Samenvatting106 Inleiding Kerngegevens van de instelling Analyse van het resultaat 2013 ten opzichte van de begroting Analyse van het resultaat 2013 ten opzichte van 2012
Jaarrekening 104
106 106 107 112
Grondslagen voor de jaarrekening
115
Algemeen Grondslagen Toegepaste waarderingsgrondslagen - Opgave verbonden partijen
115 115 115 116
Geconsolideerde balans per 31 december 2013 ROC Friese Poort
119
Geconsolideerde staat van baten en lasten ROC Friese Poort
120
Geconsolideerd kasstroomoverzicht per 31 december 2013 ROC Friese Poort
121
1. Vaste activa
122
1.1. Immateriële vaste activa 1.2. Materiële vaste activa 1.3. Financiële vaste activa
122 123 124
Vlottende activa
125
1.4. Voorraden 1.5. Vorderingen 1.7. Liquide middelen
125 125 125
2. Passiva
126
2.1. Eigen vermogen 2.2. Voorzieningen 2.3. Langlopende schulden 2.4. Kortlopende schulden Niet in de balans opgenomen verplichtingen / activa
126 128 130 131
Toelichting op de staat van baten en lasten over 2013
137
3. Baten
137
138 138 138 139 140
3.1. Rijksbijdrage sector bve 3.2. Overige overheidsbijdragen en –subsidies 3.3. College-, cursus, les en examengelden 3.4. Baten werk in opdracht van derden 3.5. Overige baten
4. Lasten
141
141 143 144 144
4.1. Personele lasten 4.2. Afschrijvingen 4.3. Huisvestingslasten 4.4. Overige lasten
5. Financiële baten en lasten
146
5.1. Rentebaten 5.4. Rentelasten
146 146
6. Belastingen
146
Enkelvoudige jaarrekening stichting voor christelijk bve friesland/flevoland
147
Enkelvoudige staat van baten en lasten stichting voor christelijk bve friesland/flevoland
149
Overige gegevens
150
1. Gebeurtenissen na balansdatum 2. Risicoparagraaf 3. Voorstel bestemming exploitatiesaldo 2013 4. Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
150 150 152 155
136
105
Samenvatting Inleiding Voor u ligt de geconsolideerde jaarrekening van stichting ROC Friese Poort van het jaar 2013. Dit is de financiële aanvulling op het jaarverslag. Het jaarverslag schetst een zo volledig mogelijk beeld van de gang van zaken gedurende het verslagjaar en beschrijft alle daarbij van invloed zijnde interne en externe ontwikkelingen. De jaarrekening beperkt zich daarom tot de grondslagen en waarderingsgrondslagen, de presentatie van en toelichting op de balans, de staat van baten en lasten, waarbij een vergelijking met voorgaand jaar en begroting wordt gegeven en het kasstroom
overzicht. Verder wordt in de jaarrekening ingegaan op overige detailleringen met betrekking tot niet uit de balans blijkende verplichtingen, gebeurtenissen na balansdatum en overige informatie zoals de financiële risicoparagraaf en een toelichting op de aanwezige reserves met bijhorende voorstellen tot de verdeling van het resultaat. In de samenvatting van de jaarrekening vindt u een toelichting op enkele financiële kengetallen en een analyse van de staat van baten en lasten, vergeleken met de begroting en het vorig boekjaar.
Kerngegevens van de instelling Financiën
2013
2012
2011
2010
2009
Netto resultaat (bedragen * € 1.000)
1.667
683
1.932
2.159
2.832
Totale baten (bedragen * € 1.000)
95.370
95.173
90.801
92.767
93.469
Solvabiliteit (eigen vermogen in % van balanstotaal)
76,5%
74,6%
74,6%
73,8%
62,9%
1,7%
0,7%
2,1%
2,3%
3,0%
2,0
2,0
2,0
1,9
1,6
10,9
9,8
6,2
2,9
9,6
Rentabiliteit (exploitatiesaldo in % van de totale baten) Liquiditeit (verhouding vlottende activa t.o.v. kortlopende schulden) Investeringen in materiële vaste activa (in mln.)
Het behaalde resultaat 2013 bedraagt € 1,7 mln. Dit is € 1,0 mln. hoger dan vorig jaar en wordt vooral veroorzaakt door een incidentele rijksbijdrage vanuit het gesloten herfstakkoord. De totale baten zijn ten opzichte van 2012 gestegen met € 0,2 mln., voor namelijk als gevolg van de gestegen rijksbijdrage (€ 1,6 mln.) en lagere overige baten (-/- € 1,3 mln.). De hogere rijksbijdrage (herfstakkoord) wordt in de komende jaren ingezet voor Focus op Vakmanschap en leeftijdsbewust personeelsbeleid. De overige baten liggen lager door een eenmalige btw-teruggave in 2012. De solvabiliteit stijgt naar 76,5 %. Dit als gevolg van het positieve resultaat en een afname van langen kortlopende schulden. De rentabiliteit, het netto resultaat uitgedrukt als percentage van de totale baten, is ten opzichte van 2012 met 1,0% gestegen en ligt op het niveau van 1,7%. De liquiditeitsratio blijft in
2013 gelijk. De kortlopende vorderingen zijn gedaald, evenals de liquide middelen. Per saldo is er sprake van een stabiele operationele kasstroom. De kasstroom uit investeringsactiviteiten is € 1,1 mln. negatiever dan vorig jaar. De investeringen bedragen in 2013 € 10,9 mln. tegenover € 9,8 mln. in 2012. Hiervan is € 3,8 mln. geïnvesteerd in inventaris (2012: € 3,3 mln.). De investeringen in terreinen en gebouwen in 2013 bedragen € 7,1 mln. (2012: 6,5 mln.). Op personeelgebied is het aantal medewerkers exclusief uitzendkrachten ultimo 2013 gestegen met 15,4 fte. De gemiddelde bezetting eigen personeel is in 2013 met 959 fte 2 fte hoger dan in 2012 en de inzet van uitzendkrachten ligt gemiddeld 4 fte hoger.
Activa (balans)
Baten 5% 3% 2% 1%
Personeel Aantal medewerkers eigen personeel in fte (ultimo jaar) IPL ( = gemiddelde loonkosten in euro per fte) Ziekteverzuim
Onderwijs
34% 995,5
980,1
980,3
980,7
992,18
66.066
65.664
63.928
62.182
61.513
5,3%
4,4%
4,2%
4,3%
3,9%
2013/2014
2012/2013
2011/2012
2010/2011
2009/2010
10.167
9.871
9.690
9.651
9.200
3.138
3.406
3.281
3.569
3.657
13.305
13.277
12.971
13.220
12.857
4.366
4.318
4.283
4.326
4.217
Aantal studenten bol bbl + bol-deeltijd Totaal Aantal diploma’s
Figuur 1: Kerngegevens ROC Friese Poort
In figuur 2 zijn voor 2013 de balanswaarden en de baten en lasten van ROC Friese Poort grafisch weergegeven.
66%
Vaste activa Vlottende activa
Passiva (balans)
2% 4%
89%
Lasten 4%
17% 77%
Rijksbijdrage sector BVE Overige overheidsbijdragen College- cursus- lesen examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten
Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopen schulden
8%
12% 76%
Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten
Figuur 2: Balanswaarden en baten en lasten 2013
106
107
Ten opzichte van de BVE sector (cijfers 2012) ligt de solvabiliteit van ROC Friese Poort hoger. De gemiddelde solvabiliteit van de BVE sector bedraagt 50,8% in 2012. De gemiddelde rentabiliteit ligt in de sector ook lager op 0,4% en de liquiditeit ligt op 1,25. Het aandeel personele
lasten in de totale lasten ligt in 2012 binnen de BVE sector op 73,1%. Dit is lager dan bij ROC Friese Poort (76,1%). Het hogere aandeel in personele lasten wordt gecompenseerd door een lager aandeel in huisvestingslasten (4,2%) dan gemiddeld in de sector (6,2%).
Analyse van het resultaat 2013 ten opzichte van de begroting Het resultaat ligt met € 1,7 mln. circa € 3,3 mln. boven het begrote resultaat van -/-€ 1,6 mln. Het resultaat bestaat uit het resultaat ROC Friese Poort ‘beroepsonderwijs en volwasseneneducatie’ van € 1,5 mln. (begroot -/- € 1,4 mln.) en het netto resultaat van ROC Friese Poort Bedrijfsopleidingen (BO) van € 0,2 mln. (begroot: -/- € 0,2 mln.). Het resultaat van ROC Friese Poort beroepsonderwijs en volwasseneneducatie’ bestaat uit het resultaat op reguliere activiteiten, huisvesting, wachtgeld en additioneel beleid zoals projecten en innovatie. In figuur 3 is het resultaat
grafisch weergegeven. Het verschil ten opzichte van de begroting wordt voornamelijk gerealiseerd door het resultaat op reguliere activiteiten, wat € 2,6 mln. hoger ligt dan begroot. Een aantal specifieke posten hebben dit resultaat beïnvloed. In onderstaande tabel is een overzicht gegeven waarin het verschil ten opzichte van de begroting wordt gespecificeerd. Met name de positieve en negatieve verschillen ten opzichte van de begroting, zoals weergegeven in tabel 2, hebben geleid tot een resultaat van € 3,3 mln. hoger dan begroot.
Bedrijfsopleidingen Additioneel beleid Realisatie 2013 Begroting 2013 Realisatie 2012
Reguliere activiteiten Wachtgeld
Begroot resultaat
(bedragen x € 1.000)
Resultaat 2013
-1.641 1.667
Bijzondere posten: Aanpassing rijksbijdrage herfstakkoord
1.681
Eenmalige teruggave basispremie WAO
255
Compensatie herverdeeleffecten Educatie 2013
145
Rijksbijdrage examinering
223
Gecorrigeerd resultaat na bijzondere posten
-637
Verschil exclusief bijzondere posten
1.005
Tabel 1: specifieke posten die invloed hebben op het reguliere resultaat
Positief
€ mln.
Negatief
€ mln.
Reguliere rijksbijdrage
1,6
Gemeentelijke bijdragen en subsidies
0,2
Geoormerkte rijksbijdrage
1,2
Overige baten
0,2
Overige overheidsbijdragen (subsidies)
0,2
Personeel niet in loondienst
0,8
Opbrengst uit contractactiviteiten
0,3
Inventaris, apparatuur en leermiddelen
0,2
Overige baten uit werk voor derden
0,3
Overige lasten
0,1
Lonen en salarissen
0,5
Belastingen
0,1
Afschrijvingen
0,2
Administratie- en beheerlasten.
0,6
Totaal bedrag voordelen
4,9
Totaal bedrag nadelen
1,6
Tabel 2: overzicht van de voor- en nadelen ten opzichte van de begroting
Huisvesting -1,5
-1,2
-0,9
-0,6
-0,3
0,0
0,3
0,6
0,9
1,2
1,5
Figuur 3: Resultaat van de verschillende bedrijfsonderdelen
108
109
Toelichting op de voordelen Reguliere rijksbijdrage (€ 1,6 mln.) De rijksbijdrage ligt € 1,6 mln. hoger dan begroot als het gevolg van de bijstelling van de bekostiging in december 2013. Hierin zitten naast een kleine loonbijstelling, middelen uit het herfstakkoord en extra middelen die in het kader van Focus op Vakmanschap zijn verstrekt. Geoormerkte rijksbijdrage (€ 1,2 mln.) De hogere geoormerkte rijksbijdragen zijn voornamelijk veroorzaakt door de hogere bestedingen van de subsidies voor Taal en Rekenen (€ 0,2 mln.), Bekwaamheid en professionalisering onderwijspersoneel en management (MBO2015, € 0,4 mln.), Stagebox (€ 0,1 mln.), Compensatie herverdeeleffecten educatie (€ 0,1 mln.) en Leerlinggebonden financiering (€ 0,1 mln.). Overige overheidsbijdragen ( € 0,2 mln.) De overige overheidsbijdragen liggen hoger dan begroot, als gevolg van hogere opbrengsten uit programmagelden Voortijdig SchoolVerlaten (VSV). Opbrengst uit contractactiviteiten (€ 0,3 mln.) De opbrengsten uit contractactiviteiten liggen hoger dan begroot vanwege een hogere omzet van Bedrijfsopleidingen. Overige baten uit werk voor derden (€0,3 mln.) De overige baten uit werk voor derden betreffen diverse projecten. Het hogere resultaat wordt veroorzaakt door activiteiten van Bedrijfsopleidingen, door het project Qua3vium en door regionale VSV gelden. Lonen en salarissen (€ 0,5 mln.) De loonkosten liggen lager vanwege de eenmalig terugontvangen basispremie WAO (€ 0,3 mln.) Daarnaast is in de begroting nog een extra post opgenomen in het kader van innovatieprojecten (€ 0,3 mln.). Hiervoor was indertijd geen expliciete inzet van personeel opgenomen omdat de middelen nog niet definitief waren toegekend. Uiteindelijk is er wel een hogere personele inzet geweest voor additioneel beleid, maar minder dan in de begroting was opgenomen.
110
Afschrijvingen (€ 0,2 mln.) De afschrijvingen liggen lager dan begroot. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door minder investeringen in ICT. Deze investeringen zijn deels uitgesteld naar 2014 en deels zijn ze komen te vervallen. Administratie- en beheerlasten (€ 0,6 mln.) De lasten voor administratie en beheer liggen lager dan begroot door het achterblijven van kosten in verband met Centrum Duurzaam. Ook de kostenreductie bij Bedrijfsopleidingen veroorzaakt de lagere kosten op gebied van administratie en beheer.
Inventaris,apparatuur en leermiddelen (0,2 mln.) De hogere kosten voor inventaris door meer aan schaffen van goederen dan begroot, zijn de belangrijkste oorzaak voor de begrotingsoverschrijding. De aanschaf van leer- en hulpmiddelen liggen bij de ene vestiging hoger en bij een ander weer lager dan begroot. Overige lasten (€ 0,1 mln.) De hogere overige lasten zijn het gevolg van de hogere kosten die Bedrijfsopleidingen heeft gemaakt. Deze kosten houden verband met een hogere omzet dan begroot.
Toelichting op de nadelen Gemeentelijke bijdragen en subsidies (€ 0,2 mln.) De gemeentelijke en provinciale bijdragen betreffen de bijdragen voor project Duurzaam. Deze liggen lager dan begroot doordat kosten in verband met Centrum Duurzaam nog niet gemaakt zijn.
Belastingen (€ 0,1 mln.) Als gevolg van het positieve resultaat van Bedrijfs opleidingen wordt er € 0,05 mln. aan vennootschapsbelasting over 2013 afgedragen. De gemiddelde belastingdruk over het resultaat van Bedrijfs opleidingen is 20,1%.
Overige baten (€ 0,2 mln.) De overige baten bestaan uit verhuuropbrengsten, detacheringen, verkoopopbrengsten kantines en automaten, opbrengsten uit studentenbijdragen en overige posten. De overige baten liggen € 0,2 mln. lager dan begroot. De oorzaak ligt in hogere opbrengsten detacheringen (€ 0,1) als gevolg van meer detachering bij projecten als Paars Partnerschap en de Politieacademie en door de incidentele vrijval in het kader van een correctie op BTW van voorgaande jaren. De opbrengst uit studentenbijdragen liggen € 0,3 mln. lager. Hier staan lagere kosten door uitbesteding van de inkoop van leer- en hulpmiddelen tegenover. Personeel niet in loondienst (€ 0,8 mln.) De inzet van uitzendkrachten heeft in 2013 voor hoge kosten gezorgd. De reden van een hogere inzet was het relatief hoge ziekteverzuim in het begin van het jaar. Gemiddeld werden er in 2013 7,9 fte meer uitzendkrachten ingezet, hierdoor ontstond een hoeveelheidverschil van € 0,6 mln. Naast een hogere inzet waren de kosten per fte ook hoger dan begroot. Hierdoor ontstond een prijsverschil van € 0,2 mln.
111
Analyse van het resultaat 2013 ten opzichte van 2012
Toelichting op de baten De totale baten zijn in 2013 gestegen met 0,2% ten opzichte van vorig jaar. Ter vergelijking, in 2012 waren de baten met 4,8 % gestegen ten opzichte van 2011. De stijging in 2013 betreft een bedrag van € 0,2 mln. welke hieronder wordt toegelicht.
120 100 80 60
Rijksbijdragen OCW (€ 1,2 mln.) Binnen de rijksbijdragen is ten opzichte van 2012 een stijging van de reguliere OCW-bijdrage gerealiseerd van € 1,7 mln. De stijging is het gevolg van de bijstelling van de bekostiging als gevolg van het herfstakkoord en de additionele middelen, ontvangen voor de intensivering kwaliteit MBO. De niet-geoormerkte OCW subsidies liggen € 0,1 mln. hoger dan vorig jaar. De inhouding van cursusgelden ligt € 0,3 mln. hoger door een stijging van het aantal deeltijd leerlingen in peiljaar 2012 ten opzichte van 2011. De geoormerkte rijksbijdragen zijn per saldo gedaald met -/- € 0,3 mln. door:
40 20 0 2013
2012
2011
Overige baten
2,9
4,2
3,5
Baten werk in opdracht van derden
5,1
5,4
3,8
College- cursus- les- en examengelden
1,5
1,2
1,4
Overige overheidsbijdragen
1,0
0,7
0,9
rijksbijdrage sector BVE
84,8
83,6
79,2
Figuur 4: Overzicht van de totale baten
Soort subsidie
Overige overheidsbijdragen (€ 0,3 mln.) De overige overheidsbijdragen liggen hoger dan voorgaand jaar door daling van € 0,2 mln. van de bijdrage educatie en een stijging van € 0,3 mln. vanwege
Verschil 2013 – 2012 in € mln.
Innovatiebox
-0,9
Stagebox
0,2
Bekwaamheid en professionalisering
0,4
Compensatie Educatie
0,1
Taal en Rekenen
-0,5
Prestatiesubsidie convenanten
0,3
Prestatiebox MBO
0,1
Totaal verschil ten opzichte van 2012
bestede subsidie voor Centrum Duurzaam. Ook de bijdrage uit regionale arrangementen VSV ligt € 0,1 mln. hoger. College- cursus- les- en examengelden (€ 0,3 mln.) Deze post betreft de ontvangen cursusgelden. Deze liggen hoger dan vorig jaar door een stijging van het aantal deeltijd studenten. Baten werk in opdracht van derden (-/- € 0,3 mln.) De opbrengst werken voor derden ligt € 0,3 mln. lager vanwege lagere opbrengsten voor diverse projecten (€ 0,3 mln.) bij de vestigingen. Bij Bedrijfsopleidingen is een verschuiving te zien in de omzet van omzet bij bedrijven naar projecten. Overige baten (-/- € 1,3 mln.) De overige baten liggen lager omdat in 2012 een eenmalige terugbetaling van BTW (€ 1,0 mln.) is ontvangen. De studentenbijdragen en de opbrengsten uit detacheringen liggen € 0,1 mln. hoger. De overige baten liggen ook € 0,4 mln. lager vanwege de overboekingrekening voor opbrengsten van bedrijfsopleidingen.
-0,3
Tabel 3: Verschillen in de geoormerkte rijksbijdrage ten opzichte van vorig jaar.
112
113
Grondslagen voor de jaarrekening
100 90 80
Algemeen
70 60
De geconsolideerde balans en staat van baten en lasten 2013 bestaat uit de jaarrekening van de Stichting voor Christelijk BVE Friesland/Flevoland en van Friese Poort Opleiding & Training B.V. De consolidatie vindt plaats sinds 1 januari 2010. De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, die uitgegeven is door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Deze bepalingen zijn van toepassing op grond van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs.
50 40 30 20 10 0 -10 2013
2012
2011
Financiële baten en lasten
-0,5
-0,6
-0,6
Overige lasten
10,8
12,6
11,3
Huisvestingslasten
4,0
4,2
3,9
Afschrijvingen
7,7
8,3
6,5
Personelelasten
71,5
70,0
67,9
Figuur 5: Overzicht van de totale lasten
Toelichting op de lasten De lasten zijn in 2013 gedaald met 1,5 %. Het gaat daarbij om een bedrag van € 1,5 mln. ten opzichte van 2011. Ter vergelijking, de lasten stegen in 2012 met 6,3 % ten opzichte van het jaar 2011. Personele lasten (€ 1,5 mln.) De stijging van de personele lasten wordt in de eerste plaats veroorzaakt door hogere loonkosten eigen personeel van € 1,2 mln. Oorzaken zijn een hogere gemiddelde bezetting van 2 fte (€ 0,2 mln.) ten opzichte van 2012 en een hogere gemiddelde personele last (€ 1,2 mln.). Ook is er nog een terugontvangen premie van € 0,2 mln. De hogere kosten van uitzendkrachten (€ 0,6 mln.) worden voornamelijk veroorzaakt door meer inzet (ruim 4 fte meer). De dotaties aan voor zieningen zijn gedaald met € 0,2 door een lagere dotatie aan de wachtgeldvoorziening. De uitkeringen voor ziektevervanging liggen € 0,1 mln. hoger dan vorig jaar vanwege het hogere ziekteverzuim. Afschrijvingen (-/- € 0,6 mln.) De afschrijvingen liggen lager vanwege de versnelde afschrijving op de Leidijk en het Centrum Fijnmechanica in Drachten welke voornamelijk in 2012 en deels in 2013 heeft plaatsgevonden.
114
Huisvestingslasten (-/- € 0,2 mln.) In 2013 liggen de kosten voor onderhoud € 0,2 mln. lager dan in 2012 vanwege lagere huurlasten (€ 0,1 mln.), lagere onderhoudskosten (€ 0,2 mln.) en hogere kosten voor verzekeringen, schoonmaak, energie en water en de heffingen (samen € 0,1 mln.). Overige lasten (-/- € 1,8 mln.) Diverse overige lasten vallen € 1,8 mln. lager uit dan vorig jaar. De kosten voor administratie en beheer zijn gedaald met € 0,9 mln. Hieronder vielen in 2012 onder andere eenmalige kosten als de boete SCW vanwege het niet voldoen aan de urennorm (€ 0,2 mln.) en de dubbele licentiekosten voor NOiSe. De lasten voor inventaris, apparatuur en leer- en hulpmiddelen liggen € 0,6 lager dan vorig jaar. Lagere kosten zijn gemaakt voor onderhoud inventaris (€ 0,1 mln.), leer- en hulpmiddelen ( €0,4 mln.) en excursies ( € 0,1 mln.). De overige kosten liggen € 0,2 mln. lager dan in 2012. Rentebaten en lasten (€ 0,3 mln.) Het saldo van de rentebaten en lasten ligt in 2013 € 0,3 mln. lager vanwege een lager saldo op de rekening, daling van de rente en vanwege de in 2012 ontvangen eenmalige rentevergoeding op terug ontvangen BTW.
Toegepaste waarderingsgrondslagen Immateriële vaste activa De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingprijs en verminderd met de afschrijving. Afschrijving vindt lineair plaats over de periode waarin het verwachte voordeel wordt genoten. De afschrijvingsperiode van de huidige immateriële activa bedraagt 3 jaar. Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijging- of vervaardigingprijs onder aftrek van afschrijvingen of tegen lagere bedrijfswaarde. Afschrijvingen vinden plaats volgens de lineaire methode op basis van de geschatte economische levensduur. De gebouwen en terreinen waarvan het economisch claimrecht is overgedragen aan ROC Friese Poort zijn op 1 januari 1997 gewaardeerd tegen de normatieve waarde, zoals door het Ministerie is vastgesteld. Nadien is deze waarde verhoogd met investeringen die in 1997 en de jaren daarna hebben plaatsgevonden. Materiële vaste activa in uitvoering is gewaardeerd tegen de daarop plaats gevonden investeringen; hierop vindt geen afschrijving plaats. De afschrijvingstermijnen zijn 35 jaar voor gebouwen en 15 jaar voor technische installaties. Voor verbouwingen geldt een algemene afschrijvingstermijn van 10 jaar. In verband met de sloop van het Techniekgedeelte en Centrum Fijnmechanica van de Leidijk, zijn deze versneld afgeschreven, waarbij de boekwaarde per 1 september 2013 nihil is. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Daarnaast geldt voor aanpassingen en verbouwingen een activeringsgrens
van € 11.500, waarbij er sprake dient te zijn van een duurzame waardevermeerdering. In de praktijk komt dit bijna niet voor en worden bouwkundige aanpassingen in de exploitatie of ten laste van de voorziening groot onderhoud verwerkt. Afhankelijk van het soort actief wordt inventaris en apparatuur over een periode van 3, 5, 10 of 15 jaar afgeschreven. De activeringsgrens voor inventaris en apparatuur ligt op € 2.500. Voor Friese Poort Opleiding & Training B.V. is tevens de Wet werken aan winst, vanaf 1 januari 2007, van toepassing. Deze schrijft een minimum afschrijvingstermijn voor van 5 jaren. Voorraden De voorraden betreffende kantinevoorraad en leermiddelen worden rechtstreeks tegen inkoopprijs in de exploitatie geboekt. Van lopende projecten voor derden waarop nog geen subsidie is ontvangen, worden de gerealiseerde kosten opgenomen onder onderhanden werk. Van lopende projecten waarvoor wel subsidie is ontvangen, wordt naar de voortgang van het project gewaardeerd en wordt het deel dat in het lopende kalenderjaar is uitgevoerd, toegerekend aan het kalenderjaar, waarmee een deel van het verwachte projectresultaat tijdens de uitvoering van projecten wordt meegenomen. Investeringssubsidies Ontvangen (rijks)subsidies en bijdragen ten behoeve van investeringen in vaste activa worden ten gunste van de rekening investeringssubsidies geboekt. De vrijval in de exploitatie vindt op basis van de afschrijvingsmethodiek plaats.
115
Eigen vermogen Binnen het eigen vermogen is een segmentatie naar privaat en publiek vermogen gemaakt. Het eigen vermogen van de verbonden partij Friese Poort Opleiding & Training BV wordt als private bestemmingsreserve aangemerkt. Voor het overige eigen vermogen is gekozen hierin geen verder onderscheid naar privaat en publiek te maken. Daarmee worden de overige bestemmingsreserves en de algemene reserve als publiek vermogen aangemerkt. Voorzieningen Voorzieningen worden gevormd voor: Verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten; Op balans datum bestaande risico’s van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen, waarvan de omvang redelijk is te schatten; Kosten die in een volgend jaar worden gemaakt, mits de kosten zijn ontstaan in het huidige jaar of eerder en de voorziening een egaliserende werking als doel heeft. De voorzieningen worden, tenzij anders aangegeven, gewaardeerd op nominale waarde. Overige activa en passiva Voor zover in het bovenstaande niet anders is aangegeven worden activa en passiva gewaardeerd op nominale waarde. De voorziening voor het risico van oninbaarheid van vorderingen is, voor zover van toepassing, in mindering gebracht op de vorderingen. Bepaling van het exploitatiesaldo De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Baten worden opgenomen indien ze zijn gerealiseerd op balansdatum. Lasten worden opgenomen indien zij oorspronkelijk toebehoren aan het verslagjaar. Op materiële vaste activa, behoudens terreinen, wordt afgeschreven op basis van de verkrijging- of vervaardigingprijs volgens de lineaire methode op basis van de geschatte gebruiksduur. Friese Poort Opleiding & Training BV gebruikt de percentage of completion methode voor het toerekenen van baten en lasten die direct aan scholingstrajecten verbonden zijn.
116
Meerderheidsdeelneming
Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode.
Naam
ROC Friese Poort Bedrijfsopleidingen
Juridische vorm
Besloten vennootschap
Opgave verbonden partijen
Statutaire zetel
Leeuwarden
Friese Poort Opleiding & Training B.V. De Stichting voor Christelijk Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie Friesland/Flevoland, handelend onder de naam ROC Friese Poort, is 100% aandeelhouder van Friese Poort Opleiding & Training B.V. De aandeelhouder wordt wettelijk vertegenwoordigd door het College van Bestuur van ROC Friese Poort. Binnen de besloten vennootschap is een statutair directeur benoemd. Friese Poort Opleiding & Training B.V. verzorgt contractonderwijs voor bedrijven en particulieren, dat voor een groot deel wordt uitgevoerd door de vestigingen van het ROC.
Code Activiteit
1. contractonderwijs
Eigen vermogen 31 december 2013
3.653.506
Exploitatiesaldo 2013
207.494
Omzet 2013
5.054.821
Paars Partnerschap Coöperatief U.A . Op 30 januari 2009 is Stichting voor Christelijk Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie Friesland/ Flevoland (ROC Friese Poort) toegetreden als lid van een nieuw opgerichte coöperatie. Deze coöperatie heeft als doel het inschrijven op de openbare aan besteding door Defensie voor loopbaanlint en het zelfstandig of in groepsverband ontwikkelen, aan bieden en verzorgen van opleidingen, opleidings trajecten en onderwijsprogramma’s. De coöperatie bestaat uit zeven leden die elk niet aansprakelijk zijn voor schulden van de coöperatie en niet verplicht zijn tot bijdrage in tekorten, ook bij ontbinding van de rechtspersoon. ROC Friese Poort verzorgt het penningmeesterschap.
Verklaring art 2:403 BW Consolidatie
Ja
Percentage deelneming
100%
Tabel 4: ROC Friese Poort Opleiding & Training B.V
Verbonden partij ROC Friese Poort
Overige verbonden partij
Naam
Paars Partnerschap
Juridische vorm
Coöperatie
Statutaire zetel
Leeuwarden
Code Activiteit
1. contractonderwijs
Eigen vermogen 31 december 2013
228.349
Exploitatiesaldo 2013
187.042
Omzet 2013
836.121
Verklaring art 2:403 BW Consolidatie
nee
Percentage deelneming
14%
Tabel 5: Paars Partnerschap
117
Geconsolideerde balans Verbonden partijen van ROC Friese Poort
Overige verbonden partij
Overige verbonden partij
Naam
Playing for Success Leeuwarden
Maritieme Academie Holland
Juridische vorm
Stichting
Coöperatie
Statutaire zetel
Leeuwarden
Amsterdam
Code Activiteit
4. overige
1. contractonderwijs
Eigen vermogen 31 december 2013
10.072
0
Exploitatiesaldo 2013
0
0
Omzet 2013
82.247
0
Consolidatie
nee
Nee
Percentage deelneming
16,67%
6,6%
Verklaring art 2:403 BW
Tabel 5a: Overige verbonden partijen Playing for Success Leeuwarden en Maritieme Academie Holland. Playing for Success Leeuwarden en Maritieme Academie Holland. Ten behoeve van het vergroten van eigenwaarde en zelfvertrouwen en het verbeteren van (leer-) vaardigheden bij kinderen en jongeren in 2013 de stichting Playing for Success opgericht. Ten behoeve van het geven van kwalitatief onderwijs aan de maritieme sector is in 2013 de coöperatie Maritieme Academie Holland opgericht.
Stichting roc-opleidingen.nl Naast de direct verbonden partijen aan het ROC heeft het ROC nog op indirecte wijze een verbonden partij via ROC FP Bedrijfsopleidingen (BO). Deze betreft deelname in de stichting roc-opleidingen.nl. Aangezien er geen activiteiten meer worden uitgevoerd is de Stichting ROC-opleidingen.nl in 2013 opgeheven.
Verbonden partijen van BO
Overige verbonden partij
Naam
Stichting roc-opleidingen.nl
Juridische vorm
Stichting
Statutaire zetel
Utrecht
Code Activiteit
1. contractonderwijs
Eigen vermogen 31 december 2013
16.229
Exploitatiesaldo 2013
- 42
Omzet 2013
0
Geconsolideerde balans per 31 december 2013 ROC Friese Poort Na verwerking voorstel resultaatbestemming Bedragen * € 1.000 Balans 31-12-2013 1 Activa Vaste activa 1.1 Immateriële vaste activa 15 1.2 Materiële vaste activa 77.405 1.3 Financiële vaste activa 73 Totaal vaste activa Vlottende activa 1.4 Voorraden 59 1.5 Vorderingen 2.554 1.6 Effecten 1.7 Liquide middelen 37.820
Balans 31-12-2012
77.493
73 74.199 75
74.347
81 3.859 0 40.389
Totaal vlottende activa 40.433
44.329
Totaal activa 117.926
118.676
2 Passiva 2.1 Eigen Vermogen 90.235 2.2 Voorzieningen 4.694 2.3 Langlopende schulden 2.786 2.4 Kortlopende schulden 20.211
88.568 4.675 2.989 22.444
Totaal passiva 117.926
118.676
Verklaring art 2:403 BW Consolidatie Percentage deelneming
Tabel 6: Stichting ROC-opleidingen.nl
118
119
Geconsolideerde staat van baten en lasten
Geconsolideerde kasstroomoverzicht
Geconsolideerde staat van baten en lasten ROC Friese Poort
Geconsolideerd kasstroomoverzicht per 31 december 2013 ROC Friese Poort
Exploitatie 2013 3 Baten 3.1 Rijksbijdrage sector BVE 3.2 Overige overheidsbijdragen 3.3 College- cursus- les- en examengelden 3.4 Baten werk in opdracht van derden 3.5 Overige baten
Totaal Baten
Begroting 2013
Exploitatie 2012
84.829 1.001 1.483
81.989 955 1.468
83.578 720 1.205
5.108
4.592
5.454
2.949
3.137
4.216
95.370
92.141
95.173
4 Lasten 4.1 Personeelslasten 71.524 71.189 4.2 Afschrijvingen 7.720 7.876 4.3 Huisvestingslasten 3.992 3.977 4.4 Overige lasten 10.761 11.059
Totaal Lasten
Saldo baten en lasten
5
Financiële baten en lasten
Resultaat
120
69.954 8.332 4.242 12.577
93.997
94.101
95.105
1.373
1.960-
68
346
267
641
1.719
1.693-
709
52 -
52- -
26 -
6 7
Belastingen Resultaat deelnemingen
Resultaat na belastingen
1.667
1.641-
683
8
Aandeel derden in resultaat
-
-
-
Netto resultaat
1.667
1.641-
683
Bedragen * Euro 2013 2012 Kasstroom uit investeringsactiviteiten Beginstand liquide middelen 40.389 41.708 Investeringen in immateriële vaste activa 0 0 Eindstand liquide middelen 37.820 40.389 Desinvesteringen in Mutatie liquide middelen -2.569 -1.319 immateriële vaste activa 0 0 Investeringen in materiële Kasstroom uit operationele activiteiten vaste activa 10.868 9.775 Saldo baten en lasten 1.373 68 Desinvesteringen in Aanpassingen voor: materiële vaste activa 1 60 - afschrijvingen 7.720 8.332 Investeringen in deelnemingen 0 0 - mutaties voorzieningen 19 82 en/of samenwerkingsverbanden 7.739 8.414 Mutaties leningen 0 0 Overige investeringen in Veranderingen in vlottende middelen financiële vaste activa -3 -1 - voorraden 22 83 Totaal kasstroom uit - vorderingen 1.305 -816 investeringsactiviteiten: -10.864 -9.714 - schulden -2.234 234 Kasstroom uit bedrijfsoperaties -908 -499 Kasstroom uit financieringsactiviteiten Nieuw opgenomen leningen 0 0 Ontvangen interest 539 845 Aflossing langlopende schulden 203 203 Betaalde interest 193 203 Overige mutaties eigen vermogen 0 0 Betaalde belastingen 52 26 Totaal kasstroom uit 294 615 financieringsactiviteiten -203 -203 Totaal kasstroom uit operationele activiteiten: 8.499 8.598 Mutatie liquide middelen -2.569 -1.319 Kasstroom uit overige balansmutaties 0 0
In de genoemde kasstroom uit investeringsactiviteiten bevindt zich een post van € 0,2 mln. welke nog niet tot een daadwerkelijke kasstroom heeft geleid. Deze post is gecorrigeerd onder de kasstroom uit bedrijfsoperaties. Het betreffen facturen en garantietermijnen die betrekking hebben op de huisvestingsinvesteringen.
121
1 Vaste activa 1.1. Immateriële vaste activa 1.1
Immateriële vaste activa
1.1.1
Ontwikkelingskosten
1.1.2
1.2. Materiële vaste activa Aanschafprijs
Boekwaarde primo huidig jaar
Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen
Investeringen
Desinvestering
1.2
Immateriële vaste activa
235.932
162.627
73.305
0
0
1.2.1
Terreinen
Consessies en dergelijke
0
0
0
0
0
1.2.2
1.1.3
Goodwill
0
0
0
0
0
1.1.4
Vooruitbetaling
0
0
0
0
0
1.1
Totaal immateriële vaste activa
235.932
162.627
73.305
Afschrijvingen desinvesteringen
Afschrijvingen
Aanschafprijs
Boekwaarde ultimo huidig jaar
Desinvestering
9.066.646
0
0
Gebouwen
80.374.192
27.927.669
52.446.523
7.547.134
167.372
1.2.3
Inventaris en apparatuur
35.360.724
24.749.154
10.611.570
3.781.394
2.543.799
1.2.4
Andere vaste bedrijfsmiddelen
0
0
0
0
0
1.2.5
In uitvoering en vooruitbetalingen
2.074.761
0
2.074.761
460.734
0
1.2.6
Overig
0
0
0
0
0
1.2
Totaal immateriële vaste activa
126.876.322
52.676.822
74.199.500
10.867.794
2.711.171
1.2
Immateriële vaste activa
Immateriële vaste activa
1.1.1
Ontwikkelingskosten
0
58.644
235.932
221.271
14.661
1.1.2
Consessies en dergelijke
0
0
0
0
0
1.1.3
Goodwill
0
0
0
0
0
1.1.4
Vooruitbetaling
0
0
0
0
0
1.2.1
Terreinen
1.1
Totaal immateriële vaste activa
0
58.644
235.932
221.271
14.661
1.2.2
Gebouwen
1.2.3
Inventaris en apparatuur
1.2.4
Afschrijvingen desinvesteringen
Afschrijvingen
Aanschafprijs
Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen
Boekwaarde ultimo huidig jaar
0
0
9.066.646
0
9.066.646
167.372
4.445.028
87.753.954
32.205.325
55.548.629
2.543.045
3.216.157
36.598.318
25.422.265
11.176.053
Andere vaste bedrijfsmiddelen
0
0
0
0
0
1.2.5
In uitvoering en vooruitbetalingen
0
0
1.614.027
0
1.614.027
1.2.6
Overig
0
0
0
0
0
1.2
Totaal immateriële vaste activa
2.710.417
7.661.185
135.032.945
57.627.590
77.405.354
Waarde ultimo (bedragen x 1.000) WOZ-waarde gebouwen en terreinen Verzekerde waarde gebouwen
122
Investeringen
0
1.1
De immateriële vaste activa betreft de in 2010 en 2011 ontwikkelde website, voor dat deel welke conform de regelgeving voor activering in aanmerking komt.
Boekwaarde primo huidig jaar
Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen
9.066.646
0
Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen
Aanschafprijs
2013
2012
2011
2010
2009
€ 73.270
€ 65.174
€ 63.864
€ 65.097
€ 62.676
€ 126.600
€ 115.889
€ 108.056
€ 104.355
€ 110.443
123
Vlottende activa 1.2.1. Terreinen en gebouwen
terrein (€ 0,7 mln.) Het negatieve saldo onder investeringen wordt veroorzaakt door de activering van de nieuwbouw Techniek.
De investering betreft de nieuwbouw Techniek in Drachten (€ 7,5 mln.) en de desinvesteringen in de Units in Drachten (€ 0,2 mln.).
1.2.2. Inventaris en apparatuur In 2013 is € 3,8 mln. in inventaris geïnvesteerd. In 2012 bedroegen de investeringen in inventaris nog € 3,3 mln.
1.2.4. In uitvoering en vooruitbetalingen De boekwaarde van de gebouwen in uitvoering en vooruitbetalingen betreft de bouw van Centrum Duurzaam (€ 0,2 mln.) en Zorg en Welzijn Drachten (€ 0,7 mln.), alsmede de investeringen in het campus-
WOZ-waarde De WOZ-waarde van alle gebouwen en terreinen is gebaseerd op peildatum 1 januari 2012. Deze peildatum is financieel bepalend voor het kalenderjaar 2013. Verzekerde waarde De verzekerde waarde is per 1 januari 2014 (ultimo 2013). De stijging van de waarde is veroorzaakt door indexeringen en toevoeging van de nieuwbouw Techniek.
1.5.1. Debiteuren
1.4. Voorraden 1.4
Voorraden
Huidig jaar
Vorig jaar
1.4.1
Gebruiksgoederen
0
0
1.4.2
Vooruitbetaald op voorraden
59.569
81.084
1.4.3
Onderhanden werk
0
0
1.4
Totaal voorraden
59.569
81.084
De voorraden betreffen de nog te ontvangen gelden van Cibap. Het saldo eind 2012 bevatte ondermeer Cibap, internationaliseringtrajecten en Sport en Beweging.
1.5. Vorderingen 1.3. Financiële vaste activa 1.3
Financiële vaste activa
Boekwaarde primo huidig jaar
Investeringen en verstrekte leningen
Des- investeringen en afgeloste leningen
Resultaat deelnemingen
Boekwaarde ultimo boekjaar
1.3.1
Groepsmaatschappijen
0
0
0
0
0
1.3.2
Andere deelnemingen
0
0
0
0
0
1.3.3
Vorderingen op groepsmaatschappijen
0
0
0
0
0
1.3.4
Vorderingen op andere deelnemingen
0
0
0
0
0
1.3.5
Vorderingen op OCW
0
0
0
0
0
1.3.6
Overige effecten
0
0
0
0
0
1.3.7
Overige vorderingen
75.494
146.486
149.144
0
72.835
1.3
Totaal financiële vaste activa
75.494
146.486
149.144
0
72.835
1.3.7. Overige In het kader van secundaire arbeidsvoorwaarden worden de projecten fietsplan en bedrijfsfitness uitgevoerd, waarbij de openstaande vordering op personeel op balansdatum is opgenomen.
124
1.5
Vorderingen
1.5.1
Debiteuren Waarvan vordering op de belastingdienst: waarvan overige debiteuren
Huidig jaar
Het openstaande saldo debiteuren ligt 35% lager dan in 2012. De daling komt doordat in 2012 een hoge vordering van € 1,1 mln. op de belastingdienst in dit saldo zat. In 2013 bevat het saldo openstaande debiteuren een vordering op de belastingdienst van € 0,3 mln.
1.5.8. Overlopende activa Onder de overlopende activa zijn begrepen de nog te ontvangen en vooruitbetaalde bedragen en de overige activa. De vooruitbetaalde bedragen betreffen transitorische posten, kosten welke in 2013 zijn vastgelegd maar, al dan niet gedeeltelijk, betrekking hebben op 2014. De overige overlopende activa betreffen voornamelijk reeds ontvangen subsidies, onder andere de subsidie voor Centrum Duurzaam. Deze post daalt, doordat een deel van deze subsidie inmiddels is besteed.
Vorig jaar
1.529.392
2.356.820
267.744
1.037.327
1.261.648
1.319.439
1.5.2
OCW
0
0
1.5.3
Groeps maatschappijen
0
0
1.5.4
Andere deelnemingen
0
0
1.5.5
Studenten/deelnemers/cursisten
568.903
543.535
1.5.6
Overige overheden
0
0
1.5.7
Overige vorderingen
445.083
789.055
1.5.8
Overlopende activa
193.576
368.278
1.5.9
Voorzieningen wegens oninbaarheid
-183.258
-198.997
1.5
Totaal
2.553.597
3.858.690
1.5.9. Voorziening wegens oninbaarheid Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid is als volgt: Huidig jaar Stand per 1 januari
Vorig jaar
-198.997
-205.619
Onttrekking
-50.959
-85.568
Dotatie
-35.220
-78.946
-183.258
-198.997
Stand per 31 december
125
1.7. Liquide middelen 1.7
Liquide middelen
1.7.1
Kasmiddelen
1.7.2
Banken
1.7.3
Deposito's
1.7.4 1.7
Huidig jaar
Vorig jaar
10.352
11.076
2.012.299
8.366.326
0
0
Overige
35.797.822
32.011.784
Totaal liquide middelen
37.820.473
40.389.185
deposito’s bij banken, welke onder overige zijn liquide middelen zijn gegroepeerd. Afhankelijk van de markt worden deze middelen conform het treasury statuut van ROC Friese Poort weggezet op spaar- dan wel depositorekeningen. De afname van de liquide middelen met € 2,6 mln. is het gevolg van enerzijds een positieve operationele kasstroom (€ 8,5 mln., resultaat bedrijfsvoering en resultaat op interest) en anderzijds een negatieve kasstroom uit investeringsactiviteiten (-/- € 10,9 mln.) en uit financieringsactiviteiten (-/- € 0,2 mln.).
De liquide middelen bestaan uit kasgelden, het saldo van de lopende rekeningen en uitstaande spaargelden en
Het eigen vermogen bestaat uit de algemene reserve, bestemmingsreserve publiek en de bestemmingsreserve privaat, welke het eigen vermogen van Friese Poort Opleiding & Training B.V. betreft. De voorgestelde bestemming van het exploitatiesaldo 2013 is opgenomen in de kolom resultaat. Een uitgebreide toelichting is te vinden in onderdeel 3 van Overige gegevens. De bijdrage van vestiging Drachten aan de nieuwbouw aldaar is opgenomen in de kolom overige mutaties. Dit betreft de overheveling van €1,5 mln. vanuit de inventarisreserve naar de huisvestingsreserve.
inventaris en het overige aan de huisvestingsreserve. De reserve van de vestigingen wordt verhoogd dan wel verlaagd met het individuele resultaat. Hetzelfde geldt voor de reserve Educatie. Het resterende deel, namelijk het resultaat op wachtgeld, centrale diensten en uitgaven beleidsprojecten, wordt toegevoegd aan de reserve beleidsontwikkeling / projecten. In 2013 is een aparte bestemmingsreserve ingesteld voor de uitvoering van Focus op Vakmanschap. Het deel dat hiervoor al bestemd was uit de beleidsontwikkeling reserve is, samen met de extra ontvangen middelen in 2013, in deze reserve geplaatst.
2.1.1. Algemene reserve De algemene reserve is bedoeld als risicobuffer voor onvoorziene tekorten in de exploitatie. Op basis van de gemaakte risicoanalyse 2013, dient de risicobuffer € 5,6 mln. te bedragen. Dit betekent dat € 0,3 mln. van het resultaat aan de algemene reserve wordt toegevoegd.
2 Passiva 2.1. Eigen vermogen 2.1
Eigen Vermogen
2.1.1
Algemene reserve
2.1.2
Bestemmingsreserve publiek
Resultaat
Onttrekking
Overige mutaties
2.1.2. Bestemmingsreserve publiek
Saldo ultimo huidig jaar
5.300.000
300.000
0
0
5.600.000
Huisvesting
48.519.054
381.393
0
1.500.000
50.400.447
Inventaris
15.944.445
180.000
0
-1.500.000
14.624.445
Beleidsontwikkeling / projecten
12.534.577
-205.844
0
0
12.328.733
0
1.825.000
0
0
1.825.000
2.531.797
-928.402
0
0
1.603.395
310.478
-92.402
0
0
218.076
79.840.351
1.159.745
0
0
81.000.095
3.427.860
207.494
0
0
3.635.354
Focus op Vakmanschap Vestigingen Educatie Totaal 2.1.3
Bestemmingsreserve privaat
2.1.4
Bestemmingsfonds publiek
0
0
0
0
0
2.1.5
Bestemmingsfonds privaat
0
0
0
0
0
2.1.6
Herwaarderingsreserve
0
0
0
0
0
2.1.7
Andere wettelijke reserves
0
0
0
0
0
2.1.8
Statutaire reserves
0
0
0
0
0
2.1.9
Minderheidsbelang derden
0
0
0
0
0
Resultaat SBL
0
0
0
0
0
88.568.211
1.667.239
0
0
90.235.449
2.1
126
Saldo primo huidig jaar
Totaal eigen vermogen
Voor de financiering van het masterplan Huisvesting wordt het jaarlijkse resultaat huisvesting toegevoegd aan de huisvestingsreserve en de reserve inventaris. Het resultaat op huisvesting bedraagt dit jaar € 0,6 mln. Hiervan wordt € 0,18 mln. toegevoegd aan de reserve
2.1.3. Bestemmingsreserve privaat De private bestemmingsreserve bestaat uit het eigen vermogen van de private partij Friese Poort Opleiding & Training B.V. waaraan het resultaat 2013 van € 207.494 is toegevoegd. Er zal aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders worden voorgesteld het dividend ten laste van de winst van 2013 vast te stellen op € 150.000. Dit is € 375 per gewoon aandeel. Na vaststelling van het voorstel voor winstbestemming zal over 2013 € 57.494 worden toegevoegd aan de algemene reserves. Dit is nog niet verwerkt in bovenstaand overzicht.
127
2.2 . Voorzieningen 2.2.1
Personeelsvoorzieningen
2.2.1. Personeelsvoorzieningen Saldo vorig jaar
Dotaties
Onttrekkingen
De personele voorzieningen bestaan uit de voorziening wachtgeld, spaarverlof ADV, pré FPU, WGA, jubileum en overige.
Vrijval
Voorziening wachtgeld
316.189
136.823
242.748
0
Voorziening spaarverlof ADV
151.749
1.745
12.155
0
Voorziening pré FPU
29.491
671
14.300
0
Voorziening WGA
13.629
171.811
87.660
0
1.020.204
115.141
96.932
1.591
561.845
33.333
140.910
0
2.093.108
459.524
594.705
1.591
0
0
0
0
2.581.622
231.023
74.945
0
4.674.729
690.547
669.650
1.591
Voorziening Jubileum Overige personele voorzieningen Totaal 2.2.2
Voorziening verlieslatende contracten
2.2.3
Overige voorzieningen (onderhoud)
2.2
Totaal voorzieningen
2.2.1
Personeelsvoorzieningen
Rente mutaties (bij CW)
Stand ultimo boekjaar
Kortlopend deel (<1 jaar)
Langlopende deel (>1jaar)
Voorziening wachtgeld
0
210.264
210.264
0
Voorziening spaarverlof ADV
0
141.339
0
141.339
Voorziening pré FPU
0
15.862
1.140
14.722
Voorziening WGA
0
97.780
97.780
0
Voorziening Jubileum
0
1.036.823
99.725
937.098
Overige personele voorzieningen
0
454.268
239.172
215.096
Totaal
0
1.956.335
648.081
1.308.254
2.2.2
Voorziening verlieslatende contracten
0
0
0
0
2.2.3
Overige voorzieningen (onderhoud)
0
2.737.700
253.811
2.483.889
2.2
Totaal voorzieningen
0
4.694.035
901.892
3.792.143
De wachtgeldvoorziening is ten behoeve van de kosten voor wachtgeld welke voor rekening van de werkgever komen. Het gaat hier om 60% van de kosten van wachtgeld van voor 1 augustus 2005 en 100% van de kosten van instromers in de wachtgeldregeling na 1 augustus 2005. De onttrekking uit deze voorziening is op basis van de werkelijke kosten. De dotatie wordt gebaseerd op een inschatting van de te verwachten kosten. De verwachting is dat de wachtgelduitkeringen het komende jaar stabiel blijven. Dit heeft geleid tot een lagere voorziening vanwege de afloop van oudere wachtgeldregelingen. De onttrekking in 2013 ligt op € 0,24 mln. Voor de voorzieningen spaarverlof ADV en pré FPU geldt dat deze regelingen zijn komen te vervallen of zijn vervangen. Dit houdt in dat er geen nieuwe instroom is in deze regelingen. De onttrekkingen en dotaties binnen deze voorzieningen gelden voor bestaande gevallen en mensen die onder de overgangsregelingen vallen, zoals deze zijn opgenomen in de CAO. De WGA voorziening is gevormd in 2009 vanwege het eigen risicodragerschap voor de WGA. De onttrekking betreft de kosten voor WGA uitkeringen. Het aantal WGA’ers ligt dit jaar op 3. De WGA voorziening wordt voor 50% gevuld vanuit de inhouding WGA op de personeelssalarissen en voor 50% door de werkgever. De dotatie is daarmee afhankelijk van de loonkosten. Het premiepercentage wordt jaarlijks vastgesteld op basis van de te verwachten WGA kosten.
op een functie gekomen die niet overeenkomt met hun salaris. In deze voorziening worden de meerkosten opgenomen. Uitgangspunten zijn daarbij dat voor de betreffende personen een pensioenleeftijd en blijfkans is vastgesteld. Daarnaast is hier een voorziening opgenomen ten behoeve van het geplande lustrumfeest in 2014. Hiervoor zal een totale voorziening van € 0,1 mln., gebaseerd op ervaringscijfers, worden opgebouwd in de periode van 3 jaar. De personele voorzieningen worden niet contant gemaakt. Hierbij wordt als uitgangspunt genomen dat de potentiële invloed van de indexering van de lonen het niet contant maken van de voorzieningen compenseert.
2.2.3. Overige voorzieningen Onder de overige voorzieningen wordt begrepen de voorziening onderhoud gebouwen. Deze is bestemd voor egalisatie van uitgaven inzake onderhoud aan gebouwen en terreinen die een onregelmatig verloop kennen over een aantal jaren. De dotatie aan deze voorziening is gebaseerd op het meerjarenonderhoudplan (MOP) uit 2012. De dotatie bedroeg in 2013 € 0,3 mln. De onttrekking bedroeg € 0,1 mln. Vanwege wijzigingen in het gebouwenbestand is de benodigde voorziening (tot 2026) aangepast. Voor panden die gesloopt of afgestoten zijn, is de voorziening verminderd en voor de (geplande) nieuwe panden is een bedrag per vierkante meter opgenomen, welke gebaseerd is op de onderhoudskosten voor het pand aan de Harste te Sneek. Dit heeft een daling van de dotatie tot gevolg gehad.
De stijging van de jubileumvoorziening wordt veroorzaakt door een toename van de gemiddelde personele last. Onder de overige voorzieningen valt de voorziening voor de reorganisatie, welke is gevormd in 2009. Als gevolg van de reorganisatie zijn een aantal mensen
128
129
2.3. Langlopende schulden 2.3
2.4.1. Kredietinstellingen
Langlopende schulden
Hoofdsom primo boekjaar
2.3.1 Schulden aan groepsmaatschappijen
0
0
0
0
0
0
2.3.2 Schulden aan overige deelnemingen
0
0
0
0
0
0
2.3.3 Kredietinstellingen
0
0
0
0
0
0
2.3.4 OCW
0
0
0
0
0
0
2.988.960
0
203.203
2.785.757
812.812
1.972.945
2.988.960
0
203.203
2.785.757
812.812
1.972.945
2.3.5 Overige 2.3
Totaal langlopende schulden
opname
aflossing
Hoofdsom ultimo boekjaar
Looptijd > 1 jaar
Looptijd > 5 jaar
Onder overige zijn de afgesloten leningen opgenomen voor de financiering van gebouwen en terreinen. De jaarlijkse rente en aflossing worden betaald uit de jaarlijkse huisvestingvergoeding. Het bedrag waarvoor de looptijd < 1 jaar is, is opgenomen onder de kortlopende schulden aan kredietinstellingen (2.4.1). De rentevoet betreft de gemiddelde rente die over de leningen verschuldigd is. Deze bedraagt 6%.
Kortlopende schulden
2.4.1
Kredietinstellingen
2.4.2
Vorig jaar
Werk door derden
0
0
Overige
408.737
427.766
Totaal
408.737
427.766
0
0
2.724.606
3.535.427
3.854.182
4.583.164
31.504
9.200
2.778.353
2.775.206
3.000
5.000
0
0
Overig
1.653.142
2.034.520
Totaal
11.044.788
12.942.517
Totaal kortlopende schulden
20.211.247
22.445.356
203.203
Vooruitgefactureerde en ontvangen termijnen OHW
1.409.956
1.708.181
2.4.3
Crediteuren
2.497.981
2.869.282
2.4.4
OCW
683.900
472.453
2.4.5
Schulden aan groepsmaatschappijen
0
0
vooruitontvangen subsidies OCW geoormerkt
2.4.6
Schulden aan overige deelnemingen
0
0
Vooruitontvangen investeringssubsidies
2.4.7
Belastingen en premies sociale verzekeringen
2.4.10
Overlopende passiva vooruitontvangen college- en lesgelden
Vooruitontvangen termijnen Vakantiegeld en -dagen 2.938.493
2.968.282
Omzetbelasting
-12.562
-99.550
Premies sociale verzekeringen
22.142
0
2.948.073
2.868.732
1.014.609
953.222
Totaal
130
Huidig jaar 203.203
Loonheffing
2.4.2. Vooruitgefactureerde en –ontvangen termijnen OHW Het per ultimo 2013 openstaand saldo onderhanden werk bestaat uit vooruit gefactureerde opbrengsten en vooruit ontvangen kosten Bedrijfsopleidingen.
2.4.4. OCW Het saldo van de schulden aan OCW betreffen de terug te betalen middelen uit de innovatiebox welke niet besteed zijn (€ 0,1 mln.) en de eventueel terug te betalen diplomavergoeding vanwege diploma stapeling. Over deze terugbetaling loopt nog correspondentie met het Ministerie OCW.
2.4.7. Belastingen en premies sociale verzekeringen
2.4. Kortlopende schulden 2.4
Het saldo onder kredietinstellingen betreft de aflossingsverplichtingen van de langlopende leningen in het jaar na balansdatum.
subsidie van € 0,2 mln en een afname doordat er in de bouwprojecten minder nog te betalen garantietermijnen zijn. In de huidige projecten worden risico’s afgedekt met een bankgarantie.
2.4.8
schulden terzake van pensioenen
2.4.9
Overige kortlopende schulden
Accountants- en administratiekosten Rente
2.4
De belastingen en premies betreffen de af te dragen loonbelasting en premies over de laatste maand van het boekjaar en enkele nog te vorderen posten uit 2012. Hiervoor zal in 2014 een suppletie worden ingediend.
2.4.10. Overlopende passiva De geoormerkte vooruitontvangen subsidies van OCW betreffen de overlopende passiva zoals aangegeven in het overzicht 2.4.10 (zie model G op de volgende pagina). De vooruitontvangen investeringssubsidies betreffen subsidies voor materiële activa, zoals gebouwen. De afname is het gevolg van de vrijval in het resultaat. Deze vrijval loopt evenredig met de afschrijvingen van de betreffende activa en wordt gepresenteerd onder 3.1.2 toerekening investeringssubsidies OCW en 3.2.2 overige overheidsbijdragen. Onder de overige overlopende passiva valt onder andere de vooruitontvangen subsidie voor het centrum Duurzaam van € 0,3 mln. De daling van € 0,4 mln. wordt veroorzaakt door de uitgaven van deze
131
Model G Overlopende subsidies OCW Verantwoording van subsidies zonder verrekeningsclausule Bedrag toewij zing
Saldo 31-12- 2012
Ontvangen t/m verslagjaar. Geheel uitgevoerd en afgerond
Lasten in verslag jaar
Totale kosten 31-12-2013 Nog niet geheel afgerond
Saldo nog te besteden ultimo verslagjaar
Omschrijving
Kenmerk toewijzing
Datum
Bekwaamheid & Professionalisering
466991
2012
396.500
396.500
0
370.793
370.793
25.707
Bekwaamheid & Professionalisering
466991
2012
189.577
189.577
0
0
0
189.577
Bekwaamheid & Professionalisering
493160-1
2013
903.465
0
903.465
0
0
903.465
Compensatie Educatie
590448-1
2013
145.015
0
145.015
145.015
145.015
0
Leerlinggebonden financiering 2012-2013
BEK-11/37020M
2012
565.934
387.818
-39.173
348.654
348.654
0
Leerlinggebonden financiering 2013-2014
BEK-13/23551M
2013
535.599
0
535.599
204.875
204.875
303.724
Leerlinggebonden financiering MBO tot augustus 2012
BEK-11/37020 M
2011
505.757
0
-129
-129
-129
0
Subsidieregeling vaccinatie stageplaatsen zorg (VWS)
MEVA/ABA/2860370
2008
78.625
25.949
0
25.949
25.949
0
Subsidieregeling vaccinatie stageplaatsen zorg (VWS)
MEVA/ABA/2931619
2009
49.125
2.912
0
2.912
2.912
0
Subsidieregeling vaccinatie stageplaatsen zorg (VWS)
MEVA/DBV/3005308
2010
102.000
29.829
0
29.829
29.829
0
Subsidieregeling vaccinatie stageplaatsen zorg (VWS)
MEVA/DBV/3074458
2011
129.625
142.399
0
142.399
124
0
Subsidieregeling vaccinatie stageplaatsen zorg (VWS)
MEVA/ DBV/33118222
2012
142.875
31.499
72.622
41.300
40.700
62.862
Subsidieregeling vaccinatie stageplaatsen zorg (VWS)
SP/61379/2013
2013
128.375
-17.533
198.588
33.296
33.296
147.759
Visueel gehandicapten
2012/2/2644849
2012
22.050
13.230
12.700
25.930
25.930
0
Visueel gehandicapten
503552-1
2013
8.380
0
8.380
8.380
8.380
0
1.202.179
1.837.107
1.379.193
1.236.318
1.660.094
Subtotaal
Aflopend per ultimo verslagjaar Omschrijving
Kenmerk toewijzing
Datum
Stagebox beroepsonderwijs 2006 - 2010 tranche 2008
BHV/BVE2008/54423 M
2008
495.245
495.245
454.741
40.504
Stagebox beroepsonderwijs 2006 - 2010 tranche 2012
BEK-12/10936M
2012
518.152
518.152
518.152
0
Stagebox beroepsonderwijs 2006 - 2010 tranche 2011
BEK-11/12889 M
2011
460.067
460.067
455.086
4.981
1.473.464
1.473.464
1.427.979
45.485
Subtotaal
132
Bedrag toewijzing
Ontvangen t/m verslagjaar
Totale kosten
Te verrekenen ultimo jaarverslag
133
Doorlopend tot in volgend verslagjaar Omschrijving
Kenmerk toewijzing
Datum
Lerarenbeurs
376111-3
2010
163.201
24.499
0
0
0
24.499
Lerarenbeurs
465495
2012
149.443
86.095
54.124
112.444
112.444
27.775
Lerarenbeurs
548822-1
2013
151.231
0
132.268
89.528
41.319
42.740
Prestatiebox MBO vast PM3M
BEK-12/64563M
2012
150.000
106.024
0
106.024
106.024
0
Prestatiebox MBO vast PM4M
2012/2/288481
2013
150.000
0
150.000
0
0
150.000
Prestatiesubsidie voor convenanten 2012 VSP2
BEK-11/54818M
2012
246.000
207.861
0
207.861
207.861
0
Prestatiesubsidie voor de conventanten 2013 VSP-3 (VSV) vaste deel
BEK-2012/64563M
2012
140.000
140.000
140.000
280.000
140.000
0
Prestatiesubsidie voor convenanten 2013 VSP3
BEK-12/64563M
2012
202.000
683.743
-358.000
123.743
123.743
202.000
Schoolmaatschappelijk werk
BEK-11/80123M
2012
325.853
99.325
68.041
167.366
167.366
0
Schoolmaatschappelijk werk
BEK-2013/135M
2013
334.760
0
266.718
172.584
172.584
94.134
Studieverlof BVE 2013
2013/2/332855
2013
113.294
0
9.806
3.922
3.922
5.883
Subsidie Mobiliteitsregistratie en opleidingsadv. (School Ex)
591116-1
2013
304.571
0
304.571
0
0
304.571
Subsidie zij-instroom
369175-1
2011
38.000
11.088
0
6.887
6.887
4.201
Subsidie zij-instroom
467372-1
2012
38.000
33.187
19.000
23.788
23.788
28.399
Taal en Rekenen
BEK-12/77479M
2013
1.118.524
171.181
1.118.524
1.135.880
1.135.880
153.825
2013
-19.000
0
-19.000
0
0
-19.000
Verrekening Zij-instroom
Saldo 31-12- 2012
Ontvangen t/m verslagjaar.
Lasten in verslag jaar
Totale kosten 31-12-2013
Saldo nog te besteden ultimo verslagjaar
Innovatiebox beroepsonderwijs 2006 - 2010 tranche 2011
BEK-11/25914 M
2011
1.137.138
87.268
-87.268
0
0
0
Prestatiesubsidie voor de conventanten 2011 (VSV)
BEK-2011/54818M
2011
700.000
99.212
0
99.212
99.212
0
1.749.482
1.798.784
2.529.239
2.341.030
1.019.028
Subtotaal
134
Bedrag toewijzing
135
3 Baten Niet in de balans opgenomen verplichtingen / activa ROC Friese Poort is aangesloten bij de stichting Waarborgfonds BVE. Het waarborgfonds stelt zich borg ten gunste van geldgevers van geldleningen die voor huisvesting worden verstrekt aan bve-instellingen. Het borgen heeft veelal een rentevoordeel tot gevolg. Zo heeft ROC Friese Poort ultimo 2013 5 leningen bij het fonds geborgd. Elke aangesloten instelling kan jaarlijks aangesproken worden tot maximaal 2% van de rijksbijdrage indien het eigen vermogen van het fonds onder € 9,98 mln. daalt. Dit kan geschieden indien individuele instellingen hun financiële verplichtingen voor geborgde leningen niet meer kunnen voldoen. De maximaal latente claim bedraagt voor ROC Friese Poort jaarlijks circa € 1,7 mln. (prijsniveau 2013). ROC Friese Poort heeft de volgende huurverplichting die langer is dan 1 jaar vanaf balansdatum. Badweg 2 te Leeuwarden loopt tot 1 januari 2016 met een tussentijdse opzegmogelijkheid per 1 januari 2014. De huurprijs 2013, exclusief servicekosten, bedroeg € 103.944.
136
3.1. Rijksbijdrage sector BVE Met ingang van 1 juli 2012 wordt voor de opleidingen Maritiem te Sneek jachtwerf Abma aan ’t Ges gehuurd tot 1 juli 2015. De huurverplichting bedraagt € 50.000 per jaar.
3.1.1
Voor de opleiding Bijzondere Trajecten Zorg wordt de locatie Alferhof te Drachten gehuurd. De huur verplichting bedraagt € 25.000 per jaar en loopt tot 1 januari 2015. Daarnaast bestaan een aantal (ver)huurverplichtingen voor met name sport activiteiten die jaarlijks opzegbaar zijn.
Huidig jaar
Begroting
Vorig jaar
Vergoeding studenten
56.380.130
55.084.817
54.247.019
Vergoeding diploma's
14.074.481
13.767.205
14.612.994
Vergoeding VOA
2.871.998
2.887.290
2.819.482
Huisvestingsvergoeding
5.945.635
5.895.402
5.942.070
40.303
39.785
40.363
-1.435.555
-1.435.555
-1.236.115
77.876.992
76.238.944
76.425.813
Geoormerkte OCW subsidies
4.115.627
2.975.255
4.401.337
Niet-geoormerkte OCW subsidies
2.555.557
2.530.609
2.486.163
280.960
244.070
264.956
6.952.144
5.749.934
7.152.456
0
0
0
84.829.136
81.988.878
83.578.269
Vergoeding gehandicapten Inhouding cursusgelden Totaal Rijksbijdrage OCW
Overige subsidies OCW
Voor twee auto’s is een leasecontract afgesloten. Voor de nieuwbouw van Centrum Duurzaam te Leeuwarden is voor € 300.576 aan verplichtingen aangegaan, waarvan op balansdatum € 152.425 is betaald. Voor de nieuwbouw Zorg & Welzijn te Drachten is voor € 5.782.035 aan verplichtingen aangegaan, waarvan op balansdatum € 660.840 is betaald. Voor de ontwikkeling van het Campusterrein in Drachten is voor € 1.801.488 verplichtingen aangegaan, waarvan op balansdatum € 763.170 is betaald.
Rijksbijdrage OCW
Toerekening investeringssubsidies OCW Totaal overige subsidies OCW 3.1.3
Af: inkomensoverdrachten
3.1
Totaal Rijksbijdrage
3.1.1. Rijksbijdrage OCW
3.1.2. Overige subsidies OCW
De rijksbijdrage bestaat uit de deelnemer-, diploma-, huisvesting- en gehandicaptenvergoeding en VOAmiddelen. De rijksbijdrage valt ten opzichte van de begroting € 1,6 mln. hoger uit. De stijging is het gevolg van de bijstelling van de bekostiging in december 2013. Hierin zitten naast een kleine loonbijstelling, middelen uit het herfstakkoord en extra middelen die in het kader van Focus op Vakmanschap zijn verstrekt. De inhouding cursusgelden betreffen de aan het ministerie af te dragen cursusgelden.
De geoormerkte OCW subsidies betreffen de bestedingen in het kader van onder andere Taal en Rekenen, schoolmaatschappelijk werk, Bekwaamheid en professionalisering onderwijspersoneel en management, Stagebox, Compensatie herverdeeleffecten educatie en Leerlinggebonden financiering. Een volledig overzicht van de besteding van geoormerkte subsidies is terug te vinden onder 2.4.10. overlopende passiva. De niet geoormerkte OCW vergoeding betreft de wachtgeldvergoeding, welke iets hoger ligt dan begroot.
137
3.2. Overige overheidsbijdragen en -subsidies 3.2.1
Gemeentelijke bijdragen en subsidies
3.2.1a
Gemeentelijke bijdrage Educatie
3.2.1b
Gemeentelijke bijdrage inburgering
3.2.1c
3.4. Baten werk in opdracht van derden
Huidig jaar
Begroting
Vorig jaar
3.4.1
159.616
167.612
327.117
0
0
- 6.979
Overige gemeentelijke bijdragen en subsidies
293.795
457.882
0
Totaal gemeentelijke bijdragen en subsidies
453.411
625.494
320.138
3.2.2
Overige overheidsbijdragen
547.723
329.640
400.238
3.2
Totaal overige overheidsbijdragen
1.001.134
955.134
720.376
3.1
Totaal Rijksbijdrage
84.829.136
81.988.878
83.578.269
Contractonderwijs
Huidig jaar
Begroting
Vorig jaar
Internationale organisaties
0
0
0
Overige niet naar winst strevende organisaties
0
0
0
Bedrijven
4.019.461
3.756.559
4.151.456
Inburgeringscontracten
0
0
0
Totaal contractonderwijs
4.019.461
3.756.559
4.151.456
3.4.2
Contractonderzoek
0
0
0
3.4.3
Overige Participatiebudget
0
0
0
Overige
1.088.588
835.301
1.302.049
Totaal contractonderwijs
1.088.588
835.301
1.302.049
Totaal baten werk in opdracht van derden
5.108.049
4.591.860
5.453.504
3.2.1. Gemeentelijke bijdragen en -subsidies Het resultaat op educatie bedraagt in 2013 -/- € 92.402. Er is sprake van een afname door daling van het landelijk budget.
3.2.2. Overige overheidsbijdragen
3.4
Hieronder zijn de niet van OCW afkomstige investeringssubsidies opgenomen (€ 131.855). Hieronder valt de bijdrage aan de gebouwen voor CVO en de parkeerplaatsen in Leeuwarden en Emmeloord. Daarnaast vallen hieronder de programmagelden VSV.
3.3. College-, cursus, les en examengelden 3.3
College-, cursus, les en examengelden
3.3.2
Cursusgelden sector BE
3.3.5
Examengelden
3.3
Totaal College- cursus- les en examengelden
Huidig jaar
Begroting
Vorig jaar
1.482.357
1.467.950
1.205.269
0
0
0
1.482.357
1.467.950
1.205.269
3.4.1 Contractonderwijs
3.4.3 Overige
De baten voor contractonderwijs liggen hoger dan begroot. Ten opzichte van vorig jaar is kleine daling te zien doordat een project onder de overige baten werk in opdracht van derden (3.4.3) is opgenomen.
De overige baten liggen € 0,3 mln. hoger dan begroot. De hogere opbrengst wordt veroorzaakt door meer projectactiviteiten en activiteiten in het kader van internationalisering. Ten opzichte van vorig jaar is daling te zien van € 0.2 mln.
3.3.2. Cursusgelden sector BE Ondanks een lichte daling in het studentenaantal (BBL + BOL-deeltijd) in 2013 zijn door een hoger cursusgeld de baten uit cursusgelden gestegen.
138
139
4 Lasten 3.5 Overige baten
4.1. Personele lasten
3.5
Overige Baten
3.5.1
Verhuur
116.295
143.817
106.314
Bruto lonen en salarissen
3.5.2
Detacheringen personeel
535.525
289.694
387.473
3.5.3
Schenking
0
0
0
3.5.4
Sponsoring
3.462
0
9.550
3.5.5
Ouderbijdragen
0
0
0
3.5.6
Huidig jaar
Vorig jaar
4.1.1
Overige Verkopen kantine Studentenbijdragen Boekwinst/ -verlies activa Overige Totaal overige
3.5
Begroting
Totaal overige baten
Lonen en salarissen 50.818.654
51.301.475
50.646.470
Sociale lasten
5.890.492
5.895.653
5.478.970
Pensioenpremies
7.739.213
7.734.459
7.137.646
64.448.359
64.931.587
63.263.086
251.460
190.233
480.317
Totaal Lonen en salarissen
4.1.2
Overige personele lasten
4.1.2a
Dotaties personele voorzieningen
252.256
273.015
274.351
4.1.2b
personeel niet in loondienst
4.993.664
4.206.936
4.376.456
1.859.505
1.631.228
1.763.683
4.1.2c
overig
2.120.544
2.033.384
2.058.838
19.452
12.500
18.477
4.1.2d
Vrijval uit personele voorzieningen
0
0
0
162.882
786.769
1.655.381
7.365.667
6.430.553
6.915.612
2.294.095
2.703.512
3.711.891
4.1.3
Af: Uitkeringen
290.026
173.000
224.833
2.949.377
3.137.023
4.215.229
4.1
Totaal personeelslasten
71.523.999
71.189.140
69.953.865
Totaal Overige personele lasten
4.1.1. Lonen en salarissen De overige baten liggen € 0,2 mln. lager dan begroot en € 1,3 mln. lager dan vorig jaar. De inkomsten uit detacheringen liggen € 0,2 mln. hoger dan begroot door meer detacheringactiviteiten en incidentele vrijval in het kader van een correctie op BTW van voorgaande jaren. De overige baten liggen lager
dan begroot omdat via deze post opbrengsten voor detacheringen en leer- en hulpmiddelen zijn over geboekt. Deze laatste opbrengsten liggen weer hoger dan begroot. In 2012 was onder de overige baten nog de teveel betaalde BTW in het kader van de pro-rata regeling opgenomen (€ 1,0 mln.).
De loonkosten liggen in 2013 € 1.2 mln. hoger dan in 2012. Ten opzichte van de begroting liggen de kosten €0,5 mln. lager. De stijging ten opzichte van vorig jaar wordt veroorzaakt door een hogere gemiddelde inzet van 2 fte en stijging van de gemiddelde kosten (€1.200 per fte), als gevolg van gestegen pensioen premies en de doorstroom naar hogere loonschalen. Ten opzichte van de begroting liggen de loonkosten lager vanwege de eenmalig terugontvangen basispremie WAO (€ 0,3 mln.) Daarnaast is in de begroting nog een extra post opgenomen in het kader van innovatieprojecten (€ 0,3 mln.). Hiervoor was indertijd geen expliciete inzet van personeel opgenomen omdat de middelen nog niet definitief waren toegekend. Uiteindelijk is er wel een hogere personele inzet geweest voor additioneel beleid, maar minder dan in de begroting was opgenomen.
4.1.2. Overige personele lasten Onder de overige personele lasten vallen de dotaties aan personele voorzieningen, kosten voor uitzend
140
krachten en overige werknemer gerelateerde kosten zoals scholing en vestigingsactiviteiten. De toename van de kosten voor personeel niet in loondienst is het gevolg van een hogere inzet (7,9 fte) van uitzendkrachten, met name voor ziektevervanging. De huidige wetgeving heeft tot gevolg dat de beloning volgens 2 loonbegrippen dient te worden berekend en door de accountant gecontroleerd. Dit leidt tot de volgende 2 tabellen met verschillende loonberekeningen. Bezoldiging van bestuurders en toezichthouders Conform artikel 383c van het BW 2 dient er een opgave te komen van de bezoldigingen en andere uitkeringen van de (gewezen) bestuurders en voor de commissarissen en gewezen commissarissen. In onderstaand overzicht worden de gegevens met betrekking tot de bezoldiging van de bestuurders en Raad van Toezicht gemeld.
141
Duur arbeidsovereenkomst / werzaamheden
Duur arbeidsovereenkomst / werkzaam heden tot einddatum
Ingangsdatum dienstverband
Bestuurders Dhr. Sj. Tuinier Totaal Bestuurders
1-8-1994
Taak omvang fte
Dienstbetrekking (D) of op Interim basis (I) D of I
1
D
Periodiek betaalde beloningen/gratificatie 2013 (in €) 150.832
Beloning
Onkosten vergoeding
Beloningen betaalbaar op termijn
Uitkeringen wegens beëindigen dienstverband
Totaal
Wettelijke limiet
2013 (in €)
2013 (in €)
2013 (in €)
2013 (in €)
2013 (in €)
2013 (in €)
Bestuurders Dhr. Sj. Tuinier Totaal Bestuurders
Toezichthouders Fokkema
4+4 jaar
1-1-2017
1-4-2009
0
D
6.751
Imhof
4+4 jaar
1-1-2019
1-1-2011
0
D
8.967
Mulder
4+4 jaar
1-1-2019
1-1-2011
0
D
8.832
Hoekstra
4+4 jaar
1-1-2021
1-1-2013
0
D
8.832
Olivier
4+4 jaar
1-12-2021
1-12-2013
0
D
736
Paas
4+4 jaar
1-1-2015
1-1-2007
0
D
13.248
Renkema
4+4 jaar
1-1-2019
1-1-2011
0
D
8.849
beeindigd
30-6-2013
1-1-2010
0
D
4.416
Tabak
Bezoldinging in het kader van de WNT bestaande uit de componenten:
Totaal toezichthouders
60.631
171.819
21.717
-
193.536
198.279
Toezichthouders Fokkema
6.751
331
7.082
9.914
Imhof
8.967
410
9.377
9.914
Mulder
8.832
8.832
9.914
Hoekstra
8.832
8.832
9.914
736
736
9.914
13.248
13.248
14.871
9.031
9.914
4.416
9.914
Olivier Paas Renkema
8.849
Tabak
4.416
182
Tabel 7: overzicht bezoldiging bestuurders en toezichthouders Tabel 8: WNT overzicht bezoldiging topfunctionarissen. Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen Het normenkader rondom de ‘Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen Publieke en Semipublieke Sector (hierna: WNT) is bekrachtigd in het Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijks relaties van 26 februari 2014, nr. 2014-0000106049 en de Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 26 februari 2014, nr. 2014-0000 104920. De Aanpassingswet WNT is als onderdeel van dit normenkader nog niet formeel aangenomen door de Eerste Kamer. Voor het opmaken van de jaarrekening is in lijn met de mededeling van de minister van BZK d.d. 12 februari 2014, gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 18 februari 2014, de Aanpassingswet WNT wel als onderdeel van het normenkader gehanteerd.
142
In het kader van de WNT wordt gemeld dat er in 2013 verder geen bezoldigingen zijn uitgekeerd aan topfunctionarissen die boven het in artikel 2.3 van deze wet vastgestelde bedrag uitkomen. Het College van Bestuur heeft een arbeidscontract op basis van de beloningsregeling voor bestuurders van MBO-instellingen. Vanwege de keuze voor een eenhoofdig College van Bestuur, is het salaris met ingang van 2012 verhoogd. Het salaris past binnen de Code Beloning voor bestuurders, doch door bijtelling van een leaseauto valt het in een hogere salarisgroep.
De beloningen betaalbaar op termijn betreffen de werkgeverslasten voor het ABP. Aan de leden van Raad van Toezicht (2013: 7 personen) is in totaal € 60.631 excl. BTW uitbetaald als vaste vergoeding. Voor alle leden van de Raad van
Toezicht geldt dat zij onafhankelijk zijn in de zin van de branchecode governance. De leden van de Raad van Toezicht ontvangen een vaste vergoeding, gebaseerd op de branche code voor goed bestuur.
4.2. Afschrijvingen 4.2
Afschrijvingen
4.2.1
Immateriële vaste activa
4.2.2 4.2
Huidig jaar
Begroting
Vorig jaar
58.644
58.644
58.644
Materiële vaste activa
7.661.186
7.817.480
8.273.339
Totaal afschrijvingen
7.719.829
7.876.124
8.331.983
4.2.1 Immateriële vaste activa
4.2.2 Materiële vaste activa
De afschrijvingen voor immateriële vaste activa betreffen afschrijvingen op de website, welke in 2011 als immaterieel vast actief is opgenomen.
De afschrijvingen liggen lager dan begroot. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door minder investeringen in ICT. Deze investeringen zijn deels uitgesteld naar 2014 en deels zijn ze komen te vervallen.
143
4.3. Huisvestingslasten Huidig jaar
Begroting
Specificatie accountantskosten
4.3.
Huisvestingslasten
Vorig jaar
4.3.1
Huur
649.459
663.694
764.680
Honorarium onderzoek jaarrekening
4.3.2
Verzekeringen
140.437
122.000
118.744
Honorarium andere controleopdrachten
4.3.3
Onderhoud
1.599.057
1.582.451
1.810.817
4.3.4
Energie en water
1.020.043
1.039.640
993.409
Honorarium andere niet-controlediensten
4.3.5
Schoonmaakkosten
123.898
104.748
109.787
Totaal accountantskosten
4.3.6
Heffingen
459.085
463.271
442.982
4.3.7
Overige
0
1.254
1.206
4.3
Totaal huisvestingslasten
3.991.980
3.977.058
4.241.624
Honorarium fiscale adviezen
Huidig jaar
Vorig jaar 51.425
56.925
1.518
3.998
0
0
5.868
0
58.811
60.923
Tabel 9: Specificatie van de accountantskosten
4.3.3. Onderhoud In de kosten voor onderhoud zijn tevens de kosten voor de sloop van het Centrum Fijnmechanica en een deel van de Leidijk in Drachten opgenomen.
4.4. Overige lasten 4.4
Overige lasten
Huidig jaar
4.4.1
Administratie- en beheerslasten
4.624.232
5.271.644
5.578.641
4.4.2
Inventaris, apparatuur en leermiddelen
5.261.562
5.022.359
5.877.792
4.4.3
Dotaties aan overige voorzieningen
26.634
19.000
41.025
4.4.4
Overige
848.426
746.098
1.079.901
4.4
Totaal overige lasten
10.760.855
11.059.101
12.577.359
4.4.1 Administratie- en beheerslasten De kosten voor administratie en beheer zijn ten opzichte van 2012 gedaald met € 0,9 mln. Hieronder vielen in 2012 onder andere eenmalige kosten als de boete SCW vanwege het niet voldoen aan de urennorm (€ 0,2 mln.) en de dubbele licentiekosten voor NOiSe (€ 0,2 mln.). De daling wordt verder veroorzaakt door minder kosten voor marketing, kopieren, telefonie en overige beheerskosten, alle €0,1 mln. lager dan vorig jaar en tevens lager dan begroot.
4.4.2 Inventaris, apparatuur en leermiddelen De lasten voor inventaris, apparatuur en leer- en hulpmiddelen liggen € 0,6 lager dan vorig jaar. Lagere kosten zijn gemaakt voor onderhoud inventaris (€ 0,1 mln.), leer-
144
Begroting
Vorig jaar
en hulpmiddelen ( €0,4 mln.) en excursies ( € 0,1 mln.). De overige kosten liggen € 0,2 mln. lager dan in 2012.
4.4.4 Overige De overige lasten liggen in de realisatie € 0,1 lager dan begroot door lagere kosten voor inkoop kantines.
Accountantskosten Conform Titel 9 van boek 2 BW artikel 382a dient een opgave van de in het boekjaar ten laste van de rechtspersoon gebrachte honoraria met betrekking tot controle- en overige advieswerkzaamheden, uit gevoerd door de externe accountant en de accountantsorganisatie, te worden opgenomen. Dit overzicht is in tabel 9 weergegeven.
145
5 Financiële baten en lasten 5.1
Rentebaten
Huidig jaar
Rekening-courant Deposito's / spaarrekeningen 5.1
Totaal rentebaten
5.4
Rentelasten
Enkelvoudige Jaarrekening Stichting voor Christelijk BVE Friesland/Flevoland
Vorig jaar
1.657
32.868
14.999
537.020
437.596
829.782
538.677
470.464
844.782
Huidig jaar
Langlopende leningen
5.4
Begroting
Enkelvoudige jaarrekening
Begroting
Vorig jaar
192.685
203.203
203.404
Financieringskosten
0
0
0
Totaal rentelasten
192.685
203.203
203.404
5.1. Rentebaten
5.4. Rentelasten
De rentebaten liggen hoger dan begroot. Dit is het gevolg van een hogere renteopbrengst op deposito’s en spaarrekeningen. Het gemiddelde saldo lag hoger dan begroot. De gemiddelde rentevoet lag op begrotingsniveau (1,5%).
De rentelasten betreffen de rentekosten voor de huidige langlopende schulden.
6 Belastingen 6
Belastingen
6
Totaal belastingen
Huidig jaar
Begroting 52.142
Samenvatting Naast de geconsolideerde jaarrekening wordt hier de enkelvoudige jaarrekening gepresenteerd. In deze jaarrekening wordt het aandeel BO tegen netto vermogenswaarde gewaardeerd in de balans en wordt het resultaat in de staat van baten en lasten gepresenteerd onder het resultaat deelnemingen.
Vorig jaar -51.957
26.421
De belastingen betreft de vennootschapbelasting voor Bedrijfsopleidingen. Deze liggen hoger dan begroot vanwege het hogere resultaat.
Na verwerking voorstel resultaatbestemming Bedragen * € 1.000 Balans 31-12-2013 1 Activa Vaste activa 1.1 Immateriële vaste activa 15 1.2 Materiële vaste activa 77.332 1.3 Financiële vaste activa 3.726 Totaal vaste activa Vlottende activa 1.4 Voorraden 59 1.5 Vorderingen 2.171 1.6 Effecten 0 1.7 Liquide middelen 37.640
Balans 31-12-2012
81.073
73 74.138 3.522
77.732
81 3.127 0 39.596
Totaal vlottende activa 39.870
42.804
Totaal activa 120.943
120.536
2 Passiva 2.1 Eigen Vermogen 90.235 2.2 Voorzieningen 4.662 2.3 Langlopende schulden 2.786 2.4 Kortlopende schulden 23.260
88.568 4.636 2.989 24.343
Totaal passiva 120.943
120.536
Toelichting: In deze balans is in de financiële activa opgenomen de deelneming Friese Poort Opleiding & Training B.V. met een netto vermogenswaarde van € 3.653.506. Ten opzichte van de geconsolideerde balans betekent dit een wijziging in de posten materiële activa (€ 0,1 mln.), vorderingen (€ 0,4 mln.), liquide middelen (€ 0,2 mln.) en kortlopende schulden (€ 3,0 mln.).
146
147
Enkelvoudige staat van baten en lasten Financiële vaste activa
Boekwaarde primo huidig jaar
Investeringen en verstrekte leningen
Des- investeringen en afgeloste leningen
Resultaat deel nemingen
Boekwaarde ultimo boekjaar
Groepsmaatschappijen
3.446.011
0
0
207.494
3.653.506
Andere deelnemingen
0
0
0
0
0
Vorderingen op groepsmaatschappijen
0
0
0
0
0
Vorderingen op andere deelnemingen
0
0
0
0
0
Vorderingen op OCW
0
0
0
0
0
Overige effecten
0
0
0
0
0
75.494
146.486
149.144
0
72.835
3.521.505
146.486
149.144
207.494
3.726.341
Overige vorderingen Totaal financiële vaste activa
Enkelvoudige Staat van Baten en Lasten Stichting voor Christelijk BVE Friesland/Flevoland Exploitatie 2013
Begroting 2013
Exploitatie 2012
Baten Rijksbijdrage sector BVE Overige overheidsbijdragen College- cursus- les- en examengelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten
84.829 1.001 1.482 2.589 2.949
81.989 955 1.468 2.405 3.137
83.578 720 1.205 3.242 4.216
Totaal Baten
92.851
89.954
92.870
Lasten Personeelslasten 70.147 69.659 68.584 Afschrijvingen 7653 7.851 8.297 Huisvestingslasten 3.910 3.876 4.142 Overige lasten 9.958 10.201 11.818
Totaal Lasten Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten Resultaat Belastingen Resultaat deelnemingen
91.667 91.588 92.842 1.373
1.634-
28
276
189
549
1.460 1.445-
557
- 207
- 196-
105
Resultaat na belastingen
1.667
1.641-
683
Aandeel derden in resultaat
-
-
-
1.667
1.641-
683
Netto resultaat
Toelichting: In bovenstaande SBL is het resultaat van Friese Poort Opleiding & Training B.V. opgenomen onder resultaat deel nemingen. De baten en lasten zijn ten opzichte van de geconsolideerde balans verminderd met de baten en lasten van Poort Opleiding & Training B.V. Het betreft totale baten € 2,5 mln., totale lasten € 2,3 mln.
148
149
Overige gegevens 1. Gebeurtenissen na balansdatum De opgenomen schuld aan OCW voor de eventueel terug te betalen diplomavergoeding vanwege diplomastapeling kan in 2014 vrijvallen. Per brief van 22 april 2014 heeft de minister van OCW dit laten weten als reactie op onze toelichting en ons verzoek omtrent deze schuld. Het betreft een bedrag van € 472.453.
2. Risicoparagraaf Voor de bepaling van de hoogte van de risicobuffer binnen het eigen vermogen wordt een financiële risicoanalyse gemaakt. Ultimo 2013 zijn de risico’s opnieuw bepaald. De heroverweging van de risico’s leidt tot een benodigde weerstandscapaciteit van € 5,6 mln. (2012: € 5,3 mln.) In onderstaande toelichting wordt een nadere specificatie gegeven van de algemene en specifieke risico’s die leiden tot de gewenste hoogte van het eigen vermogen. Hierbij worden alleen die risico’s gepresenteerd die financieel van substantiële betekenis zijn. Het is derhalve geen signaleringslijst van alles wat wel eens tegen zou kunnen vallen.
Algemene risico’s Meerjarig rijksbeleid OCW Belangrijke ontwikkelingen zoals de intensivering van uren, verkorting van opleidingen, vereenvoudiging van kwalificatiestructuur, de nieuwe bekostiging en macrodoelmatigheid vragen om grote aanpassingen in het onderwijsproces met bijbehorende financiële gevolgen. Voor de aanpassingen in het kader van Focus op Vakmanschap is tijdelijk extra financiering beschikbaar. Daarnaast worden er kortingen vanwege macrodoelmatigheid in het vooruitzicht gesteld. Het recent afgesloten begrotingsakkoord 2014 en het nationaal onderwijsakkoord leiden weer tot inzet van extra middelen. De definitieve bedragen voor de Mbosector, het tijdstip waarop ze beschikbaar komen en de beleidskaders zijn nog niet bekend. In 2015 treedt de nieuwe bekostiging in werking. Deze is gebaseerd op de aantallen van 2013. De ombuiging van het vervallen van de bekostiging bol-deeltijd is grotendeels uitgevoerd. Op 1 oktober 2013 zijn er nog 65 studenten bol-deeltijd ingeschreven,
150
waarvoor in 2015 geen bekostiging zal worden ontvangen. Het betreft veelal studenten van de opleiding doktersassistente die in 2012 zijn gestart en deze in 2014 afronden. Ook zijn er bbl-studenten die op 31 december 2013 geen beroepspraktijkvormingsplaats hebben en daarmee niet worden bekostigd. Daarnaast vervalt de bekostigingsfactor 0,8 voor bepaalde zorgopleidingen. Alhoewel de simulatie-uitkomsten van de nieuwe bekostiging geen aanleiding geven om de begrotingskaders voor de komende jaren aan te passen wordt voor de overgangssituatie een buffer van € 1 mln. aangehouden. De Educatiemiddelen lopen fors terug. Ondanks dat vestiging Emmeloord organisatorische aanpassingen doorvoert in de afdeling Educatie, leidt dit tot verliezen. Op dit moment wordt geen nadere risicobuffer nodig geacht, anders dan in de bestemmingsreserve Educatie. Voorfinanciering groei studenten Forse groei in studentenaantal leidt veelal tot een hogere inzet van docenten en instructeurs. De huidige bekostiging door OCW vindt echter 1,5 jaar later plaats. De studentenstijging 2013/2014 van 379 gewogen studenten leidt tot een voorfinanciering op jaarbasis van circa € 1,6 mln. De inzet van onderwijspersoneel voor 70% geeft een totale voorfinanciering van circa € 1,1 mln. In de begroting van 2014 is hiermee rekening gehouden. Juridische aansprakelijkheidsstelling Het risico op aansprakelijkheidsstelling op het gebied van (ge)bouwen, geschillen met medewerkers en studenten neemt maatschappelijk toe. In 2013 hebben binnen de bouwprojecten een aantal kleinere geschillen plaats gevonden. Op dit moment bestaan er geen specifieke forse claims, de omvang van dit soort claims en de ontwikkeling hiervan is moeilijk te kwantificeren. Daar waar zich feitelijke claims voordoen, wordt waar mogelijk een voorziening gevormd. Voor deze aansprakelijkheidstellingen wordt een stelpost van € 0,3 mln. opgenomen.
Specifieke risico’s De omvang en ontwikkeling van het contractonderwijs Het aantal studenten dat via maatwerktrajecten een Crebo-opleiding binnen het ROC volgt, ligt rond
1.700. Deze maatwerktrajecten worden door Bedrijfsopleidingen middels contracten verworven bij bedrijven en organisaties. De scholing wordt uitbesteed aan de vestigingen van het ROC die naast de reguliere rijksbijdrage een vergoeding voor het maatwerk ontvangen. Deze 1.700 volgen bijna allemaal een bbl- opleiding. Het risico van contractonderwijs, dat mede is ondergebracht bij een aantal grote contractanten blijft altijd aanwezig. Uitgaande van 1.700 studenten bedraagt de samenhangende studentenvergoeding circa € 2,4 mln. De bijbehorende formatie ingezet op vestigingen omvat een loonsom van circa € 1,7 mln. op jaarbasis (70% van de studentenvergoeding). Dit is tevens het formatierisico van het contractonderwijs per jaar. Nieuwbouw- en huisvestingsprojecten De nieuwste huisvestingsplannen voor de periode 2014-2020 laten een investeringsomvang van circa € 27 mln. zien. Door investeringen in huisvesting liggen de kapitaallasten van het merendeel van de gebouwen over een lange periode vast. Bij terugloop in studenten en/of diploma’s komt er een lagere huisvestingvergoeding beschikbaar. In de financieringscalculaties van de plannen is rekening gehouden met een scenario van studentendaling van 10%. Deze daling komt neer op € 0,6 mln. op jaarbasis en is op dit moment in het resultaat op huisvesting op te vangen. Er wordt derhalve op dit moment geen buffer opgenomen. Projecten In en buiten de organisatie vinden veel projecten plaats op het gebied van onderwijs (Centrum Duurzaam, Zorgacademie, Maritiem Nederland, Breeam-certificering) en ict (digitalisering). Dit vraagt om uitstekend projectmanagement. Zo is er voor de realisatie van het Centrum Duurzaam maximaal € 2 mln. aan Europese en provinciale subsidiegelden beschikbaar. Dit vraagt aan uitgaven voor dit project € 5 mln., die aan stringente regelgeving dient te voldoen. Voor dergelijke risico’s aan de uitgaven- en ontvangstenkant wordt € 1,0 mln. gereserveerd.
Ontbreken van contractbeheer en standaard inkoopcontracten Het ontbreken van contractenbeheer en standaard inkoopcontracten voor specifieke gebieden kan ertoe leiden dat contracten stilzwijgend worden verlengd, waardoor prijsvoordelen kunnen worden gemist of aanbestedingsregels worden vergeten. In dat laatste geval kan er aansprakelijkheidsstelling volgen. In 2012 was er door te late opzegging van het contract van het bestaande studenteninformatiesysteem sprake van dubbele kosten. De financiële omvang hiervoor wordt geacht te zijn opgenomen onder het algemene juridische risico. Het niet voldoen aan bekostigingsvoorwaarden De toegankelijkheid en kwaliteit van het onderwijs en de examinering dienen te voldoen aan extern opgelegde voorwaarden. Zo werd in 2012 een financiële sanctie opgelegd van € 0,2 mln. voor de realisatie van te weinig uren in de opleiding SCW (2010/2011). Deze omissies zijn nooit volledig uit te sluiten, derhalve wordt hiervoor een buffer van € 0,2 mln. opgenomen. Gevolgen deelnemer- of diplomadaling met 10% De jaarlijkse instroom bedraagt circa 35% van het totaal aantal studenten per jaar. Dit betekent dat de gevoeligheid voor forse schommelingen in studenten groot is. Totnogtoe heeft zich nu drie keer een kleine daling voor gedaan, waarvan de laatste in 2011 met circa 110 studenten. Een structurele studentendaling van 10% jaar zorgt voor een structurele inkomstendaling van circa € 5,6 mln. na 2 jaar (t-2 bekostiging). Interne maatregelen leiden tot afvloeiing van personeel met een toename van wachtgelders, dan wel langere dienstverbanden dan voorzien. Indien van de formatiekrimp 50% gedurende langere tijd instroomt in het wachtgeld, dan bedragen de daarmee samenhangende personele lasten (gemiddeld 2 jaar tegen 75%) circa € 4,2 mln. Latente claim Stichting Waarborgfonds BVE ROC Friese Poort is aangesloten bij de stichting Waarborgfonds BVE. Het waarborgfonds stelt zich borg ten gunste van geldgevers van geldleningen die voor huisvesting worden verstrekt aan bve-instellingen.
151
Elke aangesloten instelling kan jaarlijks aangesproken worden tot maximaal 2% van de rijksbijdrage indien het eigen vermogen van het fonds onder € 9,98 mln. daalt. Dit kan geschieden indien individuele instellingen hun financiële verplichtingen voor geborgde leningen niet meer kunnen voldoen. De maximaal latente claim bedraagt voor ROC Friese Poort jaarlijks circa € 1,7 mln. (prijsniveau 2013). De voorgaande risico’s leveren een gecalculeerd risico van € 11,2 mln. op voor de op dit moment bekend zijnde risico’s. Het gelijktijdig optreden van alle risico’s zal zich niet voordoen, zodat een risicobuffer van 50% van de ingeschatte risico’s als financiële buffer wordt aan gehouden. Rekeninghoudend met voorgaande zal de benodigde risicobuffer 50% van € 11,2 mln. bedragen, dit is € 5,6 mln.
3. Voorstel bestemming exploitatiesaldo 2013 Bij de bestemming van het exploitatiesaldo 2013 wordt rekening gehouden met de uitgangspunten in de notitie ‘Omvang eigen vermogen ROC Friese Poort 2005’, de uitkomsten van de calculatie ten aanzien van de risico’s ultimo 2013, maximering van bestemmingsreserves op vestigingen en interne beleidsafspraken. Bij de bestemming van het resultaat 2013 van € 1.667.239 wordt rekening gehouden met: − Een buffer voor risico’s, die op basis van de gehouden risico-inventarisatie € 5,6 mln. dient te bedragen. Dit betekent dat uit het resultaat 2013 € 300.000 wordt toegevoegd aan de algemene reserve; − Het resultaat BO van € 207.494 wordt toegevoegd aan de private bestemmingsreserve. Uit het resultaat 2013 zal € 150.000 worden uitgekeerd aan dividend aan de Stichting; − Van het resultaat op huisvesting € 561.393 wordt € 180.000 voor prijsindexering toegevoegd aan de reserve inventaris en € 381.393 aan de huisvestingsreserve; − Aan de reserve beleidsontwikkeling en projecten wordt per saldo € 205.844 onttrokken. De toevoegingen bestaan uit het resultaat op wachtgeld
152
(€ 0,9 mln.), middelen uit het herfstakkoord bestemd voor leeftijdsbewust personeelsbeleid (€ 0,6 mln.) en correctie op het budgettaire kader 2014 (€ 0,4 mln.) en het resultaat Centrale Diensten (€ 0,3 mln.). De onttrekkingen bestaan uit de uitvoering van de beleidsthema’s (-/- € 1,2 mln.) en de overheveling (-/- € 1,2 mln.) van middelen ten behoeve van Focus op Vakmanschap; − Aan de reserve Focus op Vakmanschap wordt € 625.000 toegevoegd vanuit het resultaat en € 1,2 mln. overgeheveld van de reserve beleids ontwikkeling. Vanuit deze reserve wordt de invoering Focus op Vakmanschap vanaf 2014 bekostigd; − Het negatieve resultaat van vestiging Leeuwarden (-/- € 383.729) wordt ten laste van de bestemmings reserve vestiging Leeuwarden gebracht; − Het positieve resultaat van vestiging Sneek (€ 104.333) wordt ten gunste van de bestemmings reserve vestiging Sneek gebracht; − Van het negatieve resultaat van vestiging Emmeloord (-/- € 157.505) wordt -/- € 92.402 ten laste gebracht van de reserve Educatie. Het resterende deel (-/- € 65.103) wordt ten laste gebracht van de bestemmingsreserve vestiging Emmeloord. − Het negatieve resultaat van vestiging Drachten (-/- € 583.902) wordt ten laste gebracht van de bestemmingsreserve vestiging Drachten;
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
Resultaat 1.667.239 Algemene reserve 300.000 Bestemmingsreserve privaat 207.494 Huisvesting381.393 Inventaris180.000 Beleidsontwikkeling / projecten -205.844 Focus op Vakmanschap 1.825.000 Vestigingen-928.402 Educatie-92.402 Totaal1.667.239
153
Indicatoren 154
155
Indicatoren ROC Friese Poort 2013 Instellingsgegevens
Financieel
Brinnr. Naam instelling Soort instelling Bevoegd Gezag 08PG ROC Friese Poort Regionaal 30932 opleidings centrum
Vestigingsadres Badweg 2 8934 AA Leeuwarden
Vergelijkingsgroep ROC
2009 Liquiditeit
Rentabiliteit
Solvabiliteit
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
75,0%
67,3%
74,5%
67,7%
76,5%
69,4%
Jaarresultaat 2009 - 2010
2010 - 2011
2011 - 2012
2012 - 2013
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
75,0%
67,3%
74,5%
67,7%
76,5%
69,4%
79,2%
72,0%
2010 Liquiditeit
Rentabiliteit
Solvabiliteit
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
1,91
0,72
2,50
0,55
0,74
0,43
Diplomaresultaat 2011 2009 - 2010
2010 - 2011
2011 - 2012
2012 - 2013
Instelling
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
74,9%
66,5%
75,2%
67,5%
76,9%
69,8%
79,9%
71,9%
Liquiditeit
Rentabiliteit
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
2,02
0,72
2,10
0,10
0,75
0,44
Percentage nieuwe VSV-ers
2012 Liquiditeit
2009 - 2010
156
Solvabiliteit
2010 - 2011
2011 - 2012
2012 - 2013
Instelling
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
5,2%
8,8%
5,7%
8,7%
5,9%
8,1%
3,7%
6,2%
Rentabiliteit
Solvabiliteit
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
Instelling.
Vergelijkings groep
2,02
0,72
2,10
0,10
0,75
0,44
157
Bijlages 1. Verklaring Bevoegd Gezag 2. Samenstelling, functie en relevante nevenfuncties van de Raad van Toezicht in 2013 3. Jaarverslag Bedrijfsopleidingen 4. Verslag Branche Adviesgroepen per onderwijssector 5. Overzicht Onderwijsadviesraden 6. Samenstelling en jaarverslag Studentenraad 7. Samenstelling en portefeuilleverdeling Ondernemingsraad 8. Jaarverslag Taal en Rekenen 9. Lijst met gebruikte afkortingen
158
159
Bijlage 1 Verklaring Bevoegd Gezag Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap verplicht het bevoegd gezag tot een verklaring dat alle opleidingen voldoen aan de wettelijke vereisten. De wettelijke vereisten definieert ROC Friese Poort als zijnde alle relevante onderwijswet- en regelgeving. Het voldoen aan de eisen van de wet is een van de doelstellingen van ROC Friese Poort. In deze verklaring geeft ROC Friese Poort de stand van zaken weer.
Staat van de instelling
Toelating
In 2013 is door de inspectie een aantal heronder zoeken uitgevoerd naar aanleiding van het onderzoek ‘Staat van de instelling’, dat in 2012 is uitgevoerd. Het ging om de volgende heronderzoeken: - Manager Handel - Heronderzoek wettelijke vereisten (verzuimbeleid, aanwezigheid praktijk overeenkomst (POK)). - Aanwezigheid POK’s (praktijkovereenkomst). - Heronderzoek examinering, deel borging kwaliteit beoordeling door de examencommissie. - Arbeidsmarkt gekwalificeerd assistent (AKA) - Heronderzoek examinering, deel borging kwaliteit beoordeling door de examencommissie. Alle heronderzoeken zijn met een voldoende beoordeeld.
ROC Friese Poort hanteert bij de toelating de landelijk geldende instroomeisen. In principe wordt niemand geweigerd bij ROC Friese Poort. Wel wordt in een zorgvuldige intake bekeken of de juiste opleiding is gekozen. Bij de intake wordt in enkele gevallen het bedrijfsleven betrokken om een goed beeld te kunnen geven van het toekomstige beroep.
Beoordeling onderwijstijd In 2013 heeft er geen onderzoek beoordeling onderwijstijd plaatsgevonden.
Beoordeling examenkwaliteit In 2013 heeft geen onderzoek naar de examen kwaliteit plaatsgevonden.
In geval van twijfel vindt er een verlengde intake plaats. Dit kan leiden tot een advies voor een andere opleiding of een studiekeuzeonderzoek bij Bureau TAB.
Informatieplicht studenten Alle studenten die bij ROC Friese Poort met een opleiding zijn gestart hebben een studiegids ontvangen waarin in ieder geval de volgende onderdelen zijn opgenomen: - Programmering 1600 SBU - Geplande onderwijstijd - Verhouding school-BPV - Opbouw van de opleiding - Examenreglement - Examenplan - Examencommissie - Commissie van beroep voor de examens
VSV-meldingen Studenten die langdurig verzuimen worden gemeld bij het verzuimloket, volgens het verzuimprotocol. ROC Friese Poort onderhoudt contacten met de RMC’s (regio meld- en coördinatiepunt) en gemeentes aangaande VSV en de zorgleerlingen.
160
Het model voor de studiegids, het examenreglement, de examencommissies en de samenstelling van de examencommissie en de commissie van beroep zijn door het College van Bestuur vastgesteld.
Onderwijsovereenkomst
Wet BIO
Voordat een student aan een opleiding begint, tekent hij/zij samen met de school een onderwijsovereenkomst. Deze overeenkomst bevat een reglement waarin staat wat ieders rechten en plichten zijn. Deze regels geven duidelijkheid over wat kan en mag. De regels leggen de basis voor een goede verhouding tussen studenten en docenten, voor goed onderwijs en een goede beroepspraktijkvorming.
Voor kwalitatief goed onderwijs zijn bevoegde en bekwame docenten nodig. ROC Friese Poort voert een beleid dat erop gericht is vakbekwame medewerkers aan te nemen en de vakbekwaamheid en deskundigheid te behouden en te bevorderen. De doelstelling dat minimaal 85% van de docenten voldoet aan de eisen van de Wet BIO is ruimschoots behaald.
Verklaring omtrent gedrag Praktijkovereenkomst Met elke student wordt een praktijkovereenkomst (pok) afgesloten. Hier staat in wat de rechten en plichten zijn van de student tijdens de BPV.
Vrijwillige bijdrage ROC Friese Poort kent geen vrijwillige ouderbijdrage of verplicht opgelegde studentenbijdragen. Wanneer de student op 31 juli 18 jaar of ouder is en in voltijd een Beroeps Opleidende Leerweg (BOL) volgt, moet hij/zij lesgeld betalen aan de DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs). Studenten dienen zelf zorg te dragen voor de aanschaf van leer- en hulpmiddelen zoals boeken, tekenmaterialen en opleidingsspecifieke gereedschappen. Per afdeling zijn zaken geregeld zoals het samenstellen van readers, het aanschaffen van gereedschappen en hulpmiddelen. Dit is met name gedaan om de kosten voor de studenten zo laag mogelijk te houden. De keuze hiervoor is niet verplicht. Kiest de student ervoor de aangeboden zaken niet via de school aan te schaffen, dan moeten deze zelf elders worden gekocht.
Voor alle medewerkers dient een verklaring omtrent gedrag in de personeelsdossiers opgenomen te zijn.
Studentenraad De Wet Medezeggenschap Educatie en Beroepsonderwijs (WMEB) regelt dat aan elke instelling een studentenraad verbonden is. Gezien de bevoegdheden – die zijn vastgelegd in de WMEB - is ervoor gekozen een studentenraad op instellingsniveau in te stellen. De studentenraad telt tenminste negen zetels en er zijn kiesgroepen per vestiging.
Ondernemingsraad ROC Friese Poort kent een ondernemingsraad op centraal niveau met onderdeelcommissies per vestiging. De onderdeelcommissies zijn bevoegd tot het voeren van overleg met de vestigingsdirecteur. De ondernemingsraad van ROC Friese Poort telt in totaal zestien zetels. Per vestiging is er een kiesgroep OP (onderwijzend personeel) en een kiesgroep OBP (ondersteunend en beheers personeel) ingesteld. Daarnaast vormt de centrale dienst een kiesgroep.
Bekostiging
Klachtenregeling
Alle wettelijke vereisten met betrekking tot de bekostiging worden jaarlijks door de accountant gecontroleerd, volgens het door de minister voorgeschreven controleprotocol. ROC Friese Poort heeft aan al deze vereisten voldaan.
ROC Friese Poort kent een viertal commissies voor bezwaar en beroep, te weten: - Klachtencommissie - Privacycommissie - Commissie Arbeidszaken - Commissie van Beroep voor de Examens Daarnaast is er de landelijke Ombudslijn MBO.
Het Jaarverslag 2013 is op 23 april in de vergadering van de Raad van Toezicht goedgekeurd. De jaarrekening 2013 is op 25 juni door de Raad van Toezicht goedgekeurd.
161
Bijlage 2 Meldcode huiselijk geweld De meldcode voor huiselijk geweld en kindermishandeling is een wettelijk verplicht instrument voor organisaties en zelfstandige beroepsbeoefenaren. Het melden van huiselijk geweld en kindermishandeling is een recht en verantwoordelijkheid van alle medewerkers van ROC Friese Poort.
Governance De Code Goed Bestuur is vertaald in de statuten, het reglement Raad van Toezicht en het bestuursreglement. In oktober 2012 is het rapport ‘Tevreden is niet voldoende, de praktijk van goed bestuur in het mbo’ verschenen. De werkwijze zoals in voornoemde documenten is beschreven, wordt nauwlettend gevolgd. Op basis hiervan hebben de Raad van Toezicht en het College van Bestuur dan ook geconstateerd dat de code wordt nageleefd. Juni 2014 College van Bestuur
162
Samenstelling, functie en relevante nevenfuncties van de Raad van Toezicht in 2013 Naam
Benoemings-termijn
Functie
Relevante nevenfunctie(s)
Dhr. D.A. Fokkema - 59 jaar - lid op voordracht van de OR vanaf 28 november 2011 - vicevoorzitter sinds oktober 2012 - vz. Commissie Cultuur en Identiteit
Benoemd per 1 januari 2009. Herbenoemd per 1 januari 2013. Aftredend per 1 januari 2017.
Wethouder gemeente Tytsjerksteradiel
1. Bestuurslid Vereniging Sport en Gemeenten. 2. Bestuurslid Stifting Frysktalige Berne Opfang. 3. Voorzitter Rauwerda Westra-fonds. 4. Ambassadeur voor de VNG voor het project Kanteling (WMO). 5. Voorzitter GGD Fryslân.
Mevr. drs. J.M. Imhof - 43 jaar - lid Auditcommissie
Benoemd per 1 januari 2011. 1e termijn aflopend per 1 januari 2015.
Bestuurder Aveleijn
Geen.
Mevr. drs. A.H. Mulder - 40 jaar - voorzitter Remuneratie en Benoemingscommissie
Benoemd per 1 januari 2011. 1e termijn aflopend per 1 januari 2015.
Lid CDA-fractie Tweede Kamer
1. Ambassadeur van het Noord Nederlands Orkest.
Dhr. mr. drs. F.J. Paas - 47 jaar - vz. Raad van Toezicht - lid Remuneratie- en Benoemingscommissie
Lid sinds 1 januari 2007. Herbenoemd per 1 januari 2011. Aftredend per 1 januari 2015.
Voorzitter Divosa
1. Voorzitter Raad van Toezicht AxionContinu, Utrecht. 2. Lid Raad vanToezicht Zijlstra Center, Amsterdam. 3. Voorzitter Zorg Innovatie Forum, Groningen. 4. Voorzitter Raad van Toezicht Hersenstichting, Den Haag. 5. Voorzitter Raad van Toezicht Fonds Cultuurparticipatie, Utrecht. 6. Bestuurslid Stichting Leerstoelen, CAOP, Den Haag.
Dhr. drs. W.J.T. Renkema - 45 jaar - lid Commissie Cultuur en Identiteit
Benoemd per 1 januari 2011. 1e termijn aflopend per 1 januari 2015.
Rector Bogerman
1. Lid Raad van Toezicht Stichting Katholiek Onderwijs Drenthe. 2. Lid Bezwarencommissie Nationaal Agentschap Leven Lang Leren at Nuffic. 3. Tot juni 2013: Voorzitter Commissie ‘Governance, leiderschap en participatie’ bij de Besturenraad. 4. Juni-december 2013: lid toezichtraad GroenLinks.
Dhr. drs. J.S. Tabak RA - 47 jaar - vz. Auditcommissie
Benoemd per 1 januari 2010. Afgetreden op 1 juli 2013.
Accountant Accon AVM
1. Lid van de Raad van Commissarissen van de Pi-Groep bv te Drachten
Dhr. drs. B. Hoekstra - 56 jaar - lid Auditcommissie
Benoemd per 1 januari 2013. 1e termijn aflopend per 1 januari 2017.
Directeur/eigenaar BrugMedia
1. Voorzitter van Bedrijven Actief Noordoostpolder. 2. Bestuurslid VNO-NCW Flevoland. 3. Voorzitter van de Stichting Beheer Tennishal Noordoostpolder.
Dhr. drs J. Olivier RA RE - 54 jaar - lid Auditcommissie
enoemd per 1 B december 2013. 1e termijn aflopend per 1 december 2017.
Directeur Internal Audit Friesland Bank N.V.
1. Lid Raad van Toezicht en voorzitter Auditcommissie Christelijk Voortgezet Onderwijs Zuid-West Fryslan. 2. Teamleider Quality Assurance Reviews (verplichte toetsing van Internal Audit Functies) namens Institute of Internal Auditors, NIVRA en NOREA. 3. Lid van IAD overleg Middelgrote Banken (IOMB).
163
Bijlage 3 Jaarverslag Bedrijfsopleidingen In 2013 heeft ROC Friese Poort Bedrijfsopleidingen een gematigde omzetgroei geboekt. De omzet bedraagt € 5,2 miljoen. In vergelijking met 2012 betreft deze omzetgroei bijna € 60.000; een stijging van 1,2%. Het bedrijfsresultaat na belastingen is € 207.000. Dit betekent een verdubbeling ten opzichte van het resultaat van vorig jaar.
Terugblik en ontwikkeling Ondanks de huidige economische conjunctuur heeft ROC Friese Poort Bedrijfsopleidingen haar positie kunnen verbeteren in de segmenten Techniek, Zorg en Welzijn, Veiligheid en Zakelijke dienstverlening. De segmenten Avondacademie en re-integratie zijn het afgelopen jaar gekrompen. Als een gevolg van de economische malaise van dit moment, zit de AvondAcademie in zwaar weer. Hierdoor is de noodzaak ontstaan om de opleidingen te concentreren in Leeuwarden en Drachten. In Emmeloord, waar de terugloop het grootst was, wordt het opleidingsaanbod van de AvondAcademie vanaf 2014 niet meer aangeboden. Het opleidingsaanbod blijft wel in zijn volle omvang staan, maar cursisten zullen in sommige gevallen meer moeten reizen. Het segment re-integratie wordt anders ingericht en verlegt haar focus naar arbeidsmobiliteit. Hier wordt een voorzichtige groei verwacht. Mede gezien de behoeften die de beleidsmakers in het publieke bestel hebben om de (jeugd)werkloosheid te bestrijden en de kennis dat de vrijgemaakte gelden hiervoor medio 2014 ook daadwerkelijk besteed gaan worden. De noodzaak om opleidingsproducten te innoveren en aansluiting te vinden bij de wijzigende wet- en regelgeving wordt sterk beleefd. Om de voorsprong op andere opleiders nog meer te vergroten, moet er adaptief geopereerd worden op de scholingsmarkt voor volwassenen. In 2013 is het Paars Partnerschap Coöperatief U.A., ondanks het ontwikkelde calculatiemodel, nog niet stabiel geworden. Het blijft een zoektocht van alle actoren in het werkveld om de synchronisatie van prijs en product rond te krijgen. Gelukkig heeft het voor
164
ROC Friese Poort geen nadelige gevolgen gehad voor de omzet. Deze is nagenoeg gelijk gebleven. Mede door de positieve berichten over de ontwikkeling van de economie en het bereikte resultaat van ROC Friese Poort Bedrijfsopleidingen over 2013, is er optimisme over de toekomst.
Toekomstverwachtingen Techniek Het segment Techniek heeft het nog steeds zwaar. Toch zijn er kansen voor ROC Friese Poort Bedrijfsopleidingen. Door juist nu meer synergie aan te brengen in het technisch productportfolio kunnen we de klanten een scherpe prijs bieden. Daarnaast ontstaat er een behoefte aan (om)scholing voor beroepen waar nu al tekorten zichtbaar zijn. Arbeidsmobiliteit De markt voor re-integratie en inburgering neemt af ten gevolge van het overheidsbeleid. Daar staat tegenover dat de groei van de werkloosheid en vooral de jeugdwerkloosheid de overheid dwingt om toch budget aan te wenden om deze werkloosheid te bestrijden. Het ontwikkelde opleidingsaanbod voorziet goed in de behoefte van de gemeentelijke markt. Zorg en Welzijn De opleidingen in het segment Zorg en Welzijn zullen, voor het eerst in jaren, niet meer groeien. Aan de ene kant zijn er onvoldoende plaatsen beschikbaar voor de Beroepspraktijkvorming (BPV) om aan de scholingsvraag te voldoen. Aan de andere kant wordt er een terugloop verwacht door de veranderende
wet- en regelgeving. Producten moeten worden omgebouwd naar volledig commercieel. Dit heeft gevolgen voor de concurrentiepositie. Gelukkig betreft dit een sterk segment binnen ROC Friese Poort en hebben betrokken personeelsleden in het verleden laten zien handig en snel te kunnen anticiperen op veranderingen. Zakelijke dienstverlening Het segment Zakelijke dienstverlening groeit langzaam maar gestaag. ROC Friese Poort Bedrijfsopleidingen onderscheidt zich significant van andere aanbieders uit de regio door zowel een mbo-aanbod, alsmede een cursusaanbod aan te bieden. Er liggen kansen voor ROC Friese Poort Bedrijfsopleidingen: de scholingsproducten Zakelijke dienstverlening kunnen branche-overstijgend aangeboden worden. De producten zijn geschikt voor zowel particulieren als bedrijven. Daarnaast zijn er veel grote organisaties met functies op het gebied van Zakelijke dienstverlening in het Noorden. Er wordt van medewerkers meer inzicht en flexibiliteit in werk gevraagd. Scholing is hier een goed hulpmiddel voor.
Bedrijfsscholen Enkele grote organisaties richten eigen bedrijfs scholen op. De beleving bestaat dat het reguliere onderwijs te breed en niet specifiek genoeg opleidt, en dat het bedrijf daarom beter de regie over de opleiding zelf ter hand kan nemen. ROC Friese Poort Bedrijfsopleidingen speelt hierop in door bedrijven te helpen bij de inrichting. Goede voorbeelden zijn er al. Bijvoorbeeld de bedrijfsscholen van Lascon en Douwe Egberts. P.M.F. Molenaar directeur ROC Friese Poort Bedrijfsopleidingen
165
Bijlage 4 Verslag van de Branche Adviesgroepen per onderwijssector Administratie De BAG Administratie heeft nagedacht over haar samenstelling. Door veranderingen in de branche en doordat sommige leden een andere functie kregen, sloot de kennis van de groep niet voldoende aan bij de vraag vanuit het onderwijsveld. Daarop is het type bedrijf of organisatie benoemd, waar veel gebruik wordt gemaakt van werknemers die opgeleid zijn in de zakelijke dienstverlening. Vervolgens zijn uit de benoemde sectoren kandidaatleden benaderd. In de vergadering werd geconstateerd dat door de steeds verdergaande automatisering, het voor lager opgeleiden heel moeilijk is een baan in de zakelijke dienstverlening te krijgen.
Bouw-Hout-Wegenbouw-Schilders In de BAG BHWS is gesproken over de verscherping van het taal- en rekenonderwijs. De leden zijn blij met deze ontwikkeling. Zij hopen dat met deze maatregel de betere student zich kan onderscheiden. Ook heeft de adviesgroep nagedacht over de structuur op de leerwerkplek. Er is met name gesproken over de objectiviteit van de leermeester. Een ander punt van aandacht is de intensivering van de samenwerking tussen school en bedrijf. Er is een behoefte van zowel de school als van het bedrijfsleven om tot een nauwere samenwerking te komen. De school kreeg het advies een instrument te ontwerpen, waarmee wens en verwachting, vraag en aanbod van wederzijdse diensten effectief kan worden uitgewerkt. In een rapport van Bouwend Nederland is de BAG BHWS genoemd als ‘best case’ als contactorgaan tussen school en bedrijf.
Handel De BAG Handel heeft zich gebogen over de vraag op welke wijze er getraind kan worden in de praktijk door studenten van de opleiding Ondernemer Detailhandel. De adviesgroep heeft de aanbeveling gedaan om met
166
gemeente en winkeliersverenigingen te overleggen om te bereiken dat studenten tijdelijke winkels kunnen drijven in leegstaande panden (Outlet-store). Een lid van de adviesgroep heeft een bezoek gebracht aan een Outlet-store die door studenten werd geëxploiteerd. Behalve dat hij onder de indruk was van de mogelijkheden, heeft hij ook enkele aanbevelingen gedaan aan de school. Ook is gesproken over de eisen die aan een onder nemersplan gesteld behoren te worden. De leden uitten kritiek op de school omdat ze vinden dat de plannen teveel kwantitatief zijn en te theoretisch van opzet. Studenten die de school verlaten horen over een goede en toepasbare kennis te beschikken waar het gaat over gebruik van sociale media in combinatie met detailhandel.
Welzijn In de BAG Welzijn is gesproken over een particulier initiatief om kleinschalig zorg in de omgeving aan te bieden. Het gaat dan over zorg, welke in kleine plattelandsdorpen wordt aangeboden. Het onderwijs zou kunnen participeren in het project. Ook is er aandacht geweest voor de nieuwe beroepskwalificaties welke vanaf 2015 gaan gelden in het mbo. De adviesgroep heeft samen met het onderwijs over mogelijkheden nagedacht om de stageproblematiek op te lossen.
Metalektro De BAG Metalektro heeft de veranderingen in het beroepsprofiel van de hedendaagse technicus besproken. Er zijn duidelijke verschuivingen waarneembaar in de te beheersen vaardigheden. De adviesgroep ziet een goede toekomst voor het op te zetten register, waarin alle studenten van mbo-techniek Friesland zijn opgenomen. Een belangrijk onderwerp in meerdere bijeenkomsten is het betrekken van duurzaamheid in de opleidingstrajecten. Er is een subwerkgroep gevormd om concrete doelen te formuleren waarmee het onderwijs verder kan. Ook heeft de adviesgroep opnieuw aangedrongen om tot een vereenvoudiging van de opleidingstructuur te komen. De vele techniekopleidingen maken het voor bedrijven lastig om te weten welke kennis en vaardigheden de student heeft behaald. Men voorziet een afname van beroepen op niveau twee en drie.
167
Bijlage 5 Verslag Onderwijsadviesraad vestiging Drachten Overzicht OAR-en Opleiding
Voorzitter
Aantal overleggen
paspoort
Rian Boonstra
1
Bouw Infra
Klaas Kort a.i.
6
Middenkader Engineering
Klaas Kort
1
Vakman WEI
Henk de Vries
2
Audiovisuele Productie (AVP)
Saskia van Maanen
3
Grafimedia/Mediavormgeving
Akkelien Jeeninga
2
Kunst & Cultuur
Antsje Richt Reitsma
2
IT & Games
Lammert Postma
4
Helpende Zorg Welzijn / Maatschappelijke Zorg, Verzorging & Verpleging / Bijzondere Trajecten
Janny Roeper / Wietze Knol / Julia van Dijk
3
Pedagogisch werk
Lies Teuben a.i.
4
Onderwijsassistent
Lies Teuben a.i.
1
Handel en Commercieel
Jan-Willem ten Hove
4
Horeca
Anneloes van Petersen
0
Zakelijke dienstverlening
Paul de Jong
3
Algehele indruk OAR-en Drachten De leden van de OAR spelen een belangrijke rol als het gaat om het verbinden van onderwijs en bedrijfsleven: door op regelmatige basis informatie met elkaar uit wisselen over beroepsgerichte ontwikkelingen binnen de opleidingen enerzijds en brancheontwikkelingen anderzijds, wordt een zo goed mogelijke aansluiting beoogd tussen onderwijs, bedrijfsleven én arbeidsmarkt.
bijdrage te leveren op andere gebieden, zoals: - de inhoud van het curriculum; - de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs; - het vinden van BPV-plaatsen voor studenten en docenten; - werving en selectie van studenten (intake); - rol in het introductieprogramma van de opleiding. Daarnaast kunnen OAR-leden ook gastlessen en workshops verzorgen en bedrijfsbezoeken faciliteren.
Binnen de opleidingsteams worden de OAR-leden op meerdere gebieden betrokken bij de inhoud van de opleidingen. Naast een belangrijke rol (verplicht) op het gebied van constructie, vaststelling, afname en beoordeling van examens, worden de OAR-leden ook zeer regelmatig geconsulteerd om hun visie, advies of
Verreweg de meeste OAR-en zijn in 2013 doorgegaan op de weg die in 2012 is ingezet. OAR-en functioneren goed. Op de meeste plekken is een vruchtbare samenwerking ontstaan. Soms kost het iets meer moeite om de leden gelijktijdig om tafel te krijgen. Horeca werkt aan het opzetten van een nieuwe OAR.
De opleidingen Games kent een informele OAR welke in de vorm van een ‘Game Connection Diner’ samen met het Friesland College en GameAcademy wordt georganiseerd.
het voor sommige teams lastig is om de OAR op volledige sterkte te houden, is men in het algemeen zeer tevreden over de samenwerking en de meerwaarde.
Inhoudelijk richten de OAR-en zich vooral op examinering, invulling en organisatie van de BPV en ‘Focus op Vakmanschap’ (FoV).
Resultaten/conclusies Drachten
168
OAR-en vormen een positieve kwaliteitsimpuls voor de opleidingen. Het is en blijft van belang constant te klankborden met het bedrijfsleven om de kwaliteit van de opleidingen vanuit het oogpunt van het regionale bedrijfsleven (de toekomstige afnemers van onze studenten) te bewaken en te borgen. Hoewel
169
Verslag Onderwijsadviesraad vestiging Emmeloord Overzicht OAR-en Opleiding
Voorzitter
Aantal overleggen
zD / Handel
Harm Onnink
1
Zorg
Rob Beekman
1
Paspoort
Tom Giesen
-
UB / ICT
Klaas van der Horst
1 ICT, UB 1 i.s.m. Leeuwarden.
Techniek
Ger Dijkstra
6
Welzijn, OA
Ellie Verduijn
2
UV
Ellen Vlierhuis
Nauwe contacten bij o.a. examinering.
PW Compact
Koen Vos
2
Algehele indruk OAR-en Emmeloord
Resultaten/conclusies Emmeloord
Het blijkt dat de rol van de OAR steeds meer wordt overgenomen door de nauwere samenwerking tussen onderwijs, ondernemers en overheid op meerdere gebieden. Zaken die in voorafgaande jaren in de OAR op de agenda stonden, komen nu op andere momenten in de samenwerking aan de orde. Behalve Paspoort en Techniek hebben alle afdelingen een OAR. Ook PW heeft inmiddels een OAR opgestart en heeft 2 bijeenkomsten gehad. Welzijn heeft na het experiment met een werkveldbijeenkomst toch weer een OAR opgezet. Deze is gestart in 2013. UB Emmeloord en Leeuwarden hebben een gezamenlijke OAR en zijn hier tevreden over. Het verslag hiervan is verwerkt in dat van UB Leeuwarden.
Het uitwisselen van ervaringen, met als resultaat dat verschillende processen kunnen worden aangepast en verbeterd, wordt als positief ervaren. Vanuit verschillende OAR-en is de vraag om meer betrokken te worden bij het onderwijsprogramma. Dit gebeurt bij het ontwikkelen van het curriculum in het kader van intensivering en ook examinering.
In het algemeen kan gezegd worden dat het aantal bijeenkomsten van OAR-en minder frequent is geweest. In sommige OAR-en is de wens uitgesproken om het aantal bijeenkomsten uit te breiden of op te voeren.
170
Het team Zorg start een groot project met instellingen en gemeente Noordoostpolder om een volledig nieuw curriculum op te zetten voor de zorgmedewerker van de toekomst. De leden van de OAR zijn tevreden over de OAR en de rol die ze spelen. Er is een steeds indringender vraag van het bedrijfs leven om nauwer samen te werken met het onderwijs. Door de aanstelling van een afgevaardigde vanuit de bedrijvenkring, BAN, en een vanuit het ROC willen we de samenwerking in de NOP verder verdiepen door samen zaken op te pakken.
Verslag Onderwijsadviesraad vestiging Leeuwarden / Dokkum Overzicht OAR-en Opleiding
Voorzitter
Aantal overleggen
uniformberoepen
Johan Dijkstra a.i.
1
Helpende en Verzorgende
Lia Kooistra
1
Onderwijsassistent
Rina van der Feen
3
PasPoort/AKA
Ina Stege
2
Apothekersassistent
Dicky Schouten
3
Doktersassistent
Lida Pampiermole
2
Tandartsassistent
Dicky Schouten
3
Detailhandel Leeuwarden
Geert Keizer
1
Detailhandel Dokkum
Geert Keizer
3
Schoonheidsverzorging
Pyt Dijkhuis
2
Haarverzorging
Titia vd Meer
3
Pedagogisch Werk 3 en 4 (inclusief VSAW)
Henk Mulder
3
Informatiedienstverlening
Saakje Feenstra
1
Secretarieel - Juridisch
Fokke v Balen
1
SCW
Janny Berg
3
Maatschappelijke Zorg
Renske Douma t/m 01 .8. 2013
-
ICT
Otto Touwen
-
Logistiek/Handel
Peter v Tuinen
-
Bouw
Peter v Tuinen
-
Werktuigbouw (Metaal)
Willem v Dijk
-
MEI
Willem v Dijk
Geen OAR
VSAW
Pietsje Greydanus
Geen OAR
Doorstroomtrajecten KL
Cor Weidema
Geen OAR
171
Algehele indruk OARen Leeuwarden/Dokkum OAR’en die geïnstalleerd zijn functioneren redelijk tot goed. Wel is er een afname te zien van het aantal bijeenkomsten per OAR. De opkomst van de individuele leden afkomstig uit het werkveld loopt terug. Als reden wordt aangegeven drukke werkzaamheden. Wel zien we bij de actieve onderwijsadviesraden een grote mate van betrokkenheid bij de leden. OAR’en voor de sectoren Zakelijke dienstverlening en Techniek (Bouw en Metaal) blijven moeilijk te organiseren. In 2013 zijn vijf onderwijsadviesraden niet actief geweest. De reden hiervoor is ziekte/afwezigheid van de betrokken opleidingsmanager. Een drietal opleidingen kent geen OAR. De oorzaak hiervan is dat er onvoldoende belangstelling is vanuit het werkveld om zitting te nemen in de OAR. Voor Defensie wordt op landelijk niveau afspraken gemaakt met betrokken onderwijsinstellingen. Inhoudelijk richten de OAR’s zich vooral op de onderwerpen als examinering, invulling en organisatie van de BPV en de komende veranderingen als gevolg van de invoering van Focus op Vakmanschap en de bezuinigingen. Leden van de OAR-en zijn meer dan voorheen actief betrokken bij een aantal onderwijsprocessen met name bij de examinering (assessor). De OAR-en nemen hun adviesrollen ook nadrukkelijker op.
Resultaten/conclusies Leeuwarden/Dokkum Uniformberoepen Defensie • Hoge aanmelding studenten. • Wisseling van militaire instructeurs. Zij brengen veel nieuwe kennis mee. De docenten van ROC Friese Poort leren veel van de nieuwe instructeurs. Beveiliging • Werkgroep 3 werkt aan het opleidingsprogramma. Politie-toeleidingstrajecten • De verdere ontwikkeling van het politiearrangement.
172
• Verdere uitbouw van de goede contacten met de Politieacademie. • Het vinden van BPV-plaatsen voor de HTV blijft een punt van zorg.
Apothekersassistent • De veranderingen in het werkveld en de opleiding en de lesstof/ toetsen zijn goed onder de aandacht gebracht.
Onderwijsassistent • Prettige en waardevolle samenwerking bij afname assessments. • Bruikbare feedback op onderwijsleermateriaal. • Zinvol om veranderingen m.b.t. BPV-model en verhoging leerrendement op de BPV met de OAR te bespreken. Het geeft het opleidingsteam vertrouwen in het eigen kunnen en nieuwe ontwikkelingen op het gebied van FOV.
Doktersassistent • Het organiseren van een werkveldavond. • Samenwerking aan de optimalisatie van het onderwijs. • Toezeggingen voor lezingen, demonstraties en gastlessen. • Onderzocht wordt de mogelijkheden om het werkveld te betrekken bij onze examinering.
Helpende en Verzorgende • Start van het project bij Interzorg in Ferwert, waarbij 2 docenten in samenspraak met de werkbegeleiders de stagiairs lessen aanbieden op locatie. • Voornemen om de projecten ‘Lesgeven in de beroepspraktijk’ uitgebreid te evalueren met het doel te komen tot een standaard afspraak om op alle BPV-plaatsen les te gaan geven. PasPoort/AKA • Betrokkenheid van de BPV-bedrijven verhogen door informatie te verstrekken. • Klankborden over door de opleiding benoemde knelpunten. • Bedrijven laten meedenken over invulling van de stages en uitvoering van de Proeven van bekwaamheid op de werkplek. • Het meedenken over de examinering PasPoort/ AKA. Detailhandel Dokkum • Ontwikkelingen rondom minionderneming en de diverse markten. Detailhandel Leeuwarden • Deelname aan de begeleiding en jury mini-onderneming.
• De toekomst van de opleiding lijkt onzeker. Het SIOB (Sectorinstituut Openbare Bibliotheken) ziet nog wel kansen voor een BOL-opleiding. In de Sectorraad is aan de VOB (Vereniging van Openbare Bibliotheken) om harde uitstroom- en werk gelegenheidscijfers gevraagd. Secretarieel – Juridisch De ontwikkeling van een landelijk voorbeeld curriculum.
Tandartsassistent • De veranderingen in het werkveld en in de opleiding en de lesstof/examens zijn goed onder de aandacht gebracht. Schoonheidsverzorging/Voetverzorging • Het aandragen van agendapunten door de vertegenwoordigers van het bedrijfsleven is erg bescheiden. Pedagogisch Werk 3 en 4, domein Zorg en Welzijn • De samenwerking tussen de opleiding en de regionale leerbedrijven is goed. • Samenwerking op het gebied van VVE is ingezet. • Krimp sector o.i.v politiek wordt constructief besproken. • Verbeterde afstemming op basis van convenantafspraken. • De eerste twee fasen van de implementatie is uitgevoerd (fase 0 en fase 1); druk overleg over fase 3 (examinering). Informatiedienstverlening • De vraag naar maatwerktrajecten stijgt, ten koste van het reguliere mbo-traject. Werkgevers lijken hier minder waarde aan te hechten als het gaat om zittende werknemers. De drie ROC’s die IDV aanbieden (ROC van Twente, ROC Midden-Nederland) herkennen deze trend.
173
Bijlage 6 Verslag Onderwijsadviesraad vestiging Sneek
Samenstelling Studentenraad
Overzicht OARen
Samenstelling vanaf 4 februari 2013
Opleiding
Voorzitter
Aantal overleggen
Kiesgroep Leeuwarden / Dokkum
elektrotechniek / Mechatronica
Wiebren Minnema
2
Tjeerd Kobus uit Leeuwarden, 1e leerjaar ICT, 18 jaar
Werktuigbouwkunde
Henk Nijholt
2
Joris v.d. Laan uit Holwerd, 2e leerjaar SCW, 20 jaar
Afgetreden per juni 2013
Maritieme Techniek
Henk Nijholt
2
Rick Bouma uit Anjum, 2e leerjaar Juridisch Medewerker Openbaar Bestuur, 18 jaar
Afgetreden per 1 mei 2013
Bouwkunde
Germ Boersma
1
Marlène Munsterman uit Sint Jacobiparochie, 1e leerjaar Onderwijsassistent, 18 jaar
Benoemd per 1 mei 2013
Zakelijke Dienstverlening
Anja Greven
1
Kiesgroep Drachten
IT, Media en Games
Jan Wagenaar
1
Ruurd Roel van Buiten uit Drachten, 2e leerjaar Middenkader Mechatronica, 18 jaar
Horeca
Peter Wattel
4
Tjerk Ouwerkerk uit Drachten, 1e leerjaar Commercieel medewerker Binnendienst, 20 jaar
OA en PW
Bert Steen
3
Kiesgroep Sneek
Gezondheidszorg / MZ / Helpende
Renate Bakker
AKA (PasPoort)
Bram Zonderland uit Tjerkgaast, 2e leerjaar Verkoop, 18 jaar
Margreet Koelewijn
3
Rowan van der Laan uit Heerenveen, 1e leerjaar Maatschappelijke Zorg, 20 jaar
Ans Bakker
3
Patrick Brouwer uit Bolsward, 1e leerjaar ICT, 16 jaar
(exclusief gezamenlijke bijeenkomst 4 november 2013)
Kiesgroep Emmeloord Olivier Eijpe uit Kraggenburg, 1e leerjaar Middenkader Engineer / Mechatronica, 18 jaar Britt van der Pol uit Tollebeek, 1e leerjaar Particuliere Beveiliging, 19 jaar
Algehele indruk OARen Sneek
Resultaten/conclusies Sneek
De betrokkenheid van de leden uit het werkveld is goed. Het streven is minimaal 2 keer per jaar een bijeenkomst te organiseren. Wanneer de gezamenlijke bijeenkomst van 4 november meegeteld wordt is deze doelstelling gehaald. Deze gezamenlijke bijeenkomst, met als gastspreker Siem Jansen van de NOM, werd erg gewaardeerd door de aanwezige OAR-leden. De bijeenkomsten van de OAR vinden regelmatig plaats binnen een bedrijf of instelling en worden gecombineerd met een korte rondleiding. Ook werden er gastlessen gegeven door leden van de OAR en zijn leden van de OAR betrokken geweest bij examinering.
De regionale betrokkenheid tussen werkveld en onderwijs wordt door de OAR vergroot. Werkveld en onderwijs sparren over actuele zaken. Ook is het werkveld meer betrokken bij de examinering; dit kan nog verder uitgebouwd worden. De ontwikkelingen rond Focus op vakmanschap; vooral wat betreft gevolgen voor de BPV, zijn belangrijke ontwikkelingen voor de OAR. De OAR wordt betrokken bij invulling van het keuzedeel in de nieuwe kwalificatiestructuur.
Jaarverslag studentenraad 2013 Op grond van de WEB en het door de studentenraad vastgestelde rooster van aftreden worden jaarlijks in januari verkiezingen georganiseerd. Per 1 februari 2013 traden op grond van het rooster van aftreden vier studenten af, waardoor in de vestigingen Leeuwarden/ Dokkum, Sneek en Emmeloord vacatures ontstonden. In de vestiging Leeuwarden/Dokkum was 1 vacature en stelden 2 studenten zich kandidaat en zijn verkiezingen georganiseerd. In de vestiging Emmeloord waren 2 vacatures en stelden zich ook 2 studenten kandidaat. In de vestiging Sneek was 1 vacature en was er aanvankelijk ook 1 kandidaat. Door het foutief vermelden van de termijn voor kandidaatstelling op de ELO, is in overleg met de studentenraad nog een extra student uit de vestiging Sneek benoemd. Hierdoor bestond de studentenraad in het verslagjaar uit 10 in plaats van 9 leden. Op 4 februari 2013 werd afscheid genomen van vier studenten en werden vijf nieuwe leden geïnstalleerd.
174
Eén lid van de vestiging Leeuwarden/Dokkum is in mei 2013 overgestapt naar een andere studie in een andere vestiging en daarom tussentijds afgetreden als lid van de studentenraad. De vacature is conform het reglement ingevuld door degene die op grond van de verkiezingsuitslag daarvoor het eerste in aanmerking kwam. Een ander lid van de vestiging Leeuwarden/Dokkum heeft in juni zijn studie beëindigd en is om die reden tussentijds afgetreden. De vacature die hierdoor ontstaat zal bij de verkiezingen in januari weer ingevuld worden, omdat er geen kandidaten vanuit de vorige verkiezingen zijn. Op 19 juni heeft de studentenraad in eigen kring vergaderd. Er werd gesproken over de in het afgelopen jaar behaalde doelen en over het maken van een promotiefilm en het maken van een facebook- en twitteraccount. Verder is teruggeblikt op de op 12 juni onder leiding van het JOB gehouden studiedag waarin de onderwerpen teambuilding, taken en activiteiten van een studentenraad en het JOB Keurmerk centraal stonden.
175
Bijlage 7 Samenstelling en portefeuilleverdeling Ondernemingsraad Onze school (ROC Friese Poort) kent vanaf begin februari 2011 een ondernemingsraad (OR). Per vestiging is er een onderdeelcommissie (OC) waarin medewerkers zitting hebben. De OR bestaat uit alle leden van de onderdeelcommissies. Samenstelling ondernemingsraad 2013
Het schooljaar 2012-2013 was voor de OR een jaar van vergaderen, evalueren en het eigen werkproces verbeteren en weer bijstellen. Binnen de OR zijn verschillende soorten vergaderingen en overleggen: - Vergadering OR (bestaande uit de verkozen OR-leden). - Vergadering OVOR (bestaande uit de OR en het College van Bestuur).
- Overleg DB OR- CvB (bestaande uit Dagelijks Bestuur OR in overleg met het College van Bestuur). - Commissieoverleg (bestaande uit de portefeuillesleden). - Onderdeelcommissievergadering (bestaande uit de OR leden van een vestiging).
De vier OR portefeuilles en daarmee ook de commissies:
Naam
Roepnaam
Vestiging
OC- functie in de vestiging
Namens
Mevrouw B. Hempen
Barbara
Leeuwarden/Dokkum
Voorzitter (per 01-08-2013)
OP/Vrije lijst
De heer A. Bijlsma
Auke
Leeuwarden/Dokkum
Voorzitter (tot 01-08-2013) Lid (per 04-09-2013)
OP/Vrije lijst
Mevrouw. D. Bosma
Dora
Leeuwarden/Dokkum
Lid
AOBP/CNV
De heer R. Bakker
Reinder
Leeuwarden/Dokkum
Secretaris
OP/AOB
De heer J. Romkes
John
Leeuwarden/Dokkum
Lid
OP/AOB
Mevrouw F. Vink
Froukje
Sneek
Lid
AOPB/CNV
De heer L. van der Pol VOORZITTER
Lieuwe
Sneek
Voorzitter
OP/Unie FTO
De heer H. Schraa VICE VOORZITTER
Harm
Sneek
Secretaris
OP/Unie FTO
De heer J. van der Bij
Jan
Drachten
Lid
AOBP/Vrije lijst
Mevrouw I. van Dongera
Ineke
Drachten
Secretaris
OP/CNV
De heer E. Hoogers
Eddy
Drachten
Lid
OP/AOB
Aantal vergadermomenten
De heer C. van Waveren
Cor
Drachten
Voorzitter
OP/CNV
Mevrouw M. Kuipers
Mirjam
Centrale Diensten
Voorzitter
Vrije lijst
De heer P. Geense
Peter
Emmeloord
Voorzitter
OP/Unie FTO
De OR kwam dit jaar 9 maal bijeen: 9 januari, 27 februari, 27 maart, 24 april, 12 en 26 juni,11 september, 13 november en 11 december.
Het Dagelijks Bestuur van de OR en de voorzitter van de Raad van Toezicht (RvT) kwamen op 5 april bijeen. De OR en de RvT kwamen op 10 april bijeen.
Mevrouw L. Hakvoort Afgetreden per 01-07 2013
Lia
Emmeloord
Lid
AOBP/CNV
Voorbereiding vergaderingen
Mevrouw G. Schuurman SECRETARIS
Bea
Emmeloord
Secretaris
OP/CNV
De OVOR kwam dit jaar 7 maal bijeen: 13 maart,10 april, 15 en 29 mei, 26 juni, 25 september en 27 november.
Notulist: Folkje Koster Samenstelling Dagelijks Bestuur (DB) OR - Voorzitter: Lieuwe van der Pol en Secretaris: Bea Schuurman.
Naam portefeuille
Naam commissie
Vertegenwoordigers
Woordvoerder
Human Resources Management
HRM
Mevrouw. D. Bosma Mevrouw M. Kuipers De heer R. Bakker De heer C. van Waveren De heer J. van der Bij
HRM
Financiën & Marketing
F&M
De heer E. Hoogers De heer H. Schraa De heer J. Romkes
F&M
Onderwijs, Kwaliteit, Identiteit en Organisatie
OKIDO
Mevrouw B. Hempen De heer A. Bijlsma Mevrouw F. Vink Mevrouw I. van Dongera De heer P. Geense
OKIDO
De OR als toehoorder van het overleg met de vakbonden kwam dit jaar 2 maal bijeen: voorjaarsoverleg 5 maart en najaarsoverleg 17 september.
De vergaderingen werden voorbereid door het DB OR, meestal na het overleg met het CvB. Er werd vergaderd volgens een vaste agenda met aanvullende onderwerpen.
De OR en de studentenraad kwamen dit jaar 2 maal bij elkaar: voorjaarsoverleg 15 april en najaarsoverleg 13 november.
176
177
Bijlage 8 Vaste OR agendapunten schooljaar 2012/2013: - Opening (bij aanvang moment van stilte en bezinning/identiteit). - Inventarisatie informatiestukken, rondvraagpunten en vaststelling agenda. - Mededelingen en ingekomen stukken. - Bespreking en goedkeuring van de OR en OVOR notulen, inclusief actielijst. - Onderwerpen ter advisering/instemming. - Onderwerpen ter bespreking (inclusief geagendeerde informatieve stukken). - Onderwerpen ter bespreking met het CvB. - Onderwerpen ter besluitvorming met het CvB. - Vanuit de onderdeelcommissies en commissies. - Majeure processen: - OR speerpunt communicatie nieuw beleid en/of richtlijnen. - OR speerpunt werkdruk. - Focus op Vakmanschap. - Macrodoelmatigheid. - ROC Friese Poort Academie. - Ingebrachte onderwerpen/rondvraag. - Sluiting. - Onderwerpen ter informatie.
In 2013 is aandacht besteed aan de volgende onderwerpen: - Reglement OR. - OR Jaarverslag ROC Friese Poort 2012. - De begroting 2013. - Inzet additionele middelen. - Formatieplan 2013. - BAPO-vergoeding uit wachtgeldresultaat. - Werkverdeling. - Zorgstructuur/Passend onderwijs. - Benchmark MBO 2013. - Reiskostenregeling. - Werkkostenregeling. - De vakantieregeling 2013-2014 voor studenten en OP. - Ontwikkelingen ROC Friese Poort Academie. - Benoembaarheidsvereisten niet bevoegde docenten. - Doorstoom LB-LC. - Lerarenregister.
178
- ROC Friese Poort beurs. - Scholingsbudgetten. - Ziekteverzuim. - Vervroegd pensioen en verlofregelingen. - Richtlijnen thuiswerken. - Werving, selectie, benoeming van (nieuw) personeel. - Sociaal Statuut ROC Friese Poort. - Sociaal jaarverslag 2012. - Ontwikkeling Elektronische Leeromgeving (ELO). - Intensivering.
Jaarverslag Taal en Rekenen Projectstructuur Om de implementatie van de referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen goed neer te kunnen zetten en te bewaken, heeft ROC Friese Poort ervoor gekozen om het werken in een projectstructuur voort te zetten. Er is een stuurgroep en een projectgroep en per vestiging zijn er vakgroepen Nederlands, Engels en rekenen actief.
Scholing OR De OR heeft samen met alle leden 3 maal een studiedag gehad: 30 januari, 6 februari en 20 november. Tijdens de studiedag werd de situatie ROC Friese Poort inclusief SWOT-analyse in deel groepen besproken. In de vervolgbijeenkomst/ positioneringbijeenkomst werden keuzes gemaakt in de speerpunten voor de OR en het beïnvloeden van de strategische ROC agenda. In de laatst genoemde scholingsbijeenkomst was er een vervolg op de gekozen OR speerpunten: communicatie en werkdruk. Verder is er aandacht besteed aan evaluatie en reflectie op het OR functioneren.
Aanpassing didactiek en pedagogiek
Extra informatie
Uren taal en rekenen Er is per domein een advies voor het aantal lesuren taal en rekenen opgesteld. Voor de BOL-opleidingen is een minimale ondergrens geadviseerd, voor Nederlands 1,5 lesuren per week op jaarbasis en voor rekenen 1 lesuur per week op jaarbasis. Er is geadviseerd bij tegenvallende examenresultaten te kijken naar het daadwerkelijk gerealiseerde aantal lesuren. Door dit te monitoren kunnen er nog wijzigingen aangebracht worden voor de lopende cohorten.
De OR heeft deelgenomen aan: - Jaarvergadering platform BVE op 21 maart 2013. - Bijeenkomst sectorraad VO CNV Onderwijs op 25 april 2013. - Tweedaagse van het platform BVE op 3 en 4 oktober 2013. - Ledenraadpleging door de vakbonden m.b.t. het Sociaal Statuut op 6 november 2013. De OR heeft de eerste helft van dit kalenderjaar een constructieve bijdrage geleverd middels het toezien op werving en selectieprocessen en het bijwonen van sollicitatiegesprekken. De OR heeft zich laten informeren door verschillende personen uit te nodigen tijdens overleggen/vergaderingen, waarvoor onze hartelijke dank. Het DB OR heeft op uitnodiging van het DB OR Friesland College een ontmoeting gehad op 2 oktober 2013.
Instap- en voortgangstoetsing, methode en examinering Een groot deel van de eerstejaars studenten van het cohort 2013-2014 heeft een instaptoets taal en rekenen gemaakt. Besluitvorming over de methodekeuze taal en rekenen ligt in de vestigingen en in de vakgroepoverleggen worden ervaringen m.b.t. methodegebruik uitgewisseld. De keuze voor instrumenten voor examinering (instellingsexamens) is in het kader van het convergentiebeleid per domein gemaakt. De resultaten op de instaptoetsen en examinering worden jaarlijks geëvalueerd.
Voor de BBL en bijzondere trajecten is geen ondergrens vastgesteld, maar is een servicedocument opgeleverd met mogelijkheden om het onderwijs voor taal en rekenen zo efficiënt mogelijk in te richten. Eind 2013 is er een nieuwe werkgroep bbl en bijzondere trajecten opgestart, die een aantal pilots uit gaat voeren met digitalisering van lesmateriaal in de ELO.
Onderhoudsplicht ROC Friese Poort heeft eind 2011 het beleid met betrekking tot de onderhoudsplicht taal en rekenen geëvalueerd en dit begin 2012 bijgesteld. Er leven (landelijk en bij ROC Friese Poort) nog veel vragen wat betreft de invulling van de onderhoudsplicht. Taalcoaches Om handen en voeten te kunnen geven aan de visie ‘Drieslag taal’, is ervoor gekozen te gaan werken met taalcoaches. In 2012 en 2013 zijn de taalcoaches actief geweest in de opleidingen en hebben zij vervolgscholing gevolgd. Rond de zomer van 2013 is de inzet van de taalcoaches wederom uitgebreid geëvalueerd, wat geleid heeft tot het besluit om te stoppen met de inzet van taalcoaches vanaf schooljaar 2013-2014.
Toetsing en examinering Centraal ontwikkelde examinering (COE) Binnen elke vestiging is in 2012 een toetsleider aangesteld om de pilots COE te organiseren. De verschillende toetsleiders hebben periodiek overleg, waarbij ze kennis delen, draaiboeken opstellen en ervaringen uitwisselen. Er heeft ten opzichte van 2012 weer een opschaling plaatsgevonden van het aantal studenten dat deelneemt aan de pilots en ook het aantal pilotperiodes is toegenomen. De resultaten op de COE’s worden na afloop van de pilotperiode geëvalueerd. De werkgroep COE is aan het bekijken wat de mogelijkheden zijn tot de ontwikkeling van een examenapplicatie (digitale aanmelding). Geïntegreerde instellingsexamens Vanuit de visie ‘Drieslag taal’ hebben verschillende opleidingen ervoor gekozen de instellingsexamens Nederlands in de beroepspraktijk te integreren. In 2012 hebben bepaalde opleidingen een start gemaakt met de constructie van geïntegreerde instellingsexamens, volgens de formats en voorbeeld examens van het Steunpunt taal en rekenen mbo.
179
Bijlage 9 Bij de constructie en afname van de instellingsexamens is gebleken dat er nog wel een aantal onduidelijkheden in de huidige formats zit en sommige dingen ontbreken. In 2014 zullen de huidige formats geëvalueerd worden en waar nodig (en toegestaan) bijgesteld.
Extra onderwijstijd Protocol dyslexie en dyscalculie De werkgroep TAB heeft informatie verspreid over de protocollen dyslexie en dyscalculie en de gevolgen daarvan voor docenten en studenten. In 2013 is het protocol dyslexie van ROC Friese Poort bijgesteld. Voor dyscalculie zullen er in 2014 nog voorstellen voor aanpassingen worden gedaan.
Professionalisering docenten en management Scholingsplan Jaarlijks wordt er een scholingsplan opgesteld en worden taal- en rekendocenten geschoold. Enkele voorbeelden van gevolgde scholingen zijn: basistraining over het referentiekader van Meijerink, gedifferentieerd lesgeven, rekenproblemen en training tot taalassessor. In 2013 is besloten de organisatie van de scholingen uit te laten voeren door de ROC Friese Poort Academie. De taal- en rekenscholingen zijn aangemerkt als strategische scholingen. Voor rekenen zijn in 2013 niveautoetsen afgenomen onder docenten en aan de hand van inschaling op basis van competentieprofielen (basis, gevorderd of expert) worden er scholingen aangeboden.
Ondersteuningsaanbod taal en rekenen Voor studenten die op basis van de instaptoets ver onder het vereiste niveau Nederlands en/of rekenen blijken te zitten, is er een mogelijkheid tot extra tijdelijke taal- en rekenondersteuning. De vestigingen mogen zelf besluiten hoe zij deze ondersteuning vorm willen geven (bijvoorbeeld in het taal- en rekencentrum, extra bijlessen in de eigen afdeling, summerschool, of toch Bureau TAB hiervoor inschakelen). De werkgroep taal- en rekenondersteuning komt niet meer op structurele basis bijeen, maar blijft op de hoogte van eventuele wijzigingen in landelijk beleid rondom aanpassingen voor studenten met een beperking en zal betrokkenen binnen ROC Friese Poort informeren over relevante wijzigingen.
Nieuwe of aangepaste faciliteiten Taal- en rekencentra Vanuit de projectgelden taal en rekenen ontvangen de vestigingen budget voor het opzetten van een taal- en rekencentrum in de vestiging. In alle vestigingen, met uitzondering van Drachten, is men gereed met de inrichting (en organisatie) van een taal- en rekencentrum en is het centrum inmiddels operationeel. In de vestiging Drachten wil men de inrichting van de taal- en rekencentra afstemmen op de nieuwbouw en wordt er op dit moment gewerkt aan plannen met betrekking tot de opzet en organisatie.
180
Presentaties en nieuwsbrieven Het management wordt door de projectleider regelmatig op de hoogte gehouden van de landelijke ontwikkelingen op het gebied van taal en rekenen door middel van het versturen van interne nieuwsbrieven en verzorgen van presentaties in het management overleg in de vestigingen.
Kwaliteitszorg en effecten taal- en rekenonderwijs PDCA-cyclus INK-model ROC Friese Poort hanteert het INK-model als uitgangspunt voor het kwaliteitszorgsysteem. De plan-docheck-act cyclus (PDCA) van het INK-model vereist een regelmatige terugkomende cyclus van meten, evalueren en bijstellen. Het taal- en rekenbeleid wordt jaarlijks geëvalueerd, zodat het (indien nodig) tijdig bijgestuurd kan worden. Alle activiteiten uit het implementatieplan zijn geëvalueerd op vooraf vastgestelde data. In juni 2013 is er een inbeddingsplan voor taal en rekenen opgesteld, waarin de opbrengsten van het project taal en rekenen beschreven staan. Daarnaast wordt aangegeven welke activiteiten gereed zijn voor inbedding en welke in 2014 nog aandacht behoeven (voortgang).
Lijst met gebruikte afkortingen AOBP algemeen ondersteunend en beheerspersoneel BAG branche adviesgroepen BAPO bevordering arbeidsparticipatie ouderen BBL beroepsbegeleidende leerweg (combinatie werken en leren) BIO beroepen in het onderwijs BOBP bijzonder Ondersteunend en beheerspersoneel BOL beroepsopleidende leerweg (leren op school, stage in bedrijf of instelling) BPV beroepspraktijkvorming BVE beroepsonderwijs en volwasseneneducatie CAO collectieve arbeidsovereenkomst CFI centrale financiën instellingen COE centraal ontwikkelde examens DUO dienst uitvoering onderwijs EBP evaluatie bijstelling en planning ECNO educatief centrum noord en oost ERD eigen risicodrager EVC eerder verworven competentie FPU flexibel pensioen en uittreden HBO hoger beroepsonderwijs HTV handhaver toezicht en veiligheid (HTV) ICNN internationaal consortium noord-nederland IGO instellings georganiseerd overleg JOB jongeren organisatie beroepsonderwijs KC kenniscentrum LC docentenschaal levO levensbeschouwelijke ontwikkeling LGF leerlinggebonden financiering LLB leren, loopbaan en burgerschap MBO middelbaar beroepsonderwijs NHL noordelijke hogeschool leeuwarden NJI nederlands jeugd instituut Nt1 nederlands als eerste taal OAR onderwijsadviesraad OBP ondersteunend en beheers personeel OER onderwijs- en examenreglement OP onderwijzend personeel REC regionaal expertise centrum RMC regio meld- en coördinatiepunt
ROC regionaal opleidingencentrum RvT raad van toezicht SCW sociaal cultureel werk SBU studiebelastingsuur SLB studieloopbaanbegeleider SMW schoolmaatschappelijk werk SNN samenwerkingsverband noord nederland TAB traject advies en begeleiding VO voortgezet onderwijs VOG verklaring omtrent gedrag VSV vroegtijdig schoolverlaten WEB wet educatie en beroepsonderwijs WGA werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten WMO wet maatschappelijke ondersteuning WOPT wet openbaarmaking publieke topinkomens WMEB wet medezeggenschap educatie ZAT
en beroepsonderwijs zorg- en adviesteam
181
College van Bestuur/ Centrale Diensten Badweg 2, Leeuwarden Postbus 140, 8900 AC Leeuwarden Telefoon: (058) 284 93 40 E-mail:
[email protected]
Vestiging Drachten Leidijk 49, Drachten Postbus 15, 9200 AA Drachten Telefoon: (0512) 76 77 00 E-mail:
[email protected] Bouw-Infra, Bureau TAB, Handel, Horeca, IT | Media en Games, Beeld | Geluid | Nieuws en Kunst, PasPoort, Techniek, Zakelijke dienstverlening, Zorg en Welzijn.
Vestiging Leeuwarden/Dokkum Wilaarderburen 1, Leeuwarden Birdaarderstraatweg 125, Dokkum Postbus 6090, 8902 HB Leeuwarden Telefoon: (058) 265 52 00 E-mail:
[email protected] Bouw-Infra, Bureau TAB, Handel, IT | Media en Games, Maritiem, Beeld | Geluid | Nieuws en Kunst, PasPoort, Techniek, Uiterlijke verzorging, Uniformberoepen, Zakelijke dienstverlening, Zorg en Welzijn
Vestiging Sneek Harste 4-6, Sneek Postbus 184, 8600 AD Sneek Telefoon: (0515) 48 16 00 E-mail:
[email protected]
Vestiging Emmeloord Espelerlaan 74, Emmeloord Postbus 118, 8300 AC Emmeloord Telefoon: (0527) 63 48 00 E-mail:
[email protected]
Bouw-Infra, Bureau TAB, Handel, Horeca, IT | Media en Games, Maritiem, PasPoort, Techniek, Zakelijke dienstverlening, Zorg en Welzijn
Bouw-Infra, Bureau TAB, Educatie, Handel, IT | Media en Games, PasPoort, Uiterlijke verzorging, Uniformberoepen, Techniek, Zakelijke dienstverlening, Zorg en Welzijn
ROC Friese Poort Bedrijfsopleidingen Anne Wadmanwei 6, Leeuwarden Postbus 136, 8900 AC Leeuwarden Telefoon: (058) 233 99 66 E- mail:
[email protected] Bedrijfshulpverlening (BHV), Communicatie, Ervaringscertificaat (EVC), Ervaringsprofiel (EVP), ICT/Computercursussen, Inburgering, Loopbaanbegeleiding, Re-integratie, Talen, Techniek, Uiterlijke verzorging, Veiligheid, Zakelijke dienstverlening, Zorg & Welzijn.
www.rocfriesepoort.nl
182