Jaarverslag en Balans en Staat van baten en Lasten 2011
Inhoudsopgave 1. Algemeen Voorwoord CvB Verslag van de RvT Missie, Visie en beleid De organisatie in 2011 Governance 2. Onderwijs Ambities Resultaten onderwijs Vooropleiding studenten Faciliteiten voor studenten Prijzen 3. Praktijkgericht onderzoek Onderzoeksopzet en -inzet Kwaliteit Kennisvalorisatie 4. Contractactiviteiten Strategie Resultaten Kwaliteitszorg 5. Bedrijfsvoering Financieel beleid Personeel Huisvesting Duurzaamheid 6. Balans en Staat van baten en Lasten Toelichting algemeen Balans met vergelijkende cijfers voorgaand boekjaar Staat van baten en lasten met vergelijkende cijfers voorgaand boekjaar Kasstroomoverzicht 7. Bijlagen Gegevens van de rechtspersoon, RvT en CvB (bijlage 1) Overzicht verbonden partijen (model E) Vermelding op basis van WOPT (model F) Bezoldiging van bestuurders en toezichthouders (model H) Financiële specificaties rijkssubsidies (model G) Verslag van de commissies RvT
1
1. ALGEMEEN
Voorwoord CvB Verslag van de RvT Missie, Visie en beleid De organisatie in 2011 Governance
2
VOORWOORD VAN HET COLLEGE VAN BESTUUR 2011 is het jaar geweest waarin het instellingsplan „Verankeren, veranderen (2008-2011)‟ afliep en de voorbereidingen zijn getroffen voor het nieuwe instellingsplan „Verschil maken (2012-2017)‟. Een jaar dat wat betreft strategisch beleid een verbindingsjaar mag worden genoemd. Immers, accenten verschuiven, onze focus blijft echter gericht op datgene waar wij voor staan; excellente kwaliteit bieden in de opleiding tot leraar basisonderwijs. Dat wij dit in 2011 wederom wisten te realiseren blijkt onder meer uit de gehouden tevredenheidsmetingen onder studenten en medewerkers. Studenten 6 9 beoordeelde De Kempel met een 7 en de medewerkers met een 7 . Beide een stijging ten opzichte van de vorige meting. In 2011 is ook het vierjarig samenzijn voor studenten, alumni, collega‟s en oud-collega‟s gevierd met onder meer een optreden van Nick & Simon. De verbinding, dat een belangrijk kenmerk is van De Kempel, was goed voelbaar. Het College van Bestuur is in 2011 gewijzigd van samenstelling; het voormalig lid is voorzitter geworden en een nieuw lid is aangetrokken. Het College van Bestuur dankt eenieder van harte voor de inzet, sfeer en behaalde resultaten. Alleen met elkaar kunnen wij onze mission statement Mensen verbinden die leren een warm hart toedragen waarmaken en dat is in het verslagjaar wederom gelukt. Helmond, mei 2012
College van Bestuur
Drs. Taeke van den Akker, voorzitter Drs. Robert Verbruggen
3
VERSLAG VAN DE RAAD VAN TOEZICHT De Raad van Toezicht heeft in 2011 vier maal vergaderd. Tussen de vergaderingen door ontvangt de RvT een schriftelijk verslag met als titel „Berichten aan de Raad van Toezicht‟. Dit verslag, waarin lopende zaken en verwachte ontwikkelingen staan beschreven, wordt opgesteld door het CvB. De samenstelling van de Raad van Toezicht is zodanig dat de toezichtstaak adequaat ingevuld kan worden. De leden nemen allen een onafhankelijke positie in ten opzichte van Hogeschool de Kempel. Op geen van de leden is „de melding van strijdige belangen‟ van toepassing. Ook zijn naar het oordeel van de Raad geen transacties verricht waarbij tegenstrijdige belangen van leden van het College van Bestuur hebben gespeeld. De gegevens over de samenstelling van de Raad van Toezicht en de bezoldiging van de leden zijn in de bijlagen terug te vinden. Evenals een rapportage over de werkzaamheden van de twee commissies die de Raad kent: de selectie- en remuneratiecommissie en de auditcommissie. In de loop van 2010 heeft de voorzitter van het College van Bestuur aangegeven in 2011 zijn werkzaamheden bij Hogeschool de Kempel te willen beëindigen. Het toenmalige lid College van Bestuur is per 1 september 2011 voorzitter College van Bestuur geworden. Hiermee kwam de vacature lid College van Bestuur vrij en is in 2011 de selectie- en remuneratiecommissie de procedure voor werving lid CvB gestart na overleg met de Hogeschoolraad en het management. De vacature is per 1 oktober 2011 ingevuld. Per 31 december 2011 is de heer Van Ewijk teruggetreden wegens aflopen van zijn maximale benoemingstermijn. De selectie- en remuneratiecommissie heeft, conform de wet hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, contact gezocht met de Hogeschoolraad teneinde haar een voordracht voor opvolging te laten verzorgen. In 2012 wordt deze procedure afgerond op basis van een opgesteld profiel. De voorzitter van de Raad van Toezicht heeft periodiek overleg met de voorzitter van het College van Bestuur. De leden van de Raad, die belast zijn met auditzaken hebben overleg gevoerd met de manager verantwoordelijk voor financiën en met de externe accountant. In de vier vergaderingen van de Raad van Toezicht stonden onderwerpen op de agenda zoals; de goedkeuring van de jaarrekening 2010, de begroting 2012, de beoogde renovatie van het kloostergebouw, het sociaal jaarverslag 2010, het medewerkers onderzoek 2011, de branchecode governance, de inrichting en opzet van de opleiding, samenwerkingsverbanden, het instellingsplan 2012-2017, de vacature lid College van Bestuur en het eigen rooster van aftreden. Verder is aandacht geschonken aan de landelijke ontwikkelingen in het hoger onderwijs zoals de Strategische Agenda Hoger Onderwijs, Onderzoek en Wetenschap „Kwaliteit in verscheidenheid‟ en de ontwikkelingen richting en mogelijke consequenties van een hoofdlijnenakkoord. De Raad van Toezicht heeft in 2011 eenmaal vergaderd met de Hogeschoolraad. Helmond, april 2012 Namens de Raad van Toezicht, Mr. J.G.J.M. Berkers, voorzitter
4
MISSIE, VISIE EN BELEID Mensen verbinden die leren een warm hart toedragen. Dat mission statement is het centrale uitgangspunt van Hogeschool de Kempel. Het mission statement vloeit voort uit de missie van De Kempel: het opleiden van studenten tot startbekwame leraren. De toerusting van de leraar eindigt wat De Kempel betreft echter niet bij het met goed gevolg afronden van de bachelor, maar zet zich voort in een loopbaanlang leren. De Kempel verzorgt hiervoor postinitiële trajecten via Kenniscenter de Kempel. De lerende mens, van klein tot groot, staat centraal. De Kempel is een opleiding voor onderwijsberoepen die verbindt, dat wil zeggen de interactie bevordert tussen en met lerenden: leerlingen, studenten, docenten, mentoren en bestuurders. Opleiden is immers geen eenrichtingsverkeer. Verbinden betekent ook verbondenheid scheppen tussen mensen onderling en tussen mens en wereld, geïnspireerd door de christelijke traditie. De Kempel duidt leren als betekenisvol, vanuit het sociaal constructivistisch paradigma: het is doelgericht, onderzoekend, constructief, cumulatief, actief, waardevol, sociaal en context gebonden. De lerende is de actor in de onderwijsprocessen. De Kempel is een organisatie die een warm hart vraagt van betrokkenen en daarmee een beroep doet op echte betrokkenheid en interesse bij leerprocessen, op persoonlijk meesterschap. De Kempel wil de student opleiden tot een gekwalificeerd, geïnspireerd leraar die: • nieuwsgierig is naar het leren van kinderen en van zichzelf; • leerlingen weet te inspireren door zijn kennis, zijn luisterend vermogen en vaardigheid hen te bevragen; • bewust in het leven staat als cultuurdrager; • niet alleen uitvoert, maar ook onderzoekt en ontwerpt; • samen met collega‟s de ontwikkeling van de school vorm geeft; • met ouders een professionele relatie weet op te bouwen en te onderhouden. Van cruciaal belang bij het realiseren van zowel de korte als lang termijn doelstellingen is het personeel. Passie, plezier en prestatie zijn hierbij de uitgangspunten en leiden tot continue (aandacht voor) professionalisering en verbinding. De voortgang van de gekozen doelen is onderdeel van de planning & controlcyclus zodat voor deze doelen de volledige cyclus van plan-do-check-act wordt doorlopen.
DE ORGANISATIE IN 2011 Kerngegevens Hogeschool de Kempel 2011
2010
2009
866 261 163 311
920 315 150 350
877 270 159 -
85 64,6 2,1%
81 63,8 3,7%
83 64,8 2,6%
242 372
280 387
531 742
Studenten Inschrijvingen Instroom Afgestudeerden Contractonderwijs Medewerkers Aantallen FTE Ziekteverzuim Financieel resultaat (bedragen *1000€) Operationeel resultaat Totaal resultaat
5
Prestatie indicatoren Realisatie
Doel
252 9 4,7% 66,0% 30,5% 65,7% 76,0% 3,80
225 25 ≥ 10% ≥ 75% ≤ 23% ≥ 70% ≥ 80% ≥ 3,80
2011 Instroom voltijd Instroom deeltijd Percentage studenten Challenge Program Percentage docenten met mastergraad, PhD of gelijkwaardig Uitvalpercentage jaar 1, 2010-2011 Propedeuserendement na 2 jaar Rendement na 5 jaar, cohort 2006-2007* Nationale studenten enquête * Dit betreft het rendement na 5 jaar na herinschrijving na 1e studiejaar
Kerngegevens praktijkgericht onderzoek, studiejaar 2010-2011 KempelOnderzoeksCentrum Kengetallen Lectoren Promovendi Publicaties Participerende docenten Lectoraten
6 1 8 11 Betekenisvol leren onderwijzen Eigentijds beoordelen in het onderwijs Kantelende kennis
Organogram Raad van Toezicht
Voorzitters (externe) raden, advies commissies en examencommissie
College van Bestuur
Lectoren (Onderzoekscentrum)
Beleidsmedewerker kwaliteitszorg
Manager financiële en facilitaire diensten
Manager initieel
Manager postinitieel
Stagecoördinator
Coördinator ICT
Coördinator personeelszaken
Overige diensten Teamleider fase 1
Teamleider fase 2
Coördinator P & Coördinator K1
Coördinator K2 & Coördinator K3
6
GOVERNANCE Hogeschool de Kempel staat als onderwijsinstelling midden in de maatschappij en wil zich naar belanghebbenden op transparante wijze presenteren op zowel het vlak van dialoog als het vlak van verantwoording. Hiermee is De Kempel in staat haar betekenis voor de ontwikkeling van de samenleving te behouden en verder te versterken. Het toezicht op en bestuur van De Kempel is ingericht conform de Branchecode Governance Hogescholen. In 2011 zijn geen wijzigingen aangebracht in het vigerende beleid. 1. College van Bestuur Het College van Bestuur van Hogeschool de Kempel bestaat uit twee personen. Zij is verantwoordelijk voor de realisatie van de doelstelling van de stichting uitgewerkt in missie, visie, strategisch beleid en doelstellingen en alles wat hiermee samenhangt. De taken en bevoegdheden van de leden van het College van Bestuur zijn vastgelegd in de statuten en een bestuursreglement. De samenstelling en taakverdeling van het College van Bestuur per 31 december 2011 is als volgt; De heer drs. T.H. van den Akker Voorzitter College van Bestuur Portefeuilles; onderwijs, onderzoek, medezeggenschap, kwaliteitszorg, externe contacten en public relations De heer drs. R.J.G.M. Verbruggen Lid College van Bestuur Portefeuilles: financiën, huisvesting, facilitaire zaken, personeel, ICT en informatievoorziening 2. Raad van Toezicht De taak van de Raad van Toezicht is het houden van toezicht op het College van Bestuur van De Kempel en de algemene gang van zaken betreffende De Kempel. De taken, bevoegdheden en profielkenmerken zijn vastgelegd in de statuten en het reglement bestuursraad. 3. Medezeggenschap De medezeggenschap is vastgelegd in een reglement, dat voldoet aan de wettelijke eisen hieromtrent. De Hogeschoolraad bestaat uit vier personeelsleden en vier studenten. Gegeven de grootte van de organisatie is ervoor gekozen de opleidingscommissie samen te laten vallen met de Hogeschoolraad. De Hogeschoolraad heeft zich in 2011 met name beziggehouden met de voorbereiding van het instellingsplan (2012-2017), werving, toetsing, nieuw te ontwikkelen curriculum, brede intake, OER, begroting 2012, jaarrekening 2010, sociaal jaarverslag 2010, studentenstatuut, werving nieuw lid CvB en de procedure voor het traject naar hogeschooldocent. 4. Horizontale verantwoording De Kempel kent vele vormen van dialoog en verantwoording. Horizontale verantwoording vindt met name plaats via de veldcomissie schoolbesturen, de werkveldevaluatiecommissie en uiteraard ook via individuele contacten en bijvoorbeeld de Kempelkrant. 5. Klachten en beroep Onderdeel van de governance is de mogelijkheid tot indienen van klachten, melding van misstanden en contact met vertrouwenspersonen. In 2011 zijn geen klachten ingediend en is geen melding van misstanden gemaakt. Wel hebben 2 studenten contact gezocht met de vertrouwenspersoon.
7
6. Risicomanagement In 2011 zijn de belangrijke en mogelijke risico´s in kaart gebracht en zijn hiervoor beheersmaatregelen genomen en verantwoordelijkheden benoemd. Hieronder worden de vier belangrijkste weergegeven. Verder wordt stilgestaan bij de planning & controlcyclus. Risico’s Risico 1: Ontwikkeling studentenaantallen De monosectoraliteit is een kracht, maar tegelijkertijd ook een zwakte van De Kempel. De zwakte zit met name in het gebrek aan diversificatiemogelijkheden. Een substantiële daling dan wel stijging van het aantal studenten zou dan ook kunnen leiden tot onvoldoende aanpassingsvermogen. Naar boven toe door het niet tijdig kunnen aantrekken van het kwalitatief gewenste personeel, naar beneden toe door onvoldoende flexibiliteit in het personeelsbestand. Gegeven de (aanstaande) ontwikkelingen in het primair onderwijs zoals de toename van aanvragen werkloosheiduitkering, invoering passend onderwijs en krimp leerlingaantallen is de keuze voor de opleiding tot leraar basisonderwijs een nog bewustere keuze geworden en dit kan zomaar leiden tot een (substantiële) daling in instroom. De Kempel kent een flexibele schil die een daling deels kan opvangen. Daarnaast is de natuurlijke uitstroom tot 2017 zo‟n 7½% van het personeelsbestand. Risico 2: Curriculum en toetsing Risico‟s rond curriculum en toetsing raken de kwaliteit van de opleiding. Kwaliteit die essentieel is vanuit maatschappelijk oogpunt en bij gebrek hieraan leidt tot reputatieschade. Via accreditatie en het in gebruik zijnde kwaliteitszorgsysteem, waarbij ook gebruik wordt gemaakt van externe deskundigen, bewaakt De Kempel de kwaliteit van haar diensten. Een andere ontwikkeling betreft de waarschijnlijke invoering van een groot aantal centrale toetsen met de vraag welke gevolgen dit heeft. Risico 3: Ontwikkeling Rijksbijdrage Een onzekere factor in tijden van economisch zwaar weer is de ontwikkeling van de rijksbijdrage. Deze ontwikkeling is in de laatste jaren negatief geweest en deze trend lijkt zich voort te zetten. Het gevolg is een daling van de rijksbijdrage per student. Hieraan ten grondslag liggende redenen zijn het wegvallen van enkele incidentele middelen, de groei van het totaal aantal studenten bij gelijkblijvend macrobudget en het achterwege blijven van indexering. Daarnaast zijn de maatregelen voor langstudeerders ingevoerd die ook tot gevolg hebben dat studenten zich sneller uitschrijven dan in het verleden. De overheid bezint zich op eventuele nieuwe bezuinigingen en een in dit kader genoemde is het laten vervallen van de ov-jaarkaart en het wellicht niet langer bekostigen van de deeltijdopleidingen. Gegeven het relatief grote wervingsgebied van De Kempel kan het niet langer bekostigen van de ovjaarkaart negatieve gevolgen hebben voor het aantal studenten dat voor De Kempel kiest. De effecten van mogelijk te nemen maatregelen op de deeltijdopleiding zijn nu reeds zichtbaar; de instroom is sterk gedaald. Risico 4: Private activiteiten Hogeschool de Kempel heeft in 2011 geen gelden aan de rijksbijdrage onttrokken voor het opzetten en/of uitvoeren van private activiteiten. De hogeschool voert zelf alle onderwijsprogramma‟s uit. De Kempel biedt cursussen aan voor leerkrachten primair onderwijs. Soms zijn deze cursussen gericht op een geheel schoolteam, in andere gevallen kunnen cursisten individueel inschrijven. Cursisten worden in geen enkel geval ingeschreven als student. Zij betalen een kostendekkend cursusgeld.
8
Indien eigen personeelsleden deelnemen aan (delen van) het door de hogeschool aangeboden onderwijsprogramma of aan door de hogeschool verzorgde cursussen dan worden deze personeelsleden in geen geval ingeschreven als student. Uitwisseling van studenten komt in beperkte mate voor. Buitenlandse studenten die in het kader van uitwisseling deelnemen aan het onderwijsprogramma of aan een deel daarvan, worden niet voor bekostiging in aanmerking gebracht. Planning & controlcyclus De Kempel streeft naar optimalisatie van de bedrijfsprocessen en risicobeheersing. Dit vindt structureel plaats met behulp van de pdca-cyclus. Deze cyclus start met het meerjarige instellingsplan. Het instellingsplan staat in het teken van het borgen en verder verbeteren van de kwaliteit (in ruime zin) van de opleiding binnen de aanwezige randvoorwaarden. Vanuit het instellingsplan wordt een jaarlijks activiteitenplan opgesteld. Halfjaarlijks vindt hieromtrent verslaglegging plaats en wordt daar waar nodig bijgestuurd. Tot slot; in 2012 worden financiële en personele kwartaalrapportages ter beschikking gesteld teneinde betrokkenen op structurele basis eigen verantwoordelijkheid te kunnen laten nemen. De kwaliteit van onderwijs en onderzoek wordt periodiek onderzocht door een team bestaande uit interne en externe deskundigen. De uitkomsten van zo‟n onderzoek zijn de input voor de planning & controlcyclus. 7. In control statement De geringe omvang van De Kempel begrenst de mogelijkheden tot het volledig beheersen van alle onderscheiden risico‟s. Een zorgvuldige vormgeving en uitvoering van governance biedt een goede basis voor risicomanagement en het College van Bestuur is dan ook van mening dat Hogeschool de Kempel een afdoende effectief systeem van risicobeheersing tot stand heeft gebracht in relatie tot de doelstellingen van de hogeschool. 8. Toekomstverwachting Daar waar, mede op basis van het verleden, redelijk kon worden vastgesteld wat de nabije toekomst zou brengen is dit met de vele, elkaar snel opvolgende ontwikkelingen haast niet meer mogelijk. De economische situatie lijkt te leiden tot vergaande bezuinigingen, die waarschijnlijk ook het hoger onderwijs raken. Daarnaast is begin 2012 het primair onderwijs meerdere keren in het nieuws geweest met een geschetst negatief arbeidsmarktperspectief. Ook de mogelijke integrale invoering van het rapport Meijerink, „een goede basis‟, zal gevolgen hebben voor de opleiding tot leraar basisonderwijs. Gevolgen in de zin van hogere eisen aan de instroom en het moeten verwerven van een stevige kennisbasis tijdens de opleiding. Of per saldo de gevolgen hiervan positief dan wel negatief zijn is moeilijk in te schatten. Waar tot voor kort werd uitgegaan van een langzame daling van studentenaantallen naar zo‟n 800 in 2017, lijkt een bijstelling op basis van de eerste instroomgegevens voor het studiejaar 2012-2013 nodig. Vooralsnog leidt dit tot een scenario waarin een bijstelling plaatsvindt naar zo‟n 750 studenten in 2017. Dit betekent afscheid nemen van de flexibele schil en vooral ook via kansen zien en benutten inzetten op stabilisatie van de instroom en vergroting van de omzet van het kenniscenter. De toekomst laat zich moeilijk voorspellen dus ook andere scenario‟s zijn gemaakt waarbij de meest vergaande uitgaat van een teruggang naar 650 studenten in 2017. Scenario‟s die vooral zijn bedoeld om voorbereid te zijn op mogelijke ontwikkelingen en bij daadwerkelijk plaatsvinden snel en daadkrachtig te kunnen optreden.
9
2. ONDERWIJS
Ambities Resultaten onderwijs Faciliteiten voor studenten Prijzen
10
AMBITIES In het in 2011 aflopende strategisch beleidsplan „Verankeren, veranderen‟ zijn zeven ambities benoemd; 1. De Kempel kiest expliciet voor een kleinschalige opzet, waarin persoonlijke aandacht centraal staat. 2. De Kempel stimuleert kennisconstructie bij studenten, medewerkers en werkveld. 3. De Kempel besteedt veel aandacht aan de continue ontwikkeling van talent, zowel bij studenten en leraren basisonderwijs, als bij de eigen medewerkers. 4. De Kempel biedt voor alle lerenden een krachtige werkplekleeromgeving. 5. Mede vanuit een christelijke traditie focust De Kempel zich sterk op samen leven, samen leren en samenwerken. 6. De Kempel wenst betrouwbaar te zijn in uitvoering en contact. 7. Kwaliteits- en resultaatgerichtheid vormen de basis van het onderwijs bij De Kempel. Hogeschool de Kempel wil de opleiding zijn die: • Leraren opleidt die meer dan startbekwaam zijn. Persoonlijkheden met gevoel voor kinderen, die door onderzoek weten wat werkt en wat niet. Die door hun onderwijs kinderen laten sprankelen en intellectueel weerbaar zijn. • Ruimte maar ook richting geeft aan een professioneel studie- en werkklimaat waarin studenten worden uitgedaagd hun talenten te ontwikkelen. Waar betrokkenheid en waardenvol communiceren kernkwaliteiten zijn en waar samenwerken meer is dan effectief onderwijs. • De educatieve regio inspireert tot een loopbaanlang leren door in partnerschappen kennis te delen en kennis te vermenigvuldigen. • Opleiden als een vak ziet, waarbij de leerwerkplek complementair is aan de opleiding. Samen opleiden kan niet zonder vakbekwame opleidingsdocenten en inspirerende basisschoolleraren. Ambitie 1 Persoonlijke aandacht De ankers Hogeschool de Kempel blijft kiezen voor zelfstandigheid en biedt als monosectorale hogeschool op één locatie een opleiding tot leraar primair onderwijs in een deeltijd- en een voltijdvariant. Teneinde de student goede persoonsgerichte begeleiding te kunnen bieden, zorgt De Kempel voor gestructureerde ondersteuning door tutoren en stagebegeleiders. Als het studieverloop daar aanleiding toe geeft, wordt de frequentie van de begeleidingsgesprekken opgevoerd. Medewerkers van De Kempel zijn toegankelijk en gemakkelijk bereikbaar voor studenten. De voortgang Passend bij de maatschappelijke tendensen heeft De Kempel de ambitie om „de beste studenten‟ te blijven afleveren en zich in te spannen om te voldoen aan de eisen die het werkveld stelt. Een voortdurende kwaliteitsverbetering bij startbekwame leraren wordt dan ook nagestreefd. Hierbij horen hoge normen. Door middel van de brede intake wordt het instroomniveau en de studiemotivatie vastgesteld. Op basis van de uitkomsten krijgen de aspirant-studenten een gedegen studieadvies en wordt indien nodig maatwerk aangeboden. In 2011 hebben 279 aspirant-studenten deelgenomen aan de brede intake. Door de implementatie van een nieuw studentinformatie en -volgsysteem en de verdere uitbouw daarvan worden studenten nauwgezet gevolgd in hun studievoortgang. De procedure „studiebevordering‟ is in 2011 volledig geïmplementeerd in alle opleidingsfasen. Hierdoor wordt studievertraging teruggedrongen. Alle hiervoor benodigde documenten en notities zijn in het systeem terug te vinden. De eisen voor doorstroming naar het tweede studiejaar zijn verhoogd en binnen de opleiding is het aantal herkansingen gelimiteerd (4-kansen-toetsmaatregel). Het werken met tutoren leidt tot een intensieve persoonlijke begeleiding van studenten waardoor enerzijds de uitval wordt teruggedrongen en anderzijds de uitval toeneemt door een eerder besef dat de opleiding niet haalbaar is dan wel niet is wat ervan werd verwacht. 11
De tutoren hebben zicht op de te doorlopen ontwikkeling en de daadwerkelijke ontwikkeling van de (individuele) studenten in de tutorgroep. Door betekenisvolle activiteiten in te zetten kunnen studenten in een tutorgroep begeleid worden naar naaste niveaus van ontwikkeling. Het Challenge Program komt tegemoet aan het streven om excellente studenten extra uitdaging en een versnelde opleiding te bieden. Iedere startende student neemt deel aan een introductiekamp waaraan vierdejaars studenten een belangrijke bijdrage leveren. Het eerste halfjaar van de opleiding is gericht op onderling kennismaken, binding krijgen met de opleiding en zicht krijgen op het werken met kinderen in een groepssetting van het primair onderwijs. Hogeschool de Kempel kiest voor geïntegreerd opleiden. Competentieontwikkeling en uitbreiding van het daarvoor benodigde repertoire kan niet zonder een consistente, geïntegreerde leeromgeving, waar het leren binnen de instelling nauw verbonden is met het leren in de praktijk (de stageplek). In een dergelijke leeromgeving wordt de student voortdurend uitgedaagd te pendelen tussen theorie, subjectief concept en praktijk. De kwaliteit van dit proces wordt geborgd door samenwerking en afstemming tussen beide leeromgevingen. Hiertoe wordt meerdere keren per jaar de stageplaats bezocht door een docent en worden bijeenkomsten voor mentoren georganiseerd. De organisatie Kenmerkend voor de organisatie is de toegankelijkheid van de medewerkers en de lage drempels bij het met elkaar in gesprek komen. Deze karakteristiek strekt zich ook uit tot het management en het College van Bestuur. De Kempel kent korte communicatielijnen, de Hogeschoolraad wordt veelvuldig geraadpleegd. Het integraal personeelsbeleid waarin het competentiemanagement centraal staat, komt tot uitdrukking in de cyclus van ontwikkel-, functionerings- en beoordelingsgesprekken. Studenten worden betrokken bij de beoordeling van de onderwijsgevende capaciteiten van docenten. Via het personeelsinformatiesysteem zijn alle gespreksverslagen op personeelsgebied digitaal toegankelijk. Ambitie 2 Stimuleren van kennisconstructie De ankers Hogeschool de Kempel beschouwt het leren als een sociaal constructivistisch proces. Het leren van studenten is gericht op leeropbrengsten die duurzaam, flexibel, functioneel, geïntegreerd, betekenisvol, generaliseerbaar en toegepast zijn. Het gaat om het eigen maken van competenties die nodig zijn in maatschappij en beroep, waarbij veel aandacht uitgaat naar het zelf construeren van kennis en het verwerven van vaardigheden binnen leer(werk)gemeenschappen. Het stimuleren van kennisconstructie wordt onder meer geprikkeld door het uitvoeren van actieonderzoek als onderdeel van de beroepscompetenties. Ook het model waarin de student de pendel tussen praktijk, subjectief concept en theorie hanteert, draagt hier nadrukkelijk aan bij. De voortgang Door de kwalitatieve integratie van onderwijsontwikkeling en onderzoek vervult De Kempel een vooraanstaande rol als educatief kennisinstituut in de regio. Het Kempelonderzoekscentrum (KOC) dat in 2011 is geïnstitutionaliseerd, is daarbij voor De Kempel het centrale onderzoeks- en kenniscentrum. Door middel van praktijkgericht onderzoek wordt bijgedragen aan en het borgen van de kwaliteit van onderwijsontwikkelingen op De Kempel en haar partnerscholen. De organisatie Van docenten wordt verwacht dat ze op academisch werk- en denkniveau functioneren. Docenten en andere medewerkers van De Kempel zijn continu bezig hun repertoire en competenties uit te breiden en te ontwikkelen. Dit deels vanuit de actuele beroepspraktijk in het primair onderwijs. Hogeschooldocenten dragen actief bij aan onderwijsontwikkeling en verrichten, waar dat relevant is, 12
onderzoek uitmondend in onder andere publicaties en presentaties op o.a. het Veloncongres. Uit het medewerkerstevredenheidsonderzoek blijkt dat 93% van de medewerkers zich voldoende uitgedaagd voelt in het werk. Ambitie 3 Ontwikkeling van talenten De ankers Hogeschool de Kempel geeft de student mogelijkheden tot het op een eigen wijze inkleuren van de beroepscompetenties in de laatste twee leerjaren. Er zijn keuzemogelijkheden voor een vakminor, leeftijdspecialisatie en een vrije minor. Vanuit de sociaal constructivistische leertheorie wordt gezocht naar de „zone van naaste ontwikkeling‟ bij een student. De Kempel ondersteunt initiatieven van ondernemende studenten, bijvoorbeeld op het gebied van „Ontwikkelingsgericht Onderwijs (OGO)‟, Jenaplanonderwijs of Techniekeducatie. De voortgang In 2011 is het boek „Opbrengstgericht werken, taalonderwijs‟ uitgegeven en beschikbaar gesteld aan scholen in het verzorgingsgebied. In dit boek beschrijven studenten met de vakminor Nederlands hoe zij de koppeling vakspecialisme en opbrengstgericht werken in de praktijk gerealiseerd hebben. Op twee basisscholen hebben studenten gewerkt aan het vergroten van de opbrengsten van het rekenonderwijs. Hun ervaringen hebben zij verwerkt in een tweetal Kennisobjecten. Op deze wijze is de ontwikkelde kennis niet alleen digitaal beschikbaar voor studenten en docenten van De Kempel maar ook voor alle studenten en docenten van de Interactumpartners. Hogeschool de Kempel is een van de twee pabo‟s in Nederland die toestemming hebben om namens de OGO-Academie een OGO-certificaat uit te reiken aan studenten die de OGO-specialisatie met goed gevolg hebben doorlopen. In 2011 heeft De Kempel elf certificaten uitgereikt. In september 2011 volgden 38 studenten, verdeeld over drie leerjaren, het Challenge Program. Deze studenten worden opgeleid om zich niet alleen te richten op hun klas en school, maar ook om actuele onderwijsontwikkelingen in binnen- en buitenland te volgen en te interpreteren. Ondernemingszin en het leren in leerwerkgemeenschappen worden gestimuleerd en academische vaardigheden worden verworven. Structurele aandacht wordt besteed aan het wisselen tussen de vaak abstracte theorie en de concrete onderwijspraktijk. Door gebruik te maken van wetenschappelijke literatuur en door het + uitvoeren van onderzoeksopdrachten wordt een HBO -niveau gegarandeerd. De ervaringen die worden opgedaan binnen het Challenge Program worden, daar waar mogelijk, door vertaald naar het reguliere programma. In 2011 zijn de tweedejaars studenten van het Challenge Program met opleidingsdocenten op een „inspiratietour‟ gegaan. Zij hebben hierbij diverse vernieuwingsscholen in Nederland en Duitsland bezocht. Ook hebben zij in het kader van Culture & Education de cursus „Interne Cultuur Coördinator‟ gevolgd en het getuigschrift van CultuurContact ontvangen. Schoolbestuur „De Eenbes‟ tenslotte heeft vier Challenge-studenten op projectbasis benoemd. Vanuit deze positie kunnen zij hun „master‟ gaan behalen en zich richten op onderwijsinnovatie. De organisatie Doordat de organisatie is gestructureerd rondom multidisciplinaire teams vindt onderlinge kennisuitwisseling op een natuurlijke wijze plaats. Voor medewerkers is ondersteuning beschikbaar bij het uitvoeren van onderzoeksopdrachten en het volgen van promotietrajecten. Eén medewerker is nu bezig met een promotietraject. De rol van de medewerkers ontwikkelt zich in toenemende mate naar die van kenniswerker. In deze hoedanigheid wordt in dialoog met het werkveld actuele kennis ontwikkeld en uitgediept. Het publiceren, onder meer in het tijdschrift JSW, en het verzorgen van workshops over bijvoorbeeld Toetsing wordt gestimuleerd. Daarnaast stimuleert De Kempel docenten de VELON-registratie te behalen en te participeren in landelijke netwerken. Docenten worden zoveel als mogelijk betrokken bij het KOC om relevant onderzoek te verrichten. Ook wordt hun kennis in de markt gedeeld door middel van het Kenniscenter de Kempel. 13
Ambitie 4 Krachtige leeromgeving De ankers Hogeschool de Kempel biedt ondersteuning die de leeromgeving krachtiger maakt. Het tutorschap en de stage- en studiebegeleiding geven een extra dimensie aan deze leeromgeving. Het gebouw met daarin behalve instructielokalen ook veel kleinere ruimtes, met een stilteruimte, een leerplein, een onderwijswerkplaats en met uitstekende ICT-voorzieningen biedt de gebruikers vele mogelijkheden tot samen leren. De samenhang in het programma stimuleert de studenten om verdieping aan te brengen. De voortgang ICT wordt ingezet om studenten en docenten te kunnen voorzien van „just-in time‟ informatie. Alle onderwijseenheden (leerlandschappen, studieroutes en minoren) zijn beschreven en beschikbaar binnen de aanwezige elektronische leeromgeving. In 2011 is onderzocht of binnen de elektronische leeromgeving de methodiek van Virtual Action Learning kan worden toegepast. De beste typering van dit leerproces is „samenlerend produceren‟. Studenten voeren interactief met hun medestudenten leeractiviteiten uit in een virtuele leeromgeving. Ze maken leerarrangementen waarvan ze vinden dat die bijdragen aan hun competentieontwikkeling, geven elkaar feedback, plaatsen en beargumenteren stellingen, beantwoorden leervragen en nomineren leerproducten van medestudenten die zij zelf het beste vinden. Een docent is inmiddels gecertificeerd voor deze methodiek en geconcludeerd is dat deze methodiek een toegevoegde waarde heeft mits gedoseerd toegepast. Alle eerstejaarsstudenten werken aan een maatschappelijk relevant project teneinde te stimuleren dat ze zich breed ontwikkelen en brede interesses en wereldkennis hebben. In de ogen van De Kempel is maatschappelijke betrokkenheid, interesse in de eigen en andere culturen en interesse in kunst en erfgoed essentieel om betekenisvol te kunnen zijn naar leerlingen in de klas. Dit betekent ook dat de buitenwereld zoveel mogelijk binnen de opleiding gebracht wordt. Daarom worden er veel activiteiten buiten het reguliere programma verzorgd. Een kerstactie onder medewerkers en studenten leverde een sponsorbedrag op waarmee de ARDI Community School een nieuw klaslokaal kon inrichten. In januari 2011 is een Kempel „Dag van Respect‟ georganiseerd, met het thema „vrijheid‟. 150 Derde en vierdejaars studenten hebben hieraan deelgenomen De insteek van De Kempel is voorop te lopen bij de toepassing van de nieuwste technologische hulpmiddelen, nog voordat deze een plaats krijgen in de klas op de basisschool. Het verstrekken van tablets aan de propedeuse studenten van de deeltijdse opleiding moet in dat kader worden gezien. In het zogenoemde Nyota project werkt De Kempel met een drietal andere pabo‟s samen aan het vormgeven van een uitdagende opdracht voor groepen studenten, waarbij gebruik van sociale media moet leiden tot diepgaand leren. De organisatie In samenspraak met het beroepenveld wordt bezien hoe een optimale match tussen het binnen- en buitenschoolse curriculum gerealiseerd kan worden. De continue professionalisering levert een bijdrage aan de verdere verhoging van de kwaliteit van het onderwijs. Ambitie 5 Focus op samenwerking De ankers De Kempel kiest voor werk- en organisatievormen waarbinnen de dialoog centraal staat. Het werken met tutorgroepen is daar een sprekend voorbeeld van. Met deze keuze wordt samenwerking gestimuleerd tussen allen bij het onderwijsproces betrokken. Samenwerking krijgt bovendien gestalte door een programma van persoonsvormende activiteiten en door vieringen. Hogeschool de Kempel maakt deel uit van de Educatieve Federatie Interactum, een samenwerkingsverband van vijf monosectorale hogescholen voor leraar basisonderwijs. Deze 14
hogescholen zijn herkenbare en kwaliteitsbewuste lerarenopleidingen op grond van een duidelijke signatuur en met behoud van de regionale identiteit. Vanuit een eigen verantwoordelijkheid wordt gezamenlijk gewerkt aan het ontwikkelen en realiseren van eigentijds onderwijs. Interactum Nederland werkt samen met Interactum Vlaanderen, bestaande uit vijf Vlaamse hogescholen. Gezamenlijk organiseren zij jaarlijkse studiedagen. De Kempel participeert verder in diverse samenwerkingsverbanden met andere hogescholen en opleidingen. En worden intensieve contacten onderhouden met de schoolbesturen en scholen in de regio. Dit betreft primair onderwijs, voortgezet onderwijs, mbo, hbo en ook universiteiten. De voortgang PO Om de kwaliteit van de opleiding te borgen is betrokkenheid van het werkveld bij de opleiding onontbeerlijk. Structureel overleg en afstemming over vorm en inhoud van de opleiding vindt plaats in een werkveldevaluatiecommissie (doet Hogeschool de Kempel de dingen goed?) en een veldcommissie schoolbesturen (doet Hogeschool de Kempel de goede dingen?). In 2011 kende de agenda van de werkveldevaluatiecommissie onderwerpen als: kennis(bases), onderzoek(svaardigheden), de brede intake en de resultaten daarvan,projectweken in de propedeuse, een inventarisatie van leeractiviteiten voor studenten op de werkplek, een nieuw curriculum voor de K3-fase (leerjaar 4), uitgangspunten voor verdiepingsaanbod, internationalisering, uitgangspunten Meesterstuk en naar een doorgaande lijn professionalisering. Op de drie bijeenkomsten met de veldcommissie schoolbesturen stonden in 2011 thema‟s centraal als: het doen van onderzoek en de resultaten van het Lectoraat „Kantelende Kennis‟, het concept instellingsplan 2012-2017 „Verschil maken‟, 21st Century Skills en herijking bekwaamheidseisen. In 2011 onderhield De Kempel contact met in totaal 306 stagescholen. Een kleine 400 mentoren bezochten de zeven geplande mentoren bijeenkomsten. Met een aantal basisscholen worden specifieke relaties onderhouden in het kader van projecten als „samen opleiden‟, lectoraat en onderzoek, techniekeducatie en vernieuwend onderwijs. Aan de Mariabasisschool, bestuur de Eenbes, is het certificaat „Samen Opleiden‟ uitgereikt. Het resultaat van vier jaar samenwerken aan samen opleiden in de school. Mogelijkheden tot het versterken van het Samen Opleiden met SKPO Eindhoven zijn verkend. In 2012 zullen afspraken worden gemaakt rondom (het optimaliseren van) de begeleiding van de eerstejaars student. Onder de vlag van vernieuwingsonderwijs heeft De Kempel in 2011 vijf regiobijeenkomsten belegd voor Jenaplanscholen. Docenten van De Kempel waren ook in 2011 weer nauw betrokken bij de organisatie, programmering en uitvoering van de landelijke, tweedaagse Jenaplanconferentie. e
Als één van de initiatiefnemers heeft de Kempel bijgedragen aan de totstandkoming van het 13 Nederlandse Playing for Success leercentrum in het stadion van Helmond Sport. Naast het beschikbaar stellen van hard- en software en technische ondersteuning zullen studenten groepjes leerlingen helpen weer positieve leerervaringen op te doen. VO In het kader van de uitwerking van de samenwerkingsovereenkomst met de OMO-groep Helmond kunnen studenten uit het derde leerjaar een week lang snuffelen aan het werken in het VO. Dit kan in het vierde leerjaar een vervolg krijgen middels een blokstage van zes weken. De belangstelling van studenten voor deze vorm van werken aan een baan in het VO is vooralsnog gering.
15
MBO Voor de realisatie van een goede afstemming tussen de mbo-opleiding tot onderwijsassistent en het hbo werkt De Kempel samen met de omringende ROC‟s. Uit de resultaten van de brede intake blijkt dat deze samenwerking op het gebied van rekenen en taal z‟n vruchten afwerpt. Voor de mens- en maatschappijvakken valt nog een wereld te winnen. De focus van de werkgroep ligt bij aardrijkskunde en geschiedenis. Hiervoor heeft De Kempel een aanpak ontworpen en aangeboden. De organisatie Het sociaal constructivistisch onderwijsconcept bevat goede handvatten voor effectieve samenwerking. Doordat een groot deel van de medewerkers naast de direct onderwijsgevende activiteiten ook nog andere taken heeft, wordt interdisciplinaire samenwerking bevorderd. Een organisatiestructuur waarin docenten in de eerste fase van de opleiding samenwerken in teams en in de tweede fase in tutoren verleggen, schept mede door de heterogene samenstelling van deze groepen een cultuur waarin medewerkers zich sterk bij elkaar en elkaars vakgebied betrokken voelen. Hogeschool de Kempel besteedt extra aandacht aan het creëren van optimale samenhang tussen de diverse onderdelen van het onderwijsprogramma. Ambitie 6 Betrouwbaar in uitvoering en contact De ankers De Kempel staat bekend als een hogeschool waar zaken goed geregeld zijn. Duidelijk is wat van studenten gevraagd wordt, roosters zijn tijdig beschikbaar en toetsdoelen staan beschreven. Wederzijds vertrouwen en het nakomen van afspraken en toezeggingen zijn hierbij van fundamenteel belang. De voortgang Het opleidingsmanagement verzamelt input van studenten om tot kwaliteitsborging en -verbetering te komen. Op basis van de resultaten op de jaarlijkse studentpeiling en de Nationale Studentenenquête (NSE) wordt met studenten bepaald op welke wijze De Kempel de onderwijskwaliteit kan borgen en verder verbeteren. De Examencommissie draagt zorg voor de kwaliteit van toetsing. De nakijktermijnen liggen vast, een digitale fraudecheck is ingevoerd, aandacht wordt besteed aan de verbetering van de intersubjectieve betrouwbaarheid en een intern digitaal toetskaartensysteem is ontwikkeld. Om de kwaliteit en validiteit van de toetsen te waarborgen, is en wordt externe expertise benut. De taken en bevoegdheden van elke geleding die betrokken is bij de toetsing zijn vastgelegd. De examencommissie is onafhankelijk, stelt de normen vast en bewaakt deze. De Wet op het Hoger Onderwijs is door vertaald naar de plaats van de examencommissie in de organisatie. De procedure kwaliteitsborging die door de examencommissie wordt gehanteerd voor (nieuwe) toetsen is in samenspraak met het opleidingsmanagement tot stand gekomen. Tijdens een studiedag is expliciet aandacht besteed aan toetsing. De organisatie Er wordt gewerkt met duidelijke jaarcontracten. Roostering, lokaalreservering en uitleen van materialen zijn strak gepland. Bij onvoorziene lesuitval nemen collega‟s daar waar mogelijk de lessen over. Medewerkers en studenten kunnen gebruik maken van uitgebreide ICT-faciliteiten. Nieuwe medewerkers kunnen gebruikmaken van begeleidingsmogelijkheden en een coachingstraject. Om de kwaliteit te borgen zijn alle kwaliteitsonderzoeken neergelegd bij een extern bureau. De verbeteracties die worden ondernomen op basis van de diverse peilingen worden voor studenten en werkveldcommissies zichtbaar gemaakt.
16
Ambitie 7 Kwaliteit- en resultaatgerichtheid De ankers Om het onderwijsprogramma goed aan te laten sluiten op de behoeften en beleving van studenten, wordt dit programma door hen beoordeeld in kwaliteitskringen. De onderwijsinhoud wordt vormgegeven op basis van toetsdoelen die gerepresenteerd worden in digitale studielandschappen en studieroutes. Tweemaal per jaar worden op basis van de rendementsgetallen interventies richting studenten bepaald. De Kempel werkt voor studenten die in de propedeutische fase zitten met een advies en maakt daarbij gebruik van de mogelijkheid om een bindend afwijzend advies uit te spreken. De voortgang In 2011 heeft Hogeschool de Kempel gebruikgemaakt van verschillende evaluatie-instrumenten: Peiling afstudeerders In dit onderzoek is de mening gepeild van de afstudeerders die hun studie hebben afgerond in het studiejaar 2010-2011. Centraal in het onderzoek staat de vraag in hoeverre het onderwijs op De Kempel afgestudeerden heeft voorbereid op het functioneren in de beroepspraktijk en in hoeverre de 1 afstudeerders tevreden zijn over het onderwijs bij De Kempel. Het gemiddelde cijfer is een 8 . Een groot deel van de ondervraagden roemt de sfeer, begeleiding, betrokkenheid en kwaliteit van docenten, de kleinschaligheid, de korte communicatielijnen en de gestelde hoge eisen. HBO-Monitor 2010 In het najaar van 2010 is een onderzoek gehouden onder de afgestudeerden van het studiejaar 20082009. Op bijna alle fronten scoort De Kempel hoger dan het landelijk gemiddelde behalve bij de categorie „wat levert het op?‟. De oorzaak hiervan is een hogere werkloosheidspercentage.
Output Allocatie Extern rendement Kwalificatieproces Selectie Input
Hoe goed is men voorbereid? Waar komt men terecht? Wat levert het op? Wat heeft men geleerd? Hoe is er geselecteerd? Wat is er nodig?
De Kempel
Landelijk
7,5 7,8 4,7 7,3 6,2 7,5
7,1 7,6 6,6 7,0 5,4 7,1
Nationale Studenten Enquête 8 De Kempel scoorde in de Nationale Studenten Enquête een 3 op een vijfpuntschaal. Dit is een fractie hoger dan in 2010. Op bijna alle vragen wordt hoger gescoord dan het landelijk gemiddelde. Alleen op die van huisvesting studenten en studielast scoort De Kempel lager. Op de huisvesting van de student heeft De Kempel geen invloed, op de studielast wel. Bij de studielast wordt steeds weer de afweging gemaakt tussen kwaliteit en realiseerbaarheid. 2011 Inhoud Algemene vaardigheden Wetenschappelijke vaardigheden Voorbereiding beroepsloopbaan Docenten Informatievoorziening Studiefaciliteiten Informatiepunt Toetsing en beoordeling Studierooster Studielast Studiebegeleiding Studieomgeving Huisvesting Betrokkenheid Totaal
17
De Kempel
Landelijk
3.8 4.0 3.7 4.3 4.0 3.9 4.1 3.9 3.7 3.7 3.3 4.1 3.6 3.3 3.7 3.8
3.6 3.7 3.6 3.5 3.3 3.6 3.4 3.5 3.6 3.3 3.4 3.4 3.5 3.8 2.9 3.1
Elsevier Het Elsevieronderzoek is mede gebaseerd op de Nationale Studenten Enquête en geeft weer hoe studenten zich uitspreken over de docenten, het onderwijsprogramma, de toetsing, de organisatie, de communicatie en de faciliteiten. 4 De Kempel scoorde in 2011 in dit onderzoek een 7 + en behaalde daarmee landelijk een derde plaats in de pabo-ranking. Keuzegids hoger onderwijs Ook in de keuzegids hoger onderwijs 2012 behaalde De Kempel een derde plaats voor zowel de voltijd- als de deeltijdvariant. De voltijdvariant kent een totaalscore van 92 en de deeltijdvariant een totaalscore van 86. Hiermee is De Kempel wederom de beste pabo van Zuid-Nederland. Rendement De ontwikkeling van het rendement laat een wisselend beeld zien (de jaartallen geven het moment van meten weer en betreffen dus eerdere cohorten). Dit wisselende beeld hangt voor een deel samen met de invoering van belangrijke wijzigingen in het curriculum en/of toetsing. Kwaliteit en rendement beïnvloeden elkaar op zowel positieve als negatieve wijze. Dit vraagt continue aandacht en alertheid.
Voltijd
2011
2010
2009
Uitval na 1 jaar Rendement propedeuse na 2 jaar Rendement na 5 jaar, na herinschrijving na jaar 1
27,7% 68,5% 78,3%
24,0% 72,2% 70,8%
22,2% 59,0% 74,4%
Deeltijd
2011
2010
2009
Uitval na 1 jaar Rendement propedeuse na 2 jaar Rendement na 5 jaar, na herinschrijving na jaar 1
60,9% 48,7% 63,1%
42,9% 65,2% 46,6%
32,0% 65,0% 52,4%
VOOROPLEIDING STUDENTEN De vooropleiding van de in jaar 1 instromende studenten laat het hieronder weergegeven beeld zien. Alhoewel de instroom per voorlopleiding wat fluctueert is de HAVO verreweg de grootste leverancier en is het moeilijk, ook met een excellent programma, om studenten vanuit het VWO binnen te krijgen. VT
2011
2010
2009
HAVO MBO HBO VWO Anders
61,5% 27,5% 0% 8,9% 1,1%
65,0% 28,6% 0% 4,9% 1,5%
56,0% 29,7% 0,9% 11,2% 2,2%
DT
2011
2010
2009
HAVO MBO HBO VWO Anders
12,5% 62,5% 12,5% 0% 12,5%
20,9% 39,5% 16,3% 14,0% 9,3%
28,1% 37,5% 12,5% 9,4% 12,5%
18
FACILITEITEN VOOR STUDENTEN De Kempel doet veel aan ondersteuning en begeleiding van studenten. Uiteraard via de tutor maar daarnaast ook via de inzet van decanen. Hier wordt veelvuldig gebruik van gemaakt. Uit enquêtes blijkt dat de student zeer tevreden is over de invulling van het tutorschap, de zichtbaarheid van decanen scoort relatief laag. De Kempel biedt, onder voorwaarden, de mogelijkheid om studenten financieel te ondersteunen en geeft daarmee invulling aan het wettelijk verplichte profileringsfonds. In 2011 heeft geen enkele student hiervan gebruik gemaakt. De mediatheek biedt in allerlei vormen informatie aan voor studenten en medewerkers. Ook in 2011 is de dienstverlening op een hoog niveau gebleven door het continu actualiseren van het aanbod. De hogeschool is gehuisvest in twee op korte afstand van elkaar gelegen gebouwen; het hoofdgebouw en het kloostergebouw. In het hoofdgebouw, dat dateert uit 2006, vindt het merendeel van de onderwijsactiviteiten plaats en zijn de werkkamers van de docenten gelegen. Dit gebouw voldoet ruimschoots aan de eisen van de moderne tijd. Het kloostergebouw dateert uit 1953. Dit gebouw wordt gebruikt als opvang voor onderwijs (vier grote leslokalen) en voor ondersteunende diensten. Met name de onderwijsfaciliteiten voldoen niet in alle gevallen aan de eisen van de moderne tijd en behoeven aanpassingen.
PRIJZEN Ook in 2011 hebben studenten van De Kempel prijzen in de wacht gesleept; 1. De jaarlijkse onderwijsprijs van het Inspecteur Hermansfonds is in 2011 uitgereikt aan Maartje van der Zijden. Met haar onderwerp “Thematisch werken in de onderbouw met basisontwikkeling als grondslag” legt Maartje op innovatieve wijze een grote nadruk op beschouwing als onderdeel van beeldende vorming. 2. Susan van Aerle won de prijsvraag van de onderwijsafdeling van de Vrije Universiteit van Amsterdam. Tijdens de conferentie Ontwikkelingsgericht Onderwijs heeft Susan een uitstekend onderbouwd en origineel voorstel geschreven tot verbetering van de praktijk van een leerkracht uit een filmfragment dat werd getoond. 3. Bart Dingen heeft tijdens het event „de Verleiding‟ van het Interactumlectoraat de tweede prijs behaald voor het maken van een film waarin je duidelijk maakt hoe je leerlingen een stem kunt geven. In zijn film laat Bart kinderen op verrassende wijze met behulp van stoepkrijt de boodschap “Mijn stem telt” tekenen.
19
3. PRAKTIJKGERICHT ONDERZOEK
Onderzoeksopzet en -inzet Kwaliteit Kennisvalorisatie
20
ONDERZOEKSOPZET EN -INZET Hogeschool de Kempel wil een belangrijke partner zijn van het primair onderwijs in de regio en daarmee fundamenteel bijdragen aan de ontwikkeling van het primair onderwijs. Het doel van praktijkgericht onderzoek is het creëren van maatschappelijke waarde uit kennis die vorm krijgt in innovatieve oplossingen voor bestaande vraagstukken. Deze oplossingen leiden tot vernieuwing in de beroepspraktijk en tot nieuwe producten en diensten. Onderzoek wordt binnen De Kempel gebundeld in het Kempelonderzoekscentrum (KOC). Binnen het KOC is een lector met een algemene onderzoeks- en ontwikkelopdracht rond het thema „Betekenisvol leren onderwijzen‟ en een lector met de specifieke onderzoeksopdracht „Eigentijds beoordelen in het onderwijs‟ (EBO) aanwezig . In 2011 zijn het Kempellectoraat „Leren in leerwerkgemeenschappen‟ en het Interactumlectoraat „Kantelende Kennis‟ afgerond. De lector van het Kempellectoraat „Leren in leerwerkgemeenschappen‟ is na de afronding van dit lectoraat met emeritaat gegaan en is bij die gelegenheid benoemd tot erelector. Sluitstuk van het lectoraat „Kantelende Kennis‟ vormde het uitbrengen van het boekje „Onderwijs is van Ons‟. In het onderzoeksbeleid is sprake van een herkenbare en samenhangende visie en missie op onderwijs en onderzoek. Deze visie en missie is herkenbaar gerelateerd aan de visie en missie van de hogeschool en is terug te vinden in de onderzoeksplannen. In de uitwerking van de missie, visie, en uitgangspunten ligt de primaire doelstelling van het onderzoekscentrum besloten. Deze doelstelling is geformuleerd als: het initiëren, stimuleren, coördineren en ondersteunen van onderwijsontwikkeling en van onderwijsonderzoek op en vanuit Hogeschool de Kempel. Docenten en studenten van Hogeschool de Kempel, leraren van basisonderwijs en universitaire studenten voeren samen in kenniskringen praktijkonderzoek uit naar onderwijsontwikkelingen. In studiejaar 2010-2011 was de inzet voor onderzoek als volgt;
Lectoren Docenten en andere onderzoekers Promovendi Studenten
Totaal aantal
Totaal fte’s
Aantal gepromoveerden
6 11 1 3
0,88 1,85 0,14
6 -
Van de in de kenniskringonderzoek participerende studenten ontvingen twee van hen het Certificaat en een (cum laude) het Getuigschrift Kenniskringonderzoeker van het KOC. Ook participeerden vier hbo-studenten, twee universitaire studenten en drie promovendi actief in kenniskringonderzoek. In het kader van „Samen opleiden‟ zijn er diverse verzoeken geweest om het „zelfevaluatiekader voor samen opleiden‟ te benutten. Tevens heeft onder meer internationale samenwerking met Vlaanderen plaats gevonden en is hiermee bijgedragen aan een „Zelfontwikkelingsinstrument voor Stagescholen‟ dat met de publicatie van een boek succesvol werd afgerond. Per november 2011 is een van onze lectoren benoemd tot lid van de commissie die de minister adviseert over de verankering van de Academische Opleidingsscholen. Vanuit de algemene opdracht is samen met verschillende partners in 2011 geconcentreerd op onder meer de volgende onderwerpen: aansluiting HBO-WO, partnerschappen, onderzoekslijn in het curriculum, leraren als change agent, de stem van het jonge kind, academisch opleiden tot leraar basisonderwijs, begeleiding van startende leraren en samen opleiden. 21
Lectoraat EBO Na de start in september 2010 heeft het lectoraat EBO in het kader van de ontwikkeling van een pabocurriculum een eerste deelonderzoek uitgevoerd naar opvattingen van belanghebbenden over relevante kenmerken van het te ontwikkelen curriculum. Op basis van de uitkomsten van dit deelonderzoek is in het voorjaar van 2011 een curriculum voor de het tweede studiejaar van het Challenge Program ontworpen en geïmplementeerd. In deze periode hebben alle 12 studenten van het Challenge Program met het curriculum kennis gemaakt. De leden van de kenniskring hebben deze eerste curriculumversie zelf uitgevoerd, waardoor ontwikkelen en professionaliseren hand in hand zijn gegaan. Bij de implementatie van de volgende versie worden ook andere docenten betrokken. Op basis van een onderzoek naar de implementatie van dit curriculum (waarbij ook de studenten van het Challenge Program nauw betrokken waren) is een tweede versie van het curriculum gemaakt. In het kader van de ontwikkeling van een procedure voor formatief beoordelen in het basisonderwijs hebben, na voorlichting, 14 scholen zich opgegeven voor deelname aan het onderzoek. In totaal hebben 14 schoolleiders, 39 leraren, 32 ouders en 27 focusgroepen, bestaande uit drie leerlingen, aan het onderzoek deelgenomen. Dit onderzoek heeft een goed beeld opgeleverd van de stand van zaken en de ambities met betrekking tot formatief beoordelen. In de interviews zijn de deelnemende scholen ook gevraagd naar hun professionaliseringsbehoeften op het gebied van beoordelen. Op basis van deze inventarisatie is een professionaliseringstraject ontwikkeld dat in 2011-2012 geïmplementeerd zal worden. Voor dit traject worden, naast de deelnemende scholen, ook de studenten van het Challenge Program uitgenodigd. Ten behoeve van pabo-studenten en -docenten is in het voorjaar 2011 het boek „Evalueren om te Leren Toetsen en beoordelen op school‟. Aan dit boek hebben 25 experts uit Nederland en Vlaanderen bijdragen geleverd. In vaktijdschriften zijn verschillende positieve recensies over het boek verschenen. In november 2011 is een studiereis rondom het thema „assessment met portfolio‟s‟ naar Boston (USA) georganiseerd door het lectoraat EBO. Het reisgezelschap bestond uit 15 personen: twee basisschooldirecteuren, een IB-leerkracht, zeven studenten die het Challenge Program volgen, een onderzoeker van de Universiteit Maastricht en leden van de kenniskring van het lectoraat.
KWALITEIT Eind 2011 heeft een externe, onafhankelijke evaluatie plaats gevonden voor het KOC inclusief het Kempellectoraat „Leren in Leerwerkgemeenschappen‟. In haar rapport heeft de Commissie haar waardering uitgesproken voor de keuze om alle onderzoeksactiviteiten op en vanuit de hogeschool te bundelen in en uit te voeren vanuit een samenbindend onderzoekscentrum. De Commissie geeft een aantal adviezen waarmee het onderzoek op De Kempel nog verder is te versterken zoals het uitwerken van een expliciet publicatiebeleid en het opstellen van een instrument om de impact van de onderzoeksprojecten op de beroepspraktijk na te gaan. In haar oordeel spreekt de Commissie over een hoog kwalitatief niveau van de uitgevoerde onderzoeken. De onderzoeksthema's en het onderzoek worden breed gedragen in het werkveld en positief beoordeeld. In 2012 wordt de validatieprocedure afgerond met een oordeel over de kwaliteitszorg van onderzoek. Ook in 2011 is in grote lijnen de kwaliteitszorg onderzoek bij De Kempel vormgegeven door aansluiting bij de planning & controlcyclus die Kempelbreed geldt, interactie met belanghebbenden en externe evaluaties.
22
KENNISVALORISATIE Kennisvalorisatie betreft het proces van waardecreatie uit kennis. Kennis wordt waardevol als ze geschikt en beschikbaar wordt voor benutting en als de kennis zich vertaalt in concurrerende diensten en producten. Bij De Kempel is kennisvalorisatie het vanzelfsprekende resultaat van het praktijkgerichte onderzoek. Praktijkgericht onderzoek heeft een binding met het primair onderwijs in de regio en is gebaseerd op concrete vragen uit de praktijk. Binnen De Kempel vindt kennisvalorisatie plaats door, op basis van onderzoek, doorgevoerde aanpassingen in de initiële opleiding en door aanpassingen in het aanbod in de post-initiële opleiding. De aanpassingen in het aanbod van de post-initiële opleiding leidt op haar beurt tot kennisvalorisatie in de beroepspraktijk. De kennis die de onderzoekers uit hun onderzoeken opdoen, wordt gedeeld in het beroepenveld door presentaties en publicaties. In 2011 zijn 7 publicaties geschreven, is als begeleider of adviseur aan 4 publicaties van derden bijgedragen en is aan 16 lezingen, workshops of presentaties bijgedragen of zelf verzorgd. Vanuit de algemene opdracht is een filmopname voor Leraar 24 (een online platform van, voor en door leraren) over het denk- en handelingsmodel de ROTOR tot stand gekomen.
23
4. CONTRACTACTIVITEITEN
Strategie Resultaten Kwaliteitszorg
24
STRATEGIE Vanuit het mission statement Mensen verbinden die leren een warm hart toedragen wil Hogeschool de Kempel zich sterk maken voor innovatie en kwaliteitsverbetering van het onderwijs en het werkveld in de regio. Met behulp van Kenniscenter de Kempel wil Hogeschool de Kempel leraren en scholen inspireren tot blijvende professionalisering en onderwijsvernieuwing in een loopbaanlang leren. Kenniscenter de Kempel biedt opleidingen, trainingen, coaching en dienstverlening aan passend binnen de onderwijsdoelstellingen van De Kempel. Hiermee is Kenniscenter de Kempel een van de pijlers in de driehoek initieel - postinitieel – onderzoek. De kwaliteitsverbeteringen die voortkomen uit kennisdeling en samenwerking krijgen gestalte doordat docenten van Kenniscenter de Kempel daar waar mogelijk ook docenten in de initiële opleiding zijn en/of deelnemen in een kenniskring.
RESULTATEN Via intern vastgestelde tarieven wordt geborgd dat contractactiviteiten minimaal kostendekkend worden uitgevoerd. Aandachtspunt hierbij zijn de voorinvesteringen die in het kader van onderwijsvernieuwing en professionalisering worden gemaakt. Om voorbereid te zijn op nieuwe vragen en ontwikkelingen in het werkveld, zijn er in 2011 diverse ontwikkelingen afgerond die in de komende jaren benut kunnen worden voor professionalisering van leerkrachten en vernieuwing van het onderwijs van De Kempel en daarbuiten. Hierbij kan gedacht worden aan ontwikkelingen rondom passend onderwijs, ouderbetrokkenheid, EVC toetsing en coaching leidinggevenden, doorlopende leerlijnen PO/VO, coördinatorschap taal/rekenen en samenwerking in brede scholen of integrale kindcentra.
KWALITEITSZORG De Kempel hecht ook bij contractonderwijs aan kwaliteit. Het imago van de hogeschool is uitstekend en moet dat ook blijven. Teneinde dit te realiseren werkt Kenniscenter de Kempel samen met externe legitimerende partijen en houdt zij klanttevredenheidsonderzoeken. De klanttevredenheidsenquête 6 laat in 2011 een score zien van 8 .
25
5. BEDRIJFSVOERING
Financiën Personeel Huisvesting Duurzaamheid
26
FINANCIEN Het bedrijfsresultaat bedraagt ca. € 242.000,- en is daarmee € 189.000,- hoger dan begroot. Het resultaat “financiële baten en lasten” is € 48.000,- hoger dan begroot. Hierdoor komt het totaal resultaat uit op € 372.000,- terwijl dit begroot was op € 163.000,-. De oorzaak voor het positieve verschil in het bedrijfsresultaat ten opzichte van de begroting ligt voornamelijk in de lagere lasten. De baten wijken namelijk in negatieve zin af ten opzichte van de begroting met een bedrag van € 121.000,-. De posten collegegelden en baten werk in opdracht van derden zijn hiervan de veroorzakers. De verruimde restitutierechten collegegeld vanaf het studiejaar 2010-2011 zijn als oorzaak aan te wijzen voor de aanzienlijke daling van de post collegegelden. Ten opzichte van 2010 is deze restitutie met meer dan 50% toegenomen. Binnen de post werk in opdracht van derden is de verlaagde omzet mede toe te schrijven aan een wijziging in de tijdspanne van de cursus leergang Bewegingsonderwijs; waar in het verleden drie modules in een jaar werden gevolgd zijn deze drie modules vanaf 2011 verdeeld over twee jaren. De personele lasten zijn € 96.000,- lager dan begroot onder meer als gevolg van een hoger bedrag aan uitkeringen voor werknemers die vallen onder de Wet Arbeid en Zorg, het niet volledig invullen van de ontstane (docent)vacature wegens pensionering, minder vervangingskosten door opvang binnen de formatie-uren en minder tijdelijke inhuur. Bij de huisvestingslasten is een toename te constateren welke is toe te schrijven aan de inhaaldotatie van € 52.000,- aan de voorziening groot onderhoud. Deze inhaaldotatie is gebaseerd op een geactualiseerde onderhoudsrapportage van de gebouwen. De overige instellingslasten zijn ruim € 200.000,- lager dan begroot. De kosten van administratie en beheer dragen hieraan € 87.000,- bij en wel door lagere uitgaven voor telefoon, drukwerk, beheer, aanvullende accountantsdiensten en het samenwerkingsverband Interactum. Ook de post aanschaf kleine inventaris leidt tot aanzienlijk minder uitgaven (€ 45.000,-) dan begroot. Tenslotte vallen binnen de post diverse materiële lasten de kosten voor projecten ca. € 40.000,- lager uit dan begroot. De financiële baten bestaan uit rentevergoedingen op de overtollige liquide middelen en couponrente van de waardepapieren. Daarnaast is een waardestijging van de effecten genoteerd. Door een extra, boetevrije aflossing (juli) op de langlopende lening zijn de rentelasten lager dan begroot. De balans Het balanstotaal is in 2011 afgenomen met bijna € 200.000,- ten opzichte van het boekjaar 2010. De investeringen in het gebouw betreffen aanpassingen van de verwarmingsinstallatie (loopbruggen) en de installatie ten behoeve van de waterpartij. De investeringen in de inventaris en apparatuur zijn voor het overgrote deel gedaan in de ICT-omgeving. Hierbij kan worden gedacht aan vervanging van switches in de serverruimte en de patchruimte, de uitbreiding van de opslagcapaciteit, de aanschaf van een KACE-server ten behoeve van het installeren van computerwerkplekken en de vervanging van het draadloze netwerk. Daarnaast zijn de projectoren in de leslokalen vervangen. Voor het digitaal presenteren van lessen is een mediaserver aangeschaft. Ook is een nieuw studentinformatie- en volgsysteem in gebruik genomen. In het boekjaar zijn onder de post financiële vaste activa voor € 100.000,- waardepapieren aangekocht van de BNG (triple-A-status). De tegenwaarde van de effecten welke in 2012 worden afgelost zijn overgeheveld naar de vlottende activa. Het Eigen Vermogen is door het resultaat toegenomen naar € 11.585.000,-. Van dit bedrag behoort € 172.000,- tot de bestemmingsreserve privaat en € 41.000,- tot de herwaarderingsreserve effecten. De omvang van de voorzieningen is toegenomen. Op basis van een geactualiseerde rapportage is de onderhoudsvoorziening op peil gebracht met een extra dotatie ten laste van de exploitatie ter grootte van € 52.000,-. Binnen de voorzieningen personeel is de wachtgeldvoorziening afgenomen door 27
onttrekkingen wegens gedane uitkeringen en door vrijval op grond van verminderde toekomstige verplichtingen. De voorziening voor toekomstige jubileumverplichtingen is bijgesteld mede vanwege een aanpassing in de rekenrente van 4,00% naar 2,56%. Door een boetevrije aflossing van € 250.000,- zijn de langlopende schulden extra afgenomen. Financiële kengetallen De solvabiliteit geeft een indicatie van de mate waarin De Kempel aan haar lange termijn verplichtingen kan voldoen. De solvabiliteit wordt uitgedrukt als kengetal in de verhouding van het Eigen Vermogen ten opzichte van het Totale Vermogen. Doordat De Kempel een monosectorale hogeschool is, kan aangenomen worden dat er sprake is van een verhoogde kwetsbaarheid en daarom acht de Raad van Toezicht een minimale waarde van 40% noodzakelijk. Op grond van de balanscijfers per 31 december 2011 wordt ruimschoots voldaan aan de gestelde norm. De liquiditeitsratio geeft de mate weer waarin de instelling aan haar korte termijn verplichtingen kan voldoen. Als kengetal wordt de current-ratio gehanteerd. Hierin wordt de verhouding weergegeven tussen de vlottende activa en de kortlopende schulden. Een liquiditeit groter dan 1 wordt doorgaans als voldoende gekwalificeerd.
Solvabiliteit Current-ratio
2011
2010
2009
70% 4,9
67% 4,1
66% 4,0
Treasury De Raad van Toezicht heeft een treasury-statuut vastgesteld waarin onder andere de navolgende doelstellingen zijn opgenomen: Het verzekeren van duurzame toegang tot de financiële markten tegen defensieve en risicomijdende condities; Het beheersen van financiële risico‟s; Het realiseren van adequate informatiestromen ter ondersteuning van het beleid. De overtollige liquide middelen worden risicomijdend belegd. De regeling “Beleggen en Belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek 2010” wordt gevolgd. De beleggingen in rentedragende leningen, obligaties en aandelen met hoofdsomgarantie worden via een hierin gespecialiseerde tussenpersoon gedaan. Financieel perspectief De cijfers 2011 geven een solide positie weer zowel balans-technisch als op het gebied van de staat van baten en lasten. De begroting 2012 toont een gering negatief bedrijfsresultaat. Door een hoger dan verwacht positief resultaat financiële baten en lasten en door het doortrekken van trends zichtbaar in de cijfers 2011 komt het totaal resultaat naar verwachting uit op een positief saldo.
PERSONEEL Het onderwijspersoneel bestaat uit medewerkers die de functie van docent (niveau schaal 10, 11 en 12) of lector (niveau schaal 13, 14 of 15) vervullen. Zo goed als alle andere medewerkers worden tot het onderwijsondersteunend personeel gerekend waarbij de methode Berenschot wordt toegepast. Convenant Leerkracht Conform het Convenant Leerkracht streeft De Kempel naar een voortdurende scholing van medewerkers, een betere beloning voor docenten en vergroting van de professionele ruimte.
28
Continue scholing leidt tot een vergroting van kennis, kunde en betrokkenheid van de medewerkers en is daarmee een belangrijke pijler voor de kwaliteit van het onderwijs. Scholing wordt gestimuleerd en indien nodig verplicht gesteld. Het streven van De Kempel is dat 80% van haar onderwijspersoneel in 2016 een masteropleiding of gelijkwaardig (1e graad bevoegdheid of MO-B) heeft behaald. Een masteropleiding op een vakgebied dan wel op het gebied van didactiek of pedagogiek. In 2011 hebben vele professionaliseringsactiviteiten plaatsgevonden: individueel dan wel gezamenlijk. Professionaliseringsactiviteiten variërend van het bijwonen van netwerkdagen en conferenties tot het behalen van masteropleidingen. De hieraan uitgegeven scholingsgelden in 2011 zijn €107.000,-. In 2011 hebben 2 medewerkers een lerarenbeurs aangevraagd en ook toegekend gekregen. Ook heeft 1 medewerker een promotiebeurs aangevraagd, de procedure voor mogelijke toekenning hiervan loopt nog. Kengetallen personeel 2011
2010
2009
85
81
83
Mannen
37
35
39
Vrouwen
48
46
44
Onderwijspersoneel
55
54
53
Ondersteunend personeel
30
27
30
64,6
63,5
63,5
Mannen
31,5
31,2
33,4
Vrouwen
33,1
32,6
31,4
Onderwijspersoneel
44,0
43,5
43,7
Generieke ondersteunend personeel
17,1
16,9
17,1
Specifieke ondersteunend personeel
3,5
3,4
4,0
24 jaar en jonger
5
3
4
25 - 34 jaar
13
13
13
35 - 44 jaar
19
20
24
45 - 54 jaar
28
24
21
55 - 64 jaar
20
21
21
65 jaar en ouder
0
0
0
Totaal aantal medewerkers
Totaal aantal arbeidsplaatsen (fte)
Leeftijdsopbouw
Functiemix Een betere beloning voor docenten vindt zijn uitwerking in de gemaakte afspraken tussen het ministerie van OCW en de sociale partners. Deze zogenaamde „functiemix‟ is de verdeling van docenten (in voltijdbanen, fte‟s) over de verschillende salarisschalen. De Kempel heeft de afgesproken doelen voor 2011 bereikt en komt daarmee in aanmerking voor een tweede tranche van aanvullende bekostiging die loopt tot 2014. Per saldo leidt de gerealiseerde functiemix tot extra werkgeverslasten van € 80.305,-. Hier tegenover staat een convenantsbijdrage van € 67.600,-. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de wijzigingen in verdeling van docenten over de verschillende salarisschalen. 29
Schaal 10 11 12 13
Stand 1-10-2008
Mutaties per saldo
Stand 01-10-2011
Afspraak 01-10-2012
6,70 18,30 16,10 0,00
-3,50 0,00 2,50 1,00
3,20 18,30 18,60 1,00
4,30 17,90 17,90 1,00
In 2011 heeft continuering van het beleid inzake het vormgeven van de professionele ruimte plaatsgevonden. Belangrijk onderdeel van dit beleid is het op gezette tijden bevragen van elkaar over het inrichten van een organisatie waarin ruimte geboden en gevraagd wordt om als professional te kunnen functioneren. Met name de studieochtenden en „voeten op tafel overleg‟ spelen hierin een belangrijke rol. Arbeidsomstandigheden De Kempel voert eigen regie over de verzuimpreventie en re-integratie. De leidinggevenden en medewerkers zijn verantwoordelijk voor het verminderen van het verzuim en worden hierbij voor ziekte- en verzuimbegeleiding ondersteund door een externe partij.
Verzuimpercentage Verzuimfrequentie
2011
2010
2009
2,1% 0,96
3,7% 1,03
2,6% 0,84
Uit het in 2011 gehouden medewerkerstevredenheidsonderzoek blijkt een grote tevredenheid. Het 9 rapportcijfer bedroeg een 7. en dat is een stijging ten opzichte van de vorige keer. In 2011 is verder een risico-inventarisatie en -evaluatie voor beide gebouwen uitgevoerd. Verder is veel aandacht besteed aan de kwaliteit van het luchtklimaat en zijn acties ondernomen om deze op het gewenste niveau te brengen.
HUISVESTING In 2011 is gepland onderhoud uitgevoerd aan het hoofdgebouw. Het onderhoud aan het kloostergebouw is uitgesteld, vooruitlopend op een mogelijke verbouwing van dit gebouw waardoor ook dit gebouw weer volledig voldoet aan de huidige maatstaven.
DUURZAAMHEID De Kempel streeft naar 30 procent energie-efficiencyverbetering in de periode 2005-2020. Hiertoe is een activiteitenplan opgesteld. In 2011 zijn diverse acties en maatregelen uitgevoerd. Zo hebben aanpassingen plaatsgevonden in de instelling van de klimaatregeling, van de verlichtingsregeling op het leerplein, van de verwarmingsinstallatie in de collegezaal en de klokschakeltijden in een aantal ruimtes. Verder is de regelapparatuur van het kloostergebouw vervangen en is een CO2-schakeling van luchtverversingsventilatoren in de gymzaal en het onderwijswerkplein aangebracht. Ook wordt standaard het plastic van de verpakkingsmaterialen verzameld en gescheiden afgevoerd.
30
6. JAARREKENING
Toelichting algemeen Balans met vergelijkende cijfers voorgaand boekjaar Staat van baten en lasten met vergelijkende cijfers voorgaand boekjaar Kasstroomoverzicht
Jaarrekening 2011 STICHTING DE KEMPEL
32
TOELICHTING OP DE BALANS PER 31 DECEMBER 2011 EN DE STAAT VAN BATEN EN LASTEN 2010 VAN STICHTING DE KEMPEL ALGEMENE TOELICHTING De jaarrekening 2011 is opgesteld met inachtneming van de richtlijnen voor de jaarverslaglegging zoals opgenomen in de RJ-bundel. Voor het onderwijs is de sectorspecifieke aanvulling en bepaling (RJ660) mede van toepassing. Alle bedragen zijn in € x 1.000 (tenzij anders vermeld)
Waardering Tenzij anders vermeld worden activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde.
Vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgprijs onder aftrek van afschrijvingen. Op de materiële vaste activa wordt lineair afgeschreven op basis van de verwachte economische levensduur. In het jaar van investeren wordt naar rato afgeschreven. Op grond wordt niet afgeschreven. afschrijving afschrijving gebouw < 2000 : 30 jaar Inventaris/meubilair : 10 jaar gebouw > 2000 Infrastructuur ICT/AV : 07 jaar .- Casco : 30 jaar Overige apparatuur : 05 jaar .- installaties : 15 jaar Hardware : 03 jaar .- afbouw : 15 jaar vervoermiddelen jr 1t/m4 25-20-15-10%
Verbouwingen worden afgeschreven tot het moment waarop de oorspronkelijke bouw is afgeschreven. Uitbreidingen worden overeenkomstig de bovenvermelde termijnen afgeschreven. Inventaris met een geringe aanschafwaarde ( < 2,3) wordt direct ten laste van de exploitatie gebracht.
Financiële vaste activa De aandelen met beperkt risico (hoofdsomgarantie) worden gewaardeerd tegen aanschafprijs. Bij stijging van de reële waarde boven de nominale waarde zal de waardestijging via het vormen van een herwaarderingsreserve tot uitdrukking worden gebracht. De obligaties worden opgenomen tegen de gearmortiseerde kostprijs.
Grondslagen van resultaatbepaling Kosten en opbrengsten worden toegerekend aan het boekjaar waarin de prestatie is geleverd c.q. waarop de prestatie betrekking heeft. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode.
33