente Oude IJsselstreek; • consequente feitelijke handhaving van het verbod op permanente bewoning van recreatiewoningen momenteel in de praktijk zeer problematisch is, onder meer door het grote aantal gevallen
Notulen raad 24 september 2009
5
waartegen opgetreden moet worden, de complexiteit van de handhaving en de grote handhavingscapaciteit die daarvoor vereist is; • ook landelijk al geruime tijd op alle niveaus een discussie wordt gevoerd over deze problematiek en over de oplossingen daarvoor; • de minister van VROM inmiddels specifieke maatregelen heeft getroffen om gemeenten in staat te stellen deze problematiek op praktische wijze op te lossen; • de raad wil streven naar een geloofwaardige en uitvoerbare oplossing die recht doet aan de bewoners die lang in onzekerheid hebben verkeerd en die in lijn is met de door de minister van VROM voor dit doel vastgestelde maatregelen; • de raad streeft naar een eenduidig beleid voor alle bewoners van onder andere ’t Isselt; • de raad streeft naar een zo groot mogelijk draagvlak; • het gewenst is om na het verlenen van persoonsgebonden ontheffingen (ook in andere gebieden) geen ‘grijze’ situaties meer te laten voortbestaan; verzoekt het college: • middels de officiële publicaties in de lokale media de inwoners van de gemeente Oude IJsselstreek die vóór en op 31 oktober 2003 onrechtmatig een recreatiebewoning bewoonden en dat ook nu nog doen op de hoogte te brengen van de mogelijkheid om een persoonsgebonden vrijstelling voor permanente bewoning aan te vragen bij de gemeente; • degenen die vóór 31 oktober 2003 een recreatiewoning illegaal permanent bewoonden een ontheffing te verlenen het gebruik daarvan voort te zetten, maar hun rechtsopvolgers niet; • daarbij geen beroep te doen op het huidige artikel 20 lid 5 (20,5 Bro) waarin staat dat een dergelijk verzoek om vrijstelling moet worden afgewezen indien de gemeente op 31 oktober 2003 beschikte over gevoerd handhavingsbeleid; • passende oplossingen te zoeken voor de bewoners die na 31 oktober 2003 op onder andere ’t Isselt permanent zijn gaan wonen en niet onder de regeling vallen en de resultaten hiervan terug te koppelen; • die persoonlijke ontheffing te verlenen aan die bewoners die een dergelijke aanvraag indienen en die daarvoor ook in aanmerking komen; • een plan van aanpak op te stellen voor de actieve handhavingsacties, na afgifte van de persoonsgebonden ontheffingen, gericht tegen illegaal gebruik van recreatieverblijven; • in het plan van aanpak een hardheidsclausule op te nemen om in bepaalde gevallen tegemoet te kunnen komen aan onbillijkheden van overwegende aard, die zich bij de toepassing van de regeling mochten voordoen. Mevrouw Hofs verzoekt een schorsing voor beraad. De voorzitter wil dit verzoek toekennen, nadat de wethouder zijn antwoord in eerste termijn gegeven heeft. Wethouder Haverdil bevestigt de mening van partijen die zeggen dat het een hoofdpijndossier is. Hij bespeurt in de bijdragen van alle fracties dat er een zorgvuldige afweging heeft plaatsgevonden. Hij heeft in de laatste raadsrotonde een klemmend beroep gedaan op de fracties om tot raadsbrede consensus te komen, omdat de raad ook gezamenlijk verantwoordelijk is voor dit dossier. Hij ziet dat er uiteindelijk twee stromingen zijn. Een stroming kiest voor legalisering en de andere kiest voor de persoonsgebonden ontheffing. Hij doet toch nog een keer een klemmend beroep om te bezien of de partijen bij elkaar kunnen komen. Hij verzoekt de andere partijen om toch de motie van CDA en PvdA te steunen. Hij zegt dat de motie van Lokaal Belang op zich uitvoerbaar is, zij het met een kanttekening. Hij vraagt zich af of het juridisch afdwingbaar is om de kosten van aanpassing tot een woonwijk om te slaan over alle bewoners. De voorzitter schorst de vergadering nu voor een kwartier. Mevrouw Hofs zegt dat het CDA spreekt over ruimhartig omgaan. Zij vraagt wat de toetsingscriteria zijn. Zij vraagt wat er in de toekomst met ’t Isselt gaat gebeuren als dit terrein de recreatieve functie terugkrijgt. Zij vraagt wat schrijnende gevallen zijn. Van de PvdA wil zij graag weten wat de recreatieve waarde van ’t Isselt tot op heden is geweest en hoe de PvdA de recreatieve waarde van ’t Isselt in de toekomst ziet. Lokaal Belang vindt dat het geen pas geeft dat wethouder Haverdil zegt dat de raad geen gelden beschikbaar heeft gesteld. Er is volgens haar geen budget, geen dekking en er zijn geen
Notulen raad 24 september 2009
6
handhavingscriteria. Zij kiest ervoor de motie te handhaven en verzoekt namens Lokaal Belang om een hoofdelijke stemming te houden over de motie van deze partij. Mevrouw Aalbers geeft in antwoord op mevrouw Hofs aan wat met ruimhartig omgaan bedoeld wordt. Zij zegt eerst dat het een complex dossier is. Dat blijkt uit het volgende voorbeeld. Nu er mogelijk sprake is van legalisering merkt zij dat bewoners die eerst deden voorkomen of ze hier niet permanent wonen nu juist trachten te bewijzen dat ze hier al heel lang permanent wonen. Omdat het precieze aantonen heel lastig is, wil het CDA hier humaan mee omgaan. Verder vraagt mevrouw Hofs aan haar wat er moet gebeuren als er woningen leeg komen te staan. Zij zegt dat dit ook elders gebeurt. Wat betreft de schrijnende gevallen laat zij graag de uitwerking over aan het college. De heer Menke zegt dat door de raad – ook nog door Lokaal Belang in 2006 – verzoeken tot bestemmingsplanwijziging afgewezen zijn met het argument van de recreatieve bestemming. ’t Isselt maakt deel uit van het plan Engbergen. Bovendien zegt hij dat het door de raad gewenst is om Oversluis en Hutten-Zuid niet aan elkaar te bouwen. Het zou dus lastig zijn als daar een woonwijk komt. De PvdA wil zich niet bemoeien met alle speciale gevallen. Die bevoegdheid wordt aan het college gegeven via de hardheidsclausule. Hij vraagt aan mevrouw Hofs of het college niet voor een onmogelijke taak gezet wordt als blijkt dat de kosten van legalisering niet afdwingbaar zijn. Mevrouw Hofs zegt duidelijkheid te willen hebben voor de bewoners van ’t Isselt. Haar zijn vier gevallen bekend die niet onder de persoonsgebonden toewijzing komen te vallen. Zij wenst een heldere en gelijke oplossing voor iedereen. Mevrouw Aalbers zegt dat in de motie duidelijk staat dat er passende oplossingen gezocht moeten worden voor de bewoners die na 31 oktober 2003 permanent zijn gaan wonen. Zij zou liever hebben gezien dat het beleid pas in zou gaan op het moment dat de raad zijn beleid vastgesteld heeft. Aan het college wordt overgelaten wat de mogelijkheden zijn binnen het juridische kader. Als er een collegevoorstel ligt, zal het CDA reageren. Het gelijkheidsbeginsel kan niet uitgevoerd worden, omdat alleen ’t Isselt gelegaliseerd zou kunnen worden. De heer Menke bevestigt dat de PvdA graag iedereen die nu op ’t Isselt of in een andere recreatiewoning woont zou willen meenemen in een gedoogbeleid. Mevrouw Aalbers vraagt hoe Lokaal Belang denkt dat het huidige beeld- en kwaliteitsplan in stand kan blijven. Mevrouw Hofs zegt dat de huidige uitstraling, met de huidige kleuren en dezelfde stijl, bewaard moet worden. Zij blijft ten aanzien van de recreatieve waarde van ’t Isselt van mening verschillen met de PvdA. Zij vindt het echt een woonwijk aan de rand van Ulft. Verder vraagt Lokaal Belang zich af of er wel afgeweken kan worden van de datum van 31 oktober 2003, zoals door het Rijk is opgedragen. De heer Gussinklo zou meer duidelijkheid willen hebben over de juridische haalbaarheid van het verhalen van de aanpassingskosten van het bestemmingsplan op de bewoners. Wat betreft de motie van CDA en PvdA meent hij dat het eerste en vierde bolletje op de tweede pagina dubbelop zijn. Verder meent hij dat de grens van 31 oktober 2003 keihard is. Inzake de hardheidsclausule begrijpt hij de bedoeling. Hij ziet het als een oprekking van de datum van 31 oktober 2003, die eigenlijk neerkomt op legalisatie. De heer Menke noemde het onttrekken van woningen aan de voorraad van recreatiewoningen ongewenst. Spreker zegt dat in feite het hier al jaren niet meer gaat om recreatiewoningen en dat dit ook nog lang zo zal blijven. Hij wijst erop dat momenteel de markt voor recreatiewoningen nogal verzadigd is. Mevrouw Aalbers zegt dat in het eerste bolletje op pagina 2 een beperking staat op de persoonsgebonden ontheffing waarover in het vierde bolletje gesproken wordt.
Notulen raad 24 september 2009
7
De heer Menke zegt dat de geleerden het er nog niet over eens zijn of de gekozen oplossing kan. Hij kiest ervoor om de mogelijkheden te onderzoeken en een eventuele mogelijkheid te gebruiken. Als gezegd wordt dat de motie het probleem naar de toekomst verschuift, is hij van mening dat het probleem op deze manier hanteerbaar en tijdelijk wordt. De heer Haverdil antwoordt eveneens de heer Gussinklo, die vroeg naar de afdwingbaarheid van het verhalen van de kosten van de openbare ruimten. De kosten voor aanpassing kunnen 300.000 euro zijn. Hij twijfelt of dit bedrag op alle bewoners te verhalen is. Als er maar twee niet meedoen, komen er problemen. Want als het 1 januari is, moet aan degenen die passen binnen de regeling van het Rijk een beschikking gegeven worden. Daarom pleit hij voor aansluiting bij de motie van CDA en PvdA, die ook uitspreekt dat een creatieve oplossing gevonden moet worden voor de mensen die net niet binnen de regeling passen. De heer Gussinklo zegt dat zijn vragen beantwoord zijn, hoewel niet naar zijn tevredenheid. De opmerking van de wethouder over een creatieve oplossing vindt hij rieken naar gemeentelijke ongehoorzaamheid. De voorzitter antwoordt dat het college binnen de wet wil blijven en dat hij daar ook op zal toezien. De heer Haverdil is bereid een strijd aan te gaan over gevallen die net over de rand vallen. Als de raad een oplossing humaan vindt, dan wil hij daarvoor gaan en dat vindt hij geen burgerlijke ongehoorzaamheid, maar het gebruiken van alle rechtsmogelijkheden. Mevrouw Hofs heeft problemen met de hoge kosten die handhaving in de toekomst kan opleveren. De voorzitter telt via hoofdelijke stemming 10 stemmen voor en 17 stemmen tegen motie 1. Vervolgens brengt hij motie 2 van het CDA en de PvdA in stemming en constateert dat deze met 17 stemmen voor en 10 stemmen tegen is aangenomen. Hij zegt dat met het aannemen van deze motie het debat is afgerond en meldt het vertrek van de Löverink uit de vergadering. 4.
Aanbesteding accountant 2009-2012
De heer Steentjes spreekt als plaatsvervangend voorzitter namens de raad over de bevindingen bij de keuze van een accountant. Hij zegt dat een aanbestedingsprocedure is gevolgd waarbij drie bedrijven gevraagd is een offerte uit te brengen. Tevoren is een matrix gemaakt, met een aantal beoordelingscriteria en wegingsfactoren, om zo een zo goed mogelijke keuze te maken. Uit deze weging komt Ernst &Young als beste naar voren. Dit betekent ook dat afscheid genomen wordt van Deloitte, waarmee vier jaar is samengewerkt. De voorzitter vraagt of iedereen inderdaad instemt en besluit vervolgens met een ‘driehamerslag’. 5.
Subsidiëring Stichting Stadsherstel Terborg
De raad gaat met een hamerslag akkoord. 6.
Wijziging legesverordening/Vaststellen leges trouwlocatie Drufabriek
De raad gaat met een hamerslag akkoord. 7.
Aanpassing reglement van orde gemeenteraad
De raad gaat met een hamerslag akkoord. 8.
Vaststelling bestemmingsplan Landgoed Ruyssengoet
Notulen raad 24 september 2009
8
De raad gaat met een hamerslag akkoord. 9.
Voorbereidingsbesluit voor enkele percelen in het buitengebied
De raad gaat zonder discussie akkoord. 10.
Vaststelling beeldkwaliteitsplan en bestemmingsplan Hutten-Zuid, deelplan 4 (Kop van Zuid)
De raad gaat zonder discussie akkoord. 11.
Verordening Wet inburgering gemeente Oude IJsselstreek 2009
De heer Wildenbeest zegt dat de gemeente de taak heeft de inburgeraars goed te informeren, wat met deze doelgroep lastig is. In de verordening worden de informatieverstrekking, de vorm van aanbod van voorzieningen en de hoogte van de bestuurlijke boetes geregeld. Zijn fractie vindt de inburgering erg belangrijk. Het zou mooi zijn als de bestuurlijke boeten kunnen wegblijven, omdat de mensen intrinsiek gemotiveerd zijn om het traject te volgen. Lokaal Belang stemt in met de verordening en wacht verdere regelgeving af. De heer Delioglu zegt dat hij niet wil herhalen hoe belangrijk de inburgering is. Dat heeft de heer Wildenbeest al naar voren gebracht. Hij ziet dat in de verordening gekozen is voor prioritaire doelgroepen. Nu valt de doelgroep oudkomers buiten de boot. Hij heeft tijdens de raadsrotonde aan de wethouder gevraagd om welke redenen niet aan iedere burger het aanbod tot inburgering gedaan wordt. De enige reden was het geld. Hij zegt dat de kosten bij het ministerie terug te vragen zijn. Het ministerie heeft de gemeenten opgeroepen om meer mensen te laten inburgeren. Als mensen het zelf moeten gaan bekostigen, is dat wrang. Want zij hebben hun best gedaan om in te burgeren door werk te vinden. Om die reden zouden zij nu zelf 750 tot 1500 euro moeten betalen, naast kosten voor reizen en kinderopvang. Als de werkgever hun niet in de gelegenheid stelt om het inburgeringtraject te volgen, kan het zijn dat men zelfs minder moet gaan werken. Hij verzoekt om alle mensen die sinds 1 januari 2007 inburgeringsplichtig zijn een aanbod te doen. Daarom brengt hij het volgende amendement in. De raad van de gemeente Oude IJsselstreek in vergadering bijeen op 24 september 2009. Ondergetekende stelt het volgende amendement voor: De Verordening Wet inburgering 2009, artikel 3, aanwijzing van de doelgroep, als volgt aan te passen: Het college wijst de groepen inburgeringsplichtigen aan waaraan het bij voorrang een inburgeringsvoorziening kan aanbieden op basis van de volgende criteria; de eerste drie criteria worden gehandhaafd en toegevoegd wordt het volgende criterium: inburgeringsplichtigen die al voor 2007 in Nederland woonden en een inkomen hebben uit arbeid. Op basis hiervan kunnen de volgende doelgroepen worden aangewezen als prioritaire doelgroepen: A. Uitkeringsgerechtigde inburgeringsplichtigen. B. Verzorgende ouders zonder inkomen uit werk of uitkering. Toegevoegd wordt: C. Oudkomers met inburgeringsplicht met inkomen uit werk. De heer Tekinerdogan zegt dat hij verrast is door dit amendement. Het is een aanvulling met de groep die al voor 1 januari 2007 in Nederland woonde en inkomen uit arbeid heeft. Hij vraagt of de kosten wel uitgerekend zijn. Hij vraagt of alle kosten bij het ministerie terug te halen zijn. Met zijn fractie wil hij even overleggen over de vraag of dit amendement moet worden gesteund. De heer Delioglu zegt dat alle kosten die gemeenten maken in het kader van de inburgeringsplicht terug te vragen zijn bij het ministerie. Iedere gemeente krijgt een bedrag voor het traject dat aangeboden wordt. De gemeenten maken een lijst van de extra inburgeringsplichtigen die zij willen helpen en de extra kosten kunnen zij bij het ministerie terugvragen. De heer Tekinerdogan zegt dat het een probleem kan zijn, als die pot niet meer beschikbaar is.
Notulen raad 24 september 2009
9
De heer Delioglu zegt dat het de bedoeling is dat het geld komt uit deze pot, die beschikbaar is gesteld met de gewijzigde wet. De heer Wildenbeest vindt het een sympathiek amendement. Maar hij is er niet gerust op dat dit niet ten koste gaat van andere zaken. Misschien moet dan uit het participatiebudget geput worden. Bovendien weet hij niet of zo’n extra toestroom te behappen is. Wat betreft de reiskosten meent hij dat die mee zullen vallen, omdat het traject op verschillende plekken in de gemeente te volgen is. De heer Delioglu geeft aan dat mensen tot nu toe op twee locaties binnen de gemeente konden deelnemen. Maar mensen zijn vrij om bij een andere instelling het traject te volgen. De kosten van de trajecten liggen min of meer vast. De heer Sluiter zegt dat de VVD in eerste instantie geen opmerkingen had over deze verordening. Het amendement roept bij hem wel vragen op. Hij denkt dat de verordening uit de koker van de VNG komt. Hij wil graag van de wethouder weten of er een reden is waarom deze groep er niet in staat. Daarna komt de vraag aan de orde wat de financiële gevolgen zouden zijn. Want als je de kosten bij het Rijk indient, wil dit nog niet zeggen dat het geld ook verkregen wordt. Wethouder Sluiter is blij dat de hele raad inburgeren erg belangrijk vindt. Maatwerk is van belang en dit kan in het participatiebudget nog beter geregeld worden, omdat er dan meerdere trajecten bij elkaar te voegen zijn. Zij zegt dat de heer Delioglu om een verruiming van de regeling vraagt. De keuze is gemaakt om mensen met kinderen en een uitkering eerst te helpen. Als deze verruiming gekozen wordt, dan zal die ten koste gaat van andere budgetten in het participatiebudget en dat wilde de raad niet. Het werkdeel van de Wwb staat al onder druk. Zij weet dat minister Van der Laan wil voorstellen om die verruiming te betalen, maar zover is het volgens haar nog niet. De ambtelijke capaciteit zal dan niet voldoende zijn. Het klopt dat werkende mensen de eigen bijdrage moeten betalen. In de beleidsnotitie kan binnenkort geregeld worden hoe het gaat met de kosten van reizen en kinderopvang. Er loopt nu een aanbesteding, waarbij de goedkoopste aanbieder gekozen wordt. Zij gaat ervan uit dat oudkomers die werk hebben beter kunnen participeren en beter in staat zijn de taal te leren. Zij meent dat er ook een verruiming van de financiën gegeven zal moeten worden, wanneer het amendement aangenomen wordt. Dat zal vragen om meer faciliteiten en meer ambtelijke capaciteit. Zij ontraadt dus de motie, tenzij er een budget blijkt te zijn. De heer Delioglu zegt dat de PvdA pleit voor verruiming van de doelgroep, omdat iedereen het recht heeft op inburgering en dat dit niet voor bepaalde groepen moeilijker gemaakt moet worden. Hij zegt dat het budget voor 2009 beschikbaar is en dat binnenkort het budget voor 2010 beschikbaar gesteld wordt. Hij is er niet zeker van dat er extra budget nodig is. Hij vraagt hoeveel mensen zich tot nu toe vrijwillig aangemeld hebben voor een traject, zonder dat zij door de gemeente uitgenodigd zijn. Wethouder Sluiter vindt de bedoelingen van de heer Delioglu goed. Alleen staat daartegenover dat de doelgroep verruimd moet worden, waardoor de prioritaire doelgroepen minder voorrang krijgen, tenzij er extra budget komt. De heer Delioglu wil nog opmerken dat het werkdeel duidelijk gescheiden is binnen het participatiebudget. Iemand die vandaag in de uitkering zit, kan morgen aan het werk geholpen worden. Zijn fractie wil geen onderscheid maken tussen het wel of niet werken van mensen. De voorzitter vraagt naar het standpunt ten opzichte van het amendement van de PvdA, nadat eerst geschorst wordt op verzoek van het CDA. De heer Tekinerdogan zegt dat het CDA kan instemmen met de voorliggende verordening. Het CDA wil eventueel pas instemmen met het amendement, nadat het college uitgezocht heeft welke gevolgen dat zou hebben voor de gemeente. De heer Sluiter kan instemmen met de voorliggende verordening. Hij kan de gevolgen van het amendement niet overzien. Daarom zal zijn partij het amendement nu niet steunen, omdat onvoldoende informatie over de gevolgen bekend is.
Notulen raad 24 september 2009
10
De heer Delioglu zegt dat de PvdA het amendement wil aanhouden. Hij vraagt het college naar een uitwerking van de financiering en de gevolgen voor het participatiebudget. De PvdA stemt in met de verordening. De heer Wildenbeest zegt al aangegeven te hebben dat Lokaal Belang instemt met de verordening en het verzoek ondersteunt om de financiering verder uit te zoeken. Momenteel is zijn fractie niet overtuigd door de PvdA inzake het amendement. De voorzitter concludeert dat de hele raad instemt met de verordening en dat het amendement wordt aangehouden. 12
Voorbereidingsbesluit voor het centrum van Ulft
De raad gaat zonder discussie akkoord. 13.
Vaststellen notulen raads- en commissievergaderingen juli 2009
De raad gaat zonder discussie akkoord. 14.
Benoeming eerste medewerker griffie/plaatsvervangend griffier
De raad gaat zonder discussie akkoord. 15.
Mededelingen van het college in het kader van de actieve informatieplicht
De voorzitter zegt dat het college geen mededelingen heeft, maar dat er een verzoek gekomen is van Lokaal Belang om een motie in te dienen naar aanleiding van de actualiteit. De heer Colenbrander zegt dat Lokaal Belang in de raadsrotonde vragen gesteld heeft over een woning in eigendom van de gemeente. Deze woning is begin 2008 leeg komen te staan. Daarvan is volop gebruikgemaakt, ook door een aantal krakers. Die hebben het pand op verzoek van de politie vrijwillig verlaten. Het pand is nog niet verkocht, maar er wordt wel onderhandeld met een koper. Het blijkt dat het hier gaat om een ambtenaar van de gemeente. Hij zegt dat de wethouder meldt dat, als de verkoop niet doorgaat, de woning in de vrije verkoop gaat. Hij ziet de bui al hangen wanneer de verkoop nu wel doorgaat. Zijn fractie vindt dat alle inwoners gelijke kansen en rechten dienen te hebben. Hij verzoekt het college het pand dan ook in de vrije verkoop te doen. Daartoe dient hij een motie in. De gemeenteraad van Oude IJsselstreek in vergadering bijeen op 24 september 2009, door het college geïnformeerd over de verkoop van de woning aan de Dinxperloseweg te Silvolde, constateert dat: - het college onderhandelt over de verkoop van de woning; - de gegadigde een werknemer van de gemeente is; - de woning pas openbaar wordt aangeboden als deze gegadigde haar niet koopt; is van mening dat: - het gemeentebestuur open en transparant moet handelen; - de schijn van belangenverstrengeling moet worden vermeden; - werknemers en inwoners van de gemeente dezelfde rechten en kansen moeten hebben; - imagoschade moet worden voorkomen; verzoekt het college: 1. de huidige onderhandelingen zo spoedig mogelijk te beëindigen; 2. de woning openbaar ter verkoop aan te bieden. De heer Van der Wardt vraagt zich af of dit de plek en het tijdstip is om een motie in te dienen. Er liggen geen stukken voor en de fracties moeten nu een oordeel vormen over een motie die gebaseerd
Notulen raad 24 september 2009
11
is op een vraag tijdens de raadsrotonde. Hij doet dan ook het ordevoorstel om dit punt nu niet te bespreken. De voorzitter meent dat altijd actuele moties aan de orde gesteld moeten kunnen worden, omdat anders de mogelijkheden voor de raad om zaken aan de orde te stellen wel erg beperkt worden. Der heer Menke gaat akkoord met bespreking, maar zou toch graag eerst de reactie van het college horen. De voorzitter zegt dat nu het ordevoorstel aan de orde is. Hij wenst de mening van de andere fractievoorzitters te horen of dit punt besproken kan worden. De heer Finkenflügel denkt dat zijn standpunt duidelijk zal zijn. Zijn partij heeft de motie ingebracht, omdat de vragen tijdens de raadsrotonde niet bevredigend beantwoord werden. De heer Sluiter had graag gezien dat de indiener deze motie tevoren gemeld had, wanneer hij al langer met dit punt rondliep. Toch gaat hij akkoord met bespreking. Wethouder Sluiter denkt dat het niet zo van belang is om nu in te gaan op de procedure. De motie overvalt haar een beetje. Zij heeft open en transparant geantwoord op vragen van Lokaal Belang. Zij ziet dit niet als belangenverstrengeling, maar misschien brengt het toch de gemeente in een iets moeilijker pakket. Na de vragen is het onderwerp besproken in het college en is besloten om tot openbare verkoop over te gaan. Daarmee is de motie min of meer overbodig. De heer Van de Wardt vraagt aan de wethouder waarom deze melding niet gedaan is door het college bij dit agendapunt. Deze discussie was dan voorkomen. De heer Sluiter meent dat de discussie voorkomen had kunnen worden, wanneer het college tevoren geïnformeerd was over deze inbreng. Als niet bekend is dat dit onderwerp aan de orde komt, dan kan niet van het college verwacht worden dat het de raad hierover actief informeert. Immers, er zijn dan zoveel punten die gemeld zouden kunnen worden. De heer Menke is wel benieuwd naar de argumentatie van het college. Hij vraagt of daarvoor dezelfde argumenten gehanteerd zijn als de argumenten die in de motie genoemd worden. Hij vindt onderhands aanbesteden een transparante manier van werken. Wethouder Sluiter zegt dat zij dit punt niet gemeld heeft bij de actieve informatieplicht, omdat er een grote lijst is van gebouwen en woningen die verkocht worden. Zij meent dat het niet nodig is om dit allemaal naar voren te brengen. Op de vraag van de heer Menke meldt zij dat er onderhandelingen liepen. Toen die niet tot succes leidden, heeft het college deze beslissing genomen. Het waren dus niet de argumenten van de motie die tot dit besluit leidden. De heer Colenbrander is blij dat het college inmiddels verder heeft nagedacht in de goede richting. Het ging Lokaal Belang om de consequente lijn. Hij geeft in overweging om beleid te maken ten aanzien van de eigen werknemers, opdat eventuele discussies over belangenverstrengeling vermeden kunnen worden. Hij vindt dat de motie op deze wijze voldoende behandeld is. De voorzitter haalt nog artikel 34 van het reglement van orde aan, waar staat dat onderwerpen die niet op de agenda staan aan het eind van de agenda geagendeerd worden. Er wordt dus nu conform het reglement gehandeld. 16.
Ingekomen stukken
Hierover zijn geen opmerkingen. 17. Stukken en mededelingen inzake gemeenschappelijke regelingen en externe vertegenwoordigingen
Notulen raad 24 september 2009
12
Hierover zijn geen opmerkingen. 19.
Vragenhalfuur gemeenteraad
De heer Van de Wardt verwijst naar de uitgedeelde tekst van de vragen die hij gesteld heeft over communicatie. Hij noemt nog de zeven vragen: 1. Op welke wijze is het gemeentelijk communicatiebeleid vastgelegd? 2. Is de raad betrokken in de ontwikkeling en vaststelling van het communicatiebeleid? 3. Wordt in dit beleid onderscheid gemaakt naar communicatie namens de gemeente, namens het college, namens de raad en namens partijen of vertegenwoordigers van partijen? 4. De middelen zijn schaars in de gemeente. Hoe verhouden de ingezette middelen voor de communicatie door of namens het college en de individuele collegeleden zich tot de communicatiemiddelen voor de raad en de fracties daarbinnen? 5. In de afgelopen jaren is bijzonder vaak gebleken dat de gemeente in de richting van haar burgers opzichtig faalt in de communicatie. Zou het niet beter zijn dat het college zijn energie en middelen daarop richt in plaats van op de externe communicatie die nu veelvuldig wordt ingezet? 6. In hoeverre is het verantwoord dat op de gemeentepagina en de website niet alleen objectieve informatie wordt verstrekt? 7. Waar ligt de scheidslijn in de communicatie tussen enerzijds de belangen van de gemeenten en anderzijds de belangen van individuen en individuele partijen? De voorzitter stelt voor om deze fundamentele vragen schriftelijk te beantwoorden en vervolgens te agenderen binnen de raadsrotonde. De heer Van de Wardt kan hiermee instemmen met de aantekening dat zijn fractie verzoekt om terughoudend te zijn met partijpolitieke communicatie. Hij vervolgt met zijn vragen over de lening aan de Cultuurfabriek Dru, die eveneens uitgedeeld zijn. Hij stelt de volgende vragen: 1. Kan het college een toelichting geven op het genoemde besluit? 2. Is er aanleiding om ons zorgen te maken over het tijdelijke liquiditeitstekort? 3. Is het college voornemens ook in de toekomst dit soort leningen te verstrekken? 4. Welke criteria worden in voorkomende gevallen gehanteerd? 5. Welke organisaties kunnen in dergelijke gevallen een beroep doen op de gemeente? Hij vervolgt meteen met een derde vraag over de brug voor Huntenpop in de Oude IJssel: 1. Wie heeft de kosten betaald voor de aanleg van deze tijdelijke pontonbrug? De voorzitter geeft antwoord op de laatste vraag. De kosten voor de tijdelijke pontonbrug zijn betaald door de gemeente. Wethouder Van Balveren beantwoordt de vraag over de lening. Stichting Cultuurfabriek heeft gezocht naar een zo laag mogelijk rentepercentage voor haar langdurige lening. Daarvoor moest echter een maand overbrugd worden. Op haar verzoek is het college daarop ingegaan en is er iets op verdiend. De tweede vraag was of de gemeente zich hierover zorgen moet maken. Dat is zeker niet zo. Als gevraagd wordt of het college dit in de toekomst ook zal doen, is het antwoord positief. Als een instelling met een maatschappelijke waarde daarmee geholpen is en als er een garantie van de BNG ligt voor teruggave, zal het college weer zo handelen. De criteria zijn maatwerk en het zal organisaties betreffen binnen het maatschappelijk veld. De heer Van de Wardt zegt dat hij over deze lening moest lezen in de collegebesluiten. Hij vindt dat een dergelijk punt thuishoort bij de actieve informatieplicht, omdat de raad hier niet over geconsulteerd is. Hij wil graag weten welke maatschappelijke organisaties dit kan betreffen en welke spelregels gehanteerd worden. Wethouder Van Balveren geeft aan dat hij al sprak van maatwerk. Er werd in dit geval slagkracht verwacht op korte termijn, terwijl de procedures met de raad vrij langdurig zijn. Door de melding in de besluitenlijst is open en transparant gehandeld.
Notulen raad 24 september 2009
13
De voorzitter komt nogmaals terug op het reglement van orde. Daarin staat dat tijdens het vragenhalfuur geen moties kunnen worden ingediend en geen interrupties toegelaten worden. Na de beantwoording van de vragen krijgt de vragensteller de gelegenheid nog iets te zeggen, waarna de gelegenheid geboden kan worden om aanvullende vragen te stellen. De heer Menke zegt dat er vanavond in Etten een voorlichtingsbijeenkomst was van TenneT over een nieuwe hoogspanningsverbinding tussen Doetinchem en Wesel. Het project wordt getrokken door de Ministeries van VROM en EZ. Zij bereiden nu een MER voor. De PvdA maakt zich zorgen over de bovengrondse aanleg van deze verbinding. De nieuwe verbinding heeft tien keer het vermogen van de huidige kabels, terwijl er nu al gezondheidsvragen zijn over de effecten van die kabels. Hij zou graag maximale druk op de overheden willen leggen om de verbinding ondergronds aan te leggen, ook al vanwege de visuele effecten. Wethouder Haverdil zegt dat hij ook niet erg gelukkig is met de wijze waarop het nu loopt. Hij heeft een kaart meegenomen met de tracés die nu overwogen worden. De vertegenwoordiger van EZ heeft ingezet op een westelijk tracé. Hij heeft ook de discussie geopend over ondergrondse aanleg. Minister Van der Hoeven heeft duidelijk gezegd dat zij alleen in de Randstad één experiment wenst met ondergrondse aanleg. Daarnaast heeft het college voorkeur voor een tracé ten westen van Gendringen. In het overleg eergisteren kwam naar voren dat alleen een massale druk op de Tweede Kamer zou kunnen leiden tot een ander besluit inzake ondergrondse uitleg. Hij deelt mee volgende week met zijn Doetinchemse collega te overleggen om gezamenlijk optreden te bevorderen. De voorzitter zegt dat hiermee het vragenhalfuur beëindigd is en dankt voor de hamer, die het goed doet. Verder doet hij twee praktische mededelingen. Hij vraagt tot slot hoe de raad de eerste vergadering ervaren heeft. Opgemerkt wordt dat het erg warm was en dat het geluid nog niet goed was. Inhoudelijk vond men het wel goed gaan. 20.
Sluiting
De voorzitter dankt iedereen voor de inbreng en sluit de vergadering om 23.05 uur.
de griffier
de voorzitter
J. van Urk
J.P.M. Alberse
Notulen raad 24 september 2009
14