Inhoudsopgave. Verslag van het bestuur 2. Jaarrekening 2013 Balans per 31 december Staat van baten en lasten over Toelichting 10

Inhoudsopgave Verslag van het bestuur

2

Jaarrekening 2013 Balans per 31 december 2013 Staat van baten en lasten over 2013 Toelichting

8 9 10

Overige gegevens

24

Verslag van het bestuur Inleiding In dit jaarverslag doen wij verslag van de bedrijfsvoering bij het Nederlands Bureau der Motorrijtuigverzekeraars (hierna: het Nederlands Bureau), alsmede de (internationale) ontwikkelingen in het groenekaartsysteem. De vereniging is de organisatie van motorrijtuigverzekeraars in Nederland die belast is met een aantal specifieke op de wet gebaseerde taken en taken in het kader van internationale overeenkomsten rondom verkeersschaderegeling. Daarnaast is het Nederlands Bureau aangewezen in de Wet aansprakelijkheids– verzekering motorrijtuigen (Wam) als Informatiecentrum. De taken zijn: • het (laten) regelen van schaden in Nederland veroorzaakt door buitenlandse voertuigen; • het betalen en zo mogelijk verhalen van schaden veroorzaakt door onverzekerde Nederlandse voertuigen in die landen waar de Nederlandse polis op grond van de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen verplicht dekking geeft; • het verstrekken van inlichtingen over verzekeraars van buitenlandse motorrijtuigen aan Nederlandse belanghebbenden; • het verstrekken van inlichtingen over verzekeraars van Nederlandse motorrijtuigen aan buitenlandse belanghebbenden; • het garant staan voor de groenekaartverplichtingen van de leden. Het secretariaat en de directie van de vereniging vertegenwoordigen het Nederlands Bureau in het overleg in de Council of Bureaux en met onze zusterorganisaties. Het Nederlands Bureau werkt nauw samen met het Waarborgfonds Motorverkeer, zowel op het terrein van zijn primaire werkzaamheden als op ondersteunend gebied. De taken van het Nederlands Bureau en die van het Waarborgfonds sluiten in belangrijke mate op elkaar aan.

Nederlands Bureau in cijfers

Aantal

In 2013 hebben wij 30.993 Informatieverzoeken geregistreerd tegen 30.069 in 2012. Ons Bureau ontvangt ook steeds vaker zeer uiteenlopende verzoeken om informatie die geen betrekking heeft op een aanrijding Ontwikkeling aantal schaden

1.400 1.200

Betalend Bureau Regelend Bureau

1.000 800 600 400 200 0 2009

2010

2011

2012

2013 Registratiejaar

2

Jaarverslag 2013

die bij ons in behandeling is. Wij worden steeds vaker erkend en geraadpleegd als kenniscentrum op het gebied van buitenlandschaden in de breedste zin van het woord. Het Nederlands Bureau staat garant voor schadegevallen door onverzekerde Nederlandse motorrijtuigen in het buitenland: de hele Europese Economische Ruimte (EER), bestaande uit de lidstaten van de EU alsmede IJsland, Liechtenstein en Noorwegen) en bovendien Andorra, Kroatië*, Servië en Zwitserland. In 2013 gaven wij 987 dossiers in behandeling bij buitenlandse zusterorganisaties. In 2012 waren dat er 827. Op deze verhoging komen wij verderop in dit verslag terug onder ‘aanhangers’. Daarnaast heeft het Bureau ook een taak bij aanrijdingen in de overige landen die bij het groenekaartstelsel zijn aangesloten. Daar is de grondslag voor de schaderegeling de geldige groene kaart. Als een Nederlandse verzekeraar niet binnen de gestelde termijnen aan zijn – op dat document gebaseerde – betalingsverplichtingen voldoet, wordt het Nederlands Bureau voor het openstaande bedrag aangesproken. In 2013 namen wij 625 schaden in behandeling die door buitenlandse motorrijtuigen in Nederland veroorzaakt waren (2012: 821). Dit zijn dossiers waarin het Nederlands Bureau schadegevallen behandelt waarbij motorrijtuigen betrokken zijn, die verzekerd zijn bij een maatschappij die geen correspondent heeft benoemd, dan wel onverzekerd zijn (en afkomstig zijn uit één van de landen van de EER, Andorra, Kroatië*, Servië of Zwitserland). Met ingang van 1 januari 2012 hebben alle Turkse verzekeraars een correspondent benoemd. Tot die datum behandelde ons Bureau alle schadegevallen met Turkse motorrijtuigen. Dat verklaart voor een groot deel de daling van het aantal dossiers in deze categorie.

Ontwikkeling schadelast De schadelast van het Nederlands Bureau als betalende partij (exclusief het aandeel herverzekering) bedroeg in 2013 € 2.859.000 (in 2012 € 2.244.000). Gezien het geringe aantal schaden varieert de schadelast aanzienlijk van jaar op jaar. Hierbij kan ook een individuele schade voor een aanzienlijke schadelast zorg dragen. In de schadelast van 2013 is hierbij 1 schade verwerkt met een voorlopig gerapporteerde schadelast van € 2 miljoen. De schadelast van het Nederlands Bureau heeft betrekking op schaden die door onverzekerde Nederlandse motorrijtuigen in het buitenland zijn veroorzaakt. Deze schaden worden binnen het groene kaart stelsel door of namens het Bureau van het land van ongeval in behandeling genomen. Voor het vaststellen van de hoogte van de schadelast in het individuele dossier zijn we afhankelijk van de juistheid en tijdigheid van de door het betreffende Bureau verstrekte informatie. Reservebeheer blijft een punt van aandacht in het groenekaartstelsel. Een beperkt aantal gevallen kan uitschieters geven in ons resultaat. Het Nederlands Bureau heeft helaas beperkte invloed op de informatie die wij ontvangen van de buitenlandse Bureaus. Dit aspect van de samenwerking tussen de Bureaus heeft voortdurende aandacht.

*per 1 juli 2013 is Kroatië lid van de Europese Unie

Jaarverslag 2013

3

Nederlandse aanhangers in Duitsland In het jaarverslag over 2011 hebben wij al gerapporteerd over de uitspraak van het Duitse Hooggerechtshof (Bundesgerichtshof, BGH), waarin wordt bepaald dat de WA-uitkering die de verzekeraar van een trekker heeft gedaan, op basis van 50:50 tussen verschillende verzekeraars moet worden verrekend, ook als er geen aansprakelijkheid is bij de eigenaar van de aanhanger. Deze uitspraak heeft in 2012 en in 2013 tot een groot aantal aanvragen van het Duitse Bureau geresulteerd. Van de 987 dossiers die wij in behandeling namen voor schaden met een NL voertuig in het buitenland hebben er 499 betrekking op Nederlandse aanhangers. Er bestaat in Nederland geen verzekeringsplicht voor aanhangers. Dat is in veel andere landen, waaronder Duitsland, anders. Hoewel een aantal bedrijven die aanhangers in hun bezit hebben voor deze voertuigen een verzekering blijkt af te sluiten, hebben wij in een aantal gevallen schade moeten betalen, omdat er in Nederland geen verzekering ten behoeve van de eigenaar van de aanhanger voorhanden was. Het Duitse Bureau wordt in die gevallen aangesproken door de verzekeraar van de trekker die regres wenst te plegen. Het Duitse Bureau stuurt daarna ons Bureau een verzoek voor de verzekeringsgegevens van de aanhanger. In die gevallen dat de aanhanger niet verzekerd is, moet het Duitse Bureau opkomen voor de schade, omdat op basis van Internationale afspraken geregeld wordt dat het voertuig geacht wordt verzekerd te zijn. Het Nederlands Bureau moet in die gevallen de schade die het Duitse Bureau heeft betaald (50% van het totaalbedrag) terugbetalen. Duitse verzekeraars hebben hun bestand doorlopen en alle dossiers die aan de criteria voldeden, geopend en een verzoek tot schadevergoeding gestuurd. Het Nederlands Bureau heeft zoveel dossiers moeten openen omdat veel Nederlandse aanhangers niet WA-verzekerd zijn. Het Nederlands Bureau is van oordeel dat in de Nederlandse Wam zo spoedig mogelijk een verzekeringsplicht voor in elk geval gekentekende opleggers en aanhangers zou moeten worden opgenomen. Vorig jaar schreven wij al dat uit de dagelijkse praktijk blijkt dat veel eigenaren van aanhangwagens zich niet bewust zijn van de afwijkende wetgeving in andere landen op het gebied van (aansprakelijkheid van) aanhangwagens. Helaas is deze situatie niet veranderd. Het Nederlands Bureau probeert, zolang er nog geen verzekeringsplicht bestaat, de bewustwording op dat gebied te vergroten.

Internationale Organisatie Werkgroepen Het Nederlands Bureau is actief binnen het groenekaartstelsel. Wij hebben nog tot juni 2014 zitting in het Management Committee. Daarnaast is het Nederlands Bureau (deels als voorzitter) betrokken bij commissies en werkgroepen van de Council of Bureaux en zijn wij voorzitter van de jaarlijkse bijeenkomst van Informatiecentra. In deze werkgroep hebben wij een groot aandeel geleverd aan het tot stand komen van een database op de website van de Council of Bureaux waar de vertegenwoordigers van alle Europese verzekeraars gevonden kunnen worden. Deze database zal in 2014 operationeel worden.

4

Jaarverslag 2013

Betalingsproblemen door verzekeraars In het groenekaartstelsel is een zorgelijke ontwikkeling aan de gang. Verzekeraars blijken op grote schaal niet, of niet op tijd aan hun betalingsverplichtingen aan hun correspondenten te voldoen. Correspondenten komen daarmee in de problemen. Helaas is een direct gevolg van deze slechte betalingsdiscipline dat correspondenten niet langer benadeelden direct vergoeden, zoals de bedoeling is, maar wachten op betaling van de verzekeraars. Hiermee worden de rechten van benadeelden geschonden. Helaas kunnen wij niet uitsluiten dat Nederlandse verzekeraars ook niet altijd op tijd betalen. Voor de oplossing van deze problematiek dient zowel naar verzekeraars als naar correspondenten te worden gekeken. In de General Assembly van 2013 is daarom besloten om de garantieregeling door de Bureaus als omschreven in de Internal Regulations aan te passen. Met ingang van 1 januari 2014 geldt dat de correspondent uitsluitend gebruik van de desbetreffende garantie kan maken als hij zich uiterlijk binnen 9 maanden na zijn afrekening bij ons meldt, doch ook niet eerder dan na 6 maanden. Het schaderegelingshonorarium maakt bovendien niet langer deel uit van deze garantie.

Interne organisatie Governance Het hoogste orgaan van de vereniging is de Algemene Ledenvergadering (ALV). De ALV bepaalt, op basis van voorstellen van het bestuur, het beleid van de vereniging en keurt begroting en jaarrekening goed. Tevens stelt zij de contributie van de leden vast. Elk lid heeft in de ALV één stem. Het bestuur heeft tot taak het besturen van de vereniging binnen de kaders van de relevante wet- en regelgeving en de statuten van de vereniging. Het bestuur wordt gekozen door de leden. Het bestuur bestaat uit drie leden, waaronder de voorzitter. Zij kunnen, maar behoeven niet werkzaam te zijn bij een der leden. In de loop der jaren is de praktijk gegroeid dat de verzekeraarsleden in het bestuur van het aan het Nederlands Bureau gelieerde Waarborgfonds Motorverkeer tevens lid zijn van het bestuur van het Nederlands Bureau. De voorzitter van het Waarborgfonds wordt tevens voorgedragen als voorzitter van het Bureau. Het bestuur van het Nederlands Bureau kan een (niet statutaire) directie aanstellen. De directie heeft tot taak het door het bestuur en de ALV vastgestelde beleid uit te voeren. Sinds 1 juli 2011 wordt de directie gevoerd door de VAN. Binnen de directie van de VAN valt het Nederlands Bureau in het aandachtsgebied van mr F.J. Blees. Rechtmatigheid Het Nederlands Bureau moet zich in de uitoefening van zijn wettelijke taken houden aan de regels die in de Wam, andere wetten en internationale overeenkomsten zijn vastgelegd. Sinds vele jaren controleert het Nederlands Bureau of zijn schadebehandeling wordt uitgevoerd binnen de grenzen die de regelgeving en overeenkomsten bepalen.

Jaarverslag 2013

5

Risicomanagement De Wet op het financieel toezicht (Wft) is niet op het Nederlands Bureau van toepassing. De Nederlandsche Bank oefent geen solvabiliteitstoezicht uit op het Nederlands Bureau, evenmin als de Autoriteit Financiële Markten ons gedrag volgt. Desondanks heeft het Nederlands Bureau gemeend dat het verstandig is de regels als zodanig te volgen voor zover dat gezien onze specifieke positie en bedrijfsvoering mogelijk is Onderdeel van de in de Wft genoemde richtlijnen ten aanzien van een integere bedrijfsvoering is het bewaken van de risico’s die voortvloeien uit de activiteiten van de onderneming. Risicomanagement is het met een vaste frequentie uitvoeren van een analyse van de risico’s van de onderneming en het daarop treffen van beheersmaatregelen. Bij de presentatie van de jaarrekening wordt nader ingegaan op de financiële risico’s. Het Nederlands Bureau onderkent ook de volgende niet-financiële risico’s die van wezenlijke invloed kunnen zijn op de resultaten, het vermogen en de reputatie van de organisatie. Integriteit Eén van de pijlers van de Wft is het borgen van de integriteit van het verzekeringsbedrijf. De VAN heeft hiertoe regels opgesteld over het gedrag van haar medewerkers op alle niveaus ten aanzien van nevenactiviteiten, het al of niet accepteren van relatiegeschenken en de omgang met vertrouwelijke gegevens. Alle medewerkers zijn gebonden aan de gedragscode inzake integriteit. De VAN heeft een compliance officer aangesteld, die toeziet op de naleving van deze regels. Er is een klokkenluiderregeling, die medewerkers de mogelijkheid biedt onverhoopte misstanden te melden, er is een incidentenregeling opgesteld en alle medewerkers hebben een overeenkomst inzake het zakelijk gebruik van computers en internet ondertekend. Al deze regels zijn onverkort van toepassing op de medewerkers die werkzaamheden verrichten voor het Nederlands Bureau. Medewerkers De werkzaamheden voor het Nederlands Bureau worden binnen de VAN uitgevoerd door een klein team van deskundige en enthousiaste medewerkers. Van hen wordt verwacht dat zij in staat zijn adequaat in te spelen op ontwikkelingen in de risico’s voor de organisatie. Daartoe wordt veel aandacht aan training en opleiding gegeven. Gezien de omvang van het team blijft de organisatie echter kwetsbaar voor – tijdelijk verlies van kennis als gevolg van het wegvallen van medewerkers die een sleutelpositie in de organisatie innemen. Dergelijk verlies kan gevolgen hebben voor de reputatie van de organisatie. Informatietechnologie IT-systemen en –processen zijn bedoeld voor het verwerken van transacties en zo ontworpen dat storingen, fraude, beveiligingslekken en fouten zoveel mogelijk worden beperkt. Beperkende maatregelen zijn ook getroffen in de vorm van een calamiteitenplan en uitwijkfaciliteiten. Indien zich toch een calamiteit voordoet kan dit invloed hebben op het imago van de organisatie.

6

Jaarverslag 2013

Juridische procedures Het Nederlands Bureau loopt risico’s als gevolg van juridische procedures in verband met haar activiteiten op grond van de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen. Op dit moment lopen er geen juridische procedures tegen het Nederlands Bureau die van wezenlijke invloed zijn op het resultaat en vermogen van de organisatie.

Bestuur Het bestuur van het Nederlands Bureau vergaderde in 2013 2 maal. In de vergaderingen is gesproken over de financiële gang van zaken, zoals begroting en jaarverslag, en de beoordeling van de dienstverlening door de VAN.

Vooruitblik In 2014 wordt door het Nederlands Bureau samen met het Waarborgfonds en de VAN een nieuw computersysteem aangeschaft. Dit zal in de loop van dit jaar voor onze bedrijfsvoering geschikt gemaakt worden en in gebruik worden genomen. Verder verwachten wij geen ontwikkelingen in zowel de wettelijke taken als andere ontwikkelingen die van wezenlijke invloed zijn op ons medewerkersbestand, investeringen en het vermogen van de organisatie.

Rijswijk, 14 april 2014 Het Bestuur mr drs. R.J. Hof (voorzitter) mw M.M. Heezen mr T.L.W.M. Mallant

De Directie Verenigde Assurantiebedrijven Nederland N.V. namens deze: mr F.J. Blees

Jaarverslag 2013

7

BALANS PER 31 DECEMBER 2013 (x € 1.000) Voor resultaatbestemming

31 december 2013

31 december 2012

22

24

ACTIVA Vaste activa Immateriële vaste activa Vlottende activa Vorderingen en overlopende activa Liquide middelen

PASSIVA Eigen vermogen overige reserves onverdeeld resultaat

560 16.466

773 17.253 17.026

18.026

17.048

18.050

7.168 -3.091

9.707 -2.539 4.077

Technische voorzieningen voor nog te betalen schaden Brutoschaden Aandeel buitenlandse Bureau´s en verzekeraars Aandeel herverzekeraars

Kortlopende schulden

8

Jaarverslag 2013

24.915 -10.900 -1.220

7.168

26.155 -14.100 -1.220 12.795

10.835

176

47

17.048

18.050

STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2013 (x € 1.000)

2013

2012

In rekening gebrachte bijdragen Honorarium schaderegeling Financiële baten

490 274 71

483 299 275

Totaal baten

835

1.057

Bruto schadelast Saldo herverzekering

2.859 90

Schadelast

Personeelskosten Overige bedrijfskosten Bedrijfslasten

2.244 370 2.949

636 341

2.614

640 342 977

982

Totaal lasten

3.926

3.596

Saldo van baten en lasten

-3.091

-2.539

Jaarverslag 2013

9

TOELICHTING

1.

Algemene toelichting

1.1. Organisatie Nederlands Bureau der Motorrijtuigverzekeraars (Nederlands Bureau) is een vereniging van verzekeraars die een vergunning hebben om in Nederland verzekeringen te verkopen voor wettelijke aansprakelijkheid van motorrijtuigen. Het Nederlands Bureau voert taken uit die volgens de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen (Wam) en internationale overeenkomsten zijn opgelegd. De financiering van het Nederlands Bureau geschiedt door de leden overeenkomstig artikel 2 lid 9 Wam. Met ingang van 1 juli 2011 heeft het Nederlands Bureau de uitvoering van haar werkzaamheden uitbesteed aan de Verenigde Assurantiebedrijven Nederland N.V. (VAN). De VAN is een verzekeringsmaatschappij die naast haar verzekeringsactiviteiten ook de directie voert en werkzaamheden uitvoert ten behoeve van een aantal andere rechtspersonen waaronder Stichting Waarborgfonds Motorverkeer, Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschaden en B.V. Bureau van de Nederlandse Pool voor verzekering van Atoomrisico’s. In het kader van deze uitbesteding zijn de medewerkers van het Nederlands Bureau overgegaan naar de VAN. De doorbelasting van de kosten vanuit de VAN is gebaseerd op de werkelijk gemaakte kosten van de VAN ten behoeve van de werkzaamheden van het Nederlands Bureau zonder risico- of winstopslagen. 1.2. Continuïteit De jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling. 1.3. Grondslagen van waardering en bepaling resultaat De jaarrekening is opgesteld volgens de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Een actief wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen ervan naar de onderneming zullen toevloeien en de waarde daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Een verplichting wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de afwikkeling daarvan gepaard zal gaan met een uitstroom van middelen die economische voordelen in zich bergen en de omvang van het bedrag daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Baten worden in de staat van baten en lasten opgenomen wanneer een vermeerdering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermeerdering van een actief of een vermindering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Lasten worden verwerkt wanneer een vermindering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermindering van een actief of een vermeerdering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. De grondslagen die worden toegepast voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn gebaseerd op historische kosten, tenzij in de toelichting anders is aangegeven. De rapporteringsvaluta van de jaarrekening van het Nederlands Bureau is de euro (€). Alle gegevens luiden in duizenden euro’s, tenzij anders is aangegeven.

10

Jaarverslag 2013

1.4. Gebruik van schattingen en veronderstellingen bij de opstelling van de jaarrekening De opstelling van de jaarrekening vereist dat het Nederlands Bureau schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de gerapporteerde activa en verplichtingen en de gerapporteerde baten en lasten over de verslagperiode. Het betreft met name het vaststellen van de Technische voorzieningen voor nog te betalen schaden en het vaststellen van de voorziening op debiteuren. Hierbij worden de situaties beoordeeld, gebaseerd op beschikbare financiële gegevens en informatie. Hoewel deze schattingen met betrekking tot actuele gebeurtenissen en handelingen naar beste weten van het management worden gemaakt, kunnen de feitelijke uitkomsten afwijken van die schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft.

2.

Balans

2.1. Immateriële vaste activa De immateriële vaste activa zijn gewaardeerd tegen historische kosten, verminderd met lineaire afschrijvingen, gebaseerd op de verwachte levensduur. Periodiek wordt beoordeeld of de immateriële vaste activa een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan. Indien de boekwaarde van een immaterieel vast actief duurzaam hoger is dan de opbrengstwaarde, wordt deze onmiddellijk afgeboekt tot de opbrengstwaarde. 2.2. Materiële vaste activa De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen historische kosten, verminderd met lineaire afschrijvingen, gebaseerd op de verwachte levensduur. Periodiek wordt beoordeeld of de materiële vaste activa een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan. Indien de boekwaarde van een materieel vast actief duurzaam hoger is dan de opbrengstwaarde, wordt deze onmiddellijk afgeboekt tot de opbrengstwaarde. 2.3. Vorderingen De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde onder aftrek van een voorziening voor oninbaarheid. 2.4. Technische voorzieningen voor nog te betalen schaden Voorzieningen voor nog te betalen schaden betreffen de geaccumuleerde schattingen van de uiteindelijke schaden en omvatten een voorziening voor reeds voorgevallen, maar nog niet gemelde schaden. De voorzieningen geven de schatting weer van de toekomstige uitkeringen voor gemelde en nog niet gemelde schadeclaims met betrekking tot gebeurtenissen die zich reeds hebben voorgedaan.

Jaarverslag 2013

11

De voorziening voor nog te betalen schaden is bestemd voor de per balansdatum nog niet afgewikkelde schaden van het boekjaar en de voorgaande jaren. De vaststelling geschiedt stelselmatig post voor post, dan wel op basis van statistische gegevens, rekening houdende met nog niet gemelde schaden. Het vaststellen van een voorziening gaat gepaard met onzekerheden, waarbij onderbouwde schattingen en beoordelingen moeten worden gemaakt. De schadevoorzieningen worden, conform hetgeen gebruikelijk is in de branche, niet contant gemaakt. Wijzigingen in schattingen worden in het resultaat opgenomen in de periode waarin de schattingen zijn aangepast. Verplichtingen voor niet-betaalde schaden worden in het geval van individuele gevallen die zijn gemeld, geschat aan de hand van de schadevaststelling. In het geval van reeds voorgevallen maar nog niet gemelde schaden, worden de verplichtingen geschat op basis van statistische analyses. Statistische analyses worden ook gebruikt om de uiteindelijk verwachte kosten te schatten van complexere claims die door zowel in- als externe factoren (zoals schadebehandelingsprocedures, inflatie, veranderingen in wet- en regelgeving, gerechtelijke uitspraken, historie en trends) kunnen worden beïnvloed.

3.

Staat van baten en lasten

3.1. Bijdragen De bijdragen worden verantwoord op basis van de jaarlijks in rekening gebrachte bedragen. 3.2. Financiële baten De financiële baten bestaan uit indirecte resultaten uit hoofde van koersresultaten van de participaties in beleggingsfondsen, directe resultaten uit participaties in beleggingsfondsen en rente van de via deposito’s en spaarrekeningen uitgezette gelden. Hieronder tevens begrepen de overige ontvangen rentebedragen alsmede de ontvangen rente uit afgerekende bedragen met buitenlandse groene kaart bureaus en verzekeringsorganisaties (de zogenaamde vertragingsrente). 3.3. Bruto Schadelast De schadelast betreft de uitkeringen voor geleden schaden, herverzekering en de mutatie in de technische voorziening voor nog te betalen schaden. Op de schadelast zijn de opbrengsten uit hoofde van verhaal in mindering gebracht. 3.4. Bedrijfslasten De bedrijfslasten worden verantwoord in het jaar waarop ze betrekking hebben.

12

Jaarverslag 2013

4.

Risicobeheer

4.1. Risicoprofiel Het Nederlands Bureau voert een wettelijke taak uit. De financiering van de wettelijke taak is in de wet geregeld. Conform artikel 2 lid 9 Wam zijn alle verzekeraars, die in het bezit zijn van een vergunning tot het verzekeren van wettelijke aansprakelijkheid van motorrijtuigen, een bijdrage verschuldigd aan het Nederlands Bureau op basis van de in Nederland geboekte premie of het aantal en aard van de in Nederland verzekerde motorrijtuigen. De hoogte van de bijdrage wordt door de ledenraad van het Nederlands Bureau vastgesteld. De gezamenlijke leden van de vereniging zijn onderling aansprakelijk voor de financiële verplichtingen van de vereniging. 4.2. Schadelast Bruto schaden De schadelast van het Nederlands Bureau betreft schaden die zijn veroorzaakt door een onverzekerd Nederlands motorrijtuig in de landen die zijn aangesloten bij de Council of Bureaux (groene kaart gebied), met uitzondering van Nederland zelf. De schadebehandeling van deze schaden vindt plaats in het land van ongeval door een zusterorganisatie van het Nederlands Bureau of een namens die zusterorganisatie handelende verzekeraar c.q. schaderegelingsbureau. De afloop van de netto technische voorziening voor te betalen schaden over 2013, 2012 en 2011 wordt op de volgende pagina weergegeven. Onder de netto technische voorziening wordt verstaan de bruto technische voorziening onder aftrek van het aandeel buitenlandse Bureau´s en verzekeraars alsmede het aandeel van de herverzekeraars.

Jaarverslag 2013

13

Netto Technische

Betalingen

Netto Technische

Uitloop-

voorzieningen

(brutoschaden,

voorzieningen

resultaat

voor te betalen

ontvangen van

voor te betalen

schaden per

herverzekeraars

schaden per

1 januari

en schaderege-

31 december

lingskosten)

2013 Schadejaren: 2008 en eerder 2009 2010 2011 2012 Totaal t/m 2012 2013

2012 Schadejaren: 2007 en eerder 2008 2009 2010 2011 Totaal t/m 2011 2012

2011 Schadejaren: 2006 en eerder 2007 2008 2009 2010 Totaal t/m 2010 2011

4.409 144 1.149 2.009 3.124

147 143 60 129 406

4.265 332 510 1.322 1.590

-3 -331 579 558 1.128

10.835

885 112

8.019 4.776

1.931

997

12.795

4.601 205 1.382 1.358 2.334

383 32 63 256 324

4.255 154 144 1.149 2.009

-37 19 1.175 -47 1

9.880

1.058 338

7.711 3.124

1.111

1.396

10.835

5.435 118 1.731 1.798 1.708

229 14 19 91 314

4.484 117 205 1.382 1.358

722 -13 1.507 325 36

10.790

667 126

7.546 2.334

2.577

793

9.880

De afloop van de technische voorziening voor te betalen schaden is in belangrijke mate afhankelijk van de kwaliteit van de opgaven die het Nederlands Bureau ontvangt van buitenlandse Bureau’s en verzekeraars voor de aan te houden voorziening voor schaden in het buitenland veroorzaakt door een onverzekerd Nederlands motorrijtuig. De beperkte omvang en incidenteel grote schaden leiden soms tot een relatief grote uitloop.

14

Jaarverslag 2013

Herverzekering Voor aftopping van de incidentele grote schaden heeft het Nederlands Bureau herverzekeringsovereenkomsten afgesloten met een aantal internationale herverzekeraars. Deze herverzekeraars zijn geselecteerd op basis van financiële sterkte en continuïteit, mede gezien het lange termijnkarakter van de schadeafwikkeling. Voor de afgelopen jaren bedroeg het eigen behoud per gebeurtenis: schadejaar 2009 t/m 2013 2008 2004 t/m 2007 2003 2002 2001 en oudere jaren

eigen behoud per gebeurtenis 2.000 1.500 2.270 6.800 1.000 454

Het risico van terrorisme is herverzekerd bij de Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschaden N.V.

Fraude Onder fraude wordt verstaan het ten onrechte ten laste van het Nederlands Bureau brengen van schadegevallen of schadeposten, alsmede het majoreren van de omvang van de schade. Claims met een fraude-indicatie worden gemeld bij de afdeling Speciale Zaken waarna nader wordt onderzocht of daadwerkelijk van fraude sprake is. 4.3. Renterisico De renterisico’s van Het Nederlands Bureau zijn beperkt. De technische voorzieningen voor nog te betalen schaden worden niet contant gemaakt en in de schuldenposities zijn geen schulden opgenomen waarvoor rentevergoedingen worden verstrekt. De liquide middelen worden in de vorm van deposito’s uitgezet. 4.4. Kredietrisico Het kredietrisico voor het Nederlands Bureau doet zich voor in de vorderingen uit verhaalde schaden en de vordering op herverzekeraars. De vorderingen op onverzekerde aansprakelijken van een motorrijtuig betreffen verhaalde schade-uitkeringen. Deze vorderingen worden gezien het hoge incassorisico gewaardeerd op nihil. De vordering op herverzekeraars bestaat uit het aandeel van de herverzekeraars in de nog uit te keren schadeverplichtingen. Ter beperking van het kredietrisico gebruikt het Nederlands Bureau een vaste groep van gerenommeerde herverzekeraars met een minimale rating van A- volgens Standard & Poors. De liquide middelen worden aangehouden, conform de Comptabiliteitswet 2001, bij het Ministerie van Financiën. 4.5. Kasstroom- en liquiditeitsrisico Alle schadeverplichtingen zijn afgedekt door financiële middelen. De middelen zijn, indien noodzakelijk, snel beschikbaar te maken. Voor de korte termijn financieringsbehoefte heeft het Nederlands Bureau een kredietfaciliteit bij het Ministerie van Financiën van € 2,5 miljoen.

Jaarverslag 2013

15

TOELICHTING OP DE BALANS (x € 1.000)

Immateriële vaste activa 2013

2012

Boekwaarde per 1 januari Aanschaffingen Afschrijvingen

24 17 -19

42 10 -28

Boekwaarde per 31 december

22

24

454 -432

437 -413

22

24

419 5 107 29

674 51 0 48

560

773

Cumulatieve aanschaffingswaarde Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde per 31 december De software wordt in drie c.q. acht jaar afgeschreven. Vorderingen en overlopende activa Vorderingen uit betaalde schade-uitkeringen Nog te ontvangen rente Overige vorderingen Vooruitbetaalde kosten

De vorderingen uit hoofde van betaalde schade-uitkeringen houden verband met de taak van het Nederlands Bureau als regelend bureau voor in Nederland veroorzaakte schaden door buitenlandse motorrijtuigen. De vorderingen hebben een looptijd korter dan 1 jaar. Liquide middelen De liquide middelen betreffen deposito’s en banksaldi en staan ter vrije beschikking. De deposito’s zijn groot 15.650 (2012: 13.500) met een gemiddelde resterende looptijd van 55 dagen en een gemiddelde rentevoet van 0,26%.

16

Jaarverslag 2013

Overige reserve Overige

Onverdeeld

reserves

resultaat

Saldo per 1 januari 2012 Resultaatbestemming 2011 Saldo van baten en lasten 2012

8.371 1.336 -

1.336 -1.336 -2.539

9.707 0 -2.539

Saldo per 31 december 2012

9.707

-2.539

7.168

9.707 -2.539 -

-2.539 2.539 -3.091

7.168 0 -3.091

7.168

-3.091

4.077

Saldo per 31 december 2012 Resultaatbestemming 2012 Saldo van baten en lasten 2013 Saldo per 31 december 2013

Totaal

In het bestuur is afgesproken dat het doelvermogen wordt bepaald als de som van: - 1 keer de volledige prioriteit van een grote schade: € 2 miljoen - 10% buffer op de bruto technische voorziening voor nog te betalen schaden door Nederlandse motorrijtuigen in het buitenland. - 25% van de bedrijfskosten voor een jaar. In totaal komt dit neer op een doelvermogen van € 3,4 miljoen. Technische voorzieningen voor nog te betalen schaden 2013

2012

Schaden door Nederlandse motorrijtuigen in het buitenland Schaden door buitenlandse motorrijtuigen in Nederland

14.015 10.900

12.055 14.100

Saldo per 31 december

24.915

26.155

Schaden door Nederlandse motorrijtuigen in het buitenland Het Nederlands Bureau staat in deze gevallen garant voor schadebetaling. Het betreft hierbij veelal schaden die veroorzaakt zijn door onverzekerde Nederlandse motorrijtuigen.

Jaarverslag 2013

17

Schaden door Nederlandse motorrijtuigen in het buitenland Het Nederlands Bureau staat in deze gevallen garant voor schadebetaling. Het betreft hierbij veelal schaden die veroorzaakt zijn door onverzekerde Nederlandse motorrijtuigen. 2013

2012

Schadejaar 2005 en voorgaande jaren 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013

4.683 639 32 131 332 510 1.019 1.056 1.113

4.674 696 123 154 144 863 1.433 1.167

IBNR-claims

9.515 4.500

9.255 2.800

14.015

12.055

Begin 2014 is het Nederlands Bureau geïnformeerd over een grote schade van vooralsnog € 2 miljoen die in 2013 is veroorzaakt door een onverzekerd Nederlands motorrijtuig in het buitenland. Deze individuele schade is extra toegevoegd aan de regulier berekende IBNR-voorziening

18

Jaarverslag 2013

Schaden door buitenlandse motorrijtuigen in Nederland Het Nederlands Bureau regelt hierbij de schaden die door buitenlandse motorrijtuigen in Nederland zijn veroorzaakt waarbij het motorrijtuig onverzekerd is of waarbij door de verzekeraar van dat motorrijtuig in Nederland geen schaderegelaar is benoemt. Deze schaden worden volledig verrekend met het Bureau van het land van herkomst van het onverzekerde motorrijtuig c.q. met de verzekeraar van dat motorrijtuig. Dit regres is opgenomen als Aandeel buitenlandse Bureau’s en verzekeraars. Schadejaar 2005 en voorgaande jaren 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013

1.692 430 703 78 1.432 694 1.778 1.693 1.400

1.865 653 1.139 370 2.127 1.812 2.409 2.125

IBNR-claims

9.900 1.000

12.500 1.600

10.900

14.100

Jaarverslag 2013

19

Het verloop van het saldo luidt als volgt:

Technische

Aandeel

Aandeel

voorziening voor

buitenlandse

herverzekeraars

nog te betalen

Bureau’s en

schaden

verzekeraars

Saldo per 1 januari 2013 schadebetalingen, voorgaande jaren schadebetalingen, huidig jaar gemelde schaden huidig jaar toegevoegd aan resultaat

26.155 -3.711 -579 7.537 -4.487

14.100 -2.826 -467 2.649 -2.556

1.220 -

Saldo per 31 december 2013

24.915

10.900

1.220

Kortlopende schulden

Schadeuitkeringen Overige schulden Overlopende passiva

De kortlopende schulden hebben een looptijd korter dan één jaar.

20

Jaarverslag 2013

2013

2012

5 151 20

11 -99 135

176

47

TOELICHTING OP DE STAAT VAN BATEN EN LASTEN

Bijdragen De contributie is gebaseerd op het aantal verzekerde motorrijtuigen. in 2013 9.475.340 gekentekende motorrijtuigen 1.566.512 niet-gekentekende motorrijtuigen en bromfietsen

à 0,050 à 0,010

474 16 490

in 2012 9.323.520 gekentekende motorrijtuigen 1.495.001 niet-gekentekende motorrijtuigen en bromfietsen

à 0,050 à 0,010

468 15 483

Honorarium schaderegeling Conform internationale afspraken is het Nederlands Bureau bevoegd om voor de behandeling van schaden een honorarium in rekening te brengen aan soortgelijke Bureaus en buitenlandse verzekeringsmaatschappijen. De tarieven voor dit honorarium worden jaarlijks vastgesteld door de “Council of Bureaux” in Brussel. Het honorarium is afhankelijk van het totale bedrag van de uitgekeerde schade. Vanaf 1 januari 2002 bedraagt het honorarium 15% met een minimum van € 200 en een maximum van € 3.500. Financiële baten Directe financiële baten Interest deposito’s Vertragingsrente Interest banksaldi Bankkosten

2013

2012

55 16 1 -1

255 19 3 -2

71

275

997 1.960 -98

1.396 955 -107

2.859

2.244

Bruto schadelast Bruto schaden Wijziging brutovoorziening voor nog te betalen schaden Verhaalde schaden

Jaarverslag 2013

21

Saldo herverzekering

Premie herverzekering

2013

2012

90

370

90

370

0 0 595 41

-2 7 596 39

636

640

0

0

Personeelskosten Salarissen Overige personeelskosten Doorberekende personeelskosten VAN Doorberekende Overige personeelskosten VAN

Aantal werknemers ultimo boekjaar uitgedrukt in volledige dienstverbanden

Met ingang van 1 juli 2011 heeft Nederlands Bureau haar werkzaamheden uitbesteed aan de VAN, ten gevolge waarvan alle medewerkers in dienst zijn getreden bij de VAN. De VAN belast de ten behoeve van Nederlands Bureau gemaakte kosten door op basis van de daadwerkelijke gemaakte kosten zonder opslag voor risico of winst. Overige bedrijfskosten Huisvestingskosten Kantoor- en algemene kosten Reis- en verblijfkosten Automatiseringskosten Afschrijvingen

22

Jaarverslag 2013

71 147 13 90 20

75 142 5 92 28

341

342

In de overige bedrijfskosten zijn doorberekende kosten van de VAN begrepen ter hoogte van 204 (2012: 204). Onder de Kantoor- en algemene kosten is 15 (2012:14) opgenomen voor accountantskosten. Dit betreft geheel de controle van de jaarrekening.

Beloning bestuur De bezoldiging van het bestuur bedroeg nihil (2012: nihil).

Rijswijk,14 april 2014

Nederlands Bureau der Motorrijtuigverzekeraars

Bestuur mr R.J. Hof (voorzitter) mw. M.M. Heezen mr T.L.W.M. Mallant

Directie Verenigde Assurantiebedrijven Nederland N.V. namens deze: mr F.J. Blees

Jaarverslag 2013

23

OVERIGE GEGEVENS

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: het bestuur van het Nederlands Bureau der Motorrijtuigverzekeraars Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit jaarverslag opgenomen jaarrekening over 2013 van het Nederlands Bureau der Motorrijtuigverzekeraars te Rijswijk gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de staat van baten en lasten over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de vereniging is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW). Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risicoinschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het inrichten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de vereniging. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de vereniging gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.

24

Jaarverslag 2013

Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van Nederlands Bureau der Motorrijtuigverzekeraars per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd.

Utrecht, 14 april 2014

KPMG Accountants N.V.

A.J.H. Reijns RA

Resultaatbestemming Er zijn geen statutaire bepalingen inzake het resultaat. Het bestuur stelt voor om het saldo van baten en lasten over het boekjaar 2013 ten laste van de overige reserves te brengen.

Colofon Vormgeving: Ton Wienbelt, Den Haag

Jaarverslag 2013

25

Handelskade 49 Postbus 3003 2280 MG Rijswijk Telefoon (070) 340 82 80 www.nlbureau.nl