HEEMKUNDEKRING DE HEERLIJKHEID OOSTERHOUT
2000
nr~
I.
Mededelingenblad van de heemkundekring "DE HEERLIJKHEID OOSTERHOUT"
24e iaaraana. nummer 1
2000
pag.: Inhoud van dit nummer:
2999
Jos van Alphen Gesneuveldte Dorst
3000
Chr. Buiks Uitde resolutieboekenvan Oosterhout
3027
Niets uit deze uitgave van de heemkundekring mag worden vermenigvuldigd of openbaar gemaakt, op welke wijze ook, zonder de schriftelijke toestemmingvan de auteur
2999
GESNEUVELD te DORST 29 oktober 1944 Jos van Alphen
Inleiding In 1979 werd in de Vredeskapelte Dorst een gedenksteen onthuld waarop de namen zijn aangebrachtvan de Poolse militairen die tijdens de bevrijding van het dorp Dorst sneuvelden. Omdat er later nieuwefeiten aan het licht kwamenis het tijd om deze steen aan te vullen met enkele namen.In dit stuk wordt aan de hand van de thans beschikbaregegevens beschreven hoe en waar deze Poolse bevrijders sneuvelden.
In de aanval In de vroege morgen van 27 oktober 1944 ging, na een gevechtspauze van drie weken, de 1e Poolse Pantserdivisie onder commando van generaal Stanislaw Maczek vanuit Alphen op weg om Oosterhout te gaan bevrijden. De opmars werd gehinderd door talloze Duitse landmijnen van alle soorten en maten maar in de vroege avond waren Gilze, vliegveld Gilze-Rijen en het zuidelijk deel van Rijen tot aan de spoorlijn in handen van de 1e Poolse Pantser Divisie. Er werden enkele verkenningen uitgevoerd hoe het Wilhelminakanaal over te steken maar 's nachts werden de plannen gewijzigd. De stad Breda werd het nieuwe aanvalsdoel. Daarom werden in de morgen van 28 oktober 1944 de neuzen van de tanks naar het westen gedraaid en de opmars richting Breda begon. Groep Dragon De Divisie werd opgedeeld in drie gevechtsgroepen. Majoor Bohdan Mineer moest met zijn groep "Dragon" langs Dorst en Molenschot oprukken naar het spoorwegstation in Breda en dan verder indien mogelijk naar het noordelijk deel van de stad. Het was een zware gemotoriseerde groep omdat men evenwijdig aan de Duitse verdedigingslinie moest opereren.
3000
Dezegevechtsgroep bestond uit het pantserreglment24 Pulk Ufanów,uitgerustmet Shermantanks, en het pantserinfanterie regiment 10. Pulk Dragonów,uitgerustmet gepantserde half.;. rupsvoertuigen,aangevuldmet ondersteunendeeenheden zoals 12 anti-tankkanonnenvan de 4eDyonvan 1. PulkArtelerii Przeciwpancemej en een kleine genie eenheid met mijndetectors. Na een korte actie werd als eerste Molenschotbevrijd. De weg Breda Tilburgwerd opzettelijkniet gebruiktdoor de Polenwantde Duitsershaddendeze ingerichtals verdedIgingslinie en in de bermslotenzaten infanteristenmet gevaarlijke Pantzerfausten.
-
De Gooren Bij het verlaten van het dorp Molenschotkwam meteen het kerktorentjevan Dorstin zichten op liniestoven de tanks daar op af. Datduurde maar even wanttot grote ontsteltenisvan de Poolse tankbemanningenreden de tanks een voor een vast in het moerasdat terechtdan ookde naam "deGooren"droeg. Tot overmaat van ramp hadden zich aan de overkant van het moeras op de GolfbaanToxandriaheel slimdrie Duitse Sturmgeschützegeposteerd en voor hen werd het prijs schieten. De Poolse tanks moesten onder vijandelijkvuur uit de modder worden getrokken en daarom ging luitenant Adam Dziertek met zijn verkenningspelotonalvast maar een andere weg naar Dorstzoeken. Dit moeras bezorgde de Poolse gevechtsgroep zoveel vertragingdat pas tegen de avond hun tanks vanuit de Leverstraat Dorst binnen daverden. De tankbemanningenkookten snel een potjeen vervolgensvertrokkenze dezelfdeavond nog naar Bredawantde volgendemorgenzou vanaf de Viersprong de aanval op de stad Bredabeginnen. Gewilligekrijgsgevangenen De Polen namen niet de tijd het dorp Dorstverder te inspecteren. Ze lietenalleentwee man achter die ook nog 72 Duitse krijgsgevangenmoesten bewaken.De hoogstein rang was een Hauptman en hij stelde zich er garant voor dat de orde gehandhaafdzou blijven. 3001
De hele club legde zich in een leegstaand huis te slapen. Nog voor het licht werd vroeg de Duitse Hauptman of ze al af konden marcheren naar het zuiden. De Poolse bewakers voelden daar niet zo veel voor maar ze gingen er toch maar op in. Het waren opvallend gewillige krijgsgevangenen! Tegenaanval Waarom de krijgsgevangen zo'n haast hadden werd al snel duidelijk. Bij dageraad op 29 oktober, het feest van "Christus Koning", marcheerden vanuit de Boswachterij Dorst lange rijen Duitse infanteristen vergezeld van drie Sturmgeschütze (kanon op tankonderstel) het dorp in. De Duitsers staken hun koppen in de schuilkelders om aan de dorpsbewoners te vragen waar de "Tommies" waren. Toen zij een onnozel antwoord kregen werden de bezetters kwaad want de lucht van Engelse sigaretten steeg op uit elke schuilkelder!! Zonder één tegenstander te zien marcheerden ze het dorp door tot aan de Bavelstraat. Léon Galuba De Poolse groep "Dragon" meldde zich op tijd bij de "Viersprong" in Breda. Inmiddels was ook de zware mortiergroep, onder commando van luitenant Gabryjelewski, aan de westkant van Dorst in stelling gegaan. Zij waren klaar om vuursteun te geven aan de Poolse eenheden die Breda gingen bevrijden. Luitenant Gabriel Gabryjelewski miste echter een paar carriers die onderweg pech hadden gekregen. Monteurs zouden ze wel weer op gang brengen en Gabriel Gabryjelewski vroeg aan zijn motorrijder om de achterblijvers op te halen. Léon Galuba reed dus terug vanaf de Rijksweg door de Bavelstraat naar Lijndonk. De motorrijder vond de carriers en hij gidste de kleine colonne, bestaande uit drie. carriers en een 15cwt Fordson van de monteurs, vanaf Lijndonk naar Dorst. Vooraan in de Bavelstraat vielen er tot ieders verrassing plot-
seling schoten.Daamaviel dragone Léon Galuba1) van zijn motor en hij bleef dood liggen. Hij was helaas in de veronderstelling dat alles veilig was want de vorige avond had hij zich bij Jan Schoenmakers gewassen en in de schuilkelder hadden de Poolse bevrijders
3002
Gabriel Gabryjelewski onthult straatnaam 3003
samen met de familie Schoenmakers pap gegeten van Dorstse melk en Engelse biscuits uit een groot vierkant blik dat de Polen uit hun tank haalden. De Duitsers, die de fatale schoten hadden gelost, vluchtten achter de huizen door naar de Rijksweg. De bemanning van de eerste carrier sprong eruit en te voet staken ze de Rijksweg over waarna ze in een portiek, tegenover de Marcoenkerk op Rijksweg 114, vier Duitsers met het geweer in de aanslag zagen zitten. De Polen schoten eerst!! De Duitse soldaten Josef Ebne('), Gerhard Ellwanger), Josef Schneider10) en Philip Theissen 11)vonden de dood. Zij werden tijdelijk begraven achter de School aan de Bavelstraat Als stille getuigen van dit drama zijn de kogelgaten in de portiek nog steeds te zien. Carrier Om de gebeurtenissen beter te begrijpen is het misschien goed eerst een korte beschrijving te geven van het voertuig met de naam "carrier". Aan het eind van de eerste wereldoorlog verschenen de eerste tanks op het slagveld. De loopgravenoorlog werd verlaten. De mobiele oorlogsvoering kondigde zich aan. Hoewel er nog steeds belangrijke hoge officieren waren die niet in deze ontwikkeling geloofden was de Engelse oorlogsindustrie toch voorzichtig begonnen met het ontwikkelen van gepantserde rupsvoertuigen om manschappen en materiaal te vervoeren. Deze voertuigen werden "Armoured Infantry Carriers" genoemd. In 1934 presenteerde Vickers-Armstrong een carrier waar in de loop van de jaren principieel niet veel meer aan veranderde. Een gepantserd rupsvoertuig voor vier manschappen, twee meter breed, anderhalve meter hoog, gewicht drie ton. Ook de Polen waren met deze carriers uitgerust. De infanterie had Bren-carriers. De zware mortieren gebruikte twee Lloyd carriers om één stuk te vervoeren. De lichte anti-tank artillerie trok met een Lloyd carrier een zes ponds anti-tank vuurmond terwijl de munitie met een tweede Lloyd carrier werd vervoerd. Oud-militairen spreken nu nog stèeds met gemengde gevoe-
3004
Poolse calTier
lens over deze calTiers. In wezen was het natuurlijk een achterhaald ontwerp maar de Engelse oorlogsindustrie had geen tijd meer om iets nieuws te ontwikkelen. Belangrijke bezwaren waren de lichte bepantsering en de open bovenkant. Met één handgranaat was een carrier uitgeschakeld. Het rijcomfort was matig en de carriers van de bevrijders werden door de burgers prompt "hobbelende geiten" genoemd. Als de weg glad was door sneeuwen ijzel was er niet mee te rijden want de ijzeren rupsbanden fungeerden dan gewoon als schaatsen. Antoni Filipczyk We nemen de draad weer op over de schietpartij tegenover de St. Marcoenkerk. Tot zover is de gang van zake duidelijk. Wat er daarna gebeurde staat echter niet helemaal vast. Waarschijnlijk hebben andere Duitse militairen het schieten van de Polen gehoord. Daarna werd de carrier bemanning 3005
in de rug aangevallen. Ondanks het feit dat de Polen zich fel verweerden raakten ze gewond door Duits mitrailleurvuur waarna er niets anders over bleef dan de handen in de lucht te steken. Bij deze schietpartij zijn waarschijnlijk ook vijandelijke soldaten gewond geraakt. Dat blijkt uit het dagboek dat een religieuze verpleegster van het St. Theresiaziekenhuis te Raamsdonksveer bijhield. Zij schreef dat er 's zondags na de Hoogmis niet alleen gewonde Duitse soldaten werden binnengebracht maar ook vier Polen. De Poolse dragone Antoni Filipczyk 2) was er slecht aan toe en hij overleed op 2 november 1944. Hij werd begraven op het R.-K. Kerkhof te Raamsdonksveer. Van de drie andere gewonde Polen heeft de zuster alleen de voomamen Simon, Sigmund en Josef genoteerd. Het liep voor hen zeer verrassend af. Toen het Duitse hospitaal uit het ziekenhuis in Raamsdonksveer vertrok lieten de Duitsers de Poolse gewonde krijgsgevangenen gewoon achter. De drie overlevenden zijn daama naar een Canadees hospitaal overgebracht en later hebben ze zich in Oosterhout weer bij hun onderdeel aangesloten.
Identificatie Later ontstonden er problemen toen de Gravendienst van het Nederlandse leger de gesneuvelde militairen vanaf het kerkhof van Raamsdonksveer over wilde brengen. De kruisen klopten niet met de stoffelijke resten, die ze er onder aantroffen. Na een moeizaam onderzoek kwam uiteindelijk de oplossing van Pater Carl Fischer. Hij werkte als dienstplichtige Duitse aalmoezenier te Raamsdonksveer in Feldhalblazarett 719. Hij was voor de oorlog al ingetreden in een Nederlands klooster en na de oorlog keerde hij weer terug naar datzelfde klooster. Pater Fischer kon zich nog herinneren aan welke verwondingen bepaalde Duitse soldaten waren overleden en daarmee werd duidelijk wie onder welk kruis lag. Waarom dat niet meer klopte bleef toen echter een raadsel Dit raadsel in inmiddels opgelost want oud-strijder Stanisfaw Kowalski schreef mij dat de dragonders tot hun ontzetting het graf van Antoni Filipczyk aantroffen temidden van
3006
gesneuvelde Duitsers.In hun belevingwas dat een belediging en de Polen hebben Antoni Filipczyk,waarschijnlijkzonder over1eg,ergens anders op het kerkhofherbegraven,met alle gevolgenvan dien!! Terug naar Dorst Na het vuurge,vechtaan de Rijkswegbij de st. Marcoenkerk verschenen er steeds meer oprukkendeDuitsesoldaten en in de Bavelstraat ontstond opnieuw een vuurgevecht met de bemanningenvan de andere carriers. De overmachtwas zo groot dat de licht bewapende Polen door de bermsloten moestenvluchtenom het vege lijfte redden. Hun carriers vielen dus in Duitse handen maar de Fordson 15cwtniet. Als gevolg van het vuurgevechtwas de schuurvan KoosPeeters, Bavelstraat8, in brandgeraakten de vlammen sloegen over naar de Fordson. Er bleef nog wat gereedschapgespaard en dat is nog langin Dorstgebruikt! Dit is de lezing van Poolse zijde. Er zijn echter ook Dorstse ooggetuigendie bewerendat de Duitsers,die Galuba doodschoten, aan kwamenrijdenin dezelfdeFordsondie later uit brandde.Ikkan helaas deze tegenstellingnietverklaren! In de namiddagvan 29 oktoberwerd een Poolse carrier met een Duitseraan het stuur op Seters gezien. De Duitsers hadden hun oor1ogsbuitmeteen ingebruikgenomen! Jean Wallas De tot nu toe beschrevenfeitenzijn afkomstiguit verschillende bronnen. Het was echter zeer moeilijkom onder de Poolse oud-strijdersooggetuigente vindendie nog iets toe te voegen hadden aan hetgeen ikwist. Uiteindelijkkwam ik kort geleden per toeval in contact met Jean Wallas.Zoonvan Poolse emigrantenuit Frankrijk.Ik heb aan Jean Wallasgevraagd of hij iets op papier kon zetten over zijn belevenissenin Dorst.Hetwerd een lange briefwaar alle feiten in behandeldwordendie U eerder al hebt kunnen lezen. Eén feit was echter,voor mij erg belangrijkwant Wallas beschrijftdat AntoniFilipczykvan zijnmortiergroepwas en dat hij in Dorst krijgsgevangengemaakt werd. In de eindverantwoordingkom iknogterug op deze mededeling. 3007
Brief Jean Wallas Ik zou graag de plaats eens terug zien waar we 's nachts aankwamen en waar we stelling f)amen met onze mortieren.
Helaas waren we de volgende morgen omsingeld door Duitsers. Als gevolg van zwaar artillerievuurraakten verschillenden van ons gewond waaronder onze luitenant Gabn"elGabryjelewski, die ik zelf mee naar achteren heb afgevoerd. Daarna hebben we vastgesteld dat er drie carriers ontbraken. We hoorden ook na de gevechten het trieste bericht dat onze motoffijder dood op de route terug gevonden was en dat vier anderen waren verdwenen. Drie van de vier zijn later weer bij ons terug gekomen en zij vertelden hoe ze gevangen genomen werden nadat ze door Duitsers waren beschoten. De anderen slaagden er in naar achteren te vluchten maar hun carriers moesten ze achter laten. Stanislaw Kowalski zal U wel gerapporteerd hebben over Galuba en degenen die gevangen genomen waren zoals Filipczyk. Dankzij de drie ontsnapten, die zich in Oosterhout weer met ons verenigden, hoorden we dat Filipczyk verpleegd is in een hospitaal en dat hij later door de-zorg van een goede Zuster begraven is op het kerkhof vlak bij het hospitaal. Nu nog iets over Léon Galuba. Ik weet dat hij zich samen met andere jongens uit Marles les Mines en Divion (Pas de Calais) aanmeldde bij de Divisie tussen leper en SintNicolaas. Hij had de Poolse nationaliteit maar hij woonde in Frankrijk zoals ook anderen als ADAM KLUSKALA - KUS. Meer kan ik er mij niet herinneren want zij zijn allen gestorven. Degene die bij ons in de mortiergroep was heette KUS Tadek, hij is overleden maar van de anderen weet ik het niet. Van de krijgsgevangenen die bij ons terugkwamen in Oosterhout herinner ik me alleen KOZUB. Hij staat ook op de foto die ik hierbij doe. Op de foto staan van links naar rechts: 1e KLUS Tadek (inmiddels gestorven) ~ Hij was krijgsgevangene :f KLUSKALA uit Marles les Mines (gestorven) if MILEWIEZ (terug gekeerd naar Polen) !!t Ik zelf ft KOZUB ook krijgsgevangene
-
3008
..":'"" .'