HEEMKUNDEKRING DE HEERLIJKHEID OOSTERHOUT
2012
nr 3
Wilt u hier uw advertentie ? Ook een halve pagina is mogelijk. Neemt dan kontakt op met de heemkundekring
‘de Heerlijkheid Oosterhout’ e-mail:
[email protected]
1
Ledenblad van heemkundekring “DE HEERLIJKHEID OOSTERHOUT” 36e jaargang, nummer 3
2012
pag.: Inhoud van dit nummer 1 Uit het bestuur............................................................................. 2 Heemkundekring brengt nieuw boek uit..................................... 4 Ad van Groesen en Martin van Halderen Op de koffie bij ........................................................................... 6 Martin van Halderen Verzet in WOII ......................................................................... 16 Simon Burggraaf Genealogie en internet 4 ........................................................... 19 Jan van den Bosch Tona de Klos, de mooiste meid van ’t Bos ............................... 25 Nico Bekers ‘Oosterhoutse schilders, de familie Haanen’ ............................ 37 Jos van Alphen Pasfoto’s gesneuvelde Poolse oudstrijders ............................... 46 Jos van Alphen Een nieuwe Website.................................................................. 48 Wie herkent dit..?...................................................................... 49 Colofon ..................................................................................... 51 Niets uit deze uitgave van de heemkundekring mag worden vermenigvuldigd of openbaar gemaakt, op welke wijze dan ook, zonder de schriftelijke toestemming van de auteur.
2
Uit het bestuur Beste lezers, Het uitgeven van een ledenblad is één van de belangrijkste activiteiten in onze vereniging. Het is echter ook de duurste. We proberen de kosten ervan te beperken door het plaatsen van advertenties. Gelukkig hebben we al sinds jaar en dag een vijftal vaste adverteerders, maar we zouden dat aantal graag uitbreiden. Hiervoor doen we ook een beroep op u, leden van de heemkundekring en andere lezers. Persoonlijke contacten met vrienden of bekenden hebben vaak meer resultaat dan contacten op afstand. Dit ledenblad wordt niet alleen door de tweehonderd leden en hun huisgenoten gelezen, maar onder andere ook door bezoekers van Theek5, door leden van heemkundekringen in de omgeving, door studenten en door bewoners van verzorgingstehuizen. Ongetwijfeld bevinden zich daaronder winkeliers of andere zelfstandigen of mensen met familieleden, vrienden of kennissen met een bedrijf of zelfstandige praktijk, voor wie het interessant is voor een gering bedrag vier keer per jaar in het middelpunt van de Oosterhoutse en regionale belangstelling te staan. Voor 150 Euro per jaar wordt een advertentie in vier edities geplaatst over een hele pagina. Een halve pagina kan ook en kost slechts 75 Euro per jaar. Zeg nou zelf: het is geen geld voor zoveel reclame. Afgezien van deze commerciële slag dient het ook een goed doel, nl. de heemkundekring in het algemeen en het ledenblad in het bijzonder. Dus leden en andere lezers: reserveer een hele of een halve advertentiepagina voor uw eigen advertentie of verkoop er één aan een relatie. Wij zijn u er dankbaar voor. Voor nadere informatie kan contact worden opgenomen met:
3 Piet van Beek, redacteur, Tel. 0161-411462. of 0642248168 Martin van Halderen, bestuurslid, Tel. 06-21896160. Ad den Dekker, secretaris, 06-34379810
4
Heemkundekring brengt nieuw boek uit Heemkundekring De Heerlijkheid Oosterhout komt op 15 oktober a.s. met een nieuw boek op de markt: ‘Vergeten Oosterhout, de verstedelijking’. Het is een vervolg op het in 1999 uitgebrachte boek ‘Wandelen door vergeten Oosterhout’. Evenals toen vormt ook nu de omvangrijke nalatenschap van amateurfotograaf Harrie Tielemans de basis van dit fotoboek. Gedurende veertig jaar maakte hij plaatjes van inmiddels veelal verdwenen huizen en andere panden, straten en pleinen. Het nieuwe boek krijgt hetzelfde formaat en dezelfde vorm, maar is anders van opzet. We zetten nu oud en nieuw tegenover elkaar. Leden van de heemkundekring zijn met de fotocamera op dezelfde plaats gaan staan als Harrie Tielemans dertig, veertig, vijftig jaar geleden. En dat levert over 160 fotopagina’s een prachtig beeld op van de ontwikkelingen van en in Oosterhout. Het boek verschijnt op 15 oktober aanstaande bij de opening van de najaarstentoonstelling van de heemkundekring, die dit jaar in zijn geheel zal zijn gewijd aan de fotocollectie van Harrie Tielemans. De prijs bedraagt € 22,50. Tot 15 oktober kan bij voorintekening worden besteld voor de prijs van € 17,50. Leden van de heemkundekring genieten een korting van € 2,50. Genoemde prijzen zijn afhaalprijzen; eventuele verzendkosten komen daar bij. Wilt u er zeker van zijn dit werkelijk fraaie boek vanaf 15 oktober in uw bezit te krijgen en dat ook nog voor de zeer aantrekkelijke voor-intekenprijs? Wacht niet. De oplage is beperkt. Plaats uw bestelling per post of e-mail bij het secretariaat van de heemkundekring en schrijf het bedrag over op bankrekening 12.63.46.224 t.n.v. Heemkundekring De Heerlijkheid Ooster-
5 hout onder vermelding van ‘bestelling boek Vergeten Oosterhout’. Als bestelling en bedrag binnen zijn, ontvangt u een schriftelijke bevestiging, waarmee u tijdens de najaarstentoonstelling uw boek kunt ophalen. Secretariaat Heemkundekring De Heerlijkheid Oosterhout, p.a. Kerkstraat 18, 5101 BC Dongen. E-mail:
[email protected]
6
Op de koffie bij Als wij op 28 augustus naar onze koffie afspraak gaan, is dat omdat mevrouw Van den Elshout ons veel zal kunnen vertellen over de Oude haven en de overgang naar de nieuwe haven, want haar Opa was de laatste havenmeester aan de Oude haven en de eerste aan de nieuwe haven, hoge en lage loswal aan het Wilhelminakanaal. Even wat kennis opfrissen over de Oude Haven. De oude Oosterhoutse haven was gelegen aan het einde van de vroegere Havenweg op het punt waar de Effentweg met de Havenweg samen kwam, dus waar nu de betonfabriek van Martens is. De oude haven is in opdracht van Willem van Duvenvoorde in 1330 gegraven. In 1615 is er sprake van dat deze haven, of beter gezegd vaart ongeveer 160 roeden lang was. Omgerekend zou dit neerkomen op een lengte van 600 meter. Deze vaart is van bijzondere betekenis geweest voor de economische bloei van Oosterhout, omdat men daarmede een goede verbinding had met het noorden. De steen en pottenbakkerijen gebruikten de oude haven en vaart voor het vervoer van hun producten. Vooral de pottenbakkerijen maakte in het verleden daarvan veel gebruik, omdat hun breekbare producten beter over water dan over land konden vervoerd konden worden. Aanvankelijk behoorde deze vaart en haven toe aan het Domein, welke bij besluit van de gemeenteraad van Oosterhout in 1884 werd aangekocht door de gemeente Oosterhout voor de somma van f 2000,=. Deze aankoop betrof de naast de haven gelegen kaden.
7
8 In 1886 besloot de gemeenteraad tot aankoop van de haven en vaart. En daarna is er ook weer sprake van verbetering van de haven, want 185 baggerschepen vervoerden toen 1713 ton bagger uit de haven. Verschillende bedrijven vestigen zich in de loop van de tijd langs deze haven. Aan het einde van de 18e eeuw was er al de scheepstimmerwerf van Van Suijlekom, in1860 de hooiperserij van Jan Oomen en later een pakhuis, een wasserij van de familie van Laarhoven, enz. Ook diende de haven als uitgangspunt voor verschillende beurtschepen, in 1878 maakte men melding van twee schroefstoomboten op Dordrecht en Rotterdam, twee beurtschepen op Amsterdam, Gouda, Haarlem, Delft, Den Haag, Leiden en Gorinchem. Hoe belangrijk deze haven was, blijkt uit het verslag van de Kamer van Koophandel over 1886. Er komen dan 1017 schepen de haven binnen met een gezamenlijke tonnage van 46987 ton. De stoomboten Broedertrouw 1 en 2 maakte 177 reizen vanuit deze haven, met een tonnage van 16589 ton. Na het graven van het Wilhelminakanaal ca: 1914 - 1918 namen de activiteit in de oude haven af. Men beschikte aan het Wilhelminakanaal nabij de Zwaaikom over een hoge en lage loswal, in verband met eb en vloed, want in het begin werd bijna alles met handkracht gelost of geladen dat was z.g. stukgoed, het lage gedeelte liep onder water bij vloed, er was een hoogte verschil van de hoge en lage loswal van ca; 120 centimeter
9 De officiële opening van het Wilhelminakanaal vanaf de Amer tot de Zuid -Willemsvaart bij Beek en Donk totaal 68 km, was 4 april 1923.
Oosterhout was in 1919 al bereikbaar vanaf de Amer. In de Tweede Wereldoorlog diende de oude haven nog als toevluchtsoord voor een groot aantal binnenschepen. Doch ook daar was men niet veilig. Engelse jacht vliegtuigen die de vliegtuigen begeleiden die in september 1944 naar de invasie op Arnhem onderweg waren beschoten deze schepen en gooiden er bommen op omdat de Engelse vermoeden dat er gevaar dreigde vanaf deze schepen. En troffen daar bij ook het woonhuis van de familie van Laarhoven, die aan de haven een wasserij hadden.
10 In de jaren vijftig van de vorige eeuw werd de oude haven gedicht en opgenomen in het aldaar geprojecteerde industrie terrein. Bij de watersnood in februari 1953 stonden de huizen bij de oude haven onder water. Later zijn alle huizen, ook het oude havenhuis uit 1778 gesloopt, zodat weer een stukje erfgoed van Oosterhout voorgoed verdween. De Opa van Joke van den Elshout, Willem van den Elshout heeft vanaf ca; 1884 tot 1919 het einde van de oude haven nog meegemaakt als laatste havenmeester en is daarna in 1919 de eerste havenmeester geworden aan de nieuwe haven van het Wilhelminakanaal en later, in 1922, opgevolgd door zijn zoon Flip van den Elshout, die in het café woonde op de hoek Koningsdijk - Loswal. De familie van de Elshout hebben in 1920 een nieuw huis laten bouwen aan de Loswal naast het café dat er al stond op de hoek van de Koningsdijk, die tot 1943 een winkel was met kruidenierswaren, gericht op de scheepvaart. In de Tweede Wereld oorlog werd er bij de Fam. Van den Elshout de verborgen radio afgeluisterd, die verstopt was in de alkoof tussen de winkel en de achterkamer, hier werden berichten uit Engeland opgevangen en op stencils gezet om verder te verspreiden. Een keer is er een Duitse inval geweest, maar ze waren op tijd getipt, dus konden ze net op tijd alles laten verdwijnen, dus goed afgelopen. Ook werden mensen die in de Biesbosch ondergedoken zaten, vanaf hier door verzetstrijders zo veel mogelijk, van eten en dekens voorzien (zie ook, in dit nummer het artikel Verzet in WO II).
11 Terwijl het koffiezetapparaat wordt aan gezet verteld mevrouw Joke van den Elshout ( zoals ze zich zelf nu noemt) verder, dat ze met haar man Arie Teuben waar ze in 1948 mee getrouwd is veel gevaren heeft op de binnenvaart. mevrouw Joke van den Elshout blijkt met haar 84 jarige leeftijd over heel veel parate kennis te beschikken over hun leven in de scheepvaart. Ze haalt deze kennis gemakkelijk te voorschijn, omdat het een hobby / vrijentijdbesteding van haar is om alles goed bij te houden in plakboeken waarin ze alle vrachten per jaar met een keurig handschrift heeft genoteerd, van 1948 tot 1978, een mooi document voor de familie en betrokkenen. In het plakboek zien we ook allerlei ansichtkaarten van bezochte plaatsen en foto’s van havens en sluizen en werkzaamheden aan dek zelf, Duitse krantenknipsels, waarbij de Hollandse schippers het huwelijksfeest van Beatrix en Claus op de televisie volgde. Dan zien we ook het Kerkschip op foto, wat d’n Aal werd genoemd ( de Aalmoezenier) mevrouw Van den Elshout verteld erbij, dat het schip van Jan Vissers gekocht werd en omgebouwd tot een Kerkschip speciaal voor de schippers. Maar de geschiedenis gaat nog verder terug dan de plakboeken, want in 1920 is haar vader Adrianus van den Elshout getrouwd en is zelfstandig gaan varen, onder andere hooi voor de Stoomhooiperserij van Jan Oomen en ook zand en grind voor Martens, het was toen nog een zeilschip. In 1924 werd het een motorschip, er werd een 35-BOLNES motor ingebouwd.
12 Het was nog het eerste schip van haar vader Adrianus van den Elshout en heette toen de Johanna Petronella van Oosterhout met een tonnage van 103 ton.
Eind 1949 kochten wij van Vader Adrianus van den Elshout (het klippertje) “genaamd Johanna Petronella” 103 ton groot met de bijbehorende eigenhandels vergunning, die op naam kwam te staan van fa A. Teuben en Zn. Zodat ze rechtstreeks voor Martens en andere konden varen en niet afhankelijk van de beurs waren. Het schip kreeg de naam ‘Adjo' toen wij er mee gingen varen (Adri Joke) en wij gingen ook zand en grind varen voor Martens Beton en beton artikelen, zoals tegels trottoirbanden en riolering putten naar Rotterdam, die met een klein elektrisch kraantje van
13 Martens in het schip werden geladen, nadat ze met smalspoor naar de loswal waren gebracht, er waren toen nog geen grote kranen zoals tegenwoordig heel normaal is. Later hebben we ook op de Rijn gevaren naar Duitsland om hoogovenslakken op te halen in Duisburg voor de aanleg van de Ringbaan in Tilburg in de jaren 1963 / 64. Wij vaarden ook vracht via de schippersbeurs en het schip werd voorzien van een zwaardere motor eerst kwam er een Mercedes diesel van 120 pk, en later werd deze weer vervangen door een van 175 pk, men voer in 1958 ook zakken cement uit Duitsland, die met de transportband werden gelost, Leo Wellens die voor de Douane werkte kwam dikwijls avonds nog de papieren nog vrij maken, zodat ze dikwijls ook ‘nachts konden lossen. Ook kwam er een nieuw schip, met een tonnage van 263 ton. In 1960 heeft Koreman staalconstructie een stalen bodem in het ruim gemaakt, zodat wij ook losse cement konden gaan varen, toen de zuiginstallatie klaar was bij Martens Beton. Maar al pratend hebben wij toch nog een mooi stukje Oosterhoutse scheepvaart geschiedenis mee gepikt. Maar nu gaan verder over de nieuwe haven aan het Wilhelminakanaal, Hoge en Lage zoals het toen genoemd werd, waar Joke haar Opa Willem van den Elshout de eerste havenmeester was tot 1922 en opgevolgd door haar Oom Flip van den Elshout tot 1952, daarna werd haar zwager Jan Teuben de havenmeester. In het begin, dus zeg maar ca: 1920 tot en met de Tweede Wereld oorlog werd bijna alles nog met de hand gelost en geladen uit de schepen.
14 Zo stond er bij voorbeeld een lange stevige ladder in het schip, naar de walkant en dan werd beneden in het schip op de man die via deze stevige ladder naar boven ging, met 2 man bv. een zak aardappelen van 70 of 100 kg op zijn rug gezet, die deze man naar boven bracht, waar deze zak dan boven weer met 2 man werd afgepakt en op een kar gelegd voor verder vervoer, of losse spullen werden op de loswal dan op een hoop gelegd voor later verder vervoer naar de klant. Alle vervoer naar opdrachtgever of klant gebeurde nog met paard en wagen, platte wagen of kiepkar( zie foto) Zand en grind werd ook wel zelf gelost met een mast met giek op het schip, waarmee het met een grijperbak in de silo’s werd gelost die toe ook al aan de haven stonden en van waaruit het met lorries en smalspoor, het zand en grind naar de fabriek ging van Martens beton of Firma. Struyk betonwaren. Zoals al geschreven werd haar zwager Jan Teuben in 1952 de derde havenmeester en die had ook een overslag bedrijf opgezet en ging met de tijd mee en zo kwam er in 1951, voor zover wij na kunnen gaan de eerste mobiele kraan, merk GOTWALD, met een sleepbak en grijperarm. Die in de loop van de tijd door steeds grotere kranen is opgevolgd. Want de ontwikkelingen stonden niet stil en wij konden in Het Kanton van donderdag 22 september 1966 lezen dat er op de Los wal een machtig meubel bij kwam, J. A. Teuben scheepvaart en havenbedrijf liet een zware kraan plaatsen met een reikwijdte van niet minder dan 18 meter met een hefvermogen van 5 ton. Hiermee de mogelijkheid geschapen om per uur ca: 200 ton te lossen.
15 De kraan stond op een betonnen vloer die op heipalen rustte, dus geen probleem voor verzakkingen stond in de krant, naar aanleiding van vragen aan J. A. Teuben die ook de havenmeester is. Wel wordt er met de havenmeester over gesproken hoe het met de Oosterhoutse haven verder moet en uit het gesprek blijkt dat de Oosterhoutse haven te klein begint te worden en dat er geen mogelijk is om geloste goederen veilig op te slaan, want daar is geen ruimte voor langs de haven en dat we dan de concurrentie van de haven in Tilburg moeten vrezen, want die hebben die mogelijkheid wel.( berichten uit die krant van 22-09-1966) Dus werd er toen al gesproken om het kanaal te verbreden voor de grotere schepen die kwamen en een nieuwe grotere loswal aan te leggen. Zodoende verloor in het begin van de jaren 70 van de vorige eeuw de Loswal aan de Koningsdijk zijn betekenis. En hebben we nu vanaf 1975 een totaal andere situatie met een breder kanaal waarbij grotere schepen Oosterhout kunnen bereiken en een nieuwe loswal in de Insteekhaven in Weststad, ook losplaatsen bij de bedrijven zelf die langs het water liggen, zodat er minder transport over de weg is. Het is al laat geworden en nog steeds is er van alles wat interessant genoeg is om over te praten, maar we gaan met deze gegevens, kopieën en krantenknipsels ons verhaal maken. mevrouw Joke van den Elshout, bedankt voor de koffie en voor alle informatie over de havens van Oosterhout. En een stukje Oosterhoutse scheepvaartgeschiedenis. Ad van Groesen en Martin van Halderen. 12 september 2012
16
Verzet in WOII Verteld door mevrouw. J. v/d Elshout (mevrouw Teuben - v/d Elshout) Mevrouw. Joke v/d Elshout, zoals ze zich nu noemt was in de Tweede Wereld oorlog nog bij haar ouders thuis, (haar vader was Adrianus v/d Elshout, die schipper was en zand en grind vervoerde voor Martens beton). De familie Elshout woonde op Wilhelminakanaal 31 (vroeger Loswal 31) het huis dat naast het café stond op de hoek van Koningsdijk-Loswal. Het huis dat in 1920 gebouwd is, stond met de voorkant naar de Loswal gericht en was tot 1943 ingericht als winkel met voornamelijk kruidenierswaren en dergelijke voor de scheepvaart (zie de foto op pagina 12 in het voorgaande artikel). Zij weet zich te herinneren dat tussen de winkel (voorkamer) en de achterkamer een ruimte was afgetimmerd, met een bedstede, men noemde dit ook wel een alkoof, waar tussen het plafond van de bedstede en de zoldervloer een ruimte was gemaakt waar in tijdens de oorlog de radio in verborgen was, die via een weggewerkt luik in de zoldervloer te bereiken was, (iedereen was in de oorlog verplicht zijn radio in te leveren inleveren en als men hieraan niet voldeed stonden daar strenge straffen op) ‘s Avonds werd op deze radio de Engelse zenders (BBC Radio en Radio Oranje) afgeluisterd in het geheim natuurlijk en daar kwamen verschillende mensen die zich met het verzet bezig hielden naar luisteren zoals, Jan en Janus van Bijnen, Ad van Dongen en Rinus (Mark) Damen.
17 Ook werd bij hen thuis verzetsblaadjes gestencild, want ze hadden ook een Stencil apparaat bij hun thuis. Verder maakte die jongens van het verzet ook tekeningen van de kanaaldijken waar de Duitsers mijnen hadden gelegd en die gegevens werden via, via, naar Engeland gesmokkeld. Op een gegeven moment, heeft haar Vader alles ontmanteld, de radio en de Stencil machine en dit naar een schip gebracht dat lag in het gat van Piet v/d Sluis, dus nog voorbij de oude haven richting Biesbosch Vader had een tip gehad, dat er huiszoeking kwam door de Duitsers. (wie de tipgever is geweest weet Joke niet meer) maar wel dat het precies op tijd was want de Duitsers kwamen. En diegene van ons gezin, die thuis waren moesten aan de voorkant naast onze woning met hun handen omhoog tegen de muur gaan staan zolang als de huiszoeking duurde, maar ze hebben niets kunnen vinden dus was het goed afgelopen. Ook kan zij zich nog herinneren dat er vanaf het Missiehuis in Teteringen dekens werden gesmokkeld naar hun thuis en die dan verder gesmokkeld werden door jongens van het van het verzet naar de Biesbosch. Wat Joke zich ook goed kan herinneren, is dat toen de slag om Arnhem begon er op 17 september 1944 veel vliegtuigen overkwamen met bijna allemaal een zweefvliegtuig er achter, vol met militaire die een doorbraak bij Arnhem moesten forceren. Toen lagen er in de oude haven nog verschillende schepen verborgen, die door Engelse Jagers, die de vliegtuigen begeleiden beschoten werden, omdat de Engelse bang waren dat er afweergeschut op zou staan.
18 Bij die beschietingen zijn toen 2 gewonden gevallen, Piet v/d Plas (kwam uit Katwijk aan de Zee) die in zijn hand geraakt werd. En Dora van Gils die in haar been geraakt werd. De mensen die nog op de schepen zaten zijn toen bij boeren in de Polder ondergedoken. Verder wist Joke nog te vertellen, dat na dat wij hier bevrijd waren in het westen er wel honderd en tien schepen bij de loswal lagen, die geladen werden met goed blijvende voedingsmiddelen verpakt in blikken, door de geallieerde militairen. Die onmiddellijk na 5 mei 1945 de bevrijding. De hongersnood moesten gaan oplossen in Amsterdam, Rotterdam en alle grotere plaatsen in bevrijd gebied. Opgetekend door Martin van Halderen, 28 augustus 2012.
19
Genealogie en internet 4 Simon Burggraaf Als je bezig bent je stamboom uit te zoeken, maak je uiteraard gebruik van de gegevens van de Burgerlijke Stand vanaf 1811. Maar in de boeken van de BS van b.v. 1972 krijg je nog geen inzage: ze zijn nog niet openbaar. Geboorteregisters zijn in te zien vanaf 1811 t/m 1902, huwelijksregisters vanaf 1811 t/m 1932 en overlijdensregisters t/m 1952. De archiefwet schrijft voor dat deze boeken pas voor het publiek toegankelijk zijn, als ze ouder zijn dan resp. 100, 75 en 50 jaar. Verder spelen de zgn. tienjarentafels daarin een rol. In een tienjarentafel op de overlijdensregisters vind je een lijst van alle overledenen in die periode van tien jaar. De eerste tafel omvatte de jaren 1813 t/m 1822, de volgende 1823 t/m 1832 enz. Omdat men de openbaarheid van de registers gelijk wil laten lopen met de openbaarheid van de bijbehorende tienjarentafel, werden de registers dus steeds in blokken van tien jaar voor het publiek toegankelijk. De eerstvolgende “nieuwe” boeken (geboorteregisters t/m 1912 en overlijdensregisters t/m 1962) zouden dus in 2012 openbaar moeten gaan worden. Dat bepaalde registers openbaar zijn, wil nog niet zeggen, dat de archieven dus ook meteen alle data in grote digitale databestanden moeten hebben verwerkt. Een archief kiest er zelf voor, of je in de originele boeken (of een kopie daarvan) mag bladeren, of op microfiches of microfilm via een speciaal leesapparaat of achter een monitor digitale scans kunt bekijken.
20 Sommige archieven zetten de scans op internet met daarbij een zoekmachine, waarmee je in een database kunt zoeken. De tienjarentafel gebruik je als je het overlijden zoekt van iemand die b.v. kort voor 1890 overleden moet zijn, maar je weet geen exacte datum. Je hoeft dan niet de registers van 1885 t/m/ 1890 helemaal door te bladeren, maar je gaat op zoek in de tienjarentafel 1883 t/m 1892. In die tafel vind je achter de naam van de gezochte overledene een datum. Maar dat is niet de juiste overlijdensdatum: het is de datum waarop het overlijden bij het gemeentesecretarie werd gemeld. Soms kunnen daar meerdere dagen tussen liggen.
De geboorte van een kind op vrijdagavond 22 december 1989 kon door de kersverse vader op z’n vroegst worden aangegeven
21 bij het gemeentehuis op woensdag 27 december. Op de tussenliggende dagen (weekend en Kerst) kon hij daar niet terecht. In de geboorte- of overlijdensakte wordt uiteraard wel de juiste datum genoemd. In de tienjarentafel op de huwelijksregisters vind je wel meteen de juiste datum, omdat de huwelijksakte inderdaad op de dag van het huwelijk wordt ondertekend. Maar ook daar wil je natuurlijk toch de akte zien, omdat daar heel wat gegevens uit te halen zijn. Een volgend probleem zou kunnen zijn, dat maar de helft van de akten te vinden is. Bij voorbeeld als het gaat om iemand, geboren in 1940, die in de oorlog als kind overleden is. Zijn overlijden zal te vinden zijn (overlijdensregisters t/m 1952 openbaar), maar zijn geboorte niet (t/m 1902 openbaar). Ander voorbeeld: een persoon, geboren in 1900, die flink oud geworden is, dus pas na 1952 overleden. Vorige keer heb ik voor zulke gevallen de site van Onlinefamilieberichten genoemd. Er is nog een andere mogelijkheid. In de afgelopen jaren heeft een leger van vrijwilligers foto’s gemaakt van heel veel grafstenen op begraafplaatsen. Daartussen kunnen zelfs ook foto’s zitten van graven, die ondertussen al geruimd zijn. Een van de grootste “verzamelingen” is Online-begraafplaatsen. Op hun site (www.online-begraafplaatsen.nl) lees ik over de huidige stand van zaken: 427.000 foto’s van grafzerken op 860 begraafplaatsen met de namen van 650.000 personen (!). Als u vorige keer het artikel over Online-familieberichten hebt gelezen, kunt u ook met deze site overweg. Hij werkt precies eender. De getoonde foto’s zijn te bekijken met een vergrootglas als je met je muis over de foto beweegt. De foto’s kunnen opgevraagd
22 worden, als je (gratis en simpel) ingelogd bent. Je ontvangt ze dan per e-mail. Je kunt ook gebruik maken van de toets PrtScn (rechtsboven op je toetsenbord). Als je daarop drukt, wordt er een “foto” gemaakt van wat er dan op je scherm staat, die komt op het klembord te staan en kan in een fotobewerkingsprogramma geïmporteerd worden.
Dat deze site veel overeenkomst vertoont met Onlinefamilieberichten blijkt ook uit het volgende: als de gegevens op de grafsteen bij Online-begraafplaatsen overeenkomen met gegevens bij Online-familieberichten wordt er een link naar de andere site getoond. En het werkt ook andersom. Ook hier kun je een monitor instellen, die jou een e-mail stuurt, als er nieuwe gegevens bijkomen, waarin de achternaam die jij zoekt, voorkomt. Het werkt op dezelfde manier als bij Onlinefamilieberichten. Volgens de site zijn er al 4000 van zulke monitorrecords ingesteld en hebben ze 10.000 geregistreerde gebruikers.
23
Verder zijn er (kleinere) sites met foto’s van grafstenen: www.doodgewonedingen.nl/begraafplaatsen/begraaf01.html Doodgewone dingen, de site van Eli en Dinie Maas uit ’sHertogenbosch, met vooral veel gegevens uit Brabant. Op de sites is niet te zoeken naar foto’s, maar je kunt wel zoeken op achternaam. Foto’s zijn per e-mail aan te vragen. www.graftombe.nl/index.php Vooral Noord-Nederland http://stenenarchief.org/index.htm Het stenen archief is een site met Joodse begraafplaatsen www. schiltmeijer.nl/Begraafpl/grafsteind.html Voornamelijk begraafplaatsen in het noorden van ons land www.begraafplaatsenonline.nl Ja, dat is verwarrend. Deze heeft veel minder gegevens dan Online-Begraafplaatsen
24 www.ogs.nl De site van de Oorlogsgravenstichting
25
Tona de Klos, de mooiste meid van ’t Bos Jan van den Bosch Het boek Jongens van toen Ik kan me geen leukere bezigheden voorstellen dan muziek maken en boeken schrijven. Toen wij in 2006 weer in Oosterhout kwamen wonen na een carrièrelang ‘buitenshuis’ kon ik me geen betere ‘inburgering’ voorstellen dan mee te doen aan de heropvoering van de operette Koning Isegrim in De Bussel. Met een heleboel familieleden speelden we de boschkabouters. Ik kwam er ook veel jongens tegen met wie we Koning Isegrim in 1954, meer dan 50 jaar eerder, in het patronaat in de Arendstraat hebben opgevoerd ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van de congregatie van de Broeders van Huijbergen bij wie we toen in de klas zaten. Dat ‘feest der herkenning’ inspireerde me tot het schrijven van het boek Jongens van toen dat de ondertitel meekreeg Oosterhoutse jongens in de jaren vijftig. Het boek was een succes en dus snel uitverkocht. Het is nog wel te leen in de bibliotheek.
26
Meer jongens van toen In de Schola Cantorum Oosterhout waar ik in 2007 lid van werd ontmoette ik onder andere Janus, Wim en Sjef Mertens, drie broers uit een groot gezin in de Klappeijstraat. De drie kenden ook mijn familie van destijds nog heel goed. Mijn opa Jan van den Bosch had een suikerwerkbakkerij in de Kloosterstraat waar mijn vader en mijn oom Adam en oom Dré ook in werkten. In het huisje er naast ben ik geboren. Het is geweldig zoals Janus, Wim en Sjef zich nog zowat alles uit hun leven herinneren als de dag van gisteren.
27 Enthousiast ben ik de verhalen van de broers gaan optekenen. Het was dan ook bijna vanzelfsprekend dat er een boek van kwam. (Meer) Jongens van toen ging het heten met als ondertitel Oosterhoutse jongens in de jaren dertig en veertig. In het boek doen we mee met het spel en de deugnieterij van de drie broers, we volgen hen als ze naar school en later aan het werk en we gaan met hen de oorlog door. In een feestelijke bijeenkomst in het museumcafé van het Speelgoedmuseum is het boek ‘(Meer) Jongens van toen’ op 6 oktober 2011 gepresenteerd. Het eerste exemplaar heb ik toen aangeboden aan mijn vrouw Addie en het tweede aan wethouder Peters. Het boek is nog te koop in de Oosterhoutse boekwinkels en te leen in de bibliotheek. Jo Sestig-Nagtzaam steekt haar vinger op Rond mijn boek (Meer) Jongens van toen is er een heleboel gebeurd. Om te beginnen besloot de heemkundekring ‘De Heerlijkheid Oosterhout’ de najaarstentoonstelling rond mijn boek op te bouwen met als thema vanzelfsprekend de jaren dertig en veertig.
28 De fraaie tentoonstelling kreeg een plaats in de publieksruimte van het stadhuis en is door velen bekeken. De opening van de tentoonstelling vond plaats op 10 oktober 2011 door wethouder Peters. Vervolgens is de tentoonstelling op tournee gegaan langs de zorgcentra. Eerst een tijdje in De Doelen, daarna was de Buurstede aan de beurt en tenslotte stond de tentoonstelling in Oosterheem. Verder is het boek door toedoen van Miranda van Bragt, cultuurfunctionaris van ‘Oosterhout in Beweging’, ook onder de aandacht van de jeugd gekomen. Op het Mgr. Frenckencollege werd een tekenproject gehouden naar aanleiding van foto’s uit het boek en verder is de jeugd een cd aan het maken met een eigentijds versie van oude liedjes uit het boek. In de zorgcentra ontlokte de tentoonstelling van de heemkundekring vele kreten als ‘ja, dat weet ik nog’, en ‘och, wat is dat lang geleden’. Wij zijn met de tentoonstelling meegereisd. Wij, dat waren Theo Michielsen, Wim Mertens, Joep Moonen en ik. We hadden een soort
29 variétéprogramma gemaakt met veel anekdotes en liedjes, die Wim op z’n Oosterhouts en met veel verve voor het voetlicht bracht. Joep Moonen begeleidde hem daarbij op de piano en Theo Michielsen speelde gastheer en zorgde voor de projectie van het programma en van foto’s uit het boek op de witte muur van de zaal. Zelf las ik stukjes voor uit mijn boek. Het waren heel plezierige middagen op 14 december 2011 in De Doelen, op 23 maart 2012 in de Buurstede en op 13 april 2012 in Oosterheem. Een van de succesnummers die Wim liet horen was het aangrijpende lied Maria Magdalena, een ‘hit’ van Willy Derby uit de jaren twintig. Maar dé uitsmijter was toch het kermislied Wie is er de schoonste meid van ’t Bos, Tona de Klos.
30 Na afloop stak een bezoekster haar vinger op. Het was mevrouw Jo Sestig-Nagtzaam, woonachtig in De Doelen. ‘Tona de Klos, dat was mijn schoonmoeder’, vertelde ze tot onze grote verrassing.
Tona de Klos onthuld En zo zit ik een paar weken later, op 16 mei 2012, bij Jo SestigNagtzaam aan tafel in haar mooie kamer in De Doelen en luister met grote belangstelling naar haar verhaal.
31 Ik ben heel nieuwsgierig want nu wordt onthuld wie Tona de Klos was en waar die bijnaam vandaan is gekomen. Jo vertelt dat ze met haar vader en moeder in 1940 vanuit Breda in Oosterhout terecht is gekomen. Ze was toen 18 jaar. Vader had het café overgenomen van Ad van Amsterdam, net over de Bredasebrug tegenover de Warande. Vader en moeder stonden in het café, met haar zuster deed Jo het huishouden. In die tijd heeft ze kennis gekregen aan Toon Sestig. Jo: ‘Ik heb maar één vriend gehad en dat was Toon. Hij was een schat. Toon werkte toen op de Zeem. Later is hij overgegaan naar de Dija. Daar sneed hij leren en suède jassen. En hij deed veel thuiswerk. De klanten in het café hadden het er over dat ik kennis had aan de zoon van Tona de Klos. Dat vonden ons vader en moeder in het begin niet goed. Toen ze gingen informeren kwamen ze er achter dat het nette mensen waren, heel eenvoudig, uit de Sint Janstraat. Er viel van die mensen niks te zeggen. Ik heb er fijne schoonouders aan gehad. We hebben er vanaf ons trouwen zelfs nog een tijd ingewoond.’ Zo kom ik er achter, als ik Jo moet geloven, dat Tona de Klos helemaal geen vrouw uit ‘t Bos was en nog minder een publieke
32 Oosterhoutse figuur, maar een brave huismoeder uit de Sint Janstraat. Tona Beenakkers heette ze en ze was getrouwd met Jan Sestig. Ze woonden in de Sint Janstraat bijna bij de Kanonnierstraat. Elke vrijdagavond gingen Jan en Tona in hun goede kleren dansen in de café’s met een orgel, zoals bij Ko de Nijs in de Kruisstraat of bij Ant. Aertsen in de Kanonnier. Er moet een keer een feest geweest zijn in ‘t Bos, zo vertelt Jo, waar Tona en haar man ook geweest zijn. Zelf is Jo er niet bij geweest, dus ze heeft het alleen van horen zeggen. Op dat feest werd gevraagd wie er de schoonste meid van ‘t Bos was. En dat werd Tona, want het was wel een mooie vrouw. En daar komt dan haar bijnaam Tona de Klos vandaan, want dat rijmde op Bos. Schijnbaar heeft iemand in de zaal dat geroepen en toen zong iedereen het na’ Zo heeft ze dus die bijnaam gekregen en gehouden, ondanks dat de Sint Janstraat niet bij ‘t Bos hoorde. En daarmee kon ze dus
33
34 eigenlijk ook niet de mooiste meid van ’t Bos zijn. Een verrassende conclusie. Ik loop tegen nóg een verrassing aan. Een van de dochters van Jo Sestig-Nagtzaam blijkt de bekende Oosterhoutse couturière Tonny Burger-Sestig te zijn. Eigenlijk hoort ze dus Tonny van Toon van Tona de Klos te worden genoemd. Tonny herinnert zich Tona de Klos als een gezellige en warme oma, die graag uitging en ook van grapjes hield. Zo deed ze een keer om haar te plagen ineens haar gebit naar voren, waar ze als kleuter geweldig van is geschrokken. ‘Maar het was altijd gezellig bij oma’, weet Tonny nog. ‘Mijn (ex-)schoonvader Frans van Dongen zei altijd tegen mij: ‘Ge bent net zo zuiver de oude Tona’. ‘Wij gingen boodschappen doen bij de mulder (de familie Vermeulen) onder de molen aan de Antoniusstraat en daar zeiden ze tegen elkaar over mij en mijn zus (respectievelijk zes en vijf jaar oud): ‘Wie zijn die meskes toch?’ Het antwoord was dan: ‘Dat zijn dochters van Toontje de Klos’. Daar hadden wij nog nooit van gehoord
35 en dan gingen we naar huis en zeiden we: ‘Ze noemen ons de Klos’. Voor die tijd hadden we dat nooit gehoord.’ En wie was Bet Boenderaai, de schoonste meid van d’Haai? Het kermislied over Tona de Klos is eigenlijk een operettemelodie, namelijk Das muss ein Stück vom Himmel sein. Het is bovendien eigenlijk niet zozeer een lied over Tona de Klos, maar veel meer over Bet Boenderaai en de Lange Kobus. Wim Mertens herinnerde zich namelijk nog dit stuk van het kermislied: ‘Wie is de mooiste meid van d’Haai / Bet Boenderiaai, Bet Boenderaai / Wie is de schoonste mei uit ’t Bos / Tona de Klos, Tona de Klos / En de Lange Kobus en Bet Boenderaai / Heidiedeldie heidieldeldie lombom / Is er dan geen meisje meer dat zich verveelt / Heidiedeldie heidieldeldie lom bombom / En de Lange Kobus en Betje Boenderaai / Die lagen samen al vroeg in de haai / En de Lange Kobus en Betje Boenderaai / Heidiedeldie heidieldeldie lom bombom’. Bet Boenderaai was een donkere, gezette vrouw van de Veurhaai die van stokken en heitakken bezems maakte, zo weet Adri Mertens, de vrouw van Wim, me te vertellen. ‘Bet kwam met die bezems langs de deur. Ik zie haar nog met die ene tand’. Het
36 zou natuurlijk prachtig zijn om ook een verhaal te kunnen maken over Bet Boenderaai en over de Lange Kobus. Maar hoe komen we hen op het spoor? Oosterhout, juni 2012/Jan van den Bosch Met dank aan Bas en Tonny Burger-Sestig en aan Nico Bekers van de Heemkundekring voor de hulp en de verstrekte informatie.
37
‘Oosterhoutse schilders’ De familie Haanen Naar aanleiding van de tentoonstelling in Theek 5 over Oosterhoutse schilders leek het mij gepast om wat informatie over die kunstschilders te geven. In dit eerste artikel wat biografische gegevens van de schilders. Daarbij ook wat tekeningen en schilderijen die door hen zijn gemaakt. In dit artikel staat de familie Haanen, waarvan enkele kunstschilders in de 19e eeuw in Oosterhout verbleven, centraal. De familie Haanen is een schildersfamilie die zich in 1812 vanuit Utrecht in Oosterhout vestigt en in 1830 weer naar hun geliefde Utrecht vertrekt. Vader was Casparis Haanen in 1778 in Maastricht geboren en in 1849 overleden in Amsterdam. Hij was getrouwd met Isabella Sangster, geboren in 1777 in Amsterdam en in 1846 daar overleden. Casparis was naast schilder van keukeninterieurs en landschappen ook koopman, kunsthandelaar en restaurateur van schilderijen, hij kon meer dan alleen schilderen. Hij knipte ook silhouetten. Zijn kinderen kregen les van hem. De meeste werden even-
38 eens gewaardeerde kunstschilders. Uit het huwelijk werden 6 kinderen geboren. ¾ George Egidius Haanen, geboren op 4 november 1805, jong gestorven. ¾ George Gillis Haanen, geboren op 23 augustus in Utrecht, overleden in 1879 in Bilsen, Duitsland. George was de oudste schilderende zoon van het echtpaar Haanen. In 1831 werd hij lid van het Genootschap Arti Sacrum te Rotterdam. En in 1835 lid te Amsterdam. Hij schilderde en tekende landschappen, stadsgezichten, avondstemmingen en interieurs bij kaars- en lamplicht. Schilderijen van hem hangen in het Breda’s Museum, Centraal Museum in Utrecht en in het Historisch Museum in Amsterdam. ¾ Elisabeth Alida Haanen, geboren op 9 augustus 1809 in Utrecht en overleden op 8 juni 1845 in Amsterdam. Alida trouwde met Petrus Kiers, ook kunstschilder en graficus. Ze specialiseerde zich in het schilderen van genrestukken, veelal interieurstukjes in de stijl van zeventiende-eeuwse meesters als
39 Gerard Dou en Gabriël Metsu. Regelmatig zijn ook dieren afgebeeld, zoals honden en vogels, of wild en vis. Daarnaast zijn enkele stillevens en portretten van haar bekend. In 1838 werd ze erelid van de Koninklijke Academie in Amsterdam. Werk van haar vinden we onder meer in het Teylers Museum te Haarlem, het Amsterdams Historisch Museum en het Instituut Collectie Nederland te Amsterdam. ¾ Remigius Adrianus Haanen werd in 1812 in Oosterhout geboren. Ook hij was een leerling van zijn vader. In Utrecht legde hij zich vooral toe op het tekenen en schilderen van landschap-en stadsgezichten. Hij verhuisde naar Hilversum en vervolgens naar Amsterdam.
40 ‘Landschap met huisjes op de hei’ is typisch voor die tijd. Het schilderij bevindt zich in het Breda’s Museum. Van 1834 tot 1841 reisde hij veel in Duitsland en Zuid-Europa. Hij woonde in Frankfurt aan de Main van 1834-1835 en vestigde zich in 1836 in Aussee, een stadje bij Wenen. Hij veranderde zijn naam in Remy van Haanen. Bekend werd hij vanwege zijn Oostenrijkse zomerlandschappen. In 1950 maakte hij een reis naar Rusland en bezocht St. Petersburg. Ook heeft hij veel getekend (pentekeningen) en geëtst. Het Rijksmuseum in Amsterdam bezit een aantal tekeningen. Enkele van zijn schilderijen hangen in het Breda’s Museum. Overleden in Aussee (Oostenrijk) in 1894. Zijn vader Casparis en dierenschilder Jan van Ravenswaaij waren zijn inspiratiebronnen. ¾ Adriana Johanna Haanen, geboren op 14 juni 1814 in Oosterhout, overleden op 8 oktober 1895 in Oosterbeek. Zij bleef ongehuwd. Adriana werd een zeer succesvol en productief bloemen- en stillevenschilderes. Tussen 1841 en 1892 was haar werk te zien en te koop op veel tentoonstellingen in Nederland. Tevens exposeerde zij in Parijs, Bremen, Antwerpen en Brussel. Met een onderbreking van 18461848 in Ouderkerk aan de Amstel, woonde zij in Amsterdam.
41 Rond 1862-1863 vestigde zij zich in Oosterbeek. Daar woonde zij met een bevriende schilderes Maria Vos.(18241906). In 1870 hadden zij voldoende verdiend zodat er een huis:Villa Grada, in Oosterbeek gebouwd kon worden. In 1845 werd zij erelid van de Koninklijke Academie in Amsterdam en in 1855 erelid van kunstenaarsvereniging Arti et Amicitiae in Amsterdam. Voor haar schilderij ‘Julij Rozen’ op de Amsterdamse tentoonstelling van Levende Meesters ontving ze de gouden medaille. Dat schilderij is later voor 100.000 gulden van eigenaar verwisseld. Al tijdens haar leven werd haar werk opgenomen in grote verzamelingen, zoals die van Koning Willem II en de collectie van het Rijk. Vandaag de dag bevinden de schilderijen van Adriana zich onder meer in het Amsterdams Historisch Museum, in Museum Willet-Holthuysen, in het Rijksmuseum en bij het Instituut Collectie Nederland, alle gevestigd in Amsterdam. ¾ -Catharina Isabella Haanen, geboren op 26 december 1816 in Utrecht, overleden op 27 maart 1830 in Utrecht. Een schilder die ik ook bij de familie Haanen reken is Cecil Haanen, geboren uit het huwelijk van een Nederlandse vader (Remigius Haanen) en een Oostenrijkse moeder. ¾ Cecil had de Oostenrijkse nationaliteit. Vader, Remigius, had zijn zoon een carrière als schilder ten strengste verboden, dat de bron was van een langdurig vader-zoonconflict, dat de carrière van Cecil nadelig heeft beïnvloed.
42 Na zijn studie aan de academies van Wenen, Karlsruhe en München zette Cecil zijn opleiding voort aan de academie van Antwerpen. Hij maakte verschillende reizen o.a. naar Venetië, waar hij zich in 1873 definitief vestigde. Hij schilderde genrestukken, meestal betrekking hebbende op het Italiaanse volksleven, vooral Venetiaanse voorstellingen met de vrouw als furie, als onderwerp. In 1885 stierf hij, waar?, dat is onbekend. Van elk van de zes schilders staat hieronder een schilderij met een kleine beschrijving ervan. Wil je wat meer werk van deze schilders bekijken typ dan op Google de naam van de schilders in en er verschijnen een aantal afbeeldingen. Dit is een schilderij van Casparis Haanen. De titel van het schilderij is: Een hoekje van het atelier van de schilder. Het is een aquarel en in 1822 geschilderd. In dit atelier in Utrecht had Casparis zijn schilderswerkplaats. Nu hangt het schilderij in het Kröller Müller Museum in Otterlo.
43 Gillis Haanen is de maker van deze tekening. De titel is: Vrouw met schenkkan en kom. In 1832 gemaakt met zwart en rood krijt. Het is eigendom geweest van C.J.N. Deirkauf in Utrecht. Later in 1999 geveild door Christie’s in Amsterdam. Remigius Haanen maakte dit schilderij in 1837. Het is gesigneerd met R. Haanen, Stuttgart. Het is een olieverf schilderij, geschilderd op doek. Geveild bij Dorotheum in 1999 te Wenen. Het is nu eigendom van het Breda’s Museum. Hier hangen nog meer schilderijen van deze schilder. Een schilderij van Elisabeth Alida Haanen. De wildverkoopster is de titel. Het is met olieverf geschilderd op doek. Gesigneerd en gedateerd met Elisth Kiers-Haanen 1844. In 1974 geveild door Mak van Waay in Amsterdam.
44 Het doek meet 43,5 x 35,5 cm. Adriana Haanen schilderde July Rozen. Gesigneerd met Adriana Haanen, 1862. Het is een olieverfschilderij geschilderd op doek. Het meet 72,5x100 cm. Geveild in 2003 door Christie’s in Amsterdam. Cecil is geboren in Oostenrijk en werkte voornamelijk in Italië. Zijn bekendste schilderij is The Fitting. Het is gedateerd in 1884. Het is een olieverfschilderij gemaakt op board. De afmetingen: 71.1x44,5 cm. Dit schilderij hangt niet in een museum maar is privébezit.
Het eerste artikel over Oosterhoutse schilders. Het is de bedoeling dat er meer volgen. Wie meer over deze schilders wil weten en ook voor opmerkingen/correcties kan met mij contact opnemen:
[email protected]
45 Bronnen: RKD in Den Haag. Internetsites met informatie over de familie Haanen. Musea in Nederland met schilderijen van de familie Haanen. Mappen met informatie over schilders, samengesteld door Theo Adriaanse en Nico Bekers. Archief Tilburg Breda’s Museum en andere musea die werk in hun bezit hebben. Nico Bekers
46
Pasfoto’s gesneuvelde Poolse oudstrijders Op de website www.polishwargraves.nl kunt U informatie vinden over Poolse oorlogsgraven die in heel West Europa te vinden zijn. In principe staat er van elke gesneuvelde ook een foto van zijn graf op de site. Daar wordt mee aangetoond dat het graf werkelijk bestaat. Daarnaast is er aan de gegevens van een aantal gesneuvelden een pasfoto toegevoegd. Een pasfoto geeft aan de bestaande informatie een grote meerwaarde. Met de foto komt de webpagina tot leven. Dat merken we ook aan reacties van nabestaanden. Deze pasfoto’s zijn afkomstig van de Poolse oudstrijder Czesław Szewczyk. Hij heeft lang geleden de moeite genomen om al die pasfoto’s te scannen vanaf de originele documenten, die in Londen worden bewaard. Scannen stond toen nog in de kinderschoenen daarom is de kwaliteit maar matig maar een slechte foto is beter dan geen foto. Inmiddels is de techniek
47 met sprongen vooruit gegaan maar het Engelse Ministry of Defence heeft ook geld geroken dus het verkrijgen van betere scans is een kostbare zaak geworden. Gelukkig zijn er door bemiddeling van de Vereniging 1e Poolse Pantserdivisie Nederland enkele mooie donaties ontvangen van Poolse oudstrijders waar we heel wat pasfoto’s van kunnen betalen. Inmiddels staan op de site nieuwe pasfoto’s van de Poolse militairen,die op de Erevelden in Breda, Ginneken, Axel en Oosterhout begraven zijn. Binnenkort volgen er nog meer. Jos van Alphen
48
Een nieuwe Website In de loop van de jaren zijn er in het Wando Journaal en in het Nieuwsblad Dorst stukjes en stukken verschenen over de geschiedenis van Dorst. Geschreven door Albert Minjon, Piet van Beek en Jos van Alphen. Deze geschriften lagen op de plank en er gebeurde verder niets mee. Daarom zijn ze afgestoft en op de www.geschiedenis-Dorst.nl gezet. Het zijn er inmiddels 39 maar er volgen er nog meer. w.g. Redactie www.geschiedenis-Dorst
49
Wie herkent dit..? Deze keer geen foto’s uit het Regionaalarchief in Tilburg maar enkele foto’s uit het bestand van de ‘themagroep Economie’. Wij zijn in het bezit van een serie foto’s uit de productieafdeling van de Zeemlederfabriek. Van deze serie hebben we deze keer een drietal afgedrukt om het productieproces van een dierenhuid tot zeem of werkhandschoen te achterhalen. Als er iemand is die ons kan helpen wil deze dan contact opnemen met: Piet van Beek telefoon 0161 4111462 of mobiel 06 42248168 of een email naar
[email protected]
50
51
Colofon Heemkundekringen hebben als doel het bevorderen van de belangstelling voor en de kennis van eigen volk en streek, volksgebruiken en de natuur, evenals het stimuleren van het behoud van historische waarden. De heemkundekring ‘De Heerlijkheid Oosterhout’ houdt zich bezig met de geschiedenis van Oosterhout en haar kerkdorpen in de breedste zin van het woord. De activiteiten bestaan onder andere uit het verzamelen en vastleggen van historisch materiaal in beeld en op schrift en het presenteren door middel van publicaties, lezingen, tentoonstellingen enz. Mocht u in het bezit zijn van historisch materiaal over Oosterhout en zijn kerkdorpen, dan willen wij dat graag lenen om te kopiëren of in te scannen, zodat het toegankelijk wordt voor de grote groep van belangstellenden en bewaard wordt voor het nageslacht. Natuurlijk zeggen wij ook geen nee als u het aan ons wilt schenken. Bestuur: Voorzitter: Secretaris en plv. vz.: Penningmeester: Overige bestuursleden:
vacant Ad den Dekker Toon Schapendonk Simon Burggraaf Ad van Groesen Martin van Halderen Frans Timmermans
Ereleden:
Jan Broeders Cor Huijben
Secretariaat:
Kerkstraat 18 5101 BC Dongen tel. 06 34379810 e-mail
[email protected]
Bezoekadres:
op afspraak) Huis voor Erfgoed (achter om) Trefpunt Heemkunde Zandheuvel 51 4901 HT Oosterhout tel. 0162 856133
52 Website: E-mail:
www.heemkundeoosterhout.nl
[email protected]
Lidmaatschap: Leden betalen een contributie van € 25,00 per kalenderjaar. Inwonende gezinsleden betalen een contributie van € 10,00 per kalenderjaar. Per adres wordt slechts één exemplaar van het ledenblad bezorgd/verstuurd. Het banknummer van Heemkundekring De Heerlijkheid Oosterhout is: 12.63.46.224 Aan- en afmeldingen van het lidmaatschap schriftelijk bij het secretariaat. Het lidmaatschap eindigt na schriftelijke opzegging op 31 december daarop volgend. Abonnees: Het is voor personen en instellingen mogelijk een abonnement op het ledenblad te nemen (zonder lidmaatschap). De kosten hiervan bedragen €20,00 per jaar (vier edities). Voor buitenlandse abonnees wordt dit bedrag verhoogd met de verzendkosten. Redactie ledenblad: E-mail:
Piet van Beek
[email protected]
Adverteerders: Zij, die zich bereid hebben verklaard gedurende tenminste een kalenderjaar (vier edities) een advertentie te plaatsen in het ledenblad. Voor mogelijkheden en kosten kunt u contact opnemen met de redactie of met het secretariaat.
Wilt u hier uw advertentie ? Ook een halve pagina is mogelijk. Neemt dan kontakt op met de heemkundekring
‘de Heerlijkheid Oosterhout’ e-mail:
[email protected]
Wilt u hier uw advertentie ? Ook een halve pagina is mogelijk. Neemt dan kontakt op met de heemkundekring
‘de Heerlijkheid Oosterhout’ e-mail:
[email protected]