HEEMKUNDEKRING DE HEERLIJKHEID OOSTERHOUT
1996
nr. 4
HEEMKUNDEKRING
"DE HEERLIJKHEIDooSTERHOUr' BESTUUR:
voorzitter: LangeVoren13 secretaris: Roerdompstr46 penningmeester: Achterstraat2
A de Visser Oosterhout Chr. Buiks Oosterhout J.L.Avd.Gevel Den Hout
overige bestuursleden:
C.J.Huyben S.Burggraaf
Zandheuvel42 Mezenlaan24
REDACTIE: Chr. Buiks en S. Burggraaf
tel (0162)
- 426711
tel (0162) - 453132 tel (0162) - 455230
-
tel (0162) 454207 tel (0162) 422682
LEDEN-ADMINISTRA J.L.A van de Gevel
TIE:
CONTRIBUTIE: Contributie heemkundekring Oosterhout met een abonnement op het Mededelingenblad f 35,00 p.j. Contributie heemkundekring met abonnementen op ons Mededelingenblad en op Brabants Heem f 52,50 p.j. Donateurs f 35,00 p.j. te storten op één van de volgende rekeningen, beide ten name van de heemkundekring "De heerlijkheid Oosterhout": AB.N. Oosterhout rek nr. 52.12.89.181 Postbank giro nr. 133.69.92. Beêindiging van het lidmaatschap schriftelijk vóOr 1 Januari aan de penningmeester van de heemkundekring.
2ö67
Mededelingenblad van de heemkundekring "DE HEERLIJKHEID OOSTERHOUT" 20e iaaraana.nummer4
1996
pag.: Inhoudvandit nummer
2567
J. Gorisse: 2568 Detuin van Oomes,nu stadstuinDe Schelp. P. Klaverdijk: Woordenuit Oosterhouten omgeving.
2575
Th. E. van Goor: Beschrijvingder vrijheidOosterhout.
2581
S. Burggraaf: Een notarieelcontracttussen Oosterhoutsesteenbakkers.
2589
Nietsuit deze uitgavevan de heemkundekringmag wordenvermenigvuldigdof openbaargemaakt, op welkewijze ook,zonderde schriftelijke toestemmingvan de auteur.
li
25.60
De Tuin van Oomes, nu Stadstuin De Schelp
J. Gorisse
De Tuin van Oomes is de laatste drie jaar in Oosterhout een begrip geworden. Tot 1935 was het de tuin van Sociêteit De Eendragt, vanaf 1996 is het Stadstuin De Schelp. Een kleine greep uit de geschiedenis van de tuin. Sociêteit De Eendragt werd in 1841 als gezelligheidsvereniging voor notabele heren opgericht. In eerste instantie kwamen de "Heeren" bij elkaar in een logement, maar al spoedig kregen ze behoefte aan een onderkomen waar ze "onder ons" konden zijn. In 1843 kochten ze daarom in de Kerkstraat "een huizinge, voorzien van verscheidene kamers, erf, moes- en pleysirtuinen, staande ende gelegen in Oosterhout, waarin sedert verscheidene jaren het beroep van apotheker is uitgeoefend." samencirca4170m2, veel groter dus dan de huidige tuin. De "Heeren" pakten het fors aan: ze lieten het pand grondig verbouwen. Dat kostte waarschijnlijk meer dan ze gedacht hadden: in een jaar tijd ging de contributie omhoog van 3 naar 6 naar8 gulden,en in 1843 wasdat een hoopgeld. Maartoen zaten ze ook op fluweel. Dagelijks konden ze naar hun eigen Sociêteit om daar hun krantje te lezen, een kaartje te leggen, te biljarten maar vooral ook: om daar met elkaar het Oosterhoutse zakelijke en politieke leven te bediscussiêren en te regelen.
256g Af en toe wilden ze ook eens wat frivolers en daarvoor gebruikten ze onder andere de tuin: met de kermis gaven ze er een bal, dan mochten ook de dames meekomen. Een of meer keer per jaar gaven ze een liefdadigheidsconcert, een soort benefietconcert voor de Oosterhoutse armen. Vanaf 1845 beoefenden ze in de tuin ook het handboogschieten. Vanaf 1853 ontdekten ze nog meer mogelijkheden: toen werden er namelijk officieren en soldaten in Oosterhout gelegerd. De soldaten waren minder interessant, maar de officieren konden lid worden van de sociëteit, iets wat ze graag deden. Bij een leger hoorden vroeger muziekkapellen. En met al die officieren was het natuurlijk niet zo moeilijk om eens een concert in de tuin te regelen. Voor het eerst gebeurde dat in 1854 door de kapel van het 1e regiment Dragonders. Dat musiceren beviel goed en het werd meer en meer gedaan. Niet alleen meer door militaire kapellen, maar ook door Oosterhoutse gezelschappen en koren. De Oosterhoutse. Harmonie bijvoorbeeld trad in 1862 voor het eerst in de schelp op. De hele Oosterhoutse elite was graag en veel te gast in huis en tuin van Sociëteit De Eendragt. Maar al die optredens waren in de open lucht, met regen niet ideaal, en als het hard waaide slecht voor de akoestiek. Dus besloot men in 1872 na veel wikken en wegen om een "verplaatsbare muziektempel" te laten bouwen, voor de somma van f 50,00. Over de begroeiing en beplanting van de tuin weten we niet zoveel, maar zeker is dat er grote oude populieren stonden. Die werden nl. in 1889 gekapt omdat ze in slechte conditie waren.
In 1895was de verplaatsbaremuziektempelkennelijkal lang versleten, want toen werden de plannen voor een nieuwe schulpvoor f 400,00 goedgekeurd. In de notulenvertellenze nog eenswaaromdat nodigwas:
~$1° "Sinds vele jaren doet zich gedurende de zomer in den tuin der Soci6teit dringend behoefte gevoelen aan een muziekschulp. Voor executanten is het een ondankbare taak in de open lucht muziek te maken. Zij horen elkander onvoldoende, hetgeen natuurlijk schaadt aan de gelijkheid, de muziek komt niet tot haar recht, en regen, wind en zon hinderen dikwijlsveel. " Een jaar later werd er ook nog een grote muur om de tuin gebouwd, met een warande van 4 meter breed en 18 meter lang. Daarmee was de tuin weer helemaal in top-conditie en werd hij druk gebruikt, door de leden wel te verstaan, en eenmaal 's jaars, met de kermis, ook voor een bal voor alle Oosterhouters. De financiêle situatie van de Eendragt was door al die (en andere) uitgaven wel fors achteruitgegaan, maar dat losten de "Heeren" op met een lening, en nog een, en net toen het penibel begon te worden, brak de eerste wereldoorlog uit en werden in Oosterhout opnieuw militairen gelegerd. En opnieuw werden de officieren massaal lid (een derde van de leden was militair), verdwenen de financiêle problemen als sneeuw voor de zon, traden wekelijks militaire orkesten en symphonieorkesten op en gingen de notabele dames en heren uit Oosterhout in groot kostuum naar het bal. De tuin was in die tijd vooral beroemd om zijn concerten en zijn verlichting. Met name de concerten van het 2e regiment Huzaren uit Amersfoort werden geprezen. En wat het licht betreft, 't moet er 's avonds sprookjesachtig hebben uitgezien: "de magnifieke verlichting van den gansen tuin door wel
2 à 3000 lichten, zowel a giomo als electrisch, aan gebouwen, in bomen, gewassen en bloempotten aIlerkeurigst gerangschikt". Het sprak vanzelf, dat, toen Koningin Wilhelmina in 1916 het Hoofdkwartier der troepen (in villa "Mathllda" aan de Keiweg) bezocht, zij toen met veel pracht en praal ook 's avonds in de tuin van De Eendragt ontvangen werd. Het Kanton schreef:
~12 "Doelvan den tocht was ditmaal de tuin van de societeit De Eendragt. Had Hare Majesteit niet het verlangen uitgedrukt niet te versieren, voorzeker zou een triomfboog niet ontbroken hebben. De stafmuziek van het 7e regiment infanterie speelde als welkomstlied het Wilhelmus, dat door verscheiden nummers gevolgd werd. Hier gebruikte H.M. enige ververschingen, waarna de prachtige tuin werd rondgewandeld, waar H.M.
zich minzaam onderhield met de militairen, te wier midden zij zich vrijelijkbewoog als eene moeder onder hare kinderen. Langer dan een uur verbleef zij hier te midden van de opgetogen bezoekers, waarna nog verscheidene officieren aan haar werden voorgesteld. Belangstellend informeerde zij bij ondergeschikten over hun indruk van Oosterhout, over de mobilisatie, over hunne betrekkingen. Te ruim 9 uur vertrok H.M. weer naar Geertruidenberg om er de nacht door te brengen." De jeugdige jonker van Oldeneel tot Oldenzeel had haar intussen ook nog een grote ruiker mogen aanbieden, "welk bouquet, naar we vernemen, door zijn smaakvolle arrangement, de grootste tevredenheid mocht verwerven. " Aan die grote bloei kwam in 1918 een abrupt einde: de oorlog was voorbij, de officieren gingen, met hun kapellen en symphonie-orkesten terug naar hun legersteden, de Eendragt kwam opnieuw in financiêle moeilijkheden. Op alle mogelijke manieren probeerden ze die nog te boven te komen. In 1919 bijvoorbeeld wilden ze de tuin opnieuw met de kermis openstellen voor muziek en dans. Burgemeester De van der Schueren verbood dat, op straffe van een proces-verbaal. (In die tijd was in Oosterhout niet alleen het dansen aan banden gelegd maar bijvoorbeeld ook de carnaval verboden vanwege de 'zedeloze' toestanden, die dat met zich mee zou brengen.) De Sociêteit wilde niet afzien van het bal en koos daarom voor een opmerkelijke oplossing.
8.573
Notaris van Eekelen, toen voorzitter, die zich kennelijk geen ruzie met de burgemeester wilde pennitteren, trad af en werd voor de duur van de kermis vervangen door J.A.Oomen. Er werd toch gedanst en er kwam géén proces-verbaal. Na de kermis werd Van Eekelen weer voorzitter. In 1921 waren er serieuze plannen om de Sociêteit te verbouwen tot café met tapvergunning. Zo zou de drankomzet dan het financiêle tekort mee kunnen wegwerken. Maar toen bleek dat de heren moesten kiezen tussen óf een societeitsvergunning óf een tapvergunning, werden de plannen schielijk ingetrokken. De financiêle moeilijkheden zou De Eendragt eigenlijk niet meer te boven komen. En hoewel ze natuurlijk altijd wel een beetje "boven hun stand" hadden geleefd, was dat toch niet helemaal hun eigen schuld. In de jaren twintig veranderde er namelijk veel. De emancIpatie van de arbeiders en de 'lagere standen' bracht veel sociale veranderingen mee. De aandacht verschoof van elitaire herenclubs naar de massa-bewegingen en verenigingen van het Rijke Roomse Leven. Radio en grammofoon werden heel erg populair: geduchte concurrentie voor de "levende muziek" van orkesten en kapellen. Bovendien werd de financiêle positie van de "Heeren" er niet beter op. De economische ontwikkeling van Oosterhout stagneerde flink, en de internationale economische crisis kwam daar rond 1930 nog eens bovenop. In 1931 zag De Eendragt zich al gedwongen een stukje van de tuin te verkopen. In 1935 viel het doek definitief: het huis van de Sociêteit werd verkocht aan De Gruyter, die het gebouw afbrak en op die plaats een nieuwe winkel bouwde. De tuin werd in twee gedeeltes verkocht: een aan de familie Oomes-Schutte en een aan de heer Fick.
Fick gebruikte zijn deel als bedrijfsterreinvoor zijn groothandel. De familie Oomes hield tuin en schelp in ere. De schelp was een fantastisch speelobject, liet wethouder Oomes, die er opgroeide, in 1994 nog weten.
flST" En inde tweedewereldoorlog,zo weet men in de buurtte vertellen, zou de familieOomes onder In de holle ruimteonder de schelp een clandestienvarkentjegemest hebben. Een enkele keer werd er nog in gemuslceem:zo werd er in 1989 nog bijvoorbeelddoor d' Askruizenhet Oosterhoutse volksliedgepresenteerd. In november1993 beslootde gemeente de tuin aan te kopen met de bedoelinger een parkeerterreinaan te leggen. De Hartvan Oosterhoutgroepwas de eerste, die zag, dat hier
een uniek stukje Oosterhoutzou worden opgeofferd.Zij slaagden erin de tuin als "de Tuinvan Oomes"bekendheidte geven in Oosterhout. Zij vroegen in 1995 ook de Rijksmonumentenstatusaan. De Rijksdienstvoor de Monumentenzorg besloot, omdat tuin en schelp onmiddellijkin hun bestaan bedreigd werden, die aanvraag onmiddellijk in behandelingte nemen. Tijdensde behandelingvan het verzoek genotentuinen schelprechtsbescherming. De Tuin werd een 'hot item' in de gemeentepolitiek.Toch beslootde raad eind 1995de plannenvoor het parkeerterrein doorte zetten. Maar,zo lietenvele raadsledenweten,het was een besluit waar niemand gelukkig mee was. De plannen werdenniet onmiddellijkuitgevoerd. Gelukkigvoor de Tuin moesten in 1996 na een wethouderswisselingopnieuwcollege-onderhandelingen wordengevoerd. Daarbijzag het gemeentebestuur af van het besluit om de "Tuinvan Oomes"tot parkeerterreinte bestemmenen besloot men er een stads- en cultuurtuinvan te maken. Op 1 juni 1996 werd de tuin, nu als "StadstuinDe Schelp" geopend. De tuin is dagelijksvan 10.00- 17.00uur geopend. Daarbuitenis de Tuin open bij evenementen, concerten en tentoonstellingen. (bronnen: "Societeit De Eendragt Oosterhout 1841-1966" Het Kanton 1916 Archief Hart van Oosterhoutgroep.)
MTS
Woorden uit Oosterhout en omgeving
verzameld door P. Klaverdijk
planten en dieren:
boak
boeretuilen brembeesjes
bremschijterkeI bimeewiske brennetelI prikkedoorn dikkoppen errebeesjes huisbonen Japies peeje joekel keeltjes kinkeluut klokkebaaien kopwilg kruidores kruinagels kuus mastappel mulder mulkdiestels pattekaole joeng peekes perreweps purik slaaikip spinnekoren stekebie suikeraaislaai tèretonnekes tieten I poelen
pit of steen uit kers of perzik duizendschoon
bramen mezensoort brandnetel kikkervisjes aardbeien tuinbonen voederbieten grote hond raapstelen kikker bosbessen knotwilg kruisbessen seringen een varken denneappel meikever gele paardebloemen jonge vogels, zonder veren worteltjes wesp een perzik grote kip rode vruchtjes van meidoorn bij witlof te vroeg afgevallen vruchtjes van paardekastanje
kippen
.1
2$"
keuken: appelesien
ariekrieke baggen bakske koffie bakskestijd benneke bessem bestel botter braoike bromolie bukzuut den schottel doen flut gotsteen kaaien kallebas I kèrrebies korteletten kouwe bottram lol moos mosegat poliersjeklaode schotteldoek ut scheel sjiep sjap slappe leut sloep smèrlappen speclasiemanneke sturrelen suikeraaislaoi toppenstaamp verket verkettenbak vorse bukkum vosse worst
zurgstoel
sinaasappel gekooktealikruik koopraap kop koffie koffietijd mandje bezem broodje met anijszaad
boter
opgewarmd restje eten
petroleum overrijp (van fruit) vaatwerk afwassen een speen
aanrecht
kaantjes (spek) boodschappentas karbonaden eierkoek met ijs ertussen
leverworst keuken afvoergat in de keuken chocolademelk
vaatdoek deksel van een pan Zwitserse smeerkaas slechte slappe koffie
schort
geconfijte dadels speculaasje schommelen witlof boerenkoolstamppot vork vorkenbak panharing verse worst rieten fauteuil
2$]'
kleding en schoeisel: bazeroen un Engels hempt
kiel of overhemd een sporthemd
frak galgen
jas bretels
hakkenbandjes
bandschoentjes
klak ne pielow niestel pietelèèr sleffen,petoefels tjomper Turkslèèrebroek
huis en tuin: mieskuil gelint
ne schone doek
bleken aantveger rijf, rijven kiepekooj schap durrepel bessem schup
pet een manchester windjack veters in schoenen
jacquet pantoffels werkjasje van bruin velvet broek van manchester stof
mestvaalt schutting een luier stofferen blik hark, harken
kippenhok plank drempel bezem spade
spinneke werft
schuifdeuren provisiekast, hoekkast je erf
lichaamsdelen: zerf nepust
bovenste vel op arm of been zweer
vaals gebit
tandprothese
plaatsnamen: Traaie DenMaai DenOst
Made Oosteind
Ut Kerkepadje
St Janstraat
pottefeseedeuren
Terheyden
2$78 kinderspel: bukperdje perdespul flutter brits ne lozie klabbuis klinkeren I klitseren
haasje over
circus
opblaaspijpje aan voetbal schoensmeerdoosje met zand, gebruikt bij het hinkelspel horloge koper buisje met houten klos en spijker, proppenschieter spel met stukjes blik
reepen
hoepelen
slibberen op de slibberbaan
glijden op de ijsbaan leren lint of lange veter om een tol te zetten een tol zetten accordeon
pezerik piske trekken
monika
verbergske kètseballen
sturrelen ne soppie
verstoppertje ballen tegen een muur schommelen een meisjes-tol, die met een zweepje geslagen wordt
personen: errebaaier
arbeider
schèreslieper hakkezetter
brakske laobus bullenboer I bullenjood kakkenestje
meske
ne sondagse
den dalk flauwen del zuupschuit ne onte hond
bosuil
scharenslijper schoenmaker kleine jongen onbeholpen jongen voddenman de jongste meisje rare vent de stakker bangerik alcoholist brutaal, vrijpostig persoon bewoner van 't Bosch (Strijen)
25/'5 uitdrukkingen: Hij krijgt een kruis vur zunne kop Hij heeft gelogen Gaode effe mee naor ut verreke kaike Ga even mee naar achter (als in een dranklokaal geen jenever geschonken mocht worden) Die is geboren met een handdoek en blek aen der kont Die loopt de hele dag met de poetsdoek rond Vent leg toch niet te sjeveren Jij herhaalt ook steeds het zelfde Die loopt neffe zunne schoene Dat is een opschepper Hij is weer aan ut toerelejoeren Hij is al dagen aan de drank Ge mot ies kwikken Je moet eens voelen hoe zwaar dat is Ties erg wijd Het is ver weg Hierlaast ist gerichter Dit is een kortere weg lets verballemonden lets met opzet kapot maken Hij is kwallik gevalle Hij is bewusteloos Mee de schoenmaokerstram
Te voet Un féép om zun oren Een draai om zijn oren Hij gaat 'm petoeffelen, hij gaat 'm gespen Hij loopt hard weg Hij hee vart Hij heeft heimwee Gin luis om doaid te maoke Erg arm zijn Naor ut durp gaon om te martte Inkopen op de markt doen in de stad Ge mot ginne duvel op oe art laoten smoren Je moet je niet inhouden Tis ammel gin botter lekken van un spaontje Het gaat niet allemaal zo gemakkelijk
2580 Das ammel één tut mem Van het zelfde laken en pak, allemaal het zelfde Da witte gij nie denk Ik denk dat je dat niet weet Ik wier dat slont Ik hoorde de klok slaan Ut scheel eraf drienke Een borreltje bij de geboorte van een kind Affeseer un bietje Schiet eens een beetje op Ne bast vol botte en biene Zwanger zijn Mee heur ga de nie kuiere Je kan haar niet gemakkelijk voor de gek houden Iemand voor de tachtig zetten Iemand voor het blok zetten As ut lukt kalft dun os Je kunt het altijd proberen Kleej oe eige un bietje gèèf Kleed je een beetje fatsoenlijk aan Ben de benukt Ben je nou helemaal I Motte nog gaan hooie ? Heb je haast? Ties net ne vurraaier Hij praat plat Oosterhouts
Op staai Ot en eir
Op je gemak
Rechts en links Hij is an de rappe Hij is aan de diarree Un kind de mem geven Een kind de borst geven Ne nond opkusse Een hond tegen iemand opstoken
2.581
Beschrijving der Stadt en Lande van Breda, Thomas Ernst van Goor Beschrijving der vrijheid Oosterhout.
Th. E. van Goor gaf in 1744 bij Jac. van den Kieboom in Den Haag deze 'Beschrijving der Stadt en lande van Breda' uit, met daarin 'eene naeukeurige en beknopte Beschrijving van het Landt van Breda, deszelfs Dorpen, Vryheden en Heerlykheden, met der zelver Oudheden, Regeeringen, Aanhangzelen en gemeene Gebouwen'. Hij schrijft dat hij de gegevens 'uyt veele Oude en Nieuwe Schryvers byeen verzamelt, en met een aanmerckelyck getal van tans noch onuytgegevene echte Stucken, Brieven, enz. bevestigt. Over deze 'echte stucken" wordt in een aantal gevallen nu anders gedacht. Toch geeft de Beschryv/ng der vryheld Oosterhout wellicht een aardig beeld van het dorp, dat pas in 1809 tot stad verheven zou worden.
Oosterhout, een zeer aangenaam Vleck, veele kleyne Steden in uytgestrektheid en fraeye gebouwen overtreffende, legt omtrent een uur ten noordoosten van Teteringe, en twee uuren van Breda. De oorsprong van deszelfs naam is buyten twijfel afkomstig van 't veelvuldig Hout en Bosschen, die voormaals in deze landtstreek gevonden wierden. Deze Vrijheid was van ouds den lande van Breda onderhorig, gelijck zij daar onder reeds vermeit staat by de verdeeling van 't zelve landt tusschen Raso van Gaveren en Gerard van Wesemale in 'tjaar 1290 gedaan; doch is vervolgens voor een tyd daar van gescheiden en door byzondere Heeren bezeten geweest.
2.G82
Raso van Gaveren, Heer van Liedekerke en Breda, in 't jaar 1300 ten tweeden huwelyck getreden zynde met Adewyne, dochter van Heer Willem van Stryen, gaf aan dezelve 't Nedergerecht van Oosterhout. En in 't jaar 1325 schonk Adelise, Vrouw van Liedekerke en Breda, met Gerard van Rassegem, Heer van Lens, haren Man, het Dorp van Oosterhout met 't hooge Gerecht van dien aan Heer Willem van Duvenvoorde, die in 't jaar 1358 zonder wettig oir naa te laten, overleden zynde, 't zelve by zynen uytersten wil naaliet aan Jan van Polanen, Heer van de Leck en Breda, door wien het wederom den Lande van Breda ingelyft is. Oosterhout heeft in 't jaar 1314 met de andere Steden van Brabant mede ondertekent en gezegelt de blyde Inkomst van Jan den 11I. Hertog van Brabant. En in den jaare 1272 verklaarde Arnout van Loven, Heer van Breda, by zyne opene brieven, gegeven den negen en twintigsten van Zomermaandt, dat zyne mannen van Oosterhout door gansch Brabant vry zyn van alle Tollen, Weg- en Gruytgelt en dat zy, gelyck de andere Steden van zyn Landt, zullen hebben een vrye Week- en Jaarmarkt.
De Kerk van Oosterhout is een groot en deftig gebouw, voorheen gesticht ter eeren van den H. Oelbert, die omtrent deze plaats zoude om 't leven gebracht zyn. De Toren daar aan staande is niet voltrocken,doch uyt de zwaarte der grondvesten en van 't verdere getimmerte kan men genoegzaam afnemen, dat, indien dezelve tot volkomentheid was gebracht, zyne hoogte zeer aanmerckelyck zoude geweest zyn. In deze Kerk wordt tans de Godsdienst verricht by een Predikant behoorende onder 't Klassis van Breda. Lyste der Predikanten van Oosterhout: 1625 Amo/dus Martini, gestorven 1640 1641 Ti/emannus Wa/raven, gestorven 1657 1658 Theodorus Wincke/mans, gestorven 1688 1689 Martinus van Hoeke, vertrocken naar Gorinchem 1694 1694 Wil/em van Erfrenten, gestorven 1720 1720 Eco Ecoma.
.2583
Het Raadhuys,staande aan de Zuidzydevan de Marktof den Heuvel, is een fraey Gebouwmet een Toren. Voor 't zelve staat een buytengewoonegroote Lindeboom,welke wegens deszelfs cierlykeformen gedaante zeer geroemtwordt.In dit Raadhuys wordt 't Recht bedient by een Schoutet en zeven Schepenen, die hoog, laag en middelbaar Regtsgebiedt oeffenen. In halsstraffelyckezaeken valt er geen beroep nog hervorming,maar van borgerlyckezaeken beroept men aan de Hooftbanckte Breda. Behalvede gemeldeSchepenen zyn er nog twaalfGezworens,welkezoo veel als den Raad dezer Vryheiduytmakenen telkensoverbelastingen,ontlastingenen alle andere zaeken, de geitmiddeleneenigzints betreffende, moetengehoortworden. Menzegt voorzeker, dat binnendeze Vryheidzich voorheen veele RidderlyckeGeslachten zouden onthouden hebben, 't geene nog eenigzintsaf te nemen is van de omwaterdeSloten of Kasteeltjens,die voormaalshier gebouwden waar van er heden nog eenige inwezenzyn. De Koophandel, bestaande voornamentlyckin de Lakenhandel en Graanneering mitsgaders in de Pottebackeryen, bloeytalhiernog tamelyck;waartoevan grootnut is de Vaart, welke van hier tot in de Dongegegraven is, en waar langs men met gelade Schepen naar Hollandten Zeelandt kan vaaren. De Abtdisen 't Kapittelvan Thoor heeft binnen deze Plaats mede een kleyne Rechtbanck, bestaande uyt twee Scheepenen en eenen Griffier,die een gedeelte uytmakenvan het Laathofvan Gilze,voor dewelkealle de goederen, onder dit Hofbehoorende,moetengeêrften onterftworden. Nietverre van Oosterhout,omtrentde Vaart,zyn nog te zien de overblyfzelenvan 't Huyste Stryen,anderzintsmede welde Burgtvan Oosterhoutgenaamt, 't gene door Heer Willemvan Stryen,eersten Heer van Zevenbergen,aldaar in 't jaar 1290 gebouwdis. Het was een hooge Heerlykheiden voerde galg en put, doch is nu 't hooge Gerecht van Oosterhoutingelyft,
259" uyt welcken hoofde de Schoutet aldaer nog heden den titel van Schoutet en Kastelein van Oosterhout voert. Deze Heerlykheid is in 't geslacht der Heeren van Stryen gebleven tot den jaare 1324, wanneer Gye van Vlaenderen, Heer van Ryckenborg, als in huwelyck hebbende Beatrix, Vrouwe van Putten en Stryen, 't steene Huys en zyne wooninge te Oosterhout, die men noemde het Huys te Stryen, met alle de goederen daertoe behoorende, gelegen te Dongen, Dorst, Ulvenhout, Wernhout, Steelhoven, Oosterhout en Zundert, in erfpacht geeft aan Heer Willem van Duvenvoorde, die naa zyn afsterven 't zelve met de Heerlykheid van Oosterhout naaliet aan Jan van Polanen, Heer van de Leck en Breda. Aan dit Huys was eertyts door Heer Willem van Duvenvoorde een zeer fraay Park of Diergaarde aangelegt, 't geene de lengte hadt van vyfhondert Roeden en alomme met staketzels omheint was. Doch in 't vervolg van tyd is dit Parck t' eenemaal vervallen en heeft plaats gemaakt aan een zeer aangenaam Bosch, 't gene van tyd te tyd merkelyck vergroot en verbetert wordt, en geen kleyne luyster en cieraad aan de Vryheid Oosterhout toebrengt. Naaby het Huys te Stryen, aan de Oostzyde van de rivier de Donge, onder 't Gebiedt van Raamsdonck, heeft Heer Willem van Duvenvoorde, ter eeren van den H. Bartholomeus gesticht een Karthuysers Klooster, genaamt het Huys des Bergs of anders het Hollandsch Huys; het welcke in den beginne der Nederlandsche beroertens door het krygsvolck is aangestoken en verbrant. De steenen van de Kerk zyn naderhant op het bevel van Willem den I. Prins van Oranjen naar Geertruidenberg gevoert en gebruykt ter opbouwing van het Hof aldaar. Aubertus Miraus in zyne Oorsprong der Karthuysers, gewaagt met veel lof van dit Klooster en van den gemelden Heer Willem van Duvenvoorde.
Aan deze Vryheid is mede Oostwaarts gelegen 't Klooster der Premonstratenser Nonnen van St.Katarinen Dal, 't gene in den jaare 1646 van Breda herwaarts is overgebracht.
Onder 't Regtsgebiedtvan Oosterhout behoort Den Hout, voormaals de Stam plaats der oude Ridderen van den Houte of
2585 Uutenhoute, welke lange jaaren de Heerlykheid van Etten bezeten hebben. Alhier staat nog een Kapel, welcke by Heer Willem van Duvenvoorde op den eersten van Wynmaandt 1336 gesticht is, met een Gasthuys aan den H. Antoni toegewyd. Dorst is mede een Gehucht onder Oosterhout, met een Kapel aldaar, ter eeren van den H. Marcoen, gesticht door N. van Dorst, Kanoniek van Utrecht, die by zynen uytersten wil aan dezelve veele goederen bewees.
-
Een beeld van Oosterhout uit ongeveer dezelfde tijd: Le Roy: Het groot wereldlijk toneel van het Hertogdom Brabant: Prospectus municipii Oosterhout
25'86
In het vierde en laatste deel"veNattende veele Privilegienen oude Brieven, mitsgaders Vryheden, Rechten, Costuymen, en andere zoo algemeene als byzondere Stucken, betreffende de Stadt en het Landt van Breda, meest dienende tot bewys en opheldering der Geschiedenissen en zaekenH, vinden we dan nog de volgende stukken: no 18: Arnout van Love, Heer van Breda, geeft aan die van Oosterhout den vrydom van alle Tollen, enz. no 35 Gifte van 't hooge en neder Gerecht van Oosterhout aan Heer Willem van Duvenvoorde. no 53 Stichtbrief van een outaer in de Parochiekerk te Oosterhout.
no 18: Arnout van Love, Heer van Breda, geeft aan die van Oosterhout den vrydom van alle Tollen, enz. Ik, Arnout van Loven, Heer van Breda, make bekend en doe te weten allen tegenwoordigen en toekomenden, dat de Mannen des dorps van Oosterhout door het geheele Landt van Brabant vry zyn en moeten wezen van alle Tollen, Weg- en Gruytgeit, en dat zy zullen hebben een Week- en een vrye Jaarmarkt, gelyk de andere goede Steden onzes Lands. Gegeven te Rosendael den negenentwintigsten van Zomermaand 1272.
no 35 Giftevan 't hooge en neder Gerecht van
Oosterhout aan Heer Willem van Duvenvoorde.
Wy, Adelise, Vrouwe van Liedekercke en van Breda, ende wy, Geraerd, Heere van Rassegem, van Lens, van Liedekercke en
van Breda, als wettighe Momboir Adelisen voorgenoemt, makenkondt en kennelyckallen den genen,die nu syn ende namaelswesen sellen, dat wy omme getrouwendienst, die ons Willem van Duvenvoordeons liefs Heeren sGraven Camerlinckvan Henegauwenen van Hollant gedaen heeft, hem gegeven hebben en geven ons Dorp ende alle onse Gerechten, hooge en neder, ende alle onse renten van
258' Oosterhoudt geheelyck ende met alle heure heerlykheyt ende toebeho,qrte, hoe dat sy gelegen syn, al soo groot ende al soo veele als wy se daer hebben, ende nyet uytgescheyden, hem ende syne nacomelingen erffelyck ende emmermeer, sonder eenigerhande argelist. Ende in oirconden van desen dinghen ende in vestinge ende te emmermeer behoef, soo hebben wy desen letteren besegelt met onse segelen in kennisse der waerheyt. Ende om de meerdere sekerheyt ende vestinge den voorsz. Willemen te doene ende syne naercomelingen, waer by dat hem alle de voorsz. dingen emmermeer vast ende gestade blyven sullen; soo bidden wy ende versoecken den hoogen Prince ende eenen Edelen Man onsen lieven Heeren den Hertoge van Brabant, dat hy als overstè Heere van desen goede, synen segel metten onsen in vestinge te emmermeer behoeft ende te meere sekerheyt. wille doen hangen aen de tegenwoordige Letteren. Ende Wy Jan, by der gratien Gods Hartogh van Brabant, van Lothrycke en Lemborgh, omme beden wille ende versoecke van Adelyse Vrouwe van Liedekerke ende van Breda, en myns Heeren Geraerds Heere van Rassegem en van Lens, van Liedekerke en van Breda, heur wettich Momboir en Man voorgen., soo loven wy ende confirmeren alle dese stucken voorgen. en beschreven ende hebben onsen segel doen hangen aen dese Letteren met haeren voorsz. segel in kennisse en bevestiginge der waerheyt. Dit was gedaen ende gegeven int jaer ons Heeren, als men schreef dartiendondert vijf en twintich, des woensdachs naer St Jans daghe Baptist te midden somere. Besegelt met drye kleyne segelen, uythangende aan dobbelen groenen syde lintkens in geluwe wassche, den eersten wesende langwerpich en de andere twee ronde.